Voorstel AGP 13 Aan : Algemeen Bestuur Steller : Ruud Huveneers
Datum : 6 november 2013
Bijlagen : 1
Onderwerp : Convenant energiepartijen met Veiligheidsregio Brabant-Noord
Algemene toelichting Aanleiding Voor u ligt het “Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen de Veiligheidsregio BrabantNoord en de netbeheerders van gas en elektriciteit”, ter verbetering van de samenwerking op het gebied van de rampenbestrijding en crisisbeheersing met andere partners ter uitwerking van het bepaalde in artikel 16, tweede lid Wet veiligheidsregio’s. Onder regie van het Veiligheidsberaad zijn en worden met de partners van de zogenaamde vitale sectoren uit oogpunt van uniformiteit landelijke convenanten voorbereid. De minister van Veiligheid & Justitie acht het uit oogpunt van adequate crisisbeheersing noodzakelijk dat alle veiligheidsregio’s samenwerkingsafspraken met de vitale sectoren maken. In dit convenant staan de samenwerkingsafspraken beschreven voor de Veiligheidsregio BrabantNoord met Netbeheer Nederland (Endinet, Enexis, Liander, TenneT en Gasunie). Totstandkoming Het convenant met bijbehorende actielijst is opgesteld op de schaal van de provincie NoordBrabant door de werkgroep met de volgende samenstelling:: VR Brabant-Noord : Ruud Huveneers (voorzitter) Politie Oost-Brabant : John Hagen Gasunie : Henk-Peter Brink Enexis : Roger Munnix Endinet : Geert Gijsbers Alliander : Maaike Bok Tennet : Erik Muller Uitgaande van uw positief advies en besluitvorming door het Algemeen Bestuur kan het convenant aansluitend aan de vergadering van het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord op 6 november 2013 worden ondertekend. Financiële dekking De acties volgend uit het convenant worden uitgevoerd binnen de beschikbare financiële middelen. Advies veiligheidsdirectie Het convenant is via een schriftelijke ronde aan de Veiligheidsdirectie voorgelegd. Ter vergadering wordt u het advies van de Veiligheidsdirectie medegedeeld.
Procesgang Processtap
Datum
Veiligheidsdirectie (Advisering)
03.10.2013
Dagelijks Bestuur (Instemming)
23.10.2013
Algemeen Bestuur (Besluitvorming)
06.11.2013
Pagina 1 van 2
Voorstel Het Algemeen Bestuur wordt voorgesteld om het “Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen de Veiligheidsregio Brabant-Noord en de netbeheerders van gas en elektriciteit” vast te stellen.
Akkoord Secretaris: (naam)
Ja
Nee Paraaf: ……………
Bijlages 1.
“Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen de Veiligheidsregio Brabant-Noord en netbeheerders van gas en elektriciteit
Pagina 2 van 2
AGP 13, ABVRBN 20131106, bijlage 1
Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio Brabant-Noord, eenheid OostBrabant Politie en netbeheerders van gas en elektriciteit
Partijen A. De Veiligheidsregio Brabant-Noord, vertegenwoordigd door de voorzitter van de Veiligheidsregio mr. dr. A.G.J.M. Rombouts, hierna te noemen "Veiligheidsregio"; B. De eenheid Oost-Brabant van de politie, vertegenwoordigd door de Politiechef van de eenheid Oost-Brabant, F.J. Heeres, hierna te noemen "Politie"; C. Netbeheer Nederland, Vereniging van Energienetbeheerders in Nederland, vertegenwoordigd door Directeur Netbeheer Nederland drs. L. Knegt, hierna te noemen "Netbeheerder(s)";
Overwegende, dat
1
-
de energiesector door het Kabinet aangemerkt is als vitaal voor de Nederlandse samenleving;
-
de energiebedrijven in het wetgevingstraject van de Wet Veiligheidsregio’s benoemd zijn tot crisispartner van de Veiligheidsregio’s 1;
-
dit Convenant zich beperkt tot transport en distributie van gas en elektriciteit, dus niet de productie van gas en elektriciteit noch de productie, transport en distributie van warmte omvat;
-
Veiligheidsregio's verantwoordelijk zijn voor de voorbereiding op en bestrijding van rampen en crises en hiervoor afspraken moeten maken met crisispartners;
-
het bestuur van de Veiligheidsregio verantwoordelijk is voor de organisatie van de rampenbestrijding en de crisisbeheersing welke wordt vastgelegd in het regionaal crisisplan en waarin tevens de afspraken met crisispartners over risico- en crisisbeheersing worden opgenomen;
-
de Politie in het kader van risico- en crisisbeheersing verantwoordelijk is voor de (uitvoering van) Politieprocessen binnen de rampbestrijding en crisisbeheersing, alsmede taken en verantwoordelijkheden heeft rondom bescherming vitale infrastructuur ten tijde van alertering;
-
het Alerteringssysteem Terrorismebestrijding (Atb) in zichzelf buiten de reikwijdte van het Convenant valt en afspraken in dit kader met de ondertekening van het Convenant dan ook niet wijzigen.
Wet Veiligheidsregio’s - Memorie van Toelichting, Tweede Kamer, vergaderjaar 2006–2007, 31 117, nr. 3, p. 37
-
afstemming en samenwerking tussen de Veiligheidsregio, Politie en de Netbeheerders voor gas en elektriciteit van cruciaal belang zijn om te komen tot een adequate crisispreparatie, respons en nazorg in relatie tot (dreigende) verstoring of uitval van gas of elektriciteit;
-
bij het inventariseren van de onderhavige risico’s een all-hazards-approach2 zal worden gevolgd;
-
partijen het wenselijk achten om gezamenlijk afspraken te maken met betrekking tot rampen en crises gerelateerd aan (dreigende) verstoring of uitval van gas en elektriciteit, zonder elkaars taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, dan wel de wettelijke basis daarvoor, te willen beïnvloeden of over te nemen;
-
partijen afspraken met betrekking tot de voornoemde samenwerking willen vastleggen in een Convenant;
-
bij een landelijke ramp of crisis de landelijke crisisorganisatie in werking treedt, waarover in dit Convenant geen afspraken zijn opgenomen;
-
een regiospecifieke actielijst deel uitmaakt van het Convenant, waarin door de partijen uit te voeren acties zijn opgenomen;
-
ten behoeve van de borging van de afgeronde actiepunten deze geoperationaliseerd worden in de dagelijkse bedrijfsprocessen en in de crisisplannen van partijen;
Spreken partijen met elkaar af: Algemeen Artikel 1
Uitgangspunt Partijen spreken met elkaar af dat zij zich zullen inspannen om de samenwerking tot een succes te maken. Partijen werken samen om de risicobeheersing, rampenbestrijding en crisisbeheersing gerelateerd aan (dreigende) verstoring of uitval van gas en elektriciteit, herstel bij uitval van gas en elektriciteit, voorziene verminderde beschikbaarheid van de voorziening, en bescherming van infrastructuur, te optimaliseren en te operationaliseren.
Artikel 2
Doelen Partijen vergroten de kennis van elkaars organisatie en processen en komen tot daadwerkelijke samenwerking inzake de risicobeheersing en (voorbereiding op de) rampenbestrijding en crisisbeheersing gerelateerd aan (dreigende) verstoring of uitval van gas en elektriciteit, herstel bij uitval van gas en elektriciteit, voorziene verminderde beschikbaarheid van de voorziening, en bescherming van infrastructuur. Wettelijke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden inzake risicoen crisisbeheersing op het gebied van gas en elektriciteit blijven ongewijzigd en worden door het Convenant niet beïnvloed. Reeds bestaande convenanten en afspraken blijven bestaan, tenzij expliciet besloten wordt dat zij vervallen.
2
Het kenmerk van de all-hazards-approach is dat de verschillende typen mogelijke verstoringen, zoals technisch falen, menselijke fouten, calamiteiten, natuurrampen en moedwillige verstoring, in hun onderlinge samenhang bekeken worden.
Artikel 3
Citeertitel Convenant inzake de samenwerking tussen Veiligheidsregio Brabant-Noord, Politie Brabant-Noord en Netbeheerders Endinet, Enexis, Liander, TenneT en Gasunie met betrekking tot risico- en crisisbeheersing in de regio Brabant-Noord.
Artikel 4
Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden De ministers van EL&I en V&J, de landelijke en regionale Netbeheerders en de Veiligheidsregio en Politie hebben (wettelijke) taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden die met dit Convenant ongewijzigd blijven. Zie bijlage 1 voor de belangrijkste taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de genoemde partijen op het gebied van rampenbestrijding en crisisbeheersing.3
Risicobeheersing Artikel 5
Risicobeheersing Ten behoeve van het optimaliseren van de risicobeheersing: - bekijken partijen gezamenlijk de risico's in de regio gerelateerd aan gas en elektriciteit. De Veiligheidsregio verwerkt deze analyse in het regionale Risicoprofiel. - maken Netbeheerder(s) en de Politie afspraken omtrent de bewaking en beveiliging van in de regio gelegen kwetsbare gas- en elektriciteitsgerelateerde objecten.
Communicatie Artikel 6
Risicocommunicatie ("koude fase") - Het bestuur van de Veiligheidsregio draagt er zorg voor dat de bevolking (burgers, bedrijven, instellingen) informatie wordt verschaft over de risico's, voorbereidende en preventieve maatregelen aangaande (dreigende) verstoring of uitval van gas of elektriciteit binnen de Veiligheidsregio. - De Netbeheerders leveren inhoudelijke informatie ten behoeve van de risicocommunicatie door de Veiligheidsregio;
Artikel 7
Crisiscommunicatie ("warme fase") - Zolang het openbaar bestuur nog niet betrokken is bij het incident draagt de bij het incident betrokken Netbeheerder zorg voor de communicatie. - De burgemeester draagt er zorg voor dat de bevolking informatie wordt verschaft over de oorsprong, de omvang en de gevolgen van een ramp of crisis die de gemeente bedreigt of treft, alsmede over de daarbij te volgen gedragslijn. De Veiligheidsregio speelt hierbij een ondersteunende rol. De Netbeheerders leveren inhoudelijke informatie. - Bij een gas- of elektriciteitsgerelateerd incident met een bovenlokaal karakter vindt afstemming plaats tussen de Veiligheidsregio en de regionale en eventueel de landelijke Netbeheerder over (het voorbereiden van) de crisiscommunicatie.
3
Zoals omschreven in de Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing d.d. september 2008, zie ook bijlage 1.
-
In geval van (terreur)dreiging wordt voorlichting en communicatie afgestemd met de verantwoordelijke (landelijke) autoriteiten.
Artikel 8
Melding en alarmering - Partijen maken afspraken over bereikbaarheid ten behoeve van alarmering en melding. - Alarmering en melding van en naar partijen vindt plaats via de (gemeenschappelijke) meldkamer in de Veiligheidsregio en het centrale meldingspunt van de Netbeheerder. - Partijen hebben in bijlage 2 afspraken gemaakt over de aard van meldingen en incidenten waarover zij elkaar dienen te informeren. Het gaat hierbij ook om voorbereidend overleg in geval van exceptionele en substantiële niet-beschikbaarheid van de gebruikelijke reservecapaciteit.
Artikel 9
Noodcommunicatie - Partijen maken afspraken over inzet, gebruik en de procedures ten aanzien van noodcommunicatie.
Leiding en coördinatie Artikel 10
Afstemming planvorming - Bij nieuw te ontwikkelen plannen of wijzigingen van reeds bestaande plannen voor de risico- en crisisbeheersing, op of gerelateerd aan het terrein van gas- of elektriciteit, betrekken en informeren partijen elkaar. - De regionale Netbeheerder wordt door de Veiligheidsregio benaderd om een bijdrage te leveren aan het Beleidsplan, het Crisisplan en het Risicoprofiel van de Veiligheidsregio.
Artikel 11
Vertegenwoordiging regulier overleg ("koude fase") - Partijen maken afspraken over de vertegenwoordiging in elkaars overlegstructuren teneinde de samenwerking te bevorderen.
Artikel 12
Opleiden, trainen en oefenen - Partijen maken capaciteit vrij voor het gezamenlijk ontwikkelen van scenario’s ten behoeve van opleiden, trainen en oefenen, het voorbereiden en evalueren van oefeningen en het implementeren van de verbeterpunten. - Partijen organiseren oefeningen met elkaar en stemmen hun meerjarig oefenbeleid en de planning hiervan op elkaar af.
Artikel 13
Participatie crisisteams ("warme fase") - Liaisons van de regionale Netbeheerder(s) en eventueel de landelijke Netbeheerder maken desgevraagd deel uit van de operationele en bestuurlijke overlegstructuren van de Veiligheidsregio’s. - In overleg met betrokken partijen kan in voorkomende gevallen de werkwijze en het uitbrengen van liaisons anders worden georganiseerd, waaronder het desgevraagd afvaardigen van een liaison van de Veiligheidsregio naar het crisisteam van de (regionale) Netbeheerder.
Artikel 14
Regiogrensoverschrijdend incident - In geval van een regiogrensoverschrijdend incident, waarbij meerdere Veiligheidsregio’s betrokken zijn, organiseert de bronregio, indien
-
gewenst, voor de Netbeheerder(s) één aanspreek- en coördinatiepunt vanuit de verschillende Veiligheidsregio’s. Bij een landelijke ramp of crisis treedt de landelijke crisisorganisatie in werking, waarover in dit Convenant geen afspraken zijn opgenomen. Noodenergie
Artikel 15
Organisatie van noodenergie - De (regionale) Netbeheerder kan bij grootschalige en langdurige onderbrekingen, indien gewenst, coördinerend optreden ten aanzien van het inzetten en aansluiten van de beschikbare noodenergie. Zij doet dit op basis van de prioriteiten, die zijn vastgesteld door het bij het incident betrokken openbaar bestuur. Het leveren van noodenergievoorzieningen is geen verantwoordelijkheid van Netbeheerders en Veiligheidsregio's.
Veiligheid Artikel 16
Veiligheidsmaatregelen - Partijen houden zich over en weer aan de van toepassing zijnde (wettelijke) veiligheidsmaatregelen en richtlijnen. - Partijen maken afspraken over de te hanteren veiligheidsprocedures en maken daarbij gebruik van reeds bestaande landelijk gehanteerde protocollen of richtlijnen. - In geval men niet bekend is met de te hanteren protocollen of richtlijnen vindt overleg plaats met de betrokken partij over de te nemen maatregelen. - In bijlage 2 is een aantal landelijke protocollen en richtlijnen weergegeven.
Informatiemanagement Artikel 17
Werkwijze en informatievoorziening - Partijen informeren elkaar over en weer over relevante ontwikkelingen die voor de samenwerking van belang kunnen zijn, daarbij rekening houdend met de mogelijke vertrouwelijkheid van informatie. - Partijen zorgen ervoor dat de andere Convenantpartijen te allen tijde over de juiste (bereikbaarheid)gegevens kunnen beschikken en dragen zorg voor goed beheer van de aan hen verstrekte gegevens. - Partijen wisselen via op elkaar afgestemde (digitale) standaarden informatie uit en maken hier afspraken over. - Voorgaande gebeurt met inachtneming van de geheimhoudingsverplichtingen van Netbeheerders voor gas en elektriciteit voortvloeiende uit respectievelijk de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet.
Uitwerking Artikel 18
Uitwerkingsvoorstellen (actielijst) - Ten behoeve van de meer concrete uitwerking van de afspraken in dit Convenant wordt een actielijst opgenomen. Deze actielijst is een dynamisch en regiospecifiek document en wordt jaarlijks geactualiseerd middels een gezamenlijk overleg tussen (de vertegenwoordigers van de) directies van de partijen. Daar waar partijen het nodig achten, zal de actielijst worden aangepast.
-
De Veiligheidsregio neemt het initiatief tot het uitwerken van de actielijst. In bijlage 3 is de actielijst opgenomen. De indeling van de actielijst dient consistent te zijn met de artikelgewijze indeling van het Convenant.
Artikel 19
Kosten Partijen dragen elk hun eigen kosten met betrekking tot de uitvoering van de afspraken uit dit Convenant, tenzij anders wordt overeengekomen.
Artikel 20
Inwerkingtreding en looptijd - Dit Convenant treedt in werking na ondertekening door alle in dit document genoemde partijen en geldt voor onbepaalde tijd. - Iedere vier jaar, of eerder indien hiertoe aanleiding is, wordt de actualiteitswaarde van het Convenant door de partijen beoordeeld.
Artikel 21
Beheer - Het Veiligheidsberaad draagt zorg voor het beheer van het Convenant. - Het Veiligheidsberaad en Netbeheer Nederland monitoren de voortgang van de regionale implementatie van het Convenant.
Artikel 22
Wijziging of beëindiging - Indien één (of meerdere) van de partijen wijzigingen wil aanbrengen in de afspraken binnen de actielijst, treden de partijen hiertoe met elkaar in overleg. - Indien één (of meerdere) van de partijen wijzigingen wil aanbrengen in het Convenant, wordt het voorstel ter goedkeuring voorgelegd aan het Veiligheidsberaad, het Korpsbeheerdersberaad, Netbeheer Nederland en het ministerie van EL&I. - Iedere partij kan de in dit Convenant gemaakt afspraken beëindigen. Zij doet dit middels een schriftelijke, gemotiveerde mededeling aan de andere partijen, waarna de partijen met elkaar in overleg treden.
Ondertekening Aldus overeengekomen en in viervoud getekend te Den Bosch op 3 april
Veiligheidsregio Brabant-Noord
Eenheid Oost-Brabant Politie
Voorzitter bestuur Veiligheidsregio Brabant-Noord mr. dr. A.G.J.M. Rombouts
Politiechef van de eenheid Oost-Brabant F. J. Heeres
Netbeheer Nederland
Plv.directeur Netbeheer Nederland
drs. M. Halma
Bijlage 1. In deze bijlage staan, zonder te pretenderen volledig te zijn, de belangrijkste taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van verschillende partijen inzake de rampenbestrijding en crisisbeheersing op het gebied van gas en elektriciteit. In onderstaande figuur staan in één oogopslag de verbanden binnen en tussen de algemeen-bestuurlijke kolom en de functionele kolom. Bestuurlijke netwerkkaart elektriciteit & gas Bron: Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing, april 2012 (4e druk). crisistypen
• • •
onderbreking levering elektriciteit onderbreking levering gas schaarste aan gas (in de EU)
bevoegd gezag
• • •
Europese Commissie minister EL&I burgemeester of voorzitter veiligheidsregio (alleen ten aanzien van de gevolgen van een onderbreking)
soorten maatregelen
• • •
eigen maatregelen netbeheerder maatregelen door minister EL&I jegens sector interventie Europese Commissie ten aanzien van maatregelen door de minister verdeling van elektriciteit en gas bij schaarste maatregelen ten aanzien van de gevolgen van een onderbreking
• •
Leveranciers vervullen in de responsfase geen rol, aangezien zij geen bemoeienis hebben met het transport in technische zin.
Eigen maatregelen •
Een netbeheerder treft zo nodig eigen herstelmaatregelen bij onderbreking van de levering.
Elektriciteit: afschakelen en herstel
Netbeheerders •
Zowel voor elektriciteit als gas is het beheer van het distributienet in handen van een landelijk netbeheerder en een aantal regionale netbeheerders: – –
–
–
–
•
a. openbare orde en veiligheid, volksgezondheid
TenneT is de beheerder van het landelijke hoogspanningsnet.
b. kritische processen industrie, nutsen basisvoorzieningen
Gas Transport Services (GTS), een zelfstandig dochter van de Gasunie, is de beheerder van het landelijk gastransportnet. TenneT kan zelfstandig maatregelen treffen ter handhaving van de energiebalans. GTS kan zelfstandig maatregelen treffen om het landelijk gastransportnet in evenwicht te houden. Afschakelen is nog nooit voorgekomen en zal vanwege ontploffingsgevaar na aansluiting zo mogelijk worden voorkomen. Netbeheer is onafhankelijk van de levering van elektriciteit of gas.
Voor het af- en aanschakelen van afnemers is een prioriteitsvolgorde voorgeschreven, verder uitgewerkt in afschakel- en herstelplannen:
c. overige industrie, openbare gebouwen, bedrijven en consumenten •
Het afschakelen vindt snel plaats conform het afschakelplan. Er is geen tijd voor ad hoc prioritering. Uitzondering daarop is verdeling van elektriciteit op nationaal niveau bij beperkte beschikbaarheid, zie hierna onder minister van EL&I.
Gas: afschakelen en herstel
•
•
Voor het eventuele af- een aanschakelen van afnemers is geen prioriteitsvolgorde voorgeschreven (voor uitzonderingen, zie hierna), omdat beslissingen over preventief afschakelen bij gas niet binnen korte tijd hoeven te worden genomen; er is sprake van een buffercapaciteit in tegenstelling tot elektriciteit. Verder is het bij gas technisch onmogelijk om bepaalde objecten af te schakelen omdat na een gasontvangststation geen selectie meer wordt gemaakt.
beïnvloeden,dat dit strijdig is met het gemeenschappelijk belang. •
–
instandhouding van de gasstroom binnen de interne markt niet treffen van maatregelen die de gasleveringssituatie in een andere lidstaat ernstig in gevaar zouden kunnen brengen
Bepaalde vitale diensten waarvan de continuïteit direct afhankelijk is van de gasvoorziening, zoals grote gasgestookte elektriciteitscentrales, zullen wel voorrang krijgen. Met afnemers die direct op het landelijk gastransportnet zijn aangesloten kunnen afspraken worden gemaakt
–
Minister van EL&I
De Commissie kan niet beschikken over nationale gasvoorraden, maar middels deze aanpak worden niet-solidaire unilaterale maatregelen van lidstaten tegengegaan.
•
De minister van EL&I kan aan een netbeheerder bij taakverwaarlozing de opdracht geven een voorziening te treffen.
•
De minister van EL&I kan op grond van zijn noodbevoegdheden verdelingsmaatregelen treffen bij een beperkte beschikbaarheid van elektriciteit of eventueel gas, zie de bestuurlijke netwerkkaart schaarste algemeen.
–
De Europese Commissie kan optreden indien een lidstaat maatregelen treft ten aanzien van de levering van elektriciteit of gas ten tijde van een crisis: –
–
Indien een lidstaat ‘bij een plotseling crisis op de energiemarkt’ of bij een bedreiging van de openbare veiligheid of het netwerk en de installaties maatregelen treft, meldt hij dit meteen aan de Europese Commissie en aan de overige lidstaten. De Commissie kan besluiten dat de betrokken lidstaat de maatregelen dient aan te passen of in te trekken, voor zover zij de concurrentie zodanig verstoren en het handelsverkeer dermate ongunstig
instandhouding grensoverschrijdende toegang tot infrastructuur
Deze aanpak voorziet verder in het doen van meldingen en in coördinatie van maatregelen in Europees verband.
•
Het algemene mechanisme voor bijstand bij rampen (via het MIC – Waarnemingsen informatiecentrum / Monitoring and Information Centre) kan ook hier worden benut, zie de bestuurlijke netwerkkaart rampenbestrijding algemeen & handhaving openbare orde. Burgemeester en voorzitter veiligheidsregio
Europese Unie •
Vanwege de toenemende afhankelijkheid van de invoer van gas en het risico van maatregelen door lidstaten bij een verstoring van de levering waarbij onvoldoende rekening wordt gehouden met andere lidstaten, is een Europese aanpak van crises ontwikkeld die met name toeziet op:
•
Samenwerking tussen de sectoren elektriciteit en gas, veiligheidsregio’s en politieregio’s is en wordt vastgelegd in convenanten.
•
Conform dit convenant nemen liaisons van de regionale netbeheerder(s) en eventueel van de landelijke netbeheerder desgevraagd deel aan het regionaal beleidsteam; dit kan ook anders zijn georganiseerd bijvoorbeeld dat een liaison van de veiligheidsregio deelneemt aan het crisisteam van de (regionale) netbeheerder.
•
In geval van een regiogrensoverschrijdend incident, waarbij meerdere veiligheidsregio’s betrokken zijn, organiseert de bronregio, indien gewenst, voor de netbeheerder(s)
één aanspreek- en coördinatiepunt vanuit de verschillende veiligheidsregio’s. •
De burgemeester of voorzitter veiligheidsregio heeft geen invloed op het functioneren van de sectoren zelf (de continuïteit van de levering): overheidsinterventie in de sectoren elektriciteit en gas is gecentraliseerd (minister EL&I / Europese Commissie).
•
De burgemeester of voorzitter veiligheidsregio is alleen verantwoordelijk voor de aanpak van de effecten voor openbare orde en openbare veiligheid: zorg voor de bevolking, eventuele vordering van noodstroomaggregaten (instellingen zijn zelf verantwoordelijk voor het regelen van noodstroom, zo nodig kan het openbaar bestuur een interventie plegen ter ondersteuning daarvan), eventuele instelling van een avondklok bij een blackout en dergelijke. Noodstroomaggregaten
•
De elektriciteitssector zelf draagt geen zorg voor noodstroomaggregaten (vergelijk: anders dan de voorziening van nooddrinkwater door drinkwaterbedrijven). Instellingen zijn daar zelf verantwoordelijk voor, maar waar nodig zal het openbaar bestuur ondersteunen en een interventie plegen, zie hierboven.
•
Volgens het convenant veiligheidsregio/politieregio – gas en elektriciteitssectoren kan de (regionale) netbeheerder bij grootschalige en langdurige onderbrekingen, coördinerend optreden ten aanzien van het inzetten en aansluiten van de beschikbare noodstroomaggregaten. Zij doet dit op basis van de prioriteiten, die zijn vastgesteld door het openbaar bestuur. Koelwater
•
De lozing van koelwater van elektriciteitsproductiecentrales – en daarmee de productie van elektriciteit – wordt beperkt door de temperatuur van het oppervlaktewater.
•
De mogelijkheid om tijdelijk af te wijken van de normale voorschriften in de watervergunning is in de vergunning zelf opgenomen. Indien geen
watervergunning is vereist en dus algemene regels gelden, kan bij zogenoemd maatwerkvoorschrift worden afgeweken van de algemene regels voor het lozen van koelwater.
functionele ketens elektriciteit en gas
algemene keten
Europese Commissie
minister V&J
minister EL&I cdK
landelijke netbeheerder, elektriciteit: TenneT gas: GTS
producent
burgemeester of voorzitter veiligheidsregio
netbeheerder
bevolking Informatie en afstemming Bijstand Maatregelen jegens bevolking/bedrijven Oproep, Tennet aan producent inzake inzet vermogen, zo nodig het geven van een opdracht daartoe Bestuurlijk toezicht, tevens onderlinge informatie Maatregelen door EU
NB 1. Leveranciers staan niet vermeld, aangezien zij in de responsfase geen rol vervullen. NB 2. Een rijksheer van EL&I vervult geen rol ten aanzien van elektriciteit en gas.
VR BN Convenant gas en elektriciteit
11
Bijlage 2: Meldingscriteria en veiligheidsrichtlijnen Meldings- en alarmeringscriteria incident of calamiteit De regionale Netbeheerder informeert de Veiligheidsregio bij incidenten m.b.t.: • Elektriciteit: Bij uitval/verstoring van de elektriciteitsvoorziening in het middenspanningsnet (MS tot 25kV) of hoogspanningsnet (HS > 25kV) met een verwachte duur van meer dan 15 minuten, zo mogelijk met opgave van het getroffen gebied. • Gas: Bij uitval/verstoring van de gasvoorziening die gepaard gaat met brand of explosie, of met een dreiging van een explosie. • De landelijke netbeheerder Gasunie informeert de veiligheidsregio (via de GMK) bij voorgenomen grote afblaasacties die mogelijk geluidsoverlast en milieuhinder kunnen opleveren. Kleine afblaasacties van geringe omvang worden niet gemeld. Meldingscriteria bij substantiële niet-beschikbaarheid Tijdens de reguliere bedrijfsvoering binnen de Elektriciteit- of Gasnetten kan er sprake zijn van een langdurig verminderde beschikbaarheid van reserve capaciteit. Hoewel niet direct van invloed op de energievoorziening kan deze verminderde beschikbaarheid in combinatie met een gelijktijdige storing tot zeer grote maatschappelijke effecten leiden. Als de regionale Netbeheerder een dergelijke exceptionele situatie onderkent, zal zij ter preparatie van hulpdiensten en vitale/gevoelige grote afnemers deze situatie melden aan de Veiligheidsregio. Landelijke veiligheidsprotocollen en richtlijnen Voor het blussen van branden in de nabijheid van hoogspanningslijnen hanteren de betrokken Netbeheerders het “algemeen protocol inzet brandweer bij calamiteiten nabij hoogspanningslijnen” Dit protocol is in samenwerking met Netbeheerders opgesteld door het IFV (destijds:NIFV/NIBRA) . Voor het veilig werken in de nabijheid van aardgasbuisleidingen hanteren de betrokken Netbeheerders de “Handreiking buisleidingincidenten” uitgegeven door het ministerie van Veiligheid en Justitie.
VR BN Convenant gas en elektriciteit
12
Bijlage 3: Actielijst Behorend bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio Brabant-Noord, Politie Brabant-Noord en Netbeheer Nederland Inleiding In het Convenant zijn artikelsgewijs zaken overeen gekomen en vastgelegd voor de toekomst, welke als actiepunten, congruent aan de artikelen in het Convenant, nader zijn uitgewerkt. Dit document voorziet in de realisatie van die actiepunten.
Art.
Actiepunt
Art 2
Doelen Er worden themabijeenkomsten georganiseerd, waardoor de kennis van elkaars organisatie en processen wordt vergroot. Dit moment wordt ook aangegrepen om te oefenen.
Art 5
Art 6
Art 7
Art 8
Art 9
Risicobeheersing De Veiligheidsregio vraagt de Netbeheerder om informatie ten behoeve van het regionaal Risicoprofiel. De Netbeheerder stelt deze informatie actief beschikbaar. Behalve A-objecten vindt een inventarisatie plaats van andere kwetsbare objecten en worden hieromtrent afspraken gemaakt tussen de netbeheerders en de politie. Risicocommunicatie (koude fase) De afdeling communicatie van de VR neemt contact op met de partijen over afspraken over risicocommunicatie. Crisiscommunicatie (warme fase) Veiligheidsregio en netbeheerders gaan: • Werkafspraken maken over crisiscommunicatie bij gas en elektriciteit gerelateerde incidenten, waaronder taken en rollen. • Afstemmen van de voorlichtings- en communicatiescenario’s van de netbeheerders en de Veiligheidsregio. Melding en alarmering De Partijen zorgen ervoor zelf voor dat bij het GMC de meest actuele bereikbaarheidsgegevens bekend zijn. Noodcommunicatie • De meldkamers van de netbeheerders zijn bereikbaar via Nood Communicatie Voorziening (NCV) • De meldingscriteria van bijlage 2 van het convenant zullen hierbij worden gehanteerd. • Bij uitval van de reguliere telefoonlijnen kunnen de netbeheerders, als gelieerd gebruiker, gebruik maken van C2000 voor intern gebruik als noodcommunicatiemiddel. Er wordt bezien of hier aanvullende werkafspraken voor dienen te worden
VR BN Convenant gas en elektriciteit
Tijdpad/ deadline
Eigenaar
3-jaarlijks en naar behoefte
Veiligheidsregio
Gereed
Q3 2013
Netbeheerders / politie
Q4 2013
Veiligheidsregio
Q4 2013
Veiligheidsregio
Q4 2013
Veiligheidsregio
Q2 2013
Veiligheidsregio
Gereed
Veiligheidsregio
Q1 2013 Q2 2013
13
Art.
Actiepunt
Tijdpad/ deadline
Eigenaar
zie meerjaren plan VR
Veiligheidsregio
Jaarlijks
Veiligheidsregio
Jaarlijks
Veiligheidsregio
gemaakt. Art 10
Art 11
Art 12
Art 13
Art 14
Afstemming planvorming Het rampbestrijdingsplan Gasunie en de coördinatieplannen uitval energie worden 3-jaarlijks beoordeeld op herziening volgens de meerjarenplanning operationele plannen VR BN. Vertegenwoordiging regulier overleg (koude fase) Partijen worden uitgenodigd voor een jaarlijks terugkerend overleg (zie ook art. 18). Naast de andere genoemde overleggen in dit convenant is verdere vertegenwoordiging in elkaars overlegstructuren niet nodig. Opleiden, trainen en oefenen • De Veiligheidsregio stelt jaarlijks de multidisciplinaire oefenjaarkalender (inclusief meerjarenprogramma) vast. De netbeheerders worden bij het opstellen van dit jaarprogramma betrokken, zodat in een vroegtijdig stadium oefenwensen inzichtelijk zijn en gezamenlijke oefeningen georganiseerd kunnen worden. De oefenfrequentie staat niet vast, maar is afhankelijk van de oefenkalender. • Door de veiligheidsregio wordt een themabijeenkomst georganiseerd met onder andere als doel het delen en uitwisselen van kennis over de crisisorganisatie van de partijen. Participatie crisisteams (warme fase) • De netbeheerders hebben binnen de eigen organisatie liaisons aangewezen die in voorkomende gevallen zullen participeren in het CoPI, ROT en (R)BT. Voor Endinet dient hierin nog te worden voorzien op CoPI-niveau. • De taken, rollen en bevoegdheden van deze liaisons worden expliciet beschreven. • De toegang tot het RCC voor deze sleutelfunctionarissen is geregeld, maar er behoefte aan een check. Regiogrensoverstijgende incidenten • Bij een regiogrens overschrijdend gas of stroom gerelateerd incident treedt de Veiligheidsregio met die collega regio’s in contact welke onder hetzelfde leverings- en distributiegebied van de netbeheerders vallen om afspraken te maken over één aanspreeken coördinatiepunt voor en namens de netbeheerders. Hierbij geldt als uitgangspunt dat de “bronregio” het aanspreek- en coördinatiepunt naar de netbeheerders vormt en dat hier ook de vertegenwoordiging van de netbeheerders in de crisisoverleggen plaatsvindt. Van hieruit vindt situationele afstemming met de effectregio plaats.
VR BN Convenant gas en elektriciteit
Veiligheidsregio 3-jaarlijks
Q2 2013
Endinet
Gereed
netbeheerders
Q1 2013
Veiligheidsregio
Gereed
Veiligheidsregio / netbeheerders
14
Art.
Actiepunt •
Art 15
Art 16
Art 17
Art 18
De Veiligheidsregio wisselt haar Risicoprofiel uit met buurregio's (ook landoverschrijdend).
Noodenergie • De netbeheerders maken inzichtelijk hoe snel tijdens het incident hoeveel noodenergie beschikbaar is. • In het gemeentelijk draaiboek "Voorzien in primaire levensbehoefte" zijn de maatregelen bij het uitvallen van nutsvoorzieningen beschreven. Veiligheid • Veiligheidsregio en Netbeheerder(s) sluiten zoveel mogelijk aan bij bestaande afgestemde protocollen ten aanzien van optreden van hulpverleners (vooral brandweer), bij hoge druk gasleidingen en objecten van krachtstroom. • De netbeheerders houden de veiligheidsregio, via de regionale brandweer, op de hoogte ven veranderingen in deze protocollen. • De veiligheidsregio zorgt ervoor dat, via de regionale brandweer, deze veranderingen bij de relevante hulpverleners binnen de veiligheidsregio worden bekend gemaakt. Werkwijze en informatievoorziening • In het geval er sprake is van beleids- en/of wetswijzigingen informeren en overleggen de partijen onderling. • De netbeheerders leveren actuele operationeel relevante informatie aan t.b.v. netcentrisch werken. • De veiligheidsregio maakt met de netbeheerders afspraken over hoe praktisch om wordt gegaan met netcentrisch werken. Uitwerkingsvoorstellen De actielijst wordt ten minste jaarlijks geactualiseerd tijdens een regulier overleg. Dan vinden ook eventueel aanvullende afspraken over borging plaats.
VR BN Convenant gas en elektriciteit
Tijdpad/ deadline Gereed
Eigenaar
Gereed
Veiligheidsregio (Bevolkingszorg)
Gereed
Veiligheidsregio
Continu
netbeheerders
Continu
Veiligheidsregio
Continu
Veiligheidsregio / netbeheerders
Q2 2013
netbeheerders
Q2 2013
Veiligheidsregio
Jaarlijks in Q4
Veiligheidsregio / netbeheerders
Veiligheidsregio
15