Onafhankelijk vakblad voor lassen, lijmen en snijden | Nummer 7/8 - juli 2012
Deze maand Achielle, de ambachtelijke retrofiets uit West-Vlaanderen Digitale beeldcorrelatie ondersteunt mechanische lasbeproeving Niet doemdenken maar investeren in oplossingen
VOORWOORD
juli 2012
Winnaars g gaan aan voor materiaal het beste te ma ateriaal t
Colofon www.vakbladlastechniek.nl Uitgave Lastechniek wordt uitgegeven in opdracht van het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) en het Belgisch Instituut voor Lastechniek (BIL). Redactie Bert de Jong, Fleur Maas, Rolf Mul, Leo Vermeulen, Bart Verstraeten, Margriet Wennekes, Henk Zandvliet Eindredactie Margriet Wennekes, Leo Vermeulen (techniek) Uitgever Bert de Jong Advertentie-exploitatie Con-Sell, Rolf Mul T 06 12 50 90 58, E
[email protected] Redactieadviesraad Erik Anschütz, Paul Barendse, Ruud van Bezooijen, Tim Blok, Marijke Damen, Leen Dezillie, René Elfering, Rob Helmich, Marcel Hermans, Michel van ‘t Hof, Piet van der Horst, Michael Jak, Pieter Keultjes, Marco Kraaijeveld, Maurice Mol, Ed Mulder, Jeroen Olde Benneker, Frank Smit, Wil van der Stap, Erik Steenkist, Fred Vasquez, Tony van der Veldt, Adriaan Visser Adressen Nederlands Instituut voor Lastechniek Postbus 190, 2700 AD Zoetermeer T 088 400 85 60, E
[email protected] www.nil.nl Belgisch Instituut voor Lastechniek vzw Technologiepark 935, B-9052 Zwijnaarde, België T +32 9 292 14 05, F +32 9 292 14 01, E
[email protected] www.bil-ibs.be OPUS communicatie-ontwerp Fruitweg 24 j, 2321 GK Leiden, T 071 589 56 44, F 071 541 41 50 E
[email protected] www.opus-co.nl Voor het verzenden van grote bestanden kunt u gebruik maken van: https://vakbladlastechniek.wetransfer.com Abonnementen Binnenland € 62,50 (particulier op privé-adres); € 98,75 (bedrijf) en € 31,25 (studenten en senioren). Voor abonnementen in België kunt u contact opnemen met
[email protected] Overig buitenland € 116,50 (op bedrijfsnaam). Prijzen zijn excl. BTW.
Wie wil winnen moet naast wilskracht ook kunnen vertrouwen op goed materiaal, waarmee je de concurrentie voor kunt blijven. Vaanuit die visie ontwikkelt en levert Vaalk Welding lasrobotsystemen en lasbenodigdheden voor de metaalindustrie. Hun klanten behoren dan ook stuk voor stuk tot de succesvolste ondernemingen in de industrie.
Lastechniek verschijnt elf keer per jaar en wordt toegezonden aan deelnemers van het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) en het Belgisch Instituut voor Lastechniek (BIL) en andere geïnteresseerden en belanghebbenden in de verbindingstechniek. Voor vragen over abonnementen kunt u terecht bij het NIL. Het abonnement geldt voor een geheel jaar. Opzeggingen per aangetekend schrijven vóór 1 oktober van het lopende jaar. Verzendadres wijzigen? Stuur dan het etiket met verbeterd adres retour. Al onze advertentiecontracten worden afgesloten conform de regels voor het Advertentiewezen gedeponeerd bij de rechtbanken in Nederland. Ontwerp en lay-out Bert de Jong, OPUS communicatie-ontwerp, Leiden. Drukwerk Veldwijk Van Loon, Waddinxveen.
Ook uw lasproductie automatiseren met een hoger rendement? Bel Vaalk Welding! Va alk Welding e BV Alblasserdam tel. +31 (0)78 69 170 11 info@valkwelding .com www.valkwelding .com
op vakantie
Als deze editie van Lastechniek op uw deurmat valt, bent u wellicht bezig met de voorbereidingen voor uw welverdiende vakantie. Realiseert u zich dat lastechniek u zelfs tijdens uw vakantie achtervolgt? Daarmee bedoel ik niet het vakblad, maar de lastechniek zelf. Let u er voor de aardigheid maar eens op. Of u nu op reis gaat met de auto, de bus, de trein of het vliegtuig, al deze vervoermiddelen hebben gelaste onderdelen in zich, net als de vele architectonische bruggen die u passeert. Verblijft u in een hotel? Ook dit is veelal opgebouwd uit een gelaste stalen constructie. Misschien trekt u er wel op uit met de fiets, of u gaat lekker op een stoeltje voor uw tent of bungalow genieten van het mooie weer. U slentert over de boulevard en pakt een krantje uit een rek. Veel van deze producten zijn gelast, net als de tafels en stoelen van het terrasje waarop u neerstrijkt. Als u erop gaat letten, ontdekt u dat lastechniek overal om u heen aanwezig is. Maar al deze lasconstructies moeten natuurlijk wel veilig zijn. Zeker als het gaat om vervoermiddelen, bruggen en andere bouwwerken, kunnen de gevolgen rampzalig zijn als de lasverbindingen niet deugen. In deze Lastechniek besteden we aandacht aan het beproeven van gelaste constructies en het voorkomen van vermoeiingsschade. In de praktijk blijkt vermoeiing nog steeds een moeilijk te beheersen fenomeen. Een lasser, een lasinspecteur en een schadeonderzoeker gingen hierover met elkaar in gesprek, waaruit bleek dat goede communicatie minstens zo belangrijk is als goed vakmanschap. Gelukkig hebben we inmiddels veel geleerd van fouten uit het verleden en komen er steeds betere technieken om constructies te onderzoeken en te versterken. Het NIL blijft zich samen met internationale partners inzetten voor goede lastechnische opleidingen en kwaliteitsborging, zodat u met een gerust hart en een veilig gevoel op vakantie kunt gaan.
Hoewel de informatie gepubliceerd in deze uitgave zorgvuldig is uitgezocht en waar mogelijk gecontroleerd, sluiten de uitgever en de redactie uitdrukkelijk iedere aansprakelijkheid uit voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheid van de verstrekte gegevens.
Namens de redactie wens ik u een mooie zomer!
©2012 Overname van artikelen is slechts mogelijk na verkregen schriftelijke toestemming van de uitgever.
Henk Zandvliet directeur Nederlands Instituut voor Lastechniek
Volg LASTECHNIEK op twitter:
@VBLASTECHNIEK
Veilig
P E O ] R P O [
Inhoud #7/8 juli 2012
5xBeter: samen voor Zambia 5xBeter gaat over de grens. Naar Zambia om precies te zijn. De verbetercoaches zetten zich vrijwillig in om jongeren daar een betere toekomst te bieden. Natuurlijk door verbetering van de arbeidsomstandigheden. Maar ze willen nog veel meer doen. Uw hulp en inzet zijn daarbij meer dan welkom. 5xBeter zoekt bijvoorbeeld machines en hulpmiddelen die u niet meer gebruikt, maar die in Zambia al een enorme verbetering betekenen. De verbetercoaches checken uiteraard wel of deze machines veilig genoeg zijn. Verder is er behoefte aan persoonlijke beschermingsmiddelen, financiering voor het vervoer naar Zambia en mensen die ter plaatse lessen en instructie willen geven. Wilt u meer weten of meedoen? Neem dan contact op met 5xBeter via
[email protected], de Verbeterlijn: 0800 - 5555 005 of rechtstreeks met uw verbetercoach.
LASTECHNIEK is een uitgave van OPUS communicatie-ontwerp i.o.v. het Nederlands Instituut voor Lastechniek en het Belgisch Instituut voor Lastechniek www.vakbladlastechniek.nl
04 12 16 20 24 26
Vanuit de verbindingswereld Waardoor falen metalen constructies? Voorkomen van vermoeiingsschade vereist bundeling van krachten Achielle, ambachtelijke retrofiets uit West-Vlaanderen Nieuwe NIL-bedrijfsdeelnemers Schrootstrijd: op het scherp van de snede
12
28 32 33 34 36 37 38
We hebben deze fiets nog niet in productie; alleen al het maken van de velgen is heel arbeidsintensief.
Download CLIC2C® op uw smartphone in de app store voor iPhone of Android en scan de afbeeldingen met dit logo om toegang te krijgen tot audiovisuele informatie en meer.
20
26 Cover: OPUS, met dank aan Dija Oostcolor
Digitale beeldcorrelatie ondersteunt mechanische lasbeproeving De lasgroepen en hun agenda De vakantie van Willem de Welder ITW investeert in oplossingen De lasser van de maand Nieuwe NIL-bedrijfsdeelnemers (vervolg) Brancheregister
34
LASBERICHTEN
juli 2012
Nieuwe gezichten bij het NIL Het Nederlands Instituut voor Lastechniek is onlangs versterkt met twee nieuwkomers: Raymond van Mosel en Marchel Kaspers. Wat zijn hun achtergronden en ambities? Een korte kennismaking. Raymond van Mosel (1977) is sinds 1 februari Hoofd Opleidingen bij het NIL. Van Mosel is afkomstig van de Haagse Tramweg Maatschappij (HTM) waar hij projectleider en lasdeskundige was. In die functie stuurde hij zowel aannemers als de interne HTM-lasploeg aan. Van Mosel had een mooie tijd bij HTM.
juli 2012
LASBERICHTEN
FME blij met welkom voor werknemers van buitenlandse bedrijven FME is verheugd over het besluit van minister Kamp van SZW een pilot in te stellen die een einde moet maken aan de rompslomp bij het laten overkomen van werknemers van partnerbedrijven van buiten de EU. FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming-Bluemink: “Deze pilot is een geweldige eerste stap in het wegnemen van een van de grootste ergernissen van internationaal opererende bedrijven.”
Veel tijd en gedoe Met ingang van 2 april is het NIL versterkt met Lastechnisch Adviseur Marchel Kaspers (1964). Kaspers, die over veel praktijkervaring beschikt, richt zich in zijn nieuwe functie op de advisering en consultancywerkzaamheden voor bedrijven, lasgroepen en scholen op het gebied van opleidingen en certificeringen.
Overstap Toch koos hij bewust voor een overstap naar het NIL. Waarom? “Ik was altijd al geïnteresseerd in opleidingen. Ik heb zelf ook een flink aantal NIL-opleidingen gevolgd, vooral de hogere kaderopleidingen. Ik ken daarom de sterke en de zwakke punten van de opleidingen en werk graag aan de verdere verbetering ervan.” De NIL-opleidingen zijn van grote waarde, vindt Van Mosel. “Ze helpen je niet alleen bij het oplossen van lastechnische problemen, maar je bouwt er ook mooie netwerken mee op.” Wat ziet het nieuwe Hoofd Opleidingen als zijn grote uitdaging voor de komende jaren? “Ik wil graag een rol spelen bij het verder bekend maken van de verschillende opleidingen bij de lassende industrie en het verder stroomlijnen van de werkprocessen bij het NIL. Opleidingen vormen een cruciaal onderdeel van het NIL en spelen een belangrijke rol bij de kwaliteitsborging binnen de lassende industrie. Een fout herstellen is altijd kostbaarder dan iets in één keer goed doen”, weet Van Mosel. “De opleidingen moeten dan ook van het allerhoogste niveau zijn en blijven.” Hij hoopt dat het NIL in de toekomst steeds meer een kenniscentrum wordt voor alle lassende bedrijven en opleidingsinstituten.
4
Marchel is afkomstig van groothandelsbedrijf Lastechniek Europa, waar hij negen jaar werkzaam was als Manager Techniek en Hoofd Certificering en Opleiding. Met name de laatste jaren was hij actief bij de ontwikkeling van het geautomatiseerd lassen van on- en offshore projecten, zowel in binnen- als buitenland. Daarvoor was hij veertien jaar lasinstructeur. “Belangrijkste taak voor mij is het op een hoger plan brengen van bedrijven en scholen”, aldus Kaspers. “Bij het NIL is veel theoretische kennis aanwezig, maar met mijn praktische ervaring en in mijn consultancyachtige rol wil ik de aansluiting met de markt verbreden. Voorlichting, training en het organiseren van workshops spelen daarin een voorname rol. Daarmee bouw je ook een relatie op met de markt.” Kaspers gaat bedrijven en scholen begeleiden met het afnemen van lasmethodekwalificaties. Dit najaar starten er nieuwe workshops. “Daarbij zitten onder meer de workshops over het visueel beoordelen van laswerk volgens de norm NENEN-ISO 5817, NIL-WPSelect en laskwaliteitssystemen zoals NEN-EN-ISO 3834 en NEN-EN 1090”, kondigt hij aan. De nieuwkomer voelt zich helemaal in zijn element bij het NIL. “Certificering, advisering, consultancy en bedrijven helpen bij het oplossen van theoretische en praktische problemen - ik heb een prachtige functie!”
Als voorbeeld noemt de FME-voorzitter de scheepsbouw, waarin het gebruikelijk is dat inspectieteams van de buitenlandse klant de voortgang tot en met de tewaterlating komen volgen. Ook in andere sectoren van de technologische industrie is de komst van werknemers van buitenlandse klanten of partnerbedrijven nodig. Zo hoort bij de levering van complexe machines ook het geven van trainingen aan medewerkers van de buitenlandse afnemer. Hoewel het hierbij niet gaat om het invullen van openstaande vacatures, wordt toch een tewerkstellingsvergunning verplicht gesteld om deze medewerkers naar Nederland te laten overkomen. De aanvraag daarvan kost bedrijven veel tijd en veel gedoe.
Klantvriendelijk De pilot waartoe nu is besloten moet een eenvoudiger en klantvriendelijker systeem inluiden. “Als bijvoorbeeld een Chinees bedrijf bereid is 100 miljoen te investeren in een samenwerking met een Nederlandse partner, dan wil je ze niet frustreren met zinloze regels en verplichtingen.” FME heeft in de afgelopen maanden samen met SZW en een aantal bedrijven de voorstellen uitgewerkt die tot de pilot hebben geleid. Bedrijven met een jaaromzet vanaf 50 miljoen euro hoeven in de komende twee jaar geen tewerkstellingsvergunning aan te vragen voor mensen van buiten de EU als het gaat om een order van meer dan 5 miljoen euro. Melding bij het UWV volstaat. “Nu worden deze bedrijven niet langer opgezadeld met een enorme papierwinkel die niet alleen sterk vertragend werkt, maar die ook een belangrijke belemmering is voor internationaal zakendoen.” www.fme.nl
5
LASBERICHTEN
juli 2012
Nieuwe installatie geautomatiseerdTIG-lassen met koude draadaanvoer voor Chromalloy waarborgen. De focus lag vooral op reproduceerbaarheid van ingestelde lasparameters en verhoging van het gebruikersgemak", aldus René Nouwens, Process Specialist Welding. "In goed overleg met Multiweld, een van onze leveranciers, en Lorch Schweisstechniek GmbH, fabrikant van de nieuwe apparatuur, is de nieuwe installatie gerealiseerd."
Chromalloy te Tilburg heeft onlangs een nieuwe installatie in gebruik genomen voor het TIG-oplassen met koude draadaanvoer van nikkelbasismateriaal ten behoeve van onderdelen van vliegtuigturbinemotoren. Multiweld te Barendrecht heeft samen met Lorch de installatie geleverd.
Jobs Met de nieuwe installatie kunnen alle complexe parameters voor lassen, draaien en koude draadaanvoer worden geprogrammeerd in een taal naar keuze en worden opgeslagen in zogenaamde Jobs. Het unieke hiervan is dat opgeslagen Jobs aan elkaar gekoppeld kunnen worden zodat de operator bij een herhaalopdracht met één druk op de knop alle parameters weer direct voorhanden heeft. Dit zorgt onder meer voor reproduceerbaarheid en een hogere lasprocesefficiëntie.
Vliegtuigmotoren Met vele vestigingen wereldwijd, is Chromalloy een bedrijf dat voor verschillende luchtvaartmaatschappijen vliegtuigmotoronderdelen vervaardigt, repareert, restaureert en/of voorziet van coatinglagen. De vestiging in Tilburg gebruikt voor het dimensioneel restaureren van een aantal vliegtuigmotoronderdelen onder meer het TIG-lasproces met koude draadaanvoer. "Na vele jaren van trouwe dienst, was de bestaande installatie toe aan vervanging, om een zo betrouwbaar mogelijk lasproces te
AVC-regeling De installatie bestaat onder andere uit een laskolom met AVC-regeling, een 300 A DC-stroombron en een koude draadaanvoersysteem. De AVC-regeling (Arc Voltage Control) maakt het mogelijk om meerdere lagen in één keer te kunnen oplassen zonder start/stops, doordat de afstand tussen wolfraamelektrode en werkstuk constant wordt gehouden. Dit is erg belangrijk voor de kwaliteitsbeheersing bij het oplassen van hoogwaardige legeringen zoals nikkelbasislegeringen. De Lorch synchro-pulsfunctie zorgt er bij het pulserend DC-lassen voor dat de piekstroomfase en de grondstroomfase gekoppeld worden aan de hoeveelheid koude draadaanvoer (bij hoge lasstroom meer draad en bij lagere lasstroom minder draad), waardoor een meer optimale beheersing van het smeltbad wordt bereikt. www.chromalloy.com www.multiweld.com www.lorch.eu
advertentie
Workshop Aluminium lassen 6
Voor meer informatie en inschrijven:
LASBERICHTEN
juli 2012
KWH Holland
verlaagt kostprijs met laserlassen
KWH Holland uit Buren, producent van nevelspuitmachines voor gewasbescherming, zocht naar mogelijkheden om de kostprijs voor de fabricage van blowerhuizen te reduceren. Productie in lagelonenlanden leek in eerste instantie dé oplossing. Maar uiteindelijk bleek laserlassen via LaserWeld de aantrekkelijkste optie. En niet alleen wat de kostprijsreductie betreft.
Vervorming door warmte-inbreng Voorheen lasten wij de blowerhuizen handmatig. Dit vergde veel tijd en daarnaast vervormden de blowerhuizen door de warmte-inbreng. Na het lasproces moesten wij de producten dan ook nog verzinken. Al met al kostte dit veel tijd en was de kostprijs hoog”, licht KWH Holland-directeur Hein Buisman toe. De machineproducent zocht daarom naar mogelijkheden om de kostprijs te reduceren. Onder meer in lagelonenland Turkije. Aan de samenwerking met Turkse fabrikanten kleefden echter nadelen: “Ons productieproces is complex en de kans op een stabiel proces en een goed eindproduct is in een ver land simpelweg lager. Bovendien zou het tot logistieke problemen leiden, omdat wij meestal in kleine series werken.”
Ook marketingtechnisch interessant
www.nil.nl
Dick Scholtus, mededirecteur bij LaserWeld, werkt als eigenaar van Ales Metaaltechniek al jarenlang voor KWH
Holland. Hij stelde voor om de blowerhuizen te laserlassen. Buisman: “Dick Scholtus overtuigde ons ervan dat een laserlas sterk genoeg is voor deze producten. Ook vertelde hij dat wij via het laserlassen ook de gewenste overstap van staal naar chroomstaal zouden kunnen maken. Dat laatste is interessant voor ons, omdat chroomstaal niet verzinkt hoeft te worden. Dit levert tijdwinst op. Bovendien levert het gerobotiseerd lasproces sowieso een tijdwinst op van 50 minuten per product. Alles bij elkaar opgeteld bleek de prijs van LaserWeld onder de Turkse prijs te liggen.” De keuze was daardoor niet moeilijk meer: laserlassen brengt KWH Holland de gewenste kostprijsverlaging, een stabiel en snel productieproces plus de chroomstaal-kwaliteit. “Daarnaast maakt het onze producten ook marketingtechnisch gezien aantrekkelijker, omdat chroomstaal corrosiebestendig is en de blowerhuizen minder lawaai maken.”
Doorontwikkelen via laserlassen Door deze ontwikkelingen heeft het laserlassen zijn plek veroverd bij KWH Holland. “Dankzij het laserlassen kijken wij nu écht anders naar onze nieuwe productontwikkelingen. Samen met LaserWeld onderzoeken wij of wij meer producten kunnen doorontwikkelen via het laserlassen. Momenteel maken wij bij de productie van watersproeiers al gebruik van het laserlassen.” www.laserweld.nl
7
LASBERICHTEN
juli 2012
Laskompas helpt bij kiezen van de juiste lasmachine Laskar Las- en snijtechniek, importeur van Cebora lasen snijmachines, heeft een hulpmiddel ontwikkeld om de meest geschikte machine te kiezen: het Laskompas. De website laskompas.nl is ook beschikbaar voor gebruik op smartphone of tablet.
Industriële lijmverbindingen niet meer weg te denken Op 1 juli sloot The Port is Yours (POYO) het project af voor industrieel lijmen. Door het organiseren van verschillende symposia en workshops, online lesmateriaal, versturen van nieuwsbrieven en brochures, en een informatieve site heeft POYO het industriële lijmen bekendgemaakt.
Advies Door antwoord te geven op enkele vragen krijgt de gebruiker van het Laskompas een advies over het kiezen van de juiste machine. Alle 49 las- (MIG/MAG/TIG/MMA), plasmasnij- en spotterapparaten zijn eenvoudig in het Laskompas terug te vinden. Op basis van vragen als “welk materiaal wilt u lassen?” kan er gekozen worden uit een aantal opties. Via de website wordt er op basis van het gekozen antwoord een selectie getoond van apparaten. Door het beantwoorden van meerdere vragen wordt het resultaat steeds verder verfijnd. Zo komt men in een paar stappen uit bij de meest geschikte machine, passend bij de werkzaamheden.
Opleiding lijmtechnicus Het project mondde uit in diverse pilotgroepen die een opleiding tot lijmtechnicus hebben afgerond. Op 20 juni deed de laatste groep een officieel examen dat werd afgenomen door het NIL (Nederlands Instituut voor Lastechniek). In deze pilotgroep werden technici uit de autoschadeherstelbranche opgeleid tot lijmtechnicus. De eerste groep in Nederland! De opleiding vond plaats op de RDM Campus te Rotterdam. Op deze unieke locatie is het ‘Centre of Excellence’ gevestigd, een professioneel ingericht lijmlaboratorium waar studenten een Europese lijmopleiding kunnen volgen.
Vergelijken machines Per machine is er een uitgebreide productomschrijving met technische specificaties direct zichtbaar. Zo zijn de machines makkelijk met elkaar te vergelijken. Alle informatie en specificaties kunnen worden geprint of per e-mail worden doorgestuurd.
Meer over Poyo
www.laskar.nl
Van Ouwerkerkprijs voor Jan Verkooijen
8
LASBERICHTEN
juli 2012
Het project The Port is Yours (POYO) heeft de kennisuitwisseling op het gebied van innovatieve maintenancetechnieken in Europees verband op gang gebracht. Het project heeft bedrijven bewust gemaakt van het belang personeel te certificeren en diplomeren door middel van opleidingen en trainingen. Meer over de gerealiseerde producten van POYO vindt op de site www.lijmverbinding.nl. U ziet daar ook een impressie van de activiteiten, interviews met betrokkenen, digitale lessen, interessante artikelen en informatieve video’s.
Jan Verkooijen, directeur van TÜV Rheinland Sonovation in Oosterhout, ontving op woensdag 6 juni jl. de Van Ouwerkerkprijs. Dit gebeurde tijdens het goed bezochte tweejaarlijkse KINT-Congres in Drunen.
jaar wordt toegekend, bestaat uit een legpenning, een oorkonde en een bescheiden geldbedrag. Verkooijen werd vooral onderscheiden vanwege zijn inzet bij het promoten van de TOFD-techniek, maar ook vanwege de belangrijke rol die hij heeft gespeeld in de ontwikkeling en opzet van normen, zowel nationaal als internationaal.
Bovengemiddelde prestaties
TOFD-techniek
De Van Ouwerkerkprijs is bedoeld als onderscheiding voor werknemers die bovengemiddelde individuele prestaties hebben geleverd op het gebied van nietdestructief onderzoek en inspectie (NDO & I). De prijs, die maximaal een keer per
Op het gebied van opleiding en certificatie heeft Jan Verkooijen significante input gegeven aan inmiddels wereldwijd geaccepteerde systemen. Hij heeft daarnaast getracht de grenzen van de TOFD-techniek te verleggen, bijvoorbeeld de toepassing van TOFD op hoge temperatuur, of het uiterst nauwkeurig opmeten van wanddiktes.
Centre of Excellence Het Centre of Excellence Lijmen RDM wordt het eerste kennis- en opleidingscentrum voor het vakgebied lijmen in Nederland. Het Albeda College, Hogeschool Rotterdam en het Hechtingsinstituut werken verder aan het bekend maken van lijmen als verbindingstechniek, en het opleiden van toekomstig en huidig personeel. www.lijmverbinding.nl Verkooijen was betrokken bij het ontwikkelen van simulatiesoftware, waarmee het TOFD-onderzoek nog betrouwbaarder uitgevoerd kan worden.
Andere verdiensten Ook zijn verdiensten binnen de Vereniging KINT hebben bijgedragen aan de toekenning van de prijs; Verkooijen is een zeer betrouwbaar en nauwkeurig penningmeester, was actief bij de opzet van SKOP (Stichting KINT Onderzoek Projecten) en bij de verbetering van de relatie naar Hobéon-SKO. www.sonovation.com www.kint.nl
9
NIL
juli 2012
ABIMIG ® GRIP A LW
Bureau TOP in de regio Bureau TOP gaat haar aanbod aan activiteiten vernieuwen en aanpassen aan de huidige beleving van de techniek. Het motto van de nieuwe doe- en demoactiviteiten is ‘beleving’. Het beleven van techniek doet je meer nadenken over de interesse en de mogelijkheden die er in de techniek zijn. De komende maanden worden er weer onderwijsgerelateerde beurzen gehouden in de verschillende regio's. Op deze beurzen is een eilandstand ingericht waar jongeren techniek op diverse manieren kunnen beleven. Diverse bedrijven en opleidingsinstellingen nemen deel aan deze eilandstand.
Beurzen in de regio Vrijdag 28 en zaterdag 29 september 2012 vindt de Onderwijsbeurs Zuid plaats in het beursgebouw in Eindhoven. www.onderwijsbeurszuid.nl Donderdag 4 en vrijdag 5 oktober 2012 vindt de 28e Onderwijsbeurs Groningen plaats in het Martiniplaza in Groningen. www.onderwijsbeurs.nl Woensdag 14 en donderdag 15 november 2012 wordt de 19e Studiebeurs Zwolle in de IJsselhallen Zwolle georganiseerd. www.studiebeurszwolle.nl Vrijdag 7 december en zaterdag 8 december 2012 vindt de Beroepskeuzebeurs Midden-Nederland plaats in de Jaarbeurs in Utrecht. www.beroepskeuzebeurs.nl
When W hen two two become one! b ecome o ne!
ABIMIG ® GRIP A LW The end of gravity!
Over Bureau TOP Bureau TOP organiseert niet alleen landelijke activiteiten als de (Junior)Vakkanjer Wedstrijden, Technasium Top Award en YouTech. Bureau TOP laat jongeren en ouderen kennismaken met techniek in nauwe samenwerking met scholen, bedrijven en samenwerkingspartners. Met als doel dat de jongeren later, goed opgeleid, kiezen voor een technische loopbaan. Het regiobeleid van Bureau TOP is tot stand gekomen in samenwerking met A+O, OOM, FME-CWM, Koninklijke Metaalunie en Kenteq en in overleg met CNV Vakmensen en FNV Bondgenoten. Ook evenementen en activiteiten in de regio kunnen rekenen op de steun van Bureau TOP, zolang de doelstelling het bevorderen van de instroom in de techniek is. www.bureautop.nl
IHC Handling Systems Yo our contact for Plasma, pulse Mig and Tig to
[email protected]
De nieuwe compacte Miller MigMatic 380, een complete luchtgekoelde MIG/MAG-stroombron, vormt samen met de Bernard Q-400, een gasgekoeld MIGpistool, een sterke combinatie voor het verlassen van 0,8 mm massieve tot en met 1,2 mm gevulde draad.
Optimale draadaanvoer De MigMatic 380 is voorzien van een robuuste 4-rols aandrijving die garant staat voor een optimale draadaanvoer. Dertig spanningsstappen en twee smoorspoeluitgangen zorgen voor een optimale instelling van de lasboog. Het Bernard Q-400 laspistool is in diverse uitvoeringen en lengten leverbaar. www.itw-welding.com
10
Miller en Bernard
Schroefbaar geïsoleerd gasmondstuk – gegarandeerde positie en snelle wissel Technology for the Welder’s World
w www.ihchs.com ww.ihchs.com
www.binzel-benelux.com
Exova (135 vestigingen werelwijd) is in Nederland sinds 1988 actief. De vestigingen in Emmen & Spijkenisse zijn gespecialiseerd in chemisch, mechanisch, metallurgisch, corrosie onderzoek en on-site testing. Aanvullend helpen wij onze klanten met schadeonderzoek en AUT.
Mechanisch Laboratorium Medewerker Vestiging Emmen
ITW presenteert sterke combinatie
Nieuwe “Low-Weight” Bikox® – tot 50% gewichtsbesparing Korte handgreep GRIP met bolgewricht – optimale hanteerbaarheid Multifunctionele robuuste contacttiphouder – weinig onderdelen, langere levensduur
Functieomschrijving Uitvoeren van: • Metallografisch onderzoek • Mechanische proeven van materialen • Contact met Inspectiebureaus en klanten • Werkvoorbereiding en rapportage Een succesvolle kandidaat: • Houdt van aanpakken • Is klantgericht • Heeft ervaring in de laswereld aangevuld met een relevante MBO opleiding • Heeft bij voorkeur een IWT diploma • Werkt graag in een team
Meer informatie over Exova: www.exova.com Meer informatie over de twee functies: Sander van Nieuwenhuijzen, General manager Nederland T 0181-617144 | E
[email protected]
Sales Executive Regio Randstad Vestiging Spijkenisse Functieomschrijving Verantwoordelijkheden: • Klanten de beste service bieden en onze groeiambities kracht bijzetten • Omzet in de regio Amsterdam-Rotterdam-Antwerpen • Koude acquisitie en ontwikkelen van bestaande relaties • Terugkoppeling en belangrijke rol voor innovatie van onze diensten Jouw profiel: • Commerciële ervaring in een chemie, las- en/of metaalbedrijf • Relevante MBO opleiding (commercieel en/of technisch) in combinatie met relevante werkervaring • Energieke en proactieve kandidaat die deuren kan openen en zijn afspraken nakomt • Goed begrip van het verkoopproces • Nederlands & Engels in woord en geschrift Uw CV kunt u sturen naar ditzelfde e-mail adres. Voor de functie van Sales Executive is gewenst dat uw CV en motivering in het Engels is opgesteld.
TECHNIEK
juli 2012
TECHNIEK
juli 2012
Waardoor falen metalen constructies? VERMOEIINGSSCHADE BEHOORT TOT DE MEEST VOORKOMENDE SCHADE IN DE PRAKTIJK VAN HET SCHADEONDERZOEK. IN DE MEESTE GEVALLEN MOET GECONCLUDEERD WORDEN DAT DE SCHADE NIET HAD HOEVEN OPTREDEN INDIEN BIJ HET ONTWERP HET PROBLEEM AL ONDERKEND ZOU ZIJN. Afdeling schadeonderzoek, Element Materials Technology, Amsterdam oms treedt vermoeiingsschade op in constructies waarbij dat minder voor de hand ligt, maar meestal blijkt uit onderzoek dat vermoeiingsschade voorkomen had kunnen worden. In dit artikel wordt getracht om ontwerpers te wijzen op mogelijke valkuilen. Hoewel er geen nieuwe zaken aan de orde zullen komen, is een opfrissing van wellicht al weggezakte kennis nooit weg. Verder gaat dit artikel in op meer recente benaderingswijzen van het fenomeen vermoeiing.
der bekend is, kent iedereen het fenomeen van een paperclip die door herhaald heen en weer buigen uiteindelijk breekt. Kenmerkend voor dit type vermoeiing is dat breuk optreedt na een relatief gering aantal spanningswisselingen met een relatief hoge amplitude (de spanningen liggen vrijwel altijd boven de vloeigrens). De grens tussen low cycle en high cycle fatigue is min of meer vloeiend. Indien schade optreedt na 1000 à 10.000 belastingwisselingen of minder, spreken we meestal van low cycle fatigue. Daarboven spreken we van high cycle fatigue.
Soorten vermoeiing Vermoeiing is een vorm van schade waarbij een onderdeel beschadigd wordt (en vaak ook bezwijkt) door het ondergaan van een aantal belastingwisselingen. Belasting en spanning worden vaak door elkaar gebruikt, omdat het moeilijk is om iedere keer de meest juiste term te kiezen. In dit artikel verstaan we onder ‘belasting’ de krachten die op (een onderdeel van) een constructie uitgeoefend worden. De meest bekende vorm van vermoeiing is de klassieke ‘high cycle fatigue’. Bij deze vorm van vermoeiing treedt schade op als gevolg van een groot aantal (honderdduizenden en meer) spanningswisselingen met een relatief lage spanningsamplitude. Dit soort vermoeiing treedt op in dynamisch belaste constructies: vliegtuigonderdelen, motoren, bruggen, turbines enzovoort. Kenmerkend voor dit type vermoeiing is, dat de amplitude van de spanningen over het algemeen duidelijk beneden de vloeigrens van het betreffende materiaal ligt, dat wil zeggen beneden de spanning die nodig is om het materiaal plastisch (blijvend) te vervormen. Naast klassieke vermoeiing komt ook de minder bekende ‘low cycle fatigue' voor. Hoewel de term als zodanig min-
12
Vermoeiing en breuk Tot welke lengte (of diepte) een scheur in een onderdeel of constructie kan groeien voordat breuk optreedt, is niet alleen afhankelijk van de sterkte van het betreffende materiaal en de hoogte van de belastingen, maar ook van de breuktaaiheid. Breuktaaiheid is een vrij complex begrip. In het kader van dit artikel is het voldoende om een vergelijking te maken tussen bros (instabiel) en taai gedrag.
Bros en taai gedrag Een metaal vertoont bros (instabiel) gedrag indien breuk plaatsvindt zonder (of met weinig) voorafgaande deformatie en met geringe energieabsorptie. Bij dergelijke breuken kunnen scheurgroeisnelheden optreden van 2000 m/sec. Aan een breuk in een materiaal met taai (ductiel) gedrag daarentegen, gaat een zekere mate van plastische deformatie vooraf aan het uiteindelijk breken, waarvoor ook een zekere hoeveelheid energie beschikbaar moet zijn. Bij een metaal met bros gedrag zal de aanwezigheid van een klein scheurtje of defect al voldoende zijn om bij een belastingwisseling met een relatief kleine amplitude insta-
Afb. 1: Overwegend bros gebroken kerfslagstaaf.
Afb. 2: Taai gebroken kerfslagstaaf met aanzienlijke vervorming.
biele scheurgroei te veroorzaken, dat wil zeggen scheurgroei die, eenmaal in gang gezet, niet meer zal stoppen. Bij een taai materiaal echter zal zelfs een relatief grote scheur, onder invloed van een belastingwisseling met een relatief grote amplitude, slechts een klein stapje verder scheuren. Bij veel metalen, onder andere de meeste constructiestaalsoorten, is het breukgedrag afhankelijk van de temperatuur. Boven een zekere temperatuur (meestal een temperatuurgebied) gedraagt het metaal zich taai, onder die zogenaamde overgangstemperatuur gedraagt het zich bros.
kaar gekoppeld.) Bij andersoortige constructies (bijvoorbeeld vliegtuigen) wordt uitgegaan van een (tijdens periodiek onderhoud) gemeten scheurlengte en de vooraf bepaalde scheurgroeisnelheden.
Lek voor breuk Om veiligheidsredenen is het gewenst dat een metaal zich ductiel (taai) gedraagt. Wanneer een scheur in een onderdeel onder invloed van wisselende belasting ductiel verder groeit, is de kans groter dat hij bij een tussentijdse inspectie gedetecteerd wordt, vóórdat de component faalt. In het geval van een drukvat bijvoorbeeld, kan een scheur gedetecteerd worden doordat er lekkage optreedt, dus voordat het vat bezwijkt. Voor bepaalde soorten drukvaten wordt dit ‘lek-voor-breukcriterium’ gehanteerd. Dit criterium stelt (eenvoudig geformuleerd) dat het ontwerp en de fabricage van zo’n drukvat zodanig beheerst moeten worden uitgevoerd, dat een vermoeiingsscheur die zich ontwikkelt in de diepterichting moet kunnen groeien en lekkage veroorzaken, zonder dat de daarbij behorende scheurlengte de kritische scheurlengte overschrijdt. (De diepte en de lengte van een scheur zijn geometrisch aan el-
Submicroscopisch niveau Schade door high cycle fatigue treedt op bij wisselende spanningen met een amplitude die lager is dan de vloeigrens. Er moet dus een mechanisme optreden dat schade veroorzaakt, hoewel het spanningsniveau zo laag is dat het onderdeel, op macroscopisch niveau, niet (direct) vervormt of bezwijkt. Dat mechanisme bestaat uit de vorming van intrusies en extrusies. Dit is een vorm van plastische deformatie op microschaal. Onder invloed van wisselende spanningen treedt lokaal, op submicroscopisch niveau, plastische deformatie op, als gevolg van afschuiving op glijvlakken in het metaalrooster. Met een toenemend aantal belastingwisselingen groeit deze embryonale vorm van schade uit tot een vermoeiingsscheurtje. Dit vermoeiingsscheurtje groeit met een verder toenemend aantal wisselingen uit tot een macroscheur, waarna het onderdeel waarin de scheur aanwezig is bezwijkt. De embryonale fase van vermoeiingsschade neemt vaak de meeste tijd van de totale levensduur van het falende onderdeel in beslag. Naarmate het vermoeiingsscheurtje een grotere lengte krijgt, neemt per belastingwisseling de daarmee gepaarde gaande scheurgroei toe. In de laatste fase treedt breuk vaak op als gevolg van slechts enkele extra belastingwisselingen.
13
TECHNIEK
juli 2012
2-daagse Workshop Lasmethodebeschrijvingen en - kwalificaties met het nieuwe online programma NIL-WPSelect Afb. 3: Schematische weergave van de invloed van spanningsconcentraties op de vermoeiingslevensduur
Invloedsfactoren bij high cycle fatigue Of vermoeiing geïnitieerd wordt, en met welke snelheid de eenmaal geïnitieerde scheur verder groeit, is afhankelijk van een aantal factoren. De hoogte van de belastingen Naarmate de hoogte van de belastingen toeneemt, neemt de kans op het initiëren van een vermoeiingsscheur toe. Als de belastingen op het onderdeel zowel een statische als een dynamische component hebben, heeft de grootte van de amplitude van de wisselende component verreweg de grootste invloed. De frequentie van de belastingwisselingen Het optreden van kortstondige overbelastingen De vermoeiingssterkte van het materiaal De vermoeiingssterkte is de weerstand die een materiaal biedt tegen het initiëren en groeien van een vermoeiingsscheurtje. De vermoeiingssterkte van een materiaal wordt experimenteel vastgesteld door proefstaven te belasten met variërende grootte van de belasting, tot breuk optreedt. Als men de toegepaste belasting (de spanningsamplitude) uitzet tegen het aantal belastingcycli waarbij breuk optreedt, verkrijgt men bij veel staalsoorten een zogenaamde Wöhlerkromme, ook wel S-N curve genoemd. Uit deze grafiek blijkt dat er een belasting (spanningsamplitude) is, waarbij geen breuk op zal treden, ook al zou het aantal cycli oneindig groot zijn. De spanningsamplitude waar beneden geen vermoeiing optreedt, wordt de vermoeiingssterkte van het betreffende materiaal genoemd. De aanwezigheid van spanningsconcentraties Vermoeiingsscheuren initiëren meestal op plaatsen waar lokaal hogere spanningen optreden dan de nominale spanning. De meest bekende factoren die lo-
14
kaal hogere spanningen kunnen veroorzaken zijn: abrupte overgangen in de geometrie van een onderdeel, zoals gaten, spiebanen, dun - dikovergangen en de las. De las heeft vaak bezien vanuit vermoeiingsoogpunt een ongunstige vorm en bevat soms onvolkomenheden die de kerfwerking bevorderen. Tevens zijn in en rond de las vaak spanningsconcentraties als gevolg van krimp aanwezig. Ook in de voet van de schroefdraad op bevestigingselementen treden lokaal veel hogere spanningen op dan berekend zouden worden op basis van belasting en kerndiameter. Het effect van zulke ‘stress raisers’ kan uitgedrukt worden als de kerffactor. Deze geeft aan hoeveel de lokale spanningen hoger zijn dan de nominale spanningen. Naast deze geometrische stress raisers zijn er ook stress raisers van andere aard, bijvoorbeeld oxidische insluitingen in het materiaal. Ook de oppervlakteruwheid van een wisselend belast onderdeel kan een forse invloed hebben op de hoogte van de toelaatbare spanningen. Het gelijktijdig optreden van corrosie Een extra kritische situatie ontstaat indien een onderdeel onderhevig is aan dynamische belastingen en tegelijkertijd opereert in een corrosieve omgeving. Die corrosieve omgeving hoeft overigens niet van chemische aard te zijn. Ook ‘gewone’ omgevingscondities (bijvoorbeeld de lucht in een maritieme omgeving) kunnen tot gevolg hebben dat de vermoeiingssterkte drastisch verlaagd wordt. De corrosieve belasting kan enerzijds een snellere vermoeiingsscheurinitiatie veroorzaken. Anderzijds kan ook de snelheid van de corrosieve aantasting vergroot worden, doordat bij het groeien van een vermoeiingsscheur steeds ‘vers’ materiaal blootgelegd wordt.
Met de invoering van de EN 1090 wordt het toepassen van goedgekeurde lasmethoden voor gelaste constructies noodzakelijk. In het kader van deze norm zullen opdrachtgevers in toenemende mate goedgekeurde lasmethodekwalificaties verlangen als onderdeel van een laskwaliteitssysteem. Gecertificeerde lassers, goedgekeurde lasmethoden en laskennis zijn noodzakelijk om opdrachten conform de EN 1090-2 te kunnen uitvoeren. Maar ook waar gelast wordt aan ‘toestellen onder druk’ volgens de PED, of volgens een laskwaliteitssysteem NEN-EN-ISO 3834 wordt dit veelal verlangd. Speciaal voor deze bedrijven en lastechnici organiseert het NIL een praktische workshop waarin het opstellen van deze documenten centraal staat. • Kennis van de meest relevante NEN, EN en ISO normen; • Algemene regels, begrippen en definities volgens NEN-EN-ISO 15607; • Lasmethodebeschrijvingen (WPS) volgens NEN-EN-ISO 15609; • Van pWPS tot WPS, goedkeuring van de lasmethoden; • Materiaalindelingen volgens CR ISO/TR 15608; • Lasposities volgens NEN-EN-ISO 6947; • Indeling lasprocessen volgens NEN-EN-ISO 4063; • Indeling beschermgassen voor het lassen volgens NEN-EN-ISO 14175;
• • • • • • • • •
Lasproces keuze; Materiaalcertificaten; Indeling lastoevoegmaterialen; Meten van voorwarm- en interpasstemperatuur volgens EN-ISO 13916; Goedkeuring van lasmethoden volgens NEN-EN-ISO 15610 t/m 15614; Essentiële variabelen en geldigheidsgebieden; Het proeflassen en het vastleggen van de lasparameters; Beproevingen en rapportage; Opstellen van goedkeuringsrapporten (WPQR).
Deze workshop levert punten op voor certificering van laskaderpersoneel
Locatie, data en tijd van deze 2-daagse workshop Locatie Data Tijd
AC Restaurant & Meetingcenter ’t Harde, ’t Harde (bij Zwolle) 6 september en 13 september 2012 09.00 - 16.00 uur
Locatie Data Tijd
Van der Valk, Eindhoven 20 september en 27 september 2012 09.00 - 16.00 uur
EXTRA INGELASTE BIJEENKOMSTEN Locatie Data Tijd
Nederlands Instituut voor Lastechniek, Zoetermeer 18 oktober en 25 oktober 2012 09.00 - 16.00 uur
Inschrijving U kunt zich inschrijven voor deze workshop op: www.nil.nl Prijs De prijs voor deze workshop inclusief lunch, cursusmateriaal en deelnameverklaring is: € 650,00 ex BTW. Voor NIL-bedrijfsdeelnemers: € 520,00 ex BTW. Annulering Zie voor deze en andere voorwaarden onze website www.nil.nl
LASONDERZOEK
juli 2012
Voorkomen van vermoeiingsschade
vereist
bundeling van krachten VEEL ARTIKELEN DIE INGAAN OP HET VERSCHIJNSEL VERMOEIING VAN GELASTE CONSTRUCTIES BESCHRIJVEN DE MAATREGELEN DIE MEN KAN NEMEN OM VERMOEIINGSSCHADE TE VOORKOMEN. HET VERMIJDEN VAN KERFWERKING IS HET BELANGRIJKST. MAAR ER LIJKT EEN KLOOF TE BESTAAN TUSSEN DE THEORIE EN DE UITVOERING OP DE WERKVLOER. GOEDE COMMUNICATIE IS CRUCIAAL.
LASONDERZOEK
juli 2012
In gesprek Dynamische belasting is één van de randvoorwaarden voor het ontstaan van vermoeiingsschade. Bij het ontwerp aan de tekentafel houdt men daarom al rekening met het soort belasting waaraan de constructie wordt blootgesteld. Ook zijn er diverse methoden bekend om de vermoeiingssterkte van constructies te vergroten. Toch blijkt vermoeiing nog steeds een moeilijk te beheersen fenomeen. Een lasser, een NDO-inspecteur en een schadeonderzoeker gingen met elkaar in gesprek over het ontstaan en voorkomen van vermoeiingsschade in de praktijk.
Kerfwerking Robert van Tilborg, Leon Birsak en Geri van Krieken hebben elk vanuit hun eigen discipline te maken met gelaste constructies die dynamisch belast worden. Leon Birsak, NDO-deskundige: “In bruggen die vóór 1976 zijn gebouwd, ontstaan vaak problemen doordat ze niet berekend zijn op het huidige zware vrachtverkeer. Ook het
onderzoek naar onvolkomenheden was in die tijd nog niet toereikend. Met moderne ultrasone onderzoekstechnieken, zoals TOFD (Time Of Flight Diffraction) of Phased Array kunnen we onvolkomenheden opsporen en voorkomen dat bruggen bezwijken.” Geri van Krieken weet als schadeonderzoeker dat kerfwerking en spanningsconcentraties de grootste boosdoeners zijn als het gaat om het falen van constructies. “Dat, in combinatie met een wisselende belasting die langdurig en met een hoge frequentie optreedt, met een spanning die vaak lager ligt dan de vloeigrens.” Robert van Tilborg is een ervaren lasser die onlangs zijn IWP-diploma heeft behaald. “Of een las dynamisch of statisch belast wordt, dat krijg je als lasser nooit te horen. Veel lassers weten ook niet wat het is. Dat is iets voor de constructiemanagers en Welding Engineers.” Maar in de instructies en op tekening staat toch wel hoe een las afgewerkt moet worden? Birsak: “In het inspectie- en testplan (indien aanwezig) staat wel aangegeven aan welke criteria een las moet voldoen. Vaak wordt verwezen naar de norm NEN-EN-ISO 5817. Deze kent een aantal klassen: B, C en D. Voor dynamisch belaste constructies gelden de zwaarste criteria. De visuele lasinspecteur loopt alles na en geeft de constructie vrij voor nader niet-destructief onderzoek (NDO).” Van Krieken: “Maar dat rapport krijgt de lasser nooit te zien.” Van Tilborg: “Nou, dat ligt eraan. In kleine bedrijven wordt de lasser veel meer bij de productie betrokken dan in grote bedrijven.”
Meer betrokkenheid
door Margriet Wennekes, fotografie Albert Cornelis n de eerste helft van de 19e eeuw constateerde men dat treinassen veel sneller bezweken dan men op grond van berekeningen had verwacht en men noemde dit fenomeen ‘fatigue’ of ‘vermoeiing’. Wöhler ontdekte in 1850 dat de oorzaak gezocht moest worden in de wisselende belasting op de assen. Ook in de luchtvaart zorgde vermoeiing voor grote schade: op 10 januari 1954 scheurde de Comet, het eerste operationele passagiersvliegtuig dat werd aangedreven door straalmotoren, tijdens de vlucht open. De Comet had vierkante ramen,
16
waardoor er gemakkelijk scheuren ontstonden in de hoeken. Deze scheuren werden steeds groter, en door het drukverschil brak het vliegtuig helemaal open. Ook de Bijlmerramp van 1992 is terug te voeren op het verschijnsel vermoeiing. In een van de slagpennen die elke motor verbinden met een vleugel werd een 4 mm groot haarscheurtje ontdekt, ontstaan door vermoeiing. Hierdoor was de pen eerst aan één kant gaan scheuren, waardoor de krachten op de andere kant van de pen te groot werden en hij daar ook afbrak.
Personalia van links naar rechts • Geri van Krieken heeft een IWE-diploma en werkt als consultant en schadeonderzoeker bij Element Materials Techology te Amsterdam. • Robert van Tilborg heeft negen jaar werkervaring als lasser, hij heeft een IWP-diploma en is sinds kort werkzaam als QC-trainee bij Heerema Fabrication Group B.V. te Zwijndrecht. • Leon Birsak is NDO-deskundige niveau III en werkt als inspecteur vanuit zijn eigen onderneming: LBI Quality Inspection B.V.
Zou het de lassers helpen om meer te weten over vermoeiing? Volgens Van Krieken zal training en opleiding van lassers altijd helpen. “Als een lasser weet waaraan een product moet voldoen en er meer bij betrokken wordt, dan zal hij zich ook meer inspannen.” Van Tilborg: “Maar dat zit niet in de opleiding tot en met niveau 4. Veel lassers weten bijvoorbeeld niet wat er gebeurt als ze met een te grote of te kleine heat input lassen. Dat wist ik ook niet toen ik begon, dat leerde ik voor het eerst tijdens mijn IWP-cursus. Nu weet ik pas wat er kan gebeuren.”
Lasteenbehandeling Om de weerstand tegen vermoeiing te verbeteren is de lasteenbehandeling belangrijk. Hier zijn verschillende methoden voor, zoals slijpen, TIG-dressen, hameren, peenen, PIT (Pneumatic Impact Treatment) en UIT (Ultrasonic Impact Treatment). Van Krieken: “Je maakt het materiaal mooi rond en door drukspanning in je materiaal aan te
17
LASONDERZOEK
juli 2012
‘Stel dat de afwijking 2 mm mag zijn, ga je dan afkeuren bij 2,1 mm?’ brengen stel je scheurvorming uit, want die moet eerst door die drukspanning heen.” Op de tekening staat aangegeven op welke manier overgangen behandeld moeten worden. Van Tilborg: “Een speciale lasteenbehandeling komt volgens mij niet vaak voor. We houden als lasser wel rekening met sluitlagen en een bepaalde radius.” Birsak: “Het uitvoeren van een lasteenbehandeling hangt ook af van het soort industrie. In de offshore, bij kranen en bruggen wordt het veel toegepast en is het een veelgebruikte methode om de levensduur van constructies te verlengen.”
rekening houden met het doel van de constructie die ze onderzoeken. Bij een toegestane afwijking van 3 mm betekent 3,1 mm automatisch afkeur. Dat is moeilijk communiceren.”
Verbeteringen Om de kwaliteit van dynamisch belaste lasconstructies zoveel mogelijk te verbeteren, hebben de drie deskundigen nog een aantal praktische aanbevelingen: •
Discussies Na visuele inspectie en NDO-onderzoek ontstaan er regelmatig discussies tussen de lascoördinator en de onderzoeker. Birsak: “De onderzoeker is degene die de afwijking constateert; de inspecteur interpreteert de gevonden afwijking en beoordeelt deze op basis van acceptatiecriteria. In het B-, C- of D-keurniveau zie je hoe groot de fout mag zijn. Vaak is het simpel, bijvoorbeeld als scheuren ontoelaatbaar zijn.” Van Krieken: “Maar het is niet altijd zwart-wit. Stel dat een afwijking 2 mm mag zijn, ga je dan afkeuren bij 2,1 mm? Is het een klein product, dan zal sneller afkeur plaatsvinden, omdat nieuw maken veel goedkoper is dan repareren. Maar voor een dikke plaat ligt dat anders.” De deskundigen aan tafel zijn het erover eens dat reparatie de zaak vaak niet verbetert. Er moet eerst gegutst worden om er bij te komen en vervolgens breng je weer warmte in. Van Tilborg vertelt over een voorval bij een vroegere werkgever: “Ik heb weleens maanden zitten repareren omdat er via NDO fouten waren geconstateerd. Het ging om wel 40 of 50 reparaties. Toen heb ik dagen achter elkaar alleen maar staan gutsen. In werkelijkheid hebben we echter nauwelijks vijf fouten kunnen vinden. Het constateren van onvolkomenheden heeft misschien te maken met te scherpe criteria, maar de onderzoeker kan ook fouten maken.” Birsak: “Op het moment dat een lasonderzoeker een afwijking gevonden heeft, vind ik dat hij naast de lasser moet gaan staan om te zien of de fout gevonden is. Eigenlijk zou elke lasser met twintig jaar laservaring onderzoeker moeten worden. Dan voorkom je dit soort discussies.” Van Krieken: “Net zoals elke NDO-onderzoeker tijdens zijn opleiding ook eens zou moeten lassen.” Birsak: “Als je een onderzoek laat herhalen door een andere onderzoeker geeft dat vaak verschillende uitkomsten. Veel hangt af van de kwaliteit van de medewerkers. NDO’ers zouden net als lassers vaker gecertificeerd moeten worden. Nu hoeft dat slechts om de vijf jaar.” Van Tilborg: “Er zijn inspecteurs die te weinig
19
•
• •
•
•
•
• •
Laat de lasser werken met goed gereedschap. De gereedschapskosten vormen maar een klein deel van de totale laskosten, bezuinig daar niet op. Verbeter de opleiding van de lassers. Naast de bekende handvaardigheidopleidingen is er behoefte aan verdieping van kennis. Als elke lasser een IWPcursus zou volgen, zou de kwaliteit van het laswerk omhooggaan. Een goede lasser past de theorie toe in de praktijk. Zorg via interne opleidingen, bijvoorbeeld lasvergaderingen, dat lassers ook van elkaar leren. Ook de opleiding van de lascoördinator kan beter. Een goede lascoördinator hoeft geen lasser te zijn, maar hij moet wel feeling hebben voor het vak. Zorg dat de voorman de juiste kwaliteiten heeft. De voorman heeft een belangrijke rol in de werkplaats. “Voorlui die niet weten waar ze over praten kunnen veel verknoeien, maar de lasser wordt erop aangekeken.” Pas meer automatisering en mechanisering toe in het productieproces. Hierdoor wordt de kwaliteit beter geborgd, het is sneller en bijvoorbeeld de warmte-inbreng is beter te beheersen. Ook het toetsen van kwaliteit in de productie wordt gemakkelijker. Maak een jaarlijkse ogentest verplicht voor lassers. Er zijn lassers die te weinig diepte zien en toch geen bril dragen. Een laskap op sterkte is misschien een goed alternatief voor het dragen van een bril onder de laskap. Zorg voor meer en beter toezicht op de werkvloer. Streef naar meer respect voor elkaar en elkaars deskundigheid. Dit zal helpen om betere resultaten te boeken. Het begint met een goede communicatie en begrip.
LASONDERZOEK
juli 2012
Sleutelrol voor laspraktijkingenieur Commentaar door Frank Theuns, IWE Voorkomen is beter dan genezen. Daar zijn we het over eens. Is het dan niet van belang dat de instructie voor de lasser, de WPS, duidelijk aangeeft hoe een las behandeld moet worden? De laspraktijkingenieur heeft hierin een sleutelrol. Hij zou alles moeten weten over de achtergrond van het laswerk. Met name over het soort belasting, de omgevingsfactoren en de bijbehorende klantspecificaties. Vanaf deze piste kan een WPS, met uiteraard de bijbehorende lasmethodekwalificatie(s), worden opgesteld. Deze lasmethodebeschrijving kan dan worden voorzien van alle vermoeiingsspecifieke randvoorwaarden om een verbinding te maken die de optredende belasting zo lang mogelijk kan weerstaan. Het fundament van een WPS wordt gevormd door de lasmethodekwalificatie. Het praktische bewijs dat de WPS, waarin alle relevante lasparameters beschreven staan, voldoet aan de eisen van de opdrachtgever. Meestal wordt het mechanisch onderzoek hierbij uitgevoerd vanuit een statische benadering. Uitzonderingen zijn het CTOD-onderzoek (Crack Tip Opening Displacement) en Full Scale Fatigue Testing. CTOD-onderzoek bepaalt het scheurstoppend vermogen van een basismateriaal of lasverbinding met een vooraf aangebrachte vermoeiingsscheur, bij een bepaalde temperatuur (vaak -10°C). Full Scale Fatigue Testing wordt regelmatig voorgeschreven door oliemaatschappijen voor fabricage en installatie van leidingwerk in zee. In tegenstelling tot CTOD-onderzoek worden bij dit onderzoek volledige, gelaste buisproefstukken (in plaats van gemachineerde proefstukken) aan een vermoeiingsbelasting blootgesteld. Totdat falen optreedt of een minimum aantal wisselingen is bereikt. Zoals uit de discussie is gebleken is communicatie cruciaal. Voorkomen van (vermoeiings)schade kan alleen efficiënt gebeuren als krachten gebundeld worden. Ook hier moet de laspraktijkingenieur of lascoördinator het initiatief nemen. Het kan niet de bedoeling zijn alleen vanuit een kantoor de lastechniek te bedrijven. De laspraktijkingenieur zou zich dagelijks moeten laten zien bij zijn collega’s op de lasvloer en zijn kennis met hen delen. Het is immers las-praktijk-ingenieur. Het preventief en structureel van gedachten wisselen kan een hoop technisch leed voorkomen. • Frank Theuns (IWE) ondersteunt projecten voor met name maritieme toepassingen vanuit zijn onderneming Theuns Engineering.
Een breed spectrum spectr um aan diensten
Onze K Kenmerken: e enmerkke en: NIL gemachtigde organisatie LMK/LK kwalificaties PWHT P WHT Mechanisch onder zoek onderzoek Corrosie onder onderzoek zoek Breuk mechanica Schade onder zoek onderzoek On-site testing Immersion Ultrasone
TT:: 0181-617 144 W:: www.exova.com W www.exova.com E:
[email protected]
TTesting esting e Advising Advising Assuring Assuring 19
OMSLAGARTIKEL
juli 2012
Ambachtelijke retrofiets uit West-Vlaanderen verovert de wereld
OMSLAGARTIKEL
juli 2012
door Margriet Wennekes, fotografie Bert de Jong et is een drukke tijd voor de Vlaamse fietsfabrikant. Terwijl vader Jan en broer Tom rustig verdergaan met hun werk in de fabriek, vertelt Peter Oosterlinck met bescheiden trots het bijzondere verhaal van hun familiebedrijf. Peter is de kleinzoon van Achiel Oosterlinck, die in 1946 zijn eerste fietswinkeltje oprichtte op de markt van Zwevezele. Het winkeltje van toen groeide uit tot de huidige fietsenfabriek Dija-Oostcolor in Egem, een dorpje tussen Gent en Brugge. Achiel is inmiddels overleden, maar zijn naam leeft voort in het succesvolle merk Achielle, een hippe stadsfiets naar het model van de jaren 20 en 30, maar met het comfort en de techniek van vandaag.
Stoppen of omschakelen Peter vormt samen met zijn broer Tom de derde generatie Oosterlincks die zich heeft toegelegd op het maken van fietsen. “Tot zes jaar geleden maakten wij uitsluitend gelakte stalen fietsframes voor andere bekende merken. We produceerden hier 30.000 fietsframes per jaar en hadden twaalf mensen in dienst.” Het bedrijf kreeg het echter steeds moeilijker om te concurreren met lagelonenlanden. Bovendien werd de kwalitatieve meerwaarde van de geleverde frames niet navenant beloond. “Zes jaar geleden stonden we op een punt dat we een beslissing moesten nemen: stoppen, of omschakelen en het bedrijf op een andere manier voortzetten. We kozen voor het laatste en besloten ons toe te leggen op de kleinschalige productie van complete stadsfietsen onder een eigen merknaam.” De Achielle fietsen worden ambachtelijk gemaakt naar het klassieke model ‘omafiets’ van tachtig jaar geleden. Nu produceert de fabriek ongeveer 2000 fietsen per jaar met zes vaste medewerkers. Daarnaast werken er regelmatig jobstudenten. Ook mensen van de beschutte werkplaats (red. sociale werkplaats) worden nu en dan ingezet voor de meer routinematige klussen.
Gouden Gids Hoe zijn de ondernemers er in geslaagd om in een verzadigde markt met succes een nieuw merk fiets te introduceren? “Een kwestie van West-Vlaamse koppigheid, gecombineerd met geluk”, denkt Peter. Hij vertelt hoe hij ‘gewoon via de Gouden Gids’ een aantal fietsenhandelaren heeft benaderd om zijn product voor te stellen. “En dat was genoeg. Sindsdien hoeven we eigenlijk geen moeite meer te doen en weten ze ons te vinden. Maar we blijven ons natuurlijk ontwikkelen en brengen steeds nieuwe modellen op de markt.”
Echt een fiets van bij ons Inmiddels zijn er dealers in Nederland, Duitsland, Finland, Polen en Australië. Ook in Amerika groeit de populariteit, met actrice Sarah Jessica Parker als een van de trendsetters die een Achielle aanschafte. In België zelf, en vooral in West-Vlaanderen duurde het iets langer, maar ook hier begint de belangstelling voor de retrofietsen goed op gang te komen. Elke Achielle-dealer heeft een softwareprogramma waarmee hij bij de bestelling aan de fabriek allerlei opties kan doorgeven. Er is een uitgebreide keuze aan modellen, kleuren en accessoires. Zo wordt elke fiets op maat gemaakt en volledig afgewerkt naar de wens van de klant. “Met de Achielle fiets proberen we ‘echt een fiets van bij ons’ te maken; dat is ook onze slogan. We maken al onze frames zelf en importeren niet zomaar allerlei onderdelen, maar zorgen dat onze fiets een authentiek Europees product is”, benadrukt de jonge bedrijfsleider. De fietsfabrikant doet ook geen enkele concessie aan degelijkheid: elke Achielle is gemaakt van hogesterktestaal. Het is een bewuste keuze om geen aluminium frames te bouwen. “Onze fietsen zijn over zestig jaar nog even sterk, terwijl de aluminium fietsen die je nu ziet dan allang verdwenen zijn. Dat heeft te maken met het verschil in vermoeiingssterkte.”
ZES JAAR GELEDEN BESLOOT DE FAMILIE OOSTERLINCK, EIGENAAR VAN EEN FIETSFRAMEFABRIEK IN WESTVLAANDEREN, HET ROER OM TE GOOIEN. IN PLAATS VAN HET GROOTSCHALIG PRODUCEREN VAN FIETSFRAMES VOOR ANDERE FABRIKANTEN, BESLOOT DE FAMILIE OVER TE STAPPEN OP DE KLEINSCHALIGE PRODUCTIE VAN COMPLETE FIETSEN. INMIDDELS ZIJN DE RETROFIETSEN VAN ACHIELLE EEN BEGRIP TOT VER OVER DE GRENS.
20
21
OMSLAGARTIKEL
Na deze boeiende introductie wordt het tijd om de fabriek in te gaan om met eigen ogen te zien hoe een complete Achielle fiets tot stand komt.
Chroommolybdeen Het productieproces van elke Achielle begint met stalen buizen die met plasmatoortsen op maat worden gesneden. Het zijn zogenaamde chroommolybdeenbuizen, een staalsoort die tamelijk duur is en moeilijk te solderen. Deze buizen worden door middel van lugs (stalen verbindingsstukken) aan elkaar gebouwd tot een frame. Voordat er met het hardsolderen (brazing) kan worden begonnen,
juli 2012
Carrousel Als voorbereiding op het coaten en aflakken worden de frames gezandstraald en handmatig bijgevijld. De schroefdraad voor de trapas is inmiddels ook aangebracht. Na afwerking van de gekleurde frames met een clearcoat zijn ze klaar voor verdere assemblage. In de meeste fabrieken gebeurt dit in een assemblagelijn, maar bij Dija-Oostcolor hangen de fietsen in een carrousel en lopen de medewerkers rondom van fiets naar fiets. Sturen, trappers, wielen, zadels, bagagedragers en voordragers: er zijn vele verschillende combinaties mogelijk en geen twee fietsen zien er precies hetzelfde uit. Bij elke fiets hangt een lijstje met specificaties. “Deze manier van werken maakt het voor de medewerkers heel afwisselend. Het is geen repeterend werk, want elke fiets is een uniek product en iedereen is betrokken bij het in elkaar zetten van complete fietsen.”
OMSLAGARTIKEL
juli 2012
Materiaalkeuze:
staal of aluminium
Ambachtsman van het jaar
worden de verbindingsplaatsen eerst gehecht met behulp van puntlassen en TIG-lassen. Vervolgens worden ze behandeld met een speciaal vloeimiddel. De definitieve verbinding komt tot stand door hardsolderen met een eutectische 60/40-legering van koper en tin. Op verzoek toont Jan Oosterlinck hoe hij als geroutineerde vakman met de autogene vlam deze koperverbinding aanbrengt. Voor het aan elkaar lassen van de achtervorken wordt er een MAG-lasmachine ingezet. Frame en achtervork worden met puntlassen aan elkaar gehecht en vervolgens worden de naden gevuld met een koperlegering. In de fabriekshal staat ook een machine voor het automatisch vervaardigen van frames, maar deze wordt niet altijd ingezet en staat ook vandaag stil. “Deze carrousel voor het automatisch voorwarmen en brazeren (red. hardsolderen) hebben we helemaal opnieuw ingericht. We gebruiken hem alleen voor series vanaf 200 stuks, want het vraagt nogal wat tijd om hem goed in te stellen”, legt Peter uit.
22
Naast de assemblagecarrousel staat het nieuwste pronkstuk dat de familie Oosterlinck in januari heeft gepresenteerd op de bekende fietsbeurs Velofollies in Kortrijk: het is een klassieke voorloper van de racefiets met in Italië vervaardigde, houten velgen. “We hebben deze fiets nog niet in productie; alleen al het maken van de velgen is heel arbeidsintensief.” Duur zeker? “Nee, dat valt mee. Het is ook gewoon onze hobby om mooie fietsen te maken en we zijn trots op ons ambacht. Gisteren zijn we toevallig verkozen tot ‘Ambachtsman van het jaar’. Dat geeft ons natuurlijk veel voldoening en is voor ons een bevestiging dat we op de goede koers zitten.”
Achiellofielen Achielle is inmiddels een sterk merk dat zichzelf lijkt te verkopen. Navraag bij de Achielle-dealer in Amsterdam leert dat klanten van heinde en verre naar de hoofdstad komen voor de aanschaf van een Achielle. “We hebben klanten uit heel Nederland, maar ook uit het buitenland. Ze treffen elkaar in onze winkel en noemen zich Achiellofielen. Ik ben zelf ook enthousiast over het merk. Het zijn fietsen zoals mijn opa ze ook bouwde. Er zit een gang in, daarbij vergeleken lijken andere fietsen op hometrainers.
door Thomas Baaten Belgisch Instituut voor Lastechniek In de materiaalkeuze voor fietsframes zijn verschillende overwegingen mogelijk. Een fietsframe kan gemaakt worden uit staal, aluminium, composiet, titanium enzovoort. Stalen fietsen geven vaak een gevoel van degelijkheid als men er mee rijdt. Dit rijgevoel kan aan meerdere factoren toegeschreven worden. Het is moeilijk te zeggen welke factor het zwaarst weegt. Een van de factoren die een rol spelen, is de massa van de fiets. Wanneer een zwaardere fiets eenmaal in beweging is, zal deze zich door zijn grotere traagheid stabieler gedragen. Het soortelijk gewicht van staal is aanzienlijk groter dan dat van aluminium, carbon of titanium. Het totale gewicht van een fietsframe is een compromis tussen de sterkte van het materiaal en de daarbij behorende afmetingen van het frame. Zo zal een aluminium frame, ook al is het gemaakt van een grotere diameter buizen, minder wegen dan een stalen frame van hetzelfde formaat. Elk materiaal heeft zijn eigen rekgrens en zijn eigen elasticiteitsmodulus. De rekgrens is de spanning waarbij blijvende vervorming optreedt. De vorm van het frame, in combinatie met de krachten die erop inwerken, bepalen samen de optredende spanning. Deze mag de rekgrens niet overschrijden. De rek wordt door de spanning te delen door de elasticiteitsmodulus. Hoe hoger de elasticiteitsmodulus, hoe kleiner de vervorming.
De vorm van het frame bepaalt mede de stijfheid. Hoe groter de diameter van de buizen, des te stijver het frame zich gedraagt. Fietsframes uit carbon en aluminium worden gemaakt met grotere diameters, opdat de lagere rekgrens van aluminium of carbon niet overschreden wordt. In het circus worden standaardfietsen gebruikt die 5 tot 10 personen kunnen dragen. Er wordt overgedimensioneerd om een veiligheidsmarge te hebben. Bij het ontwerp van een fietsframe wordt ver onder de rekgrens van het materiaal gerekend. Toch treden de meeste breuken op als er slecht één persoon op de fiets zit. Dit heeft te maken met het verraderlijke fenomeen vermoeiing. Fietsen zijn onderhevig aan wisselende belastingen, ver onder de rekgrens, door ronddraaiende delen, trillingen, putten in het wegdek enzovoort. Tussen materialen onderling bestaat een groot verschil in vermoeiingseigenschappen. Bij staal bestaat een spanning waarbij de levensduur oneindig is. In theorie is het dus mogelijk om een frame te maken dat oneindig lang meegaat. Bij aluminium bestaat dergelijke ondergrens niet. Een aluminium frame heeft per se een eindige levensduur. In de praktijk vertaalt dat zich in een hoger aantal breuken op aluminium frames, sturen en voorvorken in vergelijking met stalen frames.
23
NIL
juli 2012
Nieuwe NIL Bedrijfsdeelnemers tot 1 juli 2012
Abuco B.V.
HaVeP Workwear/Protective Wear
Havenkade 26 1775 BA MIDDENMEER T 0227 50 13 28 www.abuco.nl
Bergstraat 50 5051 HC GOIRLE T 013 531 32 56 www.havep.com
JMS Metaal
Voorveste 2 3992 DC HOUTEN T 030 638 55 66 www.aluminiumcentrum.nl
David Livingstonestraat 22 7825 AD EMMEN T 0591 63 10 16 www.jmsmetaal.nl
Blancke Metaalbewerking B.V.
A. de Jong B.V.
Nieuw-Amsterdamseweg 29-A 7764 AN ZANDPOL T 0524 53 17 26 www.blanckemetaal.nl
’s-Gravelandseweg 390 3125 BK SCHIEDAM T 010 446 92 06 www.dejong.nl
CRC-Evans B.V.
J. de Jonge Flowsystems B.V.
Galvanistraat 6 3861 NJ NIJKERK T 033 25 343 69 www.crc-evans.com
Koningin Wilhelminahaven zz 18 3134 KG VLAARDINGEN T 010 248 58 00 www.jdejonge.nl
Konstruktiebedrijf H. van Ee B.V.
KGS Diamond International
Compagnieweg 8 3771 NH BARNEVELD T 0342 49 35 55 www.staalverleggend.nl
Industriestraat 2 8081 HG ELBURG T 0525 68 33 00 www.kgsdiamond.nl
Messer B.V.
Proostwetering 103-D 3543 AL UTRECHT T 088 654 62 62 www.gma-nederland.nl
Middenweg 17 4782 PM MOERDIJK T 0168 38 43 00 www.messer.nl
24
Vanuit bedrijven komt steeds meer vraag naar goed opgeleide, vakbekwame lassers. Dit vraagt om goed, eenduidig lasonderwijs in (v)mbo, op praktijkscholen, in praktijkcentra en op vakscholen. In de Wet op de Beroepen In Onderwijs (BIO) wordt van scholen en docenten gevraagd dat zij hun vakbekwaamheid onderhouden en bevorderen.
Praktisch aan de slag met MIG/MAG-lassen InduTeq en het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) organiseren een tweetal praktische workshops (basis en gevorderden) waarin u de gelegenheid krijgt om actief aan de gang te gaan met MIG/MAG-lassen en uw vakbekwaamheid te bevorderen dan wel op te frissen. Het unieke van deze workshops is dat u na een korte inleiding zelf de gehele dag praktisch aan de slag gaat: lassen is tenslotte een vaardigheid! Beide dagen worden afgesloten met een korte praktijktoets waarvoor u een NIL-certificaat ontvangt.
Aluminium Centrum
GMA-Holding
Workshops MIG/MAG-lassen voor docenten
vervolg op pag. 37
De workshops zijn bedoeld voor: Docenten en Technisch Onderwijsassistenten (TOA’s) in het mbo Docenten vmbo Docenten/begeleiders op praktijkscholen en -centra Docenten/begeleiders op vakcentra Cursusinformatie Datum: donderdag 1 november 2012 (basis) donderdag 22 november 2012 (gevorderden) Tijd: 09:00 – 16:30 uur (incl. lunch) Locaties: Hapert (NB) en Zwolle Kosten: basis: € 575,- per persoon (incl. praktijkopdrachten en naslagwerken) gevorderden: € 695,- per persoon (incl. praktijkopdrachten en naslagwerken) Per workshop is er plek voor maximaal 10 deelnemers. U kunt deelnemen aan basis én gevorderden of aan één van beide. Aanmelden Voor meer informatie en aanmelden (graag vóór 12 oktober a.s.) gaat u naar www.induteq.nl Aanmelden workshop/masterclass > Metaal/Werktuigbouw.
Vooruitblik TIG-lassen Op 10 en 31 januari 2013 organiseren wij workshops TIG-lassen voor docenten.
Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met Bianca de Jong T 0348 43 74 33 E
[email protected]
Hierover wordt u door ons tijdig geïnformeerd.
LASUITJE
juli 2012
Schrootstrijd: op het scherp van de snede BIJ HET BETREDEN VAN DE SPELERIJ/UITVINDERIJ HOORT DE BEZOEKER NIET ALLEEN HET GELUID VAN SPELENDE KINDEREN, MAAR OOK HET TYPISCHE GEKNETTER EN GESIS VAN EEN LASWERKPLAATS. IS DÍT EEN PRETPARK? “NOU, WE HEBBEN WEL VEEL PRET”, LACHT EIGENAAR JOS SPANBROEK. “MAAR WE NOEMEN HET EEN SPEELPARK. EN WE SPELEN VEEL MET SCHROOT EN METAAL.”
door Jaap van Sandijk, fotografie Marc Pluim e wonderlijkste speel- en ontdekplek van Nederland is goed verstopt, in de bossen van het Gelderse Dieren. Naast een klein theatertje zijn er op het park fantasievolle, mechanische speeltoestellen, allemaal gebouwd van gerecycled materiaal door Spanbroek zelf. Ook is er een ruimte waar kinderen vanaf tien jaar en volwassenen lasworkshops kunnen volgen. Buiten is een locatie waar teams met elkaar de ‘Schrootstrijd’ kunnen aangaan. Een activiteit die Spanbroek sinds een jaar of vier aan het aanbod heeft toegevoegd. Met lasmachines en gereedschappen gaan teams met elkaar de strijd aan, waarbij ze de meest wonderlijke opdrachten moeten uitvoeren. “Creativiteit en samenwerking zijn hierbij heel belangrijk”, zegt hij. “De Schrootstrijd doet het erg goed als bedrijfsuitje.” Het bijzondere speelpark is in 1984 opgericht. “Ik ben begonnen als beeldend kunstenaar en had ook een rondreizend poppentheater”, vertelt hij. “Alle poppen waren metalen objecten – ik ben een echte metaalfreak. Toen ik de kans kreeg een stuk grond te kopen en een theater op een vaste plek te beginnen, heb ik hier De Spelerij opgezet. Dat bestond uit het theater en de speelobjecten. In 1991 volgde De Uitvinderij. Dat richt zich op ontdekken. Ik bezocht namelijk scholen en gaf workshops techniek aan scholieren. Daar ontdekte ik dat kinderen veel te theoretisch met techniek bezig zijn, terwijl ze juist heel graag met hun handen willen werken. Dat kunnen ze hier naar hartenlust doen.”
Schroothoop Na de ontvangst van Spanbroek in het horecagedeelte van het speelpark, verplaatsen we ons in de richting van de werkplaatsgeluiden. Even verderop zijn drie groepen studenten van de Hogeschool Utrecht verwikkeld in een Schrootstrijd, onder het toeziend oog van Mathijs Span-
26
LASUITJE
juli 2012
broek, de zoon van Jos. Mathijs heeft het bedrijf inmiddels overgenomen van zijn 74-jarige vader, die nog steeds hand- en spandiensten verricht op het park. Net als zijn vader is ook Spanbroek junior op het gebied van lassen volledig autodidact. De schrootstrijders zijn alle vijftien van de Studentenraad Operationele Technieken. “Omdat deze studierichting ophoudt te bestaan, wordt ook deze studentenraad opgeheven”, vertelt tweedejaars student Mark van den Berg. “Vandaar dit uitje.” De studenten zijn verdeeld in drie teams en moeten in vier uur tijd iets construeren waarmee ze zichzelf van het ene naar het andere podium moeten verplaatsen – zonder wielen te gebruiken. Tot hun beschikking staat een flinke schroothoop. Jos Spanbroek: “We kopen veel in van sloperijen en ik doe ook mee aan internetveilingen van schroot.” Alle teams maken gretig gebruik van het ruime aanbod aan spatborden. Er wordt druk gelast en heen en weer gelopen en er worden taken verdeeld. De tijd loopt immers door. Mathijs Spanbroek moedigt ze aan. Alle studenten hebben wel enige laservaring, zegt hij. “Dit zijn techneuten, dat zie je. Maar er komen ook veel mensen zonder die ervaring. Laatst was hier nog een groep dames uit de kinderopvang.” En welke groepen vindt hij dan het leukst? “Toch die onervaren mensen. Dan is de spanning groter. De dames uit de kinderopvang begonnen wat melig, maar zodra de overall aan gaat worden ze fanatiek en vinden ze het schitterend.”
zijn heel theoretisch, maar hier moet je origineel en creatief zijn.” Met hun constructie die bestaat uit een hendel en twee platforms willen ze het team verplaatsen zonder gebruik te maken van wielen. Het tweede team bedacht iets soortgelijks, terwijl het derde team een loopbrug van spatborden aan elkaar laste. Onder luid gejoel gaan ze nu de strijd tegen de tijdklok aan. “Prachtig toch?”, glundert Jos Spanbroek. “Je ziet hoe belangrijk teamwerk is, tot aan de laatste seconde.” De belangstelling voor de Schrootstrijd blijft groeien, terwijl het speelpark er nauwelijks doelgericht mee adverteert. “Dit gaat allemaal via mond-tot-mondreclame”, verklaart de ondernemer, die vertelt dat opdrachten altijd inspelen op het karakter van het bedrijf. “Medewerkers van een financiële overheidsinstelling moesten bijvoorbeeld een knikkerbaan maken.” Dat deelnemers bij het verlaten van het schrootstrijdperk enthousiast huiswaarts gaan, zit ‘m vooral in het verrassende aspect van dit bedrijfsuitje, weet Spanbroek. “Dit is zo totaal anders. En weet je: er is al zó veel gesurvivald.”
Helemaal los Las- en constructiebedrijven komen ook op bezoek. “Wat me daarbij opvalt, is dat deze deelnemers nauwelijks creatief kunnen denken. Ik begrijp het wel: ze werken in productie en vanaf tekening. Als ze zelf iets moeten bedenken, zeggen ze al gauw dat ze niet creatief zijn. Maar als ik ze die drempel over krijg, gaan ze helemaal los.” Qua apparatuur houdt het bedrijf er wel rekening mee dat deelnemers onervaren zijn. “Bij dit lasapparaat bijvoorbeeld”, wijst Mathijs Spanbroek, “hoef je qua draadsnelheid en stroomsterkte niets in te stellen. We werken ook met een omgebouwde slijptol, die uitgaat wanneer je hem loslaat.” Zijn vader verduidelijkt: “Dat werkt als een soort dodemansknop.” Ook wordt, uit bescherming voor de deelnemers, gewerkt met automatische lashelmen.
Verrassend Intussen naderen de studenten de apotheose van de strijd. “Ik vind dit geweldig”, roept Jan Marius. “Onze lessen
Verborgen talenten Jos Spanbroek kan zich flink opwinden over de kwaliteit van het vak Techniek. “Het is zo theoretisch geworden en staat zo ver van de leerlingen af”, zegt hij tijdens een rondleiding door zijn workshopruimte. Het doet Spanbroek daarom deugd dat kinderen tijdens zijn workshops ontdekken waar hun talenten liggen. “Ouders komen er hier soms achter hoe creatief hun kind is en zeggen: ga jij toch maar Techniek doen. En tijdens schoolreisjes vallen docenten soms de schellen van hun ogen: is dát mijn leerling?”
27
TECHNIEK
juli 2012
Digitale beeldcorrelatie
ondersteunt
mechanische lasbeproeving Optische vervormingsmetingen brengen het hele proefstuk in kaart DIGITALE BEELDCORRELATIE IS EEN TECHNIEK WAARMEE MEN HET VERVORMINGSGEDRAG VAN LASSEN GRONDIG IN KAART KAN BRENGEN. DIT ARTIKEL BESPREEKT HET WERKINGSPRINCIPE, DE MOGELIJKHEDEN EN BEPERKINGEN VAN DEZE TECHNIEK EN GEEFT ENKELE TOEPASSINGSVOORBEELDEN. door Matthias Verstraete, Stijn Hertelé en Wim De Waele, Laboratorium Soete, Universiteit Gent e mechanische beproeving van lassen is een onontbeerlijke fase in de kwalificatie van een lasprocedure. In een dergelijk proefprogramma wordt meestal een beperkte hoeveelheid aan informatie gewonnen uit een reeks gestandaardiseerde proefstukken. Het gebruik van de digitale beeldcorrelatietechniek biedt een uitstekende kans om het vervormingsgedrag van lassen veel grondiger in kaart te brengen. Digitale beeldcorrelatie observeert immers de vervormingen van het totale oppervlak waarop gemeten wordt.
Afbeelding 1: Het lokaal correleren van vervormde gebieden op verschillende tijdstippen door het opvolgen van onregelmatige spikkels leidt tot de bepaling van verplaatsingsfuncties [2]
Werkingsprincipe De digitale beeldcorrelatietechniek (Digital Image Correlation – DIC) werd ontwikkeld in de vroege jaren 80 [1]. Deze techniek maakt het mogelijk om contactloos vervormingen op te meten. Hiertoe dient op het te beproe-
28
ven materiaal een onregelmatig en contrastrijk (spikkel)patroon aangebracht te worden. Dit gebeurt meestal door middel van een verfpatroon, maar men kan ook gebruikmaken van de natuurlijke textuur van het materiaal (bijvoorbeeld de microstructuur in een geëtst proefstuk). Tijdens het beproeven wordt dit patroon op geregelde tijdstippen geregistreerd door één of meerdere camera’s. Wanneer gebruik gemaakt wordt van meerdere camera’s is het mogelijk om in de driedimensionale ruimte vervormingen te bepalen. Hiertoe vergelijkt specifieke software de beelden, genomen op verschillende tijdstippen, en probeert overeenkomstige zones te identificeren in de verschillende beelden (zie afb. 1). Deze identificatie gebeurt op basis van de lokale grijswaardenverdeling. Een contrastrijk, onregelmatig patroon dat voldoende spikkels bevat is hierbij van essentieel belang. Door identificatie van gebieden met eenzelfde patroon kunnen vervolgens verplaatsingen bepaald worden. Op basis van deze verplaatsingen kunnen de lokale rekken bepaald worden. Zo kan men de lokale plastische uitputting van het materiaal begroten en falen voorspellen en/of begrijpen. De mate van detail in ruimtelijke resolutie hangt hierbij nauw samen met de resolutie van de gebruikte camera’s en de grootte van het te onderzoeken gebied. Het laboratorium Soete maakt voor het toepassen van de DIC-techniek gebruik van twee camera’s met een resolutie van vijf megapixels. Voor het verkrijgen van het spikkelpatroon wordt steeds een homogene witte verflaag aangebracht, waarna zwarte verfspikkels met een spuitbus of compressor (naargelang de beoogde grootte) worden verneveld.
TECHNIEK
juli 2012
Voordelen en beperkingen
Gebruik tijdens lasbeproeving
Digitale beeldcorrelatie heeft in vergelijking met meer conventionele vervormings- en rekmetingen (rekstrookje, extensometer, lineaire variabele differentiële transformator of LVDT) enkele (duidelijke) voordelen:
De digitale beeldcorrelatietechniek kent vele toepassingsgebieden, van biomechanica tot grondmechanica. Het laboratorium Soete past de digitale beeldcorrelatietechniek voornamelijk toe voor het opmeten van vervormingen in breukmechanische testen en lasbeproeving. In dit artikel worden twee specifieke toepassingen uit het gebied van de lasbeproeving verder toegelicht: klassieke transversale trekproeven op lassen en grootschalige trekproeven op panelen met gekerfde lassen.
•
•
•
•
De vervormingen van een uitgestrekt oppervlak worden in kaart gebracht. Dit oppervlak kan een groot deel van het proefstuk omvatten, of eerder focussen op een zeer kleine specifieke zone (bijvoorbeeld de las en de aangrenzende warmte-beïnvloede zone). Digitale beeldcorrelatie is een contactloze meettechniek en vereist dus geen montage van sensoren op het proefstuk. De vervormingen, opgemeten met DIC, laten toe om alle rekcomponenten in het opgemeten vlak te beschouwen. Beeldcorrelatie berekent dus simultaan horizontale, verticale en schuifrekken. Als het aangebrachte spikkelpatroon hiertegen bestand is, is digitale beeldcorrelatie in staat om zeer grote rekwaarden op te meten. Het laboratorium Soete heeft ervaring met het optisch meten van rekken tot 30%. Dergelijke metingen zijn dikwijls niet haalbaar met conventionele metingen. Afbeelding 2 schetst bijvoorbeeld hoe DIC rekken observeert buiten het meetbereik (anders gezegd, in het saturatiegebied) van een LVDT.
Het optische meetprincipe kent ook enkele onlosmakelijke beperkingen: •
•
•
Digitale beeldcorrelatie vereist een goede zichtbaarheid van het op te meten oppervlak. Deze zichtbaarheid kan verhinderd worden door mechanische onderdelen zoals klemmen van de trekbank en koelpanelen, of door dauw indien beproefd wordt bij temperaturen onder het vriespunt. Metingen met digitale beeldcorrelatie zijn in de regel minder nauwkeurig dan met rekstrookjes of LVDT’s. In optimale omstandigheden (belichting, spikkelkwaliteit, systeemkalibratie) kan hoogstens een nauwkeurigheid van ruwweg 0,01% (of 100 x 10-6) rek behaald worden. Het aanbrengen van een geschikt spikkelpatroon is arbeidsintensief. Dat maakt digitale beeldcorrelatie minder geschikt voor routinetoepassingen (industrie). Bovendien is een studie naar de geschikte spikkelgrootte en bijhorende spikkelprocedure vereist, voordat nieuwe geometrieën met succes optisch onderzocht kunnen worden.
Afbeelding 2: Digitale beeldcorrelatie observeert rekken buiten het meetbereik van een LVDT bij een Curved Wide Plate trekproef
Klassieke transversale trekproeven op lassen Het uitvoeren van transversale trekproeven vormt een wezenlijk onderdeel van de kwalificatie van lasprocessen. Hierbij wordt een genormeerd proefstuk loodrecht op de las uitgenomen en onderworpen aan een trekbelasting tot falen (afb. 3). De uitkomst bij dergelijke proeven betreft vaak niet meer dan de kracht bij breuk en/of de plaats van falen (binnen of buiten de las). Echter, het opvolgen van de vervormingen tijdens het beproeven maakt het mogelijk om heel wat extra informatie te verwerven over de lasverbinding.
Afbeelding 3: Schematische voorstelling van transversale trekproefstaaf
29
TECHNIEK
Als eerste voorbeeld kan de verzachting in de warmtebeïnvloede zone (WBZ) aangehaald worden. Dikwijls kan op basis van hardheidsmetingen de aanwezigheid van een al dan niet verzachte WBZ aangetoond worden (afb. 4); dit is een specifiek probleem bij het lassen van hogesterkte-, laaggelegeerde staalsoorten. Echter blijft de vraag in welke mate deze verzachting het globale vervormingsgedrag van de gelaste verbinding beïnvloedt. Door het gebruik van digitale beeldcorrelatie tijdens het beproeven, worden in meerdere of mindere mate lokaal verhoogde vervormingen waargenomen. In dit geval werd een zone van 15 x 60 mm² gevolgd, waarop spikkels met een grootte van ongeveer 0.1 x 0.1 mm² waren aangebracht. Het is duidelijk dat de vervormingen zich concentreren volgens de fusielijn in de WBZ (afb. 4). Op die manier wordt duidelijk waar het falen initieert, iets wat vaak moeilijk achteraf te bepalen valt.
juli 2012
sterkte-eigenschappen ten opzichte van het omringende basismateriaal (zie afb. 5 - rechts).
Afbeelding 5: Rekconcentratie ter hoogte van het zwakste basismateriaal (links) en lokaal minimaal vervormde zone in de nabijheid van een lasverbinding met superieure sterkte-eigenschappen ten opzichte van het basismateriaal (rechts)
TECHNIEK
juli 2012
Recent werd voor onderzoeksdoeleinden een variant van het conventionele proefstuk (ca. 150 mm breed en 500 mm lang, trekkracht tot 2500 kN) uitgebreid met metingen via beeldcorrelatie. Afbeelding 7 illustreert de optische analyse van twee van zulke trekproeven, waarop spikkels van ruwweg 1 x 1 mm² waren aangebracht. De contourplots tonen rekdistributies in de langsrichting van het proefstuk. Beide proefstukken werden uit eenzelfde pijpsectie met omtreklas genomen en bevatten een kerf van identieke grootte (40 mm x 3 mm). De kerflocatie was echter verschillend: de ene las in het centrum van de las, de andere in de WBZ. De optische analyses tonen bijvoorbeeld aan dat: • het pijpleidingstaal een discontinu vloeigedrag vertoont (propagatie van Lüdersbanden), zie afb. 7(a); • het basismateriaal ‘1’ significant sterker is dan basismateriaal ‘2’ (hoewel beide tot dezelfde sterkteklasse, EN 10208-2 L485, behoren), aangezien het veel minder rekt, zie afb. 7(b); • de kerflocatie (lasmateriaal of WBZ) een grote invloed kan hebben op het faalgedrag. In dit geval leidt de eerste locatie tot falen ter hoogte van de las. Voor de tweede locatie bleek de las een sterkere schakel dan het rechter basismateriaal ‘2’ dat uiteindelijk insnoerde, zie afb 7(c).
Deze en andere optische analyses maakten het mogelijk om invloedsfactoren op het faalgedrag van omtreklassen met lasfout beter te begrijpen.
Conclusie De digitale beeldcorrelatietechniek laat toe om contactloos vervormingen op te meten. Deze vervormingen en diverse afgeleide rekcomponenten worden zo in kaart gebracht over een groot oppervlak, tot rekniveaus die de mogelijkheden van traditionele meettechnieken evenaren of zelfs overtreffen. De enige vereiste is het aanbrengen van een geschikt spikkelpatroon, wat dient te gebeuren met de nodige deskundigheid. Ook is een preliminaire studie vereist op basis van de proefstukgeometrie en afmetingen. Een veelbelovende toepassing is te vinden in de beproeving van lasverbindingen. Het visualiseren van de rekverdeling in en rond de las laat toe om het (faal)gedrag van lasverbindingen en de interactie met de omringende structuur beter te begrijpen. Dit beter begrip opent deuren voor de optimalisatie van een lasproces of warmtebehandeling na het lassen. Meer informatie en toepassingsvoorbeelden van digitale beeldcorrelatie zijn terug te vinden op de website van het laboratorium Soete [3].
Grootschalige trekproeven met gekerfde lassen Het laboratorium Soete heeft de laatste decennia wereldwijd faam verworven met de grootschalige beproeving van omtreklassen van pijpleidingen (proefstuk ca. 300 mm breed en 1000 mm lang, trekkracht tot 8000 kN). Met deze zogenaamde ‘Curved Wide Plate’ (CWP) trekproeven wordt de invloed onderzocht van een lasfout (gesimuleerd door middel van een aangebrachte kerf, afb. 6) op het faalgedrag en de vervormingscapaciteit van de lasverbinding. Afbeelding 4: Hardheidsprofiel en rekverdeling in lasverbinding
Deze methode laat ook toe om de heterogeniteit in een lasverbinding in kaart te brengen. Het is immers uitzonderlijk dat twee materialen, zelfs als ze tot eenzelfde sterkteklasse behoren, eenzelfde vervormingsgedrag vertonen. Aangenomen dat de las sterker is dan beide omringende basismaterialen, dan zullen de vervormingen zich concentreren in het zwakste basismateriaal (zie afb. 5 links). Verder laat het visualiseren van de vervormingen toe om de grootte van een afgeschermde zone te bepalen, die ontstaat bij het gebruik van lasmetalen met superieure
30
Afbeelding 7: Optisch gemeten rekdistributies in twee grootschalige trekproeven op gekerfde lasverbindingen (aangelegde kracht neemt toe van (a) tot (c))
Referenties
Afbeelding 6: Schematische voorstelling van een CWP-proefstuk
[1] M.A. Sutton, J.J. Orteu, H.W. Schreier, Image correlation for shape, motion and deformation measurements – basic concepts, theory and applications, Springer Science+Business Media, 2009, ISBN 978-0-387-78746-6.
[2] VIC3D 2007: testing guide – Limess. www.limess.com. [3] www.tribology-fatigue.ugent.be/05_a_dic.shtml
31
RUBRIEK
juli 2012
Lasgroep Noord (LGN) Plaats van samenkomst: Rsg De Borgen; Waezenburglaan 51a; Leek Lasgroep West (LGW) Plaats van samenkomst: Tata Steel Training Centre; Rooswijklaan 61; 1951 MH Velsen-Noord Lasgroep Oost (LGO) Plaats van samenkomst: Sg Sprengeloo; Sprengenweg 81; Apeldoorn Lastechnische Discussiegroep Rotterdam (LDR) Plaats van samenkomst: Applus-RTD; Delftweg 111; Rotterdam Zeeuwse Lasgroep (ZLG) Plaats van samenkomst: Wisselend, voor meer informatie kijkt u op zeeuwselasgroep.nl Lasgroep Zuid (LGZ) Plaats van samenkomst sinds 1 januari 2012: Sociaal Cultureel Centrum De Enck Oirschot De Loop 67; 5688EW Oirschot Lasgroep Zuid-Limburg (LZL) Plaats van samenkomst: Amerikalaan 35; Maastricht-Airport
Activiteiten bij de lasgroepen Lasgroep Noord (LGN) 08-09-2012 Motortoertocht 13-09-2012 Excursie Bodewes Scheepswerven te Hoogezand 18-10-2012 Excursie thermisch spuiten Locatie nog onbekend Lasgroep Oost (LGO) 13-09-2012 Ontwikkelingen in lasnormen; invoering EN 1090-2, door Henk Bodt 26-10-2012 Viering 25-jarig bestaan Lasgroep Oost 29-11-2012 Pesentatie door Delta Heat Lasgroep West (LGW) 26-09-2012 Excursie naar deeltjesversneller Cern, Genève Zwitserland Lastechnische Discussiegroep Rotterdam (LDR) 11-09-2012 Weerstandlassen, bij Laskar Gorinchem 23-10-2012 Radiografisch onderzoek met demo
Zeeuwse Lasgroep (ZLG) Excursie sept. 2012 Lasgroep Zuid (LGZ) 14-09-2012 Feestavond 25-jarig bestaan Lasgroep Zuid 23-10-2012 Excursie VDL Bus Modules 20-11-2012 Lastechnische normen en wps, door Leo Vermeulen (NIL) Lasgroep Zuid-Limburg (LZL) 18-09-2012 Gloeien, door Delta Heat 16-10-2012 Hoge rekgrens materiaal 27-11-2012 Explosie lassen
Vakantieadvies Ik ben dit jaar echt aan vakantie toe. Doodmoe ben ik. Niet alleen van het harde werken, maar ook van het kijken naar Roland Garros, het EK voetbal, Wimbledon, Tour de France en als afronding van al het sportgebeuren de Olympische Spelen in Londen. Roland Garros begon op zondag 27 mei en de sluitingsceremonie van de Olympische Spelen was op 12 augustus. Elf weken elke avond sport kijken, dat overleeft geen normaal mens toch? De spanning van het voetballen was snel gebroken, want Nederland kwam niet door de voorrondes en keerde gedesillusioneerd terug naar huis. Jammer, maar meer zat er deze keer niet in. Te veel ego’s in ons team. Na al die sport kan ik nu eindelijk op vakantie. Lekker kamperen, een biertje drinken en barbecueën met vrienden. Wat wil een mens nog meer. Lekker vissen aan de Oostvaarderplassen. Geen onrustige TV beelden meer, maar uitzicht op het langzaam kabbelende water en mijn dansende dobber. Hoelang ga ik dit volhouden? Heel lang denk ik en mijn vakantie is vaak al weer voorbij, terwijl ik er voor mijn gevoel net aan begonnen was. Voor mij geen buitenlandse vakanties met de caravan of tent naar het verre Zuiden, of een uren durende vliegreis naar nog verdere oorden. Ik ga niet zo ver als de emeritus hoogleraar vrijetijdbesteding, prof. dr. Theo Beckers, die in 1995 stelde dat het vrijetijdsverkeer, waaronder het vakantieverkeer, drastisch beperkt moest worden. De buitenlandse vakantie mocht van hem best duurder worden. De kleinschalige besparing aan energie van de consument wordt in de
vakantie grootschalig weggegooid en dat mag niet van de professor. Nee we moesten van hem in Nederland blijven. Het is nu bijna 20 jaar later en de professor wordt op zijn wenken bediend, want door de economische recessie blijven we weer wat meer thuis. Niet dat ik er blij mee ben, want mijn viswatertje is aardig drukker geworden, wel gezelliger en zo heeft elk nadeel weer zijn voordeel. Niet alleen de Universiteit in Tilburg heeft een hoogleraar vrijetijdsbesteding of vrijetijdskunde. Ook in Utrecht wordt ons vrijetijdsgedrag wetenschappelijk onderzocht. Uit een van de onderzoek van deze ‘vrijetijdsgroep’ kwam een schokkend resultaat naar voren. Een derde van de echtparen overweegt bij terugkomst van de twee weken durende gezinsvakantie een proefscheiding. Wat zouden de cijfers zijn voor de nu standaard drie weken familievakantie? Voor één op de vier kinderen wordt aan uitplaatsing in een verbeteringsgesticht gedacht, kwam ook als resultaat uit de studie. Verder blijft de arbeidsproductiviteit na de vakantie lange tijd steken op nog geen zestig procent van de werkinzet voor het vertrek. Dat zijn toch schokkende zaken. Dus wordt mijn advies dit jaar: Blijf lekker thuis, ga vissen of fietsen in de omgeving waar je woont. Het komt je relatie met je familieleden alleen maar ten goede.
Lastechniek #9 verschijnt in september
Lasgroep Vlaanderen Plaats van samenkomst Wisselend, voor meer informatie kijkt u op www.bil-ibs.be/lasgroep-vlaanderen
Meer informatie over alle activiteiten is op te vragen bij het NIL, Postbus 190, 2700 AD Zoetermeer. T 088 400 85 60, F 079 353 11 78, E
[email protected]. Actuele informatie staat op www.vakbladlastechniek.nl en op www.nil.nl/algemenelasinfo
32
RUBRIEK
juli 2012
Voor redactionele bijdragen en advertenties kunt u ons bellen 071 589 56 44 of e-mailen:
[email protected] 33
ECONOMIE
juli 2012
Niet doemdenken, maar investeren in oplossingen
IN WEERWIL VAN DE ECONOMISCHE MALAISE ZIJN ER BEDRIJVEN DIE BEWUST INVESTEREN IN KOSTBARE INNOVATIEVE PROJECTEN. ITW WELDING PRODUCTS IN OUD-BEIJERLAND IS ZO’N BEDRIJF. IN HET GLOEDNIEUWE TECHNICAL CENTRE WORDEN SALESMEDEWERKERS VERTROUWD GEMAAKT MET DE NIEUWSTE APPARATUUR. “JE KUNT MENSEN IETS VERTELLEN, JE KUNT HET ZE LATEN ZIEN, MAAR PAS ALS ZE HET ZELF GEDAAN HEBBEN, ONTHOUDEN ZE HET VOOR ALTIJD.” door Margriet Wennekes e boodschap die herhaaldelijk klinkt als het gaat om het versterken van de Europese maakindustrie is ‘innoveren, innoveren en nog eens innoveren’. ITW Welding Products koppelt productinnovatie aan een vernieuwende bedrijfsvoering en is niet bang om daarin te investeren. In november 2011 is men vanuit de vestiging in Oud-Beijerland gestart met het inrichten van een Technical Centre. Doel van dit centrum is om salesmedewerkers, maar ook dealers en potentiële klanten, vertrouwd te maken met het hele gamma aan lastechnische producten. ITW Welding produceert, naast de lasapparatuur van het merk Miller, de toevoegmaterialen van Elga, Hobart, McKay, Tri-mark en Tien-Tai. Lastechniek bezocht ITW als voorbeeld van een bedrijf dat de economische recessie het hoofd biedt door te blijven investeren.
Praktisch aan de slag Max Bleijswijk, commercieel directeur van ITW, leidt ons rond door het Technical Centre tijdens de eerste dag van een internationale bijeenkomst voor salesmedewerkers, de Technical Sales Meeting. “Het maken van innoverende producten is één ding, maar je moet ook zorgen dat de mensen goed doordrongen zijn van de meerwaarde van je producten, de unique selling points. En daar moet je heel eerlijk in zijn. We hebben hier bijvoorbeeld een paar machines staan van concurrerende merken. Deze setting maakt het mogelijk om de apparatuur onderling te vergelijken.“ Lastechnische vertegenwoordigers uit Duitsland, Engeland, Italië en Servië zijn naar Oud-Beijerland gekomen om zich drie dagen lang te laten voorlichten en vooral praktisch aan de slag te gaan met toevoegmaterialen en lasapparatuur. In een ruimte met de afmetingen van een fabriekshal staan de nieuwste machines overzichtelijk op-
34
gesteld. Bij elke machine staat een groep van zo’n tien deelnemers. Een instructeur geeft uitleg, waarna de deelnemers zelf aan de slag mogen gaan. “Nu zijn het salesmedewerkers, maar straks zullen ook dealers en prospects gebruik maken van onze faciliteiten”, aldus Bleijswijk. “Hier hebben we bijvoorbeeld een noviteit op het gebied van onderpoederdek-stroombronnen, waarmee we een productiviteitsverhoging van maar liefst 30% behalen. Nu trainen we onze medewerkers, maar minstens zo belangrijk is dat we het ook onze klanten hier zelf kunnen laten zien.” Als extra dienstverlening biedt het Technical Centre de mogelijkheid om lasmethodekwalificaties te maken. Daartoe zijn er een aantal lasboxen ingericht.
ECONOMIE
juli 2012
Boven de hal is een trainingslokaal ingericht voor het houden van presentaties. Op de entresol is alles in gereedheid gebracht voor een rollenspel, dat ook onderdeel uitmaakt van de trainingsbijeenkomst. Henk van Zijl, algemeen directeur van ITW, laat zien wat er de komende drie dagen allemaal op het programma staat. Elke dag maken de deelnemers intensief kennis met wel zes nieuwe lastechnische toepassingen. “Door onze medewerkers vertrouwd te maken met de nieuwste technische snufjes van het product dat ze vertegenwoordigen, zullen ze beter in staat zijn om mee te denken met de klant. Ze leren tot in detail wat de toegevoegde waarde is van elk product en kunnen daarmee een betere service bieden. Je kunt dat doen door het ze te vertellen, je kunt het ze laten zien, maar pas als ze het zelf gedaan hebben, onthouden ze het voor altijd.” Vrijblijvend gaat het er niet aan toe: de deelnemers moeten tijdens een evaluatie aantonen wat ze geleerd hebben.
ben ik met mijn collega’s naar Nederland gereisd, maar we zijn bezig om ook in Engeland een dergelijk centrum op te richten. Dit in samenwerking met de nucleaire industrie, een branche waar we veel zaken mee doen.” Jochen Brinkmann, Country Manager van Duitsland is al ruim dertien jaar werkzaam voor ITW. “In 2004 is het merk Miller er voor ons, naast de Elga lastoevoegmaterialen, bijgekomen. De markt in Duitsland is niet te vergelijken met die in Engeland of Nederland. We hebben het merk Miller vanaf nul moeten opbouwen. Je hebt in Duitsland te maken met veel concurrerende bedrijven op de markt voor lastechnische producten. Daarom richten we ons in Duitsland vooral op de nichemarkt en machines die de concurrent niet heeft. In dit Technical Centre leer ik alle mogelijkheden en de toegevoegde waarde van onze producten kennen. Verder vind ik het belangrijk om ervaringen te kunnen uitwisselen met collega’s uit andere landen, omdat de situatie in elk land zo verschillend is.”
Diversiteit
Segmenten
De Europese markt voor lasmachines en -toebehoren is zeer divers. In Duitsland bijvoorbeeld staat men voor andere uitdagingen dan in Engeland. Dat merken we als we aan de deelnemers vragen hoe zij deze trainingsbijeenkomst ervaren. John Titmus, Country Manager van Engeland is blij met de gelegenheid om deze verdiepende training te volgen. “Miller is in Engeland een gevestigd merk. Voor mij is deze bijeenkomst interessant omdat ik hier op een gestructureerde en intensieve manier leer welke innovaties er zijn en voor welke toepassingen deze geschikt zijn. Dit kan ik direct toepassen in mijn werk. Nu
Voor ITW-medewerkers Cor Hagendijk en Jan Heeneman is dit niet de eerste keer dat ze een trainingstraject doorlopen. Heeneman: “In dit Technical Centre kunnen we kennismaken met een compleet programma voor heating solutions. Het gaat om apparatuur om voor te warmen en te gloeien door middel van inductie, weerstand en/of infrarood. Het grootste voordeel van de inductie-apparatuur is dat de voorwarmtijd enorm verkort kan worden en beter gereguleerd is. Heel interessant dus vanuit het oogpunt van kostenbesparing en kwaliteitsverbetering.” Cor Hagendijk is de oudste deelnemer. Hij werkt al jaren voor ITW en vertelt dat hij vooral gespecialiseerd is in toepassingen voor de scheepsbouw en offshore. Die specialisatie in toepassingsgebieden is iets waarop het Technical Centre ook is ingericht. Bleijswijk: “Het is onze bedoeling om onze producten per segment te gaan groeperen.” Hij wijst daarbij op grote wandplaten in het Technical Centre, waarop belangrijke segmenten staan afgebeeld, zoals energy, offshore, pipeline, heavy equipment, en ship building. “We kunnen straks heel gericht klanten uit een bepaald segment kennis laten maken met onze totaaloplossing voor hun toepassingsgebied.”
Niet vrijblijvend
Ontspanning Al met al een paar intensieve dagen voor de deelnemers, maar gelukkig is er ook tijd voor ontspanning. Bleijswijk: “Vanavond hebben we een gezamenlijk etentje waarbij ook mensen van onze binnendienst zijn uitgenodigd en morgen hebben we aan het eind van de dag een golf clinic. Ook die investering vinden we belangrijk. Mensen moeten zich prettig voelen in ons bedrijf, dat komt de sfeer en uiteindelijk de productiviteit alleen maar ten goede.”
35
RUBRIEK
juli 2012
Naam: Roel Majoor - Leeftijd: 64 jaar Functie: Allround lasinstructeur bij Tetrix Bedrijfsopleidingen in Den Helder door Margriet Wennekes, fotografie Tetrix Bedrijfsopleidingen Wat vindt u ervan dat uw zoon u heeft aangemeld als Lasser van de maand? “Ik wist er niets van en had het ook niet verwacht. Ik ben niet zo snel in een euforiestemming, maar ik vind het wel leuk hoor. In augustus ga ik met pensioen, dus het kan nog net. Mijn vrouw zat trouwens ook in het complot. Ze hebben er met z’n tweeën voor gezorgd dat ik thuis was toen ze wisten dat ik gebeld zou worden.” Hoe lang zit u al in de laswereld? “Dat is best al een lange tijd. Voor dit interview heb ik mijn oude diploma’s nog eens opgezocht. Het oudste lasdiploma dat ik terug kon vinden heb ik hier voor me liggen. Het is van 6 juni 1967, voor een cursus voor gevorderden in het booglassen met beklede elektroden. Ik heb die cursus destijds gevolgd aan de Technische School in IJmuiden. Het diploma is nog uitgereikt door de NVL (red. Nederlandse Vereniging voor Lastechniek), de voorloper van het NIL.” Hoe bent u begonnen met lassen? “Na de lagere school ging ik naar de Ambachtsschool. Daar begon ik al met lassen. Op mijn vijftiende, met het diploma van de Ambachtsschool op zak, ging ik aan het werk bij een constructiebedrijf in IJmuiden. Het was nog de tijd van de loonzakjes, dat kun je je nu bijna niet meer voorstellen. Overdag werkte ik, en drie avonden per week ging ik naar de avondschool.” Wat vindt u mooi aan het lassen? “Het hele lasproces in de breedte en in de lengte boeit mij. Ik heb het altijd een uitdaging gevonden om een goed lasresultaat te krijgen, of ik nu laste aan een onderzeeër of aan een installatie van roestvast staal. In de jaren 70 heb ik bij diverse bedrijven gewerkt, onder andere bij Rolas, Koninklijke Hoogovens en scheepswerf Friesland. Daardoor heb ik een goede leerschool gehad en heb ik mijn kennis kunnen verruimen. Nu vind ik het vooral een uitdaging om mensen die nog nooit hebben gelast te leren lassen. Als mensen dan met
36
een diploma de deur uitgaan geeft mij dat veel voldoening, het niveau maakt eigenlijk niet eens zoveel uit.”
Hoe kwam u terecht bij Tetrix? “In 1993 kwam ik in de opleidingen terecht. Ik was zowel praktisch als theoretisch geschoold en kon beginnen als instructeur bij wat toen nog de CTBO heette (red. Centrum voor Technische Bedrijfsopleidingen). Door verschillende fusies is later Tetrix ontstaan. Ik werk in de vestiging in Den Helder, waar we vanuit de Techniekcampus opleidingen verzorgen voor de kop van Noord-Holland.” Wat houdt uw werk bij Tetrix in? “Ik geef vooral handvaardigheidlessen, dus autogeen lassen, BMBE, MIG/MAG en TIG aan leerlingen van het ROC, mensen die via een bedrijf een BBL-opleiding volgen en mensen van de Koninklijke Marine. Daarnaast geef ik ook les in het hardsolderen van koeltechnische installa-
RUBRIEK
juli 2012
ties. De examens daarvoor worden afgenomen door de STEK, zoals de handvaardigheidopleidingen door het NIL worden geëxamineerd. Nu ik tegen mijn pensioen aanloop, probeer ik mijn werk zo goed mogelijk over te dragen. Sinds drie jaar is mijn zoon mijn naaste collega en opvolger.” Wat zijn voor u de hoogtepunten in uw loopbaan? “Nou, ik heb heel veel mooie klussen gehad, maar een hoogtepunt kan ik niet kiezen. Kijk, we lasten de hele week door, en op een gegeven moment wordt alles normaal. Je krijgt zoveel ervaring dat een mooi project niet zo bijzonder meer is als in het begin. Het opleiden van jonge mensen geeft me nu net zoveel voldoening als het lassen zelf. Ik heb altijd met veel plezier gewerkt.” Is het lassersvak in de loop van de tijd sterk veranderd? “Ja, dat is volgens mij zeker zo. Toen ik begon kreeg je als jonge lasser nog de ruimte om fouten te maken in de praktijk van een constructiebedrijf. En van fouten leer je tenslotte het meest. Onder begeleiding van een ouder iemand deden we vanaf het begin allerlei ervaring op, ook met tekeninglezen bijvoorbeeld. De jongeren die nu tewerkgesteld worden staan vaker onder een grote tijdsdruk. De ruimte om fouten te maken ontbreekt en daardoor kunnen ze minder goed functioneren. Een ander verschil is dat tegenwoordig de nadruk te veel ligt op de theorie. De jongens willen wel, maar ze moeten eerst een vmboopleiding volgen en hebben dan nog geen enkele praktische ervaring opgedaan. Om een voorbeeld te geven: toen ik in 1993 begon met lesgeven, waren er in elke klas wel een paar jongens die al een lasdiploma niveau 1 hadden. Dat werd steeds zeldzamer en nu komt het praktisch nooit meer voor.” Wat gaat u na uw pensioen doen? “Ik probeer wel in de running te blijven, ik ben er de persoon niet naar om te gaan reizen of om achter de computer te kruipen. Het beroep lassen is ook grotendeels mijn hobby, dus als mijn werkgever bij gebrek aan personeel een beroep op me zou doen, wil ik me best laten lijmen om er nog een poosje aan vast te plakken. Maar alleen als het echt nodig is; ik wil niet zo’n oude man worden die denkt dat-ie onmisbaar is. Het kan ook zijn dat een andere uitdaging mijn weg nog kruist, wie weet?”
Nieuwe NIL Bedrijfsdeelnemers tot 1 juli 2012 vervolg van pag. 24
Metaal- en Scheepsbouw Opleidingen Duinkerkenstraat 56-1 9723 BT GRONINGEN T 050 360 30 45 www.mso-groningen.nl
Mogema B.V. Industrieweg 9 8084 GS ’t HARDE T 0525 65 15 33 www.mogema.nl
Power-Packer Europe B.V. Hanzepoort 11 7575 DB OLDENZAAL T 0541 58 45 00 www.power-packer.nl
VolkerRail Nederland B.V. Lange Dreef 7 4131 NJ VIANEN T 0347 35 44 44 www.volkerrail.nl
VOM Vereniging voor Oppervlaktetechnieken en Materialen Einsteinbaan 1 3439 NJ NIEUWEGEIN T 030 630 03 90 www.vom.nl
Weasler Engineering B.V. Bijsterhuizen 25-11 6604 LM WIJCHEN T 024 648 91 00 www.weasler.com
Willems Constructie B.V. Waterstraat 24 6657 CP BOVEN LEEUWEN T 0487 59 23 04 www.willems.nl
37
BRANCHES
ADVIES en CONSULTANCY
ADK Techniek Staalindustrieweg 15 Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 750 38 20 - F 078 750 38 21 E
[email protected] I www.adktechniek.nl
juli 2012
AFZUIGINSTALLATIES en LUCHTBEHANDELING
Air Liquide Welding Nederland B.V. Rudonk 6b - 4824 AJ Breda Postbus 6902 - 4802 HX Breda T 076 541 00 80 - F 076 541 58 96 E
[email protected] I www.alwn.nl
INDUSTRIËLE GASSEN
Air Liquide Welding Nederland B.V. Rudonk 6b - 4824 AJ Breda Postbus 6902 - 4802 HX Breda T 076 541 00 80 - F 076 541 58 96 E
[email protected] I www.alwn.nl
AUTOMATISCHE LASHELMEN Exova B.V. Hofweg 5 - 3208 LE Spijkenisse T 0181 61 71 44 E
[email protected] Kap. Nemostraat 12 - 7821 AC Emmen T 0591 61 85 55 E
[email protected] I www.exova.com
Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
Linde Gas Benelux B.V. Havenstraat 1 - 3115 HC Schiedam Postbus 78 - 3100 AB Schiedam T 010 246 14 70 - F 010 246 15 06 E
[email protected]
Linde Gas Benelux B.V. Havenstraat 1 - 3115 HC Schiedam Postbus 78 - 3100 AB Schiedam T 010 246 14 70 - F 010 246 15 06 E
[email protected] Valk Welding B.V. Staalindustrieweg 15 Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 691 70 11 - F 078 691 95 15 E
[email protected] I www.valkwelding.com
Lincoln Electric Smitweld B.V. Nieuwe Dukenburgseweg 20 6534 AD Nijmegen Postbus 253 - 6500 AG Nijmegen T 024 352 29 11 - F 024 352 22 02 E
[email protected] I www.lincolnelectric.nl
KEURINGEN Lorch Lastechniek B.V. Postbus 5 - 2200 AA Noordwijk T 071 362 56 27 - F 071 362 38 85 E
[email protected] I www.lorch.eu
CHEMISCHE METAALOPPERVLAKTEBEHANDELING AIB-Vinçotte Nederland B.V. Takkebijsters 8 - 4817 BL Breda Postbus 6869 - 4802 HW Breda T 076 571 22 88 - F 076 587 47 60 E
[email protected] I www.vincotte.nl Henkel Benelux Adhesive Technologies T +32 (0)2 421 25 59 F +32 (0)2 421 25 99 E
[email protected] I www.henkel.nl Henkel is wereldmarktleider op het vlak van oplossingen voor lijmen, afdichten en oppervlaktebehandeling.
Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
LASACCESSOIRES
Valk Welding B.V. Staalindustrieweg 15 Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 691 70 11 - F 078 691 95 15 E
[email protected] I www.valkwelding.com
Welding Support Nederland Botterlaan 32 - 4484 RD Kortgene T 0113 302409 - F 0113 301740 E
[email protected] I www.hsweldingsupport.nl Begeleiding, advies en training in lastechnische zaken.
38
LASTOORTSEN MIG en TIG
ATTC B.V. Fornheselaan 224 3734 GE Den Dolder T 030 225 95 00 - F 030 225 95 01 E
[email protected] I www.attc-bv.eu Onze producten zijn: Slijtdelen voor snijprocessen: Plasma, Autogeen, Lasert. Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG, OP. Las- en snijtoortsen.
ATTC B.V. Fornheselaan 224 3734 GE Den Dolder T 030 225 95 00 - F 030 225 95 01 E
[email protected] I www.attc-bv.eu Onze producten zijn: Slijtdelen voor snijprocessen: Plasma, Autogeen, Lasert. Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG, OP. Las- en snijtoortsen.
LASTOEVOEGMATERIALEN
Air Liquide Welding Nederland B.V. Rudonk 6b - 4824 AJ Breda Postbus 6902 - 4802 HX Breda T 076 541 00 80 - F 076 541 58 96 E
[email protected] I www.alwn.nl
Valk Welding B.V. Staalindustrieweg 15 Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 691 70 11 - F 078 691 95 15 E
[email protected] I www.valkwelding.com
MECHANISATIE EN AUTOMATISERING
ADK Techniek Staalindustrieweg 15 Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 750 38 20 - F 078 750 38 21 E
[email protected] I www.adktechniek.nl
Air Liquide Welding Nederland B.V. Rudonk 6b - 4824 AJ Breda Postbus 6902 - 4802 HX Breda T 076 541 00 80 - F 076 541 58 96 E
[email protected] I www.alwn.nl
NDO/DO ONDERZOEK
LIJMEN
Henkel Benelux Adhesive Technologies T +32 (0)2 421 25 59 F +32 (0)2 421 25 99 E
[email protected] I www.henkel.nl Henkel is wereldmarktleider op het vlak van oplossingen voor lijmen, afdichten en oppervlaktebehandeling.
Henkel Benelux Adhesive Technologies T +32 (0)2 421 25 59 F +32 (0)2 421 25 99 E
[email protected] I www.henkel.nl Henkel is wereldmarktleider op het vlak van oplossingen voor lijmen, afdichten en oppervlaktebehandeling.
Exova B.V. Hofweg 5 - 3208 LE Spijkenisse T 0181 61 71 44 E
[email protected] Kap. Nemostraat 12 - 7821 AC Emmen T 0591 61 85 55 E
[email protected] I www.exova.com
ONDERHOUD & NIEUWBOUWINSPECTIE
3P Quality Services B.V. Nijverheidsweg 4 - 4854 MT Bavel 3P Project Services B.V. Nijverheidsweg 4 - 4854 MT Bavel T 0161 43 85 00 - F 0161 43 85 01 E
[email protected] I www.3pgroup.com Totaalproject in inspectie en lastechnische ondersteuning en projectmanagement
OPLEIDINGEN EN CURSUSSEN
De Groot Lasopleidingen B.V. Weidehek 24 - 4824 AS Breda T 076 541 07 20 - F 076 542 72 95 E
[email protected] I www.lasopleidingen.nl Lastechnische opleidingen, advisering en certificering.
Hogeschool Utrecht, Centrum voor Natuur & Techniek en ROC Midden Nederland NIL erkende opleidingen voor alle niveau’s en processen. •
International Welding Engineer (IWE/ LPI)
•
International Welding Technologist (IWT/ MLT)
•
IWI-c erkenning door combinatie van IWE of IWT met Inspectie- en keuringstechnieken. Lastechnisch construeren, Workshop lasnormen, Lasopleidingen MIG/MAG, BMBE, TIG, Autogeen, Laskwalificalties/ certificeringen, SMLT.
LASKWALIFICATIES/ CERTIFICERING
LASAPPARATUUR EN ANDERE TOEBEHOREN
GEAUTOMATISEERD SNIJDEN
ATTC B.V. Fornheselaan 224 3734 GE Den Dolder T 030 225 95 00 - F 030 225 95 01 E
[email protected] I www.attc-bv.eu Onze producten zijn: Slijtdelen voor snijprocessen: Plasma, Autogeen, Lasert. Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG, OP. Las- en snijtoortsen.
LAS- EN SNIJTOORTSEN
•
Air Liquide Welding Nederland B.V. Rudonk 6b - 4824 AJ Breda Postbus 6902 - 4802 HX Breda T 076 541 00 80 - F 076 541 58 96 E
[email protected] I www.alwn.nl Vecom Metal Treatment B.V. Mozartlaan 3 - 3144 NA Maassluis T 010 593 02 99 - F 010 593 02 23 E
[email protected] I www.vecom.nl
BRANCHES
juli 2012
Air Liquide Welding Nederland B.V. Rudonk 6b - 4824 AJ Breda Postbus 6902 - 4802 HX Breda T 076 541 00 80 - F 076 541 58 96 E
[email protected] I www.alwn.nl
Exova B.V. Hofweg 5 - 3208 LE Spijkenisse T 0181 61 71 44 E
[email protected] Kap. Nemostraat 12 - 7821 AC Emmen T 0591 61 85 55 E
[email protected] I www.exova.com
Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
MANIPULATOREN EN MECHANISATIE Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
Lincoln Electric Smitweld B.V. Nieuwe Dukenburgseweg 20 6534 AD Nijmegen Postbus 253 - 6500 AG Nijmegen T 024 352 29 11 - F 024 352 22 02 E
[email protected] I www.lincolnelectric.nl
ADK Techniek Staalindustrieweg 15 Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 750 38 20 - F 078 750 38 21 E
[email protected] I www.adktechniek.nl
Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
Materiaal Metingen Testgroep B.V. MME Group Rietdekkerstraat 16 - Ridderkerk Postbus 4222 - 2980 GE Ridderkerk T 0180 48 28 28 - F 0180 46 22 40 E
[email protected] I www.mme-group.com
ONDERZOEK
Exova B.V. Hofweg 5 - 3208 LE Spijkenisse T 0181 61 71 44 E
[email protected] Kap. Nemostraat 12 - 7821 AC Emmen T 0591 61 85 55 E
[email protected] I www.exova.com
Ook cursussen op gebied van Materialen, Procestechnologie, Onderhoud & Inspectie, Engineering, Bedrijfskunde (hbo, post-hbo en masterniveau). Meer informatie CvNT Lenneke Kok T 088 481 88 88 E
[email protected] I www.cvnt.nl Meer informatie ROC Sander Achterberg T 030 754 69 03 E
[email protected] I http://bedrijfsopleidingen.rocmn.nl
Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
39
BRANCHES
ORBITAAL EN APPARATUUR
Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
PLASMASNIJDEN
ATTC B.V. Fornheselaan 224 3734 GE Den Dolder T 030 225 95 00 - F 030 225 95 01 E
[email protected] I www.attc-bv.eu Onze producten zijn: Slijtdelen voor snijprocessen: Plasma, Autogeen, Lasert. Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG, OP. Las- en snijtoortsen.
juli 2012
SNIJDEN
Air Liquide Welding Nederland B.V. Rudonk 6b - 4824 AJ Breda Postbus 6902 - 4802 HX Breda T 076 541 00 80 - F 076 541 58 96 E
[email protected] I www.alwn.nl
ATTC B.V. Fornheselaan 224 3734 GE Den Dolder T 030 225 95 00 - F 030 225 95 01 E
[email protected] I www.attc-bv.eu Onze producten zijn: Slijtdelen voor snijprocessen: Plasma, Autogeen, Lasert. Slijtdelen voor lasprocessen: MIG, TIG, OP. Las- en snijtoortsen.
VOORBEWERKINGSAPPARATUUR VOOR PIJP EN PLAAT
Lashuis Haprotech Rooswijkweg 200 1951 MD Velsen-Noord T 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09 E
[email protected] I www.hetlashuis.nl Totaalpakket in lastechniek, opleidingen, training en consultancy
WARMTEBEHANDELING
Delta Heat Services B.V. Scheelhoekweg 2 - 3251 LZ Stellendam Postbus 52 - 3250 AB Stellendam T 0187 49 69 40 - F 0187 49 68 40 E
[email protected] I www.delta-heat-services.nl • Elektrisch voorwarmen en gloeien • Inductie verwarmen • Stationaire gloeiovens • Mobiele gloeiovens • Uitdrogen beton / coatings • Verhuur / verkoop • Advisering
Gorinchem, 6, 7 en 8 november 2012 Dé week voor:
Openingstijden: 13.00 - 21.00 uur
© {
~{ }{x{z w {xz}{y~{{ ©
{} { w}{
{ © {} w { © y
wy { z{ {
z{ © y
wy { w|{{ © ~{ d_bEX_b
ROBOTS EN ROBOTISERING
ADK Techniek Staalindustrieweg 15 Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 750 38 20 - F 078 750 38 21 E
[email protected] I www.adktechniek.nl
Rolan Robotics B.V. De Corantijn 6 - 1689 AP Zwaag Postbus 135 - 1620 AC Hoorn T 0229 24 84 84 - F 0229 27 27 07 E
[email protected] I www.rolan-robotics.nl
Valk Welding B.V. Staalindustrieweg 15, Postbus 60 - 2950 AB Alblasserdam T 078 691 70 11 - F 078 691 95 15 E
[email protected] I www.valkwelding.com
Evenementen
HAL 40
HARDENBERG GORINCHEM VENRAY
Evenementenhal Gorinchem Franklinweg 2 4207 HZ Gorinchem T 0183 - 68 06 80 F 0183 - 68 06 00 I www.evenementenhal.nl E
[email protected]
Ons evenement. UW MOMENT.
ITW WELDING PRODUCTS
Kennis en Passie voor Lassen ITW WELDING PRODUCTS levert een uniek en volledig producten programma uit een aantal marktleidende merken. Het assortiment omvat lastoevoegmaterialen, lasmachines, accessoires en inductieve verwarming apparatuur. Miller lasapparatuur Miller is wereldwijd de marktleider op het gebied van lasapparatuur. Miller staat al meer dan 80 jaar garant voor uitstekende laseigenschappen, vooruitstrevende innovatieve lasboogprocessen en bovenal ultieme betrouwbaarheid! Zeer uitgebreid pakket lastoevoegmaterialen Keuze uit de vooraanstaande merken Elga, Hobart, McKay en Trimark biedt u de mogelijkheid het juiste lastoevoegmateriaal te selecteren voor elke specifieke toepassing variërend van hoogwaardige verbindingslassen tot reparatie en oplassen.
Vakkundige technische ondersteuning staat voor u klaar Onze diensten en producten zijn gebaseerd op “Quality and Know-How in Welding”. ITW Welding Products biedt u een bekwaam team van technische adviseurs. Zij kunnen u adviseren en begeleiden op het gebied van efficiënte procesen productkeuze, het ontwikkelen van lasprocedures, training en kwalificatie van lassers.
Geïnteresseerd in onze mogelijkheden? Onze verkooporganisatie evenals zorgvuldig geselecteerde dealers met gedegen vakkennis staan voor u klaar voor ondersteuning en aanschaf van lasapparatuur en lastoevoegmaterialen. Bel ons op: Tel. 0186 641 444. Wij zijn u graag van dienst!
ITW Welding Products BV Edisonstraat 10 NL-3261 LD Oud-Beijerland T +31 (0)186 641 444 F +31 (0)186 640 880
www.itw-welding.com
FORTUNE 200 ITW Welding Products BV is onderdeel van Illinois Tool Works Inc. (ITW), met ongeveer 800 business units. ITW maakt deel uit van de “Fortune 200-lijst” van Amerikaanse beurs genoteerde ondernemingen.