Status: Dit kwalificatiedossier is opgesteld op basis van de formats en handleidingen, zoals deze bekend waren op 1 juni 2004. Dit kwalificatiedossier is ontwikkeld onder de verantwoordelijkheid van de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven van Kenniscentrum Handel. Het bestuur van Kenniscentrum Handel heeft op ? de goedkeuring van het ministerie van OCW ontvangen. De delen 1 en 2 (blz. 4 tot 48)geven de kern en de nadere uitwerking van het kwalificatieprofiel weer evenals het bijbehorende verantwoordingsdocument, waarin de keuzes van de paritaire commissie beroepsonderwijs en bedrijfsleven zijn toegelicht en verantwoord. In deel 3 (blz. 49) wordt verwezen naar de onderliggende brondocumenten.
Kwalificatiedossier Ondernemer detailhandel versie 1
1 juni 2005
Inhoudsopgave DEEL 1
DE DOOR HET MINISTERIE VAN OCW/LNV VAST TE STELLEN KERN VAN HET KWALIFICATIEPROFIEL .............................................................................................................. 1
1
ALGEMENE INFORMATIE ............................................................................................................ 1
2
SPECIFIEKE INFORMATIE ........................................................................................................... 2
3
KERNTAKEN..................................................................................................................................... 4
4
KERNOPGAVEN ............................................................................................................................... 5
5
COMPETENTIEMATRIX ................................................................................................................ 6
DEEL 2
DE DOOR HET BESTUUR VAN HET KENNISCENTRUM OP ADVIES VAN DE PARITAIRE COMMISSIE BEROEPSONDERWIJS BEDRIJFSLEVEN VAST TE STELLEN NADERE UITWERKING.................................................................................................................. 7
6
VERRIJKTE KERNTAKEN VAN HET TOTALE KWALIFICATIEPROFIEL ....................... 7
7
EVENTUELE KERNOPGAVEN BEHOREND BIJ EEN UITSTROOMDIFFERENTIATIE 17
8
BEROEPSCOMPETENTIES MET BEHEERSINGSCRITERIA............................................... 18
9
OPBOUW KWALIFICATIEPROFIEL ......................................................................................... 29
9.1 9.2
Kern....................................................................................................................................... 29 Uitstroomdifferentiaties ........................................................................................................ 29
10
CERTIFICEERBARE EENHEDEN............................................................................................... 30
11
COMPETENTIEMATRIX .............................................................................................................. 31
12
VERANTWOORDINGSDOCUMENT........................................................................................... 32
12.1 De onderliggende beroepscompetentieprofielen..................................................................... 32 12.2 Naam en structuur van het kwalificatieprofiel........................................................................ 32 12.3 Van beroepscompetentieprofiel(en) naar kwalificatieprofiel ................................................. 34 12.4 Leer- en burgerschapscompetenties ........................................................................................ 36 12.5 Borging van de kwaliteit van examinering ............................................................................. 45 12.6 Doorstroomrechten ................................................................................................................. 46 12.7 Het proces van totstandkoming van het Kwalificatiedossier .................................................. 47 DEEL 3 BRONDOCUMENTEN ....................................................................................................................... 49
Er bestaat in het Nederlands een dilemma als het gaat over het gebruik van woorden die als mannelijk en vrouwelijk geïnterpreteerd kunnen worden. We zouden consequent kunnen werken met 'hij/zij' en 'zijn/haar', maar dat geeft een gedwongenheid die wij stilistisch niet verantwoord vinden. De personen die in dit stuk de handelingen verrichten of beschreven worden, kunnen in onze optiek net zo goed mannen zijn als vrouwen. Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
DEEL 1 DE DOOR HET MINISTERIE VAN OCW/LNV VAST TE STELLEN KERN VAN HET KWALIFICATIEPROFIEL
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel 1
ALGEMENE INFORMATIE datum: 1 juni 2005
versie: 1
Onder regie van kenniscentrum Kenniscentrum Handel Ontwikkeld door
Afdeling Kwalificatiestructuur, Arbeidsmarkt & Services van Kenniscentrum Handel
Bron- en referentiedocumenten Onderliggend beroepscompetentieprofiel: • Ondernemer Het beroepscompetentieprofiel ondernemer is gelegitimeerd in de bestuursvergadering van Stichting Opleidingsfonds Detailhandel d.d. 18 mei 2002. Het beroepscompetentieprofiel is in februari 2004 herzien en geaccordeerd. Het door de Stuurgroep kwalificatiestructuur vastgestelde brondocument leren en burgerschap (mei 2004). Eventuele overige referentiedocumenten: • Referentiedocument Talen Verantwoording door/op
Kenniscentrum Handel d.d. 31 maart 2005.
Kwalificatiedossier Ondernemer detailhandel
1
2
SPECIFIEKE INFORMATIE
Korte typering van het kwalificatieprofiel
De ondernemer detailhandel werkt als zelfstandige in de detailhandel in uiteenlopende winkelformules binnen het MKB in zowel de food als non-food sector. De ondernemer geeft leiding aan een kleine zelfstandige onderneming. Voor het voeren van een goed beleid stelt hij een ondernemingsplan op met alle ideeën, gegevens en cijfers die van belang kunnen zijn. Hij formuleert het beleid op het gebied van commercie, financiën, organisatie, personeel en logistiek. Met de verzorging van zijn winkel, assortimentskeuze, persoonlijk contact met de klant en een goede serviceverlening zorgt hij voor klantenbinding en het behalen van goede omzetresultaten. De ondernemer voert de werkzaamheden op de werkvloer zelf uit en wordt daarbij soms ondersteund door medewerkers. Deze begeleidt, stimuleert en motiveert hij om als vakman in het vakgebied werkzaam te zijn. De ondernemer zorgt verder voor een netwerk om zijn positie op de markt te versterken. Hij onderhoudt hiervoor contacten met verschillende spelers in het veld. De ondernemer heeft een uitvoerende en aansturende rol en is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. De ondernemer als koersbepaler combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures om zijn onderneming op te zetten, voort te zetten of uit te breiden. Een beginnende ondernemer zal in veel gevallen na zijn opleiding eerst in andermans bedrijf gaan werken om ervaring op te doen en pas later in zijn loopbaan een eigen onderneming opstarten. Als ondernemer zal hij zeer zelfstandig te werk moeten kunnen gaan, aangezien hij in de meeste gevallen geen mentor binnen zijn eigen onderneming heeft. Hij kan hiervoor wellicht wel gebruikmaken van collega-ondernemers of zijn netwerk. Bij de start van zijn onderneming zal de ondernemer niet altijd personeel in dienst hebben. Afhankelijk van de groei en de grootte van de onderneming zal de ondernemer personeel in dienst nemen.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
2
Kwalificatiestructuur
De ondernemer detailhandel verhoudt zich als volgt tot andere beroepen in de detailhandel: Ondernemer detailhandel
Filiaalmanager detailhandel*
Verkoopspecialist detailhandel**
Afdelingsmanager
Verkoper
Aankomend verkoopmedewerker
*Uitstroomdifferentiatie van filiaalmanager **Uitstroomdifferentiatie van verkoopspecialist Typering en niveau van de kwalificatie
0 assistent x vakman
0 0 0 x 0 middenkaderfunctionaris 0
Uitstroomdifferentiaties
Er zijn geen uitstroomdifferentiaties vastgesteld.
Vrije ruimte
De inhoud van de vrije ruimte wordt vastgesteld en onderhouden door het bevoegd gezag van de onderwijsinstelling.
Examinering
De onderwijsinstellingen bieden via de bedrijfstakgroepen (BTG’s) van de Bve Raad de paritaire commissie inzicht in de wijze waarop de examinering van dit kwalificatieprofiel wordt vormgegeven. De paritaire commissie kan hierover haar mening geven, maar heeft geen bevoegdheden inzake examinering.
Diploma
Ten bewijze dat is voldaan aan de eisen uit dit kwalificatieprofiel wordt het diploma Ondernemer detailhandel (Kenniscentrum Handel) toegekend, indien de examinering met een voldoende resultaat is afgerond.
Certificeerbare eenheden
Het kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel heeft geen certificeerbare eenheden.
Wettelijke beroepsvereisten
Niet van toepassing.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 niveau 4
3
3
KERNTAKEN
De volgende kerntaken maken deel uit van de kern van het kwalificatieprofiel 1. Ontwikkelt het beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek 2. Voert het beleid uit op het gebied van commercie, financiën en logistiek 3.
Netwerkt en onderhoudt (externe) relaties
4.
Begeleidt en coördineert personeel
5.
Bepaalt het assortiment en koopt artikelen in
6.
Voert en/of begeleidt verkoop- en adviesgesprekken
7.
Beheert en begeleidt de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimte en -omgeving
8.
Handelt verkooptransacties af en/of begeleidt daarbij
9.
Beheert en begeleidt ontvangst en opslag
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
4
4
KERNOPGAVEN
De volgende kernopgaven maken deel uit van de kern van het kwalificatieprofiel Kernopgave 1: Klantvriendelijkheid versus ondernemingsbelang De ondernemer staat voor de opgave om voortdurend het evenwicht te bewaren tussen ondernemingsbelang en klantvriendelijkheid. Klantvriendelijkheid kan ten koste gaan van het ondernemingsbelang en andersom. De ondernemer heeft de opdracht om een goede klantrelatie te onderhouden en de commerciële doelstellingen van de onderneming te behalen. In sommige gevallen zal de ondernemer een keuze moeten maken tussen klantvriendelijkheid en ondernemingsbelang. Kernopgave 2: Taak A versus taak B De ondernemer staat voor de opgave om verschillende taken op hetzelfde moment uit te voeren. Hij heeft namelijk veel uitvoerende en aansturende taken in het bijzijn van klanten. Het is belangrijk dat de ondernemer de juiste prioriteit stelt aan taken, zodat taken op tijd en correct worden uitgevoerd en klanten op vriendelijke wijze worden geholpen. Wanneer de ondernemer niet de juiste prioriteiten stelt, kan dit leiden tot niet uitgevoerde taken, ontevreden klanten en dus omzetverlies. De ondernemer moet bij zijn beslissingen dus rekening houden met deadlines, kosten en klantwensen. Kernopgave 3: Eigen belang versus ondernemingsbelang De ondernemer staat voor de opgave om opdrachten veilig (volgens bedrijfsprocedures), snel én goed te doen. In sommige gevallen kan de ondernemer aan deze drie aspecten niet voldoen bij de uitvoering van zijn werkzaamheden. Hij zal dan een beslissing moeten nemen aan welke aspecten hij in ieder geval wil of moet voldoen. Dit kan per situatie verschillen. De ondernemer zal afgewogen keuzes moeten maken zonder dat deze risico voor zichzelf of anderen opleveren. Hij moet daarbij ook rekening houden met het ondernemingsbeleid. Kernopgave 4: Delegeren versus zelf doen De ondernemer met personeel staat voor de opgave om een balans te vinden tussen het delegeren en zelf uitvoeren van werkzaamheden. Teveel zelf doen heeft als risico dat de ondernemer niet al zijn werkzaamheden op tijd kan uitvoeren. Aan de andere kant kan de ondernemer ook niet te veel delegeren, omdat hij daardoor het overzicht of de binding met de klanten verliest. De ondernemer moet kunnen inschatten welke werkzaamheden hij kan delegeren, rekeninghoudend met de capaciteiten van zijn medewerkers.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
5
5
COMPETENTIEMATRIX
In de competentiematrix zijn ten behoeve van de overzichtelijkheid de competenties opgenomen die bij de kern van dit kwalificatieprofiel een rol spelen. De matrix is een hulpmiddel en brengt in beeld welke competenties nodig zijn bij welke kerntaken en kernopgaven. Voor de nadere detaillering wordt geadviseerd het betreffende onderdeel in deel 2 van het kwalificatieprofiel te bekijken.
6 Voert en/of begeleidt verkoop- en adviesgesprekken
7 Beheert en begeleidt de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimte en –omgeving
8 Handelt verkooptransacties af en/of begeleidt daarbij
9 Beheert en begeleidt ontvangst en opslag
1 Klantvriendelijkheid versus ondernemingsbelang
2 Taak A versus taak B
3 Eigen belang versus ondernemingsbelang
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x
x x x x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x x x x
x x x x
x x x x
x x x x
x x x x
x x x x x
x x x x x
x x x x x
x x x x x
x x x x x
x x x x x
x x x x x
x x x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
x
4 Delegeren versus zelf doen
5 Bepaalt het assortiment en koopt artikelen in
Plannen en organiseren Leer- en aanpassingsvermogen Coachend vermogen Leidinggeven
4 5 6 7
4 Begeleidt en coördineert personeel
10 11 12 13
3
3 Netwerkt en onderhoudt (externe) relaties
8 9
Vakkundig handelen Doel- en proceduregericht handelen Organisatie- en omgevingsgerichtheid Ondernemend handelen Klantgericht handelen Samenwerken Oplossend vermogen en besluitvaardigheid Pro-actief handelen Kwaliteitsgericht handelen
Kernopgave
2 Voert het beleid uit op het gebied van commercie, financiën en logistiek
1 2
Kerntaak 1 Ontwikkelt het beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek
Competenties
6
DEEL 2
DE DOOR HET BESTUUR VAN HET KENNISCENTRUM OP ADVIES VAN DE PARITAIRE COMMISSIE BEROEPSONDERWIJS BEDRIJFSLEVEN VAST TE STELLEN NADERE UITWERKING
6
VERRIJKTE KERNTAKEN VAN HET TOTALE KWALIFICATIEPROFIEL
Kerntaak 1: Ontwikkelt het beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek De ondernemer stelt een ondernemingsplan op, waarin hij de Proces doelstellingen van de onderneming verwerkt. Hij houdt hierbij de korte- en lange termijndoelstellingen voor ogen. De ondernemer gebruikt verschillende bronnen voor zijn ondernemingsplan. In het ondernemingsplan beschrijft hij de juridische zaken met betrekking tot de onderneming, het commerciële plan, het managementplan en het financiële plan en neemt hiervoor contact op met deskundigen op de betreffende gebieden. De ondernemer vertaalt daarnaast de verschillende onderdelen van het ondernemingsplan in beleidsplannen, zoals het marketingplan, investeringsplan en -begroting, het financieringsplan, personeelsbeleid en -plan. De ondernemer neemt in het marketingplan het beleid ten aanzien van assortiment, prijs, presentatie, promotie, personeel en plaats op. De ondernemer geeft met het investeringsplan en -begroting de te maken kosten weer en geeft met het financieringsplan duidelijk waar hij de financiële middelen van onttrekt. De ondernemer maakt verder een logistiek plan, waarin hij het logistieke proces van inkoop tot verkoop beschrijft. De ondernemer evalueert aan de hand van het ondernemingsplan of de onderneming zich volgens de uitgezette lijnen ontwikkelt. Op basis van deze evaluatie kan hij maatregelen nemen. Rol/verantwoordelijkheden
Complexiteit Betrokkenen
De ondernemer heeft een uitvoerende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures. Bij afwijkingen op het gebied van middelen, werkprocessen en omgeving past hij oplossingen of nieuwe procedures toe. De ondernemer onderhoudt contact met externen waaronder financiers en deskundigen op het gebied van commercie, financiën en logistiek . Concurrentieanalyse, bestaande marktgegevens en marktonderzoek.
Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
7
Bij het ontwikkelen van beleid doet zich de volgende keuze en het dilemma voor: • De ondernemer moet een juist evenwicht vinden tussen klantvriendelijkheid en ondernemingsbelang. Bij het opstarten van een onderneming is het belangrijk om klanten te binden, maar niet tegen elke prijs. Kerntaak 2: Voert het beleid uit op het gebied van commercie, financiën en logistiek De ondernemer gebruikt het ontwikkelde beleid als uitgangspunt voor het formuleren van een activiteitenplan en daaruit vloeiende Proces begrotingen en budgetten en op het gebied van commercie, financiën en logistiek. Zo stelt hij onder andere een exploitatie- en liquiditeitsbegroting op. In het activiteitenplan beschrijft hij concrete acties om het beleid vorm te geven. Keuzes en dilemma’s
De ondernemer formuleert procedures en stelt voorschriften op, die passen binnen de wettelijke regelgeving. Hij maakt een procedure voor klachtenafhandeling en kiest daar geschikte instrumenten voor. De ondernemer voert activiteiten uit op het gebied van service, promotie en reclame. Hij bekijkt hierbij ook de mogelijkheden om activiteiten samen met andere ondernemers uit te voeren. De ondernemer bekijkt welke verkoopactiviteiten passen in het beleid en voert deze uit. Deze verkoopactiviteiten kunnen verschillende doelen hebben, zolang ze binnen het budget en het beleid passen. De ondernemer bewaakt het budget bij het uitvoeren van de diverse activiteiten. Verder zorgt hij voor de benodigde documenten voor de financiële administratie. De interpretatie van de financiële gegevens, zoals omzetcijfers, balans, prognoses en begrotingen gebruikt hij om de jaarrekening op te maken. Hiervoor schakelt hij eventueel deskundigheid van buiten voor in. De ondernemer bepaalt op basis van het logistiek plan hoe hij de logistiek voor de aanvoer van goederen regelt. Hij kiest hiervoor de vervoerder en onderhoudt daar contacten mee. De ondernemer evalueert de uitgevoerde activiteiten en de financiële gegevens. Hij koppelt de hieruit volgende informatie aan het beleid en stelt het beleid daar waar nodig bij. Rol/verantwoordelijkheden
Complexiteit Betrokkenen
De ondernemer heeft een uitvoerende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures. Bij afwijkingen op het gebied van middelen, werkprocessen en omgeving past hij oplossingen of nieuwe procedures toe. De ondernemer onderhoudt contact met derden, waaronder andere ondernemers, vervoerders en deskundigen op het gebied van financiën en commercie. Ondernemingsplan, financiële gegevens en marktontwikkelingen.
Hulpmiddelen
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
8
Kwaliteit van proces en resultaat
Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan.
Bij het uitvoeren van beleid doet zich de volgende keuze en het dilemma voor: • De ondernemer moet een juist evenwicht vinden tussen klantvriendelijkheid en ondernemingsbelang. Hij moet continu de consequenties van zijn beleid bekijken en afwegen voor zijn eigen onderneming en voor zijn klanten. Kerntaak 3: Netwerkt en onderhoudt (externe) relaties De ondernemer onderhoudt diverse (externe) contacten en bouwt een eigen netwerk op. Hij gebruikt zijn contacten om informatie te Proces verkrijgen en zijn onderneming te promoten. Zijn aanwezigheid binnen de verschillende groeperingen zorgt voor naamsbekendheid van de onderneming. Keuzes en dilemma’s
De ondernemer zorgt ervoor dat hij informatie heeft over zijn klantenkring, de plaatselijke winkeliersvereniging/bedrijfsleven, de plaatselijke gemeente(politiek) en de branches. Daarnaast blijft hij ook op de hoogte van ondernemingen, waarmee de ondernemer handelt. De ondernemer profileert zich positief binnen deze verschillende groepen die van belang zijn of kunnen zijn voor het opstarten en/of continueren van zijn onderneming. De ondernemer onderhoudt tevens contacten met ondernemingen, die producten leveren en afnemen. Hij houdt deze ondernemingen regelmatig op de hoogte van ontwikkelingen binnen zijn onderneming, maar zorgt er ook voor dat hij op de hoogte wordt gesteld van ontwikkelingen van die ondernemingen. Hierbij denkt hij ook aan de bank- en verzekeringswereld. De ondernemer maakt op basis van de informatie afkomstig van zijn netwerk keuzes ten aanzien van zijn onderneming. Hij weet (externe) relaties en de informatie op juiste waarde te schatten. De ondernemer blijft verder continu bezig om zijn netwerk te verbeteren, te vergroten en/of te onderhouden. Rol/verantwoordelijkheden
Complexiteit Betrokkenen
De ondernemer heeft een uitvoerende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. De ondernemer kan geen gebruik maken van procedures. Hij moet per situatie zijn handelswijze bepalen. De ondernemer profileert zich binnen zijn klantenkring, de plaatselijke winkeliersvereniging/bedrijfsleven, de plaatselijke gemeente(politiek) en de branches. Ook wisselt hij informatie uit met ondernemingen waarmee hij handelt. Bijeenkomsten en media.
Hulpmiddelen
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
9
Kwaliteit van proces en resultaat
Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan.
Bij het netwerken en onderhouden van relaties doet zich de volgende keuze en het dilemma voor: • De ondernemer moet een afweging maken hoeveel tijd en energie hij wil en kan steken in zijn relatiebeheer. Hij moet continu de kosten en baten van zijn netwerk tegen elkaar afwegen. Kerntaak 4: Begeleidt en coördineert personeel De ondernemer bepaalt op basis van zijn doelstellingen en bedrijfsanalyse zijn personeelsbehoefte. Hij stelt hiervoor een budget Proces op voor personeelskosten. Keuzes en dilemma’s
De ondernemer werft op basis van zijn personeelsbehoefte werknemers. Bij aanname van personeel regelt hij de arbeidsvoorwaarden, verzekering en andere wettelijke regelgeving. Hij zorgt voor een personeelsplan en bepaalt de salariëring op basis van de CAO. De ondernemer werkt nieuw personeel in en begeleidt hen blijvend bij de uitvoering van de werkzaamheden. Hij voert periodiek overleg met het personeel, beoordeelt het personeel en zorgt voor een goede werksfeer. De ondernemer evalueert periodiek het gevoerde personeelsbeleid en stelt deze waar nodig bij. Bij het vergroten van het personeelsbestand zal de ondernemer meer aandacht moeten hebben voor het personeelsbeleid en de bijbehorende personeelsplanning. Rol/verantwoordelijkheden
Complexiteit
De ondernemer heeft een uitvoerende en aansturende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures. Bij afwijkingen op het gebied van middelen, werkprocessen en personele aangelegenheden past hij oplossingen of nieuwe procedures toe. De ondernemer begeleidt en coördineert personeel.
Betrokkenen Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Hulpmiddelen voor de werving, selectie en begeleiding van personeel. Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
10
Bij het begeleiden en coördineren van personeel doen zich de volgende keuzes en dilemma’s voor: • De ondernemer moet een afweging maken tussen ondernemingsbelang en individueel belang. Niet alle beslissingen met betrekking tot personele aangelegenheden kunnen voordelig zijn voor de onderneming dan wel de individuele werknemer. De ondernemer moet echter zorgen voor evenwicht in het kiezen voor de onderneming of het individu. • De ondernemer moet een juist evenwicht bewaren tussen het aandacht geven aan personele aangelegenheden en de werkzaamheden in de onderneming. Te weinig aandacht geven aan het personeel kan op termijn zorgen voor problemen op de werkvloer, teveel aandacht brengt de uitvoering van de werkzaamheden in gevaar. Kerntaak 5: Bepaalt het assortiment en koopt artikelen in De ondernemer stelt op basis van zijn marketingplan zijn assortiment samen. Daarvoor analyseert hij trends, ontwikkelingen en interne Proces kengetallen van zijn onderneming en branche, bezoekt beurzen, kijkt bij concurrenten en houdt vakliteratuur bij. Bij de samenstelling van zijn assortiment houdt de ondernemer rekening met huidige en toekomstige klantbehoeften en de mogelijkheden die hij specifiek ziet om onderscheidend te opereren in de markt. Hij onderhoudt hiervoor contacten met de branche, klanten, leveranciers en vertegenwoordigers. Keuzes en dilemma’s
De ondernemer moet voor het assortiment artikelen inkopen. Hij vraagt offertes op voor de gewenste artikelen. Hij maakt de keuze om artikelen in te kopen, te importeren of te laten fabriceren. De ondernemer bepaalt voor het onderhandelen zijn onderhandelingsruimte. Hij maakt hiervoor diverse berekeningen. De ondernemer onderhandelt met leveranciers over (inkoop)prijzen en kwaliteit, leveringsvoorwaarden en leveringstijden en eventuele tijdelijke opslag. De ondernemer stelt na de onderhandeling de consumentenprijzen vast. Bij het vaststellen van de consumentenprijs gaat de ondernemer uit van het gewenste brutorendement. Uiteraard houdt hij rekening met de externe omgevingsfactoren, waaronder het prijsniveau van de directe concurrenten. De ondernemer evalueert op basis van het marketingplan en het prijsbeleid het gevoerde assortiment en de behaalde omzet en winst. Daar waar nodig stelt hij het assortiment en/of de consumentenprijzen bij. Rol/verantwoordelijkheden
Complexiteit Betrokkenen
De ondernemer heeft een uitvoerende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures. Bij afwijkingen op het gebied van middelen, werkprocessen en omgeving past hij oplossingen of nieuwe procedures toe. De ondernemer heeft contact met branche, klanten, leveranciers en vertegenwoordigers.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
11
Beurzen, vakliteratuur, offertes, marketingplan en prijsbeleid Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan.
Bij het bepalen en inkopen van het assortiment doet zich de volgende keuze en het dilemma voor: • De ondernemer moet bij het bepalen en inkopen van het assortiment de wens van de klant in de gaten houden, maar ook de consequenties voor zijn eigen onderneming afwegen. Hij moet daartussen een juist evenwicht handhaven. Kerntaak 6: Voert en/of begeleidt verkoop- en adviesgesprekken De ondernemer stelt zich voor het voeren of begeleiden van verkoopen adviesgesprekken op de hoogte van ontwikkelingen, nieuwe Proces artikelen en promotionele acties. Hij informeert en adviseert werknemers over ontwikkelingen, nieuwe artikelen en verkooptechnieken. De ondernemer verdeelt de taken onder de werknemers. Keuzes en dilemma’s
De ondernemer ontvangt klanten in de winkelruimte, observeert hen en bepaalt het inspringmoment. Hij inventariseert in het verkoop- of adviesgesprek de koop- of informatiebehoefte van de klant. Hij achterhaalt de specifieke behoeften en wensen en verbindt hieraan de mogelijkheden die het assortiment biedt. Hij informeert de klant over de verschillende artikelen, bijverkoopartikelen, service, ruil-, retouren garantiebepalingen en over de leverings- en betalingsvoorwaarden. Hij past bijverkoop toe en geeft desgewenst informatiemateriaal mee. De ondernemer stelt, indien nodig, offertes op en licht deze toe. Hij onderhandelt over de prijs met de klant. Indien de klant tot aankoop overgaat, verwijst hij de klant naar het afrekenpunt. Als het artikel niet op voorraad is, zorgt hij dat het artikel wordt besteld of ingekocht. De ondernemer geeft werknemers ondersteuning bij het verkopen van artikelen en stuurt bij waar nodig. Hij geeft aan werknemers en klanten advies over het gebruik en de mogelijkheden van artikelen. Tevens coacht en motiveert hij zijn medewerkers bij hun verkooptaken. De ondernemer neemt klachten aan van klanten en beoordeelt of deze gegrond zijn. Hij handelt klachten zelf af. Gedurende het hele proces signaleert de ondernemer derving en probeert de ondernemer derving te voorkomen. De ondernemer signaleert klantbehoeften, nee-verkoop en opvallende gebeurtenissen en anticipeert hier binnen de mogelijkheden op. Hij controleert tevens de werkzaamheden van zijn werknemers en geeft hen op basis hiervan feedback. Demonstratie- en informatiemateriaal, informatie- en klachtensystemen.bestelsysteem offertes Rol/verantwoordelijkheden
De ondernemer heeft een uitvoerende en aansturende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
12
zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. Complexiteit
De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures. Bij afwijkingen op het gebied van middelen, werkprocessen, personele aangelegenheden en omgeving past hij oplossingen of nieuwe procedures toe. De ondernemer heeft contact met klanten en begeleidt medewerkers.
Betrokkenen Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Demonstratie- en informatiemateriaal, offertes en informatie-, klachten- en bestelsystemen. Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan.
Bij het voeren en begeleiden van verkoopgesprekken doen zich de volgende keuzes en dilemma’s voor: • De ondernemer moet bij het voeren van een verkoopgesprek een juist evenwicht vinden tussen klantvriendelijkheid en ondernemingsbelang. Hij heeft de taak zich klantvriendelijk op te stellen binnen de kaders van de onderneming. • De ondernemer moet prioriteiten stellen in de tijd die hij kan besteden aan het helpen van de klant, het aansturen en begeleiden van medewerkers en andere werkzaamheden. Hij moet bij zijn afweging de afbreukrisico’s van zijn keuzen kunnen inschatten. Kerntaak 7: Beheert en begeleidt de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimte en -omgeving De ondernemer bepaalt de routing, inrichting van de winkelruimte en indeling van het assortiment. Hij zorgt hierbij voor een goede Proces aansluiting met de missie van de onderneming. Keuzes en dilemma’s
De ondernemer voert de verzorgingswerkzaamheden binnen en buiten de winkelruimte zelf uit of instrueert en begeleidt zijn werknemers hierbij. De ondernemer bouwt presentaties op. Ook houdt hij bestaande presentaties op orde. Hij transporteert daarvoor de artikelen naar de winkel en prijst artikelen, plaatst prijs- en tekstkaarten en brengt beveiliging aan. Tevens controleert hij de werkzaamheden van medewerkers omtrent de presentatie. Hij geeft hen feedback en begeleidt hen bij het opbouwen en bijhouden van presentaties en de winkelruimte en -omgeving. Verder controleert de ondernemer de verkoopvoorraad op kwaliteit en kwantiteit. Bij afwijkingen neemt hij maatregelen om de situatie te veranderen. De ondernemer signaleert opruim- of schoonmaakwerkzaamheden bij de presentaties, in de winkelruimte en of –omgeving en voert deze werkzaamheden uit of zorgt dat deze werkzaamheden uitgevoerd worden.Gedurende het hele proces signaleert hij derving en probeert derving te voorkomen. De ondernemer ruimt na de werkzaamheden de gebruikte middelen op. Hij zoekt voortdurend naar verbetermogelijkheden voor de presentatie en inrichting van de winkelruimte en -omgeving.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
13
Rol/verantwoordelijkheden
De ondernemer heeft een uitvoerende en aansturende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures.
Complexiteit De ondernemer heeft contact met klanten en begeleidt medewerkers. Betrokkenen Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Keuzes en dilemma’s
Transportmiddelen, schoonmaakmiddelen, presentatie- en promotiemateriaal. Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan. Bij het beheren en begeleiden van de verzorging van de artikelpresentaties, winkelruimte en –omgeving doet zich de volgende keuze en het dilemma zich voor: • De ondernemer moet het juiste evenwicht vinden tussen het delegeren en het zelf uitvoeren van werkzaamheden, zodat alle werkzaamheden correct uitgevoerd worde, de ondernemer overzicht heeft en de medewerkers een goede werkbelasting.
Kerntaak 8: Handelt de verkooptransacties af en/of begeleidt daarbij De ondernemer maakt het afrekensysteem gebruiksklaar. Hij zorgt er voor dat benodigde middelen beschikbaar en/of op voorraad zijn. Hij Proces controleert de veiligheidsmaatregelen. De ondernemer handelt de verkooptransactie zelf af of begeleidt en instrueert zijn medewerkers. Buitengewone transacties handelt de ondernemer zelf af. De ondernemer handelt de verkooptransactie af door te inventariseren hoeveel de klant moet betalen. Hij hanteert daarbij het systeem om de betaling van de klant te verwerken, de verkooporder te verwerken of een bestelling te plaatsen. De ondernemer geeft de klant aan hoe de afhandeling van de verkooptransactie verder verloopt door de klant te informeren over spaarsystemen, garantie- en ruilvoorwaarden en de wijze van aflevering. De ondernemer gaat tijdens de afhandeling van de verkooptransactie na of de prijzen van de artikelen kloppen. Hij verpakt de aankoop en neemt op passende wijze afscheid van de klant. De ondernemer ondersteunt verder medewerkers bij problemen bij de afhandeling. Deze problemen kunnen betrekking hebben op de techniek, fouten van medewerkers of klachten van klanten. Gedurende het hele proces signaleert hij derving en probeert hij derving te voorkomen. De ondernemer verzorgt de administratie met betrekking tot de afhandeling van de verkooptransactie en ruimt de gebruikte middelen en werkplek op. Hij controleert het afrekensysteem en de transacties. Hij brengt de waardepapieren naar de opbergplaats en/of bank.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
14
De ondernemer controleert tevens de werkzaamheden van zijn werknemers en geeft hen op basis hiervan feedback. Rol/verantwoordelijkheden
Complexiteit
De ondernemer heeft een uitvoerende en aansturende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit. De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures. Bij afwijkingen op het gebied van middelen, werkprocessen, personele aangelegenheden en omgeving past hij oplossingen of nieuwe procedures toe. De ondernemer heeft contact met klanten en begeleidt medewerkers.
Betrokkenen Afreken- en bestelsysteem, beveiligings- en verpakkingsmateriaal. Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en ondernemingsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan.
Bij het zelf afhandelen en het begeleiden van de verkooptransactie doen zich de volgende keuzes en dilemma’s voor: • De ondernemer moet in contact met klanten een juist evenwicht vinden tussen klantvriendelijkheid en ondernemingsbelang. Hij heeft de taak zich klantvriendelijk op te stellen zonder zijn eigen onderneming te schaden. • De ondernemer moet prioriteiten stellen in de tijd die hij kan besteden aan het helpen van de klant, het aansturen en begeleiden van medewerkers en andere werkzaamheden. Hij moet bij zijn afweging de afbreukrisico’s van zijn keuzen kunnen inschatten. Kerntaak 9: Beheert en begeleidt ontvangst en opslag De ondernemer maakt afspraken met de vervoerder en/of leverancier wanneer goederen geleverd of gehaald worden. Proces De ondernemer bereidt de ontvangst en opslag van goederen voor. Hij gaat na welke goederen binnenkomen en bepaalt waar deze opgeslagen moeten worden. Keuzes en dilemma’s
De ondernemer voert zelf de opslag- en ontvangstwerkzaamheden uit of instrueert en begeleidt zijn medewerkers hierin. Hij zorgt ervoor dat de interne transportmiddelen worden verzameld en ruimte wordt gemaakt voor de opslag van goederen in de ontvangstruimte en opslagruimte. De ondernemer maakt retouren verzendklaar en vult bijbehorende formulieren in. De ondernemer controleert de geleidedocumenten en de geleverde goederen in bijzijn van de leverancier op kwaliteit en kwantiteit of laat ze controleren. Hij meldt afwijkingen aan de levering aan de leverancier en noteert deze. Hij zorgt dat de retouren meegegeven worden aan de leverancier. De ondernemer pakt de geleverde goederen en verdeelt deze voor de opslag van goederen. Hij controleert de omgepakte goederen op afwijkingen (zicht- en onzichtbare schade) en noteert deze. Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
15
Hij meldt de afwijkingen aan de vervoerder en/of leverancier. De ondernemer vervoert de geleverde goederen naar de opslagruimte en slaat ze daar op. Gedurende het hele proces signaleert hij derving en probeert hij derving te voorkomen. De ondernemer verzorgt de administratie rondom ontvangst van goederen. Hij zorgt dat de werkplek opgeruimd en schoongemaakt wordt. De ondernemer evalueert voortdurend het proces van ontvangst en opslag en brengt verbeteringen aan. Hij controleert tevens de werkzaamheden van zijn werknemers en geeft hen op basis hiervan feedback. Rol/verantwoordelijkheden
De ondernemer heeft een uitvoerende en aansturende rol. De ondernemer is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming. Hij voert taken op eigen initiatief uit.
Betrokkenen
De ondernemer combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures. Bij afwijkingen op het gebied van middelen, werkprocessen, personele aangelegenheden en omgeving past hij oplossingen of nieuwe procedures toe. De ondernemer heeft contact met leveranciers en/of vervoerders en begeleidt medewerkers.
Hulpmiddelen
Geleidedocumenten, interne transportmiddelen, communicatiemiddelen en schoonmaakmiddelen.
Complexiteit
Kwaliteit van proces en resultaat
Keuzes en dilemma’s
Het toepassen van wettelijke regelgeving ten aanzien van arbo, milieu, veiligheid, hygiëne, sociale zekerheid en bedrijfsspecifieke regels en procedures is voorwaardelijk voor de beoogde kwaliteit van het werkproces en het resultaat ervan. Bij het beheren en begeleiden van ontvangst en opslag doet zich de volgende keuze en het dilemma zich voor: • De ondernemer moet het juiste evenwicht vinden tussen het delegeren en het zelf uitvoeren van werkzaamheden, zodat alle werkzaamheden correct uitgevoerd worden, de ondernemer overzicht heeft en de medewerkers een goede werkbelasting.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
16
7
EVENTUELE KERNOPGAVEN BEHOREND BIJ EEN UITSTROOMDIFFERENTIATIE
n.v.t.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
17
8
BEROEPSCOMPETENTIES MET BEHEERSINGSCRITERIA
Beroepscompetentie 1
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Vakkundig handelen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze te handelen op basis van specifieke vak- en/of branchekennis en -vaardigheden Hanteert vaktaal en inzicht van bedrijfsuitvoering en detailhandel bij het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek, het beheren en begeleiden van ontvangst en opslag, het afhandelen van de verkooptransactie en/of het begeleiden daarbij, het beheren en begeleiden van de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimte en -omgeving, bij het bepalen van het assortiment en het inkopen van artikelen en het voeren en/of begeleiden van verkoop- en adviesgesprekken Gebruikt (hulp)middelen op verantwoorde en efficiënte wijze bij het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek, uitvoeren van personeelsbeleid, netwerken en onderhouden van (externe) relaties, bestellen van artikelen, voeren en/of begeleiden van verkoop- en adviesgesprekken, het beheren en begeleiden van de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimte en -omgeving, het afhandelen van de verkooptransactie en/of het begeleiden daarbij en bij het beheren en begeleiden van ontvangst en opslag Gebruikt diepgaande product- en assortimentskennis bij het adviseren van de klant en medewerkers, het afhandelen van de verkooptransactie en/of het begeleiden daarbij, het beheren en begeleiden van ontvangst en opslag en het beheren en begeleiden van de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimte en -omgeving Hanteert vaktaal en kennis op het gebied van personeelsbeleid Hanteert wet- en regelgeving bij sluiten van overeenkomsten met consumenten en zakenpartners Hanteert wet- en regelgeving en kennis op het gebied van verzekeringen bij het ontwikkelen van beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek Kiest het assortiment en koopt artikelen in op basis van artikelprijzen, klantbehoeften, onderscheidingsvermogen en mogelijkheden van de onderneming Het op verantwoorde en gepaste wijze hanteren van vakspecifieke middelen om dienstverlening, presentatie, financiële afhandeling en verkoopbevordering op vakkundige wijze bij diverse bedrijven uit te voeren
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
18
Beroepscompetentie 2
Doel- en proceduregericht handelen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze werkzaamheden uit te voeren volgens afspraken en/of procedures Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 3
Stemt de verschillende beleidsplannen op elkaar af voor een evenwichtige bedrijfsuitvoering Ontwikkelt marketing-, investerings-, begrotings-, logisitek- en personeelsplannen die gericht zijn op de doelstellingen van de onderneming Bepaalt op basis van kennis van de onderneming, proces en logistiek de juiste werkvolgorde Formuleert strategische doelen en stelt prioriteiten bij het ontwikkelen van (beleids)plannen Gebruikt regelgeving ten aanzien van (financiële) bedrijfsadministratie Hanteert regels en procedures bij het in dienst nemen, houden en E uit dienst laten gaan van medewerkers Houdt zich aan het plan tot het doel bereikt is Past handelen aan, aan de eisen en verwachtingen van zijn functie Stelt doelen en prioriteiten bij het uitvoeren van (beleids)plannen Stelt op basis van kennis van de onderneming, proces en logistiek procedures en normen voor een effectief werkproces Toont discipline door te werken volgens (huis)regels en procedures van de onderneming Toont respect voor (opvattingen en gewoonten van) anderen en E, S, regelgeving C, P, N, O Werkt nieuwe medewerkers in, zodat zij werken volgens ondernemingsdoelstellingen en/of functieprofiel Zorgt dat in de onderneming gewerkt wordt volgens de (wettelijke) regeling op het gebied van arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden. Zorgt dat milieunormen worden gehanteerd in de onderneming N Uitvoering van werkzaamheden die aansluit bij het doel en de gestelde norm Organisatie- en omgevingsgerichtheid
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze werkzaamheden te laten aansluiten bij de doelen en cultuur van de organisatie en de ontwikkelingen in de samenleving en in het vakgebied toe te passen in zijn werk. Beheersingscriteria gericht op het proces
Signaleert gevolgen van de (Europese) wet- en regelgeving voor (detailhandels) onderneming Maakt een ondernemingsplan rekeninghoudend met kansen en bedreigingen voor de onderneming, marktontwikkelingen, financiën en wet en regelgeving Vertaalt beleidsplannen in operationele doelstellingen voor de onderneming Vertaalt operationele doelstellingen in activiteitenplannen
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
19
Resultaat
Beroepscompetentie 4
Ontwikkelt procedures zodat er gewerkt wordt volgens de (wettelijke) regeling op het gebied van de arbeidsomstandigheden en milieunormen Ontwikkelt instructies voor de taakuitvoering en houdt daarbij rekening met de situatie van de onderneming Ontwikkelt huisregels Stelt zich hulpvaardig en vriendelijk op en bekijkt situaties mede vanuit het doel van de ander en betrekt hen erbij Signaleert in het kader van het te voeren personeelsbeleid gevolgen van de (Europese) wet- en regelgeving voor eigen (detailhandels)onderneming Toont loyaliteit bij het aansturen van het personeel Koopt artikelen in op basis van de mogelijkheden van de onderneming, ontwikkelingen in de samenleving en kennis van inkoopkanalen en -proces Handelt bij de inkoop vanuit strategische ondernemingsdoelstellingen en maatschappelijk verantwoord ondernemen Draagt de cultuur van de organisatie uit Past als ondernemer en burger rechten en plichten toe E Reflecteert op zichzelf en de (beroeps)omgeving E, S, C Past kennis van (actuele) ontwikkelingen in de samenleving en organisatie toe bij het functioneren in zijn beroep en als burger Handelt vanuit strategische en operationele doelstellingen Bouwt een imago op Het aanpassen van handelingen aan de organisatie en omgeving en het toepassen van kennis, vaardigheden en ontwikkelingen vanuit de samenleving en het vak binnen de onderneming Ondernemend handelen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze door persoonlijke inbreng en visie kansen en problemen te signaleren en afgewogen risico’s te nemen om voordeel te behalen Beheersingscriteria gericht op het proces
Ontwikkelt de ondernemingsvisie Onderhandelt met en overtuigt vermogenverstrekkers op basis van zijn ondernemingsplan Ziet kansen en bedreigingen voor de onderneming Reageert doelgericht en creatief op veranderingen in de markt om de positie van de onderneming te versterken Onderscheidt zich van de (lokale) concurrentie Zoekt samenwerking met andere ondernemingen om kosten te besparen en de positie te versterken Neemt overwogen risico’s om doelen te behalen Bepaalt korte- en lange-termijndoelstellingen die passen binnen de doelstellingen van de onderneming Promoot de onderneming op verschillende wijzen Onderhandelt met potentiële opdrachtgever voor goede voorwaarden Presenteert zichzelf op de markt door het plaatsen van persberichten, advertenties, etc.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
20
Resultaat
Beroepscompetentie 5
Geeft voorlichting aan relaties over onderneming en producten om bekendheid te geven aan de onderneming en omzet te behalen Richt zich bij het leggen en onderhouden van contacten op het belang van de onderneming Neemt initiatief om in contact te komen met verschillende relaties om de doelen van de onderneming te behalen Toont inzet door zich actief op te stellen, enthousiasme te tonen en verantwoordelijkheid te nemen Stelt een concurrerend en/of onderscheidend assortiment samen Onderhandelt met leveranciers voor goede leverings- en betalingsvoorwaarden Neemt overwogen risico’s om doelen te behalen Toont doorzettingsvermogen bij tegenslagen Overziet crisissituaties en weet in deze situaties te handelen Het behalen van voordeel voor de onderneming door persoonlijke inbreng en visie Klantgericht handelen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze het werk in te richten naar de wensen van anderen met het oog op een duurzame relatie. Beheersingscriteria gericht op het proces
Stelt relaties en klanten op hun gemak Toont betrokkenheid bij onderneming en relaties Maakt ideeën en meningen duidelijk en brengt deze zelfverzekerd L over Stemt benaderingswijze en verbale en uiterlijke presentatie af op N het imago van de onderneming, de doelgroep en de situatie Gaat de confrontatie aan als het nodig is Houdt bij het bestellen en samenstellen van het assortiment rekening met de wensen van de klant. Onderhoudt contact met leveranciers, vertegenwoordigers en andere relaties voor een goede samenwerking Communiceert met klant, relatie en leverancier (zie taalprofiel) Onderhandelt met de klant binnen de gestelde kaders tussen klantvriendelijkheid en ondernemingsbelang Blijft vriendelijk en beleefd tegen de klant Wekt vertrouwen bij klant op basis van vakkundigheid Stelt zich dienstbaar, servicegericht, vriendelijk en hulpvaardig op naar de klant en relaties door vragen te beantwoorden, hulp te bieden en (on)gevraagd informatie te verstrekken Gebruikt verkoop- en gesprekstechnieken bij het adviseren van en onderhouden van contact met de klant en past de technieken aan aan de klant Geeft uitleg en informatie aan de klant op overtuigende wijze Stimuleert medewerkers in het leggen van contacten met klanten Heeft oog voor (zoekende) klant en staat deze te woord en/of verwijst deze door tijdens werkzaamheden. Bezorgt geen overlast voor klanten tijdens de werkzaamheden op de winkelvloer
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
21
Resultaat
Beroepscompetentie 6
Maakt de presentatie commercieel aantrekkelijk voor de klant binnen de kaders van de onderneming Onderhandelt met de klant en maakt de juiste afweging tussen klantvriendelijkheid en ondernemingsbelang Komt afspraken met klanten na Onderzoekt de betalingsmogelijkheden van de klant Past gesprekstechniek aan om contact met klant te onderhouden conform de bedrijfsprocedure Stemt houding en communicatie op elkaar af Biedt hulp aan leverancier als bedrijfsprocedures en ondernemingsbelang dit toelaten Een duurzame relatie met klant en leverancier Goede communicatieve afstemming met klant, relaties en leveranciers Samenwerken
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze met verschillende partijen een bijdrage te leveren aan gezamenlijke resultaten. Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 7
Communiceert met collega’s en medewerkers (zie taalprofiel) Stemt houding en communicatie op elkaar af Maakt eigen ideeën en meningen duidelijk aan anderen Vraagt en biedt (on)gevraagd hulp Toont discipline door zich aan afspraken te houden Toont inzet door zich actief op te stellen, enthousiasme te tonen en verantwoordelijkheden te nemen Toont respect voor (opvattingen en gewoonten) van anderen en regelgeving Verwoordt de eigen behoefte naar anderen Stemt eigen handelen af op handelen van anderen Hanteert breed geaccepteerde sociale omgangsvormen Bepaalt eigen grenzen en geeft deze ook aan Deelt kennis en ervaring Initieert samenwerking in de onderneming Een samenwerking met medewerkers die bijdraagt aan een goed verloop van werkprocessen Wederzijds begrip in communicatie tussen medewerkers en leidinggevende Oplossend vermogen en besluitvaardigheid
E, S, C, P, N, O P N N O O
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze problemen te signaleren, te analyseren, oordeel te vormen, keuzes te maken en conclusies om te zetten in acties Beheersingscriteria gericht op het proces
Evalueert het gevoerde beleid en stelt dit bij om het rendement te verhogen Evalueert de uitvoering van het beleid en stelt dit bij Evalueert de manier waarop de onderneming is georganiseerd en past daar waar nodig aan
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
22
Evalueert voorstellen, opmerkingen, vragen, klachten om de kwaliteit van het beleid te verbeteren Gaat actief op zoek naar optimalisering van bedrijfsprocessen en overziet gevolgen van de activiteiten Analyseert financiële gegevens en formuleert verbetervoorstellen voor derden Onderzoekt mogelijkheden om zich met de onderneming op positieve wijze te profileren Onderzoekt de mogelijkheden ter stimulering van de omzet Onderzoekt klantbehoeften om het beleid daarop beter aan te laten sluiten Neemt in het kader van het onderhouden van (externe) relaties op het juiste moment de beslissingen die invloed hebben op het functioneren van de onderneming Zorgt voor een juiste kwalitatieve en kwantitatieve personeelsbezetting Evalueert werkomstandigheden en arbeidsvoorwaarden en formuleert verbetervoorstellen Beoordeelt voorstellen, opmerkingen, vragen, klachten om de samenstelling van het assortiment te verbeteren Onderzoekt het aanbod van verschillende leveranciers voor een gunstige prijs-kwaliteitverhouding Onderzoekt klantbehoeften en koopwens van de klant om met assortiment beter aan te sluiten Analyseert inkoopgegevens en onderneemt actie bij afwijkingen Signaleert en onderzoekt oorzaak van afwijking in de voorraad en neemt actie Evalueert werkzaamheden en formuleert verbetermogelijkheden Onderzoekt en beoordeelt de oorzaak van klachten en handelt deze af Onderzoekt de koopwens van de klant en de mogelijkheden van het assortiment en geeft de klant keuzemogelijkheden Signaleert problemen bij gesprekken bij medewerkers en klanten en neemt actie Speelt op creatieve wijze in op onvoorziene omstandigheden en blijft ondanks tijdsdruk en tegenslagen adequaat handelen Past zich op een zakelijke manier aan aan veranderingen Onderzoekt alternatieven Verwoordt eigen keuze door verschillende zienswijzen/meningen met elkaar te vergelijken Gebruikt hulpmiddelen bij het maken van keuzen Neemt beslissingen om af te wijken van beleidskaders bij onvoorziene omstandigheden Onderbouwt keuzen Creëert omzetkansen door aanpassing in artikelpresentatie, winkelruimte en -omgeving door te (laten) voeren Signaleert wanneer welke artikelen aangevuld moeten worden en neemt actie Signaleert en onderzoekt de mogelijkheden voor verkoopbevordering en neemt actie
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
S
P, N, O E E
23
Resultaat
Beroepscompetentie 8
Lost problemen op bij het verzorgen van de artikelpresentatie, winkelruimte en -omgeving, de goederenontvangst en –opslag, het afhandelen van de verkooptransactie, formuleert verbetervoorstellen en neemt actie. Onderzoekt oorzaken van kasverschillen en problemen met het (afreken)systeem Onderzoekt en beoordeelt de oorzaak van klachten en neemt actie De analyse van werkzaamheden leidt tot een juiste en passende prioritering bij het selecteren van informatie, advies geven, werkvolgorde tijdens werkzaamheden en de verzorging van presentaties Pro-actief handelen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze op de werkvloer initiatief te nemen, kansen te zien en daarop te anticiperen. Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Stelt zich op de hoogte van ontwikkelingen op de (lokale) markt en bij de aan de onderneming gelieerde bedrijven om de positie van de onderneming te versterken Bedenkt oplossingen voor knelpunten en neemt actie Neemt contact op met instellingen/organisaties voor vragen en/of hulp Neemt eigen verantwoordelijkheid Neemt initiatief in het aanpassen van (standaard)bestellingen Neemt initiatief in het klantencontact Neemt initiatief om advies en serviceverlening aan de klant te verbeteren Neemt initiatief om advies, assortiment en dienstverlening aan de klant te verbeteren Neemt initiatief om artikelpresentaties, winkelruimte en -omgeving te optimaliseren Neemt initiatief om werkzaamheden rondom het afhandelen van de verkoop te optimaliseren Neemt initiatief om werkzaamheden rondom ontvangst en opslag te optimaliseren Neemt initiatieven om assortiment voor de klant te verbeteren Ondersteunt personeel in het voeren van een verkoopgesprek of neemt de klant over Speelt in op (actuele) ontwikkelingen bij inzet van personeel Speelt in op (lokale) ontwikkelingen binnen mogelijkheden van de onderneming Speelt in op ontwikkelingen in de markt Initiatieven die leiden tot een goede dienstverlening en het vermijden van problemen.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
S S, O S S S S S S S S
24
Beroepscompetentie 9
Kwaliteitsgericht handelen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze zich te richten op kwaliteit van werkzaamheden en dienstverlening om een bepaald resultaat te bereiken Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Ontwikkelt een kwaliteitszorgsysteem op basis van het gevoerde beleid Zorgt voor het gebruik van een presentatieplan en -voorschriften voor het opbouwen van een commercieel aantrekkelijke artikelpresentatie en neemt actie Zorgt voor een goede en collegiale werksfeer Informeert de klant over verschillende serviceaspecten betreffende de afhandeling van de verkoop Zorgt ervoor dat de voorraadadministratie correct bijgehouden wordt Zorgt ervoor dat de bedrijfsadministratie correct bijgehouden wordt Zorgt er voor dat er bij het opslaan van goederen rekening wordt gehouden met de opslagkenmerken van goederen, opslagmogelijkheden en doorstroombehoefte naar de winkelruimte Voert correct de financiële en administratieve handelingen uit Toont inzet door zich actief op te stellen, enthousiasme te tonen en verantwoordelijkheid te nemen Stemt werktempo af op ondernemingsbelang, veiligheid, klantgerichtheid en ondersteuning van de medewerker Stemt de personeelsbehoefte af op de situatie in de onderneming Stelt hoge eisen aan zijn werk en handelt ook daarnaar Signaleert en formuleert verbeterpunten in de artikelpresentatie, winkelruimte en -omgeving Signaleert calamiteiten en handelt hierbij volgens procedures Signaleert afwijkingen en formuleert verbeterpunten in werkwijzen, geleverde goederen en gebruik hulpmiddelen en neemt actie Signaleert afwijkingen en formuleert verbeterpunten in dienstverlening Registreert correct de gegevens voor de personeelsadministratie Past presentatietechnieken toe om de winkelruimte en -omgeving commercieel aantrekkelijk te maken Onderzoekt oorzaak van afwijkingen in de voorraad en onderneemt passende actie Onderneemt actie om derving te voorkomen Neemt initiatief om advies en serviceverlening aan de klant te verbeteren Koopt in en plaatst de bestelling op het juiste moment Komt afspraken na Informeert de klant over verschillende serviceaspecten Hanteert de kwaliteitseisen van onderneming in het klantencontact Geeft promotieactiviteiten vorm binnen de gestelde kwaliteitseisen Gaat betrouwbaar om met de geldzaken Een kwalitatief goede uitvoering van werkzaamheden Het behalen van ondernemingsdoelstellingen en kwaliteitseisen
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
25
Beroepscompetentie 10
Plannen en organiseren
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze te plannen, te organiseren en de voortgang te bewaken van werk in teamverband Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 11
Organiseert de juiste activiteiten voor het ontwikkelen van het beleid Vertaalt het financieel beleid in concrete plannen en bewaakt de uitvoering hiervan Vertaalt het commercieel beleid in concrete plannen en bewaakt de uitvoering hiervan Bepaalt, interpreteert, administreert en bewaakt kosten, budgetten en kengetallen Bepaalt op basis van kennis van de onderneming, proces en logistiek de juiste werkvolgorde Bepaalt prioriteiten in werkzaamheden van zichzelf en medewerkers Plant en regelt eigen en andermans werkzaamheden binnen de werkprocessen Zorgt voor een adequate werkplanning Bepaalt personeelsbehoefte voor de onderneming rekeninghoudend met de doelstellingen van de onderneming Zorgt voor een goede voorbereiding en planning van de activiteiten Bepaalt welke werkzaamheden door medewerkers uitgevoerd moeten worden en stemt werkzaamheden af met de interne organisatie en derden Geeft opdracht aan medewerkers voor wat betreft de werkuitvoering Een goed georganiseerde werkuitvoering die binnen de tijd en kaders is uitgevoerd. Leer- en aanpassingsvermogen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze zijn handelingen aan te passen aan veranderende omstandigheden op basis van informatie en kan zich nieuwe werkwijzen eigen maken Beheersingscriteria gericht op het proces
Past kennis van nieuwe ontwikkelingen toe bij het bepalen van het assortiment en het inkopen Stelt zich op de hoogte van ontwikkelingen, nieuwe artikelen en verkooptechnieken Past kennis van nieuwe ontwikkelingen toe bij het adviseren van en verkopen aan de klant Staat open voor kritiek Stelt zich flexibel op bij een afwijking/verandering en houdt daarbij rekening met ondernemingsbelang, persoonlijk belang en prioriteit van taken Toont motivatie om te leren Kiest leeractiviteiten uit om werkzaamheden te verbeteren Schakelt tijdig hulp in Voert leeractiviteiten uit Verbetert eigen zwakke punten
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
L L L L
26
Resultaat
Beroepscompetentie 12
Maakt een plan voor verbetering voor eigen functioneren Laat door werkwijze zien dat hij van gemaakte fouten heeft geleerd Vraagt om feedback van anderen en geeft anderen feedback Hanteert hulp(middelen), contacten en sollicitaties om een plaats te E (her)vinden op de arbeidsmarkt Past persoonlijke presentatie aan om een plaats te (her)vinden op de E arbeidsmarkt Past kennis van nieuwe ontwikkelingen toe bij het ontwikkelen en uitvoeren van beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek, het netwerken en het onderhouden van (externe) relaties, het beheren van de ontvangst en opslag, het afhandelen van de verkooptransacties en het begeleiden daarbij en het beheren en begeleiden van de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimten en -omgeving Verhoging van de eigen employability Een flexibele houding tegenover veranderingen in het vak Coachend vermogen
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze medewerkers te ondersteunen bij hun persoonlijke ontwikkeling in het vakgebied Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 13
Stelt zich hulpvaardig en vriendelijk op en bekijkt situaties mede vanuit het doel van de ander en betrekt hen hierbij Geeft medewerkers feedback om werkprocessen te verbeteren Geeft medewerkers op passende wijze informatie over de artikelen in het assortiment Coacht en ondersteunt medewerkers bij het uitvoeren van werkzaamheden Biedt hulp aan medewerkers bij moeilijkheden Motiveert en stimuleert medewerkers om zich te (blijven) ontwikkelen Stelt medewerkers op hun gemak Communiceert met medewerkers (zie taalprofiel) Goede ondersteuning van medewerkers bij hun werkzaamheden, zodat zij zich verder kunnen ontwikkelen in het vakgebied Leiding geven
L&B
De ondernemer detailhandel is in staat om op adequate wijze sturing te geven aan medewerkers, aangepast aan de capaciteiten van medewerkers en de uit te voeren taken. Beheersingscriteria gericht op het proces
Hanteert gesprekstechnieken in formele gesprekken met medewerkers Geeft duidelijke en voldoende instructies. Controleert en beoordeelt inhoudelijk de werkzaamheden van medewerkers Corrigeert medewerkers
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
27
Resultaat
Past stijl van leidinggeven aan aan ondernemingsvisie en situatie Een goede samenwerking en werkuitvoering die juist gefaciliteerd wordt door de beroepsbeoefenaar Een goede werksfeer
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
28
9
OPBOUW KWALIFICATIEPROFIEL
9.1 KERN
Voor het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel is de volgende inhoud van de kern vastgesteld. Kern
Ondernemer detailhandel
De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van de kern 1 tot en met 9 Kerntaken Kernopgaven
1 tot en met 4
Competenties
1 tot en met 13
9.2 UITSTROOMDIFFERENTIATIES
n.v.t.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
29
10 CERTIFICEERBARE EENHEDEN n.v.t.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
30
11 COMPETENTIEMATRIX n.v.t.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
31
12 VERANTWOORDINGSDOCUMENT De verantwoording bij het kwalificatieprofiel heeft tot doel de opbouw van het kwalificatieprofiel en de wijze van totstandkoming toe te lichten en te verantwoorden. Het verantwoordingsdocument heeft twee functies: • het is een verantwoording van de stappen die zijn gezet bij het opstellen van het kwalificatieprofiel zodanig dat een toetsing door derden mogelijk is; • het is een toelichting op de keuzes die zijn gemaakt bij het opstellen van het kwalificatieprofiel zodanig dat voor gebruikers inzichtelijk wordt wat er wel en niet in het kwalificatieprofiel is opgenomen en waarom die keuzes zijn gemaakt. In de verantwoording worden zeven onderdelen behandeld: 12.1 De onderliggende beroepscompetentieprofielen 12.2. Naam en structuur van het kwalificatieprofiel 12.3. Van beroepscompetentieprofiel(en) naar kwalificatieprofiel 12.4. Leer- en burgerschapscompetenties 12.5. Borging van de kwaliteit van examinering 12.6. Doorstroomrechten 12.7. Het proces van totstandkoming van het kwalificatieprofiel. De zeven onderdelen worden in de navolgende paragrafen verder uitgewerkt. 12.1 DE ONDERLIGGENDE BEROEPSCOMPETENTIEPROFIELEN Voor de ontwikkeling van het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel dient het beroepscompetentieprofiel ondernemer als basis. Het beroepscompetentieprofiel ondernemer is gelegitimeerd in de bestuursvergadering van Stichting Opleidingsfonds Detailhandel d.d. 18 mei 2002. Het beroepscompetentieprofiel is in februari 2004 herzien en geaccordeerd. Voor de beschikbaarheid van BPV-plaatsen wordt verwezen naar de jaarlijkse publicatie ‘Arbeidsmarkt en beroepsopleidingen in de sector Handel’. In deze publicatie (2004) is voor de ondernemer/manager detailhandel (ondernemer detailhandel) per regio aangegeven wat het middellange perspectief is voor het aantal beschikbare BPV-plaatsen. Uit deze publicatie is op te maken dat voor BBL- en BOL-deelnemers het perspectief voor beide beroepen positief is. Echter, voor de BOL-deelnemers zijn in drie regio’s vraag en aanbod in evenwicht en in drie regio’s is er meer vraag dan aanbod. Op middellange termijn wordt geen tekort verwacht aan BPV-plaatsen. 12.2 NAAM EN STRUCTUUR VAN HET KWALIFICATIEPROFIEL
De kern van het kwalificatieprofiel Korte typering van het kwalificatieprofiel In de specifieke informatie van het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel staat in het kort het beroep van de ondernemer detailhandel beschreven. De ondernemer detailhandel heeft een uitvoerende en aansturende rol en is verantwoordelijk voor zijn eigen takenpakket, voor zijn medewerkers en de resultaten van zijn onderneming.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
32
De beginnend ondernemer zal veel werkzaamheden op de werkvloer zelf uitvoeren en vaak niet als ondernemer starten op de arbeidsmarkt. In enkele gevallen gaat de beginnend ondernemer wel direct aan de slag: dit betreft dan meestal een familiebedrijf. Bij de start van zijn onderneming zal de ondernemer detailhandel in veel gevallen geen personeel in dienst hebben: afhankelijk van de groei en grootte van de onderneming zal hij in een later stadium de keuze kunnen maken om personeel in dienst te nemen. De ondernemer als koersbepaler combineert en bedenkt oplossingsgerichte procedures om zijn onderneming op te zetten, voort te zetten of uit te breiden. Op basis van de complexiteit en verantwoordelijkheden die beschreven zijn in het kwalificatieprofiel kan geconcludeerd worden dat de opleiding op niveau 4 is. De ondernemer is een vakman die een hiërarchische verantwoordelijkheid heeft voor mogelijke medewerkers. Het takenpakket bestaat uit het bedenken en toepassen van nieuwe procedures. De uitvoering van het takenpakket vraagt specialistische vaardigheden en/of beroepsonafhankelijke vaardigheden. Het advies is om de duur van de opleiding, afhankelijk van het instroomniveau, ongeveer vier jaar te laten duren. Bij de ontwikkeling van het kwalificatieprofiel hebben de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven en de klankbordgroep de conceptversies beoordeeld op uitvoerbaarheid en toetsbaarheid. Ondanks dat de inzichten ten aanzien van competentiegericht beroepsonderwijs nog niet volledig zijn uitgekristalliseerd verwachten de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven en de klankbordgroep dat het formuleren van meer algemene competenties en de specifieke invulling daarvan in de kerntaken, een impuls geeft aan competentiegericht beroepsonderwijs. De paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven en de klankbordgroep verwachten dat onderwijsinstellingen op basis van dit kwalificatieprofiel een competentiegericht leertraject met bijbehorend examen kunnen organiseren en het diplomaniveau in het onderwijsprogramma kunnen behalen. Op basis van ervaringen met dit kwalificatieprofiel zullen deze verwachtingen worden geverifieerd. De beschrijving van de relatie tussen (beroeps-)competenties, kerntaken, kernopgaven en beroepscontext: Het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel bestaat uit negen kerntaken met vier kernopgaven. De kerntaken zijn als volgt: • Ontwikkelt het beleid op het gebied van commercie, financiën en logistiek • Voert het beleid uit op het gebied van commercie, financiën en logistiek • Netwerkt en onderhoudt (externe) relaties • Begeleidt en coördineert personeel • Bepaalt het assortiment en koopt artikelen in • Voert en/of begeleidt verkoop- en adviesgesprekken • Beheert en begeleidt de verzorging van artikelpresentaties, winkelruimte en –omgeving • Handelt verkooptransacties af en/of begeleidt daarbij • Beheert en begeleidt ontvangst en opslag. De kerntaken met de kernopgaven geven een beschrijving van de beroepscontext van de beroepsbeoefenaar. De kerntaken en –opgaven zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden: de kernopgaven vormen een complicerende factor bij de kerntaken. Kernopgaven staan dus altijd in verband met één of meer kerntaken. Om deze taken met opgaven naar tevredenheid uit te kunnen voeren zijn (beroeps)competenties nodig. De samenhang tussen de competenties met de kerntaken en –opgaven is schematisch weergegeven in de KCH-competentiematrix, die extra toegevoegd is aan het kwalificatiedossier.
De beschrijving van eventuele uitstroomdifferentiaties
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
33
Op dit moment zijn (nog) geen uitstroomdifferentiaties benoemd voor de ondernemer detailhandel. Voor de indiening van schooljaar 2006-2007 heeft Kenniscentrum Handel de intentie om samen te werken met andere kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven om meerdere ‘ondernemersberoepscompetentieprofielen’ te clusteren in één kwalificatieprofiel. In ieder geval zal Kenniscentrum Handel voor de volgende indieningronde contact opnemen met LOBHTV.
De aanwijzing van eventuele certificeerbare eenheden In het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel zijn geen certificeerbare eenheden benoemd, aangezien niet één of meer kerntaken een arbeidsmarktrelevante waarde hebben. 12.3 VAN BEROEPSCOMPETENTIEPROFIEL(EN) NAAR KWALIFICATIEPROFIEL Voor de formulering van de (verrijkte) kerntaken, kernopgaven en de competenties heeft het beroepscompetentieprofiel ondernemer als uitgangspunt gediend. Kenniscentrum Handel maakt in opdracht van de Paritaire Commissie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven gebruik van zogenoemde klankbordgroepen om de vertaalslag van beroepscompetentieprofiel(en) naar kwalificatieprofiel te maken. De leden van de klankbordgroep zijn afkomstig uit het bedrijfsleven en het onderwijsveld. De klankbordgroep heeft tot taak om de inhoud van de kwalificatieprofielen te beoordelen op juistheid, volledigheid, haalbaarheid en toetsbaarheid. De paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven is van mening dat het kerndeel zodanig is geformuleerd, dat nieuwe, relatief beperkte ontwikkelingen verwerkt kunnen worden in verrijkte kerntaken en omschrijvingen van competenties, zonder dat de essentie van kerntaken en competenties opnieuw vastgesteld moet worden door OCW/LNV. Bij de ontwikkeling van het kwalificatieprofiel is rekening gehouden met de wens/de eis dat een kwalificatieprofiel de mogelijkheid aan het onderwijs moet kunnen bieden om (innovatieve) ontwikkelingen snel te kunnen doorvoeren. In de competenties is voornamelijk aangegeven dat de beginnend beroepsbeoefenaar nieuwe ontwikkelingen moet kunnen signaleren, moet kunnen aanleren en moet kunnen toepassen in de beroepssituatie. Op deze wijze kan snel worden ingespeeld op ontwikkelingen die van invloed zijn op het beroep, dan wel op de branche/sector. De kerntaken, kernopgaven en competenties zijn, in samenspraak met de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven en de klankbordgroep, brancheoverstijgend geformuleerd, waardoor zij specifiek zijn in te vullen voor de verschillende branches en nieuwe ontwikkelingen ook moeiteloos zijn in te passen binnen het kwalificatieprofiel. Mogelijke ontwikkelingen die invloed kunnen hebben op het kwalificatieprofiel staan beschreven in het onderliggende beroepscompetentieprofiel. Om de snelle veroudering van de kwalificatieprofielen verder tegen te gaan is vermeden om specifieke hulpmiddelen, methoden, etc. te noemen, die aan veroudering onderhevig kunnen zijn.
Vertaling van vakvolwassen naar beginnend beroepsbeoefenaar Het verschil tussen de vakvolwassen en beginnend beroepsbeoefenaar komt in het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel tot uitdrukking in de beschrijving van de kerntaken en de beroepscompetenties. Als uitgangspunt voor de vertaling van vakvolwassen naar beginnend beroepsbeoefenaar is in de klankbordgroep een beeld geschetst van de beginnende ondernemer op mbo-niveau. Naar aanleiding van het geschetste beeld zijn een aantal uitgangspunten voor de beginnend beroepsbeoefenaar genoemd, zoals:
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
34
• • •
De ondernemer is voornamelijk meewerkend voorman: vakkennis en -vaardigheden zijn dus onmisbaar voor de ondernemer. Een aanzienlijk aantal kerntaken zal dus gericht zijn op deze kennis en vaardigheden. De ondernemer heeft in de meeste gevallen geen personeel bij de start van de onderneming. Om deze reden zal hij als beginnend ondernemer weinig kennis en vaardigheden nodig hebben voor het leiding geven aan personeel. De ondernemer zal voor het slagen van zijn onderneming voor een groot deel afhankelijk zijn van de ontwikkelingen en relaties in zijn omgeving. Hij zal initiatief moeten nemen en oog moeten hebben voor zijn omgeving, waardoor hij niet alleen zich intern kan richten op de vakspecifieke onderdelen, maar zich ook extern moet richten.
Vertaling van kerntaken van een volwassen beroepsbeoefenaar naar de kerntaken van een beginnend beroepsbeoefenaar Op basis van bovengenoemde uitgangspunten zijn op aanwijzing van de klankbordgroep kerntaken ontwikkeld, waarbij in tegenstelling tot de kerntaken in het onderliggende beroepscompetentieprofiel, meer aandacht is gekomen voor de vakspecifieke onderdelen en de gerichtheid naar de omgeving. Daarnaast is er minder aandacht voor het ontwikkelen van personeelsbeleid en het leidinggeven aan personeel. Met betrekking tot de aspecten verantwoordelijkheid, bevoegdheid en zelfstandigheid heeft er nauwelijks afzwakking plaatsgevonden, doordat de beginnende ondernemer als zelfstandige meteen gehele verantwoordelijkheid heeft, voor alles bevoegd is en geheel zelfstandig moet opereren. Met de aanpassing van de kerntaken in vergelijking met de kerntaken in het beroepscompetentieprofiel is het beroep minder complex beschreven, aangezien er minder aandacht is voor het personeel en ontwikkeling van beleid en meer aandacht voor de vakspecifieke onderdelen. In het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel zijn vijf vakspecifieke kerntaken (gericht op de detailhandel) benoemd. De onderdelen in deze kerntaken komen ook aan de orde in het beroepscompetentieprofiel, maar zijn uitgebreider beschreven in het kwalificatieprofiel. Reden hiervoor is dat deze onderdelen voor de beginnende ondernemer van groter belang zijn. Twee kerntaken hebben betrekking op het ontwikkelen en uitvoeren van beleid. Deze onderdelen zijn ook benoemd in de kerntaken in het beroepscompetentieprofiel, maar zijn anders geclusterd en het personeelsgedeelte is in deze kerntaken geminimaliseerd. Het personeelsgedeelte uit het beroepscompetentieprofiel komt in zijn geheel terug in één kerntaak. Deze kerntaak beschrijft in het kort de stappen voor de ondernemer als hij personeel in dienst wil nemen en het basaal begeleiden van een aantal medewerkers. De reden hiervoor is dat de beginnend ondernemer wel de basis van leidinggeven moet kennen en kunnen, maar dat het in veel gevallen niet voorkomt bij een beginnende kleine zelfstandige. Daarbij moet de ondernemer goed de consequenties weten van het wel of niet aannemen van personeel. Tot slot is een kerntaak geformuleerd, die qua onderdelen, niet benoemd is in het beroepscompetentieprofiel. De klankbordgroep meende echter wel dat het ‘netwerken en onderhouden van (externe) relaties’ belangrijk is voor de (beginnende) ondernemer en te weinig aandacht had gekregen in het beroepscompetentieprofiel. In deze kerntaak komt de noodzakelijke externe gerichtheid van de ondernemer naar voren. Op dit moment zijn te veel ondernemers te intern gericht, waardoor zij de kans lopen om op langere termijn omzet mis te lopen of te verliezen. De kernopgaven in het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel zijn ongewijzigd overgenomen uit het beroepscompetentieprofiel ondernemer. Met betrekking tot de kerntaken heeft Kenniscentrum Handel de intentie om de begrippen 'Complexiteit', 'Rol/verantwoordelijkheden' en 'Kwaliteit van proces en resultaat' in de verrijkte kerntaken voor de gehele branche systematisch te analyseren op determinerende factoren met het oog op indiening van het dossier voor de indieningsronde schooljaar 2006-2007. Kenniscentrum Handel wil graag (in overleg met onderwijs, bedrijfsleven en eventuele andere kenniscentra beroepsonderwijs
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
35
bedrijfsleven) de mogelijkheden bekijken om de verrijking zodanig aan te passen, waardoor de transparantie tussen en de communicatiefunctie van de kerntaken worden geoptimaliseerd.
Vertaling van succescriteria naar beheersingscriteria De beroepscompetenties in het kwalificatieprofiel zijn op een andere wijze beschreven dan in het beroepscompetentieprofiel. De reden hiervoor is dat de Paritaire Commissie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven niet akkoord ging met de beschrijvingen uit het beroepscompetentieprofiel. De competenties waren niet herkenbaar, te veel beschreven in de vorm van deeltaken en gaven te weinig impuls voor het vormgeven van competentiegericht beroepsonderwijs. Kenniscentrum Handel stond voor de opgave om competenties zo te formuleren dat deze herkenbaar zijn voor onderwijs en bedrijfsleven en bovendien een impuls geven voor de vormgeving van competentiegericht beroepsonderwijs. Bij het formuleren van competenties is altijd sprake van een spanningsveld tussen herkenbaarheid en ruimte laten. De competenties moeten aan de ene kant niet alles in detail beschrijven (zoals bij eindtermen veelal het geval is), maar aan de andere kant niet te algemeen geformuleerd worden zodat ze niet meer betekenisvol zijn (zoals te globaal geformuleerde algemene competenties). Onderliggend aan deze opgave liggen de vragen over wat het onderwijs nodig heeft om competentiegericht beroepsonderwijs vorm te geven en wat het bedrijfsleven verwacht van competentiegericht beroepsonderwijs. Maar natuurlijk ook hoe en wat getoetst moet worden. Met onderwijs en bedrijfsleven is vastgesteld dat competenties niet zonder context beschreven kunnen worden. Zonder context vervagen de competenties tot betekenisloze kreten. De kerntaken en de kernopgaven leveren deze context aan. De kerntaken in een kwalificatieprofiel omschrijven de essentie van wat een beginnend beroepsbeoefenaar bij zijn start op de arbeidsmarkt doet. Een kerntaak is een kenmerkend en betekenisvol onderdeel van de beroepsuitoefening: het is een set van inhoudelijk samenhangende beroepsactiviteiten in een logische volgorde. De kernopgaven vormen complicerende factoren bij een kerntaak. Een kernopgave beschrijft een kritische beroepssituatie waarmee een (beginnend) beroepsbeoefenaar regelmatig te maken heeft en waarvoor een aanpak en een oplossing van de (beginnend) beroepsbeoefenaar verwacht wordt. Kernopgaven verrijken als het ware de kerntaak. Competenties zijn tenslotte nodig om de kerntaken met de kernopgaven op adequate wijze uit te kunnen voeren. Ze beschrijven het geheel van kennis, vaardigheden en houdingen om in de beroepscontext te kunnen (blijven) functioneren. In samenspraak met de Paritaire Commissie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven is besloten om de beroepscompetenties anders te beschrijven dan in de beroepscompetentieprofielen en deze beroepscompetenties in een extra bijgevoegde KCH-competentiematrix onlosmakelijk te verbinden met de context, oftewel de kerntaken met de kernopgaven. 12.4 LEER- EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIES In onderstaande tabellen staat een vertaalslag van het brondocument ‘leren en burgerschap’ (kolom 1) naar criteria die passen in het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel (kolom 2). Verder is in de tabel aangegeven hoe deze criteria met de methodiek van ‘schering en inslag’ worden geïntegreerd in de reeds geformuleerde competenties van de ondernemer detailhandel (kolom 3). Alle criteria uit het brondocument worden in (aangepaste vorm) geïntegreerd in de beroepscompetenties van de ondernemer detailhandel. De criteria zijn daar waar nodig aangepast om toetsbare criteria op te kunnen nemen, onnodige overlap te vermijden en aan te sluiten bij het niveau van de beginnend beroepsbeoefenaar.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
36
Met betrekking tot de verantwoording van het gebruik van talen in het kwalificatieprofiel (culturele burgerschapscompetentie) wordt verwezen naar de uitkomsten van het taalprofielenonderzoek in de detailhandel. De taalprofielen geven inzicht in de benodigde taalniveaus voor de ondernemer detailhandel.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
37
Leren en burgerschap Leren (L) Competentie: de leerling is in staat om op adequate wijze leeractiviteiten uit te voeren Criteria afkomstig uit Vertaalde criteria voor de Verwerkt in beroepscompetentie: brondocument ondernemer detailhandel Is gemotiveerd Toont motivatie om te leren 11 Heeft vertrouwen in eigen Maakt eigen ideeën en meningen 5 kunnen duidelijk aan anderen Creëert mogelijkheden tot leren Kiest leeractiviteiten uit om 11 werkzaamheden te verbeteren Kiest leeractiviteiten Weet wanneer externe Schakelt tijdig hulp in 11 sturing/zelfsturing noodzakelijk/mogelijk is Voert leeractiviteiten uit 11 Hanteert cognitieve leeractiviteiten Hanteert affectieve leeractiviteiten Hanteert regulatieve leeractiviteiten Combineert cognitieve leeractiviteiten met affectieve en regulatieve leeractiviteiten Doorloopt de volledige leercyclus Stuurt in toenemende mate het leerproces zelf Resultaat: • Beschikt over een repertoire aan leeractiviteiten • Zet leeractiviteiten in passend bij de situatie in de leeromgeving en bij zichzelf Economische burgerschapcompetentie (E) Competentie: de burger is in staat op adequate wijze: • zijn/haar employability te ontwikkelen • als burger te participeren in beroeps- en bedrijfscontexten • te handelen als kritisch consument Criteria afkomstig uit Vertaalde criteria voor de brondocument ondernemer detailhandel Employability Reflecteert op zichzelf Reflecteert op zichzelf en de (beroeps)omgeving Raadpleegt bronnen en gebruikt Hanteert hulp(middelen), hulpmiddelen om zelfinzicht te contacten en sollicitaties om een vergroten m.b.t. werkexploratie plaats te (her)vinden op de arbeidsmarkt Gebruikt zoekstrategieën om werk te vinden en zoekt ondersteuning indien nodig Profileert zich op de Past persoonlijke presentatie aan arbeidsmarkt om een plaats te (her)vinden op de arbeidsmarkt Solliciteert Netwerkt en mobiliseert hulp
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
Verwerkt in beroepscompetentie: 3 11
11
38
Werknemersrechten Sluit arbeidscontract af en beëindigt deze Verwoordt eigen situatie en kent rechten en plichten Behartigt eigen belangen Zoekt ondersteuning indien nodig Respecteert regels en uitvoerders Participatie Respecteert meningen van anderen Handelt integer Beroepsethische keuzen Reflecteert op ethische aspecten eigen (beroeps)handelen Respecteert meningen van anderen Kritische consument Formuleert en beargumenteert overwegingen en criteria Raadpleegt bronnen Zoekt ondersteuning indien nodig Resultaat op het gebied van: • employability • werknemersrechten • participatie • beroepsethische keuzen • kritische consument
Hanteert regels en procedures bij 2 het in dienst nemen, houden en uit dienst laten gaan van medewerkers Past als ondernemer en burger 3 rechten en plichten toe Toont respect voor (opvattingen en gewoonten van) anderen
2, 6
Toont respect voor (opvattingen en gewoonten van) anderen
2, 6
Reflecteert op zichzelf en de (beroeps)omgeving Toont respect voor (opvattingen en gewoonten van) anderen
11
Onderbouwt keuzen
7
Gebruikt hulp(middelen) bij het maken van keuzen
7
2, 6
Sociale burgerschapcompetentie (S) Competentie: De burger is in staat om op adequate wijze te functioneren op het publiek/private raakvlak: • in de eigen woon- en leefomgeving om te gaan (samen te leven) met anderen (in buurt, verkeer, uitgaansleven, op school, werk) • bij de organisatie van zorg (publiekprivate arrangementen, instellingen) Criteria afkomstig uit Vertaalde criteria voor de Verwerkt in beroepscompetentie: brondocument ondernemer detailhandel Samenleven/omgaan Neemt eigen Neemt eigen 8 verantwoordelijkheid verantwoordelijkheid Respecteert anderen Toont respect voor (opvattingen 2, 6 en gewoonten van) anderen Houdt zich aan regels Gebruikmaken van voorzieningen en activiteiten Houdt zich aan regels van Toont respect voor (opvattingen 2, 6 voorzieningen en activiteiten en gewoonten van) anderen Plant en regelt zelf activiteiten Neemt contact op met 8 m.b.t. gebruik van de instellingen/bedrijven voor zorginstelling of schakelt hulp in vragen en/of hulp om deze activiteiten te regelen Neemt initiatieven om vereiste Neemt initiatief Het criterium ‘neemt initiatief’
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
39
procedures te doorlopen Coördineert, organiseert, overtuigt, besluit, weegt belangen af, geeft en ontvangt respectvol kritiek en plant Levensterreinen afstemmen Onderzoekt alternatieven
Deze punten zijn verwerkt in verschillende criteria bij verschillende competenties Onderzoekt alternatieven
Is in staat ethische vragen en Reflecteert op zichzelf en de dilemma’s te herkennen die zich (beroeps)omgeving kunnen voordoen bij afstemming Resultaat op het gebied van: • samenleven/omgaan • gebruikmaken van voorzieningen en activiteiten • levensterreinen afstemmen
staat als zodanig of soortgelijk als criteria in competentie 8 -
Gecombineerd met onderzoekt koopwens van de klant en de mogelijkheden van het assortiment’ in competentie 4 3
Culturele burgerschapscompetentie (C) Competentie: De burger is in staat om op adequate wijze te participeren in de pluriforme en multiculturele samenleving op nationaal en Europees niveau Criteria afkomstig uit Vertaalde criteria voor de Verwerkt in beroepscompetentie: brondocument ondernemer detailhandel Reflecteert op eigen Reflecteert op zichzelf en de 3 maatschappelijk-culturele (beroeps)omgeving identiteit Reflecteert op interactieprocessen Toont respect voor andere Toont respect voor (opvattingen 2, 6 gewoonten en gewoonten van) anderen Resultaat: • acceptatie van verschillen • respect voor eigenheid van culturele verbanden • normen en waarden delen • receptief en productief gebruik van Nederlands • gebruikt twee vreemde talen • kennis van eigen en andere culturen, ontwikkelingen in de multiculturele samenleving • succesvolle interactie tussen burgers met verschillende culturele achtergronden en/of uit andere landen • houdt zich aan algemeen aanvaarde normen en waarden • hanteert wet- en regelgeving
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
40
Politieke burgerschapcompetentie (P) Competentie: De burger is in staat om op adequate wijze effectief om te gaan met de opgaven van het politieke domein: • zich een mening vormen over politiek relevante issues en daarmee actief of passief deel te nemen aan verkiezingen • te participeren op formele en informele wijze in politieke besluitvorming en beleidsbeïnvloeding • om te gaan met instanties en regelingen en deze te benutten Criteria afkomstig uit Vertaalde criteria voor de Verwerkt in beroepscompetentie: brondocument ondernemer detailhandel Deelnemen aan verkiezingen Raadpleegt uiteenlopende Verwoordt eigen keuze door 7 bronnen verschillende zienswijzen/meningen met Verwoordt eigen standpunt elkaar te vergelijken Participeren in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding Inventariseert en respecteert Toont respect voor (opvattingen meningen en gewoonten van) anderen Verwoordt eigen standpunt Verwoordt eigen keuze door verschillende zienswijzen/meningen met elkaar te vergelijken Omgaan met instanties en regelingen Verwoordt de eigen Verwoordt de eigen behoefte situatie/vraag/behoefte naar anderen Stelt vragen Respecteert anderen Schakelt indien nodig derden in
Toont respect voor (opvattingen en gewoonten van) anderen Schakelt tijdig hulp in van derden
2, 6 7
7 Het criterium ‘stelt vragen’ staat als zodanig of soortgelijk als criterium in enkele competenties 2, 6 11
Resultaat op het gebied van: • deelnemen aan verkiezingen • participeren in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding • omgaan met instanties en regelingen Normatieve burgerschapscompetentie (N) Competentie: De burger is in staat om op adequate wijze zelfstandig, sociaal betrokken en verantwoordelijk te handelen op basis van maatschappelijk geaccepteerde basiswaarden Criteria afkomstig uit Vertaalde criteria voor de Verwerkt in beroepscompetentie: brondocument ondernemer detailhandel Stemt eigen handelen af op Stemt eigen handelen af op Verwerkt in het criterium ‘stemt handelen van anderen handelen van anderen benaderingswijze, verbale en uiterlijk presentatie af op het imago van de onderneming, de doelgroep en de situatie’ in competentie 5, 6
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
41
Respecteert andere meningen Accepteert ander gedrag Hanteert breed geaccepteerde sociale omgangsvormen Hanteert milieunormen Oriënteert zich op verschillende opvattingen en vormt zich daarover een mening
Toont respect voor (opvattingen en gewoonten van) anderen Hanteert breed geaccepteerde sociale omgangsvormen Hanteert milieunormen Verwoordt eigen keuze door verschillende zienswijzen/meningen met elkaar te vergelijken
2, 6 6 2 7
Resultaat: • wordt gerespecteerd voor zijn/haar mening en handelen in de samenleving • handelt sociaal betrokken • spreekt anderen aan op handelen • ontwikkelt eigen normen met betrekking tot duurzaamheid, gelijkwaardigheid, rechtvaardigheid, geweld, solidariteit, tolerantie, veiligheid, verantwoordelijkheid, zorg • handelt vanuit overwegingen rond normatieve aspecten van het beroep • hanteert wet- en regelgeving Organisatorische burgerschapscompetentie (O) Competentie: De burger is in staat om op adequate wijze om te gaan met publieke organisatorische context(en) en daarbij behorende problemen binnen de relevante maatschappelijke domeinen en situaties. Criteria afkomstig uit Vertaalde criteria voor de Verwerkt in beroepscompetentie: brondocument ondernemer detailhandel Plant en regelt eigen en Geïntegreerd in competentie 10 Plant en regelt de eigen activiteiten in de context van een andermans activiteiten binnen de maatschappelijk verband en kan werkprocessen van het bedrijf het eigen handelen situeren in het groter geheel Kan samenwerken, coördineren Werkt samen Geïntegreerd in competentie 6 en organiseren Toont overtuigingskracht, Neemt initiatief Het criterium ‘neemt initiatief’ besluitvaardigheid, staat als zodanig of soortgelijk verantwoordelijkheidsgevoel, als criterium in enkele leidinggevend vermogen competenties. Neemt eigen 8 verantwoordelijkheid Hanteert eigen gevoelens Bepaalt eigen grenzen en geeft 6 deze ook aan Respecteert eigen grenzen en grenzen van anderen Toont respect voor (opvattingen 2, 6 en gewoonten van) anderen en regelgeving 7 Doorloopt keuzeprocessen Verwoordt eigen keuze door verschillende Brengt eigen inzichten zienswijzen/meningen met overtuigend in elkaar te vergelijken
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
42
Komt afspraken na
Komt afspraken na
Deelt kennis en ervaring Deelt kennis en ervaring Resultaat: • levert een bijdrage aan relevante maatschappelijke verbanden • lost problemen op • plant en organiseert activiteiten • past zich op een zakelijke manier aan veranderingen aan • maakt keuzen • hanteert wet- en regelgeving
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
Het criterium ‘komt afspraken na’ staat als zodanig of soortgelijk als criterium in enkele competenties. 6
43
Nederlands De Paritaire Commissie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven heeft voor het kwalificatieprofiel ondernemer detailhandel de volgende taalniveaus voor Nederlands vastgesteld: voor luisteren, lezen, gesprekken voeren spreken en schrijven moet de deelnemer niveau B2 beheersen. Onderstaand het taalprofiel Nederlands voor de ondernemer detailhandel.
Luisteren
Lezen
Gesprekken voeren
Spreken
Schrijven
Kan een langer betoog en lezingen begrijpen en zelfs complexe redeneringen volgen, wanneer het onderwerp redelijk vertrouwd is. Kan de meeste nieuwsen actualiteitenprogramma's op de tv begrijpen.
Kan artikelen en verslagen lezen die betrekking hebben op eigentijdse problemen, waarbij de schrijvers een bijzondere attitude of standpunt innemen.
Kan binnen een vertrouwde context actief deelnemen aan een discussie en hierin standpunten uitleggen en ondersteunen.
Kan duidelijke, gedetailleerde beschrijvingen presenteren over een breed scala van onderwerpen die betrekking hebben op zijn/haar interessegebied. Kan een standpunt over een actueel onderwerp verklaren en de voordelen en nadelen van diverse opties uiteenzetten.
Kan een duidelijke, gedetailleerde tekst schrijven over een breed scala van onderwerpen die de persoonlijke interesse van de schrijver hebben. Kan een opstel of verslag schrijven, informatie doorgeven of redenen aanvoeren ter ondersteuning vóór of tégen een specifiek standpunt.
C1 B2
2. Luisteren als lid van een live publiek 3. Luisteren naar aankondigingen en instructies 4. Luisteren naar TV, video- en geluidsopnames
1. Correspondentie 2. Oriënterend lezen 3. Lezen om informatie op te doen 4. Instructies lezen
1. Informele gesprekken 3. Zaken regelen 4. Informatie uitwisselen
1. Monologen
1. Correspondentie 2. Aantekeningen, berichten, formulieren [-als op B1] 3. Verslagen en rapporten
B1 A2 A1
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
44
Moderne vreemde talen Gezien het geringe belang van de beheersing van een tweede moderne vreemde taal voor de beroepsuitoefening, heeft de Paritaire Commissie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven besloten om één moderne vreemde taal verplicht te stellen voor de ondernemer. De deelnemer moet kiezen tussen Engels of Duits. Luisteren
Lezen
Gesprekken Voeren
Spreken
Schrijven
“Begrijpt feitelijke informatie over veel voorkomende onderwerpen uit dagelijks leven en
“Kan feitelijke teksten over onderwerpen uit de eigen werk- of leefomgeving lezen met een redelijke mate van begrip.”
Kan met redelijk gemak deelnemen aan gesprekken over onderwerpen uit het dagelijks leven, gericht op het onderhouden van sociaal contact en het regelen van zaken
“Kan een eenvoudige uiteenzetting geven over vertrouwde onderwerpen uit de eigen leef- en werkomgeving.”
“Kan met behulp van standaardformuleringen routinematige zaken in het dagelijks werk noteren.”
1. Monologen 2. Presentaties
1. Aantekeningen, memo's en formulieren
C1 B2.2 B2.1 B1
werk.”
3. Bijeenkomsten en vergaderingen
3. Correspondentie 4. Rapporten, verslagen en artikelen
1. Werkcontacten in face to face situaties 2. Omgaan met getallen 3. Onderhouden van sociaal contact 4. Telefoneren 5. Zaken regelen op reis
A2 A1
12.5 BORGING VAN DE KWALITEIT VAN EXAMINERING In het kwalificatieprofiel, met name in de KCH-competentiematrix, wordt de samenhang duidelijk gemaakt tussen de kerntaken met de kernopgaven en de competenties. De kerntaken met de kernopgaven beschrijven de context waar een (beginnend) beroepsbeoefenaar zijn competenties kan verwerven, ontwikkelen én tonen. Het uitgangspunt is dat competenties en de context niet los van elkaar gezien kunnen worden. Beide onderdelen zullen dus als uitgangspunt gebruikt moeten worden bij examinering. Competentiegericht toetsen vraagt verder de integratie van kennis, inzichten, vaardigheden en houding. Tijdens de examinering zal deze integratie tot uitdrukking moeten komen. De examinering zal zodanig ingericht moeten zijn dat de deelnemer kan aantonen dat hij in staat is beroepscompetenties geïntegreerd in te zetten bij het adequaat uitvoeren van (delen van) kerntaken.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
45
12.6 DOORSTROOMRECHTEN De volgende instroomrechten zijn er vanuit het vmbo: 1. Het bezit van een Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs (vmbo) diploma uit de: a. de verwante sector (economie): het diploma vmbo van de kaderberoepsgerichte, gemengde of theoretische leerweg geeft doorstroomrechten naar de vakopleiding (niveau 3) of middenkaderopleiding (niveau 4) (doorstroomregeling vmbo-beroepsonderwijs, art. 3.2). b. niet verwante-sector: met het diploma vmbo van de kaderberoepsgerichte, gemengde of theoretische leerweg is doorstroming mogelijk naar de vakopleiding (niveau 3) of middenkaderopleiding (niveau 4) indien een van de vakken wiskunde, economie of een 2e moderne vreemde taal deel heeft uitgemaakt van het examen (doorstroomregeling vmbo beroepsonderwijs, art. 5.2). 2. Het bezit van het diploma verkoopchef, afdelingsmanager. 3. Het bezit van het diploma eerste verkoper, verkoopspecialist. 4. Voor deelnemers met een diploma lager beroepsonderwijs (lbo), voorbereidend beroepsonderwijs (vbo), middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (mavo) of mavo/vbo gelden dezelfde grondregels als voor deelnemers met een vmbo-diploma. Deelnemers met een diploma lbo, vbo, mavo of mavo/vbo hebben geen onderwijs gevolgd in leerwegen en sectoren. Dat betekent dat de grondregels vertaald moeten worden naar deelnemers met een vergelijkbaar diploma. 5. Voor deelnemers met een diploma lbo, vbo, mavo en mavo/vbo waarvan het examen voor alle vakken is afgelegd op tenminste C-niveau, geldt het recht op doorstroom naar een vakopleiding (niveau 3) of middenkaderopleiding (niveau 4) indien een van de vakken wiskunde, economie of een 2e moderne vreemde taal deel heeft uitgemaakt van het examen (doorstroomregeling vmbo beroepsonderwijs, art. 7.2). 6. Een bewijs dat de eerste drie leerjaren van een school voor hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo) of van een school voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo) met gunstig vervolg zijn doorlopen, (conform Web, art. 8.2.1, 1c) of een ander bij ministeriële regeling aangewezen diploma of bewijsstuk (conform Web, art. 8.2.1, 1d). 7. Het bevoegd gezag kan in bijzondere gevallen afwijken van de gestelde eisen, indien de deelnemer naar verwachting het onderwijs in de opleiding ondernemer detailhandel met voldoende resultaat zal kunnen volgen (art. 8.2.1. vijfde lid van de Web biedt hiervoor de basis). Na het behalen van de kwalificatie ondernemer detailhandel kan de deelnemer binnen de kwalificatiestructuur van Kenniscentrum Handel niet meer doorstromen. Na het behalen van de kwalificatie ondernemer detailhandel kan de deelnemer doorstromen naar het hbo, sector Economie & Administratie.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
46
12.7 HET PROCES VAN TOTSTANDKOMING VAN HET KWALIFICATIEDOSSIER
Betrokkenen en taakverdeling Betrokkenen bij het totstandkomen van het kwalificatieprofiel Paritaire Commissie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (PCBB)
Taken • •
Klankbordgroep, met vertegenwoordigers uit het beroepsonderwijs, bedrijfsleven en afdeling Examens van KCH
• •
Onderwijskundig projectteam van de afdeling Kwalificatiestructuur, Arbeidsmarkt & Services van KCH
• •
Beoordelen van de kwalificatiestructuur en kwalificatiedossiers Adviseren van bestuur KCH over kwalificatiestructuur en kwalificatiedossiers Beoordelen van kwalificatieprofielen op juistheid, volledigheid, haalbaarheid en toetsbaarheid Inhoudelijke informatie verstrekken aan onderwijskundig projectteam Ontwikkelen van kwalificatieprofielen o.b.v. beroepscompetentieprofielen Overleg voeren met klankbordgroep
Besluitvormingsproces Februari 2004
Onderzoek scholing werkenden in de detailhandel: herkenbaarheid van geformuleerde kerntaken en competenties in concepten door het bedrijfsleven. Conclusie is dat het bedrijfsleven de onderdelen vakkennis/vakmanschap, communicatie, sociale vaardigheden en wet- en rechtskennis als groot belang voor de ondernemer ziet.
April 2004
Eerste bijeenkomst klankbordgroep: informatie-uitwisseling.
Mei 2004
PCBB geeft akkoord aan ontwikkeling KCH-competentiematrix.
Juni 2004
Derde bijeenkomst klankbordgroep: brainstorm over de ondernemer. De brainstorm had tot doel om een gezamenlijk beeld te vormen van de beginnende ondernemer detailhandel op mbo-niveau. Discussie had betrekking op het type ondernemer, de taken en rollen van de ondernemer en de levenscyclus van de onderneming. Uitkomsten waren dat de ondernemer een vakspecialist met taken van de middenkaderfunctionaris is. De ondernemer zou als netwerker, vernieuwer en koersbepaler moeten worden beschreven en minder als teambouwer. In het kwalificatieprofiel moet met name aandacht zijn voor de startfase en groeifase van de onderneming.
September 2004
Vierde bijeenkomst klankbordgroep: vaststellen van de kerntaken van de ondernemer detailhandel en input verkrijgen voor de inhoud van de kerntaken.
Oktober 2004
Werkbank met bedrijfsleven in Rotterdam en Maastricht: bespreken van de activiteiten per kerntaak van de ondernemer detailhandel.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
47
Vanuit het bedrijfsleven is opgemerkt dat een aantal activiteiten niet realistisch zijn voor de ondernemer, zoals het verregaand analyseren van financiële gegevens. Verder is input geleverd voor de houdingsaspecten van de ondernemer. Met name initiatief, discipline en aandacht voor de omgeving werden genoemd. In de KCH-competentiematrix zijn de houdingsaspecten zoveel mogelijk verwerkt. PCBB geeft akkoord aan methodiek ‘Schering en inslag’. Integreren brondocument ‘Leer- en burgerschapcompetenties’ met behulp van methodiek ‘Schering en inslag’. Concept-kwalificatiedossier ondernemer detailhandel ter beoordeling op vormvereisten voorleggen aan Colo-Coördinatiepunt i.v.m. Proeftuin. Concept-kwalificatiedossier ondernemer detailhandel voor preview voorleggen aan Colo-Coördinatiepunt November 2004
Opmerkingen naar aanleiding van preview van Colo-Coördinatiepunt verwerken en lijst van competenties in klankbordgroep en PCBB bespreken. Op basis van de discussie over de lijst competenties zijn competenties aangepast. Een aantal competenties zijn samengenomen. Ook is de naam en omschrijving van de competenties aangescherpt. De aanpassing op basis van de discussie is voorgelegd aan de PCBB.
December 2004 Januari 2005
Vaststelling lijst met competenties door PCBB. Met behulp van schriftelijke ronde kwalificatiedossier bespreken in klankbordgroep. Presenteren en voorleggen van kwalificatiedossier ondernemer detailhandel in PCBB. Kwalificatiedossier ondernemer detailhandel ter vaststelling aan PCBB voorleggen en ter beoordeling aan Colo-Coördinatiepunt voorleggen.
Maart 2005
Vaststelling kwalificatiedossier ondernemer detailhandel door PCBB.
Het beheer van het kwalificatiedossier ondernemer detailhandel is in handen van de afdeling Kwalificatiestructuur, Arbeidsmarkt & Services van Kenniscentrum Handel.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
48
DEEL 3 BRONDOCUMENTEN Om praktische redenen worden de brondocumenten beschikbaar gesteld op www.kchandel.nl.
Kwalificatieprofiel Ondernemer detailhandel
49