4de VLAAMS CONGRES PALLIATIEVE ZORG
VOEDING – VOCHT IN DE PALLIATIEVE ZORG : LEVEN GEVEN ! LEVEN GEVEN ?
4de VLAAMS CONGRES PALLIATIEVE ZORG
IS VOCHT EVIDENT? Dr. Noël Derycke Stafmedewerker en Equipearts Palliatieve Hulpverlening Antwerpen Referentiearts Centrum Huisartsgeneeskunde Antwerpen
Casus 1/3 Louis V, 65 jaar, komt op raadpleging met vage buikpijn en vermagering. Onderzoek toont adenocarcinoom van pancreas met lever meta’s. Kort na ontslag uit ziekenhuis gedurende 4 dagen nausea en braken. Hij is lichtjes verward en is duidelijk gedehydrateerd. VOCHT TOEDIENEN ? 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
2.
Casus 2/3 6 weken later: duidelijke achteruitgang met gewichtsverlies, amper eetlust met verminderde vochtinname. Neemt MS Direct 20mg/4uur. Hij is slaperig en opnieuw duidelijk gedehydrateerd. VOCHT TOEDIENEN ? 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
3.
Casus 3/3 6 weken later: uitgesproken cachectisch, licht comateus. Morfine ondertussen 240mg morfine /24uur. Kreeg SC vocht en is niet gedehydrateerd. VOCHTTOEDIENING STOPPEN ?
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
4.
TERMINALE DEHYDRATIE • Status van negatieve vochtbalans bij een patiënt in zijn laatste levensdagen. • Water- of zoutdepletie optredend (in de laatste dagen van het leven) als de patiënt de mogelijkheid tot inname van vocht of voedsel verliest. • Tekort aan lichaamswater bij de terminale patiënt. 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
5.
Serum osmolaliteit
Bloed volume
DORST
ADH SECRETIE
vochtinname
reabsorptie water door nier
▲extracellulair water = ~ hydratatie 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
6.
vorm dehydratie hypernatremische hypertonische
verlies vocht
>
verlies natrium
hyponatremische hypotonische
verlies vocht
<
verlies natrium
normornatremische isotonische
verlies vocht
=
verlies natrium
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
7.
OORZAKEN DEHYDRATIE • Onvoldoende vocht inname • Overmatig vochtverlies – gastro-intestinaal – renaal (nier) – huid
• Verlies in “ruimtes”
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
8.
☺GEVOLGEN DEHYDRATIE☺ • • • • • •
urineproductie gastro-intestinale vloeistoffen longsecreties ketonen productie aanmaak opioid peptides elektrolyten stoornis
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
9.
GEVOLGEN DEHYDRATIE • • • •
urineproductie gastrolintestinale vloeistoffen hypovolemie elektrolyten stoornis
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
10.
Tweestrijd ? • • • • •
Morele plicht Dorst is erg Sterven van dorst Symboliek Slippery slope
• • • • •
Comfort verhogend Dehydratie is gevolg Cure beter dan care Ervaring PZ Analgetisch effect
Burge FI. Dehydration symptoms of palliative care cancer patients. J Pain Symptom Manag 1993. 8:454-64
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
IS VOCHT EVIDENT ? Evidence Based Medicine (EBM) is the integration of individual clinical expertise with the best available external evidence and patient’s values and expectations. Sackett DL et al. BMJ 1996;312:71-72. 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
12.
onderzoeksvraag • Patient: terminale patiënt drinkt niet • Intervention extra vocht toedienen • Compartion geen extra vocht toedienen • Outcome “kwaliteit” levenseinde 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
13.
Kendll M et al. Key challenges and ways forward in researching the “good death”:qualitative in-dept interview and focus group study. BMJ 2007; 334:521-7
Onderzoek waterval • Systematisch review niveau 1 • Randomised Clinical Trial niveau 2 • Controlled Clinical Trial niveau 3 • Case report / expert opinion niveau 4 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
15.
Outcome: nierfunctie n
Plasma ureum
Geen vocht
55
141
1 tot 2 L per dag
13
151
Waller A. Adunski A. Terminal dehydration and intravenous fluids. Lancet 1991; 337:7454° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
16.
Outcome: dorst / droge mond aanwezig
afwezig
N
1ste dagen
verdwijnt
altijd
honger
12
11
20
32
dorst
12
20
32
droge mond
12
20
32
McCann RM. et al. Comfort care for terminally ill patients. JAMA 1994; 272(16): 1263-6 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
17.
Outcome: dorst / droge mond • Ellershaw J, Sutcliffe J, Saunders C. Dehydration and the dying patient. J Pain Symptom Manage 1995; 10:141-143
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
18.
Outcome: dorst / droge mond • De Cono F et al. Mouth care. In: Doyle D, et al. (eds). The Oxford Textbook of Palliative Medicine. 3th ed. Oxford: Oxford University Press, 2004:675.
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
Outcome: sekwestraties • Morita T et al. Association between hydration volume and symptoms in terminal ill patients with abdominal malignancies. Annals of Oncology. 2005; 16:640-7
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
20.
Effects of hydration on dehydration and fluid retention symptoms
Morita, T. et al. Ann Oncol 2005; 16:640-647
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke Copyright restrictions may apply.
Outcome: symptomen
aa k ht e
sm
id oe id he m
pi jn
na us ea
m on d og e
do rs t
100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
Burge FI. Dehydration symptoms of palliative care cancer patients. J Pain Symptom Manag 1993. 8:454-64 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
22.
Outcome: agitatie SC-infuus Agitatie ; BWZ Haldol gebruik Benzo-gebruik
1988-1989 32 % 26 % 24 % ++
1991-1992 73 % 10 % 8% +/-
Fainsinger RL. Bruera E. When to treat dehydration in terminally ill patient. Supp Care Cancer 1997; 5(3): 205-11 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
23.
BESLUIT • Blijft controversieel onderwerp: – Weinig goede prospectieve studies – Vooral expert opinie – Niet noodzakelijk discomfort mits goede mondhygiëne
• Aanpak op maat van patiënt en betrokken partijen blijft noodzakelijk • Nood aan RCT’s en CCT’s 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
24.
IS VOCHT EVIDENT ? DANK VOOR UW AANDACHT 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Derycke
25.
4de VLAAMS CONGRES PALLIATIEVE ZORG
VOEDING – VOCHT IN DE PALLIATIEVE ZORG : LEVEN GEVEN ! LEVEN GEVEN ?
Inleiding • Voedsel- en vochttoediening is een veelbesproken onderwerp binnen de palliatieve zorg • Vnl. kunstmatige voedsel- en vochttoediening • Heel wat mythes en onduidelijkheden 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
2.
Doelstelling • Beschrijven van de karakteristieken van patiënten die verblijven op een Vlaamse PE wat betreft:
-functionele status -symptoomvoorkomen en –ongemak, -bewustzijnsniveau, -voedsel- en vochtinname oraal en parenteraal, -medicatie -demografische gegevens.
• Extra aandacht wordt besteed aan het beschrijven van de klinische praktijk omtrent palliatieve sedatie en dit wat betreft alle voorgenoemde variabelen.
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
3.
Onderzoeksvragen • Wat is het profiel van pat. die verblijven op PE in termen van functionele status, symptoomvoorkomen en –ongemak, bewustzijnsniveau, voedsel en vochtinname, medicatie, demografische gegevens van bij opname tot overlijden/ontslag? 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
4.
Prospectief, longitudinaal onderzoek •
Design • • • •
•
Prospectief Longitudinaal – 3 assessment/week Start = opname Stop = overlijden, ontslag
Setting • 8 van 29 Vlaamse Palliatieve zorgeenheden (4 AZ, 1 UZ, 3 AZ met universitair karakter) • Geografisch verspreid over Vlaanderen • Belangrijkste reden van niet deelnemen: extra workload van dataregistratie
•
Inclusie Criteria • • • •
•
Patient ouder dan 18 jaar Oncologische diagnose Levensverwachting van minder dan 3 maand Patiënt of vertegenwoordiger geeft informed consent
Steekproef • Alle patienten opgenomen tussen september 2004 en mei 2005 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
5.
Prospectief, longitudinaal onderzoek • Variabelen: – geregistreerd op 3 dagen/week NURSE
RESEARCHER
• • • • • • •
Symptoomvoorkomen en –ongemak (M-ESAS) Functionele status (PPS) Bewustzijnsniveau (GCS) Orale voedsel- en vochtinname Medicatie Demografische gegevens Kunstmatige voedsel- en vochtinname 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
6.
Prospective, longitudinale studie • Meetinstrumenten: – Orale voedsel- en vochtinname: • 5-puntenschaal – – – – –
Normale inname voedsel en vocht (>1l / dag) (1) Maaltijden overslaan, normale vochtinname (2) Geen voeding, kleine hoeveelheden vocht (< 1l/dag) (3) Kleine slokjes vocht (4) Geen orale inname (5)
• Ontwikkeld op basis van literatuur en klinische expertise
– Kunstmatige voedsel- en vochtinname: • Op basis van dossier, in liter per 24 uur 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
7.
Prospective, longitudinale studie • Analyses • Met ondersteuning van het Centrum voor Biostatistiek K.U.Leuven
• Procedure • Doorsturen van onderzoeksprotocol naar lokaal ethisch comité • Indien goedkeuring, start van de opleiding voor VK • Na opleiding, start van de studie vanaf het moment dat een eerste nieuwe patiënt op de afdeling wordt opgenomen die voldoet aan de inclusiecriteria 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
8.
Resultaten • Demografie – n = 266 – 54% mannen, 46% vrouwen – Gemiddelde leeftijd van 70 jaar (std= 12.5) – 51,4% gehuwd, 29,2% weduwe(naar), 8% gescheiden – 3 belangrijkste primaire diagnoses: • longCA (24%) • darmCA (15.4%) • borstCA (12.4%) 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
9.
Resultaten • Demografie – 82% christelijk, 16,4 % vrijzinnig – Mediane follow-up van 12 dagen (Q1 = 5 – Q3 = 26) – Functionele status bij opname: • PPS score = 40 (mediaan) • Vnl in bed, uitgebreide ziekte, hulp nodig bij zorg, normaal of beperkte voedsel en vochtinname, volledig bewustzijn
– Bewustzijnsniveau bij opname: • GCS = 15 (mediaan) • Patiënt is helder bij opname
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
10.
Resultaten • Orale voedsel- en vochtinname – toestand bij opname (n = 224) • Mediaan = 2 (Q1 = 1 – Q3 = 3) • Maaltijden overslaan, normale vochtinname
– toestand bij overlijden (n = 214) • Mediaan = 4 (Q1 = 3, Q3 = 5) • Innemen van kleine slokjes vocht
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
11.
Resultaten – Evolutie over tijd - 20 at random pat. - Profielen van individuele pat. - bevestiging van geleidelijk aan minder en minder voedsel en vochtinname - in overeenstemming met te verwachten evolutie bij natuurlijk stervensproces 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
Resultaten • Kunstmatige voedsel- en vochtinname – Algemeen • 28% van de patiënten ontvangt op één of andere manier kunstmatige voedsel en- of vochttoediening tijdens het verblijf op de palliatieve eenheid • 51% mannen, 49% vrouwen • Gemiddeld 63.4 jaar
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
13.
Resultaten • Kunstmatige voedsel- en vochtinname – Toestand bij opname • Bijna alle patiënten (96%) van deze subgroep ontvangen voedsel of vocht bij opname (4% niet) • 89% (68/76) ontvangen enkel vocht, 4% (3/76) ontvangen enkel sondevoeding, 7% (5/76) ontvangen sondevoeding en vocht • Gemiddeld 1000cc/24uur
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
14.
Resultaten • Kunstmatige voedsel- en vochtinname – Toestand bij overlijden • Op dag van overlijden nog 48% (37/76) patiënten ontvangt voedsel en /of vocht • 59% (22/37) ontvangen enkel vocht, 2% (1/37) ontvangt enkel sondevoeding, 8% (3/37) ontvangen sondevoeding en vocht • Gemiddelde hoeveelheid ligt lager dan bij opname, ongeveer 500cc/24uur 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
15.
Resultaten • Kunstmatige voedsel- en vochtinname – Evolutie over tijd • Duidelijke afbouw van aantal patiënten dat voeding en of vocht kunstmatig krijgt toegediend (96% 37%) • Duidelijke afbouw in gemiddelde hoeveelheid die wordt toegediend over verloop van tijd
– Toegediende producten • Meest voorkomende producten die toegediend worden zijn glucose 5%, NaCl • Sondevoeding is heel variabel 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
16.
Discussie en Conclusie • Algemene bemerkingen: – Eerste beschrijvende resultaten van studie – Longitudinale registratie laat toe de evolutie over tijd te bekijken – Grote steekproef die representatief is voor Vlaanderen
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
17.
Discussie en Conclusie • Klinische bemerkingen – Resultaten bevestigen stelling dat inname van voedsel en vocht spontaan afneemt wanneer het levenseinde nadert – 1/3 patiënten ontvangt toch kunstmatige voeding en/of vocht bij opname op de afdeling – Echter tendens om dit af te bouwen of zelfs stop te zetten naar het einde van het leven toe 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
18.
Discussie en Conclusie • Klinische bemerkingen – Er wordt zelden kunstmatige vochttoediening opgestart in palliatieve setting, er wordt geen kunstmatige voeding opgestart – Duidelijke verschillende tendensen binnen bepaalde ziekenhuizen – Cf. beleid dat gevoerd wordt. 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Claessens
19.
4de VLAAMS CONGRES PALLIATIEVE ZORG
VOEDING – VOCHT IN DE PALLIATIEVE ZORG : LEVEN GEVEN ! LEVEN GEVEN ?
Vochttoediening in een RVT : Denk niet zwart – wit … een casus
Annemie Delaruelle Palliatief Referent Hoofdverpleegkundige WZC De Plataan OCMW Sint-Niklaas
Waarom deze casus ?
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
2.
Voorstelling Anna • 94 jaar, alleenwonend in landelijke gemeente • 11jaar weduwe • 2 zonen • 4 kleinkinderen • Maart 2005 ziekenhuisopname • Kan niet terug naar huis! • Juni 2005, WZC De Plataan 4° verdiep 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
3.
Kennismaking met Mevr. A • Kleine strenge dame, verzorgd, recent vermagerd • Hoorapparaat & bril • Rooms-katholiek • Goede verbale communicatie • Wat verward in tijd en ruimte • Mobiliteit sterk afgenomen • Verminderde eetlust • Hulpbehoevend, afgenomen ADL 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
4.
Interdisciplinair overleg = IDO
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
5.
Hoe gaat het verder met Anna ? • Eind juni ‘05 : Bronchitis + slechte tolerantie orale medicatie & braken = actie = stappenplan • Nodige medicatie via inspuitingen & start 1° maal subcutane vochttoediening • Herstel na enkele dagen, terug orale inname vocht & voedsel
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
7.
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
8.
Hoe gaat het verder met Anna ? • Juli 2005 : • Recidief bronchopneumonie = opnieuw parenterale toediening medicatie, eten & drinken OK Toenemende verwardheid (dementie) • Augustus & september & oktober 2005 : Weinig problemen, neemt terug deel aan animatieactiviteiten • Leeft vaak in haar “eigen leefwereld” • Eind september = lage rugpijn : start ¼ pijnklever met langzame titratie (3 weken) tot een volledige klever waarbij de pijn is onder controle 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
9.
Animatieactiviteiten
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
Hoe gaat het verder met Anna ? • 17 november 2005 • vraagt aan huisarts of ze “mag sterven en vertrekken” ? • Herhaalt hetzelfde verzoek tegenover verschillende zorgverleners, maar weinig of niet tegen familie !!!
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
11.
Palliatieve begeleiding van Anna • Overleg zorgteam & huisarts & palliatief referente volgens stappenplan • verder aanbieden vocht & voedsel (wensmenu & vochtbalans), herevalueren orale medicatie = behouden pijnklevers & onrustmedicatie, psychosociale en spirituele zorg • Contacteren familie • Starten palliatief dossier & begeleiding • Totale comfortzorg & goede symptoomcontrole 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
12.
Interdisciplinair palliatief overleg
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
13.
Palliatieve begeleiding voor Anna • • • •
Het zorgteam (incl. huisarts) Open en eerlijke communicatie Wederzijds respect Goede afspraken en anticiperende zorgplanning met kwaliteit van leven & zorg en sterven (stappenplan) • Ruimte voor emoties en verzuchtingen • Zorg voor de zorgenden ! 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
14.
Palliatieve begeleiding familie van Anna • Overleg met familie : • Onderliggende conflicten zonen, inschatten betrokkenheid ? • Hoop op herstel ? • Kunnen jullie niks doen ? • Kliniek opname ? • Moeder weet niet wat ze zegt ? • Belang van eerlijke communicatie,informatie & ondersteuning familie : omgaan in waarheid 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
15.
Hoe gaat het verder met Anna ? • 29 november 2005 : • Start 2° subcutane vochttoediening op verzoek van oudste zoon • Voorwaarde v/h zorgteam = zonder vrijheidsbeperking + akkoord van Anna en andere zoon • Dagelijks evaluatie + beperking in tijd 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
16.
Hoe gaat het verder met Mevr. A ? • Subcutane vochttoediening gestopt op 5 december 2005. Hydratatie is OK ! • Herhaalde nog vaak haar wens om te mogen sterven (”vertrekken”) • Drinkt nu terug • “Pijn” was toegenomen (totale pijn ?) • Consult 2°de huisarts : comfortbehandeling verder zetten & hoopt dat Anna een zachte en natuurlijke dood kan sterven • Anna en familie hebben meer tijd gekregen 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
17.
Hoe ging het verder met Anna ? • Anna dronk matig en at terug kleine porties • Sprak niet meer over sterven, wou genezen! • Werd bedlegerig, fysieke pijn minder door goede comfortzorg & symptoomcontrole • Sliep veel, apathisch, trok zich nog meer terug in haar eigen leefwereld • Begin februari 2006 : heel verward (terminaal delier ?) en onrustig, weigerde eten of drinken. Familie was verwittigd • Overlijdt stilletjes op 4 februari 2006 om 22u30, een zorgverlener was aanwezig 4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
18.
Reflecties van het zorgteam
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
19.
Reflecties van het zorgteam • Elke bewoner is een ander verhaal ! • Open en eerlijke communicatie • Wederzijds respect • Goede afspraken en anticiperende zorgplanning met kwaliteit van zorg, begeleiding van leven en sterven • Betekenis van stappenplan, staande orders, flowcharts ? • Ruimte voor emoties, verzuchtingen en twijfels • Zorg voor de zorgenden ! (incl Huisarts) : nazorg = debriefing & intervisie !
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
20.
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
21.
Denk niet wit Denk niet zwart Denk niet zwart wit MAAR IN DE KLEUR VAN JE HART !!! (fragment uit liedtekst Zwart Wit, door Frank Boeijen)
4° Vl.Congr.Pal.Zorg - Delaruelle
22.
4de VLAAMS CONGRES PALLIATIEVE ZORG
VOEDING – VOCHT IN DE PALLIATIEVE ZORG : LEVEN GEVEN ! LEVEN GEVEN ?
Vochttoediening in het RVT: positieve aspecten Woon- en Zorgcentrum (WZC) De Plataan, Sint-Niklaas
Dr. Johan Van den Eynde Coördinerend Referentie arts (CRA)
Historiek • Cure gerichte zorg
• Care gerichte zorg
WZC: Attitude verandering Op alle niveaus: werkvloer → Directie • Toename zorgbehoefte → Hospitalisatie
• Toename zorgbehoefte → WZC
Bereidheid om de zorg in WZC af te ronden 4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
2.
Historiek: vochttoediening in WZC • Negatief • Standaard • Associatie met – – – –
Ziekenhuis Dyscomfort Rekken v/h leven Cursus Palliatieve Zorg 4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
• Positief • In welbepaalde indicaties • Associatie met: – Goed medisch handelen – Comfortzorg
3.
Etiologie: • – – – –
vocht inname
vocht verlies
Dorstgevoel ↓ Slikstoornissen Bewustzijnstoornissen Motivatie personeel
– Braken – Diarree – Zweten (koorts) – Wondvocht – Hittegolf
Point of no return
Tijd gaat snel Deshydratie nog sneller
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
4.
Stappenplan: Stap 1 = Detectie • Is er sprake van dehydratatie? – Huidplooien – Verminderde diurese
• Kan de hydratatie via orale weg? – Ja: motivatie van familie, vrijwilligers en personeel – Neen: vochttoediening overwegen
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
5.
Stappenplan: Stap 2 = Analyse • • • • •
Wat is de oorzaak? Oorzaak reversibel? Levensverwachting? Behandeling praktisch haalbaar of belastend? Wens van bewoner?: bevragen – Wet op patiëntenrechten: informed consent
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
6.
Stappenplan: Stap 3 = Evaluatie • Criteria voor Ethisch (be)handelen: – – – –
geen nadeel bezorgen weldoend toestemming rechtvaardig
• Wegen van informatie – Medisch zinloos – Medisch zinvol
• Multidisciplinaire benadering • Eindverantwoordelijke is de arts 4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
7.
Stappenplan, Stap 4 Communicatie niet akkoord Zinloos
Multidisciplinair overleg
Informeren Bewoner Vertegenwoordiger akkoord
Geen therapie
Zinvol
Informeren Bewoner Vertegenwoordiger
niet akkoord
akkoord
X x Vochttoediening
Vochttoediening
• • •
Perifeer infuus Centraal veneuze katheter Totaal implanteerbaar systeem
• PEG sonde (of maagsonde) • Hypodermoclyse
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
9.
Hypodermoclyse: • • • • • •
Subcutaan – onderhuids vochttoediening Eenvoudig Niet belastend Weldoend Tijdelijk Regelmatig her-evalueren 4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
10.
Waar? • In principe: elke subcutane prikplaats waar geen stasevocht aanwezig is • Praktisch: abdomen – Losliggende huid – Katheter hindert niet • Voor bewoner • Voor verzorging
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
11.
Hoeveel? Welk vocht? • 500ml tot 2000ml • 20 druppels / minuut als start • Glucose 5% • Fysiologische oplossing – NaCl 0.9% • Best alternerend
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
12.
Materiaal (CNK nummer) • Vleugelnaald • IV katheter • Venflon ® katheter 18G ander merk: Optiva® • Perfusiefusietrousse • Glucose 5% Baxter 1 liter • Fysiolog. oplossing 0.9% Baxter 1 liter
(1425-818) (0677-310) (0832-063) (0018-895) (0019-240)
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
13.
Materiaal Venflon® of Optiva®
• Bolusinjecties • Afsluitdop
• Aansluitpunt infuus
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
14.
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
Medische Beslissingen in de laatste Levensfase Versnelde achteruitgang van algemene toestand van bewoner: Ga na of er een wilsverklaring beschikbaar is. Aanwijsbare reden:
1. Acute, nieuwe ziekte: Behandeling mogelijk? 1.a. Ja, met +/- geen neveneffecten
Aanwijsbare reden:
2. Opstoot chronische ziekte Behandeling mogelijk? 2.a. Ja, met +/- geen neveneffecten
vb. pneumonie: behandelen
vb. opstoot Reumatoide Arthritis
(vraag informed consent)
(vraag informed consent)
Opstarten medisch objectief zinvolle behandeling
1.b. Ja, met redelijke neveneffecten
Opstarten medisch objectief zinvolle behandeling 2.b. Ja, met redelijke neveneffecten
Vb. slikstoornissen, PEG sonde?
Vb. opstoot COPD, hospitalisatie
Informeer bewoner(of VT°) Vraag informed consent Overleg met behandelend/verzorgend team Consensus: behandelen Consensus: niet behandelen/DNR invullen Geen consensus: arts neemt eindbeslissing na (*)
Informeer bewoner(of VT°) Vraag informed consent Overleg met behandelend/verzorgend team Consensus: behandelen Consensus: niet behandelen/DNR invullen Geen consensus: arts neemt eindbeslissing na (*)
Opstarten medisch subjectief zinvolle behandeling 1.c. Ja, met belangrijke neveneffecten Vb. obstructie bij inoperabele ca
Opstarten medisch subjectief zinvolle behandeling 2.c. Ja, met belangrijke neveneffecten
Niet opstarten medisch zinloze behandeling(*) Wel opstarten pijn- en symptoom behandeling
Vb. multipele metastasen, na 2de lijnschemo
Niet opstarten medisch zinloze behandeling(*) Wel opstarten pijn- en symptoom behandeling
1.d. Neen:
2.d. Neen:
palliatieve zorgdossier opstarten(*)/verderzetten
palliatieve zorgdossier opstarten(*)/verderzetten
*een tweede arts in consult vragen
Zonder aanwijsbare reden
3. Hoe was de QoL(+) tevoren? 3.a.Goed tot zeer goed: mobiel, lucied, kan genieten Maximale investigatie, ev. hospitalisatie, max. therapie
3.b.Matig: dement/niet mobiel/andere ziekten Beperkte investigatie: PBO, ambulante RX - Echo Therapie: zie acute nieuwe ziekte
3.c. Slecht: dement/bedlegerig/multipatholgie Start palliatieve zorgdossier
(VT°)Wettelijke vertegenwoordiger of vertrouwenspersoon
(+)
Quality of live
Onthoud: Vochttoediening in RVT • • • •
Eenvoudig Niet belastend Zinvol Ter ondersteuning van een omkeerbaar aandoening
• Niet de regel doch de uitzondering 4° Vl.Congr.Pal.Zorg Van den Eynde J.
18.
4de VLAAMS CONGRES PALLIATIEVE ZORG
VOEDING – VOCHT IN DE PALLIATIEVE ZORG : LEVEN GEVEN ! LEVEN GEVEN ?