3.9 Beleidsnota invoering Functiemix

3.9

Werkveld Personeel

Datum Maart 2011

Instemming/Advies GMR 28 maart 2011

Vastgesteld CvB Juni 2011

3.9|Beleidsnota invoering Functiemix

Personeel/Beleidsnota invoering Functiemix

3.9

Inhoudsopgave

1.

inleiding Relevante stappen in het project waren: Verantwoording

4 5 5

2.

Landelijke afspraken 2.1 Convenant Leerkracht van Nederland Monitoring

6 6 7

3.

Aves en de functiemix 3.1 Kernwaarden Aves en beleidsuitgangspunten Aves biedt verscheidenheid Aves is sprankelend Aves verbindt Aves ontwikkelt talent Aves is evenwichtig 3.2 Strategische uitgangspunten functiemix Functiemix is een middel geen doel op zich Bovenschoolse inzet Zicht op talent en ambities (de gesprekkencyclus) Functiedifferentiatie in het basisonderwijs

8 8 8 8 8 8 8 9 9 10 10 10

4.

Uitwerking specifieke onderdelen van personeelsbeleid 4.1 Keuze voor LB 4.2 Leerkrachten met specifieke taken 4.3 Intern begeleiders 4.4 Voorkomen wij-zijcultuur en taakbeleid 4.5 Gesprekkencyclus 4.6 Formatieplanning 2011-2012 4.7 Mobiliteitsbeleid 4.8 Functioneren in LB 4.9 Functieboek

12 12 12 13 14 14 15 16 17 17

5.

Functies en functie-eisen 5.1 Functies en taken in het basisonderwijs 5.1.1 Vraagstelling Vakspecialisatie

19 19 19 19


2

3.9

5.2

6.

Meer/hoogbegaafdheid, excellentie Kwaliteitsbeleid Professionalisering / didactiek Schoolontwikkeling Schoolconcept Zorg, Passend Onderwijs Profiel 20 Pedagogisch klimaat Functie-eisen Stap 1 21 Stap 2 21 Stap 3 22 Stap 4 22 Stap 5 22

Procedure 6.1 Tijdpad 6.2 Instemming PGMR en vaststellen invoeringsplan 6.3 Sollicitatieprocedure Stap 1: Formuleren vacatures Stap 2: Openstellen vacatures Stap 3: Solliciteren Stap 4: Sollicitatiegesprekken en benoeming Stap 5: Niet vervulde vacatures Bijlage 1: Functiebeschrijvingen leraar basisonderwijs LA en LB (FUWA PO) Bijlage 2: Competenties Lb bij Aves Basiseis Vertaling van taakverzwarende elementen naar extra competenties LB Bijlage 3: Formatieberekening invoering functiemix Formules Op bestuursniveau: Op schoolniveau Bijlage 4: Competentieprofiel intern begeleider gericht op zorg


3

19 19 19 19 20 20 20 20

24 24 24 24 24 25 26 26 26 28 33 33 33 36 36 36 36 37

3.9

1. inleiding Aves is voornemens om de functiemix conform de CAO primair onderwijs in te voeren. Aves is begin 2010 tot stand gekomen door een fusie tussen de Stichting Christophorus en de Stichting voor Openbaar Basisonderwijs Noordoostpolder. Gelet hierop heeft het College van Bestuur besloten om vanaf 1 augustus 2011 leraarsfuncties LB basisonderwijs op de scholen van Aves in te voeren. Aves kiest er vooralsnog niet voor om gebruik te maken van de mogelijkheid om ook leraarsfuncties LC basisonderwijs in te voeren. Dit wordt overigens voor de toekomst niet uitgesloten. Vooruitlopend op de invoering van de functiemix zijn met ingang van 1 augustus 2010 de IB’ers bij Aves al in LB benoemd. Voor zover zij voldoen aan de 50%-norm tellen zij mee voor de functiemix. Naast CAO-conforme invoering zijn de uitgangspunten van Aves bij de invoering van de functiemix:  Een zorgvuldig proces dat is gericht op het met zoveel mogelijk draagvlak bij en betrokkenheid van alle betrokkenen formuleren van het beleid met betrekking tot de functiemix.  De functiemix is een middel en geen doel op zich, hetgeen betekent dat met de invulling van leraarsfunctie LB basisonderwijs op de scholen aangesloten wordt bij de speerpunten in schoolontwikkeling.  De invulling van de leraarsfuncties LB dient op een objectieve en transparante wijze plaats te vinden. Voor de invoering van de functiemix is een projectgroep geformeerd die zich ook bezig houdt met HRM in algemene zin. Deze projectgroep is bijgestaan door een externe projectleider. Deze projectgroep was verantwoordelijk voor de vormgeving van het beleid met betrekking tot de invoering van de functiemix ten behoeve van de besluitvorming hierover door het College van Bestuur. De projectgroep was breed samengesteld en bestond uit:  Katja van der Meulen, leerkracht  Lida Kempen, leerkracht  Jeanette Masteling, intern begeleider voor drie scholen  Marleen Aalberts, directeur  Ine van Koulil, directeur  Janny Staring, HRM-adviseur Aves  Hans van Willegen (adviseur, Van Beekveld & Terpstra Organisatieadviesbureau) Jos Timmermans schoof als verantwoordelijk CvB-lid regelmatig aan. Daarnaast waren Annigje Molog en Dick Bakker, beiden lid van het personeelsdeel van de GMR enkele malen bij de vergaderingen van de projectgroep aanwezig om het proces te volgen.


4

3.9

Relevante stappen in het project waren:  een geheel aan de functiemix gewijde tweedaagse met alle directeuren, het College van Bestuur en de HRM-adviseur;  een aantal bijeenkomsten met de projectgroep;  twee voorlichtingsbijeenkomsten in oktober 2010 voor alle leerkrachten van Aves;  informatie via de nieuwsbrief van Aves;  informatie van de directeuren aan de hand van een standaardpresentatie;  het uitzetten van de functieoriëntatiescan onder het personeel;  het voorgenomen besluit van het College van Bestuur ten aanzien van het beleid en de kaders met betrekking tot de invoering van de functiemix zoals verwoord in deze rapportage;  een inhoudelijk overleg met de GMR over de beleidsnota waarin tekstuele wijzigingen zijn besproken;  het verzoek aan de PGMR om in te stemmen met het beleid zoals verwoord in deze rapportage;  de mogelijkheid van een achterbanberaad door de GMR met een presentatie over de functiemix. Verantwoording Deze rapportage met betrekking tot de invoering van de functiemix bij Aves is voorbereid door de projectgroep functiemix. Hierbij heeft de projectgroep tevens gebruik gemaakt van de input die is geleverd tijdens de tweedaagse met de directeuren en het College van Bestuur. Daarnaast is gebruik gemaakt van elders in het land ontwikkeld materiaal met betrekking tot de functiemix.


5

3.9

2. Landelijke afspraken 2.1 Convenant Leerkracht van Nederland Minister Plasterk, de onderwijswerkgevers en de vakbonden hebben in 2008 in het Convenant Leerkracht van Nederland afspraken gemaakt over de zogenaamde functiemix. Deze afspraken zijn verankerd in de CAO primair onderwijs en houden in dat schoolbesturen in het primair onderwijs een gedeelte van de leerkrachten in LB of LC moeten gaan aanstellen. Het doel van de invoering van de functiemix is:  het bieden van carrièreperspectief in het leraarsberoep;  het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs door het formuleren van zwaardere functieeisen aan LB-/LC-leraren;  het verbeteren van de arbeidsmarktpositie van het basisonderwijs. Op dit moment zijn vrijwel alle leerkrachten in het basisonderwijs ingeschaald in LA en alle leraren op de speciale scholen voor basisonderwijs in LB. Op grond van de CAO moet een flink aantal van hen de komende jaren worden aangesteld in een LB- of LC-functie. Het gaat hierbij om de volgende percentages: 2010: 8% van de leerkrachten is aangesteld in schaal LB. 2014: 40% van de leerkrachten is aangesteld in schaal LB en 2% in LC. Jaar

Percentage LB op Percentage LB op Percentage LC op brinniveau bestuursniveau bestuursniveau 2010 6% 8% 0% LC 2011 12% 16% (19%)* 1% LC of 3% LB extra 2012 18% 24% (27%) 1% LC of 3% LB extra 2013 24% 32% (35%) 1% LC of 3% LB extra 2014 30% 40% (46%) 2% LC of 6% LB extra * tussen haakjes staan de percentages die op bestuursniveau moeten worden gerealiseerd wanneer ervoor gekozen wordt om alleen leraarsfuncties LB in te voeren. Scholen voor basisonderwijs zijn niet verplicht om 2% LC-leraren aan te stellen. In plaats daarvan kunnen zij er ook voor kiezen om de middelen die beschikbaar zijn voor LC-leraren te benutten voor een hoger percentage LB-functies. Het gaat dan in de verschillende invoeringsjaren om 3% respectievelijk 6% extra LB-functies op bestuursniveau.


6

3.9

Vanaf het schooljaar 2010-2011 zijn dus de eerste leerkrachten LB basisonderwijs in het kader van de functiemix benoemd. Monitoring Per sector zijn tussendoelstellingen afgesproken voor de functiemix in 2011. Wanneer deze tussendoelstellingen zijn gehaald, komt een tweede tranche van aanvullende bekostiging beschikbaar. Daarna zal de aanvullende bekostiging verder oplopen tot 2014, wanneer de ontwikkeling opnieuw bekeken zal worden. Indien de sector in 2011 de tussendoelen niet heeft bereikt, dan wordt het aanvullende functiemixbudget afgestemd op de op dat moment gerealiseerde functiemix op bestuursniveau. Het ministerie is voornemens om ook de onderwijsinspectie een rol te geven bij de monitoring van de behaalde percentages LB-functies. Zij zullen vooral kijken of de leraren LB ook daadwerkelijk voor meer dan 50% voor de klas staan. In de loop van 2010 is de terminologie “voor meer dan 50% voor de klas staan” ingewisseld door “voor meer dan 50% van de aanstelling invullen met lesgevende taken”.


7

3.9

3. Aves en de functiemix 3.1

Kernwaarden Aves en beleidsuitgangspunten

Aves heeft vijf kernwaarden geformuleerd die het uitgangspunt vormen voor de ontwikkeling van de organisatie. Deze uitgangspunten vormen ook de leidraad voor het HRM-beleid van de stichting en daarmee voor de invulling en de invoering van de functiemix. De vijf kernwaarden zijn: Aves biedt verscheidenheid Aves vindt keuze belangrijk, op het gebied van identiteit en van onderwijsconcept. Bij de invulling van de functiemix is het onderstrepen en verder ontwikkelen hiervan een belangrijk uitgangspunt. De invulling van LB-functies geschiedt vanuit deze verscheidenheid. De ontwikkelingsrichting van de onderscheiden scholen is hierbij het uitgangspunt. Aves is sprankelend Leerkrachten worden uitgedaagd het beste van zichzelf te geven en te leren van elkaar. Daarbij is het essentieel dat de juiste mensen op de juiste plek zitten. De invoering van de functiemix is hierbij essentieel, omdat het de mogelijkheid biedt om te differentiëren in het leraarsberoep naar talent en ambitie. Daarnaast betekent de invoering van de functiemix dat gewerkt wordt aan kennisdeling op het niveau van de scholen en op het niveau van de organisatie als geheel. Aves verbindt Leerkrachten spelen een belangrijke rol bij het leggen van de verbinding tussen wat de school biedt aan de leerlingen en de rol die de ouders spelen bij de opvoeding van hun kinderen. Leerkrachten worden door de functiemix uitgedaagd om een rol te spelen bij het verbinden van kennis en ervaring in de school met ontwikkelingen buiten de scholen en de eisen die de veranderende samenleving stelt aan het onderwijs. Aves ontwikkelt talent De ontwikkeling van de talenten van leerkrachten dient hand in hand te gaan met de ontwikkeling van de talenten van leerlingen. Op scholen die er in slagen de talentontwikkeling van hun medewerkers te ontplooien, ontstaat leer-kracht voor de ontwikkeling van de talenten van de leerlingen. Aves is evenwichtig Scholen groeien samen met elkaar op. Door de inbreng vanuit de verschillende scholen en hun leerkrachten wordt het geheel van het geboden onderwijs versterkt. Hierdoor ontstaat een stabiele


8

3.9

en betrouwbare organisatie. Kennisdeling op de scholen en in de organisatie biedt het fundament voor die groei en zorgt voor vergroting van de kwaliteit van het onderwijs en de continuïteit daarvan. Aves maakt werk van talentontwikkeling van kinderen en medewerkers en stemt het personeelsbeleid van de stichting hierop af. Er wordt nauw samengewerkt met de PABO’s en door een goed programma gericht op de introductie en begeleiding van nieuwe leerkrachten wordt er voor gezorgd dat de kloof tussen opleiding en praktijk zo klein mogelijk is. Voor het zittende personeel biedt Aves als lerende organisatie mogelijkheden voor hun verdere ontplooiing. Aves richt zich in de eerste jaren op het uitwerken van een nieuw functiegebouw en de functiemix. Het beste van de beide voormalige werkgevers zal worden bijeengebracht in een nieuw te ontwikkelen personeelsbeleid. De invoering van de functiemix biedt hiervoor tal van aanknopingspunten. 3.2

Strategische uitgangspunten functiemix

Functiemix is een middel geen doel op zich Uitgangspunt voor de invulling van vacatures in het kader van de functiemix is dat wordt aangesloten bij de ontwikkelingsbehoefte van de school. Bronnen voor het bepalen van deze ontwikkelingsbehoefte zijn het schoolplan en de daarin verwoorde ontwikkelpunten. In het schooljaar 2011-2012 begint de nieuwe schoolplanperiode. Bij het schrijven van de nieuwe schoolplannen en de voorbereiding daarvan op schoolniveau wordt rekening gehouden met de mogelijkheden die de invoering van de functiemix biedt. De teams en de MR-en van de scholen zijn betrokken bij het opstellen van het schoolplan en het benoemen van de ontwikkelpunten en andere speerpunten. De invulling van leraarsfuncties LB bao liggen in het verlengde van deze ontwikkelpunten. Deze kunnen dus per school verschillen. Aves werkt met gangbare beschrijvingen voor de functies leerkracht LA en leerkracht LB. De specifieke invulling van het takenpakket van deze leerkrachten wordt op schoolniveau bepaald. Hierbij is zoals gezegd het team maar ook de MR van de school nauw betrokken. Invulling van leraarsfuncties LB/LC kan een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de school. Onderwijs staat of valt met de kwaliteit van de medewerkers (leerkrachten en management). De professionele ontwikkeling van medewerkers (in casu leerkrachten) stuurt in feite de ontwikkeling van de scholen. Vanuit het individuele perspectief bezien, betekent de invoering van de functiemix dat leerkrachten LA kunnen doorgroeien naar de functie van leerkracht LB. Dit verbeterde carrièreperspectief wordt onder meer gekoppeld aan hun professionele ontwikkeling en de verantwoordelijkheid die zij mede nemen voor de schoolontwikkeling.


9

3.9

Bovenschoolse inzet Aves heeft een groot aantal kleine scholen. Om er nu toch voor te zorgen dat alle scholen gebruik kunnen maken van de bij Aves aanwezige expertise wordt het mogelijk dat leerkrachten LB hun specifieke expertise inzetten ten behoeve van andere scholen. Hierover kunnen afspraken worden gemaakt tussen verschillende scholen en de betrokken leerkrachten. Aves houdt de mogelijkheid open om leerkrachten met een specifieke expertise in bovenschools verband te laten samenwerken aan de ontwikkeling van beleid ten behoeve van meerdere of alle scholen van Aves. Een dergelijke bovenschoolse inzet krijgt geen permanent karakter maar zal incidenteel worden benut en (zo nodig) gefaciliteerd. Zicht op talent en ambities (de gesprekkencyclus) Leerkrachten worden uitgedaagd verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen ontwikkeling. De school faciliteert en ondersteunt hen hierbij. Om goed zicht te krijgen op de talenten en ambities van medewerkers is een goed werkende gesprekkencyclus met functioneringsgesprekken en beoordelingen van groot belang. Eén van de uitgangspunten daarbij is dat leerkrachten voor het leven bevoegd maar niet per definitie voor het leven bekwaam zijn. Permanente ontwikkeling in het eigen vakgebied is essentieel. Eén van de belangrijkste doelstellingen van de gesprekkencyclus is het in ontwikkeling zetten van leerkrachten. Afgesproken is om vanaf volgend schooljaar te werken volgens een nieuwe werkwijze. De gesprekkencycli van de beide fusiepartners worden vertaald naar één uniforme regeling gesprekkencyclus voor alle Aves-scholen. Functiedifferentiatie in het basisonderwijs Functiedifferentiatie in het leraarsberoep is nieuw in het basisonderwijs. Aves kent alleen functiedifferentiatie richting directiefuncties en sinds kort de functie van intern begeleider. Alle leerkrachten hebben op de basisschool dezelfde leraarsfunctie LA bao. Met de invoering van de functiemix komt daar de leraarsfunctie LB bao bij. Bij de invulling van deze functie wordt gedacht aan excellente leerkrachten die hun algemene kennis en ervaring en hun deskundigheid inzetten ten behoeve van de schoolontwikkeling, het delen van kennis met (een aantal van) hun collega’s en verdieping en verbreding van de deskundigheid in de school op specifieke terreinen. Specifieke taken van leerkrachten LB kunnen betrekking hebben op onderwijsinhoudelijke bouwcoördinatie, zorg, taal, rekenen, het didactische proces et cetera. Voorkomen moet worden dat er een wij-zijcultuur ontstaat. Het taakbeleid van de scholen dient hier rekening mee te houden. Ook van leerkrachten LB bao mag worden verwacht dat zij een bijdrage leveren aan de organisatorische taken in de school. Het verschil tussen leerkrachten LA en LB komt dan vooral tot uiting in de taaktoedeling op onderwijskundig terrein. Leerkrachten LB bao krijgen de verdiepte of meer verbrede onderwijsinhoudelijke taken toebedeeld die een


10

3.9

groepsoverstijgend karakter hebben en die van hen meer competenties vragen op het terrein van beleidsvoorbereiding en kennisdeling.


11

3.9

4. Uitwerking specifieke onderdelen van personeelsbeleid In deze paragraaf wordt een aantal onderdelen van personeelsbeleid besproken en getoetst op hun relevantie met betrekking tot de functiemix. Daar waar relevant wordt verwezen naar de bijlagen bij dit rapport. Punten die aan de orde komen zijn:  keuze voor LB;  leerkrachten met speciale taken;  intern begeleiders;  voorkomen wij-zijcultuur en taakbeleid;  de gesprekkencyclus;  de formatieplanning 2010-2011;  mobiliteitsbeleid;  functioneren in LB;  functieboek. 4.1 Keuze voor LB De mogelijkheid om leraarsfuncties LC in het basisonderwijs in te vullen wordt vooralsnog niet benut. In plaats daarvan wordt ervoor gekozen om 6% meer LB-functies te hebben ingevoerd per 1 augustus 2014. De reden hiervoor is dat de LC-functie niet lijkt te passen in het functiebouwwerk van een basisschool, omdat de LC-leraar op een vergelijkbaar salarisniveau wordt betaald als de directeur met schaal DB. Daarnaast is het gelet op de eis van > 50% lesgevende taak voor de LCleraar buitengewoon complex om een zinvolle functie voor de leraar LC te beschrijven. Jaar

Percentages op schoolniveau

Percentages op bestuursniveau

2011 2012 2013 2014

12% 18% 24% 30%

19% (16% + 3%) 27% (24% + 3%) 35% (32% + 3%) 46% (40% + 6%)

4.2 Leerkrachten met specifieke taken Op de meeste scholen zijn leraren werkzaam die zijn belast met specifieke taken zoals interne begeleiding, het coördineren van een bouw of bijvoorbeeld de ICT in de school. In een aantal gevallen zijn deze taken zo omvangrijk dat hieraan ambulante tijd is gekoppeld waardoor deze leraren voor een gedeelte van hun functie ambulant zijn. Deze leraren met speciale taken in de school zijn over het algemeen benoemd in een leraarsfunctie LA.


12

3.9

Aves kiest voor een functiebouwwerk op de scholen dat uitgaat van twee brede functies, te weten leraar LA bao en leraar LB bao. Afhankelijk van de inhoud van de taak en de verantwoordelijkheid die daarbij hoort, worden speciale taken in het basisonderwijs gekoppeld aan een leraarsfunctie LA of LB bao. Benoeming in LB is geen automatisme voor leerkrachten LA met speciale taken. Ook zij dienen te voldoen aan de functie-eisen voor leerkrachten LB. Leraarsfuncties LB tellen pas mee voor de functiemix als de functionaris die daarin benoemd wordt voor tenminste 50% van de bij zijn betrekkingsomvang behorende lesgevende taak voor de klas staat. In dat geval kunnen de extra salariskosten voor 75% worden bekostigd uit de functiemixmiddelen. Wanneer een leerkracht LB niet voldoet aan de 50%-norm komen de extra kosten voor rekening van de lumpsum van de school. 4.3 Intern begeleiders Aves heeft er voor gekozen om een aantal intern begeleiders te benoemen in de functie van leerkracht LB basisonderwijs. Gelet op het percentage lesgevende taken van deze functionarissen kan de bekostiging van de hogere salariskosten niet worden gedekt uit de middelen voor de functiemix. Voor wat betreft de taken en verantwoordelijkheden van de intern begeleiders kan worden geconstateerd dat zij voldoen aan de (landelijke) eisen die worden gesteld aan intern begeleiders in een leraarsfunctie LB. Aan de leraarsfunctie LA bao worden voor leraren met IB-taken de volgende resultaatsgebieden toegevoegd: coördinatie en uitvoering zorgbeleid, begeleiding leraren, verzorgen van (individuele) interne begeleiding en professionalisering. Aan leraarsfunctie LB bao worden voor leraren met IB-taken de volgende resultaatsgebieden toegevoegd: Het leveren van een bijdrage aan de beleidsvoorbereiding van bovenschools zorgbeleid. Deze persoon is verantwoordelijk voor de opzet en uitwerking van het leerlingvolgsysteem. Een ander onderscheid ligt bij de kennis en vaardigheden. Extra is daar:  vaardig in coaching van collega’s;  vaardig in het analyseren;  HBO+ werken denkniveau. Het laatste betekent voor Aves dat de IB’ers op LB-niveau de opleiding master ‘Special Educational Needs’ of een vergelijkbare opleiding met goed gevolg hebben afgerond.


13

3.9

4.4 Voorkomen wij-zijcultuur en taakbeleid Functiedifferentiatie in het leraarsberoep is nieuw in het basisonderwijs, waar tot nu toe alle leerkrachten in LA waren benoemd. Leerkrachten zullen hieraan moeten wennen. Een mogelijk gevaar van de invoering van een nieuwe leraarsfunctie in een hogere schaal is dat er een wijzijcultuur ontstaat in de scholen. Om dit te voorkomen is het zaak voor directeuren en hun teams om bij de taaktoedeling en werkverdeling op een aantal zaken te letten.  Fulltimers en parttimers komen in aanmerking voor een LB-functie. De eis van “tenminste 50% voor de klas” geldt naar rato van de betrekkingsomvang. Om in aanmerking te komen voor de functie van leerkracht LB bao, dient de betrokken leerkracht een aanstelling te hebben van tenminste twee dagen per week.  Bij het formuleren van het taakbeleid en bij de taaktoedeling is het van belang dat zowel leraren LA als leraren LB een gevarieerd takenpakket hebben dat hoort bij het niveau van hun functie. Zowel leraren LA als leraren LB hebben naast hun lessentaak organisatorische en onderwijsinhoudelijke taken.  Zowel met leraren LA als LB worden afspraken gemaakt over hun ontwikkeling binnen de kaders van het scholingsbeleid.  LB-taken worden binnen de normjaartaak vormgegeven. Leraren LB kunnen onder voorwaarden ambulante tijd krijgen voor de uitvoering van hun taak. Hierbij dient telkens de afweging te worden gemaakt tussen de extra kosten die daarmee gemoeid zijn en de meerwaarde ervan voor de kwaliteit van het onderwijs.  Ambulante tijd wordt toegekend voor de duur van een bepaald project of voor een bepaalde periode, met een maximum van één jaar. Zij worden dus per definitie tijdelijk toegekend binnen het nog te op te stellen taakbeleid van de school. 4.5 Gesprekkencyclus Vanaf het schooljaar 2011-2012 gaan de scholen van Aves werken met één uniforme gesprekkencyclus. De belangrijkste uitgangspunten voor deze cyclus zijn:  De cyclus heeft een looptijd van drie jaar. Daarin worden twee functioneringsgesprekken gevoerd en vindt één beoordeling plaats (vaker mag en moet soms).  Formele gesprekken worden gevoerd door de directie, andere gesprekken – zoals het POPgesprek – kunnen door bouwcoördinatoren gevoerd worden.  Bij functioneringsgesprekken worden de afspraken door één van de gesprekspartners genoteerd. Medewerkers tekenen voor akkoord. Het nieuwe verslag vervangt het oude.  Bij beoordelingen, zorgt de directie voor het verslag. Medewerkers tekenen dit voor gezien. Het origineel van het verslag gaat naar het College van Bestuur en een kopie van het verslag wordt in het dossier op school bewaard. De betrokken medewerker ontvangt ook een kopie.  Voor 1 april 2011 heeft iedere directeur tenminste één beoordelingsgesprek gevoerd (bij voorkeur met een leerkracht die mogelijk opteert voor een leraarsfunctie LB).


14

3.9

 De nieuwe gesprekkencyclus start in augustus 2011 en ziet er als volgt uit: a. 2011/2012: beoordeling; b. 2012/2013: functioneringsgesprek; c. 2013/2014: functioneringsgesprek; d. 2014/2015: beoordeling; e. Et cetera. De bekwaamheidsdossiers worden in het schooljaar 2010/2011 ingevoerd. Voor een startende leerkracht die is benoemd op reguliere formatie (niet zijnde een vervanger) geldt dat hij/zij op basis van een voldoende of hoger uitgevoerd assessment overgaat van een betrekking met een tijdelijke aanstelling als Leraar LA naar een betrekking met een vaste aanstelling als Leraar LA. In het eerste jaar wordt de startende leerkracht begeleid op school volgens de daarover gemaakte afspraken op stichtingsniveau. Na het eerste jaar geldt de reguliere gesprekkencyclus op basis van vastgesteld stichtingsbeleid voor deze leerkracht. 4.6 Formatieplanning 2011-2012 In het bestuursformatieplan en de schoolformatieplannen dient rekening te worden gehouden met de invoering van de functiemix. In het schooljaar 2011-2012 zal een aantal leraarsfuncties LA worden omgezet in leraarsfuncties LB. De invoering van de functiemix zal geen negatieve consequenties hebben voor de huidige vastgestelde schoolbegroting. De op bestuursniveau beschikbare formatieruimte voor LB bao wordt voor het schooljaar 20112012 toegekend naar behoefte. Uitgangspunt is dat alle scholen van Aves in de gelegenheid worden gesteld tenminste één voor hun school passende leraarsfunctie LB in te vullen. Grotere scholen krijgen de gelegenheid om meerdere LB-functies in te vullen. Afspraak:  Door het College van Bestuur wordt in overleg met de directeuren een afspraak gemaakt over de in te vullen vacatureruimte LB.  Scholen hebben tenminste recht op het op schoolniveau berekende percentage LB.  Alle scholen worden in de gelegenheid gesteld om een passende vacature te formuleren. Vanuit de zogenaamde bestuursruimte wordt hieraan bijgedragen.  Er kan voor worden gekozen om in het eerste invoeringsjaar niet op alle scholen een LBvacature in te vullen. In 2012 en in 2014 moeten de percentages LB op schoolniveau worden gerealiseerd1. 1

Zodra de als gevolg van de uitkomst van de sleutels (als genoemd in bijlage XIV bij de CAO PO) ontstane formatieruimte hoger is dan 1, dienen de sleutels op schoolniveau jaarlijks onverkort te worden toegepast en kan niet meer naar beneden worden afgerond.


15

3.9

 Wanneer scholen (die in 2011 een formatieve ruimte voor LB hebben van minder dan 1,0 fte) ervoor kiezen om in 2011 nog geen LB-functies in te vullen, worden de beschikbare middelen in onderling overleg doorgeschoven naar een andere school van Aves.  Wanneer blijkt dat het een school niet lukt om in 2011 de openstaande vacature voor leerkrachten LB op school in te vullen, wordt ervoor gekozen om de vacature via het mobiliteitsbeleid van Aves in te vullen of om de vacatureruimte door te schuiven naar één van de andere scholen van Aves.  Het College van Bestuur is gehouden om jaarlijks de in de CAO genoemde bestuurspercentages te realiseren.  Het invoeringsproces is erop gericht dat de benoemingsbesluiten voor 1 mei 2011 kunnen plaatsvinden. Benoemingen worden per 1 augustus 2011 gerealiseerd.  Scholen die per 1 augustus 2011 geen nieuwe LB-leerkracht kunnen/willen aanstellen, hebben voorrang bij het aanstellen van LB-functionarissen per 1 augustus 2012. 4.7 Mobiliteitsbeleid Aves heeft een mobiliteitsbeleid ontwikkeld dat er op is gericht dat werknemers in dienst blijven van Aves. In dit beleid worden twee vormen van mobiliteit onderscheiden:  Interne mobiliteit: het aanvaarden van een andere taak/functie binnen de school.  Externe mobiliteit: het aanvaarden van een taak/functie buiten de school. Externe mobiliteit naar een andere school binnen de stichting geschiedt in principe altijd op basis van vrijwilligheid. De gevallen waarin de werkgever de werknemer zonder diens toestemming kan overdragen zijn limitatief opgesomd in het beleidsstuk mobiliteit. Voor een goede invoering van de functiemix en het realiseren van de verplichte percentages op bestuurs- en schoolniveau is het noodzakelijk om een extra grond voor onvrijwillige overplaatsing op te nemen. Indien het niet mogelijk is om een vacature voor leerkracht LB in te vullen op schoolniveau, dient deze bestuursbreed te worden opengesteld. Wanneer er geen formatieve ruimte is, kan de benoeming van een leerkracht LB van buiten de school betekenen dat een leerkracht LA op de school met de vacature dient te worden overgeplaatst om ruimte te maken voor de te benoemen leerkracht LB. De overige afspraken binnen het mobiliteitsbeleid van Aves gelden onverkort. De eerder gemaakte afspraken over identiteit en mobiliteit worden gerespecteerd.

Op basis van het onlangs afgesloten regeerakkoord tussen CDA en VVD kan worden geconstateerd dat er op de middelen voor de invoering van de functiemix niet zal worden bezuinigd.


16

3.9

4.8

Functioneren in LB

Wanneer de betrokken leerkracht LB bao of zijn leidinggevende van oordeel is dat voortzetting van het functioneren in de LB-functie om wat voor reden dan ook niet wenselijk is, geldt bij het werken aan een passende oplossing dat Aves zich zal opstellen als goed werkgever. Op basis van dit principe zal tezamen met de betrokken leerkracht worden gewerkt aan een passende oplossing. Hierbij zullen de mogelijkheden van interne en externe mobiliteit worden onderzocht, waarbij geldt dat het uitgangspunt is dat werknemers in dienst blijven van Aves. 4.9 Functieboek Met de invoering van een nieuwe leraarsfunctie LB treedt de situatie als bedoeld in artikel 5.4, zevende lid CAO PO in werking. Hierin staat het volgende: Indien tot functiewaardering in het primaire proces wordt overgegaan, worden alle binnen de schoolorganisatie voorkomende lerarenfuncties en functies met onderwijsassisterende taken beschreven en gewaardeerd met FUWA PO2. Voor Aves betekent dit dat ook de leraarsfunctie LA, de functie van onderwijsassistent en de functie van leraarondersteuner moeten worden beschreven en gewaardeerd met FUWA PO. Aves kiest ervoor om de voorbeeldfuncties bij de CAO PO en de ook reeds met FUWA PO beschreven en gewaardeerde voorbeeldfunctie voor onderwijsassistent in te voeren. Gelet op artikel 5.3 is het niet nodig om alle bij Aves voorkomende functies opnieuw te beschrijven en waarderen. Aves kiest er daarom voor om de huidige functies en functiebeschrijvingen/waarderingen te behouden en alleen van de functies in het primaire proces (leerkracht LA, leerkracht LB en onderwijsassistent) een nieuwe FUWA PO gewaardeerde functie op te nemen en de functie meerscholendirecteur, omdat deze laatste functie nog niet beschreven was3. Hierbij wordt gebruik gemaakt van met FUWA PO beschreven en gewaardeerde voorbeeldfuncties bij de CAO PO. Het functieboek zal in een aparte notitie ter vaststelling worden voorgelegd aan de PGMR, zodat dit voor 1 augustus 2011 kan zijn vastgesteld.

2

FUWA PO is het door de CAO PO voorgeschreven instrument voor functiewaardering. Zulks conform artikel 5.4, zevende lid van de CAO PO dat bepaalt dat indien tot functiedifferentiatie in het primaire proces wordt overgegaan (lees invoering LB) alle binnen de schoolorganisatie voorkomende lerarenfuncties en functies met onderwijsassisterende taken beschreven en gewaardeerd worden met FUWA PO. 3


17

3.9

De volgende functies komen voor in het functieboek van Aves. De functie met * worden met een nieuwe FUWA PO beschrijving en waardering toegevoegd aan het functieboek.

Schoonmaker Conciërge Administratief medewerker Onderwijsassistent* Administratief medewerker Secretaresse P&O-functionaris Leraar* Leraar* Directeur Directeur (school 200 of meer leerlingen) Meerscholendirecteur* Lid CvB Voorzitter CvB


18

OOP 1 OOP 3 OOP 3 OOP 4 OOP 5 OOP 6 OOP 9 LA LB DA DB DB CAO BvPO B3 CAO BvPO B4

3.9

5. Functies en functie-eisen 5.1

Functies en taken in het basisonderwijs

5.1.1 Vraagstelling Bij de invoering van de functiemix komt het profiel van de school heel nadrukkelijk aan de orde, in die zin dat het schoolplan en de daarin verwoorde speerpunten hun vertaling vinden in de functies en taken binnen de school. Startvragen zijn:  Welke functies heeft onze school nodig, gelet op de speerpunten in het schoolplan?  Welke nieuwe functies zijn waardevol voor de kwaliteit van het onderwijs op onze scholen? Ter voorbereiding op de tweedaagse met de directeuren van Aves zijn deze vragen ook gesteld aan de directeuren van Aves. Dit gaf voor wat betreft de ontwikkelpunten een gedifferentieerd beeld te zien dat pleit voor een schoolspecifieke invulling van het takenpakket van leraren. De genoemde ontwikkelpunten waren: Vakspecialisatie  Taal, lezen  ICT-onderwijs  Wereldoriëntatie (inclusief techniek en cultuur) Meer/hoogbegaafdheid, excellentie  Implementatie pluspunt  Meerpresterende kinderen Kwaliteitsbeleid  Plan taalonderwijs Professionalisering / didactiek  Professionaliteit en didactisch handelen  Werken met groepsplannen  Team onderwijs op maat  Versnellings-/vertragingstraject Schoolontwikkeling  Brede school  Missie en visie van de school


19

3.9

 Opleiden in de school  Resultaatgericht werken  Kennisdeling / collegiale consultatie Schoolconcept  OGO verder invoeren  Dalton Zorg, Passend Onderwijs  Zorg, algemeen  Individuele leerlingenzorg  Ontwikkelingsprofielen maken Profiel  Techniekprofiel Pedagogisch klimaat  De vreedzame school  Kanjertraining Bij andere schoolbesturen zijn ook nog andere mogelijke taken genoemd:  Vakspecialisten taal, rekenen, creatieve vakken, techniek en ICT  Specialisten zorg: gedrag- en leerstoornissen, hoogbegaafdheid en ontwikkelingsrisico’s (analyseren LVS)  Specialisten doorlopende lijn - Groep 2/3–specialist - Orde/structuur, organisatie/klassenmanagement - Bouwcoördinatoren - Kwaliteitsbewaker: doorlopende leerlijn  Specialist sociaal-emotionele aspecten of motorische ontwikkeling  Begeleiding startende leerkrachten en pabo-studenten 5.2 Functie-eisen Het grootste bestanddeel van de leraarsfunctie LB basisonderwijs wordt gevormd door de lesgevende taak van deze leraren. De CAO-PO bepaalt dat de hoger betaalde leraarsfuncties alleen mogen worden ingevuld wanneer betrokkenen voor meer dan 50% voor de bij hun betrekkingsomvang behorende lessentaak voor de klas staan. In de praktijk zullen de meeste leraren LB een bij hun betrekkingsomvang behorende (bijna) maximale lessentaak hebben.


20

3.9

Stap 1 Het grootste deel van de functie-eisen heeft betrekking op het in hoge mate voldoen aan de competenties voor leraren primair onderwijs. Hiervoor verwijzen we kortheidshalve naar de competentielijst van Aves die is afgeleid van de bekwaamheidseisen genoemd in de Wet BIO. Stap 2 Het tweede deel van de functie-eisen wordt afgeleid van de voorbeeldfuncties LB basisonderwijs (zie bijlage 1). Het gaat daarbij dan om de taakverzwarende elementen die in de voorbeeldfuncties zijn opgenomen. Deze taakverzwarende elementen zijn besproken tijdens de tweedaagse met de directeuren van Aves. Hiervan is een serie functie-eisen afgeleid. Deze functie-eisen zoals opgetekend tijdens de tweedaagse kunnen worden onderverdeeld naar:  competenties leraren primair onderwijs - excellente leerkracht LA - onderwijsinhoudelijk sterk - ambitieus op de inhoud  gedrag en persoonlijkheidskenmerken - een voortrekker - nek uit durven steken - passie - flexibel - betrokken  vaardigheden - communicatief vaardig - helikopterview - analytisch vermogen - kunnen organiseren  kennis/opleiding - HBO+ werken denkniveau - specifieke kennis op een toegewezen taakgebied - iemand die zich blijvend ontwikkelt Deze lijst is niet compleet. In bijlage 2 is het volledige competentieoverzicht van Aves opgenomen. NB. Leeftijd is geen criterium: ook bij de benoeming van LB’ers wordt gestreefd naar een evenwichtige leeftijdsopbouw.


21

3.9

Stap 3 Het derde deel van de functie-eisen heeft betrekking op de specifieke taken die opgedragen worden aan de te benoemen leraar LB. Het kan hierbij gaan om eisen die gesteld worden aan het kunnen functioneren als inhoudelijk deskundige op een bepaald inhoudelijk terrein zoals rekenen, taal of zorg. Het kan ook om eisen gaan die betrekking hebben op de rol die de betrokken leerkracht gaat spelen in de school, bijvoorbeeld onderwijsontwikkeling, kennisdeling, begeleiding of coördinatie. Stap 4 De vertaling van de functie-eisen naar de eigen scholen kan vervolgens worden verwerkt in een toetsingskader dat kan worden gebruikt bij de beoordeling van kandidaten tijdens de sollicitatiegesprekken. De in bijlage 2 opgenomen competenties LB bij Aves heeft betrekking op alle LB-functies bij Aves. Deze competenties kunnen op schoolniveau worden aangevuld met schoolspecifieke functie-eisen. Stap 5 Aves kiest ervoor om de competenties voor leraar LB basisonderwijs toe te voegen aan de huidige competentieoverzichten voor leerkrachten LA.


22

3.9

Schematisch ziet een en ander er als volgt uit:

LAeisen Verschil LA-LB Stap 1

Spec. Stap 2

Stap 3


Competenties LB bij Aves: 1. Comp. LA 2. Begeleiding 3. Beleid maken 4. Kennisdeling

Toevoegen aan competentieoverzicht LA van Aves

Stap 4

Stap 5

23

3.9

6. Procedure 6.1 Tijdpad Bij de invoering van de functiemix bij Aves wordt het onderstaande tijdpad gehanteerd. Maand september 2010 oktober 2010 oktober-november 2010 november 2010

december 2010-januari 2011 januari–februari 2011 februari-maart 2011 april 2011 mei 2011 augustus 2011

Stap in proces tweedaagse directeuren Aves voorlichtingsbijeenkomsten Aves uitwerken keuzes en formuleren beleid artikel in de nieuwsbrief van Aves Powerpointpresentatie directeuren bespreken van de conceptbeleidsnotitie in klankbordgroep besluitvorming in CvB GMR-traject bepalen inhoud en omvang vacatures LB per school openstellen vacatures en sollicitatiegesprekken benoemingsbeslissingen leerkrachten LB effectueren benoeming leerkrachten LB

6.2 Instemming PGMR en vaststellen invoeringsplan Het is de bedoeling dat het invoeringsplan in januari of zoveel eerder als mogelijk aan de GMR wordt verzonden. Eventuele concepten worden daarvoor al aan de GMR ter hand gesteld. Twee leden van de PGMR schuiven regelmatig aan bij de projectgroep, zodat zij op de hoogte blijven van de voortgang in het project. Zij doen in de GMR regelmatig verslag van de gemaakte keuzes ten aanzien van het functiemixbeleid. Een aantal onderdelen van de invoering van de functiemix is voorgeschreven door de CAO PO. Hierop heeft de (P)GMR geen instemmingsrecht. Aves zal echter binnen de regels wel een aantal keuzes maken waarbij de (P)GMR wel een instemmingrecht heeft. Het College van Bestuur van Aves kiest ervoor om op het totale plan instemming te vragen. De voorstellen dienen in samenhang te worden beoordeeld. 6.3 Sollicitatieprocedure Aves kiest ervoor om de vacatures voor leerkrachten LB in te vullen middels een sollicitatieprocedure die objectief en zo transparant mogelijk is. Stap 1: Formuleren vacatures Om te komen tot het formuleren van de vacatures wordt de volgende lijn gevolgd:


24

3.9

 De directeur bepaalt in overleg met het team en de MR de inhoud van het schoolplan voor de komende schoolplanperiode. In dit schoolplan worden de ontwikkelpunten van de school benoemd en wordt expliciet stilgestaan bij de mogelijkheden die de functiemix biedt om nieuw te benoemen leerkrachten LB een rol te geven bij het realiseren daarvan.  Op basis van de ontwikkelpunten in het schoolplan wordt bepaald welke specifieke taken/opdrachten kunnen worden belegd in nieuw te benoemen leerkrachten LB.  Het College van Bestuur van Aves maakt een format voor het formuleren van de vacatures. In dit format zijn de algemene Aves-brede kenmerken en functie-eisen voor leerkrachten LB benoemd.  De school bepaalt welke schoolspecifieke elementen dienen te worden toegevoegd aan de vacatures die zij wil invoeren. Hierbij wordt nagedacht over welke ontwikkelpunten als eerste worden belegd in een LB-functie en welke punten in de volgende invoeringsjaren van de functiemix worden vervat in een LB-vacature. Omdat de eerste twee invoeringsjaren (20112012 en 2012-2013) de vacatures zoveel mogelijk met mensen van de eigen school worden ingevuld, zal hierbij tevens een inschatting worden gemaakt van de bij leerkrachten van de eigen school beschikbare talenten en ambities. Ook wordt gekeken naar de betrekkingsomvang van potentiële kandidaten, zodat daarmee met het formuleren van de vacature rekening kan worden gehouden.  Nadat de schoolspecifieke elementen zijn toegevoegd aan de vacature wordt deze ter beoordeling voorgelegd aan het College van Bestuur. Deze toetst de vacature op consistentie en niveau.  Daarnaast bepaalt het College van Bestuur of de gewenste betrekkingsomvang van alle door de scholen aangedragen vacatures kan worden bekostigd uit de op bestuursniveau beschikbare middelen voor de invoering van de functiemix.  Het College van Bestuur bespreekt zijn bevindingen in het directieberaad.  Indien alle vacatures naar inhoud en omvang akkoord zijn bevonden kan worden overgegaan naar stap 2. Stap 2: Openstellen vacatures  Alle vacatures op alle scholen van Aves worden tegelijk bekend gemaakt. De streefdatum hiervoor is 1 april van het betreffende jaar.  In de eerste twee invoeringsjaren van de functiemix (2011-2012 en 2012-2013) worden de leerkrachten van de school waar de vacature ontstaat of vacatures ontstaan, uitgenodigd om hierop te solliciteren. Daarna worden de vacatures bestuursbreed uitgezet en kunnen leerkrachten ook reageren op vacatures voor LB-functies op de andere scholen van Aves.


25

3.9

Stap 3: Solliciteren  Leerkrachten krijgen de gelegenheid om vóór 15 april schriftelijk te reageren.  De sollicitatiebrief met CV en/of portfolio richten zij aan het College van Bestuur, onder vermelding van de school met de vacature.  Wanneer de leerkracht recent is beoordeeld, wordt deze beoordeling ook betrokken bij de procedure. Stap 4: Sollicitatiegesprekken en benoeming  Kandidaten worden uitgenodigd om de voor de LB-functie ontwikkelde competentielijst (zie bijlage 2) in te vullen. De directeur van de school waar de kandidaat werkzaam is, vult deze lijst ook in.  Vervolgens wordt de kandidaat uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek met de sollicitatiecommissie. Deze commissie bestaat uit - de directeur van de eigen school4; - één van de andere directeuren van Aves, die is opgeleid als assessor; - een vertegenwoordiger van het bestuursbureau van Aves (in ieder geval bij de eerste sollicitatieronde).  De sollicitatiegesprekken worden op alle scholen van Aves gevoerd in de tweede helft van april.  De sollicitatiecommissie geeft zo mogelijk vóór 1 juni een benoemingsadvies aan het College van Bestuur.  Het College van Bestuur neemt een besluit over de benoeming van door de sollicitatiecommissie voorgedragen kandidaten. Het benoemingsbesluit wordt daarna bekend gemaakt aan de betrokken kandidaat.  De benoeming wordt geëffectueerd op 1 augustus van het volgende schooljaar. Stap 5: Niet vervulde vacatures Wanneer het niet lukt om een vacature in te vullen heeft het College van Bestuur van Aves twee mogelijkheden:  De vacatureruimte wordt doorgeschoven naar een andere school van Aves waar het mogelijk is om een extra vacature LB in te vullen.  De vacature wordt aangeboden via het mobiliteitsbeleid. Deze laatste mogelijkheid betekent dat leerkrachten die hun mobiliteitswensen kenbaar hebben gemaakt door middel van het formulier over mobiliteit, kunnen solliciteren op de functie. De benoemingseisen voor LB worden onverkort toegepast. Aan de benoeming van de betrokken leerkracht in de LB-functie

4 Na twee jaar kunnen leerkrachten van Aves ook solliciteren op de andere scholen van Aves. In dat geval vult de directeur van de eigen school, als informant van de sollicitatiecommissie, wel de competentielijst in maar zal de directeur van de school waar de vacature is ontstaan deel uitmaken van de sollicitatiecommissie.


26

3.9

op een andere school is de restrictie verbonden dat deze het schoolbelang van de huidige school van de kandidaat niet mag schaden.  Het College van Bestuur heeft de mogelijkheid de vacature extern aan te bieden binnen Aves.


27

3.9

Bijlage 1: Functiebeschrijvingen leraar basisonderwijs LA en LB (FUWA PO) Leraar basisonderwijs LA Leraar basisonderwijs LB Salarisschaal: LA Werkterrein: Onderwijsproces -> Leraren Activiteiten: Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden Overdragen van informatie en vaardigheden

Salarisschaal: LB Werkterrein: Onderwijsproces -> Leraren Activiteiten: Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden Overdragen van informatie en vaardigheden

Context De werkzaamheden worden verricht op een school voor basisonderwijs.

Context De werkzaamheden worden verricht op een school voor basisonderwijs.

De leraar LA geeft onderwijs en begeleidt leerlingen, levert een bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs, levert bijdragen aan de schoolorganisatie en is verantwoordelijk voor professionalisering.

De leraar LB geeft onderwijs en begeleidt leerlingen, levert een bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs, levert bijdragen aan de schoolorganisatie en is verantwoordelijk voor professionalisering.

Werkzaamheden

Werkzaamheden

1. Onderwijs en leerlingbegeleiding.

1. Onderwijs en leerlingbegeleiding.

* bereidt de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor; * geeft les aan en begeleidt leerlingen; * hanteert verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; * creëert een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; * stimuleert en begeleidt sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaal-culturele achtergronden; * structureert en coördineert activiteiten van de leerlingen, organiseert en plant activiteiten in homogene en heterogene groepen, inclusief subgroepen; * kijkt onderwijsactiviteiten van leerlingen na en corrigeert;

* bereidt de dagelijkse onderwijsactiviteiten voor; * geeft les aan en begeleidt leerlingen; * hanteert verschillende didactische werkvormen en leeractiviteiten, aansluitend op de leer- en opvoedingsdoelen van de school; * creëert een pedagogisch klimaat waarin alle leerlingen zich veilig en gewaardeerd voelen; * stimuleert en begeleidt sociale vaardigheden bij leerlingen met verschillende sociaal-culturele achtergronden; * structureert en coördineert activiteiten van de leerlingen, organiseert en plant activiteiten in homogene en heterogene groepen, inclusief subgroepen; * kijkt onderwijsactiviteiten van leerlingen na en corrigeert; * speelt in de les in op ontwikkelingen op terreinen als


28

3.9

* speelt in de les in op ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; * registreert en evalueert ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen en stelt op basis daarvan handelingsplannen op; * signaleert (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en stelt een diagnose; * begeleidt individuele leerlingen aan de hand van handelingsplannen; * coördineert de leerlingenzorg voor de eigen groep; * begeleidt leerlingen op basis van het zorgplan; * bespreekt probleemleerlingen met de seniorleraar of intern begeleider en/of de directeur; * begeleidt de lerarenondersteuner, onderwijsassistent en/of stagiaires in de eigen les/groep;

* bespreekt de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; * houdt het leerlingdossier bij; * geeft voorlichting aan ouders/groepen ouders en verzorgers over de situatie van het kind in het kader van het bevorderen van hun deskundigheid; * neemt deel aan teamvergaderingen; * organiseert overige schoolactiviteiten en voert deze uit; * onderhoudt contacten met de ouderraad.

2. Bijdrage onderwijsvoorbereiding en ontwikkeling. * draagt bij aan de formulering van leer- en opvoedingsdoelen van de school, in onderlinge


maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing; * registreert en evalueert ontwikkelings- en leerprocessen van leerlingen en stelt op basis daarvan complexe handelingsplannen op; * signaleert (sociaal) pedagogische problemen bij leerlingen en stelt een diagnose; * begeleidt individuele leerlingen aan de hand van handelingsplannen; * coördineert de leerlingenzorg voor de eigen groep; * begeleidt leerlingen op basis van het zorgplan; * bespreekt probleemleerlingen met de seniorleraar of intern begeleider en/of de directeur; * begeleidt de lerarenondersteuner, onderwijsassistent en/of stagiaires in de eigen les/groep; * begeleidt (startende) leraren en collega’s bij onderwijs en leerlingbegeleiding en bij scholing en ontwikkeling; * begeleidt collega’s bij het opstellen van les- en opvoedingsdoelen en bij het opstellen en bijstellen van (complexe) handelingsplannen; * bespreekt de voortgang en de ontwikkeling van leerlingen met ouders/verzorgers; * houdt het leerlingdossier bij; * geeft voorlichting aan ouders/groepen ouders en verzorgers over de situatie van het kind in het kader van het bevorderen van hun deskundigheid; * neemt deel aan teamvergaderingen; * organiseert overige schoolactiviteiten en voert deze uit; * onderhoudt contacten met de ouderraad.

2a. Bijdrage aan algemene onderwijsvoorbereiding en ontwikkeling. * levert een bijdrage aan de ontwikkeling en vernieuwing van onderwijsprocessen in de school en adviseert de directeur hierover;

29

3.9

samenhang en voor één of meerdere leerjaren; * vertaalt ontwikkelingen op terreinen als maatschappij en cultuur, natuur en techniek, gezondheid en milieu, politiek en levensbeschouwing naar didactische werkvormen en leeractiviteiten; * doet voorstellen voor nieuwe lesmethoden en programma's; * zet mede, in teamverband, de pedagogische koers uit, voert hierover overleg met betrokkenen en verwerkt de koers in didactische werkvormen en leeractiviteiten.

* signaleert en analyseert behoeften tot vernieuwing van het onderwijs en levert bijdragen aan de ontwikkeling van nieuwe onderwijsprogramma’s; * geeft vorm aan inhoudelijke ontwikkelingen binnen de school, doet voorstellen voor nieuwe lesmethoden en programma’s en draagt zorg voor de implementatie hiervan; * zet mede, in teamverband, de pedagogische koers uit, voert hierover overleg met betrokkenen en verwerkt de koers in didactische werkvormen en leeractiviteiten. 2b. Bijdrage aan voorbereiding en ontwikkeling op het eigen specialisme, bijvoorbeeld: onderwijsachterstanden; zorg; rekenen en taal. * formuleert met het team en/of de directeur doelen van de school op het eigen specialisme; * signaleert en analyseert behoeften tot vernieuwing of verbetering van beleid op het eigen specialisme en ontwikkelt daar plannen voor; * doet voorstellen aan het team en de directeur voor nieuwe programma’s en draagt zorg voor de implementatie ervan; * treedt op als inhoudelijk klankbord op het eigen specialisme en begeleidt of adviseert collega’s.

3. Professionalisering. * houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; * neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; * houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur.


3. Professionalisering. * houdt de voor het beroep vereiste bekwaamheden op peil en breidt deze zo nodig uit; * neemt deel aan scholings- en ontwikkelingsactiviteiten en o.a. collegiale consultatie; * houdt zich op de hoogte van de ontwikkelingen op het vakgebied, bestudeert relevante vakliteratuur.

30

3.9

Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden

Kader, bevoegdheden & verantwoordelijkheden

*Beslist bij/over: het geven van les en leerlingbegeleiding, het mede, in teamverband, uitzetten van de pedagogische koers, het voeren van overleg hierover met betrokkenen en het verwerken van de koers in didactische werkvormen en leeractiviteiten, het deelnemen aan professionaliseringsactiviteiten.

*Beslist bij/over: het begeleiden van collega's, het

*Kader: de onderwijs weten regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school.

*Kader: de onderwijs weten regelgeving, kerndoelen, leer- en opvoedingsdoelen en beleidslijnen van de school.

*Verantwoording: aan de directeur over de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding, van de bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs en van de professionalisering.

*Verantwoording: aan de directeur over de kwaliteit van onderwijs en leerlingbegeleiding, van de bijdrage aan de voorbereiding en ontwikkeling van het onderwijs, van de bijdragen aan de verbetering of vernieuwing van het beleid op het eigen specialisme en van de professionalisering.

signaleren en analyseren van behoeften tot vernieuwing van het onderwijs en het op basis hiervan leveren van bijdragen aan de ontwikkeling en de verzorging van nieuwe onderwijsprogramma's, het ontwikkelen van plannen voor verbetering of vernieuwing van het beleid op het eigen specialisme.

Kennis en vaardigheden *- theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden; * kennis van de leerstof;

Kennis en vaardigheden * theoretische en praktische vakinhoudelijke, didactische en pedagogische kennis en vaardigheden; * kennis van de leerstof; * diepgaande kennis op het eigen specialisme; * inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen * inzicht in de taak, organisatie en werkwijze van de eigen school; school; * inzicht in en kennis van de organisatie en de * inzicht in en kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverlening(sinstanties); mogelijkheden van hulpverlening(sinstanties); * invoelingsvermogen en sociale vaardigheden; * invoelingsvermogen en sociale vaardigheden; * vaardigheid in het overdragen van kennis en * vaardigheid in het overdragen van kennis en vaardigheden; vaardigheden en het begeleiden van (startende) leraren; * communicatieve vaardigheden. * communicatieve vaardigheden. Werk- en denkniveau Werk- en denkniveau *HBO werken denkniveau *HBO+ werken denkniveau door *relevante cursussen, *masterclasses, dan wel HBO-masters


31

3.9

Contacten * met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken; *met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken; * met de ouderraad over ontwikkelingen om deze toe te lichten; *met de directie over de begeleiding van de lerarenondersteuner en/of onderwijsassistent om tot nadere afspraken te komen; * met collega (senior) leraren over de eigen werkzaamheden in de vorm van collegiale besprekingen/consultatie.


Contacten * met leerlingen om de leerstof te bespreken en uit te leggen en resultaten c.q. problemen te bespreken; * met ouders/verzorgers om de voortgang en ontwikkeling van de leerlingen te bespreken; * met de ouderraad over ontwikkelingen om deze toe te lichten; * met de directie over de begeleiding van de lerarenondersteuner(s), onderwijs- en klassenassistent(en) en over de voortgang in de contacten met hulpinstanties/hulpverleners om tot nadere afspraken te komen; * met de directeur over de bijdrage aan de beleidsontwikkeling om te adviseren; * met instanties en/of specialisten over ontwikkelingen op het eigen specialisme om informatie uit te wisselen.

32

3.9

Bijlage 2: Competenties Lb bij Aves Aves hanteert voor leerkrachten LA een competentielijst. Deze lijst wordt voor LB aangevuld met een aantal LB-specifieke competenties. De hieronder genoemde competenties worden na instemming van de PGMR toegevoegd aan de competentielijst LA. Basiseis De leerkracht LB dient in ieder geval in hoge mate te voldoen aan de competenties van de leerkracht LA bij AVES. Dit betekent een score van tenminste 80% op de LA-competenties. Vertaling van taakverzwarende elementen naar extra competenties LB 1. Interpersoonlijk competent (communicatie/interactie)  Ik kan inspelen op de leefwereld van meer dan twee leerjaren.  Ik begeleid leerlingen met complexe ontwikkelingsproblemen. 2. Pedagogisch competent  Ik kan in tenminste twee bouwen (onder, midden, boven) op een goed niveau lesgeven. 3. Didactisch competent  Ik ben ambitieus op de inhoud.  Ik ben bereid om verantwoordelijkheid te nemen voor de ontwikkeling van een deel van het onderwijskundige beleid van de school.  Ik heb zicht op de didactische lijnen en de doorlopende leerlijn in de school.  Ik heb kennis van het schoolconcept.  Ik beheers de vakinhoudelijke en didactische kennis en vaardigheden op een hoog niveau.  Ik fungeer als vraagbaak en voorbeeld voor anderen.  Ik kan een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het curriculum en de afstemming van de onderwijsactiviteiten op schoolniveau.  Ik kan een bijdrage leveren aan de implementatie van substantiële vernieuwingen en aan de ontwikkeling van het leerprogramma binnen de school. 4.   

Organisatorisch competent Ik heb inzicht in de organisatie en werkwijze van de eigen school. Ik heb inzicht in en kennis van de organisatie en de mogelijkheden van hulpverleningsinstanties. Ik heb een goed timemanagement.


33

3.9

5. Competent in het collegiaal samenwerken met anderen  Ik neem in overleg met de schoolleiding initiatieven die structureel bijdragen aan de samenwerking binnen de onderwijsinstelling.  Ik geef sturing aan bouwoverleg en draag daar verantwoordelijkheid voor.  Ik ben vaardig in het overdragen van kennis en vaardigheden en het begeleiden van (startende) leraren.  Ik heb een gedreven, enthousiasmerende werkhouding.  Ik heb goede contactuele en sociale vaardigheden.  Ik ben collegiaal en gericht op samenwerking.  Ik heb een goede mondelinge uitdrukkingsvaardigheid.  Ik heb een goede schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid.  Ik word vertrouwd in de persoonlijke relatie. 6. Competent om betrokken samen te werken met belanghebbenden buiten de school  Ik neem in overleg met de schoolleiding initiatieven die structureel bijdragen aan de samenwerking met partijen buiten de onderwijsinstelling.  Ik ben in staat om de school te vertegenwoordigen in contacten met externe instanties en specialisten.  Ik ben in bepaalde gevallen verantwoordelijk voor het contact met derden.  Ik leid gesprekken met externen bij zwaardere problemen.  Ik initieer structurele contacten die bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen en kom in die contacten tot een effectieve informatie uitwisseling en afstemming.  Ik kan het schoolconcept goed uitdragen en verdedigen. 7. Competent in het ontwikkelen van professionele deskundigheid door middel van reflectie en onderzoek  Ik kan reflecteren op mijn eigen handelen.  Ik herken ontwikkelingen in maatschappij en onderwijs.  Ik houd methodische ontwikkelingen bij.  Ik denk na over eigen ervaringen en over ontwikkelingen in de onderwijsbehoeften van leerlingen en kom op basis daarvan tot (voorstellen voor) vernieuwing.  Ik kan constructieve feedback geven en ontvangen.  Ik ben in staat om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor mijn eigen persoonlijke en inhoudelijk ontwikkeling. 8. Loopbaan (scholing)  Ik beschik aantoonbaar over een specifieke deskundigheid.  Ik heb een HBO+ werken denkniveau en kan dit aantonen door:


34

3.9

-

relevante cursussen masterclasses HBO-masters Ervaring theoretische kennis, abstract denkvermogen actuele kennis


35

3.9

Bijlage 3: Formatieberekening invoering functiemix

Formules Op bestuursniveau: 2011: 0,19 x 181,7123 (aantal fte LA) 2012: 0,27 x 181,7123 (aantal fte LA) 2013: 0,35 x 181,7123 (aantal fte LA) 2014: 0,46 x 181,7123 (aantal fte LA)

Op schoolniveau 2011: 0,12 x (lln/22 -2) voor scholen met >100 lln. 0,12 x (lln/22 -1) voor scholen met < 100 lln. 2012: 0,18 x (lln/22 -2) voor scholen met >100 lln. 0,18 x (lln/22 -1) voor scholen met < 100 lln. 2013: 0,24 x (lln/22 -2) voor scholen met >100 lln. 0,24 x (lln/22 -1) voor scholen met < 100 lln. 2011: 0,30 x (lln/22 -2) voor scholen met >100 lln. 0,30 x (lln/22 -1) voor scholen met < 100 lln.

Een overzicht met de berekening van de LB-formatie op school- en bestuursniveau is hierachter ingevoegd.


36

3.9

Bijlage 4: Competentieprofiel intern begeleider gericht op zorg De interne begeleider kan: 1. Interpersoonlijke competentie

 een vertrouwensrelatie opbouwen met een ieder binnen en buiten de school: leerkrachten, directie, kinderen, ouders, externen;  processen binnen school signaleren, analyseren, beoordelen, initiëren, begeleiden en evalueren;  collega’s in hun functioneren ondersteunen en begeleiden, en waar nodig aansturen en daar de juiste middelen voor kunnen gebruiken.

2. Pedagogische competentie

 kennis hebben van pedagogisch handelen;  het pedagogisch klimaat binnen de school op verschillende niveaus ondersteunen en leerkrachten hierin begeleiden;  reflectie op het pedagogisch handelen binnen de school stimuleren;

 de behoefte van het kind centraal stellen en hiernaar handelen. 3. Vakinhoudelijke competentie

 op de hoogte blijven van recente ontwikkelingen op het gebied van onderwijsvernieuwing;  de orthotheek beheren;  op de hoogte blijven van achtergronden van leer-, gedrags- en werkhoudingsproblemen;  leer- en gedragsproblemen mede signaleren, analyseren, adviseren, diagnosticeren en hierover professioneel rapporteren naar in- en externen.  er zorg voor dragen dat de zorgtrajecten binnen de school gecoördineerd en geëvalueerd worden.  vanuit een vertrouwensrelatie, op maat en resultaatgericht, leerkrachten coachen zodat deze zelfstandig en zelfverantwoordelijk hulpvragen, incidenten en problemen ter hand (leren) nemen;  een consultatieve relatie aangaan met de collega’s binnen de school;

 als consultant opereren in het contact met ouders en adequaat verwijzen.

4. Organisatorische competentie

 de leerlingenzorg binnen de school systematisch organiseren en hierin planmatig handelen;  de nodige overlegsituaties organiseren;  meedenken in veranderingstrajecten;  administratieve taken coördineren;

 het vroegtijdig signaleren en het preventief handelen binnen de school stimuleren.


37

3.9

5. Competentie op het gebied van collegiaal samenwerken

 begeleidingsactiviteiten uitvoeren;  planmatig overleg voeren met alle betrokkenen;

 taken en verantwoordelijkheden van een ieder in het kader van de leerlingenzorg op elkaar afstemmen.

6. Competentie in het werken met mensen en instellingen buiten de school 7. Competentie in reflectie en persoonlijke en professionele ontwikkeling

 verantwoordelijkheid dragen voor en initiatieven nemen naar contacten met instellingen buiten de school;  op correcte wijze contacten onderhouden met ouders en leerkrachten;

 gesprekken leiden bij complexe problematiek  vanuit mensenkennis en vakkennis begeleiding op maat bieden;  participeren in intervisienetwerken;  gesprekstechnieken en –modellen kunnen hanteren.

 kunnen bepalen welke ondersteuning/scholing nodig is en deze gebruiken/volgen.


38

3.9 Beleidsnota invoering Functiemix

Recommend Documents