MARMOS bodemmanagement
INHOUDSOPGAVE 1. 1.1 1.2 1.3
Inleiding Besluit bodemkwaliteit en bodemkwaliteitskaarten Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen Relatie met eerdere bodemkwaliteitskaarten
1 1 1 2
2 2.1 2.2 2.3
Werkwijze Algemene werkwijze Wijzigingen ten opzichte van de interimrichtlijn bodemkwaliteitskaarten Stoffenpakket
5 5 6 6
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Historische gegevens Mogelijk relevante historische thema’s Geologie en bodemopbouw Recente inpolderingen en inundatie Ontwikkeling van woonwijken en bedrijfsterreinen Ophooglagen Voormalige boomgaarden
9 9 9 11 12 14 15
4 4.1 4.2 4.3
Verantwoording dataset bodemanalyses Gegevens uit Bis4all, met enkele aanvullingen Gemeten en geschatte waarden voor lutum en organische stof Representatieve gegevens voor de bodemkwaliteitskaart
17 17 17 18
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
Zone-indeling en statistiek Normering en klasse-indeling volgens Regeling bodemkwaliteit Zones in de bodemkwaliteitskaart Nadere toelichting op de zone-indeling Invloed van nieuwe stoffenpakket in de bodemkwaliteitskaart Zones met 95-percentielwaarde hoger dan interventiewaarde
21 21 23 25 29 30
6 6.1 6.2 6.3
Risicotoolbox Gebiedsspecifiek beleid en de risicotoolbox Ecologische risico’s volgens de risicotoolbox Humane risico’s volgens de risicotoolbox
33 33 34 35
7
Conclusies
41
Bkk gemeente Vlissingen
MARMOS bodemmanagement
BIJLAGEN Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5: Bijlage 6: Bijlage 7: Bijlage 8: Bijlage 9: Bijlage 10: Bijlage 11: Bijlage 12: Bijlage 13: Bijlage 14: Bijlage 15: Bijlage 16: Bijlage 17: Bijlage 18: Bijlage 19: Bijlage 20: Bijlage 21: Bijlage 22:
Begrenzing bodembeheergebied (schaal 1:35.000) Ouderdom bebouwing (schaal 1:35.000) Ophooglagen (schaal 1:35.000) Ligging voormalige boomgaarden (schaal 1:35.000) Niet representatieve rapporten / analyses Normering Regeling bodemkwaliteit Statistische kengetallen zone A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 Statistische kengetallen zone B: Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg Statistische kengetallen zone C: Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat Statistische kengetallen zone D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel Statistische kengetallen zone E: Overige vooroorlogse kernen Statistische kengetallen zone F: Industrieterrein Vlissingen-Oost Statistische kengetallen zone G: Bedrijfsterrein Poortersweg Statistische kengetallen zone H: Industrie Binnenhaven en Buitenhaven Statistische kengetallen zone I: Scheldeterrein Statistische kengetallen zone J: Bedrijfsterrein Baskenburg Statistische kengetallen zone K: Industrieterrein Zalco Betrouwbaarheidsintervallen van het gemiddelde Invloed van nieuwe stoffenpakket in de bodemkwaliteitskaart Nieuw stoffenpakket Vlissingen-Oost inclusief gemeente Borsele Bodemkwaliteitskaart: zones (schaal 1:35.000) Bodemkwaliteitskaart: kwaliteitsklasse bovengrond (schaal 1:35.000)
Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins zonder voorafgaande, schriftelijke toestemming van de opdrachtgever of Marmos Bodemmanagement.
Bkk gemeente Vlissingen
MARMOS bodemmanagement
1.
INLEIDING
1.1
Besluit bodemkwaliteit en bodemkwaliteitskaarten
Op 1 januari 2008 zijn het Besluit bodemkwaliteit (lit. 1) en de bijbehorende Regeling bodemkwaliteit (lit. 2) in werking getreden. Deze vormen het nieuwe beleidskader voor hergebruik van bouwstoffen, grond en baggerspecie en vervangen onder andere het Bouwstoffenbesluit en de Vrijstellingsregeling grondverzet. De onderdelen van het Besluit bodemkwaliteit en de Regeling bodemkwaliteit over het toepassen van grond en baggerspecie op de landbodem zijn van kracht met ingang van 1 juli 2008. Een belangrijk instrument voor hergebruik van grond en bagger vormt de bodemkwaliteitskaart. In een bodemkwaliteitskaart wordt een bodembeheergebied ingedeeld in één of meer zones met een vergelijkbare milieuhygiënische bodemkwaliteit. Het gaat hierbij om de ‘gemiddelde’ kwaliteit van deze gebieden, afgezien van lokale verontreinigingen veroorzaakt door puntbronnen. In een Nota bodembeheer1 is beleidsmatig vastgelegd binnen en tussen welke zones vrij grondverzet mogelijk is en welke voorwaarden hierbij gelden. Met andere woorden, de bodemkwaliteitskaart vormt de technisch-inhoudelijke onderbouwing voor het grondstromenbeleid zoals dat wordt vastgelegd in de Nota bodembeheer.
1.2
Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen
De gemeente Vlissingen heeft in oktober 2010 aan Marmos Bodemmanagement opdracht gegeven om een bodemkwaliteitskaart en bijbehorende bodembeheernota op te stellen voor de landbodem van de gemeente Vlissingen. Voor u ligt het rapport met bodemkwaliteitskaart van de landbodem in de gemeente Vlissingen. Het bijbehorende grondstromenbeleid is opgenomen in een afzonderlijke Nota bodembeheer (lit. 3). In een later stadium stellen de gemeentes Middelburg, Veere en Vlissingen gezamenlijk bodembeleid op voor heel Walcheren. De bodemkwaliteitskaart en de Nota bodembeheer zijn gebaseerd op het Besluit bodemkwaliteit, de Regeling bodemkwaliteit en de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten (lit. 4). De begrenzing van het bodembeheergebied is weergegeven in bijlage 1. Het bodembeheergebied betreft zowel de waterbodems als de landbodem in de gemeente Vlissingen. Buitendijkse gebieden maken hiervan geen deel uit.
1
In het Besluit bodemkwaliteit wordt de term ‘Nota bodembeheer’ gehanteerd. In het verleden werd hiervoor de term ‘bodembeheerplan’ gebruikt. Beide termen zijn synoniem.
Bkk gemeente Vlissingen
1/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
1.3
Relatie met eerdere bodemkwaliteitskaarten
Voor verschillende delen van de gemeente Vlissingen zijn in het verleden de volgende bodemkwaliteitskaarten en bodembeheerplannen vastgesteld: Bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan Walcheren (lit. 5) Bodemkwaliteitskaart Beheergebied Zeeland Seaports (lit. 6); Bodemkwaliteitskaart wegbermen (lit. 7). Voornoemde bodemkwaliteitskaarten zijn opgesteld conform de interimrichtlijn bodemkwaliteitskaarten (lit. 8) op basis van de Vrijstellingsregeling grondverzet (lit. 9). Deze bodemkwaliteitskaarten zijn alle drie gemeentegrensoverschrijdend.
Bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan Walcheren Voornoemde bodemkwaliteitskaart beslaat het buitengebied van de drie gemeentes op Walcheren (Middelburg, Veere en Vlissingen). De in 2002 opgestelde bodemkwaliteitskaart wordt vervangen door deze nieuwe bodemkwaliteitskaart. Na bestuurlijke vaststelling van de nieuwe bodemkwaliteitskaart komt de bodemkwaliteitskaart uit 2002 voor het gedeelte binnen de gemeente Vlissingen te vervallen.
Bodemkwaliteitskaart Zeeland Seaports De bodemkwaliteitskaart van het beheergebied van Zeeland Seaports (lit. 6) beslaat een gedeelte van de gemeentes Terneuzen, Borsele en Vlissingen. In het bodembeheerplan van deze bodemkwaliteitskaart is grondverzet tussen de gemeentes aan weerszijden van de Westerschelde mogelijk gemaakt. Binnen de gemeente Vlissingen is het bedrijfsterrein Vlissingen-Oost opgenomen in deze bodemkwaliteitskaart. Het gedeelte in de gemeente Terneuzen is in het najaar van 2008 vervangen door een nieuwe bodemkwaliteitskaart (lit. 10), opgesteld in een gezamenlijk project voor heel Zeeuwsch-Vlaanderen van de gemeentes Hulst, Terneuzen en Sluis. Het gedeelte in de gemeente Borsele is in het najaar van 2009 vervangen door een nieuwe bodemkwaliteitskaart van de gemeente Borsele (lit. 11). Het resterende gedeelte van het bedrijfsterrein Vlissingen-Oost binnen de gemeente Vlissingen wordt vervangen door deze nieuwe bodemkwaliteitskaart. Dit betekent dat de bodemkwaliteitskaart van Zeelans Seaports geheel komt te vervallen na de bestuurlijke vaststelling van deze nieuwe gemeentelijke bodemkwaliteitskaart.
Bkk gemeente Vlissingen
2/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bodemkwaliteitskaart bermgronden Het Waterschap Zeeuwse Eilanden heeft een bodemkwaliteitskaart en en bodembeheerplan opgesteld voor de wegbermen van alle wegen in heel Zeeland (lit. 7). Als definitie van bermgrond is daarbij de volgende definitie opgenomen: Bermgrond is de grond vanaf de rand van de wegverharding van de weg tot aan de insteek van de sloot of tot aan de voet van de dijk/grondwal of tot aan de kruin van de dijk (bij een dijk) tot 50 cm onder maaiveld. Indien er geen sloot aanwezig is, wordt hiervoor een arbitraire afstand van 10 meter aangehouden (6 meter voor gemeentelijke wegbermen) vanaf de rand van de wegverharding van de weg. Indien een fietspad langs de weg aanwezig is, is de wegberm het gedeelte vanaf de rand van het asfalt van de weg tot aan de rand van het asfalt van het fietspad en het gedeelte vanaf de rand van het asfalt tot aan de insteek van de sloot. De bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan van de wegbermen blijven ongewijzigd van kracht (uiterlijk tot het aflopen van het overgangsrecht in 2013).
Bkk gemeente Vlissingen
3/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bkk gemeente Vlissingen
4/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
2.
WERKWIJZE
2.1
Algemene werkwijze
De bodemkwaliteitskaart is opgesteld volgens de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten (lit. 4). In een bodemkwaliteitskaart wordt een bodembeheergebied ingedeeld in één of meer zones met een milieuhygiënisch vergelijkbare algemene bodemkwaliteit. Gebieden met eenzelfde historie hebben in het algemeen een vergelijkbare diffuse bodemkwaliteit. Dit betekent dat de indeling in zones gebeurt op basis van algemene historische gegevens zoals bodemopbouw, (voormalig) landgebruik en ouderdom van woonwijken en bedrijfsterreinen. Allereerst zijn de belangrijkste historische gegevens zoals ouderdom van woonwijken en de eventuele aanwezigheid van ophooglagen in kaart gebracht. Vervolgens zijn de analyseresultaten van de binnen de zones uitgevoerde bodemonderzoeken geanalyseerd. Deze gegevens zijn afkomstig uit het bodeminformatiesysteem van de gemeente Vlissingen (Bis4all). Per zone zijn verschillende statistische kentallen berekend (gemiddelde, lognormaal gemiddelde en diverse percentielwaarden) voor verschillende stoffen. Op basis van deze berekeningen en het ruimtelijke patroon van de waarnemingen is de zone-indeling getoetst en zonodig bijgesteld. Er is gekeken welke analyseresultaten niet representatief zijn voor de algemene zonekwaliteit, zodat deze gegevens als uitbijters buiten de dataset van de zoneringsberekeningen zijn gelaten. De uiteindelijke indeling in zones is dus een combinatie van historische informatie en statistische bewerkingen. In het Besluit bodemkwaliteit is de normering afhankelijk gesteld van de bodemfunctie (wonen, industrie of overig gebruik). Hiertoe dienen gemeentes deze functies weer te geven in een functiekaart. De gemeente Vlissingen heeft 27 januari 2009 de bodemfunctiekaart bestuurlijk vastgesteld (lit. 12). Tijdens het opstellen van onderhavige bodemkwaliteitskaart zijn enkele kleine correcties aangebracht in de functiekaart. Deze correcties worden vastgesteld gelijktijdig met de bestuurlijke vaststelling van voorliggende bodemkwaliteitskaart.
Percentielwaarden Een percentielwaarde is een statistische maat hoeveel procent van de waarnemingen onder een bepaalde waarde liggen. Zo is de 50-percentielwaarde oftewel de mediaan het getal waarbij de helft van de waarnemingen lager is en de helft van de waarnemingen hoger. Zo is de 95-percentielwaarde voor een stof in een bepaalde zone het getal waarbij in 95% van de representatieve monsters een lagere concentratie van die stof is gemeten. 5% van de representatieve monsters heeft in die zone een hogere concentratie dan de 95-percentielwaarde. Voor het berekenen van percentielwaarden bestaan in de literatuur verschillende formules. In de Regeling bodemkwaliteit is voor de 95-percentielwaarde voorgeschreven op welke wijze deze dient te worden berekend. Deze berekeningswijze is gehanteerd voor alle percentielwaarden.
Bkk gemeente Vlissingen
5/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
2.2
Wijzigingen ten opzichte van de interimrichtlijn bodemkwaliteitskaarten
De aanpak voor het opstellen van een bodemkwaliteitskaart is in de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten niet wezenlijk anders dan in het verleden het geval was volgens de Interimrichtlijn bodemkwaliteitskaarten (lit. 8). De belangrijkste wijziging vormt de nieuwe normering van stoffen. Met het in werking treden van het Besluit bodemkwaliteit zijn de streefwaarden vervangen door de Achtergrondwaarden. Daarnaast zijn de bodemfunctieklasses ‘wonen’ en ‘industrie’ geïntroduceerd, met bijbehorende maximale waarden. In de Regeling bodemkwaliteit zijn voor de Achtergrondwaarden en de ‘Maximale waarden voor wonen’ toetsingsregels opgenomen, waarbij een beperkt aantal stoffen in geringe mate de norm mag overschrijden. De zones in de bodemkwaliteitskaart zijn getoetst aan deze generieke klasse-indeling. Hierbij is conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van toetsing van het rekenkundig gemiddelde aan deze klassegrenzen, waarbij de verschillende percentielwaarden wel bij de interpretatie betrokken zijn. Daarnaast is in de interpretatie van de gegevens gekeken naar de toetsing van afzonderlijke meetpunten. Verder zijn de volgende aspecten nieuw in de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten: Er dient een kaartlaag te worden opgenomen met bekende verontreinigde en verdachte locaties. Hierbij kan worden volstaan met een lijst gebaseerd op het Landsdekkend Beeld Bodemkwaliteit (LDB). De informatie over verdachte en verontreinigde locaties wordt bijgehouden in het gemeentelijk bodem-informatiesysteem. Om deze reden is geen aparte lijst of kaart met deze locaties opgenomen in de rapportage van de bodemkwaliteitskaart. In plaats daarvan wordt verwezen naar het gemeentelijk bodeminformatiesysteem voor de meest actuele gegevens. Er dient aandacht te worden besteed aan de actualiteit van de analysegegevens (zie hoofdstuk 4). Het dient bekend te zijn of er sprake is van mengmonsters of individuele monsters en in hoeverre er monstervoorbehandeling heeft plaatsgevonden (zie hoofdstuk 4). Naast het gemiddelde dienen tevens de betrouwbaarheidsintervallen van het gemiddelde te worden vermeld (zie paragraaf 5.2). Op de overige punten wordt in de navolgende hoofdstukken ingegaan.
2.3
Stoffenpakket
In de Regeling bodemkwaliteit is vastgelegd, dat in een bodemkwaliteitskaart tenminste de stoffen worden opgenomen uit het standaardpakket uit de NEN5740. Met ingang van 1 juli 2008 is de samenstelling van het stoffenpakket uit de NEN5740 gewijzigd. Sindsdien zijn arseen, chroom en EOX niet meer opgenomen in het standaard stoffenpakket voor verkennend bodemonderzoek. Hiervoor zijn barium, kobalt, molybdeen en de som-PCB’s in de plaats gekomen. In bijlage M van de Regeling bodemkwaliteit is bepaald, dat bij wijziging van het standaardpakket uit NEN5740 gedurende 3 jaar vanaf deze wijziging voor nieuwe stoffen niet behoeft te worden voldaan aan het minimum van 20 analyses per zone. Inmiddels is landelijk besloten om deze overgangstermijn te
Bkk gemeente Vlissingen
6/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
verlengen naar 5 jaar. Daarnaast vindt nog een landelijke evaluatie plaats van de aanpassing van het stoffenpakket. Deze bodemkwaliteitskaart is gebaseerd op de stoffen zoals opgenomen in het huidige standaardpakket uit de NEN 5740 (lit. 13), aangevuld met de stoffen arseen en chroom die tot 1 juli 2008 deel uitmaakten van het basispakket uit de NEN5740 (lit. 14). In de voorgaande bodemkwaliteitskaart van het buitengebied van Walcheren (lit. 5) is tevens gekeken naar een aantal bestrijdingsmiddelen (som DDD+DDE+DDT, som drins en HCH). Het gemiddelde voor de som DDD+DDE+DDT bedroeg destijds voor de bovengrond 0,06 mg/kgds2 en was daarmee hoger dan de toenmalige streefwaarde. Dit gemiddelde is echter lager dan de huidige Achtergrondwaarden voor DDE en DDT. Voor de rest voldeden deze bestrijdingsmiddelen aan de toenmalige streefwaarde. Aangezien de huidige Achtergrondwaarden voor deze bestrijdingsmiddelen hoger zijn dan de vroegere streefwaarden is in onderhavige bodemkwaliteitskaart geen aandacht meer besteed aan de bestrijdingsmiddelen. Dit laat onverlet, dat voormalige boomgaarden uit de periode 1945-1980 als verdachte locaties gelden vanwege de toepassing van DDT in voornoemde periode.
2
Omgerekend naar standaardbodem
Bkk gemeente Vlissingen
7/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bkk gemeente Vlissingen
8/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
3
HISTORISCHE GEGEVENS
3.1
Mogelijk relevante historische thema’s
Voor de indeling in zones zijn verschillende historische thema’s (mogelijk) van belang. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de volgende thema’s: geologie en bodemopbouw (paragraaf 3.2) recente inpolderingen en inundatie (paragraaf 3.3) historische ontwikkeling van de woonwijken en bedrijfsterreinen in de gemeente (paragraaf 3.4) aanwezigheid van ophooglagen (paragraaf 3.5) voormalige boomgaarden (paragraaf 3.6) Binnen de gemeente Vlissingen ligt geen waterwingebied of grondwaterbeschermingsgebied.
3.2
Geologie en bodemopbouw (lit. 15, 16 en 17)
Aan het eind van de laatste IJstijd (ca. 10.000 jaar geleden) begon het jongste geologische tijdperk, het Holoceen. De kustlijn lag toen westelijker dan tegenwoordig. Gedurende het Holoceen steeg de temperatuur op aarde en steeg de zeespiegel als gevolg van het afsmelten van de ijskappen. In het begin van het Holoceen ontstond langs de toenmalige kust een kwelzone, waar zich veen ging vormen. Deze veenlaag, het Basisveen, werd door het verder stijgende zeespiegelniveau overstroomd en in het grootste deel van Walcheren is het Basisveen gedurende het Holoceen verdwenen door erosie. De afzettingen, die door de zee zijn afgezet tijdens de eerste periode van zeespiegelstijging tot ca. 5000 jaar geleden, worden de Afzettingen van Calais genoemd. Op Walcheren bestaan deze wadafzettingen deels uit zand en deels uit klei. De zeespiegel steeg gedurende het Holoceen niet geleidelijk. Tussen 5000 en 2000 jaar geleden stagneerde de zeespiegelstijging. Er ontstonden langs de hele Nederlandse westkust strandwallen, de zogenaamde ‘oude strandwallen’. Volgens een paleogeografische kaart (lit. 16) lag ca. 3500 jaar geleden een strandwal net buiten de huidige kustlijn bij Breezand tot Westkapelle en vervolgens recht naar het zuiden tot bij Cadzand. Achter deze strandwallen ontstond een slecht ontwaterd, moerassig gebied. In dit moerassige gebied werd een veenlaag gevormd, het zogenaamde Hollandveen. Deze veenlaag is in een deel van de gemeente Vlissingen enkele meters onder het maaiveld terug te vinden. De maximale dikte van de veenlaag bedraagt 190 cm bij Ritthem (lit. 17). De zeespiegel steeg verder en ca. 2000 jaar verdwenen de oude strandwallen grotendeels. Het achterliggende veengebied werd overstroomd en de natuurlijke bovengrond van de gemeente Vlissingen bestaat overal in de gemeente uit afzettingen die in de afgelopen 2000 jaar door de zee zijn afgezet (Afzettingen van Duinkerke). Gaandeweg ontstonden nieuwe duinen. Op een paleogeografische kaart (lit. 16) is te zien, dat in ca, 750 na Chr. een nieuwe gesloten duinenrij was ontstaan van Breezand via Westkapelle tot Vlissingen. Deze duinen lagen net buiten de huidige kustlijn van Walcheren. Dit legde de basis voor het eiland Walcheren.
Bkk gemeente Vlissingen
9/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Globale bodemopbouw van Walcheren met onderscheid tussen kreekruggen en poelgronden (overgenomen uit lit. 17).
Bkk gemeente Vlissingen
10/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
De bevolking van Walcheren nam snel toe. Overstromingen leidden er in de Middeleeuwen toe dat de handen ineen geslagen werden om de eerste dijken aan te leggen. In de 13e eeuw was het grootste deel van het huidige Walcheren reeds bedijkt. Vóór de bedijking hadden getijdegeulen zich diep ingesneden in het wadlandschap. Ter plaatse van deze kreken zijn het veen en de Afzettingen van Calais geërodeerd en ligt de bovenkant van het Pleistocene zandpakket dieper dan 16 m-mv. Buiten deze kreken lag het Hollandveen dicht onder het maaiveld en wordt het Pleistocene dekzand in de gemeente Vlissingen op een diepte van NAP -4 meter tot NAP -6 meter aangetroffen. Aanvankelijk lagen de kreken lager dan de omgeving. Door menselijke invloed vond reliëfinversie plaats. Enerzijds klonk veen in als gevolg van ontginning en ontwatering. Anderzijds daalde het maaiveld door moernering (darinkdelven). Zo ontstond een karakteristiek landschap van hoger gelegen zandige kreekruggen en lager gelegen, drassige poelgronden. Het darinkdelven vond zowel binnendijks als buitendijks plaats in de periode 900 – 1500 na Chr. , met een piek in de periode 1200 – 1400 na Chr. Als gevolg van overstromingen bevatte het Hollandveen veel zout. Om dit zout te winnen werd de dunne bovenliggende kleilaag verwijderd en werd het veen afgegraven. Dit veen werd verbrand en de as werd vervolgens overgoten met zeewater. Dit werd vervolgens ingedampt waarna het overgebleven ruwe zout werd geraffineerd. Het darinkdelven leidde in de poelgronden tot een onregelmatig maaiveld en een slechte waterhuishouding. Bij de grootschalige ruilverkaveling direct na de tweede wereldoorlog zijn de poelgronden op grote schaal geëgaliseerd. Door het darinkdelven en de latere egalisatie kan de exacte samenstelling van de bovengrond in de poelgronden op korte afstand sterk uiteenlopen.
3.3
Recente inpolderingen en inundatie
Inpolderingen na 1850 kunnen diffuus verontreinigd zijn als gevolg van de afzetting van verontreinigd slib. Binnen de gemeente Vlissingen is alleen de monding van het Sloe recent ingepolderd, maar deze is vervolgens bedekt met de enkele meters dikke ophooglaag van het industrieterrein Vlissingen-Oost. In oktober 1944 is het eiland van Walcheren geïnundeerd door de geallieerden, onder andere door een bombardement op de Nolledijk en de dijk bij Ritthem. Gedurende een jaar heeft een groot deel van het eiland onder water gestaan. Lagere delen stonden doorlopend onder water, andere delen alleen bij vloed. Pas in de zomer van 1945 werd het laatste gat gedicht. Dit heeft geleid tot verhoogde zoutgehaltes in de bodem, die de landbouw in de eerste jaren na de tweede wereldoorlog ernstig hebben bemoeilijkt. Verder werd in een deel van de gemeente Vlissingen een inundatiedek van voornamelijk zware zavel en lichte klei afgezet, dat plaatselijk tussen Middelburg en Vlissingen een dikte heeft tussen 50 en 60 cm (lit. 17). De drooglegging van Walcheren heeft tevens geleid tot een grootschalige herverkaveling van het eiland Walcheren. Hierbij werden poelgronden op grote schaal geëgaliseerd.
Bkk gemeente Vlissingen
11/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bij de Watersnoodramp In 1953 is binnen de gemeente Vlissingen alleen een klein gebied ten zuiden van Ritthem overstroomd (Zuidwatering) (lit. 18). Overigens is tot dusverre in andere gemeentes geen verschil gevonden tussen al of niet in 1953 overstroomde gebieden.
3.4
Ontwikkeling van woonwijken en bedrijfsterreinen
Bijlage 2 bevat een overzicht van de ouderdom van verschillende wijken en bedrijfsterreinen in de gemeente Vlissingen. In deze kaart zijn (sport)parken niet apart weergegeven. Bijlage 2 is voornamelijk gebaseerd op oude topografische kaarten uit verschillende jaargangen. Bij sloop en nieuwbouw is de ouderdom van de oorspronkelijke bebouwing maatgevend. Alleen bij het Scheldeterrein in de binnenstad is niet apart aangegeven dat voor een deel van het Scheldeterrein vroegere woningen zijn verdwenen. Onderstaande beschrijving van de historische ontwikkeling is in belangrijke mate gebaseerd op een document van de gemeente-archivaris (lit. 19).
Vlissingen Graaf Willem III liet tussen 1304 en 1308 een haven graven met de bedoeling om rond deze locatie een nieuwe stad te stichten. Deze stad verving het dorpje Oud-Vlissingen, dat ter hoogte van de huidige watertoren aan de Badhuisstraat lag. Er ontwikkelde zich een havenstad die omstreeks 1580 het gebied tussen de huidige Breewaterstraat, Coosje Buskenstraat, Walstraat en Zeedijk besloeg. De stad was omgeven door vestingwerken. Rondom de vesting lag de zoute Buitenvest. De noordelijke begrenzing hiervan bevindt zich ter plaatse van de huidige Singel. In een straal van circa 1 kilometer rondom de vesting werden in het begin van de 19e eeuw vijf forten aangelegd. Een voorbeeld hiervan is het Linker Reduit, waarbinnen de huidige Menno van Coehoorngracht ligt. In 1867 werd de vesting Vlissingen opgeheven en kon de stad zich verder ontwikkelen. Tussen 1870 en 1873 werd het Kanaal door Walcheren gegraven. De industriële ontwikkeling van de stad start in 1875 met de oprichting van de scheepswerf De Schelde en de oprichting van de Stoomvaartmaatschappij Zeeland (SMZ). In deze periode werden de Binnenhavens gegraven alsmede een eerste deel van de Buitenhaven. In de jaren 30 van de vorige eeuw werd de Buitenhaven verder uitgebreid tot de huidige omvang. Vanaf 1867 worden verschillende wijken aangelegd. De gemeente zette in de periode voor de tweede wereldoorlog in op drie peilers: haven, industrie en toerisme. In de eerste decennia van de vorige eeuw breidde de woonbebouwing zich uit ten noorden van de vroegere buitenvest. Arbeiderswijken ontstonden vooral aan de oostkant, dichtbij de havens en bedrijven. Aan de westkant werd in 1886 het Grand Hotel des Bains gebouwd (het latere Hotel Britannia). Vanaf 1906 verrees ten westen van de watertoren een villapark. Tussen West-Souburg en Vlissingen lag in de periode van 1926 tot het uitbreken van de tweede wereldoorlog een vliegveld. Dit vliegveld werd aangelegd ter plaatse van een voormalig militair exercitieterrein. Het vliegveld bevond zich ter plaatse van een deel van de huidige wijken Weyevliet en
Bkk gemeente Vlissingen
12/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Westerzicht, een deel van de sportparken ten zuiden van de Sloeweg en de noordelijke punt van het bedrijfsterrein Baskenburg. Vlissingen heeft zwaar te lijden gehad onder de tweede wereldoorlog. Vrijwel geen enkel gebouw bleef onbeschadigd door de vele bombardementen en beschietingen. Een deel van de oude bebouwing is in de binnenstad vervangen door nieuwere bebouwing in het kader van stadsvernieuwing. Onder andere werd een olie-opslag bij de Tweede Binnenhaven gebombardeerd. Eerder was hier in 1924 al een olie-opslag in brand gevlogen. Hierdoor is de bodem in een groot gebied bij de Tweede Binnenhaven verontreinigd met olie. Het oorlogspuin is voor een groot deel in het gebied binnen de Singel gebleven. Gaten in terreinen als gevolg van bombardementen zijn vaak opgevuld met puin. De ervaring van de gemeente is verder, dat in het hele gebied tussen de Singel en de Sloeweg regelmatig puinbijmengingen in de bodem worden aangetroffen. In de periode tot 1960 breidde Vlissingen zich verder naar het noorden uit tot aan de Sloeweg. Het bedrijfsterrein Baskenburg is vanaf 1971 aangelegd. Vanaf 1960 werden ten noorden van de Sloeweg achtereenvolgens de volgende wijken ontwikkeld: Paauwenburg (aanleg vanaf 1962) Westerzicht (aanleg vanaf 1971) Bossenburgh (aanleg 1975) Papegaaienburg (aanleg vanaf 1978) Rosenburg (aanleg vanaf 1988) Hofwijk (aanleg vanaf 1991) Weyevliet (aanleg vanaf 1992, onderwijsinstellingen)
Overige kernen Het dorp Oost-Souburg is ontstaan rond een Karolingische burcht. Deze burcht is in de periode 875-900 gebouwd. Vanaf 1835 vormden de dorpen Oost-Souburg en West-Souburg één gemeente, die later doorsneden werd door de aanleg van het Kanaal door Walcheren. In 1966 werden Oost- en WestSouburg bij de gemeente Vlissingen gevoegd. Tot deze samenvoeging werden in Oost-Souburg de uitbreidingsplannen Middenhof (tussen Kanaalstraat en Burgemeester Stemerdinglaan) en Nagelenburg I (tussen Hendrikstraat en Burgemeester Stemerdinglaan) gerealiseerd. Verder ontstonden nieuwbouwwijken nabij de Kromwegesingel, Zeewijksingel en ten westen van de Braamstraat. De woningbouw in uitbreidingsplan Nagelenburg II (ten noordoosten van de Burgemeester Stemerdinglaan) kwam voor het grootste deel tot stand in de periode 1966-1970. De wijk SchoonenburgWest werd ontwikkeld in 1971-1972 en Schoonenburg-Oost in 1974-1976. Aan de zuidkant van Oost-Souburg werden rond 1971 de eerste woningen opgeleverd ten zuiden van de Zeewijksingel. Verdere nieuwbouw vond in 1986 plaats ten zuiden van de Zuiderzeestraat.
Bkk gemeente Vlissingen
13/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Aan de noordkant van West-Souburg werd in 1916 de wijk Tuindorp aangelegd met 86 arbeiderswoningen. Dit complex is in 1974 gesloopt. Afgezien van kleinschalige bedrijvigheid hebben in Oost- en West-Souburg geen industriële activiteiten plaatsgevonden. Het bedrijfsterrein Vrijburg ten noorden van West-Souburg is in de jaren 90 van de vorige eeuw ontwikkeld. Groot Abeele is een oude heerlijkheid waar in de afgelopen eeuw vrijwel geen uitbreiding heeft plaatsgevonden. Ook het dorp Ritthem is in de afgelopen eeuw nauwelijks uitgebreid.
3.5
Ophooglagen
Bijlage 3 bevat een kaart met grootschalig opgehoogde gebieden binnen de gemeente Vlissingen. De oude binnenstad van Vlissingen en het oude centrum van Oost-Souburg zijn in de loop der eeuwen opgehoogd. Na de opheffing van de vesting in 1867 zijn de Binnenvest en Buitenvest gedempt. Op een oude bestektekening van de gemeente is te zien dat in dit gebied tussen 1906 en 1921 verschillende ophogingen met zand hebben plaatsgevonden. Hierbij zijn niet alleen de vroegere vesten gedempt en opgehoogd, maar heeft ook ter plaatse van het voormalige glacis ophoging met zand plaatsgevonden. De omgeving tussen de Verkuijl Quakkelaarstraat en de Kasteelstraat is opgehoogd in 1906. De omgeving van de Dokter Stavermanstraat is opgehoogd met zand in 1910. Het gedeelte van de Buitenvest ten oosten van de Scheldestraat is in 1921 opgehoogd met zand. Op oude foto’s zijn buizen zichtbaar, waarmee zeezand is opgespoten. Tussen de Singel, Scheldestraat en Paul Krugerstraat ligt een vuilnisstort uit 1909. De haventerreinen rondom de Binnenhaven en Buitenhaven zijn eveneens opgespoten met zand. Het Vlissingse deel van het industrieterrein Vlissingen-Oost is vanaf de jaren 60 geheel opgehoogd met zeezand. Het bedrijfsterrein Baskenburg is in de jaren 70 van de vorige eeuw opgehoogd. Deze ophooglaag bestaat gedeeltelijk uit puin. In de gemeente liggen verschillende voormalige stortplaatsen. Zo is een voormalige tankgracht tussen de Poortersweg en Bermweg opgevuld met afval en puin.
Bkk gemeente Vlissingen
14/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
3.6
Voormalige boomgaarden
In de periode 1945 - 1980 werd veel DDT toegepast in de fruitteelt. Hierdoor worden in (voormalige) boomgaarden regelmatig verhoogde concentraties DDT gemeten, soms zelfs tot boven de interventiewaarde. De piek van het DDT-gebruik lag in de periode 1950-1960 (lit. 20). DDT werd geïntroduceerd na de tweede wereldoorlog. De intensiteit van de toepassing van DDT was het hoogst in de periode 1950 – 1955. In de periode 1950 – 1955 werd in de fruitteelt twee keer zo veel DDT toegepast als in de periode 1955 – 1960. Vanaf 1960 daalde de toepassing van DDT verder. Als gevolg van de toepassing van DDT nam namelijk de fruitspint toe, doordat DDT ook ‘nuttige’ insecten en roofmijten doodde. Daarnaast kwamen andere middelen zoals azinfos-methyl op de markt, die een betere bescherming tegen bladrollers en fruitrot gaven. In 1973 werd de toepassing van DDT in Nederland verboden. Verspreid over de gemeente Vlissingen ligt een aantal voormalige boomgaarden uit de periode 1945 1980. Deze zijn in bijlage 4 in kaart gebracht op basis van topografische kaarten uit verschillende jaren (jaren van verkenning 1936, 1960, 1970 en 1980). In totaal beslaan deze boomgaarden ca. 2% van het gemeentelijk grondgebied. Deze voormalige boomgaarden vormen verdachte locaties en zijn niet als aparte zones opgenomen in de bodemkwaliteitskaart.
Bkk gemeente Vlissingen
15/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bkk gemeente Vlissingen
16/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
4
VERANTWOORDING DATASET BODEMANALYSES
4.1
Gegevens uit Bis4all, met enkele aanvullingen
De gemeente Vlissingen administreert alle bij haar aanwezige bodemonderzoeken in het gemeentelijk bodeminformatiesysteem Bis4all. Het project is gestart op basis van de dataset zoals die op 29 april 2011 in Bis4all was opgenomen (invoer tot en met projectnummer 3827). Op deze dataset is een aantal controles uitgevoerd. Naar aanleiding hiervan zijn enkele bodemrapporten uit het archief gehaald om analysegegevens te controleren en eventueel te corrigeren cq. aan te vullen danwel de representativiteit van de gegevens voor de bodemkwaliteitskaart na te gaan. In 2009 zijn in het buitengebied van heel Walcheren aanvullende boringen verricht om gegevens te verzamelen van het gewijzigde stoffenpakket uit NEN5740. Aanvullend zijn de analysegegevens van 4 boven- en 4 ondergrondmonsters binnen de gemeente Vlissingen uit dit onderzoek toegevoegd aan de dataset. Verder zijn vanwege het gewijzigde stoffenpakket voor het industrieterrein Vlissingen-Oost gegevens verzameld uit bodemonderzoeken die Zeeland-Seaports heeft laten uitvoeren, vooruitlopend op de invoer van deze rapporten in de gemeentelijke bodeminformatiesystemen van de gemeentes Vlissingen en Borsele. Voor PAK (10 van VROM) is uitgegaan van de somwaarde zoals ingevoerd in Bis4all. Voor 174 monsters ontbrak deze somparameter in de dataset maar kon deze som worden bepaald op basis van de voor de individuele PAK ingevoerde waarden. Analysegegevens kunnen alleen worden meegerekend voor de bodemkwaliteitskaart voorzover de ligging van het onderzoek bekend is (x- en y-coördinaten) alsmede het dieptetraject waarover het monster genomen is. Voor de ligging van de monsters is uitgegaan van de rapportcontour, danwel wanneer deze niet beschikbaar is de locatiecontour. Voor een vijftal niet in Bis4all ingetekende rapporten is uitgegaan van de x- en y-coördinaten zoals in Bis4all ingevoerd bij het betreffende project.
4.2
Gemeten en geschatte waarden voor lutum en organische stof
In de dataset zijn voor vrijwel alle geanalyseerde monsters tevens waarden voor lutum en organische stof ingevoerd. Bij een deel van de monsters betreft dit echter geschatte waarden, aangezien bij veel onderzoeken meerdere monsters dezelfde waarden hebben voor lutum en organische stof. In het gemeentelijk BIS is niet gemarkeerd welke waarden gemeten danwel geschat zijn. Indien bij een bodemonderzoek meermaals dezelfde waarden zijn ingevoerd voor lutum en organische stof is aangenomen dat dit deels geschatte waarden betreft. Dit betekent, dat wanneer in één bodemonderzoek meerdere keren dezelfde waarden voor lutum en organische stof bij bovengrondmonsters zijn ingevoerd, deze waarden slechts 1 x zijn meegerekend. Hetzelfde geldt voor de ondergrond. Op deze wijze zijn voor 1243 grondmonsters uit 229 bodemrapporten de ingevoerde lutumen organische stof percentages buiten beschouwing gelaten.
Bkk gemeente Vlissingen
17/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
4.3
Representatieve gegevens voor de bodemkwaliteitskaart
Bijlage 5 bevat een overzicht van niet representatieve rapporten / analyses, die als zodanig niet zijn meegerekend in de bodemkwaliteitskaart. In beginsel zijn afwijkende, hogere concentraties alleen buiten de dataset gelaten voorzover deze kunnen worden verklaard door een lokaal afwijkende situatie. In de dataset is specifiek gezocht naar monsteromschrijvingen zoals “puin”, “asfalt” of “slib”. Verder is gezocht naar het woord “stort” in de tabel Bos_project met algemene gegevens en conclusies van rapporten. Dergelijke omschrijvingen duiden op niet representatieve monsters die als zodanig buiten de dataset voor de zoneringsberekeningen worden gelaten. Daarnaast zijn analyseresultaten van de volgende onderzoekstypes3 standaard buiten beschouwing gelaten (voorzover analysegegevens bij deze rapporten zijn ingevoerd): Saneringsonderzoeken (SO) saneringsplannen (SP) saneringsevaluaties (SE) De dataset bevat 1204 monsters die alleen op minerale olie en niet op andere stoffen geanalyseerd zijn. Regelmatig betreft dit analyses van lokale olieverontreinigingen. In ieder geval betreft dit nagenoeg altijd analyses van monsters die zijn genomen op plaatsen die verdacht zijn voor verontreiniging met minerale olie. Om deze reden is ervoor gekozen om geen van deze 1204 monsters mee te nemen, ongeacht of het een mengmonster of separaat monster betreft en ongeacht de gemeten concentratie. In de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten is o.a. opgenomen, dat “duidelijk moet zijn of er sprake is van individueel geanalyseerde monsters of dat er sprake is van mengmonsters. In het laatste geval moet bekend zijn hoeveel grepen in dat mengmonster zijn samengevoegd en welk bodemvolume door het mengmonster wordt gerepresenteerd”. In het gemeentelijk BIS zijn zowel individuele monsters als mengmonsters ingevoerd. In het laatste geval is veelal ook aangegeven uit hoeveel deelmonsters dit mengmonster bestaat. Voor het opstellen van de bodemkwaliteitskaart is geen onderscheid gemaakt in meetwaarden afkomstig van individuele monsters danwel mengmonsters, aangezien dit hooguit een verwaarloosbaar verschil op zou leveren. Wel is voor sommige locaties besloten om individuele monsters als niet representatief te beschouwen, wanneer het een uitsplitsing van een eerder geanalyseerd mengmonster of de uitkartering van een lokale verontreiniging betreft. Wanneer deze wel worden meegerekend zouden de gegevens van een lokale verontreiniging de berekeningen onevenredig beïnvloeden. Voor detailinformatie over de onderliggende onderzoeksgegevens, zoals samenstelling van mengmonsters en eventuele monstervoorbehandeling wordt verwezen naar de rapporten van de betreffende bodemonderzoeken (zoals aanwezig in het archief van de gemeente) en de in deze onderzoeken gehanteerde protocollen. Voor de statistische berekeningen is deze informatie verder niet relevant. Uiteindelijk is de kwaliteit van de gezoneerde gebieden vastgesteld op basis van de analyseresultaten van 1784 bovengrondmonsters (0-0,5 m-mv) en de analyseresultaten van 1763 ondergrondmonsters (0,5-2,0 m-mv), afkomstig uit 659 bodemrapporten. 3
Onderzoekstypes zoals ingevoerd in Bis4All
Bkk gemeente Vlissingen
18/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Ca. 30% van de voor de bodemkwaliteitskaart gebruikte gegevens is afkomstig uit rapporten ouder dan 1-1-2000 en ca. 4% van de gegevens is ouder dan 1-1-1994. Er is verder geen onderscheid gemaakt op basis van de ouderdom van gegevens. Wel blijken sommige oude rapporten niet bruikbaar vanwege hoge detectiegrenzen of monstername over het dieptetraject 01,5 m-mv waardoor geen goed onderscheid kan worden gemaakt tussen bovengrond en ondergrond. In de praktijk blijkt er bij bodemkwaliteitskaarten geen onderscheid te maken op basis van ouderdom van gegevens. Een uitzondering hierop betreft de situatie van recent opgehoogde gebieden waar de kwaliteit van het vroegere maaiveld afwijkt van het ophoogmateriaal. In dat geval is het van belang of het onderzoek is uitgevoerd vóór of na ophoging. Dergelijke situaties komen in de gemeente Vlissingen echter niet voor.
Bkk gemeente Vlissingen
19/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bkk gemeente Vlissingen
20/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
5
ZONE-INDELING EN STATISTIEK
5.1
Normering en klasse-indeling volgens Besluit bodemkwaliteit
Introductie In het Besluit bodemkwaliteit zijn de streefwaarden vervangen door de landelijke Achtergrondwaarden. Deze gelden voortaan als toetsingskader om te bepalen of grond “schoon” is. Wettelijk gezien mogen geen strengere normen worden gesteld dan de achtergrondwaarden. Voor sommige stoffen zijn de achtergrondwaarden lager dan de streefwaarde, voor andere zijn ze juist hoger. De achtergrondwaarden zijn in de Nota van Toelichting van het Besluit bodemkwaliteit omschreven als: “Landelijk geldende waarden voor een multifunctionele bodemkwaliteit die de grens vormen aan wat in het dagelijks gebruik <<schone grond en bagger>> wordt genoemd.” De achtergrondwaarden zijn gebaseerd op het AW2000-bestand: een landelijk bestand met 100 meetlocaties in natuur- en landbouwgebieden, waarin naar verwachting een niet meer dan normale diffuse achtergrondbelasting uit antropogene en natuurlijke bronnen aanwezig wordt geacht. Daarmee zijn de achtergrondwaarden beleidsmatig anders geformuleerd dan de vroegere streefwaarden. De streefwaarden gingen uit van de gehaltes zoals die in een onbelaste Nederlandse bodem van nature voorkomen. De achtergrondwaarden houden er rekening mee, dat de gehaltes in de bodem in grote delen van Nederland diffuus beïnvloed zijn door menselijke activiteiten. Met name voor bestrijdingsmiddelen zoals DDD, DDE, DDT en drins heeft dit tot geleid tot hogere achtergrondwaarden dan de vroegere streefwaarde. Het Besluit bodemkwaliteit relateert het beleid voor het toepassen van grond en bagger aan de functie van de bodem. Daartoe zijn de bodemfunctieklasses ‘wonen’ en ‘industrie’ geïntroduceerd, met bijbehorende maximale waarden. Deze maximale waarden voor de verschillende stoffen zijn samen met de achtergrondwaarden te vinden in bijlage B van de Regeling bodemkwaliteit. Conform de Regeling bodemkwaliteit zijn de rekenkundig gemiddeldes van de verschillende zones in deze bodemkwaliteitskaart getoetst aan de Achtergrondwaarde, MaxWONEN en MaxINDUSTRIE. Op basis van deze toetsing zijn de zones ingedeeld in de kwaliteitsklasse ‘achtergrondwaarde’, ‘wonen’ of ‘industrie’ (danwel ‘voldoet niet aan bodemkwaliteitsklasse industrie). Voor het samenvoegen van verschillende deelgebieden tot dezelfde zone is deze klasse-indeling ook bepalend.
Bkk gemeente Vlissingen
21/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Toetsingsregels In de Regeling bodemkwaliteit zijn voor de Achtergrondwaarden en de ‘Maximale waarden voor wonen’ (MaxWONEN) toetsingsregels opgenomen, waarbij een beperkt aantal stoffen in geringe mate de norm mag overschrijden. Deze toetsingsregels zijn afhankelijk gesteld van het aantal geanalyseerde stoffen. Voor de ‘Maximale waarde voor industrie’ (MaxINDUSTRIE) geldt geen toetsingsregel. Toetsingsregel voor de achtergrondwaarde (bij 7 t/m 15 parameters)4: Maximaal 2 parameters mogen hoger zijn dan de Achtergrondwaarde, mits niet hoger dan 2 x Achtergrondwaarde en niet hoger dan MaxWONEN Toetsingsregel voor MaxWONEN (bij 7 t/m 15 parameters): Maximaal 2 parameters mogen hoger zijn dan MaxWONEN, mits niet hoger dan MaxWONEN + Achtergrondwaarde en niet hoger dan MaxINDUSTRIE De toetsingsregel voor MaxWONEN geldt alleen voor het bepalen van de toepassingseis van de ontvangende bodem. In bijlage 6 van dit rapport zijn de Achtergrondwaarde, MaxWONEN en MaxINDUSTRIE vermeld met de bovengrens van voornoemde toetsingsregels voor de in deze bodemkwaliteitskaart gehanteerde stoffen.
Generiek en gebiedsspecifiek beleid uit Besluit bodemkwaliteit Het Besluit bodemkwaliteit maakt voor het hergebruiksbeleid onderscheid tussen: Generiek beleid Gebiedsspecifiek beleid In het Besluit bodemkwaliteit is het beleid voor het toepassen van grond en bagger afhankelijk gesteld van zowel de bodemkwaliteitsklasse als de bodemfunctieklasse van de ontvangende bodem. De strengste is daarbij (in het generieke beleid) maatgevend. Voorbeeld 1: Wanneer de bodemkwaliteit van een industrieterrein voldoet aan de achtergrondwaarde, dan geldt als toepassingseis dat de toe te passen grond ook aan de achtergrondwaarde dient te voldoen. Voorbeeld 2: Wanneer de bodemkwaliteit van een oude dorpskern niet voldoet aan MaxWONEN, (maar bijv. wel aan MaxINDUSTRIE), dan geldt als toepassingseis MaxWONEN. Hierboven is de situatie beschreven zoals die geldt in het ‘generieke beleid’. Binnen bepaalde grenzen en randvoorwaarden mogen gemeentes besluiten om hiervan af te wijken en voor een deel van hun grondgebied een strenger of juist minder streng beleid te voeren. De gemeenteraad stelt dan ‘lokale maximale waarden’ vast. In dat geval spreekt het Besluit bodemkwaliteit van ‘gebiedsspecifiek beleid’.
4
Voor nikkel en PCB’s geldt een afwijkende regel. Voor nikkel en PCB’s geldt als bovengrens van de toetsingsregel 2 x Achtergrondwaarde en niet de lagere MaxWONEN
Bkk gemeente Vlissingen
22/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
5.2
Zones in de bodemkwaliteitskaart
De bodemkwaliteitskaart van de gemeente Vlissingen is opgenomen in bijlage 21 (begrenzing van de zones) en bijlage 22 (kwaliteitsklasse bovengrond). Laatstgenoemde kaart wordt ook wel aangeduid als de ontgravingskaart. In de Nota bodembeheer zijn de randvoorwaarden beschreven voor het gebruik van de bodemkwaliteitskaart als bewijsmiddel (milieuhygiënische verklaring) voor de kwaliteit van vrijkomende grond. In de Nota bodembeheer is onder andere –afhankelijk van de zone- aanvullend onderzoek voorgeschreven om te verifiëren of de op een locatie vrijkomende partij grond voldoet aan de zonekwaliteit zoals vastgelegd in de bodemkwaliteitskaart. De landbodem van de gemeente Vlissingen is (op basis van statistische bewerkingen en interpretatie van het ruimtelijke patroon van waarnemingen) ingedeeld in de volgende zones: Zone Kwaliteitsklasse Kwaliteitsklasse Bovengrond (0-0,5 m-mv) Ondergrond (0,5-2,0 m-mv) A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf Achtergrondwaarde Achtergrondwaarde 1960 B: Woonwijken 1940-1980 Oost Souburg Wonen Wonen C: Wijken tussen Singel en Sloeweg + Wonen Achtergrondwaarde lintbebouwing Gerbrandystraat D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel Industrie Industrie E: Overige vooroorlogse kernen Industrie Industrie F: Industrieterrein Vlissingen-Oost Achtergrondwaarde Achtergrondwaarde G: Bedrijfsterrein Poortersweg Industrie Wonen H: Industrie Binnenhaven en Buitenhaven Voldoet niet aan klasse Voldoet niet aan klasse industrie industrie (*) I: Scheldeterrein (*) Voldoet niet aan klasse Voldoet niet aan klasse industrie industrie J: Bedrijfsterrein Baskenburg (*) Voldoet niet aan klasse Industrie industrie K: Industrieterrein Zalco (*) Industrie Industrie (*) Voor de zones H t/m K geldt de bodemkwaliteitskaart niet als milieuhygiënische verklaring voor de kwaliteit van de vrijkomende grond. In deze zones dient de bodemkwaliteitskaart alleen voor het vaststellen van de toepassingseis volgens generiek beleid. Op basis van de beschikbare analyseresultaten is voor deze zones een aantal statistische kengetallen berekend (diverse percentielwaarden, gemiddelde, lognormaal gemiddelde). De resultaten hiervan zijn opgenomen in bijlage 7 t/m 18. De kengetallen zijn apart berekend voor de bovengrond (0-0,5 m-mv) en voor de ondergrond (0,5-2,0 m-mv). Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde zijn meetwaarden lager dan de detectiegrens vervangen door 0,7 x detectiegrens. De achtergrondwaarden en de maximale waarden voor wonen en industrie zijn voor veel stoffen afhankelijk van het bodemtype (percentages lutum en organische stof). Om de getallen gemakkelijk met elkaar te kunnen vergelijken, zijn alle statistische kentallen omgerekend naar standaardbodem (lutum=25%, humus=10%). Vermenigvuldiging van het kental met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kengetal.
Bkk gemeente Vlissingen
23/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Oppervlakte en aantal representatieve waarnemingen per zone: Zone
Oppervlakte
Bovengrond (0-0,5 m-mv) Aantal
A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 B: Woonwijken 1940-1980 Oost Souburg C: Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel E: Overige vooroorlogse kernen
Ondergrond (0,5-2,0 m-mv)
Per km2
Per km2
Aantal
19,27 km2
309
16,0 / km2
236
12,2 / km2
1,31 km2
78
59,6 / km2
67
51,2 / km2
2,28 km2
184
80,5 / km2
152
66,5 / km2
1,12 km2
153
136,4 / km2
236
210,4 / km2
0,82 km2
109
133,4 / km2
108
132,2 / km2
156
25,4 / km2
2
F: Industrieterrein Vlissingen-Oost
6,13 km2
303
49,4 / km
G: Bedrijfsterrein Poortersweg
0,76 km2
94
123,5 / km2
67
88,0 / km2
1,11 km2
208
188,2 / km2
158
142,9 / km2
0,42 km2
25
59,4 / km2
48
114,0 / km2
0,40 km2
56
141,4 / km2
44
111,1 / km2
H: Industrie Binnenhaven en Buitenhaven I: Scheldeterrein J: Bedrijfsterrein Baskenburg
51 25 92,9 / km 45,5 / km2 0,55 km Het aantal waarnemingen verschilt per parameter. In bovenstaande tabel is uitgegaan van het aantal waarnemingen voor PAK. K: Industrieterrein Zalco
2
2
In de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten is vastgelegd, dat in een bodemkwaliteitskaart naast het gemiddelde tevens de betrouwbaarheidsintervallen van het gemiddelde dienen te worden vermeld. Ter voldoening hieraan zijn deze opgenomen in bijlage 18.
Bkk gemeente Vlissingen
24/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
5.3
Nadere toelichting op de zone-indeling
De indeling in zones is met name gebaseerd op: ouderdom van bebouwing, met name het onderscheid tussen vooroorlogse en naoorlogse wijken bedrijfsterreinen aanwezigheid van ophooglagen (deels samenvallend met voornoemde kenmerken) Naast het berekenen van statistische kengetallen zijn bij de interpretatie van de gegevens de geanalyseerde monsters ook afzonderlijk getoetst. Deze toetsing heeft mede een rol gespeeld bij de keuze welke deelgebieden worden samengevoegd tot één zone.
Zone A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 (bijlage 7) In deze zone zijn de naoorlogse wijken van Vlissingen ten noorden van de Sloeweg samengevoegd met het buitengebied. De bovengrond en ondergrond voldoen in deze zone gemiddeld aan de Achtergrondwaarde. De gegevens van de wijken uit de periode 1960-1980 zijn eerst afzonderlijk bekeken. In zowel Paauwenburg (N=23) als West-Souburg / Westerzicht (N=18) bleek de bovengrond gemiddeld aan de Achtergrondwaarde te voldoen. In de wijk Bossenburgh zijn 5 analyses van de bovengrond beschikbaar. Afzonderlijk getoetst voldoen deze alle vijf aan de Achtergrondwaarde. Voor het in de jaren 90 in gebruik genomen bedrijfsterrein Vrijburg geldt hetzelfde. Dit recente bedrijfsterrein voldoet gemiddeld aan de Achtergrondwaarde, zodat dit is samengevoegd binnen de zone A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960. Binnen deze zone ligt een gedeelte van het vroegere vliegveld. Uit de gegevens blijkt geen sprake te zijn van een diffuse verontreiniging ter plaatse van het vroegere vliegveld. Wel kunnen bepaalde deellocaties verdacht zijn voor bodemverontreiniging, maar dit betreffen lokaal afwijkende situaties.
Zone B: Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg (bijlage 8) Een aanzienlijk deel van de gegevens in Oost-Souburg is afkomstig uit cunetonderzoeken. Zo is de helft van de bovengrondanalyses in de wijken uit de periode 1940-1960 afkomstig uit cunetonderzoeken. Afzonderlijk getoetst voldoet bijna 90% van de bovengrondmonsters uit cunetonderzoeken in de wijken uit de periode 1940-1960 en de periode 1960-1980 aan de Achtergrondwaarde. Voor de overige onderzoeken betreft dit respectievelijk 50% en 60% van de bovengrondmonsters. Met andere woorden: de wegcunetten in de naoorlogse wijken van Oost-Souburg zijn in het algemeen schoner dan de rest van de wijk. In bijlage 8 zijn zowel de cunetonderzoeken als de overige bodemonderzoeken meegerekend. Ook met inbegrip van de cunetonderzoeken voldoet deze zone gemiddeld net niet aan de Achtergrondwaarde, waardoor zowel de boven- als ondergrond gemiddeld in klasse wonen vallen.
Bkk gemeente Vlissingen
25/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
NB. Ook in de andere zones komen cunetonderzoeken voor. Daar vormen de cunetonderzoeken een beperkt deel van de dataset en beïnvloeden deze de zoneclassificatie niet.
Zone C: Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat (bijlage 9) Ook in deze zone wordt de bovengrond op basis van het gemiddelde ingedeeld in klasse wonen. Afzonderlijk getoetst voldoet echter een belangrijk deel van de bovengrondmonsters niet aan klasse wonen, met name vanwege PAK en/of zink. Veelal is dit gerelateerd aan bijmengingen van puin en/of koolas. Met name in het gebied tussen tussen de Vredehoflaan en de Schuitvaartgracht komen verschillende lokale PAK-verontreinigingen voor, gerelateerd aan bodemvreemd materiaal. Om deze reden is in de Nota bodembeheer voor deze zone een aanvullende voorwaarde opgenomen voor het gebruik van de bodemkwaliteitskaart als milieuhygiënische verklaring. Voorafgaand aan de melding dienen al boringen te worden gedaan om de grond zintuiglijk te onderzoeken. In geval van het aantreffen van puin en/of koolas dient men ter verificatie grondmonsters te analyseren op het NEN5740pakket. Enerzijds vormt aan de noordkant de Sloeweg een duidelijke begrenzing van de zone. Ten noorden van de Sloeweg komen minder vaak overschrijdingen van de Achtergrondwaarde voor. Verder is de ervaring van de gemeente dat in het gebied ten zuiden van de Sloeweg regelmatig puinbijmengingen voorkomen. Anderzijds vormt de Singel aan de zuidkant een duidelijke grens, waarbij ten zuiden van de Singel veel vaker gehaltes boven MaxWONEN zijn gemeten. De zone bestaat uit wijken die voor de tweede wereldoorlog zijn aangelegd en wijken uit de periode 1940-1960. Deze zijn met elkaar vergeleken. Uit deze vergelijking blijkt, dat er geen significant verschil is tussen het vooroorlogse deel en het naoorlogse deel van de zone. Monsters die niet aan klasse wonen voldoen worden verspreid in de zone aangetroffen, ongeacht ouderdom van de wijk. De Spuikom is bij deze zone gevoegd op basis van de gegevens uit de rapporten die in Bis4all zijn ingevoerd onder projectnr. 563 en 812. De vooroorlogse lintbebouwing langs de Gerbrandystraat is vooralsnog bij deze zone gevoegd. In deze lintbebouwing zijn 3 bovengrondmonsters beschikbaar. Afzonderlijk getoetst voldoet hiervan één monster aan de Achtergrondwaarde, valt één monster in klasse wonen en valt één monster in klasse industrie.
Zone D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel (bijlage 10) Zowel de boven- als de ondergrond van deze zone wordt ingedeeld in klasse industrie. De bodemfunctieklasse van deze zone is ‘wonen’. De toepassingseis volgens het generieke beleid is derhalve klasse wonen. Dit betekent, dat volgens het generieke beleid op basis van de bodemkwaliteitskaart grond niet binnen dezelfde zone kan worden hergebruikt. Bij deze zone is tevens de gehele boulevard gevoegd. Op basis van de beschikbare gegevens valt ook de omgeving van het vroegere het Grand Hotel des Bains (later Hotel Britannia) in klasse industrie. Halverwege de boulevard ter hoogte van de Spuikom lijken bodemonderzoeken wat schoner uit te pakken, maar uit oogpunt van eenduidigheid is de hele boulevard in dezelfde zone gelaten.
Bkk gemeente Vlissingen
26/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Zone E: Overige vooroorlogse kernen (bijlage 11) Ook de vooroorlogse bebouwing van West Souburg, Oost-Souburg, Groot Abeele en Ritthem valt gemiddeld in klasse industrie (boven- en ondergrond). De gemiddelde gehaltes in deze zone zijn wel wat lager dan de gehaltes in de binnenstad van Vlissingen. Ook in deze zone is de toepassingseis volgens het generieke beleid klasse wonen, zodat volgens het generieke beleid op basis van de bodemkwaliteitskaart grond niet binnen dezelfde zone kan worden hergebruikt.
Zone F: Industrieterrein Vlissingen-Oost (bijlage 12) Zowel de bovengrond als de ondergrond van deze zone voldoet gemiddeld aan de Achtergrondwaarde. Incidenteel komen bodemvreemde bijmengingen voor van bijvoorbeeld sintels, die plaatselijk tot sterk verhoogde gehaltes kunnen leiden.
Zone G: Bedrijfsterrein Poortersweg (bijlage 13) Voor de begrenzing van deze zone is uitgegaan van de begrenzing van de functie industrie in de bodemfunctiekaart. Deze zone betreft een relatief recent ontwikkeld bedrijfsterrein. De bodem in deze zone voldoet echter niet aan de Achtergrondwaarde. In de zone liggen meerdere stortplaatsen, die niet zijn meegerekend bij het opstellen van de bodemkwaliteitskaart. Daarnaast wordt de bodemkwaliteit op meerdere plaatsen beïnvloed door de aanwezigheid van bodemvreemde bijmengingen zoals puin en kolengruis. De zoneclassificatie hangt af van het al of niet meerekenen van deze puinhoudende locaties. In bijlage 13 zijn de volgende puinhoudende locaties wel meegerekend: terrein tussen Marie Curieweg en Deinsvlietweg (Bis4all projectnrs. 935 en 3391, puin en kolengruis) Havenweg ten westen van Windhoek (Bis4all projectnr. 505; plaatselijk matig tot sterk puinhoudend) Terrein Windhoek aan de Havenweg (Bis4all projectnr. 509; vm. woonwagencentrum met bijmenging van puin, slakken, sintels, metaaldelen) Wanneer voornoemde locaties worden meegerekend valt de bovengrond van deze zone in klasse industrie. De bovengrond zou in klasse wonen vallen indien deze locaties niet zouden worden meegerekend. Zekerheidshalve wordt voor de kwaliteit van vrijkomende grond uitgegaan van klasse industrie, ook al is een deel van de grond in deze zone schoner dan klasse industrie.
Bkk gemeente Vlissingen
27/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
In de functiekaart heeft ook een gebied aan de Fort de Ruijterweg de bodemfunctieklasse Industrie. Dit gebied voldoet op basis van de beschikbare bodemonderzoeken gemiddeld aan de Achtergrondwaarde en is derhalve in de zone ‘A: Buitengebied en woonwijken Vlissingen vanaf 1960’ gelaten.
Zones H t/m K (bijlage 14 t/m 17): Bedrijfsterreinen waarvoor de bodemkwaliteitskaart geen bewijsmiddel is voor vrijkomende grond Een aantal bedrijfsterreinen is dusdanig verontreinigd, dat de bodemkwaliteitskaart niet kan dienen als bewijsmiddel (milieuhygiënische verklaring) voor de kwaliteit van vrijkomende grond: H: Binnenhaven en Buitenhaven (gebied met veel verschillende verontreinigde locaties van diverse bedrijfsactiviteiten; vrijwel hele gebied is verdacht voor bodemverontreiniging); I: Scheldeterrein (voormalige scheepswerf) J: Bedrijfsterrein Baskenburg (puinhoudende ophooglaag die als zodanig op verschillende plaatsen sterk verontreinigd is) K: Industrieterrein Zalco (voorheen Pechiney, het terrein van deze aluminiumfabriek springt er binnen Vlissingen-Oost uit als verontreinigd gebied en is daarom buiten de zone F gelaten. Het terrein is als geheel verdacht voor bodemverontreiniging) Gezien de verschillende aard en oorsprong van de verontreinigingen zijn deze bedrijfsterreinen apart opgenomen in de bodemkwaliteitskaart. Samenvoegen van deze gebieden zou leiden tot het wegmiddelen van verontreinigingen tot beneden MaxINDUSTRIE, omdat de zones H, I en J elk op basis van verschillende stoffen niet aan klasse industrie voldoen. Beleidsmatig worden deze zones echter identiek behandeld. De bodemkwaliteitskaart is in geen van deze zones een bewijsmiddel (milieuhygiënische verklaring) voor de kwaliteit van vrijkomende grond. De bodemkwaliteitskaart dient in deze zones slechts om de toepassingseis volgens het generieke beleid vast te leggen (toepassingseis = klasse industrie). Lokale verontreinigingen vormen in geen van deze zones een uitzondering. Er is derhalve niet nader gekeken naar de representativiteit van de verschillende onderzoeken van verontreinigde locaties in deze zones (behoudens een enkel oud rapport met monstername over het dieptetraject 0-1,5 m-mv danwel hoge detectiegrenzen en een aantal slibmonsters). In de bodemfunctiekaart hebben deze zones de functie industrie, met de volgende uitzonderingen: een deel van het voormalige Scheldeterrein is gesloopt en heeft de functie wonen; de begrenzing van de zone H: Binnenhaven en Buitenhaven. Op grond van de onderzoeksgegevens is een punt tussen de spoorlijn en het Kanaal door Walcheren ten noorden van de Sloeweg bij deze zone gevoegd. In aansluiting op het bestemmingsplan heeft deze punt in de bodemfunctiekaart de functie wonen.
Bkk gemeente Vlissingen
28/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Sommige locaties in het bedrijfsterrein Baskenburg zijn aangemerkt als stortplaats. In de praktijk is het voor dit gebied lastig om een onderscheid te maken tussen puinstort en puinhoudende ophooglaag. Er zijn voor Baskenburg derhalve geen locaties buiten beschouwing gelaten vanwege de vermelding “stortplaats” in Bis4all. Als begrenzing van deze zone is uitgegaan van de begrenzing van de functie industrie in de bodemfunctiekaart. Dit betekent dat ook de begraafplaats Noorderbegraafplaats is opgenomen in deze zone. In tegenstelling tot de rest van de zone is hier geen puinhoudende ophooglaag aanwezig. Er zijn geen onderzoeksgegevens binnen de begraafplaats beschikbaar, maar de algemene ervaring is dat in de bodem van begraafplaatsen verhoogde gehaltes van zware metalen worden aangetroffen. Voor de ondergrond van de zone J: Bedrijfsterrein Baskenburg en de bovengrond van de zone K: Industrieterrein Zalco is de uitkomst van de berekeningen, dat deze gemiddeld aan klasse industrie voldoen. Gezien de aard van deze gebieden is er echter voor gekozen om de bodemkwaliteitskaart ook in deze gevallen niet als bewijsmiddel voor de vrijkomende grond te hanteren. De ondergrond van het industrieterrein Zalco is minder verontreinigd dan de bovengrond. De uitkomsten voor de ondergrond van het industrieterrein Zalco (bijlage 17) worden sterk beïnvloed door een enkele uitschieter van cadmium. Hierdoor is het gemiddelde van cadmium nipt hoger dan MaxWONEN, terwijl bij 17 van de 19 monsters geen gehalte cadmium boven de detectiegrens is aangetoond. Veiligheidshalve wordt ook voor de ondergrond van het industrieterrein Zalco uitgegaan van klasse industrie.
5.4
Invloed van nieuwe stoffenpakket in de bodemkwaliteitskaart
Sinds 1 juli 2008 zijn de stoffen barium, kobalt, molybdeen en PCB (som 7) toegevoegd aan het standaard stoffenpakket van de NEN5740. Voor barium zijn per april 2009 alle toetsingsnormen tijdelijk opgeheven, tot er landelijk een nieuw onderzoek is uitgevoerd naar de afleiding van deze normen. Aanvankelijk was voor barium in de Regeling bodemkwaliteit een Achtergrondwaarde van 190 mg/kgds opgenomen. In bijlage 19 wordt besproken, in hoeverre de ‘nieuwe’ stoffen (mogelijk) tot een andere klasse-indeling leiden. In een aantal zones zijn inmiddels voldoende gegevens van het nieuwe stoffenpakket beschikbaar (minimaal 20 analyses per zone). In deze zones leiden de ‘nieuwe’ stoffen niet tot een andere classificatie van de zone dan al het geval is op basis van het oude stoffenpakket. In andere zones zijn minder dan 20 gegevens beschikbaar. Op grond van de beschikbare gegevens en de ervaring tot dusverre in de rest van Zeeland wordt echter niet verwacht dat de ‘nieuwe’ stoffen klassebepalend zijn in de zones met minder dan 20 gegevens (klassebepalend in de betekenis van: de ‘nieuwe’ stoffen leiden tot een andere classificatie van de zone dan al het geval is op basis van het oude stoffenpakket).
Bkk gemeente Vlissingen
29/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
5.5
Zones met 95-percentielwaarde hoger dan interventiewaarde
De indeling van de zones uit de bodemkwaliteitskaart in verschillende bodemkwaliteitsklasses is gebaseerd op het rekenkundig gemiddelde van de verschillende stoffen. De concentraties van de verschillende stoffen hebben een zekere spreiding en een deel van de waarnemingen in een zone voldoet niet aan de bodemkwaliteitsklasse waarin de zone is ingedeeld. De meeste partijen grond die binnen een zone vrijkomen voldoen derhalve aan betreffende bodemkwaliteitsklasse, maar af en toe kan het vrij grondverzet ertoe leiden dat een partij grond wordt toegepast die niet aan de toepassingseis van een zone voldoet. Gemiddeld leidt dit niet tot een verslechtering van de bodemkwaliteit. Het grondverzet levert geen ‘nieuwe’ verontreiniging op, maar betreft een verplaatsing van al in het milieu aanwezige verontreiniging. Het grondverzet mag er echter niet toe leiden dat op de toepassingslocatie dusdanige milieuhygiënische risico’s ontstaan, dat volgens de Wet bodembescherming een spoedige sanering noodzakelijk zou zijn. Om de kans op dit laatste te minimaliseren is in artikel 4.3.5, lid 3c van de Regeling bodemkwaliteit een toetsing opgenomen van de 95-percentielwaarde van de bodemkwaliteitszone van de plaats van herkomst van de grond. Op basis van de 95-percentielwaarde wordt getoetst of vrij grondverzet op de toepassingslocatie volgens de Wet bodembescherming kan leiden tot een noodzaak tot spoedige sanering. Een locatie kan in principe alleen spoedeisend zijn wanneer de interventiewaarde wordt overschreden. Voor deze risicobeoordeling is een standaardbeoordeling uitgewerkt in het computerprogramma Sanscrit. Voor de zones H t/m K geldt de bodemkwaliteitskaart niet als milieuhygiënische verklaring, zodat het verder niet relevant is dat in deze zones de 95-percentielwaarde voor meerdere stoffen hoger is dan de interventiewaarde. Verder is in de volgende zones de 95-percentielwaarde voor één of meer stoffen hoger dan de interventiewaarde: D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel (koper, lood, zink) E: Overige vooroorlogse kernen (lood) G: Bedrijfsterrein Poortersweg (lood in ondergrond) Deze zones vallen in bodemkwaliteitsklasse Industrie. In de Nota bodembeheer (lit. 3) is vastgelegd, dat grond afkomstig uit deze zones alleen ongekeurd kan worden toegepast: op locaties met een ongevoelig terreingebruik (bouwwerken, infrastructurele werken) bij de functie ‘wonen’ in de zones ‘D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel’ en ‘E: Overige vooroorlogse kernen’ 5 in gebieden met de functie ‘industrie’ in grootschalige bodemtoepassingen.
5
Dit geldt alleen voor grond afkomstig uit dezelfde zone. Voor grond afkomstig uit andere zones en bij gevoeliger terreingebruik gelden de generieke toepassingseisen.
Bkk gemeente Vlissingen
30/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Volgens de standaardbeoordeling uit Sanscrit zijn bij dit ongevoelige terreingebruik de volgende minimum gehaltes nodig om humaan spoedeisend te kunnen zijn: Koper: 94000 mg/kgds lood: 3655 mg/kgds zink: geen humane spoed mogelijk bij terreingebruik ‘ander groen, bebouwing, infrastructuur en industrie’ De dataset van de gemeente Vlissingen bevat slechts drie monsters waarin een hoger loodgehalte is gemeten dan voornoemde 3655 mg/kgds. Dit betreft twee monsters in de zone ‘J Bedrijfsterrein Baskenburg’ en één monster met bodemvreemde bijmengingen in de bovengrond van de zone ‘: Bedrijfsterrein Poortersweg’. In de bovengrond van laatstgenoemde zone is de 95-percentielwaarde lager dan de interventiewaarde. De 95-percentielwaarde van de ondergrond is een factor 7 lager dan eerdergenoemde 3655 mg/kgds. De hoogste meetwaarde voor koper in de dataset van de gemeente Vlissingen bedraagt 2500 mg/kgds (gemeten in de zone ‘J Bedrijfsterrein Baskenburg’). Gezien het benodigde onverharde toetsoppervlak bij relatief ongevoelig terreingebruik worden ecologische risico’s als gevolg van ongekeurd grondverzet niet waarschijnlijk geacht. De kans op het veroorzaken van een nieuwe spoedeisende verontreiniging als gevolg van ongekeurd grondverzet vanuit voornoemde zones is derhalve mimiem.
Bkk gemeente Vlissingen
31/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bkk gemeente Vlissingen
32/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
6
RISICOTOOLBOX
6.1
Gebiedsspecifiek beleid en de risicotoolbox
Uit het voorgaande hoofdstuk blijkt, dat de zones met vooroorlogse bebouwing in de bodemkwaliteitsklasse industrie vallen. Grond die in deze zones vrijkomt kan in het algemeen niet in dezelfde zone worden toegepast volgens het generieke beleid. In de Nota bodembeheer van de gemeente Vlissingen (lit. 3) is gebiedsspecifiek beleid opgenomen, waarbij voor een aantal zones Lokale Maximale Waarden (LMW) zijn vastgelegd. Deze LMW zijn van kracht nadat de gemeenteraad van Vlissingen de Nota bodembeheer heeft vastgesteld. Een voorwaarde voor het vaststellen van LMW is, dat de gevolgen van deze waarden worden beoordeeld met behulp van de risicotoolbox (www.risicotoolbox.nl). Dit instrument is ontwikkeld om te bepalen welke risico’s de LMW met zich mee brengen bij een bepaald terreingebruik. In de Nota bodembeheer (lit. 3) zijn voor de volgende zones hogere LMW vastgelegd dan de generieke toepassingseisen: Zone LMW A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf Maximale waarden voor industrie (alle NEN57401960 (gedeeltelijk): parameters) gedeelte met bodemfunctie industrie ten noorden van de Fort de Ruijterweg D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel (*) Koper: 190 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) Lood: 530 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) Zink: 720 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) PAK (10 VROM): 40 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) E: Overige vooroorlogse kernen (*) Koper: 190 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) Lood: 530 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) Zink: 720 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) PAK (10 VROM): 40 mg/kgds (=MaxINDUSTRIE) F: Industrieterrein Vlissingen-Oost Maximale waarden voor industrie (alle NEN5740parameters) (*) LMW gelden alleen voor grond afkomstig uit dezelfde zone voor toepassingen op locaties met een ongevoelig terreingebruik zoals bouwwerken, infrastructurele werken. In de zones ‘A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960’ en ‘F: Industrieterrein Vlissingen-Oost’ zijn de LMW niet hoger dan de maximale waarden die bij de betreffende functie van de bodem behoren. In dat geval is de uitkomst van de risicotoolbox, dat de bodem duurzaam geschikt is voor het betreffende gebruik. Dit hoofdstuk bevat de uitkomsten van de toepassing van de risicotoolbox voor met name de situaties waarbij de LMW hoger zijn dan de maximale waarden die bij de betreffende functie van de bodem behoren.
Bkk gemeente Vlissingen
33/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
6.2
Ecologische risico’s volgens de risicotoolbox
Voor de ecologische risico’s rekent de risicotoolbox met 3 verschillende beschermingsniveaus, afhankelijk van de functie van de bodem. Afhankelijk van het beschermingsniveau toetst de risicotoolbox voor de ecologische risico’s van de somparameter van PAK en de metalen uit NEN5740 aan de achtergrondwaarde, MaxWONEN of MaxINDUSTRIE 6: Bodemfunctie Ecologisch beschermingsniveau Risicogrenswaarde Natuur Hoog Achtergrondwaarde Wonen met tuin Gemiddeld MaxWONEN * Moestuinen/volkstuinen Gemiddeld MaxWONEN * Landbouw zonder boerderij/erf Gemiddeld MaxWONEN Groen met natuurwaarden Gemiddeld MaxWONEN Plaatsen waar kinderen spelen Gemiddeld of MaxWONEN * of Matig MaxINDUSTRIE Ander groen, bebouwing en industrie Matig MaxINDUSTRIE * Voor cadmium en kwik hogere risicogrenswaarden dan MaxWONEN De risico-index wordt in de risicotoolbox als volgt bepaald: Risico-index = LMW / risicogrenswaarde Verder berekent de risicotoolbox de toxische druk op ecosystemen van (mengsels van) stoffen, uitgedrukt in msPAF. De afkorting PAF staat hierbij voor ‘Potentieel Aangetaste Fractie’, en het voorvoegsel ms duidt aan, dat de risico’s een optelsom van het effect van meerdere stoffen zijn. De msPAF geeft een percentage van het aantal organismen waarop de hogere concentraties een merkbaar/meetbaar effect hebben. De ecologische mengselrisico’s zijn buiten beschouwing gelaten. Deze zijn een optelsom van risico’s voor verschillende stoffen, maar in de praktijk zal de toe te passen grond voor een deel van de stoffen schoner zijn dan de Lokale Maximale Waarden, waardoor de berekening van ecologische mengselrisico’s met alle stoffen tezamen te hoog uit zouden vallen. In de praktijk hebben de binnenstad van Vlissingen en de overige vooroorlogse kernen een lage ecologische waarde. Het grootste deel van deze gebieden is bebouwd of anderszins verhard. Er zijn weliswaar tuinen die gedeeltelijk onverhard zijn, maar de onverharde delen liggen verspreid en hebben meestal een geringe oppervlakte, waardoor de ecologische waarde van deze zones beperkt is. Voor deze zones kan worden volstaan met een matig ecologisch beschermingsniveau. Ook voor het bedrijfsterrein Vlissingen-Oost geldt een matig ecologisch beschermingsniveau. De verhoogde LMW leiden derhalve niet tot noemenswaardige ecologische beperkingen.
6
lood: enigszins afwijkende waarden (540 in plaats van 530 mg/kgds en 214 in plaats van 210 mg.kgds)
Bkk gemeente Vlissingen
34/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
6.3
Humane risico’s volgens de risicotoolbox
In de zones ‘D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel’ en ‘E: Overige vooroorlogse kernen’ is de bodemfunctieklasse in het algemeen ‘wonen’, terwijl de bodemkwaliteitsklasse ‘industrie’ is. In dat geval geldt volgens het generieke beleid uit het Besluit bodemkwaliteit als toepassingseis MaxWONEN. In de Nota bodembeheer (lit. 3) is ervoor gekozen om voor koper, lood, zink en PAK de MaxINDUSTRIE als LMW te hanteren. Deze LMW geldt alleen voor het toepassen van grond afkomstig uit dezelfde zone op locaties met een ongevoelig terreingebruik. Deze paragraaf behandelt de beoordeling van de humane risico’s bij deze LMW met behulp van de risicotoolbox. De berekeningen zijn uitgevoerd met behulp van de webapplicatie op de website www.risicotoolbox.nl. De parameter minerale olie komt niet in de risicotoolbox voor en is verder buiten beschouwing gelaten. Voor PAK berekent de risicotoolbox de humane risico’s van de afzonderlijke PAK (in plaats van de somparameter 10 van VROM) en sommeert deze vervolgens tot een totaal risico. Er is uitgegaan van een standaardbodem (lutum=25%, humus=10%). Dit is een worst case benadering, aangezien in alle zones in de gemeente Vlissingen de gemiddelde percentages voor lutum en organische stof lager zijn. De werkelijke waarden voor MaxINDUSTRIE zijn dus lager dan bij een standaardbodem. De blootstelling aan de verschillende stoffen is bij de werkelijke waarden voor MaxINDUSTRIE lager dan de in dit hoofdstuk berekende blootstelling. Voor de pH van de bodem zijn geen meetgegevens beschikbaar. Als aanname is een pH-waarde van 6 gehanteerd. Voor de meeste stoffen is de pH niet van invloed op de resultaten.
Metalen In de tabellen op de volgende pagina’s zijn de blootstelling en de bijbehorende risico-index opgenomen [tussen vierkante haken] voor MaxWONEN en MaxINDUSTRIE voor de volgende bodemfuncties: Moestuin / volkstuin Wonen met tuin Plaatsen waar kinderen spelen Ander groen, bebouwing en industrie (uitkomsten voor de terreingebruiken ‘natuur’ en ‘groen met natuurwaarden’ zijn voor de humane risico’s identiek) Er is volgens de risicotoolbox sprake van een duurzaam geschikte bodem indien de risico-index lager is dan 1. Bij de meeste terreingebruiken is dit voor alle metalen het geval bij een gehalte van MaxINDUSTRIE. Uitzonderingen hierop vormen lood en kobalt. Verder zou molybdeen een kritische parameter kunnen zijn bij de bodemfunctie ‘moestuin / volkstuin’, maar gehaltes molybdeen boven MaxWONEN zijn in de zones met verhoogde LMW tot dusverre niet aangetroffen.
Bkk gemeente Vlissingen
35/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Blootstelling in mg/kg lg/dag voor MaxWONEN en MaxINDUSTRIE (standaardbodem) [Tussen vierkante haken is de risico-index weergegeven] Bodemfunctie: MaxWONEN Blootstelling MaxINDUSTRIE (mg/kgds) (mg/kg lg/dag) (mg/kgds) - Moestuin / volkstuin -4 Arseen 27 1,14 x 10 76 [index 0,16] Cadmium 1,2 1,14 x 10-4 4,3 [index 0,41] Chroom (III) 62 2,59 x 10-4 180 [index 0,06] Koper 54 0,00388 190 [index 0,04] Kwik 0,83 8,02 x 10-5 4,8 [index 0,04] Lood 210 0,00322 530 [index 1,79] Nikkel 39 0,00161 100 [index 0,04] Zink 200 0,0137 720 [index 0,05] 190 Kobalt 35 0,0172 [index 15,66] Molybdeen 88 0,00497 190 [index 0,83] Bodemfunctie: - Wonen met tuin Arseen
MaxWONEN (mg/kgds) 27
Cadmium
1,2
Chroom (III)
62
Koper
54
Kwik
0,83
Lood
210
Nikkel
39
Zink
200
Kobalt
35
Molybdeen
88
Bkk gemeente Vlissingen
Blootstelling (mg/kg lg/dag) 4,37 x 10-5 [index 0,06] 1,73 x 10-5 [index 0,06] 1,12 x 10-4 [index 0,03] 8,61 x 10-4 [index 0,01] 1,24 x 10-5 [index 0,01] 0,00141 [index 0,79] 0,00123 [index 0,03] 0,00196 [index 0,01] 0,00211 [index 1,92] 7,08 x 10-4 [index 0,12]
36/43
MaxINDUSTRIE (mg/kgds) 76 4,3 180 190 4,8 530 100 720 190 190
Blootstelling (mg/kg lg/dag) 3,21 x 10-4 [index 0,46] 2,75 x 10-4 [index 0,82] 7,52 x 10-4 [index 0,19] 0,0136 [index 0,12] 4,64 x 10-4 [index 0,24] 0,00812 [index 4,51] 0,00413 [index 0,09] 0,0493 [index 0,20] 0,0935 [index 84,99] 0,0107 [index 1,79] Blootstelling (mg/kg lg/dag) 1,23 x 10-4 [index 0,18] 4,45 x 10-5 [index 0,16] 3,26 x 10-4 [index 0,08] 0,00303 [index 0,03] 7,16 x 10-5 [index 0,04] 0,00357 [index 1,98] 0,00316 [index 0,07] 0,00705 [index 0,03] 0,0115 [index 10,41] 0,00153 [index 0,25]
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bodemfunctie: - Plaatsen waar kinderen spelen Arseen
MaxWONEN (mg/kgds) 27
Cadmium
1,2
Chroom (III)
62
Koper
54
Kwik
0,83
Lood
210
Nikkel
39
Zink
200
Kobalt
35
Molybdeen
88
Bodemfunctie: - Ander groen, bebouwing en industrie Arseen
MaxWONEN (mg/kgds) 27
Cadmium
1,2
Chroom (III)
62
Koper
54
Kwik
0,83
Lood
210
Nikkel
39
Zink
200
Kobalt
35
Molybdeen
88
Bkk gemeente Vlissingen
Blootstelling (mg/kg lg/dag) -5
3,37 x 10 [index 0,05] 1,48 x 10-6 [index 0,01] 7,60 x 10-5 [index 0,02] 2,52 x 10-4 [index 0,00] 1,26 x 10-6 [index 0,00] 0,00104 [index 0,58] 0,00117 [index 0,03] 2,47 x 10-4 [index 0,00] 4,53 x 10-5 [index 0,04] 1,09 x 10-4 [index 0,02] Blootstelling (mg/kg lg/dag) 7,20 x 10-6 [index 0,01] 3,05 x 10-7 [index 0,00] 1,53 x 10-5 [index 0,00] 1,99 x 10-4 [index 0,00] 4,49 x 10-7 [index 0,00] 2,10 x 10-4 [index 0,12] 0,00113 [index 0,02] 5,09 x 10-5 [index 0,00] 1,10 x 10-5 [index 0,01] 2,29 x 10-5 [index 0,00]
37/43
MaxINDUSTRIE (mg/kgds) 76 4,3 180 190 4,8 530 100 720 190 190
MaxINDUSTRIE (mg/kgds) 76 4,3 180 190 4,8 530 100 720 190 190
Blootstelling (mg/kg lg/dag) 9,47 x 10-5 [index 0,14] 5,31 x 10-6 [index 0,02] 2,21 x 10-4 [index 0,06] 8,85 x 10-4 [index 0,01] 7,30 x 10-6 [index 0,00] 0,00262 [index 1,46] 0,00299 [index 0,07] 8,88 x 10-4 [index 0,00] 2,46 x 10-4 [index 0,22] 2,36 x 10-4 [index 0,04] Blootstelling (mg/kg lg/dag) 2,03 x 10-5 [index 0,03] 1,09 x 10-6 [index 0,00] 4,45 x 10-5 [index 0,01] 6,99 x 10-4 [index 0,01] 2,6 x 10-6 [index 0,00] 5,31 x 10-4 [index 0,30] 0,0029 [index 0,06] 1,83 x 10-4 [index 0,00] 5,96 x 10-5 [index 0,05] 4,95 x 10-5 [index 0,01]
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Het meest kritische terreingebruik is ‘moestuin / volkstuin’. Het onderliggende risicomodel gaat voor de blootstelling bij ‘moestuin / volkstuin met een gemiddelde gewasconsumptie’ uit van een huishouden, dat 50% van de bladgewassen en 25% van de knolgewassen van de betreffende bodem consumeert. In de praktijk is hiervoor een moestuin met een minimale oppervlakte van 100 m2 benodigd (lit. 20). Dergelijke moestuinen zijn niet gebruikelijk in de binnenstad van Vlissingen of de overige vooroorlogse kernen . Bij de bodemfunctie ‘wonen met tuin’ rekent het risicomodel met een gewasconsumptie van 10% uit eigen tuin (lit. 20). Lood vormt een kritische parameter bij de terreingebruiken ‘moestuin / volkstuin’, ‘wonen met tuin’ en ‘plaatsen waar kinderen spelen’. Bij deze terreingebruiken is de risico-index bij een gehalte van MaxINDUSTRIE hoger dan 1. Dit wordt overigens mede veroorzaakt door de blootstelling aan lood vanuit andere bronnen dan bodem zoals luchtverontreiniging. De hoge risico-index voor kobalt in bovenstaande tabellen wordt veroorzaakt door modelmatige onzekerheden. Voor kobalt is het niet mogelijk om een betrouwbare blootstelling via consumptie van groenten te berekenen (lit. 21). De humaan-toxicologische risicogrens in de landelijke modellen is hierdoor onzeker en conservatief. In de landelijke normstelling is voor kobalt alleen uitgegaan van ecologie en zijn vanwege de modelmatige onzekerheden humane risico’s buiten beschouwing gelaten. De risicotoolbox berekent echter wel een blootstelling op basis van onzekere, conservatieve aannames over blootstelling via gewasconsumptie.
PAK De normering uit de Regeling bodemkwaliteit gaat uit van de som van 10 PAK’s. De risicotoolbox berekent voor PAK per individuele PAK een blootstelling en een bijbehorende risico-index. Vervolgens worden deze afzonderlijke risico-indexen gesommeerd tot een totale risico-index voor som-PAK. Benzo(a)pyreen weegt het zwaarst in de bepaling van de risico-index, gevolgd door indeno(123cd)pyreen. De dataset uit Bis4all bevat voor ruim 2054 grondmonsters de afzonderlijke analyseresultaten van de benzo(a)pyreen. Hiervan hebben 856 monsters een som-PAK hoger dan de Achtergrondwaarde (1,5 mg/kgds), waarvan 406 monsters een som-PAK hoger dan MaxWONEN (6,8 mg/kgds) hebben. Voor deze monsters is bekeken, welk aandeel benzo(a)pyreen en indeno(123cd)pyreen hebben in de totale som van PAK. In 84% van de monsters boven de Achtergrondwaarde, respectievelijk in 80% van de monsters boven MaxWONEN bestaat de som-PAK uit maximaal 15% benzo(a)pyreen (gemiddeld 11,9% respectievelijk 11,8%). Benzo(a)pyreen en indeno(123cd)pyreen tezamen hebben in 95% van de monsters een aandeel van 30% of minder in de totale som van PAK (geldt zowel voor de monsters boven de Achtergrondwaarde) als voor de monsters boven MaxWONEN). Voor de toepassing van de risicotoolbox is uitgegaan van een aandeel van 15% benzo(a)pyreen en 15% indeno(123cd)pyreen in de totale som-PAK. De resterende 70% is verdeeld over de overige acht PAK’s.
Bkk gemeente Vlissingen
38/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Onderstaande tabel bevat de risico-index voor MaxWONEN en MaxINDUSTRIE van som-PAK. Risico-index som-PAK bij standaardbodem (organische stof = 10%): Bodemfunctie MaxWONEN Risico-index MaxINDUSTRIE (mg/kgds) (mg/kgds) Moestuin/volkstuin 6,8 2,30 40 (gem. gewasconcumptie) Wonen met tuin 6,8 0,94 40 Plaatsen waar kinderen spelen Natuur Groen met natuurwaarden Overig groen, bebouwing, industrie
Risico-index 13,51 5,53
6,8
0,34
40
2,00
6,8
0,08
40
0,49
Bij verschillende terreingebruiken is de risico-index bij MaxINDUSTRIE hoger dan 1. Dit wordt vooral veroorzaakt door de blootstelling aan benzo(a)pyreen. Bij gehaltes van MaxINDUSTRIE is de bodem bij deze gevoeliger terreingebruiken minder geschikt voor het betreffende terreingebruik (maar daarmee nog niet ongeschikt). Bij een risico-index lager dan 1 geldt, dat de bodem duurzaam geschikt is voor het betreffende terreingebruik.
Bkk gemeente Vlissingen
39/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Bkk gemeente Vlissingen
40/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
7
CONCLUSIES
Zone-indeling In deze bodemkwaliteitskaart is de landbodem van de gemeente Vlissingen voor de parameters uit NEN5740 (metalen, PAK, minerale olie en PCB’s) ingedeeld in 11 zones met een vergelijkbare algemene milieuhygiënische bodemkwaliteit (toetsing op basis van rekenkundig gemiddelde): Zone Kwaliteitsklasse Kwaliteitsklasse Bovengrond (0-0,5 m-mv) Ondergrond (0,5-2,0 m-mv) A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf Achtergrondwaarde Achtergrondwaarde 1960 B: Woonwijken 1940-1980 Oost Souburg Wonen Wonen C: Wijken tussen Singel en Sloeweg + Wonen Achtergrondwaarde lintbebouwing Gerbrandystraat D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel Industrie Industrie E: Overige vooroorlogse kernen Industrie Industrie F: Industrieterrein Vlissingen-Oost Achtergrondwaarde Achtergrondwaarde G: Bedrijfsterrein Poortersweg Industrie Wonen H: Industrie Binnenhaven en Buitenhaven Voldoet niet aan klasse Voldoet niet aan klasse industrie industrie (*) I: Scheldeterrein (*) Voldoet niet aan klasse Voldoet niet aan klasse industrie industrie J: Bedrijfsterrein Baskenburg (*) Voldoet niet aan klasse Industrie industrie K: Industrieterrein Zalco (*) Industrie Industrie (*) Voor de zones H t/m K geldt de bodemkwaliteitskaart niet als milieuhygiënische verklaring voor de kwaliteit van de vrijkomende grond. In deze zones dient de bodemkwaliteitskaart alleen voor het vaststellen van de toepassingseis volgens generiek beleid.
Nieuw stoffenpakket NEN5740 Op 1 juli 2008 zijn de parameters barium, kobalt, molybdeen en PCB’s (som 7) zijn toegevoegd aan het standaard stoffenpakket uit NEN5740. Voor bodemkwaliteitskaarten geldt voor deze stoffen een overgangstermijn van 5 jaar, waarin nog niet hoeft te worden voldaan aan het minimum van 20 waarnemingen per zone. In een aantal zones zijn voor deze ‘nieuwe’ stoffen minder dan 20 waarnemingen beschikbaar. Op basis van de wel beschikbare gegevens in de gemeente Vlissingen en de ervaringen tot dusverre in andere Zeeuwse gemeentes wordt niet verwacht dat in deze zones een klassebepalende diffuse verontreiniging met één van deze nieuwe stoffen voorkomt. Met klassebepalend wordt hier bedoeld: als gevolg van de toetsing van de ‘nieuwe’ stof wordt de zone in een hogere klasse ingedeeld dan de toetsing zou zijn op basis van alleen de ‘oude’ stoffen. Er is er geen milieuhygiënische noodzaak om aanvullend onderzoek uit te voeren in zones met minder dan 20 waarnemingen voor de ‘nieuwe’ stoffen, enkel om het aantal waarnemingen voor de ‘nieuwe’ stoffen op het minimum van 20 analyses te brengen.
Bkk gemeente Vlissingen
41/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
Lokaal afwijkende situaties Met nadruk wordt erop gewezen, dat in de bodemkwaliteitskaart een gemiddelde achtergrondkwaliteit van grotere gebieden wordt vastgelegd. Plaatselijk kan de bodemkwaliteit hiervan afwijken, bijvoorbeeld in geval van verdachte locaties, wegbermen, boerenerven en bijmengingen van puin en koolas. Toepassen van grond op basis van deze bodemkwaliteitskaart is dus pas mogelijk, nadat eerst een historische toets is uitgevoerd. De verdere regels en randvoorwaarden voor het toepassen van grond zijn vastgelegd in de Nota Bodembeheer van de gemeente Vlissingen. Zo zijn in de Nota bodembeheer voor bepaalde zones aanvullende onderzoeksvoorwaarden opgenomen.
Bkk gemeente Vlissingen
42/43
Eindrapport, 30 juli 2013
MARMOS bodemmanagement
LITERATUUR 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
9. 10. 11. 12. 13. 14.
15. 16. 17. 18. 19. 20. 21.
Besluit bodemkwaliteit; Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden, jaargang 2007, nr. 469. Regeling bodemkwaliteit; Staatscourant, 20 december 2007. Nota bodembeheer gemeente Vlissingen; Marmos Bodemmanagement, 30 juli 2013. Richtlijn bodemkwaliteitskaarten; Ministerie van VROM en Ministerie van Verkeer en Waterstaat; gepubliceerd via website NEN, 7 september 2007. Bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan Walcheren; Grontmij Advies & Techniek bv – Vestiging Limburg, 26 augustus 2002. Bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan in het kader van de Vrijstellingsregeling grondverzet Zeeland Seaports; Marmos Bodemmanagement, 28 november 2005. Bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan voor wegbermen in de provincie Zeeland; Waterschap Zeeuwse Eilanden, 22 november 2005. Interim-richtlijn Opstellen en toepassen bodemkwaliteitskaarten in het kader van de Vrijstellingsregeling grondverzet; bijlage 1 van de nota "Grond grondig bekeken", ministerie van VROM, juni 1999. Vrijstellingsregeling grondverzet; ministeriële vrijstellingsregeling bij het Bouwstoffenbesluit; 10 september 1999. Bodemkwaliteitskaart gemeente Terneuzen; Marmos Bodemmanagement, 2 januari 2009. Bodemkwaliteitskaart gemeente Borsele; Marmos Bodemmanagement, 6 oktober 2009. Bodemfunctieklassenkaart Gemeente Vlissingen; gemeente Vlissingen, vastgesteld door College van B&W op 27 januari 2009. NEN5740, Bodem – Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van verkennend bodemonderzoek – Onderzoek naar de milieuhygiënische kwaliteit van bodem en grond; NEN, januari 2009. NEN5740, Bodem – Onderzoeksstrategie bij verkennend bodemonderzoek – Onderzoek naar de milieuhygiënische kwaliteit van bodem en grond; NEN, april 2000, met wijzigingsblad NEN5740:1999/A1: 2008. Geologische kaarten van Zeeland, 1:250.000; RGD, 1996. Paleogeografische kaarten van Zeeland, 1:250.000; RGD, 1996. Bodemkaart van Nederland 1:50.000, toelichting bij de kaartbladen 42 West en 42 Oost Zierikzee 47/48 West Cadzand/Middelburg; DLO-Staring Centrum, 1994. Polytechnisch Tijdschrift. 9e jaargang, no. 31-34, 14 augustus 1954. Globale schets van de geografische ontwikkeling van Vlissingen; A. Meerman, gemeente-archivaris van Vlissingen, 30-09-1997. Pilotproject boomgaarden Zeeland – Gebruik gewasbeschermingsmiddelen 1945-1980 – Historie boomgaarden Zeeland. CONCEPT; DLV Plant BV, marktgroep fruitteelt, Boxtel, april 2003. Evaluatie van het nieuwe stoffenpakket NEN5740 in relatie tot bodemkwaliteitskaarten in Zeeland; Marmos Bodemmanagement, 29 november 2010.
Bkk gemeente Vlissingen
43/43
Eindrapport, 30 juli 2013
SCHAAL: 1:35.000
DATUM: 21-06-2011
BIJLAGE:
1
Begrenzing bodembeheergebied
PROJECT:
P10-17
Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen
OPDRACHTGEVER:
Gemeente Vlissingen
Ouderdom bebouwing
SCHAAL: 1:35.000
DATUM: 05-07-2011
BIJLAGE:
2
Ouderdom bebouwing
PROJECT:
P10-17
Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen
OPDRACHTGEVER:
Gemeente Vlissingen
Bedrijven <1900 Bedrijven 1900-1940 Bedrijven 1940-1960 Bedrijven 1960-1980 Bedrijven 1980-2010 Woonwijk <1900 Woonwijk 1900-1940 Woonwijk 1940-1960 Woonwijk 1960-1980 Woonwijk 1980-2010
SCHAAL: 1:35.000
DATUM: 12-09-2011
BIJLAGE:
3
Ophooglagen
PROJECT:
P10-17
Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen
OPDRACHTGEVER:
Gemeente Vlissingen
Ophooglagen Oude binnenstad Vlissingen en oude kern Oost-Souburg Puinhoudende ophooglaag Opgespoten met zeezand Gebied waar regelmatig puinbijmenging wordt aangetroffen (globale begrenzing)
SCHAAL: 1:35.000
DATUM: 12-09-2011
Voormalige boomgaarden op basis van topografische kaarten
BIJLAGE:
4
Ligging voormalige boomgaarden
PROJECT:
P10-17
Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen
OPDRACHTGEVER:
Gemeente Vlissingen
Boomgaard op topografische kaart in ca. 1960 Overige boomgaarden in periode 1940-1980
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 5: NIET REPRESENTATIEVE RAPPORTEN/ANALYSES In aanvulling op onderstaande lijst zijn de volgende analysegegevens niet meegenomen bij de statistische berekeningen: - alle analyses uit rapporten met onderzoekstypes SO (saneringsonderzoek), SP (saneringsplan), SE (saneringsevaluatie) - alle individuele olie-analyses (monsters die alleen zijn geanalyseerd op minerale olie) Tenzij anders vermeld is het hele rapport niet meegerekend.
765
Eindrapport VO Lammerenburg III te Vlissingen
3337
NO de Visserstraat 17 te Vlissingen
NO met alleen PAK-analyses, lokale verontreiniging gerelateerd aan puinbijmenging
310
i.o. en a.o. Rehobothstraat 5 Oost-Souburg
oud onderzoek (1991) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv
38 39
n.o. Berlagestraat 18 te Vlissingen ao Berlagestraat 18 te Vlissingen Resultaten Indicatief b.o. President Rooseveltlaan 733 Bodemonderzoek President Rooseveltlaan Indicatief bodemonderzoek i.o. Jan Ligthartschool Vlissingen i.o. en lokalisering vml. stortplaats Zaaihoekweg vml. LTS
NO lokale PAK-verontreiniging (alleen PAK-analyses) gerelateerd aan puin/koolas NO lokale PAK-verontreiniging (alleen PAK-analyses) gerelateerd aan puin/koolas
A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960
744 745
B
Projectnr 3
Toelichting (+ niet representatieve boringen / monsters) lokale PAK-verontreiniging, puinhoudende bodem rondom rand parkeerplaats
naam / adres rapport vo Kenau hasselaarstraat te Vlissingen N.O. Nader bodemonderzoek Gerbrandystraat Vlissingen O.o. vml. benzinestation Ritthemsestraat Gerbrandystraat 84 (derde project op locatie V1327/84) v.o. Koopmansvoetpad 71 & 73 te Vlissingen Beperkt n.o. Koopmansvoetpad-west (voorm. stortplaats). Eindrapport v.o. Koopmansvoetpad 75 Aanvullend onderzoek Koopmansvoetpad
C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat
Zone
171 301 441 540 652
125 203 272 346
BKK gemeente Vlissingen
voormalige stortplaats oud onderzoek (1990) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv voormalige stortplaats voormalige stortplaats voormalige stortplaats voormalige stortplaats voormalige stortplaats M01 en M02 vervallen; binnenbak bij manege hoge chroomgehaltes door mengsel van grond, slakken, puin en beton
oud onderzoek (1991) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv cunetonderzoek met monstername 0-1,5 m-mv oud onderzoek (1991) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv oud onderzoek (1989) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv + vm. stortplaats
1
5 november 2011
Marmos . Bodemmanagement
Projectnr 348 349 353 770
VO Cruquiusstraat e.o. Vlissingen
Toelichting (+ niet representatieve boringen / monsters) voormalige stortplaats voormalige stortplaats Lokale verontreiniging PAK en minerale olie, inmiddels gesaneerd M19 (lokale olieverontreiniging, puinhoudend monster), M88 (lokale olie- en PAKverontreiniging, puinhoudend monster) en MM92 (lokale olie- en PAK-verontreiniging, matig puinhoudend monster) op vervallen
225
i.o. Oranjeplein 46
oud onderzoek (1989) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv
172
terrein Poortersweg
G Bedrijfs-
D Binnenstad Vlissingen binnen singel
voormalige stortplaats
438 458 575 636 723 755
vo Singel 190 te Vlissingen resultaten i.o. Nieuwstraat232-236 (Gravestraat '1' BIS4all) i.o. Kasteelstraat 118 v.o. Kenau Hasselaarstraat Resultaten i.o. Lange Zelke n.o. vml. gasfabrieksterrein 'Wijnbergsekade' n.o. Stadhuisplein e.o. Rapport a.o. Singel 190 Projectnr. BOZ-2323
E
6
naam / adres rapport n.o. Zaaihoekweg Vlissingen Eindrapport aanvullend n.o. Zaaihoekweg o.o. en n.o. Albert Cuyplaan te Vlissingen
F Industrieterrein VlissingenOost
C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lint. Gerbrandystr.
Zone
428
307 308 592 921 941 8 9 509 658
BKK gemeente Vlissingen
oud onderzoek (1991) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv oud onderzoek (1992) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv monstername over dieptetraject 0-3 m-mv (en diepere monsters) oud onderzoek (1991) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv voormalige gasfabriek voormalige stortplaats voormalige stortplaats
Eindrapport vo nieuwb. magazijn bedr.terrein Ritthemsestraat Eindrapport v.o. Toekomstig Meetkamer EPP a.o. Thermphos toekomstig meetkamer EPP 0-fase-fase 4 KSG Scheldepoort Opslagterrein naast dok 2 SP VO bedrijventerrein Cobelfret fase 2 Ritthemsestraat te Ritthem VO naast fosfaathal Europaweg-Zuid (M1395) (SMA, kenmerk 23100064)
lokale verontreiniging met o.a. cadmium, terrein Thermpos bemonstering van slakkenlaag lokale verontreiniging metalen door straalgrit, beide bovengrondmonsters niet meegerekend verhoogd PAK-gehalte gerelateerd aan verhardingsmateriaal; uitsplitsing MM14 op PAK: alle 7 separate PAK-analyses op vervallen Lokale cadmiumverontreiniging terrein Thermpos Uitsplitsing slakhoudend mengmonster op cu, zn (M01, M02) en sterk slakhoudend monster uit NO (M04) niet meegerekend
vo Oostelijke Bermweg te Vlissingen no Bodemonderzoek Oostelijke Bermweg o.o. Terrein Windhoek a/d Havenweg Eindrapport n.o. Poortersweg
voormalige stortplaats voormalige stortplaats 3 slibmonsters niet meegerekend (SM4, SM5, SM6) voormalige stortplaats
uitsplitsing van mengmonster (3 deelmonsters M04, M05, M06) niet meegerekend
2
5 november 2011
Marmos . Bodemmanagement
G Bedrijfsterrein Poortersweg
Toelichting (+ niet representatieve boringen / monsters)
842
H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven
naam / adres rapport VO volgens NEN 5740 Poortersweg 10 te Vlissingen VO Deinsvlietweg VO MOB-complex Vlissingen te Vlissingen Definitieve rapportage VO MC Vlissingen
61
3400
o.b. bestaande en nietuwe bedrijfsterreinen Edisonweg 37 0-fase bodemonderzoek training centrum Vlissingen vo Oude Veerhavenweg ong.
I
Projectnr
633
o.o. restverontreinigingen vml. Gasfabriek
voormalige gasfabriek
J
Zone
210
o.o. Gildeweg 31 Vlissingen
oud onderzoek (1990) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv; daarnaast puin/teerbijmenging
862 914 915
186
BKK gemeente Vlissingen
voormalige stortplaats voormalige stortplaats voormalige stortplaats voormalige stortplaats oud onderzoek (1991) met monstername over dieptetraject 0-1,5 m-mv oud onderzoek (1989) met hoge detectiegrenzen kwik 8 slibmonsters niet meegerekend (MM1, MM2, M9, M10, M11, M12, M13, M14)
3
5 november 2011
Marmos . Bodemmanagement
Bijlage 6: Normering Regeling bodemkwaliteit (inclusief gewijzigde normen per april 2009) Normen per stof voor standaardbodem (25% lutum en 10% organische stof), in mg/kgds Bovengrens Bovengrens voormalige Achtergrondtoetsingsmaximale toetsingsstofnaam Streefwaarde waarde regel waarde wonen regel Arseen 29 20 27 27 47 Cadmium 0,8 0,6 1,2 1,2 1,8 Chroom 100 55 62 62 117 Koper 36 40 54 54 94 Kwik 0,3 0,15 0,3 0,83 0,98 Lood 85 50 100 210 260 Nikkel 35 35 70 39 74 Zink 140 140 200 200 340 Barium 160 n.v.t. n.v.t. Kobalt 9 15 30 35 50 Molybdeen 3 1,5 3 88 89,5 PAK (10) 1 1,5 3 6,8 8,3 som PCB's 0,02 0,02 0,04 0,02 0,04 minerale olie 50 190 190 190 380
maximale waarde industrie 76 4,3 180 190 4,8 530 100 720 n.v.t. 190 190 40 0,5 500
Interventiewaarde 76 13 180 / 78 190 36 / 4 530 100 720 n.v.t. 190 190 40 1 5000
A
B C 15 0,4 0,4 0,4 0,007 0,021 50 2 0 15 0,6 0,6 0,2 0,0034 0,0017 50 1 1 10 1 0 50 3 1,5 30 5 0 2 0,28 0 n.v.t. (geen bodemtypecorrectie)
Toetsingsregel achtergrondwaarde (bij 7 t/m 15 parameters): Maximaal 2 parameters mogen hoger zijn dan AW, mits niet hoger dan 2 x AW en niet hoger dan maximale waarde voor bodemfunctie wonen (nikkel en PCB's: afwijkende toetsingsregel)
Formule bodemtypecorrectie metalen:
Formule bodemtypecorrectie organische verbindingen:
Gehalte(standaardbodem) = Gehalte(y) / { {A + B x %lutum(y) + C x %humus(y)} / {A + 25 x B + 10 xC} }
Gehalte(standaardbodem) = Gehalte(y) x { 10 / %humus(y) }
Bij een percentage lutum of organische stof lager dan 2% wordt een minimumpercentage van 2% gehanteerd. Bij PAK(10) wordt bij een percentage organische stof lager dan 10% geen bodemtypecorrectie toegepast. Voor organische verbindingen wordt bij een percentage organische stof hoger dan 30% een maximumpercentage van 30% gehanteerd.
Interventiewaarden uit Circulaire bodemsanering 2009
Voor chroom gelden aparte interventiewaarden voor chroom III en chroom IV Voor kwik gelden aparte interventiewaarden voor anorganisch en organisch kwik
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 7: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE A: BUITENGEBIED EN WIJKEN VLISSINGEN VANAF 1960 BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 288 309 289 314 309 314 309 314 21 21 21 309 304 21 236 237
Rekenkundig gemiddelde 12,75 0,45 35,86 15,59 0,13 41,98 16,31 82,61 69,74 7,41 1,03 1,28 89,07 0,018 14,41 3,61
Lognormaal gemiddelde 11,69 0,41 32,10 12,97 0,11 31,39 14,34 70,12 60,10 7,23 1,03 0,41 48,73 0,016 11,45 2,95
P25 <det <det 20,30 4,92 <det 19,99 8,46 55,35 36,45 6,71 <det <det <det <det 8,68 2,20
P50 7,70 <det 30,45 12,41 <det 31,86 14,34 74,50 57,72 7,16 <det 0,20 <det <det 13,70 3,30
P75 15,67 <det 40,60 18,13 0,12 47,17 20,07 100,40 80,65 8,05 <det 0,65 <det 0,011 18,60 4,50
P80 15,67 <det 44,40 20,92 0,14 50,48 21,51 110,69 97,96 8,05 <det 0,93 27,67 0,011 19,70 4,80
P90 19,98 0,54 57,34 25,10 0,20 77,60 25,81 131,55 112,54 8,80 <det 2,32 96,01 0,014 26,05 5,59
P95 26,11 0,68 62,17 32,07 0,27 102,90 28,68 156,10 156,44 10,89 <det 4,32 207,79 0,016 29,50 6,60
Bodemtype correctie 0,77 0,73 0,79 0,72 0,84 0,80 0,70 0,70 0,66 0,67 1,00 1,00 0,36 0,36 1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 11,45 0,43 36,18 9,92 0,10 19,21 15,32 53,26 51,77 6,85 1,23 0,23 36,08 0,012 12,07 2,58
P25 <det <det <det <det <det <det 9,14 15,13 <det 4,98 <det <det <det <det 8,88 1,80
P50 <det <det 28,55 <det <det 15,95 16,61 52,25 54,61 6,59 <det <det <det <det 15,00 2,60
P75 14,05 <det 44,68 10,44 <det 29,45 22,15 72,88 91,68 9,57 0,88 0,06 <det 0,010 21,60 4,38
P80 15,84 <det 49,40 11,82 <det 30,68 24,22 77,00 96,38 10,09 1,50 0,20 <det 0,010 22,66 4,78
P90 19,16 <det 59,57 16,27 0,12 51,05 29,07 90,20 117,51 10,71 2,20 0,86 37,76 0,012 27,66 6,29
P95 24,27 0,66 64,79 20,33 0,28 76,46 32,89 102,16 131,33 10,90 2,71 1,85 106,87 0,013 29,79 8,80
Bodemtype correctie 0,78 0,75 0,81 0,74 0,86 0,81 0,72 0,73 0,69 0,70 1,00 1,00 0,40 0,40 1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 309 312 297 315 311 315 253 315 14 14 14 236 214 14 208 202
Rekenkundig gemiddelde 12,60 0,48 40,07 12,52 0,16 26,43 18,14 60,55 65,54 7,28 1,34 0,79 60,06 0,012 15,29 3,97
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 8: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE B: WOONWIJKEN 1940-1980 OOST-SOUBURG BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 71 74 71 74 74 74 74 74 3 3 3 78 72 3 71 68
Rekenkundig gemiddelde 12,18 0,51 32,91 16,56 0,20 65,99 15,64 107,12 34,04 7,39 0,93 2,66 95,14 0,030 7,36 2,59
Lognormaal gemiddelde 11,65 0,47 30,14 12,51 0,11 35,27 12,47 80,99 33,97 7,06 0,92 0,57 57,86 0,028 5,06 2,02
P25 <det <det 21,63 <det <det 12,33 5,90 50,22 <det <det <det <det <det <det 2,00 1,00
P50 <det <det 29,36 11,76 <det 34,74 12,10 83,85 <det <det <det 0,41 <det <det 6,30 2,30
P75 11,08 <det 37,86 20,60 0,15 74,79 20,92 123,02 <det 1,55 <det 1,38 39,51 <det 13,00 3,63
P80 15,28 <det 40,18 24,72 0,18 87,62 24,60 133,43 3,71 3,19 <det 1,86 46,26 <det 13,40 3,80
P90 18,33 0,62 47,90 35,53 0,25 134,27 28,23 197,20 20,42 6,47 <det 3,31 129,52 <det 16,10 4,96
P95 21,01 0,71 54,08 43,69 0,34 194,24 30,25 319,75 28,78 8,11 <det 6,90 294,88 <det 16,55 5,60
Bodemtype correctie 0,65 0,64 0,65 0,58 0,76 0,71 0,50 0,54 0,43 0,45 1,00 1,00 0,26 0,26 1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 10,25 0,44 28,99 11,55 0,11 30,66 13,52 69,14 84,73 7,79 1,12 0,42 49,81 0,013 8,31 2,39
P25 <det <det 22,62 <det <det 12,47 9,84 39,26 80,52 7,12 <det <det <det <det 6,00 1,65
P50 <det <det 28,28 10,95 0,06 28,17 13,06 65,43 85,26 7,99 0,40 0,22 <det <det 9,60 2,20
P75 <det <det 38,18 17,20 0,16 61,70 18,91 88,32 90,00 8,86 1,10 0,89 33,27 <det 14,30 3,60
P80 7,84 <det 41,00 18,77 0,18 69,75 22,35 97,48 90,94 9,03 1,24 1,18 38,59 <det 15,06 3,90
P90 14,25 0,59 49,49 26,27 0,33 123,94 27,50 149,17 92,84 9,38 1,52 4,72 88,17 <det 18,86 5,80
P95 17,10 0,85 60,80 33,78 0,61 246,82 29,22 366,38 93,79 9,56 1,66 12,48 273,49 <det 21,76 7,25
Bodemtype correctie 0,70 0,68 0,71 0,64 0,80 0,75 0,58 0,61 0,53 0,54 1,00 1,00 0,30 0,30 1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 71 73 71 73 73 73 72 73 2 2 2 67 68 2 73 71
Rekenkundig gemiddelde 10,63 0,49 31,92 16,51 0,17 61,30 15,66 125,41 85,26 7,99 1,25 2,14 89,39 0,013 10,36 3,01
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 9: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE C: WIJKEN TUSSEN SINGEL EN SLOEWEG + LINTBEBOUWING GERBRANDYSTRAAT BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 203 187 185 187 187 187 186 186 2 2 2 184 176 2 157 156
Rekenkundig gemiddelde 16,54 0,56 33,80 27,53 0,27 121,49 16,56 170,53 179,99 7,65 0,70 3,76 133,85 0,009 9,67 2,42
Lognormaal gemiddelde 14,01 0,49 31,03 16,85 0,13 51,53 13,37 107,08 137,03 7,62 0,70 0,97 79,81 0,005 6,75 1,81
P25 <det <det 20,19 <det <det 19,17 5,34 63,10 121,64 7,36 <det 0,10 <det <det 3,10 1,10
P50 12,87 <det 28,84 16,18 0,07 53,39 13,70 110,96 179,99 7,65 <det 0,77 <det <det 9,80 1,80
P75 16,08 0,07 38,93 29,12 0,18 91,72 21,35 168,13 238,34 7,93 <det 2,50 49,64 <det 14,00 3,03
P80 17,54 0,61 41,82 33,65 0,23 116,09 23,13 203,28 250,01 7,99 <det 4,44 99,28 <det 15,08 3,30
P90 21,93 0,61 49,03 57,59 0,46 232,72 28,47 287,98 273,34 8,10 <det 10,35 206,84 <det 20,40 4,50
P95 29,09 0,88 56,24 73,93 0,73 416,17 33,80 402,32 285,01 8,16 <det 17,70 259,59 <det 23,08 5,35
Bodemtype correctie 0,68 0,66 0,69 0,62 0,78 0,73 0,56 0,59 0,51 0,52 1,00 1,00 0,24 0,24 1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 11,63 0,43 30,27 13,40 0,09 29,15 13,56 62,12 40,56 6,78 0,94 0,36 75,77 0,022 9,41 1,69
P25 <det <det 18,74 <det <det 8,70 7,83 28,69 <det 5,69 <det <det <det <det 5,48 1,00
P50 10,46 <det 28,11 10,03 <det 23,73 14,40 63,59 35,47 7,91 <det 0,12 <det <det 11,65 2,00
P75 13,95 <det 40,16 17,47 0,11 45,15 20,35 88,41 48,14 8,66 <det 0,71 46,90 <det 17,95 2,70
P80 13,95 <det 42,83 23,43 0,12 50,09 21,92 99,27 48,64 9,00 <det 1,33 54,40 <det 19,24 3,00
P90 18,13 0,59 50,86 47,10 0,18 103,08 25,36 155,11 84,11 9,56 <det 3,20 176,34 <det 22,50 3,60
P95 23,29 0,74 64,44 88,28 0,36 243,19 32,50 263,68 110,46 9,81 <det 8,08 234,49 0,010 25,95 4,10
Bodemtype correctie 0,72 0,68 0,75 0,66 0,81 0,76 0,64 0,64 0,59 0,61 1,00 1,00 0,21 0,21 1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 167 171 164 183 171 172 169 171 7 7 7 152 157 7 162 161
Rekenkundig gemiddelde 12,82 0,48 33,48 32,81 0,15 73,81 16,04 97,53 49,22 7,16 0,95 2,57 108,00 0,022 12,35 2,13
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
5 november 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 10: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE D: BINNENSTAD VLISSINGEN BINNEN SINGEL BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 120 124 120 125 124 138 124 139 4 4 4 153 105 4 104 104
Rekenkundig gemiddelde 14,58 0,63 33,80 109,45 0,53 365,43 20,76 354,11 75,43 9,35 0,88 12,82 171,79 0,027 4,89 2,49
Lognormaal gemiddelde 13,27 0,54 30,85 36,39 0,28 149,45 14,55 196,24 65,51 8,23 0,86 2,39 85,46 0,024 3,26 1,74
P25 <det <det 19,66 15,93 0,03 53,69 <det 89,02 24,20 <det <det 0,60 <det <det 1,45 0,90
P50 11,31 <det 28,44 37,05 0,25 139,24 11,99 184,18 55,51 0,00 <det 2,70 <det <det 2,95 1,80
P75 15,71 <det 38,47 72,26 0,74 370,31 22,68 439,98 82,55 10,55 <det 8,60 56,14 <det 6,05 3,33
P80 16,15 <det 40,15 85,60 0,91 399,93 25,86 581,18 96,21 12,07 <det 10,60 96,23 <det 7,24 3,64
P90 19,38 1,08 46,84 111,91 1,22 1118,34 35,26 924,98 123,54 15,12 <det 19,00 240,58 <det 11,83 5,07
P95 21,08 1,61 51,94 243,08 1,64 1503,46 40,96 1148,04 137,20 16,64 <det 27,00 633,54 <det 13,83 6,40
Bodemtype correctie 0,62 0,62 0,60 0,54 0,73 0,68 0,43 0,49 0,35 0,37 1,00 1,00 0,25 0,25 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 13,62 0,52 29,54 41,73 0,35 131,34 15,82 144,33 69,56 8,53 0,96 0,99 72,34 0,019 4,59 2,14
P25 <det <det 20,55 17,33 0,09 43,85 8,47 69,66 <det 4,38 <det <det <det <det 2,40 1,20
P50 9,23 <det 30,04 45,07 0,42 129,75 17,05 115,78 33,14 9,34 <det 0,58 <det <det 4,40 2,30
P75 16,35 <det 37,94 87,54 0,80 342,21 25,26 225,92 129,49 11,03 <det 3,45 90,46 0,014 9,15 3,50
P80 16,93 <det 41,10 109,21 0,89 456,27 27,36 357,71 137,96 11,34 <det 5,70 132,67 0,015 10,72 3,84
P90 26,16 1,08 47,43 208,01 1,33 1012,36 35,57 751,19 154,90 11,97 0,47 12,00 368,54 0,016 14,26 5,54
P95 32,32 1,83 53,83 302,49 1,98 1782,32 52,62 1396,94 163,37 12,29 0,79 24,25 938,09 0,017 19,08 7,91
Bodemtype correctie 0,65 0,65 0,63 0,58 0,75 0,70 0,48 0,53 0,41 0,43 1,00 1,00 0,30 0,30 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 260 264 260 272 264 276 262 284 4 4 4 236 214 4 198 199
Rekenkundig gemiddelde 15,37 1,45 33,46 103,56 0,95 395,38 20,51 353,27 88,99 9,04 0,98 4,60 240,02 0,020 6,63 2,98
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 11: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE E: OVERIGE VOOROORLOGSE KERNEN BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 85 100 85 104 100 121 100 113 15 15 15 109 97 15 102 100
Rekenkundig gemiddelde 10,47 0,51 32,80 45,76 0,41 211,01 18,03 245,93 122,78 8,48 0,91 10,33 92,86 0,076 6,66 2,99
Lognormaal gemiddelde 10,07 0,46 31,65 25,52 0,22 115,71 15,34 166,25 112,65 7,95 0,89 1,45 55,59 0,022 4,94 2,44
P25 <det <det 28,43 9,91 <det 48,45 9,82 73,33 <det <det <det 0,30 <det <det 3,00 1,50
P50 <det <det 33,17 24,24 0,20 135,38 17,23 176,73 88,16 <det <det 1,50 <det <det 5,05 2,55
P75 9,69 0,37 36,32 43,29 0,52 270,75 21,01 357,23 148,89 9,90 <det 5,00 46,83 <det 9,05 3,90
P80 10,52 0,62 37,90 47,45 0,69 313,50 23,11 381,67 161,62 10,48 <det 6,42 56,19 <det 10,24 4,20
P90 13,41 0,78 41,06 65,80 0,93 456,00 27,42 541,48 193,94 12,02 <det 8,82 101,68 0,025 12,96 5,32
P95 15,38 1,08 52,12 140,52 1,19 598,50 33,61 703,17 217,94 14,44 <det 16,00 298,35 0,298 16,87 6,18
Bodemtype correctie 0,65 0,65 0,63 0,58 0,75 0,70 0,48 0,53 0,41 0,43 1,00 1,00 0,30 0,30 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 9,51 0,41 31,40 22,30 0,19 57,54 15,10 93,65 82,98 6,97 0,91 0,64 63,16 0,016 7,46 2,15
P25 <det <det 26,27 3,73 <det 7,54 11,90 49,61 <det <det <det 0,00 <det <det 5,00 1,60
P50 <det <det 30,65 16,23 0,10 47,87 15,81 78,69 49,76 0,20 <det 0,38 <det <det 8,80 2,00
P75 10,15 <det 38,31 41,39 0,41 150,89 20,89 140,69 118,66 10,29 <det 1,48 37,00 <det 12,85 3,45
P80 10,58 <det 40,86 45,45 0,54 197,53 24,35 159,32 159,31 10,62 <det 2,45 74,00 <det 13,10 3,66
P90 13,59 0,65 45,68 77,26 0,93 370,36 27,62 254,88 173,35 11,60 <det 6,77 157,06 <det 16,18 4,67
P95 15,13 1,25 50,56 158,25 1,41 591,21 30,89 492,65 187,14 12,00 <det 22,90 541,10 <det 20,00 6,49
Bodemtype correctie 0,68 0,66 0,69 0,62 0,78 0,73 0,55 0,58 0,49 0,51 1,00 1,00 0,27 0,27 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 88 108 88 127 108 119 107 112 20 20 20 108 106 20 95 95
Rekenkundig gemiddelde 10,56 0,49 33,23 54,94 1,11 169,15 18,03 158,95 95,27 7,43 0,94 18,61 265,50 0,016 9,26 2,70
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 12: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE F: INDUSTRIETERREIN VLISSINGEN-OOST BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 283 304 282 308 302 304 304 310 26 29 26 303 280 26 170 170
Rekenkundig gemiddelde 12,15 0,53 35,85 14,69 0,14 17,68 13,76 85,75 78,65 8,93 1,75 0,67 107,89 0,021 4,79 1,73
Lognormaal gemiddelde 11,81 0,46 31,91 9,20 0,09 11,62 10,03 40,06 69,58 6,98 1,49 0,25 69,72 0,021 2,59 1,33
P25 <det <det 20,14 <det <det <det <det <det <det <det <det <det <det <det <det 0,70
P50 <det <det 28,53 <det <det <det <det 22,86 <det <det <det <det <det <det 2,00 1,10
P75 12,11 <det 35,25 <det <det 7,48 7,10 39,49 34,48 <det 1,90 0,19 <det <det 3,88 1,88
P80 13,75 <det 36,93 9,44 <det 7,48 7,10 49,88 34,48 <det 2,10 0,20 <det <det 4,54 2,42
P90 16,37 0,61 41,96 20,76 0,07 26,94 14,32 124,69 40,23 8,24 2,85 0,56 50,00 <det 10,46 4,00
P95 17,11 0,66 63,62 32,09 0,10 35,92 38,87 169,48 100,57 17,19 4,70 1,80 105,25 0,017 28,16 5,06
Bodemtype correctie 0,61 0,61 0,60 0,53 0,73 0,67 0,42 0,48 0,35 0,37 1,00 1,00 0,20 0,20 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 12,44 0,48 33,02 8,24 0,09 10,04 9,82 31,84 81,77 6,20 1,28 0,13 66,45 0,020 2,14 1,08
P25 <det <det 19,78 <det <det <det <det <det <det <det <det <det <det <det <det 0,70
P50 <det <det 30,57 <det <det <det <det 21,20 <det <det <det <det <det <det 2,00 1,00
P75 12,85 <det 37,77 <det <det <det <det 29,64 <det 1,62 <det 0,08 <det <det 3,43 1,50
P80 14,26 <det 37,77 <det <det <det <det 31,92 23,52 2,59 1,28 0,20 <det <det 4,12 1,60
P90 17,14 0,17 43,16 10,07 0,07 7,76 8,20 42,86 59,86 8,92 2,83 0,20 50,00 <det 5,44 2,25
P95 17,14 0,68 47,57 10,07 0,07 20,16 12,03 70,67 59,86 20,42 2,87 0,53 50,00 <det 6,87 3,18
Bodemtype correctie 0,58 0,59 0,56 0,50 0,71 0,64 0,37 0,44 0,28 0,31 1,00 1,00 0,20 0,20 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 233 241 232 242 239 241 241 243 8 13 8 156 181 8 124 126
Rekenkundig gemiddelde 12,79 0,53 36,14 9,98 0,11 13,33 13,15 43,66 93,17 8,94 1,46 0,22 95,63 0,020 2,80 1,32
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 13: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE G: BEDRIJFSTERREIN POORTERSWEG BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 83 98 83 101 95 98 98 101 15 15 15 94 98 15 80 80
Rekenkundig gemiddelde 11,83 0,51 42,16 63,96 0,19 122,43 19,92 209,89 102,48 8,36 1,50 2,87 134,79 0,047 16,74 3,84
Lognormaal gemiddelde 11,26 0,45 39,78 22,98 0,14 48,14 17,43 110,84 91,69 8,19 1,11 0,92 55,29 0,026 12,67 3,22
P25 <det <det 29,95 11,58 <det 24,09 15,71 73,98 76,95 7,27 <det 0,22 <det <det 9,80 2,40
P50 <det <det 41,92 18,43 0,13 36,73 20,29 93,79 96,51 7,81 <det 0,70 <det 0,015 15,60 3,70
P75 14,17 0,53 50,31 39,49 0,19 84,30 23,56 171,73 122,00 8,34 <det 2,40 57,36 0,043 24,58 4,80
P80 14,98 0,60 51,51 47,39 0,23 96,59 24,87 198,15 130,58 8,94 <det 3,30 98,04 0,073 26,20 5,10
P90 17,48 0,79 56,06 73,72 0,36 204,74 28,79 290,62 143,94 11,47 3,74 6,87 391,11 0,137 29,73 6,11
P95 18,72 1,05 58,62 115,85 0,47 234,25 34,22 462,35 170,39 11,73 5,22 12,00 571,02 0,155 32,05 8,22
Bodemtype correctie 0,80 0,76 0,83 0,76 0,87 0,83 0,76 0,76 0,73 0,74 1,00 1,00 0,38 0,38 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 11,03 0,38 36,40 13,16 0,09 28,05 16,94 73,96 82,55 8,71 1,89 0,30 26,12 0,010 15,45 3,83
P25 <det <det 28,54 <det <det 10,79 13,37 50,39 <det 6,10 <det <det <det <det 11,38 2,50
P50 <det <det 41,10 9,71 0,05 20,22 19,45 64,79 74,44 7,31 <det 0,10 <det <det 19,15 3,50
P75 14,35 0,35 52,63 15,40 0,14 38,20 23,09 91,19 119,38 9,48 4,23 0,96 22,61 0,006 26,85 5,40
P80 16,07 0,46 53,65 31,27 0,19 49,44 24,31 102,95 180,01 12,14 5,02 1,08 26,25 0,006 27,60 6,74
P90 20,43 0,67 58,91 64,44 0,26 157,29 27,42 207,82 485,03 21,68 6,71 2,02 86,35 0,018 30,95 9,67
P95 21,18 1,24 62,79 135,03 0,38 577,49 38,40 652,73 867,55 24,47 6,76 8,83 258,16 0,064 34,28 16,08
Bodemtype correctie 0,87 0,86 0,88 0,84 0,91 0,89 0,82 0,83 0,80 0,81 1,00 1,00 0,69 0,69 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 63 73 63 73 70 73 73 73 10 10 10 67 72 10 64 64
Rekenkundig gemiddelde 11,87 0,51 40,70 30,49 0,15 191,84 20,05 141,15 214,06 10,37 2,72 1,54 123,61 0,019 18,80 6,86
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 14: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE H: INDUSTRIE BINNENHAVEN EN BUITENHAVEN BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 158 192 159 194 191 201 197 204 31 31 31 208 177 31 141 143
Rekenkundig gemiddelde 13,67 0,81 49,38 148,62 0,47 185,12 75,05 431,79 302,37 24,29 3,96 16,56 908,39 0,261 5,08 4,26
Lognormaal gemiddelde 12,40 0,57 31,84 52,95 0,18 85,31 37,34 207,18 188,72 19,17 1,84 4,28 160,54 0,064 3,87 2,96
P25 <det <det 18,28 20,97 <det 41,54 18,33 109,45 83,92 13,94 <det 1,20 <det 0,014 2,20 1,95
P50 9,67 <det 29,92 52,42 0,13 73,05 30,17 192,51 198,61 19,19 <det 4,45 117,44 0,040 3,80 3,00
P75 14,63 0,71 38,23 118,38 0,29 171,89 69,62 356,68 419,59 23,01 2,55 13,25 375,80 0,233 6,20 4,85
P80 16,72 0,76 42,22 150,61 0,32 200,54 81,22 437,79 559,45 31,55 3,00 18,74 418,07 0,305 7,00 5,56
P90 23,22 1,20 49,86 274,32 0,54 401,08 132,27 797,40 643,37 52,58 5,70 36,80 901,91 0,517 9,50 6,86
P95 27,86 1,71 55,18 477,87 1,04 759,19 174,51 1121,83 923,10 63,10 9,10 75,80 1442,12 0,846 13,00 12,90
Bodemtype correctie 0,65 0,67 0,60 0,57 0,74 0,70 0,43 0,51 0,36 0,38 1,00 1,00 0,43 0,43 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Lognormaal gemiddelde 10,27 0,48 25,66 19,01 0,13 40,74 18,04 97,89 74,18 13,23 1,44 1,99 150,35 0,038 3,37 1,66
P25 <det <det <det <det <det <det <det 34,99 <det 8,93 <det 0,32 <det <det 2,00 0,87
P50 6,54 <det 20,24 12,98 <det 34,08 16,02 84,40 71,39 12,55 <det 1,75 42,14 <det 3,15 1,75
P75 13,41 <det 34,16 37,07 0,15 83,71 28,69 172,91 103,44 17,12 0,05 7,20 281,22 0,083 6,40 3,80
P80 14,22 <det 35,43 44,49 0,18 107,86 31,08 205,85 117,72 22,48 1,64 12,22 355,41 0,119 6,50 4,00
P90 18,58 0,64 45,55 84,90 0,39 219,28 55,71 391,11 189,39 37,65 3,54 22,30 732,81 0,296 8,10 5,48
P95 21,41 0,88 53,98 117,89 0,75 317,81 73,28 592,84 217,66 41,88 6,29 54,50 3334,30 0,359 13,23 7,87
Bodemtype correctie 0,62 0,62 0,59 0,54 0,73 0,67 0,42 0,49 0,34 0,37 1,00 1,00 0,27 0,27 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 136 150 136 153 154 152 148 153 14 14 15 158 136 14 116 114
Rekenkundig gemiddelde 11,76 0,56 29,76 36,93 0,42 95,17 25,25 186,92 88,87 16,58 1,98 20,03 1715,34 0,083 4,64 2,73
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 15: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE I: SCHELDETERREIN BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 24 26 24 28 26 26 26 26 2 2 2 25 25 2 18 18
Rekenkundig gemiddelde 19,93 0,54 33,12 233,00 0,65 390,84 31,12 494,33 71,15 5,06 2,10 9,84 224,47 0,030 6,20 3,31
Lognormaal gemiddelde 15,74 0,49 30,20 72,03 0,35 153,69 20,62 323,23 68,18 5,06 2,10 3,83 158,28 0,030 4,88 2,06
P25 <det <det 22,44 25,21 0,12 67,85 11,72 182,24 60,98 <det <det 2,00 <det <det 2,43 1,45
P50 <det <det 30,45 62,60 0,29 192,84 17,72 247,42 71,15 <det <det 4,80 48,40 <det 6,45 1,75
P75 16,97 <det 39,66 183,88 0,85 339,25 29,17 704,20 81,31 <det <det 8,20 287,39 <det 9,00 3,18
P80 18,82 <det 43,91 281,69 1,12 357,11 38,89 742,27 83,34 <det <det 10,08 308,57 <det 9,90 4,10
P90 47,51 0,85 45,99 817,26 1,80 949,91 77,78 1037,27 87,41 <det <det 19,60 496,13 <det 10,80 6,63
P95 57,22 1,14 54,65 1099,82 2,23 1549,86 108,56 1532,12 89,44 <det <det 20,00 617,14 <det 11,61 9,69
P25 <det <det 22,43 32,07 0,17 69,47 15,91 121,72
P50 <det <det 30,94 105,25 0,27 248,85 25,25 250,60
P75 19,24 0,62 44,86 180,90 0,87 511,52 37,37 617,54
P80 20,43 0,72 49,19 240,11 1,09 669,12 42,42 819,80
P90 28,71 1,30 56,30 601,92 1,69 1562,21 61,61 1272,67
P95 34,19 2,03 58,78 1092,00 2,34 1838,70 74,04 2431,67
0,74 <det
1,75 <det
5,23 196,01
6,08 228,48
12,60 562,78
25,20 642,15
2,30 1,93
8,00 2,35
9,95 5,90
11,50 6,00
13,64 9,79
14,64 13,00
Bodemtype correctie 0,65 0,65 0,62 0,58 0,75 0,70 0,46 0,53 0,39 0,42 1,00 1,00 0,33 0,33 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Bodemtype correctie 0,68 0,69 0,65 0,61 0,77 0,72 0,50 0,56 0,43 0,45 1,00 1,00 0,42 0,42 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 47 48 47 49 48 48 48 48 1 1 1 48 47 1 39 38
Rekenkundig gemiddelde 15,79 0,68 35,00 257,21 0,69 471,17 30,56 669,30 51,18 4,67 2,10 5,37 209,14 0,024 7,33 4,16
Lognormaal gemiddelde 14,12 0,53 30,04 85,04 0,35 202,37 24,05 285,87 51,18 4,67 2,10 1,73 126,38 0,024 5,64 2,99
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 16: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE J: BEDRIJFSTERREIN BASKENBURG BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 57 60 57 64 60 71 60 63 3 3 3 56 59 3 55 55
Rekenkundig gemiddelde 15,84 0,96 41,13 104,55 0,44 667,35 28,70 618,08 83,07 9,89 1,05 15,16 163,77 0,018 6,94 2,68
Lognormaal gemiddelde 13,47 0,63 37,81 27,29 0,16 98,67 17,32 173,22 79,26 9,76 1,05 1,50 95,33 0,018 4,94 1,81
P25 <det <det 26,62 <det <det 22,81 <det 57,07 68,30 9,13 <det 0,37 <det <det 2,60 1,00
P50 7,85 <det 32,88 19,93 0,06 85,55 14,78 129,10 83,87 10,50 <det 1,15 <det <det 6,20 2,00
P75 16,93 <det 45,40 52,87 0,20 263,79 25,32 318,08 98,25 10,96 <det 5,68 158,80 <det 10,25 2,70
P80 16,93 0,46 46,97 62,75 0,31 684,42 28,93 508,93 101,13 11,05 <det 6,20 204,01 <det 11,14 3,24
P90 23,70 2,38 55,42 455,90 1,09 1083,66 56,62 1668,99 106,88 11,23 <det 22,00 381,11 <det 12,84 4,52
P95 34,16 3,27 78,59 566,84 1,79 1711,04 89,38 3044,23 109,75 11,32 <det 43,75 467,05 <det 17,58 9,36
Bodemtype correctie 0,65 0,64 0,64 0,58 0,76 0,70 0,48 0,53 0,42 0,44 1,00 1,00 0,27 0,27 1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 64 65 63 90 65 96 62 74
Rekenkundig gemiddelde 12,81 0,55 37,35 147,14 0,39 386,19 18,05 279,66
Lognormaal gemiddelde 11,91 0,48 34,73 28,94 0,13 97,22 15,08 124,32
P25 <det <det 23,15 9,85 <det 31,17 9,43 56,18
P50 <det <det 34,05 18,11 <det 66,94 16,12 95,20
P75 13,32 <det 44,95 41,50 0,14 345,51 20,96 155,67
P80 13,87 <det 46,31 113,78 0,18 525,00 22,57 333,98
P90 18,59 0,40 51,49 392,33 0,30 1069,69 24,18 622,69
P95 20,81 1,27 59,79 534,18 0,96 1575,00 38,29 1560,63
Bodemtype correctie 0,72 0,70 0,73 0,66 0,81 0,76 0,62 0,64
44 52
28,57 112,83
1,02 56,47
<det <det
0,74 <det
2,63 51,59
6,32 93,69
20,70 258,14
43,90 357,07
1,00 0,31
64 64
11,71 3,05
8,20 2,06
3,98 1,30
11,00 2,10
18,00 3,50
19,04 4,20
21,48 5,42
24,17 10,76
1 1
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 17: STATISTISCHE KENGETALLEN ZONE K: INDUSTRIETERREIN ZALCO BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 43 50 43 43 43 43 43 55
Rekenkundig gemiddelde 17,25 1,57 86,25 66,89 0,11 42,13 63,13 533,29
Lognormaal gemiddelde 16,20 0,90 54,30 20,52 0,10 33,50 30,57 262,67
51 35 1 17 17
37,44 240,69 0,176 6,56 2,96
4,46 139,41 0,176 4,53 1,63
Bodemtype correctie 0,65 0,65 0,63 0,58 0,75 0,70 0,47 0,53
P25 12,34 <det 41,99 11,65 <det 25,71 16,70 116,17
P50 15,42 0,66 49,11 22,60 <det 32,85 31,71 207,78
P75 23,13 1,16 61,79 28,68 <det 49,27 43,33 481,67
P80 24,05 1,27 63,37 30,59 <det 52,84 45,66 668,67
P90 24,67 2,41 67,18 47,63 <det 64,26 65,52 1560,23
P95 26,06 6,49 69,55 51,97 <det 112,53 133,16 2323,34
1,15 <det
3,20 104,71
15,50 219,55
20,00 300,62
39,00 574,21
65,50 604,61
2,20 0,77
4,10 1,60
12,40 3,00
12,64 3,24
14,40 3,98
15,20 8,20
1,00 0,30 0,30 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Arseen Cadmium Chroom Koper Kwik Lood Nikkel Zink Barium Kobalt Molybdeen PAK (10) Minerale olie PCB (7) Lutum Humus
Aantal 19 19 19 19 19 19 19 19
Rekenkundig gemiddelde 12,46 1,20 44,25 9,80 0,12 22,78 10,18 74,62
Lognormaal gemiddelde 12,24 0,63 42,86 7,85 0,11 17,60 9,42 55,19
P25 8,65 <det 39,24 <det <det <det <det <det
P50 12,23 <det 43,41 <det <det <det 7,49 51,59
P75 13,46 <det 50,09 <det <det 17,17 9,13 70,17
P80 13,80 <det 52,43 <det <det 22,69 9,55 82,96
P90 14,35 <det 58,77 11,12 <det 38,51 13,11 179,13
P95 14,88 1,91 60,27 18,48 <det 70,75 15,74 233,20
Bodemtype correctie 0,61 0,61 0,60 0,53 0,73 0,67 0,43 0,48
25 18
1,72 134,72
0,96 118,09
<det <det
0,55 <det
1,30 122,50
1,30 164,00
5,24 199,50
7,64 228,00
1,00 0,20
15 15
4,95 1,43
3,42 1,01
1,90 0,67
2,40 0,80
6,80 2,15
7,58 2,36
11,56 3,18
14,60 3,30
1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds % %
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Industrie zijn in een oranje kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Interventiewaarde zijn in een rood kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
15 september 2011
MARMOS bodemmanagement
BIJLAGE 18: BETROUWBAARHEIDSINTERVALLEN VAN HET GEMIDDELDE In de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten is vastgelegd, dat in een bodemkwaliteitskaart naast het gemiddelde tevens de betrouwbaarheidsintervallen van het gemiddelde dienen te worden vermeld. Ter voldoening hieraan zijn in deze bijlage het gemiddelde en de onder- en bovenzijde van het 80%-, 90%- en 95%-betrouwbaarheidsinterval opgenomen.
Betekenis van de betrouwbaarheidsintervallen De voor de bodemkwaliteitskaart gehanteerde dataset vormt een steekproef van de werkelijke bodemkwaliteit (in statistische termen: de populatie) zoals die in de verschillende zones voorkomt. De per zone bepaalde rekenkundige gemiddeldes zijn een statistische voorspelling van het gemiddelde zoals dat in werkelijkheid in de zone voorkomt. Een betrouwbaarheidsinterval van het gemiddelde van 80% wil zeggen, dat er 80% kans is dat het werkelijke gemiddelde van de zone (de populatie) binnen het desbetreffende interval ligt.
Berekeningswijze betrouwbaarheidsintervallen De betrouwbaarheidsintervallen worden bepaald op basis van het berekende gemiddelde, de standaarddeviatie en het aantal waarnemingen van een zone. De formule voor het berekenen van de betrouwbaarheidsintervallen is als volgt: Betrouwbaarheidsinterval = Gemiddelde ± Z * Standaardfout Standaardfout = Standaarddeviatie / √ N Z = een factor die de oppervlakte beschrijft onder de curve van een normale verdeling (Gauss-kromme). Voor 80% bedraagt Z: 1,282 Voor 90% bedraagt Z: 1,645 Voor 95% bedraagt Z: 1,96 N = Aantal waarnemingen Een rekenvoorbeeld In een zone met 100 waarnemingen bedraagt het rekenkundig gemiddelde van lood 30 mg/kgds, met een standaarddeviatie van 20 mg/kgds. De standaardfout bedraagt 20 / √ 100 = 20 / 10 = 2 80% betrouwbaarheidsinterval = 30 ± 1,282 * 2 → het werkelijke gemiddelde ligt met 80% betrouwbaarheid binnen het interval 27,44 – 32,66 mg/kgds 95% betrouwbaarheidsinterval = 30 ± 1,96 * 2 → het werkelijke gemiddelde ligt met 95% betrouwbaarheid binnen het interval 26,1 – 33,9 mg/kgds
BKK gemeente Vlissingen
1
30 augustus 2012
MARMOS bodemmanagement
Randvoorwaarde: Normale verdeling In de statistiek geldt als voorwaarde om gebruik te mogen maken van het gemiddelde en de standaarddeviatie, dat de gegevens een normale verdeling moeten hebben. In het algemeen wordt hieraan niet voldaan. Er is eerder sprake van een lognormale verdeling. In bodemkwaliteitskaarten ligt het lognormaal gemiddelde meestal dichter bij de mediaan dan het gewone rekenkundig gemiddelde. Vooral voor de kritische parameters die bepalend zijn voor de zone-indeling ligt het rekenkundig gemiddelde eerder in de buurt van de 75-percentielwaarde of 80-percentielwaarde. De percentielwaarden vormen een betere indicatie van de bandbreedte aan voorkomende concentraties dan de betrouwbaarheidsintervallen van het gemiddelde en de standaarddeviatie, aangezien in het algemeen niet wordt voldaan aan de voorwaarde van een normale verdeling. De statistische betekenis van de betrouwbaarheidsintervallen is derhalve beperkt. NB. Wanneer de berekening van de onderzijde van een betrouwbaarheidsinterval een negatieve waarde oplevert, is deze waarde in onderhavige bijlage vervangen door 0 aangezien negatieve gehaltes niet voor kunnen komen.
Legenda van de tabel N normgem normsd betr80 betr90 betr95 betr80b betr90b betr95b
aantal waarnemingen rekenkundig gemiddelde standaarddeviatie onderzijde 80% betrouwbaarheidsinterval van het gemiddelde onderzijde 90% betrouwbaarheidsinterval van het gemiddelde onderzijde 95% betrouwbaarheidsinterval van het gemiddelde bovenzijde 80% betrouwbaarheidsinterval van het gemiddelde bovenzijde 90% betrouwbaarheidsinterval van het gemiddelde bovenzijde 95% betrouwbaarheidsinterval van het gemiddelde
BKK gemeente Vlissingen
2
30 augustus 2012
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 18: BETROUWBAARHEIDSINTERVALLEN VAN HET GEMIDDELDE (ZONDER BODEMTYPECORRECTIE) zonenaam A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg
BKK gemeente Vlissingen
stof AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM
N 288 309 289 314 309 314 309 314 21 21 21 309 304 21 236 237 71 74 71 74 74 74 74 74 3 3 3 78 72 3 71
normsd 4,72 0,15 12,06 10,02 0,11 44,81 5,06 32,39 26,53 1,14 0,08 4,45 90,67 0,004 8,38 2,63 2,52 0,21 8,90 8,20 0,40 75,96 4,87 50,25 1,15 1,16 0,20 9,74 37,65 0,003 5,79
betr95 9,22 0,32 26,88 10,07 0,10 28,64 10,81 54,63 34,57 4,48 1,00 0,78 22,00 0,005 13,34 3,28 7,38 0,28 19,23 7,78 0,06 29,24 6,65 46,68 13,36 2,02 0,70 0,50 15,98 0,004 6,01
betr90 9,31 0,32 27,10 10,25 0,10 29,44 10,90 55,20 36,39 4,56 1,01 0,86 23,64 0,01 13,51 3,33 7,48 0,29 19,56 8,08 0,07 32,02 6,83 48,52 13,57 2,23 0,74 0,84 17,38 0,005 6,23
betr80 9,41 0,32 27,36 10,46 0,11 30,36 11,01 55,87 38,49 4,65 1,01 0,95 25,53 0,006 13,71 3,40 7,59 0,30 19,95 8,43 0,09 35,22 7,03 50,64 13,81 2,48 0,78 1,24 18,99 0,005 6,48
normgem 9,76 0,33 28,27 11,18 0,11 33,60 11,38 58,21 45,91 4,97 1,03 1,28 32,19 0,01 14,41 3,61 7,97 0,33 21,30 9,65 0,15 46,54 7,76 58,12 14,67 3,33 0,93 2,66 24,68 0,008 7,36
betr80b 10,12 0,34 29,18 11,90 0,12 36,84 11,75 60,55 53,34 5,29 1,05 1,60 38,86 0,007 15,11 3,83 8,35 0,36 22,65 10,87 0,21 57,86 8,48 65,61 15,52 4,19 1,08 4,07 30,37 0,010 8,24
betr90b 10,22 0,35 29,43 12,11 0,12 37,76 11,85 61,22 55,44 5,38 1,06 1,70 40,75 0,008 15,31 3,89 8,46 0,37 23,04 11,21 0,23 61,07 8,69 67,73 15,76 4,43 1,13 4,47 31,98 0,011 8,49
betr95b 10,31 0,35 29,66 12,29 0,13 38,56 11,94 61,79 57,26 5,45 1,07 1,78 42,39 0,008 15,48 3,95 8,56 0,38 23,37 11,51 0,24 63,85 8,87 69,57 15,97 4,64 1,16 4,82 33,38 0,012 8,70
30 augustus 2012
Marmos . Bodemmanagement
zonenaam B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbeb.Gerbrandystr. D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel D Binnenstad Vlissingen binnen singel
BKK gemeente Vlissingen
stof HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM
N 68 203 187 185 187 187 187 186 186 2 2 2 184 176 2 157 156 120 124 120 125 124 138 124 139 4 4 4 153 105 4 104
normsd 1,80 10,70 0,28 9,29 25,24 0,52 210,23 5,91 187,32
betr95 2,17 9,84 0,33 22,10 13,40 0,14 58,62 8,46 73,75
betr90 2,24 10,08 0,337 22,32 13,98 0,15 63,46 8,60 78,08
betr80 2,31 10,35 0,34 22,57 14,65 0,16 69,04 8,76 83,06
8,74 78,28
2,49 20,79
2,70 22,648
2,93 24,79
6,96 2,49 7,31 0,28 9,44 195,88 0,50 399,47 10,58 237,24 17,90 2,24 0,20 63,13 95,28 0,004 4,97
8,58 2,03 7,72 0,34 18,52 24,74 0,30 180,06 6,97 133,60 8,96 1,30 0,68 2,82 24,62 0,003 3,93
8,76 2,09 7,93 0,351 18,79 30,25 0,316 190,77 7,27 139,94 11,78 1,66 0,709 4,43 27,55 0,004 4,09
8,96 2,16 8,17 0,36 19,10 36,61 0,33 203,11 7,61 147,24 15,03 2,06 0,75 6,28 30,92 0,005 4,27
normgem 2,59 11,31 0,37 23,44 17,02 0,21 88,75 9,31 100,67 91,00 4,00 0,700 3,76 32,36 0,002 9,67 2,42 9,03 0,391 20,21 59,07 0,39 246,71 8,83 173,04 26,50 3,50 0,88 12,82 42,84 0,007 4,89
betr80b 2,87 12,28 0,40 24,32 19,38 0,26 108,46 9,87 118,28
betr90b 2,95 12,55 0,40 24,57 20,05 0,27 114,04 10,02 123,26
betr95b 3,02 12,78 0,41 24,78 20,63 0,28 118,88 10,16 127,59
4,58 39,92
4,82 42,06
5,02 43,92
10,39 2,67 9,88 0,42 21,31 81,53 0,45 290,30 10,05 198,84 37,97 4,94 1,00 19,37 54,76 0,009 5,52
10,59 2,75 10,13 0,432 21,63 87,89 0,46 302,65 10,40 206,14 41,22 5,34 1,041 21,22 58,14 0,010 5,69
10,76 2,81 10,34 0,44 21,90 93,41 0,48 313,36 10,70 212,48 44,04 5,70 1,07 22,83 61,07 0,010 5,85
30 augustus 2012
Marmos . Bodemmanagement
zonenaam D Binnenstad Vlissingen binnen singel E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen E Overige vooroorlogse kernen F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost F Industrieterrein Vlissingen-Oost
BKK gemeente Vlissingen
stof HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM
N 104 85 100 85 104 100 121 100 113 15 15 15 109 97 15 102 100 283 304 282 308 302 304 304 310 26 29 26 303 280 26 170
normsd 2,38 1,75 0,18 5,65 53,77 0,43 184,37 5,18 122,52 23,57 1,47 0,18 46,86 44,43 0,066 5,04 1,98 1,81 0,22 10,80 18,92 0,28 25,21 5,62 171,57 11,88 3,23 1,22 2,86 59,02 0,001 7,88
betr95 2,04 6,44 0,30 19,57 16,09 0,22 115,22 7,56 108,21 38,21 2,90 0,82 1,53 18,92 0,000 5,68 2,60 7,21 0,30 20,10 5,67 0,07 8,98 5,18 22,16 22,81 2,14 1,28 0,34 14,67 0,004 3,60
betr90 2,11 6,50 0,302 19,76 17,76 0,236 120,50 7,73 111,84 40,13 3,02 0,835 2,95 20,344 0,000 5,84 2,66 7,25 0,301 20,30 6,01 0,072 9,43 5,28 25,23 23,54 2,33 1,355 0,39 15,777 0,004 3,79
betr80 2,19 6,57 0,31 19,98 19,67 0,25 126,59 7,92 116,03 42,34 3,16 0,85 4,58 21,98 0,001 6,02 2,74 7,29 0,31 20,53 6,40 0,08 9,96 5,40 28,77 24,39 2,54 1,44 0,45 17,06 0,004 4,01
normgem 2,49 6,81 0,331 20,77 26,43 0,31 148,07 8,58 130,80 50,14 3,64 0,91 10,33 27,76 0,023 6,66 2,99 7,43 0,322 21,36 7,78 0,10 11,81 5,81 41,26 27,37 3,31 1,75 0,67 21,58 0,004 4,79
betr80b 2,79 7,05 0,35 21,56 33,19 0,36 169,56 9,24 145,58 57,94 4,13 0,97 16,09 33,55 0,044 7,30 3,24 7,56 0,34 22,18 9,17 0,12 13,67 6,23 53,75 30,36 4,08 2,06 0,88 26,10 0,004 5,56
betr90b 2,88 7,12 0,359 21,78 35,10 0,38 175,65 9,43 149,76 60,15 4,27 0,985 17,71 35,18 0,051 7,48 3,32 7,60 0,344 22,41 9,56 0,13 14,19 6,34 57,29 31,21 4,30 2,145 0,94 27,38 0,004 5,78
betr95b 2,95 7,18 0,37 21,97 36,76 0,39 180,93 9,60 153,39 62,07 4,39 1,00 19,13 36,61 0,056 7,64 3,38 7,64 0,35 22,62 9,90 0,13 14,65 6,45 60,36 31,94 4,49 2,22 0,99 28,49 0,004 5,97
30 augustus 2012
Marmos . Bodemmanagement
zonenaam F Industrieterrein Vlissingen-Oost G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg G Bedrijfsterrein Poortersweg H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven
BKK gemeente Vlissingen
stof HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM
N 170 83 98 83 101 95 98 98 101 15 15 15 94 98 15 80 80 158 192 159 194 191 201 197 204 31 31 31 208 177 31 141
normsd 1,40 3,17 0,26 12,04 202,01 0,16 340,47 7,35 527,61 33,31 1,36 1,57 5,49 107,36 0,023 9,59 2,29 4,23 0,88 103,22 212,39 1,38 240,63 84,02 607,70 103,86 7,11 9,92 37,65 2361,28 0,276 4,65
betr95 1,52 8,79 0,33 32,61 9,19 0,13 34,24 13,77 55,99 58,32 5,52 0,70 1,76 30,44 0,006 14,64 3,33 8,17 0,42 13,66 55,17 0,16 95,97 20,61 137,54 71,54 6,73 0,46 11,44 38,89 0,014 4,32
betr90 1,55 8,90 0,342 33,02 15,52 0,134 45,08 14,00 72,53 61,03 5,63 0,830 1,93 33,855 0,008 14,98 3,41 8,28 0,440 16,24 59,98 0,187 101,31 22,50 150,94 77,41 7,14 1,026 12,26 94,797 0,030 4,44
betr80 1,59 9,03 0,35 33,50 22,81 0,14 57,56 14,27 91,58 64,15 5,76 0,98 2,14 37,79 0,010 15,37 3,51 8,40 0,46 19,21 65,51 0,22 107,48 24,67 166,39 84,18 7,60 1,67 13,21 159,22 0,048 4,58
normgem 1,73 9,47 0,386 35,20 48,58 0,16 101,65 15,22 158,89 75,18 6,21 1,50 2,87 51,69 0,018 16,74 3,84 8,83 0,544 29,71 85,06 0,35 129,23 32,34 220,93 108,10 9,24 3,96 16,56 386,76 0,111 5,08
betr80b 1,87 9,92 0,42 36,89 74,35 0,18 145,74 16,18 226,19 86,21 6,66 2,02 3,59 65,60 0,026 18,12 4,16 9,26 0,62 40,20 104,61 0,48 150,99 40,02 275,48 132,01 10,88 6,24 19,90 614,30 0,175 5,58
betr90b 1,91 10,05 0,429 37,37 81,65 0,19 158,23 16,44 245,25 89,33 6,79 2,163 3,80 69,53 0,028 18,51 4,26 9,38 0,648 43,17 110,14 0,51 157,16 42,19 290,92 138,78 11,34 6,887 20,85 678,72 0,193 5,73
betr95b 1,94 10,16 0,44 37,79 87,98 0,19 169,06 16,68 261,79 92,04 6,90 2,29 3,97 72,95 0,030 18,85 4,34 9,49 0,67 45,75 114,95 0,55 162,50 44,08 304,33 144,66 11,74 7,45 21,67 734,63 0,208 5,85
30 augustus 2012
Marmos . Bodemmanagement
zonenaam H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein I Scheldeterrein J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg J Bedrijfsterrein Baskenburg
BKK gemeente Vlissingen
stof HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN BA CO MO PAK OLIE PCB LUTUM
N 143 24 26 24 28 26 26 26 26 2 2 2 25 25 2 18 18 57 60 57 64 60 71 60 63 3 3 3 56 59 3 55
normsd 4,59 11,41 0,20 9,59 218,10 0,59 459,03 16,14 263,62
betr95 3,50 8,36 0,28 16,83 53,21 0,26 97,17 8,20 158,40
betr90 3,63 9,09 0,289 17,45 66,20 0,295 125,53 9,20 174,68
betr80 3,77 9,93 0,30 18,16 81,16 0,34 158,20 10,35 193,45
18,76 74,14
2,49 45,14
3,67 49,809
5,03 55,19
3,85 4,32 6,20 0,93 12,16 123,66 0,70 1927,72 20,99 794,62 12,50 0,83 0,00 70,96 57,97 0,000 5,27
4,42 1,31 8,69 0,38 23,11 30,02 0,16 19,63 8,58 134,11 20,52 3,39 1,05 0,00 29,04 0,005 5,54
4,71 1,63 8,94 0,417 23,62 34,89 0,188 91,69 9,43 165,65 22,79 3,54 1,050 0,00 31,415 0,005 5,77
5,04 2,00 9,24 0,46 24,21 40,50 0,22 174,74 10,41 201,99 25,41 3,72 1,05 3,00 34,15 0,005 6,03
normgem 4,26 12,92 0,353 20,67 134,00 0,48 273,62 14,40 259,73 28,00 2,10 2,10 9,84 74,20 0,010 6,20 3,31 10,30 0,615 26,27 60,31 0,34 468,03 13,89 330,33 34,67 4,33 1,05 15,16 43,83 0,005 6,94
betr80b 4,75 15,91 0,40 23,18 186,84 0,63 389,03 18,46 326,01
betr90b 4,89 16,75 0,418 23,89 201,80 0,68 421,71 19,61 344,78
betr95b 5,01 17,49 0,43 24,50 214,78 0,71 450,06 20,61 361,06
14,65 93,21
16,01 98,59
17,19 103,26
7,36 4,61 11,35 0,77 28,34 80,13 0,45 761,33 17,36 458,68 43,92 4,95 1,05 27,31 53,51 0,005 7,85
7,69 4,98 11,65 0,813 28,92 85,74 0,48 844,37 18,35 495,02 46,54 5,12 1,050 30,76 56,25 0,005 8,11
7,98 5,30 11,90 0,85 29,43 90,61 0,51 916,44 19,20 526,55 48,82 5,28 1,05 33,74 58,62 0,005 8,33
30 augustus 2012
Marmos . Bodemmanagement
zonenaam J Bedrijfsterrein Baskenburg K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco K Industrieterrein Zalco
BKK gemeente Vlissingen
stof HUMUS AS CD CR CU HG PB NI ZN PAK OLIE PCB LUTUM HUMUS
N 55 43 50 43 43 43 43 43 55 51 35 1 17 17
normsd 3,02 3,79 1,78 144,68 165,93 0,03 23,43 82,61 409,23 181,41 114,42
betr95 1,88 10,05 0,53 11,20 0,00 0,07 22,50 5,17 174,17 0,00 33,35
betr90 2,01 10,24 0,60 18,15 0,00 0,07 23,62 9,14 191,56 0,00 39,44
betr80 2,15 10,45 0,70 26,16 6,04 0,08 24,92 13,72 211,59 4,88 46,46
5,42 4,82
3,98 0,67
4,40 1,04
4,87 1,46
normgem 2,68 11,19 1,02 54,44 38,48 0,08 29,50 29,87 282,33 37,44 71,26 0,052 6,56 2,96
betr80b 3,20 11,93 1,34 82,73 70,92 0,09 34,08 46,02 353,07 70,01 96,05
betr90b 3,35 12,14 1,43 90,74 80,11 0,09 35,38 50,59 373,10 79,23 103,07
betr95b 3,47 12,32 1,51 97,69 88,08 0,09 36,50 54,56 390,48 87,23 109,17
8,24 4,46
8,72 4,89
9,13 5,25
30 augustus 2012
MARMOS bodemmanagement
BIJLAGE 19: Invloed van nieuwe stoffenpakket in de bodemkwaliteitskaart Sinds 1 juli 2008 zijn de stoffen barium, kobalt, molybdeen en PCB (som 7) toegevoegd aan het standaard stoffenpakket van de NEN5740. Voor barium zijn per april 2009 alle toetsingsnormen tijdelijk opgeheven, tot er landelijk een nieuw onderzoek is uitgevoerd naar de afleiding van deze normen. Aanvankelijk was voor barium in de Regeling bodemkwaliteit een Achtergrondwaarde van 190 mg/kgds opgenomen. In een aantal zones zijn inmiddels voldoende gegevens van het nieuwe stoffenpakket beschikbaar (minimaal 20 analyses per zone). In andere zones zijn minder dan 20 gegevens beschikbaar. In deze bijlage wordt besproken, in hoeverre de ‘nieuwe’ stoffen (mogelijk) tot een andere klasse-indeling leiden.
Molybdeen, kobalt en barium Monsters met verhoogde gehaltes barium, kobalt en molybdeen komen met name voor in zones met bedrijfsterreinen: In de zones met woonwijken is in meer dan 90% van de analyses geen gehalte boven de detectiegrens voor molybdeen gemeten. In de zones met bedrijfsterreinen is bij 1/3 van de monsters een gehalte molybdeen boven de detectiegrens gemeten. Gehaltes kobalt boven de Achtergrondwaarde zijn vooral gemeten in de zone ‘H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven’. Daarnaast voldoet één monster in de binnenstad van Vlissingen niet aan de Achtergrondwaarde voor kobalt. Alle overige monsters in woonwijken en het buitengebied voldoen voor kobalt aan de Achtergrondwaarde. Gehaltes barium boven de aanvankelijke Achtergrondwaarde komen eveneens vooral voor in de zone ‘H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven’. Daarnaast bevat de zone ‘E Overige vooroorlogse kernen’ 4 monsters en de zone ‘C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat’ 1 monster met een gehalte boven de aanvankelijke Achtergrondwaarde (maar lager dan 2 x Achtergrondwaarde en ook lager dan de aanvankelijk in de Regeling bodemkwaliteit voor barium opgenomen MaxWONEN).
PCB’s Voor PCB’s geldt, dat in het merendeel van de monsters geen gehaltes boven de detectiegrens zijn gemeten1. De toetsing van de PCB’s wordt beïnvloed door de wijze waarop met waardes beneden de detectiegrens wordt omgegaan. De Regeling bodemkwaliteit schrijft voor, dat waardes beneden de detectiegrens worden meegerekend als 0,7 x detectiegrens. Bij de sommatie van somparameters zoals de 7 PCB’s moet volgens de Regeling bodemkwaliteit elke afzonderlijke PCB beneden de detectiegrens worden meegerekend als 0,7 x detectiegrens. Bij lage humuspercentages leidt dit tot rekenwaardes die hoger zijn dan de Achtergrondwaarde voor PCB’s , hoewel geen enkele individuele PCB boven de detectiegrens is aangetoond. 1
In de bijlagen met statistische kengetallen komt dit niet volledig tot uitdrukking, omdat bij een aantal rapporten positieve meetwaarden voor de som van PCB’s zijn ingevoerd, terwijl deze getallen in werkelijkheid 0,7 x detectiegrens betreffen.
BKK gemeente Vlissingen, bijlage 19
1/4
5 november 2011
MARMOS bodemmanagement
Op grond van de statistische verdeling en gegevens uit AW2000 leidt de 0,7 factor bij de sommatie van PCB’s tot een overschatting van deze somparameter (lit. 21). Een correctiefactor lager dan 0,3 geeft voor waarnemingen beneden de detectiegrens een realistischer schatting van de werkelijke gehaltes. Voor de zone ‘F Industrieterrein Vlissingen-Oost’ levert deze berekeningswijze met voornoemde 0,7 factor in zowel de bovengrond als ondergrond voor PCB’s een rekenkundig gemiddelde op hoger dan de Achtergrondwaarde, maar lager dan 2 x Achtergrondwaarde. In de bovengrond is echter > 90% van de waarnemingen van PCB’s lager dan de detectiegrens en in de ondergrond is > 95% van de waarnemingen lager dan de detectiegrens. In november 2010 is in de Regeling bodemkwaliteit de toetsingsregel voor PCB’s aangepast, waardoor deze zone nog steeds wordt ingedeeld in bodemkwaliteitsklasse Achtergrondwaarde. Ook voor de PCB’s geldt, dat verhoogde gehaltes met name zijn gemeten in zone ‘H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven’. Hier voldoen 3 bovengrondmonsters en 2 ondergrondmonsters voor PCB’s niet aan MaxINDUSTRIE. Het gemiddelde van PCB’s valt in deze zone in de boven- en ondergrond in klasse industrie. De PCB’s zijn echter niet doorslaggevend voor de klasse-indeling van deze zone, aangezien verschillende andere stoffen ook in klasse industrie vallen en de zone in algemene zin gemiddeld niet voldoet aan klasse industrie. In de zone ‘E Overige vooroorlogse kernen’ voldoet 1 monster voor PCB’s niet aan MaxINDUSTRIE.
Zone A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 In de zone ‘A: Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960’ zijn voor de bovengrond meer dan 20 analyses van de nieuwe stoffen beschikbaar. Voor de ondergrond zijn minder dan 20 analyses beschikbaar. In deze zone valt echter niet te verwachten dat de kwaliteit van de ondergrond voor de ‘nieuwe’ stoffen slechter is dan de bovengrond. Ook de ‘nieuwe’ stoffen voldoen in deze zone gemiddeld aan de Achtergrondwaarde.
Zones met bedrijfsterreinen Het industrieterrein Vlissingen-Oost ligt gedeeltelijk in de gemeente Vlissingen en gedeeltelijk in de gemeente Borsele. Voor de zone ‘F: Industrieterrein Vlissingen-Oost’ zijn aanvullend gegevens verzameld uit rapporten die Zeeland Seaports heeft laten uitvoeren, vooruitlopend op de invoer van deze rapporten in de gemeentelijke bodeminformatiesystemen van Borsele en Vlissingen. Binnen de gemeente Vlissingen zijn in de ondergrond minder dan 20 analyses beschikbaar. In bijlage 20 zijn de gegevens van de ‘nieuwe’ stoffen bekeken inclusief het gedeelte van het industrieterrein dat in de gemeente Borsele ligt. Er is geen verschil tussen het gedeelte in Vlissingen en het gedeelte in Borsele. Voor het hele industrieterrein in Vlissingen en Borsele tezamen is in bijlage 20 met voldoende gegevens vastgelegd dat de ‘nieuwe’ stoffen gemiddeld aan de Achtergrondwaarden voldoen (rekening houdend met de toetsingsregel voor de Achtergrondwaarden). In de bovengrond zone ‘H: Industrie Binnenhaven en Buitenhaven’ is het gemiddelde voor molybdeen en kobalt in de bovengrond hoger dan de Achtergrondwaarde en lager dan MaxWONEN. Hetzelfde geldt op basis van minder dan 20 waarnemingen voor de ondergrond. Verder is in de bovengrond het gemiddelde
BKK gemeente Vlissingen, bijlage 19
2/4
5 november 2011
MARMOS bodemmanagement
van barium hoger dan de oorspronkelijke Achtergrondwaarde. Deze metalen zijn echter niet klassebepalend voor deze zone. In de zone ‘G Bedrijfsterrein Poortersweg’ is het rekenkundig gemiddelde voor PCB’s in de bovengrond hoger dan 2 x Achtergrondwaarde. In deze zone dragen de PCB’s mede bij aan de indeling in klasse industrie, aangezien daarnaast ook het gemiddelde van koper en zink hoger zijn dan MaxWONEN. Weliswaar is voornoemd gemiddelde gebaseerd op minder dan 20 waarnemingen (nl. 15 waarnemingen), maar zelfs wanneer 5 schone monsters aan het bestand zouden worden toegevoegd levert dit nog steeds een gemiddelde boven de Achtergrondwaarde op. Voor de overige zones met bedrijfsterreinen zijn nauwelijks gegevens beschikbaar voor de nieuwe stoffen. Aangezien de bodemkwaliteitskaart in deze zones niet geldt als bewijsmiddel voor de kwaliteit van vrijkomende grond is dit verder beleidsmatig niet van belang.
Zones met woonwijken Voor de resterende zones met woonwijken zijn alleen in de ondergrond van zone ‘E Overige vooroorlogse kernen’ 20 waarnemingen van de ‘nieuwe’ stoffen beschikbaar. In de ondergrond van voornoemde zone voldoen de ‘nieuwe’ stoffen gemiddeld aan de Achtergrondwaarde. In de bovengrond van deze zone zijn 15 waarnemingen van de ‘nieuwe’ stoffen beschikbaar. Op basis van deze 15 waarnemingen voldoen de metalen gemiddeld aan de Achtergrondwaarde, want in geen van deze waarnemingen is voor kobalt of molybdeen een gehalte boven de Achtergrondwaarde gemeten. Het gemiddelde van PCB’s is door een enkele uitschieter hoger dan de Achtergrondwaarde, maar in 13 van de 15 waarnemingen is geen gehalte PCB’s boven de detectiegrens gemeten. De zone is vanwege andere stoffen al ingedeeld in klasse industrie en het is niet aannemelijk dat deze zoneclassificatie wijzigt wanneer extra gegevens voor de ‘nieuwe’ stoffen worden verzameld. In de overige drie zones met woonwijken zijn weinig waarnemingen van het nieuwe stoffenpakket beschikbaar: Zone N (bovengrond) N (ondergrond) B: Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg 3 2 C: Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing 2 7 Gerbrandystraat D: Binnenstad Vlissingen binnen Singel 4 4 In voornoemde drie zones zijn vrijwel alle waarnemingen voor molybdeen beneden de detectiegrens. Slechts 1 monster heeft een gehalte molybdeen nipt boven de Achtergrondwaarde. Verder voldoet 1 monster voor kobalt niet aan de Achtergrondwaarde. Het betreffende monster in de binnenstad van Vlissingen voldoet wel aan MaxWONEN. Zoals eerder in dit hoofdstuk beschreven spelen spelen barium, kobalt en molybdeen in de zones met meer gegevens geen rol in de zoneclassificatie.
BKK gemeente Vlissingen, bijlage 19
3/4
5 november 2011
MARMOS bodemmanagement
Gehaltes molybdeen of kobalt boven MaxWONEN zijn in de provincie Zeeland tot dusverre zelden aangetoond. Uit een analyse van gegevensbestanden uit gemeentelijke bodeminformatiesystemen van zeven andere Zeeuwse gemeentes (waaronder de drie buurgemeentes van Vlissingen) blijkt het volgende (lit. 21): Bij 1 van de 1884 op molybdeen geanalyseerde monsters in deze zeven gemeentes voldoet molybdeen niet aan MaxWONEN. 95% van deze 1884 waarnemingen voldoet voor molybdeen aan de Achtergrondwaarde. In deze zeven gemeentes hebben 27 van de 2090 waarnemingen voor kobalt een gehalte kobalt boven MaxWONEN. Hiervan is bij 9 monsters kobalt de klassebepalende stof (in de betekenis van: zonder kobalt zou het monster in een schonere klasse vallen). Op grond van het voorgaande wordt niet verwacht dat in de zones B, C en D dusdanige gehaltes kobalt of molybdeen voorkomen, dat deze tot een andere zoneclassificatie leiden dan thans zonder deze stoffen het geval is. Bij de waarnemingen in de zone ‘B: Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg’ zijn voor PCB’s geen gehalte boven de detectiegrens gemeten. Gezien de ervaringen uit andere zones wordt hier vooralsnog geen diffuse verontreiniging met PCB’s verwacht. In de zones ‘C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat’ en ‘D Binnenstad Vlissingen binnen Singel’ zijn bij het merendeel van de waarnemingen geen gehaltes PCB boven de detectiegrens gemeten. De waarnemingen boven de detectiegrens voldoen ruim aan MaxINDUSTRIE. De binnenstad van Vlissingen valt al vanwege andere stoffen in klasse industrie. In zeven andere gemeentes in Zeeland (lit 21) zijn slechts bij 5 van de 1833 waarnemingen gehaltes PCB gemeten die niet aan MaxINDUSTRIE voldoen. Op grond daarvan wordt niet verwacht dat extra waarnemingen voor PCB’s in de zone ‘D Binnenstad Vlissingen binnen Singel’ tot een andere zoneclassificatie leiden. In de ondergrond van zone ‘C: wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat’’ zijn 7 waarnemingen voor PCB beschikbaar, waarbij voor 1 waarneming een gehalte boven de detectiegrens is gemeten. Het gemiddelde van deze 7 waarnemingen is hoger dan de Achtergrondwaarde, deels als gevolg van het vermenigvuldigen van de gehaltes beneden de detectiegrens met een factor 0,7. Vooralsnog wordt aangenomen, dat de ondergrond in deze zone niet diffuus verontreinigd is met PCB’s en zijn de PCB’s niet betrokken in de zoneclassificatie. Bij de drie bovengrondwaarnemingen in deze zone zijn geen gehaltes PCB boven de detectiegrens gemeten.
Op basis van de beschikbare gegevens en de ervaringen tot dusverre in andere Zeeuwse gemeentes wordt niet verwacht dat de PCB’s klassebepalend zijn in zones waar minder dan de voorgeschreven 20 waarnemingen beschikbaar zijn.
BKK gemeente Vlissingen, bijlage 19
4/4
5 november 2011
Marmos . Bodemmanagement
BIJLAGE 20: NIEUW STOFFENPAKKET VLISSINGEN-OOST INCLUSIEF GEMEENTE BORSELE GEDEELTE IN GEMEENTE BORSELE, BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Rekenkundig Lognormaal gemiddelde gemiddelde P25 Stof Aantal Barium 29 125,39 115,85 <det Kobalt 29 10,48 10,37 <det Molybdeen 29 1,01 1,01 <det PCB (7) 29 0,022 0,021 <det Lutum 31 1,88 1,55 <det Humus 31 1,43 1,38 <det
P50 <det <det <det <det <det <det
P75 <det <det <det <det <det <det
P80 <det <det <det <det <det 0,60
P90 <det <det <det <det 2,70 1,20
P95 14,26 <det <det <det 4,35 1,87
Bodemtype correctie 0,26 0,28 1,00 0,20 1,00 1,00
GEDEELTE IN GEMEENTE BORSELE, ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Rekenkundig Lognormaal gemiddelde gemiddelde P25 Stof Aantal Barium 26 119,05 102,96 <det Kobalt 26 10,88 10,67 <det Molybdeen 26 1,00 0,99 <det PCB (7) 26 0,022 0,021 <det Lutum 27 2,14 1,55 <det Humus 27 1,56 1,38 <det
P50 <det <det <det <det <det <det
P75 <det <det <det <det <det 0,60
P80 <det <det <det <det <det 0,68
P90 <det 1,21 <det <det 3,80 1,53
P95 <det 15,67 <det 0,025 8,49 2,94
Bodemtype correctie 0,26 0,29 1,00 0,20 1,00 1,00
P50 <det <det <det <det 1,70 1,00
P75 <det <det <det <det 3,50 1,50
P80 31,18 <det <det <det 4,20 2,01
P90 35,98 1,88 2,02 <det 6,10 3,40
P95 67,16 13,88 2,83 <det 24,10 5,00
Bodemtype correctie 0,33 0,36 1,00 0,20 1,00 1,00
P50 <det <det <det <det 1,00 1,00
P75 <det <det <det <det 3,30 1,40
P80 <det 1,64 <det <det 4,00 1,56
P90 <det 10,79 <det <det 5,50 2,14
P95 60,68 16,03 0,33 0,025 7,25 3,20
Bodemtype correctie 0,28 0,31 1,00 0,20 1,00 1,00
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds
TOTAAL (VLISSINGEN + BORSELE), BOVENGROND (0 - 0,50 m-mv) Stof Barium Kobalt Molybdeen PCB (7) Lutum Humus
Aantal 55 58 55 55 201 201
Rekenkundig gemiddelde 89,95 8,81 1,36 0,021 4,34 1,68
Lognormaal gemiddelde 81,14 7,74 1,21 0,021 2,40 1,33
P25 <det <det <det <det <det 0,50
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds
TOTAAL (VLISSINGEN + BORSELE), ONDERGROND (0,50 - 2,0 m-mv) Stof Barium Kobalt Molybdeen PCB (7) Lutum Humus
Aantal 34 39 34 34 151 153
Rekenkundig gemiddelde 107,56 9,87 1,10 0,021 2,68 1,36
Lognormaal gemiddelde 93,12 8,61 1,05 0,021 2,02 1,12
P25 <det <det <det <det <det 0,40
eenheid mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds mg / kg.ds
Statistische kengetallen hoger dan de Achtergrondwaarde (AW) zijn in een lichtgeel kader weergegeven Statistische kengetallen hoger dan de Maximale waarde voor Wonen zijn in een donkergeel kader weergegeven Voor het berekenen van het gemiddelde en het lognormaal gemiddelde is voor meetwaarden onder de detectiegrens conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten uitgegaan van 0,7 x detectiegrens De kengetallen zijn omgerekend naar standaardbodem (lutum=25, humus=10) Vermenigvuldiging van het kengetal met de waarde uit de kolom bodemtypecorrectie geeft het oorspronkelijke kental BKK gemeente Vlissingen
6 juli 2011
B
F A
E
K C J H
G
I D
Bodemkwaliteitskaart (zones)
SCHAAL: 1:35.000
DATUM: 04-11-2011
BIJLAGE:
21
Bodemkwaliteitskaart (zones)
PROJECT:
P10-17
Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen
OPDRACHTGEVER:
Gemeente Vlissingen
A Buitengebied en wijken Vlissingen vanaf 1960 B Woonwijken 1940-1980 Oost-Souburg C Wijken tussen Singel en Sloeweg + lintbebouwing Gerbrandystraat D Binnenstad Vlissingen binnen singel E Overige vooroorlogse kernen F Industrieterrein Vlissingen-Oost G Bedrijfsterrein Poortersweg H Industrie Binnenhaven en Buitenhaven I Scheldeterrein J Bedrijfsterrein Baskenburg K Industrieterrein Zalco
SCHAAL: 1:35.000
DATUM: 15-09-2011
BIJLAGE:
22
Bodemkwaliteitskaart Kwaliteitsklasse bovengrond
PROJECT:
P10-17
Bodemkwaliteitskaart gemeente Vlissingen
OPDRACHTGEVER:
Gemeente Vlissingen
Bodemkwaliteitskaart Kwaliteitsklasse bovengrond (0-0,5 m-mv) Achtergrondwaarde Wonen Industrie BKK geen bewijsmiddel vrijkomende grond