studIegIds cMd Breda 13/14 CoMMuniCation & MultiMeDia Design
1
stramien_13-14_definitief.indd 1
02-07-13 16:48
stramien_13-14_definitief.indd 2
02-07-13 16:48
welkoM De start van een nieuwe opleiding betekent een nieuwe fase in je leven. In het begin van deze fase krijg je een grote hoeveelheid informatie en indrukken te verwerken. Deze studiegids helpt je om daarin een weg te vinden. Wie doet wat, waar moet ik heen als ik problemen heb, welke vakken krijg ik wanneer, wat wordt er van mij verwacht? Op dit soort vragen geeft de studiegids antwoord. Ook in hogere jaren is deze studiegids een nuttige handleiding. Zijn er zaken waarover je tijdens je studie met ons zou willen praten, dan ben je van harte welkom. Namens het hele team van de opleiding CMD wensen we je veel succes toe met de studie en een plezierige tijd binnen Avans Hogeschool.
Bert Melief Directeur Academie voor Communicatie & User Experience
stramien_13-14_definitief.indd 3
02-07-13 16:48
stramien_13-14_definitief.indd 4
02-07-13 16:48
Inhoudsopgave 1. Inleiding en schets van de opleiding CMD Breda ................................................................................... 6 2. Opleiding CMD Breda ............................................................................................................................. 10 2.1 Opleidingsprofiel ................................................................................................................................. 10 2.2 Onderwijsvisie en toetsvisie .................................................................................................................. 10 2.3 Onderwijsprogramma .......................................................................................................................... 11 2.4 Samenhang in het onderwijsprogramma ............................................................................................. 12 2.5 Ontwerpmethodiek ............................................................................................................................. 12 2.6 Studieloopbaanbegeleiding ................................................................................................................. 13 2.7 Projectonderwijs .................................................................................................................................. 13 2.8 Assessment ......................................................................................................................................... 15 2.9 Studium generale ................................................................................................................................ 17 2.10 Openingstijden .................................................................................................................................. 17 2.11 Lestijden ............................................................................................................................................ 17 3. Beroepsoriënterende fase (propedeuse) ............................................................................................... 18 3.1 De functies van de propedeuse ............................................................................................................ 18 3.2 Voorlopig studieadvies, definitief studieadvies en bindende afwijzing ................................................... 18 3.3 Opbouw .............................................................................................................................................. 19 3.4 Onderwijseenheden jaar 1 ................................................................................................................... 19 3.5 Overige onderdelen jaar 1 ................................................................................................................... 24 4. Beroepsvormende fase ........................................................................................................................... 26 4.1 Opbouw .............................................................................................................................................. 23 4.2 Onderwijseenheden jaar 2 ................................................................................................................... 24 4.3 Overige onderdelen jaar 2 ................................................................................................................... 26 4.4 Onderwijseenheden in jaar 3: Verdiepingsemesters .............................................................................. 33 5. Beroepsvoorbereidende fase ................................................................................................................. 42 5.1 Studielast ............................................................................................................................................ 42 5.2 Opbouw .............................................................................................................................................. 42 5.3 Stage ................................................................................................................................................... 42 5.4 Minor .................................................................................................................................................. 43 5.5 Afstuderen .......................................................................................................................................... 43 6. Organisatie en medewerkers ................................................................................................................. 44 6.1 Informatie en communicatie ................................................................................................................ 44 6.2 Organisatie van CMD ...........................................................................................................................44 6.3 Jaarrooster .......................................................................................................................................... 47 Bijlage 1: Beroepsprofiel en competenties CMD Breda ............................................................................ 48 1.1 Beroepsprofiel CMD Breda ................................................................................................................... 48 1.2 Competenties CMD Avans ................................................................................................................... 50 Bijlage 2: Juridische zaken .......................................................................................................................... 52 Bijlage 3: Ontwerpmethodiek CMD ........................................................................................................... 54
stramien_13-14_definitief.indd 5
02-07-13 16:48
1. Inleiding en schets van de opleiding CMD Breda De opleidingen van Avans Hogeschool zijn ondergebracht in academies. Avans heeft 19 academies verdeeld over de locaties ‘s-Hertogenbosch, Tilburg en Breda. De opleiding Communication & Multimedia Design is gevestigd in Breda en sinds 2009 ook in ’s-Hertogenbosch. De opleiding CMD waar jij nu gaat studeren is onderdeel van de Academie voor Communicatie & User Experience (ACUE) in Breda.
CMD Breda een goede opleiding Leuk om te vermelden is dat CMD Breda in de Nationale Studenten Enquête (NSE) in 2013 een dikke 8 als beoordeling krijgt en voor de sfeer zelfs een 9. De NSE is een door de overheid opgezette enquête die sinds 2010 jaarlijks onder alle studenten van het HBO en WO wordt gehouden.
Communication & Multimedia Design: ‘Combi’ van creativiteit en techniek Denk je vaak na over de manier waarop nieuwe media ons leven beïnvloeden? Heb je ideeën over hoe jíj het leven gemakkelijker zou kunnen maken met nieuwe media? Komen er spontaan creatieve oplossingen in je boven? Schrik je niet terug van bits en bytes en heb je ook een gezonde dosis interesse in mensen? Is het antwoord op de meeste vragen ‘ja’, dan zit je bij Communication & Multimedia Design (CMD) helemaal op je plek.
In het vakgebied van CMD komen communicatie, interactie, vormgeving en techniek samen. In deze mix van multimedia en communicatiedisciplines moet de CMD’er als generalist het volledige traject kunnen overzien. Tegelijkertijd ben je als ‘art & technology’-specialist inzetbaar bij elke fase van het ontwikkeltraject voor nieuwe (digitale) media: concept, analyse, ontwerp én realisatie. Met nieuwe media bedoelen we o.a. innovatieve communicatie-oplossingen zoals serious games en simulaties, smart objects (voorwerpen met een onzichtbare computer), evenementen, experimentele communi-
catiecampagnes, websites en interactieve installaties.
Duizendpoot Een goede CMD’er is een duizendpoot met een brede interesse. Je ontwikkelt je tot iemand die graag samenwerkt met anderen, maar ook zelfstandig opdrachten uitvoert. Je denkt analytisch, gaat graag op onderzoek uit en stelt veel vragen. Je bent ‘in’ voor experimenten en creatief genoeg om nieuwe mediaoplossingen te bedenken. De benodigde kennis en vaardigheden leer je bij Avans Hogeschool. Je krijgt les van docenten die zelf werkzaam zijn (geweest) in de wereld van communicatie en multimedia design. Professionals uit de beroepspraktijk komen als gastdocent hun kennis met jou delen en studieloopbaanbegeleiders helpen je te ontdekken waar je talenten en voorkeuren liggen. Naarmate je verder komt in de opleiding en steeds vaker zelfstandig werkt, zul je een eigen stijl van ontwerpen ontwikkelen.
De opleiding In de eerste twee jaar van de opleiding leer je alle disciplines die je in het brede werkveld van CMD nodig hebt. Een stevige basis om later goed met andere professionals te kunnen samenwerken. Een belangrijke focus van CMD is het conceptuele aspect, d.w.z. dat jij echt vernieuwende ideeën kan bedenken en realiseren die aansluiten bij concrete behoeftes en wensen van mensen. Maatschappelijke betrokkenheid vinden we belangrijk, in de zorg zien we de gevolgen van de vergrijzing, over het milieu is een grote bewustwording nodig. In scholing wordt gezocht naar nieuwe manieren van leren d.m.v. games en simulaties. Voor al deze thema’s zijn creatieve nieuwe media specialisten nodig. Elk blok staat er een ander thema uit de beroepspraktijk centraal. Je werkt in teamverband aan projecten, net als in de praktijk. De projecten zijn een goede afspiegeling van de beroepspraktijk, mede doordat er regelmatig met echte opdrachtgevers wordt gewerkt. In ondersteunende lessen doe je alle kennis en vaardigheden op die je nodig hebt
6
stramien_13-14_definitief.indd 6
02-07-13 16:48
om het project goed te kunnen uitvoeren. Je wordt steeds zelfstandiger en leert hoe je op de hoogte kunt blijven van de laatste ontwikkelingen. Enkele voorbeelden van onderwerpen die in de eerste twee jaar aan bod komen zijn interactieontwerp, usability, vormgeving voor beeldscherm, identiteit en imago, mediastrategie, trend in technologie, verbeelden, audiodesign, user interface design, gamedesign, game- en verteltheorie en diverse tools als Photoshop, Indesign en MaxMsp. Algemene vakken zoals creative problem solving, story design, media filosofie, psychologie en Engels zijn eveneens onderdeel van je opleiding. We besteden aandacht aan ontwikkelingen binnen het vakgebied en in de samenleving op het gebied van media en technologie. Daarnaast komen ondernemerschap en de zakelijke aspecten van de beroepspraktijk aan de orde. In het derde jaar verdiep je jezelf gedurende een half jaar in Creative Technology, Informatie en Interactie, Interactie Strategie óf Multimediale Vormgeving. In de
eindstudie ga je een half jaar op stage om je opgedane kennis en vaardigheden in de beroepspraktijk op de proef te stellen en verder te ontwikkelen. Voor je stage kun je terecht bij Nederlandse bedrijven, maar je kunt ook naar het buitenland. Na de stage volg je een individuele minor (vrije invulling van je studie). Deze minor volg je intern bij CMD, binnen Avans of bij een andere opleiding in Nederland of in het buitenland. Enkele voorbeelden van minors die bij CMD worden aangeboden zijn: Learning Experience Design, Visualizing Information of Immersive Stories. Je rondt de studie af met een afstudeerproject. Tijdens het afstuderen voer je zelfstandig een project uit, al dan niet in opdracht van een bedrijf, je schrijft een rapportage, je exposeert en presenteert je onderzoek en eindproduct tijdens de examenzitting.
Na je studie Na de studie ben je in staat om creatieve nieuwe mediaproducten te creëren in het krachtenveld van opdrachtgevers, eindgebruikers en financiers. Omdat nieuwe media sterk in ontwikkeling zijn biedt dat vele mogelijkheden na je afstuderen.
7
stramien_13-14_definitief.indd 7
02-07-13 16:48
Beroepsprofiel van CoMMuniCation & MultiMeDia Design BreDa
Afhankelijk van je studieloopbaan kun je bijvoorbeeld gaan werken als
multimediavormgever of -consultant, informatiearchitect, webdeveloper, interactie-ontwerper. Je kunt als professioneel CMD’er aan de slag bij bedrijven die zich bezighouden met het ontwikkelen van nieuwe media zoals communicatiebureaus, ontwerpstudio’s, uitgeverijen, omroepen en game-developmentbedrijven. Ook kun je aan het werk bij bedrijven of instellingen waarbij nieuwe media de kernactiviteit ondersteunen, zoals banken, telecombedrijven en de overheid. Daarnaast zijn er veel studenten die met succes een eigen bedrijf opstarten. De toekomstperspectieven na deze opleiding zijn goed.
In het beroepenveld is vraag naar breed georiënteerde en breed opgeleide professionals die, in meer of mindere mate, gespecialiseerd zijn in een bepaald gebied en ervaring hebben met alle aspecten van communicatie, mediavormgeving, mediatechnologie én interactie met gebruikers. Er is behoefte aan mensen die bewust zijn van de belangrijke rol van gebruikersbeleving en kunnen omgaan met de veranderende plek van technologie binnen de samenleving. Dit vergt mensen die breed zijn opgeleid en georiënteerd zijn op alle aspecten van technologie, design, interactie en communicatie. De gehele beschrijving van het beroepsprofiel en de vier kennisdomeinen vind je in bijlage 1.
Product Mens
Omgeving Media Informatie, machines en andere mensen
8
stramien_13-14_definitief.indd 8
02-07-13 16:48
9
stramien_13-14_definitief.indd 9
02-07-13 16:48
2. Opleiding CMD Breda 2.1 Opleidingsprofiel CMD Breda wil mensen opleiden die effectieve verbindingen kunnen leggen tussen doelstellingen van bedrijven en instellingen enerzijds en drijfveren van de doelgroep anderzijds. Het creëren van interactie die daadwerkelijk directe invloed heeft op het gedrag van mensen is daarbij de belangrijkste focus. CMD profileert zich door haar geïntegreerde ontwerpmethodiek: de CMD’er zal zich manifesteren op het gehele ontwerpproces, van vraag- en gebruikersanalyse tot kennis en vaardigheden om eindproducten (in prototypen) te maken. Tijdens de opleiding verwerf je kennis van en inzicht in de principes, relaties, methoden en ontwikkelingen binnen het vakgebied en leer je deze te gebruiken voor interactieve mediatoepassingen. Aan het begin van de studie analyseer je eenvoudige problemen en los je deze op. Aan het eind ben je in staat oplossingen voor complexe problemen te bedenken en te realiseren. Deze ontwikkeling wordt ondersteund door de werkvormen van de opleiding.
2.2 Onderwijsvisie en toetsvisie In haar visie op onderwijs stelt de opleiding vier kernbegrippen centraal: competentiegericht, studentgericht, (leer)procesgericht en omgevingsgericht. Deze kernbegrippen worden binnen het onderwijsmodel door de opleiding als volgt uitgewerkt: Competentiegericht Uitgangspunt voor het onderwijsmodel is de beroepspraktijk van CMD, zowel nu als in de toekomst. In deze beroepspraktijk hebben we gekeken welke vaardigheden, kennis en houding (competenties) je nodig hebt om je beroep goed uit te kunnen oefenen. De competenties staan beschreven in ons opleidingskader en zijn leidend voor ons onderwijs. De competenties zijn geformuleerd op het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar op HBO-niveau (zie bijlage 1 voor de Avans CMD Competenties). Om jouw competentie-ontwikkeling te kunnen volgen onderscheiden we in de opleiding een drietal niveaus waarop de competenties beheerst moeten worden: propedeuse, beroepsvormend en beroepsvoorbereidend niveau. Studentgericht De werkvormen die we gebruiken dagen je uit tot
actief leren. Jij en je leerproces zijn uitgangspunt voor de inrichting van het programma. Na het tweede jaar ga je in toenemende mate je eigen studie inrichten door het maken van keuzes die bij jouw interesse en ambities passen. Het programma is zo ingericht dat je onnodige vertraging kan voorkomen. Heel belangrijk is dat er sprake is van een toename van je zelfstandigheid (zelfsturing). (Leer)procesgericht Het ‘leren leren’ staat centraal: leren is niet alleen het je eigen maken van inhoudelijke kennis en vaardigheden, maar ook het leren en ontwikkelen van (eigen) onderzoeksmethoden, het verkennen van je leerproces en probleemoplossend leren werken (attitude). Omgevingsgericht De fysieke en sociale omgeving stimuleren en ondersteunen je leren. CMD doet dit door het aanbieden van een werk- en leeromgeving waarin je: • het heft in eigen handen leert te nemen en zelfstandigheid ontwikkelt; • de motivatie ontwikkelt om competent te worden; • van anderen en met anderen leert en; • wordt uitgedaagd om de juiste studiehouding te ontwikkelen. Dit vereist een leeromgeving die uitdagend en veilig is, ruimte biedt voor zelfsturing, e-learning mogelijkheden biedt en de actuele beroepspraktijk als inspiratie gebruikt voor de inrichting van de leeromgeving. Deze vier kernbegrippen en de uitwerking daarvan hebben uiteraard invloed op de manier waarop je wordt beoordeeld. De belangrijkste aspecten hierin zijn: • beoordeling is zowel diagnostisch als selecterend. Dit betekent dat je regelmatig feedback krijgt over je voortgang, alsmede dat getoetst wordt of je voldoet aan de gestelde eisen; • toetsing gebeurt zoveel mogelijk aan de hand van authentieke beroepssituaties zoals projecten, stage, afstudeeropdrachten; • in de eerste twee leerjaren worden je kennis en
10
stramien_13-14_definitief.indd 10
02-07-13 16:48
De opleiding levert beginnende professionals af met de volgende kenmerken
Kritisch
Creatief handelend en dekend
Experimenterend
Oplossingsgericht
Omgevingsgericht
Procesgericht
Samenwerkend
Innovatief
Conceptueel
Onderzoekend
•
je vaardigheden ook afzonderlijk getoetst door kennistoetsen en individuele vaardigheidsoefeningen; een propedeuse- en beroepsvormend assessment. Hierin word je individueel beoordeeld en geadviseerd op de ontwikkeling van je competenties.
2.3 onDerwijsprograMMa De opleiding CMD duurt vier jaar en is ingedeeld in drie fasen: beroepsoriënterende fase (propedeuse), beroepsvormende fase en de beroepsvoorbereidende fase (eindstudie). Elk studiejaar kent 42 onderwijsweken. Deze bestaan in jaar één en twee uit vier blokken per jaar en in het derde en vierde jaar uit twee semesters per jaar.
BerOepSOrIënterenDe faSe en De BerOepSvOrMenDe faSe In deze fasen van de opleiding leer je het beroep van CMD door te werken aan producten en diensten die je later in je beroep ook kan gaan maken. In het geval van CMD zijn dat (interactieve) media oplossingen in de ruimste zin van het woord. Elk blok komt er een ander beroepsproduct aan bod. Op deze manier kom je in aanraking met de hele breedte van het vakgebied van CMD. BerOepSvOOrBereIDenDe faSe In de beroepsvoorbereidende fase komen het ontwikkelingsproces en alle competenties opnieuw aan bod maar nu in de daadwerkelijke beroepspraktijk en op een hoger niveau.
11
stramien_13-14_definitief.indd 11
02-07-13 16:48
het onderwijsprogramma van CMD Print media
1
Online media
Freespace
Timebased media Social media
< Propedeuse ...assessment
Smart object
2
Media strategy
Freespace
Serious game Natural interfaces
Specialisatie
3 4
Multimediale vormgeving
Informatie en Interactie
Creative technology
Interactie Strategie
< Assessment ...stageportfolio
Stage
Minor
Afstuderen (project, rapportage, expositie en examen) < Afstudeerzitting
In de figuur ‘Het onderwijsprogramma van CMD’ zie je hoe het onderwijsprogramma van CMD is ingedeeld.
2.4 saMenhang in het onDerwijsprograMMa Om de samenhang te waarborgen en ook je toenemende zelfstandigheid te kunnen realiseren zijn er binnen de opleiding vier leerlijnen te herkennen, die gezamenlijk in toenemende mate leiden tot een competentiegerichte leeromgeving. Binnen een leerlijn is aandacht voor een bepaald aspect van de competenties die de student dient te ontwikkelen. De IntegraLe LeerLIJn De integrale leerlijn is gericht op het ontwikkelen van realistische beroepsproducten, met een praktische en theoretische verantwoording. Dit wordt gedaan in de projecten met inhoudelijk ondersteunende modulen en in de eindstudie tijdens stage en afstuderen. De kennISLeerLIJn In de kennisleerlijn krijg je een theoretisch kader aangeboden dat gebaseerd is op het beroepsprofiel.
Er is aandacht voor het systematisch verwerven van basiskennis en het je eigen maken van principes en methoden, zoals die binnen het beroepenveld gehanteerd worden. Ook is deze lijn gericht op meer algemene kennisontwikkeling. De vaarDIgheDenLeerLIJn De vaardighedenleerlijn richt zich op de ontwikkeling van je algemene communicatieve, sociale en creatieve vaardigheden en op het leren werken met binnen het vakgebied veel gebruikte tools. De ervarIngS-refLeCtIeLIJn De ervarings-reflectielijn is ondersteunend aan de andere drie leerlijnen. Binnen deze lijn is er aandacht voor je voortgang van het leren, je leerproces en je oriëntatie op het beroep. Studieloopbaanbegeleiding heeft tot doel je hierbij te helpen en je te ondersteunen in de keuzes die je in de loop van je opleiding maakt over je verdere (studie)loopbaan.
2.5 ontwerpMethoDiek De CMD methodiek (zie bijlage 3) beschrijft het proces dat jij als CMD-ontwerper doorloopt. Onafhankelijk van je rol of de aard, complexiteit of
12
stramien_13-14_definitief.indd 12
02-07-13 16:48
OntwerpMethodiek CMD Breda/Den Bosch overzicht
Leercirkel Kolb ervaren concreet
Het ontwerpproces per fase is gelijk aan dat van het gehele ontwerpproces. De ontwerper maakt dus per fase meerdere slagen. bijv: men kan in een week of zelfs een dag een ontwerproces van meerdere wendingen doorlopen om te komen tot definities, of een concept.
Opdracht/Aanleiding/Briefing
inductie
experiment actief
Concretisering
reflecteren passief
deductie
Fractaal faSerIng
Cyclische ontwerpproces met fases, functie en algemeen benaming/deliverable. Ontwerpen als permanent onderzoek en als vertalende activiteit.
De fases van een ontwerpproces komen overeen met die van het leerproces volgens Kolb, zoals weergegeven in de leercirkel
Definitie/evaluatie
VERTALEN VAN STRUCTUUR NAAR CONCRETE ERVARING ONDERZOEK NAAR CONCRETISERING
VERTALEN VAN VRAAG NAAR CRITERIA ONDERZOEK NAAR CONTEXT
Individueel en Samen
Iedere ontwerper heeft zijn eigen manieren om te onderzoeken. De een gebruikt zijn visuele talent, de ander zijn analytische vaardigheden. Een ander zoekt liever gebruikers of experts op. Juist in de kracht van een persoonlijke methodiek van onderzoeken en in het vinden van individuele “antwoorden” die worden gedeeld en verrijkt schuilt de meerwaarde van samenwerken: 1 + 1 = 3
SLB komt voor in alle fasen van de opleiding. Iedere fase wordt afgerond door een belangrijke keuze. Tijdens SLB wordt naar die keuze toegewerkt. Fasering, doelstelling en activiteiten zijn in SLB schema op een rijtje gezet. INDIVIDUELE PROCESSEN.
concept abstract
Prototype
Evaluatie/Definitie VERTALEN VAN ERVARING NAAR HERZIENE CRITERIA ONDERZOEK NAAR BEVINDINGEN
zijaanzicht
De cyclische ontwerpfases in de tijd gezien. Bovenste model is eindig (zoals bijvoorbeeld bij een project). Onderste een permanent proces (langere termijn, meerdere ontwerpers, denk bv. aan een product)
Model
tijd (t)
VERTALEN VAN ERVARINGEN NAAR DEFINIËREN VAN HERZIENE CRITERIA.
(herziene)Criteria
Definitie/criteria
tOetSIng en BeOOrDeLIng SLB De studiepunten voor SLB worden op basis van de volgende criteria toegekend: FRACTAAL PROCES. EEN SLAG BESTAAT UIT MEERDERE WENDINGEN. FORMULEREN VRAGEN
concept
THEORETISCHE (ONEINDIGE) ONTWERPCYCLUS prototype
Concept
procesevaluatie
E EL DIN
G CON CRET SIER I
Verkenning VERTALEN VAN VRAAGSTELLING NAAR IDEEËN ONDERZOEK NAAR AANSLUITING/MOGELIJKHEDEN
RB
E EL DIN G CO NCR ETSI ERI
IN G
NIN
RB
model
ATIE ALU EV
NG
criteria EN N VERK
EN VERK G
VE
Verbeelding VERTALEN VAN IDEEËN NAAR VORM EN STRUCTUUR ONDERZOEK NAAR VORM EN STRUCTUUR
eindproduct
ATIE ALU EV
IE INIT DEF
NG
model
VE
briefing
criteria
•
G
CON C
EEL DIN G
R BE
RB
G
IN G
RB
model
NG
NIN
VE
criteria
concept
concept
VE
RETS IER I
model
ENN VERK
EN VERK
ELD ING CON C
criteria
I ENN VERK
EEL DIN G CO NCR ETSI ERI
model
TIE LUA EVA
IE INIT DEF
criteria
NG
TIE LUA EVA
NG
RETS IER IN
prototype 2
prototype
VE
briefing
concept
concept
METHODIEK ZOALS IN DE PRAKTIJK: BIJV. EEN CMD-PROJECT
overzicht
Cyclische ontwerpproces met fases, functie en algemeen benaming/deliverable. Ontwerpen als permanent onderzoek en als vertalende activiteit.
tijd (t)
vraag/antwoord onderzoek/vertaling
duur van het project. In het model is het dus niet belangrijk wàt je ontwerpt maar hoe je ontwerpt. Innovaties beginnen bij een vraag die opgelost wil worden.
Het model gaat er daarom vanuit dat je de juiste vragen leert stellen per fase. De juiste vragen helpen je om tot een kwalitatief eindproduct te komen. Onderzoek en experiment staan in de methodiek centraal. Het zo tastbaar en concreet mogelijk verbeelden van begrippen en ideeën is de manier om deze bespreekbaar te maken. Het zijn de antwoorden op je vragen. Doel van het werken met deze methode is dat jij je bewust wordt van wat jou boeit, hoe jij graag werkt en waar jij enthousiast van wordt. “What makes you tick?”
2.6 stuDieloopBaanBegeleiDing Doel van studieloopbaanbegeleiding (SLB) is het stimuleren van je ontwikkeling, door begeleiding bij de voortgang van je studie (studiebegeleiding), bij de keuzes en beslissingen tijdens je opleiding (studie- en loopbaanbegeleiding) en bij de voorbereiding op je loopbaan buiten de onderwijsorganisatie (loopbaanbegeleiding). De concrete invulling van SLB gedurende je opleiding, lees je op BlackBoard, de digitale leeromgeving van Avans Hogeschool.
•
inspanningsverplichting: aanwezigheid en actieve betrokkenheid; resultaatverplichting: je portfolio dient aan de gestelde eisen te voldoen.
ANTWOORDEN WORDEN GEDEELD. HET BESTE WORDT GECOMBINEERD. ANTWOORDEN ROEPEN NIEUWE VRAGEN OP (BIJV.: “HOE GAAT HET ER UITZIEN?”). EEN NIEUWE FASE (BIJV. ONDERZOEK NAAR VERBEELDING) VOLGT
INDIVIDUELE ONDERZOEKSPROCESSEN
In het SLBportfolio toon je aan hoe je aan je persoonlijke leerontwikkeling en beroepsvorming hebt gewerkt. De toekenning van de studiepunten voor SLB vindt zowel in jaar 1 als 2 per blok plaats. Voor jaar 3 en 4 worden geen aparte studiepunten voor studieloopbaanbegeleiding toegekend, wel overleg je met je SLB’er over de voortgang van je eindstudie en ondersteunt hij bij het maken van individuele keuzes in deze fase. BESPREKEN DIVERSE ANTWOORDEN EN FORMULEREN NIEUWE VRAGEN
2.7 projeCtonDerwijs Iedere periode kent een project, waarin je met medestudenten een beroepsgerelateerd product ontwikkelt. Het project wordt ondersteund door inhoudelijk aansluitende modulen. Het project levert je 4 studiepunten op. Deze vier studiepunten zijn opgebouwd uit 2 studiepunten voor het eindproduct (van de groep) en 2 voor je individuele proces. De oefeningen en opdrachten die je maakt in de ondersteunende modulen worden aan het eind van een lessenreeks door de docent beoordeeld. Hetzelfde geldt voor de theorie en kennis toetsen. Hoeveel studiepunten je voor de afzonderlijke modulen kunt behalen is in latere hoofdstukken terug te vinden, in de Onderwijs- en ExamenRegeling (OER) en in de modulebeschrijvingen. De modulebeschrijvingen worden op BlackBoard gepubliceerd. De opdrachten die je tijdens je opleiding maakt, verzamel je in je portfolio zodat jouw individuele ontwikkeling zichtbaar wordt. Je gebruikt je portfolio om tijdens de assessments aan te tonen dat jij de benodigde competenties hebt behaald. Het doel van het projectgerichte onderwijs is dat je van meet af aan leert hoe het er in het beroepenveld aan toe gaat en wat het inhoudt om in een multidisciplinair team te werken. Tevens leer je de theorie (kennis) en vaardigheden uit de ondersteunende
13
stramien_13-14_definitief.indd 13
02-07-13 16:48
het schema Studieloopbaanbegeleiding
SLB Fases
Studiekeuze fase
Introductie fase
Beroepsoriënterende fase (Propedeuse)
Doelstelling
Activiteiten
Oriëntatie & kennismaking gericht op de inhoud van de opleiding
- Voorlichting aan vooropleidingen - Open dagen/avonden - Avans en CMD website - Informatiebrochures
Kennismaking met de opleiding zelf
- Proefstudiedagen - Intakegesprek
Oriëntatie op de opleiding, het beroep en de competenties /selectie
- Overdracht van de doelstelling en eisen van het onderwijsconcept - Inzicht in perspectieven en eisen vanuit het beroepsveld - Groeps– en individuele begeleiding op het verwerven van competenties in jaar 1 - Bewaking van de studievoortgang - Voorlopig advies - Adviesgesprek studievoortzetting - Bindend Studie Advies ( BSA )
- Beroepsoriëntatie
Beroepsvormende fase
Oriëntatie en verdieping beroepsprofiel Verkenning van eigen mogelijkheden binnen het beroepenveld
- Voorlichting verdiepingssemesters - Individuele –en groepsbegeleiding gericht op het verwerven van beroepspecifieke competenties - Voorlichting eindstudie - Adviestraject verdiepingssemester
- Beroepsoriëntatie
Beroepsvoorbereidende fase (Eindstudie)
Fase overstijgende activiteiten
Verdere verdieping beroepsprofiel en beroepenveld
- Eindstudievoorlichting - Individuele begeleiding gericht op het verwerven van beroepspecifieke competenties - Beroepsoriëntatie - Ondersteuning uitvoering eindstudieplan - Voorlichting alumnibeleid
Geborgenheid
- Creëren van een veilige leeromgeving waarin de student zich optimaal kan en durft te ontplooien.
Binding en betrokkenheid
- Alumnibeleid
14
stramien_13-14_definitief.indd 14
02-07-13 16:48
modulen meteen met de juiste attitude (houding) toe te passen en te integreren in een project. De beroepsproducten die centraal staan in de projecten vind je in de onderstaande tabel.
J1B1 Printmedia J1B2 Online Media J1B3 Time Based Media J1B4 Social Media J2B1 J2B2 J2B3 J2B4
Smart Object Media Strategie Serious Games Natural Interfaces
*) J1B1 staat voor Jaar 1 blok 1
Blokfasering Een project loopt gedurende een periode van 9 weken. In de eerste week vindt de kick-off plaats, waarin het project wordt toegelicht door de blokcoördinator en/of experts uit het vakgebied. Van week 1 t/m week 7 krijg je wekelijks projectbegeleiding van een vaste begeleider. Daarnaast volg je lessen van de ondersteunende modules en andere leerlijnen. In week 8 vindt de eindbeoordeling plaats. Na de eindbeoordeling is er in week 9 tijd ingeroosterd voor feedback op het product, het proces, de eindpresentatie en de beoordeling. In geval van een onvoldoende voor de proces- en/of productbeoordeling, geldt een herkansingsopdracht. Toetsing Per jaar worden twee tentamenmogelijkheden aangeboden (OER 8.6, lid 1). De eerste kans betreft de eerste keer dat je onderwijs volgt in het betreffende onderdeel. Kansen later in het jaar of in latere jaren van het betreffende onderdeel worden herkansingen genoemd.
Voor elke toets dien je je in te schrijven via Osiris. Meer informatie over Osiris vind je in de volgende paragraaf. Voor meer informatie over toetsen en herkansingen lees je het Toetsbeleid. Dit document staat in de course CMD Herkansingen waar je ook alle herkansingsopdrachten kunt vinden. In de feedbackweek (week 9) krijg je via inzage van de modulen en de feedbackgesprekken met je
projectbegeleiders eventuele herkansingsopdrachten te horen. Osiris Osiris is het studievoortgangssysteem van Avans. Log in op Blackboard en klik op Osiris in het linkermenu. Via dit systeem kun je je studieresultaten bekijken en een cijferlijst uitprinten. Daarnaast moet je Osiris gebruiken om je elk blok in te schrijven voor alle modulen die je dat blok volgt plus eventuele te herkansen modulen. Inschrijven gebeurt standaard in week 4 (zie de jaarkalender). Zonder inschrijving mag je niet deelnemen aan een toets! Samenwerking Vanaf de tweede periode in de propedeuse begin je in projectgroepen (eerst als tweetal, daarna in grotere groepen) te werken. We doen dit zodat je leert samenwerken. Binnen de projectgroepen worden taken verdeeld. Bij aanvang van het project maak je met je groepsleden onderlinge afspraken. Bij afwijking van de gemaakte regels kun je allereerst zelf orde op zaken stellen, maar ook je projectbegeleider en SLB’er op de hoogte brengen. In de peer-to-peer reviews die je gedurende het blok opstelt doe je verslag van het functioneren van je groep, zowel de positieve als negatieve aspecten. Je projectbegeleider gebruikt de peer-to-peers als input voor de procesbeoordeling. Projectbegeleiding De projectbegeleider volgt en coacht het hele proces, stuurt inhoudelijk bij waar nodig, bewaakt de inhoudelijke samenwerking en spreekt diagnostische waardeoordelen uit over verschillende deelproducten die tussendoor opgeleverd worden. Op de uiteindelijke beoordelingsdag werkt de projectbegeleider samen met een of meerdere medebeoordelaars (uit het docententeam) en beoordelen zij samen het eindproduct van de groep. Het proces wordt door de projectbegeleider individueel beoordeeld. Hij/zij geeft je in week 9 feedback.
2.8 Assessment CMD is een beroepsgerichte opleiding en leidt op tot het verwerven van competenties. Om de beheersing van competenties individueel vast te kunnen stellen zijn de assessments een waardevolle aanvulling op de overige project- en modulegerichte toetsvormen. Op basis van het assessment stel je plannen op voor de verdere verwerving van competenties. De opleiding vindt het belangrijk om in het toetssysteem twee aspecten op te nemen: • selecterend toetsen: bepalen of je op een be-
15
stramien_13-14_definitief.indd 15
02-07-13 16:48
paald moment aan bepaalde eisen voldoet; • diagnostisch toetsen: informeren in hoeverre je op de goede weg bent in je competentie-ontwikkeling.
diekeuze hebt gemaakt en of de assessoren genoeg competentieontwikkeling op propedeuseniveau terugzien in je werk. Selecterend wordt beoordeeld:
De assessments van CMD worden gedaan aan de hand van een door jou ingericht digitaal en/of fysiek portfolio. Dit portfolio zet je op vanaf het begin van je studie. Je archiveert al je werk tijdens je studie en selecteert dan voor je portfolio wat je daarvan wilt laten zien. Het werk in je portfolio dient inzicht te geven in je leerproces en kan uit de volgende onderdelen bestaan:
• je portfolio op concept, structuur, vorm, creativiteit en uitvoering; • je zelfreflectie op kritische reflectie en realiteitszin; • je mondelinge presentatie op communicatieve vaardigheden.
• een representatieve selectie van geproduceerd werk, waaronder schetsen en procesverslagen; • oefeningen en opdrachten uit de ondersteunende modulen van de projectonderwijslijn; • de resultaten van je beroepsoriëntatie; • self-assessment op basis van zelfreflectie oefeningen. Wat is goed gegaan, wat minder goed, waaraan ga ik werken; • zelfreflectie speciaal voor het assessment op de verworven competenties en peer-to-peer reviews. Wat zeggen mijn project-groepleden van mijn prestaties; • beoordelingen van project en modulen. Het bespreken van je portfolio en zelfreflectie met de assessoren is de kern van de assessments. Tijdens dit gesprek geef jij aan hoe je denkt de CMD competenties behaald te hebben. Op basis van deze bespreking worden persoonlijke leerdoelen bijgestuurd of opgesteld voor het leerproces in de toekomst. Bij onvoldoende kwaliteit van je portfolio of je reflectie en presentatie krijg je een herkansingsassessment. De verschillende assessments worden in de onderstaande schema’s kort toegelicht.
Propedeuse assessment Aan het einde van de beroepsorienterende fase eind jaar 1. Doel Het assessment richt zich op de wel of niet juiste keuze voor de opleiding en het maken van een portfolio om jezelf te presenteren. Karakter Diagnostisch en selecterend. Beoordeling Diagnostisch wordt vastgesteld of je de goede stu-
Assessoren 2 docenten Studiepunten 2
Beroepsvormend assessment Aan het eind van de beroepsvormende fase, na 1e blok jaar 3. Doel Aan de hand van je portfolio en zelfreflectie wordt gekeken of je competentieontwikkeling op schema ligt en of je portfolio geschikt is voor gebruik bij stagesollicitaties. Karakter Diagnostisch en selecterend. Beoordeling Diagnostisch wordt vastgesteld of jouw competentieontwikkeling op niveau is om te gaan solliciteren voor een stageplek. Selecterend wordt beoordeeld: - je portfolio op concept, structuur, vorm, creativiteit en uitvoering; - je zelfreflectie op kritische reflectie en realiteitszin; - je mondelinge presentatie op communicatieve vaardigheden. Assessoren 2 docenten Studiepunten 2 Assessment eindexamen De beroepsvoorbereidende periode (eindstudie) sluit je af met een presentatie tijdens je afstudeerzitting. De details hierover staan beschreven in het eindstudieboek.
16
stramien_13-14_definitief.indd 16
02-07-13 16:48
2.9 Studium generale Onder de verzamelnaam Studium Generale worden jaarlijks diverse events (bijvoorbeeld het CMD Nachtlab) georganiseerd rond thema’s of onderwerpen op het gebied van wetenschap, cultuur en maatschappij die voor aankomende professionele CMD ontwerpers van belang zijn. De bijeenkomsten vinden zowel binnen als buiten de academie plaats, in de vorm van symposia, excursies en gespecialiseerde werkbezoeken. De events zijn toegankelijk voor alle CMDers, van alle vier de studiejaren, én voor alle docenten, medewerkers en alumni (afgestudeerden).
2.10 OPENINGSTIJDEN De opleiding CMD is vanaf augustus 2013 tijdelijk gevestigd aan de Hogeschoollaan 1 in Breda in verband met de verbouwing van de locatie Lovensdijkstraat 61-63. De openingstijden van het Avansgebouw en de tijdelijke huisvesting aan de Hogeschoollaan 1 zijn:
Maandag t/m donderdag Vrijdag
07.30 - 22.00 07.30 - 18.00
2.11 Lestijden Lesuur Tijd 0.
08.00 - 08.45
1.
08.45 - 09.30
2.
09.35 - 10.20
3.
10.35 - 11.20
4.
11.25 - 12.10
5.
12.15 - 13.00
6.
13.00 - 13.45
7.
13.50 - 14.35
8.
14.40 - 15.25
9.
15.40 - 16.25
10.
16.30 - 17.15
11.
17.15 - 18.00
12.
18.00 - 18.45
13.
18.45 - 19.30
14.
19.30 - 20.15
15.
20.30 - 21.15
16.
21.15 - 22.00
17
stramien_13-14_definitief.indd 17
02-07-13 16:48
3. BeroepsorIËnterende Fase (propedeuse) Doelstellingen in de beroepsoriënterende fase
Je ontwikkelt je als beginnend CMD’er (leerling)
Je ontwikkelt een kritische en onderzoekende mentaliteit
Je ontwikkelt op basaal niveau de competenties
3.1 De funCties van De propeDeuse Volgens de Wet op het Hoger en Wetenschappelijk onderwijs heeft de propedeuse een aantal functies: OrIëntatIe Je oriënteert je in de propedeuse op de opleiding en op het beroep. Tijdens deze periode krijg je een goed beeld van de opleiding en het relevante beroepenveld. Je SLB’er begeleidt je bij dit proces. SeLeCtIe De propedeuse is zo ingericht, dat we kunnen vaststellen of je het HBO-niveau aankunt en of je geschikt bent voor de opleiding en het beroep. We stellen een aantal eisen aan je over de benodigde kennis en vaardigheden om je opleiding na de propedeuse succesvol te kunnen doorlopen. Het antwoord op de vraag of je aan deze eisen voldoet komt tot uitdrukking in het zogenaamde bindend studieadvies (zie 3.2). verwIJzIng In gesprekken met je SLB’er komt regelmatig je studievoortgang ter sprake en wordt stilgestaan bij de vraag of je geacht wordt te kunnen voldoen aan de eisen van de propedeuse. Als dat niet het geval blijkt word je adequaat begeleid en geadviseerd door de decaan.
3.2 voorlopig stuDieaDvies, Definitief stuDieaDvies en BinDenDe afwijzing vOOrLOpIg en DefInItIef StuDIeaDvIeS Na ieder blok ontvang je van de examencommissie een voorlopig, schriftelijk studieadvies over de voortzetting van je studie, gebaseerd op het aantal studiepunten dat je gehaald hebt. De academiedi-
Je realiseert eenvoudige opdrachten onder begeleiding
Je ontwikkelt basiskennis en basisvaardigheden
Je kunt opdrachten in een laag complexe situatie uitvoeren
recteur geeft je voor 1 september schriftelijk een definitief studieadvies. BInDenDe afwIJzIng Aan het definitieve studieadvies wordt een bindende afwijzing verbonden als je aan het einde van het eerste jaar van inschrijving (31 augustus) niet hebt voldaan aan de eis dat je 52 of meer studiepunten hebt behaald of aan het einde van het tweede jaar niet de propedeuse hebt gehaald. Voor de exacte regeling zie de Onderwijs en Examen Regeling (OER). Als de onvoldoende studieresultaten te wijten zijn aan je persoonlijke omstandigheden en er daarvan een decaanindicatie is, kan de examencommissie besluiten om de termijn voor het uitbrengen van een bindende afwijzing met 12 maanden te verlengen. Een decaanindicatie krijg je alleen als de decaan na een gesprek met jou constateert dat er verzachtende omstandigheden zijn waardoor je niet aan je studieverplichtingen hebt kunnen voldoen. De bindende afwijzing houdt in dat je je niet meer kunt inschrijven voor dezelfde opleiding binnen Avans Hogeschool, tenzij je aan de academiedirecteur aannemelijk kunt maken dat je als gevolg van studie elders en/of van opgedane werkervaring in staat bent om de opleiding alsnog met goed gevolg te kunnen afsluiten. De nieuwe inschrijving kan niet eerder dan na minstens twee jaar na het uitbrengen van het bindend afwijzend studieadvies plaatsvinden. Aan de bindende afwijzing wordt zoveel mogelijk een advies over de voortzetting van je studie buiten de opleiding verbonden. Als de examencommissie van plan is om een bin-
18
stramien_13-14_definitief.indd 18
02-07-13 16:48
dende afwijzing te geven word je daarvan schriftelijk in kennis gesteld en krijg je de gelegenheid om voorafgaand aan het uitbrengen van het advies een gesprek te hebben over je studievorderingen met de examencommissie. Gebaseerd op dat gesprek wordt de beslissing genomen om je studieadvies al dan niet om te zetten naar een negatief bindend studieadvies. De directie verstuurt de bindende studieadviezen. Je hebt het wettelijke recht om tegen de bindende afwijzing rechtstreeks beroep aan te tekenen bij het College van Beroep voor de Examens, binnen 4 weken na ontvangst van de afwijzing. Let op: Zie voor de exacte tekst over studieadviezen de onderwijs- en examenregeling (OER).
per jaar. De overige 2 weken aan het einde van het studiejaar zijn gereserveerd voor herkansingen, assessments en eindexamenexpositie. De ‘overige activiteiten’ worden per periode verschillend ingevuld: • • • •
Blok 1 zelfstudieweek Blok 2 FreeSpace Blok 3 zelfstudieweek Blok 4 assessment
3.4 onderwijsheden jaar 1 In het volgende hoofdstuk staan alle onderwijseenheden met de bijbehorende studielast. De totale studielast van een leerjaar is 60 studiepunten. Een studiepunt is 28 studiebelastingsuren.
3.3 Opbouw De propedeuse is de beroepsoriënterende fase. De doelstellingen in deze fase staan vermeld in de figuur hiernaast op pagina 18. Per studiejaar zijn er 42 onderwijsweken. Deze weken zijn geclusterd in vier perioden van 10 weken
In de propedeuse heeft een periode de volgende basisopzet:
Week 1 Week 2 Week 3 Week 4
Onderwijs, inclusief toetsing ondersteunde modules en overige onderwijslijnen
Week 5 Week 6 Week 7 Week 8 Week 9 Week 10
Voorbereiding projectpresentatie. Projectbeoordeling. Toetsen Feedbackweek/herkansingen Overige activiteiten (‘zwevende’ week)
19
stramien_13-14_definitief.indd 19
02-07-13 16:48
Jaar 1 blok 1
Print media coördinator: Frederik Duerinck Projectomschrijving: Je gaat studeren in de stad Breda aan de opleiding CMD. Iedere student krijgt een “plakje” van de stad toegewezen, A Slice of Life zogezegd.
Ga op ontdekkingsreis binnen jouw slice. Jij als student bent verantwoordelijk voor het ‘in kaart brengen’ van dat stukje. Maak foto’s, verzamel knipsels uit kranten tijdschriften, duik in het archief, schiet video enz. Leg vast wat je opvalt, wat je ziet gebeuren, wat je interessant vind. Jouw reis en ontdekkingen in Breda staan centraal. Maak en verzamel zo divers mogelijk materiaal. Al je materiaal orden je in een map. Het is de bedoeling dat achteraf de toeschouwer door het kijken naar je map ervaart wat jij hebt gedaan en gevonden. Je kunt gebruik maken van beeld, geluid, tekst, etc. Jij geeft richting aan wat je verzamelt. Keer op keer selecteer en orden je wat je interessant vindt en waarom. Je bevindingen leg je visueel vast in je map. Uiteindelijk maak je een icoon voor jouw slice. Dit icoon zit voor op je map waarin naast al de vakken ook je visuele verslag van je ontdekkingsreizen te vinden is.
ondersteunende modules: Webtechnologie 1 (CT): Ontstaansgeschiedenis van het Web en hands-on de basis van Webtechnologie: HTML en CSS. Informatiearchitectuur (II): Wayfinding; informatie structureren en inzichtelijk maken, ondergaan van usability test. Communicatie (IS): Inleiding fundamentele communicatiebegrippen, zoals identiteit, individualiteit, drijfveren van anderen. Doelgroe-pen, communicatiemodellen, componenten van attitude en gedrag.
Vormgeving voor print (MV): Basis van grafische vormgeving: typografie, lay out. Ontwerpen van een icoon Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools: Inleiding Mediatheorie & Games (TR): Introductie op de belangrijkste denkstromingen binnen de mediatheorie (sociologisch, filosofisch en cultureel). Academische vaardigheden I. Creative Problem Solving 1 (PV): Creatieve en communicatieve vaardigheden: basis in mindmapping, brainstormen en presentatietechnieken. In blok 2 krijgen de lessen een vervolg. Verbeelden 1 (PV): Basale vaardigheid in verbeelden. Grafische tools (Tools): Beeldbewerking; input, bewerken en output. Vectorgeoriënteerd tekenen, pagina-opmaak. Werkplaats-instructie: Aan de hand van een opdracht leer je veilig te werken met de apparatuur in het CMDlab en de werkplaatsen.
Onderdeel Stp Project Print Media Proces 2,0 Project Print Media Product 2,0 Webtechnologie 1 1,0 Informatiearchitectuur 1,0 Communicatie 1,0 Vormgeving voor print 1,0 Inleiding Mediatheorie & Games 2,0 Creative Problem Solving 1 1,0 Verbeelden 1 1,0 Grafische tools 1,0 Taalbeheersing Nederlands 0,5 Studieloopbaanbegeleiding 1 0,5 Werkplaats instructie 1,0 Totaal 15,0
20
stramien_13-14_definitief.indd 20
02-07-13 16:48
Jaar 1 blok 2
Online Media coördinator: Ria van Ooijen Projectomschrijving: Hoe breng je een boodschap het meest effectief over op je doelgroep? Deze periode gaat over ideevorming, conceptontwikkeling en creatief denken Je gaat aan de slag met online communicatieconcepten en strategieën.
Je leert daarbij een website te realiseren. In de ondersteunende modulen staat creatief leren omgaan met boodschap en media en buiten de gebaande paden leren denken, centraal. Het bedenken van goede alternatieve ideeën is belangrijk. Je werkt in duo’s aan de opdracht. Als artdirector en copywriter, zoals we een “creatief team” kennen in de reclamewereld. Je maakt voor een doelgroep een boodschap en ontwikkelt een online medium.
ondersteunende modules: Mediatechnologie (CT): Achtergrond en inleiding in soft- en hardware gerelateerd aan mediasystemen. (Software o.a. formaten, transport, compressie. Hardware o.a. basis elektrotechniek, arduino, senoren) Usability 1 (II): Website usability en evaluatie, single-page design, accessibility, conceptual model, redactioneel ontwerp, formu-lieren, prototyping, test en designdocument. Media-concepting (IS): Inleiding in het begrip media, theorie en praktijk van effectieve inzet van media (doelstellingen/doelgroepen), overzicht van mediatypen, ontwikkelen van een mediaplan.
Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools: Inleiding Art & Elctronic Media (T&R): Een serie hoorcolleges die verbanden benadrukt tussen de disciplines kunst/ontwerp/design & muziek door de tijd heen. Creative Problem Solving 2 (PV): Creatieve en communicatieve vaardigheden: briefing/debriefing, divergeren, convergeren, presenteren. verbeelden 2 (PV): Basale vaardigheid in tekenen. Ditmaal ligt de nadruk op proportieleer. Webtools (Dreamweaver en CSS) (Tools): Webdesign met Dreamweaver en CSS.
Onderdeel Stp Project Online Media Proces 2,0 Project Online Media Product 2,0 Mediatechnologie 1,0 Usability 1 1,0 Mediaconcepting 1,0 Vormgeving voor beeldscherm 1,0 Inleiding Art & Electronic Media 2,0 Creative Problem Solving 2 1,0 Verbeelden 2 1,0 Webtools 1,0 Studieloopbaanbegeleiding 2 0,5 Free Space (zie 3.5) 1,5 Totaal 15,0
Vormgeving voor beeldscherm (MV): Inleiding in brede vak ‘visual design’. Onderwerpen als visuele stijl voor interactieve media, vormgeving van basiselementen van het scherm, compositie, iconen, screen fonts, navigatie en visual language.
21
stramien_13-14_definitief.indd 21
02-07-13 16:48
Jaar 1 blok 3
Time Based Media coördinator: Frederik Duerinck Projectomschrijving: In ‘Depth of the Surface’ maak en analyseer je in groepsverband een ‘mixed media’ productie.
Gedurende deze periode leer je hoe je een reeks beelden maakt die een verhaal vertellen. De beelden sporen de kijker aan tot handelen. Om de kijker te ‘verleiden’ mee te gaan in jouw vertelling, is analyse van je onderwerp, je verhaal en je doel cruciaal. Je maakt twee commercials op basis van je eigen analyses. Gedurende het maakproces analyseer je wat je wilt vertellen en hoe je dat het beste kan doen om de kijker mee te krijgen.
ondersteunende modules: AV Techniek (CT): Technische basiskennis van geluid opname, video opname en hun na-bewerking. Usability 2 (II): Gebruikers- en taakanalyse, praktisch observeren/ interviews, cultural probing, personas, use cases. Campagne-ontwikkeling (IS): Het kunnen ontwikkelen van relevante beloftes naar een doelgroep o.b.v. de marketing umfeld en consumenteninzichten. Vertaling daarvan naar een creatieve briefing en een multimediacampagne. Uitdiepen begrip concept.
Film- en Beeldanalyse (T&R): Kennis van grondbeginselen van de semiotiek en de formele filmanalyse. Interviewen (PV): Hoe kun je door middel van interviews komen tot bruikbare informatie en inzichten (motivaties, waarden, behoeften)? Je krijgt theorie over interviewen en het schrijven van een artikel, verder oefen je veelvuldig met interviewen tijdens de practica en projecturen. AV Tools (Tools): Videobewerking met Premiere, introductie van After Effects. Deze module sluit aan op lessen over camera- en audiotechnieken.
Onderdeel Stp Project Time based Media Proces 2,0 Project Time based Media Product 2,0 AV Techniek 1,0 Usability 2 1,0 Campagne-ontwikkeling 1,0 Motion Design 1,0 Film- en beeldanalyse 2,0 Interviewen 1,0 AV tools 1,0 Vrije studiepunten (zie 3.5) 1,0 Beroepsoriëntatie 1 (zie 3.5) 1,0 Studieloopbaanbegeleiding 3 0,5 Taalbeheersing Engels 0,5 Totaal 15,0
Motion Design (MV): Deze module combineert het schrijven van een scenario, het maken van een storyboard, de basis van motion graphics. Kortom: inhoudelijke en esthetische aspecten van bewegend beeld op basis niveau. Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools:
22
stramien_13-14_definitief.indd 22
02-07-13 16:48
Jaar 1 blok 4
Social Media coördinator: Sandra Oom Projectomschrijving: In het project ‘Food for thought’ werk je binnen het thema ‘voeding’ (medisch, cultureel, esthetisch, econo-misch of technologisch) aan een kleinschalig event waarbij je een bepaalde doelgroep ‘activeert’. Met activeren bedoelen we aanzetten tot:
Het verdiepen van kennis over een onderwerp of het veranderen van een attitude of gedrag. Nadruk van dit project ligt in het uitvoeren van het event en het evalueren van het door jou bedachte concept, bij de doelgroep en het beoogde effect op de doelgroep in de vorm van een case movie.
ondersteunende modules: Webtechnologie (CT): Webtechnologieën voor vormgeving en interactiviteit van webpagina’s en –apps. User Interface Design (II): Praktisch toepassen van psychologische theorieën op bestaande en nieuwe vormen van interactie, zowel binnen als buiten het interactieconcept en –ontwerp van dit kwartaalproject. Communicatie & Doelgroepen (IS): Inleiding in de theoretische principes van communicatieleer. Verdere uitdieping van het effectief inzetten van communicatie door te denken vanuit doelgroepen en hiervoor een relevante belofte kunnen ontwikkelen. Visuele identiteit (MV): Basis van identiteitsontwerp, semiotiek en visuele communicatie. Maken van een “logo” maar ook inzicht in wat een identiteit nog meer kan zijn in multimediale context. Onderzoek naar waarden en de vertaling daarvan naar tekens.
Psychologie (T&R): Vanuit een psychologisch perspectief werk je met menselijke factoren: fysieke, sociale en culturele. Bewust en onbewust spelen deze factoren een rol in je ontwerppraktijk en beïnvloeden ze het gebruik en de perceptie van interactieve media. Engels 1 (PV): Begrijpend lezen, samenvatten, verslag doen van overwegend Engelse teksten, met gebruikmaking van literair, zakelijk en journalistiek materiaal. Aan deze module is een taaltoets gekoppeld onder de noemer ‘taalbeheersing Engels’. Het halen van deze toets is een voorwaarde om de module Engels 1 af te sluiten. Als je toets niet haalt, krijg je een zelfstudieprogramma aangeboden. Animatie tools (Tools): Het leren vervaardigen van een animatie waarin diverse media worden samengevoegd en gecomponeerd tot een lineaire vertelling. Het aanbrengen van eenvoudige interactie d.m.v. knoppen, publicatie voor cd, web en mobile devices.
Onderdeel Stp Project Social Media Proces 2,0 Project Social Media Product 2,0 Webtechnologie 2 1,0 User Interface Design 1,0 Communicatie & Doelgroepen 1,0 Visuele Identiteit 1,0 Psychologie 2,0 Engels 1 1,5 Animatietools 1,0 Studieloopbaanbegeleiding 4 0,5 Propedeuse-assessment (zie 2.7) 2,0 Totaal 15,0
Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools:
23
stramien_13-14_definitief.indd 23
02-07-13 16:48
3.5 Overige onderdelen jaar 1 FreeSpace In week 10 van blok 2 vindt de FreeSpace plaats voor alle studenten van jaar 1 en 2. De FreeSpace heeft de vorm van een ‘pressurecooker’ en is het onderdeel van het curriculum dat je bij uitstek de mogelijkheid biedt uiting te geven aan je eigen ideeën en vaardigheden. Deze week werken 1e en 2e jaars studenten samen. In de korte tijd van een week werk je intensief aan je FreeSpace project, de volledige week inclusief avonden. De ervaring leert dat het een hele intensieve, leerzame, maar vooral ook leuke en inspirerende week is. Docenten van CMD formuleren projecten op basis van een persoonlijke fascinatie binnen het CMD-werkgebied. De thema’s kunnen uit de actualiteit zijn, een nieuwe ontwikkeling, iets filosofisch, maatschappelijks of historisch etc. Tezamen geven de projecten een beeld van het brede domein van CMD. De projectomschrijvingen worden gepubliceerd op BlackBoard zodat je kunt inschrijven op een project van je keuze. Je geeft samen met door jou gekozen medestudenten je eigen invulling aan het door de docenten aangedragen thema. Hoe je werkt, met wie je werkt en in welke vorm je dit presenteert tijdens de expositie aan het eind van de week is aan jou. Tijdens de FreeSpace geldt verplichte aanwezigheid. Je wordt begeleid door een docent. De Free-Space
wordt afgesloten met een beoordeling in de vorm van een expositie. Beroepsoriëntatie Tijdens de Beroepsoriëntatie maak je kennis met de beroepspraktijk. Dit doe je door het uitvoeren van een aantal opdrachten per schooljaar. De beroepsoriëntatie geeft je een beter beeld van het beroepenveld van CMD en ondersteunt je bij de keuzes van minors, stage en afstuderen die je in je latere studie moet maken. De opdrachten zijn divers en deels naar eigen voorkeur, inhoud en planning in te vullen. Bijvoorbeeld het bezoeken van een event als het STRP festival of een symposium. Toetsing vindt plaats in blok 3. Daarvoor dien je de resultaten van je beroepsoriëntatie op te nemen in je SLB-portfolio. Voor meer informatie zoals taakomschrijvingen zie de course Beroepsoriëntatie op BlackBoard.
In het eerste jaar ligt het accent op het kennismaken met de beroepspraktijk. Assessment Zie 2.8 Vrije Studiepunten In jaar 1 moet je 28 StudieBelastingsUren (SBU)
24
stramien_13-14_definitief.indd 24
02-07-13 16:48
besteden aan activiteiten die in aanmerking komen voor toekenning als Vrije Studiepunten. Het betreft hier werkzaamheden die binnen het domein van CMD liggen of hieraan ondersteunend zijn. Een paar voorbeelden: • Het doen van CMD-gerelateerde opdrachten voor interne- of externe partijen, mits gevalideerd door CMD. • Deelname aan een CMD studievereniging; • Meehelpen aan de organisatie van de CMD Eindexamenexpositie; • Meehelpen bij Open dagen; • Zitting nemen in Academieraad of Opleidingscommissie; • Het organiseren van een Studium generale of symposium; Het behalen van je studiepunten werkt als volgt: • Je kiest een opdracht; er zijn verschillende opdrachten te vinden in de Vrije Studiepunten course op BlackBoard. Je mag zelf ook met voorstellen komen. • Voor de activiteit(en) die je wilt gaan uitvoeren dien je toestemming te vragen. Hiervoor maak je gebruik van het aanvraagformulier in de Vrije Studiepunten course op BlackBoard; • Alleen met instemming van de coördinator Vrije Studiepunten mag je beginnen aan de voorgenomen activiteit; • In de Vrije Studiepunten course op BlackBoard vind je meer informatie over specifieke eisen en wijze van beoordeling. Het is belangrijk dat je de vrije studiepunten niet pas op het allerlaatste moment uitvoert. Begin tijdig!
Onderdeel: Vrije studiepunten Toetsvorm: Afhankelijk van vorm opdracht Norm: Voldoende Studiepunten: 1
25
stramien_13-14_definitief.indd 25
02-07-13 16:48
4. BeroepsvorMende Fase Doelstellingen in de beroepsoriënterende fase
Je ontwikkelt je als beginnend CMD’er (leerling)
Je je ontwikkelt je tot vakbekwaam CMD’er
Je ontwikkelt een kritische en onderzoekende mentaliteit
Je leert refelcteren op je eigen werk
Je ontwikkelt op basaal niveau de competenties
Je beheerst de basistechnieken om als CMD’er te functioneren
Je realiseert eenvoudige opdrachten onder begeleiding
Je wordt nog veel begeleid
Je ontwikkelt basiskennis en basisvaardigheden
Je bezit basiskennis omtrent het vak
Je kunt opdrachten in een laag complexe situatie uitvoeren
Je kunt opdrachten in een meer complexe situatie uitvoeren
4.1 opBouw De beroepsvormende fase bestaat uit het tweede jaar en de eerste helft van het derde jaar van de opleiding. De doelstellingen van deze fase zijn te zien in bovenstaande figuur. Jaar 2 heeft als basisopzet zoals hiernaast in de figuur is weergegeven. In jaar 3 worden blok 1 en 2 doorlopend uitgevoerd, zie het figuur hiernaast. Dit is het deel van de opleiding waar je een van de vier verdiepingssemesters volgt.
4.2 onDerwijsheDen jaar 2 In het volgende hoofdstuk staan alle onderwijseenheden met de bijbehorende studielast. De totale studielast van een leerjaar is 60 studiepunten. Een studiepunt is 28 studiebelastingsuren.
26
stramien_13-14_definitief.indd 26
02-07-13 16:49
Jaar 2
Week 1 Week 2 Week 3 Week 4
Onderwijs, inclusief toetsing ondersteunde modules en overige onderwijslijnen
Week 5 Week 6 Week 7 Week 8 Week 9 Week 10
Voorbereiding projectpresentatie. Projectbeoordeling. Toetsen Feedbackweek/herkansingen Overige activiteiten (‘zwevende’ week)
Jaar 3 blok 1
Jaar 3 blok 2
Week 1
Week 1
Week 2
Week 2
Week 3
Week 3
Week 4
Onderwijs, toetsing van onderwijsmodulen
Week 4
Week 5
Week 5
Week 6
Week 6
Week 7
Week 7
Week 8
Week 7
Week 9
Week 9
Week 10
Assessment en Feedbackweek (SLB, feedback en herkansingen)
Week 10
Onderwijs, toetsing van onderwijsmodulen
Eindbeoordeling verdiepingssemester Feedbackweek (SLB, feedback en herkansingen)
27
stramien_13-14_definitief.indd 27
02-07-13 16:49
Jaar 2 blok 1
Smart object coördinator: Ohtmar Schimmel Projectomschrijving: In dit kwartaal ontwerp je een smart object. Digitaal ontwerp en fysiek productontwerp worden steeds vaker geïntegreerd tot een ‘slim’ functionerend product. Het is in staat tot daadwerkelijke interactie met de gebruiker; een smart object past zijn gedrag aan op de input van een gebruiker.
Thema van het kwartaal is zorg en welzijn. De massaconsumptiemarkt waar opdrachtgever Philips zich op wil richten is de in de toekomst almaar groter wordende groep senioren (55+). Daarbinnen vind je zelf een specifieke doelgroep met een specifieke behoefte. Jouw smart object voorziet op moderne wijze in die behoefte en wordt als het ware een ‘Smart Friend’. Qua toepassing van cutting-edge technology, look & feel en gebruiksvriendelijkheid laat je jullie product uitblinken. Bovendien let je er op dat je smart object zowel strategisch als visueel past bij de identiteit en het imago van Philips. Tijdens de beoordelingsdag overtuig je Philips in een Engelstalige pitch om jouw product te kiezen.
gekoppeld aan de strategische doelen van de organisatie. Insteek vanuit marketingperspectief en de daaruit voortvloeiende consequenties voor o.a. productontwikkeling, positionering, profilering. Analyseren van (betekenis van) identiteit en imago, de mate van congruentie daartussen en hoe deze te optimaliseren. Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools: Media Ethiek (TR): In deze module onderzoek je welke kwesties er spelen op de breuklijnen van ethiek, media en maatschappij. Je werkt aan de hand van een aantal ethische dilemma’s uit ons geglobaliseerde medialandschap en leert daardoor ethische vragen stellen. Engels 2 (PV): Nadruk op schrijf- en spreekvaardigheid. Schrijfvaardigheid d.m.v. het schrijven van een managementsamenvatting over het project, spreekvaardigheid d.m.v. het oefenen in pitchen en discussiëren. 3DTools (Tools): Tekenen van 3D objecten en animatie van 3D objecten.
Ondersteunende modules: Trends in technologie (CT): Onderzoek naar en referaat over een aan smart objects gerelateerde actuele technologieën en eerste kennismaking met arduino. Productontwerp (II): Functionaliteit, usability, look & feel van user interface (zowel digitaal als tactiel); emotional en sensorial design; gebruikersprofielen, ergonomie, heuristieken, onderzoek vorm en functie. Productvormgeving (MV) Geschiedenis Industrial Design en vormstudies.
Onderdeel Stp Project Smart Object Product 2,0 Project Smart Object Proces 2,0 Trends in technologie 1,0 Productontwerp 1,0 Productvormgeving 1,0 Marketing/Identiteit & Imago 1,0 Media Ethiek 2,0 Engels 2 2,0 3Dtools 1,0 Studieloopbaanbegeleiding 5 0,5 Vrije studiepunten 1,5 Totaal 15,0
Marketing/Identiteit & Imago (IS): Strategische omgevingsanalyse (intern/extern),
28
stramien_13-14_definitief.indd 28
02-07-13 16:49
Jaar 2 blok 2
Mediastrategie-advies coördinator: Marlies Quack Projectomschrijving: Gegeven een specifieke opdracht start je met het onderzoeken van een doelgroep, de invloed van media in de omgeving van deze doelgroep, de technische ontwikkelingen op het gebied van media rondom deze doelgroep en de sociaal- maatschappelijke factoren die van invloed zijn op deze doelgroep. Aan de hand van je uitgebreide onderzoek
ontwikkel je een mediastrategie voor een communicatievraagstuk. ondersteunende modules: Programmeren van Interactie en Databases(CT): Programmeren van interactie, dataopslag en retrieval. Inleiding databases ontwerp. Informatieontwerp 1 (II): Interactieve beleving, trends in UID, informatieontwerp, narratie. Mediastrategie (IS): Mediastrategie en verantwoording daarvan op basis van New Media Theory. Koppeling daarvan met lokale doelgroepen/communities. Globalisering (cultuurbepaalde communicatie). Megatrends, grote maatschappelijke ontwikkelingen en de relevantie daarvan voor andere communities.
tussen globalisering en lokale identiteit. Groepsdynamica (PV): Je leert de dynamiek van kleine groepen kennen en beheersen. Je werkt met praktische opdrachten, theoretische studie en gaat reflecteren op je eigen functioneren binnen een groep (samenwerken). Animatietools 2 (Tools): Visuele effecten in bewegend beeld (animatie en video).
Onderdeel Stp Project Time based Media Proces 2,0 Project Time based Media Product 2,0 AV Techniek 1,0 Usability 2 1,0 Campagne-ontwikkeling 1,0 Motion Design 1,0 Film- en beeldanalyse 2,0 Interviewen 1,0 Animatietools 2 1,0 Vrije studiepunten (zie 3.5) 1,0 Beroepsoriëntatie 1 (zie 3.5) 1,0 Studieloopbaanbegeleiding 6 0,5 Taalbeheersing Engels 0,5 Totaal 15,0
Beeldredactie (MV): Van semiotiek (jaar 1) naar Visuele retorica: beeld in context, kwaliteit en betekenis van beeld. Beeldgenres, beeld sequenties, visuele narratie. Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools: Mediasociologie (T&R): Theoretische bespiegelingen over identiteit in de netwerksamenleving, over de verhouding tussen (nieu-we)media en cultuur, en over de spanning
29
stramien_13-14_definitief.indd 29
02-07-13 16:49
Jaar 2 blok 3
Serious games coördinator: Mark Meeuwenoord Projectomschrijving: De game-industrie is booming! Het zijn echter niet alleen de grote 3d entertainment games die het goed doen. In allerlei sectoren wordt gezocht naar
‘serious’ en interactieve vormen van kennis en informatie overdracht en gamification. Je maakt een serious game voor een bestaande opdrachtgever. Dit kan een zorginstelling, nutsbedrijf, onderwijsorganisatie of andere instelling zijn. Het betekent in ieder geval dat jouw game ‘echte’ gebruikers heeft. Er ligt daarmee een sterke nadruk op de omgang met specifieke wensen en eisen van opdrachtgever en eindgebruikers.
ondersteunende modules: Game Programming (CT): Creatief programmeren met een focus op games Game design (gelijk aan MV) (II): UID voor gaming: focus op interactieconcept en ontwerpen van gedrag, interactive sound design.
Inzicht verkrijgen in de verschillende theoretische aspecten van (serious) games, die onder de noemers RULES, PLAY en CULTURE samen gegroepeerd worden. Story Design (PV): Ontwerpen en analyseren van verhalen op basis van analysemodellen. Leren werken met de belangrijkste bouwstenen die aan de basis van een goed geconstrueerd verhaal liggen. Audio tools (Tools): Leren werken met een industry standard DAW (digital Audio Workstation) Logic Pro.
Onderdeel Stp Project Serious Games Product 2,0 Project Serious Games Proces 2,0 Game Programming 1,0 Game Design 2,0 Attitude & Gedrag 1,0 Game- en verteltheorie 2,0 Story Design 2,0 Audiotools 1,0 Studieloopbaanbegeleiding 7 0,5 Beroepsoriëntatie 2 (zie 4.3) 1,5 Totaal 15,0
Attitude & gedrag (IS): Vanuit de sociale psychologie wordt dieper ingegaan op beïnvloeding van attitude en gedrag. Daarnaast komen basisbegrippen uit de mediapsychologie aan de orde. Game design (gelijk aan II) (MV): Gaat in op stilistische en overdrachtelijke basiselementen van een game zoals karakter, achtergrond, interface, look and feel. Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools: Game- en verteltheorie (T&R):
30
stramien_13-14_definitief.indd 30
02-07-13 16:49
Jaar 2 blok 4
Natural Interfaces coördinator: Thijs Eerens Projectomschrijving: Het eindresultaat van deze periode is een interactieve installatie/toepassing. Je opdracht is het conceptualiseren, ontwerpen en realiseren van een interactieve installatie of toepassing waarin een beleving centraal staat.
Je installatie of toepassing maakt gebruik van een natural interface. Een natural interface is een andere manier om een computer te bedienen dan d.m.v. toetsenbord of muis. Aan de hand van de opdracht (thema en opdrachtgever) ontwikkel je een concept voor je installatie. Hierbij bedenk je een beleving die tot het gewenste doel leidt, daarna maak je een technisch ontwerp en uiteindelijk ontwerp je de interactie die tot de gewenste beleving leidt.
Modules uit de leerlijnen Theorie & Reflectie (T&R), Professionele Vaardigheden (PV) en Tools: Mediafilosofie (T&R): Een introductie op de filosofie van Technology, Nature & Culture binnen een context van Media Studies. Er wordt adv literatuur en filmmateriaal ingegaan op en kennis genomen van een aantal filosofische denktradities en debatten die een plaats hebben binnen het domein van media studies. Creative Problem Solving (PV): Verdieping van creatieve vaardigheden, gericht op het verwerven van intellectuele vermogens en het ontwikkelen van conceptuele denkkracht en inhoudelijke visualisatie. Programming Tools (Tools): Visuele programmeeromgeving voor audio, beeld en multimedia (MAX/MSP). Onderzoeksvaardigheden (PV): Methoden en technieken van onderzoek.
ondersteunende modules: Programmeren van natural interfaces (CT): Programmeren van natural interfaces m.b.v. van sensoren. Interactieontwerp (II): Interactieontwerp voor ruimtelijke interfaces, en fysieke beleving. Ontwikkelingen op gebied van ruimtelijke interfaces. Bespreken gebruiksonderzoek labdag. Belevingsconcept (IS): Doelgroeponderzoek en het vertalen van een gegeven probleemstelling naar een belevingsconcept d.m.v. creatieve technieken.
Onderdeel Stp Project Natural interfaces Product 2,0 Project Natural interfaces Proces 2,0 Programmeren van Natural Interfaces 1,0 Interactieontwerp 1,0 Belevingsconcept 1,0 Ruimtelijke vormgeving/audiodesign 1,0 Mediafilosofie 2,0 Creative Problem Solving 3 2,0 Programming tools 1,0 Studieloopbaanbeleiding 8 0,5 Onderzoeksvaardigheden 1,5 Totaal 15,0
Ruimtelijke vormgeving (MV): praktijkgerichte module waarin de interactieve installatie wordt behandeld als een ruimtelijk ontwerp. Veel aandacht voor de juiste vorm, de context, omgeving, materialisering.
31
stramien_13-14_definitief.indd 31
02-07-13 16:49
4.3 Overige onderdelen jaar 2
latere studie moet maken.
FreeSpace In week 10 van blok 2 vindt de FreeSpace plaats voor alle studenten van jaar 1 en 2. De FreeSpace heeft de vorm van een ‘pressurecooker’ en is het onderdeel van het curriculum dat je bij uitstek de mogelijkheid biedt uiting te geven aan je eigen ideeën en vaardigheden. Deze week werken 1e en 2e jaars studenten samen.
In het tweede jaar ligt het accent op het vinden van je eigen weg binnen het vakgebied.
In de korte tijd van een week werk je intensief aan je FreeSpace project, de volledige week inclusief avonden. De ervaring leert dat het een hele intensieve, leerzame, maar vooral ook leuke en inspirerende week is. Docenten van CMD formuleren projecten op basis van een persoonlijke fascinatie binnen het CMD-werkgebied. De thema’s kunnen uit de actualiteit zijn, een nieuwe ontwikkeling, iets filosofisch, maatschappelijks of historisch etc. Tezamen geven de projecten een beeld van het brede domein van CMD. De projectomschrijvingen worden gepubliceerd op BlackBoard zodat je kunt inschrijven op een project van je keuze. Ieder project heeft plaats voor 16 studenten. Je geeft samen met door jou gekozen medestudenten je eigen invulling aan het door de docenten aangedragen thema. Hoe je werkt, met wie je werkt en in welke vorm je dit presenteert tijdens de expositie aan het eind van de week is aan jou. Tijdens de FreeSpace geldt verplichte aanwezigheid. Je wordt begeleid door een docent. De Free Space wordt afgesloten met een beoordeling in de vorm van een expositie. Voor meer informatie (o.a. projecten) zie de course FreeSpace op BlackBoard.
Onderdeel: Freespace Toetsvorm: Aanwezigheid & expositie Norm: Voldoende Studiepunten: 1,5
Beroepsoriëntatie Tijdens de Beroepsoriëntatie maak je kennis met de beroepspraktijk. Dit doe je door het uitvoeren van een aantal opdrachten per schooljaar. De beroepsoriëntatie geeft je een beter beeld van het beroepenveld van CMD en ondersteunt je bij de keuzes van minors, stage en afstuderen die je in je
De opdrachten zijn divers en deels naar eigen voorkeur (inhoud en planning) in te vullen. Bijvoorbeeld het bezoeken van een symposium of festival. Toetsing vindt plaats in blok 3. Daarvoor dien je de resultaten van je beroepsoriëntatie op te nemen in je SLB-portfolio. Voor meer informatie (o.a. taakomschrijvingen) zie de course Beroepsoriëntatie op BlackBoard.
Onderdeel: Beroepsoriëntatie 2 Toetsvorm: Opdrachten Norm: Voldoende Studiepunten: 1,5
In jaar 2 van de opleiding moet je 42 StudieBelastingsUren (SBU) besteden aan activiteiten die in aanmerking komen voor toekenning als Vrije Studiepunten. Het betreft hier werkzaamheden die binnen het domein van CMD liggen of hieraan ondersteunend zijn. Een paar voorbeelden: • Het doen van CMD-gerelateerde opdrachten voor interne- of externe partijen, mits gevalideerd door CMD. • Deelname aan een CMD studievereniging; • Meehelpen aan de organisatie van de CMD Eindexamenexpositie; • Meehelpen bij Open dagen; • Zitting nemen in Academieraad of Opleidingscommissie; • Het organiseren van een Studium generale of symposium; Het behalen van je studiepunten werkt als volgt: • Je kiest een opdracht; er zijn verschillende opdrachten te vinden in de Vrije Studiepunten course op BlackBoard. Je mag zelf ook met voorstellen komen. • Voor de activiteit(en) die je wilt gaan uitvoeren dien je toestemming te vragen. Hiervoor maak je gebruik van het aanvraagformulier in de Vrije Studiepunten course op BlackBoard; • Alleen met instemming van de coördinator Vrije Studiepunten mag je beginnen aan de voorge-
32
stramien_13-14_definitief.indd 32
02-07-13 16:49
nomen activiteit; • In de Vrije Studiepunten course op BlackBoard vind je meer informatie over specifieke eisen en wijze van beoordeling.
Onderdeel: Vrije studiepunten Toetsvorm: Afhankelijk van vorm opdracht Norm: Voldoende Studiepunten: 1,5
Het is belangrijk dat je de vrije studiepunten niet pas op het allerlaatste moment uitvoert. Begin tijdig!
kennis uit de verdiepingssemesters te delen en om de sessies voor te bereiden. Ondernemen: In de voorbereiding op je beroepspraktijk wil de opleiding je de keuze geven om binnen het thema Ondernemen een workshop te volgen. Misschien wil je wel graag je eigen onderneming starten na deze opleiding of heb je tips nodig voor het solliciteren of opstellen van een cv. Deze workshops worden via Blackboard gecommuniceerd zodat je daar je eigen keuze in kunt maken. Assessment: zie hoofdstuk 2
4.4 Onderwijseenheden in jaar 3: Verdiepingsemesters De eerste twee blokken van jaar 3 ga je je verdiepen d.m.v. een van de vier verdiepingssemesters; II, CT, MV, IS. In deze perioden komen alle competenties aan bod, echter nu met meer complexiteit, een grotere diversiteit aan methodieken en meer onderlinge samenhang. Toekomstig beroepsmatig handelen komt explicieter aan bod, in theorie en praktijk. Zelfstudie zal in de studiebelasting veel meer nadruk krijgen. In SLB staat het ontwikkelen van een eigen visie op je toekomstige rol in de beroepspraktijk centraal en het invullen van je eindstudie. In het kader van beroepsmatig kunnen handelen, het ontwikkelen van een eigen visie op de toekomst en met het oog op de individuele keuzes voor de eindstudie, zal de relatie met de beroepspraktijk worden geïntensiveerd (o.a. door CMDsessies). Verdiepingssemester algemeen In alle verdiepingssemesters zitten de volgende algemene onderwijseenheden:
Onderdeel: STP CMD sessies 5 Ondernemen 1 Assessment 1
CMD Sessies: Alle studenten uit de vier verdiepingssemesters komen op de vrijdagen bijeen voor CMD Sessies. Cross-kennisdomein verdeeld, bereiden zes studenten een sessie voor de hele groep voor, waarin ze theoretische en beroepsgerichte verdieping aanbieden op interactieve wijze. Iedere vrijdag vinden er 1 tot 2 sessies plaats. In de ochtend is er tijd om
33
stramien_13-14_definitief.indd 33
02-07-13 16:49
Verdiepingssemester
Multimediale Vormgeving Coördinator: Sandra Oom Verdiepingbeschrijving: De CMD Multimedia Vormgever is verantwoordelijk voor de verschijningsvorm van interactieve User Experiences. Hij of zij weet geluid, beeld, beweging en tekst op een interactieve manier met behulp van technologie in te zetten en te combineren in diverse omgevingen; van print tot beeldscherm, van vlak tot ruimtelijk en van statisch tot bewegend. Wat je mag verwachten Het verdiepingssemester richt zich expliciet niet op het opleiden van specialisten (zoals bijv. 3D specialisten) of uitvoerende en ondersteunende vormgevers (DTP-ers). Het specialisme van de vormgever ligt in de fundamentele kennis en kunde van en gevoel voor uitdrukkingsvormen, (beeld)taal, diverse media en hun mogelijkheden en beperkingen.
De MV-er is in staat om vanuit een goed gefundeerd concept te komen tot een multimediale vertaling passend bij een vaak complexe vraag. Deze vertaling leidt tot een unieke en rijke User Experience. De vormgever kan verhalen vertellen met beelden en geluiden, met tast, geur en smaak. Multimediale Vormgeving Jaar 3 In de verdieping zijn vakken, kennisgebieden en docenten aan elkaar gekoppeld. Zo ontstaan clusters: INTERACTIE/RUIMTELIJK, WEB, BEELD en AV (audio/ video). Ieder cluster loopt grofweg een maand en heeft een opdracht. In deze relatief korte maar zeer intensieve periodes werkt de student dagelijks individueel of samen aan de opdracht. Het tempo en ambitieniveau ligt hoog. Studenten worden binnen en buiten de lessen geacht veel te schetsen, te onderzoeken en te ontdekken. Ook zal er veel tijd worden besteed aan
34
stramien_13-14_definitief.indd 34
02-07-13 16:49
het bespreken van werk met andere studenten en docenten. Studenten leren, behalve diepgaander en effectiever ontwerpen, praten over achtergronden, concepten, ideeën, overwegingen (altijd ondersteund door werk), werk presenteren en openstaan voor kritische feedback. Studenten leren bovenal gedachten en inzichten om te zetten in ervaarbare schetsen en prototypes en werken die perfect uit.
clusters:
Onderdeel Stp WebDesign & Usability 5 Ruimtelijk & Interactie 6 AudioVisuele Vormgeving 6 Fotografie/Illustratie/Grafisch 6 CMD sessies 5 Ondernemen 1 Assesment 1 Totaal 30,0
CLUSTER WEB UX, Webdesign, Usability In dit cluster wordt het ontwerpproces van een complexe interactieve beleving (voornamelijk een website) in een compacte tijd van begin tot eind doorlopen. Van de eerste gebruikersonderzoeken tot concept tot een high fideliy protoype in Axure. CLUSTER TIME BASED MEDIA AudioVisuele Vormgeving In deze drie modules staan Time Based Media Centraal. In de module AV Vormgeving wordt ingegaan op diverse aspecten van het ontwerpen van bewegend beeld en geluid: scenario, montage, camera, geluid, genres etc. De modules audiodesign en animatie hebben een gedeelde opdracht waarin het naast deze cinematografische aspecten tevens gaat om het creëren van beeld, beweging en geluid vanuit het “niets”. CLUSTER RUIMTELIJK & INTERACTIE Ruimtelijke Vormgeving, 3D Gedurende vier weken wordt de module “Ruimtelijk/ interactie” gegeven als intensieve pressure-cooker. Een deel van de lessen wordt gegeven in de vorm van colleges, een ander deel in de vorm van workshops en begeleiding. Studenten ontwerpen een fysieke interventie voor een locatie die een extra laag Augmented Reality faciliteert die voorbijgangers en bewoners inzicht geeft in informatie voor die locatie (bijv. Een evenementen-agenda). Specifieke opdracht kan iets afwijken. CLUSTER BEELD Fotografie, Illustratie, Grafisch Ontwerpen In cluster staat de communicatieve en retorische kracht van beeld centraal Er wordt ingegaan op de technische aspecten van beeldproductie maar de nadruk ligt op het onderzoeken van beeldcultuur, de context van beeld en het ontdekken van de kracht van de relatie tussen beeld, (vormgegeven) tekst en betekenis.
35
stramien_13-14_definitief.indd 35
02-07-13 16:49
Verdiepingssemester
Informatie en interactie Coördinator: Michel Witter Verdiepingbeschrijving: De iPad is er. Maar welke App en/of samenhangende diensten maken het succes van dit object? De iPhone is grotendeels succesvol vanwege de aandacht die UI-specialisten hebben gegeven aan het gedrag van het apparaat. De beschikbare informatie wordt op slimme manieren ontsloten door middel van persoons- en contextgevoelige oplossingen. En de gebruiker krijgt zinvolle visuele en auditieve feedback. Hoe ontwerpt een user interface designer tegenwoordig ‘lerende’ toepassingen en apparaten met een logische, gepersonaliseerde en intuïtieve bediening...? Om dit soort slimme oplossingen te bereiken zal je dieper moeten duiken in psychologie, ergonomie en gebrui-kerscontext om tot een zinvol ontwerp te komen. De door de II’er ontworpen user interface vormt de spil binnen alle gekoppelde media en zorgt ervoor dat complexe informatietoegankelijk wordt. Denk aan een online grafische dynamische visualisatie of een interactief entertainmentobject datje thuis op de bank kunt gebruiken. Omschrijving verdiepingssemester Binnen deze verdieping werk je individueel en maak je een keuze uit aangereikte cases uit de beroepspraktijk. Op basis van de gegeven case ga je op onderzoek uit en ontwerp je een prototype voor een vernieuwend en gebruiksvriendelijk UI-prototype. Dit kan een prototype zijn voor bijvoorbeeld:
• een online applicatie; • een smart object; • een interactieve infographic of; • een game. De gekozen case vormt de rode draad waarlangs je werkt. De modulen zijn soms theorielessen, maar vaker workshops waarin je werkt aan deelaspecten van het ontwerp. Om je goed op je stage voor te bereiden krijg je naast ontwerplessen op het gebied van interactie en informatie, ook ondersteuning in Actionscript om interface-elementen te simuleren of de door jou bedachte dynamische infographic te laten werken. Ook zul je je gaan richten op ruimtelijke presentaties en audio design voor interactieve producten. Toelatingsverwachtingen Je bent in de verdieping steeds analytisch én creatief bezig: je komt logischerwijs en proefondervindelijk tot een beterontwerp. Daarnaast hanteer je bestaande en nieuwe vakkennis; aangereikt maar ook door zelfstudie. Dit semester biedt ruimte voor je eigen talent of interesse (bijv. grafisch ontwerp, werken met geluid, 3D-visualisaties) die je zelf inhoudelijk gaat koppelen aan het gekozen eindproduct. Durf de uitdaging aan te gaan; neem jouw rol als ontwerper serieus en laat zien welk nut jouw op-
36
stramien_13-14_definitief.indd 36
02-07-13 16:49
lossing werkelijk biedt. Je bemoeit je met strategie, vorm én technologie en bepaalt op welke interactieve manier deze samenkomen. Stagemogelijkheden II-ers kunnen een stageplek vinden bij onder anderen Eden-Spiekermann, Fabrique, Philips Research, Sys-Tim, EC/DC, Kiss The Frog, The Widget Company en IJsfontein. Zij werken aan o.a. websites, apps, ePaper-oplossingen, widgets, interactieve exhibits en communicatie devices.
modules: Interactieontwerp: Je leert een onderbouwd interactieconcept op te zetten en deze uit te werken in een ontwerp, prototype en compleet designdocument, inclusief functioneel ontwerp. Informatieontwerp: Je leert complexe informatie te structureren en te visualiseren ten einde deze snel, doeltreffend en op interessante wijze te kunnen communiceren. Je maakt een inspirationele infograph van de gegevens die je tijdens de cultural probing van de Usability lessen hebt verzameld. Je gaat op excursie om informatieontwerp in musea onder de loep te nemen en te leren verbeteren. Usability: Je leert methoden te hanteren en zelf te ontwikkelen om je eindproduct zo optimaal mogelijk af te stemmen op de doelgroep. Ten eerste door die doelgroep ‘in de diepte’ te leren kennen (gebruikersprofielen/ personas), maar ook door je als ontwerper door die doelgroep te laten inspireren (cultural probing/ co-creation). Het materiaal dat je verkrijgt uit de cultural probes dient als input voor een inspirationele infograph bij informatie-ontwerp.
Onderdeel Stp Interactieontwerp 7 Informatieontwerp 7 Usability 7 Ontwerpproces 2 CMD sessies 5 Ondernemen 1 Assessment 1 Totaal 30,0
37
stramien_13-14_definitief.indd 37
02-07-13 16:49
Verdiepingssemester
Interactie Strategie Coördinator: Jan-Willem Leentfaar en Hugo van Roy verdiepingBeschrijvinG: De verdieping ‘Interactie Strategie’, kortweg IS genoemd, is voor studenten die het oplossen van complexe interac-tievraagstukken als een uitdaging zien. Voor studenten die graag helicopteren, die een grenzeloze nieuwsgierigheid hebben naar mensen en hun gedrag, die vorm willen geven aan sterke identiteiten en merken, zich afvragen wat de kracht en betekenis van een boodschap kan zijn en, bovenal, hun team willen inspireren en tot ongekende hoogten willen opstuwen. De CMD-Interactiestrateeg stelt gerichte interactie met gebruikers centraal. Hij of zij geeft door gedegen onderzoek en analyse van opdracht, opdrachtgever, doelgroep en omgeving haarscherp aan hoe doelen bereikt kunnen wor-den (communicatiestrategie) en waarmee (middelenstrategie). Om de interactie tussen producent en afnemer optimaal vorm te geven is communicatie nodig die enerzijds glas-helder de belofte van de producent vertelt en anderzijds bij doelgroepen de juiste snaar
raakt. En vervolgens die twee werelden naadloos bij elkaar brengt. De CMD-strateeg weet hoe je dit doet. Tijdens dit verdiepingssemester besteden we o.a. aandacht aan: • Marketingstrategie (interne en externe situatie-analyse; doelen; positionering); • Communicatiestrategie (concern-, interne en marketingcommunicatie); • Onderzoek & Debrief (visie op een project; opdracht en/of probleemstelling; wat is het doel?); • Consumer Insights (onderzoek en analyse van doelgroepen; hoe bereik je de gestelde doelen?); • Conceptontwikkeling (wat is ‘The Big Idea’?); • Campagne-ontwikkeling (vertaling daarvan in concrete middelen en media). De ervaring leert dat zonder een gedegen uitdieping en toepassing van de theorie, de resultaten van de verdieping beperkt blijven. Je ontkomt m.a.w. niet aan de nodige uren zelfstudie, het bediscussiëren
38
stramien_13-14_definitief.indd 38
02-07-13 16:49
van de stof met je teamgenoten en het vervolgens toepassen ervan in je project(en). In het programma wisselen theoretische en projectmatige blokken elkaar dan ook af. In de eerste 8 weken staan marketingstrategie, consumer insights en communicatiestrategie centraal. Pittige blokken waarin je, mede door een gedegen theoretische uitdieping, klaar gestoomd wordt voor de 2e helft van de verdieping, waarin je met een groot project aan de slag gaat. Naast CMD-docenten worden de lessen verzorgd door een aantal experts uit de praktijk. Je werkt in teamverband. Een deel van de organisatie van de IS-verdieping ligt bij de studenten. Aan het begin worden afspraken gemaakt over planning en werkwijze, over tussentijdse reviews, verslaglegging van het proces en vorm en plaats van tussen- en eindpresentaties. Er wordt dan ook een hoge mate van zelfstandigheid van je verwacht. Je beschikt over een beginnende visie op het vakgebied en een sterk onderzoekende mentaliteit. Iemand in dit werkveld is niet alleen theoretisch goed onderlegd, maar heeft ook een sterk ontwikkelde visie op dat werkveld. Daar kom je alleen maar door veel tijd te investeren in je eigen ontwikkeling. Je bent in staat door doelgroeponderzoek en literatuurstudie kennis en visie toe te passen in praktijkopdrachten en te komen tot creatieve en overtuigende oplossingen. Verder verwachten we dat je als CMD-er blijft denken vanuit oplossingen waarin niet alleen strategie, maar ook vormgeving, techniek en interactie-ontwerp een rol spelen. Studenten hebben een stageplek gevonden bij bijvoorbeeld NYOYN (interactief speelmateriaal), EdenSpiekermann (interaction design), STBY (design research & service innovation), Heineken (communicatie/interactie serviceafde-ling), RTL Nederland (online concepten bij TV programma’s), Fabrique (merken, design & interactie) en We-Cross/Next Best Band (platform voor Indie bands).
modules: Cluster ‘Strategie’ Marketingstrategie: Inleiding strategische marketingplanning. Accent op SWOT, strategische omgevingsanalyse (intern/extern), strategische opties en positionering. Koppeling met module ‘Identiteit & Merk’. Communicatiestrategie: Analyseren en ontwikkelen van communicatiecampagnes o.b.v. modellen voor (geïntegreerde) communicatiestrategie, verklarende modellen voor
attitude en gedrag. Aansluitend op modulen ‘Marketing’ en ‘Identiteit & Merk’. Identiteit & Merk: Verdere verdieping van de begrippen identiteit, imago en merk en de relatie tussen deze drie begrippen. Koppeling met en inleiding in geïntegreerde communicatie. Toepassen van kennis en modellen bij het analyseren van een probleemstelling en het ontwikkelen van een oplossingsstrategie. Positionerings- en communicatievraagstukken staan centraal. Koppeling met ‘Marketingstrategie’. Management: Verdere uitdieping van inzicht in strategieontwikkeling binnen de context van missie, visie, organisatiedoelen, pro-cessen en middelen. Inleiding kwaliteitscriteria management McKinsey. Onderzoek: Inzicht krijgen in dieperliggende behoeften en drijfveren van gebruikers d.m.v. kwalitatief onderzoek. Cluster ‘Concept’ Briefing: Het kunnen ontwikkelen van relevante beloftes richting doelgroep o.b.v. het marketing umfeld en consumenten-inzichten. Vertaling daarvan naar een creatieve briefing. Conceptontwikkeling: Creatieve/visuele analyses kunnen maken van gekozen strategische opties. Kunnen ontwikkelen en beargumente-ren van probleem-oplossende concepten. Cluster ‘Campagne’ Campagneontwikkeling: Creatieve concepten omzetten naar effectieve campagnes, rekeninghoudend met uitgangspunten en randvoorwaarden. Mediastrategie: Verdere verdieping van inzicht in, denken over en ontwikkelen van slimme (digitale) mediastrategieën.
Onderdeel Stp Strategie 8 Concept 7 Campagne 8 CMD Sessies 5 Ondernemen 1 Assessment 1 Totaal 30,0
39
stramien_13-14_definitief.indd 39
02-07-13 16:49
Verdiepingssemester
Creative Technology Coördinator: Norbert Kuipers Verdiepingbeschrijving: Binnen Creative Technology verdiep je je in nieuwe, actuele en soms on-the-edge technologieën op het terrein van CMD. Een CT’er wendt de opgedane kennis en vaardigheden aan om creatieve nieuwe media oplossingen te bedenken, te ontwerpen en technisch te realiseren. Het combineren van actuele technologieën moet leiden tot innovatie in concept en realisatie. De modulen in periode 1 en 2 geven je hiervoor de benodigde bagage.
technologie om vervolgens een workshop in die technologie te verzorgen voor de overige studenten van de groep. Productinnovatielab: Het onderzoeken van nieuwe technologieën en het bedenken, ontwerpen en realiseren van een nieuw product waarbij nieuwe technologieën creatief worden ingezet/gecombineerd. Mobile apps: Ontwikkelen van apps voor mobiles en tablets.
modules: Webapplicatie development: Ontwikkelen van een (map) webapplicatie met behulp van, PHP en HTML5, databases, social media. Creative Programming: Frontend programming met game-elementen. Usability: In kaart brengen van doelgroep en eisen en wensen. Personas, use case diagrams en scenario’s, usability testing.
Onderdeel Stp Webapplicatie development 5 Creative Programming 4 Usability 2 Trends in technology 3 Productinnovatielab 5 Mobile apps 4 CMD sessies 5 Ondernemen 1 Assessment 1 Totaal 30,0
Trends in technology: Studenten bestuderen in groepjes een actuele
40
stramien_13-14_definitief.indd 40
02-07-13 16:49
41
stramien_13-14_definitief.indd 41
02-07-13 16:49
5. BeroepsvoorBereIdende Fase Doelstellingen in de beroepsoriënterende fase
Je ontwikkelt je als beginnend CMD’er (leerling)
Je ontwikkelt een kritische en onderzoekende mentaliteit
Je leert refelcteren op je eigen werk
Je je ontwikkelt je tot vakbekwaam CMD’er
Je ontwikkelt je tot professioneel CMD’er
Je bent in staat kritisch te reflecteren op eigen werk
Je ontwikkelt op basaal niveau de competenties
Je beheerst de basistechnieken om als CMD’er te functioneren
Je laat zien in de beroepspraktijk te kunnen functioneren (stage en projecten)
5.1 stuDielast Onderdeel: Stage Minor Afstuderen
Stp 30 30 30
5.2 opBouw De doelstellingen voor deze fase staan in bovenstaande figuur. Je gebruikt je eindstudie om je CMD competenties (kennis, vaardigheden en attitude) verder te ontwikkelen. Je kunt er voor kiezen om je verder in de richting van je verdiepingssemester van jaar 3 te ontwikkelen. Maar je kunt de eindstudie ook gebruiken om jezelf juist meer te verbreden aan de hand van een eigena fascinatie.
Je realiseert eenvoudige opdrachten onder begeleiding
Je wordt nog veel begeleid
Je werkt zelfstandig aan opdrachten
Je ontwikkelt basiskennis en basisvaardigheden
Je bezit basiskennis omtrent het vak
Je stuurt of geeft leiding aan eigen projecten
Je kunt opdrachten in een laag complexe situatie uitvoeren
Je kunt opdrachten in een meer complexe situatie uitvoeren
Je beheerst de complexiteit van het totale ontwerpproces
Bedenk van te voren hoe je de blokken gaat benutten. Neem de kans om je toekomstige baan of toekomstige branche op zo veel mogelijk manieren te ontdekken in de laatste anderhalf jaar van je studie. Gedurende de eindstudie word je begeleid door een SLB’er die samen met je kijkt, hoe je je ontwikkelt tot beroepsprofessional. De eindstudie is opgedeeld in drie semesters. In het eerste semester loop je stage. Je volgt in het tweede semester een minor binnen of buiten Avans Hogeschool. Je studeert in het laatste semester af met een afstudeerproject en rapportage.
5.3 stage Tijdens je half jaar stage doe je ervaring op in de beroepspraktijk. Je wordt ingezet voor uitvoerende dagelijkse werkzaamheden. Onderdeel van de stage is een opdracht, die ongeveer 50% van de tijd in beslag neemt. Deze opdracht komt vanuit het stagebedrijf en wordt zelfstandig uitgevoerd.
42
stramien_13-14_definitief.indd 42
02-07-13 16:49
Werving en selectie stageplaats Je bent zelf verantwoordelijk voor het werven van een stageplaats. Het stage- en projectbureau (SPB) van CMD werft actief mee en heeft veel interessante bedrijven in de aanbieding. Deze bedrijven bieden niet alleen een inspirerende stage, maar vormen een goede aanvulling op het cv. Vaak hebben deze bedrijven ook ervaring met CMD-studenten. Het aanbod van stageplaatsen is te vinden op BlackBoard: course ‘Eindstudie’.
5.4 Minor De minor kan in het teken staan van verdieping: d.w.z. dat je jezelf de expertise van een specifieke discipline binnen je eigen vakgebied eigen maakt. Denk bijvoorbeeld aan een minor waarin je leert om complexe informatie te visualiseren. De minor kan ook in het teken staan van verbreding: d.w.z. dat je kennis van een ander vakgebied opdoet, bijvoorbeeld een minor cognitieve psychologie. Je kunt kiezen voor minors die door CMD zelf worden aangeboden, maar je kunt ook een minor buiten CMD of Avans volgen. MInOr BInnen CMD CMD biedt ieder jaar minors aan voor eigen studenten zoals Visualizing Information, Learning Experience Design en Immersive Stories. Het aantal plaatsen voor een minor van CMD is gelimiteerd. Bij een te geringe belangstelling voor een minor wordt deze afgelast. Informatie over aanbod en inschrijving
van de minors wordt via BlackBoard, course ‘Eindstudie’ en Osiris bekendgemaakt. MInOr BuIten CMD Andere opleidingen van Avans Hogeschool bieden ook minors aan. Daarnaast kun je ook een minor bij een andere hogeschool of universiteit volgen.
5.5 afstuDeren De student zal in dit laatste onderdeel van de eindstudie blijk moeten geven van een grote mate van zelfstandigheid. wervIng en SeLeCtIe afStuDeerOpDraCht Je bent zelf verantwoordelijk voor een afstudeeropdracht. Het stage- en projectbureau (SPB) van CMD werft actief mee en heeft veel interessante bedrijven in de aanbieding. Het aanbod van afstudeerplaatsen is te vinden op BlackBoard: course ‘Eindstudie’. Naast de mogelijkheid om bij een bedrijf af te studeren, kun je ook kiezen om je eigen opdrachtgever te zijn. Gedetailleerde informatie over de hele eindstudie vind je in het eindstudieboek, wat in het derde leerjaar voor je klaarligt.
Schematische weergave van de eindstudie
CMD 3
2e semester
CMD 4
1e semester
Stage
Minor
incl. individuele opdracht
individuele profilering
CMD 4
2e semester
Afstuderen
43
stramien_13-14_definitief.indd 43
02-07-13 16:49
6. organIsatIe en Medewerkers 6.1 inforMatie en CoMMuniCatie Medium Algemene website Avans
Communication & Multimedia Design website
BlackBoard
Studievoortgang
Avans mail
Bij ziekte: Academiebureau
Studenten Informatie Balie
Website
Onderwerp
www.avans.nl
Informatie over Avans Hogeschool en alle opleidingen
http://www.avanscmd.nl
Website van CMD. Hier vind je onze blog, informatie over events zoals CMD Nachtlab, eindexamenexpo en meer.
https://bb.avans.nl
Nieuws, roosterwijzigingen, ziekmeldingen docenten, onderwijsmateriaal / courses, groepsindelingen, jaarkalender etc.
https://my.avans.nl of https://bb.avans.nl Kies daar Osiris
Je cijferlijst
http://webmail.avans.nl/
Je bent verplicht om dagelijks je Avans emailaccount te controleren.
[email protected]
Als je afwezig bent (bijv. door ziekte) dit s.v.p. aan dit adres mailen. Vermeld bij het onderwerp: reden, voornaam, achternaam en jaar (bijv Ziek-Piet JansenCMD1.) Geef ook een korte toelichting.
[email protected]
Vragen over betalingen, studentnummer, studentpasje, adreswijziging.
6.2 organisatie van CMD aCaDeMIeBureau Het academiebureau is het organisatorische hart van de organisatie. Hoofdtaak is het ondersteunen van en deels coördineren van de bedrijfsprocessen van CMD. Het academiebureau ondersteunt de directie, de kennisdomeincoördinatoren en de onderwijscoördinatoren bij de dagelijkse planning en organisatie. Het academiebureau is je eerste aanspreekpunt voor vragen over de (organisatie van) de opleiding. Het academiebureau CMD bestaat uit: Chris Backx Carina Hermanides Kirsten Laurens
[email protected] 076-5238625 Let op: Voordat je met een vraag naar het academie
bureau gaat kijk je eerst op BlackBoard of je daar het antwoord op je vraag kan vinden! kennISDOMeInCOörDInatOren Omdat het onderwijs van CMD een breed kennis en vaardighedengebied beslaat, wordt het verzorgd door docenten uit verschillende kennisdomeinen. Ieder kennisdomein heeft een eigen coördinator die samen met zijn team de inhoud van het onderwijs up-to-date houdt en de kwaliteit van het onderwijs bewaakt. Interactie Strategie (IS) Hugo van Roy
[email protected] Informatie en Interactie (II) Michel Witter
[email protected]
44
stramien_13-14_definitief.indd 44
02-07-13 16:49
Multimediale Vormgeving (MV) Sandra Oom
[email protected] Creative Technology (CT) Norbert Kuipers
[email protected] Overige coördinatoren SLB en beroepsoriëntatie Esther van Dijk
[email protected] Free Space en Proefstudiedagen Carina Hermanides
[email protected] Open dagen en Literatuurlijst Kirsten Laurens
[email protected] Vrije studiepunten Alex Segers
[email protected] Eindstudie Esther van Dijk
[email protected] 076-5238837 Stage- en projectbureau Het stage- en projectbureau is de schakel tussen het onderwijs en het beroepenveld. Het organiseert de buitenschoolse activiteiten van studenten en heeft een actieve rol in het aangaan van contacten met bedrijven en instellingen. Het aanbod van stageplaatsen en afstudeeropdrachten is te vinden op BlackBoard: course ‘Eindstudie’. Ellen Kroes
[email protected] 076-5250801 Directie De academie wordt aangestuurd door Bert Melief. De directeur is verantwoordelijk voor o.a. onderwijs, personeelsbeleid, financiën, organisatie, communicatie en externe betrekkingen. Voor afspraken met de Bert Melief kun je contact opnemen met zijn management assistente. Examencommissie CMD De examencommissie wordt ingesteld door de Academiedirectie en is belast met de organisatie en coördinatie van de examens. De Examencom-
missie houdt toezicht op de examens en op het toekennen van studiepunten en stelt regels vast met betrekking tot het tegengaan van oneigenlijke verwerving en oneigenlijke onthouding van studiepunten. De Examencommissie verleent eventuele vrijstellingen voor het afleggen van tentamens en verleent toestemming voor het volgen van externe minors en het volgens van onderwijsprogramma’s bij andere (buitenlandse) onderwijs-instellingen. De examencommissie is ook bevoegd om je in bijzondere gevallen een extra tentamenmogelijkheid aan te bieden. Zie de OER. Voor bezwaren tegen genomen beslissingen tijdens je opleiding en verzoeken tot uitstel van de propedeusenorm etc. neem schriftelijk contact op met de examencommissie. Kim Bergmans(voorzitter) Chris Backx (secretaris) Hugo van Roy Wander Eikelboom
[email protected] Onderwijscommissie De onderwijscommissie (OC) bestaat uit 3 docenten. Het is een besluitvormend overleg wat betreft de invulling, vormgeving, ontwikkeling en bijstellingen van het onderwijs van CMD. Ook bepaalt dit overleg, in samenspraak met de directeur en het team van CMD, de koers van de opleiding richting de toekomst. Bovendien is er afstemming met de Onderwijscommissie van CMD Den Bosch op bepaalde onderwerpen. De OC wordt ondersteund door een medewerker van het academiebureau. Ria van Ooijen (voorzitter) Othmar Schimmel Michel Witter Toetscommissie De toetscommissie valt onder de verantwoordelijkheid van de onderwijscommissie en is belast met de implementatie van het toetsbeleid. De onderwijscommissie en toetscommissie richten zich op de ontwikkeling, uitvoering en verbetering van toetsing. De toetscommissie adviseert en steunt docenten om de kwaliteit van toetsen te verbeteren. Zij koppelt haar bevindingen terug aan de onderwijscommissie. Marise Hertroys (voorzitter) Adinda Hozee Othmar Schimmel
45
stramien_13-14_definitief.indd 45
02-07-13 16:49
Academieraad De Academieraad (AR) is het officiële inspraakorgaan voor de academie. De AR oefent haar inspraakrecht uit op bijna alle onderwerpen waarvoor de academiedirectie de verantwoordelijkheid draagt. Voorbeelden daarvan zijn financieel beleid, personeelsbeleid en onderwijsbeleid. De AR bestaat uit medewerkers en studenten. De leden van de academieraad worden binnenkort gekozen. Er nemen zowel medewerkers als studenten uit (liefst) verschillende jaargangen deel aan de AR. De AR heeft tevens een signaleringsfunctie en adviseert waar nodig de AR de academiedirectie met betrekking tot haar beleid. Heb je opmerkingen of tips over de opleiding dan kun je de AR mailen via
[email protected]
voerd en nadien geëvalueerd. De perioderapportage wordt besproken met de onderwijscommissie. De resultaten uit de perioderapportages komen ook aan de orde in de kick-off en worden gepubliceerd op BlackBoard. Zo’n zelfde cyclus bestaat ook op het niveau van de opleiding.
Michel Witter (voorzitter) Kim Bergmans (secretaris) Nina Kramer Pieter-Jan Floris Aron Verbogt (student) Veerle Sips (student)
Teamoverleg In het teamoverleg vindt overleg plaats over de organisatie en coördinatie van het onderwijs van CMD. Voor dit overleg worden alle CMD docenten en medewerkers uitgenodigd.
Opleidingscommissie CMD De opleiding vindt het belangrijk dat studenten invloed kunnen uitoefenen op de inhoud van het onderwijs. De Wet op het hoger onderwijs bepaalt ook dat studenten hier recht op hebben via de opleidingscommissie. De opleidingscommissie is een adviesorgaan dat bestaat uit studenten en docenten. Formeel adviseert de opleidingscommissie over de OER en de uitvoering daarvan. In de praktijk betekent dit dat over de hele breedte de inhoud van het onderwijs en ontwikkelingen daarin besproken kunnen worden, van de opzet van het curriculum tot aspecten als beoordelingen, het bindend studieadvies etc. De uitspraken van de opleidingscommissie hebben de status van een advies. Wel verplicht de opleiding zich om de opleidingscommissie een reactie te geven op haar adviezen. De opleidingscommissie komt in principe vier keer per jaar bij elkaar. Kwaliteitscommissie Kwaliteitszorg is een belangrijk onderdeel van de onderwijsorganisatie. Borging en verbetering van het onderwijs zijn bij CMD gebaseerd op elke periode verzamelde evaluatiegegevens die worden vastgelegd in blokrapportages. De studenten CMD worden actief betrokken bij de totstandkoming van deze blokrapportages. Dit gebeurt in de vorm van een schriftelijke enquête en een panelgesprek. In de blokrapportages stelt de onderwijscoördinator een verbeterplan op, dat vervolgens wordt uitge-
Martijn de Ruiter Nina Kramer Werkveldadviesraad De werkveldadviesraad (WAR) bestaat uit vertegenwoordigers uit het beroepenveld. De WAR geeft advies aan de opleiding over het beroepsprofiel, de aansluiting van de opleiding op de arbeidsmarkt en over het curriculum.
Studentendecaan De studentendecaan helpt je bij grote problemen met de voortgang van je studie. Samen met jou bekijkt de decaan waarmee je rekening moet houden bij het nemen van beslissingen. Het is belangrijk dat je de studentendecaan op de hoogte stelt van de reden waarom het niet goed gaat. Soms is dit zelfs een voorwaarde om later in de studie een beroep te kunnen doen op bepaalde faciliteiten (bijv. financiële ondersteuning). Raadpleeg de studentendecaan bij studieonderbreking, studievertraging, studiekeuzevragen, financiële problemen en financiële ondersteuning, problemen in de persoonlijke sfeer, functiebeperking, vragen m.b.t. studiefinanciering en bezwaar- en beroepsprocedures. Gesprekken met de decaan zijn uiteraard strikt vertrouwelijk. De studentendecaan voor CMD is: Sacha Paans
[email protected] Voor afspraken kan je contact opnemen met de Studentenbalie op nummer 076 525 0550. Vertrouwenspersoon Avans Hogeschool vindt het belangrijk dat je een leeromgeving hebt waarin respect voor elkaar vanzelfsprekend is. Dat betekent dat Avans ongewenst gedrag (bedreigingen, fysiek geweld, seksuele intimidatie, pesterijen, discriminatie –naar seksuele voorkeur, huidskleur, etnische achtergrond, geslacht, fysieke mogelijkheden, leeftijd-) niet tolereert. Daar-
46
stramien_13-14_definitief.indd 46
02-07-13 16:49
om kun je als je hiermee te maken krijgt, terecht bij een vertrouwenspersoon, met wie alle problemen/ klachten op dit gebied besproken kunnen worden. De vertrouwenspersoon voor CMD is: Sandra Brocx
[email protected] 076-5250886 Faciliteiten De opleiding heeft haar eigen CMDlab en leslokalen voorzien van zowel PC’s als Macs met scanners en printers. Onderdeel van het CMDlab is de ‘uitleen’. Hier kan je terecht voor het lenen van allerlei audioen video-apparatuur en diverse elektronica. Verder zijn er werkplaatsen waar je onder toezicht gebruik kunt maken van bijvoorbeeld een 3D printer, een lasercutter en houtbewerkingsapparatuur. De beheerder hiervan is: Pieter Floris
[email protected] 076-5238753 Voor vragen over BlackBoard, de digitale leeromgeving van de opleiding, kun je terecht bij de Electronische Leeromgeving Coördinator (ELCO). Pieter Floris
[email protected] 076-5238753 CMD maakt gebruik van de ICT-faciliteiten van DIF (Dienst ICT en Facilitair). Voor vragen over inloggen, printen, wifi etc. kun je terecht bij de ICT Helpdesk. Servicedesk DIF
[email protected] 076-5238888 Verder kun je gebruik maken van Xplora, de mediatheek en studie-omgeving van Avans Hogeschool. Sportfaciliteiten Studeren in Breda is sporten bij BRESS. Bij Bress kun je tegen een zeer aantrekkelijk tarief meer dan 50 sporten beoefenen. Bress heeft haar eigen sportlocatie aan de Nieuwe inslag in Breda. BRESS www.bress.nl Nieuwe inslag 99
[email protected] 076-5215453
Juridische zaken Punten waaraan je moet denken bij het uitvoeren van projecten en het maken van producten zijn auteursrecht (copyright), software licenties en plagiaat. De wetgeving en jurisprudentie m.b.t. ICT is voortdurend in ontwikkeling. Het is verstandig om dit bij te houden, ter voorkoming van straf- rechtelijke problemen (strafblad). Zie verder de informatie over dit onderwerp in bijlage 3. Contactpersoon voor Juridische Zaken binnen Avans Hogeschool is Marla van Overbeek. Bij haar kun je terecht voor bijvoorbeeld het controleren van contracten. Marla van Overbeek Juridisch beleidsmedewerker
[email protected] 076-5250901 Internationalisering CMD heeft een aantal buitenlandse partners waarmee uitwisseling mogelijk is voor delen van je eindstudie. Je moet je wel realiseren dat dit meer tijd kost en dat je goede afspraken moet maken over de invulling van je eindstudie in het buitenland. De eisen die aan het specifieke onderdeel van je eindstudie worden gesteld wijken niet af van de eisen die in Nederland worden gesteld. Wel gelden een aantal aanvullende eisen m.b.t. de taal waarin wordt gecommuniceerd en het vastleggen van alle afspraken en ter goedkeuring aanbieden aan het stage- en projectbureau van CMD. In het eindstudieboek vind je meer informatie over dit onderwerp. Nienke Huitinga Contactpersoon internationalisering CMD
[email protected] Bij contacten met internationale bedrijven en organisaties kan de hulp worden ingeroepen van International Office; International Office
[email protected] 076-5238001
6.3 Jaarrooster In het jaarrooster vindt je o.a. de blokindeling en toetsmomenten. Het rooster wordt gepubliceerd op BlackBoard. Voor de openings- en lestijden zie 2.10 en 2.11.
47
stramien_13-14_definitief.indd 47
02-07-13 16:49
BIjlage 1: BeroepsproFIel en coMpetentIes cMd Breda Product Mens
Omgeving Media Informatie, machines en andere mensen
1.1 Beroepsprofiel CMD BreDa In het beroepsprofiel, waarin beschreven wordt waar CMD Breda toe opleidt, wordt enerzijds voor de –startende- studenten een reëel beroepsbeeld geschetst en anderzijds voor het beroepenveld een duidelijk beeld geschetst waar de meerwaarde ligt van een CMD-afgestudeerde. Het oorspronkelijke beroepsprofiel van CMD Breda, geformuleerd bij de start van de opleiding in 2002, is gebaseerd op input vanuit het beroepenveld en de Dublin Descriptoren. Toentertijd was er nog geen landelijk beroepsprofiel beschikbaar. Vanaf 2008 is er een landelijk beroepsprofiel, dat in 2011 herzien is. Dit wordt nader beschreven onder Landelijk profiel. Sinds die tijd ontwikkelt het beroepsprofiel van CMD Breda zich ook/mede op basis van dit landelijke profiel. Daarnaast wordt de werkveldadviesraad (WAR) betrokken bij de ontwikkeling. Het beroepsprofiel van CMD Breda is een concretere uitwerking van het landelijk profiel. LanDeLIJk prOfIeL Op 4 februari 2011 is het meest recente beroeps- en competentieprofiel CMD vastgesteld. Het is gebaseerd op eerder ontwikkelde profielen en tot stand gekomen door intensieve samenwerking tussen het beroepenveld en de tien CMD-opleidingen, die verenigd zijn in het International Network of Communication & Multimedia Design (INCMD).
Met dit landelijke beroeps- en competentieprofiel (Beroeps- en Competentieprofiel Communication & Multimedia Design, 2011) beoogt het INCMD de CMD-opleidingen te voorzien van een raamwerk en een standaard waarmee zij hun inhoud, beroepstaken en competenties kunnen beschrijven. Het is een hulpmiddel bij het positioneren van een opleiding in het CMD-domein. Het profiel biedt gebruikers de mogelijkheid om de opleiding breed of specifiek neer te zetten, met een degelijke basis en ruimte voor innovaties en specialisaties. Hierdoor ontstaat voor –startende- studenten een reëel beroepsbeeld en wordt voor werkgevers duidelijk wat verwacht kan worden van een pas afgestudeerde CMD’er. BerOepSprOfIeL CMD BreDa De CMD’er wordt opgeleid om vraagstukken uit het werkveld omtrent beïnvloeding en communicatie op te lossen met effectieve mediaoplossingen en waardevolle interactie met doelgroepen. Door de technologische en maatschappelijke ontwikkelingen van de laatste jaren zijn communicatievraagstukken complexer geworden. Mede hierdoor zijn specialistische beroepen als grafisch ontwerper, programmeur of communicatiedeskundige niet altijd meer toereikend. Nieuwe-mediaoplossingen worden steeds vaker in multidisciplinaire teams of netwerken en zelfs in co-creatie met de gebruiker ontwikkeld. In het
48
stramien_13-14_definitief.indd 48
02-07-13 16:49
beroepenveld is daarom vraag naar breed georiënteerde en breed opgeleide professionals die, in meer of mindere mate, gespecialiseerd zijn in een bepaald gebied en ervaring hebben met alle aspecten van communicatie, mediavormgeving, mediatechnologie én interactie met gebruikers. Er is behoefte aan mensen die bewust zijn van de belangrijke rol van gebruikersbeleving en kunnen omgaan met de veranderende plek van technologie binnen de samenleving. CMD Breda speelt in op die vraag door mensen op te leiden, die effectieve verbindingen kunnen leggen tussen doelstellingen van bedrijven en instellingen enerzijds en motivaties en drijfveren van de doelgroep anderzijds. Een CMD’er is opgeleid om interactie te creëren die daadwerkelijk directe invloed heeft op het gedrag van mensen. Dit vergt mensen die breed zijn opgeleid en georiënteerd zijn op alle aspecten van technologie, design, interactie en communicatie. Ze zien het beantwoorden van de vraag van een opdrachtgever als een geïntegreerd ontwerpproces: de CMD’er zal zich manifesteren op het gehele ontwerpproces, van vraag- en gebruikersanalyse tot kennis en vaardigheden om eindproducten -in prototypen- te maken. De CMD’er stelt de sociale, economische, culturele en maatschappelijke context van eindgebruikers en opdrachtgevers centraal bij het ontwerp van mediaoplossingen. Hij of zij bestudeert en analyseert de behoeften, gedragingen en ervaringen van gebruikers. Met de informatie die dat oplevert concipieert, ontwerpt en realiseert de de CMD’er nieuwe mediaoplossingen, daarbij rekening houdend met de mogelijkheden en beperkingen van technologie. De rol van de CMD’er beslaat een breed terrein; van bedenker én maker in één (wat vaker het geval zal zijn in de creatieve industrie) tot een bruggenbouwer/intermediair (hetgeen we vaker zien bij bedrijven en instellingen), die specialismen bij elkaar brengt. Afgestudeerden komen grofweg terecht in twee soorten organisaties. Ten eerste organisaties die het ontwikkelen van mediaoplossingen of daaraan gerelateerde diensten als kernactiviteit hebben: de creatieve industrie. Daarnaast kan de afgestudeerde CMD’er bij bedrijven en organisaties terecht, waar media ondersteunend zijn aan de kernactiviteit.
kennisDoMeinen Om te borgen dat CMD Breda inhoudelijke aansluiting blijft houden met de ontwikkelingen in het werkveld kent de opleiding CMD vier kennisdomeinen: CreatIve teChnOLOgy (Ct) Een Creative Technologist bedenkt creatieve nieuwe-mediaoplossingen en kan deze technisch realiseren. Daarbij staat binnen de opleiding CMD centraal dat deze oplossingen aansluiten bij de wensen en behoeftes van opdrachtgever en eindgebruikers. Een CT’er kan terecht bij zowel domeinspecifieke organisaties en niet-domeinspecifieke organisaties in rollen als technical director, technische mediadesigner, mediaproductontwikkelaar, gamedeveloper en -programmer, multimediaprogrammer, webprogrammer, mediaarchitect, mediaconsultant, internetadviseur, etc. MuLtIMeDIaLe vOrMgevIng (Mv) Een multimediavormgever creëert de verschijningsvorm en beleving van een mediaoplossing. Daarbij staat binnen de opleiding CMD centraal dat deze aansluit bij de wensen en behoeftes van opdrachtgever en eindgebruikers. In het ontwikkelproces van een mediaoplossing neemt de multimediavormgever deel aan een brainstormsessie met andere professionals. De uitkomsten daarvan worden door hem of haar verwoord of verbeeld tot een concept. Aan de hand van het concept en de randvoorwaarden van opdrachtgever en eindgebruiker, worden in de ontwerpfase schetsen gemaakt voor de vormgeving. In de realisatiefase zorgt de multimediavormgever ervoor dat de gemaakte ontwerpkeuzes uitgewerkt en aangeleverd worden op zo’n manier dat andere professionals de verdere uitwerking, bouw, productie of implementatie van de mediaoplossing voor hun rekening kunnen nemen. InfOrMatIe en InteraCtIe (II) De informatie-/interactieontwerper weet complexe informatie toegankelijk te maken door deze logisch en inzichtelijk te structureren in een informatiearchitectuur. Verder weet hij/zij een creatief concept te vertalen naar gedrag en beleving, en dit vorm te geven. Centraal staat het ontwerpen van een innovatieve gebruiksvriendelijke en toegankelijke interface voor een nieuw of bestaand mediaproduct waarbij de gebruiker centraal staat (usability/accessibility). InteraCtIe StrategIe (IS) Om de interactie tussen producent en consument optimaal vorm te geven is communicatie nodig, die
49
stramien_13-14_definitief.indd 49
02-07-13 16:49
enerzijds glashelder de belofte van de producent vertelt, anderzijds bij doelgroepen de juiste snaar raakt, en vervolgens die twee werelden naadloos bij elkaar brengt. De interactiestrateeg weet hoe je dit doet. De strateeg vertaalt de essentie van de probleemstelling van de opdrachtgever naar strategische uitgangpunten; visie op het project (wat is ons doel), strategie (hoe gaan we ons doel bereiken) en zorgt dat het team uiteindelijk komt met het concept (wat is ‘The Big Idea’).
oplossingen voor je vraagstelling? Je bedenkt ideeën en experimenteert daarmee, je probeert uit, verbeeldt, laat zien/horen. Je test ze bij de gebruikers en binnen je vakdomein om te weten of en welke betekenis ze hebben voor de gebruikers en of ze aansluiten bij je ontwerpcriteria (en dus ook die van de opdrachtgever). Je ontwerpt daaruit concept(en). Als alle concepten zijn uitgewerkt maak je – samen met de opdrachtgever – een keuze voor de uiteindelijke oplossingsrichting.
1.2 Competenties CMD Avans
• • • •
Wat is ontwerpen (volgens Avans CMD) Het vermogen om steeds opnieuw het ontdekkingsproces in te gaan om uit losse, bestaande elementen nieuwe mogelijkheden te creëren die meer en betere waarde en betekenis hebben dan voorheen en daardoor iets toevoegen aan het leven van de gebruikersgroep. Indicatoren Indicatoren zijn feitelijk de waarneembare beroepshandelingen die een student laat zien, welke een aanwijzing zijn voor de competentie. Door alle voor die competentie relevante indicatoren toe te passen in zijn werk, toont de student aan die competentie te beheersen. Daadwerkelijk beheersen op professioneel niveau is alleen aangetoond als die indicatoren in verschillende context bij herhaling succesvol zijn toegepast.
De Avans CMD competenties Beroepsgericht A: Onderzoeken Je verkent en onderzoekt de vraagstelling. Je maakt je de vraagstelling en de context eigen en ontwikkelt daar eerste gedachten over. Daarmee maak je voor jezelf helder wat de werkelijke vraag is en waarom. Je vertaalt de vraag naar ontwerpcriteria. Daarnaast doe je onderzoek naar de thema’s uit het eigen vakdomein die relevant blijken voor het vraagstuk (communicatie, interactie, vormgeving, technologie). De onderzoeksresultaten toets je bij de opdrachtgever, bij de doelgroep / volggroep én in het vakdomein. • Methodisch onderzoeken. • Experimenteel en creatief onderzoeken. • Onderzoeksresultaten vaststellen. B: Conceptualiseren Wat zijn volgens jou mogelijk antwoorden op /
Ontwerpcriteria interpreteren. Ideeën genereren. Ideeën uitwerken tot diverse concepten. Concepten verantwoorden.
C: Concretiseren Je werkt uiteindelijk concept(en) uit tot prototypen. Gaat het werken? Dat is hier de grote vraag. Hoe meer dit concept alle relevante en onderscheidende eigenschappen voor de gebruiker bevat, des te beter kun je tonen wat je bedoeling is. Je test bij opdrachtgevers en gebruikers, genereert inzichten over de werking van je prototype en past aan op basis van je bevindingen. Het testen is doordacht en planmatig opgezet, mede op basis van eerdere ontwerpcriteria. • • • •
Concept verbeelden in een prototype. Verbeelding methodisch toetsen. Werkzaamheden interpreteren. Conclusies vaststellen.
D: Itereren Op elk moment in het ontwerpproces ben je kritisch op wat je hebt gedaan en evalueert dat. Waar zinvol herhaal je die stappen zo vaak als nodig. Je neemt hier de tijd om terug te gaan langs de stappen die je hebt genomen en te checken of klopt wat je gedaan hebt. Ga terug naar de vraagstelling: Heb je het antwoord? Heb je nog iets nodig? Ga dan opnieuw het ontwerpproces in om te verdiepen en verbeteren. Vraag je steeds af: Is de oplossing in overeenstemming met eerder gestelde criteria? • Methodisch evalueren. • Kritische reflecteren op het ontwerpproces en (tussen)resultaten. • Verdiepen en verbeteren. HBO algemeen E: Samenwerken Een ontwerpproces doorloop je in de regel niet alleen. Je werkt samen met opdrachtgevers, doel-
50
stramien_13-14_definitief.indd 50
02-07-13 16:49
groepen, leidinggevenden, collega’s, specialisten met verschillende denk- en werkwijzen, bijvoorbeeld vanuit andere vakgebieden, achtergronden of culturen. Professioneel handelen en communiceren is nodig om samen een optimaal resultaat als gezamenlijk doel te bereiken. • Verantwoordelijkheid nemen voor het gezamenlijke doel. • Actief en constructief deelnemen aan het groepsproces. • Bijdragen van mensen met anderen achtergronden onderkennen, toelaten, stimuleren en waarderen.
H: Ontwikkelen Je neemt verantwoordelijkheid voor je eigen professioneel handelen en je verdiept jezelf in de ontwikkelingen van het vakgebied. Je reflecteert zo op je eigen verrichtingen en op het vakgebied, leert daarvan en past dat toe om jezelf en jouw bijdrage aan de beroepspraktijk verder te ontwikkelen. • Een visie op het vakgebied hebben. • Ontwikkelingen in het vakgebied bijhouden. • Reflecteren op eigen verrichtingen en professioneel handelen bijsturen. • Zelfstandig kennis en vaardigheden ontwikkelen.
F: Organiseren Je kan het werk van jezelf én van anderen organiseren, evalueren en waar nodig bijsturen. Je hebt daarbij een systematische, doordachte aanpak en bent daarbij pro-actief, je neemt zelf initiatief. Je kan het ontwerpproces, de resultaten én ieders bijdrage daarin positief beïnvloeden. Je kan risico’s en andere omgevingsfactoren tijdig inschatten, vooraf maatregelen bedenken en zo eventuele belemmeringen opvangen. Je beheerst de basis om (op termijn) leiding te geven dan wel als zelfstandige actief te zijn. • • • •
Werkzaamheden van zichzelf plannen. Sturing geven aan werkzaamheden van anderen. Het proces controleren en bijstellen. Het proces verantwoorden.
G: Manifesteren Hoe goed je ontwerp ook zal zijn, je zal jezelf ook moeten kunnen laten zien in het ontwerpproces. Je bent in staat om jouw rol in het ontwerpproces / werkveld te duiden, aan te geven wat jou drijft en motiveert en wat jouw meerwaarde is. Je kan je werk verdedigen en je publiek (teamgenoten / opdrachtgever) overtuigen met argumenten, inspirerende presentaties en duidelijke rapportages (in welke vorm dan ook). Je hebt een eigen visie op het vakgebied en gebruikt dat om een professioneel netwerk op te bouwen en te onderhouden. • Sociaal-communicatief vaardig zijn. • Een professionele en respectvolle houding hanteren. • Een eigen rol aannemen in en eigen bijdrage leveren aan het ontwerpproces. • (Resultaten van) het ontwerpproces beargumenteren en verdedigen.
51
stramien_13-14_definitief.indd 51
02-07-13 16:49
Bijlage 2: Juridische zaken Punten waar je aan moet denken bij het uitvoeren van projecten en maken van producten. Neem de tijd om deze bijlage goed door te lezen, om jezelf verrassingen te besparen.
1. Auteursrecht (copyright) Alle producten en werken (ook teksten en code) die een student heeft gemaakt, zijn automatisch zijn eigendom en hij behoudt alle rechten (bijv. tot verveelvoudiging en openbaarmaking). Daarvoor is zelfs geen copyright vermelding nodig. Dit geldt ook voor opdrachten van externe opdrachtgevers en stages. Alleen bij een werknemer in dienstverband komt het auteursrecht automatisch toe aan de werkgever. Een dienstverband is niet hetzelfde als een opdracht tot vervaardiging van een werk, zelfs niet als de opdrachtgever daarbij instructies geeft. Om de auteursrechten te krijgen, zal de opdrachtgever dus expliciet in het (stage- of afstudeer-) contract moeten vermelden dat alle auteursrechten worden overgedragen. De overdracht van het auteursrecht vereist meestal een geschreven contract waarin precies wordt vastgelegd wat wordt overgedragen. Je kunt bijvoorbeeld het recht om kopieën te maken en te verkopen overdragen, en tegelijkertijd het recht om het werk op de radio openbaar te maken behouden. De opdrachtgever krijgt wel automatisch het recht om het werk te gebruiken voor het doel van de opdracht. Wie dus als freelancer een artikel schrijft voor een tijdschrift, geeft daarmee automatisch aan het tijdschrift toestemming tot publicatie. Deze bepaling geldt ook voor werk dat in opdracht van de opleiding CMD wordt gemaakt: CMD behoudt automatisch het recht om gebruik te maken (bijv. tentoonstellen) van studentenwerk. Omdat het werk in opdracht van, met de faciliteiten van en onder begeleiding door de opleiding gemaakt is, moet altijd bij het werk vermeld worden (zonder copyright teken): ‘maand jaartal, Communication & Multimedia Design, Avans Hogeschool, Breda’ Beperkingen van het auteursrecht Bij gebruik van andermans foto’s, beeldmateriaal en ander werk moet je aan de maker in principe toestemming vragen voor het gebruik hiervan en/of een tarief betalen. Een thuiskopie is toegestaan, maar mag niet aan derden beschikbaar worden gesteld.
Bij openbaarmaking en verveelvoudiging moet je dus goed controleren of je niet illegaal gekopieerd hebt! Zie ook ‘plagiaat’ onder hoofdstuk ‘scriptie’. Voor uitgebreidere informatie en FAQ’s over auteursrecht zie: http://www.iusmentis.com/auteursrecht/
2. Software licenties Het is niet toegestaan software die Avans Hogeschool in licentie heeft te gebruiken voor een project in opdracht van een bedrijf of organisatie. Licenties zijn zowel voor de gebruiker als voor de maker van toepassing. Wie een computerprogramma schrijft, heeft automatisch het auteursrecht daarop. Hiermee kan de auteur controle uitoefenen over het kopiëren, gebruiken, en aanpassen van zijn computerprogramma. Om software beschikbaar te stellen aan derden, moet de auteur in een licentie toestemming geven voor bepaalde handelingen, zodat derden het programma kunnen gebruiken. Afhankelijk van de wensen van de auteur kan hij uit diverse standaardlicenties kiezen. De wetgeving en jurisprudentie m.b.t. ICT is voortdurend in ontwikkeling. Het is verstandig om dit bij te houden, anders heb je misschien ineens een strafblad. Issues als filesharing, spam, software licenties, aansprakelijkheid provider, databanken enz. worden in toegankelijke taal uitgelegd op o.a. de volgende sites: http://www.iusmentis.com/ http://www.netkwesties.nl/ http://www.bof.nl/ Een handig boekje over auteursrecht van de Bond voor Nederlandse Ontwerpers: Auteursrecht voor ontwerpers door Vincent van den Eijnde, BNO|2003 ISBN 90-70378-10-8
3. Plagiaat Als je passages en ideeën uit andermans werk citeert of parafraseert en deze als eigen werk presenteert, pleeg je plagiaat. Plagiaat is intellectuele diefstal en wordt beschouwd als fraude. De Examencommissie van CMD treedt streng tegen fraude op: de student kan in dat geval van de opleiding geschorst worden.
52
stramien_13-14_definitief.indd 52
02-07-13 16:49
Aan plagiaat ligt niet altijd kwade trouw ten grondslag; het kan ook een kwestie van onwetendheid, slordigheid of vergeetachtigheid zijn. Om te voorkomen dat je per ongeluk plagiaat pleegt, moet je weten wat het precies inhoudt. Wat is plagiaat? • Het woordelijk overnemen van (passages uit) het werk van een ander zonder aan te geven dat het andermans woorden zijn en/of zonder vermelding van de precieze vindplaats van de passage. • Het parafraseren van (passages uit) het werk van anderen, zonder daarbij aan te geven dat de gedachtegang door iemand anders is bedacht en zonder de vindplaats van de gedachtegang aan te geven. • Het overnemen van ideeën uit andermans werk zonder daarbij aan te geven dat het de ideeën van iemand anders zijn. Om plagiaat op te sporen maakt CMD gebruik van Ephorus. Ephorus is een digitaal opsporingssysteem dat de inhoud van ingeleverde werkstukken vergelijkt met bestaande vakliteratuur en diverse online bronnen. Contactpersoon voor juridische zaken binnen Avans Hogeschool is Marla van Overbeek, juridisch adviseur. Je kunt bij haar terecht voor bijvoorbeeld het controleren van contracten.
53
stramien_13-14_definitief.indd 53
02-07-13 16:49
briefing
model
NG
prototype
G
concept
criteria
model
concept
IN G
EN VERK
NIN
model
concept
G
NG
criteria
criteria
model
NG
eindproduct
concept
model
reflecteren passief
procesevaluatie
concept
G
inductie
METHODIEK ZOALS IN DE PRAKTIJK: BIJV. EEN CMD-PROJECT
criteria
NG
prototype
B E E LDIN G CO NCR ETSI ERI
briefing
IE INIT DEF
IN G
R
EN N VERK
VE
ATIE ALU EV
RB
ATIE ALU EV
VE
NG
THEORETISCHE (ONEINDIGE) ONTWERPCYCLUS
criteria
R
B E E LDIN G CO NCR ETSI ERI
prototype 2
concept abstract
De cyclische ontwerpfases in de tijd gezien. Bovenste model is eindig (zoals bijvoorbeeld bij een project). Onderste een permanent proces (langere termijn, meerdere ontwerpers, denk bv. aan een product)
zijaanzicht
deductie
experiment actief
ervaren concreet
De fases van een ontwerpproces komen overeen met die van het leerproces volgens Kolb, zoals weergegeven in de leercirkel
NIN
VE
RETS IER I
R BE ELD ING CON C
VE
EN VERK R
IE INIT DEF
ENN VERK VE
TIE LUA EVA
I ENN VERK
E EL DIN G CO NCR ETSI ERI
RETS IER IN CON C
stramien_13-14_definitief.indd 54
TIE LUA EVA B EE LDIN G
Leercirkel Kolb
Verbeelding
Model
Cyclische ontwerpproces met fases, functie en algemeen benaming/deliverable. Ontwerpen als permanent onderzoek en als vertalende activiteit.
VERTALEN VAN IDEEËN NAAR VORM EN STRUCTUUR ONDERZOEK NAAR VORM EN STRUCTUUR
overzicht
tijd (t)
VERTALEN VAN STRUCTUUR NAAR CONCRETE ERVARING ONDERZOEK NAAR CONCRETISERING
Concretisering
Cyclische ontwerpproces met fases, functie en algemeen benaming/deliverable. Ontwerpen als permanent onderzoek en als vertalende activiteit.
overzicht
tijd (t)
Concept
Verkenning
Definitie/criteria
vraag/antwoord onderzoek/vertaling
VERTALEN VAN VRAAGSTELLING NAAR IDEEËN ONDERZOEK NAAR AANSLUITING/MOGELIJKHEDEN
(herziene)Criteria
VERTALEN VAN ERVARINGEN NAAR DEFINIËREN VAN HERZIENE CRITERIA.
VERTALEN VAN VRAAG NAAR CRITERIA ONDERZOEK NAAR CONTEXT
Definitie/evaluatie
Evaluatie/Definitie VERTALEN VAN ERVARING NAAR HERZIENE CRITERIA ONDERZOEK NAAR BEVINDINGEN
Prototype
Opdracht/Aanleiding/Briefing
OntwerpMethodiek CMD Breda/Den Bosch
ANTWOORDEN WORDEN GEDEELD. HET BESTE WORDT GECOMBINEERD. ANTWOORDEN ROEPEN NIEUWE VRAGEN OP (BIJV.: “HOE GAAT HET ER UITZIEN?”). EEN NIEUWE FASE (BIJV. ONDERZOEK NAAR VERBEELDING) VOLGT
FRACTAAL PROCES. EEN SLAG BESTAAT UIT MEERDERE WENDINGEN.
Het ontwerpproces per fase is gelijk aan dat van het gehele ontwerpproces. De ontwerper maakt dus per fase meerdere slagen. bijv: men kan in een week of zelfs een dag een ontwerproces van meerdere wendingen doorlopen om te komen tot definities, of een concept.
Fractaal
BIjlage 3: ontwerpMethodIek cMd
54
02-07-13 16:49
Ie zij ge on en
I
Fractaal
Het ontwerpproces per fase is gelijk aan dat van het gehele ontwerpproces. De ontwerper maakt dus per fase meerdere slagen. bijv: men kan in een week of zelfs een dag een ontwerproces van meerdere wendingen doorlopen om te komen tot definities, of een concept.
Individueel en Samen
Iedere ontwerper heeft zijn eigen manieren om te onderzoeken. De een gebruikt zijn visuele talent, de ander zijn analytische vaardigheden. Een ander zoekt liever gebruikers of experts op. Juist in de kracht van een persoonlijke methodiek van onderzoeken en in het vinden van individuele “antwoorden” die worden gedeeld en verrijkt schuilt de meerwaarde van samenwerken: 1 + 1 = 3
itie/evaluatie
ALEN VAN AG NAAR CRITERIA NDERZOEK NAAR CONTEXT INDIVIDUELE PROCESSEN.
Definitie/criteria FRACTAAL PROCES. EEN SLAG BESTAAT UIT MEERDERE WENDINGEN. FORMULEREN VRAGEN
erkenning
TALEN VAN STELLING NAAR IDEEËN EK NAAR /MOGELIJKHEDEN
ANTWOORDEN WORDEN GEDEELD. HET BESTE WORDT GECOMBINEERD. ANTWOORDEN ROEPEN NIEUWE VRAGEN OP (BIJV.: “HOE GAAT HET ER UITZIEN?”). EEN NIEUWE FASE (BIJV. ONDERZOEK NAAR VERBEELDING) VOLGT
INDIVIDUELE ONDERZOEKSPROCESSEN
vraag/antwoord onderzoek/vertaling BESPREKEN DIVERSE ANTWOORDEN EN FORMULEREN NIEUWE VRAGEN
55
stramien_13-14_definitief.indd 55
02-07-13 16:49
Colofon Redactie: Ria van Ooijen & Nina Kramer Ontwerp, layout en infographics: Selwyn van Haaren & Maarten Oerlemans Huisstijl en productie: Chantal Grosfeld Fotomateriaal: Paul van ‘t Hullenaar, CMD Breda (flickr.com/cmdbreda) Juli 2013, Communication & Multimedia Design, Avans Hogeschool, Breda
stramien_13-14_definitief.indd 56
02-07-13 16:49