1.10 Programma 10 – Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Portefeuillehouder: mevrouw J.A. de Vries
Baten en lasten Bedragen x € 1.000
- Baten 10.1 Provinciefonds 10.2 Opcenten motorrijtuigenbelasting 10.3 Dividenden 10.4 Financieringsrente 10.5 Btw-compensatiefonds 10.6 Interne financiering 10.7 Overige algemene dekkingsmiddelen Totaal baten Lasten 10.1 Provinciefonds 10.2 Opcenten motorrijtuigenbelasting 10.3 Dividenden 10.4 Financieringsrente 10.5 Btw-compensatiefonds 10.6 Interne financiering 10.7 Overige algemene dekkingsmiddelen Totaal lasten Lasten - baten
Realisatie Begroting 2011 2012
Begroting Begroting Begroting 2013 2014 2015
Begroting 2016
138.227 57.435 45.475 2.990 132 11.937 -29.461 226.734
215.329 59.174 25.371 29.281 49 9.696 45.589 384.488
137.450 60.358 23.679 29.565 49 10.836 0 261.938
138.301 63.254 18.066 29.005 49 12.675 0 261.349
129.537 65.915 18.185 27.335 49 6.583 0 247.604
114.016 67.246 10.327 26.895 49 2.735 0 221.268
0 0 188 4.729 0 0 23.607 28.524 198.210
0 0 0 5.088 0 0 23.239 28.327 356.161
0 0 0 5.152 0 0 24.060 29.213 232.726
0 0 0 5.382 0 0 33.077 38.459 222.890
0 0 0 5.206 0 0 36.904 42.110 205.494
0 0 0 5.208 0 0 24.483 29.690 191.578
Begroting Begroting 2013 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
Onvoorzien Bedragen x € 1.000
Baten Onvoorzien Totaal baten Lasten Onvoorzien Totaal lasten Lasten - baten
Realisatie Begroting 2011 2012
0 0 -3 -3 3
De verschillende onderdelen worden hieronder nader toegelicht. Stofkamoperatie Over alle progamma’s heen is gekeken naar die projecten die financieel nog niet geheel zijn afgerond. Bij de afrekening van deze projecten kan het zijn dat projecten goedkoper zijn uitgevallen, of in een enkel geval komen te vervallen. In 2012 heeft deze benadering bij het opstellen van de kadernota een bedrag van € 1,1 mln opgeleverd. Een deel van deze middelen werden gefinancierd vanuit rijksmiddelen, zoals het ILG en de BDU. Deze middelen vloeien, conform de afspraken met het Rijk terug naar deze budgetten en zullen opnieuw ingezet worden op deze beleidsterreinen. In totaliteit gaat het om € 0,9 mln.
De resterende € 0,2 mln is vrijgevallen bij de afrekening van projecten op het gebied van Friese Meren Project en het FYLG. Omdat deze meerjarenprogramma’s nog niet zijn afgerond, vloeiend deze middelen terug naar de programma’s. Mocht het niet noodzakelijk zijn om deze middelen aan te wenden om de afgesproken resultaten te behalen, dan vallen ze alsnog vrij naar het begrotingsaldo. Overigens zal deze ‘stofkam’ continu uitgevoerd worden om mede te bewerkstelligen dat projecten geheel worden afgerond.
10.1
Provinciefonds
De raming van de algemene uitkering uit het provinciefonds is op basis van de junicirculaire 2012 opgesteld. Deze raming bestaat deels uit de eigenlijke algemene uitkering en deels uit zogenoemde decentralisatie-uitkeringen. In onderstaande tabel wordt aangegeven hoe de raming is opgebouwd. Hierin is de rijksbijdrage RSP REP al opgenomen voor de jaren 2013 t/m 2016. Deze middelen zijn door het rijk al wel toegezegd, maar worden op jaarbasis aan het provinciefonds toegevoegd. Bedragen x € 1.000 Algemene uitkering - huidig jaar - voorgaand jaar Subtotaal algemene uitkering Decentralisatie-uitkeringen: - RSP Zuiderzeelijn - Zwemwaterrichtlijn EU - Bodemsanering - Externe veiligheid - Luchthavens - Sterke regio’s - Waddenfonds - Cultuurparticipatie - Monumentenzorg - ISV (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) - Bedrijventerreinen - RSP REP Subtotaal decentralisatie- uitkeringen Totaal
2012
2013
2014
2015
2016
83.748 -29
83.955
83.955
83.955
79.955
83.719
83.955
83.955
83.955
79.955
23.579 90 3.670 771 131 807 95.369 434 1.464 4.080 1.245 0
0 90 3.668 771 131 0 36.824 0 1.464 4.190 1.275 5.083
0 90 3.677 771 131 0 38.690 0 1.464 3.832 608 5.083
0 0 0 0 0 0 40.499 0 0 0 0 5.083
0 0 0 0 0 0 28.978 0 0 0 0 5.083
131.639
53.495
54.346
45.582
34.061
215.329
137.450
138.301
129.537
114.016
Toelichting De algemene uitkering is voor de jaren 2012 en 2013 conform de junicirculaire begroot. Voor de jaren erna wordt in de circulaire vooralsnog uitgegaan van een stijging van het accres. Echter gezien de benodigde rijksbezuinigingen om het saldo op 0% BBP te krijgen, zal het trap-af-effect in de komende circulaires verder tot uiting komen. In de begroting hebben wij daarom de algemene uitkering geraamd op het niveau van 2013. In het jaar 2016 is vanwege de decentralisatie van jeugdzorg naar de gemeenten rekening gehouden met een uitname uit het provinciefonds van € 4 mln.
10.2
Opcenten motorrijtuigenbelasting
Het rijk stelt jaarlijks het maximale niveau van de opcentenheffing vast. Het verschil tussen dit maximale tarief en het feitelijk door de provincie gehanteerde tarief voor de opcenten bepaalt de zogenoemde onbenutte belastingcapaciteit. Voor onze provincie bedraagt de onbenutte belastingcapaciteit in 2013 circa € 13 mln. Provincies kunnen zelf bepalen in hoeverre zij de vrije capaciteit willen benutten. De opbouw van de opcenten is weergegeven in paragraaf 1 - Provinciale heffingen. De raming van de opcenten is gebaseerd op de realisatie van 2011. Daarnaast is rekening gehouden met een afname van de groei van het wagenpark in 2012 en 2013 van 0,5% in verband met de groei van het aantal zuinige auto’s. Vanaf 2014 is de regeling (zuinige auto’s) opgeheven en houden we rekening met 0% groei. Conform het voorlopig besluit om voor de dekking van de afschrijvingskosten van de Centrale As de opcenten te verhogen met 4 punten, is voor het jaar 2014 en 2015 rekening gehouden met een verhoging van 2 punten per jaar.
10.3
Dividenden
De provincie Fryslân neemt deel in het aandelenkapitaal van een aantal bedrijven. In onderstaand overzicht is het begrote dividend weergegeven. Het dividend van de Nederlandse Waterschapsbank is voor de komende jaren op € 0 begroot. Bedragen x € 1.000 Dividend Alliander Dividend Nuon kapitaalvergoeding Dividend Vitens Dividend Bank Nederlandse Gemeenten Dividend Nederlandse Waterschapsbank Totaal
2012
2013
2014
2015
2016
14.290 8.951
11.000 10.852
11.000 5.239
8.500 7.858
8.500 0
2.023 77 0
1.751 77 0
1.751 77 0
1.751 77 0
1.751 77 0
25.371
23.679
18.066
18.185
10.327
10.4
Financieringsrente
De rente- en batenlasten in verband met de financiering van de provinciale uitgaven voor 2013 staan in onderstaande tabel. In de paragraaf 4 - Financiering wordt hierop een toelichting gegeven. Bedragen x € 1.000
2012
2013
2014
2015
2016
25.400 840 52 2.990 29.281
25.900 675
25.800 215
24.300 45
23.900 5
2.990 29.565
2.990 29.005
2.990 27.335
2.990 26.895
2.541 1.555 494 450 47
2.541 1.555 519 488 48
2.541 1.555 546 488 252
2.541 1.555 573 488 48
2.541 1.555 575 488 48
Baten Rente vermogensbeheer Rente kort Rente lang Rente verstrekte geldlening Totaal baten Lasten Doorbelasting rente verstrekte geldlening Rentevergoeding IBOI tbv RSP REP Rente nazorgfonds Kosten vermogensbeheer Advieskosten vermogensbeheer Totaal lasten Totaal baten-lasten
10.5
5.088
5.152
5.382
5.206
5.208
24.193
24.412
23.623
22.129
21.687
Btw-compensatiefonds
In de begroting is een structurele bate van € 48.950,- geraamd in verband met de compensabele btw in het onderdeel goederen en diensten bij het grondwaterplan.
10.6
Interne financiering
Conform de Nota Uitvoering begroting (december 2009) wordt aan de lopende investeringsprojecten bouwrente toegerekend. Daarnaast wordt rente toegerekend aan de natuurgronden die in bezit zijn van de provincie.
10.7
Overige algemene dekkingsmiddelen
In onderstaand overzicht is een specificatie van de overige algemene dekkingsmiddelen opgenomen. Bedragen x € 1.000
- Baten - - Mutaties kostenplaatsen via reserves - - Inkomst provinciefonds naar OP Waddenfonds - - beschikking over voorziening Totaal baten Lasten - Mutaties kostenplaatsen via reserves - Voormalig personeel - Bijdrage rijksagenda - Voorwaardelijke budgetten PS: Onderhoud van Harinxmakanaal Milieubeleidsplan Implementatie Wabo Millennium provincie Cofinanciering Europa Sportstad Heerenveen Afsluitdijk Digitale agenda Fryslân Doefonds Campus het Bilt Transitie sociaal beleid Fryske Akademy Mediafonds Cultuurketen Drachten UCF Herstructurering woningvoorraad REP Wymbritseradiel REP Dairy Campus REP Wetsus REP Energy Valley REP toekomst afsluitdijk REP Thialf RSP REP rijksbijdrage - Voorwaardelijke budgetten GS: Zwemwaterrichtlijn EU Sterke regio’s Bedrijventerreinen ISV Bedrijfsvoeringskosten - Stelposten Loon- en prijsstijging Bedrijfsvoeringskosten nog toe te delen Bezuiniging subsidiebeleid Totaal lasten Baten - lasten
Planning PS
Begroting 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
3.134 700
695 700
0 700
0 700
0 700
2.100 0 1.012 18 566 25 0 200 0 0 547 1.330 75 0 0 0 215 0 0 0 0 0 3.445
2.100 0 1.012 18 1.066 200 250 0 2.000 1.000 1.947 1000 125 500 0 0 858 625 1.500 0 0 2.000 83
2.100 558
2.100 558
2.100 558
18 1.871 200 250 0 1.500 1.000 1.643 0 150 1.200 3.100 700 1.027 625 1.500 800 300 6.000 0
18 2.033 0 0 0 1.500 0 1.348 0 0 300 3.000 700 2.500 625 1.500 800 0 6.000 1.283
18 500 0 0 0 1.500 0 0 0 0 0 913 0 0 625 2.000 0 0 6.000 2.583
90 3.687 1.245 4.080 0
90 960 1.275 4.190 0
90 0 608 3.832 1.816
0 0 1.693 5.268 1.816
0 0 0 0 1.816
634 136
1.241 -356
2.765 -261
4.370 -188
5.671 518
0 23.239 22.350
-1.018 24.060 -24.060
-1.018 33.077 -33.077
-1.018 36.904 -36.904
-1.018 24.483 -24.483
93 32.850 12.646 45.589
12-2012 2013 9-2012 9-2012 11-2012 11-2012 9-2012 9-2012 9-2012 11-2012
6-2013 11-2012 11-2012 11-2012 Pm*
Toelichting De REP-projecten zullen conform de afspraak met Provinciale Staten afzonderlijk worden voorgelegd. De mutaties kostenplaatsen via reserves hebben vooral betrekking op wijzigingen in de reserve ver- en nieuwbouw van het provinciehuis. Deze wijzigingen moeten via de exploitatie zichtbaar gemaakt worden. Het betreft wijzigingen die al zijn vastgesteld door Provinciale Staten.
De voorwaardelijke budgetten Provinciale Staten betreffen de budgetten die bij de begroting 2011 en 2012 nog niet zijn vrijgegeven. In alle gevallen zal een afzonderlijk verzoek tot vrijgeven van deze budgetten aan Provinciale Staten worden voorgelegd. De voorwaardelijke budgetten Gedeputeerde Staten betreffen decentralisatie-uitkeringen die op basis van de circulaires zijn toegevoegd aan het provinciefonds en pas op basis van een bestedingsplan worden vrijgegeven voor besteding. De stelpost loon- en prijsstijging betreft hier alleen de loon- en prijsstijging voor provinciaal bestuur, subsidies en goederen/diensten. Deze stijging zal nog aan de afzonderlijke budgetten worden toegerekend. De overige loon- en prijsstijging, waaronder die voor salarissen, is opgenomen bij het onderdeel bedrijfvoeringskosten. Voorstellen kadernota 2013 Bedragen *€ 1.000 Voorstellen kadernota 2013 - Doefonds (T) - Campus het Bildt (T) - REP Wetsus fase 1 (T) - REP Energy Valley (T) - REP Toekomst afsluitdijk fase 1 (T) - REP Thialf (T) Totaal voorstellen
10.8
2012
2013
2014
2015
2016
0 0 0 0 0 0 0
2.000 1.000 1.500 0 0 2.000 6.500
1.500 1.000 1.500 800 300 6.000 11.100
1.500 0 1.500 800 0 6.000 9.800
1.500 0 2.000 0 0 6.000 9.500
Onvoorzien
De post onvoorzien in 2011 betreft de afboeking van oninbare vorderingen.