Q&A – Octrooien op planteigenschappen
1. Wanneer kan je een octrooi (=patent) nemen op een planteigenschap die voordien nog niet gekend was in de landbouw? Als het Europees Octrooi Bureau een patent verleent, doet het dit op basis van de wettelijke criteria. Het moet gaan om een (i) uitvinding (ii) die nieuw en niet voor de hand liggend is en (iii) die industrieel toepasbaar is. 2. Een plant of een planteigenschap is toch geen uitvinding? Nee, maar nieuwe, specifieke kennis die ons toestaat om een tot nu toe ongekende eigenschap in te bouwen in planten en bruikbaar te maken voor de landbouw kan dat wel zijn. Die kennis vergt jarenlang onderzoek, dat ten goede komt aan de hele maatschappij, en zou dan ook terug verdiend moeten kunnen worden. 3. Een planteigenschap is toch ook niet nieuw? Ze bestaat immers al in de natuur. Nee, maar die eigenschap was tot nu toe niet gekend of totaal niet bruikbaar voor de land- en tuinbouw. Anders zou die al jarenlang gebruikt worden in de veredeling, wat dus niet het geval is. De specifieke kennis die ons toestaat om deze eigenschap in te bouwen in planten en bruikbaar te maken voor de teelt is dan wel nieuw. 4. Waarop slaan patenten op planteigenschappen precies? Een octrooi slaat specifiek op de link tussen stukjes genetisch code die eenduidig gekoppeld kunnen worden aan de planteigenschap (zoals bvb. de resistentie tegen witte vlieg voor paprika’s). Deze stukjes genetisch code kunnen geïdentificeerd worden met merkers. Het is dit totaal van kennis dat leidt tot het ontsluiten en praktisch toepasbaar maken van de eigenschap voor veredeling. Indien dezelfde eigenschap verkregen kan worden m.b.v. andere stukjes genetische code, dan valt dat niet binnen het toegekende octrooi. 5. Slaan octrooien op planteigenschappen ook op de planten en vruchten? Nee. Het patenteren van rassen of vruchten is op zich niet mogelijk. Telers die zaden met een geoctrooieerde eigenschap kopen kunnen hun oogst vrij verkopen aan hun klanten. Hetzelfde geldt voor klanten van concurrenten die een licentie verkregen hebben om de eigenschap te gebruiken in hun variëteiten. De vruchten die geteeld werden in overeenstemming met de wettelijke voorschriften worden dus niet beperkt door het patent.
Classification: PUBLIC USE Page 1 of 5
6. Wat als het oorspronkelijk biologisch materiaal uit een genenbank komt? Het genetisch materiaal dat zich bevindt in genenbanken zoals die van de Universiteit van Wageningen blijft vrij toegankelijk. Er kan nog steeds gebruik van worden gemaakt door veredelaars om planten te kweken. Het intensieve onderzoek naar deze genen en het ontsluiten van de genetische codes zodat ze bruikbaar worden gemaakt voor de landbouw kan wel leiden tot een octrooi. 7. Wordt deze nieuwe kennis geheim gehouden? Dankzij de publicatie van deze kennis bij de patentaanvraag kunnen alle geïnteresseerde plantenveredelaars hiervan vrij gebruik maken bij hun veredelingsprogramma. Mocht dit leiden tot nieuwe rassen waar de nieuwe eigenschap is ingekruist, is er een vergoeding verschuldigd als bijdrage voor de onderzoekskosten in de vorm van een licentie. 8. Wat als andere veredelaars jarenlang zelf veredelen en plots stoten op een patent als zij een product klaar hebben? Octrooien worden pas verleend enkele jaren na de aanvraag bij het Europees Octrooibureau. De aanvraag wordt gepubliceerd dus kunnen alle veredelaars daar ruim vooraf kennis van nemen. De Nederlandse sectororganisatie Plantum stuurt bijvoorbeeld maandelijks een nieuwsbrief uit met daarin een overzicht van alle relevante nieuwe Europese octrooiaanvragen en -verleningen op het gebied van planten voorzien van een korte samenvatting. Daarnaast kan via het nieuw opgerichte International Licensing Platform (ILP) voortaan makkelijk en snel een licentie worden verkregen op elke geoctrooieerde eigenschap. Indien de veredelaar kan aantonen dat hij heel dicht stond bij het komen van een zelfde vinding als de octrooihouder (zogenaamde “parallelle ontwikkeling”), kan hij een kosteloze licentie verkrijgen. De Europese Zaadassociatie ESA heeft een databank opgericht waar de verschillende patenten in worden opgenomen, de zogenaamde PINTO-databank (=Patent Information and Transparency On-line). Iedereen kan deze databasis raadplegen: http://pinto.azurewebsites.net/ 9. Wat is het gevolg van zo’n octrooi voor de concurrenten? Dankzij octrooien krijgen innovatieve ondernemingen het recht om variëteiten van de planten met de ingebouwde eigenschap te kweken, te produceren, te vermarkten en de eigenschap in licentie te geven aan concurrenten. Als concurrenten dezelfde eigenschap willen gebruiken, dan kunnen zij een licentie verkrijgen zodat ook zij eigen nieuw gekweekte variëteiten kunnen aanbieden die ook deze eigenschap bevat. Het blijft ook
Classification: PUBLIC USE Page 2 of 5
perfect mogelijk voor concurrerende veredelaars om rassen te verkopen waarin de nieuwe eigenschap niet is opgenomen. Uiteindelijk draait de discussie rond het patenteren van planteigenschappen rond eerlijke concurrentie: sommige ondernemingen willen kosteloos gebruik maken van de onderzoeksinspanningen van innovatieve bedrijven zoals Syngenta. Als we innovatie willen stimuleren is dat volgens ons niet de juiste weg. 10. Wat is het voordeel voor de boer/tuinder? De teler zal alleen een nieuw ras kopen als hij daarin duidelijke voordelen ziet, bijvoorbeeld een innovatieve planteigenschap die minder gewasbeschermingskosten of een betere opbrengst geeft. Daarenboven blijft de concurrentie tussen veredelaars spelen en zullen heel veel rassen van hetzelfde gewas beschikbaar blijven. 11. Wat is het voordeel voor consumenten? De consument krijgt dankzij de insectresistentie voor paprika’s schone vruchten, zonder schade aangebracht door insecten. Ook andere innovaties kunnen sneller ter beschikking worden gesteld aan de consument dankzij octrooien als stimulans voor innovatie. 12. Hoelang gelden octrooien op nieuwe planteigenschappen? Een octrooi wordt toegekend voor 20 jaar (in tegenstelling tot het kwekersrecht dat 30 jaar geldt). Aangezien het verlenen van het octrooi door het Europees Octrooi Bureau enkele jaren kan duren en de aanvraag vaak vele jaren voor de eerste commercialisatie gedaan wordt, is de effectieve terugverdientijd van het octrooi feitelijk maar maximaal 15 jaar en vaak nog korter. In de praktijk is de periode waarin andere veredelaars een licentievergoeding verschuldigd zijn nog korter aangezien die pas loopt nadat zij de resistentie in hun assortiment hebben ingebouwd en deze nieuwe variëteiten zijn gaan verkopen. 13. Wat is het standpunt van Syngenta t.o.v. octrooien in het algemeen? Syngenta vindt octrooien (=patenten) een belangrijk instrument voor innovaties in de plantensector. Het gaat om innovaties die belangrijk zijn voor voedselzekerheid, voedselkwaliteit en milieu. Patenten stimuleren het publiceren en delen van kennis, in tegenstelling tot de gebruikelijke benadering van bescherming van intellectueel eigendom door geheimhouding. Technologische innovaties in de plantensector worden volgens dezelfde criteria beoordeeld of zij voldoen aan de eisen voor patenteerbaarheid als innovaties in andere technologische sectoren.
Classification: PUBLIC USE Page 3 of 5
Jaarlijks besteedt Syngenta ongeveer 15% van haar zaadomzet aan het onderzoek en de ontwikkeling van verbeterde zaden. In 2014 investeerde Syngenta in totaal ongeveer € 1miljard aan R&D. 14. Waarom volstaat het kwekersrecht niet? Syngenta is van mening dat kwekersrecht en octrooirecht complementaire vormen van intellectueel eigendomsrecht zijn. Zij vullen elkaar aan en sluiten elkaar niet uit. Het kwekersrecht is bedoeld om één bepaalde variëteit van een bepaald gewas te beschermen. Dankzij het kwekersrecht krijgt een veredelaar 30 jaar het alleenrecht tot produceren en vermarkten van die ene, specifieke variëteit. Andere veredelaars mogen vervolgens met deze variëteit verder veredelen om op termijn weer verbeterde variëteiten van hetzelfde gewas op de markt te kunnen brengen. Het octrooirecht is bedoeld om baanbrekende innovaties voor een heel gewas (en niet enkel voor één bepaalde variëteit) mogelijk te maken en dus op een gepaste manier te beschermen. De nieuwe kennis rond insectresistentie voor paprika kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor zoete en hete paprika’s of pepers en beperkt zich niet tot één variëteit. Indien geen octrooi zou verkregen kunnen worden, kan elke concurrerende veredelaar met de moderne technieken van vandaag op relatief korte termijn (enkele jaren) de innovatieve eigenschap inkruisen in diens bestaande assortiment zonder enige vergoeding voor het kostelijke en complexe onderzoek dat tot de doorbraak heeft geleid. Dit betekent dat de terugverdientijd om nieuwe innovatieve eigenschappen te ontwikkelen voor vernieuwende bedrijven als Syngenta te kort wordt om het onderzoek ernaar te financieren. Daarenboven dient er rekening mee gehouden te worden dat het onderzoek naar nieuwe planteigenschappen geen garanties op resultaat biedt: sommige projecten kennen niet dezelfde gunstige uitkomst als de insectresistentie voor paprika. De kosten die hiermee gemaakt worden kunnen in dat geval niet door een commercieel product terugverdiend worden. 15. Wat is het International Licensing Platform (ILP) precies? Dat is een platform dat recent werd opgericht door 11 groentezaadbedrijven waarbij deze spelers al hun patenten ter beschikking stellen tegen standaard voorwaarden via het platform. Andere veredelaars kunnen zo makkelijk en snel een licentie op de octrooien van de andere spelers verkrijgen. Bedoeling is om de innovatie in de plantenveredeling gemakkelijker te maken en verder te versnellen. Dit sluit goed aan bij de filosofie van Syngenta rond het delen van innovaties in planten: free access but not access for free. Iedereen kan toegang krijgen tot de innovatieve
Classification: PUBLIC USE Page 4 of 5
planteigenschap, tegen betaling van een redelijke vergoeding voor het onderzoek en de ontwikkeling ervan. 16. Creëert dit alles geen machtssituatie voor octrooihouders? Nee. Onze innovaties kunnen in de rassen van andere veredelaars worden ingebouwd, net zoals wij, tegen redelijke voorwaarden, gebruik kunnen maken van de innovaties van andere veredelaars. Dat is goed geregeld in het octrooirecht en in het ILP. Je ziet ook dat kleine ondernemingen dankzij octrooien net zo goed kunnen groeien en bloeien. Zo heeft een kleine Nederlandse aardappelveredelaar een innovatie ontwikkeld voor aardappelen uit zaden en niet uit knollen. Die innovatie is gepatenteerd waardoor deze onderneming succesvol kan zijn op de markt. 17. Hoe zit het met de biodiversiteit? We zien duidelijk dat er veel rassen op de markt komen. Jaarlijks worden er bijvoorbeeld honderden nieuwe groenterassen geregistreerd zodat deze op de markt kunnen worden gebracht. Verschillende veredelaars werken met verschillende rassen. In elk van die rassen kan je bepaalde geoctrooieerde eigenschappen inbouwen. Zo kan de insectresistentie voor paprika worden ingebouwd in alle paprikagewassen van alle veredelaars. Op de Europese rassenlijst staan bijvoorbeeld 21.183 groenterassen geregistreerd, waarvan 1.648 van Syngenta. Per jaar komen er in de sector meer dan 1000 nieuwe groenterassen bij. Er zijn bijvoorbeeld 2.280 paprikarassen geregistreerd in Europa, waarvan 193 Syngenta-rassen. Per jaar komen er in de sector meer dan 100 paprikarassen bij. 18. Begrijpen jullie de zorgen t.a.v. patenten? Zeker wel. Het is een complexe materie. Maar als we innovatie willen stimuleren moeten we ook de nodige garanties geven dat niet iedereen zomaar aan de haal gaat met het resultaat van het kostbare onderzoek en inspanningen. Daar is enige bescherming van vereist. Met de mogelijkheid om makkelijk en snel licenties te bekomen op de kennis rond nieuw ontsloten planteigenschappen zijn de voordelen van patenten vele malen groter dan de mogelijke nadelen.
Classification: PUBLIC USE Page 5 of 5