1
Voorwoord
Het jaar 2012 stond in het teken van reageren en anticiperen. Op een groot aantal beleidsterreinen en zeker ook binnen zorg & welzijn stonden en staan organisaties voor een taakstelling waarbij forse bezuinigingen moe(s)ten worden opgevangen. De aanleiding voor bezuinigingen is in eerste instantie een puur financiële, het betreft de houdbaarheid van de sector zorg & welzijn in het licht van jaarlijks sterk groeiende uitgaven en de vergrijzing van de samenleving de komende jaren. Gezien de omvang van bezuinigingen in onze sector is het nodig, wil de rekening hiervan niet 1 op 1 bij de burgers terechtkomen, om vanuit andere vertrekpunten te gaan opereren met daarop aansluitende effectieve organisatievormen. Was de noodzaak hiertoe aanvankelijk vooral een financiële, naarmate de tijd vordert is de wil en het draagvlak om vanuit een andere filosofie te gaan werken een belangrijke factor geworden. Er is een breed gedragen overtuiging ontstaan om de individualiseringstrend bij te buigen naar het meer samen door mensen onderling oplossen van probleemsituaties. Hoe wij hiermee zijn omgegaan leest u in dit verslag. Het was voor MEE onvermijdelijk om eind 2011 snel te reageren op een laat aangekondigde extra bezuiniging van 5%. De reorganisatie die we hebben uitgewerkt en voorbereid in 2012 draagt ervoor zorg dat MEE een financieel gezonde organisatie blijft. Daarnaast is onze organisatie nu zo ingericht dat we een aantrekkelijk en eigentijds aanbod hebben zodat we met anderen samen, gebiedsgericht, een integraal aanbod voor mensen met een beperking en andere kwetsbaren kunnen bieden. Ook hierover leest u meer in dit verslag. Voor onze medewerkers was 2012 een behoorlijk onzeker jaar. Voor een aantal werd duidelijk dat er geen werk meer zou zijn begin 2013. Van anderen werd de flexibiliteit verlangd om ander werk binnen onze organisatie te gaan doen. Ook de vacaturestop die we moesten hanteren heeft het nodige aan flexibiliteit en improvisatievermogen gevraagd van velen. Door een constructieve opstelling van ieder, de bereidheid mee te denken en werken, heeft deze reorganisatie kunnen brengen waarvoor hij was bedoeld: een gezonde en op de toekomst voorbereide MEE organisatie! In dit jaarverslag treft u onder de noemer “uitgelicht” een tweetal interviews aan en wordt stilgestaan bij een tweetal projecten, voorts een verslag van de medezeggenschapsorganen en de Raad van Toezicht alsmede een cijfermatige onderbouwing van ons werk. Het bestuur is een ieder zeer erkentelijk voor zijn of haar bijdragen het afgelopen jaar en wenst u als lezer veer leesplezier! Hans de Vos Ram Ramlal
2
MEE maakt meedoen mogelijk
Missie “MEE maakt meedoen mogelijk”. Ons ideaal is een samenleving waarin iedereen meedoet. Een inclusieve samenleving waarin ook mensen met een beperking optimaal kunnen participeren. MEE is er voor die mensen die door hun beperking hierin worden belemmerd. In onze dienstverlening staat de vraag van de cliënt centraal. Wij zijn onafhankelijk en handelen vanuit het belang van de cliënt. Wij richten ons op het versterken van de eigen kracht en het vergroten van de zelfredzaamheid. Wij richten ons vooral op complexe vraagstukken, waarbij een integrale benadering en een samenhangend ondersteuningsaanbod op meerdere levensgebieden nodig is. Tegelijkertijd zien wij dat de samenleving nog niet altijd voldoende is ingericht op de participatie van mensen met een beperking. Hierin hebben wij een belangrijke maatschappelijke opdracht. Wij zetten graag onze specifieke kennis van beperkingen in om samen met andere organisaties lokale voorzieningen en instanties te versterken in het aanbod en in de omgang met mensen met een beperking. Door de vele cliënten die wij ondersteunen hebben wij een goed beeld van de belemmeringen die zij dagelijks ondervinden. Wij signaleren de knelpunten en maken deze bespreekbaar met lokale aanbieders, maatschappelijke organisaties, bedrijven, cliëntenorganisaties, de lokale en landelijke overheid.
2
3
Terugblik bestuur op 2012
In het jaarplan voor 2012 zijn een aantal onderwerpen benoemd waarover in dit hoofdstuk verslag wordt gedaan. Positionering en strategie In 2012 he eft de interne werkgroep heroriëntering dienstverlening stil gestaan bij de positionering en doorontwikkeling van onze dienstverlening. Deze werkgroep heeft als sluitstuk van haar activiteit een werkconferentie georganiseerd. Met alle medewerkers is uitgebreid stilgestaan bij de koers die we als MEE gaan varen. De resultaten zijn verwerkt in een notitie die begin 2013 is vastgesteld. Zie voor een kort verslag van de conferentie de aparte bijdrage verderop in dit verslag. Reorganisatie De reorganisatie in 2012 heeft plaatsgevonden vanuit de visie dat MEE werkt met zelfstandig functionerende professionals die hun werk verrichten binnen heldere afgesproken algemene kaders. Dit heeft ertoe geleid dat een aantal overheadfuncties konden vervallen. Voorts zijn de teams gebiedsgericht samengesteld, bijvoorbeeld gericht op een stadsdeel of wijk, daarbij aansluiting zoekend bij gemeentelijke WMO indelingen en samenwerkingsverbanden. Voorts is meer slagkracht georganiseerd door nog maar met één managementlaag te werken tussen bestuur en uitvoering alsmede door het bundelen van centrale staffuncties in een bedrijfsbureau en de afdeling Communicatie, marketing en accountmanagement. De nieuwe afdeling productontwikkeling waar dienstverleningsprogramma’s worden ontwikkeld vanuit de vraagzijde en worden afgestemd op de wensen van opdrachtgevers completeert het geheel. SNS – sociale netwerk strategie Na voorafgaand onderzoek inzake welke aanpak het best aansluit bij de vragen van onze doelgroep is in 2012 voluit gestart met inzet van de “sociale netwerkstrategie”. Dit betreft een methodiek die is ontwikkeld door onze collega’s van MEE ZHZ. Middels deze methodiek wordt het mogelijk om op zorgvuldige en duurzame wijze het netwerk te ontwikkelen en te activeren teneinde te voorzien in ondersteuningsvragen. Voorts voorziet deze aanpak in de continuïteit van deze inzet door een vinger aan de pols te houden en standby te zijn bij onvoorziene omstandigheden. Het nieuwe werken Gelijktijdig met de reorganisatie is per 1-1-2013 het nieuwe werken organisatiebreed ingevoerd. Dit was mogelijk omdat de gehele documentstroom inclusief cliëntdossiers medio 2012 volledig gedigitaliseerd is. Het aantal vierkante meters kantoorruimte is met ongeveer 600 m2 teruggebracht onder meer door het Centraal Bureau te verhuizen naar het kantoor aan de Hooikade in Delft. Het flexwerken is veel meer dan voorheen nu noodzaak. Om dit goed mogelijk te maken is het kantoor aan de Torenstraat in Den Haag grondig verbouwd en zijn de kantoren in Delft en Leiden aangepast.. Al deze veranderingen hebben tot resultaat dat de huisvestingskosten fors zijn gedaald en dat medewekers plaats-onafhankelijk hun werk kunnen uitvoeren. Ook het werken vanuit huis behoort nu tot de mogelijkheden.
Ziekteverzuimbeleid Veel aandacht is gegaan naar het terugdringen van het ziekteverzuim tot een verzuimpercentage van 5% of lager. Het jaar 2012 laat voor het eerst sinds jaren een verzuimpercentage beneden de 5% zien, nl 4,5%. De specifieke inzet van het management, de komst van een andere bedrijfsarts en de recessie zijn debet aan deze daling van het ziekteverzuim, zie ook hoofdstuik MEE Zuid-Holland Noord in cijfers.
3
Productie (geleverde diensten) In 2012 is de productiviteit conform de daarover gemaakte afspraken met het Ministerie van VWS verder verhoogd. Dit betekent dat we in 2012 met minder middelen (1,5%) ongeveer evenveel mensen hebben geholpen als het jaar daarvoor. Zie hoofdstuk MEE Zuid-Holland Noord in cijfers voor een verdere cijfermatige onderbouwing. Raad van bestuur mr. H. de Vos en drs. D. Ramlal
4
4.
Uitgelicht 2012 – Ontwikkelingen richting toekomst
4.1 Samenwerking met gemeenten in het werkgebied MEE Zuid-Holland Noord De samenwerking met de 27 gemeenten heeft in 2012 geleid tot nieuwe initiatieven en pilots. Daarnaast is sprake van ruime MEE-vertegenwoordiging door professionals, managers en bestuur in diverse werkgroepen, expertmeetings, stuurgroepen, zorgoverleggen etc. Vooruitlopend op de decentralisatie en transitie jeugdzorg is afgelopen periode veelvuldig geparticipeerd in gemeentelijke werkbijeenkomsten met als doel op lokaal niveau de verbindingen te leggen tussen zorg en welzijn. 1. Het gesprek’ in 15 gemeenten In het werkgebied van MEE Zuid-Holland Noord zijn gemeenten bezig vorm te geven aan de Kanteling en de toekomstige toegang tot zorg. Vraagverheldering behoort al jaar en dag tot het takenpakket van MEE en wordt vanuit AWBZ financiering voor nagenoeg elke cliënt uitgevoerd. Logisch dat gemeenten graag gebruik maken van de expertise en kennis van onze methodische vraagverheldering. In 15 gemeenten zijn pilots ‘Keukentafelgesprekken’ gestart om een brede intake te doen en vorm te geven aan de Kanteling en Welzijn Nieuwe Stijl. Om de werkwijze van de Kanteling aan te laten sluiten op de werkwijze binnen het Wmo-loket heeft de gemeente samenwerking gezocht met partners in het maatschappelijk veld. Dit zijn, gedurende de pilot, met name partijen die momenteel aansluiten op de cliëntdoelgroep van het Wmo-loket. De doelstellingen van de pilots zijn voornamelijk het realiseren van een uniforme leidraad voor het Gesprek, het opstellen van een competentieprofiel voor de gespreksvoerder, het vormen van een netwerk van gesprekspartners en het ontwikkelen van een set van werkafspraken. Gemeente Delft is het meest ver gevorderd en het stadium van pilot voorbij. De gekantelde werkwijze is ingebed en samen met de ouderenadviseurs en het Starpunt is een flexibele afstemming ontstaan. In een andere gemeente zoals Teylingen bijvoorbeeld heeft de pilot geleid tot prettige samenwerking met de andere Wmo-partners te weten, de ISD, Welzijn Teylingen en Kwadraad. Er wordt meer gebruik gemaakt van elkaars expertise waardoor er voor de burger die een Wmo-hulpvraag heeft een beter aanbod gedaan kan worden met soms een verassende uitkomst. 2. Cliëntparticipatie Gemeenten worden verantwoordelijk voor voormalige AWBZ taken die overgeheveld worden. Zij krijgen te maken met nieuwe aanvragers; voor cliënten van wie de indicatie afloopt en voor cliënten, waarbij de situatie verandert en daarom een nieuwe indicatie nodig is. De doelgroep is zeer divers: het gaat om ouderen, maar ook kinderen met een beperking, verstandelijk en lichamelijk beperkten of psychiatrische patiënten. Ook de typen begeleiding die mensen nodig kunnen hebben, varieert enorm. De gemeente zal met al deze groepen te maken krijgen en een passend welzijns- en zorgaanbod moeten bieden. Gezien de diversiteit is gebleken dat er behoefte bestaat om niet alleen meer inzicht te krijgen vanuit de vraagzijde, maar ook om de kennis en ervaring van cliënten te gebruiken bij het nieuw te ontwikkelen beleid. Cliëntenparticipatie geeft inzicht in de vraag en behoeften naar zorg van de verschillende doelgroepen die nu aanspraak maken op begeleiding binnen de AWBZ. Gemeenten dienen cliëntparticipatie een rol te geven en een goed voorbeeld betreft gemeente Leiden. Samen met deze gemeente heeft MEE inspanningen geleverd om aan de hand van de kennis en ervaring van de verschillende doelgroepen de behoefte te bepalen. Dit heeft geresulteerd in een boekje “ Clienten in beeld. Voor de gemeente Leiden vormt de informatie uit de interviews een belangrijke basis voor nadere gesprekken met zorgaanbieders, cliënten en hun directe omgeving. Op deze 5
manier kan goed, nieuw beleid ontwikkeld worden, dat iedereen in staat stelt om in de samenleving te participeren. De kennis van ervaringsdeskundigen is van onschatbare waarde en zal gebruikt worden voor, tijdens en na de transitie van AWBZ naar Wmo (2012 – 2016). Cliënten kunnen op deze manier de visie- en beleidsontwikkeling ten aanzien van veranderingen in de Wmo mede beïnvloeden. Juist de ervaringsdeskundigen hebben een bijdrage geleverd aan het bieden van oplossingsrichtingen vanuit de praktijk. 3. Project Leerlingenvervoer Twee gemeenten, te weten Alphen aan den Rijn en Pijnacker-Nootdorp, hebben MEE benaderd met de vraag; kan MEE iets betekenen voor de leerlingen van het speciaal onderwijs die hun vervoersvoorziening kwijt raken, bijvoorbeeld een training aanbieden om met het openbaar vervoer te leren reizen. In 2012 zijn twee projecten gestart en ligt de uitvoering bij MEE Zuid-Holland Noord, VTV Leiden en VTV Delft. De aangemelde leerlingen kregen een intake van de MEE consulent, deze verzamelde informatie bij de ouders, de school en het netwerk over de leerbaarheid en de kwetsbaarheid van de jongere. Na een positieve intake werd gestart met de trainingen. Gemiddeld 6 opkomsten waren nodig om de leerlingen met het openbaar vervoer te kunnen laten reizen. In een aantal gevallen bleek dat zelfstandig reizen op dit moment nog niet haalbaar was. Zij kregen een negatief advies en daarmee toch recht op een vervoersvoorziening, een enkeling daarvan helaas niet. De meesten zijn getraind en kunnen nu gebruik maken van het openbaar vervoer. De kostprijs van het reizen met het openbaar vervoer wordt door de gemeente vergoed. 4. Pilot ‘ Van indiceren naar arrangeren’ Met de invoering van passend onderwijs en de transitie van de jeugdzorg vervalt de huidige indicatiestelling voor speciaal onderwijs, jeugdzorg, jeugd-ggz en jeugd-lvb. In de pilot die in 2012 is gestart wordt onderzocht hoe de toegang tot ondersteuning en hulp vanaf 2015 beter kan worden georganiseerd. Uiteindelijk is het de bedoeling dat er een integrale werkwijze komen voor jeugdigen en gezinnen die extra ondersteuning nodig hebben. MEE ZHN heeft gezamenlijk met andere partners deelgenomen aan de pilotteams in Leiden, Noordwijk en Alphen aan den Rijn. De partners zijn Centrum voor jeugd en gezin, bureau jeugdzorg, maatschappelijk werk, huisartsen en vertegenwoordigers van de zorgteams van scholen. De jarenlange ervaring en deskundigheid die er is bij de MEE-consulenten op het gebied van 1 gezin 1 plan bleek goed inzetbaar. Wanneer een gezin kampt met meerdere problemen, is het noodzakelijk de benodigde zorg- en hulpverlening zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. Eén gezin, één plan dus! En geen 22 plannen van evenzoveel hulpverleners want dat is verre van effectief. In de tot nu toe behaalde resultaten lijkt het arrangeren van de ondersteuning op basis van 1Gezin1Plan een goede doelstelling. De pilot loopt door tot medio 2013 en in een slotbijeenkomst zullen de resultaten gepresenteerd worden.
6
4.2
Werkconferentie 27 november 2012
Meer welzijn, minder zorg Op 27 november kwamen zo'n 300 collega's bijeen in het Haagse Zuiderpark om de werkconferentie ‘Meer welzijn, minder zorg’ bij te wonen. Aanleiding voor deze werkconferentie was onze aangescherpte visie op cliëntondersteuning. Door de forse bezuinigingen, overheveling van taken naar het gemeentelijk domein en een veranderende visie op samenleven is een nieuwe aanpak alsmede een herordening van activiteiten binnen zorg en welzijn nodig. Om deze nieuwe aanpak en herordening met de gehele organisatie te laten beleven is gekozen voor een werkconferentie. Professor dr. Hans Ewijk, bijzonder Hoogleraar Grondslagen van het maatschappelijk werk betoogde meer welzijn en minder zorg en de gevolgen voor het maatschappelijk werk. Het onderwerp ‘ MEE doen, over inclusie als weerbarstige opgave’ werd door dr. Hans Kröber, voormalig bestuurder Pameijer, voor het voetlicht gebracht. In workshops is door de deelnemers hard gewerkt aan de thema’s Innovatie, het Omdenken, Walk no talk, het Nieuwe werken en Zelfstandigheid. Verdieping en inspiratie om onze dienstverlening de komende maanden verder te profileren is hetgeen wat ons met deze werkconferentie voor ogen stond. De richting is helder. MEE ontwikkelt zich verder om nog effectiever de mogelijkheden van onze cliënten en hun omgeving te activeren waarbij we er ons op richten via samenwerking met andere partijen een toekomstbestendig gebiedsgericht aanbod te creëren.
Op deze dag hebben we kunnen vaststellen dat door de inzet van MEE langdurige, zware en kostbare vormen van zorg kunnen worden uitgesteld of zelfs worden voorkomen. Meer welzijn betekent in ons geval dus letterlijk: minder zorg. Juist in deze tijd, waarin moet worden bezuinigd op de zorgkosten en gemeenten nieuwe verantwoordelijkheden krijgen vanwege de overheveling van AWBZ naar WMO, is het belangrijk om het ondersteuningsaanbod voor mensen met een beperking op hoog niveau te blijven aanbieden. Zodat het welzijn van deze groep kwetsbare burgers geen zorg wordt. Meer welzijn, minder zorg is het thema voor het jaar 2013
7
4.3 Interview met Annemarijn Lans – van stafmedewerker innovatie naar manager productontwikkeling.
‘Meer welzijn, dat is een zorg minder’ Manager productontwikkeling Annemarijn Lans hoeft niet lang na denken over de vraag welke belangrijke ontwikkelingen bij MEE Zuid-Holland Noord in 2012 genoemd moeten worden. "Ik denk dan meteen aan de doorontwikkeling en implementatie van onze sociale netwerk strategie. Deze aanpak is, in deze tijd, cruciaal. Samen met de persoon met de beperking onderzoeken we hoe de kwaliteit van leven gehandhaafd of verbeterd kan worden. Het uitgangspunt voor de oplossing is de eigen regie en eigen kracht van iemand. Daarbij betrekken we actief het sociale netwerk van mensen. Wie in de directe omgeving zouden ook iets kunnen betekenen? Wat het lastig maakt, is dat de netwerken van mensen met een verstandelijke beperking vaak klein en kwetsbaar zijn. Het vraagt dan ook om heel wat inventiviteit en kennis om deze netwerken in beeld te krijgen, te activeren en/of te verstevigen. Maar als er een groep professionals is die ondanks die belemmeringen toch het onderste uit de kan haalt, dan zijn het onze consulenten wel. De maatschappelijke en vakinhoudelijke verschuiving van zorgen voor naar zorgen dat maakt dat onze consulenten in de ‘kantelstand’ moeten staan. Omdenken. Een andere methodiek hanteren. We zijn daarom intensief bezig met het implementeren en doorontwikkelen van deze aanpak. En met het creëren van producten die hierop gebaseerd zijn. Een mooi voorbeeld daarvan vind ik de cursus Dit is Fit, die we het afgelopen jaar hebben ontwikkeld en die we in drie gemeenten op locaties voor sociale werkvoorziening hebben gegeven. Het is een cursus waarin de deelnemers veel leren over gezond leven en hun eigen zorgplan voor een gezonde leefstijl maken. Om de uitvoering van dat plan te borgen wordt actief bekeken wie in hun sociale netwerk daarbij op de een of andere manier steun kan bieden en hoe. ‘Durf te vragen’ leren we van elkaar. Door de vele positieve reacties die we van de cursisten kregen zijn we alweer aan het nadenken over een goed vervolg. Waarbij we steeds op zoek gaan wat mensen zelf kunnen doen. Door uit te gaan van eigen kracht van iemand en het natuurlijke netwerk in te zetten worden oplossingen steviger en meer ‘geborgd’ dan als er alleen hulpverleners aan de slag zijn. Door op deze manier met het welzijn van mensen bezig te zijn kunnen zwaardere vormen van zorg worden voorkomen of uitgesteld. Onze aanpak speelt daarmee in op de maatschappelijke verschuiving die plaatsvindt: naar meer welzijn. En dat is een hele zorg minder."
8
4.4.
MEE groeien … MEE Zuid-Holland Noord en productontwikkeling
De cliëntondersteuning van MEE is effectief*: Door de inzet van MEE kunnen langdurige, zware en kostbare vormen van zorg worden uitgesteld of zelfs worden voorkomen. Meer welzijn betekent in ons geval dus letterlijk: minder zorg. Juist in deze tijd, waarin moet worden bezuinigd op de zorgkosten en gemeenten nieuwe verantwoordelijkheden krijgen vanwege de overheveling van AWBZ naar WMO, is het dus belangrijk om het ondersteuningsaanbod voor mensen met een beperking op hoog niveau te blijven aanbieden. Zodat het welzijn van deze groep kwetsbare burgers geen zorg wordt. Wij als MEE Zuid-Holland Noord zetten onze jarenlange ervaring en deskundigheid graag in om er -juist nu- nog meer te zijn voor mensen met een beperking. Met onze sociale netwerkstrategie als basis, bieden wij onze ondersteuning zo licht als kan en zo zwaar als nodig, aan. Omdat we een kennisorganisatie zijn, is het fundament van een heldere kennis- en innovatiestructuur binnen MEE uiteraard al aanwezig. Met als doel nog slagvaardiger en efficiënter in te kunnen spelen op de veranderingen in het sociale domein, zijn in 2012 de voorbereidingen getroffen om Kennis en innovatie onder te brengen bij een nieuwe afdeling: Productontwikkeling. Deze afdeling wordt verantwoordelijk voor het verdiepen en ontsluiten van de inventiviteit en kennis van onze medewerkers. En voor het innoveren en aanscherpen van onze dienstverlening. Belangrijke bouwstenen van de afdeling zijn ‘de zelfstandig professional als kennismanager’; onze 5 zelfsturende vakgroepen; het ‘Opleidingenhuis’; coaching/intervisie; het ‘Innovatieplatform’ en het ‘MEE ZHn Lab’ voor onderzoek en ontwikkeling. Met het realiseren van de afdeling productontwikkeling geloven wij dat we nog flexibeler en krachtiger kunnen inspelen op de specifieke behoeften en wensen van onze (toekomstige) opdrachtgevers en samenwerkingspartners. Dat zijn onder meer de 26 gemeenten in de regio Zuid-Holland noord. Maar bovenal de mensen met een beperking die in die gemeenten wonen. Met deze afdeling creëren we nog nadrukkelijker meer welzijn. En dat is een zorg minder! De notitie Maatschappelijke business case: MEE als publieke waarde van bureau Ernst and Young beschrijft hetgeen waar MEE Zuid-Holland Noord zich gedurende lange tijd al voor inzet en ook in het verslagjaar effect heeft. MEE Zuid-Holland Noord blijft zich in deze uitgezette lijn verder ontwikkelen. • Maatschappelijke business case: MEE als publieke waarde (2010), Ernst and Young. http://www.mee.nl/upload/File/mBC_LR.pdf
9
4.5. Uitgelicht 3 - Interview – Yvonne Zuidgeest – accountmanagement en WMO ontwikkelingen Gemeenten en andere externe organisaties
‘Je gaat met elkaar een dialoog aan’ Voor Yvonne Zuidgeest, manager CMA, was 2012 een jaar met veel veranderingen. En onzekerheid. Maar dat laatste ziet ze als een grote uitdaging. “Door de val van het kabinet in 2012 was het een tijd onduidelijk hoe de decentralisatie van de zorg verder zou gaan verlopen. Veel van wat er speelde tegen de achtergrond van deze transitie is on hold gezet bij de gemeentes, maar ‘welzijn nieuwe stijl’ is wel doorgelopen.
Ik ben blij met de nieuwe verbindingen die hieruit zijn ontstaan en waar MEE volop aan deelneemt. Bijvoorbeeld in de pilots bij de diverse gemeenten en het ontstaan van focusgroepen waar cliënten hun inbreng hebben en in gesprek gaan met ambtenaren. We zijn meer dan ooit gaan denken vanuit de waarde die een professional met zich meebrengt en minder vanuit de organisatie. We nemen deel aan de sociale teams in gemeentes om met verschillende partners een probleem of casus van kwetsbare burgers beet te pakken. Je deelt dus verantwoordelijkheid en belegt de regie. En je zoekt naar goede oplossingen, ook als die buiten je eigen organisatie te vinden zijn. Je gaat met elkaar een dialoog aan om te kijken wat het beste is voor de burger om wie het gaat. Maar eigenlijk is dat voor ons altijd al een kerntaak geweest. Voor het voeren van Wmokeukentafelgesprekken zijn onze consulenten bijvoorbeeld vanuit hun professionaliteit helemaal toegerust. Want het gaat hier natuurlijk om hulpvraagverduidelijking. Wat heeft iemand nodig om mee te kunnen doen? Dat moet leidend zijn. Niet de beperking van iemand. De uitdaging is om het zo eenvoudig mogelijk te maken en dat vraagt van gemeenten een goed inzicht in onze doelgroep en de behoeften die er zijn. We streven naar meer welzijn en minder zorg. Dat is de trend die is ingezet in 2012 en waar we op zullen blijven inspelen.”
10
4.6
Uitgelicht -Project Gezonde Leefstijl
In 2012 is het in 2011 ingezette project ‘Gezonde Leefstijl’ bij MEE ZHN verder ontwikkeld. De bedoeling van het project is voor mensen met een licht verstandelijke beperking een pakket aan dienstverlening te ontwikkelen dat aandacht schenkt aan de gezondheid. Met verschillende activiteiten is geprobeerd de groep licht verstandelijk beperkten aan te sporen bewuster zorg te dragen voor hun gezondheid en hun omgeving. Een gezonde levensstijl verbetert immers de kwaliteit van leven en waardoor problemen, met daarbij gepaard gaande kosten deels voorkomen kunnen. Het project is opgebouwd uit een aantal aandachtsvelden waarbij het van belang is te weten dat deze aandachtsvelden niet op zichzelf staan maar tezamen het totaalgebied vormen van een gezonde leefstijl; veel bewegen in combinatie met gezonde voeding draagt daar aan bij. De aandachtsgebieden van de ‘gezonde leefstijl’ zijn: Voeding (overgewicht) Hygiëne Beweging Middelengebruik Omgaan met stress Vriendschap & Relaties In 2012 is de cursus ‘Dit is Fit’ ontwikkeld, een basiscursus die aan elk aandachtsgebied aandacht schenkt. De ‘verdiepingscursussen’ die op de basis moeten gaan volgen zijn in ontwikkeling zodat deze in 2013 gegeven kunnen worden. In 2012 heeft de cursus ‘Dit is Fit’ een start gemaakt als pilot binnen 3 sociale werkvoorzieningen in de 3 regio’s van MEE Zuid-Holland Noord. Uit de evaluatie blijkt dat de cursus zowel kwalitatief als kwantitatief, positief gewaardeerd wordt door de betrokkenen. De door deelnemers zelf aangegeven toename in kennis voor- en na de cursus is behoorlijk groot te noemen. De conclusie is dan ook in 2013 een vervolg aan het project gezonde leefstijl te geven.
11
5.
Kwaliteit bij MEE in 2012
MEE ZHN stelt zich ten doel om haar dienstverlening op een hoog niveau uit te voeren. Het leveren van kwaliteit dus! Kwantiteit wordt hierbij niet vergeten want doel is tevens zo efficiënt mogelijk te werken zodat MEE ZHN alle cliënten die van haar dienstverlening gebruik willen maken op een goede manier van dienst kunnen zijn. Dit doen wij door het stellen van doelen die in de jaarplannen van de verschillende afdelingen worden vastgelegd. Twee maal per jaar zijn deze doelen in het Centraal Management Team onderwerp van gesprek en wordt bekeken of de planning nog in de pas loopt of dat bijgesteld moet worden. Verder vindt eenmaal per jaar een directiebeoordeling plaats over de werking van het kwaliteitsmanagementsysteem en worden nieuwe doelstellingen voor de komende periode vastgelegd. Om te bepalen of beleid of onderdelen van het kwaliteitsmanagementsysteem bijgesteld of aangepast moet worden, worden onder andere metingen en onderzoeken uitgevoerd op het gebied van managementrapportage, interne en externe audits worden gehouden en is sprake van het houden van klant- en medewerkers onderzoeken. De uitkomsten van deze metingen vormen de input voor de directiebeoordeling. MEE ZHN is ISO 9001 gecertificeerd. In juni 2012 heeft een tussentijdsonderzoek plaatsgevonden. Interne audits: Een audit is het vormen van een onafhankelijk en deskundig oordeel over de betrouwbaarheid, doeltreffendheid en doelmatigheid van de ontwikkeling en het gebruik van informatiesystemen. De geplande interne audits voor 2012 zijn voor MEE ZHN en +Support uitgevoerd. De geconstateerde afwijkingen en verbeterpunten zijn met directie en betreffende managers besproken waarbij de oorzaak van de afwijking is vastgesteld en tot een oplossing is gekomen. Klanttevredenheidsonderzoek: In het vierde kwartaal van 2012 is MEE gestart met het op een andere wijze van het meten van klanttevredenheid. Elke cliënt waarbij de dienstverlening stopt wordt in de gelegenheid gesteld om zijn/haar mening betreffende de dienstverlening kenbaar te maken. Dit kan door het invullen van een enquête welke te bereiken is via de website. Ook kan er direct gebruik gemaakt worden van een link welke in de digitale beëindigingbrief vermeld staat. In 2013 worden de eerste resultaten van deze nieuwe en andere wijze van meten, zichtbaar. Klachtbehandeling MEE ZHN: In 2012 zijn in totaal 10 uitingen van ontevredenheid door cliënten ontvangen en behandeld. Twee klachten zijn behandeld in de Provinciale Klachtencommissie voor MEE organisaties in Zuid-Holland. In alle gevallen is de geuite ontevredenheid besproken en dit heeft geleid tot een correcte afhandeling en/of vervolg van de dienstverlening. In het kader van de kwaliteitsnormering zijn organisatiebreed intern verbeterpunten aangebracht waar het gaat om de communicatie met de cliënt en het aangeven en benadrukken van de mogelijkheden in de begeleiding vanuit MEE ZHN. Provinciale Klachtencommissie MEE organisaties in Zuid-Holland. De Provinciale Klachtenregeling MEE Rotterdam Rijnmond, MEE Zuid-Holland Noord en MEE Plus groep in Zuid-Holland is met ingang van 1 januari 2010 in werking getreden met een looptijd tot 1 januari 2015, nadat instemming is verkregen vanuit de cliëntenraad van MEE ZHN. Voor de beoordeling van klachten over een MEE organisatie in de provincie Zuid Holland is voornoemde Provinciale Klachtencommissie actief. In deze commissie hebben vertegenwoordigers zitting namens cliënten en op voordracht van de MEE organisaties. Op dit moment bestaat de commissie uit een viertal commissieleden. De coördinatie van de klachtbehandeling door deze commissie berust bij MEE Zuid-Holland Noord. De behandeling van een klacht wordt steeds door drie leden (één namens de cliënten, één namens de MEE organisaties en een onafhankelijk voorzitter) gedaan. Een klacht, wil die door de commissie in behandeling worden genomen, moet gericht zijn op het- uiteraard naar de mening van de klager(s)- niet juist handelen van een of meerdere medewerkers van een MEE organisatie. Ook het achterwege laten van handelen/ondersteuning waarop wel recht zou bestaan, kan tot een klacht leiden. In 2012 is een aantal klachten van de deelnemende MEE organisaties behandeld en door de commissie beoordeeld. Naar aanleiding hiervan zijn adviezen gegeven om herhaling van deze situaties te voorkomen. 12
Cliëntvertrouwenspersoon Via het Landelijk Steunpunt Medezeggenschap (LSR) is aan dezelfde deelnemende MEE organisaties voor klachtbehandeling, een cliëntvertrouwenspersoon beschikbaar gesteld. Deze cliëntvertrouwenspersoon heeft als doel de individuele cliënt te ondersteunen in het verwoorden van klachten en het ondersteunen bij het verbeteren van de situatie waarover onvrede bestaat. Op deze wijze wordt de onafhankelijkheid het meest gegarandeerd en is sprake van een weloverwogen partijdigheid voor de cliënt. De cliëntvertrouwenspersoon maakt jaarlijks een geanonimiseerde rapportage van de inhoud van het werk voor de MEE organisaties. Dit gebeurt volgens de hiervoor ontwikkelde standaarden. In de contract periode aug. 2011 – aug. 2012 hebben twee cliënten van de ondersteuning van het LSR gebruik gemaakt.
Juridische dienstverlening De Juridische Dienst van MEE ZHN heeft samengevat de volgende taken: 1. Het geven van algemene informatie en voorlichting aan de consulenten en andere belangstellenden over de wet- en regelgeving waar de doelgroepen van MEE mee te maken hebben en het up to date houden van de juridische informatie op intranet; 2. Het geven van vraaggerelateerde informatie en advies op maat aan de consulent die te maken krijgt met complexe vragen van cliënten op sociaal juridisch gebied; 3. Het geven van advies en ondersteuning aan de consulent die gevraagd wordt een cliënt terzijde te staan in een bezwaar-, klacht- of andere lichte juridische procedure; 4. Het leveren van een bijdrage aan de juridisch verantwoorde werkwijze van MEE, bijv. door gerichte advisering van de consulenten ten aanzien van de omgang met privacy gevoelige cliëntgegevens; 5. Het bieden van ondersteuning op instellingsniveau bij het ontwikkelen/bijstellen van beleid met een uitgesproken juridische component. In dit jaarbericht is te lezen met welke werkzaamheden de Juridische Dienst zich in 2012 heeft bezig gehouden. Het bevat zowel kwantitatieve als kwalitatieve gegevens. Het jaarbericht van de juridische dienst maakt deel uit het zogenaamde risicomanagement dat vanuit MEE Zuid-Holland Noord wordt gevoerd. De Juridische dienstverlening heeft in het verslagjaar 2012 aandacht besteed aan de volgende zaken: In 2012 het aantal vragen over :
Totaal
Informatie Advies
9 868
Procedurele ondersteuning
45
TOTAAL
1022
Vragen opgesplitst naar doelgroepen
Totaal
LG
292
VG
586
Anders Onbekend
133 11
TOTAAL
1022
13
Mishandeling en misbruik - Team consultatie extra (TCE-team) in 2012 MEE ZHN en Stichting VTV zijn van mening dat iedereen beschermd dient te worden tegen alle vormen van lichamelijk of geestelijk geweld, letsel of misbruik, lichamelijke of psychische verwaarlozing of nalatige behandeling, met inbegrip van seksueel misbruik materieel en financieelmisbruik. Het beleid van MEE ZHN is er daarom op gericht in te grijpen zodra gesignaleerd wordt dat een cliënt (vermoedelijk) slachtoffer of dader van mishandeling is. Interne meldingsplicht Elke consulent/medewerker/vrijwilliger heeft een interne meldingsplicht. Als een consulent tijdens de intake of hulp/dienstverleningsfase aan de cliënt vermoedens krijgt van mishandeling of hoort dat de cliënt dader of slachtoffer is, moet de consulent het registratie-/ meldingsformulier invullen en dit opsturen naar de leden van het Team Consultatie Extra (TCE) en eigen teamleider. Medio 2013 zal de Verplichte Meldcode ingevoerd worden. Dit betekent sprake is van een verplichting voor een groot aantal sectoren, waaronder de MEE-organisaties, tot het hebben van een meldcode met betrekking tot huiselijk geweld en kindermishandeling, en het trainen van medewerkers in het omgaan hiermee. Deze meldcode verplicht organisaties om te signaleren en te melden. Het betreft zaken als misbruik, mishandeling, huiselijk geweld, uitbuiting; zowel bij kinderen als bij volwassenen. In verband hiermee is in het verslagjaar 2012 bekeken of MEE voldoet aan een tweetal eisen: voldoet ons protocol aan de landelijke meldcode voldoet MEE Zuid-Holland Noordj aan de eis m.b.t. de scholing van medewerkers. Na een inventarisatie bleek het protocol van MEE ZHN grotendeels te voldoen aan de landelijke meldcode. Het protocol is daarop vervolgens aangepast. Belangrijk was aandacht te besteden aan het scholen en trainen van de eigen medewerkers. De aandachtsfunctionarissen TCE hebben hiertoe de basiscursus van twee dagdelen ontwikkeld genaamd ‘(kinder) mishandeling, misbruik en (huiselijk) geweld: signaleren en hoe te handelen volgens meldcode. In en in het eerste halfjaar van 2013 worden medewerkers geschoold. In de cursus wordt aandacht besteed aan het herkennen van signalen van geweld, hoe daarin te handelen, de meldcode en interne werkwijze (het protocol). De aandachtsfunctionarissen zorgen ervoor dat hun kennis up to date blijft door het volgen van symposia, congressen en cursussen. Verder maken zij deel uit van een groot aantal overlegvormen met ketenpartners. De aandachtsfunctionarissen zorgen er gedurende het gehele jaar voor dat medewerkers van MEE ZHN op de hoogte worden gebracht van belangrijke ontwikkelingen op dit gebied. Alle medewerkers zijn verplicht gesteld een (TCE)registratie aan te maken wanneer een cliënt pleger of slachtoffer is (geweest) van een vorm van geweld. In 2012 hebben in totaal 371 TCE registraties plaatsgevonden.
14
6
MEE Zuid-Holland Noord in cijfers
6a. Productieoverzichten en toelichting. Aantal afgesloten diensten Conform de landelijke richtlijnen voor het verkrijgen van subsidie AWBZ-taken registreert MEE ZuidHolland Noord de door haar verleende diensten aan individuele cliënten in de vorm van producten, de zogenaamde ‘MEE diensten’. Daarnaast worden cursussen en trainingen geboden aan groepen. Al deze (cliënt)gegevens zijn opgenomen in het geautomatiseerde cliëntregistratiesysteem. In het verslagjaar zijn voorbereidingen getroffen om in het registratiesysteem de bij de producten (diensten genaamd) aangegeven modules om te zetten naar dienstmodules conform de landelijke afspraken daarover met MEE Nederland. Met ingang van 1 januari 2013 zal invoering van deze registratie een feit zijn en zijn alle uitvoerend medewerkers via een train the training uitvoerig over de nieuwe wijze van registreren, geïnformeerd. Het totaal aantal afgesloten diensten in het jaar 2012 is licht toegenomen ten opzichte van het voorgaande jaar en bevindt zich op het productieniveau tussen 2010 en 2011. Eén van de oorzaken is dat de gemiddeld per dienst bestede tijd bij de meeste diensten iets is afgenomen ten opzichte van 2011. De begrote productieafspraken voor 2012 zijn behaald. Het jaar 2012 levert op basis van bovenstaande grondslagen de volgende informatie. Aantal afgesloten diensten (actief in jaar)
2009
Informatieverstrekking en advisering (A-dienst)
7.098
8.419
8.008
8.699
Vraagverduidelijking (B1- dienst)
3.472
3.654
3.624
3.459
4.695
4.736
4.383
Voorkomen en bemiddeling van bezwaar en beroep (b3-dienst)
168
186
148
160
Evaluatie van externe dienstverlening en zorg (B4-dienst)
437
434
342
390
Ondersteuning in crisissituatie (B5-dienst)
480
244
193
220
Volledige beeldvorming (C-dienst)
427
470
495
385
Kortdurende en kortcyclische ondersteuning (D-dienst)
738
806
702
978
17.515
19.275
Aanvragen en realiseren dienstverlening en zorg (B2 dienst- begeleiden bij en naar)
Eindtotaal
2010
2011
2012
4.365
17.936 18.656
Aantal modules bij afgesloten diensten Iedere dienst door MEE Zuid-Holland Noord geleverd aan cliënten is onderverdeeld in zogenaamde modules. Deze modules geven de organisatie een duidelijker beeld van hetgeen cliënten wordt geleverd. En levert daarbij voldoende informatie op om de interne deskundigheid evenredig af te stemmen. Waar nodig is bijsturing sneller mogelijk. Het jaar 2012 toont aan dat veel behoefte is aan vormen van begeleiding van de cliënt en de module begeleiding en verbetering in de thuissituatie is een dienst die veel wordt geleverd en waar MEE ZHN in een duidelijke behoefte voorziet evenals de module begeleiden naar wonen. Bij een actieve dienst kunnen meerdere modules van toepassing zijn. Zoals voorgaand gemeld zal per 1 januari 2013 inhoudelijk een andere invulling worden gegeven aan
15
deze modules, gekoppeld aan de landelijke registratienorm voor MEE-diensten. Bijkomstig wordt bij het beëindigen van deze modules naar behaalde resultaten gevraagd en vervolgens worden deze resultaten geregistreerd. 2012 - aantallen Modules bij afgesloten diensten Module (naam)
Totaal
Advies en begeleiding aangaande regelingen sociale zekerheid
414
Begeleiding bij opvoedingsvragen
300
Begeleiding bij psychosociale problemen
431
Begeleiding bij zelfstandig functioneren
435
Begeleiding naar beschut werk
189
Begeleiding naar regulier werk
147
Begeleiding naar reguliere dagopvang
26
Begeleiding naar schuldsanering
216
Begeleiding naar speciale dagopvang
194
Begeleiding naar verbetering in de (thuis)situatie
2.432
Begeleiding naar vrijetijdsbesteding Begeleiding naar wonen
293 1.163
Bezwaar & beroep
156
Casemanagement
389
Crisisinterventie
215
Evaluatie/coördinatie/ondersteuning bij conflicten
385
Informatieverstrekking & advisering
6.116
Leun- en steuncontacten
1.353
Nazorg
620
Supports Intensity Scale (SIS)
68
Toeleiden naar juridische maatregel
135
Toeleiden naar regulier onderwijs
56
Toeleiden naar speciaal onderwijs
128
Volledige beeldvorming
383
Vraagverduidelijking
3.351
Wachtlijstbegeleiding Eindtotaal
315 19.910
16
Afgesloten diensten aan individuele cliënten Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het welzijn van hun burgers. Voor MEE Zuid-Holland Noord de reden om de afgelopen jaren de samenwerking met gemeenten te intensiveren en meer te betrekken bij haar dienstverlening. Onderstaande tabel toont het aantal geleverde diensten aan cliënten in de gemeente waar cliënt woonachtig is. Alleen gemeenten in het werkgebied van MEE ZHN zijn in deze tabel opgenomen. Incidenteel levert MEE ook diensten aan cliënten buiten haar werkgebied, meestal is dan sprake van het begeleiden van cliënten vanuit een (Woon)voorziening vallend buiten het werkgebied met een voorkeur om binnen het werkgebied van MEE ZHN te wonen en/of werken. In het verslagjaar zijn 235 diensten geleverd aan cliënten met een verblijfadres buiten het werkgebied van MEE Zuid-Holland Noord. afgesloten diensten aan individuele cliënten -per gemeente in het werkgebied van MEE ZHN Gemeente :
geleverde diensten 2011
geleverde diensten 2012
799
968
1.333
1.610
Hillegom
193
217
Hoek van Holland
63
85
Kaag en Braassem
147
187
Katwijk
742
634
Leiden
1.389
1.546
Leiderdorp
197
239
Leidschendam-Voorburg
449
511
Lisse
164
212
Maassluis
354
368
Midden-Delfland
134
62
Nieuwkoop
200
188
Noordwijk
206
242
Noordwijkerhout
133
158
Oegstgeest
142
154
Pijnacker-Nootdorp
405
354
Rijnwoude
178
86
Rijswijk
404
400
6.286
5.831
Teylingen
231
259
Vlaardingen
833
930
Voorschoten
146
195
Wassenaar
145
95
Westland
838
749
1.769
1.692
Alphen a/d Rijn Delft
's-Gravenhage
Zoetermeer
17
afgesloten diensten aan individuele cliënten -per gemeente in het werkgebied van MEE ZHN Gemeente :
geleverde diensten 2011
geleverde diensten 2012
Zoeterwoude
79
66
17.959
18.038
Totaal geleverde diensten
Aantal actieve cliënten in 2012 Actieve cliënten periode 1-1-2012 t/m 31-12-2012 Peildatum leeftijd: 31-12-2012 Leeftijdscategorie
VG Cliënt
LG Client
ZG Client
Autisme IQ>70
Handicap Onbekend
Eindtotaal
0 t/m 4 jaar
120
64
10
7
341
542
5 t/m 12 jaar
819
95
15
201
204
1334
13 t/m 17 jaar
992
45
4
191
29
1261
18 t/m 23 jaar
1183
106
7
214
67
1577
24 jaar en ouder
1826
1246
38
282
472
3864
Eindtotaal
4940
1556
74
895
1113
8578
Verklaring van gebruikte afkortingen: Autisme IQ > 70 – mensen met een autistische stoornis.
1
LG - mensen met een lichamelijke handicap VG - mensen met een verstandelijke handicap ZG – mensen met een zintuiglijke handicap Handicap onbekend – wordt onder andere gebruikt bij zeer jonge kinderen waarvan mogelijk handicap onvoldoende bekend is.
1
De combinatie van verstandelijke handicap met een aan autisme verwante stoornis komt veel voor. Bij dergelijke combinaties blijft het de
verstandelijke beperking die geregistreerd wordt, waarvan autisme als bijkomende beperking wordt opgenomen.
18
Cursussen, trainingen en ontmoetingsgroepen (CT&O) MEE ZHN kent een divers aanbod van cursussen, trainingen en ontmoetingsgroepen voor mensen met een beperking of chronische ziekte, maar ook voor hun partners, ouders of andere betrokkenen. Voorbeelden zijn de weerbaarheidtrainingen voor jongeren, de groepen voor broertjes en zusjes van kinderen met een beperking en de gespreksgroepen voor partners van mensen met Autisme of nietaangeboren hersenletsel. Niet alleen cliënten van MEE maar ook mensen die geen cliënt zijn kunnen deelnemen aan deze cursussen of ontmoetingsgroepen, die op verschillende plaatsen in de regio Zuid-Holland Noord worden aangeboden. Door middel van een digitaal aanmeldformulier kan men zich aanmelden voor een cursus, training of ontmoetingsgroep. In 2012 heeft MEE onderstaand cursusaanbod in haar regio’s te Delft, Den Haag en Leiden gerealiseerd:
Cursussen: • • • • • •
Opvoeden & Zo Geld, wat doe je er mee? Omgaan met je moeilijk lerende puber Liefde of loverboys/-girls? Partnercursus voor vrouwen met een partner met (vermoeden) van een autisme spectrum stoornis Vriendschap, relaties en seksualiteit
Trainingen: • • •
Sociale vaardigheden Zeker en Sterk Weerbaarheid
Ontmoetingsgroepen: • • • • • •
Ontmoetingsgroepen voor ouders Broers en zussen - Brusjesgroep Zwangere meiden, jonge moeders Leven met een partner of familielid met NAH Moeders ontmoeten moeders Gespreksgroepen ASS (Autisme Spectrum Stoornis)
Zoals eerder in dit bericht staat beschreven is als pilot de training Dit is Fit gestart. Deze cursus zal in 2013 worden vervolgd.
19
6b. Personeelsgegevens Samenstelling personeelsbestand
6b. Personeelsgegevens Samenstelling personeelsbestand 31-12-2011 Aantal Fte medewerkers
31-12-2012 Aantal Fte medewerkers
Vrouwen
291
221,1
260
200,2
Mannen
56
48,7
50
44,6
MEE-ZHN
347
269,8
310
244,8
Leeftijdsopbouw vrouwen
mannen
Mannen en vrouwen
2010 12 89 76 98 60
2011 2 88 76 97 64
2012 1 62 61 72 64
2010 0 8 13 18 21
2011 0 5 13 16 24
2012 0 2 13 15 20
335
327
269
60
58
50
Leeftijdsgroep 15 t/m 24 jaar 25 t/m 34 jaar 35 t/m 44 jaar 45 t/m 54 jaar 55 t/m 64 jaar Totaal medewerkers
42,5
43,3
44,9
47,8
49,7
50,4
Gemiddelde leeftijd:
2010 12 97 89 116 81
2011 2 93 89 113 88
2012 1 64 74 87 84
395
385
310
43,3
44,2
45,8
Instroom medewerk(st)ers - ZHN 2010 Aantal medewerkers Vrouwen 23 Mannen 10 Totaal 33
2011 Aantal medewerkers 16,0 4 7,6 2 23,6 6 Fte
Fte 3,0 1,6 4,6
2012 Aantal medewerkers 0 0 0
Fte 0,0 0,0 0,0
Uitstroom medewerk(st)ers - ZHN 2010 Aantal medewerkers Vrouwen 30 Mannen 5 Totaal 35 Ziekteverzuimcijfers
2011 Fte
Aantal Fte medewerkers 20,5 24 15,2 3,5 7 5,0 24,0 31 20,3
2012 Aantal medewerkers 13 5 18
Fte 9,2 3,7 12,9
Meerjarentrend ziekteverzuim MEE-ZHN 20
Het ziekteverzuimcijfer over 2012 was het laagste verzuimpercentage in een reeks van 12 jaar. Duidelijk is sprake van stabilisering in het verzuim en daarmee gepaard gaande verzuimpercentage. Alle inzet is erop gericht deze stabilisering in 2013 vast te houden. 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
10,2%
8,0%
7,2%
5,6%
7,3%
7,8%
7,1%
7,9%
7,7%
7,8%
6,3%
6,4%
4,5%
De meldingsfrequentie laat zien het aantal malen dat een werknemer zich in een (jaar)periode heeft ziek gemeld. In 2012 is net als bij het verzuimpercentage sprake van stabilisering. 2008 Meldingsfrequentie per werknemer
1,95
2009 1,69
2010 1,33
2012
2011 1,19
1,19
In het streven naar terugdringing van het ziekteverzuim wordt het volgende beleid gevoerd:
De leidinggevenden fungeren als ‘Casemanager’ en zijn als zodanig verantwoordelijk voor de uitvoering van begeleiding en reïntegratie van arbeidsongeschikte medewerkers. Leidinggevenden zijn gecoached bij het in de praktijk brengen van hun vaardigheden op het punt van verzuimbegeleiding. De leidinggevenden ontvangen maandelijks een tot op het niveau van de afzonderlijke teams gedetailleerde rapportage van actuele verzuimcijfers. De Bedrijfsarts houdt in iedere MEE-vestiging periodiek spreekuren, waarvoor medewerkers worden opgeroepen. Er vindt op iedere MEE-locatie periodiek een Sociaal Medisch Overleg plaats waarin Bedrijfsarts, P&O en leidinggevenden overleggen over de stand van zaken en/of acties t.a.v. lopende (langdurige) ziekte-/reintegratiegevallen.
21
6c.
Jaarrekening – samenvatting 2012
BALANS PER 31 december 2012 (na bestemming van het Saldo van baten en lasten) 2 ACTIVA 31-12-2012 31-12-2011 VASTE ACTIVA 2.1 Materiële vaste activa Gebouwen 2.786.634 2.848.559 Verbouwingen 716.048 898.995 Installaties / inventaris 507.435 664.718 Automatiseringsapparatuur 271.405 337.790 Bedrijfsauto's 68.453 50.907 4.349.976 2.2 Financiële vaste activa Deelneming
6.000
4.800.970 6.000
6.000 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Vlottende activa Voorschotten/waarborgsommen Debiteuren Te ontvangen subsidies Pensioenpremies en sociale lasten Overige overlopende activa
18.450 233.694 175.497 31.378 392.334
2.8 Liquide middelen Totaal Activa 3 PASSIVA 3.1 Eigen vermogen Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve huisvesting Reserve werving pleeggezinnen Risicoreserve pleegzorg Overige reserves
6.000 17.895 151.743 0 20.643 580.737
851.352 1.848.414
771.018 392.037
7.055.742
5.970.026
1.016.133 659.335 643 3.785 254.173
673.703 1.202.100 643 3.785 251.476 1.934.069
3.2 Voorzieningen Niet verzekerde loonkst. ziekte/arbeidsongeschiktheid Voorziening huisvesting Voorziening PBL Voorziening Wachtgeld
85.399 261.700 585.865 483.487
2.131.708 85.399 274.900 427.509 0
1.416.451 3.3 Langlopende schulden Hypothecaire schuld
1.140.000
787.808 1.200.000
1.140.000
3.4 3.5 3.6 3.7
Kortlopende schulden Aflossingsverplichting hypothecaire schuld Crediteuren Te verrekenen subsidies Loonheffing Overige schulden Totaal Passiva
60.000 330.235 580.523 653.918 940.545
1.200.000 60.000 129.471 333.465 610.015 717.560
2.565.222
1.850.510
7.055.742
5.970.026
22
6d.
staat van baten en lasten
STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2012 in Euro's
Begroting
Baten
Baten en lasten 2012
2012
Baten en lasten 2011
Subsidie CVZ Subsidie VWS - AWBZ Overige subsidies Financiële baten Overige baten Doorbelasting overhead +Support
18.181.961 0 56.766 29.296 1.012.817 215.470
17.858.920 0 0 0 682.100 215.470
17.506.683 0 89.134 21.782 1.306.161 224.957
Totaal baten
19.496.310
18.756.490
19.148.717
14.035.875 143.712 1.710.268 1.371.987 63.410 674.355 1.488.109 206.233
15.021.840 16.770 1.370.900 610.430 0 66.510 472.260 1.197.780 0
14.293.268 235.900 1.655.662 1.315.085 0 66.299 463.117 1.196.084 0
19.693.948
18.756.490
19.225.415
Saldo van baten en lasten
-197.639
0
-76.698
Onttrekking overige reserve Leiden Onttrekking overige reserve bijzondere projecten Leiden Toevoeging bestemmingsreserve wachtgeldregeling Onttrekking bestemmingsreserve huisvesting Toevoeging exploitatieresultaat IVH D.Haag aan reserve IVH Toevoeging aan Reserve Aanvaardbare Kosten Toevoeging aan Reserve Aanvaardbare Kosten
0 0 0 -542.765 2.696 0 342.430
Lasten Personeel in loondienst Personeel niet in loondienst Organisatiekosten Personeelskosten PBL reservering 2012 Financiële lasten Afschrijvingskosten Huisvestingskosten Bijzondere lasten Totaal lasten
-197.639
0 0 0 -127.789 0 0 51.092 0
-76.698
23
Controleverklaring accountant
24
7.
Toezicht en medezeggenschap
7a. Raad van Toezicht in 2012
Samenstelling Raad van Toezicht MEE Zuid-Holland Noord Per 1 januari en 31 december 2012 de heer mr. dr. H.K. Fernandes Mendes
- voorzitter
mevrouw W. Huininga
- vervangend voorzitter
mevrouw drs. H.J. van den Berk
- lid
de heer R. Ramnath
- lid
de heer drs. J. Penninga
- lid
Vergaderingen De Raad van Toezicht is in het verslagjaar 2012 zes maal ter vergadering bijeengekomen. Tweemaal is overleg gevoerd met de Ondernemingsraad in een reguliere overlegvergadering van de Ondernemingsraad. De voorzitter Raad van Toezicht heeft deelgenomen aan het interne jaarlijkse voorzittersoverleg; een overleg georganiseerd voor de voorzitters van Raad van Toezicht en – Bestuur, Ondernemingsraad en Cliëntenraad . Onderwerpen ter bespreking – Vergaderingen Raad van Toezicht Veel tijd en aandacht is besteed aan strategische vraagstukken, het anticiperen op de toekomst in relatie tot het regeerakkoord en daaruit voortvloeiende bezuinigingsvoorstellen. Daarnaast zijn andere belangrijke ontwikkelingen gespreksonderwerp geweest Uitgebreide informatie besproken onderwerpen door de Raad van Toezicht De belangrijkste onderwerpen in 2012 •
•
•
• • •
In de thema gerichte bijeenkomst begin 2012 is door de Raad van Toezicht stilgestaan bij het zogenaamde “nieuwe werken”; de huidige werkplekindeling is achterhaald en mede vanwege de opgelegde bezuinigingen is herbezinning over de wijze waarop gewerkt gaat worden, realiteit. Voorafgaand is een werkbezoek gebracht aan The Red Apple in Rotterdam waar sinds kort het “nieuwe werken”is geïntroduceerd. De Raad van neemt kennis van de ontwikkelingen in nieuwe werken in relatie tot de bezuiniging. Wisseling accountantskantoor – mede in het kader van Good Governance is het gebruikelijk dat na een bepaalde periode de controle werkzaamheden voor de jaarrekeningen door een ander accountantsbureau uitgevoerd wordt. Op basis van voordracht wordt een definitieve keuze gemaakt door de leden Raad van Toezicht. De jaarrekeningen 2012 worden door het nieuwe kantoor gecontroleerd. Begin 2012 wordt de Raad van Toezicht geïnformeerd over de reorganisatieplannen. Verwacht wordt eind maart 2012 het reorganisatieplan gereed te hebben. Uitvoering van deze plannen staat gepland voor 1 januari 2013. Reorganisatie zal voornamelijk de overhead treffen inclusief de managementfuncties. Maart 2012 – De Raad van Toezicht maakt kennis met een afvaardiging van het nieuwe accountantskantoor en wordt geïnformeerd over de controlewerkzaamheden. Het transitieplan van de koepel MEE Nederland wordt besproken waarin samenwerking met gemeenten en WMO ontwikkelen onderwerp zijn. Het reorganisatieplan voor MEE ZHN wordt besproken en de Raad van Toezicht verleent goedkeuring. Het plan is in commissie voorbesproken. De werkgroep die aan de 25
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
totstandkoming van het voorstel heeft gewerkt, heeft met betrekking tot de Raad van Bestuur slechts haar voorkeur uitgesproken. Het reorganisatieplan en de stand van zaken m.b.t. de uitvoering ervan zal het gehele verslagjaar onderwerp van bespreking blijven. De huisvestingssituatie en daarmee gepaard gaande plannen worden besproken; locatie Leidschendam zal worden beëindigd met ingang van februari 2013. Medewerkers Leidschendam worden gehuisvest in bestaande locatie Delft. Locatie Torenstraat wordt of aangepast of er zal worden uitgekeken naar andere goedkopere huisvesting. Locatie Leiden zal een verdieping afstoten. Productiecijfers 2011 worden gepubliceerd en geconstateerd wordt dat deze op hetzelfde niveau als in 2010 zijn, te weten 104% van de toegekende subsidie. Voldoende om de gevraagde subsidie CvZ definitief te kunnen verantwoorden. Opnieuw heeft vanuit het Ministerie van VWS bijstelling naar beneden plaatsgevonden voor de normuren per dienst. Dit laatste betekent dat net als voorgaande twee jaren, meer productie voor dezelfde vergoeding geleverd moet worden Het ziekteverzuimpercentage over 2011 laat een gestage daling zien, maar het streefpercentage van 4,5 % in niet behaald. De Raad van Toezicht is tevreden over de behaalde resultaten. Jaarrekening 2011 wordt goedgekeurd. De bevindingen bij de controle worden in aanwezigheid van de accountant besproken. Van het accountantskantoor wordt afscheid genomen. De volgende jaarrekeningen worden door een ander accountantskantoor gecontroleerd. Vergadering Raad van Toezicht – mei 2012. De Raad van Bestuur laat weten dat het reorganisatieplan zal worden herschreven i.v.m. afwijzing door de vakbonden en het sociaal plan zal daarop worden aangepast. De Raad van Toezicht bespreekt de situatie over de samenstelling Raad van Bestuur en welke verantwoordelijkheden de Raad van Toezicht daarin heeft. Jaarverslag MEE ZHN (jaarbericht) 2011 wordt in concept op inhoud goedgekeurd. De leden spreken hun waardering uit voor hetgeen inhoudelijk is opgenomen over het functioneren van de Raad van Toezicht. Een overzicht van het aantal digitale bezoekers op de website van het jaarverslag MEE ZHN 2010 laat zien dat bij het raadplegen op onderwerp veel belangstelling was voor de productieoverzichten. In het kader van de gestelde kwaliteitseisen worden 3 documenten opnieuw vastgesteld, te weten 1) regeling periodieke bespreking van het functioneren en het periodiek beoordelen van het functioneren van de leden Raad van Bestuur, 2) document functieprofiel toekomstige leden Raad van Toezicht en 3) informatievoorziening aan de Raad van Toezicht. Op 2 juli 2012 is een werkbezoek gebracht aan het vrijetijdscentrum Parkoers. De werkzaamheden van de afdeling Vrijwillige Thuishulp en Stichting Mentorschap werden gepresenteerd. Informatie werd verstrekt over de wijze van verhuur op de locatie Parkoers. Tussentijdse rapportage over de ontwikkelingen m.b.t. toekomstige financiering van MEE organisaties. Het tripartiete overleg tussen VNG, MEE NL en Ministerie is mislukt, vervolg wordt verschoven tot na de verkiezingen in september 2012. Juli 2012- Reorganisatie MEE ZHN – het reorganisatieplan en sociaal plan zal zonder goedkeuring van de vakbonden worden uitgevoerd. In september worden gesprekken met betrokkenen gevoerd en de uitvoering staat gepland voor 1 januari 2013. Via een uitgegeven communiqué eind augustus 2012 door de Raad van Bestuur is de Raad van Toezicht geïnformeerd over de recent afgekondigde bezuinigingsvoorstellen door het Ministerie. VWS. Voor de MEE organisaties betekent dit een structurele korting van 12%. Halfjaarlijkse rapportages; Financiële rapportage eerste half jaar 2012 - tevens in commissie besprokenaangekondigde bezuinigingen zijn verwerkt evenals de resultaten m.b.t. de interne bezuinigingen die de afgelopen maanden zijn doorgevoerd. Productiecijfers MEE ZHN, 1e halfjaar 2012 – productie ligt op schema, ondanks verzwaring van de normering door het CvZ Ziekteverzuim, 1e halfjaar 2012 – laat een forse daling zien van het verzuimpercentage naar 4,6 %. Huidige recessie, evenals komst van nwe bedrijfsarts liggen mogelijk ten grondslag aan deze daling. Halfjaarlijkse rapportage m.b.t. Jaarplannen 2012 –MEE,VTV en +Support – gestelde doelen liggen over het algemeen op schema. De Raad van Toezicht laat weten dat behaalde halfjaarlijkse resultaten tot tevredenheid stemmen. 26
• •
•
•
•
•
•
• •
De documenten: het Reorganisatiebesluit MEE ZHN en het Sociaal Plan Stichting MEE ZHN, versie 26 juli 2012 zijn op enkele onderdelen aangepast en goedgekeurd. De Raad van Toezicht wordt in september 2012 uitvoerig door de Raad van Bestuur geïnformeerd over de uitvoering van het reorganisatiebesluit waar recent een aanvang mee is gemaakt. De Raad van Toezicht beseft dat het nemen van drastische maatregelen helaas een feit is, maar constateert dat de wijze waarop dit plaatsvindt zorgvuldig verloopt. Overleg wordt gevoerd over de samenstelling Raad van Toezicht en de wijze waarop in de nabije toekomst (2013) twee vacatures ontstaan in verband met het aflopen van de statutaire zittingstermijn. Besloten wordt dat een samenstelling van vijf leden Raad van Toezicht wenselijk is en blijft. De notitie van het bestuur over de toekomst van het uitvoerend werk van MEE onder de noemer “cliëntondersteuning – meer welzijn. minder zorg” wordt in september 2013 besproken. December 2012 – Stand van zaken reorganisatie wordt besproken -de uitvoering reorganisatie ligt op koers. Nieuwe teams zijn gevormd en de nieuwe overlegstructuur is bekend. Een begeleidingscommissie is ingesteld die de verdere implementatie gaat begeleiden. Het implementatieplan is met de Ondernemingsraad besproken en heeft draagvlak. Begroting 2013 MEE ZHN – de begroting is voorzichtig en behoudend opgesteld. De begroting is in commissie voorbesproken. Zichtbaar wordt dat de MEE-organisatie onder druk staat. Diverse (efficiency)kortingen in 2012, waarvan enkele op zeer korte termijn, heeft iedere keer geleid tot bijstelling. Een dergelijke situatie is zorgelijk, maar valt tevens niet aan te ontkomen. De Raad van Toezicht verleent goedkeuring aan de begroting 2013 voor MEE ZHN. Jaarplan 2013 MEE ZHN, VTV en +Support wordt, mede op advies van de commissie, goedgekeurd. Doelen zijn zorgvuldig geformuleerd en duidelijk afgestemd op de toekomst voor MEE richting “meer welzijn – minder zorg”. Doelen worden ontwikkeld richting samenwerking met derden en niet alleen gemeenten. Vergaderrooster Raad van Toezicht 2013 is besproken en vastgesteld. In het kader van de reorganisatie wordt de toekomst en samenstelling Raad van Bestuur besproken. Nog voor het eind van het kalenderjaar wordt een voorstel ontwikkeld over de wijze waarop naar een eenhoofdig bestuur toegegroeid zal worden, hetgeen 1 juli 2014 gerealiseerd moet zijn. De Raad van Toezicht zal begin 2013 de Ondernemingsraad van het besluit om te komen tot een eenhoofdig bestuur in een daartoe te organiseren overleg met de Ondernemingsraad, nader toelichten.
Raad van Toezicht en Ondernemingsraad Twee keer in het verslagjaar, in april en november 2012 heeft een overlegvergadering van de Ondernemingsraad met een afvaardiging van de Raad van Toezicht plaatsgevonden. Besproken onderwerpen zijn: De toekomstige positie van MEE ZHN, inclusief de uitwerking van de te nemen maatregelen in het kader van de bezuinigingen en de uitvoering van het reorganisatiebesluit door het bestuur. Extra punt van aandacht in de gehele totstandkoming van de reorganisatievoorstellen was de samenstelling Raad van Bestuur. Duidelijkheid vanuit de Raad van Toezicht was wenselijk waar het gaat om de afslanking van Raad van Bestuur. Het ziekteverzuim en het beleid ter zake.
27
Commissies Raad van Toezicht Voorafgaand aan de te bespreken onderwerpen in de bijeenkomsten van de Raad van Toezicht, vindt bespreking plaats van documenten in één der commissies, te weten: • commissie strategisch beleid • commissie arbeidsvoorwaarden • commissie financiële zaken. Zoals beschreven bij enkele onderwerpen zijn de commissies actief betrokken bij de bespreking van belangrijke documenten waarvoor goedkeuring van de Raad van Toezicht is vereist. Gebruikelijk is dat de commissies 10 dagen voorafgaand aan de vergadering plaatsvinden. Informeel voorzittersoverleg Raden van Toezicht en –Bestuur, Ondernemingsraad en Cliëntenraad. In september 2012 heeft het jaarlijkse informele overleg plaatsgevonden tussen de voorzitters van de bovengenoemde raden. De Raad van Bestuur opende deze bijeenkomst waarin aandacht voor de toekomst van MEE organisaties en de bezuinigingen voor MEE ZHN, inclusief de voorgenomen reorganisatie centraal staan. Deze informele informatie-uitwisseling is als plezierig en positief ervaren.
7b.
Ondernemingsraad 2012
Samenstelling van de ondernemingsraad per 31 december 2012: Jacqueline de Booij
voorzitter
Emelie Sloots
vice-voorzitter; commissie PR
Chananja Poelman
secretaris; commissie VGW
Margriet Neefjes
lid; commissie PR
Guus van der Meer
lid; commissie VGW
Paul Sloots
lid; commissie Financiën
Alexia Tazelaar
lid; commissie VGW
Fabio Della Vedova
lid; commissie VGW
Richard van den Engel
lid; commissie Financiën
Ineke Hessing
ambtelijk secretaris (geen lid van de OR)
In 2012 trad de ondernemingsraad reglementair af en moest een nieuwe OR worden gekozen. Leonoor van Nieuwenhuijzen en Petra Kanitz hebben zich niet verkiesbaar gesteld, de andere OR leden hebben zich wel herkiesbaar gesteld. Er waren twee nieuwe kandidaten voor de OR: Richard van den Engel en Margriet Neefjes. Aangezien er evenveel kandidaten waren als zetels, was een OR-verkiezing niet nodig..
28
Activiteiten van de Ondernemingsraad in 2012 De belangrijkste activiteiten van de Ondernemingsraad in 2012 zijn: Vergaderingen De ondernemingsraad heeft 22 keer vergaderd. Er waren 11 ondernemingsraad vergaderingen en 11 overlegvergaderingen met de directie. Twee overlegvergaderingen, waarbij de algemene gang van zaken werd besproken, vonden plaats in aanwezigheid van leden van de Raad van Toezicht. Tijdens het verslagjaar werden drie adviesaanvragen en zes instemmingverzoeken besproken, beoordeeld en beantwoord. Bezuinigingen/ Reorganisatie Begin 2012 heeft de OR een reorganisatieplan ontvangen. Dit plan is uitvoerig in meerdere overlegvergaderingen met de bestuurder besproken. De OR heeft zich ook voor de besluitvorming bij laten staan door een extern adviseur. Voor de OR was het belangrijk dat er een Sociaal Plan zou komen, vastgesteld met de bonden. Echter toen een Sociaal Plan eenzijdig door de bestuurder is vastgesteld, heeft de OR toch een advies uitgebracht, waarin de OR over een aantal punten met betrekking tot de implementatie van de reorganisatie heeft geadviseerd en een positief advies heeft uitgebracht mede vanwege de opgelegde bezuinigingen. Adviesaanvraag outsourcen ICT Eind 2012 heeft de OR de SLA voor de outsourcing ICT ontvangen. Aangezien het hele proces met ICT al was ingezet, heeft de OR de SLA voorbesproken en voor kennisgeving aangenomen. Adviesaanvraag Huisvesting De Ondernemingsraad ontving in het voorjaar van 2012 een adviesaanvraag over het verplaatsen van het Centraal Bureau naar locatie regio Delft. Deze adviesaanvraag is met de bestuurder besproken en de OR heeft positief geadviseerd, vanwege de besparing. Bij deze aanvraag kwam ook het nieuwe werken aan de orde, omdat er minder vaste werkplekken zouden komen en meer flexplekken. De bestuurder gaf aan dat er geen verandering plaatsvond met betrekking tot het thuiswerken en dat bestaande regels zouden blijven gelden. Opleidingsbeleid en studiefaciliteiten In 2012 is met de bestuurder regelmatig gesproken over de noodzaak van een visie ten aanzien van scholing binnen MEE ZHN. Afgesproken is dat scholing mee zal worden genomen bij de implementatie van het reorganisatieplan in 2013. Instemmingsaanvragen De OR heeft in 2012 instemming verleend aan de volgende regelingen: • Regeling Leerarbeidsplaatsen • Regeling stagiaires MEE • Regeling stagiaires VTV • Beleidskader arbeidsomstandigheden • Regeling arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd Diversen Verder heeft de ondernemingsraad over een groot aantal onderwerpen met de directie gesproken. Uiteraard over de begrotingen, de jaarrekeningen, de jaarplannen en de ontwikkelingen binnen MEE ZHN en MEE Nederland. Contacten met de achterban. Deze krijgen vorm door het regelmatig houden van lunches door de contactpersonen voor medewerkers. De OR kent de volgende commissies: • commissie PR (Emelie Sloots, Chananja Poelman, Margriet Neefjes) • commissie VGW (Guus van der Meer, Alexia Tazelaar, Fabio Della Vedova) • financiële commissie.( Richard van den Engel, Paul Sloots)
29
7c.
Cliëntenraad 2012
Samenstelling cliëntenraad op 31 december 2012 De heer Martin Dobber
Voorzitter, Zwammerdam
De heer Sander Allard, Sassenheim
Lid, Sassenheim
Mevrouw Caroline Levert
Lid, Zoetermeer
Mevrouw Zajnabe Baouch
Lid, Voorschoten
Mevrouw Gonny Tafuni-Smit
Lid, Den Haag
De heer Dick den Dulk
Lid, Den Haag
Mevrouw Ienske Carine Meindertsma
Lid, Den Haag
Mevrouw Joke van der Veer
Lid, Sassenheim
De heer Eric Verbeek
Lid , Poeldijk
De heer Jan Delfgaauw is ondersteuner van de cliëntenraad De cliëntenraad heeft in 2012 viermaal vergaderd met bestuurder. Daarnaast heeft de raad drie extra voorvergaderingen gehad met het oog op een betere voorbereiding door een aantal leden. Op 27 april was er een ingelaste vergadering met bestuurder H. de Vos ter bespreking van de reorganisatievoorstellen van MEE. Een vergaande reorganisatie is noodzakelijk als gevolg van ingrijpende overheidsbezuinigingen. De cliëntenraad sprak zijn waardering uit dat in het voorstel het consulentenwerk overeind blijft en dat de dienstverlening niet wordt aangetast. In de reguliere vergaderingen is de aandacht onder meer uitgegaan naar de volgende zaken.
30
Activiteiten en gebeurtenissen 1. In elke vergadering is de actuele situatie besproken rond de overheveling van MEE-taken naar de gemeenten. Ook de bezuinigingen in de AWBZ en gevolgen van het Lenteakkoord voor de doelgroep van MEE waren onderwerp van beraad. 2. De raad heeft advies uitgebracht over het nieuwe privacyreglement. 3. In de septembervergadering heeft accountmanager Yvonne Zuidgeest van MEE een heldere presentatie verzorgd over de contacten met de gemeenten. MEE heeft met alle gemeenten in zijn werkgebied een samenwerkingsovereenkomst gesloten, als basis voor concrete afspraken over door MEE uit te voeren projecten. 4. Financiële stukken, zoals begroting en jaarrekening, zijn ook in 2012 met name bestudeerd door de leden Joke van der Veer en Dick den Dulk. Hun vragen namens de cliëntenraad zijn steeds volledig door de directie beantwoord. 5. Vanaf het begin van het jaar heeft het raadslid Ienske Meindertsma de al langer openstaande vacature van secretaris vervuld. 6. Na een lidmaatschap van zes jaar heeft Mahmut Colak afscheid genomen van de cliëntenraad. Hetzelfde deed Ed Boonstoppel na een half jaar lid te zijn geweest. In hun plaats zijn benoemd Caroline Levert uit Zoetermeer en Gonny Tafuni-Smit uit Den Haag. 7. In de maartvergadering heeft de raad voorzitter Frank Tesselaar en vicevoorzitter Govert Rietveld van MEE Rotterdam Rijnmond ontvangen. In een geanimeerde sfeer werden ervaringen over elkaars werkwijze uitgewisseld. 8. Eveneens in de maartvergadering heeft de raad zijn werkplan voor 2012 vastgesteld, met als thema’s onder meer het taxibusvervoer, klanttevredenheidsonderzoek, betrekken en informeren van de achterban. 9. Voorzitter Martin Dobber en lid Zajnabe Baouch bezochten de bijeenkomsten van het Landelijk Platform Cliëntenraden (LPC) van de MEE-organisaties in Nederland. Beiden werd benoemd in het landelijk bestuur van het LPC. Een aantal leden van de raad heeft in november deelgenomen aan de landelijke dag van de MEE-cliëntenraden, georganiseerd door het LPC. 10. De raad heeft in het verslagjaar ‘huisregels’ voor het eigen functioneren opgesteld. Hierin staat beschreven welke inspanningen van een lid van de cliëntenraad op verschillende terreinen worden verwacht. 11. In juni hebben de leden een assertiviteitstraining gevolgd, verzorgd door de trainers Merle Koster en Nicole Vermeij van MEE Zuid-Holland Noord. De leden hebben de training als zeer waardevol en hebben besloten in 2013 hier een vervolg aan te geven.
31