Lijst met ontwerpbesluiten van de OCMW-raad van maandag 18 april 2016
OPENBARE ZITTING Bestuur en Beleid Notulen 1.
Goedkeuren van het verslag van de vorige vergadering - gedeelte openbare zitting
BESLUIT: Enig art. - Het verslag van de openbare zitting van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 21 maart 2016 wordt goedgekeurd.
Algemeen beleid & coördinatie 2.
Kennis nemen beslissingen dagelijks bestuur
De raad in openbare zitting vergaderd; Gelet op de Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW‟s en latere aanpassingen; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, latere wijzigingen en bijhorende uitvoeringsbesluiten; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 17 februari 2014 waarbij het begrip „dagelijks bestuur‟ wordt gedefinieerd en de bevoegdheid hieromtrent wordt gedelegeerd aan de OCMW-secretaris; Overwegende dat alle beslissingen in het kader van het dagelijks bestuur worden bijgehouden in een elektronisch register en een notulenboek; BESLUIT: Art. 01 – Kennis te nemen van volgende beslissing van dagelijks bestuur, genomen in de voorbije maand: Nr 2016/010
Datum 04/04/16
Dienst diverse
Dossier Aard 5 facturen (Vanbetsbrugge 1229,6 euro; goedkeuring Feys 1058,75 euro; Pic reno decor betaling 29805,78 euro; Aswebo 92,36 euro; Stubbe BVBA 3885,31 euro
Art. 02 – Deze kennisname wordt gemotiveerd omwille van het beginsel van behoorlijk bestuur om de OCMW-raad te informeren van de beslissingen genomen door de OCMW-secretaris in het kader van zijn gedelegeerde bevoegdheden. 3.
Goedkeuren personeelsformatie OCMW-personeel en geven advies aan de gemeente Oostkamp over personeelsformatie gemeentepersoneel
De raad in openbare zitting vergaderd; Gelet op de Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW‟s; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2015, gewijzigd op 8 juli 2011;
1/35
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de rechtspositieregeling van het gemeente- en provinciepersoneel en de latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, latere wijzigingen en bijhorende uitvoeringsbesluiten; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 20 mei 2011 houdende regeling van de externe personeelsmobiliteit tussen sommige lokale en provinciale overheden onderling en tussen sommige lokale en provinciale overheden en de diensten van de Vlaamse overheid onderling, en houdende enkele maatregelen ter ondersteuning van de personeelsmobiliteit tussen lokale en provinciale overheden met hetzelfde werkingsgebied; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 15 september 2014 tot vaststelling van een rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel; Gelet op het gunstig advies van het managementteam van 2 februari 2016; Gelet op de besprekingen in en het advies van het College van Burgemeester en Schepenen van 29 februari 2016 betreffende de aanpassing van het personeelsformatie van het OCMW Oostkamp; Gelet op het verslag van de vergadering van het bijzonder onderhandelingscomité en het hoog overlegcomité van 22 maart 2016; Overwegende dat voor wijzigingen aan de personeelsformatie van het OCMW een advies van het College van Burgemeester en Schepenen vereist is; Overwegende dat voor wijzigingen aan de personeelsformatie van de gemeente een advies van de OCMW-raad vereist is; Overwegende dat een aanpassing van de personeelsformatie noodzakelijk is voor de goede werking van de diensten; Overwegende dat het statuut van gesubsidieerde contractueel is afgeschaft en de functies die voorheen in dit statuut werden voorzien nu als gewone contractuele functies moeten worden opgenomen; Overwegende dat de functie directeur Sociale Zaken geschrapt wordt, maar dat een overkoepelende functie voor de cluster Leven en Sociaal wordt voorzien; Overwegende dat voor een goede werking van de diensten de juiste competenties en deskundigheid moet worden ingezet en daaraan een degelijke verloning moet verbonden worden; Overwegende dat de functie van directeur woonzorgcentrum momenteel statutair is ingevuld maar bij een eventuele nieuwe aanstelling contractueel zal worden ingevuld; Overwegende dat hiervoor geopteerd wordt voor een opwaardering van de functies van administratief medewerker secretariaat, deskundige HRM en deskundige technische ondersteuning tot respectievelijk administratief hoofdmedewerker secretariaat, hoofddeskundige HRM en hoofddeskundige technische ondersteuning; Overwegende dat de functie deskundige welzijn niet eerder werd voorzien op de personeelsformatie maar wel ingevuld is;
2/35
Overwegende dat de functie medewerker onthaal sociale dienst wordt samengevoegd met administratief medewerker sociale dienst omdat een onderscheid niet meer noodzakelijk is; Overwegende dat de functie van logistiek medewerker polyvalente zaal wordt samengevoegd met logistiek medewerker omdat een onderscheid niet meer noodzakelijk is;
BESLUIT: Art. 01 – aan de gemeente Oostkamp positief advies te geven voor de aanpassing van de personeelsformatie. Art. 02 – de personeelsformatie van het OCMW wordt als volgt vastgesteld: CODE
Functie
VTE Statutair
VTE Contract
0DG
Financieel Beheerder
1
1
0DG
OCMW_secretaris
1
1
A4a-A4b
Clusterverantwoordelijke Leven en Sociaal
A1-A3
Totaal
1
1
directeur Woonzorgcentrum
(uitdovend) 1
1
BV5
Hoofdverpleegkundige
1
2
3
B4-B5
Hoofddeskundige Personeel
2
2
B4-B5
Hoofddeskundige Technische Ondersteuning
1
1
B4-B5
Hoofdmaatschappelijk werker
BV1-BV3
Kinesitherapeut
1
1
BV1-BV3
Ergotherapeut
4
4
BV1-BV3
Verantwoordelijke Animatie
1
1
BV1-BV3
Verpleegkundige
3
3
BV1-BV3
Woonassistent
1
1
B1-B3
Dekundige Secretariaat WZC
0,75
0,75
B1-B3
Deskundige Financiën
3,5
3,5
B1-B3
Deskundige Welzijn
0,5
0,5
B1-B3
Maatschappelijk werker
6,5
7,5
B1-B3
Maatschappelijk werker thuiszorg
1
1
B1-B3
Maatschappelijk werker WZC
1
1
C4-C5
Administratief hoofdmedewerker
1
1
C4-C5
Hoofd Logistieke Diensten
1
1
CV3-CV4 Gebrevetteerd verpleegkundige
10,75
10,75
C1-C3
Administratief medewerker Sociale Dienst
1,75
1,75
C1-C3
Administratief medewerker WZC
0,75
0,75
C1-C3
Animator
1
1
C1-C3
Chef Kok
1
1
CV1-CV2 Zorgkundige
29,3
29,3
D1-D3
Geschoold arbeider
1
1
D1-D3
Kok
2
2
1
1
3/35
1
VTE Contract
Totaal
Hulp in Keuken
4,75
4,75
E1-E3
Logistiek medewerker
6,5
6,5
E1-E3
Medewerker Poetsdienst aan Huis
17,5
17,5
E1-E3
Medewerker wasserij
2
2
E1-E3
Schoonmaakster
10,7
10,7
CODE
Functie
E1-E3
4.
VTE Statutair
Aanpassen van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel en advies aan de gemeente Oostkamp voor aanpassen van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel
De raad in openbare zitting vergaderd; Gelet op de Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW‟s; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de rechtspositieregeling van het gemeente- en provinciepersoneel en de latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, latere wijzigingen en bijhorende uitvoeringsbesluiten; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 20 mei 2011 houdende regeling van de externe personeelsmobiliteit tussen sommige lokale en provinciale overheden onderling en tussen sommige lokale en provinciale overheden en de diensten van de Vlaamse overheid onderling, en houdende enkele maatregelen ter ondersteuning van de personeelsmobiliteit tussen lokale en provinciale overheden met hetzelfde werkingsgebied; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 18 september 2014 tot vaststelling van een rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel; Gelet op de brief vanwege het Agentschap Binnenlands Bestuur van 14 november 2014 naar aanleiding van de aanpassing van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel; Gelet op de brief vanwege het Agentschap Binnenlands Bestuur van 1 december 2014 naar aanleiding van de vaststelling van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel. Gelet op het gunstig advies van het managementteam van 23 februari 2016; Gelet op de besprekingen in en het advies van het College van Burgemeester en Schepenen van 29 februari 2016 betreffende het voorstel van wijziging van rechtspositieregeling van het OCMW-personeel; Gelet op het verslag van de vergadering van het bijzonder onderhandelingscomité en het hoog overlegcomité van 22 maart 2016; Gelet op de besprekingen in en het advies van het College van Burgemeester en Schepenen van 29 maart 2016 betreffende het voorstel van wijziging van rechtspositieregeling van het OCMW-personeel; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 18 april 2016 tot aanpassing van de personeelsformatie;
4/35
Overwegende dat voor uitvoering van de nieuwe personeelsformatie wijzigingen aan de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel en het gemeentepersoneel nodig zijn; Overwegende dat opmerkingen van het Agentschap Binnenlands Bestuur best bij de eerstvolgende aanpassing van de rechtspositieregeling mee worden verwerkt; Overwegende dat het statuut van “gesubsidieerde contractueel” werd afgeschaft sinds 1 april 2015 en verwijzingen naar dit statuut best uit de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel en het gemeentepersoneel worden geschrapt; Overwegende dat is vastgesteld dat een correctie van een termijn in de evaluatiecyclus zich opdringt; Overwegende dat een aanpassing aan de vergoedingen van de conciërges (gemeentepersoneel) wenselijk is; Overwegende dat geen nieuwe personeelsleden aanspraak kunnen maken op de maatregelen rond herverdeling van de arbeid; BESLUIT: Art. 1 - positief advies te geven aan de gemeente Oostkamp voor de voorgestelde aanpassing van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel. Art. 2 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 2, 10° van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de indeling van het personeel in 3 categorieën geschrapt en vervangen door onderstaande: Art. 2 - 10° categorie 1: het personeel dat tewerkgesteld is in de diensten secretariaat, financiën, personeel, technische ondersteuning en sociale dienst. Deze personeelsgroep valt onder het toepassingsgebied van: Art. 104 §1 OCMW-decreet: personeelsleden die een betrekking bekleden die ook bestaat bij de gemeente ; Art. 104 § 2 en §3 OCMW-decreet: personeelsleden die een betrekking bekleden die specifiek is voor het OCMW, waaronder wordt verstaan dat ze niet bestaat bij de gemeente, en de decretale graden (OCMW-secretaris en financieel beheerder van het OCMW). Art. 3 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 5 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de indeling van de graden en de procedures voor de vervulling van de betrekkingen geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 Art. 5 (BVR-O art. 29) §1 Volgende functies worden enkel vervuld door een aanwervingsprocedure: OCMW-secretaris, financieel beheerder van het OCMW, clusterverantwoordelijke leven en sociaal. §2. Volgende functies worden vervuld door een aanwervingsprocedure, via interne mobiliteit of via externe mobiliteit (overheden met hetzelfde werkingsgebied): deskundige financiën, deskundige welzijn, maatschappelijk werker thuiszorgdienst, maatschappelijk werker; administratief medewerker sociale dienst; geschoold arbeider; medewerker klusjesdienst; §3. Volgende functies worden vervuld door een aanwervingsprocedure, een bevorderingsprocedure, via interne mobiliteit of via externe mobiliteit (overheden met hetzelfde werkingsgebied):
5/35
-
hoofdmaatschappelijk werker, hoofddeskundige personeel, hoofddeskundige technische ondersteuning administratief hoofdmedewerker.
De functies van hoofddeskundige personeel, hoofddeskundige technische ondersteuning en hoofdmaatschappelijk werker worden bij voorrang via bevordering ingevuld. Cat. 2 Art. 5 (BVR-O art. 29)§1 Volgende functies worden enkel vervuld door een aanwervingsprocedure: nihil §2. Volgende functies worden vervuld door een aanwervingsprocedure, via interne mobiliteit of via externe mobiliteit (overheden met hetzelfde werkingsgebied): medewerker poetsdienst aan huis §3. Volgende functies worden vervuld door een aanwervingsprocedure, een bevorderingsprocedure, via interne mobiliteit of via externe mobiliteit (overheden met hetzelfde werkingsgebied): nihil Cat. 3 Art. 5 (BVR-O art. 29)§1 Volgende functies worden enkel vervuld door een aanwervingsprocedure: nihil §2. Volgende functies worden vervuld door een aanwervingsprocedure, via interne mobiliteit of via externe mobiliteit: directeur woonzorgcentrum deskundige secretariaat woonzorgcentrum, kinesitherapeut, ergotherapeut, verantwoordelijke animatie, woonassistent, maatschappelijk werker wzc, verpleegkundige; gebrevetteerd verpleegkundige, zorgkundige, animator, administratief medewerker wzc; geschoold arbeider, kok, schoonmaakster, hulp in keuken, logistiek medewerker, logistiek medewerker polyvalente zaal, medewerker wasserij. §3. Volgende functies worden vervuld door een aanwervingsprocedure, een bevorderingsprocedure, via interne mobiliteit of via externe mobiliteit: hoofdverpleegkundige; hoofd logistieke diensten, chef-kok. Art. 4 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 6 §2 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de functies voorbehouden aan Belgen geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 §2. De volgende statutaire functies zijn voorbehouden voor Belgen, omdat uit de functiebeschrijving blijkt dat ze een rechtstreekse of onrechtstreekse deelname aan de uitoefening van het openbaar gezag inhouden of werkzaamheden omvatten die strekken tot de bescherming van de belangen van het OCMW: OCMW-secretaris; financieel beheerder van het OCMW; personeelsleden die administratieve sancties kunnen vaststellen of opleggen. Cat. 3 §2. De volgende statutaire functies zijn voorbehouden voor Belgen, omdat uit de functiebeschrijving blijkt dat ze een rechtstreekse of onrechtstreekse deelname aan de uitoefening van het openbaar gezag inhouden of werkzaamheden omvatten die strekken tot de bescherming van de belangen van het OCMW: personeelsleden die administratieve sancties kunnen vaststellen of opleggen. Voor de overige statutaire functies moeten de kandidaten onderdaan zijn van een van de volgende landen: België, Cyprus, Duitsland, Denemarken, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, IJsland, Italië,
6/35
Liechtenstein, Luxemburg, Malta, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Verenigd Koninkrijk, Zweden of de Zwitserse Bondsstaat. Cat. 1 De volgende contractuele functies zijn voorbehouden voor Belgen omdat uit de functiebeschrijving blijkt dat ze een rechtstreekse of onrechtstreekse deelname aan de uitoefening van het openbaar gezag inhouden of werkzaamheden omvatten die strekken tot de bescherming van de belangen van het OCMW: personeelsleden die administratieve sancties kunnen vaststellen of opleggen. Cat. 3 De volgende contractuele functies zijn voorbehouden voor Belgen omdat uit de functiebeschrijving blijkt dat ze een rechtstreekse of onrechtstreekse deelname aan de uitoefening van het openbaar gezag inhouden of werkzaamheden omvatten die strekken tot de bescherming van de belangen van het OCMW: directeur woonzorgcentrum; personeelsleden die administratieve sancties kunnen vaststellen of opleggen. Art. 5 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 9 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de specifieke aanwervingsvoorwaarden voor een aantal functies geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 Art. 09 (BVR-O – art. 44) – § 1 Naast de algemene aanwervingsvoorwaarden gelden voor volgende functies specifieke voorwaarden: Graad Clusterverantwoordelijke leven en sociaal Hoofdmaatschappelijk werker
Specifieke aanwervingsvoorwaarden minimum 5 jaar relevante beroepservaring
Hoofddeskundige HRM
Hoofddeskundige technische ondersteuning
Maatschappelijk werker
Deskundige welzijn
in het bezit zijn van het diploma van bachelor in het sociaal-agogisch werk, met de titel van maatschappelijk assistent, het diploma van bachelor in de sociale gezondheidszorg of een daarmee gelijkgesteld diploma relevante ervaring van zes jaar in de sociale sector kunnen aantonen in het bezit zijn van het diploma van bachelor of een daarmee gelijkgesteld diploma relevante ervaring van zes jaar kunnen aantonen in het bezit zijn van het diploma van bachelor of een daarmee gelijkgesteld diploma relevante ervaring van zes jaar kunnen aantonen in het bezit zijn van het diploma van bachelor in het sociaal-agogisch werk, met de titel van maatschappelijk assistent of een daarmee gelijkgesteld diploma in het bezit zijn van het diploma van bachelor in het sociaal-agogisch werk, met de titel van maatschappelijk assistent, het diploma van bachelor in de verpleegkunde, afstudeerrichting sociale verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma
7/35
Deskundige financiën
Administratief hoofdmedewerker Geschoold arbeider
in het bezit zijn van het diploma van bachelor in een bedrijfseconomische richting of een daarmee gelijkgesteld diploma of een relevante beroepservaring van drie jaar kunnen aantonen een relevante beroepservaring van drie jaar kunnen aantonen in het bezit zijn van een rijbewijs B
Begeleider klusjesdienst
in het bezit zijn van een rijbewijs B
§ 2 Voor die functies waar naast het basisdiploma een bijkomend attest of getuigschrift moet behaald worden, moet het attest of getuigschrift behaald worden uiterlijk tegen het einde van de proeftijd voor het statutair personeel en binnen het jaar na indiensttreding voor het contractueel personeel, tenzij anders bepaald. Cat. 3 Art. 9 (BVR-O – art. 44) – § 1 Naast de algemene aanwervingsvoorwaarden gelden voor volgende functies specifieke voorwaarden:
Graad Directeur woonzorgcentrum
Hoofdverpleegkundige
Maatschappelijk werker wzc
Verantwoordelijke animatie
Ergotherapeut
Specifieke aanwervingsvoorwaarden in het bezit zijn van een diploma van master in een humane wetenschap of een daarmee gelijkgesteld diploma; ervaring kunnen aantonen van minstens drie zes jaar in een leidinggevende functie in de sociale of medische sector, aantoonbaar relevant voor de functie van directeur woonzorgcentrum of een attest/getuigschrift kunnen voorleggen van een opleiding management van minimum 60 uur; houder zijn van de beroepstitel van gegradueerd verpleegkundige; in het bezit zijn van het diploma van bachelor in de verpleegkunde of een daarmee gelijkgesteld diploma; in het bezit zijn van het diploma van bachelor in het sociaal-agogisch werk, met de titel van maatschappelijk assistent, het diploma van bachelor in de verpleegkunde, afstudeerrichting sociale verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma houder zijn van de beroepstitel van ergotherapeut in het bezit zijn van het diploma van bachelor in de ergotherapie of een daarmee gelijkgesteld diploma relevante ervaring van vijf jaar kunnen aantonen houder zijn van de beroepstitel van ergotherapeut in het bezit zijn van het diploma van bachelor in de ergotherapie of een daarmee gelijkgesteld diploma
8/35
Kinesitherapeut
Woonassistent
Verpleegkundige
Hoofd logistieke diensten
Gebrevetteerd verpleegkundige
Zorgkundige
Animator
of
houder zijn van de beroepstitel van kinesitherapeut in het bezit zijn van het diploma van bachelor in de kinesitherapie of een daarmee gelijkgesteld diploma houder zijn van de beroepstitel van gegradueerd verpleegkundige in het bezit zijn van het diploma van bachelor in de verpleegkunde in het bezit zijn van het diploma van bachelor in de verpleegkunde, of een daarmee gelijkgesteld diploma relevante ervaring van drie jaar kunnen aantonen houder zijn van de beroepstitel van verpleegkundige in het bezit zijn van het diploma van gebrevetteerde in de verpleegkunde of een daarmee gelijkgesteld diploma houder zijn van een diploma, brevet of getuigschrift opgenomen in de omzendbrief van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid WVG/KWAL/07/1 van 21 februari 2007, en ten minste houder zijn van een diploma van hoger secundair, technisch of beroepsonderwijs of gelijkgesteld of gelijkwaardig in de desbetreffende specialisatie; in het bezit zijn van een „visum zorgkundige‟ van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu in het bezit zijn van een diploma van secundair onderwijs, uitgereikt in het algemeen secundair onderwijs, het kunstsecundair onderwijs of het technisch secundair onderwijs, of een daarmee gelijkgesteld diploma
Chef-kok
Kok
in het bezit zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs, uitgereikt in het zevende specialisatiejaar van het beroepssecundair onderwijs, hetzij in de studierichting „kinderzorg‟ hetzij in de studierichting „thuis- en bejaardenzorg‟ of een daarmee gelijkgesteld diploma in het bezit zijn van een attest in (groot)keukenbeheer, of bewijs van minstens drie jaar ervaring in een (groot)keuken in het bezit zijn van een diploma van kok
Geschoold arbeider
in het bezit zijn van een rijbewijs B
§ 2 Voor die functies waar naast het basisdiploma een bijkomend attest of getuigschrift moet behaald worden, moet het attest of getuigschrift behaald worden uiterlijk tegen het einde van de proeftijd voor het statutair personeel en binnen het jaar na indiensttreding voor het contractueel personeel, tenzij anders bepaald.
9/35
§ 3 Voor alle functies geldt als voorwaarde dat bij aanstelling een uittreksel uit het strafregister moet kunnen worden voorgelegd waaruit blijkt dat de betrokkene niet werd veroordeeld wegens een misdrijf dat genoemd is in boek II, titel VII, hoofdstuk V, VI, VII, titel VIII, hoofdstuk I, II, artikel 422bis, IV en VI en titel IX, hoofdstuk I en II, van het Strafwetboek. Art. 6 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 14 §5 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de algemene aanwervingsvoorwaarden in een selectieprocedure geschrapt en vervangen door onderstaande: §5 In afwijking van §2 worden kandidaten die aan alle aanwervingsvoorwaarden voldoen behalve aan de voorwaarde van een aanvullende opleiding tot de selectieprocedure toegelaten, als de aanwervingsvoorwaarden bepalen dat ze het attest of getuigschrift van de aanvullende opleiding binnen een bepaalde termijn moeten behalen. Cat. 3 Hetzelfde geldt voor het „visum zorgkundige‟ vermeld in art. 9. Art. 7 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van de artikelen 34 en 35 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de aanwerving van de OCMW-secretaris, de financieel beheerder en de maatschappelijk werker van het OCMW geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 / Cat. 3 Art. 34 (BVR-O – art. 43) - De selectietechnieken voor de functie van OCMW-secretaris bestaat uit minimum 3 selectietechnieken die in elk geval een test bevat die de managements- en leiderschapscapaciteiten van de kandidaten toetst. Deze test wordt afgenomen door een extern selectiebureau. De selectietechnieken voor de functie van financieel beheerder van het OCMW bestaat uit minimum 3 selectietechnieken die in elk geval een proef bevat die het financieel-economisch inzicht van de kandidaten toetst en een test bevat die de managements- en leiderschapscapaciteiten van de kandidaten toetst. Cat. 1 / Cat. 3 Art. 35 (BVR-O – art. 44) – Met behoud van de toepassing van andere wettelijke en reglementaire bepalingen moeten kandidaten voor de toegang tot de functie van maatschappelijk werker, vermeld in artikel 75 en 94 van het OCMW-decreet, houder zijn van ofwel het diploma van bachelor in het sociaal-agogisch werk, met de titel van maatschappelijk assistent, of een daarmee gelijkgesteld diploma; Art. 8 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 36 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over aanwerving in betrekkingen ingesteld ter uitvoering van werkgelegenheidsmaatregelen van de hogere overheid, bij vervangingen en in sommige tijdelijke betrekkingen geschrapt en vervangen door onderstaande: Art. 36 (BVR-O – art. 45) - §1.Voor de tijdelijke vervanging van afwezige personeelsleden als vermeld in artikel 103, §2, 2°, OD, en de aanwerving en selectie in contractuele betrekkingen, al dan niet in een tewerkstellingsmaatregel van de hogere overheid, waarvan de tewerkstellingsduur tot maximaal een of twee jaar beperkt is en voor de aanwerving in het kader van tewerkstellingsmaatregelen, geldt het volgende: 1° De kandidaten moeten voldoen aan de algemene toelatingsvoorwaarden en aan de algemene en de specifieke aanwervingsvoorwaarden, met inbegrip van de diplomavereiste; 2° De oproep tot kandidaten wordt, met vermelding van de voorwaarden bekendgemaakt via de VDAB en in voorkomend geval, via het bestaande sollicitantenbestand voor de functie. 3° De kandidaten bezorgen binnen een termijn van acht kalenderdagen hun kandidatuur vergezeld van een CV; 4° de selectie bestaat minstens uit een interview;
10/35
5° De selectie gebeurt door een selectiecommissie die bestaat uit minimum 2 leden die tot het eigen bestuur kunnen behoren. De selectiecommissie maakt een verslag op met betrekking tot de geschiktheid of ongeschiktheid van elke kandidaat. 6° De kandidaten worden op de hoogte gebracht van het resultaat van de selectie. Aan de geschikt bevonden kandidaten wordt gevraagd de bewijsstukken dat ze aan de alle voorwaarden voldoen te bezorgen binnen een door de OCMW-raad bepaalde termijn. 7° De OCMW-raad kiest een kandidaat uit de geschikt bevonden kandidaten die de gevraagde bewijsstukken bezorgd hebben, op basis van een vergelijking van de titels en verdiensten in het licht van het competentieprofiel voor de vervangingsopdracht. §2. In afwijking van §1 kan, wanneer de dienstverlening in het gedrang komt, zonder voorafgaande oproep een selectie gedaan worden onder de op dat ogenblik beschikbare spontane kandidaten om onmiddellijk in een vervanging te voorzien. Art. 9 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt aan de tekst van artikel 37 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de aanwerving van personen met een arbeidshandicap volgende alinea toegevoegd: Het uitvoerend orgaan van het bestuur (c.q. de OCMW-voorzitter), of als hij daartoe gemachtigd is in het kader van het dagelijks personeelsbeheer, het hoof van het personeel bepaalt het aantal voltijds equivalenten in overeenstemming met het percentage, vermeld in het eerste lid van dit artikel. Art. 10 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 73 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de werking van de beroepsinstantie (beroep tegen ongunstige evaluatie) geschrapt en vervangen door onderstaande: Art.73 - §1. De beroepsinstantie beraadslaagt over haar bevindingen en formuleert eenparig een gemotiveerd advies aan de OCMW-secretaris tot bevestiging of tot aanpassing van de evaluatie en het evaluatieresultaat. Als er geen eenparig gemotiveerd advies tot stand komt, worden de verschillende standpunten weergegeven en ter stemming aan de leden van de beroepsinstantie voorgelegd. Alle leden zijn daarbij stemgerechtigd. De stemming is geheim. Het meerderheidsstandpunt bepaalt het gemotiveerd advies. §2. Het gemotiveerd advies wordt schriftelijk aan de OCMW-secretaris bezorgd binnen een termijn van uiterlijk dertig kalenderdagen te rekenen vanaf de datum van de hoorzitting vermeld in artikel 72. De OCMW-secretaris tekent het advies voor ontvangst. Art. 11 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van de artikelen 76 en 79 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de evaluatie van de decretale graden tijdens de proeftijd geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 Art. 76 - Met toepassing van artikel 114, tweede lid, OD, worden de OCMW-secretaris en de financieel beheerder van het OCMW op proef geëvalueerd door het vast bureau en, zo er geen werd opgericht, door de OCMW-raad. De evaluatie heeft plaats op basis van een voorbereidend rapport, opgesteld door externe deskundigen in het personeelsbeleid, en op basis van een verslag van het vast bureau. De regels voor de opmaak van het verslag van het vast bureau en voor het voorbereidend rapport van de externe deskundigen die van toepassing zijn op de evaluatie tijdens de loopbaan, zijn ook van toepassing op de evaluatie van de proeftijd. Bij staking van stemmen wordt het betrokken personeelslid geacht te voldoen. (art. 114,OD)
11/35
Cat. 1 Art. 79 - Ten laatste een maand voor het einde van de proeftijd vindt de eindevaluatie van de proeftijd plaats door het vast bureau en, zo er geen werd opgericht, door de OCMW-raad vermeld in artikel 76. De deskundigen leveren het evaluatierapport over de proeftijd, vermeld in artikel 76, en het vast bureau levert het verslag vermeld in artikel 76, in bij de voorzitter van de OCMW-raad. Het vast bureau en, zo er geen werd opgericht, de OCMW-raad spreekt de eindevaluatie. Art. 12 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 111 en 112 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de functionele loopbaan geschrapt en vervangen door onderstaande: Art. 111 (BVR-O – art. 56) - De functionele loopbaan bestaat uit de toekenning van opeenvolgende salarisschalen die met een en dezelfde graad verbonden zijn. Bij elke aanstelling in een graad krijgt het personeelslid de eerste salarisschaal van de functionele loopbaan van die graad, tenzij anders bepaald. Cat. 1 / Cat. 3 Niveau A: Cat. 1 / Cat. 3 Art. 112 (BVR-O – art. 57) - De functionele loopbanen en de voorwaarden voor doorstroming naar de volgende salarisschalen zijn voor het niveau A: 1° voor de graden van rang Av - A1a-A2a-A3a: a) van A1a naar A2a na 4 jaar schaalanciënniteit in A1a en een gunstig evaluatieresultaat; b) van A2a naar A3a na 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in A1a en A2a en een gunstig evaluatieresultaat; 2° voor de graden van rang Ax – A4a-A4b: van A4a naar A4b na 9 jaar schaalanciënniteit in A4a en een gunstig evaluatieresultaat. Art. 13 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt een artikel 120bis aan de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel toegevoegd: Art. 120bis - Wanneer een statutair personeelslid deelneemt aan een bevorderingsprocedure voor een functie die voorzien is in de contractuele formatie, dan behoudt het personeelslid bij bevordering zijn statutaire aanstelling en wordt het in het uitdovend kader geplaatst. Art. 14 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 128 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de specfieke bevorderingsvoorwaarden per graad geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 / Cat. 3 Afdeling IV. Specifieke bevorderingsvoorwaarden per graad Cat. 1 Art. 128 - Naast de algemene bevorderingsvoorwaarden gelden voor volgende functies specifieke voorwaarden: Graad Specifieke bevorderingsvoorwaarden Hoofdmaatschappelijk werker
Hoofddeskundige technische ondersteuning Hoofddeskundige HRM
in het bezit zijn van het diploma van bachelor in het sociaal-agogisch werk, met de titel van maatschappelijk assistent, of het diploma van bachelor in de sociale gezondheidszorg of een daarmee gelijkgesteld diploma relevante beroepservaring kunnen aantonen van minstens zes jaar relevante beroepservaring kunnen aantonen van minstens zes jaar
12/35
Cat. 3 Art. 128 - Naast de algemene bevorderingsvoorwaarden gelden voor volgende functies specifieke voorwaarden: Graad Specifieke bevorderingsvoorwaarden Hoofdverpleegkundige
Chef-kok
in het bezit zijn van het diploma van bachelor in de verpleegkunde of een daarmee gelijkgesteld diploma; in het bezit zijn van een attest in (groot)keukenbeheer, of bewijs van minstens vier jaar ervaring in een (groot)keuken
Art. 15 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 174 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de definitieve ambtsneerlegging van het statutaire personeelslid geschrapt en vervangen door onderstaande: Art. 174 - De volgende zaken geven aanleiding tot de definitieve ambtsneerlegging van het vast aangestelde statutaire personeelslid: 1° het vrijwillige ontslag; 2° de definitief vastgestelde beroepsongeschiktheid naar aanleiding van een evaluatie met het evaluatieresultaat ongunstig; 3° de pensionering ingevolge de toepassing van de pensioenwetgeving; 4° het bereiken van de leeftijd van 65 jaar. In afwijking van het eerste lid, 4°, kan de aanstellende overheid het vast aangestelde statutaire personeelslid na het bereiken van de leeftijdsgrens van 65 jaar in dienst houden. Het statutaire dienstverband wordt verlengd op verzoek van de aanstellende overheid of op verzoek van het personeelslid. In het eerste geval is de uitdrukkelijke instemming van het personeelslid vereist. In het tweede geval is de uitdrukkelijke instemming van de aanstellende overheid vereist. In beide gevallen verleent de aanstellende overheid de verlenging voor een periode van hoogstens één jaar, telkens verlengbaar met hoogstens één jaar. Het betrokken personeelslid behoudt gedurende de volledige periode van de verlenging de hoedanigheid van vast aangesteld statutair personeelslid. Art. 16 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 182 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over het salaris geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 Art. 182 (BVR-O – art. 77) - Aan de volgende graden worden de salarisschalen en de functionele loopbanen, vermeld in artikel 112 tot 116, verbonden die overeenkomen met de ernaast vermelde lettercijfercode. De uitgewerkte salarisschalen bevinden zich in bijlage 1. Graden Clusterverantwoordelijke leven en sociaal Hoofddeskundige personeel Hoofddeskundige technische ondersteuning Hoofdmaatschappelijk werker Deskundige financiën Deskundige ICT Deskundige welzijn Maatschappelijk werker Maatschappelijk werker thuiszorgdienst Administratief hoofdmedewerker
Overeenkomende salarisschalen A4a-A4b B4-B5 B4-B5 B4-B5 B1-B3 B1-B3 B1-B3 B1-B3 B1-B3 B1-B3
13/35
Administratief medewerker sociale dienst Geschoold arbeider
C4-C5 C1-C3 D1-D3
… Cat. 3 Art. 182 (BVR-O – art. 77) - Aan de volgende graden worden de salarisschalen en de functionele loopbanen, vermeld in artikel 112 tot 116, verbonden die overeenkomen met de ernaast vermelde lettercijfercode. De uitgewerkte salarisschalen bevinden zich in bijlage 1. Graden Directeur woonzorgcentrum Hoofdverpleegkundige Deskundige secretariaat woonzorgcentrum Kinesitherapeut Ergotherapeut Verantwoordelijke animatie Woonassistent Verpleegkundige Maatschappelijk werker wzc Hoofd logistieke diensten Gebrevetteerde verpleegkundige Zorgkundige Animator Administratief medewerker wzc Chef-kok Geschoold arbeider Kok Schoonmaakster Hulp in keuken Logistiek medewerker Logistiek medewerker polyvalente zaal Medewerker wasserij
Overeenkomende salarisschalen A1a-A3a BV5 B1-B3 BV1-BV3 BV1-BV3 BV1-BV3 BV1-BV3 BV1-BV3 B1-B3 C4-C5 VC3-VC4 VC1-VC2 C1-C3 C1-C3 C1-C3 D1-D3 D1-D3 D1-D3 E1-E3 E1-E3 E1-E3 E1-E3 E1-E3
Art. 17 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 212 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over nachtprestaties en prestaties op zaterdagen, zondagen en feestdagen geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 / Cat. 2 Art. 212 - Naast de inhaalrust opgelegd door de arbeidstijdwetgeving krijgt het personeelslid: 1° per uur nachtprestaties tussen 22 uur en 6 uur: één kwartier extra inhaalrust 2° per uur prestaties tussen 0 en 24 uur op een zondag of een reglementaire feestdag: één uur extra inhaalrust 3° per uur prestaties tussen 0 en 24 uur op een zaterdag: één kwartier extra inhaalrust. Art. 18 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt de tekst van artikel 215 en 216 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de overuren geschrapt en vervangen door onderstaande: Cat. 1 / Cat. 2 Art. 215 - §1 Onder overuren worden verstaan de uitzonderlijke prestaties die op verzoek van het bestuur geleverd worden boven op de uren die op grond van de gewone arbeidstijdregeling op weekbasis door het personeelslid gepresteerd worden.
14/35
Het personeelslid dat overuren presteert, krijgt compenserende inhaalrust binnen de termijn bepaald in de wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten van de organisatie van de arbeidstijd in de openbare sector. Deze compenserende inhaalrust is gelijk aan de duur van de overuren. § 2. Als over een periode van vier maanden de gemiddelde arbeidstijd groter is dan 38 uur per week voor voltijdse prestaties of dan de gewone arbeidstijdregeling op weekbasis bij deeltijdse prestaties, wordt aan het personeelslid boven op het uursalaris extra inhaalrust toegekend. Het overloon of de extra inhaalrust bedraagt voor alle niveaus behalve voor niveau A : 1° een toeslag van 25 % per uur voor overuren op weekdagen tussen 6 en 22 uur; 2° een toeslag van 25 % per uur voor overuren op weekdagen tussen 22 en 6 uur; 3° een toeslag van 25 % per uur voor overuren op zaterdagen tussen 0 en 24 uur; 4° een toeslag van 25 % per uur voor overuren op zondagen of reglementaire feestdagen tussen 0 en 24 uur. § 3. Als het personeelslid gedurende een periode van vier maanden overuren gepresteerd heeft op verschillende tijdstippen als vermeld in punt 1° tot en met 4°, en het totaal aan gepresteerde overuren binnen die periode van vier maanden niet heeft kunnen compenseren met inhaalrust, geniet het voor de nog resterende overuren het meest gunstige overloon of de meest gunstige regeling van extra inhaalrust, vastgesteld met toepassing van § 2, tweede lid. In voorkomend geval geldt als berekeningsbasis voor het overloon het bruto-uursalaris , eventueel verhoogd met de haard- of standplaatstoelage, de toelage voor het waarnemen van een hogere functie, de gegarandeerde salarisverhoging na bevordering, de toelage voor opdrachthouderschap of de mandaattoelage. § 4. Aan het personeelslid van niveau A wordt voor elk overuur een uursalaris uitbetaald als over een periode van vier maanden de gemiddelde arbeidstijd groter is dan 38 uur per week voor voltijdse prestaties of dan de gewone arbeidstijdregeling op weekbasis bij deeltijdse prestaties. Cat. 1 / Cat. 2 Art. 216 - Het personeelslid dat onvoorzien buiten zijn arbeidstijdregeling of permanentieplicht opgeroepen wordt voor een dringend werk ontvangt, per oproep, een verstoringtoelage. De verstoringtoelage bedraagt drie keer het uurloon. Het dringend karakter wordt beoordeeld door de OCMW-secretaris. De verstoringstoelage wordt omgezet in inhaalrust. Art. 19 - onder voorbehoud van de beslissing van de Gemeenteraad op 21 april 2016 wordt aan de tekst van artikel 283 van de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel over de herverdeling van de arbeid een alinea toegevoegd: De bepalingen van dit artikel zijn enkel geldig voor de personeelsleden die op 31 december 2015 onder toepassing van dit artikel vielen. Art. 20 – aan de bijlage met de weddenschalen worden onderstaande weddenschalen voor de functionele loopbaan A4a-A4b toegevoegd: Salarisschalen
A4a
A4b
Minimum Maximum
26.300 38.450
27.950 40.100
Verhoging
3x1x750
3x1x750
1x3x1450
1x3x1.500
3x3x1.500
1x3x1.450
1x3x1.450
3x3x1.500
15/35
Salarisschalen
A4a
A4b
2x3x1.250
1x3x1.200 1x3x1.250
5.
0
26.300
27.950
1
27.050
28.700
2
27.800
29.450
3
28.550
30.200
4
28.550
30.200
5
28.550
30.200
6
30.000
31.700
7
30.000
31.700
8
30.000
31.700
9
31.500
33.150
10
31.500
33.150
11
31.500
33.150
12
33.000
34.650
13
33.000
34.650
14
33.000
34.650
15
34.500
36.150
16
34.500
36.150
17
34.500
36.150
18
35.950
37.650
19
35.950
37.650
20
35.950
37.650
21
37.200
38.850
22
37.200
38.850
23
37.200
38.850
24
38.450
40.100
Goedkeuren afsprakennota tewerkstelling artikel 60 § 7 van de OCMW-wet
De raad in openbare zitting vergaderd; Gelet op de Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW‟s, in bijzonder artikel 60; Gelet op de wet op de arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de rechtspositieregeling van het gemeente- en provinciepersoneel en de latere wijzigingen ; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, latere wijzigingen en bijhorende uitvoeringsbesluiten; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten
16/35
van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de latere wijzigingen; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 18 juni 2012 tot goedkeuring van een arbeidsreglement voor het OCMW-personeel, in het bijzonder het artikel 19 van dit arbeidsreglement; Gelet op de wet op het eenheidsstatuut van 26 december 2013; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 15 september 2014 tot vaststelling van een rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel, laatst gewijzigd op 18 april 2016; Overwegende dat het wenselijk is verder in te zetten op de doorstroming van cliënten naar het reguliere arbeidscircuit; Overwegende dat het OCMW niet altijd voldoende expertise en middelen ter beschikking heeft om cliënten binnen de organisatie te werk te stellen op basis van artikel 60 van de OCMW-wet en deze cliënten dus vaak ter beschikking worden gesteld van initiatieven in de sociale tewerkstelling; Overwegende dat het OCMW Oostkamp een beroep doet op de diensten van Loca Consult voor arbeidstrajectbegeleiding; Overwegende dat het voor de tewerkstelling van cliënten op basis van artikel 60 § 7 van de OCMWwet wenselijk is een afsprakennota goed te keuren zodat elke betrokkene partij een duidelijk kader kent waarbinnen gewerkt wordt; BESLUIT: Enig art. – volgende tekst goed te keuren als afsprakennota rond de tewerkstelling van cliënten in het kader van artikel 60 § 7 van de Organieke wet op de OCMW‟s: Afsprakennota tewerkstelling artikel 60 § 7 OCMW-wet 1 - Definities Onder OCMW-wet verstaan we de organieke wet betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn van 8 juli 1976. Onder werknemer verstaan we het personeel tewerkgesteld in toepassing van art. 60 § 7 van de OCMW-wet, waarvan de tekst in bijlage is terug te vinden. Onder werkgever verstaan we het OCMW Oostkamp. Onder werkplaats verstaan we de organisatie waar de werknemer effectief wordt tewerkgesteld. Dit kan het OCMW Oostkamp zijn maar ook een andere organisatie aan wie de werknemer in het kader van art. 60 § 7 van de OCMW-wet ter beschikking wordt gesteld. Onder maatschappelijk werker verstaan we de maatschappelijk werker van het OCMW Oostkamp die het dossier van de werknemer behandelt. Onder trajectbegeleider verstaan we de trajectbegeleider met wie het OCMW Oostkamp nauw samenwerkt voor de begeleiding van de werknemer of kandidaat-werknemer voor en tijdens de stage en tewerkstelling. Onder dienst Personeel verstaan we de dienst Personeel van de werkgever, OCMW Oostkamp. Onder tewerkstelling verstaan we de tewerkstelling in toepassing van art. 60 § 7 van de OCMW-wet. Onder arbeidsreglement verstaan we het arbeidsreglement voor het reguliere personeel van het OCMW Oostkamp. Onder Dynam-O verstaan we het HR-systeem van de werkgever, OCMW Oostkamp.
17/35
2 - Doel en toepassingsgebied In deze afsprakennota worden duidelijke afspraken vastgelegd tussen de werkgever, de werknemer en de werkplaats. Deze afsprakennota is van toepassing op alle werknemers, ongeacht de werkplaats en ongeacht de uit te voeren taken. De werkgever, werknemer en de werkplaats zijn gebonden door de bepaling van deze afsprakennota en zijn ertoe gehouden ze na te leven. 3 - Inlichtingenplicht Met het oog op een correcte opmaak van overeenkomsten en een juiste toepassing van sociale en fiscale wetgeving zal de werknemer voor aanvang van de stage alle nodige gegevens (zoals bv. naam, domicilie, verblijfsadres, telefoonnummers, rijksregisternummer, burgerlijke staat en gezinsleden, nationaliteit, uittreksel uit strafregister, …) meedelen aan de dienst Personeel. Het bankrekeningnummer wordt door de maatschappelijk werker meegedeeld. Het personeelslid zal elke wijziging in deze gegevens onmiddellijk meedelen aan de Sociale Dienst van het OCMW die zo nodig en binnen de grenzen van de wetgeving op de privacy de dienst Personeel en de werkplaats op de hoogte brengt. Bij fouten of onregelmatigheden als gevolg van het doorgeven van foutieve of onvolledige informatie kan de werkgever nooit aansprakelijk worden gesteld. 4 - Uitvoering van het werk Er wordt altijd gestreefd naar een goede en positieve samenwerking. Hiervoor is het respectvol behandelen van collega‟s en hiërarchisch meerderen onmisbaar. De werknemer is discreet bij de uitvoeren van zijn taken en zal nooit gegevens uit het werkveld bekend maken buiten de uitvoering van zijn taak. De werknemer moet zijn werk uitvoeren in overeenstemming met de richtlijnen, en procedures, gegeven door de werkgever of de werkplaats, hun aangestelde of gevolmachtigde met het oog op de uitvoering van de arbeidsrelatie. De werknemer moet het werk verrichten waarvoor hij aangeworven is. Het is verboden tijdens de diensturen een bezigheid uit te oefenen die vreemd is aan het opgelegde werk. Het is de medewerker niet toegestaan om materialen, eigendom van de werkgever, voor eigen gebruik aan te wenden of te verspreiden. De werknemer heeft de plicht de werktuigen en de ongebruikte grondstoffen, die hem werden toevertrouwd, terug te geven in de staat waarin hij of zij het ontvangen heeft. Materialen die voor de uitvoering van het werk ontleend worden, moeten na gebruik onverwijld terugbezorgd worden. Communicatiemiddelen (telefoon, internet, e-mail, …) die de werknemer kan gebruiken bij de uitvoering van zijn taken worden enkel aangewend op een professionele en ethisch correcte manier. Het gebruik van persoonlijke communicatiemiddelen is enkel toegelaten tijdens niet betaalde pauzes en buiten de diensturen. Bij noodgevallen kan de werknemer bereikt worden via de Sociale Dienst van het OCMW. De werknemer zal geen fooien of geschenken vragen, eisen of ontvangen en gaat niet in op uitnodigingen door derden. 5 - Stage Tijdens de stage maken de kandidaat-werknemer, de werkplaats, de collega‟s kennis met elkaar. Zij peilen of zij aan elkaars verwachtingen voldoen en of een eventuele samenwerking vlot zal kunnen verlopen. Tijdens de stage wordt dit geëvalueerd en zo nodig bijgestuurd.
18/35
De stage kan in geen enkel geval stilzwijgend omgevormd worden tot een arbeidsovereenkomst tussen de kandidaat-werknemer en de werkgever of tussen de kandidaat-werknemer en de werkplaats. De kandidaat-werknemer gedraagt zich naar de bepalingen van het arbeidsreglement van de werkplaats waar de stage doorgaat. Tijdens de stage en met het oog op een tewerkstelling wordt de kandidaat-werknemer onderworpen aan een arbeidsgeneeskundig onderzoek door de arbeidsgeneesheer aangesteld door de werkgever. De duur van de stage wordt vastgelegd in samenspraak tussen de maatschappelijk werker, de trajectbegeleider en de werkplaats. Er zijn 2 opties. OPTIE 1 (afhankelijk van de werkplaats) De stageperiode duurt 2 weken (10 werkdagen). In deze periode werkt de werknemer met een vrijwilligersovereenkomst. Het OCMW sluit hiervoor een arbeidsongevallenverzekering af. Tijdens de stageperiode van 2 weken wordt 1 evaluatiemoment ingepland, bij voorkeur de voorlaatste dag van de tewerkstelling. Op dit evaluatiemoment zijn de kandidaat-werknemer, de maatschappelijk werker, de trajectbegeleider en een vertegenwoordiger van de werkplaats aanwezig. Een negatieve evaluatie betekent dat er geen tewerkstelling volgt op de stage. In geval van wangedrag, slechte wil of opzettelijke overtreding van het arbeidsreglement kan het OCMW eenzijdig de stage stopzetten. OPTIE 2 (afhankelijk van de werkplaats) De stageperiode duurt 1 maand. In deze periode werkt de werknemer met een vrijwilligersovereenkomst. Het OCMW sluit hiervoor een arbeidsongevallenverzekering af. Vanaf de derde week van de stage wordt aan de kandidaat-werknemer een aanvullende vrijwilligersvergoeding verleend van 1,5 EUR per gepresteerd uur. Dit wordt door het OCMW uitbetaald na afloop van de stage. Tijdens de stageperiode van 1 maand worden 2 evaluatiemomenten ingepland, een eerste op het einde van de tweede week van de stage en een tweede in de loop van de laatste week van de stage. Op deze evaluatiemomenten zijn de kandidaat-werknemer, de maatschappelijk werker, de trajectbegeleider en een vertegenwoordiger van de werkplaats aanwezig. Een negatieve evaluatie heeft een stopzetting van de stage als gevolg. Er volgt dan geen tewerkstelling. In geval van wangedrag, slechte wil of opzettelijke overtreding van het arbeidsreglement kan het OCMW eenzijdig de stage stopzetten. 6 - Tewerkstelling 6.1 - Vorm, duur en einde van de arbeidsovereenkomst Na een positieve eindevaluatie van de stage wordt tussen de werknemer en de werkgever een arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur van 1 maand afgesloten. Na een positieve eindevaluatie van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur van 1 maand (zie verder) wordt tussen de werknemer en de werkgever een nieuwe overeenkomst voor bepaalde duur van 2 maand afgesloten. Na een positieve eindevaluatie van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur van 2 maand (zie verder) wordt tussen de werknemer en de werkgever een nieuwe overeenkomst (onbepaalde duur) afgesloten. De periode van tewerkstelling eindigt bij het bereiken van voldoende arbeidsdagen nodig om gerechtigd te worden op volledige sociale uitkeringen.
19/35
Op de arbeidsovereenkomsten zijn de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en de wet van 26 december 2013 betreffende het eenheidsstatuut van toepassing. De tewerkstelling kan beëindigd worden: conform de wettelijke bepalingen om dringende reden na minimaal 2 negatieve evaluaties in onderling akkoord tussen werkgever en werknemer 6.2 - Arbeidsduur Een arbeidsweek omvat 5 arbeidsdagen en gemiddeld 38 uur per week, tenzij er passend in het dossier van de werknemer een afwijkende beslissing door de POD Maatschappelijke Integratie toepasbaar is. De volledige werktijdregeling van de werkplaats is van toepassing op de tewerkstelling. 6.3 - Verloning Salaris Ongeacht de uit te voeren taken, de werkplaats en opgebouwde anciënniteit wordt het salaris gebaseerd op het gemiddeld gewaarborgd maandelijks minimuminkomen (GGMMI), bepaald in de CAO, nr. 43 van 2 mei 1988. De niet-geïndexeerde basisbedragen zijn:
18 jaar en ouder: 1.012,47 euro 19 jaar en ouder + 6 maanden dienst: 1.040,38 euro 20 jaar en ouder + 12 maanden dienst: 1.052,78 euro
Het salaris wordt berekend op maandbasis en maandelijks wordt een loonstrook aan de werknemer bezorgd. Het berekende salaris wordt uiterlijk de 3de laatste werkdag van de maand (zoals bepaald in het arbeidsreglement) uitbetaald op de bankrekening meegedeeld door de maatschappelijk werker. Behalve in uitzonderlijke situaties en na overleg tussen de werknemer enerzijds en de Sociale Dienst en de dienst Personeel anderzijds, worden geen voorschotten uitbetaald. In voorkomend geval wordt het uitbetaalde voorschot ingehouden op de volgende berekende bezoldiging. Toelagen Vakantiegeld De werknemer heeft recht op een vakantiegeld overeenkomst het besluit van de Vlaamse regering van 13 september 2002. Het vakantiegeld van 92% van de maandverloning wordt uitbetaald samen met de bezoldiging voor de maand mei. Op het einde van de tewerkstelling wordt een vakantiegeld wegens uitdiensttreding uitbetaald. Dit vakantiegeld wordt uitbetaald in de maand volgend op de maand van uitdiensttreding. Eindejaarstoelage Aan de werknemer wordt in de maand november een eindejaarstoelage uitbetaald. De regels voor de berekening hiervan zijn dezelfde als die voor het OCMW-personeel van categorie 1 uit de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel. Onregelmatige prestaties Er is geen bijkomende vergoeding voorzien voor prestaties op zaterdag, zon- en feestdagen. Vergoeding verplaatsingen Wanneer de werknemer de verplaatsingen in het woon-werkverkeer met het openbaar vervoer doet en hiervan de kostenbewijzen aan de dienst Personeel van het OCMW bezorgt, worden deze kosten terugbetaald. Fietsvergoeding
20/35
Aan de werknemer wordt geen fietsvergoeding voor het woon-werkverkeer toegekend. Maaltijdcheques Aan de werknemer worden geen maaltijdcheques toegekend. Hospitalisatieverzekering De werknemer kan niet aansluiten bij de collectieve polis gezondheidszorgen die de werkgever afsloot voor het reguliere personeel. Inhoudingen Op de bezoldiging van de werknemer kan de werkgever inhoudingen doen: in het kader van fiscale wetgeving en wetgeving sociale zekerheid voortvloeiend uit boetes voorzien in het arbeidsreglement voortvloeiend uit boetes uitgeschreven op naam van werkgever of de werkplaats maar veroorzaakt door de werknemer uitkeringen en schadevergoedingen toe te schrijven aan aansprakelijkheid van de werknemer loonbeslag of -overdracht Fiscale en sociale inhoudingen gebeuren op brutoloon, vooraf en zonder enige beperking. Andere inhoudingen worden daarna ingehouden en mogen niet meer bedragen dan 1/5 de van het nettoloon dat bij elke uitbetaling verschuldigd is. Loonbeslag of –overdracht wordt uitgeoefend op basis van de voorwaarden en grenzen die voorzien zijn door de toepasselijke wetgeving. 6.4 - Verloven en afwezigheden Jaarlijkse vakantie De werknemer heeft recht op 20 dagen jaarlijkse vakantie in de vakantieregeling privé-sector. De berekening van het vakantierecht gebeurt dus op basis van de gewerkte arbeidsdagen in het voorafgaande jaar en pro rata de tewerkstellingsperiode en de prestatieregeling. Alle dagen moeten opgenomen worden voor het jaareinde (er is geen overdracht naar het volgende jaar). De jaarlijkse vakantie kan enkel worden opgenomen na akkoord van de dienstverantwoordelijke van de werkplaats. De manier waarop en het moment wanneer de vakantie moet worden aangevraagd, wordt bepaald in het arbeidsreglement van de werkplaats. Collectief verlof Wanneer in de werkplaats een regeling van collectief verlof geldt, spaart de werknemer voldoende jaarlijkse vakantie op om de periode van collectief verlof te overbruggen. De dienstverantwoordelijke van de werkplaats helpt dit te bewaken. Wanneer er sprake is van collectief verlof en er is geen (of onvoldoende) vakantierecht wordt onbetaald verlof toegekend. De werkplaats meldt in de loop van de maand december aan de werknemer en de werkgever de periodes van collectief verlof in het volgende jaar. Bij nieuwe werknemers gebeurt dit tijdens de stageperiode. Feestdagen Het recht op betaalde feestdagen vloeit voor uit de Wet van 4 januari 1974 waarin 10 feestdagen zijn voorzien.
1 januari Paasmaandag 1 mei
21/35
OLH-Hemelvaart Pinkstermaandag 21 juli 15 augustus (OLV-Hemelvaart) 1 november 11 november 25 december
Als de werkplaats aan haar personeel extra feestdagen (zoals bv. 11 juli) toekent, dan heeft de medewerker hiervoor recht op extra jaarlijkse vakantie. Het aantal feestdagen is altijd beperkt tot een maximum van 14. Sociaal verlof Na telefonisch overleg met de werkplaats en de maatschappelijk werker van het OCMW kan de werknemer tot maximum 10 dagen onbetaald sociaal verlof opnemen. Er moet altijd een bewijsstuk worden ingediend bij de maatschappelijk werker. Onbetaald verlof Onbetaald verlof is enkel mogelijk na een uitdrukkelijke beslissing van de OCMW-secretaris in het kader van het dagelijks personeelsbeheer. De beslissing wordt altijd genomen na inwinnen van advies bij de maatschappelijk werker en de werkplaats. De werknemer bezorgt de aanvraag voor het onbetaald verlof schriftelijk aan de maatschappelijk werker. Ziekte De werknemer die afwezig is wegens ziekte of ongeval krijgt ziekteverlof. De werknemer meldt deze afwezigheid onmiddellijk (en zeker voor 9 uur) telefonisch aan : de maatschappelijk werker de werkplaats Wanneer de maatschappelijk werker niet bereikbaar is, verwittigt de werknemer de dienst Personeel. De nodige contactgegevens worden opgenomen achteraan dit document. Bij de melding van de afwezigheid geeft de werknemer informatie over: de vermoedelijke duur van de afwezigheid de verblijfplaats tijdens de afwezigheid Onmiddellijk na de doktersconsultatie meldt de werknemer aan de maatschappelijk werker en de werkplaats de duur van de afwezigheid. Voor elk ziekteverlof wordt binnen de 2 dagen een doktersattest bezorgd aan de maatschappelijk werker. De maatschappelijk werker verwerkt onmiddellijk de ziektemelding in Dynam-O en stuurt het attest door naar de dienst Personeel. Bij een arbeidsongeschiktheid als gevolg van een andere ziekte of ongeval, binnen de veertien kalenderdagen volgend op de vorige ziekte of ongeval, moet een medisch attest worden afgeleverd waarop duidelijk vermeld is dat het gaat om een arbeidsongeschiktheid te wijten aan een andere ziekte of ongeval. Komt deze vermelding niet voor, wordt vermoed dat de afwezigheid te wijten is aan de eerste ziekte of ongeval. Bij verlenging van een ziekteperiode gelden dezelfde regels als voor de oorspronkelijke ziektemelding. Na een aaneensluitende ziekte van ten minste 28 kalenderdagen is voorafgaand aan de werkhervatting een arbeidsgeneeskundig onderzoek voorzien. De werknemer licht de dienst Personeel zo snel mogelijk in van de voorziene datum van werkhervatting.
22/35
Medische controle De zieke werknemer (of kandidaat-werknemer) kan aan een medisch tegenonderzoek onderworpen worden door een geneesheer die aangesteld is door de werkgever. Het tegenonderzoek omvat alle medische, gespecialiseerde, klinische en radiologische onderzoeken. Het tegenonderzoek is kosteloos voor de werknemer. Deze controlegeneesheer gaat na of betrokkene gewettigd afwezig is wegens ziekte. Het onderzoek gebeurt in de woon- of verblijfplaats: - als betrokkene een attest heeft waaruit blijkt dat hij/zij de woonst niet mag verlaten, is hij/zij verplicht thuis aanwezig te zijn. - als betrokkene een attest heeft waaruit blijkt dat hij/zij de woonst mag verlaten, dient hij/zij zich toch ter beschikking te houden van de controlearts. - bij afwezigheid laat de controlearts een bezoekverklaring achter en het personeelslid wordt opgeroepen om zich op zijn kabinet aan te melden. - in geval van hospitalisatie wordt geen controle uitgevoerd voor de periode van opname. De controlegeneesheer gaat na of de werknemer werkelijk arbeidsongeschikt is en controleert of de duur van het attest gerechtvaardigd is. Wie de woning heeft verlaten, wordt aangeraden bij terugkeer de brievenbus te controleren. Het niet aanmelden bij de controlearts kan gevolgen met zich meebrengen. Indien de controlearts geen controle kon uitvoeren, kan ook niet nagegaan worden of de aanwezigheid wegens ziekte gerechtvaardigd is. Voor wie ongerechtvaardigd afwezig is wordt een dag loon in mindering gebracht. Gaat de behandelend geneesheer niet akkoord met de eventueel door de controlearts opgelegde vervroegde werkhervatting, dan neemt de behandelend arts contact op met de controlearts en proberen zij een akkoord te bereiken over de duur van de afwezigheid wegens ziekte. Komen zij niet tot een akkoord, dan wordt een arbitragearts aangesteld. Een arbitragearts is een derde, onafhankelijke arts die eveneens een diagnose stelt. Deze arbitragearts wordt aangesteld in onderling overleg tussen de behandelend arts en de controlearts. Het oordeel van de arbitragearts is doorslaggevend. Indien de controlegeneesheer en desgevallend de arbitragearts, bij een ziekte van één dag vaststelt dat het personeelslid niet ziek is, wordt één dag loon in mindering gebracht. Indien de controlegeneesheer, met akkoord van de behandelend arts, of desgevallend de arbitragearts, bij een ziekte van meerdere dagen, een vervroegde werkhervatting oplegt, dan moet het personeelslid het werk vroeger hervatten, zo niet wordt betrokkene als ongewettigd afwezig beschouwd. Ongeval op het werk en ongeval op weg naar en van het werk De werknemer die slachtoffer is van een ongeval op het werk of een ongeval op weg naar of van het werk, verwittigt onmiddellijk : de maatschappelijk werker en de werkplaats Wanneer de maatschappelijk werker niet bereikbaar is, verwittigt de werknemer de dienst Personeel. De nodige contactgegevens worden opgenomen achteraan dit document. Wanneer hij verwittigt, geeft de werknemer ook aan hoe hij bereikbaar is voor de dienst Personeel zodat de dienst contact kan opnemen om de juiste omstandigheden van het ongeval te kennen. Enkel zo kan tijdig en correct een aangifte van het ongeval gebeuren. De werknemer zorgt voor alle formaliteiten die door de dienst Personeel worden gevraagd met betrekking tot het ongeval. Voor elk ongeval wordt binnen de 2 dagen een doktersattest bezorgd aan de maatschappelijk werker. De maatschappelijk werker verwerkt onmiddellijk de afwezigheidsmelding in Dynam-O en stuurt het doktersattest door naar de dienst Personeel. Zwangerschap De werknemer die zwanger wordt, licht onmiddellijk de maatschappelijk werker in en bezorgt zo snel mogelijk een doktersattest aan de maatschappelijk werker. In samenspraak met de dienst Personeel, de arbeidsgeneesheer en de werkplaats worden de nodige maatregelen genomen. De maatschappelijk werker bezorgt het doktersattest aan de dienst Personeel.
23/35
Omstandigheidsverlof Het recht op omstandigheidsverlof wordt bepaald door het KB van 28 augustus 1963. Gelegenheid 1° huwelijk van het personeelslid of het afleggen van een verklaring van wettelijke samenwoning door het personeelslid, vermeld in artikel 1475 tot en met 1479 van het Burgerlijk Wetboek, met uitzondering van het afleggen van een verklaring van samenwoning van bloed- of aanverwanten: 2° bevalling van de echtgenote of samenwonende partner, of ter gelegenheid van de geboorte van een kind dat wettelijk afstamt van de werknemer:
3° overlijden van de samenwonende of huwelijkspartner, een bloed- of aanverwant in de eerste graad van het personeelslid, of van de samenwonende of huwelijkspartner: 4° huwelijk van een kind van het personeelslid, van de samenwonende of huwelijkspartner: 5° overlijden van een bloed- of aanverwant van het personeelslid of de samenwonende partner in om het even welke graad, die onder hetzelfde dak woont als het personeelslid of de samenwonende partner: 6° overlijden van een bloed- of aanverwant van het personeelslid of de samenwonende partner in de tweede graad, een overgrootouder of een achterkleinkind, niet onder hetzelfde dak wonend als het personeelslid of de samenwonende partner: 7° huwelijk van een bloed- of aanverwant: a) in de eerste graad, die geen kind is; b) in de tweede graad, van het personeelslid, de samenwonende of huwelijkspartner: 8° priesterwijding of intrede in het klooster van een kind van de werknemer, van de samenwonende of huwelijkspartner, of van een broer, zuster, schoonbroer of schoonzuster van de werknemer:
Duur en moment van de afwezigheid 2 werkdagen, op te nemen binnen de week waarin de gebeurtenis plaatsvindt of tijdens de daaropvolgende week 10 werkdagen (3 betaald door de werkgever, 7 door de mutualiteit), op te nemen binnen de 4 maanden volgend op de dag van de bevalling 3 werkdagen, op te nemen vanaf de dag van overlijden en dag van de begrafenis de dag van het huwelijk 2 werkdagen, op te nemen vanaf de dag van overlijden en dag van de begrafenis de dag van de begrafenis
Vereist bewijsstuk
de dag van het huwelijk
attest van het huwelijk
de dag van de roomskatholieke plechtigheid of een daarmee overeenstemmende plechtigheid bij een andere erkende eredienst 9° plechtige communie van een kind van de werknemer de dag van de of van de samenwonende of huwelijkspartner; plechtigheid, of, als deelneming van een kind van de werknemer of van de dat een zondag, samenwonende of huwelijkspartner aan het feest van feestdag of de vrijzinnige jeugd; inactiviteitsdag is, de deelneming van een kind van de werknemer of van de eerstvolgende samenwonende of huwelijkspartner aan een werkdag plechtigheid in het kader van een erkende eredienst die overeenstemt met de rooms-katholieke plechtige communie:
24/35
attest van huwelijk of attest van wettelijke samenwoning
geboorteakte
overlijdensbericht of overlijdensakte
attest van huwelijk overlijdensbericht of overlijdensakte
overlijdensbericht of overlijdensakte
attest van de priesterwijding
attest van de plechtigheid
10° gehoord worden door de vrederechter in het kader van de organisatie van de voogdij over een minderjarige: 11° deelneming aan een assisenjury, oproeping als getuige voor de rechtbank of persoonlijke verschijning op aanmaning van de arbeidsrechtbank:
de nodige tijd, maximaal één dag
kopie van de oproepingsbrief
de nodige tijd
kopie van de oproepingsbrief
De werknemer verwittigt de maatschappelijk werker en de werkplaats van de afwezigheid en bezorgt het bewijsstuk aan de maatschappelijk werker. Er is pas recht op de afwezigheid wanneer binnen de 2 dagen een passend bewijsstuk wordt ingediend bij de maatschappelijk werker. Enkel dan is het omstandigheidsverlof gelijkgesteld met dienstactiviteit en is het in alle gevallen bezoldigd. Uitzondering hierop is een deel van het vaderschapsverlof voor contractuele personeelsleden in de gevallen die hierna omschreven worden. Het verlof ter gelegenheid van de geboorte van een kind waarvan de afstamming aan de zijde van het personeelslid vaststaat, vermeld in 2°, wordt toegekend volgens de regels van het arbeidsrecht, in het bijzonder volgens de regeling, vermeld in artikel 30, §2, van de wet van 3 juli 1978 op de arbeidsovereenkomsten. De maatschappelijk werker verwerkt de afwezigheid in Dynam-O en bezorgt het bewijsstuk aan de dienst Personeel. Het omstandigheidsverlof is een recht, maar het personeelslid is niet verplicht deze verloven geheel of gedeeltelijk op te nemen. Dienstvrijstellingen Vorming Voor vormingen van maximaal 1 werkdag kan een dienstvrijstelling worden toegekend door de verantwoordelijke van de werkplaats. Voor vormingen van meer dan 1 werkdag kan enkel dienstvrijstelling worden toegekend nadat een gemotiveerde vraag schriftelijk is ingediend bij de maatschappelijk werker. Na bespreking met de werkplaats kan de werkgever (de OCMW-secretaris) de toelating geven tot het volgen van een langdurige vorming en toekenning van de dienstvrijstelling. Sollicitatietraining Gedurende de laatste drie maand van de tewerkstelling wordt aan de werknemer maximum 4 halve dagen dienstvrijstelling toegestaan voor het volgen van sollicitatietraining. De invulling hiervan gebeurt door de maatschappelijk werker, in overleg met de trajectbegeleider. Sollicitatieverlof Gedurende de laatste maand van de tewerkstelling wordt aan de werknemer maximum een halve dag per week dienstvrijstelling toegestaan om te solliciteren. De werknemer bezorgt binnen de 2 dagen een bewijsstuk van de sollicitatie aan de maatschappelijk werker. Vertraging en voortijdig vertrek Te laat komen, het werk onderbreken of het werk voortijdig verlaten kan niet zonder voorafgaande toelating van de leidinggevende. De werknemer die zonder toestemming of geldige reden afwezig blijft van het werk, verliest het recht op bezoldiging voor de niet-gepresteerde uren. Veelvuldige periodes van ongerechtvaardigde afwezigheden, kunnen worden beschouwd als dringende reden die de beëindiging van de overeenkomst zonder opzegging of opzeggingsvergoeding rechtvaardigen. 6.5 - Evaluatie Tijdens de tewerkstelling wordt de werknemer regelmatig geëvalueerd. Het resultaat van de evaluatie kan zijn: gunstig (eventueel met opmerkingen)
25/35
ongunstig Tenzij hieronder anders bepaald, zijn op de gesprekken telkens de werknemer, de trajectbegeleider, de maatschappelijk werker en een vertegenwoordiger van de werkplaats aanwezig. In onderlinge afspraak kan de trajectbegeleider of de maatschappelijk werker afwezig blijven of kunnen zij elkaar vervangen. Van elk gesprek wordt een verslag gemaakt dat door de aanwezigen wordt ondertekend. Van dit verslag ontvangen de werknemer, de trajectbegeleider, de maatschappelijk werker, de werkplaats en de dienst Personeel een exemplaar. Overeenkomst bepaalde duur 1 maand Kort voor het einde van de overeenkomst voor bepaalde duur van 1 maand wordt een evaluatiegesprek ingepland. Wanneer de werknemer gunstig geëvalueerd wordt, volgt op de overeenkomst voor bepaalde duur van 1 maand een nieuwe overeenkomst voor bepaalde duur van 2 maand. Bij een ongunstige evaluatie wordt geen nieuwe arbeidsovereenkomst gesloten. Overeenkomst bepaalde duur 2 maand Kort voor het einde van de overeenkomst voor bepaalde duur van 2 maand wordt een evaluatiegesprek ingepland. Wanneer de werknemer gunstig geëvalueerd wordt, volgt op de overeenkomst voor bepaalde duur van 2 maand een overeenkomst voor onbepaalde duur. Bij een ongunstige evaluatie wordt geen nieuwe arbeidsovereenkomst gesloten. Overeenkomst onbepaalde duur Tijdens de uitvoering van de overeenkomst voor onbepaalde duur wordt de werknemer om de drie maand geëvalueerd. De maatschappelijk werker is in principe enkel aanwezig bij de halfjaarlijkse evaluatiemomenten. Tijdens het evaluatiegesprek wordt ook vooruitgeblikt op de volgende evaluatieperiode en wordt aan de werknemer uitgelegd hoe de tewerkstelling (nog) beter kan verlopen. Na twee opeenvolgende ongunstige evaluaties wordt de overeenkomst onbepaalde duur beëindigd. 6.6 - Gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen De werkplaats stelt aan de werknemer de nodige persoonlijke beschermingsmiddelen (bv. werkschoeisel, handschoenen, …) ter beschikking en geeft aan de werknemer de nodige uitleg over een correct en veilig gebruik van deze middelen. De werknemer zal alle persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken zoals door de vertegenwoordigers van de werkplaats gevraagd. 7 - Communicatie, meldingen en bewijsstukken 7.1 - Voor tewerkstelling werknemer o arbeidsgeneeskundig onderzoek werkplaats o doorgeven diverse informatie aan maatschappelijk werker: werklocatie uit te voeren taken verlofregeling (collectief verlof, feestdagen, …) trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o doorgeven informatie aan dienst Personeel voor opmaak overeenkomst
26/35
dienst Personeel o afspraak arbeidsgeneeskundig onderzoek
7.2 - Tijdens tewerkstelling Aanwezigheden, jaarlijkse vakantie, feestdagen en collectief verlof werknemer o attesten vorige werkgever bezorgen aan maatschappelijk werker o aanvraag verlof aan werkplaats werkplaats o werknemer informeren over modaliteiten verlofaanvraag o overzicht collectief verlof en feestdagen bezorgen aan werknemer, maatschappelijk werker en dienst Personeel (in december voor volgend jaar; in stageperiode voor nieuwe werknemers) o beslissing verlofaanvraag, rekening houdend met het beschikbare verlofsaldo o overzicht aan- en afwezigheden aan maatschappelijk werker tegen derde werkdag van de volgende maand trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o doorgeven attesten vorige werkgever aan dienst Personeel o afwezigheden invullen in Dynam-O o doorgeven rechten aan werknemer dienst Personeel o rechten jaarlijkse vakantie en feestdagen ingeven in Dynam-O en doorgeven aan maatschappelijk werker en werkplaats Ziekte Voor een verlenging van de ziekte of een herval gelden dezelfde regels als voor de initiële ziekte) werknemer o onmiddellijk en zeker voor 9 uur de ziekte melden aan maatschappelijk werker en werkplaats (vermoedelijke duur en verblijfplaats vermelden) o na doktersconsultatie de juiste duur van de afwezigheid doorgeven aan maatschappelijk werker en werkplaats o doktersattest bezorgen aan maatschappelijk werker binnen de 2 dagen o beschikbaar zijn voor medische controle werkplaats o afwezigheid vermelden in maandelijks overzicht van aan- en afwezigheden trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o ingeven ziektemelding in Dynam-O o doorgeven doktersattest aan dienst Personeel dienst Personeel o ingeven doktersattest in Dynam-O Ongeval op het werk / ongeval naar en van het werk Voor de verlenging van de afwezigheid door een ongeval werknemer o onmiddellijk melden van het ongeval aan maatschappelijk werker en werkplaats (vermoedelijke duur afwezigheid en verblijfplaats vermelden) o na doktersconsultatie de juiste duur van de afwezigheid doorgeven aan maatschappelijk werker en werkplaats o doktersattest bezorgen aan maatschappelijk werker o attesten verzekering laten invullen door dokter o volledige beschrijving van het ongeval bezorgen aan dienst Personeel o beschikbaar zijn voor medische controle door controle-arts werkgever en verzekeringsmaatschappij
27/35
werkplaats o afwezigheid vermelden in maandelijks overzicht van aan- en afwezigheden trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o ingeven ziektemelding in Dynam-O o doorgeven doktersattest aan dienst Personeel dienst Personeel o blanco formulieren verzekering bezorgen aan werknemer o volledige beschrijving ongeval opvragen bij werknemer o indienen aangifte verzekering o resultaat erkenningsprocedure meedelen aan werknemer en maatschappelijk werker o aanpassen type afwezigheid in Dynam-O na goedkeuring ongeval door Ethias
Medische controle werknemer o beschikbaar zijn voor medische controle bij arbeidsongeschiktheid werkplaats o aanvragen controle aan maatschappelijk werker trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o aanvragen controle aan dienst Personeel dienst Personeel o aanvragen controle aan controle-arts o meedelen resultaat controle aan maatschappelijk werker en werkplaats Omstandigheidsverlof werknemer o aanvraag omstandigheidsverlof aan werkplaats o bewijsstuk bezorgen aan maatschappelijk werker werkplaats o vermelden van de afwezigheid in het maandelijks overzicht van aan- en afwezigheden trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o ingeven afwezigheid in Dynam-O o doorgeven bewijsstuk aan dienst Personeel dienst Personeel o ingeven bewijsstuk in Dynam-O Zwangerschap werknemer o melden aan maatschappelijk werker o doktersattest bezorgen aan maatschappelijk werker werkplaats o vermelden eventuele afwezigheid in maandelijks overzicht van aan- en afwezigheden trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o doorgeven zwangerschapsmelding aan dienst Personeel o doorgeven doktersattest aan dienst Personeel o bespreken maatregelen met dienst Personeel dienst Personeel o bespreken maatregelen met maatschappelijk werker en arbeidsgeneesheer o doorgeven maatregelen aan werknemer en werkplaats Sociaal verlof
28/35
werknemer o aanvragen sociaal verlof aan maatschappelijk werker en werkplaats o bewijsstuk aan maatschappelijk werker bezorgen werkplaats o overleggen over aanvraag met maatschappelijk werker o beslissing uit overleg met maatschappelijk werker over aanvraag doorgeven aan werknemer trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o overleggen over aanvraag met werkplaats o na overleg met de werkplaats de afwezigheid ingeven in Dynam-O o bewijsstuk doorgeven aan dienst Personeel dienst Personeel o bewijsstuk ingeven in Dynam-O
Onbetaald verlof werknemer o aanvragen onbetaald verlof aan maatschappelijk werker en werkplaats werkplaats o overleg met maatschappelijk werker over aanvraag trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o overleg met werkplaats over aanvraag o doorgeven aanvraag aan dienst Personeel (met eigen advies en advies werkplaats) via Dynam-O o meedelen beslissing OCMW-secretaris aan werknemer en werkplaats dienst Personeel o opmaak dossier „dagelijks personeelsbeheer‟ OCMW-secretaris o meedelen beslissing OCMW-secretaris aan maatschappelijk werker en werkplaats Vorming werknemer o aanvragen bij de werkplaats werkplaats o beoordelen vormingsaanvraag o beslissing meedelen aan werknemer o voorstel voor vorming bespreken met werknemer o bespreking vormingsvraag of –voorstel met maatschappelijk werker o vermelden in het maandelijks overzicht van aan- en afwezigheden trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o bespreking vormingsaanvragen met werkplaats o ingeven afwezigheid in Dynam-O dienst Personeel o nihil Langdurige vorming werknemer o schriftelijk aanvragen aan maatschappelijk werker werkplaats o overleg met de maatschappelijk werker over de aanvraag trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o overleg met de werkplaats over de aanvraag
29/35
o aanvraag doorgeven aan dienst Personeel (met eigen advies en advies werkplaats) o meedelen beslissing OCMW-secretaris aan werknemer o inschrijven werknemer voor de vorming dienst Personeel o opmaak dossier „dagelijks personeelsbeheer‟ OCMW-secretaris o meedelen beslissing OCMW-secretaris aan maatschappelijk werker en werkplaats Sollicitatietraining werknemer o nihil werkplaats o vermelden afwezigheid in maandelijks overzicht van aan- en afwezigheden trajectbegeleider o bespreken planning met maatschappelijk werker maatschappelijk werker o bespreken planning met trajectbegeleider o doorgeven planning aan werknemer en werkplaats o ingeven afwezigheid in Dynam-O o bezorgen attest vorming aan dienst Personeel dienst Personeel o nihil Sollicitatieverlof werknemer o aanvraag sollicitatieverlof aan werkplaats o doorgeven bewijsstuk sollicitatie aan maatschappelijk werker werkplaats o bespreken aanvraag met trajectbegeleider en maatschappelijk werker o na bespreking de beslissing meedelen aan de werknemer o vermelden afwezigheid in maandelijks overzicht van aan- en afwezigheden trajectbegeleider o bespreken aanvraag met werkplaats en maatschappelijk werker o na bespreking de beslissing meedelen aan de werknemer maatschappelijk werker o bespreken aanvraag met werkplaats en trajectbegeleider o ingeven afwezigheid in Dynam-O dienst Personeel o nihil Evaluatie werknemer o aanwezigheid gesprek werkplaats o aanwezigheid gesprek trajectbegeleider o opvolgen evaluatiecyclus o aanwezigheid gesprek o opmaak verslag o bezorgen verslag aan alle partijen maatschappelijk werker o aanwezigheid gesprek dienst Personeel o nihil Wijzigingen in de werksituatie werknemer o nihil werkplaats o tijdig bespreken en afspreken met trajectbegeleider en maatschappelijk werker
30/35
trajectbegeleider o tijdig bespreken en afspreken met werkplaats en maatschappelijk werker maatschappelijk werker o tijdig bespreken en afspreken met werkplaats en trajectbegeleider o doorgeven van wijzigingen aan dienst Personeel dienst Personeel o opmaak addendum voor uitvoering gewijzigde situatie o laten ondertekenen addendum door werknemer
Onwettige afwezigheid, vertraging en voortijdig vertrek werknemer o regulariseren onwettige afwezigheid werkplaats o onmiddellijke melding van de onwettige afwezigheid aan maatschappelijk werker en dienst Personeel o onmiddellijke melding van de terugkeer van de werknemer aan maatschappelijk werker o vermelden afwezigheid in maandelijks overzicht aan- en afwezigheden trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o ingeven afwezigheid in Dynam-O o opvolgen verder verloop van afwezigheid en dagelijkse bespreking met dienst personeel o inlichten van trajectbegeleider dienst Personeel o werknemer in gebreke stellen en dagelijkse bespreking met maatschappelijk werker Einddatum tewerkstelling werknemer o nihil werkplaats o nihil trajectbegeleider o nihil maatschappelijk werker o navraag doen over te presteren termijn o tijdig anticiperen op de einddatum door opvragen van informatie bij de uitbetalingsinstelling en opvolging vragen aan dienst Personeel o doorgeven einddatum tewerkstelling aan werknemer, werkplaats en trajectbegeleider dienst Personeel o inschatten einddatum tewerkstelling en doorgeven aan maatschappelijk werker Diversen De bovenstaande opsomming is geen limitatieve lijst. Elke informatie die één van de partijen verkrijgt en die van belang is of kan zijn voor een andere partij wordt zo snel mogelijk doorgegeven. 7.3 - Contactinformatie Gegevens OCMW OCMW Oostkamp Siemenslaan 1 8020 Oostkamp BE0212.205.514 Tel. 050 819 819 Maatschappelijk werker
31/35
Elise Verhelst Tel. 050 819 965 E-mail
[email protected] (wordt later vervangen adres dienstmailbox artikel 60) dienst Personeel Tel. 050 819 830 E-mail
[email protected] Werkplaats
Afhankelijk van de werkplaats
Trajectbegeleider Bart Declercq Loca Consult GSM 0475 967 746 Ethias Ethias Verzekering Prins Bisschopssingel 73 3500 Hasselt Verzekering vrijwilligers: polis 45.254.388 Verzekering arbeidsongevallen: polis 06.050.496 8 - Arbeidsreglement Voor elementen die in deze tekst niet aan bod komen maar die wel behandeld worden in het arbeidsreglement, gelden de bepalingen van het arbeidsreglement waarvan de werknemer bij ondertekening van de overeenkomst voor bepaalde duur een exemplaar ontvangt. 9 - Bijlagen Art. 60 § 7 van de OCMW-wet (versie 01/07/2009) Wanneer een persoon het bewijs moet leveren, van een periode van tewerkstelling om het volledige voordeel van bepaalde sociale uitkeringen te verkrijgen of teneinde de werkervaring van de betrokkene te bevorderen, neemt het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn alle maatregelen om hem een betrekking te bezorgen, in voorkomend geval verschaft het deze vorm van dienstverlening zelf door voor de bedoelde periode als werkgever op te treden. De periode van de tewerkstelling bedoeld in vorig lid, mag niet langer zijn dan de periode die voor de tewerkgestelde persoon nodig is om gerechtigd te worden op volledige sociale uitkeringen. In afwijking van de bepalingen van artikel 31 van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, kunnen de werknemers verbonden krachtens een arbeidsovereenkomst met de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, met toepassing van deze paragraaf, door deze centra ter beschikking worden gesteld van gemeenten, verenigingen zonder winstoogmerk of verenigingen vermeld in het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking met een sociaal, cultureel of ecologisch doel, vennootschappen met een sociaal oogmerk zoals bedoeld in artikel 164bis van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen, een ander openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, een vereniging waarvan sprake in titel VIII, hoofdstuk I van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn een openbaar ziekenhuis dat van rechtswege aangesloten is bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten of bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid, de initiatieven die door de minister bevoegd voor sociale economie zijn erkend of de partners die met het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn een overeenkomst hebben gesloten op basis van onderhavige organieke wet.
32/35
Indien de in het vorig lid bedoelde partner een privé-onderneming is, bepaalt de Koning de voorwaarden en de modaliteiten volgens dewelke de terbeschikkingstelling moet worden geregeld met deze onderneming met het oog op het behoud van het recht van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn op de toelage verbonden aan de inschakeling van de persoon tewerkgesteld met toepassing van de artikelen 36 en 37 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie. (bron: codex.vlaanderen.be)
Ondersteunende diensten Personeel 6.
Open verklaren van de functie van administratief hoofdmedewerker Secretariaat bij wijze van bevordering en externe mobiliteit binnen hetzelfde werkingsgebied
De raad in openbare zitting vergaderd; Gelet op de Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW‟s; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de rechtspositieregeling van het gemeente- en provinciepersoneel en de latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de latere wijzigingen; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 18 april 2016 tot aanpassing van de rechtspositieregeling voor het OCMW-personeel; Gelet op de beslissing van de OCMW-raad van 18 april 2016 tot vaststelling van de personeelsformatie; Overwegende dat het OCMW kansen wil bieden aan personeelsleden en dat voor het Secretariaat een functie van hoofdmedewerker is voorzien en dat aan deze functie een overkoepelende rol is voorzien in de organisatie waarbij betrokkene op verschillende plaatsen kan ingezet worden om tijdelijke noden op te vangen; Overwegende dat zowel aan medewerkers (C1-C3) van gemeente, OCMW en AGB-O de kans geboden wordt om zich kandidaat te stellen; BESLUIT: Art. 01 –de functie van administratief hoofdmedewerker (C4-C5) ten behoeve van het Secretariaat open te verklaren bij wijze van bevordering en via externe mobiliteit binnen hetzelfde werkingsveld. Art. 02 – De vacature wordt bekendgemaakt via de personeelsweetjes, Personeelsnet en een brief aan alle medewerkers (C1-C3) van AGB-O, gemeente Oostkamp en OCMW Oostkamp. Art. 03 – Kandidaten die geslaagd maar niet aangesteld zijn, worden opgenomen in een wervingsreserve die 2 jaar geldig is. Art. 04 - De selectie procedure bestaat uit: een schriftelijke proef op 50 punten waarbij de het leervermogen, kennis en het inzicht in de materie bij de kandidaten wordt getest,
33/35
een mondelinge proef op 50 punten waarbij gepeild wordt naar de motivatie, het inzicht en het beantwoorden van de kandidaat aan het competentieprofiel, een psychotechnische test / assessment (geschikt of niet geschikt) De selectie wordt georganiseerd door het gemeentebestuur Oostkamp, samen met de selectie voor de bevordering van de administratief hoofdmedewerkers gemeente en AGB-O De kandidaten moeten om te slagen 50% behalen op elk onderdeel en 60% voor het geheel van de proeven en daarenboven geschikt bevonden worden bij de psychotechnische proef.
Art. 05 – Het extern selectiebureau dat instaat voor de psychotechnische proeven wordt aangesteld via Jobpunt Vlaanderen. Art. 06 – De selectiecommissie bestaat uit: een extern selectiedeskundige van ADMB Bram Gilté, diensthoofd Vrije Tijd, stad Damme Koen Bertrem, stad Brugge Eveline Dubois, financieel beheerder OCMW Oostkamp Sandra Desoete, diensthoofd personeel Oostkamp, secretaris, geen lid van de commissie.
Meldingen & Vragen Meldingen 7.
Infopunten, mededelingen en vragen
BESLOTEN ZITTING Bestuur en Beleid Notulen 8.
Goedkeuren van de verslagen van de vorige vergaderingen - gedeelte besloten zitting
Algemeen beleid & coördinatie 9.
Kennis nemen van de beslissingen dagelijks personeelsbeheer OCMW-secretaris
Leven & Sociaal Individuele hulpverlening 10. Bekrachtigen van toekenning van dringende steunverlening 11. Poetsdienst aan huis 12. Premies in het kader van de thuiszorg 13. Doorgangswoningen 14. Toekenning van leefloon 15. Aanvragen tegemoetkomingen 16. Alarmsystemen voor alleenstaande bejaarden en/of gehandicapten
34/35
17. Borgstellingen en hypotheken 18. Sociaal Stookoliefonds 19. Asielzoekers
Zorgsite Ter Luchte 20. Bekrachtigen opnames woonzorgcentrum Ter Luchte
Ondersteunende diensten Personeel 21. WZC Ter Luchte: aanstellen van een deeltijds zorgkundige voor bepaalde duur 22. WZC Ter Luchte: bekrachtigen aanpassing prestatievolume van een deeltijds logistiek medewerker 23. WZC Ter Luchte: uitbreiden van het prestatievolume voor onbepaalde duur van twee keukenhulpen 24. WZC Ter Luchte: bekrachtigen van de aanstelling van bepaalde duur van een deeltijds logistiek medewerker
Meldingen & Vragen Meldingen 25. Infopunten, mededelingen en vragen
Met vriendelijke groeten
Jan Compernol OCMW-secretaris
Herman Himpens OCMW-voorzitter
35/35