Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
1. De organisatie: wat Julidans is, wil, doet en gáát doen “Waar zit ik nou eigenlijk naar te kijken?” Het is een vraag die bezoekers van hedendaagse dans zich met regelmaat stellen en wij als programmeurs van Julidans doen dat net zo goed. Verwonderlijk is dat niet, want de makers van die hedendaagse dans zijn er meestal niet op uit om hapklare brokken en sluitende antwoorden te presenteren. Sterker nog, het zijn eerder vragen of kwesties die zij voorleggen aan het publiek, dat daar vervolgens mee mag doen (of laten) wat het wil. Met deze tekst opende de programmagids van Julidans 2011. Een tikkeltje uitdagend en riskant misschien, want wij mogen die ongrijpbaarheid en meerduidigheid van de hedendaagse dans dan wel heel aantrekkelijk vinden, voor het grote publiek ligt dat vaak anders. Ook al maken we gestaag vorderingen, de danskunst blijft kampen met onbegrip. Waarom dan juist bovenstaande vraag opwerpen? Allereerst omdat dat nou precies de vraag is die vernieuwende kunst oproept. Denk aan Le Sacre du Printemps van Nijinsky, Café Müller van Pina Bausch. De missie van Julidans is in te zoomen op wat er op dit moment speelt in de dans: wie zijn de smaakmakers – gevestigd of aankomend – wat zijn de thema's, waar zit de ontwikkeling? Verder houden wij wel van uitdagen en risico's nemen. U kent ons inmiddels. Maar vooral omdat wij onszelf vleien met de gedachte dat wij met OSD, ons soort dans, barrières kunnen slechten. Door elk jaar de publieke interesse voor dans een oppepper te geven en te bewijzen dat dans mooi, relevant, prikkelend, ontroerend en intelligent kan zijn. En niet te vergeten grappig: er wordt tijdens Julidans vaak en hard gelachen. Om de maffe beelden van Marie Chouinard, de sublieme ironie van VA Wölfl of de absurdistische humor van Maguy Marin. Om daarin mee te gaan, hoef je echt geen doctorandus in de danswetenschappen te zijn. Ons doel is op verschillende niveaus met het publiek te communiceren en nieuwe ontwikkelingen in de internationale hedendaagse dans in een toegankelijk kader van gevarieerde stijlen en informatieve randprogrammering te plaatsen. Julidans, dat is tegendraadse dans, niet primair gericht op esthetiek, maar vooral op theatrale zeggingskracht. Dans die direct binnenkomt, dat is ons soort dans. In de 21 jaar van zijn bestaan heeft het festival zich ontwikkeld van een noodoplossing voor de zomerse voorstellingsluwte in de Stadsschouwburg tot een volgroeid festival. Bij onze volwassen leeftijd en status hoort een heldere visie op wat Julidans is, wil, doet en gaat doen. En voor wie natuurlijk. Want we doen het niet voor ons eigen plezier (al beleven we er zelf veel lol aan), maar voor het publiek. Het is de toeschouwer, van complete leek tot professional, tot wie wij ons met onze kernactiviteiten richten: voorstellingen presenteren aangevuld met een inhoudelijk interessante en informatieve randprogrammering. In het verleden werd Julidans nog wel eens omschreven als een 'vrolijke ratjetoe' aan voorstellingen. Terwijl we eigenlijk al jaren de koers varen die nog steeds ten grondslag ligt aan onze programmakeuzes: Julidans is het festival voor internationale hedendaagse dans van makers met een sterke maatschappelijke visie en een voorkeur voor een theatrale, multidisciplinaire aanpak. Tegenwoordig is de vormgeving en invulling van het festival uitgekristalliseerd tot een stevig bouwwerk, waarbinnen wij het goede uit het verleden behouden, een aantal onderdelen in de komende periode willen intensiveren én een beperkt aantal taken willen toevoegen. Het presenteren van voorstellingen is maar één van de taken die wij onszelf toedichten. In de loop der jaren is Julidans gegroeid, niet alleen in de lengte en de breedte, maar ook in de diepte. We zijn naar de randen van de stad getrokken, naar stadsdelen waar kunst en cultuur niet voor het oprapen liggen en theaterbezoek geen vanzelfsprekend onderdeel van het leven of van de opvoeding is. We hebben randprogrammering ontwikkeld om het publiek extra informatie over de voorstellingen te geven. 'Hoe meer je weet, des te meer je ziet en
1
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
hoe meer je ziet, des te meer je begrijpt' luidt daarbij onze beknopte filosofie. Ook voor onze gasten, de dansmakers, hebben we activiteiten georganiseerd waarbij artistieke ontmoeting, ontwikkeling en uitwisseling de belangrijkste doelen zijn. Deze onderdelen worden in de komende periode gecontinueerd, waarbij we streven naar een steeds sterkere onderlinge samenhang tussen de verschillende onderdelen. Julidans is een begrip geworden, een merk met een internationale reputatie bij publiek, pers en internationale programmeurs. In 2011 bijvoorbeeld togen maar liefst 100 programmeurs van internationale podia en festivals – NB: op eigen kosten! – naar Amsterdam om zich daar op de hoogte te stellen van wat volgens Julidans op dit moment de belangrijke ontwikkelingen in de hedendaagse dans zijn. Julidans staat ergens voor en wie op Julidans staat, betekent iets. Julidans is een volgroeid, internationaal festival geworden. Daar zijn we uiteraard trots op. Maar volgroeid betekent nog niet volmaakt. Regelmatig voeren wij publieksonderzoek uit (het volgende staat gepland voor 2012) en na elke editie wordt druk met onze partners geëvalueerd: wat ging goed, wat werkte niet, wat wel, wie heeft ons bezocht, ontbreekt er nog iets? Wat dat laatste betreft: de nieuwe elementen die wij hierna voorstellen, komen voort uit inhoudelijke motieven, niet uit de wens almaar te blijven uitbreiden. Een zekere mate van overzichtelijkheid draagt volgens ons bij aan de kwaliteit van het festival. In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister, zei Goethe (overigens een verklaard danshater) dat niet?
2. Visie en ambities: hoe en waarom we het (gaan) doen In de achterliggende jaren is een brede waaier aan activiteiten ontplooid. Deze vormt de basis voor onze plannen voor de periode 2013-2016. In de komende periode zal Julidans nog sterker worden geprofileerd als een samenhangend geheel van uiteenlopende activiteiten voor publiek en professionals. Thematische samenhang is wel een doel, maar geen heilig moeten. Inhoudelijke coherentie kán ook niet lang van tevoren worden bepaald als we de vinger aan de pols willen houden, voelen wat er in de lucht hangt en bovenop de actualiteit willen zitten. Bij de programmering hanteren wij wel een aantal hoofddoelen: ● Presenteren Julidans presenteert jaarlijks een programma met internationale hedendaagse dans. ● Informeren Julidans voorziet voorstellingen van extra informatie en achtergronden en voegt daarmee inhoudelijke waarde toe aan het programma. ● Stimuleren Julidans stimuleert de danskunst in brede zin door nieuwe publieksgroepen te interesseren voor dans. ● Ondersteunen Julidans ondersteunt jong talent door het te presenteren, te volgen en toegang tot ons netwerk te bieden. ● Uitwisselen Julidans zorgt voor uitwisseling tussen makers en professionals (programmeurs), ook onderling. In 2013 willen we hieraan nog een toevoegen, namelijk: ● Vertegenwoordigen De programmeurs van Julidans treden op als vertegenwoordigers of 'ambassadeurs' van Nederlandse dansmakers en dansgezelschappen. Met deze doelstellingen als leidraad en toetssteen stellen wij Julidans samen; ze zijn inherent – soms expliciet, altijd impliciet – aan de diverse activiteiten van Julidans. Die hebben we in vijf 'hoofdstukken' onderverdeeld; herkenbare segmenten in de programmering, elk met een eigen karakter en doelgroep. In schematische vorm ziet het bouwwerk dat wij Julidans noemen er zo uit:
2
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
De allereerste vraag die men ons mag stellen is: waarom eigenlijk een festival? Wel, omdat we zo het publiek kunnen laten kennismaken met de vele verschijningsvormen van hedendaagse dans. Omdat sommige voorstellingen 'los' in het seizoen geen aandacht zouden krijgen. Omdat we een grote variëteit aan vormen en stijlen kunnen presenteren. Omdat we extremere keuzes kunnen maken, bijvoorbeeld voor makers die in Nederland (nog te) onbekend zijn, of voor 'moeilijke' voorstellingen. In het festival kunnen we dergelijke producties omlijsten met een goede, informatieve randprogrammering. Anders gezegd: een festival biedt, anders dan de reguliere seizoensprogrammering, bij uitstek de mogelijkheid om in een korte tijdsspanne nieuwe namen en vormen te introduceren en verschillende stijlen met elkaar te vergelijken. Overigens niet alléén nieuwe namen: we blijven onze 'oude bekenden' koesteren, danskunstenaars die het festival op de kaart hebben gezet. Voor jonge dansmakers met een eigen signatuur en een eigenzinnige visie fungeert Julidans als presentatiemogelijkheid een voet tussen de deur bij een breed georiënteerd publiek en bij avontuurlijk ingestelde theaterprogrammeurs. Ze stromen in via de 'hoofdstukken' Next, Artist's Lab of I Like To Watch Too en kunnen daarna doorstoten naar het hoofdprogramma. Na een optreden op het festival ligt voor sommigen de weg open naar de reguliere seizoensprogrammering, óók van andere theaters in Nederland. Daarmee draagt Julidans bij aan continuïteit en doorstroming. Maar er blijven natuurlijk altijd projecten die bij uitstek 'festivalproducties' zijn en zich juist niet lenen voor de seizoensprogrammering van andere theaters; dwarse, grootschalige voorstellingen als die van VA Wölfl/NEUER TANZ, vorig jaar nog een van de meest omstreden producties van het festival. Dat hele scala kunnen wij (wel) presenteren. Dat is de toegevoegde waarde van een festival. Referentiepunten voor onze programmering zijn grote festivals en platforms als Montpellier Danse (FR), Tanz im August (DE), British Dance Edition (GB), Tanzplattform Deutschland (DE), Festival TSEHK (RUS)
3
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
en, buiten Europa, BIPOD Beirut International Platform of Dance en Maqamat Festival (LB), Attakalari India Biennial (IN), festival Danse L’Afrique Danse (om het jaar in een ander land in Afrika) en Festival Panorama (BR). Door de alliantie met Stadsschouwburg Amsterdam en impresariaat Van Baasbank & Co, maakt Julidans deel uit van het IETM network. Tijdens de meetings en platforms van dit International Netwerk for Contemporary Performing Arts wordt kennis uitgewisseld over voorstellingen, artiesten en werkwijzen. Daarnaast maken we gebruik van netwerken van onze partnertheaters. De Melkweg is lid van TEH – Trans Europe Halles – en zo wordt Julidans eveneens in contact gebracht met podia, festivals, cultural managers en artiesten binnen Europa. Daarnaast heeft Julidans zijn eigen, uitgebreide netwerk. We volgen de internationale festivals, ontwikkelingen en debatten. Dat wil niet wil zeggen dat wij achter elke trend of hype aanlopen. Sommige choreografen die door onze buitenlandse collegae hoog worden aangeslagen, komen er bij ons al jaren niet in. Gewoon, omdat we er niet in geloven. We zijn ook veel liever trendsetters dan trendvolgers. Neem Dave St-Pierre. Terwijl Julidans zijn werk al een paar jaar presenteerde, brandden collega-programmeurs hun vingers aanvankelijk niet aan St-Pierres heftige, soms groteske producties. Nu pas durven Parijs en Londen het aan. Wij blijven dus onze eigen koers varen en kiezen onze eigen Grote Meesters en Enfants Terribles. Sommige Grote Meesters blijven overigens altijd een beetje Enfant Terrible. Dat waarderen wij. Julidans hoofdstuk 1: Het hoofdprogramma De basis van het festival is het hoofdprogramma. Daar kunnen we relatief kort over zijn. Op de podia van de Stadsschouwburg Amsterdam presenteren we groot gemonteerde voorstellingen van iconen van de hedendaagse dans (Pina Bausch, Wim Vandekeybus, Marie Chouinard, Lloyd Newson, Sidi Larbi Cherkaoui, Akram Khan, Jan Fabre, Saburo Teshigawara) en de grote vernieuwers van dit moment (Dave St-Pierre, David Wampach, Alain Buffard). Het zijn de grote namen op de belangrijke internationale festivals en de prestigieuze podia van deze wereld. Misschien is het werk van sommige iconen niet meer als echt innovatief te kwalificeren, maar het gaat altijd om choreografen die zichzelf opnieuw uitvinden, iets hebben teweeggebracht, die codes hebben doorbroken met een eigen benadering en een eigen signatuur. Het gaat om voorstellingen met een grote theatrale zeggingskracht, vaak multidisciplinair van karakter. Dat is the stuff that Julidans is made of, het is ons soort dans. Zo denken wij er althans over. En dan zijn er de jonge honden, de 'Enfants Terribles', nieuwe makers die subtiel morrelen aan, dan wel radicaal inbeuken op de bestaande definities van dans en theater. In potentie zijn zij de iconen van morgen. Julidans hoofdstuk 2: NEXT, ILTWT & niet-westerse programmering Julidans NEXT is het domein van de nieuwe lichting choreografen en het Melkweg Theater, een klein podium met een nieuwsgierig, avontuurlijk, vaak jonger publiek, biedt daarvoor een uitermate geschikt platform. Dit 'hoofdstuk' is ons antwoord op de combinatie van rockband met support act. Wij vragen choreografen uit het hoofdprogramma een jonge dansmaker op het festival te presenteren, aanstormende talenten die volgens onze hoofdgasten een belofte voor de toekomst inhouden. Meestal ontstaat hierdoor als vanzelf een artistiek-inhoudelijk verband in de programmering. Ook kijken wij zelf uit naar jonge talenten die een bijdrage kunnen leveren aan NEXT. Langs deze weg heeft in 2011 bijvoorbeeld de Amerikaan Daniel Linehan een plek in het festival gekregen – en prompt een plaats op het favorietenlijstje van NRC Handelsblad verworven. NEXT is ook een platform voor dansers met choreografische aspiraties uit de gezelschappen (bijvoorbeeld iconen als Wim Vandekeybus, Jan Fabre of Akram Khan) die in het hoofdprogramma optreden. NEXT kan dus op diverse manieren worden ingevuld en jaarlijks evalueren wij of er veranderingen gewenst zijn: is een competitie misschien een mogelijkheid? Hoe dan ook, bij NEXT staat de nieuwe generatie dansmakers centraal. Wij volgen het jonge talent en ondersteunen hun ontwikkeling door ze in meerdere edities te presenteren, met het hoofdprogramma als
4
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
lonkend perspectief. Linehan staat voor 2013 al geboekt met een groter werk in Bellevue. Daarmee treedt hij in de voetsporen van onder anderen Ann van den Broek, Gregory Maqoma en Lisbeth Gruwez, die al eerder naar 'hogere regionen' zijn doorgestoten. Zo stimuleren wij doorstroming, binnen ons eigen festival maar ook naar andere (buitenlandse) festivals. Buitenlandse programmeurs beschouwen Julidans, inclusief Julidans NEXT, als een festival waar iets te ontdekken valt. In termen van onze hoofddoelen: hier overlappen 'presenteren' en 'ondersteunen' elkaar. In de periode 2013-2016 gaan we door met I LIKE TO WATCH TOO. Tijdens het avond- en nachtprogramma in 'poptempel' Paradiso ervaart het publiek dans op een andere manier. Dwalend door het gebouw stuit de toeschouwer op korte acts, soms op een podium, soms zomaar tussen het publiek in. Dichterbij kan haast niet. De 'ILTWT' formule is succesvol gebleken. In samenspraak met de artistieke leiding van Paradiso en Suzy Blok, artistiek leider van ILTWT, selecteren we speciale projecten, maar er wordt ook verband gelegd met het Julidans hoofdprogramma en Julidans NEXT. De toeschouwer kan naar believen van het ene naar het andere optreden zappen en ILTWT is zo heel geschikt voor 'instappers' op het gebied van hedendaagse dans. Met Paradiso als locatie stimuleren we belangstelling voor (hedendaagse) dans bij een ander, jonger publiek. Dat is in het belang van de danskunst, maar natuurlijk ook van onszelf en onze toekomst. De laatste jaren hebben wij de winnaars van het Afrikaanse dansplatform Danse l'Afrique danse! gepresenteerd. Voorstellingen van gedreven, vaak maatschappelijk geëngageerde hedendaagse-dansmakers uit landen met hoofdzakelijk traditionele dansvormen en zonder culturele infrastructuur. Ook grotere voorstellingen uit Afrika zijn regelmatig op het festival te zien, evenals producties uit Azië. Deze nietwesterse beleidslijn zetten we met volle overtuiging voort. Julidans moet een venster bieden op wat er in de danswereld gebeurt, de héle danswereld. Samen met partners uit ons Europese netwerk vragen we hiertoe financiering aan bij Europese fondsen. In het recente verleden konden wij zodoende bijzondere projecten uit Azië naar Europa halen: in 2009 Chin-A-Moves, met onafhankelijke danskunstenaars uit China, en in 2010 Kore-A-Moves. Ook deze beleidslijn, inclusief het aanboren van aanvullende financiële bronnen, zetten we voort. Enigszins tot onze schaamte moeten wij overigens bekennen dat één continent er de laatste 21 jaar wel erg bekaaid van afgekomen is: Zuid-Amerika. We zijn voornemens deze tekortkoming aan te pakken en Julidans door actief te scouten ook een Latijns tintje te geven. Verbreding van het aanbod is voor ons vanuit artistiek-inhoudelijk oogpunt belangrijk. Met onze nietwesterse programmering onderscheiden wij ons duidelijk van de andere Nederlandse festivals. Maar dat is niet het enige: met de niet-westerse programmering zijn wij in staat publieksgroepen te benaderen die niet zo een-twee-drie naar, pakweg, Wim Vandekeybus komen kijken, of Maguy Marin. Dat doet recht aan de diversiteit van het publiek. Julidans hoofdstuk 3: 'Julidans komt naar je toe' Julidans gaat door met het opzoeken van nieuw publiek buiten het festivalcentrum. We hebben al een goede samenwerking opgezet met twee theaters in andere stadsdelen: Podium Mozaïek in Bos en Lommer en het Bijlmer Parktheater in Zuid-Oost. Zo leggen we contact met een nieuw publiek, vaak afkomstig uit bevolkingsgroepen die, al dan niet vanuit hun culturele achtergrond, theater, laat staan hedendaagse dans, vooral ervaren als een ver-van-mijn-bed-show. Hiervoor maken we een keuze uit projecten van de deelnemende choreografen en dansers van Julidans, laagdrempelige voorstellingen die idealiter een speciale relevantie hebben voor dit nieuwe publiek. Rond sommige projecten worden ook educatieve activiteiten georganiseerd, zoals workshops voor amateurs en informele ontmoetingen tijdens Julidans Meet & Eat.
5
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
In de periode 2013-2016 gaan we hier mee door, bovendien hebben wij, gezien onze goede ervaringen in West en Zuid-Oost, de ambitie uit te breiden naar meer stadsdelen, om Julidans nog sterker te laten wortelen in Amsterdam. In Oost hebben we inmiddels contact gelegd met de leiding van het Muiderpoorttheater, dat ook gedurende het seizoen dans programmeert. De reactie op ons voorstel was ronduit positief. Binnenkort starten wij besprekingen over een nadere invulling van de samenwerking. Ook overwegen we in Noord partners te zoeken. De voorstellingen in het Vondelpark zijn een verhaal apart. Zij zijn gratis en de locatie brengt met zich mee dat een deel van het publiek doelbewust komt, terwijl een ander bij toeval stuit op de speciaal geselecteerde, meestal relatief korte optredens, die uiteraard wel qua aard en kwaliteit 'des Julidans' zijn. We bereiken elk jaar enige duizenden toeschouwers die zo kunnen ontdekken dat ze eigenlijk wél van dans houden, maar gewoon nog niet wisten hoe gevarieerd en verrassend die kan zijn. Natuurlijk hopen wij dat dit hen zal inspireren kaartjes te kopen voor Julidansvoorstellingen. De Vondelparkvoorstellingen zijn dus te zien als een marketingtool. Maar net als onze projecten op locaties buiten het centrum is het van onze kant ook een gebaar naar de stad: ons soort dans is voor iedereen. Julidans hoofdstuk 4: Julidans als ambassadeur Het doel dat wij vanaf 2013 structureel toevoegen aan ons activiteitenpakket is hierboven 'vertegenwoordigen' genoemd, maar heeft ook een element van presenteren in zich. Vaak vragen buitenlandse collega's ons om informatie over Nederlandse dansgezelschappen. Wie doet wat, welke namen zijn interessant? Mede daarom programmeren we regelmatig Nederlandse producties van internationaal niveau. Daarnaast organiseren wij studiobezoek voor onze buitenlandse gasten (nogmaals: in 2011 kwamen 100 programmeurs van internationale festivals en podia naar Julidans), die daar zelf nadrukkelijk om vragen. Omgekeerd krijgen we vanuit de Nederlandse danswereld, met name het middenveld, vaak de vraag of wij iets voor gezelschappen kunnen betekenen in het buitenland. Ook die verzoeken proberen wij als het enigszins mogelijk is te honoreren door hen in contact te brengen met buitenlandse programmeurs. Met enige overdrijving zouden wij onszelf nu al een vooruitgeschoven post van de Nederlandse hedendaagse dans kunnen noemen. Het is een rol die wij graag structurele vorm en inhoud willen geven. Vanaf 2013 gaan wij daarom tijdens Julidans een Showcase NL voor buitenlandse programmeurs organiseren, een platform waarop Nederlandse choreografen en groepen werk presenteren om zich zo ´in de markt te zetten´ voor buitenlandse optredens en/of tournees. De showcase is met name bedoeld voor kleine groepen en aankomende makers, maar ook voor choreografen die al een zekere bekendheid genieten in het buitenland (denk aan Jan Martens of T.R.A.S.H.), vooropgesteld dat hun werk binnen de artistieke kaders van het festival past. Zij zouden, gesteund door de Showcase NL, hun actieradius kunnen vergroten. Vrijwel elk gezelschap in het Nederlandse middenveld, ook (zelfs) een groep als Emio Greco|PC, is gebaat bij een dergelijke promotie, zeker in het huidige tijdsgewricht. Als locatie voor Showcase NL denken wij aan Theater Frascati. Het heeft een geschikte capaciteit, is duidelijk te onderscheiden van de 'traditionele' Julidanspodia en er is sprake van een artistiek verwantschap. De keuze voor Frascati is ook praktisch: onze hoofdpodia zijn tijdens Julidans bezet. Door een 'dependance' in Frascati te openen, verbindt Julidans zich sterker met de stad en geven wij concreet invulling aan de samenwerking binnen Amsterdam. De nieuwe activiteit past immers uitstekend binnen het initiatief 'Van nood tot deugd'. Julidans gaat daarin samenwerken met Amsterdamse collega-theater- en dansinstellingen: Toneelgroep Amsterdam, Stadsschouwburg, Holland Festival, Frascati, Likeminds en het Nederlands Theaterfestival.
6
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
Julidans hoofdstuk 5: Julidans Talks, Julidans Meet & Eat Met alleen het presenteren van voorstellingen zou het festival incompleet zijn en weinig sprankelend. Bovendien willen we de kans niet laten liggen om ons publiek de meerwaarde te bieden die volgens ons bij een festival hoort. Niet als plichtmatige franje, maar om meer begrip te kweken, een referentiekader te scheppen. Op die manier laten we zien hoe rijkgeschakeerd die 'moeilijke' hedendaagse dans is en vaak helemaal niet over sprookjes en meisjes op spitzen gaat, maar juist heel dicht bij de eigen, dagelijkse ervaring van de toeschouwer. Volgens ons is er geen betere gelegenheid om het publiek te informeren dan tijdens een gevarieerd internationaal festival als Julidans. Het informatieve onderdeel van de programmering hebben wij Julidans Talks gedoopt. Tijdens deze nagesprekken, onder leiding van een deskundige/journalist, geeft de choreograaf tekst en uitleg over zijn werk aan het publiek. In een open dialoog krijgt het publiek informatie die verder gaat dan de tekst in het programmaboekje, ook al omdat de bezoekers worden aangemoedigd vragen te stellen. Wat zijn de achtergronden van de maker, waar vindt hij/zij zijn/haar inspiratie, hoe is het creatieproces verlopen, wat wil hij/zij met de voorstelling zeggen? Nog een graadje persoonlijker wordt het contact tijdens Julidans Meet and Eat. Publiek en choreografen gaan samen aan de dis om in een ontspannen sfeer te praten over wat zoal ter tafel komt. Behalve het publiek stimuleert, ondersteunt en informeert Julidans ook zijn gasten, door uitwisseling tussen de choreografen in het hoofdprogramma en Julidans NEXT te bevorderen. We nodigen bijvoorbeeld sommige jongere danskunstenaars voor de gehele duur van het festival uit, opdat zij zich laven aan het werk van hun collega's, hun (ervaren) vakbroeders ontmoeten en van hen, en elkaar, leren. Om vervolgens weer totaal eigenzinnig aan de slag te gaan, wat ons betreft. Deelnemers aan het Artist's Lab zijn sowieso voor de hele duur van het festival in Amsterdam en in 2013 ontvangen we ook dansers van de Senegalese École des Sables, studenten uit Brazilië en Turkije. Internationale ontmoetingen vinden al vele jaren plaats tijdens technische workshops die wij in samenwerking met de Henny Jurriëns Stichting organiseren. In de studio's van HJS krioelt het in juli van het talent: choreografen en dansers die te gast zijn op het festival, geven workshops aan hun collega's, en in sommige gevallen ook aan amateurs. Tot op heden waren de workshops voornamelijk op techniek gericht, maar op initiatief van Nicole Beutler heeft Julidans in 2011 de Summer Academy We Live Here geopend. Het is een ontmoetingsplek voor Julidansgasten, danswetenschappers en journalisten die geïnteresseerd zijn in theoretische verdieping. De invulling van de seminars wordt idealiter afgestemd op de inhoud van het hoofdprogramma en Julidans NEXT, maar kan ook thema's bevatten die daar los van staan. Dat tijdens de workshops een vruchtbare kruisbestuiving plaatsvindt, laat zich raden. In de voorgaande periode zijn we voorzichtig en op incidentele basis begonnen deze artistieke verbindingen in praktische zin structureler en langduriger te stimuleren. (Met succes mogen we wel zeggen: het eerste Julidans-huwelijk is een feit. Dit terzijde). In de komende periode zal dit onderdeel, dat wij Artist's Lab hebben gedoopt, een vervolg krijgen. Samen met de andere deelnemende festivals (onder andere de Attakalari India Biennial en het Maqamat Festival in Beirut) selecteren we elk jaar zeven deelnemers, onder wie de winnaar van de choreografieprijs van het Amsterdamse ITS-festival. Het ene jaar ontmoeten zij elkaar tijdens Julidans in de studio, waar zij zichzelf, hun werk en ideeën onder leiding van een moderator aan elkaar presenteren, zonder prestatie- of productiedruk. Daarna krijgen ze de middelen om, vaak in twee- of drietallen, een voorstelling te maken. Julidans en de partnerfestivals volgen, ondersteunen en begeleiden het creatieproces. Het jaar daarop worden de creaties getoond op de festivals in Beirut en India, om te eindigen op Julidans. Partnerorganisatie Borneoco zal bij dit alles een voorname rol spelen. Een jaar na de eerste ontmoeting volgt een presentatie op partnerfestivals en tenslotte op Julidans. We hopen op schitterende syntheses, knoertharde
7
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
clashes en alles wat ertussen ligt. Het Artist's Lab, de workshops en NEXT zijn drie instrumenten waarmee we één doel nastreven: het ondersteunen van jonge dansmakers. We zouden het ook talentontwikkeling kunnen noemen.
3. Ontwikkeling: Julidans toont en stimuleert de ontwikkeling van de hedendaagse dans Julidans is bescheiden begonnen, met welgeteld drie voorstellingen in 1991. Van een festival durfden we zelf de eerste jaren nog niet te spreken. Gaandeweg is echter wél een volwassen festival ontstaan, waarin in een brede waaier van activiteiten de rijkdom en diversiteit van de hedendaagse dans, maar dan wel Ons Soort Dans, worden getoond én van een context voorzien. Voorheen waren de selectiecriteria niet heel helder geformuleerd (“alles behalve ballet” en verder wat wíj interessant vonden), tegenwoordig is een en ander uitgekristalliseerd en dankzij die duidelijkheid kunnen we de programmering ook van een steviger samenhang voorzien, zoals hiervoor al is beschreven. Wij streven naar een evenwichtige programmering, waarin de grote namen niet incidentele krenten in de pap zijn, maar fundamenteel onderdeel van het festival. Ook zoeken we naar een balans tussen toegankelijkheid en voorstellingen die het publiek uitdagen, het “waar zit ik nou eigenlijk naar te kijken”-effect veroorzaken. We zijn ook alert op (meest inhoudelijke) trends en thematische lijnen: wat hangt er in de lucht, waar zijn de choreografen van nu mee bezig? Dat resulteerde de afgelopen jaren in duidelijk grimmiger of juist luchtiger edities, waarmee we de actuele stemming in de danswereld op zijn staart wisten te trappen. Ook onze 'nevenactiviteiten zijn bescheiden begonnen, maar uitgegroeid tot een volwaardig randprogramma, waarbij elk onderdeel zijn eigen publiek heeft. Met de hierboven beschreven nagesprekken (Julidans Talks) en informele ontmoetingen (Meet & Eat) bieden we het publiek informatie, achtergrond en verdieping bij de programmering. Wij denken zo de belangstelling voor de hedendaagse dans te stimuleren en tegelijkertijd het 'moeilijke' imago te logenstraffen. Onze choreografen en dansers, met name de jongere, bieden we de gelegenheid elkaar te ontmoeten, ideeën uit te wisselen en samen te werken in verschillende programma-'hoofdstukken'. In de technische workshops die wij in samenwerking met de Henny Jurriëns Stichting organiseren, kunnen zij aan den lijve ondervinden hoe hun collega's werken. Tijdens de seminars We Live Here gaat het om de uitwisseling op theoretisch gebied, waarbij ideeën, ervaringen en gedachten worden gedeeld en specifieke onderwerpen worden uitgespit. We Live Here is na de piloteditie van 2011 per 2012 structureel onderdeel van de randprogrammering. Overigens staan deze programma-onderdelen ook open voor choreografen die in Nederland werken. Behalve het hoofdprogramma, Next en ILTWT, kan ook de randprogrammering als inspiratie- en informatiebron voor hen fungeren, als venster op de (dans-)wereld en wat daar momenteel gaande is. Als vernieuwend element in onze randprogrammering geven wij het Artist's Lab eveneens een structurele plaats. Daarmee stimuleren wij doelbewust uitwisseling en samenwerking tussen (jonge) danskunstenaars, uiteraard hopend op een artistieke kruisbestuiving en verrassende, innovatieve ideeën en voorstellingen. Niet alleen inhoudelijk is het Artist's Lab vernieuwend, maar ook de manier waarop een en ander is georganiseerd. Door de samenwerking met een aantal buitenlandse festivals kunnen we de deelnemers direct een internationaal podium bieden.
4. Plaats en pluriformiteit: hoe wij er in staan Julidans is niet het enige festival voor internationale dans in Nederland. Ook de andere, grote dansfestivals van Nederland, Holland Dance Festival en Springdance, kijken tot ver over de landsgrenzen. Vergelijken we de drie, dan is het Holland Dance Festival meer gericht op de (op academische leest geschoeide) dans en de
8
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
virtuositeit van de danser. Springdance focuste vanouds op het experiment, op de choreograaf-in-wording en in het algemeen kleinschalige voorstellingen. Waar Julidans zich in onderscheidt, is de keuze voor choreografen met een verhaal, maatschappelijk of persoonlijk, een eigen signatuur, een zekere weerbarstigheid; choreografen die iets teweeg hebben gebracht ('Grote Meesters') of teweeg (gaan) brengen ('Enfants Terribles') met groot gemonteerde voorstellingen voor de grote zaal waarin de dans zich van een meer theatrale, multidisciplinaire en geëngageerde kant laat zien. Dat is de basis van het hoofdprogramma. Dergelijke voorstellingen worden in Nederland weinig gepresenteerd, niet in de laatste plaats omdat ze door de choreografen die hier werkzaam zijn weinig worden gemáákt. Julidans is dus niet alleen anders dan de andere festivals, maar de programmering is ook wezenlijk anders dan het nationale aanbod. Onze consequente aandacht voor niet-westerse hedendaagse dans is eveneens onderscheidend ten opzichte van andere festivals. Daarnaast werkt Julidans, binnen het festival en daarbuiten, aan talentontwikkeling en doorstroming met initiatieven als het Artist's Lab, I Like to Watch Too en NEXT. Via die routes kunnen jonge choreografen een plaats in het hoofdprogramma verwerven. Tevens kan een optreden in Julidans fungeren als opstap naar andere podia en festivals in binnen- en buitenland en het grote, internationale netwerk van Julidans. Het Artist's Lab is bovendien een uniek project waarin Julidans samenwerkt met andere festivals.
5. Ondernemerschap: publiek én financiering aantrekken (en behouden) Publieksbereik en doelen Wie is de Julidansbezoeker? Dankzij de diverse publieksonderzoeken die wij in de loop der jaren hebben gehouden, hebben wij daar een behoorlijk goed idee van. In grote lijnen kunnen we vaststellen dat ons publiek voor bijna de helft bestaat uit mensen, relatief veel jongeren en toeristen, voor wie theaterbezoek geen gewoonte is. Kennelijk weet Julidans hen over de drempel te lokken. De andere helft wordt gevormd door een meer algemeen theaterpubliek en tenslotte de echte (Juli)dansliefhebbers. Ongeveer 10% heeft een niet-westerse achtergrond. Daar zit dus een uitdaging. Want al zijn de bezoekcijfers nu al goed (de laatste jaren gemiddeld 12.000 bezoekers), we blijven zoeken naar manieren om meer mensen bij het festival te betrekken. Ons directe streven voor 2013 en 2014 is 13.000 bezoekers per jaar. Marketing – hoe wij Julidans aan de man brengen Het marketingbeleid van Julidans steunt op drie pijlers: de positionering van het festival als hét festival voor internationale hedendaagse dans (naamsbekendheid creëren), het 'hebben en houwen' van het bestaande pubiek en het bereiken en verleiden van nieuwe doelgroepen via specifieke kanalen. Julidans is een sterk merk. Dat is geen loze kreet: bij 85% van ons publiek is sprake van merkherkenning. Men weet wat Julidans is en wat men ervan kan verwachten ('Grote Meesters & Enfants Terribles') We hebben daar dan ook de nodige inspanning in gestoken. Een belangrijk (en succesvol) onderdeel is het genereren van free publicity: elk jaar weer wordt in de media veel aandacht besteed aan het festival en individuele voorstellingen. Ook onze campagneposters blijven zelden onopgemerkt, enerzijds door het (bewust) ietwat verwarrende beeld, anderzijds door de artistieke kwaliteit – niet voor niets werden ze diverse malen onderscheiden. Maar eerlijk is eerlijk, in Zuid-Oost en West moeten we nog flink aan onze naamsbekendheid werken. We gaan dit doen nauw samen te werken met onze partners, het Bijlmer Parktheater en Podium Mozaïek, met name op het gebied van data-mining en aankleding. Ook gaan we onze zichtbaarheid op straat in deze stadsdelen vergroten om ook daar duidelijk te maken waar Julidans voor staat.
9
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
Julidans heeft een trouw publiek. Natuurlijk komt niet iedereen even vaak, maar er zijn patronen te herkennen. De helft van ons publiek koopt 1 of 2 keer per editie een kaartje. Het betreft veelal jongere Nederlanders en relatief veel toeristen. We spelen onszelf bij hen in de kijker door samen te werken met relevante, sterke partners, waaronder expat-organisaties en de Amsterdamse stadsmarketing (ATCB en Time Out). Deze bezoekers komen vooral op Julidans af voor de 'Grote Meesters' – dat aspect, Julidans als hét toonaangevende platform voor hedendaagse dans, benadrukken we dan ook in de communicatie met deze groep. We wijzen hen ook, door middel van een kijkwijzer, op voorstellingen en randprogrammering die bij de voorstelling van hun keuze aansluit. Een tweede groep (30%) wordt gevormd door de vaste achterban van een van de Julidanslocaties, die hij of zij het hele jaar door regelmatig bezoekt. Tijdens Julidans zien deze, overwegend Nederlandse, bezoekers een of twee voorstellingen. Dat kan beter. Simpelweg door in samenwerking met deze partnerlocaties te werken aan onze zichtbaarheid in hun gebouw, maar ook door intensiever gebruik te maken van de verbeterde klantdatabases ter plekke, waarin bezoekgedrag en dergelijke zijn vastgelegd. Deze gegevens stellen ons in staat gericht (combinaties) van producten aan te bieden. Onze vaste bezoekers (20%), mensen die gewend zijn vrij veel voorstellingen in het festival te bezoeken, zijn cultuuromnivoren met een internationale achtergrond, deels ook relaties van Julidans die financiële of immateriële ondersteuning bieden. Onder deze groep bevinden zich ook sleutelfiguren van de culturele sector, met een breed netwerk en een grote achterban. Deze bezoekers zijn ons lief, en we houden het hele jaar door contact met hen via elektronische nieuwsbrieven en dergelijke. Maar we willen ook iets van hen terug. Zij kunnen ons toegang verlenen tot die grote achterban van hen, waar zich potentieel publiek bevindt. Wij zijn bezig te onderzoeken hoe we hen tot 'ambassadeurs van Julidans' kunnen bevorderen, die de incidentele bezoeker kan verleiden vaker een kaartje te kopen. Een aanbeveling van een bekende werkt vele malen beter dan welke flyer of recensie ook. Sowieso gaan we klankbordgroepen opzetten om met deze sleutelfiguren en cultuuromnivoren van gedachten te wisselen over geschikte strategiëen op dit gebied. Julidans wil nieuwe doelgroepen bereiken en ook ander publiek binnenhalen. Omdat dat goed is voor de financiën natuurlijk – niets menselijks is ons vreemd. Maar daar gaat het ons niet in eerste instantie om. We willen gewoon dat zo veel mogelijk mensen in aanraking komen met kunst, in het bijzonder met Ons Soort Dans. Echter, zoals bekend is het niet eenvoudig doelgroepen te bereiken waar theaterbezoek niet tot de culturele gewoonte behoort. Via onze partnerlocaties in de perifere stadsdelen kunnen we hen wél bereiken – Podium Mozaïek en het Bijlmer Parktheater hebben gedegen kennis van hun publiek en beschikken over de juiste communicatiekanalen. Maar bereiken is één, verleiden is twee. Daar moet de inhoud zijn werk doen: het thema van de voorstelling, de muziek, de achtergrond van de maker. En natuurlijk de randprogrammering, hoogwaardig maar laagdrempelig. Samen met onze bestaande partners buiten het centrum van Amsterdam gaan we onze inspanningen op dat gebied intensiveren, en in Oost, waar het Muiderpoorttheater onze nieuwe partner is, zetten we dit traject al dit jaar in. We zinnen natuurlijk ook op strategieën om dat nieuwe publiek uit de stadsdelen naar de andere, centrale podia van Julidans lokken. Dat is pas echt diversiteit, en dan pas zijn wij echt tevreden. Middelenmix en prijsbeleid De instrumenten die wij in de periode 2013-2016 inzetten zijn deels dezelfde die we nu al gebruiken (festivalaffiche, programmaboekje, elektronische nieuwsbrieven, websites, advertenties, promo's, social media enzovoort). Nieuw is ons experiment, in 2012 voor het eerst, met Dynamic Pricing, waarbij de ticketprijs variabel is naar aanleiding van bijvoorbeeld het tijdstip van aanschaf ('vroegboekkorting'), de populariteit van de voorstelling ('wet van de economische schaarste') of andere factoren. Salespromotion
10
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
krijgt vorm in strippenkaarten, abonnementen, combi-tickets et cetera. Speerpunt wordt een heldere en optimale strategie inzake de inzet van digitale communicatiemiddelen. Om de uitdijende jungle van Twitter en aanverwanten te doorgronden, schakelen we hierbij een specialist in. Free publicity wordt onder andere door perstrips gegenereerd. Uiteraard worden zowel de schrijvende media als radio en televisie op de hoogte gehouden via nieuwsbrieven, persberichten en direct, persoonlijk contact. We vergroten onze aanwezigheid in de media en (dus) bekendheid bij het publiek door tijdelijk een gespecialiseerde kracht aan te trekken die zich exclusief bezighoudt met het bewerken van de media; een specialist (onze 'marketingrat', zoals wij hem/haar nu al liefkozend noemen) die het Nederlandse medialandschap op zijn duimpje kent. Ervaringen elders hebben aangetoond dat een dergelijke investering zijn geld dubbel en dwars terugverdient. We maken ook graag gebruik van de knowhow die de Stadsschouwburg met deze aanpak heeft opgedaan. Financiers en financiën Zonder onze (structurele) subsidies van de Gemeente Amsterdam en het Fonds voor de Podiumkunsten, én de financiële bijdrage van de Stadsschouwburg was Julidans nooit geworden wat het nu is. In de loop der tijd zijn we er in geslaagd extra financiële bronnen aan te boren, die ons in staat hebben gesteld het festival te verbreden en te verdiepen. Het belang van deze fondsen en sponsoren zal in de toekomst alleen maar toenemen. Julidans krijgt financiële steun van onder andere HIVOS, AT5 Stichting DOEN, Prins Bernhard Cultuurfonds, VSB, Institut Français, Maison Descartes, het Goethe-Institut, Pro Helvetia Swiss Arts Council en de ambassades van diverse landen. Natuurlijk blijven we voortdurend zoeken naar aanvullende bronnen van financiering, afgestemd op de aard van (projecten binnen) onze programmering. Omdat dit specialistische kennis en kunde vergt, zeker in een tijd waarin veel instellingen op zoek zijn naar extra financiering, zullen we hierbij een beroep doen op een professionele fondsenwerver, die zijn diensten op projectbasis levert. Ook gaan we op zoek naar een hoofdsponsor voor het festival. Dit plan is echter nog pril, de uitkomst onzeker; eventuele inkomsten uit die bron hebben wij daarom nog niet in de begroting durven opnemen. Sinds 2011 vragen wij jaarlijks ondersteuning aan bij het European Cultural Programme 2007-2013 en in samenwerking met ons Europese netwerk zijn wij er al eerder in geslaagd EU-fondsen voor een deel van onze programmering te verkrijgen. Wij gaan ook de mogelijkheden onderzoeken van crowd-funding voor speciale projecten. Dergelijke vormen van alternatieve financiering worden steeds belangrijker bij het financieren van speciale projecten. Ze zijn bovendien interessant in het licht van publieksbinding. In de komende periode willen we onze inkomsten uit recettes verbeteren. We streven naar een verhoging van de bezoekersaantallen tot 13.000 op jaarbasis, met een totale recette van € 70.000. We zetten hier niet alleen ons marketingbeleid, zoals omschreven in de marketingparagraaf, in, maar ook de programmering. Door een goede balans te creëren tussen toegankelijke en gewaagder voorstellingen, is de ticketverkoop – binnen grenzen – te beïnvloeden en een soort veiligheidsmarge te creëren. Wat iets anders is dan een streven naar een 'veilige programmering' – als we dat deden, zou Julidans Julidans niet meer zijn. Ons Soort Dans moet af en toe een beetje pijn doen, vinden wij. Wij zijn optimistisch van aard. Toch weten wij ook dat het, nog afgezien van de aanstaande bezuinigingen, kan tegenzitten. Wat doen we bijvoorbeeld als we er niet in slagen de benodigde, extra projectmatige subsidies te verkrijgen voor speciale voorstellingen of projecten? Voor dergelijke gevallen hebben wij een juridische constructie ontwikkeld die erop neerkomt dat bij het uitblijven van de benodigde extra gelden het project niet doorgaat, zonder dat dit financiële consequenties (claims) heeft.
11
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
Anticiperen op een tegenvallende kaartverkoop is lastiger. Het danspubliek, zeker het Amsterdamse deel, boekt zijn kaartjes laat, waardoor bijvoorbeeld per dag de weersomstandigheden alleen al een flinke invloed op de kaartverkoop kunnen uitoefenen. Daarom hebben wij in het huidige marketingplan een 'vroegboekkorting' opgenomen, waardoor een deel van het publiek misschien te verleiden is eerder zijn kaartjes te kopen. Zo krijgen wij eerder een beeld van de te verwachten recettes. Als de kaartverkoop dan nog steeds achterblijft, kunnen we denken aan diverse kortingsacties, zoals last-minutekorting of studentenkorting. Een interessante, nieuwe benadering biedt ook Groupon, de aanbiedingensite op internet. Behalve consumentenproducten worden ook lifestyle-arrangementen aangeboden. Groupon is een instrument dat door de culturele sector nog niet echt is ontdekt, maar de Stadsschouwburg heeft al positieve ervaringen opgedaan met dit alternatieve verkoopkanaal. Stichting Julidans is, zoals u hieronder zult lezen, ‘vederlicht’, als organisatie bijna virtueel. Een deel van ons budget is als gevolg daarvan onzichtbaar, omdat de mankracht en faciliteiten die de Stadsschouwburg inbrengt náást de (zichtbare) bijdrage van €125.000, niet zijn gekapitaliseerd. Hetzelfde geldt voor de andere deelnemende podia. Deze optimale kostenefficiency houdt in dat op dit gebied weinig meer te besparen valt. Positief is dat dankzij de bijzonder lage organisatiekosten ruim 90% van de geworven financiële middelen kan worden ingezet voor de activiteitenlasten. De kosten die zijn verbonden aan het boeken van buitenlandse gezelschappen (reiskosten, accomodatie, per diems) zijn helaas weinig manipuleerbaar. We onderhandelen natuurlijk wel over artist fees en uitkoopsommen. Julidans heeft een hoog percentage aan eigen inkomsten, gemiddeld ruim 50% over 2009, 2010 en 2011. Voor de Kunstenplanperiode 2013 – 2016 streven wij naar een eigen inkomsten percentage van 43%. Gezien de onzekere, economische vooruitzichten lijkt het ons realistisch dit cijfer te baseren op het percentage aan eigen inkomsten in 2011 (ook 43%). Op advies van het FPK hebben wij I LIKE TO WATCH TOO opgenomen in de structurele begroting van Julidans, in tegenstelling tot voorgaande edities van dit succesvolle programma-onderdeel, die op projectbasis door het FPK en het AFK werden ondersteund. Omdat beide fondsen het project niet meer op projectbasis kunnen ondersteunen zijn deze extra kosten à € 35.000 (totaal van de projectkosten ligt op € 75.000) opgenomen in de aanvraag bij de Gemeente Amsterdam (€ 18.000) en het FPK (€ 17.000). Daarnaast worden incidentele subsidies gezocht om het project te realiseren. Organisatie, cultural governance Allereerst dit: Stichting Julidans is volgens het model CCG een stichting met een bestuursmodel zonder directie. Genoemd model wil zeggen dat het bestuur feitelijk alle bevoegdheden heeft die niet door de wet of statuten aan andere organen zijn toegekend. De bestuursleden zijn in principe beslissingsbevoegd maar besteden de belangrijkste taken uit zoals: jaarplan, begroting, jaarverslag en jaarrekening administratie en programmering. Resultaten en ontwikkelingen van deze taken wordt door het bestuur gecontroleerd en goedgekeurd. Het bestuur komt jaarlijks vier tot zes keer samen om zich te laten informeren over de voortgang van het te organiseren festival en om zaken, zoals de begroting, vast te stellen. Van iedere vergadering wordt een verslag gemaakt welke door het bestuur wordt vastgesteld. Het bestuur hanteert een rooster van aftreden. Zo is Stichting Julidans een klein wonder van efficiency. Er is een bestuur, maar geen (officiële) directie. Het bestuur wordt gevormd door Jaap Lampe, voorzitter (directeur Stadsschouwburg & Philharmonie Haarlem), Mark Fuchs, penningmeester/secretaris (Senior Bankier Van Lanschot Bankiers), Silvia van der Heiden, bestuurslid (Hoofd Marketing & Communicatie VPRO). Het artistieke team is compact en bestaat uit Anita van Dolen, Jaap van Baasbank en René van der Pluijm. De Stichting Julidans heeft zelf niemand op vaste basis in dienst. Voor de praktische organisatie van het festival worden er ongeveer 3 freelance krachten
12
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
ingehuurd voor een periode van 4 maanden. We zijn dus eigenlijk geen festivalorganisatie maar een netwerkorganisatie. Julidans bestaat bij de gratie van de deelnemende partners: Melkweg, Theater Bellevue, Paradiso, Vondelpark Openluchttheater, Bijlmer Parktheater, Podium Mozaïek. In 2013-2016 komt daar het Muiderpoorttheater bij en wie weet een 'Noordelijk' podium. De Stadsschouwburg en Van Baasbank & Co, grondleggers van het festival, zijn de voornaamste partijen binnen Julidans. Daarnaast werken we samen met organisaties als Cinedans, Borneoco, nbprojects/Nicole Beutler en de Henny Jurriëns Stichting. Onze organisatie is zodoende 'vederlicht' en kan flexibel opereren, waarbij we de beschikking hebben over de kennis en faciliteiten van alle betrokken partijen. Bijkomend, maar zeker geen onbelangrijk voordeel van deze samenwerkingsvorm is dat er geen huisvestingskosten en nauwelijks overhead op de begroting drukken. Internationale coproducties De partners vormen samen een redactie die vier maal per jaar samenkomt om strategie, programmering, productie en marketing van het festival vast te stellen. Een van de beleidslijnen die wij gaan uitbouwen, is het internationaal coproduceren van voorstellingen. Soms halen we daarmee, tegen een relatief kleine bijdrage, 'dure' voorstellingen binnen. In 2012 kunnen we zo de nieuwe voorstelling van Dave St-Pierre presenteren, een wereldpremière. Natuurlijk is het een risico, geld steken in een voorstelling die nog moet worden gemaakt, maar we financieren alleen concepten en makers waar we in geloven. Makers die erbij zijn gebaat in continuïteit te werken, voorstellingen die volgens ons internationale potentie hebben. Julidans profileert zich zo als een serieuze speler op de internationale markt – coproduceren werkt statusverhogend, wat met het oog op onze toekomstige ambassadeursfunctie ook gunstig is voor de Nederlandse dansgezelschappen. Coproduceren is een logische invulling van een van onze hoofddoelen: het stimuleren van de danskunst. Daar de financiële vooruitzichten in Europa niet erg zonnig zijn, zullen internationale coproducties steeds belangrijker worden. Nu al werken we regelmatig samen met prestigieuze podia als Sadler's Wells in Londen, Théâtre de la Ville in Parijs en Tanzhaus NRW te Düsseldorf. We doen overigens ook aan ouderwets afdingen, gebruikmakend van onze goede naam en faam. Want gezelschappen en makers zijn soms bereid hun prijs te laten zakken omdat ze dolgraag op Julidans willen staan. Daar profiteren wij natuurlijk maar al te graag van.
6. Spreiding: Het effect van Julidans na en buiten het festival Julidans is ooit ontstaan op initiatief van de Stadsschouwburg Amsterdam. Nog steeds vormt dat theater, met de andere locaties rond het Leidseplein in Amsterdam, het hart van het festival. De samenwerking met genoemde podia is essentieel voor Julidans, gezien de investering in financiën en mankracht die zij leveren. Binnen onze standplaats spreiden wij onze activiteiten steeds beter. In Zuid-Oost en West, en met ingang van 2012 ook in Oost, bereiken wij nieuwe publieksgroepen. Maar het effect van Julidans reikt óver de stadsgrenzen van Amsterdam, van Nederland zelfs. Danskunstenaars die ooit door Julidans zijn geïntroduceerd, spelen tegenwoordig tijdens het seizoen in theaters door heel Nederland – denk aan iemand als Wim Vandekeybus, of Marie Chouinard. Julidans kan ook worden gezien als een internationaal distributiepunt: buitenlandse programmeurs komen bij ons kijken wat er te koop is en boeken niet zelden ter plekke Julidansvoorstellingen. Door onze ambassadeursfunctie en de nieuwe Showcase NL is Julidans ook spin in het web van internationale boekingen voor Nederlandse gezelschappen. 'Spreiding' kan in ons geval dus tot in Parijs, Peking of Pretoria reiken. Verder wordt lastig, maar we sluiten niets uit!
13
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
7. Innovatie: Julidans staat voor blijvende vernieuwing en ontwikkeling Julidans presenteert 'state of the art' hedendaagse dans. Dat is mooi. Maar met de 'staat' van de dans alleen zijn we niet tevreden; dat klinkt toch een beetje als status quo en wij geloven juist in een voortgaande ontwikkeling. Die willen we stimuleren en dat gaan we doen met het Artist's Lab. Een begin is er al, maar in de komende periode pakken we het structureel aan: choreografen bij elkaar zetten en hun coaching, begeleiding en de middelen bieden om uiteindelijk de vrucht van de artistieke samenwerking/uitwisseling te presenteren op meerdere, internationale podia. Daarmee dragen wij bij aan talentontwikkeling, internationalisering en doorstroming, onder andere door samenwerking met festivals in onder andere Libanon en India én het Nederlandse ITS festival, waar jong, net afgestudeerd talent zich, vaak voor het eerst, heeft gepresenteerd. Artist's Lab zorgt voor een aanwas aan nieuwe makers, een verversing van het aanbod, nieuwe artistieke invalshoeken en een herdefiniëring van wat dans is en kan zijn. Door de 'afnamegarantie' van tenminste drie festivals betekent het voor de deelnemers een mogelijkheid tot instromen in het festival dat, zoals eerder beschreven, een paar doorstroomroutes heeft: naar het festival'hoofdstuk' Next, of naar I Like To Watch Too – en op termijn misschien wel naar het hoofdprogramma. Ook met I Like To Watch Too, of ILTWT, draagt Julidans bij aan vernieuwing, niet alleen op het gebied van presentatievormen, maar ook van publiekssamenstelling. Zoals beschreven in de 'hoofdstukken' van Julidans heeft ILTWT mede dankzij de locatie, Paradiso, een bijzonder lage drempel, maar ook de structuur van het programma werkt mee aan een grote toegankelijkheid. Korte nummers, over diverse ruimtes verspreid, stellen de toeschouwer in staat zijn eigen keuzes te maken en op de huid van de dansers te zitten. Dans komt zo heel dichtbij, op een manier die de toeschouwer zelf kan beïnvloeden – dat neemt barrières weg. Dat blijkt: met ILTWT bereiken we concert-, uitgaans- en clubpubliek. Voor de makers biedt de alternatieve presentatievorm gelegenheid om nieuwe dingen te proberen, ideeën te testen. Mede daarom is het voor ons artistiek-inhoudelijk van belang dat ILTWT onderdeel blijft van het festival. Was dat niet zo, dan zouden makers als Olivier Dubois of David Linehan niet ook 'even' een solo in ILTWT kunnen neerzetten – de kosten zouden dan veel hoger komen te liggen. De koppeling is ook belangrijk voor het publieksbereik: als het publiek toch al op de been is voor het festival, zal het ILTWT makkelijker weten te vinden. Tot nu toe was ILTWT een zelfstandig georganiseerd project, echter sterk verbonden met Julidans. Dat willen we zo houden, maar daar hebben we extra middelen voor nodig. Daarom vragen wij de innovatietoeslag ook voor ILTWT aan, overigens mede op advies van het Fonds ILTWT structureel op te nemen in de begroting van Julidans. Waar ILTWT (mede) innovatief is op het gebied van publieksbenadering en -bereik, is het Artist's Lab, waarvoor wij eveneens de innovatietoeslag aanvragen, vernieuwend op artistiek-inhoudelijk gebied. Beide onderdelen dragen bij aan het algehele innovatieve karakter van het festival. B. TOELICHTING OP BEGROTING, DEKKINGSPLAN EN KENGETALLEN Begroting en dekkingsplan voor 2013 en 2014 vertonen geen verschillen. Als voorzichtige inschatting van de recettes houden wij een bedrag van € 70.000 aan, rekening houdend met onvoorziene tegenslagen (mooi weer is onze grootste vijand!). Dat is iets lager dan in 2011, toen de kaartjes wegens hogere programmeringskosten en de wettelijke verhoging van de BTW duurder waren. Dat leidde tot lagere bezoekersaantallen. Om dat op te vangen gaan wij 'spelen' met de toegangsprijzen, bijvoorbeeld door vroegboekkorting en andere kortingsconstructies. Overigens waren de recettes in 2010 juist hoger, daar onze
14
Inhoudelijk plan Julidans 2013 – 2014 (2015 - 2016)
jubileumeditie langer duurde en meer grootschalige voorstellingen bevatte. De hoge recettes in 2009 zijn te verklaren door de kaskraker van Sidi Larbi Cherkaoui, Sutra. Onze eigen inkomsten bestaan daarnaast uit de financiële bijdrage van € 125.000 van de Stadsschouwburg Amsterdam (onder post 3a Vergoeding uit samenwerking), € 20.000 van private fondsen en partners (onder post 3a Diversen) en € 5000 van ambassades en andere nationale instituties ter ondersteuning van projecten uit de betreffende landen (onder post 5 Indirecte Inkomsten). De ervaring leert dat de private fondsen in de loop van de jaren specifieker hun kerndoelen en inrichtingseisen formuleren, waardoor het lastiger wordt om bij hen aan te vragen. Dit verklaart waarom wij nu rekenen op € 20.000 op jaarbasis, wat neerkomt op zo’n 1 tot 2 ondersteunde projecten. Bij de gemeente Amsterdam hebben wij € 140.000 per jaar aangevraagd. In juni valt die beslissing en in de loop van de zomer/herfst weten wij definitief of en zo ja voor welk bedrag Julidans op de gemeentelijke cultuurbegroting komt te staan. Zoals hierboven aangegeven heeft Julidans weinig beheerslasten, omdat het grootste deel een materiële bijdrage van de Stadsschouwburg en andere Julidanspartners is. Deze is niet gekapitaliseerd in de begroting opgenomen. Het grootste deel van de inkomsten gaat dus naar het programma (fee, reis- en verblijfskosten). De eigen reserves van Julidans zijn niet noemenswaardig (per 31 dec 2011 € 2204). Het streven is uiteraard uit de 'zwarte cijfers' te blijven. Mocht onverhoopt een tekort ontstaan, dan zal dit verrekend moeten worden met de beschikbare middelen voor toekomstige festivals. Wij streven ernaar om over de jaren 2013 en 2014 een eigen inkomstenpercentage van 43% te (blijven) hanteren. Dit percentage is gebaseerd op de resultaten uit 2011. Hoe graag we ook willen, met het oog op de onzekere economische tijden vinden wij het voorlopig niet verantwoord een hoger percentage te hanteren. RESUMEREND Met de versterking van de artistiek-inhoudelijke samenhang van de programmering, het nieuwe programmaonderdeel Showcase NL, de structurele aanpak van het Artist's Lab, hernieuwde aandacht voor niet-westerse dans en een uitbreiding van onze activiteiten als coproducent en ambassadeur van de Nederlandse hedendaagse dans is Julidans klaar voor de toekomst. Wij streven ernaar de samenhang in de programmering te versterken om de bezoekers in de gelegenheid te stellen keuzes te maken die bij hun interesse en smaak passen. Binnen die coherentie blijft altijd ruimte voor diversiteit en verrassingen. Momenteel zijn we volop bezig met de invulling van de 22-ste editie van ons festival; wat er in 2013 tot en met 2016 precies op het programma staat, kunnen wij nog niet melden. We zoeken zoals altijd naar uitgesproken, eigenzinnige, geëngageerde, indrukwekkende, grensoverschrijdende, gewaagde, rauwe, maffe, dynamische, prikkelende, verwarring scheppende en, vooruit, soms ook domweg móóie voorstellingen. Van Grote Meesters en Enfants Terribles. Ons soort dans, kortom.
15