DEPARTEMENT GRONDGEBIEDSZAKEN Patrimonium
1
Verkoop van het stadspand/-perceel Marktstraat 74. Eerste biedingen. Kennisname.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: De gemeenteraad besloot in zitting van 18.01.2016 het verkoopdossier voor het stadspand in de Markstraat 74, zijnde de gewezen stedelijke welzijnsdienst, facilitaire, WOL en andere administratieve diensten op te starten. De verkoop omvat ook de achterliggende grond/parking die aansluit op de TweeBruggenstraat en zich situeert tussen de vroegere snookerzaal (Twee-Bruggenstraat 17) en de parking en de tuin van de apotheek (voorzijde gelegen aan de Marktstraat 72). Ingevolge dit raadsbesluit van 18.01.2016 werd voor de procedure ‘verkoop tegen biedingen’ via tussenkomst van Afdeling Vastgoedtransacties gekozen. Sinds de collegebeslissing van 19.01 liep gedurende 3 maanden het ‘openbaar onderzoek’, vanaf 20.01 tot 20.04.2016. Zowel via Vastgoedtransacties als via de stadsadministratie werd dit zo breed mogelijk bekend gemaakt: op de respectievelijke websites, aanplakking ter plaatse, individuele aanschrijving van een twintigtal promotoren, …. Een aantal promotoren vroeg om het concrete verkoopdossier. Andere promotoren konden via de website alle nodige info (inclusief biedingsformulier) bekomen. De eerste biedingen van minimum 800.000 euro moesten via een standaard biedingsformulier van Vastgoedtransacties tegen 20.04.2016 bij de stad binnen zijn. De minimum instelprijs was gebaseerd op een globaal schattingsverslag van 21.12.2015 van Vastgoedtransacties voor zowel het pand zelf als voor de bijhorende promotionele (achter)grond. Vastgoedtransacties zou streven naar de hoogste bieding. Aangezien de eerste biedingsfase (indienen tegen 20.04.2016) voorbij is, komt het aan het college thans toe de biedingsformulieren - samen met Vastgoedtransacties - te bekijken. In het biedingsformulier werd terzake volgende clausule opgenomen … “Het bod dient per aangetekend schrijven gericht te worden aan de Stad (…) uiterlijk op 20 april 2016. De poststempel dient als uiterste datum. Het bod is eenzijdig en doet geen enkele verplichting ontstaan in hoofde van de eigenaar van het goed. De eigenaar kan dus beslissen om het bod niet te aanvaarden en de verkoopprocedure stop te zetten. Het bod dient onvoorwaardelijk te zijn. Er kan dus bvb. geen rekening worden gehouden met een opschortende voorwaarde van het bekomen van een hypothecaire lening !
Eventuele kopers dienen zich dus vooraf te vergewissen omtrent de financiële haalbaarheid van de aankoop. Indien er meerdere geldige biedingen worden uitgebracht, zal er op vrijdagvoormiddag 29 april 2016 om 11u een gesloten mondelinge zitting georganiseerd worden op het Stadhuis te Harelbeke, Marktstraat 29. De eigenaar heeft evenwel het recht om van deze gesloten mondelinge procedure af te zien en de verkoopprocedure verder te zetten via een schriftelijke procedure. In dit geval worden de bieders hiervan schriftelijk op hoogte gebracht. Op deze zitting zullen de bieders de kans krijgen om tegen elkaar op te bieden, onder de voorwaarden die de Commissaris bepaalt. Op de gesloten mondelinge zitting worden enkel de kandidaten toegelaten die tijdig een geldig schriftelijk bod hebben ingediend. Bij beperkte belangstelling kan de Vlaamse Commissaris beslissen om ook de bieders uit te nodigen die een lager bod hebben uitgebracht dan het vooropgestelde minimale bod.” Volgens de procedure kan er – bij meerdere biedingen op 20.04.2016 - een tweede biedingsronde op 29.04.2016 worden georganiseerd. Het college heeft kennis genomen van de tegen 20.04.2016 ontvangen biedingen. Gelet op de clausules van de biedingsformulieren kan – aangezien het bod eenzijdig is en geen enkele verplichting doet ontstaan in hoofde van de eigenaar van het goed - de stad/eigenaar thans beslissen om het bod niet te aanvaarden en de verkoopprocedure stop te zetten. Het college is van oordeel dat het financieel belang van de stad vereist dat de verkoopprocedure wordt stopgezet en de situatie opnieuw wordt geëvalueerd. Verwijzend naar volgende eerdere beslissingen: - de gemeenteraadsbeslissing van 18.01.2016 - de collegebeslissing van 19.01.2016 Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college neemt kennis van het resultaat van het openbaar onderzoek tijdens de 1ste fase van de ‘verkoop tegen biedingen’ voor het stadspand, Marktstraat 74 én meer bepaalde van de ontvangen biedingen. Artikel 2: Het college beslist de lopende verkoopprocedure stop te zetten en de situatie opnieuw te evalueren. Grondgebiedszaken - Overheidsopdrachten
2
Verslag van de Beperkte Mobiliteitscommissie van 7 april 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Volgende agendapunten van het verslag van de Beperkte Mobiliteitscommissie van 07.04.2016 worden voor goedkeuring aan het college voorgelegd: I.
Adviezen voor college van burgemeester en schepenen
I.1. Onduidelijke situatie parkeren/laden en lossen t.h.v. Marktstraat 100 I.2. Parkeerstroken Generaal Deprezstraat Stasegem I.3. Plaatselijk verkeer Ommegangstraat Stasegem I.4. Heraanduiding signalisatie dorpskern Stasegem I.5. Verwijderen zitbank voor nachtwinkel Albasha – Gentsestraat 74 I.6. Dag van de Trage Weg – 15 en 16 oktober 2016 I.7. Brief ingevolge negatief advies BMC – parkeerplaats voor mensen met een beperking Gentsestraat 100. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college verleent voor alle punten zijn goedkeuring aan het verslag van de Beperkte Mobiliteitscommissie van 07.04.2016 en sluit zich aan bij de adviezen geformuleerd door de Beperkte Mobiliteitscommissie behoudens voor: -
-
I.4.: het centrum van Stasegem moet met tijdelijke bewegwijzering aangeduid worden via de Hallestraat. Voor de definitieve regeling wacht het college eerst een beredeneerd voorstel van de verkeerscommissie in. Het college dringt aan op dit voorstel snel te ontvangen zodat er kan worden beslist. Het college vraagt ook voor de bereikbaarheid van andere dorpskernen een voorstel van de verkeerscommissie I.5.: het college wenst dat de bank blijft staan aangezien deze een autobushokje vervangt. I.7.: het college is van oordeel dat een brief met de bevestiging van het standpunt moet worden toegestuurd aan de betrokkene. In deze brief kan worden vermeld dat naderhand geen verdere briefwisseling over deze problematiek zal worden gestuurd. Er wordt gevraagd dat de wijkinspecteur toezicht houdt.
DEPARTEMENT MANAGEMENT EN PERSONEEL Juridische dienst
3
Mijn Huis. Vraag in verband met de verkavelingsvergunning voor het vernieuwd Marktplein.
Het college, Voert een bespreking over de vraag van Mijn Huis of in de doorsteek door het appartementsgebouw van Mijn Huis (tussen de Markt en de Leie) en in de daksteeg (parallel aan de Leie) winkels, horeca, diensten en kantoren kunnen worden voorzien. Het college wil geen precedenten in het leven roepen en wil, wat horeca en winkels betreft, het accent leggen op de buitenrand. Bijgevolg beantwoordt het college de vraag principieel negatief voor horeca en winkels. DEPARTEMENT GRONDGEBIEDSZAKEN Grondgebiedszaken - Overheidsopdrachten
4
Schrijven Agentschap Innoveren en Ondernemen inzake subsidies voor het bedrijventerrein Harelbeke-Zuid.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Op 15.04.2016 werd een brief ontvangen van het Agentschap Innoveren & Ondernemen betreffende de berekening subsidie voor de basiswerken, waterleiding en openbare verlichting op het bedrijventerrein Harelbeke-Zuid. Dit is een officiële bevestiging van vastlegging van de subsidies. Echter is het vermelde bedrag van 7.607.654 euro (incl. btw) hoger dan het vermelde bedrag in de nota van Leiedal (geagendeerd ter kennisname op het college van 5 april 2016). Via de dienst financiën wordt de detail opgevraagd bij het agentschap. Daarnaast maken we het college er attent op dat een gedeelte van de gesubsidieerde werken de doorsteek betreft over het bedrijf LANO. Er is nog geen akkoord met het bedrijf over de realisatie van deze doorsteek over hun gronden. Het is aangewezen om op korte termijn een gesprek op te starten met het bedrijf LANO zodat er zekerheid is of deze werken al dan niet in het aanbestedingsdossier worden opgenomen. Nu er zekerheid is over het toekennen van de subsidies kunnen deze gesprekken terug opgestart worden met een delegatie van het college. Verwijzend naar volgende eerdere beslissing: -
het collegebesluit van 05.04.2016 betreffende de goedkeuring subsidies bedrijventerrein Harelbeke-Zuid
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT:
Artikel 1: Het college neemt kennis van de officiële brief van het Agentschap Innoveren & Ondernemen betreffende de berekening subsidie voor de basiswerken, waterleiding en openbare verlichting op het bedrijventerrein Harelbeke-Zuid. Artikel 2: Het college beslist de gesprekken met het bedrijf LANO omtrent de doorsteek terug op te starten met volgende delegatie vanuit het college : de burgemeester, schepen Patrick Claerhout en David Vandekerkhove. Het gesprek dient ook te gaan over het eventueel voorzien van een draaipunt voor vrachtwagen. Het college wenst ook dat er, naast de gesprekken met het bedrijf LANO, met de NMBS en of Infrabel wordt gepraat over een eventuele fietsverbinding over hun eigendom. DEPARTEMENT MANAGEMENT EN PERSONEEL Personeel
5
Aanstelling contractueel vakman (D1-D3).
Het college, Op grond van volgende overwegingen zowel feitelijk als juridisch : In zitting van de gemeenteraad van 08.03.2010 werd het besluit genomen met betrekking tot : 1. de vaststelling van het organogram, de samenstelling van het managementteam en de aanduiding ervan op het organogram, de vaststelling van de personeelsformatie en de vaststelling van de overgangsformatie; 2. de aanpassing en wijziging van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel. In zitting van het college van burgemeester en schepenen van 19.04.2016 werd het besluit genomen met betrekking tot de vacant verklaring voor 1 VTE vakman (D1-D3) binnen de groendienst. Het college van burgemeester en schepenen heeft eveneens op 19.04.2016 beslist om de vacant verklaarde functie in te vullen vanuit de lopende werfreserve ‘vakman groen’. In deze lopende werfreserve staan nog 2 kandidaten: - Kenneth Goessaert - Geert Verheye Kenneth Goessaert is momenteel herstellende van een arbeidsongeval en werkt momenteel progressief (19/38e) als onderhoudsmedewerker groen met aangepast werk. Kenneth blijft geïnteresseerd om naar vakman door te groeien maar gaat akkoord dit te realiseren na een volledig herstel.
Geert Verheye blijft sterk geïnteresseerd om als vakman bij de Harelbeekse groenploeg aan de slag te gaan. Betrokkene is momenteel nog aan het werk en moet een opzegtermijn van 5 weken presteren. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen :
het gemeentedecreet, inzonderheid art. 57 §3, 2°; de rechtspositieregeling voor het Gemeentepersoneel, inzonderheid Bijlage II Bijzondere benoemings- en bevorderingsvoorwaarden en artikel 6 tot en met 27 en 112 tot en met 121 van deze rechtspositieregeling.
Om deze redenen ; Na beraadslaging ; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De heer Geert Verheye, geboren te Kortrijk op 04.10.1964, thans wonende te Klaverbeekdreef 10 te Hulste wordt aangesteld als voltijds contractueel vakman (D1-d3), binnen het departement Facility - groendienst en dit voor een periode van onbepaalde duur, met ingang van 01.06.2016. Artikel 2: De prestaties van betrokkene worden op 38 uur per week vastgesteld. DEPARTEMENT BURGER EN WELZIJN Welzijn
6
Programma werkbezoek 2016 van Eenhana aan Harelbeke in het kader van de stedenband.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het College van Burgemeester en Schepenen gaf in zitting van 23 februari toestemming voor de organisatie van een volgend werkbezoek in Harelbeke van Eenhana in het kader van de stedenband. Het college nam in zitting van 12 april kennis van de doestellingen van het komend werkbezoek. Het programma van het werkbezoek wordt aan het college voorgelegd. De collegeleden worden gevraagd waar zij wensen aan te sluiten en dit door te geven aan Mieke Vandoorne. Zondag xxuxx 13u30 14u30 15u30
22 mei Aankomst op de luchthaven Zaventem Middageten in Brussel Transfer Brussel – Kortrijk Check-in Center Hotel Kortrijk
Mu, Mu, Mu, Mu,
Ha, Ha, Ha, Ha,
Ma Ma, M Ma, M Ma, M
16u00 19u00
Vrije tijd Avondeten Banmolens
Maandag 23 mei 08u30 Transfer naar Harelbeke 09u00 Welkom op het Stadhuis door de burgemeester 09u45 Bezoek binnen het stadhuis 10u30 Rondrit werken Harelbeke 12u30 Middageten Bord’ eau Samen met het managementteam 14u00 Evaluatie huidig actieplan 17u00 19u00 21u00
Bezoek ringshopping Avondeten Transfer naar Kortrijk
Dinsdag 24 mei 08u30 Transfer Kortrijk - Harelbeke 09u00 Sociale economie – deel 1: Verdere uitbouw & werking database ism DX Solutions 12u15 Middageten in Track 75 met CBS 14u30 17u00 19u15 21u00
Sociale economie: deel 2: Maken oefening economische kaart Eenhana Vrij Avondeten Banmolens Transfer naar Kortrijk
Woensdag 25 mei 08u30 Transfer Kortrijk - Harelbeke 09u00 Skype conferentie met Milieubeleid het TATE instituut van Eenhana: zonneenergie 10u00 Jeugdbeleid: bepaling Milieubeleid traject 12u30 Middageten Track 75 14u30 Bezoek kinderopvang Milieubeleid 17h00 Voorbereiding PPT presentatie FT@work 18h00 Vrij 19u00 Avondeten Kortrijk Donderdag 26 mei 08u30 Transfer Kortrijk – Harelbeke 09u00 Bijsturen actieplan 2016 en opstellen actieplan eerste helft 2017 11u45 Middageten Fairtrade@work 14u30 Bezoek klassen mailproject 17u00 Transfer naar hotel 19u15 Officieel slotmoment van het werkbezoek Vrijdag 27 mei 07u15 Transfer naar Antwerpen
Mu, Ha, Ma, M Mu, Ha, Ma, M
Mu, Mu, Mu, Mu, Mu,
Ha, Ha, Ha, Ha, Ha,
Ma, Ma, Ma, Ma, Ma,
M M, B M, M, Cindy M, B, MAT
Mu, Ha, Ma, M, B betrokken ambt. Mu, Ha, Ma, M, Mu, Ha, Ma, M Mu, Ha, Ma, M
Mu, Ha, Ma, M Mu, Ha, Ma, M, Mar Mu, Ha, Ma, M, Mar, CBS Mu, Ha, Ma, M, Mar Mu, Ha, Ma Mu, Ha, Ma, M Mu, Ha, Ma, M
Mu, Ha, Ma, M Mu, Ha, Ma, M, R, Yv
Mu, Ha, Ma, M, R, Yv Mu, Mu, Mu, Mu, Mu,
Ha, Ha, Ha, Ha, Ha,
Ma, Ma, Ma, Ma, Ma,
Mu, Ha, Ma, Mu, Ha, Ma, Yv, B Mu, Ha, Ma, Mu, Ha, Ma, Mu, Ha, Ma, Allen, CBS
M, R, Yv M, R, Yv M, R M M
M, M, R, Mar, M, M, R M
Mu, Ha, Ma, M, Ka, Yv, R
09u30
Start conferentie dag Antwerpen
Mu, R Mu, R Mu, R Mu, R Mu, R
Ha, Ma, M, Ka, Yv,
12u30
Middageten in Antwerpen
14u00
Tweede deel conferentiedag Antwerpen
19u00
Walking diner in Antwerpen
21u00
Terugrit Antwerpen - Kortrijk
Zaterdag 28 mei 09u30 Transfer Kortrijk – Harelbeke 10u00 Overleg Jeugd Rode Kruis Harelbeke 12u00 Rit naar Damme 13u00 Lunch Damme 15u00 Activiteiten in Damme & de kust 19u00 Transfer Kortrijk 20u00 Aankomst Hotel Kortrijk
Mu, Mu, Mu, Mu, Mu, Mu, Mu,
Ha, Ha, Ha, Ha, Ha, Ha, Ha,
Ma, Ma, Ma, Ma, Ma, Ma, Ma
M M M, M, M, M,
Zondag 09u30 09u45 11u00 11u15 12u00 13h00
Mu, Mu, Mu, Mu, Mu, Mu,
Ha, Ha, Ha, Ha, Ha, Ha,
Ma, Ma, Ma, Ma, Ma, Ma
M M M M M
29 mei Check-out hotel Kortrijk Transfer naar Brussel Aankomst Brussel Check-in bagage Brussel Middageten in Brussel Check-in gates
Ha, Ma, M, Ka, Yv, Ha, Ma, M, Ka, Yv, Ha, Ma, M, Ka, Yv, Ha, Ma, M, Ka, Yv,
Yv Yv Yv Yv
Legende: Mu: Muandingi Ndawedwa; Ma: Martha Assar; Ha: Fillemon Haiduwa; Ka: Karolien Deschildre; M: Mieke Vandoorne; Yv: Yves Debosschere; Mar: Martin Vandebuerie; R: Robbe Bleuzé; B: Burgemeester Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het College van Burgemeester en Schepenen neemt kennis van het programma voor het komend werkbezoek. De schepenen geven door aan Mieke Vandoorne waar zij wensen aan te sluiten. DEPARTEMENT WERKEN, ONDERNEMEN EN LEREN
Werken en ondernemen
7
Promotieactiviteiten Overleie.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Naar alle waarschijnlijkheid wordt de Hoge Brug op zondag 19 juni feestelijk geopend en kunnen vanaf maandag 20 juni de auto’s opnieuw de brug over van het centrum van de stad naar Overleie en omgekeerd. Hiermee komt ook voor de handelaren op Overleie eindelijk een einde aan de periode van moeilijke bereikbaarheid. Meer dan 1,5 jaar waren zij afgesneden van de rest van Harelbeke en dit heeft overduidelijk ook ernstige gevolgen gehad voor de omzet van tal van handelszaken. Nu de brug terug open gaat komt het er voor hen op aan om hun “oude klanten” die zij ondertussen verloren terug te winnen en aan iedereen duidelijk te maken dat zij opnieuw volop bereikbaar zijn. Vanuit het departement WOL en het stedelijk handelscomité werden al twee overlegvergaderingen georganiseerd met de betrokken handelaren. Hierbij werd gezocht op welke manier wij de handelszaken van Overleie opnieuw positief in de picture kunnen zetten. Volgende voorstellen liggen op tafel :
De organisatie van een winkelwedstrijd. Op een spaarkaart kunnen 3 stempels van 3 verschillende winkels worden verzameld. Hierbij zijn tal van cadeaubonnen te winnen. Het handelscomité schenkt per deelnemende winkel 1 cadeaubon van 10 euro. Deze actie wordt aangekondigd met affiches en flyers 2 maal advertentie in het Harelbeeks krantje met info over de winkelwedstrijd en promo voor de handelszaken die meewerken aan de wedstrijd. De advertenties worden betaald door het handelscomité Het plaatsen van 1 spandoek op de rotonde aan het Molenhuis en een spandoek op de plaats van het werfbord aan het Marktplein met opschrift “Overleie bereikbaar”. De spandoeken wordt genomen op budget departement WOL. De spandoeken worden bevestigd op herashekkens die geplaatst worden door de technische dienst. Het aanbrengen van kleurige vlaggenlintjes in de Overleiestraat van straatkant naar straatkant. Gevraagd wordt dat de technische dienst zorgt voor de uitvoering. De vlaggenlintjes zouden op budget departement Wol worden aangekocht.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college stemt in met de acties uitgewerkt in samenwerking met de handelaren van Overleie om de handel aldaar opnieuw te promoten na de opening van de Hoge Brug.
Artikel 2: Het college stemt in met de aankoop en de plaatsing van 2 spandoeken op de rotonde Molenhuis en op de plaats van het werfbord op het Marktplein op herashekkens door de technische dienst. Artikel 3: Het college stemt in met het hangen van kleurrijke vlaggenlintjes in de Overleiestraat door de technische dienst. DEPARTEMENT GRONDGEBIEDSZAKEN Stedenbouw
8
Voorkooprecht voor een deel van het perceel gelegen Overleiestraat 70 te Harelbeke.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Afdeling Vastgoedtransacties, Koning Albert II-laan 35/62 te 1030 SCHAARBEEK heeft op 19.04.2016 een dossier aangeboden op het e-voorkooploket van de Vlaamse Landmaatschappij, waarbij overeenkomstig art. 85 § 1 van de Vlaamse Wooncode aan de stad Harelbeke het voorkooprecht wordt aangeboden voor een deel van het perceel gelegen Overleiestraat 70 te HARELBEKE, kadastraal bekend 3e Afdeling, Sectie D nr. 79C. Het eigendom staat op de inventaris van leegstaande en/of verkrotte woningen. Vermits het goed opgenomen is in een inventaris waar het voorkooprecht geldt, dient het voorkooprecht aangeboden op grond van art. 85 § 1 van voormelde wooncode. De stad wordt conform deze bepalingen de gelegenheid geboden om gebruik te maken van het voorkooprecht op voormeld goed. In theorie wordt het voorkooprecht aangeboden aan het stadsbestuur, als een derde op punt staat om een pand/perceel te kopen. Het stadsbestuur kan dan tegen dezelfde prijs het pand aankopen. In dit geval is het stadsbestuur zelf de koper van het deel van het perceel. Er zijn geen redenen waarom de stad op het voorkooprecht beroep zou moeten doen. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
de Vlaamse Wooncode, inzonderheid art. 85 § 1.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT:
Enig artikel: De stad zal geen gebruik maken van het door de Vlaamse Landmaatschappij aangeboden voorkooprecht voor een deel van het perceel gelegen Overleiestraat 70 te Harelbeke op basis van art. 85 § 1 van de Vlaamse Wooncode. Van deze beslissing zal kennis worden gegeven aan de Vlaamse Landmaatschappij.
9
Voorkooprecht voor het pand gelegen Andries Pevernagestraat 13 te Harelbeke.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Notaris Kurt VUYLSTEKE, Kortrijksestraat 99 te 8520 KUURNE heeft op 15.04.2016 een dossier aangeboden op het e-voorkooploket van de Vlaamse Landmaatschappij, waarbij overeenkomstig art. 85 § 1 van de Vlaamse Wooncode aan de Stad Harelbeke het voorkooprecht wordt aangeboden voor het pand gelegen Andries Pevernagestraat 13 te HARELBEKE, kadastraal bekend 1e afdeling, sectie A nr. 732G 2. Het eigendom staat op de inventaris van leegstaande en/of verkrotte woningen. Vermits het goed opgenomen is in een inventaris waar het voorkooprecht geldt, dient het voorkooprecht aangeboden op grond van art. 85 § 1 van voormelde wooncode. De Stad wordt conform deze bepalingen de gelegenheid geboden om gebruik te maken van het voorkooprecht op voormeld goed. Vermits huidige eigendom geen belang heeft voor de Stad Harelbeke en niet in te passen valt in het stadspatrimonium noch in het woonbeleid, is het niet opportuun gebruik te maken van dit voorkooprecht. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
de Vlaamse Wooncode, inzonderheid art. 85 § 1.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Enig artikel: De stad zal geen gebruik maken van het door de Vlaamse Landmaatschappij aangeboden voorkooprecht voor het pand gelegen Andries Pevernagestraat 13 te Harelbeke op basis van art. 85 § 1 van de Vlaamse Wooncode. Van deze beslissing zal kennis worden gegeven aan de Vlaamse Landmaatschappij.
10
Voorkooprecht voor het pand gelegen Vredestraat 25 te Harelbeke.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Geassocieerde notarissen BOES & DEVAERE, Rijselsestraat 20 – 8500 KORTRIJK hebben op 20.04.2016 een dossier aangeboden op het e-voorkooploket van de Vlaamse Landmaatschappij, waarbij overeenkomstig art. 85 § 1 van de Vlaamse Wooncode aan de Stad Harelbeke het voorkooprecht wordt aangeboden voor het pand gelegen Vredestraat 25 te HARELBEKE, kadastraal bekend 1e Afd. Sectie A nr. 1250S. De eigendom staat op de inventaris van leegstaande en/of verkrotte woningen. Vermits het goed opgenomen is in een inventaris waar het voorkooprecht geldt, dient het voorkooprecht aangeboden op grond van art. 85 § 1 van voormelde wooncode. De Stad wordt conform deze bepalingen de gelegenheid geboden om gebruik te maken van het voorkooprecht op voormeld goed. Vermits de eigendom geen belang heeft voor de stad Harelbeke en niet in te passen valt in het stadspatrimonium noch in het woonbeleid, is het niet opportuun gebruik te maken van dit voorkooprecht. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
de Vlaamse Wooncode, inzonderheid art. 85 § 1.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Enig artikel: De stad zal geen gebruik maken van het door de Vlaamse Landmaatschappij aangeboden voorkooprecht voor het pand gelegen Vredestraat 25 te Harelbeke op basis van art. 85 § 1 van de Vlaamse Wooncode. Van deze beslissing zal kennis worden gegeven aan de Vlaamse Landmaatschappij. DEPARTEMENT VRIJE TIJD Cultuur
11
Procesbegeleiding Vrijetijdsloket. Samenstelling projectgroep en aanpak.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Op 22.03.2016 beslist het college om CC Consult aan te stellen als externe procesbegeleiding om de verhuis van het vrijetijdsloket van het stadhuis naar cc het Spoor voor te bereiden en de werking ervan te optimaliseren.
Na een eerste overleg wordt voorgesteld om een met een projectgroep te werken die dit proces opvolgt. Als samenstelling van de projectgroep worden volgende personen voorgesteld: Michaël Vannieuwenhuyze als schepen voor personeel, sport en jeugd, Wouter Linseele, communicatieambtenaar en verantwoordelijke voor evenementen, Céline Meheus, verantwoordelijke voor loketten, Robbe Bleuzé, jeugdconsulent en Frederik Bossuyt, beleidsmedewerker cultuur. De planning ziet er als volgt uit (data onder voorbehoud): Wat
Wie
Wanneer
Startvergadering
projectgroep
19/04/2016
Opmaak nieuwsbrief
cc consult
Versturen nieuwsbrief
dienst communicatie
27/04/2016 uiterlijk 02/05/2016
Productinventaris ingevuld bezorgen
diensten
12/05/2016
Inspiratieworkshop
medewerkers
17/05/2016
Workshops dienstverlening (2x)
werkgroepen
07/06/2016
Conclusies en aanbevelingen
projectgroep
15/06/2016
Bespreking stappenplan
projectgroep
23/06/2016
Verwijzend naar volgende eerdere beslissingen: -
Externe procesbegeleiding vrijetijdsloket. Aanstellen begeleider. Beslissing van 22.03.2016.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college keurt de samenstelling van de projectgroep, mits aanvulling met de naam van schepen Annick Vandebuerie, en de planning goed. DEPARTEMENT MANAGEMENT EN PERSONEEL Juridische dienst
12
Situatie Leieaarde.
Het college, Neemt kennis van het volgend. Marlies Geldof werkt niet langer voor Leiaarde. Op vandaag valt de samenwerking met deze externe partner voor de uitwerking van het integratie- en diversiteitsbeleid dus stil.
In het departement burger en welzijn wordt een voorstel voor verdere inzet op dit domein uitgewerkt. Dit wordt in komende weken aan het college voorgelegd. Het project ambassadeurs wordt verder opgevolgd zodat dit niet stilvalt in de overgangsperiode.
13
Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans (SAMWD). Hoorzitting dringende redenen.
GESCHRAPT
14
Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans (SAMWD). Eventueel ontslag van een tijdelijke leerkrachte. Hoorzitting.
GESCHRAPT
15
Stedelijke Academie voor Muziek, Woord en Dans (SAMWD). Eventueel ontslag van een tijdelijke leerkrachte wegens dringende reden. Beslissing.
GESCHRAPT DEPARTEMENT WERKEN, ONDERNEMEN EN LEREN SAMW
16
Onwettige afwezigheid van een personeelslid van de SAMWD.
GESCHRAPT DEPARTEMENT GRONDGEBIEDSZAKEN Stedenbouw
17
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor mededeling openbaar onderzoek en afwijking VK. DESMET Filiep - JACOBS Daphne, Steenbrugstraat 206 - 8530 HARELBEKE: de bouw van een overdekt zwembad, Steenbrugstraat 206.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Er werd een aanvraag ingediend door Filiep DESMET – Daphne JACOBS, Steenbrugstraat 206 – 8530 HARELBEKE met betrekking tot een perceel gelegen te HARELBEKE, Steenbrugstraat 206, kadastraal bekend als 2e afd. Sectie C nr. 174E strekkende tot de bouw van een overdekt zwembad. Op 02.06.2009 werd een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het bouwen van een ééngezinswoning met losstaande garage. (dossier 2009/141) Op de goedgekeurde plannen werd op 10m achter de woning een garage voorzien van 29,93m².
Op 29.09.2015 werd een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het uitbreiden van de woning. (dossier 2015/141). Deze aanvraag betreft de bouw van een overdekt zwembad. De alleenstaande woning bestaat momenteel uit twee bouwlagen met een zadeldak. De bouwdiepte bedraagt op het gelijkvloers momenteel 18,40m. De terreinbezetting bedraagt momenteel 121m². Op de luchtfoto’s zien we ook een aantal houten constructies in de vrije zijstrook. Hiervoor is geen vergunning terug te vinden. Die constructies moeten worden verwijderd. Achter de woning, op een afstand van 3,55m van de achtergevel, wordt een overdekt zwembad voorzien. Het bijgebouw heeft een oppervlakte van 79,9m². In het gebouw wordt een zwembad, een kleedruimte, een douche, een toilet en een ruimte met sauna en hammam voorzien. Het bijgebouw wordt ingeplant op min. 2m van de rechterperceelsgrens en wordt uitgerust met een licht hellend zadeldak. De kroonlijsthoogte bedraagt 2,50m en de nokhoogte 3m. De max. terreinbezetting zal na het plaatsen van het overdekt zwembad 200,9m² bedragen. Gelet op het gescheiden rioolstelsel en het voorzien van een infiltratievoorziening. De bouwplaats is gelegen in een goedgekeurde verkaveling. Verkavelingsvoorschriften leggen het volgende vast: Max. bebouwde oppervlakte: 200m². Voor bijgebouwen een maximale oppervlakte van 30m² vast. Het hellend dak heeft een maximale kroonlijsthoogte van 2,50m en een maximale nokhoogte van 3,50m. De afstand tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 2m. De aanvraag wijkt af inzake de toegelaten oppervlakte aan bijgebouwen. Om voormelde reden(en) wordt de aanvraag onderworpen aan een openbaar onderzoek. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; - Artikel 57 van het gemeentedecreet; - Het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000, betreffende de behandeling en de openbaarmaking van de bouwaanvragen, gewijzigd bij later koninklijk besluit en besluiten van de Vlaamse Executieve; Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Enig artikel: Neemt kennis van het openbaar onderzoek dat loopt van 23.04.2016 tot en met 22.05.2016.
18
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor mededeling openbaar onderzoek. AMEYE Dirk, Heerbaan 100 - 8530 HARELBEKE: de uitbreiding van een bestaande garage (autobergplaats), Heerbaan 106.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Er werd een aanvraag ingediend door Dirk AMEYE, Heerbaan 100 – 8530 HARELBEKE met betrekking tot een perceel gelegen te HARELBEKE, Heerbaan 106, kadastraal bekend als 2e Afd. Sectie B nr. 371M 3 strekkende tot de uitbreiding van een bestaande garage (autobergplaats). Op 25.08.2015 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een ééngezinswoning. (dossier 2015/118) Op 17.11.2015 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het aanbrengen van een verharding bij de ééngezinswoning. (dossier 2015/236) Op 19.01.2016 werd een stedenbouwkundige aanvraag geweigerd voor het uitbreiden van de garage bij een ééngezinswoning. (dossier 2015/240) De aanvraag werd geweigerd omwille van: De gevraagde bouwdiepte van 24m op het gelijkvloers is op die specifieke plaats te groot en dit zorgt in combinatie met de gevraagde bouwhoogte van 4,05m ervoor dat het (zon)licht in het aanpalend deel van de tuin verdwijnt en dat een beklemmend gevoel ontstaat. Deze aanvraag betreft opnieuw de uitbreiding van een bestaande garage (autobergplaats) Op het perceel stond er een ééngezinswoning (Heerbaan 108) bestaande uit twee bouwlagen met deels een zadeldak en deels een lessenaarsdak. Rechts van de woning was er een oprit met een breedte van 4,87m. De oprit leidde naar een achterliggende garage, bestaande uit één bouwlaag met plat dak. De garage werd geplaatst op 10,24m achter de rooilijn. De bouwheer heeft dus een stedenbouwkundige vergunning bekomen om in de open ruimte naast de bestaande woning (Heerbaan 108) een nieuwe woning op te trekken, die verweven is met het huidig gebouw. Het bestaande gabarit aan de straatzijde wordt doorgetrokken in functie van het gevelbeeld. De werken zijn reeds bezig. Op het gelijkvloers wordt in de goedgekeurde vergunning de garage voorzien. Er wordt gewoond op het verdiep en geslapen onder het dak. Er wordt op het dak van de gelijkvloers bouwlaag een dakterras voorzien. Aan de achterzijde wordt in het dak een dakuitbouw voorzien, dit om de ruimte optimaal te gebruiken. Ook hier wordt een klein dakterras voorzien. De goedgekeurde woning bestaat uit 2 bouwlagen met een hellend dak. De bouwdiepte op het gelijkvloers zal 19m bedragen en op het verdiep 12m. De bouwheer wenst opnieuw de bouwdiepte op het gelijkvloers te vermeerderen van 19m naar 24m. De toegevoegde 5m zorgt dat de bouwheer meer parkeermogelijkheid heeft in deze garage.
Alle verdiepingen, de uitstraling van het gebouw, alsook de positie van het dakterras blijven ongewijzigd in vergelijking met het vergunde plan. Voor het dakterras werd een zichtscherm van 2m hoogte toegevoegd met retour van 2m lengte, zoals opgelegd als voorwaarde in de afgeleverde stedenbouwkundige vergunning (2015/118). De wijziging ten opzichte van de geweigerde aanvraag bestaat erin dat de kroonlijsthoogte aan de kant van de tuin van de woning Heerbaan 102 wordt verminderd van 3,04m naar 2,14m. Gelet op het gescheiden rioolstelsel en de voorziene regenwaterput met inhoud 5000L. Omdat het toekomstig perceel < 250m² bedraagt moet er geen infiltratie worden voorzien. Wegens werken op de perceelsgrenzen wordt de aanvraag onderworpen aan een openbaar onderzoek. Om voormelde reden(en) wordt de aanvraag onderworpen aan een openbaar onderzoek. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; - Artikel 57 van het gemeentedecreet; - Het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000, betreffende de behandeling en de openbaarmaking van de bouwaanvragen, gewijzigd bij later koninklijk besluit en besluiten van de Vlaamse Executieve; Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Enig artikel: Neemt kennis van het openbaar onderzoek dat loopt van 25.04.2016 tot en met 24.05.2016. 19
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor mededeling openbaar onderzoek en afwijking VK. VANDENBOSSCHE Tom, Roggestraat 27 - 8530 HARELBEKE: het bouwen van een veranda, Roggestraat 27.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Er werd een aanvraag ingediend door dhr. & mevr. VANDENBOSSCHE Tom – Roggestraat 27 – 8530 HARELBEKE met betrekking tot een eigendom gelegen te 8530 HARELBEKE – Roggestraat 27, kadastraal bekend als 2de afd. – sectie B – nr. 291P 2 strekkende tot het bouwen van een veranda . De aanvraag betreft het bouwen van een veranda van 11,55m². Het betreft een open bebouwing, op het einde van de Roggestraat. De woning bestaat uit één bouwlaag met kamers onder het dak.
De vrij zijstrook tussen de woning en de perceelsgrens met het Koutermolenpad bedraagt momenteel 6m. In die zone wenst de bouwheer een veranda te plaatsen, zodat de vrije zijstrook nog 3m zal bedragen. De veranda wordt uitgerust met een plat dak en heeft een bouwhoogte van 2,74m. De terreinbezetting zal na het plaatsen van de veranda 131,55m² bedragen of 19%. De bouwplaats is gelegen in een goedgekeurde verkaveling. De hoofdbestemming is wonen en de nevenbestemming laat detailhandel, diensten en kantoren toe. De verkavelingsvoorschriften leggen het volgende op: De vrije zijstrook tussen de woning en het Koutermolenpad bedraagt min. 5m – max. terreinbezetting 250m² en 33% - dakvorm vrij met max. helling van 50°. De afwijking kan worden toegestaan. Een vrije zijstrook van min. 3m is in feite de norm. Hier werd 5m gevraagd omdat er in de omgeving nutsleidingen zouden liggen, en om te vermijden dat er boven op de nutsleidingen werd gebouwd. De bouwheer heeft alle nutsmaatschappijen gecontacteerd met de vraag of er inderdaad in die 5m zone nutsleidingen liggen. Er werd door alle maatschappijen negatief geantwoord. De aanvraag wijkt af van de voorschriften van de verkaveling inzake de vrije zijstrook en wordt onderworpen aan een openbaar onderzoek . Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; - Artikel 57 van het gemeentedecreet; - Het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000, betreffende de behandeling en de openbaarmaking van de bouwaanvragen, gewijzigd bij later koninklijk besluit en besluiten van de Vlaamse Executieve; Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Enig artikel: Neemt kennis van het openbaar onderzoek dat loopt van 20.04.2016 tot en met 19.05.2016. 20
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor einde openbaar onderzoek. BREULS Jean-Pierre, Tarwestraat 53 - 8530 HARELBEKE: het verbouwen / uitbreiden van een woning, Tarwestraat 53.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Er werd een aanvraag ingediend door Jean-Pierre BREULS, Tarwestraat 53 – 8530 HARELBEKE met betrekking tot een perceel gelegen te HARELBEKE, Tarwestraat 53
kadastraal bekend 2e afdeling, Sectie B, nr. 302W 4 strekkende tot het verbouwen / uitbreiden van een woning. Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd. Er werden geen mondelinge en geen schriftelijke bezwaren ingediend. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Artikel 57 van het gemeentedecreet; Het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000, betreffende de behandeling en de openbaarmaking van de bouwaanvragen, gewijzigd bij later koninklijk besluit en besluiten van de Vlaamse Executieve;
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het onderzoek inzake bovenvermelde stedenbouwkundige aanvraag te sluiten. Artikel 2: Vast te stellen dat de openbaarmaking conform de geldende voorschriften werd uitgevoerd. Artikel 3: Vast te stellen dat geen mondelinge en geen schriftelijke bezwaren ingediend werden. Artikel 4: Een afschrift van deze beslissing zal, samen met de overige voorgeschreven documenten, bij het dossier van de aanvraag gevoegd worden. 21
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor afwijking BPA en goedkeuring. Breuls Jean-Pierre, Tarwestraat 53 - 8530 Harelbeke: verbouwen/uitbreiden van een woning, Tarwestraat 53.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/26 De EPB-eisen zijn van toepassing. Het energieprestatiedossiernummer is: 34013-G2016-29 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door De heer BREULS Jean-Pierre, met als adres Tarwestraat 53 B-8530 Harelbeke, ontvangen. De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 4/02/2016.
Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 11/03/2016. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8530 Harelbeke, Tarwestraat 53 en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 2 AFD, sectie B, nr(s) 0302W 4 Het betreft een aanvraag tot het verbouwen / uitbreiden van een woning. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag werd openbaar gemaakt volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen. Gedurende het openbaar onderzoek werden geen bezwaren ingediend. Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften De bestemming volgens het gewestplan KORTRIJK, vastgesteld op datum van 04.11.1977 bij besluit van de Koning, is woongebied. In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De aangevraagde werken/handelingen zijn tevens gesitueerd in het BPA 21 “Koutermolen – wijz. B” – MB 13.03.2003 in een zone voor sociale woningen. De aanvraag dient te worden getoetst aan de voorschriften van het BPA. Het BPA laat toe dat de gelijkvloerse bouwlaag wordt vergroot met aansluitende bijgebouwen. Het BPA legt het volgende vast: Max. terreinbezetting: 70% Gezamenlijk volume van de bijgebouwen mag niet groter zijn dan 80m³
De bijgebouwen moeten aansluiten bij de oorspronkelijke achtergevel of bij de zijgevel indien het gaat om een koppelwoning of kopgebouw. Bijgebouwen moet harmonisch aansluiten bij het hoofdgebouw en er één geheel van uitmaken De minimum afstand tussen de nieuwe achtergevel en de achterste perceelsgrens bedraagt 6m. De kroonlijsthoogte is beperkt tot 3,50m en de bijgebouwen worden afgewerkt met een plat dak of licht hellend dak. Bij geschakelde woningen mogen de bijgebouwen worden ingeplant tot op 1m van de zijdelingse perceelsgrenzen. Mits een gezamenlijk ontwerp kunnen deze bijgebouwen ook ingeplant worden op de perceelsgrens.
Het ontwerp wijkt af wat betreft de plaatsing ten opzichte van de perceelsgrens en wat betreft het volume van de aangebouwde bijgebouwen. De nieuw uitbouw heeft een volume van 56,25m³, maar de bestaande garage heeft ook al een volume van 73,26m³, wat in totaal meer is dan de toegestane 80m³. Het ontwerp wordt onderworpen aan een openbaar onderzoek. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft het verbouwen/uitbreiden van een woning. Het betreft een rijwoning, waarbij de voorkant van de woning enkel bereikbaar is voor niet-gemotoriseerd verkeer, en waarbij de achterzijde van de woning met de tuin in feite gelegen is aan de openbare weg. Het hoofdvolume van de woning bestaat uit twee bouwlagen met een zadeldak. Tegen een deel van de achtergevel werd een achterbouw geplaatst bestaande uit één bouwlaag met een plat dak. De achterbouw doet dienst als garage. De bouwheer wenst op het gelijkvloers, noodgedwongen door de immobiliteit van de bewoner, een slaapkamer te creëren. De bestaande keuken wordt ingenomen als slaapkamer en er wordt een nieuwe keuken voorzien. Dit gebeurt door het gelijkvloers uit te breiden met een nieuw volume van 18,75m². De uitbouw wordt afgewerkt met een plat dak en de bouwhoogte bedraagt 3m. De bouwdiepte op het gelijkvloers wijzigt met deze uitbreiding niet. De terreinbezetting bedraagt 65,07%. Het volume van de nieuwe achterbouw bedraagt 56,25m³ Door de uitbreiding van de woning ontstaat er geen hinder voor de aanpalende woning, Tarwestraat 51. Op de gezamenlijke perceelsgrens staat immers de garage van de Tarwestraat 51. De hoogte van de uitbouw is gelijk aan die van de garage van de bouwheer en de garage van Tarwestraat 51. De bouwplaats is gelegen in het BPA “Koutermolen – wijz. B” in een zone voor sociale woningen. Het BPA laat toe dat de gelijkvloerse bouwlaag wordt vergroot met aansluitende bijgebouwen. Het BPA legt het volgende vast: Max. terreinbezetting: 70% Gezamenlijk volume van de bijgebouwen mag niet groter zijn dan 80m³ De bijgebouwen moeten aansluiten bij de oorspronkelijke achtergevel of bij de zijgevel indien het gaat om een koppelwoning of kopgebouw. Bijgebouwen moet harmonisch aansluiten bij het hoofdgebouw en er één geheel van uitmaken
De minimum afstand tussen de nieuwe achtergevel en de achterste perceelsgrens bedraagt 6m. De kroonlijsthoogte is beperkt tot 3,50m en de bijgebouwen worden afgewerkt met een plat dak of licht hellend dak. Bij geschakelde woningen mogen de bijgebouwen worden ingeplant tot op 1m van de zijdelingse perceelsgrenzen. Mits een gezamenlijk ontwerp kunnen deze bijgebouwen ook ingeplant worden op de perceelsgrens.
Het ontwerp wijkt af wat betreft de plaatsing ten opzichte van de perceelsgrens en wat betreft het volume van de aangebouwde bijgebouwen. De nieuw uitbouw heeft een volume van 56,25m³, maar de bestaande garage heeft ook al een volume van 73,26m³, wat in totaal meer is dan de toegestane 80m³. Al de aanpalers werden door de Stad in kennis gesteld via een aangetekend schrijven ‘Bericht aan eigenaars’. Gedurende het openbaar onderzoek werden er geen schriftelijke bezwaren ingediend. In toepassing van art. 4.4.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan ten opzichte van het ontwerp duidelijk gesteld worden dat de afwijking geen aanleiding geeft tot een oneigenlijke wijziging van het BPA en dat anderzijds de algemene strekking van het plan gerespecteerd blijft. De afwijking kan worden toegestaan. De uitbouw is voor de aanpalende niet storend en er blijft voldoende open ruimte over tot de achterkavelgrens. Door aan te bouwen tegen de bestaande garage van de aanpalende buur en dit met dezelfde bouwhoogte ontstaat één geheel. De aanvraag doet mede gelet op de aard, de vormgeving, de inplanting en de omvang geen afbreuk aan de omgeving. De gevraagde uitbouw is niet storend voor de onmiddellijke omgeving. Het project is ook verenigbaar met de plaatselijke toestand. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Watertoets Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Omdat de uitbreiding < 40m² hoeft de aanvraag niet te voldoen aan de stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden: Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de
inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden. Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager. Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen. Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen. De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden: Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; 3° procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 4° de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; 5° de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht. §3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college. §5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager. Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing;
3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad. De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep. Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. … §3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling
Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
22
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor goedkeuring. GEMA CASA BVBA & VDD CONSTRUCT BVBA, Pontstraat 14 – 9790 Wortegem-Petegem & Hulstersestraat 202 – 8710 Wielsbeke: verbouwen van een woning en het bouwen van 3 woningen en 4 garages, Hoogstraat 41 – 45 – 8531 BAVIKHOVE.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/16 De EPB-eisen zijn van toepassing. Het energieprestatiedossiernummer is: 34013-G2016-18 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door B.V.B.A. GEMA CASA & VDD CONSTRUCT, met als adres Pontstraat 14 9790 WortegemPetegem & Hulstersestraat 202 – 8710 Wielsbeke, ontvangen. De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 26/01/2016. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 1/03/2016. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8531 Bavikhove (Harelbeke), Hoogstraat 41-45 en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 4 AFD/BAVIKHOVE/, sectie A, nr(s) 0118F, 0118G, 0119Z Het betreft een aanvraag tot het verbouwen van een woning en het bouwen van 3 woningen en 4 garages. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden. Gelet op het schriftelijk akkoord van de aanpalende eigenaar, Hoogstraat 47. Externe adviezen Er werd op 06.04.2016 een gunstig advies verleend door Proximus. Er werd op 08.03.2016 een voorwaardelijk gunstig advies verleend door INFRAX. Er werd op 11.04.2016 een offerte overgemaakt inzake de nutsleidingen.
De Watergroep laat op 29.03.2016 weten dat er al een watervoorzieningsnet aanwezig is. Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften De bestemming volgens het gewestplan KORTRIJK, vastgesteld op datum van 04.11.1977 bij besluit van de Koning, is woonuitbreidingsgebied. In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: Woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor. Het gebied is geordend. De aanvraag dient dus getoetst aan de bepalingen van het gewestplan. De aanvraag is in overeenstemming met de voorziene bestemming. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft het verbouwen van een woning en het bouwen van 3 woningen en 4 garages. De straat wordt hoofdzakelijk gekenmerkt door woningbouw, van het gesloten en halfopen type. Links van de bouwplaats bevindt zich momenteel een halfopen woning (Hoogstraat 39), met aan de rechterkant van de woning een private toegangsweg tot achterliggende bergingen en loodsen achter die woning. De weg geeft ook toegang aan een loods, die werd ingeplant op circa 25m achter de rooilijn. Het gedeelte voor de loods is momenteel braakliggend. Rechts van het braakliggend terrein staat opnieuw een halfopen woning (Hoogstraat 45). De bouwheer wenst 3 woningen op te trekken op het braakliggend perceel tot tegen de zijgevel van de woning Hoogstraat 45. De eerste woning, dichtst tegen de toegangsweg naast Hoogstraat 39 is van het halfopen type. De andere twee woningen zijn van het gesloten type. De loods op circa 25m achter de rooilijn blijft behouden. De drie nieuwe woningen bestaan uit 2 bouwlagen met een zadeldak. De bouwdiepte op het gelijkvloers bedraagt 11,40m en op het verdiep 9,04m. De kroonlijsthoogte bedraagt 6m en de nokhoogte 10,70m. De tuinen hebben een minimale diepte van 8m. De woning Hoogstraat 45 wordt intern verbouwd. Tegen de achterbouw wordt een garagegebouw voorzien voor 4 wagens. Het garagegebouw wordt afgewerkt met een plat dak. De bouwhoogte bedraagt 3,15m. Er worden ook 3 openlucht parkeerplaatsen voorzien achteraan de woningen. Zowel de garages als de parkeerplaatsen zijn bereikbaar via de private toegangsweg. De circulatieruimte tot de garages en parkeerplaatsen worden aangelegd in waterdoorlaatbare materialen.
De totale oppervlakte van de 3 woningen bedraagt 284m² en het totale volume bedraagt 1720m³. De aanvraag doet mede gelet op de aard, de omvang, de inplanting en de vormgeving geen afbreuk aan de omgeving. De aanvraag betekent een vervollediging van het straatbeeld. Er zou geen verzwarende impact op de omgeving mogen zijn en het project is ook verenigbaar met de plaatselijke toestand. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Er is voorzien in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein. Watertoets Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke stedenbouwkundige verordening. Gelet op het gescheiden rioolstelsel, de voorziene regenwaterput van 5.000L en de infiltratievoorziening. De septische put is niet noodzakelijk. Infrax heeft in zijn advies d.d. 08.03.2016 een aantal voorwaarden opgelegd inzake de watertoets. Die voorwaarden dienen strikt te worden opgevolgd BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden: De voorwaarden opgelegd in het advies van Infrax d.d. 08.03.2016 en d.d. 11.04.2016 dienen strikt te worden nageleefd. De voorwaarden opgelegd in het advies van Proximus d.d. 06.04.2016 dienen strikt te worden nageleefd. Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden. Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager.
Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen. Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen. De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden: Waarborg openbaar domein: Boordstenen: 33m x 25,00 EUR. = 825 EUR. Voetpad: 33m x 2m x 45,00 EUR. = 2.970 EUR. Totaal: 3.795 EUR. Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn. Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een
periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; 3° procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 4° de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; 5° de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht. §3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college. §5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager. Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing; 3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex
Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad. De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep. Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. … §3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
23
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor goedkeuring. Medisch Centrum Kortrijk Noord cvba, President Kennedylaan 4 - 8500 Kortrijk: een functiewijziging van het onroerend goed van restaurant naar gedeelde dokterspraktijk en de nodige aanpassingswerken, Kortrijksesteenweg 329.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/32 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door C.V.B.A. MEDISCH CENTRUM KORTRIJK NOORD, met als adres President Kennedylaan(Kor) 4 8500 Kortrijk, ontvangen. De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 10/02/2016. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 16/03/2016. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8530 Harelbeke, Kortrijksesteenweg 329 en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 1 AFD, sectie A, nr(s) 1207G 7 Het betreft een aanvraag tot het functiewijziging van het onroerend goed van restaurant naar gedeelde dokterspraktijk en de nodige aanpassingswerken. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden. Externe adviezen Wegens de ligging langs een Gewestweg, N43, werd er advies gevraagd aan het Agentschap Wegen en Verkeer. Er werd op 04.04.2016 een gunstig advies afgeleverd. Er werd op 11.04.2016 een voorwaardelijk gunstig advies afgeleverd door de brandweer. Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften De bestemming volgens het gewestplan KORTRIJK, vastgesteld op datum van 04.11.1977 bij besluit van de Koning, is woongebied. In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing
van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De aangevraagde werken/handelingen zijn tevens gesitueerd in de VK Kortrijksesteenweg - Hippodroomstraat afgeleverd Talpe, goedgekeurd dd. 29.09.1965 nr. 060.319 en de VKwijz. afgeleverd aan Wendy Lee Yoke Yoong d.d. 27.11.2007 – lot 88-89 De aanvraag dient te worden getoetst aan de voorschriften van de verkaveling. De verkavelingsvoorschriften laten de bestemming handel en diensten toe. De aanvraag is conform de voorschriften van de verkaveling. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft een functiewijziging van het onroerend goed van restaurant naar gedeelde dokterspraktijk. Het betreft een pand gelegen langs de Kortrijksesteenweg (N43), waarin zowel woningen, kantoren, diensten als handel aanwezig zijn. De gewestweg wordt gekenmerkt door een menging van functies. De bouwheer wenst dus een deel van het pand een andere functie te geven. In het verleden was hier een restaurant gevestigd, dat is uitgebrand. In dit deel wordt een dokterspraktijk voorzien van 430,6m². Alles gebeurt binnen het bestaande volume. De werken omvatten tevens een wijziging en herpositionering van het schrijnwerk in de voorgevel, een herindeling van het interieur, een aantal aanpassingen van de openingen in de achtergevel en de zijgevel, een aansluiting op het bestaand rioleringsstelsel en het plaatsen van een uithangbord. Er zijn voor het gebouw 9 parkeerplaatsen voorbehouden voor de praktijk. De aanvraag moet voldoen aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. Inzake het uithangbord is geen informatie terug te vinden op het plan, noch wat betreft de inplanting, noch de grootte, enz. Dit uithangbord wordt dus uitgesloten van stedenbouwkundige vergunning. De aanvraag doet mede gelet op de aard, de vormgeving, de inplanting en de omvang geen afbreuk aan de omgeving. De N43 wordt gekenmerkt door een menging van functies. Het project is verenigbaar met de plaatselijke toestand en is niet storend voor de omgeving. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Er worden immers voldoende parkeerplaatsen voorzien. Watertoets
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden: De voorwaarden opgelegd in het advies van de Brandweer d.d. 11.04.2016 dienen strikt te worden nageleefd. De voorwaarden opgelegd in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer d.d. 04.04.2016 dienen strikt te worden nageleefd. Inzake het uithangbord is geen informatie terug te vinden op het plan, noch wat betreft de inplanting, noch de grootte, enz. Dit uithangbord wordt dus uitgesloten van stedenbouwkundige vergunning. De aanvraag moet voldoen aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden. Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager. Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen.
Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen. De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden: Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn. Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning;
2° 3°
4° 5°
elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht.
§3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college. §5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager. Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing; 3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad. De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep.
Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. … §3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
24
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor goedkeuring. Talpe Patrick, Haringstraat 33 – 8531 BAVIKHOVE: het bouwen van overdekking boven mestopslag, regulariseren van afdak tussen twee stallen, regulariseren en uitbreiden van bestaand afdak, slopen van afdak en uitbreiden van betonverharding bij bestaand landbouwbedrijf, Haringstraat 33.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/29 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door de Heer TALPE PATRICK, met als adres Haringstraat 33 8531 Bavikhove, ontvangen. De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 9/02/2016.
Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 15/03/2016. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8531 BAVIKHOVE, Haringstraat 33 en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 4 AFD/BAVIKHOVE/, sectie B, nr(s) 0087B, 0093F Het betreft een aanvraag tot het bouwen van overdekking boven mestopslag, regulariseren van afdak tussen twee stallen, regulariseren en uitbreiden van bestaand afdak, slopen van afdak en uitbreiden van betonverharding bij bestaand landbouwbedrijf. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden. Externe adviezen Er werd op 15.04.2015 een gunstig advies afgeleverd door Departement Landbouw en Visserij. De brandweer laat op 25.03.2016 weten dat de aanvraag geen brandvoorkomingsmaatregelen impliceert, voor zover voldaan wordt aan de algemene reglementeringen (bv. ARAB, CODEX, AREI, VLAREM,…) en normeringen. Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften De bestemming volgens het RUP “Landelijk Gebied rond Bavikhove en Hulste”, vastgesteld door de Deputatie d.d. 19.03.2009 is een zone voor agrarisch gebied. De aanvraag dient dus getoetst aan de bepalingen van het RUP. De voorschriften leggen bij de hoeve het volgende op: - Compactheid dient nagestreefd te worden bij de agrarische bedrijfsvoering: Nieuwe constructies als uitbreiding van bestaande landbouwzetels dienen opgericht te worden in de nabijheid van bestaande constructies van agrarische aard. De aanvraag is conform de voorschriften van het RUP. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft het bouwen van een overdekking boven mestopslag, regulariseren van afdak tussen 2 stallen, regulariseren en uitbreiden van bestaand afdak, slopen van afdak en uitbreiden van betonverharding bij een bestaand landbouwbedrijf.
Het gaat om een bestaand landbouwbedrijf gelegen aan de Haringstraat. In de onmiddellijke omgeving bevinden zich enkel weiden en akkers. Er is ook de aanwezigheid van de Vondelbeek en de Havikbeek/Plaatsbeek. Het landbouwbedrijf bestaat uit een aantal stallen, afdaken, sleufsilo’s, betonverharding en een bedrijfswoning. De bouwheer wenst: - Het bouwen van een overdekking boven de bestaande mestopslag. De overdekking heeft een oppervlakte van 118m² en ligt achter het stallencomplex. De overdekking wordt afgewerkt met een hellend dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 5,10m en de nokhoogte 8,15m. - Het regulariseren van een bestaand afdak tussen 2 vergunde stallen. Dit afdak heeft een oppervlakte van circa 70m². Ook dit afdak wordt uitgerust met een hellend dak. De nokhoogte bedraagt 4,10m en de kroonlijsthoogte2,90m. - Het slopen van een bestaand afdak. Het afdak werd geplaatst op circa 20m achter het stallencomplex. Het te slopen afdak heeft een oppervlakte van 119m². - Het regulariseren van een bestaand afdak (gebruikt voor stallen van voertuigen) en het uitbreiden van ditzelfde afdak (om te gebruiken als overdekte bergruimte). Het te regulariseren afdak staat ingeplant op circa 3,50m links van het te slopen afdak. Het te regulariseren afdak heeft een oppervlakte van 222,31m² en wordt uitgebreid langs de rechterkant met 235m² (totaal wordt dus 457,31m²) Het afdak heeft eveneens een hellend dak. De kroonlijsthoogte bedraagt 2,95m en een nokhoogte van 4,10m. - Het uitbreiden van de bestaande erfverharding. Het gaat om 155m² in beton. De verharding wordt voorzien tussen de uitbreiding van het afdak en de bestaande sleufsilo’s De nieuwe constructies maken deel uit van de landbouwbedrijfsvoering en werden zo dicht mogelijk ingeplant bij de bestaande gebouwen en getuigen van compact ruimtegebruik. Er wordt voorzien om tegen het uitgebreide afdak een haag aan te planten, zoals er reeds één staat tegen het te regulariseren afdak, dat wordt uitgebreid. Op de luchtfoto’s is duidelijk een piste en paardenmolen te zien. Hiervoor wordt geen stedenbouwkundige vergunning terug gevonden. Er dient nog een regularisatieaanvraag te worden ingediend voor de piste en de paardenmolen. De aanvraag doet mede gelet op de aard, de omvang, de inplanting en de vormgeving geen afbreuk aan de omgeving. De nieuwe constructies maken deel uit van de landbouwbedrijfsvoering en werden zo dicht mogelijk ingeplant bij de bestaande gebouwen en getuigen van compact ruimtegebruik. Er zou geen verzwarende impact op de omgeving mogen zijn en het project is ook verenigbaar met de plaatselijke toestand. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Er wordt voorzien in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein. Watertoets Het regenwater van de afdaken wordt opgevangen in de bestaande open vijver van 3000m³. Dit regenwater wordt hergebruikt voor het reinigen van de stal en als drinkwater voor de dieren. Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de
bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke stedenbouwkundige verordening. BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden: Op de luchtfoto’s is duidelijk een piste en paardenmolen te zien. Hiervoor wordt geen stedenbouwkundige vergunning terug gevonden. Er dient nog een regularisatieaanvraag te worden ingediend voor de piste en de paardenmolen. Bij het slopen en/of ontmantelen van gebouwen, die geheel of gedeeltelijk een andere functie dan het wonen hadden, en die een bouwvolume omvatten van meer dan 1.000m³, moet er een sloopinventaris afvalstoffen worden opgemaakt. (art. 5.2.2.1, §4 VLAREA). Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden. Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager. Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen. Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen.
De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden: Waarborg groen: 1.250,00 EUR. De haag moet worden aangeplant, ten laatste in het eerstvolgend plantseizoen volgend op de ingebruikname van het nieuwe afdak. Het groen dient verder op een ordentelijke en vakkundige manier in stand gehouden te worden, zoniet wordt dit aanzien als een overtreding in het kader van de stedenbouwkundige vergunning. Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn. Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden
Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; 3° procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 4° de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; 5° de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht. §3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college. §5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager. Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing; 3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad. De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is.
Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep. Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. … §3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
25
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor goedkeuring. Vercruysse Gabrielle, p.a. Bruyningstraat 67 – 8500 KortrijK: het samenvoegen van 2 woningen tot één woning, Gentsestraat 80-80A.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/38 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door Mevrouw VERCRUYSSE Gabrielle, met als adres P.a. Bruyningstraat(Kor) 67 8500 Kortrijk, ontvangen.
De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 17/02/2016. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 24/03/2016. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8530 Harelbeke, Gentsestraat 80-80A en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 1 AFD, sectie A, nr(s) 0502L 2, 0502M 2 Het betreft een aanvraag tot het samenvoegen van 2 woningen tot één woning. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden. Externe adviezen Wegens de ligging langs een Gewestweg, N43, werd er advies gevraagd aan het Agentschap Wegen en Verkeer. Er werd op 11.04.2016 een gunstig advies afgeleverd. Het pand Gentsestraat 80 is opgenomen op de inventaris bouwkundig erfgoed. Maar omdat het gaat om kleine verbouwingen en het pand niet wordt gesloopt, is de aanvraag vrijgesteld van het advies van Onroerend Erfgoed. Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften Het perceel is gelegen in het RUP “Centrum Oost” – Deputatie 23.05.2013 in een zone voor gemengde functies. De aanvraag dient dus getoetst aan de bepalingen van het RUP. Deze zone is bestemd voor gemengde functies waar wonen en aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen nevengeschikt zijn aan elkaar. Onder aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen wordt onder andere handel, horeca, kantoren en diensten verstaan. Eéngezinswoningen zijn toegelaten. De aanvraag is conform de voorschriften van het RUP. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft het samenvoegen van twee woningen onder één dak naar één woning.
De twee woningen zijn gelegen langs de Gentsestraat, in het centrum van Harelbeke. De Gentsestraat is een Gewestweg (N43), die wordt gekenmerkt door een menging van functies en bouwstijlen. De twee panden vormden in oorsprong één geheel als woon- en handelspand. De twee panden hebben een hoofdvolume bestaande uit twee bouwlagen met een zadeldak. Zowel de kroonlijst, als de nok vormen één geheel. In het verleden werd het 1e verdiep van beide panden ingericht als een woongelegenheid. Het gelijkvloers bleef dus Gentsestraat 80 en de woongelegenheid op het verdiep werd Gentsestraat 80A. De aanvrager wenst dus de twee panden terug samen te voegen tot één geheel. Het adres Gentsestraat 80A verdwijnt. Volgende werken worden er uitgevoerd om de hereniging mogelijk te maken: - Het maken van een opening tussen hal 80A en woonkamer 80 opdat er terug een directe doorgang binnenshuis mogelijk wordt. - Voorzien van een binnendeur tussen woonkamer en hal. Doorgang voldoende breed voor rolwagen te voorzien. - Het voorzien van slechts één teller voor gas- en elektriciteit. Aan de gevel wijzigt er niets. De aanvraag doet mede gelet op de aard, de vormgeving en de omvang geen afbreuk aan de omgeving. De Gentsestraat is een Gewestweg (N43), die wordt gekenmerkt door een menging van functies en bouwstijlen. Er zou geen verzwarende impact op de omgeving mogen zijn en het project is ook verenigbaar met de plaatselijke toestand. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Watertoets Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden: Het huisnummer Gentsestraat 80A wordt geschrapt. Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden.
Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager. Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen. Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen. De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden: Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn. Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een
periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; 3° procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 4° de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; 5° de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht. §3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college. §5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager. Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing; 3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad.
De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep. Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. … §3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
26
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor goedkeuring. VERVAEKE Robby – LONGRIE Amandine, Kortrijksesteenweg 107 – 8530 HARELBEKE: vervangen van een bestaand mansardedak van een rijwoning door een plat dak, Kortrijksesteenweg 107.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/45 De EPB-eisen zijn van toepassing. Het energieprestatiedossiernummer is: 34013-G2016-49 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door Dhr. & Mevr. VERVAEKE Robby - LONGRIE Amandine, met als adres Kortrijksesteenweg 107 8530 Harelbeke, ontvangen. De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 25/02/2016. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 29/03/2016. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8530 Harelbeke, Kortrijksesteenweg 107 en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 1 AFD, sectie A, nr(s) 1266V 9 Het betreft een aanvraag tot het vervangen van een bestaand mansardedak van een rijwoning door een plat dak. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden. Externe adviezen Wegens de ligging langs een Gewestweg, N43, werd er advies gevraagd aan het Agentschap Wegen en Verkeer. Er werd op 11.04.2016 een gunstig advies afgeleverd. Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften De bestemming volgens het gewestplan KORTRIJK, vastgesteld op datum van 04.11.1977 bij besluit van de Koning, is woongebied. In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen.
Deze voorschriften luiden als volgt: Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De aangevraagde werken/handelingen zijn niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een verkaveling. De aanvraag dient dus getoetst aan de bepalingen van het gewestplan. De aanvraag is in overeenstemming met de voorziene bestemming. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft het vervangen van een bestaand mansardedak van een rijwoning door een plat dak. Het gaat om een rijwoning bestaande uit twee bouwlagen en een noordboomdak. Het dak is in feite een restant van een mansardedak. De twee aanpalende woningen bestaan uit twee volwaardige bouwlagen met een zadeldak. Er is dus langs beide kanten van de woning nog een gedeelte wachtgevel. De huidige eigenaars hebben recent vastgesteld dat het dak lekt en dat de kapstructuur rot is. De dakstructuur werd geschoord en de bovenverdieping is momenteel niet bewoonbaar. De dakstructuur moet dus dringend worden vervangen. De bouwheer heeft geen nood aan een zolder en wenst het oude dak te vervangen door een plat dak. Daarbij wordt de voorgevel een stuk opgetrokken tot op het niveau van de bakgoten van de buren. De onmiddellijke buren beschikken over een zadeldak, maar in de nabijheid bevinden zich verschillende gebouwen met een plat dak. Bovendien typeert de buur zich door een variatie aan bouwstijlen, in aantal bouwlagen en dakvormen. Op het gelijkvloers wijzigt er niets. Op het verdiep worden de ruimtes intern herverdeeld. De aanvraag doet mede gelet op de aard, de vormgeving, de inplanting en de omvang geen afbreuk aan de omgeving. De N43 wordt gekenmerkt door een menging van functies en bouwstijlen. Het project is verenigbaar met de plaatselijke toestand, immers in de nabijheid bevinden zich verschillende gebouwen met een plat dak. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Watertoets Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de
hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden: De voorwaarden opgelegd in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer d.d. 11.04.2016 dienen strikt te worden nageleefd. Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden. Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager. Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen. Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen. De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden:
Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn. Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; 3° procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 4° de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; 5° de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht. §3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college.
§5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager. Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing; 3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad. De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep. Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de
bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. … §3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
27
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor goedkeuring. DECOCK Bert – DE BONDT Line, Herpelsstraat 5 – 8530 HARELBEKE: het bouwen van een garage na afbraak, Herpelsstraat 5.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/64 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door Dhr. & Mevr. DECOCK Bert - DE BONDT Line, met als adres Herpelsstraat 5 8530 Harelbeke, ontvangen. De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 15/03/2016. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 14/04/2016. De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8530 Harelbeke, Herpelsstraat 5 en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 3 AFD, sectie D, nr(s) 1514H 7 Het betreft een aanvraag tot het bouwen van een garage na afbraak. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden.
Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften De bestemming volgens het gewestplan KORTRIJK, vastgesteld op datum van 04.11.1977 bij besluit van de Koning, is woongebied. In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De aangevraagde werken/handelingen zijn niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een verkaveling. De aanvraag dient dus getoetst aan de bepalingen van het gewestplan. De aanvraag is in overeenstemming met de voorziene bestemming. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft het bouwen van een garage na afbraak. Het gaat om een halfopen woning bestaande uit twee bouwlagen met een zadeldak. Op circa 8m achter de woning, tegen de rechterperceelsgrens stond een garage van circa 23m². De garage stond tegen de garage van de aanpalende woning en was afgewerkt met een plat dak. Het slopen van de bestaande garage is reeds uitgevoerd, omdat deze in zo’n bouwvallige staat was en dat de veiligheid van de kinderen niet meer kon worden gegarandeerd. Ter bescherming en afwerking van de vrijgekomen wachtgevel werd voorzien van een voorzetwand in snelbouwmetselwerk welke naderhand nog kan worden geschilderd. De nieuwe garage heeft een oppervlakte van 48m² en wordt opgetrokken in houtskeletbouw en afgewerkt met houtplanchetten. De garage wordt ingeplant achteraan het perceel en is toegankelijk vanuit de achterliggende garageweg. De nieuwe garage wordt afgewerkt met een plat dak. De bouwhoogte bedraagt 2,85m. De voorgevel van de nieuw te realiseren garage (kant garageweg) ligt in het verlengde van de voorgevel van de carport aanpalende buur huisnr. 3 waardoor naar de garageweg toe voldoende ruimte ontstaat om veilig en gemakkelijk het rijden in en uit de garage te realiseren. De garage wordt ingeplant om minstens 75cm van de linkerperceelsgrens. Ten opzichte van de rechterperceelsgrens bedraagt 1,75m. De aanvraag doet mede gelet op de aard, de vormgeving, de inplanting en de omvang geen afbreuk aan de omgeving. Er zou door de afstanden tot de perceelsgrenzen geen
verzwarende impact op de omgeving mogen zijn en het project is ook verenigbaar met de plaatselijke toestand. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Watertoets Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Het hemelwater wordt opgevangen en afgevoerd naar een infiltratiebekken. De overloop van het infiltratiebekken wordt geloosd naar de RWA-riolering. BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden: De reeds geplaatste voorzetwand in snelbouwmetselwerk af te werken door te schilderen of te bepleisteren. Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden. Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager. Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen. Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen.
De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden: Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn. Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; 3° procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten;
4° 5°
de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht.
§3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college. §5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager. Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing; 3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad. De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep. Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het
beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. … §3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
28
Aanvraag stedenbouwkundige vergunning voor goedkeuring. BEKAERT Björn – DEDEYNE Jeannick, Zuidstraat 23/203 – 8530 HARELBEKE: het slopen van aanbouw & uitbreiden van de woning, Herpelsstraat 88.
Formulier I STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Gemeentelijk dossiernummer: B/2016/68 De EPB-eisen zijn van toepassing. Het energieprestatiedossiernummer is: 34013-G2016-73 Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag ingediend door Dhr. & Mevr. BEKAERT Björn - DEDEYNE Jeannick, met als adres Zuidstraat 23/203 8530 Harelbeke, ontvangen. De aanvraag werd ontvangen aan het loket op 14/03/2016. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 18/04/2016.
De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres 8530 HARELBEKE, Herpelsstraat 88 en met als kadastrale omschrijving HARELBEKE 3 AFD, sectie D, nr(s) 1452X 3 Het betreft een aanvraag tot het slopen van aanbouw & uitbreiden van de woning. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten. Advies gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar De gemeente is ontvoogd. Bijgevolg moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. Openbaar onderzoek De aanvraag diende niet openbaar gemaakt te worden. Gelet op het schriftelijk akkoord van de aanpalende eigenaars. Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften De bestemming volgens het gewestplan KORTRIJK, vastgesteld op datum van 04.11.1977 bij besluit van de Koning, is deels woongebied. In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De aanvraag is volgens het gewestplan KORTRIJK (KB 04/11/1977) deels gelegen in woonuitbreidingsgebied. In deze zone gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: Woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor. De plaats waar de werken worden uitgevoerd ligt in het woongebied.
De aangevraagde werken/handelingen zijn niet gesitueerd in een algemeen of bijzonder plan van aanleg of in een verkaveling. De aanvraag dient dus getoetst aan de bepalingen van het gewestplan. De aanvraag is in overeenstemming met de voorziene bestemming. Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening De aanvraag betreft het slopen van een aanbouw en uitbreiden van de woning. Het gaat om een halfopen woning, waarbij het hoofdvolume bestaat uit twee bouwlagen met een zadeldak. Tegen het hoofdvolume werd een aanbouw geplaatst deels bestaande uit één bouwlaag met een plat dak en deels bestaande uit één bouwlaag met een zadeldak. De huidige bouwdiepte op het gelijkvloers bedraagt 21m. De achterbouw met een totale oppervlakte van 43,57m² wordt gesloopt en wordt vervangen door een nieuw volume. De nieuwe achterbouw heeft een oppervlakte van 77,28m² en bestaat uit één bouwlaag met een plat dak. De bouwhoogte bedraagt 3,80m. De nieuwe achterbouw wordt geplaatst tegen de volledige achtergevel breedte en komt zelfs een stukje verder. Toch blijft er nog een vrije zijstrook van 5,05m over. Na de uitbreiding bedraagt de bouwdiepte op het gelijkvloers 19,70m. In het hoofdvolume worden een aantal ruimtes heringedeeld en wordt er een kleine praktijkruimte voor pedicure voorzien. Tegen de rechterperceelsgrens staat nog een garage. Die wordt gesloopt en vervangen door een garage die even hoog (3m), als diep is, zoals de aanpalende garage van het naastliggende perceel. De garage heeft een oppervlakte van 40,64m² De aanvraag doet mede gelet op de aard, de omvang en de vormgeving geen afbreuk aan de omgeving. De gevraagde verbouwing past in de omgeving. Er is dus geen verzwarende impact op de omgeving en het project is ook verenigbaar met de plaatselijke toestand. Deze aanvraag heeft geen negatieve invloed op de mobiliteit. Watertoets Het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke stedenbouwkundige verordening. BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 26/04/2016 HET VOLGENDE: Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen. De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden:
Eventuele beschadiging aan het openbaar domein dient te worden hersteld door de vergunninghouder. In uitvoering van het decreet van 28.06.1985 moet zo nodig voor de beoogde bedrijvigheid, naargelang de klasse van hinderlijke inrichting, bij de voor het milieu bevoegde overheid, een milieuvergunning verkregen worden of moet de inrichting onderworpen worden aan de meldingsplicht, zoniet kan van de afgegeven bouwvergunning geen gebruik gemaakt worden. Indien er grond moet worden ingelijfd in het openbaar stadsdomein, (openbare wegenis, groen,…) dient de vergunninghouder-overdrager (of diens rechtsopvolger(s)) deze vrij en onbelast over te dragen naar de stad. Alle kosten van de authentieke overdrachtsakte (inclusief opmaak landmetersplan) vallen ten laste van diezelfde vergunninghouder-overdrager. Indien er tijdens de werken (tijdelijk) openbaar domein wordt gebruikt voor het plaatsen van afsluitingen, stellingen, kranen, containers, werfketen, enz… of voor het stapelen van materialen, dient de vergunninghouder-bouwheer hiertoe voorafgaand en schriftelijk een machtiging aan te vragen bij het stadsbestuur. Pas wanneer het stadsbestuur hiertoe een bezettingstoelating verleent, kan de vergunninghouder-bouwheer overgaan tot de noodzakelijke werken. In die context wordt ook verwezen naar de “Algemene Politieverordening van de Stad Harelbeke”, dat hier onverminderd van toepassing is en meer concreet naar hoofdstuk 3 (‘privatief gebruik van het openbaar domein). Het project uitvoeren overeenkomstig goedgekeurde plannen. Voor de aanvang van de werken, lijnstelling aan gemeentebestuur aan te vragen. Voor de aanleg van het gedeelte oprit, gelegen op het openbaar domein (tussen grens wegverharding en rooilijn), moet voorafgaand een schriftelijke goedkeuring worden verkregen van het College van Burgemeester en Schepenen. De bouwheer is verantwoordelijk voor alle, door hemzelf of door in zijn opdracht handelende aannemers of personen, aan het openbaar domein (voetpaden, opritten, weggoten e.a.) berokkende schade en zal de schade op zijn kosten onmiddellijk herstellen of laten herstellen. In geval de bouwheer de schade niet herstelt of laat herstellen op zijn kosten zal de gemeente proces-verbaal opstellen met vordering tot herstel op zijn kosten. De vergunning wordt bovendien afgegeven onder voorbehoud van burgerlijke rechten. Indien er een bronbemaling nodig is, dan moet er een melding gebeuren bij de milieudienst en dit vooraleer de werken worden gestart. Aan de vergunning worden volgende lasten verbonden: Alle aansluitingen op de openbare nutsvoorzieningen (inclusief riolering) vallen ten laste van de bouwheer. Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer.
Enkel de door Infrax erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op www.vlario.be)” Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn. Belangrijke bepalingen uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Art. 4.7.19. §2. Een mededeling die te kennen geeft dat de vergunning is verleend, wordt door de aanvrager gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanvrager brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking. De Vlaamse Regering kan, zowel naar de inhoud als naar de vorm, aanvullende vereisten opleggen waaraan de aanplakking moet voldoen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde waakt erover dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De gemeentesecretaris of zijn gemachtigde levert op eenvoudig verzoek van elke belanghebbende, vermeld in artikel 4.7.21, §2, een gewaarmerkt afschrift van het attest van aanplakking af. §3. Van een vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Indien een administratief beroep wordt ingesteld, geldt artikel 4.7.21, §8. Deze bepaling geldt onverminderd artikel 4.5.1, §2, van deze codex en artikel 4.2.6, §2, eerste lid, van het decreet van (…) betreffende het grond- en pandenbeleid. §4. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. Beroepsmogelijkheden Art. 4.7.21. §1. Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen. Bij het behandelen van het beroep onderzoekt de deputatie de aanvraag in haar volledigheid. §2. Het beroep, vermeld in §1, kan door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing; 3° procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 4° de leidend ambtenaar van het departement of bij afwezigheid diens gemachtigde, behalve in de gevallen, vermeld in artikel 4.7.19, §1, derde lid; 5° de leidend ambtenaar of bij afwezigheid diens gemachtigde van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, op voorwaarde dat de instantie tijdig advies heeft verstrekt of ten onrechte niet om advies werd verzocht. §3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat: 1° voor wat betreft het beroep ingesteld door de aanvrager : de dag na deze waarop het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, eerste lid, werd betekend; 2° voor wat betreft het beroep ingesteld door de leidend ambtenaar van het departement of door de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid : de dag nadat het afschrift of de kennisgeving, vermeld in artikel 4.7.19, §1, tweede lid, werd betekend; 3° voor wat betreft het beroep ingesteld door elke andere belanghebbende : de dag na de startdatum van de aanplakking. §4. Het beroepschrift wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingediend bij de deputatie. De indiener van het beroep bezorgt gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan de aanvrager van de vergunning en aan het college van burgemeester en schepenen, in zoverre zij niet zelf de indiener van het beroep zijn. Aan de deputatie wordt, op straffe van onontvankelijkheid van het beroep, een bewijs bezorgd van deze beveiligde zending aan de aanvrager en aan het college. §5. In de gevallen, vermeld in §2, eerste lid, 1°, 2° en 3°, dient het beroepschrift op straffe van onontvankelijkheid vergezeld te zijn van het bewijs dat een dossiervergoeding van 62,50 euro betaald werd, behalve als het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding is verschuldigd op rekening van de provincie. §6. De daartoe aangewezen provinciale ambtenaar maakt een afschrift van het beroepschrift over aan het departement. §7. Het college van burgemeester en schepenen maakt het vergunningsdossier of een afschrift daarvan over aan de deputatie, en zulks onverwijld na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift. §8. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de vergunning tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager.
Uittreksel uit het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 Art. 1. §1. Het beroepschrift, bedoeld in artikel 4.7.21 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de indiener van het beroep, en, in voorkomend geval, zijn telefoonnummer en mailadres; 2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed dat het voorwerp uitmaakt van deze beslissing; 3° een inhoudelijke argumentatie in verband met de beweerde onregelmatigheid van de bestreden beslissing. Indien de indiener van het beroep een natuurlijke persoon of rechtspersoon is die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing, omvat het beroepschrift tevens een omschrijving van deze hinder of nadelen. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, omvat het beroepschrift tevens een beschrijving van de collectieve belangen welke door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad. De vereisten van deze paragraaf zijn voorgeschreven op straffe van onontvankelijkheid. §2. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, of indien het beroepschrift uitgaat van de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt het beroepschrift zo mogelijk vergezeld van een kopie of afdruk van de bestreden uitdrukkelijke vergunningsbeslissing respectievelijk van de kennisgeving van de bestreden stilzwijgende vergunningsbeslissing. Indien de indiener van het beroep de aanvrager is van de vergunning, en het beroep gericht is tegen een stilzwijgende weigeringsbeslissing die door de gemeente ten onrechte niet ter kennis werd gebracht, voegt de indiener van het beroep een kopie of afdruk toe van de beveiligde zending waarmee de vergunningsaanvraag werd ingediend evenals een kopie van het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek, vermeld in artikel 4.7.14, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre dat beschikbaar is. Indien het beroep niet wordt ingesteld door de aanvrager van de vergunning, de leidend ambtenaar van het departement, de leidend ambtenaar van het departement of agentschap waartoe de adviserende instantie behoort, aangewezen krachtens artikel 4.7.16, §1, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, of bij afwezigheid van die ambtenaren, hun respectieve gemachtigden, wordt aan het beroepschrift het attest van aanplakking, vermeld in artikel 4.7.19, §2, derde lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, toegevoegd, in zoverre dat beschikbaar is. Indien de indiener van het beroep een procesbekwame vereniging is, vermeld in artikel 4.7.21, §2, 3°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt aan het beroepschrift een afschrift van de statuten van de vereniging toegevoegd. Indien de provincie vaststelt dat aan de verplichtingen van deze paragraaf niet is voldaan, stelt zij de indiener van het beroep in staat om het dossier aan te vullen. De ontbrekende stukken moeten bij het provinciebestuur toekomen binnen een vervaltermijn van vijftien dagen, die ingaat de dag na de betekening van het bericht waarin wordt meegedeeld dat niet aan de verplichtingen van deze paragraaf is voldaan. Indien de beschikbare ontbrekende stukken niet of niet tijdig worden aangeleverd, dan leidt dat tot de onontvankelijkheid van het beroep. Art. 2. De indiener van het beroep kan aan het beroepschrift de overtuigingsstukken toevoegen die hij nodig acht. De overtuigingsstukken worden door de indiener van het beroep gebundeld en op een inventaris ingeschreven. De indiener van het beroep en de aangewezen provinciale ambtenaar mogen zich bij het overmaken van de afschriften van het beroepschrift op grond van artikel 4.7.21, §4, tweede lid, en §6, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening beperken tot het eigenlijke beroepschrift en de inventaris, zonder de overtuigingsstukken, indien het kopiëren van de overtuigingsstukken niet toegelaten is op grond van de regelgeving inzake auteursrechten of indien het formaat of de aard praktische problemen stelt. Verval van de vergunning Art. 4.6.2. §1. Een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen: 1° de verwezenlijking van de stedenbouwkundige vergunning wordt niet binnen twee jaar na de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg gestart; 2° de werken worden gedurende meer dan twee jaar onderbroken; 3° de vergunde gebouwen zijn niet winddicht binnen drie jaar na de aanvang van de werken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de stedenbouwkundige vergunning aanhangig is bij de Raad voor vergunningsbetwistingen, behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschade desalniettemin behouden. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, §1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel. Indien de stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase. §2. …
§3. Het verval van een stedenbouwkundige vergunning voor onbepaalde duur geldt slechts ten aanzien van het niet afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt indien het, desgevallend na sloping van de niet afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten. Mededeling Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de ruimtelijke ordening. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
29
Bouwberoep bij de Deputatie door ODIGO Advocaten, Doorniksewijk 66 – 8500 KORTRIJK tegen de stedenbouwkundige vergunning afgeleverd door het Schepencollege dd. 08.03.2016 aan HOUTHANDEL VAN DEN HENDE, Deerlijksesteenweg 182 – 8530 HARELBEKE voor het uitbreiden van een loods voor productie en opslag van houthandel, Herpelsstraat +109.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het college heeft op 08.03.2016 de stedenbouwkundige aanvraag op naam van HOUTHANDEL VAN DEN HENDE, Deerlijksesteenweg 182 – 8530 HARELBEKE, voor het uitbreiden van een loods voor productie en opslag van houthandel, Herpelsstraat +109 goedgekeurd. ODIGO Advocaten, Doorniksewijk 66 – 8500 KORTRIJK gaat in naam van dhr. Martin MAES, Deerlijksesteenweg 176 – 8530 HARELBEKE in beroep tegen de afgeleverde stedenbouwkundige vergunning. Het beroepsschrift meldt:
Het RUP legt een maximum terreinbezetting op van 70%. De stad Harelbeke stelt dat dit gerespecteerd wordt, doch het lijkt weinig realistisch dat de toegang via de Verenigde-Natiënlaan in gravier zal worden aangelegd. Een toegang voor vrachtwagens en brandweerwagens heeft een stevigere ondergrond nodig. Artikel 7.6 van het RUP bepaalt dat er een bouwvrije zone van 10 meter breed moet voorzien worden. Deze betonverharding respecteert deze 10 meter zone niet, aangezien ze onmiddellijk grenst aan het perceel van verzoeker. Er is enkel de afscheiding van een haag. Er wordt niet gemotiveerd waarom deze verharding zo dicht bij de perceelgrens moet liggen. Artikel 7.3 van het RUP bepaalt dat het bedrijf rechtstreeks moet ontsluiten naar de Herpelsstraat, Verenigde-Natiënlaan of de Deerlijksesteenweg. In casu is er nu een ontsluiting via de Verenigde-Natiënlaan en de Deerlijksesteenweg. Het RUP voorziet dat er een keuze moet gemaakt worden; men kan geen toegang nemen langs verschillende straten. De bouwaanvraag blijft hier vaag over, aangezien de toegangsweg via de Deerlijksesteenweg niet op de plannen staat getekend. Het is alleszins niet aangewezen dat er nog toegang wordt genomen via de Deerlijksesteenweg, aangezien verkeer tussen woonhuizen zeer storend en hinderlijk is voor de bewoners en omwonenden. Zelfs mocht de vergunningsaanvraag conform zijn met het RUP, dan nog moet de aanvraag de toets aan de goede ruimtelijke ordening doorstaan. De betonverharding achter de woning van verzoeker zal dienen voor de opslag van materialen, maar ook vrachtwagens zullen hier parkeren en stationeren.
De visuele impact is dan ook niet te onderschatten. Een haagje van twee meter hoog zal dit niet maskeren. Er is dan ook sprake van visuele hinder. De bezwaarindiener is in zijn beroepsschrift niet correct.
Het RUP legt inderdaad een maximum terreinbezetting op van 70%. De terreinbezetting wordt berekend door zowel de bovengrondse bebouwing als de niet-waterdoorlaatbare verharding in rekening te brengen. De bouwheer voldoet hier aan. De toerit wordt volgens het goedgekeurde bouwplan aangelegd in waterdoorlaatbare gravier. Die werd inderdaad niet in rekening gebracht, omdat hij waterdoorlaatbaar is. In het brandweeradvies bij de afgeleverde stedenbouwkundige vergunning wordt nergens vermeld dat de toegangsweg in waterdoorlaatbare gravier niet voldoet voor de brandweer en dat er dus een stevigere, begrijp niet waterdoorlaatbare, ondergrond moet worden aangebracht. Artikel 7.6 van het RUP legt inderdaad een bouwvrije strook van 10m op ten opzichte van de ‘zone voor gemengde functies’. In de voorschriften staat duidelijk dat er in die strook mag worden gestapeld en dat er een haag moet worden aangeplant met een hoogte van minstens 2m. Het RUP laat dus wel degelijk de betonverharding toe, zodat er kan worden gestapeld. De aanvraag voldoet aan het RUP. Artikel 7.3 van het RUP bepaalt dat het bedrijf binnen deze zone verplicht rechtstreeks moet ontsluiten naar de Herpelsstraat, Verenigde-Natiënlaan of Deerlijksesteenweg. Dit betekent niet dat er verplicht moet worden gekozen en dit wordt verduidelijkt in de toelichting. Namelijk “het bedrijf mag in geen geval ontsluiten via een eventuele nieuwe insteek, aangelegd ter ontsluiting van woningen in het binnengebied”. M.a.w. het bedrijf kan ontsluiten langs één of meerdere opgesomde straten, maar niet via een nieuwe ontwikkeling in het binnengebied. Artikel 4.3.1.§2, 3° van de VCRO stelt: “indien het aangevraagde gelegen is in een gebied dat geordend wordt door een ruimtelijk uitvoeringsplan, een gemeentelijk plan van aanleg of een verkavelingsvergunning waarvan niet op geldige wijze afgeweken wordt, en in zoverre dat plan of die vergunning voorschriften bevat die de aandachtspunten, vermeld in 1°, behandelen en regelen, worden deze voorschriften geacht de criteria van een goede ruimtelijke ordening weer te geven.” De goede ruimtelijke ordening werd dus afgetoetst bij de opmaak van het RUP. Gedurende de procedure voor de opmaak van het RUP werd een openbaar onderzoek georganiseerd. De klager kon toen al in het ontwerp-RUP lezen dat er mocht worden gestapeld en dat er ten opzichte van zijn perceelsgrens een haag werd opgelegd van min. 2m hoogte. Hij heeft geen bezwaar ingediend.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college neemt kennis van het bouwberoep door ODIGO Advocaten, Doorniksewijk 66 – 8500 KORTRIJK tegen de stedenbouwkundige vergunning afgeleverd door het Schepencollege d.d. 08.03.2016 aan HOUTHANDEL VAN DEN HENDE, Deerlijksesteenweg 182 - 8530 HARELBEKE, voor het uitbreiden van een loods voor productie en opslag van houthandel, Herpelsstraat +109 - 8530 HARELBEKE.
Artikel 2: Het college wenst gehoord te worden. 30
Vraag tot het bekomen van toelating tot het doortrekken van privé-oprit op openbaar domein en aanleggen van voetpad. BERCKMOES Kurt, Ruddershove 64 - 8530 HARELBEKE: het doortrekken van privé-oprit op openbaar domein en het aanleggen van een voetpad, Ruddershove 64.
Het college, Beslist de bespreking van het dossier te verdagen. Het college vraagt eerst na te gaan of een identieke of gelijkaardige aanvraag in de omgeving niet werd geweigerd. 31
Doe het nu duurzaam! - premie. Interpretatie van het reglement.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Naar aanleiding van een concreet dossier, inzake de vervanging van een buitendeur met dubbel glas door een nieuwe buitendeur, wordt een vraag gesteld inzake de interpretatie van het premiereglement. In het reglement staat het volgende bij de in aanmerking komende werken: Buitenschrijnwerk: -
vervanging van buitendeuren; vervanging van buitenschrijnwerk met enkel glas door buitenschrijnwerk met hoogrendementsbeglazing; vervanging van enkel glas door hoogrendementsbeglazing zonder vervanging van het buitenschrijnwerk;
De technisch adviseurs interpreteerden tot op heden het eerste opsommingspunt als buitendeuren zonder glas en definieerden buitendeuren met glas onder buitenschrijnwerk. Aangezien de werkdocumenten voor de opmaak van het bindend advies geen melding maken van de bestaande toestand inzake buitendeur (enkel of dubbel glas) in tegenstelling tot ramen, kan men eveneens stellen dat buitendeuren - door hun aparte benoeming - niet beschouwd worden als buitenschrijnwerk in de relatie tot de aanwezigheid van glas. Het college is van oordeel dat in de huidige redactie van het reglement, gezien de afzonderlijke vermelding, buitendeuren (met en zonder glas) een afzonderlijke categorie vormen en de vervanging van gelijk welke buitendeur bijgevolg subsidieerbaar is. Er zijn ondertussen zes dossiers (naast het eerder concrete voorliggende dossier op ditzelfde college) waar een vervanging van een buitendeur met dubbel glas werd vermeld:
-
Vier daarvan ontvingen de maximale premie van 4.000 euro voor andere werken en deden dus geen financieel nadeel; Een daarvan heeft de premie in totaliteit niet aangevraagd; Een daarvan heeft al een bindend advies waarbij de deur uitgesloten werd.
Die aanvrager moet gemeld worden dat de deur toch kan vermeld worden bij de aanvraag tot principiële goedkeuring. Mocht de deur ondertussen geplaatst zijn, dan mag de factuur alsnog in rekening gebracht worden als alle andere voorwaarden voldaan werden, ondanks datering factuur. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college beschouwt de categorie ‘vervanging van buitendeur’ als bestaande buitendeuren zonder verdere voorwaarden, dus ongeacht welke soort glas ze bevatten. Artikel 2: Voor het lopend dossier, Forestier Liederikstraat 17, wordt de aanvrager op de hoogte gesteld dat de vervanging, in tegenstelling tot de vermelding in het bindend advies, wel in aanmerking kan komen voor de premie, mits vervulling van de andere voorwaarden. 32
'Doe het nu duurzaam'-premie. Tuinstraat 33 - 8530 Harelbeke. Aanvraag voor principiële goedkeuring.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: De heer Freddy Decavele diende een aanvraag in tot het bekomen van de ‘Doe het nu duurzaam!’-premie voor eigenaars-bewoners voor de woning gelegen in Tuinstraat 33 te Harelbeke. Er werd een vooronderzoek uitgevoerd door de technisch adviseur van Woonwijs op 14 januari 2016 en vervolgens een bindend advies opgemaakt. De aanvrager gaat akkoord met het bindend advies en diende de aanvraag tot principiële goedkeuring in, die in overeenstemming is met het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 21.12.2015, en voldoet aan alle gestelde voorwaarden. De aanvrager plant volgende werken uit te voeren: -
In de categorie ’buitenschrijnwerk’:
-
Vervangen achterdeur in PVC met hoogrendementsglas.
In de categorie ‘sanitair’:
Vervangen bad door een douche.
Vervangen gasgeiser door een warmwatertoestel type C. Vervangen leidingen voor watertoevoer- en afvoer.
De raming van deze werken bedraagt 10.570,57 euro. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
Het gemeentedecreet artikel 57 §1
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De aanvraag voor de ‘Doe het nu duurzaam!’-premie van de heer Freddy Decavele wordt principieel goedgekeurd, onder volgende voorwaarden: In de categorie ‘Buitenschrijnwerk’: -
Indien hout gebruikt wordt, moet dit duurzaam gelabeld zijn (FSC- of PEFC-label). Hoogrendementsglas met U-waarde van maximum 1,1W/m2K.
In de categorie ‘Sanitair’: -
Indien hout gebruikt wordt, moet dit duurzaam gelabeld zijn (FSC- of PEFC-label). Toestel voor de productie van warm water: type C. Badkamermeubel en – accessoires komen niet in aanmerking en dienen afzonderlijk op factuur vermeld te worden.
Indien niet aan deze voorwaarden voldaan is, kan de premie voor de volledige desbetreffende categorie niet toegekend worden. Wonen
33
Terugbetaling bijdrage project Woonwijs aan de gemeenten Deerlijk, Kuurne en Lendelede.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het tweede subsidiedossier van Woonwijs omvat een financiële raming van het project, die als basis dient voor de berekening van de subsidies van de Vlaamse Overheid voor de werkingsjaren 4 tot en met 6. Op basis van deze raming werd aan elke gemeente eind 2014 (aanvang werkingsjaar 4) een bijdrage gevraagd om de financiering voor werkingsjaar 4 af te ronden. In de gemeenteraad van 18.01.2016 keurde de gemeenteraad het jaarverslag en de jaarrekening van werkingsjaar 4 goed. Het Vlaams Gewest keurde in maart het financieel verslag van werkingsjaar 4 goed.
De totale uitgave in werkingsjaar 4 bedroeg 229.605,87 euro. 60% van de personeelskosten, of 131.039,40 euro, wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Overheid. Het resterend bedrag, 98.566,47 euro, wordt gedragen door de 4 gemeenten, verdeling a rato van het aantal huishoudens. Het bestaand personeel werd voor 61.824 euro ingebracht. Het saldo voor de 4 gemeenten samen bedraagt bijgevolg 36.742,47 euro. Bij aanvang van werkingsjaar 4 werd aan de 4 gemeenten een geraamde bijdrage gevraagd. Deze bedroeg voor de 4 gemeenten samen 44.432,29 euro. Aangezien de werkelijk kost lager ligt dan de raming, kan een deel van de bijdrage nu terugbetaald worden. In het totaal kan aan de gemeenten Deerlijk, Kuurne en Lendelede een bedrag van 3.998,13 euro terugbetaald worden (Harelbeke krijgt 3.691,69 euro terug). Er is een budget voorzien van 4.000 euro op budgetsleutel 613900/062910/3.1.2. Er kan dus overgegaan worden tot de afrekening en de terugbetaling van een deel van de bijdragen.
Detail gemeenten na inbreng bestaand personeel per gemeente a rato HH totaal gemeenten Deerlijk (19,57%)
bijdrage na aftrek bestaand personeel (= begrotingsweerslag)
betaald WJ4 bovenop saldo personeelsinbreng gemeenten
36.742,47
44.432,29
-7.689,82
7.190,11
8.694,93
-1.504,82
17.639,16
21.330,85
-3.691,69
Kuurne (22,77%)
8.367,74
10.119,02
-1.751,28
Lendelede (9,65%)
3.545,46
4.287,49
-742,03
Harelbeke (48,01%)
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De stad Harelbeke gaat over tot de terugbetaling van 1504,82 euro aan de gemeente Deerlijk, 1751,28 euro aan de gemeente Kuurne en 742,03 euro aan de gemeente Lendelede om de rekening van het werkingsjaar 4 van de intergemeentelijke samenwerking Woonwijs af te sluiten. 34
Woonwijs. Toelichting premies bij Beweging.net.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Tijdens de woonbeurs gaf de projectcoördinator een toelichting rond premies voor de geïnteresseerde aanwezigen. Na afloop van de beurs stelde gemeenteraadslid Eric Kerckhof, in naam van Beweging.net, de vraag of Woonwijs een soortgelijke korte
toelichting kan geven tijdens een van de maandelijkse bijeenkomsten van Beweging.net in Harelbeke. In het verleden gaf Woonwijs al eerder dergelijke toelichtingen aan organisaties die actief zijn binnen de stad. Ook de energiesnoeiers deden in het verleden al beroep op Woonwijs om de premies aan hun medewerkers te komen toelichten. Mits toestemming van het college, kan de toelichting doorgaan op maandag 30.05.2016 om 20.00u. Aangezien de algemeen adviseur van Woonwijs nog in zwangerschapsrust is, zou de toelichting gegeven worden door de projectcoördinator. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord dat de projectcoördinator van Woonwijs op vraag van Beweging.net een toelichting rond premies geeft op hun maandelijkse bijeenkomst. Milieu
35
Uitbetaling gemeentelijke rationele energie (REG)-premie. Goedkeuring.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: In 2013 werd bij Infrax een premie aangevraagd door dhr. Dirk Uyttenhove, wonende Vlamingenstraat 44 te Harelbeke, voor het installeren van hoogrendementsbeglazing. Dit dossier ging echter verloren bij Infrax, maar werd onlangs teruggevonden. Op 24 februari 2016 kreeg de aanvrager een brief van Infrax met de toekenning van de premie en dit voor het bedrag van 438,75 €. In de gemeenteraad van 20.01.2014 werd beslist om de uitbetaling van de gemeentelijke REG-premies af te schaffen met een overgangsregeling. Volgens deze overgangsregeling heeft iedereen die een aanvraag indient voor 31.03.2014 bij Infrax recht op de gemeentelijke REG-premie. Aangezien dhr. Dirk Uyttenhove een aanvraag had ingediend voor 31.03.2014, heeft hij nog recht op de gemeentelijke REG-premie zijnde 438,75 €. Volgende overgangsregeling is immers van toepassing voor de gemeentelijke rationele energie (REG)-premie. Indien de premie-aanvraag voor werken, uitgevoerd en gefactureerd ten laatste op 31.03.2014, bij Infrax wordt ontvangen ten laatste op 31.03.2014, kan de gemeentelijke REG-premie nog toegekend worden zoals beslist door de gemeenteraad in zitting van 17.10.2011. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen:
-
Het gemeentedecreet, inzonderheid en zonder zich daartoe te willen beperken art. 57 par. 1.
Verwijzend naar volgende eerdere beslissingen: -
De gemeenteraadsbeslissing van 20.01.2014, artikel 4:
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college kent het bedrag van 438,75 € toe aan dhr. Dirk Uyttenhove voor het installeren van hoogrendementsbeglazing. Grondgebiedszaken - Overheidsopdrachten
36
Renovatie oude begraafplaats Bavikhove. Goedkeuring verrekening 1.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 14 juli 2015 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Renovatie oude begraafplaats Bavikhove” aan BVBA Steenhaut, KBO nr. BE 0883.795.407, Balland 1 te 8573 Tiegem tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van € 44.226,25 excl. btw of € 53.513,76 incl. 21% btw. De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 15_26. Tijdens de uitvoering van de opdracht bleek dat het noodzakelijk was om 45m³ compost aan te leveren en op te voeren. Zonder die extra compost kan het correcte niveau niet gehaald worden en zou er bijgevolg niet aangeplant kunnen worden. Bijwerken Totaal excl. btw Btw TOTAAL
+ = + =
€ 1.850,00 € 1.850,00 € 388,50 € 2.238,50
Hiervoor werd een offerte ontvangen op 18 april 2016. Deze verrekening overschrijdt het bestelbedrag met 4,18%, waardoor het totale bestelbedrag na verrekeningen nu € 46.076,25 excl. btw of € 55.752,26 incl. 21% btw bedraagt. Voor deze verrekening wordt een termijnverlenging van 1 dag toegekend. De leidend ambtenaar de heer Yann Raes verleende gunstig advies. De uitgave voor deze verrekening is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 220000/099010-PBD 2-PBD2.3.2B (actieplan AP2.3) (Actie 2.3.2). De financieel beheerder verleend visum. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen :
- De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. - Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. - De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden) en artikel 26, §1, 2°, a. - De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. - Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 105. - Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 37. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan verrekening 1 van de opdracht “Renovatie oude begraafplaats Bavikhove” voor het totaal bedrag in meer van € 1.850,00 excl. btw of € 2.238,50 incl. 21% btw. Artikel 2: De uitgave voor deze verrekening is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 220000/099010-PBD 2-PBD2.3.2B (actieplan AP2.3) (Actie 2.3.2). 37
Drainage sportvelden 2015. Goedkeuring eindafrekening.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: De gemeenteraad verleende in zitting van 16 februari 2015 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de gunningswijze van de opdracht “Drainage sportvelden 2015”, met name de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 10 maart 2015 goedkeuring aan de gunning van deze opdracht aan BVBA Lavaert, KBO nr. BE 0421.976.823, Triloystraat 41 te 8930 Rekkem tegen het nagerekende
inschrijvingsbedrag van € 18.750,00 excl. btw of € 22.687,50 incl. 21% btw (inclusief opties Plaatsen dwarssleuven, Werkzaamheden na aanleg drainagenetwerk). De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 15_6. Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 24 maart 2015 goedkeuring aan de aanvangsdatum van deze opdracht, zijnde 4 mei 2015. De eindafrekening op, waaruit blijkt dat het eindbedrag van de werken € 22.687,50 incl. btw bedraagt, als volgt gedetailleerd: Raming Bestelbedrag Totaal uitgevoerd Totaal excl. btw Btw TOTAAL
= + =
€ 19.800,00 € 18.750,00 € 18.750,00 € 18.750,00 € 3.937,50 € 22.687,50
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 220000/074010-VT-VT 17 (actieplan AP9.6) (Actie 9.6.3). Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : - De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. - Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. - De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden). - De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. - Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 105. - Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 5, § 3. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1:
Goedkeuring wordt verleend aan de eindafrekening voor de opdracht “Drainage sportvelden 2015”, waaruit blijkt dat de werken een eindtotaal bereikten van € 18.750,00 excl. btw of € 22.687,50 incl. 21% btw. Artikel 2: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 220000/074010-VT-VT 17 (actieplan AP9.6) (Actie 9.6.3). DEPARTEMENT MANAGEMENT EN PERSONEEL Juridische dienst
38
Bezwaar nr. 2015/22 van Sammy Darraz in de belasting op woningen, kamers, gebouwen of andere woongelegenheden opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister (gemeenteraad van 17.06.2013) – dienstjaar 2015. Kohierartikel 154012. Bedrag: 2.400 EUR.
GESCHRAPT Personeel
39
Kennisname resultaten selectieprocedure administratief medewerker WOL (SABV).
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch : In zitting van de gemeenteraad van 08.03.2010 werd het besluit genomen met betrekking tot : 1. de vaststelling van het organogram, de samenstelling van het managementteam en de aanduiding ervan op het organogram, de vaststelling van de personeelsformatie en de vaststelling van de overgangsformatie; 2. de aanpassing en wijziging van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel; In zitting van het college van burgemeester en schepenen van 09.02.2016 werd het besluit genomen met betrekking tot de selectieprocedure voor ‘administratief medewerker’ binnen het departement WOL. Het college van burgemeester en schepenen heeft eveneens op 09.02.2016 beslist om deze functie in te vullen bij wijze van een gelijklopende aanwervings- en bevorderingsprocedure. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 16.02.2016 kennis genomen van de ingeschreven kandidaten en tevens de kandidatenlijst vastgesteld. Uit het verslag van de selectiecommissie van 16.04.2016 blijkt dat volgende kandidaten geslaagd zijn in de selectie in de hierna vermelde volgorde: Lieselot Derveaux Tine Tertooy
(90/100) (76,3/100)
Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen:
het gemeentedecreet, inzonderheid art. 57 § 3,2°; de lokale Rechtspositieregeling voor het Gemeentepersoneel, inzonderheid Titel II, hoofdstuk III de selectieprocedure, afdeling I algemene regels voor de selectie en afdeling II het verloop van de selectie en hoofdstuk XII de bevordering.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1 : Neemt kennis van het verslag van de selectiecommissie van 16.04.2016 en stelt vast dat volgende kandidaten geslaagd zijn in de selectieprocedure voor ‘administratief medewerker’ binnen het departement WOL in de hierna vermelde volgorde: 1. Lieselot Derveaux 2. Tine Tertooy
40
Aanstelling contractueel administratief medewerker (24/38) binnen het departement WOL/SABV.
Het college, Beslist de bespreking van het dossier te verdagen om reden dat het visum van de financieel beheerder ontbreekt. 41
Vervroegde oppensioenstelling wegens medische redenen.
GESCHRAPT DEPARTEMENT FINANCIËN Financien
42
Kwartaalrapport 2016/1.
Het college, Beslist de bespreking te verdagen naar de volgende collegezitting en vraagt dat het dossier te zitting wordt toegelicht. DEPARTEMENT COMMUNICATIE Communicatie
43
Activiteitenkalender.
Het college, Neemt kennis van de bijgevoegde activiteitenkalender voor de periode van 20 april 2016 tot en met 19 mei 2016 en van de uitnodigingen gericht aan het college.
44
Aanvraag trofeeën.
Het college, Verleent goedkeuring aan de hierna vermelde aanvraag tot het bekomen van trofeeën van de stad: Vrijdag 1 jul: 2de Eilandloop – organisator Gino Deryckere van café Stador: bekers voor 120 euro. Prijsuitreiking om 21u30 in café Stador.
45
Huisstijl stad Harelbeke. Verlaten combilogo's.
Het college, In maart 2012 werd de nieuwe huisstijl van de stad, met inbegrip van een nieuw logo, in gebruik genomen. Tegelijk werd de mogelijkheid opengelaten voor diensten met een publieksfunctie of projecten een eigen logo te ontwikkelen, maar dan in combinatie met het stadslogo, de zogenaamde combilogo’s. Concreet worden de logo’s aan de rechterkant aangevuld met een stadslogo in grijswaarden (zie bijlage toegevoegd aan het dossier). Ondertussen zijn we vier jaar verder en zien we dat die combilogo’s niet werken. Ze zien er in de meeste gevallen niet professioneel uit en de combinatie doet afbreuk aan zowel het logo van de aparte dienst of het project als aan het stadslogo op zich. Met de herprofilering van de Stedelijke Academie voor Beeldende Vorming en de zoektocht naar een nieuw logo voor cc Het SPOOR is nog maar eens gebleken dat die combilogo’s niet echt een optie zijn. Er wordt daarom voorgesteld de piste van combilogo’s te verlaten en diensten met een publieksfunctie (zie hieronder) of projecten (zoals h^aqua) hun eigen logo te laten ontwerpen en gebruiken. Voorwaarde is echter dat bij elke communicatie en op elke drager ook het logo van de stad wordt meegenomen. Op die manier blijft de band met de stad benadrukt, maar kan de dienst of het project naar buiten komen met een eigen gezicht. Dit is voor de reeds aangehaalde voorbeelden ook noodzakelijk. Beide diensten zitten in een ‘concurrentiepositie’ waarin ze zich duidelijk moeten kunnen onderscheiden van de gelijkaardige diensten in de regio. Een eigen logo is daartoe het middel bij uitstek. Limitatieve lijst van de diensten die in aanmerking komen: -
CC Het SPOOR bibliotheek jeugddienst sportdienst
-
academies stedelijke basisscholen
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college beslist om – in het kader van de huisstijl – de piste van de combilogo’s te verlaten en de volgende diensten met een publieksfunctie of afgelijnde projecten toe te staan een eigen logo te ontwerpen en te gebruiken op voorwaarde (a) dat bij elke communicatie op elke drager ook het stadlogo zichtbaar is opgenomen. -
CC Het SPOOR bibliotheek jeugddienst sportdienst academies stedelijke basisscholen
(b) deze logo’s en hun gebruik eerst aan het college worden voorgelegd. 46
Toepassing decreet openbaarheid van bestuur.
Het college, Er wordt verwezen naar het dossier dat ter bespreking aan het college werd voorgelegd in zitting van 29.03.2016. Op vandaag wordt de dagorde van het college telkens op de website geplaatst en doorgestuurd naar de pers na de eigenlijke zitting. Op die manier wordt vermeden dat er verschillende versies van de dagorde worden opgemaakt bij toevoeging of verdaging van punten op de zitting zelf. Wat gepubliceerd en doorgestuurd wordt, is de uitgezuiverde versie (zonder privacygevoelige punten en uitzonderingen bepaald in het decreet). Het verslag werd tot op vandaag - na goedkeuring - in uitgekuiste versie op het intranet geplaatst, zichtbaar voor zowel gemeenteraadsleden als personeelsleden. Het verslag werd ook doorgestuurd naar drie 'abonnees'. 1. Verslag Het voorstel is om met twee versies van het verslag van het college verder te gaan: 1. een volledig verslag voor het college én de gemeenteraad (Reden: art. 51, vijfde lid van het gemeentedecreet. Het collegeverslag is een stuk van gemeentelijk of gemengd belang. De gemeenteraadsleden zijn aansprakelijk voor het gebruik dat ze van het verslag maken. Ze zijn ook gehouden door het beroepsgeheim.) 2. een uitgezuiverde versie voor pers/personeel/publiek (Reden: de principes van het decreet openbaarheid van bestuur van 26.03.2004 waar naast de principiële openbaarheid een aantal uitzonderingsbepalingen gelden.)
Gemeenteraadsleden hebben het recht om alles van het verslag van het college te lezen en moeten dan ook een volledig verslag krijgen. Personeelsleden hebben dat recht niet en krijgen bijgevolg een uitgezuiverde versie van het verslag te zien. Tot op vandaag publiceren we het verslag van het college (uitgezuiverd o.m. naar personeelsinfo) op het intranet. Het voorgaande impliceert echter dat we dit niet meer kunnen aangezien het verslag info zal bevatten die niet openbaar is voor het publiek (lees: personeel). Praktisch kan het geregeld worden dat de verslagen van het college via Cobra (in pdf, via aanmaak van een speciale zitting) ter beschikking gesteld worden aan de gemeenteraadsleden. Op die manier vermijden we dat we een afgeschermd gedeelte (enkel toegankelijk voor gemeenteraadsleden) moeten maken op het intranet of de website. Zo wordt ook tegemoet gekomen aan een vraag in de varia van de gemeenteraad van maandag 18.04.2016. Een uitgezuiverde versie van het verslag (volgens de uitzonderingsregels van het decreet op openbaarheid) stellen we beschikbaar op de website van de stad. We gaan dus met het verslag voor publiek, pers en personeel van passieve naar actieve openbaarheid. Intern zijn de nodige afspraken gemaakt om de verslagen uit te zuiveren volgens de regels van het decreet. De stad moet bijvoorbeeld in sommige gevallen rekening houden met het feit of informatie al dan niet vrijwillig is gegeven en vertrouwelijk is én daarenboven of er een economisch, financieel of commercieel belang mee gemoeid is. Het zelfde geldt bijvoorbeeld ook voor informatie die vertrouwelijk is in functie van handhaving, audit, of politieke besluitvorming. Telkens kan de informatie dan niet worden opgenomen in actieve openbaarheid van bestuur. Het bovenstaande weet de secretarie of het departement communicatie niet. Bijgevolg is dit de verantwoordelijkheid van de dossierbeheerder die in Cobra moet aanduiden of dit punt in actieve openbaarheid mag of niet. Dat kan via het invulvak ‘extra kenmerk’, waarin “niet publiek” kan worden gezet wanneer het dossier niet in het derde verslag (voor publiek, pers en personeel) mag worden opgenomen. De secretarie kan van die dossiers een lijst trekken. Deze dienst staat in voor het volledige verslag en stuurt dat, samen met de lijst “niet publiek”, door naar het departement communicatie. Daar wordt het verslag uitgezuiverd tot een verslag voor publiek, pers en personeel. Dit verslag wordt gepubliceerd op de website. Dit alles neemt niet weg dat dat er nog punctuele vragen kunnen zijn in passieve openbaarheid ,waarbij men over één specifiek dossier afschrift van de beslissing vraagt. Uiteraard zal de stad dit behandelen én onderzoeken of we al dan niet op de vraag moeten/kunnen ingaan. 2. Dagorde Het lijkt, zeker gezien het voorgaande, onzinnig om een dagorde van een zitting te versturen nadat de zitting al een paar dagen voorbij is, concreet op de vrijdag na de zitting van de dinsdag. Komt daarbij dat, als voorgaand voorstel gevolgd wordt, de gemeenteraadsleden de week na de zitting (na goedkeuring) het volledige verslag ontvangen. In deze optiek lijkt het logisch dat het opsturen van de dagorde verdwijnt. Eenzelfde logica kan gevolgd worden naar pers, personeel en publiek. De dagorde wordt vervangen door een, weliswaar uitgezuiverd, verslag. Om deze redenen;
Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college beslist verder te gaan met twee versies van het collegeverslag: 1. een volledig verslag voor het college én de gemeenteraad, ter beschikking gesteld via Cobra. De gemeenteraadsleden zullen nog eens herinnerd worden aan hun verantwoordelijkheid. 2. een uitgezuiverde versie voor pers, personeel en publiek, ter beschikking gesteld via de website van de stad Artikel 2: Het college beslist niet langer een dagorde van de collegezittingen door te sturen naar de gemeenteraadsleden of ter beschikking te stellen voor pers, publiek en personeel. DEPARTEMENT BURGER EN WELZIJN Welzijn
47
Subsidies gemeentelijke ontwikkelingssamenwerking.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Op 20.01.2014 keurde de gemeenteraad een tweede hervaststelling goed van het subsidiereglement ontwikkelingssamenwerking dd. 24.04.2006. Via dit reglement kunnen verenigingen of individuen financieel ondersteund worden voor initiatieven m.b.t. Noord-Zuid mits het voldoen aan een aantal voorwaarden. -
-
Harelbeekse NZ-verenigingen: Basissubsidie (300 euro) ter ondersteuning van hun werking. Harelbeekse verenigingen of burgers: o Projectsubsidie Noordwerking (max. 300 euro): NZ-initiatieven in het Noorden. o Projectsubsidie Zuidwerking (max. 500 euro): NZ-initiatieven in het Zuiden. Noodhulp (max. 3.000 euro/ramp of 25% toeslag voor verenigingen op eigen inbreng met max. van 1.500 euro): acute en onverwachte natuurramp.
Marie-Jeanne Colson vraagt een projectsubsidie Zuidwerking voor het project in Flores, Indonesië. Het project realiseert onderwijs voor kleuters van het eiland Palu’e. Gezinnen en kinderen zijn destijds moeten vluchten van dit eiland omwille van een vulkaanuitbarsting. Zij schreven zich niet in op het eiland Maumere voor het kleuteronderwijs omdat dit voor hen geen financieel haalbare kaart was. In Maumare heeft men een attest van het kleuteronderwijs nodig vooraleer men instapt in het lager onderwijs. Door dit project is het haalbaar voor deze kleuters om toch naar de
kleuterklas te gaan, hun attest te behalen en de overstap te maken naar het lager onderwijs. Het evaluatieformulier voldoet aan alle criteria omschreven in het subsidiereglement ontwikkelingssamenwerking en werd positief geadviseerd door de Noord-Zuid Raad van 30.03.2016. Marie Jeanne Colson vraagt een tweede projectsubsidie Zuidwerking aan als vervolg voor het project in Flores, Indonesië in het kader van onderwijs. Het reglement schrijft voor dat eenzelfde project maximaal drie keer kan gesubsidieerd worden. Dit is de tweede aanvraag. De aanvraag voldoet aan de subsidievoorwaarden. De Noord-Zuid Raad gaf positief advies voor principiële goedkeuring. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college keurt de projectsubsidie Zuidwerking van Marie-Jeanne Colson goed en stemt in met de betaling van 500 euro projectsubsidie Zuidwerking ten voordele van het project in Flores in het kader van onderwijsdoelstellingen. Artikel 2: Het college neemt kennis van de vraag van Marie-Jeanne Colson voor een tweede projectsubsidie Zuidwerking voor de verdere uitbouw van het onderwijsproject in Flores en keurt deze aanvraag principieel goed.
48
Toekennen toelage aan lokale ziekenverenigingen 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Jaarlijks worden de toelagen aan de lokale ziekenverenigingen afgehandeld. Iedere ziekenvereniging krijgt een toelage a rato van 1 euro per lid. Het minimumbedrag per ziekenvereniging wordt bepaald op 50 euro. Er is voldoende krediet voorzien voor de toelage binnen het beleidsitem 649300/091100. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - het gemeentedecreet inzonderheid en zonder zich daartoe te beperken, art 57 §1. - de gemeenteraadsbeslissing dd. 14.09.2009. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT:
Het college van Burgemeester en Schepenen stemt in met de uitbetaling van de toelage ziekenvereniging 2016 voor een totaalbedrag van 1.024 euro aan de volgende verenigingen: Ziekenzorg Stasegem Mevr. Vandeleene Marie-Claire Aantal: 210 Toelage: 210 euro BE49143069478171 Ziekenzorg Hulste Mevr. Deconinck Lutgarde Aantal: 199 Toelage: 199 euro BE59778550316926 Ziekenzorg Bavikhove Mevr. Vermoere Moniek Aantal: 242 Toelage: 242 euro BE57850827122735 Ziekenzorg Harelbeke Mevr. Persyn Jo Aantal: 157 Toelage: 157 euro BE35778550318037 VFG federatie gehandicaptenzorg Dhr. Rogiers Joël Aantal: 216 Toelage: 216 euro BE90751206822632
49
Toekennen toelage aan seniorenverenigingen 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Jaarlijks worden de toelagen seniorenverenigingen afgehandeld. Iedere seniorenvereniging krijgt een toelage a rato van 1 euro per lid. Het minimumbedrag per seniorenvereniging wordt bepaald op 50 euro. Er is voldoende krediet voorzien voor de toelage binnen het beleidsitem 649300/095900. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - het gemeentedecreet inzonderheid en zonder zich daartoe te beperken, art 57 §1. - de gemeenteraadsbeslissing dd. 09.06.2008 inhoudend hervaststelling subsidiereglement seniorenverenigingen Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1:
Het college van Burgemeester en Schepenen stemt in met de uitbetaling van de toelage seniorenvereniging 2016 voor een totaalbedrag van 2.974 euro aan de volgende verenigingen: ABBV – Senioren Dhr. Top Maurice Aantal leden: 536 Toelage: 536 euro BE60001407894170 GOSA Gezinsbond Bavikhove Mevr. Peirs Mariette Aantal leden: 102 Toelage: 102 euro BE12880377897192 GOSA Harelbeke Mevr. Christiaens Francine Aantal leden: 348 Toelage: 348 euro BE15853856946330 LBG Senioren Harelbeke Dhr. Desmet Luc Aantal leden: 104 Toelage: 104 euro BE88738032574541 OKRA Stasegem Dhr. Boone Nabor Aantal leden: 91 Toelage: 91 euro BE02860114882940 NEOS Bavikhove Mevr. Holvoet Christine Aantal leden: 109 Toelage: 109 euro BE20880377001156 NEOS Harelbeke Mevr. Lemayeur Christine Aantal leden: 139 Toelage: 139 euro BE26738000466329 NEOS Hulste Dhr. Vermeylen Eddy Aantal leden: 109 Toelage: 109 euro BE66973126663543 OKRA Trefpunt Bavikhove Dhr. Langedock Donald Aantal leden: 165 Toelage: 165 euro BE29652904901564 OKRA Trefpunt Harelbeke Mevr. Verhenne Willy Aantal leden: 300 Toelage: 300 euro BE07776592094666 S-Plus Hulste - Bavikhove Dhr. Vandemeulebroucke Willy Aantal leden: 33
Toelage: 50 euro BE82001228143268 S-Plus Harelbeke Dhr. Vandemeulebroucke Willy Aantal leden: 557 Toelage: 557 euro BE82001228143268 SENACOD dhr. Top Maurice Aantal leden: 95 Toelage: 95 euro BE45464327756989 Soc. Senioren Stasegem dhr. Debeuf Bernard Aantal leden: 86 Toelage: 86 euro BE48979610112827 CD&V Senioren Harelbeke Mevr. Rosanne Mestdagh Aantal leden: 183 Toelage: 183 euro BE38103036782872 DEPARTEMENT VRIJE TIJD Cultuur
50
Tentoonstelling in het Kunstenhuis. Goedkeuren contract.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Van 30 april tot 31 mei gaat in het Kunstenhuis Marktstraat 100 de tentoonstelling XT door. Om alles officieel te laten verlopen werd een overeenkomst met de kunstenaar opgesteld. De overeenkomst werd nagezien door de juridische dienst. Het college wordt gevraagd de overeenkomst goed te keuren. Ze luidt als volgt: BRUIKLEENOVEREENKOMST VOOR EEN TENTOONSTELLING IN KUNSTENHUIS MARKTSTRAAT 100 Tussen de ondergetekenden : 1°. De stad Harelbeke, publiekrechtelijke rechtspersoon, met zetel te Harelbeke, Marktstraat 29, hier vertegenwoordigd door de heer Alain Top, burgemeester en de Heer Frank Detremmerie, waarnemend secretaris, handelend in naam en voor rekening van de stad Harelbeke, in uitvoering van een beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 26 april 2016 partij enerzijds, handelend onder voorbehoud van voogdijtoezicht, hierna genoemd “de organisator”
en Maen Florin Waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te Bosstraat 47, 9820 Merelbeke Ingeschreven in de Kruispuntbank voor ondernemingen onder het ondernemingsnummer 871 191 147 Hier vertegenwoordigd door Maen Florin, hierna genoemd “de kunstenaar”, is overeengekomen wat volgt: 0. Deze overeenkomst heeft tot voorwerp het bepalen van de rechten en verplichtingen van de partijen in het kader van de door de organisator geplande tentoonstelling “Commedia” waarbij de navermelde werken in bruikleen worden gegeven. 1. De organisator zal werk, eigendom van de kunstenaar, tentoonstellen onder de hierna bepaalde voorwaarden. 2. Het tentoon te stellen werk van de kunstenaar bestaat uit: Zie bijlage. 3. Het werk zal door de organisator tentoon gesteld worden van 21 april 2016 tot en met 22 mei 2016 in Kunstenhuis Marktstraat 100 in Harelbeke in de staat zoals dit gebouw zich bij het ondertekenen van deze overeenkomst bevindt. De kunstenaar, de eigenaar en de organisator kunnen overeenkomen de tentoonstellingsperiode te wijzigen. Een dergelijk akkoord dient schriftelijk vastgelegd te worden. 4. De organisator verbindt zich er toe de technische richtlijnen van de kunstenaar en de eigenaar te volgen bij de montage en/of installatie van het werk vermeld in 2. van deze overeenkomst. De kunstenaar en de eigenaar zullen van hun kant de praktische richtlijnen van de organisator respecteren. De kunstenaar en de eigenaar zullen tijdig alle technische informatie die noodzakelijk is voor de praktische realisatie ter plaatse verschaffen. Richtlijnen bij de montage en/of installatie van de kunstwerken: Maen Florin is aanwezig bij op- en afbouw. Bijzonder materieel vereist voor de montage en/of installatie van de kunstwerken: 1 persoon als hulp, vijsmachine om de sokkels te monteren. Richtlijnen voor de bewaring, bewaking en het onderhoud van de kunstwerken: De stukken zijn kwetsbaar: voorzichtige behandeling. 5. De kunstwerken worden in perfecte staat aan de organisator ter beschikking gesteld behoudens hierna opgenomen opmerkingen: 6. De kunstenaar en de eigenaar zullen het werk transport klaar hebben uiterlijk 5 dagen voor de tentoonstelling op het volgende adres: Bosstraat 47, Merelbeke 7. De organisator zal ten laatste tien dagen na het einde van de tentoonstelling het werk terugbrengen/ophalen op het volgende adres:
Bosstraat 47, Merelbeke. 8. Het transport van en naar Harelbeke vindt enkel plaats na onderlinge overeenkomsten gemaakt tussen de organisator, de kunstenaar en de eigenaar. 9. De organisator is verantwoordelijk voor het transport van het werk. Partijen zijn vrij in de keuze van de transporteur. 10. De organisator verbindt er zich toe de in de sector gebruikelijke verzekering alle risico’s van nagel tot nagel af te sluiten voor de waarde van de geleende kunstwerken zoals geschat in artikel 2 van deze overeenkomst. De verzekeraar van de organisator is: Ethias, Prins Bisschopssingel 73, 3500 Hasselt. 11. Indien de organisator beschadigingen aan het kunstwerk vaststelt, zal hij deze beschadigingen onmiddellijk schriftelijk aan de kunstenaar melden. De vastgestelde beschadigingen worden door de kunstenaar en de eigenaar gecontroleerd. Zij worden vermeld in een aangifteformulier van in 10 genoemde verzekeraar en door beide partijen ondertekend. 12. De organisator heeft het recht het kunstwerk voor de tentoonstelling te gebruiken, met inbegrip van plannen, tekeningen, modellen enz. De kunstenaar en de eigenaar machtigen de organisator om zijn werk zonder vergoeding te reproduceren in een eventuele catalogus en in promotionele instrumenten. Voor het overige blijven de volledige auteursrechten op het werk bij de titularissen die de wet aanduidt. Alle auteursrechten en/of copyrights worden op basis van de auteurswet van 10 juni 1994 geregeld. 13. Partijen bepalen in onderling overleg het aantal uit te nodigen personen, organisaties en/of instanties in functie van de beschikbare middelen. Zo hij dat wenst, kan de kunstenaar ten laatste vier weken voor de opening van de tentoonstelling een lijst van post- en/of e-mailadressen te bezorgen van uit te nodigen personen, organisaties en/of instanties. Een en ander bindt echter de organisator niet. 14. De organisator heeft het recht om het Kunstwerk voortijdig te verwijderen/beveiligen indien hij oordeelt dat bepaalde omstandigheden deze ingreep noodzakelijk maken. 15. Deze overeenkomst is onderworpen aan de Belgische wetgeving. Alle betwistingen betreffende het ontstaan, de uitvoering en de uitlegging van onderhavige overeenkomst behoren tot de exclusieve bevoegdheid van de rechtbanken van Kortrijk. Aldus gedaan te Harelbeke in dubbel exemplaar op … april 2016 elk der partijen erkennend één exemplaar te hebben ontvangen, voor de stad Harelbeke Maen Florin
Voor de secretaris, afwezig, Frank Detremmerie Rechtskundig adviseur Waarnemend secretaris Burgemeester Alain Top
Om deze redenen;
Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college keurt de overeenkomst goed. 51
Subsidie buitenlandse optredens. Uitbetaling.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: In zitting van 12.01.2016 keurde het college een subsidie goed van 1.000 euro aan jeugdharmonie Eendracht en Vrijheid voor een deelname aan het Eurofestival in Heel (Nederland). Uit de bewijsstukken blijkt dat het orkest voldoet aan de voorwaarden zoals deze gesteld zijn binnen het subsidiereglement voor Harelbeekse muziekmaatschappijen en koren bij buitenlandse optredens. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
Het subsidiereglement voor Harelbeekse muziekmaatschappijen en koren bij deelname aan wedstrijden en buitenlandse optredens, goedgekeurd door de gemeenteraad op 13.12.2010 en opnieuw bekrachtigd op 28.01.2013.
Verwijzend naar volgende eerdere beslissingen: -
Het collegebesluit dd. 12.01.2016: aanvraag subsidie buitenlands optreden.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college keurt de uitbetaling van de subsidie goed. Artikel 2: Geeft het departement Financiën de opdracht het bedrag over te schrijven op rekening van Jeugdharmonie Eendracht en Vrijheid, BE94 9350 7182 3314 gereserveerd op beleidsitem 070500, algemene rekening 649300. Sport
52
GESCHRAPT.
DEPARTEMENT GRONDGEBIEDSZAKEN Stedenbouw
53
Afleveren verkoopsattest. Verkaveling Vlietestraat van B.V.B.A. MI CASA.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Er werd op 28.04.2015 een verkavelingsvergunning verleend aan B.V.B.A. MI CASA, Deerlijkseweg 218 – 8790 WAREGEM voor het verkavelen van gronden in 7 loten met betrekking tot de percelen gelegen te HULSTE, Vlietestraat en kadastraal bekend 5e afd. Sectie B nrs. 799F 2, 799G 2, 799K 3, 799N 3, 799P 3, 799R 3. Op 18.06.2015 werd het verkavelingscontract ondertekend. In het verkavelingscontract werd een waarborg van 220.686,30 EUR opgelegd. Er werd door N.V. KBC BANK een bankwaarborg voor N.V. MI CASA, Deerlijkseweg 218, 8790 WAREGEM gesteld ten bedrage van 184.370,00 EUR. De verkavelaar zelf heeft het aanvullend bedrag, namelijk 36.316,30 EUR, gestort op de rekening van het stadsbestuur. Notaris VANDEMAELE vraagt in een e-mail d.d. 15.04.2016 een verkoopattest. Overeenkomstig art. 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan het College een verkoopsattest afleveren mits er voldaan is aan de opgelegde voorwaarden en lasten of indien er voor de uitvoering van de lasten een afdoende financiële waarborg werd gestort. Het College kan, gezien het voorgaande, een verkoopattest afleveren. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
Art. 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het College van Burgemeester en Schepenen levert een verkoopattest af aan B.V.B.A. MI CASA, Deerlijkseweg 218 – 8790 WAREGEM voor de verkaveling 14/009 Vlietestraat in HULSTE.
54
Aanvraag gevelrenovatiepremie voor principiële goedkeuring. Desmet Geert, Tuinstraat 72 - 8530 Harelbeke.
Het college, De heer Geert Desmet, Tuinstraat 72 – 8530 Harelbeke diende een aanvraag in tot het bekomen van een gevelrenovatiepremie voor het renoveren van de gevel van zijn woning. De aanvraag is in overeenstemming met het gevelrenovatiepremiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 20.01.2014, en gewijzigd door de gemeenteraad in zitting van 21.12.2015, en voldoet aan alle gestelde voorwaarden. Deze premie is voorzien onder volgende budgetsleutel: 649100/035000/3.1.1. De aanvrager kan de maximum premie van 1.000 euro bekomen. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : -
Het gemeentedecreet art. 57 § 1;
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT : Enig artikel : De gevelrenovatiepremie-aanvraag van de heer Geert Desmet wordt principieel goedgekeurd. 55
'Doe het nu duurzaam' -premie. Forestiersstraat 21. Aanvraag tot uitbetaling.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Mevrouw Marie Louise Wittebolle diende een aanvraag in tot het bekomen van de ‘Doe het nu duurzaam!’-premie voor eigenaars-bewoners voor de woning, gelegen te 8530 Harelbeke, Forestiersstraat 21. Na een vooronderzoek en opmaak van het bindend advies, werden de nodige offertes binnengebracht, waarmee het college principieel akkoord ging in zitting van 02.02.2016. Ondertussen werden de werken uitgevoerd en werd de ‘aanvraag tot uitbetaling’ ingediend. De technisch adviseur voerde een controlebezoek uit, waaruit blijkt dat de werken conform het bindend advies werden uitgevoerd. De ‘aanvraag tot uitbetaling’ is in overeenstemming met het premiereglement, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 20.01.2014, en voldoet aan alle gestelde voorwaarden. Na controle van de ingediende factuur – normaal factuurdatum na datum van principiële goedkeuring, maar deze aannemer gebruikt de offerte als factuur, daarom werd het betalingsbewijs opgevraagd dat dateert van 29 februari 2016 dus daterend van de na
principiële goedkeuring - kunnen volgende werken in aanmerking genomen worden voor de ‘Doe het nu duurzaam!’-premie: Voor de categorie ‘buitenschrijnwerk’: - Vervangen van ramen en voordeur door nieuw PVC schrijnwerk met hoogrendementsbeglazing met een U waarde van 1,1W/m2K en met afkasting in hout FSC label. Deze werken kosten samen 11.196,00 euro exclusief btw. Bijgevolg kan een premie worden toegekend van 3.358,80 euro. De uitgave van deze premie is voorzien onder volgende budgetsleutel: 649100/062900/3.1.1. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
Het gemeentedecreet artikel 57 §1
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De ‘aanvraag tot uitbetaling’ van mevrouw Marie Louise Wittebolle, Forestiersstraat 21, 8530 Harelbeke, voor de woning gelegen op hetzelfde adres, wordt goedgekeurd. Artikel 2: Er wordt een premiebedrag van 3.358,80 euro toegekend. Milieu
56
Zwerfvuilactie 2016. Evaluatie.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Sinds 2007 wordt er jaarlijks een zwerfvuilactie gehouden. Alle straten op het Harelbeeks grondgebied worden dan in één week in de maand maart overlopen. Dit jaar werd ervoor gekozen om de zwerfvuilactie in februari te houden, de reden daarvoor is dat er in maart te veel activiteiten zijn (zoals bijv. de E3-prijs) waardoor het moeilijk is om alle werklieden te laten meehelpen aan de zwerfvuilactie. Later op het jaar de zwerfvuilactie organiseren is ook geen optie, aangezien het gras in de bermen dan al veel te hoog staat. Dit jaar was het trouwens ook de eerste keer dat vzw Hise werd ingeschakeld om mee te helpen aan de opkuis. Vzw Hise had de opdracht gekregen om een deel van Stasegem op te ruimen.
Op 22 februari is men van start gegaan met de zwerfvuilactie, de werklieden hadden exact 3 dagen nodig om hun deel van de straten te overlopen, de 2 opruimers van vzw Hise hadden ook 3 dagen nodig om hun deel van Stasegem op te ruimen en de milieudienst had naar jaarlijkse gewoonte 1 dag nodig om het stuk N36 te ruimen tussen de rotonde de ‘koperen ketel’ tot aan de Deerlijksesteenweg. Net als vorig jaar kreeg men hulp van enkele vrijwilligers. Dit jaar werd er 2660 kg aan zwerfvuil/sluikstort opgeruimd. In vergelijking met de eerste jaren is dit een heel stuk minder, het eerste jaar werd er meer dan 7000 kg ingezameld. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De zwerfvuilactie van 2016 wordt gunstig geëvalueerd. Artikel 2: Het college verleent toestemming om in 2017 de zwerfvuilactie opnieuw in de maand februari te organiseren in samenwerking met de volledige facilitaire dienst en vzw Hise.
57
Aanvraag premie wasbare luiers. Daan Kerckenaere.
Het college, Mevrouw Lien Dauwe, wonende in de Gulden-Sporenstraat 104 te Harelbeke heeft op 31.03.2016 een aanvraagformulier ingediend voor het bekomen van een premie herbruikbare luiers. De aankoopfacturen, ten bedrage van 314,16 euro, werden bij de aanvraag gevoegd. De zoon van Lien Dauwe, Daan Kerckenaere geboren op 29.08.2014, is zoals het reglement bepaalt, op het moment van de premieaanvraag nog geen 4 jaar. De subsidie bedraagt overeenkomstig art. 3 van het reglement 157,08 euro. De milieudienst stelt voor om de subsidie van 157,08 euro toe te kennen aan Lien Dauwe voor de aankoop van herbruikbare luiers voor haar zoon Daan Kerckenaere. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen: -
het gemeentedecreet, inzonderheid art. 57 § 1
Verwijzend naar een vorige beslissing: -
het gemeenteraadsbesluit ‘reglement voor premie herbruikbare luiers‘ goedgekeurd op 21.11.2011.
Om deze redenen;
Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Keurt de premie van 157,08 euro goed uit te betalen aan Lien Dauwe voor de aankoop van herbruikbare luiers voor Daan Kerckenaere. Patrimonium
58
Privatieve innames openbaar domein en/of openbare weg ter gelegenheid van werken. Machtiging.
Het college, Op grond van volgende overwegingen zowel feitelijk als juridisch: Volgende vragen tot machtiging voor de innames van openbaar domein en/of openbare wegenis eigendom van of beheerd door de stad Harelbeke worden, samen met een inname-, inrichtings- en signalisatieplan, aan het college voorgelegd : Naam en adres aanvrager Wattez Bart Arendsstraat 145 8530 Harelbeke 0494 87 34 38
Locatie
Aard inname
Periode
Arendsstraat 145
het plaatsen van een container
voor 5 dagen van 25-042016 tot 29-04-2016
Wattez Bart Arendsstraat 145 8530 Harelbeke 0494 87 34 38
Arendsstraat 145
het plaatsen van een container
voor 3 dagen van 02-052016 tot 04-05-2016
Wattez Bart Arendsstraat 145 8530 Harelbeke 0494 87 34 38
Arendsstraat 145
het plaatsen van een container
voor 5 dagen van 09-052016 tot 13-05-2016
Verstraete Verhulst BVBA Oostrozebekestraat 218G 8770 Ingelmunster 051 31 75 95
Muizelstraat thv nummer 23
het vervangen van een riooldeksel iov Infrax
voor 5 dagen van 09-052016 tot 13-05-2016
De Raeve Caroline Wagenweg 24 8530 Harelbeke
Wagenweg 24
het plaatsen van een container
voor 3 dagen van 30-042016 tot 02-05-2016
Degraeve Kurt Koning Leopold III-laan 2 8530 Harelbeke 0496 11 77 55
Koning Leopold IIIlaan 2
het plaatsen van een parkeerverbod
voor 5 dagen van 29-042016 tot 03-05-2016
Callens Georgette Marktstraat 87 8530 Harelbeke 056 22 39 59
Marktstraat 101
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
Callens Georgette Marktstraat 87
Marktstraat 87
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
8530 Harelbeke 056 22 39 59
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
Destorme Eline Molhoek 7 8530 Harelbeke
Molhoek 7
het plaatsen van een container
voor 3 dagen van 21-042016 tot 23-04-2016
Naudts Dino Boterpotstraat 33 8530 Harelbeke
Boterpotstraat 31-33
het plaatsen van een parkeerverbod + container (UITBREIDEN LENGTE INNAME)
voor 5 weken van 22-042016 tot 31-05-2016
Depuydt Ludo Nijverheidsstraat 8 8530 Harelbeke 0499 591 643
Veldstraat, thv vroeger café 't Putje, aan het kapelletje
het plaatsen van een container
voor 1 dag van 06-052016 tot 06-05-2016
Debeuf Charlotte Ballingenweg 42/402 8530 Harelbeke 0471 99 18 60
Ballingenweg 42
het plaatsen van een parkeerverbod inzake plaatsen vrachtwagen en meubellift voor verhuis
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
Debacker Marinus Hermelijnstraat 2 8530 Harelbeke 0477 91 32 04
Hermelijnstraat 2
het plaatsen van een parkeerverbod over een lengte van 12 meter voor werfwagens nav tuinwerken
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
Pannecoucke Heidi Forestiersstraat 6 8530 Harelbeke 0493 19 99 37
Schoolstraat 23 bus 102
het plaatsen van een parkeerverbod voor een verhuiswagen
voor 1 dag van 30-042016 tot 30-04-2016
Varya BVBA Heirbrugstraat 133 A 9160 Lokeren 0473 81 81 00
Vlasstraat hoek N43 Kortrijksesteenweg
aansluiting iov Proximus
voor 11 dagen van 0305-2016 tot 13-05-2016
Depuydt Benjamin Steenbrugstraat 178 8530 Harelbeke
Steenbrugstraat 178
het plaatsen van een container
voor 6 dagen van 04-052016 tot 09-05-2016
Derammelaere Tony Veldstraat 177 8530 Harelbeke 0477 55 00 67
Veldstraat 177
het plaatsen van een parkeerverbod voor het vrijhouden van de parkeerstrook om doorgaand verkeer te garanderen
voor 1 dag van 09-052016 tot 09-05-2016
Vandeburie Bjorn Stasegemsesteenweg 84 8530 Harelbeke 0486 66 89 99
Stasegemsesteenweg 84
het plaatsen van een parkeerverbod
voor 4 dagen van 04-052016 tot 07-05-2016
Vermote Paul Hippodroomstraat 4 8530 Harelbeke 0477 42 08 87
Hippodroomstraat 4
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
voor 1 dag van 30-042016 tot 30-04-2016
Vervaeke Hannes Goudberg 37 8530 Harelbeke 0476 09 91 70
Goudberg 37, op de hoek
het plaatsen van een container
voor 6 dagen van 04-052016 tot 09-05-2016
Vermote Paul Noordstraat 16 8530 Harelbeke 0474 79 45 58
Noordstraat 16
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
voor 1 dag van 30-042016 tot 30-04-2016
het leveren van beton met pomp
voor 1 werkdag van 2704-2016 tot 04-05-2016
Govaere Bouwonderneming
Heulsestraat 79 8860 Lendelede 051 33 19 60
Zuidstraat thv nieuwe verkaveling hoek Zuidstraat-Arendsstraat
Overeenkomstig art. 50 van de algemene politieverordening van de stad is iedere privatieve inname van openbaar domein en de openbare weg verboden tenzij voorafgaande schriftelijke machtiging van de bevoegde overheid. Het college is bevoegd over de voorliggende vragen te oordelen. Het college is van oordeel dat de gevraagde toelatingen kunnen worden verleend, mits de in het dispositief opgelegde voorwaarden worden nageleefd. De opgelegde voorwaarden vloeien hetzij voort uit de hogere regelgeving of de toepasselijke gemeentelijke reglementen, of zijn noodzakelijk ter vrijwaring van de rechten en de belangen van de stad. Zo de inname langer dan zeven kalenderdagen duurt, is de retributie voorzien in het gemeentelijk retributiereglement toepasselijk. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen: -
het gemeentedecreet, inzonderheid en zonder zich daartoe te willen beperken, de artikelen 57 par. 1 en 57 par. 3, 1° ; het K.B. van 01.12.1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg, inzonderheid en zonder zich daartoe te willen beperken art. 78 ; het gemeentelijk retributie-, tarief- en gebruiksreglement 18.11.2013 zoals van kracht, inzonderheid en zonder zich daartoe te willen beperken, de artikelen 9 en 15; de algemene gemeentelijke politieverordening van 12.04.2010, inzonderheid en zonder zich daartoe te willen beperken, de artikelen 50 t.e.m. 53.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Verleent volgende machtigingen voor de inname van openbaar domein en/of openbare wegenis eigendom van of beheerd door de stad Harelbeke: Naam en adres aanvrager Wattez Bart Arendsstraat 145 8530 Harelbeke 0494 87 34 38
Locatie
Aard inname
Periode
Arendsstraat 145
het plaatsen van een container
voor 5 dagen van 25-042016 tot 29-04-2016
Wattez Bart Arendsstraat 145 8530 Harelbeke 0494 87 34 38
Arendsstraat 145
het plaatsen van een container
voor 3 dagen van 02-052016 tot 04-05-2016
Wattez Bart Arendsstraat 145 8530 Harelbeke 0494 87 34 38
Arendsstraat 145
het plaatsen van een container
voor 5 dagen van 09-052016 tot 13-05-2016
Verstraete Verhulst BVBA Oostrozebekestraat 218G 8770 Ingelmunster 051 31 75 95
Muizelstraat thv nummer 23
het vervangen van een riooldeksel iov Infrax
voor 5 dagen van 09-052016 tot 13-05-2016
De Raeve Caroline Wagenweg 24 8530 Harelbeke
Wagenweg 24
het plaatsen van een container
voor 3 dagen van 30-042016 tot 02-05-2016
Degraeve Kurt Koning Leopold III-laan 2 8530 Harelbeke 0496 11 77 55
Koning Leopold IIIlaan 2
het plaatsen van een parkeerverbod
voor 5 dagen van 29-042016 tot 03-05-2016
Callens Georgette Marktstraat 87 8530 Harelbeke 056 22 39 59
Marktstraat 101
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
Callens Georgette Marktstraat 87 8530 Harelbeke 056 22 39 59
Marktstraat 87
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
Destorme Eline Molhoek 7 8530 Harelbeke
Molhoek 7
het plaatsen van een container
voor 3 dagen van 21-042016 tot 23-04-2016
Naudts Dino Boterpotstraat 33 8530 Harelbeke
Boterpotstraat 31-33
het plaatsen van een parkeerverbod + container (UITBREIDEN LENGTE INNAME)
voor 5 weken van 22-042016 tot 31-05-2016
Depuydt Ludo Nijverheidsstraat 8 8530 Harelbeke 0499 591 643
Veldstraat, thv vroeger café 't Putje, aan het kapelletje
het plaatsen van een container
voor 1 dag van 06-052016 tot 06-05-2016
Debeuf Charlotte Ballingenweg 42/402 8530 Harelbeke 0471 99 18 60
Ballingenweg 42
het plaatsen van een parkeerverbod inzake plaatsen vrachtwagen en meubellift voor verhuis
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
Debacker Marinus Hermelijnstraat 2 8530 Harelbeke 0477 91 32 04
Hermelijnstraat 2
het plaatsen van een parkeerverbod over een lengte van 12 meter voor werfwagens nav tuinwerken
voor 1 dag van 29-042016 tot 29-04-2016
Pannecoucke Heidi Forestiersstraat 6 8530 Harelbeke 0493 19 99 37
Schoolstraat 23 bus 102
het plaatsen van een parkeerverbod voor een verhuiswagen
voor 1 dag van 30-042016 tot 30-04-2016
Varya BVBA Heirbrugstraat 133 A 9160 Lokeren 0473 81 81 00
Vlasstraat hoek N43 Kortrijksesteenweg
aansluiting iov Proximus
voor 11 dagen van 0305-2016 tot 13-05-2016
Depuydt Benjamin Steenbrugstraat 178 8530 Harelbeke
Steenbrugstraat 178
het plaatsen van een container
voor 6 dagen van 04-052016 tot 09-05-2016
Derammelaere Tony Veldstraat 177 8530 Harelbeke 0477 55 00 67
Veldstraat 177
het plaatsen van een parkeerverbod voor het vrijhouden van de parkeerstrook om doorgaand verkeer te garanderen
voor 1 dag van 09-052016 tot 09-05-2016
Vandeburie Bjorn Stasegemsesteenweg 84 8530 Harelbeke 0486 66 89 99
Stasegemsesteenweg 84
het plaatsen van een parkeerverbod
voor 4 dagen van 04-052016 tot 07-05-2016
Vermote Paul Hippodroomstraat 4 8530 Harelbeke 0477 42 08 87
Hippodroomstraat 4
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
voor 1 dag van 30-042016 tot 30-04-2016
Vervaeke Hannes Goudberg 37 8530 Harelbeke 0476 09 91 70
Goudberg 37, op de hoek
het plaatsen van een container
voor 6 dagen van 04-052016 tot 09-05-2016
Vermote Paul Noordstraat 16 8530 Harelbeke 0474 79 45 58
Noordstraat 16
het plaatsen van een parkeerverbod nav een verhuis
voor 1 dag van 30-042016 tot 30-04-2016
Govaere Bouwonderneming Heulsestraat 79 8860 Lendelede 051 33 19 60
Zuidstraat thv nieuwe verkaveling hoek Zuidstraat-Arendsstraat
het leveren van beton met pomp
voor 1 werkdag van 2704-2016 tot 04-05-2016
Artikel 2: De machtigingen genoemd in art. 1 worden verder verleend mits inachtname van volgende voorwaarden. De machtigingen vervallen bijgevolg van rechtswege indien een van de hierna vermelde voorwaarden niet worden nageleefd. - Behoudens bij deze verleende afwijking dient op het voetpad of de plaats bestemd voor voetgangersverkeer een vrije doorgang van minstens 1,5 m. over te blijven. - De goederen die zich t.g.v. de inname op het openbaar domein/de openbare weg bevinden of de uitgevoerde uitgravingen dienen voldoende verlicht. - Alle toepasselijke wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen dienen te worden nageleefd. In het bijzonder dient – via de lokale politie - een signalisatiemachtiging bedoeld in art. 78 van het K.B. van 01.12.1975 (Wegcode) te worden bekomen en nageleefd. - De eventueel door het gemeentelijk retributie-, tarief- en gebruiksreglement ingestelde retributie dient stipt betaald. Verder gelden ook nog volgende voorwaarden : - De machtiging moet op eenvoudig verzoek van de politie ter controle overhandigd worden. - Bij het beëindigen van de inname dient het openbaar domein in zijn door de titularis van de machtiging of op diens kosten in zijn oorspronkelijke staat te worden hersteld. Bij gebreke aan een tegensprekelijke plaatsbeschrijving, waartoe de titularis van de machtiging het initiatief dient te nemen, wordt het ingenomen openbaar domein bij de start van de ingebruikname geacht in perfecte staat te zijn. - De stad, haar aangestelden en haar organen kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor gebeurlijke schade en ongevallen die hun oorzaak in het toegestane gebruik zouden vinden of die zich naar aanleiding van het toegestane gebruik voordoen. - De titularis van de machtiging dient het einde van het gebruik te melden aan de technische dienst van de stad. Bij gebreke aan een voorafgaande verwittiging van de beëindiging van het gebruik wordt de eventuele retributie berekend tot op de dag waarop wordt vastgesteld dat het gebruik een einde heeft genomen, tenzij de gebruiker kan bewijzen dat het gebruik eerder is gestopt.
-
Het toegestane gebruik is precair en steeds geheel of gedeeltelijk herroepbaar van zodra de stad Harelbeke oordeelt dat het openbaar belang dit vergt. De herroeping doet in geen geval recht op schadevergoeding ontstaan en kan gebeuren zonder inachtname van enige termijn.
Artikel 3: Beveelt de betekening van deze beslissing aan de aanvragers. Beveelt de kennisgeving ervan aan de lokale politie. Artikel 4: Wijst de aanvrager erop dat, in de mate de machtiging niet, slechts gedeeltelijk of tegen volgens de aanvrager niet wettige voorwaarden zou worden verleend, jurisdictioneel beroep kan worden ingesteld bij de Raad van State. Dit beroep, al dan niet vergezeld van een beroep tot schorsing, moet worden ingesteld bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Wetenschapsstraat 33 te 1040 Brussel, binnen een termijn van zestig dagen ingaande de dag waarop het besluit aan de verzoeker werd betekend. Het verzoekschrift moet voldoen aan de voorwaarden gesteld door de gecoördineerde wetten van 12.01.1973 op de Raad van State en het besluit van de Regent van 23.08.1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling administratie van de Raad van State. 59
Onteigening Marktplein 13. Kennisname verloop openbare terechtzitting Vredegerecht voor de onteigening der Parochiale Werken op donderdag 21 april 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het college besprak in de zitting van 19.01.2016 het onteigeningsdossier voor het parochiaal centrum, meer bepaald de datum voor de uitgestelde Openbare Terechtzitting van 21.04.2016 én nam in zitting van 05.04.2016 kennis van de conclusies (besluiten 15A240) van 24.03.2016 zoals geformuleerd door het advocatenkantoor Publius van de tegenpartij, de Parochiale Werken. In de syntheseconclusies (-besluiten 15A240) van Publius werd ook verwezen naar een nieuw stuk 27, zijnde een ‘prijs’ verantwoordingsnota van hun technische adviseur P. Hautekiet van 18.03.2016. Op de openbare terechtzitting van 21.04.2016 pleitten Wim Rasschaert voor de stad en Publius voor de Parochiale Werken én waren beleidsmedewerkster Ann Noppe voor de stad, de gerechtsdeskundige en technische adviseur P. Hautekiet voor de Parochiale Werken aanwezig. De vrederechter zal haar voorlopig onteigeningsvonnis vellen op 19 mei 2016 waarbij enerzijds de voorlopige onteigeningsvergoeding zal worden bepaald en anderzijds de stad –volgens art. 15 van de wet van 26.07.1962 – zal worden gevraagd het eventueel resterend saldo (bovenop de reeds in juni 2015 gestorte provisionele vergoeding ten bedrage van 840.00 euro) te storten in de consignatiekas binnen de maand na voormeld vonnis; dus vermoedelijk tegen 19.06.2016 . Indien binnen de twee maanden na de betekening van het vonnis dat de voorlopige vergoeding vaststelt geen herziening ervan bij de Rechtbank van Eerste Aanleg wordt gevraagd, is die vergoeding onherroepelijk.
Indien de herziening wél wordt aangevraagd (zowel mogelijk door de stad als door de Parochiale werken) blijft de stad –als onteigenaar- eigenaar (sinds de inbezitstelling) MAAR de voorlopige onteigeningsvergoeding van voormeld 2de vonnis van 19.06.2016 kan in een latere fase van de rechtspleging nog verminderd of verhoogd worden via een herzieningsprocedure voor de Rechtbank van Eerste Aanleg. Die procedure kan nog gevolgd worden door een procedure voor het Hof van Beroep waarbij het al die tijd onzeker is of de betwiste vergoeding verhoogd dan wel verminderd zal worden. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Rekening houdend met de Openbare Terechtzitting van 21 april 2016, neemt het college er kennis van dat de vrederechter het voorlopig onteigeningsvonnis inzake Parochiale Werken voor het Marktplein 13 & parking plant op 19 mei 2016. Grondgebiedszaken - Overheidsopdrachten
60
Renovatie paden begraafplaatsen 2016. Goedkeuring schorsing 1.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 5 april 2016 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Renovatie paden begraafplaatsen 2016” aan BVBA Al Verde, Sneppestraat 7 te 8860 Lendelede tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van € 20.336,35 excl. btw of € 24.606,98 incl. 21% btw. De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 16_5. Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 5 april 2016 goedkeuring aan de aanvangsdatum van deze opdracht, zijnde 18 april 2016. De uitvoeringstermijn bedraagt 30 werkdagen. Tot nu toe werd 0 dagen gewerkt zodat de resterende termijn 30 werkdagen bedraagt. De aannemer verzoekt om de werken te schorsen voor een periode van 18 april 2016 tot en met 8 mei 2016. De heer Yann Raes, Departement Facility bracht gunstig advies uit over de gevraagde schorsing gezien de aangehaalde argumenten, op voorwaarde dat de aannemer zich ertoe verbindt om geen schadevergoeding te eisen omwille van de verlenging. De leidend ambtenaar de heer Yann Raes verleende gunstig advies. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : - De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. - Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. - De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer
bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden). - De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. - Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 105. - Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 5, § 3. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het verzoek om de opdracht “Renovatie paden begraafplaatsen 2016” omwille van voornoemde redenen te schorsen voor een periode van 18 april 2016 tot en met 8 mei 2016. Artikel 2: De contractuele einddatum wordt aangepast volgens de door deze schorsing veroorzaakte vertraging. Artikel 3: Het opnieuw aanvangen van de werken op 9 mei 2016 goed te keuren. 61
Drainage sportvelden 2015. Goedkeuring voorlopige oplevering.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 10 maart 2015 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Drainage sportvelden 2015” aan BVBA Lavaert, KBO nr. BE 0421.976.823, Triloystraat 41 te 8930 Rekkem tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van € 18.750,00 excl. btw of € 22.687,50 incl. 21% btw (inclusief opties Plaatsen dwarssleuven, Werkzaamheden na aanleg drainagenetwerk). De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 15_6. De aannemer BVBA Lavaert, Triloystraat 41 te 8930 Rekkem heeft aan zijn verplichtingen voldaan. Het Departement Facility stelde een proces-verbaal op van voorlopige oplevering, die plaatsvond op 24 maart 2016.
Uit het bijgevoegde proces-verbaal van voorlopige oplevering blijkt dat er geen opmerkingen zijn. De eerste helft van borgtocht nr. 2015.03.24.004 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van € 940,00 mag worden vrijgegeven. De waarborgtermijn werd in het bestek vastgesteld op 12 maanden. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : - De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. - Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. - De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden). - De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. - Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 105. - Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 5, § 3. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald en zonder zich daartoe te willen beperken artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De opdracht “Drainage sportvelden 2015” wordt voorlopig opgeleverd. Artikel 2: De eerste helft van borgtocht nr. 2015.03.24.004 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van € 940,00 mag worden vrijgegeven. DEPARTEMENT FACILITY Grondgebiedszaken - Overheidsopdrachten
62
Leveren en plaatsen condensatieketel cafetaria Vlasschaard. Goedkeuring aanvangsdatum.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 1 maart 2016 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Leveren en plaatsen condensatieketel cafetaria Vlasschaard.” aan Verschueren & De Vos, KBO nr. BE 0415.163.562, IP De Bruwaan 5 te 9700 Oudenaarde tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van € 3.960,12 excl. btw of € 4.791,75 incl. 21% btw. De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 861.61-A.16/03 . Er werd aan alle voorbereidende formaliteiten betreffende ontwerp en gunning voldaan. Bijgevolg kan het aanvangsbevel worden gegeven aan de aannemer Verschueren & De Vos, IP De Bruwaan 5 te 9700 Oudenaarde. Er wordt voorgesteld om de aanvangsdatum vast te stellen op 11 mei 2016 en de aannemer hiervan formeel in kennis te stellen. De aannemer is ertoe gehouden de opdracht te voltooien binnen een termijn van 10 werkdagen te rekenen vanaf de dag, aangeduid in dit aanvangsbevel. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. -Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. -Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. -De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden). -De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. -Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105. -Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 4. -Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De aanvangsdatum van de opdracht “Leveren en plaatsen condensatieketel cafetaria Vlasschaard.” wordt vastgesteld op 11 mei 2016. De aannemer moet de opdracht voltooien binnen een termijn van 10 werkdagen.
Artikel 2: De aannemer, Verschueren & De Vos, KBO nr. BE 0415.163.562, IP De Bruwaan 5 te 9700 Oudenaarde, wordt per aangetekende zending in kennis gesteld van deze aanvangsdatum. 63
Leveren en plaatsen van urnekelders 2016-2018. Goedkeuring starten procedure en lijst uit te nodigen firma's.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: In het kader van de opdracht “Leveren en plaatsen van urnekelders 2016-2018” werd een bestek met nr. 862.1-A16/14 opgesteld door de heer Frederique Christiaens, Departement Facility. De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 45.012,50 excl. btw of € 54.465,13 incl. 21% btw. De gemeenteraad verleende in zitting van 18 april 2016 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de gunningswijze van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Er wordt voorgesteld om de gunningsprocedure op te starten en de uitnodigingen tot offerte te verzenden. Volgende firma’s worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure: - Urba Style, Postbus 31 te 9880 Aalter; - MAX PELS BETON NV, Albertkade 3 te 3980 Tessenderlo. - Eco-Beton, Hasseltsesteenweg 119 te 3800 Sint-Truiden; - VENTA bvba, RATTENBERGSTRAAT 3 te 3140 Keerbergen; - BVBA Vanhoorenweder, Braderieplein 11 te 8340 Vivenkapelle; - BVBA Lutsch Beton, Stokrooiweg 33 te 3511 Hasselt; - BVBA Ecomater, Kappellendries 26 te 9230 Wetteren; - BVBA Claes Sierbeton, Thomas Watsonlaan 72 te 3930 Hamont-Achel; - BVBA Bentein, Wijngaardstraat 2 te 8920 Langemark; - AANNEMERSBEDRIJF BUYTAERT bvba, MOORTELSTRAAT 25 te 9150 Kruibeke; - BVBA Paul Bossuyt & Zn, Elbestraat 1 te 8760 Meulebeke; - NV Granimar, Oostrozebeeksestraat 28 te 8710 Wielsbeke-Ooigem. - Bouwcoördinatie Verbrugghe, Dopheidelaan 30 te 8210 Loppem. De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 222000/099010-B&W-B&W 3. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. -Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. -Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. -De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden). -De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.
-Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105. -Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2. -Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking voor de opdracht “Leveren en plaatsen van urnekelders 2016-2018” wordt opgestart. Artikel 2: Volgende firma’s worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure: - Urba Style, Postbus 31 te 9880 Aalter; - MAX PELS BETON NV, Albertkade 3 te 3980 Tessenderlo. - Eco-Beton, Hasseltsesteenweg 119 te 3800 Sint-Truiden; - VENTA bvba, RATTENBERGSTRAAT 3 te 3140 Keerbergen; - BVBA Vanhoorenweder, Braderieplein 11 te 8340 Vivenkapelle; - BVBA Lutsch Beton, Stokrooiweg 33 te 3511 Hasselt; - BVBA Ecomater, Kappellendries 26 te 9230 Wetteren; - BVBA Claes Sierbeton, Thomas Watsonlaan 72 te 3930 Hamont-Achel; - BVBA Bentein, Wijngaardstraat 2 te 8920 Langemark; - AANNEMERSBEDRIJF BUYTAERT bvba, MOORTELSTRAAT 25 te 9150 Kruibeke; - BVBA Paul Bossuyt & Zn, Elbestraat 1 te 8760 Meulebeke; - NV Granimar, Oostrozebeeksestraat 28 te 8710 Wielsbeke-Ooigem. - Bouwcoördinatie Verbrugghe, Dopheidelaan 30 te 8210 Loppem. Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 222000/099010-B&W-B&W 3. 64
Elektriciteitswerken school Bavikhove. Goedkeuren starten procedure en lijst uit te nodigen firma's.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: In het kader van de opdracht “Elektriciteitswerken school Bavikhove” werd een bestek met nr. 861.2-A16/15 opgesteld door de heer Frederik Ost, Departement Facility. De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 18.615,00 excl. btw of € 21.128,03 incl. btw.
De gemeenteraad verleende in zitting van 18 april 2016 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de gunningswijze van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Er wordt voorgesteld om de gunningsprocedure op te starten en de uitnodigingen tot offerte te verzenden. Volgende firma’s worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure: - Volt Technics, Vrijlegemstraat 1 te 8531 Hulste; - E.L. Tronics BVBA, Leieweg 16 te 8510 Marke; - Actio'Novo bvba, Wagenaarstraat 115 te 8791 Beveren (Leie); - Electro Cobbe, St. Katriensteenweg 19 te 8520 Kuurne; - Roobrouck Multitechnic, Brugsestraat 86 te 8531 Harelbeke; - Elektriciteitswerken Riluc, Pol. Gevangenenstraat 40 te 8530 Harelbeke. De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 261000/005010-ALGFIN-ALGFIN 7. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. -Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. -Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. -De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden). -De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. -Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105. -Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 3. -Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen. Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking voor de opdracht “Elektriciteitswerken school Bavikhove” wordt opgestart. Artikel 2: Volgende firma’s worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure: - Volt Technics, Vrijlegemstraat 1 te 8531 Hulste; - E.L. Tronics BVBA, Leieweg 16 te 8510 Marke;
-
Actio'Novo bvba, Wagenaarstraat 115 te 8791 Beveren (Leie); Electro Cobbe, St. Katriensteenweg 19 te 8520 Kuurne; Roobrouck Multitechnic, Brugsestraat 86 te 8531 Harelbeke; Elektriciteitswerken Riluc, Pol. Gevangenenstraat 40 te 8530 Harelbeke.
Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 261000/005010-ALGFIN-ALGFIN 7. DEPARTEMENT GRONDGEBIEDSZAKEN Grondgebiedszaken - Overheidsopdrachten
65
Collectorwerken R8 (AQF-project 22618A). Presentatie infoavond. Kennisname.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Het college van burgemeester en schepenen besliste op 22.03.2016 dat de infovergadering betreffende “Heraanleg Spoorwegstraat” die Aquafin en het door hen aangestelde studiebureau NV AnteaGroup wenst te organiseren het best doorgaat op 02.05.2016 om 19u30. Het college besliste ook dat alle bedrijven op industriegebied Harelbeke-Zuid, de bewoners van de Spoorwegstraat, Slagerij Curd, Maes Inox, AS-Adventue, en tankstation Total dienen uitgenodigd te worden. Het college besliste in diezelfde zitting zich te laten vertegenwoordigen door de burgemeester en de schepenen Vandekerkhove, Maelfait en Claerhout. De presentatie, toegevoegd aan het dossier, wordt nu ter kennisname aan het college voorgelegd. BESLUIT: Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de presentatie voor de infoavond betreffende “Collectorwerken R8 (AQF-project 22618A)”. DEPARTEMENT MANAGEMENT EN PERSONEEL Grondgebiedszaken - Overheidsopdrachten
66
Verslag raad van bestuur Leiedal van 25 maart 2016 en de agenda van 8 april 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch:
Op de Raad van Bestuur van Leiedal van 25.03.2016 en de agenda van 08.04.2016 werden volgende punten met betrekking tot Harelbeke besproken en geagendeerd. 1. Verslag dd. 25.03.2016 B.1.1 Jaarverslag 2015 B.1.2 Jaarrekening 2015 B.2.1 Evolis II: principes van verwerving B.2.8.1 Harelbeke-Stasegem : openbare verkoop van de eigendom van de echtgenoten Johan Vantieghem - Leentje Vancoppenolle B.3.1 Horizon 2020 REFURB: deelname aan de Europese cluster rond woningrenovatie C.3 Overzicht stand van zaken rond procedures leegstand- onroerende voorheffingplanbaten C.4 Marketingplan ruimte om te ondernemen C.5 Samenwerkingsovereenkomst met Waterwegen en Zeekanaal 2. Agenda dd. 08.04.2016 C.1 Evaluatie Eurometropool (mondelinge toelichting) Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college neemt kennis van het verslag van 25.03.2016 en de agenda van 08.04.2016 van de Raad van Bestuur van Leiedal en in het bijzonder van de agendapunten met betrekking tot Harelbeke. DEPARTEMENT FACILITY Facility - Overheidsopdrachten
67
Informaticamaterieel - Hardware. Goedkeuring afname (43.444,91 euro + 21% btw).
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: De leveringen kunnen gebeuren via een raamovereenkomst dat de Stad Harelbeke sloot op basis van het bestek met nummer NH-077. De opdracht kan gerealiseerd worden binnen het kader van lot 1 van het ICTraamcontract 2013-2017, waarvan de stad Kortrijk opdrachtgevend bestuur is, bij met de firma Trustteam, Hospitaalweg 1B te 8510 Marke (Kortrijk). De uitgave voor de opdracht “Informaticamaterieel - Hardware” wordt geraamd op € 43.521,81 excl. btw of € 52.661,39 incl. 21% btw.
Mevrouw Naira Harutjunjan, Departement Facility - Aankoop stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan Trustteam, Hospitaalweg 1B te 8510 Marke (Kortrijk) tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van € 43.444,91 excl. btw of € 52.568,34 incl. 21% btw. De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2016, op budgetcode 241000/011000-BOD-BOD 22, 241000/011100-BOD-BOD 27, 241000/011300-BOD-BOD 56, 241000/011910-BOD-BOD 19, 241000/011920-BOD-BOD 26, 241000/011930-BOD-BOD 20, 241000/013000-B&W-B&W 9, 241000/039000-GGZGGZ 43, 241000/050000-WOL-WOL 52, 241000/052000-VT-VT 54, 241000/061000GGZ-GGZ 35, 241000/062910-GGZ-GGZ 45, 241000/070300-VT-VT 41, 241000/070500-VT-VT 43, 241000/074000-VT-VT 45 en 241000/082020-WOL-WOL 44. - 241000/011000-BOD-BOD 22 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel Secretariaat - 241000/011100-BOD-BOD 27 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel Financ iën - 241000/011300-BOD-BOD 56 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel Archief - 241000/011910-BOD-BOD 19 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel Communicatie - 241000/011920-BOD-BOD 26 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel Facility - 241000/011930-BOD-BOD 20 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel ICT en GIS - 241000/013000-B&W-B&W 9 - Informaticamaterieel - Informaticamaterieel B&W - 241000/039000-GGZ-GGZ 43 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel Milieu - 241000/050000-WOL-WOL 52 - Informaticamaterieel - Informaticamaterieel Ondernemen - 241000/052000-VT-VT 54 - Informatic amaterieel - Informaticamaterieel Musea & Toerisme - 241000/061000-GGZ-GGZ 35 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel GGZ - 241000/062910-GGZ-GGZ 45 - Informaticamaterieel - Informatic amaterieel Wonen - 241000/070300-VT-VT 41 - Informatic amaterieel - Informaticamaterieel - 241000/070500-VT-VT 43 - Informatic amaterieel - Informaticamaterieel - 241000/074000-VT-VT 45 - Informatic amaterieel - Informaticamaterieel - 241000/082020-WOL-WOL 44 - Informaticamaterieel - Informaticamaterieel Totaal vastgelegd
€ € € € € € € € €
2.600,00 2511,1009 2.600,00 2492,9509 1.300,00 1181,1778 5.570,00 5501,8458 2.670,00 2547,0258 3.900,00 3817,5621 3.010,00 2956,0421 3.970,00 3920,4847 1.300,00 1256,2462 € 570,00 479,9586 € 4.840,00 4649,4734 € 5.200,00 5148,4774 € 9.250,00 9134,895 € 5.000,00 4864,9986 € 800,00 678,5196 € 1.710,00 1427,5338 € 54.290,00 52568,2927
De financieel beheerder verleent visum. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 57, § 3, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen, en latere wijzigingen; - de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; - het gemeentedecreet van 15 juli 2005, meer bepaald de artikels 248 tot 260 betreffende het algemeen administratief toezicht op de gemeenten; - de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 8.500,00 excl. btw niet bereikt); - de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; - Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 110; - het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 4. Verwijzend naar volgende eerdere beslissingen: - het besluit van de gemeenteraad van 17 december 2012 betreffende de aankoop van ICT-materiaal (goedkeuren bestek, raming) en aansluiten bij het ICT-raamcontract 2013–2017 van de stad Kortrijk; - het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van de Stad Kortrijk dd. 19 december 20012 betreffende de gunning van lot 1 van ICT-raamcontract : levering en installatie van basishard- en software en gerelateerde diensten bekendmaking;
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: De afname van hardware aan Trustteam, Hospitaalweg 1B te 8510 Marke (Kortrijk), tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van € 43.444,91 excl. btw of € 52.568,34 incl. 21% btw, via de raamovereenkomst van Stad Kortrijk wordt goedgekeurd. DEPARTEMENT COMMUNICATIE Communicatie
68
Doortocht. De Kapellekestocht - mountainbiketocht op zaterdag 18 juni 2016.
Het college, Vzw Koninklijke Sportvereniging Wiel in Wiel organiseert op zaterdag 18 juni 2016 de volgende activiteit: mountainbiketocht ‘De Kapellekestocht’. De toelating wordt gevraagd voor de doortocht door de stad Harelbeke. PZ Gavers verleent positief advies. BESLUIT: Het college verleent toelating aan de vzw Koninklijke Sportvereniging Wiel in Wiel, p/a Vincent Van Parijs, Molendreef 90, 8570 Vichte voor de doortocht van De Kapellekestocht op zaterdag 18 juni 2016 door Harelbeke. De deelnemers dienen de wegcode te volgen en te respecteren. De folder “Veilig op Stap” wordt bezorgd met de toelating. 69
Doortocht. Fietsrally 1 mei WTC De Bondtrappers Gullegem.
Het college, WTC De Bondtrappers Gullegem organiseert op zondag 1 mei 2016 de volgende activiteit: een fietsrally. De toelating wordt gevraagd voor de doortocht door de stad Harelbeke. PZ Gavers verleent positief advies. BESLUIT: Het college verleent toelating aan WTC De Bondtrappers Gullegem, p/a Johan Delerue, Bosbolletra 48 8560 Gullegem voor de doortocht van de fietsrally op zondag 1 mei door Harelbeke. De deelnemers dienen de wegcode te volgen en te respecteren.
70
Privatieve inname openbaar domein. Sponsorloop stedelijke basisschool Zuid op vrijdag 13 mei 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Op vrijdag 13 mei 2016 organiseert de stedelijke basisschool Zuid een sponsorloop voor de kinderen. De inzamelactie is voor een goed doel. Parcours: de kinderen lopen op straat in de Generaal Deprezstraat, de Steenbrugstraat, Speltstraat en terug naar school. Er wordt parkeerverbod gevraagd voor de Generaal Deprezstraat vanaf nummer 91, de Steenbrugstraat en de Speltstraat van 10.00u tot 16.00u. Dit is een privatieve inname van openbaar domein. Overeenkomstig art. 50 van de algemene politieverordening van de stad is iedere privatieve inname van openbaar domein en de openbare weg verboden tenzij voorafgaande schriftelijke machtiging van de bevoegde overheid. Het college is bevoegd over de voorliggende vraag te oordelen. Het advies van de lokale politie wordt aan het college voorgelegd. Dit advies is gunstig. Het college is van oordeel dat de gevraagde toelating kan worden verleend, mits de in het dispositief opgelegde voorwaarden worden nageleefd. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
Het gemeentedecreet, inzonderheid en zonder zich daartoe te beperken de artikelen 57 par. 1 en art. 57 par. 3, 1° ; De algemene politieverordening van de stad Harelbeke, inzonderheid en zonder zich daartoe te beperken de artikelen 50 tot en met 52.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1 Verleent machtiging aan de stedelijke basisschool Zuid – Stasegem, p/a Charly Nowé, Generaal Deprezstraat 91, 8530 Harelbeke om de Generaal Deprezstraat vanaf de school, de Steenbrugstraat en de Speltstraat parkeervrij te maken tussen 10.00u en 16.00u op vrijdag 13 mei 2016 en dus privatief in te nemen. Artikel 2 De machtiging genoemd in art. 1 wordt verleend mits in acht name van volgende voorwaarden : -
De machtiging moet op eenvoudig verzoek van de politie ter controle overhandigd worden.
-
-
De houder van de machtiging dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de lokale politie. Het aanbrengen en wegnemen van de parkeerverbodsborden gebeurt echter door de technische diensten van de stad. Het bijgevoegde signalisatieplan dient stipt nageleefd. Alle toepasselijke wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen - zoals de algemene politieverordening (in het bijzonder de artikelen 50, 51 en 52) – dienen te worden nageleefd. Afsluiten verzekering brand en ontploffing en verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid (wet van 30 juli 1979) indien wettelijk vereist.(zie bijlage vergunning) De stad, haar aangestelden en haar organen kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor gebeurlijke schade en ongevallen. Voldoen aan de nieuwe Vlaamse geluidsnormen voor muziekactiviteiten die sedert 1 januari 2013 gelden. Contact opnemen met de MILIEUDIENST van de stad –
[email protected] – Groene lijn 0800/21202.
Artikel 3 Beveelt de betekening van deze beslissing aan de aanvrager. Beveelt de kennisgeving ervan aan de lokale politie, zodat deze toezicht kan houden op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie. Artikel 4 Wijst de aanvrager erop dat, in de mate de machtiging niet, slechts gedeeltelijk of tegen volgens de aanvrager niet wettige voorwaarden zou worden verleend, jurisdictioneel beroep kan worden ingesteld bij de Raad van State. Dit beroep, al dan niet vergezeld van een beroep tot schorsing, moet worden ingesteld bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Wetenschapsstraat 33 te 1040 Brussel, binnen een termijn van zestig dagen ingaande de dag waarop het besluit aan de verzoeker werd betekend. Het verzoekschrift moet voldoen aan de voorwaarden gesteld door de gecoördineerde wetten van 12.01.1973 op de Raad van State en het besluit van de Regent van 23.08.1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling administratie van de Raad van State.
71
Privatieve inname openbaar domein. Speelstraat Vrije Basisschool SintRita op donderdag 12 mei 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Op donderdagnamiddag 12 mei wenst de Vrije Basisschool Sint-Rita een speelstraat te organiseren in de J. Sabbestraat en de Zavelstraat. De toelating wordt gevraagd om deze straten verkeersvrij te maken van 13.00u tot 16.00u. Dit is een privatieve inname van openbaar domein. Overeenkomstig art. 50 van de algemene politieverordening van de stad is iedere privatieve inname van openbaar domein en de openbare weg verboden tenzij voorafgaande schriftelijke machtiging van de bevoegde overheid. Het college is bevoegd over de voorliggende vraag te oordelen.
Het advies van de lokale politie wordt aan het college voorgelegd. Dit advies is gunstig. Het college is van oordeel dat de gevraagde toelating kan worden verleend, mits de in het dispositief opgelegde voorwaarden worden nageleefd. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: -
Het gemeentedecreet, inzonderheid en zonder zich daartoe te beperken de artikelen 57 par. 1 en art. 57 par. 3, 1° ; De algemene politieverordening van de stad Harelbeke, inzonderheid en zonder zich daartoe te beperken de artikelen 50 tot en met 52.
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1 Verleent machtiging aan de Vrije Basisschool Sint Rita, p/a Zandbergstraat 24, 8530 Harelbeke om de J. Sabbestraat en de Zavelstraat verkeersvrij te houden op donderdag 12 mei 2016 van 13.00u tot 16.00u voor het organiseren van een speelstraat en deze straten dus privatief in te nemen. Artikel 2 De machtiging genoemd in art. 1 wordt verleend mits in acht name van volgende voorwaarden : -
-
De machtiging moet op eenvoudig verzoek van de politie ter controle overhandigd worden. De houder van de machtiging dient zelf in te staan voor de plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie aan de hand van het toegestuurde signalisatieplan, opgemaakt door de lokale politie. Het aanbrengen en wegnemen van de parkeerverbodsborden gebeurt echter door de technische diensten van de stad. Het bijgevoegde signalisatieplan dient stipt nageleefd. Alle toepasselijke wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen - zoals de algemene politieverordening (in het bijzonder de artikelen 50, 51 en 52) – dienen te worden nageleefd. Afsluiten verzekering brand en ontploffing en verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid (wet van 30 juli 1979) indien wettelijk vereist.(zie bijlage vergunning) De stad, haar aangestelden en haar organen kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor gebeurlijke schade en ongevallen. Voldoen aan de nieuwe Vlaamse geluidsnormen voor muziekactiviteiten die sedert 1 januari 2013 gelden. Contact opnemen met de MILIEUDIENST van de stad –
[email protected] – Groene lijn 0800/21202.
Artikel 3 Beveelt de betekening van deze beslissing aan de aanvrager.
Beveelt de kennisgeving ervan aan de lokale politie, zodat deze toezicht kan houden op de correcte plaatsing van de verkeers- en omleggingssignalisatie. Artikel 4 Wijst de aanvrager erop dat, in de mate de machtiging niet, slechts gedeeltelijk of tegen volgens de aanvrager niet wettige voorwaarden zou worden verleend, jurisdictioneel beroep kan worden ingesteld bij de Raad van State. Dit beroep, al dan niet vergezeld van een beroep tot schorsing, moet worden ingesteld bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Wetenschapsstraat 33 te 1040 Brussel, binnen een termijn van zestig dagen ingaande de dag waarop het besluit aan de verzoeker werd betekend. Het verzoekschrift moet voldoen aan de voorwaarden gesteld door de gecoördineerde wetten van 12.01.1973 op de Raad van State en het besluit van de Regent van 23.08.1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling administratie van de Raad van State. DEPARTEMENT VRIJE TIJD Jeugd
72
Aanstelling bijkomende begeleiders en lesgevers vakantie- en jeugdwerking 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: De jeugddienst doet zowel bij de organisatie van haar vakantiewerking (speelpleinwerking en grabbelpas) als voor de jeugdwerking of –programmatie beroep op vrijwilligers die hiervoor een forfaitaire onkostenvergoeding ontvangen. De basis van het systeem van de forfaitaire onkostenvergoeding is terug te vinden in de omzendbrief van het ministerie van Financiën van 5 maart 1999 betreffende de fiscale vrijstelling van onkostenvergoedingen voor vrijwilligerswerk (circulaire van 5 maart 1999 van het ministerie van Financiën – Ci.RH.241/509.803). De gemeenteraad legde op 19 maart 2012 de krijtlijnen vast m.b.t. uitbetaling van een forfaitaire kostenvergoeding aan vrijwilligers betrokken bij de jeugd- en vakantiewerking van de stedelijke jeugddienst. In de praktijk staat het college in voor het goedkeuren of aanpassen van de lijst met begeleiders en lesgevers waaruit de jeugddienst kan putten voor het begeleiden van de verschillende activiteiten. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - Omzendbrief van het ministerie van Financiën dd. 05.03.1999 betreffende de fiscale vrijstelling van onkostenvergoedingen voor vrijwilligerswerk; - Gemeenteraadsbesluit dd. 19.03.2012 Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit;
BESLUIT: Artikel 1: Voegt de navolgende personen met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2016 toe aan de lijst met begeleiders en lesgevers vakantie- en jeugdwerking 2016: Namenlijst begeleiders Eline
Vancraeynest
Ter Kerke 38
Bavikhove
8531
Hermine
Herman
Ruddershove 696
Harelbeke
8530
Ayoub
Chakroun
Wijdhagestraat 37
Harelbeke
8530
Emma
Nuyttens
Waterstraat 17
Bavikhove
8531
Laura
Buysse
Goudwinde 25
Harelbeke
8530
Jordy
Decock
Gentsesteenweg 62
Harelbeke
8530
Lucas
Guillemyn
Acacialaan 19
Harelbeke
8530
Richard
Deldaele
Stasegemdorp 113/102
Harelbeke
8530
Roland
Debusschere
Marktstraat 85/0101
Harelbeke
8530
Eugeen
Loosvelt
Molenwieklaan 18
Kuurne
8520
Gilberte
Devooght
Molenwieklaan 18
Kuurne
8520
Sport
73
Energietoelage Sint-Pietersbosseniers 3de en laatste periode 2015.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: In de gemeenteraad van 21.03.2015 werd het reglement vastgesteld i.v.m. de energietoelage voor de voetbalclubs aangesloten bij de voetbalbond. Overeenkomstig hoger genoemd energiereglement kunnen de voetbalclubs aangesloten bij de KBVB een tussenkomst krijgen van de door hen betaalde energiekosten, weliswaar beperkt tot een in hetzelfde reglement vastgesteld maximum. Voor Sint-Pietersbosseniers kan er voor de derde en laatste periode van 2015, op basis van de door hen verstrekte gegevens, een eerste tussenkomst geschieden. De sportdienst heeft de berekening gemaakt. Verwijzend naar volgende wettelijke en reglementaire bepalingen: -
Het gemeentedecreet, art. 57 § 1
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1:
Het college gaat akkoord met de door de sportdienst opgestelde berekening van de energietoelage voor het verbruik van de derde en laatste periode van 2015 aan SintPietersbosseniers voor het bedrag van 150,71 euro. De club heeft 1.052,78 euro voor 2015 ingediend. Het plafond bedrag bedraagt 1 000 euro. Daardoor moet de club 52,78 euro zelf betalen. Artikel 2: Aan de financieel beheerder wordt gevraagd het bedrag van 150,71 euro te betalen aan Sint-Pietersbosseniers. DEPARTEMENT WERKEN, ONDERNEMEN EN LEREN Werken en ondernemen
74
Stedelijk basisonderwijs. Dossier groene speelplaats stedelijke basisschool Centrum. Kennisname stand van zaken.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Tijdens de paasvakantie zijn de werken gestart op de speelplaats van de stedelijke basisschool Centrum. De directie en het schoolteam is dankbaar voor de logistieke en financiële steun van stad Harelbeke. De werken zijn reeds goed gevorderd, de grondwerken zijn achter de rug en de teelaarde werd aangebracht. Het gras wordt ingezaaid en in oktober wordt er verder aangeplant en worden de speelelementen ingewerkt. Het dossier werd tevens ingediend bij ‘Pimp je speelplaats’ en MOS bij de provincie. Het schoolteam hoopt op bijkomende subsidies van de provincie om het project verder uit te bouwen. Ouders, kinderen en leerkrachten zijn erg positief. BESLUIT: Artikel 1: Het college neemt kennis van de stand van zaken in het dossier groene speelplaats stedelijk basisschool Centrum. 75
Stedelijk basisonderwijs. Aanvraag terbeschikkingstelling (verlof zonder wedde).
GESCHRAPT 76
Adreswijziging Taxibedrijf Sergei. Kennisname.
GESCHRAPT DEPARTEMENT BURGER EN WELZIJN Welzijn
77
Ophangen vlaggen ter gelegenheid van 'De week van de opvoeding" van 14 mei tot en met 21 mei 2016.
Het college, Het Huis van het Kind Harelbeke is een samenwerkingsverband van lokale actoren met elk een werking naar kinderen en/of gezinnen. Door het netwerk is er een beter overzicht van het bestaand aanbod aanwezig op grondgebied Harelbeke en leren diverse voorzieningen/instanties/organisaties elkaar beter kennen. Daarnaast fungeert het netwerk als signaalfunctie. Het Huis van het Kind Harelbeke zet in op de week van de opvoeding. Het thema van de Week van de Opvoeding ligt dit jaar op ‘opvoeden, af en toe eens diep ademhalen’. Tegenwoordig krijgen ouders en kinderen de kans om met veel verschillende zaken bezig te zijn. Vaak gaat dat goed en is het een verrijking. Maar soms begint de combinatie te wegen en slaat de balans door. Het risico bestaat dat men zichzelf voorbij loopt en niet meer kan genieten. Het thema van de Week van de Opvoeding 2016 wil gezinnen aanmoedigen om af en toe eens stil te staan. Eens heel diep adem te halen. En te beseffen wat er nu, op dit moment, gebeurt. Om af en toe te ‘zijn’ in plaats van te ‘doen’. Dit jaar loopt de Week van de Opvoeding in Harelbeke van 14 tot en met 21.05.2016. Het Huis van het Kind Harelbeke wil haar werking in de kijker plaatsen en doet dit graag tijdens de campagne van de Week van de Opvoeding 2016. Daarom wordt aan het college toestemming gevraagd om de vlaggen van het Huis van het Kind Harelbeke op te hangen in het straatbeeld gedurende de maand mei. Volgende locaties worden voorgesteld voor de bevlagging:
Vlaggenmasten aan het marktplein Rotonde De Mol Rotonde Stasegem Socio-Hulste Socio-Bavikhove Marktstraat 74 Harelbeke Vlaggenmasten verschillende kerkpleinen in Harelbeke
Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college stemt in om het Huis van het Kind Harelbeke zichtbaar te maken in de stad via bevlagging van 02.05 tot 27.05.2016. De vlaggen worden opgehangen op volgende locaties: vlaggenmasten aan het Marktplein, rotonde de Mol, rotonde Stasegem, Socio-Hulste, Socio Bavikhove, Marktstraat 74, vlaggenmasten aan verschillende kerkpleinen in Harelbeke.
DEPARTEMENT MANAGEMENT EN PERSONEEL Verzekeringen
78
Vaststellen van een tijdelijk politiereglement op het verkeer ter gelegenheid van het evenement "AVONDMARKT" in de Marktstraat/Gentsestraat op zaterdag 7 mei 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch: Op zaterdag 7 mei 2016 gaat er een nieuw evenement – genaamd “AVONDMARKT” door in de Gentsestraat te Harelbeke. Naar aanleiding van bedoelde manifestatie zijn bijzondere verkeersmaatregelen vereist met het oog op de veiligheid van de weggebruikers en met het oog op een vlot verloop van het normale verkeer. Er is ter plaatse een grote toeloop van klanten en bezoekers allerhande te verwachten, zodat bijzondere verkeersmaatregelen vereist zijn met het oog op de veiligheid van de weggebruikers en met het oog op een vlot verloop van het normale verkeer. Het College is ingevolge art. 130bis bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : de nieuwe gemeentewet, inzonderheid op artikel 130bis, artikel 135§2 en artikel 119; de wet betreffende de politie over het wegverkeer gecoördineerd bij het Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, met latere wijzigingen en aanvullingen; het Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, met latere wijzigingen en aanvullingen; het ministerieel besluit van 07.05.1999 betreffende de aanvullende reglementen en de te plaatsen verkeersborden; Om deze redenen; Na beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1 : Op zaterdag 7 mei 2016 tussen 15u30 en 22u00 wordt het verkeer in beide richtingen voor iedere bestuurder verboden in de Marktstraat (tussen Leiestraat en Gentsestraat) als in de Gentsestraat (tussen Marktstraat en Toekomststraat) alsook op het Paretteplein.
Artikel 2 : In de Gentsestraat (tussen Gentsesteenweg en Toekomststraat) als in de Marktstraat (tussen Kortrijksestraat en Leiestraat) wordt ENKEL plaatselijk verkeer toegelaten. Artikel 3 : Op zaterdag 7 mei 2016 tussen 14u30 en 22u00 is het verboden stil te staan en te parkeren in de artikel 1 vermelde straten en straatgedeelten (met inbegrip van de parkeerstroken). Artikel 4 : Het verkeer in het centrum van Harelbeke zal worden omgeleid. Artikel 5 : De nodige signalisatie wordt overeenkomstig de wettelijke voorschriften aangebracht. Artikel 6 : Overtredingen van dit reglement worden bestraft met politiestraffen, voor zover geen wet of hogere verordening andere straffen voorziet. Artikel 7 : Een afschrift wordt gestuurd aan de griffie van de Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk en aan de griffie van de Politierechtbank West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk. DEPARTEMENT FINANCIËN Financien
79
Kerkfabriek Sint-Rita. Kennisname notulen kerkraad van 12 april 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch : Op 18.04.2016 heeft de stad het verslag van de vergadering van de kerkraad van 12.04.2016 van de kerkfabriek Sint-Rita ontvangen. Het gemeentelijk belang en in het bijzonder de financiële belangen van de gemeente worden hier niet geschonden. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : -
Het decreet van 07.05.2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, houdende regeling van het administratief toezicht inzonderheid artikel 58.
Om deze redenen;
Nà beraadslaging; Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college neemt kennis van het verslag van de vergadering van de kerkraad van 12 april 2016 van de kerkfabriek Sint-Rita met volgende dagordepunten : 1. Verslag vorige vergadering; 2. Agenda; 3. CKB; 4. Brief bisdom Brugge; 5. Bescherming Sint-Ritakerk als monument; 6. Bezoeken Sint-Ritakerk; 7. Zandberg kermis; 8. Beheersplan; 9. Dakherstel pastorie Zandberg; 10. Opvolging en herstelwerken glazen dak Sint-Ritakerk; 11. Verlichtingsproject; 12. Breuk centrale verwarming; 13. Stookinstallatie; 14. Ontwerp budget 2017; 15. Telefonie; 16. Mail bisdom Brugge; 17. Mail groendienst; 18. Monumentendag 2016; 19. Volgende vergadering. Artikel 2: Er moet geen toezichtsmaatregel worden genomen. 80
Kerkfabriek Sint-Augustinus. Kennisname notulen kerkraad van 30 maart 2016.
Het college, Op grond van volgende overwegingen, zowel feitelijk als juridisch : Op 14.04.2016 heeft de stad het verslag van de vergadering van de kerkraad van 30.03.2016 van de kerkfabriek Sint-Augustinus ontvangen. Het gemeentelijk belang en in het bijzonder de financiële belangen van de gemeente worden hier niet geschonden. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : -
Het decreet van 07.05.2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, houdende regeling van het administratief toezicht inzonderheid artikel 58.
Om deze redenen; Nà beraadslaging;
Met unanimiteit; BESLUIT: Artikel 1: Het college neemt kennis van het verslag van de vergadering van de kerkraad van 30.03.2016 van de kerkfabriek Sint-Augustinus met volgende dagordepunten : 1. 2. 3. 4. 5.
Verslag vorige vergadering; Voorbereiding begroting 2017; Onderhoud kerk; Bestemming pastorie; Varia.
Artikel 2: Er moet geen toezichtsmaatregel worden genomen.
81
Goedkeuring bestelbons.
Het college, Op grond van volgende overwegingen zowel feitelijke als juridisch : Het college is - als budgethouder - bevoegd tot het goedkeuren van de gunningen in het kader van de wet overheidsopdrachten. Ook de bestelbons betreffen gunningen binnen het exploitatiebudget beneden de 8.500 euro excl. btw. Bijgevolg dient het college de bestelbons officieel goed te keuren. Aan het college wordt wekelijks – vóór het college - digitaal de excellijst van de bestelbons overgemaakt. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen: - de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 8.500,00 excl. btw niet overschreden); - het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 57, § 3, 5°, waarbij wordt bepaald dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur; Om deze redenen ; Na beraadslaging ; Met unanimiteit; BESLUIT : Keurt de bestelbons, vermeld op de excellijst die op 25 april 2016 digitaal werd overgemaakt, goed. 82
Goedkeuren van de te betalen bedragen ikv budgthouderschap vh college.
Het college, Op grond van volgende overwegingen zowel feitelijke als juridisch : Overeenkomstig art. 160 par. 1 keurt de budgethouder de te betalen bedragen goed. Deze bevoegdheid komt in de plaats van het goedkeuren van de betaalbaarstelling bedoeld in het deels opgeheven artikel 56 van het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit (ARGC). Dergelijke goedkeuringsbeslissing vervangt sedert 01.01.2007 het vroegere betalingsbevel. Aan het college worden de lijsten van de te betalen bedragen ter goedkeuring voorgelegd. Het college stelt vast dat de betaalverbintenissen die oorzaak zijn van de op de voorliggende lijsten voorkomende betalingen, behoren tot het budgethouderschap van het college. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : Het gemeentedecreet, inzonderheid art. 160 par. 1. Om deze redenen ; Na beraadslaging ; Met unanimiteit; BESLUIT : Keurt de te betalen bedragen voorkomend op de lijsten goed. 83
Goedkeuren van de te betalen loonboekingen ikv budgethouderschap vh college.
Het college, Op grond van volgende overwegingen zowel feitelijke als juridisch : Overeenkomstig art. 160 par. 1 keurt de budgethouder de te betalen bedragen goed. Deze bevoegdheid komt in de plaats van het goedkeuren van de betaalbaarstelling bedoeld in het deels opgeheven artikel 56 van het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit (ARGC). Dergelijke goedkeuringsbeslissing vervangt sedert 01.01.2007 het vroegere betalingsbevel. Aan het college worden de loonboekingsprojecten van te betalen lonen, pensioenen en andere vergoedingen van de maanden april-mei ter goedkeuring voorgelegd. Het college stelt vast dat de betaalverbintenissen die oorzaak zijn van de op de voorliggende lijst voorkomende betalingen behoren tot het budgethouderschap van het college of behoren tot het budgethouderschap van de gemeenteraad.
Het college stelt vast dat de gemeenteraad op 02.01.2007 aan de secretaris de goedkeuring van de te betalen bedragen binnen het kader van het budgethouderschap van de gemeenteraad heeft toevertrouwd. Verwijzend naar volgende wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen : Het gemeentedecreet, inzonderheid art. 160 par. 1 en 4. Om deze redenen ; Na beraadslaging ; Met unanimiteit; BESLUIT : Keurt de te betalen bedragen voorkomend op de loonboekingsprojecten van de maanden april-mei goed, met uitzondering van de uitbetaling van de lonen, pensioenen en andere vergoedingen kaderend in het budgethouderschap van de gemeenteraad. DEPARTEMENT MANAGEMENT EN PERSONEEL Secretarie
84
Goedkeuren verslag vorige zitting.
Het college, Er worden geen opmerkingen gemaakt op het verslag van 19 april 2016 dat als goedgekeurd mag worden beschouwd.
De zitting eindigt om 11.40 uur.
De secretaris Carlo Daelman
De burgemeester Alain Top