VVE Park Eysingastate II T.a.v. de heer F.A. de Vos Langwarderdyk 4 8521 NE SINT NICOLAASGA
Leeuwarden, 15 maart 2013 Verzonden, Ons kenmerk Afdeling Behandeld door Uw kenmerk Bijlage(n)
: : : : :
01045297 Omgevingsvergunningen en Toezicht G.A. van der Kooi / (058) 292 55 40 of
[email protected] -1
Onderwerp
: Ontgrondingsvergunning gedeelte zijtak Houtvaart tussen Houtvaartweg en Park Eysingastate II.
Beschikking Op 29 juni 2012 hebben wij van de Vereniging van Eigenaren (VVE) Park Eysingstate II een aanvraag ontvangen om een vergunning tot het gedeeltelijk ontgronden van het perceel kadastraal bekend gemeente Langweer, sectie O, nummer 320. Het betreft het legaliseren van een al uitgevoerde ontgronding van een zijtak van de Houtvaart. Deze watergang is ten behoeve van de recreatievaart verdiept, zodat boten naar en van het park Eysingastate II kunnen blijven varen. Wij hebben - burgemeester en wethouders van Skarsterlân, - het dagelijks bestuur van Wetterskip Fryslân, - L.T.O.-Noord, Grondgebruik en Milieu en - de Stichting Friese Milieufederatie op de hoogte gebracht van de aanvraag en in de gelegenheid gesteld hun mening over de aanvraag kenbaar te maken. Het Wetterskip Fryslan heeft per email van 30 juli 2012 een reactie gestuurd. Tevens is per email van 29 augustus 2012 en reactie binnengekomen van de gemeente Skarsterlân. Van de overige aangeschreven instanties ontvingen wij geen bericht.
-1/6-
Ons kenmerk: 01045297
Wij hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid aanvullende gegevens op te vragen. Deze aanvullende gegevens zijn bij ons binnengekomen op 7, 12 en 18 december 2012. Op 7 december ontvingen wij een uittreksel van de Kamer van Koophandel waaruit blijkt dat de heer De Vos voorzitter is van de VVE Park Eysingastate II. Hieruit leiden wij af dat hij gemachtigd is om de aanvraag namens de VVE in te dienen. Op 12 en 18 december 2012 hebben wij van Grontmij aanvullende informatie ontvangen over de locatie en omvang van de uitgevoerde ontgronding. Bij brieven van 8 januari 2013 hebben wij de vergunningaanvrager, zijn adviseur Grontmij, de betrokken bestuursorganen, onze adviesinstanties en de landeigenaren van aangrenzende percelen onze ontwerpbeschikking toegestuurd. Deze ontwerpbeschikking heeft met ingang van 14 januari 2013 gedurende zes weken ter inzage gelegen. Tegen het ontwerpbesluit heeft de heer W. Landman een zienswijze naar voren gebracht. De zienswijze is ingediend door zijn advocaat. Het Wetterskip Fryslan heeft per e-mail een reactie gegeven op deze zienswijze. Wij hebben deze zienswijze en de reactie van het Wetterskip toegezonden aan de vergunningaanvrager en de gemeente Skarsterlân. Inhoudelijke beoordeling. De aanvraag betreft de legalisatie van de ontgronding van de zijtak van de Houtvaart, gelegen tussen de Houtvaartweg en Park Eysingastate II. Deze vaart is in maart 2012 over een lengte van circa 500 m ten behoeve van de recreatievaart plaatselijk verdiept tot maximaal 2,01 m - N.A.P. Deze plaatselijke verdieping van circa 1,4 à 1,5 m is in het kader van onderhoud gerealiseerd door baggerwerkzaamheden en een ontgronding. De verdieping tot circa 0,8 à 0,9 m beneden waterpeil komt door de baggerwerkzaamheden, de resterende verdieping betreft een ontgronding. Dit is weergegeven op de bij de aanvraag behorende tekening van Grontmij d.d. 18 december 2012, met documentnummer 03120931-Dwp. Bij de ontgronding is circa 400 m3 zand vrijgekomen. Het zand is op de kant gezet en zal worden verwerkt op het park. Bij de beoordeling van de aanvraag hebben de volgende aspecten een rol gespeeld: Het Wetterskip Fryslan heeft per email van 30 juli 2012 laten weten dat er waterhuishoudkundig gezien geen opmerkingen zijn. De werkzaamheden zijn uitgevoerd in gronden die eigendom zijn van het Wetterskip. Daar heeft het Wetterskip echter al een verklaring van geen bezwaar voor afgegeven. Het ontgronde perceelsgedeelte ligt in het bestemmingsplan “Buitengebied, gemeente Skarsterlân”. In bovengenoemde email van 29 augustus delen Burgemeester en Wethouders mee dat de ontgronding voldoet aan het vigerende bestemmingsplan “Buitengebied, gemeente Skarsterlân”. Wij concluderen dat er geen planologische belemmeringen zijn voor het verlenen van de gevraagde Ontgrondingsvergunning.
-2/6-
Ons kenmerk: 01045297
De zienswijze De heer W. Landman heeft in zijn zienswijze het volgende naar voren gebracht: 1. De betreffende watergang grenst aan (onder meer) zijn land. Zijn eigendom ondervindt ernstige schade door afkalving/wegspoeling als gevolg van de uitgevoerde ontgronding. Ter plaatse wordt nu met grote(re) schepen en grotere snelheden gevaren. 2. De provincie heeft ten onrechte geen onderzoek gedaan naar de (zich inmiddels manifesterende) gevolgen van de ontgronding. 3. Ten onrechte worden er geen voorschriften aan de vergunning verbonden ter bescherming van zijn eigendom. 4. De ontwerpbeschikking is aldus in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel ex art. 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht en is niet ex art 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht naar behoren gemotiveerd. Van Wetterskip Fryslân hebben wij een reactie ontvangen op de brief van de heer Landman. Het Wetterskip heeft geen bezwaar tegen de ontgrondingsvergunning, mits voldoende rekening wordt gehouden met belangen van aanliggende eigenaren en de waterhuishoudkundige situatie niet mag verslechteren. Reactie op de zienswijze De heer Landman stelt schade te lijden door de uitgevoerde ontgronding. Als gevolg van de ontgronding kan met grotere schepen en grotere snelheid gevaren worden, waardoor de oever van zijn land afkalft. Wij merken hierover het volgende op. De betreffende watergang is al eerder uitgebaggerd c.q. verdiept. Het afkalven van de oever is een proces dat ook al jaren plaatsvindt. De heer Landman heeft zelf aangegeven dat het afkalven van zijn oever al plaatsvindt sinds ongeveer 1999, dus ruim vóór de ontgronding waar deze vergunning op toeziet. Uit onderzoeken die zijn uitgevoerd in opdracht van de heer Landman zelf en het Wetterskip Fryslân, is gebleken dat de oever afkalft als gevolg van de bodemsamenstelling. Dit afkalvingsproces wordt versterkt door de scheepvaart. Het bodemprofiel van het perceel van de heer Landman is een podzolgrond. Onder de bovenste laag teelaarde bevindt zich leemarm zand. Dit zand bevindt zich op en onder het niveau van de waterlijn. Wanneer deze zandlaag onbeschermd aan de waterlijn wordt blootgesteld, zal dit zand uitspoelen. Hierdoor wordt de oever instabiel en kalft af. Het uitspoelen vindt dus plaats ter hoogte van en net onder de waterlijn. De ontgronding waar deze vergunning op ziet, heeft hierop geen invloed. Daar komt bij dat de ontgronding met name plaats heeft gehad aan de overzijde van de watergang. De waterbodem direct grenzend aan het land van de heer Landman is door de ontgronding niet of nauwelijks verdiept. Van schade aan het grondgebied van de heer Landman als gevolg van de uitgevoerde ontgronding is dus geen sprake. In die zin hebben wij de belangen van de heer Landman meegewogen bij de beoordeling van de aanvraag om een ontgrondingsvergunning. Voor zover de zienswijze van de heer Landman betrekking heeft op het gebruik van de watergang door de scheepvaart, kunnen wij deze zienswijze niet betrekken bij de beoordeling van de vergunningsaanvraag. Dit onderdeel van de zienswijze heeft geen betrekking op de ontgronding zelf, maar op het gebruik dat voorafgaand en na ontgronding van de watergang
-3/6-
Ons kenmerk: 01045297
gemaakt wordt. Het gebruik van de watergang wordt niet geregeld via de ontgrondingsvergunning, maar gebeurt in andere kaders. Volgens vaste jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State kunnen bezwaren omtrent het gebruik van een perceel na ontgronding niet meegewogen worden bij de beoordeling van een ontgrondingsvergunning. Samengevat zijn wij van oordeel dat wij de belangen van de eigendommen van derden in of naast de betreffende watergang in voldoende mate hebben betrokken bij de beoordeling van de vergunningsaanvraag. Van schade aan deze eigendommen als gevolg van de uitgevoerd ontgronding is ons niet gebleken. Er is dus geen aanleiding voor het stellen van voorschriften ter bescherming van deze eigendommen. Wij menen dat wij alle bij de ontgronding betrokken belangen in voldoende mate hebben betrokken bij de beoordeling van de vergunningsaanvraag en de voorbereiding van ons besluit. Van strijd met het beginsel van een zorgvuldige voorbereiding is dan ook geen sprake. Gelet op het voorgaande komen wij tot de conclusie dat de zienswijze van de heer Landman ongegrond is. Wij zien daarom geen reden om de ontgrondingsvergunning te weigeren. Er is ons ook niet van andere bezwaren gebleken die zouden moeten leiden tot het weigeren van de gevraagde ontgrondingsvergunning. Gelet op de bepalingen in de Ontgrondingenwet, de Ontgrondingenverordening Friesland en het Mandaatstatuut provincie Fryslân Besluiten wij: op grond van artikel 3, eerste lid van de Ontgrondingenwet, u vergunning te verlenen voor de al uitgevoerde ontgronding van een gedeelte van het perceel kadastraal bekend gemeente Langweer, sectie O, nummer 320, overeenkomstig de gegevens vervat in de bijgevoegde tekening van Grontmij d.d. 18 december 2012 met documentnummer 03120931-Dwp.
Namens het college van Gedeputeerde Staten,
Ing. N.G. Kistemaker Clusterleider Vergunningverlening Afdeling Omgevingsvergunningen en Toezicht
-4/6-
Ons kenmerk: 01045297
Rechtsmiddel Belanghebbenden kunnen gedurende zes weken, ingaande op de dag waarop een exemplaar van het besluit ter inzage is gelegd, een beroepschrift indienen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Potsbus 20019, 2500 EA Den Haag (telefoon 070 426 44 26). Het beroepschrift dient te worden ondertekend en bevat tenminste: a. De naam en het adres van de indiener; b. De dagtekening; c. Een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht; d. De gronden van het beroep. Verder dient zo mogelijk een afschrift van het besluit waarop het geschil betrekking heeft te worden overgelegd. Voor de behandeling van een beroepschrift is griffierecht verschuldigd. Voor inlichtingen over de beroepsprocedure kunt u zich wenden tot de provinciaal medewerker die bij het besluit is vermeld of tot de Afdeling Bestuursrechtspraak. Indien onverwijlde spoed dat vereist is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de Voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak. In dat geval is extra griffierecht verschuldigd. Voorwaarde is dat u een beroepschrift heeft ingediend.
-5/6-
Ons kenmerk: 01045297
i.a.a. Burgemeester en wethouders van Skarsterlân Postbus 101 8500 AC JOURE L.T.O-Noord, Grondgebruik en Milieu t.a.v. de heer Galema Postbus 186 9200 AD DRACHTEN Stichting Friese Milieufederatie Postbus 713 8901 BM LEEUWARDEN Het dagelijks bestuur van het Wetterskip Fryslân t.a.v. Cluster Plannen Postbus 36 8900 AA LEEUWARDEN It Fryske Gea Postbus 3 9244 ZN BEETSTERZWAAG De heer W. Landman De Rijlst 79 8521 NK SINT NICOLAASGA De Haan Advocaten t.a.v. de heer W. Sleijfer Postbus 851 8901 BR LEEUWARDEN Grontmij Nederland BV t.a.v. de heer P. Sjoerdsma Postbus 125 9750 AC HAREN
-6/6-
Ons kenmerk: 01045297
M i n u t e Registratienummer
:
01045297
Primair nummer
:
01012466
Soort stuk
:
M
Opgesteld door
:
Dhr. A.W.J.M. Nass
Afdeling
:
Omgevingsvergunningen en Toezicht
Telefoon
:
(058) 292 80 17
Korte samenvatting van het besluit: Ontgrondingsvergunning gedeelte zijtak Houtvaart tussen Houtvaartweg en Park Eysingastate II. Aantekeningen: Instructie cluster Omgevingsvergunningen en FO - Ontgrondingenwet: Uitgebreide procedure (ontwerp)beschikking. FO: Begeleidende brieven en publicatie maken. Publicatie gelijktijdig met de beschikking 01045296, Ontgrondingsvergunning gedeelte zijtak Houtvaart nabij park Eysingastate. Instructie Verzendkamer: Wie (zie i.a.a. hoofdbrief): Brief Bijlagen 1. Geadresseerde hoofdbrief hoofdbrief …………. tekening Grontmij 0310931-Dwp + publicatie 2. Kruis de overige geadresseerde(n) indien van toepassing aan: O B&W van gemeente Skarsterlân voorbrief …………… kopie hoofdbrief+ tekening Grontmij 0310931-Dwp +kopie publicatie O Wetterskip Fryslân voorbrief …………… kopie hoofdbrief+ tekening Grontmij 0310931-Dwp +kopie publicatie O L.T.O. voorbrief …………… kopie hoofdbrief+ tekening Grontmij 0310931-Dwp +kopie publicatie O Friese Milieu Federatie voorbrief …………… kopie hoofdbrief+ tekening Grontmij 0310931-Dwp +kopie publicatie O It Fryske Gea voorbrief …………… kopie hoofdbrief+ tekening Grontmij 0310931-Dwp +kopie publicatie O De Haan Advocaten voorbrief …………… kopie hoofdbrief+ tekening Grontmij 0310931-Dwp +kopie publicatie O Grontmij B.V. voorbrief …………… kopie hoofdbrief+ tekening Grontmij 0310931-Dwp +kopie publicatie Afschrift aan (kruis de geadresseerde(n) indien van toepassing aan): O Arjan Nass, OVT, 6.00 O Anton Teune, OVT, 6.00 O Renata Mud, OVT, 6.00
- Paraaf medewerk(st)er
:
- Paraaf jurist
:
- Paraaf toezichthouder
:
- Paraaf afdelingshoofd
:
Persbericht
:
Nee
Aantal pagina's
:
6
Aantal bijlagen
:
Meesturen
:
Afschrift aan
:
- Paraaf medewerk(st)er
:
- Paraaf jurist
:
- Paraaf toezichthouder
:
- Paraaf afdelingshoofd
:
Zie Aantekeningen 'Instructie Verzendkamer'