Ontsluitingsstructuur Haren - effecten uitbreiding transferium Gemeente Haren
projectnummer: 933
Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1. Algemeen 1.2. Leeswijzer
1 1 2
2. Verkeersafwikkeling 2.1. Algemeen 2.2. Uitgangspunten 2.2.1. Algemeen 2.2.2. Varianten 2.2.3. Productie/attractie en oriëntatie 2.2.4. Het model 2.3. Resultaten Vondellaan 2.3.1. Variant 1 2.3.2. Variant 2 2.3.3. Variant 3 2.3.4. Conclusies 2.4. Resultaten Meerweg - Emmalaan
3 3 3 3 3 5 6 7 7 9 10 11 11
3.
13
Conclusies
1. Inleiding 1.1. Algemeen Aan de westzijde van Haren is een aantal jaren geleden, net ten zuiden van de Vondellaan, een transferium aangelegd. Het transferium herbergt circa 380 parkeerplaatsen voor personenauto’s. Om de transferiumgebruikers verder te vervoeren is aan de westzijde van het transferium een halteplaats gerealiseerd voor de pendelbus naar Groningen. Om het transferium goed bereikbaar te maken is de Vondellaan verlengd en door middel van een rotonde aangesloten op de oorspronkelijke oprit naar de A28 (richting Groningen) en is het gedeelte van de oorspronkelijke oprit tussen de Vondellaan en de Emmalaan is in twee richtingen berijdbaar gemaakt. Tegelijkertijd is de Nesciolaan tussen de Meerweg en de Vondellaan afgesloten voor gemotoriseerd verkeer. Evenals aan de oostzijde van de A28 is de wegenstructuur aan de westzijde van de A28 gewijzigd. De afrit uit de richting Groningen is verlengd en door middel van een rotonde aangesloten op de Meerweg (N861), tegenover de oprit van de A28 richting Assen. Het transferium is zo’n succes dat uitbreiding hiervan gewenst is. Er bestaan plannen om het transferium te vergroten en het aantal parkeerplaatsen uit te breiden met 500. Deze uitbreiding kan niet worden gerealiseerd op de locatie van het bestaande transferium, maar zal aan de noordzijde van de Vondellaan tussen de bestaande woonwijk en de A28 worden gerealiseerd. Ten noorden van het nieuwe transferium zal het (hoogwaardig) bedrijvenpark (Nesciopark) worden ontwikkeld. De omvang van dit bedrijvenpark is momenteel voorzien op circa 2,25 ha en zal bestaan uit kantoren en woon-werk kavels. In het verleden zijn al diverse varianten beschouwd met betrekking tot de situering van het nieuwe transferium/bedrijvenpark en de ontsluiting hiervan. De bevindingen uit deze studies hebben er toe geleid dat de rotondes die de zuidelijke op- en afrit van de A28 verbinden met het lokale wegennet (Emmalaan-Meerweg) worden aangepast. De ontsluiting van het nieuwe parkeerterrein aan de noordzijde van de Vondellaan was in oorsprong voorzien door een ingang te realiseren aan de westzijde van het plangebied vanaf de oprit naar de A28 richting Groningen en vanaf de Vondellaan aan de oostzijde van het plangebied. Laatstgenoemde aansluiting betreft een in/uitgang die ook dienst doet voor de ontsluiting van het Nesciopark, terwijl de westelijk gelegen aansluiting alleen een ingang (en dus geen uitgang) naar het parkeerterrein is. Naar nu blijkt is de westelijke toegang waarschijnlijk niet te realiseren. Reden waarom gezocht is naar een alternatieve ontsluitingsmogelijkheid voor het nieuwe transferium en het Nesciopark. Deze lijkt te zijn gevonden door het realiseren van
1
een rotonde in de Vondellaan iets ten westen van de oorspronkelijke aansluiting van de Nesciolaan op de Vondellaan. De gedachte hierbij is om zowel het bestaande transferium als het nieuwe transferium en het Nesciopark op deze rotonde aan te sluiten. Het bestaande transferium wordt hierbij aan de zuidzijde aangesloten en het nieuwe transferium en het bedrijvenpark aan de noordzijde. Deze aansluiting gaat ten kosten van parkeercapaciteit op het bestaande transferium. reden waarom de huidige toegang van het transferium zal worden opgeheven. Hierdoor kan het verlies aan parkeerplaatsen (enigszins) worden gecompenseerd. U heeft aangegeven behoefte te hebben aan inzicht in de effecten die de gewijzigde ontsluitingsstructuur heeft op de verkeersdruk en verkeersafwikkeling op het bestaande wegennet. Dit om afwikkelingsproblemen in de toekomst te voorkomen. Voorliggende rapportage is een weergave van het gevolgde planproces om te komen tot de effectbepaling en bevat uiteraard de resultaten hiervan. Hierbij worden voor de geconstateerde knelpunten ook oplossingen aangedragen.
1.2. Leeswijzer In voorliggende rapportage presenteren wij in hoofdstuk 2 de uitgangspunten en resultaten van de dynamische modelberekeningen. In hoofdstuk 3 gaan wij in op mogelijke oplossingen voor de geconstateerde knelpunten. In hoofdstuk 4 ten slotte zijn de conclusies opgenomen en worden aanbevelingen gedaan.
2
Vondellaan
Oprit A28 Groningen
44 36 0 46 94 220
transferium
Meerweg Afrit A28 Assen Emmallaan Transferium Vondellaan Afrit A28 Groningen totaal
Emmallaan
Van
Meerweg
Naar
Oprit A28 Assen
Tabel 1: Herkomst/bestemmingsmatrix huidige situatie (ochtendspitsuur)
101
110 150
10 90 17
81 176 0 1
114 0 270 1 130
150 3 91 3 348
0 8 180 448
1 0 118
45 303
515
totaal
416 460 473 5 276 322 1952
Vondellaan
Oprit A28 Groningen
57 70 15 96 196 434
transferium
Meerweg Afrit A28 Assen Emmallaan Transferium Vondellaan Afrit A28 Groningen totaal
Emmallaan
Van
Meerweg
Naar
Oprit A28 Assen
Tabel 2: Herkomst/bestemmingsmatrix huidige situatie (avondspitsuur)
113
94 184
2 2 0
10 88 0 25
146 0 147 13 150
110 95 128 1 447
11 0 308 597
2 2 8
57 180
456
totaal
365 331 327 159 376 564 2122
2. Verkeersafwikkeling 2.1. Algemeen In dit hoofdstuk gaan wij in op de verkeersafwikkeling aan de westzijde van Haren. Deze afwikkeling is inzichtelijk gemaakt aan de hand van een dynamische modelberekening. Hiervoor is gebruik gemaakt van het programma TransModeller. Voor zowel het ochtendspitsuur als het avondspitsuur zijn dynamische toedelingen gemaakt van de omgeving van het Nesciopark/transferium. In dit hoofdstuk presenteren wij de wijze waarop dit is gedaan en op de resultaten hiervan. Eerst gaan wij in paragraaf 2.2 in op de gehanteerde uitgangspunten die de basis vormen voor de berekeningen. Vervolgens komen is paragraaf 2.3 de resultaten aan de orde. In paragraaf 2.4 gaan wij vervolgens in op mogelijke oplossingen van geconstateerde knelpunten.
2.2. Uitgangspunten 2.2.1.
Algemeen
De basis voor de toedelingen wordt gevormd door de uitkomsten van eerder uitgevoerde visuele en mechanische tellingen. Hierbij is ook nog gebruik gemaakt van door de gemeente Haren en de provincie Groningen uitgevoerde mechanische tellingen op respectievelijk de Emmalaan en de Meerweg. Voor de resultaten van deze tellingen verwijzen wij naar de rapportage ’Uitbreiding Transferium Haren – effecten op de verkeersafwikkeling –‘ met kenmerk hrn-014, d.d. 9 augustus 2011. De resultaten van de tellingen zijn vertaald naar een herkomst en bestemmingsmatrix voor het ochtend- en avondspitsuur voor de huidige situatie. De matrices van de huidige situatie zijn respectievelijk voor het ochtendspitsuur en het avondspitsuur weergegeven in tabel 1 en 2. 2.2.2.
Varianten
In alle varianten bestaat de uitbreiding van het transferium uit 500 parkeerplaatsen en wordt het Nesciopark toegevoegd met een omvang van 2,25 ha. Beide ontwikkelingen bevinden zich ten noorden van de Vondellaan tussen de bestaande woonwijk en de A28. 12.500 m2 hiervan wordt ingevuld als hoogwaardig bedrijvenpark en 10.000 m2 als woon-werkkavels. Daarnaast houden wij in alle varianten rekening met het gegeven dat de aansluitingen (rotondes) van de A28 op de Emmalaan/Meerweg zullen worden aangepast om meer capaciteit te bieden. De oostelijke rotonde (Emmalaan -
3
oostelijke afrit A28 - Vondellaan) wordt omgevormd tot een turborotonde. Hierbij worden de toeleidende wegen vanaf de A28 (afrit Assen) en de Emmalaan-oost en -west voorzien van twee aanrijstroken. De Vondellaan wordt voorzien van twee afrijstroken. De rotonde wordt vervolgens vormgegeven als een turborotonde met in de meeste kwadranten twee rijstroken op de rotonde. De vormgeving van deze turborotonde is schetsmatig weergegeven in figuur 1. De westelijke rotonde wordt eveneens aangepast. Deze rotonde wordt niet omgevormd tot een turborotonde, maar Figuur 1: Vormgeving rotondes Meerweg-Emmalaan wordt voorzien van een tweetal bypasses. Hierbij wordt een kortsluiting gerealiseerd tussen de afrit van de A28 vanuit Groningen en de Meerweg-west. Tevens wordt een bypass aangelegd aan de westzijde van de rotonde om een extra verbinding te realiseren tussen de Meerweg-west en de oprit A28 in de richting van Assen. Ook de vormgeving van deze rotonde is weergegeven in figuur 1. De effecten op de verkeersafwikkeling worden vervolgens voor drie ontsluitingsvarianten inzichtelijk gemaakt. De varianten onderscheiden zich in de wijze waarop de transferia en het Nesciopark worden ontsloten. In alle varianten wordt een rotonde gerealiseerd in de Vondellaan iets ten westen van de Nesciolaan. Voor de duidelijkheid vermelden wij dat de Nesciolaan niet op deze rotonde wordt aangesloten, maar dat deze weg net als in de huidige situatie een doodlopende straat blijft. In variant 1 worden zowel de transferia als het Nesciopark op de rotonde aangesloten. Het nieuwe transferium en het Nesciopark sluiten aan de noordzijde op de rotonde aan en het bestaande transferium aan de zuidzijde. De bestaande aansluiting van het transferium komt hierbij te vervallen. In de tweede variant wordt de bestaande aansluiting van het transferium in stand gehouden en wordt evenals in variant 1 ook de aansluiting op de Vondellaan gerealiseerd, waarop zowel het bestaande transferium als het nieuwe transferium en het Nesciopark worden aangesloten. Variant 3 ten slotte is een variant waarbij de bestaande aansluiting van het transferium in stand blijft, maar er geen aansluiting van dit deel op de nieuwe rotonde in de Vondellaan wordt gerealiseerd. Het nieuwe parkeerdeel en het Nesciopark worden wel op de nieuwe rotonde Vondellaan
4
ontsloten. De ontsluitingsstructuur in de genoemde varianten is gevisualiseerd in figuur 2.
Variant 1
Variant 2
Variant 3
Figuur 2: Ontsluitingsstructuurvarianten transferium/Nesciopark
2.2.3.
Productie/attractie en oriëntatie
Transferium Uit de uitgevoerde visuele tellingen blijkt dat er in de periode 07:00 – 19:00 uur circa 550 voertuigen aankomen en vertrekken bij het bestaande transferium. Dit betekent een (fictieve) turn-over per parkeerplaats van ruim 1,4. Voor de toekomst zijn wij uitgegaan van een vergroting van het transferium met 500 parkeerplaatsen. Uitgaande van eenzelfde benutting van het nieuwe deel van het transferium als van het bestaande deel leidt dit tot de conclusie dat het transferium 700 aankomsten en vetrekken genereert. Hoe de vulling van het nieuwe deel zal zijn en wie hiervan gebruik gaat maken is niet bekend. Het kan dus zo zijn dat het nieuwe deel zich op een andere wijze zal vullen dan het bestaande deel. In de prognose is er echter vanuit gegaan dat er geen verschil is tussen het oude en het nieuwe deel. Voor het ochtendspitsuur betekent dit 175 aankomsten en 7 vertrekken. In het avondspitsuur bedragen deze aantallen respectievelijk 7 en 210. Ten aanzien van de oriëntatie van de transferiumgebruikers is voor de toekomst eveneens rekening gehouden met dezelfde verdeling als in de huidige situatie. De verdeling van het verkeer over de verschillende herkomst- en bestemmingsrichtingen is aangegeven in tabel 3.
Nesciopark Voor het Nesciopark is onderscheid gemaakt in het kantorenparkgedeelte en het woon-werk deel. Het kantorenparkdeel heeft een omvang van 12.500 m2. Voor het woon-werk gedeelte is uitgegaan van 10 kavels van 1.000 m2 met daarop 800 m2 kantorendeel en 200 m2 woonbebouwing. Bij de bepaling van de hoeveelheid bvo is uitgegaan van een hoeveelheid bvo die gelijk is aan de
5
115 157 0 0 8 188 2 470
totaal
106 0 157 3 95 3 13 377
Nesciopark Transferium
Emmallaan
0 46 38 0 48 98 3 233
Oprit A28 Groningen
Oprit A28 Assen
Meerweg Afrit A28 Assen Emmallaan Transferium Vondellaan Afrit A28 Groningen Nesciopark/Transferium totaal
Vondellaan
Van
Meerweg
Naar
Transferium
Tabel 4: Herkomst/bestemmingsmatrix (ochtendspitsuur)
10 94 18 0 1 0 0 123
85 184 0 1 0 47 3 320
119 0 282 1 136 0 8 546
49 240 33 0 49 119 0 490
484 721 528 5 338 456 28 2560
Tabel 5: Herkomst/bestemmingsmatrix (avondspitsuur)
Van
Meerweg
Oprit A28 Assen
Emmallaan
Transferium
Vondellaan
Oprit A28 Groningen
Nesciopark Transferium
totaal
Naar
Meerweg Afrit A28 Assen Emmallaan Transferium Vondellaan Afrit A28 Groningen Nesciopark/Transferium totaal
0 60 73 16 100 205 53 506
118 0 115 99 134 1 263 730
98 192 0 12 0 322 37 661
2 2 0 0 2 2 0 8
10 92 0 26 0 60 53 241
153 0 154 14 157 0 121 598
3 13 2 0 3 8 0 28
385 359 344 166 396 598 525 2772
hoeveelheid m2 grondoppervlak. Met andere woorden het te bebouwen oppervlak is gelijk aan de omvang van het terrein, dit omdat bebouwing in meerdere lagen zal worden gerealiseerd en uiteraard ruimte nodig is voor wegen, parkeren en groen. In totaliteit wordt er uitgegaan van 20.500 m2 bvo en 10 woningen. Voor de te vestigen kantoren en werkeenheden is uitgegaan van een ritgeneratie van 10 ritten per 100 m2 bvo (bruto vloeroppervlak) per etmaal. Deze gegevens zijn ontleend aan de CROW-publicatie 317 ‘Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie’. Hierbij is uitgegaan van een kantorenpark (zakelijk zonder baliefunctie) in een matig stedelijk gebied rest bebouwde kom. Hiervoor bedraagt de minimale waarde 6,3 en de maximale waarde 8,1 ritten per 100 m2 bvo. De gemiddelde waarde is daarmee 7,2 ritten per weekdag. Omgerekend naar werkdag komt dit neer op circa 10 ritten per 100 m2 bvo. Voor het Nesciopark betekent dit in totaliteit 2.050 ritten per etmaal. Voor de woningen wordt rekening gehouden met in totaliteit circa 60 ritten wat het totaal brengt op circa 2.100 ritten per etmaal voor het Nesciopark. Vertaald naar het ochtendspitsuur leidt dit tot 315 aankomsten en 21 vertrekken. De oriëntatie van het verkeer is vastgesteld aan de hand van eerder uitgevoerde studies en is weergegeven in tabel 3.
Nesciopark
Meerweg A28 Assen Emmallaan Vondellaan A28 Groningen totaal
Transferium
Tabel 3: Herkomst/bestemming bezoekers Transferium en Nesciopark
10% 65% 10% 10% 5% 100%
10% 40% 5% 10% 35% 100%
Autonome verkeersgroei Naast de toename in verkeersintensiteit als gevolg van de beschreven ontwikkelingen is in de prognose ook nog rekening gehouden met autonome verkeersgroei. Hierbij is uitgegaan van een autonome verkeersgroei van 0,5% per jaar. De beschreven uitgangspunten hebben geleid tot de relaties zoals die voor het ochtend- en avondspitsuur in tabel 4 en 5 zijn weergegeven. De relaties hebben betrekking op het planjaar 2020. 2.2.4.
Het model
Het model is zoals vermeld gebouwd in het verkeersmodelleringsprogramma TransModeller. In het model zijn de wegvakken en (aangepaste) rotondes aangebracht en zijn de relevante fietsverbindingen toegevoegd. De opbouw van het model is weergegeven in figuur 3. Hierbij is ontsluitingsvariant 1 weergege-
6
ven. De verschillen met variant 2 en liggen in de ontsluitingsstructuur nabij het transferium/Nesciopark. Bij de toedelingen is rekening gehouden met het (brom)fietsverkeer. Het aantal geregistreerde (brom)fietsers ten tijde van de visuele telling is naar verwachting beperkter geweest dan in een normale situatie als gevolg van de (gedeeltelijke) schoolvakanties. Hiermee is in de toedelingen rekening gehouden door het aantal (brom)fietsers (enigszins) op te hogen. Er bestaat echter geen zicht op de exacte aantallen, waardoor de kans bestaat dat de invloed van het (brom)fietsverkeer wordt onderschat.
Figuur 3: Opbouw dynamisch model
2.3. Resultaten Vondellaan In deze paragraaf beschrijven wij de uitkomsten van de modeltoedelingen. Naast de toekomstvarianten is ook de huidige situatie doorgerekend. Enerzijds om het model te kalibreren en anderzijds om een referentiekader te hebben voor de toekomstige situatie. In dit hoofdstuk beschrijven wij onze bevindingen. 2.3.1.
Variant 1
Variant 1 is de variant waarbij zowel het bestaande als het nieuwe transferium en het Nesciopark op de nieuwe rotonde in de Vondellaan worden ontsloten. Het bestaande transferium heft een aansluiting aan de zuidzijde en het nieuwe transferium en het Nesciopark sluiten aan de noordzijde van de rotonde aan.
7
In variant 1 kan voor het ochtendspitsuur worden geconcludeerd dat de nieuwe rotonde in de Vondellaan voldoende afwikkelingscapaciteit heeft om het verkeer van en naar de voorzieningen (transferia en Nesciopark) af te wikkelen. Dit geldt uiteraard ook voor het overige verkeer van en naar Haren. Ook de rotonde in de Vondellaan waarop de oprit in de richting van Groningen aansluit heeft voldoende capaciteit om het verkeer af te kunnen wikkelen. In figuur 4 zijn de verkeersstromen Figuur 4: AfwikkelingVondellaan (ochtendspitsuur) op een willekeurig moment in het ochtendspitsuur weergegeven. Het gekozen fragment is representatief voor het ochtendspitsuur. Voor alle getoonde fragmenten in deze rapportage geldt dat het een weergave betreft van het ‘maatgevende’ moment. Hiermee bedoelen wij het moment waarop (eventuele) wachtrijvorming het meest prominent aanwezig is. In figuur 5 is de afwikkelingskwaliteit in variant 1 in het avondspitsuur weergegeven. Uit de figuur blijkt dat de afwikkeling ook in deze tijdsperiode goed is te noemen. Op een zeer beperkt aantal momenten ontstaan er situaties waarin enkele voertuigen zich opstellen voor de rotondes. Dit geldt vooral voor de noordelijke aansluiting van het transferium en Nesciopark op de Vondellaan en voor de oostelijke tak van de rotonde Vondellaanoprit A28 Groningen. Het betreft Figuur 5: Afwikkeling Vondellaan (avondspitsuur) zoals gezegd slecht sporadische situaties met een beperkt aantal voertuigen. Op basis hiervan kan ook deze situatie als zeer acceptabel worden gekwalificeerd.
8
2.3.2.
Variant 2
In variant 2 is er sprake van een dubbele aansluiting voor het bestaande transferium. In deze variant wordt de bestaande aansluiting op de rotonde Vondellaanoprit A28 Groningen is stand gelaten. In variant 2 is er in het ochtendspitsuur, evenals in variant 1 sprake van een goede verkeersafwikkeling (zie figuur 6). De verschillen zijn marginaal. Alleen de westelijke tak van de nieuwe rotonde in de Vondellaan wordt in variant 1 logischerwijs iets zwaarder belast door het verkeer uit westelijke richting van en naar het bestaande transferium. In variant 1 zal al het verkeer dat is gerelateerd aan het bestaande transferium gebruik moeten maken van deze rotonde. In variant Figuur 6: Afwikkeling Vondellaan (ochtendspitsuur) 2 maakt het grootste deel van het verkeer gebruik van de bestaande aansluiting en kiest niet voor de nieuwe rotonde. Dit heeft echter geen substantiële effecten op de afwikkelingskwaliteit. Dit is ook in deze variant in het ochtendspitsuur goed te noemen. In figuur 7 is de afwikkeling opgenomen van variant 2 in het avondspitsuur. Uit de figuur blijkt dat er in beperkte mate wachtrijen optreden op de oostelijke tak van de rotonde Vondellaan-oprit A28 Groningen. Dit heeft te maken met het feit dat dit verkeer geconfronteerd wordt met het verkeer dat het transferium via de oorspronkelijke aansluiting verlaat. Het effect hiervan wordt modelmatig wel enigszins overschat, omdat in het model al het Figuur 7: Afwikkeling Vondellaan (avondspitsuur) verkeer vanaf het transferium met een oriëntatie in westelijke richting gebruik maakt van de bestaande aansluiting. In de praktijk zal dit naar verwachting niet volledig het geval zijn, maar zal een deel van de transferiumgebruikers ook de nieuwe aansluiting gebruiken. Te-
9
vens geldt dat de afwikkeling op de noordelijke tak van de rotonde Vondellaan iets beter is dan in variant 1. De oorzaak hiervoor is hetzelfde verkeer dat zorgt voor een beperking van de wachtrij op de oostelijke tak van de rotonde Vondellaan oprit A28 Groningen, namelijk het verkeer dat het bestaande transferium verlaat. Desalniettemin is de afwikkelingskwaliteit in het avondspitsuur in variant 2 iets minder dan in variant 1. 2.3.3.
Variant 3
Variant 3 kenmerkt zich door een nieuwe rotonde in de Vondellaan waarop het nieuwe transferium en het Nesciopark aan de noordzijde aansluiten. Het bestaande transferium wordt uitsluitend via de bestaande aansluiting ontsloten. In variant 3 is de verkeersafwikkeling er in het ochtendspitsuur, nagenoeg identiek aan de afwikkeling in variant 2. Dus ook voor deze variant is er in de ochtendspits sprake van een goede verkeersafwikkeling zonder vertragingen. De afwikkeling in deze variant is weergegeven in figuur Figuur 8: Afwikkeling Vondellaan (ochtendspitsuur) 8.
Figuur 9: Afwikkeling Vondellaan (avondspitsuur)
Figuur 9 toont de verkeersafwikkeling van variant 3 in het avondspitsuur. Uit de figuur blijkt dat er evenals in variant 2 in beperkte mate wachtrijen optreden op de oostelijke tak van de rotonde Vondellaan-oprit A28 Groningen. De oorzaak hiervoor is ook dezelfde als in variant 2: dit verkeer wordt geconfronteerd met het verkeer dat het transferium via de oorspronkelijke aansluiting verlaat. Ook hier geldt dus dat dit effect enigszins wordt overschat.
10
2.3.4.
Conclusies
Uit de berekeningen kan worden geconcludeerd dat met de realisering van een rotonde in de Vondellaan ten westen van de bestaande Nesciolaan een goede afwikkeling kan worden bereikt voor het verkeer van en naar de voorzieningen. Zowel in de ochtend- als avondspits is de afwikkeling ruim voldoende. Het heeft hierbij de voorkeur de bestaande ontsluitingsmogelijkheid van het bestaande transferium op te heffen en het bestaande transferium (uitsluitend) aan te sluiten op de nieuwe rotonde. Hierdoor wordt op de rotonde Vondellaan-oprit A28 Groningen een betere afwikkeling verkregen. Hier staat een in geringe mate slechtere afwikkeling tegenover van het verkeer dat in de avondspits het Nesciopark/nieuwe transferium verlaat.
2.4. Resultaten Meerweg - Emmalaan In deze paragraaf gaan wij in op de afwikkeling op het overige wegennet. Zoals al aangegeven zal de vormgeving van de rotondes in de Emmalaan en de Meerweg worden aangepast om een betere afwikkeling te verkrijgen. In de figuren 10 en 11 is de afwikkeling van het verkeer weergegeven in het totale gebied voor respectievelijk het ochtend- en avondspitsuur. Uit figuur 10 blijkt dat de afwikkeling in het ochtendspitsuur alleszins acceptabel is. Alleen op de oostelijke tak van de rotonde EmmalaanVondellaan ontstaat een beperkte wachtrij op een beperkt aantal momenten. Voor het overige wikkelt het verkeer goed af door de aanpassing van de rotondes in de Emmalaan en de Meerweg. Figuur 10: Afwikkeling Emmalaan-Meerweg (ochtendspitsuur)
Hoe anders is dit in de avondspits. Uit figuur 11 blijkt dat er een grote wachtrij ontstaat voor de rotonde Meerweg vanaf de afrit A28 Groningen.
11
Deze wachtrij is ook al geconstateerd in eerder uitgevoerde berekeningen, waarvan de resultaten zijn weergegeven in de rapportage “Ontsluitingsstructuur Haren effecten uitbreiding transferium” met kenmerk hrn016, d.d. 27 oktober 2011. In deze rapportage is geconcludeerd dat het effect van een turborotonde (waarvan de effecten in hoofdlijnen vergelijkbaar zijn met de nu gekozen vorm) op deze locatie beperkt zal zijn. Dit heeft te maken met het feit dat twee dominante stromen Figuur 11: Afwikkeling Emmalaan-Meerweg (avondspitsuur) (verkeer komende uit de oostelijke richting en daarna richting Meerweg of oprit A28 Assen én verkeer vanaf de afrit Groningen dat in oostelijke richting wil rijden) elkaar moeten kruisen. Voor deze combinatie van verkeersstromen biedt de turborotonde geen optimale vorm. Het blijkt dan ook dat deze vorm weinig oplossend vermogen heeft en de wachtrij op de afrit vanuit Groningen nog steeds aanwezig is. In de huidige gekozen vorm met twee bypasses wordt zelfs voor beide verkeersstromen geen capaciteitsuitbreiding geboden. In de genoemde rapportage is verder geconcludeerd dat ook het aanbrengen van een VRI op de bestaande rotonde of het realiseren van een met VRI geregeld voorrangskruispunt (met beperkte omvang) geen oplossend vermogen biedt. Dit betekent dat op deze locatie alleen grootschaliger maatregelen een mogelijke oplossing voor dit probleem kunnen bieden en een vlotte afwikkeling kunnen garanderen. Het voert in het kader van deze studie te ver deze oplossingen te bepalen, omdat hiervoor aanzienlijk ingrepen in de ruimtelijke structuur zullen moeten worden gedaan.
12
3. Conclusies Op basis van de bevindingen uit de dynamische modeltoedelingen kan worden geconcludeerd dat in hoofdlijnen een goede ontsluitingsstructuur en afwikkelingskwaliteit kan worden verkregen door het bestaande en nieuwe transferium en het Nesciopark te ontsluiten via een nieuwe rotonde in de Vondellaan. Zowel in het ochtend- als in het avondspitsuur levert dit een goede afwikkeling van het verkeer op. Slechts gedurende een korte periode ontstaan er op bepaalde locaties situaties met een beperkt aantal wachtende voertuigen. De omvang hiervan is echter van dien aard dat er geen sprake is van substantiële verstoring van de afwikkeling. Ter hoogte van de op-/afrit van de A28 Assen is de problematiek complexer. Vooral op de westelijke aansluiting is er sprake van een aanzienlijke wachtrij op de afrit A28 Groningen in het avondspitsuur. Ook met de gekozen aanpassing van de rotonde blijft deze wachtrij aanwezig. Zoals in eerdere studies al is geconstateerd is deze problematiek niet eenvoudig oplosbaar. Er zijn grootschalige ingrepen in de ruimtelijke structuur noodzakelijk om voor dit probleem een oplossing te bieden. Dit heeft vooral te maken met het kruisen van twee dominante verkeersstromen. Verkeer vanuit Haren richting A28 Assen en Meerweg en verkeer vanaf de afrit Groningen in de richting van Haren.
13