S
Zo willen wij gemeente zijn
Beleidsplan 2007 - 2011 Protestantse Gemeente Wijhe
INHOUDSOPGAVE
Inleiding ........................................................................................................................ 4 1: Gemeente zijn........................................................................................................... 5 2: Kerkenraad ............................................................................................................... 7 3: Pastorale Raad ....................................................................................................... 10 § 3.1 Pastorale Raad............................................................................................. 10 § 3.2 2G@ther ....................................................................................................... 13 4: Vorming en toerusting ............................................................................................ 14 5: Taakgroep Liturgie en Eredienst ............................................................................ 16 § 5.1 Eredienst....................................................................................................... 16 § 5.2 Taakgroep Liturgie en Eredienst .................................................................. 18 6: Taakgroep Oecumene............................................................................................ 21 7: Taakgroep Kerk en Jeugd ...................................................................................... 23 § 7.1 Taakgroep Kerk en Jeugd ............................................................................ 23 § 7.2 Jeugdambtsdragersberaad .......................................................................... 23 § 7.3 Kindernevendienst........................................................................................ 24 § 7.4 Jeugdcentrale / clubs.................................................................................... 26 § 7.5 Catechese .................................................................................................... 27 § 7.6 Let's Go! ....................................................................................................... 29 § 7.7 Let's Go to school!........................................................................................ 30 § 7.8 Jeugdpastoraat............................................................................................. 31 § 7.9 Jeugddienstcommissie ................................................................................. 32 8: College van Diakenen ............................................................................................ 33 9: Taakgroep ZWO ..................................................................................................... 37
2
10: Taakgroep Kerk en Ouderen ................................................................................ 40 11: College van Kerkrentmeesters ............................................................................. 42 12: Taakgroep Communicatie en Publiciteit............................................................... 45 13: Samenvatting en verantwoording......................................................................... 46 Bijlage 1: Hoofddoelen en doelen .............................................................................. 48 Bijlage 2: Organisatieschema..................................................................................... 50
3
INLEIDING
Op 18 september 2005 is een fusieovereenkomst tussen de Hervormde Gemeente Wijhe en de Gereformeerde Kerk Wijhe gesloten. De PROTESTANTSE GEMEENTE WIJHE is vanaf deze datum officieel een feit. De fusie heeft veel gevraagd: qua tijd maar zeker ook qua emotie. Na de fusie kwamen we in rustiger vaarwater; tijd voor bezinning over de vragen hoe we kerk willen zijn en hoe we samen verder willen gaan. De Kerkenraad is daarom van mening dat er een beleidsplan dient te worden gemaakt. In dit beleidsplan wordt beschreven hoe we de komende jaren gemeente willen zijn. Om te benadrukken dat we met ons allen deze klus moeten klaren luidt de titel “Samen”. De subtitel is: “Zo willen wij gemeente zijn”. Uit de Kerkenraad zijn drie personen bereid gevonden om zitting te nemen in de beleidsgroep. Zij vertegenwoordigen respectievelijk de Pastorale Raad, het College van Diakenen en het College van Kerkrentmeesters. Hiernaast zijn vier gemeenteleden op persoonlijke titel gevraagd om deel uit te maken van de beleidsgroep. De samenstelling is als volgt: • Mevr. J.K. Boverhuis-Alberts (voorzitter) • Dhr. H. Pol (namens de Pastorale Raad) • Mevr. K.J. Heideman-Kamphuis (namens het College van Diakenen) • Dhr. W.R. Oosterink (namens het College van Kerkrentmeesters) • Mevr. J.G.J. de Rijk-Heimerink • Dhr. B.R. van Dijk • Mevr. A. te Winkel (secretaris) In het eerste hoofdstuk worden de hoofddoelen van het beleidsplan uitgewerkt. In de daaropvolgende hoofdstukken wordt behandeld welke doelen de verschillende raden, colleges, taakgroepen en werkgroepen willen bereiken, alsmede de middelen die zij daarvoor nodig denken te hebben. Tevens wordt er vermeld op welke wijze de doelen bereikt moeten worden en op welke termijn deze afgerond dienen te zijn. Al deze hoofdstukken zijn geschreven in overleg met de desbetreffende raden, colleges, taakgroepen en werkgroepen. Bij alle doelen die we, als PG Wijhe, de komende jaren willen bereiken, mogen we niet uit het oog verliezen dat er een evenwicht dient zijn tussen vernieuwing enerzijds en traditie anderzijds. In het laatste hoofdstuk wordt een samenvatting gegeven en wordt de totstandkoming van dit beleidsplan beschreven. Namens de beleidsgroep, Johanna Boverhuis, voorzitter.
4
HOOFDSTUK 1: GEMEENTE ZIJN
1.1 Inleiding In dit hoofdstuk komen de hoofddoelen van het beleidsplan aan bod. Voorop staat echter dat we alleen gemeente kunnen zijn door met ons allen te leven vanuit de Bijbel. Want dat is de reden waarom we een gemeente vormen en dat is wat ons als gemeenteleden bindt! De hoofddoelen zijn bepaald aan de hand van de uitkomsten van de groothuisbezoeken van het seizoen 2005-2006 (met als thema: “Hoe willen wij gemeente zijn?”), de uitkomsten van de toerustingsdag van de Kerkenraad in november 2005 en het studieverslag van ds. van den Berg (De kerk in het dorp en het dorp in de kerk). Deze hoofddoelen geven aan hoe we nu en in de toekomst gemeente willen zijn.
1.2 Hoofddoelen - Meer betrokkenheid tonen. • In navolging van God’s betrokkenheid bij mensen: betrokken zijn bij God. In deze tijd zijn mensen, dus ook gemeenteleden, minder betrokken bij organisaties en daar hoort, helaas, ook de kerk bij. Men wil zelf kunnen kiezen en zelf de tijd indelen. Het betrekken van de kerk bij lief en leed is niet meer vanzelfsprekend. Willen we ons meer betrokken voelen bij God, dan dienen we ons geloof in elk aspect van ons leven te laten doorwerken. Dit wordt echter al snel als moeilijk, intiem of vaag ervaren. Ook de verscheidenheid aan gemeenteleden speelt hierbij een rol: om conflicten te vermijden gaat men geen echt geloofsgesprek met elkaar aan. Toch is dit onderling geloofsgesprek een middel om meer betrokken te raken bij God. • Betrokkenheid bij elkaar. De inspiratie hiertoe is te halen uit de Bijbel. De wijze waarop Jezus de omgang met mensen zocht en had is ons een voorbeeld. We moeten hiervoor bij onszelf beginnen: het onderling pastoraat (pastoraat tussen en onder gemeenteleden) is de belangrijkste vorm van pastoraat. Het heeft niet in de eerste plaats betrekking op het geloofsleven: het gaat om heel de mens. Openstaan voor anderen, rekening houden met anderen, voor anderen bidden, elkaar respecteren, een kaartje, een bezoekje; het zijn soms maar kleine dingen, die voor een ander als groots worden ervaren. • Betrokkenheid bij de wereld. De gemeente dient een duidelijke plaats in de samenleving te hebben. Want zorgen voor elkaar houdt niet op bij het zorgen voor de eigen gemeenteleden. Ook hier zijn we verantwoordelijk voor het uitdragen van het verhaal van Christus. Er dient sprake te zijn van tweerichtingsverkeer: naar buiten: de gemeente laat aan de samenleving zien waar zij voor staat. naar binnen: de gemeente voelt zich betrokken bij de samenleving en haalt de samenleving in de gemeente.
5
- Erediensten toegankelijker maken. De zondag is de dag van rust en ontspanning. De gemeente komt samen om het Woord van God uitgelegd te krijgen. Er dient aandacht te zijn voor de eredienst, zodat een ieder het gevoel houdt en/of krijgt dat er werkelijk iets gevierd wordt: het verbond van God met mensen. In de eredienst zal ook genoeg ruimte moeten zijn voor bezinning, troost, hoop en nieuwe energie. Immers, de zondag geeft mede vorm aan de andere dagen van de week. Het streven is dat de kerk een gastvrij huis biedt, waar mensen zich thuis voelen. - Werken aan gemeenteopbouw. Voorwaarde voor het bouwen aan een gemeente van Christus, is de geloofsopbouw van de gemeenteleden. Om tot geloofsopbouw te komen dient er onder andere aandacht te zijn voor: • Stimulering van het geloofsgesprek. Om te komen tot een gemeente waar mensen gevoed worden door de Bijbel, willen we het geloofsgesprek stimuleren. In alle lagen van onze gemeente dienen we ons te verdiepen in ons christelijk geloof, zodat we er moed uit kunnen putten om weer op (God’s) weg te gaan. • Gaven gericht werken. Het wordt in toenemende mate moeilijker om vacatures ingevuld te krijgen. We zullen ons meer moeten richten op de gaven en talenten van gemeenteleden en deze inzetten ten bate van het werk in de gemeente. Dus kijken naar wat men kan en wil en aan de hand daarvan gericht aan iemand vragen een ambt of taak te vervullen. Door te kiezen voor deze vorm wordt de betrokkenheid bij het kerkenwerk vergroot. - Zorg dragen voor een financieel gezond beleid en goed onderhouden gebouwen. De afgelopen jaren liet de exploitatierekening een structureel financieel tekort zien. Beleid dient te worden gemaakt, zodat de inkomsten en uitgaven van onze gemeente in evenwicht worden gebracht. In de komende jaren zullen de Ontmoetingskerk, de pastorie in de Langstraat en de Kapel in Elshof worden afgestoten. Activiteiten rond de bouw van een nieuw kerkelijk centrum op de plaats van het Jeugdgebouw zijn in gang gezet en zullen worden vervolgd. De Nicolaaskerk zal worden onderhouden.
1.3 Realisatie van de hoofddoelen In de volgende hoofdstukken wordt vermeld welke doelen de verschillende raden, colleges, taakgroepen en werkgroepen willen bereiken. In bijlage 1 worden al deze doelen verdeeld onder de in paragraaf 1.2 beschreven hoofddoelen. Op deze manier wordt duidelijk hoe de hoofddoelen gerealiseerd gaan worden.
6
HOOFDSTUK 2: KERKENRAAD
2.1 Inleiding De Kerkenraad bestuurt de Protestante Gemeente Wijhe. Zij bestaat uit mensen die door God en zijn gemeente gekozen worden voor het ambt van ouderling of diaken. Deze mensen worden door de Kerkenraad benoemd als ambtsdragers voor een periode van 4 jaar. Hierna kan men nog éénmaal voor een zelfde periode herbenoemd worden. Daarnaast bestaat de Kerkenraad uit twee predikanten die in dienst zijn van de kerk. Tot de verantwoordelijkheden van de Kerkenraad behoren onder andere: • Het beroepen en functioneren van predikant(en). • Het verkiezen en functioneren van ambtsdragers. • Het functioneren van vrijwilligers en bezoldigde krachten. • Het ontwikkelen, coördineren en uitvoeren van het pastoraal, diaconaal en financieel beleid binnen de gemeente.
2.2 Huidige organisatie De Kerkenraad bestaat uit de Pastorale Raad, het College van Diakenen, het College van Kerkrentmeesters en de beide predikanten. Het moderamen bestaat uit zes personen: de voorzitter van de Kerkenraad, de scriba, de voorzitters van de beide colleges en de twee predikanten, waarvan er één tevens voorzitter is van de Pastorale Raad. De gemeente is verdeeld in 11 wijken waarin wijkteams actief zijn. Een wijkteam bestaat uit een predikant, een ouderling, een ouderling-kerkrentmeester, een diaken en uit buurtwerkers. Elke wijk is onderverdeeld in verschillende kerkbuurten, elk met een eigen buurtwerker. De buurtwerkers dragen naast onderling pastoraat tevens zorg voor collectes en schriftelijke stukken. Zij zijn alert op signalen en geven die door aan andere leden van het wijkteam. Bijlage 2 geeft het organisatieschema van de PG Wijhe weer.
2.3 Doelen - Visie ontwikkelen over de kerkelijke organisatie. Door kerkverlating, verminderde betrokkenheid en toenemend individualisme zullen er in de toekomst steeds minder vrijwilligers zijn, die tijd en energie in de kerk willen steken. Er zal daarom een visie ontwikkeld moeten worden over de toekomstige organisatie van het kerkenwerk. Het onderling pastoraat zal hierbij een belangrijke plaats innemen. Pastoraat is immers niet alleen een zaak van predikanten en ouderlingen, juist gemeenteleden onderling dienen naar elkaar om te zien! Punten die hierbij verder aan de orde dienen te komen zijn: • De werkwijze van en de onderlinge rolverdeling binnen de wijkteams. • De taken van de buurtwerkers. • Verdeling van de wijken en kerkbuurten. • Gaven gericht werken.
7
De visie dient ook rekening te houden met het feit (dat de kans bestaat) dat op termijn slechts 1 predikant werkzaam zal zijn binnen de PG Wijhe. Uiteindelijk zal de visie moeten leiden tot een nieuwe manier van werken. - Aanbevelingen uit het studieverslag van ds. van den Berg inpassen. Het door ds. van den Berg geschreven studieverslag “De kerk in het dorp en het dorp in de kerk” is door de Kerkenraad geaccepteerd. De aanbevelingen die er in staan worden ingepast in de manier van werken van de Kerkenraad: het “kerk zijn” wordt belangrijker, zakelijke dingen schuiven meer naar de achtergrond. Dit is niet iets wat binnen korte tijd gerealiseerd zal zijn, het is een leerproces voor de komende jaren. - Opbouwen van onderling vertrouwen binnen de Kerkenraad. Mensen hebben in gesprekken met de beleidsgroep aangegeven zich niet altijd prettig te voelen tijdens kerkenraadsvergaderingen. Een van de oorzaken hiervan is dat er sprake is van subgroepen binnen de Kerkenraad. Om dit tegen te gaan moet er worden gewerkt aan een betere onderlinge sfeer. Hierbij dient opgemerkt te worden dat door de vernieuwde samenstelling van de Kerkenraad (in 2006) er al grote vooruitgang is geboekt ten aanzien van dit doel.
2.4 Benodigde middelen Voor het ontwikkelen van een toekomstvisie verwacht men externe steun en kennis nodig te hebben.
2.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 2.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Visie ontwikkelen over de kerkelijke organisatie. 1. Het opstarten van een werkgroep om deze visie te ontwikkelen. Datum: 2007. Doel: - Aanbevelingen uit het studieverslag van ds. van den Berg inpassen. 2. De Kerkenraad doet moeite om zich als groep in het christelijke geloof te verdiepen en om het onderlinge geloofsgesprek aan te gaan. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 3. De Kerkenraad bezint zich regelmatig op zijn eigenlijke, ambtelijke taak. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 4. De Kerkenraad rust zijn leden toe tot de dienst aan de gemeente en de samenleving. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 5. De Kerkenraad zoekt of ontwikkelt symbolen dan wel rituelen die in elke vergadering duidelijk maken waartoe en in wiens naam de Kerkenraad bijeen is. Datum: 2007.
8
6. De Kerkenraad stimuleert het onderlinge contact van zijn leden. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 7. De Kerkenraad ondersteunt en stimuleert de diakenen in het zoeken naar een bredere en concretere dienst aan de samenleving. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 8. De Kerkenraad ondersteunt en stimuleert de diakenen om de samenleving in de gemeente naar binnen te brengen. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 9. De Kerkenraad ondersteunt en stimuleert de ouderlingen om de gemeente te leren zichzelf te helpen (onderling pastoraat). Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 10. De Kerkenraad ondersteunt en stimuleert de ouderlingen om de gemeente op te bouwen door geloofsverdieping. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 11. De Kerkenraad stimuleert het geloofsgesprek in alle groepen van de gemeente. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 12. De Kerkenraad rust zijn leden toe om in de eredienst tot een meer evenwichtiger en zichtbaarder inbreng van alle ambten te komen. Datum: 2008. 13. De Kerkenraad maakt werk van gaven gericht werken, onder andere door het opzetten van een database. Datum: 2008. Doel: - Opbouwen van onderling vertrouwen binnen de Kerkenraad. 14. Kerkenraadsleden gaan respectvol met elkaar om. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 15. De Kerkenraad vergadert volgens het ABC-proces (Uit het boek “Leven uit de Bron” van ds. Noorloos.). Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011.
9
HOOFDSTUK 3: PASTORALE RAAD
3.1 Pastorale Raad 3.1.1 Inleiding Het belangrijkste doel van pastoraat is het omzien naar elkaar. Om dit doel te bereiken kent het pastoraat drie aspecten: aandacht, ontmoeting en geloofsgesprek. Het onderlinge pastoraat (pastoraat tussen en onder gemeenteleden) is heel belangrijk zo niet cruciaal. Mensen ontmoeten elkaar ook buiten de kerkmuren met zekere regelmaat. Hierbij valt te denken aan het sociale leven van werk, school, buurt, enzovoort. De aandacht die er dan is, kan gerelateerd worden aan de kerkelijke gemeente. Tot de pastorale taken van de predikanten behoren: • Het huisbezoek, op aanvraag of op eigen initiatief. • Het huisbezoek bij ziekte, rouw, geboorte en verjaardagen van ouderen (80+). • Het bezoeken van zieken in het ziekenhuis en verpleeghuis. • De pastorale begeleiding van gemeenteleden rond doop, belijdenis of huwelijk. • De begeleiding van en het overleg met de ouderling(en). In de gemeente is, naast individueel- of gezinspastoraat, tevens sprake van groepspastoraat. Hieronder vallen de groot huisbezoeken, de doopgesprekken en de diverse gesprekskringen, waaronder bijvoorbeeld 2G@ther. De afgelopen jaren is op schrift gesteld hoe er pastoraal gehandeld wordt in het geval van zegening van een huwelijk van gemeenteleden van gelijk geslacht (dit is ook verwerkt in de huwelijksfolder). Van oudsher is de PG Wijhe betrokken geweest bij de catechese op de openbare basisscholen van Wijhe en Elshof. Momenteel geldt deze betrokkenheid alleen nog de catechese op de basisschool van Elshof: de Pastorale Raad draagt hiervoor de verantwoordelijkheid.
3.1.2 Huidige organisatie Pastorale raad De Pastorale Raad bestaat uit 2 predikanten, waarvan één de voorzitter van de raad is, en ouderlingen. Ouderlingen en wijkteams De gemeente is verdeeld in 11 wijken waarin wijkteams actief zijn. De ouderlingen maken naast diakenen, ouderling-kerkrentmeesters en buurtwerkers deel uit van de verschillende wijkteams. Het geheel aan wijkteams is verdeeld onder de beide predikanten. De ouderlingen zijn belast met de ondersteuning van het pastoraat in de wijken. Zij gaan op bezoek bij gemeenteleden in hun wijk, voeren gesprekken, reageren op signalen en dragen zorg voor de organisatie en uitvoering van groothuisbezoeken.
10
3.1.3 Doelen - Bewustwordingsproces op gang brengen met betrekking tot onderling pastoraat. De gemeente zelf is de uitvoerder van het onderlinge pastoraat. Er dient een bewustwordingsproces op gang gebracht te worden dat ieder gemeentelid geroepen is tot onderling pastoraat. De betrokkenheid bij de kerk zal naar verwachting daardoor toenemen. - Stimulering van geloofsgesprekken tussen gemeenteleden onderling. Het voeren van gesprekken over geloof en de discussie over geloofsvragen zullen een bijdrage leveren aan verbondenheid en gemeenteopbouw. Het is hierbij belangrijk dat er een basis van wederzijds vertrouwen is, waarbij in openheid met elkaar gesproken kan worden. - Verbeteren van de informatievoorziening naar gemeenteleden.
3.1.4 Benodigde middelen In de komende jaren zal door de Kerkenraad een visie worden ontwikkeld over de kerkelijke organisatie, waarbij vorm wordt gegeven aan de rollen van predikanten, ouderlingen en andere leden van het wijkteam. Hierbij zal veel aandacht besteed moeten worden aan de toerusting van ouderlingen. Voor deze toerusting wordt niet voorzien dat deze gepaard gaat met veel financiële consequenties. Voor de uitvoering van de eerste twee hierboven beschreven doelen, is de beschikbaarheid en de coaching van bereidwillige gemeenteleden, bijvoorbeeld buurtwerkers, van groot belang. De Kerkenraad biedt hierbij ondersteuning en versterkt het bestaande netwerk door contacten en gesprekken. De predikanten hebben daarbij de rol van coach.
3.1.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 3.1.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Bewustwordingsproces op gang brengen met betrekking tot onderling pastoraat. 1. Het medeleven van gemeenteleden met elkaar is de basis van alle pastoraat. In de gemeente dient een bewustwordingsproces op gang gebracht te worden dat iedereen in de gemeente hiertoe geroepen is. Het doorgeven van signalen, het sturen van kaartjes en het bezoeken van anderen zijn hiervan voorbeelden. Dit bevordert en stimuleert dat meer kerkleden zich ontwikkelen van toeschouwer naar actief deelnemer. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 2. Zoeken naar andere vormen van pastoraat om de betrokkenheid onder gemeenteleden te vergroten, bijvoorbeeld pastoraat per doelgroep. Te denken valt aan kringen voor ouders van pas gedoopte kinderen over doop en geloofsopvoeding. Een andere doelgroep kan gevormd worden door bijvoorbeeld rouwenden. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011.
11
3. Gespreksgroepen stimuleren. Dit kan door mensen persoonlijk te benaderen en vragen dit op te starten. Of door een lijst met onderwerpen voor kringen en gesprekken in het kerkblad te plaatsen, eventueel met een open regel waar mensen zelf een onderwerp kunnen aangeven. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 4. Groothuisbezoeken bevorderen de onderlinge betrokkenheid. De gemeente bevragen naar thema's voor deze groothuisbezoeken. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 5. Inventarisatie van kwaliteiten en vaardigheden van gemeenteleden. Vertrekpunt is de gedachte gebruik te willen maken van talenten en gaven van gemeenteleden. Datum: 2008. Doel: - Stimulering van geloofsgesprekken tussen gemeenteleden onderling. 6. Verbeteren van de toerusting van ouderlingen door coaching, training en oefening. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 7. Leiding geven aan het geloofsgesprek tijdens huisbezoeken en groothuisbezoeken. Kernpunten bij het geloofsgesprek zijn openheid, vertrouwen en ruimte aan elkaar bieden. (Uitvoering in relatie met coaching van ouderlingen door predikanten. Zie actiepunt 6.) Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Verbeteren van de informatievoorziening naar gemeenteleden. 8. Er bestaan drie folders waarin staat beschreven hoe een bepaald aspect van pastoraat is georganiseerd: een welkomstfolder, een folder rondom geboorte en doop en een huwelijksfolder. Deze folders dienen te worden vernieuwd. (Uitvoering in samenwerking met de taakgroep Communicatie en Publiciteit.) Datum: 2008. 9. Het schrijven van een folder met als onderwerp: “rouw en uitvaart”. (Uitvoering in samenwerking met de taakgroep Communicatie en Publiciteit.) Datum: 2008.
12
3.2 2G@ther 3.2.1 Inleiding Binnen de gemeente is een aantal jaren geleden spontaan een gespreksgroep van jong volwassenen ontstaan, die maandelijks in wisselende samenstelling met elkaar in gesprek gaat over kerk, geloof en “geloven in de praktijk”. De opzet is ook elkaar te ondersteunen. De leeftijd van de deelnemers varieert van 20 tot 40 jaar.
3.2.2 Huidige organisatie Er is geen speciale structuur of leiding, de groep regelt onderwerpen en dergelijke geheel zelf. Soms is er een predikant aanwezig of wordt iemand uitgenodigd om een specifiek onderwerp in te leiden en het gesprek erover te begeleiden.
3.2.3 Doelen - Meer pogingen doen om het geloofsgesprek te stimuleren en tijd te nemen voor gebed. - Elkaars gaven en talenten respecteren en hiervan gebruik maken; echt naar elkaar omzien en geen exclusief clubje zijn.
3.2.4 Benodigde middelen Verwacht wordt dat de activiteiten niet gepaard gaan met financiële kosten.
3.2.5 Acties en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 3.2.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Meer pogingen doen om het geloofsgesprek te stimuleren en tijd te nemen voor gebed. 1. Verdieping zoeken en eventueel deskundigen uitnodigen voor uitleg en discussie. Datum: permanent proces, evaluatiedatum 2008, einddatum 2011. 2. Het geloofsgesprek stimuleren door nieuwe onderwerpen aan te snijden. Bijvoorbeeld: in samenwerking met “Vorming en Toerusting” gespreksavonden aanbieden aan jonge gezinnen, om het geloof binnen het gezin te versterken. Datum: permanent proces, evaluatiedatum 2008, einddatum 2011. Doel: - Elkaars gaven en talenten respecteren en hiervan gebruik maken; echt naar elkaar omzien en geen exclusief clubje zijn. 3. Anderen uitnodigen om ook aan te sluiten. Datum: permanent proces, evaluatiedatum 2008, einddatum 2011. 4. Open staan voor deelname door andere belangstellenden en iedereen aanvaarden. Datum: permanent proces, evaluatiedatum 2008, einddatum 2011.
13
HOOFDSTUK 4: VORMING EN TOERUSTING
4.1 Inleiding Met betrekking tot vorming en toerusting zijn er twee doelgroepen te onderscheiden, namelijk: • De leden van de Kerkenraad. • De gemeenteleden. De Kerkenraad wordt gevormd door gemeenteleden die bereid zijn een deel van hun tijd te besteden aan werkzaamheden ten bate van de PG Wijhe. Binnen de gemeente bestaat een verwachtingspatroon ten aanzien van de uitvoering van de bestuurlijke, pastorale, diaconale en financieel beheersmatige taken. Er worden, soms hoge, eisen gesteld aan de capaciteiten van kerkenraadsleden. Om aan deze eisen te kunnen voldoen is het van belang voldoende kennis te verwerven. Ook gemeenteleden voelen behoefte aan vorming en toerusting. Zij willen met elkaar spreken en discussiëren over geloofszaken en spreken zich uit behoefte te hebben aan meer kennis hierover. De overtuiging bestaat dat, indien gemeenteleden naast het bezoek aan de erediensten, ook meedoen aan activiteiten als kringwerk en cursussen, dit bijdraagt aan de vorming van een “levende” en actieve gemeente. Het met elkaar praten over geloofszaken versterkt immers het gevoel van aandacht hebben voor elkaar en het verbonden zijn met elkaar. Tot de taken van de ouderling Vorming en Toerusting behoren onder andere: • De organisatie van de groothuisbezoeken. • De organisatie van kringen en cursussen voor gemeenteleden. • De organisatie van gelegenheden ten bate van toerusting van kerkenraadsleden. Hierbij wordt onder meer gebruik gemaakt van het brede aanbod aan cursusmateriaal en expertise, welke beschikbaar wordt gesteld door de regionale en landelijke Dienstencentra van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Tevens wordt deze ouderling projectmatig bijgestaan door andere kerkenraadsleden.
4.2 Huidige organisatie Aan de Kerkenraad is een ambtsdrager met als speciale taak “Vorming en Toerusting” toegevoegd. Deze ambtsdrager maakt deel uit van de Pastorale Raad en vervult wel de ouderlingtaken ten behoeve van de wekelijkse erediensten doch is in principe niet belast met werkzaamheden in een wijk.
4.3 Doelen - Inventariseren van behoeften. - Voorstellen doen om invulling te geven aan de behoeften.
14
4.4 Benodigde middelen In de komende jaren zal veel aandacht besteed worden aan de toerusting van ouderlingen en anderen om het pastoraat beter gestalte te geven. Daarnaast zal invulling moeten worden gegeven aan de geïnventariseerde behoefte aan vorming en toerusting van gemeenteleden. Dit vereist inzet van meerdere personen en een projectmatige aanpak. Ten behoeve van kringen, cursussen en dergelijke kan eventueel gebruik gemaakt worden van derden, al dan niet tegen vergoeding. Van deze activiteiten wordt niet voorzien dat ze gepaard gaan met financiële consequenties die onoverkomelijk zijn.
4.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 4.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Inventariseren van behoeften. 1. Inventariseren van de zowel binnen de Kerkenraad als binnen de gemeente aanwezige behoeften aan vorming en toerusting. Voor de daadwerkelijke uitvoering van de inventarisatie wordt een groep samengesteld die dit project gaat uitvoeren. De coördinatie ligt in handen van de ouderling Vorming en Toerusting. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie in de maand mei (in verband met komend cursusaanbod). Doel: - Voorstellen doen om invulling te geven aan de behoeften. 2. Het doen van voorstellen naar aanleiding van het onderzoek. Ook deze uitvoering kan in samenwerking met anderen geschieden. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie in de maand mei (in verband met komend cursusaanbod).
15
HOOFDSTUK 5: TAAKGROEP LITURGIE EN EREDIENST
5.1 Eredienst 5.1.1 Inleiding De eredienst is één van de belangrijkste pijlers van het gemeente-zijn. Hier vieren we de ontmoeting met God, met de Schriften en met elkaar. De kerk biedt gelegenheid om ons geloof te belijden, om te zingen en om God’s Zegen te ontvangen. Dankbaarheid en zorg worden bij God gebracht in lofprijzing en voorbede. De kerkdienst voert tot zelfreflectie, doet ons tot rust komen en leidt tot plaatsbepaling ten opzichte van de gebeurtenissen in de wereld om ons heen. Nog steeds neemt de zondag een bijzondere plaats in – voor kerkelijke mensen en voor niet-kerkelijke mensen. Het is een dag die kansen biedt om het leven te vieren, te herademen en nieuwe krachten op te doen. Tijdens alle erediensten zijn de drie ambten aanwezig: een voorganger, een ouderling of ouderling-kerkrentmeester en een diaken. Dit geldt ook voor trouw- en rouwdiensten, met uitzondering van een rouwdienst in de aula: hierbij zijn een predikant en een ouderling aanwezig. Vorm en inhoud van de eredienst blijven onderwerp van gesprek. Vaak wordt daarbij de aandacht toegespitst op de jongeren. Het zijn echter beslist niet alleen jongeren, aan wie die aandacht moet worden geschonken.
5.1.2 Tijden en plaatsen Iedere zondagmorgen wordt in de Nicolaaskerk de centrale dienst van de gemeente gehouden. Twee uitzonderingen hierop zijn: • In januari wordt een oecumenische dienst gehouden in het kader van de Gebedsdienst voor de Eenheid van de kerken. Deze dienst wordt beurtelings gehouden in de Rooms Katholieke Kerk en in de Nicolaaskerk. Indien de Rooms Katholieke Kerk aan de beurt is, is de Nicolaaskerk gesloten. • Op de 1e zondag in september wordt ten gevolge van “de Wiejese Diekdaegn” een oecumenische dienst gehouden in de feesttent. Op een aantal zondagen tijdens de zomervakantie na, zijn er ook iedere zondagavond erediensten. Tevens worden er avonddiensten gehouden in de Stille week (Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Stille Zaterdag), op Bid- en Dankdag, op 24 december en op 31 december.
5.1.3 Bijzondere vieringen • Doopvieringen. Een aantal keren per jaar en in de Paasnachtdienst wordt de gelegenheid geboden kinderen te laten dopen. Als ouders verzoeken om de doop van hun kind verstaan we dat als een geloofsbelijdenis: niet alleen met betrekking tot het kind, maar ook als een beaming van hun eigen doop. Sinds een aantal jaren wordt dit standpunt vertaald in de stelling dat de ouders in de doopdienst hun eigen geloof belijden. Indien een van de ouders zich niet of nauwelijks bij het christelijk geloof betrokken voelt, kan aan hem of haar gevraagd worden de partner te ondersteunen in haar of zijn keus en belofte.
16
•
• • •
• •
In principe staat de doop open voor alle leeftijden. Tevens bestaat de mogelijkheid dat kinderen en hun ouder(s) in dezelfde dienst gedoopt worden. Deelnemende ouders wonen een voorbereidingsavond bij met de predikant en de dienstdoende ouderling. Avondmaalsdiensten. In de uitnodiging aan het begin van de dienst wordt uitgesproken dat een ieder die op de Heer vertrouwt welkom is; deelname staat open voor alle leeftijden. Indien ouders dit willen zijn dus ook hun kinderen welkom. De mogelijkheid bestaat zich vooraf thuis op het Avondmaal voor te bereiden. Daartoe kan contact worden opgenomen met de betreffende predikant. In specifieke gevallen kan, na overleg, in de huiselijke sfeer het Avondmaal worden gevierd. Drie keer per jaar vindt een viering van de Maaltijd van de Heer plaats in en voor bewoners van verzorgingshuis Het Weijtendaal. Ook gasten van buiten het verzorgingshuis zijn hierbij welkom. Rondom-4 diensten. Rondom-12 diensten (overstapdiensten). Weeksluitingen in verzorgingshuis Het Weijtendaal. Per maand vindt 2 keer een weeksluiting plaats. Hierin gaan beurtelings predikanten uit Olst en Wijhe voor. Verder zijn een ouderling, een diaken en een vrijwilliger aanwezig. Oecumenische vieringen. Gemeentediensten. Gemiddeld wordt één avonddienst per maand uitgevoerd in de vorm van een gemeentedienst. Deze diensten worden voorbereid en uitgevoerd door verschillende groepen binnen de gemeente. De dienstdoende ambtsdragers dragen geen verantwoordelijkheid voor deze diensten. Wel zorgen zij voor ondersteuning en zijn zij verantwoordelijk voor het tellen van het diaconale en kerkrentmeesterlijke geld.
5.1.4 Begeleiding en ondersteuning Begeleiding en ondersteuning tijdens de erediensten worden verzorgd door: • Organisten. Voor de muzikale begeleiding van de erediensten zijn 4 organisten beschikbaar. Daarnaast is voor de diensten in verzorgingshuis Het Weijtendaal eveneens een organist(e) beschikbaar. • Cantorij. De cantorij is gemiddeld 6 tot 8 keer per jaar actief ten behoeve van ondersteuning van de gemeentezang en/of het aanleren van nieuwe of onbekende liederen. Daarnaast worden ook wel projecten gedaan, zoals de uitvoering van een oratorium voor Kerst of Pasen. De bijdrage van de cantorij wordt samen met de voorganger bepaald. • ImPress. Het belangrijkste doel van ImPress is het geven van muzikale ondersteuning. Dit om de geloofsbeleving te versterken en verbondenheid te voelen door samen met de gemeente te zingen. Daarbij wil Impress graag een enthousiast geloofsgevoel uitdragen. Het repertoire bestaat met name uit opwekkingsliederen, maar er wordt ook gezongen uit het liedboek en de evangelische liedbundel. De bijdrage van ImPress wordt samen met de voorganger bepaald. 17
•
• •
Werkgroep liturgisch bloemschikken. Deze groep werkt in overleg mee aan de eredienst. Vooral rond kerkelijke hoogtijdagen beelden de leden van deze werkgroep het thema van de erediensten uit. Kindernevendienst (zie §7.3). Kinderoppas. Voor ouders van baby’s en kinderen tot 4 jaar bestaat de gelegenheid om gebruik te maken van kinderoppas gedurende de ochtenddiensten.
5.2 Taakgroep Liturgie en Eredienst 5.2.1 Inleiding De opdracht van deze taakgroep is het stimuleren van gemeenteleden om actief deel te nemen aan erediensten. Andere taken zijn: • Coördinatie van gemeentediensten. Daar waar nodig biedt de taakgroep hulp. • Voorbereiden en leiden van de zangdiensten. Deze worden vier maal per jaar gehouden. • Contacten onderhouden met de Matzerschool over de keuze van het lied van de maand. • Organisatie van op jeugd gerichte diensten, zolang de Jeugddienstcommissie is opgeheven. Tevens introduceert de taakgroep nieuwe ideeën. Enkele voorbeelden hiervan zijn: • Het zingen van (nieuwe) liederen uit andere bundels dan het Liedboek voor de kerken. Hierbij valt te denken aan de evangelische liedbundel, maar ook andere bundels kunnen worden gebruikt. • De inzet van gemeenteleden om als lectoren (lezers) de lezingen in de erediensten voor hun rekening te nemen. • In samenwerking met de diaconie is het voorbedenboek geïntroduceerd. De Taakgroep Liturgie en Eredienst staat onder verantwoording van de Pastorale Raad.
5.2.2 Huidige organisatie De taakgroep wordt gevormd door vertegenwoordigers uit de Pastorale Raad (momenteel een predikant en de ouderling Vorming en Toerusting) en enkele gemeenteleden, waaronder één van de organisten.
5.2.3 Doelen - Onderzoek doen naar situaties. - Zoeken naar nieuwe invulling van sommige onderdelen van de eredienst. - Kinderen meer bij de eredienst betrekken.
18
5.2.4 Benodigde middelen De taakgroep heeft voortdurend behoefte aan ondersteuning vanuit de gemeente op het gebied van creativiteit en het bedenken en uitvoeren van voorstellen om de doelen te bereiken. De aan te dragen voorstellen zullen niet of nauwelijks gepaard gaan met financiële consequenties. In de gevallen dat dit wel gebeurt kan per gelegenheid worden bekeken of de verwachte baten opwegen tegen de te maken kosten.
5.2.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 5.2.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Onderzoek doen naar situaties. 1. Onderzoeken in welke mate de huidige vorm van het zingen van nieuwe liederen gewaardeerd wordt en welke aanpassingen, zowel qua liedkeuze als moment van zingen, wenselijk zijn. Datum: 2008. 2. Onderzoeken, samen met het JAB en de leiding van de kindernevendienst, hoe te realiseren dat jonge kinderen zich werkelijk betrokken voelen bij de eredienst. Datum: 2008. 3. Onderzoeken, samen met het College van Diakenen, waarom er een terugloop in deelname aan Avondmaalsdiensten is. Datum: 2009. Doel: - Zoeken naar nieuwe invulling van sommige onderdelen van de eredienst. 4. Meer visualisering tijdens erediensten. Gebruik maken van moderne media. Datum: 2008. 5. In de kerk een bord plaatsen waarop de namen van gedoopten worden vermeld. Datum: 2008. 6. In de kerk een bord plaatsen waarop de namen van overledenen (met kruisjes) worden vermeld. Datum: 2008. 7. Uitproberen hoe en welke muziekinstrumenten gebruikt kunnen worden tijdens de eredienst. Datum: 2008. 8. Mensen bij de eredienst betrekken, bijvoorbeeld door hen “hun verhaal” te laten vertellen. Datum: 2008. 9. Samen met de Pastorale Raad nadenken over de vraag op welke zondag in het kerkelijke jaar de Gedachtenisdienst gehouden wordt. Datum: 2008.
19
10. Experimenteren met middagdiensten in plaats van avonddiensten. Dit om een andere doelgroep, zoals de iets oudere jongeren, te bereiken. Datum: 2009. Doel: - Kinderen meer bij de eredienst betrekken. 11. Tijdens diensten meer “inspelen” op de kinderen. Bijvoorbeeld door Bijbellezingen eens anders uit te voeren, waardoor kinderen het beter kunnen begrijpen. (Uitvoering in samenwerking met de leiding van de kindernevendienst.) Datum: 2008. 12. Jongeren vragen om volgens rooster “Kind van de Zondag” te zijn. Taken die hierbij zouden kunnen horen zijn onder andere het aansteken van een kaars en het collecteren. (Uitvoering in samenwerking met de leiding van de kindernevendienst.) Datum: 2008. 13. Zangdiensten, waarbij kinderen en anderen uitgenodigd worden instrumenten mee te nemen. Tijdens gewone erediensten kinderen betrekken bij de muziek, door ze een instrument te laten meenemen. Datum: 2008. 14. Meer samenwerking met de Matzerschool bij de organisatie van de schoolkerkdiensten. Datum: 2008.
20
HOOFDSTUK 6: TAAKGROEP OECUMENE
6.1 Inleiding Het op een aantal vlakken samenwerken van de Protestantse Gemeente Wijhe en de Rooms Katholieke Parochie in Wijhe wordt gecoördineerd door de taakgroep Oecumene. Zij valt qua verantwoordelijkheid binnen de PGW onder de Pastorale Raad. De Rooms Katholieke leden van deze taakgroep vallen onder de Beleidsadviesgroep van de Rooms Katholieke Parochie. De taakgroep wil de gemeente en parochie laten zien en beleven wat oecumene betekent: • De gemeenschap van alle gelovigen in en met Jezus Christus, ongeacht tot welk kerkgenootschap zij behoren. • Gelovigen die vanuit de inspiratie van hun geloof willen werken aan vrede en gerechtigheid voor alle mensen en die God’s schepping ongeschonden willen doorgeven aan de volgende generaties. • Oecumene vertelt van God die het om zijn hele kerk in de hele wereld te doen is. • Oecumene kan alleen bloeien wanneer zij actief gedragen en beleefd wordt door de gelovigen zelf. De taakgroep is tot dusver met name actief op plaatselijk vlak. De activiteiten bestaan uit de organisatie van drie kerkdiensten waarin getracht wordt aan te tonen dat we met elkaar kerk zijn en de verbondenheid in de ene Heer vieren. Deze diensten betreffen jaarlijks: • In de maand januari een oecumenische viering in de Gebedsweek voor de eenheid van de christenen. • Op 4 mei een herdenkingsdienst in de Nicolaaskerk. • Op de eerste zondag in september (tijdens de Wiejese Diekdaegn) een eredienst in de feesttent. De opbrengst van de tijdens deze diensten gehouden collectes wordt in de eerste plaats besteed aan het dekken van de kosten. Vervolgens wordt het restant besteed aan een per keer vastgesteld goed doel (bijvoorbeeld de Cliniclowns of het Hospice Raalte), dan wel overgemaakt aan de kas van de RK Parochie of het College van Kerkrentmeesters van de PGW.
6.2 Huidige organisatie De taakgroep bestaat uit drie leden van de PG Wijhe en twee leden van de RK Parochie. Gemiddeld wordt één keer per maand vergaderd, doorgaans in aanwezigheid van de predikant(en), de pastoor en/of de pastoraal werker.
6.3 Doelen - Handhaven van de drie voornoemde diensten. - Uitbreiden van het aantal gezamenlijke diensten met een Taizé-viering. Een dergelijke viering staat (ook) symbool voor oecumene.
21
- Leggen van contacten met oecumenische taak- of werkgroepen in de regio. Om kennis en ervaring uit te wisselen lijkt het zinvol contacten te leggen dan wel samen te gaan werken met groepen in de regio, bijvoorbeeld in Olst.
6.4 Benodigde middelen Het behalen van de gestelde doelen zal naar verwachting niet gepaard gaan met hoge financiële kosten. De opbrengsten van de collectes tijdens de oecumenische diensten zullen de kosten ervan dekken.
6.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 6.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Handhaven van de drie voornoemde diensten. 1. Elk jaar organiseren en uitvoeren van drie oecumenische diensten. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Uitbreiden van het aantal gezamenlijke diensten met een Taizé-viering. 2. Het organiseren van een Taizé-viering. Datum Taizé-viering: november (niet jaarlijks). Doel: - Leggen van contacten met oecumenische taak- of werkgroepen in de regio. 3. Contact leggen met de oecumenische groep in Olst. Datum: 2007.
22
HOOFDSTUK 7: TAAKGROEP KERK EN JEUGD
7.1 Taakgroep Kerk en Jeugd 7.1.1 Inleiding De taakgroep Kerk en Jeugd valt qua verantwoordelijkheid onder de Kerkenraad. Gezien haar activiteiten heeft deze taakgroep betrokkenheid bij zowel de Pastorale Raad als het College van Diakenen. De taakgroep heeft als opdracht om samen met jeugd en jongeren, te zoeken naar mogelijkheden om de boodschap van God te verstaan, van hieruit te leven en om zo als mens tot volle ontplooiing te komen. Uitgangspunt is dat geloven een proces is wat steeds andere vormen kan aannemen. De taakgroep wil zich daarom aansluiten bij wat jongeren denken en geloven en uitgaan van de belevingswereld van deze jongeren. Jongeren mogen hun eigen wegen gaan.
7.1.2 Huidige organisatie In de huidige structuur is al het jeugd- en jongerenwerk verenigd binnen de taakgroep Kerk en Jeugd. Daarin vindt overleg en afstemming plaats van alle groepen die werken met jeugd en jongeren. Dit zijn: • 7.2: Jeugdambtsdragersberaad (JAB) • 7.3: Kindernevendienst • 7.4: Jeugdcentrale / clubs • 7.5: Catechese • 7.6: Let’s Go! • 7.7: Let’s Go to school! • 7.8: Jeugdpastoraat • 7.9: Jeugddienstcommissie De taakgroep Kerk en Jeugd bestaat uit vertegenwoordigers van bovenstaande groepen, aangevuld met het volledige JAB.
7.2 Jeugdambtsdragersberaad (JAB) 7.2.1 Inleiding Tot de taken van het JAB behoren: • Het aansturen van het jaarlijkse startweekend. • Het onder de aandacht brengen van de diaconale taak. • Het initiëren van vergaderingen van de taakgroep Kerk en Jeugd. Tevens is het JAB vertegenwoordigd in de afzonderlijke vergaderingen van de jeugdgroepen. Hierdoor worden de samenhang en communicatie tussen de jeugdgroepen en de Kerkenraad bevorderd.
7.2.2 Huidige organisatie Het JAB wordt gevormd door de twee jeugdouderlingen, de jeugddiaken en een predikant.
23
7.2.3 Doelen - Samenhang tussen de verschillende geledingen stimuleren. Bijvoorbeeld door het betrekken van de jeugdcentrale bij projecten van de kindernevendienst. Een ander voorbeeld (voor op langere termijn) is samenwerking tussen de catechesegroepen en de jeugddienstcommissie.
7.2.4 Benodigde middelen Voorzien wordt dat het doel kan worden bereikt zonder hoge kosten.
7.2.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe het in paragraaf 7.2.3 genoemde doel bereikt moet worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar het actiepunt afgerond dient te zijn. Doel: - Samenhang tussen de verschillende geledingen stimuleren. 1. In overleg gaan met de leiding van de groepen en één en ander realiseren. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011.
7.3 Kindernevendienst 7.3.1 Inleiding De kindernevendienst is gericht op kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 12 jaar. Iedere ochtenddienst wordt in minimaal twee groepen kindernevendienst gehouden. De kinderen maken er kennis met de bijbelverhalen, eenvoudige vormen van (wereld)diaconaat en de symbolen die in de kerk gebruikt worden. In de kindernevendienst worden de bijbelverhalen uitgelegd in een voor kinderen begrijpelijke taal. Er wordt gewerkt met een methode die aansluit op het leesrooster van de erediensten. Na het verhaal volgt een verwerking; dit kan een spel, een kleurplaat of een knutselopdracht zijn. Andere activiteiten van de kindernevendienstleiding zijn: • Het begeleiden van het Kerst- en Paasproject. • Medewerking verlenen aan de rondom-4 dienst. • Medewerking verlenen aan de rondom-12 dienst (overstapdienst). • Aandacht besteden aan gebeurtenissen als doop, bevestiging en belijdenis. • Het meehelpen voorbereiden van de startzaterdag. 7.3.2 Huidige organisatie De leiding bestaat voor het merendeel uit moeders van kinderen uit de doelgroep. Gemiddeld wordt er 5 keer per jaar vergaderd.
7.3.3 Doelen - Deelname aan de kindernevendienst vergroten. - Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren.
24
7.3.4 Benodigde middelen Indien de deelname aan de kindernevendienst toeneemt zal dit waarschijnlijk ook gepaard gaan met enige kostenverhoging, in verband met extra aan te schaffen materialen. Financiering van een beamer kan “via” het kerkelijk centrum, zodat deze zo optimaal mogelijk kan worden gebruikt. De cursus “Leven uit de bron” wordt gegeven door een predikant van de PG Wijhe.
7.3.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 7.3.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Deelname aan de kindernevendienst vergroten. 1. Kindernevendienst aantrekkelijker maken door meer gebruik te maken van moderne audiovisuele middelen, zoals een beamer. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 2. Kindernevendienst leuker maken door vaker een spel te doen. Datum: 2007 3. Kerkdienst aantrekkelijker maken door bijvoorbeeld een tafelvoetbalspel achter in de kerk te plaatsen. Deze kan worden gebruikt onder het “koffiedrinken na de dienst”. Datum: 2008. 4. Kinderen meer bij de kindernevendienst betrekken door het geven van informatie en/of uitnodigingen. Dit kan via Onderweg, de website of via school. Datum: 2007. 5. Ouders meer bij de kindernevendienst betrekken door het geven van informatie (over bijvoorbeeld de projecten). Dit kan via Onderweg, school, de website of e-mail. Datum: 2007. 6. Meer samenwerken met de Matzerschool. De kindernevendienst aan laten sluiten bij wat op school wordt behandeld (in Trefwoord). Datum: 2008. 7. Kindernevendienst aanbieden tijdens de oecumenische diensten in januari en september. Datum: 2008. Doel: - Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. 8. Wekelijks overleg met de predikant ter voorbereiding van de kindernevendienst. Datum: 2007. 9. Zoeken naar een handvat om het avondmaal uit te leggen aan de kinderen. Datum: 2008.
25
10. De cursus “Leven uit de Bron" volgen. Deze cursus streeft naar een vergadercultuur, waarbij de balans wordt gezocht tussen activiteiten, bezinning en communicatie. Datum: 2009.
7.4 Jeugdcentrale / clubs 7.4.1 Inleiding De jeugdcentrale is gericht op het clubwerk voor kinderen en jongeren van 8 t/m 17 jaar. De groepen zijn gesplitst in twee categorieën: 8 t/m 12 jaar en 13 jaar en ouder. Er wordt aan de kinderen en jongeren de gelegenheid geboden om op een ontspannen manier bij elkaar te komen. Ze ontmoeten in deze setting leeftijdsgenoten en zijn actief bezig. Van de oudere kinderen wordt ook verwacht dat zij zelf activiteiten (helpen) organiseren en hiervoor verantwoording dragen. De oudsten van hen zijn ook betrokken bij de leiding van de groepen. De activiteiten per leeftijdscategorie: • Groep 8 t/m 12 jaar: Vanaf het startweekend tot aan de Pasen is er één keer per week club. Het startweekend is de gezamenlijke start van het clubseizoen, de afsluiting vindt plaats door middel van een clubkamp. • Groep 13 jaar en ouder: In het startweekend is er een gezellig samenzijn, ook hier kan het seizoen worden besloten met een clubkamp.
7.4.2 Huidige organisatie De leiding bestaat uit ouders van de doelgroep en actieve gemeenteleden.
7.4.3 Doelen - Deelname aan de clubs vergroten. - Meer publiciteit van en over de clubs. - Meewerken aan een dienst. - Betrokkenheid van de jeugd bij de kerk vergroten. Hierbij wordt met name gedacht aan het betrekken van de jeugd bij de bouw en de inrichting van het nieuwe kerkelijk centrum. Het daadwerkelijk helpen bij bijvoorbeeld schilderwerk vergroot de betrokkenheid en leidt tot gemeenteopbouw.
7.4.4 Benodigde middelen Indien de deelname aan de clubs toeneemt zal dit waarschijnlijk ook gepaard gaan met enige kostenverhoging. De verhoging kan eventueel worden geëffend door een te vragen bijdrage aan de (ouders van de) kinderen. Financiering van een beamer kan “via” het kerkelijk centrum, zodat deze zo optimaal mogelijk kan worden gebruikt.
26
7.4.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 7.4.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Deelname aan de clubs vergroten. 1. Organisatie van activiteiten buiten de “reguliere” cluburen om kinderen te betrekken bij het jeugdwerk (te denken valt aan bingoavonden, filmavonden etc.). Datum: 2007. 2. Gebruik maken van moderne audiovisuele middelen, zoals een beamer. Datum: 2007. Doel: - Meer publiciteit van en over de clubs. 3. Informatie van en over de clubs plaatsen op de website. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 4. Regelmatig informatie geven over de clubs via het kerkblad. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Meewerken aan een dienst. 5. Zoeken naar een manier om mee te werken aan een dienst die vooral op de jeugd is gericht. Te denken valt bijvoorbeeld aan een kerstdienst of een kerstmusical. Datum: 2008. Doel: - Betrokkenheid van de jeugd bij de kerk vergroten. 6. Afspraken maken met betrekking tot daadwerkelijke betrokkenheid van de clubs bij de bouw en inrichting van het kerkelijk centrum. Datum: 2007.
7.5 Catechese 7.5.1 Inleiding Het aanbod van catechese bestaat uit 2 soorten jongerencatechese en belijdeniscatechese. • Catechese voor 12 t/m 16-jarigen: De vorm die gehanteerd wordt heet Provider: “Geloofsopvoeding voor jongeren door middel van keuzecatechese”. Tijdens informatieavonden in september en januari kunnen jongeren zien welke onderwerpen worden behandeld en kunnen zij zich aanmelden voor de items van hun keuze. Tijdens Provider-avonden is er ruimte voor contacten met anderen, worden zaken uit de eigen leefwereld besproken, is men op een creatieve manier bezig met de 40-dagentijd, worden nieuwe items gezocht die door Provider via internet worden aangeboden, enzovoort. Het is belangrijk ouders te betrekken bij de activiteiten. Naast de items voor jongeren wordt dan ook een item voor ouders aangeboden.
27
•
•
Catechese voor 16 jaar en ouder: Ieder jaar worden in september via het kerkblad jongeren uitgenodigd voor een serie gespreksavonden over geloof, leven, kerk en bijbel (“Groeien in vertrouwen”). De onderwerpen worden in onderling overleg vastgesteld. Deze gespreksavonden worden door de predikanten georganiseerd. Belijdeniscatechese: De mogelijkheid is aanwezig om belijdenis van geloof te doen. Dit kan bij de doop van een (eigen) kind, maar ook op andere momenten. Specifiek is de Paasnacht voor het doen van belijdenis en het vernieuwen van de doopbelofte. Gesprekken over belijdenis gebeuren in overleg met de predikanten.
7.5.2 Huidige organisatie De leiding van Provider bestaat uit een coördinerend gemeentelid en een jeugdouderling. Voorts worden ouders en predikanten betrokken bij de behandeling van onderwerpen.
7.5.3 Doelen - Intensiveren van het contact met de doelgroep. - Betrokkenheid van de jeugd bij de kerk vergroten. - Ouders en andere gemeenteleden betrekken bij Provider. Geloofsopvoeding is een zaak van de hele gemeente, daarom moeten ouders en gemeenteleden meer betrokken worden bij Provider. Dit vanuit de gedachte dat betrokken gemeenteleden de kans op betrokken jongeren vergroot.
7.5.4 Benodigde middelen Voor het benaderen van de doelgroep heeft men behoefte aan de e-mailadressen, zodat een ieder met behulp van moderne middelen benaderd kan worden. Voorzien wordt dat de doelen zonder hoge kosten gehaald kunnen worden.
7.5.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 7.5.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Intensiveren van het contact met de doelgroep. 1. Omzien naar jongeren, bijvoorbeeld door het sturen van een kaartje bij het behalen van een schooldiploma. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 2. Onderzoeken of de Provider-leiding een Tienernevendienst kan organiseren, eventueel ‘s middags. Datum: 2007. 3. In gesprek komen met jongeren en hun ouders en hun wensen meenemen (bijvoorbeeld: welke items vinden zij interessant). Datum: 2007.
28
4. Werving door middel van e-mail, posters en publicaties in het kerkblad. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Betrokkenheid van de jeugd bij de kerk vergroten. 5. Jongeren laten helpen bij bouw en inrichting van het kerkelijk centrum en jongeren zelf een ruimte laten inrichten. Datum: 2007. 6. Jongeren betrekken bij projecten, bijvoorbeeld bij Let’s Go!. Datum: 2008. Doel: - Ouders en andere gemeenteleden betrekken bij Provider. 7. Gesprekken voeren met ouders van kinderen in de leeftijd van 10-14 jaar. Datum: 2007. 8. Gemeenteleden vragen of ze mee willen werken aan Provider-items (bijvoorbeeld aan de hand van hun beroep of hobby). Datum: 2007. 9. Een Provider-ouderdienst (gezinsdienst) organiseren. Datum: 2008. 10. Een zogenaamde Open Deur-dienst (muziek, dans, enzovoort) organiseren. Datum: 2008/2009.
7.6 Let’s Go! 7.6.1 Inleiding Dit betreft een projectgroep waar met name jongeren in de leeftijd van 17 tot en met 23 jaar bij betrokken zijn. De groep werkt vanuit de opdracht van het geloof dat we “kerk in de wereld” zijn. Er wordt daadwerkelijk hulp geboden aan mensen in een achterstandsituatie: met name in een kindertehuis en een school in het dorp Laubere (in Letland). Neveneffecten van dit project zijn dat jongeren uit Wijhe zich bewust worden van de nood in de wereld, in de gelegenheid worden gesteld hulp te bieden en in contact komen met jongeren uit een ander land en met een andere cultuur. Eén keer per 2 jaar gaat een groep van rond de 40 personen naar Letland om daar gebouwen op te knappen, meubilair af te leveren, installatiewerk te verrichten, enzovoort. In de tussenliggende jaren wordt door een groep jonge Letten gebruik gemaakt van de, door Let’s Go! geboden, gelegenheid om een bezoek aan Wijhe (en Nederland) te brengen. Daarnaast worden van tijd tot tijd transporten met hulpgoederen naar Letland gebracht.
7.6.2 Huidige organisatie De leiding van het project is in handen van een stuurgroep, gevormd door gemeenteleden van de PG Wijhe en een vertegenwoordiging van de Rooms Katholieke Parochie in Wijhe. De uitvoering van het project is voor èn door jongeren; waarbij jongeren en volwassenen samen de verantwoordelijkheid dragen.
29
7.6.3 Doelen - Zolang als nodig is blijven doorgaan met het daadwerkelijk hulp bieden aan mensen in een achterstandsituatie. Dit met name in een kindertehuis en een school in het dorp Laubere. In de toekomst wordt deze hulp uitgebreid naar andere projecten in Laubere en omgeving (het dorp Suntazi). - Jongeren blijven betrekken bij deze manier van hulpverlening, zodat ook deze vorm van gemeente zijn ingevuld wordt.
7.6.4 Benodigde middelen Het werven van de benodigde financiële middelen wordt in eigen beheer uitgevoerd. Jaarlijks zijn er meerdere wervingsacties, zoals de flessenactie, de verkoop van pepernoten, de culinaire avond, de rommelmarkt, acties in samenwerking met winkeliers van Wijhe en het inzamelen van hout voor en het innen van parkeergeld bij het Paasvuur. Het voornemen bestaat door te gaan met het werven van geld en goederen zoals dit al gedaan wordt. Daarnaast worden regelmatig subsidiebronnen aangeboord van publieke instanties.
7.6.5 Actiepunten en tijdpad Gesteld kan worden dat de beoogde doelen overeenkomen met de huidige manier van werken. Let’s Go! gaat dus door met waar het mee bezig is.
7.7 Let’s Go to school! 7.7.1 Inleiding Sinds enkele jaren is binnen Let’s Go! een werkgroep actief in de ondersteuning van specifiek het naar school kunnen laten gaan van kinderen uit armlastige gezinnen. In Laubere zijn gezinnen die, ook voor Letlandse begrippen, onder het bestaansminimum leven. Hierdoor zijn zij niet in staat om de benodigde schoolspullen voor hun kind aan te schaffen. Deze werkgroep heeft een systeem van (maandelijkse) donaties en eenmalige giften opgezet. Twee keer per jaar wordt een bedrag op de rekening van de sociale dienst in Laubere gestort. In samenspraak met het hoofd van de school besluit de sociaal werkster welke gezinnen / kinderen in aanmerking komen voor de financiële steun. Van deze steun kunnen schoolboeken, gymkleding en een warme maaltijd op school bekostigd worden.
7.7.2 Huidige organisatie De leiding is oecumenisch samengesteld. Omdat deze werkgroep nauwe contacten onderhoudt met het College van Diakenen is in de werkgroep ook een diaken vertegenwoordigd.
30
7.7.3 Doelen - Het zolang als nodig is blijven ondersteunen van de doelgroep in Laubere.
7.7.4 Benodigde middelen De middelen bestaan uit gelden die worden ingezameld via een systeem van donaties, collectes en (mogelijke) subsidies. Deze blijven aangeboord worden.
7.7.5 Actiepunten en tijdpad Gesteld kan worden dat het beoogde doel overeenkomt met de huidige manier van werken. Let’s Go to school! gaat dus door met waar het mee bezig is.
7.8 Jeugdpastoraat 7.8.1 Inleiding Deze vorm van pastoraat richt zich op jongeren (4 – 24 jaar) binnen de PG Wijhe. De opzet is in contact te blijven met deze jongeren en hen betrokken te houden bij het geloof. Taken van het jeugdpastoraat zijn onder andere: • Jongeren stimuleren deel te nemen aan (jeugd)activiteiten in kerkelijk verband. • Pastorale gesprekken voeren met jongeren ten bate van het “lijntje leggen” met de kerk. • Eventueel (zieken)huisbezoeken afleggen. • Informatie doorgeven aan de predikant of wijkouderling. • Bezoeken van jongerenactiviteiten, bijvoorbeeld die van de Jeugdcentrale / clubs. • Het onderhouden van contacten met de verschillende commissies uit de taakgroep Kerk & Jeugd.
7.8.2 Huidige organisatie Het jeugdpastoraat wordt verzorgd door twee jeugdouderlingen die deel uitmaken van de Kerkenraad.
7.8.3 Doelen - Jeugdpastoraat verder uitbouwen dan wel invullen door nieuwe activiteiten. - Meer samenwerking tussen de predikant/wijkouderling en de jeugdouderlingen ten aanzien van onder andere huisbezoeken. - Voldoende kennis en vaardigheden houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. De jeugdouderlingen zouden meer ‘pastorale’ bagage willen hebben met betrekking tot het werken met jongeren.
31
7.8.4 Benodigde middelen Jeugdpastoraat is onderdeel van het “gewone” pastoraat. Voor de uitvoering van deze vorm van pastoraat hoeven geen speciale gelden te worden gegenereerd. Ook voor cursussen is geld beschikbaar uit de gewone middelen.
7.8.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 7.8.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Jeugdpastoraat verder uitbouwen dan wel invullen door nieuwe activiteiten. 1. Aanwezig zijn bij belijdenisgesprekken. Datum: 2007. 2. Meer betrokkenheid tonen. Dit kan door huisbezoeken (in geval van ziekte of ziekenhuisopname of in geval van ziekte van een ouder) of door het sturen van een kaartje bij belangrijke gebeurtenissen. Datum: 2007. Doel: - Meer samenwerking tussen de predikant/wijkouderling en de jeugdouderlingen ten aanzien van onder andere huisbezoeken. 3. Het invullen van meer overleg en samenwerking tussen jeugdouderlingen enerzijds en predikanten en wijkouderlingen anderzijds. Datum: 2007. Doel: - Voldoende kennis en vaardigheden houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. 4. Het volgen van een cursus of bijscholing. Datum: 2007.
7.9 Jeugddienstcommissie 7.9.1 Inleiding Deze groep richtte zich met name op jongeren vanaf 12 jaar. Gezien het dalende bezoek aan jeugddiensten en het ontbreken van enige belangstelling bij jongeren om samen met jeugdambtsdragers deze commissie te vormen, is in het najaar van 2006 besloten de commissie op non-actief te zetten en qua activiteiten aan te sluiten bij de Taakgroep Liturgie en Eredienst (hoofdstuk 5). De Kerkenraad blijft pogen, in overleg met de jongeren, deze commissie weer actief te maken. Wellicht in een andere vorm dan in het verleden.
32
HOOFDSTUK 8: COLLEGE VAN DIAKENEN
8.1 Inleiding Diaconaat vindt haar oorsprong in de dienende functie van Jezus Christus in de wereld. De gemeente, de diaconie is geroepen tot de dienst van barmhartigheid en gerechtigheid door: • Het betrachten van onderling dienstbetoon. • Het verlenen van bijstand, verzorging en bescherming aan wie dat nodig hebben. • Het deelnemen in arbeid ten behoeve van het algemeen maatschappelijk welzijn. • Het signaleren van knelsituaties in de samenleving. • Het bevorderen van de zorg voor het behoud van de schepping. Dit gemeentelijk en wereldwijd. De diaconie doet niet aan bezitsvorming. Zij zorgt dat zij financieel onafhankelijk is en dat er voldoende reserve is om direct te kunnen reageren bij vragen om hulp. Dit naar redelijkheid en mogelijkheid. Haar financiën worden naar daadkracht besteed aan diaconale aangelegenheden, zowel plaatselijk, nationaal en internationaal. Van het financiële beleid wordt jaarlijks een begroting en een jaarrekening gemaakt. Diaconale hulp wordt verleend daar waar nodig is. Hulpvragen worden doorgaans gedaan via predikant, andere ambtsdragers, buurtwerkers of zorginstellingen Het wegen en beoordelen gebeurt “in maatwerk”, dat wil zeggen dat de aanvraag als zodanig op zichzelf wordt bekeken. Hulpvragen hebben meestal betrekking op verzoeken tot financiële steun. Vanuit de werkgroep Vluchtelingenwerk, die is opgezet onder verantwoordelijkheid van de (burgerlijke) gemeente, komt soms een aanvraag binnen om een gezin of persoon financieel te helpen. Dit kan bijvoorbeeld iets zijn waarvoor zij geen vergoeding van de gemeente ontvangen. Andere taken van het College van Diakenen zijn onder meer het uitvoeren van rouwbezoeken vanuit een diaconale invalshoek, het verlenen van nazorg aan nabestaanden van een overledene en het scheppen van mogelijkheden voor minder validen om de erediensten te bezoeken. Tevens vallen de organisatie van de wekelijkse bloemengroet (uit de eredienst) en die van kerktelefoon (en bandrecorder) onder de verantwoordelijkheid van de diaconie.
8.2 Huidige organisatie College van Diakenen Het College van Diakenen bestaat uit 8 leden. Uit de leden wordt een voorzitter, een secretaris en een penningmeester benoemd. Diakenen en wijkteams De gemeente is verdeeld in 11 wijken waarin wijkteams actief zijn. De diakenen maken naast predikanten, ouderlingen, ouderling-kerkrentmeesters en buurtwerkers deel uit van de verschillende wijkteams. De diakenen dragen er onder meer zorg voor dat de verschillende diaconale collectes door de buurtwerkers worden uitgevoerd. Zij zijn in beginsel ook aanwezig bij de groothuisbezoeken en dragen bij aan de hier gevoerde discussies.
33
Diaconaat in de gemeente De diaconie is vertegenwoordigd in het moderamen van de Kerkenraad, de Classis en de volgende taakgroepen: ZWO, Kerk en Ouderen, Kerk en Jeugd. De diaconie maakt in de persoon van de jeugddiaken deel uit van het Jeugdambtsdragersberaad (JAB) en is daardoor tevens direct betrokken bij alle vormen van het jeugdwerk. Daarnaast is er door middel van afvaardiging directe betrokkenheid bij projecten als Let’s Go! en Let’s Go to school! Diaconaat in de samenleving Teneinde ook haar rol in de samenleving te vervullen is de diaconie vertegenwoordigd in plaatselijk Vluchtelingenwerk, de Cliëntenraad van de (burgerlijke) gemeente Olst-Wijhe en andere maatschappelijk groeperingen en/of organisaties. Juist daar vervult de diaconie haar rol met betrekking tot betrokkenheid met de samenleving.
8.3 Doelen - Blijven zoeken naar invulling diaconale taken. De diaconie blijft zoeken naar mogelijkheden om haar taken met betrekking tot het bieden van hulp in te vullen, ook buiten de eigen gemeente(leden). De diaconie wil zich nog meer “naar buiten richten” en laten zien waar ze voor staat. Mede als gevolg hiervan haalt ze de samenleving naar binnen. - Nieuwe initiatieven ontplooien. Nieuwe initiatieven, die mede tot doel hebben het “omzien naar elkaar” en het “medeleven” te vergroten, dienen te worden ontplooid. - Voldoende kennis en vaardigheden houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren.
8.4 Benodigde middelen De diaconie zal om haar taken te kunnen blijven uitvoeren haar financiële middelen adequaat blijven inzetten. Indien voor nieuwe initiatieven extra geldmiddelen benodigd zijn, zal zij telkens de te bereiken doelen afwegen ten opzichte van de kosten. Vooralsnog wordt aangenomen dat nieuwe initiatieven uit de reguliere geldmiddelen bekostigd kunnen worden zonder dat dit in aanzienlijke mate ten koste gaat van bestaande initiatieven. Ten behoeve van de diaconale toerusting en vergaring van kennis zal het College van Diakenen een beroep kunnen doen op de expertise van het Protestants Diensten Centrum. Dit gaat niet gepaard met veel financiële consequenties. Wel zullen de leden van het College van Diakenen hiervoor tijd beschikbaar moeten stellen. Een goede samenwerking met predikanten, andere ambtsdragers, buurtwerkers en derden blijft noodzakelijk.
8.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 8.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn.
34
Doel: - Blijven zoeken naar invulling diaconale taken. 1. Onderzocht dient te worden hoe gebruik kan worden gemaakt van de gaven van mensen, om anderen te helpen. (Bijvoorbeeld als mantelzorger, gehandicaptenzorger, ondersteuner bij collectief ontslag of als financieel/administratief ondersteunend persoon.) Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 2. Het opzetten van een meldpunt waar mensen hun, al dan niet praktische, hulpvraag (bijvoorbeeld over het nodig zijn van vervoer) kunnen neerleggen. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 3. De diaconie geeft tijdens zondagsdiensten informatie over te steunen projecten. Wat opvalt is dat bij speciale projecten mensen later in de week extra geld storten op de rekening van de diaconie. Hieruit blijkt dat duidelijk met de gemeente gecommuniceerd dient te worden. De diaconie zal hieraan verdere invulling geven. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2009. 4. Door zichzelf beter te profileren en door beter te communiceren, zowel binnen als buiten de gemeente, bestaat de hoop meer signalen binnen te krijgen over personen die diaconale hulp kunnen gebruiken. De diaconie zal onderzoeken op welke wijze zij het beste meer naar buiten kan treden en hieraan invulling geven. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2009. Doel: - Nieuwe initiatieven ontplooien. 5. De diaconie heeft een belangrijke rol rond de viering van het Heilig Avondmaal. Vastgesteld wordt dat sprake is van afnemende deelname aan deze vieringen. Heeft het te maken met frequentie en/of met vormgeving? Het zal onderzocht moeten worden. Voorts dient de mogelijkheid van een lopende viering van het Heilig Avondmaal onderzocht te worden. Datum: 2007. 6. De diaconie veronderstelt dat er behoefte is aan meer mogelijkheden voor contactvormen en wil hiertoe nieuwe initiatieven ontplooien. Voorbeelden zijn: - het organiseren van een zondagslunch voor en door alleenstaande ouderen (aansluitend aan het koffiedrinken na de dienst). - een vorm van “inloophuis”. Onderzocht zal worden of er inderdaad behoefte aan is en bij positief resultaat zal worden gestart met de activiteiten. Datum: 2007. 7. Beleid op maatschappelijke probleemstellingen dient bespreekbaar te worden gemaakt en zonodig te worden ontwikkeld. De diaconie zal de komende tijd onderzoeken op welke wijze dit ingevuld kan worden. Hierbij valt te denken aan de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning waardoor wellicht ook meer concrete problemen achterhaald kunnen worden. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2009.
35
Doel: - Voldoende kennis en vaardigheden houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. 8. Door het bezoeken van jaarlijkse diaconale toerustingdagen en het volgen van diaconale cursussen wil men voldoende kennis en vaardigheden krijgen om de taken naar behoren uit te voeren. Hiertoe zal een beroep gedaan worden op het Protestants Diensten Centrum. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011.
36
HOOFDSTUK 9: TAAKGROEP ZWO
9.1 Inleiding De taakgroep Zending, Werelddiaconaat en Ontwikkelingssamenwerking (ZWO) valt qua verantwoordelijkheid onder de Kerkenraad. Gezien haar activiteiten heeft deze taakgroep de grootste betrokkenheid bij het College van Diakenen. De zendingstaak van de ZWO is gelegen in het steun geven aan partnerkerken elders in de wereld op basis van overleg en samenwerking. In het zendingswerk worden de culturele achtergronden en tradities van de mensen aan wie hulp wordt geboden, gerespecteerd. Op het gebied van het werelddiaconaat probeert de ZWO levensomstandigheden te verbeteren om zo bij te dragen aan een betere toekomst. Behalve het uitvoeren van activiteiten richting de ontvangende landen, is een andere taak juist het informatie geven in Nederland. Dit met als doel de betrokkenheid bij elkaar te vergroten en elkaar wederzijds te inspireren. Op het gebied van ontwikkelingssamenwerking wordt gewerkt aan het veranderen van politieke en economische structuren in rijke en arme landen. De taakgroep wil tegenstellingen tussen die landen overbruggen en de kloof tussen armen en rijken verkleinen. De taakgroep draagt zorg voor zendingscollectes en collectes voor het werelddiaconaat, de verkoop van missie-/zendingskalenders, de organisatie van speciale acties (bijvoorbeeld Oikocredit en schrijfacties) en zij onderhoudt contacten met de Halmahera-werkgroep (dit betreft een zendingsproject in Indonesië).
9.2 Huidige organisatie De taakgroep bestaat uit een voorzitter, een penningmeester, een secretaris, een predikant, een afgevaardigde uit het College van Diakenen en vier algemene leden. De penningmeester draagt zorg voor de afdracht van de gelden aan de organisatie Kerkinactie. Tevens maakt deze elk jaar een financieel verslag. Jaarlijks vindt vanuit de Kerkenraad een kascontrole plaats en wordt hiervoor verantwoording afgelegd. De taakgroep ZWO is vertegenwoordigd in de vergaderingen van de Classis in Overijssel.
9.3 Doelen - De in de inleiding gestelde taken zo goed mogelijk uitvoeren. De taakgroep ZWO ziet dit als haar belangrijkste streven. - Gemeenteleden betrekken bij het werk van de ZWO. De taakgroep wil meer aandacht vragen voor de projecten waar zij zich mee bezig houdt. Het kerkblad en de kerkdiensten worden hiervoor al benut, maar ook de website van de PG Wijhe kan hiervoor mogelijkheden bieden.
37
- Verbeteren van contacten en relaties binnen en buiten onze gemeente. Door meer contacten en uitwisseling van kennis en informatie wordt meer inhoud aan de taak gegeven. - Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. De taakgroep heeft de behoefte aan het op peil houden van haar kennis op het specifieke taakgebied en wil zich toerusten.
9.4 Benodigde middelen Het behalen van de gestelde doelen zal gepaard gaan met minimale kosten aangezien er gebruik gemaakt wordt van materialen aangeleverd door Kerkinactie. Ten behoeve van de toerusting en vergaring van kennis zal de taakgroep ZWO zo nodig een beroep doen op de expertise van Kerkinactie. Financiering van een beamer kan “via” het kerkelijk centrum, zodat deze zo optimaal mogelijk kan worden gebruikt.
9.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 9.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - De in de inleiding gestelde taken zo goed mogelijk uitvoeren. 1. De taakgroep blijft doorgaan met de huidige activiteiten. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Gemeenteleden betrekken bij het werk van de ZWO. 2. Het houden van een jaarlijks themabijeenkomst over de werkzaamheden van de taakgroep. Hierdoor wordt meer bekendheid gegeven aan de taken van de ZWO. Datum: 2007. 3. Het optimaal gebruiken van de door Kerkinactie aangeleverde materialen, door gebruik te maken van moderne communicatiemiddelen (beamer en dergelijke). Deze kunnen worden gebruikt bij bijeenkomsten en gemeentediensten. Ook het gebruiken van internet en andere digitale voorzieningen kan bijdragen aan verdere bekendheid en uitstraling. Datum: 2007. Doel: - Verbeteren van contacten en relaties binnen en buiten onze gemeente. 4. Jaarlijks (na Pasen) een avond met het College van Diakenen beleggen om kennis te maken of kennis te onderhouden, informatie uit te wisselen en het inhoudelijk afstemmen van acties. Datum: 2008. 5. Drie maal per jaar contact hebben met mensen uit het (landelijke) werkveld van zending, werelddiaconaat en/of ontwikkelingssamenwerking, zoals Kerkinactie en de Classikale ZWO-groepen. Datum: 2008.
38
6. Eén maal per jaar contact hebben met de Halmahera-werkgroep (project in Indonesië). Datum: 2008. 7. Het ontwikkelen en versterken van contacten met andere geledingen binnen de PG Wijhe, zoals de Kindernevendienst en Let’s Go!. Datum: Kindernevendienst in seizoen 2007-2008 en Let´s Go! in seizoen 2008-2009. Doel: - Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. 8. Drie maal per jaar aanwezig zijn bij de Classikale avonden waar Kerkinactie de toerusting verzorgt en er voor zorgt dat de kennis op peil blijft. Datum: 2008. 9. Abonneren op de Nieuwsbrief die door Kerkinactie beschikbaar wordt gesteld. Datum: 2007.
39
HOOFDSTUK 10: TAAKGROEP KERK EN OUDEREN
10.1 Inleiding Het ouderenwerk in de gemeente wordt gecoördineerd door en vanuit de taakgroep Kerk en Ouderen. Het College van Diakenen en de Pastorale Raad zijn als colleges samen verantwoordelijk voor deze taakgroep. De activiteiten bestaan uit de organisatie van: • Ontmoetingsdagen. Drie keer per jaar wordt een ontmoetings(mid)dag voor mensen van 60 jaar en ouder georganiseerd, dit om elkaar te ontmoeten en de onderlinge band te versterken. • Kerst- en Paasgroetenactie aan gemeenteleden van 80 jaar en ouder en aan gemeenteleden die in een ziekenhuis of verpleeghuis opgenomen zijn. • Bezoeken en verjaardagsbezoeken aan oudere gemeenteleden (>75 jaar). Deze bezoeken worden uitgevoerd door bezoekdames of door de betreffende buurtwerkers. • Bezoeken aan huwelijksjubilea (vanaf 40 jaar). Deze bezoeken worden uitgevoerd door een lid van de taakgroep of de buurtwerker. • Weeksluitingen in verzorgingshuis Het Weijtendaal. Per maand vindt 2 keer een weeksluiting plaats. Hierin gaan beurtelings predikanten uit Olst en Wijhe voor. Verder zijn een ouderling, een diaken en een vrijwilliger aanwezig. Er komen per keer ongeveer 25 mensen.
10.2 Huidige organisatie De taakgroep wordt gevormd door vertegenwoordigers uit de Pastorale Raad (1 ouderling) en het College van Diakenen (1 diaken). Voorts maken twee gemeenteleden deel uit van deze taakgroep.
10.3 Doelen - Doorgaan met de huidige invulling van activiteiten. Dit om de binding te blijven leggen tussen oudere gemeenteleden en de kerk/gemeente. Naast de bindende factor geeft het ook een mogelijkheid deze groep te horen. - Zoeken naar nieuwe initiatieven om het contact met en tussen ouderen te intensiveren. - Uitbreiding van de groep van bezoekpersonen. Momenteel zijn twee bezoekdames actief. De taakgroep wil dit aantal uitbreiden.
10.4 Benodigde middelen De taakgroep voert haar werkzaamheden uit met financiële ondersteuning van het College van Diakenen. Daarnaast is sprake van een behoorlijk bedrag aan giften uit de doelgroep zelf. Indien er sprake is van uitbreiding van activiteiten die ook gepaard gaan met extra kosten, zal vooraf bekeken moeten worden waaruit de kosten bestaan. Uitgangspunt is dat de financiële consequenties acceptabel zullen zijn.
40
10.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 10.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - Doorgaan met de huidige invulling van activiteiten. 1. De taakgroep blijft doorgaan met de huidige activiteiten. Indien er signalen komen die erop wijzen dat behoefte bestaat aan uitbreiding van het aantal weeksluitingen in Het Weijtendaal, zal zij dit nader onderzoeken. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Zoeken naar nieuwe initiatieven om het contact met en tussen ouderen te intensiveren. 2. De taakgroep stelt de weeksluitingen open voor gemeenteleden die niet in Het Weijtendaal wonen. Datum: 2008. 3. De taakgroep streeft er naar ouderen die niet in Het Weijtendaal wonen en verbonden zijn met de kerktelefoon uit te nodigen om samen met de bewoners het Heilig Avondmaal te vieren. Datum: 2008. 4. De taakgroep gaat onderzoeken of er behoefte bestaat aan het organiseren van een reisje (voor de doelgroep). Als dit zo is, wordt gekeken naar financiële consequenties en consequenties voor het aantal vrijwilligers. Indien haalbaar wordt het plan uitgevoerd. Datum reisje: omstreeks september 2008. Doel: - Uitbreiding van de groep van bezoekpersonen. 5. De taakgroep gaat actief op zoek naar personen die actief willen zijn in het bezoekwerk aan ouderen. Datum: 2007.
41
HOOFDSTUK 11: COLLEGE VAN KERKRENTMEESTERS
11.1 Inleiding Het College van Kerkrentmeesters beheert de bezittingen en behartigt de stoffelijke belangen van de Protestantse Gemeente Wijhe. Zij werft en beheert financiële middelen ten behoeve van de gemeente, beheert gebouwen, verzorgt personele aangelegenheden, voert de financiële en ledenadministratie en beheert het archief. De inkomsten van het College van Kerkrentmeesters bestaan voor ongeveer 2/3 deel uit levend geld. Met dit begrip worden alle jaarlijkse inkomsten bedoeld, die rechtstreeks ten goede komen aan de kerk: vrijwillige bijdragen, actie Kerkbalans, collecten en giften. Het overige 1/3 deel komt binnen uit de verhuur van gebouwen, legaten en renteopbrengsten. Jaarlijks worden een financiële begroting en een jaarrekening opgemaakt, welke bij de Kerkenraad ter vaststelling worden ingediend. Door middel van de gemeentegids, het kerkblad, de website en de gemeenteavonden worden gemeenteleden met regelmaat op de hoogte gehouden van het “gemeente-zijn” en van de activiteiten die in de gemeente plaatsvinden.
11.2 Huidige organisatie College van Kerkrentmeesters Het College van Kerkrentmeesters bestaat uit 9 leden, waarvan 7 ouderling zijn en derhalve lid van de Kerkenraad. Deze 7 kerkrentmeesters vervullen ambtshalve ook de rol van ouderling in de erediensten. Uit de leden wordt een voorzitter, een secretaris en een penningmeester benoemd. Ouderling-kerkrentmeesters en wijkteams De gemeente is verdeeld in 11 wijken waarin wijkteams actief zijn. De ouderlingkerkrentmeesters maken naast predikanten, ouderlingen, diakenen en buurtwerkers deel uit van de verschillende wijkteams. De ouderling-kerkrentmeesters dragen er onder meer zorg voor dat de verschillende collectes voor de plaatselijke gemeente door de buurtwerkers worden uitgevoerd. Dit geldt ook voor de verspreiding en daarna inzameling van schriftelijke stukken ten bate van de jaarlijkse actie Kerkbalans. Technische commissie Deze commissie bestaat uit vrijwilligers en staat onder verantwoordelijkheid van het college. Zij adviseert het college èn is belast met de uitvoering van onderhoud en restauratie van de kerkelijke gebouwen en de inventaris.
11.3 Doelen - De financiële positie waarborgen en het wegwerken van het exploitatie tekort. De zorg voor het financieel gezond houden van de PG Wijhe is en blijft een permanente activiteit. Het deel van de inkomsten wat wordt betiteld als levend geld betreft momenteel ongeveer 67%. Het landelijk gemiddelde is 80%. Tevens is er sprake van een exploitatie tekort. Beleid dient te worden gemaakt, zodat de inkomsten en uitgaven van onze gemeente in evenwicht worden gebracht. Gelet op de jaarlijks geconstateerde terugloop in betrokkenheid bij het “gemeente-zijn”, valt te verwachten dat de omvang van de vrijwillige bijdragen zal afnemen.
42
Uitgangspunt blijft dat het levende geld voldoende moet zijn om de totale kosten, exclusief de kosten van de kerkelijke bezittingen, te dragen: de opbrengsten uit het vermogen dienen primair om de gebouwen in stand te houden. - Het verbeteren van contacten en relaties. Het contact en de relatie met buurtwerkers, wijkteams en gemeenteleden verbeteren. Het contact met de werknemers van de PGW (kosters, beheerders en anderen) intensiveren en mede daardoor verbeteren. - Meer naar buiten treden. Bekendheid en vooral ook openheid van de PGW vergroten. Het College van Kerkrentmeesters kan hieraan bijdragen door de kerk en de kerkelijke gebouwen open te stellen voor bezichtiging en gebruik door derden. (De Nicolaaskerk is inmiddels als trouwlocatie aangewezen door de burgerlijke gemeente Olst-Wijhe.) - Het voorzien in de noodzakelijke ruimten en inventarissen.
11.4 Benodigde middelen Het College van Kerkrentmeesters zal om haar taken uit te voeren haar financiële middelen adequaat blijven inzetten. Zij zal zelf voortdurend de afweging maken van de te bereiken doelen ten opzichte van de te maken kosten. Indien zij hierbij expertise van derden nodig heeft zal zij die inroepen. Deze in te roepen deskundigheid van kerkelijke organisaties gaat doorgaans gepaard met geen of geringe kosten. Een goed samenspel met predikanten, andere ambtsdragers, buurtwerkers en derden blijft van groot belang.
11.5 Actiepunten en tijdpad Onderstaande lijst geeft weer hoe de in paragraaf 11.3 genoemde doelen bereikt moeten worden. Tevens wordt vermeld in welk jaar de actiepunten afgerond dienen te zijn. Doel: - De financiële positie waarborgen en het wegwerken van het exploitatie tekort. 1. Overwegen een deel van de opbrengsten uit het vermogen aan te wenden voor pastoraat, mits het vermogen zelf waardevast in stand blijft. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 2. Bij een eventuele predikantvacature zorgvuldig analyseren of en op welke wijze de vacature ingevuld kan worden. Datum: afhankelijk van vacature. 3. Benaderen van gemeenteleden die niet of in geringe mate voldoen aan financiële verwachtingen c.q. verplichtingen; eventueel hen in overweging geven het lidmaatschap te beëindigen. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 4. Opschonen ledenadministratie ter voorkoming van onnodige administratiekosten. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011.
43
5. Het in rekening brengen van kosten voor gebruik van gebouwen ten behoeve van trouw- en rouwdiensten (uiteraard met de nodige zorgvuldigheid). Datum: 2007. 6. Onderzoeken of, en bij wie, een deel van de kosten van de zorgbijdrage van de predikant bij een rouwdienst in rekening kan worden gebracht. Datum: 2007. 7. Besparen op loonkosten door overeenkomsten met werknemers te herzien (salaris omzetten in vrijwilligersvergoeding). Datum: 2007. 8. Inkomsten verhogen door kritischer om te gaan met het collecterooster en de wijze van collecteren. Bijvoorbeeld: open schaal collecte. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Het verbeteren van contacten en relaties. 9. Vergroting van de betrokkenheid van de gemeenteleden door persoonsgericht te communiceren. Bijvoorbeeld: e-mail gebruik bij de actie Kerkbalans. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 10. De tijd waarin we leven vraagt naar gebruik maken van moderne audiovisuele middelen als beamers en dergelijke. De beschikbaarheid hiervan is dan ook een vereiste. Onderzoeken op welke wijze dit kan worden ingevuld. Datum: 2007. Doel: - Meer naar buiten treden. 11. Mogelijkheden naar buiten brengen ten aanzien van het gebruik van de kerk en de kerkelijke gebouwen door (ook) derden. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. Doel: - Het voorzien in de noodzakelijke ruimten en inventarissen. 12. De diverse generaties binnen onze kerkelijke gemeente betrekken bij de inrichting van de kerk en het nieuwe kerkelijk centrum. Hiertoe een plan opstellen. Datum: 2007. 13. Met de Kerkenraad zoeken naar de wijze waarop onze gemeenteleden op zondag samen willen vieren. Mogelijk dat hier de inrichting en/of inventaris van het nieuwe kerkelijk centrum nog een rol kan spelen. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 14. Ook kerken worden verplicht te werken met calamiteitenplannen, defibrillator, blusapparatuur enzovoort. Kosters, beheerders en anderen bijscholen. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011. 15. Het tijdig beschikbaar stellen van middelen voor noodzakelijk beheer en onderhoud; een en ander conform de jaarlijkse en meerjaren onderhouds- en restauratieplannen en de hierbij behorende begroting. Datum: permanent proces, jaarlijkse evaluatie, einddatum 2011.
44
HOOFDSTUK 12: TAAKGROEP COMMUNICATIE EN PUBLICITEIT
12.1 Inleiding Deze taakgroep is belast met alle facetten betreffende communicatie en publiciteit van de PG Wijhe. Tot deze facetten behoren onder andere: • Het kerkblad Onderweg. • De gemeentegids. • Publiciteitsoverzichten met betrekking tot het winterwerk. • Het ontwikkelen van PR-materiaal. • De website www.pgwijhe.nl. De taakgroep staat onder verantwoordelijkheid van het College van Kerkrentmeesters.
12.2 Huidige organisatie De taakgroep is in maart 2007 actief geworden en bestaat momenteel uit 6 personen, waaronder een predikant. De taakgroep ziet zichzelf als een adviesorgaan. De uitvoering als zodanig dient door anderen gedaan te worden. Zo is er een redactieteam voor het kerkblad, wordt de gemeentegids mede door anderen samengesteld en is er een webmaster voor de website.
12.3 Doelen De taakgroep wil de volgende projecten gaan opstarten: - Verbeteren van de communicatie rond de eredienst. Dit zowel naar aanwezige gemeenteleden (orde van dienst, geluid en beeld), als naar niet-aanwezige gemeenteleden (kerktelefoon, cassettedienst). Ook de communicatie naar de dorpsgemeenschap (lokale omroep) komt hierbij aan de orde. - Actualiseren van de website. - Actualiseren van het kerkblad.
12.4 Benodigde middelen In niet-materiële zin dient de taakgroep te beschikken over kennis. Bij de samenstelling van de taakgroep is hiermee rekening gehouden. Ten aanzien van de financiële kant kan nog niet worden ingeschat wat de uitvoering van plannen, adviezen en ideeën gaat inhouden. Zij kunnen met kosten gepaard gaan die voor rekening komen van andere raden of colleges binnen de PG Wijhe.
12.5 Actiepunten en tijdpad Gezien het recente startmoment van de taakgroep zijn er nog geen actiepunten geformuleerd.
45
HOOFDSTUK 13: SAMENVATTING EN VERANTWOORDING
13. 1 Samenvatting Het thema van dit beleidsplan “Samen. Zo willen wij gemeente zijn” is de komende jaren leidend. De hoofddoelen zijn beschreven in hoofdstuk 1. Wat ons als gemeente bindt, is het willen blijven leven vanuit de Bijbel. Om gemeente te kunnen zijn is het van belang om betrokken te zijn: bij God, bij elkaar en bij de wereld. De erediensten dienen toegankelijk(er) te zijn. We moeten zorgen voor een gastvrij huis waar iets gevierd wordt en waar mensen zich thuis voelen. Door stimulering van geloofsgesprekken en het richten op talenten en gaven van de gemeenteleden zullen we iets doen aan gemeenteopbouw. Bij de zorg voor de financiën en het beheer van de gebouwen dienen we innovatief te zijn, zodat we ook materieel in staat blijven de gemeente in stand te houden. In de daaropvolgende hoofdstukken is namens de Kerkenraad en de verschillende raden, colleges, taak- en werkgroepen beschreven welke doelen men specifiek nastreeft en op welke wijze men deze denkt te bereiken. Tevens wordt het jaar vermeld waarin de verschillende actiepunten afgerond dienen te zijn.
13.2 Verantwoording 13.2.1 Inleiding In maart 2006 geeft de Kerkenraad van de Protestantse Gemeente Wijhe opdracht aan een groep van 7 personen, om een meerjarig beleidsplan te formuleren. Dit beleidsplan dient een werkingsduur van minimaal 5 jaren (2007 t/m 2011) te hebben. Het thema van het beleidsplan is: “Hoe willen we gemeente zijn?” De Kerkenraad besluit tevens dat deze beleidsgroep een meer permanent karakter met adviserende bevoegdheden krijgt. Dit om gedurende de looptijd van het beleidsplan te meten of de beoogde doelen zijn bereikt en of het beleid is uitgevoerd zoals dit is vastgesteld. Per jaar dient te worden gerapporteerd over de voortgang in de periode tot en met het voorgaande jaar. De beleidsgroep bestaat uit een vertegenwoordiger van de Pastorale Raad, een vertegenwoordiger van het College van Diakenen, een vertegenwoordiger van het College van Kerkrentmeesters en vier overige gemeenteleden. De beleidsgroep kan na het in werking treden van het beleidsplan wisselend van samenstelling zijn.
13.2.2 Werkwijze De beleidsgroep is gestart met het opmaken van een plan van aanpak wat ter kennisneming aan de Kerkenraad is voorgelegd. Uitgangspunten voor de werkzaamheden waren onder meer: • Bestaande documenten die in de afgelopen jaren waren opgemaakt. • Discussieresultaten van de serie groothuisbezoeken in het seizoen 2005-2006. • Uitkomsten van de toerustingsdag voor kerkenraadsleden op 12 november 2005. Nadien is daarbij gevoegd het verslag van het studieverlof in 2006 van ds. Peter van den Berg, getiteld: “De kerk in het dorp en het dorp in de kerk”.
46
Een belangrijk onderdeel van de werkzaamheden was het verzamelen van informatie van de verschillende colleges en raden binnen de Kerkenraad, maar ook van de daaraan verbonden taak- en werkgroepen. Besloten was alle “doelgroepen” met een daartoe ontworpen formulier met standaardvragen te benaderen en vervolgens aan de hand daarvan te interviewen. Verwacht werd dat als gevolg hiervan de betrokkenheid zou toenemen en het uiteindelijke product, het beleidsplan, breed gedragen zou worden. Inmiddels was binnen de beleidsgroep uitgesproken en vastgesteld dat het thema van het beleidsplan gewijzigd zou worden in “Samen. Zo willen we gemeente zijn”. Aan de hand van een in de beleidsgroep vastgesteld format zijn vervolgens per doelgroep de teksten gemaakt: naast het beschreven beleid zijn ook de uit te voeren acties beschreven. Alle teksten zijn na opmaak in concept, pas na het voorleggen aan de betreffende doelgroep definitief verklaard. De termijnen van uit te voeren acties zijn door de doelgroepen zelf aangeduid. Bij de hoofdstukindeling is zoveel mogelijk rekening gehouden met de koppeling van taak- en werkgroepen aan de verantwoordelijke colleges of raden. Door één van de leden van de beleidsgroep is met zekere regelmaat in kerkenraadsvergaderingen gerapporteerd en de voortgang van het proces besproken. Door regelmatig te publiceren in kerkblad Onderweg werd de gemeente geïnformeerd. Tenslotte is het totale beleidsplan voorgelegd aan de Kerkenraad en als zodanig door de Kerkenraad vastgesteld. Ieder jaar zal de beleidsgroep na inventarisatie van de gegevens de Kerkenraad informeren over de voortgang van de doelen en actiepunten. De beleidsgroep spreekt haar tevredenheid uit over de wijze waarop de doelgroepen medewerking en informatie hebben gegeven. Er is een grote mate van betrokkenheid bij de PG Wijhe aangetroffen. Ook daardoor wordt invulling gegeven aan het “gemeente zijn”, thema van dit beleidsplan. De leden van de beleidsgroep danken de Kerkenraad voor het in hen gestelde vertrouwen dit beleidsplan te ontwikkelen. Zij hebben alle reden om er van overtuigd te zijn dat door invulling van de doelen in dit beleidsplan de PG Wijhe nog meer tot bloei zal komen.
47
BIJLAGE 1: HOOFDDOELEN EN DOELEN
In deze bijlage staan de doelen uit de hoofdstukken 2 tot en met 12 gerangschikt per hoofddoel. Op deze manier wordt duidelijk hoe de hoofddoelen gerealiseerd gaan worden. Bij elk doel wordt vermeld wie verantwoordelijk is voor de realisering ervan en in welke paragraaf dit doel staat. Doelen raken soms meerdere hoofddoelen. Hieronder staan de doelen echter maar één keer vermeld, namelijk bij het hoofddoel waarbij ze het meest passen.
Hoofddoel: Meer betrokkenheid tonen. In navolging van God’s betrokkenheid bij mensen: betrokken zijn bij God. • Oecumene • Oecumene • Oecumene • • • •
Kindernevendienst Jeugdcentrale/clubs Jeugdcentrale/clubs Catechese
: Handhaven van de drie voornoemde diensten. (6.3) : Uitbreiden van het aantal gezamenlijke diensten met een Taizé-viering. (6.3) : Leggen van contacten met oecumenische taak- of werkgroepen in de regio. (6.3) : Deelname aan de kindernevendienst vergroten. (7.3.3) : Meewerken aan een dienst. (7.4.3) : Betrokkenheid van de jeugd bij de kerk vergroten. (7.4.3) : Betrokkenheid van de jeugd bij de kerk vergroten. (7.5.3)
Hoofddoel: Meer betrokkenheid tonen. Betrokkenheid bij elkaar. • Kerkenraad • Pastorale Raad • JAB • Jeugdcentrale/clubs • Jeugdcentrale/clubs • Catechese • Jeugdpastoraat • Jeugdpastoraat • Coll. van Diakenen • Kerk en Ouderen • Kerk en Ouderen • College van KRM • Comm. en Publ.
: Opbouwen van onderling vertrouwen binnen de Kerkenraad. (2.3) : Bewustwordingsproces op gang brengen met betrekking tot onderling pastoraat. (3.1.3) : Samenhang tussen de verschillende geledingen stimuleren. (7.2.3) : Deelname aan de clubs vergroten. (7.4.3) : Meer publiciteit van en over de clubs. (7.4.3) : Intensiveren van het contact met de doelgroep. (7.5.3) : Jeugdpastoraat verder uitbouwen dan wel invullen door nieuwe activiteiten. (7.8.3) : Meer samenwerking tussen de predikant/wijkouderling en de jeugdouderlingen ten aanzien van onder andere huisbezoeken. (7.8.3) : Nieuwe initiatieven ontplooien. (8.3) : Doorgaan met de huidige invulling van activiteiten. (10.3) : Zoeken naar nieuwe initiatieven om het contact met en tussen ouderen te intensiveren. (10.3) : Het verbeteren van contacten en relaties. (11.3) : Actualiseren van het kerkblad. (12.3)
Hoofddoel: Meer betrokkenheid tonen. Betrokkenheid bij de wereld. • Let’s Go!
• Coll. van Diakenen • ZWO
: Zolang als nodig is blijven doorgaan met het daadwerkelijk hulp bieden aan mensen in een achterstandsituatie. (7.6.3) : Het zolang als nodig is blijven ondersteunen van de doelgroep in Laubere. (7.7.3) : Blijven zoeken naar invulling diaconale taken. (8.3) : De in de inleiding gestelde taken zo goed mogelijk uitvoeren. (9.3)
• ZWO
: Gemeenteleden betrekken bij het werk van de ZWO. (9.3)
• Let’s Go to school!
48
• ZWO • Coll. van KRM • Comm. en Publ.
: Verbeteren van contacten en relaties binnen en buiten onze gemeente. (9.3) : Meer naar buiten treden. (11.3) : Actualiseren van de website. (12.3)
Hoofddoel: Erediensten toegankelijker maken. • Liturgie en Eredienst : Onderzoek doen naar situaties. (5.2.3) • Liturgie en Eredienst : Zoeken naar nieuwe invulling van sommige onderdelen van de eredienst. (5.2.3) • Liturgie en Eredienst : Kinderen meer bij de eredienst betrekken. (5.2.3) • Comm. en Publ. : Verbeteren van de communicatie rond de eredienst. (12.3)
Hoofddoel: Werken aan gemeenteopbouw. • Kerkenraad • Kerkenraad • Pastorale Raad • Vorming en Toer. • Vorming en Toer. • Catechese
: Visie ontwikkelen over de kerkelijke organisatie. (2.3) : Aanbevelingen uit het studieverslag van ds. van den Berg inpassen. (2.3) : Verbeteren van de informatievoorziening naar gemeenteleden. (3.1.3) : Inventariseren van behoeften. (4.3) : Voorstellen doen om invulling te geven aan de behoeften. (4.3) : Ouders en andere gemeenteleden betrekken bij Provider. (7.5.3)
Hoofddoel: Werken aan gemeenteopbouw. Stimulering van het geloofsgesprek. • Pastorale Raad • 2G@ther
: Stimulering van geloofsgesprekken tussen gemeenteleden onderling. (3.1.3) : Meer pogingen doen om het geloofsgesprek te stimuleren en tijd te nemen voor gebed. (3.2.3)
Hoofddoel: Werken aan gemeenteopbouw. Gaven gericht werken. • 2G@ther • Kindernevendienst • Let’s Go! • Jeugdpastoraat • Coll. van Diakenen • ZWO • Kerk en Ouderen
: Elkaars gaven en talenten respecteren en hiervan gebruik maken; echt naar elkaar omzien en geen exclusief clubje zijn. (3.2.3) : Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. (7.3.3) : Jongeren blijven betrekken bij deze manier van hulpverlening, zodat ook deze vorm van gemeente zijn ingevuld wordt. (7.6.3) : Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. (7.8.3) : Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. (8.3) : Voldoende kennis en toerusting houden en/of krijgen om de taken naar behoren uit te kunnen voeren. (9.3) : Uitbreiding van de groep van bezoekpersonen. (10.3)
Hoofddoel: Zorg dragen voor een financieel gezond beleid en goed onderhouden gebouwen. • Coll. van KRM • Coll. van KRM
: De financiële positie waarborgen en het wegwerken van het exploitatie tekort. (11.3) : Het voorzien in de noodzakelijke ruimten en inventarissen. (11.3)
49
BIJLAGE 2: ORGANISATIESCHEMA
PROTESTANTSE GEMEENTE WIJHE
Wijkteams
KERKENRAAD Moderamen
Pastorale Raad
V en T
L en E
Oec
College van Diakenen
K en J
K en O
College van KRM
ZWO
C en P
Gebruikte afkortingen: College van KRM V en T L en E Oec K en J K en O ZWO C en P
: College van Kerkrentmeesters : Vorming en Toerusting : Taakgroep Liturgie en Eredienst : Taakgroep Oecumene : Taakgroep Kerk en Jeugd : Taakgroep Kerk en Ouderen : Taakgroep ZWO : Taakgroep Communicatie en Publiciteit 50