Toelichting checklist persoonsgerichte aanpak op maat 10 mei 2016
_X1_
Basisgegeven
Bij de basisgegevens van het dossier gaat het om gegevens als datum aanmelding wie heeft aangemeld – dossiernummer, aanmaakdatum en bewerkingsdatum. Bij de basisgegevens van de ‘cliënt’ en voor zover van belang cruciale ‘relaties’ in zijn of haar omgeving, bijvoorbeeld een familielid, gaat het om NAW-gegevens, informatie over mogelijke huidige opvanglocatie/verblijfplaats e.d.. Bij de basisgegevens van betrokken professionals gaat het om naam organisatie, email, telefoonnummer, functie e.d.
Aanleiding; waarom met elkaar om tafel ? Wat is de aanleiding om de persoon/het huishouden in het betreffende gremium in gezamenlijkheid te bespreken ? Deze vraag komt aan de orde tijdens het eerste gezamenlijke overleg. Het antwoord op de vraag geeft zicht op welke signalen en overwegingen in eerste aanleg ten grondslag hebben gelegen aan de aanmelding/verzoek om een doorbraakteam in te zetten. Het gaat om het ‘waarom zitten we hier met elkaar om tafel’. Dit kan zijn omdat er stagnatie is in de samenwerking, er geen effectieve oplossingen lijken te zijn, er kans is op maatschappelijke onrust, het veiligheidsrisico hoog is etc. etc. Zicht op actuele veiligheidsproblemen – en risico’s Centraal bij de aanpak van verwarde personen staat het oplossen of beheersbaar maken van veiligheidsproblemen en –risico’s. Veiligheidsproblemen die kunnen spelen zijn bijvoorbeeld geweld, overlast, criminaliteit, maatschappelijke onrust, maatschappelijke teloorgang, aantasting van de veiligheid van de persoon en/of dienst omgeving. Verken met elkaar welke veiligheidsproblemen er spelen en welke risico’s dat met zich mee brengt voor de persoon en de omgeving. Historie; vooruitkijken begint met terugkijken’ Het uittekenen van iemands levensloop/tijdslijn biedt veelal een schat aan informatie. Waardevolle informatie die kan helpen bij het ‘kiezen’ van interventies die aansluiten bij wat nodig is, interventies die werken. Denk bijvoorbeeld aan onderzoeken die zijn gedaan, diagnoses die zijn gesteld, opnames en/of behandelingen die er zijn geweest, hulpverlening die is ingezet of gevangenisstraffen die zijn uitgezeten. Op basis van de vergaarde informatie kan o.a. in beeld worden gebracht welke patronen in gedrag er zijn, welke interventies wel hebben gewerkt (productief) en welke interventies niet (contra-productief). Te vaak nog worden dezelfde interventies ingezet waarbij uit het verleden al is gebleken dat ze geen of onvoldoende resultaat hebben. Situatie op leefgebieden Wat eveneens nodig is om de ‘juiste’ aanpak te kunnen bepalen is naast terugkijken, de situatie anno nu in beeld brengen. Welke signalen zijn bekend, hoe is de situatie op de verschillende leefgebieden: psychisch functioneren, fysieke gesteldheid en zelfzorg, huisvesting, financiën, dagbesteding, praktisch functioneren, sociaal functioneren,
1
_X1_
dagbesteding, justitie- en politiecontacten. Is er bijvoorbeeld sprake van sociaal isolement, onvoldoende (persoonlijke) verzorging, een vervuilde woning/woonomgeving, schuldenproblematiek, het onttrekken aan regels, dakloosheid ? Ter ondersteuning kan gebruik worden gemaakt van een signalenkaart en de leefgebiedenmatrix – links – . Oorzaak en gevolg Wat ligt in essentie ten grondslag aan de gesignaleerde gebeurtenissen en het problematische gedrag ? En meer kritisch, werken we het met de huidige aanpak dat gedrag wellicht in de hand ? Waar ligt nu de crux ? Neemt de tijd en ruimte om hier met elkaar op te focussen.
Krijgt de persoon – die autistisch is - te veel prikkels waardoor hij ‘flipt’ ? Krijgt de persoon met borderline te veel ruimte, terwijl er grenzen moeten worden gesteld ? Leeft de persoon die ‘het goed doet’ in een gestructureerde omgeving in chaos ? Wordt de persoon met een licht verstandelijk beperking die functioneert op het niveau van een twaalf-jarige ‘overvraagd’ ?
Huidige interventies in onderlinge samenhang; kettingreactie Welke interventies zet welke partij op dit moment in ? Het is belangrijk om alle signalen, gebeurtenissen en uitingen bij elkaar te brengen, het is evenzo belangrijk om te inventariseren welke partij welke interventie inzet of gaat inzetten (wat hangt iemand nog ‘boven het hoofd’). Maar ook welke effect deze interventies hebben op het gedrag en hoe de interventies zich tot elkaar verhouden. Welke interventies werken contraproductief en welke productief ten opzichte van elkaar ? Is er een kettingreactie ?
De politie geeft Piet voor elke APV-overreding een boete. Piet is een ‘kale kip’ en kan de boetes niet betalen. Het overlastgevend gedrag van Piet verandert niet door de boetes. De corporatie heeft hem een tweede aanmaning gestuurd vanwege huurachterstand. Het FACT komt regelmatig aan de deur bij Piet. Piet geeft niet thuis; hij is een ‘typische’ zorgmijder. De OvJ gaat de rechter om gijzeling verzoeken vanwege het niet betalen van de boetes. Door ‘stapelen’ zal Piet langer dan een maand moeten zitten. Bij detentie stopt de uitkering en heeft Piet nog minder geld om de huur te betalen. De dreiging van uithuiszetting verhoogt de stress bij Piet. (Negatieve) prikkels versterken zijn stoornis en hiermee het overlastgevende gedrag.
2
_X1_
Over wie gaat het: Jantje Wat is het probleem: Jantje vertoont psychopathisch gedrag en is daardoor een gevaar voor zichzelf en de omgeving. Aanleiding: Politie is wanhopig en ziet geen oplossing voor Jantje. Jantje is uitbehandeld en er is geen sprake van een psychiatrisch ziektebeeld. Jantje is niet gemotiveerd af te kicken. Burgemeester/gemeente is bang voor escalatie. Buren accepteren de overlast niet meer en willen zelf ingrijpen. Kortom, help!! Verzekering voorziet niet in het financieren van een bijzondere opname (meer dan reguliere kliniek) Wie hebben last van het probleem: direct last van het probleem hebben zijn buren, zijn ouders en zijn zus. Hij dreigt hen wat aan te doen Waardoor is het probleem ontstaan. Jantje is verslaafd, heeft geen werk en weigert medicijnen in te nemen. Omdat Jantje niet behandelbaar is, kan hij niet worden opgenomen. Hij pleegt geen strafbare feiten en/of deze zijn niet bewijsbaar waardoor geen reden voor opsluiting/justitieel traject. Wanneer is het probleem ontstaan: het probleem is sinds twee jaar manifest, verkering uit, schulden, zonderling gedrag, maar wordt steeds groter Wat is er eerder aan gedaan en door wie: GGZ heeft hem behandeld, maar dit is stopgezet vanwege het feit dat hij niet behandelbaar is. Het is een gedrag voortkomend uit een persoonlijkheidsstoornis, er is geen sprake van een psychiatrisch ziektebeeld en hij is verslaafd. Daarnaast is het zo dat hij niet te hanteren is in een reguliere kliniek, hij brengt medepatiënten en personeel in gevaar. VNN; hij heeft een tijdje in een afkickkliniek gezeten maar is vertrokken, niet gemotiveerd. Huisarts heeft Ritalin voorgeschreven, maar onduidelijk of ingenomen. Ouders zijn in therapie gegaan met Jantje, maar dit heeft zaak verergerd. Buren hebben een dagboek bijgehouden en overlast gemeld op verzoek van politie/meldpunt/gemeente. Probleemstelling op basis van voorgaande: HOE zorgen we ervoor dat Jantje geen direct gevaar meer vormt voor zichzelf en zijn omgeving en dit binnen 24 uur omdat acute dreiging aanwezig is. Hoe zorgen we ervoor dat Jantje niet in recidive vervalt. Dit betekent opvang voor langere tijd en rust creëren.. Vanuit de rust kan er meer duidelijkheid komen voor het vervolg. Hoe zorgen we voor financiering van het plan/indicatie
3
_X1_
Afpellen toekomstige interventies Er is een heel palet - link - aan interventies dat ingezet kan worden met als doel de veiligheidsproblemen en -risico’s te verminderen en het verbeteren van het perspectief voor de verwarde persoon. Meer hierover in hoofdstuk 6. Aan de hand van de probleemanalyse en-stelling bepalen de betrokken partijen welke interventies bijdragen aan het halen van dit doel. Het team onderzoekt alle reële opties. De inzichten en bevindingen worden verwerkt in het dossier. Ook de interventies die (vooralsnog) niet toepasbaar (b)lijken te zijn worden benoemd met de reden waarom niet. Denk aan wachtlijsten, contra-indicaties, en onvoldoende grond voor juridische maatregelen. Het gaat om het afpellen. Per interventie Bij elke interventie wordt aangegeven: de beslissende persoon of personen. Bijvoorbeeld een burgemeester, wethouder, GGZ-bestuurder of een woningcorporatie- directeur ; het besluit. Kan de interventie worden uitgevoerd ? de financiële dekking. Wat kost het, is er dekking en wie dekt het ? Mogelijke ‘gaten’ in financiering – link - komen hiermee automatisch op tafel; (gewenst) moment van uitvoering. Welke interventie volgt wanneer en is al dan niet te sturen op het moment van uitvoering ? Denk bijvoorbeeld aan het moment van gijzeling.
4