WOORD VOORAF P 3 INLEIDING. P 5 GEDICHT YUNUS EMRE P 6

INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF ……………………………………………………………… P 3 INLEIDING ………………………………………………………………………. P 5 GEDICHT YUNUS EMRE ……………………………………………………… P 6 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5

DE SCHOOL ……………………………………………………………………. P 7 t/m 9 Situering van de school Een basisschool op Islamitische grondslag Schoolgrootte, leerlingenaantal en de weging Schoolplan en kwaliteitszorg De schoolnaam "IKRA "

2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8

WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT ………………………………..……….. P 9 t/m 23 De Islam en de school Kernwaarden van SIPOR Missie SIPOR Visie SIPOR De vier menselijke intelligenties Missie van de school Visie van de school in hoofdlijnen (1 t/m 9) Specifiek onderwijskundig concept

3. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 3.8. 3.9.

ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS ………….…………..…………… P 24 t/m 34 Organisatie van de school Indeling groepen Godsdienstonderwijs en opvoeding Voorschool Ikraatje Onderwijs in groep 1 en 2 Basisvaardigheden in de groepen 3 tot en met 8 Huiswerk Buitenschoolse activiteiten Islamitische feesten

4. 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5.

ZORGSTRUCTUUR VOOR LEERLINGEN …………………….…………... P 35 t/m 36 Leerlingvolgsysteem (LVS) Rapporten Zorg Advies Team (ZAT) Schoolmaatschappelijk werk (SMW) Ziekteverzuim leerlingen (zie ook 9.4)

5. 5.1 5.2 5.3

ACTIVIITEITEN TER VERBETERING VAN HET ONDERWIJS ………… P 37 t/m 38 Kwaliteitszorg Onderwijsinspectie Nascholing (zie ook 5.3)

6. 6.1 6.2.1 6.2.2 6.2.3

ONDERWIJSRESULTATEN ……………………………………….……..….. P 38 t/m 40 Leerling-resultaten van begin tot eind Verwijzing naar het speciaal onderwijs Verwijzing naar het voortgezet onderwijs (VO) Cito-toets

1

7. 7.1 7.2 7.3

LEERKRACHTEN …………………………………………………………..... P 41 Wijze van vervanging Inzet en begeleiding stagiaires (Na)scholing leerkrachten

8. 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8 8.9 8.10 8.11 8.12 8.13

OUDERS/VERZORGERS …………………………………..……………….. P 42 t/m 49 Contact tussen ouders/verzorgers en leerkrachten Oudercommissie (OC) Vrijwillige ouderbijdrage Schooluitgaven Tussenschoolse opvang (TSO, overblijf) Medezeggenschapsraad (MR) en gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) Bovenschoolse Identiteitscommissie (BIC) Hulpouders Informatievoorziening aan ouders/verzorgers Klachtenregeling Aansprakelijkheid Sponsoring Schoolmelk

9 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7 9.8 9.8.1 9.8.2 9.9

ENKELE AFSPRAKEN EN (SCHOOL) REGELS ………………………… P 50 t/m 59 Inschrijving van leerlingen Toelating, schorsing en verwijdering Schooltijden, vakanties en vrije dagen Schoolverzuim (zie ook 4.5) Verlofregeling Spreektijden personeel en administratie Leerlingenvervoer Schoolregels op een rij 10 gouden gedragsregels Huishoudelijke regels (schoolreglement) Belangrijke namen, adressen en telefoonnummers

NAWOORD …………………………………………………………………………….. P 60

2

WOORD VOORAF Geachte ouders, verzorgers,

Als uw kind naar de basisschool gaat, is dat een belangrijke stap in zijn of haar leven. U wilt als ouder/verzorger dan ook met zorg een passende school voor uw kind kiezen. Nu zijn er verschillen in scholen, identiteit, werkwijzen, resultaten en sfeer. Dat maakt kiezen moeilijk. Ikra is een Islamitische basisschool. Daarmee geven we al een heel belangrijk aspect van onze school en ons onderwijs aan: Islamitisch. Dit betekent niet dat alleen Islamitische kinderen welkom zijn op onze school, integendeel, bij ons is iedereen welkom. Maar, ons onderwijs wordt wel gegeven vanuit principes van de Koran en we verwachten daarin van alle medewerkers, ouders/verzorgers en kinderen een respectvolle houding. De Islamitische basisschool Ikra valt onder het bestuur van de Stichting Islamitisch Primair Onderwijs Rijnmond (SIPOR). In deze schoolgids treft u informatie aan, die voor alle scholen, die onder SIPOR vallen, geldt. Daarnaast treft u specifieke informatie over Ikra aan. Wij verwoorden in deze schoolgids wat onze visie is en hoe wij die visie vormgeven in ons dagelijkse onderwijsleerproces. Ook treft u allerlei praktische informatie aan: schooltijden, vakanties, namen van medewerkers/sters, informatie over de voortgang van uw kind(eren) en contact met ouders/verzorgers. Kiest u voor de Ikra? Dan kiest u voor onze missie: “Door middel van kwalitatief goed onderwijs kinderen vormen tot wereldburgers met een Islamitische identiteit”. Als u vragen, opmerkingen, ideeën of suggesties heeft, dan stellen wij het zeer op prijs wanneer u dit aan ons door geeft. Ten slotte vragen wij u deze schoolgids goed te bewaren. Als u deze gids thuis een goede plaats geeft, is de informatie altijd bij de hand.

Met vriendelijke groet, Samy Salem Directeur Ikra

3

4

INLEIDING Waarom is een schoolgids noodzakelijk? Steeds meer verschillen scholen in (onderwijs)aanbod, pedagogisch klimaat en wijze van werken. Scholen hebben verschillende kwaliteiten. Deze gids wilt u inzicht geven in waar Ikra voor staat, zodat u als ouder weet wat u van deze school kunt verwachten en waar u de school op aan kunt spreken. Welke informatie kunt u in deze schoolgids vinden? In onze schoolgids kunt u lezen hoe de opzet is van het onderwijs en wat onze visie is op kinderen en het leerproces. Daarbij informeren wij u uitgebreid over de zorg die Ikra geeft aan uw kind. Voorts brengen wij u op de hoogte van ontwikkelingen met betrekking tot het onderwijs. Tot slot omschrijft de schoolgids wat wij van u als ouder/verzorger verwachten en wat u van de school kunt verwachten. Alle contact- en inspraakmogelijkheden van ouders/verzorgers en de resultaten van ons onderwijs worden in relatie tot dit onderwerp genoemd. Wie hebben aan deze schoolgids gewerkt? Aan de totstandkoming van deze schoolgids hebben het team en de medezeggenschapsraad meegewerkt. Tevens is er overleg geweest met de directies van andere islamitische basisscholen van SIPOR. Heeft u vragen, ideeën of suggesties voor de schoolgids? Wij vinden het belangrijk dat ouders/verzorgers de gebeurtenissen op school kritisch volgen. Daarom staan wij open voor eenieders wensen, ideeën of suggesties voor verbetering van de schoolgids. U kunt hierover contact opnemen met de directeur en de medezeggenschapsraad van de school (telefoon: 078- 6390151, e-mail: [email protected]).

5

GEDICHT YUNUS EMRE Kennis leren kennen is kennis Kennis is jezelf leren kennen Wanneer je jezelf niet leert kennen, waartoe dient dan al die studie? Wat is het doel van al dat lezen? Dat iemand de Werkelijke leert kennen, want als je leert zonder Hem te leren kennen, zal al je studie vruchteloos wezen. Zeg niet ik heb geleerd, ik weet, zeg niet ik heb veel gebeden, zolang je de mens niet met Allah verbindt, is al je streven zonder reden. De betekenis van de vier geopenbaarde boeken wordt duidelijk in de eerste letter van het alfabet; wanneer je die Alief niet kent, wat is het dan voor lege wet? Als je negenentwintig letters* spelt, van kaft tot kaft geteld, dan zeg je nog: o grote letterdief, wat betekent die Alief?

Yunus Emre (1280 - 1321) was één van de belangrijkste mystieke Ottomaans Turkse soefi dichters. * Turks alfabet

6

1

DE SCHOOL

1.1

Situering van de school

De Ikra is de enige Islamitische school in Drechtsteden. De school is gesitueerd in de wijk Zuidhoven. De wijk is volop in ontwikkeling. Er wordt onder andere gewerkt aan een schonere en mooiere openbare ruimte en aan het verbetering van leefbaarheid en het imago van deze wijk. De verbeterpunten in deze wijken met grotendeels na-oorlogse bebouwing, liggen op het vlak van woningverbetering, aanpak van de woonomgeving en het welzijn van inwoners (sociaal investeren). Met de oprichting van de Ikra hoeven ouders niet meer te kiezen tussen goed onderwijs en behoud van de Islamitische identiteit. 1.2

Een basisschool op Islamitische grondslag

Ikra is een Nederlandse basisschool op Islamitische grondslag. Dit betekent dat de uitgangspunten en doelstellingen van de school worden bepaald door dit referentiekader. De Islamitische, levensbeschouwelijke grondslag onderscheidt onze school van andere basisscholen. De school staat open voor alle kinderen, ouder(s), verzorger(s) en leerkrachten, ongeacht hun levensbeschouwing, sekse, nationaliteit of sociale afkomst. Het uiteindelijke doel is breed en volwaardig te participeren binnen de Nederlandse samenleving, met behoud van de eigen identiteit.

7

De school wil kinderen leren te handelen vanuit een Islamitische instelling en wil daartoe eerlijkheid, verantwoordelijkheid en goed sociaal gedrag aanleren. Vanzelfsprekend wordt er extra aandacht besteed aan de Islamitische feesten. Toch schenkt de school ook zeker aandacht aan de verscheidenheid van maatschappelijke en religieuze opvattingen en vooral aan het respecteren van ieders overtuiging. In de islam is er geen sprake van dwang; dus ook wat betreft kleding wordt niets dwingend voorgeschreven. Wel vragen wij de ouders om kinderen netjes (niet té bloot of té strak) aan te kleden, zodat anderen daar geen aanstoot aan kunnen nemen. 1.3

Schoolgrootte, leerlingenaantal en de weging

Per 16 augustus 2004, bij de opening van de Ikra, telde onze school 80 leerlingen. Per oktober 2009 is dat aantal gegroeid naar 215 leerlingen. De groepsgrootte varieert van 10 tot 25 leerlingen. Wij blijven rekening houden met uitbreiding van het aantal groepen. De gewichtenregeling in het basisonderwijs is een regeling die bepaalt hoeveel geld een basisschool krijgt voor het wegwerken van onderwijsachterstanden. Voor een ruime 2/3 deel van de leerlingen geldt het gewicht 1,3 of 1,2. Op een enkele leerling na zijn dit allemaal tweedetaalleerders.

Prognoses De verwachting is dat de school binnen enkele jaren uit zal groeien naar 270 leerlingen.

1.4

Schoolplan en kwaliteitszorg

Het schoolplan is door ons ontwikkeld voor de periode 2007-2011 en bevat het strategische beleid voor vier schooljaren. In grote lijnen is ons onderwijsbeleid in dit document beschreven. Op basis van dit schoolplan worden periodiek jaarplannen en jaarverslagen opgesteld. Het schoolplan maakt deel uit van onze kwaliteitszorg. Over de kwaliteitszorg treft u uitgebreide informatie verderop in deze gids.

1.5

De schoolnaam ’Ikra’

De eerste openbaring van de Profeet Mohamed (Vrede zij met Hem, vzmh) vond plaats in 610 op de helling van de berg Hira, bij de stad Mekka in het westen van Arabië (het huidige Saoedi-Arabië). De aartsengel Gabriël (Ji-brail) verscheen aan Mohammed (vzmh) met een rol in zijn hand en gebood hem die te lezen, zeggend: 'iqra'!' (Lees!). Angstig antwoordde Mohammed (vzmh) dat hij dat niet kon. Gabriël herhaalde zijn bevel en Mohammed (vzmh) sprak de woorden na hem uit en las de eerste vijf verzen op van wat nu hoofdstuk 96 van de Koran is: “ Lees voor in de naam van jouw Heer die heeft geschapen, geschapen heeft Hij de mens uit een bloedklonter. Lees voor! Jouw Heer is de edelmoedigste, die onderwezen heeft met de pen. Hij heeft de mens onderwezen wat hij niet wist.” [KORAN 96: 1-5] 8

In de Islam wordt onderwijs gezien als een plicht voor iedereen. Het is voor een ieders ontwikkeling van zeer groot belang om onderwijs te volgen. Een moslim moet zich voortdurend blijven ontwikkelen, het is dus heel belangrijk om ook goed onderwijs te krijgen. Omdat de allereerste openbaring aan de Profeet Mohammed (vzmh) een bevel is om te lezen:(‘Ikra!’) hebben wij onze school hiernaar vernoemd. Wij streven er als school naar om iedereen goed onderwijs te bieden waardoor iedereen zich aan de plicht om te lezen (zich informatie toe te eigenen) kan voldoen.

2

WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT

2.1

De Islam en de school

De Ikra is een Islamitische basisschool, gebaseerd op de Koran en Soenna. Hiervan uitgaande volgen wij in feite universele normen en waarden. Onze school wil een open Islamitische zijn met de opdracht verdeeldheid weg te nemen. Wij doen dit ook door binnen de godsdienstlessen aandacht te besteden aan geestelijke stromingen. Onze leerlingen leren hiermee kennismaken en respect te hebben voor de pluriforme samenleving. Dit staat ook in het verlengde van onze missie om onze kinderen te stimuleren in de ontwikkeling tot wereldburgers met behoud van de eigen (Islamitische) identiteit met respect voor het milieu en andere levensbeschouwingen.

9

Activiteiten die een relatie leggen met actief burgerschap en sociale integratie nemen dan ook een structurele plaats in binnen ons curriculum. Ten aanzien van onze levensbeschouwelijke identiteit hebben wij de volgende afspraken met elkaar gemaakt:

1.1

De leraren kennen en respecteren de grondslag van de school

1.2

De leraren werken zo veel mogelijk vanuit de grondslag van de school

1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10

2.2

De school heeft haar visie op de levensbeschouwelijke identiteit helder geëxpliciteerd De leraren laten zich, voor wat betreft de omgang met elkaar en de leerlingen, inspireren door de Koran en de Hadith De leraren besteden in hun lessen expliciet aandacht aan normen en waarden vanuit de Islam De leraren besteden aandacht aan kennis van de Koran en de Hadith De leraren houden in hun onderwijs rekening met de uniciteit van het kind binnen de verschillende levensbeschouwelijke stromingen De leraren besteden dagelijks aandacht aan het 'elkaar ontmoeten'? (gemeenschap) De school besteedt aandacht aan Islamitische vieringen en die van andere geestelijke stromingen De school verbindt haar levensbeschouwelijke identiteit aan een pedagogisch/didactische visie

Kernwaarden van SIPOR

Wij hechten grote waarde aan een open en plezierige omgang met onze leerlingen en hun ouders en met onze collega’s. In een plezierig werkklimaat voelt iedereen zich veilig en prettig bij ons op school en komen de kinderen als gevolg daarvan optimaal tot ontplooiing op verstandelijk, sociaal-emotioneel, creatief en motorisch terrein. De teamleden overleggen veel met elkaar en kunnen te allen tijde rekenen op elkaars steun. Wij realiseren ons terdege dat ouders tijdens de schooluren tijdelijk hun opvoeding uit handen geven en die verantwoordelijkheid aan de school overdragen. Een goed contact tussen ouders en school vinden wij daarom van het allergrootste belang. Daarom wordt met u regelmatig overleg gevoerd over de zaken die op school of in de klas spelen en over de individuele ontwikkeling van uw kind. Uw eigen inbreng bij deze gesprekken wordt bijzonder op prijs gesteld.

10

De kernwaarden van SIPOR die mede het schoolklimaat bepalen, zijn als volgt te omschrijven: Afgeleide waarden:

1. Godsbesef Moslims zien zichzelf als ‘abd’ (dienaar) van God, en als Zijn rentmeester‘khalifa’ (rentmeester) op aarde. Dit brengt een belangrijke schap, verantwoordelijkheid ten aanzien van een juist gebruik van Gods dienstbaarheid, schepping met zich mee (o.m. milieubewustzijn, geduld, diervriendelijkheid). doorzettingsvermogen. ‘Sabr’ (geduld) is een gemeenschappelijk goed binnen de moslimlevenswijze. Dat houdt in dat je geduldig werkt aan het verwezenlijken van je doel zonder echter lijdzaam te zijn. Geduldig zijn betekent ook dat je standvastig blijft en ondanks moeilijkheden altijd doorzet, zonder te wanhopen. ‘Gedenkt Mij, dan gedenk ik jullie, en betuigt Mij dank en weest niet ongelovig aan Mij.’ (Koran, 2: 152) ‘Ik heb de mensen en de djinn slechts geschapen om Mij te dienen.’ (Koran, 51:56) ‘Hij is het die jullie tot vertegenwoordigers op aarde heeft gemaakt.’ (Koran 35:39) Afgeleide 2. Verdraagzaamheid waarden: Verdraagzaam zijn ten opzichte van elkanders tekortkomingen waardering voor vanuit de wetenschap dat men zelf ook niet volmaakt is en met de diversiteit, overtuiging dat de ander de beste bedoeling had. respect, Het respecteren van elke medemens vanuit het besef dat God de empathie. ‘kinderen van Adam’ (vzmh) gelijkelijk met eer en respect heeft bedeeld. Respect voor voedsel en materiële dingen houdt in dat je er een juist gebruik van maakt (zie: rentmeesterschap). ‘Vriendelijke woorden en vergeving zijn beter dan een aalmoes gevuld door ergernis. God is behoefteloos en zachtmoedig.’ (Koran, 2: 263) Afgeleide 3. Rechtvaardigheid waarden: Rechtvaardigheid betekent dat de mens leeft volgens de barmhartigheid, richtlijnen van God zonder aanzien des persoons. Het betekent gelijkwaardigook dat de mens geen oneigenlijk gebruik mag maken van de heid, altruïsme, onzelfzuchtigheid eigen positie, familie of aanzien. Het geven vanuit je hart, vanwege Gods welbehagen, aan wie het . nodig heeft en om de vriendschapsbanden te versterken. Klaar staan voor de medemensen, gevraagd en ongevraagd helpen waar nodig is. De profeet Mohammed (vzmh) spoort ons aan om voor de medemensen te wensen wat we zelf graag zouden willen hebben. 11

‘O, gij die gelooft, wees oprecht voor God en getuigt met rechtvaardigheid. En laat de vijandschap van een volk u niet aansporen om onrechtvaardig te handelen. Wees rechtvaardig, dat is dichter bij de vroomheid.’ (Koran, 5:8) Afgeleide 4. Zelfbeschikking waarden: Eigen verantwoordelijkheid, zelfbeschikking en zelfsturing zijn zelfstandigheid, kernwaarden van de islam. zelfrespect, ‘In de godsdienst is geen dwang. Redelijk inzicht is duidelijk kritische onderscheiden van verdorvenheid’ (Koran, 2:256). betrokkenheid. ‘De meest deugdzame van alle inspanningen is een woord van waarheid, gesproken tot een tiran’ (Mohammed vzmh). Afgeleide 5. Kwaliteit waarden: Het vergaren van kennis, vaardigheden en inzicht behoort tot de duurzaamheid, opdracht van iedere moslim. honger naar IJver betekent dat men zich bij voorkeur bezig houdt met het kennis, ijver, vergaren van kennis en vaardigheden die geestelijke vooruitgang creativiteit. met zich meebrengen. Elke nieuwe dag brengt een verbetering mee in het leven van de mens ten opzichte van de vorige. Het betekent ook dat de mens niet moet neerkijken op de alledaagse bezigheden. ‘Voor hem die een pad volgt en daarop kennis zoekt, wordt door Allah een pad naar het paradijs vergemakkelijkt.’ (Mohammed vzmh) ‘Onderschat niet de minste van de goede werken, al is het maar het glimlachen naar je broeder wanneer je hem tegenkomt.’ (Mohammed vzmh) Afgeleide 6. Transparantie waarden: Deze waarden bestaan onder meer uit het steeds spreken van de open waarheid en steeds datgene zeggen wat je meent (spreken met communicatie, één tong). integriteit, verantwoordelijk- Deze waarden hebben ook betrekking op zelfonderzoek, naar de heid, eerlijkheid eigen drijfveren. Men dient zich af te vragen: ‘Waarom doe ik dit en oprechtheid. eigenlijk?’ Oprechtheid in alle aangelegenheden is een gebod voor de mens. ‘En Hij is God in de hemelen en op aarde. Hij weet wat jullie geheim houden en openbaar maken en Hij weet wat jullie ten uitvoer brengen.’ (Koran, 6:3) ‘Doe jezelf voor zoals je bent, of anders: wees zoals je je voordoet’ (Mevlana Calaeddin Rumî) Afgeleide 7. Samenwerking waarden: ‘O mensen, Wij hebben jullie uit een man en een vrouw gelijkwaardigheid, gemeenschapszin, geschapen en Wij hebben jullie tot volkeren en stammen gemaakt, opdat jullie elkaar zouden leren kennen.’ (Koran, 6:3) optimisme. 12

Afgeleide waarden: matigheid,

zuinigheid

Afgeleide waarden:

‘Ieder heeft een richting waarheen hij zich wendt. Wedijvert dan met elkaar in goede daden. Waar jullie ook zijn, God zal jullie tezamen brengen. God is almachtig.’ (Koran, 2:148) 8. Soberheid Moslims dienen sober te zijn in hun leefgewoonten, dat wil zeggen matig met eten en drinken en ingetogen met hun emoties (bijvoorbeeld niet keihard lachen of huilen). Dat betekent ook dat je je medemens niet overdreven prijst of juist helemaal de grond inboort. Soberheid in gesprekken met anderen betekent: niet alsmaar je mond roeren en allerlei onzin en onbenulligheid uitkramen. ‘Zwijgzaamheid is het begin van aanbidding.’ (Mohammed vzmh) 9. Bescheidenheid en schaamte Deze waarden brengen bescheidenheid ten opzichte van de medemens met zich mee, niet de ander domineren en het kunnen relativeren van de eigen kwaliteiten en prestaties. In de islam wordt schaamte beschouwd als een positieve karaktereigenschap Dit betekent niet dat het menselijk lichaam en haar speciale aantrekkingskracht onreinheid of zonde vertegenwoordigen.

13

2.3

Missie SIPOR

SIPOR wil door middel van kwalitatief goed primair onderwijs kinderen vormen tot wereldburgers met een islamitische identiteit, die een groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben voor hun omgeving en het milieu, en op betrokken wijze in de Nederlandse samenleving staan.

2.4

Visie SIPOR

SIPOR staat voor kwaliteitsonderwijs en bevordert dit door: • •

een activerende manier van onderwijs geven; adequate zorg voor het individuele kind. Zowel de cognitieve ontwikkeling als de emotionele, fysieke en spirituele ontwikkeling worden gestimuleerd;

•

rekening te houden met de ‘gouden driehoek’ school, kind, ouder door optimaal aan te sluiten op de belevingswereld van de leerlingen, moderne en goede leermiddelen en integratie van de nieuwste technologie; moderne en goed uitgeruste schoolgebouwen met een frisse uitstraling; het aanbieden van Brede Schoolactiviteiten, waaronder sport- en spelactiviteiten voor ouders.

• • •

SIPOR staat voor goed werkgeverschap en bevordert dit door: • • •

een veilig en inspirerend werkklimaat; integraal personeelsbeleid, dat stuurt op competenties, waaronder de identiteit; bovendien streeft de organisatie naar een personeelsbestand met een diversiteit aan etnisch culturele achtergronden.

SIPOR is een professionele en financieel gezonde organisatie met daarin:

•

• • • •

duidelijke organisatiestructuren, heldere communicatielijnen en besluitvormingsprocessen en inspraak via de (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad; sturing op hoofdlijnen; integrale verantwoordelijkheid op ieder niveau; ruimte voor partnerschap van ouders/verzorgers; veel aandacht voor externe communicatie en het naar buiten brengen van opbrengsten en prestaties.

14

2.5

De vier menselijke intelligenties

Het lichaam, hoofd, hart en ziel zijn de vier onderdelen van onze menselijke aard. Vier soorten intelligenties of capaciteiten corresponderen hiermee: onze fysieke of lichamelijke intelligentie (FQ), onze mentale intelligentie (IQ), onze emotionele intelligentie (EQ) en onze spirituele intelligentie (SQ). Het is noodzakelijk om alle vier intelligenties/capaciteiten te ontwikkelen, omdat het niet echt mogelijk is een van de vier te ontwikkelen zonder de andere drie te gebruiken. Het is nodig om constant inspanningen te doen zodat we onze fysieke, emotionele, mentale en spirituele spierkracht tot het uiterste gebruiken.

Mentale intelligentie (IQ) Als we het over intelligentie hebben, denken we meestal aan mentale intelligentie (IQ): onze capaciteit om te analyseren, te rationaliseren, abstract te denken, taal te gebruiken, te visualiseren en te begrijpen. Maar dit is een veel te beperkte definitie van intelligentie.

Fysieke intelligentie (FQ) Het FQ van het lichaam is een heel ander type intelligentie dan het IQ. Indirect zijn we ons er wel van bewust, maar meestal zijn we er toch blind voor. Bedenk eens wat ons lichaam doet zonder dat we daar een bewuste inspanning voor hoeven te leveren. Het signaleert en vernietigt ziekteverwekkers, het zorgt dat het overleeft. Doktoren zijn de eersten om te erkennen dat het lichaam zichzelf geneest. Medicijnen vergemakkelijken dit genezingsproces en ruimen obstakels uit de weg. Maar als ze de fysieke intelligentie tegenwerken, kunnen medicijnen ook obstakels creëren.

15

Hoe brengt ons lichaam het brein (dat de mentale intelligentie bevat) en het hart (dat symbool staat voor de emotionele intelligentie) met elkaar in evenwicht? Ons lichaam is een briljante machine die beter presteert dan de meest geavanceerde computer. Geen enkele andere soort op de aarde heeft onze capaciteit om te handelen naar gedachten en gevoelens. Solide wetenschappelijke studies laten steeds meer zien dat er een nauwe relatie bestaat tussen lichaam (fysiek), hoofd (gedachten) en hart (gevoelens).

Emotionele intelligentie (EQ) EQ is onze zelfkennis, ons zelfbewustzijn. Het reguleert onze sociale gevoeligheid, empathie en mogelijkheid om succesvol met anderen te communiceren. Mensen met een goed ontwikkeld EQ hebben gevoel voor timing, kunnen zich sociaal aanpassen en hebben de moed om zwakheden te erkennen en verschillen te uiten en te respecteren. Voordat EQ in de jaren negentig een veelbesproken onderwerp werd, zag men het vaak als de capaciteit van de rechterhersenhelft, te onderscheiden van die van de linkerhersenhelft. De linkerhersenhelft werd gezien als het centrum voor het analytische, lineaire en logische denken en voor taal. In de rechterhersenhelft zetelde het meer creatieve deel: intuïtie, de zintuigen en het holistisch denken. Het is belangrijk beide hersenhelften gelijk te waarderen. De combinatie van denken en voelen creëert een evenwicht oordeel en wijsheid. Onderzoek maakt het aannemelijk dat emotionele intelligentie op langere termijn een betere determinant is voor succesvolle communicatie, relaties en leiderschap dan mentale intelligentie. Heeft iemand een hoge score op de IQ-schaal maar een lage score op de EQschaal, dan kan zo iemand niet goed met anderen omgaan. Ter compensatie geeft zo iemand het intellect nog meer nadruk of probeert hij kracht te putten uit een formele positie. Deze strategieën vergroten echter de eigen zwakheden en door interactie, ook de zwakheden van anderen. Het ontwikkelen van de emotionele intelligentie is een grote uitdaging voor ouders, leerkrachten en alle leidinggevenden.

Spirituele intelligentie (SQ) Net zoals EQ wordt SQ steeds gangbaarder in de wetenschappelijke en filosofische/psychologische discussie. Spirituele intelligentie is de belangrijkste intelligentie omdat het de leidraad vormt voor de andere drie. Spirituele intelligentie gaat over onze behoefte aan betekenis en onze zoektocht naar verbinding met het oneindige, het universum. Spirituele intelligentie helpt ook om de principes te leren kennen die een deel van ons bewustzijn vormen met als symbool een kompas. Dat is een uitstekende metafoor, omdat een kompas altijd naar het noorden wijst. Het kompas van de moslim is de Koran.

16

2.6

Missie van de school

Onze school is een Nederlandse basisschool op Islamitische grondslag. Hoewel het onderwijs binnen Ikra vanuit een Islamitisch referentiekader wordt gegeven, is de school ook toegankelijk voor niet-moslims. Er is aandacht voor de verscheidenheid aan religieuze en maatschappelijke opvattingen, voor het milieu en vooral voor het respecteren van ieders overtuiging.

Ikra wil door middel van kwalitatief goed primair onderwijs kinderen vormen tot wereldburgers met een Islamitische identiteit, die een groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben voor hun omgeving en het milieu, en op betrokken wijze in de Nederlandse samenleving staan.

(zie ook: missie SIPOR; paragraaf 2.3) Wij streven naar het creëren van een sfeer waarin kinderen zich veilig, geaccepteerd en gerespecteerd voelen. Leerkrachten hebben in hun dagelijks functioneren een belangrijke voorbeeldfunctie voor de kinderen. Als het ware dienen zij het gewenste gedrag ‘voor te leven’. Het opvoeden van kinderen is naar onze mening een samenspel tussen ouders en leerkrachten, een goede samenwerking met ouders is daarvoor volgens ons een vereiste. Op basis van de visie van de school en de hierna beschreven ontwikkelingen wordt het erg belangrijk gevonden een rijke en inspirerende leeromgeving te realiseren met een functie voor zowel kinderen, ouders, als de buurt. Ikra streeft ernaar om op korte termijn een open en wijkgericht gebouw met een laagdrempelige functie te realiseren. Centraal staan de ontwikkeling van de taalvaardigheid, het reken- en wiskundig inzicht, de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen, het zelfontdekkend leren, het vormgeven van een doorgaande leerlijn en het bieden van ruimte voor wijkgerichte sportieve culturele en educatieve activiteiten. Hiermee willen wij voor onze leerlingen de mogelijkheid creëren zich te ontwikkelen naar hun beste kunnen. De basiskennis en -vaardigheden binnen deze ontwikkelingsgebieden zijn volgens ons ook nodig voor een soepele overgang naar het vervolgonderwijs. 2.7

Visie van de school in hoofdlijnen

De verantwoordelijkheid voor de opvoeding van kinderen ligt niet bij de ouders alleen, maar voor een deel ook bij de school, terwijl ook de omgeving een grote invloed heeft op de ontwikkeling van het kind. Onderzoek heeft aangetoond dat de school voor ongeveer 45% de ontwikkeling van een kind bepaalt. De overige 55% wordt bepaald door ouders en omgeving. Kiezen voor onze school is kiezen voor goed contact tussen ouders, school en kind. Onze beleidsontwikkelingen in het kader van de Brede School zijn doelbewuste maatregelen om ook de omgeving van onze leerlingen buiten schooltijd op een positieve manier te helpen beïnvloeden. 17

Onderstaand geven wij een beschrijving van onze visies in hoofdlijnen ten aanzien van onze levensbeschouwelijke identiteit, leren en hoe dit zich verhoudt tot het lesgeven (pedagogisch-didactisch handelen), adaptief onderwijs en onze zorg en begeleiding. Voorwaarden voor kwaliteit in onze school zijn de juiste beroepshouding en de beste manier van leiderschap. Daarom worden ook onze visies ten aanzien van beroepshouding en leiderschap in deze paragraaf besproken. Tot slot beschrijven wij het belang van ouderbetrokkenheid als een voorwaarde voor het leveren van kwalitatief goed onderwijs. 2.7.1 Levensbeschouwelijke identiteit De school wil een open Islamitische school zijn met als opdracht verdeeldheid weg te nemen en te helpen bouwen aan een goede communicatie en participatie van burgers in een multiculturele samenleving. Wij vinden het belangrijk dat iedere leerling opgroeit tot een verantwoordelijk lid van de Nederlandse samenleving die ook een constructieve bijdrage levert aan de maatschappij met behoud van de Islamitische identiteit. Activiteiten die een actief burgerschap en sociale integratie bevorderen hebben dan ook een structurele plaats in ons leerprogramma. Binnen de godsdienstlessen is daarom ook structureel aandacht voor andere levensbeschouwelijke stromingen. 2.7.2 Leren/ontwikkelen Van de peuterspeelzaal tot en met groep 8 werken wij continu aan verbetering van een ‘doorgaande leerlijn’, om een ononderbroken ontwikkeling van al onze leerlingen mogelijk te maken. Schoolleiding, leerkrachten en leidsters werken daartoe intensief samen. Er wordt te allen tijde gestreefd naar het realiseren van een rijke leeromgeving, waarin aandacht is voor de onderwijsbehoeften van onze leerlingen. In al onze onderwijsinnovaties is de rode draad: leerlingen stimuleren de baas te worden over hun eigen ontwikkeling. We houden daarbij in het vizier dat het leerproces zoveel mogelijk aansluit op leerstijlen en niveaus van individuele leerlingen. Om een brede ontwikkeling in de basisvorming te stimuleren, is onze organisatie een zogenaamde ‘School in de samenleving’ (SIS), met een rijk aanbod aan buitenschoolse activiteiten. Dit alles naar aanleiding van een groeiend aantal leerlingen met overgewicht, instroom van kinderen uit de lagere sociale milieus met onvoldoende culturele bagage en grotere risico’s op leerachterstanden, maar ook om ouders tegemoet te komen in hun behoefte aan opvoedingsondersteuning in de meest brede zin des woords. 2.7.3 Lesgeven (pedagogisch-didactisch handelen) Onze school maakt gebruik van het activerende directe-instructiemodel, verrijkt met coöperatieve werkvormen en illustratief materiaal; niet zomaar beschikken alle klassen per augustus 2010 over digiborden. Binnen onze school is er aandacht voor de cognitieve, sociaal-emotionele, motorische, creatieve en communicatieve ontwikkeling van het kind, zodat het een breed spectrum aan vaardigheden kan verwerven. Het stimuleren van de verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces 18

staat bij ons hoog in het vaandel. Zelfstandigheid en (zelf)verantwoordelijkheid worden daarom al vroeg aangeleerd. Om aan te kunnen sluiten op het niveau van de individuele leerling is er sprake van nauwe interactie tussen leerkracht, leerling en ouders. De 3 pijlers binnen onze lessen:

Taal / Lezen: om aan te geven waarom wij taal zo belangrijk vinden citeren we Ludwig Wittgenstein, ‘De grenzen van mijn taal zijn de grenzen van mijn wereld.’

Rekenen: een stabiele basis om in het voortgezet onderwijs op voort te borduren en noodzakelijk om goed te kunnen functioneren in onze maatschappij.

Sociale vaardigheden: met talent kom je een eind, maar je sociale vaardigheden zijn onontbeerlijk om deuren tot succes geopend te krijgen.

2.7.4 Adaptief onderwijs Wij streven ernaar aan alle kinderen een omgeving te bieden, waarin zij zich veilig en geaccepteerd weten, zodat zij zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige en evenwichtige mensen. Dit streven heeft consequenties voor de manier waarop wij ons onderwijs inrichten. De basisgedachte van adaptief onderwijs is dat kinderen verschillend leren en recht hebben op daarop aansluitend onderwijs. Kinderen komen met een onderwijsvraag bij de leerkracht en op die vraag dient de leerkracht een passend antwoord te kunnen geven. In de organisatie van onze zorg houden we rekening met 4 hoofdgroepen van kinderen.

1. Zo zijn er kinderen die vragen om ontwikkelend onderwijs: deze kinderen komen naar school om iets te leren. Leerkrachten en peers helpen hen in interactie steeds een stapje verder. In een groep is dit vaak de grote middenmoot. 2. Kinderen die vragen om ontdekkend onderwijs: deze kinderen willen vooral zelfstandig werken en leren door ‘zelf te doen’. Deze kinderen vervelen we dan ook niet met ellenlange preken van de leerkracht zoals dat op veel scholen nog standaard is. 3. Kinderen die vragen om sturend onderwijs: deze kinderen hebben intensievere sturing/begeleiding van de leerkracht nodig om een continue ontwikkeling te kunnen doorlopen. 4. Kinderen die vragen om kindvolgend onderwijs: veelal door een combinatie van erfelijke aanleg en ervaringen lopen sommige kinderen wel eens tegen hun plafond aan en is het dan gunstiger voor hun ontwikkeling en zelfvertrouwen om (tijdelijk) de druk te verminderen. Ook hier houden we rekening mee. 19

Competentie Het gevolg van adaptief onderwijs – dat een onderwijsantwoord geeft op de (vier) onderwijsvragen die kinderen stellen – is dat kinderen gevoelens van competentie ontwikkelen. Als je merkt dat er aangesloten wordt bij wie je bent en hoe je leert, dan krijgt een kind daar een goed gevoel over. En dat gevoel wordt competentie genoemd. Als kinderen veel creatieve denkmogelijkheden hebben en er wordt een beroep op dat denken gedaan, dan kunnen kinderen zichzelf zijn. Andere kinderen voelen zich zeker, omdat zij bij het leren houvast krijgen in de vorm van een hulpmiddel. Zij voelen dat ze iets aankunnen op hun manier waarop het gevoel van competentie ontstaat. Dat gevoel kan nog versterkt worden door hen te leren de dingen zelfstandig te doen. Zij gaan dan steeds meer ervaren dat zij het echt zelf kunnen. Autonomie Binnen adaptief onderwijs geldt het ‘zelf kunnen’ niet alleen voor kinderen die zelfontdekkend onderwijs krijgen, maar ook voor diegenen die sturend onderwijs nodig hebben. Zo kan ook bij hen een gevoel van autonomie ontstaan. Een grote uitdaging van ons onderwijs is om die balans tussen hulp en autonomie te bewaren. Relatie Om in de behoefte aan competentie en autonomie te voorzien, is het noodzakelijk dat de leerkracht investeert in het aangaan van een relatie met elke leerling in haar groep. Door oprechte interesse in hen te tonen, door zich echt op hen te concentreren (en niet met tien dingen tegelijk bezig te zijn) en door met zijn (of haar) onderwijsantwoord aan te sluiten op de vraag van het kind.

20

Enkele aanvullende begrippen • Motivatie. Hiermee bedoelen wij: het toepassen van motivatietechnieken, om kinderen nóg meer redenen te geven om een taak uit te voeren. Het gaat erom dat men kinderen aanspoort, stimuleert en enthousiasmeert. • Functionaliteit. Het gaat erom kinderen zo te benaderen dat zij ervaren dat het doel van onderwijs niet ‘het opdoen van kale schoolkennis is’, maar dat die kennis toepassingsmogelijkheden heeft in het dagelijkse leven. 2.7.5 Didactisch model Het is van belang om kinderen te benaderen vanuit een duidelijk didactisch model. Ons didactisch concept is: 1. wij gaan uit van verschillen, maar rekenen het tot onze taak om verschillen te verkleinen (convergente differentiatie); 2. alleen voor het technisch lezen geldt divergente differentiatie en zo snel mogelijk het technisch lezen voltooien; 3. onze zorg(structuur) richt zich op alle leerlingen en de niveaus daarbinnen hebben we nader gedefinieerd; 4. we bieden alle leerlingen -enkele uitzonderingen daargelaten- basisstof aan, en daarbij herhalings- en verrijkingsstof (BHV-model); 5. als eenheid van denken hanteren wij de klas; 6. wij differentiëren bij de instructie; 7. wij differentiëren naar tempo; 8. wij differentiëren bij de verwerking; 9. om het bovenstaande mogelijk te maken, wordt leerlingen van jongs af aan het ‘zelfstandig werken’ aangeleerd. Ze kunnen hierbij gebruik maken van de leerpleinen. 2.7.6 De 1-Zorgroute Met de invoering van '1-zorgroute’, wordt gestreefd naar een vroegtijdige signalering en adequate begeleiding van alle leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Doel van deze methodiek is een eenduidige zorgroute, waarin voor alle betrokkenen de beslismomenten en de stappen transparant en op elkaar zijn afgestemd. De 1-zorgroute beschrijft een aantal beslismomenten en stappen op groepsniveau, schoolniveau en bovenschools niveau. Op groepsniveau staan het handelingsgericht werken met de onderwijsbehoeften van de leerlingen en het werken met groepsplannen centraal. Gedurende een schooljaar wordt cyclisch een aantal stappen gezet: • het evalueren en verzamelen van leerlingengegevens in een groepsoverzicht; • het signaleren van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften; • het benoemen van deze behoeften; • het clusteren van leerlingen met vergelijkbare onderwijsbehoeften; • het opstellen van een groepsplan en • het uitvoeren en evalueren van het groepsplan. 21

De 1-zorgroute bevordert het proactief omgaan met de uiteenlopende onderwijsbehoeften van leerlingen in een groep en eenduidigheid en afstemming in beslismomenten en stappen. 2.7.7 Beroepshouding Aan de basis van de kwaliteit van het onderwijs staat de leerkracht met zijn beroepshouding. Op de Ikra wordt veel waarde gehecht aan de professionele instelling van haar werknemers. Ten einde te kunnen komen tot kwaliteitsverbetering is allereerst het vermogen tot (zelf)reflectie vereist. Door collegiale consultatie wordt de leerkracht daarin ondersteund. Tegelijkertijd oefent de leerkracht bij deze consultaties de vaardigheden om de ander van feedback te voorzien en om feedback te ontvangen. Voorbeeld doet volgen en wij zijn de mening toegedaan dat deze werkwijze zijn vruchten af zal werpen in de manier waarop onze leerlingen met elkaar omgaan. 2.7.8 Leiderschap Onze school wordt geleid door de directeur die daarbij ondersteund wordt door de bouwcoördinatoren (coördinatoren van onder-, midden- en bovenbouwgroepen) en de intern begeleider. Samen vormen zij het managementteam (MT) Ikra. Kernwoorden bij het leidinggeven zijn: organiseren, faciliteren en ontwikkelen. Het is van belang, dat alles op rolletjes loopt, dat de leerkrachten voldoende tijd en middelen hebben om hun werk goed te kunnen doen en dat men zichzelf ontwikkelt en verbetert. Leiden zien wij dan ook als (laten) op-leiden: het MT is primair verantwoordelijk voor de opleiding van haar teamleden. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen beginnende en meer ervaren leerkrachten (die een rol kunnen spelen in de begeleiding). Het MT bereidt beleid voor, wat vervolgens wordt voorgelegd aan het team. Een belangrijk deel van dat beleid is geënt op de zorgverbreding en de kwaliteitszorg. Om draagvlak te creëren kan en mag het team gevraagd en ongevraagd meedenken en meepraten over het beleid van de school. Het MT neemt te allen tijde adviezen van het team mee in zijn besluiten.

2.7.9 Ouderbetrokkenheid Een belangrijk uitgangspunt voor ons onderwijs is, dat het opvoeden van de kinderen een gezamenlijke opdracht is voor ouders en school. Daarom is een goede samenwerking tussen beide partijen zo belangrijk. Wij verwachten van ouders die voor onze school kiezen dat die keuze bewust is en dat het kind met plezier naar school gaat. Ouders worden dan ook structureel op de hoogte gehouden van het onderwijsaanbod en de zorgverbreding die op school wordt gegeven aan het kind. De school heeft een ouderkamer tot haar beschikking waar ouderbijeenkomsten plaatsvinden en waar opvoedingsondersteunende activiteiten verzorgd worden. Met ingang van schooljaar 2007/2008 maakt de school onderdeel uit van het Dordrechtse project ‘School in de Samenleving’ en wordt er gewerkt aan meer samenhang tussen de verschillende activiteiten. 22

2.8

Specifiek onderwijskundig concept

Onze school heeft een aantal principes vastgesteld voor kwalitatief goed onderwijs. Ten aanzien van ons onderwijs zoeken wij naar een goede balans tussen aandacht voor de cognitieve en de sociaal/emotionele ontwikkeling van kinderen. Daarbij zijn de volgende aspecten van belang: • • • • • •

motiveren voor de leertaak: daar waar relevant aansluiten op de leef- en belevingswereld van de leerlingen. dialogisch onderwijzen: leerlingen laten meedenken en meedoen (interactie). zorgen voor afwisselende werkvormen (variatie). stimuleren van eigen initiatief en creativiteit: leerlingen (geleid) zelf zaken laten ontdekken. begeleiding van de zelfstandigheid en de motivatie: zelf kiezen, zelf sturen gekoppeld aan taakbewustheid (kinderen laten werken naar vermogen). een plezierig pedagogisch klimaat waarin kernwoorden gelden als: regels, acceptatie, respect, zelfdiscipline, autonomie, competentie, stimuleren en uitdagen.

Wij streven ernaar om het onderwijs zo effectief mogelijk te laten verlopen. Kernpunten zijn: 1. de leertijd wordt effectief besteed; 2. het leren van de leerlingen staat centraal; 3. de leerkrachten hebben hoge verwachtingen van de leerlingen en laten dat merken; 4. leerlingen die dat nodig hebben krijgen extra aandacht; 5. er wordt gewerkt met het BHV-model (basisstof, herhalingsstof, verrijkingsstof); 6. leerkrachten zorgen voor een ordelijk en gestructureerd klimaat dat geschikt is voor leren en onderwijzen; 7. de vooruitgang van de leerlingen wordt systematisch geëvalueerd (CITOLVS); 8. de communicatie (interactie) tussen de leerkracht en de leerlingen en de leerlingen onderling verloopt geordend; 9. het belang van de (bege)leidende en sturende rol van de leerkracht wordt onderkend.

Ons curriculum in relatie tot onze schoolkenmerken De schoolkenmerken zoals eerder in dit hoofdstuk zijn beschreven, hebben consequenties voor ons curriculum. We besteden als school bijvoorbeeld meer tijd aan taal en rekenen. De sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen nemen wij even serieus. Kenmerkend voor onze school is: de lerende organisatie in haar opdracht tot een optimale afstemming op de onderwijsbehoefte(n) van haar leerlingen.

23

3

ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS

3.1

Organisatie van de school

SIPOR is een afkorting van Stichting Islamitisch Primair Onderwijs Rijnmond, een professionele onderwijsorganisatie met vier basisscholen in de regio Rijnmond. In 2002 is SIPOR opgericht na een fusie van de besturen van de basisscholen AlGhazali (in de wijk Spangen, Rotterdam) en Ibn-i Sina (in de wijk Charlois, Rotterdam). Inmiddels vallen onder SIPOR ook de basisscholen Noen (in de wijk Crooswijk, Rotterdam) en Ikra (in Dordrecht). Het totaal aantal leerlingen bedraagt 992, het aantal medewerkers 97. Onder leiding van de algemeen directeur wordt in het Bovenschools Management Team, waarin alle directeuren zitting hebben, het beleid voorbereid. Het bevoegd gezag heeft zich uitgesproken ‘een bestuur op hoofdlijnen’ te willen zijn en heeft gekozen voor bovenschools management in combinatie met integraal verantwoordelijke schooldirecteuren. Dit houdt in dat het bestuur op strategisch niveau het beleid voor de langere termijn bepaalt, wat in een strategisch beleidsplan wordt vastgelegd. Het bestuur heeft bovendien een controlerende en evaluerende rol. Het beleid binnen onze school wordt onder andere gebaseerd op dit strategisch beleidsplan. De taken en bevoegdheden van het bestuur, algemeen directeur en de schooldirecteuren zijn vastgelegd in het managementstatuut.

24

Functies binnen SIPOR • •

•

•

• •

•

•

3.2

Groepsleerkrachten hebben als eerste verantwoordelijkheid het onderwijs in hun groep zo goed mogelijk vorm te geven. De interne begeleider (IB-er) coacht leerkrachten en coördineert de speciale zorg voor kinderen die een ontwikkelingsvoorsprong, een ontwikkelingsachterstand of een gedragsprobleem hebben. De bouwcoördinator is voorzitter van de ‘bouw’-vergaderingen en neemt de dagelijkse leiding voor de desbetreffende ‘bouw’ over bij afwezigheid van de directeur. De godsdienstcoördinator ondersteunt de leerkrachten bij het voorbereiden van hun godsdienstlessen, het opstellen van een leerplan en assisteert hen bij het zoeken naar aanvullende materialen en het ontwikkelen van verwerkingsopdrachten. Onderwijsassistenten helpen de groepsleerkracht in de klas. Zij ondersteunen kleine groepjes kinderen met een reken-, taal- of leesproblematiek. De ouderconsulent begeleidt ouders/verzorgers bij de opvoeding binnen en buiten de school. Hij of zij informeert hen over de opvoeding van en het onderwijs aan de kinderen. Onderwijsondersteunend personeel ondersteunt de directie en de interne begeleider bij het uitoefenen van administratieve werkzaamheden. De functie van conciërge valt eveneens binnen deze categorie. Leraren in opleiding (LIO-ers) zijn studenten van de PABO die met hun laatste studiejaar bezig zijn. Zij leren zelfstandig voor een groep te staan, echter onder eindverantwoordelijkheid van de desbetreffende groepsleerkracht. De groepsleerkracht heeft dan de gelegenheid andere ondersteunende activiteiten buiten de klas te verrichten.

Indeling groepen

Om organisatorische redenen hebben wij de school ook dit jaar verdeeld in een aantal ‘bouwen’. Een bouw is een cluster van een aantal leerjaren bij elkaar. We onderscheiden de onderbouw (groep 1/2 a, b, c en 3 ), de middenbouw (groep 4a, 4b, 5a en 5b) en de bovenbouw (groep 6a, 6b, 7 en 8). In de groepen 1/2 wordt gewerkt in heterogene groepen. De kinderen van groep 1/2 zitten bij elkaar en door elkaar. Dit maakt een ononderbroken ontwikkeling mogelijk. Zittenblijven in groep 1 behoort nu tot het verleden. Een verlengde kleuterperiode is, indien nodig, wel mogelijk. Als dit aan de orde is zult u daarover vanzelfsprekend vroegtijdig geïnformeerd worden. Vanaf groep 3 wordt er gewerkt met leerstofjaargroepen. Dit betekent dat alle kinderen in een groep hetzelfde leerprogramma wordt aangeboden waarbinnen veel mogelijkheden tot differentiatie zijn.

25

3.3

Godsdienstonderwijs en opvoeding

Onderwijzen en opvoeden gaan in onze opinie hand-in-hand (niet zomaar propageren we een continue en intensieve samenwerking met ouders van onze leerlingen). Onze leraren halen in hun opvoeding altijd de waarden van de Islam aan, in onze opinie zijn dat universele waarden. Wat de normen betreft kunnen er per stroming verschillen zijn. Bij twijfel overlegt de school altijd met de ouders wat wel en niet mag volgens hen. Voor ons godsdienstonderwijs hanteren wij de landelijke Islamitische godsdienstmethode. De godsdienstlessen worden door een speciale godsdienstleerkracht gegeven die hiervoor een HBO-opleiding heeft gevolgd. De lessen bevatten de basisinformatie over het Islamitische geloof en worden in het Nederlands gegeven. Ook aan specifieke zaken, zoals het aanleren van de Soera’s en het verrichten van het gebed, wordt dagelijks aandacht besteed. De Arabische teksten worden altijd in het Nederlands vertaald. Dit betekent concreet: • het Islamitische godsdienstonderwijs wordt gegeven in overeenstemming met de Koran en Soenna; • het Islamitisch godsdienstonderwijs is een verplicht onderdeel van het lespakket; • de Islamitische feesten worden ook op school gevierd en de Islamitische voorschriften en gebruiken worden nagekomen. 3.4

Voorschool Ikraatje (peuters van 2 t/m 4 jaar)

Alle peuters tussen twee en vier jaar zijn welkom op onze voorschool Ikraatje, gevestigd in hetzelfde gebouw. Voor veel peuters is de peuterspeelzaal de eerste stap buiten de eigen vertrouwde omgeving.

26

Ikraatje hecht veel waarde aan het scheppen van een veilige omgeving, zowel wat betreft ruimte en materiaal als leefklimaat. Er wordt veel aandacht besteed aan het wennen. Immers, een kind dat zich veilig voelt, zal zich beter ontwikkelen. Het bieden van ontwikkelingskansen is een belangrijke opdracht voor onze speelzalen. De leidsters, juf Lilian en juf Ingard, bieden de peuters een breed programma van activiteiten waarbij alle ontwikkelingsgebieden aan bod komen. Er wordt aangesloten bij de behoeften van het kind. Natuurlijk is er veel ruimte voor vrij spelen, maar ook tijdens het vrije spel, zullen de leidsters het kind steeds weer uitdagen om een stapje verder te zetten. Daarnaast draagt de voorschool bij aan de opvoeding van kinderen. Leren samen spelen, speelgoed delen, op je beurt wachten, ruzietjes oplossen en zelfstandig iets doen begint op de speelzaal. Respect voor elkaar en de omgeving staat centraal. Zo nodig levert de voorschool een bijdrage aan het vroegtijdig onderkennen van problemen bij de peuters en kunnen zij de ouders ondersteunen bij het vinden van hulp. Op het Ikraatje wordt er volgens hetzelfde programma gewerkt als op de basisschool waardoor er een soepele doorstroming is naar het basisonderwijs. Ikraatje volgt het voorschoolprogramma Puk en Ko. Dit gebeurt in samenwerking met basisschool Ikra. Openingstijden: Maandag-, dinsdag-, woensdag- en donderdagochtend van 8.30 uur tot 11.00 uur Aanmelden U kunt altijd bij ons binnenlopen voor een inschrijfformulier of om een afspraak te maken voor een informatief gesprek. Wij doen dit liever op afspraak zodat we ruim de tijd kunnen nemen om uw vragen te beantwoorden. Ons adres: Spirea 3, 3317 JP Dordrecht, telefoon 078-614 29 18, e-mail: [email protected]

3.5

Onderwijs in groep 1 en 2

Voordat het kind vier jaar wordt, mag het alvast zes dagdelen komen wennen. Dit in overleg met de toekomstige leerkracht. Kleuters mogen vanaf hun vierde verjaardag naar school. Wanneer de kinderen 5 jaar worden, zijn zij leerplichtig en moeten dus iedere dag op school zijn. Het is daarbij belangrijk op tijd met de lessen te kunnen beginnen. Wij vragen de ouders dan ook nadrukkelijk om uiterlijk 5 minuten voor de aanvang van de les hun kind binnen te brengen. In groep 1/2 wordt er gewerkt vanuit de gedachte dat de kinderen leren door tijdens het spelen in dialoog te treden met leeftijdsgenootjes en met de leerkracht.

Godsdienstonderwijs Ook in groep 1 en 2 wordt de landelijke Islamitische godsdienstmethode gehanteerd. 1 keer per week geeft de godsdienstleerkracht de lessen. Op alle overige dagen besteedt de kleuterleerkracht aandacht aan godsdienstige, Islamitische verhalen, die ook nog eens een extra taaloefening zijn. Taal en voorbereidend lezen U kent ‘Ko’ vast wel! Altijd is deze grappige pop in de klas! De kinderen kennen hem goed, want elke dag vertelt de juffrouw wel iets over hem. De kleuters leren spelenderwijs allerlei Nederlandse woorden van Ko. Door te praten, liedjes te zingen, te knutselen en vele andere activiteiten wordt met behulp van de methode “Ik en Ko” gewerkt aan de Nederlandse taalontwikkeling van de kinderen. 27

De kinderen praten met elkaar, zij leren rijmpjes en liedjes. Ook voeren zij allerlei dagactiviteiten uit zoals het luisteren (naar verhalen), vertellen en liedjes zingen. Voorbereidend rekenen, ordenen Al spelend, pratend en puzzelend werkt uw kind al in groep 1 en 2 aan vaardigheden die cruciaal zijn voor het leren rekenen. Het rekenonderwijs bieden we aan volgens de methodes Ik en Ko Rekenen en Alles Telt. Hoewel kinderen op de leeftijd van 4 jaar niet leerplichtig zijn, werken we vanaf 4 weken na binnenkomst in groep 1 al met een gericht aanbod. Sociale vaardigheden Om een continue sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen te waarborgen, hanteren we de methode Leefstijl. Al spelend en pratend, demonstrerend, leren onze kinderen hoe ze ruzies kunnen oplossen met of zonder hulp, hoe ze vriendjes kunnen maken of hoe ze samen spelen. Expressie Voor kunstzinnige vorming hanteren we de methode ‘Moet je doen’. We geven daarbij muziek, dansante vorming, handvaardigheid en tekenen.

Natuuronderwijs Ook natuuronderwijs komt aan bod en sluit zoveel mogelijk aan op het lopende taalthema. We hanteren daartoe de methode Leefwereld, waarin beertjes de hoofdrol spelen in thema’s over het menselijk lichaam en planten en dieren. 28

Bewegingsonderwijs Bewegen gebeurt in het speellokaal (binnen) of buiten op het plein. In het speellokaal wordt er met toestellen of met klein materiaal (ballen, hoepels e.d.) gewerkt. De kinderen leren allerlei liedjes en spelletjes. Buiten wordt er gespeeld met fietsen, karren, springtouwen, skeelers en er worden ook spelletjes gedaan. In groep 2 beginnen de kinderen op een speelse manier aan voorbereidende schrijf-, reken- en taalactiviteiten, dit als voorbereiding op groep 3. 3.6

Basisvaardigheden in de groepen 3 tot en met 8

Sociaal-emotionele ontwikkeling Leefstijl is onze methode voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen. Leerlingen worden zich bewust van waarden en normen; niet theoretisch of door ze op te leggen, maar in de praktijk, door samen met klasgenoten activiteiten en opdrachten te doen die het besef van 'goed omgaan met elkaar' versterken. Lezen De nadruk ligt in groep 3 op het aanvankelijk lezen (methode: Veilig Leren Lezen, 2e maan versie). Vanaf groep 4 begint het kind met het voortgezet technisch lezen. De nadruk ligt hier op het bevorderen en het oefenen van de technische leesvaardigheid, maar ook op het begrijpend en studerend lezen. De methode Leesparade is de leidraad.

De methodiek Zo leer je kinderen lezen en spellen en Nieuwsbegrip helpen ons een aanbod te creëren waarmee we programma’s beter op maat kunnen maken. De kern van goed leesonderwijs is goed observeren, begrijpen en systematisch werken. 29

Onze leraren zijn hier speciaal voor getraind. Ons motto in het leesonderwijs is dat iedereen kan leren lezen. Uitvalpercentages op lezen worden dan ook nauwlettend in de gaten gehouden. Kinderen die nog moeite hebben met de deelvaardigheden krijgen extra instructie terwijl de betere lezers grotendeels zelfstandig en op hun eigen niveau (of hoger) kunnen lezen. Alle kinderen krijgen leesinstructie, omdat je altijd nog beter kunt worden! We besteden ook structureel aandacht aan leesbeleving. De kinderen brengen daarbij regelmatig een bezoekje aan de bibliotheek, maar we doen ook mee aan landelijke leesevenementen als de Kinderboekenweek of de Nationale voorleesdagen. Taal en spelling Voor taal en spelling gebruiken wij de nieuwe versie van de methode ‘Taalleesland’. We zijn druk bezig aanvullingen te vinden om een krachtiger taalimpuls voor onze leerlingen mogelijk te maken. Rekenen en wiskunde Het reken- en wiskundeonderwijs op onze school gaat uit van de nieuwste ontwikkelingen op dit gebied. Nu gebruiken we de methode ‘Alles Telt’. De kinderen leren verschillende oplossingen te bedenken en te praten over de sommen. Zo leren zij van elkaar. Ook het werken met breuken en procenten, tabellen en grafieken komt in de hogere leerjaren aan bod. Kinderen die thuis toegang hebben tot het internet, kunnen ook daar gebruik maken van de website die bij Alles Telt hoort: www.allestelt.nl. Op de site zijn voor elk leerjaar spelletjes en puzzels te vinden die, behalve leerzaam, ook heel erg leuk zijn. Aardrijkskunde Voor de aardrijkskundelessen wordt gebruik gemaakt van de methode ‘De Wereld Dichtbij’. De kinderen leren vanaf groep 5 de topografie van respectievelijk Nederland, Europa en de wereld. Ook is er veel aandacht voor sociale, politieke en economische onderwerpen. Geschiedenis Hiervoor gebruiken wij de methode “Speurtocht”. Geschiedenis krijgen de kinderen met de komst van deze methode vanaf groep 3 (natuurlijk aangepast aan hun niveau). Van kinderen wordt een actieve inbreng verwacht door zelf op onderzoek uit te gaan en opdrachten uit te voeren. Daarbij kunnen zij gebruik maken van onze ICTfaciliteiten. De methode biedt ook een website (www.speurtocht.nl) waarop spelenderwijs geschiedenis wordt aangeboden. Natuur en techniek Met de methode NatuNiek bieden we structureel aandacht aan natuur en techniek. NatuNiek is een methode voor het basisonderwijs die natuur en techniek écht tot leven brengt. Het zet de kinderen actief aan het werk met techniekprojecten en ook de natuur wordt uitgebreid onderzocht. NatuNiek is een complete methode met lesmaterialen voor groep drie tot en met acht. Het gedrukte lesmateriaal wordt ondersteund door een cd-rom en door een website met internetopdrachten (www.natuniek.nl).

30

Verkeer Het moderne verkeer is erg ingewikkeld en gevaarlijk. Wij vinden het belangrijk om de kinderen de benodigde kennis en vaardigheden bij te brengen, zodat zij zich zelfstandig en veilig in het verkeer kunnen begeven. Wij gebruiken hiervoor de methode “Wegwijs”. Expressie Bij expressie gaat het erom dat het kind zich leert uiten door middel van tekenen, zingen, drama en handvaardigheid. De ontwikkeling van de creativiteit en het waarderen van creatieve uitingen vinden we belangrijk. Er is ook in de expressievakken sprake van het aanleren van vaardigheden. Tijdens de lessen muzikale vorming bijvoorbeeld maken de kinderen kennis met de verschillende facetten van muziek. Tevens worden liedjes aangeleerd en uitgewerkt. Op het rapport vindt u dus ook deze vakken. Voor alle expressieactiviteiten hebben wij de methode “Moet je doen” ter beschikking. Engels Engels is één van de belangrijkste wereldtalen. In de groepen 7 en 8 wordt dan ook wekelijks les gegeven in de Engelse taal. De kinderen leren zich spelenderwijs vanuit de Nederlandse taal in het Engels zich voor te stellen, de weg te vragen, enzovoort. De methode ‘Let’s do it!’ probeert de Engelse woordenschat van de kinderen te ontwikkelen. Zij leren eenvoudige zinnetjes te zeggen, te schrijven en verhaaltjes te lezen en te begrijpen. ICT onderwijs en internetgebruik U hebt het vast al gemerkt: de computer is een vast onderdeel van onze dagelijkse onderwijspraktijk. Alle groepen hebben de beschikking over computers die zijn aangesloten op het netwerk van de school.

31

Het kunnen werken met de computer is echter niet een doel op zich. De computer maakt letterlijk en figuurlijk interactief onderwijs beter mogelijk. De methode die wij als school hanteren heet ‘Basisbits’. Hier wordt de basis gelegd in het computergebruik, daar valt onder: de functies op het toetsenbord tot knoppen van het Office programma Word. Alle kinderen worden dan ook gestimuleerd om meer gebruik te maken van het Internet om bijvoorbeeld berichten uit te wisselen (te mailen) of studiemateriaal op te zoeken, naar aanleiding van de lessen. Op deze manier willen wij de kinderen niet alleen tot kennisverbreding stimuleren, maar ook tot kennisverdieping. De werkgroep ICT zal zich blijven inspannen om geschikte programma’s te vinden voor de kinderen. Kinderen maken gebruik van het Internet ter verrijking van het onderwijs: om informatie te zoeken, contacten te leggen met leerlingen van andere scholen en deskundigen te kunnen raadplegen. De software die in ontwikkeling is verwijst meer en meer naar internetsites voor aanvullend, actueel of alternatief materiaal. Internetactiviteiten worden hiermee steeds meer onderdeel van methodes en leergangen. De software, behorend bij methodes, kan in de toekomst door kinderen ook via Internet gedownload worden. Samen met de kinderen en de leerkrachten hebben wij over het internetgebruik een aantal afspraken gemaakt die zijn vastgelegd in een protocol. Bewegingsonderwijs (gymnastiek) “Sport is een universele taal die mensen dichter bij elkaar kan brengen,ongeacht oorsprong, taal, religie of economische positie.” ( Kofi Annan ) Kinderen moeten ‘goed uit de voeten kunnen’, zowel op het schoolplein, in de woonomgeving, tijdens vakanties, als op de sportclub. Kinderen die niet mee kunnen komen met hun leeftijdsgenootjes haken makkelijk af, ook in sociaal opzicht.

32

De basisschoolleeftijd is een gevoelige periode voor het aanleren van dit brede repertoire aan (basis) bewegings- en spelvaardigheden. Wat kinderen in die fase leren, wordt ze niet meer afgenomen. Vanaf groep 7 gymmen de jongens en de meisjes gescheiden. Voor het gymmen zijn we in samenwerking met een extern ‘sportbedrijf’. Hier vandaan komen er gastdocenten lessen verzorgen in verschillende sporten, waaronder tennis, basketbal, atletiek en baseball.

3.7

Huiswerk

Op onze school wordt, indien nodig, huiswerk opgegeven. Door het maken van huiswerk leren de kinderen ook buiten de school zelfstandig aan een opdracht te werken. Huiswerk is ook een manier om adaptief onderwijs te bieden. Sommige kinderen hebben nu eenmaal meer tijd nodig om een opdracht af te maken, dat kunnen zij ook thuis doen. Andere kinderen willen liever thuis op hun gemakje de opdrachten afronden. Op school willen zij alleen maar instructie ontvangen van de leerkracht en thuis willen ze het ‘lekker zelf doen’. Huiswerk voor die kinderen is zelfs een uitkomst. Huiswerk moet geen straf zijn voor kinderen die juist moeite hebben met de stof. Huiswerkopdrachten zijn er alleen maar voor het extra inoefenen van vaardigheden die de kinderen al hebben opgedaan. Hulp bieden doen de leerkrachten op school. Soms is dat echter niet genoeg. Uw hulp als ouder bij huiswerk wordt hier nadrukkelijk ingeroepen. Huiswerk wordt aangeboden met het oog op verbetering van de studieprestaties. Daarnaast leren de kinderen hun tijd in te delen en te plannen (agenda) en bereidt het de kinderen voor op de overgang naar het voortgezet onderwijs (VO). In de lagere groepen bestaat het huiswerk vaak uit een opdrachtje, zoals het meenemen van een plaatje of het oefenen van een tafel van vermenigvuldiging. In de hogere groepen krijgen de kinderen maakwerk, leerwerk en opzoekwerk en extra opdrachten zoals het houden van een spreekbeurt of het maken van een werkstuk.

3.8 Buitenschoolse activiteiten Bibliotheekbezoek De kinderen gaan regelmatig naar de Gemeentebibliotheek om het lezen te stimuleren. Wij achten dit een basisvoorwaarde voor een succesvolle schoolloopbaan. Schoolreisje De kinderen gaan met de groepen op schoolreis. Waar zij naar toegaan en wanneer dit is, hoort u te zijner tijd. Voor het schoolreisje hoeft u niet apart te betalen, de kosten hiervan zijn al in de ouderbijdrage opgenomen. Sportdag Ieder jaar wordt er een sportdag georganiseerd. Uw hulp hierbij wordt zeer op prijs gesteld. Op een sportcomplex sporten we een dagdeel met alle leerlingen van de school. In begeleide groepjes rouleren leerlingen over de sportactiviteiten. 33

Museumbezoeken Welke musea worden bezocht en op welke data precies staat nog niet vast. U wordt ook hiervan vanzelf op de hoogte gehouden. Schoolkamp groep 8 Het blijft een leuke herinnering voor kinderen om hun basisschoolperiode af te sluiten met een kamp. We streven ernaar om elk jaar een schoolkamp te organiseren voor onze leerlingen. Deelname hieraan is niet verplicht, wel gewenst.

3.9

Islamitische feesten

Op de Ikra wordt er extra aandacht besteed aan het vieren van de Islamitische feesten zoals het Ramadanfeest (Ied-ul Fitr) en het Offerfeest (Ied-ul Adha). Er worden bijvoorbeeld speciale islamitische verhaaltjes verteld, er wordt saddaka (aalmoes) opgehaald en de kinderen krijgen cadeautjes van de school. Ook het begin van de maand ramadan wordt met een speciale opening gevierd. Elke ramadan staat in het teken van een bepaald thema en tijdens deze speciale maand worden de klassen versierd met mooie ramadanhoekjes en natuurlijk wordt er ook een gezamenlijk iftar (het breken van de vasten) voor de groepen 5 t/m 8 georganiseerd.

34

4

ZORGSTRUCTUUR VOOR LEERLINGEN 4.1 Leerlingvolgsysteem (LVS)

Het LVS (leerlingvolgsysteem) is opgezet om door de hele schoolperiode een goed beeld te krijgen van de ontwikkeling van uw kind. Daarom houdt de school een dossier bij van iedere leerling. Daartoe houdt elke leerkracht voortdurend bij hoe ver een kind met allerlei vakken gevorderd is. Op diverse momenten in het jaar gebeurt dit in het bijzonder door het afnemen van toetsen. Deze toetsen zijn allemaal ontwikkeld door het CITO. De leerkrachten kunnen drie zaken uit deze toetsen concluderen: • Hoever is de groep in zijn geheel gevorderd? Zijn er nog dingen die de kinderen extra moeten oefenen? En zijn we ‘op schema’? • Hoever is ieder kind gevorderd? Heeft het kind nog extra aandacht nodig? • Verloopt de ontwikkeling soepel? Aan het einde van groep 7 wordt van de kinderen de zogenaamde Cito-Entreetoets afgenomen. In groep 8 wordt de landelijk bekende Cito-Eindtoets afgenomen. Voor de bespreking daarvan wordt u uitgenodigd door de leerkracht van uw kind.

4.2

Rapporten

Drie keer per jaar krijgen de leerlingen een rapport. Bij de uitgifte van de rapporten wordt u op school uitgenodigd om samen met de leerkracht het rapport te bespreken, dit gesprek duurt maximaal 10 minuten. Daarna wordt het rapport aan u meegegeven. Mocht een spreektijd van 10 minuten niet voldoende zijn dan kan er uiteraard altijd een vervolgafspraak gemaakt worden. Als uw kind doubleert dan krijgt u minimaal 6 weken van te voren een uitnodiging om op school hierover te komen praten. Onderstaand treft u een schematisch overzicht aan van de data waarop de rapporten uitgereikt worden. Rapport

Datum

Eerste rapport

Donderdag 25 november 2010

Tweede rapport

Donderdag 24 maart 2011

Derde rapport (overgangsrapport)

Donderdag 23 juni 2011

4.3

Zorg Advies Team (ZAT)

De school beschikt over een Zorg Advies Team (ZAT), dat bestaat uit: de intern begeleider van de school, de schoolarts, de schoolmaatschappelijk werker en de orthopedagoge. Soms moet de school de hulp van een of meer deskundigen inroepen, omdat een kind te kampen heeft met een, voor de school, te ingewikkeld probleem. Het ZAT beschikt over genoeg kennis om deze hulp te bieden en bespreekt alle problemen op het gebied van leren, gezondheid en opvoeding. Het is belangrijk om te weten dat het ZAT (slechts) een adviserende en eventueel doorverwijzende rol heeft. 35

Een kind dat een bepaalde therapie nodig blijkt te hebben, krijgt die therapie NIET van een ZAT-lid. Het ZAT zal wel adviseren, een dossier opstellen en doorverwijzen naar een externe instelling die de therapie zal uitvoeren. Voor aanmelding bij het ZAT wordt vooraf altijd schriftelijke toestemming van de ouders/verzorgers gevraagd. 4.4

Schoolmaatschappelijk Werk (SMW)

Als lid van het eerdergenoemde ZAT, maken we ook dit schooljaar gebruik van de kennis en kunde van een schoolmaatschappelijk werker (SMW). In tegenstelling tot de andere ZAT-leden zal de schoolmaatschappelijk werker waar nodig kinderen directe hulp aanbieden op het gebied van de sociaal-emotionele ontwikkeling. De betrokkenheid van ouders/verzorgers is hiervoor noodzakelijk. Zij zal dan ook rechtsreeks contact hebben met ouders. Heel soms blijkt een casus veel meer tijd in beslag te nemen. In dat geval zal de SMW het kind doorverwijzen naar een externe zorgverlener. Tijdens SMW-spreekuren kunnen ouders een beroep doen op de schoolmaatschappelijk werker. Op ons verzoek zullen de meeste uren van de SMW-er het komende schooljaar worden besteed aan de verzorging van trainingen in sociale vaardigheden. Ouders die behoefte hebben aan een SMW, mogen ook op eigen initiatief gebruik maken van haar diensten. Voor meer informatie hieromtrent kunt u contact opnemen met de school. De SMW-spreekuren zijn ’s woensdags van 08.30 – 11.30 uur m.u.v. de volgende dagen: 15 september 2010, 10 en 17 november 2010, 19 januari 2011, 30 maart en 15 juni 2011. U kunt haar rechtstreeks bereiken op nummer 0614022952 of via de mail: [email protected]. 4.5

Ziekteverzuim leerlingen

Wanneer een leerling ziek is moet dit direct bij de school gemeld worden. Indien de leerling langere tijd niet naar school kan komen, gaan we samen met de ouders/verzorgers bekijken hoe we het onderwijs, rekening houdend met de ziekte, kunnen voortzetten. Hierbij kunnen wij gebruik maken van de deskundigheid van een consulent onderwijsondersteuning zieke leerlingen. Voor leerlingen, opgenomen in een academisch ziekenhuis, zijn dat de consulenten van de educatieve voorziening. Voor alle andere leerlingen betreft het de consulenten van de onderwijsbegeleidingsdienst. Het is onze wettelijke plicht om voor elke leerling, ook als hij of zij ziek is, te zorgen voor goed onderwijs. Daarnaast vinden wij het minstens zo belangrijk dat de leerling in deze situatie contact blijft houden met de klasgenoten en de leerkracht. De leerling moet weten en ervaren dat hij/zij ook dan meetelt en erbij hoort. Het continueren van het onderwijs, aangepast aan de problematiek, is onder andere belangrijk om leerachterstanden zoveel mogelijk te voorkomen en sociale contacten zo goed mogelijk in stand te houden. Wanneer u meer wilt weten over onderwijs aan zieke leerlingen, dan kunt u informatie vragen aan de intern begeleider van onze school. Ook kunt u informatie vinden op de website van de onderwijsbegeleidingsdienst in deze regio en op de website van Ziezon, www.ziezon.nl, het landelijke netwerk Ziek Zijn en Onderwijs.

36

5 ACTIVITEITEN TER VERBETERING VAN HET ONDERWIJS 5.1

Kwaliteitszorg

Onderwijs van hoge kwaliteit is van onschatbare waarde als investering in mensen en daarmee in de samenleving. Daarom is er behoefte aan een goed werkend onderwijssysteem. Het vertrouwen in het functioneren van dat systeem groeit als iedereen helder zicht heeft op de kwaliteit van het onderwijs. De onderwijsinspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs van (bijna) alle onderwijsinstellingen in Nederland. Dit doen zij onder andere door op de scholen een onderzoek te houden. Basisscholen moeten volgens de Wet op het primair onderwijs (WPO): • onderwijs afstemmen op de ontwikkeling van de kinderen; • onderwijs breed opzetten, zodat er aandacht is voor kennis en voor de creatieve, emotionele, sociale en lichamelijke ontwikkeling; • aandacht besteden aan de multiculturele samenleving; • individuele begeleiding bieden aan kinderen die extra zorg nodig hebben; • leer- en vormingsgebieden aanbieden zoals: rekenen, taal, aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, tekenen, muziek, lichamelijke oefening, spel en beweging, sociale redzaamheid en bevordering gezond gedrag.

Wij vinden dat wij kwaliteit bieden aan de kinderen als wij niet alleen voldoen aan de eisen van de inspectie, maar vooral wanneer de kinderen daarbij prestaties leveren naar hun beste kunnen. Op onze school zijn wij nu bezig met het leggen van de basis voor kwaliteitsmonitoring en kwaliteitsbevordering. Daarmee willen wij de doelstellingen van ons onderwijs nauwgezet bewaken door het hanteren van toetsen, het maken van (school)evaluaties, het houden van personeelsvergaderingen, bouwvergaderingen en alle andere in deze schoolgids beschreven activiteiten ter bevordering van de kwaliteit van ons onderwijs.

5.2 Onderwijsinspectie De onderwijsinspectie heeft als taak de kwaliteit van ons onderwijs te beoordelen. Tijdens het laatste onderzoek in januari 2007 toonde de inspectie zich zeer tevreden met de ontwikkelingen op onze school. De rapportage is op school ter inzage aanwezig en ook op de website van de inspectie is deze te bekijken (www.onderwijsinspectie.nl). Voor vragen over onderwijs kunt u bellen met: 0800-8051. Voor meldingen van ernstige psychische trauma's of geweld dient u contact op te nemen via: 09001113111. U wordt dan verbonden met een vertrouwensinspecteur.

37

5.3

Nascholing (zie ook 7.3)

Het schoolteam is voortdurend bezig het onderwijs te verbeteren en bij de tijd te houden. Met elkaar zoeken wij steeds naar de beste leermethodes voor onze kinderen. Daarvoor dienen wij regelmatig met elkaar te overleggen en te vergaderen. Wij streven kwaliteit na, door bij- en nascholing van individuele leerkrachten. Maar ook heel het team volgt nascholingscursussen aan de hand van (school)ontwikkelingsplannen. Soms gaan er leerkrachten naar bijeenkomsten met collega`s om ervaringen uit te wisselen. Indien mogelijk schakelen wij begeleiding in van onderwijsondersteunende instellingen, zoals het CED. Deze dienst heeft gespecialiseerde mensen in dienst die ons kunnen helpen bij onze dagelijkse onderwijspraktijk. Zij begeleiden ons bij het geven van gespecialiseerde hulp bij kinderen met problemen. Daarnaast geven zij advies en ondersteuning voor de ontwikkeling van het onderwijs. Zo wonen zij teamvergaderingen bij om een bepaald aspect van het onderwijs te bespreken. Ook geven zij cursussen die toegesneden zijn op onze vragen. Naast de eerdergenoemde instellingen, werkt onze school samen met andere scholen, welzijnsinstellingen als de GGD, de bibliotheek, en dergelijke.

6

ONDERWIJSRESULTATEN

6.1

Leerlingresultaten van begin tot eind

Onze school richt zich op het behalen van goede resultaten. Daarom houden wij nauwgezet de leerresultaten van de leerlingen bij van groep 1 tot en met 8.

38

Wij gaan regelmatig na hoe de ontwikkeling van elk kind en de gehele groep verloopt door middel van groeps- en leerlingenbesprekingen. Dankzij ons leerlingvolgsysteem hebben wij deze informatie gemakkelijk beschikbaar. Een goed inzicht in de resultaten van onze leerlingen helpt ons het onderwijs aan te passen (zie ook 4.3 Rapporten).

6.2.1 Verwijzing naar het speciaal onderwijs Heel soms leidt alle hulp niet tot het gewenste resultaat en blijkt dat een kind specialistische begeleiding nodig heeft waarover de school niet kan beschikken. In dat geval is het mogelijk uw kind naar een speciale school voor basisonderwijs te verwijzen. Deze verwijzing verloopt volgens een vaste procedure via het MD-team en de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). De PCL registreert, begeleidt en beoordeelt het zorgtraject dat door de school gevolgd is. Vanzelfsprekend wordt u als ouder al in het beginstadium van de extra zorg aan uw kind bij het proces betrokken.

6.2.2 Verwijzing naar het voortgezet onderwijs (VO) In het schooljaar 2010-2011 hebben onze leerlingen een gemiddelde Cito-(GLG) score behaald van 537,2. U treft hieronder de schematische weergave van de uitstroompercentages.

% uitstroom PO-VO VWO Havo-VWO Havo Havo-VMBO-T VMBO-T VMBO-K VMBO-B PRO

Wij streven ernaar dat elk kind zich zo optimaal mogelijk kan ontplooien. Echter, wij dienen te beseffen dat niet ieder kind over dezelfde mogelijkheden beschikt. Daardoor zullen wij niet alle kinderen op hetzelfde eindniveau kunnen afleveren. Dit eindniveau is namelijk afhankelijk van een groot aantal factoren. Concreet betekent dit, dat de leerlingen na de basisschool zullen uitwaaieren over diverse vormen van voortgezet onderwijs. Dit is helemaal niet erg. Het geeft vooral aan dat elk kind uniek is en daarmee zijn eigen ontwikkelingsplan dient uit te stippelen. Na de basisschool gaan de kinderen naar het voortgezet onderwijs (VO). Zij hebben hierbij de keuze uit verschillende scholen. Wij proberen ouders en kinderen bij het maken van een goede keuze te helpen. Dit gebeurt op verschillende manieren.

39

Vóór de herfstvakantie is er voor de ouders een informatieavond. Voor groep 8 zal die in het teken staan van de overgang naar het voortgezet onderwijs. Van alle kinderen die in groep 7 de Cito-Entreetoets hebben gemaakt, ontvangt de school een Leerling-rapport. Dit rapport komt onder andere ter sprake tijdens de eerste rapportbespreking. De leerkracht bespreekt dan de vorderingen van de leerling. U krijgt dan het voorlopige advies. 6.2.3 Cito-Eindtoets Halverwege het schooljaar van groep 8 worden de kinderen getoetst op kennis en vaardigheden op het gebied van taal, rekenen en informatieverwerking. Dit zijn landelijke toetsen die op de meeste scholen in Nederland worden afgenomen. Deze toetsen staan bekend onder de naam: de Cito-Eindtoets. Na de Cito-Eindtoets volgt het uiteindelijke schooladvies, gebaseerd op alle bevindingen. U krijgt het Onderwijskundig Rapport samen met het schooladvies. De schoolkeuze wordt dan bepaald. Indien nodig is er tussentijds contact tussen de groepsleerkracht en de ouders.

40

7 7.1

LEERKRACHTEN Wijze van vervanging

In tegenstelling tot vroeger is het niet meer zo, dat steeds een en dezelfde leerkracht voor een groep staat. Op Ikra werken vrij veel parttimers; zij geven samen met een andere leerkracht les aan een groep. We proberen het aantal leerkrachten voor één groep in principe tot twee te beperken. Omdat leerkrachten die volledig werken recht hebben op 80 lesgebonden uren compensatieverlof (de vroegere arbeidsduurverkorting), zal een groep zo nu en dan een andere leerkracht hebben. Dit zal altijd iemand zijn die al op onze school werkzaam is. Bij ziekte probeert de school zoveel mogelijk vaste vervangers te krijgen, dit is echter niet altijd mogelijk omdat wij afhankelijk zijn van het aanbod. Een aantal leerkrachten volgt een cursus. Meestal gebeurt dit na schooltijd, maar soms moet een leerkracht voor het volgen van een dergelijke cursus worden vervangen. Net als bij ziekte zal daarbij zoveel mogelijk worden gezocht naar een vaste vervanging. Groepsleerkrachten en directieleden van 52 jaar en ouder komen in aanmerking voor de zogeheten BAPO-regeling (Bevordering Arbeidsparticipatie Onderwijzend personeel). Zij kunnen een aantal uren op jaarbasis vrijkopen, afhankelijk van hun leeftijd en aanstellingsomvang. Op hun vrije dagen zullen zij worden vervangen door een andere aan de school verbonden groepsleerkracht.

7.2

Inzet en begeleiding stagiaires

Net als in andere beroepen moeten aankomende leerkrachten in de praktijk oefenen. Dat doen zij door stage te lopen. Ze geven dan les onder de verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht. Ook wij hebben stagiaires, omdat we het belangrijk vinden dat onze aanstaande collega`s de kans krijgen om goede leerkrachten te worden.

7.3

(Na) scholing leerkrachten

Het doel is de bekwaamheid van het personeel op peil te houden en verder te ontwikkelen. Om dit financieel en planmatig te kunnen coördineren, worden scholingsafspraken schriftelijk vastgelegd. Naast individuele scholing voor leerkrachten vinden er regelmatig studiebijeenkomsten plaats voor het gehele team. Deze vinden in de meeste gevallen plaats op een vrijdagmiddag, buiten de reguliere schooltijden. Voor de begeleiding van onze docenten maken wij gebruik van diverse onderwijsbegeleidingsdiensten waaronder het Centrum Educatieve Dienstverlening (CED). Het CED begeleidt de leerkrachten bij de invoering van nieuwe methoden en vormen van lesgeven. Van de leerkracht wordt verwacht dat hij of zij op een steeds veranderende situatie kan inspelen. Met deze steun zijn wij beter in staat om uw kind op een goede manier te helpen. 41

8

OUDERS/VERZORGERS

8.1

Contact tussen ouders/verzorgers en leerkrachten

Opvoeden van kinderen is een verantwoordelijkheid van de ouders en voor een deel de verantwoordelijkheid van de school. De school is in eerste instantie verantwoordelijk voor het ‘leren’ van de kinderen, maar ook voor andere problemen met betrekking tot uw kind kunt u bij ons terecht. Daarbij zullen wij proberen u zo goed mogelijk te helpen. Op Ikra zijn wij van mening dat ouders/verzorgers en leerkrachten samen moeten werken, ieder vanuit zijn of haar deskundigheid. De school staat daarom open voor en in contact met u als ouder. Als u problemen signaleert ten aanzien van uw kind, willen wij graag dat u dit zo spoedig mogelijk meldt aan de school. We zullen deze problematiek serieus oppakken en trachten een en ander zo goed mogelijk samen met u op te lossen. Uiteraard zullen wij op onze beurt u ook zo snel mogelijk op de hoogte houden van problemen die wij als school signaleren. Voor algemene informatie over onderwijs is er een landelijk informatiecentrum voor ouders. Dit informatiecentrum kunt u gratis bellen (zie 9.9). Het centrum is niet bereikbaar tijdens de vakantie wanneer alle scholen gesloten zijn. 8.2 Oudercommissie (OC) Het doel van de Oudercommissie (OC) is het bevorderen van de samenwerking tussen de ouders en de school. De OC probeert deze samenwerking te bevorderen door: • het (mede-) organiseren van feesten; • tijdens het schooljaar ouderavonden te organiseren; • ouders te werven die willen helpen bij activiteiten zoals het geven van ondersteuning ín de groep; • het begeleiden van uitstapjes, het onderhoud van leermiddelen en dergelijke. De oudercommissie houdt jaarlijks een OC-jaarvergadering. U bent van harte welkom op deze avond, waarop u de leden van de oudercommissie kunt ontmoeten en maakt u kennis met andere ouders. Op deze ouderavond worden de (nieuwe) leden van de oudercommissie gekozen. Van aftredende leden wordt afscheid genomen. Ook presenteert de oudercommissie het financieel jaarverslag. Ouderenquête Eenmaal in de twee jaar wordt onder de ouders van onze leerlingen een zogenaamde ouderenquête afgenomen. In de enquête kunt u aangeven hoe tevreden u bent over de uitvoering van het beleid van de school. Tevens is in de enquête ruimte voor het aangeven van wensen en suggesties. De uitkomst van de enquête vormt samen met de wensen en onderwijskundige ideeën van het schoolteam en de medezeggenschapsraad, de basis voor het bijstellen van het schoolplan, waarin de beleidsvoornemens tot en met het schooljaar 2010 - 2011 zijn omschreven. 42

8.3 Vrijwillige ouderbijdrage Met behulp van de vrijwillige ouderbijdrage zijn wij in staat tal van leuke, maar vooral ook nuttige zaken, voor de kinderen te organiseren. De vrijwillige ouderbijdrage is vastgesteld op € 50,00 per schooljaar per kind, dit is inclusief het schoolreisgeld. In het geval dat er meerdere kinderen uit een gezin worden aangemeld, gaat er -per aangemeld kind - € 2,50 af van de vastgestelde bijdrage. De kosten voor het organiseren van diverse feesten en enkele excursies zijn hierbij inbegrepen. U heeft al bericht gehad over de wijze van betaling. In principe is de bijdrage vrijwillig, maar wij hopen erop te mogen rekenen dat alle ouders de bijdrage zullen voldoen om te voorkomen dat kinderen uitgesloten moeten worden van diverse activiteiten. Als u, om welke redenen dan ook, problemen met betalen heeft, neemt u dan contact op met de directeur.

8.4 Schooluitgaven De uitgaven van het schooljaar 2010-2011 die vanuit de ouderbijdrage bekostigd zullen worden betreffen onder andere: - uitgaven voor Id-ul Fitr (Ramadanfeest) en Id-ul Adha (Offerfeest), zoals cadeautjes en vieringen; - het schoolreisje. 8.5 Tussenschoolse opvang (TSO, overblijf) Wij bieden sinds enige tijd, voor de kinderen die overblijven, speelleeractiviteiten aan onder leiding van overblijfouders die hiervoor speciaal zijn getraind. We hebben dus wat de tussenschoolse opvang betreft, dus een flinke slag geslagen in de goede richting. Natuurlijk blijven wij de overblijfkosten goed bewaken. Wij streven naar het bieden van goede kwaliteit dat ook betaalbaar blijft. De overblijfkosten worden apart van de ouderbijdrage door ons verrekend. In 20112012 bedragen de overblijfkosten € 35,- per kind per schooljaar. Heeft u meerdere kinderen op onze school? Dan krijgt u van ons korting. Meer informatie hierover vindt u bij de administrateur.

8.6 Medezeggenschapsraad (MR) en gemeenschappelijk medezeggenschapsraad (GMR) De Wet Medezeggenschap Onderwijs (WMO) schrijft aan elke school de verplichting voor een medezeggenschapsraad (MR.) in te stellen. Deze MR staat gelijk aan de ondernemingsraad in het bedrijfsleven. Verder staat in de WMO precies beschreven hoe de MR is samengesteld en welke bevoegdheden deze raad heeft. Een directielid is op uitnodiging van de MR aanwezig om het ontwikkelde schoolbeleid uit te leggen en te verdedigen of om mededelingen te doen omtrent de beleidsuitvoering. De Medezeggenschapsraad houdt zich vooral bezig met beleidsmatige zaken rond onze school.

43

Het bevoegd gezag, het bestuur van SIPOR en de schoolleiding, zijn bij wet verplicht aan de MR in een aantal gevallen instemming te vragen en in andere gevallen een advies in te winnen. In zaken die niet alleen onze school aangaan zijn de instemmingbevoegdheid en adviesbevoegdheid doorgegeven aan de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). De MR vaardigt twee van zijn leden af naar de GMR (een lid van de oudergeleding en een lid van de personeelsgeleding. Zij vertegenwoordigen daar onze school. De zittingsduur voor de medezeggenschapsraad bedraagt drie jaar, met de mogelijkheid van eenmaal een herverkiezing voor nog een periode van drie jaar. Jaarlijks treedt volgens een rooster van aftreden eenderde van de raad af, te weten een ouder en een personeelslid. U krijgt tijdig schriftelijk bericht over de wijze waarop de verkiezingen zullen worden gehouden.

8.7 Bovenschoolse Identiteitcommissie (BIC) De BIC geeft vorm aan onze levensbeschouwelijke identiteit en bestaat uit één leerkracht en één ouder per SIPOR-school en de algemeen directeur. De BIC heeft de volgende taken: • het godsdienstonderwijs (methode) en de voortgang van de lessen (jaarplanning) te controleren en te beoordelen en hierin het BMT - indien nodig - hierover te adviseren; • de afspraken en voorstellen betreffende de identiteit te toetsen en hierover het BMT te adviseren; • voorstellen en vragen vanuit het bestuur en het BMT over de identiteit en de invulling daarvan in de dagelijkse praktijk te bespreken en te beantwoorden; • het gevraagd en ongevraagd adviseren van het bestuur aangaande zaken welke de identiteit als geheel betreffen; • klachten van bestuursleden, medewerkers, ouders en leerlingen over zaken die de identiteit betreffen te bespreken en de algemeen directeur hierover te informeren en te adviseren.

8.8 Hulpouders Wat zou een school zijn zonder hulpouders/verzorgers? Dankzij de hulp van ouders/verzorgers kunnen wij de kinderen extra activiteiten aanbieden. Helpen in de school is voor u een leuke manier om als ouder kennis te maken met de school. U ziet de school in bedrijf en weet waar uw kind het over heeft als uw kind met verhalen thuiskomt. U helpt niet alleen ons, maar wat belangrijker is: vooral de kinderen (zie ook 6.2 Oudercommissie).

Heeft u tijd om gewoon kleine klusjes voor de school te doen? Neemt u dan contact op met de administratie.

44

8.9 Informatievoorziening aan ouders/verzorgers Ouders kunnen altijd contact opnemen met de groepsleerkracht of de directeur om te praten over hun kind of over andere zaken. U kunt hiervoor het beste een afspraak maken. Als het specifiek gaat over ontwikkelingsproblemen zal de interne begeleider vaak bij een gesprek aanwezig zijn. Naast deze spontane contactmogelijkheid biedt Ikra de volgende geplande mogelijkheden: •

• •

•

•

•

Aan het begin van elk schooljaar organiseert de school een informatiebijeenkomst voor ouders. Op deze avond vertellen de groepsleerkrachten o.m. over de geplande activiteiten in de groep. U krijgt op een dergelijke avond ruimschoots de gelegenheid vragen te stellen over de inhoud van het programma of het doen van suggesties. Twee maal per schooljaar organiseren we een open dag voor ouders, van wie de kinderen nog naar de peuterspeelzaal gaan. Drie maal per jaar worden door ons de 10-minuten-gesprekken georganiseerd. Op deze avonden worden de vorderingen van uw kind met u besproken (zie ook data rapporten). Tweemaal per jaar organiseren de ouderraad en de medezeggenschapsraad een ouderavond. In het begin van het schooljaar een algemene ouderavond en aan het eind van het schooljaar een feestelijke ouderavond. Op de algemene ouderavond presenteert het schoolteam de beleidsvoornemens voor het lopende schooljaar en wordt teruggeblikt op en vooruitgekeken naar de activiteiten van de ouderraad en van de medezeggenschapsraad. Tevens presenteren de ouderraad, de medezeggenschapsraad en de Tussen Schoolse Opvang (TSO) hun financiële verslag en begroting aan de ouders. Overige informatie wordt verstrekt door middel van de nieuwsbrief. De schoolkrant een aantal keer per jaar en de nieuwsbrief verschijnt ook regelmatig. Ook kunt u de website van de school raadplegen: www.ikra.nl. Voor vragen over ons onderwijs kunt u ook met de Inspectie voor het onderwijs bellen (zie. 9.9).

8.10 Klachtenregeling Elke school wil kinderen optimale ontplooiingskansen bieden en hun veiligheid garanderen. Dat lijkt zo vanzelfsprekend dat velen zich niet kunnen voorstellen dat kinderen op school lastig gevallen kunnen worden. Intimiderend of pestgedrag door medeleerlingen, personeel of ouders binnen de schoolorganisatie is ongewenst en het is de taak van de school om dit te voorkomen en te beëindigen. Er is een pestprotocol in ontwikkeling. Op onze school hanteren we de onderstaande omgangsvormen voor kinderen, ouders en leerkrachten: • we maken geen misbruik van onze macht; • we geven een ander geen seksueel getinte aandacht; • discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, of op welke grond dan ook, is niet toegestaan; • we vallen een ander niet fysiek en/of psychisch lastig, bedreigen een ander niet, vallen een ander niet aan en negeren een ander niet; 45

• • • •

we vernielen en/of verstoppen geen eigendommen van een ander. we dringen onze mening niet op aan een ander; we dringen niet binnen in de persoonlijke levenssfeer van een ander; we hebben een respectvolle houding ten opzichte van elkaar.

We houden ons aan deze gedragscodes en zien erop toe dat deze omgangsvormen door iedereen binnen de school worden nageleefd. Waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt. Dat geldt ook voor Ikra. Als er problemen zijn, en u maakt daar melding van, mag u verwachten dat de school daar serieus mee omgaat. Klachten kunnen bijvoorbeeld gaan over de begeleiding van de kinderen, de toepassing van strafmaatregelen, de beoordeling van leerlingen, de inrichting van de schoolorganisatie, seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, agressie, geweld of pesten. Wat kunt als ouder doen als er naar uw idee niet wordt geluisterd naar uw opmerkingen, vragen of klachten? Hiervoor zijn de volgende stappen van toepassing: • uw opmerkingen en/of klachten worden eerst met de betreffende persoon besproken; • klachten over ongewenst gedrag bespreekt u met de ínterne vertrouwenspersoon; (zie 9.9) • als dit geen bevredigend resultaat oplevert, worden de opmerkingen/klachten besproken met de directeur van de school; • de directeur informeert bij de betrokken partijen, en onderneemt actie om de problemen op te lossen. Eventueel vindt er een gesprek plaats, onder leiding van de directeur, met alle betrokkenen. Dit gesprek wordt gedocumenteerd. Indien voor de klager geen aanvaardbare oplossing is gevonden, dan zijn er nog de volgende mogelijkheden • U vraagt schriftelijk een gesprek aan met de algemeen directeur die uw klacht namens het schoolbestuur behandelt. U kunt uw brief sturen naar het bestuur (zie. 9.9). Het bestuur hoort eerst alle partijen en probeert daarna tot een oplossing te komen. • Nog geen oplossing gevonden? Dan kunt u nog contact opnemen met een van onze externe vertrouwenspersonen. U kunt naar voorkeur kiezen voor de mannelijke óf vrouwelijke vertrouwenspersoon. Deze kijkt samen met u of er oplossingen te vinden zijn (zie 9.9). • Is er volgens u dan nog geen oplossing, dan kunt u terecht bij de Algemene Klachtencommissie (zie 9.9). Vanzelfsprekend wordt elke klacht persoonlijk en vertrouwelijk behandeld en krijgt u altijd uitsluitsel over wat we met uw klacht hebben gedaan! Voor meldingen van ernstige psychische trauma's of geweld kunt u contact opnemen met een vertrouwensinspecteur: 0900-1113111. In het kort: Met wie bespreekt u uw klacht óf probleem ? In het onderstaande schema ziet u drie soorten klachten staan en één omschreven probleem. U zoekt op wat voor een soort klacht óf probleem u heeft in de bovenste rij.

46

In de vakjes onder de omschrijving staat van boven naar beneden met wie u als eerste een afspraak maakt. Als u niet óf niet goed bent geholpen maakt u een afspraak met de persoon die in het vakje daaronder staat genoemd.

Klachten over Klachten over schoolorganisatorische onheuse maatregelen/nalatigheid bejegening bijvoorbeeld: bijvoorbeeld: roosters, toetsing, schoolgebouw… beoordeling, bestraffing

leerkracht

Klachten over Persoonlijke problemen of ongewenst gedrag problemen in op school: pesten,agressie,geweld, de thuissituatie discriminatie,racisme seksuele intimidatie, depressiviteit, eetstoornissen, homoseksuele misbruik, intimidatie mishandeling Leerkracht interne vertrouwenspersoon externe vertrouwenspersoon

intern begeleider

directie

directie

directie

algemeen directeur

algemeen directeur

hulpverlening: jeugdzorg, SMW

klachtencommissie

klachtencommissie klachtencommissie bij strafbare feiten: politie/justitie

8.11 Aansprakelijkheid Het schoolbestuur heeft verzekeringen afgesloten rondom de aansprakelijkheid. Het betreft een WA-verzekering en een ongevallenverzekering. De WA-verzekering houdt in dat de school aansprakelijk gesteld kan worden voor schade toegebracht aan derden tijdens schooluren. De ongevallenverzekering houdt in dat alle leerlingen, schoolpersoneel en vrijwilligers verzekerd zijn tegen letsel door een ongeval, bij blijvende invaliditeit en overlijden tijdens de schooluren. Deze verzekeringen zijn ook van kracht tijdens alle door de school georganiseerde activiteiten onder leiding van de leerkrachten of door het schoolbestuur of oudervereniging aangewezen personen. Voor het zoekraken of beschadigen van eigendommen van kinderen voor, tijdens of na schooltijd, evenals voor de gevolgen van ongevallen buiten de schuld van het schoolpersoneel, kan noch het schoolbestuur noch het team, noch de schoolleiding aansprakelijk worden gesteld. De schoolverzekeraar biedt ouders, tegen geringe kosten, een aanvullende verzekering voor kinderen aan. Ouders zijn aansprakelijk voor de schade die hun kind aan het schoolgebouw of inventaris toebrengt. Hiervoor sluiten ouders een eigen WA – (gezins) verzekering af. 47

Veiligheid Er zijn ontruimingsoefeningen voor het geval er brand is of een grote calamiteit. Jaarlijks wordt er in het gebouw een oefening gehouden.

8.12 Sponsoring Tegenwoordig is het niet zo vreemd meer als scholen door bedrijven, bekende merken of winkels in de omgeving, worden gesponsord. Vaak houdt dit in dat een instelling of een bedrijf uit belangstelling voor de school middelen, geld of goederen ter beschikking stelt van de school. Onze school staat hier in principe niet afwijzend tegenover. In sommige gevallen kunnen we ons voorstellen dat sponsoring een goede zaak voor twee kan betekenen. Het ontwikkelen en het op peil houden van kwalitatief goed onderwijs kost geld. De school ontvangt voor de tegemoetkoming in deze kosten een Rijksbijdrage. Deze bijdrage is echter gericht op een minimum pakket. Extra financiële middelen kunnen door sponsoring worden verkregen. We staan bij sponsoring op het standpunt dat de sponsor op geen enkele wijze invloed mag uitoefenen op de didactische werkvormen en uitgangspunten van de school. Op dit moment vindt sponsoring plaats door het plaatsen van advertenties van de plaatselijke middenstand in de schoolkrant. De school ontvangt hiervoor een bijdrage (de advertentietarieven zijn opvraagbaar bij de administratief medewerkster van de school). Wij ontvangen een korting op ICT apparatuur als de school de hardware afneemt bij de schoolleverancier I.C.T. Als tegenprestatie vermeldt de leverancier zijn naam op de apparatuur en vraagt hij ons reclame te maken voor zijn producten bij andere scholen.

48

Wilt u sponsor zijn van Ikra of kent u iemand die er belangstelling voor heeft? Belt u dan even met de directeur.

8.13 Schoolmelk Voor alle leerlingen is het mogelijk om schoolmelk te drinken. Elke maandag zorgt de Campina ervoor dat de koelkasten gevuld worden met verse pakjes melk. Vanaf dit schooljaar kan alleen halfvolle melk besteld worden. Nieuwe aanmeldingen worden altijd verwerkt aan het eind van iedere maand. Aanmeldingsformulieren en/of wijzigingskaarten zijn op school te verkrijgen bij de administratie van de school, maar nog makkelijker: bezoek de schoolmelksite: www.schoolmelk.nl. De betaling handelt u af per acceptgiro. Natuurlijk kunnen kinderen die niet aan deze regeling deelnemen melk van huis meenemen. Daarnaast is brood en fruit toegestaan; géén limonade, koek en snoep alstublieft. Deze zijn niet goed voor het gebit. Als er een of meer dagen bij de schoolmelkvoorziening uitvallen, dan mag uw kind zelf wat te drinken meenemen.

49

9

ENKELE AFSPRAKEN EN (SCHOOL) REGELS

9.1

Inschrijving van leerlingen

Leerplicht Een kind is leerplichtig op de eerste schooldag van de maand die volgt op de maand waarin een kind de leeftijd van 5 jaar bereikt. Bijvoorbeeld: een kind wordt op 6 februari 5 jaar, het is dan leerplichtig vanaf de eerste schooldag in maart. De volledige leerplicht eindigt: • aan het eind van het schooljaar als de leerling ten minste 12 volledige schooljaren een of meer scholen heeft bezocht; • aan het eind van het schooljaar waarin de leerling 16 jaar wordt. 9.2

Toelating, schorsing en verwijdering

Toelating Uw kind wordt pas toegelaten vanaf de vierde verjaardag. Vanaf 5-jarige leeftijd geldt de leerplicht. Voordat uw kind 4 jaar wordt, zal het maximaal 5 dagen (5 x ochtend én middag) worden uitgenodigd om te komen wennen. Eerder hele dagen naar school is dus niet toegestaan. Als uw kind van een andere school komt, wordt de inschrijving en plaatsing in een groep pas definitief na inzage in het Onderwijskundig Rapport van uw kind. Dit rapport ontvangen we van de andere school. Het is verplicht dat u de directie van de andere school eerst van uw plannen op de hoogte stelt. Kinderen die zijn aangemeld bij het zorgteam (ow, is dat zo?) of de PCL kunnen wij niet inschrijven. Ook zal er altijd eerst contact opgenomen worden met de school van herkomst, om te vragen of er belangrijke informatie is die wij moeten hebben. De uiteindelijke beslissing wordt in alle gevallen door de directie genomen. Ouders van kinderen met een handicap of stoornis willen graag een bewuste keus maken voor een school die het beste bij hun kind past. Dat kan de school in de buurt zijn of een speciale basisschool. Kiezen ouders voor de school in de buurt, dan moet de school wel de juiste zorg en aandacht kunnen besteden aan het kind. Het gaat hier met name om de toelating van kinderen met een verstandelijke, zintuiglijke of lichamelijke handicap of voor kinderen met een psychiatrisch probleem of met ernstige leer- en/of gedragsproblemen, kinderen met een meervoudige handicap of langdurig zieke kinderen. Om de juiste afweging te maken hanteert IKRA voor het toelaten van de hierboven omschreven groep kinderen een stappenplan.

50

Stappenplan toelating Omschrijving stappenplan 1. Kennismakingsgesprek, waarin de ouders de reden vertellen, waarom zij voor hun kind een Islamitische basisschool uitgekozen hebben.

Verantwoordelijke personen Bouwcoördinator

2. Intakegesprek, waarin de exacte probleemstelling van het kind helder wordt gemaakt. Alle ter zake doende schriftelijke informatie (medische gegevens, psychologische onderzoeken, psychiatrische rapporten, eventuele handelingsplannen en voortgangsreportages) wordt overhandigd aan de school.

Bouwcoördinator Ouders Externe deskundige

3. Schoolbezoek, door de interne begeleider en een Interne begeleider externe deskundige, aan de school of instelling, waar het Externe deskundige kind op het moment van aanmelding ingeschreven staat. 4. Bespreking van de probleemstelling in een speciale leerlingbespreking, waarbij alle teamleden aanwezig zijn en waarin alleen het aangemelde kind centraal staat. Centraal in deze bespreking staan de volgende vragen: Is er binnen het team voldoende expertise in huis voor een optimale begeleiding? Zijn er binnen de school voldoende middelen om een optimale begeleiding mogelijk te maken? Kan er expertise van buitenaf worden ingekocht, zodat het tekort aan knowhow binnen het team kan worden opgeheven? Kunnen er materialen en methodieken, buiten het reguliere budget, worden ingekocht of kan de inrichting van de school worden aangepast om optimale begeleiding mogelijk te maken? Kan de school het kind voldoende veiligheid bieden en biedt het kind de andere kinderen op de school voldoende veiligheid? Is de groepsgrootte van dien aard, dat voldoende aandacht en zorg aan de betreffende leerling en aan de andere leerlingen kan worden besteed?

Directeur Interne begeleider Groepsleerkrachten Bouwcoordinatoren

5. Op grond van de mogelijkheden en onmogelijkheden van de school en het schoolteam wordt een wel of niet positief plaatsingsadvies gegeven aan de ouders. Het plaatsingsadvies (positief of negatief) wordt vergezeld van een schriftelijk verslag van de procedure en de leerlingbespreking.

Bouwcoördinator Interne begeleider Ouders

6. Bij een positief plaatsingsadvies melden de ouders het Ouders kind aan bij de Commissie van Indicatiestelling. (C.v.I.) Interne begeleider Van deze commissie ontvangen de ouders een positieve Directeur of negatieve indicatiestelling. Alleen bij een positieve indicatiestelling ontvangt de school een leerlinggebonden financiering ("rugzakje"), waarmee extra middelen kunnen worden ingekocht. Wet Bescherming Privacy (W.B.P.) is van toepassing. De directeur maakt vervolgens een voorstel met betrekking tot de besteding van het budget.

51

7. Bij een negatieve indicatiestelling kan de school het aangemelde kind niet plaatsen als uit het verslag van de leerlingbespreking blijkt, dat extra middelen of expertise moeten worden ingekocht om een optimale begeleiding van het kind te kunnen garanderen.

Directeur Interne begeleider Bouwcoördinator Ouders

8. De school verwijst de ouders naar een speciale school of Directeur brengt hen op de hoogte van de Interne begeleider bezwaarschriftenprocedure

Wanneer ouders worden geconfronteerd met een weigering van de school om hun kind toe te laten, kunnen zij een bezwaarschrift indienen bij het bevoegd gezag (bestuur van SIPOR) binnen zes weken na de negatieve beslissing over toelating. Het bevoegd gezag moet binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift een uiteindelijke beslissing nemen. Voordat het bevoegd gezag beslist, dient zij ouders in de gelegenheid te stellen om te worden gehoord. Als een ouder een spoedeisend belang heeft bij toelating van het kind (omdat bijvoorbeeld geen andere school bereid is het kind toe te laten) kan de ouder in de fase van de bezwaarschriftprocedure via het bevoegd gezag al een verzoek tot een voorlopige voorziening indienen bij de president van de rechtbank. Schorsing Wanneer een kind zich in de school structureel misdraagt, zult u door de leerkracht worden uitgenodigd voor een gesprek. Ouders en leerkracht zullen zich over de kwestie buigen en gezamenlijk tot een oplossing moeten komen. Wangedrag bij leerlingen duidt meestal op onderliggende oorzaken. Indien nodig wordt de schoolmaatschappelijk werkster erbij betrokken. In het uiterste geval en indien het gedrag van het kind daartoe aanleiding geeft, kan de directie in het uiterste geval het kind enkele dagen schorsen.

52

Verwijdering Een protocol voor de procedure van verwijdering is in ontwikkeling. Wij zullen u te zijner tijd hierover informeren.

9.3

Schooltijden, vakanties en vrije dagen

Schooltijden Vanaf 8.15 uur zijn de kinderen welkom op het speelplein, maar alleen onder uw toezicht!

Schooltijden groep 1 t/m 7 Maandag , dinsdag en donderdag

8.30 – 12.00 uur

Woensdag

8.30 – 12.45 uur

Vrijdag

8.30 – 12.00 uur

13.00 – 15.15 uur

Schooltijden groep 8 Maandag t/m donderdag

8.30 – 12.00 uur

Vrijdag

8.30 – 12.00 uur

Schoolvakanties en vrije dagen

13.00 – 15.15 uur

van

tot en met

Duur

Ied-ul-Fitr (Ramadanfeest)

donderdag 9 september 2010

vrijdag 10 september 2010

2 dgn

Herfstvakantie

maandag 18 oktober 2010

vrijdag 22 oktober 2010

1 wk.

Ied-ul-Adha (Offerfeest)

dinsdag 16 november 2010

donderdag 18 november 2010

3 dgn

Studiedag Lezen en Spellen

Maandag 29 november 2010

Wintervakantie

maandag 20 december 2010

vrijdag 31 december 2010

2 wkn.

Voorjaarsvakantie

maandag 28 februari 2011

vrijdag 4 maart 2011

1 wk.

SIPOR-studiedag

vrijdag 15 april 2011

Paas-/ meivakantie

vrijdag 22 april 2011

vrijdag 6 mei 2011

2 wkn.

Hemelvaart

donderdag 2 juni 2011

vrijdag 3 juni 2011

2 dgn.

Vrije dag (Pinksteren) Zomervakantie

maandag 13 juni 2011

maandag 13 juni 2011

1 dg.

maandag 4 juli 2011

vrijdag 12 augustus 2011

6 wkn.

1

2

9.4

1 dg.

1 dg.

Schoolverzuim (zie ook 4.5)

Wanneer uw kind, om welke reden dan ook, niet op school kan zijn: laat het ons dan weten. Het beste kunt u de school vóór schooltijd telefonisch op de hoogte stellen: dus vóór 8.30 uur. 1 2

Schoolviering Ied-ul-Fitr op vrijdag 17 september 2010 Schoolviering Ied-ul-Adha op vrijdag 19 november 2010

53

Voor de ontwikkeling van uw kind is het belangrijk dat uw kind niet verzuimt zonder geldige reden. Als een kind 4 jaar is, dan mag het kind naar school. Vanaf het vijfde jaar is uw kind leerplichtig. Op school houden wij het verzuim bij. Wanneer wij niet weten waarom uw kind niet op school is, geven wij dit als ongeoorloofd verzuim door aan de leerplichtambtenaar. Als dat het geval is krijgt u van ons bericht. Wij vertrouwen er echter op, dat u ons even meldt als uw kind niet naar school kan komen.

9.5

Verlofregeling

Eventueel verlof buiten de schoolvakantie is wettelijk geregeld en wordt slechts bij uitzondering verleend. Als u verlof wilt aanvragen dan dient u hiervoor ruim van tevoren een formulier op te halen bij de administratie. Daar wordt u precies verteld wat er mogelijk is en hoe u verlof moet aanvragen. Als u het aanvraagformulier volledig ingevuld en ingediend heeft, krijgt u van de directeur een schriftelijk antwoord. Dit kan enkele dagen in beslag nemen. Ongeoorloofd verzuim, dus zonder toestemming, zal altijd aan de leerplichtambtenaar worden doorgegeven! Let op: Betreffende de aanvraag van extra verlofdagen voor de zomervakantie (eerder weg), maken wij u erop attent dat u dit minstens 6 weken van te voren dient aan te geven en hiervoor een goede reden moet kunnen opgeven. Het geven van extra vakantiedagen is namelijk niet geoorloofd.

9.6

Spreektijden personeel en administratie

Personeel Op de Ikra streven wij een open communicatie met ouders en belangstellenden na. Dit betekent dat u de leerkrachten vóór of ná schooltijd gewoon kunt aanspreken, om eerst even een afspraak te maken. Zij stellen uw opmerkingen en belangstelling bijzonder op prijs. Onder lestijd is het absoluut niet mogelijk de leerkracht te spreken te krijgen. Gedurende de lestijden moet de leerkracht namelijk volledig beschikbaar zijn voor uw kind. Wel kan er een boodschap doorgegeven worden. Ook kunt u uw telefoonnummer achterlaten, zodat u teruggebeld kunt worden. U kunt de directie in de school ook gewoon aanspreken. Wij staan u zo goed mogelijk te woord. Het kan echter zijn dat u wat ernstiger zaken wilt bespreken. Maakt u dan even een afspraak. In verband met de hoge kosten bellen wij u slechts bij uitzondering terug op uw gsm. Geef dus altijd een telefoonnummer (vaste telefoon) door waarop u bereikbaar bent. Administratie Voor diverse administratieve zaken, zoals in- en uitschrijvingen, verlofaanvragen, het doorgeven van adres- en telefoonnummerwijzigingen, schoolfonds, schoolmelk, en dergelijke, kunt u tijdens schooltijden terecht bij de administratie.

54

9.7

Leerlingenvervoer

Stichting schoolvervoer Sipor Er is een aparte eigen stichting opgericht (Vervoerstichting) om het vervoer van kinderen, die verder weg van de school wonen, mogelijk te maken. Ouders tekenen hiervoor een “Overeenkomst leerling-vervoer”. Maandelijks wordt aan de betreffende ouders een bijdrage in de kosten gevraagd van € 25,00 per maand; over tien maanden per schooljaar. De incassering vindt plaats door middel van een automatische incasso. Vanuit de school is er een “coördinator leerling-vervoer”, die de contacten met de ouders en de chauffeurs verzorgt. U kunt de coördinator voor vragen of opmerkingen over het vervoer bereiken (zie 9.9). Voor alle activiteiten rond het vervoer is de school niet verantwoordelijk. 9.8 Schoolregels op een rij Wij doen er alles aan om zo goed mogelijk onderwijs te geven en alle activiteiten zo soepel mogelijk te laten verlopen. Zo`n goede organisatie vraagt echter om spelregels. Voor een paar van deze regels vragen wij uw aandacht.

9.8.1 Gedragsregels Ouders, leerkrachten en leerlingen hebben onlangs hun 10 favoriete gedragsregels kunnen aangeven. Deze regels gelden voor iedereen die zich in of rond de school bevindt: dus leerkrachten, leerlingen en ouders. Wie een of meer van deze regels overtreedt mag hierop door een ieder (met respect!) worden aangesproken. In de ernstigste gevallen kan de overtreder de toegang tot de school worden ontzegd door het daartoe bevoegd gezag.

1. Begin de dag met een Doea, zeg bij alles wat je doet Bismillah en wat er ook gebeurt Alhamdoelillah. 2. Pesten is nooit goed, zorg dus dat je aardig doet. 3. Slaan of schoppen: daar moet je direct mee stoppen! 4. Ik, jij, hij of zij…..iedereen hoort erbij! 5. Samen spelen, samen delen. 6. Als de ander praat ben je stil. Dan hoor je wat die zeggen wil. 7. Voor groot of klein zullen we aardig zijn. 8. Prullenmanden op het plein en in de groep, echt geschikt voor alle troep. 9. Wees op tijd, dat hoort bij onze identiteit. 10. Omdat we de ruimte samen delen, zullen we rustig lopen, praten, werken en spelen.

We houden ons aan een aantal gedragscodes en zien erop toe dat deze omgangsvormen door iedereen binnen de school worden nageleefd. Indien wij merken, dat onze omgangsvormen door kinderen niet worden nageleefd, vindt in eerste instantie een gesprek plaats met de betrokken kinderen en de leerkracht. Zonodig legt de leerkracht het kind of de kinderen een straf op. De leerkracht licht de ouders in, indien de straf na of voor schooltijd plaatsvindt. Bij herhaling van de overtreding heeft de leerkracht een gesprek met de kinderen en met de ouders van alle betrokken partijen. De directeur/intern begeleider is indien 55

nodig aanwezig bij dit gesprek. Tijdens dit gesprek maakt de leerkracht afspraken met de leerlingen en de ouders om in de toekomst herhaling van het ontoelaatbare gedrag te voorkomen. De gesprekken en afspraken worden vervolgens schriftelijk vastgelegd. Ouders krijgen van deze afspraken een afschrift mee. Afhankelijk van de ernst kan de directeur afwegen of het incident gemeld moet worden bij de algemeen directeur. Indien onze omgangsvormen door ouders of leerkrachten worden overtreden, vindt een gesprek plaats tussen de directeur en de betrokkenen. De directeur maakt van het gesprek een schriftelijk verslag en meldt het incident bij de algemeen directeur. Bij eventuele schade doen wij als school een beroep op de WA-verzekering voor particulieren die de meeste ouders hebben afgesloten. Een dergelijke verzekering vergoedt ondermeer de schade die door een kind aan een ander (of diens eigendom) of aan de school is toegebracht. 9.8.2 Huishoudelijke regels (schoolreglement) Geen toegang tot de leerpleinen zonder afspraak Om de rust en veiligheid op onze leerpleinen te waarborgen, moeten alle ingangen te allen tijde afgesloten zijn. Ouders hebben ’s woensdags vrij toegang tot de ouderruimte en op dezelfde dag tot 8.45 uur is er een inloopkwartier in de kleuterbouw. Voor de rest is de school alleen te betreden indien u van tevoren een afspraak hebt gemaakt. Aparte ingangen per bouw en netjes in de rij Als de bel in de ochtend gaat, wordt van alle kinderen verwacht dat ze direct netjes in de rij gaan staan. Elke bouw heeft een eigen ingang. De groepen 1 t/m 3 gebruiken de hoofdingang en ouders mogen eventueel meelopen. De groepen 6 t/m 8 gebruiken de ingang van de BSO (linkerzijde gebouw, eerste deur rechts), de peuters en hun ouders mogen doorlopen en gebruiken de ingang van de peuterspeelzaal (linkerzijde gebouw, tweede deur rechts) en de groepen 4 t/m 5 gebruiken de achteringang. Op tijd komen Komt uw kind te laat op school dan is dat erg vervelend voor de betrokkenen. De les wordt verstoord en uw kind heeft mogelijk uitleg gemist, andere kinderen worden afgeleid enzovoort. Op tijd komen vinden wij dus zeer belangrijk. Komt uw kind onverhoopt te laat, dan moet eerst een ‘te-laat-briefje’ worden gehaald, voordat het in de klas mag. Structureel te laat komen, zien wij als verzuim en wordt in het leerlingdossier opgetekend. Dit verzuim zullen wij ook melden bij de leerplichtambtenaar. Ziek melden Is uw kind ziek of kan het om een andere reden niet naar school komen, wilt u dan voor 8.30 uur (half negen) de school bellen (078) 63 90 151 en dit aan ons doorgeven? Verboden te roken! In de school is het verboden om te roken. Dit is om de gezondheid van de kinderen te beschermen en het goede voorbeeld te geven. Ook hier ligt een belangrijke taak voor u als ouder. 56

Kostbare spullen Kinderen laten vaak kostbare spullen zoals sieraden, horloges, enzovoort gewoon ergens liggen: in het gymlokaal, in het zwembad of buiten op het schoolplein. Groot is het verdriet als het dierbare kwijt blijkt te zijn. En…niet zelden krijgt een ander of de school de schuld! Wees verstandig: geeft uw kinderen geen kostbaarheden mee naar school! Agenda In groep 8 is een agenda verplicht. Deze moet zelf gekocht worden. De agenda is geen speelgoed maar een leermiddel. De leerkracht zal in het lesprogramma de kinderen leren met een agenda om te gaan. Zo leren de kinderen van groep 8 te plannen, iets wat in het voortgezet onderwijs belangrijk is! Schooltassen Voor het meenemen van gymkleding (elke week wassen!), overblijfspullen, eten en drinken en huiswerk is een linnen tas of een rugtas heel handig. Geeft u s.v.p. geen plastic tassen mee, zo sparen we het milieu. Kledingvoorschriften Wat betreft kleding wordt niets dwingend voorgeschreven. Wel vragen wij de ouders hun kinderen zo te kleden, dat anderen daar geen aanstoot aan kunnen nemen. Omgang met foto's Wij maken regelmatig foto’s van kinderen, die wij al dan niet op de website van de school plaatsen. Wanneer u niet wenst dat de foto van uw kind op de website wordt geplaatst, dan kunt u bezwaar maken tegen de publicatie door een briefje met motivering te sturen naar de school.

Wij zorgen er dan voor dat de foto van uw kind zo spoedig moegelijk van de site wordt verwijderd. 57

Let op: Naast deze algemene schoolregels zijn er ook klassenregels. Wij verwachten van de kinderen dat zij zich aan deze regels houden. In de klas zal de leerkracht van uw kind regelmatig aandacht besteden aan deze regels. 9.9

Belangrijke namen, adressen en telefoonnummers

Directeur Dhr. Samy Salem

Tel : 078 – 63 90 151 E-mail: [email protected]

Intern begeleider: Mw. Kristel Karso

E-mail: [email protected]

Bouwcoördinatoren: Mw. Hacer Özer-Caner

Onderbouw (groep 1 t/m 3)

Mw. Nurcan Ördek- Özyanik

Middenbouw ( groep 4 t/m 5)

Mw. Jamila Abarkan

Bovenbouw ( groep 6 t/m 8)

Groepsleerkrachten:

Groep

Mw. Hacer Özer - Caner

1/2A

Mw. Elif Em / Kristel Karso

1/2B

Mw. Ria de Ruiter / Maloes Muller

1/2C

Mw. Ilse Bozuwa

3

Mw. Ayşe Ateş-Uysal

4A

Mw. Alena Andreeva

4B

Mw. Nadia Haddach/Samira Mechrout

5A

Mw. Nurcan Ördek- Özyanik

5B

Mw. Behiye Abayli

6A

Mw. Jamila Abarkan

6B

Mw. Meryem Suzen-Durkut

7

Mw. Hayat Salmi / Dounia Ajdid

8

Invalleerkrachten: Juf. Ahlam en juf Maloes Godsdienstleerkracht: Juf Najat Rahrouh Administratie: Dhr. Mustapha Benchikhi

Administratief medewerker

Onderwijsassistent: Mw. Zeliha Okuzal

58

Conciërge: Mw. Petra van der Aa

SIPOR (schoolbestuur): Algemeen directeur: Dhr. Cihan Gerdan

Postbus 51188 3007 GD Rotterdam (Sipor: 010-4951580)

Rijksinspectie:

Rijksinspectie van het Onderwijs [email protected] www.onderwijsinspectie.nl

Landelijke organisatie voor ouders in het onderwijs Tijdens schooldagen tussen 10.00 en 15.00 uur

Tel: 0800-5010 (gratis) Postbus 84131 2508 AC Den Haag

Vragen over het basisonderwijs:

0800-8051 (gratis)

Schoolarts:

GGD Zuid-Holland zuid Mw. B. Bekker Korte Parallelweg 51 078- 6321832

CED (‘Schoolbegeleidingsdienst’)

Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: Intern vertrouwenspersoon (vrouw) Mw. Krsitel Karso Extern vertrouwenspersoon (man) Dhr. R. Bal Extern vertrouwenspersoon (vrouw) Mw. N. Bellari-Bellil Landelijke Klachtencommissie ISBO Coördinator leerling-vervoer

Dwerggras 30, 3068 PC Rotterdam, tel: 010 - 4071 599 Meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 – 1113111 (lokaal tarief) [email protected] 06 54970971 IJlsterveste 17, 3432 RN Nieuwegein Postbus 28128, 3828 ZJ Amersfoort Postbus 85191, 3508 AD Utrecht Dhr. H. Saboune

59

NAWOORD

Ten slotte…..

Het opvoeden van kinderen is een samenspel tussen school en ouders. Wij vinden het belangrijk met u in gesprek te blijven over de juiste manier van opvoeden van uw kind. Dit doen wij bewust, vanuit een Islamitische levensovertuiging. Wanneer zaken minder soepel verlopen, dan zullen wij niet aarzelen u hierover te informeren. Mocht u op- en/of aanmerkingen hebben, bespreekt u dat dan eerst met de leerkracht van uw kind(eren). Als dat geen oplossing biedt, dan kunt u een afspraak maken met een directielid. Samen komen we er altijd uit!

60