D u tc h S o c ie t y
of
P er iodo n to lo g y
nieuws nieu w s brief Voor correspondentie aangaande het Consilium Parodontologicum, aanvragen erkenning parodontoloog etc: Postbus 24 9649 ZG Muntendam Telefoon: 0598-633 313 Telefax: 0598-633 41 Email:
[email protected]
Secretariaat, ledenadministratie + bestellen folders: Postbus 34 1633 ZG Avenhorn telefoon: 0229-540148 telefax: 0229-543467 E-mail:
[email protected] Website: www.nvvp.org
Woord van de voorzitter Onvermoeibaar enthousiasme Bij het maken van afspraken en vastleggen van congres- en vergaderdata valt steeds weer op dat iedereen een volle agenda heeft. Op het gebied van cursussen en bijscholing, op welk niveau dan ook, wordt enorm veel aangeboden en het is vaak moeilijk om door de bomen het bos te zien. In kaart brengen, beslissingen nemen en een goede planning maken zijn echter de belangrijkste aspecten van ons dagelijks werk in de praktijk. Dit kreeg ook aandacht tijdens ons congres “De tand in al zijn facetten” dat op 5-6 november j.l. in Rotterdam plaatsvond. Het werd een volle bak, we kregen het maximaal mogelijke aantal inschrijvingen. In deze editie van deze nieuwsbrief krijgt u een verslag van dit bijzondere congres. Aan het eind van een jaar is het gebruikelijk om terug te blikken en conclusies te trekken. De gemaakte ervaringen moeten bijdragen tot een adequaat inspelen en bijsturen om zo de wissels in de goede richting voor de toekomst te kunnen zetten. Een belangrijke vraag staat daarbij centraal: wat is voor onze leden de meerwaarde van hun NVvP-lidmaatschap? Ik noem u graag een paar redenen. De NVvP is allereerst een wetenschappelijke vereniging met goede mission statements en een eigen profiel. Ik citeer de titel van de lezing van Fridus van der Weijden tijdens het symposium 40 jaar parodontologie (ter ere van het emeritaat van prof. Ubele van der Velden): "Periodontal research, a joy forever". In deze titel combineert van der Weijden een paar essentiële aspecten van wetenschappelijk onderzoek: Joy (vreugde/enthousiasme) en forever (toekomst en duurzaamheid). Deze termen zijn beslist van toepassing op de NVvP als wetenschappelijke vereniging. Daar plukken wij en ook onze patiënten de vruchten van. Tijdens het boeiende symposium gaf voorts Ubele van der Velden een lezing met de titel “40 jaar parodontologie, een terugblik en een kijkje in de toekomst”. De boodschap van zijn lezing? De bestaande kennis toetsen, door aanvullend onderzoek méér ervaren, terugblikken, meegroeien en het liefst de tijd vooruit zijn. Ook dat is duidelijk van toepassing op onze
M emb er
of
E u ro p e a n F e d e rati o n
of
nr. 67, december 2009 ISSN nummer 1568-4237 Redactie: Hankie Bulthuis – Jeroen Craandijk SACHA tekst & pr Vormgeving: Aat Doek bno In deze NVvP-Nieuwsbrief treft u onder andere de volgende onderwerpen aan: Abstract Ubele van der Velden onderscheiden tijdens afscheidssymposium Terugblik 'De tand in al zijn facetten' De ontwikkeling van de Scrapy Nieuw: www.tandvlees.nl Wint ú de NVvP Onderzoeksprijs? EFP-Nieuws Agenda Informatie van onze sponsors Mission Statements NVvP • De Nederlandse Vereniging voor Parodontologie (NVvP) is een wetenschappelijke organisatie van tandheelkundige zorgverleners. • De NVvP streeft naar algemene erkenning van het inzicht dat gezonde weefsels rond tanden, kiezen en tandheelkundige implantaten deel zijn van/horen bij een goede algemene gezondheid en de basis vormen voor duurzame tandheelkundige zorg. • De NVvP spant zich ervoor in noodzakelijke parodontale en peri-implantaire zorg voor iedereen toegankelijk te maken. • De NVvP ondersteunt tandheelkundige en andere medische zorgverleners bij het verkrijgen van kennis op het gebied van de parodontologie en peri-implantologie.
vereniging. De NVvP blijft zich actief inzetten voor het belangrijke principe dat het paroprotocol onaangetast en herkenbaar moet blijven. Het belang van een gezond en ontstekingsvrij parodontium krijgt steeds meer “body” (Os sanum in corpore sano)! De relatie tussen parodontitis en algemene gezondheid kan niet meer van de tafel worden geveegd. Een bewijs hiervoor werd onlangs nog geleverd in de juli-uitgave van J. Periodont. 2009. Deze uitgave bevat een behartigenswaardig consensusreport met betrekking tot Cardiac disease en Periodontitis, zijnde de uitkomst van veel literatuurstudies door de amerikaanse vereniging voor Cardiology in samenwerking met de AAP. Door een goede parodontale zorg voor iedere patiënt toegankelijk te maken, kan de zorgverzekeraar bijvoorbeeld bij de behandeling van diabetes en hart- en vaatziekten veel geld besparen. Ook hier bewijst onze vereniging haar bestaansrecht: de Nederlandse Vereniging voor Parodontologie is toonaangevend geweest bij het op poten
P e r i o do n to l o g y
De NVvP, een gezond fundament
zetten van een “Periodontal Medicin”. De stichting NVvP ondersteunt financieel studieprojecten van wetenschappers die ook op dit gebied onderzoek doen. De belangrijkste reden is echter misschien nog wel het onvermoeibare enthousiasme waarmee we ons voor de parodontologie in de breedste zin des woords blijven inzetten. Bijna 75 jaar NVvP, 109 keer een ALV, 40 jaar Ubele van der Velden in de Parodontologie, 6 maal Europerio, 4 maal een lustrum Parodontoloog-NVvP, het 4e lustrum van Laboral's “Bugs in concert”, 10 jaar paroprotocol.... het enthousiasme blijft!! En ook in 2010 zullen we in ons beleid weer zaken opnemen die de meerwaarde van uw lidmaatschap van onze vereniging duidelijk maken. U kunt op ons rekenen. Ik wens u allen, namens het gehele NVvPbestuur, prettige kerstdagen, een goede jaarwisseling en heel voorspoedig en gezond 2010 ! Erik Meijer, voorzitter NVvP
brief
Abstract
Rotterdam 6 november 2009, terugblik congres:
DNA methylering van het IL8 promoter gen bij chronische parodontitis
De tand in al zijn facetten
Introductie
Parodontitis is een infectie die gekenmerkt wordt door een destructieve ontsteking van het steunweefsel van gebitselementen, dat leidt tot verlies van bindweefsel en bot. Dit proces is afhankelijk van de individuele genetische en epigenetische eigenschappen die het klinische fenotype bepalen. Het beginstadium van parodontale afbraak wordt gekenmerkt door accumulatie van ontstekingscellen. Interleukine-8 is één van de belangrijkste factoren die de ontstekingscellen door chemotaxis laten migreren naar de ontstekingssite. De productie van IL-8 wordt begunstigd door lipopolysaccharide (LPS), bacteriën en pro-inflammatoire cytokinen. DNA methylering is een essentieel mechanisme in de controle van gen-activiteit. In de promoter regio’s van diverse genen zijn dinucleotide CpG regio’s aangetoond die methyleerbaar zijn. Transcriptiefactoren kunnen soms alleen met niet-gemethyleerde regio’s interacteren, terwijl gemethyleerde regio’s interacties uitsluiten. Dat betekent dat transcriptie van genen door methylering minder effectief wordt of dat het gen zelfs ‘uitgezet’ kan worden. Methylering van genen is in eerder onderzoek in verband gebracht met mondkanker, slokdarmkanker, longkanker, colon- en maagkanker. Recent onderzoek heeft aangetoond dat methylering van Interleukines en andere ontstekingsmediatoren het ontstekingsproces kan moduleren. In dit onderzoek is de methyleringsstatus van het promoter gen van IL-8 van oraal epitheelcellen, gingiva en leukocyten onderzocht van gezonde subjecten en subjecten met chronische parodontitis. Oliveira NFP, Damm GR, Andia DC, Salmon C, Nociti FH Jr., Line SRP, de Souza AP. DNA methylation status of IL8 gene promoter in oral cells of smokers and non smokers with chronic periodontitis. J Clin Periodontol 2009;36: 719-725. Materiaal & Methode Subjecten werden algemeen gerekruteerd en geselecteerd op leeftijd (> 25 jaar), algemene gezondheid en de aanwezigheid van minstens 20 gebitselementen. Drie groepen werden gevormd: niet-rokend en parodontaal gezond (geen sites met pocketdiepte > 3mm), niet-rokend met chronische parodontitis (tenminste drie elementen met ≥ 5mm CAL in minstens twee kwadranten), en rokend (5 sigaretten per dag gedurende minstens 5 jaar) met chronische parodontitis. Weefsels werden verzameld door biopten van oraal epitheelcellen, gingivacellen en bloedcellen waarna DNA analyse plaatsvond. Resultaten Uit het gepurifeerde DNA van de controlegroep bleek de gemethyleerde en ongemethyleerde conditie van het IL8-gen evenveel voor te komen. Bij de chronische parodontitisgroep, zowel bij de rokers als de niet-rokers, bleken de epitheelcellen alleen
positief voor de ongemethyleerde status van het IL-8 gen. Vrijwel alle subjecten van de controlegroep bleken gemethyleerd, in tegenstelling tot de 23% en 20% van de parodontitis roken- en parodontitis nietroken groepen. Dit bleek onafhankelijk van de leeftijd en sterk significant (p < 0,0001). Deze verschillen werden niet gevonden bij gingivacellen en bloedleukocyten. Uit de genexpressie analyse bleek de IL-8 mRNA productie significant hoger (p=0.0007) bij de parodontitisgroep dan bij de controlegroep. Discussie De epigenetica laat zien hoe gewoonten zoals roken, alcoholgebruik, dieet, omgeving en infecties het gedrag van weefsel kunnen veranderen. Studies van DNA methylering patronen zijn een belangrijk onderzoeksveld geworden van diverse pathologieën, waaronder parodontitis. In deze studie waren de subjecten van de controlegroep gelijkmatig verdeeld over de gemethyleerde en ongemethyleerde IL-8 promoter gen groep voor
2
epitheliale orale cellen, gingivacellen en bloedcellen. Een grote groep van de parodontitissubjecten bleek echter volledig ongemethyleerde orale epitheelcellen te hebben. Dit verschil moet verklaard worden door een verschillende respons van cellen op producten van bacteriële infectie of ontsteking. Interessant hierbij is dat basale cellen die doorontwikkelen tot epitheelcellen levenslang in de mondholte blijven, terwijl bindweefsel-, ontstekings- en bloedcellen in parodontaal weefsel voortdurend vernieuwd worden. De langdurige blootstelling van basale epitheelcellen aan bacteriële producten en ontstekingsmediatoren kan een oorzaak zijn van de demethylisering van dit weefsel. Relaties tussen gen methylering en pathogenen zijn bekend, zoals de aanwezigheid van Helicobacter pylori en de veranderde methyleringstatus bij maagkanker. De auteurs speculeren dat bacterieel LPS de parodontale ontstekingsreactie moduleert door methylering. Daarnaast is er de vraag of de ontsteking aanzet tot methylering van de promoter regio’s of dat de methylering aanzet tot de infectie. In dat geval zou de parodontale infectie een rol kunnen spelen in de epigenetische veranderingen van orale mucosa (mondkanker). Opvallend is dat in deze studie geen verschil werd aangetoond tussen de rokers en de niet-rokers, terwijl eerder studies hypomethylering hebben aangetoond door roken. Belangrijk van deze studie is dat een nieuwe weg van genetisch onderzoek opheldering kan geven over de verschillende responsprofielen van gezonde- en parodontitis subjecten. Denkbaar is dat in de toekomst het onstekingsprofiel van patiënten kan worden vastgesteld en zelfs gewijzigd. Jeroen Craandijk, Parodontoloog NVvP, Leiden
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Het congres was volledig uitverkocht, wat wel aangeeft dat het op z’n minst de aandacht van velen trok. Een groot compliment voor de organisatie. Ten grondslag hieraan lag een interessant programma verdeeld over meerdere zalen, waarbij een apart programma was opgesteld voor de (preventie)assistenten. Logisch, zij spelen immers een steeds belangrijkere rol in de zorgverstrekking. Tandartsen en mondhygiënistes konden twee verschillende programma’s volgen, verdeeld over zaal A en B. Derhalve is ook dit congresverslag opgedeeld in twee delen.
Het programma in zaal A Het programma in zaal A werd gemodereerd door prof. dr. Frank Abbas. Dr. Hans van Pelt liet in zijn lezing “Occlusaal herstel door middel van directe restauraties: dynamische aanpak anno 2009” door middel van vele casussen zien dat er meerdere wegen zijn die naar het “restaureren” van Rome leiden. Echter, altijd voorafgegaan door een uitgebreide diagnostische fase (denk aan een opwas) gevolgd door een fase waarin deze diagnostische opwas wordt overgebracht in de mond alvorens definitief te restaureren. Meer dan eens werd de parallel getrokken met de edentaat om referenties te zoeken voor het restaureren van de “edentaat” met tanden! Diverse methoden werden genoemd, alle met in het achterhoofd de gedachte dat restauratieve tandheelkunde problemen probeert op te lossen tegen een zo laag mogelijke biologische prijs. Dat composiet zijn opwachting definitief heeft gemaakt en breed is geaccepteerd, blijkt wel uit de nieuw geïntroduceerde specialist binnen de tandheelkunde: de zogenaamde “bondodontist” in plaats van de vroeger gebruikte term “plakker”.
Prof. dr. Ignace Naert nam met zijn lezing “Occlusaal herstel door middel van indirecte restauraties aanpak anno 2009” de toehoorders mee op een reis waarin wetenschap en kliniek elkaar troffen. Ook hij gaf aan dat het van belang is om zo min mogelijk schade te berokkenen om tot het behandeldoel te komen. Er werd stilgestaan bij het belangrijke verschil tussen causale therapie, zoals therapieën tegen cariës e/o parodontale problemen, en symptomatische therapie zoals tandvervanging. Opvallend was dat prof. Naert aangaf dat er binnen
de restauratieve tandheelkunde toch nog vaak uitgegaan wordt van een morfologische occlusie waarbij tandvervanging relatief vaak wordt toegepast, terwijl er daardoor in zijn opinie vaak sprake is van overbehandeling. Naar zijn mening zou het behandeldoel een fysiologische occlusie moeten zijn waarvan enkele kenmerken o.a. een stabiele occlusie, een acceptabele esthetiek en een acceptabel kauw- en spraakvermogen zijn. Niet verassend werd er dan ook stilgestaan bij het Nijmeegse verkorte tandboogconcept dat vaak genoemd wordt als behandeloptie, maar dat volgens Naert veel te weinig wordt toegepast (niet iedere tand of kies hoeft vervangen te worden). Afgesloten werd met de volgende zin die zijn presentatie mooi samenvat: “Do not treat a hole in the tooth, but treat the whole patient”! Hierna was prof. dr. Bruno Loos aan de beurt om een ander facet van de tandheelkunde te belichten. Hij deed dat met zijn voordracht “Hoe zijn we geprogrammeerd voor een goede afweer tegen paropathogene bacteriën”. In vogelvlucht werd zeer helder uiteengezet hoe de afweer van het lichaam werkt en dan uiteraard specifiek op het gebied van de parodontologie. Aan bod kwamen de aangeboren (niet specifieke) en verworven (specifieke) afweer met alle componenten die van belang zijn.
3
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Componenten die waar mogelijk dus genetische verschillen zouden kunnen voorkomen, die een aanleg voor parodontale problemen mede zouden kunnen verklaren. Echter, onderzoek tot op heden (zo gaf Loos enigszins teleurgesteld aan) heeft bijvoorbeeld nog niet laten zien dat het IL-1 genotype een factor is die mede verklarend zou kunnen zijn voor het ontstaan van parodontitis. Er werd dan ook geopperd dat parodontitis waarschijnlijk het gevolg is van afwijkingen op meerdere interacterende genen. Loos gaf wel aan dat er in 2010 een studie wordt gepubliceerd met hoopgevende resultaten met betrekking tot enkele andere geïdentificeerde genen (o.a. COX-II), die mogelijk mede verklarend zouden kunnen zijn voor het ontstaan van parodontitis. De term epigenetica (omkeerbare erfelijke veranderingen in de genfunctie die optreden zonder wijzigingen in de sequentie van het DNA) werd geïntroduceerd. Met andere woorden: door (kleine) veranderingen van het DNA gedurende het leven is het mogelijk te kunnen verklaren waarom parodontitis vaak pas op latere leeftijd zichtbare of meetbare schade tot gevolg heeft.
Prof. dr. Arie Jan van Winkelhoff ging vervolgens in de aanval met zijn “Problemen in de pocket: paropathogenen”. Van Winkelhoff begon zijn verhaal met de enigszins verontrustende mededeling dat we tien keer meer bacteriën dan cellen hebben! Het is dus 10 tegen 1. Naast deze bacteriën dragen we ook nog een aantal parasieten en virussen met ons mee. Van Winkelhoff gaf aan dat er steeds vaker gedacht wordt dat er eerst een virusinfectie optreedt, waarna een bacterie-infectie ook de kans krijgt; dit zou mogelijk ook voor parodontitis gelden. Naast de bestaande therapieën tegen parodontitis wordt er volop gewerkt aan ideeën om parodontitis mede te behandelen met behulp van andere (goede) bacteriën. Zo liet van Winkelhof een (ratten)studie zien waaruit bleek dat er minder parodontale afbraak was in de groep met de “extra” bacteriën. Daarnaast liet van Winkelhof zien hoe je bijvoorbeeld aan het paro-pathogeen Pg kunt komen: één van de mogelijkheden betrof via contact met een partner. Onderzoek toonde namelijk aan dat binnen echtparen Pg in 75% van de gevallen gelijk was. Afsluitend gaf van Winkelhoff dan ook het advies om te neuszoenen, om overdraagbaarheid van bepaalde pathogenen zoveel mogelijk te beperken.
Walter van Driel en mevrouw Marga Ree deelden de titel “Endodontie in permanente onvolgroeide elementen”. Na de aanval en afweer rondom de wortel was nu de binnenkant van de wortel aan de beurt. Van Driel presenteerde de technieken om een pulpa vitaal te behouden in geval van de gecompliceerde kroonfractuur of bij cariës. De verschillende behandeltechnieken werden aan de hand van voorbeelden geïllustreerd waarbij vele positieve resultaten werden gemeld, gebruikmakend van MTA (Mineral Trioxide Aggregate). MTA blijkt ook op celniveau een uitermate weefselvriendelijk materiaal, in het apicale gebied blijkt er zelfs
brief
Het programma in zaal B
Ook in zaal B van de Doelen in Rotterdam vond een deel van het congres ' De tand in al zijn facetten' plaats. Dit congresdeel werd voor u samengevat door Geerten-Has Tjakkes, 2e jaars MSc-Parodontologie. Zijn verslag begint met het interactieve deel van het congres, dat op donderdagavond plaatsvond.
cementafzetting met een parodontaal ligament op mogelijk. De presentatie van Ree liet vervolgens zien hoe te handelen in geval van een avitale pulpa. Deze presentatie was rijk geïllustreerd en liet ook zeer veelbelovende resultaten zien met een zogenaamde revascularisatie-techniek. Bij deze techniek wordt met behulp van een combinatie van drie antibiotica het kanaal gereinigd en bloeding gestimuleerd, waarna tot ongeveer 3 mm onder de glazuurcementgrens een bloedprop gevormd wordt. Vervolgens wordt hiertegenaan MTA aangebracht (een plug van ongeveer 5 mm). Daarna wordt het coronale deel afgesloten. Hoewel er nog discussie bestaat over het weefsel dat apicaal en in het kanaal wordt gevormd, zijn de röntgenbeelden uitermate fraai.
Dr. Wietske Fokkinga liet in haar presentatie “De (vezel)stiftopbouw in al zijn facetten” zien hoe er met betrekking tot de huidige (wetenschappelijke) stand van zaken omgegaan zou moeten worden met endodontisch behandelde elementen. In een zeer duidelijke wetenschappelijke, maar ook praktische presentatie werden zaken zoals ferrule (omvatting), stiftplaats-technieken en ideale eigenschappen van stiften systematisch behandeld. Onderzoek liet zien dat de breekbaarheid van radices niet het gevolg is van waterverlies (door verlies van vitaliteit) en de (hardnekkige) gedachte dat de radix daardoor “brosser” zou zijn, maar door het verdere verlies van structurele integriteit van de radix (excavatie van caries etc.). Prepareren ten behoeve van het plaatsen van een wortelstift zou dan ook tot een minimum beperkt moeten blijven, om verder weefselverlies te beperken. In molaren zou dergelijk prepareren mogelijk zelfs achterwege moeten blijven. Er kan immers voldoende retentie voor de opbouw uit de pulpa worden verkregen. Al met al kunnen we concluderen dat het een afwisselende en uitermate leerzame dag was met voor een ieder wat wils! Samenvatting verzorgd door Daniel Oortgiesen, Nijmegen
nieuws 4
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Na het buffet werd in verschillende groepen een casus besproken. Hierin stond een man van middelbare leeftijd centraal met een gemutileerde dentitie, die nu als wens had zijn gebit te willen opknappen. Van de deelnemers werd verwacht dat zij verschillende behandelopties bedachten, variërend van eenvoudig tot complex. Verder diende er onder andere te worden aangegeven welke aanvullende informatie nodig zou zijn om te komen tot een behandelplan. Tevens werd de vraag gesteld of men zou overwegen de patiënt voor verschillende (deel)behandelingen te verwijzen. In het tweede deel van de avond werd deze casus plenair besproken onder leiding van prof. dr. Frank Abbas en prof. dr. Hugo de Bruyn. Hierbij werden de resultaten van de verschillende groepen meegenomen en besproken, met aanvulling van experts op de verschillende deelgebieden. De levendige en geanimeerde discussie liet eens te meer zien dat er verschillende wegen naar Rome zijn, die niet zomaar in anderhalf uur kunnen worden bewandeld. Later deze avond werd de discussie, samen met andere filosofische bespiegelingen, met gesmeerde kelen voortgezet. Het multidisciplinaire karakter van de problematiek van de besproken casus (en van de samenwerking van de verschillende wetenschappelijke verenigingen) werd voortgezet in de programmering van de vrijdag. In zaal B werd onder leiding van moderator Erik Meijer het spits afgebeten door vader en zoon Smeekens, beide tandartsen die zich hebben toegelegd op de comprehensive dentistry.
Jan Smeekens begon zijn voordracht “Diagnostiek en behandelplanning: de sleutel tot succes?” met de uitspraak dat de restauratieve tandheelkunde niet zonder de parodontologie kan. Met een casus werd naar voren gebracht dat in een dergelijk geval eerst de elementaire problemen moeten worden opgelost. Smeekens maakte hierbij onderscheid tussen problemen van microbiologische aard (cariës en parodontale problemen) en problemen van mechanische en chemische aard (erosie en slijtage). Het is dus noodzakelijk, alvorens een uitgebreide behandeling uit te voeren, deze lifestyle componenten te herkennen en daarna te herzien. Zo wordt er
voorkomen dat er ad hoc tandheelkunde wordt bedreven, in plaats van zorg met visie. Het gaat dus niet alleen om teethwashing, maar ook om brainwashing. Na Smeekens sr. was het woord aan dr. Sjoerd Smeekens. De appel valt niet ver van de boom, ook hij benadrukte het voorkomen van symptoombehandeling. Bij behandeling kan ervoor worden gekozen om verder verval van een gebit te voorkomen door lokaal herstel (ad hoc). Als er echter voor comprehensive tandheelkunde wordt gekozen, zal deze aanvankelijk wel duurder lijken maar zal dit op langere termijn niet het geval zijn (met een meer voorspelbaar en duurzaam eindresultaat). Aan de hand van casuïstiek werd duidelijk dat met een aantal redelijk eenvoudige richtlijnen een reconstructie kan worden gepland bij patiënten met weefselverlies. Om te kunnen bepalen of bij een patiënt daadwerkelijk weefselverlies is opgetreden, zijn er verschillende referentiepunten die achtereenvolgens nagegaan kunnen worden (referentie analyse), n.l.: 1. de beethoogte (met behulp van de geringste spreekafstand); 2. de verticale positie van de rand van de centrale bovenincisieven (aan de hand van gemiddelde incisieflengte (21 mm) en gemiddelde afstand van neusbasis tot de apex van incisief (4 mm) totaal gemiddeld dus 25 mm). De horizontale positie van de incisale rand op de onderlip kan met de fonetische referentie (met de F-klank) worden bepaald, waarbij deze op de overgang van nat naar droog zal komen te liggen (Vermillion border); 3. de mediaanlijn (deze loopt door het diepste punt van het philtrum); 4. het vlak van occlusie van de bovenkaak (evenwijdig aan de pupillijn); 5. het vlak van occlusie van de onderkaak (evenwijdig aan de equator van de tong); 6. de breedte-lengte verhouding van de kronen (golden rules); 7. de gingivacontour (golden rules); 8. de glazuur-cementgrens.
5
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Alle nieuwe restauraties worden dus in de meest ideale positie en curve vervaardigd om te voorkomen dat een fout wordt gemaakt ten opzichte van een foute referentie. De behandelplanning is essentieel en belangrijker dan de verschillende trucjes die je als tandarts kunt toepassen. Na de pauze werden in een duopresentatie door Aukje Bouwman en Machteld Siers verschillende 'endodontologen' aspecten van de verticale wortelfractuur naar voren gebracht. Meteen werd duidelijk dat een verticale wortelfractuur niet hetzelfde is als een cracked tooth.
Een cracked tooth is een onvolledige fractuur, waarbij er pijn na thermische prikkel optreedt, maar geen spontane pijn. Ook de pijn bij loslaten is een bekend fenomeen. De geëigende therapie zal zijn het restaureren met omvatting van de breukspleet. Qua onderzoek naar de verticale wortelfractuur zitten de meeste publicaties onderin de pyramid of evidence. Voorzichtige conclusies die kunnen worden getrokken, zijn dat het verloop van de fractuur kan gebeuren vanuit coronaal, vanuit apicaal, vanuit centraal (de bananentheorie van Opdam; waar splijt de banenschil als je de uiteinden van een banaan naar elkaar toedrukt?), vanuit het oppervlak en vanuit de kanaalwand. De fractuur verloopt in buccolinguale richting en komt het meest voor in de eerste bovenpremolaar en eerste ondermolaar, vaker bij vrouwen dan bij mannen, en bij een leeftijd boven de 40 jaar. De symptomen zijn een enkele smalle pocket. Er is sprake van snel botverlies, met meerdere fistels die dicht bij de glazuurcementgrens liggen. Op de röntgenfoto is een aantal kenmerken te zien: de halovormige periapicale radiolucentie, de verbrede parodontaalspleet en soms ook vulmateriaal (pufjes) in de fractuurlijn. Suggesties over etiologie zijn occlusale overbelasting, non-vitaliteit, anatomie van de wortel alsook het kanaal (meer spanning in een ovaal kanaal). Endodontische herbehandeling is ook gesuggereerd als etiologische factor, waarbij moet worden opgemerkt dat de indicatie hiertoe al op aanwezige pathologie kan duiden. Dat diagnostiek van de fractuur niet zwart-wit is, bleek uit een aantal casussen waarbij met klinische- en röntgenologische aanwijzingen van een fractuur toch succesvol endodontisch kon worden behandeld. Hoewel wellicht een dooddoener: uiteindelijk kan worden gesteld dat “behandeling” zou moeten bestaan uit het voorkomen van behandeling, dus voorkomen van het te hoeven uitvoeren van een wortelkanaalbehandeling.
Khee Hian Phoa loste Erik Meijer in de middag af als moderator. In zijn tweede voordracht ging Jan Smeekens in op de parodontale therapie (ter voorbereiding op restauratieve tandheelkunde). Deze bestaat uit het goed in kaart brengen van de parodontale problemen, waarbij niet alleen botverlies in horizontale richting maar ook in verticale richting zal moeten worden vastgelegd. Het te verwachten verschil in pocketdiepte van behandeling van eenwortelige elementen is grofweg de helft van de initiële pocketdiepte plus één. Na de herbeoordeling zal een vervolgplanning moeten worden gemaakt. De patiënt kan in de nazorg terechtkomen, worden herbehandeld of er kan parodontale chirurgie worden uitgevoerd. Ten slotte werd een aantal indicaties voor esthetische en plastische parodontale chirurgie getoond. Tot slot was er aandacht voor het occlusale herstel, door middel van indirecte en directe restauraties. Peter Keizer begint met de indirecte methode. Als inkomer geeft hij aan wat restauratieve tandheelkunde beoogt: herstel van vorm en functie met een minimum aan weefselopoffering, bij voorkeur met behoud van vitaliteit en met mandibulaire stabiliteit. Bij occlusaal herstel kan natuurlijk de indirecte methode prima worden gecombineerd met de directe methode. Hierbij wordt er eerst gestabiliseerd en getemporiseerd. Na definitieve rehabilitatie is ook bij de restauratieve tandheelkunde nazorg van groot belang. Bij indirecte restauraties kan er ook voor partiële omslijping worden gekozen in plaats van een volledige omslijping. De sleutel tot succes bij het behoud van gezond weefsel is niet wat de tandarts aanbrengt, maar wat de natuur nog te bieden heeft. De materiaalkeuze hangt voor Keizer ook af van het materiaal van de al in de mond aanwezige restauraties, de occlusale activiteit, de wens van de patiënt en de vaardigheid van de tandarts. In het licht van de huidige witte tandheelkunde moet worden opgemerkt dat de lange termijn overleving van gouden inlays, onlays en kronen erg hoog kan zijn. Wellicht dat daardoor de eerste materiaalkeuze van Keizer goud is, de tweede goud, maar de derde…ook goud. Als laatste verscheen dr. Hans van Pelt ten tonele. Zijn lezing werd echter ook in zaal A gegeven en staat derhalve aan het begin van dit verslag samengevat. De brede programmering van het congres oversteeg de titel "De tand in al zijn facetten" via het gebit in al haar facetten naar de patient in al zijn facetten. Een mooi congres! Samenvatting verzorgd door Geerten-Has Tjakkes, 2e jaars MSc Parodontologie, Groningen. Fotografie verzorgd door Piet van der Kuij.
6
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
brief
18 september 2009, Lutherse kerk, Amsterdam
Ubele van der Velden geridderd tijdens afscheidssymposium Boeiende voordrachten van gerenommeerde collegae (hoogleraar) parodontologen uit buiten- en binnenland, een terugblik op 40 jaar parodontologie, de overhandiging van de Gouden Molaar én het opspelden van de versierselen van de Orde van Oranje Nassau: het afscheidssymposium van prof. dr. Ubele van der Velden was in alle opzichten een geslaagd evenement. Prof. Bruno Loos leidde als moderator de dag in goede banen en Victoria Ntrouka, MSc-opleiding Parodontologie, Acta, maakte voor de NVvP-Nieuwsbrief onderstaand verslag.
Tijdens het afscheidssymposium werden de volgende lezingen gehouden:
Effecten van roken, door prof. Richard Palmer, Londen Het is algemeen bekend dat rokers een hogere prevalentie van parodontitis hebben en de mate van parodontitis is bij hen ernstiger. Rokers hebben ook een grotere mate van progressie en verlies van elementen en reageren minder gunstig op de parodontale behandeling. Met andere woorden: rokers zijn een verhoogde risicogroep. De vraag is: waarom? In de literatuur komen verschillende resultaten naar voren met betrekking tot roken en de bacteriële flora. Verder geeft roken lokale effecten, zoals verminderde doorbloeding van de gingiva, en systemische effecten zoals een verminderde ontstekingreactie en immuunrespons. Als conclusie gaf prof. Palmer aan dat stoppen met roken het belangrijkste deel is van de parodontale behandeling bij rokers.
Voeding en parodontologie, door prof. dr. Ubele van der Velden, Amsterdam Van der Velden refereerde aan diverse studies over suiker en hoe dit de plaquevorming, bloeding na sonderen en de immuunrespons kan beïnvloeden. Verder gaf hij aan dat de vitamine C concentratie lager is bij parodontitispatiënten. Het is zelfs zo dat patiënten met een vitamine C deficiëntie of tekort meer aanhechtingsverlies vertonen. Vitamine C heeft een positief effect op het immuunsysteem, het speelt een rol bij DNA-herstel en bij de bindweefsel-turnover. Verder onderzoek op dit gebied is noodzakelijk, maar de boodschap is: verhoog de vitamine C inname voor een betere parodontale conditie en algehele gezondheid.
Parodontale regeneratie, is het mogelijk?, door prof. Mariano Sanz, Madrid
De relatie parodontitis en atherosclerose, door prof.dr. Bruno Loos, Amsterdam
Sanz gaf aan dat het erg belangrijk is om de defecten vast te stellen die in aanmerking komen voor regeneratie, dit zijn de infrabony defecten. Hij gaf verschillende onderzoeken aan in diverse onderzoekscentra die regeneratie beschrijven en vergelijken. Botsubstituten en emdogain® gaven, hetzij gering, aanhechtingswinst. De studies gaven veel verschillen aan in de resultaten en er was een duidelijk verschil tussen de verschillende centra. De conclusie is dat regeneratie van infrabony- defecten mogelijk is, echter niet voorspelbaar.
Het is duidelijk in de literatuur dat parodontitispatiënten een groter risico hebben op cardio-vasculaire aandoeningen (RR 1,3). Parodontale behandeling kan de kwaliteit van de bloedvaten verbeteren en zo het risico voor atherosclerose verminderen. Recent onderzoek bij de afdeling parodontologie aan het ACTA laat zien dat parodontitis gerelateerd is aan de prothrombotic state. In conclusie: door parodontale behandeling kan het cardiovasculaire systeem van de patiënt verbeterd worden.
7 7
Nieuwsbrief nr.maart 67 december 2009 NVvPNVvP Nieuwsbrief nr. 44 2004
brief
Nieuwe erkenningen Pa r o d o n t o l o o g NVvP
Paro-pathogenen, kolonisatie op implantaten en de invloed van het implantaatoppervlak op formatie van biofilm, door prof. Mark Quirynen, Leuven Zijn presentatie werd gedragen door drie vragen. Ten eerste of paro-pathogenen verdwijnen na totaal extractie. Een recente studie uit Leuven laat zien dat er na totaal extractie met PCR-analyse nog steeds paropathogenen in het speeksel en de tong worden aangetroffen in lage aantallen. Het is wel duidelijk dat de elementen het reservoir zijn voor de paro-pathogenen en dat de PCR techniek gevoeliger is voor het detecteren van bacteriën dan de kweek-methode. De tweede vraag was: Koloniseren bacteriën snel op “pristine“ (nieuw geplaatste, ongekoloniseerde) implantaten? Data vanuit Leuven laten zien laten zien dat subgingivale kolonisatie op implantaten al na drie dagen plaatsvindt, zonder een risico te vormen voor de inheling. Vraag nummer drie was: heeft de ruwheid van het implantaat invloed op de formatie van de biofilm? Het is duidelijk in de literatuur dat erg ruwe implantaatoppervlakken de formatie van de biofilm stimuleren en daadoor gevoeliger zijn voor het optreden van peri-implantitis. Gladde en
licht ruwe implantaten gaven geen verschillen aan in plaque-formatie en hebben de voorkeur boven ruwe implantaten.
Mondhygiënemiddelen, door dr. Fridus van der Weijden, Amsterdam Het onderwerp 'mondhygiënemiddelen' is een van de expertisevelden van Van der Weijden. De elektrische tandenborstel is meer effectief in de reductie van BI en PI, interdentale ragers zijn effectief voor pocketdiepte reductie. Ook blijkt de combinatie van Bocassan® en Chloorhexidine te leiden tot minder verkleuringen en meer reductie van plaque en gingivtis. Ook sprak van der Weijden over de Indonesiëstudie vanuit ACTA die tot de belangrijkste longitudinale parodontale studies behoort. Tenslotte stond hij stil bij de relatie tot van der Velden als begeleider en vriend door de jaren heen.
Van der Velden over 40 jaar parodontologie Afsluitend sprak Ubele van der Velden over 40 jaar parodontologie, een lezing die hij als subtitel meegaf 'een terugblik en een kijkje in de toekomst.'
De terugblik begon bij het werk van Leo Coppes, die de afdeling parodontologie van ACTA heeft vormgegeven, en voerde de toehoorders mee naar Ubele’s eigen onderzoek in Indonesië naar tweelingen en vitamine C. Als belangrijke mijlpaal werd ook de introductie van de DPSI-score aangestipt. Tenslotte noemde van der Velden de verwachting van nieuwe ontwikkelingen vanuit de bio-engineering van gebitselementen. Ter afsluiting van de dag kreeg van der Velden uit handen van Albert Feilzer, decaan van ACTA, de Gouden Molaar uitgereikt. Tijdens de receptie werd van der Velden bovendien toegesproken door mr. Jan H.C. van Zanen, burgemeester van Amstelveen (de woonplaats van Ubele) en werd hij geridderd tot Officier in de Orde van Oranje -Nassau. Beide onderscheidingen kreeg de duidelijk verraste van der Velden voor zijn enorme inzet en betekenis voor de parodontologie gedurende de afgelopen veertig jaar. Van Harte! Victoria Ntrouka, MSc-opleiding Parodontologie, Acta, Amsterdam
Kent ú projecten voor de Stichting NVvP? De Stichting NVvP is in het leven geroepen om parondontaal onderzoek en parodontaal onderwijs in Nederland te stimuleren. Projecten die hiervoor in aanmerking komen, kunnen worden aangemeld bij het secretariaat van onze vereniging. Voor meer informatie over criteria en mogelijkheden kunt u contact opnemen met het NVvP-secretariaat: telefoon 0229-540148 of
[email protected].
nieuws
Steven Lim is in 1998 afgestudeerd als tandarts en is toen gaan werken bij de Koninklijke Landmacht. Verschillende keren werd hij uitgezonden, o.a. naar Bosnië en Afghanistan. In 2005 heeft hij de MSc-opleiding tot parodontoloog aan het ACTA afgerond en sindsdien is Steven werkzaam in het Centraal Militair Hospitaal in Utrecht. Daarnaast is hij werkzaam in de praktijk voor Parodontologie in Amersfoort.
Onderscheiden
Oproep!
8
Sokratis Katsamakis studeerde in 2000 af als tandarts aan de Universiteit van Athene in zijn geboorteland Griekenland. Vervolgens deed hij algemene ervaring op in verschillende tandartspraktijken in Griekenland en Glasgow, Schotland. Vanuit Schotland vertrok Sokratis naar Nederland om bij het ACTA de MSc-opleiding Parodontologie te volgen. Tijdens de mastersopleiding heeft hij wetenschappelijk onderzoek gedaan op het terrein van de raakvlakken tussen parodontologie en endodontologie. Zijn artikel “Patterns of bone loss around teeth with endodontic posts” is recentelijk gepubliceerd in het JCP. Tijdens het derde jaar van de opleiding liep Sokratis stage in de Parodontologie Praktijk Amersfoort. In juni 2008 heeft hij zijn postgraduate opleiding als Master of Science in de Parodontologie cum laude afgerond. Momenteel is Sokratis twee dagen per week werkzaam in de Parodontologische Kliniek Den Haag. Daarnaast werkt hij in de Parodontologie Praktijk Amsterdam en bij het ACTA Almere als parodontologieconsulent in de studentenkliniek. Hij bereidt tevens de publicatie voor van zijn 'systematic review', getiteld: “In-vivo responses of the periodontal tissues adjacent to MTA”.
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Oproep!
Wint ú de NVvP Onderzoeksprijs 2010? De NVvP onderzoeksprijs wordt door de Nederlandse Vereniging voor Parodontologie ingesteld met de bedoeling om hoogwaardig onderzoek op het gebied van de parodontologie te stimuleren. De prijs, die door de firma Procter & Gamble Nederland ORAL B® ter beschikking wordt gesteld, wordt één maal per twee jaar uitgereikt en bedraagt € 2.250,-. Inzendingen Voor de prijs komen in aanmerking onderzoeksverslagen van onderzoekers werkzaam in Nederland die aan de volgende criteria voldoen: a. Het onderzoek dient van uit Nederland in de internationale Engelstalige literatuur gepubliceerd te zijn. b. Het onderzoeksverslag dient betrekking te hebben op het vakgebied van de parodontologie. c. Het onderzoeksverslag dient gepubliceerd óf voor publicatie geaccepteerd te zijn in de 2 jaren voorafgaande aan het jaar waarin de prijs wordt uitgereikt. Beoordeling De beoordeling vindt plaats door een internationale jury bestaande uit Nederlandse hoogleraren in de parodontologie aangevuld met minimaal twee buitenlandse hoogleraren in de parodontologie en een vertegenwoordiger van de firma Procter & Gamble Nederland Oral B®.
9
Indien de jury van mening is dat geen van de inzendingen voldoende niveau heeft, wordt de prijs dat jaar niet uitgereikt. Procedure Elke onderzoeker die een publicatie heeft die voldoet aan de punten a, b en c onder inzendingen, kan deze publicatie(s) inzenden ter beoordeling. De inzendingen dienen, in zevenvoud, uiterlijk 1 februari 2010 in het bezit te zijn van het bestuur van de NVvP, Postbus 34, 1633 ZG Avenhorn (voor publicaties ‘in press’ dient ook de bevestiging van de editor te worden meegezonden). De NVvP Onderzoeksprijs wordt uitgereikt tijdens het NVvPvoorjaarscongres 'Hollandse Nieuwe' op 23 april 2010 in Figi, Zeist. De winnaar verplicht zich om op basis van het onderzoeksverslag een voordracht van 10-15 minuten te verzorgen tijdens dit congres. NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Eerste N.O. Nederlands Mondhygiënisten Symposium Op 24 september vond het eerste N.O.Nederlandse Mondhygiënisten Symposium plaats. Traditioneel bestaat er in N.O. Nederland een hechte samenwerking tussen tandarts, mondhygiënist en parodontoloog. Dit symposium werd dan ook samen met de parodontologiepraktijken van N.O. Nederland georganiseerd, op initiatief van prof. dr. Frank Abbas, voorzitter van het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde (CTM) van het UMCG. Het thema van deze dag was: “De mondhygiënist in het paroprotocol: de herbeoordeling”. Door middel van lezingen en casuïstiek werden tijdens het symposium beslisprocedures en communicatie rondom de herbeoordeling besproken. Voor de pauze maakte parodontoloog Melle Vroom bij zijn presentatie “Meten is weten” duidelijk hoe groot de complexiteit aan factoren is, die een rol spelen bij de herbeoordeling van de parodontale situatie. Parodontoloog Heleen Botterman besprak bij haar thema “De herbeoordeling en dan….?” wanneer je van een goed behandelresultaat kunt spreken. Willem Nesse (arts , tandarts) had als thema “Pisa: een maat voor de invloed van parodontitis op de algemene gezondheid.” Door middel van de Pisa-classificatie kan de ontstekingslast veroorzaakt door parodontitis worden gekwantificeerd. Verder sprak Stella van Hoeve (mondhygiënist, docent CTM) over de huidige stand van zaken in het onderwijs waarin de parodontologie nog meer aandacht zal krijgen. Na de pauze presenteerden de parodontologen Johan van Dijk, Ellart van de Weerdhof en Willem van Leeuwen diverse casussen waaromheen verschillende aspecten van de herbeoordeling en verwijzing naar de parodontologiepraktijk werden besproken. Het geheel werd door prof. dr. Arie Jan van Winkelhoff op zijn onnavolgbare wijze gemodereerd.
Vanwege de zeer grote belangstelling voor deze dag was het helaas niet mogelijk om alle mondhygiënisten in te schrijven. En naar aanleiding van het succes en de enthousiaste reacties bestaan er plannen om in het komende jaar opnieuw een symposium te organiseren met als thema: “De mondhygiënist in het paroprotocol: de nazorg”. Willem van Leeuwen, Parodontoloog NVvP, Enschede
De NMT stelt voorts in het document dat de tandarts de regierol in de algehele tandheelkunde moet vervullen. Alle wetenschappelijke beroepsverenigingen in de tandheelkunde hebben dit document ontvangen met het verzoek er een reactie op te formuleren. Vanzelfsprekend gaat de NVvP in op dit verzoek. Na evaluatie van alle reacties komt de NMT met een visiestuk. Wij houden u op de hoogte. Erik Meijer
10
Op woensdag 4 november was de promotie van Dick Barendregt in de Lutherse kerk in Amsterdam een feit. Het proefschrift, waar Dick op is gepromoveerd, is getiteld: 'Probing around teeth'.
Sonderen van gebitselementen Na 18 jaar is er een afronding gekomen aan een stuk fundamenteel onderzoek waarbij verschillende onduidelijkheden met betrekking tot sonderen van gebitselementen zijn opgehelderd. Op heldere wijze gaf de promovendus de aanwezigen binnen 15 minuten een duidelijk overzicht van zijn onderzoek. In de drie kwartier daarop volgend werd Dick door de promotiecommissie (bestaande uit: prof. F. Abbas uit Groningen, prof. W. Beertsen uit Nijmegen, prof. H. de Bruyn uit Gent, prof. B.G. Loos uit Amsterdam en prof. M. Quirynen uit Leuven) uitgebreid aan de tand gevoeld. Hij bracht het er prima vanaf en kon de promotiecommissie uitstekend van repliek dienen!
Helderheid in de beroepskolom Onlangs ontving het NVvP-bestuur van de NMT een consultatiedocument met als titel 'Helderheid in de beroepskolom'. In de inleiding van dit document wordt de tandheelkundige geschiedenis van de laatste decennia beschreven en worden actuele veranderingen genoemd. Vervolgens wordt er in het document kritisch gekeken naar taakherschikking en taakdelegatie. Er wordt gesteld dat de wet BIG niet altijd voldoende duidelijkheid biedt bij het delegeren van voorbehouden behandelingen in de praktijk.
brief
Een bewonderenswaardige prestatie als men weet dat Dick, naast het runnen van een grote parodontologiepraktijk in Rotterdam, zitting heeft en had in verschillende beroepsorganisaties. Bovendien is hij gedurende één dag per week werkzaam aan het ACTA, afdeling parodontologie.
Duidelijk maken Uit de levendige discussie die ontstond, bleek wel hoe zeer het thema de “herbeoordeling” onder de mondhygiënisten leeft. Duidelijk werd ook weer eens dat parodontitis een niet te onderschatten ziekte is, die de algemene gezondheid kan bedreigen en veel te vaak wordt onderschat. De patiënt ziet en voelt het zelf niet. Het is een belangrijke taak van de mondhygiënist om de patiënt op de situatie te wijzen en alles goed duidelijk te maken. Wanneer verwijzen naar parodontoloog? Bij patiënten die volgens het paroprotocol worden behandeld, is het voor de mondhygiënist soms moeilijk om bij de herbeoordeling de beslissing te nemen om naar een parodontoloog te verwijzen. Een vaste regel bestaat niet. In het algemeen kan wel gezegd worden dat er nog niet van een gezonde situatie gesproken kan worden als er, na de initiële therapie, nog bloedende pockets van 5 à 6 millimeter en dieper aanwezig blijven. Vaak is parodontale chirurgie nodig. Daardoor ontstaat er een pocketreductie en is plaquebeheersing mogelijk. Het is beter is om een patiënt te vroeg dan te laat te verwijzen.
Promotie Dick S. Barendregt: 'Probing around teeth'
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Dr. Dick Barendregt blijft voorlopig nog verbonden aan de afdeling parodontologie van het Acta, waar hij zich met onderzoek bezig zal blijven houden.
Ademgeur
Een multidisciplinaire benadering van oorzaak, diagnostiek, behandeling en preventie van halitose Onder redactie van: em. prof. dr. Daniel van Steenberghe Onlangs verscheen een breed opgezet naslagwerk over halitose. De oorzaken en behandelingen van slechte adem worden hierin multidisciplinair beschreven. Dit maakt het boek niet alleen interessant voor mensen die in de tandheelkunde werken, maar zeker ook voor mensen die uit de medische hoek afkomstig zijn. Na een wat stroef begin met veel cijfers wordt het boek interessant, vooral omdat er duidelijk beschreven wordt hoe het zit met o.a. de micro organismen, monddroogheid en therapie van orale oorzaken. Na het hoofdstuk over de analyse van de gassen wordt per onderdeel een orgaan behandeld dat bij een gestoorde werking ook kan zorgen voor ademgeur. De hoofdstukken zijn geschreven door verschillende personen die vanuit hun vakgebied veel achtergrondinformatie geven. Praktische opzet Per hoofdstuk is er een korte inleiding en wordt tevens aangegeven welke kennis de lezer vergaard heeft na het lezen van het
hoofdstuk. Aan het einde van het hoofdstuk volgt een korte samenvatting. Dit is een praktische opzet: degenen die snel en bondig informatie willen hebben, kunnen op deze manier vlug door de hoofdstukken heen lezen. Lees je echter het gehele hoofdstuk, dan krijg je uitgebreide informatie die veel dieper gaat. Zeker voor medische disciplines is het leerzaam om, naast de bekende klachten die bij bepaalde ziektes horen, ook de ademgeur in de gaten te houden. Dit kan soms zelfs helpen bij het stellen van een diagnose. Het leuke aan dit boek is dat het onderwerp ademgeur breed wordt aanpakt. Niet alleen vanuit de tandheelkundige- of medische invalshoek, maar ook vanuit een combinatie hiervan. Door alle aspecten te belichten, wordt het een compleet geheel. Deze recensie werd verzorgd door Marion Seuntjens.
11
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Tiddo Folmer haalde het Bränemark-systeem naar Nederland:
"Wij wisten dat dit een waardevolle aanvulling zou zijn" Tiddo Folmer werkt dit jaar 40 jaar bij ACTA en mag terugkijken op een interessante carrière. Eén van de hoogtepunten? Samen met vakgenoot Ab Grevers was hij één van de eerste tandartsen buiten Zweden die met het Bränemark-systeem mocht werken. In een recente uitgave van ACTA's 'Factaal' verscheen een uitgebreid interview met Tiddo. In deze NVVP-nieuwsbrief leest u een korte samenvatting van dat artikel, waarin Folmer vertelt hoe hij kennismaakte met prof. Bränemark. Nadat Tiddo Folmer in 1969 in Groningen als tandarts afstudeerde, kwam hij in Amsterdam bij de UvA en VU terecht als 'instructeur' bij de vakgroep conserverende tandheelkunde. In 1972 maakte hij de overstap naar de nieuw opgerichte vakgroep parodontologie. Zijn passie voor implantologie ontstond in 1978, toen Tiddo samen met vakgenoot Ab Grevers in Zweden het werk van tandarts Sture Nyman bekeek. Deze adviseerde hen om op bezoek te gaan bij de Zweedse professor P.I. Bränemark, die indrukwekkende resultaten boekte met implantaten. Tiddo: "In 1965 waren zij gestart met de eerste implantaties in edentate kaken en wij konden dus het resultaat van dertien jaar werk zien. We waren onder de
indruk en voelden dat dit een waardevolle aanvulling zou zijn op onze behandelmogelijkheden. Het Bränemark-systeem was ook het eerste systeem dat wetenschappelijk onderbouwd was. Door contacten te onderhouden werden wij uitgenodigd om in maart 1981 een cursus te volgen. Zo waren wij één van de eerste tandartsen buiten Zweden die met het Bränemark-systeem mochten werken. Overigens na door Bränemark himself in Amterdam te zijn getraind in het plaatsen van implantaten." Wilt u het totale interview met Tiddo Folmer lezen? Neem dan contact op met ACTA, secretariaat van de afdeling parodontologie, telefoon 020-5188322
brief
Website nieuws Nieuw: www.tandvlees.nl www.tandvlees.nl is een nieuwe website waarop de consument allerlei nuttige informatie kan vinden over tandvlees en mondverzorging in de breedste zin des woords. De website is een initiatief van de NVvP en GABA en is sinds kort 'on air'. De website is onderverdeeld in diverse praktische hoofdstukken: tandvlees, mondverzorging, risicofactoren en hulp van professionals. Natuurlijk zijn er ook antwoorden op veelgestelde vragen. Alle teksten zijn zorgvuldig door professionele behandelaars in de tandheelkunde opgesteld, waardoor een optimale kwaliteit van de informatievoorziening gegarandeerd is. De website is bovendien modern vormgegeven en voorzien van nuttige links. Dat maakt www.tandvlees.nl een praktische ondersteuning van uw voorlichting in de praktijk. Benieuwd? Kijk op www.tandvlees.nl.
Scrapy tongreiniger: krachtig dankzij vier kanten
EFP Nieuws In de luwte van een zeer succesvol Europerio 6 in Stockholm is het momenteel rustig binnen de EFP-gelederen. Europerio is een driejaarlijkse conferentie waar de parodontologische wereld samenkomt om alle nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de parodontologie, maar vooral ook in combinatie met de implantologie, te laten horen, beluisteren en bediscussiëren. Zeer veel aandacht en onderzoek is er ook naar het fenomeen periimplantitis. Ook al lijkt het nog ver weg, ik kan u aanraden om Europerio 7 in Wenen, Oostenrijk, op uw agenda te zetten. Wij gaan u daarvan uiteraard de komende tijd op de hoogte houden. Deze maand komt de Executive Committee (dagelijks bestuur EFP) bijeen in Amsterdam. Tevens is er een extraordinary General Assemble ter financiële verantwoording voor het boekjaar 2008. Natuurlijk zijn deze commissieleden ook aanwezig bij het afscheid van Ubele van der Velden als hoogleraar Parodontologie aan Universiteit van Amsterdam ACTA. Als vertegenwoordiger van Nederland heeft Ubele al vele verdienstelijke jaren in de EFP
Specialist op het gebied van de slechte adem, dr. Edwin Winkel, heeft de tongreiniger 'Scrapy' ontwikkeld. Met deze nieuwe ergonomische tongreiniger kan de tong op vier manieren schoongemaakt worden, zodat de tongcoating effectief verwijderd kan worden. Dr. Edwin Winkel: "Dit is de eerste tongreiniger die rekening houdt met de ergonomie van de hand." achter zich liggen. Maar vooral als voorzitter van de Education Committee heeft hij binnen Europa veel uniformiteit gebracht in de universitaire parodontologie-opleidingen. Het NVvP-bestuur biedt de Executive Committee een diner aan en zal in informele sfeer met hen van gedachten wisselen. Kandidaten Zoals we ook in de vorige Nieuwsbrief al meldden, is op verzoek van de EFP aan de aangesloten verenigingen gevraagd om kandidaten voor twee functies in de EFP voor te stellen. Het betreft een nieuw te vormen commissie External Affairs, waarvoor een chairman gezocht wordt. Het NVvP-bestuur heeft Edwin Winkel voor deze functie voorgedragen. Ondergetekende is voorgedragen voor de functie van General Secretary EFP. Zodra hierover meer bekend is, hoort u dat vanzelfsprekend. Maren de Wit, EFP representative
12
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Hoe ontwikkel je een nieuwe tongreiniger? Dr. Edwin Winkel: "Kijkend naar de bestaande tongreinigers viel me op dat de meeste tongreinigers de geul ('Valley of Death') in de tong niet goed reinigen bij het uitsteken van de tong. Hierdoor blijven er voedselresten, bacteriën en een slechte adem achter. Dus bedacht ik om een tongreiniger te ontwikkelen met vier kanten, waarvan één kant smal. Op deze manier kan de geul in de tong wel goed gereinigd worden. Dit is ook de eerste tongreiniger die rekening houdt met de ergonomie van de hand. Dit idee besprak ik met industrial designer Jandirk Groet van Groet Design. Samen hebben we diverse prototypes de revue laten passeren totdat we eindelijk tevreden waren. Het resultaat is de “Scrapy." 10.000 exemplaren Voor de productie van de tongreiniger werden de contacten van Jandirk in China benut. Ook tijdens het productieproces bleef dr. Edwin Winkel nauw bij de ontwikkeling van de nieuwe tongreiniger betrokken. "Je controleert allereerst zorgvuldig de eerste
Scrapy's die van de mal komen op vorm en scherpte. Als deze niet goed zijn, moet er een nieuwe mal komen. Pas na ons akkoord mag de productie gestart worden." Dat gaat om flinke aantallen: de minimale oplage bedraagt 10.000 exemplaren. Blijft de Scrapy aan Nederland voorbehouden? Winkel: "Nederland is het eerste land waar deze nieuwe tongreiniger verschijnt. Er zijn echter al onderhandelingen met andere landen gaande." De consumentenprijs bedraagt € 7,95.
13
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
Inzendingen gevraagd voor de Yngve Ericsson Prize De Swedish Patent Revenue Fund for Research in Preventive Odontology werd opgericht in 1963. Deze gerenommeerde wetenschappelijke vereniging reikt iedere drie jaar de Yngve Ericsson Prijs uit, genaamd naar een van de oprichters van de vereniging. De prijs bestaat uit 300.000 Zweedse Kronen (omgerekend omgeveer 30.000 euro) als de prijs aan één persoon wordt toegekend; als twee winnaars de prijs ontvangen, bedraagt de prijs 200.000 Zweedse Kronen per persoon. In 2010 wordt de prijs uitgereikt in samenwerking met ORCA, de European Organisation for Caries Research. De uitreiking vindt in juni 2010 plaats in Montepellier, Frankrijk. Nominaties voor deze prijs kunnen vanaf nu worden ingestuurd. De prijs wordt uitgereikt aan personen die buitengewoon laboratium- of klinisch onderzoek hebben verricht, onderzoek dat een
Informatie
van onze sponsors
relevante bijdrage heeft geleverd aan de preventie van tandheelkundige- of mondheelkundige aandoeningen. Kandidaten worden beoordeeld op de originaliteit, kwaliteit en bereik van hun wetenschappelijke bijdragen alsook op het bereik en de klinische relevantie van de resultaten. Personen die momenteel actief zijn op wetenschappelijk gebied zijn 'preferred candidates'. Nominaties moeten voorzien zijn van de naam van de kandidaat en moeten vergezeld gaan van een verklaring waarom deze kandidaat het verdient om genomineerd te worden. Ook moet een lijst met relevante wetenschappelijke publicaties van de kandidaat bijgesloten worden. De inzendingen dienen uiterlijk op 15 februari 2010 bij de secretaris van de organisatie binnen zijn: prof. Dowen Birkhed, Institute of Odontology, Box 450, SE-405 30 Göteborg, Zweden. Voor meer informatie:
[email protected].
Haal méér uit uw lidmaatschap!
Oproep!
Bij de NVvP kunt u diverse informatieve folders bestellen, een waardevolle ondersteuning bij de uitoefening van uw praktijk. Ter opfrissing van uw kennis biedt de vereniging u tevens de keuze uit verschillende wetenschappelijke naslagwerken. Extra aantrekkelijk: als NVvP-lid krijgt u korting op uw bestelling. De folder 'Uw tandvlees krijgt een cijfer' is tijdelijk niet leverbaar, in afwachting van de nieuwe herziene uitgave
Niet-leden
• Mondverzorging: een bewuste keuze
50 stuks 100 stuks 200 stuks 300 stuks 500 stuks 1000 stuks
• Parodontitis 1: Mondhygiëne en gebitsreiniging
50 stuks 100 stuks 200 stuks 300 stuks 500 stuks 1000 stuks
• Parodontitis 2: Mondhygiëne, gebitsreiniging en flapoperatie
50 stuks 100 stuks 200 stuks 300 stuks 500 stuks 1000 stuks
• Parodontologie in de praktijk (172 pag.) J.P. van Hoeve
Leden
€ 35,00 69,00 132,00 192,00 305,00 560,00
v 28,00 54,00 102,00 147,00 230,00 410,00
35,50 70,00 134,00 195,00 320,00 630,00
28,00 55,00 104,00 150,00 245,00 480,00
40,00 79,00 154,00 225,00 370,00 730,00
32,50 67,00 128,00 189,00 310,00 610,00
60,00
45,00
De vermelde prijzen zijn incl. BTW en exclusief verzendkosten.Bestellen kan snel en simpel telefoon 0229-540148, telefax 0229-543467 of
[email protected] De bestelling wordt zo snel mogelijk per post bij u thuisbezorgd. Extra voordeel dus van uw NVvP-lidmaatschap! (In de vakantieperiode kan de levering 2 tot 3 weken vertraging oplopen).
Agenda
Deze agenda wordt samengesteld uit gegevens zoals bekend bij de NVvP en het PAOT. Cursusgegevens voor deze rubriek kunt u inzenden naar het secretariaat NVvP.
De teksten die in deze rubriek worden gepubliceerd vallen buiten de verantwoording van de redactie.
Congressen 2010 •
In onderstaande rubriek worden uitsluitend cursussen aangekondigd die relevant zijn voor de Parodontologie en Implantologie. De redactie behoudt zich het recht voor om aanmeldingen zonder opgaaf van redenen niet in deze rubriek op te nemen. Vermelding in deze rubriek betekent niet dat de inhoud van het aangekondigde in overeenstemming hoeft te zijn met de opvattingen of het beleid van de NVvP.
Prof. Jan Lindhe; EAO Monaco oktober 2009 Nieuwe wetenschappelijke inzichten voor de behandeling van Extractie Sockets Na extractie verdubbelt de resorptie van de buccale botlamel in verhouding tot de linguale zijde, (Pietrokovski ’67). Na één jaar is de horizontale bothoogte zelfs al met 50% afgenomen, Schropp et al.’03). Prof. Jan Lindhe over de ‘bundle bone’ theorie: door het aanwezige vitale parodontale ligament (PDL) én nieuwe of gereïmplanteerde elementen, zal de ‘bundle bone’ zichzelf opnieuw vormen. Bij een afwezig vitaal PDL, zal de ‘bundle bone’ resorberen en ankylosis van het geïmplanteerde element plaatsvinden. Ter afsluiting wees prof. Lindhe op de eenvoudige handling van Geistlich Bio-Oss® Collagen. Met histologische opnamen toonde prof. Lindhe aan dat het serum van de patiënt diep doordringt in de Geistlich Bio-Oss® Collagen granules, wat de bevorderlijke eigenschappen van het
materiaal aangeeft. Door een extractie alveole te vullen met Geistlich Bio-Oss® Collagen, blijft de dimensie van de alveolaire kam intact en wordt de resorptie van de buccale botlamel aanzienlijk gecompenseerd (Araujo ‘08,‘09). Als slotopmerking stelde prof. Lindhe dat de granules van Geistlich Bio-Oss® Collagen in een ‘bony compartiment’, volledig zullen worden omgeven door bot. Een uitgebreid verslag is op verzoek verkrijgbaar. Geistlich Bio-Oss®, Geistlich Bio-Oss® Collagen en Geistlich Bio-Gide® zijn exclusief verkrijgbaar bij Dent-Med Materials b.v. Dent-Med Materials b.v, Dorpsstraat 72, 1713 HK Obdam T: 0226-360 150 F: 0226-360 151
nieuws
[email protected] www.dent-medmaterials.nl
14
NVvP Nieuwsbrief nr. 67 december 2009
NVvP voorjaarscongres 'Hollandse Nieuwe' 23 april 2010, Figi, Zeist
Cursussen, Compact Clinics, Workshops jan-maart 2010 • • • • • •
Preventieassistenten (module II) Begeleiding in de nazorg 15 januari t/m 9 april 2010, PAOT UMC St. Radboud, Nijmegen Preventieassistenten (module II) Theorethische, praktische fantoom en klinische cursus 22 januari t/m 18 juni 2010, PAOT UMC St. Radboud, Nijmegen Mini-symposium voor preventieassistenten Theorethische middag 5 maart 2010, PAOT UMC St. Radboud, Nijmegen Individuele cursus parodontale chirurgie een praktische en klinische cursus drie dagen op afspraak, PAOT UMC St. Radboud, Nijmegen Esthetische parodontale chirurgie en regeneratie van furcatiedefect 2 april 2010 PAOT, UMC St Radboud, Nijmegen Implanteren: person to person twee woensdagen op afspraak, Kliniek voor Parodontologie, Amsterdam Meer informatie: • K liniek voor Parodontologie Amsterdam, aanmelden via www.kvpa.nl of 06-48 83 6046 (uitsluitend voor informatie, niet voor aanmelding); • PAOT UMC St. Radboud Nijmegen, telefoon 024-3619408 of
[email protected];
Voor meer informatie over internationale congressen verwijzen wij u naar de desbetreffende agenda in het Journal of Clinical Periodontology of www.efp.net
15 10
NVvP NVvP Nieuwsbrief Nieuwsbrief nr. nr. 67 66 december september2009 2009
Sponsors 2009 van de Sponsors:
Platina:
Goud:
Zilver:
Brons:
Sponsor plus:
LabOral sponsor +
®