Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
Version Status Replaces document Date Author Department
Page 1 of 17 August 21, 2012
1.0 Definitief Sept. 21, 2012 Leo Vogel P&S - Product & Services
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
Page 2 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
Inhoud 1
Inleiding ........................................................................................................................................................... 4
2 2.1 2.2 2.3 2.4
Vast mobiele koppeling en (IP)PBX ......................................................................................................... 5 ISDN via 2 Mbit/s huurlijnen (optioneel DPNSS)..................................................................................................... 5 SIP via managed breedbandverbindingen ................................................................................................................. 7 ISDN via managed breedbandverbindingen ............................................................................................................. 9 Combineren van huurlijnen en breedband verbindingen ................................................................................ 13
3 3.1 3.2 3.3
VPN Nummerplan .......................................................................................................................................14 VPN nummerplan ............................................................................................................................................................ 14 Voorloopnul ....................................................................................................................................................................... 14 Beheer .................................................................................................................................................................................. 14
4 4.1
Call Screening ..............................................................................................................................................15 Beheer .................................................................................................................................................................................. 15
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
Forced on PBX (Optioneel) .......................................................................................................................16 Forced on PBX routeringen .......................................................................................................................................... 16 Beschikbaarheid van Forced on PBX ......................................................................................................................... 16 Faciliteiten in FoPBX........................................................................................................................................................ 16 Nummerweergave ........................................................................................................................................................... 17 Aandachtspunten ............................................................................................................................................................ 17 Fallback in geval van storing aan de koppeling of PBX ...................................................................................... 17
Page 3 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
1
INLEIDING
Bij Wireless Office Corporate Net worden uw mobiele telefoons met de vaste telefoons op de bedrijfscentrales geïntegreerd in een vast-mobiel bedrijfsnetwerk. Hiervoor wordt een koppeling gerealiseerd tussen uw bedrijfscentrale (PBX) en het mobiele netwerk van Vodafone. Door deze Vast mobiele koppeling kan extra functionaliteit geleverd worden en kan het onderlinge verkeer tussen vast en mobiel voor een vast bedrag per maand aangeboden worden. Meer informatie over de dienst is beschikbaar in de dienstbeschrijving van Wireless Office Corporate Net. In deze installatie richtlijnen wordt ingegaan op de belangrijkste technische details van Wireless Office Corporate Net. Deze zijn van belang om tot een goede configuratie te komen bij het aansluiten van uw PBX op de Wireless Office Corporate Net dienst.
Vast mobiele koppeling Beschrijft hoe de vast mobiele koppeling met de PBX gerealiseerd wordt en welke instellingen en opties daarvoor beschikbaar zijn.
VPN nummerplan Beschrijft de welke morgelijkheden er zijn om een overal verkort nummerplan te maken voor uw PBX aansluitingen en mobiele aansluitingen.
Call Screening Beschrijft de mogelijkheden om restricties (verkeersklassen) in stellen voor de mobiele bellers.
Forced on PBX Forced on PBX is een optie indien u ook vaste telefonie van Vodafone af neemt. In deze paragraaf worden de aandachtspunten die daarvoor van belang zijn toegelicht.
Page 4 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
2
VAST MOBIELE KOPPELING EN (IP)PBX
De Vast mobiele koppeling kan op basis van traditionele 2Mbit/s huurlijnen of op basis van managed breedbandverbindingen gerealiseerd worden.
2.1
ISDN VIA 2 MBIT/S HUURLIJNEN (OPTIONEEL DPNSS)
De capaciteit van een 2 Mbit/s huurlijn is maximaal 30 kanalen. Deze kanalen kunnen inkomend, uitgaand of dubbelgericht zijn (afhankelijk van de gekoppelde PBX). Via 2 Mbit/s huurlijnen kan de PBX op basis van het ISDN, DPNSS of Q.Sig koppelvlak gekoppeld worden. Functioneel gezien heeft ISDN de voorkeur omdat dit een stabiele standaard is. In geval van DPNSS kunnen afhankelijk van het type PBX beperkingen gelden voor o.a. nummerweergave. Over de Vast mobiele koppeling op basis van huurlijnen worden zowel spraak oproepen als circuit geschakelde data oproepen en G3 fax oproepen ondersteund. 2.1.1 Aansluiten PBX De huurlijnen worden commercieel door Vodafone geleverd, maar door KPN in opdracht van Vodafone gerealiseerd. Op de klant locatie wordt door KPN een HSDL modem geplaatst en worden de verbindingen op het zogenaamde ISRA-punt afgewerkt. Vanaf het ISRA-punt moet U (of uw PBX partner) de fysieke verbinding naar één of meerdere vrije ISDN PRI poorten of DPNSS aansluiting op de PBX realiseren. Hierbij is het mogelijk om de aansluiting te realiseren op basis van RJ45 (igv twisted pair) of BNC (igv coax). 2.1.2 Nummerformaat Het gehanteerde nummerformaat op de Vast mobiele koppeling op basis van huurlijnen is Internationaal. Optioneel kan ook het ‘as-dialed’ formaat geconfigureerd worden. Tabel A International Format Soort nummer TON / NAI Kort nr (openbaar / Unknown intern VPN nr) Nationaal National Internationaal International Tabel B “As dialled “ Format Soort nummer TON / NAI Kort nr (openbaar / Unknown intern VPN nr) Nationaal Unknown Internationaal Unknown
NPI E.164
Formaat [ SN]
Voorbeeld 1800 / 3456
E.164 E.164
[NDC+SN] [CC+NDC+SN]
201234567 491781234567
NPI E.164
Formaat [ SN]
Voorbeeld 1800 / 3456
E.164 E.164
[0+NDC+SN] [00+CC+NDC+SN]
0201234567 00491781234567
TON= Type of number , NAI= Nature of address indicator, NPI = Numbering plan indicator, SN = Subscriber number, NDC = National Destination Code, CC = Country Code
Page 5 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
2.1.3 Nummerweergave Standaard wordt bij oproepen tussen de mobiele telefoon en de PBX het volledige lange nummer meegezonden ten behoeve van nummerweergave (CLIP).
Mobiel naar de PBX: PBX naar mobiel:
volledige 06-nummer volledige doorkiesnummer
Weergave van interne VPN nummers (optioneel) Het is optioneel mogelijk te kiezen voor weergave van korte nummers voor oproepen binnen het VPN. Deze optie is alleen beschikbaar indien het ISDN of het SIP protocol wordt gebruikt.
Mobiel naar de PBX: PBX naar mobiel:
korte VPN nummer korte toestel nummer
Off Net oproepen vanaf de PBX (optioneel) Optioneel is het is mogelijk om alle oproepen vanaf de PBX naar Nederlandse mobiele nummers via de Vast mobiele koppeling te routeren. Standaard wordt bij oproepen vanaf de PBX naar mobiele bestemmingen buiten het VPN geen nummerweergave meegezonden. Alleen oproepen naar bestemmingen binnen het VPN zijn voorzien van (lange- of korte) nummerweergave. Optioneel kan nummerweergave ook voor oproepen naar mobiele bestemmingen buiten het VPN aangezet worden. Hierbij gelden de volgende beperkingen:
Als het meegezonden nummer niet in uw doorkiesnummerreeks valt, wordt het meegezonden nummer vervangen door het volledige hoofdnummer. Dit geld zowel voor oproepen vanaf de PBX naar On Net bestemmingen (uw eigen mobielen) als naar Off Net bestemmingen (andere NL mobiele nummers). De optie voor weergave voor Off Net oproepen vanaf de PBX kunnen niet gecombineerd worden met de optie voor weergave van korte interne VPN nummers voor VPN interne oproepen.
2.1.4 Meerdere huurlijnen Indien om redenen van capaciteit, redundantie of meerdere te koppelen lokaties het noodzakelijk is om meerdere huurlijnen aan te leggen, worden oproepen vanaf het mobiele netwerk naar de PBX(-en) verdeeld volgens het load-sharing principe. Dit houdt in dat de oproepen over de huurlijnen gelijkmatig worden verdeeld.
B-nummer routering (optioneel) Optioneel bestaat de mogelijkheid om op basis van het gekozen nummer (B-nummer) te bepalen over welke huurlijn de oproep aan de PBX wordt aangeboden. Dit is interessant indien PBX-en op meerdere locaties aan de mobiele VPN omgeving gekoppeld worden. Op basis van de ‘B-nummer routering’ wordt de oproep direct op de PBX afgeleverd waar de vaste aansluiting zich bevindt. Hierdoor hoeven deze oproepen niet nog eens van de ene PBX naar de andere gerouteerd te worden. Overloop (optioneel) Optioneel is B-nummer routering uit te breiden met ‘overloop’. Indien een van de huurlijnen een storing heeft, wordt een gesprek voor de PBX achter die huurlijn via een andere huurlijn gerouteerd. Deze optie is alleen zinvol indien het PBX netwerk van de klant dergelijke gesprekken via het interne netwerk naar de juiste eindbestemming kan routeren.
2.1.5 Alternatieve routering (optioneel) Onder de volgende condities worden oproepen vanaf mobiel naar de PBX via het openbare netwerk gerouteerd:
de huurlijn is niet beschikbaar (storing) het HDSL modem waarop de huurlijn is aangesloten is niet beschikbaar de PBX reageert niet de maximum capaciteit van de huurlijn is bereikt (congestie)
De oproepen komen in dat geval via de trunk voor vaste telefonie binnen (via doorkiesnummers). Oproepen vanaf de PBX naar mobiel zullen in die gevallen door U vanaf de PBX via het openbare net gerouteerd moeten worden naar het volledige mobiele nummer (06-nr). Indien er structureel congestie is, moet de capaciteit van de verbindingen verhoogd worden. Page 6 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
2.2
SIP VIA MANAGED BREEDBANDVERBINDINGEN
Via breedbandverbindingen kan de PBX op basis van het SIP protocol gekoppeld worden. Over de Vast mobiele koppeling op basis van breedband verbindingen worden alleen spraak oproepen ondersteund. Het is niet mogelijk om circuit geschakelde data oproepen of faxoproepen over de Vast mobiele koppeling te routeren. 2.2.1 Aansluiten van de PBX De managed breedbandverbindingen worden gerealiseerd op basis van SDSL of Glasvezel en worden via Vodafone Enterprise Customer Solutions geleverd. De breedbandverbinding wordt door Vodafone afgeleverd op een door U te bepalen locatie. Op deze locatie wordt een Vodafone Cube (CPE) geplaatst. Vanaf dat punt dient U (of uw PBX partner) deze zelf met de telefooncentrale te verbinden. Deze kan rechtstreeks gekoppeld worden op de telefooncentrale en kan ook via het LAN (Local Area Network) gekoppeld worden. De voorkeur van Vodafone is om PBX-en die op basis van SIP gekoppeld worden, direct op de CPE aan te sluiten en niet via het bedrijfsnetwerk/LAN van de klant. Indien dit wel gewenst is, zal bijzondere aandacht besteed moeten worden aan de configuraties van onder andere de firewall en mogelijk extra NAT (Network Address Translation) functionaliteit (statisch dus geen poortcontrole) ingezet moeten worden. Vodafone beschikt over kennis en ervaring die met u gedeeld kan worden. 2.2.2 Instellingen van IP adressen en host naam De SIP (IP) PBX dient te worden ingesteld met IP adressen en identiteiten volgens volgende richtlijnen: Item Lokaal IP adres Lokaal host naam IP route SIP gateway IP adres
Instelling xxx.xxx.xxx.xxx (overleg met de project manager) IP adres van de IP PBX xxx.xxx.xxx.xxx (overleg met de project manager) 62.140.159.226
Lokaal IP adres = het PBX adres vanwaar alle oproepen worden opgezet en eindigen (call originate/terminate); lokaal host naam = de identiteit die de PBX dient te gebruiken voor uitgaande gesprekken. Meer uitleg in de volgende paragraaf; IP route routeert uitgaande oproepen naar de Vodafone (SDSL) router; SIP gateway IP adres = het adres van de “session controller” in het Vodafone netwerk waarmee de SIP (IP)PBX haar SIP berichten uitwisselt.
2.2.3 SIP profiel voor uitgaande oproepen SIP verzoeken (invites) moeten de volgende parameters bevatten voor het opzetten van een uitgaande oproep: Header Field Request-URI
Type Nationaal Internationaal Verkort Alarm nummer
To: From:
Nationaal
PBX instellingen Dialled number sip:
[email protected] sip:
[email protected] sip:
[email protected] sip:
[email protected] Hetzelfde als de Request-URI sip:
@ (10 digit format)
2.2.4 Het SIP profiel voor inkomende oproepen SIP verzoeken (invites) dienen de volgende parameters te bevatten voor een inkomende oproep: Header Field
Type
Request-URI From:
Nationaal Nationaal
To:
Nationaal
PBX instelling sip:@ example : sip: [email protected] sip:@62.140.159.226 sip:@ , or sip:@
Op verzoek kan ook het E.164 Internationale format worden toegepast.
Page 7 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
2.2.5 SIP profiel voor doorgeschakelde oproepen Indien de SIP (IP)PBX ondersteuning heeft voor het doorschakelen van oproepen gebruikmakend van diversion headers dienen de verzoeken (invites) de volgende parameters te bevatten. Header Field Request-URI
Type Nationaal Internationaal Verkort
To: From: Diversion:
Internationaal
PBX instelling @62.140.159.226 sip: [email protected] sip: [email protected] sip: [email protected] hetzelfde Request-URI sip:@ sip:@62.140.159.226
SIP profiel voor een doorgeschakelde oproep met VF CUBE
In het geval de SIP (IP)PBX geen “diversion header” ondersteunt moet de doorschakeling naar C worden behandeld als een normale uitgaande oproep hieronder weergegeven: Header Field Request-URI To: From:
Type
PBX instelling @62.140.159.226 Hetzelfde als Request-URI sip:@
SIP profiel voor een doorgeschakelde oproep zonder diversion headers met VF CUBE
Indien de IP PBX de functionaliteit “ SIP Diversion Header” niet ondersteunt zal C het B-nummer zien als Calling party. 2.2.6 Calling Line Identification Restriction (CLIR) Gebruikers kunnen, tijdens een oproep, het tonen van het telefoonnummer (CLIR) onderdrukken. Om CLIR op de juiste manier te laten werken moet de SIP (IP)PBX volgens onderstaande tabel worden ingesteld. Item Header field From: Privacy:
PBX instelling CLIR = active SIP:[email protected] ID
SIP profiel voor CLIR
2.2.7 Voice Codecs and DTMF Voor Wireless Office Corporate Net met Vast mobiele koppeling op basis van breedbandverbindingen wordt alleen de G.711 codec ondersteund. De SIP (IP)PBX moet ondersteuning bieden aan DTMF tonen volgens RFC 2833. 2.2.8 Nummerweergave Standaard wordt bij oproepen tussen de mobiele telefoon en de PBX het volledige lange nummer meegezonden ten behoeve van nummerweergave (CLIP).
Mobiel naar de PBX: PBX naar mobiel:
volledige 06-nummer volledige doorkiesnummer
Weergave van interne VPN nummers (optioneel) Het is optioneel mogelijk te kiezen voor weergave van korte nummers voor oproepen binnen het VPN. Deze optie is alleen beschikbaar indien het ISDN of het SIP protocol wordt gebruikt.
Mobiel naar de PBX: PBX naar mobiel:
korte VPN nummer korte toestel nummer
Off Net oproepen vanaf de PBX (optioneel) Optioneel is het is mogelijk om alle oproepen vanaf de PBX naar Nederlandse mobiele nummers via de Vast mobiele koppeling te routeren. Standaard wordt bij oproepen vanaf de PBX naar mobiele bestemmingen buiten het VPN geen nummerweergave meegezonden. Alleen oproepen naar bestemmingen binnen het Page 8 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
VPN zijn voorzien van (lange- of korte) nummerweergave. Optioneel kan nummerweergave ook voor oproepen naar mobiele bestemmingen buiten het VPN aangezet worden.
Let op: Als het meegezonden nummer niet in uw doorkiesnummerreeks valt, wordt de nummerweergave onderdrukt. Dit geld zowel voor oproepen vanaf de PBX naar On Net bestemmingen (uw eigen mobielen) als naar Off Net bestemmingen (andere NL mobiele nummers). Deze optie kan wel gecombineerd worden met de optie voor weergave van korte interne VPN nummers voor VPN interne oproepen. 2.2.9 Meerdere breedband verbindingen Indien om redenen van redundantie of meerdere te koppelen lokaties het noodzakelijk is om meerdere verbindingen aan te leggen, worden oproepen vanaf het mobiele netwerk naar de PBX(-en) verdeeld volgens het load-sharing principe. Dit houdt in dat de oproepen gelijkmatig worden verdeeld over de beschikbare verbindingen.
B-nummer routering (optioneel) Optioneel bestaat de mogelijkheid om op basis van het gekozen nummer (B-nummer) te bepalen over welke verbinding de spraakoproep aan de PBX wordt aangeboden. Dit is interessant indien PBX-en op meerdere locaties aan de mobiele VPN omgeving gekoppeld zijn. Op basis van de zogenaamde ‘Bnummer routering’ wordt de spraakoproep direct op de PBX afgeleverd waar de vaste aansluiting zich bevind. Hierdoor hoeven deze oproepen niet nog eens van de ene PBX naar de andere gerouteerd te worden. Overloop (optioneel) Optioneel is B-nummer routering uit te breiden met ‘overloop’. Indien een van de verbindingen een storing heeft, wordt een gesprek voor de PBX achter die verbinding via een andere verbinding gerouteerd. Deze optie is alleen zinvol indien het PBX netwerk van de klant dergelijke gesprekken via het interne netwerk naar de juiste eindbestemming kan routeren.
2.2.10 Alternatieve routering (optioneel) Onder de volgende condities worden oproepen vanaf mobiel naar de PBX via het openbare netwerk gerouteerd:
de breedbandverbinding is niet beschikbaar (storing) de Vodafone Cube is niet beschikbaar de maximum capaciteit van de huurlijn is bereikt (congestie)
De oproepen komen in dat geval via de trunk voor vaste telefonie binnen (via doorkiesnummers). Oproepen vanaf de PBX naar mobiel zullen in die gevallen door U vanaf de PBX via het openbare net gerouteerd moeten worden. Indien er structureel congestie is, moet de capaciteit van de verbindingen verhoogd worden.
2.3
ISDN VIA MANAGED BREEDBANDVERBINDINGEN
Optioneel kan via een breedbandverbinding ook op basis van ISDN gekoppeld worden. In dat geval wordt op de klantlocatie een IAD (Integrated Access Device) geplaats. De IAD verzorgt de conversie van het ISDN naar het SIP protocol.
Let op! De conversie van SIP naar ISDN voegt vertraging toe, zowel tijdens het opzetten van een oproep als tijdens de oproep zelf (vertraging in het spraakkanaal). Forced on PBX wordt niet ondersteund indien op basis van ISDN en breedbandverbindingen gekoppeld wordt. 2.3.1 Aansluiten van de PBX De ISDN PBX wordt via een IAD direct verbonden aan het Vodafone netwerk op een van de volgende manieren: 1. 2. 3.
een directe verbinding: de IAD is direct verbonden aan een SDSL lijn via de SDSL poort; via een SDSL router: de IAD is verbonden aan een SDSL router via de Ethernet poort; verbinding via router: de IAD is verbonden aan een router van een glasvezel verbinding.
Page 9 of 17 August 21, 2012
Vodafone
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
IAD verbonden aan het netwerk
Afhankelijk van de bestelde configuratie zal de Vodafone field engineer een van bovenstaande aansluitingen maken en de IAD werkend opleveren. De verbinding naar en de instelling van de PBX met ISDN interface is geen onderdeel van die installatie. Verbinden van PBX met IAD
Voorzijde van de IAD One300 met PRI interface
Uw PBX wordt verbonden via de PRI poort aan de IAD.
Achterzijde van de IAD
De aansluitkabel voor de verbinding tussen uw PBX en de IAD wordt als onderdeel van de installatie meegeleverd. Dit is een E1/PRI “crossover” kabel (CAT 5) van 1 meter met RJ 45 connectors. Mocht een langere aansluitkabel nodig zijn dan staat het aansluitschema hieronder. Mogelijk is de PBX al voorzien van een connector met “crossover” aansluiting. In dat geval is een zogenaamde “straight-through” kabel nodig. De maximale kabellengte is 100 meter.
Page 10 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
Kabel layout van de E1/PRI crossover kabel Hieronder is de pinlayout weergegeven van de PRI poort van de IAD.
IAD PRI poort pin layout 2.3.2 PRI interface instellingen voor ISDN PBX De ISDN PBX met PRI interface dient te worden ingesteld volgens volgende richtlijnen: De IAD zal het klok signaal op de verbinding leveren indien de PRI van de IAD de enige aansluiting is op de PBX. Als de PBX meerdere PRI’s heeft aangesloten dan dient de juiste instelling van de bron van het klok signaal in overleg met de Vodafone project manager ingesteld te worden. Als de IAD niet de primaire klok levert dan zal deze de PRI synchronisatie doen op basis van het klok signaal van de PBX. De IAD detecteert automatisch de CRC-4 instellingen en behoeft daarom geen aanpassingen; Indien gekozen is voor een SIP 10 of SIP 20 dient u er zorg voor te dragen dat de ISDN PBX geen gesprekskanalen blokkeert op de PRI interface. Vodafone zal vanuit de Vast mobiele koppeling de toekenning doen van het aantal gelijktijdig te gebruiken kanalen. Vooral indien eerder een ISDN 15 of 20 is aangesloten, kan een dergelijk blokkering in de PBX nog aan staan. De IAD levert ook de Vodafone netwerk tijd op de PRI interface. De PBX zou deze tijd kunnen gebruiken als referentie voor log bestanden en tijdweergave. Mogelijk werkt de eerste keer verbinden van de IAD aan de PBX niet goed. Dit is mogelijk als gevolg van het testen van de verbinding door de Vodafone field engineer. Als dit het geval is dient de IAD opnieuw opgestart te worden. 2.3.3 Nummer formaat voor inkomende- en uitgaande gesprekken De PBX moet worden ingesteld op een manier dat de signalering voldoet aan de ISDN (Q.931) standaard en volgens het ISDN / E.164 nummerplan. Het gehanteerde nummerformaat is Internationaal. Optioneel kan ook het ‘as-dialed’ formaat geconfigureerd worden. Tabel A International Format Soort nummer TON / NAI Kort nr (openbaar / Unknown intern VPN nr) Nationaal National Internationaal International
Page 11 of 17 August 21, 2012
NPI E.164
Formaat [ SN]
Voorbeeld 1800 / 3456
E.164 E.164
[NDC+SN] [CC+NDC+SN]
201234567 491781234567
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
Tabel B “As dialled “ Format Soort nummer TON / NAI Kort nr (openbaar / Unknown intern VPN nr) Nationaal Unknown Internationaal Unknown
NPI E.164
Formaat [ SN]
Voorbeeld 1800 / 3456
E.164 E.164
[0+NDC+SN] [00+CC+NDC+SN]
0201234567 00491781234567
TON= Type of number, NAI= Nature of address indicator, NPI = Numbering plan indicator, SN = Subscriber number, NDC = National Destination Code, CC = Country Code
2.3.4 Network verified CLI (PAI header) Mogelijk heeft de PBX bij de call set-up vanaf mobiel een ‘network verified CLI’ nodig. Dus een door Vodafone gevalideerde weergave van het nummer van de beller. Hiermee kan de PBX de gevalideerde indentiteit van de beller koppelen aan specifiek functionaliteit (b.v. het gebruik van DISA). Om de CLI als network verified te sturen wordt gebruik gemaakt van de PAI (P-Asserted-Identity) header. Echter de PAI header wordt bij het gebruik van een IAD niet ondersteund. Het is dus niet mogelijk een ‘network verified CLI’ vanuit het Vodafone netwerk via de IAD naar de PBX te sturen. 2.3.5 Nummerweergave Standaard wordt bij oproepen tussen de mobiele telefoon en de PBX het volledige lange nummer meegezonden ten behoeve van nummerweergave (CLIP).
Mobiel naar de PBX: PBX naar mobiel:
volledige 06-nummer volledige doorkiesnummer
Weergave van interne VPN nummers (optioneel) Het is optioneel mogelijk te kiezen voor weergave van korte nummers voor oproepen binnen het VPN.
Mobiel naar de PBX: PBX naar mobiel:
korte VPN nummer korte toestel nummer
Off Net oproepen vanaf de PBX (optioneel) Optioneel is het is mogelijk om alle oproepen vanaf de PBX naar Nederlandse mobiele nummers via de Vast mobiele koppeling te routeren. Standaard wordt bij oproepen vanaf de PBX naar mobiele bestemmingen buiten het VPN geen nummerweergave meegezonden. Alleen oproepen naar bestemmingen binnen het VPN zijn voorzien van (lange- of korte) nummerweergave. Optioneel kan nummerweergave ook voor oproepen naar mobiele bestemmingen buiten het VPN aangezet worden.
Let op: Als het meegezonden nummer niet in uw doorkiesnummerreeks valt, wordt de nummerweergave onderdrukt. Dit geld zowel voor oproepen vanaf de PBX naar On Net bestemmingen (uw eigen mobielen) als naar Off Net bestemmingen (andere NL mobiele nummers). Deze optie kan wel gecombineerd worden met de optie voor weergave van korte interne VPN nummers voor VPN interne oproepen. 2.3.6 Alternatieve routering (optioneel) Onder de volgende condities worden oproepen vanaf mobiel naar de PBX via het openbare netwerk gerouteerd:
de breedbandverbinding is niet beschikbaar (storing) de IAD of router is niet beschikbaar de maximum capaciteit van de huurlijn is bereikt (congestie)
De oproepen komen in dat geval via de trunk voor vaste telefonie binnen (via doorkiesnummers). Oproepen vanaf de PBX naar mobiel zullen in die gevallen door U vanaf de PBX via het openbare net gerouteerd moeten worden. Indien er structureel congestie is, moet de capaciteit van de verbindingen verhoogd worden.
Page 12 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
2.4
COMBINEREN VAN HUURLIJNEN EN BREEDBAND VERBINDINGEN
Het is mogelijk om een bestaande Wireless Office Corporate Net omgeving voorzien van huurlijnen uit te breiden met breedband verbindingen. Bij een combinatie van Vast mobiele koppelingen op basis van huurlijnen en breedbandverbindingen zal altijd gebruik gemaakt worden van B-nummer routering. Overloop (in geval van een storing in de breedband verbinding of een huurlijn) zal beperkt zijn tot overloop naar een verbinding van hetzelfde type. Dus overloop tussen huurlijnen onderling of tussen breedbandverbindingen onderling. Overloop van gesprekken van een huurlijn naar een breedband verbinding of andersom wordt niet ondersteund.
Page 13 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
3
VPN NUMMERPLAN
3.1
VPN NUMMERPLAN
Binnen het VPN krijgen de bijbehorende aansluitingen een kort intern VPN nummer. Dit VPN nummer is minimaal 4 cijfers en het maximaal 8 cijfers lang. De nummers die naar de PBX verwijzen en de nummers die naar mobiel verwijzen moeten elk in een apart aaneengesloten nummerblok zitten. Dus bijvoorbeeld de nummers 2000 t/m 3999 verwijzen naar de PBX extensies, nummers 4000 t/m 5999 verwijzen naar mobielen en 6000 en hoger verwijst weer naar PBX extensies. Indien dit niet mogelijk is, moet met een prefix gewerkt worden. Bijvoorbeeld de PBX extensies hebben een prefix 7 en de mobiele extensies hebben een prefix 8. PBX extensies worden dan bereikbaar via 7-xxxx en mobiele extensies via 8-xxxx. Om bepaalde routeringen via de Vast mobiele koppeling te kunnen ondersteunen kunnen op deze koppeling langere nummer lengtes ondersteund worden. Vanuit Vodafone gezien: A-nummer B-nummer Redirecting nr
3.2
Standaard 10 digits, Standaard 8 digits, Standaard 10 digits
Aanpassing naar maximaal 12 digits mogelijk Aanpassing naar maximaal 15 digits mogelijk Aanpassing naar maximaal 12 digits mogelijk
VOORLOOPNUL
Een VPN nummerplan kan conflict opleveren met korte nummers die voor openbare telefonie worden gebruikt. Bijvoorbeeld 1200 voor Vodafone klanten services, 1233 voor VoiceMail of 18xx voor nummer opzoek / doorverbind diensten. Standaard worden daarom alle VPN nummers die met een ‘1’ beginnen uitgesloten voor het VPN nummerplan. Om het interne nummerplan onafhankelijk te maken van het publieke nummerplan, kan een zogenaamde voorloopnul gebruikt worden. Hiervoor zijn twee opties beschikbaar:
Voorloop nul Alle oproepen van de mobiele telefoon naar bestemmingen buiten het VPN nummerplan moeten met een voorloop nul gekozen worden (b.v. 01200 voor Vodafone klanten service, 0010-xxx voor een oproep naar een nummer in Rotterdam of 00049-xxx voor een oproep naar een nummer in Duitsland). Dit komt ook overeen met de situatie bij veel bedrijven. Voor een externe oproep kies je dus eerst een 0 daarna de rest van het nummer. Alleen heeft de GSM telefoon geen kiestoon na de voorloopnul. Je belt dus ineens het hele nummer inclusief de voorloopnul. Uitzondering hierop is 112, wat zowel met als zonder voorloop nul gekozen kan worden.
Voorloop nul special In deze optie wordt de voorloop nul alleen gebruikt voor de openbare netwerk diensten die met een kort nummer gekozen worden (dus 1200 is toestel 1200, en 01200 is de klanten service). Hierbij is dus de volledige nummerreeks (inclusief de “1” reeks) beschikbaar voor het VPN nummerplan en kunnen externe oproepen zonder voorloop nul aangekozen worden (010-xxx voor een oproep naar Rotterdam, 0049-xxx voor een oproep naar Duitsland). Alleen oproepen naar openbare netwerk diensten (in de “1” reeks), moeten met een voorloop nul aangekozen worden. Uitzondering hierop is 112, wat zowel met als zonder voorloop nul gekozen kan worden.
Let op: Bij deze optie kunnen de mobiele medewerkers bij een alternatieve routering (zie Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.) geen openbare netwerk diensten met een kort nummer (o.a. 1200 (klantenservice), 1233 (voicemail), etc.) meer bellen. Overigens kunnen externe oproepen ook altijd met “+ landcode” (b.v. +31-xxx) aangekozen worden, ongeacht of één van de voorloop nul opties is ingesteld of niet.
3.3
BEHEER
De korte VPN nummers kunt u zelf beheren via de online service omgeving “ MyVodafone Zakelijk”. In deze omgeving navigeert u naar ‘nummerbeheer’ en vervolgens naar VPN nummers. Hier kunt u per gebruiker het korte VPN nummer aanpassen. Het is niet mogelijk de instellingen van de VPN omgeving zelf aan te passen. Wijzigingen aan o.a. de voorloopnul zult U via de Vodafone klanten service moeten aanvragen. Page 14 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
4
CALL SCREENING
Binnen het VPN kan het uitgaande telefoonverkeer van mobiele gebruikers beperkt worden door de toepassing van vier verschillende verkeersklassen. De verkeersklassen worden ingesteld voor het gehele bedrijf en deze zijn gekoppeld aan de volgende restrictielijsten:
gouden lijst zilveren bronzen lijst lijst witte lijst zwarte lijst
Zwart Nummers (of nummer reeksen) die niet gebeld mogen worden door alle medewerkers Wit Uitzonderingen op de zwarte lijst. Nummers (of reeksen) die wel gebeld mogen worden door alle medewerkers Brons Uitbreiding van de witte lijst met extra bestemmingen die wel gebeld mogen worden Zilver Uitbreiding van de witte lijst met extra bestemmingen die wel gebeld mogen worden Goud Uitbreiding van de witte lijst met extra bestemmingen die wel gebeld mogen worden
De rechten van de zwarte- en witte lijsten gelden standaard voor alle medewerkers in het VPN. Meer rechten worden verkregen door een medewerker voor brons, zilver of goud te registreren. Op deze wijze zijn dus 4 verkeersklassen te realiseren: 1. 2. 3. 4.
Zwart/Wit Zwart/Wit + brons Zwart/Wit + zilver Zwart/Wit + goud
In de lijsten kunnen zowel losse nummers als nummer reeksen worden opgenomen. In principe is er geen beperking aan het aantal in te voeren nummers of nummerreeksen.
4.1
BEHEER
De nummers en nummerreeksen van de restrictielijsten kunt u zelf beheren via de online service omgeving “ MyVodafone Zakelijk”. In deze omgeving navigeert u naar ‘nummerbeheer’ en vervolgens naar naar VPN restricties. Hier kunt u de nummers en nummerreeksen van de lijsten aanpassen en tevens gebruikers toevoegen aan de bronzen, zilveren of gouden lijst.
Page 15 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
5 5.1
FORCED ON PBX (OPTIONEEL) FORCED ON PBX ROUTERINGEN
Met Forced on PBX worden alle oproepen van en naar uw mobiele telefoons eerst gerouteerd naar de PBX. Hiervoor worden ook de volgende oproepen door het Vodafone netwerk altijd naar de PBX gerouteerd:
Alle uitgaande mobiele oproepen, behalve naar 112 Alle inkomende oproepen naar het mobiele (06) nummer, behalve oproepen afkomstig van de vastmobiele koppeling
Op verzoek kan Forced on PBX voor inkomende oproepen ook niet geïmplementeerd worden. U verlies dan wel een deel van de functionele voordelen van Forced on PBX (o.a. call status info in PBX is niet volledig).
5.2
BESCHIKBAARHEID VAN FORCED ON PBX
Wanneer van een koppeling op basis van ISDN via een breedbandverbinding gebruik wordt gemaakt, wordt Forced on PBX niet ondersteund. Voor de conversie van SIP naar ISDN wordt gebruik gemaakt van een IAD. Dit tezamen met de vele routeringen over de Vast mobiele koppeling zorgt voor een dusdanig toename van vertraging (delay) in het gesprek dat een goed kwaliteit niet geborgd is. Indien het niet mogelijk is op basis van SIP te koppelen en Forced on PBX noodzakelijk is, dient gebruik gemaakt te worden van huurlijnen. De Forced on PBX routeringen gelden voor alle mobiele aansluitingen binnen het VPN. Het is niet mogelijk om een mix van FoPBX en niet-FoPBX in het zelfde VPN te hebben. Wel is het mogelijk om eventueel twee VPN omgevingen te realiseren met elk een eigen Vast Mobiele koppeling op de PBX . Hierbij is één van de VPN omgevingen Forced on PBX, de andere is niet Forced on PBX. De Forced on PBX routeringen gaan allen naar dezelfde PBX. Het is dus niet mogelijk om meerdere PBX(locaties) in één Forced on PBX VPN op te nemen.
5.3
FACILITEITEN IN FOPBX
Het concept van Forced on PBX gaat er van uit dat u de faciliteiten van de PBX gebruikt in plaats vanuit het mobiele netwerk. Call Screening Call Screening met restrictielijsten in Wireless Office Corporate is niet mogelijk wanneer van Forced on PBX gebruik wordt gemaakt. Om uitgaande oproepen te kunnen beperken moet dus gebruik gemaakt worden van de verkeerssklassen in de PBX, waarbij de PBX de mobiele beller dient te herkennen aan zijn mobiele nummers. Eindgebruiker faciliteit Ook eindgebruikers faciliteiten als doorschakelen, doorverbinden, voicemail, terug bellen bij bezet, duogesprek, conference call, etc… dienen door de PBX geleverd te worden. Mogelijk dat een aantal van deze faciliteiten in het mobiele netwerk nog wel werkt, maar een garantie voor een goede werking kan in dit concept niet gegeven worden. Bovendien is het af te raden om faciliteiten waarbij de mobiele telefoon meerdere lijnen (kanalen) gebruikt (denk aan wisselgesprek of conference call) vanuit het mobiele netwerk te gebruiken. Hierbij worden door het geforceerd via de PBX routeren al snel veel kanalen in de vast mobiele koppeling gebruikt. Beter is het om de faciliteiten op de PBX te gebruiken. Voicemail Op verzoek is het mogelijk om VoiceMail van Vodafone wel beschikbaar te maken. Indien u hierom verzoekt kunnen de routeringen naar VoiceMail als uitzondering op de forced on PBX routering geïmplementeerd worden. Doorschakelingen naar (+31/0)654502100 (generieke voicemail nummer) en bellen naar 1233x wordt dan door het mobiele netwerk niet naar de PBX geforceerd. Dit is niet mogelijk in combinatie met unieke VoiceMail nummers, alleen het generieke voicemail nummer is mogelijk.
Let op: Wanneer de gebruiker zijn voicemail uitluistert, is de status informatie in de PBX niet actueel. Page 16 of 17 August 21, 2012
Wireless Office Corporate Net Installatie richtlijnen
Bovendien worden gesprekken die met terugbellen uit de voicemail (de ‘1’ intoetsen tijdens uitluisteren van een bericht), niet naar de PBX geforceerd. Het Voicemail systeem zal deze terugbelgesprekken rechtsreeks routeren tegen Off Net tarieven.
5.4
NUMMERWEERGAVE
In een Forced on PBX omgeving wordt alleen weergave van de volledige lange (doorkies)nummers ondersteund. Weergave van korte interne nummers is niet mogelijk. Ook in een Forced on PBX omgeving is het mogelijk om alle oproepen vanaf de PBX naar Nederlandse mobiele nummers (ook Off Net) te routeren via de Vast mobiele koppeling. Standaard staat nummerweergave voor deze gesprekken uit. Optioneel is deze nummerweergave aan te zetten. Hierbij gelden dezelfde regels als zonder Forced on PBX (zie 2.1.3 en 2.2.8).
5.5
AANDACHTSPUNTEN
5.5.1 Call set-up tijd Door het gebruik van Forced on PBX worden gesprekken altijd eerst gerouteerd via de telefooncentrale en vervolgens pas naar de bestemming. Hierdoor wordt de totale keten tussen de beller en de gebelde persoon langer. Omdat het aantal verbindingen en componenten meer wordt, kan het dus langer duren voordat een gesprek tot stand komt (call setup tijd) dan nu het geval is en wordt er vertraging toegevoegd in het gesprek (network delay). Het is onmogelijk om op voorhand exact aan te geven hoeveel langer de call setup dan gaat duren en hoeveel network delay dit gaat toevoegen in het gesprek, aangezien het per bestemming en gebruikte telefooncentrale anders kan zijn. Ter indicatie kan er gerekend worden op een toename van network delay van ongeveer 170ms tot 240ms. Deze toename is opgebouwd uit de extra routes die afgelegd moeten worden ten opzichte van een direct regulier gesprek: één gesprek naar de telefooncentrale (~25 tot 60ms), verwerking door de telefooncentrale (~120ms) en het gesprek van de telefooncentrale naar de vaste telefoonlijn (~25 tot 60ms). Het advies is dan ook om de verwerking van het gesprek door de telefooncentrale (transit gesprek) zo snel mogelijk te laten verlopen. Dit kan door de componenten van de telefooncentrale en de Vodafone managed routers fysiek zo dicht mogelijk bij elkaar te plaatsen en de gebruikte spraak codering (G-711, Alaw) overal hetzelfde te houden. Dit laatste zorgt ervoor dat er geen vertaling hoeft plaats te vinden (transcoding) waardoor er geen onnodige vertraging wordt toegevoegd in het totale gesprek. 5.5.2 Beschikbaarheid van de telefooncentrale en verbindingen De telefooncentrale gaat een zeer belangrijke rol innemen in de totale telefonie oplossing. Deze vormt het hart van zowel uw vaste als de mobiele telefonie. Als de telefooncentrale niet beschikbaar is door uitval, onderhoud of andere oorzaak, dan werkt zowel de vaste als mobiele telefonie niet meer. Waar je voorheen dan nog gebruik zou kunnen maken van de mobiele telefoons, kunnen die ook niet meer bellen of gebeld worden omdat de telefooncentrale geen gesprekken meer kan afhandelen. Het is dus zeer belangrijk om de telefooncentrale hoog beschikbaar te maken door het toepassen van redundantie. Dit geldt ook voor de verbindingen tussen de telefooncentrale en het mobiele netwerk van Vodafone. Bij Forced on PBX worden alle gesprekken naar dezelfde PBX gerouteerd. Het is mogelijk om meerdere Vast mobiele koppelingen aan te leggen. Alle gesprekken worden in dat geval via load sharing verdeeld over de verbindingen. Indien een link uitvalt, worden nieuwe gesprekken over de nog beschikbare verbindingen gerouteerd.
5.6
FALLBACK IN GEVAL VAN STORING AAN DE KOPPELING OF PBX
In geval van een storing aan de Vast mobiele koppeling kunnen de mobiele medewerkers niet bellen en zijn zij ook niet bereikbaar als ook FoPBX voor inkomende oproepen wordt toegepast. Indien de vastmobiele koppeling (of de PBX) niet beschikbaar is, dan dient uw geautoriseerde telecom beheerder met Vodafone technical support contact op te nemen. Binnen 2 uur zal Vodafone dan de Forced on PBX routering in het Vodafone netwerk verwijderen. Hierna zullen de gesprekken vanaf mobiel normaal via het mobiele netwerk direct naar de bestemming worden gerouteerd. Deze service is 24 uur per dag, 7 dagen per week beschikbaar. Wanneer de vast-mobiele koppeling (of de PBX) weer beschikbaar is, neemt de geautoriseerde beheerder opnieuw contact op met Vodafone technical support. Hierna zal Vodafone binnen 2 werkdagen de Forced on PBX routering opnieuw in het netwerk configureren, waarna deze routering weer actief is.
Let op: Deze procedure heeft impact voor uw gebruikers (bijvoorbeeld, bellen naar korte nummers werken niet meer, geen PBX functionaliteit op de mobiele telefoons). Page 17 of 17 August 21, 2012