Wijkactieprogramma Schiedam Oost ‘Oost voor elkaar’ 2012 – 2015 Concept - 14 mei 2012
Gemeente Schiedam Mei 2012
Inhoudsopgave Samenvatting
2
1. Inleiding 1.1 Achtergrond 1.2 Leeswijzer 1.3 Randvoorwaarden en uitgangspunten 1.4 Wijkactieprogramma ‘Oost voor elkaar’ (2012-2015) 1.5 Organisatie
3 3 3 3 3 4
2. De toestand van Oost 2.1 Resultaten van de vorige wijkactieprogramma’s 2.2 Beschrijving van de huidige situatie 2.3 Sociale Index 2.4 De sterkte-zwakte analyse herijkt 2.5 Conclusies
5 5 7 11 11 11
3. Nieuw elan 3.1 Visie op Oost: een doorkijkje naar de langere termijn 3.2 Algemene doelstelling en prioriteiten voor het WAP ‘Oost voor elkaar’ (2012-2015) 3.3 Doelstellingen en uitwerkingsrichtingen 3.4 Aanvullende of reguliere activiteiten
13 13 13 14 18
4. De weg naar de toekomst… 4.1 Uitvoering van het WAP 4.2 Regie en organisatie 4.3 Planning, monitoring en evaluatie 4.4 Financiën
19 19 19 19 19
Bijlagen 1. Samenstelling regiegroep 2. Geraadpleegde documenten 3. Sociale index 4. Sterkte-zwakteanalyse 5. Analyse van sociale index en SWOT naar prioriteiten en interventies 6. Partners betrokken bij de verschillende interventies
21 22 23 24 25 31 35
1
Samenvatting De situatie in Schiedam Oost is zorgwekkend. Schiedam Oost scoort slecht op de verschillende gemeentelijke indexen zoals de sociale index en de veiligheidsindex. Cijfers met betrekking tot de doorstroom van bewoners, de instroom van kansarme bewoners en de toestand van de woningvooraad zijn ook niet rooskleurig. Deze situatie vraagt om een gerichte aanpak om tot verbetering te komen in de woon- en leefomgeving in Oost. Het wijkactieprogramma biedt daarvoor een kader. Dit Wijkactieprogramma (WAP) ‘Oost voor elkaar’ is het nieuwe WAP voor Schiedam Oost voor de periode 2012-2015. Uitgangspunten voor het opstellen van het WAP vormen het coalitieakkoord en het collegewerkprogramma. Er is zoveel mogelijk rekening gehouden met de beperkte financiële middelen. Het WAP focust zich op interventies die het verschil kunnen maken in Schiedam Oost. Het WAP is tot stand gekomen in nauw overleg met bewoners en partnerorganisaties. Er heeft een serie bijeenkomsten (ca. 140 deelnemers) plaatsgevonden op de thema’s veiligheid en overlast, ruimtelijke omgeving, werken en leren, welzijn, zorg en onderwijs, en wonen. De resultaten zijn teruggekoppeld aan de deelnemers. Het proces is begeleid door een regiegroep waarin onder andere de wethouder wijkgericht werken, BVSO en partnerorganisaties zoals Woonplus en SWS Welzijn, zitting hadden. Op basis van een analyse van de bestaande situatie wordt in dit WAP voorgesteld om voor de komende jaren in Schiedam Oost in te zetten op de volgende prioriteiten: 1. Voorkomen van verdere instroom van kansarme bewoners in de wijk. 2. Het aan het werk krijgen of voor een opleiding zorgen van huidige bewoners, m.n. jongeren. 3. Start van planvorming voor herstructurering van woningen in de Wetenschappersbuurt (buurt 15). 4. Informatie, advies en ondersteuning aan (kwetsbare) wijkbewoners, vrijwilligers en mantelzorgers. 5. Versterken van de sociale binding door het stimuleren van netwerken van bewoners en ondernemers. 6. Verbeteren van de veiligheid, tegengaan van overlast, vervuiling en vernieling (‘schoon, heel en veilig’). 7. Verbeteren van de gezondheid van bewoners in de wijk, m.n. zuigelingensterfte en –ziekte en zwaarlijvigheid. Voor elk van deze prioriteiten zijn in dit WAP doelstellingen en uitwerkingsrichtingen aangegeven. De uitwerkingsrichtingen worden geschraagd door projectprofielen die na goedkeuring van dit WAP tot concrete projecten worden uitgewerkt samen met betrokken partnerorganisaties (zie bijlage 6). De aangegeven projecten zijn realistisch en haalbaar binnen de WAP-periode. De voorgestelde projecten zijn a) reeds bestaande projecten die voortgezet worden, b) reguliere activiteiten waarbij een groter accent op Schiedam Oost wordt gelegd, c) nieuwe activiteiten die uit het reguliere beleid voortkomen en met prioriteit in Schiedam Oost gestart worden, of d) nieuwe projecten die essentieel zijn voor de transformatie van Schiedam Oost. De financiële dekking wordt voor het grootste gedeelte verkregen uit (verschuivingen binnen) de bestaande begrotingen van de vakafdelingen, bijdragen van partnerorganisaties en middelen die reeds beschikbaar gesteld waren voor het WAP 2009 – 2011. Daarnaast is voor nieuwe en intensivering van bestaande activiteiten naar verwachting vanaf 2014 en 2015 een bedrag van circa 100.000 euro per jaar nodig. Bovendien is extra handhavingscapaciteit nodig, met name ten behoeve van een integrale straataanpak en voor de mogelijke uitvoering van de Rotterdamwet. Vanaf 2014 zijn middelen nodig voor de continuering van het uitvoeringsprogramma voor emancipatie en integratie van MOE-landers (circa 70.000 euro per jaar).
2
1. Inleiding 1.1 Achtergrond Sinds 2007 is het gemeentelijk beleid gericht op het verbeteren van de woon- en leefsituatie in Schiedam Oost, één van de negen wijken in Schiedam. Uitkomsten uit diverse leefbaarheidsonderzoeken door de jaren heen toonden aan dat de situatie in Schiedam Oost snel aan het verslechteren was. Het wijkactieprogramma (WAP) biedt een kader om de negatieve trends te keren en verbeteringen te bereiken. In een WAP wordt vanuit een integrale visie een overzicht gegeven van investeringen in de komende jaren. In 2011 liep het WAP ‘Oost voor elkaar’ (2009 – 2011) af. Op basis van het coalitieakkoord en het collegewerkprogramma is het nieuwe wijkactieprogramma voor Schiedam Oost ontwikkeld. Het WAP is tot stand gekomen in nauw overleg met bewoners en partnerorganisaties. Gezien de heroverweging van gemeentelijke prioriteiten en investeringen als gevolg van de financiële crisis is dit WAP gericht op wat echt nodig is voor Oost. 1.2 Leeswijzer In dit inleidende hoofdstuk wordt aangegeven op welke wijze dit WAP tot stand gekomen is en wat het kader is waarbinnen dit WAP uitgevoerd moet worden. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 de huidige situatie van Schiedam Oost beschreven. Daarbij wordt ingegaan op de resultaten van de vorige wijkactieprogramma’s en de huidige stand van zaken op verschillende thema’s. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal conclusies op grond van een sterkte-zwakte analyse. Deze analyse voedt de prioriteiten, doelstellingen en uitwerkingsrichtingen van het nieuwe WAP, die beschreven worden in hoofdstuk 3. Dit hoofdstuk is getiteld ‘nieuw elan’. Ondanks alle beperkingen van de huidige tijd is er zowel bij bewoners, gemeente als maatschappelijke partners veel energie en aandacht voor Schiedam Oost. Die energie biedt de mogelijkheid om met nieuw elan de toekomst van Oost tegemoet te treden. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan het WAP 2012-2015. 1.3 Randvoorwaarden en uitgangspunten Uitgangspunt voor het WAP is dat de noodzaak en bereidheid bestaat bij gemeente en maatschappelijke partners om te investeren in Schiedam Oost. De realiteit is dat dit gebeurt in een tijd waarin, door de financiële en economische crisis, bezuinigingen de boventoon voeren. Dit betekent dat weinig extra geld beschikbaar kan komen om de noodzakelijke interventies in Oost te financieren. Dit vereist het maken van scherpe keuzes en vergt het uiterste ‘commitment’ van alle betrokkenen om toch de inzet te organiseren en de gewenste resultaten te bereiken. De gemeente zal daarom binnen bestaande budgetten de investeringen in Schiedam Oost nadrukkelijk bewaken en zo mogelijk verschuivingen in bestaande budgetten realiseren. Deze situatie vraagt ook een zeer doordachte analyse van de investeringen: welke activiteiten hebben een vliegwieleffect om de doelstellingen te behalen? Hoe kunnen gemeente en maatschappelijke partners zich verbinden zodat de grootste effecten bereikt worden? De in dit WAP voorgestelde activiteiten zijn door de vakafdelingen van de gemeente en de maatschappelijke partners getoetst op hun realiteitsgehalte en haalbaarheid. 1.4 Wijkactieprogramma ‘Oost voor elkaar’ (2012-2015) Dit nieuwe WAP is tot stand gekomen in overleg met bewoners en partnerorganisaties. De afgelopen jaren is – sinds de ‘branding’ in 2007 – veel gesproken met bewoners en partnerorganisaties. Veel was en is al bekend. Bovendien is door het uitblijven van een rijksbijdrage voor het afgelopen WAP de reikwijdte van het WAP 2009 – 2011 beperkt geweest. Daarom is bij het stand komen van dit nieuwe WAP besloten gericht te werk te gaan. De volgende stappen zijn doorlopen:
3
Stap 1: Start Het wijkfeest van 1 oktober 2011 luidde de start in. Op dit wijkfeest werd aan de hand van stellingen de mening van bewoners gepeild over de wijk. Ook werd bekend gemaakt dat een nieuw WAP opgesteld ging worden. Stap 2: Werkateliers Vervolgens is bestaande informatie over de wijk verzameld en is er een update gemaakt van de sterkte-zwakte analyse van de wijk. Op basis van deze analyse zijn werktateliers georganiseerd op vier thema’s, te weten werken en leren, veiligheid en overlast, welzijn, zorg en basisonderwijs, en ruimtelijke omgeving. Voor deze werkateliers zijn gericht bewoners, die bekend zijn met de problematiek, en professionele partners uitgenodigd om een verdiepingsslag te kunnen maken en aan te geven welke activiteiten er nodig zijn. De werkateliers zijn voorbereid met de bewonersorganisatie BVSO en professionele partners. Zij werden goed bezocht (circa 140 mensen) en leverden veel informatie op. Het thema ‘wonen’ is niet in een werkatelier besproken. Woonplus was in het voorjaar van 2012 bezig een strategie voor haar woningvoorraad te ontwikkelen. Dit was in Oost met name voor de Wetenschappersbuurt (buurt 15) van belang. In overleg is daarop besloten de strategie af te wachten en in een klein comité van bewoners, gemeente en Woonplus te overleggen over mogelijke interventies op het gebied van wonen. Stap 3: Terugkoppeling en participatiebijeenkomst De uitkomsten uit de analyse van gegevens, de werkateliers en de gesprekken hebben hun beslag gekregen in dit document. Alvorens het document af te ronden zijn eerst de doelstellingen en uitwerkingsrichtingen in een terugkoppelingsbijeenkomst (circa 35 aanwezigen) gedeeld en getoetst. Het concept WAP is op basis hiervan vastgesteld. 1.5 Organisatie Het opstellen van het wijkactieprogramma is begeleid door een regiegroep. De regiegroep bestond uit vertegenwoordigers van organisaties die op verschillende terreinen actief zijn. Leden van de regiegroep waren onder andere de wethouder wijkgericht werken, de BVSO en de directeuren van Woonplus, SWS Welzijn en Lentiz LIFE College (zie bijlage 1 voor een volledige lijst).Het doel van de regiegroep was het begeleiden van het proces om tot een wijkactieprogramma te komen. Zo besloot de regiegroep over de thema’s voor de werkateliers en gaf zij advies over en werkte regiegroepleden mee aan de voorbereiding, opzet en uitvoering van de werkateliers. Ambtelijk was een projectgroep met daarnaast een klein kernteam verantwoordelijk voor het opstellen van het WAP.
4
2. De toestand van Oost 2.1 Resultaten van de vorige wijkactieprogramma’s Tot nog toe zijn in Schiedam Oost twee wijkactieprogramma’s (WAPs) uitgevoerd . Het eerste WAP besloeg de periode 2007 – 2008, het tweede de periode 2009 – 2011. De doelstelling van de wijkactieprogramma’s is de negatieve trends in Schiedam Oost te keren en te streven naar een betere score op de diverse indexen (sociaal, veiligheid, leefbaarheid) . De doelstellingen van WAP 1, ‘Oost voor elkaar’ (2007), waren: - Bewoners hebben een positievere toekomstverwachting voor de eigen buurt in het leefbaarheidsonderzoek van 2009. - Rapportcijfers voor ‘woonomgeving’, ‘leefbaarheid’, ‘mensen in de buurt’ en ‘ sfeer in de buurt’ dalen in het leefbaarheidsonderzoek niet meer. - Indicatorscores uit het Grotestedenbeleid voor ‘verloedering woonomgeving’, ‘sociale cohesie’, ‘overlast’ en ‘dreiging’ dalen in 2009 niet verder en vertonen vanaf 2010 een stijging tot het stedelijk gemiddelde in 2014. Het WAP 2 bouwde voort op de initiatieven van WAP 1. De resultaatgebieden voor WAP 2 waren: - ruimtelijke visie op de wijk; - buitenruimte; - (sociale) veiligheid; - wijkeconomie; - sociale samenhang. Het WAP 2 bevatte 46 projecten onder de verschillende resultaatgebieden. Voor WAP 2 werd uitgegaan van een investering van bijna 3 miljoen euro. Het was de bedoeling dat het Rijk met 2 miljoen euro voor de financiering van deze projecten over de brug zou komen. Dit is helaas niet gebeurd. Ondanks het achterblijven van middelen is de vraag uiteraard wel wat de inzet over de afgelopen jaren heeft opgeleverd. Hieronder volgt een globaal overzicht van de resultaten van de diverse projecten. De huidige situatie in Schiedam Oost op de diverse thema’s staat beschreven in paragraaf 2.2. Ruimtelijke visie Voor Schiedam Oost is de ruimtelijke visie afgerond. In de ruimtelijke visie zijn vier opgaven beschreven, te weten a) het stationsgebied en de verbinding met het Stadserf; b) handhaven en versterken van de bestaande wijkstructuur, met name lanen, singels, knooppunten van wegen en waterstructuur; c) verbetering van de pleinen; d) de noordrand en de verbinding met Schieveste. Een aantal gebieden, waaronder de Wetenschappersbuurt (Buurt 15), werd als studiegebied aangemerkt. Deze laatste studie is in het afgelopen WAP nog niet uitgevoerd. Onderdelen van de visie worden gerealiseerd als zich mogelijkheden voordoen, bijvoorbeeld bij groot onderhoud van straten en pleinen. Buitenruimte De afgelopen jaren is als onderdeel van de ruimtelijke visie het stationsgebied heringericht, alsmede een aantal pleinen (bijvoorbeeld Halleyplein; Lorentzplein; speeltuintje Fultonstraat/Daltonstraat; de kop van de Overschiese Dwarsstraat). Voor de lanen is een concreet herinrichtingsplan in voorbereiding. In een aantal straten (bijv. Edisonstraat) heeft groot onderhoud plaatsgevonden, herinrichting van andere straten staat in de planning voor komende jaren. Wat betreft het beheer van de openbare ruimte is de afgelopen twee jaar ingezet op het hoogste
5
kwaliteitsniveau voor het stationsgebied en de Singel. Dit is voor geheel Oost onder druk van de bezuinigingen teruggebracht naar een gemiddeld niveau. Groot onderhoud van straatmeubilair en graffitibestrijding worden planmatig aangepakt. Er is een systeem van parkeervergunningen ingevoerd om de parkeerdruk enigszins te reguleren.De resultaten worden in het najaar van 2012 geëvalueerd. Om fietsen veiliger en ordelijker te stallen zijn op enkele locaties fietstrommels ingevoerd; echter niet overal in de wijk. (Sociale) veiligheid In het stationsgebied en de Singel is het politiekeurmerk ‘veilige woonomgeving’ ingevoerd. Het is nog te vroeg om de resultaten daarvan te evalueren. Er vindt regelmatige handhaving plaats op overbewoning, illegale kamerverhuur en hennepkwekerijen (zie onder 2.2). Het probleem is echter nog niet opgelost. Via het project Buurt Bestuurt geeft het wijkoverleg van bewoners aan op welke punten extra handhaving moet plaatsvinden. Buurtbemiddeling, voor de oplossing van conflicten tussen bewoners door bewoners, wordt in Oost nog maar in beperkte mate ingezet. Wijkeconomie Er heeft een inventarisatie van de circa 150 ZZP-ers in Oost plaatsgevonden. Ongeveer de helft hiervan is werkzaam in de bouw. Concrete acties waren het stimuleren van netwerkvorming en het faciliteren van ZZP-ers bij hun zoektocht naar bedrijfsruimte. Er is tijdelijk, vanuit het project ‘wijkeconomie Oost’, een bedrijvencontactpersoon actief. Deze specifieke functie wordt beëindigd per 1 september 2012. De contacten worden vanaf dat moment weer onderhouden vanuit de reguliere bezetting van de afdeling Economische Zaken. De afgelopen jaren is er (ook voor Oost) gebruik gemaakt van een instrument als ‘opstap’ of ‘participatie’banen (bijv. de ‘Groene Brigade’ en de formulierenbrigade). De ’Groene Brigade’ is opgeheven, deze taken zijn in het reguliere werk opgenomen. De resultaten van deze instrumenten, in termen van werkgelegenheid, zijn niet uitgesplitst per wijk. Sociale samenhang Het buurtcentrum is de afgelopen jaren een belangrijk ontmoetings- en activiteitenpunt gebleken in de wijk. Het project ‘Buurten in Oost’ is de afgelopen jaren succesvol geweest om buurtbewoners in de zeven woonbuurten (buurt 11 t/m 17) met elkaar in contact te brengen en activiteiten te laten ontplooien, met als sluitstuk het wijkfeest. Er zijn activiteiten ontwikkeld voor kinderen om vandalisme tegen te gaan (Thuis Op Straat – TOS) en voor contacten en activering van jongeren (circa 14 jongeren uit Oost - Jongeren Aan Zet). Deze projecten worden door bewoners als succesvol gezien. Zij zijn per 2012 in deze vorm gestopt wegens een beperkt budget. Ook zijn circa 80 jongeren uit Midden- en Oost-Europa door een jongerenwerker benaderd voor activiteiten. Op de eerste plaats ging het om het leggen van contacten door de organisatie van een inloop in het wijkcentrum. Daarnaast zijn ontspanningsactiviteiten georganiseerd. Voor wat betreft circa 30% van deze jongeren zijn er zorgen omtrent onderwijs. Het project ‘Welkom in Oost’ was succesvol in het kennis laten maken van arbeidsmigranten met de wijk. Het organiseren van diverse informatieavonden en doelgroep specifieke activiteiten, zoals een inloopspreekuur en Poolse en Bulgaarse vrouwengroepen, en het opstellen van informatiemateriaal heeft onder andere geresulteerd in de vorming van een netwerk van bewoners en groepjes dat actief is in de wijk. Zoals bijvoorbeeld te zien was op het wijkfeest en bij de deelname aan de Dag van de Dialoog. Het project ‘wijkcoach’ om bewoners de weg te wijzen naar ondersteunende instanties is als zodanig gestopt. Het project ‘Oost in the picture’, dat erop gericht is om via het internet en filmpjes een netwerk op te bouwen, is gestopt wegens gebrek aan resultaat. Een verzuimscout voor het onderwijs is actief en voorkomt uitval kinderen op school. Voor het basisonderwijs is geïnvesteerd in een verlengde leertijd en de ontwikkeling van brede scholen. Een programma ‘budgetcursussen’ in het kader van schuldhulpverlening is (nog) niet van de grond
6
gekomen. Culturele activiteiten worden in Oost op succesvolle wijze aangejaagd door een cultuurscout. Zo is er gestart met een website ‘couleur locale’ en worden beelden uit het depot van de gemeente in de wijk herplaatst. Via het project ‘Buurten in Oost’ en het wijkfeest wordt de presentatie van talent uit de wijk gestimuleerd. 2.2 Beschrijving van de huidige situatie Bevolking In Schiedam Oost woonden op 1 januari 2012 11.055 personen, ongeveer 15% van de bevolking van Schiedam. De bewoners van Oost zijn relatief jong. Ruim 40% is jonger dan 30 jaar en meer dan 33% is tussen de 30 en 50 jaar oud. Tabel 1: Leeftijdsopbouw (gegevens 1 januari 2011) Leeftijd
Oost
Schiedam
0 - 14 jaar 15 - 29 jaar 30 - 49 jaar 50 - 64 jaar 65+
17,1% 23,2% 33,5% 16,6% 9,6%
16,6% 18,7% 29,6% 19,9% 15,2%
Totaal
100%
100%
Oost is een etnisch diverse wijk. Het aandeel ‘autochtone’ Nederlanders ligt net onder de 50%. De autochtone Nederlanders zijn in de meerderheid in het westelijk deel van de wijk, de buurten 11, 12 en 13 (Stadserf, Natuurkundigenbuurt, Singelkwartier). Tabel 2: Etniciteit (gegevens 1 januari 2011) Etniciteit
Oost
Schiedam
Nederlands Turks Marokkaans Surinaams Antilliaans Overig westers Overig niet-westers MOE-land
49% 11,2% 3,2% 6,6% 3% 9,6% 11,8% 5,5%
64,8% 10% 2,8% 3,5% 2,3% 7,7% 7,1% 1,8%
Totaal
100%
100%
Tevens zijn de buurten 11, 12 en 13 de meest ‘vergrijsde’ buurten en de buurten met de langste woonduur. Sinds 2006 is het aandeel ‘allochtone’ bewoners gestegen van 44% naar 52%. Er wonen betrekkelijk veel inwoners van Turkse origine (meer dan 11%). In de wijk wonen meer dan 130 verschillende etniciteiten. Het (geregistreerde) aandeel van Midden- en Oost-Europeanen (‘MOElanders’) bedraagt per 1 januari 2012 7,2%. In Schiedam is het aantal geregistreerde MOE-landers gestegen van 458 in 2006 naar 1870 in 2011. Van dit aantal woont 43% (735) in Oost. Overigens blijkt uit landelijk onderzoek dat slechts 40% van de MOE-landers bij de gemeente ingeschreven staat. In de wijk is tussen 2006 en 2011 het aantal autochtone Nederlanders met bijna 600 personen afgenomen. Ook is het opvallend dat het aantal jongeren tussen de 16 en 26 jaar met meer dan 430
7
is toegenomen. Ruimtelijke omgeving Schiedam Oost heeft een gunstige ligging ten opzichte van het openbaar vervoer (trein, metro, bus en tram) en het wegennet. Het station Schiedam Centrum ligt in de wijk. Rotterdam is gemakkelijk bereikbaar. De wijk heeft een heldere stedenbouwkundige structuur met groene singels en een goede bomenstructuur op de lanen. De wijk bestaat uit zeven buurten die rond de lanen en singels zijn gegroepeerd. De verkavelingsstructuur van de dertiger jaren is herkenbaar en duidelijk. Schiedam Oost is behoorlijk ‘versteend’. Het gemiddeld aantal woningen per hectare is groot (61 woningen, Schiedam 20). De Newtonbuurt (buurt 16) springt er uit met 105 woningen per hectare. Dat geldt ook voor de Wetenschappersbuurt (buurt 15), exclusief Schieveste. Het Stationsplein en een aantal andere pleinen zijn opnieuw ingericht. De kwaliteit van de inrichting kan volgens bewoners beter. Zo worden de paaltjes en de verlichting op het Stationsplein op sommige punten als slecht ervaren. Sommige plekken of pleinen zijn ontmoetingsplekken voor bewoners (inclusief jongeren), zoals bijvoorbeeld het Archimedesplein. ‘Ontmoeting’ in de openbare ruimte geeft soms overlast, bijvoorbeeld op het Newtonplein. De score in de leefbaarheidsindex op rommel op straat en vuil naast de container is het laagst (het slechtst) van geheel Schiedam. Ook de scores op gaten en verzakkingen in de bestrating en bekladding van muren zijn zeer laag. De parkeerdruk in de wijk is hoog zoals ook blijkt uit de sociale index (zie onder 2.3). Tabel 3: Aantal woningen per hectare1 Buurt
Aantal woningen per hectare
Buurt 11 - Stadserf Buurt 12 - Natuurkundigenbuurt Buurt 13 - Singelkwartier Buurt 14 - Stationsbuurt Buurt 15 - Wetenschappersbuurt (incl. Schieveste) Buurt 16 - Newtonbuurt Buurt 17 - Rotterdamsedijk
63 59 73 63 22 105 92
Wonen Wonen in Oost heeft twee gezichten: mooi en aangenaam (Singelkwartier), lelijk en verloederd (Wetenschappersbuurt). De woningen zijn kleiner dan gemiddeld in Schiedam. De gemiddelde WOZwaarde (2011) in Oost ligt ver onder het Schiedams gemiddelde (€125.600, Schiedam €164.500). De variatie in WOZ-waarde binnen Oost is groot: Wetenschappersbuurt (buurt 15) €98.400, Stadserf (buurt 11) €171.600.
1
Het aantal woningen voor buurt 15 aangegeven in de tabel wordt vertekend door het feit dat het kantorengebied Schieveste tot deze buurt gerekend wordt.
8
Tabel 4: Gemiddelde WOZ-waarde (2011) Buurt
WOZ-waarde
Buurt 11 - Stadserf Buurt 12 - Natuurkundigenbuurt Buurt 13 - Singelkwartier Buurt 14 - Stationsbuurt Buurt 15 - Wetenschappersbuurt Buurt 16 - Newtonbuurt Buurt 17 - Rotterdamsedijk
€ 171.600 € 146.900 € 134.000 € 134.100 € 98.400 € 116.500 € 122.100
In Schiedam Oost zijn betrekkelijk weinig eengezinswoningen (14%, stedelijk 29%). Hetzelfde geldt voor de beschikbaarheid van sociale huurwoningen (25% in Oost tegen 37% stedelijk). De woningen in de Wetenschappersbuurt verkeren in een slechte staat. Verder zijn er veel koopwoningen die door eigenaren bewoond worden (50% in Oost, 47% stedelijk). Er vindt een programma van particuliere woningverbetering en funderingsherstel plaats. Tot 2011 zijn 1.500 woningen verbeterd van het totaal van ruim 4.050 particuliere woningen in Oost. Daarnaast wordt 25% van de woningen verhuurd door particulieren. Bijna de helft van het aantal onttrekkingsvergunningen in Schiedam - waarbij zelfstandige woonruimte is omgezet in onzelfstandige woonruimte (78 van de 163 in de periode van 1 april 2008 tot 1 juli 2011) - is gegund in Schiedam Oost. Illegale kamerverhuur (met name voor arbeidsmigranten uit de MOE-landen) is een bekend fenomeen in Oost. Illegale kamerverhuur wordt bestreden maar is niet volledig opgelost (zie onder kopje veiligheid op pagina 10). De goedkope woningvoorraad en de betrekkelijk jonge bevolkingssamenstelling zorgen ervoor dat in het oostelijk deel van de wijk de woonduur kort is en er een snelle doorstroom van bewoners plaatsvindt. De hoge mutatiegraad draagt niet bij aan een gevoel van verbondenheid met de buurt. In Oost is de gemiddelde woonduur (8,7 jaar) korter dan in de rest van Schiedam (10 jaar). Dat geldt vooral voor de Stationsbuurt (buurt 14) (6,3 jaar), de Wetenschappersbuurt (buurt 15) (7,5 jaar) en de Newtonbuurt (buurt 16) (8,1 jaar). Op een bevolking van ruim 11.000 inwoners hebben zich 7.052 personen in de periode 2006 – oktober 2010 in de wijk gevestigd. Daarvan kwamen 1.190 personen uit het buitenland, 2.224 personen uit Rotterdam en 2.148 uit andere gemeenten. In de periode 2006-2010 waren er 791 MOE-landers die zich vestigden in Oost en vertrokken er 262. Het saldo bedroeg hiermee 529. Van de 7.052 personen waren er 2.605 (37%) tussen de 16 en 26 jaar. De lage kwaliteit en daardoor goedkope woningen maken de wijk aantrekkelijk voor vestigers met een kleine beurs en dragen bij aan een grote doorstroom van bewoners die verhuizen zodra ze een betere woning kunnen vinden of als zij elders werk vinden. Werk en inkomen Het gemiddelde inkomen van de bewoners van Oost is het laagst van geheel Schiedam (resp. €25.400 en € 30.600, cijfers 2009). De Wetenschappersbuurt (buurt 15) kent met €23.100 het één na laagste inkomen van alle 48 buurten in Schiedam. Het aandeel van bewoners met een laag inkomen (bijstandsniveau) lag in 2009 op circa 10,5% (Schiedam: 9%). In de Wetenschappersbuurt lag dit boven de 20%, het hoogst van alle buurten in Schiedam. Vaststaat dat tussen 2006 en 2010 91 vestigers (nieuwe bewoners van de wijk) een bijstandsuitkering hebben ontvangen. Het aantal werkzoekenden in Oost ligt ook boven het Schiedams gemiddelde (resp. 8,3% (=663 personen) en 6,8%). De Wetenschappersbuurt springt er met 12,8% ook op dit gebied uit. Van het aantal werkzoekenden zijn er 51 jonger dan 23 jaar en 67 tussen de 23 en 27 jaar.
9
Onderwijs De wijk beschikt over vier basisscholen en één MBO school (Lentiz LIFE College). De basisscholen hebben samen ongeveer 1.500 leerlingen waarvan iets meer dan de helft ook uit Oost komt. Van de leerlingen heeft circa 40% een ‘achterstandsgewicht’, voor geheel Schiedam is dat percentage 27%. Van leerlingen uit de Wetenschappersbuurt heeft 57% een ‘achterstandsgewicht’. De basisschool De Peperklip heeft 81% allochtone leerlingen, dit is ruim boven het percentate allochtone kinderen in het verzorgingsgebied; op de Gravin Aleida school ligt dit accent precies andersom met 41% allochtone leerlingen. De Cito-scores van basisschoolleerlingen in Oost liggen onder het Schiedams gemiddelde en 58% van de groep 8 leerlingen kreeg een VMBO-advies in 2010. Voor geheel Schiedam was dat 48%. De vier basisscholen zijn brede scholen die mogelijkheden voor voor- en naschoolse activiteiten bieden. Bedrijvigheid Schiedam Oost is op de eerste plaats een woonwijk. Desalniettemin biedt de wijk circa 2.500 werkplekken. Meer dan 1.000 personen werken daarvan bij het openbaar bestuur, mede omdat het gemeentehuis in de wijk ligt. Verder zijn meer dan 600 personen werkzaam in zorg en welzijn en meer dan 300 in de zakelijke dienstverlening. Er zijn circa 300 bedrijven in de wijk, waarvan ongeveer de helft uit ZZP-ers bestaat. De helft van de ZZP-ers is werkzaam in de bouwsector. Er is sprake van enige leegstand van bedrijfs- en winkelpanden, met name bij het station en de Rotterdamsedijk. De prijs-kwaliteitverhouding van de bedrijfspanden is slecht. Het bestemmingsplan laat ruimte voor ondernemers aan de ‘onderkant van de markt’, met name bel- en koffiehuizen. Deze veroorzaken nogal wat overlast door rondhangende klanten. Met behulp van de gemeente wordt het waterpompstation door BOEI, een BV zonder winstoogmerk, ontwikkeld tot bedrijfsverzamelgebouw voor creatieve ondernemers. Veiligheid en overlast De buurten in Oost maken de laatste jaren op veel fronten een ongunstige ontwikkeling door. Na in 2007 en 2008 een 5,8 gescoord te hebben op de veiligheidsindex, scoort Oost nu een 5,6. Dit is lager dan het Schiedams gemiddelde (6,4). Zowel de objectieve gegevens over criminaliteit als de beleving van bewoners op het gebied van leefbaarheid en veiligheid scoren zeer matig. In de veiligheidsindex scoort Schiedam Oost hoog op vernieling en geweld. De Wetenschappersbuurt (Buurt 15) scoort van alle Schiedamse buurten het slechtst op inbraak, diefstal, vernieling en geweld. Illegale kamerverhuur en hennepkwekerijen worden op succesvolle wijze aangepakt, maar de problemen zijn niet opgelost. Tussen 1 augustus 2010 en 1 november 2011 is in Oost kamerverhuur in 81 panden beëindigd (totaal Schiedam: 157). In Oost worden ook relatief veel hennepplantages ontmanteld. In 2010 zijn 61 kwekerijen ontmanteld in Schiedam, hiervan bevonden zich 21 kwekerijen in Oost. In 2011 zijn 60 hennepkwekerijen bestuursrechtelijk ontmanteld in Schiedam, hiervan bevonden zich er 20 in Oost. Sociale en gezondheidsproblematiek Uit cijfers van Maatschappelijke Dienstverlening Nieuwe Waterweg blijkt dat de nadruk van de sociale problematiek in Oost ligt op het gebied van financiën, werk en huisvesting. In andere Schiedamse wijken liggen de problemen meer op psychisch gebied, opvoedings- en relatieproblemen. Bij schuldhulpverlening kwamen in 2011 (tot november) 247 aanmeldingen uit Schiedam Oost (24% van het de totale aanmeldingen in Schiedam (1.022)). Het aandeel van personen die beperkt lichamelijk functioneren (lopen, staan, wassen, etc.) is gemiddeld (bewoners zijn relatief jong). Voor de groep van 55+ geldt dat er meer bewoners een ADL (algemene dagelijkse levensverrichting) beperking hebben dan op basis van de bevolkingsopbouw verwacht wordt. Het aantal bewoners dat ondersteuning krijgt via de Wmo bedraagt 553 (5% van de bevolking van Oost). Gezondheidsproblemen zijn volgens de GGD vooral overgewicht (58% van de bewoners boven de 16 jaar), risico op depressie, eenzaamheid en een ongezonde manier van leven. Voorts zijn de cijfers
10
rond ziekte en dood van zuigelingen hoog. Tussen 2000 en 2008 bedroeg de perinatale mortaliteit meer dan 14,6 per 1.000 geboorten. Ter vergelijking: Schiedam 13,1 per 1.000 geboorten en Nederland 9,5/1.000. Ook de perinatale morbiditeit (aangeboren afwijkingen; vroeggeboorte; laag geboortegewicht; lage Apgar score) in Oost is hoog: 249,4 per 1.000 geboorten. Ter vergelijking: Schiedam 219,7/1.000 geboorten en Nederland 177,9/1.000 geboorten. Er is weinig kwantitatieve informatie beschikbaar over de sociale problematiek van MOE-landers. De kwalitatieve informatie afkomstig van het informatiepunt voor MOE-landers in het wijkcentrum en andere instanties wijst op een grote sociale problematiek (met name slechte en soms illegale huisvesting; werkcontracten; gezondheid; verzekeringen; onderwijs van kinderen (met name grote taal- en leerachterstanden)). Vanuit de buurt worden de problemen gesignaleerd en wordt geconstateerd dat zij tot onwenselijke en overlastgevende situaties in het openbaar gebied leiden (op straat hangen; parkeerdruk). 2.3 Sociale index De gemeente Schiedam heeft onlangs een sociale index voor wijken ontwikkeld (zie bijlage 3). De sociale index geeft een beeld op vier terreinen, te weten leefomgeving, persoonlijke kansen, meedoen en sociale binding. Onder elk thema worden objectieve cijfers en meningen gecombineerd. Schiedam Oost scoort met een 4,5 als zeer zwak. Alleen de wijk Nieuwland scoort lager. Met name op persoonlijke kansen (basisopleiding, inkomen en gezondheid) en sociale binding (mobiliteit, gevoelens van binding met de buurt, samenhorigheid en een gevoel van verantwoordelijkheid voor de buurt) scoort Oost zeer zwak. Wat betreft leefomgeving scoort vooral een schone en goede woonomgeving slecht. De bewoners van Oost geven in vergelijking met bewoners in andere wijken het laagste rapportcijfer voor het openbaar gebied, met andere woorden de verloedering van het openbaar gebied wordt in Oost als zeer groot gezien. Ook de tevredenheid over parkeervoorzieningen is het laagst van geheel Schiedam. Oost scoort het negatiefst op overlast van bijvoorbeeld jongeren, buren en geluid. Daartegenover zijn er op onderdelen hoge scores: speelgelegenheid in de buurt voor kinderen, openbaar vervoerverbindingen, bewoners die zieke en hulpbehoevende medebewoners ondersteunen, en het aantal bewoners dat tenminste één keer per maand uitgaat. Wat betreft tevredenheid met de woning en het hebben van een passende woning scoort Oost ‘kwetsbaar’, een gemiddelde score. 2.4 De sterkte-zwakte analyse herijkt In het WAP 2009 – 2011 is een sterkte-zwakte analyse opgenomen. De sterkte-zwakte analyse is opgebouwd rond de thema’s ruimtelijke visie, buitenruimte, (sociale) veiligheid, wijkeconomie en sociale samenhang. De sterkte-zwakte analyse is voor het WAP 2012-2015 herijkt. Voor een overzicht van de herijkte SWOT, zie bijlage 4. 2.5 Conclusies Op basis van de huidige situatie van de wijk, de sociale index en de sterkte-zwakte analyse kan een aantal conclusies getrokken worden ten aanzien van de situatie van Schiedam Oost. Aan de positieve kant: 1. In de sociale index scoort Oost opvallend hoog op een aantal punten: speelgelegenheid in de buurt voor kinderen, openbaar vervoerverbindingen, bewoners die zieke en hulpbehoevende medebewoners ondersteunen, en aantal bewoners dat tenminste één keer per maand uitgaat. 2. Een deel van Schiedam Oost (vooral het Singelkwartier) beschikt over mooie, aantrekkelijke woningen. 3. De wijk beschikt over groene singels en lanen met een mooie bomenstructuur. 4. Schiedam Oost heeft een gunstige ligging ten opzichte van Rotterdam, Schiedam Centrum, het wegennet en het openbaar vervoernetwerk.
11
5. Schiedam Oost beschikt over vier basisscholen en één nieuwe MBO-school. 6. Schiedam Oost heeft een groep zeer actieve bewoners. Aan de problematische kant: 1. Inkomens in Oost zijn laag en bewoners zijn meer dan gemiddeld afhankelijk van een uitkering. Er zijn relatief veel jongeren uit Oost (meer dan het Schiedams gemiddelde) op zoek naar werk. 2. Sociale problemen in Oost hangen vooral samen met inkomen, werk en woonomstandigheden. 3. Gezondheidsproblemen liggen op het gebied van zuigelingensterfte en -ziektes, eenzaamheid en depressie, en overgewicht. 4. De woningen zijn klein en verkeren in de Wetenschappersbuurt in een slechte staat. De woningmarktstrategie van Woonplus biedt de mogelijkheid om de woningvoorraad, met name in de Wetenschappersbuurt, grondig te verbeteren. 5. Veel particuliere woningen zijn klein. Een deel van de particuliere woningen is verbeterd (circa 1.500 woningen) via een programma van particuliere woningverbetering, een ander deel verkeert nog in een slechte staat. 6. De sociale binding met de buurt is gering; bewoners verhuizen snel; nieuwe bewoners zijn jong; komen voor de helft uit de MOE-landen of buiten de stadsregio; en/of hebben in meer dan de helft van de gevallen weinig kansen op sociale stijging. 7. Ondanks alle inzet is Oost niet veiliger geworden en wordt er ondanks een afname, toch nog veel overlast ervaren. 8. De openbare ruimte is gedeeltelijk opnieuw ingericht; de leefomgeving wordt echter ervaren als vies en de buurt kent veel vandalisme.
12
3. Nieuw elan 3.1 Visie op Oost: een doorkijkje naar de langere termijn De kaders voor de ontwikkeling van Schiedam Oost op de langere termijn worden geboden door de Stadsvisie Schiedam 2030 en de Ruimtelijke Visie Schiedam Oost. Uitgangspunt voor de stadsvisie vormt het bevorderen en faciliteren van sociale stijging van bewoners door het bieden van kansen en het wegnemen van knelpunten. In de stadsvisie worden tien hoofdopgaven geformuleerd. Voor Schiedam Oost zijn met name de volgende hoofdopgaven uit de stadsvisie van belang: - Een mooie, schone en veilige openbare ruimte. - Een levensloopvriendelijke wijk voor oud en jong. - Sociale ontwikkeling en stijging, gekoppeld aan een wooncarrière in wijk en stad. - Diversificatie van werkgelegenheid, innovatie en vernieuwing van de lokale economie, en behoud en binding van koopkracht. - Doorgaan met de wijkenaanpak, met name de fysieke, sociale en economische revitalisering. - Verbeteren van het imago. Ruimtelijk gezien ligt de nadruk op de ontwikkeling van Schieveste en de verbinding met Oost, en de fysieke herstructurering van Oost. Foto van de toekomst (2030) Op de langere termijn bestaat de bevolking van Schiedam Oost uit een mix van lagere en midden/hoge inkomens en is divers wat betreft etnische achtergrond. De buurt scoort gemiddeld op sociale veiligheid, overlast, werkgelegenheid en gezondheid. Illegale kamerverhuur of hennepplantages worden zelden in de wijk aangetroffen. Jongeren en andere bewoners die op zoek zijn naar werk of ondersteuning behoeven, weten de weg naar het informatie- en adviespunt te vinden, waarbij samen met hen een passende oplossing gezocht wordt. Voor kinderen en jongeren zijn voldoende activiteiten om zich buitenschools te ontplooien en te sporten. Bewoners werken actief aan de leefbaarheid van de buurt. Daarnaast zorgen bewoners voor medebewoners die een steuntje in de rug kunnen gebruiken. Het jaarlijkse buurtfeest staat positief bekend buiten de grenzen van de buurt. Schiedam Oost is een rustige woonwijk waarbij de huidige stedenbouwkundige structuur met bouwblokken, groene lanen en singels behouden blijft. De openbare ruimte is schoon, heel en veilig. De parkeerdruk is ook in de toekomst nog steeds hoog. De woningen zijn van een goede kwaliteit. Slechte woningen zijn gesloopt of gerenoveerd. Er zijn woningen van verschillende prijsklassen. Verspreid in de wijk bevindt zich nog steeds detailhandel. De winkels worden gewaardeerd door de bewoners. Schiedam Oost heeft het imago van een aangename woonbuurt, dichtbij het centrum en met goede OV voorzieningen. 3.2 Algemene doelstelling en prioriteiten voor het WAP ‘Oost voor elkaar’ (2012-2015) Het WAP 2012-2015 levert een bijdrage aan het verwezenlijken van de geschetste foto van de toekomst. In 2015 streven we ernaar dat Schiedam Oost op de sociale index tenminste een 4,6 in plaats van de huidige 4,5 scoort. Deze score is een uitdrukking van het feit dat uiteindelijk de situatie in Oost verbetert. De verbetering wordt bereikt door een hogere score op ‘leefomgeving’ (met name schoon, heel, veilig, en voorzieningen), ‘meedoen’ en ‘persoonlijke kansen’. Het WAP 2012-2015 moet daadwerkelijk een verschil maken, de neergang van de wijk moet worden gekeerd. Dat verschil gaan we maken door ons te concentreren op zeven prioriteiten (zie bijlage 5). De prioriteiten sluiten aan bij bestaand beleid en versterken zo mogelijk het ingezette beleid. Die prioriteiten worden in de navolgende paragrafen verder uitgewerkt. De prioriteiten zijn:
13
1. Voorkomen van verdere instroom van kansarme bewoners in de wijk. 2. Het aan het werk krijgen van of voor een opleiding zorgen voor huidige bewoners, met name jongeren. 3. Start van planvorming voor herstructurering van woningen in de Wetenschappersbuurt (buurt 15). 4. Informatie, advies en ondersteuning aan (kwetsbare) wijkbewoners, vrijwilligers en mantelzorgers. 5. Versterken van de sociale binding door het stimuleren van netwerken van bewoners en ondernemers. 6. Verbeteren van de veiligheid, tegengaan van overlast, vervuiling en vernieling (‘schoon, heel en veilig’). 7. Verbeteren van de gezondheid van bewoners in de wijk, met name zuigelingensterfte en –ziekte en zwaarlijvigheid. Dit betekent niet dat interventies op andere terreinen overbodig zijn. Investeringen in de economie, zoals bijvoorbeeld de leegstand van bedrijfspanden, blijven nodig en worden ook gedaan. Dit wordt vanuit reguliere gemeentelijke activiteiten ondernomen. Voor nu wordt deze inzet voldoende geacht. 3.3 Doelstellingen en uitwerkingsrichtingen Hieronder worden de doelstellingen 2012-2015 en de uitwerkingsrichtingen per prioriteit beschreven. De uitwerkingsrichtingen worden na het vaststellen van het WAP vertaald in een jaarlijks Wijk Uitvoeringsprogramma (WUP). Voor de uitwerkingsrichtingen zijn projectprofielen opgesteld. Bij het opstellen van de projectprofielen is rekening gehouden met de technische en financiële haalbaarheid. Daarbij worden de financieel zware tijden waar de gemeente zich in bevindt als randvoorwaarde gehanteerd. Ook is afgewogen of bestaande budgetten geheralloceerd kunnen worden gezien de prioriteiten die college en gemeenteraad stellen. De projecten zijn daarmee niet altijd ‘nieuw’ maar beschrijven de accenten die gelegd worden bij de uitvoering van bestaand beleid. De projectprofielen maken de doelstellingen, acties en financiering concreet. In de profielen wordt ook aangegeven welke partners betrokken zijn bij de projecten. De partners verbinden zich inhoudelijk en eventueel financieel aan de uitwerking en uitvoering van de projecten door middel van een ‘handtekening’. Bij de uitwerking van projecten wordt expliciet aandacht besteed aan de participatie van bewoners. Prioriteit 1: Beperken instroom kansarme bewoners Doelstelling 1 Beperken van verdere instroom van kansarme bewoners in de wijk. Potentieel aandeel van kansarme vestigers (dat wil zeggen een combinatie van kenmerken zoals laag inkomen; afkomstig van buiten de regio of minder dan zes jaar woonachtig binnen de regio) daalt van 58% (2006-2010) naar 30% (2015). Uitwerkingsrichtingen 1. Mogelijkheden om de instroom van kansarme bewoners te beperken zijn in 2012 onderzocht en worden zo mogelijk in (delen van) Oost toegepast (bijvoorbeeld via de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek - ‘Rotterdamwet’; aanpassing van het systeem voor woonruimteverdeling; overleg met ‘grote’ particuliere verhuurders). Dit om vooruitlopend op de herstructurering van de Wetenschappersbuurt de leefbaarheid in de buurt op peil te houden, met het doel om de concentratie van ‘kansarme’ en ‘multi-probleem’ groepen in één buurt tegen te gaan. Hierbij is voldoende handhavingscapaciteit voorhanden.
14
2. De regels voor kamerverhuur worden strikt gehandhaafd. Illegale situaties worden aangepakt (bijvoorbeeld vergunningen; overbewoning; brandveiligheid). Er wordt voldoende capaciteit beschikbaar gesteld om de handhaving te kunnen uitvoeren. 3. Het stimuleren van alternatieve huisvestingslocaties elders in Schiedam (bijvoorbeeld kantoorpanden) voor arbeidsmigranten, ten behoeve van afspraken met uitzendbureaus en particuliere verhuurders in Oost over uitverhuizing uit Oost. Prioriteit 2: Werk en opleiding voor huidige bewoners Doelstelling 2 Het aan het werk krijgen of voor een opleiding zorgen van de huidige bewoners, met name jongeren. Het aantal werkzoekenden in 2015 benadert het Schiedams gemiddelde (6,8% voor geheel Schiedam en 14% voor jongeren op 1 januari 2011). 80% van alle jongeren uit Oost volgt een opleiding, is aan het werk of is via leerwerkstages op weg naar werk. 100 jongeren zijn geholpen door startpunt ‘GO’. Uitwerkingsrichtingen 1. In 2015 worden alle jongeren tussen de 18 en 23 jaar die niet regulier op school zitten en waarmee het jongerenwerk contact heeft, doorgeleid naar het Jongerensteunpunt of naar het startpunt ‘GO’ van de afdeling Werk en Inkomen. Een project wordt ontwikkeld om vrijwilligers te werven die jongeren uit Oost bij hun carrièrepad (scholing en werk) als coach willen begeleiden. Dit wordt gekoppeld aan het Lentiz Life Lab, het Jongerensteunpunt en startpunt ‘Go’. Het jongerenwerk krijgt de specifieke opdracht met name jongeren uit de MOE-landen toe te leiden naar scholing of werk. Er zijn samenwerkingsafspraken tussen de afdeling Werk en Inkomen, het Lentiz college en ondernemers om via leerwerkstages tenminste vijf jongeren per jaar vanaf 2012 te begeleiden naar werk. 2. In 2015 is het duidelijk of via een nieuwe opzet van het mechanisme van Social Return on Investment werkzoekenden (met name jongeren uit Oost tussen de 23 en 27 jaar) aan de slag geholpen kunnen worden. Er wordt een pilot project gestart in samenwerking met zorgverlener Careyn om uit te zoeken of en welke flankerende maatregelen om werkzoekenden (voornamelijk jongeren tussen de 23 en 27 jaar) aan het werk te helpen uit ‘Social Return on Investment’ betaald kunnen worden en of dit leidt tot een hogere uitstroom naar werk. De vernieuwing zit hem in de investering van randvoorwaarden (bijv. opleiding; kinderopvang; begeleiding) waardoor werkzoekenden ondersteund worden in hun functioneren als werknemer. Indien dit na een pilotfase van een jaar duidelijk is, wordt gemikt op vijf werkzoekenden uit Oost per jaar. 3. Voor werkzoekenden in het algemeen wordt in de wijk een programma van sollicitatietrainingen ontwikkeld en gegeven. 4. Het toepassen van de verlengde schooltijd en het brede school concept – zoals dat nu al gebeurt – op de vier basisscholen van Schiedam Oost draagt bij aan het vergroten van de kansen van kinderen in het secundair onderwijs. De brede scholen werken in dit kader aan het verbeteren van de opbrengsten van het onderwijs, de ouderbetrokkenheid en de brede ontwikkeling van kinderen. Prioriteit 3: Herstructurering Wetenschappersbuurt (buurt 15) Doelstelling 3 De doelstelling op de middellange termijn is dat wonen, zowel de kwaliteit van de woningen als het woonmilieu, in de Wetenschappersbuurt (buurt 15) weer aantrekkelijk wordt. Gedurende de WAP periode wordt een gebiedsvisie gemaakt en een start gemaakt met de planvorming zodat vanaf 2015 gestart kan worden met de herstructurering. De ontwikkeling van de herstructureringsplannen voor de Wetenschappersbuurt (buurt 15) worden in samenspraak tussen Woonplus, de gemeente en bewoners opgesteld. Het programma voor particuliere woningverbetering is in 2015 afgerond. Tenminste 90% van de woningen van particuliere eigenaren in de aangewezen gebieden heeft
15
meegedaan aan het programma. Uitwerkingsrichtingen 1. Woonplus en de gemeente ontwikkelen in 2012 een gebiedsvisie (in overleg met de buurt) voor de Wetenschappersbuurt (buurt 15). De gebiedsvisie omvat woningen van Woonplus, particuliere woningen aan de Daltonstraat en bedrijfsruimte aan de Zamenhofstraat. Vervolgens ontwikkelen de partijen plannen voor herstructurering. Er is behoefte aan uitbreiding van het bestaande programma Particuliere Woningverbetering met een deel van de Wetenschappersbuurt na 2014. Gezien de beperkte middelen heeft inzet op handhaving op woningverbetering hogere prioriteit. Prioriteit 4: Informatie, advies en ondersteuning van wijkbewoners, vrijwilligers en mantelzorgers Doelstelling 4 Een adequate advies- en informatievoorziening over activiteiten en voorzieningen in de wijk of op gemeentelijk niveau wordt gebundeld in een informatie- en adviescentrum (zowel fysiek als digitaal). Het aantal aanmeldingen voor maatschappelijke ondersteuning is in 2015 met 20% gedaald. Er zijn in 2015 30 vrijwilligers (met of zonder uitkering) die tenminste 50 buurtbewoners die ondersteuning behoeven helpen met klussen in en rond het huis. Tenminste 50 buurtbewoners worden door vrijwilligers geholpen bij het op orde krijgen en houden van hun administratie. Uitwerkingsrichtingen 1. In 2015 functioneert in Oost een wijkondersteuningsteam – als uitwerking van de kanteling van de Wmo – dat outreachend werkt en met kwetsbare bewoners ‘keukentafelgesprekken’ voert over hun problematiek en ondersteuningsbehoefte. Het wijkondersteuningsteam brengt de behoefte aan ondersteuning in beeld en biedt, indien nodig, professionele ondersteuning. - Binnen het informatie- en adviespunt is er een speciaal spreekuur voor informatie en advies aan buurtbewoners uit de MOE-landen. - De relatie tussen het wijkondersteuningsteam en zorgadviesteams op de scholen in de buurt wordt uitgewerkt. - Woonplus, SWS Welzijn en de gemeente doen in Schiedam Oost ervaring op met het project ‘Samen Buurten’ uit Nieuwland, een ‘achter de voordeur’ aanpak. Hierbij wordt gekeken naar de relatie met de ontwikkeling van het wijkondersteuningsteam. 2. Een aantal projecten voor vrijwilligers functioneert in de wijk: - Het project ‘Buurtkracht’ om vrijwilligers ondersteuningstaken voor kwetsbare buurtgenoten te laten uitvoeren wordt voortgezet. - In Oost begint de gemeente een pilot project om vrijwilligers te werven en te trainen om buurtbewoners te ondersteunen bij hun administratie. 3. Wijze van informatievoorziening aan wijkbewoners en ondernemers in brede zin (zowel digitaal als fysiek) wordt door het informatie- en adviespunt verder uitgewerkt, onder andere door middel van de communicatie met voorzieningen en organistaties die veel MOE-landers bereiken. Prioriteit 5: Versterking sociale binding door netwerken van bewoners en ondernemers Doelstelling 5 In Oost is de score in de sociale index op vrijwilligerswerk toegenomen van 2,2 naar 2,3. De score in de sociale index op de indicator ‘bewoners die zich verantwoordelijk voelen voor de buurt’ is in 2015 toegenomen van 2,3 naar 2,4. Uitwerkingsrichtingen 1. Een aantal projecten ter stimulering van de sociale cohesie wordt voortgezet:
16
Het project ‘Buurten in Oost’, gericht op bewoners in specifieke straten en buurten om elkaar beter te leren kennen en gezamenlijk activiteiten te ondernemen, wordt voortgezet. Aan het project is het jaarlijkse wijkfeest gekoppeld. - Het huidige project ‘Welkom in Oost’ (voornamelijk gericht op arbeidsmigranten) wordt doorontwikkeld in het project ‘Welkom in de Wijk’ zodat nieuwkomers de buurt, bewoners en elkaar leren kennen. 2. De vier basisscholen volgen alle vier het ‘brede school’ concept waarbij in het kader van de verlengde schooldag activiteiten worden aangeboden om de ontwikkeling van kinderen en de buurtfunctie van de scholen te stimuleren. Specifieke activiteit: - Er wordt uitvoering gegeven aan de aanbevelingen die voortkomen uit het onderzoeknaar mogelijke ouderbetrokkenheid bij voor- en vroegschoolse educatie. De schoolspecifieke aanbevelingen worden uitgevoerd. 3. De gemeente onderhoudt vanuit regulier account management contacten met eigenaren van winkels en bedrijven en faciliteert de opbouw van netwerken van ondernemers/ZZP-ers. Daarbij wordt speciaal aandacht besteed aan contacten met bel-, koffie/theehuizen en winkels waarbij gekeken wordt naar een mogelijke versterking van hun buurtfunctie en beperking van bestaande overlast. -
Prioriteit 6: Schoon, heel en veilig Doelstelling 6 (veiligheid en overlast) In 2015 zijn de scores op veiligheid en overlast van Schiedam Oost verbeterd ten opzichte van 2011: veiligheidsindex van 5,6 terug naar 5,7. De indicator overlast (geluid; jongeren; buren) daalt in 2015 van 3,7 (2009) naar 3,6 (Schiedam 2009: 2,9). De score in de sociale index op tevredenheid over parkeergelegenheid stijgt van 3,7 naar 3,8. Uitwerkingsrichtingen 1. In specieke gebieden wordt een ‘integrale straataanpak’ ontwikkeld waarbij alle overlast en veiligheidsissues (bijvoorbeeld illegale kamerverhuur; overbewoning; hennepplantages; vergunningen aan winkels; uitkeringsfraude) in een geconcentreerde tijd in kaart gebracht en aangepakt worden. Dit wordt in de WAP periode in een aantal straten uitgevoerd. 2. De verschillende interventies worden ook los van de integrale aanpak ingezet: - De regels op illegale kamerverhuur en overbewoning worden gehandhaafd binnen de bestaande, beschikbare capaciteit. - Illegale hennepplantages worden na melding opgerold. Alle kosten van ontruiming worden op de overtreders verhaald. - Vergunningen van bel- en koffiehuizen en winkels worden gecontroleerd. Ondernemers worden betrokken bij de wijk. - Parkeervergunningen worden gecontroleerd. Het parkeerbeleid in Oost wordt in het najaar van 2012 geëvalueerd. 3. Het bestaande buurtpreventieteam van bewoners wordt waar mogelijk en gewenst uitgebreid tot de gehele wijk. 4. De inzet van het Interventieteam, gericht op preventie en aanpak van overlast, wordt voorgezet met een grotere nadruk op Oost (minimaal 60 van de 150 huisbezoeken per jaar). 5. Het project ‘Buurt Bestuurt’, waarin bewoners kunnen aangeven waar zij gedurende een periode op het gebied van overlast en veiligheid meer aandacht voor willen hebben, wordt doorontwikkeld en voortgezet. Doelstelling 7 (schoon en heel) De uitstraling van de openbare ruimte in Schiedam Oost is verbeterd. De lanen (Professor Kamerlingh Onneslaan; Lorentzlaan; Boerhaavelaan) , het Land van Ris en de Van ’s-Gravesandestraat zijn
17
heringericht. De score in de sociale index voor vuil, rommel op straat en hondenpoep gaat omhoog van 4,5 naar 4,6 in 2015. De score in de sociale index op bekladding, vernieling en verzakkingen van de straat gaat omhoog van 4,9 naar 5,0. De score voor ‘groen’ in de buurt gaat omhoog van 2,8 naar 2,9 in 2015. Uitwerkingsrichtingen 1. Het groot onderhoud van het openbaar gebied, zowel het groen als de straten, vindt gepland plaats. De lanen worden in deze periode aangepakt. 2. Samen met het Lentiz college wordt een adoptieproject voor de fietstunnel bij de Zamenhofstraat gerealiseerd. Dit geldt voor leerlingen als maatschappelijke stage en draagt bij aan het tegengaan van vandalisme. 3. Bij het (reguliere) beheer van de openbare ruimte wordt gestreefd naar een zogenoemd niveau B, dat wil zeggen een gemiddeld niveau, uitgezonderd voor de looproute van het station naar het centrum waar gestreefd wordt naar onderhoudsniveau A. Naast monitoring door de gemeente worden bewoners betrokken bij de resultaten van de monitoring en het schouwen van het kwaliteitsniveau. Prioriteit 7: Verbetering van de gezondheid Doelstelling 7 De gezondheidssituatie van de bewoners in Oost is in 2015 verbeterd. Op het gebied van bestrijding van overgewicht is het percentage jongeren met gewichtsproblemen (58%) ten hoogste gelijk gebleven. Vrouwen die zwanger zijn of willen worden krijgen voorlichting over sterfte en ziekte van zuigelingen. Uitwerkingsrichtingen Op het gebied van gezondheid worden preventieve activiteiten opgezet. 1. Het project ‘Healthy Pregnancy 4 All’, gericht op daling van zuigelingensterfte en -ziekte, wordt in Oost uitgevoerd. 2. In de wijk wordt in samenwerking met de scholen en sportverenigingen de wijksportvereniging opgezet. De basisscholen hebben afspraken gemaakt met sportverenigingen waardoor in 2013 tenminste 80 kinderen (8% van de 4-11 jarigen) lid zijn van de wijksportvereniging, 20 kinderen daarvan zijn volledig lid van de deelnemende sportverenigingen. 3. In het kader van de bestrijding van overgewicht worden in samenwerking met het Lentiz college gericht leerlingen en hun huisgenoten begeleid bij het aanpassen van hun levensstijl en eetpatronen (circa 10 gezinnen per jaar) . 4. Vanaf 2012 wordt een beweegcarrousel georganiseerd op het Archimedesplein en andere plekken in de buurt om zo veel mogelijk buurtbewoners aan het sporten en bewegen te krijgen. 5. De eenzaamheidsproblematiek wordt aangepakt via projecten voor maatschappelijke ondersteuning (zoals ‘Samen Buurten’) en het stimuleren van netwerken en vrijwilligerswerk (zie prioriteiten 4 en 5). 3.4 Aanvullende of reguliere activiteiten die geen onderdeel uitmaken van het WAP Naast bovenstaande prioriteiten is er regulier, stedelijk beleid dat van invloed is op de situatie in Schiedam Oost maar niet direct opvolging krijgt vanuit het wijkactieprogramma. In het WAP worden zaken vermeld uit het reguliere beleid waarbij het accent op Oost of op specifieke activiteiten voor Schiedam Oost gelegd wordt. Het betreft die activiteiten die het verschil moeten maken en waar de gemeente of partners van de gemeente invloed op kunnen uitoefenen. De gemeentelijke inzet op deze zaken wordt vanuit het WAP kritisch gevolgd en zonodig ter discussie gesteld.
18
4. De weg naar de toekomst… 4.1 Uitvoering van het WAP Voor de uitvoering van het WAP wordt de uitwerkingsrichting na goedkeuring door de gemeenteraad vertaald in concrete projectprofielen. Een overzicht van de uit te werken projecten is gegeven in bijlage 5 en 6. De projectprofielen beschrijven de doelstellingen, activiteiten, begroting, financiering en partners. De projectprofielen zijn de basis voor het maken van concrete afspraken (‘convenanten’) met maatschappelijke partners. Vervolgens worden de profielen in samenspraak met bewoners en partnerorganisaties uitgewerkt tot projectplannen. Overigens kan het ‘trekkerschap’ per project variëren: soms kan een gemeentelijke afdeling het project trekken, soms een partnerorganisatie. De projectplannen vormen de basis voor een wijkuitvoeringsprogramma (WUP) waarin een jaarlijkse planning van activiteiten gemaakt wordt en een doorkijk naar de volgende jaren wordt gegeven. 4.2 Regie en organisatie Het WAP omvat een overzicht van de projecten en hun bijdragen aan de voor Schiedam Oost geformuleerde doelstellingen en prioriteiten. In de projectprofielen is aangegeven welke partijen betrokken zijn bij de uitwerking en uitvoering van het desbetreffende project. De genoemde partijen en gemeentelijke afdelingen zijn verantwoordelijk voor deze projecten. Zij maken afspraken over deze projecten, eventueel vastgelegd in ‘lichte’ convenanten of afsprakenkaders. Per project wordt een projectgroep en bewonersparticipatie georganiseerd. De wijkprocesmanager nodigt de projectleiders regelmatig (elk kwartaal) uit voor een voortgangsoverleg. De samenhang van de projecten, zoals ook bedoeld in dit WAP, wordt bewaakt door een regiegroep van de gemeente en partners zoals deze ook gefunctioneerd heeft bij het tot stand komen van dit WAP. De regiegroep komt één keer per jaar bij elkaar om de resultaten van het voorgaande jaar en het wijkuitvoeringsprogramma (WUP) voor het komende jaar te bespreken. In de regiegroep is van de gemeente de verantwoordelijke wethouder en de wijkprocesmanager vertegenwoordigd. Naast professionele partners is de bewonersvereniging BVSO lid van de regiegroep. Op wijkniveau vindt het reguliere wijkoverleg van bewoners plaats waar professionals van de verschillende projecten regelmatig uitgenodigd zullen worden om te vertellen over de voortgang van hun projecten. Tevens worden op deze momenten door het wijkoverleg adviezen gegeven aan het projectteam. Daarnaast vindt één keer per jaar een terugkoppelingsmoment (WAP avond) met de wijk plaats. 4.3 Planning, monitoring en evaluatie Jaarlijks wordt een WUP opgesteld. Ter voorbereiding van het WUP wordt de projectleiders gevraagd de voortgang aan te geven ten aanzien van de voor de projecten geformuleerde doelstellingen. Tevens fungeert de sociale index als bron voor het aangeven van mogelijke veranderingen in Schiedam Oost. Afhankelijk van de planning van de specifieke projecten worden voortgangsapportages gemaakt. In 2015 vindt een evaluatie van het WAP plaats. In de evaluatie worden resultaten naast de doelstelingen op de 7 prioriteiten gelegd. 4.4 Financiën Voor bovengenoemde prioriteiten zijn doelstellingen geformuleerd en uitwerkingsrichtingen gemaakt (zie hoofdstuk 3) . De uitwerkingsrichtingen worden na het vaststellen van het WAP vertaald in een jaarlijks Wijk Uitvoeringsprogramma (WUP). Voor de uitwerkingsrichtingen zijn projectprofielen opgesteld. Bij het opstellen van de projectprofielen is rekening gehouden met de technische en financiële haalbaarheid. Afgewogen is of bestaande budgetten geheralloceerd kunnen worden gezien de prioriteiten die college en gemeenteraad stellen. De projecten zijn daarmee niet altijd ‘nieuw’ maar beschrijven de accenten die gelegd worden bij uitvoering van bestaand beleid.
19
De projectprofielen maken de doelstellingen, acties en financiering concreter. In de profielen wordt ook aangegeven welke partners betrokken zijn bij de projecten. De partners verbinden zich inhoudelijk en waar nodig financieel aan de uitwerking en uitvoering van de projecten door middel van een ‘handtekening’. Bij de uitwerking van projecten wordt expliciet aandacht besteed aan de participatie van bewoners. Door bovenstaande exercitie is het mogelijk om een groot deel van de projecten die voortvloeien uit de prioriteiten van Oost uit te voeren binnen het huidige reguliere pakket. Een voorbehoud wordt gemaakt voor het effect van mogelijke bezuinigingen. Er zijn enkele noodzakelijk geachte interventies waarvoor extra middelen nodig zijn. Deze worden op basis van de nu beschikbare informatie geraamd op totaal circa 100.000 euro per jaar. Voor het lopende jaar en 2013 kunnen deze kosten gedekt worden uit het budget sociale wijkaanpak 2012 en de middelen die het college op 12 april 2011 gereserveerd heeft voor Oost. Voor 2014 en 2015 krijgt het cluster Maatschappelijke Ontwikkeling (MO) een taakstellende opdracht om dekking te vinden voor de resterende 200.000 euro. Daarnaast is er extra handhavingscapaciteit nodig ten behoeve van de voor Oost gewenste integrale straataanpak en voor de uitvoering van de Rotterdamwet indien college en raad hiertoe besluiten (een voorstel hiertoe is in voorbereiding bij de afdeling Ruimtelijk Gebruik). De hiervoor benodigde middelen zijn nog niet bekend. Vanaf 2014 zijn voorts middelen nodig voor de continuering van het uitvoeringsprogramma voor emancipatie en integratie van MOElanders (raming circa 70.000 euro per jaar).
20
Bijlagen
21
Bijlage 1: Regiegroep WAP Oost Tjalling de Boer Ariane Hamming Peter Jonkers Frans Klijzen Paul Lakens Bart de Leede Francisca Mackenbach Nel van Oudenaarde Lia Prins Geert van Rooij John Smits Mario Stam Marianne van Twist Bob Venhuizen
Bewonersvereniging Schiedam Oost Centrum Huisartsen Schiedam Stichting Primo Schiedam SOBO Schiedam Lentiz LIFE College SWS Welzijn Politie Rotterdam-Rijnmond Bewonersvereniging Schiedam Oost Stichting Welzijn Hoogvliet Centrum Huisartsen Schiedam Smits Automotive Wethouder wijkzaken, gemeente Schiedam Seniorenwelzijn Woonplus Schiedam
Ursula Rutten Frans Werter Thijs van Giezen
Gemeente Schiedam Buro De Steeg Buro De Steeg
22
Bijlage 2: Geraadpleegde documenten -
Beleidsplan Integrale Veiligheid 2012-2015, december 2011 Buurtalliantie, Verslag bestuurstafel Schiedam, december 2011 Coalitieakkoord, datum?? Concept-notitie Wet Bijzonder Maatregelen Grootstedelijke Problematiek, februari 2012 Concept-uitvoeringsplan MOE-landers 2012-2013 (april 2012) D. Kohen et al., Samen Buurten Buurt 3, Nieuwland, jaarverslag 2010-2011 Evaluatie (tijdelijk) thuis in Schiedam, november 2010 Gegevensanalyse Schiedam Oost, Schiedam Onderzoek en Statistiek Het uitvoeringsbeleid kamerverhuur nader geregeld, november 2010 Kadernota Parkeerbeleid 2009 – 2013 Ruimtelijke Visie, Schiedam Oost, juni 2009 Schiedam, een stad die het waard is! Collegewerkprogramma 2010 – 2014 Sociale Index Schiedam, Schiedam, Onderzoek en Statistiek, december 2011Stadsvisie Schiedam 2030, datum? (Tijdelijk) thuis in Schiedam. Voorstellen voor flankerend beleid t.a.v. tijdelijke arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa. November 2008 Visienota Schiedams maatwerk in het sociale domein. Voor een sociaal krachtig Schiedam, 14 maart 2012 Wijkactieprogramma ‘Oost voor elkaar’ 2007 – 2008, ...datum? Wijkactieprogramma ‘Oost voor elkaar’ 2009 - 2011, 17 februari 2009 Wijkanalyse Schiedam Oost, 2011
23
Bijlage 3: Sociale index
24
Bijlage 4: Sterkte-zwakte analyse Thema 1: Ruimtelijke omgeving Sterkten Heldere stedenbouwkundige structuur (singels en lanen) Gunstige ligging t.o.v. het openbaar vervoer en ring Rotterdam Jaren 30 verkaveling goed bewaard Mooie groene singels (assen) Lanen met mooie bomenstructuur Redelijke verdeling van speelplekjes in de wijk
Kansen Ligging van wijk t.o.v. Stadshavens en Schieveste; Rotterdam Meer regie op inrichting van openbare ruimte en meer lijn in het beheer brengen Planvorming aanpak/gebruik/beheer, zoals Archimedesplein
Zwakten Hoge versteningsdichtheid (weinig groen/openbare ruimte en moeilijk om aanpassingen te doen in de openbare ruimte) (Oost: 61 woningen/ha; Schiedam 20 woningen/ha. Newtonbuurt: 105; Rotterdamsedijk: 92) Meervoudige ruimteclaims: water; groen; speelplekken; parkeren; wonen Inrichting Stationsplein e.o. (mist sfeer/veiligheid) Leegstand van bedrijfspanden (o.a. stationshal/stationsplein) (ca. 30 leegstaande bedrijfspanden eind 2011) Huidige kwaliteit inrichting pleinen (bijv. Archimedesplein) Vervuiling openbare ruimte (groen; infrastructuur; hondenpoep; grafitti) door gedrag bewoners. Oost scoort hoogst van alle wijken op verloedering van openbaar gebied (vervuiling en vandalisme). Oost: 6,5; Schiedam: 5,1) Bedreigingen Ontwikkelingen in Rotterdam (bijv. doorgaan toepassing van Rotterdamwet zonder aanpassing in Schiedam; winkelontwikkeling Delfshaven) Gevraagde investeringen rond station om leegstand tegen te gaan/inrichting te verbeteren
Thema 2: Wonen Sterkten Mooie kleine ‘parels’ in de wijk (wonen met werken aan huis; tuinen; locatie bij OV en centrum) Lange woonduur in Singelkwartier: 11,1 jaar (gemiddeld Schiedam: 10 jaar; Oost: 8,7 jaar)
Zwakten Woningaanbod: veel kleine woningen in de lage prijsklasse (met geringe kwaliteit). Oost gemiddeld 87m2 ; Schiedam 99 m2. Wetenschappersbuurt (15): 74 m2 WOZ: Oost €125K; Schiedam €164,5K. Wetenschappersbuurt €98,4 K Veel woningen in particulier eigendom maar worden doorverhuurd (50% eigendom = Schiedams gemiddelde; 25% particuliere huur, Schiedam 17%) Malafide huisbazen. Kamerverhuur beëindigd: Schiedam 157 (Oost 81).
25
Kansen Woonvisie en Woningmarktstrategie van gemeente en Woonplus (aanpak van Oost) Bereidheid bij Woonplus om te investeren in Wetenschappersbuurt in lijn met woonvisie Aanpak particuliere woningverbetering t/m 2014 Regelgeving en handhaving rondom kamerverhuur en overbewoning Mogelijke invoering Rotterdam-wet Mogelijkheden om ‘kluspanden’ te introduceren (bereidheid om te experimenteren) WVG en/of actief verwerven van panden door gemeente Uitwisseling van kennis/samenwerking met Rotterdam (bijv. ervaring Woonbron met starten van VvE’s) Ontwikkeling Westpoint voor kamerverhuur Aandacht van het Rijk (krachtwijk zonder financiën)
(1/8/2010 – 1/11/11). Overbewoning o.a. bij malafide huisbazen Doorstroming van bewoners (verhuisgeneigdheid groot). Oost: 187 inwoners per 1000/jaar; Schiedam: 127 inwoners Schiedam woonduur 10 jaar; Oost: 8.7 jaar. Buurt Station 6,3 jaar, Wetenschappersbuurt 7,5 jaar, Newtonbuurt 8,1 jaar Slechte staat van onderhoud woningvoorraad (particulier en sociaal in de Wetenschappersbuurt) Funderingsproblemen, m.n. Wetenschappersbuurt (nr. 15) Bedreigingen Eenzijdige instroom MOE-landers en uitstroom autochtone Nederlanders (530 MOE-landers in sinds 2006; 581 autochtonen uit) Vestiging van arbeidsmigranten zonder werkvergunningen (vanaf 2009 naast Polen ook Bulgaren en Roemenen); 5,5% is MOElander. (43% van aantal MOE-landers in Schiedam) Rotterdam-wet zorgt voor versterkte instroom van lage inkomensgroepen
Thema 3: Werken en Leren Sterkten Aanwezigheid Lentiz College met interesse in samenwerking met bedrijvigheid in Oost Jonge wijk. Aandeel potentiële beroepsbevolking: 15-29 jaar: Oost 23,2% (Schiedam: 18,7%); 30-49 jaar: Oost 33,5% (Schiedam: 29,6%) Instroom jongeren 2006 – okt 2010: 2605 (16 -26 jaar) van totale instroom: 7052. Uitstroom: 2171 (16-26 jaar); totaal: 7230. Saldo 16-26 jaar: +434
Zwakten Bestemmingsplan laat veel ruimte voor vestiging van ‘ongewenste’ bedrijven (koffiehuizen, belhuizen etc.)? Hoge leegstand bedrijfspanden op Lorentzlaan, PKO laan, Boerhaavelaan en bij station (ca. 30 panden eind 2011) Slechte kwaliteit bedrijfspanden Huurprijs bedrijfspanden hoog (prijskwaliteitverhouding is slecht) Lage koopkracht. Netto besteedbaar
26
Gunstige ligging t.o.v. werkplekken in Schiedam en omgeving Relatief veel dienstverlening in Oost. Openbaar bestuur: 40,7% (Schiedam: 4,7%); Zorg en welzijn: 24,4% (Schiedam: 23%); Zakelijke dienstverlening: 12,7% (Schiedam: 21,4%). Totaal: 288 bedrijven; 2496 werkzame personen (ook van buiten de wijk) 150 zzp-ers (waarvan 9 in detailhandel; 7 in onderwijs, zorg en welzijn) Wonen tegen het centrum met mogelijkheid van kantoor aan huis Trekker in de wijk: Lidl supermarkt
Kansen Effect op werkgelegenheid van ontwikkeling Schieveste, Artpark en creatieve economie in Rotterdam, aanpak Oud Mathenesse? Potentiële samenwerking Lentiz, bedrijven en gemeente voor leerwerkplekken/stages Behouden van bewoners met middeninkomens door particuliere woningverbetering en funderingherstel Local heroes: potentie van eigen bewoners ontdekken en voorrang geven, stimuleren kleine bedrijvigheid en zelfverdienend vermogen Verbetering voorzieningen niveau in de wijk
huishoudensinkomen (2009). Nederland €34.300; Schiedam €30.600; Oost €25.400 (9de plek);Wetenschapsbuurt €23.100 Aantal huishouden met laag inkomen (bijstandsniveau) (2009). Schiedam: 9%; Oost: 10,5%; Wetenschappersbuurt: 20,3% Aandeel werkzoekenden (1-1-2011): Schiedam 6,8 %, Oost 8,3% (663 personen), Wetenschappersbuurt 12,8% (118 personen). Het aantal werkzoekenden jonger dan 23 jaar bedraagt 51. Het aantal werkzoekenden tussen 23 en 27 jaar bedraagt 67. Van de werkzoekenden in Oost is 18% jonger dan 27 jaar tegen 14% gemiddeld in Schiedam. Bijstandsgerechtigden (WWB, op 1-1-2011): Schiedam 4,2%; Oost 4,6% (364 personen); Wetenschappersbuurt 8,4% (78 personen). Veel doorstroom van bewoners met als gevolg weinig binding met de wijk (gemiddeld aantal verhuisbewegingen in Schiedam bedraagt 127 per 1000 inwoners, voor Oost is dit 187 per 1000 inwoners). Bedreigingen Instroom van sociaal-economisch minder sterke bewoners en arbeidsmigranten, bovenop de reeds aanwezige groep sociaal economische kwetsbare groep bewoners Uitstroom van draagkrachtige bewoners Uitstroom van bedrijven Aanwezigheid winkelaanbod Schiedam centrum en Rotterdam zet winkelaanbod onder druk Door Rotterdamse aanpak en regelgeving waterbedeffect op het gebied van vestiging van witwasbedrijven
Thema 4: Welzijn, zorg en basisonderwijs Sterkten Enkele buurten (m.n. middengebied) met sterke sociale samenhang en hart voor de wijk Ca. 50% van de woningen met eigenaarbewoners Sterke bewonersorganisatie Harde kern van actieve bewoners
Zwakten Oost scoort lager dan gemiddeld op sociale cohesie. Schiedam 5,6; Oost: 5,2 (2009) Doorstroming van bewoners (verhuisgeneigdheid groot). Oost: 187 inwoners per 1000/jaar; Schiedam: 127 inwoners. Dit vermindert buurtbinding Schiedam woonduur 10 jaar; Oost: 8,7 jaar.
27
Basisscholen in Oost zijn gewild: (bijna 50% van totaal aantal leerlingen komt van buiten Oost). Brede buurtschool en kwalitatief goed onderwijs: 4 basisscholen Vouchersysteem waarbij bewoners budgetten toekennen voor initiatieven/ideeën van wijkbewoners
Buurt Station 6,3 jaar, Wetenschappersbuurt 7,5 jaar, Newtonbuurt 8,1 jaar. Indicator voor geringere buurtbinding. Bevolkingsopbouw met relatief veel jongeren. 15-29 jaar: Oost 23,2% (Schiedam: 18,7%); 30-49 jaar: Oost 33,5% (Schiedam: 29,6%). Instroom jongeren 2006 – okt 2010: 2605 (16 -26 jaar) van totale instroom: 7052. Uitstroom: 2171 (16-26 jaar); totaal: 7230. Saldo 16-26 jaar: +434. Jongeren hebben een geringere ‘buurtfocus’. Etnische diversiteit van bevolkingsopbouw bemoeilijkt sociale cohesie op wijkniveau (niet noodzakelijkerwijs binnen de verschillende groepen). (In totaal 130 verschillende etniciteiten). (Oost: o.a. Nederlands 49%; Turks 11,2%; Surinaams 6,6%; MOE-lander 5,5%). 43% van MOElanders in Schiedam want in Oost. Lage koopkracht. Netto besteedbaar huishoudensinkomen (2009). Nederland €34.300; Schiedam €30.600; Oost €25.400 (9de plek);Wetenschapsbuurt €23.100 Aantal huishouden met laag inkomen (bijstandsniveau) (2009). Schiedam: 9%; Oost: 10,5%; Wetenschappersbuurt: 20,3% Aandeel werkzoekenden (1/1/2011): Schiedam 6,8 %, Oost 8,3%, Wetenschappersbuurt 12,8%. Bijstandsgerechtigden (WWB) (1/1/2011): Schiedam 4,2%; Oost 4,6%; Wetenschappersbuurt 8,4% Basisonderwijs: Cito-scores Oost onder gemiddelde van Schiedam Aandeel leerlingen van basisscholen met ‘achterstandsgewicht’ hoog. Schiedam 27%, Oost 40%, Wetenschappersbuurt 57% Sociale index Oost 4,5 = zeer zwak (één na laagste van Schiedam), m.n. op gebieden van: persoonlijke kansen, opleiding, gezondheid, mobiliteit, sociale binding, schone en goede woonomgeving Gezondheidsscores slechter dan Schiedams gemiddelde (behalve hoge bloeddruk): m.n. ongezonde manier van leven, overgewicht (58% boven de 16 jaar), risico depressie; eenzaamheid Hoger cijfers dan Schiedams gemiddelde van perinatale mortaliteit en ziekte: perinatale mortaliteit 14,6 per 1000 geboorten (tussen
28
Kansen Succesvolle projecten gericht op sociale samenhang, zoals buurten in Oost Nederlandse les voor arbeidsmigranten (Polen) Kanteling WMO; Wet werken naar vermogen; decentralisatie van de jeugdzorg versterken wijkgerichte aanpak
2000 en 2008). (Schiedam 13,1/1000; Nederland 9,5/1000). Perinatale morbiditeit (aangeboren afwijkingen; vroeggeboorte; laag geboortegewicht; lage Apgar score): 249,4/1000 geboorten. (Schiedam 219,7/1000; Nederland 177,9/1000). Gesignaleerde buurtproblemen; 8 van de 10 hebben te maken met gedrag van bewoners in de openbare ruimte (o.a. rommel op straat; hondepoep; te hard rijden) Actieve bewonersgroep is eenzijdig samengesteld (weinig allochtonen) 5% van de bewoners krijgt ondersteuning via de WMO Bedreigingen Eenzijdige instroom/uitstroom van bewoners. Instroom van +530 MOE-landers in Oost tussen 2006 en oktober 2010. Uitstroom van – 580 Nederlanders. Gekoppeld aan uitstroom draagkrachtigen en instroom minder draagkrachtigen. Instroom van kansarme Rotterdamse kinderen op de basisscholen. Economische crisis (toename van werkloosheid; schuldhulpverlening; huisuitzettingen).
Thema 5 : Veiligheid en overlast Sterkten Zwakten Een paar buurtjes /straten met sterke sociale Wetenschappersbuurt scoort ruim hoger samenhang en hart voor de wijk (van dan Schiedam’s gemiddelde op inbraak, Marumstraat e.o. Buurt 305 diefstal, vernieling en geweld volgens (Leeuwenhoekstraat), buurt 15 aangiftes bij de politie. Oost als geheel Wetenschappersbuurt, Edisonstraat, scoort hoger op vernieling en geweld dan Halleyplein e.o Schiedam’s gemiddelde. (per 1000 huizen bij inbraak of 1000 inwoners) Inbraak diefstal Vernieling Geweld Schiedam 17 15 10 8 Oost 16 14 11 10 Weten buurt 37 34 23 13 Vanaf 2008 scoort Oost steeds lager op veiligheidsindex. Index zit sowieso onder index cijfer van Schiedam als geheel. Schiedam 6,4, Oost 5,6 (buurt 11 t/m 13 5,4) Vanaf 1998 scoort Oost hoger dan Schiedam op vermogensdelicten (diefstal): trend gaat sinds 2004 naar beneden (loopt gelijk op met geheel Schiedam). Schiedam: 2,9; Oost: 4,1 (2009)
29
Kansen Potentiële invoering van de Rotterdam-wet Bestuurlijke aanpak hennepplantages i.s.m. Vlaardingen en Maassluis Invoering van regelgeving rondom kamerverhuur (november 2010) Inzet LBB (toezicht en handhaving)
Oost scoort hoogst van alle wijken op dreiging (geweld; drugsoverlast; straatroof etc.); bijna 2x het gemiddelde van geheel Schiedam. Trend gaat van 2004 alleen omhoog. Schiedam: 1,4; Oost: 2,7 (2009) Bewoners van Oost voelen zich meer onveilig in de wijk (45%) dan bewoners in andere wijken (gemiddeld 35%). Veel overbewoning en illegale kamerverhuur (van 1/8/10 – 1/11/11: Schiedam 157 kamerverhuur beëindigd; 81 Oost. Zelfde periode handhavingstraject gestart: Schiedam 31; Oost 11) Veel hennepplantages (2010: 61 kwekerijen ontmanteld in Schiedam; 21 in Oost. 2011 (t/m aug): Schiedam 42; Oost: 12) Oost scoort hoogst van alle wijken op overlast (jongeren; buren; geluid etc.). Score is sinds 2006 wel iets verbeterd). Oost: 3,7; Schiedam: 2,9 In top 10 gesignaleerde wijkproblemen staan: parkeeroverlast, te hard rijden, bekladding, beschadiging auto’s, agressief verkeersgedrag, lawaai op straat Hoge leegstand winkelpanden op lanen en hoeken versterkt onveiligheidsgevoel Belhuizen, koffiehuizen en massagesalons versterken gevoel van onveiligheid Slecht onderhoud openbare ruimte versterkt onveiligheidsgevoel (meldingen Irado per 1000 inwoners: Schiedam 145; Oost 221 (2010) Bedreigingen Door Rotterdamse aanpak en regelgeving waterbedeffect op het gebied van vestiging van witwasbedrijven, criminaliteit en overbewoning Trend tot vestiging van meer arbeidsmigranten zonder werkvergunning (vanf 2009 naast Polen ook Bulgaren en Roemenen)
30
Bijlage 5: Analyse van sociale index en SWOT naar prioriteiten en interventies Thema’s werkateliers gefilterd uit SWOT i. Werken en leren ii. Ruimtelijke omgeving iii. Welzijn, zorg en basisonderwijs iv. Veiligheid en overlast v. Wonen Thema’s Sociale Index 1. Persoonlijke kansen 2. Meedoen 3. Sociale binding 4. Leefomgeving Prioriteiten gebaseerd op SWOT en Sociale Index A. Herstructurering Wetenschappersbuurt (buurt 15) B. Beperken instroom van kansarme bewoners C. Werk en opleiding huidige bewoners D. Informatie, advies en ondersteuning van wijkbewoners, vrijwilligers en mantelzorgers E. Schoon, heel en veilig F. Versterking sociale binding door netwerken van bewoners en ondernemers G. Verbetering van de gezondheid
31
Tabel: Relaties tussen prioriteiten en interventies voor Schiedam Oost en scores op Sociale Index en sterkte-zwakte analyse Score Sociale index
Sterktes / zwaktes (SWOT)
Prioriteiten WAP Oost
Leefomgeving Onderdeel huisvesting scoort kwetsbaar
Wonen, veel kleine woningen in de lage prijsklasse, met name in Wetenschappersbuurt, slechte staat van onderhoud woningvoorraad, doorstroom hoog, funderingsproblemen Wetenschappersbuurt
A. Herstructurering Wetenschappersbuurt (buurt 15 )
Sociale binding Score op verhuisbeweging is problematisch lager dan 3,0. Het aantal verhuisbewegingen en bewoners dat korter dan 2 jaar in Nederland woont en het aandeel bewoners dat langer dan 10 jaar in dezelfde woning woont. Persoonlijke kansen Gemiddeld gezien scoort dit onderdeel zeer zwak op o.a. aandeel voortijdig schoolverlaters, leerlingen met leerachterstanden, gemiddeld opleidingsniveau, bijstandsuitkering en huishoudens die minder dan 10,5% van minimum inkomen verdienen.
Werken en leren, Wonen Doorstroming van bewoners hoger dan Schiedams gemiddelde, overbewoning, particuliere woningvoorraad die zich goed leent voor kamerverhuur.
B. Beperken instroom van kansarme bewoners
Werken en leren Onderdeel SWOT is vergelijkbaar met de uitkomsten van de Sociale Index.
C. Werk en opleiding voor huidige bewoners
Overzicht interventies die aansluiten bij prioriteiten Gebiedsvisie Wetenschappersbuurt en ontwikkeling herstructureringsplannen Onderzoeken of bestaande programma Particuliere Woningverbetering kan worden uitgebreid met een deel van de Wetenschappersbuurt Onderzoek beperking instroom kansarme bewoners (woonruimteverdeelsysteem en Rotterdamwet) Handhaving kamerverhuurbeleid
Social Return on Investment (ook inzetten op Oost) Toeleiding jongeren via Startpunt Go (inclusief MOE-landers tussen 18 en 25 jaar) naar scholing en of werk Leerwerkstages voor jongeren van 23 tot 27 jaar Sollicitatietrainingen Mentoren voor (potentiële) dropouts (Lentiz Life lab) Toepassen van brede school concept - zoals nu al gebeurt levert bijdrage aan de kansen van kinderen in het secundair onderwijs
Score Sociale index
Sterktes / zwaktes (SWOT)
Prioriteiten WAP Oost
Persoonlijke kansen Oost scoort zeer zwak op meldingen voor maatschappelijke dienstverlening
Welzijn, zorg en basisonderwijs Gegevens vergelijkbaar met die uit de Sociale Index, etnische diversiteit van bevolkingsopbouw bemoeilijkt de sociale cohesie.
D. Informatie en advies en ondersteuning aan kwetsbare wijkbewoners, vrijwilligers en mantelzorgers
Veiligheid en overlast, ruimtelijke omgeving Wetenschappersbuurt scoort ruimt hoger dan Schiedam, Oost scoort laag op veiligheidsindex, hoog op vermogensdelicten, bewoners voelen zich gemiddeld onveiliger in de wijk t.o.v. andere wijken in Schiedam. Oost scoort hoogst van alle wijken op dreiging en overlast.
E. Schoon, heel en veilig
Meedoen Oost scoort problematisch als het gaat om aandeel bewoners dat actief is in vrijwilligerswerk, ook op het vlak van sociale contacten scoort Oost zeer zwak. Sociale binding Veel verhuisbewegingen en daarom veel nieuwe bewoners
Leefomgeving Gemiddeld scoort de leefomgeving kwetsbaar in Oost. Schoon, heel en veilig scoort zeer zwak in Oost.
Overzicht interventies die aansluiten bij prioriteiten Sociaal wijkteam en informatie- en adviespunt voor MOE-landers ‘Samen buurten’( actief achter de voordeur) Ondersteuning vrijwilligers en mantelzorgers via informatie- en adviespunt Buurtkracht Oost (klussen door vrijwilligers) Formulieren brigade Welkom in de wijk voor arbeidsmigranten uit MOE-landen Pilot project om vrijwilligers te werven en te trainen om buurtbewoners te ondersteunen bij hun administratie Aanpak particuliere verhuurders Integrale straataanpak Handhaving illegale kamerverhuur Controle vergunningen koffiehuizen, belhuizen Aanpak hennep kwekerijen Buurt bestuurt Buurtpreventie uitbreiden Buurtbemiddeling Adoptie project tunnel Zamenhof Groot onderhoud openbaar gebied vindt gepland plaats de lanen worden in deze periode aangepakt Bewoners worden betrokken bij monitoring van kwaliteitsniveau B regulier beheer van de openbare ruimte
1
Score Sociale index
Sterktes / zwaktes (SWOT)
Prioriteiten WAP Oost
Meedoen Oost scoort problematisch als het gaat om aandeel bewoners dat actief is in vrijwilligerswerk, ook op het vlak van sociale contacten scoort Oost zeer zwak.
Welzijn, zorg en basisonderwijs Oost scoort lager dan gemiddeld op sociale cohesie, gemiddelde woonduur ligt lager dan Schiedams gemiddelde.
F. Versterken sociale binding door netwerken van bewoners en ondernemers
Welzijn, zorg en basisonderwijs Gezondheidscores slechter dan Schiedams gemiddelde, met name ongezonde manier van leven, overgewicht, risico depressie, eenzaamheid.
G. Verbetering gezondheid
Sociale binding Oost scoort zeer zwak op het gebied van gevoelens van binding, zelfs problematisch op het aantal bewoners dat zich verantwoordelijk voelt voor de buurt. Het aandeel verhuisbewegingen scoort problematisch. Persoonlijke kansen Gezondheid scoort kwetsbaar
Overzicht interventies die aansluiten bij prioriteiten Buurten in Oost en wijkfeest Activiteitenagenda voor het Archimedesplein Brede school concept met naschoolse activiteiten om ontwikkeling van kinderen en de buurtfunctie van scholen te stimuleren Bevorderen ouderbetrokkenheid Buurtpreventieteam Ondersteunen en stimuleren initiatieven van bewoners en bedrijven Project gericht op daling zuigelingensterfte Lifestyle project in kader bestrijding overgewicht op leerlingen uit Oost i.s.m Lentiz LIFE College Wijksportvereniging Beweegcarrousel
2
Bijlage 6: Partners betrokken bij de verschillende interventies Prioriteiten WAP Oost
Overzicht interventies die aansluiten bij prioriteiten
A. Herstructurering Wetenschappersbuurt (buurt 15 ) Gebiedsvisie Wetenschappersbuurt en ontwikkeling herstructureringsplannen Onderzoeken of bestaande programma Particuliere Woningverbetering kan worden uitgebreid met een deel van de Wetenschappersbuurt B. Beperken instroom van kansarme bewoners Onderzoek beperking instroom kansarme bewoners (woonruimte verdeelsysteem en Rotterdamwet) Handhaving kamerverhuurbeleid
Betrokken partners
Woonplus, gemeente, BVSO Gemeente, BVSO
Gemeente, Woonplus, BVSO Gemeente, uitzendbureaus, particuliere verhuurder
Mogelijkheden voor alternatieve huisvesting in kantoorpanden/sloopgebieden C. Werk en opleiding voor huidige bewoners Deel Social Return on Investment inzetten voor coaching/scholing, begeleiding Toeleiding jongeren via Startpunt Go (inclusief MOElanders tussen 18 en 25 jaar) naar scholing en of werk
Leerwerkstages voor jongeren van 23 tot 27 jaar Sollicitatietrainingen Mentoren voor (potentiële) drop-outs (Lentiz Life Lab) eerste “wachtmaand” Toepassen van brede school concept - zoals nu al gebeurt - levert bijdrage aan de kansen van kinderen in het secundair onderwijs
Gemeente, Careyn, Lentiz Scholen, schakelklassen, gemeente, SWS Welzijn, gemeente, Lentiz Gemeente Gemeente, SWS Welzijn, Lentiz Gemeente, SWS Welzijn, Lentiz Gemeente, basisscholen
D. Informatie en advies en ondersteuning aan kwetsbare wijkbewoners, vrijwilligers en mantelzorgers Gemeente, SWS Sociaal wijkteam en informatie- en adviespunt voor Welzijn, MDNW MOE-landers Gemeente, Woonplus, ‘Samen buurten’ verkenning in Oost (actief achter SWS Welzijn, de voordeur) Buurtprojecten Gemeente, SWS Ondersteuning vrijwilligers en mantelzorgers via Welzijn, BVSO, informatie- en adviesput Woonplus, politie, vakbond Gemeente, Lentiz, Buurtkracht Oost (klussen door vrijwilligers) BVSO Gemeente Formulieren brigade Welkom in de wijk voor arbeidsmigranten uit MOE-
Gemeente, SWS
Prioriteiten WAP Oost
Overzicht interventies die aansluiten bij prioriteiten
Betrokken partners
landen Pilot project om vrijwilligers te werven en te trainen om buurtbewoners te ondersteunen bij hun administratie
Welzijn Gemeente, Buurtprojecten, SWS Welzijn
Aanpak particuliere verhuurders, handhaving
Gemeente
Integrale straataanpak (overbewoning en overlast bundelen)
Gemeente, Woonplus, energiebedrijf, belastingdienst, politie Gemeente, Woonplus, uitzendbureaus/kamer verhuurders Gemeente , politie, Eneco Gemeente Gemeente, Woonplus Gemeente, Lentiz, BVSO Gemeente
E. Schoon, heel en veilig
Handhaving illegale kamerverhuur in Oost (bundelen) Aanpak hennep kwekerijen Controle vergunningen koffiehuizen, belhuizen focus Buurtbemiddeling Adoptie project tunnel Zamenhof Groot onderhoud openbaar gebied vindt gepland plaats. De lanen worden in deze periode aangepakt. Bewoners worden betrokken bij monitoring van kwaliteitsniveau B regulier beheer van de openbare ruimte Buurt bestuurt Buurtpreventie
F. Versterken sociale binding door netwerken van bewoners en ondernemers Buurten in Oost Activiteiten agenda voor het Archimedesplein
Brede school concept met naschoolse activiteiten om ontwikkeling van kinderen en de buurtfunctie van scholen te stimuleren Bevorderen ouderbetrokkenheid Buurtpreventie-team Ondersteunen en stimuleren initiatieven van bewoners en bedrijven
Gemeente, bewoners, BVSO Gemeente , bewoners, BVSO Gemeente, bewoners, BVSO deels regulier maar uitbreiding kost extra geld naar verwachting 15.000
Gemeente, SWS Welzijn, BVSO Gemeente, SWS Welzijn, BVSO, bewoners Archimedesplein en omgeving Gemeente, scholen
Gemeente, scholen Gemeente, bewoners, BVSO Gemeente, Lentiz, Woonplus
1
Prioriteiten WAP Oost
Overzicht interventies die aansluiten bij prioriteiten
Betrokken partners
G. Verbetering gezondheid Project gericht op daling zuigelingensterfte
Life style project in kader bestrijding overgewicht op leerlingen uit Oost, i.s.m. Lentiz Life Wijksportvereniging
Sportcoaches op pleinen in Oost (aantal: vier) Beweegcarrousel
Gemeente, Maatschappelijk werk, bewoners, SWS Welzijn, buurtprojecten, huisartsen, eventueel zorgkantoor Gemeente, Lentiz Gemeente, sportverenigingen, scholen Gemeente, BVSO, scholen Gemeente, SWS Welzijn, Seniorenwelzijn
2