WICO CAMPUS TIO OVERPELT

WICO CAMPUS TIO OVERPELT

Het technologisch proces. Om een technisch probleem op te lossen gaan we altijd werken volgens een bepaalde methode

FASE 1: We hebben een probleem.

We willen ‘s avonds voor een gezellige sfeer zorgen

FASE 2 We moeten het probleem oplossen. We kunnen dit op verschillende manier doen: thuis: - Kaarsjes - Vrienden uitnodigen - Een sfeerlichtje maken -

We voeren volgens een stappenplan onze opdracht uit.


2

In gebruikname - Testen We nemen ons sfeerlichtje mee naar huis en gebruiken het.

Evaluatie. In deze fase kijken we of ons probleem is opgelost. Is ons probleem niet opgelost komen we terug in fase 1 (probleem) terecht.


3

Werking van de elektrische kring. De elektrische kring kan je vergelijken met een buizensysteem waar mannetjes in lopen. Deze mannetjes noemen we elektronen. Het buizensysteem noemen we geleiders. De schakelaar in de kring kan je vergelijken met een brug. Is de brug omlaag, dan kunnen de mannetjes door. Is de brug omhoog, kunnen de mannetjes niet door. In de lamp lopen de mannetjes door een heel smalle gang. Ze schuren tegen de zijkanten en daardoor ontstaat er warmte, Zoveel warmte dat de buis niet roodgloeiend maar witgloeiend wordt. In de batterij zit een zuur dat de elektronen steeds weer vooruit stuurt.


4

Onderdelen van een elektrische kring: De gloeilamp

De zoemer

De drukknop (schakelaar)

De batterijhouder

Opdracht 1 Controleer of de batterij juist in de batterijhouder zit. +


De motor

-

5

Bouw volgende elektrische schakeling:

STAP 2

STAP 1

Omcirkel het juiste antwoord: Druk op de drukknop: de lamp brandt / de lamp brandt niet. Druk niet op de drukknop: de lamp brandt / de lamp brandt niet

STAP 1

STAP 2

Omcirkel het juiste antwoord: Druk op de drukknop: de zoemer maakt geluid / de zoemer maakt geen geluid. Druk niet op de drukknop: de zoemer maakt geluid / de zoemer maakt geen geluid

STAP 1

STAP 2

Omcirkel het juiste antwoord: Druk op de drukknop: de motor draait / de motor draait niet Druk niet op de drukknop: de motor draait / de motor draait niet


6

Opdracht 2 Maak een verbinding van de verbruikers naar de juiste energievorm.

Toestel

Energievorm

BEWEGING

GELUID

LICHT


7

Opdracht 3 Maak tijdens de proef een verbinding van de verbruikers naar de grotere broertjes in werkelijkheid.


8

Opdracht 4 Omcirkel de voorwerpen die op elektriciteit werken.


9

Opdracht 5 Zoek op door welke personen de voorgangers van de volgende elektrische voorwerpen werden uitgevonden. ( tip: ga naar www.google.be en tik deze namen in ) Maak een verbinding tussen het elektrisch voorwerp en de juiste persoon.

Alessandro Volta 1800

EDISON 1879

Michael Faraday 1821 WICO CAMPUS TIO OVERPELT

10

De microschakeling: (de chip) Ook in ons sfeerlicht maken we gebruik van elektronica. Als we de led ( = modern plastic lampje) bij ons sfeerlichtje bekijken met een vergrootglas dan zien we een zwart blokje. Dit zwart blokje noemen we een chip. Deze zwarte blokjes of chips vinden we ook terug in een GSM- toestel. De chips zorgen ervoor dat de verschillende acties in goede banen geleidt worden. In onze led is de chip verantwoordelijk voor de kleurverandering en de snelheid waarmee dit gebeurt.

chi

Som nog enkele toestellen op waar volgens jouw van deze chips in zitten.


11

Opdracht 6 Sfeerlichtjes heb je in verschillende modellen.

Zoek in reclame folders een aantal sfeerlichtjes. Plak de foto’s op een blad en vul onderstaande tabel in.

Nummer foto Werkt op elektriciteit Werkt niet op elektriciteit Prijs Lichtsterkte Kleur licht

Welk lijkt voor jouw de beste aankoop? Leg dit uit aan de leerling die naast je WICO CAMPUS TIO OVERPELT

12

Opdracht 7 Ontwerp en bouw nu zelf een tweede sfeerlichtje met een aantal materialen die je van je leerkracht krijgt. Ga volgens deze werkwijze te werk: Ontwerp en bouw nu zelf een tweede sfeerlichtje met een aantal materialen die je van je leerkracht krijgt.

Wat ga je maken, hoe gaat het eruit zien? Teken een ontwerp op je schetsblad.

Schrijf hier in het kort op hoe je het zou maken. ( materialen en werkwijze )

Test je sfeerlicht. Wat vind je van je ontwerp?

Voldoet het sfeerlicht aan je verwachtingen?


13

Opdracht 8

Maak een sfeerlicht volgens een stappenplan. 1. De kunststof bodemplaat

Start De bodemplaat wordt gemaakt uit kunststof. Bodemplaat: 180 x 100 mm

Maten controleren

Aftekenen





Aftekenen van een streepje op 10 mm = 1 cm vanaf de korte zijkant. Aftekenen van een punt op 44 mm = 4,4 cm vanaf de korte zijkant.

We herhalen dit vanuit de 4 hoeken. RESULTAAT


14



We verbinden de overstaande punten door een lijn. Schrijf het woordje “plooilijn“, “boorlijn” zoals aangegeven op de foto, op het plaatje.

RESULTAAT



We werken nu op de smalle zijdes op de boorlijnen. Teken 25 mm of 2,5 cm af vanaf de zijkant ( = de 4 boorpunten)

Controle 1


15



Priem de afgetekende punten zoals aangegeven op de foto. Juist op het afgetekende kruispunt. VOORZICHTIG: de priem is scherp

Aftekenen



Leg de mal mooi passend op het werkstuk.

Priemen



Priem een 5de gaatje door het gaatje in de mal.

Priemen

Controle 2


16

Controle 3



Boor de 4 hoekgaatjes op de boorlijn met diameter ( Ø ) 3 mm.

Boren

RESULTAAT

Boren



Boor een gat van diameter ( Ø ) 6 mm in het 5de priem-gat.

Controle 4


RESULTAAT

17

Verwarmen



Leg de plooilijn gelijk met de gloeidraad.

gloeidraad

Plooien



Zodra het plaatje soepel wordt, goed aandrukken in de plooimal.



Aan de andere zijde doe je juist hetzelfde. Gebruik de houten bovenplaat als maatblok.

Controle 5

RESULTAAT


18

2. De houten plaat Aftekenen



Teken een diagonaal.

RESULTAAT



Zet op de diagonaal 40 mm langs beide kanten uit.

A

B

C


19



Teken vanuit hoek C een streepje op 40 mm zowel op zijde AC als op zijde

D

C E

RESULTAAT



Verbind punten D en E met elkaar door een lijn.

B

D

C E A

Controle 6




Zet op lijn (DE) 20 mm uit vanaf punt D en 20 mm vanuit punt E.

20

Priemen



Priem een gaatje op deze 4 punten.

Controle 7

RESULTAAT



Boor 4 gaten op de gepriemde gaatjes met diameter ( Ø ) 12 mm



Draai de bramen rond de gaten weg met de ontbramer.

Boren

Ontbramen

RESULTAAT

Controle 8


21

3. De elektrische kring

Koperfolie plakken



Plak de 2 stukken koperfolie op het MDF- plaatje zoals aangegeven op de foto. Plak ze aan de zijde waar je hebt afgetekend.

RESULTAAT

Controle 9



Plaats de batterijclip op de batterijhouder.



Batterijhouder grof schuren zodat de lijm beter hecht

Batterijclip plaatsen

Batterijhouder grof schuren


22

Batterijhouder plakken



Plak de batterijhouder met warme lijm op het MDF- plaatje zoals aangegeven op de foto.

Lijmstift plaatsen



Plaats de lijmstift zoals op de foto hieronder.


23

In houder plaatsen



Om gemakkelijk te solderen plaats je het werkstuk in de speciale houder

Leds plaatsen



Plaats de leds in de lijmstift LET OP: de beentjes aan juiste kant zoals op de foto

g Lan

je

t been

je ent

K

be ort

e ntj bee g n La

ent

K


24

be ort

je

Beentjes van de leds plooien



Plooi de beentjes van de ledjes. Let op dat je de beentjes niet afbreekt.

RESULTAAT

Polen ( + en - ) aanduiden op het houten plaatje



Zet een plusteken aan de strook van de lange beentjes van de led. Schrijf bij deze strook een plus-teken en het woordje “ ROOD “.

Controle 10


25

+

+ROOD

-

-

Leds solderen

Soldeer de beentjes van de leds vast op de koperstrip.



Controle 11



Soldeer de zwarte draad van de batterij vast aan de koperen min-strook



Vertin (= soldeer) het vrije einde van de “losse” rode draad En soldeer het daarna vast aan de koperen plus-strook

Zwarte draad van de batterij vast solderen

Losse rode draad vast solderen

Controle 12


26

4. Monteren: Beschermfolie verwijderen

Schakelaar monteren



Verwijder de beschermfolie.



Plaats de schakelaar en schroef hem vast.

Controle 13


27

Batterijen plaatsen



Plaats de batterijen. Let op de plus– en de min-pool.

Schakelaar aansluiten



Steek de 2 schuif-klemmen op de schakelaar.



Teken de schroefgaten af met een potlood. Zorg dat de randen overal mooi gelijk liggen.

Controle 14

Schroefgaten aftekenen


28

Priemen



Dichtschroeven



Schroefgaten priemen. Let op: niet te diep !!

Schroef bodem en deksel mooi aan elkaar. Plaats het sfeerlicht op de rand van de tafel om de schakelaar niet te beschadigen

Controle 15

EINDE


29

Ingebruikname en testfase. We nemen nu ons sfeerlichtje in gebruik en we gaan nu testen of het voldoet aan onze verwachtingen.

Opdracht 9 Beantwoord volgende vragen. ( omcirkel het juiste antwoord )      

Valt het sfeerlichtje op? Geeft het voldoende licht? Vind je het veranderend sfeerlicht mooi? Kan je het in ieder interieur plaatsen? Is het veilig? Passen je balpennen erin?



Voldoet het sfeerlichtje aan onze verwachtingen?

Ja

Besluit:

Ja nee


30

Ja Ja Ja Ja Ja nee

nee nee nee nee nee

Opdracht 11 Evaluatie van je werkstuk.

1. Omcirkel het bijpassend icoontje.

Door de leraar

Door de leerling Controle 1 Controle 2 Controle 3 Controle 4 Controle 5 Controle 6 Controle 7 Controle 8 Controle 9 Controle 10 Controle 11 Controle 12 Controle 13 Controle 14 Controle 15


31

2.

Tel het aantal behaalde gezichtjes op en schrijf het cijfer in het vakje achter het icoontje.

Door de leerling:

Door de leraar:

Wil je je cijfer kennen, vul deze gegevens dan in de supercalculator op de computer.


32

WICO CAMPUS TIO OVERPELT

Recommend Documents