WERKOMSCHRIJVING ten behoeve van de elektrotechnische- en werktuigkundige installaties voor de uitbreiding magazijn en kantoren voor Van Praag Montagetechnieken te Hardenberg.
opdrachtgever
projectnummer datum status kenmerk opsteller
Vincarth Holding b.v. Postbus 168 7770 AD HARDENBERG B12.020.A 13 maart 2012 Definitief b12.020.a - wo prg JR
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
WERKOMSCHRIJVING voor het demonteren, leveren, monteren en bedrijfsvaardig opleveren van de elektrotechnische- en werktuigkundige installaties voor de uitbreiding van Van Praag Montagetechnieken aan de Handelsstraat 37 te Hardenberg.
opdrachtgever
Vincarth Holding b.v. Postbus 168 7770 AD HARDENBERG telefoon 0523 – 265641 contactpersoon: de heer A. van Praag
2
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
datum : kenmerk :
Inhoudsopgave 1
Algemeen ....................................................................................................... - 4 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
2
Voor het werk geldende voorwaarden .......................................................... - 5 2.1 2.2 2.3
3
Algemeen .......................................................................................................................... - 14 Standaardisering ............................................................................................................... - 14 Aanvullende voorschriften ................................................................................................ - 14 Parkeergelegenheid .......................................................................................................... - 15 Bouwkundige voorzieningen............................................................................................. - 15 Tijdelijke voorzieningen .................................................................................................... - 16 Sloop en demontage ......................................................................................................... - 16 Brandwerende voorzieningen........................................................................................... - 17 -
Centrale installatietechnische voorzieningen .............................................. - 17 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 4.13 4.14 4.15 4.16 4.17 4.18 4.19 4.20 4.21
5
Van toepassing zijnde voorwaarden en voorschriften ....................................................... - 5 Tekeningenlijst bouwkundige tekeningen .......................................................................... - 5 Administratieve bepalingen aansluitend op de UAVTI 1992 .............................................. - 5 -
Technische voorwaarden ............................................................................. - 14 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
4
Algemene omschrijving van het werk ................................................................................. - 4 Offerte-aanvraag / inschrijving ........................................................................................... - 4 Werkzaamheden derden .................................................................................................... - 4 Aanwijzing ........................................................................................................................... - 4 Inlichtingen ......................................................................................................................... - 4 -
Algemeen .......................................................................................................................... - 17 Infrastructuur .................................................................................................................... - 17 Hemelwaterafvoerinstallaties ........................................................................................... - 17 Binnenrioleringsinstallatie ................................................................................................ - 17 Tapwaterinstallaties .......................................................................................................... - 17 Sanitair .............................................................................................................................. - 18 Brandbestrijdingsinstallatie .............................................................................................. - 18 Gasinstallatie..................................................................................................................... - 18 Centrale verwarming ........................................................................................................ - 19 Koeling .............................................................................................................................. - 20 Mechanische ventilatie installatie .................................................................................... - 20 Regelinstallatie .................................................................................................................. - 22 Veiligheidsaarding ............................................................................................................. - 22 Gemeenschappelijke leidingwegen .................................................................................. - 22 Schakel- en verdeelinrichtingen........................................................................................ - 23 Leidingen en toebehoren .................................................................................................. - 23 Schakelmateriaal ............................................................................................................... - 23 (Nood)verlichtingsinstallatie ............................................................................................. - 23 Data-installatie .................................................................................................................. - 23 Brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie ..................................................................... - 23 Inbraakalarminstallatie ..................................................................................................... - 24 -
Indicatie installatievoorzieningen per ruimte .............................................. - 25 5.1 5.2 5.3
Begane grond .................................................................................................................... - 25 Verdieping ......................................................................................................................... - 29 Gevels................................................................................................................................ - 30 -
Bijlage 1 Bouwkundige tekeningen
3
datum : kenmerk :
1
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Algemeen
1.1
Algemene omschrijving van het werk Het demonteren, leveren, monteren en bedrijfsgereed opleveren van de elektrotechnische en werktuigkundige installaties ten behoeve van de uitbreiding van het magazijn en de kantoren van Van Praag Montagetechnieken aan de Handelsstraat 37 te Hardenberg. De omvang van het werk bestaat uit het detailleren en uitwerken van deze werkomschrijving tot en met de werktekeningen en detailtekeningen, alsmede het demonteren, leveren, coördineren, plaatsen, monteren, aansluiten, testen en geheel bedrijfsvaardig opleveren van de installaties, inclusief het vervaardigen van revisietekeningen en -gegevens. Ook behoort tot deze werkomschrijving en daarmee tot de werkzaamheden van de aannemer de volledige ontwerpdetaillering alsmede de algehele coördinatie met betrekking tot de gemeente, nutsbedrijven, brandweer en andere goedkeurende instanties. Als zodanig gekenmerkte nota’s van inlichtingen dan wel nota’s van wijzigingen kunnen deel uitmaken van deze werkomschrijving. Tot deze werkomschrijving behoren tevens de tekeningen volgens onderstaande ‘tekeningenlijst’.
1.1.1
Stelposten De volgende stelposten dienen in de aanbieding te worden opgenomen: Stelpost tijdelijke voorzieningen, groot € 6.000,00 excl. BTW ; voor onvoorziene werkzaamheden van tijdelijke aard. Bovengenoemde stelpost dient afzonderlijk in de offerte opgenomen te worden.
1.1.2
Plaats werkzaamheden De plaats waar het werk zal worden gerealiseerd is gelegen: in de gemeente : Hardenberg adres : Handelsstraat 37 postcode en plaats : 7772 TS te Hardenberg
1.2
Offerte-aanvraag / inschrijving De inschrijver moet, naast de offerte, bij de aanbieding tevens een per werkomschrijvingsartikel gespecificeerde open begroting met recapitulatie overleggen, inclusief de gespecificeerde aanbiedingen van alle voorgestelde onderaannemers en leveranciers. De aanbieding dient gedurende 60 dagen gestand gedaan te worden.
1.3
Werkzaamheden derden Door derden zullen de volgende werkzaamheden en leveringen worden verricht: Afvoer van hemelwater tot één meter buiten de gevel; Riolering en hemelwaterafvoer in het terrein vanaf één meter buiten de gevel; Materialen brandwerende doorvoeren; Vervangen telefooncentrale voor Internet-telefonie.
1.4
Aanwijzing Een aanwijzing kan worden gehouden na een schriftelijk verzoek van de aannemer op een nader te bepalen datum en tijdstip.
1.5
Inlichtingen Inlichtingen kunnen schriftelijk worden verkregen bij: Van Praag Montagetechnieken Handelsstraat 37 7772 TS Hardenberg telefoon 0523 – 265641 contactpersoon: de heer A. van Praag
4
datum : kenmerk :
2
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Voor het werk geldende voorwaarden
2.1
Van toepassing zijnde voorwaarden en voorschriften Van toepassing zijn de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van Technische Installatiewerken 1992 (UAVTI 1992), aangevuld met de hierna genoemde aanvullingen en wijzigingen.
2.2
2.3 2.3.1
Tekeningenlijst bouwkundige tekeningen Tekeningnr.
Omschrijving
Datum
2828 B1 2828 B2 2828 B3
Albert Boessenkool bna - Gevels gewijzigd Albert Boessenkool bna - Plattegrond begane grond Albert Boessenkool bna - Plattegrond verdieping
10.01.2012 10.01.2012 10.01.2012
Administratieve bepalingen aansluitend op de UAVTI 1992 Aanduidingen, begripsbepalingen § 1. lid 1. aanvullen met : Waar in deze werkomschrijving wordt gesproken over ‘installateur’ en/of ‘aannemer’ dient hieronder te worden verstaan de aannemer aan wie de uitvoering van deze werkomschrijving is opgedragen. Daar waar sprake is van ‘onderhoudstermijn’ dient gelezen te worden ‘onderhouds- of servicetermijn’.
2.3.2
Van toepassing zijnde voorschriften, tegenstrijdige bepalingen § 2. lid 2. wijzigen in: Tot de werkomschrijving behoren mede, als waren zij er letterlijk in opgenomen, de op het werk van toepassing verklaarde Beoordelingsrichtlijnen (BRL) en de Nederlandse Normen (NEN), Nederlandse Praktijkrichtlijnen (NPR) en Nederlandse Voornormen (NVN), alsmede de als Nederlandse Norm aanvaarde buitenlandse normen en richtlijnen, uitgegeven door het Nederlands Normalisatie Instituut (NNI) zoals deze drie maanden voor de dag van de aanbesteding luiden en met inbegrip van de vermelde correctiebladen en de aanvullingen op bovengenoemde normen en richtlijnen. § 2. lid 4. wijzigen in: Bij tegenstrijdigheden wordt het meest omvangrijke geacht in de aanneemsom te zijn begrepen.
2.3.3
Gevolmachtigde van de aannemer § 4. aanvullen met: Lid 4. De directie heeft het recht de door de aannemer voorgestelde gemachtigde af te wijzen en deze te verzoeken een andere gemachtigde voor te stellen.
2.3.4
Verplichtingen van de opdrachtgever §5. lid 1. aanvullen met: De opdrachtgever kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de juistheid van de gegevens op via hem verstrekte tekeningen of gewaarmerkte tekeningen van beheerders van kabels en leidingen.
2.3.5
Verplichtingen van de aannemer §6. lid 2. aanvullen met: In de werkomschrijving en op de tekeningen bij deze werkomschrijving zijn alle benodigde gegevens en ontwerpuitgangspunten aangegeven die van belang zijn voor het ontwerp en de prijsvorming, alsmede de functionele eisen, waaraan de beschreven installaties moeten voldoen. De aannemer werkt deze gegevens verder uit ten behoeve van de uitvoering en stelt aan de hand van de op de hierna genoemde werktekeningen aan te geven definitieve uitvoeringsvormen de definitieve dimensioneringen en selecties van onderdelen en componenten vast. Indien de aannemer van mening is dat de in de werkomschrijving of de tekeningen bij deze werkomschrijving aangegeven installaties niet voldoen aan de voorgeschreven functionele eisen, dient hij dat vóór of direct na de aanbesteding aan de directie te melden.
5
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Werk-, detail- en sparingstekeningen: De aannemer moet van de installaties alle benodigde werk-, detail-, sparings- en overige uitvoeringstekeningen vervaardigen. Op deze werktekeningen moeten alle voor de beoordeling, de uitvoering en de coördinatie van belang zijnde componenten gemaatvoerd zijn aangegeven. Daarbij dienen de werkomschrijving en de tekeningen bij deze werkomschrijving zoveel mogelijk te worden gevolgd met inachtneming van en aanpassingen aan de werkelijke bouwuitvoering, zoals die blijkt uit de door de directie voor dat doel ter beschikking te stellen bouwkundige tekeningen en overige gegevens. De werk-, detail- en sparingstekeningen moeten in witdruk in tweevoud ter goedkeuring bij de directie worden ingediend, op een zodanig tijdstip dat voor controle door de directie en correctie door de aannemer een voldoende (nader overeen te komen) periode beschikbaar is zonder dat de tijdige bestelling van onderdelen dan wel de uitvoering in gevaar kan komen. De tekeningen dienen vergezeld te worden van de bijbehorende berekeningen en overige van belang zijnde gegevens. De werktekeningen moeten vervaardigd worden op schaal 1:50 of 1:100. Indien de aannemer hiervan wenst af te wijken, moet hij hiervoor toestemming hebben van de directie. De ingediende tekeningen zullen, na controle, in enkelvoud geretourneerd worden aan de aannemer, voorzien van hetzij een goedkeuring, hetzij van eventuele bemerkingen, waarna gecorrigeerde tekeningen wederom in witdruk in drievoud moeten worden ingediend. De goedgekeurde werktekeningen moeten als witdruk in tweevoud ter beschikking worden gesteld aan de directie en als witdruk in enkelvoud aan alle overige bouwpartners (te rekenen op vier partijen) ter coördinatie en informatie. Voordat de goedkeuring is verkregen mag een tekening niet in het werk of ter vervaardiging van onderdelen worden gebruikt. Bij iedere indiening van tekeningen dient de aannemer deze te laten vergezellen van een geactualiseerde tekeningenlijst. Deze tekeningenlijst dient minimaal de volgende gegevens te bevatten: projectgegevens tekeningnummer omschrijving van de tekening datum laatste uitgifte status van de tekening markering van de meegestuurde tekeningen Sparingstekeningen en opgave bouwkundige voorzieningen: De aannemer moet, in overleg met de overige aannemers en in overeenstemming met de bouwkundige en constructieve eisen, de voor de installaties te houden sparingen, achterhout, opstortingen e.d. en/of te maken doorvoeringen en andere bouwkundige voorzieningen bepalen. De aannemer verwerkt deze op de hem ter beschikking gestelde sparingstekeningen en draagt daarbij zorg voor tijdige verstrekking van de nodige gegevens overeenkomstig de met de overige aannemers te maken afspraken ten aanzien van de coördinatie en het roulatieschema. De meerkosten, die ontstaan als gevolg van door de aannemer foutief of niet tijdig opgegeven sparingen en andere bouwkundige voorzieningen, zijn voor zijn rekening. Tot de verplichtingen van de aannemer behoort tevens het aftekenen van de eventuele sparingen en boorgaten in het werk, alsmede de controle van de sparingen in de bekistingen. 6 Goedkeuring door de directie van de door de aannemer vervaardigde tekeningen en/of berekeningen ontheft de aannemer niet van zijn verantwoordelijkheid voor de goede uitvoering en
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg deugdelijkheid van het door hem uitgevoerde werk en vindt plaats onder uitdrukkelijke uitsluiting van enigerlei verantwoordelijkheidsovername door de directie. §6. lid 3. aanvullen met: De aansluitkosten van het werk of het te realiseren gebouw op de externe openbare (nuts)voorzieningen komen niet voor rekening van de aannemer. De kosten van de aansluitingen van de werk-, opslag- en schaftketen van de aannemer zijn wel voor rekening van de aannemer. §6. lid 7. aanvullen met: Bij het niet goed functioneren van de installaties is de aannemer verplicht zijn medewerking te verlenen bij de opsporing van de mogelijke gebreken en het verhelpen van deze. Mocht de aannemer in gebreke blijven dan heeft de directie het recht de werkzaamheden door derden te laten uitvoeren voor rekening van de aannemer. §6. lid 9. aanvullen met: De aannemer vrijwaart de opdrachtgever ook voor alle aanspraken, voortvloeiende uit het gebruik of de toepassing van materialen of constructies, waartoe hij krachtens aan anderen verleende of bestaande octrooirechten, auteursrechten of andere intellectuele eigendommen niet is gerechtigd, tenzij deze materialen of constructies uitdrukkelijk zijn voorgeschreven in de werkomschrijving, alsdan vrijwaart de opdrachtgever de aannemer. §6. lid 10. aanvullen met : De aanvraag tot aansluiting op het leidingnet van het gas-, water-, warmte- of elektriciteitsleverend bedrijf wordt door de aannemer tijdig bij dit (nuts)bedrijf ingediend. Met tijdig wordt bedoeld dat de aannemer dit vroegtijdig doet, zodat geen vertraging in de voortgang van het werk ten gevolge van eventueel te late aansluiting ontstaat. Het vervaardigen van de nodige stukken, zoals tekeningen, berekeningen en andere informatie behoort tot de verplichtingen van de aannemer. Eventuele kosten voor keuringen en kosten van herkeuringen van de installaties, inclusief de kosten van het aanvragen, zijn voor rekening van de aannemer. De aanvraag bij de brandweer voor goedkeuring van de tekeningen betreffende de (installatie)technische brandveiligheidsvoorzieningen moet door de aannemer worden verzorgd. Voordat met de montage aangevangen wordt, dient de aannemer aan te tonen dat de bij de aanvraag gevoegde plantekeningen door het desbetreffende openbare nutsbedrijven en/of nutsvoorzieningen zijn goedgekeurd. §6. lid 12. aanvullen met : Indien de aannemer een of ander werk uitvoert dat niet in overeenstemming is met de gebruikelijke bouwcodes, wetsvoorschriften, plaatselijke verordeningen of de gebruikelijke bedrijfsvoorschriften, dan zal hij alle kosten dragen welke betrekking hebben op de correctie. §6. lid 13. aanvullen met : Wijzigingen van lonen en sociale lasten of van prijzen, huren en vrachten zijn niet verrekenbaar. De prijsaanbieding is vast tot einde werk. §6. lid 14. aanvullen met : In het geval dat er verschillen zijn tussen specificaties, bouwcodes, wetsvoorschriften, plaatselijke verordeningen of de gebruikelijke bedrijfsvoorschriften en de besteksstukken zal het meest dwingende van toepassing zijn. De aannemer zal onmiddellijk de directie inlichten als een dergelijk verschil zich voordoet.
7
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg §6. lid 16. aanvullen met : De aannemer is verplicht het afval en de vrijkomende verontreiniging van ruimten en objecten, direct of indirect ontstaan tengevolge van zijn werkzaamheden of die van onderaannemers, regelmatig en zo vaak als de directie dat eist, doch minstens één maal per dag, op te ruimen en minstens één maal per week af te voeren van het bouwterrein. Chemisch of anderszins verontreinigd afval moet door de aannemer voor zijn rekening en conform de geldende voorschriften van de betreffende wetgeving naar geautoriseerde verwerkingsbedrijven afgevoerd worden. Dit geldt ook voor de kosten van het afvoeren van de uit het werk komende ionisatiemelders. Een stort- en/of afvoerverklaring dient aan de directie overhandigd te worden. De aannemer dient afdoende maatregelen te treffen ter bescherming van installaties en materialen tegen vocht, stof, corrosie, weersinvloeden, beschadiging en verontreiniging door eigen werkzaamheden of werkzaamheden van anderen. Kosten voor de schoonmaak of vernieuwing van de onherstelbaar vervuilde of beschadigde onderdelen is geheel voor rekening van de aannemer. Tijdens werkzaamheden met open vuur of werkzaamheden waarbij op andere wijze verhitting kan optreden, dient de aannemer er zorg voor te dragen voor de aanwezigheid van doeltreffende brandblusmiddelen (brandblussers, branddekens etc.). Genoemde werkzaamheden mogen niet langer dan één uur voor einde werktijd plaatsvinden en moeten gevolgd worden door een grondige inspectie aan het einde van de werktijd. Het gebruik van en de aanwezigheid op het werk van alcoholhoudende dranken en andere verdovende en/of stimulerende middelen is ten strengste verboden. De directie kan het gebruik van radio's en geluidproducerende apparaten op het werk en het bouwterrein verbieden. Geluidsproducerende werkzaamheden dienen in goed overleg met de directie uitgevoerd te worden. Het Veiligheids- & Gezondheidsplan (V&G-plan) zoals bedoeld in artikel 2.27 van §2 - afdeling 5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit (Stb 1997, 60) maakt onderdeel uit van deze werkomschrijving. Ingevolge het bepaalde in artikel 2.37 van het Arbeidsomstandighedenbesluit (Stb 1997, 60) wordt de V&G-coördinator door de aannemer van deze werkomschrijving aangesteld en deze geeft uitvoering aan de coördinatietaken zoals genoemd in artikel 2.34 van §3 - afdeling 5 van het Arbobesluit dan wel in aanvullende en opvolgende regelgeving. §6. leden 26. t/m 29. aanvullen met: Voordrachten voor de door de aannemer in te schakelen onderaannemers dienen tijdig bij de directie te worden ingediend. De voordracht dient vergezeld te gaan van informatie over kwaliteit, ervaring, capaciteit en solvabiliteit van de betreffende onderaannemer. De directie kan met opgaaf van redenen haar goedkeuring voor een onderaannemer weigeren, waarbij, indien de begroting van de aannemer mede is gebaseerd op prijzen welke zijn opgegeven door een niet goedgekeurde onderaannemer, de aannemer geen aanspraak heeft op verrekening van eventuele hogere kosten ten gevolge van het door de directie niet goedkeuren van deze onderaannemer. De aannemer staat niet toe dat onderaannemers onderdelen van het werk uitbesteden zonder een daartoe verkregen schriftelijke toestemming van de directie. De directie is gerechtigd haar eens gegeven goedkeuring in te trekken, indien de onderaannemer en/of leverancier naar het oordeel van de directie de voortgang van de werkzaamheden belemmert dan wel anderszins hierop een schadelijke invloed uitoefent.
8
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg §6. aanvullen met: Lid 31. De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen alle aanspraken van derden voortvloeiend uit het gebruik of de toepassing van materialen en constructies, waartoe hij krachtens aan anderen verleende octrooi- of auteursrechten niet is gerechtigd. De aannemer vrijwaart de opdrachtgever eveneens voor alle schadelijke gevolgen voor zijn rekening te nemen van het door de aannemer niet nakomen van wetten of algemeen bindende voorschriften, tenzij de niet nakoming hiervan niet voor risico van de aannemer kan worden geacht. §6 .aanvullen met: Lid 32. Tot onderdelen van het werk worden tevens gerekend alle voor een juiste uitvoering te vervaardigen werk-, detail- en sparingstekeningen, alsmede constructiedetails. §6 .aanvullen met: Lid 33. De aannemer dient zijn werkdagen en werktijden aan te passen aan de wens van de opdrachtgever, met dien verstande dat de gewenste werktijden kunnen liggen tussen 7.00 uur en 19.00 uur op normale werkdagen. §6 .aanvullen met: Lid 34. Desgevraagd moet de aannemer aan de opdrachtgever een opgave verstrekken van alle bij de uitvoering van de opdracht betrokken personen. De aannemer en zijn medewerkers dienen alle informatie die hen ter kennis komt met betrekking tot het onderhavige werk of anderszins met betrekking tot de opdrachtgever, hetzij direct hetzij indirect, vertrouwelijk te behandelen. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten op te nemen.
2.3.6
Datum van aanvang §7. lid 1. wijzigen in: De datum van aanvang is vastgesteld op medio april 2012.
2.3.7
Uitvoeringsduur, uitstel van oplevering §8. lid 1. aanvullen met: Het gehele werk moet uiterlijk op 1 september 2012 opgeleverd zijn.
2.3.8
Beproeving §8a. lid 1. aanvullen met: Het werk moet worden beproefd, waarbij de beproeving minimaal zal bestaan uit: het beproeven van alle installaties en installatiedelen; alle beproevingen en metingen die nodig zijn om de juiste werking van het geleverde aan te tonen. §8a. lid 3. aanvullen met: Bij de beproeving moet gebruik gemaakt worden van voor de betreffende metingen geschikte en voldoende nauwkeurige meet- en registratieapparatuur ter goedkeuring van de directie. Alle benodigde meet- en registratieapparatuur, materialen, diensten, bedienings- en hulppersoneel zijn voor rekening van de aannemer.
2.3.9
Opneming en goedkeuring §9. lid 5. wijzigen in: Goedkeuring van het werk kan uitsluitend blijken uit een schriftelijke kennisgeving van de directie dan wel uit een door de opdrachtgever, de aannemer en de directie ondertekend proces-verbaal van oplevering.
9
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
2.3.10 Oplevering §10. lid 1. wijzigen in: Oplevering van het werk kan uitsluitend blijken uit een schriftelijke kennisgeving van de directie dan wel uit een door de opdrachtgever, de aannemer en de directie ondertekend proces-verbaal van oplevering.
2.3.11 Oplevering (UAVTI) §10. lid 1. wijzigen in: Oplevering van het werk kan uitsluitend blijken uit een schriftelijke kennisgeving van de directie dan wel uit een door de opdrachtgever, de aannemer en de directie ondertekend proces-verbaal van oplevering. §10. lid 3. aanvullen met: De aannemer moet rekening houden met vervroegde ingebruikneming van het gebouw of ruimten in het gebouw. §10. aanvullen met: Lid 4. Revisiegegevens © Revisietekeningen worden vervaardigd in AutoCAD volgens een nader af te spreken tekenprotocol. Van alle werkzaamheden dienen revisiegegevens vervaardigd te worden. Op het moment van oplevering moet door de aannemer een complete set concept-revisietekeningen, meetrapporten, keuringsrapporten etc. in tweevoud aan de directie overhandigd worden. De definitieve revisiegegevens moeten, in drievoud, inclusief onderhoudscontract en onderhoudsen bedieningsvoorschriften uiterlijk één maand na oplevering zowel als witdruk als digitaal © (AutoCAD en *.PDF-formaat) ingeleverd worden bij de directie. De revisiegegevens dienen in ringbanden (4-rings) met een éénduidige hoofdstukindeling en tabverwijzing ingeleverd te worden. De digitale bestanden worden in dezelfde hoofdstukindeling op een CD-ROM aangeleverd Voor zover het weg te werken onderdelen betreft dienen deze tekeningen ter goedkeuring aan de directie te worden aangeboden, voordat genoemde onderdelen aan het oog onttrokken worden. Hiervan kan afgeweken worden indien dit schriftelijk verzocht is en een nader tijdstip met goedkeuring van de directie schriftelijk is overeengekomen. De bouwkundige onderleggers van de gebouwen zijn digitaal beschikbaar. Van de aanwezige installaties zijn niet alle revisietekeningen (witdruk en digitaal) beschikbaar.
2.3.12 Onderhoudstermijn (UAVTI) §11. lid 1.aanvullen met: De onderhouds- of servicetermijn bedraagt 12 maanden. Verdergaande garantietermijnen van fabrikanten, leveranciers en onderaannemers blijven onverkort gehandhaafd. De verplichtingen volgend uit dit artikel zijn onverkort van toepassing ook indien de opdrachtgever de installatie door anderen dan de aannemer van het werk laat beheren, onderhouden en/of wijzigen. De garantie geldt niet voor door anderen uitgevoerde wijzigingen. Goedkeuring van het werk na afloop van de onderhouds- of servicetermijn kan uitsluitend blijken uit een schriftelijke kennisgeving van de directie dan wel uit een door de opdrachtgever, de aannemer en de directie ondertekend proces-verbaal van tweede oplevering.
2.3.13 Afsluiting, reclame §16. lid 1.aanvullen met: Afsluiting van het terrein en het werk wordt gerealiseerd door de bouwkundig aannemer.
10
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg §16. lid 3.wijzigen in: Reclame is alleen toegestaan in de vorm van naamsvermelding van de aannemer op een verzamelbord tegen vergoeding door de aannemer van de daaraan verbonden kosten. Het verzamelbord en de opstelling daarvan behoeven de goedkeuring van de directie. §16. aanvullen met: Lid 4. Het is de aannemer niet toegestaan de installatie of installatiedelen te voorzien van reclameuitingen. §16. aanvullen met: Lid 5. Voor het maken van foto's, films of video-opnamen en dergelijke van het werk, het verlenen van medewerking daaraan en het geven van publiciteit inzake het werk, is schriftelijke toestemming van de opdrachtgever noodzakelijk. §16. aanvullen met: Lid 6. Als voorwaarde voor publicatie in welke vorm dan ook geldt dat de uitdrukkelijke toestemming van de opdrachtgever is verkregen en dat in overleg met opdrachtgever en de betrokkenen de naam van het project, de opdrachtgever en de directie duidelijk vermeld dienen te worden.
2.3.14 Verwerking van bouwstoffen §17. lid 2.wijzigen in: Opdrachtgever noch directie zijn gehouden bouwstoffen voor verwerking te keuren. De aannemer mag uitsluitend bouwstoffen verwerken die voldoen aan de bestekseisen en de daarvoor vigerende normen en voorschriften. Vervanging van ondeugdelijke bouwstoffen komt geheel voor rekening van de aannemer. §17. lid 5.aanvullen met: Schriftelijke goedkeuring van de directie is hiervoor vereist.
2.3.15 Keuring van bouwstoffen §18. lid 1.wijzigen in: Bouwstoffen worden, voordat zij in het werk worden gebracht, door de directie gekeurd voor zover de directie dat eist. Door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd.
2.3.16 Oude bouwstoffen §21. lid 2. aanvullen met: Vrijkomende materialen met inbegrip van afval en verpakkingsmateriaal, die door de aannemer afgevoerd moeten worden en die onderdelen en/of stoffen bevatten die belastend zijn voor het milieu, moeten afgevoerd en/of verwerkt worden in overeenstemming met de op dat moment geldende milieuwetgeving. Bewijsvoering in de vorm van afleverings- en/of verwerkingsbewijzen moet op verzoek van de directie worden overgelegd.
2.3.17 Garantie voor een onderdeel §22. aanvullen met: Lid 5. Alle onderdelen moeten worden gegarandeerd. De garantie geldt voor een periode van minstens één jaar, tenzij de betreffende fabrikant een langere termijn garandeert. In dat geval neemt de aannemer de langere garantieperiode over.
2.3.18 Loodsen en andere hulpmiddelen §23. aanvullen met: Lid 4. De aannemer dient zelf zorg te dragen voor opslagruimten voor gereedschappen, materialen en onderdelen en de eventueel benodigde bureau- en tekenruimten. De plaats en uitvoering hiervan behoeven de goedkeuring van de directie.
11
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg De aannemer is verplicht erop toe te zien dat deze lokaliteiten door zijn personeel op ordelijke en nette wijze worden gebruikt. De bijbehorende aansluitingen en afvoeren (ten behoeve van de opslagruimten voor gereedschappen, materialen en onderdelen en de eventueel benodigde bureau- en tekenruimten) alsmede het verbruik van gas, water en elektriciteit, zijn voor rekening van de aannemer. De keten mogen niet door elektrische energie worden verwarmd.
2.3.19 Hulpmiddelen van de opdrachtgever §24. aanvullen met: Lid 4. De volgende hulpmiddelen moeten tijdens de uitvoering- en beproevingsperiode door de aannemer, respectievelijk de opdrachtgever of derden worden verzorgd: Elektrische energie Opdrachtgever Water Opdrachtgever Loop-, oriëntatie- en werkverlichting Aannemer Aansluitpunten handgereedschap Aannemer Transportmiddelen Aannemer Zwaar transport Aannemer Steigers en rolsteigers Aannemer -
2.3.20 Algemeen tijdschema, werkplan §26. lid 1. aanvullen met: Het algemene tijdschema dient te worden opgesteld en dient in nauw overleg met de overige bouwpartners opgesteld te worden. De indeling van de tijdsduur op het algemeen tijdschema moet worden aangegeven in kalenderdagen. §26. aanvullen met: Lid 8. De werkzaamheden in het bestaande gebouw zijn afhankelijk van de bezetting en toegankelijkheid van de gebouwen. Bij de werkzaamheden in de bestaande kantoren en de hal dient er rekening mee gehouden te worden dat het bedrijfsproces ongehinderd doorgang moet kunnen vinden. Een flexibele opstelling van de aannemer wordt hierin verwacht. De werkzaamheden in kantoor 1 en 2 kunnen aanvangen als in het nieuwe gedeelte van de showroom (begane grond 83,82m2) een tijdelijk kantoor is ingericht en in bedrijf genomen. §26. aanvullen met: Lid 9. De door derden uit te voeren werkzaamheden dienen te worden opgenomen en ingepast in het verlangde algemene tijdschema. Hierbij dient ook rekening te worden gehouden met leveringen en werkzaamheden vanwege de directie die niet tot de verplichting van de aannemer behoren, maar wel in direct verband staan met het werk.
2.3.21 Wijzigingen in de uitvoering §34. aanvullen met: Goedkeuring door de directie van de door de aannemer voor te stellen andere constructie- en of uitvoeringswijzen, met de eventueel daaruit voortvloeiende aanpassing van andere werken en werkzaamheden, zal in geen geval kunnen leiden tot het door de aannemer in rekening brengen van meerwerk. De directie aanvaardt ondanks haar goedkeuring geen verantwoordelijkheid voor de deugdelijkheid van de betreffende voorstellen van de aannemer. De kosten voor het eventueel vervaardigen van nieuwe, of het wijzigen van bestaande tekeningen of berekeningen als gevolg van deze voorstellen zijn voor rekening van de aannemer, evenals de kosten van eventueel in te schakelen architect, constructeur, of overige adviseurs, inclusief bijkomende kosten zoals verschotten en dergelijke. Indien de hierboven genoemde voorstellen van de aannemer noodzakelijk zijn ten gevolge van door derden gemaakte fouten, dan komen alle bovengenoemde kosten voor rekening van de betreffende derden, waarbij de verrekening van deze kosten dient plaats te vinden zonder tussenkomst van de opdrachtgever of de directie.
12
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
2.3.22 Verrekening van meer en minderwerk §35. lid 1. aanvullen met: Verrekening van meer- en minderwerk vindt uitsluitend plaats indien voor dat werk van tevoren schriftelijk opdracht is verstrekt door of namens de opdrachtgever. Dit geldt ook voor de bestedingen van de stelposten. Met betrekking tot meer- en minderwerk of besteding van stelposten, dienen direct na het overeenkomen hiervan door de aannemer een prijsopgave, gebaseerd op het rekenschema van de ingediende aanbieding of de overeengekomen opdracht, ingediend te worden bij de directie. In het overeengekomen rekenschema worden alle kosten, toeslagen, ontwerp-, voorbereidings- en begeleidingskosten, winst en risico geacht te zijn inbegrepen, zodat daarnaast geen vergoedingen, hoe ook genaamd, verschuldigd zijn.
2.3.23 Bestekswijzigingen §36. lid 3. wijzigen in: De aannemer dient de wijzigingen als bedoeld in lid 1. uit te voeren, ook wanneer daardoor de omvang van het werk vermeerderd of verminderd. §36. lid 4. wijzigen in: Bestekswijzigingen worden verrekend overeenkomstig het bepaalde voor verrekening van meer- en minderwerk.
2.3.24 Stelposten §37. lid 3 t/m 6 en 8 t/m 10. vervallen. §37. aanvullen met: Lid 13. Voor uit stelposten te besteden werkzaamheden en leveranties zal de aannemer een gespecificeerde aanbieding indienen. Na overeenstemming over de aanbieding zal de directie aan de aannemer een schriftelijke opdracht verstrekken voor de uitvoering en/of de levering. Verrekening van de opgedragen werkzaamheden en leveranties uit stelposten geschiedt overeenkomstig het bepaalde voor de verrekening van meer- en minderwerk. Indien na voltooiing blijkt dat de stelposten in het geheel of maar gedeeltelijk door de aannemer zijn besteedt, geeft dit de aannemer geen recht op enige vergoeding over het niet besteedde bedrag.
2.3.25 Betaling §40. lid 1. aanvullen met: Waar in dit verband ‘aannemingssom’ staat, dient ‘aannemingssom exclusief stelposten’ gelezen te worden. §40. lid 2. aanvullen met: De betaling van de aannemingssom geschiedt op basis van termijnen. De bepaling van de op de stand van het werk gebaseerde termijnen (periodiek verschijnend of in vaste bedragen) dient nader overeen te worden gekomen. Uitgangspunt: 6 termijnen van 15 % 1 termijn van 5% 1 termijn van 5% zodra het werk is opgeleverd en de goedgekeurde definitieve revisietekeningen en bedieningsvoorschriften zijn ingediend. Een betalingstermijn, met uitzondering van de laatste twee, vervalt zodra de waarde van het uitgevoerde werk 5% meer bedraagt dan de som van deze termijn en de voorafgaande termijnen. §40. lid 6. aanvullen met: De genoemde declaratie is vereist. Declaraties, te naamgesteld aan de opdrachtgever, indienen bij de directie, waarbij één originele factuur tezamen met twee gewaarmerkte kopieën zijn vereist.
13
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
2.3.26 Kortingen §42. lid 1. aanvullen met: De opdrachtgever legt wegens te late oplevering van het werk aan de aannemer een kortingsbedrag op. §42. lid 2. aanvullen met: Het bedrag van de korting wegens te late oplevering bedraagt € 500,00 per dag.
2.3.27 Zekerheidsstelling §43b. lid 2. wijzigen in: Onverminderd de aansprakelijkheid van de aannemer krachtens de bepalingen van de Wet en de werkomschrijving zal door de aannemer ten behoeve van dit werk een Constructie All Risk (CAR) verzekering worden afgesloten.
3 3.1
Technische voorwaarden Algemeen De installaties dienen volgens onderstaande bepalingen en voorschriften ontworpen en uitgevoerd te worden. De aannemer dient, naast een conventioneel ontwerp, een energiezuinig ontwerp aan te bieden, waarbij te denken valt aan warmteterugwinning, warmtepompen en/of PV-panelen. Deze beide ontwerpen dienen voorzien te worden van een exploitatieberekening, waaruit de energiebesparing blijkt.
3.2
Standaardisering Ten behoeve van een doelmatig onderhoud moeten: a) toe te passen componenten van de installaties van een in Nederland gangbaar fabricaat en type zijn. b) regelmatig te onderhouden en/of te inspecteren onderdelen goed blijvend toegankelijk zijn. c) fabricaten en typen moeten zoveel als mogelijk worden uitgevoerd conform de bestaande en op het terrein aanwezige installaties. Voordat met de revisietekeningen en –gegevens gestart wordt dient afstemming en met de directie plaats te vinden.
3.3
Aanvullende voorschriften Bij de uitvoering van het werk dienen installaties, samenstellende materialen en werkwijze bij de aanleg te voldoen aan, dan wel te geschieden volgens, de vigerende normen, voorschriften en beschikkingen zoals: Normbladen, voorschriften, praktijkrichtlijnen en correctieblad(en) van het Nederlands Normalisatie Instituut. NEN 1010:2007+C1:2008/A1:2011+C1:2011 (nl) Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties. NPR 5310:2007+A3:2011 (nl) Nederlandse Praktijkrichtlijn bij NEN 1010. NEN 2535:1996 (nl) Brandmeldinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen. NEN 2535:1996/A1:2002 (nl) Wijzigingsblad – Brandmeldinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen. NEN 2575:2004 (nl) Ontruimingsinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen. NEN 2575:2004/C1:2006 (nl) Correctieblad – Ontruimingsinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen. NEN 2654-1:2002 (nl) Beheer, controle en onderhoud van brandbeveiligingsinstallaties – Deel 1: Brandmeldinstallaties. NEN 2654-2:2004 (nl) Beheer, controle en onderhoud van brandbeveiligingsinstallaties – Deel 2: Ontruimingalarminstallaties.
14
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
datum : kenmerk :
-
NPR 2576:2005 (nl) Functiebehoud bij brand – Richtlijn voor bekabeling, ophanging en montage van transmissiewegen. NEN 3140:2011 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties – Laagspanning. NEN-EN 12464-1:2011 (en) Light and lighting – Lightning of work spaces – Part 1 : Indoor work places. NEN-EN 1838:1999 (nl) Toegepaste verlichtingstechniek – Noodverlichting. Verder alle door het Nederlands Normalisatie Instituut vastgestelde normen en normontwerpen voor zover betrekking hebbende op dit werk. EMC-richtlijnen. CE-markeringen op de producten. NVBR – Brandbeveiligingsinstallaties:2010. Arbeidsinspectie. Arbeidsomstandighedenwet. Bouw- en Woningtoezicht. Brandweer. Energieleverende bedrijven (nutsbedrijven). KPN- en CAI-bedrijven. Eventueel overige ter plaatse geldende voorschriften van overheidswege. Overigens is § 2. van de UAVTI-1992 onverkort van toepassing. Voor de hierboven genoemde normen wordt uitgegaan van de laatste uitgave drie maanden voor op het moment van de aanbesteding, met inbegrip van aanvullingen en interpretaties. Voor die installaties of gedeelten daarvan, behorende tot de levering volgens deze werkomschrijving, waaraan bij ingebruikname of toepassing ervan van overheidswege of andere daartoe bevoegde instanties voorschriften zijn verbonden dient de aannemer de installatie(s) hiermede in overeenstemming te brengen. Door de aannemer dienen de vereiste formaliteiten te worden verricht, formulieren ingevuld en ingediend te worden ter verkrijging van de vereiste vergunningen, machtigingen, ontheffingen etc. om de installatie(s) volgens de voorschriften in bedrijf te kunnen nemen. Voor het invullen van op de opdrachtgever of (toekomstige) gebruiker betrekking hebbende gegevens dienen de betreffende bescheiden bij de directie te worden ingediend. De verkregen vergunningen, machtigingen, ontheffingen etc. dient schriftelijk, vergezeld van de originele bescheiden, aan de directie te worden overhandigd. De hieraan verbonden kosten en/of werkzaamheden zijn voor rekening van de aannemer en dienen in de prijs begrepen te zijn. Voor zover van toepassing dienen de materialen en/of samenstellende delen ervan te zijn voorzien van een KEMA-keurmerk en CE-markering, dan wel dienen zij gedekt te worden door KEMAcertificaten, dan wel door de in de NEN 1010 genoemde gelijkwaardige certificaten en keurmerken. Bijzondere installaties dienen in overleg met de leverancier(s) in detail te worden ontworpen en uitgevoerd volgens diens materiaal- en montagevoorschriften. Het testen en in bedrijf stellen van dergelijke installaties dient door de leverancier te geschieden. De kosten van het in bedrijf stellen behoort tot de omvang van deze werkomschrijving.
3.4
Parkeergelegenheid Parkeren dient te geschieden op de daarvoor aangewezen plaatsen en mag geen onnodige hinder opleveren voor de gebruikers van de omliggende gebouwen.
3.5
Bouwkundige voorzieningen Ten behoeve van de installaties moeten door de aannemer van deze werkomschrijving alle benodigde bouwkundige voorzieningen worden uitgevoerd, zoals het boren van sparingen en gaten
15
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg en het conform geldende brandwerendheid afdichten van deze en te openen brandwerende doorvoeren. Deze bouwkundige voorzieningen moeten in goed overleg met de bouwkundige aannemer en de constructeur bepaald en aangebracht worden. Indien gegraven dient te worden dan behoeft het tracé vooraf goedkeuring van de directie en als voor het graven straatwerk en planten verwijderd moeten worden, dan dient dit, na de werkzaamheden, in de oorspronkelijke staat hersteld te worden.
3.6
Tijdelijke voorzieningen Tijdens de volledige bouwperiode blijven de bestaande kantoren en bedrijfsruimten in gebruik. Dit houdt in dat alle werkzaamheden van Van Praag Montagetechnieken ongestoord doorgang moeten kunnen blijven vinden. Omschakelmomenten als bijvoorbeeld warmte- en waterlevering of elektra-onderbrekingen moeten vooraf goed besproken worden en pas na goedkeuring van de opdrachtgever uitgevoerd worden. Hier dient goed rekening mee gehouden te worden. Tevens dient, voor onvoorziene bijkomende werkzaamheden, de stelpost, zoals genoemd in hoofdstuk 1.1.1, opgenomen te worden.
3.7 3.7.1
Sloop en demontage Algemeen Alle gedemonteerde, nog bruikbare installatiematerialen van de bestaande elektrotechnische en werktuigkundige installaties, dienen door de aannemer van deze werkomschrijving beschikbaar gesteld te worden aan de opdrachtgever. In overleg met de directie wordt bepaald welke materialen aan de opdrachtgever vervallen en waar deze opgeslagen worden. De overige materialen dienen door de aannemer van deze werkomschrijving voor zijn kosten afgevoerd te worden overeenkomstig de gemeentelijke- en provinciale verordeningen. Het verbranden van vuil en andere materialen op het werkterrein is niet toegestaan. Milieuschadelijke afvalstoffen dienen te worden afgevoerd naar en door een bevoegde vergunninghouder in het kader van de ‘Wet chemische afvalstoffen’. Door de aannemer van deze werkomschrijving dienen de volgende gegevens op de daarvoor geldende formulieren en/of stortbewijzen te worden overlegd aan de directie: datum van afgifte; naam en adres van het bedrijf waaraan stoffen zijn afgegeven; de aard en samenstelling van afgegeven stoffen (zie Afvalstoffengids / Afval Module Online); naam van de vervoerders. De kosten voor het afvoeren, transport etc. zijn voor rekening van de aannemer.
3.7.2
Tijdstip buiten werking stellen installatie Het tijdstip van het (tijdelijk) buiten werking stellen van de bestaande installaties dient in nauw overleg met de opdrachtgever en de directie te geschieden. Deze periode dient zo kort mogelijk te zijn.
3.7.3
Omvang sloopwerkzaamheden De omvang van de sloopwerkzaamheden bedraagt globaal: Inbraakalarminstallatie; Bekabeling, buisleidingen en leidingwegen(voor zover noodzakelijk); Toiletvoorzieningen oude toilet ter uitbreiding van de meter/verdelerruimte. Uitgangspunt is dat alle niet gebruikte installatiedelen, inclusief bevestigingsmateriaal, verwijderd worden.
16
datum : kenmerk :
3.8
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Brandwerende voorzieningen Doorvoeringen in wanden of vloeren welke een brandscheidende functie hebben, dienen afgedicht te worden met een brandwerendheid welke overeenkomstig is met de gestelde waarde voor de betreffende wand of vloer. De voor deze werkzaamheden benodigde materialen worden door de opdrachtgever aangeleverd en worden door de aannemer van deze werkomschrijving, onder verantwoording van de opdrachtgever, aangebracht.
4
Centrale installatietechnische voorzieningen
4.1
Algemeen
4.2
Infrastructuur De bestaande infrastructurele aansluitingen dienen qua capaciteit gecontroleerd te worden. Ten behoeve van de uitbreiding van de infrastructurele uitbreiding wordt de huidige toiletruimte voorzien. Ten behoeve van de energievoorziening is er binnen het gebouw een gasmeter aanwezig. Door de aannemer van deze werkomschrijving dient een controle te worden uitgevoerd of de huidige gasmeter toereikend is voor de eindsituatie. Een wijziging van type gasmeter en/of de plaats van opstelling dient bij de inschrijving te worden vermeld.
4.3
Hemelwaterafvoerinstallaties De daken van de nieuwbouw worden door derden voorzien van een hemelwaterafvoerinstallatie.
4.4
Binnenrioleringsinstallatie Voor de afvoer van de diverse sanitaire aansluitpunten dient een uit PE bestaand afvoerstelsel te worden geleverd en aangebracht. Tevens worden op dit afvoerstelsel de diverse condensafvoeren van de ruimtekoeling, boiler en nieuw te plaatsen CV-ketels aangesloten. Het afvoerstelsel dient te worden voorzien van de benodigde ontspanningsleidingen en ontstoppings- en expansiestukken. Het leidingstelsel aan te leggen tot één meter buiten de gevel en eindigend op een ontstoppingsstuk. Aansluitleidingen van sanitaire toestellen zullen zoveel mogelijk weggewerkt worden in wanden en of vloeren. Daar waar het afvoerstelsel boven kantoorruimten of ruimten die in open verbinding met kantoorruimten of de showroom staat loopt, dient deze riolering geluidsisolerend bekleed te worden.
4.5 4.5.1
Tapwaterinstallaties Koud-tapwaterinstallatie Ten behoeve van de afnamepunten van het koud tapwater, zal vanaf het bestaande waterleidingnet een leidingnet worden aangelegd tot op de waterverbruikers in het gebouw. Bij de aansluiting van brandslanghaspels zal, ter voorkoming van stilstaand water, bij een aansluitlengte van meer dan één meter ten opzichte van het lopend leidingwerk een terugslagklep worden geplaatst. Het sanitair wordt aangesloten op het waterleidingnet met tussenplaatsing van een hoekstopkraan, welke aan het zicht ontrokken is door bijvoorbeeld plaatsing boven het (systeem)plafond. De voorzieningen moeten echter goed bereikbaar blijven en duidelijk gemarkeerd zijn. Alle leidingen, behoudens de aansluitleidingen in de wanden, worden geïsoleerd. Het materiaal van de leidingen mag uitgevoerd worden in koper of kunststof.
17
datum : kenmerk :
4.5.2
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Warm-tapwaterinstallatie De warm tapwater installatie voor de nieuwbouw wordt gerealiseerd door middel van één decentraal geplaatste elektrische boiler, afgestemd op de te verwachten waterafname. Het warm tapwater wordt voorzien in: de keuken op de 1e-verdieping. De leidingen moeten worden uitgevoerd in koper of kunststof en dienen thermisch geïsoleerd te worden.
4.5.3
Legionella De algemene basisontwerpregels die zullen worden toegepast zijn: de temperatuur van het warm tapwater zal minimaal 60°C ter plaatse van het tappunt bedragen; het koudwaterleidingnet zal zodanig geplaatst worden dat er voldoende doorstroming plaatsvindt en opwarming tot temperaturen van 25°C voorkomen wordt; terugslagkleppen worden geplaatst voor de keukeninstallaties en brandslanghaspels indien de afstand tot het lopende leidingwerk groter dan 1,5 meter is; het ontwerp gaat uit van aansluitingen korter dan 5x diameter.
4.6
Sanitair In de nieuwbouw worden de benodigde sanitaire toestellen geplaatst zoals closets, wastafels, uitstortgootstenen, urinoirs, kranen, etc. zoals aangegeven op de bouwkundige tekeningen. Specifieke apparatuur zoals aanrechten, vaatwassers, wastafelbladen, keukeninrichting e.d. zijn niet inbegrepen en worden geleverd door derden. Het aansluiten van deze apparatuur en de specifieke apparatuur op de riolering en het waterleidingsysteem, dient te worden verzorgd door de installateur. De closets worden hangend uitgevoerd. De kranen worden met keramische schijven uitgevoerd. Uitgangspunt voor de keuze van sanitair is ‘Sober doch Doelmatig’; uit te voeren in een standaardkleur. Uitgangspunten sanitair: wandhangend closet Villeroy & Boch Subway 2.0 met bril en deksel voorzien van softclosing scharnieren; urinoir Villeroy & Boch Subway met deksel voorzien van softclosing scharnieren; wastafel Sphinx 315 65cm model rechts, voorzien van sifon- en hoekstopkraanafdekking. Voorafgaande aan de montage dient eerst een bemonstering plaats te vinden. Na goedkeuring mag gestart worden met de montage.
4.7
Brandbestrijdingsinstallatie Voor de brandbestrijdingsinstallatie dienen op diverse plaatsen in het gebouw de benodigde brandslanghaspels en handblussers geplaatst te worden; uitvoering opbouw. De plaats van en het aantal brandslanghaspels en handblusser volgens tekening waarbij ten minste dient te worden voldaan aan de eisen van de brandweer. Uitgangspunt is dat de brandslanghaspels het hele oppervlak van de bouw bestrijken met een maximum slanglengte van 25 meter. Handbrandblussers te plaatsen volgens de tekeningen en in de technische ruimten.
4.8
Gasinstallatie Door de aannemer van deze werkomschrijving dient een herberekening plaats te vinden van de bestaande gasleiding. Indien de bestaande gasleiding niet toereikend is voor het benodigde
18
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg ketelvermogen in de eindsituatie, dient er parallel aan deze leiding een nieuwe leiding te worden gelegd van voldoende afmeting om de aanvullende warmteopwekking van gas te voorzien. De oude gasleiding moet later in zijn geheel verwijderd worden. Indien van toepassing vanaf de gasmeter in de gasmeterkast een gasleiding aanbrengen tot op de nieuwe cv-ketel(s) in een technische ruimte. De ketels worden aangesloten met tussenplaatsing van de benodigde gasfilters en afsluiters. Met uitzondering van de warmte-opwekking zijn er geen gasafname toestellen in het gebouw aanwezig.
4.9 4.9.1
Centrale verwarming Warmte opwekking De centrale warmteopwekking zal worden gerealiseerd door middel van een nieuw te plaatsen warmteopwekking. Uitvoering met gesloten en traploos modulerende HR-ketel(s) compleet met cascaderegeling. Regeling geschikt voor het in volgorde aansturen van zowel de bestaande als de nieuwe warmteopwekking. Rookgasafvoer/verbrandingsluchttoevoer aan te brengen in dikwandig aluminium/kunststof. CV-ketel compleet met aansluitleiding, gaskraan, expansievoorziening, voeding etc.
4.9.2
Distributie en afgifte Leidingnet De nieuw aan te brengen leidingnetten uit te voeren als twee-pijpssysteem, compleet te leveren en te monteren met inbegrip van afsluiters, aftapkranen, luchtpotten, manometers, thermometers, instelafsluiters, compensatoren, vastpuntconstructies en geleidingssteunen enz. Het leidingnet aan te brengen aan het plafond van de betreffende verdieping. Het leidingnet te leveren in gestraald staal en daarna fabrieksmatig gemeniede uitvoering. De leidingen in de schachten, verlaagde plafonds, kruipruimten, technische ruimten en in onverwarmde ruimten isoleren met steenwolschalen en afwerken met PVC-bandage, dan wel glasvezel versterkt aluminium bandage. Radiatoren verwarming Alle radiatoren selecteren bij een watertemperatuur van 70 - 50°C. De radiatoren in een uitvoering als paneelradiatoren met aangelaste strippen in standaard RALkleur. Radiator te voorzien van thermostatisch radiatorventiel, dubbel instelbaar voetventiel, ontluchter en aftapper. Vloerverwarming De vloerverwarmingsinstallatie omvat de levering en montage van: drukvaste vloerisolatie met een dikte van 30 mm; leidingnet - zuurstofdicht DIN 4726; randisolatie; verdeler inclusief pomp en inregelventielen en thermometer per groep; h.o.h. leidingwerk algemene ruimten en kantoren in overleg met de leverancier; h.o.h. leidingwerk magazijn 200mm; verdeler te monteren in standaard kast voor opbouwmontage. Afhankelijk van de afmeting van de ruimte dient de ruimtetemperatuur geregeld te worden door sturen per groep of per verdeler.
19
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Legplan in overleg met de opdrachtgever af te stemmen op de op te stellen stellingen en/of vaste inrichting. Drukvastheid en toepasbaarheid afstemmen op de aanwezige vloerbelasting in overleg met de constructeur. Dilataties volgens opgave leverancier en in overleg met de leverancier van de afwerkvloeren.
4.10 Koeling In de showroom op de begane grond en de 1e-verdieping splitcoolers aanbrengen in cassette uitvoering aangesloten als multisplitsysteem. De koelcapaciteit voor de prijsvorming af te stemmen op 20W/m2. Definitieve koelcapaciteit en aantal buitenunits vast te stellen in overleg met de opdrachtgever tijdens de uitvoering. De buitenunit wordt opgesteld op het dak. Te handhaven ruimtetemperatuur ‘hoog zomer’ ca. 24°C. De binnenunit in onderbouw plafondmontage compleet met ventilator met twee toerentallen; infrarood regelpaneel met afstandsbediening; condensopvangbak met condenspomp aangesloten op riolering met tussenplaatsing van sifon; luchtfilter; antipendelbeveiliging; vorstbeveiligingsthermostaat. De stormvast buitenunit opgesteld op mede te leveren betonsokkel compleet met carterverwarming; elektronisch drukgestuurde condensordrukregeling tot –15°C; lage -en hogedrukbeveiliging; 230/400 Volt -uitvoering met draairichtingbeveiliging.
4.10.1 Freonleidingen De leidingaanleg dient te voldoen aan de STEK-voorschriften. Het leidingnet, inclusief appendages dampdicht isoleren met Armaflex; aan te brengen volgens fabrieksvoorschrift. Als koudemiddel 407C toepassen. De leidingen gemonteerd in de buitenlucht te voorzien van bescherming tegen UV-inwerking en tegen aantasting o.a. door vogels. Het toepassen van voorgevulde leidingen is toegestaan. De dakdoorvoering uit te voeren in RVS compleet met dakopstand geschikt voor aanbrengen in kunststof dakbedekking.
4.10.2 Elektraleidingen De elektrische voeding in de nabijheid van de buitenunit ter realiseren. De regelbekabeling tussen buiten -en binnenunit behoort tot de levering van de aannemer.
4.10.3 In bedrijf stellen Het testen en in bedrijf stellen inclusief het opstellen van bijbehorende logboeken, dient onder de garantiebepalingen van de leverancier te geschieden.
4.11 Mechanische ventilatie installatie 4.11.1 Algemeen De ventilatie van het gebouw vindt voornamelijk mechanisch gebalanceerd plaats. Mechanische balansventilatie door ventilatie-units met warmteterugwinning middels hoog rendement (>90%)
20
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg warmteterugwinunits, voorzien van automatische zomerstand; aantal units geschikt voor buitenopstelling te bepalen aan de hand van de luchthoeveelheden. De luchthoeveelheid voor alle ruimten te baseren op het bouwbesluit, kantoor, bezettingsklasse B3. De toegevoerde ventilatielucht wordt voorverwarmd door de warmteterugwinning. Deze kast(en) worden opgesteld op het dak van de nieuwbouw geplaatst. In de luchtbehandelingkasten wordt de aangezogen verse lucht centraal voorbehandeld en op de gewenste inblaasconditie gebracht. De luchtbehandelingkasten uit te voeren met gelijkstroommotoren.
4.11.2 Distributie en toevoer Vanaf de luchtbehandelingkast wordt een kanalenstelsel aangelegd via kanalen tot boven het verlaagde plafond van de betreffende ruimten. De lucht wordt in de ruimten gebracht middels plafond-wervelroosters, compleet met plenum; per rooster wordt een regelklep en akoestisch flexibele leiding aangebracht. De ventilatielucht wordt centraal afgezogen naar de afzuigkast in de technische ruimte via ruimteplenumafzuiging boven het verlaagde plafond van de ruimten. Bij brandwerende doorvoeringen worden brandkleppen toegepast. Tevens zullen de systemen worden voorzien van geluiddempers. De lucht aanzuig en -afblaas van de luchtbehandelingskast zal gerealiseerd worden door middel van dakkappen. Het buitenlucht aanzuig- en wegblaaskanaal van de luchtbehandelingskast wordt dampdicht geïsoleerd. De toevoerkanalen worden thermisch geïsoleerd.
4.11.3 Afzuiging Ten behoeve van de sanitaire ruimten, werkkasten en bergingen wordt een separate afzuiging opgenomen. Hiertoe worden afzuigventilatoren geplaatst op het dak of er wordt gebruik gemaakt van inpandige boxventilatoren. Deze ventilatoren worden door middel van een kanalenstelsel aangesloten op rozetten in de betreffende plafonds. Luchtsuppletie wordt gerealiseerd vanuit de overige ruimten in het gebouw via spleten onder de toegangsdeuren van de betreffende ruimten. De aan te houden ventilatiehoeveelheden zijn: Toilet 50 m³/h Urinoir 50 m³/h Werkkasten 50 m³/h Bergingen 75 m³/h Douche 75 m³/h Alle afzuigventilatoren worden voorzien van geluiddempers met voldoende geluiddemping. De ventilatoren worden voorzien van twee-toerenregeling. Overdag en op basis van aanwezigheid worden de ventilatoren op een laag toerental geschakeld. Ten behoeve van de accu oplaadplaats een separate afzuiging aan te brengen. Hiertoe dient een explosieveilige afzuigventilator op het dak aangebracht te worden. Deze ventilator wordt door middel van een kanalenstelsel aangesloten op de afzuigroosters op zowel hoog als laag niveau in de acculaadruimte. Luchtsuppletie wordt gerealiseerd vanuit de overige ruimten in het gebouw via deur- en wandroosters. Ventilatievoud van deze ruimte is 15-voudig.
21
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
4.12 Regelinstallatie Voor de regelinstallatie dient een centraal paneel geleverd en gemonteerd te worden waarmee alle aanwezige ventilatiesystemen vrijgegeven kunnen worden in een dag- en een nachtstand. De instellingen en schakelmomenten van de regeltechniek moeten via een nader te bepalen protocol, via internet, benaderbaar zijn. In de uitvoeringsfase dient dit met de opdrachtgever verder ingevuld worden. Vrijgave van de ruimtekoeling door middel van bijgeleverde afstandsbediening. CV-ketels te voorzien van een cascaderegeling met daarin opgenomen: cyclisch wisselen; stooklijn weersafhankelijk; klok met dag en nacht setpoint, te plaatsen in de entreehal.
4.13 Veiligheidsaarding De veiligheidsaarding dient aangelegd en uitgebreid te worden.
4.14 Gemeenschappelijke leidingwegen De kabelgoten en -ladders inclusief alle hulpstukken en bevestigingsmaterialen dienen geleverd te worden in een gegalvaniseerde uitvoering en dienen een fabrieksmatig serieproduct te zijn. De aannemer zal, ook bij aan het oog onttrokken gemeenschappelijke leidingwegen, zorgdragen voor een overzichtelijke en strakke montage. Ter voorkoming van geluidslekken dienen de overblijvende openingen bij doorvoeringen van leidingen door wanden e.d. afdoende afgedicht te worden. Bij doorvoeringen door brandscheidingen dienen de doorvoeringen brandwerend afgewerkt te worden met een brandwerendheid minimaal gelijk als de wand of vloer. De breedte van de kabelgoot c.q. kabelladder dient bepaald te worden aan de hand van het aantal te monteren kabels. Voor zwakstroombekabeling, zijnde geen stuur- of signaalleidingen, en datacommunicatiekabels dient een afgescheiden compartiment in de kabelgoot of op de kabelladder te worden voorzien. De bekabeling dient ordelijk gerangschikt en waar nodig deugdelijk bevestigd te worden op of in de kabelgoot of -ladder. Verticaal aan te brengen kabels dienen met behulp van klemmen aan de sporten van de kabelladder te worden bevestigd. Met uitzondering van de voedingsleidingen mogen meerdere kabels groepsgewijs onder één klem bevestigd worden. Bevestigingen van buisleidingen in het zicht en achter verlaagde plafonds dienen verhoogd uitgevoerd te worden. De afstand tussen de bevestigingsmaterialen dient volgens voorschrift te worden genomen, of zoveel korter als nodig is voor een strakke montage en ter voorkoming van doorbuigen. Bij meerdere leidingen parallel dienen deze te verzamelen tot één buizenbaan en gemonteerd te worden op buizenrail of gelijkwaardige uitvoering. In te storten leidingen, aan te brengen in plastic uitvoering, dienen zodanig gemonteerd en/of beschermd te worden dat losraken van de verbindingen en het binnendringen van beton- of cementwater in de leidingen onmogelijk is. Leidingen dienen direct na het ontkisten doorgeveerd te worden. In te storten c.q. in te frezen leidingen dienen verticaal van/naar de in te storten c.q. in te laten onderdelen te worden aangebracht. Vloerdoorvoeringen of andere aan mogelijke beschadigingen blootgestelde doorvoeringen van leidingen dienen voorzien te worden van slagvaste beschermbuizen van passende diameter tot plinthoogte (ca. 100 mm boven de afgewerkte vloer).
22
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg Voorzieningen aan te brengen voor het op zijn plaats houden van de beschermbuis. Bij kabelladders dienen de zaagsneden met kunststof doppen afgewerkt te worden. Alle handelsstickers dienen van de kabelgoten of –ladders verwijderd te worden.
4.15 Schakel- en verdeelinrichtingen De bestaande schakel- en verdeelinrichting wordt verplaatst en moet worden aangepast aan de nieuwe situatie.
4.16 Leidingen en toebehoren De aard en de doorsnede van de leidingen alsmede de wijze van montage moeten voldoen aan de geldende regelgeving. De aannemer dient, ook bij ‘niet zicht werk’, zorg te dragen voor een overzichtelijke en nette montage. De leidingen dienen zoveel mogelijk ‘uit het zicht’ aangebracht te worden, één en ander in overleg met de directie. Leidingen in ruimten die niet ingebouwd kunnen worden, uitvoeren in leidingkoker in een witte/crème kleur. De leidingaanleg zoveel mogelijk in de verkeersgebieden concentreren. Kabels in één stuk aan te brengen. Kabeladers, bestaande uit meerdere toegeslagen aders, dienen aangesloten te worden door middel van kabelschoenen, welke door persen tot boven de vloeigrens een hechte verbinding met de aders vormen. Wand- en vloerdoorvoeringen alsmede invoeringen van kabels uit het terrein dienen beschermd te worden door middel van een slagvaste beschermbuis van passende diameter; bij vloerdoorvoeringen tot 500 mm boven de afgewerkte vloer. Voorzieningen aan te brengen om het verzakken en verschuiven van de buis te voorkomen. De overblijvende ruimte bij doorvoeringen dient opgevuld en afgedicht te worden met plastisch blijvend materiaal. Het gebruik van flexibele buisleidingen is, met uitzondering voor automatische brandmelders en nevenindicatoren, niet toegestaan. Kabels voor voedingsleidingen uitvoeren in YMvK-mb. Het gebruik van XMvK-kabel is niet toegestaan.
4.17 Schakelmateriaal Voor het nieuw te leveren schakelmateriaal uitgaand van fabricaat Busch Jaeger, type SI Standaard.
4.18 (Nood)verlichtingsinstallatie In het bestaande gebouw en de uitbreiding een noodverlichtingsinstallatie aanbrengen conform de geldende regelgeving. Lichtbronnen in LED-uitvoering.
4.19 Data-installatie De data-installatie uitvoeren als systeem Cat.5.
4.20 Brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie In het bestaande gebouw en de uitbreiding moet een brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie conform de eis ‘niet-automatische detectie’ geleverd en gemonteerd worden conform de geldende normen (zie 3.3). Doormelding is niet van toepassing.
23
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
4.21 Inbraakalarminstallatie Voor het totale gebouw (bestaand en nieuw) dient een geheel nieuwe inbraakalarminstallatie (conform BORG) geleverd, gemonteerd en bedrijfsgereed opgeleverd te worden. Uitgangspunt is dat het gebouw op twee plaatsen betreden moet kunnen worden.
24
datum : kenmerk :
5
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Indicatie installatievoorzieningen per ruimte
5.1 5.1.1
Begane grond Meterkast/verdelerruimte (bestaand en nieuw) Water: Gas: Ventilatie: Krachtstroom:
5.1.2
Kantoor 1 – 36,47m2 Ventilatie: Blusmiddel: Verwarming: Verlichting: Noodverlichting: Wandcontactdozen 230V en data gecombineerd:
5.1.3
Bouwbesluit, bezettingklasse B3 Vloerverwarming i.c.m. radiatoren. Bestaande verlichting handhaven; lichtbronnen vervangen. De elektravoorzieningen (wandcontactdozen en data) in de huidige plintvoorziening vervangen voor een wandgoot met gescheiden compartimenten voor sterk- en zwakstroom ; de wandgoot aanleggen tot boven het systeemplafond ; uitvoering metaal in een standaard fabriekskleur.
Voorruimte en Patchruimte Kantoor 2 Verlichting: Wandcontactdozen:
Data-installatie:
5.1.5
Bouwbesluit, bezettingklasse B3 Poederblusser 5 kg bestaand herplaatsen; stickers aanbrengen. Vloerverwarming in combinatie met radiatoren. Bestaande verlichting handhaven; lichtbronnen vervangen. Noodverlichtingsarmatuur aanbrengen bij blusmiddel. 3 vloerstopcontacten RVS, dubbelvoudige wandcontactdoos met enkelvoudig data-aansluitpunt, fabricaat Klein, type KBO22
Kantoor 2 – 24,98m2 Ventilatie: Verwarming: Verlichting: Wandgoot:
5.1.4
Watermeter bestaand Gasmeter capaciteit nazien Bouwbesluit Bestaande elektraverdeler vervangen en verplaatsen naar de nieuwe meterkast/verdelerruimte in het bestaande magazijn/kantoor en thans nieuwe entreehal en deze voorzien van overspanningsbeveiliging.
Bestaande verlichting handhaven; lichtbronnen vervangen; verlichting op bewegingsschakelaars (opbouw op plafond) aanbrengen. 3 dubbelvoudige wandcontactdozen op aparte eindgroep 230V aanbrengen t.b.v. data-installatie; deze voedingen voorzien van overspanningsbeveiliging. Nieuwe 19”wandpatchkast (9HE / 9U) leveren en monteren; aantal aansluitingen/patchpanelen afstemmen op de nieuw te leveren datainstallatie. In de patchkast ook een telefoniestrook opnemen ; deze wordt door derden afgemonteerd voor ‘internet-telefonie’.
Bestaande hal Ventilatie: Blusmiddel: Noodverlichting:
Voedingspunt 400V:
Bestaand handhaven. Brandslanghaspel leveren en monteren; stickers aanbrengen. 4 pictogramarmaturen boven vluchtdeuren leveren en monteren; aan buitenzijde bij de vluchtdeuren een waterdicht noodverlichtingsarmatuur leveren en monteren. Vluchtwegverlichting in de hal aanbrengen. Op stramien 1/C en 4/C voedingspunt 400V voor nieuwe elektrische
25
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Data-aansluitpunt:
5.1.6
Nieuwe hal / Magazijn – 414,51m2 Ventilatie: Verwarming: Ruimtetemperatuur: Blusmiddel: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting:
Noodverlichting:
Wandcontactdozen 230V: Wandcontactdozen 400V: Voedingspunt 400V: Data-aansluitpunt:
5.1.7
sectionaaldeuren. Het aansluitpunt op stramien 1/C moet, voorafgaand aan alle bouwactiviteiten, gerealiseerd en in bedrijf zijn in verband met het aansluiten van de nieuw te plaatsen sectionaaldeur. 5 dubbelvoudige data-aansluitpunten leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2. 4 aansluitpunten realiseren ter hoogte van de werkplek op stramien 3/D en 1 aansluitpunt op een nader te bepalen plaats in de bestaande hal.
Geen ventilatie, uitsluitend door openen en sluiten deuren. Bouwkundig te voorzien in te openen dakluiken in glazen lichtstraat. Vloerverwarming 15°C Brandslanghaspel leveren en monteren; stickers aanbrengen. Lichtlijnen; lichtbron TL-fluorescentie. 300 lux Looproute door hal met bewegingsschakelaars ; overig met schakelaars in wisselschakeling nabij toegangen; uitvoering schakelmateriaal: waterdicht-slagvast. 4 pictogramarmaturen boven vluchtdeuren leveren en monteren; aan buitenzijde bij de vluchtdeuren een waterdicht noodverlichtingsarmatuur leveren en monteren. Vluchtwegverlichting in de hal aanbrengen. 8 waterdichte dubbelvoudige wandcontactdozen in slagvaste uitvoering, te verdelen over de hal. 2 CEE-Form wandcontactdozen 400V/16A 5p in slagvaste uitvoering, te verdelen over de hal. Op stramien 8/F voedingspunt 400V voor nieuwe elektrische sectionaaldeur. 3 dubbelvoudige data-aansluitpunten leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2.
Verpakkingsruimte Ventilatie Verwarming: Ruimtetemperatuur:
2 voudig Radiatoren / vloerverwarming 18°C
Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting:
Lichtlijnen; lichtbron TL-fluorescentie. 500 lux Schakelaar nabij toegang; uitvoering schakelmateriaal: waterdichtslagvast. 1 pictogramarmatuur boven de toegangsdeur leveren en monteren. Vluchtwegverlichting in de hal aanbrengen. 4 waterdichte dubbelvoudige wandcontactdozen in slagvaste uitvoering, te verdelen over de ruimte. 1 CEE-Form wandcontactdoos 400V/16A 5p in slagvaste uitvoering. 1 dubbelvoudig data-aansluitpunt leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2.
Noodverlichting: Wandcontactdozen 230V: Wandcontactdozen 400V: Data-aansluitpunt:
26
datum : kenmerk :
5.1.8
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Werkplaats Ventilatie: Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Noodverlichting:
Wandcontactdozen 230V: Wandcontactdozen 400V: Voedingspunt 400V: Data-aansluitpunt:
5.1.9
2-voudig Radiatoren / vloerverwarming 18°C Lichtlijnen; lichtbron TL-fluorescentie. 500 lux Schakelaars in wisselschakeling nabij toegangsdeuren; uitvoering schakelmateriaal: waterdicht-slagvast. 2 pictogramarmaturen boven vluchtdeuren leveren en monteren; aan buitenzijde bij de vluchtdeuren een waterdicht noodverlichtingsarmatuur leveren en monteren. Vluchtwegverlichting in de werkplaats aanbrengen. 6 waterdichte dubbelvoudige wandcontactdozen in slagvaste uitvoering, te verdelen over de ruimte. 2 CEE-Form wandcontactdozen 400V/16A 5p in slagvaste uitvoering, te verdelen over de ruimte. Op stramien 4/F voedingspunt 400V voor nieuwe elektrische sectionaaldeuren. 1 dubbelvoudig data-aansluitpunt leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2.
Laadstation heftruck Ventilatie: Verwarming: Ruimtetemperatuur: Oogspoelunit: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Wandcontactdozen 230V: Wandcontactdozen 400V: Data-aansluitpunt:
Accu’s met natte cellen ; let op Ex-omgeving, afzuiging hoog en laag niveau. Radiatoren. 15°C 1 oogspoelunit, fabricaat UniSafe Bauer, type EXP-SD-18GS-85G RVS Gesloten armaturen; TL-fluorescentie; Ex. 300 lux Verlichting te schakelen met een bewegingsschakelaar, welke in het magazijn gemonteerfd wordt. 1 dubbelvoudig wandcontactdoos op aparte eindgroep 16A; Ex. 2 CEE-Form wandcontactdozen 400V/16A 5p in slagvaste uitvoering, te verdelen over de ruimte. 1 dubbelvoudig data-aansluitpunt leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2.
5.1.10 Testruimte Ventilatie: Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Noodverlichting: Wandcontactdozen 230V:
Te voorzien door de opdrachtgever. Radiatoren. 20°C Lichtlijnen; lichtbron TL-fluorescentie. 500 lux Schakelaars nabij de toegangsdeur; uitvoering schakelmateriaal: waterdicht en slagvast. 1 pictogramarmatuur boven de toegangsdeur leveren en monteren. 6 waterdichte dubbelvoudige wandcontactdozen op vijf aparte eindgroepen in slagvaste uitvoering, te monteren op de scheidingswand met de toiletgroep en te verdelen over de vier
27
datum : kenmerk :
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Wandcontactdozen 400V: Data-aansluitpunt:
testvakken en boven de werkbank. 2 CEE-Form wandcontactdozen 400V/16A 5p in slagvaste uitvoering, te monteren boven de werkbank. 1 dubbelvoudig data-aansluitpunt leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2.
5.1.11 Toiletgroep – 12,58m2 Verwarming: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Wandcontactdozen 230V:
Designradiatoren (per toilet een radiator Adore in geborsteld RVS) / vloerverwarming Downlights; lichtbron LED of PL-fluorescentie. 200 lux Bewegingsschakelaars in plafond. 1 dubbelvoudige wandcontactdoos in de voorruimte: inbouw, waterdicht en representatief.
5.1.12 Entreehal – 86,08m2 Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Noodverlichting:
Wandcontactdozen 230V: Data-aansluitpunt: Wandcontactdozen 230V en data gecombineerd:
Vloerverwarming 21°C Downlights; lichtbron LED of PL-fluorescentie. 300 lux Schakelaars in wisselschakeling nabij de toegangsdeuren. 2 pictogramarmaturen boven de vluchtdeuren leveren en monteren; aan buitenzijde bij de entreedeur een waterdicht noodverlichtingsarmatuur leveren en monteren. Vluchtwegverlichting in de entreehal aanbrengen. 6 dubbelvoudige wandcontactdozen op twee aparte eindgroepen te verdelen over de ruimte. 3 dubbelvoudig data-aansluitpunten leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2. 2 vloerstopcontacten RVS, dubbelvoudige wandcontactdoos met enkelvoudig data-aansluitpunt, fabricaat Klein, type KBO22
5.1.13 Showroom – 83,82m2 Blusmiddel: Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Noodverlichting: Wandcontactdozen 230V:
Data-aansluitpunt: Wandcontactdozen 230V en data gecombineerd:
Poederblusser 5 kg leveren en monteren; stickers aanbrengen. Vloerverwarming. 21°C Downlights en TL-inbouwarmaturen met aluminium roosters ; lichtbron LED of PL/TL-fluorescentie. 500 lux Schakelaars in wisselschakeling nabij de toegangsdeuren; uitvoering schakelmateriaal: inbouw en representatief. 2 pictogramarmaturen leveren en monteren. Vluchtwegverlichting in de showroom aanbrengen. 6 dubbelvoudige wandcontactdozen op twee aparte eindgroepen te verdelen over de ruimte; uitvoering schakelmateriaal: inbouw en representatief. 3 dubbelvoudig data-aansluitpunten leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2. 6 vloerstopcontacten RVS, dubbelvoudige wandcontactdoos met enkelvoudig data-aansluitpunt, fabricaat Klein, type KBO22
28
datum : kenmerk :
5.2 5.2.1
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
Verdieping Magazijn - 37,30m2 Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Wandcontactdozen 230V:
5.2.2
Keuken – 12,60m2 Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Wandcontactdozen 230V:
Loze buisvoorziening: Data-aansluitpunt:
5.2.3
Radiatoren 21°C Downlights; lichtbron LED of PL-fluorescentie. 300 lux Bewegingsschakelaar. 5 dubbelvoudige wandcontactdozen op twee aparte eindgroepen te verdelen over de ruimte; uitvoering schakelmateriaal: inbouw en representatief. 2 enkelvoudige wandcontactdozen op twee aparte eindgroepen te monteren in het keukenblok; uitvoering schakelmateriaal: opbouw en standaard. 2 loze voorzieningen (19mm buis) naar meterkast. 2 enkelvoudige data-aansluitpunten leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2.
Showroom – 24,35m2 Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting: Noodverlichting: Wandcontactdozen 230V:
Data-aansluitpunt: Wandcontactdozen 230V en data gecombineerd:
5.2.4
Radiatoren 15°C Lichtlijnen; lichtbron TL-fluorescentie. 300 lux Bewegingsschakelaars. 1 waterdichte dubbelvoudige wandcontactdoos in slagvaste uitvoering.
Radiatoren/vloerverwarming 21°C Downlights en TL-inbouwarmaturen met aluminium roosters ; lichtbron LED of PL/TL-fluorescentie. 500 lux Bewegingsschakelaars. 1 pictogramarmatuur leveren en monteren. Vluchtwegverlichting in de showroom aanbrengen. 2 dubbelvoudige wandcontactdozen op een aparte eindgroep te verdelen over de ruimte; uitvoering schakelmateriaal: inbouw en representatief. 2 dubbelvoudig data-aansluitpunten leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2. 1 vloerstopcontact RVS, dubbelvoudige wandcontactdoos met enkelvoudig data-aansluitpunt, fabricaat Klein, type KBO22
Kantoor 4 – 74,34m2 Blusmiddel: Verwarming: Ruimtetemperatuur: Verlichting: Verlichtingsniveau: Schakeling verlichting:
Poederblusser 5 kg leveren en monteren; stickers aanbrengen. Radiatoren 21°C Downlights en TL-inbouwarmaturen met aluminium roosters ; lichtbron LED of PL/TL-fluorescentie. 500 lux Schakelaars in wisselschakeling nabij trapopgang op de begane grond en in het kantoor op de verdieping; uitvoering schakelmateriaal:
29
13 maart 2012 b12.020.a - wo prg
datum : kenmerk :
Noodverlichting: Wandcontactdozen 230V:
Data-aansluitpunt: Wandcontactdozen 230V en data gecombineerd:
5.3 5.3.1
inbouw en representatief. 1 pictogramarmatuur leveren en monteren. 6 dubbelvoudige wandcontactdozen op drie aparte eindgroepen te verdelen over de ruimte; uitvoering schakelmateriaal: inbouw en representatief. 3 dubbelvoudig data-aansluitpunten leveren, monteren en aansluiten op de patchkast in patchruimte kantoor 2. 6 vloerstopcontacten RVS, dubbelvoudige wandcontactdoos met enkelvoudig data-aansluitpunt, fabricaat Klein, type KBO22
Gevels Buitengevel Tappunten: Verlichting:
Op de stramienen 8/G en 4/G een tapwatervoorziening aanbrengen middels vorstbestendige buitenkranen. Gevelverlichting op de stramienen 1/F, 8/F 1/B en 8/B ter verlichting van de aanrijroutes voor de vrachtwagens. Op stramien 1/A een aansluitpunt middels grondkabel leveren ; overlengte kabel 5 meter ; grondkabeleinde waterdicht afwerken i.v.m. vochtindringing. Deze voedingen door een centrale klok in de regelkast schakelen ; schakeltijden in overleg met de opdrachtgever vaststellen.
30
Bijlage 1 Bouwkundige tekeningen