Regio Zuid
wel!
CLIENTENPERSPECTIEF IN ZORG EN WELZIJN KWARTAALBLAD VAN ZORGBELANG ZUID-HOLLAND
magazine
wel
mag
Cliëntenparticipatie jaargang 4 zomer 2014 nummer 3
IN DIT NUMMER SAMEN STERK-BIJEENKOMSTEN • AUTITALENT • JONGEREN IN BEELD • MELDPUNT WMO • WMO-ADVIESRAAD DRECHTSTEDEN • BETAALDE EN ONBETAALDE ZORG • MEEDOEN IN MOERWIJK • ZET ALS ZORGVERLENER DE ‘LUISTERKNOP’ AAN
2
mag
Aan de toezending van dit blad zijn geen kosten verbonden. Als u het blad ook wilt ontvangen of uw abonnement wilt opzeggen kunt u contact opnemen met de redactie.
magazine
Redactie Marieke Bauwens, Bas van Bellen, Aart Burger (voorzitter redactieraad), Stasja Cornelissen, Clara Hibma (hoofdredactie), Gré Leutscher, Nel van Roon, Nelleke Schelfhout (redactiesecretariaat).
wel
wel!
herfst 2014
Kopij is van harte welkom. Deadline 2014 nr. 4: 17 november 2014. De redactie kan besluiten ingezonden bijdragen in te korten, taalkundig te bewerken of niet te plaatsen. Een bijdrage kan op verzoek anoniem worden geplaatst; naam en adres dienen bij de redactie bekend te zijn. De inhoud van de artikelen in de rubriek Mijn mening vallen niet onder verantwoordelijkheid van de redactie. Aan de totstandkoming van deze uitgave is de uiterste zorg besteed. Voor informatie die desondanks onvolledig of onjuist is opgenomen aanvaardt de redactie geen aansprakelijkheid. Artikelen uit dit blad mogen alleen worden overgenomen na toestemming van de redactie en met bronvermelding.
Postbus 2148 2800 BG Gouda T (088) 929 40 00 E
[email protected] I www.zorgbelang-zuidholland.nl Of volg ons op www.twitter.com/ZorgbelangZH
Redactioneel
Van de directie
In dit herfstnummer van Zo wel! komen praktische voorbeelden van cliëntenparticipatie aan bod.
Als belangenorganisatie maakt Zorgbelang Zuid-Holland zich sterk voor cliëntenparticipatie. Soms wordt cliëntenparticipatie verward met cliëntondersteuning en regelmatig versmald tot beleidsinspraak. Volwaardige cliëntenparticipatie heeft echter drie kanten. Ten eerste gaat het over inspraak in het beleid. Dit is vaak wettelijk geregeld, bijvoorbeeld in de Wmo. Ook is dit recht voor mensen met een beperking geborgd in het VN-verdrag voor de rechten van mensen met een beperking. Toch is de uitvoering van dit recht vaak beperkt. Hoe vaak zorgt een gemeente er echt voor dat inwoners vroegtijdig betrokken worden bij de vorming van beleid? Ten tweede gaat het bij cliëntenparticipatie om de betrokkenheid bij de uitvoering en om inbreng van ervaringen voor kwaliteitsverbetering. Erg belangrijk en waardevol, maar veel minder wettelijk geborgd. In de praktijk zien dat die instellingen en gemeenten die hier actief mee werken er vaak uitspringen in kwaliteit, juist daar waar het gaat om belangrijke aspecten als communicatie en bejegening. Ten derde gaat het ook om individuele zeggenschap over gezondheid en zorg. Het is van groot belang dat mensen zelf invloed hebben op de zorg die ze krijgen. Dat gaat samen met verantwoordelijkheid voor gezond gedrag en bijvoorbeeld therapietrouw. In een goede dialoog tussen dokter, zorgverlener en patiënt kunnen er keuzes worden gemaakt die samenhangen met kwaliteit van leven en de invloed daarop van de verschillende behandelopties. In dit nummer van Zo wel! vindt u voorbeelden van alle drie deze kanten van cliëntenparticipatie. Drie kanten die nooit genoeg aandacht kunnen krijgen omdat juist door invulling van alle drie aspecten de zorg echt verbeterd kan worden!
Zo vertelt Andries Lever van de werkgroep Samen Sterk over de voorlichtingsbijeenkomsten over de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Participatiewet, die door het hele land plaatsvinden. Omdat vanaf 1 januari 2015 gemeenten verantwoordelijk zijn voor de meeste zorg aan kinderen, jongeren en hun ouders, is het belangrijk dat zij de cliëntinbreng borgen in hun beleid. Onder de noemer ‘Jongeren in beeld’, presenteren jongeren zelf de verschillende vormen voor cliëntinbreng bij gemeenten en zorginstellingen. In de wijk Moerwijk in Den Haag is een project gestart, waarin wordt gezocht naar mogelijkheden om mensen met een beperking te laten participeren in de wijk. In dit nummer leest u wat hiervoor nodig is. Natuurlijk kijken we ook naar de laatste ontwikkelingen. Steeds meer zorg moet door de gemeenten worden geleverd. Dit is geregeld in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Hoe pakt uw gemeente dit aan? Wij zijn benieuwd naar uw ervaringen. Lees meer over het meldpunt Wmo op p. 17. Ten slotte komt Corine Jansen aan het woord, patiëntenluisteraar van beroep. Een functie die in het Radboud Universitair Medisch Centrum in het leven werd geroepen om meer rekening te kunnen houden met de wensen van patiënten.
herfst 2014
Dit kwartaalblad is een uitgave van Zorgbelang ZuidHolland. Zorgbelang Zuid-Holland behartigt de belangen van gebruikers van zorg en welzijn en hun mantelzorgers en werkt samen met vele belangenorganisaties en vrijwilligers. Het Adviespunt Zorgbelang geeft informatie en biedt hulp bij het indienen van een klacht.
Robert Boersma, directeur
wel!
COLOFON
3
➔
Wij wensen u veel leesplezier.
Inhoud
Eindredactie: Redactiebureau Damen
Namens de redactie,
Vrijwilliger
Samen Sterk-bijeenkomsten
4
Fotoverantwoording Omslag, p. 6-7 Provincie Zuid-Holland, p. 4 Bas van Bellen, p. 10 Elsbeth van der Ven (Xtra), p. 14 Corine Baar, p. 18-19 Lex de Lang.
Aart Burger, voorzitter redactieraad, tevens lid van de redactie Clara Hibma, hoofdredacteur
Achterban
Jongeren in beeld
6
Zorgbelang antwoord
Recht op een schoon huis
8
Wmo
Betaalde en onbetaalde zorg samen verder
9
Welzijn
Meedoen in Moerwijk
10
Vormgeving: De Hoop Grafisch Design
Welzijn
Wmo-adviesraad Drechtsteden
12
Drukwerk: De Hoop Grafisch Design
Zo kan het ook
Zet als zorgverlener de ‘luisterknop’ aan
14
Oplage: 3200 exemplaren
Zorgbelang antwoordt Apotheek brengt ‘voorlichting’ in rekening
16
Wmo
Krijgt u de zorg die u nodigt heeft?
17
Zo kan het ook
Wijkservicecentrum Binders
18
Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt met steun van de provincie Zuid-Holland.
Uw rechten en plichten Rekening voor eerste uitgifte van medicijnen
20
Informatie
Webwetenswaardig
22
Uitnodiging
Congres: De zorgvrager als partner
23
Vrijwilliger Actueel
4 Informatieboekje ‘De werkgroep ‘Samen Sterk’ geeft informatie en advies over de Wmo en de Participatiewet. We gaan met elkaar op stap om voorlichting te geven. We houden presentaties bij zorgaanbieders, cliëntenraden, themacafés en dergelijke. Er is vraag naar, want er is weinig kennis over de veranderingen die eraan komen. Het is ook moeilijke stof. Die moeilijke stof werken we uit in simpele teksten voor een informatieboekje. Dat gebruiken we bij onze bijeenkomsten. Tijdens de bijeenkomsten kunnen mensen vragen stellen over de aankomende veranderingen. En we oefenen er met de keukentafelgesprekken. Zo heet het gesprek als je praat met de gemeente over een hulpaanvraag via de Wmo.’ ‘Bij de bijeenkomsten komen ook veel ideeën en tips van cliënten naar voren. In een van de bijeenkomsten werd gezegd dat gemeenten ook moeten bezuinigen en dat er daardoor minder geld is voor ondersteuning. Een deelnemer gaf toen de tip om niet te bezuinigen op de werkvloer, maar in de managementlaag. Alle tips en ideeën worden tijdens de bijeenkomsten verzameld op grote flappen en vervolgens doorgestuurd
naar de deelnemers. Soms komt er ook een vervolgbijeenkomst.’ In gesprek met ambtenaren ‘We nodigen voor de bijeenkomsten ook wethouders en Wmo-medewerkers uit. Zo hopen we dat ambtenaren zien waar mensen tegenaan lopen, want dat weten ze vaak niet. Ik sprak iemand die niets wist van een verstandelijke beperking. Ik heb hem kunnen
Er is weinig kennis over de aankomende veranderingen
nemen ons serieus
Bijeenkomst aanvragen ‘Gemiddeld doen we circa tien bijeenkomsten per jaar. Vaak is dit op aanvraag. De opkomst bij de bijeenkomsten varieert van tien tot dertig personen. De werkgroep zelf bestaat uit zeven personen. Die komen van onder andere de sociale werkvoorziening en de woonvoorzieningen. Hierdoor kunnen we zaken vanuit verschillende invalshoeken benaderen. De bijeenkomsten worden dan ook gezamenlijk voorbereid. Ik leer er zelf ook veel van. Je groeit als ervaringsdeskundige.’ Bas van Bellen Op de foto: Andries Lever en Jacqueline Moelans (coach). Meer informatie Zie de presentatie ‘Van AWBZ naar Wmo’ op de website www.lfb.nu onder de knop ‘Producten en diensten’.
herfst 2014
Invloed ‘We merken dat de bijeenkomsten invloed hebben. We worden serieus genomen door gemeenteambtenaren, maar ze zijn niet altijd bij de bijeenkomsten aanwezig. In een aantal gevallen zijn ideeën en tips ook overgenomen. De bijeenkomsten zijn leerzaam, zowel voor cliënten als voor de ambtenaren en wethouders! Toch blijven we goed letten op wat er gebeurt bij gemeenten en zorgaanbieders. Ook is er veel verschil tussen gemeenten. Ik zou bijna als advies geven: kijk goed in welke gemeente je gaat wonen. Veel is nog nieuw, ook voor de gemeenten. Soms doen we ook mee met de Wmo-adviesraad, maar dat is niet voor iedereen uit onze achterban haalbaar. Een Wmo-raad is van hoog niveau en wellicht niet de juiste formule. We adviseren vaak ook een klankbordgroep in te stellen.’
De gemeenten
wel!
mag
De LFB is een belangenvereniging door en voor mensen met een verstandelijke beperking. Naast belangenbehartiging biedt de vereniging diensten en producten om de achterban te versterken. De werkgroep Samen Sterk geeft voorlichting over de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Participatiewet. Andries Lever (vrijwilliger) is voorzitter van deze werkgroep. Hij vertelt over de voorlichtingsbijeenkomsten, die door het hele land plaatsvinden. wel
magazine
wel!
herfst 2014
Samen Sterk-bijeenkomsten Leerzaam voor wethouders én cliënten
uitleggen wat dat is en wat het voor iemand betekent. We spraken over de transities en de Participatiewet. Gemeenten weten soms niet waar ze over praten. Tijdens de bijeenkomsten stellen de mensen vaak praktische vragen. Zo wordt duidelijk waar mensen tegenaan lopen en soms kunnen gemeenteambtenaren vragen beantwoorden. Zo gaan we met elkaar het gesprek aan. In de praktijk blijkt dat onder de doelgroep de familie een gevoelig onderwerp kan zijn. Soms is het contact verbroken of verstoord. Met de Wmo moeten mensen eerst kijken in hoeverre ze een beroep kunnen doen op het eigen netwerk. Als de familiebanden verstoord of verbroken zijn, is dit zeer lastig. Professionele hulp blijft nodig. Ook willen mensen soms geen gebruikmaken van vrijwilligers. Dit brengen we ook in bij gesprekken.’
5
Achterban Actueel
6
Mondige jongeren Jongeren, van wie een deel afkomstig uit de jeugdzorg, lieten door middel van presentaties en workshops zien dat zij beoordeeld willen worden op hun talenten en vermogens. Door jongeren vooraleerst te beschouwen als talentvolle en ideeënrijke partners kan jeugdhulp samen met hen zowel individueel als collectief tot een betere kwaliteit van zorg komen.
Jeugdformaat lieten zien hoe zij door middel van de kwaliteitsstandaarden van Quality for Children betrokken worden bij het kwaliteit van deze organisatie. Deze standaarden zijn opgesteld door jongeren en ouders in de jeugdzorg en zijn een middel om binnen zorgorganisaties de dialoog aan te gaan over kwaliteit van zorg.
Workshops In de verschillende workshops gaven jongeren een beeld van mogelijke vormen van cliëntinbreng. U vindt hieronder een impressie van de workshops en presentaties. In gesprek Ouders en jongeren van het oudernetwerk Zuid-Holland Jeugdzorg/Zorgplus lieten zien en horen hoe je in gesprek kan gaan met jongeren. Deze dialoog kan duidelijk bijdragen om een hulpverleningsproces te versterken en te verbeteren. Meebeslissen Jongeren van jeugdzorgorganisatie
Jongeren: "beoordeel ons op talenten en vermogens"
Heeft u belangstelling? Cliënten van de jeugdhulpverlening willen hun workshops en presentaties graag vaker geven. Heeft u interesse in één van de workshops of wilt u in gesprek treden met de jongeren of ouders die de workshops of presentaties gaven? Dan bent u van harte uitgenodigd contact op te nemen met Jaco de Kruijf, adviseur Jeugd bij Zorgbelang Zuid-Holland. Jaco de Kruijf
Soms lijk je te vergeten dat jouw baan een beetje beslist over mijn leven. Als jongere moet je het soms stellen zonder hulp van je ouders. En dan zijn jullie daar. Een kind is jong én kwetsbaar, heeft de kracht om op te groeien. Heeft zo veel ruimte voor verandering! En jullie beslissen een beetje hoe deze ruimte wordt besteed. Alsjeblieft, besteed deze ruimte met zorg. De verantwoordelijkheid over mijn leven is deels jullie baan. Het leven waar ik een tijd lang geen controle over had. Jullie hebben het vermogen om dit verder te laten helen of breken. Alsjeblieft, doe dit met zorg: zo kan je levens redden. Ik heb je hart nodig! Charlotte, cliënt van GGz-instelling De Jutters
wel!
mag
Hoe geef je jongeren een (structurele) stem in de Jeugdzorg? Omdat vanaf 1 januari 2015 gemeenten verantwoordelijk zijn voor de meeste zorg aan kinderen, jongeren en hun ouders, is het belangrijk dat zij de cliëntinbreng borgen in hun beleid. Voor de zomer organiseerde Zorgbelang Zuid-Holland daarom samen met de Provincie Zuid-Holland in het Provinciehuis de bijeenkomst ‘Jongeren in beeld’, waar jongeren en ouders verschillende mogelijkheden voor cliëntinbreng presenteerden aan gemeenten en medewerkers van zorginstellingen. wel
magazine
wel!
herfst 2014
‘Jongeren in beeld’ verdient navolging
Eigen ervaringen als vertrekpunt • Ouders en jongeren uit de cliëntenraad van Bureau Jeugdzorg vertelden aan de hand van hun eigen ervaringen hoe zij vinden dat hulpverleners moeten omgaan met ouders die in een vechtscheiding liggen. • Ewoud, een jongere uit Leiden met autisme, vertelde hoe zijn leven eruit ziet en hoe hulp en begeleiding hem in staat stellen het leven te leiden dat hij wil. • Jongeren kunnen door het schrijven van gedichten verwoorden hoe zij de jeugd-GGz ervaren. Dat liet Barbara Visser, begeleider van de jongerenraad van GGz-instelling De Jutters, samen met haar jongeren zien (zie onder).
herfst 2014
Ervaringsdeskundigen Jongeren van Jongereninformatiepunt ExposeYour in Leiden legden uit dat ze soms geen vertrouwen hebben in een hulpverlenersrelatie, terwijl de hulpverlener denkt dat er wel vertrouwen is. Ze stelden als oplossing voor ervaringsdeskundige jongeren in te zetten als buddy. Daardoor kan de relatie verbeteren en de hulpverlening effectiever en efficiënter worden.
7
Wmo
Zorgbelang antwoordt Waar belde u over? Met vragen of klachten over de zorg kunt u terecht bij de medewerkers van het Adviespunt Zorgbelang. In deze rubriek beschrijft een medewerker een voorbeeld uit de praktijk. In verband met de privacy zijn namen en details gewijzigd.
Betaalde en onbetaalde zorg samen verder
8
Klagen bij de thuiszorg De gemeente is op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verantwoordelijk voor het regelen van de huishoudelijke zorg. De gemeente bepaalt of iemand in aanmerking komt voor huishoudelijke hulp en wat de omvang van deze hulp is. De gemeente heeft zorgaanbieders gecontracteerd die de
Aan mevrouw H. is het advies om eerst met de thuiszorgorganisatie haar klacht te bespreken. Zo nodig kan ze naar de klachtencommissie van de organisatie. Komt ze er met de thuiszorg niet uit, dan kan ze met haar klacht naar de gemeente. De gemeente heeft de plicht om te onderzoeken of de afhandeling van klachten door de zorgaanbieder correct is verlopen. Zijn er veel van dit soort klachten, dan kan dit voor de gemeente aanleiding zijn om met de thuiszorgorganisatie hierover in gesprek te gaan. U kunt uw klacht ook melden bij Meldpunt Wmo op www.zorgbelang-zuidholland.nl. Ook een vraag of klacht over de zorg? Bel dan naar (0900) 243 70 70 of mail naar
[email protected].
Er wordt veel over mantelzorgers gepraat, maar helaas niet zo vaak met hen. Er wordt soms van uitgegaan dat mantelzorgers nog meer kunnen doen, terwijl ze al heel veel doen. Gemeenten en zorginstellingen denken vaak in systemen en protocollen, maar mantelzorgers willen graag persoonlijk benaderd worden. Om de Wmo goed te kunnen uitvoeren, moet er naar mantelzorgers worden geluisterd. Dit voorjaar waren er vier regionale netwerkbijeenkomsten waaraan tweehonderd mensen deelnamen. Er werd onder andere gesproken over dromen, wensen en goede ervaringen.
Dromen In de dromen komen verschillende ideaalbeelden naar voren, voor zowel de samenleving als geheel, als voor het individuele leven. De samenleving zou er zo uit moeten zien, dat iedereen zelfstandig leeft zolang het kan, maar ook hulp kan krijgen als dat nodig is. Alle mensen zien naar elkaar om en staan voor elkaar klaar. Vanuit dit positieve denken kunnen mensen zolang mogelijk de regie over hun leven houden, maar als het nodig is, durven ze wel om hulp te vragen, die dan ook beschikbaar is. Wensen De wensen gaan vooral over het samenspel tussen zorgprofessionals en gemeenten. Die moeten zorgen voor één loket en één hoofdverantwoordelijke bij wie de cliënt of patiënt terecht kan. Alle verschillende taken worden bij elkaar ondergebracht, zodat er niet voor iedere taak een andere organisatie verantwoordelijk is. Ook moet het zorgaanbod op maat zijn; er moet dus gekeken worden naar persoonlijke omstandigheden. Goede ervaringen Naast de dromen en wensen die nog moeten uitkomen, gebeuren er gelukkig ook al heel veel goede dingen. Zo zijn er bijvoorbeeld vrijwilligers die wandelen of boodschappen doen met een cliënt. En er is bijvoorbeeld een restaurant dat wordt gerund door mensen met een verstandelijke beperking. Ook zijn er verzorgings- of ziekenhuizen waar men wel
aandacht heeft voor de naaste van een cliënt of patiënt. Alle goede ervaringen verdienen snel en veel navolging. Zorgbelang Zuid-Holland doet zijn best om de dromen, wensen en goede ervaringen onder de aandacht te brengen van zorgaanbieders en gemeenten, zodat de uitvoering van de Wmo uiteindelijk leidt tot een ideale situatie. Folder De folder ‘Betaalde en onbetaalde zorg samen verder’ geeft een overzicht van dromen, wensen en goede ervaringen. U vindt de folder op de website www.zorgbelang-zuidholland.nl. Anja Fasol
Wens: één verantwoordelijke bij wie de cliënt terecht kan
herfst 2014
huishoudelijke hulp leveren. Zowel de gemeente als de zorgaanbieder is verantwoordelijk voor het leveren van goede zorg.
wel!
mag
Mevrouw H. heeft al jaren vijf uur huishoudelijke hulp per week. Ze heeft dat ook hard nodig. Ze is zwaar reumatisch en hartpatiënt en kan zelf niet veel meer doen. De gemeente, die de huishoudelijke hulp regelt, heeft opeens bepaald dat ze geen recht meer heeft op vijf uur hulp. Ze heeft nu recht op ‘een schoon huis’. De thuiszorg komt nu maar twee uur per week. Mevrouw ziet haar huis vervuilen. Ze moppert bij de thuiszorg en die verwijst naar de gemeente. De gemeente zegt dat ze het met de thuiszorg moet oplossen. Mevrouw H. weet het niet meer. Wat moet ze met haar klacht doen? wel
magazine
wel!
herfst 2014
RECHT OP EEN SCHOON HUIS
9
Welzijn
10 In gesprek gaan Zorgbelang Zuid-Holland heeft eenmalige gesprekken gevoerd met bewoners en cliënten van drie doelgroepen over een concreet onderwerp. Dit was mogelijk dankzij een goede samenwerking met hulpverleners die bekend zijn bij de cliënten/bewoners. We hebben ook een wijkbijeenkomst georganiseerd ‘Wat krijgt ú samen voor elkaar in Moerwijk/ Morgenstond?’. Bewoners, cliënten, mantelzorgers, vrijwilligers en professionals namen hier aan deel. Zij werden geïnformeerd over de aankomende veranderingen op het gebied van zorg en welzijn. Doelgroepen Met drie doelgroepen zijn groepsgesprekken geweest: een lunch met vrijwilligers van DOEL (GGz-ervaringsdeskundigen), een eetcafé met bezoekers van het Trefpunt van Middin (mensen met een verstandelijk handicap) en op de koffie bij bewoners van het woonzorgcentrum HWW-zorg en van de aangrenzende seniorenwoningen. Er is kennisgemaakt met een consulent van stichting MOOI. Zij vertelde wat er in het wijkcentrum te doen is. Het doel van deze gesprekken was om inzicht te krijgen in de mogelijkheden om mee te
doen aan activiteiten in de wijk. Het bereiken van deze kwetsbare doelgroepen is mogelijk gemaakt door het contact van professionals met deze mensen. Zij hebben het vertrouwen, waardoor een persoonlijke benadering mogelijk werd. Bij alle gesprekken kwamen de beperkte financiële middelen aan de orde. Geld is een belemmering om aan activiteiten deel te nemen. Dat geldt ook voor goedkope activiteiten.
Geld is een belemmering om mee te doen
Ouderen ophalen of bellen De bewoners van het woonzorgcentrum drinken elke ochtend met elkaar koffie in de koffieruimte. Als er iemand niet komt, dan gaan ze kijken wat er aan de hand is. Ze houden elkaar een beetje in de gaten. Er worden veel activiteiten georganiseerd in het woonzorgcentrum, maar een probleem is de vergeetachtigheid. Door de ouderen op te halen of dezelfde ochtend te bellen kunnen ouderen toch aan activiteiten deelnemen. De achteruit-
gaande gezondheid maakt het steeds moeilijker om mee te doen. Lezen (grote letters), puzzelen en een computerspelletje spelen zijn de voornaamste bezigheden. De bewoners die in de voormalige aanleunwoningen wonen, maken er bezwaar tegen dat ze moeten betalen voor de activiteiten in het woonzorgcentrum. Nu het seniorenwoningen zijn geworden, hebben ze veel buren die overdag nog werken. Die hebben weinig behoefte aan sociaal contact. Daar hebben de ouderen, die niet meer werken juist wel behoefte aan. Zij missen een bewonerscommissie, die kennis met je komt maken en vertelt wat er te doen is. Deze ouderen zijn vanwege hun hoge leeftijd niet meer in staat om een bewonerscommissie op te zetten. Daarbij zouden vrijwilligers kunnen helpen. Resultaten Het vrijwilligerswerk bij DOEL geeft mensen met een GGz-achtergrond eigenwaarde en een nuttige daginvulling. Het perspectief om uiteindelijk weer een (betaalde) baan te kunnen krijgen is een belangrijke motivatie. De oudere bewoners van het woonzorgcentrum moeten er steeds aan herinnerd worden wat er allemaal te doen is in het woonzorgcentrum. De bewoners naast het zorgcentrum missen een bewonerscommissie, die met je kennis komt maken en vertelt wat er te doen is. Er doen steeds meer ouderen mee aan de wekelijkse cursus valpreventie. Daarnaast is er een vrijwilliger van DOEL uitgenodigd voor ‘Aagjes huiskamer’. Dit is een ontmoetingsplek voor en door ouderen. Voor de bezoekers van het Trefpunt van Middin is gerealiseerd, dat ze kunnen sporten in de sportruimte van het wijkcentrum van MOOI. Ingrid Lips
herfst 2014
Verstandelijke beperking vraagt vertrouwen De mensen met een verstandelijke beperking die bij het Trefpunt van Middin komen eten, hebben allen een druk bestaan. Overdag werken de meesten bij of vanuit de sociale werkvoorziening. Postbezorging, werk in de groenvoorziening en het schenken van koffie en thee zijn werkzaamheden die zij overdag doen. Daarnaast hebben ze uiteenlopende hobby’s. De meeste activiteiten doen ze met andere mensen die een verstandelijke beperking hebben. Deze mensen willen het liefst pas aan nieuwe activiteiten deelnemen als er iemand met ze meegaat. Iemand die ze kennen en vertrouwen. Dat vraagt dus een investering in het opbouwen van een vertrouwensband, door regelmatig contact te hebben in een vertrouwde omgeving. Na een aantal keren samen te zijn geweest, durven cliënten meestal wel zelfstandig naar een activiteit. Maar dan nog is het nodig een oogje in het zeil te houden en contact te houden, bijvoorbeeld als een cliënt een paar keer niet gekomen is. De persoonlijk begeleider van de cliënt kan hier als contactpersoon een ondersteunende rol in vervullen.
Vertrouwen is de sleutel
wel!
mag
Zorgbelang Zuid-Holland is samen met welzijnsorganisatie stichting MOOI in de wijk Moerwijk een project gestart, waarin wordt gezocht naar mogelijkheden om mensen met een beperking te laten participeren in de wijk. Wat is hiervoor nodig? Hoe kun je mensen met een beperking hier zelf een stem in geven? Het project richtte zich op mensen met een psychische beperking, mensen met een verstandelijke beperking en ouderen op hoge leeftijd. wel
magazine
wel!
herfst 2014
Meedoen in Moerwijk Een wijkgerichte aanpak
Vrijwilligerswerk geeft eigenwaarde Enkele vrijwilligers zijn via de gemeente voor re-integratie bij DOEL terechtgekomen. DOEL benadert de vrijwilligers positief, waarbij wordt gekeken naar wat ze wel kunnen. Zij worden deskundig begeleid. Daardoor voelen de vrijwilligers zich serieus genomen, er wordt naar ze geluisterd. Het vrijwilligerswerk geeft ze een gevoel van eigenwaarde en nuttig zijn. Ook het werkritme dat ze door het werk krijgen, ervaren de vrijwilligers als positief. Voor alle vrijwilligers geldt, dat ze een inkomen hebben op bijstandsniveau. Het perspectief om uiteindelijk (weer) aan een betaalde baan te komen is een belangrijke motivatie. De vrijwilligers zien de groeimogelijkheden en hun kansen op betaald werk via DOEL. Daarnaast vinden vrijwilligers het prettig dat ze hun eigen ervaring kunnen inzetten om anderen in een vergelijkbare situatie te helpen.
11
Welzijn
12
mag
Met ingang van 1 januari 2015 verandert de Wmo. Daarom willen de zes gemeenten in de regio Drechtsteden1 de cliëntenparticipatie op regionaal niveau opnieuw vorm en inhoud geven. Ze doen dit niet zelf, maar hebben de Procesgroep Cliëntenparticipatie opdracht gegeven met een voorstel te komen. Participatie om te komen tot participatie! wel
magazine
wel!
herfst 2014
Wmo-adviesraad Drechtsteden krijgt nieuwe vorm
Veranderende taak De veranderingen binnen de Wmo hebben ook gevolgen voor de samenstelling en de werkwijze van de huidige Regionale Wmoadviesraad Drechtsteden. Deze raad geeft gevraagd en ongevraagd advies over alles wat met de Wmo individuele voorzieningen te maken heeft. Denk aan huishoudelijke ondersteuning, woningaanpassingen, rolstoelen, aangepast vervoer. Deze raad adviseert het Drechtstedenbestuur en de Sociale Dienst Drechtsteden over het beleid en de uitvoering van het beleid. Dit werk gaat gewoon door, maar er komt een taak bij. De Regionale Adviesraad Wmo 2015 gaat straks adviseren over álle maatwerkvoorzieningen. Dus ook over zaken als individuele begeleiding en dagbesteding. De raad gaat straks adviseren over alle voorzieningen waar mensen een ‘indicatie’ voor nodig hebben. Procesgroep Cliëntenparticipatie De opdracht aan de Procesgroep Cliëntenparticipatie was een voorstel te doen voor een ‘Regionale Wmo-adviesraad Nieuwe Stijl’. In deze Procesgroep zijn vertegenwoordigers opgenomen van diverse raden: van de zes lo-
kale Wmo-adviesraden, de huidige Regionale Wmo-adviesraad Drechtsteden, de Cliëntenraad WWB (Wet, Werk en Bijstand) en drie vertegenwoordigers van cliëntenraden van de sectoren Verpleging en Verzorging, Gehandicaptenzorg en Geestelijke Gezondheidszorg. De Drechtstedengemeenten hebben Zorgbelang Zuid-Holland gevraagd de Procesgroep te ondersteunen. Mariëtte Teunissen heeft deze taak op zich genomen.
Regionale Adviesraad Wmo 2015 adviseert over álle maatwerkvoorzieningen
1 Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht.
Werkgroepen/netwerken Het is belangrijk dat de leden van de Regionale raad goede contacten hebben met de mensen die gebruikmaken van maatwerkvoorzieningen en met hun mantelzorgers. Alleen dan kunnen zij goed adviseren. Om deze contacten te regelen, kan de Regionale raad (tijdelijke) werkgroepen instellen, bijvoorbeeld voor een voorziening, zoals dagbesteding. In de werkgroep zitten één of meer leden van de Regionale Wmo-adviesraad en leden van cliëntenraden, regionale of lokale belangenbehartigers. Ook individuele burgers kunnen vanwege hun ervaring of kennis lid zijn van een werkgroep. De Regionale raad kan ook een themabijeenkomst organiseren om zo te horen wat mensen vinden van een maatwerkvoorziening. Daarnaast gaan de leden op werkbezoek. Voor de advisering zal de Regionale Adviesraad Wmo 2015 zeker ook gebruikmaken van de netwerken van cliënten(raden), mantelzor-
Taken De Regionale Adviesraad Wmo 2015: a. geeft gevraagd (interactief én vanaf het begin) en ongevraagd advies aan het Drechtstedenbestuur over beleid en uitvoering van de maatwerkvoorzieningen; b. houdt de ontwikkelingen in de samenleving, in zoverre die een relatie hebben met maatwerkvoorzieningen, scherp in de gaten en speelt daar adequaat op in; c. stimuleert het overleg en de samenwerking met cliëntenraden en regionale/ lokale belangenbehartigers in zoverre die een relatie hebben met de maatwerkvoorzieningen; d. levert een bijdrage aan de communicatie naar de samenleving over ontwikkelingen ten aanzien van de maatwerkvoorzieningen.
herfst 2014
Samenstelling en werkwijze De Regionale Adviesraad Wmo 2015 bestaat uit tien leden, inclusief de voorzitter. Zes beleidsdeskundigen/generalisten uit de zes lokale Wmo-adviesraden en drie ervaringsdeskundigen. De ervaringsdeskundigen worden geworven onder cliëntenraden of onder regionale/lokale belangenbehartigersorganisaties van de sectoren VG, GGZ en V&V.
gers, belangenbehartigers en inwoners. Waar mogelijk werkt de Regionale raad samen met de netwerken en/of werkgroepen van lokale Wmo-adviesraden. De Regionale Adviesraad Wmo 2015 heeft straks een informatieve en interactieve website en publiceert regelmatig een digitale nieuwsbrief.
wel!
Het voorstel in hoofdlijnen
Mariëtte Teunissen Meer informatie Zie voor meer informatie de website www.zorgbelang-zuidholland.nl.
13
Zo kan het ook
14 Volgens Corine Jansen bestaat in de zorg nog steeds de intrinsieke neiging om over mensen te praten in plaats van met mensen. Corine werd in 2009 de eerste patiëntenluisteraar bij het Radboud Universitair Medisch Centrum; een functie die in het leven werd geroepen om meer rekening te kunnen houden met de wensen van patiënten. Momenteel begeleidt en traint Corine via haar bedrijf JoConnect professionals in de zorg om goed te leren luisteren.
Opleiding geneeskunde Corine: ‘Communiceren is in de opleiding geneeskunde een klein onderdeel. De opleiding is primair gericht op medisch handelen; communiceren is hier nog geen integraal onderdeel van. Er gaat tegenwoordig wel meer aandacht naar uit dan vroeger, waardoor de nieuwe lichting artsen het waarschijnlijk een stuk beter gaat doen. Maar daar gaat een generatie overheen.’ Tijdsdruk in de zorg ‘Een consult begint vaak met de vraag: ‘’Wat kan ik voor u doen?’’. Dat is voor de patiënt een kans om zijn verhaal te doen. Uit onderzoek blijkt echter dat veel artsen een patiënt na ongeveer 18 seconden al onderbreken. Vanwege de toegenomen efficiency en werkdruk in de zorg is het voor zorgverleners soms ook lastig om echt even de tijd te nemen om goed naar
de patiënt te luisteren en deze uit te laten praten. De wachtkamer zit vol en de planning loopt uit. In de praktijk blijkt dat artsen
Sta open voor het verhaal van de patiënt
Goede voorbereiding Maar wat kan de patiënt zelf doen om het gesprek zo optimaal mogelijk te laten verlopen? Corine: ‘Bereid het gesprek voor, schrijf desnoods een brief of maak een lijstje als je bang bent dat je tijdens het gesprek zaken vergeet en neem vooral iemand mee. Mocht je worden onderbroken, vraag dan of je eerst even je eigen verhaal mag vertellen. Krijg je in het gesprek onverwacht (slecht) nieuws dat je even moet laten bezinken, vraag dan om een vervolgafspraak. Het verwerken van slecht nieuws vraagt tijd, en de vragen komen vaak pas als ze weer thuis zijn.’
dan je denkt
Praktisch resultaat Goed luisteren naar de patiënt, wat levert dat in de praktijk op? Corine: ‘Als de patiënt echt gehoord wordt, leidt dat tot een betere behandelrelatie, een grotere medicijntrouw en – zeer belangrijk – tot angstreductie. De patiënt krijgt het gevoel serieus te worden genomen door de behandelaar wanneer deze de dialoog aangaat.’ ‘Communicatie in de spreekkamer vraagt om een gezamenlijke inspanning. De arts kan de patiënt beter helpen als hij goed luistert en als de patiënt aan de arts vertelt wat voor hem belangrijk is, kan de zorg daar beter op afgestemd worden. Zorg is van ons samen en kwaliteit verbeteren doen we dus ook samen.’ Stasja Cornelissen
herfst 2014
mag
Zet als zorgverlener de ‘luisterknop’ aan wel
magazine
wel!
herfst 2014
‘Er wordt ook gedacht dat luisteren meer tijd kost. Een arts heeft immers meestal maar tien minuten per patiënt. Maar als je eerst twee minuten echt luistert zonder iemand in de rede te vallen, dan heb je daarna een kwalitatief beter gesprek.’
Echt luisteren is moeilijker
wel!
de informatie die ze van de patiënt krijgen zo snel mogelijk proberen te trechteren. Het is een groot misverstand dat artsen niet bereid zijn om te luisteren. Maar luisteren is niet zo makkelijk, zeker niet als je dat dertig keer op een dag moet doen. Het zou al fantastisch zijn als de arts een patiënt eerst zijn verhaal laat doen zonder hem te onderbreken. Daarbij is het van belang dat zorgverleners zich bewust worden van hun eigen aannames, valkuilen en allergieën. Die heeft iedereen natuurlijk, maar inkleuring kan het gesprek beïnvloeden. Daarom is het voor een arts ook zo van belang om de ‘’luisterknop’’ aan te zetten.’
15
Wmo
Zorgbelang antwoordt Waar belde u over? Met vragen of klachten over de zorg kunt u terecht bij de medewerkers van het Adviespunt Zorgbelang. In deze rubriek beschrijft een medewerker een voorbeeld uit de praktijk. In verband met de privacy zijn namen en details gewijzigd.
16
Het eerste-uitgiftetarief Sinds 1 januari 2014 declareren apothekers apart een zogenoemd ‘eerste-uitgiftetarief’ bij de zorgverzekeraar. Dit tarief wordt gedeclareerd als u voor het eerst een bepaald medicijn gebruikt, een bekend medicijn in een andere sterkte of toedieningsvorm krijgt of als u het medicijn een jaar of langer niet hebt gebruikt. Zorgverzekeraars verrekenen dit bedrag met uw eigen risico, waardoor u het ‘eerste-uitgiftetarief’ op de rekening van uw zorgverzekeraar terugvindt.
Zie de rubriek ‘Uw rechten en plichten’ voor uitgebreidere informatie over het ‘eersteuitgiftetarief’. Ook een vraag of klacht over de zorg? Bel dan naar (0900) 243 70 70 of mail naar
[email protected].
Krijgt u de zorg die u nodig heeft? Steeds meer zorg moet door de gemeenten worden geleverd. Dit is geregeld in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Hoe pakt uw gemeente dit aan? Wij zijn benieuwd naar uw ervaringen. Al deze ervaringen kunnen bijdragen aan verbetering van de zorg.
De komende jaren verandert er veel voor mensen die hulp en ondersteuning nodig hebben. Steeds meer zorgtaken gaan naar gemeenten. Nu regelt de gemeente al de huishoudelijke hulp, rolstoelen, woningaanpassingen en individueel vervoer. In 2015 komt hier begeleiding, dagbesteding en tijdelijk verblijf bij. Daarnaast krijgen gemeenten minder geld om de zorg te regelen. Ook wordt steeds meer verantwoordelijkheid bij de burger zelf en zijn sociale netwerk gelegd. Dit houdt in dat eerst wordt gekeken naar wat iemand zelf kan, eventueel met hulp van familie, vrienden en buren. Pas als die niet (voldoende) kunnen helpen, zal de gemeente inspringen.
hoe wordt u bejegend, wat u moet bijbetalen voor de voorziening. Het Meldpunt Wmo onderzoekt de binnengekomen meldingen. Over de resultaten gaat het Meldpunt Wmo met gemeenten in gesprek. Gemeenten kunnen hierdoor gericht verbeteringen aanbrengen in de uitvoering van de Wmo. Uw melding kunt u doen bij het Meldpunt Wmo via www.zorgbelang-zuidholland.nl. Wilt u iemand persoonlijk spreken, neem dan contact op met het Adviespunt Zorg, (0900) 243 70 70 of
[email protected].
Al deze veranderingen hebben grote gevolgen voor de burger die bij de gemeente om hulp vraagt. Belangrijk is dat zorgvragers de hulp krijgen (of blijven krijgen) die ze nodig hebben. Blijft de zorgvrager in staat om mee te doen in de samenleving en zijn leven thuis op de rails te houden? Om knelpunten boven water te krijgen start Zorgbelang Zuid-Holland het Meldpunt Wmo. Iedereen kan zijn ervaringen met de Wmo melden. Uw melding kan gaan over uiteenlopende zaken, bijvoorbeeld het al dan niet toekennen van een hulpmiddel of huishoudelijke hulp, de wijze waarop de zorg wordt geleverd, of u volgend jaar nog voldoende begeleiding of dagbesteding krijgt, of u keuzevrijheid heeft,
Meld uw ervaring met de Wmo
herfst 2014
Het eerste-uitgiftegesprek moet wel aan bepaalde eisen voldoen. Zo mag u verwachten dat de apotheker nagaat wat u weet over het medicijn en waarvoor u het nodig hebt. Daarnaast moet hij informatie geven over de werking van het medicijn, de manier waarop het gebruikt moet worden, de mogelijke bijwerkingen, eventuele bijzonderheden (bijvoorbeeld beïnvloeding van de rijvaardigheid) en de wisselwerking met andere medicijnen die u gebruikt. De apotheker zal tot slot ook moeten nagaan of u de informatie hebt begrepen en of u nog vragen hebt. Bij Eva voldeed het gesprek niet aan deze eisen. Wat kan ze met haar klacht hierover doen? Ze kan de apotheker wijzen op het feit dat in het ‘eerste-uitgiftegesprek’ onvoldoende is ingegaan op de mogelijke bijwerkingen van het middel. Komt ze er met de apotheker niet uit, dan zou ze een klacht kunnen indienen bij de klachtencommissie voor apothekers.
wel!
mag
Eva heeft een nieuw medicijn voorgeschreven gekregen. Ze krijgt bij de apotheek een korte toelichting op het medicijn. Bij thuiskomst ziet zij in de bijsluiter dat het middel een andere kwaal, waar zij veel last van heeft, kan verergeren. Dit is niet bij de toelichting verteld. Ze gaat terug naar apotheker en geeft aan dat ze het medicijn vanwege de bijwerking niet wil gebruiken. De apotheker geeft haar gelijk en neemt het doosje terug. Met de huisarts zal overlegd worden over een alternatief geneesmiddel. Eva vindt dat de voorlichting over het medicijn niet goed was en dat de apotheker de kosten voor het ‘eerste-uitgiftegesprek’ niet mag declareren. wel
magazine
wel!
herfst 2014
APOTHEEK BRENGT ‘VOORLICHTING’ IN REKENING
17
Zo kan Actueel het ook
18
De algemene verantwoordelijkheid om, indien nodig, ondersteuning te organiseren voor burgers met een beperking komt vanaf 2015 bij de gemeenten te liggen. In september 2013 is wijkservicecentrum Binders als pilot van start gegaan op gezamenlijk initiatief van de zorgorganisaties Het Raamwerk, Het Lichtpunt en de Gemiva-SVG Groep, ondersteund door de gemeente Katwijk. Unieke combinatie De drie zorgorganisaties werken nauw samen. Olga Werkhoven, locatiemanager Gemiva-SVG: ‘De deelnemers krijgen begeleiding van professionals. Deze professionals krijgen op hun beurt weer ondersteuning van stagiairs en vrijwilligers. Zowel mensen met een verstandelijke of lichamelijke beperking als mensen met nietaangeboren hersenletsel doen samen de meest uiteenlopende klussen.’ Nico Koutstaal, hoofd dagbesteding van Het Raamwerk vult aan: ‘De deelnemers hebben allemaal ondersteuning nodig door hun beperking. De een meer dan de ander. Dat betekent niet dat ze zelf niets kunnen of willen. Ze willen graag iets voor een ander en de maatschappij betekenen. Ieder draagt naar zijn vermogen een steentje bij. Er blijkt veel meer te kunnen dan in eerste instantie gedacht wordt en daar is iedereen terecht trots op.’
Succesvol De ‘formule’ is succesvol. Het werkt op basis van wederkerigheid. Nico: ‘Zo trad een koor bij ons op als tegenprestatie voor het maken van hun koorboekje. Een diëtiste gaf uitleg over gezond eten in ruil voor het flyeren van haar folders. En met kerst kregen we een versierde kerstboom van de Oranjevereniging, als bedankje voor de hulp bij het inpakken van de pepernoten. Bij verpleeghuis De Wilbert werken deelnemers in de keuken, bij de techniek en in de thee- en vlindertuin. Twee keer per week maken zij een rolstoelwandeling met de bewoners van De Wilbert en wekelijks organiseren ze een filmmiddag.’ Deskundigheid bundelen Vooral de samenwerking tussen de drie zorginstellingen en de gemeente Katwijk is vernieuwend. Olga: ‘Door deskundigheid te bundelen, dragen we nog beter bij aan de kwaliteit van leven van mensen met een beperking. De gerealiseerde samenwerking tussen de verschillende partijen is onze kracht.’ Wennen Nico: ‘Het was voor een groot aantal deelnemers in het begin best wennen. De overgang naar Binders was voor hen verplicht. Door de veranderingen in de zorg en de bezuingingen
Midden in de maatschappij Iets betekenen voor jezelf en een ander is heel belangrijk. Door de aangeboden klussen staan de deelnemers midden in de maatschappij, hebben zij verantwoordelijkheden waardoor het zelfvertrouwen groeit. Nico: ‘De activiteiten zijn heel divers: een boodschappenservice, klein groen onderhoud, assisteren van de conciërge van een school, voorlezen op scholen, verzorgen van drukwerk voor verenigingen, flyeren voor organisaties en bedrijven, koken van maaltijden voor anderen die zelfstandig wonen, organiseren van filmmiddagen in het verpleeghuis, wandelen met de bewoners van het verpleeghuis, vuil ophalen bij de Roversbrug. Teveel om op te noemen eigenlijk. Als er een vraag vanuit een
deelnemer of buurtbewoner, bedrijf, organisatie of anders binnenkomt, kan het pakket zo weer veranderen. Door de grote diversiteit in activiteiten vinden we voor iedereen een passende dagbesteding die bijdraagt aan de dienstverlening in de wijk.’ Tot slot Olga: ‘Het blijft lastig om het unieke van Binders te verwoorden. Want alle activiteiten die wij doen, doen anderen ook. Maar het intensief samenwerken met vrijwilligers, de verbindingen die Binders heeft met andere welzijnorganisaties, het eigen programma van de deelnemers en de mix van doelgroepen maakt Binders uniek. Laatst gaf een deelnemer bij mij aan dat ze op zoveel meer ideeën is gekomen. Daarmee bedoelde ze dat ze nieuwe dingen is tegengekomen die ze leuk vindt en goed kan, waarvan ze het nooit had gedacht. Kijk, dat is nou waar het uiteindelijk om draait.’ Mieke Taverne
herfst 2014
mag
Vanuit wijkservicecentrum Binders in Katwijk verlenen mensen met een beperking diensten in de wijk. In dit vernieuwende concept slaan zorginstellingen en de gemeente de handen ineen op het gebied van participatie. Het centrum draait nu ruim een jaar, en de formule blijkt een groot succes. wel
magazine
wel!
herfst 2014
Wijkservicecentrum Binders
Activiteitenprogramma Door de verplichte overgang is bewust gekozen voor het opzetten van een activiteiten programma samen met de individuele deelnemers. Olga: ‘Er is dus geen groepsgewijs weekprogramma: iedere cliënt heeft zijn eigen wensen en mogelijkheden. Op grond daarvan worden de werkzaamheden en activiteiten opgezet, met als doel ontwikkeling en iets betekenen voor de maatschappij, in dit geval de buurt. Met elkaar werken wij aan wijkgerichte dagbesteding.’
De samenwerking is onze kracht
wel!
op vervoerskosten krijgen zij nu dagbesteding binnen de gemeentegrenzen. Olga vult aan: ‘Dat betekent bijvoorbeeld voor een deelnemer die 30 jaar lang elke dag door een busje vanuit Katwijk naar Leiderdorp werd gebracht, dat hij nu zelfstandig, op eigen kracht, naar Binders komt. Een pittige overgang, die goed heeft uitgepakt. De deelnemers vinden het fijn dat ze een stuk zelfstandiger zijn. Ze zijn niet meer afhankelijk van het busvervoer en bepalen zelf wanneer zij vertrekken. Hierdoor ervaren zij veel meer regie over hun eigen leven.’
19
Uw rechten en plichten pen twaalf maanden hebt gebruikt. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als u het geneesmiddel eerder bij een andere apotheek hebt gehaald. De apotheker moet wel proberen te achterhalen of dit het geval is.
20
Bij de apotheek kunt u sinds 1 januari 2014 een rekening krijgen voor een zogeheten ‘eersteuitgiftegesprek’. Wat houdt dit gesprek in? Wanneer mag de apotheek een ‘eerste-uitgiftetarief’ in rekening brengen en wat mag u verwachten dat hij hiervoor doet?
Rekening eerste uitgifte Voor medicijnen die u voor het eerst meekrijgt – of langer dan twaalf maanden niet hebt gebruikt – betaalt u of uw zorgverzekeraar iets extra’s. Dit bedrag heet het ‘eerste-uitgiftetarief’. Al sinds 2009 zijn de kosten voor een nieuw medicijn hoger dan voor een medicijn dat u vaker gebruikt. Het enige verschil is dat sinds 1 januari 2014 apothekers het ‘eerste-uitgiftetarief’ apart moeten declareren bij de zorgverzekeraar. Zorgverzekeraars verrekenen de kosten van medicijnen en apotheek met uw eigen risico, waardoor u het ‘eerste-uitgiftetarief’ op de rekening van uw zorgverzekeraar terugvindt. Als u een medicijn haalt, brengt de apotheek hier standaard ongeveer € 6 voor in rekening. Gaat het om een nieuw medicijn, dan komt hier nog eens ongeveer € 6 bovenop. Het precieze bedrag is afhankelijk van uw apotheek en zorgverzekeraar. Wanneer ‘eerste-uitgiftetarief’? Een apotheker mag alleen voor receptgeneesmiddelen een extra bedrag in rekening
brengen als u een geneesmiddel haalt: • met een werkzame stof, sterkte en toedieningsvorm, dat u niet eerder hebt gebruikt; • met een werkzame stof, sterkte en toedieningsvorm, die u twaalf maanden of langer geleden bij de apotheek hebt gehaald; • waarvan de apotheker niet kan vaststellen of u het medicijn in de afgelo-
Een ‘eerste-uitgiftegesprek’ is verplicht
www.knmp.nl.
Ontevreden over gesprek? Bespreek met de apotheker waarom u niet tevreden bent over het gesprek. Leidt dit niet tot een oplossing, dan kunt u overwegen een klacht in te dienen bij de Klachtencommissie Openbare Apotheek. Bron: www.consumentenbond.nl.
herfst 2014
Gesprek verplicht? In principe kunt u een ‘eerste-uitgiftegesprek’ niet weigeren. De apotheker is verplicht dit gesprek met u te houden. Dit is op basis van richtlijnen die ervoor moeten zorgen dat geneesmiddelen veilig worden gebruikt. Weigert u het gesprek, dan is de kans groot dat de apotheker het geneesmiddel niet meegeeft.
Kijk voor meer informatie op
wel!
mag
Rekening voor eerste uitgifte van medicijnen wel
magazine
wel!
herfst 2014
Rol apotheek Tijdens het ‘eerste-uitgiftegesprek’ moet de apotheker (of assistent) – in voor u begrijpelijke taal – uitleg geven over het gebruik, de werking, de mogelijke bijwerkingen en de wisselwerking met andere geneesmiddelen die u gebruikt. Daarnaast moet hij of zij ook nagaan of u de informatie hebt begrepen, of u nog vragen hebt. De apotheker moet ook schriftelijke uitleg over het medicijn meegeven.
21
19 november 2014
Informatie
Webwetenswaardigheden Op het steeds groter wordende web hebben we ook nu weer een aantal sites gevonden, die wellicht voor u van nut kunnen zijn. Het gaat uiteraard over het grote gebied van zorg en welzijn, maar ook over de grote diversiteit daarbinnen. Kijkt u maar eens op onderstaande sites. Veel succes.
22
www.vng.nl Alle informatie waar u in de relatie tot de gemeenten mee te maken krijgen, staat op de site van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. www.vooreenveiligthuis.nl Ouderenmishandeling komt vaker voor dan u denkt. Jaarlijks worden naar schatting 200.000 ouderen van boven de 65 jaar mishandeld door partners, familie, huisvrienden of zorgverleners. App’s
www.dwangindezorg.nl Informatie over dwang in de zorg, gezien vanuit cliënten, directbetrokkenen en professionals. Met vragen uit de praktijk, rechten & plichten van alle betrokkenen en inspiratie voor betere oplossingen dan dwang.
5minuteninfo Deze app geeft in woord, beeld en geluid de belangrijkste informatie over alles wat te maken heef met een nieuwe heup: voorbereidingen, de operatie, revalidatie, leefregels, hulpmiddelen enzovoort.
www.hoeverandertmijnzorg.nl Wilt u weten wat er per 1 januari 2015 in de zorg verandert, dan staat op de site van VWS antwoorden op vele vragen, er is een woordenlijst en een informatiepunt.
Huidmonitor De Huidmonitor helpt patiënten bij het controleren van hun huid op verdachte plekjes. Huidmonitor bestaat uit vier onderdelen: check, volg, personen en herinnering. De app inzichtelijk of een moedervlek verandert door foto’s op te slaan.
www.movisie.nl Op veel plaatsen willen gemeenten de eerste lijn versterken door de inzet van sociale wijkteams. Wat is een sociaal wijkteam? Wat komt er kijken bij het inrichten van een team? Wat maakt een team effectief? www.netwerklevensvragen.nl Het Expertisenetwerk Levensvragen en Ouderen wil ervoor zorgen dat vrijwilligers en beroepskrachten in zorg en welzijn en binnen de Wmo getraind worden op het omgaan met levensvragen.
De zorgvrager als partner Op zoek naar de menselijke maat
herfst 2014
mag
www.allesisgezondheid.nl Alles is gezondheid is het nationale programma waarin partijen afspraken maken en gezamenlijk acties ondernemen die een beweging op gang brengen. wel
magazine
wel!
herfst 2014
www.aandachtvooriedereen.nl Gemeenten krijgen de komende jaren te maken met verschillende decentralisaties op het sociale domein. Dit gaat veel betekenen voor burgers met en zonder beperkingen. Doe mee met cliëntenraadpleging over voorlichting over de overgang van AWBZ-zorg naar gemeenten. Eén van de participanten is Zorgbelang.
usherperspectief.wordpress.com Informatie en verwijzingen voor mensen met het syndroom van Usher.
wel!
Websites
Congres
Ov-coach Speciale app die mensen met autisme helpt zelfstandig te reizen, bijvoorbeeld naar school. Via duidelijke vragen reisadvies op maat. Deze app kost eenmalig €0,89 OWise borstkanker De OWise borstkanker app kan helpen tijdens het behandelingsproces. Het geeft overzicht, en informatie om met de arts te bespreken en te helpen bij het nemen van beslissingen.
mag
magazine
Hoe kunnen zorgvragers beter worden betrokken bij kwaliteitsverbeteringen in zorg en welzijn? En hoe blijft de menselijke maat en cliëntenparticipatie behouden in het streven naar efficiëntie? Op het congres ‘De zorgvrager als partner’ belichten ervaringsdeskundigen en andere sprekers dit thema ieder vanuit hun eigen invalshoek, zoals mantelzorg, jeugdzorg, ziekenhuiszorg en huisartsenzorg. Programma Sprekers o.a.
● ● ● ●
Marjolein Broese van Groenou Stans van Egmond Nicoline Vackerberg Micha de Winter
Uitreiking Duim Tijdens het congres wordt tevens de winnaar gekozen van de Zorgbelang Zuid-Holland Duim, dé publieksprijs voor Zuid-Hollandse zorg- en welzijnsinitiatieven die de cliënt centraal stellen.
Praktische zaken Datum 19 november 2014 ● Locatie Van der Valk Ridderkerk (gratis shuttlebus) ● Tijd 10.00-16.00 uur ●
Aanmelden De toegang is gratis, aanmelden verplicht. Het aantal plaatsen is beperkt dus meldt u zich zo snel mogelijk aan via: ● de website: www.zorgbelang-zuid-holland.nl ● per e-mail:
[email protected] onder vermelding van ‘congres’ Na inschrijving ontvangt u een bevestiging van deelname. Wij hopen u van harte te kunnen begroeten op woensdag 19 november aanstaande.
23
Postadres Bezoekadres T (088) 929 40 00 Postbus 2148 Ronsseweg 140 I www.zorgbelang-zuidholland.nl 2800 BG Gouda 2803 ZR Gouda E
[email protected]