VISIE
ties nagedacht. Bij bedrijven die zeer manueel werken is de kans groter dat ze dat nog niet hebben gedaan en dus ook minder tevreden zullen zijn over wat ze in huis hebben.”
Software als an
BL: Er bestaan vandaag al heel veel mechaniseringsoplossingen. In welke mate zien jullie een toekomst in nog meer revolutionaire systemen zoals pickrobots? H. Van Dessel: “Ik heb al pickrobots gezien die heel complexe zaken zoals haarspelden kunnen grijpen maar ik zie nog niet meteen een robot een zakje openen en er drie schroeven uithalen. Voor zulke zaken moet het kader waarbinnen je werkt ook heel stabiel zijn. Een palletiseersysteem dat dozen stapelt bijvoorbeeld zal je in maar heel weinig magazijnomgevingen kunnen terugverdienen.” H. Deloof: “Ook wij krijgen geregeld vragen naar dergelijke complexe systemen maar als je door begint te rekenen, zijn zulke zaken inderdaad zelden haalbaar en/of rendabel.” W.Etienne: “Zulke innovaties krijgen veel aandacht in de media maar uiteindelijk gaat het om een kleine niche en dat zal vermoedelijk ook zo blijven.” W. Deswaef: “Dat kan kloppen. Evoluties zoals de steeds grotere flexibiliteit en modulariteit van mechanische systemen daarentegen scheppen voor veel meer bedrijven mogelijkheden.”
WMS-specialisten geven hu
BL: Als het onderzoek iets bevestigd heeft, dan is het wel dat er geen ideale oplossing voor iedereen bestaat. Kunnen jullie onze lezers nog goede raad meegeven om hen op de goede weg te helpen. W. Deswaef: “Het kan zinvol zijn om hulp te zoeken bij partijen die veel ervaring hebben in de sector waarin je actief bent. Die hebben vaak sneller inzicht in de processen.” H. Deloof: “Omdat je vaak met verschillende systemen te maken zult hebben, is het ook belangrijk om ervoor te zorgen dat de connectie tussen alle systemen die je in huis haalt, goed zit.” H. Van Dessel: “Ik merk ook dat de rol van een consultant in het keuzeproces in de loop van de tijd veranderd is. Heel wat bedrijven kunnen best zelf het ‘huiswerk’ maken waarover ik het al had, zeker grotere bedrijven die de mensen in huis hebben om de nodige berekeningen te doen. Belangrijker is om je als bedrijf te laten begeleiden bij het uitzoeken van wat er allemaal doorgesproken moet worden. Dat maakt de kans dat je uiteindelijk tot de juiste oplossing zult komen, een stuk groter wordt. Een consultant zal gemakkelijker de juiste vragen stellen. Niet dat leveranciers dat niet kunnen, maar een leverancier die weinig moeilijke vragen stelt, komt nu eenmaal vaak sympathieker uit de hoek. Uiteraard zal in het vervolgtraject de input van de leverancier wel zeer belangrijk zijn, zeker als het om zeer gespecialiseerde systemen gaat.” TC
10
WWW.VALUECHAIN.BE
Aanbieders van WMS-oplossingen (warehouse management system) hebben vandaag weinig reden tot klagen. Veel bedrijven zijn immers (terug) op zoek naar een geschikte oplossing om hun magazijnactiviteiten aan te sturen. Reden is vaak de toenemende complexiteit die op de schouders van veel organisaties weegt, zo blijkt uit onze WMS-survey. Aan een panel specialisten vroegen we om hun licht te werpen op onze bevindingen. De volledige resultaten van de survey zelf vindt u terug in de White Paper op onze website www.valuechain.be.
W
e legden de resultaten van onze survey voor aan vertegenwoordigers van enkele bekende WMS-leveranciers: Marc Loeys, CEO Benelux bij Generix; Milou Brüll, sales manager Benelux bij Consafe Logistics; Wim Winkelmolen, director implementation services bij Manhattan Associates en Christophe Vanthuyne, senior WMS consultant bij Objective International. Daarnaast zat ook Eric Vandenbussche, managing director bij consultancybureau Logflow, mee aan tafel. BL: Uit onze survey blijkt dat bijna 65% duidelijk voelt dat de druk op zijn operaties de laatste 12 maanden is toegenomen. Ongeveer 37% wil die wegnemen door de ondersteuning van software. Stemmen die cijfers overeen met de vraag die jullie momenteel in de markt ervaren? E. Vandenbussche: “Zeker als we het investeringsklimaat in Vlaanderen bekijken, dan kunnen we niet anders dan bevestigen dat de vraag naar WMS in de lift zit. Ongetwijfeld komt dat ook doordat veel dossiers enkele jaren zijn blijven liggen. Door de stijgende druk kunnen bedrijven niet anders dan knopen doorhakken.” M. Loeys: “In elk geval zijn veel bedrijven zich momenteel aan het oriënteren. Ik denk dat de meeste aanbieders in de markt dat wel ervaren.”
VISIE
ntwoord op stijgende druk
un visie op de markt C. Vanthuyne: “Producenten – die een groot deel van de respondenten vormen – beseffen ook dat productie en logistiek geen eilanden meer zijn. Binnen productie is optimalisering al langer aan de orde. Het magazijn moet volgen, wat ook binnen die omgevingen tot verbeterprojecten leidt. Een magazijn krijgt ook steeds meer kenmerken van een productieomgeving, denken we maar aan de continue stijging van value added logistics-activiteiten. Anderzijds worden typisch logistieke zaken als traceerbaarheid steeds belangrijker binnen productie. Beide omgevingen lopen dus veel meer in elkaar over.”
E-commerce als uitdaging BL: Binnen die context is het niet verwonderlijk dat twee derde van de respondenten zijn magazijnactiviteiten als complex ervaart. Bovendien zegt 64% geconfronteerd te worden met multichannelstromen, een trend waarvan algemeen geweten is dat hij de complexiteit in het magazijn verhoogt. Hoe vangen jullie die specifieke vraag naar e-commerceondersteuning precies op? W. Winkelmolen: “De aarzelende houding tegenover e-commerce begint weg te ebben. Daarom halen bedrijven soms de e-commerceactiviteiten die ze voordien hadden uitbesteed terug in huis. Dat schept vragen over hoe ze die verschillende stromen softwarematig moeten aanpakken. Die vragen kunnen we doorgaans met standaard functionaliteit beantwoorden. Wel hebben we onze software zo aangepast dat orders meer in realtime doorgesluisd kunnen worden.”
Milou Brüll, sales manager Benelux bij Consafe Logistics: “Wij pleiten voor ‘continuous improvement’, waarbij het WMS-pakket, dat schaalbaar is, kan meegroeien met de klant. Al heeft de klant in het begin soms zelf de neiging om meteen alles te willen. Je maakt het jezelf trouwens een stuk gemakkelijker als je bereid bent om de standaard workflows van het WMS te volgen.”
M. Brüll: “Ook wij hebben werk gemaakt van die functionaliteit binnen de standaard van ons pakket. E-commerce vraagt nu eenmaal meer snelheid en meer flexibiliteit.” E. Vandenbussche: “Zaken zoals ‘continuous batching’, waarbij stromen gelijkmatiger worden gespreid, worden inderdaad steeds vaker toegepast . De vraag naar een hoge reactiviteit is trouwens een trend in het algemeen. Maar een van de grootste uitdagingen is wel om een e-commercestroom op een efficiënte manier met je traditionele stromen te combineren. Zeker in magazijnen die al sterk zijn gemechaniseerd, kan een stijgende e-commercestroom tot een infarct leiden.
De kern van de oplossing voor dergelijke problematieken zit vaak in de juiste software.” BL: Ook eigen aan e-commerce is het belangrijk aantal retours. Is het nodig om aan een pakket te sleutelen om die goed op te vangen? M. Brüll: “Wij beschouwen een retour gewoon als een ontvangst. Uiteraard zijn er een aantal aandachtspunten, zoals het identificeren van om welk geretourneerd product het precies gaat, maar die hoeven binnen de software geen probleem te vormen.” E. Vandenbussche: “Toch heb ik al ervaren dat er WMS-pakketten zijn die last hebben met retours. Dat is vooral het geval
BUSINESS LOGISTICS - SEPTEMBER 2015
11
VISIE
Eric Vandenbussche, managing director bij consultancybureau Logflow: “De warehousemodule van een ERP-pakket zal het moeilijker hebben om taakgestuurd te werken in complexe omgevingen. Terwijl het net taakgestuurd werken is dat de efficiëntie in je magazijn zal verhogen.”
als de retour is opgezet als een specifiek proces en niet als een receptie met kwaliteitscontrole, e.d. Als je veel retours moet verwerken, is dat toch iets waar je als bedrijf aandacht aan moet besteden bij de selectie.”
Te veel of te weinig functionaliteit? BL: Feit is dat WMS-pakketten steeds meer functionaliteit aanbieden. Een trend die veel respondenten toejuichen. Toch vreest ruim een kwart dat hierdoor de complexiteit, en dus ook de kosten zullen verhogen. Nog eens 11,5% houdt het bewust liever beperkt en eenvoudig. W. Winkelmolen: “Die vrees is niet echt gegrond. Pakketten worden inderdaad complexer maar veel van de functionaliteit kun je al dan niet configureren. Je kiest dus in feite zelf hoe ingewikkeld je het maakt. Daarnaast worden pakketten steeds gebruikersvriendelijker en gemakkelijker om te implementeren.” M. Brüll: “Wij pleiten dan ook voor ‘continuous improvement’, waarbij het WMS-pakket, dat schaalbaar is, kan meeg-
12
WWW.VALUECHAIN.BE
roeien met de klant. Al heeft de klant in het begin soms zelf de neiging om meteen alles te willen. Je maakt het jezelf trouwens een stuk gemakkelijker als je bereid bent om de standaard workflows van het WMS te volgen.” C. Vanthuyne: “Het is onze taak om bedrijven daarin te sturen: gaan ze niet te snel, zou het niet beter zijn als ze hun processen aanpassen, enzovoort.” M. Loeys: “Er zijn ook leveranciers die gespecialiseerd zijn in bepaalde sectoren. Dat bedrijven uit dezelfde sector de klant zijn voorgegaan, kan vertrouwen scheppen.” E. Vandenbussche: “Waarbij ik wel wil opmerken dat elk magazijn zijn unieke drivers heeft. Je moet er dan ook hard op letten dat je niet in de val trapt dat je oplossingen gaat kopiëren.” BL: Ondanks de groeiende functionaliteit zijn er toch een aantal zaken die bedrijven soms missen in een pakket. Labour management is daar een van. E. Vandenbussche: “Veel van de zaken die door de respondenten werden genoemd, hebben te maken met een betere planning
van de beschikbare resources. Dat is niet onlogisch in een tijd waar het steeds moeilijker wordt om de werklast te voorspellen. Bedrijven zijn vragende partij naar tools die hen toelaten om daarop een beter zicht te krijgen. Bovendien zorgt de hoge druk op de kosten ervoor dat bedrijven spaarzamer met hun resources omspringen. Vroeger was het niet ongebruikelijk om enkele mensen te veel in het magazijn te hebben, terwijl ze nu zoveel mogelijk willen doen met zo weinig mogelijk mensen.” M. Brüll: “Er is inderdaad steeds meer vraag naar inzichtelijkheid in de personeelsplanning en -bezetting. Consafe heeft hiervoor de module Work Force Planner ontwikkeld.” W. Winkelmolen: “Bij ons is het zelfs mogelijk om binnen de labour management-oplossing rekening te houden met de leercurve van nieuwe medewerkers. Er wordt dus wel degelijk aan die zaken gewerkt. Bovendien vragen ook steeds meer bedrijven om op hun mobiele toestellen te kunnen zien wat er zich in het magazijn afspeelt. Men wil duidelijk actiever reageren op wat er aan het gebeuren is.” BL: Dit jaar zei een derde de warehousemodule van zijn ERP te gebruiken, wat minder is dan vorig jaar. Eveneens een derde gebruikt een standaardpakket, iets meer dan vorig jaar. De rest maakt nog steeds gebruik van een eigen ontwikkeld systeem van losse en meestal geïntegreerde IT-oplossingen. De strijd tussen de verschillende oplossingen gaat dus gelijk op. W. Winkelmolen: “ERP-leveranciers zullen misschien het tegendeel beweren, maar wij merken toch dat bedrijven tegenwoordig eerder de neiging hebben om hun ERP af te slanken tot de kernfunctionaliteit van zo’n pakket en de warehousing aan gespecialiseerde partijen overlaten.” C. Vanthuyne: “Die cijfers bevestigen de evolutie die veel bedrijven doormaken. In eerste instantie zullen ze eerder gebruikmaken van de module van hun ERP of een eigen ontwikkeling. Naarmate hun magazijnactiviteiten complexer worden, zullen meer ondernemingen naar een standaardpakket
VISIE
uitkijken. Hoewel er natuurlijk altijd bedrijven zullen zijn die zweren bij de oplossing die ze al in huis hebben.” E. Vandenbussche: “De warehousemodule van een ERP-pakket zal het in elk geval moeilijker hebben om taakgestuurd te werken in complexe omgevingen. Terwijl het net taakgestuurd werken is dat de efficiëntie in je magazijn zal verhogen. Een WMS is vooral zinvol als je er goed mee kan managen. De ‘M’ in WMS is dan ook heel belangrijk.” M. Loeys: “Wel hebben bedrijven nog steeds schrik voor de kostprijs en de verantwoordelijkheden die een interface tussen ERP en WMS met zich meebrengt. Maar tegenwoordig is het voor bedrijven mogelijk om daar op voorhand een heel goed zicht op te krijgen. Het is vooral een kwestie van processen goed op elkaar te laten aansluiten.”
een een business case opzet vooraleer men aan een implementatie begint. C. Vanthuyne: “Onze ervaring is dat wie geen business case maakt doorgaans op zoek is naar een laagdrempelig pakket met niet al te veel functionaliteit. Hebben ze meer dan dat nodig, dan zijn de investeringen doorgaans wel zeer goed onderbouwd. Wat wij adviseren, is om niet direct meetbare aspecten van een WMS mee te nemen, zoals gebruikers- en klantentevredenheid. Wat zijn bijvoorbeeld de kosten van een neen-verkoop ten gevolge van een incorrect voorraadbeeld?” W. Winkelmolen: “Wij bieden bedrijven tijdens het verkooptraject aan om een value assessment te doen, zodat ze een beter zicht krijgen op wat het systeem hen kan besparen. Maar meestal heeft een bedrijf zelf al een vrij goed zicht op waar men heen wil en wat het mag kosten.”
Een goede voorbereiding… BL: We hebben onze respondenten ook gevraagd welke acties ze hebben ondernomen vooraleer ze hun WMS hebben aangeschaft of ontwikkeld. Daarbij viel op dat lang niet ieder-
Marc Loeys, CEO Benelux bij Generix: “Bedrijven hebben nog steeds schrik voor de kostprijs en de verantwoordelijkheden die een interface tussen ERP en WMS met zich meebrengt. Maar tegenwoordig is het voor bedrijven mogelijk om daar op voorhand een heel goed zicht op te krijgen. Het is vooral een kwestie van processen goed op elkaar te laten aansluiten.”
BL: Bijna de helft van de respondenten doet een referentiebezoek vooraleer hij zijn keuze voor een oplossing maakt. In welke mate zijn die volgens jullie zinvol of noodzakelijk? W. Winkelmolen: “Referentiebezoeken kunnen vertrouwen scheppen, wat goed is voor de relatie tussen klant en leverancier. In die zin zijn ze zeer zinvol. Maar enkel en alleen beslissen op basis van referenties doe je natuurlijk beter niet. ” E. Vandenbussche: “Klopt. Het probleem is dat bedrijven soms denken dat ze wat ze tijdens een referentiebezoek zien, zomaar kunnen kopiëren. Zoals net aangehaald, is dat geen goed idee. Bovendien zal je weinig meerwaarde creëren als je een oplossing gaat overnemen die een aantal jaar geleden werd ontworpen. Wij zullen dan ook pas een referentiebezoek doen als er bijvoorbeeld nog twee WMS-leveranciers overblijven, vooral om na te gaan bij welke partij de klant zich het best voelt. Het moet klikken tussen de klant en de toeleverancier.” BL: De tevredenheid van de gebruikers blijkt het grootst bij de standaardpakketten. Maar
Wim Winkelmolen, director implementation services bij Manhattan Associates: “Steeds meer bedrijven vragen om op hun mobiele toestellen te kunnen zien wat er zich in het magazijn afspeelt. Men wil duidelijk actiever reageren op wat er aan het gebeuren is.”
wat vooral opvalt, is dat ruim een vijfde van de gebruikers toch niet de resultaten behaalt die ze vooraf dachten te bereiken. E. Vandenbussche: “Dat verwondert mij niet echt. Ook wij zien soms dat een WMS maar weinig toegevoegde waarde realiseert in het magazijn. Meestal heeft dat te maken met een gebrekkige re-engineering aan het begin van de rit. Een WMS is niet iets wat je uit de verpakking haalt en zo kan installeren.” M. Brüll: “Het antwoord hangt ook af van de verwachtingen van de gebruikers. Je mag niet denken dat een WMS plots alle problemen in het magazijn zal oplossen.” W. Winkelmolen: “Als je een paar jaar na de implementatie terugkomt dan zeggen heel wat gebruikers dat ze zonder een WMS niet hadden kunnen groeien zoals ze hebben gedaan. Soms vergeten bedrijven zulke zaken als ze hun oplossing beoordelen.” C. Vanthuyne: “Het is dan ook heel belangrijk dat we de verwachtingen van de klant kennen. Als hij zijn projectdoel-
BUSINESS LOGISTICS - SEPTEMBER 2015
13
VISIE
E. Vandenbussche: “Wij merken dat de licentiekosten voor oplossingen fel gedaald zijn. Dat terwijl de verhouding van de licentiekosten tegenover de kosten van een implementatie gelijk zijn gebleven. Wat er dus op wijst dat implementaties tegenwoordig ook minder geld kosten, wellicht omdat ze vlotter verlopen, zoals reeds aangehaald.” W. Winkelmolen: “Gebruikers verwachten ook dat systemen heel open zijn met het oog op een vlotte integratie. Op technologisch vlak moet alles meteen goed zitten, zonder dat je daar als gebruiker wakker hoeft te liggen. Voor aanbieders is dat toch wel een aandachtspunt.”
Christophe Vanthuyne, senior WMS consultant bij Objective International: “Het is heel belangrijk dat we de verwachtingen van de klant kennen. Als hij zijn projectdoelstellingen duidelijk communiceert, is het makkelijker om hierop in te spelen en kunnen we de klant ook beter helpen om die doelstellingen te behalen. Soms houden bedrijven zulke zaken voor zich en dat is jammer.”
stellingen duidelijk communiceert, is het makkelijker om hierop in te spelen en kunnen we de klant ook beter helpen om die doelstellingen te behalen. Soms houden bedrijven zulke zaken voor zich en dat is jammer.”
Terughoudendheid tegenover SaaS BL: Hoewel ze intussen gemeengoed zijn in veel andere IT-domeinen, in de WMS-wereld zijn SaaS-oplossingen (Software as a Service) helemaal nog niet ingeburgerd. Slechts 9% van onze respondenten werkt al op basis van zo’n oplossing. Velen hebben er ook geen idee van wat zo’n oplossing voor hen zou kunnen betekenen. M. Loeys: “Wij bieden vooral oplossingen op basis van SaaS aan. Toch werken zelfs onze
14
WWW.VALUECHAIN.BE
klanten nog vaak op basis van een licentiemodel. Wij proberen hen nu te overtuigen van de voordelen van een SaaS-oplossing. De klant betaalt immers enkel voor de processen die hij gebruikt en de verwerkingen die hij doet. De implementatie verloopt ook vaak vlugger dan bij een licentiemodel. Bovendien hoef je zelf geen servers, onderhoudsmedewerkers, e.d. te hebben om zo’n systeem te runnen.” M. Brüll: “Er heerst toch nog steeds veel onzekerheid rond wat zo’n SaaS-oplossing precies inhoudt, wat de terughoudendheid in de markt kan verklaren. Maar als je die schrik als aanbieder weet te counteren, zijn er volgens mij zeker wel toekomstperspectieven binnen die markt.” BL: Zijn er verder nog trends die de WMS-markt vandaag tekenen?
BL: Van de gebruikers die niet voor een standaard WMS hebben gekozen, zegt 15% dat in de toekomst wel te zullen doen. Mogen we daaruit besluiten dat jullie als leveranciers in deze mature markt nog voldoende uitdagingen en groeimogelijkheden hebben om een rooskleurige toekomst tegemoet te gaan? C. Vanthuyne: “Zoals gezegd, de vragen zijn er zeker, dus in die zin hebben we zeker niet te klagen. Wel blijven de beslissingstrajecten vrij lang, wat kenmerkend is voor de onzekerheid van bedrijven. Vooraleer bedrijven de overstap maken, moet het gevoel helemaal juist zitten.” E. Vandenbussche: “Ik denk dat het een algemeen verschijnsel is dat bedrijven heel goed rondkijken vooraleer ze hun geld uitgeven. Op zich is dat ook een goede zaak, want dat voorkomt vaak dat je foute beslissingen neemt.” W. Winkelmolen: “Toch kan het ook snel gaan. In e-commerceomgevingen doet de druk van de markt mensen soms zeer vlug beslissingen nemen. Anderzijds geef ik grif toe dat er ook trajecten zijn die nog steeds erg lang duren. Maar inderdaad, als je als leverancier goed weet in te spelen op de eisen van de klant, dan zijn er zeker voldoende mogelijkheden.” TC