(w)arm wonen
in brussel
le logement (t)riche à bruxelles
getuigenissen témoignages
1
2
INHOUD SOMMAIRE
inleiding introduction
5 8
01 - hoge huurprijzen - laag aanbod / loyer élevé - offre à bas
11
02 - contractuele verplichtingen!? / obligations contractuelles!?
31
03 - kwaliteit woningen / qualité des logements
49
04 - sociale huisvesting / logement social
79
05 - thuisloosheid / les sans-abris
101
06 - vluchtelingen / les réfugiés
119
nawoord épilogue
145 147
3
4
inleiding Waarom dit getuigenissenboek over de Brusselse huisvestingssituatie? Wie dit boek doorbladert, leest, probeert te doorgronden, zal het al snel opvallen dat de huisvestingssituatie van vele mensen op zijn zachtst uitgedrukt, schrijnend kan genoemd worden. De beelden over armoedige toestanden van vroeger lijken opeens weer actueel te worden. Het gaat volgens ons dan ook niet langer om een gewoon probleem, maar om een heuse huisvestingscrisis die Brussel teistert. Mensen die dagelijks in deze erbarmelijke toestanden wakker worden en vaststellen dat de nachtmerrie niet stopt met het dichtslaan van een boek, beginnen te beseffen dat het zo niet langer kan. Ze zijn moe, bezorgd om hun toekomst en om die van hun kinderen. Ze zijn het beu zo te moeten leven. Een dergelijk lot hebben ze niet verdiend. Maar wat kunnen ze eraan doen? Hulp zoeken bij sociale diensten? Ook zij weten het niet meer. Dagelijks worden ze geconfronteerd met uitzichtloze situaties waar ze zelf geen antwoord meer op hebben. Er is gebrek aan plaats, de huur wordt te duur, de kwaliteit van het appartement gaat achteruit,
. Sociaal assistenten kunnen daar weinig aan verhelpen. Wel kunnen ze samen met de slachtoffers hard om hulp roepen en hopen dat men deze kreet op de juiste plaatsen hoort. Het is deze hulpkreet van getroffen mensen en sociaal werkers die ons op de eerste plaats tot dit boek bracht. Om de noodkreet vorm te geven, is er gekozen voor een mengeling van getuigenissen van de mensen zelf, de ervaringsdeskundigen, en algemene reflecties van professionele deskundigen. We vonden het belangrijk om op de eerste plaats de mensen zelf aan het woord te laten. Zij worden immers elke dag met de problemen van hun woonsituatie geconfronteerd en hebben er het meest onder te lijden. Zij
5
leven dagelijks met de bezorgdheid van dreigende ongelukken of zelfs met de mogelijkheid om op straat te staan. De druk die zij elke dag ervaren is enorm en zij hebben het meest recht op een veranderde situatie. Omwille van hun vertrouwdheid met de problemen hebben we hen gevraagd om hun situaties in woorden om te zetten en indien mogelijk ook voorstellen tot verbetering te formuleren. Getuigen over je slechte woonsituatie vraagt heel wat moed en energie en die energie is er vaak niet meer. Om geen werkkracht te verspillen hebben we er voor gekozen om alle ontvangen getuigenissen in dit boek op te nemen, ook de hele korte verhalen. Uiteindelijk zeggen deze korte verhalen ons misschien nog wel het meest. Vaak geven zij juist aan hoe hoog het allemaal zit. Aan professionele experten vroegen we rond één thema te schrijven, afhankelijk van hun werkdomein. Het was hun opdracht om de getuigenissen grondig door te nemen en er een aantal algemeenheden uit te halen zowel wat betreft de woonsituatie als de steeds weerkerende groepen van slachtoffers. We vroegen hen ook na te gaan welke tekortkomingen zich voordoen in de bestaande dienstverlening en de geformuleerde voorstellen om te vormen tot structurele voorstellen. Naargelang de problemen die in de getuigenissen aan bod kwamen, zijn ze ingedeeld onder één van de volgende hoofdstukken: thuisloosheid, vluchtelingen, kwaliteit van woningen, sociale huisvesting, contractuele verplichtingen, de hoge huurprijzen en het aanbod. Wat u niet vindt in dit boek zijn cijfers. We zijn van oordeel dat deze op heel wat plaatsen te vinden zijn, maar dat ze niet aangeven hoe schrijnend de situatie vaak is. Dat vele honderden huishoudens slecht gehuisvest zijn, is voor ons alvast duidelijk geworden. Het was erg opvallend dat we, ondanks het lanceren van de oproep in de tweede helft van juni (dus vlak vóór de vakantieperiode) en de korte tijdsspanne voor het verzamelen van de getuigenissen (tot eind juli), in een mum van tijd een honderdtal getuigenissen ontvingen, terwijl we inmiddels al weten dat het voor velen niet evident is om een schriftelijke getuigenis neer te schrijven en op te sturen.
6
Tenslotte nog een woordje uitleg bij het thema huisvesting. De meeste mensen die aan het woord komen, hebben niet enkel problemen met huisvesting, maar ook met een laag inkomen, gebrek aan werk en lage scholing. Toch is huisvesting ons hoofdthema en dit omdat de woonsituatie op korte tijd erg problematisch is geworden in Brussel. De huisvestingsproblematiek baart de getroffen gezinnen de grootste zorgen en is vaak het gevolg van nadelige beleidskeuzes van verschillende overheden. Recentelijk werd door de UFSIA in Antwerpen wetenschappelijk vastgesteld dat huisvesting de eerste oorzaak van armoede vormt en het achtste rapport van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn 1 geeft aan dat dit ook in Brussel het geval is. Door de spanningen op de huisvestingsmarkt staat ook het samenleven tussen mensen onder druk. In dit verband spreken de racistische uitlatingen in de getuigenissen boekdelen. Met andere woorden: redenen genoeg om aan dit thema specifieke aandacht te schenken. De initiatiefnemers, De Schakel (Vzw Wijkpartenariaat) Opbouwwerk Noordwijk (RisoBrussel)
1
Observatorium voor gezondheid en welzijn Brussel. 8ste Rapport over de staat van de armoede in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
7
introduction Pourquoi réaliser ce livre de témoignages sur la situation du logement à Bruxelles ? Si vous feuilletez et lisez ce livre, si vous lapprofondissez vous remarquerez vite que les conditions de logement de beaucoup de personnes est du moins très préoccupante. Limage de la pauvreté quon avait dans le passé semble actuelle. A notre point de vue, cette situation nest plus un problème banal mais une vraie crise qui ravage le logement bruxellois. Les gens qui se réveillent chaque jour dans des conditions pitoyables, constatent que le cauchemar ne sarrête pas en fermant un livre, réalisent que cette situation ne peut pas continuer. Ils sont fatigués et soucieux de leur futur et de celui de leurs enfants. Ils sont fatigués de vivre dans de telles conditions. Ce sont des êtres humains et ils ne méritent pas un tel sort, mais que peut-on y faire ? Chercher de laide auprès des services sociaux ? Eux non plus ne savent plus que faire. Chaque jour, ils sont confrontés à des situations sans perspective, sans réponse. Il y a un manque d espace, le loyer augmente trop, la qualité du logement se détériore,
. Les assistants sociaux ne peuvent plus faire grand chose. Ils ne leur reste qu à crier avec les victimes pour obtenir de laide en espérant que lappel au- secours soit entendu aux bons endroits. Cest cet appel au secours des gens touchés par cette problématique et celui des travailleurs sociaux qui nous a poussé à réaliser ce livre. Pour rendre cet appel à laide réel, nous avons opté pour une mosaïque de témoignages qui reprend celui des personnes concernées, des experts dexpérience et celui des professionnels. Nous trouvions important de donner dabord la parole aux personnes directement concernées parce quelles sont confrontées chaque jour à ces problèmes de logement et ce sont elles qui en souffrent le plus. Elles vivent dans le stress quotidien daccidents potentiels ou pire, dans le stress de se retrouver à la rue. La tension dans laquelle ces personnes
8
vivent au jour le jour est énorme. Pourtant ils ont droit à une amélioration de leur situation. Etant donné leur connaissance de ces problèmes, nous leur avons demandé de raconter leur vécu et si possible démettre des pistes de solutions pour des changement. Témoigner de la mauvaise condition de logement exige beaucoup de courage et dénergie, lénergie qui nest souvent plus là. Pour ne pas gaspiller dénergie, nous avons décidé de reprendre tous les témoignages, même les histoires très courtes. Dailleurs, ce sont peut-être les histoires les plus courtes qui en disent le plus. Souvent, elles montrent la gravité de la situation. Les professionnels ont choisi un thème dans leur domaine. Lobjet de leur mission consistait à relire attentivement les témoignages pour en extraire quelques principes généraux sur le thème des conditions de logement et de la diversité des groupes de personnes les plus touchées. De plus, nous leur avons demandé quels sont les lacunes des services existants. Enfin, nous leur avons demandé de transformer la situation existante en propositions structurelles. Au fur et à mesure que surgissent les problèmes à travers les témoignages, nous les avons subdivisés en différentes rubriques: les sans-abris, les réfugiés, qualité des logements, logement social, obligations contractuelles, loyer élevé et offre à bas. Ce que vous ne trouverez pas dans ce livre ce sont des chiffres. Nous jugeons quon peut trouver ce type de données ailleurs, mais par contre ils ne montrent pas la gravité de la situation. Ce qui est clair pour nous, cest quil y a des centaines de personnes qui se trouvent dans la même situation. En effet, il faut noter que malgré le lancement tardif de lappel à témoignage (2ème moitié de juin) et le délai très bref pour le remettre (fin juillet), nous avons reçu en un temps très bref une centaine de témoignages et ceci en sachant que pour beaucoup de personnes, il nest pas évident décrire un témoignage et de lenvoyer. Enfin, encore un mot dexplication sur le choix du thème du logement. La plupart des personnes qui se font entendre dans ce livre nont pas seulement des problèmes avec le logement mais aussi avec le fait quelles disposent dun revenu très bas, quelles nont pas de travail et un niveau
9
de formation très faible. Pourtant le logement reste notre thème prioritaire parce quil sagit dune situation aujourdhui très problématique à Bruxelles. Ces problèmes causent les plus grands problèmes aux familles concernées et résultent souvent de mauvaises décisions gouvernementales. Il ny a pas longtemps, lUFSIA à Anvers a prouvé scientifiquement que le logement est souvent la première cause de pauvreté et le 8ème rapport de lObservatoire de la Santé et du Social de Bruxelles montre que ceci est aussi la cas à Bruxelles. Lorsque le marché du logement est sous pression, la société lest aussi. Les témoignages de propos racistes parlent deux-mêmes. Tout ceci pour dire quil y a suffisamment de raisons pour décider de se concentrer sur ce thème spécifique. Les prenneurs dinitiatives, De Schakel (Vzw Wijkpartenariaat) Opbouwwerk Noordwijk (RisoBrussel)
1
Observatoire de la santé et du social Bruxelles, 8e Rapport sur létat de la pauvreté en Région de Bruxelles Capitale
10
01 - hoge huurprijzen - laag aanbod loyers élevés - offre faible te hoge huur / loyers trop élevés 12 obstakels / obstacles 15 kwaliteit-prijsverhouding / rapport qualité-prix 18 conclusies conclusions structurele voorstellen propositions structurelles
11
20 23 26 28
TE HOGE HUUR / LOYERS TROP ÉLEVÉS [ loyers trop élevés 1 ] Je suis seul et je touche l’allocation d’incapacité de travail. La maison où se situe mon appartement a été vendue. Les nouveaux propriétaires doivent faire de très gros travaux. Donc je dois trouver un autre appartement. Je ne payais que 270 € pour un 3 pièces, cuisine et WC particulier. C’est très difficile.
[ te hoge huur 2 ] Wij vormen een gezin van 5 personen, waaronder drie kinderen. Eén van 8 jaar, één van 10 en één van 14 jaar. Mijn grootste probleem is de lange wachtlijsten voor een sociale woning. We zijn al drie jaar ingeschreven en tot op heden hebben we nog geen appartement mogen bekijken. Ons gezin leeft van den dop, dus zon 32.000 Bfr. per maand. Daarvan betaal ik 16.000 Bfr. huishuur, wat dus 50 % van mijn uitkering is. De 16.000 Bfr. die overblijven, daar moeten 5 personen van leven. Dat maakt 3.300 Bfr. per persoon. Kan ik daarvan mijn kinderen laten studeren ? ? ? En dan zeggen ze dat ik nog geluk heb, omdat ik een uitkering heb ! ! ! En dan zie je nog zoveel leegstand in Brussel.
[ loyers trop élevés 3 ] Je vis seule avec 3 chats. Je suis chômeuse. Mon loyer est 398 € sans charges. En tout, ça fait 495 € pour 1 appartement avec une chambre. Ce loyer fait que c’est impossible de joindre les 2 bouts, surtout quand on est au chômage. J’ai un nouveau propriétaire. Il entreprend des travaux causant des désagréments sonores et des problèmes de santé à cause des fissures dans les murs, des produits toxiques et de la poussière. En conséquence je souffre maintenant d’affections respiratoires. Les
12
autres locataires ont déménagé pour avoir la paix. Moi, pour partir, j’attends de réunir les fonds nécessaires pour un déménagement. Quand on est seule et chômeuse, ce n’est pas évident. Encore fautil trouver un logement convenable. Les prix des loyers ont grimpé en flèche, pas nos salaires ni nos allocations.
[ te hoge huur 4 ] Ik woon samen met mijn vriendin die nog studeert. Ik ben op zoek naar een appartement voor ons twee, een appartement onder de 20.000 Bfr. We zoeken naar iets waar 2 personen kunnen wonen in twee aparte kamers, een keuken en een badkamer, maar de prijs in Brussel stopt maar niet met stijgen. In het appartement waar we nu wonen zijn de electriciteit, het sanitair, de verwarming en de kamers zelf erg oud en ze zien er gevaarlijk uit.
[ loyers trop élevés 5 ] Je suis Marocaine. J’ai 47 ans. Ma fille et son mari sont tous les deux étudiants. Ils ont longtemps cherché un appartement à louer, mais les loyers étaient souvent trop élevés pour eux. 16.000 FB ou 18.000 FB, c’est très cher pour les étudiants. De plus, les propriétaires bien souvent ne veulent pas louer aux étudiants, même si les parents se portent garants. Finalement, ils ont trouvé un ‘deux pièces’ (chambre, cuisine) pour 8.000 FB. C’est le moins cher qu’ils aient trouvé. Mais maintenant ils ont un bébé et l’appartement est très petit. Les loyers sont très chers actuellement. C’est exagéré. Avant on pouvait trouver quelque chose de bien pour 8.000 FB . Maintenant ce n’est plus possible.
13
[ te hoge huur 6 ] Ik woon alleen in een te klein en een te duur appartement. Mijn woning is een kamer/studio met daarin een uitgeruste keuken. De kamer is gemeubeld maar onbewoonbaar en daar bovenop zijn mijn buren varkens. In de zomer is het er te warm. Mijn kamer is te klein, er is niet voldoende plaats. De badkamer is klein en daarin bevindt zich ook een toilet dat niet afgescheiden is. Men laat iedereen toe in het gebouw, ook alcoholiekers die er niet wonen en die me om 5 uur s morgens wakker maken. De huur is te hoog ! De huurprijs is niet langer aangepast aan het inkomen van de mensen. Het is nodig dat de eigenaars hun huren moeten verminderen en dat er meer sociale woningen zijn.
[ loyers trop élevés 7 ] Je suis demandeur d’asile. Je vis dans un centre. Je passe mes journées à chercher un logement. Je suis fatigué et découragé. Les loyers sont trop élevés. Je cherche un autre locataire pour louer avec moi, sinon je ne sais plus quoi faire. Le minimex moins le loyer, il ne reste rien pour vivre.
[ te hoge huur 8 ] Ik woon alleen. Mijn vriend zit in de gevangenis. Mijn huur is onbetaalbaar. De huurprijzen zijn te hoog in de privé.
[ loyers trop élevés 9 ] Je suis candidate réfugiée. Je vis en famille, avec 3 enfants à charge. Mon revenu vient de l’aide sociale et d’allocations familiales. On habite dans un appartement de 4 chambres à 21.000 FB plus charges.
14
Mon premier logement à Bruxelles était un appartement avec une chambre et un salon. Je le louais à 14.200 FB plus charges. C’était en plus un logement insalubre. Quand j’ai quitté ce logement pour un logement salubre, j’ai demandé une prime de loyer. Pour avoir cette prime, j’ai dû faire intervenir le centre pour l’Egalité des chances et de lutte contre le racisme puisqu’on avait refusé soi-disant que je n’y avais pas droit. Les services sociaux auquels je me suis adressée n’ont rien fait pour moi. C’est grâce à ce centre que j’ai eu ma prime.
OBSTAKELS / OBSTACLES [ obstacles 1 ] Je suis marié. Actuellement je cherche un petit appartement pour une personne seule. Je n’ai pas tellement de problèmes, mais je trouve que les étrangers et les Belges d’origine étrangère ont d’énormes problèmes pour obtenir un logement correct. Je pense qu’il devrait exister un organisme intermédiaire entre les propriétaires et les locataires. C’est à dire un organisme intermédiaire qui a la capacité de louer comme de renoncer si le locataire ne respecte pas le contrat dans toute sa globalité.
[ obstakels 2 ] Ik woon in een onthaalhuis. Er zijn veel ruzies en ik kan hier maximum vier maanden blijven. Het is moeilijk om een appartement te vinden, ofwel is het te duur, is men racistisch of accepteert men niemand van het OCMW. Ik zou willen dat men de prijs verlaagt, dat men mensen van het OCMW aanvaardt en dat het OCMW niet zo traag werkt.
15
[ obstacles 3 ] Je vis seule dans un petit logement pas adapté. Je suis minimexée, j’ai dû me contenter d’une petite pièce pas trop chère avec WC et douche, qu’on ne peut pas fermer à clef et qui sont à l’extérieur de ma chambre. Dans la recherche d’un logement, j’ai rencontré les difficultés suivantes: - Refus de louer à un minimexé car il y trop de problèmes avec les CPAS. - Refus de louer à un chômeur à moins que quelqu’un se porte garant solidaire. - Exigence du propriétaire d’apporter des preuves de paiement régulier de loyers. - Montrer les fiches de salaire. Les propriétaires veulent des garanties de solvabilité et excluent d’office les allocations sociales.
[ obstakels 4 ] Ik heb de Engelse nationaliteit en heb een verblijfskaart voor onbeperkte duur. Ik woon al 5 jaar in België, in Molenbeek. Ik woon momenteel samen met een koppel, maar dat staat me niet aan. Ik ben op zoek naar een appartement, maar veel eigenaars willen de waarborg van het OCMW niet aanvaarden.
[ obstacles 5 ] Je suis à Bruxelles depuis trois ans et demi et depuis tout ce temps, j’ai toujours habitée à Molenbeek. J’ai le même problème que tous ces gens qui sont ici avec moi, parce que je vis dans un appartement qui n’est pas adapté à mes besoins. Je suis mère de 4 enfants, une grande famille et j’habite dans un appartement si petit. Ma recherche d’une autre habitation est toujours
16
la même car il y a toujours de nombreux obstacles et j’ai tout le temps des problèmes avec le propriétaire. Je ne suis pas contente de me retrouver dans une telle situation. Ma famille et moi nous avons été victimes d’une intoxication à cause d’une cheminée bouchée. Je préfère m’adresser à vous en attendant une solution pour vivre dignement.
[ obstacles 6 ] Je suis de nationalité togolaise. Je vis à Molenbeek depuis 1999. Je vis avec ma modeste famille dans un appartement à mon sens inadapté : - De vieilles installations sanitaires défectueuses nous rendent la vie infernale. - Après la douche, nous sommes obligés ces derniers temps de récupérer l’eau usée dans un seau pour aller la verser dans la toilette à l’extérieur de notre appartement. - Nous vivons en permanence avec des cafards. Alors que nous entrons dans la saison hivernale, nous manquons toujours d’eau chaude dans notre appartement. Malheureusement, le propriétaire ne se donne pas la peine d’améliorer la situation. Par ailleurs, il nous est difficile de louer un appartement convenable. Les propriétaires déjà contactés, n’acceptent pas la garantie morale proposée par le CPAS de Molenbeek. Avec ma femme et mes deux enfants nous sommes condamnés à vivre dans l’insalubrité fonctionnelle.
17
[ obstacles 7 ] Je suis isolée. On dirait qu’il n’y a pas assez de bâtiments pour loger les nécessiteux ! ! On devrait aussi tenir compte des difficultés des handicapés. Les escaliers ! ! ! Il y a des priorités, paraît-il. Si on pouvait tenir compte des cas particu-liers.
KWALITEIT-PRIJSVERHOUDING / RAPPORT QUALITÉ-PRIX [ kwaliteit-prijsverhouding 1 ] Ik ben een alleenstaande. Mijn inkomen bestaat enkel en alleen uit het leefloon. Van dit leefloon kan ik geen kamer betalen. Brussel is veel te duur. Momenteel woon ik in een appartement van het onthaalhuis maar daar kan en wil ik niet blijven wonen. Als ik een betaalbare woning vind dan is ze erg klein en is er weinig tot geen licht.
[ rapport qualité-prix 2 ] Je vis seule. Je suis étudiante française avec un job d’étudiant. Je constate qu’il y a peu d’appartements à louer à des prix raisonables et surtout en état correct.
18
[ kwaliteit-prijsverhouding 3 ] Ik leef samen met mijn 2 kinderen en mijn partner. Samen leven we in een erg klein appartement dat erg donker is. De huurprijs is erg hoog en het is een heel onaangename buurt om in te wonen.
[ rapport qualité-prix 4 ] Je vis seul et je suis au chômage, anciennement au CPAS, et je touche environ 23.000 FB par mois. Mon loyer est de 8.000 FB par mois. Je vis au sous-sol. Il n’y a pas de fenêtre ou seulement au ras du trottoir. Les hommes viennent uriner sur les fenêtres. Il y a de l’humidité. Je me verrais difficilement payer plus cher et dans ces conditions je ne trouve rien.
[ kwaliteit-prijsverhouding 5 ] Momenteel woon ik samen met anderen omdat ik op zoek ben naar een appartement. Dus momenteel leef ik hier en dan weer daar. Het appartement is erg smal en somber. Het is eigenlijk een plaats die ze voor niets anders kunnen gebruiken. Er zijn muizen en het is erg duur.
19
conclusies Er bestaat een vuistregel die zegt dat je nooit meer dan één derde van je inkomen aan huisvestingskosten (huur en lasten) zou mogen besteden. Indien Brusselaars die leven van een vervangingsinkomen zich tegenwoordig aan die regel zouden willen houden, dan zouden ze er goed aan doen op zoek te gaan naar een kartonnen doos en een droog portaal. Veel wetenschappelijke cijfers over de huurprijzen in Brussel zijn er niet, maar er bestaat een éénvoudige test om je een idee te vormen van de situatie. Neem het bedrag van het leefloon of de minimum werkloosheidsuitkering, tegenwoordig zon 572 € voor een alleenstaande en 762€ voor een gezin per maand. Neem er nu de Vlan bij en de lijsten van de Huisvestingsbeurs, de dienst die voor het Brussels Gewest die gegevens van de te huur staande woningen verzamelt. Je zal merken dat, zelfs wanneer je de helft van het minimuminkomen als maat voor de maximum uitgave voor wonen neemt, er nauwelijks een aanbod is. De gangbare prijs, zonder lasten voor een heel gewoon appartement van één slaapkamer in een bescheiden buurt is al gauw 375 € of meer. De kwaliteit van die paar appartementen en kamers die minder kosten is meestal navenant, maar toch worden ze probleemloos verhuurd. Dat is ook exact wat naar voor komt uit de hier verzamelde getuigenissen. Mensen die leven van de laagste vervangingsinkomens en die nu op zoek moeten naar een nieuwe woning staan voor de keuze. Ze moeten zich tevreden stellen met een quasi onbewoonbaar maar min of meer betaalbaar appartement, ofwel proberen een eigenaar te overtuigen om een veel te duur appartement toch aan hen te verhuren, om dan daarna, ondanks besparingen op alles en nog wat, vroeg of laat toch de huur niet meer te kunnen betalen en opnieuw op zoek te moeten. Er zijn nu grote gezinnen die hun volledige uitkering aan huisvestingskosten besteden en enkel leven met de kinderbijslag. De bedragen van de sociale uitkeringen zijn de afgelopen jaren nauwelijks gestegen. De huurprijzen in Brussel zijn pijlsnel gestegen. Wanneer een arme Brusselaar nu moet verhuizen, bijvoorbeeld wanneer het huis verkocht wordt en hij van de nieuwe eigenaar zijn vooropzeg krijgt, dan
20
betekent dat bijna automatisch dat zijn beschikbaar inkomen nog aanzienlijk zal afnemen. De getuigenis van het gezin met drie kinderen die leven van een werkloosheidsuitkering is sprekend. Na betaling van de huur rest er hen 3.300 frank per persoon per maand om alle andere kosten te betalen. Kan ik daarvan mijn kinderen laten studeren? vragen zij zich af. Deze getuigenis toont aan dat de huidige crisis van de huisvestingsmarkt heel ingrijpende gevolgen op lange termijn zal hebben. Niet alleen het recht op wonen staat op het spel voor wie moet besparen op onderwijs of gezondheidszorg om de huur te kunnen betalen. Het is eigenlijk verwonderlijk dat er nog niet meer mensen letterlijk op straat staan. Iemand vertelt dat hij al veel langer dan hem lief is in een onthaalhuis verblijft, omdat hij geen betaalbare woning vindt. De onthaalhuizen voor thuislozen hebben zelf onlangs ook de alarmbel geluid. Hun cliënten vinden geen woning meer en moeten daarom steeds langer in het onthaalhuis verblijven. Zo slibben ook de onthaalhuizen dicht. Niet alleen de huurprijzen stijgen, ook de koopprijzen. Tot voor enkele jaren konden gezinnen met een laag inkomen dikwijls nog, door het afsluiten van een sociale lening, een huis kopen. Velen deden dit ook, als alternatief voor het gebrek aan grote huurwoningen in Brussel, maar door de stijgende koopprijzen is ook dit niet meer mogelijk. En hoe zit het ondertussen met de sociale woningen? Hoe scherper de situatie op de privé-markt, hoe groter immers het belang van de sociale huisvestingssector wordt. Het is geen nieuws dat er in Brussel veel te weinig sociale woningen zijn, de wachtlijsten zijn kafkaiaans lang. Er zijn in het gewest 38.000 sociale woningen waarvoor minstens 15.000 gezinnen op wachtlijsten staan. Stel je je kandidaat voor een sociale woning, dan kan men je op 2 of 3 jaar na niet zeggen hoe lang je zal moeten wachten. Er worden nauwelijks nieuwe sociale woningen bijgebouwd en er zijn ook geen plannen om dat te doen. De sociale verhuurkantoren worden naar voor geschoven als alternatief, maar ook zij hebben maar een beperkt aanbod (650 woningen in totaal) en hun wachtlijsten beginnen ondertussen veel gelijkenis te vertonen met die van de sociale huisvestingsmaatschappijen.
21
En dan zijn er nog de verhuis-, installatie- en huurtoelagen (VIHT), beter gekend onder de Franse benaming ADIL. Op elke sociale dienst die zich met huisvesting bezig houdt, zal men je kunnen zeggen dat deze premies zo goed als ontoegankelijk zijn voor wie ze het meeste nodig heeft. Er wordt al jaren gesproken over een hervorming, maar er gebeurt weinig of niets. Intussen lijkt de Brusselse Gewestregering zich nog altijd meer zorgen te maken over de manier waarop nieuwe bewoners naar hier kunnen aangetrokken worden dan over deze crisis op de huisvestingsmarkt, getuige bijvoorbeeld de laatste wijzigingen in de overeenkomst met het Woningfonds, de vermindering van de registratierechten en de pleidooien voor meer GOMB-woningen. Om deze crisis te keren zijn er echter drastische sociale maatregelen nodig. Geert De Pauw Buurthuis Bonnevie
22
conclusions On dit quil ne faut pas consacrer plus dun tiers des revenus aux frais de logement (loyer plus charges). Si les Bruxellois qui vivent dun revenu de remplacement se tiennent à cette règle, ils risquent de devoir chercher une caisse en carton ou un porche pour dormir! Il nexiste pas beaucoup de données scientifiques sur les prix des loyers à Bruxelles, mais il suffit de faire un test très simple pour vous donner une idée de la situation. Prenez le montant dun salaire de minimex ou lallocation de chômage minimale, aujourdhui environ 572 € pour une personne seule et 762 € pour une famille par mois. Cherchez dans le Vlan et dans les listes de la Bourse du logement, le service qui réunit les informations sur les maisons à louer dans la région bruxelloise, vous remarquerez quil ny a quasiment pas doffres même si vous prenez la moitié de lallocation de chômage pour les dépenses maximales dhabitation. Les prix courants sans charges pour un appartement très simple avec une chambre à coucher dans un quartier très modeste, sont de 375 € ou plus. La qualité des quelques appartements et chambres qui coûtent moins cher est souvent très mauvaise, toutefois ils sont loués sans problème. Cest exactement ce que montrent les témoignages. Les gens qui vivent dune allocation minimale et qui doivent chercher un logement se trouvent devant un dilemme. Ils doivent se contenter dun logement quasi inhabitable mais abordable. Lautre possibilité est dessayer de convaincre le propriétaire de leur louer un appartement trop cher et prendre le risque quun jour, malgré les épargnes faites, le loyer ne soit plus payé et alors les recherches recommencent à zéro. Aujourdhui, il y a des familles nombreuses qui dépensent toute leur allocation à des frais de logement et qui vivent exclusivement des allocations familiales. Le montant des allocations sociales a peu augmenté ces dernières années, mais les prix de loyers à Bruxelles ont augmenté très vite. Quand un Bruxellois pauvre doit déménager aujourdhui, par exemple si sa maison est vendue et quand il reçoit le renom du propriétaire, cela veut presque automatiquement dire que ses revenus diminuent considérablement. Le
23
témoignage de la famille avec les trois enfants qui vit dune allocation de chômage est parlant. Après avoir payé son loyer, il lui reste 3.300 FB par personne et par mois pour payer tous les autres frais. « Puis-je faire étudier mes enfants avec ça ? » se demandent les parents. Ce témoignage montre que la crise actuelle sur le marché du logement aura des conséquences très importantes. Ce nest pas seulement le droit au logement qui est en péril pour les personnes qui doivent épargner sur léducation ou sur les soins de santé pour pouvoir payer le loyer. En fait, il est surprenant quil ny ait pas plus de gens vivant à la rue litteralment. Quelquun racontait quil se trouvait dans une maison daccueil depuis trop longtemps à son goût, parce quil ne trouve pas un logement payable. Les maisons daccueil pour les sans-abris ont tiré la sonnette dalarme: leurs clients ne trouvent plus de logement et doivent par conséquent rester de plus en plus longtemps dans un foyer. Finalement, il ne resterais plus de place libre dans les maisons daccueil. Ce ne sont pas seulement les prix des loyers qui augmentent mais aussi les prix dachat des maisons. Jusquil y a peu, les familles qui avaient de bas revenus pouvaient encore sacheter une maison en faisant un emprunt social. Beaucoup le faisaient comme alternative au manque de grands logements à Bruxelles, mais étant donné la hausse des prix de vente à Bruxelles, aussi ceci nest plus possible. Entre-temps, que deviennent les logements sociaux ? Linterêt pour le secteur du logement social augmente fortement quand la situation sur le marché devient plus difficile. Ce nest pas une nouveauté quà Bruxelles il ny a pas assez de logements sociaux, les listes dattente sont très longues. Dans la région bruxelloise il y a 38.000 logements sociaux pour lesquelles au moins de 15.000 familles sont sur les listes dattente. Si vous posez votre candidature pour un logement social, on ne peut pas dire à 2 ou 3 ans près que vous devez attendre. Il ny a presque plus de nouveaux logements sociaux en construction et il ny a pas de projets pour en construire. Les agences immobilières sociales sont présentées comme des alternatives, mais elles aussi disposent dune offre limitée (650 habitations en total) et les listes dattente commencent fortement à ressembler à celles des sociétés de logements sociaux.
24
De plus, il y a encore les allocations de déménagement, dinstallation et de loyer, mieux connues en français sous le nom dADIL. Chaque service social qui soccupe du logement pourra vous dire que ces primes sont inaccessibles pour ceux qui en ont le plus besoin. On parle déjà depuis des années de réformes mais il ny a pas grand chose qui bouge. Entre-temps, le Gouvernement de la région bruxelloise semble se faire toujours plus de soucis quant à la manière dattirer des nouveaux habitants à Bruxelles plutôt que de soccuper de cette crise du marché du logement. Comme exemples de cette tendance: les dernières modifications de la convention avec le Fonds du logement, la diminution des droits denregistrement et les plaidoyers pour plus dhabitations de la Société de Développement Régional Bruxellois (SDRB). Pour surmonter cette crise, il faut néanmoins prendre des mesures sociales drastiques!
Geert De Pauw Maison de quartier Bonnevie
25
structurele voorstellen Huurprijzen beperken door ze te koppelen aan de kwaliteit van de woning en het invoeren van huurprijsplafonds op de privémarkt In het kader van de bestrijding van de ongezonde woningen en het sociaal beheersrecht, de perimeter van wijkcontracten en andere speculatiemeters zou het mogelijk moeten zijn om huurprijsplafonds in te voeren en deze in overeenstemming te brengen met de kwaliteit van de woning. Huurpremies uitkeren en de bestaande premies hervormen Er zou een algemene huurtoelage moeten komen die de huidige verhuis-, huur- en installatietoelage vervangt. Om te voorkomen dat door dergelijke premies de huurprijzen verder de lucht in gaan, zouden deze huurtoelagen gekoppeld dienen te worden aan huurprijsplafonds. Meer sociale woningen en uitbreiding aanbod sociaal verhuurkantoren Er zou een forse uitbreiding van het aantal sociale woningen moeten gebeuren. Dit kan enkel door een verhoging van het budget sociale huisvesting. De Brusselse Bond Recht op Wonen pleit daarom voor een verdubbeling van het bestaande budget en de getroffen doelgroep sluit zich hierbij aan. Volgens algemene cijfers zou het Gewest om aan de huidige vraag te kunnen voldoen over tenminste 20% sociale huurwoningen (54.000) moeten beschikken. Op korte termijn zouden er dan minstens 14.000 sociale woningen moeten bijkomen. Optrekken minimumuitkeringen De huidige minimuminkomens gaan tegenwoordig (bijna) helemaal op aan het betalen van de huur. Om dit te vermijden, zouden de huurprijzen verlaagd moeten of de minimumuitkeringen omhooggetrokken worden.
26
Het oprichten van een groot verhuuragentschap Dit grote agentschap zou alle woningen van het gewest beheren aan vastgestelde huurprijzen. Bij het beheer zouden er vertegenwoordigers uit alle lagen van de maatschappij betrokken moeten worden. Het zou een soort van super verhuurkantoor moeten zijn. Dergelijk agentschap zou de hogere huren kunnen controleren en het racisme kunnen tegengaan.
27
propositions structurelles
Limiter les prix des loyers en les mettant en relation avec la qualité de lhabitation et plafonner les loyers du marché privé Dans le cadre de la lutte contre les logements insalubres et le droit à une gestion sociale, il devrait être possible de plafonner les loyers dans les zones de contrats de quartier et autre zones de spéculation et de les mettre en relation avec la qualité du logement. Allouer une allocation-loyer et réformer les primes existantes Il faut octroyer une allocation-loyer à la place des allocations de déménagement, dinstallation et de loyer actuelles. Pour éviter que les loyers naugmentent par loctroi de ces allocations, lallocationloyer doit être liée au plafonnement des loyers. Construire davantage de logements sociaux et augmenter loffre dagences immobilières sociales Il est essentiel daugmenter fortement le nombre de logements sociaux. Ce nest possible que par une augmentation du budget régional. Le Rassemblement Bruxellois pour le Droit à lHabitat plaide pour doubler le budget existant et le groupe des personnes concernées adhère à cette proposition. Selon des statistiques globales, pour faire face à la demande actuelle, la Région devrait disposer dau moins 20 % logements sociaux supplémentaires (54.000). A court terme, 14.000 habitations sociales devraient être créées. Relever lallocation minimale Lallocation minimale actuelle se dilue presqu entièrement dans le payement du loyer. Pour éviter cela les prix des loyers doivent baisser ou les allocations minimale doivent augmenter.
28
Créer une agence immobilière sociale régionale Cette agence régionale devrait gérer toutes les maisons de la région à des loyers fixes. Au conseil dadministration, les représentants de tous les rangs de la société devraient être impliqués dans la gestion de lagence. Ce serait une sorte de super-agence. Cette agence pourrait contrôler les loyers trop élevés et pourrait aussi lutter contre les abus liés au racisme.
29
30
02 - contractuele verplichtingen!? obligations contractuelles!? geen huurcontract / pas de bail 32 waarborg / la garantie 33 problemen met eigenaars / problèmes avec les propriétaires 34 problemen met huurders / problèmes avec les locataires 35 conclusies conclusions structurele voorstellen propositions structurelles 31
39 43 47 48
GEEN HUURCONTRACT / PAS DE BAIL
[ geen huurcontract 1 ] Ik had een vrouwelijke huisbaas en een appartement met een normale badkamer: een toilet en een zitbad. Ik moest er 8.000 Bfr. betalen toen ik geen werk had, maar zodra ik werk had, moest ik 10.000 Bfr. huur betalen. Dit alles gebeurde zonder huurcontract. Toen werd het pand verkocht. De nieuwe eigenaar deed enkele herstellingen en vroeg dan 12.000 Bfr. huur zonder huurcontract. Daar ben ik niet op ingegaan. Ik ben momenteel ingeschreven voor een gemeentewoning. Daarna ben ik gaan wonen waar ik nu nog altijd woon.
[ pas de bail 2 ] J’habite seul, dans une pension modeste. Il n’y a pas de bail. Quand l’immeuble a été vendu, le nouveau propriétaire a augmenté immédiatement le loyer de 220 à 350 €. Si je n’acceptais pas, il me jetait dehors. Si c’était impossible de payer, on était expulsé.
32
WAARBORG / LA GARANTIE
[ waarborg 1 ] Ik leef momenteel alleen. Mijn leven bestaat uit opstaan-werkeneten en slapen. De garantie die ik moest betalen, bestaat uit twee maanden huur. Doordat ze erg hoog was, heb ik ze in verschillende keren dienen te betalen met het gevolg dat ze niet op een geblokkeerde rekening is gezet en de eigenaar ze volledig ter zijner beschikking heeft.
[ la garantie 2 ] Je voudrais signaler que, quand j’ai quitté mon logement insalubre, le propriétaire du logement et l’assistant social de la commune qui me paie l’aide sociale, se sont arrangés pour que l’argent de la garantie locative soit versé au propriétaire par la banque sans mon accord. Et j’ai remboursé la somme mensuellement au CPAS alors que c’était un logement insalubre. Et dire que ce sont ces assistants sociaux qui doivent nous aider pour l’intégration ! ! ! C’est dommage.
33
PROBLEMEN MET EIGENAARS / PROBLEMES AVEC LES PROPRIÉTAIRES [ problèmes avec les propriétaires 1 ] Je suis seule, enseignante en poste et j’habite dans un petit appartement pour 297 € par mois. J’ai eu des intimidations du fils de la propriétaire. A cause de lui je quitte le logement. Motif: ‘avec vous, mademoiselle, je ne gagne pas assez d’argent, j’aimerais que vous partiez au plus vite’.
[ problèmes avec les propriétaires 2 ] J’habite seule et je suis célibataire depuis toujours. J’avais un propriétaire marocain qui ne voulait plus de Belges dans la maison. Ce propriétaire était agressif quand il était sous l’emprise de l’alcool.
[ problemen met eigenaars 3 ] Ik woon alleen. Vroeger had ik veel problemen met alles in het huis en ik moest alles herstellen. De huisbaas heeft mij vervolgens gevraagd om te verhuizen. Ik wil niet verhuizen en vind dat ook niet juist. Ik zit hier al zeven jaar zonder contract. Ze probeerden mij buiten te krijgen door de elektriciteit af te snijden of het gas af te sluiten. Volgens de wet mag ik hier tot 9 jaar blijven wonen. Het huis bestaat uit vier appartementen, waarvan er maar één verhuurd is; daar woon ik namelijk in. Ze kunnen dus de andere drie verhuren. Over heel de situatie heb ik al met een advocaat gesproken. Er zou een wet moeten komen voor het beschermen tegen onteigening en verkrotten. De eigenaars speculeren om de grond te kunnen krijgen.
34
[ problèmes avec les propriétaires 4 ] Je vis en couple. Mon grand problème est le prix du loyer trop élevé et le propriétaire qui refuse des remplaçants que je propose.
[ problèmes avec les propriétaires 5 ] J’habite en colocation avec d’autres étudiants. Le prix du loyer est élevé. Il y a une mauvaise insonorisation, car il y a des travaux non terminés. Pour les travaux le propriétaire possède une clé. Il va et vient sans arrêt pour les dits travaux tout au long de l’année.
PROBLEMEN MET HUURDERS / PROBLEMES AVEC LES LOCATAIRES [ problemen met huurders 1 ] Ik ben eigenaar van twee woningen. Mijn gezin bestaat uit mijzelf, mijn man en twee kinderen. Ik heb ook twee dochters die al getrouwd zijn. Ik werk niet, maar mijn man wel. We zijn afkomstig uit Turkije en hebben een Islamitisch geloof. Ik spreek een beetje Frans maar niet genoeg om mijn plan te kunnen trekken wat de administratie betreft. Onze huurders betalen nooit op tijd of te weinig huur. Wij zijn veel te braaf t.o.v. de huurders. Ik spreek niet goed Frans. Mijn man gaat uit werken en daar ik niet zo mondig ben, kom ik niet goed overeen met mijn huurders. De factuur van het water staat op naam van mijn man, omdat als je meer dan één huurder hebt, de meterstand altijd op naam van de eigenaar komt te staan.
35
Je spreekt dus af met je huurder dat hij dat bedrag moet betalen als huishuur (kosten inbegrepen), maar dan komen daar ineens zoveel personen bij dat de kosten natuurlijk heel hoog oplopen voor ons en weten we niet wat we eerst moeten betalen. Ik begrijp wel dat de huurders solidair met elkaar willen zijn en elkaar onderdak bieden maar dat valt voor ons erg tegen omwille van alle kosten die erbij komen. De huurders maken van alles stuk en veranderen bv. de keuken zonder dat ze daar toestemming voor vragen. We mogen ook nooit gaan kijken of alles o.k. is. Ze laten ons niet binnen. Als ze verhuizen dan laten ze al hun grof vuil achter. Zo hebben we één keer het grof vuil van één van de huurders buiten gezet en wat we toen allemaal niet tegen zijn gekomen: alles lag vol met pornofilms, we wisten niet wat we zagen. Wij zijn een gesloten volk door onze cultuur. Ik vind ook dat de vluchtelingen voor overbevolking in Brussel zorgen. Dat maakt dat er weinig aanbod aan huisvesting is en de huurprijzen blijven stijgen. Soms zijn er volgens mij tussen de verhuurders wedstrijden om de hoogste huur te kunnen ontvangen. Hetzelfde geldt voor de huurders, die maar liefst zeven maanden geen huishuur betalen en dan maar plotseling vertrekken. Ze nemen zelfs de sleutels mee, zodat we daarvoor naar de rechtbank moeten gaan. Ze laten alles zeer vuil achter: bedolven onder ik weet niet hoeveel grof huisvuil. Wij betalen heel veel belastingen voor de twee woningen, maar door de hoge kosten van de tweede woning, moeten we bijgeven voor de tweede woning. We komen helemaal niet toe met de inkomsten van de huur, als we die dan nog krijgen.
36
[ problemen met huurders 2 ] Ik ben een Turkse vrouw en woon hier in België van toen ik 3 jaar oud was. Mijn vader is toen als gastarbeider naar België gekomen en achteraf heeft hij een gezinshereniging aangevraagd. Ik heb drie kinderen. Ik woon samen met mijn man en mijn kinderen. We zijn allemaal Franstalig maar doen ons best om ook een beetje Nederlands te spreken. Ik ben voorlopig op ziekteverlof om gezondheidsredenen. Mijn man is een zelfstandige chauffeur. We zien hem enkel op het eind van de weekends, dat is niet echt relatiebevorderend. Als verhuurder van appartementen en garages kan ik helaas niet zeggen dat ik tevreden ben over al mijn huurders. Ze betalen praktisch nooit op tijd de huur. Ik heb huurders die al jaren de huur niet betalen en leven als een koning in Frankrijk, maar ik moet mijn lening elke maand op tijd betalen of de bank dreigt met een openbare verkoop van mijn woning en inboedel. Ik heb een huurder die geestelijk gehandicapt is en erg moeilijk doet. Het is heel moeilijk om met haar te communiceren. Ze betaalt een maand huur en daarna vijf maanden niets. Ze laat ons nooit binnen voor een controle op vochtige muren, slijtage van de deuren, ramen,
. Als we haar vragen om ons binnen te laten dan belt ze de politie op. Zo hebben we ondertussen zeker 10 boetes van de politie gekregen zogezegd om haar lastig te vallen. Op haar verdieping zijn er veel kakkerlakken en ander ongedierte. Daar doet ze niets aan. Op mijn verdieping doe ik al het mogelijke om de kakkerlakken weg te houden maar dat lukt niet altijd zoals ik dat wens. Het dak lekt al een hele tijd en ze heeft het ons niet gezegd. Daardoor zijn de muren erg vochtig geworden en begint het in de woning erg te stinken. Ze heeft een keer haar gasfornuis opengedraaid en dat heeft voor een slechte geur in het appartement gezorgd. Gelukkig dat het niet erger geworden was. We hebben in het gebouw maar één watermeter staan en die staat op mijn naam. Dus het waterverbruik van heel het gebouw moet ik uit mijn eigen zak betalen, want ook daarvoor betaalt ze nooit een cent.
37
Ik heb er genoeg van om elk jaar rond de 2.500 € te betalen voor het water en een aparte meter plaatsen kost me veel te veel geld. Door de manier van handelen van deze huurder is mijn appartement een krot geworden en is het door de gemeente onbewoonbaar verklaard. Gelukkig zijn de andere verdiepingen goed verzorgd geweest, want anders was ik die ook kwijtgeraakt.
38
conclusies Uit de verschillende getuigenissen wordt duidelijk dat het voor de meeste mensen niet simpel is om hun rechten die ze hebben als huurder én als verhuurder ook werkelijk te kennen, laat staan af te dwingen voor een vrederechter. De kennis van de rechten van huurder en verhuurder moet dus worden verbeterd. De verhuurder kan terecht bij het eigenaarssyndicaat, voor de huurders bestaan er in Brussel weliswaar verschillende sociale organisaties die juridisch advies geven, maar dit gebeurt nog té versnipperd en iets teveel in de schaduw. Het zou beter zijn, moest er in het Brusselse gewest één centraal informatiepunt komen waar huurders terecht kunnen voor een eerste gratis advies, met een ruim bekendgemaakt telefoonnummer. Enkel door een betere kennis van de wetgeving zijn mensen minder vatbaar voor verhuring zonder huurcontract en pesterijen door hun eigenaars. Vaak zijn vluchtelingen het slachtoffer van uitgekookte eigenaars omwille van hun gebrekkige kennis van de Belgische huurwet én van wat een normale huurprijs is in Brussel. Ik ben al een paar keer uitgenodigd om basisinformatie te geven over de huurwet voor vluchtelingen die bij de vzw Tracé een werkopleiding volgen, maar dan moet ik vaststellen dat het kwaad al is geschied en dat de mensen slechte woningen hebben gehuurd aan een té hoge huurprijs. Het zou daarom beter zijn om meteen al bij aankomst van de vluchtelingen in België een aantal basisbeginselen over wonen in Brussel en adressen van sociale organisaties door te geven. Het afdwingen van zijn rechten bij de vrederechter is voor veel mensen moeilijk. In de getuigenissen wordt vooral het onderhoud en herstellingen aan de woning herhaaldelijk vermeld, maar nergens heb ik kunnen lezen dat iemand naar de vrederechter is gestapt om zijn eigenaar te verplichten werken uit te voeren. Artikel 2 van de huurwet en het Koninklijk Besluit van 8/7/97 bepaalt echter dat iedere huurwoning die wordt verhuurd als hoofdverblijfplaats aan minimale criteria inzake veiligheid, gezondheid en bewoonbaarheid moet beantwoorden.
39
Zelfs wanneer hier sprake is van minimale criteria, dan stellen we vast dat veel woningen in het bijzonder in de volkswijken van het centrum en de eerste kroon zelfs aan die minimale criteria niet voldoen. In Brussel-Stad, meer bepaald in de wijken Fontainas-Anneessens-Zenne, maakte de vzw Samenleven/Convivence op vraag van de huurders verslagen op van de staat van de woning. Van de 100 woningen die de vereniging in 1998 heeft bezocht, respecteerde 95% minstens 2 criteria van artikel 2 niet. De meest voorkomende problemen waren vocht in de woning en een slechte sanitaire installatie. In 1999 waren 50% van de bezochte woningen in slechte staat : - 50% van de woningen hadden serieuze vochtproblemen - 25% van de bezochte woningen beschikt over onvoldoende verluchting of hadden geen vensters in badkamer, keuken en zelfs slaapkamer - alle bezochte woningen hadden een niet-conforme elektrische installatie Nochtans biedt het artikel 2 van de huurwet aan de huurder een sterk actiemiddel: via de vrederechter kan de eigenaar-verhuurder worden verplicht om herstellingswerken uit te voeren en/of een schadevergoeding te betalen aan de huurder. De huurder kan ook een ontbinding van de huurovereenkomst vragen ten nadele van de verhuurder, maar in de praktijk zet de huurder echter heel moeilijk die stap naar het vredegerecht. Daarvoor zijn verschillende redenen aan te halen: De gerechtelijke procedure kan lang aanslepen. Een huurder moet dikwijls over veel hardnekkigheid en geduld beschikken. In Brussel-Stad werd in oktober 1999 een proces ingezet door verschillende huurders uit een gebouw. De vrederechter heeft in mei 2000 beslist om een tegenexpert aan te stellen en die moet nog altijd ter plaatse komen. De procedure- en expertisekosten moeten op voorhand worden betaald. Onvermogende huurders kunnen weliswaar een beroep doen op rechtsbijstand en gratis expertises maar daarvoor moet een vrij complexe procedure worden ingeleid bij de vrederechter. De huurder moet verschillende documenten voorleggen: inkomsten, samenstelling van het gezin,... , documenten die niet altijd gratis kunnen worden verkregen.
40
Bovendien stelt de politie een verslag op waarop de vrederechter zich baseert om de aanvraag voor rechtsbijstand goed te keuren. Voor deze gratis bijstand en expertise is de huurder dikwijls volledig afhankelijk van de beroepskennis van zijn (pro deo)advocaat en de waakzaamheid van de vrederechter. Indien zij de huurder niet tijdig wijzen op de mogelijkheden van gratis bijstand én gratis expertise, kan hij later daarop niet terugkomen. Het zou dan ook nuttig zijn om met de huidige stand van zaken een regionaal Fonds op te richten voor rechtstoegang. De goede afloop van het proces is onzeker. De huurder is zoals bij andere rechtszaken trouwens ook nooit zeker dat hij zijn proces zal winnen. Hij is immers afhankelijk van de beslissing en het oordeel van de vrederechter. Enkel de huurders kunnen een procedure bij de vrederechter starten. Verenigingen en sociale diensten of woonorganisaties kunnen nog altijd niet in rechte optreden. Ook dit is een bijkomende rem op de praktische toepassing van artikel 2. Tenslotte stellen we een gebrek aan controle vast. In de huurwet staan wel minimumnormen opgesomd waaraan een huurwoning moet beantwoorden, maar er is in Brussel geen enkele vorm van controle op de kwaliteit van huurwoningen voorzien. Men rekent erop dat de verhuurder die normen kent en dat de huurder sterk genoeg staat om zijn rechten zelf af te dwingen. Dit is echter onvoldoende het geval zoals we hierboven hebben gezien. Daarom kan ik me volledig aansluiten bij de voorstellen die in de getuigenissen worden geformuleerd om de renovatiepremies op te trekken en de huurprijzen te controleren. Hier kan het Brusselse Gewest enerzijds eigenaars belonen die hun huurwoning renoveren en anderzijds eigenaars die werkelijke krotten verhuren daar straffen waar ze het het meest zullen voelen: in hun portemonnee. De invoering van gecontroleerde huurprijzen zou het meteen ook mogelijk maken om een algemene huurtoelage in te voeren, zonder dat dit tot een stijging van de huurprijzen zou leiden. Ter informatie: een algemene
41
huurtoelage zou moeten worden uitgekeerd aan huurders met een laag inkomen om te vermijden dat ze téveel van hun inkomen aan huisvesting moeten besteden. Werner Van Mieghem coördinator Brusselse Bond voor het Recht op Wonen
42
conclusions Plusieurs témoignages montrent que ce nest pas facile pour des gens de vraiment connaître leurs droits en tant que locataires ou en tant que propriétaires, moins encore de les obtenir en engageant une procédure devant un juge de paix. Donc la connaissance des droits des locataires et des propriétaires doit être améliorée. Le propriétaire peut se rendre au syndicat des propriétaires, pour les locataires ils existent à Bruxelles plusieurs associations sociales qui donnent des avis juridiques, mais ce nest pas assez connu et elles sont trop dispersées. Il serait plus utile de créer pour la région bruxelloise un point dinformation central où les locataires peuvent se rendre pour un premier avis gratuit, avec un numéro de téléphone clairement annoncé partout. Ce nest quen connaissant la législation que les gens seront moins livrés aux abus dans le cas de locations sans contrat et moins livrés aux vexations de la part des propriétaires. Souvent les réfugiés sont victimes de propriétaires véreux à cause de leur mauvaise connaissance de la loi belge sur les contrats de bail et des prix de location appliqués à Bruxelles. Jai été invité à plusieurs reprises par lasbl Tracé pour expliquer la loi relative au logement à des personnes réfugiées qui suivent une formation au travail. Cependant, je constate que le mal est déjà fait et que les gens louent des mauvais logements à des prix trop élevés. Il serait plus efficace dinformer ces personnes des conditions de vie à Bruxelles et de leur donner ladresse des associations sociales à leur arrivée en Belgique. Obtenir ses droits en sadressant à un juge de paix est très difficile pour beaucoup de gens. Dans les témoignages, on cite souvent lentretien et les réparations aux logements, mais je nai lu nulle part que quelquun sadresse au juge de paix pour exiger que son propriétaire fasse des travaux. Larticle 2 de la loi sur les contrats de bail et larrêté royal du 8/7/97 déterminent que chaque logement qui est loué à titre de domicile doit répondre à des critères minima concernant la sécurité, la santé et lhabitabilité.
43
Même quand il est question de critères minima, on constate que beaucoup de maisons - et en particulier dans des quartiers populaires du centre et la première couronne - ne répondent pas à ces critères minima. A Bruxelles-Ville, en particulier dans les quartiers Fontainas-AnneessensSenne, lasbl Samenleven/Convivence rédige à la demande du locataire un dossier sur létat de la maison. Parmi les 100 maisons que lassociation a visitées en 1998 au moins 95% dentre elles ne respectent pas au moins 2 critères de larticle 2. Les problèmes les plus fréquents étaient lhumidité et une mauvaise installation sanitaire. En 1999, 50% des logements visités était en mauvais état: - 50% des logements avaient de graves problèmes dhumidité - 25% des logements visités ne possédaient pas dassez daération ou navaient pas de fenêtres dans la salle de bains, la cuisine et même dans les chambres à coucher. - Tous les logements visités avaient une installation électrique non-conforme. Pourtant larticle 2 de la loi sur les contrats de bail offre aux locataires un moyen daction solide: par le juge de paix, le propriétaire peut être obligé de mener les travaux de restauration et/ou de payer des dommages au locataire. Le locataire peut aussi demander une rupture du contrat de location en défaveur du propriétaire, mais en réalité, le locataire sadresse difficilement au juge de paix. On peut lexpliquer par différentes raisons: La procédure juridique peut être longue. Un locataire doit avoir une énorme persévérance et beaucoup de patience. En octobre 1999 à Bruxelles-Ville, des locataires ont entamé une procès. Le juge de paix à décidé en mai 2000 de nommer un contre-expert et celui-ci doit encore venir. Les frais de procédure et dexpertise doivent être payés davance. Des locataires qui nont pas les moyens peuvent faire appel à lassistance judiciaire et à une expertise gratuite, mais pour cela, on doit mener
44
une procédure complexe auprès du juge de paix. Le locataire doit présenter plusieurs documents: revenus, composition de famille,
, des documents quon ne peut pas toujours obtenir gratuitement. De plus, la police rédige un procès-verbal sur lequel le juge de paix se base pour accepter ou pas la demande dassistance judiciaire. Pour obtenir cette aide et cette expertise gratuite, le locataire dépend totalement de la connaissance professionnelle de son avocat (pro deo) et de la vigilance du juge de paix. Sils ninforment pas à temps le locataire des possibilités daides et de lexpertise gratuite, il ne peut pas en bénéficier. Dans la présente situation, il serait donc utile détablir un Fonds Régional pour laccès à la justice. Lissue favorable du procès nest pas certaine. Le locataire nest comme dans toutes les autres affaires judiciaires dailleurs jamais sûr de gagner le procès puisquil dépend de la décision et du jugement du juge de paix. Seuls les locataires peuvent entamer un procès devant le juge de paix. Associations et services sociaux ou sociétés de logements ne peuvent toujours pas aller en justice à la place des locataires. Ceci est un obstacle important à la mise en pratique de larticle 2. Enfin, on constate un manque de contrôle. La loi définit plusieurs normes minima auxquelles un logement doit répondre, mais à Bruxelles il ny a aucun moyen de contrôle prévu quant à de la qualité des maisons à louer. On compte sur le fait que le propriétaire est au informé de ces normes et que le locataire est assez fort pour revendiquer ces droits luimême, mais ce nest pas la cas comme on vient de le voir. Cest la raison pour laquelle je me retrouve parfaitement dans les propositions qui sont formulées dans les témoignages: il faut augmenter les primes à la rénovation et contrôler les loyers. De cette manière, la Région Bruxelloise peut dun côté récompenser les propriétaires qui rénovent leurs logements à louer et dun autre côté pénaliser les propriétaires qui louent des taudis là où ils sont le plus sensibles: dans leur portefeuille.
45
Le contrôle des loyers permettra aussi dinstaurer une allocation-logement, sans que ceci ne provoque une augmentation des loyers. Pour information: une allocation-logement devrait être payée aux locataires qui ont des revenus très bas pour éviter quils ne dépensent une trop grande partie de leurs revenus au logement. Werner Van Mieghem Coordinateur du Rassemblement Bruxellois pour le Droit à lHabitat
46
structurele voorstellen Oprichting van een centraal informatiepunt waar huurders terecht kunnen voor een eerste, gratis advies, met een ruim bekendgemaakt nummer Verhuurders staan sterk doordat ze terecht kunnen bij het eigenaarssyndicaat. Voor huurders bestaan er verschillende sociale diensten waar men juridisch advies kan vragen. Deze diensten werken echter te versnipperd en zijn bij vele huurders helemaal niet gekend. Een ruim bekend informatiepunt zou dan ook wenselijk zijn. Oprichting van een regionaal Fonds voor rechtstoegang De huurder heeft recht op mogelijkheden van gratis bijstand én expertise. Dit moet hem tijdig meegedeeld worden, maar daarvoor is hij veelal afhankelijk van de beroepskennis van zijn (pro deo) advocaat en de waakzaamheid van de vrederechter. Renovatiepremies optrekken en huurprijzen controleren Op die manier zouden eigenaars beloond worden die hun huurwoning renoveren en in een degelijke staat ter beschikking stellen en worden de verhuurders van krotten financieel benadeeld. Uitkering van een algemene huurtoelage Deze uitkering zou ten goede komen aan huurders met een laag inkomen om te vermijden dat huisvesting te zeer doorweegt in hun gezinsbudget. Dergelijke maatregel heeft enkel nut bij de invoering van gecontroleerde huurprijzen. Betaalbare watermeters per gebruiker Wanneer er meerdere huurders zijn, staan de watermeters steeds op de naam van de eigenaar waarna, bij het ontvangen van de factuur, een deel van de kosten aan de verhuurder wordt doorgerekend. De kost komt zelden overeen met het werkelijk verbruik. Aparte watermeters zoals dit het geval is bij Electrabel zouden tal van problemen oplossen. Dergelijke meters zijn echter heel duur.
47
propositions structurelles Créer un lieu dinformation central où les locataires peuvent sadresser pour un premier avis gratuit, avec un numéro de téléphone très diffusé Les propriétaires sont bien informés car ils peuvent se rendre au syndicat des propriétaires. Pour les locataires, il existe plusieurs services sociaux où on peut obtenir des informations juridiques. Ces services travaillent de manière très dispersée et ne sont pas tous bien connus de la population. Un lieu dinformation connu partout sera souhaitable. Créer un fond régional pour laccès à la justice Le locataire a le droit à laide et à lexpertise gratuites. Il doit être informé à temps, mais il dépend généralement de la connaissance professionnelle de son avocat (pro deo) et de la vigilance du juge de paix. Augmenter les primes à la rénovation et contrôler les loyers Cette mesure permet de récompenser les propriétaires qui rénovent leurs maisons et qui les louent dans un bon état. Ceux qui louent des taudis seront pénalisés financièrement. Octroyer une allocation-logement Ceci aidera les locataires qui ont un revenu bas et évitera que le loyer ne pèse trop lourd sur le budget familial. Une telle mesure na de valeur que si on contrôle les loyers. Installer un compteurs deau par consommateur Quand il y a plusieurs locataires, le compteur deau est toujours mis au nom du propriétaire. Après avoir reçu la facture deau, une partie des frais est à payer par les locataires. Le coût ne correspond presque jamais à la consommation. Des compteurs deau séparés, comme chez Electrabel, résolventles problèmes, mais leur installation coûte très cher.
48
03 - kwaliteit woningen qualité des logements comfort? / confort? vocht / humidité sanitair / sanitaire verwarming / chauffage elektriciteit / électricité woonomgeving / environnement
50 54 58 61 63 64
conclusies conclusions structurele voorstellen propositions structurelles
67 71 75 77
49
COMFORT? / CONFORT? [ confort? 1 ] Je suis Marocaine. Je suis célibataire et j’ai 35 ans. J’habite toute seule à Schaerbeek dans une grande chambre meublée. Il n’y a pas de cuisine. Il n’y a pas de douche. Le lavabo est dans le couloir. Les toilettes sont au rez-de-chaussée. Quand je dois y aller, je dois descendre 32 marches. Je prépare à manger dans la chambre à coucher. Je cuisine sur un réchaud à gaz. Il y a beaucoup d’escaliers. J’habite dans le grenier, au quatrième étage. Je paie 7.000 FB tout compris. Il y a l’eau. Le vendredi je vais à la piscine. Je paie 2,5 € et je peux prendre une douche. Il y a le chauffage central, mais parfois le chauffage n’est pas allumé et il fait froid. La dame qui habite en-dessous est la propriétaire. C’est elle qui allume le chauffage pour toute la maison. Quand elle ne le fait pas, je n’ai pas de chauffage. Les meubles de ma chambre sont abîmés, notamment le pied du lit, qui est tombé plusieurs fois quand je dormais. Alors je dors par terre. J’en ai parlé à la propriétaire déjà depuis 2 ou 3 mois. Celle-ci dit qu’elle va en acheter un autre. Je cherche un autre appartement, mais les autres appartements coûtent plus cher et je n’ai pas les moyens financiers pour en louer un plus convenable.
[ comfort? 2 ] Ik woon alleen. Ik heb gebrek aan plaats. Ik heb al contact gehad met een advocatenbureau van de vierde wereld-vereniging. Het zou meer moeten gebeuren dat de mensen aangeklaagd worden die misbruik maken van de huurders, de huisjesmelkers genoemd.
50
[ confort? 3 ] J’habite seul dans un appartement de 3 pièces de 65 m² au 2ème étage. Il y a une chambre, un living, une cuisine qui comprend la douche, la porte d’entrée est totalement délabrée, ainsi que les châssis et les corniches, le toit perce, le plafonnage des murs se détache à plusieurs endroits. L’installation électrique et la plomberie ne sont pas aux normes. L’eau chaude ne fonctionne pas et les murs sont humides. Je voudrais le soutien des administrations communales (CPAS) qui prendraient en charge les travaux en confisquant les loyers après mise en demeure. Je veux rencontrer les responsables politiques pour leur dire que les propriétaires ne respectent pas les loyers. Les responsables politiques doivent faire quelque chose maintenant.
[ comfort? 4 ] Ik woon alleen in condities die niet evident zijn. Mijn appartement is klein en niet comfortabel. Volgens mij moeten de politieke machten bewegen en meer moeite doen.
[ confort? 5 ] J’habite seule dans un appartement avec une chambre, un salon, une salle de bains. Tous les robinets fuient et sont entartrés. Le boiler doit être changé. Lors des orages, il pleut dans la chambre, le toit étant délabré. La propriétaire étant morte depuis août 2001, l’héritier étant hospitalisé, qui va alors prendre les frais en charge?
51
[ confort? 6 ] J’habite seule avec deux enfants. Je reçois un salaire condition ACS. Je dois payer un loyer de 471 € avec 146,26 € en plus pour les charges. C’est l’équivalent de la moitié du salaire. J’ai un appartement vétuste sur deux étages avec les chambres à l’étage supérieur. On habite au 3ème étage sans ascenseur. L’électricité n’est pas en ordre. Il n’y pas de chauffage dans les chambres. Ce sont des chambres mansardées sous le toit équipées de vieilles lucarnes qui ne diffusent presque pas de lumière. Il y a des problèmes d’humidité. Il n’y a pas de parlophone, peu de confort, des convecteurs vétustes, les châssis en mauvais état.Quand je fais appel au propriétaire, il me menace d’expulsion et me méprise. Pour lui, je ne suis pas assez rentable et je n’ai qu’à déménager si je ne suis pas contente.
[ comfort? 7 ] Ik leef samen met mijn gezin en mijn appartement is te klein.
[ confort? 8 ] Je suis seul. Je ne travaille plus. Je suis fatigué et je n’ai plus de nouvelles de ma famille. J’ai une chambre avec une cuisine et une toilette. On est venu deux fois voler chez moi pendant la journée, quand je n’étais pas là. Car au rez-de-chaussée, il y une prostituée qui est gentille, mais la porte de la rue est ouverte quand elle travaille. Il n’y a pas de porte pour fermer l’escalier, qui monte à l’étage vers les chambres des locataires.
52
[ confort? 9 ] Je vis seul dans un appartement de 3 pièces de plus au moins 65 m² au deuxième étage. Il y a une chambre, un living et une cuisine qui comprend aussi la douche. L’eau chaude ne fonctionne pas et les murs sont humides. La porte d’entrée est totalement délabrée, ainsi que les châssis, les corniches et le toit percent. Le plafonnage et le plâtrage des murs se détachent à plusieurs endroits. L’installation électrique et de plomberie ne sont pas aux normes, etc. J’ai de grandes difficultés à faire faire les travaux par le propriétaire pour rendre l’appartement salubre et ce malgré des actions en justice.
[ comfort? 10 ] Ik woon met heel mijn gezin in een ONLEEFBARE SITUATIE. Er is overal vocht en het water loopt van de derde naar de tweede verdieping. Het is nodig dat ik zo snel mogelijk een ander appartement vind, vooral voor mijn dochter die ziek is.
[ confort? 11 ] Je suis seul. J’ai toujours été célibataire. Mon appartement a été sinistré par un incendie.
[ comfort? 12 ] Ik woon samen met 2 andere studenten. Wij wonen in een ongezond appartement: kakkerlakken, waterlekken, oude elektriciteit,... .
53
[ confort? 13 ] J’habite seul dans un immeuble de 23 étages. Vu mon handicap, le flat que j’occupe est très adapté. Mais il reste quelques problèmes: - les cafards: la commune refuse de constater la nuisance - l’insécurité dans l’immeuble - les ascenseurs - la relative saleté du quartier - le manque de parking (1 place pour handicapé) - les agressions sonores
VOCHT / HUMIDITÉ [ humidité 1 ] Je suis une mère isolée avec deux enfants: un de 6 ans et demi et un de 12 mois. J’habite dans un petit appartement avec une petite cuisine, une petite salle de bains, 2 chambres et un living. Il y a un énorme problème d’humidité qui passe par les murs. Le plâtre du plafond se détache et me tombe dessus durant mon sommeil. Mes 2 garçons souffrent de difficultés respiratoires, surtout le cadet. Ces répercussions sur notre santé ont été constatées par notre médecin traitant. J’ai fait toutes les demandes possibles pour y remédier. Mais la situation est malheureusement irrémédiable et tous les locataires sont soumis aux mêmes conditions de logement.
54
[ vocht 2 ] Ik leef samen met mijn vriendin en in het weekend krijg ik de kinderen op bezoek. Samen leven we in een erg klein appartement met veel vocht in de muren en vocht afkomstig uit de kelder. Er is geen verluchting, geen isolatie, geen koer of tuin, maar het is een erg dure woning.
[ humidité 3 ] Je suis un jeune médecin généraliste travaillant à St. Josse. J’aimerais vous exposer le cas d’une famille qui me consulte depuis 2 ans. Cette famille est composée des deux parents et de deux enfants en bas âge; seul le père travaille, il dispose de peu de revenus. La première fois que je les ai rencontrés, ils venaient me consulter pour le petit garçon qui présentait une bronchite nécessitant un traitement par aérosols et kinésithérapie respiratoire journalière. A la suite de cette première consultation, je les ai revus régulièrement (au moins une fois par mois) car le petit garçon présentait toujours les mêmes symptômes de bronchite, nécessitant à chaque fois un traitement par aérosols et kinésithérapie. J’ai alors décidé de réaliser une mise au point tant allergique que gastro-entérologique (reflux) qui s’est révélée négative dans les deux cas. La cause de ces récidives m’était inconnue! Lors d’une visite à domicile le kinésithérapeute m’apprit que le logement était insalubre. L’appartement était “saturé” en humidité et les murs de celui-ci tapissés de moisissures suite à un problème de toiture. Le propriétaire n’avait pas les moyens de prendre en charge les réparations! Mes patients ont donc décidé des recourir à l’aide sociale pour obtenir un logement, ils furent inscrits sur une liste d’attente. N’ayant toujours aucune réponse à leur demande après plusieurs mois, ils préférèrent chercher un logement par leurs propres moyens et ce malgré les difficultés financières.
55
Dernièrement, il ont enfin déménagé et depuis lors je ne vois plus que rarement ce jeune enfant à ma consultation: son problème de bronchite à répétition est enfin résolu!
[ vocht 4 ] Ik ben een alleenstaande moeder van een zestienjarige dochter. Ik ben afkomstig uit Turkije en ben 2 keer getrouwd geweest. De omstandigheden waarin ik tot heden heb geleefd, gaven me niet eens de hoop om mijn 37ste te kunnen halen. Tot mijn grote verbazing kan ik zeggen dat ik nu 37 jaar ben. Ik heb 13 jaar zonder papieren in België geleefd. In die 13 jaar heb ik geen inkomen gehad, mocht ik van de staat niet werken om mijn brood te kunnen verdienen om mezelf en mijn dochter te kunnen onderhouden. Ik heb van dag tot dag op de kosten en op de kap van mijn vrienden en kennissen geleefd. Ik kan u vertellen dat dit niet aangenaam geweest is. Mijn dochter is hier geboren maar heeft het basisonderwijs niet gehad omdat ze ook geen verblijfsdocumenten had. Eén van mijn grootste problemen is dat er in het appartement enorm veel vocht is. Ik heb twee jaar geleden een salon gekocht. Door het vocht begint dit salon te stinken en te verkleuren, de stof is niet meer bestand tegen het wassen of zelfs tegen het stofzuigen. Als het regent dan is het precies alsof het binnenregent. De kleuren van de muren veranderen: van gebroken wit naar een lichtgroene kleur en dan zwijg ik nog maar over de stinkende geuren in de gang en op het appartement. Mijn tweede probleem is dat het appartement te klein is: ik heb een keuken van 2 op 3 m, een badkamer met toilet en een douche van 2,5 op 1 m, een living van 4 op 3 m en een slaapkamer van 3 op 3,5 m. Mijn dochter heeft geen eigen kamer of een andere ruimte om te kunnen slapen, rusten, studeren, tot rust te komen of om haar kleren en andere spullen in op te bergen.
56
Verder hebben we nog problemen met de eigenaar. De huisbaas herstelt niets in het appartement. Telkens als ik hem bel om iets te laten herstellen, zegt hij dat hij morgen iemand zal sturen. Ondertussen wonen we al 2 jaar in het appartement en ik heb nog steeds niemand gezien om een herstelling te komen uitvoeren. Ik kan geen gordijnen hangen omdat de basisbenodigdheden aan de ramen niet aangebracht zijn en ikzelf mag van de eigenaar geen enkele nagel in de muren kloppen. De eigenaar wil zijn huur elke maand op tijd op zijn rekening zien en anders dreigt zijn gespecialiseerde advocaat en de boekhouder met juridische en gerechtelijke stappen. Ik kan me geen advocaat permitteren en een prodeo-advocaat doet (uit ervaring gesproken) niets dan beloftes die me niet verder helpen. Ik heb vroeger van een andere Marokkaan gehuurd maar als huisbaas viel hij heel goed mee. Maar met deze Marokkaan valt er soms niet te onderhandelen. Tenslotte mag ik ons gezondheidsprobleem zeker niet vergeten. Ik en mijn dochter hebben sinds we in dit appartement wonen veel gezondheidsproblemen. We zijn allebei astmatisch geworden. We slikken niets anders dan pillen. Ik dien per maand rond te komen met de 966 € die ik van de ziekteuitkering ontvang en de 124 € van de kinderbijslag. Als ik al mijn vaste kosten (huur, gas en electriciteit, water, schoolrekeningen, afbetalingen, bijdragen aan de mutualiteit en de vakbond, huiswerkbegeleiding,... ) van mijn inkomsten aftrek dan rest me per maand een totaal van 303,38 €. Dit maakt het niet gemakkelijk om elke maand de eindjes aan elkaar te knopen.
[ humidité 5 ] J’habite seule et je suis au chômage. Mon appartement est très bruyant, il y a de l’humidité et il n’y a pas de chauffage dans la salle de bains.
57
[ humidité 6 ] Je suis Marocaine. Je suis célibataire et je vis avec mes deux frères qui sont aussi célibataires. J’habite à Schaerbeek, dans un appartement avec une chambre, une cuisine, un salon et une salle de bains. Le loyer est de 400 € par mois. Il y a beaucoup d’humidité partout. Dans les coins, en haut, il y a des taches de moisissures. Je lave les murs avec de l’eau de Javel, mais trois jours après, les taches reviennent. Le matin j’ouvre la fenêtre pour aérer. Je la laisse ouverte toute la journée. Le propriétaire ne fait rien. Je cherche un autre appartement.
SANITAIR / SANITAIRE [ sanitair 1 ] Ik ben alleenstaande. Ik leef op een appartement zonder eigen sanitair. Het sanitair is immers gemeenschappelijk en niet erg hygiënisch. Er is geen verwarming voorzien op de kamer en de keuken die voorzien is voor 3 verschillende huurders is erg primitief.
[ sanitaire 2 ] J’habite seule dans un appartement où la douche est placée dans la cuisine. Les robinets et les tuyaux sont tous abîmés et vieux. Je n‘ai pas de gaz. Donc je dois me chauffer avec le pétrole et cuisiner avec l’électricité, ce qui est plus cher. J’ai deux chambres, une cuisine, une toilette et je paie 10.000 FB sans compter l’eau et l’électricité.
58
[ sanitaire 3 ] Je suis seule et j’habite au 2ème étage dans 2 chambres avec cuisine et une douche dans la cuisine. Dans la maison habitent 11 locataires. Il y a une toilette pour tous les locataires. Heureusement qu’il n’y a pas d’autres toilettes, car c’est moi seule qui nettoie tous les matins la toilette, où je trouve de tout. C’est parce que la maison reçoit beaucoup de monde la nuit: des alcooliques et surtout des drogués. La maison est connue de la police, mais celle-ci ne fait rien pour améliorer la situation. La nuit il y a beaucoup de bruit dans la maison. Pour finir je me suis habituée à cette situation.
[ sanitair 4 ] Ik woon al een hele tijd met een heel goede vriendin samen. Ik ken haar al 14 jaar. Ik word dit jaar 75 en sukkel met mijn gezondheid. Een groot probleem in ons appartement is vocht. De muren vertonen grote vochtplekken, die heel wat geurhinder veroorzaken. Als het regent, dan heb ik soms de indruk dat het binnen regent. Het water loopt dan gewoon van de muren af. Verder is er in het appartement geen sprake van brandveiligheid. De voordeur is al een hele tijd stuk en de eigenaar laat het niet maken. Ikzelf heb die mogelijkheden (financieel) niet om iemand te laten komen en de nodige herstellingen te laten uitvoeren. Iedereen kan in het appartement binnen zonder al te veel moeite. Zo onveilig is het in dit appartement. Ons appartement bestaat uit twee ruimtes. Eén kamer wordt gebruikt door mij en mijn huisgenote als een slaapkamer, als een zitkamer, als een rustplek. De andere kamer wordt als badkamer, keuken en eetkamer gebruikt. Er is dus geen aparte keuken. De ruimte waarin de keuken zich bevindt, is ongeveer 2 op 3m, en de andere ruimte is 3 op 4 m.
59
Er is geen badkamer. In de keuken is er een wasbak waarin de afwas gedaan wordt, maar ook gebruikt wordt om ons te wassen vermits er geen bad of een douche is. Er is evenmin warm water. Het water moet op het kookfornuis verwarmd worden. Er is geen plaats om een kast te zetten waar we onze kleren in kunnen opbergen. We kunnen het appartement niet verwarmen wanneer we het willen. We hangen volledig van de goodwill van de eigenaar af om ons warm te houden. Wanneer hij de verwarming in de kelder wil aanzetten dan kunnen we in het appartement de verwarming ook aanzetten en anders kunnen we ernaar fluiten, ook al is het min 20 graden C°. We hebben erg veel problemen met de eigenaar. Hij herstelt nooit iets en als het wel gebeurt, dan hebben we er al honderd keer naar gevraagd. De huur moet altijd de eerste van de maand aan hem betaald worden of hij staat aan de deur om ruzie te maken. Soms kunnen we niet anders dan de huur een paar dagen later te betalen omdat mijn pensioen niet elke maand de eerste van de maand op mijn rekening staat. Ik heb geprobeerd om iets anders te gaan zoeken maar dat blijkt erg tegen te vallen omwille van de hoge huurprijzen en de waarborg die men vraagt. Om die reden ben ik eigenlijk verplicht om in dit krot te blijven wonen ook al heb ik veel gezondheidsproblemen en last van de eigenaar. Ik heb me jaren geleden ingeschreven voor een sociale woning, daar is er ook nog nooit iets van in huis gekomen. Ik moest elk jaar mijn aanvraag hernieuwen met de nodige documenten en de bijkomende kosten om die documenten te kunnen bekomen (bv. fiscale zegels). Dat heb ik allang opgegeven.
60
VERWARMING / CHAUFFAGE [ chauffage 1 ] J’habite seule dans un chambre de plus ou moins 4 mètres sur 3. C’est une mansarde. Je n’ai ni eau ni gaz. Dans la maison habite une famille étrangère, 2 de leurs enfants sont mariés et habitent dans la même maison. La toilette et la douche sont au 2ème étage et sont utilisées par toutes les familles. Elles y font aussi la lessive. L’eau et l’électricité sont payées par tous les habitants de la maison à parts égales, malgré que j’emploie beaucoup moins d’eau et d’électricité que les autres familles. Je n’ai rien pour chauffer ma nourriture, ni pour me chauffer durant l’hiver. Dans le corridor au 2ème étage, il y a une vitre, qui est cassée et par laquelle beaucoup de froid pénètre dans la maison. Je veux déménager, mais je ne dis rien jusqu’au jour où je trouverai une autre chambre. Car je ne veux pas avoir des problémes avec la propriétaire.
[ verwarming 2 ] Ik woon alleen en ben 64 jaar. Ik ben geen Belgische en ben al oud, maar ik studeer twee talen en heb niet veel tijd. Ik woon in een kleine kamer, zonder comfort, waarin ik mijn eten maak en slaap. Ik heb een gasfornuis met 3 kookplaten en ernaast een gasballon. Mijn kamer is een zolderkamer van 7 m² met enkel een klein raam in het dak. In de winter is het er zeer koud en in de zomer te warm. Sinds februari is de verwarming defect, hierdoor is er geen warm water in de douche en in mijn kamer. Bij de douche bevindt er zich ook een lavabo en een toilet voor drie personen (ook voor de 2 andere bewoners met een kamer op dezelfde verdieping). Deze bewoners hebben dus enkel koud water. De prijs van de kleine kamer is erg hoog.
61
Ik zou graag hebben dat de gemeente appartementen voorziet met 1 kamer en met vensters, maar ook met een eigen douche en toilette voor alleenstaanden en dit aan een betaalbare prijs. Ik ben een bescheiden vrouw en wil niet te veel vragen, maar ik denk dat ik recht heb op een goede woonst.
[ chauffage 3 ] Je suis Marocaine. J’ai 27 ans. Je vis seule. Depuis 5 mois, j’habite à Schaerbeek dans un appartement de 5 pièces. Il y a une chambre à coucher, un salon, une cuisine, une salle de bains et des toilettes. Je paie 9.000 FB par mois. La propriétaire est Belge et est très gentille. Tout se passe bien. Avant j’habitais à Saint-Josse. Je payais 12.000 FB pour 2 pièces: une chambre et une cuisine. Il y avait des radiateurs, mais ils ne fonctionnaient jamais. La propriétaire n’allumait jamais le chauffage. Elle surveillait toujours pour voir qui venait chez moi. Quand je rentrais, elle regardait mon sac pour voir ce qu’il y avait dedans. Ce n’était pas bien. C’est pourquoi j’ai déménagé.
62
ELEKTRICITEIT / ÉLECTRICITÉ [ électricité 1 ] Je vis seul. J’ai terminé mes études il y a un an et je suis à la recherche d’un emploi. Je vis donc pour le moment avec une aide du CPAS (le minimex) et le loyer assez bas de mon appartement (250 €) me permet de vivre. Lors de mon entrée dans l’appartement, j’ai effectué des travaux pour le rafraîchir et je suis tombé sur une installation vétuste avec l’ancien voltage de 120 Volts. J’ai dû bricoler parce que le propriétaire n’avait pas les moyens d’installer un nouveau tableau, néanmoins le propriétaire a dû remplacer les canalisations d’arrivée d’eau et de gaz afin que je puisse y vivre avec eau et chauffage.
[ elektriciteit 2 ] Ik woon samen met mijn twee jongens van 6 en 8 jaar. Nog niet zo lang geleden ben ik gescheiden. Vanaf september zal ik kunnen gaan werken. Ik heb de drie kamers en de keuken zelf geschilderd. Nu is het eindelijk proper. De elektriciteitsdraden zijn erg oud. Zelfs zo oud, dat ik daardoor mijn huis niet kan laten verzekeren. Ik heb momenteel geen geld om ze te laten vervangen en de eigenaar wil het niet doen. Ik durf zelf niets te ondernemen, maar er zou iets moeten gebeuren, want er leven veel arme mensen in niet gereglementeerde huizen.
63
WOONOMGEVING / ENVIRONNEMENT [ environnement 1 ] Je vis seule. J’ai une allocation pour handicapée (23.500 FB) et ADIL (5.000 FB) Les restaurants aux alentours de mon appartement dégagent énormément d’odeurs et amènent du bruit, des souris et des cafards.
[ woonomgeving 2 ] Ik woon alleen in Brussel. Ik heb een smalle keuken en een grote plaats met antieke meubelen. Ik heb een grote staande klok en een klein tafeltje om op te eten. Ik woon er al 20 jaar en ik kom elke dag eten in De Harmonie. In het algemeen heb ik veel werk aan de woning. Er zijn twee liften in het gebouw, maar er zijn ook veel grote kinderen (volwassenen) in het gebouw en die doen pipi in de lift en schrijven op de muren. Dat kan toch niet ! De concierges doen weinig aan het probleem, terwijl de lift erg vuil is. De meeste bewoners kennen me wel. Sommigen kinderen zijn wel erg vriendelijk. Als ge voorstellen wilt doen dan gaat ge maar naar de conciërge, de eerste deur rechts als ge de hal binnenkomt. Ge moogt altijd bellen. Voor de rest moeten ze me met rust laten. Maar die lift, hé. De lift, hé jong ! !
64
[ environnement 3 ] J’habite seul. La rue est un problème. C’est scandaleux que les pierres se descellent partout dans la rue. Il y a aussi des trous dans le trottoir. C’est un danger pour les gens âgés et pour les enfants. Des sacs poubelles sont restés traîner dans la rue pendant 1 mois. Il me semble qu’on néglige notre rue complètement. Pourquoi faut-il payer les taxes?
[ woonomgeving 4 ] Ik woon alleen. Mijn huis is erg klein en er is veel lawaai. Men zou de wet tegen het lawaai meer moeten toepassen (de wet tegen nachtlawaai, maar ook tegen daglawaai). Verder zouden er ook meer klachten moeten ingediend worden tegen mensen die anderen beledigen en de anderen niet respecteren.
[ environnement 5 ] Je suis Turque. J’ai 33 ans. Je suis séparée. Mon fils habite avec moi, une semaine sur deux. J’habite à Schaerbeek depuis 2 ans, dans un appartement au deuxième étage. Le propriétaire est très bien. Le seul problème que je rencontre concerne les voisins. Ceux-ci font beaucoup de bruit: ils se disputent, parlent très fort. Mon voisin est souvent ivre. Je ne sais pas quoi faire. Je ne parle pas avec eux: je n’ose pas, j’ai peur. Je ne vois pas de solution à ce problème.
65
[ environnement 6 ] Je suis seul. J’ai 60 ans. Je n’ai pas de famille. J’ai une petite chambre avec un lavabo. La toilette est utilisée par tous les locataires de la maison, de même que par la clientèle de la prostituée. Il n’y a pas de porte devant l’escalier qui monte à l’étage. Tous les visiteurs pourraient monter. Quoi faire ? Je suis trop misérable pour qu’on s’occupe de moi. Je ne veux plus rien, comme ça je ne serai pas déçu.
[ woonomgeving 7 ] Ik woon alleen. Het wonen is geen probleem, maar de staat van de straat wel. Keien slingeren in het rond. Er zijn gaten in de stoep, wat zeer gevaarlijk en lelijk is. Er is minachting van de plaatselijke autoriteiten. Het huisvuil wordt gedurende langere tijd niet opgehaald. We zouden de stenen moeten verzamelen en die voor de deur van de burgemeester leggen. Er zouden acties moeten komen: bevriende zusterleden in de Europese Commissie uitnodigen om te laten zien hoe ze hier in Brussel omgaan met hun belastingbetalende bevolking. Iedereen zou moeten stoppen met huur te betalen, zolang de huisbaas zijn verplichtingen niet nakomt. We zouden ook fotos moeten nemen van de stoepen en de straat Rue Dupont en die ergens tentoonstellen.
66
conclusies Vanuit mijn juridische en filosofische achtergrond heb ik de verschillende getuigenissen met interesse en emotie gelezen. De voorgestelde benaderingswijze lijkt me trouwens essentieel. Volgens de Franse filosoof Paul Ricoeur is het gevoel van onrechtvaardigheid niet enkel aangrijpender maar ook scherpzinniger dan het gevoel van rechtvaardigheid omdat het vaak het recht is dat ontbreekt en het onrecht dat regeert. Het is het onrecht dat initieel tot denken aanzet. In elk geval houd ik aan deze levensverhalen ruim een half dozijn nader te onderzoeken themas over. De brutale realiteit van onbewoonbaarheid / ongezonde woningen Buiten elke analyse om hebben deze getuigenissen een verdienste op zich, namelijk het weergeven van de brutale realiteit van de onbewoonbaarheid/ ongezonde woningen en de uitsluiting die wij ons nauwelijks kunnen voorstellen. Geldgebrek dwingt armere mensen te wonen zonder water - warm noch koud - en gas (chauffage 1), zonder verwarming (sanitaire 1), in krotten waarvan elektriciteitsleidingen niet voldoen en een gevaar betekenen (confort? 1) en waar het plaaster van de muren valt (humidité 1), waar het binnen regent bij elke onweersnacht (confort? 5), enz. Kortom, deze woonomstandigheden zijn niet beter dan die in de 19de eeuw. Basiscomfort dat nochtans als levensnoodzakelijk wordt beschouwd, ontbreekt. Huurders zijn er bijvoorbeeld toe verplicht naar de openbare zwembaden te gaan wanneer ze zich willen wassen (confort? 1). Afgezien daarvan is de onbewoonbaarheid niet enkel het gevolg van de woning zelf: overbevolking (chauffage 1) en lawaai (sanitaire 3, woonomgeving 4) vormen eveneens belangrijke factoren van overlast. De woning versterkt de armoede Het onbewoonbare / ongezonde verhuurde pand bekleedt een heel aparte positie in de uitsluitingsproblematiek, daar een woning van slechte kwaliteit traditioneel als versterker van de armoede werkt: het onbewoonbare / ongezonde pand brengt inderdaad vaak gezondheidsproblemen met zich mee - zowel fysisch als psychisch - bij de
67
bewoners, drijft de kinderen soms de straat op (als het niet in de criminaliteit is), met een verstoorde schoolloopbaan als gevolg en veroorzaakt, in elk geval, een destabiliserende factor in het gezin. Zo ontstaat een negatieve spiraal, een vicieuze cirkel van armoede. Heel wat ondervraagden getuigden van gezondheidsproblemen die direct terug te voeren zijn op de woning (confort? 10)... en die verdwijnen zodra men elders woont (humidité 3)! Bovendien verbrokkelt het familieleven snel in een bouwvallige woning (confort? 8: Ik weet niets meer over mijn familie). De ellende wordt uitgebuit Alsof het verdragen van de moeilijke materiële omstandigheden ten gevolge van armoede niet volstaat, worden deze kwetsbare mensen vaak uitgebuit door de verhuurders. Door hun uitsluiting ontbreekt hen het vermogen tot onderhandelen, hebben zij inderdaad niet de mogelijkheden om zich efficiënt af te zetten ten opzichte van huiseigenaars die zich bewust zijn van het probleem, maar weinig scrupules hebben. Talrijke verhuurders weigeren wetens en willens werken uit te (laten) voeren die de onbewoonbare / ongezonde situatie kunnen verhelpen. Nochtans zijn deze noodzakelijk, al was het maar om de duurzaamheid van de woning in stand te houden (humidité 6). Hierbij aarzelen ze niet een te opdringerige huurder te chanteren door te dreigen hem op straat te zetten (confort? 6). Ze schrikken er niet voor terug om de huurders van een heel gebouw compleet in de kou te laten door de moeite niet te nemen de - gemeenschappelijke - verwarming aan te zetten (confort? 1). Tenslotte treden ze met de glimlach het recht op privé-leven van hun huurders met de voeten (nagaan van het bezoek, doorzoeken van zakken: chauffage 3). Het resultaat: ze stralen een zekere terreur uit die de huurders ontraadt zelfs maar een verzoek tot hen te richten (chauffage 1). De woning als leefomgeving De geschiktheid van een pand stopt niet bij de woning zelf. Het volstaat inderdaad niet dat een woning bewoonbaar / gezond is opdat zij ook leefbaar zou zijn. De woning moet, fundamenteler gezien, meer dan louter een dak boven het hoofd bieden. Een harmonische leefomgeving waarin individu en gezin zich kunnen ontplooien is even belangrijk. Dit is trouwens wat de woning die sensu stricto onder de
68
exclusieve zorg van de overheid valt, onderscheidt van de leefomgeving die architecturale, omgevings- en andere dimensies omvat. Vele getuigen klagen bijvoorbeeld over hun buren (environnement 5), over de toestand van de straten (woonomgeving 7: Het wonen is geen probleem. Maar de toestand van de straten wel, woonomgeving 2), over de buurt (environnement 1, confort? 13). Intimiteit Eén van de belangrijkste functies van een woning is het onttrekken van de bewoner aan het oog van anderen, het bieden van een schuilplaats waar hij veilig is voor agressie van buitenaf. We worden echter gedwongen vast te stellen dat onbewoonbare / ongezonde woningen vanuit dit oogpunt geen enkele intimiteit bieden. Huurders die reeds in moeilijke omstandigheden leven door overbevolking in hun eigen appartement (dat jonggehuwden er bijvoorbeeld toe dwingt met hun ouders samen te leven!), moeten daarenboven de keuken delen met buren van dezelfde verdieping (sanitair 1), net als de toiletten (sanitaire 3). Bovendien moeten ze het komen en gaan van het netwerk van hun buren verdragen: alcoholisten, gedrogeerden (sanitaire 3), klanten van prostituees (environnement 6), waarvan sommigen zelfs de andere appartementen binnendringen om wat ze kunnen vinden, te stelen (confort? 8)! Per slot van rekening zorgt de armoede ervoor dat ongewenst gezelschap niet op afstand kan gehouden worden en leidt het tot een gedwongen samenleven. Berusting/ geen uitweg vinden Door hun gebrek aan financiële middelen lijken hulpbehoeftige personen werkelijk aan hun verblijfplaats gekluisterd; ze hebben niet de mogelijkheid om te verhuizen en hun woonsituatie te verbeteren. Enerzijds wachten ze bijna wanhopig op een sociale woning en anderzijds is een andere privéwoning in elk geval te duur. Ze kunnen enkel geduldig afwachten, letterlijk vastgekluisterd aan hun woning. Zo zijn er huurders die gedwongen worden te blijven leven in een appartement dat beschadigd is door
brand (confort? 11) ! Het resultaat is in elk geval een zekere berusting in hun lot en een merkbare en begrijpelijke ontmoediging (Ik ben moe, environnement 6: Ik verlang niets meer, zo word ik niet meer ontgoocheld), zelfs al zijn er uitzonderingen en lichtpuntjes van hoop (confort? 2,chauffage 3).
69
Ellende verdeelt Er bestaat een zeker misplaatst en mythologisch beeld van de armoede als een toestand waarin automatisch solidariteit heropleeft en hartelijkheid wedijvert met spontaniteit. Zonder het bestaan van informele netwerken waarbinnen mensen elkaar hulp bieden helemaal te willen ontkennen, moet deze mythe toch doorbroken worden: de ellende verdeelt, (veel) meer dan dat zij samenbrengt. Hoewel concurrentiestrijd natuurlijk op alle niveaus bestaat, laat deze zich immers veel harder gevoelen bij de kansarme bevolking, omdat de inzet (huisvesting, werkgelegenheid, enz.) juist voor deze groep levensbelangrijk is. Zo laten enkele getuigen een zekere wrok voelen ten opzichte van hun buren (chauffage 1) en hun contacten (sanitaire 3), ten opzichte van de kinderen (woonomgeving 2), de vreemdelingen, enz. Nicolas Bernard Facultés universitaires Saint-Louis
70
conclusions Avec mes yeux de juriste et de philosophe, jai lu ces différents témoignages avec intérêt et émotion. La démarche proposée me semble dailleurs essentielle, dès lors que, selon le philosophe français Paul Ricoeur en effet, le sens de linjustice nest pas seulement plus poignant, mais plus perspicace que le sens de la justice; car la justice est plus souvent ce qui manque et linjustice ce qui règne. Cest linjustice qui la première met en mouvement la pensée. Jai retiré en tout cas de ces récits de vie une bonne demi-douzaine de thèmes à creuser. Réalité brute de linsalubrité En deçà de toute analyse, ces témoignages ont un mérite en soi, celui de livrer la réalité brute de linsalubrité et de lexclusion, quon peine parfois à imaginer. Le manque de ressources financières conduit ainsi les pauvres à habiter des logements sans eau -chaude ou froide- ni gaz (chauffage 1), sans chauffage (sanitaire 1), des taudis dont lélectricité est défaillante et dangereuse (confort? 1) et dont le plâtre se détache des murs (humidité 1), où il pleut dans les chambres les soirs dorage (confort? 5), etc. En somme, des conditions de logement pas meilleures quau XIXème siècle, dénuées des commodités élémentaires pourtant présentées comme vitales, et qui obligent par exemple des locataires à se rendre à la piscine publique pour pouvoir se laver (confort? 1). Au demeurant, linsalubrité ne se résume pas au bâti: le surpeuplement (chauffage 1) et le bruit (sanitaire 3, woonomgeving 4) constituent également dimportants facteurs de nuisance. Le logement comme amplificateur de pauvreté Linsalubrité du bien loué revêt une importance toute particulière dans la problématique de lexclusion, car un logement de mauvaise qualité fonctionne traditionnellement comme un amplificateur de pauvreté: linsalubrité dun bien engendre bien souvent en effet des problèmes de santé - physique ou psychique - chez les occupants, pousse parfois les enfants à la rue (quand ce nest pas dans la délinquance), avec à la clef une scolarité perturbée et, en tout état de cause, introduit un élément déstabilisateur dans le noyau familial. On a là une véritable «spirale négative», un cercle vicieux de la pauvreté. Ainsi, de nombreux
71
témoignages font état de problèmes de santé directement liés au logement (confort? 10)... et qui disparaissent sitôt les lieux quittés (humidité 3) ! Par ailleurs, la vie familiale se désagrège vite dans un logement vétuste (confort? 8 : Je ne sais plus rien de ma famille). Exploitation de la misère Non content dendurer les difficultés matérielles inhérentes à leur situation de pauvreté, les personnes précarisées doivent souvent, en plus, subir une véritable exploitation de la part des bailleurs. Privées, de par leur dénuement, de tout pouvoir de négociation, elles nont pas les moyens en effet de sopposer efficacement aux propriétaires peu scrupuleux, qui le savent bien. Ainsi, de nombreux bailleurs refusent sciemment de réaliser les travaux destinés à remédier à linsalubrité, pourtant essentiels, ne fût-ce que pour la pérennité du bâti (humidité 6), nhésitant pas à recourir au chantage (menace de lexpulsion) face au locataire trop entreprenant (confort? 6). Et ils nont pas peur de laisser dans le froid complet les occupants de limmeuble quand ils ne daignent pas allumer le chauffage - commun - chez eux (confort? 1). Enfin, ils violent allègrement la vie privée de leurs locataires (surveillance des fréquentations, fouille des sacs: (chauffage 3). Résultat : ils inspirent une certaine terreur, qui dissuade les locataires doser même leur adresser une requête (chauffage 1). Le logement comme habitat La décence dun bien népuise pas la question du logement. Il ne suffit pas en effet quun logement soit salubre pour quil soit vivable. Audelà dun abri, le logement doit, plus fondamentalement, fournir un cadre de vie harmonieux dans lequel un individu et sa famille puissent sépanouir. Cest ce qui différencie dailleurs un logement au sens strict, préoccupation exclusive des pouvoirs publics, dun habitat, lequel englobe des dimensions architecturales, environnementales, etc. Par exemple, beaucoup de témoins se plaignent de leur voisins (environnement 5), de létat de leur rue (woonomgeving 7: Het wonen is geen probleem. Maar de staat van de straat wel, woonomgeving 2), de leur quartier (environnement 1, confort? 13 ).
72
Intimité Une des fonctions premières du logement consiste à dérober son occupant au regard dautrui, à le retrancher dans son refuge, à labri des agressions extérieures. Force est cependant de constater que les logements insalubres noffrent à cet égard aucune intimité. Les locataires, qui vivent déjà des situations sévères de surpeuplement dans leur propre appartement (obligeant par exemple des jeunes mariés à cohabiter avec leurs parents!), sont en outre contraints de partager la cuisine avec des voisins de palier (sanitair 1), ainsi que les toilettes (sanitaire 3). Ils doivent par ailleurs subir les allées et venues dans limmeuble de toute une faune gravitant autour de leurs voisins: alcooliques, drogués (sanitaire 3), clients de la prostituée (environnement 6), dont certains nhésitant pas à entrer dans les appartements à voler ce quils y trouvent (confort? 8)! En définitive, la pauvreté ne permet pas de tenir son entourage indésirable à distance, et conduit à la promiscuité forcée. Résignation/assignation En raison de leurs faibles ressources financières, les personnes précarisées semblent véritablement assignées à résidence; elles nont pas les moyens de déménager et daméliorer leur condition de logement. En effet, entre un logement social qui se fait désespérément attendre et un autre logement privé de toute façon trop cher, elles nont dautre choix que de prendre leur mal en patience, littéralement coincées dans leur logement. Ainsi de ce locataire condamné à vivre dans un appartement ravagé par... un incendie (confort? 11)! Il en résulte en tout cas une certaine résignation dans leur chef, un découragement perceptible (environnement 3, confort? 8: Je suis fatigué, (environnement 6): Je ne veux plus rien, comme ça je ne serai pas déçu), même sil y a des exceptions et des lueurs despoir (confort? 2, chauffage 3).
73
La misère divise Une mythologie mal placée véhicule limage de la pauvreté comme un lieu animé par des solidarités naturelles revivifiantes, où la chaleur le dispute à la spontanéité. Sans vouloir nier complètement lexistence des réseaux informels dentraide, il faut briser le mythe: la misère divise, (beaucoup) plus en tout cas quelle ne rassemble. Car, même si elle sévit évidemment à tous les niveaux, la concurrence est encore plus sévère au sein de la population défavorisée, dès lors que lenjeu (logement, emploi, etc.) y est proprement vital pour les pauvres. Ainsi, certains témoignages dénotent une animosité certaine envers les voisins (chauffage 1) et leurs fréquentations (sanitaire 3), les enfants (woonomgeving 2), les étrangers, etc.
Nicolas Bernard Facultés universitaires Saint-Louis
74
structurele voorstellen Vooraleer we de voorstellen van de ondervraagde personen aan de overheid onderzoeken, moeten we eerst duidelijk maken dat voornoemden een ambigue relatie met de autoriteiten hebben. Enerzijds verwijten ze de overheid een grote laksheid (Mij lijkt het dat men onze straat compleet negeert) terwijl ze deze anderzijds paradoxaal genoeg telkens opnieuw hun vertrouwen geven en de autoriteiten zelfs oproepen de wet strenger toe te passen en de controles op overtredingen gevoelig op te drijven. Huurboycot tot de verhuurder herstellingswerkzaamheden uitvoert In tegenstelling tot de gangbare opvatting heeft de huurder zelf inderdaad het recht om de huur te bevriezen tot herstellingswerkzaamheden zijn uitgevoerd en dat zonder een hypothetische rechtsbeslissing af te wachten. Nergens stelt het gemene recht het toepassen van een uitzondering bij het niet uitvoeren ondergeschikt aan een voorafgaande juridische autorisatie. Er is echter één voorwaarde: het van tevoren in gebreke stellen van de verhuurder via een aangetekend schrijven. De vrederechter van Grâce-Hollogne suggereert bovendien om te anticiperen op contradictoire vaststellingen die toelaten de juiste grootte van de huurstoring en de doorrekening daarvan op de huurprijs vast te leggen1 . In elk geval neemt een huurder dit initiatief op eigen verantwoordelijkheid en zijn daad kan a posteriori eventueel door een rechter bestraft worden. Een goede raad : zet de betwiste huur op een geblokkeerde rekening (van bijvoorbeeld een sociale organisatie?) om je goede wil te laten zien. Vraagtekens bij de huurprijs (een objectieve huurprijs, bevriezing, renovatiewerken zonder verhoging van de huurprijs) In tegenstelling tot Nederland en in zekere mate ook Frankrijk bestaat er in België geen enkele maatregel die een contractuele beperking met betrekking tot het bepalen van de huurprijs inhoudt, tenminste wat betreft het vastleggen van het eerste huurcontract. We kunnen ons nochtans goed inbeelden dat personen die konden genieten van een overheidsinterventie (bijvoorbeeld renovatiepremies) daarna de
75
huurprijzen gedurende een bepaalde periode op een bepaald niveau zouden moeten houden. Een huurvergunning Zodra ze van kracht is, zal de Brusselse Wooncode de eigenaars verplichten om bij de gemeente een conformiteitsattest te bekomen alvorens ze een pand te huur kunnen aanbieden. Dit is bedoeld als garantie dat het pand beantwoordt aan de bewoonbaarheidsnormen. De effectiviteit van zon certificaat moet echter met de nodige voorzichtigheid benaderd worden, daar voor het verkrijgen ervan een bezoek van het pand niet noodzakelijk is, een verklaring op eer van de eigenaar volstaat... De overheid neemt zelf de herstellingswerken op zich Jammer genoeg kan de bevoegde autoriteit (de Burgemeester) volgens zijn bevoegdheden maar in een enkel specifiek en relatief beperkt geval tussenkomen, namelijk indien de staat van het gebouw een gevaar betekent voor de openbare veiligheid. Daarentegen verbiedt niets de huurder om zelf de nodige werken uit te voeren en hiervoor gebruik te maken van de huur, als toepassing van de boven ontwikkelde theorie (cfr. huurboycot). Overleg met de bewoners De bewoners vinden het jammer dat de overheid hen niet (op voorhand) heeft geraadpleegd. Sinds de zomer van 2002 bestaat er in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest echter een Adviesraad voor Huisvesting die advies moet geven betreffende alle belangrijke huisvestingsvragen. Zes huurdersverenigingen zijn daarin vertegenwoordigd; het is derhalve nodig hen de eisen van het terrein te laten doorgeven. Binnen de sector van de sociale woningen moeten in een volgende fase (en in theorie) huurdersadviesraden die eveneens actoren vanuit de basis omvatten opgericht worden in elke OVM (Openbare Vastgoedmaatschappij).
1
J.P. Grâce-Hollogne, 10 octobre 2000, Échos log., 2001, p. 74.
76
propositions structurelles Avant dexaminer les propositions adressées aux pouvoirs publics par les personnes interrogées, relevons que celles-ci entretiennent une relation ambiguë avec les autorités. En effet, elles leur reprochent lourdement leur incurie (Il me semble quon néglige notre rue complètement) tout en, paradoxalement, leur renouvelant leur confiance et même en les appelant à une sévérité accrue dans lapplication de la loi ainsi quà un renforcement des contrôles. Boycot des loyers jusquà la réalisation par le locataire des travaux de réfection. Oui, contrairement à lidée reçue, le locataire peut soctroyer, luimême, le droit de geler le loyer jusquà la réalisation des travaux, et ce sans attendre une hypothétique décision de justice. Le droit commun, en effet, ne subordonne nullement lexercice de lexception dinexécution à une autorisation judiciaire antérieure. Une condition cependant: mettre préalablement en demeure le bailleur par lettre recommandée. Le juge de paix de Grâce-Hollogne suggère par ailleurs de préalablement faire procéder aux constations contradictoires permettant de fixer la hauteur exacte du trouble locatif et son incidence sur le loyer1 En tout état de cause, le locataire qui agirait dinitiative le fera à ses risques et périls et son comportement pourra éventuellement être sanctionné a posteriori par le juge. Conseil: verser le loyer litigieux sur un compte bloqué (au sein dune association ?), afin de prouver sa bonne volonté. La question des loyers (loyer objectif, blocage, rénovations sans hausse des loyers) Contrairement aux Pays-Bas et, dans une certaine mesure, à la France, il nexiste en Belgique aucune mesure de limitation contractuelle dans la détermination des loyers, du moins lors de la conclusion du premier bail. On pourrait pourtant imaginer que les personnes ayant reçu une aide de la collectivité (prime à la rénovation par exemple) doivent par la suite maintenir les loyers à un certain niveau, pendant une période donnée.
77
Permis location. Quand il sera en vigueur, le Code bruxellois du logement imposera aux bailleurs dobtenir de la commune, avant de mettre en location un bien, un certificat de conformité destiné à garantir que celui-ci répond bien aux normes de salubrité. Lefficacité de pareil certificat est cependant sujette à caution dès lors que sa délivrance ne saccompagnera pas nécessairement dune visite des lieux, la déclaration sur lhonneur du propriétaire se suffisant à elle-même... . Prise en charge par les pouvoirs publics eux-mêmes des travaux de réfection. Hélas, lautorité habilitée en la matière (le Bourgmestre) ninterviendra, suivant ses compétences, que dans un seul cas de figure, relativement limité: quand létat du bâtiment représente une menace pour la sécurité publique. Rien ninterdit par contre le locataire de réaliser lui-même les travaux, en se servant sur le loyer, par application de la théorie développée plus haut (cf. boycot des loyers). Concertation avec les habitants Les habitants regrettent de ne pas être (davantage) consultés par les pouvoirs publics. Depuis lété 2002 cependant fonctionne dans la Région bruxelloise le Conseil consultatif du logement, destiné à rendre des avis sur toutes les questions importantes dans la matière de lhabitat. Six associations de défense des locataires y sont représentées; il faut dès lors en faire les relais des revendications de terrain. Au sein des logements sociaux par ailleurs, des conseils consultatifs de locataires, qui regroupent également des acteurs de la base, devraient prochainement (et en théorie) voir le jour dans chaque SISP.
1
J.P. Grâce-Hollogne, 10 octobre 2000, Échos log., 2001, p. 74.
78
04 - sociale huisvesting logement social toegankelijkheid / accessibilité waarborg / la garantie huurprijs / loyer kwaliteit / qualité
80 84 85 86
conclusies conclusions structurele voorstellen propositions structurelles
90 93 96 98
79
TOEGANKELIJKHEID / ACCESSIBILITÉ [ toegankelijkheid 1 ] Ik ben een alleenstaande vrouw met vier kinderen. Ik leef al enkele jaren gescheiden van tafel en bed. Ik ben op zeer jonge leeftijd getrouwd en heb snel kinderen gekregen. De kinderen wonen allemaal bij mij en de vader betaalt het alimentatiegeld niet. We zijn al dikwijls voor de rechter verschenen, maar er geraakt niets opgelost. Ik huur een appartement van de Schaarbeekse Haard. Het appartement werd in een verkrotte staat aan mij verhuurd. Ik heb alles zelf hersteld. In de badkamer heb ik een bad laten plaatsen en al het andere sanitair laten voorzien. Ik heb opnieuw het water, de gas en de electriciteit moeten aansluiten. In de keuken moesten we nog keukenmeubilair en een deur plaatsen en de nodige stopcontacten laten voorzien. We hebben nog een raam laten plaatsen,... en dit allemaal op mijn kosten. In ruil voor deze werken zou ik er vijf jaar voor een bedrag van 150 € mogen wonen, maar die belofte hebben ze niet lang kunnen houden: ze verhogen mijn huur elk jaar. Ik heb reeds financiële problemen, want ik heb enkel een OCMW-steun als inkomen. Ik was al 10 jaar ingeschreven voor een sociale woning. Ik heb me telkens bij verschillende huisvestingsmaatschappijen laten inschrijven. Bij geen enkele maatschappij kwam er iets vrij, omdat ze zeiden dat ik een groot gezin had en elk kind zijn eigen kamer moest hebben en ikzelf ook mijn eigen kamer, terwijl ze goed wisten dat ik zeer slecht gehuisvest was. We leefden met vijf personen op een appartement met één slaapkamer, maar dat kon hen niet veel schelen. Telkens als ik me ging informeren, zeiden ze dat ik 50ste of 80ste op de lijst stond. Ik moest ook elk jaar mijn aanvraag hernieuwen. Dat kostte me enorm veel moeite, tijd en geld. Ik moest ook steeds iemand vinden die mijn documenten kon invullen, want ikzelf kan niet schrijven of lezen. Ik spreek maar een klein beetje Frans (maar dan heel gebrekkig), omdat ik van mijn man en schoonmoeder nooit naar buiten mocht komen om bijvoorbeeld taallessen te gaan volgen. Ik moest thuis zitten koken, wassen en strijken.
80
Het zou goed zijn als de prijzen van de sociale woningen bepaald worden naargelang het inkomen en dat dit per wet wordt vastgelegd. Ze moeten een menselijker beleid voeren en men mag vooral geen krotten verhuren. Ze zouden het eerst moeten opknappen alvorens het te verhuren.
[ accessibilité 2 ] Je viens par la présente demande, solliciter auprès de votre auguste personnalité une assistance, relative à l’arrêté de fermeture de la maison dans laquelle j’habite. Je vous informe également que je suis toujours en train de chercher un domicile mais en vain. J’ai été inscrite au logement social de Molenbeek le 20 février 2001 et j’attends encore.
[ toegankelijkheid 3 ] Ik woon sinds enkele maanden alleen. Ik ben 54 jaar en gescheiden. Mijn man heeft een nieuwe vrouw gevonden, jonger en gezonder dan ik en ik moest verhuizen. Hij woont in het huis dat wij samen kochten. Ik was al dikwijls ziek en nu lijd ik aan een chronische depressie. Ik woon op een kleine gemeubelde kamer. Mijn man hield alles: het huis en de meubels. Er bleef dus niets over voor mij. Ik beschik niet over een eigen keuken, badkamer of WC. Voor een vrouw van mijn leeftijd is dat een verschrikkelijke situatie. Ik heb me ingeschreven voor een sociale woning in de 19 gemeenten van Brussel, maar tot nu heb ik nog geen nieuws. Ze zeggen mij geduld te hebben of anders moet ik maar teruggaan naar Turkije. Maar dat is onmogelijk, ik woon al zolang in België en mijn kinderen wonen hier. Ik heb geen bijzondere band meer met mijn land. Ik heb trouwens een Belgische identiteitskaart.
81
[ toegankelijkheid 4 ] Ik huur een appartement voor 18.000 Bfr. per maand. Er zijn 2 slaapkamers zonder badkamer en het regent binnen. Wij hebben geen contract. We wonen hier met 3 kinderen en mijn vriend. 2 van mijn kinderen zijn geplaatst in een instelling en mogen enkel tijdens het weekend en de vakanties naar huis komen. Eigenlijk mogen ze definitief naar huis komen, maar dan moet ik een ruimer appartement vinden. Ik word door de politie terechtgewezen omdat mijn 12- jarige dochter bij haar broers dient te slapen en dat dit eigenlijk niet kan. Ik sta al jaren op de wachtlijst van een sociale woning. Mijn situatie kent geen voorrang. Ik kan dus enkel maar blijven wachten.
[ accessibilité 5 ] Un jour, je venais de commencer chez ‘Accueil’, j’ai eu un appèl d’une école primaire qui se plaignait de l’absence régulière de deux enfants de la même famille. Ils avaient aussi averti la cellule de prévention de la police. Après plusieurs visites au domicile le problème est devenu clair. La mère avait un bébé de quelques mois qui avait des difficultés pour s’endormir. Il pleurait toute la nuit et alors le matin la mère et les enfants s’endormaient de fatigue. Alors la mère ne se réveillait pas à temps et les autres enfants n’arrivaient pas à l’école à temps ou seulement à midi. Après plusieurs examens on a découvert une dermatose qui causait la démangeaison qui empêchait l’enfant de dormir. Cette dermatose était causée par des moisissures dans les chambres à coucher. L’humidité dans cette habitation en cour de cave était énorme et cela sentait le moisi. Les vêtements, même s’ils étaient fraîchement lavés, sentaient tout immédiatement le moisi. L’éclairage dans la chambre des garçons ne fonctionnent pas à cause d’un court-circuit provoqué par l’humidité. Même les matelas étaient humides et avaient des tâches de moisissures. La santé de tout le monde était donc mauvaise et ils tombaient malades très facilement.
82
Le service social ne trouvait pas que ce soit une raison pour accorder la priorité à cette famille parce qu’alors ils devraient et je les cite «pour une telle raison donner la priorité à tout le monde». C’est seulement lorsque le propriétaire leur à donné leur préavis pour faire des travaux contre l’ humidité, qu’ils obtiennent une priorité.
[ toegankelijkheid 6 ] We stonden jarenlang op de wachtlijst voor een sociale woning. Ons huis was erg klein maar we kregen toen geen enkele woning toegewezen. We kregen er pas één toen mijn vrouw door een trombose verlamd werd en we een aangepaste woning nodig hadden voor een rolwagenpatient.
[ accesibilité 7 ] J’ai trois enfants. Après avoir trimé longtemps, j’ai obtenu une extension du règlement de visite. La seule condition était que les enfants devaient pouvoir dormir chez moi. Parce que je n’arrivais pas à avoir un logement de la société d’habitation sociale, j’ai refait une nouvelle demande pour un logement plus petit avec seulement deux chambres. J’espérais qu’en faisant ceci tout irait plus vite. Cette demande a été refusée, parce qu’elle n’est pas légale.
[ toegankelijkheid 8 ] We stonden al lang op de wachtlijst van een sociale woning. We leefden hier in een erbarmelijke toestand. Uiteindelijk zijn we weggetrokken naar Vlaams Brabant omdat we daar een lening konden krijgen via een huur-koopformule voor een woning.
83
WAARBORG / LA GARANTIE [ la garantie 1 ] J’ai 47 ans et je suis marié. Je n’ai pas d’enfants. Ma femme est handicapée à 66% et moi je suis au chômage. Parfois je fais des boulots d’intérim. Ce n’est pas facile parce que je n’ai pas de formation. J’habite dans un appartement social à Bruxelles. Ma femme est très faible de santé et elle a beaucoup de frais médicaux. Nous avons un revenu très bas. C’est par nécessité que j’habite un appartement social. Un autre domicile est trop cher pour mon budget. En fait, je préférerais habiter ailleurs. La maison est certes en bon état, mais je n’aime pas le quartier. C’est un quartier pauvre et délabré où tous les gens dans la misère sont ensemble. L’année passée un appartement plus petit s’est libéré dans notre immeuble. J’ai fait ma demande pour bénéficier d’un loyer plus bas. Je suis très content d’avoir obtenu ce petit appartement, mais d’abord je devais payer une nouvelle garantie locative. J’ai demandé si la garantie payée au moment où je suis arrivé dans l’immeuble ne pouvait pas servir. Selon l’assistante sociale ce n’était pas possible. Je devais d’abord payer ma nouvelle garantie pourque l’autre puisse être débloquée. La raison était que, s’il y avait des dégâts dans mon ancien appartement, on garderait une partie de ma garantie. Je disais que je n’avais pas causé de dégâts et qu’ils pouvaient envoyer quelqu’un. De toutes façons il fallait qu’une personne vienne établir l’état des lieux du nouveau logement. Ceci n’était pas possible non plus. L’assistante sociale me renvoyait au CPAS. Là je pouvais entrer une demande pour qu’on m’avance la garantie. Je me suis rendu au CPAS avec la demande de prendre ma garantie en charge. L’assistant social a fait tout un dossier. Je devais remettre un tas de papiers et expliquer pourquoi je ne pouvais pas payer ma garantie. Cela était très embarrassant pour moi. Il a quand même noté mes revenus et mes dépenses. D’ailleurs, j’allais tout rembourser au moment où j’aurais mon ancienne garantie. Je devais signer un papier pour cela. Ma demande serait examinée; ils m’avertiraient.
84
Plus de trois semaines plus tard j’ai reçu une lettre presque illisible. Ma demande était refusée parce que j’avais un revenu trop élevé. Je ne suis pas retourné au CPAS et j’ai payé la garantie de mon allocation de chômage. On a vécu presque tout un mois sans argent. J’ai même demandé un colis alimentaire.
HUURPRIJS / LOYER [ huurprijs 1 ] Ik ben een alleenstaande vrouw en heb twee zonen die bij mij wonen. Ik ben afkomstig uit Turkije en woon al 15 jaar in België. Ik heb eerst in Gent gewoond; daar heb ik een beetje Nederlands geleerd. Sinds enkele jaren ben ik van mijn man gescheiden omdat ik met hem erg veel problemen had. Op een bepaald moment heb ik beslist om dit alles niet meer te verdragen en ben naar Brussel gekomen. Ik huur een sociale woning van de Schaarbeekse Haard. Drie jaar geleden huurde ik dit appartement aan 250 €. Na drie jaar is dit bedrag verdubbeld. Nu betaal ik 500 € zonder bijkomende kosten. Ik dacht dat sociale woningen voor mensen waren met een laag inkomen, maar ik heb de indruk dat dat bij de Schaarbeekse Haard niet het geval is. Ze verhogen mijn huur elk jaar en elke maand komen ze af met facturen van achterstallige huur. Ik heb een domiciliëring bij de bank voor mijn huur en toch zeggen ze dat ik de huur niet altijd op tijd betaal. Ik weet tegenwoordig het juiste bedrag van mijn huur niet meer. Het sanitair is niet in orde: de toilet verliest al een tijdje water. Het gevolg daarvan is een hoge waterrekening. Als er in het appartement iets stuk is dan moet ik dit aan de Schaarbeekse Haard melden. Zij sturen zogezegd zo snel mogelijk iemand om de herstelling
85
uit te voeren. Als ze uiteindelijk herstellingen uitvoeren dan kost me dat stukken van mensen. Als ik dat door een kennis laat maken, dan kost het me minder maar dat mag ik niet doen. De bewoners zetten hun vuilzakken niet altijd op tijd buiten voor de vuilkar. De zakken blijven soms drie dagen op de gang staan en dan hangt er een stinkende geur in de gangen. Ook de vuilkar komt niet altijd opdagen om de vuilzakken op te halen. De bewoners doen hun vuil niet in de daarvoor voorziene vuilzakken maar in kleine boodschapzakken en die zetten ze zo buiten. Ik begrijp niet hoe dat men zo onverantwoordelijk en slordig kan zijn. Mijn kinderen worden lastig gevallen door de kinderen van de conciërge. Ze verplichten mijn kinderen om met hen te spelen en Frans te praten. Mijn kinderen zijn Nederlandstalig en spreken geen Frans. Ze pakken het speelgoed van mijn kinderen af. Ik heb dat al een paar keer aan de ouders gezegd maar die verdedigen hun kinderen en zeggen dat dit niet waar is.
KWALITEIT / QUALITÉ [ qualité 1 ] J’habite seule et je suis au chômage. Après le départ de mes enfants, le foyer me refuse un changement de logement si je ne remets pas l’actuel entièrement à neuf. Dans l’actuel je n’ai ni eau chaude, ni salle de bains. Il n’y a pas de compteur de passage d’eau; je suis seule, mais mes voisins sont sept.
86
[ kwaliteit 2 ] Ik woon alleen in een sociale woning. Mijn grote probleem is de vochtigheid. Ik heb allergie. Ik heb de sociale huisvestingsmaatschappij gevraagd om het probleem van de vochtigheid aan te pakken, maar ze zeiden me dat ze niets konden doen, omdat ik alleen ben. De verwarming wordt afgesloten gedurende de zomer. Ik zou een andere sociale woning willen zoeken, maar dat vraagt veel tijd.
[ qualité 3 ] Je vis seul. Je n’ai pas de travail et je suis au CPAS. J’habite dans un foyer social, depuis 5 ans, dans 2 pièces sans douche ni eau chaude. J’ai installé une douche et bouilloire électrique avec l’aide des ‘compagnons dépanneurs’ et ‘téléservice’. J’ai payé tout, sauf la main d’œuvre. Le jour ou je sortirai de cet appartement, qui me remboursera l’installation de la douche et la bouilloire électrique ? L’extérieur du home est bien arrangé, mais l’intérieur est sans peinture, l’électricité et les tuyaux sont très anciens. Il aurait pu faire l’inverse: d’abord arranger l’intérieur et ensuite l’extérieur.
[ kwaliteit 4 ] Ikzelf leef samen met mijn toekomstige echtgenoot, mijn dochter van 12 jaar, een zoontje van 2,5 jaar, een dochtertje van 1 jaar en 3 maanden en vanaf begin oktober met een zoontje extra. Samen wonen we in een sociale woning. We vinden de woning te klein en onleefbaar. De badkamer is 100 % onbruikbaar en veel te klein. Het bad is smerig, vies en niet te gebruiken. De keuken is ook veel te klein. Je kan er met moeite met 2 personen in staan. De gootsteen is volledig rot, vies en geeft een enorme
87
slechte geur af. Het water loopt er zo uit. Het is er onmogelijk om een kast te zetten, af te drogen, ... De living is te smal en te klein. Er is vocht en de ramen zijn rot. In de winter is het nog erger gesteld met de ramen. Ze laten enorm veel wind en kou door. Het is voor de kinderen echt ongezond om zo te leven. Verder heb ik een groot probleem met de trappen. Ik woon op het derde verdiep. Het is voor mij heel moeilijk om de trappen te doen met 3 kleine kinderen. Ik ben ook steeds verplicht om de babykoets naar boven te sleuren, want in de gang mag ze niet staan van de bewoners. In de kelder is dit niet mogelijk. Ze kan er niet in, want de deur is te smal. Ik ben er ook bang voor diefstal. Mijn enige voorstel is te verhuizen naar een andere sociale woning met lift of nog beter op het gelijkvloers met tuin of koer voor de kinderen. Ik vind dat ze de andere woningen zouden moeten renoveren qua keuken, badkamer en de ramen. Wanneer ze sociale woningen zouden bouwen, zouden ze misschien moeten aangepast worden aan grotere gezinnen met veel kinderen.
[ qualité 5 ] Je suis une femme turque et j’habite depuis quelques années en Belgique. Je ne parle pas bien le français et pas du tout le néerlandais. Je me suis mariée deux fois. De mon premier mariage, j’ai un enfant et de mon deuxième un autre. J’habite chez mon mari, mais j’ai beaucoup de problèmes avec lui. Ses enfants habitent aussi chez nous. Dans tout le bâtiment où on habite il y a seulement un seul compteur d’eau. Le propriétaire demande une somme arbitraire pour l’eau. De notre côté nous sommes quatre personnes et du côté du propriétaire ils sont huit. Ce partage des frais est la cause de la mésentente entre lui et moi.
88
Je n’ai pas de contrat écrit de location et le propriétaire augmente le loyer tous les trois mois de 10 €. Si je refuse de payer cette augmentation, il menace de me jeter dehors. Le tuyau à gaz n’est pas bien branché, ce qui fait qu’on a une fuite de gaz. Ceci est très dangereux pour ma famille. Plusieurs murs ont des taches d’humidité et de moisissure. Inutile de dire que cela est une situation peu hygiénique et tout à fait malsaine. Depuis qu’on habite ici, on est plus souvent malades et on a attrapé des affections asthmatiques. Nous payons 397 € de location. Ceci dépasse notre budget disponible. Mon mari est au chômage et moi je suis en congé de maladie. Depuis des années nous sommes inscrits pour une habitation sociale auprès de plusieurs sociétés. Mais jusqu’au jour d’aujourd’hui ils nous disent qu’il n’y a rien de libre pour notre famille. En plus ils nous ont dit d’avoir de la patience pendant quelques années et si on n’était pas d’accord, on peut aller ailleurs. Chaque fois qu’on va se renseigner sur notre situation ils nous disent d’aller voir ailleurs, auprès d’une autre société de logement. Autrement dit on nous renvoie constamment à gauche et à droite. Le “Foyer Schaerbeekois” a proposé plusieurs appartements qui étaient en très mauvais état, voire délabrés. Encore pires que l’endroit où j’habite maintenant. Je les ai toujours refusés et maintenant ils me reprochent chaque fois que je n’accepte rien. Un service d’habitation sociale ne devrait pas agir de la sorte.
89
conclusies Voor ik mijn bijdrage schreef voor deze publicatie, heb ik met aandacht de getuigenissen van de sociale huurders gelezen. De problemen die zij vermelden, kunnen zeker niet worden ontkend, zowel wat betreft de slechte staat van veel woningen, de hoge bedragen die soms worden gevraagd voor huur of kosten en lasten, als de soms moeilijke relaties met de openbare vastgoedmaatschappij. Deze getuigenissen moeten worden gehoord, zeker nu de overheid steeds meer spreekt van het recht op een degelijke woning voor iedereen. Diezelfde overheid onderstreept bovendien herhaaldelijk dat een degelijke woning een element kan zijn van stabilisering en sociale inschakeling voor personen met socio-economische moeilijkheden. Het is tegelijkertijd nuttig om kort de context te bespreken waarin de sociale huisvestingssector van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zich op dit moment bevindt. Op 31 december 2000 beheerden 33 Openbare VastgoedMaatschappijen (OVMs) in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 38.235 sociale woningen. Dit patrimonium komt overeen met iets minder dan 9 % van het totale aantal woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Zelfs indien we bij deze sociale woningen de woningen voegen van het Brussels Woningfonds en de woningen beheerd door de sociale verhuurkantoren, dan blijft het aantal sociale woningen té klein om aan de grote vraag van een kansarm publiek te kunnen voldoen. Dit publiek is dan ook grotendeels aangewezen op de privéhuurmarkt en daar worden de huurprijzen nog altijd vrij bepaald. Veel gezinnen die slechts een vervangingsinkomen hebben of zelfs een inkomen uit arbeid, worden geconfronteerd met té hoge huurprijzen en daarom wenden zij zich tot de sociale huisvesting, waar de berekening van de huurprijs aan een aantal zeer precieze regels moet beantwoorden. De grote vraag naar sociale woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zal de komende jaren niet verminderen, zeker nu dat met de invoering van het meervoudige inschrijvingssysteem, de administratie bij de aanvraag voor een sociale woning is vereenvoudigd.
90
Ondertussen worden er niet massaal veel nieuwe sociale woningen bijgebouwd. Gezien de slechte staat van een groot deel van de sociale woningen, besteedt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een groot deel van het budget voor de sociale woningen aan de renovatie ervan. Hierdoor zal op middellange termijn een antwoord worden geboden op de getuigenissen van de sociale huurders over de slechte staat en het gebrek aan comfort van hun woning. Veel sociale huurders vinden dat de openbare vastgoedmaatschappijen en de overheid te weinig naar hen luisteren. De oprichting van huurdersadviesraden in elk van de openbare vastgoedmaatschappijen zou tot een betere dialoog tussen de maatschappij en de huurders kunnen leiden. Het is ook opvallend om vast te stellen hoe slecht de regelgeving van de sociale huisvestingssector is gekend door het grote publiek. Die regels zijn soms vrij ingewikkeld, maar bieden aan de (kandidaat)huurders toch wel echte garanties op het vlak van behandeling van de aanvraagdossiers, toewijzing van de woningen, berekening van de huurprijzen en de huurovereenkomst. Er zijn efficiënte beroepsprocedures voorzien en het werk van de sociale afgevaardigden moet hierbij zeker worden benadrukt. Maar toch moeten inspanningen worden geleverd om de reglementering verder te vereenvoudigen. Ik wil tevens onderlijnen dat het vak van sociaal verhuurder zoals het wordt uitgeoefend door de openbare vastgoedmaatschappijen, ook evolueert. Waar in het begin voornamelijk werd gewerkt rond patrimoniumbeheer en financieel beheer, gaat er de laatste jaren steeds meer aandacht naar het beheer van het sociale aspect. De piste van het individuele sociaal werk binnen de sociale huisvestingssector moet nog worden ontwikkeld. In het begin van 2001 hadden slechts 17 van de 33 openbare vastgoedmaatschappijen een of meerdere sociale assistenten in dienst. Om het individuele sociaal werk met de sociale huurders te verbeteren, heeft de gewestelijke overheid meer financiële middelen voorzien. Met die middelen werd onze vzw opgericht door vier partners: de Brusselse staatssecretaris voor Huisvesting, Alain Hutchinson, de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij en twee federaties van de OVMs : de Association du Logement Social (ALS) en Fesocolab. Eind 2001 stelde onze vzw 34 sociale assistenten aan het werk binnen 27 OVMs. Met 3
91
andere OVMs is contact opgenomen om ook daar in 2003 sociale assistenten tewerk te stellen. Deze sociale assistenten worden vanuit onze vzw gedetacheerd naar elke sociale huisvestingsmaatschappij op basis van een samenwerkingsconventie. Deze assistenten zullen vooral de volgende taken uitvoeren: - Preventie en oplossing van burenconflicten - Enquêtes bij de huurders die een specifieke sociale huurvermindering aanvragen - Begeleiding van de huurders bij administratieve problemen - Budgetbegeleiding en opstelling van een schuldafbetalingsplan om zo eventuele administratieve en strafrechtelijke acties tegen de huurders te voorkomen - Pedagogische begeleiding voor het onderhoud van de woning en de plichten van de huurder - Hulp bij het inzamelen van documenten voor de jaarlijkse huurprijsherziening - Eerste onthaal en oriëntatie van de huurders naar de juiste diensten die hen kunnen bijstaan voor problemen inzake sociaal recht, gezinsproblemen, derde leeftijd,
. - Ontwikkeling van een netwerk rond de sociale huisvestingsmaatschappij en de versterking van dit netwerk. Het individuele sociaal werk is weliswaar slechts een gedeeltelijk antwoord op de problemen waarmee de sociale huurders worden geconfronteerd, maar het gaat hier om een piste die zeker niet mag worden verwaarloosd. Dit mag niet beletten om gelijktijdig het debat te voeren over de té lage bedragen van de vervangingsinkomens. Dominique Van Haelen directeur van de vzw Dienst voor de Maatschappelijke Begeleiding van de Sociale Huurders (DMBSH)
92
conclusions Avant de rédiger ma contribution au présent ouvrage, jai lu avec attention les témoignages de locataires du secteur du logement social. Les problèmes développés par ceux-ci ne peuvent pas être niés ou esquivés, quils concernent le mauvais état de plusieurs logements, les montants réclamés pour certains loyers ou charges locatives ou les relations parfois difficiles ou tendues avec la société de logement social. Ces prises de paroles doivent être entendues, à fortiori maintenant que les pouvoirs publics font de plus en plus référence au droit pour chaque citoyen davoir accès à un logement décent. Les pouvoirs publics soulignent également fréquemment combien un logement décent peut être un élément de stabilisation et voire dinsertion pour le public en grandes difficultés socio-économiques. Toutefois, il est ici utile de brièvement rappeler le contexte dans lequel se situe le secteur du logement social en Région de Bruxelles-Capitale. Au 31décembre 2000, les 33 Sociétés Immobilières de Service Publics (SISP) de la Région de Bruxelles-Capitale géraient 38.253 logements sociaux. Ce patrimoine constitue un peu moins de 9 % du patrimoine de logements de la Région de Bruxelles-Capitale. Même si lon ajoute au patrimoine du secteur du logement social au sens strict du terme les logements gérés par le Fonds du Logement des Familles de la Région de Bruxelles-Capitale et ceux gérés par les agences immobilières sociales, le pourcentage de logements sociaux est trop réduit par rapport aux besoins existant au sein du public en difficulté. Ce public est très souvent tributaire du secteur privé du logement. En vertu du principe de droit civil de liberté des conventions, les loyers ne sont pas encadrés sur ce marché. Compte tenu de limportance de la demande, de nombreux ménages ne bénéficiant que de revenus de remplacement, voire de revenus du travail ont à faire face à des loyers trop élevés. Ils se tournent dès lors vers le secteur du logement social dont la réglementation détermine de manière très précise le calcul du loyer. Les spécificités du marché du logement en Région de Bruxelles-Capitale font que les pressions en termes de demandes à légard du secteur du logement social ne diminueront pas dans lavenir, dautant plus que la mise en place du système dinscription multiple facilite les démarches
93
administratives des candidats-locataires. Dautre part, une politique de construction systématique de nouveaux logements nest pas à lordre du jour. Compte tenu de létat dune part significative du patrimoine du secteur du logement social, une part importante des moyens budgétaires dont dispose la Région de Bruxelles-Capitale en matière de logement social est affectée à la rénovation de celui-ci. Ceci permettra, à moyen terme, de répondre à une part des revendications de locataires soulignant combien le confort du logement quils occupent est limité. De nombreux locataires du secteur du logement social sestiment peu écoutés tant par les pouvoirs publics régionaux que par les sociétés de logement social. La mise en place de conseils consultatifs de locataires dans chacune des sociétés de logement social pourra contribuer à mieux nouer le dialogue entre locataires et dirigeants de sociétés. Il est frappant de constater combien la réglementation du secteur du logement social reste méconnue par le public. Or, même si elle est parfois très complexe, cette réglementation offre de réelles garanties au public visé en matière de gestion des dossiers de candidatures, dattribution des logements, de calcul des loyers et de bail à loyer. Des procédures de recours efficaces existent. Le rôle positif joué à ce niveau par les délégués sociaux doit être souligné. Leffort de simplification de la réglementation doit être poursuivi. Il faut également souligner le fait que le métier de bailleur social exercé par les sociétés de logement social évolue également. Au départ des tâches essentielles que sont la gestion du patrimoine au sens strict du terme, la gestion immobilière et la gestion financière, une attention plus grande est apportée à la gestion du social. La piste du travail social individuel au sein du secteur du logement social est à développer. Au début de lannée 2001, seules 17 des 33 SISP comptaient parmi leur personnel un ou plusieurs assistants sociaux. Afin daccroître les capacités de travail social individuel du secteur en faveur de ses locataires, les pouvoirs publics régionaux ont dégagés des moyens financiers supplémentaires. Notre asbl a été créée de manière concertée par quatre partenaires: M. Alain Hutchinson, secrétaire dEtat du Logement de la Région de Bruxelles-
94
Capitale, la Société du Logement de la Région de Bruxelles-Capitale et les deux fédérations des SISP, soit lAssociation du Logement Social (ALS) et la Fesocolab. Ces quatre partenaires cogèrent lasbl qui a détaché dès la fin de lannée 2001 34 travailleurs sociaux au sein de 27 SISP. Des contacts sont en cours avec 3 autres SISP en vue dun éventuel détachement dun travailleur social en 2003. Ces travailleurs sociaux sont détachés auprès de chaque SISP dans le cadre dune convention de collaboration conclue entre la SISP et lasbl. Ces travailleurs sociaux sont susceptibles dexercer huit missions de travail social individuel: - prévention et tentative de désamorçage des conflits de voisinage, - enquêtes de précarité, suite à des demandes de réductions sociales spécifiques, - accompagnement des locataires dans les démarches sociales, y compris laide aux démarches administratives, - accompagnement social budgétaire et élaboration dun plan dapurement de dettes, dans le cadre dune démarche destinée à prévenir les éventuelles actions administratives et judiciaires à lencontre du locataire, - guidance pédagogique sur les règles dentretien du logement et du respect des obligations du locataire, - aide à la récolte de documents pour les locataires en difficulté dans le cadre de la révision annuelle des loyers, - premier accueil et réorientation des locataires vers les services ad hoc capables dassurer un suivi efficace pour ce qui concerne notamment les problèmes de jeunesse, troisième âge, assuétudes, difficultés conjugales, droit social,
. - développement dun réseau de partenariat autour de la SISP ou renforcement du partenariat existant. Le travail social individuel nest quune réponse parcellaire aux difficultés rencontrées par les locataires en difficulté. Toutefois, il sagit ici dune piste à ne pas négliger. Elle ne doit en aucun cas occulter le nécessaire débat sur le caractère insuffisant des montants des revenus de remplacement. Dominique VAN HAELEN directeur de lasbl Service dAccompagnement Social des Locataires Sociaux (SASLS)
95
structurele voorstellen Meer sociale woningen Het percentage sociale woningen is momenteel veel te laag in vergelijking met de bestaande vraag van mensen in moeilijkheden. Door de invoering van het meervoudig inschrijvingssysteem zal de vraag in de toekomst nog toenemen. Zelfs als men het aanbod van de sociale verhuurkantoren erbij telt, blijft het aanbod sociale huisvesting ontoereikend. Meer gereglementeerde huurprijzen Vele huishoudens wenden zich momenteel tot de sociale huisvestingsmarkt omdat dit de enige instantie is die bij de bepaling van de huur rekening houdt met verschillende parameters, waaronder hun inkomen. Indien dit op meerdere plaatsen het geval zou zijn, dan zou de druk op de sociale huisvesting enigszins kunnen verminderen. Onderhoud van de bestaande sociale woningen In het budget van de sociale huisvesting moet ook rekening worden gehouden met de vele sociale woningen die aan renovatie toe zijn. Enkel op deze manier kan men op termijn tegemoet komen aan de kwaliteitseisen van de woningen, waarover in vele getuigenissen beklag wordt gedaan. In elke sociale huisvestingsmaatschappij zou er een huurdersadviesraad geïnstalleerd moeten worden Vele huurders hebben de indruk dat ze weinig gehoord worden door de lokale overheden maar ook niet door de sociale huisvestingsmaatschappijen. Een huurdersadviesraad per sociale huisvestingsmaatschappij kan hier soelaas brengen. Een eenvoudigere regelgeving voor de sociale huisvesting In de regelgeving van de sociale huisvestingsmaatschappijen zijn er verschillende garanties ingebouwd omtrent de aanvraag, de toekenning van de woning, de berekening van de huurprijs en het naleven van
96
het huurcontract. Ook zijn er beroepsprocedures voorzien. Deze instrumenten zijn veelal onbekend bij het publiek. Een eenvoudigere regelgeving zou hier hulp kunnen bieden. De individuele sociale hulp zou verder moeten uitgebouwd worden Een aantal sociale huisvestingsmaatschappijen heeft begrepen dat ze omwille van de moeilijkheden die hun huurders dagelijks ervaren, naast de rol van huiseigenaar ook een sociale rol op zich moeten nemen. In de conventie tussen de sociale verhuurmaatschappijen met de Dienst voor Maatschappelijke Begeleiding van de Sociale Huurders is overeengekomen dat de sociaal assistenten onder meer volgende taken ter harte moeten nemen: preventie en begeleiding bij buurconflicten, sociale begeleiding van huurders, budgetbegeleiding, pedagogische begeleiding bij het onderhoud van hun woning, hulp bij het bijeenzoeken van de nodige documenten, eerste onthaal en doorverwijzing naar andere sociale diensten. Deze sociale taak van de sociale huisvestingsmaatschappijen zou meer aandacht moeten krijgen en voldoende uitgebouwd worden. Verhoging van de vervangingsinkomens Niettegenstaande de voorgaande maatregelen dienen we niet te vergeten dat de kwetsbare doelgroepen moeten rond komen met een te laag inkomen en dat daarover dringend een debat moet worden gevoerd.
97
propositions structurelles Plus de logements sociaux Actuellement, le nombre de logements sociaux disponibles est trop faible par rapport à lattente des personnes en difficultés et la mise en place du système à inscriptions multiples, accentuera encore cette demande. Même en incluant loffre des agences immobilières sociales, loffre de logement social demeure insuffisante. Des loyers réglementés Beaucoup de ménages se tournent actuellement vers le logement social parce que cest le seul système qui prenne en compte, pour fixer le montant du loyer de leurs revenus selon certains critères. Si cette pratique était généralisée, la demande de logement social deminueret. La rénovation des logements sociaux existants Dans le budget du logement social, il faut aussi tenir compte de la nécessité de rénover bon nombre de logements sociaux. Ce nest que de cette manière que lon pourra atteindre à terme les exigences de qualité des logements, si lon prend en compte les nombreux plaintes à ce sujet dans les témoignages. Installer un conseil consultatif de locataires dans chaque société de logements sociaux Beaucoup de locataires ont limpression quils sont peu entendus par les autorités locales, mais également par les sociétés de logements sociaux. Un conseil consultatif des locataires par société de logement social pourrait soulager cette situation. Une simplification de la réglementation du logement social La réglementation des sociétés de logements sociaux prend en compte différentes garanties concernant la demande, laffectation du logement, le calcul des loyers et le suivi du contrat de bail. Des procédures de recours sont également prévues. Ces outils sont la plupart du temps inconnus du public. Une réglementation simplifiée pourrait y remédier.
98
Le développement de laide sociale individuelle Plusieurs sociétés de logements sociaux ont compris que pour répondre aux difficultés rencontrées journellement par leurs locataires, elles devraient pouvoir jouer un rôle social en plus de leur fonction de propriétaire. Dans la convention qui lie les sociétés de logement sociaux et le Service dAccompagnement Social des Locataires Sociaux, il est convenu que les assistants sociaux doivent soccuper entre autres des tâches suivantes: la prévention et la gestion des conflits de voisinage, la gestion du budget, laccompagnement pédagogique de lentretien de leur logement, laide dans la recherche des documents indispensables et le premier accueil en vue de laccompagnement dautres services sociaux. La mission sociale de sociétés de logements doit être suffisamment développée. Laugmentation des revenus de remplacement Indépendamment des règles précédentes, nous ne devons pas oublier que les groupes-cibles vulnérables disposent de revenus trop bas et quil faut mener de manière urgente un débat sur cette question.
99
100
05 - thuisloosheid les sans-abris op straat / à la rue 102 onthaalhuizen / maisons d'acceuil 106 noodoplossingen / solutions d'urgence 110 conclusies conclusions structurele voorstellen propositions structurelles
101
111 113 115 117
OP STRAAT / À LA RUE [ op straat 1 ] Ik ben 51 jaar en ben 17 jaar getrouwd geweest, nu ben ik al meer dan 10 jaar gescheiden. Ik woonde vroeger in Oost-Vlaanderen, daar heb ik heel mijn leven gewoond. Ik heb nog een zelfstandige zaak gehad samen met een vriend. Die vriend heeft mij in de steek gelaten. Ik woonde in het huis van die vriend. Hij gaf mij een levenslang huurcontract dat bij de notaris werd opgesteld. Door omstandigheden ben ik in de gevangenis geraakt. Ik moest er 10 maanden zitten. Ik ben nu al 8 maanden vrij en probeer te overleven op straat in Brussel. Ik ben dus dakloos en heb geen domicilie. Tijdens mijn straf werd de huishuur niet betaald. Ik heb nochtans aan het OCMW gevraagd deze ten laste te nemen met de belofte dat, wanneer ik terug vrij kwam, ik deze zou terugbetalen in stukjes. Doch die weigerden om op mijn verzoek in te gaan. Toen ik na 10 maanden terug thuis kwam, wou ik de sleutel in de voordeur steken, maar moest vaststellen dat de sloten veranderd waren. Ik kon niet meer binnen. De woning was ondertussen van eigenaar veranderd en mijn levenslang huurcontract was ontbonden. Gans mijn inboedel was door de gemeente overgebracht naar een andere woning. Toen ik naar het OCMW ging, zei men mij dat ik in dat huisje moest gaan wonen. Het huisje is in zeer slechte staat en ik kon daar onmogelijk intrekken. Ik vroeg of het OCMW mij het bestaansminimum kon toekennen en dat ik dan mijn plan wel zou trekken. Nu bleek dat ik geen recht had op bestaansminimum, omdat ik ambtshalve afgeschreven was. Dit gebeurde tijdens mijn gevangenisstraf, ik was nu ingeschreven in Brugge. Ik heb daarom mijn aanvraag voor het bestaansminimum nog maar eens gedaan in Brugge. Ik kreeg dat daar niet, maar ze wilden wel de kosten betalen voor een opvanghuis. Zo kwam ik terecht in het Leger des Heils te Brussel. Ik kon daar echter niet aarden.
102
Ik leef nu van dag tot dag op de straat. Ondertussen ben ik ook ambtshalve geschrapt te Brugge. Ik heb beroep aangetekend tegen het OCMW in maart 2002. Ik wacht nog steeds tot het dossier voorkomt en leef bijgevolg al meer dan 10 maanden zonder enige bron van inkomen. Dit is mensonterend. Elke avond moet ik in een nachtasiel een kaart halen. Als ik een rode kaart krijg kan ik blijven slapen, indien ik een zwarte kaart krijg mag ik niet blijven slapen. Dan ga ik naar het Zuidstation; daar worden we weggejaagd als we geen treinticket kunnen voorleggen. Het is pure ellende. s Morgens moet je je boterhammen gaan afhalen bij een andere dienst. Wat ik heel erg vind is dat ik door die gevangenisstraf al mijn rechten ben verloren en ik geen tweede kans krijg. Geen bestaansminimum, geen dak, geen domicilie, niets. Er bestaat een wet op het bestaansminimum en op het straatminimum. De OCMWs houden een kat- en muisspelletje met de aanvragers. Ze zouden hiervoor moeten gestraft worden. Wanneer je beroep aantekent, duurt het minstens zes maanden eer jouw zaak voorkomt, ondertussen heb je niets om van te leven. Dat zou toch niet mogen. Voor mensen die niets hebben, zouden er betere opvangmogelijkheden moeten zijn. Ik vraag alleen een klein kamertje, waar ik kan slapen en eten en waar ik een beetje privacy heb. Er zijn nu veel te veel reglementen en verplichtingen verbonden aan de noodhulp. Ik vind het niet normaal dat als ik eten wil, waar ik zelf nog voor betaal, ook eerst moet gaan bidden. Neutrale hulp is een must. Ik ben ten allen tijde bereid om mee actie te voeren tegen mensonwaardige omstandigheden. Ik voer nu als individu mijn eigen strijd. Men lacht mij soms uit voor wereldverbeteraar. Ik wil ook zo blijven strijden tegen onrecht. We zouden ons meer moeten organiseren en meer op straat moeten komen met wat er gebeurt in ons zogezegd welvaartstaatje.
103
[ à la rue 2 ] Je suis étudiant. Mon appartement est trop petit, sans aucun confort. Je dois partir parce que le bâtiment est vendu. Je ne trouve pas d’autre appartement.
[ op straat 3 ] Ik ben een alleenstaande man en word dit jaar 73. De meeste mensen die me zien, geven me 80 jaar. Ik ben gepensioneerd en heb een laag inkomen. Ik kom oorspronkelijk uit Limburg en woon sinds 1952 in Brussel. Ik heb nog zes zussen die in Limburg wonen. We hebben weinig tot geen contact met elkaar. Ik woon al 17 jaar in dit appartement en heb mijn huur altijd op tijd betaald. Ik sukkel al 10 jaar met mijn gezondheid. Ik rook als een ketter en kan van de sigaretten niet afblijven. Ik kom praktisch nooit buiten omdat ik moeilijk kan gaan. Ook van mijn been heb ik reeds tien jaar last. Ik heb een half uur nodig om via de trap tot beneden te geraken, want ik woon op de zolderverdieping van een gebouw van vier verdiepingen. Ik woon al jaren alleen en ken niet veel mensen of diensten in de buurt omdat ik niet veel buiten kan komen. Ik kom alleen buiten als ik eten moet kopen. Ik weet dat dat niet genoeg is om de buurt te leren kennen, maar ik kan niet anders dan binnen blijven. Ik huur een appartement met twee ruimtes. In een ruimte slaap ik, kijk ik naar de televisie en in de andere ruimte moet ik koken, me scheren en me aan de lavabo wassen want een badkamer is er niet. Ik heb dus ook geen douche of bad. De twee ruimtes zijn 3 op 4 m. Het toilet bevindt zich op de eerste verdieping, wordt door meerdere mensen gebruikt en wordt nooit gekuist. Mijn eigen twee ruimtes zijn al een heel lange tijd (misschien al 5 jaar) niet meer gekuist omdat dit buiten mijn krachten gaat. Ik voel me niet meer goed om te bukken, om te zitten, recht te staan,
. Ik weet dat ik in een vrij ongezonde en onhygiënische toestand woon. Echt veel luxe heb ik niet. De lavabo en het werktablet in de keuken zijn volgens mij van vóór de Tweede Wereldoorlog.
104
Met mijn vorige verhuurder had ik geen problemen. Enkele maanden geleden heeft de eigenaar echter zijn huis verkocht aan een jong koppel. Ze hebben onmiddellijk een aangetekend schrijven verstuurd waarin ze meedelen dat ze me uit de woning willen zetten, want ze willen renovatiewerken uitvoeren. In hun brief schrijven ze dat ik binnen de drie maanden moet vertrekken. Ze zijn zelfs komen dreigen en hebben me willen slaan. Ik heb erg veel schrik van hen en weet niet wat ik moet doen. Ik heb schrik dat men mij in een rusthuis zal plaatsen. Ik betaal mijn huur elke maand contant aan hen, maar ze zijn nog niet tevreden. Ik betaal 150 € per maand, zonder gas en elektriciteit. Ook water is er niet inbegrepen. Ik krijg een pensioen van 600 € per maand. Het is erg moeilijk om elke maand rond te komen. Ik ben al 10 jaar niet meer naar de dokter geweest. De laatste keer dat ik naar de dokter ging, werd me meegedeeld dat mijn been moest geamputeerd worden. Sindsdien heb ik niet de moed gehad om nog naar de dokter te gaan. Ik zou graag hebben dat de nieuwe verhuurders mij met rust laten. Anders hoop ik dat ik een aangepaste woonst zou kunnen vinden maar dan liefst op het gelijkvloers omdat ik niet goed kan gaan. Goed zou zijn dat het dicht ligt bij een winkel en een telefooncel. Maar vermits ik een klein pensioen heb, moet het ook nog betaalbaar zijn. Ik zou ook graag hebben dat ik iets vind met een minimum comfort: tenminste één toilet en een badkamer waar ik me kan wassen met warm water en waar er verwarming is,
.
105
ONTHAALHUIZEN / MAISONS DACCEUIL [ onthaalhuizen 1 ] Ik ben nu 32 jaar en zit in een onthaalhuis in Brussel. Ik ben een Nederlander en ben naar hier gevlucht om te ontkomen aan de schande van het thuislooszijn in eigen land. Ik wou niet dat mijn zus of neefjes mij in die omstandigheden zouden zien in hun eigen land. Ik bedel om te overleven. Ik ben zo iemand die met een bekertje staat aan het station. Door omstandigheden ben ik in Nederland uit mijn huis gezet. Ik leefde nog bij mijn vader en mijn moeder. Die zijn beiden in een jaar tijd gestorven. Ik zat er onder door en heb inderdaad nagelaten om de huishuur te betalen. Ik was bouwvakker en verdiende goed mijn boterham. Door die depressie ben ik tevens mijn werk kwijtgeraakt. Ik wou niemand tot last zijn en vond dat ik mijn familie al genoeg last bezorgd had. Dus kwam ik naar Brussel. Eigenlijk was ik op doorreis naar Spanje waar ik een nieuw leven wou beginnen. Ik dwaalde hier wat rond en werd aangesproken door een andere thuisloze, die heeft mij dan geholpen om mijn weg te vinden naar de noodhulp. Ik verblijf in een opvanghuis maar kan daar maar enkele maanden verblijven. Wij moeten daar helpen, wat ik normaal vindt, om ons verblijf te betalen. De mensen daar doen wat ze kunnen. Ik wil terug gaan werken, maar mijn arbeidsvergunning komt maar niet in orde. Het is niet gemakkelijk om met je papieren in orde te komen. Een aangetekend schrijven kost stukken van mensen. Je bent ook volledig afhankelijk van de goedwil van de sociale diensten. Ik zou graag mijn C.V. opmaken, maar ik kan nergens een computer gebruiken. Ik probeer door te bedelen wat extra geld te krijgen om mijn lot in eigen handen te kunnen nemen. Ik heb zo een postbus kunnen huren. Dat heb je echt wel nodig, als je alles wilt regelen. Ik heb mijzelf moeten overtreffen om te kunnen bedelen. Het is vernede-
106
rend. Maar als je niets hebt, is dit de enigste mogelijkheid. Anders moet je gaan stelen en dat zou ik in geen geval kunnen. Ik weet niet wat ik moet doen, als mijn termijn afloopt in dit onthaalhuis. Waarom zet men termijnen op de noodhulp ? ? ? Ik heb al moeten horen dat dit geen hotel is, alsof ik dit niet weet. Eveneens mocht ik ervaren dat wanneer je thuisloos bent, je ook niet meer menswaardig behandeld wordt. Het zou niet mogen dat zelfs hulpverleners je onbeleefd benaderen. Als je een opmerking geeft, krijg je nogal eens te horen «als het je niet aanstaat dan moet je maar vertrekken». Er zou een systeem moeten bestaan waar je terecht kunt met eventuele klachten. Er gebeuren echt erge dingen met ons. Waarom is er zo weinig controle van de overheid ? Persoonlijk denk ik niet dat ik actie zou ondernemen. Ik ben bang dat men zou zeggen dat ik al blij mag zijn, dat ik hier terecht kan. De mensen waarvan je afhankelijk bent, kan je niet bekritiseren. Ik vind het wel goed dat mijn getuigenis anoniem gebruikt wordt. De media zou de wantoestanden aan het licht moeten brengen. In Nederland heb je kraakbewegingen. Hier zou dat ook nodig zijn. Vooral als je ziet dat er zoveel leeg staat en dat er duizenden mensen zonder woning zijn.
[ maisons d’acceuil 2 ] J’habite dans un centre d’accueil en groupe. On ne peut rester que pendant 4 mois et puis nous devons chercher un appartement. Ce n’est pas facile de vivre en communauté avec des personnes qu’on ne connaît pas. Le problème est que le CPAS est trop lent. Pourquoi ne peut-il pas être plus rapide? C’est nécessaire que les prix baissent et le racisme aussi.
107
[ maisons d’acceuil 3 ] Je vis pour l’instant dans le centre d’accueil. Je partage tout avec d’autres jeunes de mon âge. On ne peut rester que 4 mois et on doit se débrouiller pour trouver un appartement. Et trouver un appartement ou un studio, c’est difficile. Le prix des flats ou des studios doit baisser et il faut qu’une loi soit votée pour nous venir en aide.
[ maisons d’acceuil 4 ] J’ai la nationalité marocaine et je suis venu en Belgique en juin avec un visa de voyage. Je suis le plus jeune de sept enfants. Mes frères et mes soeurs ont des difficultés à survivre au Maroc. Ils n’y trouvent pas de travail. J’ai suivi une formation de coiffeur. Toute la famille a épargné pour payer mon voyage en bateau. Je viens d’avoir 19 ans. Ma famille espère que je trouve du travail ici et que je leur envoie de l’argent. Je ne connais personne en Belgique. Je ne connais pas la langue. Je comprends un peu le français, mais je le parle à peine. J’habite pour l’instant dans la rue et je dors dans un asile de nuit. Je peux aller manger dans un service de secours, car une association sociale se charge de mes frais. On m’a attribué un centre d’asile à Liège, mais je n’y vais pas. On m’a dit qu’on ne t’aide pas là-bas, qu’on te met sur un avion et on te renvoie à ton pays d’origine. J’ai demandé asile aux services d’étrangers. J’ai rencontré quelqu’un à l’asile de nuit qui m’aide un peu. Je ne sais pas quoi faire pour être en ordre avec mes papiers. A ma première rencontre avec les services d’étrangers, il y avait un interprète arabe. Je n’ai pas osé parler de ma nature, parce que j’avais peur. Seule ma famille est au courant et pour cela ils étaient contents que je vienne en Belgique. Déjà après dix jours j’ai eu le message que ma demande a été refusée. Je ne comprenais pas la lettre qui a été rédigée en français. Alors avec la personne que j’ai rencontrée dans l’asile de nuit je me suis rendu à un service social. Là, ils m’ont expliqué que je peux aller en appel. Ils ont rédigé un rapport dans lequel ils expliquent que je n’ai pas osé parler de ma nature homosexuelle dans la première rencontre.
108
Pour le moment je suis allé en appel. On me dit que je n’ai pas beaucoup de chance de pouvoir rester vivre ici. Le pire c’est que je ne peux absolument pas retourner dans ma famille. Ils ont épargné tout l’argent et maintenant que le gouvernement sait que je suis homosexuel je serai certainement exclu dans mon pays. Je ne sais pas quoi faire si on me renvoie. Je peux être heureux d’avoir rencontré quelqu’un qui m’aide. Je trouve qu’on doit donner plus d’informations quand on arrive ici. J’aurais préféré rester dans mon pays et y travailler comme coiffeur. Mais ce n’est presque pas possible. Une solution pour ma situation serait un service où on peut se rendre avec des plaintes. Il y a des choses graves qui se passent avec nous. Pourquoi n’y-a-t-il pas plus de contrôle de la part du gouvernement?
[ maisons d’acceuil 5 ] Je vis tout seul et pour le moment je suis dans un centre qui s’appelle Araña. On peur rester seulement quelques mois et c’est très difficile de trouver un appartement.
109
NOODOPLOSSINGEN / SOLUTIONS DURGENCE [ solutions d’urgence 1 ] J’ai dû quitter le domicile familial. Je suis enceinte, j’ai 18 ans, sans travail, donc sans aucun revenu. Je viens tout juste de recevoir une aide sociale. Je vis chez des amis pour le moment. Je ne peux pas rester trop longtemps. L’appartement de la famille qui me loge, est petit. Il n’y a pas assez d’argent, pas d’intimité. Les CPAS sont trop stricts et ils essayent toujours de détourner les lois. Pour des cas pareils on ne devrait pas tarder à me procurer un logement.
[ solutions d’urgence 2 ] Je voudrais vous informer de la situation dans laquelle je vis avec mes deux enfants. En effet, l’immeuble où mon appartement se trouve a été fermé par la commune le 10/5/01 car il ne correspondait pas aux réglements d’immeuble d’habitation. Dès lors j’ai cherché un logement qui correspond à ma composition de ménage chez les particuliers. Je ne l’ai pas trouvé car le loyer est très élevé, alors que nous dépendons du CPAS. Nous vivons dans des conditions difficiles car nous sommes encore dans cet immeuble et je vis dans la cuisine américaine avec mes deux enfants, un garçon de 13 ans et une fille de 11 ans. Vraiment, nous vivons dans une situation critique et insupportable.
110
conclusies De mensen die getuigenden beschrijven een aantal situaties die door hen worden geïdentificeerd als oorzaak voor het verlies van of de onmogelijkheid om een woning te vinden: uiteenvallen van het gezin, uithuiszetting, verlies van sociale rechten, werkloosheid, illegaal verblijf in het land (bijvoorbeeld voor die personen die geen recht op asiel hebben gekregen), enzovoort. Al deze mensen zijn dakloos. Toch is deze term bedrieglijk en té beperkt: hij laat uitschijnen dat het dak, de woning zowel de oorzaak van alle problemen is (wanneer het ontbreekt) als een oplossing betekent voor alle problemen waarmee de getuigen geconfronteerd worden. Het verlies van of de onmogelijkheid om een woning te vinden is vaak slechts het zichtbare topje van een ijsberg van grote sociale uitsluiting. De getuigenissen tonen duidelijk aan dat het thuisloos worden wat dan wordt geïdentificeerd als het begin van alle problemen in feite een situatie is die bovenop situaties komt van isolement, een te grote schuldenlast, een gebrek aan opleiding, het niet vinden van werk of een gebrek aan sociale contacten. Het feit dat iemand thuisloos is, is vaak het symptoom van een diep kwaad dat in één woord kan worden samengevat: uitsluiting. Die uitsluiting kan zich op verschillende manieren uiten en vindt zijn oorsprong in verschillende vormen van armoede: sociaal, economisch en cultureel. Omdat dus het verlies van een woning op zich niet de oorzaak is dat iemand thuisloos wordt, is ook het vinden van een woning niet dé unieke oplossing voor het thuisloos zijn. Het is uiteraard een essentiële factor in het sociale integratieproces en een uitweg vinden uit de uitsluiting gebeurt noodzakelijk via het vinden van een degelijke en aangepaste woning, maar na het fysiek onder dak plaatsen van een persoon, moet het accent absoluut worden gelegd op een invulling en omkadering van de huisvesting. Zo is voor een aantal personen de huisvesting in een onthaalhuis via een strikte persoonlijke en coherente begeleiding op korte, middellange en
111
lange termijn, een ondersteuning van een proces van sociale inschakeling en emancipatie1 . Alternatieven zoals de opening van samenlevingsplekken en gespreksruimten moeten ook op poten worden gezet om die personen die zich niet tot een onthaalhuis willen richten, te kunnen opvangen. Tenslotte zou ik dit artikel willen afsluiten door kort de kwestie aan te halen van de rechten van thuislozen die in de verschillende getuigenissen aan bod komen (het niet respecteren door de overheid van haar eigen wettelijke bepalingen en de noodzaak om op een plaats klacht te kunnen indienen). In theorie hebben alle burgers dezelfde rechten, maar in de praktijk is het voor een thuisloze ontzettend moeilijk om zijn rechten ook hard te maken. De materiële onmogelijkheid om zijn zaken te beheren, het ontbreken van een administratief kader, het herhaaldelijk afhaken, leidt er meestal toe dat een thuisloze in een administratieve situatie terechtkomt die niet geschikt is om zijn basisrechten te laten gelden. Ook hier is duidelijk dat de problematiek van het thuisloos zijn veel meer inhoudt dan enkel het ontbreken van een dak boven het hoofd.
Pascale Paternotte Association des Maisons dAcceuil
1
Het individuele integratieproject dat verplicht moet worden gevoerd in de onthaalhuizen die door de Cocof worden gesubsidieerd is daarom interessant omdat het toelaat om de duur van het integratieproject van de thuisloze aan te passen aan de behoeften van de persoon.
112
conclusions Les personnes qui témoignent ici décrivent un certain nombre de situations quelles identifient comme étant à lorigine de la perte ou de limpossibilité de trouver un logement: rupture familiale, expulsion, perte des droits sociaux, chômage, illégalité (cest le cas, par exemple, des personnes déboutées du droit dasile
), etc. Les unes et les autres sont des personnes sans-abri. Le terme est trompeur et réducteur: il donne à croire que labri est à la fois la cause du problème (quand il est inexistant) tout en constituant la solution à celui-ci. Or, la perte ou limpossibilité de (ré)trouver un logement adapté nest souvent que la partie visible de liceberg dune situation de grande précarité sociale. Les témoignages laissent ainsi percevoir que lévénement identifié comme déclencheur est venu se greffer sur une situation disolement, de surendettement, de manque de formation, de non-emploi, dabsence ou encore de pauvreté des liens sociaux. Ne pas avoir de toit est le symptôme dun mal profond se résumant en un mot: exclusion. Celle-ci se décline de diverses manières et trouve son origine dans toutes les formes de pauvreté: sociale, économique et culturelle. Comme la perte de toit ne fait pas le sans-abrisme, le logement nest pas la solution (seule et unique) à la problématique du sans-abrisme. Il est néanmoins un facteur essentiel dans le processus dinclusion sociale. Sortir de lexclusion passe nécessairement par la réappropriation dun logement décent et adapté. Mais dans ce processus, après la mise à labri, cest sur le sens de labri que laccent doit être mis. Pour un certain nombre de personnes, lhébergement en maison daccueil est un support aux processus dinsertion, de socialisation et démancipation. Il naura cependant de sens que sil sinscrit dans un processus cohérent et concerté daccompagnement qui, outre le fait quil place la personne concernée au cur du partenariat ainsi construit1 , se décline tant sur le court que le moyen ou le long terme.
113
Des alternatives telles que laccompagnement dans les trajets de vie, louverture de lieux de convivialité et despaces de parole doivent également être créées de manière à répondre aux problématiques des usagers qui ne peuvent ou ne veulent sadresser aux maisons daccueil. Enfin, je voudrais terminer cet article en évoquant brièvement la question des droits présente en filigrane dans plusieurs témoignages (non respect de différents prescrits légaux, demande dun lieu de traitement des plaintes). Si en théorie, tous les citoyens jouissent des mêmes droits, dans la pratique, la personne sans-abri rencontre de grandes difficultés à les faire valoir. Limpossibilité matérielle de gérer ses affaires, linexistence de repères administratifs, les décrochages successifs, mènent généralement la personne à une situation administrative peu propice à lexercice de ses droits élémentaires. Dans ce domaine aussi, on voit donc que la problématique du sans-abrisme dépasse largement la question de labsence dabri.
Pascale Paternotte Association des Maisons dAcceuil
1
A cet égard, le projet individuel dinsertion - obligatoire dans les maisons daccueil subsidiées par la Cocof - est un outil dautant plus intéressant quil permet de moduler la durée des séjours en fonction des besoins et des nécessités.
114
structurele v oorstellen Vooraf wens ik op te merken dat men veelal thuisloos wordt na tal van problemen op verschillende levensdomeinen, maar waarin huisvesting een belangrijke factor vormt. Bijgevolg moet niet één maar vele problemen grondig worden aangepakt. Voor mensen die uiteindelijk in de thuisloosheid beland zijn, zijn volgende (specifieke) maatregelen nodig: Persoonlijke begeleiding Vermits thuisloosheid bij sommigen het gevolg is van een cumulatie van problemen die ze hebben opgelopen, is het probleem niet zomaar opgelost met het bieden van een dak boven het hoofd. Sommigen hebben nood aan ondersteuning bij hun proces tot sociale inschakeling en emancipatie. In de onthaalhuizen zou deze begeleiding tot het vrije aanbod moeten behoren. Thuislozen die zich voor deze begeleiding niet tot onthaalhuizen willen richten, moeten een beroep kunnen doen op alternatieven zoals samenlevingsplekken, ontmoetingsruimten en gespreksruimten. De wet op het leefloon Er werd reeds een begin gemaakt aan het aanpassen van de wet op het leefloon voor thuislozen. In Brussel zien we echter nog heel wat wantoestanden binnen de OCMWs, die maar al te vaak weigeren dit leefloon toe te kennen. De bevoegde Brusselse overheid zou moeten toezien op het correct naleven van de wet bij de verschillende OCMWs. Het doen respecteren van de rechten van de thuislozen Een thuisloze heeft dezelfde rechten, maar kan ze vaak moeilijk hard maken. Bij het uitwerken van administratieve procedures zouden er maatregelen moeten worden getroffen, zodat ook hun rechten worden gerespecteerd. Verder zouden er plaatsen/diensten moeten voorzien worden die er voor kunnen zorgen dat hun rechten niet met de voeten worden getreden.
115
Noodhulp Noodhulp kan in geen geval als structurele oplossing worden beschouwd. Doch de praktijk vertelt ons dat deze vorm van hulp momenteel erg nodig is en dat ze deskundiger en menswaardiger moet worden uitgebouwd. Meer en vooral betere nachtasielen zijn daarom een must. Aandacht voor asielzoekers en illegalen De asielzoekers en illegalen vormen in Brussel een belangrijke groep binnen de thuislozenzorg. Deze doelgroep heeft nood aan een specifieke aanpak, waar dringend werk van moet worden gemaakt en dit in samenwerking met de integratiesector.
116
propositions structurelles Je tiens dabord à rappeler que la plupart du temps on devient une personne sans-abri après avoir eu plusieurs problèmes dans des domaines différents de la vie. Dans chaque cas, le logement est un élément important. Il est donc important daborder plusieurs problèmes au lieu dun seul. Pour ceux qui se retrouvent sans-abri, les mesures spécifiques suivantes sont nécessaires: Accompagnement individuel Pour certaines personnes, être sans-abri est la conséquence de laccumulation de plusieurs problèmes quelles ont eus. Le problème nest donc pas résolu en leur offrant un toit au-dessus de la tête. Certains ont besoin dassistance dans un processus dintégration sociale et démancipation. Dans les maisons daccueil, cet accompagnement est inclus dans les services. Les personnes sans-abri qui ne souhaitent pas se diriger vers les maisons daccueil pour cet accompagnement doivent avoir accès à cette aide dans des lieux alternatifs comme des centres de cohabitation, des lieux de rencontre et des lieux de discussion. La loi sur le revenu minimum On a déjà modifié la loi sur le revenu minimum. Cependant, on constate dans les CPAS bruxellois beaucoup de situations intolérables, pour lesquelles le revenu minimum est refusé. Les institutions bruxelloises doivent contrôler lapplication correcte de cette loi dans les différents CPAS. Faire respecter les droits des personnes sans-abri Une personne sans-abri a les mêmes droits, mais a plus de problèmes pour les faire respecter. Lorsquon définit des procédures administratives, des mesures doivent être prises pour que leurs droits soient également respectés. Il faudrait aussi prévoir des lieux/services qui peuvent intervenir en cas dabus qui ne portent pas atteinte aux droits des personnes sans-abri.
117
Secours durgence Les secours durgence ne peuvent pas être considérés comme une solution structurelle. Pourtant, la pratique nous montre quactuellement, cette aide est nécessaire et quelle doit être développée plus professionnellement et de manière plus humaine. Une augmentation et une meilleure qualité des asiles de nuit sont alors indispensables. Porter une attention particulière à la situation des demandeurs dasiles et des illégaux. Les demandeurs dasiles et les illégaux sont un groupe important parmi les personnes sans-abri à Bruxelles. Ce public-cible a besoin dune approche spécifique, rapide et en collaboration avec le secteur de lintégration sociale.
118
06 - vluchtelingen les réfugiés woningaanbod / offre de logement 120 te hoge huur / loyer trop élevé 121 kwaliteit woningen / qualité des logements 125 relatie huurder-verhuurder / relation locataire-propriétaire 128 conclusies conclusions structurele voorstellen propositions structurelles 119
135 138 141 143
WONINGAANBOD / OFFRE DE LOGEMENT [ woningaanbod 1 ] Ik ben een Ruandese vluchtelinge, kreeg in België asiel en wordt bijgestaan door het OCMW. Ik ben hier alleen. Mijn man en 3 kinderen zijn misschien nog in Ruanda. Ik weet niet of ze nog leven. Ik ben zwaar gehandicapt en loop met krukken. Ondanks mijn handicap moet ik elke dag trappen op, want ik woon op de 4de verdieping. Ik huur een gemeubelde kamer. Ik heb geen water op deze kamer en moet dat gaan halen op de eerste verdieping. Voor een douche moet ik in de kelder zijn. Voor mij zijn dat dus bijna onmogelijke opdrachten en er zijn dagen dat ik me niet kan wassen of geen water kan halen of niet naar buiten kan om boodschappen te doen. Ik ben nog niet lang in België en heb dus weinig vrienden of kennissen die me kunnen helpen. Ik heb niet genoeg inkomsten om een familiale helpster te betalen. Ik ben ingeschreven voor een sociale woning, maar er moet een lift zijn of het moet een gelijkvloers zijn. Ze hebben me gezegd enkele jaren geduld te hebben maar ik weet niet of ik het zolang zal kunnen volhouden.
[ offre de logement 2 ] Je vous présente les problèmes. J’ai 6 enfants dans un appartement de deux chambres, un salon, une cuisine et une douche. Nous avons un problème d’humidité et une installation électrique rudimentaire, source de danger. Par ailleurs, l’appartement est envahit par les souris. Je suis Rwandaise, réfugiée. Je suis arrivée en Belgique en novembre 2000. La famille est composée de deux parents et de six enfants. Le service d’hygiène de la commune de Molenbeek a visité la maison insalubre. Je cherche un appartement mais je ne trouve pas de propriétaire qui m’accepte dans son appartement, parce que je suis une Africaine.
120
[ woningaanbod 3 ] Wij zijn vluchtelingen. Ik ben samen met mijn man en zijn familie naar België gekomen. We leven in een niet zo groot huis met 3 gezinnen: mijn schoonouders beneden, op de eerste verdieping, 3 kamers, mijn gezin met 3 kinderen en op de zolder mijn schoonbroer en zijn vrouw. Het probleem is nogal duidelijk. We wonen te klein, er is geen comfort: één keuken voor 3 vrouwen, één badkamer voor 9 personen en één salon waar we altijd samenzitten. Mijn 3 kinderen zijn pubers en luisteren graag naar harde muziek. Mijn man en zijn broer zijn drinkers, dus er wordt bij ons veel gevochten, veel ruzie gemaakt en regelmatig moet de politie tussenbeide komen. Ik wil verhuizen, maar ik heb geen geld voor de huishuur of de waarborg. Een sociale woning is een toekomstdroom want een appartement vinden voor een gezin van 5 personen schijnt bijna onmogelijk te zijn. Ze zeggen mij overal geduld te hebben, maar wanneer deze situatie nog lang duurt zal er op een dag een ongeluk gebeuren. Misschien zullen ze ons dan eindelijk helpen.
TE HOGE HUUR / LOYER TROP ÉLEVÉ [ te hoge huur 1 ] Mijn gezin bestaat uit mijzelf, mijn man en 3 kinderen (twee dochters en één zoon). We zijn asielzoekers uit Albanië en wonen reeds twee jaar in België. We zijn Nederlandstalig en vinden het in Brussel erg moeilijk om onze weg te kunnen vinden. Men spreekt meestal Frans en men begrijpt ons vaak niet, zelfs in de gemeente Schaarbeek en bij de politie is het moeilijk om een bediende te vinden die een beetje Nederlands kan.
121
We hebben heel wat problemen met onze huisbazen. Ze wonen op de derde verdieping van hetzelfde huis en komen ons elke dag storen. Zij is zo dik dat ze amper door de deur kan. Als ze naar beneden komt, gaat ze op de trap van de voordeur zitten en kan niemand naar binnen. Als ik naar buiten of naar binnen wil dan vraag ik haar heel vriendelijk om me door te laten, maar dan bekijkt ze me niet eens en doet ze alsof ze me niet gehoord heeft. En als ik dan probeer om bijvoorbeeld naar binnen te gaan dan begint ze in het Turks vuile woorden te gebruiken. De eigenares heeft op de binnenkoer die tot onze verdieping behoort en die we nooit mogen gebruiken, druiven, pijpajuintjes en andere groenten geplant. Zij eist van mij dat ik om de twee dagen haar groenten besproei en dat ik dit alles doe op mijn kosten. Ik heb dat geweigerd en sindsdien valt ze me elke dag lastig en maakt ze mij en mijn gezin uit voor vuile en gierige christenen die geen recht hebben op leven want we zijn volgens haar varkens die moeten geslacht worden en op de vuilkar gezet worden. Ze maakt ons ook uit omwille van ons geloof. Ze is Moslim en komt uit een zeer islamitisch dorpje van Turkije. De huur die we betalen is voor ons erg veel. We betalen 372 € per maand en hebben slechts recht op een OCMW- steun van 695 € per maand. De eigenaar trekt de huur op wanneer het haar uitkomt om het ons op die manier lastig te maken. Nochtans hebben we een huurcontract. Dit wordt echter helemaal niet gerespecteerd. Naast de huur dienen we per jaar ongeveer 500 € te betalen voor waterverbruik. In heel het gebouw is er maar een watermeter (hoofdmeter), het gebouw bestaat uit 4 verdiepingen en elk verdieping wordt bewoond door één gezin. Als ze de eindafrekening ontvangt dan berekent ze het verbruik zeer willekeurig en aan ons vraagt ze altijd het meeste om te betalen. We hebben gelukkig een aparte gas-en elektriciteitsmeter. Per maand betalen we ook rond de 75 € voor gas en elektriciteit. In totaal bedragen onze vaste kosten 489 € per maand. Dat maakt dat we moeten zien rond te komen met een bedrag van ongeveer 206 €.
122
De huur is veel te duur voor ons maar een ander appartement gaan zoeken kost evenveel of zelfs nog veel meer. Tegenwoordig vindt men geen appartement onder de 500 € met twee slaapkamers, een keuken en een badkamer. De huur is niet meer betaalbaar en daarnaast moet men nog twee of soms drie maanden waarborg betalen. Zoveel geld hebben we niet om iets anders te gaan zoeken. We hebben alles geprobeerd om een andere woning te kunnen vinden door affiches te lezen, de kranten van de huurdersunie te raadplegen, de Vlan aan te schaffen. Als we belden om inlichtingen te vragen omtrent de huurprijs, vroeg men ons dadelijk welke onze inkomens waren en welke nationaliteit we hadden. Wanneer men wist wie we waren, legde men de telefoon meestal gewoonweg neer. Daarom proberen we de pesterijen van de huisbaas te verwerken en blijven we hier wonen. Voor sociale woningen komen we niet in aanmerking omdat we asielzoekers zijn. Ons appartement bestaat uit 2 plaatsen en 1 kleine plaats. Er is een keuken van ongeveer 2 op 1 m. De slaapkamer is 4 op 3 m, de living is 6 op 3 m. Er is ook niets aanwezig waarmee we de plaatsen zouden kunnen verluchten. We hebben enkel één klein raampje dat opengaat. Dat is dus niet gezond voor ons gezin en zeker niet voor de kinderen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de muren grote vochtplekken vertonen. Deze vochtplekken veroorzaken veel geurhinder in het appartement.
[ te hoge huur 2 ] Ik ben een alleenstaande Bulgaars-Turkse van 53 jaar. Ik heb twee kinderen: één dochter van 30 jaar en een zoon die ik al jaren niet meer gezien heb daar hij naar Turkije teruggekeerd is. Ik ben gescheiden en OCMW-trekkende. Ik kom uit Bulgarije en woon al 7 jaar in België waarvan vier jaar zonder papieren. Ik heb asiel aangevraagd en heb nu als verblijfsdocument bijlage 26bis. Ik ben in beroep gegaan tegen die beslissing en nu wacht ik op een antwoord van de Raad van State.
123
Momenteel woon ik op een gemeubelde kamer. De wc bevindt zich in de kelder en lekt. Mijn grootste probleem is de tocht. Om een voorbeeld te geven: in één kamer staan drie deuren (2 gewone en één grote). Onder alle deuren is er een opening van 3 cm. De helft van de muren zijn in beton gegoten en dus nog niet bedekt met pleisterwerk. Hierdoor is er weinig isolatie en is het dus zeer moeilijk om mijn kamer te verwarmen. Er is ook nog een raam in de kamer van 2,5m. Het was vroeger een soort winkelruimte. Er gaat maar één raam open om te verluchten. Eerst had ik geen wateraansluiting. Nu is er een douche waar zich zeven gezinnen in wassen. Ik weet dat er veel lotgenoten zijn die op straat leven en van dag tot dag hun leven verder zetten. We kunnen niet solidair zijn met de mensen die op straat slapen, omdat we dan zeer veel last krijgen met de eigenaars. Wij hebben schrik dat de eigenaar de huur verhoogt door de grote toestroom van mensen. De huurprijzen zijn tegenwoordig zo hoog dat men niets meer vindt dat nog betaalbaar is. Zes jaar geleden was dat niet het geval, toen kon men nog een woonst vinden met een minimum aan comfort dat bovendien betaalbaar was. Ik heb altijd van Turken gehuurd en ik heb bij elke huisbaas problemen gehad. Ze maakten me uit voor een hoer omdat ik niet gesluierd rondloop en omdat ik opgemaakt ben met haarspelden, lipstift, moderne kleren draag,
Dan komen ze af met huurverhogingen of ze vragen nog meer geld voor onkosten,
Ik weet dat ik niet de enigste Bulgaars-Turkse ben die last heeft van Turken, maar we kunnen niet anders omdat we bij Belgen niet kunnen huren daar de huurprijzen nog vele hoger liggen dan op de zwarte markt. De Belgen nemen ons ook niet aan om in het zwart te kunnen werken. Turken riskeren meer dat soort zaken. Ons inkomen per maand bestaat uit 596,14 € OCMW-steun. Onze vaste kosten daarentegen bedragen 275 € huur, 100 € gas en electriciteit, 20 € water en 20 € maandelijkse extra kosten. Dat maakt een totaaal van 415 €. Met andere woorden: Ik moet maandelijks rondkomen met een bedrag van 181,41 €.
124
KWALITEIT WONINGEN / QUALITÉ DES LOGEMENTS [ qualité des logements 1 ] Je suis Iranien. J’ai 39 ans. Je suis entré en Belgique en octobre 2002. La date de CPAS est mi décembre 2000. J’ai trouvé une maison en à la mi-juillet 2001. Le loyer est de 11.000 FB par mois. Elle mesure 4 mètre sur 4, sans meubles. Elle a une salle de bains et une petite cuisine.
[ kwaliteit woningen 2 ] We wonen met zijn tweeën. Ik heb een tijd zonder papieren geleefd. Toen woonde ik op een appartement samen met mijn dochter. Ik heb er anderhalf jaar gewoond. De volgende plaatsen had ik: (het was de zolderverdieping) - Een keuken van 1.80 m 1.90 m waar juist een kookfornuis en een lavabo in geraakten. - Een living juist groot genoeg voor een driepersoonszetel, niet groter. - Een slaapkamer niet groter dan de living. Er stond een eenpersoonsbed en een klein kastje. Ik sliep samen met mijn dochter in dat bed. - Douche/toilet van 1op 1m. Elke kamer was voorzien van een klein dakvenstertje. Het regende overal binnen. Ik kon nooit weggaan met een gerust hart, ik moest overal emmers zetten om het water op te vangen. Het dak was gemaakt van plastiek in plaats van pannen. Dit zorgde ervoor dat er geen isolatie en geen veiligheid was. Ik moest 7.000 Bfr. huur betalen, terwijl ik maar een inkomen had van 4.500 Bfr. De meter van de elektriciteit stond op naam van iemand die ik kende, maar ik betaalde wel de rekening. Ik leefde erg veel op kosten van vrienden. Ik had geen familie hier.
125
Iedereen zag alles van op het dak, alles was open. De treden van de trap waren nog geen 60 cm. Ik had veel bezoek van ratten en muizen. Dat kwam doordat de eigenaar centrale verwarming legde maar geen buizen (aansluitingen), dus waren er veel openingen voor ratten, tocht en muizen.
[ qualité des logements 3 ] Je suis réfugiée rwandaise. J’ai 6 enfants et nous vivons dans un petit appartement de deux chambres. Dans l’appartement insalubre, il y a beaucoup d’insectes, de puces et de souris. Il fait très froid dans l’appartement car le chauffage ne fonctionne pas. Les enfants sont toujours malades parce que la maison est humide et froide. J’espère que je peux trouver un appartement social.
[ kwaliteit woningen 4 ] Ik maak deel uit van een gezin van 8 personen. Ik ben 50 jaar en mijn man is 56 jaar. Ik heb drie kinderen die bij mij wonen: een dochter van 19 jaar, een zoon van 17 en van 13 jaar. Mijn dochter van 24 jaar woont alleen en mijn dochter van 26 jaar is al een tijdje getrouwd en heeft kinderen. Tenslotte heb ik nog een zoon die in Azerbeidzjan woont. Mijn man is diabetisch, heeft operaties aan het hart ondergaan en ook nog één aan zijn been. Wij zijn OCMW-steuntrekkenden. De huur bedraagt 300 € + 50 € kosten + 120 € gas en elektriciteit. Wij hebben zeer veel last van vochtigheid aan alle muren en dat is zeer slecht voor de gezondheid van mijn man. Wij hebben één keuken voor 3 families en één badkamer voor drie families. Het toilet is al stuk sinds we ingetrokken zijn in het appartement: het verliest water uit het reservoir en vanonder lekt het ook. Dit zorgt voor een verschrikkelijke vieze geur in het appartement. Verder krijgen we elke dag bezoekjes van de ratten die uit de wc komen en de muizen die uit alle hoeken komen. Ook de kakker-
126
lakken bezoeken ons geregeld, maar die doen dat snachts. Zoals andere appartementsbewoners hebben we geen bel, ook al wonen we op de derde verdieping. Dikwijls komen mensen bij ons aanbellen maar krijgen ze geen antwoord. Ook de postbode maakt er een probleem van, want voor hem zijn we blijkbaar nooit thuis. We hebben ook last van de eigenares die ongewenst bij ons langs komt en ons vraagt om bij haar allerlei klusjes te gaan doen en dat allemaal gratis. Ze komt in het begin van de maand maar liefst 10 keer om haar huur te ontvangen. Haar man doet hetzelfde. Ze zijn volgens mij alleen op geld uit, van waar het komt maakt voor hen niets uit, als ze maar het geld kunnen tellen en hij maar kan gaan gokken. Ik weet niet of alle andere verhuurders zo zijn.
[ qualité des logements 5 ] J’ai une famille de 4 personnes. J’ai 27 ans, mon mari en a 26. J’ai un fils de 4 ans et un de 6 mois. Nous sommes des demandeurs d’asile et nous habitons en Belgique depuis 2 ans. Nous suivons des cours de langue française et nos enfants suivent l’enseignement francophone. Nos problèmes sont les rats et souris innombrables qui sortent des égouts. Les murs sont colorés par les cafards. Comme beaucoup de nos compagnons, nous souffrons des murs humides et de la pluie qui entre dans la maison. Les fenêtres ne sont pas isolées et très mal achevées. L’appartement est très vieux et il y a beaucoup d’usure à l’escalier, aux murs, aux fenêtres, aux portes, au toit, au sol,... . A notre étage il y a quatre marches cassées et le propriétaire refuse de les faire réparer. Chaque fois qu’on lui demande de les faire réparer, il répond que ça ne va pas et que ça coûte trop d’argent. L’escalier est très dangereux pour mon fils de quatre ans. Nous n’avons pas les moyens de le réparer nous-mêmes. Il n’y a qu’une boîte aux lettres pour tout le bâtiment de sorte que beaucoup de courrier n’arrive pas et parfois, il y en a d’autres qui volent notre courrier pour nous embêter. En plus, la sonnette du bâtiment ne fonctionne plus. Elle ne fonctionne pas depuis notre
127
arrivée. A la signature du contrat, le propriétaire a promis de la réparer la sonnette dans une semaine. Ca fait deux ans qu’on y habite et la sonnette n’est toujours pas réparée. L’appartement est beaucoup trop petit pour notre famille. On n’a que une chambre à coucher de 12 m² pour quatre personnes. On doit partager une cuisine, la salle de bains et la toilette avec trois autres familles. Nous n’avons pas de living ou de chambre où nous pouvons nous asseoir. Nous payons 250 € de loyer pour une chambre. C’est beaucoup d’argent pour nous. Nous cherchons une autre habitation depuis longtemps, mais nous n’en trouvons pas à cause des loyers élevés qu’on demande à Bruxelles. Un deuxième obstacle pour pouvoir trouver une autre habitation, sont les deux ou trois mois de loyer qu’on nous demande comme garantie. En outre l’on ne loue pas facilement aux demandeurs d’asile politique. La propriétaire nous dérange constamment en entrant dans la chambre sans avestir. Elle a la clé de l’appartement et elle peut donc rentrer quand elle veut.
RELATIE HUURDER-VERHUURDER / RELATION LOCATAIRE-PROPRIETAIRE [ relatie huurder-verhuurder 1 ] Ik ben een alleenstaande man en trek OCMW-steun. Ik kom uit Azerbeidzjan en woon al twee jaar in België. Ik heb hier asiel aangevraagd en wacht nu op antwoord. Ik kan geen Frans of Nederlands spreken. Ik huur een kleine kamer.
128
Mijn huisbaas leek in het begin toen ik hier kwam wonen heel vriendelijk en eerlijk te zijn. Na twee maanden moest ik mijn gedacht over hem rechtzetten. Hij, zijn vrouw en kinderen vallen me voortdurend lastig door onverwachts binnen te komen. Ze hebben de reservesleutel van het appartement niet aan mij gegeven. Ze komen elk afzonderlijk aankloppen in dezelfde maand voor het innen van de huur. Ze beweren dan dat ze de huur niet ontvangen hebben in de hoop tweemaal huur te kunnen innen. Bij het betalen vraag ik altijd naar een bewijs maar dat heb ik tot op heden nog niet ontvangen. De bel is stuk. Daardoor kunnen de mensen mij moeilijk bereiken en de postbode beweert dat ik nooit thuis ben voor het ontvangen van de aangetekende brieven. Soms zijn er brieven bij die heel belangrijk zijn bv. voor mijn asielaanvraag. Daarbovenop is er in het gebouw maar één brievenbus voor een negental gezinnen. Soms gaan er brieven verloren doordat er mensen zijn die analfabeet zijn en alle briefwisseling meenemen die niet altijd voor hen bestemd is. In deze wijk ben ik blijkbaar niet de enige die last heeft van de talrijke kakkerlakken, ratten, muizen en ander ongedierte. Ik zal maar niet zwijgen over de vochtige muren die een slechte geurhinder vormen in het appartement. Op mijn huurcontract staat vermeld dat ik een verdieping huur. Maar ik huur een zeer kleine kamer van 2 op 3 m. Ik heb nog niet eens de mogelijkheid om mijn spullen op te bergen. Het toilet, de keuken, de living en de badkamer worden door vier gezinnen gebruikt, waarvan ik deel uitmaak. Ik heb geprobeerd een andere woonst te zoeken maar dat lukt niet omdat de huurprijzen veel te hoog zijn en men twee maanden huurwaarborg vraagt. Van het moment dat men weet dat ik een asielzoeker ben, wilt men zelfs niet meer aan mij verhuren. Ik ontvang per maand 596,14 € OCMW-steun. Mijn vaste kosten per maand bedragen daarentegen 250 € huur, 50 € voor gas en electriciteit, 30 € voor water en 50 € voor vaste kosten. Dat maakt een totaal van 380 € kosten.
129
Ik weet niet of er voor mijn situatie een oplossing bestaat, want als verblijfsvergunning heb ik bijlag 26bis, wat wil zeggen dat ik eigenlijk het land moet verlaten, maar ik ben in beroep gegaan en wacht nu op een antwoord van de Raad van State. Ik zou graag willen verhuizen en een menselijker verhuurder tegenkomen die me niet zo behandelt, maar ik denk dat die niet in Brussel te vinden is en zeker niet in de wijk waar ik woon. De huurprijzen zijn zo hoog dat ik het niet wil wagen om iets anders te huren, bovendien vraagt men twee maanden huurwaarborg. Zoveel geld heb ik niet om iets anders te gaan huren. Daarom blijf ik voorlopig in dit appartement wonen.
[ relation locataire-propriétaire 2 ] J’ai 36 ans et je suis papa de trois enfants. Il y a deux ans je me suis évadé avec mes filles et ma femme. J’ai demandé l’asile en Belgique et j’ai reçu mon supplément 26bis comme permis de séjour. Nous n’avons pas de certitude et ne pouvons pas déterminer notre futur. J’ai tant de problèmes que je ne sais pas par où commencer. Le propriétaire ne me laisse pas tranquille. Il rentre chez nous quand il en a envie. Pour cela, il utilise la clef qu’elle possède encore. Il a un fils de 16 ans qui est déjà rentré chez nous plusieurs fois pour voler nos affaires. Il nous a volé notre argent, notre GSM, et tout autre chose de valeur. Ca ne se limitait pas a ça car il a coupé le fil électrique de notre cuisinière, il a cassé notre frigo, …. Depuis lors quelqu’un de nous doit toujours rester à la maison. Nous ne pouvons pas sortir en famille de peur de se faire cambrioler à nouveau. Le propriétaire a déjà frappé ma femme. Nous avons déjà porté plainte à la police mais cela ne nous a pas aidé pour grand chose parce que nous ne parlions pas très bien le français tandis que le propriétaire se débrouille beaucoup mieux en français. En plus, la police nous a ridiculisés avec notre permis de séjour. Elle nous disait qu’au fait on devaient quitter le pays et que nous n’avions pas le droit de porter plainte. En ce qui concerne notre permis de séjour nous avons fait appel et nous attendons une réponse mais nous ne comprenons pas pourquoi la police nous dit cela.
130
Les problèmes ne se résolvent pas. Le murs sont humides, les fenêtres sont vieilles, usées et très mal isolées. Les portes sont casées. En hiver nous devons mettre le chauffage à plein tube pour nous chauffer. Electrabel ne peut pas se plaindre des revenus qu’ils reçoivent de nous et même avec cela nous avons une dette de 1.000 € à rembourser Electrabel. Nous avons de grands problèmes avec des rats qui sortent des égouts, des souris qui sortent de tous les coins de la maison, des cafards qui paradent dans la maison pendant la nuit, les vermiseaux qui nous payent une visite, … . Il n’y a qu’une boîte à lettres pour plusieurs familles. Ce n’est donc pas évident de recevoir sa correspondance car il y a des familles qui veulent prendre les lettres des autres. Nous devons partager la toilette, la cuisine et la salle de bains avec quatre autres familles. C’est 4 autres familles n’ont ni compteur de gaz ni compteur d’électricité. Ils viennent se laver a mes frais. Le propriétaire demande a chaque famille encore 50 € par mois pour les frais (gaz et électricité) et moi, je dois payer pour l’usage des autres familles. La sonnette n’a jamais marché depuis qu‘on habite ici. Sur mon bail il est marqué que je loue 2 étages pour 250 € mais en réalité je ne loue qu’un étage que je dois partager avec plusieurs familles. Chaque mois je paye le loyer en cash au propriétaire. Il ne veut jamais donner de reçu. Même pas pour des notes d’eau et d’autres frais que je lui paie cash. De cette façon je n’ai aucune défense envers lui. Il y a quelques mois le propriétaire m’a convoqué devant le juge parce que je n’avais soi-disant pas payé mon loyer. Le juge ne me croyait pas car je n’avais pas de preuves de payement. Pour pouvoir prouver que je ne loue pas deux étages et que les autres familles utilisent mon gaz et électricité, je devrais appointer un expert du juge mais cela me coûte encore 1.000 €. Je n’ai pas d’argent pour payer un bon avocat. Résultat: j’ai pris un prodéo qui ne comprend rien de mon cas et qui m’a mal représenter devant le juge. Je ne sais plus quoi faire.
131
[ relatie huurder-verhuurder 3 ] Ik woon met mijn man en mijn kind in één kamer. Ik betaal 250 € huur per maand. Ik kom uit Bulgarije en ik zoek asiel. Ik kan geen Frans of Nederlands spreken. In het gebouw waar ik woon, is er één keuken en twee wcs die door 27 mensen gebruikt worden. De douche is zonder cabine, iedereen ziet iedereen. Het is precies een peepshow. Als de eigenaar een beetje kwaad is, zet hij de mensen uit hun kamer en hebben ze geen onderdak meer. We moeten in het zwart gaan werken bij de eigenaars, maar ze betalen bijna nooit. En als ze betalen, betalen ze voor een hele dag werk maar 5 €. Wij komen uit Bulgarije maar we zijn oorspronkelijk Turken die al eeuwen naar Bulgarije geëmigreerd zijn (van in de tijd van het Ottomaanse rijk dat van plan was om heel de wereld te veroveren en te bekeren tot de Islam). De Bulgaarse Turken zijn geleerd, modern en gecultiveerd. De Turkse Turken zijn niet geleerd, gesloten en islamitisch. We zijn ook islamieten maar bij ons kunnen de vrouwen studeren, naar buiten komen, kortom leven als een normaal iemand. Bij ons hebben de vrouwen evenveel rechten en plichten als de mannen. Ze dreigen ons te vermoorden. De Turken hebben vrienden bij de politie en daar dreigen ze mee, dat die ons het land zouden uitzetten. We worden door hen uitgemaakt voor goddelozen omdat we niet met een hoofddoek rondlopen. De eigenaars zijn werklozen, bezitten meestal meer dan één huis, een Mercedes ontbreekt niet en drie of vier keer per jaar op vakantie gaan is voor hen normaal. De huurders moeten zwaar gaan werken en die zuigen ze dan ook nog uit en bedreigen ze. Een zolderverdieping wordt verhuurd voor 500 € + 2 à 3 maanden waarborg die men niet meer terug krijgt. Twee kamers worden verhuurd voor 500 €, met inbegrip van een douche. Er zijn nergens deuren: wc, douche, keuken, alles ligt in één (onafgesloten) ruimte. De eigenaars hebben 4 à 5 huizen, zijn zogezegd gescheiden en hebben zogezegd een apart adres. Ze leven wel samen en zijn beiden werkloos.
132
[ relation locataire-propriétaire 4 ] Je suis une réfugiée de 24 ans. Je vis depuis deux ans en Belgique. Je ne suis pas mariée et je suis au CPAS. Je n’ai pas de toilette, séjour, salle de bains ni de cuisine séparée. Je dois les partager avec trois autres familles. Il n’y a pas de compteur d’eau séparé. Je dois payer 360 € par an pour l’eau, sans savoir exactement combien je consomme. Dans le bâtiment il y a seulement un compteur d’eau et on ne voit jamais de facture de la consommation réelle. Je paie 30 € par mois et à la fin de l’année le propriétaire vient chez moi et me demande encore de l’argent pour l’eau. Si je refuse de payer il me crie dessus et il me menace avec un fusil de me jeter dehors. De peur je paie la somme qu’il me demande. La nuit j’ai peur de dormir quand j’entends le bruit des nombreux rats, souris et cafards. Ils se plaisent dans mon appartement et il n’y a pas grand-chose que je puisse faire. Pour enrayer cette vermine, il faut de l’argent. Mais ma situation financière ne me permet pas cela. Les murs humides causent une odeur mauvaise et fétide. Je ne peux pas constamment rétapisser les murs parce que après une semaine ou deux, c’est comme si on n’avait rien fait. L’appartement est très mal isolé et par conséquent très difficile à chauffer. En hiver je dois dépenser presque tout mon argent à Electrabel pour me chauffer. La finition des fenêtres est si mauvaise qu’il pleuve ou qu’il vente parfois à l’intérieur. Le propriétaire a la clé de tout le bâtiment. Il vient souvent me déranger à l’improviste en exigeant d’aller nettoyer chez lui, ou de faire le repassage, de préparer à manger, etc et tout cela pour presque rien. Il y a un tas de choses comme la porte, le sanitaire, l’escalier,… qui doivent être réparés d’urgence. Je me suis évanouie plusieurs fois à cause de l’odeur du chauffe-eau de la salle de bains. Et ceci parce que les joints de la tuyauterie sont mal en point et que quelques parties du chauffe-eau sont cassées. Le propriétaire m’a promis de réparer ces choses mais cela non plus n’a pas encore été fait.
133
Il y a une boite aux lettres dans le bâtiment pour neuf familles. La plupart d’entre-eux ne savent ni lire ni écrire en français ou en néerlandais. Quelques-uns sont même analphabètes. Ils ne savent pas distinguer leur courrier du reste et alors ils prennent tous le courrier chez eux. De cette façon je ne reçois pas toujours mon courrier. Accueillir des visiteurs ou un courrier recommandé s’avère impossible car il n’y a pas de sonnette. Le propriétaire nous a promis pendant un an de réparer la sonnette, mais comme toujours il ne tient pas sa promesse. Pour encaisser le loyer on frappe plusieurs fois par mois à la porte. Aujourd’hui c’est la femme qui vient chercher l’argent, demain c’est l’homme qui vient pour la même chose. Mon revenu mensuel est 596,14 € et j’ai des frais (loyer, gaz et électricité, eau,...) pour un total de 380 €. Je voudrais déménager et trouver un propriétaire plus humain qui ne me traite pas de cette façon, mais je ne crois pas qu’on puisse le rencontrer à Bruxelles. Les loyers ont tellement augmenté que je n’ose pas déménager. D’ailleurs on demande deux mois de garantie locative. Je n’ai pas tant d’argent pour louer un autre logement.
134
conclusies De vluchtelingen die in België toekomen, bevinden zich in een zeer kwetsbare positie. Ze spreken veelal geen Nederlands of Frans, zijn niet op de hoogte van de bestaande wetgeving, zijn niet vertrouwd met de beschikbare dienstverlening en hebben een laag inkomen dat gelijk staat aan het bestaansminimum. Door hun kwetsbare situatie komen ze in contact met tal van hindernissen, soms nog meer dan andere kwetsbare groepen die één van de gesproken talen wel beheersen. De uitspraak ik heb zovele problemen, ik weet niet meer waar te beginnen (relation locataire-propriétaire 2) is op dat vlak sprekend. Gaan we dieper in op de getuigenissen, dan stoten we op steeds weerkerende problemen. De voornaamste zijn: de moeilijkheid om een woning te vinden, de overdreven hoge huur, gehuisvest zijn in slechte en ongezonde woningen en de onmenselijke behandeling door de verhuurders. De eerste hindernissen op hun lange weg, doen zich voor bij de zoektocht naar een woning. De wegen in Brussel zijn voor nieuwkomers op dat vlak nogal eens ondoorgrondelijk. Als men al vertrouwd is met de beschikbare informatiemiddelen zoals de Vlan, de huisvestingsbeurs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de affiches aan de huizen, dan zijn ze met de typische afkortingen vaak onverstaanbaar. Enige uitleg kan hierbij soelaas bieden. Dit laatste is echter niet het geval met de afwijzende houdingen van de eigenaars. Recentelijk stelde Buurthuis Bonnevie/ALARM vast dat reeds bij het telefonisch contact 58 % van de eigenaars weigert om aan asielzoekers te verhuren. 30 % deed dit omwille van de afkomst van de aanvrager, 28 % omwille van het feit dat hun inkomen afhangt van het OCMW. Eenzelfde verhaal vinden we terug in de getuigenissen (te hoge huur 1, te hoge huur 2), waar men zich tenslotte om die redenen neerlegt bij de vele pesterijen van de huurbaas. Een tweede oorzaak van problemen ligt bij de kwaliteit van de woningen. In bijna al de getuigenissen is er sprake van ongedierte zoals ratten, muizen en kakkerlakken, vocht, onderkomen (gemeenschappelijk) sanitair, verouderde elektriciteitsinstallaties, weinig geïsoleerd, kapotte of
135
gemeenschappelijke brievenbussen en veel te kleine kamers. Uit ervaring weten we dat vele vluchtelingen hun toevlucht vinden in krotten, kleine dakkamers en kelderverdiepingen. Er is nochtans een wet die het wonen in ongezonde woningen verbiedt. Dit recht opeisen ligt echter moeilijk, enerzijds speelt daarbij de taal parten, anderzijds is ook het statuut van de mensen te onzeker. Eens men valt onder artikel 26 bis weet men niet meer hoe lang men nog (officieel) in het land zal kunnen verblijven en dus hoe lang men zijn rechten nog kan opeisen. Ook gezagvoerders maken hier handig gebruik van om niet op een klacht in te moeten gaan (relation locataire-propriétaire 2). Tenslotte spelen ook de meer gekende redenen een rol: lange procedures, onvoldoende financiële middelen, de onzekerheid van de uitkomst,
. Een derde cluster problemen slaat op de uitbuiting door de eigenaars. Heel wat verhuurders schrikken er niet voor terug om, zoals al eerder gezegd, de vluchtelingen te huisvesten in erbarmelijke omstandigheden. Daar blijft het echter niet bij; eigenaars wagen het eveneens om hen voortdurend lastig te vallen (te hoge huur 1, kwaliteit woningen 4), verschillende malen dezelfde huur te eisen (relatie huurder-verhuurder 1, relation locataire-propriétaire 4), de asielzoekers voor een hongerloon te laten werken in hun eigen huizen (relatie huurder-verhuurder 3), hen te bestelen (relation locataire-propriétaire 2), hen te slaan (relation locataire-propriétaire 2),... . Ook op dit vlak geven de getuigenissen zeer goed weer wat er zich allemaal in Brussel afspeelt. Tenslotte stellen we vast dat de eigenaars het aandurven om een zeer hoge huur te vragen en om de huur alsmaar weer te doen stijgen (te hoge huur 1), de oppervlaktes aan te passen, (relation locataire-propriétaire 2), geen betalingsbewijzen af te leveren (relatie huurder-verhuurder 1), (relation locataire-propriétaire 2), hoge vaste kosten aan te rekenen (te hoge huur 1) en nieuwe kosten aan te rekenen zonder factuur (relation locataire-propriétaire 4). Dit gebeurt zelfs wanneer men een huurcontract met de eigenaar heeft afgesloten. De eigenaars kunnen zich dit permiteren enerzijds wegens gebrek aan controle door de overheid naar de kwaliteit van de woning en de gevraagde huurprijs, anderzijds door het beperkte aanbod aan woningen voor deze groep. De situatie van de vluchtelingen geeft duidelijk aan hoe er met kwetsbare mensen op de huisvestingsmarkt wordt omgegaan. Het lijkt of ze
136
geen enkel recht meer hebben; mentaal is dit voor hen zeer zwaar. Het verwerken van de problemen in het land van oorsprong, de onbekendheid met het huidige land van verblijf, de onzekerheid van hun statuut en de onmenselijke behandeling door hun verhuurders, maakt dat ze zich in een uitzichtloze situatie bevinden en ze zich terecht afvragen hoe lang ze dergelijke situatie nog kunnen volhouden (woningaanbod 1, woningaanbod 3). Uit de getuigenissen blijkt ook dat dit innerlijk gevoel van onbehagen wordt veruitwendigd en zich veelal vertaalt in racistische uitspraken ten aanzien van de bevolkingsgroep waartoe hun verhuurder behoort. Dit begrijpbare fenomeen doet de spanningen tussen de kwetsbare groepen alsmaar toenemen en kan leiden tot explosieve situaties.
Rita Mivumbe, Comité logement Convivial
137
conclusions Les réfugiés qui arrivent en Belgique se trouvent dans une situation vulnérable. Ils ne parlent pratiquement pas le néerlandais ou le français, ne connaissent pas la législation, nont pas confiance dans les services existants et disposent de bas revenus équivalents au minimum vital. A cause de leur situation vulnérable, ils rencontrent un ensemble dobstacles, parfois plus même que dautres groupes vulnérables parlant français ou néerlandais. L expression jai tant de problèmes que je ne sais pas par lequel commencer reflète bien cette problématique (relation locataire - propriétaire 2). Lorsque nous allons plus en profondeur dans ces témoignages, nous retrouvons les mêmes problèmes récurrents. Les plus importants sont: la difficulté de trouver un logement, les loyers beaucoup trop élevés qui conduisent à occuper des logements insalubres ou en mauvais état et le traitement inhumain que les propriétaires leur fait subir. Les premiers obstacles sur le long parcours qui les attend sont ceux quils rencontrent lors de la recherche dun logement. Tout ce à quoi ils sont confrontés à ce moment-là leur apparaît impénétrable. Sils sont déjà familiarisés avec différents outils dinformations, comme le Vlan, la Bourse du logement ou même les affiches placées sur les appartements, les abréviations typiques des annonces sont incompréhensibles. Quelques explications peuvent déjà soulager, mais ce nest pas le cas avec les propriétaires dont lattitude est très négative. Récemment, la maison de quartier Bonnevie/Alarm constatait que lors de contacts téléphoniques pris avec des propriétaires, 58 % dentre eux refusaient de louer aux demandeurs dasile: 30 % à cause de lorigine de la personne, 28% parce que les réfugiés émargeaient au CPAS. Nous retrouvons ceci au travers de différents témoignages (te hoge huur 1, te hoge huur 2), dans lesquels les réfugiés finissent par accepter les tracasseries de leur propriétaire. Un deuxième type de problèmes provient de la qualité du logement. Il ressort de presque tous les témoignages la présence de rats, de souris, de cafards, dhumidité, de sanitaires communs insalubres, dinstallations électriques vétustes, du manque disolation, de boîtes aux lettres déglinguées ou communes et de pièces beaucoup trop petites. Notre expérience nous démontre que beaucoup de réfugiés trouvent refuge
138
dans des taudis, des petites mansardes et des caves. Il existe pourtant une loi qui interdit de vivre dans des maisons insalubres, mais exiger que ce droit soit appliqué est difficile, dune part à cause du problème de la langue et dautre part à cause de leur statut incertain. Quand larticle 26 sapplique à une personne, on ne sait plus combien de temps durera son séjour (officiel) dans notre pays et donc combien de temps on peut encore défendre ses droits. Aussi les autorités utilisent habilement cet argument pour ne pas accepter de plainte (relation locataire-propriétaire 2). Enfin elles jouent aussi sur des raisons plus connues: de procédures longues, linsuffisance de moyens financiers, des revenus incertains,
. Une troisième source de problèmes est lexploitation par les propriétaires. Beaucoup de propriétaires nont pas peur, comme nous lavons signalé, de loger les réfugiés dans des conditions lamentables. Les propriétaires osent également les harceler continuellement (te hoge huur 1, kwaliteit woningen 4), réclamer plusieurs fois le même loyer (relatie huurderverhuurder 1, relation locataire-propriétaire 4), exploiter les demandeurs dasile en les faisant travailler chez eux pour un salaire de misère (relatie huurder-verhuurder 3), les voler (relation locataire-propriétaire 2), les battre, ... (relation locataire-propriétaire 2). Aussi dans ce domaine, les témoignages donnent une image réaliste du drame qui se joue actuellement à Bruxelles. Enfin, nous constatons que les propriétaires exigent de très hauts loyers et les augmentent constamment (te hoge huur 1), diminuent les surfaces dhabitation, ne délivrent pas de preuve de paiement (relatie huurderverhuurder 1, relation locataire-propriétaire 2), facturent des frais locatifs exagérés (te hoge huur 1), demandent le remboursement de nouveaux frais sans facture (relation locataire-propriétaire 4). Ceci se passe même lorsquil y a un contrat de location écrit et signé. Ce comportement des propriétaires est rendu possible dune part par le manque de contrôles des autorités quant à la qualité du logement et les loyers demandés et dautre part par loffre de logement limitée pour ce type de population. La situation des réfugiés illustre clairement ce qui se passe sur le marché du logement pour les groupes vulnérables. Il apparaît quils nont pas de droits, ils sont de plus en plus affaiblis moralement. Assimiler les problèmes vécus dans le pays dont ils sont originaires est déjà mentale-
139
ment très difficile pour eux, la méconnaissance du pays dans lequel ils séjournent, lincertitude de leur statut et le traitement inhumain que leur inflige leur propriétaire sont un ensemble de facteurs qui provoque labsence de perspectives et ils se demandent simplement combien de temps ils pourront encore supporter cette situation (woningaanbod 1, woningaanbod 3). Il ressort de ces témoignages quun sentiment de malaise intérieur se développe et se traduit surtout dans des propos racistes de la part de ce genre de propriétaires. Ce phénomène augmente les tensions entre les groupes fragilisés et peut mener à des situations explosives.
Rita Mivumbe, Comité logement Convivial
140
structurele voorstellen Bij aankomst van vluchtelingen in België, een aantal basisbeginselen over wonen in Brussel en adressen van sociale organisaties doorgeven Dergelijke maatregel zou kunnen voorkomen dat een erg kwetsbare groep reeds bij aankomst in armoede wordt geduwd en dan moeite heeft om er terug uit te geraken. Meer controle op de kwaliteit van de huurwoningen door de publieke overheden De gemeente kan via de gegevens van haar woningbestand gemakkelijk nagaan welke gebouwen ouder zijn dan een bepaald jaartal. Op basis daarvan zou men systematisch controle kunnen uitvoeren naar de kwaliteit van deze woningen. Meer ondersteuning van de overheid voor de renovatie van slechte woningen en de bouw van nieuwe woningen Er staan nog heel wat woningen leeg. Door de jarenlange verkrotting zijn ze niet dadelijk bruikbaar maar na enige renovatiewerken kunnen ze dat wel worden. Financiële aanmoedigingen van de overheid zouden het woningpark kunnen vergroten. De limieten van de huurprijzen wettelijk vastleggen De prijzen zouden moeten overeenstemmen met de aangeboden kwaliteit. Wettelijke huurprijsbeperkingen en daarbij de nodige controles, zou ongeoorloofde huurprijzen kunnen tegengaan. Afzonderlijke watermeters per gebruiker Veel conflicten ontstaan bij de afrekening van de waterrekening. Wanneer er meerdere appartementen in een gebouw zijn ondergebracht, wordt de watermeter op naam van de eigenaar geplaatst. Vervolgens rekent deze de kosten door aan de huurders. Daar er geen aparte meters bestaan, wordt deze afrekening pro rato doorgevoerd en is dit vaak de eerste aanleiding tot conflicten tussen de verschillende bewoners onderling en met de huisbaas.
141
Sociale huisvesting ook voor de vluchtelingen Zodra men onder artikel 26 bis valt, vervalt het recht op een sociale woning. Eens men het statuut artikel 26 bis opgeplakt krijgt, is het echter nog een stuk moeilijker om voor zijn rechten op te komen en wordt men snel slachtoffer van allerlei onmenselijke praktijken. Verhoging van de minimuminkomens Wanneer we de getuigenissen als richtlijn nemen, stellen we vast dat heel wat gezinnen 3/5 tot 4/5 van hun minimuminkomen aan huur en vaste kosten besteden. Hetgeen overblijft is te weinig om van te leven, temeer omdat kwetsbare groepen vaak nood hebben aan allerlei papieren en regelmatig aangetekende brieven moeten versturen die samen een aardige duit kosten.
142
propositions structurelles Lors de leur arrivée en Belgique, leur donner des informations de base sur le logement à Bruxelles et ladresses des organisations sociales Cette mesure pourrait éviter que ces groupes vulnérables ne se retrouvent dès le début dans une situation précaire et naient plus de chance de pouvoir en sortir. Plus de contrôle de la qualité des logements loués par les autorités Sur base des données de son fichier logements, la commune pourrait déterminer facilement savoir quels sont les logements anciens par rapport à une année de référence. A partir de ces informations, on peut organiser un contrôle systématique des logements afin den évaluer la qualité. Plus de soutien des autorités pour la rénovation des logements de mauvaise qualité et construction de nouvelles habitations Il y a encore beaucoup de logements vides. Ils ne se sont pas directement habitables à cause de la durée de leur état dabandon, mais suite à quelques travaux de rénovation, ils pourraient le devenir. Des incitants financiers des pouvoirs publics pourraient agrandir le parc locatif. Un blocage de loyer via une procédure légale Les prix devraient être en relation avec la qualité du logement. Le loyer devrait être limité ou bloqué via une procédure légale et les contrôles nécessaires devraient être prévus, de manière à rendre les loyers abusifs illégaux. Décompte individuel de la consommation deau Beaucoup de conflits émergent lors du décompte de la consommation deau. Lorsquune habitation est subdivisée en plusieurs petits logements, le compteur deau est au nom du propriétaire qui la répartit alors en fonction du nombre de logements loués. Comme il nexiste aucun compteur individuel, ceci amène souvent des premiers conflits entre les différents locataires dabord et ensuite avec le propriétaire.
143
Le logement social attribué aussi aux réfugiés Aussitôt que larticle 26 bis sapplique à une personne, celle-ci perd le droit à une habitation sociale. Cette pratique rend la tâche encore plus difficile et met cette personne assez rapidement à la merci de pratiques inhumaines. Augmentation du revenu minimal Lorsque nous considérons les témoignages comme ligne directrice, nous constatons que les familles consacrent 3/5 ou 4/5 de leur revenu minimum au logement et aux charges qui en découlent. Ceci ne laisse pas grand chose pour survivre dautant plus que ce groupe fragilisé doit fournir toutes sortes de papiers difficiles à obtenir et coûteux, ces personnes doivent envoyer des recommandés,
. Ces démarches en elles-mêmes demandent déjà un important investissement financier.
144
nawoord Er rest ons eigenlijk niet veel meer te melden. De getuigenissen spreken voor zich. Ze geven duidelijk aan dat de situatie ernstig is en dat er dringend iets moet ondernomen worden, maar misschien toch nog even dit. Veelal wordt de schuld van een slecht functionerende samenleving en diensten aan het beleid en aan zijn instellingen toegeschreven. Op bepaalde vlakken klopt dit ook. Het beleid beslist over de hoogte van de minimuminkomens, reserveert een deel van haar middelen voor sociale huisvesting, probeert bepaalde bevolkingsgroepen naar haar territorium te lokken en stoot anderen af. De keuzes die ze maakt en de prioriteiten die ze vooropstelt, zijn bepalend voor hoe mensen met elkaar omgaan. Uit de getuigenissen blijkt dat tot nu toe een aantal gemaakte keuzes direct of indirect nefast zijn voor verschillende kwetsbare bevolkingsgroepen in Brussel en daar dient dringend verandering in te komen. Anderzijds zien we dat heel wat privé-eigenaars er niet voor terugdeinzen om krotten te verhuren, weigeren om huurcontracten af te sluiten en hoge huurprijzen vragen die niet corresponderen met de aangeboden kwaliteit. Ook zij dienen te beseffen dat ze nog steeds met mensen te maken hebben en dat ze zelf spanningen creëren die de samenleving niet ten goede komen. Ook zij dienen hun verantwoordelijkheid op te nemen en wij moeten hen daar misschien wel op wijzen. Verder willen we de aandacht vestigen op de structurele voorstellen die de mensen zelf hebben aangebracht. Bij hen ligt de klemtoon op eenvoudige premies, minder administratie, meer sociale huisvesting, hogere minimuminkomens en aparte watermeters. Tevens pleiten ze voor structuren en diensten waar ze terecht kunnen voor informatie over hun rechten, voor bemiddeling tussen eigenaars en huurders voor controle op de kwaliteit van de woning en voor limieten op de huurprijzen. Het zijn voorstellen die het overwegen waard zijn en die ook door de professionele experten gedragen worden. Deze voorstellen geven aan dat de getroffen gezinnen niet enkel expert zijn in hun woonsituatie maar ook interessante ideeën voor oplossingen kunnen aanbrengen. Het lijkt ons dan ook wenselijk om vaker van dit
145
potentieel gebruik te maken door het creëren van meer overleg. Beleidsmakers kunnen op die manier meer rekening houden met alle belangen, ook die van de sociaal zwaksten. Tenslotte willen we iedereen die meegeholpen heeft aan de tot standkoming van dit boek nogmaals van harte bedanken. Op de eerste plaats willen we dank zeggen aan de mensen die wilden getuigen over hun slechte woonsituatie. Het zijn zij die het boek vorm gaven. Verder willen we de experten bedanken die de moeite namen om de getuigenissen grondig door te nemen en er algemene lijnen uit te trekken. Tenslotte ook dank aan de verspreiders van de oproep, de vertalers, de nalezers, de layouters. Zonder jullie allemaal lag dit boek nu niet voor ons. Nogmaals onze dank hiervoor.
De initiatiefnemers, De Schakel (Vzw Wijkpartenariaat) Opbouwwerk Noordwijk (RisoBrussel)
146
épilogue Il nous reste pas grand chose à signaler. Les témoignages parlent deuxmêmes. Ils nous montrent clairement que la situation est grave et quil est grand temps de bouger. Souvent la cause du dysfonctionnement de la société et des services est attribuée aux institutions et aux pouvoirs publics. Cest vrai dans certains domaines. Les pouvoirs publics décident du montant des revenus minima, réservent une partie de leurs moyens pour le logement social, essaient dattirer certaines populations vers leur territoire et en rejettent dautres. Les choix quils font et les priorités quils choisissent sont déterminants pour la vie et linteraction des groupes de population. Les témoignages montrent que certaines décisions sont directement ou indirectement néfastes pour plusieurs groupes vulnérables à Bruxelles et cela doit changer rapidement. Dautre part, nous voyons que beaucoup de propriétaires privés ne reculent pas devant le fait de louer des taudis, refusent de signer des contrats de bail et demandent des loyers très élevés qui ne correspondent pas à la qualité de la maison. Eux aussi doivent réaliser quils ont affaire à des êtres humains et quils créent des tensions qui néfastes pour la société. Eux aussi doivent prendre leurs responsabilités et cest à nous de le leur montrer. Ensuite, nous voulons attirer lattention sur les propositions structurelles que les gens ont formulées. Ils mettent laccent sur des primes simples, moins de procédures administratives, plus de logements sociaux, un compteur deau séparé et des revenus sociaux plus élevés. En plus, ils plaident pour des structures et des services où ils peuvent sadresser pour obtenir linformation relative à leurs droits, à la médiation entre les propriétaires et les locataires, au contrôle de qualité du logement et aux plafonds de loyers. Ce sont des propositions qui valent la peine quon en tienne compte et qui sont défendues par les experts. Elles nous montrent que les familles victimes ne sont pas seulement «expertes» quant à la situation du logement mais quelles peuvent aussi apporter des solutions intéressantes. Il nous semble donc favorable dutiliser ce potentiel en créant plus de concertation.
147
Les autorités politiques pourront ainsi davantage tenir compte des intérêts de tout le monde y compris de ceux des personnes les plus défavorisées. Enfin, nous voulons remercier de tout coeur toutes les personnes qui ont aidé à la réalisation de ce livre. Dabord nous souhaiterions remercier tous ceux qui ont accepté de témoigner à propos de leurs mauvaises conditions de logement. Ce sont elles qui ont donné vie à ce livre. Ensuite nous souhaiterions également remercier tous les experts qui ont pris la peine danalyser ces témoignages en profondeur et den dégager des pistes de réflexion. Enfin aussi un remerciement à ceux qui ont permis la large diffusion de cet appel à témoignages, les traducteurs, les lecteurs et ceux qui lont mis en pages. Sans votre collaboration à tous, ce livre naurait pas vu jour. Les prenneurs dinitiatives, De Schakel (Vzw Wijkpartenariaat) Opbouwwerk Noordwijk (RisoBrussel)
148