Verslag van het Symposium De weg tot realisering Woningen voor ouderen in leegstaande gebouwen in Amsterdam Vrijdagmiddag 15 juni 2012 in de Keizersgrachtkerk, Keizersgracht 566 te Amsterdam Verslag door Inez Sandfort
Welkom Na een warm en vooral droog welkom met koffie en thee en een ouderwets speculaasje in de ontmoetingsruimte van de kerk nemen ruim 120 aanwezigen plaats in de kerkbanken waar Job Boot, in het dagelijks leven nieuwslezer bij de publieke omroep, als dagvoorzitter het symposium opent. Job Boot memoreert dat dit symposium een vervolg is op het symposium van vorig jaar toen het ging over de behoefte aan toegankelijke woningen voor ouderen, en het ontbreken daaraan in de binnenstad. Vandaag presenteren vier studenten van de Academie van Bouwkunst hun ontwerpen van voor ouderen toegankelijk gemaakte leegstaande gebouwen. Op de balkons staan verschillende maquettes tentoongesteld. Job Boot constateert dat het publiek van vandaag grotendeels anders is dan vorig jaar. Frederika Gepken, voorzitter van de Ouderen Advies Raad, is blij met de grote opkomst en heet de bezoekers van harte welkom bij het onderwerp dat de OAR na aan het hart ligt. De behoefte aan toegankelijke woningen voor ouderen in de binnenstad is groot, terwijl het aanbod gering is. In het centrum is geen nieuwbouw mogelijk, terwijl er wel een voorraad leegstaande gebouwen is. Vandaar dat de OAR aan studenten van de Academie van Bouwkunst heeft gevraagd na te denken over herbestemming van lege gebouwen. De Ouderen Advies Raad, in 1992 begonnen als Stichting Belangen Ouderen Binnenstad, bestaat dit jaar twintig jaar en presenteert dan ook met trots een speciaal programma. Na de inleiding van Machiel Spaan, hoofd van de afdeling Architectuur van de Academie, zullen Sweder Spanjer, Hans Maarten Wikkerink, Milad Pallesh en Ramon Scharff, alle vier student aan de Academie hun ontwerp toelichten. In de pauze is er ruim de gelegenheid de maquettes te bekijken. Na de pauze volgt een paneldiscussie onder leiding van Job Boot. Aan het panel nemen deel: Peter Boerenfijn van Habion, Erwin Evers van Amvest, Ditte Valk, werkzaam bij de provincie Noord-Holland en Marcel Kastein van adviesbureau De Regie BV. Albert Ravestein van Stadgenoot is helaas verhinderd, en heeft op korte termijn geen vervanging kunnen regelen. Wel heeft hij zijn diensten voor een later stadium aangeboden. Ook Kees de Wolf van Woonzorg Nederland is verhinderd. Gelukkig bood Peter Boerenfijn van Habion aan diens plaats in het panel over te nemen. Na de paneldiscussie vraagt Job Boot aan Roeland Rengelink, portefeuillehouder Welzijn en Financiën van het Stadsdeel Centrum, een reactie op de presentaties en voorstellen. Het doel van het symposium is tweeledig: de OAR hoopt alle mensen die belang hebben en betrokken zijn bij voor ouderen toegankelijke woningen inspiratie mee te geven én doet een oproep zich aan te sluiten bij een nieuwe of de al bestaande Initiatiefgroep om de eerste stappen te zetten bij de uitvoering. 1
Frederika Gepken dankt het Stadsdeel Centrum dat het deze middag financieel heeft mogelijk gemaakt, en wenst alle aanwezigen een leerzame en inspirerende bijeenkomst.
Kennismaken met de zaal Job Boot neemt de microfoon weer over en loopt een vragenrondje door de zaal: de een zoekt een plek in een coöperatie met gelijkgestemden, waar voldoende ruimte is om jezelf te zijn, de ander heeft behoefte aan minimale huisvesting met de omvang van een kloostercel, en wil af van alle praktische beslommeringen; weer een ander zoekt een woon-, werkruimte, casco op te leveren met alleen sanitair en een lift. Iedereen wil in en om het centrum blijven wonen, de mensen zijn hier verankerd. Maar de toegankelijkheid van de huizen laat dit niet toe. In de Watergraafsmeer is er behoefte aan levensbestendige woningen. Vanuit het Wijkcentrum Oude Stadt richt de werkgroep Onderdak Krasse Knarren zich op het bewoonbaar maken van woningen voor ouderen om de doorstroming te bevorderen. De OAR Buitenveldert, waar ook een chronisch tekort is aan voor ouderen toegankelijke gebouwen en waar met grote regelmaat flats leeg komen, is bezig de eigenaar van de flats te bewegen mee te werken aan ombouwen. Hoe kun je ombouwen? Deze vraag legt Job Boot voor aan Machiel Spaan.
Inleiding op de presentaties Machiel Spaan is hoofd Architectuur aan de Academie van Bouwkunst in Amsterdam, en dankt de OAR voor het vertrouwen in de Academie. In 2010 heeft Frederika de Academie benaderd voor hulp. Dit heeft in 2011 geleid tot het eerste symposium. In 2011 besloot Machiel Spaan aan studenten die de masteropleiding architectuur volgen, de opdracht te geven te onderzoeken wat ze met bestaande lege gebouwen kunnen in het kader van seniorenwoningen. De OAR had een programma van eisen met betrekking tot de binnenkant van het gebouw, de buitenkant, de omgeving, de geboden diensten, de schaalgrootte en huur of koop. Voor de uitwerking kreeg Machiel Spaan steun van vier docenten, Jan Richard Kikkert, Ruurd Roorda, Henri Borduin en Peer Glandorff. Dertig studenten kregen acht weken om aan de plannen te werken. Na deze acht weken ontvouwde zich een ongekend aantal mogelijkheden. Machiel Spaan schetst een paar thema’s: bij de Van Gendthallen is ingegrepen met respect voor de bestaande bouw. Soms is een gebouw helemaal niet mooi, maar hoe langer je er naar kijkt, hoe mooier het wordt. In een andere situatie is de context vergroot door een markt te situeren in het gebouw: de stad wordt binnengebracht. Het Volkskrantgebouw is gestapelde bouw. Dit bleek te ontsluiten door meer dan alleen een donkere gang. De dertig studenten hebben gewerkt in groepen. Meerdere groepen hebben naar één gebouw gekeken. Ieder groepje kwam met eigen oplossingen. Er zijn vier ontwerpen uitgekozen voor vandaag. Helaas is één paneel van de voormalige brandweerkazerne mislukt. 2
De presentatie Sweder Spanjer, tweedejaars student, presenteert het noordelijk deel van het Volkskrantgebouw. Hier komt bijna geen zon, het is heel donker binnen. Om het daglicht diep in het gebouw te laten vallen heeft hij drie lichtsleuven in het dak aangebracht. Langs het gebouw loopt een lift. Collectieve ruimtes lopen verticaal en staan in interactie met de straat. Van boven naar beneden zijn er een dakterras, de multifunctionele ruimtes, een galerie – waar bewoners van de zorgappartementen hun persoonlijke verzamelingen kunnen uitstallen – een zwembad, zorgappartementen, parkeren, en commerciële ruimtes: winkels, kapper, pedicure. Op alle étages komt licht via de daksleuven binnen. De appartementen zijn ongeveer 70 m² groot. Sweder vertelt, dat een ander groepje ander oplossingen heeft bedacht, te zien op de maquettes, en weer een andere groep had de opdracht om horizontaal een étage te ‘ombouwen’. Hans Maarten Wikkerink presenteert zijn plan voor de voormalige Brandweerkazerne aan de Amstel. Vroeger was dit het kantoor van de BB – Bescherming Bevolking: architecten moesten daarheen voor goedkeuring van hun bouwplannen. Het gaat hier om een complex van drie gebouwen. Voor de ontsluiting is een binnengang nodig. Voor doorzonwoningen is het veel te donker. Er is gekozen voor een collectieve buitenruimte. Om waarde aan het gebouw toe te voegen moest er gesloopt worden. Er ontstond een groot binnengebied geschikt voor een markt, of samen koffie drinken. Nu konden geschakelde appartementen worden gebouwd, met op de zon georiënteerde portiek ontsluitingen. De appartementen zijn tussen de 80 en 100m² groot. Ze hebben geen balkons, maar er zijn wel voor iedereen toegankelijke daktuinen. Milad Pallesh heeft zich verdiept in het Duintjergebouw, beter bekend als het ABN AMROgebouw in de Vijzelstraat. Zijn opdracht betrof één kolom, de huisnummers 19-22, uit het hele gebouw. Ook hier was sprake van weinig daglicht. De constructie van het gebouw in tact latend is op alle étages, zowel horizontaal als verticaal zodanig gesloopt, dat het licht van oost naar west én het licht van west naar oost diep naar binnen kan vallen. Op de posters is het effect van zonsop- en ondergang in beeld gebracht. In het gebouw is plaats voor maisonnettes, penthouses en appartementen. De ruimtes worden opgeleverd met een vaste kern van berging, sanitair (geen daglicht nodig) en ruimtes mét daglicht. Japanse transparante schuifpuien inpandig bieden de mogelijkheid ruimtes te vergroten of te verkleinen. Harmonicawanden kunnen gesloopte puien vervangen. Milad weet dat ook de andere studenten voor de rest van het gebouw gewerkt hebben met schachten om daglicht te laten binnenvallen. De gemiddelde grootte van de appartementen zal 90 tot 100m² zijn. Het penthouse van 200 m² is gemakkelijk in tweeën te delen. Planten in de collectieve ruimtes kunnen gegalm in de lichtschachten opvangen. Ramon Scharff neemt ons mee naar de Van Gendthallen, het vroegere Werkspoor- of Storkterrein. Dit complex bestaat uit 5 hallen van in totaal 50 x 150 meter. Op de lengte van 150 meter staan om de 6 meter spanten.
3
Ramon heeft een stedelijk karakter willen introduceren in de hallen. Daartoe heeft hij vijf straten aangelegd door over de lengte stroken van 50 meter weg te halen. Pleintjes ontstonden door op drie plekken een stuk hal weg te breken, en stegen ontstonden door van de overgebleven hallen hier en daar uit de breedte wat te slopen. Iedere straat krijgt een lift met waar nodig een loopbruggetje zodat alle bovenwoningen goed bereikbaar zijn. Het complex heeft meerdere collectieve ruimtes. Er is plaats voor een museum van de historische werkzaamheden op het terrein, en er is ruimte voor een parkeerplaats. Ramon dacht aan auto’s, maar eerder valt te denken aan scootmobiels en fietsen. In totaal zullen er 130 woningen gebouwd kunnen worden in zeven verschillende modellen. Omdat iedereen aan een straat woont zal de sociale controle groot zijn. De stegen zijn groot en licht, dus veilig genoeg. Het complex is industrieel erfgoed waar we zuinig mee moeten omgaan. De muren blijven staan, alleen het dak gaat eraf. Of de grond vervuild is, moet nog worden uitgezocht. De studenten krijgen een groot applaus voor hun presentaties. Machiel Spaan is heel tevreden, vertelt hij desgevraagd trots aan Job Boot. De studenten zijn pas halverwege hun studie, en ze kunnen al zoveel. Ieder ontwerp is op zijn eigen manier inspirerend. In de pauze maakt iedereen druk gebruik van de mogelijkheid om langs de maquettes te lopen, waar de studenten nog ‘ns goed kunnen laten zien wat ze bedoelen.
Na de pauze zet Job Boot het programma voort Allereerst heet Job Boot Roeland Rengelink van harte welkom. Roeland is portefeuillehouder Welzijn en Financiën van het Stadsdeel Centrum, wat de vraag oproept of die twee aandachtsgebieden elkaar niet bijten. Fijn, dat Roeland Rengelink zich heeft kunnen vrijmaken om Boudewijn Oranje te vervangen, want de politiek is nodig om de leegstand aan te pakken. Later zal Bert van Houten de uitkomsten van het woonwensenonderzoek door de OAR toelichten.
Reacties uit de zaal Job Boot vraagt reacties uit de zaal na het bekijken van de maquettes. -
Is er budget voor het uitwerken van de ontwerpen? De studenten hebben niet naar de kostprijs hoeven kijken. Zijn de ontwerpen kansrijk? Het ombouwen van Vijzelstraat en de Van Gendthallen lijkt wel te realiseren. Wat sprong eruit? Veel mensen reageren enthousiast op het ontwerp van de Van Gendthallen en geven aan daar wel te willen wonen. De woningen zijn vanaf 50 m² groot. Grote zorg is de betaalbaarheid als de woningen buiten de sociale huursector vallen. Met het oog op de veiligheid zouden in de Van Gendthallen niet alleen ouderen moeten wonen: gemengde bewoning maakt het aantrekkelijker. 4
-
Voor hoeveel woningen is er plaats in de Vijzelstraat? Aan de Weesperzij? In het Volkskrantgebouw? Het antwoord hierop moet van de politiek komen.
Roeland Rengelink licht desgevraagd toe, dat de gemeente geen eigenaar is. De gemeente is wel probleemhouder. Deze gebouwen zijn niet op korte termijn beschikbaar: de huidige eigenaren hebben hoge verdienverwachtingen van hun panden in de binnenstad. Roeland Rengelink vindt de ontwerpen stuk voor stuk prachtig. Stadsdeel Centrum kan alleen in gesprek over de Van Gendthallen met de eigenaar Stadgenoot. Roeland is benieuwd naar de ontwikkelingen van collectief privaat opdrachtgeverschap. Met de corporaties zijn gesprekken nodig om de kosten van het complete ombouwen zo laag mogelijk te houden. Naast de grote noodzakelijke aanpassingen gaat het hier ook om een monumentaal complex.
Uitkomst woonwensenenquête Bert van Houten, secretaris van de OAR, laat de uitkomsten van de woonwensenenquête zien. De enquête is ingevuld door 50 mensen met een gemiddelde leeftijd van 65 jaar. -
51% van hen huurt op dit moment een woning, 49% woont in een koophuis.
-
51% wil tussen de 2 en 5 jaar verhuizen, 22% tussen de 5 en 10 jaar. 20% al binnen 2 jaar.
-
74% heeft voorkeur voor het centrum, 11% geeft als voorkeur het Storkterrein (ligt even buiten het centrum) en 35% geeft het Storkterrein op als tweede keus.
-
80% van de invullers wil wonen op 60 tot 120m², 13% vindt kleiner groot genoeg, en 7% vindt 120m² nog te klein.
-
55% wil na verhuizing huren, 2% kopen, en 43% heeft geen voorkeur. Overigens is het lastig om de huidige woning te verkopen.
-
Om in aanmerking te komen voor huurtoeslag mag de huur niet hoger zijn dan € 668,-. 30% wil dat. Huren tot € 900,- wil 37%, tot € 1200,- 19% en 10% is bereid nog meer huur te betalen.
-
80% is geïnteresseerd in Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO), 20% niet.
Tot zover de eerste uitkomsten. Bert wijst erop dat de enquête nog steeds kan worden ingevuld. Formulieren zijn beschikbaar bij de leden van de OAR, maar ook digitaal via de website www.ouderenadviesraad-amsterdamcentrum.nl
Reactie op de plannen door Marcel Kastein Marcel Kastein van adviesbureau De Regie BV brengt in herinnering dat het symposium vorig jaar in het teken stond van inventarisatie van de wensen. Nu kunnen we het hebben over concrete projecten. Hij staat versteld van de geweldige opkomst en complimenteert de OAR met de evenwichtige aanpak. De belangstelling is breed uitgezet wat de uitwerking kansrijk maakt. Marcel is elders in Nederland betrokken bij diverse projecten. Centraal staat, dat de mensen zelf de regie houden. Hij hamert erop dat mensen de koppen bij elkaar steken en plannen maken. 5
De meeste ouderen zijn wijs en vitaal genoeg om uitvoering te geven aan plannen. De OAR is de aanjager geweest, het antwoord moet nu uit de zaal komen. Vorm coalities, en pak de kansen die zich voordoen. Marcel wijst op een regeling van de Provincie Noord-Holland waarbij subsidie verstrekt kan worden om een project van de grond te tillen. De gemeente loopt niet uit zichzelf hard. Wel zijn corporaties en beleggers bereid mee te werken. Kijk om je heen: in de zaal zijn meerdere partijen aanwezig. Wees bewust van je eigen behoefte en neem initiatief. Als 80% aangeeft wel te willen deelnemen in een CPO, dan vind je elkaar wel. Marcel begeleidt vanuit De Regie BV groepen die elkaar gevonden hebben . In een CPO kan huur en koop samengaan. Alleen huur kan wel, maar in goed overleg met een verhuurder.
Paneldiscussie Na dit pleidooi voor actie stelt Job Boot de panelleden voor. Peter Boerenfijn, van Habion: een organisatie die seniorenhuisvesting in Nederland verzorgt, behalve in Limburg, verzorgt al 10.000 woningen in 80 gemeenten, behalve in Amsterdam. Erwin Evers, van Amvest: een investeringsmaatschappij van Pensioenfonds Zorg en Welzijn; Amvest heeft haast geen seniorenwoningen, maar wel hele goede woningen die ook geschikt zijn voor senioren. Amvest wil graag investeren in Amsterdam, maar streeft naar een mix qua leeftijden. Die mix is ook noodzakelijk om ouderen betaalbare huurwoningen te kunnen aanbieden. Peter Boerenfijn sluit hierbij aan: ook Habion pleit voor het mengen van vitale doelgroepen, ook als middel om de eenzaamheid te verdrijven. Ditte Valk, werkzaam bij de provincie Noord-Holland, biedt een financiële regeling aan voor initiatieven op basis van een projectplan. Hiermee kan procesbegeleiding worden ingehuurd. Ook verstrekt de provincie subsidie in de vorm van een lening voor het uitwerken van ontwerpen. Er is nu een nieuwe regeling waarbij € 15.000,- ter beschikking wordt gesteld voor een projectplan op voorwaarde dat er minstens drie koopwoningen deel van uit maken. In de periode 2008-2010 heeft de provincie 20 CPO-projecten in Noord-Holland financieel ondersteund. Een paar van deze plannen zijn gesneuveld. Er is nog tot 2020 budget. Ditte Valk benadrukt dat plannen vanuit een CPO kansrijk zijn. De provincie vindt een grotere keuze vrijheid belangrijk. Veel plannen stranden bij gebrek aan voorfinanciering. De provinciale subsidie kan helpen de eerste hobbels weg te nemen. Marcel Kastein bevestigt dat deze subsidie een goede steun kan zijn om een plan te bedenken. Collectief Particulier Opdrachtgeverschap is in Nederland nog relatief onbekend. Belangrijk is een goede organisatie. Om alle relevante partijen bij elkaar te krijgen moeten de wensen geïnventariseerd worden en de verwachtingen gestroomlijnd. Essentieel is een heldere communicatie. Volgens Erwin Evers hoeft dan de financiering geen groot probleem te zijn: als het plan maar goed in elkaar zit. 6
Peter Boerenfijn lijkt aangestoken door de plannen: Habion beheert 75 verzorgingstehuizen. Ombouwen van deze gebouwen betekent nieuw leven! Toch, resumeert Job Boot, komt het moeizaam van de grond. Waar zit ‘m dat in? Praten we te veel? Marcel Kastein kijkt terug op de presentaties van de studenten en zag dat zij overal iets weghaalden om het daglicht toe te laten: we moeten anders denken, en daar kunnen we meteen mee beginnen. Ook Ditte Valk popelt om aan de slag te gaan. Stadgenoot is eigenaar van de Van Gendthallen. Marcel Kastein waarschuwt: het denken van Stadgenoot gaat nu wel in de goede richting, maar probeer breder te denken dan het centrum. Bert van Houten vertolkt het gevoel van de zaal: het ontwerp van de Van Gendthallen heeft zijn hart gestolen. De politiek is nodig om de industriële bestemming van het terrein te wijzigen. Job Boot geeft het woord aan de zaal: -
-
-
-
-
-
Van deze bijeenkomst wordt het verslag op de website van de OAR gepubliceerd. Verder discussiëren kan wellicht op een digitaal platform op een hoekje van de website van de OAR? Aanvragen van subsidie kan op de website van de provincie Noord-Holland, subsidieloket CPO. Maar de provincie verleent alleen subsidie als er een plek is gevonden én als de gemeente op schrift heeft gezet dat zij medewerking verleent. Volgens Marcel heeft de gemeente Amsterdam de juiste intentie. Smeed het ijzer nu het heet is. Amvest staat open voor een CPO vanuit de zaal. Amvest kan vragen stellen over beschikbare locaties, en andere partijen benaderen. Maar Amvest heeft geen toegang bij Stork, want dat is eigendom van Stadgenoot. Desgevraagd laat Peter Boerenfijn weten dat Habion bereid is te investeren in een van de getoonde plannen. Voor de goede orde: van de getoonde objecten is alleen het Storkterrein (de Van Gendthallen) reëel bespreekbaar. Alle andere objecten, zoals ABN-Vijzelstraat, zijn puur bedoeld als studieobject. Zo’n proces van bedenken, ontwikkelen, uitvoeren kan volgens Amvest wel tot 4 jaar duren. Marcel Kastein geeft aan dat het wel 2 tot 5 jaar kan duren, maar uit de enquête bleek dat mensen wel 5 jaar willen wachten met verhuizen. Dat betekent dat zij nu moeten beginnen. Bij deze projecten wordt geen zorg geleverd. In de Habion-huizen wordt nu nog zorg geleverd vanuit de AWBZ. Voorzienbaar is, dat CPO-projecten straks ook collectief zorg (op maat) inkopen. De OAR kan geïnteresseerden voor CPO bij elkaar brengen via de woonwensenenquête.
Job Boot vraagt tot besluit de panelleden hoe ze na vanmiddag verder gaan: Peter Boerenfijn geeft de zaal mee, zich te organiseren en goed te weten wat je wil. Denk breder en schakel op tijd anderen in. Erwin Evers benadrukt dat het belangrijk is om met elkaar in gesprek te komen. De studenten hebben goed geluisterd en inspirerende ontwerpen laten zien.
7
Ditte Valk herhaalt dat de provincie keuze vrijheid blijft stimuleren en daarvoor subsidie ter beschikking stelt. Bert van Houten begrijpt dat de senioren niet per se bij elkaar willen wonen en zeker niet met een bingo, maar wel in een geschikte woning in de stad tussen andere leeftijden.
Reactie en conclusies Job Boot vraagt Roeland Rengelink of hij na alle enthousiasme geïnspireerd is geraakt. De portefeuillehouder Welzijn en Financiën schetst zijn dilemma: de binnenstad van Amsterdam is de allermoeilijkste plek van Nederland om dit soort plannen te ontwikkelen. Het enige kansje ontstaat als mensen gezamenlijk optreden in een CPO en realistisch zijn over wat ze willen en hoe. In het centrum van Amsterdam moet wonen en werken in balans blijven. Er zijn veel initiatieven om kantoren om te zetten in woningen. Die plannen komen van puissant rijke ouderen, maar het Stadsdeel werkt alleen mee aan plannen die voor meerdere groepen betaalbaar zijn. Het Storkterrein is de enige ‘vrije’ grond. Stadgenoot is eigenaar. Dáár ligt een kans. Roeland Rengelink vond de plannen inspirerend. Zijn boodschap is dubbel: CPO is belangrijk, en past in het beleid om mensen de regie te geven over hun eigen woon- en zorgomgeving. Maar het moet wel realistisch zijn. En deze plannen kosten veel geld, dat er niet is. Hij kan alleen helpen met wijziging van bestemmingsplannen. Daarnaast beseft Roeland dat er een gat is tussen wat de provincie biedt en wat de gemeente kan. Als hij een geloofwaardig initiatief ontvangt, is hij bereid de mogelijkheden te onderzoeken. Hij begrijpt dat mensen het moeilijk vinden om oud te worden in hun eigen huis. Maar dat maakt het ook zo moeilijk om oude huizen geschikt te maken voor ouderen. Het zou fantastisch zijn als het lukt, maar wees realistisch. Marcel Kastein roept de zaal op in gesprek te gaan met Stadgenoot. Als je de Van Gendthallen wil, moet je er snel bij zijn. Er is niet veel leeg maatschappelijk vastgoed. De Oosterkerk komt leeg. Daar valt wellicht nog over te praten. Roeland Rengelink waarschuwt, dat vastgoed in het centrum € 5.000,- m² kost: hoe verder van het centrum verwijderd, hoe simpeler, want goedkoper. Het Marineterrein is eigendom van Defensie: de gemeente kan het niet betalen.
Besluit Na deze landing in de realiteit besluit Frederika Gepken met een hartelijke dank aan de sprekers. Zij ontvangen na afloop een kleine attentie. Het verslag van deze bijeenkomst verschijnt op de website, en zal via de opgegeven e-mailadressen aan de bezoekers worden toegezonden. De Ouderen Advies Raad kan heel goed nog nieuwe leden gebruiken. Meld je aan via e-mailadres
[email protected] Frederika nodigt iedereen uit voor een afsluitende borrel in de ontmoetingsruimte van de kerk.
8