Vreemde voeten
Joke ten Kate Hanna Vos-Niël
Vreemde voeten
Vreemde voeten Voeten vertellen verhalen
Joke ten Kate, Hanna Vos-Niël
© 2013 Joke ten Kate, Hanna Vos-Niël
Inhoud
1. Vreemde voeten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9
2. Tovenaarsvoeten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 3. Erotische lotusgang. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 4. Een literaire klompvoetoperatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 5. De mythe van de gewonde voet en het raadsel van de sfinx. . . . . . 28 6. Een namaakvoetje offeren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 7. Wandelen over het levenspad. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 8. De voetstap is de weg. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 9. Vier generaties voetsporen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 10. Blozende voeten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Geraadpleegde literatuur. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Gebruikte afbeeldingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Dankwoord/Colofon. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
7
8
Caminante no hay camino
Caminante, son tus huellas el camino, y nada más;
Wandelaar, je voetstappen zijn de weg, niets anders;
Caminante, no hay camino, se hace camino al andar.
Wandelaar, er is geen weg de weg ontstaat bij het lopen.
Al andar se hace camino, y al volver la vista atrás se ve la senda que nunca se ha de volver a pisar.
En als je omkijkt, zie je het spoor dat je nooit opnieuw zult volgen.
Caminante, no hay camino sino estelas en la mar.
Wandelaar, er is geen weg alleen kielzog in de zee.
Antonio Machado (1875-1939)
◄ Alberto Giacometti: L’homme qui marche sous la pluie, 1948, detail.
9
10
1. VREEMDE VOETEN
Wat zie je hier eigenlijk? Is het een soort metamorfose van blote voeten die in schoenen overgaan, of van een paar schoenen waarbij de neus een voet met tenen wordt? Voet èn schoen worden in een vreemd daglicht geplaatst. Wonderlijk en intrigerend. Want waar is het lichaam dat er wel of niet bij hoort? En dan de kaalheid van de achtergrond, die zo realistisch is weergegeven. Wat betekent het allemaal? Willen deze lichaamloze voet-schoenen ons iets zeggen? Het is bijzonder te ervaren hoe beeldende kunst je aan het denken kan zetten, zoals in dit geval over de betekenis van een voet als onderdeel van het menselijk lichaam. Naar dit intrigerende schilderij van Magritte kun je blijven kijken, omdat hij als geen ander het mysterie van heel gewone dingen zichtbaar weet te maken. Dit boek gaat over de voet in de breedste zin van het woord. Over voeten die ons dienen bij staan en gaan, over vervormde voeten, beschadigde voeten, voeten als metafoor, kortom over allerlei ‘vreemde voeten’. Daarbij hebben wij ons laten leiden door afbeeldingen van de voet in de kunst, zoals deze bijzondere voeten van Magritte. Al heel lang zijn wij gefascineerd door de wisselwerking tussen kunst en geneeskunde. De manier waarop een lichaam, of een deel daarvan, wordt weergegeven in de beeldende kunst werpt vaak een heel nieuw licht op voorafgaande kennis en ideeën. Wij, de auteurs, hebben een medische achtergrond en zijn gepensioneerd. Joke ten Kate was revalidatiearts voor volwassenen. In die functie heeft zij zich jarenlang onder meer verdiept in de behandeling van mensen die in hun activiteiten van het dagelijks leven beperkt werden door af◄ René Magritte: Le modèle rouge III, 1937.
wijkende voeten, voeten ‘waar wat mee mis was’. Ze hield wekelijks een voetenspreekuur waarin zij werd bijgestaan door een orthopedisch schoenmaker. Hanna Vos werkte lange tijd als arts in de kinderrevalidatie en behandelde vooral kinderen met aangeboren afwijkingen. Zij is daarnaast filosoof. Bij het samenstellen van dit boek maakten we gebruik van ons beider ervaring. We vertellen beurtelings wat we zoal meegemaakt hebben op dit gebied. Ook zal de orthopedisch schoenmaker (die dit boek mogelijk heeft gemaakt) de technische kant belichten. Daarnaast laten we drie mensen aan het woord die hun eigen ervaringen als patiënt kunnen weergeven. Want wat voeten voor je betekenen ga je doorgaans pas beseffen wanneer er plotseling wat aan mankeert.
Het voetenspreekuur Onlangs ging Joke nog eens kijken op haar vroegere werkplek: Ik liep daar, enigszins nostalgisch, door de mij nog zo bekende gangen in het VUmc en kwam uiteindelijk terecht in het gerenoveerde ‘looplab’. Dit is een ruimte waar de loopvaardigheid van patiënten, voor een groot deel kinderen, geanalyseerd kan worden met video-opnames van het looppatroon gecombineerd met activiteitsregistratie van de daarbij behorende spiergroepen. De bedoeling hiervan is om zo naar aanleiding van de bevindingen heel gericht therapie te kunnen voorschrijven. Deze voorheen saaie, steriele ruimte bleek nu omgetoverd tot een sportzaal omgeven door ludieke schilderingen op de muur en op de schermen die als afscheiding dienst doen. De loopstrook heeft een spannend en kleurrijk uiteinde gekregen. Direct bij binnenkomst werd mijn aandacht getrokken door een paar reuzengrote voeten die
11
omhoog staken uit een berglandschap geschilderd op de muur. Achter deze bergen lag de Grote Vriendelijke Reus, uit het boek De GVR van Roald Dahl, te slapen en die voeten behoorden hem zonder enige twijfel toe. Prachtige reuzenvoeten had hij, voeten om van te dromen. Op deze werkplek raakte ik ruim dertig jaar geleden vertrouwd met het ‘voetenspreekuur’, dat mij altijd is blijven boeien. Niet alleen vanwege het feit dat de voet medisch en ook psychologisch gezien zo’n interessant lichaamsdeel is. Zeker zo intrigerend is de symbolische betekenis die de voet door de eeuwen heen heeft gehad, wat blijkt uit vele verhalen, kunstwerken en rituelen.
Een lichaamsdeel dat de verbeelding in vuur en vlam zet
12
Er zijn verhalen over Griekse goden, zoals Hermes en Hera, die door de gouden vleugels aan hun sandalen over land en zee konden vliegen en over Dionysus die soms bokkenpoten had en soms niet. Blijkbaar konden deze goden van gedaante, of van voeten, veranderen al naar gelang hun
Theo Danes: De GVR van Roald Dahl, 2009.
functie. Voeten spelen een belangrijke en mysterieuze rol in de Griekse mythologie. Ze staan daarbij vaak symbool voor zowel macht als kwetsbaarheid. Achilles werd als baby door zijn moeder in het water gedompeld om hem onkwetsbaar te maken. Zij hield hem daarbij vast aan zijn hiel. Maar juist dát bleef zijn kwetsbare plek. Later zou hij de dood vinden door een pijl in die hiel. Een andere bekende naam uit de oudheid is Oedipus, hij met de gezwollen voeten. Over hem zijn talloze verhalen en afbeeldingen gemaakt. Ook bekend is Philoctetes die in zijn voet gebeten werd door een slang. Volgens de mythologie hadden de allereerste mensen slangen in plaats van voeten. En volgens de boeddhistische verhalen bestonden misschien nog wel eerder de kalmasapada, eenbenige wezens die op hun rug liggend schaduw konden maken met hun voet. Kijkend naar het plaatje komt de gedachte op dat de boom wellicht een voorloper van de mens geweest zou kunnen zijn. En wat een prachtige voeten kunnen bomen hebben.
Sciapode, tekening van onbekende artiest.
Deze eenbenige wezens komen ook voor in de verhalen van Marco Polo, maar dan heten ze sciapoden, afgeleid van het Griekse scia (schaduw) en pous (voet). Bij Romeinse keizers verwees hun cognomen, de bijnaam waarmee ze de geschiedenis in gingen, vaak naar hun voeten, zoals Keizer Plautus, platvoet, Pansa, wijde of uiteen staande voeten, of Scaurus, die met de opgezwollen voeten (als de Griekse Oedipus). De bekende keizer Calligula, wiens naam laarsje of eigenlijk militaire sandaal betekent, ging als kind al mee naar het slagveld. En keizer Claudius, de kreupele, werd ronduit bij zijn gebrek genoemd. Uit de Bijbel komt de Kolos met de lemen voeten (Daniël 2). Hij verschijnt in een droom aan Nebukadnezar, koning van Babel, als symbool voor de vernietiging van zijn rijk. Deze kolos die zijn lemen voeten, zijn basis, onder zich ziet verdwijnen wordt nog steeds overdrachtelijk gebruikt. Bijvoorbeeld als het gaat over een grote, gerenommeerde bank die zomaar blijkt te kunnen omvallen. De voet ergens op zetten drukt een gevoel van macht uit.
13
Maar het kan ook, zoals in dit schilderij van Caravaggio, waar het kwaad in de vorm van een slang wordt vermorzeld. Maria zet haar voet onder het kleine voetje van haar kind Jezus om zo gezamenlijk het kwaad uit te bannen. De concentratie is op hun gezichten te zien. Anna, de moeder van Maria, kijkt bezorgd toe. Caravaggio: Madonna dei Palafrenieri,1605/1606, detail.
14
Er zijn meer kunstenaars die een fascinatie voor voeten hebben. Om maar eens een paar te noemen: Casanova, Goethe, Flaubert, Elvis Presley, Andy Warhol. Maar goed, voeten zijn om op te lopen. Doorgaans in schoenen. Tegenwoordig kunnen we op comfortabele sportieve schoenen lopen. Of zelfs op aangepaste schoenen. Niettemin hebben veel vrouwen een voorkeur voor elegante schoenen. Soms met zodanig hoge hakken dat wij er op het voetenspreekurr de nadelige gevolgen van tegenkomen.
Tineke Thielemans: Mens Wereld, 2005.
De hedendaagse kunstenares Tineke Thielemans neemt ook de voet en de slang als thema voor haar beeld: Mens Wereld. De slang wordt een schoenveter en ook hier is de voet-schoen een eenheid, net als bij Magritte. In volksverhalen en sprookjes komen vreemde mysterieuze voeten voor: bokkepoten, ganzevoeten, eendevoeten, ezelsvoeten. Door de geschiedenis heen heeft de voet altijd een sterk erotische lading gehad. De schrijver Balzac noemt de voet een lichaamsdeel dat de verbeelding in vuur en vlam kan zetten en Nabokov schrijft in Lolita: Mijn knokkels lagen tegen de spijkerbroek van het kind. Ze was op blote voeten; de nagels vertoonden resten van kersrode lak en om haar grote teen zat een pleistertje; en, God, wat zou ik niet gegeven hebben om ogenblikkelijk die fijngebeende, langgeteende aapachtige voeten te kussen.
Tijdens het voetenspreekuur staat de voet van een patiënt centraal, waar hij of zij verder ook aan mag lijden. Iemand met een voetprobleem komt daar doorgaans na verwijzing van de huisarts of specialist. In het algemeen is aan deze verwijzing al veel ‘gedokter’ voorafgegaan. Men consulteerde, al of niet in overleg met de huisarts, gespecialiseerde schoenenwinkels, paramedici, alternatieve voetendokters of medisch specialisten. Ons voetenspreekuur wordt dan ook gezien als laatste uitweg. Vaak komt men met een tas vol, op advies aangeschafte, niet passende schoenen, inlegstukjes en steunzolen. Zo zijn, in al die jaren, veel voeten de revue gepasseerd. Allemaal vreemde voeten en allemaal verschillend. Voeten die van het begin af aan anders waren, maar ook voeten die pas later afwijkend zijn geworden. Als behandelaars zoeken we steeds naar een oplossing om niet goed functionerende voeten toch hun dienst te kunnen laten doen als dragers van het lichaamsgewicht. In veel gevallen is dat mogelijk door het aanpassen van schoeisel. Maar de voet met de daaraan te dragen schoen maakt, wellicht onbewust, deel uit van iemands zelfbeeld en bepaalt zodoende ook iemands identiteit. Dit is een essentieel aspect waaraan je niet mag voorbijgaan. Het kan ook een reden zijn waarom het advies om het schoeisel van iemand te wijzigen vaak grote weerstand oproept. We nemen u hierna mee naar een voetenspreekuur om samen met ons nog eens op een heel andere manier naar deze ‘vreemde voeten’ te kijken.
15
2. Tovenaarsvoeten
Als eerste spreken we met Rob (62). Hij is een trouwe bezoeker van het spreekuur met ernstige planovalgus voeten en beiderzijds een hallux valgus. Bij Rob ontstonden de problemen rond zijn elfde jaar. Hij ging moeilijker lopen, hardlopen lukte nauwelijks meer en met sporten moest hij stoppen omdat dat buitengewoon slecht ging. Dat vond ik niet zo erg want eigenlijk hield ik niet echt van sporten. Het is erfelijk. Mijn moeder en mijn grootmoeder hadden allebei zulke raar gevormde voeten. Ook mijn dochter heeft het, maar die heeft zich laten opereren. Ik ben de enige man in de familie met deze afwijking.
16
Tijdens de groei in de puberteit bleven zijn voeten opvallend klein. Ze werden niet langer, wel steeds breder. Het kostte hem veel moeite geschikte schoenen te vinden. De breedste schoenmaat paste nog maar net, de schoenen knelden, waardoor hij veel pijn leed. Ik droeg altijd hoge schoenen met steunzolen maar die gaven toch onvoldoende steun. Na zijn studie ging hij als chemicus werken. Dat was werk waarbij hij veel aan een laboratoriumtafel moest staan en dat werd op den duur een probleem. Behalve last van de voeten kreeg hij ook rugklachten. Hij moest het werk toen opgeven en besloot zich tot boekhouder om te scholen, een voornamelijk zittend beroep. Ik had daar weinig moeite mee,
eigenlijk vond ik het wel leuk. Ik was wel weer eens toe aan een nieuwe uitdaging en daar werd ik nu toe gedwongen. Pas tegen zijn vijftigste was voor hem de tijd rijp om orthopedisch schoeisel te laten aanmeten. Ik vroeg er zelf om en het was echt een opluchting. Deze schoenen zaten lekker, ik had geen pijn meer en liep een stuk beter. Ook had ik veel minder last van eeltvorming onder de voeten. Cosmetisch gezien zijn die schoenen geen probleem want ze vallen nauwelijks op onder mijn broek. Op de vraag of zijn voeten echt bij hem horen reageert hij enigszins verbaasd. Ik vind dat wel een leuke vraag, zegt hij lachend, maar wat moet ik daar nu op antwoorden? Mijn voeten zijn heel gevoelig en als iemand eraan zit vind ik dat onplezierig. Terwijl mijn vrouw van zo’n aanraking juist geniet. Bij mij voelt het alsof ze als los zand aan elkaar hangen. Aan het eind van het gesprek komt hij terug op die vraag en vertelt hij dat de afwijkend gevormde voeten een onderdeel van hemzelf zijn geworden en bij hem en zijn familie horen. Hij vraagt zich wel af hoe het met de wijze van overerven van deze afwijking zit en of daar in de toekomst meer over bekend zal worden. Vroeger werden mensen met zulke voeten misschien wel als tovenaar gezien. Maar tovenaars behoren niet echt meer tot onze werkelijkheid, evenmin als heksen. Vrouwen zoals Picasso ze schilderde met hun brede platte voeten werden in de Middeleeuwen mogelijk wel als heksen gezien, maar nu zijn ze zo aards als je maar denken kunt.
Picasso en de grote voeten Op dit schilderij zijn de voeten van een vrouw op een bijna uitdagende manier afgebeeld. Zij is niet zo jong meer en haar lichaam is uitgezakt. Haar rechtervoet die op de grond steunt is plat en breed, de linkervoet vertoont onbelast nog iets van een gewelf. De vorm van de voeten is verder normaal. Met deze min of meer gebroken, maar toch krachtige vrouw heeft Picasso geprobeerd de absurditeit van de oorlog weer te geven. Hij schildert haar met een ribbenkast als van een karkas, handen lijkend op geitenhoeven of op stompen. De voeten zijn groot en krachtig en laten daardoor juist weer zien hoe sterk ze desondanks is. Je kunt deze voeten ook beschouwen als aards. Ze staan symbool voor moeder de vrouw èn voor moeder Aarde. Picasso schildert regelmatig stevige vrouwen met opvallend grote brede en platte voeten. Daarmee beeldt hij zowel een zekere boerse erotiek uit als de kracht van de verbinding van de vrouw met de vruchtbare grond.
Grote voeten hadden in de oudheid al een symbolische betekenis. Ze hoorden bij de goden of bij het goddelijke, de zogenaamde Godenvoeten. Grote voetafdrukken werden toegeschreven aan Boeddha of Mohammed. Opmerkelijk is het dat de enorm gezwollen voet, die ontstaat bij de ziekte elefantiasis, een stoornis in de lymfeafvoer, in India S’ripada (Heiligenvoet) genoemd wordt. De Portugezen noemen deze ziekte ook wel: Pejo do Sao Tomé (de voet van de heilige Thomas). Ook moeder Aarde heeft in de overlevering grote voeten. Kennelijk wekte dat vertrouwen. Men geloofde verder dat de kracht van de grond door de voetzolen naar binnen trok. Niet zo lang geleden liepen vrijwel alle Indiërs op blote voeten, niet zozeer uit armoede, maar als uiting van respect voor moeder Aarde, zo schrijft Anil Ramdas.
◄ Pablo Picasso: Woman dressing her hair, 1940.
17
Picasso en de platvoeten Dit werk van Picasso laat een jonge man zien die op blote voeten naast een paard loopt. De voeten zijn plat met gespreide tenen en vormen een mooi contrast met de paarden-spitsvoeten. Mensen die gewend zijn veel op blote voeten of slippers te lopen, zoals in warme en arme landen, ontwikkelen doorgaans brede platte voeten met uiteenstaande tenen waardoor ze een steviger greep op de aarde lijken te hebben. Picasso laat dat hier heel beeldend zien. Voor een voet is stabiliteit een belangrijke eigen► Pablo Picasso: Mother and son, 1906, detail. ▼ Pablo Picasso: Boy leading a horse, 1905-1906.
18
schap in tegenstelling tot de hand die juist gericht is op beweeglijkheid. Anatomisch gezien hebben deze lichaamsdelen veel gemeen. Ze bestaan uit een groot aantal verschillende botjes, die zowel de stabiliteit als de beweeglijkheid moeten waarborgen. Wanneer een voet vervormd raakt gaat dit vaak ten koste van de stabiliteit. Dat geldt echter niet voor de platvoet (pes planovalgus). Brede platte voeten zijn stabiel en deze voetvorm hoeft ook niet altijd als afwijkend gezien te worden. Het detail hiernaast uit een pentekening van Picasso toont een kleine jongen die pas heeft leren lopen en nog enigszins onzeker maar toch stevig op zijn beide voetjes staat. Zijn voetjes zijn plat, breed en gevuld, wat voor die leeftijd niet afwijkend is. De platvoet is één van de meest voorkomende afwijkingen, zowel bij kinderen als bij volwassenen. Een kind dat net gaat lopen heeft doorgaans platvoeten, mede veroorzaakt door vetweefsel van de voetzool. Bij meer dan 95% van deze kinderen verdwijnt de platvoet voor het twaalfde jaar doordat het voetgewelf zich spontaan ontwikkelt. In het algemeen geeft een platvoet geen klachten, of pas op latere leeftijd. Bij Rob was dat anders. Hij had van jongs af aan al problemen met zijn knikplatvoeten. Veel mensen ontwikkelen overigens pas platvoeten bij het stijgen der jaren, wanneer de last van het lichaamsgewicht te zwaar wordt voor de spieren en de banden die het voetgewelf overeind moeten houden, waardoor dit voetgewelf te maken krijgt met decompensatie. Zeker als iemand met overgewicht kampt of als het een vrouw betreft die veel kinderen gebaard heeft. Dat laatste kunnen we ons wel voorstellen bij het zien van de grootvoetige vruchtbaar ogende vrouwen van Picasso. De voetboog gaat doorzakken en wordt plat. Daarbij kan tevens een misvorming van de voorvoet ontstaan waarbij de grote teen gaat afwijken richting tweede teen, een hallux valgus. Dit zien we ook bij Rob. Dat geeft wél klachten. Omdat het afwikkelen van de voorvoet niet soepel meer verloopt ontstaat pijn bij het lopen. Ook wordt
het moeilijk goed passend schoeisel te vinden en ontstaan drukplekken waar de schoenen knellen. Dit veroorzaakt eelt en eksterogen die heel pijnlijk kunnen zijn. Bij oude mensen zie je soms het zogenaamde ‘platvoetschuifelen’ waarbij de voeten tijdens het lopen nauwelijks nog worden opgetild.
Tenen in hamerstand, de voet als klauw, de teen als fallus Op dit schilderij, De ontvoering van Ganymedes, van Peter Paul Rubens ontvoert Zeus de mooie jonge herder Ganymedes. Zeus heeft zich voor die gelegenheid vermomd als adelaar en neemt Ganymedes mee naar de berg Olympus waar hij de ‘schenker’ en ook de geliefde van Zeus moet worden. Als je goed kijkt zie je de klauw van een roofvogel dreigend tussen de benen van een holvoetige dansende figuur tevoorschijn komen. De Engelse benaming voor holvoet is dan ook clawfoot. Typerend voor een holle voet is de hoge wreef en een voorvoet die enigszins in een spitsstand staat, wat op dit schilderij ook goed te zien is. De tenen neigen vaak tot klauwen. Evenals de platvoet is de holvoet een voetvorm Peter Paul Rubens: L’enlèvement de Ganymède, 1612.
die nog binnen het normale kan vallen. Men spreekt van een holvoet wanneer er sprake is van een verhoogd lengte gewelf van de voet, waardoor een hoge wreef ontstaat. De ernst van de holvoet kan verschillen. Als de voorvoet enigszins in spits staat loopt het makkelijker wanneer de schoen een klein hakje heeft, en dat komt bovendien elegant over. Cosmetisch gezien is een in aanleg holle voet dan ook mooier dan een platte voet, hoewel een uitgesproken holvoet dat zeker niet meer is. Voeten met een hoge wreef zie je vaak afgebeeld zowel in oude als moderne kunst. Balletdansers zouden zichzelf deze voetvorm toewensen. Helaas mist de holle voet de stabiliteit en kracht die voor dansen noodzakelijk is, want de enkel kantelt te snel.
Detail.
19
Salvador Dali: Soft construction with boiled beans, 1936.
Verschillende lichaamsdelen van hetzelfde lichaam kwellen elkaar op dit schilderij van Dali, waarvan we hier een detail tonen. We zien een holle voet met een spitsstand van de voorvoet. De voet is dreigend en heeft veel weg van een klauw. De enorme grote teen lijkt op een fallus, wat een zekere machtswellust zou kunnen symboliseren. De andere tenen vertonen een hamerstand. De hiel steunt op een voorwerp dat ook weer een hiel zou kunnen zijn, hiermee wordt de spitsstand van de voorvoet opgevangen. De platte voet erboven symboliseert macht: ‘de voet ergens op zetten’. De bonen zijn mogelijk een offergave om kwade geesten weg te houden.
20
Een holvoet geeft in tegenstelling tot een platvoet op den duur altijd klachten. Door de spitsstand van de voorvoet ontstaat overbelasting met eeltvorming en pijn. Als de bal van de voet (dat is de basis van de grote teen) diep ligt ten opzichte van de vijfde teen kan een naar buiten kantelen van de hiel (varusstand) ontstaan, waardoor je de neiging hebt bij het lopen te gaan zwikken. Men spreekt dan van een pes cavovarus, die veel weg heeft van een klompvoet, pes equinovarus. De holvoet komt spontaan voor, erfelijke factoren spelen hierbij een rol. In veel gevallen echter is een holvoet het gevolg van een neuromusculaire aandoening.
Elma (57) is een sportieve vrouw met afwijkingen aan haar rechter been en voet tengevolge van een neuromusculaire ziekte. Als baby kreeg zij kinderverlamming (poliomyelitis). Sinds haar vijfentwintigste draagt ze orthopedisch schoeisel vanwege haar misvormde rechter holvoet. Hoewel dat haar handicap zichtbaar maakt functioneert ze er zoveel beter mee dat ze het volledig geaccepteerd heeft. Ik voel me altijd als een vis in het water. Ze vertelt heel open en vol enthousiasme over haar verleden. Toen ze ziek werd woonde ze met haar ouders in Indonesië, waar polio in die tijd nog veel voorkwam. Vooral haar benen waren aangedaan en aan het rechterbeen hield ze restverschijnselen over. Het been bleef achter in groei waardoor het korter en dunner was dan het linker. De rechter voet bleef klein en vervormde geleidelijk. Door het beenlengteverschil moest ze rechts op de tenen gaan staan, waardoor de voet daarbij ook een spitsstand ontwikkelde. Toen ze als kleuter naar Nederland kwam bezocht ze de Annakliniek te Leiden (in die tijd een bekende orthopedische kliniek). Daar werd ze later geopereerd, de eerste keer toen ze tien was en nog eens op haar dertiende. De groei van het linkerbeen werd door een operatie aan de groeischijf geremd, zodat het beenlengteverschil, dat aanvankelijk ruim vijf centimeter bedroeg, vrijwel geheel gecompenseerd werd en de voet weer met de hiel op de grond kon. Wel bleef een duidelijk verschil in grootte bestaan tussen de linker- (maat
41) en de rechtervoet (maat 36). Ik moest als kind dus altijd een ‘onpaar’ schoenen dragen en toen dat niet meer geleverd kon worden door de schoenwinkel kocht mijn vader gewoon twee paar dezelfde schoenen in verschillende maten en gooiden we de andere helft weg. Mijn ouders gingen op een heel verstandige manier met mijn handicap om. Ze maakten er nooit een punt van en behandelden mij op dezelfde wijze als de andere kinderen in het gezin. Op school echter werd ik best vaak gepest. Haar benen zijn nu nagenoeg even lang, maar toch heeft ze de neiging om rechts op de tenen te gaan staan altijd enigszins gehouden. Lopen is nooit echt makkelijk geweest en meedoen met gymnastiek was een probleem. Haar werd toen aangeraden te gaan zwemmen om toch zo de nodige lichaamsbeweging te krijgen. Dat bleek een schot in de roos! Het werd haar grote hobby en uiteindelijk ook haar beroep. Ze werd zweminstructrice voor kinderen en ouderen en is dat nog steeds. In het water heb ik nergens last van. Maar op de kant word ik met mijn handicap geconfronteerd omdat ik dan eerst mijn sportschoenen met inlays moet aantrekken om veilig uit de voeten te kunnen. Ze schaamt zich niet voor haar afwijkende voetje, hij hoort erbij. Af en toe laat ze het zien aan de kinderen die ze les geeft en grapt dan over haar vijfde teentje dat ónder de voet groeit. Die heeft zich verstopt want hij houdt niet van zwemmen. Ondanks het feit dat ze moeilijk loopt reist ze veel met haar man. Bij voorkeur gaan ze naar Indonesië. Dat land waar ze geboren is, maar waar ze ook haar ziekte heeft opgelopen, blijft trekken. Ook daar voel ik me als een vis in het water. Als gevolg van poliomyelitis kunnen verschillende voetmisvormingen ontstaan, afhankelijk van welke spiergroepen uitgevallen zijn. Behalve een holle voet is ook een spitsvoet een veel geziene afwijking. Deze Egyptische grafstèle toont een man met de gevolgen van een verstoord spierevenwicht bij poliomyelitis. De voet staat in spitsstand en de groei van het aangedane been is achtergebleven. Het is korter en dunner dan het andere been. Het
Egyptische grafstèle ca. 1500-1100 BC.
lengteverschil dat bij Elma operatief werd verholpen wordt op deze afbeelding opgevangen door de spitstand van de voet. Toen Elma deze afbeelding zag was haar spontane reactie: Kijk zo sta ik ook vaak! De neiging eenzijdig op de tenen te gaan staan bleef nog lang in haar bewegingssysteem zitten, ook toen dat niet meer nodig was.
21
Dansende spitzen Deze Witte Spaanse hengst van Jacob de Gheijn II toont fraai de spitsstand van de paardenvoet, pes equinus, waarbij de voet in het verlengde van het onderbeen ligt. Hierdoor krijgt het stevige dier een licht en vrolijk accent en wekt het eerder de indruk dat hij naar een feestje gaat dan dat hij ten strijde trekt. Spitsvoetige, trippelende, erotisch heupwiegende dames en heren, je ziet ze bijvoorbeeld voorbij komen in het Zwanenmeer, een klassiek ballet van Tsjaikowski. Een spitsvoet toont sierlijk en licht, wekt bijna de indruk te willen gaan vliegen. Dat is duidelijk te zien wanneer iemand op balletspitzen loopt, dat zijn schoenen met een verharde neus waarin de voet in een spitsstand
22
strekt. Ze dateren van rond het begin van de 19e eeuw. Dansen op deze ‘spitzen’ is kenmerkend voor het klassieke ballet dat in de 15e eeuw in Italië is ontstaan (ballare = dansen). In de moderne dans worden spitzen weinig meer gebruikt. Het is discutabel of deze vorm van bewegen voor de voet schadelijk is. Wel is het zo dat oudere balletdansers bijna allemaal last van de voeten krijgen. Vervorming van hun voeten ontstaat echter niet door het dansen op spitzen maar vooral door de extreme belasting bij het afzetten om te springen, waarbij het basisgewricht van de grote teen letsel oploopt. Jacob De Gheyn II: Spaanse Strijdhengst, 1603.
Deen van Meer: Ballerina op spitzen, detail.
Aan dit bronzen beeld van Matisse is dat goed te zien. De voet staat in een spitsstand en steunt vooral op het basisgewricht van de grote teen. Je kunt je goed voorstellen dat dit gewricht het zwaar te verduren krijgt wanneer iemand in deze stand met kracht afzet om een sprong te maken. Ook de afwijkende stand van de voet als gevolg van het naar buiten uitdraaien van de heupen, zoals hiernaast weergegeven bij de danser van Marc Chagall, vormt een bedreiging voor de voet. Het ontstaan van een hallux valgus daarbij is berucht. Een spitsvoet als typische voetafwijking van balletdansers komt eigenlijk niet voor. Behalve sierlijk en licht is een spitsvoet ook erotisch. Heel anders dan de boerse platvoet waarbij de verbinding met moeder Aarde de vruchtbaarheid weergeeft. Bij de spitsvoet is het juist het speelse zich losmaken van de aarde, in vervoering raken en streven naar hogere sferen. Er zijn meerdere oorzaken voor het ontstaan van een spitsvoet. Wanneer iemand bijvoorbeeld langdurige ziek op bed ligt met de voeten stevig ingestopt in een spitsstand zal deze afwijkende stand op den duur structureel worden.
▲ Henri Matisse: Studie van een voet, 1909/1910. ▼ Marc Chagall: De drie acrobaten, 1926.
23
Op dit schilderij van Pieter Aertsen zijn mogelijk de gevolgen van langdurige bedrust te zien. De man in het centrum komt voor in een Bijbelverhaal uit het evangelie van Johannes (5:1-9). Hij is al achtendertig jaar ziek en wacht bij het heilige water op genezing. In dit verhaal wachten zieken en blinden bij het bad in Bethesda op het moment dat door de aanraking van een engel het water in beweging komt. Degene die dan als eerste het water bereikt zal genezen. Deze man is echter steeds te laat omdat hij niemand heeft om hem daarbij te helpen. Niet alleen bedrust, maar ook lopen en dan met name op hooggehakt schoeisel kan een uitlokkende factor zijn voor het zich ontwikkelen van een spitsvoet. Door de lang aanhoudende spitsstand gaat de achillespees verkorten en verandert deze stand in een, zoals we dat noemen, ‘structurele spitsvoet’. In veel gevallen echter is een spitsvoet het gevolg van een aandoening van de spieren of zenuwen (een neuromusculaire ziekte). Daarbij wordt het evenwicht tussen de spieren die de voet buigen en de voet strekken verstoord, waardoor er een spitsstand ontstaat. Je ziet dat bij slappe verlammingen zoals poliomyelitis, maar eveneens bij spastische verlammingen. Een spitsvoet geeft klachten omdat de voorvoet overbelast raakt en er overmatige eeltvorming optreedt wat pijn tot gevolg heeft. Vaak ontstaat er ook een hallux valgus. Wanneer iemand met een spitsstand van de voeten loopt kan dat koket ogen, maar de stabiliteit bij het lopen is minder goed en door zwakte van de voetheffers bestaat de neiging om over de voorvoet te struikelen. Er waren ook vrouwen die tegen wil en dank op hun tenen moesten lopen. We zullen hiervoor terugkijken naar het verleden in China.
24
► Pieter Aertsen: De genezing van de lamme van Bethesda, 1575.
25
3. Erotische lotusgang
De twee Chinese oude dametjes op de foto poseren elegant in hun wijde jassen. Opvallend zijn hun kleine voetjes in puntige schoentjes. Dat hun voeten in deze schoenen ernstig misvormd zijn, zodat ze er alleen maar korte afstanden op kunnen lopen, is goed verhuld. Het is voor iemand uit de westerse wereld bijna niet te geloven dat gedurende meer dan duizend jaar, op grote schaal, ernstige voetafwijkingen kunstmatig werden veroorzaakt om puur esthetische redenen. Hoe konden aanvankelijk gezonde voeten zo misvormd raken en waarom werd dit schoonheidsideaal zo lang volgehouden? Twee Chinese vrouwen met ingebonden voeten.
Chinese voetbinding nam waarschijnlijk een aanvang tijdens de Tang-dynastie (618-907 na Chr), maar de eerste geschreven referenties hierover dateren van de 12e eeuw. De gewoonte van het zwachtelen ontstond in hofkringen, naar men zegt als imitatie van de elegante, kleine voetjes van de sierlijke hofdansers. De gewoonte beperkte zich aanvankelijk tot de hogere kringen, op deze wijze werden meisjes aantrekkelijk als bruid en konden ze een betere huwelijkspartner krijgen. Later breidde dit gebruik zich veel verder uit.
Puntig geborduurde bloembladen Het ideaal was de ‘gouden lotusvoet’, voeten die op volwassen leeftijd niet groter waren dan 7,5 centimeter. Om dit doel te bereiken moest er op jonge leeftijd, tussen het vierde en zesde jaar en soms nog jonger, begonnen worden met het binden van de voeten. Door de vier kleine tenen zo ver mogelijk onder de voetzool te flecteren en zo de tenen naar de hak toe te brengen ontstond een kleine, puntige holvoet: de gewenste lotusvoet, die deed denken aan de puntige bloembladen van de lotusbloem. Hieromheen werden zijden, geborduurde schoentjes gemaakt, meestal plat,
Chinese vrouwenschoen, ca 12 cm lang.
26
soms met een houten hak. Hierin ontstond een jarenlange ware industrie, de laatste schoenfabriek die nog lotusschoentjes produceerde sloot pas in 1999. Omdat de voeten door de misvormingen maar gedeeltelijk belast konden worden, voornamelijk op de grote teen en de voorvoet, konden de vrouwen alleen maar met licht gebogen knieën met kleine stapjes lopen, waardoor een wat waggelende gang ontstond. Deze zogenaamde lotusgang werd ook als heel aantrekkelijk beschouwd voor en door de andere sexe. Het lopen buitenshuis, op oneffen terrein, was op deze manier moeilijk, en de vrouwen verbleven de meeste tijd binnenshuis. Dit werd niet echt als een bezwaar gezien, want het toonde alleen maar aan dat de vrouw, in casu haar echtgenoot, vermogend genoeg was en dat zij dus niet buitenshuis hoefde te werken. In de lagere klassen kon de voetbinding daardoor nooit zo ver doorgevoerd worden als bij de rijken, maar het werd wel als begerenswaardig statussymbool gezien. Weefsters, theepluksters en vrouwen in de oesterkweek konden hun werk ook nog wel doen met gebonden voeten. Bij de Hakka’s, een bevolkingsgroep uit Noord China die zich voortdurend verplaatste tengevolge van natuurrampen en oorlogen, kwam het voetbinden niet voor. De Hakka-vrouwen waren sterk en hadden ’grote’ voeten.
Chinese vrouwenvoet.
Op esthetische leest De inbinding werd van moeder op dochter doorgegeven. Na het weken van de voeten in warm water met kruiden werden de voetjes gebonden met repen stof, die iedere paar dagen vernieuwd werden. De grootmoeders en moeders kenden de extreme pijn uit eigen ervaring maar de kans voor hun dochter op een goed huwelijk door deze extra fysieke aantrekkelijkheid moest hier tegen op kunnen wegen. Het hele procédé was zo pijnlijk door de circulatiestoornissen, de voet- en teenfracturen en complicaties als ontstekingen met soms zelfs gangreen tot gevolg. De pijn was het hevigst in de eerste jaren, later werden de voeten vaak ongevoelig. Uiteindelijk ontstond een extreme holvoetstand met naar achter gebogen tenen. Tijdens de Taiping-opstand (1850-1864), een bloedige burgeroorlog waarin een poging tot afschaffing van maatschappelijke klassen een belangrijke rol speelde, probeerde men een einde te maken aan de voetbindpraktijken. Dit lukte slechts gedeeltelijk. Pas in 1911 werd het voetbinden wettelijk verboden, maar het bleef vaak nog in het geheim gebeuren. In 1949 kwam er tijdens het communistisch regime definitief een einde aan. Er zijn nog steeds oude vrouwen die uit eigen ervaring over de verschrikkingen van het voetbinden kunnen vertellen. In de Chinese literatuur, zoals in de autobiografische trilogie van de Chinese arts Han Suyin, zijn er getuigenissen over te vinden. Een eenduidige oorsprong van het voetbinden is niet te geven. Door de tijd heen is er steeds een mengeling geweest van symbolische, psychologische, sociale en economische motieven en factoren in wisselende samenstelling, waar de vrouwen aan onderworpen waren. Toch mogen deze vrouwen niet alleen in de slachtofferrol gedrukt worden. Onderzoekers, zoals de in de V.S. werkende Dorothy Ko, hoogleraar vrouwenstudies en deskundige op het gebied van Chinese cultuur, wijst er op voorzichtig te zijn met het oordelen vanuit een westerse gedachtegang. Ook in de westerse cultuur zijn er nog steeds deformerende praktijken bekend, die op esthetische leest geschoeid zijn. Denk aan het dansen op spitzen, het dragen van extreem hoge hakken, en cosmetische correcties in verschillende lichaamsdelen.
27
4. Een literaire klompvoetoperatie
Monsù Lucens: San Pietro risana lo storpia (Petrus geneest de kreupele) eerste helft 17e eeuw.
28
Onze fascinatie voor vreemde voeten reist overal met ons mee, zo ook op een van Hanna’s reizen naar Rome. Daar op de Corso, een van de drukste winkelstraten van de stad, zijn talloze schoenwinkels te vinden met vooral elegante herenschoenen, gemaakt van prachtig leer en een smalle leest om de Italiaanse mannen te behagen. Zij houden van mooie schoenen. In de spiegeling van de winkelruit zie ik hem plotseling zitten op het trottoir: een jonge bedelaar met blote voeten ondanks de kou. Zijn rechter voet is sterk misvormd, de voetzool wijst naar boven, een extreme klompvoet. Ik durf hem niet te vragen of ik hem mag fotograferen, hoewel hij
Jusepe de Ribera: Jongen met horrelvoet, 1642.
waarschijnlijk voor geld alles zou doen. Probeert hij op het schuldgevoel van het winkelende publiek te werken? Diezelfde middag wandel ik naar het Palazzo Barberini niet ver van de Corso. Het is een prachtig museum met talloze schilderijen van beroemde en minder beroemde schilders uit de Renaissance.
En dan helemaal aan het einde van mijn rondgang zie ik het: daar zit mijn bedelaar met klompvoet, maar nu in een schilderij. Zijn voet is even dramatisch als die van de man in de Corso, een sterk vervormde klompvoet. Hij steekt zijn hand uit naar een paar hoge heren, die langs hem wandelen. Een van hen is Petrus die hem zal genezen zoals blijkt uit de titel van het schilderij. Zal dat lukken? Het schilderij is van de Italiaanse schilder Monsù Lucens, een minder bekende kunstenaar uit de school van Caravaggio. Ook op het schilderij van Jusepe de Ribera zien we een jonge bedelaar met een klompvoet. Maar hij is er minder slecht aan toe dan de man van Monsù Lucens. Hoewel hij net als de bedelaar van Lucens om een aalmoes vraagt, ziet hij er monter, haast vrolijk uit. Hij staat fier rechtop en zijn misvormde voet belemmert hem kennelijk maar ten dele bij het lopen, hoewel er weinig steunvlak is en je je moet afvragen hoe het lopen op langere termijn zal gaan. De schrijver Gustave Flaubert was een voetenliefhebber. Hij beschreef vaak voeten. Doordat zijn vader directeur was van een ziekenhuis in Rouen hoorde hij diens verhalen en had hij waarschijnlijk een meer dan gemiddelde medische belangstelling. Dat blijkt wel uit de beschrijving van de klompvoet in zijn beroemde boek Madame Bovary. Dokter Bovary opereert in dit verhaal voor het eerst een klompvoet of zoals dat in de volksmond heette een horrelvoet, een historische gebeurtenis. Het slachtoffer is de staljongen Hippolyte. Zijn voet liep vrijwel in een rechte lijn met het been, wat echter niet verhinderde dat hij naar binnen was gedraaid, zodat hier sprake was van een paardenvoet die neigde naar een klompvoet, of anders van een lichte vorm van klompvoet met sterke symptomen van de paardevoet. Maar met deze horrelvoet, die inderdaad breed uitliep als een paardepoot, met rimpelige huid, dorre pezen en dikke tenen, waarin de zwarte nagels deden denken aan hoefnagels, liep de invalide van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat, snel als een hinde...... Nu moest, omdat het een paardevoet was, de achillespees worden doorgesneden, en
later eventueel de scheenbeenspier, om de klompvoet te verhelpen; want de heelmeester durfde het risico van twee operaties tegelijk niet aan, en zelfs nu verkeerde hij al in angst en beven dat hij een vitale plek zou raken die hij niet kende. Daarna volgt bij Flaubert nog een uitgebreide beschrijving van de operatie en de nabehandeling met een soort beugel, die meer op een martelwerktuig lijkt. Er ontstaat dan ook een infectie met desastreuse gevolgen, die resulteren in een onderbeenamputatie bij Hippolyte. De klompvoet, pes equinovarus, werd vroeger horrelvoet genoemd en in het engels club foot zoals in golf club. Letterlijk betekent dit: stok met verdikt uiteinde. Deze afwijking kan aangeboren zijn zoals bijvoorbeeld bij spina bifida het geval is, dan komt hij vaak in combinatie voor met andere afwijkingen. Klompvoeten kunnen ook ontstaan bij later verkregen neurologische aandoeningen, of ten gevolge van een ongeval. Er is vaak sprake van een genetische component en er zijn dus hele families waarin veel klompvoeten voorkomen. De klompvoet is dikker en korter dan de normale voet, er bestaat een spitsstand in de enkel, een varusstand in de achtervoet en een adductie in de voorvoet. Bij pasgeborenen is de voet meestal nog soepel genoeg om hem te redresseren en om een corrigerende gipsbehandeling toe te passen. Als dit niet lukt is later een operatieve correctie nodig. Meestal blijven er echter wel restverschijnselen bestaan. Belangrijk is het om in ieder geval een goed steunvlak te krijgen, zodat het later mogelijk is om op schoenen te lopen. Uit het bovengenoemde citaat over de horrelvoetbehandeling uit Madame Bovary blijkt wel dat Flaubert medische belangstelling en kennis over voeten had. Maar hij was zelf ook een soort voetenfetisjist. In de la van zijn schrijftafel bewaarde hij de pantoffeltjes van zijn minnares Louise Colet. Ze ruiken naar verveine en naar jou, zodat mijn hart zwelt, schreef hij haar.
29
5. De mythe van de gewonde voet en het raadsel van de sfinx
30
Op het schilderij links van de 18e eeuwse Jean-Germain Drouais is Philoctetes zittend afgebeeld. Hij is een krachtige, gespierde man met grote voeten, zijn linkervoet is verbonden, een bloederig verband hangt er los bij. Hij kijkt wan◄ J.G. Drouais: Philoctetes, 1786-1788. ▼ J.A.D. Ingres: Œdipe explique l’énigme du Sphinx, 1808.
hopig. Naast hem staat zijn wapenuitrusting. Philoctetes was een Griekse koningszoon. Op oorlogsexpeditie naar Troje kwam hij met zijn schip bij het eiland Lemnos aan. Tijdens zijn verblijf daar wordt hij gebeten door een giftige slang. ▼ Lee Harvey Roswell: Footing the bill, 2006.
31
De wond aan zijn voet gaat zo’n ondraaglijke stank verspreiden, dat zijn bemanning niet langer voor hem zorgen wil en zonder hem vertrekt. Zoals dat gaat in het Griekse heldenepos zijn er dan allerlei versies van het verhaal, maar in alle gevallen loopt het goed af met Philoctetes. Hij kan zich, ondanks zijn verwonding, in leven houden dankzij de boog met giftige pijlen, die hij heeft geërfd van de sterke, slimme halfgod Herakles, zoon van Zeus. De vraag is natuurlijk: had er iemand achter moeten blijven om voor de gewonde te zorgen? Maar met één man minder zou de strijd misschien niet te winnen zijn geweest. Of was dat laatste alleen maar een excuus om niet met de afschuwelijke voetverwonding en de mogelijke gevolgen geconfronteerd te worden? Slechter liep het af met Oedipus, ook een Griekse koningszoon. Als zijn vader, koning Laios van Thebe, van het orakel hoort dat zijn zoon hem later zal vermoorden en ongeluk zal brengen over het nageslacht, brengt hij de baby naar de berg Kithairon en laat hem daar achter met doorboorde enkels en samengebonden voeten. Een herder vindt hem en noemt hem Oedipus: hij met de gezwollen voeten. Oedipus zal inderdaad later zijn vader vermoorden, incest plegen met zijn moeder en eindigen als een blinde man, omdat hij van schaamte zijn eigen ogen uitgestoken heeft. Het lot van deze Oedipus heeft talloze kunstenaars geïnspireerd: Ingres (zie vorige pagina) maakte een schilderij waarop Oedipus als volwassen man te zien is op zijn reis naar Thebe. Hij ontmoet daar de Sfinx, een gevleugeld monster met het bovenlijf van een vrouw en het achterlijf van een leeuw, waarmee hij in gesprek raakt.
32
De Sfinx geeft hem een raadsel op: Wat gaat ‘s morgens op vier voeten, ‘s middags op twee en ‘s avonds op drie, en is juist op drie en vier voeten het minst behendig? Tegen haar verwachting in vindt Oedipus de oplossing al snel. Het antwoord is: de mens. Die kruipt de morgen van zijn leven immers op handen en voeten. In de levensmiddag loopt hij op zijn twee voeten. En in de figuurlijke avond loopt hij met twee benen en een stok. De Sfinx is zo kwaad dat Oedipus het raadsel heeft opgelost,
dat zij zich in een afgrond laat vallen. De Sfinx is verslagen en Thebe verlost. Het schilderij van Lee Harvey Roswell (vorige pagina) volgt de voorstelling van het schilderij van Ingres, alleen is de linker voet van Oedipus veel groter dan de rechter. Het is een soort reuzenvoet geworden die onmiddellijk in het oog springt. Ook Francis Bacon nam het schilderij van Ingresals uitgangspunt. Alleen is op zijn schilderij nog een verwonding aan de linker voet zichtbaar. Een bloederig verband trekt alle aandacht. Picasso gebruikte ooit het Oedipus-motief in een tekening. Voor hem waren de doorboorde enkels een symbool dat gelijk stond aan de kruisiging van Jezus. Hij laat deze mythologische figuur verwijzen naar de religie.
Francis Bacon: Oedipus and the Sphinx after Ingres, 1983.
6. Een namaakvoetje offeren
Wie weet niet hoe vervelend een voetblessure kan zijn! Je hebt je gestoten, of een wond opgelopen door ergens in te trappen. Opeens ben je kreupel en dat is uitermate lastig. Gelukkig gaat zoiets meestal snel weer over. Veel vervelender wordt het wanneer een beschadiging van de voet blijvend is. Dat heeft ingrijpende gevolgen. Het gezegde: ‘Wie zijn neus schendt, schendt zijn aangezicht’ geldt in feite ook voor de voet, die onze basis is. De basis wankelt waardoor je niet goed meer uit de voeten kunt. Je voelt je een stumper, je aanzien slinkt, de wereld krimpt in. Een wond aan de voet ontkracht de sterkste man, zoals te zien is bij Oedipus en Philoctetes, of bij Achilles met zijn geblesseerde hiel. Kreupelheid is een gebrek dat in vroeger tijd beschouwd werd als een straf voor zonden, een soort oergebrek. Al in de Bijbel wordt de slang die Eva verleidt om de appel te stelen, veroordeeld tot een kruipend (etymologisch verwant aan kreupel) leven. Kreupel zijn wekte spotlust en schaamte op. Dat is goed te zien op de vele spotprenten van kreupelen uit de zeventiende eeuw.
En ook nu nog heeft men de neiging te lachen als iemand struikelt en schaam je je ervoor als het jezelf overkomt. Clowns gebruiken dat graag. In vooral middeleeuwse kunst zie je kreupelen met beschadigde voeten vrijwel uitsluitend afgebeeld als bedelaars en landlopers, of als zondaars die boete komen doen in de kerk. Vaak zijn dat leprozen of lijders aan Antoniusvuur en heeft de
afbeelding een moraliserende boodschap. Antoniusvuur, ook wel ergotisme of moederkorenvergiftiging geheten, kwam in die tijd veel voor. Het is een ziekte waarbij vaatkrampen optreden leidend tot gangreen van vingers en tenen zich uitbreidend aan handen en voeten, waardoor deze spontaan konden afvallen. Voeten en handen, afgestorven als gevolg van Antoniusvuur, worden soms getoond als offergaven. Ook nu nog kan het voorkomen dat men in een Portugees kapelletje een verzameling kunstvoeten ziet bungelen, votieven, om genezing te vragen voor voetaandoeningen, of te danken voor de genezing daarvan. Bungelende voetjes in een Portugese kapel.
33
In de Middeleeuwen waren die votiefbeelden heel gewoon. Ze komen vaak voor op afbeeldingen van de heilige Antonius, de beschermer tegen Antoniusvuur. Door een namaakvoetje te offeren zou men tegen die ziekten beschermd worden. Er zijn veel oorzaken voor een voetbeschadiging. Een ongeval ligt voor de hand, maar daarnaast zijn er ook meerdere ziekten die de voeVotiefschildje in ten kunnen aantasten. Dat de basiliek Agios kunnen ziekten zijn waardoor Nikolaos, Petra, de bloedvoorziening geLesbos, Griekenland. vaar loopt, maar vooral ook ziekten die gepaard gaan met gevoelsstoornissen, zoals diabetes mellitus, neuropathie of lepra. De voet wordt ook wel beschouwd als een tastorgaan, als een soort extra zintuig. Een Duits spreekwoord luidt: Ein guter Fusz ist ein gutes Auge. De gevoelsfunctie van de voet zorgt er voor een groot deel voor dat we niet struikelen bij een oneffenheid, dat we ons evenwicht kunnen bewaren. Soms zelfs in extreme omstandigheden, zoals bij koorddansers. Maar eveneens beschermt deze tastfunctie de voet. Naast uitwendige beschadigingen zijn er ook aandoeningen, bijvoorbeeld reumatische, die de voeten van binnen uit beschadigen en misvormen.
34
Reumatoide artritis komt over de hele wereld voor. De ziekte, een chronische ontsteking in de gewrichten, ontwikkelt zich geleidelijk met pijn, ochtendstijfheid, (meestal) symetrische zwelling van gewrichten en bewegingsbeperking. Soms is het in het begin moeilijk om de diagnose te stellen, dan duurt het enige tijd voordat met behulp van bloedonderzoek en beeldvormende technieken de diagnose zeker is en er begonnen kan worden met medicamenteuze therapie. De ernst van de ontstekingen wisselt met de tijd. De schade aan de gewrichten, waardoor de voeten deformaties gaan vertonen, hangt daar mee samen.
Zoals bij Dorothee. Aanvankelijk is ze heel terughoudend om iets over haar voetprobleem te vertellen, want zo zegt ze: mijn voeten zijn toch heel intiem! Maar dan komt het verhaal toch los. Dorothee is een rustige charmante vrouw van 53 jaar met duidelijk zichtbare tekenen van reumatoide artritis. Ze draagt al ruim 15 jaar orthopedisch schoeisel. Op haar achttiende kreeg Dorothee last van gewrichtspijnen. Eerst aan de handen, maar later breidde zich dat uit naar meerdere gewrichten, waaronder ook haar voeten. Toen ze twintig jaar was werd de diagnose gesteld. Het heeft haar niet weerhouden haar talenstudie, waar ze net mee begonnen was, voort te zetten en ook af te maken. Daarna werkte ze korte tijd als docente, maar dat werd toch wel erg zwaar toen ze ook een gezin kreeg. Ze heeft er toen voor gekozen volledig huisvrouw te zijn en voor man en kinderen te zorgen. Nu de kinderen min of meer volwassen zijn doet ze ook nog vrijwilligerswerk. Ze wordt medicamenteus behandeld. Ze weet goed hoe daarmee te leven en ook binnen het gezin is haar ziekte met al zijn beperkingen een geaccepteerd gegeven. Als ik teveel van mezelf verg moet ik dat bezuren, ik heb geleerd hoever ik kan gaan. Lopen is sinds het ontstaan van de ‘reuma’ niet echt makkelijk meer geweest en het was altijd tobben om geschikte schoenen te vinden. Schoenen kopen was een ramp. Ik had een kast vol schoenen, die als ik ze kocht lekker leken te zitten, maar eenmaal in gebruik
toch niet voldeden. Sinds ik orthopedisch schoeisel draag is dat probleem opgelost. Met haar huidig orthopedisch schoeisel is ze tevreden. Het loopcomfort is zoveel beter dat daardoor de cosmetiek op de tweede plaats komt. Het model en de kleur van de schoenen worden zorgvuldig uitgekozen zodat deze goed bij haar kleding passen. Ze zegt niet veel met haar eigen voeten te hebben, maar vertelt spontaan dat ze vaak nadenkt over de betekenis van de voet in oude verhalen. Bijvoorbeeld over de verbinding van de voet met moeder Aarde of over het bijbelse ritueel van de voetwassing en verzorging.
35
7. Wandelen over het levenspad
Wie tegenwoordig wel eens in een wellness centre komt kan daar genieten van het verkwikkende effect van een voetenbad. Er staan bakken om de voeten afwisselend in koud en warm water te dompelen, gecombineerd met onderwater-massage. Pure luxe, je hoeft alleen maar op een knop te drukken. In feite is de voetwassing een heel oud ritueel. In het bijbelboek Johannes wast Jezus vóór het Laatste Avondmaal de voeten van zijn discipelen. Een opmerkelijke daad omdat voetwassing gewoonlijk door slaven verricht werd. Op deze afbeelding is te zien hoe Jezus, nederig R. Payton Reid: Jesus washing the disciples’ feet. Engelse schoolplaat.
36
geknield, de voeten van één van zijn discipelen wast. Enkele andere discipelen kijken vanaf de achtergrond toe. Hij droogt de voeten zorgvuldig met een witte doek. Het verhaal van de voetwassing wordt in het evangelie van Johannes (13: 4-5) als volgt beschreven: Hij, Jezus, legde zijn bovenkleed af, sloeg een linnen doek om en goot water in een waskom. Hij begon de voeten van zijn leerlingen te wassen en droogde ze af met de doek die hij omgeslagen had. Joden waren gewend vóór de hoofdmaaltijd hun voeten te laten wassen. Men ging ongeschoeid aan tafel. In die tijd liep men voornamelijk op sandalen of op blote voeten. Het was warm, de wegen waren stoffig waardoor de voeten vuil en zweterig werden. Voetwassing of water daarvoor beschikbaar stellen werd dan ook gezien als een teken van gastvrijheid, zoals we lezen in de volgende bijbeltekst uit Genesis (18:4): Ik zal wat water voor u laten halen zodat u uw voeten kunt wassen, maak het u hier onder de boom intussen gemakkelijk. Direct bij aankomst van een gast werden diens voeten door een slaaf gewassen, maar bij een zeer voorname bezoeker deed de gastheer dat zelf. De voet werd behoedzaam ter hand genomen, gereinigd en daarna gezalfd of geolied. De sandalen bleven buiten en de gast kon naar binnen om aan tafel aan te zitten of te liggen, geheel verfrist door het wassen van alleen de voeten. Op het hiernaast afgebeelde schilderij van Stanley Spencer is het Laatste Avondmaal afgebeeld. Er staat een U-vormige tafel met Jezus in het midden aan het hoofddeel. De twaalf discipelen zitten eromheen. Opvallend zijn de uitgestrekte benen van de discipelen met het accent op alle ‘gewassen’ voeten, die als middelpunt één geheel lijken te vormen en zo hun saamhorigheid weergeven.
In de Bijbel heeft de voetwassing naast het gebaar van gastvrijheid nog een diepere betekenis. Het betekent elkaar willen dienen, de minste willen zijn, bukken, zoals Jezus voordeed. Maar het staat ook symbool voor ‘reiniging van de zonden’. Wandelen over het levenspad, zo dacht men, bezoedelt de voeten door alles wat je om je heen ziet en hoort. Water wordt gezien als het woord van God dat deze bezoedeling, de zonden, wegwast. Het ritueel van de voetwassing zie je veelvuldig afgebeeld, vooral in de periode dat bijbelverhalen een belangrijke inspiratiebron vormden voor beeldend kunstenaars, maar ook in de modernere kunst komt het terug. Behalve een ritueel was voetwassing ook één van de belangrijkste onderdelen van lichaamsverzorging. Stanley Spencer: Het laatste avondmaal, 1920.
37
Visjes eten voeten schoon Voetverzorging heeft in oosterse culturen altijd aandacht gehad en was vooral een sociaal gebeuren, veel meer dan in onze westerse landen. Toch heeft ook hier de voetzorg nog altijd zijn plaats. Dit schilderij uit het Impressionisme is een zogenaamd genrestuk. Het laat iets uit het leven van alle dag zien, in dit geval de behandeling van een jong meisje door een pedicure. Het meisje ziet er wat ziekelijk uit; of ze dat ook werkelijk is, is niet bekend. Ze zit lijdzaam achterover leunend op een bank. Haar voet ligt op een stoel waarover een laken, en de pedicure, een oudere man, buigt zich over haar tenen. Naast de stoel staat een teiltje waarin haar voeten waarschijnlijk gewassen zijn. Men denkt dat hier de negenjarige dochter van Degas’ schoonzuster Estelle is afgebeeld. Deze Estelle was nagenoeg blind en daardoor niet in staat de nagels van haar eigen dochter te knippen. Edgar Degas: De Pedicure, 1873.
38
Aandacht voor de voeten is vooral in bepaalde kringen belangrijk. Men verzorgt de voeten zelf of gaat naar een pedicure om eelt te laten verwijderen, de nagels te laten knippen of te versieren en de voeten te verzorgen. Tegenwoordig is ook het ondergaan van een voetmassage populair geworden en zijn er zelfs trendy salons waar men het eelt van de voeten kan laten verwijderen door visjes die ze schoon eten. Dat laatste komt wel enigszins decadent over. Toch is in veel gevallen, zeker bij ouderen die het zelf niet meer kunnen en bij mensen met voetkwalen, de normale voetverzorging niet louter luxe maar een behandeling die onder de paramedische zorg valt. Ook is er veel aandacht voor preventieve voetzorg bij mensen die risico lopen de voeten te beschadigen, met name bij diabetici. In het verleden was dat wel anders. Dan liet men pas wat aan de voeten doen wanneer men er haast niet meer op kon lopen. Op het schilderij van Pieter Jansz. Quast hiernaast, is een chirurgijn vol aandacht bezig de voet van een man te behandelen. De man lijdt zo te zien geen hevige pijn, maar hij kijkt ook niet echt vrolijk. Voetbehandeling bestond in die tijd meestal uit kleine chirurgische ingrepen verricht door chirurgijns of barbieren. Scheren en opereren gebeurde vaak in dezelfde ruimte en ook wel op de markt of de kermis onder het oog van Jan en alleman. Het ging er vrij hardhandig aan toe, wat het des te aantrekkelijker maakte voor het publiek. De vele afbeeldingen die hiervan gemaakt zijn getuigen ervan dat het waarschijnlijk een vrij populair gebeuren is geweest.
► Pieter Jansz. Quast: De Voetoperatie, 1630, detail.
39
8. De voetstap is de weg
Een lange rij mensen of beter gezegd benen beweegt zich in dezelfde richting voorwaarts. In het brons zijn de spieren van de onderbenen en voeten duidelijk te zien. Als je er lang naar kijkt lijkt het of de benen echt bewegen. En behalve deze lange rij voeten zien we ook nog de voetafdrukken in de bronzen bodem. Deze sculptuur van de hedendaagse beeldhouwer Novello Finotti beeldt de gaande mens uit. De voortschrijdende mens, zoals die ook zo mooi weergegeven is door Giacometti is hier als het ware vermenigvuldigd. Onze benen en voeten zorgen ervoor dat we letterlijk en figuurlijk in beweging kunnen blijven: op weg naar een doel of juist vluchtend voor gevaar, of zomaar wandelend voor ons plezier. Een ingewikkeld systeem van spieren, pezen en zenuwen is nodig om te doen wat de hersenen ons op▼ Novello Finotti: Anatomico che cammina, 1968/1969; ► Rechts twee details.
40
dragen. Soms zijn we ons daarvan bewust, maar andere keren lopen of rennen we, als dat nodig is, zonder dat we er over nagedacht hebben, als in een reflexmatige handeling. Voetsporen hebben mensen altijd geïntrigeerd, maar in verschillende culturen en religies is de betekenis ervan vaak heel verschillend en soms zelfs tegengesteld geïnterpreteerd. In de westerse cultuur heeft de uitdrukking ‘in iemands voetsporen treden’ een positieve connotatie, het geeft een gevoel van zekerheid, het navolgen van een voorbeeld. In India treedt men echter niet graag in de voetsporen van een kasteloze of onaanraakbare omdat dat ongeluk brengt en er wordt zelfs beschreven dat kastelozen met een bezem achteruit lopend hun eigen voetsporen moesten wissen om ongeluk voor anderen te voorkomen. Over de hele wereld zijn voetafdrukken te vinden die toegeschreven worden aan Goden en Heiligen.
41
◄ Buddhapada (voeten van Buddha) uit de tempel van Amaravati, 1e eeuw v.C. ▼ Guus Hellegers: Verwachting, 1972/1995, bronzen gietpenning, Ø 170 mm.
De voetafdruk van Boeddha, de Buddhapada, is een relikwie dat jaarlijks door talloze mensen bezocht wordt en evenzo geldt dat voor de voetafdruk van Mohammed. Het contact van de voet met de aarde heeft verschillende betekenissen. In het Boeddhisme staat dit contact voor energie en vruchtbaarheid. De Nederlandse kunstenaar Guus Hellegers nam de voetafdrukken van een zwangere vrouw als onderwerp voor een bronzen penning. Aan de ene kant van de penning zien we de dikke buik van de vrouw met daaromheen gevouwen haar armen, aan de keerzijde van de penning staan de voeten stevig op de grond gedrukt. Je kijkt er als het ware van onder tegenaan, ze bieden veiligheid aan het ongeboren kind. Tot aan de dag van vandaag kan het ‘te voet’ gaan een vorm van nederigheid zijn zoals bijvoorbeeld in de pelgrimages naar Santiago de Compostella, die nog steeds afgelegd worden met als doel bezinning. Waar de benen in de sculptuur van Finotti naar toe gaan, naar een positief doel, op de vlucht, of in de rij om gezamenlijk ergens naar toe te gaan, wordt aan de fantasie van de kijker overgelaten.
42
Of misschien is het zoals de Spaanse dichter Antonio Machado in het motto van dit boek zegt: je voetstappen zijn de weg, niets anders.
9. Vier generaties voetsporen
George In der Maur, één van de drie eigenaren van In der Maur Orthopedische Schoentechniek, is zo iemand die in de voetsporen van zijn voorouders is getreden. En niet zomaar even. Al sinds vier generaties wordt het spoor van schoenmakers in deze familie voortgezet. Wij spreken met hem. In 1898 vestigde de eerste George, mijn overgrootvader, een bedrijf voor luxe maatschoenen in het hart van Utrecht. Het was een chique bedrijf waar welgestelden maatschoenen naar hun keuze konden laten maken. Dat ging in die tijd zo. Naast de eigenaar werkte er in het bedrijf nog één gezel. In de zaak werd hij opgevolgd door zijn zoon George, de grootvader van deze George, en daarna door diens tweede zoon Hans, de vader van George. Hans` oudste broer heette weliswaar George maar voelde er niets voor in het familiebedrijf te gaan werken. In de tweede wereldoorlog bleef het bedrijf met moeite staande. Het was behelpen en om aan materiaal te komen moest er vaak geruild worden. Vlak na de oorlog, zo vertelt George, werd mijn grootvader benaderd door een orthopedisch chirurg in Utrecht met de vraag of hij niet zou willen proberen voor een patiënt met een sterk misvormde voet schoenen te maken. Een operatie durfde hij niet meer aan. Waarom niet, dacht grootvader George. Zo kreeg het bedrijf er onverwacht een nieuwe uitdaging bij: techniek in de revalidatie. Het was in een tijd dat er via de Sociale Verzekeringsbank veel aandacht was voor het weer mobiel en arbeidsgeschikt maken van invaliden door onder andere het verstrekken van kunst- en hulpmiddelen, zoals prothesen, beugels en orthopedische schoenen. De eerste revalidatiecentra in die regio: het Militair Centrum Aerdenburg, het Gooisch Kinderziekenhuis (later de Trappenberg) en de Hoogstraat, begonnen een gecombineerd spreek-
uur van artsen, eerst orthopeden en later ook revalidatieartsen, samen met een maatschoenmaker. Mijn vader Hans vertelde dat op zo’n spreekuur bijvoorbeeld tien patiënten tegelijk werden opgeroepen om gezien en besproken te worden. Vervolgens ging de arts weg en moest Hans één voor één de mensen gaan gipsen om de maat te nemen. Dat betekende dat patiënten soms wel tot half acht ‘s avonds zaten te wachten tot ze aan de beurt waren. Wie zou dat nu zijn klanten nog kunnen aandoen? Door zulke gezamenlijke spreekuren op poliklinieken in ziekenhuizen en later ook instellingen voor lichamelijk en/of geestelijk gehandicapten als Bartiméus, Eemeroord, Nieuwenoord, Dennendal, kwam er steeds meer werk en moest het bedrijf zich uitbreiden. Van de schoenmakers werd ook veel gevergd. Behalve natuurlijk goede technische vaardigheden, werd ook meer en meer aandacht besteed aan de sociale en de contactuele kant.
43
Aan vragen als: Hoe is het voor patiënten (klanten) om orthopedische schoenen te moeten dragen? Hoe is de acceptatie van hun handicap en willen ze daarvoor wel hulpmiddelen gebruiken? Luisteren naar de verhalen en mensenkennis zijn een belangrijke voorwaarde voor het vak geworden Ook in de opleiding is daar nu aandacht voor. Mijn compagnon, Johan van Vulpen, en ikzelf zien elk vier dagdelen per week klanten. Onze voeling met het bedrijf, de klanten en de voorschrijvers blijft daardoor optimaal. Maar daarnaast is er ook tijd nodig voor opleiding, innovatie, PR en andere managementzaken. Nog steeds blijft een groot deel van het schoenmaken handwerk, maar de automatisering van diverse processen komt dichterbij. Via het scannen van de leesten worden tegenwoordig de grondpatronen gemaakt en tijdens het aanmeten wordt gebruik gemaakt van iPads om zo de papieren dossiers te vervangen. Voor onze nieuwe jonge generatie medewerkers is dit natuurlijk een eigentijdse en aantrekkelijke ontwikkeling. In het bedrijf werken nu vijftig personeelsleden. Sommigen zijn al meer dan veertig jaar in dienst. Er wordt naar gestreefd om het hele proces in
44
eigen hand te houden en niet zoals dat elders al gebeurt, onderdelen van de schoen goedkoper door arbeidskrachten in het buitenland te laten maken. Na honderd jaar in de Utrechtse binnenstad gevestigd te zijn geweest is het bedrijf in 2001 verplaatst naar een modern bedrijfspand in Groenekan. Tien jaar daarna is in het naastgelegen pand een winkel geopend voor comfortschoeisel. Mijn overgrootvader zou zijn ogen niet geloven als hij zag hoe zijn bedrijf zich ontwikkeld heeft. Zijn inzet en gedrevenheid voor het vak zijn van de ene naar de andere generatie in een continu spoor doorgegeven, evenals het besef dat het maken van maatschoenen niet alleen kunde, maar ook een heel speciale kunst is.
▲ Dit reclameschildje, gemaakt door de grootvader van George In der Maur, hing destijds in de Utrechtse stadsbus. ▼ Leesten voor orthopedische schoenen in de werkplaats van In der Maur,
10. Blozende voeten
De man op het omslag van dit boek kijkt verlegen naar zijn voeten. Let maar niet op mij, lijkt hij te zeggen en zijn voeten blozen. Wat een vreemde voeten…. Dat is een interpretatie die je zou kunnen geven aan dit beeld. We zagen het staan op de mooie overzichtstentoonstelling van beelden van Henk Visch begin 2012 in de Kunsthal KAdE in Amersfoort. Zijn werk maakt indruk door de eenvoud en dynamiek die er uit spreekt. Deze man viel ons meteen op, en een van ons tweeën, waarschijnlijk Joke, zei: Zie je die man met de blozende voeten? Toen wij later toestemming vroegen aan Henk Henk Visch: The artist asleep, 2011, detail; zie ook het omslag.
Visch om een afbeelding van dit werk te mogen gebruiken, stemde hij onmiddellijk in, maar hij had geen enkel beeld met de titel ‘blozende voeten’. Onbewust hadden wij die titel bedacht en vergeten te kijken welke titel de kunstenaar zelf gegeven had. Dat is misschien ook wel het mooie van kijken naar kunst: een eigen interpretatie mogen geven, de eigen fantasie laten werken. Dat geldt ook voor de andere afbeeldingen die we in dit boek gebruikten. Wij zijn op een andere manier naar voeten gaan kijken, en niet alleen naar de voeten op zich, maar vooral ook naar de voeten als onderdeel van het menselijk lichaam en naar de verhalen die ze vertellen.
45
GERAADPLEEGDE LITERATUUR
Machado, Antonio: Proverbios y Cantares XXIX, Campos de Castilla, 1912 Dahl, Roald: De GVR, vertaald uit het Engels, de Fontein, Utrecht, 2004 Verhoeven, Cornelis: Symboliek van de voet, Damon, Best, 1998; oorspronkelijk verschenen als proefschrift K.U.N. 1956 Nabokov, Vladimir: Lolita, vertaald uit het Engels, de Bezige Bij, Amsterdam, 2006 Ko, Dorothy: Cinderella’s sisters. A revisionist history of footbinding, University of California Press, Berkeley, Los Angeles and London, 2005 Spence, Jonathan: De eeuw van China, vertaald uit het Engels, Anthos, Amsterdam, 1996 Jackson, Beverley: Splendid slippers, A thousand years of an erotic tradition, Ten Speed Press, Berkeley, California, 1997 Suyin Han: China, Autobiography, Book 1, 2, 3, Triad/Panther, London, 1982 Flaubert, Gustave: Madame Bovary, vertaald uit het Frans, Veen, Amsterdam/Antwerpen, 1993 Ramdas, Anil: Altijd problemen met de schoen in India, NRC 19 April 2001
46
GEBRUIKTE AFBEELDINGEN
Op volgorde van voorkomen: Henk Visch: The artist asleep, 2011, h.220
Peter Paul Rubens: L’enlèvement de Ganymède, 1612, olieverf op doek, 204x206, Musée des beaux-arts de Bordeaux
Alberto Giacometti: L`homme qui marche sous la pluie, 1948, brons, h 47, Fondation Beyeler, Riehen, Basel
Salvador Dali: Soft construction with boiled beans, 1936, olieverf op doek, 99,9x100, Gala-Salvador Foundation
René Magritte: Le modèle rouge III, 1937, olieverf op doek, 136x183, in Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam
Harrie van Dongen: foto van de voeten van Elma, 2013
Theo Danes: De GVR van Roald Dahl, Muurschildering, 2009, in het Bewegingslaboratorium van de Afd. Revalidatie van het VUmc, Amsterdam Sciapode, tekening van onbekende artist Caravaggio: Madonna dei Palafrenieri, 1605/1606, olieverf op doek, 292x211, Galleria Borghese, Rome Tineke Thielemans: Mens Wereld, 2005, 55cm, in het Orgelpark, Amsterdam Harrie van Dongen: foto van de voeten van Rob, 2013 Pablo Picasso: Woman dressing her hair, 1940, olieverf op doek, 130x97, Collection Mrs. Bertram Smith, New York Pablo Picasso: Boy leading a horse, 1905-1906, olieverf op doek, 221x130, William S. Paley Collection, New York Pablo Picasso: Mother and son, detail, 1906, pen and ink, 29,4x49,5, Galerie Louise Leiris, Parijs
Egyptische grafstèle ca. 1500-1100 BC, kalksteen 48x30, Ny Carlsberg Glyptotek, Kopenhagen Jacob De Gheyn II: Spaanse Strijdhengst, 1603, olieverf op doek, 228x269, Rijksmuseum, Amsterdam Deen van Meer: fotograaf ©: balletvoet, Studio In Beeld, Amsterdam Henri Matisse: Studie van een voet, 1909/1910, brons Marc Chagall: De drie acrobaten, 1926, olieverf op doek, privécollectie Pieter Aertsen: De genezing van de lamme van Bethesda, 1575, olieverf op paneel, in Rijksmuseum, Amsterdam Twee chinese vrouwen, illustratie uit: De Eeuw van China, Jonathan Spence en Anping Chin, Anthos Lannoo, Amsterdam,1996 Chinese vrouwenschoen, illustratie uit: Splendid slippers, a thousand years of an erotic tradition, 1997 47
Chinese vrouwenvoet, illustratie uit: De Eeuw van China, Jonathan Spence en Anping Chin, Anthos Lannoo, Amsterdam, 1996 Monsù Lucens: San Pietro risana lo storpia (Petrus geneest de kreupele) eerste helft 17e eeuw, olieverf op doek 320x250, in Palazzo Barberini, Rome Jusepe de Ribera: Jongen met horrelvoet, 1642, olieverf op doek, 164x93, in Musée du Louvre, Parijs J.G. Drouais: Philoctetes, 1786-1788, olieverf op doek, 233x173.5, in Musée des beaux-arts, Chartres J.A.D. Ingres: Œdipe explique l’énigme du Sphinx, 1808, olieverf op doek, 189x144, in Musée du Louvre, Parijs Francis Bacon: Oedipus and the Sphinx after Ingres, 1983, oil on canvas, 198x147, Museo Berardo, Lissabon Lee Harvey Roswell: Footing the bill, 2006, oil on canvas 20x24’’, The Rodriguez/Sesoko Collection, Long Beach, CA Foto van bungelende beentjes in kapel in Faro, Portugal Foto van votiefschildje in de basiliek Agios Nikolaos, Petra, Lesbos, Griekenland Harrie van Dongen: foto van de voeten van Dorothee, 2013 R. Payton Reid: Jesus washing the disciples’ feet, Engelse schoolplaat Stanley Spencer: Het laatste avondmaal, 1920, olieverf op doek, 91x122, in Stanley Spencer Gallery, Cookham, England Edgar Degas: De Pedicure, 1873, olieverf op papier, 61x46, Musée d’Orsay, Parijs 48
Pieter Jansz. Quast: De Voetoperatie, 1630, olieverf op paneel, 30x41, Rijksmuseum, Amsterdam Novello Finotti: Anatomico che cammina, 1968/1969, brons, 148x1200x60, in Beeldengalerij Het Depot, Wageningen Buddhapada (voeten van Buddha) uit de tempel van Amaravati, 1eeeuw v.C., in The British Museum, Londen Guus Hellegers: Verwachting, 1972/1995, bronzen gietpenning, Ø 170 mm Toon Niël: foto van George In der Maur, 2013 George In der Maur Sr.: Schildje dat hing als reclame in de Utrechtse stadsbus Toon Niël: Leesten voor orthopedische schoenen, foto gemaakt in de werkplaats van In der Maur, 2013 Bij de samenstelling van deze uitgave hebben de auteurs zorgvuldig gezocht naar de rechthebbenden van de afbeeldingen. Mochten er niettemin onduidelijkheden zijn hierover, dan kunt u zich tot hen wenden.
49
DANKWOORD/COLOFON
Wij willen enkele mensen in het bijzonder bedanken: -- George In der Maur voor het vertrouwen en voor de vrijheid die hij ons gaf gedurende het hele project, ook toen het door Joke’s ziekte moeilijk was om te voorspellen hoe het werken aan dit boek verder zou gaan, -- Toon Niël en Maaike Kroesbergen voor hun solidariteit en hun professionaliteit, -- onze partners Hein en Hans, voor hun enthousiaste aanmoediging en Hans voor het maken van foto’s in de door ons bezochte musea, -- Pauline Beran, die ons attent maakte op de Beeldengalerij Het Depot in Wageningen en die het gedicht van Machado uit het Spaans vertaalde.
Projectbegeleiding en tekstadvies: Maaike Kroesbergen, Boek & Bite, Amsterdam Vormgeving: Toon Niël, Niël-vormgeving Amsterdam Druk: DR&DV mediaservices Amsterdam Opdrachtgever: George In der Maur, orthopedische schoentechniek Groenekan
50
51
Vreemde voeten zijn overal te vinden: in de werkelijkheid, in verhalen, in beeldende kunst. De auteurs geven hier voorbeelden van, soms voor de hand liggende, soms onverwachte. Zij gebruiken daarbij hun medische ervaring en ook hun fascinatie voor de zeggingskracht van schilder- en beeldhouwkunst. De lezer zal zelf met andere ogen gaan kijken naar voeten als onderdeel van het menselijk lichaam. En ongetwijfeld komt hij of zij nog veel meer vreemde voeten tegen. Die allemaal een verhaal te vertellen hebben.