VRAGENUUR VAN 17 februari 2009

STAD AALST BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Verwerking: dienst Algemene Administratie

VRAGENUUR VAN 17 februari 2009 Voorzitterschap: Christoph D’Haese Aanvang: 19.05 uur Einde: 19.45 uur

1.

Hoe kan een Pakistaan zonder papieren huwen in Aalst? (296507)

2.

Herinrichting en heraanleg Moorsel-Dorp. (296494)

3.

Aankoop groene stroom door de stad. (296673)

4.

Meetpunt fijn stof in Aalst. (296674)

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN 1.

Hoe kan een Pakistaan zonder papieren huwen in Aalst? (296507) Vraag raadslid Raymond De Wolf (VLAAMS BELANG). Via de pers vernamen we dat een Pakistaan van 31 jaar via Antwerpen in 2003 ons land binnenkwam en zich in Molenbeek vestigde. Betrokkene vroeg politiek asiel aan, wat hem geweigerd werd. In 2006 maakte hij in een Aalsters ziekenhuis kennis met een dame die 27 jaar ouder was. Op 28 mei 2008 trad de betrokkene in het huwelijk met de dame. Op 27 juni 2008 deed hij een aanvraag tot verblijf op grond van art. 40 van de Vreemdelingenwet. Ik lees verder: "Schepen Verdoodt was niet bereikbaar voor commentaar." Kan de schepen hier toelichting geven? Op welke manier gebeuren de controles op schijnhuwelijken in onze stad? Hoeveel controles werden de voorbije jaren uitgevoerd? Tot welke resultaten leidden deze controles?

Mevrouw Anne-Marie Verdoodt, schepen: U moet begrijpen dat op liefde nu eenmaal geen leeftijd en geen grenzen staat. Ik zou u willen zeggen dat het over een persoon gaat en ik kan hier moeilijk iemand zijn persoonlijk dossier uit de doeken te doen. Ik kan u natuurlijk wel uitleggen hoe een vreemdelingenhuwelijk verloopt bij ons en ook in andere steden. Een huwelijk van een vreemdeling gebeurt ingevolge artikel 64 van het burgerlijk wetboek en dat artikel geeft aan welke documenten alle aanstaande echtgenoten aan de ambtenaar van de burgerlijke stand dienen voor te leggen. Dat zijn 11 documenten, namelijk een afschrift uit de geboorteakte, een afschrift uit de geboorteakte met aanduiding van de afstamming, een getuigschrift van woonst, een bewijs van identiteit, een afschrift van een overlijdensakte van de vorige echtgenoot of echtgenote, of een afschrift van de overschrijvingsakte van de echtscheiding, een eigengeschreven bewijs van instemming huwelijksaangifte door de afwezige partner, een bewijs van ongehuwdheid dient u ook voor te leggen, een gewoonterechtattest + eventueel een attest huwelijksafkondiging of attest huwelijksbekwaamheid, een attest van naamrecht bij huwelijk, een bewijs van nationaliteit, en een attest waaruit blijkt dat geen van beide partners gebonden zijn dus ook geen samenwoning heeft met iemand anders. Over het bewijs van de identiteit zegt de wetgever. Ik wens de aandacht er op te vestigen dat bij gebrek aan identiteitskaart of paspoort ook een ander document dat de identiteit bewijst, kan worden aanvaard zoals een rijbewijs, een laisser passer met foto (hier bestaat geen Nederlands woord voor de wetgever stelt dit zo). Terwijl dit redelijkerwijs niet kan worden geëist zal het voorgelegde identiteitsbewijs evenwel in principe steeds een foto bevatten. Als u geen paspoort heeft, kan je andere bewijzen geven met een foto op. Nu moeten wij er wel op wijzen dat alle documenten die afgeleverd worden in een vreemd land moeten gelegaliseerd worden overeenkomstig de toepassing in dat land en dat gebeurt meestal op het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Vervolgens moet ook het document gelegaliseerd worden door de ambassade of het consulaat van België door middel van een sticker waarop 16 cijfers staan. Een document in een vreemde taal opgesteld, dient in het Nederlands vertaald te worden door een beëdigd vertaler, en consulaire attesten moeten nog steeds gelegaliseerd worden door de Federale Overheden. U maakt natuurlijk allusie op het feit dat die persoon wel in België verblijft, maar men kan

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN huwen zonder een paspoort met een gewoon attest van identiteit terwijl men niet in België kan verblijven zonder paspoort, daar zit het verschil. Hoe voeren wij de controles uit voor die schijnhuwelijken. De partijen komen eerst natuurlijk inlichtingen inwinnen voor een eventueel huwelijk en dat wordt dan door ons doorgegeven aan de dienst Vreemdelingenzaken die ons informeert over die vreemdeling. Die geeft de volledige historiek. Indien zij vinden dat het onrustwekkende gegevens bevat wordt dit aan ons overgemaakt en wordt dat huwelijk als verdacht beschouwd. Als wij dan denken dat het een schijnhuwelijk is of als er ons zaken verdacht lijken dan gaan wij dat huwelijk met twee maanden uitstellen en hier in Aalst gebeurt dat dus automatisch. Elk huwelijk met een vreemdeling wordt aan een onderzoek onderworpen en wordt overgemaakt aan de Procureur die ons dan het advies geeft of het een schijnhuwelijk is of niet. Als de Procureur denkt dat er een schijnhuwelijk is, wordt dat ook aan ons overgemaakt en gaan wij dat huwelijk weigeren. Ook wordt er in Aalst een onderzoek gevraagd door de politie die gaat checken binnen die twee maanden of die personen wel degelijk samenwonen of niet. Wij hebben 45 dossiers samengesteld en van die 43 werden er 15 volledig onderzocht omdat wij dachten dat het eventueel een schijnhuwelijk zou kunnen zijn en daarvan zijn er 4 geweigerd geweest, dus in feite van de 43 huwelijken zijn er 39 voltrokken. De heer Raymond de Wolf, gemeenteraadslid: De afkomst van die man interesseert mij hoegenaamd niet. Het gaat er hem over dat volgens berichten in de pers de man zegt: “Ik moest alleen mijn geboorteakte tonen”. U zegt dat er 11 documenten nodig zijn voor identificatie. Als je enkel een geboorteakte geeft hoe kan je dan weten dat hij in Pakistan niet gehuwd is? Mevrouw Anne-Marie Verdoodt, schepen: Die persoon heeft al die documenten moeten inleveren zoals de wet dat voorschrijft. Wat in de krant staat is niet altijd de waarheid. Volgens mij is hij wel gehuwd om hier te kunnen blijven maar dat is een andere zaak. Het dossier is nog steeds lopende.

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN 2.

Herinrichting en heraanleg Moorsel-Dorp. (296494) Vraag raadslid Vera Van der Borght (Open VLD). De heraanleg van de N411, de Moorselbaan, is een werk van lange adem aan het worden. Er is een eerste fase van de heraanleg voltooid, meerbepaald het traject aan het OLV-ziekenhuis. In een tweede fase zou het deel tussen de Guido Gezellestraat en de Beekstraat aangepakt worden, gevolgd door een derde fase met als eindpunt meteen ook de vernieuwing van de dorpskern van Moorsel. Ik denk dat niemand hier zal betwisten dat de vernieuwing van het dorpscentrum van Moorsel al lang over tijd is en dat de toestand van het wegdek van de Moorselbaan in erbarmelijke staat is. Al jarenlang wordt nu verteld dat de Moorselbaan zal heraangelegd zijn tegen eerst 2009, vervolgens 2010. Nu lees ik echter in het laatste meerjarenprogramma Wegen en Verkeer van het Vlaamse Gewest dat voor de Moorselbaan pas in 2011 investeringen gepland staan voor de doortocht Aalst en Moorsel. Met andere woorden opnieuw een jaar uitstel voor de tweede fase. Dit wordt trouwens bevestigd door hetgeen ik lees in de agenda van het CBS van 26 januari laatstleden. Daar staat letterlijk in dat Wegen en Verkeer geen middelen zullen voorzien voor de tweede fase vóór 2011, en niet vóór 2013 voor de derde fase, waardoor dus ook de heraanleg van Moorsel-dorp terug op de lange baan geschoven wordt! Er wordt dus geen prioriteit geschonken aan dit dossier en bijgevolg zal de geplande heraanleg van de Moorselbaan inclusief de dorpskern nog vier jaar op zich laten wachten. Het moment is volgens mij gekomen om zelf het heft in handen te nemen en niet langer te wachten op de Vlaamse middelen. Concreet vraag ik de schepen van Openbare Werken of zij bereid is middelen te voorzien om de herinrichting en heraanleg van Moorsel-dorp zo snel mogelijk te realiseren en niet langer te wachten op het Vlaams Gewest? Mevrouw Ann Van de Steen, schepen: Voor alle leden van het college en vooral voor mij en de de schepen van Mobiliteit is dit een van onze grote bezorgdheden. Wij waren toch wel verbijsterd toen wij in de begroting van op Vlaams niveau lazen dat die herinrichting voor de verdere heraanleg naar Moorsel Dorp toe, uit die begroting is gehaald. Ik kan u ook al melden dat wij maandag jongstleden een brief gestuurd hebben naar het kabinet van minister Crevits om ons ongenoegen te uiten. Zoals u inderdaad ook zegt is er daar heel wat werk gedaan aan het ziekenhuis, waar niet alleen het Vlaams Gewest veel geld ingepompt heeft maar ook de stad Aalst, want wij moeten voor een aantal zaken ook zelf instaan. Wij en onze diensten van Openbare Werken hebben vastgesteld dat de toestand van de wegen in zeer slechte staat is en ik kan voor een stuk begrijpen dat het Vlaams Gewest stelt om dat hier in maart asfalteren. U weet dat ik heel gevoelig ben als het over asfalt gaat, ik zie dat niet graag. Het is toch wel absurd. Dit gaat over bijna 500 000,- EUR, zelfs al is het geld van de Vlaamse Gemeenschap. De stad Aalst behoort ook tot die Vlaamse Gemeenschap. Het gaat toch niet op dat men uiteindelijk zomaar geld zou gaan verspillen. Ik zal even iets meer vertellen over de inhoud van die brief. Wij weten dat voor de asfalteringen op de N411 in Aalst Moorsel er een aanbesteding zal zijn. Wij zijn trouwens ook reeds naar de verschillende kabinetten geweest om te zeggen dat dit niet mogelijk is. Men is ook daar bezig met het nodige onderzoek. Het vak Aalst-Moorsel is op de N411 een van de meest versleten Vlaamse gewestwegen. De eerste fase van de renovatie ter hoogte van het Onze-LieveVrouwziekenhuis is vorig jaar uitgevoerd door een combinatie van Wegen en Verkeer

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN en de stad. Het was de bedoeling de tweede fase dit jaar te realiseren en de derde fase tot Moorsel Dorp in 2010 uit te voeren. Maar niet enkel de zeer slechte kwaliteit van de rijweg maar ook de onveilige toestand van de betonnen fietspaden zijn een zeer groot probleem en dat verontrust mij nog meer. Zowel de tweede als de derde fase van de renovatie van de 411 bestaat uit een deel waarvan de stad de Regie heeft en de onteigening beheert. Ik denk dat dit door collega Stylemans kan bevestigd worden. Wat de onteigeningen betreft voor de stad verloopt alles volledig volgens schema. En er is dan ook een deel onteigeningen waarvan Wegen en Verkeer de regie heeft en de onteigeningen beheert. De stad is midden dit jaar klaar met haar inningen voor de tweede fase en voorzag dan ook de kredieten voor het stadsaandeel in de begroting van 2009. Nu, tot onze grote ontstentenis gaat Wegen en Verkeer nog dit jaar peperdure frees- en overlagingswerken voorzien op het renoverend wegvak. Dat zal tot gevolg hebben dat alles serieus wordt opgeschoven en dat is uiteindelijk een situatie die onhoudbaar is omdat je enerzijds zit met die zeer slechte wegtoestand maar anderzijds zal je daar uiteindelijk voor een periode van 2 jaar 500 000,- EUR te grabbel gooien. Dat vind ik dus totaal niet aanvaardbaar. Wij vragen aan mevrouw Crevits om die herstellingswerken niet te doen en hoogdringend werk te maken van de onteigeningen en vooralsnog rekening te houden met de verzuchtingen van de stad. Ik kan u ook wel zeggen als men vanuit het kabinet zegt dat men geen geld heeft dan zal de stad dit toch wel bij begrotingswijziging doen, normaal hadden wij dit voorzien in 2011. Het is jammer dat men dan de logica niet gaat volgen. Het Dorpsplein in Moorsel is ook in erbarmelijke staat met veel parkeerplaatsen, maar het is kris kras door elkaar. Mevrouw Vera Van der Borght, gemeenteraadslid: Ik dank u voor u zeer welgekomen antwoord. Het zijn eigenlijk twee dossiers: enerzijds Moorsel-Dorp en anderzijds de heraanleg van de Moorselbaan. Ik ben blij dat er een schrijven van de stad vertrokken is naar de Minister. Ik wil positief blijven en ik hoop dat men daar inderdaad de beslissing die men genomen heeft herneemt. Maar ik wil toch met aandrang vragen dat u uw belofte die u nu hier aangeeft zal houden. Ik ben op mijn hoede als ik zie met welk gemak men telkenmale binnen die meerjarenplanning de bedragen gewoon verschuift. Het staat nu geprogrammeerd in 2013. U weet allemaal dat binnen x aantal maanden er verkiezingen komen, nieuwe Regering, nieuwe ministers, die misschien andere prioriteiten hebben. Ik betreur met u even sterk de situatie van de Moorselbaan die heel dramatisch is. Voor de mensen die nog graag opzoekingswerk zouden doen, wil ik toch even verwijzen naar een krantenartikel dat ik bij mijn documentatie vond: een krantenartikel van het Laatste Nieuws van 24 maart 2006 heraanleg Moorselbaan, inzet van kiesstrijd. Ik raad iedereen aan om dit nog eens grondig te lezen. Mevrouw Ann Van de Steen, schepen: Ik heb het in ieder geval zeer grondig gelezen. Bij begrotingswijziging Moorsel-Dorp zal het er op staan. Ik zal het verschuiven maar dan niet naar de toekomst toe maar naar het heden.

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN 3.

Aankoop groene stroom door de stad. (296673) Vraag raadslid Karine Kindermans (GROEN!). Naar aanleiding van uw persbericht in verband met de aankoop blijft de groene fractie nog met een aantal vragen zitten. Waar U in de ene zin Greenpeace correct citeert in verband met de verbranding van biomassa, gaat u er vervolgens recht tegenin want de beoogde overeenkomst met Electrabel wordt door Greenpeace niet als groene stroom erkend. Gezien de korte tijd die ons nog rest voor het huidige contract afloopt, kan er inderdaad geen openbare aanbesteding meer uitgeschreven worden. Een gemiste kans want Electrabel investeert in grootschalige waterkrachtcentrales in het buitenland en blijft in eigen land hun oude steenkoolcentrales en kernreactoren gebruiken. Deze grootschalige waterkrachtcentrales zijn niet ecologisch oa door de aanleg van grote stuwdammen. Als Aalst kiest voor deze grootschalige waterkrachtstroom stimuleert de stad het niet-duurzame beleid van Electrabel. Is het niet beter dat de stad nu al bekend maakt dat ze een nieuwe aanbesteding zal uitschrijven met volgende voorwaarden: - de geleverde stroom moet 100 % groene stroom zijn, gewonnen uit echt milieuvriendelijke en duurzame bronnen met name; windenergie, zonne-energie, duurzame biomassa in hoogrendementsinstallaties en kleinschalige waterkracht. - En dat de geleverde stroom ook voor minstens 75 % in eigen land moet zijn opgewekt? Kan de stad niet actief alle spelers op de markt uitnodigen om een offerte in te dienen? Op zich is dit niet eenvoudig omdat Electrabel natuurlijk bevoordeeld is, daar ze alle verbruiksgegevens van de klanten heeft en op basis daarvan gemakkelijker een offerte kan indienen. Hoe dan ook zullen waarschijnlijk alleen de grotere spelers een offerte kunnen indien om een stad als Aalst te beleveren. In uw persbericht zegt u eveneens:”Indien tariefmaatregelen ervoor zorgen dat deze groene stroom aantrekkelijk blijft, is dit uiteraard de optie. Indien niet, kunnen we beter investeren in eigen energiemaatregelen.” De groene fractie had willen zien dat parallel met deze aankoop ook eigen energiemaatregelen worden genomen waarbij men de energiefactuur kan doen dalen en dus meer budgettaire ruimte krijgt in plaats van minder. Wij denken hierbij aan thermische zonnepanelen op bejaardentehuizen, creches, ocmw-ziekenhuis, straat- en niet alleen kerstverlichting met LED technologie…… Welke initiatieven zijn er in deze richting gepland? Wanneer gaat de stad zijn watervrees overwinnen en zich smijten in dit verhaal? Dit is een verhaal over de partijgrenzen heen, over meerderheid en oppositie heen, dat ten goede komt van alle Aalstenaars.

Mevrouw Ann Van de Steen, schepen: Ik dank u voor de vraag omdat wij op die manier kunnen aantonen dat u het niet bij het rechte eind heeft. Ik zal stelselmatig antwoorden op uw vragen omdat zij niet altijd correct zijn. Eerst en vooral weet u ook dat er op dit ogenblik een contract is met Electrabel waar wij dus niet onderuit kunnen. Maar het was de keuze van de stad om

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN de laatste 6 maanden te gaan zoeken naar meer dan de energie die wij aanboren via Electrabel om daar toch groene energie van te maken. U weet dat Electrabel ook groene energie levert en dat was door middel van waterkracht. U weet ook dat waterkracht een zeer degelijke groene energie is. Het contract was ten einde, en wees gerust collega wij zijn al een ganse tijd bezig met mensen uit te nodigen om besprekingen te voeren over alles wat energie betreft. Wij hebben onlangs nog besprekingen gehad over windenergie en zonne-energie omdat het toch wel belangrijk is dat je ook weet wat er uiteindelijk op de markt te verkrijgen is. Iedereen weet ook dat de werking van de energiemarkt op zijn zachtst gezegd lamentabel is en dat de aankoop van energie moet verplichtend georganiseerd worden via een Europese aanbesteding. De stad kan groene stroom vragen en moet daaromtrent dus de VREGbepalingen volgen en dat is de enige wettelijke bepaling terzake. Men is dan ook gebonden aan wat de VREG als groen definieert. Wij zijn ons bewust dat deze bepalingen niet echt groen zijn bijvoorbeeld als je kijkt naar Greenpeace. Het is echter duidelijk dat de plicht van de wetgever hier een duidelijker norm moet scheppen. Ik denk dat het belangrijk is voor mensen die in het parlement zitten om daar ook voor te ijveren. Wij en ook andere steden overwegen verdere verfijning maar worden hierdoor niet echt wettelijk gesteund. Het invoeren van eigen niet te controleren bepalingen kan enkel leiden tot een fatale afloop van een aanbesteding. U vraagt of het niet beter is dat de stad nu reeds een nieuwe aanbesteding zal uitschrijven? Wij gaan natuurlijk eerstdaags een nieuwe aanbesteding uitschrijven en hierin zullen wij nagaan hoe wij wettelijk kunnen verfijnen. De groenheid van stroom wordt gegarandeerd ofwel door groenstroomcertificaten ofwel garanties van oorsprong als het in het buitenland is. Op 10 maart start via Belpex een beurs voor de verhandeling van deze certificaten. Ik zal u de documentatie geven en een van de mogelijkheden is de aankoop van grijze stroom en de aankoop van deze certificaten via een afzonderlijke trede. Maar dat moet nog onderzocht worden. U vraagt ook of de stad niet actief alle spelers op de markt kan uitnodigen om een offerte in te dienen. Aangezien het natuurlijk over een openbare procedure gaat, zullen alle spelers geïnformeerd zijn. Er is echter maar een beperkt aantal spelers die op de markt van openbare besturen actief willen zijn. U had dan ook gezegd dat het op zich niet eenvoudig is omdat Electrabel bevooroordeeld is daar ze de verbruiksgegevens heeft van alle klanten. Mijn inziens is dit niet van toepassing. Het bestek omvat verplichtend alle verbruikersgegevens, Ean codes enz. Alle leveranciers kunnen over alle gegevens beschikken. Het zijn inderdaad de grote spelers die meedoen. Het grote probleem is echter het aantal leveringspunten. En wij groeperen hier dan de stad, het OCMW en de kerkfabrieken. Men moet dus wel degelijk over een behoorlijke facturatiedienst beschikken. Het is dus veel interessanter en er zijn ook meer spelers als je hetzelfde aan energie vraagt te leveren op één punt. Welke initiatieven gaat de stad nemen? Er wordt reeds meerdere jaren geïnvesteerd in renovatie van stookplaatsen en allerhande andere zaken. Daar is dit jaar specifiek een renovatiebudget voorzien van 425 000,- EUR aan verwarming en verlichting. Zonnepanelen worden ook onderzocht. Natuurlijk voor zonnepanelen moet je een zeer sterk dak hebben en wij hebben al onderzocht of sommige stadsgebouwen in aanmerking komen, maar u zou het mij waarschijnlijk wel zeer kwalijk nemen moest de boel instorten als wij deze zonnepanelen zouden plaatsen. Er is in ieder geval al een plaats voorzien op De Werf, en ook het zwembad zou daarvoor in aanmerking kunnen komen. Momenteel wordt er dus gefocust op de resultaten van de energieboekhouding. Er wordt begonnen met de analyse van deze resultaten en op basis hiervan zullen concretere investeringen worden voorgesteld. De aanpak van energie met de subsidies is echter een probleem dat Federaal moet worden opgelost. Men heeft gelukkig ingezien dat zonnepanelen ook niet zaligmakend zijn, maar anderzijds wordt door de overheid blijvend slecht signaal gegeven door de blijvende subsidiering van opstook van biomassa. Hiervoor verwijs ik dan ook naar een recente publicatie van mevrouw Crevits. Tevens moet trouwens opgemerkt worden dat het rendement van lets momenteel nog niet de klassieke spaarlampen benadert. De technologie wordt

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN opgevolgd maar is nog niet rijp voor grootschalige toepassingen. Mijn ambtenaren onder leiding van Herman Barrez zijn druk bezig met de energieproblematiek. Wij hadden deze week ook de actie van de dikke truiendag. Wij hebben geprobeerd om opnieuw iedereen te sensibiliseren om toch op een spaarzame manier met energie om te gaan.

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN 4.

Meetpunt fijn stof in Aalst. (296674) Vraag raadslid Karine Kindermans (GROEN!). Jaarlijks sterven 13.000 Vlamingen aan de gevolgen van de inademing van fijn stof waaronder 1 700 Oost-Vlamingen. In Aalst is echter geen meetpunt, een vrij eigenaardige situatie als je bedenkt dat de Vlaamse Milieumaatschappij kantoor houdt op Aalsters grondgebied. Voor het dichtstbijzijnde meetpunt moeten wij al naar Gent. De Aalstenaar heeft dus geen idee wat hij of zij inademt. Zo'n meetpunt houdt bij of we de gezondheidsnormen inzake fijn stof niet overschrijden. Van zodra dat 35 dagen na elkaar gebeurt, is de overheid verplicht haar burgers te beschermen tegen teveel fijn stof, bijvoorbeeld door snelheidsbeperkingen in te voeren of zwaar vrachtverkeer niet door stadskernen te laten rijden. De vorige legislatuur vroeg mijn voorgangster Els Keytsman al om als Aalsters stadsbestuur een meetpunt te eisen in Aalst. De aanleg van meer groene oases in de stad zorgt er eveneens voor dat het fijn stof wordt uitgefilterd. Parkdomein Schelfhout midden in de stad was een stap in de goede richting die dan ook financieel werd ondersteund door de Vlaamse regering. Meer van deze initiatieven zou de kwaliteit van de lucht die de Aalstenaar inademt ten goede komen. Is dit college het idee genegen nogmaals aan te dringen bij de Vlaamse Milieumaatschappij om in Aalst een meetpunt op te richten? Welke maatregelen wil het stadsbestuur verder nemen om het fijn stof terug te dringen?

De heer Johan Stylemans, schepen: Welke maatregelen gaan wij nemen om het fijn stof terug te dringen? Ik moet u, als ecologiste, niet uitleggen dat de bestrijding van fijn stof geen Aalsterse zaak is als dusdanig, maar enkel het feit dat er gedurende een langere periode bepaalde windrichtingen zich aanhouden brengt gewoon stof uit het roergebied tot in Aalst. Het tegengaan als dusdanig van fijn stof is geen Aalsterse zelfs geen Belgische of Europese zaak, maar het is een wereldprobleem aan het worden. Wij kunnen inderdaad wel een aantal kleinschalige dingen doen om het fijne stof in onze regio enkel een beetje te temperen. Aan de VMM werd reeds de vraag gesteld (via e-mail) of ze een meetpost gaan plaatsen in Aalst, maar tot op heden is er nog geen antwoord. Maar laat ons ook daar eerlijk in zijn, dat temperen zal zich ook maar beperken tot luttele percentages en ik hoop dat wij ook de percentages halen op dat vlak. U vraagt wat de stad wenst te doen? Ik denk dat ook collega Van de Steen daarnet in haar antwoord al een aantal suggesties heeft gedaan. Het is ook zo dat wij toch bijvoorbeeld naar het wagenpark toe proberen om er attent op te zijn met betrekking tot de mogelijkheden en dat ook zeer goed optevolgen. Met betrekking tot de mogelijkheden van nieuwe aankopen en in functie van het bestek dat daarbij hoort. U heeft er ook terecht op gewezen dat het verder aanbrengen van groenpartijen ook in het centrum van de stad een belangrijke component kan zijn, en u heeft daar uiteraard gelijk in. Ik ben blij dat u ook het voorbeeld van Park Schelfhout heeft aangehaald. Het is duidelijk de bedoeling van onze diensten en ook van het bestuur om die groenpartijen binnen het stedelijk gebied verder uit te breiden zowel in de kern van de stad als aan de rand van de stad. Dus wij gaan in elk geval proberen om elke opportuniteit aan te grijpen om bijkomende groenpartijen aan te leggen. Wij gaan ook opnieuw het project van de tegeltuintjes in de straten proberen terug nieuw leven in te blazen want ook dat is geen onbelangrijk element met betrekking tot het beperken van het

BULLETIN VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN verspreiden van fijn stof in de centrumstraten alsdusdanig. Het is zo dat voor wat betreft de grotere projecten we ons echt in ons structuurplan hebben gefocust op het uitbreiden van de groenstructuren. U weet dat er in principe 175 hectare hoogstammig bos voorzien is binnen een bepaalde periode. U weet dat wij momenteel met het stadsbos bezig zijn. U weet ook dat wij binnenkort het project opstarten voor de uitbreiding van het Kravaalbos. U heeft het trouwens ook aangehaald met betrekking tot de industriezones. Wat Siesegemkouter betreft is dat een brutto-oppervlakte van ongeveer 90 hectaren en u weet dat in het ruimtelijk uitvoeringsplan voorzien is dat daar een buffering inkomt aan de randen en de beekvalleien van ongeveer 30 hectaren. Dat betekent dat 1/3 van het totale bedrijventerrein op termijn voorzien zal worden van hoogstammig groen wat ook daar opnieuw een stukje oplossing kan bieden. Bovendien is het zo dat wij ook vrij consequent proberen de begroeningsprogramma’s in onze bestaande bedrijventerreinen aan te wakkeren en in stand te houden en ook het feit dat wij geopteerd hebben om in Aalst een overslagstation voor containers langs de Dender te organiseren, betekent in principe toch ook dat wij op dat vlak toch een bepaald percentage aan zwaar vervoer in de binnenstad op termijn zullen kunnen vermijden wat ook opnieuw een impact zal hebben op de aanwezigheid van fijn stof in ons centrum. Wat betreft het oprichten van een bijkomend meetpunt is het dus zo dat uw voorganger, mevrouw Keytsman, dat ook in het verleden heeft aangehaald en een warme oproep heeft gedaan aan het bestuur. Die warme oproep heeft niet bijgedragen tot de opwarming van de aarde, maar wel het feit dat wij toch een brief hebben geschreven naar de VMM en dat wij er ook antwoord op hebben gekregen waarin de VMM eigenlijk uitgebreid aantoont waarom er niet in elke stad of in elke gemeente een meetpunt hoeft gerealiseerd te worden. Dat zij op basis van de huidige bestaande meetpunten een duidelijk beeld kunnen vormen van wat er in Vlaanderen aan fijn stof beweegt. Dat ze ook een project hebben opgestart samen met de VITO met betrekking tot het verfijnen van de procedures van metingen van fijn stof en het feit dat het oprichten van een meetpunt geschat door de VMM komt op 125 000,- tot 250 000,- EUR volgens hun brief. Ik lees gewoon even voor. Voor wat de oprichting betreft en ongeveer 10 % per jaar van die investeringskost voor het onderhoud van een dergelijk meetpunt dus dat betekent dat voor de VMM het toch een belangrijke investering is en zij schrijven inderdaad wel in hun brief dat zij in de toekomst bijkomende meetpunten zullen oprichten, maar dan vooral in grote steden waar vooral in grote verkeersintensiteit aanwezig is en blijkbaar volgens de VMM is Aalst niet die grote stad waar tegelijkertijd die grote verkeersintensiteit aanwezig is. Ik heb daar een beetje mijn vragen bij. Maar wij kunnen toch in Aalst wel vaststellen dat belangrijke verkeersintensiteiten zich vooral situeren op de spitsmomenten en dat voor de rest eigenlijk binnen het centrum er een behoorlijke kans is dat eigenlijk de intensiteit van verkeer zich vooral in de periferie in de grote ring rond Aalst situeert. In elk geval willen wij zeker ingaan op uw vraag om verder aan te dringen bij VMM om bijkomend meetpunten te onderzoeken hetzij op korte, middelkorte of lange termijn, maar ik denk dat het signaal alleen al toch niet onbelangrijk is om ook daar nog eens de geesten wakker te houden.