Vragen en antwoorden naar aanleiding van de activiteiten en projecten die in het beleidsplan zijn genoemd. De nummers verwijzen naar de genummerde passages in het beleidsplan “Werken Werkt!” Bij 3.2: Vraag: Uitstroom naar algemeen geaccepteerde arbeid: Hoe vaak is werk geweigerd, hoe vaak dat dit consequenties voor de uitkering? Hoe vaak mag geweigerd worden? Antwoord: Weigeren mag men zo vaak men wil.. Conform de afstemmingsverordening (per 1 juli 2011 ter vervanging met de maatregelen verordening), wordt dit gezien als een ge(mis)draging van de 3e of 4e categorie. Geaccepteerde arbeid weigeren is de derde, het niet meewerken aan uitvoering van een trajectplan is de 4e categorie. Op de 3e categorie staat 100% korting gedurende een maand, op de 4e 100% korting zolang niet meegewerkt wordt. Meermalen weigeren kan ook tot meermalen korting leiden. Gemeente Doetinchem heeft het instrument Direct Werk ter beschikking vanuit afspraken met re-integratiebedrijven. Hierdoor kan elke keer opnieuw de klant een baan worden aangeboden. Het stelselmatig niet meewerken betekent dan de keus voor afzien van een uitkering. Het aantal kortingen kan niet gekwantificeerd worden omdat dit niet collectief is gemonitord. Bij 4.2: Vraag: Door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de VNG is een zogenaamde “re-integratieladder” vastgesteld, die onderdeel uitmaakt van de periodiek aan te leveren verantwoordingsinformatie aan het ministerie. Kan worden aangegeven hoeveel mensen in de verschillende treden in te delen zijn? Antwoord: Ja, dit kan teruggaand t/m 2009, zie tabel voor de verdeling van mensen over de verschillende trajecten op de re-integratieladder:
1
1 2 3 4 5
trede zorg Maatschappelijke activering Arbeidsactivering Arbeidstoeleiding Regulier werk met ondersteuning
jaar 2009
jaar 2010
151 180 116 95 91
177 204 143 148 89
Voor 2009 – 2010 zien we een toename in de trajecten. Dit sluit aan bij een toename van de totale populatie. 1.
Bij 4.5: Vraag: Direct Werk (DW) duurt 3 maanden. Deze periode kan in bijzondere gevallen verlengd worden. Hoe vaak is de periode van 3 maanden voor Direct Werk verlengd? Bij hoeveel personen en hoe lang? Antwoord: Er zijn 447 DW trajecten gestart sinds 2007. 214 van deze trajecten hebben langer geduurd dan 3 maanden. aantallen totaal
2005 0
2006 0
2007 21
2008 144
2009 137
2010 65
2011 80
Totaal 447
De verlengingsafspraken voor Direct Werk zijn recentelijk aangescherpt. Direct Werk was in het verleden een gunstig instrument van uit de WWB, omdat de kosten op het W-deel drukten en er op het I-deel bespaard werd. In 2010 is het eigen risico deel op het I-deel echter overschreden, waardoor DW minder lucratief is. Nog steeds heeft het nog wel de voorkeur dat mensen werken voor hun inkomsten. Gelet op de kosten van Direct Werk, wordt wel meer gelet op de slagingskans van het instrument. In principe wordt dan ook niet meer verlengd, tenzij door het re-integratiebedrijf een concreet uitstroomperspectief aannemelijk kan worden gemaakt in de verlengingstermijn. De financiering van begeleidingskosten Direct Werk is inmiddels ook gemaximeerd tot 1 termijn van 3 maanden, dus bij verlenging van Direct Werk worden alleen de loonkosten nog gesubsidieerd en niet langer de begeleidingskosten.
2
Bij 4.6: Vraag: Voor hoeveel personen zijn detacheringcontracten gesloten bij hoeveel bedrijven/instellingen? Hoeveel klanten heeft de gemeente zelf in dienst en gedetacheerd? Antwoord: Zoals het beleidsplan meldt zijn de detacheringsbanen in 2008 gestopt. Eind 2008/2009 heeft een aanbestedingstraject voor dit instrument niet tot goede aanbiedingen geleid. De markt had te weinig vraag om er een goed product van te maken. Overigens kunnen de DW-re-integratie aanbieders mensen wel voor 3 maanden detacheren of uitplaatsen bi j een detacheringsbureau. We monitoren hier niet op. Met oog op de Wet Werken naar Vermogen zullen werkgevers ook in de toekomst gefaciliteerd moeten worden. Vooralsnog heeft het echter de voorkeur om hier geen detacheringsconstructie bij toe te passen, het verdiend de voorkeur tot rechtstreekse rechtspositionele verbindingen te komen,zodat bij een conjunctuur omslag de mensen niet direct terugvallen en op loonkosten zonder inkomsten bij de detacheerder staan. De gemeente heeft zelf geen klanten in dienst ter detachering, behoudens de WIW. Bij 4.7: Vraag: Hoeveel klanten volgen een re-integratietraject voor activering? Hoe vaak is afgeweken van de maximale termijn van 9 maanden? Antwoord: Gedoeld wordt bij deze paragraaf in het beleidsplan op een re-integratietraject voor activering. In ons producten overzicht heeft dit de naam Werken aan Werk gekregen. Dit product is aanbesteed bij: Sagenn, Wedeo en USG restart. De contracten zijn op zo’n wijze vorm gegeven dat de bedrijven zelf sturing hebben op het al dan niet inzetten van het opdoen van werkervaring/stage. Gestuurd wordt op uiteindelijk plaatsing in betaald werk en alleen daarop wordt gemonitord. Werken aan werktrajecten zijn over 2008 t/m 2010 114 keer gestart. 10 Trajecten lopen nog door in 2011. In 14 gevallen heeft het traject langer geduurd dan een jaar. Van de 104 beëindigde trajecten hadden er 21 direct een betaalde baan als resultaat. Mogelijk zijn er ook nog mensen indirect uitgestroomd na tussenkomst van het instrument loonkostensubsidie. Dit is echter niet uit de applicatie specificeren en zou individueel dossieronderzoek vergen.
Bij 4.8: Vraag: Aan klanten die niet binnen 24 maanden bemiddelbaar naar regulier werk omdat de essentiële vaardigheden ontbreken, wordt een basisvaardighedentraject aangeboden. Hoeveel basisvaardighedentrajecten zijn aangeboden en gevolgd? 3
Antwoord: Er zijn 98 trajecten specifiek voor basisvaardigheden gestart t/m 2009. In 2010 is de aandacht voor basisvaardigheden mee aanbesteed in de trajecten werken aan werk, direct werk en participatie. Bij 4.9: Vraag: Klanten die vooralsnog niet bemiddelbaar zijn naar regulier werk en waarvoor een basisvaardighedentraject niet de geëigende weg is, komen in aanmerking voor een (maatschappelijke) participatieplaats. Van hoeveel participatieplaatsen is gebruik gemaakt? Wat is de aard van die plaatsen? (Welke werkzaamheden, bij welke instellingen? Welke duur? Antwoord: De participatieplaatsen zijn bij 5 instellingen uitgezet. Achterliggende jaren zijn 380 trajecten voor maatschappelijke participatie gestart. Daarnaast waren er 128 vrijwilligers trajecten. In de applicatie van WI is niet opgenomen over welke werkzaamheden de deelnemers zijn verdeeld. Om een beeld te geven, is daarom per 1 juli 2011 voor het rekenkameronderzoek een nadere uitvraag gedaan bij de aanbieders. Dit levert het volgende actuele beeld op. Ook is van het huidige bestand per aanbieder weergegeven hoe lang de deelnemers geplaatst zijn.
4
Connecting2U 38 Onderhoud gebouwen 6 Toezicht 9 Zorg en dienstverlening 3 Overige 20 Bij C2U zijn bovenstaande mensen verdeeld over de volgende organisaties: Guus (klussendienst), Wijkwachten, Jeugdtoezicht, Treintoezicht, Sportcafe de Bongerd, Sportcafe Oosseld, Stationrestauratie Het Perron, Correct schilders, Sensire. 2 van de deelnemers zitten er korter dan een half jaar; 36 mensen zijn er tussen een half jaar en een jaar geplaatst.
Holos 26 Geplaatst in zorg, dienstverlening, administratie en agrarische sector, geen nadere uitsplitsing bekend. 10 zijn er voorbereid in 2010 en gestart per januari 2011. 16 zijn gestart in 2011. Allen zijn nog korter dan een half jaar in traject. Naast de plaatsing biedt Holos veel persoonlijke coaching. Pauropus 23 e Bij Pauropus waren in 2 kwartaal juli 2011 nog 23 mensen actief. De doelgroep bestaat vooral uit dak en thuislozen en verslaafden. De werkzaamheden zijn veelal in het openbaar groen voor de gemeente, maar ook worden bijvoorbeeld schuttingen voor een woningbouwvereniging geplaatst. Van de 23 waren er 7 verlengd na de eerste 2 jaar plaatsing. Nog eens 7 participeerden tussen een jaar en 2 jaar tijd. 9 waren er korter dan een jaar, waarvan 4 korter dan een half jaar in traject. Bij deze doelgroep is het de kunst mensen ‘vast’ te houden, reden waarom ingestemd wordt met verlengingen. Tot heden zijn 4 mensen positief uitgestroomd (doorstroom naar elders een traject of bijvoorbeeld wsw). 10 mensen braken het traject bij Pauropus af.
Sagenn 4 Bij Sagenn zijn in 2011 4 mensen geplaatst o.a. in welzijn, allen zijn korter dan een half jaar in traject. Kringloop Actief 14 Actueel zijn er in juni 2011 14 mensen, maar in totaal zijn er al 45 actief geweest. Deelnemers kunnen op verschillende functies geplaatst, zoals in de winkel, bij het sorteren, opknappen van spullen of in de ophaal dienst. Onderverdeling naar duur van de plaatsing: 11 < 1 maand; 18 <6 maand;10<12 maand; 6 <24 maanden. Het kringloop bedrijf realiseert een positieve uitstroom! 6 naar regulier werk, 5 naar werk met ondersteuning, 5 naar andere trajecten, 2 naar de wsw en ook 11 richting zorg (de participatie maakt de noodzaak hiertoe mede inzichtelijk). Er is maar weinig negatieve uitval. Het kringloop bedrijf vraagt geen begeleidingsgeld. WI levert de begeleiding in natura door wekelijkse bezoeken (frequentie 3 x pw 1 a 2 uur) van een klantmanager. 5
Bij 4.10: Vraag: Wordt gebruik gemaakt van jobcoaching? Graag enig inzicht. Antwoord: Jobcoaching wordt zoals in het beleidsplan gesteld zeer divers op maat ingezet. Enkele voorbeelden: • De 2 jobhunters van WI, komen frequent langs bij een netwerk van werkgevers. Zeker als plaatsingen nog broos zijn, laten zij vaker hun gezicht zien (bij 131 deelnemers in de periode 2008-2010) • Ook klantmanagers zelf hebben bij 105 geplaatste deelnemers in deze periode nazorg contact gehad over de plaatsing . • De coaching door werkgevers zelf op de werkplek wordt financieel gecompenseerd door loonkostensubsidies. • Een bedrijf als Interactive, waar wel 20 mensen met een vorm van loonkostensubsidie werken, huurt zelf vanuit deze subsidies jobcoaches in van de firma Meesterwerk. • Bij Kringloopactief komt 3 keer per week een vaste klantmanager langs ter coaching. • Het re-integratiebedrijf Holos is gespecialiseerd in mensen die intensieve coaching behoeven; zij combineren coaching met participatietrajecten. • Mensen van Wedeo die zelfstandig op locatie geplaatst zijn via een Begeleid Werken Subsidie WSW, krijgen vaak jobcoaching via BW Oost. Bij 4.12: Vraag: Hoeveel ondernemers zijn een eigen bedrijf begonnen? Is bekend hoeveel werkzoekenden ze in dienst hebben genomen? Is inzicht te geven in projecten als Kleurrijke Zakenvrouwen (aantal, resultaat) en over de microfinanciering? Antwoord: Eigen bedrijf. In de jaren 2008, 2009 en 2010 zijn 15 personen met een WWB-uitkering gestart als zelfstandig ondernemer. Deze ondernemers hebben geen bijstandsgerechtigden in loondienst genomen. De omvang van de zelfstandige activiteiten die deze ondernemers uitvoeren zijn te beperkt om daar überhaupt personeel voor aan te nemen. Bij 1 startende zelfstandige is een leerwerkplek gecreëerd. Drie van de 15 ondernemers hebben de onderneming gestaakt. Eén ondernemer is verhuisd naar een andere gemeente. Drie ondernemers zijn gaan samenwonen met een partner met een inkomen boven bijstandsniveau. Eén ondernemer heeft zijn zelfstandige activiteiten in de avonduren voortgezet. Overdag heeft deze ondernemer een baan in loondienst aanvaard waarmee hij een inkomen verwerft boven bijstandsniveau.
6
Twee ondernemers hebben een onderneming die niet levensvatbaar is. Het inkomen uit zelfstandige activiteiten is ontoereikend en wordt daarom aangevuld met een WWBuitkering. 1 van deze ondernemers heeft met ingang van 1 september 2011 een baan in loondienst aanvaard (via WSP) waardoor hij niet meer afhankelijk is van een WWB-uitkering. Zes ondernemers zijn nog (volledig) werkzaam als ondernemer. Zij ontvangen op dit moment geen periodieke Bbz-uitkering meer. Kleurrijke zakenvrouwen. Om de participatie van allochtone vrouwen te stimuleren is ( vanuit landelijk initiatief) in 2008 gewerkt aan het opzetten van een Participatieteam voor allochtone vrouwen (P-team). Eén van de initiatieven hieruit was het project Kleurrijke Zakenvrouwen, een project om vrouwen via ondernemerschap te leiden naar economische zelfstandigheid. Vanaf begin 2008 zijn acht vrouwen begeleid richting zelfstandig ondernemerschap. Eén van de kandidaten is als ZZP-er aan het werk. Betrokkene was nugger en heeft geen beroep gedaan op een starterskrediet. Voor de overige vrouwen heeft het niet geleid tot de start van een bedrijf. De redenen varieërden van onvoldoende kennis van de Nederlandse taal tot onvoldoende ondernemerschap.
Bij 4.14: Vraag: De wet biedt de mogelijkheid om in individuele gevallen een tijdelijke of gedeeltelijke ontheffing van de arbeidsplicht te verlenen. Hoe vaak is gebruik gemaakt van de ontheffing van de arbeidsplicht? Hoeveel rustplanners zijn opnieuw geactiveerd? Ontheffing arbeidsplicht 2008
147
2009
168
2010
231
We zien een toename van het aantal arbeidsontheffingen. Dit wil niet zeggen dat het aantal rustplanners ook is toegenomen. Het zegt wat over de mensen die op dat moment niet in staat waren door omstandigheden of persoonlijke gezondheid om bij een werkgever aan te bieden. Het niet hebben van de arbeidsplicht houdt niet langer automatisch ook rustplanning in. Zoals in het beleidsplan is opgenomen, zijn de rustplanners veel al omgezet in actieve zorgtrajecten, arbeidsactivering of participatie trajecten Uit de statistieken is niet te halen of deze trajecten zijn ingezet vanuit rustplanning, vanuit aanvraag uitkering of na terugval vanuit hogere tredes op de re-integratieladder. Het aantal keren einde ontheffing is niet eenvoudig uit de applicatie te halen. 7
Bij 4.17: Vraag: Graag inzicht in de stand van zaken inzake het beleid voor jongeren onder de 27 jaar. Hetzelfde geldt voor de dak- en thuislozen. Antwoord: De Wet investeren in jongeren (WIJ) is in 2009 ingevoerd. Jongeren die zich melden voor werk of uitkering krijgen een opleiding en/of een baan aangeboden. Daarnaast kunnen zij een inkomensvoorziening krijgen. Hiervoor geldt een leeftijdsgrens van 18 jaar. Tot 18 jaar geldt de kwalificatieplicht, waardoor de jongere nog volledig onderwijs moet volgen. Vanwege de doorlopende lijn is in 2009 onderzocht of de dienstverlening van de WIJ en de RMC-functie (Regionaal Meld- en Coördinatiepunt Voortijdige Schoolverlaters) (Jouw-Unit) gebundeld kunnen worden. In Jouw Unit worden onder meer de Regionale leer- en kwalificatieplicht voor MBO leerlingen en de RMC-trajectbegeleiding voortijdig schoolverlaters uitgevoerd. Deze bundeling heeft in januari 2011geresulteerd in de start van het Jongerenloket-Jouw Unit. Het Jongerenloket is voor alle zaken op het gebied van scholing en werk voor jongeren in de leeftijd van 16 tot 27 jaar. Het Jongerenloket is gevestigd op het Werkplein in Doetinchem, maar levert ook “diensten” bij de regiogemeenten in Oost Achterhoek. Het jongerenloket valt onder de afdeling Werk en Inkomen van de gemeente Doetinchem. Zowel voor een jongere die recht heeft op een WIJ-voorziening, als voor 16- en 17-jarige MBO-leerlingen is het aanbod drieledig (waarbij de focus ligt op het halen van een startkwalificatie): 1. Leren; 2. Werken; 3. Leren en Werken, waarbij voor WIJ-jongeren de werkcompont van belang is om het beroep op een inkomensvoorziening zo beperkt mogelijk te houden. Het instrumentarium: • •
Jouw Unit Trajectbegeleiding Projecten en regionale aanbod om jongeren te bemiddelen.
• • • • •
Wij (18 tot 27 jaar) Trajectbegeleiding Het werkleeraanbod (het Productenboek). Jobhunting Actieplan Jeugdwerkloosheid specifieke trajecten voor jongeren gestart. inkomensvoorziening Wij.
In de onderstaande tabel zijn de doelstellingen, de doelgroepen, taken, gemeenten, de instrumenten en de budgetten samengevat voor zowel de Wet Investeren in Jongeren als JOUW Unit weergegeven. 8
JOUW Unit
Team WIJ
RMC en Kwalificatieplicht
Wet investeren in jongeren
Doelstelling
Iedere jongere een startkwalificatie
Werkleeraanbod gericht op duurzame arbeidsinschakeling
Doelgroep
Jongeren zonder startkwalificatie 16 23 jaar
Jongeren 16-17 jaar, die: • • •
geen scholing volgt; minder dan 16 uur p.w. werkt; heeft startkwalificatie of is vrijgesteld. Jongeren 18-27 jaar
Taken
Gemeente
Instrumenten
Financiering
• • •
Leer- en kwalificatieplicht (<18 jr) RMC-functie 18-23 jr Leer/werktraject voor werkende jongeren zonder startkwalificatie. Bronkhorst, Doesburg, Doetinchem, Montferland, Oude Ijsselstreek. Aalten
• •
• • • •
Trajectbegeleiding BOL en BBL Werk Handhaving leer- en kwalif. plicht. • Samenwerking • Projecten RMC-middelen (SU)
• • • •
(tijdelijke) Provinciale middelen
Wet investeren in jongeren (WIJ)
Uitvoering WIJ Doen van werk- e/of leeraanbod, evt i.c.m. uitkering.
Doetinchem
Re-integratieproducten Arbeidsbemiddeling (Werk) Scholing (Sociale) activering
Participatiebudget
Algemene middelen
Aantallen 2010 Wet investeren jongeren Doetinchem Aantal
Intake
Aanvragen
Instroom
Uitstroom
292
230
207
136
Ultimo 2010 waren er 134 jongeren die een beroep op de WIJ deden.
9
Dak- en thuislozen Als centrumgemeente dient Doetinchem dak en thuislozen te registreren in GBA en een inkomensvoorziening te verstrekken. Specifieke regels voor dak- en thuislozen vinden hun basis in de toeslagenverordening WWB 2011. Voor alleenstaanden en alleenstaande ouders geldt de “kale”norm zonder toeslagen. Voor een gezin geldt de norm minus een korting van 20%. Iemand die gebruik maakt van een opvangvoorziening (bijvoorbeeld Iris zorg) betaalt enkel een eigen bijdrage voor de opvangvoorziening en heeft geen woonlasten.. Hierdoor is sprake van lagere bestaanskosten. Een toeslag van 10 procent (ipv de gebruikelijke 20%) voor alleenstaanden of alleenstaande ouders of een verlaging van de norm bijgehuwden van 10 procent is om die reden op zijn plaats.
Dak en thuislozen
Standcijfer 32/12
2008
15
2009
11
2010
7
Bij 5.2: Vraag: Met het inzetten van een loonkostensubsidie worden werkgevers gestimuleerd een dienstverband aan te gaan met een plant. Het beleid ten aanzien van de inzet van dit instrument is vastgelegd in de Richtlijn Loonkostensubsidies. Graag inzicht in de kosten voor de gemeente inzake loonkostensubsidies. De loonkostensubsidies zijn gefinancierd vanuit het W-deel, participatiebudget. In onderstaande tabel zijn de aantallen en bedragen opgenomen. Loonkostensubsidies
Aantal personen
Bedrag
2008
Niet uit huidige applicatie te verkrijgen
181.577,-
2009
65
190.422,-
2010
64
247.223,-
Het verschil in de bedragen van 2009 en 2010 is gelegen in het percentage dat per persoon wordt gesubsidieerd.
10
Bij 7.2: Vraag: Welke afspraken zijn gemaakt met de zorg- en hulpverleningsinstellingen? Antwoord: Met Iriszorg , Sité en Pauropus zijn afspraken gemaakt voor de opvang en begeleiding van verslaafden en dak en thuislozen. Hiermee kan ook voor de moeilijkste groep op doelmatigheid worden ingezet. Daarnaast is inmiddels ook in Doetinchem een lokaal zorgnetwerk ontstaan. Vanuit WI is een vaste contactpersoon voor dit netwerk aangewezen, zodat aanvragen vanuit de zorg gericht doorverwezen kunnen worden binnen WI. Omgekeerd kan bij probleemsituaties van mensen in de uitkering, collegiaal contact opgenomen worden met de afdeling Maatschappelijke ontwikkeling, met de coördinator van het zorgnetwerk. Van hieruit kan de aansluiting en afstemming van trajecten naar werk op de zorgbehoefte afgestemd worden. Met de acht Achterhoekse gemeenten en 38 instellingen is hiervoor in 2009 het OGGZ-conventant gesloten.
11