Vraag & Antwoord
Werken op hoogte Regels voor werken op een ladder ■ ■ Arbouw ■ ■voor ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ gezond en veilig werken
Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht om de arbeidsomstandigheden in de bouwnijverheid te verbeteren. Binnen Arbouw participeren Bouwend Nederland, Federatie van Ondernemersorganisaties in de Afbouw (FOA), FNV Bouw en Hout- en Bouwbond CNV.
Amsterdam, april 2005 Het is geoorloofd gegevens uit deze brochure te gebruiken mits daarbij de bron wordt vermeld. Hoewel bij de samenstelling van deze uitgave de uiterste zorg is nagestreefd, kunnen fouten en onvolledigheden niet worden uitgesloten. Arbouw aanvaardt geen aansprakelijkheid, ook niet voor directe of indirecte schade ontstaan door of verband houdende met toepassing van door Arbouw gepubliceerde uitgaven.
Vraag en Antwoord
Werken op hoogte Regels voor werken op een ladder
1
Inhoudsopgave
■ 2
1 Inleiding
3
2 Hoe en waarom: Van Europese richtlijn tot Nederlands Arbobesluit
4
3 Naleven van de richtlijn: Verantwoordelijkheden en consequenties
5
4 Toelichting op de tekst van het Arbobesluit
6
5 Toelichting op de leidraad Veilig werken op hoogte
9
6 Tips: Veilig gebruik van een ladder
14
7 Informatie
15
Werken op hoogte
1
Inleiding
De Europese Commissie heeft een richtlijn opgesteld die het gebruik van de ladder als werkplek beperkt. Deze richtlijn is inmiddels in het Arbobesluit verwerkt. In deze brochure staat wat deze wijziging van het Arbobesluit betekent. Om handen en voeten te geven aan de nieuwe regelgeving hebben werkgevers- en werknemersorganisaties de leidraad Veilig werken op hoogte opgesteld. Aan de hand van deze leidraad kan de werkgever bepalen of de ladder als werkplek kan worden gebruikt of niet. Hoe deze leidraad werkt, staat beschreven in hoofdstuk 4. Het kan noodzakelijk zijn toch vanaf een ladder werkzaamheden te verrichten. In hoofdstuk 5 staan tips voor het veilige gebruik van een ladder.
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ 3
2
Hoe en waarom: Van Europese richtlijn tot Nederlands Arbobesluit
Waarom is de Europese Commissie met de richtlijn Werken op hoogte gekomen?
De Europese Commissie wil met deze richtlijn het aantal valongevallen van hoogte terugbrengen. Daarnaast heeft de richtlijn nog een functie, namelijk het beperken van de lichamelijke belasting. Het staan op een ladder vraagt veel van het lichaam. Voeten krijgen op de smalle sporten veel minder steun dan op de grond. Het evenwicht bewaren op een ladder is vermoeiend. Omdat er op een ladder niet een stapje opzij kan worden gedaan, staan mensen op ladders regelmatig in een slechte werkhouding te werken.
Is de richtlijn een voorbode voor een geheel verbod op ladders?
Nee. Het is niet de bedoeling de ladder te verbieden, nu niet en later niet. Het is wel de bedoeling het gebruik van de ladder als werkplek te beperken.
Gelden er ook beperkingen voor de ladder als klimmiddel?
Nee. De regels voor de ladder als klimmiddel veranderen niet. De achterliggende gedachte is juist dat een ladder bedoeld is als klimmiddel en niet als werkplek.
Wanneer is de Europese richtlijn in het Nederlandse Arbobesluit opgenomen?
De richtlijn is op 8 juni 2004 in het Arbobesluit opgenomen.
Wat betekent het dat de richtlijn in het Nederlandse Arbobesluit is opgenomen?
Dat betekent dat vanaf het moment dat dit gedeelte van de wet van kracht wordt, het niet naleven van deze regels tot boetes kan leiden. De arbeidsinspectie controleert op de naleving.
Wanneer gaat de arbeidsinspectie controleren op de naleving?
Op 15 juli 2006 gaat de wet in en vanaf dat moment gaat de arbeidsinspectie controleren op de naleving ervan. De overgangstermijn van twee jaar is bedoeld om bedrijven de gelegenheid te geven hun organisatie en werkwijze aan te passen.
Waar in het Arbobesluit is de richtlijn verwerkt?
De richtlijn is verwerkt in hoofdstuk 7, artikel 7.23 van het Arbobesluit, getiteld Arbeidsmiddelen en specifieke werkzaamheden.
■ 4
Werken op hoogte
3
Naleven van de richtlijn: Verantwoordelijkheden en consequenties
Voor welke bedrijfstakken geldt deze wetgeving?
De wetgeving geldt voor alle bedrijfstakken, maar is vooral van belang voor schilders-, bouw-, installatie- en glazenwasbranches. Binnen branches kunnen afspraken worden gemaakt over de nadere invulling. Een voorbeeld hiervan is de leidraad Veilig werken op hoogte (zie pagina 9). Brancheafspraken moeten wel altijd binnen de marges van de wet- en regelgeving blijven.
Wie is verantwoordelijk voor de naleving van deze wetgeving?
Dat is altijd de werkgever van degene die op de ladder werkt. Ook als het gaat om de ladder van een andere werkgever of van een gebouwbeheerder. Bij overtreding zal de arbeidsinspectie het werk stilleggen en de werkgever een bestuurlijke boete aanzeggen.
Hoe hoog is de boete die de arbeidsinspectie geeft voor het niet naleven van de regels?
Op dit moment zijn nog geen boetebedragen vastgesteld voor de nieuwe artikelen 7.23 van het Arbobesluit. Wel kan de arbeidsinspectie op basis van de huidige wet al boetes aanzeggen als geen of onvoldoende maatregelen zijn genomen om vallen van hoogte te voorkomen. Ook als ladders niet stabiel zijn opgesteld en niet zijn vastgezet, kan nu al een boete worden aangezegd. Het normbedrag dat er nu voor staat, is 2.250 euro per overtreding.
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ 5
4
Toelichting op de tekst van het Arbobesluit
Wanneer mag een ladder als werkplek worden gebruikt?
Hieronder staat de tekst van het Arbobesluit. De vetgedrukte begrippen staan onder de tekst toegelicht. Artikel 7.23 Algemeen 1. Indien tijdelijke werkzaamheden op hoogte niet veilig en onder passende ergonomische omstandigheden op een daartoe geschikte werkvloer kunnen worden uitgevoerd, worden de meest geschikte arbeidsmiddelen gekozen om veilige arbeidsomstandigheden te waarborgen en te handhaven. Om dit te bereiken: a. krijgen collectieve veiligheidsmaatregelen voorrang boven persoonlijke veiligheidsmaatregelen; b. zijn de afmetingen van de arbeidsmiddelen: 1) afgestemd op de aard van de te verrichten werkzaamheden; 2) afgestemd op de voorzienbare belastingen, en 3) zodanig dat zonder gevaar doorgang mogelijk is; c. worden de meest geschikte toegangsmiddelen voor tijdelijke werkplekken op hoogte gekozen afhankelijk van het verkeer, de te overbruggen hoogte en de gebruiksduur; d. biedt het gekozen toegangsmiddel de mogelijkheid van ontruiming bij dreigend gevaar; e. levert het overstappen van een toegangsmiddel op platformen, vloeren of loopbruggen en omgekeerd geen extra risico’s op. 2.
■ 6
Met inachtneming van het eerste lid wordt het gebruik van een ladder als arbeidsplaats op hoogte beperkt tot omstandigheden waarin het gebruik van andere, veiliger arbeidsmiddelen redelijkerwijs niet mogelijk is in verband met het geringe risico , en vanwege hetzij de korte gebruiksduur, hetzij de bestaande kenmerken van de locaties die de werkgever niet kan veranderen.
Werken op hoogte
Toelichting op de vetgedrukte begrippen: Wat is ‘op hoogte’?
In de tekst van het Arbobesluit staat nergens dat ‘hoogte’ pas begint op een bepaald aantal meters boven de grond. De reden hiervoor is dat juist ook vallen van een kleine hoogte veel voorkomt en slecht kan aflopen. Bij het werken op grote hoogte zijn mensen zich eerder bewust van het valgevaar waardoor ze voorzichtiger zijn. Bij het werken op kleine hoogte worden gemakkelijker grotere risico’s genomen. Daarbij is de belasting van het lichaam op kleine hoogte hetzelfde als de belasting van het lichaam op grote hoogte; de voeten staan nog steeds op een klein oppervlak en het kost moeite om in evenwicht te blijven. De arbeidsinspectie controleert voornamelijk situaties op 2,5 meter of hoger en situaties waarbij er 2,5 meter naar beneden kan worden gevallen.
Wat zijn ‘collectieve veiligheidsmaatregelen’?
Collectieve veiligheidsmaatregelen zijn maatregelen die de veiligheid waarborgen van iedereen die op die plek aan het werk is. Steigers en leuningen bijvoorbeeld, daar heeft iedereen profijt van.
Wat wordt bedoeld met een ‘gering risico’?
Wat in de tekst van het Arbobesluit eigenlijk wordt bedoeld, is dat het gebruik van een ander arbeidsmiddel grotere risico’s met zich meebrengt dan het gebruik van de ladder. Ofwel dat het risico zo klein is, dat het gebruik van ieder ander arbeidsmiddel risicovoller is.
Wat is een ‘korte’ gebruiksduur?
Wat kort is wordt niet toegelicht. In de leidraad die verderop in deze brochure wordt toegelicht, wordt uitgegaan van een statijd van minder dan vier uur. Het gaat dan om de totale tijd die nodig is om een klus te doen.
Wat wordt bedoeld met de ‘kenmerken van de locatie’?
Bedoeld wordt dat het gezien de locatie niet altijd mogelijk is een alternatief arbeidsmiddel in te zetten. Het kan bijvoorbeeld zijn dat er te weinig ruimte is om een steiger neer te zetten, omdat er een sloot ligt of omdat de steiger tussen twee gebouwen moet worden gezet en de opening te smal is. Het moet wel gaan om zaken die niet veranderd kunnen worden door de werkgever. Als er bijvoorbeeld bouwmateriaal ligt opgeslagen waardoor een plek moeilijk bereikbaar is, valt dit niet onder ‘kenmerken van de locatie’. Dat materiaal kan verwijderd worden.
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ 7
Zijn er in het Arbobesluit nieuwe bepalingen over hoe je ladders moet gebruiken?
Nee, maar sommige bestaande voorschriften over het gebruik van ladders worden nauwkeuriger omschreven. De letterlijke tekst staat hieronder: Artikel 7.23a Specifieke bepalingen betreffende het gebruik van ladders en trappen 1. Ladders en trappen worden zodanig geplaatst dat hun stabiliteit tijdens het gebruik is gewaarborgd. In ieder geval worden hiertoe de volgende maatregelen genomen: a. de steunpunten van draagbare ladders en trappen rusten op een stabiele en stevige ondergrond van voldoende omvang, zodat de sporten horizontaal blijven; b. hangladders worden stevig vastgemaakt en, met uitzondering van touwladders, zodanig dat zij niet kunnen verschuiven en dat heen en weer zwaaien wordt vermeden. 2.
Bij het gebruik van ladders en trappen worden in ieder geval de volgende maatregelen genomen: a. het wegglijden van de voet van draagbare ladders en trappen tijdens het gebruik wordt tegengegaan door de boven- of onderkant van de ladderbomen vast te zetten, of door middel van een antislipinrichting of een andere, even doeltreffende oplossing; b. toegangsladders steken voldoende uit boven het toegangsniveau, tenzij andere voorzieningen een veilig houvast mogelijk maken; c. meerdelige ladders en schuifladders worden zodanig gebruikt dat de verschillende delen niet ten opzichte van elkaar kunnen verschuiven; d. verrolbare ladders en trappen worden vastgezet voordat zij worden betreden.
3.
Ladders en trappen worden zodanig gebruikt dat de werknemers steeds veilige steun en houvast hebben. In elk geval mag het met de hand dragen van lasten op een ladder of een trap niet een veilig houvast belemmeren.
Hoe moet een werkgever te werk gaan om er zeker van te zijn dat hij volgens de regels werkt?
Zoals altijd moet er voorafgaand aan het werk een risico-inventarisatie en -evaluatie worden gemaakt. Als uit de risico-inventarisatie blijkt dat de keuze voor een veiliger arbeidsmiddel dan de ladder op bezwaren stuit, dan moet er getoetst worden op de randvoorwaarden uit de leidraad Veilig werken op hoogte. Deze leidraad wordt op de volgende pagina’s toegelicht.
■ 8
Werken op hoogte
5
Toelichting op de leidraad Veilig werken op hoogte
Wat is de leidraad Veilig werken op hoogte?
Werkgeversorganisaties VNO-NCW, AVBB (nu Bouwend Nederland), FME-CWM, FOSAG, Metaalunie, OSB, UNETO-VNI en VSB en de vakcentrales FNV, CNV, MHP, FNV Bouw en de Hout-en Bouwbond CNV hebben in overleg een leidraad opgesteld. Aan de hand van de leidraad kan een werkgever bepalen of de ladder als werkplek mag worden gebruikt of niet. De leidraad dient ter verduidelijking van het Arbobesluit. In de leidraad is tevens invulling gegeven aan de begrippen die in de wettekst niet worden toegelicht. De arbeidsinspectie en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid staan achter de leidraad, maar hebben nog geen plannen om de leidraad in de wet- en regelgeving op te nemen.
Hoe werkt de leidraad?
De leidraad bestaat uit twee stroomdiagrammen (schema’s): • Schema 1: Beoordeling keuze arbeidsmiddel in werkvoorbereiding bij werken op hoogte • Schema 2: Beoordeling werkplek ladder Door het eerste schema stap voor stap te doorlopen aan de hand van de risico-inventarisatie wordt duidelijk of de ladder onder bepaalde condities als werkplek op hoogte mag worden gebruikt. Als uit het eerste schema is gebleken dat de ladder ‘onder bepaalde condities’ als werkplek mag worden gebruikt, moet het tweede schema tijdens de werkvoorbereiding op de werkplek worden doorlopen. De reden hiervoor is dat de situatie in de praktijk soms afwijkt van wat vooraf was ingeschat.
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ 9
Schema 1 Beoordeling keuze arbeidsmiddel in werkvoorbereiding bij werken op hoogte
■ 10
Werken op hoogte
Toelichting op de gebruikte begrippen van schema 1: Wat zijn ‘operationele beperkingen’?
Dit zijn eigenlijk praktische beperkingen. In het Arbobesluit wordt gesproken over: de kenmerken van de locatie. Het is simpelweg niet mogelijk om er een ander arbeidsmiddel dan de ladder te plaatsen, vanwege ruimtegebrek, water et cetera.
Wat zijn ‘veiligheidstechnische beperkingen’?
Dit houdt in dat de inzet van een ander arbeidsmiddel grotere risico’s met zich meebrengt dan de inzet van een ladder. Bijvoorbeeld omdat het opbouwen, afbouwen of neerzetten van een ander arbeidsmiddel gevaarlijker is dan het gebruik van een ladder.
Wat zijn ‘economische beperkingen’?
De inzet van een ander arbeidsmiddel zal soms meer kosten met zich meebrengen dan het gebruik van de ladder. Aan de andere kant kunnen andere arbeidsmiddelen de efficiëntie van het werken op hoogte verbeteren en daardoor de productiviteit verhogen. In principe zijn kosten dan ook geen argument. In een enkele situatie kan hierop een uitzondering worden gemaakt. Het gaat dan in ieder geval om kortdurende werkzaamheden met heel weinig risico, maar dit is niet erg concreet. In de originele tekst van de Europese richtlijn staat dat financieel-economische overwegingen geen rol mogen spelen, maar in de praktijk is dat niet altijd reëel. Als het om een klusje van vijf minuten gaat, zal er zelden speciaal daarvoor een hoogwerker worden ingezet, tenzij hij er al staat.
Als de inzet van een ander arbeidsmiddel één van bovenstaande beperkingen met zich meebrengt, dan is het gebruik van de ladder onder bepaalde condities toegestaan. Het verticale gedeelte van schema 1 moet nu worden doorlopen.
Wat is ‘stahoogte’?
De stahoogte is de hoogte van de voeten op de ladder. De stahoogte mag in ieder geval niet hoger zijn dan 7,5 meter.
Wat is ‘statijd’?
De statijd is het totaal aantal uren dat de werknemer op de ladder moet staan om de klus te klaren. De statijd mag niet langer dan 4 uur zijn.
Wat is ‘krachtuitoefening’?
Dit is een lastig begrip. Het gaat om duwen en trekken. Als iemand moet duwen en trekken terwijl hij op een ladder staat, loopt hij het risico uit balans te raken. Als stelregel voor duwen kan het volgende worden aangehouden: als iemand zo hard moet duwen, bijvoorbeeld met boren, dat hij zichzelf van de muur afduwt, dan mag hij niet op een ladder werken. Voor vervolg, zie pagina 12
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ 11
Vervolg van pagina 11 Met trekken geldt hetzelfde: als hij zo hard aan materiaal moet trekken dat hij achterover zou vallen als het ineens losschiet, dan mag hij dat niet op de ladder doen. In de leidraad staat dat de krachtuitoefening minder dan 100N (N= Newton) moet zijn. 100N is gelijk aan ongeveer 10 kg. Je kunt deze kracht als volgt testen: hang een personenweegschaal aan de muur. Duw er met je handen tegenaan totdat hij 10 kg aangeeft: dat is 100N.
Wat is ‘reikwijdte’?
Reikwijdte is eigenlijk precies wat het woord zegt: hoe ver moet er met de armen gereikt worden om het werk te kunnen doen. Als dit meer dan één armlengte is, dan mag het werk niet vanaf een ladder worden gedaan.
■ 12
Werken op hoogte
Schema 2 Beoordeling werkplek ladder
Als alle vragen in het verticale gedeelte van schema 1 met ‘ja’ kunnen worden beantwoord, dan is de ladder onder bepaalde condities toegestaan. Schema 2 moet nu in de werkvoorbereidingsfase op de werkplek worden doorlopen. In dit schema staan dezelfde vragen als in het onderste gedeelte van schema 1, alleen zijn de voorwaarden nu strenger. Het kan zijn dat de ladder slechts is toegestaan na overleg over de veiligheid tussen werkgever en werknemer (de zeshoekige vakjes)
Wat betekent de uitzondering voor het Convenant Gevelonderhoud?
Er is een Convenant Gevelonderhoud. De partijen (OSB e.d.) die hieronder vallen, hebben zich niet geconformeerd aan de leidraad. Volgens de huidige wet- en regelgeving en het Convenant Gevelonderhoud mogen glazenwassers op ladders in specifieke gevallen tot maximaal 12 meter nu nog de hele dag werken.
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ 13
6
Tips: Veilig gebruik van een ladder
Tot slot: als er toch op een ladder gewerkt gaat worden, moet dat zo veilig mogelijk gebeuren. Hieronder staat een aantal tips voor degene die op de ladder moet werken.
• • • • • • • • • • • • • • • • • • •
■ 14
Zorg voor voldoende vrije ruimte voor het plaatsen van de ladder. Gebruik geen ladder boven de 7,5 meter. Gebruik de ladder niet bij windkracht 6 of hoger. Stel de ladder op onder een hoek van ongeveer 75 graden. De vuistregel hierbij: zet je tenen tegen de onderkant van de ladder en pak de ladder met gestrekte armen recht vooruit. Voorzie de ladder zonodig van een stabiliteitsbalk aan de onderzijde zodat hij niet kan wegzakken of wegglijden. Borg de ladder aan de bovenzijde tegen zijdelings wegglijden of zet de ladder vast met een touw. Plaats de ladder niet op een hellend vlak, een zachte, oneffen of gladde ondergrond, op een tafel of een kist, achterstevoren of ondersteboven. Zorg ervoor dat de ladder minimaal 1 meter uitsteekt bij vloergaten en dakranden. Draag veiligheidsschoenen. Houd de sporten schoon en klim niet omhoog met gladde of vuile zolen. Beklim de ladder met het gezicht naar de ladder toe en gebruik twee handen. Breng materiaal en gereedschap met een hijsmiddel omhoog. Houd de toegang van de ladder steeds vrij van obstakels, zonodig met behulp van schrikhekken. Sluit een deur af of blokkeer de doorgang als de ladder voor deze deur moet staan. Reik niet te ver buiten de ladder (maximaal 1 armlengte). Houd beide voeten op de ladder, dus steun niet met één voet op de ladder; de ladder kan gaan schuiven. Plaats de ladder niet direct tegen een raam, gebruik dan dwarssteunen. Beklim de ladder of trap (zonder platform) nooit hoger dan de vierde tree van boven. Laat ladders niet onbeheerd achter.
Werken op hoogte
7
Informatie Adressen
Arbouw
Hout-en Bouwbond CNV
Postbus 8114 1005 AC Amsterdam telefoon (020) 580 55 80 fax (020) 580 55 55 e-mail
[email protected] internet www.arbouw.nl
Oude Haven 1 3984 KT Odijk telefoon (030) 659 77 11 fax (030) 657 11 01 e-mail
[email protected] internet www.hbbcnv.nl
Bouwend Nederland
Metaalunie
Postbus 286 2800 AG Gouda telefoon (0182) 567 567 fax (0182) 567 555 e-mail
[email protected] internet www.bouwendnederland.nl
Postbus 2600 3430 GA Nieuwegein telefoon (030) 605 33 44 fax (030) 605 31 22 e-mail
[email protected] internet www.metaalunie.nl
CNV
MHP
Postbus 2475 3500 GL Utrecht e-mail
[email protected] internet www.cnv.nl FME-CWM
Postbus 190 2700 AD Zoetermeer telefoon (079) 353 11 00 fax (079) 353 13 65 e-mail
[email protected] internet www.fme.nl FNV
Postbus 8456 1005 AL Amsterdam telefoon (020) 581 63 00 fax (020) 684 45 41 e-mail internet www.fnv.nl FNV Bouw
Postbus 520 3440 AM Woerden telefoon (0348) 57 55 75 fax (0348) 42 36 10 e-mail
[email protected] internet www.fnvbouw.nl FOSAG
Postbus 651 2800 AR Gouda telefoon (0182) 571 444 fax (0182) 572 083 e-mail
[email protected] internet www.fosag.nl
Postbus 575 4100 AN Culemborg telefoon (0345) 85 19 00 fax (0345) 85 19 15 e-mail
[email protected] internet www.vakcentralemhp.nl OSB
Postbus 3265 5203 DG ’s-Hertogenbosch telefoon (073) 648 38 50 fax (073) 648 38 55 e-mail
[email protected] internet www.osb.nl UNETO-VNI
Postbus 188 2700 AD Zoetermeer telefoon (079) 325 06 50 fax (079) 325 06 66 e-mail
[email protected] internet www.uneto-vni.nl VNO-NCW
Postbus 93002 2509 AA Den Haag telefoon (070) 349 03 49 fax (070) 349 03 00 e-mail
[email protected] internet www.vno-ncw.nl VSB
Postbus 190 2700 AD Zoetermeer telefoon (079) 353 12 66 fax (079) 353 13 65 e-mail
[email protected] internet www.vsb-online.nl
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ 15
Productie
Arbouw, Amsterdam Fotografie
Ton Borsboom (cover) Dick Vader (pagina 4, 6, en 14) Sym Visser (pagina 8) Druk
Drukkerij De Volharding, Amsterdam
■ 16
Werken op hoogte
Voor vragen over arbeidsomstandigheden: Arbouw Infolijn (020) 580 55 99
ARB 0632 0504
Arbouw La Guardiaweg 4 1043 DG Amsterdam Postbus 8114 1005 AC Amsterdam telefoon (020) 580 55 80 telefax (020) 580 55 55 internet www.arbouw.nl e-mail
[email protected]
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■