Jaarplan 2014
Inhoud Voorwoord .........................................................................................................................................1 Inleiding..............................................................................................................................................2 1. Management samenvatting: EFP 2014 in grote lijn ..........................................................................3 2. Management en toezicht ................................................................................................................7 2.1. Leiderschap ...............................................................................................................................7 2.1.1 Medewerkers ......................................................................................................................7 2.1.2 Organogram ........................................................................................................................8 2.2 Financiën ...................................................................................................................................9 2.3 Veiligheid ...................................................................................................................................9 2.4 Toezichtstructuur .......................................................................................................................9 2.4.1 Raad van Toezicht ...............................................................................................................9 2.4.2 Programmaraad ................................................................................................................ 10 3. Projecten ...................................................................................................................................... 12 3.1 Ontwikkeling en beheer van databanken.................................................................................. 12 3.1.1. Landelijke Databank Risicotaxatie tbs (LDR-tbs) ................................................................ 12 3.1.2 Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement ................................... 12 3.1.3 Landelijke Databank Forensische Zorg, module fpa (LDFZ fpa) ........................................... 12 3.1.4 Project Inventarisatie Landelijk Lopend Onderzoek (PILLO) ................................................ 13 3.2 Zorgaanbod in de forensische zorg ........................................................................................... 13 3.2.1 Zorgprogrammering .......................................................................................................... 14 3.2.2 De ideale FPA (iFPA) .......................................................................................................... 14 3.2.3 Task Force Licht Verstandelijk Beperkten (TF LVB) ............................................................. 15 3.2.4 Long-term Forensic Psychiatric Care (LFPC) ....................................................................... 15 3.3 Projectmanagement van multicenteronderzoek en andere projecten ...................................... 15 3.3.1 Schema Focused Therapy (SFT).......................................................................................... 15 3.3.2 Risicotaxatie voor de Forensische Verslavingszorg ............................................................. 16 3.3.3 Doorontwikkeling Forensische Prestatie Indicatoren ......................................................... 16 3.3.4 Stoornis en Risico .............................................................................................................. 17 3.4 Kennismanagement en communicatie ...................................................................................... 17 3.4.1 Communicatieactiviteiten en middelen ............................................................................. 17 3.4.2 Samenwerkingsverbanden en netwerken .......................................................................... 19 3.4.3 Organisatie van studiedagen, symposia en congressen ...................................................... 20 3.5 Programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ) ............................................................................ 21 3.5.1 KFZ .................................................................................................................................... 21 3.5.2 Forensische Routine Outcome Monitoring (ROM) ............................................................. 22 4. Mogelijk nieuwe projecten ............................................................................................................ 23 Bijlage I Overzicht projecten ............................................................................................................. 24 Bijlage II Lijst van afkortingen............................................................................................................ 49
Voorwoord Bij het afscheid van onze vorige directeur Iva Embley in juli 2013 wenste zij het EFP1 een mooie balans tussen stabiliteit en innovatie toe: “…dat het EFP alles doet om de instellingen te ondersteunen bij het uitvoeren van hun taak: het verbeteren van de kwaliteit van zorg. Deze sector heeft een zware taak, met cliënten met zware problemen. Ik hoop dat het EFP deze taak sterk, ondersteunend en creatief zal blijven uitvoeren.” In 2014 zal het EFP onverminderd zijn best doen om aan deze taak krachtig invulling te geven. Stabiliteit garanderen wij door met het veld te blijven werken aan een aantal langlopende projecten zoals de Landelijke Databank Risicotaxatie tbs. Deze LDR- tbs die het EFP samen met de instellingen heeft ontwikkeld is uniek en internationaal bekend. Wij hopen dat de kansen die dat biedt voor onderzoek ook in 2014 ten volle worden benut door het veld. Innovatie komt onder andere voort uit het programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ) dat in 2014 een nog prominentere rol gaat spelen. Hier komt immers alles samen waar het EFP samen met het veld aan werkt: de verbetering van de kwaliteit van zorg door het bundelen van de krachten. Wij zijn blij dat de forensische zorgsector en het Ministerie van Veiligheid en Justitie in de Meerjarenovereenkomst Forensische Zorg hebben afgesproken dat het veld samen met het EFP in het programma KFZ werkt aan kwaliteit. Wij zijn het veld erkentelijk voor de steun en het gestelde vertrouwen. Ook blijven we samen met het veld werken aan de ontwikkeling en verbetering van nieuwe interventies zoals E-Health. Door te zoeken naar nieuwe technieken kunnen moeilijke patiëntengroepen beter gediagnosticeerd worden, en kunnen behandeling en risicotaxatie op maat tot stand komen. Eind 2013 zal de evaluatie van het EFP plaatsvinden. De goede samenwerkingsverbanden met de stakeholders en de resultaten die daarbij geboekt worden, geven ons alle reden te denken dat deze evaluatie de positieve lijn van het EFP zal bevestigen. Ook verwachten we naar aanleiding van deze evaluatie onze dienstverlening in 2014 verder te kunnen verbeteren. De kernwaarde van het EFP hierbij is en blijft: dienstbaar, ondersteunend en resultaatgericht samenwerken met het veld. Wij hopen in dit jaarplan een helder beeld te schetsen van hetgeen het forensische zorgveld van het EFP kan verwachten in 2014. Gijs Bakkum, directeur EFP, september 2013
1
Stichting Expertisecentrum Forensische Psychiatrie, opgericht in 2002, KvK Utrecht 30191503
Pagina 1 van 49
Inleiding De projecten waar het EFP aan werkt zijn bepaald door het veld. Ze zijn divers en spelen zich af op verschillende terreinen. De overeenkomst is dat het projecten zijn waarbij inhoud en expertise worden geleverd door het veld, en het EFP coördineert en faciliteert. Het gaat om samenwerkingsprojecten die de individuele instellingen overstijgen. Het EFP neemt het veld daarmee werk uit handen en zorgt door middel van projectmanagement en ondersteuning dat de zorginstellingen hun tijd kunnen besteden aan hun core business. Het EFP is op veel verschillende manieren betrokken bij de projecten. Elk project vraagt om een andere rol en het EFP levert daarbij diensten op maat. Het EFP jaagt aan of ondersteunt, signaleert of voert uit, coördineert of verbindt waar nodig. In dit jaarplan wordt getoond op welke wijze het EFP het veld ondersteunt. In hoeverre dragen de projecten bij aan een betere zorg? Wat kan het veld in 2014 van het EFP verwachten? Dit jaarplan is een zakelijke opsomming en inventarisatie van de verschillende projecten waar het EFP bij betrokken is. Per deelterrein wordt in grote lijn aangegeven in hoeverre de verschillende werkzaamheden van het EFP bijdragen aan de missie van het EFP. Ook is in dit jaarplan een onderdeel opgenomen waarin de managementstructuur en -doelstellingen van het EFP staan omschreven. Tot slot schetsen we kort welke kansen we zien voor mogelijk nieuwe projecten die in 2014 gestart kunnen worden. Het jaarplan 2014 is daarmee als volgt opgebouwd: 1. Het eerste hoofdstuk is een management samenvatting. In grote lijn wordt aangegeven welke projecten we binnen welke deelterreinen uitvoeren in 2014 en in hoeverre zij bijdragen aan de missie van het EFP. 2. In het tweede hoofdstuk staat de managementdoelstelling van het EFP omschreven op het gebied van leiderschap, medewerkers, financiën en veiligheid. 3. Het derde hoofdstuk geeft een nader overzicht van elk project: wat zijn de doelstellingen en de verwachte resultaten? De tekst is zo opgemaakt dat men kan doorklikken naar de bijlagen waarin de nadere uitwerking staat. De lezer kan zo kiezen voor meer verdieping. 4. In het vierde hoofdstuk schetsen we kort welke mogelijke nieuwe projecten we kunnen starten in 2014. 5. Bijlagen I Overzicht projecten (bij hoofdstuk 3) II Lijst van afkortingen
Pagina 2 van 49
1. Management samenvatting: EFP 2014 in grote lijn In dit eerste hoofdstuk wordt kort en bondig omschreven wat het veld van het EFP kan verwachten in 2014. Het is een overzicht op hoofdlijnen van de werkterreinen, welke projecten daar onder vallen en hoe deze bijdragen aan de missie en doelstelling van het EFP. Missie en doelstelling Het EFP ondersteunt het veld van de forensische zorg bij de verhoging van de kwaliteit van de zorg, met als doel het bevorderen van de maatschappelijke veiligheid. Het EFP streeft dit doel na via project- en kennismanagement. Het EFP brengt kennis en mensen samen, faciliteert en coördineert die projecten die de reikwijdte van de individuele instellingen overschrijden. Kerntaak en werkterreinen De kerntaak van het EFP is ‘makelen en schakelen’ gericht op kennismanagement en projectmanagement voor het forensische zorgveld. Conform afspraken met de stakeholders richt het EFP zich op de volgende werkterreinen: 1. ontwikkeling en beheer van landelijke databanken; 2. zorgaanbod in de forensische zorg; 3. projectmanagement van multicenteronderzoek en andere projecten; 4. kennismanagement en communicatie; 5. het programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ). Lerende forensische praktijk De verschillende activiteiten van het EFP zijn met elkaar verbonden. Zo ontstaat er een geïntegreerd aanbod van ‘makelen en schakelen’. Bijvoorbeeld: lacunes in wetenschappelijke evidentie die uit de zorgprogrammering naar voren komen, kunnen een aanzet tot multicenteronderzoek geven. Dit onderzoek kan weer met behulp van de landelijke databank worden uitgevoerd om de resultaten daarvan te integreren in de relevante zorgprogramma’s. Zo ontwikkelt zich een lerende praktijk in de forensische zorg, waar nieuwe inzichten voortdurend de zorg kunnen verfijnen en verbeteren. Het EFP heeft hierin een signalerende en coördinerende rol. Stakeholders Het EFP werkt intensief samen met partners in het veld. Het EFP faciliteert en levert vooral diensten op het gebied van projectmanagement, en indien gewenst inhoudelijke ondersteuning. De stakeholders bestrijken een groot deel van het veld van de forensische zorg. Het betreft partners met wie de Directie Forensische Zorg (DForZo/DJI) zorg- en inkoopcontracten heeft afgesloten: de forensisch psychiatrische centra (fpc’s), forensisch psychiatrische afdelingen (fpa’s), en forensisch psychiatrische klinieken (fpk’s). Sinds 2013 maakt ook de gehele forensische verslavingszorg deel uit van onze stakeholders hetgeen ons draagvlak en mogelijkheden substantieel heeft uitgebreid. In 2014 wordt gekeken hoe de dienstverlening van het EFP ook kan worden uitgebreid naar de ambulante forensische zorg. Afgevaardigden van al deze instellingen zijn vertegenwoordigd in de Programmaraad, Raad van Toezicht, onderdelen van het programma KFZ en de vele project- en werkgroepen. Financiering De projecten van het EFP worden gefinancierd vanuit de jaarlijks vastgestelde begroting. Als er in de loop van het jaar nieuwe projecten bijkomen of aanvullende werkzaamheden nodig zijn dan zoekt het EFP waar nodig, volgens afspraak met de stakeholders, met de betrokken partners aanvullende financiering. Het is dus mogelijk om in 2014 nieuwe projecten toe te voegen wanneer financiering en personele inzet gerealiseerd kunnen worden. Zie hiervoor hoofdstuk 4. Pagina 3 van 49
Projecten De projecten en activiteiten die het EFP in 2014 gaat uitvoeren zijn onderverdeeld in de genoemde vijf werkterreinen. In 2014 kijken we hoe we de activiteiten van het EFP en die van het programma KFZ meer op elkaar kunnen afstemmen. De werkterreinen worden hieronder kort omschreven en zijn in hoofdstuk 3 uitgebreid omschreven. 1) Ontwikkeling en beheer van databanken Het opzetten en beheren van de landelijke databanken behoort tot een van de belangrijkste taken van het EFP. Op verzoek van de stakeholders beheert het EFP alle technische, organisatorische en administratieve processen. Het EFP zorgt voor de technische omgeving van de databanken alsook voor het verzamelen en beveiligen van de gegevens. Het gaat hier om risicotaxatiegegevens, recidivecijfers alsook behandel- en administratieve gegevens. Daarnaast wordt de methodologie verder ontwikkeld om de data uit de databank zo effectief mogelijk te analyseren, presenteren en visualiseren. Veilig beheer van alle data heeft hierbij voortdurend de hoogste prioriteit. Ook maakt het EFP de databanken toegankelijk voor onderzoek. Het EFP creëert hiermee de randvoorwaarden voor het gebruik van de databanken. Onderzoekers, wetenschappers en bestuurders kunnen hier vervolgens mee aan de slag. De Landelijke Databank Risicotaxatie tbs (LDR-tbs), waaronder ook het project Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement wordt gerekend, draagt bij aan het verbeteren van de zorg omdat deze wetenschappelijk onderzoek mogelijk maakt waardoor de risicotaxatieinstrumenten kunnen worden verfijnd en aangescherpt. Door uit te gaan van getoetste en gevalideerde instrumenten kan beter worden bepaald waar de behandeling zich op zou moeten richten en of een patiënt al klaar is voor een volgende stap in zijn (resocialisatie)traject. De risicofactoren kunnen beter worden geïdentificeerd en in kaart gebracht hetgeen de behandeling ten goede komt. Zo kan worden voorkomen dat patiënten met een hoog risico (te) veel vrijheid krijgen. Tegelijkertijd kunnen patiënten met een laag risico ook beter worden geïdentificeerd, waardoor hun resocialisatietraject in de pas loopt met hun risiconiveau. Daarmee wordt de maatschappij uiteindelijk veiliger en de behandeling waar mogelijk korter en derhalve minder kostbaar. De databank FPA is bedoeld om het veld de mogelijkheid te geven om, op basis van gegevens over de bedrijfsvoering, de eigen performance af te zetten tegen die van collega-instellingen. Projecten: - Landelijke Databank Risicotaxatie tbs (LDR-tbs) (zie 3.1.1) - Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement (zie 3.1.2.) - Landelijke Databank Forensische Zorg, module fpa (LDFZ fpa) (zie 3.1.3) - Project Inventarisatie Landelijk Lopend Onderzoek (PILLO) (zie 3.1.4.) 2) Zorgaanbod in de forensische zorg In samenwerking met het EFP worden de ervaring en wetenschappelijke en professionele kennis van deskundigen in het forensische werkveld gebundeld in landelijke zorgprogramma’s. De zorgprogramma’s leiden tot meer helderheid, samenhang en standaardisering van de zorg. Hierdoor verbetert de kwaliteit van de zorg, waardoor uiteindelijk recidiverisico’s zullen afnemen. Het EFP zet zich samen met het veld in om tot een overzicht en beschrijving van het optimale zorgaanbod te komen. Deze zorgprogramma’s worden periodiek geactualiseerd, zodat ook nieuwe ontwikkelingen worden beschreven. De forensische zorginstellingen kunnen gebruik maken van deze landelijke zorgprogramma’s om hun eigen zorgprogramma’s samen te stellen en up to date te houden. In 2014 blijft het EFP werken aan het actualiseren van de bestaande zorgprogramma’s.
Pagina 4 van 49
Projecten: - Zorgprogrammering (zie 3.2.1) - Basiszorgprogramma (basis ZP) - Zorgprogramma Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag (ZP SGG) - Zorgprogramma Psychische Stoornissen (ZP PSyS) - Zorgprogramma Persoonlijkheidsstoornissen (ZP PerS) - Langdurige Forensisch Psychiatrische Zorg (LFPZ) - De ideale FPA (iFPA) (zie 3.2.2) - Task Force Licht Verstandelijk Beperkten (TF LVB) (zie 3.2.3) - Long-term Forensic Psychiatric Care (LFPC) (zie 3.2.4) 3) Projectmanagement van multicenteronderzoek en andere projecten Samenwerken en het bundelen van krachten ligt ten grondslag aan het verbeteren van de kwaliteit van de forensische zorg. Samen weten we meer dan alleen: door kennis en kunde te delen kan bijvoorbeeld grootschaliger onderzoek worden uitgevoerd, of kunnen gegevens getoetst worden. Het EFP brengt instellingen samen om gezamenlijk aan projecten te werken. De rol van het EFP is hier het management van multicenter (onderzoeks-)projecten. Het EFP richt zich op overkoepelende activiteiten die voor individuele instellingen moeilijk zijn uit te voeren zoals het coördineren van samenwerkingsverbanden en het samenbrengen van onderzoeksgegevens. Ook signaleert het EFP lacunes in wetenschappelijke evidentie, ondersteunt het opzetten van nieuwe multicenter projecten, of laat literatuur- en haalbaarheidsonderzoek uitvoeren. In 2014 biedt het EFP procesmatige en inhoudelijke ondersteuning van onderstaande onderzoeksprojecten, zodat deze projecten vloeiend verlopen qua tijd, financiën en kwaliteit. Projecten: - Schema Focused Therapy (SFT) (zie 3.3.1) - Risicotaxatie voor de Forensische Verslavingszorg (zie 3.3.2) - Doorontwikkeling Forensische Prestatie Indicatoren (zie 3.3.3) - Stoornis en Risico (zie 3.3.4) 4) Kennismanagement en communicatie Naast projecten op het gebied van zorgprogramma's, multicenteronderzoek en databanken werkt het EFP aan kennismanagement en communicatie. Het EFP stimuleert het contact tussen deskundigen, verzamelt kennis en maakt deze toegankelijk. Dit gebeurt via inzet van diverse communicatiemiddelen, maar ook via activiteiten en projecten op het gebied van kennismanagement. De activiteiten die onder kennismanagement vallen zijn gevarieerd: het kan gaan om kortdurende projecten, eenmalige evenementen, beheerprojecten, of het gaat om het ontwikkelen van infrastructuur en techniek om kennis toegankelijk te maken (zoals de databanken). Het EFP faciliteert ook vele samenwerkingsverbanden in de vorm van commissies of speciale onderzoeksgroepen. Projecten - Communicatieactiviteiten en middelen (website, nieuwsbrief, social media) (zie 3.4.1) - Samenwerkingsverbanden en netwerken (Scientific Council, Commissie ‘Ethiek in de forensische psychiatrie’, Forensic Knowledge Exchange Platform (FKEP), Overkoepelend Informatiebeleid Overleg (OIO))(zie 3.4.2) - Organisatie van studiedagen, symposia en congressen (themabijeenkomsten, Festival Forensische Zorg (FFZ)) (zie 3.4.3) Pagina 5 van 49
Ook vallen onder dit werkterrein nieuwe projecten en activiteiten die nog geen officiële status hebben, maar waar het EFP betrokken is bij de opzet.
5) Het programma KFZ “Door kennis te delen kan betere kwaliteit worden geleverd hetgeen ten goede komt aan betere zorg en een veiliger samenleving.” Vanuit die gedachte is het programma KFZ in 2011 gestart. De gehele forensische zorgsector is bij het programma KFZ betrokken vanuit de gedeelde wens om gezamenlijk te werken aan de ontwikkeling van kwaliteit en transparantie van de zorg en daarmee de positie van de sector te versterken. De doelen van KFZ zijn: - De kwaliteit van de forensische zorg ontwikkelen en verbeteren. - De kwaliteit van de forensische zorg zichtbaar maken aan de hand van objectieve en eenduidig gedefinieerde indicatoren op het punt van recidive, incidenten, instroom, doorstroom en uitstroom. - Het scheppen van voorwaarden voor en het stimuleren van de implementatie van de producten die binnen het KFZ-programma zijn ontwikkeld. Om de aanwezige kwaliteit in het veld zichtbaar maken en in te zetten, wordt er binnen het programma KFZ gewerkt met calls. Dit zijn oproepen aan de instellingen in het forensische zorgveld om op basis van een concrete vraag van de programmacommissie KFZ een plan van aanpak in te dienen. Deze plannen worden (via een met waarborgen omgeven procedure) beoordeeld door de programmacommissie. De instelling met het beste plan van aanpak krijgt uiteindelijk de call en het bijbehorende budget toegewezen. Na goedkeuring worden de calls uitgevoerd als projecten, die vervolgens een eindresultaat opleveren in de vorm van bijvoorbeeld een behandelprogramma of protocol. Met dit resultaat kan het hele zorgveld aan de slag. Het EFP heeft een belangrijke rol in de uitvoering van het programma KFZ door coördinatie, facilitatie en ondersteuning van de organisatie en de projecten van KFZ . Het EFP ondersteunt de stuurgroep en de programmacommissie.
Pagina 6 van 49
2. Management en toezicht In dit hoofdstuk wordt getoond hoe het EFP werkt aan (personeel)management en leiderschap. Welke uitgangspunten worden gehanteerd en hoe wordt het vormgegeven? Hierbij wordt ingegaan op de onderdelen leiderschap, medewerkers, financiën, veiligheid en toezicht.
2.1. Leiderschap Het EFP-team bestaat uit 16 medewerkers (12,33 fte). Het managementteam (MT) van het EFP stuurt de organisatie en de medewerkers aan. Het MT wordt gevormd door de directeur, de directiesecretaris en de informatiemanager. De directeur is verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken en de financiële situatie van het EFP. De directiesecretaris is de direct leidinggevende van de medewerkers en in de dagelijkse gang van zaken hun aanspreekpunt. Het MT komt elke twee weken bijeen tijdens het reguliere managementoverleg (MO), indien nodig vaker. In die overleggen bespreekt het MT onderwerpen als de (dagelijkse) gang van zaken, de financiële situatie van het EFP, de relatie met stakeholders, de stand van zaken en voortgang van de lopende projecten, mogelijk nieuwe projecten, de bemensing van projecten en de bezetting van het EFP en de ontwikkeling van de medewerkers (aan de hand van de competentieprofielen). Indien de noodzaak zich voordoet kunnen de MT-leden elkaar direct vervangen. De directiesecretaris is eerste vervanger van de directeur.
2.1.1 Medewerkers Ten behoeve van de kerntaak van het EFP ‘makelen en schakelen’ ligt het accent van de EFPmedewerkers in hun dagelijkse werk op projectmanagement en – ondersteuning en waar nodig inhoudelijke inbreng. Het aanname- en personeelsbeleid zijn hier op gericht. De medewerkers zijn over het algemeen minimaal WO-opgeleid. Een aantal heeft zich verder gespecialiseerd in bijvoorbeeld projectmanagement (zowel via opleidingen als door praktijkervaring). De directiesecretaris is de direct leidinggevende van de medewerkers en onderhoudt contact door middel van periodieke voortgangsgesprekken. Ten minste eenmaal per jaar voert de directiesecretaris met elke medewerker een formeel functioneringsgesprek. Voor (inhoudelijk) werkoverleg komen alle medewerkers tweewekelijks bij elkaar. Het EFP is een laagdrempelige organisatie: de lijnen zijn kort en het management is toegankelijk en bereikbaar. Het MT hecht hier aan en werkt hier bewust aan. Het MT meent dat dit juist in een kleine organisatie goed te realiseren is en het teamgevoel bevordert. Dat dit zijn vruchten afwerpt wordt duidelijk door de manier van samenwerken; op basis van de functies, competenties en rollen vindt de indeling in projectteams altijd op soepele wijze plaats en zijn de diverse teams gevarieerd samengesteld waarbij alle medewerkers goed met elkaar samenwerken. Op basis van de output, het gedrag van de medewerkers en de gesprekken met hen constateren directeur en directiesecretaris dat de medewerkers met veel plezier, enthousiasme en inzet bij het EFP werkzaam zijn. Een kleine organisatie als het EFP moet flexibel zijn en dat betekent dat binnen het EFP niet met competentieprofielen met vaste takenpakketten wordt gewerkt. De EFP-medewerkers moeten met elkaar alle taken uitvoeren die nodig zijn om het EFP succesvol te laten functioneren. Afhankelijk van het jaarplan wordt per medewerker jaarlijks afgesproken welke producten en diensten tot het takenpakket van de desbetreffende medewerker behoren. Gedurende het jaar wordt het takenpakket tweemaandelijks besproken en indien nodig aangepast. Indien taken uit een ander
Pagina 7 van 49
profiel worden uitgevoerd (bijvoorbeeld een projectleider die voor een bepaald project als projectcoördinator optreedt) dan heeft dat geen arbeidsrechtelijke consequenties. Het MT hecht belang aan de ontwikkeling van de medewerkers. Het EFP beschikt niet over de financiën voor uitgebreide en/of dure opleidingen. Tevens moet het EFP werken met contracten voor bepaalde tijd (met een maximum van drie jaar). Wel bestaat er de mogelijkheid korte opleidingen, trainingen en cursussen te volgen, bijvoorbeeld op ICT-gebied of op het gebied van schrijfvaardigheid en projectmanagement. Alle medewerkers ontwikkelen zich ‘on the job’ onder begeleiding van een meer ervaren medewerker en/of de direct leidinggevende of directeur. Ook door middel van intervisie scherpen de medewerkers hun kennis en vaardigheden aan. In de (formele) gesprekken met de leidinggevende is opleiding en training een vast onderwerp van gesprek.
2.1.2 Organogram Raad van Toezicht
Programma Raad (PR)
Databanken
Zorgaanbod
Project management
Bestuur
Stuurgroep
Management Team (MT) communicatie
Programma commissie
Kennis management en communicatie
KFZ
Pagina 8 van 49
2.2 Financiën Het EFP wordt gefinancierd door de Directie Forensische Zorg (DForZo) en forensische zorginstellingen met wie DForZo zorg- en inkoopcontracten heeft afgesloten, de stakeholders. De bijdrage van DForZo is vast, de bijdragen van de instellingen worden jaarlijks opnieuw vastgesteld op basis van een gezamenlijk overeengekomen methodiek (promillage van de forensische zorg omzet). Het jaarplan is afgestemd op de begroting van het EFP. De voortgang van de reguliere lopende projecten op de vijf werkterreinen van het EFP is daarmee gewaarborgd, mits DForZo en de instellingen zich jaarlijks financieel committeren aan het EFP. Een (klein) deel van het budget is bestemd voor nieuwe, extra, projecten die in de loop van het jaar zich voordoen. Daarnaast kan het EFP extra projecten uitvoeren wanneer er additionele financiering gerealiseerd wordt, hetzij vanuit een opdrachtgever hetzij via subsidie(s). Voor het programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ) heeft DForZo, los van de begroting van het EFP, een bedrag toegekend. Deze subsidie is bestemd voor KFZ en wordt slechts beheerd door het EFP. Uit deze subsidie worden alle activiteiten en projecten van KFZ betaald. Ook de ondersteuning vanuit het EFP voor het programma KFZ wordt betaald uit dit budget.
2.3 Veiligheid Het EFP wordt als projectmanager en beheerder van data geconfronteerd met diverse veiligheidsvraagstukken. Met name vanwege de beveiligingsaspecten rond de LDR tbs begon het EFP in 2012 met het opstellen van een integraal veiligheidsbeleid. De notitie Veiligheid EFP is een eerste uitwerking. Vervolgens is in 2013 het informatiebeveiligingsplan EFP opgesteld. Op basis van dit plan wordt in 2014 het veiligheidsbeleid van het EFP verder geconcretiseerd en ingevoerd. De focus van het EFP is hierbij primair informatiebeveiliging. Hierbij wordt bijvoorbeeld gewerkt aan zaken als (fysieke) toegangsbeveiliging op de EFP-systemen, afspraken rond het gebruik van ICTmiddelen, beveiliging van de netwerkomgeving en de (gegevens in de) databanken. Voor deze onderwerpen worden protocollen en regels vastgesteld en worden waar nodig en mogelijk technische maatregelen genomen. Het EFP realiseert zich dat menselijk handelen een risicofactor vormt: veiligheid staat en valt met de perceptie hiervan binnen de organisatie. Het is dan ook een belangrijk onderdeel van het veiligheidsbeleid voor het EFP om de eigen medewerkers en de gebruikers en stakeholders te blijven wijzen op de risico´s en hun verantwoordelijkheden, en hen te ondersteunen bij een goede uitvoering hiervan.
2.4 Toezichtstructuur Aan het EFP zijn een Raad van Toezicht en een Programmaraad verbonden. In deze raden hebben vertegenwoordigers van stakeholders zitting, hetgeen bijdraagt aan de betrokkenheid van het forensische zorgveld bij het EFP.
2.4.1 Raad van Toezicht De Raad van Toezicht ziet toe op het beleid van het bestuur en de algemene gang van zaken bij het EFP. Tevens is de Raad van Toezicht klankbord voor het bestuur. Drie leden zijn vertegenwoordigers van de forensische zorginstellingen waaraan het EFP diensten levert. De voorzitter en twee leden zijn niet verbonden aan een van de forensische zorginstellingen: de voorzitter is werkzaam in de publieke
Pagina 9 van 49
sector, één lid bekleedde recent een vooraanstaande rol in het forensische veld, de ander bekleedt een onafhankelijke financiële toezicht- en adviesfunctie. In 2014 is de samenstelling als volgt: - Dhr. mr. A. Wolfsen, (per 1-1-14 voormalig) burgemeester Utrecht, voorzitter - Dhr. drs. A.H.M. van Amerongen, voormalig Hoofd Afdeling Business Controlling (concern controller) Sociale Verzekeringsbank - Mw. drs. W.C.B. Hoenink, directeur divisie forensische psychiatrie GGZ Noord-Holland-Noord - Dhr. drs. J.A. Poelmann, forensisch gedragskundige, voormalig voorzitter Raad van Bestuur PFC Pompestichting, voormalig voorzitter Forensisch Netwerk GGZ Nederland - Dhr. drs. M.A. Polak, voorzitter Raad van Bestuur FPC De Kijvelanden - Dhr. drs. R.J.Th. Rutten, bestuurder Tactus Verslavingszorg De vergaderfrequentie van de RvT is viermaal per kalenderjaar (eenmaal per kwartaal). Taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht De Raad van Toezicht (RvT) controleert en richt zich daarbij op bestuurlijke zaken als geld en risico’s. De RvT keurt de besluiten van het bestuur van het EFP betreffende de strategie van het EFP en de financiering daarvan goed. De RvT besteedt daarom veel aandacht aan de strategie, de financiering en de jaarstukken. Dit betreft het goedkeuren van de jaarrekening, het jaarplan en de daarbij behorende begroting en het jaarverslag. Deze onderwerpen komen zowel in overleggen van de RvT aan de orde als in gesprekken tussen voorzitter, een lid en de directeur van het EFP. Naast genoemde onderwerpen zal de RvT in 2014 (meer) aandacht gaan besteden aan de continuïteit van het EFP (en de mogelijke risico’s) en aan HRM – zaken.
2.4.2 Programmaraad De Programmaraad adviseert de Raad van Toezicht en directie van het EFP. De Programmaraad houdt hierbij rekening met de belangen van patiënten, de veiligheid van de samenleving, de verschillende sectoren die diensten afnemen van het EFP, het ministerie van Veiligheid en Justitie en de Directie Forensische Zorg. De Programmaraad bestaat uit een onafhankelijke voorzitter en zes leden; de leden zijn allen vertegenwoordigers van stakeholders. In 2014 is de samenstelling als volgt: - Mw. prof. dr. Ch. van Nieuwenhuizen, bijzonder hoogleraar Forensische Geestelijke Gezondheidszorg, Universiteit van Tilburg; onderzoeksprogrammaleider GGzE, centrum kinderen jeugdpsychiatrie, voorzitter - Dhr. drs. H. Beintema, directeur behandeling FPC. Dr. S. van Mesdag - Mw. drs. K. ten Brinck, directeur behandeling FPC Veldzicht - Dhr. drs. M.A. Engelsman, beleidsadviseur tbs, Directie Sanctie- & Preventiebeleid, ministerie van Veiligheid en Justitie - Dhr. drs. H. A. de Haan, directeur Zorg/1e geneeskundige/psychiater, Tactus Verslavingszorg - Dhr. prof. dr. J.W. Hummelen, hoofd Behandeling GGNet, Locatie De Boog en bijzonder hoogleraar Forensische Psychiatrie, Universiteit Groningen - Mw. dr. N. Tenneij, Beleidsadviseur Afdeling Kwaliteit, DForZo, DJI De vergaderfrequentie van de Programmaraad is twee- à driemaal per kalenderjaar. Taken, bevoegdheden en rol van de Programmaraad De Programmaraad (PR) adviseert de Raad van Toezicht en directie van het EFP ten aanzien van het algemeen meerjarenbeleid en het jaarplan van het EFP. De PR heeft voor het EFP, en daarmee ook voor het veld, een onmisbare inhoudelijk richtinggevende rol: de PR bespreekt nieuwe projecten en Pagina 10 van 49
initiatieven, brengt thema’s en ideeën in, bepaalt (mede) prioriteiten, ondersteunt en inspireert. Tevens fungeert de PR voor het EFP als klankbordgroep. De PR heeft zo zicht op eventuele lacunes. De adviezen van de PR hadden de afgelopen jaren primair betrekking op het bepalen en afbakenen van de terreinen waarop het EFP werkzaam is en de prioritering daarbinnen. Specifieke aandacht besteedde de PR in 2011 en 2012 aan de afstemming van de werkzaamheden van de PR met die van de Programmacommissie KFZ (Kwaliteit Forensische Zorg). De Programmaraad zal in 2014 haar inhoudelijk richtinggevende en ondersteunende rol voortzetten en de ruimte blijven nemen om ideeën en thema’s te opperen en initiëren.
Pagina 11 van 49
3. Projecten In dit hoofdstuk worden de projecten die het EFP in 2014 uitvoert uitgebreid besproken. De projecten zijn onderverdeeld in de werkterreinen ontwikkeling en beheer van databanken, zorgaanbod in de forensische zorg, projectmanagement van multicenteronderzoek en andere projecten, kennismanagement en communicatie en het programma KFZ.
3.1 Ontwikkeling en beheer van databanken 3.1.1 Landelijke Databank Risicotaxatie tbs (LDR-tbs) De LDR-tbs is een gezamenlijk project van alle forensisch psychiatrische centra (fpc’s) en het EFP. Het project vloeit voort uit de aanbevelingen van de Parlementaire Onderzoekscommissie tbs, de Commissie Visser. De databank dient ter ondersteuning van wetenschappelijk onderzoek. Doelstellingen 2014 Het project bevindt zich in de beheerfase. Resultaten behelzen: - Tijdige en zorgvuldige monitoring van aanlevering en kwaliteit van data - Tijdige en zorgvuldige afwikkeling van onderzoeksaanvragen - Aanvullen van de databank met extra gegevens (mogelijk met informatie over verlof, verblijfsstatus, diagnoses/DSM) Landelijke Databank Risicotaxatie tbs (LDR-tbs)zie bijlage I)
3.1.2 Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement Dit project borduurt voort op de LDR-tbs en legt op patiëntniveau een koppeling tussen de recidivegegevens en risicotaxatiedata. Deze koppeling maakt continu geactualiseerde voorspellingsmodellen voor verschillende groepen patiënten mogelijk. Doelstellingen 2014 - Aanlevering en verwerking van delicthistorie en recidive-informatie - Aanlevering en verwerking van demografische - en andere patiëntgegevens - Borgen van de leveringsprocessen binnen de instellingen - Uitbreiding van de visualisatiemodules met de nieuwe gegevens en het onderhouden van EFP Visualisation Environment (EVE) (Voor meer informatie over het project
Pagina 12 van 49
Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement, zie bijlage I)
3.1.3 Landelijke Databank Forensische Zorg, module fpa (LDFZ fpa) Het FPA/FPK directieberaad heeft in 2009 de wens uitgesproken te komen tot een databank, om zodoende zelf beter gebruik te kunnen maken van de veelheid aan informatie die nu reeds aan derden wordt aangeleverd. Het doel van de databank was om de belangrijkste knelpunten, vragen en verbeterpunten inzichtelijk te krijgen, waardoor een sectorbrede verbetercyclus mogelijk wordt. Er is voor gekozen deze databank primair te richten op de fpa’s. Doelstellingen 2014 - Tijdige en zorgvuldige monitoring van aanlevering en kwaliteit van data - Rapporteren data aan FPA/FPK Directieberaad - In overleg met stuurgroep aanvullen van databank met andere data (Voor meer informatie over het project
Pagina 13 van 49
Landelijke Databank Forensische Zorg, module fpa (LDFZ fpa), zie bijlage I)
3.1.4 Project Inventarisatie Landelijk Lopend Onderzoek (PILLO) Eerdere inventarisaties van onderzoeken uit 2003 en 2007/8, zijn in gedrukte vorm beperkt houdbaar. Daarom biedt het EFP nu de gegevens online aan, zodat regelmatiger updates mogelijk zijn. Om de toegankelijkheid en de betrouwbaarheid van de data te borgen worden de resultaten opgeslagen in een eigen database (PILLO) en worden de benodigde beheerprocessen binnen het EFP geborgd. PILLO biedt een digitaal toegankelijk overzicht van lopende onderzoeken in het forensisch psychiatrische veld. Het EFP beheert dit overzicht en houdt het continu actueel. De onderzoeken worden gekoppeld aan de verzamelde best practices in het forensische zorgaanbod (zorgprogramma’s), om wetenschappelijke onderbouwing van het zorgaanbod mogelijk te maken. In 2011 is besloten om naast bovenstaande koppeling tussen onderzoeken en zorgaanbod ook een registratie op te bouwen van de gehanteerde instrumenten in het forensisch veld, en deze te koppelen aan de beide reeds opgenomen componenten (onderzoek en zorgaanbod). Daarnaast is een start gemaakt met het maken van een integraal literatuuroverzicht. Doelstellingen 2014 - Actuele registratie (lopende) onderzoeken; - Overzicht gehanteerde instrumenten binnen de forensische zorg, in relatie tot onderzoeken enerzijds en het zorgaanbod anderzijds; - Overzicht alle bij onderzoek betrokken instellingen en onderzoekers, in relatie tot de onderzoeken en publicaties naar aanleiding van onderzoek; - Inzicht in de onderbouwing van het zorgaanbod en de eventuele lacunes. (Voor meer informatie over het Project Inventarisatie Landelijk Lopend Onderzoek (PILLO), zie bijlage I)
3.2 Zorgaanbod in de forensische zorg De inventarisatie van het zorgaanbod en de bijbehorende wetenschappelijke evidentie. Zorgprogrammering: - Basiszorgprogramma (basis ZP) - Zorgprogramma Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag (ZP SGG) - Zorgprogramma Psychische Stoornissen (ZP PSyS) - Zorgprogramma Persoonlijkheidsstoornissen (ZP PerS) - Langdurige Forensisch Psychiatrische Zorg (LFPZ) - De ideale FPA (iFPA) - Task Force Licht Verstandelijk Beperkten (TF LVB) - Long-term Forensic Psychiatric Care (LFPC) -
Het EFP biedt de zorgprogramma’s aan in pdf op de EFP-website. Door de manier van updaten, namelijk per thema, kan het EFP snel veranderingen doorvoeren.
3.2.1 Zorgprogrammering In 2008 zijn door het EFP, in samenwerking met het forensische zorgveld, de eerste versies van de verschillende zorgprogramma’s opgeleverd. Ten behoeve van de bruikbaarheid van de Pagina 14 van 49
zorgprogramma’s vindt een doorlopend proces van actualisatie en stroomlijning plaats. Doel van het project is te komen tot meer transparantie, standaardisering en een betere kwaliteit van de behandeling. De status van de zorgprogramma’s is als volgt: - Basiszorgprogramma opgeleverd in 2010 - Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag (ZP SGG) – laatste update 2010 - Psychotische stoornissen (ZP PSYS) – laatste update 2012 - Persoonlijkheidsstoornissen (ZP PS) – laatste update 2012 - Langdurige Forensisch Psychiatrische Zorg (LFPZ) – opgeleverd in 2009 Doelstellingen 2014 - Verwerken van de resultaten van de expertmeeting resocialisatie in de verschillende zorgprogramma’s. - Update van andere specifieke onderdelen van de verschillende zorgprogramma’s. - Zoeken en verwerken van nieuwe evidentie in de zorgprogramma’s. - Onder voorbehoud: organiseren van een tweede bijeenkomst met betrekking tot Resocialisatie (voor alle ZP’s). (Voor meer informatie over het project Zorgprogrammering, zie bijlage I)
3.2.2 De ideale FPA (iFPA) Er was in 2010 geen uitgewerkte en door alle fpa’s gedeelde beschrijving van ‘het product fpa’. De fpa’s wilden tot een gedeelde doelstelling en taakinvulling komen en werken aan transparantie en kwaliteitsverbetering. Doel van het project is het opstellen en periodiek actualiseren van een visiedocument en uitwerken van diverse onderwerpen uit dat visiedocument, zodat de fpa’s de huidige en toekomstige ontwikkelingen verantwoord en succesvol tegemoet kunnen treden. In 2011 en 2012 is in werkgroepen gewerkt aan de volgende speerpunten: 1 Zorgprogramma’s opstellen. 2 Fysieke en relationele beveiliging concretiseren. 3 Uitstroom en vervolgbehandeling stroomlijnen. 4 Visie over risicomanagement en risicotaxatie opstellen. Daarnaast heeft de stuurgroep het vervolgtraject bepaald, waarin de geformuleerde adviezen doorontwikkeld worden tot bruikbare en toetsbare criteria. Deze criteria worden vervolgens gebruikt als input voor een cyclisch proces van self- en peer reviews. Dit gebeurt volgens de methodiek van een kwaliteitsnetwerk (naar Engels model: Quality Network for Forensic Mental Health Services). Het doel van deze methodiek is te benchmarken, de best practices in kaart te brengen en te leren van elkaar om zodoende de kwaliteit in de fpa-sector op een hoger plan te brengen. Doelstellingen 2014 - Doorontwikkeling iFPA-adviezen tot toetsbare criteria. - Bewerken methodiek Quality Network tot kwaliteitsnetwerk voor Nederlandse fpa-sector. - Uitvoeren pilot met kwaliteitsnetwerk. (Voor meer informatie over het project De ideale FPA (iFPA), zie bijlage I)
Pagina 15 van 49
3.2.3 Task Force Licht Verstandelijk Beperkten (TF LVB) Ongeveer een derde van de forensisch psychiatrische cliënten (veroordeelden en verdachten) heeft een totaal IQ-score lager dan 90. Een effectieve behandeling van psychiatrische problematiek van deze doelgroep vereist de juiste diagnostiek en risicotaxatie. In het (forensische) zorgveld is veel kennis en ervaring aanwezig over risicotaxatie en forensische diagnostiek. Ook op het gebied van behandeling is veel kennis en ervaring met deze doelgroep aanwezig in het veld. Deze kennis en expertise wordt binnen de TF LVB gebundeld en zo vormt het veld met het EFP een platform binnen de (forensische)zorg voor samenwerking en expertisevorming. Doelstellingen 2014 - Mogelijke uitkomsten van de studiedag van december 2013 verwerken in het document - Het document actualiseren (zie status en vervolg) (Voor meer informatie over het project Task Force Licht Verstandelijk Beperkten (TF LVB), zie bijlage I)
3.2.4 Long-term Forensic Psychiatric Care (LFPC) In 2011 is de Special Interest Group Long-term Forensic Psychiatric Care (SIG LFPC) opgericht. Dit is een samenwerkingsverband van professionals uit Nederland, België, Duitsland, Zweden, Engeland, de Verenigde Staten en Canada, die werkzaam zijn binnen de langdurige forensisch psychiatrische zorg. Het EFP coördineert en faciliteert de internationale contacten en initieert en stimuleert deze. Ook verzorgt het EFP waar nodig inhoudelijke ondersteuning. Doelstellingen 2014 - Nieuwe onderzoeken en samenwerking op het gebied van long-term forensic psychiatric care coördineren - Overzicht van afgeronde en lopende onderzoeken betreffende LFPZ in Pillo - De best practices nationaal en internationaal verzamelen - De Special interest Group LFPC en LFPC-symposia op het congres IAFMHS organiseren en verzorgen. (Voor meer informatie over het project
Pagina 16 van 49
Long-term Forensic Psychiatric Care (LFPC), zie bijlage I)
3.3 Projectmanagement van multicenteronderzoek en andere projecten 3.3.1 Schema Focused Therapy (SFT) In dit onderzoek werken de Universiteit van Maastricht, het EFP en 8 fpc’s samen. Deze studie, die loopt vanaf 2007, tracht vast te stellen of Schema Therapie, therapie-uitkomsten kan verbeteren, zoals het verlagen van het recidiverisico en de toename van de re-integratie van patiënten in de maatschappij, vergeleken met de gebruikelijke forensische behandeling, de Treatment As Usual (TAU). De studie richt zich op een aantal van de meest uitdagende patiënten in tbs-klinieken, namelijk diegene met Cluster B persoonlijkheidsstoornissen. Er zijn 102 deelnemende patiënten aan/bij dit project. Dit is het totaal aantal patiënten voor het onderzoek. Complete 3-jaars resultaten van de eerste 53 patiënten suggereren dat SFT beter presteert dan TAU wat betreft lager risico en toenemende resocialisatie (percentage van patiënten die verlof krijgen, tijd tot verlof). Hoewel deze resultaten veelbelovend zijn, zijn ze nog niet significant voor alle variabelen. Het bevestigen van deze bevindingen in de hele steekproef en het volgen van de participanten na behandeling om te bepalen wat het actuele recidive risico is, is noodzakelijk om de uiteindelijke vraag te beantwoorden of de uitkomstmaten kunnen worden verbeterd voor deze zeer uitdagende en complexe groep patiënten. Doelstellingen 2014 - Handhaven hoge niveau van kwaliteitscontrole in het geven van SFT aan de patiënten in de studie - Handhaven hoge niveau van kwaliteitscontrole in de adherence van het onderzoeksprotocol - Daadwerkelijke recidivecijfers achterhalen van patiënten in het SFT onderzoek, voor de follow-up studie - Insturen publicaties en conferentie presentaties gebaseerd op de studie data. (Voor meer informatie over het project Schema Focused Therapy (SFT), zie bijlage I)
3.3.2 Risicotaxatie voor de Forensische Verslavingszorg Er is een lacune in kennis en instrumenten op het gebied van de relatie tussen verslaving en delinquent gedrag. Over beide gebieden afzonderlijk is veel bekend, maar niet over hun wisselwerking. Risicotaxatie-instrumenten voor de reguliere forensische patiënt nemen de samenhang tussen verslaving en delictgedrag onvoldoende mee. In 2012 is de RIVJU ontwikkeld: een conceptinstrument voor de Risicotaxatie van Verslaafde Justitiabelen. Dit risicotaxatie instrument beoogt de kans op toekomstig gewelddadig of crimineel gedrag onder verslaafde justitiabelen in kaart te brengen. De eerste fase van het project is afgerond, maar de ontwikkeling van de concept checklist gaat verder. Het is nu zaak om de checklist in de praktijk in pilots te gaan toetsen. Doelstellingen 2014 - Uitvoeren betrouwbaarheidsonderzoek bij ongeveer 50 patiënten (25 in de forensische verslavingszorg en 25 in een fpc) - Uitvoeren validiteitstudie - Opstellen handleiding voor checklist Pagina 17 van 49
-
Aanpassen RIVJU.
Op basis van de uitkomsten van het betrouwbaarheidsonderzoek wordt vervolgens het verdere vervolgtraject vormgegeven. Het is de bedoeling het instrument verder te ontwikkelen, onder andere door een scorelijst op te stellen waarin de afzonderlijke items in gezamenlijkheid leiden tot een eindconclusie. (Voor meer informatie over het project Risicotaxatie voor de Forensische Verslavingszorg, zie bijlage I)
3.3.3 Doorontwikkeling Forensische Prestatie Indicatoren (onder voorbehoud; besluitvorming okt. 2013) Het landelijk project Zichtbare Zorg (ZiZo) is per 1 januari 2013 beëindigd. Aangezien DForZo hecht aan het inkopen van zorg mede op kwaliteitsparameters hebben zij het EFP opdracht gegeven tot het doorontwikkelen van de Prestatie Indicatoren (PI) voor het verslagjaar 2014. Deze set is in september 2013 opgeleverd. Geconstateerd is dat dit een meerjarenontwikkeltraject is. In circa 6 bijeenkomsten van de voorbereidingsgroep zal verder worden gewerkt aan het doorontwikkelen van de bestaande set om uiteindelijk in september 2014 een verbeterde set voor boekjaar 2015 op te leveren. Doelstellingen 2014 - Oplevering conceptset ter goedkeuring door het Forensisch Netwerk - Oplevering conceptset voor goedkeuring door DForZo - Decharge door Stuurgroep. (Voor meer informatie over het project Doorontwikkeling Forensische Prestatie Indicatoren, zie bijlage I)
3.3.4 Stoornis en Risico Dit traject startte medio 2010 en komt voort uit de wens te komen tot een eenduidige en forensisch relevante (her)definitie van de gebezigde concepten van een psychische stoornis en haar relatie met het risico binnen de pro Justitia rapportage en behandeling. De huidige concepten voldoen niet. Zo lijkt een categorale DSM diagnose geen voorspellende waarde te hebben en lijkt er geen causaal verband met het delictrisico te kunnen worden gelegd. Daarnaast vond er in de strafrechtspleging een paradigmaverschuiving plaats waarmee de nadruk op de recidivepreventie kwam te liggen (Wet op de forensische zorg, en what works methode tbs). Daarmee verschuift de focus van de toerekeningsvatbaarheid naar risicotaxatie en behandelbaarheid. In de eerste fase van dit project leidden twee invitational conferences tot een conceptualisering van het probleem en een serie uitgangspunten voor de oplossing daarvan. Om de ontplooide activiteiten zoveel mogelijk doelmatig en in samenhang te laten werken, is besloten deze nu in een projectvorm te gieten. In de tweede fase van het project is besloten om door middel van concept mapping te komen tot delictrelevante functiestoornissen en persoonlijkheidskenmerken. In de concept map is een vraag geformuleerd, die door professionals wordt ingevuld, waardoor verschillende factoren geïdentificeerd worden die vervolgens geclusterd en geprioriteerd worden. Aan de hand daarvan kan Pagina 18 van 49
bepaald worden welke psychologische functies en persoonlijkheidskenmerken een rol spelen bij een (bepaald type) delict. Dit wordt in eerste instantie voor een type delict gedaan, namelijk seksuele delicten, waarna de volgende stap in het project wordt bepaald. Doelstellingen 2014 - Afronden concept mapping op basis van seksuele delicten - Uitkomsten eerste ronde rapporteren - Start nieuwe ronde concept mapping. (Voor meer informatie over het project Stoornis en Risico, zie bijlage I)
3.4 Kennismanagement en communicatie 3.4.1 Communicatieactiviteiten en middelen Website De website is een belangrijk communicatiemiddel van het EFP om het veld mee te bedienen. Op de website is informatie en nieuws te vinden over het EFP, forensische zorg, actueel wetenschappelijk onderzoek en de projecten. De inhoud wordt voortdurend actueel gehouden en daarbij wordt gebruik gemaakt van stukken die het veld en de EFP-medewerkers aanleveren. Een deel van de informatie op de website is in het Engels beschikbaar. Naast de EFP-website beheert het EFP vanaf 2013 ook de website van het programma KFZ. Doelstellingen 2014 - De website is doorlopend onder beheer; de inhoud wordt geactualiseerd en de technische omgeving wordt volgens de nieuwste methoden geüpdatet - De statistieken van de website worden maandelijks geanalyseerd en de website wordt naar aanleiding van die bevindingen aangepast. (Voor meer informatie over de
Pagina 19 van 49
Website, zie bijlage I) Nieuwsbrief Het EFP wil informatie van en over het EFP verspreiden, mensen met elkaar in contact brengen en kennis delen. Hiertoe verschijnt de Nieuwsbrief vier keer per jaar. Deze vestigt de aandacht op zaken die het EFP en het forensische zorgveld aangaan en dient tevens als doorverwijzing naar de website die meer achtergrond en inhoud geeft. Het EFP verstuurt 2 x per jaar een internationale nieuwsbrief of kortere news flash naar de leden van een buitenlands netwerk. Doelstellingen 2014 - 4x per jaar wordt een Nederlandse nieuwsbrief verstuurd - 2x per jaar een internationale nieuwsbrief of korte news flash - Internationale updates van onze leden van de Scientific Council - Nederlandse inschrijvingen op verzendlijst: 1400 - Internationale inschrijvingen op verzendlijst: 200. (Voor meer informatie over de Nieuwsbrief, zie bijlage I) Social Media Het EFP maakt in toenemende mate gebruik van sociale media, vanuit de wens een grotere zichtbaarheid te hebben via Social Media een online platform te kunnen bieden aan professionals uit het veld om met elkaar kennis en informatie uit te kunnen wisselen. Het doel is professionals op meer plekken dan alleen via onze website in contact te brengen met het werk van het EFP en hen een platform(s) bieden om met elkaar in gesprek te gaan en kennis en informatie uit te wisselen. In 2013 schreef het EFP een plan van aanpak en is gestart met de uitvoering op (nieuwe) onderdelen. Het project beperkt zich tot Social Media die al breed bekend zijn in het veld en die op een zakelijke manier kunnen worden benut. Dat is primair LinkedIn (bedrijfsprofiel en discussiegroep) en daarnaast zijn we in 2012 gestart met voorzichtige inzet van Twitter. Ook is het EFP aanwezig op Wikipedia. Voor wat betreft Social Media geldt dat het EFP geen meningen ventileert; op Twitter worden daarom alleen tweets verzonden als aankondiging van studiedagen of updates van projecten. Doelstellingen 2014 - Eerste helft 2014 evaluatie van plan van aanpak 2013 - LinkedIn EFP Bedrijfsprofiel heeft 700 volgers - EFP groep op LinkedIn heeft 1000 leden - Wekelijks een discussie, aankondiging of poll op deze LinkedIn groep - Wikipedia pagina is up-to-date - Twitteraccount heeft 300 volgers. Wekelijkse tweet over project of studiedag EFP. (Voor meer informatie over Social Media, zie bijlage I)
3.4.2 Samenwerkingsverbanden en netwerken Scientific Council De Scientific Council is het internationale adviesorgaan van het EFP en bestaat uit vooraanstaande, internationale wetenschappers binnen de forensische psychiatrie. Het doel is het onderhouden van de internationale contacten ten behoeve van het Nederlandse forensisch psychiatrische veld. De Pagina 20 van 49
Scientific Council komt in de regel niet bijeen. De leden worden in voorkomende gevallen geconsulteerd. Door het congres in 2012 zijn de contacten hernieuwd en zijn nieuwe samenwerkingsprojecten van de grond gekomen. Dit zal in 2014 een vervolg krijgen. Leden Scientific Council - Professor H.J.C. van Marle, Erasmus MC (Nederland), voorzitter - Professor D. Cooke, Glasgow Caledonian University, Douglas Inch Centre (UK) - Professor V. Dittman, Institut für Rechtsmedizin (Zwitserland) - Professor J. Folino, National University of La Plata (Argentinië) - Professor I. Freckelton, Monash University, Melbourne (Australië) - Professor K. Hanson, Corrections Research, Public Safety (Canada) - Dr. R. Hare, Department of Psychology, University of British Columbia (Canada) - Professor J. Hirdes, PhD, Health Studies and Gerontology, University of Waterloo (Canada) - Professor S. Hodgins, Dep. of Forensic Mental Health Science, King’s College, London, (UK) - Dr. R. Müller-Isberner, Vitos Klinik für forensische Psychiatrie, Haina (Duitsland) - Professor Craig Neumann, Professor of Psychology, University of North Texas (USA) - Professor J. Ogloff, Centre for Forensic Behavioural Science, Monash University (Australië) - Professor P. Taylor, Wales College of Medicine, Cardiff University (UK) - Professor G. Vervaeke, Hoge Raad voor Justitie, Universiteit Leuven Faculteit Rechtsgeleerdheid (België) Commissie ‘Ethiek in de forensische psychiatrie’ De commissie ‘Ethiek in de forensische psychiatrie’ is in 2009 opgericht, op initiatief van betrokkenen in het veld. De commissie Ethiek bestaat uit behandelaars, ethici en juristen uit praktijk en wetenschap. De commissie bespreekt ethische thema’s in het forensische veld, betrekt het forensische veld bij deze thema’s en zorgt voor ondersteuning bij voorkomende problemen, onder andere door expertmeetings en casusbesprekingen op de werkvloer te organiseren en via adviezen en publicaties. Doelstellingen 2014 - Zichtbaar en bespreekbaar maken van ethische dilemma’s die zich binnen de forensisch psychiatrische praktijk voordoen door expertmeeting - Stimulering ethische bewustzijn op de werkvloer d.m.v. Moreel Beraad n.a.v. casus - Hulp bieden aan praktijkbeoefenaren bij ethische kwesties. (Voor meer informatie over de Commissie ‘Ethiek in de forensische psychiatrie’, zie bijlage I) Forensic Knowledge Exchange Platform (FKEP) De Onderzoekers Task Force (OTF) is in 2013 als adviesorgaan voor het LBHIV ontbonden. Om de kennisuitwisseling tussen onderzoekers in de forensische sector te bevorderen wordt tweemaal per jaar op locatie een bijeenkomst georganiseerd voor wetenschappers uit het veld. Doel van het project is om de onderzoeksactiviteiten van de aangesloten instellingen te bevorderen en waar nodig te coördineren. Dit gebeurt door middel van samenwerking tussen wetenschappers.
Doelstellingen 2014 - Inventarisatie van onderwerpen en onderzoekers (mede)organiseren van de bijeenkomsten - (Faciliteren van) de organisatie van de bijeenkomsten.
die
geïnteresseerd
zijn
in
het
Pagina 21 van 49
(Voor meer informatie over het Forensic Knowledge Exchange Platform (FKEP), zie bijlage I) Overkoepelend Informatiebeleid Overleg (OIO) In 2012 is gestart met een periodiek overleg waarbij informatiebeleid- en/of ICT-vertegenwoordigers van de instellingen 3 tot 4 keer per jaar bij elkaar kwamen om te worden ingelicht over de diverse projecten bij het EFP. Daarnaast werden hierbij ervaringen gedeeld over problematiek in de eigen situatie en hoe daar bij de anderen mogelijk mee werd omgegaan. Ook werden sprekers gezocht voor presentaties over voor het OIO relevante onderwerpen. De eerste twee meetings voor 2013 zijn door het lage aantal aanmeldingen niet doorgegaan. Het EFP besloot daarom om niet met het OIO in deze vorm door te gaan, maar om vanaf de tweede helft van 2013 en in 2014, de communicatie over ICT op te zetten middels een aan de informatiebeleid- en/of ICT-vertegenwoordigers van de instellingen gerichte nieuwsbrief. Daarnaast wordt voor 2014 gekeken naar de mogelijkheid om, binnen de opzet van de door het EFP georganiseerde expertmeetings, ten minste 1 expertmeeting over een ICT onderwerp te organiseren. (Voor meer informatie over het Overkoepelend Informatiebeleid Overleg (OIO), zie bijlage I)
3.4.3 Organisatie van studiedagen, symposia en congressen Indien nodig en mogelijk zal het EFP ter ondersteuning van onze (project-)doelstellingen expertmeetings, symposia en/of congressen (mede-) organiseren, zoals het FFZ. Het EFP zal ook verschillende nationale en internationale expertmeetings, symposia en congressen bijwonen, zoals het jaarlijkse internationale meerdaagse congres van de International Association of Forensic Mental Health Services (IAMFHS). Themabijeenkomsten Om invulling te geven aan de kerntaak ‘makelen en schakelen’ organiseert het EFP vanaf 2009 themabijeenkomsten voor en met het forensisch zorgveld. Doel van het project is het faciliteren van discussies over thema’s die leven in het forensisch veld en het bieden van een gelegenheid tot netwerken. De themabijeenkomsten zijn kosteloos en laagdrempelig. Doelstellingen 2014 - Vier themabijeenkomsten, waarvan twee in het voorjaar en twee in het najaar. (Voor meer informatie over de Themabijeenkomsten, zie bijlage I) Festival Forensische Zorg (FFZ) DForZo organiseert jaarlijks het Festival Forensische Zorg (FFZ), een dag waarop medewerkers uit de sector met elkaar kunnen kennismaken en kennis en ervaringen kunnen uitwisselen. Het EFP levert bijdragen. Vanaf 2010 nam het EFP jaarlijks de FFZ-Academie voor zijn rekening. Het EFP is betrokken bij de ontwikkeling van het programma door deelname aan de Projectgroep (organisatie FFZ) en de Programmaraad (inhoud FFZ). Doelstellingen 2014 - FFZ-Academie met vijf hoorcolleges rondom actuele thema’s - Deelname aan projectgroep en programmaraad (Voor meer informatie over het Festival Forensische Zorg (FFZ), zie bijlage I)
Pagina 22 van 49
3.5 Programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ) 3.5.1 KFZ De forensische zorgsector onderkent de noodzaak gezamenlijk verder te werken aan kwaliteitsverbetering en transparantie, alsook aan legitimering en versterking van de sector en werkt onder de vlag van het KFZ de komende jaren gezamenlijk aan de verdere ontwikkeling van de kwaliteit en transparantie van de zorg, met de vermindering van recidive als belangrijkste speerpunt. Een Stuurgroep en een Programmacommissie gaan dit proces aansturen waarbij de Programmacommissie verantwoordelijk is voor de uitvoering. Het EFP heeft een belangrijke rol in het programmamanagement. De ontwikkelingen rondom het meerjarige programma KFZ zijn van grote invloed op de koers en manier van werken van het EFP. Het KFZ fungeert daarbij als kapstok voor verschillende projecten en ontwikkelingen en maakt het mogelijk systematisch en geprotocolleerd producten te ontwikkelen, te implementeren en te evalueren. De uitvoering van de projecten en activiteiten volgt zoveel mogelijk de methodiek van Resultaten Scoren. De doelen van het programma KFZ zijn: 1. De kwaliteit van de forensische zorg ontwikkelen en verbeteren 2. De kwaliteit van de forensische zorg zichtbaar maken aan de hand van objectieve en eenduidig gedefinieerde indicatoren op het punt van recidive, incidenten, instroom, doorstroom en uitstroom 3. Het scheppen van voorwaarden voor en het stimuleren van de implementatie van de binnen het KFZ-programma ontwikkelde producten. De Programmacommissie heeft een Jaarplan KFZ 2013 opgesteld. In het derde kwartaal van 2013 wordt het Jaarplan KFZ 2014 geschreven. Voor nadere informatie over KFZ en de projecten die onder KFZ vallen, wordt verwezen naar deze Jaarplannen KFZ. Doelstellingen 2014 - De activiteiten in 2014 vloeien voort uit de projecten voor 2014 en worden eind 2013 opgenomen in de volgende versie van het Meerjarenplan KFZ - Het programma KFZ is een meerjarenprogramma dat in ieder geval loopt tot en met 2014. Het forensische zorgveld wil ook na 2014 binnen het programma KFZ verder werken aan kwaliteitsverbetering. (Voor meer informatie over het Programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ), zie bijlage I)
3.5.2 Forensische Routine Outcome Monitoring (ROM) ROM valt onder het programma KFZ. Het doel van dit project is het komen tot een keuze voor een ROM-instrumentarium voor de forensische sector, inclusief het inrichten van databank(en) voor de dataverzameling. Het project is opgedeeld in 3 deelprojecten: - Deelproject 1: risicotaxatie - Deelproject 2: recidive - Deelproject 3a: meetinstrumenten inhoudelijk, diagnosespecifiek - Deelproject 3b: meetinstrumenten inhoudelijk, generiek
Pagina 23 van 49
Doel van deelproject 1 is te komen tot een beperkte set van risicotaxatieinstrumenten te gebruiken binnen de sector en het verder inrichten van databanken voor dataverzameling, aansluitend op de infrastructuur van de LDR-tbs (geen onderdeel van het project). Doel van deelproject 2 is de koppeling van recidivecijfers aan de risicotaxatiedatabank analoog aan het project van de LDR-tbs (geen onderdeel van het project). Doel van deelproject 3a is voor de meest voorkomende delictgerelateerde diagnoses te komen tot een bruikbaar instrument (rekening houdend met de adviezen van de Expertgroepen van GGZ Nederland): dit deelproject staat voorlopig “on hold”. Doel van deelproject 3b is het geven van een advies over een bruikbaar generiek ROM-instrument voor de hele forensische sector. Vooralsnog heeft het Forensisch Netwerk gekozen voor aansluiting bij de in de reguliere GGZ gebruikte instrumenten, in de praktijk de HoNOS en de MATE. De sector realiseert zich dat met name de HoNOS niet het meest geschikte instrument is voor onze doelgroep. In 2014 zal (mogelijk) nader onderzoek worden gedaan naar een beter geschikt generiek instrument. Doelstellingen 2014 - Deelproject 1: opzetten en structureren data-aanlevering risicotaxaties van alle forensische sectoren (excl. TBS) - Deelproject 2: opzetten en structureren koppeling van recidivecijfers aan de risicotaxatiedatabanken (excl. TBS) - Deelproject 3a: on hold - Deelproject 3b: advies aan Forensisch Netwerk en de Programmacommissie KFZ over een beter generiek toepasbaar instrument. (Voor meer informatie over het project Forensische ROM, zie bijlage I)
Pagina 24 van 49
4. Mogelijk nieuwe projecten Naast de geplande projecten pakt het EFP door het jaar heen projecten en thema’s op om het forensische veld te ondersteunen. Deze thema’s komen vaak voort uit bijeenkomsten en conferenties, al dan niet georganiseerd door het EFP. Tijdens de bijeenkomst blijkt dan dat professionals uit het forensische veld behoefte hebben aan aanvullende uitwisseling rondom het besproken thema. In voorkomende gevallen zal dan vanuit het EFP geprobeerd worden om deze uitwisseling te faciliteren. Afhankelijk van de behoefte kan dit de vorm krijgen van een extra bijeenkomst, een digitaal kennisplatform of het erbij betrekken van andere personen of organisaties. Op dit moment loopt er een aantal trajecten waarbij het EFP betrokken kan worden welke kunnen leiden tot een uitbreiding van de databanken Forensische Zorg, bijvoorbeeld ten behoeve van gegevensverzameling in het kader van een Europees project binnen de langdurige forensisch psychiatrische zorg. Met de forensische verslavingszorginstellingen wordt in het najaar 2013 een invitational conference georganiseerd met vertegenwoordigers uit de Stuurgroep Resultaten Scoren, de Programmacommissie KFZ, het EFP en de Stichting Verslavingsreclassering GGZnl (SVG). Het doel is in 2014 te komen tot een gezamenlijk programma voor de forensische verslavingszorg. Er komt daarbij structurele afstemming met Resultaten Scoren.
Pagina 25 van 49
Bijlage I Overzicht projecten Landelijke Databank Risicotaxatie tbs (LDR-tbs) Naam Project Landelijke databank risicotaxatie tbs Partners Stuurgroep LDR tbs en de partners binnen de Samenwerkingsovereenkomst LDR tbs. In de stuurgroep hebben zitting: dhr. Poelmann (vz) mw. Verwaaijen (De Rooyse Wissel), mw. van Binsbergen (Conrisq Groep), mw. ten Brinck (Veldzicht), mw. de Spa (De Forensische Zorgspecialisten) en dhr. van Rooy (EFP). Adviseurs: dhr. Raes, dhr. van Marle en mw. Keune. Rol EFP Het projectmanagement voor dit project is in handen van het EFP. Naast de projectleiding betekent dit ook de coördinatie over de uitvoering van interne en externe ICT activiteiten. Projectleider: Denise van Eeden ICT coördinatie: Lex van Rooy Reden project Het project is gestart als antwoord op de vraag van het veld en de commissie Visser om de verplichte risicotaxaties samen te brengen teneinde te kunnen leren van de afname ervan. Doelstelling De databank dient ter ondersteuning van wetenschappelijk onderzoek met de volgende doeleinden: Meer inzicht verkrijgen in de huidige praktijk van risicotaxatie in de forensische zorg. De kwaliteit van de risicotaxatie verbeteren. De risicotaxatie-instrumenten verfijnen. Korte omschrijving In de databank zijn de verplichte risicotaxaties samengebracht die bij elke tbsproject gestelde jaarlijks worden afgenomen, dit zijn de HCR-20, HKT-30, PCL-R en SVR-20. De 13 fpc’s leveren (half-) jaarlijks deze metingen aan. De fpc’s voeren de scores van de verplichte risicotaxaties (HCR-20, HKT-30, PCL-R en SVR-20) in. Dit resulteert in groepen patiënten voor wetenschappelijk onderzoek die groter zijn dan ooit. Daardoor kan men de bestaande risicotaxatieinstrumenten verfijnen en nauwkeuriger gebruiken. Looptijd Begindatum: 2008 Beheer- en doorontwikkelingsfase vanaf januari 2012. Einddatum: doorlopend Geplande Alle fpc’s en fpk’s hebben minimaal één keer per jaar risicotaxatie-data projectresultaten in aangeleverd; 2014 Alle binnengekomen onderzoeksaanvragen zijn tijdig en zorgvuldig afgewikkeld. Geplande activiteiten Tijdige en zorgvuldige monitoring van aanlevering en kwaliteit van data; in 2014 Tijdige en zorgvuldige afwikkeling van onderzoeksaanvragen; Aanvullen van de databank met extra gegevens (mogelijk met informatie over verlof, verblijfsstatus, diagnoses/DSM). Status en vervolg Het project LDR-tbs heeft sinds 2012 de startfase achter de rug en bevindt zich nu in de beheerfase . Een vervolgproject, om de databank te verrijken met nieuwe gegevens is in 2012 gestart: zie voor meer informatie “Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement”.
Pagina 26 van 49
Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement Naam Project Partners
Rol EFP
Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014
Geplande activiteiten in 2014
Status en vervolg
Naar een Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement Stuurgroep LDR tbs en de partners binnen de Samenwerkingsovereenkomst LDR tbs. In de stuurgroep hebben zitting: dhr. Poelmann (vz.) mw. Verwaaijen (De Rooyse Wissel), mw. van Binsbergen (Conrisq Groep), mw. ten Brinck (Veldzicht), mw. de Spa (De Forensische Zorgspecialisten) en dhr. van Rooy (EFP). Daarnaast zijn enkele adviseurs betrokken bij het project, te weten: dhr. Raes, dhr. van Marle en mw. Keune. Het projectmanagement is in handen van het EFP. Naast de projectleiding betekent dit ook de coördinatie over de uitvoering van interne en externe ICT activiteiten. Projectleider: Denise van Eeden. ICT coördinatie: Lex van Rooy Dit project is een opschaling van het project Landelijke Databank Risicotaxatie tbs (LDR-tbs), waarvoor een sectorbrede databank is opgezet met alle scores van de verschillende risicotaxatie-instrumenten. Binnen dit project worden delict- en recidivegegevens toegevoegd aan de LDR-tbs waardoor een koppeling gemaakt wordt tussen recidivegegevens en risicotaxatie-data op patiëntniveau. Daardoor kunnen continu geactualiseerde voorspellingsmodellen voor verschillende groepen patiënten worden gemaakt. Realisatie van een lerende praktijk om recidive terug te dringen en verbeteren van de prognosestelling in de tbs-sector aan de hand van resultaatmetingen (recidive, incidenten, onttrekkingen en dergelijke). Een veiliger samenleving. Het project LDR-tbs is succesvol van de grond gekomen. Er is een samenwerkingsovereenkomst getekend, een digitale databank gerealiseerd en de instellingen leveren risicotaxatie-gegevens aan de databank. De Stuurgroep LDR-tbs heeft het project ‘Lerende Praktijk van Behandeling en Risicomanagement’ vormgegeven als opschaling van de LDR-tbs. Door risicoprognose en recidive landelijk in relatie tot elkaar te onderzoeken, ontstaat een sluitende feedback van prognose- en resultaatmetingen. Koppeling van deze feedback aan behandelinhoudelijke informatie van individuele patiënten, maakt een inhoudelijke terugkoppeling naar behandeling mogelijk. Instellingen kunnen van de individuele recidives van patiënten leren, doordat behandelgerelateerde gegevens en volledige delicthistorie afgezet worden tegen landelijke recidivegegevens. Onderdeel van dit project is het verder ontwikkelen van de visualisatiesoftware. Er worden verschillende voorspellende modellen gebruikt, gebaseerd op machine learning en interactieve technieken om data te visualiseren, met als doel de risicotaxatie te ondersteunen. Begindatum: september 2012 Einddatum: december 2014 Delicthistorie en recidive-informatie verwerkt in de databank; Demografische en andere patiëntgegevens verwerkt in de databank; Aanvullen visualisatiesoftware met nieuwe gegevens (delict- en recidiveinformatie en demografische gegevens); Uitrol van visualisatiesoftware binnen alle fpc’s en fpk’s. In 2012 en 2013 werd, met de eerste subsidiegelden van het ministerie van VenJ, de databank gebouwd en getest. In de tweede fase, die start in 2014 worden medewerkers van de fpc’s getraind in het vullen van de databank met delict- en recidivegegevens. In september 2012 is de subsidie door het ministerie van Veiligheid en Justitie goedgekeurd. De bouwwerkzaamheden en testfase zijn volgens planning Pagina 27 van 49
afgerond in december 2013. In de tweede fase van het project, die van start gaat in 2014 indien subsidie voor deze periode wordt verkregen, wordt de databank daadwerkelijk gevuld worden met delict- en recidivegegevens. Daartoe krijgen de medewerkers van de fpc’s en fpk’s een training.
Pagina 28 van 49
Landelijke Databank Forensische Zorg, module fpa (LDFZ fpa) Naam Project Partners
Rol EFP
Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014 Geplande activiteiten in 2014 Status en vervolg
Databank FPA Opdrachtgever: FPA/FPK directieberaad Stuurgroep: dhr C. van der Meer, tot 1 juni 2012 (Parnassia Bavo groep), dhr B. van der Hoorn (Palier), mw. D. Hoenink (GGZ NHN), mw. F. van Dijk (Altrecht Aventurijn), dhr. E. Adolfsen (GGNet), dhr. G. Koorman (Lentis). Denise van Eeden, Lex van Rooy (EFP). Overige partners: Contactpersonen binnen de fpa’s die zorg dragen voor de aanlevering en kwaliteit van de data en de ICT-contactpersonen die betrokken zijn bij installatie van programmatuur. Het EFP verzorgt het projectmanagement en is ontwikkelaar van de databank. Beide taken worden afgestemd met de opdrachtgever en de stuurgroep. Het EFP is verantwoordelijk voor de ontwikkeling, coördinatie, facilitatie en het beheer van de databank. Projectleider: Denise van Eeden ICT coördinatie: Stephan Bussing Het FPA/FPK directieberaad sprak in 2009 de wens uit te komen tot een databank, om zodoende zelf beter gebruik te kunnen maken van de veelheid aan informatie die nu reeds aan derden wordt aangeleverd. Realiseren van een vergelijk- en verbetersysteem dat structurele kwaliteitsverbetering binnen de sector mogelijk maakt. Hierdoor wordt het veld de mogelijkheid gegeven om, op basis van gegevens over de bedrijfsvoering, de eigen performance af te zetten tegen die van collegainstellingen. Met de databank voor de fpa’s is het mogelijk om de belangrijkste knelpunten, vragen en verbeterpunten inzichtelijk te krijgen, waardoor een sectorbrede verbetercyclus mogelijk wordt. De eerste fasen van het project zijn inmiddels afgerond: er is een samenwerkingsovereenkomst getekend en de technische bouw van de eerste versie van de databank is gereed. Begindatum: februari 2010 Einddatum: doorlopend In 2014 is de databank werkend en wordt er tijdig aangeleverd door alle instellingen. Het EFP verzorgt op gezette tijden rapportages aan het FPA/FPK Directieberaad. Tijdige en zorgvuldige monitoring van aanlevering en kwaliteit van data Rapporteren data aan FPA/FPK Directieberaad In overleg met stuurgroep aanvullen van databank met andere data Omdat bleek dat de gegevens uit de DIS-dataset niet voldoen aan de wens van het FPA/FPK Directieberaad is de verzameling van deze datasets tijdelijk gestopt. Door de Stuurgroep FPA zijn, samen met het EFP, verschillende alternatieven bekeken. In 2014 is de nieuwe databank gereed en worden gegevens weer aangeleverd. Daarnaast wordt er besloten of de databank uitgebreid wordt met andere informatie.
Pagina 29 van 49
Project Inventarisatie Landelijk Lopend Onderzoek (PILLO) Naam Project Partners
Rol EFP
Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014
Geplande activiteiten Status en vervolg
Project Inventarisatie Landelijk Lopend Onderzoek (PILLO) Opdrachtgever: EFP Partners: de instellingen in het forensische zorgveld (met name onderzoekers), inclusief onderzoeksorganisaties, hogescholen en universiteiten. Het EFP verzorgt het projectmanagement, faciliteert de registratie en coördineert het beheer van de onderzoeks- en de instrumentendatabank. Het EFP beheert beide databanken en houdt deze actueel. Vanuit een beheerplan worden projectmatig kwaliteitstoetsings-stappen geïnitieerd. Projectleider: Denise van Eeden Wetenschappelijk medewerker: Elisabeth Pomp In 2003 en 2008 gaf het EFP inventarisaties van landelijk lopende onderzoeken in boekvorm uit. Met PILLO stapte het EFP over op een digitale databank met informatie over lopend onderzoek bij de verschillende forensische zorginstellingen, universiteiten en hogescholen. Hierdoor zijn updates continu mogelijk. In 2011 is dit uitgebreid met een instrumentendatabank. Onderzoeksdatabase: Actueel, digitaal toegankelijk en bruikbaar overzicht van landelijk lopende onderzoeken in het forensische zorgveld, hogescholen en universiteiten. Wetenschappelijke onderbouwing van het zorgaanbod mogelijk maken door onderzoeken aan de verzamelde best practices in het forensische zorgaanbod (zorgprogramma’s) te koppelen. Inzicht in de onderbouwing van het zorgaanbod en de eventuele lacunes. Verbeteren inzicht in deze materie. Instrumentendatabase: Actueel digitaal toegankelijk en bruikbaar overzicht van de gebruikte instrumenten binnen de forensische zorg, in relatie tot onderzoeken enerzijds en het zorgaanbod anderzijds. PILLO is een inventarisatie die moet leiden tot een overzicht van lopende onderzoeken in het forensisch psychiatrische veld. De onderzoeken worden gekoppeld aan de verzamelde best practices in het forensische zorgaanbod (zorgprogramma’s), om wetenschappelijke onderbouwing van het zorgaanbod mogelijk te maken. In 2011 is besloten om naast koppeling tussen onderzoeken en zorgaanbod ook een registratie op te bouwen van de gehanteerde instrumenten in het forensisch veld. Deze instrumenten worden ook gekoppeld aan de onderzoeksdatabase en de zorgprogramma’s. Startdatum: eerste kwartaal 2010. Beheerfase van het project is begin 2011 gestart. Einddatum: doorlopend Volgens het beheerplan wordt de kwaliteit van de data in de databanken gecheckt en waar nodig aangepast of aangevuld. Actuele registratie (lopende) onderzoeken; Actueel overzicht van de instrumentendatabase; aangevuld met nieuwe instrumenten die binnen de forensische zorg worden gebruikt; Actueel overzicht van alle bij onderzoek betrokken instellingen en onderzoekers. Deze staan in relatie met de onderzoeken en publicaties die in de onderzoeksdatabase zijn opgenomen; Mogelijk inzicht creëren in de onderbouwing van het zorgaanbod en de eventuele lacunes. Naast de geplande cyclus van informatiebeheer, zoals vastgelegd in het projectplan, zijn voor 2014 momenteel geen extra activiteiten voorzien. Het betreft een doorlopend project. Pagina 30 van 49
Zorgprogrammering Naam Project Partners Rol EFP
Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014
Zorgprogrammering Opdrachtgever: forensische zorgveld Projectgroep: EFP, vertegenwoordigers fpc’s, fpk’s, fpa's en universiteiten. Coördineren, faciliteren en beheren. Projectleider: Elisabeth Pomp/ Ruud van der Horst Projectcoördinator: Malu Landman. In 2008 leverde het EFP, in samenwerking met het forensische zorgveld, de eerste versies van de verschillende zorgprogramma’s op. Ten behoeve van de bruikbaarheid van de zorgprogramma’s vindt een doorlopend proces van actualisatie en stroomlijning plaats. Doel van het project is dat door middel van het werken met zorgprogramma’s gekomen kan worden tot meer transparantie, standaardisering en een betere kwaliteit van de behandeling in het forensisch werkveld. In 2014 gaat het specifiek om de volgende punten: -Zoeken naar en verwerken van nieuwe (wetenschappelijke) inzichten ten aanzien van interventies en forensisch werken in de zorgprogramma’s. -Ontwikkelen van systematiek om de zorgprogramma’s periodiek te actualiseren. -Indien gewenst of wanneer nodig wordt worden expertmeetings en/of themabijeenkomsten georganiseerd ten behoeve van de actualisatie van de zorgprogramma’s. - Het verwerken van de resultaten van de expertmeetings bij het symposium ‘Resocialisatie’ gehouden in 2013. Sinds 2008 heeft het EFP een vijftal zorgprogramma’s opgeleverd. Deze zijn via de website van het EFP als PDF te downloaden. Ten behoeve van de bruikbaarheid van de zorgprogramma’s vindt een doorlopend proces van actualisatie en stroomlijning van de inhoud plaats. De status van de zorgprogramma’s is als volgt: Basiszorgprogramma – opgeleverd in 2010. Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag (ZP SGG) – laatste update 2010 Psychotische stoornissen (ZP PSYS) – laatste update 2012 Persoonlijkheidsstoornissen (ZP PS) – laatste update 2012 Langdurige Forensisch Psychiatrische Zorg (LFPZ) – opgeleverd in 2009. In 2012 heeft het EFP een inventarisatie gemaakt van alle modules die in de zorgprogramma’s voorkomen, zoals de beschrijving van diagnostische instrumenten, risicotaxatie- instrumenten en therapieën, en zijn deze onderdelen in een database opgenomen. De gebruiker kan hierdoor per context (fpc, fpa, fpk), per diagnose (persoonlijkheidsstoornis, psychotische stoornis, seksuele stoornis) en per behandelgebied (instroom, diagnostiek, risicotaxatie, behandeling, resocialisatie) de zorgprogramma’s doorzoeken en kennis hieruit gebruiken voor het vormgeven van het behandelproces. Er wordt aansluiting gezocht bij het Programma KFZ om inzichten in effectiviteit van (nieuwe) interventies en overige onderzoeksbevindingen op te nemen in de zorgprogramma’s. Begindatum: 2007 Einddatum: doorlopend Resultaten van de expertmeeting resocialisatie zijn verwerkt in de verschillende zorgprogramma’s. Andere specifieke onderdelen van de verschillende zorgprogramma’s Pagina 31 van 49
Geplande activiteiten in 2014 Status en vervolg
zijn geüpdatet. Nieuwe (wetenschappelijke) inzichten ten aanzien van interventies en forensisch werken zijn gezocht en verwerkt. Organiseren van vervolgbijeenkomsten voor het verkrijgen van verdiepende informatie over aan Resocialisatie gerelateerde en andere onderwerpen (voor alle ZP’s). Het betreft een doorlopend project. Er wordt continue gewerkt aan de actualisatie van de zorgprogramma’s. Update worden per vergelijkbaar onderdeel/hoofdstuk voor meerdere zorgprogramma’s gedaan. Gekeken wordt waar lacunes in de informatie bestaan of waar de bestaande informatie gedateerd is. Door middel van het organiseren van expertmeetings en/of themabijeenkomsten wordt het onderdeel/hoofdstuk dan verfijnd of geactualiseerd.
Pagina 32 van 49
De ideale FPA (iFPA) Naam project Partners
Rol EFP
Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014
Geplande activiteiten 2014
Status en vervolg Looptijd
De Ideale FPA (iFPA) Opdrachtgever: FPA/FPK Directieberaad. De stuurgroep iFPA is in 2012 samengevoegd met de stuurgroep Databank FPA. Leden: mw. D. Hoenink, dhr. E. Adolfsen, mw. F. van Dijk, dhr. B. van der Hoorn, dhr. G. Koorman. Vanuit het EFP: Denise van Eeden, Diewke de Haen. Facilitatie en coördinatie, bewaking van de voortgang, planning van afspraken, agenda’s opstellen, projectmanagement van de pilot kwaliteitsnetwerk. Projectleider: Diewke de Haen. Er was in 2010 geen uitgewerkte en door alle fpa's gedeelde beschrijving van ‘het product fpa’. De fpa’s wilden tot een gedeelde doelstelling en taakinvulling komen en gezamenlijk werken aan transparantie en kwaliteitsverbetering. Opstellen en periodiek actualiseren visiedocument en uitwerken diverse onderwerpen uit dat visiedocument, zodat de fpa’s de huidige en toekomstige ontwikkelingen verantwoord en succesvol tegemoet kunnen treden. Er is een visiedocument opgesteld en goedgekeurd door het FPA/FPK Directieberaad. In 2013 hebben werkgroepen adviezen afgerond op de volgende thema’s: Zorgprogramma’s opstellen. Fysieke en relationele beveiliging concretiseren. Uitstroom en vervolgbehandeling stroomlijnen. Visie over risicomanagement en risicotaxatie opstellen. Begindatum: februari 2010 Einddatum: doorlopend De ifpa-adviezen zijn doorontwikkeld tot standaarden; Standaarden zijn gebundeld als aanzet voor handboek fpa; Engelse methodiek Quality Network is bewerkt tot kwaliteitsnetwerk voor Nederlandse fpa-sector; Eerste cyclus pilot is uitgevoerd en geëvalueerd op proces. Bewerken Engelse methodiek Quality Network voor Nederlandse fpasector; Vertalen ifpa-adviezen tot beperkte set standaarden voor pilot; Toetsen voorstel methodiek en standaarden aan fpa-professionals; Trainen professionals in uitvoeren review; Inrichten backoffice kwaliteitsnetwerk bij EFP; Uitvoeren pilot bij 6 fpa’s (eerste cyclus in 2014, tweede cyclus in 2015); Procesevaluatie eerste cyclus uitvoeren. Het project iFPA is een doorlopend project. Begindatum: februari 2010 Einddatum: doorlopend
Pagina 33 van 49
Task Force Licht Verstandelijk Beperkten (TF LVB) Naam Project Task Force Licht Verstandelijk Beperkten (TF LVB) Partners Opdrachtgever: het (forensische) zorgveld Projectgroep: EFP, behandelaren en onderzoekers vanuit zowel klinische als ambulante, forensische en niet-forensische instellingen, met LVB als specialisme. Rol EFP Het EFP verzorgt het projectmanagement; voorzitterschap, facilitatie en coördinatie, eindredactie op rapport. Projectleider: Petra van der Veer. Projectcoördinator: Renske de Zwart. Reden project Een effectieve behandeling van psychiatrische problematiek van deze doelgroep vereist de juiste diagnostiek en risicotaxatie. In het forensische zorgveld is veel kennis over en ervaring met risicotaxatie en diagnostiek bij deze doelgroep. In het zorgveld is veel kennis over en ervaring met de zorg voor en behandeling van (licht) verstandelijk beperkten. Met dit project worden deze kennis en expertise gebundeld en beschikbaar gemaakt. Het project is een initiatief van betrokken experts en daarmee bottom up van start gegaan. Doelstelling Inventariseren best practices en de state of the art op het gebied van diagnostiek en risicotaxatie Regelmatige updates hiervan Verzamelen van literatuur over bestaande diagnostische en risicotaxatieinstrumenten in binnen- en buitenland Doen van aanbevelingen voor het gebruik van instrumenten en nader onderzoek. Korte omschrijving De TF LVB bestaat uit de werkgroepen Diagnostiek en Risicotaxatie en is een project platform binnen de forensische zorg voor samenwerking en expertisevorming. De TF LVB inventariseert instrumenten, ondersteund met literatuur, op grond waarvan de TF LVB aanbevelingen doet voor het gebruik van deze instrumenten en nader onderzoek. Een rapport uit 2012, beschrijft de state of the art van diagnostiek en risicotaxatie bij LVB. Dit basisdocument dient als handvat voor de dagelijkse praktijk en wordt als tekst in ontwikkeling regelmatig geactualiseerd. Daartoe biedt het EFP het document als een PDF-document aan op de EFP website. Looptijd Begindatum: 2007 Einddatum: doorlopend Geplande Geactualiseerd document projectresultaten in Het document dient als naslagwerk voor het veld. 2014 Geplande Indien nodig worden bijeenkomsten belegd om uitkomsten van de studiedag te activiteiten in 2014 verwerken. Mogelijk worden bijeenkomsten belegd om het document te actualiseren. Status en vervolg In 2013 organiseerde de TF LVB een landelijke studiedag om het rapport breed onder de aandacht te brengen en de doelgroep te betrekken. Het EFP beoogt hiermee het veld te stimuleren en faciliteren (bevindingen uit) het rapport te gebruiken en bijdragen te (blijven) leveren aan de continu verbetering van het stuk ten behoeve van de praktijk.
Pagina 34 van 49
Long-term Forensic Psychiatric Care (LFPC) Naam Project Partners
Rol EFP Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving
Geplande projectresultaten in 2014
Geplande activiteiten in 2014
Looptijd Status en vervolg
Long-term Forensic Psychiatric Care (LFPC) Opdrachtgever: het forensische zorgveld. Projectgroep: EFP en de verschillende (internationale) instellingen die langdurige forensisch psychiatrische zorg verlenen en die deelnemen aan het samenwerkingsverband. Internationale contacten coördineren, faciliteren, initiëren en stimuleren. Projectleider: D. van Eeden, EFP Het project is in 2009 gestart omdat de wens bestond een zorgprogramma te maken voor LFPZ-patiënten. Nadat het Zorgprogramma LFPZ is ontwikkeld werd de behoefte tot het uitwisselen van kennis in een internationaal samenwerkingsverband geuit. Uitwisseling van internationale ervaringen, best practices en onderzoeksresultaten. Samenwerking op internationaal niveau. Het landelijke zorgprogramma gericht op de langdurige forensisch psychiatrische zorg van 2009 vormt de basis voor de verdere verzameling van best practices in longstay en long care. Het EFP coördineert ook de internationale samenwerking en kennisuitwisseling rondom LFPC. Dit zorgprogramma heeft het EFP met de Nederlandse longstay-instellingen in 2009 opgesteld. In 2011 is het internationale samenwerkingsverband, de Special Interest Group LFPC, opgericht. Deelnemers komen uit Nederland, België, Duitsland, Zweden, Engeland, de Verenigde Staten en Canada. Overzicht van afgeronde en lopende onderzoeken betreffende LFPZ in Pillo. Het EFP gaat in 2014 verder met de verzameling van de best practices nationaal en internationaal. Het EFP organiseert en verzorgt in 2014 de Special interest Group LFPC en LFPC-symposia op het congres IAFMHS. Nieuwe onderzoeken en samenwerkingen op het gebied van long-term forensic psychiatric care coördineren. Presentaties tijdens IAFMHS. Verzameling karakteristieken van LFPZ-patiënten en het systeem rondom LFPZ in Nederland, Engeland en Duitsland en uitvoeren van onderzoek met deze gegevens. Aanvullen Pillo met relevante onderzoeken. Begindatum: oktober 2008 Einddatum: doorlopend Het betreft een doorlopend project, waarbij het EFP de symposia en de special interest Group op het IAFMHS coördineert en begeleidt. Daarnaast stimuleert het EFP doorlopend samenwerking en kennisuitwisseling.
Pagina 35 van 49
Schema Focused Therapy (SFT) Naam Project Schema Focused Therapy (SFT) Partners Opdrachtgever: Universiteit Maastricht, het EFP en acht fpc’s nemen deel aan het project: de Rooyse Wissel (Venray en Overmaze), van der Hoeven, Oostvaarders, Mesdag, Veldzicht, Kijvelanden, en FPK Assen Rol EFP Het EFP faciliteert en coördineert dit project en verzorgt het databasemanagement. Projectleider: dhr. D. Bernstein (Universiteit Maastricht) Projectcoördinator en databasemanager: Jacomina Gerbrandij, EFP. Reden project De SFT-studie tracht vast te stellen of Schema Focused Therapie therapieuitkomsten kan verbeteren, zoals verlagen recidiverisico en toename van reintegratie, vergeleken met de gebruikelijke forensische behandeling, de Treatment As Usual (TAU). De studie richt zich op patiënten met Cluster B persoonlijkheidsstoornissen. Doelstelling Wetenschappelijk toetsen van de bijdrage van schemagerichte interventies aan de behandeling van de specifieke groep patiënten. Onderzoeken in hoeverre SFT effectiever is in het verminderen van symptomen behorende bij een persoonlijkheidsstoornis (gemeten naar recidiverisico en re-integratie) dan een standaardbehandeling. Vaststellen van het effect van SFT op psychotherapie proces variabelen (zoals therapie betrokkenheid, behandelbeheersing, alliantie) in vergelijking met een standaardbehandeling. Vaststellen effect van SFT op persoonlijkheidsconstructen waarvan gedacht wordt dat ze een mediërend effect hebben op een persoonlijkheidsstoornis. Validatie meetinstrumenten (SNAP, MOS, TIS). Bijdrage leveren aan de kwaliteitsverbetering van de forensische zorg door professionalisering en een evidence based aanpak. Korte omschrijving De vraag is of schemagerichte interventies bijdragen aan de behandeling van project patiënten met Cluster B persoonlijkheidsstoornissen en zo ja, in hoeverre dit effectiever is dan een standaardbehandeling. Het project (en onderzoek) telt 102 deelnemende patiënten. Complete 3-jaars resultaten van de eerste 53 patiënten suggereren dat SFT beter presteert dan TAU wat betreft lager risico en toenemende resocialisatie. Het bevestigen hiervan in de hele steekproef en het volgen van de participanten na behandeling om te bepalen wat het actuele recidive risico is, is noodzakelijk om de uiteindelijke vraag te beantwoorden of de uitkomstmaten kunnen worden verbeterd voor deze groep patiënten. Looptijd Begintdatum: 1 januari 2007 Einddatum: 31 december 2015 (Treatment Study), 31 december 2018 (followup studie) Geplande Handhaven hoge niveau van kwaliteitscontrole in het geven van SFT aan de projectresultaten in patiënten in de studie (hele jaar, 2014). 2014 Handhaven hoge niveau van kwaliteitscontrole in de adherence van het onderzoeksprotocol (hele jaar, 2014). Daadwerkelijke recidivecijfers achterhalen van patiënten in het SFT onderzoek, voor de follow-up studie. Insturen publicaties en conferentie presentaties gebaseerd op de studie data. Geplande Resultaat 1: Handhaven hoge niveau van kwaliteitscontrole wat betreft het activiteiten in 2014 leveren van SFT aan patiënten in deze studie (hele jaar, 2014). Activiteiten: Pagina 36 van 49
Bezoeken van de supervisie groepen. Iedere twee manden bijeenkomsten train-the-supervisors. Trainen nieuwe SFT therapeuten. Scoren van random video tapes van therapie (door therapeuten) met de SFT Therapy Adherence Scale (TIS) om zo SFT therapy adherence van de therapeuten te laten toenemen. Resultaat 2: Handhaven hoge niveau van kwaliteitscontrole van de adherence van het onderzoeksprotocol (hele jaar, 2014). Activiteiten: Controle Emium database. Plannen “live meetings” met onderzoeksassistenten om risico assessment maten (START, HCR-20, SVR-20) dubbel te scoren voor het vaststellen van de inter-beoordelaar betrouwbaarheid. Gearchiveerde data verzamelen van de diagnostische testen gebruikt in deze studie (SCID, SIDP-IV, PCL-R) om zo de interbeoordelaar betrouwbaarheid vast te stellen. Coördineren van de beoordeling van de video tapes van de SFT en TAU therapy sessies voor therapy adherence. Data controleren op volledigheid. Resultaat 3: Daadwerkelijke recidivecijfers achterhalen van patiënten in het SFT onderzoek, voor de follow-up studie. Activiteiten: Recidivecijfers van de patiënten van het onderzoek uit de LDR-tbs halen. Deze recidivecijfers koppelen aan de database van het SFT onderzoek.
Status en vervolg
Resultaat 4: Indienen publicaties en conferentie presentaties gebaseerd op de studie. Activiteiten: Gereedmaken van data voor gebruik in publicaties en presentaties. Afspraken maken met de Onderzoekscommissie van het SFT project omtrent auteur- en co-auteurschap voor publicaties in 2014. Toezicht houden op de data analyse, het schrijven en de aflevering van publicaties en presentaties in 2014. In 2014 worden de activiteiten op dezelfde wijze voortgezet en continueert het EFP de facilitatie en coördinatie van dit project. In publicaties en presentaties worden (voorlopige) resultaten bekend gemaakt.
Pagina 37 van 49
Risicotaxatie voor de Forensische Verslavingszorg Naam Project RIVJU: Een conceptinstrument voor de Risicotaxatie van Verslaafde Justitiabelen Partners Opdrachtgever: Tactus Verslavingszorg. Projectgroep: dhr. H. de Haan (Tactus/NISPA), S. Soe-Agnie (Tactus/NISPA), H. Nijman (ACSW, Radboud Universiteit Nijmegen), S. Lammers en G. Bakkum (EFP). Rol EFP Projectmanagement, coördinatie en facilitatie, bewaking van de voortgang, inhoudelijke ondersteuning, uitvoering van literatuurstudies. Projectleider: Gijs Bakkum. Projectcoördinator: Malu Landman. Wetenschappelijk medewerker: Elisabeth Pomp. Reden project Risicotaxatie instrumenten voor de reguliere forensische patiënt nemen de samenhang tussen verslaving en delictgedrag onvoldoende mee. Daarom is de RIVJU ontwikkeld: een conceptinstrument voor de Risicotaxatie van Verslaafde Justitiabelen. Doelstelling Het project moet resulteren in een valide en betrouwbaar risicotaxatieinstrument voor verslaafde justitiabelen dat bruikbaar is in de praktijk. Korte omschrijving In 2012 is de RIVJU ontwikkeld: een conceptinstrument voor de Risicotaxatie project van Verslaafde Justitiabelen. Dit risicotaxatie instrument beoogt de kans op toekomstig gewelddadig of crimineel gedrag onder verslaafde justitiabelen in kaart te brengen. De eerste fase van het project is afgerond, maar de ontwikkeling van de concept checklist gaat verder. Het is nu zaak om de checklist in de praktijk via pilots te gaan toetsen. De betrouwbaarheid en de validiteit van de RIVJU moeten eerst worden onderzocht, voordat er aan de hand van dit instrument daadwerkelijk taxaties van recidiverisico’s bij individuele forensisch psychiatrische patiënten kunnen worden gemaakt Looptijd Begindatum: februari 2011 Einddatum: december 2014 Geplande Een valide en betrouwbaar risicotaxatie-instrument voor verslaafde projectresultaten in justitiabelen dat bruikbaar is in de praktijk. 2014 Geplande Uitvoeren betrouwbaarheidsonderzoek bij ongeveer 50 patiënten (25 in activiteiten 2014 de forensische verslavingszorg en 25 in een fpc). Uitvoeren validiteitstudie Maken handleiding voor checklist Mogelijk aanpassen RIVJU op basis van de pilots. Status en vervolg Op basis van de uitkomsten van het betrouwbaarheidsonderzoek wordt vervolgens het verdere vervolgtraject vormgegeven. Het is de bedoeling het instrument verder te ontwikkelen, onder andere door een scorelijst op te stellen waarin de afzonderlijke items in gezamenlijkheid leiden tot een conclusie.
Pagina 38 van 49
Doorontwikkeling Forensische Prestatie Indicatoren (onder voorbehoud; besluitvorming okt. 2013) Naam Project Partners
Rol EFP Reden project
Doelstelling Korte omschrijving project Looptijd Geplande projectresultaten in 2014 Geplande activiteiten in 2014 Status en vervolg
Doorontwikkeling Forensische Prestatie-indicatoren verslagjaar 2015 Opdrachtgever: DForZo Stuurgroep: Stuurgroep KFZ Projectgroep: dhr. H. van der Lugt (onafh. Voorz), DForZo, GGZ Nederland, NIP, NVvP, PPC’s, LPGGZ, IGZ Projectmanagement Naam projectleider: Inge Koomen. Het landelijk project Zichtbare Zorg (ZiZo) is per 1 januari 2013 beëindigd. Omdat DForZo hecht aan het inkopen van zorg mede op kwaliteitsparameters hebben zij het EFP opdracht gegeven tot het doorontwikkelen van de Prestatie Indicatoren (PI) voor het verslagjaar 2014. Deze set is in september 2013 opgeleverd. Geconstateerd is dat dit een meerjarenontwikkeltraject is. Het doorontwikkelen van de PI 2014 naar uitkomstindicatoren en mogelijke aanvulling van de set. In circa 6 bijeenkomsten van de voorbereidingsgroep zal verder worden gewerkt aan het doorontwikkelen van de bestaande set om uiteindelijk in september 2014 een verbeterde set voor boekjaar 2015 op te leveren. Begindatum: oktober 2013 Einddatum: september 2014 Oplevering conceptset voor goedkeuring door het Forensisch Netwerk: juni 2014 Oplevering conceptset voor goedkeuring door DForZo: juli 2014 Decharge door Stuurgroep: september 2014 Voorbereiden en organiseren bijeenkomsten en opleveren van (concept)stukken Indien het project goed wordt afgerond is de verwachting dat er een vervolgopdracht komt voor de set van 2016.
Pagina 39 van 49
Stoornis en Risico Naam Project Partners
Rol EFP
Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten 2014 Geplande activiteiten 2014 Status en vervolg
Stoornis en Risico Opdrachtgever: dhr. T. Rinne (NIFP). Projectgroep: dhr. T. Rinne, mw. H. Blankman, dhr. J. van Mulbregt (allen NIFP), dhr. E. Bulten (Pompe), dhr W. Kramer (Altrecht). Het EFP heeft een coördinerende en meedenkende rol waarin zij zich beperkt bezig houdt met de inhoud en met name stuurt op resultaten. Projectcoördinator: Malu Landman, EFP. Dit traject komt voort uit de wens te komen tot een scherpe en eenduidige en forensisch relevante (her)definitie van de gebezigde concepten van een psychische stoornis en haar relatie met het risico binnen de Pro Justitia rapportage en behandeling. Het huidige classificatiesysteem DSM voldoet niet voor de forensische psychiatrie, omdat de forensische problematiek vaak complexer is en onvoldoende in classificerende DSM termen beschreven kan worden. Ook heeft een categorale DSM diagnose geen enkele voorspellende waarde en kan er geen causaal verband met het delictrisico worden gelegd. Daarnaast heeft er in de strafrechtspleging een paradigmaverschuiving plaatsgevonden waarmee de nadruk op de recidivepreventie is komen te liggen. Daarmee verschuift de focus van de toerekeningsvatbaarheid naar risicotaxatie en behandelbaarheid. Herdefiniëring van het stoornisbegrip als forensisch (delict)relevante functiestoornis Komen tot een verandering in de werkwijze van de rapporteurs op het gebied van functionele diagnostiek en risicodiagnostiek t.b.v. recidivepreventieve behandeling In de eerste fase van dit project is in twee invitational conferences gekomen tot een conceptualisering van het probleem en een serie uitgangspunten voor de oplossing daarvan. In de tweede fase van het project is besloten om door middel van concept mapping te komen tot delictrelevante functiestoornissen en persoonlijkheidskenmerken. In de concept map is een vraag geformuleerd, die door professionals wordt ingevuld, waardoor verschillende factoren geïdentificeerd worden. Vervolgens worden de factoren geclusterd en geprioriteerd. Aan de hand daarvan kan bepaald worden welke psychologische functies en persoonlijkheidskenmerken een rol spelen bij een (bepaald type) delict. Dit wordt in eerste instantie voor een type delict gedaan, namelijk seksuele delicten, waarna de volgende stap in het project wordt bepaald. Begindatum: Juni 2010 Einddatum: onbekend Eerste ronde concept mapping op basis van seksuele delicten afgerond. Uitkomsten eerste ronde rapporteren. Start nieuwe ronde concept mapping. Het project loopt.
Pagina 40 van 49
Website Naam Project Partners
Rol EFP Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014 Geplande activiteiten in 2014 Status en vervolg
Beheer EFP Website EFP Intern Projectleider: Renske de Zwart, EFP. Bouw en technisch onderhoud: Refresh Media beheer technische omgeving website en zorg voor contentmanagement De website is de plek waar men online informatie over het EFP en zijn projecten kan vinden. Het EFP wil actief het veld informeren en plaatst daartoe regelmatig informatie en nieuws over projecten en uit het veld op de website. Een doorlopend actuele website. Doorlopend een veelgebruikt platform bieden voor (interactieve) kennisoverdracht met het veld en andere relevante partijen. Beschikbaar stellen van actuele informatie over onze projecten en activiteiten Input genereren voor projecten. De website is een belangrijk communicatiemiddel van het EFP ten behoeve van het veld. De website biedt informatie en nieuws over het EFP, forensische zorg, actueel wetenschappelijk onderzoek en de EFP projecten. Het EFP verzorgt de inhoud van de website en gebruikt stukken die het veld en de EFP-medewerkers aanleveren. Een deel van de website is in het Engels beschikbaar. Doorlopend beheer Website is doorlopend onder beheer; de inhoud wordt geactualiseerd en de technische omgeving wordt volgens de nieuwste methoden geüpdatet. De statistieken van de website worden maandelijks geanalyseerd en de website wordt naar aanleiding van die bevindingen aangepast. Wekelijkse updates content Maandelijkse statistiek analyse Waar nodig technische updates Doorlopend beheer
Pagina 41 van 49
Nieuwsbrief Naam Project Partners Rol EFP Reden project
Doelstelling
Korte omschrijving project Activiteiten Resultaten 2014
Looptijd Status en vervolg
Nieuwsbrief Opdrachtgever: EFP Projectleider: Renske de Zwart, EFP. Het EFP verzorgt de inhoud van de Nieuwsbrief. Zowel medewerkers van het EFP als mensen uit het veld leveren stukken aan. Het EFP wil informatie van en over het EFP verspreiden, mensen met elkaar in contact brengen en kennis delen. Hiertoe verschijnt de Nieuwsbrief vier keer per jaar. Deze vestigt de aandacht op zaken die het EFP en het forensische zorgveld aangaan en dient tevens als doorverwijzing naar de website die meer achtergrond en inhoud geeft. Het EFP verstuurt 2 x per jaar een internationale nieuwsbrief of kortere news flash naar de leden van een buitenlands netwerk. Doelstellingen Verspreiden via Nieuwsbrief van informatie van en over het EFP en het veld aan zoveel mogelijk abonnees. waarbij de Nieuwsbrief dient als rode loper naar de website. Internationale updates onderzoek van onze leden van de Scientific Council Makelen en schakelen tussen medewerkers in het veld Forensische psychiatrie en zorg op een positieve manier onder de aandacht brengen Makelen en schakelen behoeft een heldere communicatie. De kerntaak van het EFP is partijen tot elkaar brengen, samenwerkingsverbanden stimuleren en kennis delen. Hiertoe verschijnt regelmatig de Nieuwsbrief. Het EFP houdt zich actief op de hoogte van relevante ontwikkelingen in het veld voor input in de Nieuwsbrief en onderhoudt actief een groot netwerk. 4x per jaar wordt een Nederlandse NB verstuurd 2x per jaar een internationale nieuwsbrief of korte news flash Internationale updates van onze leden van de Scientific Council Nederlandse inschrijvingen op verzendlijst: 1400 Internationale inschrijvingen op verzendlijst: 200 Doorlopend De Nieuwsbrief komt op geregelde tijden uit, dit zal in 2014 ook zo zijn. In 2014 zal meer aandacht zijn voor de internationale NB en het onderhouden van de internationale contacten via deze NB.
Pagina 42 van 49
Social Media Naam Project
Social Media
Partners Rol EFP
Intern communicatieproject Projectleider: Renske de Zwart, EFP
Reden project
Het project is gestart vanuit de wens een grotere zichtbaarheid te hebben via Social Media een online platform te kunnen bieden aan professionals uit het veld om met elkaar kennis en informatie uit te kunnen wisselen. Het doel van het project is professionals op meer plekken dan alleen via onze website in contact te brengen met het werk van het EFP en om hen een platform(s) te bieden om met elkaar in gesprek te gaan en kennis en informatie uit te wisselen. In 2013 heeft het EFP een plan van aanpak geschreven en een start gemaakt met de uitvoering op (nieuwe) onderdelen. Het project beperkt zich tot Social Media die al breed bekend zijn in het veld en die op een zakelijke manier kunnen worden benut. Dat is primair Linkedin (bedrijfsprofiel en discussiegroep) en daarnaast zijn we in 2012 gestart met voorzichtige inzet van Twitter. Ook is het EFP aanwezig op Wikipedia.
Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014
Geplande activiteiten in 2014 Status en vervolg
Voor wat betreft Social Media geldt dat het EFP geen meningen ventileert; op Twitter worden daarom alleen tweets verzonden als aankondiging van studiedagen of updates van projecten. Doorlopend Eerste helft 2014 Evaluatie van plan van aanpak 2013 LinkedIn Bedrijfsprofiel heeft 800 volgers. EFP groep op Linked In heeft 1100 leden. Wekelijks een discussie, aankondiging of poll op deze LinkedIn groep Wikipedia pagina is up-to-date Twitteraccount heeft 300 volgers. Wekelijkse tweet over project of studiedag EFP Activiteiten in 2014 behelzen bovenstaande media te blijven voeden met informatie en zoveel mogelijk in te zetten op faciliteren van uitwisseling. Dit is een doorlopend project.
Pagina 43 van 49
Commissie ‘Ethiek in de forensische psychiatrie’ Naam Project Commissie Ethiek in de Forensische psychiatrie Partners Opdrachtgever: initiatief van de leden. Experts uit het ( forensische) veld. De commissie bestaat uit: G. Widdershoven (hoogleraar medische filosofie en ethiek), vz.; dhr. F. Koenraadt (hoogleraar forensische psychiatrie en psychologie); dhr. F. Kortmann (hoogleraar transculturele psychiatrie, extern lid); dhr. Y. van Kuijck (jurist); dhr. H. van Marle (hoogleraar forensische psychiatrie); J. Schudel (psychiater); C. Sijbrandij (psychiater);T. Stikker (jurist); J. van Vliet (beleidsadviseur). Rol EFP Het EFP ondersteunt de voorzitter en coördineert en faciliteert de bijeenkomsten en activiteiten van de Ethische Commissie. Projectleider: Renske de Zwart. Reden project In het veld bestaat behoefte aan het zichtbaar en bespreekbaar maken van ethische dilemma’s zoals die zich in de forensisch psychiatrische praktijk voordoen. Om dit te bespreken en te stimuleren is de commissie in het leven geroepen in 2009. Doelstelling Zichtbaar en bespreekbaar maken van ethische dilemma’s die zich binnen de forensisch psychiatrische praktijk voordoen. Stimulering ethische bewustzijn op de werkvloer. Hulp bieden aan praktijkbeoefenaren in ethische kwesties. Korte omschrijving Binnen de forensische psychiatrie moeten vaak keuzes gemaakt worden project vanuit tegengestelde belangen. In deze sector is met name de aandacht voor bescherming en beveiliging tegen gevaar dominant; in de reguliere GGZ de autonomie van de individuele patiënt. Dit is relevant in de afweging van ethische waarden en normen. Ethiek komt aan de orde wanneer bij conflict of belemmeringen protocollen of richtlijnen geen antwoord bieden. De praktische ethiek richt zich op verhelderen, bespreekbaar maken van diverse perspectieven en het met betrokkenen ontwikkelen van oplossingsrichtingen in die situaties. Geplande resultaten De commissie komt 2x bijeen om doelstellingen te bespreken en 2014 evenementen voor te bereiden. Door deze activiteiten wil men ethische problemen op de werkvloer verhelderen, bespreekbaar maken en met betrokken partijen oplossingsrichtingen te zoeken. Geplande 2x bij elkaar komen activiteiten 2x Moreel Beraad op de werkvloer aan de hand van ingebrachte casussen 1x publicatie n.a.v. ethisch dilemma in de actualiteit of n.a.v. expertmeeting Organisatie van expertmeeting Looptijd Startdatum: medio 2009 Einddatum: doorlopend Status en vervolg In 2014 komt de commissie twee maal bijeen, en neemt waar mogelijk deel aan congressen en houdt casusbesprekingen/ moreel beraad op de werkvloer.
Pagina 44 van 49
Forensic Knowledge Exchange Platform (FKEP) Naam Project Forensic Knowledge Exchange Platform (FKEP) Partners Opdrachtgever: het Landelijk Beraad Hoogst Inhoudelijk Verantwoordelijken (LBHIV) Stuurgroep: LBHIV Projectsamenstelling: onderzoekers van de deelnemende instellingen, voorzitter, secretaris en informatiemanager vanuit het EFP. Rol EFP Tweemaal per jaar in samenwerking met een belangstellende organisatie organiseren van een kennisuitwisselingsbijeenkomst voor onderzoekers uit het forensisch veld. Reden project De Onderzoekers Task Force is in 2013 als adviesorgaan voor het LBHIV ontbonden. Om de kennisuitwisseling tussen onderzoekers in de forensische sector te bevorderen wordt tweemaal per jaar op locatie een bijeenkomst georganiseerd voor belangstellende wetenschappers uit het veld. Doelstelling De onderzoeksactiviteiten van de aangesloten instellingen bevorderen en waar nodig coördineren. Korte omschrijving Door middel van samenwerking tussen wetenschappers: project Integratie en uitwisseling onderzoeken tussen de deelnemers van de forensische zorginstellingen. Looptijd Begindatum: 2013 Einddatum: structureel Geplande Organisatie van 2 uitwisselingsbijeenkomsten. projectresultaten in 2014 Geplande - Inventarisatie van onderwerpen en onderzoekers die geïnteresseerd zijn activiteiten in 2014 in het (mede)organiseren van de bijeenkomsten. - (Faciliteren van) de organisatie van de bijeenkomsten Status en vervolg Indien succesvol wordt dit structureel voortgezet.
Pagina 45 van 49
Overkoepelend Informatiebeleid Overleg (OIO) Naam Project OIO Partners ICT (beleids)verantwoordelijke medewerkers bij onze stakeholders Rol EFP De EFP ICT manager is voorzitter van de OIO . Het EFP faciliteert in inhoud, verslaglegging en vergaderfaciliteit. Voorzitter: Lex van Rooy. EFP. Binnen het EFP worden de relevante ICT gerelateerde punten van lopende projecten verzameld. Daarnaast zal het EFP voor iedere nieuwsbrief de vraag uitzetten bij de partners of zij zaken te melden hebben, of aandachtspunten aan willen dragen. Het EFP stelt periodiek op basis van deze informatie de OIO nieuwsbrief op. Daarnaast faciliteert het EFP in het organiseren van (expert)meetings als vanuit de EFP projecten of de partners concrete onderwerpen worden aangedragen. Reden project Verbetering ICT afstemming (EFP) projecten met de relevante aanspreekpunten bij de stakeholders. Het kwam voor dat (ICT) afdelingen onvoldoende op de hoogte waren van projecten hetgeen onnodige vertragingen opleverde. Doelstelling Verbetering communicatie ICT gerelateerde activiteiten tussen EFP en het veld, maar ook tussen partijen in het veld onderling. Korte omschrijving Informatiebeleid- en/of ICT-vertegenwoordigers van de instellingen project ontvangen meerdere keren per jaar een nieuwsbrief over ICT onderwerpen die op dat moment spelen. Looptijd Doorlopend. Geplande - 4x nieuwsbrief. projectresultaten in - Het organiseren van in elk geval één expertmeeting ICT. 2014 Geplande Een veldbrede enquête over de wijze waarop met diverse ICT gerelateerde activiteiten in 2014 problemen wordt omgegaan zoals het gebruik van ICT middelen bij instellingen, security issues en E-health.
Pagina 46 van 49
Themabijeenkomsten Naam Project Themabijeenkomsten Partners Opdrachtgever: EFP In samenwerking met sprekers uit het forensisch werkveld Rol EFP Initiatiefnemer en organisator Projectleider: Petra van der Veer Projectcoördinator: Renske de Zwart en Elisabeth Pomp. Reden project Om invulling te geven aan de functie ‘makelen en schakelen’ is het EFP in 2009 gestart met het organiseren van themabijeenkomsten die worden georganiseerd op verzoek en met medewerking van het forensisch werkveld. Doelstelling Faciliteren van discussies over thema’s die leven in het forensisch werkveld en het bieden van een gelegenheid tot netwerken. Korte omschrijving Organisatie van 4 themabijeenkomsten volgens draaiboek. In 2013 zijn project daarbij ook bijeenkomsten op locatie georganiseerd in samenwerking met partners uit het veld van de forensische zorg. In 2014 zal dit onderdeel doorgang vinden bij voldoende animo vanuit het veld. Looptijd Begindatum: 2009 Einddatum: continue activiteit Geplande Vier geslaagde themabijeenkomsten die door de deelnemers positief projectresultaten in worden gewaardeerd. 2014 Geplande Vier themabijeenkomsten, waarvan 2 in het voorjaar en 2 in het najaar. activiteiten in 2014 Mogelijk twee of drie bijeenkomsten op locatie samen met externe partners. Status en vervolg Afhankelijk van de bijeenkomst vloeien er soms vervolgactiviteiten uit de bijeenkomsten voort.
Pagina 47 van 49
Festival Forensische Zorg (FFZ) Naam Project Festival Forensische Zorg Partners De opdrachtgever van het project is de directie forensische zorg. Rol EFP Het EFP heeft een meedenkende rol voor het gehele FFZ. Voor de eigen sessies heeft het EFP een leidende rol. Projectleider: Petra van der Veer Projectmedewerker: Diewke de Haen. Reden project De directie forensische zorg van de DJI organiseert jaarlijks het Festival Forensische Zorg: een dag waar de hele forensische zorgsector kennis en ervaringen kan uitwisselen. Het EFP levert daar elk jaar een bijdrage aan. Dit jaar zal het EFP net als in 2012 en 2013 deelnemen aan de projectgroep die verantwoordelijk is voor de organisatie van het Festival. Ook neemt het EFP deel aan de Programmaraad die de ingestuurde sessievoorstellen beoordeelt en het inhoudelijke programma van het Festival bepaalt. Inhoudelijk zal het EFP een bijdrage leveren door de organisatie van een EFP-Academie evenals voorgaande jaren. Doelstelling Het doel van het EFP is bevorderen van uitwisseling, innovatie en kennisoverdracht binnen het brede forensische veld. Het EFP neemt deel aan het FFZ om dit te bereiken en om haar zichtbaarheid bij professionals in het forensische veld te vergroten zodat deze ook na het FFZ het EFP weten te vinden. Korte omschrijving Het FFZ is een groot jaarlijks evenement rondom de forensische zorg, project bedoeld voor professionals om best practices en ervaringen met elkaar te delen. Er zijn jaarlijks rond de 600 deelnemers. Looptijd Begindatum: juli 2013 Einddatum: januari 2014 Geplande Het Festival Forensische Zorg eind januari 2014 met daarop: projectresultaten in EFP Academie met 5 hoorcolleges rondom actuele thema’s. 2014 Geplande Deelnemen aan projectgroep en programmaraad. activiteiten in 2014 Vaststellen thema’s Academie, zoeken sprekers en inhoudelijke ondersteuning. Status en vervolg Doorlopend, tijdelijk project.
Pagina 48 van 49
Programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ) Naam Project Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ) Partners Opdrachtgever: GGZ Nederland/Forensisch Netwerk (FN) De programmacommissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van het Programma KFZ en bestaat uit drie bestuurders, drie wetenschappers en drie professionals. De stuurgroep fungeert als toezichthouder en bestaat uit een onafhankelijke voorzitter en vertegenwoordigers van het ministerie van Veiligheid en Justitie/ DForZo en GGZ Nederland. Rol EFP Het EFP ondersteunt het Programma KFZ en voert de volgende taken uit: - Ondersteunen Stuurgroep KFZ. - Ondersteunen Programmacommissie KFZ. - Ondersteunen en coördineren projecten uit het Programma KFZ. - Aanvragen en beheren (kassiersfunctie) van de subsidie voor het Programma KFZ bij DForZo. Projectleider: Gijs Bakkum, EFP. Projectcoördinator: Malu Landman, EFP. Wetenschappelijk adviseur: Ruud van der Horst, EFP. Communicatieadviseur: Renske de Zwart, EFP. Reden project Het programma KFZ is gestart omdat de forensische zorgsector gezamenlijk wil werken aan de verdere ontwikkeling van de kwaliteit en transparantie van de zorg en daarmee aan de versterking van de positie van de sector. Doelstelling De doelen van het programma KFZ zijn: 1. De kwaliteit van de forensische zorg ontwikkelen en verbeteren. 2. De kwaliteit van de forensische zorg zichtbaar maken aan de hand van objectieve en eenduidig gedefinieerde indicatoren op het punt van recidive, incidenten, instroom, doorstroom en uitstroom. 3. Het scheppen van voorwaarden voor en het stimuleren van de implementatie van de binnen het KFZ-programma ontwikkelde producten. Korte omschrijving KFZ is een meerjarenprogramma, waarbij de Programmacommissie project verantwoordelijk is voor de uitvoering. KFZ fungeert daarbij als kapstok voor verschillende projecten en ontwikkelingen en maakt het mogelijk systematisch en geprotocolleerd producten te ontwikkelen, te implementeren en te evalueren. De Programmacommissie heeft een Jaarplan KFZ 2013 opgesteld. In het derde kwartaal van 2013 wordt het Jaarplan KFZ 2014 geschreven. Voor nadere informatie over KFZ en de projecten die onder KFZ vallen, wordt verwezen naar deze Jaarplannen KFZ. Looptijd Begindatum: 2012 Einddatum: geen einddatum Geplande De projecten in 2014 worden eind 2013 vastgesteld door de projectresultaten in Programmacommissie KFZ. 2014 Geplande De activiteiten in 2014 vloeien voort uit de projecten voor 2014 en worden activiteiten in 2014 eind 2013 opgenomen in de volgende versie van het Jaarplan KFZ. Status en vervolg Het Programma KFZ is een meerjarenprogramma dat in ieder geval loop tot en met 2017. Het forensische zorgveld wil ook na 2017 binnen het Programma KFZ verder werken aan kwaliteitsverbetering.
Pagina 49 van 49
Forensische ROM Naam Project Partners
Rol EFP Reden project Doelstelling
Korte omschrijving project
Looptijd Geplande projectresultaten in 2014
Geplande activiteiten in 2014 Status en vervolg
Forensische ROM Opdrachtgever: Forensisch Netwerk/Programmacommissie KFZ Stuurgroep: Ruud Rutten en Sanne Verwaaijen Projectgroep: per deelproject ingericht Projectleider: Inge Koomen Projectcoördinator: Malu Landman. Verdere ontwikkeling Forensische ROM, subsidievoorwaarde KFZ Het komen tot een keuze voor een ROM-instrumentarium voor de Forensische sector, inclusief het inrichten van databank(en) voor de dataverzameling. Het project is opgedeeld in 3 deelprojecten: - Deelproject 1: risicotaxatie - Deelproject 2: recidive - Deelproject 3a: meetinstrumenten inhoudelijk, diagnosespecifiek - Deelproject 3b: meetinstrumenten inhoudelijk, generiek Doel van deelproject 1 is te komen tot een beperkte set van risicotaxatieinstrumenten te gebruiken binnen de sector en het verder inrichten van databanken voor dataverzameling, aansluitend op de infrastructuur van de LDR-TBS (geen onderdeel van het project). Doel van deelproject 2 is de koppeling van recidivecijfers aan de risicotaxatiedatabank analoog aan het project van de LDR-TBS (geen onderdeel van het project). Doel van deelproject 3a is voor de meest voorkomende delictgerelateerde diagnoses te komen tot een bruikbaar instrument (rekening houdend met de adviezen van de Expertgroepen van GGZ Nederland): dit deelproject staat voorlopig “on hold”. Doel van deelproject 3b is om te onderzoeken of er een beter geschikt generiek ROM-instrument voor de hele forensische sector is dan de HoNOS. Begindatum: 1 mei 2012 (deelproject 3b: november 2011) Einddatum: 1 januari 2015 Deelproject 1: opzetten en structureren data-aanlevering risicotaxaties van alle forensische sectoren (excl. TBS) Deelproject 2: opzetten en structureren koppeling van recidivecijfers aan de risicotaxatie-databanken (excl. TBS) Deelproject 3a: on hold Deelproject 3b: advies aan FN en PC KFZ over een beter geschikt generiek toepasbaar instrument. Zie hiervoor. Deelprojecten 1 t/m 3a: structureel onderhouden van databanken Deelproject 3b: indien advies voor brede toepassing positief en overgenomen: uitrol naar de hele forensische sector.
Pagina 50 van 49
Bijlage II Lijst van afkortingen ASCI AVT DForZo DJI DROS DSP EFP FOBA Forensische Platvorm FFF FPA FPC FPK FSNA GGZ-WNB GGzE GLM HCR-20 HKT-30 IAFMHS ISt LDR-tbs LFPZ LVB M&ICT MOS NIFP ODO OPZC OTF PAS-ADD PCL-R P.I. Vught PK PPC PS RCT ROM RSJ SFT SGG SNAP SVR-20 TAU TF LVB TIS TTP VGCt WODC
Advanced School for Computing and Imaging Adviescollege Verloftoetsing TBS Directie Forensische Zorg Dienst Justitiële Inrichtingen Dynamic Risc Outcome Scales Directie Sanctie- en Preventiebeleid Expertisecentrum Forensische Psychiatrie Forensische Observatie en Begeleidingsafdeling Forensisch Platform FOBA, FPA en FPK Forensisch Psychiatrische Afdeling Forensisch Psychiatrisch Centrum Forensisch Psychiatrische Kliniek Forensisch Sociaal Netwerk Analyse Geestelijke Gezondheidszorg West Noord Brabant Geestelijke Gezondheidszorg Eindhoven Good Lives Model Historical, Clinical and Risk Assesment-20 Historisch Klinisch Toekomst-30 International Association of Forensic Mental Health Services Inspectie Sanctietoepassing Landelijke Databank Risicotaxatie tbs Langdurige Forensisch Psychiatrische Zorg Licht Verstandelijk Beperkten Maatschappelijke Sectoren en ICT Mode Observation Scale Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie Onderling Directeuren Overleg Openbaar Psychiatrisch Zorgcentrum Onderzoekers Task Force Psychiatric Assessment Schedules for Adults with Developmental Disabilities Hare’s Psychopathy Checklist-Revised Penitentiaire Inrichting Vught Psychotische Kwetsbaarheid Penitentiair Psychiatrisch Centrum Persoonlijkheidsstoornissen Randomized Clinical Trial Routine Outcome Monitoring Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming Schema Focused Therapy Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag Schedule for Nonadaptive and Adaptive Personality Sexual Violence Risk-20 Treatment As Usual Task Force Licht Verstandelijk Beperkten Therapy Integrity Scale Trusted Third Party Vereniging voor Gedragstherapie en Cognitieve therapie Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum
Pagina 51 van 49