Studie verwezenlijkt ter gelegenheid van de gezamenlijke economische zending onder het voorzitterschap van HKH Prinses Astrid van 20 tot 27 oktober 2013
Zuid-Afrika
3
Voorwoord Zuid-Afrika heeft met zijn Amerikaans aandoende metropolen, zijn koloniale havens en zijn uitgestrekte nationale parken, die steeds meer toeristen trekken, een uitgebreide waaier aan economische troeven. De verklaring van zijn bijnaam “Regenboognatie” gaat veel verder dan de bevolkingscontext en wijst op zijn diversiteit. Zuid-Afrika heeft natuurlijke rijkdommen in overvloed. Ze vormen de basis van de economie, zoals blijkt uit de moderne landbouwbedrijven en de intensieve mijnactiviteit. Het land beschikt eveneens over een breed dienstengamma, in het bijzonder in de financiële sector. De huidige regering heeft de voortdurende verbetering van de transport-, energie- en communicatie-infrastructuur tot een van haar speerpunten gemaakt. Op die wijze wil ze tegemoetkomen aan de toenemende nood aan modernisering en de voorrangspositie van het land op de internationale handelsscène ten volle benutten. Heel Afrika komt vol energie uit de crisis. Een gemiddeld groeipercentage van 6% en een duidelijke daling van de armoede zijn daar getuigen van . Zuid-Afrika is de eerste economie van het continent en vormt een toegangspoort tot de rest van Afrika. “Niemand van ons kan op zijn eentje succesvol zijn”, zei Nelson Mandela, een symboolfiguur van het land, die de basis heeft gelegd van een nieuw, democratisch en solidair Zuid-Afrika. Na jaren van isolement en economische sancties heeft het Zuid-Afrika van na de apartheid zich naar buiten gericht. Als enige Afrikaans lid van de G20 en recentste lid van de BRICS-club van grote opkomende landen, neemt het vandaag duidelijk zijn rol op als spreekbuis van het continent. Naast een stabiele politieke en economische situatie hebben deze hoedanigheden ertoe bijgedragen dat het zijn internationale handel een nieuwe wending kon geven. Het is in deze context dat het Agentschap voor Buitenlandse Handel, in samenwerking met zijn gewestelijke partners “Flanders Investment and Trade”, “Brussel Invest & Export” en het “Agence wallonne à l’Exportation et aux Investissements étrangers” deze Prinselijke zending organiseert. We zijn ervan overtuigd dat dit voor onze bedrijven de kans bij uitstek zal zijn om blijk te geven van hun knowhow zodat ze al hun troeven op de Zuid-Afrikaanse markt zullen kunnen uitspelen. We wensen u veel plezier bij het lezen van deze studie, die de eerste stap vormt op weg naar Zuid-Afrika.
Fabienne L’Hoost
Marc Bogaerts
Adjunct-directeur-generaal
Directeur-generaal
Executive summary Op basis van het criterium van het bruto binnenlands product is Zuid-Afrika de welvarendste natie van het continent. Het vertegenwoordigt 30% van de Subsaharaanse rijkdom. In de zomer van 2012 kreeg de mijnsector het echter zwaar te verduren door bloedige stakingen met looneisen als inzet. Daardoor kwam de economische gezondheid van het land sterk onder druk te staan. Sindsdien kent Zuid-Afrika een eerder bescheiden groei, met een percentage van 2,5% in 2012; deze zou in 2013 gelijke tred houden. De inflatie is onder controle, hoewel ze de laatste maanden in de buurt komt van de bovengrens van de door de centrale bank bepaalde vork van 3%-6%. De Zuid-Afrikaanse rand daalde in waarde en bereikte in juni 2013 zijn laagste peil tegenover de euro sinds 4 jaar. De crisis heeft eveneens geleid tot een hogere overheidsschuld. De werkgelegenheid is op dit ogenblik een van de meest verontrustende economische indicatoren in Zuid-Afrika, met een werkloosheidspercentage van meer dan 25%. De vooruitzichten voor de volgende jaren zijn echter bemoedigend. De regering van president Zuma wil van de werkgelegenheid, in het bijzonder die van de jongeren, een prioriteit maken en heeft zich ertoe verbonden 5 miljoen nieuwe arbeidsplaatsen te creëren tegen 2020. Bovendien blijft ze haar expansief economisch beleid voortzetten om de economische activiteit aan te zwengelen. Het einde van de apartheid en de toetreding tot de WTO hebben Zuid-Afrika opengesteld voor de internationale handel. De Zuid-Afrikaanse in- en uitvoer bestaan hoofdzakelijk uit enkele grote posten, respectievelijk machines en olieproducten enerzijds en ertsen en edele metalen anderzijds. Als opkomend land en lid van de G20 en de BRICS-landen maakt het gebruik van zijn bevoorrechte contacten om de handel te stimuleren en zo de economie te doen heropleven. Dankzij het handelsverkeer met de andere BRICS-landen konden reeds overtuigende resultaten worden geboekt. Een van Zuid-Afrika’s grootste troeven is zijn ondergrond, die tal van minerale hulpbronnen bevat. Vooral diamant geeft het land een centrale plaats op het internationale toneel. De wereldwijde stijgende vraag voorspelt een gunstige toekomst voor de Zuid-Afrikaanse schatten.
De regering van president Zuma heeft in 2012 een beleid van grote openbare werken aangevat en lanceerde een monumentaal plan voor investeringen in infrastructuur over het hele land (energie, huisvesting, transport, water, telecommunicatie…). Naast de modernisering van de openbare voorzieningen wil het plan de groei en de werkgelegenheid stimuleren. Zuid-Afrika is verantwoordelijk voor 40% van de Afrikaanse energieproductie. De eigen elektriciteitsbehoeften nemen echter toe en de huidige productiecapaciteit kan daar steeds moeilijker aan voldoen. Bovendien behoort Zuid-Afrika door zijn sterke afhankelijkheid van steenkool wereldwijd tot de grote milieuvervuilers. Groene energie kan een oplossing bieden voor deze twee problemen. De regering heeft zich tot doel gesteld groene energie tegen 2030 een aandeel van 9% in de totale energievoorziening te geven. Zonne- en windenergie hebben een duidelijk potentieel maar worden nog onvoldoende benut. Na een eerste deel waarin de macro-economische balans van Zuid-Afrika wordt opgemaakt, zal deze studie een sectorale analyse van de drie voornoemde domeinen maken: diamant, infrastructuur en hernieuwbare energie. Daarna krijgt u een greep uit recente succesverhalen van Belgische ondernemingen in Zuid-Afrika en een lijst van nuttige adressen en contacten.
Inhoud 1 Algemene gegevens 2 Economische gegevens
9 13
2.1 Kernindicatoren 14
2.1.1 BBP
14
2.1.2 Inflatie en rentevoeten
17
2.1.3 Wisselkoersen
20
2.1.4 Werkgelegenheid
22
2.1.5 Overheidsschuld
23
2.2 Buitenlandse handel
24
2.3 Directe buitenlandse investeringen
28
2.4 Risicobeoordeling 30 2.4.1 Risicobeoordeling volgens de Nationale Delcrederedienst
30
2.4.2 Andere risico-indicatoren
31
3 Sectorale benadering
33
3.1 Diamant 34
3.2 Infrastructuur 38
3.3 Hernieuwbare energie
41
4 Recente succesverhalen
44
5 Nuttige adressen
49
5.1 In België
50
5.2 In Zuid-Afrika
51
5.3 Nuttige websites
52
6 Bronnen 53
1 Algemene gegevens
10 ZUID-AFRIKA
De Republiek Zuid-Afrika wordt geleid door president Jacob Zuma. Het land is sinds 1910 onafhankelijk van zijn kolonisator, het Verenigd Koninkrijk
De bestuurlijke hoofdstad is Pretoria, de wetgevende hoofdstad is Kaapstad en de gerechtelijke hoofdstad is Bloemfontein. Johannesburg is de stad met de meeste inwoners en is tegelijk de rijkste stad van het land. Omdat ze ook de zetel van de beurs is, wordt ze beschouwd als de economische hoofdstad.
Zuid-Afrika is verdeeld in 9 provincies, die onderverdeeld zijn in grootstedelijke gemeenten en gemeentelijke districten, die zelf bestaan uit lokale gemeenten. Al deze gemeenten (lokale of grootstedelijke) zijn georganiseerd in kiesomschrijvingen die “wards” worden genoemd.
De laatste volkstelling dateert van oktober 2011 en daaruit blijkt dat Zuid-Afrika 51,8 miljoen inwoners telt, dit is een stijging van 15% op tien jaar. Het is het 26e meest bevolkte land ter wereld.
Er wordt een lichte vergrijzing van de bevolking vastgesteld, nochtans is de helft van de inwoners jonger dan 25 jaar. De levensverwachting bij de geboorte is 57,7 jaar voor mannen en 61,4 jaar voor vrouwen.
Zuid-Afrika wordt de “regenboognatie” genoemd. De bevolking is samengesteld uit zwarten (79,5%), blanken (9%), kleurlingen (9%) en Aziaten (2,5%).
36,6% van de Zuid-Afrikanen is protestants en 7,1% katholiek. De anderen zijn moslim, christen (anders dan katholiek), aanhanger van een andere godsdienst of agnost.
De oppervlakte van Zuid-Afrika bedraagt 1.219.090 km², dit is ongeveer 43 maal België. Het is het 25e grootste land ter wereld. Zuid-Afrika grenst in het noorden aan Namibië, Botswana en Zimbabwe en in het noordoosten aan Mozambique en Swaziland. De staat Lesotho is een enclave binnen het Zuid-Afrikaanse grondgebied. Het zuiden van het land wordt begrensd door de Atlantische en de Indische oceaan.
Het land telt 11 officiële talen: Engels, Afrikaans, Ndebele, Xhosa, Zoeloe, Noord-Sotho, Zuid-Sotho, Tswana, Swazi, Venda en Tsonga. Engels is de lingua franca: 85% van de bevolking spreekt deze taal of heeft er enige kennis van.
Het klimaat is mediterraan in de Kaapstreek, gelegen in het zuiden. In het zuidoosten, in de streek van Durban, is het subtropisch vochtig. Aan de Atlantische kust heerst een woestijnklimaat. Op de noordelijke plateaus is het tropisch.
De nationale munt is de Zuid-Afrikaanse rand (ZAR). Op 6 augustus 2013 was 1 ZAR 0,0766 EUR waard en omgekeerd was 1 EUR gelijk aan 13,0572 ZAR. De prijs van een Big Mac, door het weekblad The Economist gebruikt om een beeld te geven van de koopkracht van de verschillende deviezen, bedroeg in juli 2013 gemiddeld 1,82 USD tegenover 4,66 USD in de eurozone, wat betekent dat de koopkracht van een dollar in Zuid-Afrika dus groter is.
De Human Development Index (HDI) van Zuid-Afrika bedroeg in 2012 0,629. Daarmee bekleedt het land de 121e plaats van de 169 bestudeerde landen.
1. ALGEMENE GEGEVENS
11
2 ECONOMISCHE GEGEVENS
14 ZUID-AFRIKA
2.1 Kernindicatoren 2.1.1 BBP
Het bruto binnenlands product is de belangrijkste indicator om de economische gezondheid van een land in te schatten.
Nominaal BBP (in miljard courante USD) en groei van het reële BBP (in %) 700
600
6
500
5
400
4 VOORRAADSCHOMMELINGEN NETTOKAPITAALVORMING
3
300
OVERHEIDSCONSUMPTIE PRIVATE CONSUMPTIE
2
200
HANDELSBALANS GROEI (RECHTERAS)
100
1
0
0 2007
2008
2009
2010
2011
2012
-100
-200
2013
2014
2015 (vooruitzichten)
2016
2017 -1
-2 Bron: EIU (juni 2013)
In 2012 bedroeg het bruto binnenlands product tegen marktprijzen 384,6 miljard USD of 7.880 USD per hoofd van de bevolking. Het totale BBP voor 2013 zou 371,4 miljard USD of 7.640 USD per capita bedragen.
Volgens dat criterium zou Zuid-Afrika het meest ontwikkelde land van het continent zijn. Het vertegenwoordigt 30% van de rijkdom van Subsaharaans Afrika. Deze ratio stijgt zelfs tot 70% als enkel zuidelijk Afrika in rekening wordt genomen.
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
De landen van Subsaharaans Afrika met het hoogste BBP (2012, courante prijzen)
Positie
Land
BBP 2012
Aandeel
(in miljard USD)
1
Zuid-Afrika
384,315
30,2%
2
Nigeria
268,708
21,1%
3
Angola
118,719
9,3%
4
Ethiopië
41,906
3,3%
5
Kenia
41,117
3,2%
6
Ghana
38,939
3,1%
7
Tanzania
28,247
2,2%
8
Kameroen
25,005
2,0%
9
Ivoorkust
24,627
1,9%
10
Oeganda
21,002
1,6% Bron: IMF (2013)
De Zuid-Afrikaanse groei kende in 2010 en 2011 een sterke opleving na de wereldwijde economische crisis, maar daalde in 2012 tot 2,5%. De economen voorspelden een licht herstel voor 2013, maar recente studies gaan eerder uit van een nieuwe achteruitgang. Als de groeicijfers op jaarbasis worden berekend en aanpast rekening houdend met seizoensgebonden elementen, bedraagt de reële groei van het eerste kwartaal van 2013 slechts 0,9%, terwijl die in het laatste kwartaal van 2012 nog 2,1% bedroeg. De primaire en tertiaire sectoren kenden een groei van respectievelijk 8,1% en 2,4%, terwijl de secundaire sector met 6,2% achteruitging. De vooruitzichten voor de volgende jaren zijn echter bemoedigender. De consumptie door de gezinnen genereert gemiddeld 60% van het Zuid-Afrikaanse BBP. De overheidsuitgaven vertegenwoordigen een vierde en de investeringen (of “nettokapitaalvorming van vast kapitaal”) ongeveer 20%. De relatieve bijdrage van de verschillende sectoren aan het totale BBP is stabiel in de tijd, zelfs al wijzen de vooruitzichten erop dat de secundaire sector in de toekomst enkele procenten van de tertiaire sector zal afnemen en in 2017 zal stijgen tot een derde van het BBP.
Sectorale samenstelling van het BBP 2012, in % 2,6 %
28,4 %
primaire SECTOR secUndaire SECTOR tertiaire SECTOR
69,0 %
Bron: EIU (september 2013)
15
16 ZUID-AFRIKA
Primaire sector Deze sector groepeert alle activiteiten voor de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen, zoals de landbouw, de veeteelt, de visserij en de bosbouw. Volgens de classificatie van de EIU (Economist Intelligence Unit) is de mijnactiviteit niet opgenomen in de primaire sector maar in de secundaire, omdat deze uitputtelijke natuurlijke hulpbronnen bewerkt. De veeteelt draagt bij tot bijna de helft van de primaire sector met in het bijzonder pluimvee, rundsvlees en zuivelproductie. De akkerbouwgewassen van Zuid-Afrika zijn maïs, suikerriet, soja en zonnebloemen. De tuinbouw bestaat onder meer uit fruit dat typisch is voor een gematigd klimaat (druiven, appelen, peren, perziken), groenten, citrusvruchten, aardappelen en wijn.
Landbouwproductie in 2012, in waarde
25 % TUINBOUW
46 %
AKKERBOUWGEWASSEN
Het rendement van de landbouw is sinds 1975 jaarlijks met 2,3% in waarde toegenomen en heeft in 2012 het equivalent van 13,7 miljard EUR bereikt. Deze groei is te danken aan een betere productiviteit, -daar de exploiteerbare landbouwoppervlakte - stabiel is gebleven. Die wordt geraamd op 100 miljoen hectare, waarvan slechts 13 miljoen hectare akkerland, wegens de moeilijke klimatologische omstandigheden en 1,3 miljoen hectare geïrrigeerde gronden.
Secundaire sector Met “secundaire sector” bedoelen we alle activiteiten die als einddoel hebben een natuurlijke grondstof tot een afgewerkt product te verwerken. Dit omvat dus talrijke vormen van industrie, maar ook sectoren zoals de bouwsector en de mijnen. De industriële sector stelt een kwart van de actieve bevolking tewerk. 75% van de grootste industriële bedrijven van het continent zijn Zuid-Afrikaans. Het land bezit een bodem die bijzonder rijk is aan minerale hulpbronnen. Goud, platina, steenkool, diamant en andere gesteenten, al dan niet edelstenen, maken van het land een topproducent en -exporteur op internationaal niveau wat mijnbouwactiviteiten betreft. Zuid-Afrika is eveneens wereldleider in verschillende gespecialiseerde sectoren zoals die van het rollend spoormaterieel, synthetische brandstoffen en uitrustingen en machines voor de mijnbouw.
VEETEELT
29 %
Bron: Departement Landbouw, Bossen en Visserij (2013)
De landbouwsector vertegenwoordigt slechts 2,6% van het BBP en stelt slechts 5% van de actieve bevolking tewerk. Hij behoudt echter een strategisch belang omdat hij in de voedselbehoeften van het land kan voorzien. Tot 2011 droeg hij in positieve zin bij tot de handelsbalans, maar die kende in 2012 voor de eerste maal een landbouwtekort, omdat meer basisvoedingsmiddelen zoals tarwe, rijst of kip werden ingevoerd. Het land voert een derde van zijn landbouwproductie uit, hoofdzakelijk maïs, citrusvruchten en wijn. Zuid-Afrika is de 6e grootste wijnbouwer ter wereld. Hoewel de handel met Azië de laatste jaren is toegenomen, blijft de Europese Unie de voornaamste handelspartner voor de Zuid-Afrikaanse landbouw. Hierbij speelt het feit van de tegenovergestelde seizoenen een belangrijke rol.
Tertiaire sector Met de “tertiaire sector” bedoelen we economische activiteiten uit handel, administratie, transport, financiële en vastgoedactiviteiten, diensten aan ondernemingen en particulieren, onderwijs, gezondheid en sociale actie. De dienstensector floreert. Hij stelt 70% van de actieve bevolking tewerk. Het toerisme blijft toenemen dankzij de impuls die werd gegeven door het Wereldkampioenschap voetbal in de zomer van 2010. In 2012 werd het land bezocht door 9,2 miljoen toeristen, een recordaantal. De toename bedraagt 10,2%, dit is meer dan het dubbele van het wereldwijde gemiddelde, dat door de Wereldtoerismeorganisatie op 4% werd bepaald. Zuid-Afrika heeft een gesofisticeerde financiële structuur met de grootste beurs van Afrika, de Johannesburg Stock Exchange (JSE), die wat beurswaarde betreft bij de top 20 beurzen ter wereld hoort.
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
2.1.2 Inflatie en rentevoeten
Gelet op de zwakke groeivooruitzichten voeren de regering en de Zuid-Afrikaanse centrale bank (SARB) een expansief monetair beleid om de geldhoeveelheid te doen toenemen en zo de economische activiteit van het land te stimuleren via consumptie,
productie en investeringen. Deze praktijk wordt gekenmerkt door inflatoire spanningen gekoppeld aan een daling van de rentevoeten.
Inflatie, in % 12 11 10 9 8 7 6 5 4
201304
201301
201210
201207
201204
201201
201110
201107
201104
201101
201010
201007
201004
201001
200910
200907
200904
200901
200810
200807
200804
200801
200710
200707
200704
200701
3
Bron: EIU (juni 2013)
De inflatie is gebaseerd op de index van de consumptieprijzen. Die weerspiegelt de evolutie van de prijzen van een standaardmix van goederen en diensten die de, in dit geval ZuidAfrikaanse, gezinnen voor eigen consumptie kopen. De inflatie wordt berekend door te kijken naar de stijging van die index over een bepaalde periode in vergelijking met de waarde van die index tijdens de basis periode. De index en de evolutie ervan vormen voor de SARB het referentiepunt om haar monetaire beleid uit te stippelen. Haar eerste doelstelling is prijsstabiliteit te bereiken en te bewaren. De Zuid-Afrikaanse overheden hebben in 2000 beslist een strikte strategie te hanteren van inflatiedoelstellingen en bepaalden een vork van 3 tot 6%. Dit initiatief is in een eerste fase efficiënt gebleken.
Zoals andere centrale banken die een beleid van inflatiedoelstellingen voeren, is de SARB echter zwaar op de proef gesteld door de hoge vlucht van de wereldprijzen van voedingsproducten en energie. Ondanks verschillende achtereenvolgende stijgingen van de rentevoeten tussen 2006 en 2009, is de inflatie blijven stijgen en overschreed ze tot begin 2010 ruimschoots het plafond van 6%, vooraleer ze meer aanvaardbare waarden aannam. Twee jaar later hebben de prijsverhogingen van in hoofdzaak voeding, niet-alcoholhoudende dranken en vervoer tijdelijk de inflatie boven de vork laten uitstijgen. Vandaag, in 2013, flirt ze opnieuw met de door de SARB vooropgestelde grens. Die tendens is vooral te wijten aan de plotse stijging van de elektriciteitstarieven en de prijsvolatiliteit van olie
17
18 ZUID-AFRIKA
en de door Zuid-Afrika geïmporteerde goederen. Op het vlak van de voedingsproducten is de stijging van de internationale graanprijzen te wijten aan de ongunstige weersomstandigheden. De index van de prijzen van de voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken is met 6,4% gestegen tussen mei 2012 en mei 2013. In diezelfde periode bedroeg de inflatie van de gezinnen en de diensten 3% op jaarbasis. Die van het vervoer bereikte 3,7%. Volgens economen zou de inflatie in 2013 gemiddeld 5,7% bedragen en in 2014 5,5%.
Rentevoeten Met de rentevoet van een land bedoelt men het leidinggevende tarief, ook wel “repo rate” of “repurchase rate” genoemd. Deze basisrente is de rente waartegen de private banken lenen bij de centrale bank. De centrale bank bepaalt het tarief ervan en deze beïnvloedt de rentevoeten die de banken aan hun eigen cliënten aanrekenen, voor bijvoorbeeld hypothecair, zakelijk en consumentenkrediet en de spaarproducten. De SARB heeft haar leidinggevend tarief van 50 basispunten in juli 2012 verlaagd. Het bedraagt nu 5%, wat het laagste niveau is sinds meer dan 40 jaar. Deze nieuwe maatregel van monetaire versoepeling wil het economische herstel ondersteunen door de investeringen te stimuleren via gunstigere rentevoeten. De ZuidAfrikaanse repo rate zou in 2013 onveranderd moeten blijven.
Zuid-Afrikaans leidinggevend rentetarief 14 12 10 8 6 4 Jan/04
Jan/06
Jan/08
Jan/10
Jan/12
Bron: www.tradingeconomics.com / South Africa Reserve Bank (2013)
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
19
20 ZUID-AFRIKA
2.1.3 Wisselkoersen
De Zuid-Afrikaanse rand (ZAR) is de officiële munt van het land sinds 1961, het jaar dat het land zich terugtrok uit de Commonwealth en de stichting van de Republiek Zuid-Afrika. Hij vervangt de Zuid-Afrikaanse pond.
politieke onzekerheid die gepaard ging met het aantreden van Nelson Mandela als eerste zwarte Zuid-Afrikaanse president. De lopende tekorten en een sterke inflatie hebben de waardedaling van de rand bestendigd tot december 2001.
In een eerste fase, tot in 1982, was de rand, in overeenstemming met de wensen van de Zuid-Afrikaanse overheden, een zeer sterke munt, met een hogere waarde dan de Amerikaanse dollar. Dit beleid bleek toen echter onhoudbaar en sindsdien is de rand in waarde blijven dalen of werd hij gedevalueerd. Deze waardedaling had te maken met de context van de apartheid en de economische sancties die de westerse landen aan ZuidAfrika oplegden. De situatie verslechterde nog in 1991 door de
Vanaf 2002 is de waarde van de rand op de wisselmarkt opnieuw beginnen te stijgen maar de subprimecrisis riep die ontwikkeling een halt toe in 2006. Die periode was ongunstig voor exotische deviezen, in het bijzonder voor munten zoals de rand die gevoelig zijn voor de prijzen van grondstoffen en edele metalen. We hebben kunnen zien dat de wisselkoers van de rand structureel zeer nauw verbonden is met die van het goud, waarvan Zuid-Afrika een belangrijke leverancier is.
Wisselkoers van de rand (ZAR) met de euro (EUR)
14 13,5 13 12,5 12 11,5 11 10,5 10 9,5
2013M04
2013M01
2012M10
2012M07
2012M04
2012M01
2011M10
2011M07
2011M04
2011M01
2010M10
2010M07
2010M04
2010M01
2009M10
2009M07
2009M04
2009M01
2008M10
2008M07
2008M04
2008M01
2007M10
2007M07
2007M04
2007M01
9
Bron: Eurostat (juni 2013)
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
Terwijl één euro begin 2009 geruild kon worden tegen 13,5 rand, was deze twee jaar later slechts 9 rand waard, een bewijs van de gezondheid van de Zuid-Afrikaanse munt. Sinds 2011 verzwakte de rand door de economische volatiliteit in de eurozone, de belangrijkste handelspartner van Zuid-Afrika. Voor de aankoop van één euro had men in juni 2013 13 rand nodig, een record sinds 4 jaar. Deze aanhoudende neerwaartse tendens is ook te verklaren door interne factoren zoals het stijgende tekort op de balans van de lopende rekening, de trage economische groei, het gebrek aan voldoende jobcreatie (zie sectie 2.1.4 Werkgelegenheid) en het onzekere sociale klimaat.
Die is vaak een betere indicator van de economische situatie van het land. Hij houdt rekening met de index van de consumptieprijzen en geeft de nominale wisselkoers een gewicht mee volgens een deviezenkorf die representatief is voor de in- en uitvoer. Daardoor is hij meer een indicator van het concurrentievermogen van het land in kwestie. De evolutie van de reële effectieve wisselkoers weerspiegelt een aanzienlijke waardevermeerdering van de Zuid-Afrikaanse munt tussen 2008 en 2010, daarna een waardevermindering. De vooruitzichten wijzen voor de komende jaren echter op een traag herstel.
Het lijkt verstandig om naast de wisselkoers tegenover de euro ook de reële effectieve wisselkoers van de rand te analyseren.
Reële effectieve rentevoet (1997=100), in % 95 90 85 80 75 70 65
De rand is een referentiemunt voor het Afrikaanse continent. De politieke stabiliteit van het land en de overgang van het apartheidsregime naar een democratie hebben de rand versterkt tegenover de munten van de buurlanden. Door de hyperinflatie die Zimbabwe geruïneerd heeft in de jaren 2000, is de Zimbabwaanse dollar niet meer in omloop. De bevolking
20 17 (vooru itzich ten)
20 16 (vooru itzich ten)
20 15 (vooru itzich ten)
20 14 (vooru itzich ten)
20 13 (vooru itzich ten)
201 2
201 1
201 0
200 9
200 8
60
Bron: EIU (juni 2013)
gebruikt in de plaats daarvan de Amerikaanse dollar maar ook de Zuid-Afrikaanse rand, een bewijs van de geloofwaardigheid van deze munt. De rand wordt eveneens gebruikt in Lesotho en Swaziland in het kader van de muntunie tussen deze drie landen (Common Monetary Union).
21
22 ZUID-AFRIKA
2.1.4 Werkgelegenheid De werkgelegenheid is een van de grootste uitdagingen van de Zuid-Afrikaanse regering. De werkloosheid woedt hevig in de eerste economie van het continent. In maart 2013 bedroeg het officiële percentage 25,2%, na een nieuwe stijging met 0,35% in vergelijking met december 2012.
Onderverdeling van de bevolking op arbeidsleeftijd in het 1e kwartaal 2013
Hoewel er volgens de laatste cijfers 44.000 werknemers zijn bijgekomen in de loop van het eerste kwartaal van 2013, is het aantal werklozen helaas tegelijkertijd met 100.000 personen toegenomen.
WERKENDEN
45,2 %
41,0 %
In absolute cijfers heeft men een populatie geteld van 33,2 miljoen personen op arbeidsleeftijd (15-64 jaar) op een totaal van 52 miljoen Zuid-Afrikanen, die als volgt kan worden onderverdeeld:
WERKLOZEN NIET-ACTIEVEN
13,8 %
13,6 miljoen werkende actieven (werkenden); 4,6 miljoen actieven zonder werk (werklozen); 15 miljoen niet-actieven (waaronder 40,5% studenten, 19,5% huisvaders en -moeders, 15,5% ontmoedigde werkzoekenden en 10,5% zieken of invaliden).
Bron: Statistics South Africa (mei 2013)
Arbeidsmarkt (in duizenden personen) 4e kwartaal 2012
1e kwartaal 2013
Evolutie
Bevolking 15-64 jaar
33.128
Arbeidspotentieel – actieve bevolking
18.078
54,6%
18.222
54,8%
0,8%
Werkende actieve bevolking (werkenden):
13.577
41,0%
13.621
41,0%
0,3%
> Formele sector (buiten landbouw)
9.611
29,0%
9.586
28,8%
-0,3%
> Informele sector (buiten landbouw)
2.205
6,7%
2.192
6,6%
-0,6%
685
2,1%
739
2,2%
7,9%
1.076
3,2%
1.105
3,3%
2,7%
> Landbouwsector Particulieren Actieve bevolking zonder werk (werklozen) Niet-actieven
33.240
0,3%
4.501
13,6%
4.601
13,8%
2,2%
15.050
45,4%
15.017
45,2%
-0,2%
Werkloosheidspercentage
24,9%
25,2%
0,4%
Absorptiepercentage
41,0%
41,0%
0,0%
Percentage van deelname aan het arbeidspotentieel
54,6%
54,8%
0,2%
Bron: Statistics South Africa (mei 2013)
De landbouwsector en de sector van de sociale diensten hebben bijgedragen tot een jobcreatie voor respectievelijk 54.000 en 44.000 personen, terwijl in de sectoren van de handel en de bouw 66.000 en 41.000 arbeidsplaatsen verloren zijn gegaan. De Zuid-Afrikaanse regering -heeft zich er in het National Develop-
ment Plan toe verbonden 5 miljoen nieuwe banen te scheppen tegen 2020 en 11 miljoen tegen 2030. In april 2013 heeft ze bovendien een overeenkomst gesloten met de sociale partners om de strijd aan te binden met de werkloosheid van jongeren, de leeftijdscategorie die het zwaarst door deze plaag wordt
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
getroffen. De Southern African Clothing & Textile Workers’ Union (SACTWU) heeft onder andere een ontwikkelingsprogramma van 25 miljoen ZAR opgezet om de tewerkstelling van 94.000 jongeren te ondersteunen.
De werklozen tussen 15 en 34 jaar vertegenwoordigen 70,7 % van de personen zonder werk. De NEET-index (Not in Employment, Education or Training) toont dat 33,5% van de 10,4 miljoen jonge ZuidAfrikanen van 15 tot 24 jaar geen werk heeft, niet naar school gaat en geen opleiding volgt.
2.1.5 Overheidsschuld
Overheidstekort en -schuld (in % van het BBP)
600 Tekort (linkeras)
Schuld (rechteras)
2
0
1
5
0
10
-1
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015 (prévisions)
2016
2017
15
-2
20
-3
25
-4
30
-5
35
-6
40
-7
45
De begrotingssituatie is een beetje verzwakt tussen 2011 en 2012. In die periode steeg het Zuid-Afrikaanse overheidstekort van 3,7% tot 4,6% van het BBP. Volgens de groeihypotheses waarop de begroting 2013-2014 gebaseerd is, zou het overheidstekort geleidelijk moeten verdwijnen vanaf 2013. Telkens als een overheidstekort wordt gefinancierd met een lening, stijgt de overheidsschuld. Die schuld is dus de som van opeenvolgende financieringsnoden. Meestal neemt ze de vorm aan van een staatslening en het vermogen om die aangegane leningen terug te betalen wordt beoordeeld door de ratingbureaus. De Zuid-Afrikaanse bruto overheidsschuld wint sinds 2008 terrein. Ze bereikte 40% van het BBP in 2012, wat redelijk is in vergelijking met
de schuldgraad van de Europese landen. Volgens de vooruitzichten van de Economic Intelligence Unit zou ze vanaf 2014 moeten dalen. Bezorgdheden rijzen over de wijze waarop de Zuid-Afrikaanse staat de onvermijdelijke stijging van de overheidsuitgaven zal financieren die zal voortvloeien uit het omvangrijke ontwikkelingsplan voor infrastructuur. Dat zal 3.200 miljard ZAR kosten gespreid over de volgende tien jaar (zie afdeling 3.2 Infrastructuren). Wat de inkomsten betreft, is een uitbreiding van de belastinggrondslag niet uit te sluiten. President Zuma heeft de oprichting van een fiscaal comité aangekondigd om de kwestie te bestuderen. De begroting 2013-2014 wil niet te veel op de groei wegen. Bijgevolg zullen enkel de accijnzen op tabak, alcohol en brandstoffen worden verhoogd. In 2015 zou een koolstoftaks op CO2-uitstoot worden ingevoerd.
Bron: EIU (juni 2013)
23
24 ZUID-AFRIKA
2.2 Buitenlandse handel Een geëngageerd land Na het einde van de apartheid in 1994 en de toetreding van Zuid-Afrika tot de WTO onmiddellijk daarna, op 1 januari 1995, ontwikkelde de vrije handel zich snel. Het land legt zich toe op de verdediging van de belangen van de opkomende en ontwikkelingslanden, in het bijzonder via de G20, waarvan het de enige Afrikaanse vertegenwoordiger is. Het is eveneens lid van de groep van de landen van Afrika, het Caraïbische gebied en de Stille Oceaan (ACS), die de overeenkomsten van Lomé en Cotonou ondertekenden.
De BRICS-landen hebben eveneens de ambitie om een nieuwe Ontwikkelingsbank op te richten, die op vijf jaar tijd 4,5 miljard USD ter beschikking moet kunnen stellen voor infrastructuurprojecten en projecten voor duurzame ontwikkeling en die hun eigen belangen dient, maar ook die van andere opkomende en ontwikkelingslanden. De leiders van de vijf BRICS-naties pleiten voor een hervorming van de bestaande politieke en monetaire instellingen. Volgens hen vormen onder meer de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds geen weerspiegeling van de veranderingen die in de wereld aan de gang zijn en gekenmerkt worden door het opkomen van nieuwe grote spelers.
De BRICS-kans Het acroniem CIVETS werd in 2009 bedacht door Robert Ward van de Economist Intelligence Unit en duidt een geheel van landen met een gelijkaardig profiel aan: een gediversifieerde en dynamische economie die gepaard gaat met een jonge en toenemende bevolking. Het bestaat uit Colombia, Indonesië, Vietnam, Egypte, Turkije en Zuid-Afrika. Dit laatste land heeft zich eind 2010 echter bij een andere groep gevoegd, die van de grote opkomende economieën, die bij die gelegenheid haar naam veranderde van “BRIC” in “BRICS” (“S” voor Zuid-Afrika). Sindsdien namen de handelsrelaties met de andere BRICS-landen sterk toe: ze stegen van 11,6% vóór de integratie naar 27%. De Zuid-Afrikaanse minister van Handel en Industrie heeft tijdens de 5e BRICS-top in Durban, in maart 2013, bevestigd dat de partnerschappen die door Zuid-Afrika, Brazilië, China, India en Rusland in het leven werden geroepen, aanzienlijk hebben bijgedragen tot de ontwikkeling van de handel op het Afrikaanse continent. De BRICS-landen hebben het voordeel dat ze een hoog bevolkingsaantal hebben, zodat ze beschikken over een grote interne markt voor hun producten. In vergelijking met de bevolking van de andere vier landen is die van Zuid-Afrika relatief klein. Als men echter het continent in zijn geheel neemt, komt men tot een kritische massa die de nieuwe industriële golf in Afrika kan ondersteunen. Die visie legt de nadruk op het belang van de Afrikaanse eenmaking om sterke handelsblokken op het continent te creëren.
“There is little doubt that there has been a tectonic shift in the drivers of global growth. The emergence of countries such as Brazil, Russia, China and India has changed the epicentre of global economic activity. The BRICS share of global GDP has increased three-fold in the past 15 years, and this share is currently around 20 per cent in market terms, and is expected to rise to 45 per cent by 2030.” Gill Marcus, gouverneur van de South Africain Reserve Bank (2013)
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
Een handelsbalans in evenwicht
van de jaren 2000. Die van de ertsen en de edele metalen zijn respectievelijk gestegen van 14% naar 25,7% en van 18% naar 22,3%.
Sinds de wereldwijde economische crisis van 2009 stegen de uiten invoer van goederen op gelijkaardige wijze met meer dan 50%. In 2012 was de waarde van de invoer groter dan die van de uitvoer, wat leidde tot een negatieve handelsbalans met een tekort van 9,1 miljard USD. Er wordt een stagnatie verwacht voor de volgende jaren.
Internationale goederenstroom, in miljard courante USD UITVOER
iNVOER
De crisis, die de mijnindustrie in 2012 flink door elkaar schudde (zie 3.1 Diamanten), woog zwaar op de handelsbalans. Dat is gemakkelijk te begrijpen wanneer men vaststelt dat de drie belangrijkste types van uitgevoerde goederen (ertsen, edele metalen en nietedele metalen) uit die activiteit voortkomen en samen een aandeel van meer dan 60% in de verkoopcijfers vertegenwoordigen.
Uitvoer per land (2012)
HANDELSBALANS CHINa VERENIGDE STATEN
120
13,0 %
japAn
100
DUITSLAND 9,9 %
39,2 %
80
INDIA VERENIGD KONINKRIJK
7,1 %
60
NEDERLAND ZAMBIA
40
6,1 % 4,8 % 4,3 % 4,0 %
20
2017 (vo o ru itz ichten)
2016 (vo o ru itz ichten)
2015 (vo o ru itz ichten)
2014 (vo o ru itz ichten)
2013 ( vo oru it z ichten)
2012
2011
2010
2009
2008
-20
2007
0
2,4 % 3,0 % 3,0 % 3,2 %
ZIMBABWE MOZAMBIQUE BELGIË ANDERE LANDEN Bron: Departement Handel en Industrie (2013)
Uitvoer per type van goederen (2012)
Bron: EIU (september 2013)
Uitvoer De grote handelspartners van Zuid-Afrika zijn China, de Verenigde Staten, Japan en de Europese Unie. China heeft zijn eerste plaats versterkt sinds de toetreding van Zuid-Afrika tot de BRICSlanden. België neemt de 11e plaats in (4e Europese plaats na Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Nederland) met 2,4% van de Zuid-Afrikaanse export. Het Zuid-Afrikaanse verkoopboek is relatief weinig gediversifieerd en enkel gericht op enkele grote posten, waarvan het aandeel in de waaier van uitgevoerde producten zelfs gestegen is sinds het begin
29,7 %
25,7 %
MINERALEN EDELE METALEN NIET-EDELE METALEN VOERTUIGEN
9,6 %
22,3 %
ANDERE
12,7 %
Bron: Departement Handel en Industrie (2013)
25
26 ZUID-AFRIKA
Invoer
Balans van de lopende rekening
China, dat opnieuw op kop ligt, is de belangrijkste leverancier van het land, gevolgd door Duitsland en Saoedi-Arabië. België staat op de 20e plaats in het klassement. Onze goederen vertegenwoordigen 1,1% van de Zuid-Afrikaanse aankopen.
De balans van de Zuid-Afrikaanse lopende rekening, het saldo van de geldstromen van het land die het resultaat zijn van de internationale transacties van goederen, diensten, overdrachten en inkomsten, vertoont een groot tekort voor al haar componenten. Enkel de goederenbalans was lichtjes positief van 2009 tot 2011 vooraleer ze opnieuw in het rood ging.
Zuid-Afrika voert hoofdzakelijk machines, uitrustingsgoederen en olieproducten in. Het aandeel van olie in de import is gestegen van minder dan 15% in het begin van de jaren 2000 tot 22,7% in 2012, wat erop wijst dat het land sterk afhankelijk is van het zwarte goud.
Bijdrage van de verschillende componenten van de lopende rekening, in miljard USD, constante prijzen 5
Invoer per land (2012) 0
14,5 % 38,5 %
10,1 %
7,8 % 7,4 % 2,7 % 2,8 %
4,5 %
4,6 %
CHINA DUITSLAND SAOEDI-ARABIË VERENIGDE STATEN JAPAN INDIA NIGERIA VERENIGD KONINKRIJK ANGOLA THAILAND ANDERE LANDEN
-5
-10
-15
-20
-25
3,5 % 3,7 %
Bron: Departement Handel en Industrie (2013)
-30 2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
(vooruitzichten)
GOEDERENBALANS
Invoer per type van goederen (2012)
DIENSTENBALANS INKOMSTENBALANS OVERDRACHTENBALANS BALANS LOPENDE REKENING
23,9 % 33,7 %
Bron: EIU (september 2013)
MACHINES EN UITRUSTINGSGOEDEREN OLIEPRODUCTEN VOERTUIGEN EN LUCHTVAARTUIGEN CHEMISCHE PRODUCTEN
22,7 %
9,2 %
ANDERE
10,5 %
Bron: Departement Handel en Industrie (2013)
Zuid-Afrika plant een herziening van zijn handelspolitiek. Het zal de douanerechten op de basisproductiemiddelen verlagen en een tariefverhoging toepassen op de afgewerkte producten om de concurrentiekracht van de nationale productie te verbeteren. De Zuid-Afrikaanse ruilvoeten, berekend als de verhouding tussen de index van de uitvoerprijzen en de index van de invoerprijzen, zijn aanzienlijk verbeterd na de wereldwijde crisis. Vanaf 2011 is de tendens echter omgekeerd en trendwatchers voorspellen geen herstel in de nabije toekomst.
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
De buitenlandse handel van Zuid-Afrika met ons land wordt ontleed in de bilaterale nota “De handelsrelaties van België met Zuid-Afrika”, gepubliceerd door het Agentschap voor Buitenlandse Handel.
Ruilvoeten (1990=100) 130 120 110 100 90 80 70 2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
(vooruitzichten)
Bron: EIU (juni 2013)
27
28 ZUID-AFRIKA
2.3 Directe buitenlandse investeringen Directe buitenlandse investeringsstromen, in miljard courante USD INKOMENDE DBI
balanS
UITGAANDE DNI
14 12 10 8 6 4 2 0 -2
We spreken over directe buitenlandse investeringen (DBI) als een onderneming minstens 10% van het kapitaal van een buitenlandse onderneming verwerft om er controle over uit te oefenen en het beheer ervan te beïnvloeden. Die operaties worden meestal in twee grote groepen onderverdeeld: de zogenaamde “greenfield”-investeringen, die als bedoeling hebben een heel nieuwe onderneming op te richten en de overnames, die ernaar streven de controle over een bestaande onderneming over te nemen. Als vrijemarkteconomie motiveert Zuid-Afrika de buitenlandse investeerders die afkomstig zijn uit de private en de publieke sector. Volgens het World Investment Report 2012 van de UNCTAD is de potentiële aantrekkelijkheid voor investeringen in Zuid-Afrika hoog. Het land neemt op het Afrikaanse continent de tweede plaats in na Nigeria wat inkomende DBI-stromen betreft. Het doet zijn intrede op de lijst van de meest aantrekkelijke economieën voor transnationale ondernemingen en staat er op de 14e plaats.
2017
(vooruitzichten)
2016
(vooruitzichten)
2015
(vooruitzichten)
2014
(vooruitzichten)
2013
(vooruitzichten)
2012
2011
2010
2009
2008
2007
-4 Bron: EIU (september2013)
De factoren die DBI naar Zuid-Afrika brengen, zijn een transparant reglementair systeem, een grote bevolking, gemakkelijke toegang tot grondstoffen en politieke stabiliteit. Na de wereldwijde financiële crisis, die de DBI deed terugvallen, zijn de stromen in 2011 opnieuw beginnen te stijgen. De sociale conflicten die losbarstten ten gevolge van de stakingen in de mijnsector, de belangrijkste sector wat investeringsvolumes betreft, hebben het vertrouwen van de investeerders echter uitgehold. Vanaf 2014 wordt opnieuw een stijging van de inkomende DBI verwacht. In 2012 vertegenwoordigen de inkomende DBI in Zuid-Afrika nog steeds 9,1% van het Afrikaanse totaal. Als ex-kolonisator neemt het Verenigd Koninkrijk de helft van het DBI-volume voor zijn rekening. De Britse bedrijven in ZuidAfrika blijven ervan overtuigd dat het land een interessante bestemming is voor langetermijninvesteringen en hebben nog enkele grote BPO-projecten (business process outsourcing) gepland in de hotelsector of in de kunststoffensector.
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
“Despite labour unrest over the past year, South Africa remained a prime investment location.” Mildred Oliphant, minister van Werk (juni 2013)
Sectorale spreiding van de inkomende DBI in 2011 3% 3% 8% 38 % 23 %
25 %
Mijnsector Industriële sector Financiële, verzekerings-, vastgoed- en zakelijke dienstensector Transport, opslag en communicatie Handel, restauranten hotelbedrijf ANDERE
Investerende landen (2011) 1% 1%
VERENIGD KONINKRIJK
13 %
NEDERLAND VERENIGDE STATEN
3% 4%
DUITSLAND
49 %
6%
ZWITSERLAND CHINA
6%
JAPAN
17 %
MALEISIË ANDERE Bron: South African Reserve Bank, Quarterly Bulletin (maart 2013)
29
30 ZUID-AFRIKA
2.4 Risicobeoordeling 2.4.1 Risicobeoordeling volgens de Nationale Delcrederedienst
ZUID-AFRIKA HET RISICO
EXPORTTRANSACTIES
7 6 5 4 3 2 1
KORTLOPEND KREDIET
MIDDELLANG/ LANGLOPEND KREDIET
RISICO VAN OORLOGSONTEIGENING EN RISICO OVERHEIDSMAATREGELEN
COMMERCIEEL RISICO
POLITIEK RISICO
7 6 5 4 3 2 1
DIRECTEINVESTERINGEN
7 6 5 4 3 2 1 SPECIALE TRANSACTIES
7 6 5 4 3 2 1 A
B
De Nationale Delcrederedienst (ONDD) is de Belgische openbare kredietverzekeraar en verzekert bedrijven en banken tegen politieke en commerciële risico’s van internationale handelstransacties die vooral betrekking hebben op uitrustingsgoederen, industriële projecten, aannemingswerken en diensten aan ondernemingen. Daarnaast werkt Delcredere voor deze risico’s samen met banken op basis van risk-sharingschema’s. In het kader van die activiteit stelt de Delcrederedienst een landenrangschikking op volgens het risico dat ze voor de investeerders inhouden. Voor Zuid-Afrika zijn de conclusies op politiek en commercieel vlak goed.
7 6 5 4 3 2 1
TRANSFERRISICO
7 6 5 4 3 2 1
C
korte, middellange en lange termijn. Met “politieke risico’s” bedoelt men alle gebeurtenissen in het buitenland die voor de verzekerde of debiteur overmacht vormen, zoals oorlogen, revoluties, natuurrampen, deviezenschaarste en willekeurige overheidsmaatregelen.
Uitvoer
Het commerciële risico situeert zich in klasse B, d.w.z. het middelhoog risico. Het gaat om het risico dat de buitenlandse privédebiteur in gebreke blijft, nl. dat hij niet aan zijn verplichtingen kan voldoen of dat hij er zich aan onttrekt zonder wettige reden. Het commerciële risico wordt niet alleen bepaald door de microsituatie van de debiteur zelf, maar ook door macroeconomische systeemgebonden factoren die de betalingscapaciteit van het geheel aan debiteuren in een land beïnvloeden.
De politieke risico’s waaraan investeerders in Zuid-Afrika worden blootgesteld, zijn gematigd. Ze behoren tot klasse 3 op
Zowel voor de exporttransacties met kortlopend krediet als die met krediet op middellange en lange termijn kan de Delcre-
2. ECONOMISCHE GEGEVENS
deredienst dekking verlenen tegen het politieke en het commerciële risico in “open account”, d.w.z. zonder dat een bankgarantie vereist is en zonder andere bijzondere voorwaarden. De maximale dekking door de Delcrederedienst voor het land werd vastgelegd op 1.250 miljoen EUR voor zowel de korte termijn en speciale transacties als de middellange/lange termijn en investeringen.
Het risico op oorlog omvat zowel het risico op een extern conflict als het risico op binnenlands politiek geweld. Het binnenlandse politieke geweld omvat op zijn beurt dan weer het extreme geval van een burgeroorlog, maar ook de risico’s op terrorisme, burgeroproer, sociaaleconomische conflicten en raciale en etnische spanningen. Zuid-Afrika behaalt hiervoor een zeer goede score van 2 op 7.
In overeenstemming met de regeling die werd afgesproken binnen de OESO wordt de maximumtermijn voor de terugbetaling van de transacties op middellange en lange termijn naar dit land vastgelegd op 10 jaar. Concessionele financieringen zijn uitgesloten.
Het risico op onteigening en willekeurige overheidsmaatregelen heeft niet enkel betrekking op de risico’s op onteigening en het niet-nakomen van de contractuele verbintenissen door de overheid, maar ook op de risico’s die verband houden met de (slechte) werking van het gerechtelijke apparaat en de potentiele negatieve gedragswijzigingen ten aanzien van buitenlandse investeerders. Zuid-Afrika behaalt hiervoor een behoorlijke score van 3 op 7.
Directe investeringen De Delcrederedienst verzekert de investeringen in dit land tegen het risico op oorlog, het risico op onteigening en willekeurige overheidsmaatregelen en het transferrisico i.v.m. de betaling van de dividenden of de repatriëring van kapitaal. Die risico’s kunnen afzonderlijk worden verzekerd, maar ook volgens alle mogelijke combinaties. Alle aanvragen worden geval per geval behandeld op basis van een gedetailleerde analyse.
Het transferrisico is het risico dat voortvloeit uit een gebeurtenis of een beslissing van de buitenlandse overheid die de transfer van het bedrag van de door de debiteur betaalde vordering verhindert. Met een score van 3 op 7 rangschikt het land zich in de categorie van de gematigde risico’s Meer informatie is beschikbaar op www.ondd.be.
2.4.2 Andere risico-indicatoren Tal van instellingen maken inschattingen van de risico’s van zakendoen in een land. We geven hier slechts een selectie van de bekendste. Volgens het Global Competitiveness Report 2012-2013 van het World Economic Forum bekleedt Zuid-Afrika de 52e plaats op een totaal van 144 landen die volgens hun concurrentiekracht worden gerangschikt, na Kazachstan maar voor Mexico. Dit is een daling met twee plaatsen in vergelijking met het vorige rapport, maar het blijft het best geplaatste land van Subsaharaans Afrika en het 3e BRICS-land, na China en Brazilië. Zuid-Afrika scoort echter zeer goed wat de kwaliteit van zijn instellingen betreft en vooral met betrekking tot de ontwikkeling van zijn financiële markt, waar het land de derde plaats op wereldvlak inneemt. De meest problematische factoren om zaken te doen zijn het tekort aan geschoolde werknemers (door 19,7% van de deelnemers aan de enquête vermeld), te restrictieve arbeidsreglementeringen (18,5%) en de niet-efficiënte bureaucratie (16,4%).
In het Global Enabling Trade Report 2012 van het World Economic Forum behaalt het land de 63e plaats op 132 landen wat betreft de vlotheid waarmee zaken kan worden gedaan. Dat is een winst van 9 plaatsen in vergelijking met het voorgaande klassement van 2010. Het rapport benadrukt de verbeterde kwaliteit van de transportinfrastructuur en de Zuid-Afrikaanse logistieke diensten. De OESO raamt het landenrisico van Zuid-Afrika op 3 op een schaal van 7, dat is een gematigd risico. Door de sociale spanningen en de stakingen in de mijnsector heeft het ratingbureau Moody’s de rating van ZuidAfrika eind september 2012 met één stap verlaagd, van A3 naar Baa1. Standard & Poor’s volgde op de voet en verlaagde zijn rating van BBB+ naar BBB in oktober. Volgens de Index of Economic Freedom 2013 van de Heritage Foundation staat Zuid-Afrika op de 74e plaats op een totaal van 177 landen met een score van 61,8 (een lichte achteruitgang, -0,9). Het land bevindt zich hiermee in de categorie “moderately free”.
31
32 ZUID-AFRIKA
Tot slot bekleedt Zuid-Afrika volgens de Ease of Doing Business-indicator 2013 van de Wereldbank de 39e plaats op 185 landen. Het is een van de landen met de gemakkelijkste toegang tot krediet. Het is ook het land dat het meeste vooruitgang boekte wat internationale handel betreft. Het verminderde de tijd, de kostprijs en het aantal documenten dat nodig is voor in- en uitvoer.
Aantal dagen nodig voor invoer
3
4 11
3
2
14
2011
11 7
2012
Binnenlands transport Douaneafhandeling en technische controle Goederenbehandeling in de haven en de terminal Voorbereiding van de documenten Bron: Doing Business (2013)
3 SECTORALE BENADERING
34 ZUID-AFRIKA
3.1 Diamant Minerale hulpbronnen in overvloed De Zuid-Afrikaanse bodem zit vol minerale hulpbronnen. Het land is éen van de grootste producenten en exporteurs van goud, platina en chroom en staat op de 7e plaats voor diamant. Het bezit ook 60% van de wereldvoorraad van steenkool. Men vindt er eveneens uranium, ijzer, koper, nikkel en bitumineuze kool. Een mijnsector onder spanning De Zuid-Afrikaanse mijnsector kreeg in 2012 herhaaldelijk te maken met stakingen. De werkonderbreking van de mijnwerkers van Marikana liep uit op een bloedige politieactie. Op 16 augustus vielen er 34 doden. Dit tragische incident was de vonk voor een sociale crisis die het hele land heeft doen daveren. De werknemers dreven hun protestacties op. De onrust sloeg vervolgens over naar andere mijnen maar ook naar de transportsector (hoofdzakelijk de vrachtwagenchauffeurs) en de landbouwsector. Er werden vooral looneisen gesteld maar op
de achtergrond speelden ook de flagrante ongelijkheden en een werkloosheidsgraad van bijna 25%. Het gevolg van deze situatie was de vertraging van de activiteiten in de mijnindustrie. De productie daalde met 3,3%. Volgens het Zuid-Afrikaanse ministerie van Economische Zaken loopt de factuur op tot 10 miljard ZAR (800 miljoen EUR) en werd de groei met 0,5 punt vertraagd. De toegekende loonsverhogingen wegen nu op de concurrentiekracht van het land en wakkeren de inflatie aan. Die flirtte begin 2013 met het plafond van 6% dat door de Zuid-Afrikaanse centrale bank was vastgelegd. De mijnindustrie blijft ondermaats presteren. Men wijt dit aan een gebrek aan technologische vooruitgang en aan de onzekerheden op politiek vlak. Die zijn gedeeltelijk opgeheven want de nationalisatie van de mijnen staat niet meer in het regeringsprogramma. Er wordt echter wel een verhoging van de belastingen op de mijnactiviteiten gepland en nieuwe wetgeving die bijkomende bevoegdheden geeft aan de minister van Minerale Hulpbronnen.
3. SECTORALE BENADERING
Diamant, een begeerd goed De wereldproductie van diamant bedroeg in 2011 123 miljoen karaat (1 karaat = 0,2 g) en is geconcentreerd in een beperkt aantal landen. Meer dan de helft van de diamanten wordt gewonnen in centraal en zuidelijk Afrika. De rest komt uit Rusland, Canada of Australië. De kwantiteit daalt voortdurend. Tussen 2010 en 2011
bedroeg deze daling 3,4% en ze wordt in het bijzonder veroorzaakt door de uitputting van bepaalde mijnsites. 70% van de gewonnen diamanten hebben de kwaliteit van edelsteen en zijn bestemd om te verwerken in juwelen. Ze vertegenwoordigen 95% van de totale waarde van de natuurlijke diamanten. De andere dienen voor industriële toepassingen.
Wereldproductie van diamant, in karaat 2011
2010
Volume
Aandeel
Volume
Aandeel
Evolutie
Rusland
35.189.800
28,6%
34.856.600
27,2%
1,0%
Botswana
22.904.553
18,6%
22.018.000
17,2%
4,0%
Democratische republiek Congo
19.249.553
15,7%
22.166.220
17,3%
-13,2%
Canada
10.795.259
8,8%
11.804.095
9,2%
-8,5%
Zimbabwe
8.502.648
6,9%
8.435.224
6,6%
0,8%
Angola
8.328.518
6,8%
8.362.139
6,5%
-0,4%
Zuid-Afrika
8.205.399
6,7%
8.862.912
6,9%
-7,4%
Australië
7.829.805
6,4%
9.976.154
7,8%
-21,5%
Namibië
1.255.815
1,0%
1.692.579
1,3%
-25,8%
567.463
0,5%
143.539
0,1%
Andere landen Totaal
122.828.813
128.317.462
-3,4% Bron: Kimberley Process Certification Scheme
Wereldproductie van diamant, in USD 2011
2010
Waarde
Aandeel
Waarde
Aandeel
Evolutie
Botswana
3.902.115.905
27,7%
2.586.396.620
22,7%
51%
Rusland
2.674.713.800
19,0%
2.382.290.100
20,9%
12%
Canada
2.550.875.199
18,1%
2.305.388.015
20,2%
11%
Zuid-Afrika
1.388.679.077
9,9%
1.194.279.170
10,5%
16%
Angola
1.162.625.478
8,3%
976.318.205
8,6%
19%
2.386.237.607
17,0%
1.948.275.114
17,1%
Andere landen Totaal
14.065.247.065
11.392.947.223
22% 23%
Bron: Kimberley Process Certification Scheme
35
36 ZUID-AFRIKA
De globale waarde van de ruwe diamant die in 2011 werd gewonnen, bedraagt 14 miljard USD, dit is 23% meer dan het jaar voordien. Dat komt overeen met een gemiddelde prijs van 114,5 USD per karaat, d.w.z. een duizelingwekkende stijging van 29% in een jaar tijd. De vraag naar diamanten is veel groter dan het aanbod en zou volgens een studie van 2012, uitgevoerd door het kantoor Bain & Company voor het AWDC (Antwerp World Diamond Center), tot 2020 met 6% per jaar toenemen. De Verenigde Staten behoren tot de begerigste klanten op de markten van de juwelen en de luxeproducten. Ze worden gevolgd door India en China dankzij de verwachte verdubbeling van hun middenklasse tegen 2020. Bain & Company voorspelt dat de jaarproductie tegen 2020 ongeveer 175 miljoen karaat zal bedragen en de piek van 2007, voor de crisis, zal overstijgen. Het aanbod zal slechts met 2,8% toenemen, wat tot een structureel tekort zal leiden. De grote diamantmijnen zouden rond 2030 hun maximale productie kunnen bereiken, men spreekt van de “diamond peak”. De distributiekanalen zullen hun bevoorradingsstrategieën voor diamanten dus moeten herzien. Zuid-Afrika, een speler van formaat Zuid-Afrika is de 7 diamantproducent ter wereld qua volume (6,7%) en de 4e qua waarde (9,9%). De Zuid-Afrikaanse mijnindustrie wint elk jaar meer dan 8 miljoen karaat aan diamant, goed voor een waarde van 1,4 miljard USD in 2011. Geheel volgens de algemene tendens vermindert het volume, maar stijgen de prijzen. e
De Zuid-Afrikaanse diamantgebieden bevinden zich rond de stad Kimberley maar ook in het noordoosten en het westen van het land. Er zijn verschillende soorten ontginningssites: bovengrondse mijnen, ondergrondse mijnen, alluviale ontginning en kustlijnontginning. Het actieterrein van de Zuid-Afrikaanse gigant ‘De Beers’ strekt zich ver buiten de grenzen van het nationale grondgebied uit en de onderneming controleert zelf de helft van de wereldproductie van diamanten, in waarde. België speelt eveneens een centrale rol in de handel van deze edelsteen. 80% van de ruwe diamanten komen onder de loep van de Antwerpse diamantairs. In 2011 werden edelstenen en edelmetalen (hoofdzakelijk diamanten) voor een waarde van 399,2 miljoen EUR van Zuid-Afrika naar België gebracht, in 2012 bedroeg deze 463,8 miljoen EUR. De handelsrelaties tussen de Zuid-Afrikaanse diamantindustrie en het AWDC zijn intens en worden als essentieel beschouwd. President Zuma en de minister van Minerale Hulpbronnen Susan Shabangu bezoeken het Belgische centrum regelmatig.
Kimberleyproces Het Kimberleyproces (Kimberley Process Certification Scheme of KPCS) heeft een aanzienlijke impact gehad op de bestrijding van de internationale handel in “bloeddiamanten”, omdat het de diamanten gewonnen in conflictgebieden, voornamelijk in Afrika, identificeert. De reglementeringen bepalen dat elke uit- en invoer van diamanten vergezeld moet gaan van een Kimberleyprocescertificaat. In juni 2013 werd een vierdaagse top gehouden in Kimberley. Regeringsverantwoordelijken, deskundigen en vertegenwoordigers van de diamantnijverheid kwamen er samen rond het thema “tien jaar strijd tegen de handel in conflictdiamanten”. De deelnemers hebben gediscussieerd over maatregelen om de illegale handel in conflictdiamanten te verminderen en te waken over de ongestoorde toepassing van het proces in de betrokken landen.
“Er wordt erkend dat dit programma tijdens zijn hele bestaan tot op vandaag erin geslaagd is de handel in bloeddiamanten tot een minimum te beperken.” Susan Shabangu, minister van Minerale Hulpbronnen (juni 2013)
Zakenkansen voor de Belgische ondernemingen:
prospectie van nieuwe diamantmijnen,
winningstechnologieën, mijnuitrusting,
herstel van spoorlijnen,
…
3. SECTORALE BENADERING
37
38 ZUID-AFRIKA
3.2 Infrastructuur Van het Wereldkampioenschap voetbal 2010… De Zuid-Afrikaanse regering heeft meer dan 660 miljoen USD geïnvesteerd in de bouw en de renovatie van tien stadions voor het Wereldkampioenschap voetbal van 2010. Er werd 680 miljoen USD uitgegeven voor de verbetering van de luchthavens en 460 miljoen USD voor de weg- en spoorweginfrastructuur. De internationale luchthaven van Johannesburg kan voortaan 28 miljoen passagiers per jaar ontvangen en het land beschikt nu over een hogesnelheidsspoorlijn tussen Johannesburg en Pretoria. De hotelinfrastructuur heeft ook geprofiteerd van omvangrijke investeringen, met de bouw van verschillende overnachtingsfaciliteiten, waaronder 30 hotels alleen al in Johannesburg. Volgens de laatste schattingen hebben al die projecten voor 159.000 banen gezorgd en 400 miljoen USD aan uitgaven opgeleverd van toeristen die van voetbal houden. … tot het National Infrastructure Plan van 2012 Ondanks deze gigantische werf moet de Zuid-Afrikaanse infrastructuur nog verder worden ontwikkeld. Om het hoofd te bieden aan de zeer hoge werkloosheid en de zwakke economische vooruitzichten heeft de Zuid-Afrikaanse regering in februari 2012 een uitgebreid investeringsplan gelanceerd.
“We are integrating and phasing investment plans across 18 Strategic Infrastructure Projects (SIPs) which have five core functions: to unlock opportunity, transform the economic landscape, create new jobs, strengthen the delivery of basic services and support the integration of African economies.” Kgalema Motlanthe, Deputy President of the Republic of South Africa (2012)
Het “National Infrastructure Plan” heeft 654 projecten geïdentificeerd en onderverdeeld in 18 geïntegreerde strategische projecten (SIP of Strategic Infrastructure Projects): ontwikkeling van mijn- en industriële corridors, modernisering van ziekenhuizen, ontwikkeling van logistieke en industriële platformen, aanleg van glasvezelnetwerken, bouw van scholen en universiteiten, project voor regionale integratie … Het idee van een hogesnelheidstrein tussen Johannesburg en Durban werd ook opgenomen als langetermijnproject. De leiding over dit masterplan werd toevertrouwd aan de Presidentiële commissie voor de coördinatie van de infrastructuur (Presidential Infrastructure Coordinating Commision – PICC) De huidige situatie van de bestaande infrastructuur op nationaal, provinciaal en lokaal niveau werd in kaart gebracht om deze te beoordelen en de noden en kansen te bepalen. De rode draad doorheen de operatie is het stimuleren van de groei en de werkgelegenheid door te investeren in energie, huisvesting, transport, onderwijs en water. Volgens de Zuid-Afrikaanse minister van Financiën, Pravin Gordhan, is het een “ambitieus maar niet onbeheersbaar” project. Er is niet minder dan 3.200 miljard ZAR (of ongeveer 250 miljard EUR) mee gemoeid en de uitvoering ervan zal over 9 jaar worden gespreid. De investeringen zullen medegefinancierd worden door openbare ontwikkelingsinstellingen en de privésector.
3. SECTORALE BENADERING
Transport krijgt prioriteit De regering heeft aangekondigd dat ze vanaf de begroting voor 2013 in de volgende drie jaren 827 miljard ZAR (d.w.z. 65 miljard EUR) zal investeren in de modernisering van de infrastructuur. Eskom, de publieke vennootschap die 95% van de Zuid-Afrikaanse elektriciteit beheert, is begonnen met de bouw van de elektrische centrales van Medupi en Kusili voor een bedrag van 205 miljard ZAR. De versterking van het elektriciteitsnet wordt als prioritair beschouwd.
Het telecommunicatiedienstenbedrijf Broadband Infraco heeft geïnvesteerd in een internationale onderzeese kabel, het Western Africa Cable System. Dat initiatief zal een verbinding mogelijk maken tussen Zuid-Afrika en het Europese continent en het land de mogelijkheid van een breedbandinfrastructuur bieden voor nationale projecten, zoals de lancering van de Square Kilometer Array-radiotelescoop. De publieke transport- en logistiekgroep Transnet heeft een nooit eerder gezien investeringsprogramma aangekondigd van 300 miljard ZAR (23 miljard EUR), gespreid over 7 jaar, dat de
Groeikansen voor de 7 volgende jaren dankzij Market Demand Strategy
Katalysatoren
Geïnvesteerd kapitaal (in miljard ZAR) in de 7 laatste jaren Werknemers Transnet (in duizenden VTE’s)
Volumes
2018 -2019
Groei
118
300
154%
59
74
25%
Uitvoer van steenkool via TFR (in miljoen ton)
68
98
44%
Uitvoer van ijzererts via TFR (in miljoen ton)
53
83
57%
TFR GFB (in miljoen ton)
80
170
113%
Zeecontainers (in duizenden TEU) Financiën
2011 -2012
4.344
7.646
76%
Inkomsten (in miljard ZAR)
46
128
178%
EBITDA (in miljard ZAR)
19
68
258%
Cashflow van de exploitatieactiviteiten (in miljard ZAR)
16
51
219%
TFR: Transport Freight Rail GFB: General Freight Business TEU (twenty feet equivalent unit): meeteenheid voor containers
naam “Market Demand Strategy” draagt. Er zouden 588.000 rechtstreekse of onrechtstreekse banen kunnen worden gecreëerd. Transnet wil zijn haven-, spoorweg- en olie-infrastructuren en uitrustingen reorganiseren en ontwikkelen. Het ontoereikende spoorwegnet en de verzadiging van de Zuid-Afrikaanse havens creëren bottlenecks, die regelmatig aan de kaak worden gesteld door de exporteurs van minerale grondstoffen, die niet optimaal aan de wereldwijde vraag kunnen voldoen. De spoorwegprojecten zullen 205 miljard ZAR kosten, dat is twee derde van de enveloppe en zullen volgens Transnet toelaten 350 miljoen ton vracht te vervoeren tegen 2019, tegenover 200 miljoen vandaag. De verschuivingen van het wegtransport
Bron: Transnet Market Demand Strategy (april 2012)
naar het vervoer per spoor die daar logischerwijze uit zullen volgen, zullen de congestie, de CO2-uitstoot maar vooral de kosten verminderen. Transnet wil zijn dochterbedrijf Transnet Freight Rail (TFR) op de vijfde plaats ter wereld brengen in het goederenvervoer per spoor. Wat het maritiem transport betreft, ontwijken containerschepen steeds meer het Suezkanaal om veiligheidsredenen. De ZuidAfrikaanse havens zien hun trafiek dus exponentieel toenemen. Zes van deze havens worden momenteel uitgebreid. Het is de ambitie om de havencapaciteit van het land bijna te verdubbelen. Er is een druk verkeer tussen de Belgische havens en die van Kaapstad, Richards Bay en Port Elisabeth.
39
40 ZUID-AFRIKA
In maart 2013 heeft de Zuid-Afrikaanse onderneming een samenwerkingsovereenkomst gesloten met een andere publieke entiteit die tot de BRICS-groep behoort, nl. de Chinese ontwikkelingsbank (China Development Bank of CDB) voor een lening van 5 miljard USD op 5 jaar. Ze heeft betrekking op de modernisering van de haven- en spoorweginstallaties, de lokale productie van uitrusting, maar ook op onderzoeks- en ontwikkelingsinitiatieven en de fabricage, de handel en de bouw van grensoverschrijdende infrastructuren in het hele Afrikaanse continent. Twee derde van de vereiste financiering zou afkomstig zijn
“In South Africa, joblessness is still unacceptably high even with recent growth in jobs numbers. Global economic prospects remain fragile. In response, the Government of the Republic of South Africa has taken a bold decision. We have chosen a path of counter-cyclical spending driven by catalytic infrastructure investment.” President Zuma, jaarlijkse toespraak, 9 februari 2012
van interne hulpbronnen terwijl het saldo op de internationale kapitaalmarkten moet worden gevonden. Transnet heeft reeds enkele contracten voor de productie van uitrusting toegewezen aan General Electric (Verenigde Staten), Kalmar (Finland) en China South Railways (China).
Zakenkansen voor de Belgische ondernemingen:
ondersteunende diensten,
burgerlijke bouwkunde,
netwerkbeheer, “South Africa needs to invest in a strong network of economic infrastructure designed to support the country’s medium-and long-term economic and social objectives.” Uitreksel uit het National Development Plan (2012)
bouw van hotelresorts,
telecommunicatie-uitrusting, elektrische systemen, spoor- en havenuitrusting, baggerwerken, …
3. SECTORALE BENADERING
41
3.3 Hernieuwbare energie Van de afhankelijkheid van steenkool…
…naar een groene revolutie
Zuid-Afrika neemt 40% van de Afrikaanse energieproductie voor zijn rekening. De publieke onderneming Eskom genereert 95% van de elektriciteit van het land en zelfs twee derde van de elektriciteit van het continent.
In het “Energiewitboek” (1998) zet de Zuid-Afrikaanse regering sociale maatregelen uiteen, zoals de toegang tot elektriciteit voor iedereen. Hernieuwbare energiebronnen worden aangeduid als een middel voor de energiebevoorrading van woningen die ver verwijderd zijn van het elektriciteitsnet. Het document wijst erop dat het land zijn productiecapaciteit moet verhogen om te voldoen aan de actuele behoeften, maar ook alternatieve energiebronnen moet ontwikkelen om tot een duurzame energiemix te komen op lange termijn.
Zuid-Afrika is de 7e producent van steenkool ter wereld dankzij zijn enorme voorraden, die op 30,2 miljard ton worden geschat. Daarmee wekt het volgens het International Energy Agency minstens 94% van zijn eigen elektriciteit op. Het land heeft dus een van de goedkoopste elektriciteitsvoorzieningenwereldwijd. 70% van de verbruikte steenkool wordt gebruikt voor het opwekken van elektriciteit en de rest is voornamelijk bestemd om voertuigen en vliegtuigen van brandstof te voorzien, via Sasol, de belangrijkste producent van motorbrandstof uit steenkool. Zuid-Afrika is dus zeer afhankelijk van fossiele brandstoffen. Het land heeft echter een verouderd en weinig betrouwbaar energiesysteem. Zo is het de 10e grootste producent ter wereld van koolstofdioxide. Het vermindert de vervuiling geleidelijk door zijn energiebronnen te diversifiëren (kern- en hernieuwbare energie) en de efficiëntie ervan te verbeteren. De regering spreekt over de invoering van een koolstofbelasting tegen januari 2015. Zuid-Afrika heeft ook behoefte aan elektriciteit. Het nationale verbruik is het laatste decennium met ongeveer 20% gestegen. Ondanks het feit dat het met 75% de hoogste elektrificatiegraad heeft van zuidelijk Afrika, heeft slechts 55% van de plattelandsbevolking toegang tot elektriciteit, tegenover 88% van de stedelijke bevolking. Na jaren van onderinvestering moet het land zijn productiecapaciteit doen toenemen om aan die groeiende vraag te voldoen. De regering hoopt het geïnstalleerd vermogen bijna te verdubbelen en 85 GW te bereiken tegen 2030. Terwijl het bouwen van een nieuwe steenkoolcentrale ongeveer tien jaar duurt, is slechts twee jaar nodig om een installatie voor wind- of zonneenergie op te zetten.
In navolging van de Wereldtop over duurzame ontwikkeling die in 2002 plaatsvond in Johannesburg, heeft het ministerie van Energie de internationale relaties versterkt dankzij partnerschappen zoals het Global Village Energy Partnership en het Renewable-energy and Energy-Efficiency Partnership. In november 2003 heeft de regering het “Witboek over hernieuwbare energiebronnen” gepubliceerd, dat een doelstelling van 10.000 GWh elektriciteit vooropstelt die uit hernieuwbare energiebronnen moet worden geproduceerd tegen 2013, dit is 4% van de totale nationale productiecapaciteit voor elektriciteit. Volgens het “Renewables 2013 Global Status Report” stond de teller in 2011 slechts op 2,2%.
Energiemix van de Zuid-Afrikaanse productie
100% HERNIEUWBARE ENERGIEBRONNEN
80%
G AS
60%
WATERKRACHT
40%
K ERNENERGIE
20%
S TEENKOOL
0% 2010
2030
Bron: Departement Energie (2013)
42 ZUID-AFRIKA
Bijkomende capaciteit voor 2030 (in GW)
Hernieuwbare energiebronnen Steenkool
2,4
3,9
2,6
Kernenergie Waterkracht (invoer) GAS PEAK-OCGT
8,4
17,8 8,4
9,6
FV-zonneenergie C SP-zonneenergie Windenergie
1,0
6,3
Bron: Departement Energie (2010)
De Top over hernieuwbare energiebronnen van Pretoria in 2009 heeft gewezen op de trage uitvoering van projecten voor hernieuwbare energie en de risico’s voor de Zuid-Afrikaanse economie om haar investeringen toe te spitsen op de productie van thermische energie. Meerdere nationale en provinciale documenten en programma’s werden aldus opgesteld om de ontwikkeling van alternatieve energiebronnen te ondersteunen. De nationale energieregulator (NERSA) heeft op 27 maart 2009 bijvoorbeeld een reeks voorkeurtarieven aangenomen voor de aankoop van elektriciteit die afkomstig is uit groene energie (windenergie, waterkrachtcentrales, stortgas en zonne-energie). Dit mechanisme voorziet in de aankoop van elektriciteit bij erkende producenten van hernieuwbare energie tegen vooraf bepaalde prijzen. Zuid-Afrika, dat in 2011 als gastland optrad voor de klimaattop van de Verenigde Naties in Durban, heeft zich ertoe verbonden zijn CO2-uitstoot met 42% te verminderen tegen 2025. Het heeft in 2012 niet minder dan 5,5 miljard USD in hernieuwbare energie geïnvesteerd (tegenover enkel tientallen miljoenen in 2011), wat het hoogste groeipercentage ter wereld is. Deze flatterende vaststelling leidde ertoe dat sommigen het land als meest aantrekkelijke groene energiemarkt ter wereld gingen beschouwen. In vergelijking met de Europese markten die getroffen zijn door de crisis en hun subsidies voor alternatieve energieën verminderen, lijkt Zuid-Afrika een onverwachte bestemming voor deze industrie.
De doelstelling is de productiecapaciteit van hernieuwbare energie tegen 2030 met 17,8 GW te verhogen, dit is 42% van de nieuwe capaciteit, verdeeld over 8,4 GW voor windenergie, 8,4 GW voor PV-zonne-energie (fotovoltaïsche) en 1 GW voor CSPzonne-energie (Concentrating Solar Power). Hun aandeel in de totale energiemix zou 9% bedragen. Zonne-energie Het land heeft gemiddeld 2.500 zonuren per jaar en een dagelijkse zonnestraling die schommelt tussen 4,5 en 6,5 kWh/m². Met een gemiddelde jaarlijkse globale straling die geraamd wordt op 220 W/m² tegenover 150 W/m² in de Verenigde Staten en 100W/m² in Europa, behoort het tot de landen met de meeste zonnestraling ter wereld. De Noord-Kaapprovincie wordt geacht over een van de hoogste capaciteiten ter wereld te beschikken met ongeveer 2.900 kWh/m². Zonne-energie wordt gebruikt op twee belangrijke wijzen: thermische collectoren, die de zonne-energie omzetten in warmte, en fotovoltaïsche panelen, die ze omzetten in elektriciteit. De projecten voorzien in drie soorten installaties. Eerst en vooral moedigt de staat het gebruik van zonneboilers (SWH, Solar Water Heater) aan, die economische en milieuvoordelen hebben tegenover elektrische boilers en minder energie verbruiken. Het ministerie van Energie beoogt de installatie van 5,6 miljoen zonneboilers tegen 2020, zodat de vraag naar elektri-
3. SECTORALE BENADERING
citeit met 3.600 MW wordt verminderd. In 2011 werden tientallen duizenden stuks gratis verspreid in de sloppenwijken. Via deze actie, die door de Afrikaanse Ontwikkelingsbank werd gefinancierd, wilde Eskom de druk op het net verminderen en zonneenergie populairder maken. Vervolgens vormen de thermodynamische centrales voor geconcentreerde zonne-energie (CSP of Concentrating Solar Power Plant) een aanvulling op de elektriciteit die door de thermische centrales wordt verstrekt. Er wordt een groot project van 100 MW gepland in Upington in de Kalahariwoestijn. Eskom heeft van de Wereldbank een lening van 150 miljoen USD gekregen voor de bouw ervan. Tot slot worden kleine fotovoltaïsche zonnepanelen (minder dan 1 MW) gebruikt voor toepassingen buiten het net (scholen, dispensaria, privéwoningen…). De allereerste grote fotovoltaïsche zonnecentrale met een totaal vermogen van 1,2 MW werd in november 2011 gebouwd in Sunninghill, een voorstad van Johannesburg. Google heeft in mei 2013 een investering van 12 miljard USD aangekondigd in een fotovoltaïsche centrale van 96 MW. Zodra de bouw voltooid is, zal de installatie “Jasper Power” voldoende energie opwekken om 30.000 Zuid-Afrikaanse gezinnen van stroom te voorzien. Windenergie Het windpotentieel van het land is eveneens aanzienlijk. De gemiddelde windsnelheden worden geschat tussen 4 m/s en 9 m/s. Deze energiebron is voornamelijk geconcentreerd in de drie Kaapprovincies aan de kust: Noord-Kaap, West-Kaap en Oost-Kaap. Deze laatste provincie alleen al beschikt over een gemiddelde van ongeveer 125 W/m2 aan windenergie.
potentieel heeft. Zijn vier turbines produceren 7 GWh groene stroom per jaar. Nog recenter, in juni 2013, heeft de groep GDF Suez in partnerschap met Investec en Kagiso Tiso Holdings de finalisering van een ander windmolenparkproject van 94 MW aangekondigd, namelijk West Coast One, op 130 km ten noorden van Kaapstad. Het consortium werd in mei 2012 geselecteerd in het kader van een aanbestedingsprocedure en ondertekende enige tijd later een stroomaankoopovereenkomst met de nationale distributiemaatschappij Eskom. De commerciële exploitatie zou in de helft van 2015 moeten beginnen.
“Europe pursued renewables for political reasons such as climate change. They don’t need electricity, they need to reduce carbon missions. South Africa needs electricity and it needs it now.” Patrick Haillot, Ventusa Energy (Financial Times, mei 2013) “De uitgestrekte regio’s van Zuid-Afrika beschikken over een groot potentieel, dat volledig onbenut is.” Jens Carsten Hansen, windmolenspecialist aan de Technische Universiteit van Denemarken (2012)
Zakenkansen voor de Belgische ondernemingen:
In maart 2012 werd een windatlas met de naam WASA (Wind Atlas for South Africa) voorgesteld. Deze werd gefinancierd door het programma van de VN-Organisatie voor de lokale ontwikkeling van windenergie en de Deense Ambassade en duidt de belangrijkste plaatsen aan die geschikt zijn voor de installatie van windmolens (windturbines).
technische diensten,
bouw van elektrische centrales,
onafhankelijke elektriciteitsproductie,
groene energieën,
Het pilootwindmolenpark van Darling, dat in 2008 werd gebouwd, is de eerste centrale voor hernieuwbare energie van Zuid-Afrika die aangesloten is op het nationale elektriciteitsnet. Dit commerciële windmolenpark, dat het resultaat is van een samenwerking tussen internationale donoren, gouvernementele organisaties en actoren uit de privésector toont aan dat windenergie
expertise in zonne-energie,
expertise in windenergie,
energiedistributie,
…
43
4 Recente succesverhalen
46 ZUID-AFRIKA
KS TECHNIQUES SECTOR: ELEKTRICITEIT EN ELEKTRONICA KST is een Luikse onderneming die in 1982 in Battice werd opgericht door twee burgerlijk ingenieurs. Oorspronkelijk bestonden haar activiteiten in het ontwerpen van lichtconverters voor voertuigen (treinen, metrostellen, trams, autobussen, touringcars en boten). De KST-producten worden op punt gesteld door de ingenieurs van het elektronisch laboratorium en ondergaan strenge testen bij KST zelf en in onafhankelijke externe bedrijven of bij klanten. De kwaliteit en de betrouwbaarheid van KST-producten werden erkend door tal van homologaties op Europees en internationaal vlak en door exploitanten van nationale netwerken. Momenteel is de onderneming KST gestructureerd in drie afdelingen: “Elektronica en verlichting”, “UPS-oplossingen (Uninterruptible Power Supply)” voor kritiek geachte installaties zoals banken, datacentra of luchthavens en tot slot “Process Solution”, dat globale, flexibele en innoverende oplossingen biedt. KST heeft zich toegelegd op de ontwikkeling van zijn commerciële activiteiten in Zuid-Afrika. In december 2012 werd de eerste UPS Rotabloc® KPS-400-50-machine voor de South African Reserve Bank in Pretoria met succes in werking gesteld. “De belangrijkste functie van onze UPS is voor een betrouwbare stroomvoorziening te zorgen, om de continuïteit van de bankverrichtingen te waarborgen”, legt Jonathan Hubert, International Sales Manager, uit. “Een stroomstoring kan immers grote financiële schade veroorzaken doordat de kritieke verrichtingen van een bank worden onderbroken.” KST werkt samen met andere lokale ondernemingen voor de distributie van zijn UPS-oplossingen in Zuid-Afrika. In mei 2013 heeft het bedrijf bovendien in samenwerking met de onderneming Innovative Power Equipment in Johannesburg een beurs georganiseerd, die ingenieurs met verschillende achtergronden van de elektrische industrie heeft samengebracht. www.kstechniques.com
“La fonction principale de notre UPS est d’assurer une alimentation électrique fiable, afin de garantir la continuité des opérations bancaires.” Jonathan Hubert, International Sales Manager (juni 2013)
4. RECENTE SUCCESVERHALEN
WATERLEAU SECTOR: WATERZUIVERING In januari 2000 richt een groepje Belgische ingenieurs met ervaring op het vlak van waterzuivering te Herent Waterleau op, een onderneming die snel erkend en veel gevraagd wordt dankzij haar vakkennis. De groep biedt milieuoplossingen en -diensten aan zijn klanten, openbare als industriële spelers, afkomstig uit de brouwerijbranche, de voedingssector, de chemische, petrochemische en farmaceutische industrie … Waterleau werkt vanuit zijn hoofdzetel in Herent en heeft zich vandaag opgewerkt tot het select clubje van firma’s die een volledig en gevarieerd assortiment aan installaties kunnen leveren in het domein van lucht- en waterzuivering, afvalverwerking en hernieuwbare energie. De firma tekent contracten over de hele wereld en de groeiende export (74 % van de omzet in 2011) leverde Waterleau “De Leeuw van de Export 2012” op. Waterleau is zeer actief in Afrika ten zuiden van de Sahara, waar het diverse industriële projecten ontwikkelt, vooral in de brouwerijsector. Omdat water hierbij van strategisch belang is speelt Waterleau een baanbrekende rol op het vlak van verbruik, zuivering en rationeel hergebruik van dit blauwe goud, en dit in een van de droogste streken ter wereld. Waterleau heeft tot nu toe niet minder dan 50 waterzuiveringsstations gebouwd op het Afrikaanse continent voor de brouwerijgroepen Heineken, SAB Miller, Diageo, Castel en Carlsberg. In 2010 opende brouwerij Sedibeng zijn deuren in Zuid-Afrika, niet ver van Johannesburg. Deze brouwerij is ontstaan uit een partnerschap tussen Heineken en Diageo en heeft een jaarlijkse productiecapaciteit van 4 miljoen hectoliter. De keuze voor Waterleau als WWTP (waste water treatment partner) was het begin van een intensieve samenwerking tussen beide entiteiten. Het waterzuiveringsstation, gebouwd naast de eigenlijke brouwerij, was aanvankelijk ontworpen om 3.000 m³ afvalwater per dag te behandelen. Maar de brouwsels van Sedibeng kregen zo’n groot succes dat deze capaciteit nu verdubbeld is. De eenheid verwerkt elke dag 6.000 m³ water en 18 ton opgeloste organische koolstof. LUCAS®, de technologie ontwikkeld door Waterleau om afvalwater te zuiveren, heeft tal van voordelen, zoals de lage kostprijs, de compactheid, de duurzaamheid en de flexibiliteit. Het biogas dat vrijkomt uit de anaerobe verwerking wordt gebruikt als brandstof voor de verwarmingsketels in de brouwerij en zo
“The cooperation with Waterleau assisted on optimization of the process earlier than expected, troubleshooting and advances the operation of the plant. This is simply achieved by direct communicating with friendly well experienced experts from Waterleau. I consider working together with Waterleau very valuable and beneficial for our organization.” Msizi Mchunu, Sedibeng WWTP Operator (2010)
is tot 15 % minder fossiele energie nodig om deze ketels te doen werken. Het gezuiverde water wordt eerst onderworpen aan strikte kwaliteitsnormen en stroomt dan terug in de Klip, een van de weinige rivieren in de streek. www.waterleau.com
47
48 ZUID-AFRIKA
TRANSURB TECHNIRAIL SECTOR: SPOORVERVOER Transurb Technirail is een ingenieurs- en managementbureau dat gespecialiseerd is in de sector van het spoorvervoer en van het stadsvervoer. Het verenigt het personeel en de technische capaciteiten van zijn aandeelhouders: de B-Holding-groep (B-Holding) wat het spoorvervoer betreft en de Maatschappij voor het Intercommunaal Vervoer te Brussel (MIVB) wat het stadsvervoer betreft. De onderneming heeft 40 jaar ervaring en heeft meer dan 600 projecten verwezenlijkt, waaronder enkele zeer prestigieuze, zoals de technische ondersteuning voor de Kanaaltunnel of de hogesnelheidslijn tussen Parijs en Keulen. Transurb Technirail is dankzij zijn internationale faam sinds enkele jaren een bekend merk in Zuid-Afrika voor grote projecten op het vlak van signaleringssystemen en rollend materieel. Nog recenter heeft het in associatie met de Zuid-Afrikaanse groepen LDM en Crowie Holdings de opdracht binnengehaald van het toezicht op de vernieuwing van het signalisatiesysteem, de telecommunicatie en de energie (STE) van de Zuid-Afrikaanse West-Kaapprovincie. Het consortium kreeg de benaming TLF Rail Solutions. PRASA (Passenger Rail Agency of South Africa) heeft immers de nadruk gelegd op de noodzaak om de STE-infrastructuur te moderniseren. Het agentschap heeft twee doelstellingen vastgelegd: de capaciteit van het net verhogen en de veiligheid en de betrouwbaarheid van de spoordiensten verbeteren. Het project in de West-Kaapprovincie is gespreid over zes jaar en zal moeten worden uitgevoerd tijdens de periode waarin het net wordt gebruikt. www.transurb.com
“Cette nouvelle réalisation démontre une nouvelle fois la confiance de nos clients envers notre société et notre capacité de s’entourer de partenaires de choix afin de proposer une formule compétitive et performante.” Transurb Technirail News (november 2012)
5 NUTTIGE ADRESSEN
50 ZUID-AFRIKA
5.1 In België Flanders Investment & Trade (FIT) Gaucheretstraat 90 1030 Brussel T +32 2 504 87 11 F +32 2 504 88 99
[email protected] www.flandersinvestmentandtrade.be BruSSEL Invest & Export Louizalaan 500, bus 4 1050 Brussel T +32 2 800 40 00 F +32 2 800 40 01
[email protected] www.brusselinvestexport.be Agence wallonne à l’Exportation et aux Investissements étrangers (AWEX) Saincteletteplein 2 1080 Brussel T +32 2 421 82 11 F +32 2 421 87 87
[email protected] www.awex.be Ambassade van Zuid-Afrika in België Ambassadeur: Z.E. dhr. Mxolisi NKOSI Montoyerstraat 17-19 1000 Brussel T +32 2 285 44 00 F +32 2 514 78 03 General enquiries:
[email protected] Consular enquiries:
[email protected] www.southafrica.be
Kamer van Koophandel, Nijverheid en Landbouw België-Luxemburg / Afrika-Caraïben-Pacific (CBLACP) Voorzitter: dhr. Guy Bultynck Directeur: mevr. Corine Courbet, Executive Manager Montoyerstraat 24, bus 5 1000 Brussel T +32 2 512 99 50 / +32 2 512 81 58 F +32 2 512 28 29
[email protected] www.cblacp.eu
6. NUTTIGE ADRESSEN
5.2 In Zuid-Afrika Ambassade van België in Pretoria Ambassadeur: Z.E. Johan Maricou Leyds Street 625 Muckleneuk 0002 Pretoria T +27 12 440 32 01 / + 27 82 853 5914 (uniquement en cas d’urgence) F +27 12 440 32 16
[email protected] www.diplomatie.be/pretoria
Belgische Kamer van Koophandel in Zuid-Afrika – Belgian Chamber of Commerce for Southern Africa BCCSA Voorzitter: mevr. Ans Baeyens Directeur: dhr. Patrick De Geest P.O. Box 596 Parklands 2121 Johannesburg T + 27 72 035 40 37 F +27 86 574 21 02
[email protected] www.belgianchambersa.co.za
ConsulaAt IN Johannesburg Consul: dhr. Johan Graux 158 Jan Smits Building Walters avenue 9 – 3rd floor West Wing, Rosebank 2196, Johannesburg P.O. Box 3431, Parklands 2121 T +27 11 912 96 00 / +27 82 458 80 26 (enkel in nood) F +27 11 447 54 96
[email protected] www.diplomatie.be/johannesburg Consulaat in Kaapstad Consul: dhr. Roger Vyghen 1, Thibault Square (LG building) - 19th floor Thibault Square, Foreshore 8001 Kaapstad P.O. Box 2717 T +27 21 419 48 43 / +27 21 419 46 90 / +27 73 772 45 59 (enkel in nood) F +27 21 421 11 21
[email protected] www.diplomatie.be/capetown Ereconsulaat in Durban Ereconsul: dhr. Marc Nazar 11 Trematon Drive 4001 Durban Postal suite 216, Private Bag X 504 Northway 4065 T+27 31 312 99 87
[email protected] [email protected]
Flanders Investment & Trade Economisch en handelsattaché FIT: dhr. Marc Schiltz Royal Consulate General of Belgium Fredman Towers (8th floor) 13 Fredman Drive Sandton 2196, Johannesburg T +27 11 783 47 32 F +27 11 783 47 37
[email protected] www.flandersinvestmentandtrade.com Brussels Invest & Export Brussels Invest & Export heeft geen eigen economisch en handelsattaché in Zuid-Afrika. De Brusselse ondernemingen die een onderhoud in Zuid-Afrika wensen, kunnen zich echter richten tot de economisch en handelsattaché van AWEX, dhr. Jean-Pierre Muller. Agence wallonne à l’Exportation et aux Investissements étrangers (AWEX) Economisch en handelsattaché: AWEX en BIE: dhr. Jean-Pierre Muller Royal Consulate General of Belgium Fredman Towers (8th floor) 13 Fredman Drive, Sandown Sandton 2196, Johannesburg T +27 11 884 55 81 F +27 11 884 17 71
[email protected] www.awex.be
51
52 ZUID-AFRIKA
5.3 Nuttige websites Zuid-Afrikaanse regering www.gov.za Departement Financiën www.treasury.gov.za Departement Landbouw, Bossen en Visserij www.nda.agric.za Departement Minerale Hulpbronnen www.dmr.gov.za Departement Publieke Ondernemingen www.dpe.gov.za Departement Energie www.energy.gov.za Departement Handel en Industrie www.thedti.gov.za Statistics South Africa www.statssa.gov.za Centrale bank van Zuid-Afrika (SARB) www.resbank.co.za Zuid-Afrikaanse kamer van Koophandel en Industrie www.sacci.org.za
6 Bronnen
54 ZUID-AFRIKA
Flanders Investment and Trade www.flanderstrade.be
L’Echo www.lecho.be
Brussels Invest & Export www.brussel-export.be
Wereldwijs www.flandersinvestmentandtrade.com
Agence wallonne à l’Exportation et aux Investissements étrangers www.awex.be
Franse Portaalsite voor buitenlandse handel www.tresor.economie.gouv.fr
FOD Buitenlandse Zaken www.diplomatie.be Nationale Delcrederedienst www.ondd.be Wereldhandelsorganisatie www.wto.org Internationaal monetair fonds www.fmi.org Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling www.oecd.org United Nations Conference on Trade and Development www.unctad.org World Economic Forum www.weforum.org Viewswire www.viewswire.com
Planet Expert www.planet-expert.com Le Moniteur du Commerce international www.lemoci.com Le Monde www.lemonde.fr Les Echos www.lesechos.fr ActuFinance www.forex.actufinance.fr Diamants Info www.diamants-infos.com The Financial Times www.ft.com Global-rates.com www.global-rates.com This is Africa www.thisafricaonline.com African Economic Outlook www.africaneconomicoutlook.org Seminar georganiseerd door Friends of Europe: “Africa’s economic transformation: The role of natural resources” - Dinsdag 25 juni 2013
Agentschap voor Buitenlandse Handel Montoyerstraat 3 1000 Brussel t+32 2 206 35 11 www.abh-ace.be Flanders Investment and Trade Gaucheretstraat 90 1030 Brussel t+32 2 504 87 11 www.flandersinvestmentandtrade.be Brussel Invest & Export Louizalaan 500, bus 4 1050 Brussel t+32 2 800 40 00 www.brusselinvestexport.be Agence wallonne à l’Exportation et aux Investissements étrangers Saincteletteplein 2 1000 Brussel t+32 2 421 82 11 www.awex.be
Hoewel alles in het werk werd gesteld om nauwkeurige en actuele informatie te geven, kunnen noch het Agentschap voor Buitenlandse handel, noch zijn partners (Flanders Investment and Trade, Brussel Invest & Export en het Agence wallonne à l’Exportation et aux Investissements étrangers) verantwoordelijk worden gesteld voor fouten, weglatingen en leugenachtige verklaringen. Ze kunnen evenmin verantwoordelijk worden gesteld voor het gebruik of de interpretatie van de informatie in deze studie.
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: MARC BOGAERTS
PUBLICATIEDATUM: SEPTEMBER 2013
DEZE STUDIE IS OOK BESCHIKBAAR OP DE WEBSITE VAN HET AGENTSCHAP VOOR BUITENLANDSE HANDEL www.abh-ace.be
Auteur: NICOLAS PREILLON GRAFISCHE VORMGEVING EN UITVOERING: Cible Communication (www.cible.be) GEDRUKT OP PAPIER MET EEN FSC-LABEL