VOORWOORD. Namens het college van burgemeester en wethouders, Wethouder. Gaasterlân-Sleat Lemsterland Littenseradiel Súdwest-Fryslân

VOORWOORD Het recht van kinderen op onderwijs is vastgelegd in de leerplichtwet1969. Het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet wordt uitgevoerd door leerplichtambtenaren in opdracht van het College van burgemeester en wethouders. In de wet staan de rechten en plichten van ouders/ verzorgers, leerlingen en schooldirecteuren aangegeven. Het doel van de leerplichtwet is dat jongeren zo goed mogelijk worden toegerust met kennis en vaardigheden, die zij nodig hebben om een zelfstandige plek in de samenleving te verwerven. Schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten belemmeren de jongere in hun ontwikkeling. U als school hebt, bij het voorkomen en bestrijden van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten, een cruciale rol. Registratie is hierbij een belangrijk middel. Door leerlingen op tijd en volgens de regels in- en uit te schrijven en verzuim adequaat te melden, wordt direct duidelijk welke leerlingen dreigen uit te vallen. Als het nodig is kunnen leerplicht, RMC en hun partners samen met u ingrijpen om schoolverzuim en uiteindelijk schooluitval te voorkomen. De missie van RMC/ leerplicht luidt dan ook: “Alle bern te plak”. Wet- en regelgeving biedt een “stok achter de deur”. Dit handboek geeft u informatie over regels en procedures voortvloeiend uit de Leerplichtwet zoals die afgesproken zijn in de regio. Natuurlijk is de uitvoering van de wet niet het enige instrument in het voorkomen en bestrijden van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. De visie van RMC/ leerplicht draagt hier ook aan bij. Onze visie is: “Wij staan voor korte lijnen met onze ketenpartners waardoor wij een sluitende aanpak realiseren en onze jongeren in staat stellen onderwijs te volgen, een startkwalificatie te halen, te participeren in werk en/ of in de maatschappij”. Bij deze overhandig ik u de geactualiseerde versie van het handboek Leerplicht. Het beschermen van het leerrecht van onze jongeren vind ik, als wethouder, een belangrijke taak van de gemeente. Het handboek levert daar een bijdrage aan. Namens het college van burgemeester en wethouders, Wethouder

Gaasterlân-Sleat Lemsterland Littenseradiel Súdwest-Fryslân

INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding.................................................................................... 3 2 Leerplicht................................................................................. 4 2.1 Kwalificatieplicht 2.1.1 Uitzonderingen kwalificatieplicht.........................................................5 2.1.2 Handhaving kwalificatieplicht.............................................................5 2.2 RMC voortijdig schoolverlaten......................................................................5 2.3 RMC-regio...................................................................................................5 2.4 Centrum Jeugd en Gezin ............................................................................6 2.5 Verwijsindex Fryslân.....................................................................................6 3 In 3.1 3.2 3.3

en uitschrijvingen................................................................ 7 Inschrijven....................................................................................................7 Uitschrijven - Wettelijk kader........................................................................7 Wet Onderwijsnummer en Basisregister Onderwijs......................................7

4 schoolverzuim.......................................................................... 8 4.1 DUO-loket voor verzuim en voortijdig schoolverlaten....................................8 4.2 Absoluut verzuim.........................................................................................8 4.2.1 Controle op absoluut verzuim............................................................8 4.3 Relatief verzuim............................................................................................8 4.4 Bezoek aan arts of orthodontist tijdens schooluren......................................9 4.5 Ziekteverzuim/ Signaal verzuim....................................................................9 4.6 Strafrechtelijke aanpak schoolverzuim..........................................................9 4.7 Aanpak schoolverzuim in het kader van de Algemene Kinderbijslagwet........9 4.8 Richtlijnen voor het melden van schoolverzuim..........................................10 4.9 Toezicht Inspectie van het Onderwijs..........................................................10 4.10 Meldwijzer schoolverzuim .........................................................................11 5 Gronden voor vrijstelling van inschrijving................................12 5.1 Lichamelijke of psychische ongeschiktheid................................................12 5.2 Bedenkingen tegen de richting van het onderwijs......................................12 5.3 Inschrijving op een school in het buitenland...............................................12 5.4 Bijzondere vrijstellingen..............................................................................12 6 Vrijstelling van geregeld schoolbezoek..................................13 6.1 Vrijstelling geregeld schoolbezoek van rechtswege....................................13 6.2 Vrijstelling geregeld schoolbezoek na vooraf verkregen toestemming.........13 6.2.1 Op vakantie onder schooltijd............................................................13 6.2.2 Verlof in geval van ‘andere gewichtige omstandigheden’..................13 6.2.3 Verlof voor meer dan 10 dagen........................................................13 6.3 Schema voor verlof aanvragen...................................................................14 6.4 Vervangende leerplicht...............................................................................16 6.5 Vervangende leerplicht in het laatste schooljaar..........................................16 6.6 Vrijstelling in verband met voldoende vervangend onderwijs.......................16 7

Toelating, schorsing en verwijdering...................................... 17 7.1 Toelating....................................................................................................17 7.2 Schorsing..................................................................................................17 7.3 Procedure schorsing..................................................................................18 7.4 Verwijdering...............................................................................................18 7.5 Procedure verwijdering voortgezet onderwijs.............................................19 7.6 Procedure verwijdering middelbaar beroepsonderwijs................................19

handboek leerplicht VO / MBO, versie maart 2012

1

8 Bezwaar- en beroepsprocedure........................................... 20 8.1 Bevoegd gezag...........................................................................................20 8.2 De beschikking...........................................................................................20 8.3 Bezwaar en beroep.....................................................................................20 8.3.1 Bezwaarschrift..................................................................................20 8.4 Bezwaar en beroep, bijzonder onderwijs.....................................................21 9

Leerplicht Zuidwest Friesland................................................ 22 9.1 Leerplichtambtenaren regio Zuidwest Friesland...........................................22 9.2 Kwalificatieplicht medewerkers....................................................................22 9.3 RMC - Regio Zuidwest Friesland/ contactgemeente Súdwest-Fryslân.........22

10 FAQ........................................................................................ 23 11 Websites ............................................................................... 25 12 Bijlagen.................................................................................. 26 12.1 Bijlage 1 Formulier vrijstelling voor vakantie buiten schoolvakanties...........27 12.2 Bijlage 2 Vakantieverklaring werkgever/ zelfstandige..................................28 12.3 Bijlage 3 Beschikking vakantie buiten schoolvakanties..............................29 12.4 Bijlage 4 Formulier vrijstelling andere gewichtige omstandigheden.............30 12.5 Bijlage 5 Beschikking vrijstelling schoolbezoek..........................................31


2

1 INLEIDING

Dit is het “Handboek Leerplicht Voortgezet Onderwijs en Middelbaar Beroepsonderwijs”. Het handboek is bestemd voor scholen in het voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs, schooldirecteuren, teamleiders, zorgcoördinatoren, mentoren, studieloopbaanbegeleiders, leerlingbegeleiders, enz. De bedoeling van het handboek is uw school duidelijkheid te bieden en handvatten aan te reiken over leerplicht en RMC (de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten). Samenwerken is belangrijk. Met dit - Zuidwest Friesland Handboek - willen we de samenwerking en afstemming tussen scholen, leerplichtambtenaren en de kwalificatieplichtambtenaar in Zuidwest Friesland onderstrepen en bevorderen.

Leeswijzer De uitvoering van de leerplicht is in de eerste plaats aan de Leerplichtwet gebonden en aan de Wet op het Voortgezet Onderwijs, de Wet Educatie en Beroepsonderwijs en de Algemene wet bestuursrecht. Omwille van de leesbaarheid van het handboek is voor ‘praktisch en gewoon’ taalgebruik gekozen met verwijzingen naar de Wet. Wanneer u in de onderwijs/ leerplichtpraktijk geconfronteerd wordt met vragen of kwesties die om precies handelen vragen, adviseren wij u naast het handboek ‘de Wet’ erop na te slaan (hoofdstuk 10 websites). Ter bevordering van het leesgemak is gekozen: • voor de term ‘de ouders’ waar het betreft de ouder(s)/ verzorger(s) die het gezag over de leerling/ jongere uitoefenen en die met de feitelijke verzorging zijn belast. • voor de term ‘de directeur’ waar het betreft het bevoegd gezag/ het bestuur van de school.


3

2 LEERPLICHT

Leerplicht hangt nauw samen met leerrecht, ofwel het recht op onderwijs. In Nederland zijn de rechten en plichten van ouders, leerlingen en schooldirecteuren aangegeven in de leerplichtwet 1969. Deze wet is, kortweg gezegd, een rechtsmiddel waarmee gewaarborgd wordt dat alle jongeren zo goed mogelijk worden toegerust met kennis en vaardigheden die zij nodig hebben om een zelfstandige plek in de samenleving te verwerven. Een afgeronde schoolopleiding is daarvoor een eerste vereiste. Het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet is in Nederland opgedragen aan burgemeester en wethouders van de woongemeente van de leerling. De Leerplichtwet regelt inschrijvingsplicht bij een erkende school en geregeld schoolbezoek voor kinderen vanaf 5 jaar. Het is de taak van de leerplichtambtenaar om het aan de burgemeester en wethouders opgedragen toezicht feitelijk uit te oefenen. De leerplichtambtenaar werkt binnen de kaders van de Leerplichtwet 1969 en de ambtsinstructie 2011. De meeste jongeren gaan gewoon naar school. Leerplichtige jongeren die niet naar school gaan, niet bij een school staan ingeschreven of langdurig en regelmatig verzuimen, komen bij de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaar ziet er op toe dat de Leerplichtwet wordt gehandhaafd. De inspanningen van de leerplichtambtenaar vormen een schakel in de begeleiding van leerplichtige jongeren in hun onderwijsloopbaan. Het werk van de leerplichtambtenaren, de kwalificatieplichtambtenaar en de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) draagt bij aan het terugdringen van voortijdig schoolverlaten en het verbeteren van de startpositie van jongeren. Hiermee worden de kansen op de arbeidsmarkt vergroot, evenals de mogelijkheden tot volwaardige participatie in de samenleving. 2.1 Kwalificatieplicht Te veel jongeren stoppen met school zonder dat zij een startkwalificatie hebben behaald. Per 1 augustus 2007 is daarom de leerplichtwet aangevuld met de kwalificatieplicht om voortijdige schooluitval in de leeftijdsgroep 16-18 jaar terug te dringen en jeugdwerkloosheid tegen te gaan. De kwalificatieplicht verplicht jongeren tot hun achttiende jaar op school te blijven wanneer ze nog geen startkwalificatie hebben gehaald, dus niet beschikken over een havo, vwo of mbo 2 diploma. Vanaf schooljaar 2012-2013 is een mbo 1 diploma ook voldoende voor een startkwalificatie mits de jongere meer dan 12 uur per week werkt. Alle leerlingen blijven volledig leerplichtig tot het einde van het schooljaar waarin ze zestien jaar worden of na 12 volledige schooljaren. De kwalificatieplicht geldt voor jongeren die: • nog geen achttien jaar zijn; • nog geen startkwalificatie hebben behaald; • de volledige leerplicht achter de rug hebben. De kwalificatieplicht hoeft niet te betekenen dat jongeren vijf dagen per week in de schoolbanken zitten. Voor jongeren van 16 en 17 jaar die liever met hun handen dan met hun hoofd werken, is het mogelijk om met combinaties van leren en werken aan de kwalificatieplicht te voldoen. Bijvoorbeeld met de beroepsbegeleidende leerweg in het mbo. Voor de uitvoering van de kwalificatieplicht heeft de RMC- regio Zuidwest Friesland een kwalificatieplichtambtenaar aangesteld.


4

2.1.1 Uitzonderingen kwalificatieplicht Voor jongeren in het praktijkonderwijs, zeer moeilijk lerende jongeren en meervoudig gehandicapte jongeren is een startkwalificatie niet altijd haalbaar. Daarom worden zij vrijgesteld van kwalificatieplicht (LPW art. 4a). Zij kunnen een programma volgen dat past bij hun mogelijkheden. De leerplicht- en kwalificatieplichtambtenaar mag, aan jongeren die om lichamelijke en/ of psychische redenen geen startkwalificatie kunnen behalen, vrijstelling geven. 2.1.2 Handhaving kwalificatieplicht De kwalificatieplicht is onderdeel van de Leerplichtwet 1969. Voor jongeren die kwalificatieplichtig zijn geldt hetzelfde handhavinginstrumentarium als voor jongeren met een volledige leerplicht. In het VO wordt de handhaving van de kwalificatieplicht uitgevoerd door de leerplichtambtenaar van de woongemeente. In het MBO wordt deze voor de hele regio Zuidwest Friesland uitgevoerd door de kwalificatieplichtambtenaar. 2.2 RMC voortijdig schoolverlaten Op 1 januari 2002 is de RMC-wet (wet Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten) in werking getreden. Sinds de invoering van deze wet zijn scholen verplicht om niet-leerplichtige jongeren zonder startkwalificatie te melden bij de gemeente als ze de school verlaten of als ze langer dan een maand zonder reden van school wegblijven. De gemeente is verplicht om deze jongeren te volgen tot ze een startkwalificatie hebben, of de leeftijd van 23 jaar bereiken. De gemeente moet zich inspannen om deze jongeren alsnog een startkwalificatie te laten behalen. Met de invoering van de RMC-wet hebben gemeenten een RMC-functie gekregen. Dit betekent dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor: • het opzetten en in stand houden van een registratiesysteem voor meldingen van voortijdig schoolverlaters (VSV-ers); • het opzetten van een regionaal netwerk van ketenpartners; • het maken van afspraken met scholen, instellingen en organisaties over doorverwijzing van voortijdig schoolverlaters naar onderwijs, arbeidsmarkt of een combinatie hiervan. 2.3 RMC-regio Alle gemeenten in Nederland moeten voortijdig schoolverlaters tot 23 jaar registreren en ervoor zorgen dat zij via een passend traject (onderwijs, baan of een combinatie daarvan) alsnog een startkwalificatie behalen. Gemeenten participeren in één van de 39 RMC regio’s. Per regio coördineert één contactgemeente de melding en registratie van voortijdig schoolverlaters door scholen. RMC regio Zuidwest Friesland beslaat de gemeenten: Súdwest-Fryslân, Gaasterlân-Sleat, Lemsterland en Littenseradiel. Súdwest-Fryslân is contactgemeente van de regio. De kerntaken van de RMC-regio zijn: • een sluitende melding en registratie, doorverwijzing en herplaatsing van VSV-ers; • het bevorderen van een goede samenwerking tussen alle partijen in de regio die te maken hebben met jongeren tot 23 jaar; • het realiseren van een sluitende aanpak met een passend traject voor de jongere die extra zorg met betrekking tot scholing nodig heeft.


5

2.4 Centrum Jeugd en Gezin Vanaf 2011 is het verplicht in Nederland om als gemeente een Centrum Jeugd en Gezin (CJG) te hebben. Het CJG heeft als primaire doelstelling kinderen en jongeren, in de leeftijdscategorie -9 maanden tot 23 jaar, in hun gezondheid en ontwikkeling te stimuleren en ouders te ondersteunen bij de opvoeding. De 4 gemeenten in Zuidwest Friesland werken samen aan de opbouw van het CJG in de regio. Het CJG Zuidwest Friesland werkt vanuit de visie: Alle jeugdigen in Zuidwest Friesland kunnen gezond en veilig opgroeien en participeren in hun omgeving. Wordt een kind in het opgroeien bedreigd, dan wordt dit vroegtijdig gesignaleerd, wordt er adequaat op gereageerd en ontvangen de jeugdige en de ouder/ opvoeder de juiste hulp en/ of ondersteuning. 2.5 Verwijsindex Fryslân In de zorg en hulpverlening aan kinderen en jongeren in Fryslân werken veel organisaties samen. Voor een tijdige en goede hulpverlening is het belangrijk dat deze organisaties elkaar nog sneller en beter kunnen vinden. Daarom is de Verwijsindex Fryslân ingevoerd: een instrument dat voorkomt dat kinderen en jongeren met problemen die hun ontwikkeling bedreigen tussen wal en schip raken. De Verwijsindex is een digitaal instrument waarmee professionals - zoals hulpverleners, beroepskrachten binnen scholen en begeleiders - kinderen en jongeren tot 23 jaar die risico’s lopen of problemen hebben, kunnen registreren.


6

3 IN- EN UITSCHRIJVINGEN

De controle door de leerplichtambtenaar op in- en uitschrijvingen heeft tot doel vast te kunnen stellen of er aan de inschrijfplicht is voldaan. De leerplichtadministratie van de woongemeente moet parallel lopen aan op de school ingeschreven leerlingen. 3.1 Inschrijven Elke leerplichtige leerling moet bij een school staan ingeschreven. Op de ouders rust de verplichting hun kind bij een school in te laten schrijven en ervoor te zorgen dat het kind de school geregeld bezoekt. De directeur van de school beslist over toelating, schorsing en verwijdering van een leerling. De directeur is verplicht elke mutatie in de leerlingenlijst te melden bij de leerplichtambtenaar (LPW art.18). In- en uitschrijvingen moeten binnen 7 dagen gemeld worden. 3.2 Uitschrijven - Wettelijk kader De directeur voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs mag alleen een leerling uitschrijven (LPW art.10) als: • de leerling aantoonbaar op een andere school is ingeschreven (dit kan een school in het buitenland zijn); • de leerling is vrijgesteld van de inschrijvingsplicht; • de leerling niet meer leerplichtig of kwalificatieplichtig is. Een leerling die onvoldoende vorderingen maakt of zeer regelmatig en/ of voor langere perioden afwezig is, mag niet worden uitgeschreven. Ook een leerling die na inschrijving niet op school verschijnt, mag niet worden uitgeschreven, ook al heeft hij de lessen nooit gevolgd. Wanneer de directeur niet binnen 7 dagen bericht heeft ontvangen over inschrijving op een andere school, dan moet de directeur dit verzuim melden bij de leerplichtambtenaar. Er kunnen bijzondere omstandigheden zijn waardoor leerlingen vrijgesteld zijn van de leerplicht en waardoor ze uitgeschreven worden. Het gaat dan om zieke leerlingen, leerlingen die permanent of tijdelijk naar het buitenland vertrekken en leerlingen die tijdelijk ergens anders in Nederland verblijven (hoofdstuk 5). 3.3 Wet Onderwijsnummer en Basisregister Onderwijs Met de Wet Onderwijsnummer heeft elke leerling die in Nederland bekostigd onderwijs volgt een persoonsgebonden nummer. Hiervoor wordt het burgerservicenummer gebruikt. Als de leerling niet over een burgerservicenummer beschikt, krijgt hij een alternatief nummer toegekend. Alle leerlingen worden geregistreerd in het Basisregister Onderwijs (BRON). BRON bevat in- en uitschrijvinggegevens van bekostigde instellingen in het PO, VO en MBO. De onderwijsinstellingen leveren deze gegevens, gekoppeld aan het onderwijsnummer of persoonsgebonden nummer, elektronisch aan bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) de beheerder van BRON. In de Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank is vastgelegd dat DUO leerlinggegevens die gekoppeld zijn aan het burgerservicenummer mag leveren aan gemeenten. Het gaat hier om gegevens op basis van in- en uitschrijving in het basisregister, NAW-gegevens en het laatst genoten onderwijs voor personen tussen de 4 en 23 jaar.


7

4 SCHOOLVERZUIM

Scholen en instellingen zijn wettelijk verplicht het relatieve verzuim (16 uur les- of praktijktijd in een opeenvolgende periode van 4 lesweken) en het absolute verzuim (uitschrijving zonder startkwalificatie) van leerlingen te melden via DUO aan de gemeente. Een dagelijkse reactie op alle afwezigheid van een leerling en een goed contact met ouders werkt preventief. Lukt het de school niet om het verzuim te stoppen dan dienen stappen gezet te worden op grond van de Leerplichtwet. Op het moment van verzuimmelding bij de leerplichtambtenaar dient de school vooraf de ouders hierover te informeren. De Meldwijzer schoolverzuim is schematisch weergegeven in paragraaf 4.8.

4.1 DUO-loket voor verzuim en voortijdig schoolverlaten Aan voortijdig schoolverlaten gaat vaak verzuim vooraf. Verzuim dient daarom goed te worden geregistreerd. Scholen melden hun verzuimgegevens bij het digitale DUO- loket dat vervolgens de juiste gemeente (Leerplicht en RMC) op de hoogte stelt. Omdat de meldingen allemaal via dit ene loket gaan, heeft de onderwijsinstelling voor het melden niet meer te maken met allerlei verschillende gemeenten die allemaal hun eigen procedures en formulieren hebben voor de verzuimmeldingen. Deze meldroute is verplicht. 4.2 Absoluut verzuim Er is sprake van absoluut verzuim als een leerplichtige leerling niet staat ingeschreven op een school of onderwijsinstelling. Ouders zijn hiervoor verantwoordelijk. Het is een taak van de leerplichtambtenaar om de controle op schoolinschrijvingen en dus ook op absoluut verzuim te doen. Bij die zaken waarbij er onduidelijkheid is of bij het uitblijven van inschrijving op een (andere) school, moet direct contact opgenomen worden met de ouders van de leerling. 4.2.1 Controle op absoluut verzuim Het is een taak van de leerplichtambtenaar om de controle op schoolinschrijvingen te doen. De Gemeentelijke Bevolkingsadministratie (GBA) levert maandelijks een update aan Leerplicht. Deze koppelt de nieuwe bevolkingsgegevens aan de leerplichtadministratie en controleert of er bij leerplichtigen sprake is van absoluut verzuim. Bij onduidelijkheid wordt contact opgenomen met ouders of directeur van de school. 4.3 Relatief verzuim Hiervan is sprake als een ingeschreven leerling de school niet of niet regelmatig bezoekt. Zowel de ouders, als de leerling (vanaf 12 jaar) zijn op dit verzuim aan te spreken en kunnen hiervoor strafrechtelijk verantwoordelijk worden gehouden. Relatief verzuim is te onderscheiden in categorieën: • Geoorloofd schoolverzuim Hiervan is sprake wanneer een leerling een geldige reden heeft voor verzuim zoals ziekte, bruiloft, begrafenis, jubileum etc. (hoofdstuk 6). • Ziekteverzuim Er is sprake van ziekteverzuim als een leerling afwezig is en is ziek gemeld. Ziekteverzuim is een vorm van geoorloofd verzuim. Dit verzuim vormt soms een dekmantel voor ongeoorloofd verzuim. • Ongeoorloofd schoolverzuim Dit is verzuim zonder geldige reden Bij verzuim van 16 uur les- of praktijktijd in een opeenvolgende periode van 4 lesweken is de directeur verplicht het verzuim te melden (LPW art.21). Er hoeft natuurlijk niet gewacht te worden tot het melden verplicht is. Eerder melden mag.


8

• Luxe verzuim Hiervan is sprake als ouders hun kind zonder toestemming van de directeur buiten de schoolvakanties mee op vakantie nemen (hoofdstuk 6). Ook luxeverzuim moet worden gemeld bij DUO. Voor vakantie onder schooltijd kan alleen een uitzondering op de hoofdregel gemaakt worden als het kind tijdens de schoolvakanties niet op vakantie kan gaan door de specifieke aard van het beroep van (één van) de ouders. De directeur mag in die situatie eenmaal per schooljaar het kind vrij geven, mits het niet meer dan 10 dagen is en niet in de eerste 2 weken van het schooljaar. Aanvragen voor meer dan 10 dagen worden ingediend bij de leerplichtambtenaar van de woongemeente van de leerling (LPW art.13a). 4.4 Bezoek aan arts of orthodontist tijdens schooluren Hoe het precies zit met artsenbezoek tijdens schooluren is aan Ingrado, de landelijke brancheorganisatie voor leerplicht en voortijdig schoolverlaten, voorgelegd. Ingrado zegt hierover: ‘Werknemers gaan in de tijd van de baas naar een dokter of tandarts. Dit is maatschappelijk aanvaard. Die vertaling moet daarom ook gemaakt worden naar leerlingen’. Dus formeel mag een school een bezoek tijdens schooltijd aan arts, tandarts, orthodontist of therapeut niet verbieden. De school kan ouders wel dringend verzoeken dergelijke afspraken buiten schooltijd te plannen. 4.5 Ziekteverzuim/ Signaal verzuim Ziekteverzuim houdt dikwijls verband met problemen op school of in het gezin. Een instabiele thuissituatie, psychische klachten, een conflict op school, criminaliteit e.d. kunnen veelvuldige ziekmeldingen en/ of verzuim tot gevolg hebben. Ziekteverzuim als gevolg van achterliggende problemen wordt ‘Signaalverzuim’ genoemd. Signaalverzuim kan herkend worden door veelvuldige en willekeurige afwezigheid gekoppeld aan een scala van, op het eerste gezicht, acceptabele redenen. Meestal worden die door de ouders op correcte wijze, achteraf, opgegeven. Het verdient aanbeveling dat de school bij dergelijke meldingen onderzoekt of het werkelijk nodig is dat een leerling zo vaak een dokter of tandarts bezoekt of dat er een andere boodschap schuilgaat achter de melding. Het is belangrijk dat de school alert en actief is bij leerlingen die geen duidelijk ziektebeeld hebben of niet correct worden afgemeld. Een goed bijgehouden verzuimregistratie op de school is van groot belang. De school kan bij twijfel rondom ziekte de GGD-arts inschakelen. Deze is bevoegd informatie in te winnen bij huisarts of specialist. Daarnaast moet de leerplichtambtenaar, door middel van een DUO-melding, op de hoogte worden gesteld. Blijven er zorgen dan dient de leerling te worden aangemeld bij het Zorg Advies Team. De school kan de leerling melden in de Verwijsindex en kan gebruik maken van het Centrum Jeugd en Gezin. 4.6 Strafrechtelijke aanpak schoolverzuim Het doel van de strafrechtelijke aanpak van schoolverzuim door het Openbaar Ministerie is het tegengaan van verzuim. Dit kan door vervolging of door het opleggen van een hulpverleningstraject. De strafrechtelijke aanpak wordt in gang gezet met een proces -verbaal van de leerplichtambtenaar. Het Openbaar Ministerie werkt met een Friese handleiding strafrechtelijke aanpak schoolverzuim. 4.7 Aanpak schoolverzuim in het kader van de Algemene Kinderbijslagwet Op 2 februari 2010 is er een wetswijziging aangenomen van de algemene wet Kinder-bijslag. Door deze wijziging heeft de leerplichtambtenaar een nieuw handhavinginstrument voor 16- en 17-jarigen. Indien er sprake is van ernstig schoolverzuim kan de leerplichtambtenaar een melding doen bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) met de mededeling dat de Leerplichtwet niet wordt nageleefd. De SVB kan deze melding onderzoeken en de kinderbijslag voor het betreffende kind stopzetten.


9

4.8 Richtlijnen voor het melden van schoolverzuim Het Openbaar Ministerie geeft richtlijnen voor het reageren op verzuimgedrag: 1. Licht verzuim: te behandelen door de school • één lesuur ongeoorloofd verzuimen per week (maand of jaar); • een paar lesuren of een gehele dag een enkele keer tot een paar keer per jaar verzuimen. 2. Matig verzuim: te behandelen door de school en de leerplichtambtenaar • een paar lesuren een paar keer per maand verzuimen; • een aantal dagen achtereen een paar keer per jaar verzuimen. 3. Hardnekkig verzuim: te behandelen door de school en de leerplichtambtenaar • een paar lesuren (aantal keren) per week verzuimen; • een gehele dag, een paar keer per week of per maand verzuimen; • een aantal dagen achtereen een paar keer per week of per maand verzuimen; • in het geheel niet (meer) deelnemen aan het onderwijs. 4. Absoluut verzuim: te behandelen door de leerplichtambtenaar • niet meer ingeschreven staan bij een opleiding/ school; 4.9 Toezicht Inspectie van het Onderwijs De Inspectie van het Onderwijs is een organisatie dat valt onder het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap. Het doel van de inspectie is het bewaken van de kwaliteit van het onderwijs. Dit doet de inspectie o.a. door het bezoeken van scholen. Sinds 1 januari 2012 ligt het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet bij de Inspectie van het Onderwijs in plaats van bij de gemeente.


10

4.10 Meldwijzer schoolverzuim

verzuim met bericht verzuim

telaat laat te

ziekmelding ziekmelding verzuim met bericht

aangevraagd verlof aangevraagd verlof

notatie notatieabsentiesysteem absentiesysteem te laat

notatie absentiesysteem notatie absentiesysteem ziekmelding

notatie absentiesysteem notatie absentiesysteem aangevraagd verlof

regelregelzelden zelden absentiesysteem notatie matig matig

terecht twijfel terecht absentiesysteem twijfel notatie

toeste toestemafwijzing afwijzing notatie absentiesysteem mming ming

GGDschoolterecht arts

contact contact toeste ouders ouders mming

zelden

contact contact regelouders ouders matig

contact contact twijfel ouders ouders

leerling kind is afwijzing afwezig afwezig

melden bij melden bij melden bij contact melden bijschoolcontact contact kind is deleerplichtambtenaar Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO-loket) leerplichtambtenaar leerplichtambtenaar ouders arts ouders ouders afwezig

melden bij melden bij melden bij Ziekteverzuim dat door ouders niet leerplichtambtenaar volgens de schoolregels wordt gemeld, is ongeoorloofd verzuim. leerplichtambtenaar leerplichtambtenaar verzuim zonder bericht

contact zonder met ouders verzuim bericht verzuim zonder bericht

notatie absentiesysteem contact met ouders ouders contact met

ongegeoornotatie oornotatieabsentiesysteem absentiesysteem loofd loofd ongeongegeoormeer dan 3 dagen achtereen of 1/8 deel ongeoorloofd geoorloofd oorloofd in 4 wekenoorloofd van de lesuren melden bij de loofd leerplichtambtenaar meerbij dan dagen of een 1/8 deel 16 3 uur les- ofachtereen praktijktijd in van de lesuren in 4 weken melden bij de opeenvolgende periode van 4 lesweken melden leerplichtambtenaar bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO-loket)


11

5

GRONDEN VOOR VRIJSTELLING VAN INSCHRIJVING Ouders kunnen zich, in bijzondere omstandigheden, beroepen op vrijstelling van de inschrijvingsplicht. Een vrijstelling is meestal één schooljaar geldig en een beroep op vrijstelling moet elk jaar vóór 1 juli worden ingediend. Ouders kunnen zich alleen beroepen op vrijstelling als zij bij burgemeester en wethouders van de gemeente waar de leerling is ingeschreven aangeven voor welke jongere en op welke grond zij daarop aanspraak maken (LPW art.6). Aanvraagformulieren zijn verkrijgbaar bij de gemeente. 5.1 Lichamelijke of psychische ongeschiktheid Jongeren die op lichamelijke of psychische gronden niet geschikt zijn om tot een school te worden toegelaten, hoeven niet te worden ingeschreven. Ouders kunnen een beroep op deze vrijstelling doen (LPW art.5). Als ouders zich beroepen op deze vrijstelling hebben zij een verklaring van een behandelend deskundige nodig. Jaarlijks vóór 1 juli moeten ouders een beroep op deze vrijstelling doen, tenzij uit eerdere verklaring van een deskundige blijkt dat een kind nooit geschikt zal zijn een school of onderwijs instelling te bezoeken. Er ontstaat geen vrijstelling als de verklaring van een deskundige ontbreekt of niet voldoet aan de eisen van de Leerplichtwet. 5.2 Bedenkingen tegen de richting van het onderwijs Ouders die overwegende bedenkingen hebben tegen de richting van het onderwijs van alle scholen of onderwijsinstellingen die binnen een redelijke afstand van hun huis liggen, kunnen een beroep op vrijstelling van de leerplicht doen (LPW art.5). Zij moeten dan een verklaring afleggen over hun bedenkingen en hun kind mag niet eerder op een school ingeschreven zijn geweest. Als de verklaring aan de eisen van de wet voldoet, ontstaat van rechtswege de vrijstelling. Het beroep op deze vrijstellingsgrond moet jaarlijks vóór 1 juli worden herhaald. Mocht het beroep niet aan de eisen van de wet voldoen, moet het kind worden ingeschreven op een school. Doen de ouders dit niet dan is er sprake van strafbaar absoluut verzuim. 5.3 Inschrijving op een school in het buitenland Voor kinderen die in het buitenland een school bezoeken en als inwoner in een Nederlandse gemeente staan ingeschreven, moet een onderwijsverklaring van de school in het buitenland overlegd worden aan de leerplichtambtenaar. Ouders en leerplichtambtenaar moeten voor het vertrek naar een school in het buitenland afspraken met elkaar maken over inschrijving en schoolbezoek (LPW art.5). 5.4 Bijzondere vrijstellingen Voor kinderen van een kermisexploitant of circusmedewerker geldt een vrijstellings-regeling voor de maanden maart tot en met oktober, onder de voorwaarde dat allebei de ouders tijdens die periode rondreizen en het kind meereist. De afstand tussen de standplaats en de standplaats van de rijdende school moet groter zijn dan 5 kilometer. De vrijstelling eindigt aan het einde van het schooljaar waarin het kind de leeftijd van 14 jaar bereikt (LPW art.5a).


12

6

VRIJSTELLING VAN GEREGELD SCHOOLBEZOEK Ouders zijn verplicht ervoor te zorgen dat hun kind, na inschrijving op een school, de school geregeld bezoekt. Vanaf 12 jaar is de leerling ook zelf verantwoordelijk voor schoolbezoek. Leerlingen mogen dus niet zomaar van school wegblijven. In dit hoofdstuk staan de uitzonderingen op deze regel. Vrijstelling is schematisch weergegeven in de schema’s 6.3. 6.1 Vrijstelling geregeld schoolbezoek van rechtswege Er zijn omstandigheden waarin de ouders vrijgesteld zijn van de plicht hun kind naar school te sturen (LPW art.11 tot 13), de leerling heeft dan automatisch verlof: • als de school of onderwijsinstelling gesloten of het onderwijs geschorst is (bijvoorbeeld bij ontruiming van de school); • als het bezoeken van de school of de onderwijs instelling verboden is (heeft betrekking op individuele leerlingen); • als de leerling bij wijze van tuchtmaatregel geschorst is; • als de leerling ziek is. Ouders zijn verplicht een ziektemelding te doen aan de school; • als er plichten zijn voortvloeiend uit godsdienst of levensovertuiging. Als richtlijn geldt dat hiervoor één dag per verplichting vrij wordt gegeven. Ouders dienen uiterlijk 2 dagen van tevoren de directeur op de hoogte te stellen. 6.2 Vrijstelling geregeld schoolbezoek na vooraf verkregen toestemming Er zijn omstandigheden waarbij vooraf toestemming wordt verleend voor verlof. 6.2.1 Op vakantie onder schooltijd Voor vakantie onder schooltijd kan alleen een uitzondering op de hoofdregel gemaakt worden als de leerling tijdens de schoolvakanties niet op vakantie kan gaan door de specifieke aard van het beroep van (één van) de ouders (LPW art.11 onder f en art.13a). In dat geval mag de directeur eenmaal per schooljaar maximaal 10 dagen de leerling vrij geven. De verlofperiode mag niet in de eerste 2 weken van het schooljaar vallen. Het komt voor dat een leerling of gezinslid tijdens de vakantie ziek wordt waardoor de leerling pas later op school kan terugkomen. De ouders dienen een doktersverklaring uit het vakantieland mee te nemen waaruit de duur, de aard en de ernst van de ziekte blijkt en deze te overhandigen aan de directeur van de school. 6.2.2 Verlof in geval van ‘andere gewichtige omstandigheden’ Onder ‘andere gewichtige omstandigheden’ verstaat de Leerplichtwet omstandigheden die buiten de wil van de leerling en/ of ouders zijn gelegen. Op grond van deze omstandigheden kan aan de leerling verlof worden verleend. 6.2.3 Verlof voor meer dan 10 dagen De aanvraag voor een verlof in geval van ‘andere gewichtige omstandigheden’ van meer dan 10 dagen dient rechtstreeks bij de gemeente/ leerplicht te worden ingediend. De leerplichtambtenaar hoort de directeur van de school en de ouders over de aanvraag. Vervolgens neemt de leerplichtambtenaar de beslissing en deelt deze door middel van een beschikking schriftelijk mee aan de aanvrager. De directie van de school krijgt een afschrift. In de beschikking wordt aangegeven dat en hoe bezwaar te maken is tegen de beslissing (hoofdstuk 8).


13

Gemeente Sneek

6.3 1.1

Schema voor verlof aanvragen

Schema voor verlof aanvragen

Verlofaanvraag in verband met vakantie Verlofaanvraag verband met vakantie (specifieke aardin van het beroep van een van de ouders) (specifieke aard van het beroep van één van de ouders)

Ouders dienen 8 weken van tevoren, schriftelijk, een aanvraag in bij de directeur van de school (bijlage 1). Een verklaring werkgever/ zelfstandige dient te worden bijgevoegd (bijlage 2).

OPMERKING Het tonen van een werkgeversverklaring is op zichzelf niet voldoende om het vakantieverlof toe te staan! Uit de werkgeversverklaring moet blijken dat er sprake is van de specifieke aard van het beroep.

Directeur neemt de aanvraag in behandeling. Indien nodig hoort de directeur de ouders om de aanvraag te verhelderen. Beoordelingscriteria: • De specifieke aard van het beroep moet worden aangetoond. Hierbij moet gedacht worden aan sommige beroepen in de horeca en aanverwante bedrijven. Er moet vanuit worden gegaan dat de ouder het merendeel van zijn inkomen slechts in de schoolvakanties kan verdienen. • Let op: De werkomstandigheden (uitval, onderbezetting, werkplanning), de personele bezetting, de bedrijfsomstandigheden en de gezinsomstandigheden passen NIET in het begrip "specifieke aard van het beroep". • Slechts eenmaal per schooljaar. • Maximaal 10 schooldagen. • Niet in de eerst 2 weken van het schooljaar. Directeur neemt een schriftelijk besluit (bijlage 3). Ouders hebben de mogelijkheid om binnen 6 weken bezwaar in te dienen bij de directeur.

Aan de leerplichtambtenaar kan advies worden gevraagd.

Wanneer wordt een verzoek zeker afgewezen: • Familiebezoek in het buitenland. • Vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding. • Vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden. • Een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakanties op vakantie te gaan. • Roosterproblemen van de werkgever. • Vakantie in verband met een gewonnen prijs. • Eerder vertrekken of later terugkomen in verband met (verkeers)drukte. • Eerder vertrek voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn.

Fout! Geen tekst met opgegeven opmaakprofiel in document. handboek leerplicht VO / MBO, versie maart 2012

pagina 1 14

Verlofaanvraag in verband met andere gewichtige omstandigheden

Ouders dienen 8 weken van tevoren, schriftelijk een aanvraag in bij de directeur van de school (bijlage 4). Bij een aanvraag voor meer dan 10 dagen stuurt de directeur de aanvraag door naar de leerplichtambtenaar.

Directeur neemt de aanvraag in behandeling. Indien nodig hoort de directeur de ouders om de aanvraag te verhelderen.

Beoordelingscriteria: Uitgangspunt is dat deze externe omstandigheden buiten de wil van de ouders en/ of het kind plaatsvinden. Omstandigheden die in aanmerking komen voor extra verlof: • Verhuizing: maximaal 1 dag. • Huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad binnen de woonplaats: maximaal 1 dag; buiten de woonplaats: maximaal 2 dagen. • 12,5-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders: maximaal 1 dag. • 25-, 40- of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders: maximaal 1 dag. • Ernstige ziekte van bloed- en aanverwanten tot en met de vierde graad: periode in overleg met de directeur. • Overlijden van bloed- en aanverwanten in de eerste graad: maximaal 4 dagen. • Overlijden van bloed- en aanverwanten in de tweede graad: maximaal 2 dagen. • Overlijden van bloed- en aanverwanten in de derde en vierde graad: maximaal 1 dag. • Naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen met uitzondering van vakantieverlof en deelname aan sportieve of culturele evenementen buiten schoolverband.

Aan de leerplichtambtenaar kan advies worden gevraagd.

Directeur neemt een schriftelijk besluit (bijlage 5). Ouders hebben de mogelijkheid om binnen 6 weken bezwaar in te dienen bij de directeur.


15

6.4 Vervangende leerplicht Jongeren vanaf 14 jaar, van wie is vast komen te staan dat zij niet in staat zijn om het volledige dagonderwijs van een school te volgen, kunnen in aanmerking komen voor een vorm van vervangende leerplicht (LPW art.3a). Ouders kunnen een aanvraag doen voor vervangende leerplicht bij de leerplichtambte-naar van hun woongemeente in samenwerking met het bevoegd gezag van de school. De school maakt een begeleidingsprogramma waarin de onderwijsdoelen en de praktijk zijn omschreven. Na de aanvraag hoort de leerplichtambtenaar de betrokken partijen (ouders, leerling, directeur van de school en eventueel instellingen van maatschappelijke zorg). Burgemeester en wethouders moeten binnen 4 weken een besluit over de aanvraag nemen en binnen 2 weken na het nemen van het besluit hiervan bericht doen aan de ouders. De toekenning geldt voor 1 schooljaar en moet jaarlijks, vóór 1 juli, opnieuw worden aangevraagd. Bij een afwijzing op de aanvraag kunnen ouders in bezwaar of beroep gaan (hoofdstuk 8). 6.5 Vervangende leerplicht in het laatste schooljaar Jongeren die in het laatste jaar van de volledige leerplicht zitten kunnen een beroep doen op vervangende leerplicht (LPW art.3b). Ouders moeten deze vervangende leerplicht aanvragen bij de leerplichtambtenaar van hun woongemeente. Vaak kan de aanvraag via de school worden geregeld. De aanvraag dient te worden voorzien van een plan van aanpak. Na de aanvraag hoort de leerplichtambtenaar de betrokken partijen (ouders, leerling, directeur van de school en eventueel instellingen van maatschappelijke zorg). Burgemeester en wethouders moeten binnen 4 weken een besluit over de aanvraag nemen en binnen 2 weken na het nemen van het besluit hiervan bericht doen aan de ouders. Bij toekenning wordt het laatste schooljaar vervangen door een inschrijving aan een onderwijsinstelling (deeltijdonderwijs), meestal een ROC of AOC. Bij een afwijzing op de aanvraag kunnen ouders in bezwaar of beroep gaan (hoofdstuk 8). 6.6 Vrijstelling in verband met voldoende vervangend onderwijs Leerplichtige jongeren die een opleiding volgen die niet onder het regulier onderwijs valt, kunnen in bijzondere omstandigheden vrijstelling van de leerplicht krijgen (LPW art.15). Ouders moeten dit vervangend onderwijs aanvragen bij de leerplichtambtenaar van hun woongemeente. Er moet dan worden aangetoond dat het onderwijs een voldoende alternatief is voor een gewone school, of opleiding. Burgemeester en wethouders moeten binnen 4 weken een besluit over de aanvraag nemen en binnen 2 weken na het nemen van het besluit hiervan bericht doen aan de ouders. De toekenning geldt voor 1 schooljaar en moet jaarlijks vóór 1 juli, opnieuw worden aangevraagd. Bij een afwijzing op de aanvraag kunnen ouders in bezwaar of beroep gaan (hoofdstuk 8).


16

7

TOELATING, SCHORSING EN VERWIJDERING De beslissing over toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen berust bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag heeft de uitvoering van het beleid tot toelating, voorlopige toelating, schorsing of verwijdering meestal overgedragen aan de directeur. De meeste leerlingen worden probleemloos toegelaten en krijgen nooit met schorsing of verwijdering te maken. Soms wordt een leerling niet toegelaten op een school of ziet de directeur geen andere uitweg dan over te gaan tot schorsing of zelfs verwijdering van een leerling. In het belang van alle partijen, de leerling, de ouders en de school is een zorgvuldige uitvoering van de regels en procedures zoals omschreven in de onderwijswetten noodzakelijk. Zorgen om een leerling? Zoek de samenwerking! Bij zorgen om een leerling kan de school een zorgmelding doen bij Bureau Jeugdzorg, de leerling melden in de Verwijsindex en/ of gebruik maken van het Centrum Jeugd en Gezin.

7.1 Toelating Over het algemeen worden leerlingen toegelaten op de school van hun (ouders) keuze. Het komt voor dat een directeur argumenten heeft om een leerling te weigeren. Een directeur die besluit een leerling niet toe te laten, moet de ouders uiterlijk binnen 8 weken schriftelijk informeren over: • de inhoud van het besluit; • de redenen van de weigering; • de mogelijkheid van bezwaar; • de manier waarop dit bezwaar kenbaar gemaakt moet worden. Bij een besluit tot weigering moeten de procedureregels van de Algemene wet bestuursrecht in acht worden genomen.Ouders kunnen schriftelijk bezwaar maken tegen de weigering. Voor een bijzondere school zijn de procedures van het eigen schoolbestuur, met in achtneming van de onderwijswetten, van toepassing. Een besluit tot weigering valt binnen het civielrechtelijk domein, zodat ouders bij verschil van mening een civiele procedure kunnen starten. Het besluit is vatbaar voor bezwaar en beroep (hoofdstuk 8). 7.2 Schorsing Soms ziet de directeur geen andere uitweg dan een leerling te schorsen of zelfs te verwijderen. Schorsing houdt in dat een leerling tijdelijk de toegang tot de school wordt ontzegd. Een schorsing duurt - volgens de regels van het Inrichtingsbesluit wet op het voortgezet onderwijs - maximaal 5 schooldagen. De leerling moet daarna in beginsel weer toegelaten worden op school. De gedachte achter het maximum van 5 dagen is dat voortdurend serieus moet worden bekeken of de omstandigheden nog steeds zo zijn als toen de schorsing werd uitgesproken, of dat ze na een ‘afkoelingsperiode’ of bemiddelingsgesprekken, zijn gewijzigd waardoor de schorsing kan worden beëindigd. Uitgangspunt is het belang van de ononderbroken schoolloopbaan van de leerling. Een uitzondering op de maximale duur van een schorsing vormt de schorsing die ingaat, terwijl er overleg gaande is over de definitieve verwijdering van een leerling. De schorsing duurt in dat geval net zo lang als de tijd die nodig is om over de eventuele verwijdering te beslissen. Uiteraard dient steeds het belang van de leerling voorop te staan.


17

7.3 Procedure schorsing Het middel schorsing is voor het voortgezet onderwijs en het (middelbaar) beroepsonderwijs omschreven in de Wet op het voortgezet onderwijs (Inrichtingsbesluit WVO) en in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB art.8.1.3). De procedure: 1. De directeur informeert de leerling en wanneer de leerling nog geen 21 jaar is, ook de ouders, in ieder geval schriftelijk over: • de reden en duur van de schorsing; • de mogelijkheid van bezwaar; • de manier waarop dit bezwaar kenbaar gemaakt moet worden. 2. Bij een schorsing van meer dan één dag is de directeur verplicht ook de Inspectie van het Onderwijs op de hoogte te stellen. 3. Bij een schorsing van meer dan één dag dient de leerplichtambtenaar te worden geïnformeerd. 4. Langer dan 5 dagen schorsen kan alleen als aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan: • de leerling is al eerder geschorst; • er is een verwijderingprocedure gestart; • er is aangetoond dat de leerling gedragsmatig niet langer te handhaven is. In een ongewone, spoedeisende situatie kan het schriftelijke besluit tot schorsing later volgen. De school moet leerling en ouders wel zo spoedig mogelijk horen. Bij een besluit tot schorsing moeten de procedureregels van de Algemene wet bestuursrecht in acht worden genomen. Ouders kunnen schriftelijk bezwaar maken tegen een schorsing. Ouders moeten dan binnen de termijn van 6 weken een bezwaarschrift indienen bij de directeur van de school. De directeur moet hier binnen 4 weken op reageren (hoofdstuk 8). Voor een bijzondere school zijn de procedures van het eigen schoolbestuur, met in achtneming van de onderwijswetten, van toepassing. Een besluit tot schorsing valt binnen het civielrechtelijke domein, zodat ouders bij verschil van mening een civiele procedure kunnen starten. 7.4 Verwijdering In het voortgezet onderwijs geldt een strikt uitgangspunt: verwijdering is alleen mogelijk wanneer plaatsing op een andere school geregeld is. Voor leerlingen met probleemgedrag die verwijderd gaan worden, worden oplossingen gezocht binnen het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs/ voortgezet speciaal onderwijs. Voor de duur van deze zoektocht is geen wettelijk voorschrift gegeven. De redelijkheid en het primaire belang van de leerling vereisen echter spoed. Overleg met ouders verdient altijd de voorkeur. De primaire verantwoordelijkheid en keuze voor inschrijving van de leerling ligt bij de ouders. Ouders kunnen weigeren hun kind te laten inschrijven op de nieuwe school. Dat neemt - volgens de wet - niet de plicht van de school weg om te (blijven) zoeken. In theorie is het mogelijk dat de ouders alle andere scholen weigeren. Er staat niet in de wet of de school in die situatie haar zoektocht mag staken. Dit kan getoetst worden in een bezwaarprocedure. Verwijdering in de loop van een schooljaar op grond van onvoldoende vorderingen is niet toegestaan.


18

7.5 Procedure verwijdering voortgezet onderwijs De procedure bij verwijdering van zowel een leerling van het voortgezet onderwijs als het voortgezet speciaal onderwijs is bij wet geregeld (WVO art.27 en Inrichtingsbesluit WVO art.14 en 15). De procedure: 1. De leerling kan voorafgaand aan een besluit tot verwijdering voor korte tijd worden geschorst. 2. Voorafgaand aan het besluit tot verwijdering: • moet worden overlegd met de Onderwijsinspectie; • moet de leerling (en bij een minderjarige de ouders) in de gelegenheid worden gesteld om te reageren op het voornemen tot verwijdering en de redenen daarvoor; • moet (bij een leerplichtige leerling) een andere school bereid gevonden worden de leerling toe te laten. 3. De directeur van de school neemt een besluit en informeert de ouders schriftelijk en aangetekend over: • de inhoud van het besluit; • de redenen van de verwijdering; • de mogelijkheid van bezwaar; • de manier waarop dit bezwaar kenbaar gemaakt moet worden. 4. Als er bezwaar wordt gemaakt, moet er worden heroverwogen en dienen leerling en ouders te worden gehoord. In deze fase kan de leerling de toegang tot de school ontzegd worden. 5. De Onderwijsinspectie dient op de hoogte te worden gebracht van het definitieve besluit (tot verwijdering). 6. De leerplichtambtenaar ontvangt een kopie van het definitieve besluit (tot verwijdering). Als de leerplichtambtenaar constateert dat een leerling door de school onrechtmatig is uitgeschreven, meldt hij dat binnen 2 werkdagen aan de Onderwijsinspectie. Een kopie van de melding wordt aan de directeur van de school gestuurd. In de leerplichtadministratie wordt dit aangetekend. De leerling wordt wel als ‘uitgeschreven’ in de administratie opgenomen. 7.6 Procedure verwijdering middelbaar beroepsonderwijs In het middelbaar beroepsonderwijs geldt de regel dat definitieve verwijdering van een deelnemer waarop de Leerplichtwet 1969 van toepassing is, niet eerder plaatsvindt dan nadat het bevoegd gezag ervoor heeft zorg gedragen dat een andere instelling, een school voor speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, dan wel een instelling als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Leerplichtwet 1969 bereid is de deelnemer toe te laten (WEB art.8.1.3, derde lid, onder e). Indien aantoonbaar gedurende 8 weken zonder succes is gezocht naar een zodanige instelling of school waarnaar kan worden verwezen, kan tot definitieve verwijdering worden overgegaan. De directeur informeert leerling en ouders schriftelijk en aangetekend over: • de definitieve verwijdering en de reden daarvan; • de wijze waarop bezwaar tegen de definitieve verwijdering gemaakt kan worden; • het bevoegd gezag stuurt een kopie van de brief naar de Inspectie van het Onderwijs; • het bevoegd gezag stuurt een kopie van de brief naar de leerplichtambtenaar. Bij een besluit tot verwijdering moeten de procedureregels van de Algemene wet bestuursrecht in acht worden genomen. Ouders kunnen schriftelijk bezwaar maken tegen een verwijdering. Ouders moeten dan binnen de termijn van 6 weken een bezwaarschrift indienen bij de directeur van de school. De directeur moet hier binnen 4 weken op reageren (hoofdstuk 8). Voor een bijzondere school zijn de procedures van het eigen schoolbestuur, met in achtneming van de onderwijswetten, van toepassing. Een besluit tot schorsing valt binnen het civielrechtelijke domein. Bij een verschil van mening kunnen ouders een civiele procedure starten.


19

8 BEZWAAR- EN BEROEPSPROCEDURE

De Leerplichtwet valt onder de administratieve rechtsbescherming. Dit betekent dat de regels van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing zijn. Tegen het besluit van de directeur van de school en/ of van de leerplichtambtenaar kan de aanvrager daarom in bezwaar gaan. 8.1 Bevoegd gezag Voor een correcte bezwaar- en beroepsprocedure moet duidelijk zijn welk bestuursorgaan bevoegd is een bepaalde beslissing te nemen: Burgemeester en wethouders van de woongemeente van de betreffende leerling zijn bevoegd beslissingen te nemen op aanvragen betreffende vervangende leerplicht en vrijstelling van de inschrijvingsplicht. Burgemeester en wethouders hebben deze bevoegdheid gemandateerd aan de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaar van de woongemeente van de betreffende leerling is bevoegd beslissingen te nemen over verlofaanvragen van meer dan 10 dagen (LPW art.14). De directeur van de school is bevoegd beslissingen te nemen op verlofaanvragen voor 10 dagen of minder (LPW art.13a en art.14). Het schoolbestuur is bevoegd gezag wanneer er beslissingen genomen moeten worden rond toelating, schorsing en verwijdering. 8.2 De beschikking Een beschikking is een schriftelijke beslissing/ antwoord van een bestuursorgaan. Een beschikking bevat: • de inhoud van het besluit; • de argumentatie voor het besluit; • de mogelijkheid van bezwaar; • de manier waarop dit bezwaar kenbaar gemaakt moet worden. Een beschikking op een aanvraag voor vrijstelling of verlof moet binnen 6 weken na ontvangst van de aanvraag afgegeven worden. Voordat een beschikking wordt afgegeven, zal het bevoegd bestuursorgaan betrokkenen meestal horen. Bij een voornemen tot verwijdering van een leerling is het verplicht eerst de leerling (12+) en ouders te horen. 8.3 Bezwaar en beroep Binnen 6 weken na dagtekening van een beschikking kan bezwaar aangetekend worden bij het bestuursorgaan dat de beschikking heeft afgegeven. Wanneer het bestuursorgaan een bezwaarschrift heeft ontvangen, moet een ontvangstbevestiging worden gestuurd. Er kan ook een bezwaarschrift ingediend worden wanneer het bestuursorgaan weigert een besluit te nemen of wanneer het bestuursorgaan niet binnen de geldende termijn een besluit heeft genomen. 8.3.1 Bezwaarschrift In het bezwaarschrift moeten in ieder geval de volgende gegevens vermeld worden: • naam en adres indiener; • dagtekening; • omschrijving van het besluit waarmee de indiener het niet eens is; • de argumenten die duidelijk maken waarom de aanvragen niet akkoord gaat met het besluit/ gronden van bezwaar; • handtekening.


20

Beslissing op bezwaar De beslissing op het bezwaar moet binnen 6 weken worden genomen. Als er een adviescommissie is ingesteld, moet er binnen 10 weken een beslissing worden genomen. Die termijnen kunnen met ten hoogste 4 weken worden verlengd. De beslissing op het bezwaar moet goed worden gemotiveerd. Bij de beslissing op bezwaar moet vermeld worden dat er beroep ingesteld kan worden bij de sector bestuursrecht van de Arrondissementsrechtbank te Leeuwarden. Instellen beroep Wanneer ouders het niet eens zijn met de beslissing op het bezwaar, kunnen ze beroep instellen bij de sector bestuursrecht van de Arrondissementsrechtbank. De rechtbank kan het besluit geheel of gedeeltelijk vernietigen. Het bestuursorgaan moet dan opnieuw tot een besluit komen met inachtneming van de uitspraak van de rechtbank. Tenslotte is het mogelijk om tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep in te stellen bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Voorlopige voorziening De behandeling van een ingediend bezwaarschrift of een beroepszaak bij de rechter neemt tijd. Dit kan voor de aanvrager te lang duren. Ouders kunnen tegelijk met het bezwaarschrift een verzoek om een voorlopige voorziening indienen bij de president van de rechtbank (AWB art.8:81). 8.4 Bezwaar en beroep, bijzonder onderwijs Voor bijzonder onderwijs gelden de procedures van het eigen schoolbestuur. Bij een verschil van mening kunnen ouders een civiele procedure starten. Civiel recht regelt het recht tussen burgers en/ of bedrijven onderling. Civiele procedure starten Wanneer een belanghebbende (de ouders) het niet eens is met de beslissing van het schoolbestuur kan zij, met behulp van een advocaat, een civiele procedure starten bij de Rechtbank Leeuwarden, sector civiel recht. Een civiele procedure vindt plaats volgens het principe van hoor en wederhoor: beide partijen krijgen evenveel kans hun kant van de zaak te belichten. Tegen uitspraken van de rechtbank is meestal hoger beroep mogelijk bij het Gerechtshof. Kort geding De behandeling van een bezwaarschrift of beroepszaak bij de rechter neem vaak veel tijd. Voor zaken die spoedeisend zijn, bestaat het kort geding bij de president van de rechtbank. De zaak dient dan snel en wordt mondeling behandeld. De uitspraak van de president volgt kort na de zitting, meestal na 2 weken, maar als het moet nog dezelfde dag. Omdat de procedure zo snel verloopt en de president zich dus niet in alle details van de zaak kan verdiepen, heeft zijn uitspraak geen definitief, maar een voorlopig karakter. In een latere procedure kan de zaak vervolgens tot de bodem worden uitgezocht. In de praktijk leggen partijen zich meestal bij de uitspraak in kort geding neer.


21

9 9.1

LEERPLICHT ZUIDWEST FRIESLAND

Leerplichtambtenaren Primair Onderwijs en Voortgezet Onderwijs RMCregio Zuidwest Friesland

Gemeente

Leerplichtambtenaar Telefoonnummer E-mail

Gaasterlân-Sleat Mw. M. Brehen

0514 - 608143

[email protected]

Lemsterland

Mw. J. Zwaagstra

0514 - 567530

[email protected]

Littenseradiel

Mw. T. van der Burg

0515 - 344411

[email protected]

Súdwest-Fryslân Mw. A. Punter

0515 - 489115

[email protected]

Mw. J. Zwaagstra

0515 - 489953

[email protected]

Mw. T. van der Burg

0515 - 489386

[email protected]

Mw. S. Borger

0515 - 489288

[email protected]

Ondersteuning leerplicht

Dhr. W. van Zutphen

0515 - 489347

[email protected]

Mw. A. Kieft

0515 - 489977

[email protected]

9.2 Kwalificatieplicht medewerkers Middelbaar Beroepsonderwijs Regio Zuidwest Friesland kwalificatieplichtambtenaar

Mw. C. Klat

Ondersteuning kwalificatieplicht Mw. A. Zijlstra

0515 - 489431

[email protected]

0515 - 489522

[email protected]

9.3 RMC - Regio Zuidwest Friesland/ contactgemeente Súdwest-Fryslân RMC beleid/ coördinatie

Mw. M.A. Drent Mw. A. Punter

06 - 21187782 0515 - 489115

[email protected] [email protected]

In- en uitschrijvingen

Mw. P. Schaap

0515 - 489218

[email protected]

Ondersteuning RMC

Dhr. W. van Zutphen 0515 - 489347

[email protected]


22

10

FAQ

• Wat is de precieze betekenis van “andere gewichtige omstandigheden”? Bij gewichtige omstandigheden is er geen sprake van vakantie. Bij een verlofaanvraag i.v.m. gewichtige omstandigheden moet het gaan om factoren waar de ouders niets aan kunnen doen en die zo zwaar wegen dat het kind niet naar school kan. • Is het mogelijk eigen verlofbeleid vorm te geven en te voeren? De directeur heeft, binnen de kaders van de Leerplichtwet, enige beleidsvrijheid. Gevolg is dat er verschillen tussen scholen kunnen ontstaan. • Mag de directeur om een doktersverklaring vragen? Ja. Ouders zijn niet verplicht om hieraan mee te werken. • Kun je leerling (ouders) verbieden om onder schooltijd orthodontist of psycholoog te bezoeken? Nee. De school kan ouders wel dringend verzoeken deze bezoeken buiten schooltijd te plannen. • Is er een voorbeeld van een weigering op een verlofaanvraag? Ons gezin wil een wereldreis maken. Aanvragen voor langdurig verlof in verband met een wereldreis of sabbatical kunnen op grond van de Leerplichtwet niet worden toegekend. In de rechtspraak is uitgemaakt dat er geen sprake is van “gewichtige redenen”. In deze situaties dient dus proces-verbaal opgemaakt te worden en zal het OM vervolgen. Indien ouders voor langere tijd in het buitenland verblijven, kunnen zij de leerling wel uitschrijven bij school en inschrijven bij een school in het buitenland (niet zijnde een wereldschool). Zij zijn dan niet in overtreding. Er dient daarbij een verklaring van het hoofd van de betreffende school overlegd te worden dat de leerling is ingeschreven en de school daadwerkelijk bezoekt. Oma is 80 jaar geworden en onze familie gaat nu een lang weekend naar Center-Parcs. Voor feesten, gelegenheden en activiteiten die niet in rijtje van andere gewichtige omstandigheden staan, wordt geen verlof verleend, behalve in “klemmende situaties”. Het weekendje weg met oma is geen klemmende situatie.


23

• Wat zijn uren les- of praktijktijd en vier lesweken precies? Uren les- of praktijktijd Van oudsher is “uren les- of praktijktijd” geïnterpreteerd als klokuren in het primair onderwijs en lesuren (dus uren korter dan een klokuur) in het voortgezet onderwijs. Die interpretatie vloeide voort uit de wijze waarop het onderwijs in de desbetreffende sectoren is georganiseerd. Er is geen reden deze interpretatie te wijzigen. Bij ROC’s verschilt de wijze waarop het onderwijs is georganiseerd vaak per opleiding. Om die reden is besloten om voor het begrip “uren” in artikel 21a Leerplichtwet voor ROC’s in beginsel uit te gaan van klokuren. Slechts in die gevallen waarin alle opleidingen van een ROC zijn georganiseerd in eenzelfde lesuren, wordt geteld met lesuren. Dit betekent dat in de praktijk vrijwel alle scholen de omvang van het verzuim kunnen tellen op een manier die ze gewend waren. Vier opeenvolgende lesweken Een periode van vier weken die begint te tellen vanaf het eerste moment van afwezigheid van een leerling, op welke dag van de week dan ook. Voorbeeld: leerling verzuimt voor het eerst op een woensdag. Die woensdag begint dan de termijn van vier weken te tellen en is vier weken later op een woensdag verlopen (eigenlijk dinsdag om 24:00 uur). Op de site van Ingrado staan meer FAQ’s. http://www.ingrado.nl/index


24

11 WEBSITES Wetten/ wetteksten: www.overheid.nl Leerplicht: www.minocw.nl/leerplicht www.leerplicht.net www.dagvandeleerplicht.nl www.servicecentrumhandhaving.nl; onderwerp schoolverzuim Voortijdig schoolverlaten/ RMC: www.voortijdigschoolverlaten.nl www.ingrado.nl www.rmcnet.nl Onderwijs: www.minocw.nl; ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen www.oninsp.nl; onderwijsinspectie www.bron.nl; basisregister onderwijs www.onderwijsraad.nl www.onderwijsachterstanden.nl www.ocwduo.nl www.kennisnet.nl www.vosabb.nl; Katern Juridische Zaken – PO–special Toelating en Verwijdering Instellingen voor zorg en ondersteuning: www.kinderbescherming.nl www.bureaujeugdzorg.nl www.ikpfryslan.nl (verwijsindex) www.cjg-zwf.nl Leren en werken: www.minszw.nl; ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid www.leren-werken.nl www.kenniscentrumevc.nl www.opleidingenberoep.nl www.jeugdwerkloosheid.nl www.stagemarkt.nl


25

12 BIJLAGEN 12.1

Bijlage 1

Formulier vrijstelling voor vakantie buiten schoolvakanties

12.2

Bijlage 2

Vakantieverklaring werkgever/ zelfstandige

12.3

Bijlage 3

Beschikking vakantie buiten schoolvakanties

12.4

Bijlage 4

Formulier vrijstelling andere gewichtige omstandigheden

12.5

Bijlage 5

Beschikking vrijstelling schoolbezoek

Bijlagen zijn te downloaden via het handboek leerplicht op de website www.gemeentesudwestfryslan.nl


26

Bijlage 1 Formulier vrijstelling schoolbezoek vakantie buiten schoolvakanties Tijdig vóór de bedoelde datum of periode van vrijstelling inleveren bij de directeur van de school

(artikel 11 onder f, en artikel 13a van de Leerplichtwet 1969) Aan de directeur van de Naam school:

te

1 Gegevens van de aanvrager: ouder(s)/ verzorger(s) achternaam:

eerste voornaam en overige voorletters:

(Gebruik de namen en voorletters zoals opgenomen in het bevolkingsregister - GBA)

adres:

postcode:

telefoon privé of werk):

woonplaats:

2 Gegevens van de leerplichtige leerling(en) voor wie vrijstelling wordt gevraagd voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

geboortedatum:

geboortedatum:

3 Ondergetekende verklaart dat hij/ zij vanwege de specifieke aard van zijn/ haar beroep niet in de gelegenheid is om tijdens de vastgestelde schoolvakanties met zijn/ haar bovengenoemde kinderen op vakantie te gaan. Om die reden heeft hij/ zij het voornemen om

van

t/m

met bovengenoemde kinderen op vakantie te gaan. Hij/ zij verzoekt hiervoor vrijstelling.

EEN WERKGEVERSVERKLARING INZAKE DE VERHINDERING WEGENS BEROEP OF EIGEN VERKLARING ZELFSTANDIGE BIJVOEGEN 4 Ondertekening datum: handtekening: Toelichting Vrijstelling van schoolbezoek kan niet worden toegestaan voor verlenging van de vastgestelde schoolvakanties. Een vakantie buiten de vastgestelde schoolvakanties is uitsluitend mogelijk wanneer één van de ouders/ verzorgers vanwege de specifieke aard van zijn/ haar beroep (b.v. horeca-personeel) niet in de gelegenheid is om tijdens de vastgestelde schoolvakantie met zijn/ haar kinderen op vakantie te gaan. Dat moet blijken uit een gewaarmerkte (niet voorbedrukte) verklaring van de werkgever of, als die ouder/ verzorger een zelfstandige is, uit een eigen verklaring. Vrijstelling wordt niet toegestaan als de betrokken ouder in de aangegeven periode geen vakantie opneemt en de vrijstelling wordt evenmin toegestaan als de opgegeven periode tijdens de eerste twee weken van het schooljaar valt. De periode van vrijstelling bedraagt maximaal twee schoolweken. Er kan slechts 1 x per schooljaar een beroep op deze vrijstellingsmogelijkheid worden gedaan. Bij twee verzoeken van ieder één week wordt een van de verzoeken afgewezen. Vakanties waarvoor geen toestemming is verleend worden aan de leerplichtambtenaar gemeld. Informatie

Voor infomatie kunt u zich wenden tot de leerplichtambtenaar van uw woongemeente. handboek leerplicht VO / MBO, versie maart 2012

27

Bijlage 2 Vakantieverklaring werkgever/ zelfstandige

Behoort bij een verzoek vakantie buiten schoolvakantie

1. Ondergetekende verklaart dat (AANKRUISEN WAT VAN TOEPASSING IS)

❒ (voorletters en achternaam werknemer) (adres werknemer) (postcode woonplaats werknemer) ij hem/ haar in dienstverband werkt en door de specifieke aard van zijn/ haar beroep geen vakantieverlof b kan nemen in de voor zijn/ haar leerplichtige kind(eren) geldende schoolvakanties. Om reden heb ik hem/ haar vakantieverlof verleend gedurende de hieronder te noemen periode

❒ hij/ zij als zelfstandige een beroep uitoefent door de specifieke aard waarvan het hem/ haar niet mogelijk is vakantie te nemen in de voor zijn/ haar leerplichtige kind(eren) geldende schoolvakanties. Hij/ zij is om die reden erop aangewezen vakantie op de nemen in de hieronder te noemen periode

2 Gegevens van het verlof

periode van

tot

3 Aanduiding van de specifieke aard van het uitgeoefende beroep en van de reden waarom de daarmee samenhangende werkzaamheden verhinderen vakantie tijdens de vastgestelde schoolvakanties op te nemen.

4 Ondertekening

naam van het bedrijf/ naam zelfstandige:

adres:

postcode:

telefoon (privé of werk):

datum:

woonplaats:

handtekening:

Toelichting Volgens de leerplichtwet kunnen leerplichtige leerlingen van de schoolbezoekplicht worden vrijgesteld om buiten de voor de school vastgestelde vakanties met hun ouders/ verzorgers op vakantie te gaan als de specifieke aard van het beroep van één van die ouders/ verzorgers verhindert, dat die ouder/ verzorger tijdens de schoolvakantie vakantie opneemt. Volgens artikel 225 van het Wetboek van Strafrecht kan degene die valselijk een verklaring opmaakt of een verklaring vervalst die als bewijs van enig feit moet dienen worden gestraft met tenhoogste 6 jaar gevangenisstraf of een boete van de vijfde categorie.


28

Bijlage 3 Beschikking vakantie buiten schoolvakanties Aan de ouder(s)/ verzorger(s) van onderwerp: vakantie buiten schoolvakanties datum: Geachte ouder(s)/ verzorger(s), U heeft mij verzocht toe te staan dat de hieronder genoemde leerplichtige leerling(en) voor de periode van tot verlof zal worden verleend. U heeft daarvoor aangevoerd dat de specifieke aard van het beroep van één van de ouders/ verzorgers belet dat deze tijdens de voor de school vastgestelde schoolvakanties met hem/ haar op vakantie gaat. Het betreft: voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

geboortedatum:

geboortedatum:

In antwoord hierop deel ik u mee uw verzoek ❒ in te willigen. ❒ niet in te willigen. ❒ slechts in te kunnen willigen voor in het totaal uur per week. ❒ slechts in te kunnen willigen voor de periode van tot ruimte voor toelichting

in te vullen door de directeur: op doorgezonden aan de leerplichtambtenaar wegens overschrijding 10-dagen grens. Ondertekening datum:

handtekening:

Dit schrijven is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit bij ondergetekende bezwaar indienen. In dat geval zal er gelegenheid zijn het bezwaar mondeling toe te lichten. De leerplichtambtenaar van de gemeente kan u verder toelichting geven. Belangrijk De directeur van de school is verplicht de leerplichtambtenaar van de gemeente vermoedelijk ongeoorloofd verzuim te melden. Tegen ouders/ verzorgers die hun kind(eren) zonder toestemming van school houden, kan procesverbaal worden opgemaakt. Bezwaar De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken na dagtekening van deze brief. Een bezwaarschrift moet zijn ondertekend, van een datum zijn voorzien en vermelden: - uw naam en adres - omschrijving van het bestreden besluit - gronden van het bezwaar. Speciale regelingen In spoedeisende gevallen kan, nadat het bezwaar is ingediend, aan de voorzieningenrechter van de arrondissementsrechtbank om een voorlopige voorziening worden gevraagd. U kunt in uw bezwaarschrift ook vragen rechtstreeks beroep te mogen instellen. In beide gevallen is griffierecht verschuldigd. handboek leerplicht VO / MBO, versie maart 2012

29

Bijlage 4

Tijdig vóór de bedoelde datum of periode van vrijstelling inleveren bij de directeur van de school

Formulier vrijstelling schoolbezoek andere gewichtige omstandigheden (geen vakantie) (artikel 11 onder g, en artikel 14 van de Leerplichtwet 1969)

Aan de directeur van de naam school:

te

1 Gegevens van de aanvrager: ouder(s)/ verzorger(s)

achternaam:

eerste voornaam en overige voorletters:

(Gebruik de namen en voorletters zoals opgenomen in het bevolkingsregister - GBA)

adres:

postcode:

telefoon (privé of werk):

woonplaats:

2 Gegevens van de leerplichtige leerling(en) uit hetzelfde gezin voor wie vrijstelling wordt gevraagd voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

geboortedatum:

voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

geboortedatum:

3 Gegevens van de leerplichtige leerling(en) uit hetzelfde gezin die op een andere school zitten en voor wie op die school eveneens vrijstelling wordt gevraagd voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

school:

school:

leerjaar: geboortedatum: leerjaar: geboortedatum: 4 Gegevens van de gevraagde vrijstelling wegens een gewichtige omstandigheid (vakantie valt hier niet onder)

periode: van t/m reden (eventueel op een bijlage nader toelichten):

5 Ondertekening datum:

handtekening:

in te vullen door de directeur: op doorgezonden aan de leerplichtambtenaar wegens overschrijding 10-dagen grens


30

Bijlage 5

Beschikking vrijstelling schoolbezoek Aan de ouder(s)/ verzorger(s) van

onderwerp: vrijstelling schoolbezoek datum:

Geachte ouder(s)/ verzorger(s), U heeft mij verzocht toe te staan dat de hieronder genoemde leerplichtige leerling(en) ❒ (datum verlof), verlof zal worden verleend. ❒ voor de periode van tot (periode verlof) verlof zal worden verleend. Het betreft: voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

voornaam:

voornaam:

achternaam:

achternaam:

leerjaar:

leerjaar:

geboortedatum:

geboortedatum:

geboortedatum:

In antwoord hierop deel ik u mee uw verzoek ❒ in te willigen ❒ niet in te willigen ❒ slechts in te willigen voor de periode van tot . Ter ondersteuning van uw verzoek heeft u als gewichtige omstandigheid aangevoerd (de opgegeven reden van het verzoek vermelden). Ruimte voor toelichting

Dit schrijven is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit bij ondergetekende bezwaar indienen. De leerplichtambtenaar van de gemeente kan u verder toelichting geven.

Ondertekening datum:

handtekening:


31

Belangrijk De directeur van de school is verplicht de leerplichtambtenaar van de gemeente vermoedelijk ongeoorloofd verzuim te melden. Tegen ouders/ verzorgers die hun kind(eren) zonder toestemming van school houden, kan procesverbaal worden opgemaakt. Bezwaar De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken na dagtekening van deze brief. Een bezwaarschrift moet zijn ondertekend, van een datum zijn voorzien en vermelden: - uw naam en adres - omschrijving van het bestreden besluit - gronden van het bezwaar. Speciale regelingen In spoedeisende gevallen kan, nadat het bezwaar is ingediend, aan de voorzieningenrechter van de arrondissementsrechtbank om een voorlopige voorziening worden gevraagd. U kunt in uw bezwaarschrift ook vragen rechtstreeks beroep te mogen instellen. In beide gevallen is griffierecht verschuldigd.


32

VOORWOORD. Namens het college van burgemeester en wethouders, Wethouder. Gaasterlân-Sleat Lemsterland Littenseradiel Súdwest-Fryslân

Recommend Documents