DE HYBRIDE DOCENT
DE HYBRIDE DOCENT
VOORWOORD Enkele jaren geleden startten wij onze werkzame levens als docenten in het voortgezet onderwijs. Werken als docent is soms moeilijk en hectisch, maar ook uitdagend en betekenisvol. Het is geweldig om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van leerlingen en voor sommigen net dat steuntje in de rug te kunnen zijn dat zij nodig hebben. Als ambitieuze starters waren we niet alleen bezig met de ontwikkeling van onze leerlingen, maar probeerden we ook voortdurend het beste in onszelf naar boven te halen. We kregen als deelnemers van het traineeprogramma Eerst De Klas volop impulsen uit de wereld buiten school. Deze afwisseling was leerzaam en boorde andere energie aan. We merkten dat dit gevoel gedeeld werd. Door medetrainees, collega’s, maar ook door mensen buiten het onderwijs. ‘Waarom is het niet gebruikelijk om een dergelijke afwisseling te hebben in je baan?’, vroegen wij ons af, waarmee het idee van de hybride docent zich begon te vormen: een docent die structureel meerdere werelden combineert in zijn werk. Een idee waarvan wij geloven dat het aansluit bij een veranderende kijk op werk en carrière: steeds minder mensen kiezen voor één baan voor het leven. Afwisseling, brede ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid worden steeds belangrijker. Tegelijkertijd denken wij dat hybride docenten een bijdrage kunnen leveren aan enkele grote uitdagingen waar de samenleving de komende jaren mee te maken krijgt: de noodzaak om tot de wereldtop te blijven behoren als het gaat om de kwaliteit van onderwijs en het zorgen voor voldoende topdocenten die dit onderwijs in de praktijk brengen.
Met ons initiatief Hybride Docent willen we inspelen op deze uitdagingen door ons hard te maken voor hybride werken in het onderwijs. Er werken al veel mensen in Nederland als hybride docent, maar zij worden lang niet altijd als zodanig herkend. Wij geloven in de waarde van de combinatie die zij maken in hun werk. Om te onderzoeken wat het onderwijs en de wereld daarbuiten voor elkaar kunnen betekenen, hebben wij een eerste stap richting het hybride docentschap geformuleerd: job twinning. Bij job twinning worden professionals van buiten het onderwijs gekoppeld aan docenten uit het voortgezet onderwijs en worden beiden uitgedaagd om kennis uit te wisselen en ervaringen met elkaar te delen. We vinden het belangrijk kennis te delen, docenten, bedrijven en organisaties te enthousiasmeren en de groei van het aantal hybride docenten te stimuleren. In deze publicatie besteden we aandacht aan zowel het ‘vergezicht’ van de hybride docent als aan job twinning en andere inspirerende voorbeelden. We hopen hiermee zo veel mogelijk mensen te bewegen hun kwaliteiten in te zetten in het onderwijs en daarbuiten. Marius Bilkes en Kees van der Velden Februari 2016
INHOUDSOPGAVE 1. HYBRIDE DOCENT ONDER DE LOEP
4
6
1.1 ONS INITIATIEF 1.2 DE HYBRIDE DOCENT EN DE ARBEIDSMARKT 1.3 WIE IS DE HYBRIDE DOCENT? 1.4 VERSCHILLENDE TYPEN HYBRIDE DOCENTEN
6 8 10 14
2. DE EERSTE STAP: JOB TWINNING
18
2.1 WAT IS JOB TWINNING? 2.2 DE RET VAN START 2.3 MONITOR PILOT JOB TWINNING
19 20 22
3. VERGELIJKBARE INITIATIEVEN
24
3.1 LERAAR-AMBTENAAR BIJ OCW 3.2 EERST DE KLAS 3.3 DE BAANINGENIEURS
24 26 28
4. DE HYBRIDE DOCENT IN BEWEGING
30
5
1. DE HYBRIDE DOCENT ONDER DE LOEP
1.1
ONS INITIATIEF
Hybride docenten. Nooit van gehoord? Toch bestaan ze al. Het zijn docenten die werken vanuit het verlangen de deuren open te zetten. Vanuit het verlangen het anders te doen, meer samen te werken met bedrijven en organisaties. Want daarmee maken ze hun werk uitdagender, het vak relevanter en hun lessen actueler.
HOE WERKT EEN HYBRIDE DOCENT? De hybride docent combineert structureel meerdere werelden in zijn werk. Hij laat zich inspireren door zaken om hem heen. Hij is bijvoorbeeld een onderzoeker die één dag per week voor de klas staat, een analist van een bank die de nieuwste ontwikkelingen bespreekt tijdens de lessen economie of een docent maatschappijleer die een adviesbureau runt. Hybride docenten zijn mensen die over hun eigen grenzen kijken. Ze willen een rijker mens worden. Ze kiezen voor zingeving. Tegenwoordig stappen mensen niet meer in een vak om veertig jaar lang hetzelfde te blijven doen. Afwisseling, brede ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid zijn belangrijk. Daar draait het om bij Hybride Docent. Om de kwaliteit van les én de kwaliteit van leven.
WAAROM DE HYBRIDE DOCENT? Samenwerken met anderen, de blik verruimen, nieuwe manieren van werken ontwikkelen – dat is wat hybride docenten willen. Omdat afwisseling en een brede kijk inspirerend zijn en omdat hybride werken de eigen mogelijkheden vergroot. Maar dat is niet het enige. Door persoonlijke doelen te verwezenlijken, dragen hybride docenten bij aan het realiseren van grotere, maatschappelijke doelen:
WAT KUNNEN HYBRIDE DOCENTEN BETEKENEN? Bevlogen docenten leiden tot optimaal onderwijs en optimaal onderwijs leidt tot beter opgeleide mensen. Daar profiteert de hele maatschappij van. Door de samenwerking tussen onderwijs, bedrijven en organisaties ontstaan nieuwe ideeën en nieuwe manieren van werken. Bovendien leidt hybride werken hoe dan ook tot gelukkige, geïnspireerde docenten.
Hybride werken maakt het beroep
Genoeg redenen om in te zetten op meer hybride docenten én het potentieel van bestaande hybride docenten beter tot hun recht te laten komen. Hybride Docent maakt zich hard voor hybride werken in het onderwijs door kennis te vergaren en te delen en door docenten, bedrijven en organisaties hiervoor te enthousiasmeren.
aantrekkelijker. Voor jonge mensen aan het begin van hun carrière, voor zzp’ers die iets extra’s willen doen, voor oudere werknemers die hun ervaring willen doorgeven. Hybride werken biedt meer ontwikkelperspectief. Hybride docenten zijn duurzamer inzetbaar. Goed onderwijs staat of valt met
de kwaliteit van de docenten. De Lerarenagenda 2013-2020 van het ministerie van OCW heet niet voor niets ‘De leraar maakt het verschil’. De hybride docent is het verschil. Want hybride werken maakt het onderwijs actueler en relevanter. Door de samenwerkingsverbanden ontstaat een betere verbinding met de maatschappij.
Hybride docenten zijn er al, maar er zijn er nog lang niet genoeg. Hybride werken moet meer mogelijk worden gemaakt. Daar zet Hybride Docent op in.
Invulling van relevant onderwijs
kan niet zonder inbreng van alle belanghebbenden. Samenwerking met bedrijven en organisaties is daarom van groot belang. Daarbij gaat het om een uitwisseling van ervaring en kennis. Bedrijven profiteren van de skills van hybride docenten. Deze docenten weten hoe je een groep aanspreekt, hoe je differentieert binnen groepen en wat de ins & outs van leerprocessen zijn. Hybride werken heeft meerwaarde: voor de docenten, voor de leerlingen, voor de bedrijven en organisaties waarmee de hybride docenten samenwerken. En daarmee voor de hele maatschappij.
6
7
1.2 DE H YBRIDE D OC EN DE ARBEID SMARK T T E N
DAAR ZIJN DE
HYBRIDE DOCENTEN! Het aantal mensen met twee banen groeit: van 5,4% in 2003 naar 7,5% in 2014. Docenten die dit doen, noemen we hybride docenten: 14,4% van alle docenten combineert banen. Maar waar zijn ze te vinden? Wat voor combinaties maken ze? En waarom combineren ze? Samen met TNO zoeken we het uit!
WAAR VIND JE JE HYBRIDE DOCENTEN? WAAR VIND HYBRIDE DOCENTEN?
34.000
WAT ZEGT DIT?
In de onderwijssector wordt relatief veel hybride gewerkt en hybride docenten doen dit vaak uit positieve beweegredenen. Een interessante groep om van te leren, zowel voor de onderwijssector als voor andere sectoren. Hybride Docent maakt zich hard voor hybride werken in het onderwijs door kennis te vergaren en te delen en door docenten, bedrijven en organisaties hiervoor te enthousiasmeren.
WAAROM ZIJN ZEZE HYBRIDE DOCENT? WAAROM ZIJN HYBRIDE DOCENT?
11.000
AFWISSELING IN WERK OF CONTACTEN
mensen met hun hoofdbaan buiten het onderwijs combineren deze baan met een baan in het onderwijs.
docenten hebben een tweede baan.
INTRINSIEKE MOTIVATIE
(1 op 7)
ONTWIKKELEN OP MEERDERE GEBIEDEN
19,1% FINANCIEEL ROND KUNNEN KOMEN
17,5% 30,4%
13,6% NEDERLAND GEMIDDELD
7,7%
22,1%
4,5 6,2 % %
FINANCIËLE MOTIVATIE
IETS EXTRA’S VERDIENEN
10,7% ZEKERHEID VAN INKOMEN BEHOUDEN
BASISONDERWIJS
SECUNDAIR ONDERWIJS
HOGER ONDERWIJS
(11.000 PERSONEN)
(16.000 PERSONEN)
(7000 PERSONEN)
STRATEGISCHE MOTIVATIE
Secundair onderwijs: VO en MBO DOCENTEN IN SECUNDAIR ONDERWIJS 1 op 3 hybride docenten heeft een tweede baan binnen het onderwijs. De rest heeft een tweede baan in een andere sector. 31,3% 18,8% 12,5% 6,3%
ONDERWIJS
CULTUUR, RECREATIE EN OVERIGE DIENSTEN
ZAKELIJKE EN FINANCIËLE DIENSTVERLENING
HANDEL, VERVOER EN HORECA
6,3%
OVERHEID
OP LANGE TERMIJN AAN HET WERK BLIJVEN
SPEELT LEEFTIJD HIERIN EEN ROL? Boven de 35 jaar combineert men het docentschap vaker met ondernemerschap dan met een tweede loondienstverband.
Boven de 35 jaar noemt meer dan 50% afwisseling en ontwikkeling als hoofdreden.
Tot 35 jaar noemt men vaker financiële redenen als motivatie.
Tot 35 jaar geeft 1 op de 3 aan intrinsiek gemotiveerd te zijn voor het hybride docentschap.
6,3%
ZORG
Bron: CBS/EBB (2014)
Bron: TNO/NEA (2014)
KIJK VOOR MEER INFORMATIE OVER DIT ONDERZOEK OP WWW.HYBRIDEDOCENT.NL
1.3 WIE IS DE HYBRIDE DOCENT? Hybride docenten vind je overal. Soms werken zij naast hun baan als leraar bij een organisatie die ook actief is in de onderwijswereld – zoals het ministerie van OCW - soms bij een werkgever die minder voor de hand ligt, zoals IBM of een architectenbureau. Drie hybride docenten en een enthousiaste leidinggevende vertellen over de combinatie die voor hen werkt.
FRANK HORDIJK
‘IK VIND HET SIMPELWEG ERG LEUK’ Frank Hordijk is mede-eigenaar van adviesbureau Hordijk & Hordijk en van een accountantsbureau. Hij combineert dit al jarenlang met een docentschap M&O in het voortgezet onderwijs. Waarom ben je een hybride docent geworden? “Ik vind het simpelweg erg leuk. Dat is mijn enige serieuze reden. Als ik er geen plezier meer aan zou beleven, zou ik er onmiddellijk mee ophouden. Ik vind het ook eervol: het is voor mij inspirerend om met jongeren van twaalf tot achttien op te trekken. Voor een deel draait het docentschap om wat je leerlingen inhoudelijk te melden hebt, maar wat mij betreft gaat het zeker ook om het leveren van een bijdrage aan hun persoonlijkheidsontwikkeling. Om het bijbrengen van hoe je met elkaar omgaat en met elkaar communiceert. Dat doe je niet alleen in de klas, maar ook bijvoorbeeld in de pauze, als je rondloopt en hier en daar een praatje maakt. Het zit ‘m in honderden dingen per dag, zonder dat je dat expliciet maakt.” Hoe maak je je tijdsindeling? “Ik geef drie ochtenden in de week les. Als je het optelt, zit er natuurlijk meer werk aan, aan follow-up, contacten buiten de lessen om. Dat hoort erbij en
10
in die extra uren zit ook net dat beetje aandacht dat je leerlingen kunt geven. Ik heb als ondernemer de flexibiliteit en de ruimte om mijn eigen agenda te bepalen. Dat is heel comfortabel. Als ik nog even terug wil naar school, of een dagdeel extra aan iets wil besteden, kan dat in principe. Daar staat natuurlijk tegenover dat ik die tijd niet aan mijn andere werk kan besteden. En lesgeven is financieel niet gunstig: het salaris staat in geen verhouding tot de omzet die ik buiten school laat lopen. Tegelijk vind ik dat docenten heel redelijk worden beloond.”
‘Die wederzijdse versterking zou ik niet willen missen’ Ga je hier nog een tijd mee door? “Zeker, mits het leuk blijft en zolang ik met plezier naar school blijf gaan. Dat is echt mijn uitgangspunt. Maar ik zou nooit helemaal voor het onderwijs kiezen. Nu kan ik veel voorbeelden uit mijn eigen praktijk betrekken bij mijn lessen of ik sleep kinderen een keertje mee naar een opdrachtgever: dan huren we een busje en gaan we op pad. Andersom pik ik soms iets op in school dat ik bij een advies- of onderzoeksopdracht kan gebruiken als voorbeeld. Die wederzijdse versterking zou ik niet willen missen. Bovendien wil ik alles wat ik in mijn praktijk heb opgebouwd, niet overboord zetten.” Zou je de combinatie van lesgeven en ander betaald werk aanraden? “Het zou mooi zijn als meer mensen een maatschappelijke bijdrage zouden leveren in de vorm van lesgeven op een school. Het is nuttig én leuk, dus wat let je? Als je vriendelijkheid met duidelijkheid combineert, is het ook echt niet moeilijk om les te geven. Daar komt bij: veel mensen verdienen genoeg en kunnen best iets inleveren. Je krijgt er zoveel voor terug!”
JORRIT BLAAS
‘IK MISTE HET LERAAR ZIJN’ Ook Jorrit Blaas is een hybride docent. Hij combineert een baan als beleidsmedewerker op de afdeling voortgezet onderwijs bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met een baan als leraar economie. Hybride docent, hoe word je dat? “Ik heb actief gezocht om te combineren, daardoor ben ik van fulltime beleidsmedewerker naar deeltijd beleidsmedewerker gegaan. Ik miste het leraar zijn.”
‘Wat ik op microniveau zie in de klas, kan ik op macroniveau aanpassen op beleidsniveau’ En alleen doceren was geen optie? “Fulltime docent zijn nekt mijn creativiteit. Juist de parttime factor biedt mij ruimte om na de lessen nog na te kunnen denken.” Wat zijn de voordelen van deze combinatie? “Ik kan doen wat ik leuk vind: wat ik op microniveau zie in de klas, kan ik op macroniveau aanpassen op beleidsniveau. En dat vind ik zo leuk! En persoonlijke ontwikkeling, dat is ook een groot voordeel. Meerdere vaardigheden train je door meerdere banen te combineren. Nu profiteren beide banen van mijn bezigheden. Je moet geen volledig aparte banen hebben. Het moet wel te rijmen zijn.”
11
RIK ADRIAANS
‘HET IS EEN HEEL MOOIE COMBINATIE’ Rik Adriaans is architect en partner van architectenbureau BOUWkunstWERKplaats, maar hij geeft ook het vak Onderzoek en Ontwerpen op een middelbare school. Drie vragen aan Rik: Hoe werd jij hybride docent? “Aansluitend op mijn architectenopleiding ben ik het traineeship Eerst De Klas gaan volgen. Dat is een opleidingstraject voor docentschap en werken bij een bedrijf. Dus meteen een combinatiebaan.”
12
‘Je blijft je vaardigheden in de gaten houden en die kun je de leerlingen meegeven’ Is het haalbaar, deze banen combineren? “Ik kan het goed bolwerken en het is gewoon zo gelopen. Het geeft me ook energie om hiermee bezig te zijn: vanwege de variatie, maar ook omdat ik het maatschappelijk oogpunt belangrijk vind. Ik denk ook dat het je scherp houdt, op heel veel vlakken. Je blijft je vaardigheden in de gaten houden en die kun je de leerlingen meegeven. Het gevaar is dat je het maar net kan bijbenen, dat is niet gezond. De uitdaging is om te blijven sporten en te leren ontspannen.” Hoe zie je de toekomst? “Het is een heel mooie combinatie. Ik vind het enorm leuk om kennis over het vak architect en de werkwijze van een ontwerper uit te dragen en les te geven vanuit mijn expertise. Misschien wil ik op een gegeven moment inhoudelijk wat meer projecten doen. Of misschien wil ik op de universiteit lesgeven. Tot nu toe vind ik het leuk om dit op een middelbare school te doen.”
WARNER DIJKHUIZEN
‘OGEN OPENEN VOOR NIEUWE DINGEN’ Warner Dijkhuizen is Corporate Citizenship & Corporate Affairs Manager bij IBM. Hij is van mening dat Hybride Docent zowel medewerkers als IBM als organisatie nieuwe impulsen geeft.
Wat maakt Hybride Docent tot een interessant initiatief? “IBM is al een jaar of tien betrokken bij initiatieven waarin overheid, bedrijfsleven en onderwijs samenwerken, zoals bijvoorbeeld Jet-Net, het Jongeren en Technologie Netwerk Nederland. We proberen leerlingen en docenten enthousiast te maken voor technologie en willen graag de kloof tussen onderwijs en bedrijfsleven overbruggen. Twee jaar geleden kwam ik in contact met Hybride Docent.”
Wat is de meerwaarde van Hybride Docent voor IBM? “Het past binnen het beleid van IBM om onze mensen te stimuleren naast hun werk ook andere dingen te doen, voor een goed doel of bijvoorbeeld in het onderwijs. Voor de klas staan is voor veel mensen een latente wens, maar de beslissing schuiven ze vaak voor zich uit. Tot zich een concrete opportunity voordoet.”
‘Voor de klas staan is voor veel mensen een latente wens’ Maken veel mensen er gebruik van? “Meerdere medewerkers van IBM combineren hun werk met het docentschap, of gaan dat doen. We hopen uiteindelijk op enkele tientallen uit te komen. Een van hen vindt het docentschap zelfs zo leuk dat ze IBM gaat verlaten. Dat is heel jammer voor IBM, maar goed voor de school én voor onze samenleving. Ik hoop dat er ook mensen zullen zijn die juist de stap van onderwijs naar bedrijfsleven maken. Docenten zijn door hun expertise heel waardevol voor bedrijven.”
13
1.4 VERSCHILLENDE TYPEN HYBRIDE DOCENTEN Uit onderzoek van TNO blijkt dat in Nederland een grote groep docenten banen combineert en hybride docent is. Om meer over deze groep te weten te komen, werd een aantal van hen geïnterviewd. Naar aanleiding hiervan formuleerden we zes verschillende typen hybride docenten.
Uit de interviews en uit eerder onderzoek van TNO zijn diverse overeenkomsten tussen de verschillende hybride docenten te herleiden. Enkele basiscompetenties die het succesvol combineren van banen mogelijk maken worden vaak genoemd, te weten:
HOE WERKT DE HYBRIDE DOCENT?
planningskwaliteiten; communicatie en openheid; flexibele houding; onderhandelingsvaardigheden; grenzen kunnen stellen; (sociale) netwerkvaardigheden.
Daarnaast blijkt uit de interviews dat er een grote verscheidenheid bestaat aan hybride docenten. Onderscheid kan bijvoorbeeld worden gemaakt op het gebied van werkinhoud en werkomgeving van de verschillende banen die worden gecombineerd. In figuur 1 is een aantal typen hybride docenten weergegeven. Uit deze figuur kunnen de verschillen op het gebied van werkinhoud (y-as) en werkomgeving (x-as) worden afgeleid.
We zullen nu de verschillende typen uit figuur 1 kort karakteriseren. Het is een eerste poging om de verscheidenheid aan combinaties en rollen in kaart te brengen en zodoende nog niet compleet. Naarmate de kennis over hybride docenten groeit, zal mogelijk het aantal typen hybride docenten toenemen en zullen de verschillen worden verfijnd.
DE LERAAR-LERAAR De leraar-leraar combineert twee verschillende banen in het onderwijs. Werkinhoud verschilt voor de leraarleraar relatief weinig vergeleken met de andere typen hybride docenten. Hij werkt op verschillende scholen en soms ook in verschillende typen onderwijs (voortgezet onderwijs, volwassenenonderwijs, mbo, hbo, universitair onderwijs). Hierdoor zijn ook de verschillen in werkomgeving relatief klein, maar toch geeft dit type hybride docent aan dat hij meerwaarde vindt in deze variatie. De leraar-leraar brengt zijn kennis van de ene school of het ene type onderwijs in bij het andere, bijvoorbeeld als het gaat om werkvormen, het geven van feedback, rapportvergaderingen, of het organiseren van nakijkwerk.
‘Ook hetzelfde vak doceren kan verrijkt worden wanneer je dat voor totaal andere leerlingen doet’
DE LERAAR-OPLEIDER De leraar-opleider lijkt op de leraarleraar, maar combineert een docentschap in het onderwijs met het opleiden van toekomstige collega’s bij een lerarenopleiding. Zowel in werkomgeving als werkinhoud zijn kleine verschillen aanwezig tussen de banen. Didactische en pedagogische vaardigheden zijn voor beide banen belangrijk, maar de inhoud en de doelgroep zijn (zeer) verschillend.
‘Ik geef collega’s mee dat docenten nooit uitgeleerd zijn’ Kennis over doceren en het docentschap
die wordt opgedaan als opleider is inzetbaar in de andere docentenbaan. De leraar-opleider blijft dicht bij de praktijk van zijn studenten. De school heeft een expert in huis op het gebied van begeleiding van (startende) docenten.
Grote diversiteit in type aanstellingen. Meerwaarde van combineren zit onder
andere in het inbrengen van kennis van de ene school of het ene type onderwijs in de andere leraarbaan. Verrijking door verschillende collega’s en verschillende typen leerlingen.
14
15
DE LERAAR-ONDERWIJSINNOVATOR De leraar-onderwijsinnovator combineert het leraarschap met ondernemerschap op het gebied van onderwijsvernieuwingen. Het ondernemerschap ligt dus in het verlengde van zijn onderwijsbaan. De werkomgeving is anders in beide banen en ook de inhoud van de werkzaamheden is, hoewel onderwijsgerelateerd, verschillend. De leraar-onderwijsinnovator kan zich buiten school bezighouden met bijvoorbeeld het ontwikkelen van nieuwe lesmethodes of ICT-toepassingen, maar ook met het ontwikkelen van trainingen op het gebied van klassenmanagement of omgaan met werkdruk.
‘Ik kan dingen uitproberen, om ze vervolgens te incorporeren bij mijn vaste werk. Zo kun je je werk persoonlijker maken’ School profiteert van innovatieve
en ondernemende kwaliteiten van de leraar-onderwijsinnovator. Nieuwe inzichten zijn – indien de school daarvoor openstaat – direct toepasbaar op school. De leraar-onderwijsinnovator creëert voor zichzelf de mogelijkheid om zich in een of enkele aspecten van het leraarschap te verdiepen. 16
DE LERAAR-ONDERZOEKER De leraar-onderzoeker is zowel leraar in het onderwijs als onderzoeker, bijvoorbeeld aan een universiteit of hogeschool. Zijn onderzoeksgebied kan zowel in het verlengde liggen van het vak dat hij geeft (een scheikundedocent die zodoende up-to-date blijft in zijn vakgebied) als in het verlengde van het onderwijs in bredere zin (een scheikundedocent die onderzoek doet naar werkvormen bij bètavakken). De werkinhoud is dus anders dan bij bijvoorbeeld de leraaropleider en ook de werkomgeving verschilt.
DE LERAAR-AMBTENAAR De leraar-ambtenaar combineert een docentfunctie met een baan als ambtenaar. Net als bij de leraar-onderzoeker kunnen de verschillende functies in elkaars verlengde liggen op (school)vakinhoud (een docent economie die daarnaast werkzaam is op het ministerie van Financiën), maar ook in het verlengde van onderwijs in algemenere zin (een docent Duits die werkzaam is op het ministerie van OCW). De werkinhoud tussen beide banen verschilt sterk, net als de werkomgeving.
‘Uit morele overtuiging vind ik dat er meer mensen die onderzoek doen, in het onderwijs moeten zijn en vice versa’
‘Ik ben een soort “linking pin” die signalen uit het veld mee terugneemt in het beleid’
DE LERAAR-ONDERNEMER De leraar-ondernemer heeft naast zijn onderwijsbaan een eigen onderneming of hij werkt als zzp’er. In tegenstelling tot de leraar-onderwijsinnovator ligt het ondernemerschap niet in het verlengde van de onderwijsbaan, maar de onderwijsbaan ligt in het verlengde van de onderneming: denk aan de accountant die economie geeft of de architect die Onderzoeken en Ontwerpen geeft. De werkomgeving van de verschillende banen verschilt sterk en hoewel de werkinhoud in elkaars verlengde ligt, zijn hier grote verschillen qua diepgang en complexiteit.
‘Praktijk in mijn lessen te kunnen brengen is waardetoevoeging’
De ervaringen en indrukken die de leraar De leraar-onderzoeker heeft toegang tot
de nieuwste inzichten op zijn vakgebied. De school haalt met een leraaronderzoeker bepaalde expertise in huis. Indien onderzoek en onderwijs in elkaars verlengde liggen, is het voor de leraar-onderzoeker gemakkelijk om ideeën te toetsen in de lespraktijk.
ambtenaar in het klaslokaal opdoet, bieden nuttige inzichten bij het maken van beleid op het gebied van onderwijs. De leraar-ambtenaar brengt inspirerende praktijkvoorbeelden de klas in. Hij is een interessante sparringpartner voor collega’s op school (ofwel binnen de sectie, ofwel in algemenere zin).
Het is voor de leraar-ondernemer relatief
eenvoudig om actuele praktijkkennis in te brengen in het klaslokaal. Ook sectiegenoten profiteren van zijn praktijkkennis, zodat het lesprogramma up-to-date blijft. De leraar-ondernemer ontwikkelt door het lesgeven andere vaardigheden dan wanneer hij fulltime ondernemer zou zijn.
17
2. DE EERSTE STAP: JOB TWINNING
2.1 WAT IS JOB TWINNING? Met hybride docentschap als stip op de horizon, zijn wij met ‘job twinning’ gestart om in kaart te brengen welke kruisbestuiving mogelijk is. Bij job twinning worden professionals van scholen enerzijds en professionals van buiten het onderwijs anderzijds aan elkaar gekoppeld en gaan zij tijdens meerdere ontmoetingen zowel op school als bij de organisatie in kwestie de professionele dialoog aan met elkaar. In het verlengde van reeds bestaande mogelijkheden voor gastlessen en bedrijfsopdrachten zorgt deze reeks van meer regelmatige ontmoetingen gedurende een langere periode in potentie voor verregaande kruisbestuiving.
Behalve als startpunt om kruisbestuiving in kaart te brengen, kan job twinning gezien worden als een laagdrempelige eerste stap richting hybride docentschap. Professionals uit het onderwijs en daarbuiten krijgen de mogelijkheid om te proeven van een ander werkveld, zonder dat zij de zekerheden van hun huidige baan op hoeven te geven, zoals arbeidsrechten en pensioenopbouw.
18
IN DE PRAKTIJK Deelnemers aan job twinning lopen gedurende twee à drie maanden een aantal dagdelen (gemiddeld zes in drie maanden) met elkaar mee en krijgen zo een kijkje in elkaars keuken. Vragen die hierbij opkomen zijn bijvoorbeeld: kan de praktijk van het bedrijf gekoppeld worden aan het curriculum van een schoolvak? Welke ontwikkelingen in een vakgebied zijn voor beide deelnemers interessant? Wat neemt de medewerker mee terug uit de lespraktijk? De exacte invulling van de onderlinge ontmoetingen is aan de deelnemers zelf en kan bijvoorbeeld bestaan uit het bijwonen van trainingen en vergaderingen, het verzorgen van een gastles of het opzetten van een gezamenlijk project. WAT LEVERT HET OP? Via job twinning vindt een kennismaking plaats tussen de deelnemende organisaties en wordt de meerwaarde van samenwerking en kruisbestuiving inzichtelijk gemaakt. Opbrengsten van job twinning zijn divers en zijn te onderscheiden op het niveau van de organisatie, de professional en de leerling. In paragraaf 2.3 is een samenvatting terug te vinden van een monitor van het job-twinning-traject in 2015.
19
2.2
DE RET VAN START
‘In een tijd dat loopbanen langer worden, is variatie prettig’
Er zijn al diverse goede voorbeelden te melden van job twinning. Zowel werknemers als werkgevers blijken enthousiast. Openbaarvervoerbedrijf RET is een van de deelnemende bedrijven aan de pilot Job Twinning van Hybride Docent.
‘VEEL WERKNEMERS ZIJN ENTHOUSIAST OVER JOB TWINNING’ Openbaarvervoerbedrijf RET investeert in opleiding en ontwikkeling van medewerkers en startte binnen het project Ruimte voor Talent met de pilot Job Twinning. Volgens Sietske van Rossem past job twinning goed bij RET vanwege de focus op brede inzetbaarheid. Werknemers kunnen zich in hun loopbaan ontwikkelen door ‘te snuffelen bij scholen’.
Wat voegt job twinning toe voor medewerkers van RET? “Het geeft werknemers de ruimte om naast hun dagelijkse werk andere vaardigheden op te doen, bijvoorbeeld door het geven van presentaties op scholen. Veel werknemers zijn enthousiast over job twinning, er zijn nu al zes medewerkers van uiteenlopende RET-afdelingen actief.”
En voor RET als organisatie? “Voor RET zit de meerwaarde ook in het contact met scholen. Leerlingen kunnen zien hoe het er in het bedrijfsleven aan toegaat. Hierdoor kunnen ze wellicht betere keuzes voor de toekomst maken. Bovendien kunnen werknemers de vaardigheden die ze op scholen opdoen ook weer gebruiken in hun eigen baan en misschien zelfs gaan lesgeven binnen RET. Voor scholen zelf wordt het door job twinning ook duidelijker wat er in het bedrijfsleven speelt en wat dat leerlingen kan bieden. Het versterkt elkaar.”
En in de toekomst? “Het combineren van banen is een ideaal. In een tijd dat loopbanen langer worden, is variatie prettig. Hybride werken past daar zeker bij. Door verschillende dingen te doen, blijf je langer inzetbaar.”
20
21
2.3 MONITOR PILOT JOB TWINNING
In februari 2016 verscheen de eerste monitorrapportage van de pilot Job Twinning, getiteld ‘Job Twinning: Een opstap naar hybride docentschap?’. Deze monitor werd verzorgd door TNO. Onderstaand geven we aan wat de belangrijkste doelen en (voorlopige) uitkomsten zijn.
In de evaluatiestudie van TNO stonden deze onderzoeksvragen centraal: Welke meerwaarde heeft job twinning voor werkgevers en werknemers? Welke processtappen zijn te onderscheiden in het job-twinning-traject? Welke matchingsprincipes liggen derhalve ten grondslag aan goede job twinning? Voorafgaand aan de pilot werd de deelnemers gevraagd aan te geven waarom men mee wilde doen en welke persoonlijk leerdoel(en) men hiermee wilde bereiken. Hierbij werd een onderscheid gemaakt tussen de motieven en leerdoelen van docenten en die van de niet-docenten. DOELEN VAN DOCENTEN De doelen van docenten zijn in te delen in drie hoofdcategorieën: 1. E igengerichte of persoonlijke doelen. Docenten willen zichzelf uitdagen met deelname aan de pilot, om hun kennis te verbreden of te delen of om andere carrièrepaden te verkennen, en om te ervaren of en in hoeverre de huidige baan van docent zou kunnen worden gecombineerd met een baan buiten het onderwijs. 2. Leerling- of onderwijsgerichte doelen. Docenten willen de pilot vooral
22
benutten om hun leerlingen nu en in de toekomst nog beter te kunnen bedienen met meer praktijkkennis. 3. Organisatiegerichte doelen. Docenten willen met de pilot iets bereiken voor de eigen onderwijsinstelling. Bijvoorbeeld door kennis op te doen uit het bedrijfsleven over aansturings- en organisatievormen of door structurele samenwerkingsverbanden tussen school en bedrijf op te starten of te versterken. Zij zien in job twinning een eerste stap tot verdergaande samenwerking. DOELEN VAN NIET-DOCENTEN Ook de doelen van niet-docenten zijn in de bovenstaande hoofdcategorieën in te delen. Niet-docenten geven ook aan deel te nemen vanuit de behoefte om bij te dragen aan innovaties en initiatieven zoals job twinning. Daarnaast blijken er niet-docenten onder de deelnemers die een duidelijke affiniteit hebben met het leraarschap en die willen verkennen hoe en of een combinatie met hun eigen baan mogelijk zou zijn. Verder zien de niet-docenten het onderwijs ook als een goede leeromgeving om bijvoorbeeld people skills op te doen, om te leren hoe jongeren denken en hoe je hun gedrag en houding kunt beïnvloeden, en hoe je werkinstructies beter kunt overbrengen.
‘Ik besef dat er ook bij bedrijven maatschappelijk relevante dingen gebeuren’ Niet-docenten noemen ook organisatiegerichte doelen, waarbij men het onderwijs een ‘praktijkbril wil opzetten’ opdat de aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven zou kunnen worden verbeterd. Sommige niet-docenten uitten hun zorgen over de aansluiting onderwijs-bedrijfsleven en willen er door deelname aan de pilot aan bijdragen dat die aansluiting wordt verbeterd. Daarnaast geven niet-docenten aan dat ze de pilot willen benutten om via docenten de
leerlingen (en dus toekomstige werknemers) een goed beeld te geven van hun bedrijf. TUSSENEVALUATIE Tijdens een tussenevaluatie werd de deelnemers gevraagd welke concrete opbrengsten zij van de pilot verwachten. Hieruit bleek dat deelname aan de pilot vooral moet leiden tot nieuwe ervaringen, tot betere of nieuwe vaardigheden en/ of kennis en tot blijvende relaties tussen onderwijsinstellingen en bedrijven. Deze top drie is een mix van eigengerichte en organisatiegerichte opbrengsten. Docenten geven vaker dan niet-docenten aan te streven naar een breder professioneel netwerk en concrete ideeën om het huidige werk beter te kunnen doen. Niet-docenten gaven wat vaker aan job twinning te willen gebruiken om een beter beeld te krijgen van het werken in het onderwijs en om elders toe te passen wat men in de huidige baan al graag doet.
‘Ik ben door andere ogen naar mijn eigen werk gaan kijken’ Sommige deelnemers doen mee omdat ze de bedrijven die participeerden interessant vonden. Anderen gaven aan niet zo heel veel verwachtingen te hebben wat betreft de opbrengst van de pilot. ‘Ik doe mee uit nieuwsgierigheid. Mogelijk kan ik dingen leren van een ander, mogelijk dat zij iets van mij kunnen leren.’ En: ‘Het op weg helpen van de ander en het enthousiast maken voor het onderwijs of bedrijfsleven is soms al genoeg. Er hoeft geen balans te zijn in de wederzijdse opbrengsten.’ VOORLOPIGE UITKOMSTEN Terugkijkend op het hele traject geeft 66 procent van de deelnemende docenten en 66 procent van de deelnemende niet-docenten aan dat het project voldeed aan hun verwachtingen.
de belangrijkste oorzaken die ervoor zorgden dat het traject niet voldeed aan verwachtingen. Zij hadden soms door drukke agenda’s moeite om af te spreken met hun twinning-partner. De werkdruk op school en de vaste lesuren van docenten speelden hierbij een belangrijke rol. Een andere factor die wordt genoemd waarom het traject onvoldoende aan de verwachtingen voldeed, is de matching van de deelnemers. Soms lagen de interesses en het vakgebied te ver uit elkaar. Om job twinning beter aan de verwachtingen te laten voldoen, zal daarom beter gekeken moeten worden naar (het proces van) de matching. Suggesties van deelnemers op dit vlak variëren van een zeer zorgvuldige matching op bijvoorbeeld inhoud, motivatie of functie tot open matching aan de hand van profielen of matching na speeddaten.
‘Ik heb besloten een sabbatical op te nemen om zo in ieder geval mijn lesbevoegdheid te gaan halen’ Docenten die deelnamen aan de pilot noemden als belangrijkste opbrengsten: een breder netwerk/nuttige contacten; nieuwe vaardigheden/kennis; een positieve ervaring; iets wat ik graag doe heb ik elders kunnen doen. De niet-docenten die deelnamen noemden als belangrijkste opbrengsten: een positieve ervaring; concrete ideeën om mijn werk beter te doen.
Kijk voor de definitieve uitkomsten en het complete monitorrapport ‘Job Twinning: Een opstap naar hybride docentschap?’ op www.hybridedocent.nl
Deelnemers noemden ‘tijd’ als een van
23
3.1 LERAARAMBTENAAR BIJ OCW
‘PRAKTIJKPERSPECTIEF OP ONDERWIJSBELEID’ Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap nam de afgelopen jaren diverse mensen in dienst die hun functie als ambtenaar combineren met het docentschap. Titus Heemskerk van OCW vertelt waarom.
24
“Wij willen met het beleid van OCW beter aansluiten op wat er in de praktijk in het onderwijs speelt en wordt beleefd”, vertelt Titus Heemskerk. “Dat doen we op veel verschillende manieren, bijvoorbeeld met onze accountmanagers krimp, die veel onderweg zijn. Maar ook op andere beleidsterreinen zijn wij de laatste jaren meer in het land te vinden.” De manier waarop OCW het beleid vormgeeft, is echt veranderd, aldus Heemskerk. “Platform 2032 is daar een mooi voorbeeld van, want daarvoor hebben we in heel Nederland input opgehaald.” POSITIEF-KRITISCH Een andere manier om het onderwijsbeleid beter op de praktijk te laten aansluiten, is door docenten aan te nemen die hun baan op een school combineren met het ambtenaarschap bij OCW. Heemskerk vertelt dat op zijn afdeling sinds een half jaar ook een leraar-ambtenaar werkzaam is. “Sinds een paar weken hebben we ook een schoolleider-ambtenaar en nog een leraar-ambtenaar in dienst. Ik hoop dat zij bij ons een praktijkperspectief inbrengen in beleidsgesprekken en ook hun naaste collega’s voorzien van adviezen. Ik merk nu al dat dat werkt.”
‘De leraar-ambtenaren kunnen gevraagd en ongevraagd advies geven’ Maar er zijn nog meer mogelijkheden, zo zegt Heemskerk: “Deze leraar-ambtenaren kunnen nog meer gevraagd en ongevraagd advies geven op onderwerpen waar zij niet direct zelf aan werken. Ik heb ze daarom ook verzocht om als groep na te denken over hoe ze zich aan kunnen bieden als ‘meedenkers’ op dossiers van anderen. Ze mogen zich wat mij betreft tegen veel dingen aan bemoeien, op een positief-kritische manier natuurlijk.” KLEINE DINGEN De toegevoegde waarde van de leraarambtenaar zit soms in kleine dingen, aldus Heemskerk. “Ik was laatst getroffen door een echt verrassend praktijkperspectief dat een van de leraar-ambtenaren inbracht op het dossier toptalenten. Dat zette ons wel even aan het denken.” Een van de leraar-ambtenaren op de afdeling van Heemskerk schreef ook mee aan Leraar 2032. “Hij kon een-op-een binnen het projectteam doorgeven wat zijn ervaringen zijn op de school waar hij werkt. Zoiets verkleint de afstand van het klaslokaal tot het ministerie echt.”
25
3.2 EERST DE KLAS
‘GOED LERAARSCHAP IS GOED LEIDERSCHAP EN ANDERSOM’ Eerst De Klas is een traineeprogramma voor jonge academici dat startte in 2009. Het beoogt de beste academici een bijdrage te laten leveren aan het voortgezet onderwijs om zo inspirerend en maatschappelijk relevant onderwijs te bieden. Excellente recent afgestudeerden krijgen de kans twee jaar les te geven en tegelijkertijd leiderschapscompetenties in het bedrijfsleven te ontwikkelen. Eerst De Klas is een gezamenlijk initiatief van onderwijs, bedrijfsleven en overheid.
26
Eerst De Klas stimuleert talentontwikkeling en biedt brede oriëntatie op een functie met maatschappelijke relevantie, vertelt Renske Heemskerk, senior projectleider bij Eerst De Klas. “Dit gebeurt vanuit de gedachte dat goed leraarschap goed leiderschap is en andersom. Wij voeren ook het OnderwijsTraineeship uit, een tweejarig traineeship waarbij mensen drie dagen voor de klas staan en daarnaast een verdiepingsprogramma krijgen. Het verschil is dat dit helemaal gericht is op onderwijsverdieping. Deelnemers aan het OnderwijsTraineeship kiezen al voor het onderwijs.”
‘We laten zien dat de combinatie kan en dat de twee functies elkaar versterken’ LOGISCH VERVOLG Heemskerk ziet Hybride Docent als een logisch vervolg op Eerst De Klas. “Ongeveer 80 procent van de Eerst De Klassers blijft in het onderwijs, maar de meesten doen dat parttime. Ze hebben naast hun werk als docent bijvoorbeeld een eigen bedrijf of een stichting. Vaak is dat wel een functie die iets met onderwijs te maken heeft, bijvoorbeeld een huiswerkbegeleidingsbedrijf of een bedrijf dat workshops geeft in het onderwijs.”
“Veel Eerst De Klassers zijn dus hybride docenten. Dat is natuurlijk geen toeval, ik denk dat veel van hen dat in zich hebben. Het is ook onze doelgroep: we proberen mensen naar het onderwijs te trekken die daar anders niet zo snel voor zouden kiezen, maar die er wel feeling voor hebben. Door Eerst De Klas wordt dat gestimuleerd: we laten zien dat de combinatie kan en dat de twee functies elkaar versterken.” ONDERWIJSHART Van de Eerst De Klassers blijft een grote groep in het onderwijs, vertelt Heemskerk: “Er is ook een groep die besluit dat het onderwijs op dat moment toch niets voor hen is. Hopelijk is hun onderwijshart gevoed, en keren ze later terug naar het onderwijs.” Eerst De Klas biedt deelnemers binnen het leiderschapsprogramma ook de ruimte om naast het lesgeven een eigen organisatie of een stichting op te zetten, in plaats van een functie in het bedrijfsleven. “Ook dit doen we om ervoor te zorgen dat Eerst De Klassers de uitdaging blijven vinden in lesgeven, terwijl ze daarnaast iets anders doen en in staat zijn deze twee zaken met elkaar te combineren.” www.eerstdeklas.nl www.onderwijstraineeship.nl
27
“De baaningenieurs zijn hybride ondernemers”, vertelt eigenaar en initiatiefnemer van ‘de baaningenieurs’ Luc Dorenbosch. “Ze werken het grootste deel van hun contractuele tijd voor een werkgever, maar hebben in hun functie ook zelfstandige activiteiten versleuteld.”
3.3 DE BAANINGENIEURS
‘VERVUL EEN ANDERE ROL BUITEN JE ORGANISATIE’ Baaningenieurs zijn job-engineeringexperts met een praktische inslag. Ze werken samen met werkgevers en werknemers aan een goed functionerende arbeidsmarkt met (kans op) werk dat aansluit bij wat mensen het beste kunnen en willen.
Dorenbosch leverde in 2015 zelf een deel van zijn uren en loon bij TNO in om de baaningenieurs te starten. Vanaf 2016 is hij zelfstandig baaningenieur voor drie dagen in de week en in goede sfeer weg bij TNO. Toch heeft hij ook weer een baan in loondienst voor twee dagen als programmamanager bij een stichting aan zijn zzp’erschap geplakt. “Voor mij is dat een fijne combinatie, deels zelfstandig, deels bij een organisatie waar je ook aan andere dingen werkt.” Dorenbosch praat veel met mensen over zijn manier van hybride werken, en zij geven geregeld aan dat ze ook wel zoiets zouden willen. Tegelijkertijd willen zij niet weg bij hun werkgever. “Dat is precies wat de baaningenieurs willen stimuleren. Mensen doen bijvoorbeeld een mooi HR-project binnen een organisatie, totdat het weer klaar is. En dan houdt het voor hen vaak op. Terug naar de hoofdbaan. Waarom kunnen ze voor een deel de kennis die ze hebben opgedaan in zo’n project niet als tijdelijke ‘baaningenieur’ binnen andere organisaties kwijt? Gewoon als expert voor drie weken in het jaar?”
‘Docenten hebben veel kennis die in andere omgevingen heel waardevol zou kunnen zijn’ ALTERNATIEVE OPLEIDING Toen Dorenbosch zijn ideeën toetste in zijn netwerk, bleken velen enthousiast. “Je zou willen dat werknemers dit kunnen inzetten als een soort alternatieve opleiding. In plaats van een opleiding of cursus volgen, kun je ook een andere rol vervullen buiten je organisatie. Daar leer je namelijk heel veel van. Die rolontwikkeling dragen we een warm hart toe. Professionals hoeven niet weg bij 28
een baas en houden bepaalde zekerheden, terwijl ze wel hybride kunnen werken.” De hybride docent past naadloos in deze ontwikkeling, aldus Dorenbosch. “Docenten hebben veel kennis die in andere omgevingen heel waardevol kan zijn. Die plekken liggen overigens vaak in het verlengde van het vak dat ze doceren. De kennis van docenten kan andere organisaties helpen, maar geeft docenten mogelijk ook een ‘loopbaaninjectie’. Het mes snijdt aan meerdere kanten. De een wil kennis opdoen en innoveren, de ander wil graag door andere ogen kijken naar zijn huidige rol.” GROTE STAP In de praktijk blijkt het voor veel docenten een grote stap om buiten het onderwijs te kijken. “Toch hebben ze vaak dezelfde opleiding doorlopen als collega’s uit het bedrijfsleven. Ze zijn alleen daarna een andere weg ingeslagen en het onderwijs ingestapt. Maar de verschillen zijn eigenlijk niet zo groot.” Mensen van buiten het onderwijs zijn vaak juist erg geneigd om het onderwijs ‘eens te proberen’, vertelt Dorenbosch: “Ze zijn nieuwsgierig, maar willen niet gedwongen worden om te kiezen.” Voor Dorenbosch zelf blijkt de combinatie van verschillende functies ideaal: “Mijn verschillende banen bieden afwisseling en houden mijn werkleven flexibel. En de combinatie hoeft echt niet moeilijk te zijn. Ik denk wel eens: al zou maar tien procent van de mensen dit testen en maar twee procent daar daadwerkelijk een vervolg aan geven, al is het maar tijdelijk, dan zou de arbeidsmarkt al enorm in beweging komen.” www.debaaningenieurs.nl
29
4. DE HYBRIDE DOCENT IN BEWEGING Met de pilot Job Twinning hebben we een belangrijke start gemaakt met het stimuleren van een beweging naar meer hybride docenten en een betere benutting van hun kennis en expertise.
De pilot Job Twinning heeft gefungeerd als opmaat naar het meer structureel en vanzelfsprekend combineren van banen in onderwijs en andere sectoren. De komende jaren wil Hybride Docent uitbreiden, voortbouwen en doorontwikkelen.
UITBREIDEN In de regio’s Amsterdam, Rotterdam en Eindhoven zijn scholen, bedrijven en andere organisaties enthousiast aan de slag gegaan met job twinnen en met nadenken over hybride docentschap. In deze regio’s willen we het aantal betrokken docenten en organisaties uitbreiden. Daarnaast willen we de job-twinning-activiteiten in twee nieuwe regio’s starten, waarbij ook gekeken wordt naar mogelijke uitbreiding naar het mbo.
VOORTBOUWEN Voor mensen die hebben deelgenomen aan job twinning worden desgewenst trajecten op maat ontwikkeld. Vanuit Hybride Docent ondersteunen we hen bijvoorbeeld door het voortzetten van het job twinnen te faciliteren, door coaching van deelnemers, door een hechtere samenwerking tussen school en bedrijf tot stand te brengen en eventueel verdere stappen te zetten naar een volwaardig hybride docentschap.
30
DOORONTWIKKELEN De pilot Job Twinning en het daarin gedane onderzoek heeft aangetoond dat er veel potentieel is voor het initiatief Hybride Docent. Niet alleen blijkt uit het enthousiasme bij deelname dat er behoefte is aan job-twinning-trajecten, de arbeidsmarktanalyse laat ook zien dat er al veel hybride docenten zijn: er is een grote groep docenten die tevens werkzaam is in een andere sector. In contact met scholen en bedrijven blijkt dat werkgevers weinig tot niet op de hoogte zijn van het feit dat werknemers op deze wijze werken en zodoende meer te bieden hebben dan tot nu toe wordt beseft of benut. We beogen het potentieel van de bestaande hybride docenten (verder) in kaart te brengen en de kennis en ervaring van hybride docenten in hun werkomgevingen beter tot hun recht te laten komen. Tegelijkertijd willen we een impuls geven aan het verbeteren van de randvoorwaarden waaronder deze hybride docenten werken en hen stimuleren mede-ambassadeur te worden van de gewenste beweging in het onderwijs om scholen en hun omgeving dichter bij elkaar te brengen, het liefst tot in de klas. Hybride Docent wil dit niet alleen doen en zoekt actief de samenwerking met andere initiatieven en organisaties die kansen zien voor hybride werken in het onderwijs en die dit met ons willen versterken en verduurzamen.
31
Bent u geïnteresseerd in Hybride Docent en/ of specifiek in job twinning, dan nodigen we u van harte uit om onze website te bezoeken voor meer informatie. Op de website vindt u ook de mogelijkheid om contact met ons op te nemen: www.hybridedocent.nl
COLOFON Deze publicatie is een uitgave van Hybride Docent, een initiatief van Marius Bilkes en Kees van der Velden, eerstegraads docenten maatschappijleer en betrokken bij diverse onderwijsinitiatieven. Hybride Docent wordt ondersteund door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Platform Bèta Techniek is betrokken als partner en TNO doet onderzoek naar de meerwaarde en kansen van hybride werken in het onderwijs. Teksten en interviews: Marius Bilkes, Dieke van Hees, Kees van der Velden en Cindy Curré • Ontwerp en vormgeving: BUREAUBAS • Druk: Correct Mail BV © 2016 Hybride Docent. Alle rechten voorbehouden.
Hybride docenten. Nooit van gehoord? Toch bestaan ze al. Het zijn docenten die werken vanuit het verlangen de deuren open te zetten. Vanuit het verlangen het anders te doen, meer samen te werken met bedrijven en organisaties. Want daarmee maken ze hun werk uitdagender, het vak relevanter en hun lessen actueler.