V o o rw o o rd 2010… een enerverend jaar voor MEE-organisaties In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen verscheen een rapport van een ambtelijke werkgroep met daarin aanbevelingen inzake bezuinigingsmogelijkheden te gebruiken door een nieuw kabinet. In dit rapport werd voor MEE-organisaties geen toekomst meer gezien. Veel tijd en energie is gaan zitten in het duidelijk maken aan vele stakeholders, zowel door MEE Nederland als vanuit onze organisatie, wat de betekenis en toegevoegde waarde is van onze dienstverlening. Dit heeft onder andere geleid tot het opstellen van een zogenaamde ‘Maatschappelijke Businesscase’, MEE als publieke waarde, door Ernst & Young, begeleid door een commissie onder ons voorzitterschap. Ondanks dat de noodzaak van ons voortbestaan in het verslagjaar en ook daarna in twijfel werd getrokken is er ‘gewoon’ doorgewerkt op alle gebieden waarop we actief zijn. In tijden van onzekerheid je werk op niveau blijven uitvoeren is absoluut een compliment waard. En zoals gezegd hebben we vertrouwen in een goede toekomst voor de cliëntondersteuning. Raad van Bestuur mr. H. de Vos en drs. D. Ramlal
Terugblik 2010 In 2010 is veel aandacht besteed aan externe ontwikkelingen, rechtstreeks vanuit onze organisatie dan wel participerende binnen MEE Nederland. Door te anticiperen op diverse ontwikkelingen zijn wij gekomen tot een juridische herstructurering. Deze juridische herstructurering is per 1 januari 2011 een feit geworden. Drie stichtingen zijn gevormd waarin alle bestaande activiteiten zijn ondergebracht. Samen vormt dit een sluitende aanpak (zie hieronder) voor mensen met een beperking. Stichting MEE Zuid-Holland Noord richt zich op de AWBZ gefinancierde taken, informatie/advies en ondersteuning aan mensen met een beperking. Stichting VTV richt zich op het inzetten van vrijwilligers ten behoeve van mensen met een beperking, inclusief de Praktische Thuishulp en Stichting +Support richt zich op professionele ondersteuning, niet AWBZ gefinancierd van mensen met een beperking in aanvulling op hetgeen MEE en VTV bieden. Hard is gewerkt aan een verdere professionalisering door ondermeer het inrichten van vakgroepen waarbinnen de professionals hun kennis en vaardigheden verder uitbouwen onder andere door vormen van kennisdeling. Ook in de voorwaardenscheppende sfeer zijn veranderingen gerealiseerd met als doel de professional in staat te stellen zich meer te kunnen concentreren op het eigenlijke werk. Zo is de registratielast sterk verminderd. Medio 2010 werd manifest dat PGB coach, een plustaak van MEE, minder cliëntvragen kreeg dan vooraf was ingeschat in het onderliggende businessplan. De discrepantie tussen de verwachtingen en de realiteit was zodanig dat het bestuur besloten heeft deze vorm van dienstverlening anders te positioneren waardoor een meer flexibele inzet van betrokken medewerkers mogelijk werd. Met deze ingreep is de dienstverlening en behouden en betaalbaar gebleven. Door een korting op de prijs per dienst is in 2010 de productiviteit verder omhoog gegaan ten opzichte van voorgaande jaren. Ook in 2010 was sprake van overproductie die volledig is ingezet ten behoeve van onze cliënten. Hiermee zijn de wachttijden voor onze dienstverlening beperkt gebleven. Als eerstelijns voorziening is het van groot belang dat MEE geen wachtlijst of wachttijden hanteert. Na een extra inspanning in de zomer van 2010 zijn per 1 oktober 2010 de toen bestaande wachtlijsten geheel weggewerkt.
Een sluitende aanpak MEE Zuid-Holland Noord en haar partnerorganisaties VTV en +Support zijn drie nauw samenwerkende stichtingen die gezamenlijk één doel nastreven. Door preventie, goede en tijdige diagnostiek en lichte vormen van ondersteuning stellen we mensen met een beperking in staat (weer) op eigen kracht inhoud en vorm aan hun leven te geven. Waar mogelijk zonder dat zij afhankelijk worden van zorgcircuits.
MEE is de organisatie die met betrokkenen onderzoekt wat er aan de hand is, welke oplossingen mogelijk zijn en ervoor zorgt dat deze oplossingen beschikbaar komen onder het adagium ‘gewoon waar kan en speciaal waar moet’. Vertrekpunt vormen de eigen mogelijkheden en die van het sociaal netwerk van betrokkenen. MEE kan aanvullend kortdurende begeleiding en trainingen inzetten en daarbij gebruik maken van de inzet van VTV en +Support.
VTV is de organisatie die met de inzet van een groot aantal vrijwilligers mensen met een beperking ondersteunt. VTV initieert en organiseert vrijetijds- en vormingsactiviteiten. Daarnaast ondersteunt VTV, eveneens door de inzet van vrijwilligers, mensen met een beperking en hun ouders /verzorgers in de thuissituatie (oppashulp, gastgezinnen, vriendenkringen, logeerkringen, maatjesprojecten).
+Support is de organisatie die diverse vormen van professionele ondersteuning biedt aan (ouders van) mensen met een lichte (verstandelijke, psychische of lichamelijke) beperking al dan niet in combinatie met gedragsproblematiek. Het betreft dienstverlening waarvoor geen AWBZ financiering mogelijk is zoals schoolmaatschappelijk werk. Tevens verzorgt +Support diverse specifieke cursussen en trainingen onder meer voor professionals in het herkennen van en omgaan met handicaps. Met bovenstaand aanbod wordt het voor mensen met een beperking mogelijk om met behulp van de eigen inzet, het sociale netwerk, vrijwilligers en lichte vormen van direct beschikbare professionele ondersteuning, ondanks de beperking, een goed leven te leiden. Door het transparant koppelen van bestaande vormen van dienstverlening die vanuit verschillende bronnen (AWBZ, WMO, UWV, etc.) worden gefinancierd is een effectiever aanbod mogelijk. Zo ontstaat een sluitende aanpak waarbij de inzet en afhankelijkheid van zwaardere (geïndiceerde) hulpvormen wordt voorkomen. Stichting MEE, stichting VTV en stichting +Support kennen één centraal managementteam, één bestuur en één Raad van Toezicht.
MEE maakt meedoen mogelijk Missie MEE Zuid-Holland Noord is dé wegwijzer en professionele bondgenoot voor mensen met een beperking: een verstandelijke-, lichamelijke-, zintuiglijke handicap, chronische ziekte of een vorm van autisme. MEE werkt actief met hen aan het verbeteren van de kwaliteit van hun bestaan. Participatie in de samenleving en het zo veel mogelijk zelf regie kunnen voeren over het eigen leven zijn daarbij belangrijke aspecten. MEE biedt daarvoor ondersteuning op maat in de vorm van informatie, advies, begeleiding en training. Onze ondersteuning richt zich ook en even sterk op ouders, verzorgers, familie en andere direct betrokkenen bij de persoon met een beperking. Een even belangrijk element van ons werk is het creëren van voorwaarden binnen de samenleving zodat mensen met een beperking volwaardig kunnen participeren. MEE is vanuit haar onafhankelijke positie dé spil die informeert, knelpunten signaleert, partijen bij elkaar brengt en afstemming initieert, teneinde belemmeringen bij participatie weg te nemen. De dienstverlening van MEE is onafhankelijk van belangen van (zorg)aanbieders, heeft een aantoonbaar goede kwaliteit en kent een inzichtelijke kostenstructuur. Onze medewerkers bepalen ons succes. Vandaar dat wij alert zijn op de professionaliteit van onze medewerkers op het terrein van kennis, vaardigheden en houding/attitude.
T h e m a ’s in 2 0 1 0 a. Pakketmaatregel AWBZ MEE heeft van het ministerie van VWS de opdracht gekregen om cliënten, die hun aanspraak op AWBZ begeleiding verloren, tijdelijk te ondersteunen. Bij aanvang van de opdracht ging het alleen om cliënten die in 2009 hun begeleiding volledig verloren. Het Ministerie van WVS ging er vanuit dat dit ongeveer 20.000 cliënten zouden zijn, maar dat slechts een beperkt deel van de cliënten zich daadwerkelijk bij MEE zou melden. In de loop van 2009 is besloten deze taak uit te breiden naar mensen met een beperking die hun begeleiding deels verloren. Ook is de looptijd van het besluit uitgebreid van 28 februari 2010 naar 31 augustus 2010. Uit de resultaten blijkt dat vooral de mensen die hun begeleiding volledig hebben verloren, een beroep op MEE hebben gedaan. Dat is goed te verklaren. Mensen die hun begeleiding gedeeltelijk hebben verloren, hebben vaak nog een zorgaanbieder waar zij een relatie mee hebben en waar ze en beroep op kunnen doen. * Informatiebijeenkomsten en belacties Gemeenten en maatschappelijke organisaties hebben in 2009 diverse bijeenkomsten belegd. Deels waren dit informatiebijeenkomsten voor mensen die te maken krijgen met de pakketmaatregel AWBZ. Deels was dit toegespitst op de vraag hoe de nieuwe doelgroepen te bereiken en hoe nieuw beleid te ontwikkelen. MEE Zuid-Holland Noord heeft hieraan deelgenomen en tevens bij Openbaar geestelijke gezondheidszorg overleg (OGGZ) overleggen en Wmo-adviesraden presentaties verzorgd over de pakketmaatregel. Om meer cliënten te bereiken heeft MEE gezamenlijk met de Wmoloketten van de gemeenten belacties uitgevoerd aan de hand van de geleverde informatie van het Centrum indicatiestelling Zorg (CIZ). Deze belacties hebben de gemeenten veel informatie opgeleverd zoals inzicht in de doelgroepen die het meest gedupeerd zijn, het in beeld krijgen van de vragen op cliëntniveau en leemtes in het aanbod binnen de gemeente. Direct na de start van het project is gebleken dat bij gemeenten geen sociale kaart aanwezig was van alle informele zorg en activiteiten die mogelijk als alternatief ingezet kan worden. MEE Zuid-Holland Noord heeft zich derhalve ingespannen om per gemeente tot een sociale kaart te komen, gericht op niet-geïndiceerde ondersteuning en zorg. Deze sociale kaart is na afloop van het project najaar 2010 toegevoegd aan de sociale kaart van MEE Zuid-Holland Noord. De eindrapportage pakketmaatregelen en de aanvulling zijn in te zien via www.meezhn.nl > publicaties > MEE Signalen
b. MEE in verkiezingstijd Met de gemeenteraadsverkiezingen in 2010 op komst rees de vraag ‘welke politieke partij oog heeft voor mensen met een beperking?’ MEE Zuid-Holland Noord organiseerde daarom een reeks politieke cafés. De bedoeling was om duidelijk te krijgen wat de verschillende lokale politieke partijen kunnen betekenen voor mensen met een beperking. Er zijn, samen met de stichting VTV, bijeenkomsten georganiseerd in de gemeenten Alphen aan den Rijn, Zoetermeer, Leiden, Delft, Vlaardingen, Westland en Den Haag. De opkomst van de lokale politieke partijen was erg goed. Bezoekers waren blij dat ze de ruimte kregen om in gesprek te gaan met het panel. Aan de hand van een aantal thema’s,
zoals regelgeving, woonvoorziening, vervoer, onderwijs en werk, kreeg een panel van politici de gelegenheid hun verkiezingsprogramma’s toe te lichten. De kwaliteit van het (taxi)vervoer, de strikte regelgeving en de werkgelegenheid bij de sociale werkplaats kwam meerdere keren aan bod door vragen vanuit de zaal. Na afloop van de bijeenkomst hadden de bezoekers een beeld gekregen waar de politieke partijen voor staan. Nog belangrijker: de politiek heeft een beeld gekregen van mensen met een beperking.
c. De maatschappelijke waarde van MEE Elke euro die in MEE wordt geïnvesteerd, verdient zich minimaal vier keer terug voor de maatschappij. Dit blijkt uit de maatschappelijke Business Case (mBC) ‘De publieke waarde van MEE’ uitgevoerd door Ernst & Young. Kern van het rapport is dat MEE in veel gevallen maatschappelijke kosten verlaagt, uitstelt of voorkomt. Dit betekent minder Wajong uitkeringen, schuldhulpverlening, huisuitzettingen, lagere zorgkosten en minder beroep op speciaal onderwijs. De mBC vertelt het verhaal van zeven mensen met een beperking die door de juiste ondersteuning op het juiste moment de regie over hun eigen leven kunnen houden en op die manier de kwaliteit van hun leven kunnen vergroten. Deze mBC maakt helder in hoeverre MEE effectief en efficiënt is in cliëntondersteuning (zie www.mee.nl/nederland).
d. Vroeg Voortdurend en Integraal Elf samenwerkingsverbanden vormen de basis van het landelijk project Vroeg Voortdurend en Integraal (VVI). Het samenwerkingsverband Integrale Vroeghulp ZHN regio Leiden is een van deze elf pilotregio’s. Het project richt zich op het versterken van de ketens van diagnostiek, ondersteuning, zorg en onderwijs. Voor uitgebreide informatie zie: www.vroegvoortdurendintegraal.nl * Integrale Vroeghulp Zuid-Holland Noord – regio Leiden IVH ZHN regio Leiden biedt specialistische zorg aan gezinnen met een kind met (een vermoeden van) een ontwikkelingsachterstand op verstandelijk, motorisch en/of communicatief gebied in de leeftijd van nul tot vier jaar. IVH ZHN regio Leiden levert de naadloze verbinding tussen het gezinssysteem, de reguliere zorg en specialistische zorg. Sprake is van een goede samenwerking van vroege signalering tot onderwijs en zorg tussen professionals die zich bezighouden met een kind met een beperking. Deze investering zal zich op lange termijn terugverdienen, daar voorkomen wordt dat kinderen tussen wal en schip raken en vastlopen binnen de kinderopvang en onderwijs. Specialistische zorg zal worden ingezet indien het kind niet voldoende kan profiteren van het reguliere aanbod waardoor ontwikkelingsachterstanden en gedragsproblemen bij het kind, onmacht bij ouders/verzorgers en bij professionals in de reguliere zorg voorkomen kunnen worden. Integrale Vroeghulp waar MEE Zuid-Holland Noord de coördinatie voert, wordt eveneens geboden in de regio’s Delft, Den Haag en Zoetermeer.
e. Maatschappelijke taken De samenwerking met de 27 gemeenten in het werkgebied op beleids- en uitvoeringsniveau heeft in 2010 tot nieuwe ontwikkelingen geleid. We lichten vier thema’s uit die in het jaarverslag niet mogen ontbreken. * Het jaar 2010 stond de eerste paar maanden in het teken van de gemeenteraadsverkiezingen die elke vier jaar plaatsvindt. MEE en VTV Zuid-Holland Noord organiseerden als eerste organisatie een Politiek Café in zes verschillende gemeenten: Delft, Leiden, Westland, Vlaardingen, Den Haag en Zoetermeer. De avonden waren speciaal bedoeld voor mensen met een beperking en betrokkenen.
Vertegenwoordigers van politieke partijen waren aanwezig om hun programma toe te lichten en in te gaan op de diverse problemen. Vervoer, wonen, sporten met een beperking, en de bureaucratie kwamen aan bod. Er was voldoende ruimte voor vragen en discussie. Dit alles vanwege de gemeenteraadsverkiezingen op 3 maart 2010. * Training: Hoe herken je (lichte) verstandelijke beperkingen? Eén doelgroep stond in 2010 in de volle aandacht en dat zijn de mensen met een lichte verstandelijke beperking, afgekort LVG. Het herkennen en ondersteunen van deze doelgroep vraagt specifieke expertise van ambtenaren en professionals. De gemeentelijke afdelingen die contact hebben met deze mensen zijn bijvoorbeeld de Wmo-consulenten, Wwb-klantmanagers, baliemedewerkers Wmo-loket, social casemanagers en consulenten schuldhulpverlening. Hiervoor is een 1-daagse training ontwikkeld, ‘Herkennen van en omgaan met mensen met een (lichte) verstandelijke beperking’, die door de trainers/gedragsdeskundigen van MEE wordt verzorgd. * Werkbezoeken wethouders aan MEE Nieuwe bestuurders van gemeenten binnen haar werkgebied zijn geïnformeerd over de manier waarop mensen met een beperking hun leven zo zelfstandig mogelijk in kunnen richten en op welke wijze de ondersteuning van MEE daartoe kan bijdragen. Daarom waren er afgelopen jaar regelmatig werkbezoeken voor wethouders met de portefeuille Wmo, welzijn, zorg en sociale zaken. Op de verschillende regiokantoren maakten zij kennis met het werkveld van MEE Zuid-Holland Noord. Aan de koffietafel gingen de wethouders vervolgens met cliënten in gesprek. Daarnaast werden specifieke thema’s binnen de zorg voor mensen met een beperking zoals gezinscoaching, multiprobleemgezinnen en cliënten met niet-aangeboren hersenletsel vanuit de praktijk toegelicht. De werkbezoeken waren boeiende bijeenkomsten en zijn door de aanwezigen als positief ervaren. Onze verwachting is dat door deze bezoeken het beeld over mensen met een beperking kan worden ‘scherpgesteld’. Daarnaast kunnen ze de gemeenten inspiratie geven om integraal beleid te maken. * Workshops op scholen over handicaps Gemeente Den Haag initieerde een project waardoor leerlingen uit groep 6/7/8, docenten maar ook de ouders uit regulier onderwijs (meer dan 50 klassen/ groepen) en vmboleerlingen toerisme een positief beeld kregen van mensen met een beperking door ontmoetingen te creëren. Immers: oprecht ervaren gelijkwaardigheid helpt burgers om (uiteindelijk) volwaardig mee te kunnen doen. Dat geldt voor jong en oud, gehandicapt en valide, autochtoon en migrant. Dit komt niet vanzelf. Het vereist inzet en inbreng van de gehandicapte zelf, kracht van de samenleving, burgerschap, maar ook juiste beeldvorming en acceptatie. Vrijwilligers die een motorische, visuele of auditieve beperking of een vorm van autisme hebben verzorgen deze workshops. De leerlingen gaan hierin zelf ook aan de slag met allerlei ‘beperkende’ oefeningen en spelletjes. Tevens was er aandacht voor de overdracht van kind naar ouder door de inzet van een placematspel. Een speciale website www.onbeperktmeedoen.nl werd ontwikkeld met filmpjes en foto’s en een digitale game.
K w a lite it b ij M E E a. Kwaliteit staat of valt me de uitvoering van de dienstverlening aan onze cliënten. Het kwaliteitsbeleid bij MEE ZHN is om die reden een integraal onderdeel van onze bedrijfsvoering. In 2010 hebben weer diverse acties op het gebied van (bewaking van) de kwaliteit plaatsgevonden. * ISO 9001-9008 In 2010 heeft hercertificering van ISO 9001 plaatsgevonden. De uitkomst hiervan is positief, er is geen enkele afwijking geconstateerd en nieuwe ISO certificaten zijn opnieuw voor drie jaar afgegeven. Er zijn enkele aandachtspunten geconstateerd die tot verbetering kunnen leiden; deze zijn door de verantwoordelijke managers opgepakt. Al met al betekent dit dat MEE Zuid-Holland Noord continue bezig is met het verbeteren van haar dienstverlening. Dat dit door onze cliënten positief ervaren wordt blijkt mede uit de waardering die onze cliënten ons geven. * Interne audits (). Voor de vierde maal zijn in totaal 17 interne audits bij MEE gehouden. Een audit is het vormen van een onafhankelijk en deskundig oordeel over de betrouwbaarheid, doeltreffendheid en doelmatigheid van de ontwikkeling en het gebruik van informatiesystemen Deze audits zijn uitgevoerd op de bedrijfsonderdelen secretariaat, front- & backoffice, plustaken, onderdelen van P&O, kwaliteitsmanagement, kennismanagement, ICT en facilitair. De geconstateerde afwijkingen zijn door verantwoordelijke managers opgepakt. * Incidentmeldingen bedrijfsprocessen Bij afwijkingen in bedrijfsprocessen kan het gaan om bijvoorbeeld vormen van bureaucratie of onduidelijke werkafspraken. In 2010 zijn geen incidentmeldingen in bedrijfsprocessen ingediend. Dit betekent echter niet dat deze er niet zijn. Meldingen over bijvoorbeeld onduidelijke werkafspraken worden vaak door de verantwoordelijke manager opgelost en niet gemeld als incidentmelding bedrijfsprocessen. * Klanttevredenheid Consulenten hebben in 2010 een klanttevredenheidsonderzoek uitgevoerd. In totaal zijn 350 cliënten benaderd, bestaande uit een evenredige vertegenwoordiging van alle doelgroepen uit het werkgebied. De cliënten zijn onder andere bevraagd op het gebied van informatievoorziening, bereikbaarheid, bejegening en resultaten van de dienstverlening. Het gemiddelde rapportcijfer van deze groep cliënten is 8 op een schaal van 10. Dit is al jaren stabiel. Ten opzichte van 2009 zijn de cliënten meer tevreden over de behandeling van hun vragen en de bereikbaarheid van de consulenten. Minder tevreden waren zij over de beschikbare tijd van de consulent. * “Uw MEEning telt” 2010 Via de website www.meezhn.nl worden mensen uitgenodigd hun reactie te geven over de dienstverlening van MEE. Zowel positieve als negatieve reacties zijn in het verslagjaar ontvangen. Positief: ‘tevredenheid over de consulent’ en ‘de informatievoorziening op de website’. Negatief: ‘het wisselen van de consulent’ en ‘de zoekfunctie op de website’
genoemd. Zes maal heeft MEE Zuid-Holland Noord, op verzoek van de cliënt, zelf contact opgenomen. * Klachtbehandeling MEE ZHN In 2010 zijn in totaal 6 klachten van cliënten ontvangen en behandeld. Het betrof vijf klachten die intern behandeld en afgehandeld konden worden. Slechts eenmaal is een klacht door de Provinciale Klachtencommissie van MEE organisaties in Zuid-Holland behandeld en afgesloten. Geconstateerde verbeterpunten zijn door de organisatie opgepakt en waar nodig organisatiebreed doorgevoerd. *Provinciale Klachtencommissie MEE organisaties in Zuid-Holland Eind 2009 is het functioneren van de Provinciale Klachtencommissie MEE-organisaties in Zuid-Holland geëvalueerd. Dit leverde verbeterpunten om tot vereenvoudiging van de procedure te komen. Eén van de verbeterpunten was het in grotere mate betrekken van de plaatsvervangende leden van de commissie bij de klachtbehandeling. Dit betekent dat de samenstelling van de commissie rouleert met een totaal van drie commissieleden per klachtbehandeling. Hierdoor kan er minder vertraging in de behandeling van een klacht ontstaan. Ook hebben de samenwerkende MEE-organisaties in Zuid-Holland de regeling ‘Vergoeding leden provinciale klachtencommissie MEE-organisaties’ vastgesteld. De Provinciale Klachtenregeling MEE Rotterdam-Rijnmond, MEE Zuid-Holland Noord en MEE Plus groep in Zuid-Holland is met ingang van 1 januari 2010 in werking getreden. De cliëntenraden hebben hiermee ingestemd. De looptijd is tot 1 januari 2015.
b. Cliëntvertrouwenspersoon (nieuw binnen de organisatie MEE ZHN) De samenwerkende MEE-organisaties voor klachtbehandeling in Zuid-Holland besloten in het verslagjaar een cliëntvertrouwenspersoon aan te stellen. Deze kon worden betrokken via het Landelijk Steunpunt Medezeggenschap (LSR). De functie van de cliëntvertrouwenspersoon heeft tot doel de individuele cliënt te ondersteunen in het verwoorden van klachten en het ondersteunen bij het verbeteren van de situatie waarover onvrede bestaat. Op deze wijze wordt de onafhankelijkheid het meest gegarandeerd en is sprake van een weloverwogen partijdigheid voor de cliënt. De cliëntvertrouwenspersoon maakt jaarlijks een geanonimiseerde rapportage van de inhoud van het werk voor de MEE organisaties. In april 2011 zal de inzet geëvalueerd worden en bekeken wordt of de samenwerking al dan niet voortgezet wordt.
c. Aandacht voor risicogebieden Bij de bedrijfsvoering heeft MEE een aantal thema’s als risicogebied aangewezen. Voor een risicogebied geldt dat extra aandacht en interventies nodig zijn om te voorkomen dat aan de kwaliteit van de maatschappelijke dienstverlening afbreuk wordt gedaan. De risicogebieden zijn: * Interculturalisatie Interculturalisatie bij MEE Zuid-Holland Noord heeft als taak de participatie van allochtone cliënten te bevorderen en informatie en voorlichting te geven over de Nederlandse zorgverlening. In het kader van interculturalisatie zijn gesprekken gevoerd met ouders van allochtone cliënten; daarnaast zijn 63 casussen besproken met de consulenten van MEE. De casussen waren divers van aard; ze varieerden van het geven van advies tot hulpvraagverduidelijking en zoeken naar strategieën en oplossingen.
De gemeente Den Haag heeft met de stad Nador in Marokko een samenwerkingsovereenkomst gesloten. In het kader van deze samenwerking is MEE Zuid-Holland Noord gevraagd mee te denken over de wijze waarop ouders van kinderen met een beperking in Marokko en in Nederland kunnen worden ondersteund. Instellingen uit de regio hebben met de Gemeente Den Haag een informatief uitwisselingsprogramma gehad met instellingen uit de stad Nador in Marokko. Een delegatie uit Nador heeft een bezoek gebracht aan Den Haag en diverse instellingen zijn bezocht. Idem heeft een delegatie uit Den Haag een bezoek gebracht aan de stad Nador. De teams, bestaande uit deskundigen van de diverse instellingen, hebben cursussen verzorgd in Nador op het gebied van diagnostiek en via methodieken die het best gehanteerd kunnen worden, voor de begeleiding van mensen met een beperking. Diverse instellingen zijn in overleg op welke wijze in de toekomst ondersteuning geboden kan worden aan inwoners van de Gemeente Den Haag afkomstig uit Marokko. * Juridische dienstverlening Door de Juridische dienstverlening zijn vier artikelen geschreven voor het landelijke MEE magazine, met als onderwerp: 1. de nieuwe Wet dwangsom 2. wijzigingen op het gebied van Wajong en TOG 3. ontwikkelingen rond curatele, bewind en mentorschap 4. de nieuwe Wet zorg en dwang en de uitbreiding van de Wet gelijke behandeling. Er zijn vier voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd voor (nieuwe) consulenten waarin zij worden bijgepraat over aspecten van sociale zekerheid, familierecht, WMO en cliënten- en patiëntenrechten. Extern § § §
zijn er drie voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd: voor mantelzorgers over de WTCG voor casemanagers van de Rijngeestgroep over curatele, bewind en mentorschap voor kandidaat-mentoren (SMHR) over de juridische aspecten van mentorschap.
Totaal aantal vragen:
TOTAAL
Informatie
16
Advies
918
Procedurele ondersteuning
66
TOTAAL
1000
Vragen opgesplitst naar doelgroep
TOTAAL
LG
293
VG
523
anders
114
onbekend
70
TOTAAL
1000
*Mishandeling en misbruik – team TCE (team consultatie extra ) Mishandeling, in welke vorm dan ook, is een maatschappelijk fenomeen dat de laatste jaren steeds meer onder de aandacht komt. MEE Zuid-Holland Noord is van mening, dat iedereen beschermd dient te worden tegen alle vormen van lichamelijk of psychisch geweld, seksueel misbruik, lichamelijke of psychische verwaarlozing en alle vormen van materieel of financieel misbruik. Het beleid van MEE Zuid-Holland Noord is er
daarom op gericht in te grijpen zodra gesignaleerd wordt, dat een klant (vermoedelijk) slachtoffer of dader is (geweest) van mishandeling of misbruik. Elke consulent/medewerker/vrijwilliger heeft een interne meldingsplicht. Als een consulent tijdens de intake of hulp/dienstverleningsfase aan de klant vermoedens krijgt van mishandeling of hoort dat de klant dader of slachtoffer is, moet de consulent het registratie-/meldingsformulier invullen en dit opsturen naar de leden van het Team Consultatie Extra (TCE) en de eigen teamleider. 2010 was het eerste jaar waarin het team Team Consultatie Extra (TCE) van MEE ZuidHolland Noord operationeel was. Het TCE is gestart met het organiseren van bijeenkomsten waarin zowel organisatorische als inhoudelijke zaken worden besproken. Consulenten kunnen in de eigen regio elke twaalf weken een intervisiebijeenkomst bezoeken. Wanneer er sprake is van (een vermoeden) van mishandeling, misbruik of verwaarlozing kunnen medewerkers van MEE Zuid-Holland Noord gebruik maken van consultatiemomenten. Het TCE bestaat uit een teamleider, een gedragsdeskundige en een gespecialiseerde (TCE) consulent. In totaal is in 2010 het TCE , 279 maal geraadpleegd. Volgend jaar wordt er een zorgvuldige registratie opgezet om diversiteit van de raadplegingen nog meer in kaart te brengen en vervolgens daar naar te handelen.
MEE Zuid-Holland Noord in cijfers a. Productietabellen en toelichting Conform de landelijke richtlijnen voor het verkrijgen van subsidie AWBZ-taken registreert MEE ZuidHolland Noord de door haar verleende diensten aan individuele klanten in de vorm van producten, de zogenaamde ‘MEE diensten’. Daarnaast worden cursussen en trainingen geboden aan groepen klanten. Al deze (klant)gegevens zijn opgenomen in het geautomatiseerde klantregistratiesysteem. Opnieuw is het totaal aantal afgesloten diensten in het jaar 2010 toegenomen. Eén van de oorzaken is dat de door het College van Zorgverzekeraars vastgestelde tijdnormering per dienst naar beneden is bijgesteld. De begrootte productieafspraken voor 2010 zijn per dienst ruimschoots behaald. Het jaar 2010 levert op basis van bovenstaande grondslagen de volgende informatie.
Aantal afgesloten diensten – actief in 2010
2010
2009
2008
Informatieverstrekking en advisering (A-dienst)
8.382
7.098
6.270
Vraagverduidelijking (B1-dienst)
3.645
3.472
3.195
Aanvragen en realiseren dienstverlening en zorg (B2-dienst – begeleiden bij en naar)
4.730
4.695
4.230
Voorkomen en bemiddeling van bezwaar en beroep (B3-dienst)
184
168
162
Evaluatie van externe dienstverlening en zorg (B4-dienst)
434
437
498
Ondersteuning in crisissituatie (B5-dienst)
244
480
520
Volledige beeldvorming (C-dienst)
470
427
405
Kortdurende en kortcyclische ondersteuning (D-dienst)
805
738
782
Eindtotaal
18.894
17.515
16.062
Iedere dienst door MEE Zuid-Holland Noord geleverd aan cliënten is onderverdeeld in zogenaamde modules. Deze modules geven de organisatie een duidelijker beeld van hetgeen aan cliënten wordt geleverd en levert daarbij voldoende informatie op om de interne deskundigheid evenredig af te stemmen. Waar nodig is bijsturing sneller mogelijk. Het jaar 2010 toont aan dat veel behoefte is aan vormen van begeleiding van de cliënt. De begeleiding en verbetering in de thuissituatie is een dienst die veel wordt geleverd en waar MEE ZHN in een duidelijke behoefte voorziet, evenals het begeleiden naar wonen. Bij een actieve dienst kunnen meerdere modules geactiveerd zijn.
2010 - aantallen Modules bij afgesloten diensten Module
Totaal
Advies en begeleiding aangaande regelingen sociale zekerheid
249
Begeleiding bij opvoedingsvragen
291
Begeleiding bij psychosociale problemen
395
2010 - aantallen Modules bij afgesloten diensten Begeleiding bij zelfstandig functioneren
298
Begeleiding naar beschut werk
151
begeleiding naar dagbesteding
115
Begeleiding naar regulier werk
107
Begeleiding naar reguliere dagopvang
35
Begeleiding naar schuldsanering
158
Begeleiding naar speciale dagopvang
188
Begeleiding naar verbetering in de (thuis)situatie Begeleiding naar vrijetijdsbesteding begeleiding naar werk Begeleiding naar wonen
2.922 349 93 1.296
Bezwaar & beroep
186
Casemanagement
310
Crisisinterventie
244
Evaluatie/coördinatie/ondersteuning bij conflicten
434
Informatieverstrekking & advisering
6.462
Leun- en steuncontacten
995
Nazorg
577
Supports Intensity Scale (SIS)
132
Toeleiden naar juridische maatregel
77
Toeleiden naar regulier onderwijs
35
Toeleiden naar speciaal onderwijs
63
Toeleiden naar speciaal onderwijs en/of leerlinggebonden fin.
90
Volledige beeldvorming Vraagverduidelijking Wachtlijstbegeleiding Eindtotaal
467 3.526 245 20.572
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het welzijn van hun burgers. Voor MEE Zuid-Holland Noord de reden om de afgelopen jaren de samenwerking met gemeenten te intensiveren en meer te betrekken bij haar dienstverlening. Onderstaande tabel toont het aantal geleverde diensten aan cliënten in de gemeente waar cliënt woonachtig is. Alleen gemeenten die in het werkgebied van MEE ZHN voorkomen zijn in deze tabel opgenomen. Incidenteel levert MEE ook diensten aan cliënten buiten haar werkgebied, meestal is dan sprake van het begeleiden van cliënten vanuit een (woon)voorziening vallend buiten het werkgebied met een voorkeur om binnen het werkgebied van MEE ZHN te wonen en/of werken, etc.
2010 afgesloten diensten aan individuele cliënten - per gemeente in het werkgebied van MEE ZHN Naam van gemeente Alphen a/d Rijn Delft Hillegom Hoek van Holland
Totaal geleverde diensten 827 1.352 225 62
Kaag en Braassem
176
Katwijk
763
Leiden
1.599
Leiderdorp
256
Leidschendam-Voorburg
586
Lisse
193
Maassluis
351
Midden-Delfland
137
Nieuwkoop
224
Noordwijk
221
Noordwijkerhout
159
Oegstgeest
166
Pijnacker-Nootdorp
438
Rijnwoude
180
Rijswijk
389
's-Gravenhage
6.357
Teylingen
318
Vlaardingen
834
Voorschoten
194
Wassenaar
148
Westland
935
Zoetermeer Zoeterwoude
1.621 76
in 2010 ingedeeld naar type handicap en leeftijdscategorie Leeftijdscategorie Autisme IQ>70 A - 0 t/m 4 jaar
Handicap onbekend
LG - Cliënt
VG - Cliënt ZG - Cliënt
Eindtotaal
8
252
81
179
1
521
B - 4 t/m 12 jaar
249
148
121
987
11
1.516
C - 13 t/m 17 jaar
195
16
49
1.084
3
1.347
D - 18 t/m 23 jaar
191
40
107
1.128
5
1.471
F - 24 jaar en ouder
207
302
1.347
1.901
42
3.799
Eindtotaal
850
758
1.705
5.279
62
8.654
Verklaring van gebruikte afkortingen: [1]
Autisme IQ > 70 – mensen met een autistische stoornis. LG - mensen met een lichamelijke handicap VG - mensen met een verstandelijke handicap ZG – mensen met een zintuiglijke handicap Handicap onbekend – wordt vaak gebruikt bij zeer jonge kinderen
[1]
De combinatie van verstandelijke handicap met een aan autisme verwante stoornis komt veel voor. Bij dergelijke combinaties blijft het de verstandelijke beperking die geregistreerd wordt, waarvan autisme als bijkomende beperking wordt opgenomen.
MEE ZHN kent een divers aanbod van cursussen, trainingen en ontmoetingsgroepen voor mensen met een beperking of chronische ziekte, maar ook voor hun partners, ouders of andere betrokkenen. Voorbeelden zijn de weerbaarheidtrainingen voor jongeren, de groepen voor broertjes en zusjes van kinderen met een beperking en de gespreksgroepen voor partners van mensen met niet-aangeboren hersenletsel. Niet alleen klanten van MEE maar ook mensen die geen klant zijn kunnen deelnemen aan deze cursussen of ontmoetingsgroepen, die op verschillende plaatsen in de regio Zuid-Holland Noord worden aangeboden. Met het digitale aanmeldformulier kan men zich aanmelden voor een cursus, training of ontmoetingsgroep. Ook kan men zich aanmelden met behulp van een bon in de cursuskrant, door te bellen met het MEE kantoor in een regio, of door het bellen met een speciaal 0900 nummer. Een aantal cursussen en trainingen kunnen door MEE ook op scholen, instellingen en andere organisaties worden georganiseerd. In 2010 heeft MEE onderstaand cursusaanbod in haar regio’s te Delft, Den Haag en Leiden gerealiseerd:
Cursussen: Opvoeden & Zo Geld, wat doe je er mee? Omgaan met je moeilijk lerende puber Liefde of loverboys/-girls? Vriendschap, relaties en seksualiteit
Trainingen: Sociale vaardigheden Zeker en Sterk Weerbaarheid
Ontmoetingsgroepen Ontmoetingsgroepen voor ouders Broers en zussen - Brusjesgroep Zwangere meiden, jonge moeders Leven met een partner of familielid met NAH Moeders ontmoeten moeders Omgaan met instanties Gespreksgroepen ASS (Autisme Spectrum Stoornis) Samen praten helpt
b. Personeelsgegevens Samenstelling personeelsbestand 31-12-2008
31-12-2009
31-12-2010
Aantal medewerkers
Fte
Aantal medewerkers
Fte
Aantal medewerkers
Fte
Vrouwen
285
221,1
324
250,1
315
238,7
Mannen
53
48,0
52
46,5
58
51,7
Totaal
338
269,1
376
296,6
373
290,4
Leeftijdsopbouw vrouwen
mannen
2009
2010
2009
13
12
0
102
89
7
74
76
99
Totaal 2010
Leeftijdsgroep
2009
2010
15 t/m 24 jaar
13
12
8
25 t/m 34 jaar
109
97
14
13
35 t/m 44 jaar
88
89
98
18
18
45 t/m 54 jaar
117
116
49
60
16
21
55 t/m 64 jaar
65
81
337
335
55
60
392
395
41,5
42,5
47,8
47,8
42,4
43,3
Gemiddelde leeftijd:
Ziekteverzuim Dit jaar kan met enige gepaste trots voorzichtig worden gemeld dat het ziekteverzuimpercentage in 2010 voor het eerst sinds jaren jaar beneden de 7% is gebleven, te weten 6,3%. Het gestelde doel van 5,5% ziekteverzuim komt daarmee in de buurt. Onderstaand overzicht laat het ziekteverzuimpercentage zien van de afgelopen 10 jaren. 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
10,2%
8,0%
7,2%
5,6%
7,3%
7,8%
7,1%
7,9%
7,7%
7,8%
6,3%
De aandacht/prioriteit die het afgelopen jaar is gegeven aan het uitvoeren van het vastgestelde verzuimbeleid lijkt effect te sorteren. Met voortvarendheid zal het ingezette beleid worden vervolgd. De meldingsfrequentie laat zien het aantal malen dat een werknemer zich in een (jaar)periode heeft ziek gemeld. Ook deze frequentie laat in 2010 een daling zien ten opzichte van voorgaande jaren.
Meldingsfrequentie per werknemer
2007
2008
2009
2010
1,85
1,95
1,69
1.33
Op iedere locatie van MEE ZHN houdt een bedrijfsarts eens per maand spreekkuur en worden medewerkers, indien nodig tussentijds, opgeroepen te verschijnen. Waar nodig wordt externe deskundigheid beschikbaar gesteld ten behoeve van arbeidskundig onderzoek,
Bedrijfsmaatschappelijk Werk, Loopbaanbegeleiding, bepaalde therapeutische behandelingen, voorlichting. Periodiek vindt op locatie een Sociaal Medisch Overleg plaats waarin Bedrijfsarts, de afdeling P&O en Leidinggevenden overleggen over de stand van zaken ten aanzien van de lopende (langdurige) ziekte-/re integratiegevallen. Per 1 oktober 2010 is een andere bedrijfsarts voor MEE ZHN ingezet.
In- en uitstroom Instroom medewerk(st)ers 2008
2009 Fte
Aantal
2010 Fte
Aantal
medewerkers
medewerkers
Fte
Aantal medewerkers
Vrouwen
65
50,9
72
55,0
23
16,0
Mannen
5
3,9
3
2,8
10
7,6
Totaal
70
54,8
75
57,7
33
23,6
Uitstroom medewerk(st)ers 2008 Aantal
2009 Fte
medewerkers
Aantal
2010 Fte
medewerkers
Aantal
Fte
medewerkers
Vrouwen
43
31,1
29
21,8
30
20,5
Mannen
4
2,9
4
3,3
5
3,5
Totaal
47
34,0
33
25,1
35
24,0
c. Benchmark maatschappelijke waardering MEE-organisaties 2010 In 2010 is de benchmark maatschappelijke waardering uitgevoerd. Een groot aantal relaties van de MEE organisaties is via internet een vragenlijst voorgelegd over de bekendheid van MEE, de tevredenheid over de taakuitvoering van MEE en de terreinen van dienstverlening. De resultaten zijn beschreven in een benchmarkrapport. Voor MEE Zuid-Holland Noord hebben 104 respondenten de vragenlijst ingevuld. De algemene tevredenheid over MEE van de respondenten krijgt in Zuid-Holland Noord een gemiddeld rapportcijfer van 6.9 hetgeen gelijk is aan het landelijk gemiddelde. De onafhankelijke positie van MEE ten opzichte van onder andere zorgaanbieders en indicatieorganen wordt door bijna de helft van de respondenten hoog tot zeer hoog gewaardeerd en scoort hoger dan het landelijk gemiddelde. Zo’n 80% van de respondenten vindt dat de dienstverlening van MEE Zuid-Holland Noord in enige tot belangrijke mate bijdraagt aan de maatschappelijke integratie en participatie van mensen met een beperking, wederom gelijk aan het landelijk gemiddelde. In het algemeen is de bekendheid van MEE Zuid-Holland Noord hoog. Organisaties uit het netwerk van MEE zijn bekend met de individuele dienstverlening en de maatschappelijke taken en waarderen deze positief. Op een 5-puntsschaal met de 5 als hoogste waarde scoort MEE Zuid-Holland Noord tussen een 3,3 en een 4 gemiddeld op het omgaan met cliënten, de dienstverlening van MEE, de kennis van andere organisaties en de bereikbaarheid. MEE Zuid-Holland Noord scoort vergelijkbaar met het landelijk gemiddelde.
Jaarrekening, samenvatting 2010
Toezicht en medezeggenschap a. Raad van Toezicht Samenstelling Raad van Toezicht MEE ZHN Per 1 januari en 31 december 2010 de heer mr. dr. H.K. Fernandes Mendes
- voorzitter
mevrouw W. Huininga
- vervangend voorzitter
mevrouw drs. H.J. van den Berk
- lid
de heer R. Ramnath
- lid
de heer drs. J. Penninga
- lid
Onderwerpen ter bespreking – Vergaderingen Raad van Toezicht De belangrijkste onderwerpen die geagendeerd en besproken zijn: • •
• • •
• • •
•
•
Vaststelling over de beloningscode bestuurders en honorering leden Raad van Toezicht op basis van de NVTZ richtlijnen Juridische structuurwijziging MEE, VTV,+Support, incl. voorstel wijziging statuten en planning activiteiten verband houdende met de gevolgen van de juridische structuurwijziging. Raad van Toezicht verleent op basis van de ontwerpstatuten van 20 september 2010, goedkeuring aan het bestuur om tot wijziging statuten voor Stg. MEE ZHN, VTV en +support over te gaan. Herbenoeming de heer Fernandes Mendes in de functie van voorzitter voor een 3e en tevens laatste termijn. Jaarrekening 2009 wordt goedgekeurd. De managementletter van MEE wordt besproken in aanwezigheid van de accountant, evenals de bevindingen bij de controle ervan. Productiecijfers MEE ZHN 2009 – de behaalde resultaten over 2009 zijn voldoende om de gevraagde subsidie CvZ definitief te kunnen verantwoorden. Opnieuw heeft vanuit het Ministerie van VWS bijstelling naar beneden plaatsgevonden van de normuren per dienst. Dit laatste betekent dat meer productie voor dezelfde vergoeding geleverd moet worden. Resultaten onderzoek tevredenheidsmedewerkers en cliënten uitgevoerd door MEE NL worden besproken. Beide onderzoeken laten een goed resultaat zien. Jaarverslag 2009 wordt in concept op inhoud goedgekeurd. De leden spreken hun waardering uit voor hetgeen inhoudelijk is opgenomen over het functioneren van de Raad van Toezicht. Productiecijfers MEE ZHN, 1ehalfjaar 2010 – geconstateerd wordt dat de productie op schema is. Ziekteverzuim, 1e halfjaar 2010 - ook na het 2e kwartaal is sprake van een gestaag dalende lijn van 7,2% gemiddeld in januari 2010 naar een gemiddeld ziekteverzuim over het afgelopen half jaar van 6,1%. Begroting 2011 MEE ZHN – de begroting wijkt nagenoeg niet af van de begroting over voorgaande jaren. Stilgestaan wordt bij de te verwachten opbrengsten vanuit de Plustaken, niet zijnde de AWBZ inkomsten. De Raad van Toezicht, verleent goedkeuring aan de voorgestelde begroting. Evaluatie Jaarplan 2010 – de voortgangsrapportage van het Jaarplan 2010 laat zien dat de meeste doelen goed op schema liggen. De ontwikkeling PGB-coach blijven achter bij de verwachtingen en moeten mogelijk worden bijgesteld.
• • • •
Evaluatie functioneren Raad van Toezicht. Plenaire bespreking van de geformuleerde resultaten op basis van ingevulde formulieren, door directiesecretaris. Resultaten benchmark maatschappelijke waardering MEE ZHN worden besproken. Voor uitgebreide informatie: zie punt 6d van dit jaarbericht. Vergaderrooster Raad van Toezicht 2011 wordt besproken en vastgesteld. Jaarplan 2011 MEE ZHN, VTV en +support –met keuze voor integrale aanpak van de drie stichtingen met als nieuw fenomeen “sociale netwerkstrategie”. Goedkeuring wordt, mede op advies vanuit de commissie strategisch beleid, verleend.
Raad van Toezicht en Ondernemingsraad Twee keer in het verslagjaar, in april en november 2010 heeft een overlegvergadering van de Ondernemingsraad met een afvaardiging van de Raad van Toezicht plaatsgevonden. Besproken onderwerpen zijn: • • •
De toekomstige positie van MEE (in het licht van ambtelijke adviezen om de AWBZsubsidiering van MEE te stoppen) Het ziekteverzuim en het beleid ter zake Juridische herstructurering.
Beide bijeenkomsten zijn als zinvol en informatief ervaren.
Commissies Raad van Toezicht Voorafgaand aan de te bespreken onderwerpen in de bijeenkomsten van de Raad van Toezicht, vindt bespreking plaats van documenten in één der commissies, te weten: • • • •
commissie strategisch beleid commissie arbeidsvoorwaarden commissie financiële zaken.
Informeelvoorzittersoverleg Raden van Toezicht en –Bestuur, Ondernemingsraad en Cliëntenraad. In oktober 2010 heeft het jaarlijkse informele overleg plaatsgevonden tussen de voorzitters van de bovengenoemde raden. De Raad van Bestuur opent de bijeenkomst waarin aandacht voor de toekomst van MEE organisaties en de herstructurering van MEE ZHN centraal staan. Deze informele informatie-uitwisseling is als plezierig en positief ervaren.
b. Ondernemingsraad Samenstelling van de ondernemingsraad per 31 december 2010: Leonoor van Nieuwenhuijzen
voorzitter
Jacqueline de Booij
vice-voorzitter; commissie Financiën
Emelie Sloots
secretaris; commissie VGW
Wietske de Kat
lid; commissie PR
Guus van der Meer
lid; commissie PR
Paul Sloots Alexia Tazelaar
lid; commissie VGW
Fabio Della Vedova
lid; commissie VGW
vacature Jan van der Loo
ambtelijk secretaris (geen lid van de OR)
In 2010 heeft één der leden zich voortijdig teruggetrokken uit de OR en de zetel ter beschikking gesteld. Gevolg van deze terugtrekking was een tussentijdse verkiezing. De ambtelijk secretaris heeft aan het eind van het verslagjaar afscheid genomen.
Activiteiten van de Ondernemingsraad in 2010 •
Juridische herstructurering Veel tijd is besteed aan de voornemens van het bestuur tot een juridische herstructurering. Nadat in januari positief was geadviseerd over het principe van de herstructurering onder de toezegging, dat alle medewerkers in dienst van de stichting MEE zouden blijven, is het eerste halfjaar de aandacht vooral uitgegaan naar de statutenwijzigingen. In november werd het proces afgerond met een positief advies op de voorgestelde organisatiewijziging. Op het laatste moment is nog van gedachten gewisseld over een door de Raad van Toezicht gewenste aanvulling op de statuten, betrekking hebbend op de zittingsperiode van de leden Raad van Toezicht. Genoemde aanvulling op de statuten is door de Ondernemingsraad uit praktische overwegingen geaccepteerd.
•
Buitenlandse activiteiten Vorig jaar is het protocol Uitgangspunten bij en richtlijnen voor activiteiten buiten Nederland ontwikkeld, dat de instemming van de OR had. Dit jaar hebben een aantal activiteiten plaatsgevonden ressorterend aan voornoemd protocol. Toetsing door OR liet blijken, dat door allerlei oorzaken (externe financiering, nakomen van eerdere toezeggingen) de praktijk voor veel verrassingen zorgt, die niet in het protocol zijn opgenomen.
•
Opleidingsbeleid en studiefaciliteiten Het document Opleidingsbeleid, een notitie Kennismanagement en een regeling Studiefaciliteiten hebben in combinatie met een memo over Opleidingsbudget gezorgd voor een intensieve discussie over scholing en vorming. De ondernemingsraad is van mening, dat de basisopleiding in principe correct is, maar meer toegesneden kan worden op de persoonlijke situatie. Het ontbrak volgens de OR echter aan een duidelijke visie op de vervolgopleidingen en bovendien waren de studiefaciliteiten zodanig ingeperkt, dat er geen ruimte meer is voor persoonlijke ontwikkeling. Na veel discussies met directie is besloten een
eigen visie op dit gebied te ontwikkelen. Begin volgend jaar zal deze eigen visie ter beoordeling aan directie worden voorgelegd. •
Ziekteverzuim Een pilot project ziekteverzuim met daaraan gekoppeld een enquête en een rapport van de projectleider heeft geleid tot een nieuw protocol ziekteverzuim, waarin een intensievere inzet van de leidinggevende is opgenomen. De ondernemingsraad heeft zich ingespannen de positieve uitstraling bij de aanhef van de tekst voor het gehele document van toepassing te laten zijn. Het is voor de OR belangrijk de eigen verantwoordelijkheid van de medewerker voor verzuim te combineren met aandacht van de leidinggevende voor de zieke werknemer. De visie daarop is volledig in het protocol opgenomen.
•
Missie en visie OR In maart is door de leden van de ondernemingsraad een opleiding gevolgd, waarin enerzijds het aanscherpen van de kennis over medezeggenschap werd vergroot en anderzijds de basis werd gelegd voor een document over visie en missie van de ondernemingsraad. Het formuleren ervan heeft grote betekenis gehad voor de onderlinge samenwerking en met het uiteindelijke resultaat is een basis gelegd voor het goed functioneren van de ondernemingsraad. In het najaar is het document de directie aangeboden en de tekst gepubliceerd op Intranet.
•
Duurzaam ondernemen In eerste instantie was sprake van een mobiliteitsplan en aanzet tot een discussie over duurzaam ondernemen. In de discussie met directie heeft de OR koppelingen tussen beide zaken aangebracht, hetgeen heeft geleid tot een document over mobiliteit en parkeerbeleid, waarover door de ondernemingsraad positief is geadviseerd en een werkgroep duurzaam ondernemen, die een plan heeft ontwikkeld, dat met toestemming van de directie ten uitvoer kan worden gebracht. De praktische invulling van beide zaken laat echter nog op zich wachten.
•
Algemene activiteiten met specifiek belang voor VTV Met betrekking tot de juridische herstructurering van de organisatie is voor wat betreft de Stichting VTV ZHN door de ondernemingsraad het voorstel gedaan het organisatiemodel meer in overeenstemming te brengen met dat van de andere stichtingen. Bij de discussie daarover is gebleken dat directie zowel organisatorisch als financieel deze overeenstemming met de andere stichtingen niet haalbaar heeft geacht. Bijzondere aandacht voor het VTV ging uit bij het bespreken van het beleidsplan BHV.
•
Diversen Verder heeft de ondernemingsraad over een groot aantal onderwerpen met de directie gesproken. Uiteraard over de begrotingen en de jaarrekeningen, over de jaarplannen en de evaluatie ervan, protocollen met betrekking tot werving en selectie alsmede introductie nieuwe medewerkers, het uitstellen van de werkkosten regeling en de andere wijze van werken bij het meten van klanttevredenheid. Contacten met de achterban krijgen vorm door het regelmatig houden van lunches door de contactpersonen voor medewerkers.
Commissies van de OR mogen met medewerkers, niet OR leden, worden aangevuld. De medewerkers, die de vorige raad hebben ondersteund, bleken bereid deze activiteit weer op zich te nemen. de OR kent de volgende commissies: • • •
commissie PR commissie VGW financiële commissie.
c. Cliëntenraad Samenstelling cliëntenraad op 31 december 2010: De heer Martin Dobber
voorzitter, Zwammerdam
Mevrouw Marjon Vreugdenhil
secretaris, Hoek van Holland
De heer Sander Allard
lid, Sassenheim
Mevrouw Zajnabe Bauch
lid, Voorschoten
De heer Mahmut Çolak
lid, Den Haag
De heer Dick den Dulk
lid, Den Haag
Mevrouw Joke van der Veer
lid, Sassenheim
De heer Eric Verbeek
lid, Poeldijk
De heer Jan Delfgaauw is ondersteuner van de cliëntenraad Viermaal heeft de cliëntenraad een overlegvergadering gehad met de bestuurder, voorafgegaan door een vergadering van alleen de cliëntenraad. Onder meer is hierin aandacht besteed aan financiële stukken, zoals jaarrekening en begroting en aan een nieuwe opzet van het klanttevredenheidsonderzoek waarover de cliëntenraad een positief advies uitbracht. Ook heeft de raad schriftelijk positief geadviseerd over de toekomstige nieuwe structuur van MEE en over de klachtenregeling.
Activiteiten en gebeurtenissen •
De raad van bestuur van MEE Zuid-Holland Noord heeft in 2010 alle gemeenten in zijn werkgebied gevraagd naar hun beleid op het gebied van het aangepaste (taxibus)vervoer. Dit is gebeurd nadat de cliëntenraad een inventarisatie had gemaakt van de vele klachten over het taxibusvervoer in het werkgebied van MEE Zuid-Holland Noord. Het overgrote deel van de gemeenten heeft een reactie gestuurd. Hieruit blijkt dat in de meeste gevallen de zaken op papier wel goed geregeld zijn, maar dat in de praktijk veel mis gaat, omdat het ontbreekt aan goed toezicht op de naleving. De raad van bestuur en de cliëntenraad overleggen in 2011 over te ondernemen acties.
•
In het najaar heeft de cliëntenraad een zeer leerzame workshop belegd over de Wet gelijke behandeling chronisch zieken en gehandicapten. Mr. D. Houtzager van de Commissie Gelijke Behandeling heeft voorlichting gegeven over de mogelijkheden die deze wet biedt om discriminatie op school, werk, bij het wonen en in het openbaar vervoer tegen te gaan. Uit de workshop bleek dat helaas nog maar weinig mensen in Nederland die zich ongelijk behandeld voelen, een beroep doen op deze wet.
•
De cliëntenraad van zorginstelling Sherpa heeft in december een bezoek gebracht aan de cliëntenraad van MEE ZHN met als doel van gedachten te wisselen over elkaars werkwijze. Beide cliëntenraden hebben deze uitwisseling van ervaringen als nuttig beleefd.
•
Viermaal heeft de cliëntenraad een overlegvergadering gehad met bestuurder D. Ramlal, voorafgegaan door een vergadering van alleen de cliëntenraad. Onder meer is hierin aandacht besteed aan financiële stukken, zoals jaarrekening en begroting en aan een nieuwe opzet van het klanttevredenheidsonderzoek waarover de cliëntenraad een positief advies
uitbracht. Ook heeft de raad schriftelijk positief geadviseerd over de toekomstige nieuwe structuur van MEE en over de klachtenregeling. •
Op verzoek van de cliëntenraad is in de oktober vergaderingkennis gemaakt met de heer R. Ramnath die statutair op voordracht van de cliëntenraad deel uitmaakt van de raad van toezicht van MEE. In deze vergadering is ook aandacht besteed aan het twaalfeneenhalfjarig jubileum van Eric Verbeek als lid van de cliëntenraad.
•
Zoals gebruikelijk waren er naast de reguliere vergaderingen vier extra voorvergaderingen met als doel sommige onderwerpen beter te kunnen voorbereiden.
•
In december heeft Simon Hoogstad om gezondheidsredenen de cliëntenraad verlaten.
•
Voorzitter Martin Dobber en lid Zajnabe Baouch, die Sander Allard begin 2010 hierin opvolgde, bezochten de bijeenkomsten van het Landelijk Platform Cliëntenraden (LPC) van de MEE organisaties in Nederland. Martin Dobber maakt ook deel uit van de kerngroep van het LPC. Een aantal leden van de raad heeft in november deelgenomen aan de landelijke dag van de MEE cliëntenraden, georganiseerd door het LPC. De dag was gewijd aan de toekomst van MEE en de rol van de cliëntenraad daarbij.