Voorjaarsnota 2014 – 2017 Samen naar een nieuw evenwicht
VOORJAARSNOTA Meerjarenbeleid 2014-2017
Gemeente Hoogeveen Bezoekadres:
Raadhuisplein 1 7901 BP Hoogeveen
Postadres:
Postbus 20000 7900 PA Hoogeveen
Telefoon: Fax: E-mail: Internet:
14 0528 0528-291325
[email protected] www.hoogeveen.nl
Voorjaarsnota 2014-2017 – Inhoudsopgave
Inhoudsopgave In de inhoudsopgave staat de volgorde van de Voorjaarsnota. Er is een leeswijzer toegevoegd.
Onderwerp
Blz.
Inhoudsopgave Leeswijzer Voorwoord Voorjaarsnota in kort bestek
2 3 5 7
PROGRAMMA’S Fysieke pijler Ontwikkelt Duurzaamheid en Mobiliteit
19 20 31
Economische pijler Ondernemen en Werken
43 44
Sociale pijler Talentontwikkeling Meedoen
49 50 58
Veiligheids pijler Veilig
67 68
Fundament Wijken en Dorpen Bestuurt
75 76 82
Paragraaf Bedrijfsvoering
89
OVERZICHT ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN
95
BIJLAGEN A. Totaaloverzicht herijking exploitatie B. Overzicht investeringen Investeringen 2013-2017 Reservelijst C. Overzicht reserves Algemene reserve Reserve structuurvisie -
Overige reserves
99 101 101 106 107 107 108 109
2
Voorjaarsnota 2014-2017 – Leeswijzer
Leeswijzer De leeswijzer vertelt hoe de Voorjaarsnota is opgebouwd.
In deze Voorjaarsnota is weer gekozen voor de opbouw die we gebruikten in de Voorjaarsnota 20122015. Vorig jaar maakten we een Kaderbrief. Nu staan per programma beleid en financiën weer centraal. Ze zijn direct na elkaar in beeld gebracht. De vormvoorschriften uit het Besluit begroting en verantwoording gelden niet voor de Voorjaarsnota. Daarom hebben we geen aparte paragrafen toegevoegd. (Denk aan Lokale heffingen, Demografische ontwikkelingen, etc.) Die informatie staat in de betreffende programma’s. Alleen de paragraaf Bedrijfsvoering hebben we apart toegevoegd. Na de leeswijzer volgt in het voorwoord de aanbieding van het college. Direct daarna volgt het hoofdstuk “Voorjaarsnota in kort bestek”. Daarin geven we het totaalbeeld van deze Voorjaarsnota. PROGRAMMA’S De indeling van de programma’s is als volgt: 1. Wat speelt er in Hoogeveen? Dit is een beschrijving van de omgeving waarop het programma moet inspelen. 2. Doelen en beleidsontwikkelingen in de komende vier jaar Dit is een tabel waarin de doelstellingen en wat daarvoor nodig is, zijn opgesomd 3. Wat mag het kosten? In dit onderdeel worden de exploitatie, de investeringen, de financiële mogelijkheden en risico’s in kaart gebracht. BEDRIJFSVOERING In dit onderdeel worden de laatste ontwikkelingen rondom de organisatie benoemd met een specificatie van de investeringen. OVERZICHT ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN In het overzicht ligt de nadruk op de algemene uitgaven en inkomsten en gaan we in op mutaties in het Gemeentefonds. BIJLAGEN In de bijlagen staan de volgende onderdelen: A. Totaaloverzicht herijking Exploitatie B. Overzicht Investeringen - Jaaroverzichten 2013-2017 - Reservelijst C. Overzicht reserves - Algemene reserve - Reserve structuurvisie - Overige reserves
3
4
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorwoord
Voorwoord Dit voorwoord bevat de aanbieding van de jaarrekening door het college en de hoofdlijnen van beleid en financiën.
Programmahouder: college Geachte leden van de gemeenteraad, Hierbij bieden wij u de Voorjaarsnota 2014-2017 aan. We kijken hierin zowel beleidsmatig als financieel vooruit. Over de inhoud gaan we graag met u in gesprek, als opmaat naar de volgende Programmabegroting. De laatste Voorjaarsnota van deze collegeperiode staat in het teken van continuïteit en stabiliteit. Vol enthousiasme gaan we door op de ingeslagen weg. We maken af waar we mee begonnen zijn. Daarbij anticiperen we op landelijke en lokale ontwikkelingen, zodat een volgend college en gemeenteraad ‘het huis’ in goede orde aantreffen. Kanteling naar zelfredzaamheid We gaan in op de stand van zaken rond de decentralisaties en op de ‘grote bewegingen’ uit de Programmabegroting. Hiermee geven we handen en voeten aan de doelstellingen van ons collegeakkoord ’Samen naar een nieuw evenwicht’. We willen een kanteling maken naar meer zelfredzaamheid van inwoners en organisaties. Daarbij kunnen de decentralisaties van de jeugdzorg, de AWBZ en de participatiewet ons helpen. Het is hierbij lastig dat er nog steeds onzekerheid bestaat over de uitwerking van het nieuwe rijksbeleid en het moment van invoering. Inhoud voor structuur We werken al veel samen met andere gemeenten in diverse verbanden. Gelet op de vraagstukken die voor ons liggen, zal dit de komende tijd alleen maar toenemen. Wij kiezen voor samenwerking als dat inhoudelijk winst oplevert. Bijvoorbeeld als voor een bepaald onderwerp voldoende ‘kritische massa’ nodig is. Verder geldt voor ons dat inhoud voor structuur gaat. We zoeken dus partners die inhoudelijk het beste bij ons aansluiten. Samenwerking betekent ook loslaten en compromissen sluiten. Daarnaast is de democratische legitimiteit een interessante vraag. Over de verschillende aspecten rond samenwerken gaan wij graag het gesprek met u aan. Twee nieuwe regels De economische crisis duurt langer dan we dachten. De werkeloosheid stijgt, er wordt een groter beroep gedaan op sociale voorzieningen en de rijksoverheid voert forse bezuinigingen door. De financiële effecten gaan ook aan Hoogeveen niet voorbij. We hebben daarom opnieuw gekeken naar het financieel strategische beleid van de gemeente. Financieel staan we er nog steeds goed voor, maar we moeten alert blijven om risico’s voor de toekomst te beperken. We stellen daarom voor om twee nieuwe regels te hanteren: een ondergrens voor de solvabiliteit en een bovengrens voor de schuldpositie. Daarmee kunnen we de komende jaren doorgaan met investeren, maar het totale investeringsvolume zal wel wat dalen. Verstandige beslissing Door het inbouwen van een positief saldo hebben we in de Programmabegroting 2013-2016 geanticipeerd op nieuwe rijksbezuinigingen. Op basis van de laatste informatie moeten we in Hoogeveen rekenen op een rijkskorting die oploopt tot ruim € 3 miljoen in 2017. Deze korting komt redelijk overeen met onze inschatting in de Programmabegroting. Het is dus verstandig geweest dat we hier al rekening mee hebben gehouden, zodat we nu niet opnieuw stevig hoeven te bezuinigen.
5
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorwoord Met deze Voorjaarsnota hebben we ook na de financiële herijking voldoende zicht op een structureel sluitende Programmabegroting 2014-2017. We gaan er daarbij wel vanuit dat de decentralisaties budgetneutraal verlopen. Zoals gezegd staat deze Voorjaarsnota in het teken van continuïteit en stabiliteit. Met evenveel inzet, enthousiasme en ambitie werken we verder aan het nieuwe evenwicht dat we ons tot doel hebben gesteld. Dit doen we vanuit de overtuiging dat we de goede koers te pakken hebben en dat we samen met u, onze inwoners, bedrijven en maatschappelijke partners tot veel in staat zijn. Met vriendelijke groeten, College van B&W Ton Bargeman, Tiens Eerenstein, Anno Wietze Hiemstra, Karel Loohuis, Klaas Smid, Henk de Vries
6
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek
Voorjaarsnota in kort bestek In dit hoofdstuk staan het totaalbeeld van beleid en financiën voor de komende jaren en de afwegingen en keuzes die zijn gemaakt.
BELEID
De huishouding op orde: continuïteit en stabiliteit Meer dan normaal gesproken al van een betrouwbare overheid wordt verwacht, zetten we bij deze Voorjaarsnota in op continuïteit en stabiliteit. Dit wordt ingegeven door de aanhoudende economische crisis, onzekerheden over de uitwerkingen van het nieuwe rijksbeleid en natuurlijk doordat we onlangs in de Programmabegroting 2013-2016 onze eigen koers hebben aangescherpt. Bovendien is dit het laatste jaar van ons college. We gaan door op de ingeslagen weg zodat een volgend college en de gemeenteraad ‘het huis’ in goede orde aantreffen. In dit kort bestek kijken we naar de voortgang van de grote bewegingen die we bij de Programmabegroting hebben ingezet. We geven de stand van zaken aan wat betreft de ontwikkelingen van de decentralisaties. En tot slot gaan we in op de ontwikkelingen die plaatsvinden op het terrein van de samenwerking. Maar we beginnen met het vraagstuk rond de werkgelegenheid. Inzet op meer werkgelegenheid In de jaarrekening constateerden we al dat de werkloosheid verder aan het oplopen is. We zijn er echter wel in geslaagd om tegen de landelijke trend in het aantal mensen dat aangewezen is op bijstand te laten dalen in 2012. Het blijft ongewis wanneer de economie aantrekt. Dat betekent dat we ons uiterste best moeten blijven doen om de negatieve gevolgen van de economische crisis te beperken. Dit met het besef dat we sommige landelijke problemen niet in Hoogeveen op kunnen lossen. Het onlangs in werking getreden stimuleringsplan bouwinitiatieven is een voorbeeld van onze inzet om, in dit geval met het georganiseerde bedrijfsleven, de werkgelegenheid te stimuleren. In dit kader hebben we ook het inkoop- en aanbestedingsbeleid aangepast en hebben we onze flexibiliteit verhoogd om snel te kunnen inspelen op innovatief ondernemerschap. Verder zetten we in op het ondersteunen van zowel startende als gevestigde ondernemers met behulp van het StiB (Starters in Business) en werken we verder aan kennisontwikkeling en aansluiting tussen onderwijs en het bedrijfsleven via het Triple O (Onderwijs, Ondernemers en Overheid). Daarnaast blijven we doorgaan met de uitvoering van het aanvalsplan Wet Werk en Bijstand en hebben we ervoor gekozen de aanpak ook uit te rollen naar degenen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Het doel is hen te activeren tot participatie, het liefst in de vorm van werk. Deze aanpak kunnen we naar verwachting blijven bekostigen uit het participatiebudget. De grote bewegingen komen op gang In de Programmabegroting 2013-2016 zijn naast de decentralisaties door ons ook een aantal andere grotere bewegingen in gang gezet. We hebben afgesproken dat we hierover regelmatig zullen rapporteren en dit is zo’n moment.
7
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Gebiedsgerichte werkwijze beheer groen en grijs Begin maart hebben wij de projectopdracht en het plan van aanpak voor het project gebiedsgerichte werkwijze beheer groen en grijs vastgesteld. Het doel van dit project is: een nieuwe of verbeterde werkwijze van het beheer van de openbare ruimte waarbij een contextgerichte aanpak het uitgangspunt is. Dat betekent dat de lokale situatie centraal staat. De behoefte van inwoners en ondernemers spelen daarin een belangrijke rol. Belangrijke uitgangspunten zijn: de werkwijze is transparant voor zowel inwoners, professionals als bestuur. Er is ruimte voor maatwerk en we koersen aan op een integrale benadering van het gebied. Op deze manier denken we de besparing van 5% te realiseren. Binnen het project zal blijken welke mate van inwonersparticipatie bij het beheer van het openbare gebied haalbaar is. En het wordt duidelijk waar andere organisaties een rol kunnen spelen bij het beheer. Verder brengt de werkwijze in kaart waar doelgroepen zoals de mensen van de sociale werkvoorziening en bijstandsgerechtigden een plaats krijgen in het beheer. In de inventarisatiefase die nu loopt, zetten we al het groen- en grijsbeheer op een rij. Daarbij wordt ook het BOR beoordelingssysteem geëvalueerd (Beheer Openbare Ruimte). Ook doen we in deze fase een uitnodiging aan inwoners en organisaties om mee te denken over het ontwikkelen van de werkwijze. Daarbij laten we ons inspireren door andere werkwijzen in de rest van Nederland. Hervorming cultureel domein In de Programmabegroting 2013-2016 is het besluit genomen om te komen tot een hervorming in het culturele domein. Deze hervorming is gecombineerd met een taakstellende besparing van € 350.000 voor de culturele organisaties (€ 150.000 bovenop de al bestaande € 200.000). Het gaat dan om de Tamboer, de bibliotheek, Scala, het Podium en het museum. Over de verdeling van de besparing zijn geen uitspraken gedaan. De eerste stap die we zetten is een visie formuleren op het culturele domein waarvan de kern al in de Programmabegroting staat. Het leidende principe ‘inhoud centraal’ betekent dat culturele organisaties niet vanzelfsprekend zelfstandig en met een eigen gebouw blijven bestaan. We zijn van mening dat een andere benadering noodzakelijk is. De activiteiten die bijdragen aan de maatschappelijke doelstellingen blijven bestaan. Gebouwen en instituten zijn daaraan ondergeschikt. De volgende stap is de uitvoering om daadwerkelijk tot hervorming van het culturele domein te komen. Daarbij zijn er wat ons betreft drie knoppen waaraan gedraaid kan worden om gezamenlijk met de culturele organisaties te komen tot nieuwe samenwerkingsvormen en innovatieve werkvormen. De drie knoppen zijn: de gewenste culturele opbrengst, de manier van organiseren en kostenreductie & inkomstenverhoging. Hervorming welzijnsdomein In de Programmabegroting 2013-2016 hebben wij aangegeven dat de ontwikkelingen binnen de zorg en de maatschappelijke ondersteuning vragen om een andere inrichting van welzijn en zorg. Daarbij hoort automatisch ook een heroriëntatie op onze rol en bestaande structuren. Uitgangspunt daarbij is dat het maatschappelijk effect centraal staat. Om de noodzakelijke vernieuwing mogelijk te maken hebben we besloten om per 1 januari 2015 de bestaande subsidierelatie met welzijnsorganisaties te beëindigen. De komende periode brengen we samen met maatschappelijke partners, organisaties en inwoners de maatschappelijke opgaven in beeld. Dit moet zich vertalen in een maatschappelijke agenda. Deze maatschappelijke agenda vormt vervolgens de basis voor het formuleren van een aantal opdrachten. Partners en organisaties kunnen vervolgens aangeven welke bijdrage zij willen leveren aan die opdrachten.
8
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Kostendekkendheid sport In de Programmabegroting is besloten om tot een kostendekkendheid van 30% voor sportaccommodaties te komen en daarmee in de periode 2014-2017 € 635.000 te besparen. Er is een brede inventarisatie gemaakt van alle mogelijkheden die er zijn om deze besparingen in te vullen. Uit deze eerste inventarisatie blijkt dat het mogelijk is de taakstelling te realiseren. De maatregelen variëren van het afstoten van accommodaties, meer zelfwerkzaamheid door sportverenigingen tot het verhogen van tarieven. Inmiddels zijn er bijeenkomsten gehouden voor zowel de binnen- als de buitensportverenigingen. Gezamenlijk met de sportverenigingen wordt inzichtelijk gemaakt welke kostenverhoging het gevolg zijn van de mogelijk te nemen maatregelen. De verenigingen worden ook nauw betrokken in het meedenken over de te nemen maatregelen. Vóór de zomervakantie zullen we informatie geven over de stand van zaken en richting de begroting wordt een volledig pakket met maatregelen gepresenteerd inclusief het effect van de maatregelen en reactie van sportverenigingen. De decentralisaties komen dichterbij In het collegeprogramma hebben we aangegeven dat we naar een nieuw evenwicht willen en een kanteling willen maken naar meer zelfredzaamheid van inwoners en organisaties. Daartoe is een transformatie in de samenleving nodig en de decentralisaties kunnen ons hierbij helpen. Het jaar 2014 staat in het teken van de invoering van de decentralisaties. Het is de bedoeling dat per 1 januari 2014 de participatiewet wordt ingevoerd. En per 1 januari 2015 – voor zover nu bekend – de overheveling van de jeugdzorg en een aantal AWBZ-taken. Daarmee is de hervorming van het sociale domein één van de grootste opgaven van de gemeente Hoogeveen. Momenteel werken wij op de volgende onderwerpen aan de decentralisaties. - Samenhang en integratie: dit gaat over het opstellen van een overkoepelende visie op de drie decentralisaties, een strategie en een routekaart. - Het gesprek met de samenleving. - Transities: hierbij gaat het om het vertalen van de decentralisaties (participatiewet, AWBZ en jeugdzorg) naar de Hoogeveense praktijk. Dit betreft zowel het ontwikkelen van voorstellen voor de benodigde bestuurlijke keuzes als het voorbereiden van de uitvoeringsorganisatie voor deze nieuwe taken. (Transitie duidt op de stelselwijziging, de verandering van wetten en regels, de overheveling van geld, en kent duidelijke processtappen en een deadline.) - Transformatie: hierbij richten wij ons op een nieuwe benadering en werkwijze op het gebied van ondersteuning, hulp en zorg. En we richten ons op de omslag die in de samenleving zelf gemaakt moet worden. Met pilots willen we vernieuwende werkwijzen en een andere aanpak in de praktijk beproeven om daarmee lessen te leren voor de werkwijze, aanpak en inrichting van het sociaal domein. Samenwerking op basis van de juiste keuze Samenwerking is van alle tijden en van alle niveaus. Momenteel is het echter opvallend hoeveel aandacht dit onderwerp ook landelijk krijgt wanneer het gaat over de gemeentelijke samenwerking. Over de noodzaak tot samenwerking is eigenlijk geen discussie, maar over de manier waarop het invulling moet krijgen zijn de meningen verdeeld. Dit is ook de reden waarom we dit onderwerp op de agenda plaatsen. We willen hier graag over van gedachten wisselen met u als raad. Hieronder schetsen we de actuele ontwikkelingen over samenwerking. Landelijke ontwikkelingen Het kabinet heeft aangegeven dat de decentralisaties een grotere uitvoeringskracht van de gemeenten vraagt. Dit betekent bestuurlijke, ambtelijke en financiële slagkracht en de beschikbaarheid van capaciteit en expertise om de taken adequaat uit te voeren en integraal aan te bieden.
9
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Het kabinet kiest twee sporen om te komen tot de noodzakelijk geachte samenwerking en opschaling: - Spoor 1 richt zich op de korte termijn. Daarin vraagt het kabinet aan gemeenten om uiterlijk 31 mei 2013 duidelijkheid te geven over de verbanden waarin gemeenten de decentralisaties willen uitvoeren. Het is dan de bedoeling dat gemeenten voor 1 januari 2014 congruente samenwerkingsverbanden vormen rond de decentralisaties. Spoor 2 richt zich op de langere termijn door het bevorderen van opschaling van gemeenten. Hiertoe wordt een nieuw beleidskader opgesteld met (financiële) prikkels gericht op opschaling. Landelijk is nog in discussie hoe de indeling naar arbeidsmarktregio’s wel of niet aansluit bij de decentralisatie van de Jeugdzorg en de overgang van de AWBZ naar de WMO. De VNG heeft het kabinet laten weten dat zij het positief vindt dat het kabinet met gemeenten wil werken aan een integrale agenda voor de decentralisaties. Het is goed de randvoorwaarden voor de decentralisaties niet afzonderlijk te bezien, maar voor het geheel van de decentralisaties. Echter de VNG steunt niet de lijn van het kabinet om de uitvoeringskracht van de gemeenten te organiseren door opschaling. Het kabinet wil dat de grenzen van de toekomstige samenwerkingsverbanden samenvallen met de toekomstige 100.000+ gemeenten. De VNG geeft aan dat gemeenten de samenwerking liever organiseren met een logische inhoudelijke benadering. Daar kunnen wij ons volledig in vinden. Wij zijn zelf in staat de benodigde uitvoeringskracht te organiseren. Op dit moment werken we al veelvuldig samen op meerdere niveaus. De Wolden Zoals bekend hebben de gemeenten Hoogeveen en De Wolden een principebesluit genomen om per 1 januari 2015 de ambtelijke organisaties samen te voegen tot één uitvoeringsorganisatie. Daarmee gaat deze gemeenschappelijke uitvoeringsorganisatie werken voor een gebied met bijna 80.000 inwoners. Het bundelen van krachten zorgt ervoor dat de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening kan worden versterkt, ook nu er steeds meer taken van de Rijksoverheid naar de gemeenten verschuiven. Kostenbeheersing speelt daarbij ook een belangrijke rol. Verder wordt de organisatie door samenwerking minder kwetsbaar in de personeelsbezetting. Samenwerking in het district Binnen Zuidwest-Drenthe is afgesproken dat de voorbereiding van de uitvoering van de decentralisaties gezamenlijk wordt opgepakt. Tevens wordt binnen de Drentse pilot Jeugdzorg bekeken op welke schaal de taken op dit terrein het beste kunnen worden uitgevoerd. Daarmee kunnen wij voldoen aan de vraag van het kabinet om aan te geven binnen welke samenwerkingsverbanden de uitvoering wordt opgepakt. Regionale samenwerkingsverbanden Al enige jaren spannen we ons in om een aantal samenwerkingen op regionaal niveau te brengen of is dit inmiddels gerealiseerd. Zo is de veiligheidsregio tot stand gekomen en wordt er nu aan gewerkt om de RUD vorm te geven. Standpuntbepaling We kiezen voor samenwerking als daar inhoudelijk winst mee te behalen valt. Bijvoorbeeld doordat voor een bepaald onderwerp een zekere kritische massa nodig is. Voor ons geldt dat inhoud vóór structuur gaat en dat we dus op zo’n moment zoeken naar partners die inhoudelijk bij ons aansluiten. In de regel gaat samenwerking vaak gepaard met compromissen op bestuurlijk niveau. Meestal geldt: hoe groter het samenwerkingsverband, hoe minder ruimte voor lokale eigenheid. Dit kan een spagaat betekenen. We streven namelijk naar nabijheid en zoveel mogelijk inbreng van de eigen lokale samenleving. En dat kan het makkelijkst als de lijnen kort zijn.
10
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Dit pleit er in elk geval voor om samen te werken met partners die op hetzelfde spoor zitten. Want samenwerken, betekent loslaten en verminderde grip. Het betekent ook dat je bewust moet kiezen voor de vorm waarin je samenwerkt. Die is van grote invloed op de grip die je houdt op de inhoud, maar zeker ook op de financiële kant. Daarnaast speelt nog de vraag: welke samenwerkingsvormen hebben voldoende democratische legitimiteit? We gaan graag met uw raad het gesprek aan over al deze punten rondom samenwerking. Vervolg in deze Voorjaarsnota Dit beleidsinhoudelijke deel van de Voorjaarsnota in kort bestek wordt vervolgd door het financiële deel. Daarna duiken we de programma’s in. Daarin is terug te zien dat we kiezen voor continuïteit en stabiliteit. We hebben er voor gekozen om in de programma’s duidelijk voort te borduren op de Programmabegroting 2013-2016. STRATEGISCHE FINANCIËLE KOERS Naast de strategische inhoudelijke koers hebben we ons in deze Voorjaarsnota opnieuw nadrukkelijk bezonnen op het strategisch beleid rond de financiële positie van de gemeente Hoogeveen. De huidige economisch situatie gaf daar aanleiding toe. In het bijzonder hebben we daarbij gekeken naar de toegenomen schuld, gecombineerd met de druk op de exploitatie en de inzet van de reserves voor investeringen in de afgelopen periode. Ook vanuit de gemeenteraad zijn daarover eerder vragen gesteld. We stellen voor om aan de bestaande financiële kaders twee nieuwe toe te voegen, namelijk: 1. een ondergrens voor de solvabiliteit 2. een bovengrens voor de schuldpositie, gerelateerd aan de inkomsten van de gemeente Met deze kaders is een herijking gedaan van de exploitatie en hebben we de voorlopige investeringsplanning voor 2013-2017 opgesteld. De beide kaders worden hieronder nader toegelicht, waarbij we ook ingaan op de relatie tussen beide elementen. Solvabiliteit De solvabiliteit is een maatstaf om aan te geven in hoeverre een organisatie in staat is om aan haar verplichtingen te voldoen. De solvabiliteitsratio is een kengetal dat weergeeft welk deel van het gemeentelijk vermogen is gefinancierd met eigen vermogen. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de balans van Hoogeveen en de solvabiliteit in de afgelopen jaren en de verwachting voor de komende jaren op basis van de Programmabegroting 2013-2016. Balans Hoogeveen (Bedragen * € 1 miljoen)
2016 Begroot
2015 Begroot
2014 Begroot
2013 Begroot
2012 Rekening
2011 Rekening
2010 Rekening
Activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vlottende activa
117 16 47
114 16 47
100 16 47
103 16 59
100 18 70
97 40 51
93 40 56
Totaal
180
177
163
178
188
188
189
Passiva Eigen Vermogen Vreemd vermogen
33 147
30 147
29 144
32 146
38 150
43 145
53 136
Totaal
180
177
173
178
188
188
189
18,3%
16,9%
16,8%
18,0%
20,2%
22,9%
28,0%
Solvabiliteit
11
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Ontwikkelingen De afgelopen tien jaar is bewust ingezet op een daling van het eigen vermogen: de reserves zijn ingezet ten gunste van investeringen. Dit om meer maatschappelijke doelen te realiseren. Dit deden we vanuit het motto ‘scherp aan de wind zeilen’. De afgelopen jaren is het eigen vermogen mede hierdoor met € 15 miljoen afgenomen. De solvabiliteit bedroeg eind 2012 ruim 20%. De komende jaren zal de solvabiliteit nog iets verder afnemen, doordat er vooral in de jaren 2013 en 2014 nog behoorlijke investeringen worden gedaan. Vanaf 2016 klimt deze weer, doordat vanaf 2015 de investeringen lager worden (zie ook bij Investeringen). Optimale solvabiliteit Er bestaat geen harde minimumnorm voor de solvabiliteit. Regelmatig wordt een norm van 20-25% gehanteerd. De exacte norm is echter afhankelijk van heel veel factoren, zoals de branche waartoe een organisatie behoort en het risicoprofiel. Er bestaan twee gezichtspunten om hiernaar te kijken: 1. Minimaliseren van de kosten van vermogen. Het hebben van vermogen is niet gratis. Over een lening moet immers rente worden betaald. De achterliggende gedachte hierbij is dat het aantrekken van leningen duurder wordt naarmate het aandeel vreemd vermogen in het totaal vermogen hoger wordt. Op dit moment speelt dit echter niet voor de gemeente. Als onderdeel van een Noord-Europese overheid worden we als een betrouwbare partij gezien en kunnen we in onze kapitaalbehoefte voorzien zonder geconfronteerd te worden met oplopende rentepercentages. 2. De bufferfunctie van het eigen vermogen. Het eigen vermogen bestaat uit de reserves en dient als weerstandsvermogen voor risico’s. We berekenen het minimum weerstandsvermogen bij elke begroting en jaarrekening. De laatst bekende stand is € 15,4 miljoen. Daarnaast heeft de raad bestemmingsreserves ingesteld. Deze dienen ook beschikbaar te zijn voor het doel waartoe ze zijn ingesteld. Het totaal van deze reserves (inclusief reserve structuurvisie) bedroeg per 31 december 2012 € 12 miljoen. Tenslotte hebben we al eerder besloten om € 6 miljoen aan vrije ruimte ter beschikking te willen hebben. Het minimum eigen vermogen is daarmee op dit moment € 33,4 miljoen. Omschrijving (Bedragen * € 1 miljoen) Weerstandsvermogen Bestemmingsreserves Vrije ruimte Totaal
Bedrag 15,4 12 6 33,4
Uitgaande van een balanstotaal van € 188 miljoen eind 2012 is de ondergrens voor de solvabiliteit 18%. We stellen voor deze norm nu ook als minimum in te stellen. Een lagere solvabiliteit betekent dat we meer naar de kritische grens gaan. Een hogere solvabiliteit is mogelijk, maar betekent dat we onze ambities moeten bijstellen. De solvabiliteit verbeteren kan op twee manieren: 1. Het eigen vermogen verhogen door het verhogen van exploitatieresultaten. De mogelijkheden daartoe zijn echter beperkt, want dat zou betekenen dat a. inkomsten moeten worden verhoogd, b. uitgaven naar beneden worden gebracht (bezuinigen) of c. winsten uit grondexploitaties toenemen. Alle drie zijn op dit moment niet reëel. 2. Het niet meer doen van geplande investeringen, waardoor de schuldpositie niet verder oploopt. Dat betekent echter dat gewenste en/of noodzakelijke investeringen geen doorgang kunnen vinden.
12
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Solvabiliteit en schuldpositie Een regelmatig gehoorde vraag is hoe het kan dat de schuldpositie de afgelopen jaren is toegenomen. De veronderstelling was bij sommigen dat de investeringen die zijn gedaan werden gefinancierd door de inzet van spaargeld. De reserves (het spaargeld) die werden ingezet waren op dat moment echter al ingezet als financieringsmiddel en daarmee belegd in activa (bijvoorbeeld gebouwen, vorderingen of gronden) en stonden dus niet als contant geld op de bank. Er zijn op dat moment geen activa afgestoten (‘te gelde gemaakt’) en daardoor was het nodig om voor nieuwe investeringen geld aan te trekken. Hierdoor is de schuldpositie de afgelopen jaren toegenomen. Schuldpositie Onderstaande tabel geeft een overzicht van de ontwikkeling van de schuldpositie in de afgelopen jaren. Het is zinvol om niet alleen te kijken naar de langlopende schuld, maar ook daarin een aantal kortlopende schulden (zoals kasgeldleningen) en vorderingen te betrekken: de netto schuld. Deze vormen ook een belangrijk onderdeel van de financiering. Jaar 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017
Langlopende schuld (bedragen x € 1 miljoen) 95 111 106 111 123 130 131 131
Netto schuld 92 107 116 121 133 140 141 141
Exploitatie inkomsten (excl.reserves) 157 142 137 138 140 137 140 140
Percentage netto schuld als aandeel exploitatie 58% 75% 85% 88% 95% 102% 101% 101%
Duiding van de schuld Het hebben van schuld en een toename ervan is niet per definitie negatief. Immers, tegenover de hogere schuld staat ook een toename van gemeentelijk bezit, zoals onder andere een gerevitaliseerd Stadscentrum en bedrijventerrein De Wieken, een modern sportpark in het Bentinckspark, infrastructuur die up-to-date is, moderne scholen en multifunctionele centra in Nieuwlande en Tiendeveen. De vraag is echter wanneer daarin een plafond is bereikt. Schulden veroorzaken immers rentelasten en kunnen een gemeentelijke begroting gevoeliger maken voor renteschommelingen. ‘Geld lenen kost geld’ en ‘je kunt een euro maar één keer uitgeven’. Momenteel zijn de rentestanden historisch laag, maar op het moment dat de rente zou gaan stijgen heeft dit ook een effect voor de gemeentelijke begroting: er moet meer rente worden betaald. Het gemiddelde rentepercentage van onze leningen portefeuille is ongeveer 4%. Een rentestijging van 2% (naar in totaal dus 6% rente) voor langlopende leningen en een stijging van 0,5% voor kortlopende leningen, betekent een uiteindelijke stijging van de rente met € 2 miljoen. In onderstaande tabel staat een rekenvoorbeeld. Daarin wordt uitgegaan van een rentestijging per direct die effect heeft voor alle nieuw aan te trekken leningen en leningen waarop een renteherziening van toepassing is. Dit is een theoretisch voorbeeld, want het ligt niet in de lijn der verwachting dat een stijging met 2% op zeer korte termijn zal optreden. Het geeft echter wel een beeld van de gevoeligheid van onze leningenportefeuille voor rentestijgingen en -dalingen.
13
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek
Jaar 2013 2014 2015 2016 2017
Rente Programmabegroting (PB) 2013-2016 4.004 4.298 4.513 4.722 4.565
Rentelast na stijging met 2% en 0,5% 4.582 5.317 5.920 6.436 6.570
Stijging rentelasten t.o.v. PB 578 1.019 1.407 1.714 2.005
Rentelast na daling met 1% en 0,5% 3.713 3.713 3.854 3.837 3.703
Daling rentelasten t.o.v. PB 291585659885862-
Een goede manier om de schuldpositie te duiden en vergelijking met andere gemeenten mogelijk te maken is om de netto schuld af te zetten tegen de inkomsten van de gemeente. In Hoogeveen was deze verhouding eind 2012 85%. De verwachting op basis van de Programmabegroting 2013-2016 is dat deze net boven de 100% uit komt in 2017. De VNG geeft aan dat voorzichtigheid is geboden indien de netto schuld boven de 90% komt. Bij een percentage van meer dan 130% is de schuld te hoog. Bij de beoordeling spelen een aantal zaken een rol: - uitstaande leningen bij derden en de voorraad bouwgrond - onbenutte belastingcapaciteit - ontwikkeling totale inkomsten - risico’s in de uitgavensfeer Daarbij speelt ook nog dat de komende jaren naar verwachting de inkomsten van de gemeente belangrijk zullen wijzigen door de decentralisaties. We stellen voor om de netto schuld te maximeren op 100% van de inkomsten. Financieel kader Voorjaarsnota Beide kaders, solvabiliteit minimaal 18% en netto schuld als aandeel van de inkomsten maximaal 100% hebben we als aanvullend kader meegenomen bij het uitwerken van de exploitatie en investeringen. Daarnaast heeft het college bij het uitwerken van de Voorjaarsnota het volgende kader gehanteerd: - Er is geen ruimte voor extra nieuw beleid, omdat: • De financiële middelen daarvoor ontbreken. • Er geen capaciteit is om eventueel extra nieuw beleid te realiseren. • Er geen ‘erfenissen’ voor de volgende periode mogen worden gecreëerd. • Eerst af moet worden gemaakt wat al loopt. - Alleen als nieuw beleid verbonden is met al genomen besluiten (bv. areaaluitbreiding) zal dit worden toegekend. - Investeringen moeten binnen het investeringsplafond worden gebracht. - Er wordt indexatie toegepast, maar alleen in die gevallen waar dit aantoonbaar contractueel is vastgelegd.
14
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek EXPLOITATIE Financieel vertrekpunt Het financiële vertrekpunt van de Voorjaarsnota 2014-2017 is de eindstand van de Programmabegroting 2013-2016 en ziet er als volgt uit: Omschrijving
2013
2014
2015
2016
Ontwikkelt
8.645
5.746
3.046
2.392
Duurzaamheid en mobiliteit
5.322
5.986
5.393
5.469
-306
-856
-935
-967
Meedoen
26.287
25.765
23.195
23.178
Talentontwikkeling
16.838
16.772
16.681
16.706
Veilig
5.124
4.993
4.715
4.733
Bestuurt
4.695
4.432
4.238
4.203
Wijken en Dorpen
8.247
7.807
7.614
7.584
74.852
70.645
63.947
63.296
-66.638
-66.173
-65.204
-66.215
8.214
4.473
-1.257
-2.920
-7.093
-4.843
-88
243
1.121
-371
-1.345
-2.677
(bedragen x € 1.000)
Programma's
Ondernemen en werken
Totaal Programma's Algemene dekkingsmiddelen Resultaat voor bestemming Mutaties in reserve Eindstand Programmabegroting 2013-2016
Actualisatie De Programmabegroting 2013-2016 is in november 2012 vastgesteld. In de periode tussen vaststelling en het opstellen van deze Voorjaarsnota is de decembercirculaire van het gemeentefonds ontvangen. Het verschijnen van een decembercirculaire was niet gebruikelijk, maar toch is het de derde op rij. De informatiewaarde is wisselend. Die van 2012 bevat richtinggevend nieuws over de effecten van het regeerakkoord. In maart werden aanvullende bezuinigingen aangekondigd. Deze zijn in het onlangs gesloten sociaal akkoord voorlopig weer geschrapt. De aanvullende korting hebben we daarom op PM gezet. Een nadere toelichting wordt gegeven in het overzicht algemene dekkingsmiddelen. Hieronder hebben we de nadelige effecten op het gemeentefonds voor Hoogeveen becijferd. Omschrijving
2014
2015
2016
2017
Junicirculaire BZK 2012 Af: eigen raming Opgenomen in Programmabegroting 2013-2016
55.845 -800 55.045
54.973 -800 54.173
56.002 -800 55.202
56.002 -800 55.202
Uitkomsten decembercirculaire Accressen 2013-2017 startnota/regeerakkoord 2012 In stand blijven btw-compensatiefonds Aanvullende korting i.v.m. sociaal akkoord Totaal verwachting gemeentefonds
55.482 -560 526 pm 55.516
54.012 -350 1.425 pm 52.937
54.921 770 1.437 pm 52.714
55.029 1.575 1.437 pm 52.017
-469
1.236
2.488
3.185
Negatief verschil met begroting
(bedragen x € 1.000)
15
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Het vertrekpunt voor de Voorjaarsnota na actualisatie ziet er daarom als volgt uit: Omschrijving
(bedragen x € 1.000)
Eindstand Programmabegroting 2013-2016 Mutaties Gemeentefonds Vertrekpunt Voorjaarsnota 2014-2017
2014
2015
2016
2017
-371 -469 -840
-1.345 1.236 -109
-2.677 2.488 -189
-2.677 3.185 508
Herijking exploitatie Binnen de kaders stelt het college voor om een aantal zaken toe te voegen aan de exploitatie. Daarbij is weer de gebruikelijke categorie-indeling gehanteerd. Een definitie is toegevoegd aan bijlage 1. Ook zijn structurele effecten die vanuit het positieve jaarrekeningresultaat 2012 naar voren kwamen meegenomen (als aanpassing o.b.v. realisatiecijfers). Daarbij is ook gekeken of dit een ander licht wierp op budgetaanpassingen die zijn gedaan in de Programmabegroting 2013-2016. Onderstaande tabel geeft een overzicht. Een gedetailleerd overzicht staat in bijlage 1. Omschrijving Vertrekpunt Voorjaarsnota
2014 -840
2015 -109
2016
2017
-189
508
Mutaties: Onontkoombaar
279
279
279
279
-314
-406
-520
-347
Nieuw beleid
406
219
66
57
Niet realiseerbare bezuiniging
135
135
135
135
Totaal mutaties
506
227
-41
123
-334
118
-230
631
Aanpassing op basis van realisatiecijfers Nieuw beleid innovatief
Saldo Voorjaarsnota 2014-2017
Conclusie We kunnen concluderen dat het verstandig is geweest dat we in de Programmabegroting 2013-2016 alvast rekening hebben gehouden met een extra rijkskorting. Hadden we dat niet gedaan, dan hadden we nu opnieuw stevig moeten bezuinigen. Per saldo komt de rijkskorting redelijk overeen met onze inschatting. Met deze Voorjaarsnota hebben we ook na deze herijking voldoende zicht op een sluitende meerjaren Programmabegroting. We gaan er daarbij wel vanuit dat de decentralisaties budgetneutraal zullen verlopen. INVESTERINGEN Vertrekpunt Het vertrekpunt voor de investeringen is de investeringsplanning die is opgenomen in de Programmabegroting 2013-2016. Deze is geactualiseerd met de overloop van investeringen uit 2012. Bij de investeringen nemen we ook altijd het lopende jaar (in dit geval 2013) mee. De beïnvloedingsmogelijkheden van investeringen die daadwerkelijk in dat jaar worden gerealiseerd zijn beperkt, maar investeringen die om wat voor reden dan ook worden doorgeschoven hebben invloed op het jaar erna (in dit geval 2014) en dus de Voorjaarsnota. We gaan uit van 70% realisatie van de investeringsplanning. Daarnaast wordt het jaar 2017 als nieuwe jaarschijf toegevoegd aan de investeringsplanning. Hierin kunnen nieuwe investeringen worden toegevoegd.
16
Voorjaarsnota 2014-2017 – Voorjaarsnota in kort bestek Onderstaande tabel geeft een totaaloverzicht. Voor een specificatie wordt verwezen naar Bijlage 2. Jaar
Bedrag
Toelichting
2013
19.503.353 (na jaarrekening 2012 concept)
2014
18.915.504 Cf. PB 2013-2016
2015
8.596.895 Cf. PB 2013-2016
2016
9.177.718 Cf. PB 2013-2016
Totaal
56.193.470
Plafond Ruimte voor investeringen Toegevoegd vanaf reservelijst
64.467.000
Toegevoegd nieuw
520.000
Niet ingevulde ruimte binnen plafond
De niet ingevulde ruimte kan, afhankelijk van de noodzaak, eventueel bij de Programmabegroting worden 847.830 ingevuld.
Toevoegen vanaf reservelijst en 8.273.530 nieuw 6.905.700
Het investeringsplafond is als volgt opgebouwd: 1. We willen jaarlijks ongeveer € 10 miljoen investeren, waarbij de kapitaallasten worden gedekt uit de exploitatie. Bij vijf jaarschijven (2013-2017) is dat dus € 50 miljoen. 2. Voor een aantal investeringen wordt een beroep gedaan op de reserve Structuurvisie. In totaal voor een bedrag van € 12.647.896. 3. Er zijn voor een aantal projecten bijdragen begroot van derden (subsidies) ter grootte van € 938.000. 4. In 2012 is € 4.880.798 doorgeschoven naar 2013. We verwachten voor 2017 70% te realiseren en € 3 miljoen door te schuiven naar 2018. 5. Er wordt € 1 miljoen van het investeringsplafond afgehaald, zodat het percentage netto schuld ten opzichte van de exploitatie-inkomsten beneden de 100% komt. In totaal komt het investeringsplafond daarmee op € 64,5 miljoen. Er wordt in totaal voor bijna € 7 miljoen toegevoegd vanaf de reservelijst. Ook is er € 520.000 aan nieuwe investeringen toegevoegd. Er heeft nog geen actualisatie plaatsgevonden van de investeringen ten behoeve van de bedrijfsvoering. Deze zullen eventueel bij de opstelling van de Programmabegroting worden toegevoegd. Naast het actualiseren van de investeringsplanning hebben we ook de reservelijst geactualiseerd. Deze is als bijlage toegevoegd aan deze Voorjaarsnota. Conclusie Na de herijking van het investeringsplafond en de toegevoegde investeringen blijven we binnen de gestelde kaders.
17
PROGRAMMA’S
18
Voorjaarsnota 2014-2017 – Fysieke pijler
Fysieke pijler
De fysieke pijler omvat de volgende programma's: Programma
Ontwikkelt Duurzaamheid en Mobiliteit
19
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt
Ontwikkelt Het programma omvat het ontwikkelen en herstructureren van gebieden en de diensten begraven en bouwvergunningen.
Programmahouder: Anno Wietze Hiemstra BELEIDSDOCUMENTEN • • • • • • • • • • • • • • •
Fysieke structuurvisie (2004), actualisatie 2012 Woonvisie (2011) Regionale Woonvisie Zuidwest Drenthe (2012) Nota Grondbeleid (2010) Welstandsnota (2005) Prestatieafspraken wooncorporaties (2008) Detailhandelstructuurvisie (2008) Oost-west-as (Backbone) (2008) Visie Landelijk gebied (2008) Ontwikkelingsvisie Stadscentrum (2008) Notitie Hoogbouw (2009) Groenstructuurvisie (2010) Ontwikkelnota Paardenhouderijen (2011) Nota Begraven in Hoogeveen (2011) Agenda Platteland gemeenten Zuidwest-Drenthe (2012) WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN
Algemene doelstelling Het programma Ontwikkelt moet Hoogeveen aantrekkelijker maken om te wonen, te werken en te verblijven. De geactualiseerde fysieke structuurvisie is de basis voor het programma. Trends en ontwikkelingen De economische crisis heeft grote weerslag op het realiseren van de doelstellingen van het programma Ontwikkelt. De fysieke opgave om Hoogeveen aantrekkelijk te maken is nog steeds omvangrijk. Bijdragen voor particuliere gebiedsontwikkeling vanuit de gemeente zullen beperkt zijn. Een gefaseerde aanpak en sturing vanuit het ruimtelijk beleid door de gemeente is dan gewenst. Uitvoeringsprogramma Structuurvisie In 2012 is voor het grondgebied van Hoogeveen de Structuurvisie Hoogeveen 2.0 vastgesteld. De visie geeft aan hoe Hoogeveen tot 2030 omgaat met thema’s als wonen, voorzieningen, bedrijvigheid, bereikbaarheid, landschap en duurzaamheid. Duurzame kwaliteit is daarbij de rode draad. De projecten die bijdragen aan het uitvoeren van de structuurvisie staan verweven door de diverse programma's zoals Ontwikkelt, Talentontwikkeling, Meedoen en Duurzaamheid en Mobiliteit. In het in 2013 op te stellen Uitvoeringsprogramma Structuurvisie staan de voorgenomen beleidsinspanningen en projecten die input zijn voor de Voorjaarsnota en de Programmabegroting.
20
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt Input voor het Uitvoeringsprogramma Structuurvisie is bijvoorbeeld: - Integraal huisvestingsplan (IHP); - (Ontwerp)nota recreatie en toerisme - (Te ontwikkelen) visie op de energielandschappen - Milieuprogramma - Verduurzamingsprojecten/maatregelen/instrumenten - Projecten reserve structuurvisie Aantrekkelijker Hoogeveen: Stimuleringsplan bouw Het uitvoeren van en het faciliteren van ruimtelijke initiatieven blijft de komende jaren van belang om aan de focus ‘aantrekkelijk Hoogeveen’ uitvoering te kunnen geven. Hiermee zijn we in 2011 mee gestart met het plan van aanpak Anders werken aan ruimtelijk plannen. Door onder meer vooraf duidelijke kaders te stellen en daarna meer ruimte en verantwoordelijkheid te geven aan particulier initiatief, onder andere door middel van locatiepaspoorten (zie ook onder Sturing op locatieontwikkeling) voeren we dit inmiddels uit. Om daarnaast de gewenste ruimtelijke initiatieven met de beschikbare capaciteit te kunnen faciliteren is blijvende aandacht voor het efficiënter en effectiever werken binnen de hele keten nodig. In 2013 geven we hieraan een extra impuls met het Stimuleringsplan bouw. Dit plan beoogt enerzijds de lokale werkgelegenheid in vooral de bouwsector te stimuleren en anderzijds bij te dragen aan consumentenvertrouwen en beweging in de woningmarkt. De kern van het plan is een met ondernemers samengesteld plan met maatregelen, waarvoor middelen beschikbaar worden gesteld, maatregelen van ondernemers en maatregelen die het proces van ruimtelijke initiatieven en omgevingsvergunningen versnellen. Aan het einde van de looptijd van het plan zullen we evalueren welke positieve gevolgen dit plan voor de bouwsector heeft gehad en zullen we bezien óf en in welke vorm hieraan een vervolg gegeven wordt in de komende jaren. Maatregelen met een positief effect zetten we bijvoorbeeld om naar structureel beleid. Sturing op locatieontwikkeling Vanuit de Structuurvisie heeft Hoogeveen gekozen voor bouwen binnen de bestaande kern. Bij de actualisatie van de Woonvisie is gebleken dat op diverse locaties mogelijkheden aanwezig zijn om tot woningbouw te komen. Voor deze verschillende locaties, zowel in het stadscentrum (bijvoorbeeld vrijkomende scholenlocaties) als in de wijken daarom heen zijn locatiepaspoorten opgesteld. Voor zowel de locaties van derden als die van de gemeente wordt, door middel van een locatiepaspoort, geprobeerd de ruimte te definiëren waarbinnen ruimtelijke initiatieven kunnen worden uitgewerkt. Vanuit de regierol van de gemeente is het gewenst om tot een prioritering van de te ontwikkelen locaties te komen. We zien het als onze taak om het overzicht te bewaren en bij elk nieuwe ontwikkeling een afweging te maken of de voorgestelde invulling past binnen de door ons gedefinieerde ruimte en bij de andere plannen die op dat moment in ontwikkeling zijn. Wonen Verduurzamen en verbeteren bestaande woningvoorraad Uitgangspunt blijft om Hoogeveen aantrekkelijker te maken en in te spelen op de veranderende samenleving en omstandigheden. Vernieuwen en/of verbeteren van de bestaande woningvoorraad is dan belangrijk. Ook vanuit duurzaamheid en betaalbaarheid blijft investeren noodzakelijk, om ook de woonlasten op een aanvaardbaar niveau te houden of te brengen. We zien daarin een gezamenlijke verantwoordelijkheid van inwoners, bedrijven en maatschappelijke instellingen zoals wooncorporaties en de gemeente om hier invulling aan te geven.
21
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt Met organisaties gaan we afspraken in 2013 maken op welke wijze de bestaande woningvoorraad verder kan worden verduurzaamd. De uitvoering loopt door in 2014 en verder. De woonlasten worden hierdoor lager en de CO2 uitstoot beperkt. Als gemeente ontwikkelen we hiervoor producten om inwoners te ondersteunen. Ook zijn partijen bij elkaar gebracht om tot een gezamenlijke aanpak te komen. Ook gaan we met de wooncorporaties in gesprek om afspraken te maken voor de komende jaren om de woningvoorraad voor te bereiden op de toenemende vergrijzing en de noodzaak van het langer thuisblijven wonen van deze ouderen. Als gevolg van de onzekerheden van de effecten van het woningmarktakkoord bestaat de verwachting dat ook op onderdelen nog aanvullende afspraken met de wooncorporaties in 2014 worden gemaakt. Regionale samenwerking In het kader van de Regionale Woonvisie wordt verder invulling gegeven aan de afstemming van de woningbouwontwikkelingen. Zowel op het terrein van nieuwbouw als in het kader van vernieuwing van de bestaande woningen. Vanuit de drie regio’s binnen Drenthe wordt de komende jaren ingezet op een identieke wijze van monitoring. Ook is van belang om in te spelen op het langer thuis blijven wonen van ouderen in hun eigen woonomgeving. Als gevolg van het kabinetsbeleid zijn ouderen genoodzaakt langer thuis te blijven wonen, ook al zijn er beperkingen bij de dagelijkse verzorging. In 2014 wordt een plan van aanpak uitgewerkt om de gevolgen van de vergrijzing in relatie tot bestaande woningvoorraad in beeld te krijgen. Een antwoord moet bijvoorbeeld worden gegeven op de vraag; zijn er voldoende reguliere woningen in de huur- of koopmarkt om ouderen de gelegenheid te geven ook langer zelfstandig te kunnen laten wonen? Dit project wordt in regionaal verband opgepakt met de gemeenten binnen Zuidwest Drenthe en met onder andere de daarin werkzame wooncorporaties. Vitaal Platteland De provincie heeft zich teruggetrokken op het gebied van landschap en cultuurhistorie, natuur buiten de EHS (Ecologische Hoofdstructuur) en sociaal economische vitalisering. De vijf gemeenten binnen Zuidwest-Drenthe hebben daarom hun krachten gebundeld in de Agenda Platteland. In 2014 wordt onder meer verder vorm en inhoud gegeven aan een nieuwe vorm van financiering van landschap en cultuurhistorie. De provincie heeft voor het nog resterende budget voor vitaal platteland gekozen voor twee lijnen waarlangs de opgave voor vitaal platteland wordt uitgewerkt. De eerste lijn is het stimuleren van locale initiatieven/experimenten uit de Drentse samenleving en de tweede lijn is een geconcentreerde aanpak binnen gebieden waar een stapeling van problematiek verwacht kan worden (Zuidoost Drenthe, Hoogeveen). De projecten die voor deze financiering in aanmerking komen worden in 2013 geïnventariseerd en aangemeld en zullen de komende jaren afhankelijk van de toekenning en onze beschikbare cofinanciering worden uitgevoerd. Speerpunten - Realiseren van de beheerste groeiambitie om in de toekomst voorzieningen in stand te houden. Om dit te realiseren moet een kwaliteitsimpuls worden bewerkstelligd. Deze kwaliteitsimpuls heeft vooral betrekking op het wonen, de voorzieningen en het landschap. - Vergroten van de aantrekkelijkheid van Hoogeveen en de dorpen voor wonen, werken en verblijven door bijvoorbeeld het aanbieden van hoogwaardige woonmilieus. - Versterken van de regiofunctie van Hoogeveen door onder meer het verbeteren van het centrum en de kwaliteit van de winkels. - Benutten en verbeteren van de vitaliteit en kwaliteit van het landelijk gebied door het versterken van de stadsrandzones en de cultuurlandschappen. - Inspelen op en faciliteren van initiatieven uit de samenleving die passen binnen de gemeentelijke doelstellingen.
22
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt Randvoorwaarden - Uitvoering van projecten binnen andere programma’s. - Anders werken: om de gewenste ruimtelijke initiatieven met de beschikbare capaciteit te kunnen faciliteren zal efficiënter en effectiever binnen de hele keten gewerkt moeten worden. - Marktpartijen die investeren. Risico’s - Niet verkrijgen van subsidies/cofinanciering. - Stagnatie in zowel woningbouw als overige investeringen als gevolg van onder andere de economische ontwikkelingen, bezuinigingen bij wooncorporaties en gevolgen regeerakkoord. Projecten Stationsgebied Na 2013 is het Stationsgebied, met de oplevering van het nieuwe Stationsplein, afgerond. Voor deelgebied A wordt overwogen om vanwege de moeilijke kantorenmarkt, een breder scala aan functies mogelijk te maken. Dat zou in principe mogelijk zijn in de tweede helft van 2014 op het moment dat de instandhoudingstermijn die geldt voor de voor het project verkregen Europese subsidie, is afgelopen. Buitenvaart II / Riegmeer Voor Riegmeer heeft de gemeenteraad besloten de grondexploitatie te verlengen naar 18 jaar, en pas te starten met de aanleg op het moment dat zich een bedrijf meldt dat redelijkerwijs niet meer inpasbaar is op de bestaande bedrijventerreinen van Hoogeveen. Een voorzichtige aanpak met zo weinig mogelijk risico die past bij de huidige economische situatie en die (rente)verliezen als gevolg van onnodig te vroeg aangelegd terrein en ontsluiting tot een minimum beperkt. De voorbereiding is op een zodanig niveau gebracht dat snel kan worden ingespeeld op de wensen van vestigingskandidaten voor Riegmeer. Het noordelijk blok (onder andere de Turbine) is in uitvoering, deels ontwikkeld en voor het overige in verkoop. Uitvoering Ontwikkelingsvisie Stadscentrum Ter uitvoering van de ontwikkelingsvisie Stadscentrum voeren wij het project Stadscentrum Zuidoosthoek gefaseerd uit. Het project Stadscentrum Zuidoosthoek is een project dat mede gesubsidieerd wordt door de provincie. Een van de voorwaarden hierbij is dat naast het realiseren van de vergroting van park Dwingeland ook een groene impuls aan het plangebied moet worden gegeven. De groene impuls geven we vorm door het planten van een aantal grote bomen in onder meer het middelste deel van de Hoofdstraat (2013/2014). Onderzocht wordt of we binnen het subsidiebudget nog meer groene impulsen kunnen geven aan het centrum. Binnen de planperiode 2014-2017 worden de volgende projecten uitgevoerd: 1) Realisatie parkeergarage “De Kaap” 2) Opknappen omgeving “De Kaap” 3) Reconstructie Het Haagje van Kaaplaantje tot aan rotonde (Het Kruis en eerste deel Het Haagje wordt in 2013 aangelegd). 4) Planten van een aantal grote bomen in het middelste gedeelte van de Hoofdstraat De realisatie van de parkeergarage hangt af van de ontwikkelingen bij de wooncorporaties als gevolg van het regeerakkoord, en de investeringsmogelijkheden die Woonconcept krijgt. De komende maanden komt hierover meer duidelijkheid. Park Dwingeland / Beukemaplein De ontwikkeling van Park Dwingeland en het Beukemaplein maakt, hoewel realisatie afhankelijk is van het deelproject De Kaap, geen deel meer uit van het investeringsprogramma.
23
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt Deze projecten worden ondergebracht in een grondexploitatie, waarbij in de Kadernota van vorig jaar het uitgangspunt is geformuleerd dat deze twee ontwikkelingen per saldo samen kostenneutraal worden uitgevoerd. De haalbaarheid hiervan zal uiteindelijk afhangen van de looptijd van de verkoop van woningbouw, en de financiële afronding van de brand van de gymzaal in Park Dwingeland. Voor dit gebouw was in het kader van de herontwikkeling van het gebied een opbrengst berekend na toekomstige verkoop. Herontwikkeling Mauritsplein Voor het Mauritsplein is in de eerste helft van 2013 de werving van toekomstige kopers gestart. Er wordt ingezet op (particulier) opdrachtgeverschap. In hetzelfde jaar volgt de vertaling in het bestemmingplan dat zo flexibel moet zijn dat binnen het ruimtelijk kader individuele woonwensen mogelijk worden gemaakt. De gemeente zal dit faciliteren en regisseren. Het wervingstraject, onderdeel van het programma ‘De stad in mijn achtertuin’, krijgt een interactieve, uitgebreide marktbenadering waarbij de toekomstige kopers meedenken over zaken als kavelpaspoorten, groenbeheer en bestemmingsplanvoorschriften. Via een interactieve digitale applicatie krijgen toekomstige kopers de mogelijkheid in te schrijven en berekeningen te maken zodat direct een inschatting gemaakt kan worden van de kosten. De gemeente biedt hierin begeleiding in het ontwerpproces van de eigen woning van begin tot eind. De realisatie van het plan is afhankelijk van de verkoop en bij voldoende belangstelling, voorzien vanaf 2014. Nu de voorlopige gunning van het klooster heeft plaatsgevonden kunnen we verder met de herontwikkeling van het Mauritsplein. Woningbouw in de dorpen Het project woningbouw dorpen is in een afrondende fase gekomen. Het project beoogt het creëren van voldoende bouwmogelijkheden in de dorpen om op de vraag in te spelen. De verwachting is dat in de dorpen Fluitenberg, Noordscheschut en Stuifzand de bestemmingsplanprocedures in 2014 worden afgerond. In de dorpen Elim, Nieuwlande, Nieuweroord, Hollandscheveld, Zuideropgaande/Nieuw Moscou, Pesse en Tiendeveen zijn nog door de gemeente uit te geven kavels of kavels van derden beschikbaar. Hierbij wordt nadrukkelijk ingespeeld op de wensen van bewoners, zodat vraaggericht gebouwd kan worden, bij voorbeeld via (C)PO (Collectief Particulier Opdrachtgeverschap). In Nieuwlande wordt de herontwikkeling van het huidige scholenterrein voorbereid. Zodra het MFC gereed is, vervalt de huidige functie en kan tot herontwikkeling worden overgegaan. Naast het mogelijk maken van woningbouw in de dorpen is ten behoeve van het landelijk wonen een plan van aanpak opgesteld voor de Trambaan (voorheen Kanalenzone) en omgeving. De gemeente heeft in het verleden grond gekocht voor realisering van de Kanalenzone in de nabijheid van Nieuweroord. In de herziene structuurvisie is opgenomen dat aan de Trambaan realisatie van circa 15 woningen mogelijk is. Erflanden Eind 2011 zijn alle projecten voor de ontwikkeling van Erflanden afgerond. De combinatie Erflanden (Bouwfonds, Heijmans en gemeente) blijft tot en met 2018 via een zogenaamde “slapende constructie” in stand. Er resteert nog de verkoop van veertig bouwkavels op basis van particulier opdrachtgeverschap. Daarnaast zal Megahome de komende jaren nog tientallen woningen op haar grond binnen Erflanden kunnen bouwen. In 2018 wordt weer bekeken – afhankelijk van de verkopen – of de periode weer verlengd moet worden.
24
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt Actualisering bestemmingsplannen In 2013 zal de laatste hand gelegd worden aan de afronding van de inhaalslag actualisatie bestemmingsplannen. Actualisatie van bestemmingsplannen zal daarna plaatsvinden in een reguliere cyclus van tien jaar, dat neerkomt op de actualisatie van gemiddeld drie plannen per jaar. Dit is uiteraard wel afhankelijk van de bepalingen in de nieuwe Omgevingswet. De eerste plannen moeten in 2017 geactualiseerd zijn. De actualisatie van de bestemmingsplannen voor het Buitengebied zijn een uitzondering. Deze worden in een afzonderlijk project opgepakt, gezien de hoeveelheid werk die deze plannen met zich meebrengen. Dit project zal in 2014 worden opgestart. Crematorium/uitvaartcentrum In 2013 wordt door een hiervoor ingestelde commissie de beste aanbieding beoordeeld op basis van de doorlopen aanbestedingsprocedure en vindt naar verwachting een voorlopige gunning plaats. De gemeenteraad wordt over deze keuze geïnformeerd. De vervolgstap is dat de partij die de concessie voorlopig gegund krijgt een architect een schetsplan laat maken voor het te realiseren crematorium/uitvaartcentrum. Nadat dit schetsplan akkoord is (beoordeling vindt plaats door een team van deskundigen) vindt de definitieve gunning plaats. Indien de uitwerking van het schetsplan naar het definitief ontwerp voorspoedig verloopt, kan eind 2013 de bouwvergunning worden ingediend. De daadwerkelijke start van de bouwwerkzaamheden is afhankelijk van het tempo waarin het gunningtraject gaat verlopen. Volgens het meest gunstige scenario vindt de oplevering eind 2014 plaats. Marketing wonen De gemeente wil met “Marketing Wonen”, laten zien wat de gemeente te bieden heeft, vraag en aanbod samen te brengen en onder meer (potentiële) inwoners verleiden om hier zelf een woning te bouwen om Hoogeveen daarmee mooier te maken. Een van de stappen was de lancering van de website “Vind je plek in Hoogeveen” in mei van 2013. De site zal een jaar onder hoede van de gemeente “draaien”en zal in mei 2014 na een korte evaluatie worden overgedragen aan een stichting waarin naast de gemeente de belanghebbenden rond wonen in Hoogeveen zullen participeren (van makelaars tot bank en van bouwbedrijf tot wooncorporaties). ‘Wonen in het stadscentrum’ We hebben een inspiratieboekje opgesteld met daarin de nadere invulling van de visie op het wonen in het stadscentrum met de titel: “De stad in mijn achtertuin.” Hiermee wil de gemeente (toekomstige) inwoners verleiden om in het stadscentrum te komen wonen en marktpartijen inspireren hieraan een bijdrage te leveren. Het project Mauritsplein is hier het eerste voorbeeld van. De nadere invulling hiervan zal ook in 2014 verder gaan. Herstructurering Krakeel Zie programma Wijken en Dorpen. Herstructurering Oranjebuurt Zie programma Wijken en Dorpen.
25
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Aantrekkelijker stad Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Vergroting aantrekkelijkheid van Hoogeveen voor wonen, werken en verblijven
Fysieke structuurvisie Uitvoeren en actualiseren uitvoeringsprogramma
Voorzien in de gewenste kwalitatieve en Uitvoering Woonvisie kwantitatieve woonbehoefte en sturing geven aan de Actualisatie prestatieafspraken onder andere uitvoering ervan wooncorporaties Regionale Woonvisie Opstellen uitvoeringsprogramma Opstellen monitoringssysteem Opstellen locatiepaspoorten en toepassen afwegingskader Uitvoering Marketing wonen en ‘Stad in mijn achtertuin’ Woonwebsite actueel houden Beheer website ondergebracht in stichting Invulling geven aan concept (c)po Opstellen visie op de energielandschappen Bestaande (naoorlogse) woonwijken aantrekkelijk houden voor verschillende doelgroepen
Herstructurering Krakeel Zie programma Wijken en Dorpen Herstructurering Oranjebuurt Zie programma Wijken en Dorpen Uitvoeren plan verduurzamen en aanpassen bestaande woningvoorraad vanuit woonlastenbenadering, woonkwaliteit en demografische veranderingen
Langjarig goed woonklimaat en keuzemogelijkheden van woonmilieus verbreed
Buizerdlaan/hoek Wolfsbos in Hoogeveen Realisatie
Betrokkenheid en zeggenschap van toekomstige bewoners bij woningbouw vergroot. ‘Vraaggericht bouwen’
Erflanden Verkoop resterende bouwkavels Herontwikkeling Beukemaplein in Hoogeveen Opstellen stedenbouwkundig plan en bestemmingsplanprocedure Herontwikkeling park Dwingeland Stedenbouwkundig plan en bestemmingsplanprocedure
26
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt Mauritsplein in Hoogeveen Bestemmingsplanprocedure, start realisatie Voldoende toegankelijke en aangepaste woningen i.v.m. vergrijzing van inwoners
Woonpark Bilderdijk Realisatie Voormalige locatie De Nederlandsche Bank (DNB) Realisatie Nieuwbouw Jannes van der Sleeden De Kaap (Voorbereiding) realisatie Uitwerking plan van aanpak gevolgen vergrijzing op het langer zelfstandig blijven wonen en het hebben van voldoende zelfstandige woonruimte
Ambitie van een groene stad waar blijven maken
Uitvoering Groenstructuurvisie binnen lopende projecten.
Doelstelling 2: Aantrekkelijker dorpen en landelijk gebied Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Langjarig goed woonklimaat en keuzemogelijkheden van woonmilieus in de dorpen verbreed
De Oplegger Hollandscheveld Realisatie
Betrokkenheid en zeggenschap van toekomstige bewoners bij woningbouw vergroot. ‘Vraaggericht bouwen’
Trambaan (voorheen Kanalenzone) Bestemmingsplanprocedure en verkoop kavels Landgoederenzone Plan van aanpak gereed De Groene Marken Voortgang is afhankelijk van de ontwikkelaar. De voorstellen van de ontwikkelaar worden afgewacht, waarbij als voorwaarde geldt dat 100% zekerheid wordt geboden dat de sanering van de vervuilde gronden uitgevoerd zal worden. Eerder wordt geen overeenkomst afgesloten. Woningbouw in de dorpen Afronden bestemmingsplanprocedures Verkoop kavels en realisatie
Voldoende toegankelijke en aangepaste woningen i.v.m. vergrijzing van inwoners
Appartementen WZC Beatrix Hollandscheveld Realisatie
Vitaal landelijk gebied
Intensiveren gemeentelijke samenwerking door uitvoering van de in 2012 opgestelde Agenda Platteland gemeenten Zuidwest-Drenthe Uitvoeren projecten Vitaal Platteland
27
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt
Doelstelling 3: Versterken van de regiofunctie van Hoogeveen voor inwoners uit de regio Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Regiofunctie Stadscentrum verbeteren
Uitvoering Ontwikkelingsvisie Stadscentrum
Regiofunctie Stationsgebied verbeteren
Project Stationsgebied Aanpassen bestemmingsplan
Doelstelling 4: Beter inspelen op ruimtelijke initiatieven die bijdragen aan een aantrekkelijker Hoogeveen Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Effectiever en efficiënter werken aan ruimtelijke plannen
Uitvoering plan van aanpak ‘Anders werken aan ruimtelijke plannen’ Uitvoering en evaluatie Stimuleringsplan bouw (incl. pilot actualisatie welstandsnota) Implementeren nieuwe Omgevingswet en nieuwe Woningwet
Doelstelling 5: Waardige rustplaats Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Voldoende begraafcapaciteit en keuzemogelijkheden, Realisatie crematorium/uitvaartcentrum waarbij de kosten beheersbaar blijven Aanleg verzamelkelders op de begraafplaatsen Hoogeveen, Hollandscheveld en Elim Inbreiden begraafplaats Nieuweroord en uitbreiden urnenmuur Uitbreiding urnenmuur begraafplaats Stuifzand (2016) Uitbreiding begraafplaats Nieuwlande (2017)
EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Stimuleringsplan bouw: lening particuliere woningverbetering
2014
2015
2016
2017
17
17
17
17
17
17
17
17
Baten Opbrengst bouwleges
150
100
50
0
Totaal baten
150
100
50
0
Saldo
167
117
67
17
Totaal lasten
28
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt Lening particuliere woningverbetering In het kader van het Stimuleringsplan Bouw worden leningen verstrekt aan particulieren voor woningverbetering. Het gedeelte van de kapitaallasten dat niet wordt gedekt door rentebaten van deze uitzettingen komt voor rekening van de gemeente. Bouwvergunningen In de Kaderbrief 2013-2016 is de raming van de opbrengst bouwleges vanaf 2013 structureel verlaagd met € 0,4 miljoen. Bij de Programmabegroting 2013- 2016 is het bedrag voor 2014 en volgende jaren nog verder verlaagd tot het niveau van 2013 zijnde € 845.000. Dit begrote bedrag is nog steeds structureel te hoog en niet haalbaar. Voor 2014 is de raming teruggebracht met € 150.000, voor 2015 met € 100.000 en voor 2016 met € 50.000. Hierbij is rekening gehouden met de komende grote projecten. Deze projecten bepalen voor een groot en belangrijk deel of het begrote bedrag wordt gehaald. Daarnaast is het aantal bouwaanvragen voor 2013 naar beneden bijgesteld ten opzichte van de begroting. Vooral de investeringen van wooncorporaties die voorgaande jaren elk jaar veel investeerden in grote projecten zijn in de wacht gezet. INVESTERINGEN Voor de investeringen zijn onderstaande bedragen opgenomen: Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Stadscentrum Zuid-Oost hoek 2013 2014 2015 2016 Totaal
3.864.000 9.970.779 190.000 713.000 14.737.779
2.678.188 6.635.708 190.000 713.000 10.216.896
900.812 3.335.071
250.000
35.000
4.235.883
250.000
35.000
2013 2014 2016 2017 Totaal
117.497 47.500 12.100 193.600 370.697
0
117.497 47.500 12.100 193.600 370.697
0
0
Totaal
15.108.476
10.216.896
4.606.580
250.000
35.000
Budget Begraafplaatsen
Stadscentrum Zuid-Oost hoek Het totaalbudget voor Stadscentrum Zuid-Oost hoek is gelijk gebleven. De cijfers zijn wel in de verschillende jaren verschoven. Nieuwe investeringen: Conform de nota begraven zijn de volgende nieuwe investeringen nodig: - Uitbreiding urnenmuur begraafplaats Stuifzand (2016) - De urnenmuur op de begraafplaats Stuifzand biedt onvoldoende capaciteit om op basis van de huidige uitgiftenorm urnen bij te zetten tot 2021. Om deze reden moet deze worden uitgebreid. De kosten hiervoor worden geraamd op € 12.100 inclusief BTW. - Uitbreiding begraafplaats Nieuwlande (2017) - De huidige capaciteit beschikbare particuliere graven op de begraafplaats Nieuwlande is onvoldoende om tot 2021 te kunnen begraven.
29
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ontwikkelt In verband met de relatief “jonge begraafplaats” is het niet mogelijk het capaciteitsprobleem op de bestaande begraafplaats op te lossen. De begraafplaats zal dan ook uitgebreid moeten worden. De kosten hiervoor worden geraamd op € 193.600 inclusief BTW. Deze zijn toegevoegd vanaf de reservelijst met investeringen. MOGELIJKHEDEN EN RISICO’S Begraven In 2013 is gestart met de voorbereidingen voor het verlengen van de eerste grafrechten. Met ingang van 2015 eindigen namelijk de grafrechten van de graven die in 1995 zijn uitgegeven voor een periode van twintig jaar. Hierdoor zullen de opbrengsten vanaf 2013 stijgen. De mate waarin dit gebeurt, is afhankelijk van het aantal rechthebbenden dat het grafrecht verlengt en is ook afhankelijk van de periode waarvoor de grafrechten worden verlengd. Daar is op dit moment dan ook nog geen inschatting van te maken.
30
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit
Duurzaamheid en Mobiliteit Het programma omvat het onderhouden van openbare verharding, milieu- en vervoersmaatregelen en afvalstoffen en riolering.
Programmahouder: Tiens Eerenstein BELEIDSDOCUMENTEN Duurzaamheid • Milieuvisie 2008 • Milieuprogramma 2013 (jaarlijks) • Milieujaarverslag 2012 (jaarlijks) • Klimaatbeleid 2010 • Waterplan/ Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2010 • Kaderplan Afvalstoffen 2010 • Baggerplan 2008 • Visie Externe Veiligheid 2010 • Bodemnota 2007 • Bodembeheernota 2012 • Bodemkwaliteitskaart 2012 • Nota Hogere waarden 2012 • 12 dagen regeling geluid horeca 2012 • Grondwaterbeleidsplan 2012 • Beleidsplan Openbare verlichting 2012 Mobiliteit • Mobiliteitsvisie 2008 • Parkeernota 2011 • Fietsnota 2011 • Duurzaam Veilig 1999 • Gladheidbestrijdingsplan 2012 (jaarlijks) • Beleidsplan Onderhoud wegen 2009-2013 Recreatie en toerisme • Evenementennota 2008 • Meerjarenplan Marketing 2009 • Notitie recreatie en toerisme 2008 WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN Algemene doelstelling Het programma omvat drie thema’s en voor ieder thema is een doelstelling geformuleerd: Duurzaamheid Een leefomgeving waarin de kwaliteit van leven voor inwoners en bedrijven in de gemeente Hoogeveen nu en in de toekomst geborgd is.
31
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit Mobiliteit Een goed bereikbaar Hoogeveen met aandacht voor verkeersveiligheid en leefbaarheid. Een goede bereikbaarheid voor de auto, de fiets en het openbaar vervoer (bus en trein). Recreatie en toerisme Het benutten van de recreatieve en toeristische mogelijkheden. De jaarlijkse evenementen vergroten de aantrekkelijkheid van Hoogeveen en hebben een positief effect op het imago. Trends en ontwikkelingen Duurzaamheid We streven naar een ecologische, economische en sociale duurzaamheid. Een leefomgeving waarin de kwaliteit van leven voor inwoners en ondernemers nu en in de toekomst geborgd is. Voor een leefbare en duurzame samenleving is naast energiebesparing gebruik van duurzame energie, vermindering van de uitstoot van schadelijke stoffen en materiaalkeuze en de bewustwording naar een duurzame samenleving een belangrijk uitgangspunt. Essentieel hierbij is een duurzame particuliere woningvoorraad en een duurzame leefomgeving, om de bestaande wijken en dorpen voldoende aantrekkingskracht te laten behouden. We willen hieraan, samen met inwoners en bedrijven, werken. We willen ook mensen stimuleren om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leven en hun omgeving. Hiervoor is een omslag in denken nodig. Lokaal Duurzaam Energiediensten Bedrijf (LDEB) Met het realiseren van de geformuleerde duurzaamheidsambities, waaronder een klimaatneutrale organisatie en gemeente zijn grote bedragen gemoeid. Investeringen door de gemeente zijn verhoudingsgewijs beperkt. Wel moeten de gemeentelijke investeringen renderen. De financiering van de uitvoering van duurzaamheidsmaatregelen vindt daarom, zo mogelijk, plaats in de gemeentelijke (investerings)projecten en in de locatieontwikkelingen. Indien de locatieontwikkeling in handen van derden is, komen de duurzaamheidskosten voor rekening van de ontwikkelende partij. De gemeente wil daarnaast in duurzame energieprojecten een regierol vervullen. Financieel en technisch inhoudelijk is samenwerking met het bedrijfsleven nodig om de ambitie te realiseren. Daarom hebben gemeente en Rendo Duurzaam gekozen voor de opzet van een Lokaal Duurzaam Energiediensten Bedrijf (LDEB). Het LDEB verzorgt het management van projecten, waarin meer partijen worden uitgenodigd samen te werken en financieel te participeren. De benodigde investering in de energieprojecten levert naar verwachting de nodige rendementen op, waardoor ze commercieel gezien interessant zijn. Op deze manier kan een zichzelf terugverdienend fonds ontstaan voor duurzame projecten. Met de voorspelde groei van de duurzame energiemarkt is de verwachting dat de markt energieprojecten oppakt. Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) De gemeenten in Drenthe zijn bezig om een gemeenschappelijke Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) voor de uitvoering van een milieutakenpakket op te zetten. Nader onderzoek wordt uitgevoerd om inzicht te krijgen in de omvang en het kwaliteitsniveau van de uit te voeren taken en de gevolgen daarvan voor de begroting van de RUD en de organisaties. Voor meer informatie wordt verwezen naar de paragraaf Bedrijfsvoering. Samenwerking in de waterketen In 2011 is het Bestuursakkoord Water ondertekend. Een belangrijke afspraak uit het akkoord is dat gemeenten en waterschappen nauw moeten gaan samenwerken in de waterketen. De komende jaren wordt aan deze samenwerking nadere invulling gegeven door de gemeenten Hoogeveen, Meppel, Westerveld, Steenwijkerland, Midden-Drenthe, De Wolden en het waterschap Reest en Wieden.
32
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit Mobiliteit Als gevolg van het achterwege blijven van economische groei is ook de jaarlijkse groei van het gemotoriseerde verkeer tot stilstand gekomen. Gezien de verwachting dat de bevolking in onze regio nog beperkt groeit, verwachten we ook in de komende jaren geen belangrijke groei meer. Bij het aantrekken van de economische groei verwachten we nog wel enige toename van het vrachtverkeer. Voor 2020 hebben we ons tot doel gesteld het aantal verkeersslachtoffers terug te dringen naar dertig (doden + ziekenhuisopnames). In 2008 was dit nog vijftig. Hoewel de registratie van verkeersslachtoffers de laatste jaren te wensen over laat, heerst landelijk de indruk dat er een eind is gekomen aan de daling van het aantal slachtoffers. Het aantal ziekenhuisopnames als gevolg van verkeersongevallen lijkt zelfs iets toe te nemen. Vooral meer fietsers lijken het slachtoffer te worden. Het snel groeiende gebruik van de fiets met trapondersteuning, onder vooral ouderen, lijkt hierbij van invloed te zijn. In het (concept) beleidsplan verkeersveiligheid Drenthe, opgesteld door de provincie en de gemeenten en dat in 2013 wordt vastgesteld, is de ambitie uitgesproken op termijn te willen toewerken naar nul verkeersslachtoffers. De auto is in Drenthe en dus ook in Hoogeveen een belangrijk vervoermiddel. Daarnaast vinden wij het belangrijk ook het gebruik van de fiets te stimuleren. In de afgelopen jaren hebben wij daarvoor maatregelen getroffen en daar gaan wij mee door. Waren de maatregelen tot nu toe vooral van fysieke aard, in 2014 zullen de maatregelen ook bestaan uit stimulering in de vorm van training en promotie. Bij de training gaat de aandacht vooral uit naar kinderen op de basisschool en ouderen die overwegen een fiets met trapondersteuning aan te schaffen. Verder promoten wij het gratis gebruik van de nieuwe bewaakte fietsenstalling in het centrum. Parkeren Bij het vaststellen van de Parkeernota 2011 heeft de gemeenteraad het college verzocht onderzoek te doen naar nieuwe vormen van betaald parkeren. Dit om de parkeerder beter van dienst te kunnen zijn en de parkeerkosten voor de klant zo laag mogelijk te houden. Het gaat hier om de mogelijkheden die er zijn om ook zonder slagbomen uitsluitend te betalen voor de tijd dat feitelijk wordt geparkeerd. Voorbeelden hiervan zijn: belparkeren, SMS parkeren en abonnementsparkeren. Er bestaan parkeerautomaten waarmee, door het toevoegen van een digitaal pakket, achteraf betaald parkeren mogelijk is. Het gaat hierbij om automaten waar de parkeerder het kenteken van de auto moet invoeren. Binnen het digitale pakket wordt ook het vergunningparkeren op kenteken geregeld. De handhaving van zowel het betaald als het vergunningparkeren vindt dan digitaal plaats met zogenaamde handhelds. Recreatie en toerisme Bundelen van krachten noodzakelijk Er wordt steeds meer gekeken naar regionale samenwerking binnen Zuidwest-Drenthe. Daarbij wordt de regio beter gepositioneerd en probeert Hoogeveen te profiteren van de spin-off. Hoogeveen trekt traditioneel weinig verblijfsrecreanten en vooral veel dagtoeristen. De focus van het beleid en het aanbod wordt daarom de komende jaren nog meer op dagtoerisme gelegd. De inzet is om Hoogeveen binnen de regio Zuidwest-Drenthe te promoten als stad voor dagtoerisme. Recreatie en toerisme kende als een van de weinige economische bedrijfstakken de laatste jaren een groei in werkgelegenheid, ondanks de economisch moeilijke situatie. Het is dus een aantrekkelijke bedrijfstak om in te (blijven) investeren. Evenementen Hoogeveen onderscheidt zich in de regio door de organisatie van diverse evenementen, festivals enzovoorts.
33
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit De Stichting Centrummanagement stelt elk jaar een breed activiteitenprogramma op waarin een veelheid aan activiteiten en evenementen wordt georganiseerd en ondersteund. Daarnaast zijn er initiatieven van serviceclubs en andere vrijwilligersorganisaties. Om de promotie van Hoogeveen nog beter te borgen wordt onderzocht of een “Platform Promotie Hoogeveen” tot de mogelijkheden behoort. Een verdere krachtenbundeling van alle initiatieven in een gezamenlijk platform, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid, kan ideeën, vrijwilligers, gemeente en ondernemers bij elkaar brengen om Hoogeveen nog meer in samenhang met elkaar te promoten. Ook biedt deze bundeling van krachten kansen om Hoogeveen in samenwerking met Marketing Drenthe verder te promoten en te vermarkten. Speerpunten Duurzaamheid Hoogeveen wil een goede leefkwaliteit voor haar inwoners en bedrijven. Daarom wordt in het kader van duurzaamheid vooral ingezet op: - Uitvoeren milieubeleid: • Klimaatbeleid (CO2-reductie) • Waterplan/Verbreed gemeentelijk rioleringsplan (vGRP) • Afvalkaderplan • Milieucommunicatie - Project Gebiedsgericht Grijs en Groen (project GGG). Zie voor meer informatie bij het programma Wijken en Dorpen Mobiliteit Hoogeveen wil goed bereikbaar zijn zonder dat dit ten koste gaat van de verkeersveiligheid en leefbaarheid. Daarom wordt ingezet op: - Onderhoud wegen. - Het afronden van de hoofdwegenstructuur binnen de bebouwde kom. - Het oplossen van knelpunten in de bereikbaarheid. - Verkeersveiligheid. - Digitale vergunningverlening en handhaving parkeren. - Verbetering betaalwijze parkeren: • nieuwe automaten; • werkelijke parkeertijd betalen. Recreatie en toerisme Er wordt vooral ingezet op: - Sterkere regionale samenwerking. - Het versterken van de samenwerking tussen TROP (Toeristisch Recreatie Ondernemers Platform)en TIP Hoogeveen. - Het versterken en professionaliseren van het TIP Hoogeveen. - Het versterken van het gebied rond Schoonhoven; om een recreatieve impuls aan het gebied Schoonhoven te geven wordt het gebied geprivatiseerd. - Betere afstemming van toeristisch en recreatief aanbod op profiel van toeristen en inwoners van Hoogeveen. - Evenementen die de aantrekkelijkheid van Hoogeveen vergroten. Randvoorwaarden Duurzaamheid De uitdaging is het vinden van een goede balans tussen economische groei, zuinig en efficiënt omgaan met de beschikbare ruimte, sociale belangen, natuur en milieu. Duurzaamheid loopt als rode draad door alle programma’s heen.
34
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit Mobiliteit Bereikbaarheid staat niet op zichzelf. Samenhang met andere programma’s zoals Ontwikkelt en Veilig is belangrijk. Recreatie en toerisme Recreatie en toerisme kent een nauwe samenhang met de programma’s Ontwikkelt en Ondernemen en Werken. Risico’s Duurzaamheid Het niet verkrijgen van subsidies en het vinden van de juiste externe partners voor de realisatie van duurzame energieprojecten. Mobiliteit Het niet verkrijgen van subsidies. Daarnaast speelt bij een goed openbaar vervoer dat wij als gemeente geen zelfstandige bevoegdheid hebben. Recreatie en toerisme Het niet verkrijgen van subsidies en uitvoeringscapaciteit. Goede samenwerking tussen externe partners is een aspect dat continu aandacht vraagt en begeleid moet worden. Projecten Duurzaamheid Milieuprogramma 2014 en milieujaarverslag2013 In het door de gemeenteraad vast te stellen milieuprogramma 2014 worden de ambities en doelstellingen van de milieuvisie uitgewerkt in concrete actiepunten. In 2014 wordt ook aan de gemeenteraad verantwoording afgelegd over de uitgevoerde activiteiten en projecten in 2013. Klimaatbeleid De uitvoering van diverse projecten voor de opwekking van duurzame energie en de verdere ontwikkeling van LDEB (Lokaal Duurzaam Energiedienstenbedrijf). Projecten opgenomen in het vGRP 2010-2014 en het grondwaterbeleidsplan zoals vervanging van riolering, afkoppelprojecten (waarbij relatief schoon hemelwater wordt afgekoppeld van het gemengde riool) en de stedelijke wateropgave. Klimaatcontract Het met de provincie Drenthe afgesloten klimaatcontract loopt op 31 december 2013 af. Met dit contract zijn en worden een groot aantal klimaatprojecten gefinancierd. Voor 1 juni 2014 moet de eindverantwoording zijn ingeleverd. Momenteel wordt onderzocht of voor de al afgeronde projecten een tussentijdse verantwoording kan worden afgelegd. Nu het klimaatcontact ten einde loopt zullen nieuwe financieringsbronnen moeten worden gevonden. Hierover zullen gesprekken worden opgestart met de provincie Drenthe, het Rijk en marktpartijen. Daarnaast zal naar nieuwe (Europese) subsidiebronnen worden gezocht. Verduurzaming van de bestaande woningbouw Zowel vanuit de klimaatdoelstelling CO2 neutraal in 2040 als de woondoelstelling om de energielasten te beperken zal in 2013 een nieuwe impuls worden gegeven aan het project ‘Verduurzaming van de bestaande woningbouw’. Dit project zal zich in eerste instantie richten op de particuliere woningvoorraad. Daarnaast zal in 2013 de communicatie rondom Duurzaam Wonen worden gestart en wordt de warmtescan gebruikt voor vervolgkeuzes en acties. Verschillende projecten zullen worden gestimuleerd om een bijdrage te leveren aan onze klimaatdoelstelling.
35
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit De mogelijkheden van het verstrekken van een duurzaamheidslening worden in 2013 nader uitgewerkt in het project Stimuleringsplan Bouw Hoogeveen. Zie voor een nadere toelichting het programma Ontwikkelt. Zonatlas Onlangs is een nieuw instrument ontwikkeld ter stimulering van de toepassing van zonne-energie; de zogenaamde zonatlas. De zonatlas toont voor elk dakvlak en elk gebouw binnen een afgebakend gebied de geschiktheid voor de opwekking van zonne-energie. De atlas kan worden gemaakt voor stadsdelen, kleine of grote gemeenten, steden of hele districten. Door het combineren van weerdata, de invallende zonnestraling, de hellingshoek van de daken en de schaduwsituatie is een zeer nauwkeurige indicatie van de geschiktheid van de dakvlakken voor zonne-energieopwekking te geven. Onderzocht zal worden of de zonatlas in Hoogeveen een meerwaarde heeft. De kosten van aanschaf bedragen naar verwachting € 20.000. Om een zonatlas online te kunnen zetten moet de gemeente beschikken over de nieuwste hoogtekaart. De topografische dienst gaat dit voorjaar in Noord Nederland deze kaart actualiseren. Afval anders In oktober 2012 is in de wijk Wolfsbos een pilot van start gegaan bij ongeveer 250 huisaansluitingen waarbij het huishoudelijk restafval met een verminderde frequentie wordt ingezameld. Daarnaast worden er extra faciliteiten geboden om de gescheiden afgifte van grondstoffen te stimuleren. De tussenresultaten in het proefgebied laten zien dat er sprake is van een afname van de hoeveelheid restafval met een kwart en er wordt twee keer zoveel plastic ingezameld als voorheen. De uitkomsten worden in de eerste helft van 2013 geëvalueerd. Bij een positieve uitkomst vindt een discussie plaats over een gefaseerde invoering van het systeem in de hele gemeente. Aanbesteding restafval In juli 2016 eindigt de werkingsduur van het bestaande restafvalverwerkingscontract met Attero. Op basis van de, door de raad, vastgestelde Afvalbeheervisie is aan Area Reiniging opdracht gegeven om te starten met de aanbesteding voor een nieuw contract. In VDG-/Markereinverband is hiermee inmiddels begonnen. De uitkomst hiervan wordt begin 2014 verwacht. Naar verwachting kan dit (aanzienlijk) goedkoper plaatsvinden. Hoogeveen verlicht bewust Medio 2012 heeft de gemeenteraad het beleidsplan openbare verlichting vastgesteld. Onderdeel van het raadsvoorstel en het beleidsplan is dat er op interactieve wijze overleg plaats vindt met de inwoners om zo gezamenlijk te bepalen waar verlichting noodzakelijk is. Het project “Hoogeveen Verlicht Bewust” is hiervoor opgezet en start in 2013. In 2014 en daarop volgende jaren vinden de uitvoeringswerkzaamheden plaats. De kosten worden betaald uit de bestaande exploitatie voor openbare verlichting. Mobiliteit Opknappen ’t Hoekje Hollandscheveld In november 2012 heeft de raad € 500.000 beschikbaar gesteld voor Revitalisering 't Hoekje Hollandscheveld, in 2014 € 250.000 en in 2015 € 250.000. Samen met de ondernemers en vertegenwoordigers uit het dorp wordt bekeken hoe dit geld het best kan worden besteed en wat er vanuit particulier initiatief kan worden bijgedragen en gerealiseerd. De uitvoering start in 2014. Reconstructie Zuidwoldigerweg-Schutstraat-Griendtsveenweg Afronding van het project vindt plaats in 2014 met de aanleg van de rotonde Zuidwoldigerweg enop- en afrit A28.
36
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit Dorpsstraat Pesse De reconstructie van de Dorpsstraat Pesse staat voor 2014 en 2015 op de agenda. Het reconstructieplan is in overleg met het dorp tot stand gekomen, als uitvloeisel van het Lange Klap proces (van De Smederijen) in Pesse. Uitvoering Ontwikkelingsvisie Stadscentrum Zie programma Ontwikkelt, onder Projecten. DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Duurzamer Hoogeveen Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Het realiseren van een CO2-neutrale organisatie in 2020 en de gehele gemeente in 2040 CO2-neutraal inrichten (0-meting 2009)
Uitvoeren activiteiten en projecten uit het milieujaarprogramma 2014
In 2015 is het watersysteem op orde door realisatie van de stedelijke wateropgave
Uitvoeren Waterplan en vGRP, zie voor activiteiten het uitvoeringsplan vGRP
In 2015 wordt 65% van het huishoudelijk afval gescheiden ingezameld en voor nuttige toepassing aangewend (in 2012 60%)
Uitvoering werkplan Afvalkaderplan
Doelstelling 2: Verbeteren van de bereikbaarheid Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Na 2014 doen zich geen structurele knelpunten/files voor in de doorstroming op de hoofdwegenstructuur (de capaciteit van elk kruispunt wordt in de spits niet overschreden)
-
Stimuleren gebruik fiets en openbaar vervoer
-
-
-
Aanleg rotonde Zuidwoldigerweg en op- en afrit A28 Vervanging verkeersregelinstallatie (VRI) en vergroting capaciteit Middenveldweg Aanbrengen van fietsbewegwijzering Verbeteren toegankelijkheid haltes openbaar vervoer Stimuleren gebruik fietsenstalling centrum
Doelstelling 3: Verbeteren van de verkeersveiligheid Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014 Uitvoeren permanente verkeerseducatie met Drenthebreed is de ambitie het aantal buurgemeenten en provincie verkeersslachtoffers op termijn terug te dringen naar Realisatie verkeersveiligheidsmaatregelen nul. Vooralsnog houden we vast aan een daling tot 30 Nieuwlande slachtoffers in 2020 Herinrichting Dorpsstraat Pesse Aanpak fietsknelpunten: • aanbrengen fietspad De Stroom • rotonde Harm Smeengelaan-Kinholtsweg (2015)
37
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit
Doelstelling 4: Benutten en verbeteren van de recreatieve en toeristische mogelijkheden Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Stijging van aantal bezoekers en deelnemers aan Hoogeveen en Hoogeveense evenementen (0-meting 2009)
Voortzetten van het aantrekken en mede ontwikkelen/faciliteren van spraakmakende evenementen die Hoogeveen als evenementenstad op de kaart zetten
Nieuwe recreatieve en toeristische producten en initiatieven
-
Ontwikkelen arrangementen door TROP en TIP ‘Verhalen van Hoogeveen’ beter vertellen en zichtbaar maken Uitvoering activiteiten uit de geactualiseerde nota Recreatie en Toerisme 2013-2017
EXPLOITATIE Mutaties ten opzichte van Programmabegroting 2013-2016 Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Stimuleringsplan bouw: duurzaamheidslening Zonatlas Uitvoering nota Recreatie en Toerisme Permanente verkeerseducatie Vervanging fietsbewegwijzering Totaal lasten
2014
2015
2016
2017
40 20 pm 8 10
40
40
40
pm 8
pm 8
pm 8
78
48
48
48
0
0
0
0
78
48
48
48
Baten Totaal baten Saldo
Toelichting Duurzaamheidslening In het kader van het Stimuleringsplan Bouw worden leningen verstrekt aan particulieren voor woningverbetering. Het gedeelte van de kapitaallasten dat niet wordt gedekt door rentebaten van deze uitzettingen komt voor rekening van de gemeente. Recreatie en toerisme Om de kansen van de groeisector recreatie en toerisme optimaal te kunnen benutten is een goed functionerend TIP een voorwaarde (Ecorys rapport). We onderzoeken de mogelijkheden tot professionaliseren en herhuisvesten van het TIP. De professionalisering behelst voornamelijk het aanstellen van een professionele coördinator. Bij de herhuisvesting worden diverse mogelijkheden bekeken. De eventuele financiële gevolgen van de professionalisering en herhuisvesting worden bij de Programmabegroting in beeld gebracht.
38
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit Verkeerseducatie In 2005 zijn in de provinciale commissie Verkeers- en Vervoerberaad Drenthe afspraken gemaakt over de financiering van de kosten voor uitvoering van de regioprogramma's Permanente verkeerseducatie. De gemeentelijke bijdrage is afhankelijk van het aantal inwoners en is vastgesteld op € 53.886. In de begroting is voor dit onderdeel € 45.608 opgenomen, hierdoor moet er € 8.278 worden toegevoegd. Deelname door de gemeente aan het regioprogramma Permanente verkeerseducatie is voorwaarde om een beroep te kunnen doen op provinciale BDU infra bijdragen. Uitvoering beleid zoals geformuleerd in fietsnota Fietsbewegwijzering De recreatieve fietsbewegwijzering in Hoogeveen is een van de activiteiten uit de fietsnota welke zijn voorgesteld om het fietsverkeer te stimuleren en ter facilitering van recreatie en toerisme. Hiervoor is een eenmalige ophoging nodig van het budget voor vervanging bewegwijzering nodig in 2014 met € 10.000. Areaaluitbreiding groen en grijs Conform ons beleid nemen we areaaluitbreidingen (inclusief mutaties) op voor de door het college goedgekeurde projectplannen. Bij het uitwerken van de Voorjaarsnota naar de Programmabegroting zal de splitsing worden gemaakt wat voor beheer grijs is en wat voor het beheer groen is. Nu zijn de bedragen geheel opgenomen bij het programma Wijken en Dorpen. INVESTERINGEN Voor de investeringen zijn onderstaande bedragen opgenomen: Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Asfaltprogramma 2013 2014 2015 2016 2017 Totaal
700.000 1.100.000 700.000 700.000 1.100.000 4.300.000
Haltes openbaar vervoer gehandicapten 2015 Totaal
39.483 39.483
0
700.000 1.100.000 700.000 700.000 1.100.000 4.300.000
0
0
0
39.483 39.483
0
0
0
603.000 603.000
0
0
0
0
Infrastructurele verkeersmaatregelen Zuidwoldigerweg-Schutstraat-Griendtsveenweg 2013 653.494 653.494 2014 1.206.000 603.000 Totaal 1.859.494 0 1.256.494 Vervanging diverse bruggen 2013 2015 Totaal
75.775 53.000 128.775
0
75.775 53.000 128.775
2013 Totaal
224.000 224.000
0
224.000 224.000
Ondergrondse containers
39
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit
Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Permanent bewaakte fietsenstalling 2013 Totaal Herstellen Riegshoogtendijk (wortelopdruk) 2013 Totaal
100.000 100.000
0
50.000 50.000
0
50.000 50.000
164.500 164.500
0
164.500 164.500
0
0
0
250.000 250.000 500.000
0
0
0
0
Revitalisering het Hoekje, Hollandscheveld 2014 2015 Totaal
250.000 250.000 500.000
2014 2015 Totaal
250.000 250.000 500.000
0
250.000 250.000 500.000
2013 Totaal
4.419 4.419
0
4.419 4.419
0
0
2013 Totaal
125.000 125.000
0
125.000 125.000
0
0
2013 Totaal
9.000 9.000
0
9.000 9.000
0
0
2014 2015 2016 2017 Totaal
70.000 70.000 70.000 70.000 280.000
0
70.000 70.000 70.000 70.000 280.000
0
0
VRI Middenveldweg-Toldijk/ LCH-terrein 2014 Totaal
150.000 150.000
0
150.000 150.000
0
0
Totaal
8.384.671
0
7.731.671
0
653.000
Herinrichting Dorpsstraat, Pesse
Fietspad Coevorderstraatweg
Deelname Biomassacentrale BV
Deelname LDEB
Vervanging parkeerautomaten
Nieuw opgenomen: Asfaltprogramma Uit het groot asfaltonderzoek dat eind 2011 heeft plaatsgevonden is gebleken dat ruim € 5.800.000 investeringsbudget nodig is in de periode 2014-2017 om de asfaltwegen te herstellen. Met de toevoeging van € 1.100.000 in 2017 is voor deze periode een totaalbedrag van € 3.600.000 beschikbaar.
40
Voorjaarsnota 2014-2017 – Duurzaamheid en Mobiliteit Parkeerautomaten De huidige parkeerautomaten zijn sterk verouderd en zeer storingsgevoelig. Daarnaast heeft de leverancier van de parkeerautomaten aangegeven dat met ingang van 2014 voor de bestaande automaten geen onderdelen meer kunnen worden geleverd. Dit betekent dat nu wordt nagedacht over het vervangen van de bestaande automaten. Het meest voor de handliggende is in te zetten op een vervangingsstrategie. Dit houdt in dat we parkeerautomaten vervangen op het moment dat dit noodzakelijk is. Hiervoor is het noodzakelijk de komende zes jaar een investeringsbudget beschikbaar te stellen van € 70.000. VRI Middenveldweg-Toldijk/LCH-terrein De bestaande verkeersregelinstallatie (VRI) Toldijk/LCH-terrein is verouderd en onderdelen kunnen niet meer worden vervangen. Dat brengt grote risico’s op gebied van bereikbaarheid en verkeersveiligheid met zich mee. De kosten voor het vernieuwen van de VRI bedragen € 150.000. Investeringen riolering (vallen buiten het investeringsplafond) Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Budget rioleringswerkzaamheden 2013 2014 2015 2016 2017 Totaal
1.946.741 1.302.000 1.038.590 1.172.297 1.188.317 6.647.945
0
0
1.946.741 1.302.000 1.038.590 1.172.297 1.188.317 6.647.945
0
Nieuw opgenomen: Investeringsbudget GRP Herstellen Riegshoogtendijk (worteldruk) Voor 2013 is een bedrag beschikbaar gesteld voor aanpassing van de Riegshoogtendijk. Het gaat hierbij om een bedrag van € 164.500. Voor de totale aanpassing is een bedrag geraamd van € 840.000. Dit bestaat naast het beschikbaar gestelde budget van € 164.500 uit een bedrag van € 530.600 (ten laste van het GRP) en € 144.900 (exploitatiebudget onderhoud wegen). Gezien de complexiteit zal realisatie niet in 2013 worden afgerond. Het streven is om in 2013 het ontwerp vast te stellen en de aanbestedingsprocedure af te ronden zodat na de winter 2013/2014 met de uitvoering kan worden gestart. Binnen het investeringsbudget van het GRP is in 2014 onvoldoende ruimte aanwezig. Binnen dit investeringsbudget moet een aanvullend budget van € 131.000 beschikbaar worden gesteld. DOC Voor 2016 moet de productiecapaciteit van DOC zijn overgeheveld van de Alteveerstraat naar het Zuivelpark op Buitenvaart. Dit betekent ook dat de rioleringscapaciteit vergroot moet worden. Hiervoor is een aanvullend budget binnen het investeringsbudget GRP van € 200.000 noodzakelijk (2016). Deze wijziging wordt ook meegenomen in de op te stellen actualisatie van het Waterplan/VGRP welke in 2014 gepland staat.
41
42
Voorjaarsnota 2014-2017 – Economische pijler
Economische pijler
De economische pijler omvat het volgende programma:
Programma
Ondernemen en Werken
43
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ondernemen en Werken
Ondernemen en Werken Dit programma gaat over het bevorderen van werkgelegenheid, het bestrijden van de gevolgen van werkloosheid en het zorgen voor een stimulerend ondernemersklimaat. Programmahouder: Ton Bargeman BELEIDSDOCUMENTEN Actuele beleidsdocumenten • • •
Economische Structuurvisie (ESV) 2007 Beleidsnota participatie en re-integratie 2011 Aanvalsplan Wet werk en bijstand WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN
Algemene doelstelling Het doel van het programma Ondernemen en Werken is het bevorderen van werkgelegenheid, bestrijding van de gevolgen van werkloosheid en het zorgen voor een stimulerend ondernemersklimaat. Trends en ontwikkelingen Het in 2012 nog verwachtte voorzichtige herstel van onze lokale economie bleef uit. Ook in 2013 blijft Hoogeveen kampen met een krimpende economie en een fors oplopende werkloosheid. Wanneer het tij zal keren, is moeilijk in te schatten. Ook voor de komende jaren zal het voor veel bedrijven erop of eronder zijn en is het soms een kwestie van overleven. Het is van belang dat onze eigen dienstverlening en zeker ook het contact met de ondernemers optimaal op orde is om goed zicht te hebben op welke dreigingen er zijn en om samen met het bedrijfsleven (nieuwe) initiatieven te ontwikkelen om deze bedreigingen om te bouwen naar kansen. Het recent, in samenspraak met het georganiseerd bedrijfsleven, opgestelde stimuleringsplan bouwinitiatieven geeft inzicht in gemeentelijke mogelijkheden en mogelijke acties om de lokale economie te stimuleren en hoe onze eigen dienstverlening daar op aangescherpt kan worden. Inkoop- en aanbestedingsbeleid In dat kader past het om ons eigen inkoop- en aanbestedingsbeleid te zien als strategisch instrument om de lokale economie te stimuleren. Door middel van het vergroten van de kansen op aanbestedingen en opdrachten voor lokale en regionale bedrijven kunnen we de crisis proberen te dempen. De nieuwe Aanbestedingswet biedt daarvoor volop mogelijkheden zonder daarbij transparantie, rechtmatigheid, non-discriminatie en voldoende concurrentiestelling uit het oog te verliezen. Om inhoud te geven aan het streven om werklozen met een afstand tot de arbeidsmarkt werk(ervaring) te bieden, wordt bij het gunnen van opdrachten steviger ingezet op het invullen van Social Return on Investment. Hiermee wordt een duidelijke link gelegd met de sociale doelstelling om werklozen weer fit te krijgen voor het reguliere arbeidsproces. Een goed werkgeverscontact vanuit het accountteam sociale zaken en het accountteam economische zaken is daarbij van wezenlijk belang.
44
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ondernemen en Werken Innovatief ondernemerschap Een economische recessie leidt bij ondernemers vaak tot herbezinning op bestaande en verkenning van nieuwe of aanpalende markten. Dat kan resulteren in verrassende en innovatieve bedrijfsactiviteiten die niet altijd 1 op 1 in bestaande bestemmingsplannen passen. Dit vraagt van de lokale overheid maximale flexibiliteit, het vermogen om hierop mee te bewegen, snelle vergunningverlening evenals flexibel omgaan met bestaande regelgeving. De nieuwe economische werkelijkheid vraagt soms letterlijk om ‘nieuwe ruimte’. Van een ondernemersvriendelijke gemeente mag een houding verwacht worden van ‘Ja, tenzij…..’ in tegenstelling tot ‘Nee, want…..’ Kennisontwikkeling en aansluiting onderwijs-bedrijfsleven Zoals gesteld, is het voor veel ondernemers nu een kwestie van overleven. Met het oog op een teruglopende beroepsbevolking en een groeiende vervangingsvraag als gevolg van vergrijzing is het van wezenlijk belang dat er nu wel voldoende geïnvesteerd blijft worden in kennisontwikkeling en innovatie in het bedrijfsleven en het opleiden van de toekomstige beroepsbevolking. Bevordering van de instroom in techniekonderwijs moet daar een belangrijke plaats in krijgen. Dit is een kwestie van samen optrekken in het Triple O- verband (ondernemers, onderwijs en overheid). Het landelijk vast te stellen Techniekpact geeft hier ook richting aan. Ook zullen we samen met de provincie blijvend inzetten op het versterken van onze opleidingsinfrastructuur en kennisclusters (bijvoorbeeld het cluster Vezelchemie voor Emmen en Hoogeveen). Stimulering zelfstandig ondernemerschap Als gevolg van de krapte op de arbeidsmarkt zien we steeds vaker dat werknemers die hun baan verliezen de stap naar ondernemerschap wagen. Om dit succesvol en duurzaam te laten zijn, wordt via de Stichting Starters in Business hierbij begeleiding geboden. Voor de komende jaren wordt een toenemende vraag om begeleiding voorzien. Tijdelijke ondersteuning gevestigde ondernemers Sinds 2012 kunnen gevestigde ondernemers in zwaar weer terecht bij het STiB voor kortdurende ondersteuning. Door de organisatiestructuur van de stichting, met oud-ondernemers als comanagers en een bestuur dat samengesteld is uit Hoogeveense ondernemers wordt voorzien in een breed netwerk en veel expertise van het (lokale) ondernemerschap en wat een degelijk ‘hulploket’ kan zijn van en voor ondernemers. Deze taak- en doelgroepverbreding is nog in ontwikkeling maar biedt zeker perspectief voor ondernemers die tijdelijk een steuntje in de rug nodig hebben om deze barre economisch tijden door te komen. Wij zullen het komend jaar deze doorontwikkeling oppakken in samenwerking met het stichtingsbestuur en het georganiseerde bedrijfsleven. Gelet op de ingrijpende ontwikkelingen in de detailhandel/retail voorzien we de vraag om tijdelijke ondersteuning vooral in deze branche. Regionale samenwerking Met het oog op het aantrekken van nieuwe bedrijven is regionale samenwerking van belang. We gaan samen met de gemeenten Emmen en Coevorden inzetten op een regionaal promotie- en acquisitieplan om onze regio als aantrekkelijk vestigingsgebied te positioneren en te vermarkten; uiteraard met aandacht voor de lokale kleur. Dit kan ook goede resultaten opleveren voor de regionale werkgelegenheid. Participatiewet Op 1 januari 2014 zal - naar verwachting - de Participatiewet in werking treden. Deze wet wordt het nieuwe sluitstuk onder ons stelsel van sociale zekerheid. De Participatiewet komt in de plaats van de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een gedeelte van de Wajong. Feitelijk komt het erop neer dat de bijstand wordt verbreed met de doelgroep: mensen met een arbeidsbeperking (die geen gebruik kunnen maken van voorliggende voorzieningen).
45
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ondernemen en Werken We kiezen voor een integrale aanpak van problemen en een vroegtijdige benadering op meerdere gebieden zoals inkomen, de woon- en leefomgeving, werk of activiteiten, zorg en versterking van het eigen netwerk. De jeugdigen verdienen hierbij onze bijzondere aandacht om in hun volwassen leven voldoende vaardigheden/mogelijkheden te hebben ontwikkeld om te participeren in de samenleving. Concreet betekent dit dat bij jongeren (met een arbeidsbeperking) inzetten op een ononderbroken lijn van school via stage en/of werkervaringplekken naar werk. Daarbij sluiten we aan bij de werkwijze die de scholen voor praktijkonderwijs en speciaal- onderwijs toepassen. Voor de ouderen met een arbeidsbeperking ontwikkelen we nieuwe zorgconcepten. De integrale aanpak binnen het sociale domein is daarbij leidend. Binnen deze integrale aanpak kan werken in een beschutte omgeving deel uitmaken van de maatwerkaanpak. De uitvoering van de aanpak zullen we naar verwachting deels zelf uitvoeren en deels beleggen bij het onderwijs. We schatten de nieuwe instroom qua aantal in op ca. 30 klanten per jaar. Gelet op de problematiek van de nieuwe instroom verwachten we vooralsnog nagenoeg geen volledige uitstroom. De financiële contouren van de Participatiewet duiden op een verminderen van de middelen voor reintegratie en participatie. Voor de nieuwe instroom krijgen we wel extra middelen. Vooralsnog gaan we ervan uit dat we onze geformuleerde aanpak van de nieuwe instroom kunnen bekostigen vanuit de extra middelen. Onze reguliere aanpak, geformuleerd in het aanvalsplan WWB, kunnen we naar verwachting blijven bekostigen uit het participatiebudget. De mogelijke gevolgen van de participatiewet voor de WSW zijn verwoord binnen het programma Meedoen. Speerpunten Terugdringen van het aantal mensen dat aangewezen is op inkomensondersteuning is speerpunt van beleid. Echter, zonder ondernemers geen werkgelegenheid. Daarom is het van groot belang om de lokale economie maximaal te stimuleren, te faciliteren en waar nodig en mogelijk tijdelijk ondersteuning te bieden door: - Intensiveren bedrijfsbezoeken - Optimale ondernemersdienstverlening - Partnership overheid-bedrijfsleven - Triple O samenwerking: verbeteren aansluiting onderwijs-arbeid, voorkomen schooluitval en bevorderen techniekonderwijs - Regionale samenwerking /positionering Zuid-Oost Drenthe als aantrekkelijke vestigingsregio Aanvalsplan Wet Werk en Bijstand In 2011 zijn we van start gegaan met het aanvalsplan. In eerste instantie hebben we ons daarbij gericht op mensen met een korte tot middelmatige afstand tot de arbeidsmarkt. De aanpak is succesvol gebleken, ten opzicht van de landelijke en Drentse trend wijken we in positieve zin af. Gelet op het succes hebben we ervoor gekozen de aanpak ook uit te rollen naar degenen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Vanuit dit programma worden degenen opgepakt die kans maken om de stap naar werk en/of participatie te maken. Vorming arbeidsmarktregio Drenthe In 2012 heeft het ministerie de arbeidsmarktregio’s opnieuw vastgesteld. De arbeidsmarktregio Drenthe bestaat uit zes van de twaalf Drentse gemeenten: Borger Odoorn, Emmen, Coevorden, Midden-Drenthe, De Wolden en Hoogeveen. De vorming van een gezamenlijke werkgeversbenadering is een belangrijke opdracht voor de arbeidsmarktregio’s. Daarbij vinden we het van belang dat deze benadering aansluit op onze contextgerichte manier van werken.
46
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ondernemen en Werken Bij de verdere uitwerking van de arbeidsmarktregio achten wij het van groot belang dat er een optimale aansluiting komt van de werkwijze bij het UWV en ons eigen werkplein. We richten ons daarbij op het voorkomen van instroom in de Participatiewet vanuit de WW. Randvoorwaarden Uitvoering van onze ambitie kan niet zonder samenwerking met de strategische partners: ondernemers en onderwijs. Uitvoeringsplannen met het oog op het tijdelijk ondersteunen van ondernemers zijn op dit moment nog niet voldoende concreet. De eventuele financiële gevolgen hiervan evenmin. Indien dit niet binnen bestaande budgetten op te vangen is, kan het fonds Stimulering Werkgelegenheid als mogelijke achtervang dienst doen. Risico’s Onvoldoende financiële compensatie voor een uitdijend takenpakket op grond van de Participatiewet. Lopende projecten Project Participatiewet DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Meer werkgelegenheid Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Toename van het aantal werkzame personen.
-
Stimulering lokale economie Regionale positionering Zuid-Oost Drenthe als vestigingsgebied
Doelstelling 2: Bestrijden van werkloosheid Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Een afname van het aantal uitkeringsgerechtigden.
Uitvoeren aanvalsplan Wwb voor alle groepen
Doelstelling 3: Een stimulerend ondernemersklimaat voor alle ondernemers Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen 2014
Het wordt ondernemers zo gemakkelijk mogelijk gemaakt een bedrijf te starten of voort te zetten (optimale economische bedrijfsomgeving).
Continuering ESV-aanpak en steunmaatregelen gevestigde ondernemers
EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Vermindering lasten participatiebudget (Wdeel) Totaal lasten
2014
2015
2016
2017
-600 -600
-900 -900
-1.000 -1.000
-1.000 -1.000
Baten Vermindering baten participatiebudget (Wdeel)
600
900
1.000
1.000
Totaal baten
600
900
1.000
1.000
0
0
0
0
Saldo
47
Voorjaarsnota 2014-2017 – Ondernemen en Werken Participatiebudget bestaand beleid In de Programmabegroting 2013-2016 gingen we uit van een rijksbijdrage voor het participatiebudget (exclusief Inburgering en Educatie) van € 3,3 miljoen oplopend naar € 3,7 miljoen in 2016. De kosten in het programma zijn hierop afgestemd. Bij ongewijzigd rijksbeleid verwachten we dat het participatiebudget (excl. Inburgering en Educatie) jaarlijks € 2,7 miljoen bedraagt. Participatiewet De komst en de financiële gevolgen van de Participatiewet en de daarmee gepaard gaande bezuinigingen zijn nog onzeker en daardoor niet verwerkt in de cijfers. Belangrijke punten in de huidige planvorming op rijksniveau die van invloed kunnen zijn op de gemeentelijke begroting zijn: - verlaging van het Participatiebudget; - komst nieuwe doelgroep voor re-integratie / beschut werken in relatie tot het budget; - de mogelijke gevolgen van de participatiewet voor de Wsw, die verwoord zijn binnen het programma Meedoen. De uitvoering van de nieuwe taken zal ook aanvullende capaciteit vragen van het gemeentelijke apparaat. De omvang van deze aanvullende capaciteit zal sterk afhangen van de wijze waarop we uitvoering geven aan de Participatiewet. Wij gaan er vooralsnog vanuit dat we de aanvullende capaciteit kunnen dekken vanuit de extra rijksmiddelen. INVESTERINGEN Er zijn geen investeringen opgenomen voor het programma Ondernemen en Werken.
48
Voorjaarsnota 2014-2017 – Sociale pijler
Sociale pijler
De sociale pijler omvat de volgende programma’s: Programma
Talentontwikkeling Meedoen
49
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling
Talentontwikkeling Het programma omvat de zorg voor onderwijs en educatie van inwoners, het Centrum voor Jeugd en Gezin, jeugdbeleid, Integraal accommodatiebeleid en kunst en cultuur Programmahouder: Ton Bargeman BELEIDSDOCUMENTEN • • • • • • • • • • •
Visie 'Als jeugd en toekomst tellen' en transformatieplan (2012) Factsheets Zuidwest Drenthe en spoorboekje (2012) Voorbereiding overdracht taken BJZ en aanstelling kwartiermaker (2012) Visiedocument Integraal jeugdbeleid (2011) Beleidsnotitie Recht op Leren (2010) Leidraad multifunctionele omgeving en MFC's (2010) Integraal Accommodatiebeleid (2009) Notitie Jeugd en vrije tijd in Hoogeveen (2009) Plan van aanpak professionalisering voorschoolse voorzieningen (2008) Kunst en Cultuurbeleid in Hoogeveen (2006) Bibliotheekplan (2005) WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN
Algemene doelstelling Het programma Talentontwikkeling zet in op het ontwikkelen van talenten van alle inwoners, met als doel sociale en economische zelfredzaamheid. De focus ligt daarbij op talentontwikkeling van kinderen en jongeren, zowel binnenschools als buitenschools. Belemmeringen die een optimale ontwikkeling van talenten in de weg staan, moeten zo veel mogelijk worden weggenomen. Talentontwikkeling staat voor het investeren in talenten en daarmee investeren in leefbaarheid en dynamiek van de samenleving in haar geheel. Het programma heeft veel raakvlakken met andere programma’s als het gaat om het in staat stellen van mensen om zo goed mogelijk mee te doen aan de maatschappij en te zorgen voor voldoende gekwalificeerd personeel voor de arbeidsmarkt. Het programma Talentontwikkeling is het coördinerende programma ten aanzien van jeugd. Activiteiten en doelstellingen van andere programma’s ten aanzien van jeugd worden afgestemd en integraal aangepakt. Trends en ontwikkelingen Per 2015 wordt de gemeente verantwoordelijk voor de gehele jeugdzorg. Dit betekent de provinciale jeugdzorg (waaronder toegang, advies en meldpunt kindermishandeling, ambulante en residentiële zorg en pleegzorg); de jeugd-GGZ (zowel AWBZ als zorgverzekeringswet), de zorg voor licht verstandelijk beperkten (jeugd LVB), de jeugdreclassering en jeugdbescherming en de gesloten jeugdzorg. Verschillende wetten en financieringsstromen worden bijeen gebracht bij de gemeente onder één wettelijk kader en één financieringsstroom. Alle inspanningen zijn er op gericht om op tijd klaar te zijn voor de geplande overgang. De overgang gaat gepaard met een aanzienlijke bezuiniging. Deze kan alleen gerealiseerd worden als optimaal wordt samengewerkt. Het adagium is: 1 gezin, 1 plan, 1 aanspreekpunt. We moeten af van de versnippering van het aanbod en de vele professionals die in 1 gezin acteren.
50
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling Verder is het van belang om integraal naar alle levensdomeinen te kijken wanneer er sprake is van (risico op) meerdere problemen en deze problemen in samenhang aanpakken. De decentralisatie AWBZ, de Participatiewet en de ontwikkelingen m.b.t. Passend Onderwijs kunnen hiervan niet los worden gezien. Het jaar 2014 staat in het teken van de voorbereidingen op de decentralisatie. Meer preventief Binnen het programma Talentontwikkeling ligt de nadruk steeds meer op preventie en het zoveel mogelijk inzetten van hulp aan de voorkant. Het doel is problemen voorkomen of vroegtijdig aan pakken. De preventieve aanpak uit zich bijvoorbeeld in het versterken van de voorschoolse voorzieningen. Denk aan VVE, het project Vroeg Erbij en intern begeleiders in de kinderopvang en op de peuterspeelzaal. Verder versterken we het onderwijs door het invoeren van de methodiek Positive Behavior Support(PBS) om professionals beter te ondersteunen in geval van problemen, door de inzet van schoolmaatschappelijk werk en door het concept Bibliotheek op School. Maar preventie is ook te zien bij het CJG, waarbij het streven is om te voorkomen dat opvoedingsvragen uitgroeien tot opvoedingsproblemen. Ook het voorkomen van schooluitval en het in een vroeg stadium actie ondernemen bij dreigende uitval is er een voorbeeld van. Inhoud voor stenen Inhoud en activiteiten staan centraal en aan de hand daarvan wordt huisvesting bepaald. Gebouwen zijn dus ondergeschikt. Dit is het leidend principe als het gaat om accommodatiebeleid. Er wordt gekeken op welke wijze slimme combinaties kunnen worden gemaakt in wijken en dorpen, waarbij zo efficiënt mogelijk wordt omgegaan met beschikbare ruimtes. Het principe is van toepassing op alle gemeentelijke accommodaties, dus gebouwen voor onderwijs, welzijn, sport en cultuur. Cultureel domein In juni 2011 heeft de raad besloten een onderzoek te doen naar de vormen van samenwerking tussen De Tamboer, het Museum en Het Podium. Deze samenwerking zou een structurele besparing van € 200.000 moeten opleveren. Om uitvoering te geven aan het besluit, is in overleg met de vertegenwoordigers van de betrokken organisaties een kort plan van aanpak opgesteld en is men aan de slag gegaan. Naast gesprekken met elkaar zijn ook gesprekken met externe deskundigen gevoerd. Uitkomsten In de gesprekken die zowel individueel als gezamenlijk met de instellingen zijn gevoerd in 2010 en 2011 is duidelijk geworden dat een taakstelling van twee ton structureel, zonder verlies aan activiteiten, niet mogelijk bleek te zijn. De beste optie was om te bezien of een structurele besparing is te vinden in de kosten van culturele accommodaties. Uit onderzoek naar de huisvesting van culturele organisaties blijkt namelijk dat er teveel accommodatie voorhanden is. Het onderzoek naar de mogelijkheden van de samenwerking tussen Tamboer, Museum en Podium kan mogelijk mede een antwoord geven op een structurele besparing in de richting van twee ton zonder verlies aan activiteiten. De conclusie hiervan is dat De Tamboer en het Museum mogelijkheden zien om vergaand samen te werken. Het Podium is bereid in de programmering een bijdrage te leveren. Voor het overige geeft zij aan haar facilitaire functie het beste in de huidige locatie aan te kunnen bieden en niet te willen verhuizen. Er zijn echter geen concrete besluiten genomen of afspraken gemaakt, waardoor de taakstellende bezuiniging niet is gerealiseerd. Bij bespreking van de begroting in 2012 is besloten tot een hervorming van het culturele domein, waaraan nog eens een bezuiniging van € 150.000 is gekoppeld. In totaal ligt er nu een financiële taakstelling van € 350.000 op het culturele domein. De verwachting is dat er vanuit de gemeente een sterke regierol genomen zal moeten worden om tot daadwerkelijke hervorming van het culturele domein te komen. Het streven is dit traject voor de zomer af te ronden.
51
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling Speerpunten Project Thuiscoaches (voorheen Eigen kracht) en ontwikkeling naar gebiedsteam Een tweede team thuiscoaches is begin 2013 van start gegaan in Wolfsbos-Zuid. Dit team werkt gebiedsgericht en voor een brede leeftijdsgroep (0-115 jaar). Dit team is bedoeld voor die situaties waar meerdere problemen op meerdere levensdomeinen spelen. Samen met het wijkteam van de Smederijen en de eerstelijns ondersteuning zoals schoolmaatschappelijk werk en jeugdgezondheidszorg ontwikkelt zich dit naar een gebiedsteam, waarbij zoveel mogelijk de benodigde ondersteuning wordt afgevangen in de nulde (met inzet van medebewoners) en de eerste lijn. Waar nodig is de expertise van de tweede lijn direct en laagdrempelig toegankelijk. Het inzetten van een gebiedsteam kan gezien worden als een transformatie en verdere ontwikkeling die wordt ingezet voor alle drie de decentralisaties. Een derde pilot c.q. verdere doorontwikkeling staat in de planning voor 2014. Opbrengst gericht werken op de peuterspeelzaal en vergroten samenhang met onderwijs In de pilot in Krakeel zijn ervaringen opgedaan met opbrengst gericht werken in de peuterspeelzaal. Het gaat dan om meer planmatig en doelgericht kinderen ondersteunen die een achterstand hebben. Die aanpak leidt juist tot kwaliteit. Belangrijk is dat dit zo wordt uitgevoerd, dat kinderen spelenderwijs kunnen leren. De ervaringen hiermee zijn positief. De werkwijze wordt daarom op alle peuterspeelzalen ingevoerd. De verwachting is ook dat dit de doorgaande lijn richting basisonderwijs zal versterken. De samenwerking zal ook verder worden versterkt door afspraken te maken over toeleiding, overdracht, signalering en monitoring. In aanloop naar de begroting wordt gekeken in hoeverre deze activiteiten kunnen worden uitgevoerd binnen de beschikbare financiële middelen. Contactmoment adolescenten jeugdgezondheidszorg Als gevolg van nieuw rijksbeleid komt er een extra contactmoment met adolescenten vanaf 14 jaar. Dit contactmoment is er op gericht een gezonde leefstijl te bevorderen. Onderwerpen daarbij zijn: een gezond gewicht, roken, veilig vrijen en het gebruik van alcohol en drugs. Het contactmoment is een wettelijke verplichting, waarvoor de middelen in het gemeentefonds komen. De hoogte van zowel de inkomsten als de uitgaven is nog niet bekend. Randvoorwaarden en risico’s Voor veel onderwerpen binnen het programma Talentontwikkeling is de gemeente de regisseur of regievoerder, maar niet degene die alles ook kan bepalen. Voor het realiseren van de doelstellingen zijn we afhankelijk van de samenwerking met andere partijen en organisaties, zoals het onderwijs. DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Vergroten onderwijskansen en talentontwikkeling Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
100% van de doelgroepkinderen neemt succesvol deel aan een vorm van voor– en vroegschoolse educatie (2014).
Verder implementeren van ‘opbrengst gericht werken’ in de peuterspeelzalen Verbeteren van de toeleiding richting basisschool in samenwerking met het consultatiebureau en de voorschoolse voorzieningen
Het verbeteren van leerprestaties van kinderen en jongeren richting het landelijk gemiddelde.
Vergroten samenwerking tussen voorschoolse voorzieningen en het onderwijs
52
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling
Doelstelling 2: Verlagen van risico’s bij opvoeden en opgroeien om daardoor onderwijskansen en talentontwikkeling te vergroten. Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Bij 100 gezinnen met problemen is een passend hulpaanbod gerealiseerd in samenwerking met de procescoördinator van het CJG.
Inkopen aanbod zorg voor jeugd Huidige taken BJZ beëindigen Ontwikkelen kwaliteits- en cliëntenbeleid Ontwikkelen beleid financiering, sturing en verantwoording. Ontwikkelen overgangsmaatregelen Invulling geven aan de gemandateerde toegangstaak
Het vergroten van het bereik van gezinnen met problemen en het bieden van snelle en afdoende hulp.
Ondersteuning en toegang nabij de vraag organiseren door de ontwikkeling van gebiedsteams en door het op afroep beschikbaar hebben van expertise uit de tweede lijn Goede aansluiting met het project thuiscoaches
Doelstelling 3: Alle jongeren halen een startkwalificatie Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Een daling van het aantal geregistreerde voortijdig schoolverlaters bij het Regionaal Meld- en Coördinatiepunt.
Extra aandacht voor dreigende schooluitval op het mbo door de inzet van een preventiemedewerker bij het ROC Extra aandacht voor jongeren die werken en leren willen combineren. Dit doen we door afspraken te maken met RSG Wolfsbos, Roelof van Echtencollege en Alfa college over betere voorbereiding van leerlingen op bbl-opleidingen en over passende begeleiding van leerlingen die een bbl-opleiding volgen. Het Werkplein is hierbij betrokken.
Alle jongeren onder de 27 volgen een opleiding, dan wel nemen deel aan het arbeidsproces of zijn maatschappelijk actief.
Aanbieden van niet-vrijblijvende maatwerktrajecten gericht op leren, werken of een combinatie daarvan
Doelstelling 4: Bevorderen van het (culturele) imago van Hoogeveen en het stimuleren dat inwoners uit alle sociale lagen en uit alle wijken en dorpen actief en passief kunst en cultuur beleven. Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Het Museum, Podium en de Tamboer hebben op het gebied van kijken, beoefenen, beleven en zelf doen gezamenlijk hun werkwijze, organisatie en uitvoering optimaal op elkaar afgestemd. Daarbij zijn tevens verder verbeterde verbindingen aangebracht tussen Scala en Bibliotheek. Alle kinderen en jongeren maken actief kennis met de Voortzetten van de cultuureducatienetwerken met bijbehorende binnenschoolse cultuuractiviteiten die verschillende onderdelen van cultuureducatie. aansluiten bij de vraag van het onderwijs. De uitvoering gebeurt door de lokale culturele organisaties. Een goed en toegankelijk lokaal cultuur aanbod.
53
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling Doelstelling 5: Het realiseren van voorzieningen voor onderwijs, sport en buurthuizen, waarbij samenwerking wordt gestimuleerd ter bevordering van de talentontwikkeling. Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Het verbeteren van de onderwijsprestaties van kinderen en jongeren, richting het landelijk gemiddelde.
Voorbereiding MFC Wolfsbos Speciale lesplaats (clustering speciaal basisonderwijs) Uitvoering Project frisse scholen MFC Wolfsbos Speciale lesplaats (clustering speciaal basis onderwijs)
EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Onderwijs Cultuur Jeugdgezondheidszorg Maatschappelijke begeleiding
2014
2015
2016
2017
86 15 11 165
86
86
86
11 153
11
11
277
250
97
97
Baten Onderwijs
-8
-8
-8
-8
Totaal baten
-8
-8
-8
-8
269
243
89
89
Totaal lasten
Saldo
Onderwijs Onderhoudsinspectie gemeentelijk vastgoed In 2012 is de tweejaarlijkse onderhoudsinspectie uitgevoerd om de staat van onderhoud te bepalen van het gemeentelijke vastgoed. De uitkomsten hiervan worden beoordeeld en de financiële consequenties worden doorvertaald naar de gemeentelijke begroting. Aangezien het hier zowel klein als groot onderhoud betreft voor de komende jaren is het noodzakelijk om dit onderhoudsplan te toetsen aan de gemeentelijke (strategische) plannen. Op weg naar de begroting worden de gevolgen van deze nieuwe inspectie inzichtelijk gemaakt. Indien de kosten voor het onderhoud aanzienlijk hoger zijn dan de middelen die er in de begroting gereserveerd zijn, dient er een afweging te worden gemaakt of het onderhoudsniveau naar beneden kan worden bijgesteld of dat de onderhoudsbedragen in de begroting bijgesteld moeten worden. Hierbij worden ook de effecten van de voorgenomen korting van het Rijk op het Gemeentefonds betreffende onderwijshuisvesting opgenomen. Indexering decentralisatie uitkering onderwijshuisvesting voortgezet onderwijs Indexering is contractueel vastgelegd. Voor 2014 wordt uitgegaan van € 3 %. - Roelof van Echten college, 3 % prijscompensatie leidt tot € 27.500 - RSG Wolfsbos, 3% prijscompensatie leidt tot € 27.000.
54
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling
Indexering onderwijshuisvesting - Indexatie voor de stichting Beheer Krakeel – contractueel is vastgelegd, dat de beheerskosten jaarlijks worden geïndexeerd. In 2014 wordt uitgegaan van 3%, dat is € 4.600. Daarnaast zorgt een inhaalactie voor een aanpassing van het budget 2014 aan 2013 met een bedrag van € 7.000. Dit leidt tot een structurele verhoging van € 11.600. Het zelfde geldt voor de inkomsten van stichting beheer Krakeel. Het gaat om aanpassing van het budget 2014 aan 2013: € 8.000 (inhaalactie). - MFC Krakeel - contractueel is vastgelegd dat de huur jaarlijks wordt geïndexeerd. Voor 2014 wordt uitgegaan van 3%. Dit leidt tot een structurele verhoging van het budget met € 2.000. - Erflanden huurverhoging van 3 % is € 7.000. Daarnaast zorgt een inhaalactie een aanpassing van het budget 2014 aan 2013 voor een bedrag van € 4.500. Dit leidt tot per saldo tot een structurele verhoging van € 11.500. Deze inhaalactie is nodig omdat de kosten in 2013 hoger zijn uitgevallen dan begroot. Deze verhoging is structureel en werkt door naar de volgende jaren. Verordening overschrijdingsregeling Deze verordening is gebaseerd op de programma's van eisen van het Ministerie van Onderwijs. Die programma's worden jaarlijks geïndexeerd. Omdat dit budget nagenoeg niet geïndexeerd is door de gemeente, loopt het begrote bedrag inmiddels achter bij waar de scholen recht op hebben. Om dit recht te zetten is een structurele verhoging van € 4.200 nodig in 2014 en latere jaren. Vanwege de indexering die het Rijk toepast op de programma's van eisen, is jaarlijks een verhoging van het budget met € 1.000 nodig om de verordening te kunnen bekostigen. Cultuur IHP cultuur Er is sprake van achterstallig onderhoud bij de kunstobjecten. Om dit weg te werken, is eenmalig een bedrag van € 15.000 nodig. Daarnaast onderzoeken we of, en onder welke voorwaarden, culturele verenigingen/stichtingen in Hoogeveen het beheer en onderhoud aan kunstobjecten willen overnemen. In 2013 gaan we onderzoeken welke mogelijkheden er zijn en wat de kosten voor het structureel onderhoud zijn. Indexering culturele organisaties Hiervoor bestaan geen contractuele verplichtingen. Het college stelt voor als algemene lijn aan te houden dat geen indexering plaatsvindt, behalve in gevallen waarin dit tot knelpunten bij de betreffende culturele instelling leidt. Jeugdgezondheidszorg Contactmoment adolescenten jeugdgezondheidszorg Het gaat om een wettelijke verplichting. De hoogte van zowel de inkomsten als de uitgaven is nog niet bekend. Bedrag is pm. GGD De GGD heeft aangegeven de opgelegde bezuiniging voor 2014 niet te kunnen realiseren. De bezuiniging die gehaald wordt, bedraagt 3% in plaats van de opgelegde 5%. Voor 2014 staat een bijdrage van Hoogeveen begroot voor totaal € 949.200. Daarnaast is ook duidelijk geworden dat de GGD voor de uitvoering van het uniforme deel meer middelen vraagt dan de gemeente in de begroting heeft opgenomen. Dat verschil wordt door het grootste deel veroorzaakt doordat er nog geen indexering is meegenomen. Het gaat waarschijnlijk om een bedrag van ca € 11.000.
55
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling Kosten project thuiscoaches De kosten voor het in 2014 te starten derde gebiedsteam bedragen € 153.000. Daarnaast is € 12.000 nodig voor een registratiesysteem voor alle gebiedsteams. In 2014 is ook nog € 203.000 nodig voor de eerste twee teams(staat in de huidige meerjarenraming), wat het totaalbedrag voor 2014 op € 368.000 brengt. Voor 2015 is dat nog € 153.000, omdat de eerste twee gebiedsteams dan worden bekostigd uit de decentralisatiemiddelen. Naar verhouding is het benodigde bedrag voor het derde team hoger dan de eerste twee teams. Dat wordt deels veroorzaakt door de kosten van het registratiesysteem, en deels doordat er een extra teamcoördinator moet worden aangesteld. De eerste twee projecten pasten binnen de uren van de huidige coördinator. Dat is bij een derde team niet meer mogelijk. De bedoeling is dat de kosten van de gebiedsteams zichzelf na verloop van tijd terugverdienen, omdat de zorg efficiënter en meer preventief wordt ingezet. INVESTERINGEN Voor de investeringen zijn onderstaande bedragen opgenomen: Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
IAB: MFC Tiendeveen 2013 Totaal
2.516.941 2.516.941
0
2.516.941 2.516.941
0
0
2013 2014 2015 Totaal
300.000 300.000 300.000 900.000
0
300.000 300.000 300.000 900.000
0
0
2013 Totaal
897.000 897.000
0
897.000 897.000
0
0
Budget Integraal accommodatiebeleid 2014 2015 2016 2017 Totaal
2.899.999 2.149.995 3.500.000 5.000.000 13.549.994
2.899.999 2.149.995 3.500.000 5.000.000 0 13.549.994
0
0
2.800.000 3.400.000 3.600.000 9.800.000
0
2.800.000 3.400.000 3.600.000 9.800.000
0
0
2013 Totaal
34.425 34.425
0
34.425 34.425
0
0
2013 Totaal
5.473 5.473
0
5.473 5.473
0
0
IAB: Frisse scholen
IAB: speciale lesplaatsen
IAB: Sport- en gymvoorziening Bentinckspark 2014 2015 2016 Totaal IAB: Voorbereiding MFC Pesse
IAB: Voorbereiding MFC Wolfsbos
56
Voorjaarsnota 2014-2017 – Talentontwikkeling
Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
IAB: T. Brandsma, extra ruimte + inrichting 2013 Totaal
11.519 11.519
0
11.519 11.519
0
0
2013 Totaal
5.000 5.000
0
5.000 5.000
0
0
2013 Totaal
7.803 7.803
0
7.803 7.803
0
0
2013 Totaal
40.100 40.100
0
40.100 40.100
0
0
Totaal
27.768.255
0 27.768.255
0
0
Verbouwing Theater de Tamboer
Budget Integraal Accommodatiebeleid In het vastgestelde programma van het IAB voor 2013 is ook een doorkijk gemaakt voor de jaren 2014 en verder. In deze doorkijk staat aangeven dat we de komende jaren projecten als frisse scholen, speciale lesplaats, MFC Wolfsbos en Eduwiek gaan realiseren. Vanwege het investeringsplafond van het IHP voor de jaren 2014-2016 lopen een aantal financiële verplichtingen door tot 2017 en verder. Om de projecten speciale lesplaats en Eduwiek in 2017 te kunnen afronden hebben we een investering van € 5 miljoen opgenomen. Bij de Programmabegroting 2013-2016 is er opdracht gegeven om onderzoek te doen naar een alternatieve locatie voor de huisvesting van de speciale lesplaats. Op basis van dit onderzoek wordt duidelijk wat de voor- en nadelen zijn voor de huisvesting op een alternatieve locatie. Richting de Programmabegroting wordt dit onderzoek afgerond en wordt er een definitief besluit genomen waar de speciale lesplaats gehuisvest gaat worden. Indien de speciale lesplaats niet in Wolfsbos wordt gerealiseerd, heeft dit consequenties voor de planning van de investeringen in het IAB.
57
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen
Meedoen Het programma omvat sport, inkomensvoorziening, minimabeleid, participatiebeleid, maatschappelijke begeleiding, volksgezondheid en de uitvoering Wet maatschappelijke ondersteuning.
Programmahouder: Klaas Smid BELEIDSDOCUMENTEN • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Beleidsnota Maatschappelijke participatie (2013) Beleidsplan Schuldhulpverlening (2013) Beslisdocument Blindegeleidelijnen en Gehandicapten Parkeerplaatsen (2012) IHP Buitensport (2011) Beleidsnota Re-integratie en Participatie 2011 tot en met 2014 (2011) Minimaregelingen Nader Bekeken (2010) B&W-voorstel Sluitende Coördinatie Multiprobleemsituaties in Hoogeveen (2010) IHP Binnensport (2009) Uitwerkingsnotitie Mantelzorgondersteuning en Vrijwillige thuishulp; De eerste en belangrijkste schakel in de zorg (2009) Beleidsnota Gemeentelijk Gezondheidsbeleid; Gezondheid Komt Niet Vanzelf (2009) Actieplan Sport en Bewegen in Hoogeveen 2009-2013 (2009) Sociale Structuurvisie (2008) B&W-voorstel Sluitende Zorgketen voor Marginaal Gehuisvesten (2008) Beleidsplan WMO (2008) Beleidsnotitie Gemeentelijk Armoedebeleid (2008) Beleidsnotitie Modernisering WSW (2008) Kadernota WMO (2006) Visienota Professioneel Welzijnswerk; Niet Hoe, Maar Wat, in het Welzijnswerk (2004) Visienota Zorg; Lokale Partner bij Zorg (2002) WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN
Algemene doelstelling De algemene doelstelling van het programma Meedoen is dat alle inwoners volwaardig moeten kunnen meedoen aan onze samenleving. De gemeente probeert dat doel op verschillende manieren te bereiken. Ten eerste door het stimuleren van mensen om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leven en voor hun sociale omgeving. De gemeente doet in toenemende mate een appel op de eigen kracht van mensen en hun omgeving. Ook stimuleert de gemeente mensen om zich in te zetten voor hun omgeving door bijvoorbeeld vrijwilligerswerk te doen. Verder streeft de gemeente ernaar om belemmeringen die zelfredzaamheid in de weg staan te verlichten en zo mogelijk weg te nemen. Daarbij kan het gaan om financiële problemen, sociale en psychische belemmeringen en lichamelijke beperkingen. Tenslotte wil de gemeente lichamelijke en psychische belemmeringen zo veel mogelijk voorkomen door inwoners mogelijkheden te bieden voor een gezonde en actieve leefstijl. Dit krijgt invulling door een aantrekkelijk aanbod aan sport en spel te stimuleren en te faciliteren.
58
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen Trends en ontwikkelingen Om het hoofd te bieden aan de economische crisis heeft het nieuwe Kabinet Rutte II een aantal ingrijpende hervormingen aangekondigd in het sociale domein. Per 1 januari 2014 moet de Participatiewet ingaan die de Wet Werk en Bijstand, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wajong samenvoegt. Per die datum stopt de instroom in de Wsw en krijgen alleen mensen die helemaal niet meer kunnen werken een Wajong-uitkering (‘volledig en duurzaam arbeidsongeschikt’). Wie nog wel kan werken, valt dan onder de Participatiewet die wordt uitgevoerd door de gemeenten. Gemeenten moeten vanaf 1 januari 2014 zelf 30.000 ‘beschutte werkplekken’ (werken onder begeleiding) scheppen voor arbeidsgehandicapten. Ook al wordt de Wsw vanaf 1 januari 2014 afgesloten voor nieuwe instroom; onze verantwoordelijkheid voor de mensen die dan nog in de Wsw zitten blijft. Het gaat op dit moment om ca. 600 personen. Door pensionering en natuurlijk verloop zal deze groep geleidelijk kleiner worden. Wij worden bovendien geconfronteerd met een forse bezuiniging op de middelen voor uitvoering van de Wsw. Deze bezuiniging bestaat uit een vermindering van de bijdrage per persoon en een daling van het quotum in verband met het stoppen van de instroom. Een en ander zal ook gevolgen hebben voor de huidige uitvoering van de Wsw door Alescon. Een ander ingrijpend kabinetsvoornemen is de decentralisatie van taken vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Uitgaande van het regeerakkoord worden per 1 januari 2015 de volgende taken gedecentraliseerd naar de gemeenten: de functies begeleiding, persoonlijke verzorging en kortdurend verblijf en de inloopfunctie van de GGZ. In het regeerakkoord zijn bezuinigingen op de huishoudelijke hulp aangekondigd en het schrappen van zorgzwaartepakketten 1 t/m 4 in de AWBZ. Mensen zullen langer zelfstandiger blijven wonen in plaats van in instellingen. De effecten van al deze voornemens zijn voor Hoogeveen in dit stadium nog lastig in te schatten. We hopen bij de Programmabegroting meer inzicht te kunnen geven in de effecten en financiële gevolgen. Het kabinet wil per 2014/2015 de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg), de Compensatie Eigen Risico en de Regeling specifieke zorgkosten (belastingaftrek van zorgkosten) afschaffen. Daarvoor in de plaats komt een gemeentelijke compensatieregeling voor het leveren van maatwerk door gemeenten aan chronisch zieken en gehandicapten die in de knel komen. Dit is ongeveer de helft van wat er landelijk nu in omgaat. Het is nog niet duidelijk hoe deze gemeentelijke compensatieregeling zich verhoudt tot de bijzondere bijstand die gemeenten nu al uitvoert. De gemeente verstrekt nu al categoraal bijzondere bijstand aan chronisch zieken en gehandicapten. Wel is duidelijk dat de maatregel pas in 2015 volledig ingevoerd zal worden. Naast bezuinigingen stelt het regeerakkoord extra middelen in het vooruitzicht vanaf 2014. Speerpunten De economische crisis en de rijksbezuinigingen raken alle bevolkingsgroepen. Sommige groepen hebben echter minder armslag om tegenslagen op te vangen en hebben meer moeite om in betere tijden de aansluiting weer te vinden. Een kwetsbare groep zijn kinderen die opgroeien in armoede. We willen voorkomen dat zij de aansluiting met de samenleving kwijt raken. Daarom zullen wij zoeken naar mogelijkheden binnen het minimabeleid om de deelname van deze kinderen aan sport en cultuur te stimuleren. We zullen daarbij bezien of het in sommige gevallen niet effectiever is om de financiële ondersteuning ‘in natura’ te organiseren.
59
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen Te denken valt bijvoorbeeld aan het rechtstreeks door de gemeente overmaken van de contributie aan de betreffende sportclub of het leggen van verbinding met het Jeugdsportfonds. Bij de begrotingsbehandeling komen we met concrete voorstellen voor een extra impuls aan de bestrijding van armoede onder kinderen. Een andere kwetsbare groep, vooral in tijden van crisis, bestaat uit mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. We vinden het belangrijk dat ook deze groep niet van de maatschappij vervreemdt. Werk is belangrijk voor het gevoel van eigenwaarde en voor sociale contacten. Als betaald werk (nog) te hoog gegrepen is, dan biedt vrijwilligerswerk een goed alternatief. In navolging van het aanvalsplan re-integratie zullen we de komende jaren een extra impuls geven aan de begeleiding van onze klanten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt (groep 3 en 4). We brengen de belemmeringen van deze groep goed in kaart en passen onze aanpak daarop aan. Een accountmanager onbetaalde arbeid wordt ingezet om passende participatieplaatsen (vrijwilligersplekken) te genereren. Mede als gevolg van de crisis is in de afgelopen vier jaar het beroep op de schuldhulpverlening fors toegenomen. Nieuwe klanten hebben steeds vaker een hoger inkomen. Om de verder oplopende kosten te beheersen waren we gedwongen om een eigen bijdrage te gaan vragen voor schuldhulpverlening aan huishoudens met een inkomen van meer dan 120% van de bijstandsnorm. Tegelijkertijd willen we de drempel om hulp te zoeken zo laag mogelijk houden en willen we begeleiding op maat blijven bieden. Een manier om dat te realiseren is het inzetten van vrijwilligers, zoals nu al gebeurt door Humanitas bij thuisadministratie. Vrijwilligers kunnen mensen ondersteunen bij het op orde brengen en houden van hun financiën. Het is niet de bedoeling dat vrijwilligers het werk van professionals overnemen of autonomie van de klanten overnemen. We denken bij de inzet van vrijwilligers bijvoorbeeld aan Humanitas, vrijwilligers van de SWW en het Schuldhulpmaatjesproject. Een andere kwetsbare groep bestaat uit mensen met een beperking. De gemeente moet ondersteuning op maat bieden maar met minder geld. De decentralisaties vergroten de mogelijkheden om beter op de individuele burger afgestemde ondersteuning en zorg te bieden. De gemeente kan immers verbinding leggen tussen de relevante gemeentelijke domeinen (Wmo, arbeid, welzijn, sport e.d.). Ook kan de gemeente afstemming zoeken met domeinen van de zorgverzekeraar: de eerstelijns medische zorg (huisartsen etc.) en de tweedelijnszorg (medisch specialismen). Wij zijn van mening dat we de maatschappelijke opgave alleen aan kunnen als we zo dicht mogelijk bij de inwoner de voorzieningen op het gebied van welzijn, ondersteuning en zorg op elkaar afstemmen. De kunst is om met zo min mogelijke drukte en zo min mogelijk bureaucratie ondersteuning en zorg op maat te bieden. Dat is onze insteek bij de bij de begroting 2013 e.v. aangekondigde hervorming van het welzijnsdomein. Maar ook in onze concept zorgvisie en in onze Wmo-pilots. We willen het welzijnswerk meer focussen op de maatschappelijke opgaven. Die opgaven zullen we scherp in beeld moeten brengen. We voeren overleg met de SWW over de invulling van de bezuiniging in 2014. Het resultaat wordt verwerkt in de begroting 2014. De invulling van de bezuinigingen in 2015 e.v. is afhankelijk van de uitkomsten van de discussie over de hervorming van het welzijnsdomein. In de tweede helft van 2013 brengen we de maatschappelijke opgaven in beeld samen met inwoners en organisaties. Dit leidt tot een maatschappelijke agenda die we eind dit jaar bespreken met de gemeenteraad. Nog dit jaar gaan we in nauw overleg met de eerstelijns- en tweedelijnszorg en met cliënten onze zorgvisie nader uitwerken. Onderdelen van deze visie worden in 2013 al in de praktijk uitgeprobeerd in een tweetal “Wmo-pilots”. In 2014 e.v. bouwen we voort op de resultaten van deze pilots. Alle inspanningen zijn erop gericht om op 1 januari 2015 klaar te zijn voor de geplande overgang van de AWBZ-functies naar de gemeente. Een en ander is afhankelijk van de landelijke besluitvorming.
60
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen Mensen die voldoende bewegen hebben minder last van psychische klachten en lopen minder kans op bijvoorbeeld hart- en vaatziekten en diabetes. Ook voor mensen met chronische ziekten als reuma en copd is het goed om te bewegen. Een goede conditie vermindert hun klachten. Voor kinderen is sport goed voor hun leerprestaties, weerbaarheid en psychische en motorische ontwikkeling. De kans dat zij later voldoende bewegen, is groot als zij daar al jong mee beginnen. Kortom meer bewegen kan veel gezondheidsschade en zorgkosten voorkomen. In 2009 is het ‘Actieplan Sport en Bewegen’ opgesteld met een looptijd en financiering tot eind 2013. Binnen dit actieplan was de uitvoering van de rijksregelingen NASB en Impuls Combinatiefuncties vastgelegd. De landelijke impuls NASB is in 2012 gestopt, de regeling Impuls Combinatiefuncties wordt vanuit het Rijk wel gecontinueerd. De in 2012 uitgevoerde eindmeting van het Actieplan Sport & Bewegen geeft aan dat het plan een belangrijke bijdrage levert aan het in beweging krijgen van onze (jonge) inwoners. Het actieplan telt jaarlijks meer dan 18.522 deelnemers. Het percentage jongeren en kinderen dat voldoet aan de beweegnorm is aanzienlijk gestegen en is zelfs hoger dan het landelijk gemiddelde. De sportverenigingen zijn vitaler geworden en er is een belangrijke impuls gegeven aan het sporten en bewegen in en rondom school. Bewegingsstimulering zal een plek krijgen in het hervormde sociale domein. De nieuwe koers op het sociale domein wordt ingezet in 2014/2015. Dat is een jaar na het einde van de looptijd van het ‘actieplan Sport en Bewegen’. We willen voorkomen dat een succesvolle preventieve aanpak wegvalt nog voordat we de koers voor de komende jaren hebben vastgesteld. Daarom stellen we eenmalig € 125.000 ter beschikking in 2014 om het actieplan nog een jaar te verlengen. Dit, als overbrugging in afwachting van de uitkomsten van de herstructurering van het sociale domein. Randvoorwaarden Om de grote maatschappelijke opgave het hoofd te kunnen bieden is beleidsruimte nodig en draagvlak. Dat wil zeggen dat het Rijk de speelruimte van de gemeente niet te veel moet inperken met wet- en regelgeving. Draagvlak hebben we nodig bij inwoners en bij professionals. Met hen moeten we intensief samenwerken en dat veronderstelt een bereidheid tot samenwerking. De decentralisaties vragen echt om een transformatie: een andere wijze van werken, een andere benadering van burgers, een andere cultuur. Risico’s De decentralisatie AWBZ en de decentralisaties jeugdzorg en de Participatiewet kunnen niet los van elkaar worden gezien en de uitvoerbaarheid hangt tevens in grote mate af van de algemene financiële kaders. Deze zijn nu nog onvoldoende bekend. Veel voornemens van het kabinet zijn nog niet uitgewerkt en nog niet vastgesteld door de Tweede Kamer en de Eerste Kamer. We hanteren als uitgangspunt een budgetneutrale invoering van de decentralisaties. Rijksvergoeding I-deel (nieuw verdeelmodel) Het Rijk voert hoogstwaarschijnlijk een nieuw verdeelmodel in voor de rijksvergoeding voor het Ideel. Het is nog volstrekt onduidelijk wat de gevolgen voor Hoogeveen zullen zijn. Geraamde gevolgen Participatiewet Verwacht wordt dat er per 2014 een nieuwe doelgroep onder regime van de gemeente gaat vallen, te weten personen met een arbeidsbeperking. Het Rijk geeft aan hier een compensatie voor in het Ideel te zullen geven. Of die compensatie voldoende zal zijn is nu nog niet aan te geven. Het Rijk gaat rekening houden met inverdiencapaciteit die mogelijk niet gehaald gaat worden. De extra instroom raamt het Rijk, bij het re-integratie-begeleidingsdeel, op ca. 30 personen per jaar. Dit aantal is een samenstelling van mensen die een bijstandsuitkering zullen aanvragen en niet-uitkeringsgerechtigen (nuggers).
61
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen Het zal gaan om een geleidelijke groei van personen van wie de verwachting is dat ze “altijd” in de bijstand zullen blijven. De loondispensatieregeling lijkt als volgt te gaan worden: het inkomen van personen met een arbeidsbeperking zal voor een deel, naar vermogen, bestaan uit inkomen uit werk en daarnaast uit een aanvullende uitkering tot maximaal het wettelijk minimumloon ten laste van het I-deel. Er zal een geleidelijk groeiende extra capaciteit (inclusief werkplekken) nodig zijn voor de uitvoering. Op dit moment is nog moeilijk in te schatten hoeveel dit zal zijn Intensivering armoedebeleid In het regeerakkoord neemt het Kabinet Rutte II zich voor om vanaf 2014 extra middelen beschikbaar te stellen voor het bestrijden van armoede. Voor Hoogeveen zou dat een extra bijdrage kunnen betekenen van ca. € 270.000 in 2014 en van ca.€ 335.000 vanaf 2015. In het voorstel van het Rijk worden de mogelijkheden voor individuele bijzondere bijstand verruimd en die van de categoriale bijstand beperkt. Met bijzondere aandacht voor werkenden met een laag inkomen en ouderen met een klein pensioen. De langdurigheidstoeslag wordt dan vervangen door een individuele toeslag voor personen die langdurig van een laag inkomen moeten rondkomen. Het Rijk gaat uit van meer individueel verstrekken en toetsen van aanvragen. De voorzieningen dienen ingezet te worden voor alleen die personen die het “echt nodig” hebben. Dit betekent dat er in de uitvoering rekening moet worden gehouden met meer capaciteit. Denkbaar is dat ambtshalve verstrekken van bijvoorbeeld een activiteitenfondsbijdrage niet meer zal mogen maar dat elke aanvraag individueel getoetst moet gaan worden. Bij de benodigde capaciteitsuitbreiding dient ook rekening te worden gehouden met huisvesting en andere overheadkosten. Wsw (decentralisatie Participatiewet) De rijksvergoeding voor uitvoering van Wsw is al jaren ontoereikend voor een budgettair neutrale realisatie van onze ambities. In de begroting 2013 hebben we ca. 1,3 miljoen meer begroot dan we aan rijksmiddelen binnenkrijgen. Bij gelijkblijvend beleid en uitvoering van de Wsw zal dit bedrag de komende jaren gaan oplopen. Op basis van de huidige gegevens schatten we onze bijdrage in het nadelig saldo van Alescon in 2017 op ruim € 2,5 miljoen per jaar. We ramen een uitstroom via natuurlijk verloop van 60 personen tussen 2014 en 2017. Nu leggen we jaarlijks ca. € 2.000 per Wsw’er toe op de uitvoering, in 2017 zal dit zijn opgelopen tot ca. € 4.500. AWBZ /WMO decentralisatie De financiële gevolgen van de decentralisatie van AWBZ-functies en de daarmee gepaard gaande bezuinigingen zijn nog onzeker en daardoor niet verwerkt in de cijfers. De uitvoering van de nieuwe taken zal ook aanvullende capaciteit vragen van het gemeentelijke apparaat. De omvang van deze aanvullende capaciteit zal sterk afhangen van de wijze waarop we uitvoering geven aan de nieuwe taken. Lopende projecten Bentinckspark In 2014 wordt de atletiekbaan aangelegd in het Bentinckspark en zal de oude baan worden gesloopt. In 2014 en 2015 vindt de bouw van het activiteitencentrum plaats. Voor de verplaatsing van de Peddelaars uit het Bentinckspark onderzoeken we momenteel de mogelijkheden op Nijstad. Hierbij onderzoeken we de mogelijkheden voor de realisatie van een minimale variant van de wielerbaan in combinatie met de oprichting van het gronddepot in combinatie met een grootschalige toepassing.
62
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen Indien het verplaatsen naar Nijstad niet haalbaar is dan gaan we uit van het behouden van de wielerbaan in het Bentinckspark. We maken ook inzichtelijk wat de kosten zijn voor het renoveren en herstellen van de huidige wielerbaan. Voor het behouden van de wielerbaan in het Bentinckspark kijken we tevens naar de noodzakelijke aanpassingen om te voldoen aan de hedendaagse sporttechnische eisen en het inpassen van de wielerbaan in het ‘nieuwe’ Bentinckspark. Een definitief besluit over investeringen voor een nieuwe wielerbaan op Nijstad of het behouden in het Bentinckspark nemen we op basis van dit onderzoek. DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Het versterken van de sociale zelfredzaamheid van kwetsbare inwoners. Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Sociale en psychische belemmeringen die optimale zelfredzaamheid in de weg staan voorkomen en bestrijden en de sociale en psychische weerbaarheid van kwetsbare inwoners versterken.
Continuering van het project Beweeg je Leven, dat gericht is op het tijdig signaleren en aanpakken van beginnende depressie. Belangrijke elementen in onze zorgvisie zijn het tijdig signaleren van kwetsbare inwoners en de hulp afstemmen op de totale persoon en zijn context. Het gaat dan over het geheel aan fysieke, sociale en/of psychische beperkingen. In 2014 maken we een begin met de uitvoering van de zorgvisie.
Fysieke beperkingen van mensen die optimale zelfredzaamheid belemmeren, waar nodig compenseren.
Zie hierboven. Ook gaan we ons in 2014 prepareren op de uitvoering van de gedecentraliseerde AWBZfuncties per 1 januari 2015.
Doelstelling 2: Het versterken van de financiële zelfredzaamheid van kwetsbare inwoners. Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
De huidige trend van een toenemend aantal mensen met problematische schulden ombuigen.
We stimuleren het inzetten van vrijwilligers bij het ondersteunen van mensen met schulden bij de boekhouding, het gebruik maken van regelingen etc. Binnen het minimabeleid geven we een extra impuls aan de bestrijding van armoede onder kinderen.
Voorkomen dat kinderen in de elementaire ontwikkeling worden geremd door beperkte financiële mogelijkheden van de ouders.
Doelstelling 3: Inwoners stimuleren om maatschappelijk te participeren. Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
In de periode 2011-2013 neemt het percentage inwoners dat vrijwilligerswerk verricht niet af.
We focussen ons vrijwilligersbeleid vooral op de inzet van vrijwilligers voor ondersteuning van kwetsbare inwoners.
Eind 2013 doet 40% van de WWB-cliënten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt vrijwilligerswerk, werk met behoud van uitkering of neemt deel aan een doorstroomtraject naar regulier werk.
Specifiek accountmanagement onbetaalde arbeid wordt ingezet om deze cliënten te plaatsen op passende participatieplaatsen (vrijwilligersplekken).
Doelstelling 4: Het stimuleren van een gezonde en actieve leefstijl in het bijzonder van kwetsbare inwoners. Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Eind 2013 ligt het percentage inwoners dat voldoet Continueren Actieplan Sport en Bewegen. aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen rond het landelijk gemiddelde. Dit geldt vooral voor de aandachtsgroepen in de aandachtsgebieden.
63
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen
EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Sport Stimuleringsplan Sport en bewegen Subsidie Drenthe beweegt Bijstand (Uitkering WWB/IOAW/IOAZ) Minimabeleid WMO Algemene gezondheidszorg
2014
2015
2016
2017
125 9 303 135 -400 8
9 638 135 -400 8
9 638 135 -400 8
638 135 -400 8
180
390
390
381
Baten Bijstand (Rijksvergoeding WWB)
-303
-638
-638
-638
Totaal baten
-303
-638
-638
-638
Saldo
-123
-248
-248
-257
Totaal lasten
Uitvoering Stimuleringsplan Sport en Bewegen Het continueren van het actieplan in 2014 kost ca. € 330.000. Via het Rijk is hiervan ca. € 130.000 gedekt. We verwachten ca. € 75.000 te kunnen halen uit reserves en via bijdragen van derden. Dat betekent dat eenmalig € 125.000 moet worden opgevoerd voor continuering van het actieplan tot aan de hervorming van het sociale domein (zie paragraaf ‘Speerpunten’). Subsidie Drenthe Beweegt In het VDG is de notitie Drenthe Beweegt (Olympisch plan 2028) vastgesteld. In dit plan is de bijdrage voor de gemeente Hoogeveen vastgesteld op € 8.900 per jaar voor de periode 2013 tot met 2016. Bijstandsuitkeringen I-deel staand beleid In de Programmabegroting 2013-2016 gingen we uit van een gemiddeld aantal WWB-cliënten in 2014, 2015 en 2016 van 1.128. Op basis van de huidige ontwikkelingen in het cliëntenbestand gaan we nu uit van een gemiddeld aantal WWB-cliënten van 1.120 in 2014 en daarna, structureel, 1.144 per jaar. Naast een stijging in de verwachte cliëntenaantallen zien we dat door een verschuiving van verstrekking aan personen onder de 27 jaar naar boven de 27 jaar, de verhoging van de inkomstenbelasting en een aantal premies het gemiddelde bedrag per uitkering omhoog gaat. De extra kosten denken we te kunnen dekken uit de verhoging van de rijksvergoeding Wsw staand beleid In de Programmabegroting 2013-2016 namen we een taakstelling op onze bijdrage aan Alescon op van € 150.000 in 2014 oplopen naar € 250.000 structureel vanaf 2015. Voor de invulling van deze taakstelling moet los van de komst van de Participatiewet ruimte gevonden worden binnen de bedrijfsvoering van Alescon. Huidig minimabeleid De realisatiecijfers 2012 van het huidige minimabeleid geven weer dat de opgenomen stelpost van € 135.000 niet gerealiseerd kan worden.
64
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen Deze stelpost heeft betrekking op de verwachte bezuiniging als gevolg van de invoering van de wettelijke inkomensgrens voor gemeentelijk minimabeleid van 110% van de bijstandsnorm. Inwoners (“niet-uitkeringsgerechtigde in het kader van de WWB, IOAW, IOAZ”) met een inkomen tussen de 110% en de 120% van de bijstandsnorm konden daardoor geen gebruik meer maken van ons minimabeleid. Hoewel een daling van het aantal niet-cliënten in 2012 ten opzichte van 2011 zichtbaar is, doet het stijgende beroep door cliënten de uitgaven zodanig stijgen dat de bezuiniging niet gerealiseerd zal worden. Overigens lopen de aantallen niet-uitkeringsgerechtigde in het kader van de WWB, IOAW, IOAZ ook weer op. Het verloop van het aantal klanten laat het volgende beeld zien: Regeling
2009
2010
2011
2012
2013
2014
Categoriale bijstand 65+ Klanten Niet Klanten
18 158
7 186
0 237
0 201
0 204
0 206
Categoriale bijstand Chronisch zieken en gehandicapten Klanten Niet Klanten
98 176
102 252
111 356
132 295
134 300
136 303
742 672
1122 759
1149 792
1290 606
1311 616
1324 622
217 98
288 117
434 115
425 96
432 98
436 99
1.075 1.104
1.519 1.314
1.694 1.500
1.847 1.198
1.877 1.218
1.896 1.230
Activiteitenfonds Klanten Niet Klanten Tegemoetkomende bijkomende studiekosten Klanten Niet klanten Totaal Klanten Niet-klanten
De stijging in de cijfers is gebaseerd op de prognose van het gemiddelde aantal Wwb klanten In de komende jaren. WMO staand beleid Sinds 2011 zien we een daling in de uitgaven voor WMO voorzieningen door komst van de kanteling en de aanscherping van het Wmo-beleid. Het structurele deel van deze daling schatten we in op ongeveer € 0,4 miljoen ten opzichte van de begroting 2013-2016. Dit structurele effect wordt verwerkt in de begroting. Algemene gezondheidszorg Het bestuur van de GGD heeft het te bezuinigen bedrag van de GGD teruggebracht van 5 naar 3%. Dit betekent een structurele kostenstijging in het programma Meedoen van € 8.200.
65
Voorjaarsnota 2014-2017 – Meedoen INVESTERINGEN Voor de investeringen zijn onderstaande bedragen opgenomen: Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Bentinckspark 2013 2014 2016 2017 Totaal
600.000 1.626.400 504.600 300.000 3.031.000
2014 Totaal
200.000 200.000
2014 2015 2017 Totaal Totaal
600.000 1.526.400 304.600 2.431.000
100.000 200.000 300.000 600.000
0
0
0
200.000 200.000
0
0
200.000 200.000 300.000 700.000
0
200.000 200.000 300.000 700.000
0
0
3.931.000
2.431.000
1.500.000
0
0
Renovatie Zwembad
Buitensportaccommodatiebeleid
Bentinckspark In 2013 en 2014 is de realisatie van de ventweg t.b.v. het Roelof van Echtecollege gepland. In 2014 wordt de atletiekbaan aangelegd in het Bentinckspark en zal de oude baan worden gesloopt. In 2014 en 2015 vindt de bouw van het activiteitencentrum plaats. In 2016 wordt de sporthal Zwembadweg gesloopt en gestart met de herinrichting van de Zwembadweg. In 2016 en 2017 vindt de inrichting van de openbare ruimte rond het activiteitencentrum plaats. De herinrichting van de Sportveldenweg, de centrale toegang en parkeerplaats van het Bentinckspark zal in 2017 plaatsvinden. Voor het jaar 2017 is de aanleg van de buitenruimte van het activiteitencentrum (€300.000) opgevoerd. Deze stond al op de reservelijst. De herinrichting van de Sportveldenweg/centrale parkeerplaats (€800.000), die in verband met verkeersveiligheid en overlast qua planning moet aansluiten op bovengenoemde werkzaamheden, is toegevoegd aan de reservelijst. Renovatie Zwembad Voor het zwembad De Dolfijn is in 2012 de keuze gemaakt om het zwembad nog 10-15 jaar door te exploiteren en geen nieuw zwembad te bouwen. Om het zwembad veilig, duurzaam en aantrekkelijk te houden is er in 2014 een investering noodzakelijk van € 200.000. Deze is al opgenomen. Voor uitvoering van de overige maatregelen is € 550.000 opgenomen op de reservelijst. Op weg naar de begroting wordt er een nieuw bedrijfsplan voor het huidige zwembad de Dolfijn opgesteld. In dit bedrijfsplan wordt ook aangeven welke investeringen noodzakelijk en gewenst zijn om de Dolfijn weer veilig en aantrekkelijk te houden voor een periode van maximaal 15 jaar. Hierbij wordt ook aangegeven wanneer deze investeringen zullen worden gedaan. Buitensportaccommodatiebeleid In het meerjarig IAB Buitensport is aangeven dat in 2017 renovatie van het kunstgrasveld in de Weide strikt noodzakelijk is. Het veld is dan afgekeurd en de kans is groot dat het veld wordt afgekeurd voor wedstrijdsport. De toplaag van het kunstgrasveld moet dan vervangen worden en daardoor is er een eenmalige investering benodigd van € 300.000.
66
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veiligheidspijler
Veiligheidspijler
De veiligheidspijler omvat het volgende programma: Programma
Veilig
67
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veilig
Veilig Het programma omvat de zorg voor veiligheid en handhaving.
Programmahouder: Karel Loohuis BELEIDSDOCUMENTEN • • • • • • • • • •
Jaarplan Veilig 2013 Integraal Veiligheidsplan Hoogeveen 2011-2014 Drents Veiligheidsplan 2011-2014 Regionaal Beleidsplan Noord Nederland 2013-2014 Regionaal beleidsplan Veiligheid 2013-2014 Noord Nederland Landelijk kader Veiligheidshuizen Beleidsplan ten aanzien van de taken van de brandweer in de Veiligheidsregio Crisisplan ten aanzien de organisatie en taken en bevoegdheden rampenbestrijding Kadernota handhaving 2011-2014 Nota prioriteitstelling handhaving 2011-2014 WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN
Algemene doelstelling Het programma Veilig heeft tot doel ervoor te zorgen dat de gemeente Hoogeveen een woon-, leefen werkklimaat heeft waar iedereen zich veilig voelt en waar het veilig is. Veiligheid is een breed onderwerp dat alleen integraal tot zijn recht komt. Het programma Veilig vormt de basis voor de inzet op veiligheid door diverse organisaties die bijdragen aan een veilig Hoogeveen. In de basis is Hoogeveen een veilige gemeente; daar waar de openbare orde in het gedrang komt wordt snel gehandeld. De verwachting voor de komende jaren is dat de invloed van social media nog groter wordt. Als gemeente kunnen we hier ons voordeel mee doen in onze communicatie richting onze inwoners, bijvoorbeeld bij incidenten. Trends en ontwikkelingen Politie Op 1 januari 2013 is de Nationale Politie van start gegaan. Hoogeveen is onderdeel van de eenheid Noord-Nederland en valt onder het basisteam Zuidwest Drenthe. De zeggenschap over de lokale politie is niet veranderd. Deze ligt bij de lokale driehoek. Binnen het basisteam is uiterlijk per 2015 extra capaciteit beschikbaar voor thematische agenten ter ontlasting van de wijkagenten. Deze thematische agenten worden, ook in Hoogeveen, ingezet voor de middelbare scholen, GGZinstellingen, alcohol en drugs en overlast. Verder wordt de samenwerking met Team Handhaving in 2014 voortgezet. Deze samenwerking bestaat onder andere uit gezamenlijk toezicht in het centrum op vrijdagavond en inzet bij evenementen. Ook andere plekken en momenten kunnen door deze samenwerking bediend worden. Brandweer Per 1 januari 2014 zal de basisbrandweerzorg voor geheel Drenthe ondergebracht zijn bij de Veiligheidsregio Drenthe. Deze transitie vergt een aanzienlijke voorbereiding, vooral ook voor wat betreft de financiën. Ontvlechting van gemeentelijke kosten en het vervolgens opstellen van een regionale begroting is een enorme klus.
68
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veilig Daarom heeft het algemeen bestuur van de veiligheidsregio besloten hiervoor de noodzakelijke tijd te nemen om te komen tot een gedegen conceptbegroting. In de zomer kunnen de gemeenteraden hun zienswijze geven over de ontwerpbegroting 2014 van de Veiligheidsregio Drenthe. Voor meer informatie verwijzen wij naar de paragraaf Bedrijfsvoering. Handhaving Naar verwachting zullen de vergunningverlening- en handhavingstaken op het gebied van milieu in januari 2014 overgaan naar de RUD-Drenthe. Belangrijk aspect voor de latende organisatie is de opdrachtverstrekking en borging dat de handhavingstaken met een juiste prioritering worden uitgevoerd. In 2012 is gebleken dat het aantal bouwwerken in de categorie vanaf € 100.000 is afgenomen. De verwachting is dat deze lijn zich in 2014 zal doorzetten. Dit betekent ook dat er een verschuiving plaatsvindt in de werkzaamheden van bouwtoezicht. Uitgangspunt zal zijn dat de openbare en publiektoegankelijke gebouwen altijd volledig worden gecontroleerd. Met de nationalisering van de politie is er een grotere rol weg gelegd voor handhaving openbare ruimte. Er zal meer worden ingezet op wijkgericht werken waarbij wordt geïnvesteerd in een goede samenwerking met andere gemeentelijke afdelingen en externe partners als de woningcorporaties en de politie. In lijn met voorgaande jaren is er een intensievere inzet te verwachten op de handhaving van kleinere ergernissen zoals loslopende honden, hondenpoep en foutparkeren. Sinds 1 januari 2013 is het toezicht op de Drank- en horecawet een bevoegdheid van de burgemeester. De komende jaren wordt ingezet op het versterken van het toezicht in het kader van deze wet om de alcoholconsumptie onder jongeren terug te dringen. Veiligheidshuis Sinds 1 januari 2013 is de regie van het Veiligheidshuis Drenthe overgegaan van het Openbaar Ministerie naar de gemeenten. In Drenthe zijn de burgemeesters van de drie locaties van het Veiligheidshuis (Assen, Emmen en Hoogeveen) lid van de stuurgroep Veiligheidshuis Drenthe. Gezamenlijk zijn zij verantwoordelijk voor de doorontwikkeling van het Veiligheidshuis en de aansluiting van de twaalf Drentse gemeenten. Voor de komende jaren wordt ingezet op het verder versterken van de functie van expertiseknooppunt, samenwerking met de Veiligheidshuizen Fryslân en Groningen en het doorontwikkelen van de persoonsgebonden aanpak voor justitiële multiprobleemcasussen, waarbij een nieuwe aanpak wordt ontwikkeld voor de plegers van zogeheten ‘high impact crimes’. 1 Speerpunten Woninginbraken De afgelopen jaren is het aantal woninginbraken in Noord-Nederland fors toegenomen. Dat is ook het geval in de gemeente Hoogeveen. Woninginbraken hebben doorgaans een enorme impact op de slachtoffers. Het Openbaar Ministerie (OM) heeft dergelijke ‘high-impactdelicten’ dan ook hoog op de prioriteitenlijst staan, omdat het veiligheidsgevoel van burgers fundamenteel wordt aangetast. Hoewel het geen geringe opgave is om de toename van de woninginbraken een halt toe te roepen, zullen we ons hier gezamenlijk volledig voor inzetten. De inzet is gericht op het creëren van randvoorwaarden, waardoor het aantal woninginbraken daalt. Samen met de partners worden prestatieafspraken gemaakt ter bestrijding van woninginbraken, zodat het aantal woninginbraken komende jaren tenminste met een kwart afneemt.
1
Delicten die een grote impact hebben op burgers zoals woninginbraken, geweldsdelicten in de openbare ruimte, straatroven en overvallen.
69
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veilig Jeugd en veiligheid Er wordt snel en adequaat opgetreden tegen jongerenoverlast. Dit betreft incidenten die meer dan gemiddeld van aard zijn. De netwerkpartners werken constructief samen aan een sluitende aanpak. De gemeente weet welke jongeren het betreft en levert – indien nodig – maatwerk op ieder individu. Cameratoezicht De mogelijkheid van het inzetten van mobiele camera’s maakt in 2014 en verder onderdeel uit van de aanpak van jongerenoverlast. Camera’s kunnen dan nog meer ingezet worden als sluitstuk in een pakket van maatregelen. De camera’s die in 2007 zijn opgehangen in de Grote Kerkstraat en in 2009 in Hoofdstraat Noord zijn waardevol voor zowel de politie als voor de gemeente in de aanpak van overlast. Deze camera’s zijn aan vervanging toe. Camera’s zijn niet alleen bedoeld voor bestrijding jongerenoverlast. Gericht cameratoezicht is een waardevol onderdeel van een breder pakket aan veiligheidsmaatregelen. Cameratoezicht verhoogt het veiligheidsgevoel van uitgaanspubliek en personeel dat in de horeca werkt en politiepersoneel. Daarnaast worden camerabeelden terug gekeken door de politie om bepaalde situaties te reconstrueren en ter ondersteuning bij het strafdossier van ordeverstoorders. Naast de inzet van horecapolitie en de samenwerking met de horecaondernemers dragen wij als gemeente op deze wijze bij aan een veiliger uitgaansklimaat. Om uitbreiding mogelijk te maken zijn extra investeringen noodzakelijk. Georganiseerde criminaliteit De effecten van georganiseerde criminaliteit zijn niet altijd even zichtbaar, maar ze zijn wel aanwezig. Denk hierbij onder meer aan mensenhandel, uitbuiting, witwassen en drugshandel. Georganiseerde criminaliteit is een bovenlokale prioriteit. Politie, OM, gemeenten en Belastingdienst bestrijden de georganiseerde criminaliteit in samenhang door het afgestemd ingrijpen op strafrechtelijk, bestuurlijk en fiscaal gebied. We zetten komende jaren deze lijn door bij vermoedens van georganiseerde criminaliteit in onze gemeente. Fietsendiefstal In Hoogeveen worden, in vergelijking met afgelopen jaren, veel fietsen gestolen, vooral in het centrumgebied. Er is een goede aanpak van de politie met de inzet van lokfietsen. Hier zijn al veel successen mee behaald. Deze inzet is voornamelijk repressief en reactief, zodat het aantal fietsendiefstallen komende jaren tenminste met een kwart afneemt. Geweld Met de diverse aanpakken komen we tot een daling van het aantal geweldsincidenten. Dit betreft zowel huiselijk geweld als uitgaansgeweld. Zo wordt er samen met politie en horeca al een aantal jaren met succes ingezet op het tegengaan van uitgaansgeweld door gebruik van de horecatelefoon, camera’s in het uitgaansgebied en het opleggen van gebiedsontzeggingen aan ordeverstoorders. In de aanpak van huiselijk geweld heeft de politie functionarissen aangewezen die opgeleid zijn op huiselijk geweldsituaties te beoordelen en indien nodig namens de burgemeester een huisverbod op te leggen. Binnen de component huiselijk geweld valt ook de aanpak kindermishandeling en eergerelateerd geweld. Alcohol en drugs De komende jaren wordt ingezet op een daling van alcohol- en drugsgebruik onder jongeren. Daarnaast wordt ingezet op het verminderen van de beschikbaarheid en het bezit van drugs. Hierbij speelt preventie een belangrijke rol. Veiligheid bij evenementen Hoogeveen kent meer en meer evenementen, die risicovoller zijn qua opzet. Dit vereist extra aandacht voor de veiligheid van deelnemers, bezoekers en omwonenden. Vanwege de aard en omvang nemen de bestuurlijke risico’s navenant toe.
70
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veilig Organisatoren van risicovolle evenementen zijn sinds 2012 verplicht om een veiligheidsplan op te stellen en die af te stemmen met de hulpdiensten en gemeente. De jaarwisseling wordt ook gerekend tot een risicovol (en jaarlijks terugkerend) evenement. De voorbereidingen hierop worden onder regie van de gemeente tijdig met de hulpdiensten in districtelijk verband voorbereid. Randvoorwaarden Gemeentelijke regie op het integrale veiligheidsbeleid. De veiligheidspartners dragen bij aan de gestelde veiligheidsdoelen door juiste sturing op het veiligheidsproces vanuit de gemeente. Risico’s Aanwijzingen/bijsturingen hoger wetgevingsorgaan Bezuinigingen bij partnerorganisaties Lopende projecten Convenant Veilig Uitgaan 2011-2013 Convenant Drentse gemeenten met het RIEC Veiligheidsmonitor 2013 Herziening aanpak ordeverstoorders Regionale aanpak mensenhandel Regionalisering brandweer verder uitbouwen en versterken via Algemeen Bestuur. Collectieve verantwoordelijkheid. Verder uitvoeren samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Hardenberg voor bijstand brandweerzorg DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Veilige woon- en leefomgeving Wat willen we bereiken
Wat gaan we er voor doen in 2014
Veiligheid bewoners in huis en buurt is vergroot.
Huiselijk geweld Bestaande werkwijze (Hoogeveense methode) continueren en daar waar nodig bestaande afspraken aanscherpen. Nog meer verbinding leggen tussen justitieel casusoverleg en de lokale zorgoverleggen.
Afname van het aantal woninginbraken per 2015 met 25% ten opzichte van 2012.
Aanpak woninginbraken Samen met de partners, waaronder de politie, zijn in 2013 afspraken gemaakt ter bestrijding van woninginbraken. In 2014 gaan we hiermee door, zoals voorlichting geven, bewustwording creëren over veelvoorkomende methodieken van inbraak, meer gebruik maken van Burgernet en afspraken om recidive bij woninginbraken te voorkomen.
Afname van het aantal fietsendiefstallen per 2015 met Aanpak fietsendiefstal 25% ten opzichte van 2012. De aanpak van de politie en handhaving met de inzet van lokfietsen heeft diverse successen opgeleverd. Deze inzet wordt gecontinueerd. Daarnaast blijven we gezamenlijk inzetten op voorlichting en preventie. De bewaakte fietsenstalling, die in 2013 is gerealiseerd, draagt ook bij aan de daling van het aantal fietsendiefstallen in het centrum.
71
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veilig Alcohol en drugs Vragen en signalen vanuit professionals over drugs (zoals politie, wijkbeheer, GGD etc.) worden neergelegd bij Verslavingszorg Noord Nederland (VNN). VNN gaat in 2014 door met het opleiden van alle medewerkers van alle wijkteams in het herkennen van signalen van middelengebruik; De gemeente ondersteunt ook in 2014 samen met het CJG scholen die vragen hebben of signalen willen doorgeven met betrekking tot alcohol- en drugsgebruik of drugshandel. De gemeente zet samen met politie, OM, woningcorporaties en elektriciteitsbedrijven de aanpak van drugshandel en het kweken van hennep vanuit woningen, bedrijfspanden (zoals cafés) en voor publiek toegankelijke ruimtes voort. Na een waarschuwing sluit de burgemeester woningen of panden waar bij herhaling drugs wordt verhandeld. Veiligheid bij evenementen (waaronder jaarwisseling en WK Voetbal) De verplichting van een veiligheidsplan bij risicovolle evenementen blijven hanteren bij organisatoren. De voorbereiding op de jaarwisseling continueren volgens dezelfde aanpak en de ervaringen met openbareordeproblematiek met eerdere voetbalwedstrijden van het Nederlands elftal meenemen in de voorbereidingen voor 2014. Handhaving In 2014 wordt voortgezet op de ingezette lijn van 2013 waaronder de handhavingstaken van de nieuwe Dranken Horecawet. Het toezicht op naleving van de Dranken horecawet zal verder worden uitgebouwd waarbij het streven is om de alcoholconsumptie onder jongeren terug te dringen. Doelstelling 2: Bevorderen veilig uitgaan Wat willen we bereiken
Wat gaan we er voor doen in 2014
Het aantal incidenten (horecamutaties) is per 2015 met 10% afgenomen (t.o.v. 2010).
Uitgaansgeweld In samenwerking met Centrum Jeugd en Gezin is in 2013 een plan opgesteld voor een preventieve aanpak van uitgaansgeweld. Dit uiteraard naast de repressieve aanpak; dit plan zal in 2014 ook worden uitgevoerd. Sturing op lokale politiezorg Inzetten op de versterking van de regiepositie door sturing op de lokale politiezorg via het periodieke politieoverleg en de (lokale) driehoek.
72
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veilig In geval van incidenten wordt adequaat gehandeld.
Georganiseerde criminaliteit Het samenwerkingsverband Regionaal Informatie en Expertise Centrum Noord-Nederland (RIEC) speelt een belangrijke rol en zal ook in 2014 worden ingeschakeld bij vermoedens van georganiseerde criminaliteit in onze gemeente.
Doelstelling 3: Verminderen jeugdoverlast Wat willen we bereiken
Wat gaan we er voor doen in 2014 Jeugdoverlast Inwoners ervaren minder overlast van jeugd, het aantal meldingen van jeugdoverlast bij de politie daalt Dankzij een structurele, op maat gemaakte aanpak bij ieder meer dan gemiddeld incident van jeugdoverlast en intensieve contacten met de klagers, neemt zowel objectief als subjectief het aantal incidenten af.
Het totaal aantal jongeren dat deelneemt aan overlastgevende groepen (categorie C, Beke) is in 2015 met 20% gedaald (t.o.v. 2010)
Via het JeugdGroepenOverleg worden jaarlijks de Beke-shortlisten besproken. Momenteel komen geen overlastgevende groepen voor.
Doelstelling 4: Vergroten inspanningen om branden te voorkomen Wat willen we bereiken
Wat gaan we er voor doen in 2014
Een veiliger samenleving (Community safety) door het Op maat adviseren en bij burgers inzicht vergroten om vergroten van de eigen verantwoordelijkheid en zelf verantwoordelijk te zijn voor leefomgeving en mensen bewust maken van wat ze zelf kunnen doen veiligheid. Wat kan ik zelf doen. om brand te voorkomen Op omgeving en risico afgestemde brandweerorganisatie
Op basis van risico analyse de procedures en inzet afstemmen op de hulpvragen
Brandweervrijwilligers die branden bestrijden en hulp verlenen moeten voldoen aan nieuwe veranderende competenties op basis van de Wet Kwaliteit Brandweerpersoneel.
Opleidings – en oefenprogramma’s afstemmen op veranderende ontwikkelingen in wetgeving, vraag en zorg.
EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Vervanging camera’s uitgaansgebied Hogere lasten lijkschouwing Totaal lasten
2014
2015
2016
2017
20 10
10
10
10
30
10
10
10
0
0
0
0
30
10
10
10
Baten Totaal baten Saldo
73
Voorjaarsnota 2014-2017 – Veilig Vervanging camera’s In de uitgaansgebieden Grote Kerkstraat en Hoogeveen Noord zijn de in 2007 en 2009 geplaatste camera’s aan vervanging toe. Het gaat hier om 8 camera’s. Uitgaande van € 2.500 per camera zijn de totaal geraamde kosten € 20.000. Deze kosten kunnen niet binnen het huidige budget van € 46.000 worden opgevangen. Dit leidt tot een eenmalige verhoging van het budget in 2014. Lijkschouwing Jaarlijks is op deze post een structureel tekort van € 10.000. Oorzaak is een toename van het aantal lijkschouwingen. Gemiddeld worden er 25 schouwingen per jaar uitgevoerd. Per schouwing zijn de kosten € 600. Totale kosten € 15.000. Het huidige budget van € 5.000 is onvoldoende en niet reëel. Om dit recht te zetten is een structurele verhoging van € 10.000 nodig. INVESTERINGEN Er zijn geen investeringen opgenomen in het programma Veilig.
74
Voorjaarsnota 2014-2017 – Fundament
Fundament
Het fundament omvat de volgende programma's: Programma
Wijken en Dorpen Bestuurt
75
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt
Wijken en Dorpen Het programma omvat het beheer van het groene deel van de openbare ruimte, het realiseren en in stand houden van speelvoorzieningen en het geven van directe zeggenschap en verantwoordelijkheid aan bewoners en hun organisaties om op die wijze de kwaliteiten van hun woon/leefklimaat te behouden en te verbeteren. Programmahouder: Klaas Smid BELEIDSDOCUMENTEN • • • • • • • • • • •
Beslisdocument fase 1 Wijk‐ en dorpsgericht werken, visie, missie, doelstellingen (juni 2005) Beslisdocument fase 2a Wijk‐ en dorpsgericht werken, Intentieovereenkomst (juni 2006) Beslisdocument fase 2b Wijk‐ en dorpsgericht werken, Samenwerkingsovereenkomst (december 2006) Communicatieplan De Smederijen (2011) Herijking Visie, missie, doelstellingen De Smederijen (2011) Besluit stuurgroep De Smederijen over fase 1 doorontwikkeling De Smederijen (19 december 2012) Groenstructuurvisie (2010) Buitenspelen in Hoogeveen, uitvoeringsnotitie Speelruimtebeleid 2005 Leidraad voor de implementatie en toepassing van de Gedragscode Groenbeheer (2011) Lijst beschermwaardige bomen (2012) WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN
Algemene doelstelling We zetten met dit programma in op het bevorderen en onderhouden van de woon- en leefkwaliteit in wijken en dorpen. We vergroten de invloed van alle (groepen) bewoners en organisaties op wijken dorpsniveau, van de fase van planvorming tot en met de uitvoering van wijk- en dorpsplannen. Ook zetten we in op het verbreden van de (sociale) lokale netwerkvorming in wijken en dorpen. Op het organisatorische vlak zetten de zes samenwerkende partnerorganisaties van De Smederijen zich in op het verbreden van de samenwerking met andere organisaties en instellingen. Daarnaast zet het programma in op het behouden van de fysieke leefbaarheid op het gebied van het groene deel van de openbare ruimte en de speelvoorzieningen. Uitgangspunt daarbij is dat de basis op orde moet zijn. Dit betekent dat het afgesproken onderhoudsniveau door de gemeente wordt bewaakt. Trends en ontwikkelingen We zetten in 2014 de doorontwikkeling van De Smederijen voort. Kernwoorden die van belang zijn: gebiedsgerichte aanpak, beheer op orde, aanwezigheid, herkenbaarheid, vertrouwdheid en mandaat voor frontlijnwerkers. Hier ligt een relatie met het project Eigen Kracht (Thuiscoaches), Welzijn Nieuwe Stijl en de drie decentralisatieprojecten. Er zal afscheid genomen worden van diverse aspecten van de verzorgingsmaatschappij en gewerkt worden aan stimuleren en invoeren van de participatiemaatschappij. Het programma Wijken en Dorpen wil bijdragen aan het zo veel mogelijk meedoen van inwoners aan de samenleving. Daartoe wordt een gebiedsgerichte werkwijze ontwikkeld waarbij de fysieke en sociale leefbaarheid een impuls krijgen.
76
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt Hierbij zoeken we naar een evenwichtige inzet tussen professionals en inwoners en een efficiënte en effectieve werkwijze, ook op financieel gebied. Speerpunten Doorontwikkeling De Smederijen Zowel de doorontwikkeling van De Smederijen als de hervorming van het Sociaal Domein zijn in volle gang. In 2014 gaan we door met het versterken van de band met de decentralisatie projecten, het project Eigen Kracht, Welzijn Nieuwe Stijl, het Centrum voor Jeugd en Gezin, en andere organisaties zoals bijv. scholen en zorgorganisaties. In 2013/2014 zijn er diverse pilots op dit gebied. De samenwerking tussen de programma’s Meedoen en Wijken en Dorpen wordt geïntensiveerd. Daarmee sorteren we voor op de implementatie van de decentralisatieprojecten per 1 januari 2015, dit in samenhang met de doorontwikkeling van De Smederijen. De focus zal – in 2014 nog meer dan nu – gelegd worden op het stimuleren van de eigen kracht en het zoeken naar het nieuwe evenwicht. Uitgangspunten daarbij zijn: kaders op hoofdlijnen, ruimte voor maatwerk, vertrouwen en mandaat voor de uitvoering. We willen minder vergaderen, meer doen en een andere aanpak van de korte klap. Dit alles doen we met de basis op orde en aandacht voor preventie. Groen We willen naar een gebieds- en contextgerichte werkwijze voor het onderhoud van het openbaar gebied, voor zowel groen als grijs. Met een gebiedsgerichte werkwijze moet per gebied maatwerk geleverd kunnen worden. Flexibiliteit staat hierbij centraal en het loslaten van te strakke kaders is aan de orde. Daarbij wordt zoveel mogelijk verantwoordelijkheid en zeggenschap gedeeld met inwoners en andere betrokken (maatschappelijke) partners. Omdat het een werkwijze voor het onderhoud van zowel groen als grijs betreft, is dit een programma overstijgend onderwerp, dat zowel het programma Wijken en Dorpen als Duurzaamheid en Mobiliteit aangaat. Onderlinge samenwerking en afstemming op zowel bestuurlijk en ambtelijk niveau wordt geborgd. Spelen Op 11 december 2012 heeft het college een besluit genomen over de speelplekken. In 2013 wordt in overleg met De Smederijen besloten welke speelplekken kunnen vervallen en welke in stand blijven. Daarnaast wordt bezien op welke wijze inwoners en (maatschappelijke) partners kunnen worden betrokken bij het onderhoud en of er alternatieve bronnen zijn aan te boren om de kosten van het onderhoud (deels) te financieren. Indien nodig zal in 2014 dit ingezette traject verder gaan. Randvoorwaarden - Het voortbestaan en uitbouwen van de sociale netwerkstructuur die onder andere sinds de invoering van De Smederijen is ontstaan. - Goede samenwerking, afstemming en communicatie bij de hervorming van het Sociaal Domein, De Smederijen en andere betrokken organisaties en instellingen. Risico’s De hoeveelheid veranderingen die in een relatief kort tijdsbestek doorgevoerd worden kan een risico opleveren voor de inwonersbetrokkenheid. De omvang en complexiteit van het ontwikkelen van een gebieds- en contextgerichte werkwijze heeft invloed op de doorlooptijd van het project en de deelprojecten.
77
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt Daarmee kan de taakstellende bezuiniging van 5% met ingang van 2014 op het beheer van groen en grijs onder druk komen te staan. Lopende projecten Doorontwikkeling De Smederijen - In 2014 gaan we het lange klap proces voortzetten (in die gebieden die in het najaar van 2013 daarvoor zijn aangewezen). - Eind 2013 is er een evaluatie van het korte klap proces 2013 (aan de hand van de nieuwe criteria). Met de resultaten van die evaluatie geven we het korte klap proces 2014 vorm. - We sluiten aan bij de ontwikkelingen vanuit het programma Meedoen op het gebied van het ontwikkelen van samenwerkingsverbanden van organisaties op wijkniveau. - Binnen de vier wijkteams van De Smederijen werken we met ingang van 2014 aan de hand van jaarplannen: gestructureerd, afgestemd, met input van professionals en inwoners. Lange Klap Elim In Elim is gestart met de haalbaarheidsfase van de Lange Klap. Er zijn vijf centrale thema’s 1. Elim is een dorp om trots op te zijn. 2. Elim heeft voldoende en goede toereikende voorzieningen 3. In Elim is het goed wonen en leven. 4. Over 25 jaar is 1/3 van de bevolking 65 jaar of ouder. 5. Elim is een veilig dorp. Er is nu gekozen om het thema wonen en leven als vertrek te nemen. Het dorp en de professionals zien dit als centraal thema waar uiteindelijk de andere thema’s aan te koppelen zijn. Vanuit de begeleidingsgroep wordt nu een themagroep gevormd, waar ook anderen uit het dorp en professionals bij betrokken worden. In het najaar van 2013 en verder in 2014 zullen in de themagroep de onderwerpen talentontwikkeling, drank- en drugsproblematiek en ondersteuning van gezinnen worden besproken. Vervolgens worden adequate aanpakken gestart die bij het dorp passen. Het doel is een verandering op gang te brengen die door de kracht van het dorp blijvend is. In 2014 wordt hier verder aan gewerkt en zullen de andere thema’s hieraan worden gekoppeld. Gebieds- en contextgerichte werkwijze Het project is gestart en zal in 2014 als resultaat een gebiedsgerichte werkwijze voor groen en grijs moeten hebben, waarmee per gebied maatwerk geleverd kan worden. Flexibiliteit dient in de nieuwe werkwijze centraal te staan en te strakke kaders worden losgelaten. Daarbij wordt zoveel mogelijk verantwoordelijkheid en zeggenschap gedeeld met inwoners en andere betrokken (maatschappelijke) partners. De volgende projecten hebben hiermee relatie: - Groenbeheerplan - Evaluatie BOR (Beheer Openbare Ruimte) - Beheerbewust ontwerpen en ontwerpbewust beheren - Areaaluitbreiding/-wijziging Krakeel In 2013 en 2014 streven we naar een afronding van het centrumgebied Krakeel, waaronder de renovatie en herontwikkeling van het winkelcentrum, de bouw van het Woonservicegebouw en de voltooiing van het openbaar gebied. Een en ander is afhankelijk van de borgstelling van het WSW (Waarborgfonds Sociale Woningbouw) voor de investeringen van Woonconcept als gevolg van de regeringsmaatregelen en het effect daarvan op de financiële situatie van de corporaties. In het voorjaar van 2013 komt hierover meer duidelijkheid.
78
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt
Herstructurering Oranjebuurt Nog steeds staat de afronding van de herstructurering Oranjebuurt hoog op de prioriteitenlijst van het college. Mogelijkheden om tot een goede aanpassing van het openbaar gebied te komen met een beperkt budget worden in 2013 in kaart gebracht. Na goede gesprekken met de provincie is opnieuw een verzoek om subsidie bij de provincie neergelegd. Er blijft goede hoop dat er toch een bijdrage van de provincie komt. Het geraamde investeringsbudget voor 2014 en 2015 blijft om die reden staan. DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Behouden fysieke leefbaarheid op het gebied van groen en speelvoorzieningen Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Gebiedsgericht beheer van openbaar groen, met kwaliteitsbehoud op basisniveau.
Hiervoor zijn de volgende projecten opgestart: Gebiedsgerichte werkwijze Groen en Grijs (GGG) Groenbeheerplan Evaluatie BOR (Beheer Openbare Ruimte) Beheerbewust ontwerpen en ontwerpbewust beheren Areaaluitbreiding/-wijziging
Behoud van voldoende en veilige speelvoorziening.
In 2013 wordt in overleg met De Smederijen besloten welke speelplekken kunnen vervallen en welke in stand blijven. Daarnaast wordt bezien op welke wijze bewoners/(maatschappelijke) partners kunnen worden betrokken bij het onderhoud en of er alternatieve bronnen zijn aan te boren om de kosten van het onderhoud (deels) te financieren. Indien nodig zal in 2014 dit ingezette traject verder doorlopen.
Doelstelling 2: Participatie bewoners vergroten Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Het organiseren van diverse leefbaarheidsbevorderende projecten door bewoners.
Wijkteamleden stimuleren inwoners - door een actieve, persoonlijke benadering – om mee te doen aan Smederij projecten en andere activiteiten. We beoordelen in 2014 – aan de hand van de evaluatie van de toepassing korte klap criteria 2013, of bijstelling wenselijk is.
Het organiseren van het lange klap proces in alle door In de door de stuurgroep aangewezen gebieden het de stuurgroep aangewezen gebieden met gemiddeld lange klap proces voortzetten/starten. 50 deelnemers per gebied. Doelstelling 3: Zelfwerkzaamheid bewoners vergroten Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Ten minste 50% van de leefbaarheidsbevorderende projecten per jaar is met zelfwerkzaamheid tot stand gekomen.
Wijkteamleden stimuleren inwoners - door een actieve, persoonlijke benadering – om zelf werkzaamheden uit te voeren bij Smederij projecten en andere activiteiten.
79
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt
Doelstelling 4: Sociale cohesie versterken Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Sociale cohesie stimuleren in de zin van omzien naar elkaar, noaberhulp, weten op wie je een beroep kan doen, saamhorigheid vergroten.
Wijkteamleden/inwoners stimuleren inwoners - door een actieve, persoonlijke benadering – tot het vergroten van de saamhorigheid in wijken en dorpen.
In 2013 zijn alle gebieden aangesloten bij De Smederijen en in alle gebieden is een actieve initiatiefgroep/actieve bewonersgroepen.
Initiatiefgroepen/bewonersgroepen vernieuwen/uitbreiden.
EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Areaaluitbreiding MFC Nieuwlande Overige areaaluitbreiding Totaal lasten
2014
2015
2016
2017
12 27
12 27
12 27
12 27
39
39
39
39
0
0
0
0
39
39
39
39
Baten Totaal baten Saldo
Toelichting Areaaluitbreiding groen en grijs Onder areaaluitbreiding/wijziging wordt verstaan het aantal vierkante meters (m2) die naar aanleiding van (her)inrichtingsplannen wijzigen. Dit brengt wijzigingen in het onderhoudsbudget met zich mee. Vaak wordt gedacht dat areaaluitbreiding enkel om uitbreiding gaat, maar dikwijls gaat het ook om wijzigingen van de inrichting. Conform ons beleid nemen we areaaluitbreiding op voor door het college goedgekeurde projectplannen. In dat kader nemen we voor het MFC Nieuwlande € 12.000 op. Bij het uitwerken van de Voorjaarsnota naar de Programmabegroting zal de splitsing worden gemaakt wat voor beheer wegen is (Duurzaamheid & Mobiliteit) en wat voor het beheer groen is. Onderstaande projecten komen per 2014 in onderhoud bij de afdeling beheer. Hiervoor nemen we met betrekking tot het onderhoud groen in totaal € 27.000 extra onderhoudsbudget op. De besluitvorming over deze projecten was al gedaan voordat we zijn gaan werken met beheerparagrafen. Daarom worden deze nu alsnog toegevoegd. Het gaat om de volgende areaaluitbreidingen: Reconstructie Zuidwoldigerweg-Schutstraat 1e fase (- € 1.600) Bentinckspark, laatste fase voetbalvlek (€ 12.000) Begraafplaats Zevenberg, uitbreiding Transcedron 1e kamer (€ 100) Meanderlokatie (€ 1.400) Erflanden (€ 9.800) Grittenhof, laatste fase openbare ruimte (€ 5.400)
80
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt INVESTERINGEN Voor de investeringen zijn onderstaande bedragen opgenomen: Omschrijving
Jaar
Multifunctioneel centrum Nieuwlande 2013 Totaal
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden 3.803.289 3.803.289
0
3.803.289 3.803.289
0
0
0
90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 450.000
0
0
0
0
0
0
Budget speelvoorzieningen 2013 2014 2015 2016 2017 Totaal
90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 450.000
2014 2015 Totaal
250.000 250.000 500.000
0
250.000 250.000 500.000
Totaal
4.753.289
0
4.753.289
Herstructurering Oranjebuurt
MOGELIJKHEDEN EN RISICO’S Spelen Of de ingeboekte besparing van € 122.500 in 2014 volledig wordt gerealiseerd, is afhankelijk van de voortgang die gemaakt kan worden bij het ingezette traject voor de speelvoorzieningen. We zijn immers mede afhankelijk van derden. Er bestaat een risico dat deze besparing niet volledig in 2014 wordt behaald, maar dat deze fasegewijs wordt gerealiseerd. Eikenprocessierups Binnen de gemeente Hoogeveen zijn we nu enkele jaren bezig met de bestrijding van de Eikenprocessierups (EPR). Deze rups is een paar jaar geleden voor het eerst binnen de gemeente aangetroffen. Toen viel niet te voorspellen met welke snelheid de rups zich binnen de gemeente zou gaan verspreiden. Inmiddels is duidelijk dat het huidige budget niet toerijkend is voor de bestrijding ervan. In 2012 is het beschikbare budget ruim overschreden. De ervaringscijfers van het bestrijdingsseizoen 2013 zullen we betrekken bij de begroting 2014-2017. Gevolgen implementatie gedragscode bestendig beheer (leidraad gedragcode Groenbeheer) In 2011 is de gedragscode bestendig beheer vastgesteld en geïmplementeerd. In de Programmabegroting 2013 is aangegeven dat nog niet duidelijk was of dit zou leiden tot een stijging van de beheerkosten. Omdat veel bestekken voor meerdere jaren op de markt worden gezet en in 2013 slechts één bestek opnieuw is aanbesteed, valt nog niet te zeggen of deze doorvoering een structurele prijsstijging tot gevolg heeft.
81
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt
Bestuurt Het programma omvat de ondersteuning van het bestuur en het faciliteren van de organisatie ten behoeve van de opgedragen taken.
Programmahouder: Karel Loohuis BELEIDSDOCUMENTEN • • • • • •
Programmasturing in Hoogeveen (2006) “Zo werkt ’t in Hoogeveen”, een beschrijving van programmasturing in Hoogeveen (2010) Niet gemeentelijke producten, maar maatschappelijke doelen (2008) Dienstverlening: duidelijk doen! Visie Dienstverlening gemeente Hoogeveen 2009 en verder (2008) Meerjaren ICT plan Kaders control en interne dienstverlening Collegeprogramma 2010-2014 WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN
Algemene doelstelling Het programma Bestuurt richt zich op de bestuurskracht van de gemeente, op de kwaliteit van het openbaar bestuur. Doel is om gemaakte afspraken inderdaad te realiseren om - mede daardoor – vertrouwen van inwoners en waardering voor de gemeente te krijgen. In het aanbieden van voorzieningen zetten we in op activering: voorzieningen die tegelijkertijd iets aanbieden en vragen, die nieuwe verbanden creëren tussen inwoners onderling en tussen individuen, organisaties van inwoners, maatschappelijke organisaties, bedrijven en overheid. We kijken nauwkeurig wat inwoners zelf, individueel of in groepen of organisaties, willen en kunnen bijdragen; wat hun mogelijkheden en talenten zijn, waar ze enthousiast van worden. We sluiten daarop aan en stimuleren burgerinitiatief. De voorzieningen bieden dus directe steun en hulp, maar activeren ook. We hanteren het uitgangspunt dat wat uit de samenleving voortkomt het meest krachtig en duurzaam is. De verbindingen die we leggen in het sociale domein sluiten aan op de leefwereld van onze bewoners om daarmee de samenleving te versterken De bestuurskracht is af te meten aan de mate waarin de gemeente erin slaagt de afgesproken prestaties te realiseren. Samenwerking en prioriteit geven aan de uitvoering zijn hierbij belangrijke onderwerpen. Samenwerking met respect voor ieders verantwoordelijkheden en rollen. Samenwerking tussen raad, college en ambtelijke organisatie, samenwerking tussen gemeente en burgers en samenwerking tussen gemeente en partnerorganisaties. Prioriteit geven aan de uitvoering betekent de uitvoeringsorganisatie goed ontwerpen en vervolgens op orde brengen en op orde houden. Dat betekent dat de opgave van het programma Bestuurt besloten ligt in de volgende uitdagingen: - Hoe wordt er vanuit de samenleving gereageerd op onze plannen en op de manier waarop wij de dingen doen? - Op welke manieren kunnen we de samenleving betrekken bij de voorbereiding en uitvoering van beleid? - Welke strategische keuzes maken wij ten aanzien van het verder vorm geven aan de uitvoering van het beleid?
82
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt Trends en ontwikkelingen Bestuurlijk Nederland Op 19 februari 2013 heeft minister Plasterk van Binnenlandse Zaken in een brief het kabinetsbeleid betreffende de decentralisaties toegelicht. Het beleid kent twee sporen om de uitvoeringskracht van gemeenten te borgen. Gemeenten worden gevraagd om onder een aantal voorwaarden congruente samenwerkingsverbanden te vormen rond de decentralisaties. Uiterlijk 31 mei 2013 moeten de gemeenten deze verbanden kenbaar maken. Via een tweede spoor wordt de opschaling van de gemeenten bevorderd, onder andere door provincies meer mogelijkheden te geven om herindelingen te initiëren. Als gemeente Hoogeveen gaan we mee in de beweging maar blijven we wel zelf aan het roer. Wat betreft het eerste spoor zijn we in Hoogeveen al in 2012 de weg van samenwerking ingeslagen. Zo werken we in de bedrijfsvoering samen met De Wolden en voor de decentralisaties voeren we overleg met Zuidwest-Drenthe. Het tweede spoor van herindeling is niet aan de orde. We willen van onderaf en vanuit de inhoud tot de juiste samenwerkingsverbanden komen. Een andere ontwikkeling is het kabinetsvoornemen om provincies te laten fuseren. Minister Plasterk streeft naar een fusie tussen Noord-Holland, Utrecht en Flevoland voor de provinciale Statenverkiezingen van 2015. Voor Noord-Nederland zou dit een samenvoeging van de provincies Drenthe, Groningen en Friesland kunnen betekenen. Verkiezingen De gemeenteraadsverkiezingen stonden gepland voor woensdag 5 maart 2014. Omdat dit echter samenvalt met Aswoensdag, worden deze verkiezingen ongeveer 14 dagen verschoven. Een wetsvoorstel dat dit mogelijk moet maken ligt ter behandeling in de Tweede Kamer. Als dit wetsvoorstel wordt aangenomen, zal de stemming plaatsvinden op 19 maart 2014. Na deze verkiezingen moet de raad het hoogstwaarschijnlijk met minder raadsleden doen. De Tweede Kamer heeft ingestemd met een initiatiefwetsvoorstel om het aantal gemeenteraadsleden terug te brengen. In gemeenten tot 45.000 inwoners moet de gemeenteraad het met twee raadsleden minder doen, bij grotere gemeenten is dat vier. Deze reductie zou tot minder bestuurlijke drukte leiden en bovendien geld uitsparen. Het wetsvoorstel moet nog worden goedgekeurd door de Eerste Kamer. De bestuurswisseling die door de verkiezingen plaatsvindt, kan een grote impact hebben op onze lokale samenleving. De burger heeft in eerste instantie vooral belang bij een stabiele, betrouwbare en voorspelbare uitvoering van de wet- en regelgeving. Bestuurlijke stabiliteit is dus van groot belang zijn. Zeker in een tijd waarin veel extra taken naar de gemeenten worden overgeheveld. De voorbereidingen op deze taken zijn al ingezet. Voortzetting van het huidige beleid kan een bijdrage leveren aan een “betrouwbare en transparante overheid”. In de tweede helft van mei 2014 zullen ook verkiezingen voor het Europees Parlement worden gehouden. De exacte datum moet nog worden vastgesteld. Moderne Media De communicatie tussen mensen onderling en organisaties wordt steeds meer digitaal ondersteund door de snelle opkomst van smartphones, tablets, allerlei 'apps' en social media. Een interessant fenomeen is dat de wijze van communiceren en het bereik ook anders worden: mensen bellen steeds minder en stuurt juist korte berichtjes via diverse social media als Twitter of Facebook, incidenten zijn binnen een mum van tijd wereldwijd bekend, er ontstaan ‘zomaar’ groepen of samenwerkingsverbanden tussen personen (die elkaar niet eens kennen of hebben gezien maar die wel een gemeenschappelijk doel of belang hebben).Deze ontwikkeling vraagt een andere opstelling van overheidsorganisaties indien zij de inwoner en ondernemer willen bereiken.
83
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt Als gemeente hebben we hier aandacht voor, onder andere door onze interactieve beleidsvorming digitaal vorm te geven. Dienstverlening Bij de inrichting en doorontwikkeling van onze dienstverlening maken we onderscheid tussen informatievoorziening en basisdienstverlening (via het KCC) enerzijds en de dienstverlening in het sociale domein anderzijds. Ten aanzien van de informatievoorziening en basisdienstverlening richten wij ons op de volgende thema’s: 1. Minimalisering van het aantal klantcontacten en optimalisering efficiency en effectiviteit klantcontacten door: - Kanaalsturing (50% van de klanten kiest in 2017 als vanzelfsprekend als eerste het digitaal kanaal voor informatie en basisdiensten op basis van gemak, tijd en plaats onafhankelijk) - Digitaal doen wat digitaal kan (optimale inzet van het digitale kanaal, bij informatievoorziening, aanbod diensten en producten en afhandelprocessen) - Klantcontactcentrum kan in 2016 80% van alle klantcontacten afhandelen 2. Verbeteren van de kwaliteit en professionaliteit van de dienstverlening. 3. Samenwerking met De Wolden. De voorbereidingen op de decentralisaties en de herinrichting van het sociaal domein zijn in volle gang. De inrichting van de dienstverlening in het sociaal domein zal in 2013 pas echt zichtbaar worden. De ontwikkeling van een passend dienstverleningsconcept zal om die reden plaatsvinden in 2014. De ontwikkeling van deze vorm van dienstverlening kent een andere focus dan bij de basisdienstverlening en zal zich meer richten op integraliteit in klantbenadering en klantbeeld (één gezin, één plan), persoonlijke benadering, individueel maatwerk en waar nodig dicht bij de eigen sociale context (wijkgericht). Speerpunten Samenwerking Hoogeveen – De Wolden Op 12 maart 2013 hebben de colleges van Hoogeveen en De Wolden gezamenlijk een principe besluit genomen om beide ambtelijke organisaties uiterlijk per 1 januari 2015 samen te voegen. Het bundelen van krachten zorgt ervoor dat het niveau van de gemeentelijke dienstverlening behouden blijft nu er steeds meer taken van de Rijksoverheid naar de gemeente verschuiven. Versterken lobby Het college gaat zich nog meer proactief inzetten bij lobbywerkzaamheden. De lobby voor Bethesda, Fokker en de Grittenborgh zijn daar goede voorbeelden van. Daarnaast willen we onderzoeken welke onderwerpen kansrijk zijn voor een Europese lobby. Subsidie We gaan nadrukkelijker aan de slag met het verwerven van subsidies. Intern is er nu één persoon die fungeert als aanspreekpunt, adviseur, regisseur op het gebied van subsidies en verwerving hiervan. In dit verband wordt ook de aansluiting met Europa gezocht. Randvoorwaarden - De bedrijfsvoering is op orde, zodat het primair proces optimaal wordt ondersteund. In de komende jaren geven we prioriteit aan digitalisering en informatisering (vooral gekoppeld aan dienstverlening), HRM en de controlfunctie. Daarbij hebben we tevens aandacht voor hun onderlinge wisselwerking en voor de samenhang van deze prioriteiten met onze strategische oriëntatie op samenwerking en uitvoering. Dit wordt verder uitgewerkt in de paragraaf bedrijfsvoering - De gemeente geeft de inwoners bij de voorbereiding, uitvoering, monitoring en evaluatie van beleid ruimte om hun betrokkenheid bij hun woon- en leefwereld vorm en inhoud te geven.
84
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt Risico’s We zien voor de komende jaren risico’s op twee terreinen: - Het bestuursakkoord tussen Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen. Onderdeel daarvan is de decentralisatie van taken naar de gemeenten. De vraag is of het Rijk ons daarvoor voldoende budget geeft. Daarom zoeken we volop de samenwerking met omliggende gemeenten en met De Wolden in het bijzonder. - In het regeerakkoord van het kabinet Rutte II is afgesproken dat uiterlijk in 2017 burgers en bedrijven hun zaken met de overheid digitaal moeten kunnen afhandelen. Nederland heeft ongeveer 1 miljoen burgers die geen gebruik maken van internet: de 'digibeten’. Het meer inzetten op het digitale kanaal kan als risico met zich mee brengen dat burgers die het digitale kanaal niet kunnen of willen gebruiken niet meer mee kunnen doen. Wij zetten al dit jaar in op het ondersteunen en faciliteren van juist deze doelgroep door de inzet van het programma “digisterker”(cursusaanbod)en het inrichten van selfservicebalies met hostess. In het programma Bestuurt en in verschillende andere programma’s, en in de paragraaf Bedrijfsvoering geven wij aan hoe wij onze organisatie toerusten om met deze risico’s om te kunnen gaan. De kern van onze benadering is tweeërlei: - Flexibilisering: wij zoeken niet voor elke uitdaging een alles omvattende oplossing, maar wij rusten onze organisatie zo toe dat we in staat zijn om voortdurend op een adequate wijze om te gaan met steeds wisselende uitdagingen. - Standaardisering: er zijn werkprocessen die zich lenen voor een gestandaardiseerde aanpak. Wij zijn daar alert op en standaardiseren waar mogelijk. Lopende projecten Ondersteuning college (project unit Marketing & Communicatie Bestuurssecretariaat, M&CB) Informatisering Ruimte rond regels HRM beleidsplan Kwaliteitshandvest dienstverlening (KCC en E-dienstverlening) Zaaksysteem Modernisering GBA Integraal klantbeeld: Digitaal Sociaal Dossier (DSD) m.b.v. Mens Centraal Meten klanttevredenheid op de kanalen: telefonie, balie, internet en e-mail. DOELEN EN BELEIDSONTWIKKELINGEN IN DE KOMENDE VIER JAAR Doelstelling 1: Nieuw evenwicht brengen tussen eigen verantwoordelijkheid en die van de gemeente Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Voor raad, college, gemeentelijke organisatie en burgers is eind 2014 gebiedsgericht werken een geaccepteerde manier van met elkaar samenwerken om op gebiedsniveau doelen ter bevordering van het leefklimaat te formuleren en te realiseren.
Zie Programma’s Wijken & Dorpen en Meedoen
Doelstelling 2: ‘Mijn Hoogeveen zegt wat ze doet en doet wat ze zegt’, en de andere kernwaarden uit de visie dienstverlening Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Het KCC ( Klant Contact Centrum) kan op termijn 80% In 2013 is er een tweejarig uitvoeringsplan van alle klantcontacten afhandelen. dienstverlening opgesteld. Hierin zijn alle activiteiten opgenomen, gericht op het realiseren van de geformuleerde doelstellingen.
85
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt Kanaalsturing (50% van de klanten kiest in 2017 als vanzelfsprekend als eerste het digitaal kanaal voor informatie en basisdiensten op basis van gemak, tijd en plaats onafhankelijk) Het programma modernisering GBA (mGBA) maakt de huidige GBA gereed voor de toekomst. In de vorm van de nieuwe Basisregistratie Personen (BRP) draagt deze bij aan de dienstverlening aan burgers, bedrijven en overheidsorganisaties en maakt deel uit van het stelsel van basisregistraties.
Vanaf 2014 zullen alle gemeenten en afnemers moeten overstappen van de GBA op de BRP. De implementatie moet uiterlijk 1 juli 2016 zijn afgerond. Aanbesteding zal afzonderlijk of in de regio plaatsvinden. De eenmalige en structurele kosten zijn nog niet te bepalen. Bij de begroting zijn de financiële gevolgen waarschijnlijk wel inzichtelijk te maken.
Doelstelling 3: Terugdringen van de administratieve lastendruk bij burgers, ondernemers en organisaties Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Aantoonbare lastendrukvermindering voor eigen organisatie en voor de klant.
Doorontwikkeling werkprocessen lean maken. Doorontwikkeling integrale dienstverlening sociaal domein. Verdergaande digitalisering loket en werkprocessen.
Doelstelling 4: Verbetering relatie op bestuurlijk niveau met strategische partners Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Toename in het aantal netwerkorganisaties waarin we participeren.
Actief deelnemen aan bijeenkomsten van de VNG, het PMG en de VDG. Versterken van onze lobbywerkzaamheden. Subsidie mogelijkheden uit Europa nader onderzoeken.
Doelstelling 5: Inspelen op mogelijkheden voor regionale samenwerking Wat willen we bereiken
Wat gaan we ervoor doen in 2014
Concrete samenwerkingsrelaties met andere organisaties.
Samenvoegen van de ambtelijke organisaties van Hoogeveen en De Wolden. Samenwerking in Zuidwest-Drenthe versterken.
EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Verkiezingen
2014
2015
2016
2017
25
25
25
25
25
25
25
25
Baten Leges burgerzaken
100
100
100
100
Totaal baten
100
100
100
100
Saldo
125
125
125
125
Totaal lasten
86
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bestuurt Toelichting Verkiezingen Het budget voor de verkiezingen was afgelopen jaren structureel te laag. Dit gaat enerzijds om de personele kosten (€5.000) en anderzijds om de overige kosten (€ 20.000) Leges burgerzaken De verwachting is dat de opbrengsten van gemeentelijke leges lager zijn op basis van de verkochte aantallen producten en gerealiseerde opbrengsten over de afgelopen jaren. INVESTERINGEN Voor de investeringen zijn onderstaande bedragen opgenomen: Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Digitalisering dienstverlening 2013 2014 2015 2016 Totaal
501.093 298.500 330.000 294.000 1.423.593
0
501.093 298.500 330.000 294.000 1.423.593
0
0
Digitalisering dienstverlening Het budget digitalisering dienstverlening wordt ingezet voor verschillende ICT-projecten. In de uitwerking naar de Programmabegroting wordt bekeken of en welk budget voor 2017 nodig is.
87
88
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bedrijfsvoering
Bedrijfsvoering De paragraaf bedrijfsvoering omschrijft hoe de taken rechtmatig, doelmatig en doeltreffend worden uitgevoerd. Onder de bedrijfsvoering vallen de personele capaciteit en de bedrijfsmiddelen. Programmahouder: Karel Loohuis Inleiding De paragraaf Bedrijfsvoering is in belangrijke mate verbonden met het programma Bestuurt. Het is één van de drie poten binnen het programma. In deze paragraaf gaan we in op de ontwikkelingen in en rond de organisatie, medewerkers en procesondersteuning. WAT SPEELT ER IN HOOGEVEEN Samenwerking Hoogeveen – De Wolden Het samenvoegen van de beide ambtelijke organisaties tot één ambtelijke organisatie is uiterlijk 1 januari 2015 gereed. De beide directies geven de organisatie de tijd en ruimte om de samenvoeging te realiseren. In 2014 zijn de eerste organisatieonderdelen (de voorlopers) samengevoegd. De tweede groep voorlopers volgt datzelfde jaar. Beide algemeen directeuren voeren tot uiterlijk 1 januari 2015 gezamenlijk de directie over het proces tot samenvoegen. Om de samenvoeging in goede banen te leiden worden er onder verantwoordelijkheid van de stuurgroep, die bestaat uit de twee burgemeesters, beide algemeen directeuren en ambtelijke ondersteuning, een viertal werkgroepen in het leven geroepen: - Werkgroep personeel en organisatie - Werkgroep juridische zaken - Werkgroep financiën - Werkgroep informatisering Op 1 januari 2014 is de juridische vorm van de nieuwe organisatie helder. Medewerkers worden nadrukkelijk betrokken en gevraagd proactief inkleuring en vorm te geven aan de dan functionerende samenwerkingsorganisatie. Organisatieontwikkeling vanuit de vier clusters De samenwerking met de Wolden zal in 2014 van grote invloed zijn op de werkzaamheden die de clusters uitvoeren. Elk cluster ontwikkelt zelf door waarbij steeds getoetst wordt of dit in lijn is met samenvoeging. De ambtelijke organisatie werkt vanuit vier clusters: - Strategie, Beleid en Projecten (SBP) - Realisatie en Beheer (R&B) - Werk, Zorg en Dienstverlening (WZD) - Bestuurs- en Managementondersteuning (BMO) Strategie, Beleid en Projecten Bij dit cluster zal de nadruk liggen op het vormgeven van de processen voor beleidsontwikkeling voor twee gemeenten. Het doorontwikkelen van de advies- en projectmanagementvaardigheden blijft een speerpunt. Daarnaast wordt er geïnvesteerd in het maken van een omslag in het denken over de hervorming van het sociaal domein. Daarbij worden de drie decentralisaties niet als doel op zich gezien, maar als instrumenten waarmee de gemeente de aanpak binnen het sociaal domein nieuw kan vormgeven.
89
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bedrijfsvoering Realisatie en Beheer Het cluster werkt aan de verdere uitrol van contextgericht werken over de andere werkvelden van het cluster. Deze manier van werken wordt gekoppeld aan de cultuurontwikkeling die het cluster door gaat maken om op klantgerichte en interactieve wijze met de samenleving te communiceren. Tegelijk wordt doorgegaan met het vergroten van de transparantie van de werkprocessen in het cluster. Het cluster gaat werken aan de verhoging van de kwaliteit van de handhaving in de openbare ruimte. Werk, Zorg en Dienstverlening Het Klant Contact Centrum (KCC) vormt de eerste ingang voor inwoners, instanties en bedrijven via alle kanalen (internet, telefonie, e-mail, post en balies). Het KCC handelt de klantcontacten zoveel mogelijk zelfstandig en direct af. Verder voert het KCC de regie over de afhandeling van de overige vragen over alle kanalen. In de strategie van de doorontwikkeling van het KCC kiezen we voor “digitaal doen wat digitaal kan”. Doelstelling is dat de klant voor informatie en basisdiensten het digitale kanaal vanzelfsprekend als eerste kanaal kiest. Daarnaast werken we stevig aan de kwaliteit van het klantcontact. Dat betekent dat 80% in een keer goed en direct afgehandeld wordt, zodat onnodige klantcontacten worden geminimaliseerd. Voor beide doelstellingen zijn de inzet van het zaaksysteem en adequaat contentbeheer van cruciaal belang. Dat leidt tot een hogere klanttevredenheid en op termijn tot aanzienlijk minder gebruik van de duurdere kanalen balie en telefonie. Binnen het sociaal domein is de strategie van het klantcontact anders. Daar zien we het gesprek met de klant als essentieel onderdeel van het bieden van passende dienstverlening. We brengen de klantvraag zo integraal mogelijk in beeld. De oplossing is meer en meer individueel maatwerk en afgestemd op de mogelijkheden van de eigen sociale context en gebruik van voorliggende voorzieningen. In 2014 zal het dienstverleningsconcept in het sociaal domein verder zijn beslag krijgen. Dan wordt ook helder wat we centraal aan dienstverlening bieden en wat we op wijkniveau willen organiseren. Bestuurs- en managementondersteuning De kennis en kunde van het cluster wordt ingezet ten dienste van het concretiseren van de samenwerking die is aangegaan met gemeente De Wolden. Vooral op gebied van financiën, HRM, ICT en juridische zaken zal dit een extra wissel trekken op het cluster. Dit staat haaks op het feit dat de eerste synergievoordelen van de samenwerking juist in deze genoemde werkvelden gerealiseerd moeten gaan worden. Een opdracht die vraagt om flexibiliteit, durf en over eigen grenzen heen kijken. Regionale ontwikkelingen Vorming Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Gemeenten en provincies gaan samenwerken in regionale uitvoeringsdiensten (RUD’s) om de kwaliteit van de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving van milieugerelateerde uitvoeringstaken te verbeteren. Met de RUD’s ontstaat een robuuste, professionele uitvoeringsstructuur die bijdraagt aan: een schoner milieu en veiligere, betere naleving van wettelijke voorschriften, eenduidiger optreden van de overheid. Voor de bedrijven en inwoners verandert er optisch weinig, omdat voor hen de ingang bij de overheid blijft zoals die nu is. De gemeente respectievelijk de provincie blijven het loket voor hun taken en bevoegdheden; alleen de uitvoering wordt geconcentreerd. De planning was dat de RUD’s op 1 januari 2013 gerealiseerd zouden zijn. Deze datum is lang niet overal gehaald. De geplande ingangsdatum van de RUD voor de hele provincie Drenthe is 1 januari 2014. Momenteel wordt er nog hard gewerkt aan o.a. opstellen bedrijfsplan, begroting en vormgeven van de organisatie.
90
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bedrijfsvoering Dit betekent dat wanneer de planning gehaald wordt, de RUD met ingang van 1 januari 2014 alle genoemde milieutaken voor de gemeente gaat uitvoeren. Hiervoor zal personeel van de latende organisaties (alle Drentse gemeenten en de provincie) overgaan naar de RUD. Het is inmiddels duidelijk dat de bijdrage die wij aan de RUD moeten gaan betalen, hoger is dan het nu voor deze taken beschikbare budget binnen onze begroting. Dit komt o.a. door kosten van dubbele overhead en aanloopkosten voor de oprichting van de RUD. Het te betalen bedrag wordt duidelijk na definitieve besluitvorming over de RUD. De besluitvorming hiervoor staat gepland in de maand juni 2013. Brandweer Ook de Regionale Brandweer Drenthe krijgt daadwerkelijk vorm. Per 1 januari 2014 zal de basisbrandweerzorg voor geheel Drenthe ondergebracht zijn bij de Veiligheidsregio Drenthe. Deze transitie vergt een aanzienlijke voorbereiding, vooral ook voor wat betreft de financien. Ontvlechting van gemeentelijke kosten en het vervolgens opstellen van een regionale begroting is een enorme klus. Daarom heeft het algemeen bestuur van de veiligheidsregio besloten hiervoor de noodzakelijke tijd te nemen om te komen tot een gedegen conceptbegroting. In de zomer kunnen de gemeenteraden hun zienswijze geven over de ontwerpbegroting 2014 van de Veiligheidsregio Drenthe. Vooralsnog gaan we uit van een overgang zonder budgettaire effecten voor de begroting van Hoogeveen. HRM We werken aan een slagvaardige en lenige organisatie die in staat is om in te spelen op veranderingen in de omgeving, zoals heel nadrukkelijk de samenwerking met De Wolden en vragen uit de samenleving. De kwaliteitsontwikkeling bij medewerkers, het verhogen van de mobiliteit en het realiseren van de taakstelling vormen de opgave. Deze opgave komt nadrukkelijk terug in de thema’s professionalisering en flexibilisering die opgenomen zijn in ons strategisch HRM beleid. Professionalisering We willen een organisatie zijn waar professionele medewerkers werken. Medewerkers die weten wat van hen verwacht wordt en in staat zijn om dat uit te voeren. Medewerkers die samenwerking zoeken, informatie delen en ophalen en continu kritisch kijken naar hun werk en zoeken naar verbeteringen. Hiervoor investeren we in de kwaliteitsontwikkeling van onze medewerkers. We hebben hierbij niet alleen aandacht voor de vakmatige ontwikkeling van onze medewerkers, maar nadrukkelijk ook aandacht voor de vaardigheden van de medewerkers. We richten ons hierbij vooral op contextgericht denken en werken en een andere manier van werken gekoppeld aan de herinrichting van het sociale domein. We gaan verder op de ingeslagen weg met ons loopbaanbeleid door te werken aan loopbaanzelfsturing van onze medewerkers. Hiervoor bieden we workshops en producten aan vanuit onze loopbaanwinkel. Tot slot werken we aan het versterken van leiderschap in onze organisatie door het leidinggevend kader middels kennissessies te ondersteunen en daarnaast een gedifferentieerd leiderschapstraject op te starten per cluster op basis van actuele ontwikkelingen. Flexibilisering We willen een organisatie zijn die in staat is om slagvaardig en lenig te reageren op externe en interne ontwikkelingen. De belangrijkste ontwikkelingen waar we mee te maken hebben zijn de uitstroom van oudere medewerkers, nieuwe taken die op ons afkomen, maar ook taken waarbij het werk terugloopt en de aankomende samenvoeging met de ambtelijke organisatie van De Wolden. Daarnaast moeten we de personele taakstelling tot 2016 invullen. We blijven continu werken aan de duurzame en flexibele inzetbaarheid van onze medewerkers. Hiermee proberen we de interne mobiliteit verder te verhogen en onze personele capaciteit naar prioriteit in te zetten.
91
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bedrijfsvoering De verhoging van de interne mobiliteit moet ook bijdragen aan het realiseren van de personele taakstelling. Hierbij focussen we ons niet alleen op de doelstelling per jaar, maar op de totale taakstelling tot 2016 om deze ook daadwerkelijk te gaan halen. We hebben de uitstroom van onze oudere medewerkers in beeld evenals de vacatures die gaan ontstaan. Via een strategische personeelsplanning zetten we trajecten in om te kunnen inspelen op de geschetste opgaven en ontwikkelingen. Ook deze activiteiten zullen we in samenwerking met De Wolden vormgeven. Innovatie in dienstverlening Zowel in de collectieve als in de individuele dienstverlening staan we voor het vraagstuk om zaken goedkoper, minder versnipperd en meer in samenwerking met partners en inwoners vorm te geven. Hoewel het optimaliseren en efficiënter inrichten van onze werkprocessen (LEAN) een route is om tegemoet te komen aan de toenemende kwaliteitseisen van onze klanten en de verlaging van handelingskosten, zal dat niet toereikend zijn. We zien ons geconfronteerd met een veel ingrijpendere ommekeer in benadering, aanpak en werkwijze in onze dienstverlening. Centraal bij die nieuwe aanpak is dat we verantwoordelijkheden terugleggen bij burgers, waarbij de eigen leefomgeving een belangrijke rol krijgt en waarbij we uitgaan van compenseren in plaats van medicaliseren. Zo kunnen we slimmer omgaan met de beschikbare middelen. Investeren in de eigen kracht van inwoners betekent dat we meer inzetten op collectieve arrangementen en het faciliteren van burgerinitiatieven. Gemeente ondersteunt of regisseert We vragen inwoners niet alleen om mee te denken, maar om zelf primair aan het stuur te zitten bij het oplossen van vraagstukken op individueel niveau en op wijkniveau. Daarbij heeft de gemeente, afhankelijk van de situatie, een ondersteunende of regisserende rol. Daarnaast blijft zij natuurlijk de leverancier van concrete diensten. We zien daarin een verschuiving van dienstverlening volgens één standaard naar meer maatwerk, toegesneden op de specifieke situatie. Bij bepaalde diensten verandert het perspectief: het is geen automatisch recht en compensatie(plicht) wordt gangbaar. Dat betekent verschil durven maken op individueel, collectief en gebiedsniveau. Andere aanpak Er zijn al concrete stappen gezet in de zoektocht naar die andere aanpakken. Voorbeelden hiervan zijn de keukentafelgesprekken in de WMO en de inzet van thuiscoaches in het project Eigen kracht. De centrale regievoering en aanpak volgens het principe van één gezin, één plan heeft als groot voordeel dat we de hoeveelheid aan hulpverleningsinstanties (en -kosten) drastisch weten terug te brengen. Nog belangrijker is onze verwachting dat de effectiviteit van de aanpak wordt vergroot en het gezin dus uiteindelijk beter wordt geholpen. In 2014 krijgen we meer concreet zicht op de behaalde resultaten. Ook in het grijs en groenbeheer starten we een project waarbij we de mogelijkheden van een contextgerichte aanpak onderzoeken. Een contextgerichte aanpak betekent ruimte voor maatwerk, afgestemd op het gebied, de wensen en inzet van inwoners en partnerorganisaties. Deze beweging sluit aan bij de ingezette doorontwikkeling van De Smederijen waarbij vooral de sociale leefbaarheid centraal staat. Kanteling in denken en uitvoering De herinrichting van het sociale domein, de extra taken en de bijbehorende taakstellingen zorgen ervoor dat we nog meer experimenten en pilots zullen uitvoeren om nieuwe aanpakken en werkwijzen te ontwikkelen. Er liggen kansen voor goedkoper werken in de zoektocht naar raakvlakken, dubbelingen en versnippering in het aanbod aan doelgroepen. Soms zal letterlijk ‘ontzorgen’ de beste oplossing zijn.
92
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bedrijfsvoering Niet het aanbod of het loket, maar de leefwereld van de inwoner en zijn vragen staan centraal. Een aanpak vanuit de mogelijkheden en het vermogen van de inwoner in plaats vanuit beperkingen. Dat is een kanteling in denken en uitvoering. Informatisering en digitalisering Externe dienstverlening In het dagelijks leven raken mensen steeds meer gewend aan het digitaal beschikbaar hebben van informatie en het digitaal afhandelen van allerlei zaken op een eigen gekozen moment. Dit heeft ook zijn weerslag op de externe dienstverlening van de gemeente: inwoners en ondernemers verwachten van de gemeente dat ze informatie, producten en diensten digitaal kunnen verkrijgen, ook buiten kantoortijden. Verder werkt de gemeente samen met allerlei ketenpartners, waarbij een goede digitale informatie-uitwisseling grote toegevoegde waarde kan hebben. Er ontstaat dan een integraal beeld rondom de inwoner en ondernemer waardoor de dienstverlening beter kan worden afgestemd op de klantbehoefte. De effectiviteit en kwaliteit van dienstverlening neemt hierdoor toe. De focus ligt de komende jaren op het ondersteunen van de decentralisaties, het doorontwikkelen van het klantcontactcentrum (KCC), het digitaal loket, het zaakgericht werken en administratieve lastenverlichting. Dit is in lijn met de landelijke kaders (wet- en regelgeving ten aanzien van de decentralisaties, Antwoord© en de implementatieagenda Nationaal Uitvoeringsprogramma (iNUP)). Interne processen De toenemende digitalisering van de externe dienstverlening heeft tot gevolg dat ook steeds meer interne bedrijfsvoeringsprocessen digitaal gaan. De totale procesketen loopt immers van inwoner tot aan bijvoorbeeld de financiële afwikkeling bij het team Financiën. Juiste inzet van digitale middelen doen het primair proces efficiënter verlopen. Dit geldt ook voor de ondersteunende bedrijfsprocessen zoals personeels- en financiële informatie en facilitaire diensten. De focus ligt de komende jaren op het inrichten en beheren van de gegevenshuishouding, het optimaliseren van werkprocessen met behulp van de LEAN-methodiek en het digitaliseren van primaire en secundaire bedrijfsprocessen. Dit is onder andere in lijn met de wetgeving rondom de basisregistraties. Daarnaast zal de samenvoeging van de ambtelijke organisaties van de gemeenten De Wolden en Hoogeveen een grote impact hebben op de doorontwikkeling en vormgeving van de externe dienstverlening en interne bedrijfsvoeringsprocessen. Interactieve beleidsvorming Digitalisering heeft tot gevolg dat gegevens sneller en breder toegankelijk worden voor iedereen. De opkomst van social media vraagt ook in de bedrijfsvoering een andere benadering om inwoners en ondernemers te betrekken. Daarom willen we de interactieve beleidsvorming doorontwikkelen en die optimaal ondersteunen met digitale middelen. EXPLOITATIE Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Lagere lasten interne zaken
2014
2015
2016
2017
-100
-100
-100
-100
-100
-100
-100
-100
Baten Vervallen huur UWV
145
145
Totaal baten
145
145
0
0
45
45
-100
-100
Totaal lasten
Saldo
93
Voorjaarsnota 2014-2017 – Bedrijfsvoering Interne zaken Door de krimp van de organisatie wordt er ook minder beroep gedaan op de budgetten die onder interne zaken vallen. Vervallen huur UWV Het UWV heeft te kennen gegeven per 1 januari 2014 niet langer gebruik te zullen maken van het Werkplein. Hierdoor vallen de huuropbrengsten weg. Op korte termijn is het niet mogelijk om een nieuwe huurder in het pand te vestigen, omdat nog niet duidelijk is in hoeverre de gemeente deze ruimte mogelijk zelf nodig heeft. Dit hangt af van de keuzes die worden gemaakt in de decentralisaties. We gaan er vanuit dat vanaf 2016 de opbrengsten weer kunnen worden gerealiseerd. Hetzij door dekking uit budgetten behorend bij taken die de gemeente zelf gaat uitvoeren, hetzij door het gebouw vanaf dat moment opnieuw te verhuren aan derden. Kosten portofoons en tractie Veilig Er is al enkele jaren sprake van een overschrijding op de kosten voor portofoons en tractie binnen het programma Veilig. Het college stelt voor om deze kosten binnen de bedrijfsvoering te vinden. Richting Programmabegroting zal worden uitgezocht of dit daadwerkelijk mogelijk is. INVESTERINGEN Voor de investeringen zijn onderstaande bedragen opgenomen: Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Vervanging bedrijfsmiddelen tractie 2013 2014 2015 2016 Totaal
240.000 240.000 446.000 252.000 1.178.000
Vervanging bedrijfsmiddelen automatisering 2013 641.761 2014 167.025 2015 177.900 2016 85.200 Totaal 1.071.886 Totaal
2.249.886
0
240.000 240.000 446.000 252.000 1.178.000
0
0
0
641.761 167.025 177.900 85.200 1.071.886
0
0
0
2.249.886
0
0
Voor de vervangingsinvesteringen bedrijfsmiddelen tractie en automatisering zijn voor de jaarschijf 2017 nog geen bedragen opgenomen. In de aanloop naar de Programmabegroting zal worden geïnventariseerd of en welke bedragen moeten worden opgenomen in de investeringsplanning. Dit mede gelet op de ontwikkelingen met betrekking tot de samenwerking met De Wolden.
94
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht algemene dekkingsmiddelen
Overzicht algemene dekkingsmiddelen Het overzicht omvat de algemene dekkingsmiddelen die vrij besteedbaar zijn. De niet vrij aanwendbare heffingen zijn, evenals de ontvangsten van de specifieke uitkeringen, in de programma’s verantwoord onder de baten. Programmahouder: Anno Wietze Hiemstra EXPLOITATIE Het vertrek voor de exploitatie We beginnen met de samenvatting van de cijfers van de Programmabegroting 2013-2016. Op die manier laten we zien tegen welke achtergrond de financien, zoals verwoord onder “Voorjaarsnota in kort bestek”, moeten worden gelezen. Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Programma's Ontwikkelt Duurzaamheid en mobiliteit Ondernemen en werken Meedoen Talentontwikkeling Veilig Bestuurt Wijken en Dorpen Totaal Programma's Algemene dekkingsmiddelen Resultaat voor bestemming Mutaties in reserve Eindstand Programmabegroting 2013-2016
2013
2014
2015
2016
8.645 5.322 -306 26.287 16.838 5.124 4.695 8.247 74.852 -66.638 8.214 -7.093 1.121
5.746 5.986 -856 25.765 16.772 4.993 4.432 7.807 70.645 -66.173 4.473 -4.843 -371
3.046 5.393 -935 23.195 16.681 4.715 4.238 7.614 63.947 -65.204 -1.257 -88 -1.345
2.392 5.469 -967 23.178 16.706 4.733 4.203 7.584 63.296 -66.215 -2.920 243 -2.677
Financieel akkoord Rijk en medeoverheden Op 18 januari 2013 hebben de onderhandelaars van het kabinet en de VNG een principe akkoord bereikt over de Wet houdbare overheidsfinanciën(Wet Hof), het wetsvoorstel schatkistbankieren en het Btw-compensatiefonds. Naar aanleiding van het principe akkoord is er een ledenraadpleging onder de gemeente gehouden en op 1 februari 2013 is bekend gemaakt dat 73% voor het akkoord heeft gestemd. Wet Houdbare overheidsfinanciën(Wet Hof) Bij het op orde brengen van de schatkist trekt het Rijk samen op met de gemeenten, provincies en waterschappen. Op basis van het wetsvoorstel Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF) en de geldende begrotingsregels leveren het Rijk en de decentrale overheden de komende jaren een gelijkwaardige inspanning bij het terugdringen van het begrotingstekort. In deze kabinetsperiode is de ambitie uitgesproken om het gezamenlijke aandeel van gemeenten, provincies en waterschappen in het Nederlandse begrotingstekort geleidelijk terug te brengen van 0,5% van het bruto binnenlands product (bbp) in 2013, naar 0,2% bbp in 2017. Het kabinet begrijpt tegelijkertijd de zorgen van decentrale overheden over de investeringsruimte. De wettelijke tekortnorm wordt daarom voor de periode 2013 tot en met 2015 gesteld op maximaal 0,5% bbp. In 2016 en 2017 gaat de tekortnorm naar respectievelijk 0,4% bbp en 0,3% bbp. Eind 2015 volgt een evaluatie, aan de hand waarvan wordt bezien of de beoogde norm voor de jaren 2016 en 2017 verantwoord en mogelijk is.
95
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht algemene dekkingsmiddelen In de Programmabegroting 2013-2016, paragraaf Financiering onder het kopje EMU-SALDO schreven we, dat er een wetsvoorstel ’Houdbare overheidsfinanciën(Wet Hof)’ aan de Tweede kamer zal worden aangeboden. Ook hebben we een tabel opgenomen van onze berekende EMU-saldo op basis van de Programmabegroting 2013-2016. Schatkistbankieren De gemeenten worden verplicht om geld dat ze opzij zetten onder te brengen bij het Rijk. De tegoeden, die eigendom blijven van de gemeenten, worden aangehouden in de schatkist en ontvangen hiervoor een rente die gelijk is aan het rentepercentage dat de Staat betaalt over leningen op de geld- en kapitaalmarkt. Met dit zogeheten ‘schatkistbankieren’ worden risico’s van beleggingen tot een minimum beperkt. Bovendien leidt het ertoe dat de overheidsschuld lager uitvalt. Het verplicht schatkistbankieren wordt geregeld via de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido), een voorstel tot wetswijziging wordt zo snel mogelijk aan de Kamer gestuurd. Op verzoek van VNG, IPO en UvW wordt in het voorstel een extra bepaling opgenomen waardoor decentrale overheden hun tegoeden onder bepaalde voorwaarden ook aan elkaar kunnen uitlenen. Ook de eerder beoogde ‘roodstandfaciliteit’ is op verzoek van de medeoverheden geschrapt. Bovendien hoeven gemeenten niet te schatkistbankieren als ze maximaal 0,75% van hun begrotingstotaal aan overtollige middelen hebben. Ontwikkeling gemeentefonds 2014-2017 Programmabegroting 2013-2016 Voor de Programmabegroting 2013-2016 zijn we uitgegaan van de juni circulaire 2012 (voorwaarde in het kader van begrotingtoezicht van de provincie). Vanaf 2014 was hier al een korting van € 0,8 miljoen toegepast in verband met verwachtte rijksbezuinigingen. Decembercirculaire 2012 Het verschijnen van een decembercirculaire was niet gebruikelijk, maar toch is het de derde op rij. De informatiewaarde is wisselend, die van 2012 bevat richtinggevend nieuws over de effecten van het regeerakkoord. Denk aan accressen, afschaffing btw-compensatiefonds (BCF), korting op onderwijshuisvesting, vermindering raadsleden enzovoort. Maar over de decentralisatie van taken naar gemeenten wordt amper iets gemeld. Dat leidt tot onze conclusie dat er nog teveel informatie ontbreekt om op microniveau de gevolgen van het regeerakkoord 2012 voor gemeenten te kunnen afleiden. Wellicht biedt de komende meicirculaire 2013 meer informatie. Uit deze decembercirculaire zijn naast de ‘harde’ mutaties ook nog de aannames verwerkt van de accressen. Daarnaast is het onderhandelingsresultaat verwerkt van 18 januari 2013 over het in stand blijven van het BCF. Omschrijving
2014
2015
2016
2017
55.845
54.973
56.002
56.002
-800
-800
-800
-800
Opgenomen in Programmabegroting 2013-2016
55.045
54.173
55.202
55.202
Uitkomsten decembercirculaire
55.482
54.012
54.921
55.029
560
350
-770
-1.575
-526
-1.425
-1.437
-1.437
pm
pm
pm
pm
55.516
52.937
52.714
52.017
469
-1.236
-2.488
-3.185
(bedragen x € 1.000)
Junicirculaire BZK 2012 Af: eigen raming
Accressen 2013-2017 startnota/regeerakkoord 2012 Instand blijven btw-compensatiefonds Aanvullende korting i.v.m. ‘Oranjeakkoord’ Totaal verwachting gemeentefonds Verschil met begroting
96
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht algemene dekkingsmiddelen Accressen 2013-2017 startnota/regeerakkoord 2012 In het regeerakkoord 2012 van het kabinet Rutte II zijn vele maatregelen opgenomen voor de jaren 2013 t/m 2017. Na aftrek van € 4 miljard investeringen (net name aan het begin van de regeercyclus) is er een nettobedrag van € 16 miljard mee gemoeid. Niet alle maatregelen hebben via de Netto Gecorrigeerde RijksUitgaven (NGRU) hun weerslag op het gemeentefonds. In de startnota zijn de effecten nog eens goed nagerekend en dat leidt tot een daling van het gemeentefonds in de genoemde jaren van cumulatief € 409 miljoen. Dat is als volgt te specificeren: Jaar (bedragen * € 1.000)
Rijksbezuiniging gemeentefonds
Aantal uitkeringspunten*
Bedrag voor gemeente Hoogeveen
2013
89.000
+8 punten
280
2014
188.000
+16 punten
560
2015
123.000
+10 punten
350
2016
-268.000
-22 punten
-770
2017
-541.000
-45 punten
-1.575
Totaal
-409.000
-33 punten
-1.155
*1 punt uitkeringsfactor staat in onze gemeente aan circa € 35.000
Btw-compensatiefonds In het akkoord van 18 januari 2013 is opgenomen dat het btw-compensatiefonds (BCF) niet wordt afgeschaft, zoals dat nog de bedoeling was in het regeerakkoord van het kabinet Rutte II. Gemeenten hebben zich steeds tegen afschaffing verzet, omdat dit samenwerking met bijvoorbeeld andere gemeenten afremt. Afschaffing zou in 2014 bovendien een eenmalige strop van ruim € 2 mld. hebben betekend voor gemeenten. Aan het voortbestaan van het btw-compensatiefonds zijn wel twee voorwaarden verbonden: de door het kabinet geplande structurele bezuiniging van € 550 miljoen op het budget (€ 200 miljoen vanaf 2014 en daarbij nog € 350 miljoen vanaf 2015), wordt gekort op het gemeentefonds en het provinciefonds. Bovendien wordt vanaf 2015 een jaarlijks maximumbudget vastgesteld, zodat decentrale overheden niet ‘onbeperkt’ btw kunnen terugvragen. Het is een goede mogelijkheid dat dit wordt verdeeld via de uitkeringsfactor. Om de effecten te benaderen gaan we daar nu vanuit. Echte duidelijkheid hierover komt echter in de komende meicirculaire 2013. Extra bezuinigingen van € 4,3 miljard Op 1 maart 2013 heeft het kabinet Rutte II voorstellen gedaan voor een aanvullend pakket aan maatregelen om het tekort van de begroting 2014 onder de 3% te houden. Het pakket behelst € 5,1 miljard aan heroverweging en € 0,8 miljard aan beleidsintensiveringen. Dus netto € 4,3 miljard. Ten gevolge van de ‘trap-op, trap-af’ systematiek zou dit voor de gemeenten in totaal een aanvullende korting van € 200 miljoen betekenen in het gemeentefonds. Voor Hoogeveen zou dit een extra structurele daling van circa € 490.000 betekenen met ingang van 2014. Op 11 april hebben de sociale partners en het kabinet een sociaal akkoord gesloten. Met het sluiten van het akkoord is afgesproken dat de extra bezuinigingen voorlopig niet doorgaan. We hebben deze eventuele aanvullende bezuinigingen daarom niet verwerkt.
97
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht algemene dekkingsmiddelen EXPLOITATIE Mutaties ten opzichte van Programmabegroting 2013-2016 Product (bedragen x € 1.000) + = nadeel en - = voordeel Lasten Kapitaallasten investeringen
2014
2015
2016
2017
126
99
180
403
126
99
180
403
Baten Actualisatie gemeentefondsuitkering Verwachte indexatie opbrengsten
-469 -250
1.236 -250
2.488 -250
3.185 -250
Totaal baten
-719
986
2.238
2.935
Saldo
-593
1.085
2.418
3.338
Totaal lasten
Kapitaallasten Betreft mutatie kapitaallasten in verband met aangepaste investeringsplanning. Voor een toelichting op de gemeentefondsuitkering zie hierboven. Indexatie opbrengsten In de Programmabegroting worden de opbrengsten jaarlijks geïndexeerd. Omdat we in deze Voorjaarsnota ook indexatie van kosten opnemen, nemen we nu ook indexatie van opbrengsten op. In de Programmabegroting zullen deze in de betreffende programma’s worden opgenomen.
98
Voorjaarsnota 2014-2017 – Totaaloverzicht herijking exploitatie
A. Totaaloverzicht herijking exploitatie
Omschrijving
2014
Opbengst bouwleges
150.000
100.000
50.000
0
2
Stimuleringsplan woningbouw
56.500
56.500
56.500
56.500
3b
Zonatlas
20.000 8.278
8.278
8.278
-600.000
-900.000
-1.000.000
-1.000.000
600.000
900.000
1.000.000
1.000.000
2
54.500 18.100
54.500 18.100
54.500 18.100
54.500 18.100
1 1
5.200
5.200
5.200
5.200
1
Permanente verkeerseducatie Vervanging fietswegbewijzering Verlaging uitgaven participatiebudget Verlaging rijksbijdrage pariticipatiebudget onderwijshuisvesting (VO) Indexering onderwijshuisvesting Verordening overschrijdingsregeling Achterstallig kunstobjecten Project thuiscoaches GGD Verhoging bijstandslasten Rijksbijdrage I-deel Minimabeleid Algemene gezondheidszorg (GGD) Continuering sport en bewegen Drents Olympisch plan
8.278
2015
2016
2017
Categorie
3b
10.000
1 3b
15.000
2
2
165.000
153.000
11.000
11.000
11.000
11.000
3b 1
303.000
638.000
638.000
638.000
2
-303.000
-638.000
-638.000
-638.000
2
135.000
135.000
135.000
135.000
4
8.200
8.200
8.200
8.200
1
9.000
9.000
125.000 9.000
3b 3b
Vervanging camera's uitgaansgebied
20.000
Hogere lasten lijkschouwing
10.000
10.000
10.000
10.000
1
Hogere lasten verkiezingen
25.000
25.000
25.000
25.000
1
100.000
100.000
100.000
100.000
1
Areaaluitbreiding MFC Nieuwlande
12.000
12.000
12.000
12.000
1
Overige areaaluitbreiding
27.000
27.000
27.000
27.000
145.000
145.000
-250.000
-250.000
-250.000
-250.000
2
125.729
99.154
179.710
402.660
2
1.005.507
726.932
459.488
623.438
WMO-uitgaven
-400.000
-400.000
-400.000
-400.000
2
Lagere kosten interne zaken
-100.000
-100.000
-100.000
-100.000
2
505.507
226.932
-40.512
123.438
Lagere leges burgerzaken
Vervallen huur UWV Verwachte indexatie opbrengsten Mutatie kapitaallasten aangepaste investeringsplanning Totaal mutaties
3b
1 2
Structurele voordelen vanuit jaarrekening 2012
Totaal mutaties Actualisatie Gemeentefondsuitkering
-469.000
1.236.000
2.488.000
3.185.000
Saldo Programmabegroting 2013-2016
-371.000
-1.345.000
-2.677.000
-2.677.000
Saldo Voorjaarsnota 2014-2017
-334.493
117.932
-229.512
631.438
1
99
Voorjaarsnota 2014-2017 – Totaaloverzicht herijking exploitatie Omschrijving van de categorieën Categorie 1 Categorie 2
Categorie 3a Categorie 3b Categorie 4
Onontkoombaar: Dit zijn budgetbijstellingen die voorvloeien uit een al genomen college besluit of uit wet en/of regelgeving Aanpassing huidige budgetten n.a.v. realisatiecijfers: Dit zijn budgetbijstellingen naar aanleiding van de realisatiecijfers van voorgaande jaren en waarover college of raad nog geen expliciet besluit heeft genomen Nieuw beleid, innovatief: Dit zijn budgetbijstellingen voor initiële kosten die op termijn leiden tot structurele besparingen Nieuw beleid. Het gaat hier om wensen en aanvullende middelen waarover het college en gemeenteraad nog geen besluit heeft genomen Niet realiseerbare bezuiniging: Dit zijn budgetbijstellingen voor zover een door het college of raad vastgestelde bezuinigingsopdracht niet ingevuld kan worden of wordt vertraagd
100
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht investeringen
B. Overzicht Investeringen
Overzicht investeringen 2013-2017 Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Ontwikkelt Stadscentrum Zuid-Oost hoek 2013 2014 2015 2016 Totaal
3.864.000 9.970.779 190.000 713.000 14.737.779
2.678.188 6.635.708 190.000 713.000 10.216.896
900.812 3.335.071
250.000
35.000
4.235.883
250.000
35.000
2013 2014 2016 2017 Totaal
117.497 47.500 12.100 193.600 370.697
0
117.497 47.500 12.100 193.600 370.697
0
0
2013 2014 2015 2016 2017 Totaal
700.000 1.100.000 700.000 700.000 1.100.000 4.300.000
0
700.000 1.100.000 700.000 700.000 1.100.000 4.300.000
0
0
2015 Totaal
39.483 39.483
0
39.483 39.483
0
0
Infrastructurele verkeersmaatregelen Zuidwoldigerweg-Schutstraat-Griendtsveenweg 2013 653.494 653.494 2014 1.206.000 603.000 Totaal 1.859.494 0 1.256.494
0
603.000 603.000
0
0
0
0
Budget Begraafplaatsen
Duurzaamheid en Mobiliteit Asfaltprogramma
Haltes openbaar vervoer gehandicapten
Vervanging diverse bruggen 2013 2015 Totaal
75.775 53.000 128.775
0
75.775 53.000 128.775
2013 Totaal
224.000 224.000
0
224.000 224.000
Ondergrondse containers
101
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht investeringen
Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Permanent bewaakte fietsenstalling 2013 Totaal
100.000 100.000
0
50.000 50.000
0
50.000 50.000
Herstellen Riegshoogtendijk (wortelopdruk) 2013 Totaal
164.500 164.500
0
164.500 164.500
0
0
Revitalisering het Hoekje, Hollandscheveld 2014 2015 Totaal
250.000 250.000 500.000
0
250.000 250.000 500.000
0
0
0
0
Herinrichting Dorpsstraat, Pesse 2014 2015 Totaal
250.000 250.000 500.000
0
250.000 250.000 500.000
2013 Totaal
4.419 4.419
0
4.419 4.419
0
0
2013 Totaal
125.000 125.000
0
125.000 125.000
0
0
2013 Totaal
9.000 9.000
0
9.000 9.000
0
0
2014 2015 2016 2017 Totaal
70.000 70.000 70.000 70.000 280.000
0
70.000 70.000 70.000 70.000 280.000
0
0
VRI Middenveldweg-Toldijk/ LCH-terrein 2014 Totaal
150.000 150.000
0
150.000 150.000
0
0
0
0
0
0
Fietspad Coevorderstraatweg
Deelname Biomassacentrale BV
Deelname LDEB
Vervanging parkeerautomaten
Meedoen Bentinckspark 2013 2014 2016 2017 Totaal
600.000 1.626.400 504.600 300.000 3.031.000
600.000 1.526.400 304.600 2.431.000
100.000 200.000 300.000 600.000
2014 Totaal
200.000 200.000
0
200.000 200.000
Renovatie Zwembad
102
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht investeringen
Omschrijving
Jaar
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
Buitensportaccommodatiebeleid 2014 2015 2017 Totaal
200.000 200.000 300.000 700.000
0
200.000 200.000 300.000 700.000
0
0
2013 Totaal
2.516.941 2.516.941
0
2.516.941 2.516.941
0
0
2013 2014 2015 Totaal
300.000 300.000 300.000 900.000
0
300.000 300.000 300.000 900.000
0
0
2013 Totaal
897.000 897.000
0
897.000 897.000
0
0
2014 2015 2016 2017 Totaal
2.899.999 2.149.995 3.500.000 5.000.000 13.549.994
2.899.999 2.149.995 3.500.000 5.000.000 0 13.549.994
0
0
2014 2015 2016 Totaal
2.800.000 3.400.000 3.600.000 9.800.000
0
2.800.000 3.400.000 3.600.000 9.800.000
0
0
2013 Totaal
34.425 34.425
0
34.425 34.425
0
0
2013 Totaal
5.473 5.473
0
5.473 5.473
0
0
IAB: T. Brandsma, extra ruimte + inrichting 2013 Totaal
11.519 11.519
0
11.519 11.519
0
0
5.000 5.000
0
5.000 5.000
0
0
Talentontwikkeling IAB: MFC Tiendeveen
IAB: Frisse scholen
IAB: speciale lesplaatsen
Budget Integraal accommodatiebeleid
IAB: Sport- en gymvoorziening Bentinckspark
IAB: Voorbereiding MFC Pesse
IAB: Voorbereiding MFC Wolfsbos
IAB: Voorbereiding MFC CentrumOost 2013 Totaal
103
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht investeringen
Omschrijving
Jaar
IAB: Voorbereiding speciaal basisonderwijs 2013 Totaal
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden
7.803 7.803
0
7.803 7.803
0
0
2013 Totaal
40.100 40.100
0
40.100 40.100
0
0
2013 Totaal
3.803.289 3.803.289
0
3.803.289 3.803.289
0
0
2013 2014 2015 2016 2017 Totaal
90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 450.000
0
90.000 90.000 90.000 90.000 90.000 450.000
0
0
2014 2015 Totaal
250.000 250.000 500.000
0
250.000 250.000 500.000
0
0
2013 2014 2015 2016 Totaal
501.093 298.500 330.000 294.000 1.423.593
0
501.093 298.500 330.000 294.000 1.423.593
0
0
2013 2014 2015 2016 Totaal
240.000 240.000 446.000 252.000 1.178.000
0
240.000 240.000 446.000 252.000 1.178.000
0
0
2013 2014 2015 2016 Totaal
641.761 167.025 177.900 85.200 1.071.886
0
641.761 167.025 177.900 85.200 1.071.886
0
0
12.647.896 50.033.274
250.000
688.000
Verbouwing Theater de Tamboer
Wijken en dorpen Multifunctioneel centrum Nieuwlande
Budget speelvoorzieningen
Herstructurering Oranjebuurt
Bestuurt Digitalisering dienstverlening
Bedrijfsvoering Vervanging bedrijfsmiddelen tractie
Vervanging bedrijfsmiddelen automatisering
Totaal investeringen investeringsplafond
63.619.170
104
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overzicht investeringen
Omschrijving
Jaar Totaal per jaar: 2013 2014 2015 2016 2017 Totaal
Investerings Reserve Algemene Exploitatie Bijdragen bedrag structuurvisie exploitatie riolering derden 15.732.089 22.116.203 8.896.378 9.820.900 7.053.600 63.619.170
3.278.188 12.118.901 8.162.108 13.351.095 190.000 8.706.378 1.017.600 8.803.300 0 7.053.600 12.647.896 50.033.274
250.000 0 0 0 0 250.000
85.000 603.000 0 0 0 688.000
105
Voorjaarsnota 2014-2017 – Reservelijst investeringen
Overzicht reservelijst (geactualiseerd en jaarschijf 2019 is toegevoegd) Omschrijving Ontwikkelt Budget begraafplaatsen Duurzaamheid en mobiliteit Reconstructie wegen Infrastructurele verkeersmaatregelen Zuidwoldigerweg-SchutstraatGriendtsveenweg, fase 4 Steenbergerparkbrug Openbare verlichting Damwand industriehaven Meedoen Buitensportaccommodaties 2015-2021 Bentinckspark (inrichting openbare ruimte rondom activiteitencentrum) Renovatie zwembad Verplaatsing Peddelaars Talentontwikkeling Investeringen IHP 2018-2019 Wijken & Dorpen Budget speelvoorzieningen Bestuurt Digitalisering dienstverlening Veilig Brandweerkazerne Bedrijfsvoering Werf en onderkomens Vervanging bedrijfsmiddelen tractie Vervanging bedrijfsmiddelen automatisering Totaal
2018-2019 36.300
2.200.000 1.500.000 140.000 pm pm
pm 800.000 550.000 pm
10.000.000
180.000
pm
5.200.000
pm pm pm 20.606.300
106
Voorjaarsnota 2014-2017 – Algemene reserve
C. Overzicht reserves
Overzicht Algemene Reserve Stand begin 2013 Periode 2013 Af: Bestemmingsvoorstel jaarrekening 2012: Storting in reserve Risico & Stimulering Bestemmingsvoorstel jaarrekening 2012: Focusgemeente Incidentele budgetten 2013 Negatief resultaat 2013 Energie- en schoonmaakkosten sportclubs
Voorjaarsnota 2014-2017 25.570.000
-250.000 -148.000 -696.000 -1.121.000 -70.000 -2.285.000 23.285.000
Stand eind 2013 Periode 2014-2017 Bij: Raming voordelige resultaten 2014-2017
185.000 185.000
Af: Weerstandvermogen, zie paragraaf Weerstandvermogen Storting in reserve structuurvisie Stand eind 2017(na aftrek weerstandsvermogen)
-15.395.000 -32.000 -15.427.000 8.043.000
107
Voorjaarsnota 2014-2017 – Reserve structuurvisie
Overzicht reserve structuurvisie Stand begin 2013 Periode 2013-2016: Bij: Grondexploitatie Resultaten grondexploitatie 2013-2016
Voorjaarsnota 2014-2017 6.723.000
6.554.000 6.554.000
Af: Rente NIEGG gronden Voordeel toegerekende salariskosten grondexploitatie Projecten opgenomen in investeringsplanning: Bentinckspark De Wieken fase 2b, teveel onttrokken, terug storten Zuid-oosthoek Stadscentrum Zuid-oosthoek Stadscentrum Grondexploitatie Zuid-oosthoek Stadscentrum , Beukemaplein Zuid-oosthoek Stadscentrum , Park Dwingeland Zuid-oosthoek Stadscentrum , nog in te verdienen Stationsgebied Overige projecten tot en met 2016: Uitvoeringsprogramma visie landelijk gebied Energievisie Werkbudget structuurvisie
-704.000 -133.000 -2.431.000 683.000 -10.217.000 589.000 850.000 -1.150.000 300.000 -580.000 -200.000 -124.000 -192.000 -13.309.000
Bij: Storting uit Algemene reserve Stand eind 2016
32.000 0
Periode 2017 en verder: Bij: Af: Stand eind 2017 en verder
0
108
Voorjaarsnota 2014-2017 – Overige reserves
Overzicht overige reserves Reserve risico en stimulering Reserve minimabeleid Reserve bodemsanering Reserve riolering Reserve onderhoud IAB Reserve Stimuleringsplan Sport & Bewegen Reserve Wijk en dorpsgerichtwerken Beginstand 2013 Periode 2013-2016 Bij: Bijdrage uit grondverkopen Grexen Bestemmingsvoorstel jaarrekening 2012 Egalisatie onderhoud gemeentelijke gebouwen
Voorjaarsnota 2014-2017 103.000 62.000 475.000 3.625.000 693.000 267.000 300.000 5.525.000
369.000 250.000 222.000 841.000
Af: Economische ontwikkeling Verrekeningen bodemonderzoek Egalisatie riolering Vrijval t.g.v. algemene dekkingsmiddelen Uitvoering Stimuleringsplan Sport & Bewegen
-25.000 -383.000 -2.313.000 -300.000 -267.000 -3.288.000 3.078.000
Stand eind 2016 Periode 2017 en verder Bij:
p.m.
Af:
p.m.
Eindstand 2017 en verder
3.078.000
109
Postadres
Postbus 20.000 7900 PA Hoogeveen Bezoekadres
Raadhuisplein 24 7901 BW Hoogeveen Telefoon
14 0528 Fax
0528-291325 E-mail
[email protected] Internet
www.hoogeveen.nl