1-5-2012
De kip en het ei, oftewel wie was er het eerst?
Terschuur in de gemeente Barneveld is zo’n dorp waarbij je je afvraagt of het zijn naam ontleent aan het geslacht van de heren Van der Schueren of dat de heren Van der Schueren zich naar het dorp hebben genoemd. Meestal is een dergelijke vraag moeilijk te beantwoorden maar in het geval van Terschuur gaan we toch een poging wagen! Het tweede raadsel is waar de Van der Schuerens oorspronkelijk vandaan kwamen.
Wapen van de heren Van der Schueren te Terschuur in de gemeente Barneveld.
De oudste generaties Volgens onderstaande ‘Repertoria op leen- en tynshoven in de Gelderse Vallei’ was de oudste generatie
1. +/- 1340 Henrick-I van der Schuere I
(gend. in tymsrollen 1370!) Andries (dr is Heylwich, zij tr 1. Arnt van Tuyll en 2. Arent van der Lawick (NL 1953/ 212-
-
213) I
2. +/- 1390 Schuere
-
Brant
(Andries is dood in 1440 en dan is Heilwich nog onmondig)
Brant van der Schuere I
3. +/- 1430
en
Andries van der I
Hendrick-II van der Schueren
Hendrick X Jutte Brants van
Delen (zie 4 !! ) -
Henrick (priester) Jan (gnd. in 1525) Margaretha (X Geurt Claessen/Govert Nicolaas, in 1534 met voogd Cornelis Jacobs de
schout)
Uit: Repertoria uit leen- en tynshoven in de Gelderse Vallei (J.C.Kort) (VVG 5.1.21a) blz 172 12-04-1394 23-02-1401 26-10-1440 der 26-06-1514 24-07-1514 25-07-1525 broer. 19-12-1534 31-08-1558 10-09-1558 Philips 28-10-1562
De tiende grof en smal van het goed van Englebert Florisz van Barneveld (in 1514: van Oud Barneveld) Hendrik vander Scure bij overdracht door Wouter van Vellair A fol 119, 3 fol 153 Hendrik van der Scure Brand van der Schuur voor Heilwig van der Schuur, zijn nicht, onmondig, bij dode van Andries van Schuur, haar vader, die aankwam van Hendrik diens vader, niet te verzuimen. Evert Lambertsz. van der Nikerk te Amersfoort voor heer Hendrik van der Schuur, priester, bij dode van Hendrik Brandsz. van der Schuur, diens vader. Jan van der Schuur Hendriksz bij overdracht door heer Hendrik, zijn broer, Govert Nicolaas voor Margaretha, dr van Hendrik van der Schuur, zijn vrouw, bij dode van Jan haar Evert van der Schuur Govertsz. bij overdracht door Cornelis Jacobs(=voogd), gehuwd met Margaretha, dochter van Hendrik van der Schuur, zijn ouders. Evert van der Schuur Govertsz. die drie zoons en een dochter heeft, mag beschikken. Evert van der Schuur, wiens leenvolger Herman, Hendrik en Aleid, diens broer en zuster, elk f. 100 zal geven. Govert van der Schuur, bij dode Evert, zijn vader, met lijftocht van Margaretha zijn moeder, op de
mindere helft.
05-04-1576 17-09-1596 --.--.1617
Lijftocht van Geertruida, dochter van Hessel Bruning, gehuwd met Govert van der Schuur Evertsz. Hendrik van der Schuur Evertsz. bij dode van van Govert, zijn broer. Evert Heimansz. van Harseler vermeld.
Terschuurse en Lunterse tak Van der Schueren samengevoegd: 1340 1370 Schuer
Heyn (Terschuurse tak) I Hendrik .
Gerrit (Lunterse tak) I Gerrit X Alijd Rotgers (zij): X 2 Evert Francken
Feye van der
I I I I I I I 1400 Andries en Brant Gerrit Rotger Henrick Rotger Pense I I 1430 Hendrik Heilwich Hendrik zie 3a . zie 3b !! X Arnt v/dLawick I I I 1460 Jan Hendrik (priester) Margaretha X Govert Nicolaes(Geurt Claess) - Evert - Herman - Hendrik - Aleid 3a. +/- 1430
Henrick Brants van der Schuere (overl. in 1514 ) -
3b. +/- 1430
Henrick (priester) Jan Margaretha Weyme (X Henrick Alarsz) (2)
Hendrick Andries van der Schueren X Jutte Brants van Delen (zie 4 )
In 1475 (HA Tynsboek inv.nr.101) heeft Jan van Corler een deel van een erf dat hij kocht van Jutte Henrick Andriess wyff vander Schueren Brant dochter van Deelen. Eronder staat: Item Brant vander Schueren. Jutte Brants is dus een dochter van Brant van Delen en zij is getrouwd met Henrick Andriess vander Schueren!!
De eerste vermelding van het (nog naamloze) dorp en zijn inwoners (vetgedrukt) in 1325. Enkele namen onder ‘Gherderen cloeft’ Neuden van der Bysen Heyme van Hersler II ₤ Henric Voorman I ₤ Alart Lantferts sone xxx β. Neude van Westenappel Neude Rodebloc I ₤ Wouters wijf to Butenhues I ₤ Arnout, hare sone, I ₤ Henric Bloybart III ₤ Henric van Corler III ₤ Wuse Lantferts sone xxx β Aelts goed te Westenvelde II ₤ Wibbinc II ₤ x β Neude van Corler x β Ricolt van Corler xxx β Wouter van Berler I ₤ Arnout van der Ondermate x β Gheret van Westenvelde II ₤ Willam van Droncler II ₤ Henric van Catewyc I ₤ Rutgher Geylinc x β Evert van Zurxdamme III ₤ x β Lubbe Heydenborghe sone I ₤. Wuse van Estvelde I ₤ Vrancke van Estvelde ende sin sone VII ₤. tgoet te Nosscoten I ₤. Tydeman van Hornslar III ₤ x β Melijs van Scafler x β Lubbert van Scafler x β Didderic ter Espet III & x β tgoet te Ghelkenhorst x β tgoet te Briler xxx β Willam van Werfscoten I & tgoet te Horcxvelde I &. Dimmer van Bidderscoten II &.
De streek die later “Terschuur” werd genoemd, kwam dus al voor in de ‘Schatting van den lande van Gelre voor de Veluwe’, opgenomen in het begin van de 14e eeuw. Veel bekende namen zien we verschijnen, onder anderen de Van Corlers, de Westenveldes, de Van Surksums en de Van Dronkelers. Wat hier echter nog ontbreekt is de naam Van der Schueren. Zou het mogelijk zijn dat de Terschuurse Tol nog niet bestond of in ieder geval nog niet in bezit was bij de heren van der Schuer?
Hiernaast een stukje van de schattingsrol uit 1325 waar inwoners van het latere Terschuur op staan, met hieronder de transcriptie.
Dit sin ander heren lude inder cloeft van gherderen Intierst wolvout (=wolfert?)? van stroede V pnd sente marie It blankart van voerthusen IIII pnd abbatisse altensis It berent gabbe (=grobbe) IIII pnd abbatisse altensis It johan ende willam sine broeder IIII pnd abbatisse altensis It tgoet van lankeren IIII pnd abbatisse It tgoet ten horst II pnd X s abbatisse
Abatisse altensis is de abdis van Elten. Van Berent gabbe (moet eigenlijk zijn ‘grobbe’), koopt Heyn van der Schuur zijn eerste gronden onder Terschuur. Lankeren ligt tussen Terschuur en Voorthuizen in, het goed ten Horst ligt onder Harselaar. Samen met de belening van de tol komt de naam ‘Terschuur’ voor het voetlicht. De rechten van tolheffingen hoorden bij de Duitse keizer en in 1377 schonk Keizer Karel IV hertog Willem III van Gulik de belening over Gelre en daarbij de rechten op de landtol van Terschuur. Willem van Gulik verpachtte de tol vervolgens weer aan Heyn van der Schuer. Deze tol had twee ‘einden’, een in Terschuur en een in Lunteren. Tynsrollen. In de eerste tynsrollen van rond 1340 komen de Van der Schuerens nog niet voor, wel degenen waar ze later gronden van kopen zoals de hierboven al genoemde Bernardus Gabbe/Grobbe en ene Ambrosius Velick. In de tynsrollen ná 1370 wordt Heyn van der Schueren steeds vermeld. Hij koopt veel grond aan en breidt zijn bezit regelmatig uit. Ik vermoed dat de aankopen van Heyn van der Schueren direct na 1377 en misschien al wel iets daarvóór hebben plaats gevonden. Over deze aankopen en de verdere ontwikkeling van hun bezittingen in Terschuur verschijnt een apart artikel. De naam ‘Terschuur’ gaat snel gebezigd worden, gezien de naam van ene Zeger van Westerveld die voor 1400 “Zeger van der schuer” werd genoemd maar in latere tijden weer gewoon zijn naam ‘van Westerveld’ terugkreeg! In 1421 werd Ter Schuer geroofd en verbrand door Stichtsen. Dit was dus nog ten tijde van de oudst bekende Hendrick (Heyn) van der Schuer. In een ander stuk komt de naam van de familie ook weer voor. De tienden van Engelbrecht Florensz-goederen van Olden-Barnevelt, grote en smalle, zoals die gelegen zijn op de Veluwe in het ambt van Barneveld. Henrick van de Schuyre anno 1394. Andries van de Schuyre na dode van Henrick zijn vader en overgedragen op Heilwich zijn dochter onder voogdij van Brant van de Schuyre, haer oom, anno 1440. Hendrick van de Schuyre na dode van zijn vader Henrick Brantsz. van de Schuyre, 26 juni 1514. Jan Henricksz. van de Schuyre, na opdracht door zijn vader Henrick Henricksz. van de Schuyre, 24 juli 1514. Margriet Henricksdr. van de Schuyre na opdracht van Henric van de Schuyre, haar broeder, anno 1525. Geurt Geurtsz. van de Schuyre, na opdracht Margriet, zijn moeder, met haar voogd Cornelis Jacobsz., 19 dec. 1534.
Henrick (of Heyn) wordt met deze tienden beleend in 1394, een teken dat hij het ‘goed deed’!
Dat Heyn een Veluwse riddermatige was. blijkt uit de “Verbondbrieven tusschen de ridderschap en de steden des lands van Gelre en graafschaps van Zutphen op 3 Mei 1418 “Voor het kwartier Arnhem tekenen: In den naem des Heren Amen.Wy Henric van Myddachten ende Derich van Arnhem, riddere,Henric van Ranst here toe Kessel, Peter van Steenbergen,Ott van Camphusen, Engelbert van Aller,Claes van Aller, Johan van Gelre bastart,Alart van Wye,Willem van Aller,Henrich van Brienen,Giesbert van Heerde,Aernt van Tuyle,Henric van Byler,Lubbert van Achtuelt,Heyn van der Schuer enz. enz. ( OAA reg 566)
Heyn was hier nog ‘knaap’, dat wil zeggen nog niet tot ridder geslagen maar wel riddermatig. Aan het andere eind van de ‘Tol van Terschuur’, in Lunteren, vinden we het tweede deel van de familie terug. Het duidelijkst blijkt dit uit de oude archieven van het klooste de Abdinckhof in Paderborn.
“TRANSUMPTUM SEU VIDIMUS DE TRABUS MONASTERIUM ABDINGHOFF Bonis in ducatum Geldriae sitis. Enapit registrum feudorum contin. deciãm divisorum ac ascripticus glebe” e (eerste helft 15 eeuw):
Item HEYNE WOLTERS TER SCHURE en syn wiff De naam Heyne Wolters ter Schure slaat vermoedelijk op één van de eerste eigenaren van Westerveld’(zie daar), waaruit volgt dat het dorp toen al ‘Terschuur’ heette!! In Ede: FEIE VAN DER SCUYR, RUTGER oir soin, PENSE oir dochter ALEYT VAN DER SCUYR en GERRITVAN DER SCUYR oer man en GERRIT VAN DER SCUYR GERRITSZ voirsz vader (Aleyt en Gerrit Sr zijn dus man en vrouw!) (Tynsboek invnr. 1315) 1425 gend. Alijdt van der Schuer X Gerrit Gerrits van der Schuer 1425 gend. Feye vander Scuer en Rotger oer soin en Pense oer dochter. 1459 gend. Alijdt Rutgers van der Schueren X Evert Francken als eigenaar van ter Schueren. 1449 gend. Henrici vander schuer et aleydus eius matris.
De oudste stamboom van de Van der Schuerens zou er dus als volgt kunnen uitzien: 1340 Gerrit van der Schuer > (in Lunteren) Schuer I 1370 Gerrit van der Schuer X Alijdt Rotgers I I I (X Evert Francken) I 1400 Gerrit Rotger Henrick Brant
(en in Terschuur) > Heyn van der I Hendrik I
Feye van der Schuer I I Rotger
Pense
Andries
Tiendregisters. Er is ook al vroeg sprake van een 'tiend van Terschuur', toebehorende aan het klooster van Elten (ook vaak ‘Vrouwengoederen’ genoemd). De bezittingen staan beschreven in “Het Necrologium en het Tynsboek van het Adellijk Jufferen Stift te Hoog Elten “. Het stuk dateert uit 1443 en bevat het testament van Abdis Lucia van Kerpen. In het Tynsboek staat oa. “Dit sint appene teende inde selven hof (Appel) die men pleget to verdingen jaerlix it. den teende ther schuren. Ende daer hoert in dat guet to coerber aelt guet van westenveld en dat guet ter schure“ 'Coerber' is waarschijnlijk een schrijffoutje, hier wordt denk ik “Corler” bedoeld. ‘Westenveld’ en ‘dat guet ter Schure’ zijn de beide boerderijen die elders behandeld worden. Van deze
tiend is in 1698 een kaart gemaakt waarop zowel Terschuur als Zwartebroek uit die tijd voorkomen! Om het allemaal nog wat ingewikkelder te maken vond ik nog een familie Van der Schueren. onder Putten/Ermelo/Harderwijk die in dezelfde tijd leefden. +/- 1325 Arnout e 14 eeuw”. +/- 1340
ter Scueren 'Schatting van den Lande van Gelre, de Veluwe van het begin der
Wolterus filius
in der cloft van Putte onder Aelt. Arnoldi de Schure Arch. klooster te Elten (Duesseldorf, zie BVG LK2-III-
48)
in Harderwic fol. 128 Hoofdtinsen in Putten in 1340 1439 Willem Arentssoen van der Schuere Burgerboek van Harderwijk 1436-1572. Anno XXXIX. 1440 Roitgen van der Schuere als belending in de Vijhestraat te Harderwijk 1453 Willem Aerntszoon van der Schuere en Alide zijne vrouw 1443 Bertolt vander Schuere te Elburg ‘25 Wilhelmusschilden van sinre lijfrente de wij hem jaerlix schuldich sin’ Arnt/Arnout ter Schuren I Wolterus I ____ (Arnt)?______ I I I Willem Roitgen Bertolt
In 1440 ligt dit ‘guet ter Schuer’ in Putten en wel “teyndens an die dyc toe nulde” De ‘Terschuurse’ Van der Schuerens worden ook in de Recognitieboeken van Harderwijk genoemd: 1483: Henrick AlartsXWeyme (van der Schuer). (H.geeft W. morgengave 100 gldn) 1496 Henrick van der Schuer en Willem van Borcheler (Willem voorgen. Is Henrick van der Schuer Herenrente schuldig, machtigt Henrick van der Schuer Henrick Alarsz zijn zwager)
1525 Henrick Alertz en Alyt zijn echte hv. Weyme is hier dus dood en Henrick Alartsz is voor e de 2 keer getrouwd)
Maar ..... waar kwam die eerste Heyn van der Schuer vandaan? Hij was medeondertekenaar als een Veluwse ‘knaap’ bij een overeenkomst in 1418 tussen de steden en edelen van de Veluwe met de hertog, hij was dus geen ‘kleine jongen’. Ik heb al jaren gezocht en heb heel veel families Van der Schuer gevonden (in bijna alle provincies en in Duitsland) die geen van allen familie konden zijn. Daarbij zal Wilem van Gulik de goed betalende tol maar niet zomaar aan iemand hebben gegeven maar aan een die hij kende. Er is één naam die bij al dat zoeken naar boven kwam en dat was bij een landontginning in 1346 van een gebied in Siebengewald, in de buurt van Venray in Limburg. Het ging over de drooglegging van een veengebied die bekend staat onder de naam van “Gochse landrol” Siebengewald ligt op de grens met Duitsland, ten zuiden van Goch en ten noorden van Venray. We hebben hier te maken met een Heyne van der Schuer en ook nog met iemand die ontgint, eigenlijk hetzelfde als onder Terschuur. In de rol staat hij als volgt vermeld: (456)
Item Heyne ter Scuren 10 mg. 1 w.
20 ro. 4 v. myn.
In deze streek komt de familie Van der Schuer nog vele eeuwen voor, maar toch heb ik nog geen binding mee kunnen vinden......
Notities: ACTUM IN DIE TRANSLATIONIS MARTINI (JULI 4). FOL.71 VOOR RICOLT VAN DIREN EN ALBERT HERMSZ BEKENDEN WOLFF ARNTSZ EN JAN WOUTERSZ DAT ZIJ VERKOCHT HEBBEN REYNER HERBERTSZ HUN AANDEEL AAN DAT GOED TE HOUWYCK, GELEGEN TE HUNEN DAT BERNT DE WOELEN ERVE PLACHT TE WEZEN, ONDER VERBAND VOOR DE WARING VAN ZIJN GOED THER SCHUER ZO DAT GELEGEN IS BIJ GHERIT VAN SPUELDE DE JONGE EN LAENTGEN SCRASSERS IN DEN KERSPEL VAN PUTTEN.
1453 Mei 19 (Regesten Harderwijk) Burgemeesters, Schepenen en Raad oorkonden, dat zij aan Willem Aerntszoon van der Schuere en Alide, zijne vrouw, schuldig zijn eene lijfrente van 20 gouden rijnsche guldens en, na het overlijden van een van beiden, aan den langstlevende de helft, die jaarlijks op Pinksteren moet worden betaald onder verband van hun raad, recht- en wijnhuis. 1440 Augustus 15 ......... het andere huis staande in de Vijestraat, belend door Simon Scoter en Roitgen van der Schuere. Een Ter Schuren wordt ook genoemd in tynsrollen onder Putten (vlak bij craftinchusen) Putten 1341: Item servo misso pro equo recepto ab Arnoldo ther Schuren 2 brab. de curmeda uxoris sue. (Arnout betaalt 2 brabantse guldens als keurmede voor het overlijden van zijn vrouw)
In de Harderweijkse Recognitieboeken wordt rond 1500 wat licht geworpen op de ligging van het goed Ter Schuren: 1502 Actum in die translationis Martini (juli 4) fol.71. Voor Ricolt van Diren en Albert Hermsz bekenden Wolf Arntsz en Jan Woutersz dat zij verkocht hebben Reyner Herbertsz hun aandeel aan dat goed te Houwijck, gelegen te Hunen dat Bernt de Woelen Erve placht te wezen, onder verband voor de waring van zijn (Reyner Herbertsz) goed Ther Schuer zo dat gelegen is bij Gherrit van Spuelde de Jonge en Laentgen Scrassers in den Kerspel van Putten.
In 1453, op 19 mei (Reg. Harderwijk) wordt Willem Arnts van der Schuere weer genoemd. Burgemeesters, Schepenen en Raad oorkonden, dat zij aan Willem Aerntszoon van der Schuere en Alide, zijne vrouw, schuldig zijn eene lijfrente van 20 gouden rijnsche guldens en, na het overlijden van een van beiden, aan den langstlevende de helft, die jaarlijks op Pinksteren moet worden betaald onder verband van hun raad, recht- en wijnhuis.
Transcriptie Tynsboek 101. Den thynss vanden nyen lande by hunen ende spriele inden kerspel van putten fol. 176vso Arndt van hollick alleer
Item gerit van spuelde van III mergen alleer lyse haghens II s dieselve vanden acker in nulderbrinck alleer arnt kerper(?) VI d dieselve vanden acker in nulderbrinck alleer andries vanden noirden
VI d
Item wedyge henricxs van III mergen alleer arnts kynderen van voirdendyck II s Item gerit van putten van III ½ mergen ghecoft tegen roede willem alleer Reyner snyers die selve van I stuck erves gecoft tegen roede willem alleer arnt wolters IIII dd die selve van II mergen II hont LXXXV roeden gecoft tegen roede willem alleer aerntz vander schuer XVIII d II mit
IIII s III d
“Hoerigen en vryen van de Veluwe” 1440 onder Putten (transcriptie fotonr. 67)
It Arnt wolffs praestman ende praestguet gheheten tguet ter schuer ghelegen teyndens an die dyc toe nulde noch I guet gheheten volkers guet van halvinchusen oeck I praestguet It van guede ter schuer habet heer zywert van wynbergen vasselermaet daer opsteet te vaightkoren IIII ½ olt groet dat se niet en willen betalen e
Tynsboek Putten 1496 (1706-1754) fol. 42 (foto 07 (2 deel)). : quondam Arndt van den Schuer 2 mrgn 2 hondt 75 roeden.
Het is dus duidelijk dat er onder Putten een goed 'Ter Schueren' gelegen heeft. Tot nu toe weet ik echter niet of er een binding bestaat met ‘ons’ Terschuur. In 1502: Actum in die Translationes Martini (4 July), folio 71. Voor Ricolt van Di(e)ren en Albert herms bekenden Wolff Arntsz en Jan Woutersz dat zij verkocht hebben Reyner Herbertsz hun aandeel aan dat goed te Houwijck, gelegen te Hunen dat Bernt de Wollen erve placht te wezen, onder verband voor de waring van zijn goed Ther Schuer, zo dat gelegen is bij Gherit van Spuelde de Jonge en Laentgen Scrassers in de kerspel van Putten.
Stadsarchief Elburg: 1443 Item opt huus gedrunken 1 climmer an biere Item Bertolt vander Schuere gegeven 25 Wilhelmusschilden Item des donredages na sunte Vinceninsdach (20) Bertolt ter Schuere gegeven 25 Wilhelmusschilden van sinre lijfrente de wij hem jaerlix schuldich sin op sunte Poncianusdach (21) daer wij ene quitancie van hebben Item Bertolt ter Schuere gegeven enen gulden ende 11 climmer dat hem tjaer to Luttick waert gegeven
Ook in Brabant komt een Arnt van der Schueren voor: Meierij: 1423 1409
PvdB
Willem Aertsz van der Scueren Amelius, filius Arnoldi van der Schueren (’s Hert.b. en Breda)