WEST-VLAANDEREN
WEST-VLAANDEREN
VLAANDEREN INNOVATIEVALLEI Zes weken lang plaatst Trends verrassende ondernemingen in Vlaanderen en Brussel in de kijker. Stuk voor stuk zijn het interessante ontdekkingen die benadrukken hoeveel ondernemerschap en innovatie Vlaanderen biedt. WOLFGANG RIEPL, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER
140
bedrijven stelden zich kandidaat voor de derde editie van de Trends Business Tour. Trends selecteerde, samen met een eminente jury, vijf bedrijven per provincie. Het belangrijkste criterium was innovatie, gekoppeld aan gezonde groei. Welke bedrijven werken aan vernieuwing en kunnen hun spraakmakende innovaties vol toegevoegde
waarde ook wereldwijd in de markt plaatsen? En hoe duurzaam zijn die innovaties? Een jury met het revisoren- en advieskantoor BDO, de waakhond in duurzaamheid Business & Society, de financiële databank B-Finance, het agentschap Flanders DC (creativiteit en ondernemerschap), de bank ING, het Brussels Instituut voor Onderzoek en Innovatie
Innoviris, IWT (het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie), en de redactie van Trends namen de kandidaturen onder de loep. In de volgende zes weken stellen we telkens vijf markante, verfrissende en verrassende bedrijven uit de Vlaamse provincies en het Brussels Gewest voor. z DEZE WEEK: WEST-VLAANDEREN VOLGENDE WEEK: VLAAMS-BRABANT WWW.TRENDS.BE | 30 OKTOBER 2014 87
WEST-VLAANDEREN
AVR
MET EEN PUMA NAAR DE AARDAPPELTOP
Een zelf ontwikkelde reinigingsmodule voor aardappelrooiers. Met die kaskraker in de nichemarkt van de aardappelteelt overtuigt AVR de wereld. WOUTER TEMMERMAN
B
egin oktober stelde AVR uit Roeselare zijn Puma 3 voor, een zelfrijdende aardappelrooier die vier rijen aardappelen in één beweging kan oogsten. Het is een verbeterde versie van vroegere rooiers. Van de kaskraker werden er dit jaar al 34 verkocht, goed voor een omzet van 15 miljoen euro. AVR haalt die omzet niet enkel met de Puma-reeks. Het voert ook andere reeksen en realiseerde in de voorbije twee jaar overnames in Noorwegen en Nederland die 3 miljoen euro toevoegden aan de omzet.
Machine is verzekering Het succes van de Puma-reeks hangt samen met de intern ontwikkelde en gepatenteerde reinigingsmodule Varioweb. Die scheidt loof en aarde van de aardappelen tijdens het rooiproces. Afhankelijk van de grond (nat of droog, licht of zwaar) zorgt de module voor meer of minder reiniging. Dat aanpassingsvermogen maakt de Puma’s zeer goed inzetbaar in uiteenlopende omstandigheden. “Met de module steeg ons marktaandeel en werden we Europees marktleider”, glundert algemeen directeur Stefaan Top. “In de nieuwe Puma 3 hebben we de module opnieuw laten evolueren en is bijvoorbeeld de reinigingscapaciteit gestegen.” De klanten van AVR zijn in belangrijke mate loonwerkers of grote akkerbouwers. Die bevinden zich in België, Nederland en Frankrijk, maar AVR verkoopt ook machines in Duitsland, Groot-Brittannië, Polen, Rusland, de Scandinavische landen en Canada. 77 procent van de omzet komt uit export. “Voor onze klanten is deze machine een soort verzeke88 30 OKTOBER 2014 | WWW.TRENDS.BE
AVR In duizend euro Omzet Bedrijfsresultaat Nettowinst Solvabiliteit (in %) Personeel
Bron: TrendsTop
2013
2012
2011
42.143 35.208 39.654 3181 3588 3565 2431 2838 2815 59 63 64 88 83 74
ring”, zegt Stefaan Top. “Ze garandeert hen dat ze hun oogst kunnen binnenhalen, ook als het slecht weer is. In ZuidEuropa is het droger, maar veel noordelijke landen hebben ook minder geleden onder de crisis.”
Met Varioweb koppelt AVR goede technologie aan een duurzaam bedrijfsbeleid. De technologie zelf zorgt voor minder energieverbruik bij het reinigen na het rooien, en de instelbare reinigingsintensiteit reduceert het brandstofverbruik. Dat koppelt AVR aan zonnepanelen (20.000 m²) die bijna de helft van het energieverbruik tijdens de productie van de machines opvangt. Maar Stefaan Top blijft bij de pinken, ook na de Puma 3. “Continue productontwikkeling is een noodzaak. Ook voor onze andere reeksen komen we jaarlijks met belangrijke updates op de markt.” z
“Continue productontwikkeling moet. Jaarlijks komen we met belangrijke updates” STEFAAN TOP “Met innovatie werden we Europees marktleider.”
BATTERY SUPPLIES
WINKELKETEN VOOR BATTERIJEN
Batterijen voor elektrische fietsen, zonneenergie, industriële reinigingsmachines. Battery Supplies levert ze allemaal, over de hele wereld. De investeringen in een verkoopnetwerk vreten nog even aan de winstcijfers.
KARIN EECKHOUT
BATTERY SUPPLIES ALEXANDER DE SOETE “We blijven ons nog even concentreren op Europa.”
B
attery Supplies begon in 1999 in Deerlijk, als groothandel in batterijen voor auto’s en heftrucks. “We merkten al snel dat batterijen veel meer te bieden hadden dan wat wij verkochten”, vertelt zaakvoerder Alexander De Soete. “Almaar meer toestellen werken op batterijen: hoogwerkers, industriële reinigingsmachines, golfwagens, fietsen, rolstoelen, scooters, enzovoort. Onze sterkte is dat we een one stop shop zijn voor alle mogelijke batterijen. Dat totaalassortiment maakt ons vrij uniek, net als onze logistieke aanpak. Wij kunnen overal ter wereld leveren, zowel in kleine als in grote hoeveelheden.” De eerste drie jaar verkocht Battery Supplies vooral in eigen land, daarna startte het bedrijf met export, voornamelijk in Europa. “Onze sterkste groei tekenen we op in Frankrijk, waar we een vestiging met zeven medewerkers hebben. We blijven nog even concentreren op Europa, omdat het potentieel hier nog altijd groot is. Maar we exporteren 65
procent van onze omzet naar meer dan honderd landen. Daar zijn ook exotische oorden bij, zoals de Comoren of Martinique, waar we batterijen leveren voor installaties voor zonne-energie. In die landen wordt de met zonnepanelen opgewekte energie opgeslagen in batterijen.”
“We werken aan een internationale franchiseformule voor batterijen” Nog groener Battery Supplies legt zich ook toe op de verkoop van lithium-ionbatterijen, die milieuvriendelijker zijn dan batterijen met lood, maar ook een stuk duurder. Al zijn batterijen, benadrukt De Soete, sowieso groener dan heel wat andere energiebronnen. “Batterijen slaan ener-
In duizend euro
2013
Omzet Bedrijfsresultaat Nettowinst Solvabiliteit (in %) Personeel
25.380 228 -690 28 65
Bron: Battery Supplies
2012
2011
24.645 22.310 896 1131 896 644 46 37 65 55
gie op en geven ze weer vrij, zonder dat daarbij schadelijke stoffen vrijkomen. En ze worden volledig gerecycleerd.” In 2010 is Battery Supplies gestart met een eigen winkelconcept, onder de naam Battery Street. “De vraag was groot: iedereen weet waar hij een laptop- of een autobatterij kan kopen, maar waar vind je een batterij voor je grasmaaier of kruimeldief? We hebben zes Battery Street-winkels in België en twee in Nederland, die we sinds kort via een franchisingformule uitbaten. We willen het concept ook internationaal uitrollen, te beginnen in Frankrijk.” De winkels zaten eerst in een aparte nv, maar vorig jaar werd beslist ze samen te voegen met de groothandelsactiviteit. De gecumuleerde investeringen van de voorbije drie jaar werden opgenomen in de jaarrekening van 2013, wat het verlies verklaart. “Ook in 2014 riskeren we nog in het rood te gaan, door de uitzonderlijke kosten die de opstart van de franchiseformule met zich brengt.” z WWW.TRENDS.BE | 30 OKTOBER 2014 89
WEST-VLAANDEREN
BULIK STANDBOUW
HOUT VASTHOUDEN TEGEN DE RECESSIE Bulik Standbouw bouwt sinds 2010 houten standen op nationale en internationale vakbeurzen. Het gaat om modulaire pakketten van ecologisch verantwoord hout. ROEL VAN ESPEN
BULIK STANDBOUW Bron: Bulik Standbouw, Nationale Bank, Trends Top
In euro
2013
2012
2011
Omzet 534.358 319.947 189.541 Bedrijfsresultaat 61.673 11.001 43.495 Resultaat boekjaar 40.931 5384 32.541 Solvabiliteit (in %) 58 65 44 Personeel 2 1 1
D
e kracht van 3D-communicatie is enorm. Een creatieve en opvallende beursstand in combinatie met een kwalitatieve afwerking vormt een belangrijke troef. Dat is de mening van Sam Bulik, die samen met zijn levensgezel Sofie Vandenbriele in 2010 Bulik Standbouw oprichtte. Ze kozen resoluut voor houten materialen die bewerkt worden in de eigen schrijnwerkerij. “We werken daarvoor samen met FSC-gecertificeerde bedrijven”, zegt Sam Bulik. “Die garanderen dat de houtproducten afkomstig zijn uit duurzaam beheerde bossen.” Bulik Standbouw wil zijn ecologische voetafdruk nog beperken door 90 tot 95 procent van de elementen te hergebruiken. “Dat komt omdat onze houtbouwstanden modulair zijn opgebouwd”, verklaart Sofie Vandenbriele. “Ze bestaan uit decorpanelen die vaak hergebruikt kunnen worden.” Voorts zijn de verven allemaal op waterbasis, wordt het verfgerei gerecycleerd en zweert het bedrijf bij milieuvriendelijke poetsproducten. Ook bij de keuze van de vloerbekleding ligt de
90 30 OKTOBER 2014 | WWW.TRENDS.BE
SOFIE VANDENBRIELE “We staan klaar voor de economische relance.”
focus op recyclage, met producten zoals kliklaminaat of melaminetegels. Het Izegemse bedrijf telt vijf werknemers, van wie drie in het kader van een individuele beroepsopleiding (IBO). “Zo worden de deadlines zeker gehaald en kunnen de opbouwuren gevoelig ingekort worden. We moeten met onze houtbouw de concurrentie aangaan met makkelijk en vlug monteerbare systemen als die van Bematrix en Aluvision.” Voor de opbouw van de standen doet Bulik een beroep op freelancers. De hoge kosten van vast personeel en de onregelmatige uren zijn de belangrijkste redenen.
“Opstarten in tijden van crisis was niet gemakkelijk, maar wij zijn een voorbeeld van hoe het toch kan”
‘We zorgen voor alles’ Voor 2014 verwacht de standenbouwer een omzet van 700.000 euro. In 3,5 jaar tijd is de onderneming aanzienlijk gegroeid. Die evolutie werd eerder dit jaar ondersteund met de aankoop van een pand van ruim 1800 vierkante meter. Sam Bulik: “Opstarten in tijden van crisis was niet gemakkelijk, maar wij zijn een voorbeeld van hoe het toch kan. We staan klaar voor de economische relance. Onze full service zorgt ervoor dat we een stapje voor hebben.” De dienstverlening vertaalt zich in vernieuwende concepten zoals een ‘sleutelop-de-deurformule’ en consulting op maat. “Met seminars, gespreksavonden en individuele gesprekken begeleiden we bedrijven bij hun beursdeelname”, zegt Vandenbriele. “Wie onvoldoende tijd of mankracht heeft, kan bij ons ook terecht voor een volledige outsourcingservice. Wij zorgen dan voor alles: de opbouw van de stand, de training van de bemanning, de opstelling van een draaiboek, of telefonische follow-up.” z
DIJA-OOSTCOLOR
DE RETROACTIEVE FLANDRIEN
Dija-Oostcolor sprong zes jaar geleden enthousiast op de trein van de retrofiets. Met het merk Achielle snellen de Pittemnaars alle retroconcurrenten uit het wiel. WOUTER TEMMERMAN
H
et familiebedrijf Dija-Oostcolor uit Pittem innoveerde midden vorig decennium uit harde noodzaak. Concurrentie uit de lagelonenlanden maakte de verkoop van fietskaders aan merken onrendabel en dus investeerden Jan Oosterlinck en zijn zonen Peter en Tom in het eigen merk Achielle, een retrofiets genoemd naar grootvader Oosterlinck. De Oosterlincks maken elke fiets op vraag en volgens de wensen van de klant, maar wel op basis van een reeks van beschikbare modellen, opties, kleuren en uitvoeringen. Daardoor moet het bedrijf geen fietsen in voorraad hebben, en dat bespaart investeringen en ruimte.
Surfen op de retrogolf Sinds de start van Achielle in 2006 haakten almaar meer grote fietsmerken hun karretje vast aan de retrotrend. Die uit zich vandaag ook in auto’s, kledij of interieur. En dus retrofietsen. De klanten van Dija-Oostcolor moeten wel wat langer wachten op hun fiets, maar dat blijkt geen probleem. “Wij combineren maatwerk en kwaliteit als troef tegen een groeiende concurrentie”, duidt Peter Oosterlinck. “Veel merken bieden nu een retrofiets aan en laten keuze tussen twee kleuren. Dat maakt van de retrofiets een bijna banaal product. Wij laten de consument echt zijn fiets samenstellen. Van
DIJA-OOSTCOLOR In euro
2013
een basisfiets tot een fiets met alles erop en eraan, en altijd met materialen van een echte retrofiets. Aan de andere kant zie je ook kleine fietsenmakers opduiken als concurrent met maatwerk, maar zij genieten dan weer minder capaciteitsvoordeel.”
Dija-Oostcolor innoveert met retro Dija-Oostcolor heeft vertrouwen in zijn positionering. Sinds de start van Achielle ging de omzet pijlsnel omhoog: van 150.000 euro in 2007 tot net boven het miljoen in 2013. Maar, opvallend: terwijl omzet en brutomarge klimmen, dalen
de winstcijfers. In 2013 werd daarom de klantenportefeuille ingrijpend gewijzigd. De familie Oosterlinck zette de samenwerking met een grote privatelabelklant stop. Die leverde weliswaar 15 tot 20 procent van de omzet, maar bijzonder geringe winsten. “We stelden voorop dat we maximaal 2 tot 3 procent omzet wilden verliezen, maar op dit moment gaat ons cijfer er zelfs met enkele procenten op vooruit. Dat zorgt voor vertrouwen in de toekomst van ons eigen merk”, benadrukt Peter Oosterlinck. “Op zich is de Achielleproductie winstgevend. Meer nog, zonder de Achielle bestond Dija-Oostcolor niet meer.” z PETER OOSTERLINCK “Wij laten de klant echt zijn fiets samenstellen.”
Bron: Nationale Bank
2012
2011
Brutomarge 176.550 165.598 122.119 Bedrijfsresultaat 17.125 26.814 29.541 Nettowinst 3048 14.308 20.303 Solvabiliteit(1) (in %) 47 51 61 Aantal werknemers 5 3 2 (1) Overige leningen en schulden meegeteld bij het eigen vermogen
WWW.TRENDS.BE | 30 OKTOBER 2014 91
WEST-VLAANDEREN
TROTEC
LEVEN VAN HET AFVAL VAN ANDEREN Gebroken koekjes, snijranden van taartbodems, of pralines met een verkeerde vorm. Trotec uit Veurne geeft ze een tweede leven en verwerkt het afval van andere voedingsproducenten tot grondstof voor dierenvoeding. ROEL VAN ESPEN TROTEC In duizend euro
SIGRID PAUWELYN “We verwerken 145.000 ton voeding per jaar.”
V
laanderen telt 3800 ondernemingen in de voedingsindustrie. Hun gezamenlijke productieactiviteiten leiden tot een aanzienlijke hoeveelheid bijproducten. Al bijna dertig jaar worden die gedeeltelijk ingezameld door Trotec, die ze verwerkt tot een basisstof voor dierenvoeding. De actieradius beperkt zich niet tot Vlaanderen, maar strekt zich uit over de hele Benelux, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. De verwerkingseenheid in Veurne ligt centraal op de Belgisch-Franse grens, maar Trotec heeft in Frankrijk ook drie afzonderlijke inzamelpunten. Het bedrijf werkt ook aan een nieuwe verwerkingseenheid in het land, en dat verklaart het bedrijfsverlies in het jongste boekjaar. “We verwerken de bijproducten van een driehonderdtal ondernemingen”, zegt bestuurder en referentieaandeelhouder Sigrid Pauwelyn. “Samen zijn ze goed voor 145.000 ton per jaar, en jaarlijks komt er twintig procent bij. Voorbeelden zijn gebroken koekjes, snijran-
92 30 OKTOBER 2014 | WWW.TRENDS.BE
den van taartbodems en pralines met een verkeerde vorm. Ze worden verwerkt tot één standaardproduct met een stabiele samenstelling.” Zowel het productieproces als de ondersteunende activiteiten worden voortdurend geoptimaliseerd. Bij gebrek aan standaardmachines werd vijf jaar geleden bijvoorbeeld een inno-
Jaarlijks groeit de afvalverwerking bij Trotec met een vijfde vatieve drooginstallatie in eigen huis ontwikkeld. De hoge ontwikkelings- en opstartkosten leidden initieel tot negatieve balansresultaten, maar vandaag maakt dit apparaat het verschil. Bij de ontwikkeling van zijn verwerkingsinstallaties hecht Trotec veel belang aan wetgeving en kwaliteitszorg. Daarom
Bron: TrendsTop en Trotec
2013-14(1) 2011-12(2) 2010(3)
Omzet 38.277 Bedrijfsresultaat -441 Resultaat boekjaar 44 Solvabiliteit (in %) 50 Personeel 43
35.912 3.842 2940 42 28
12.435 -175 -116 33 22
(1) Balans van 1 oktober 2012 tot 30 juni 2014 - (2) Balans van begin 2011 tot einde september 2012 - (3) Boekjaar = kalenderjaar
wordt nauw samengewerkt met instanties zoals het FAVV en OVAM. “We kunnen een ruim gamma aan bijproducten verwerken. Door de recyclage en opwaardering werken we mee aan het opnieuw integreren van ingrediënten in de voedselketen.”
Meer verwerking, minder import “Actuele topics zoals klimaatwijziging en aangroei van de wereldbevolking dwingen de maatschappij tot een optimale inzameling en verwerking van bijproducten. Dat gebeurt bij Trotec op een energiezuinige en milieuvriendelijke manier, dankzij het innovatieve verwerkingsproces in combinatie met eigen energieopwekking en warmterecuperatie.” De verwerking van lokale bijproducten tot dierenvoeding reduceert ook gevoelig de import van traditionele mengvoedergrondstoffen. Ook grote oppervlaktes aan landbouwgrond kunnen nu vrijgehouden worden voor andere teelten en toepassingen. z