//
STATE OF THE ART
TENSTPRODUCTIE ING JOSINE CRONE // FOTOGRAFIE ROB HOEKSTRA, NICOLE ROMIJN EN JOSINE CRONE
Anna van Buerentoren // Locatie: Anna van Buerenplern // Opdracht: Anna van Buerenplein bv // Bouw: 15 rrtaarI2)I2 51ju11 2015
Wapperende gordijnen en uit het raam hangende studenten verraden de aard van de Anna van Buerentoren. Het gebouw huisvest een verticale campus van een universiteit met
studentenwoningelr. Vanuit de onderwijszalen kun je de trambaan bijna aanraken, zo dichtbij staat de toren. 10 // BOUWWERELD
BOUIAIWERELD
//
11
//
STATE OF THE ART
T=¡=E E=¡=tI E=l=!_il E=T=E E=I=E E=I=E E=T=E
systeem dat in de B'tower in Rotterdam is toegepast. Alleen zijn de schuifpuien in de B'tower voorzien van kaders en is dit bij de Anna van Buerentoren anders opgelost. Hier zijn namelijk de dorpels waarin de panelen schuiven doorgezet, ook waar het vaste glas zil.Zo kon budget worden bespaard. Ter plaatse van de studentenwoningen zijn ventilatieroosters voor natuurlijke luchttoevoer geplaatst. Deze zijn vanaf d'e 6uitenz'rjde niet zichtbaar, zodat de puien zich niet onderscheiden van de onderwijslagen. De roosters zün opgenomen in het gesloten deel boven de pui. De luchtinvoer is ingebouwd in de bovendorpel van het gevelprofiel. Alle zijden van de toren zijn geluidbelast, maar met name aan de zijde langs de trambaan zijn de geluiddrukniveaus hoog. De maximale geluidbelasting op de gevels bedraagt 63 tot 64 dB. Aan alle zijden zijn daarom suskasten voor de ventilatie geplaatst. Achter de gele glaspanelen zijn hekjes geplaatst als doorvalbeveiliging, zodat de studenten een Frans balkon als buitenruimte hebben. Op de kantoor- en onderwijslagen worden de schuifdeuren juist geblokkeerd bij een opening van 100 mm, zodat er wel natuurlijke ventilatie mogelijk is, maar geen aanvullende
E=T
r=l E=i r=l rillEt r=l TI=I I=t r-t=l E=l
De sta¡en
doorvalbeveiliging nodig
draagstructuur van
ln verband met de warmtelast op de grote glasoppervlakken is neutraal gekleurd, zonwerend glas met een ZTA van O,27 toegepast. De gele folie in de gelaagde ruiten van de schuifdeuren
de toren is strak Iangs de trambaan
gebouwd Opde
2
is.
geeft een duidelijk kleuraccent. ln de hoekwoningen op de zuidzijde is in de kopgevel geen volledig transparante pui aange-
begane grond heeft het gebouw een
bracht, maar alleen een vastgezet glaspaneel. De universiteit eiste hier een hogere mate van zonwering. Daarom is in de kopgevel blauw gecoat zonwerend glas met een ZTA van 0,21 toegepast.
rechthoekig gedeelte, dat net onder de ver hoogde trambaan
door schuift. SECTION AA
Den Haag heeft zijn felbegeerde nieuwe vestiging van het Leiden University College (LUC) The Hague gekregen. Deze school leidt studenten op voor posities bij internationale instanties volgens het principe van wonen én leren in één gebouw. Architect Wiel Arets ontwierp de verticale campus in opdracht van ontwikkelaar Anna van Buerenplein bv en gebruiker LU De prestigieuze school staat vr'ljwel tegen de buitenbocht van--de tram op een steenworp afstand van het centraal station. + De zeer geluidbelaste locatie, tussen bestaande gebouwen eni bovenop een al eerder gerealiseerde parkeergarage, maaKte het een buitengewoon uitdagend project. Bovendien moest het gebouw binnen drie jaar worden ontwikkeld, inclusief een bouwt'rjd van slechts16 maanden. De onderwijstoren ¡s gebouwd door Bouwbedrijf Wessels Zeist bv.
Onder en tegen de trambaan De postzegellocatie wordt omsloten door de trambaan met aansluitend het Den Haag CS, New Babylon, het ministerie van Buitenlandse Zaken en de Koninkl'rjke Bibliotheek. Het volume past binnen de voorgeschreven bouwenvelop, waarbij optimaal gebruik is gemaakt van de beperkte ruimte. Zo kreeg de 72 meter hoge toren met 21 bouwlagen een verbrede voet. Op de begane grond heeft het gebouw een rechthoekige vorm, die net onder de verhoogde trambaan door schuift. Deze laag heeft een publiek karakter met de hoofdentree en commerciële func-
(tekening: WieI Arets
Efficiënte stapeling
Archítects)
De vele functies in het gebouw hebben hun eigen eisenpakketten wat betreft vrije overspanningen, daglichttoetred¡ng en geluidsisolatie. Zo was het voor de studentenwoningen van belang dat het verblijfsgebied minimaal 24 m2 groot is en zij over voldoende daglicht en dus geveloppervlak beschikken. De efficiënte indeling van studentenkamers met een strômien van 3,75 meter matchte echter niet met het grid van de parkeer-
ties in de plint. Aan de zijkant liggen de fietsenstalling en de avondentree voor de studehtenhuisvesting. De vier lagen daarboven springen terug en lopen rakelings langs de bocht van de trambaan. Hier zijn de onderw'tjsruimten, de bibliotheek, het auditorium, kantoren en de bar en loungeruimte voor de studenten gelegen. Vanaf laag 5 tot en met 21 bestaat het gebouw uit 396 studentenwoningen. Tot laag 14 heeft het gebouw een L-vorm en daarboven is het een rechte toren. Door de terugspringende vorm kon een royaal dakterras worden gemaakt op laag 4, waar zowel studenten als het personeel gebruik van kunnen maken.
garage.
Voor de universiteit was de daglichtbehoefte veel minder, waardoor diepere verdiepingen mogelijk waren. Deze ruimten hebben juist weer grotere overspanningen, tot maximaal 14,5 meter voor het auditorium. De stapelþg van functies met hun soms conflicterende eisen zorgde voor spanningsvelden. Vooral de constructieve gevolgen zijn nog goed. in het interieur van de universiteit te zien. ..
i
j Kelder bepalend voor constructie
vels met verdiepingshoog glas en gekleurde glaspanelen. De lagen zijn gescheiden door vloerranden met geëmailleerd grijs glas. Door deze eenduidige vormgeving is niet direct af te lezen dat het hier een complex betreft dat zeer veel verschillende functies verenigt. Wel zijn er verschillen tussen de lagen ôangebracht. Projectarchitect Joost Körver van Wiel Arets Architects: "We hebben op twee manier speelsheid in de gevel gebracht, namelijk door de hoogte van de vloerrand te var¡êren en de plaats van de schuifdeur te wisselen. ln de gevel konden we zo één systeem aanhouden." Dat systeem van Scheldebouw is vergelijkbaar met het gevel-
"Het meest bepalend voor de constructie is de al eerder gebouwde drielaagse parkeerkelder", zo geeft Joost Körver aan. Met een torenopbouw was destijds rekening gehouden, maar hierbij was van een ander gebouw met een andere gebruiker uitgegôan. De maximale draagcapac¡teit van de aanwezige fundering bracht veel beperkingen met zich mee. Bovendien stonden de 12 afdrachtpunten van de belasting vast, terwijl deze niet symmetrisch onder het gebouw liggen. Daarnaast was er nog een ridicuul probleem: het bleek onmo-_ gelijk een liftput te maken die in de parkeergarage zou stekerl omdat hiermee geen rekening was gehouden. De daklaag van
14 // BOUWWERELD
I II
Stalen K-spanten over wijwel de gehele diepte en vollediqe hoogte
zorgen vooT de stabiiiteit van de toren 2
I
I
Op de twaalf steunpunten
staan V vormige kolommen die verbonden ztjn met'verdiepingshoge
vakwerkliggers in de langsnchting van het gebouw. 3 I I Eén van de vakwerkliggers staat schu¿n in verband met de overgang naar de kolom-
mennj van de woonlagen
BOUWWERELD
L.
//
15
//
STATE OF THE ART
ù\ \\ i\=
sl
l-l !:=
ì ' ' De studentenwoningen ap de haeken heb ben nog een extra raam ín de verder gesloten züidgevel, met een blauwe zonwerende caa-
tinq. : i i De woonlagen zijn geschelden door
t
vlaerranden met çreémailleerd gríjs glas met een wrsse/ende hoogte Ook de plaats van de glazen schuifdeuren varieeft : ,i: By de stu-
dentenwaningen is de luchttnvoer van de ven, trlatieroosters ingebouwd tn de bovendorpel . : In de puren ls één dorpelproftel toegepast In de buitentrap is op ,speciaal verzoek van cle un¡yersiteit
e
en hellingbaan ingebouwd, dre tussen de treden door naar boven sllngert
voor zawel de schuivende delen als voor het vaste Erlas ': i,' Zijaanzicht van de Anna. van Buerentoren, met op de achtergrond New Babylon en op de voarqrond de Koninklijke Bibliotheek
de garage was namelUk de juridische en bouwkundige scheiding, waarin geen boorgôten mochten komen. Daarom is de beganegrondlaag van de campus verhoogd en bere¡kbôar gemaakt met een vorstelijke buitentrap. ln deze buitentrap is op speciaal verzoek van de universite¡t een hellingbaan ingebouwd. Deze slingert tussen de treden door naar boven. Daarnaast is er nog een aparte gelijkvloerse toegang via de f¡etsenstalling. Staal voor gewichtsbesparing Vanwege de benodigde gewichtsreductie ontwierp constructeur Van Rossum de draagconstructie in staal met staôlplaatbetonvloeren. Om binnen het budget te blijven moest de hoeveelheid staal worden beperkt. Daarvoor zUn enige ontwerpaanpassingen gedaan. Voor de stabiliteit zijn niet de liftkernen gebruikt, maar zUn op drie plaatsen in de toren stalen K-spanten over vrljwel de gehele diepte en volledige hoogte gepiaatst. Deze spanten zijn op de universite¡tsvloeren nog duidelijk zichtbaar, môar in de studentenwoningen zun ze weggewerkt in 550 mm dikke woningschei-
dende wanden. Het gebouw is zodanig ontworpen dat bij een zwôre storm de bovenkant maximaal 120 mm kan uitbuigen. Door de toepassing van geprefabriceerde stalen elementen bereikte Bouwbedrijf Wessels Zeist bv in samenwerking met Oostingh Staalbouw een bouwsnelheid van zes werkdagen per verdieping. Na het plaatsen van de staalplaatvloeren en het afstorten met beton zÜn de cassette-gevelelementen op hun plaats gehangen. De tafelconstructie is uitgevoerd met een toog om de zakking op te nemen die ontstaat als gevolg van het eigen gewicht en de veranderlijke belasting. Een probleem bij het monteren van de gevels was dat het gebouw nog onvoldoende wôs gezakt, omdat de anhydriet dekvloeren niet gestort konden worden vóór het sluiten van gevels. Daarom zijn de kolommen op laag 3 verkort om de verplaatsing op te vôngen. ln combinatie met vulstukken was het mogelijk om zo de zettlng te corrigeren. Per saldo is het gebouw nauwelljks gezakt, waardoor de toog in het gebouw is gebleven. Voor de oplettende bezoeker is een beschelden niveauverschil waarneembaar bij de vide met de trappen.
FIet gevelbeeld is speels door de variatie in de hoogte van de vloerrand en de plaats van de schuifdeur 16 // BOUWWERELD
F
)
II
BOUWWERELD
//
17
//
STATE OF THE ART
Omdat de draagstructuur van de woonlagen niet matcht met hLet grid van de steunpunten van de parkeergarage, waren grote overgangsconstructies nodig
Overgangsconstructie Omdat de fijnmazige draagstructuur van de woonlagen niet matcht met het grove grid van de 12 steunpunten van de parkeergarage, waren omvangrijke overgangsconstructies in twee richtingen nodig. Op de twaalf steunpunten staan V-vormige kolommen die verbonden z'rjn met verdiepingshoge vakwerk- ' liggers in de langsrichting van het gebouw. Eén van de vakwerkliggers staat schuin, omdat de kolommenr'tj van de woonlagen dit nodig maakte. ln de vakwerkliggers zijn openingen gemaakt voor doorgangen. Het wôs een hele puzzel om op een logische wijze de constructieve en de ruimtelijke eisen te verenigen, môar het is prima gelukt. Boven de vakwerkliggers liggen zeer hoge stalen balken hart op hart 375 meter in de dwarsrichting, waarop de kolommen van de woonlagen staan. Deze balkenlaag vormt een stijve tafelconstruct¡e, die de scheiding vormt tussen universiteit en woningen' Om een idee te geven: de balken bestaan ieder uit twee HEM 1OOO-profielen van 1 meter hoogte.
De woningen beschikken over individueel regelbare vloerverwarming, die is aangesloten op een wko-installatie. Bij de universiteit wordt vooral gebruikgemaakt van koelplafonds in combinatie met luchtbehandeling.
I ll
De vakwerkconstructie in de lounge-
hoekvoorde studenten 2 /l Gangtussende kantoorrutmten van de univers[teit 3 I I Het
Vide met sculpturale trap Ondanks de zware overgangsconstructies is het gelukt om de universiteitsverdiepingen een grote mate van openheid mee te geven. Daglicht komt diep in het gebouw via een vide met een sculpturale stalen trap. Deze trap ¡s geconstrueerd met 10 mm dikke stalen bomen, die tevens de leuning vormen. De treden zijn van gelast staal en gevuld met beton. B'lj het zwevende bordes is een stalen koker toegevoegd om de torsiekrachten over te brengen. De trap vormt een continue lijn over de onderste lagen en verbindt deze op een ruimtelijke wijze. De helderheid van het pand, met onbelemmerd uitzicht door de hoge glazen puien, is zo vloeiend doorgezet in het interieur.
interieur van een standaard studentenkamer. 4 l! Directbtj de ingang valt de zeer complexe overgangsconstructie
op
5
ll
De helderheid
van het pand, met onbelemmerd uttzicht door de hoge glazen puien, is goed zichtbaar in deze
onderwijsruímte
Brandwerendheid en geluid De gehele hoofddraagconstructie is brandwerend bekleed.
Doordat het totale gebouw is voorzien van sprinklerinstallaties, kon de brandwerendheid van de bekleding van de constr en de woningscheidende wanden worden gereduceerd tot - 30 minuten. ln de woningen zijn sidewall sprinklers toegepallt tegen de wanden van de badkamers. ln het plafond van de tüÈningen kunnen in verband met geluidsisolatie namelijk geen sprinklers worden aangelegd. De lichtgewicht vloeren zijn met zwevende dekvloeren en vrijhangende plafonds voldoende geluidwerend uitgevoerd (box-inbox). Vanwege de gewichtsbesparing zijn de woningscheidende wanden uitgevoerd in metalstud-constructies met isolôtie' Een bijkomend voordeel is dat de wanden desgewenst eenvoudig zijn te verwijderen. Deze woningscheidende wanden sluiten aan op de gevelprofielen, met de nodige voorzieningen om flankerend geluid te weren. Zo z'tjn stalen verzwaringen toegepast. Op plaatsen waar in verband met gevaar van brandoverslag de gevel 30 minuten brandwerend moest worden uitgevoerd, zijn de kozijnprofielen met een stalen plaat en gipsplaat ingepakt aan de binnenzijde. Uiteraard zijn deze kozijnen voorzien van brandwerende beglazing.
18 // BOUWWERELD
Projectgegevens // Locatie: Anna van Buerenpleln, Den Haag llOpdrachtgever: Anna van Buerenplein bv (onderdeel van Volker Wessels) // Gebruiker: Leiden University Cotlege The Hague, lucthehague nl // Architect Wiel Arets Architects, Maastricht, wielaretsarchitects com // lnterieurontwerp: Studlo RTM, Rotterdam, studio-rtm nl // Constructief um Raadgevende lngenieurs, Amsterdam, ontwer
vanros
Advies bouwfysica en brandveiligheid: DGMR Raadgevende Ingenieurs, dgmr nl // Advies brandveiligheid constructies: Adviesbureau Hamerlinck, Roosendaal, hamerlinckadvies nl // Bouwer: Bouwbedrijf Wessels Zelst bv, wessels zeist nl // lnstallaties: HBC (Homij Bosman Combinatie), homij nl // Staalconstructie: Oostingh Staalbouw, Katwijk, oostinghstaalbouw n1 // Gevels: Scheldebouw, Heerlen, scheldebouw nl // Bruto vloeroppervlak 24 500 m2, waarvan 5700 m2 universiteit, 15OO m2 commerciële plint en 17 500 m2 wonen (596 woningen) // Bouwkosten: 26 miljoen euro, incl installaties, excl btw // Bouwperiode: 15 maart 2OI2 - 3IluIiZOI3
BOUWWERELD// 19