Verslag Werkgeversbijeenkomst 4 februari 2010 1. Inleiding 2. Presentatie ‘Nederland wordt anders’ door Marc Keizer en Marjan van Herpen 3. Presentatie Nico van Bockhoven, praktijkcoördinator Academie van Bouwkunst
1. Inleiding Aart Oxenaar, directeur van de Academie van Bouwkunst, opent de werkgeversavond en heet iedereen welkom. Nico van Bockhooven, praktijkcoördinator van de Academie van Bouwkunst, verzorgt de verdere inleiding van het programma. De bijeenkomst zal in het teken van de crisis staan. De Academie wil laten zien wat er voor werkzoekende studenten geregeld is om toch de nodige praktijkervaring te krijgen. Als eerste geven twee studenten van de Academie van Bouwkunst een presentatie van hun ervaring met het ontwerplab in Nagele. Het atelier van de Rijksbouwmeester heeft een aantal ontwerplabs geïnitieerd. De Academie heeft met succes bepleit dat studenten van de Academie kunnen solliciteren naar een plaats bij een van de ontwerplabs. De Academie heeft deelname van de labs onder de studenten gepromoot met als resultaat dat 7 studenten van de Academie van Bouwkunst Amsterdam aan diverse ontwerplabs hebben deelgenomen. In het tweede deel van de bijeenkomst laat Nico van Bockhooven zien hoe de Academie reageert op de werkgelegenheidsituatie van de academiestudenten. Een belangrijk onderdeel daarvan zijn de praktijkateliers die de Academie met verschillende bureaus heeft geïnitieerd.
2. Presentatie ‘Nederland wordt anders’ De presentatie wordt gegeven door Marc Keizer en Marjan van Herpen. Zij hebben drie maanden lang met vijftien andere architecten aan het project-Nagele meegewerkt. De groep heeft op gelijk niveau met elkaar samengewerkt. Ook is er een locatie voor ze gereserveerd zodat ze in de nacht van donderdag op vrijdag daar konden verblijven. Dit was erg positief, ze konden zich mengen onder de inwoners van Nagele en horen wat zij van hun dorp vinden. Het oorspronkelijke idee van de gemeente was om Nagele uit te breiden of binnen de grenzen te verdichten. Het ontwerplab zag deze voor de hand liggende oplossingen niet als oplossing en heeft in een veel bredere context naar Nagele en de omgeving gekeken en verrassende ideeën naar voren gebracht. Eén van de voorstellen was de bestaande woningen met behoud van het monumentale karakter op verschillende manieren op of achter de woning uit te kunnen breiden (de ‘Nagele’-catalogus). De woningen zijn namelijk te klein voor gezinnen – die om die reden uit het dorp wegtrekken. Door de bestaande voorraad van kleine woningen te vergroten worden ze ook geschikt voor gezinnen. Daarnaast hebben ze voorgesteld om de rond Nagele liggende (voormalige) boerenerven (‘Groot Nagele’) te transformeren tot woonerven, bedrijf-erven en recreatie-erven. Een belangrijk onderdeel van de studie was het intensieve contact met de inwoners van Nagele en de politiek. Er is van het plan een handboek en een werkboek gemaakt. Na aanvankelijke scepsis van de bewoners (het zoveelste plan voor Nagele), waren ze uiteindelijk erg enthousiast over de voorstellen, mede doordat ze intensief bij de planvorming betrokken werden. Ook de gemeente en woningcorporaties zijn enthousiast over het plan. De gemeente heeft de intentie uitgesproken met de studie verder te willen gaan. De 15 architecten die aan de studie hebben meegewerkt kunnen bij een vervolgopdracht exclusief solliciteren om met de verdere uitwerking aan de slag te gaan. Marc en Marjan vinden de ontwerplabs heel gunstig en leerzaam voor de studenten.
1
Vragen Aart Oxenaar: Hebben jullie voor dit ontwerplab al andere werkervaring opgedaan? Marjan heeft bij andere bedrijven gewerkt, maar dat was allemaal iets kleinschaliger. Dit was voor haar een eerste echte grote opdracht. Marc heeft ook bij andere werkgevers gewerkt, maar dit is toch een ander niveau dan bij de andere bedrijven. Hebben jullie je aan de opdrachtomschrijving gehouden? Officieel niet. Ze zijn hier zonder plan of druk mee gestart en het is goed uitgepakt. Nico van Bockhooven concludeert dat de studenten tijdens het ontwerplab in het kader van het buitenschoole curriculum met een aantal interessante kanten van het vak hebben kennisgemaakt (overleg met bewoners en politiek, ontwerpen met meerdere architecten / disciplines, het maken van een publicatie).
3. Presentatie Nico van Bockhooven Nico geeft een overzicht van de werkgelegenheid onder de academiestudenten. Daarbij dient bedacht te worden dat het een momentopname is. De situatie verandert continu. Datum: 02-02-2010 jaar
A1 L1 S1
Studenten Waarvan: zonder ateliers ontwerplabs Niet werkzoekend anders werk bekent 4 2 1 1 0 0
A2 L2 S2
8 3 1
2
A3 L3 S3
9 1 0
2
A4 L4 S4
4 0 0
1
2 1
4 1 1
2
4 1
1 in buitenland
1 in buitenland
3
totaal 30 7 6 8 15 2 250 studenten totaal, waarvan 14 gaststudenten (ongeveer 12 – 13 % van de diplomastudenten zonder werk) De Academie kijkt niet alleen naar het aantal studenten dat werkzoekend is, maar heeft ook oog voor andere aspecten die met werkeloosheid te maken kunnen hebben en speelt daar op in:
2
Faciliteiten van de Academie van Bouwkunst Door het ontbreken van een werkplek zijn er studenten die geen adequate plek voor studie meer hebben. Veel studenten verrichtten werkzaamheden voor hun studie bij hun werkgever. De Academie heeft een ruimere openstelling ingevoerd om hier te kunnen werken en studeren en ook extra ruimte voor studenten voor gebruik van het maquetteatelier gereserveerd.
Aanbod van extra cursussen Studenten kunnen de tijd die ze door het ontbreken van werk nu hebben ook gebruiken om een aantal dingen te ondernemen waar ze normaal gesproken niet aan toe komen. De Academie biedt een aantal extra cursussen aan:
Leren presenteren Aangepaste cursus ‘timemanagement’ (geeft studenten een verfrissende en versterkende bijdrage in het zoeken en vinden van werk) Projectmanagement en contractvorming.
De belangstelling voor deze extra cursussen is groot. Voor meer informatie kun je contact opnemen met het studiesecretariaat van de Academie van Bouwkunst. Instrumenten in die er toe bijdragen dat studenten hun praktijkdeel van de studie kunnen continueren: De student als zelfstandig ondernemer / freelancer. Het is niet toegestaan om tijdens de opleiding als zelfstandig ondernemer of freelancer te functioneren. Onder bepaalde voorwaarden(wordt individueel beoordeeld) kan een uitzondering worden gemaakt. Studeren en werken in het buitenland Voor een aantal studenten kan het een goed moment zijn om het voornemen om een periode in het buitenland te studeren en te werken nu te realiseren. Van deze mogelijkheid wordt nog weinig gebruik gemaakt. De Academie van Bouwkunst ziet graag dat studenten meer voor korte tijd in het buitenland gaan studeren en/of werken. Ontwerplabs van het atelier van de rijksbouwmeester. De Academie van Bouwkunst heeft bij het Atelier van de Rijksbouwmeester met succes bepleit dat deelname aan de ontwerplabs ook voor studenten van de Academie van Bouwkunst mogelijk is. Van deze mogelijkheid is royaal gebruik gemaakt Ruimte in het programma benutten. Minimaal 840 uur per jaar praktijkervaring. Wordt individueel per student bekeken. Praktijkateliers • De ateliers worden ondergebracht bij professionele bureaus (ontwerpbureaus, overheden) die faciliteiten en begeleiding van ervaren professionals bieden. Deze werkgevers zijn feitelijk de ‘aanbieders’ van de diverse praktijkateliers. •
Er worden ateliers met diverse projecten aangeboden. De projecten betreffen opgaven die aansluiten bij het curriculum van de beroepspraktijk en zijn onderverdeeld in een vijftal thema’s met een relatie met het buitenschools curriculum.
3
•
Studenten kunnen solliciteren naar één van de aangeboden ateliers. De verschillende projecten die aangeboden worden bieden de mogelijkheid om een keuze te maken voor een project dat een aanvulling vormt op de tot nu toe verworven praktijkervaring. De praktijkateliers zijn zo een unieke kans om voor een periode op een specifiek aspect van de beroepspraktijk te studeren. Net als bij een reguliere vacature de werkgever bepaalt wie hij aanneemt, bepaalt de aanbieder wie hij tot het atelier toelaat.
•
Ateliers bestaan uit maximaal vijf studenten, de aanbieder bepaalt het aantal studenten dat aan een atelier deel kan nemen.
•
De ateliers worden gedurende twintig uur binnen reguliere arbeidstijden op maandag tot en met donderdag gehouden. De werktijden worden in overleg met de aanbieder afgesproken.
•
Studenten kunnen maximaal drie maanden deelnemen aan een atelier. Na deze drie maanden kan een student naar een plaats in een ander atelier solliciteren.
•
De aanbieder sluit een contract met de student. De Academie van bouwkunst heeft voor dit doel een standaardcontract opgesteld. Dit standaardcontract moet gebruikt worden om te zorgen dat er geen arbeidsrelatie ontstaat tussen aanbieder en student. Aanbieder en student kunnen in onderling overleg bepalingen aan dit contract toevoegen (bijvoorbeeld huisregels e.d.) zolang die niet strijdig zijn met de standaardbepalingen in dit contract.
Ateliers versus uitkering Het UWV verleent voor studenten van de Academie van Bouwkunst geen generieke vrijstelling voor verplichtingen die ze stelt voor het verkrijgen of behouden van een uitkering. Een student/werknemer die werkloos is krijgt in principe van het UWV/werkbedrijf een werkcoach aangewezen die hem/haar begeleid naar betaald werk. Met deze coach kan de student individueel bespreken of hij/zij met behoud van uitkering, zonder sollicitatieverplichtingen, mag deelnemen aan het atelier. Los daarvan wordt in het contract dat met de aanbieder gesloten wordt vastgelegd dat studenten beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt. Zolang studenten beschikbaar blijven voor de arbeidsmark en voldoen aan de verplichtingen die het UWV stelt in het kader van een uitkering kunnen ze deelnemen aan het atelier met behoud van uitkering. Door beschikbaar te blijven voor de arbeidsmarkt behouden studenten een eventueel recht op een uitkering. Tijdens deelname aan een atelier blijven werkzoekenden actief zoeken naar een reguliere arbeidsbetrekking en verlaten ze het atelier als ze dit vinden. De studenten ontvangen voor deelname aan de ateliers geen vergoeding Thema’s, projecten en aanbieders De praktijkateliers worden aangeboden en gefaciliteerd door werkgevers uit de regio. De faciliteiten bestaan uit het beschikbaar stellen van ruimte, apparatuur, programmatuur en coaching door een van de reguliere medewerkers van de aanbieder. In de ateliers wordt gedurende drie maanden gewerkt aan projecten die gekoppeld zijn aan het buitenschools curriculum. De werkgevers dragen voorstellen aan voor projecten, de Academie beoordeelt of de projecten passen binnen het buitenschools curriculum en deelt het in bij een van de thema’s.
4
Er zijn vijf thema’s geformuleerd die een directe relatie hebben met het buitenschools curriculum. Projecten van aanbieders worden gekoppeld aan deze vijf thema’s. In het onderstaande schema staan de diverse thema’s, de relatie met het Buitenschoolse Curriculum en de diverse projecten die aanbieders tot nu toe hebben voorgesteld. De diverse projecten worden via een advertentie op intranet en via een e-mail aan alle studenten aangeboden.
Thema
1 Onderzoek & ontwerp Programmatisch onderzoek, Typeonderzoek, schrijven / publiceren
Ateliers / projecten
3 Maatschappij & ontwerp Positie, rol, houding ontwerper
Waterwoning Publiceren
Architectuurstudio HH Architectuurstudio HH Soeters van Eldonk HvdN I, II, V, VI
Duurzame woningbouw
M3H architecten
I, III, X Eengezins appartementen Diverse voorstellen Nieuwe Meer Wonen voor één ouder gezinnen
4 Detail & ontwerp Bouwvoorbereiding, detailanalyse, documentatie onderzoek
Relatie met buitenschools curriculum I, IV, V
Catalogus stedelijk profiel Diverse voorstellen 2 Techniek & ontwerp Integratie van technieken (Bouwfysica en installaties) en architectonisch ontwerp
aanbieder
Heren 5 architecten HvdN Arjen Karsen + Allen Hosper Abbink de Haas
I, IV, IX Model-T@ woningen / BIM Baksteen gevels
Arhons & Gelauff Wingender Hovenier I, VII
5 Regelgeving & ontwerp Integratie van wet en regelgeving en architectonisch ontwerp Ateliers in uitvoering Ateliers in voorbereiding Voorstellen Ateliers
5
Samenvatting leerdoelen beroepspraktijk volgens buitenschools curriculum. (Zie voor een uitgebreide omschrijving van de leerdoelen en de resultaten van de leerdoelen het buitenschoolse curriculum) architectuur
stedenbouw
landschapsarchitectuur
I
Architectonisch ontwerpen
II III IV
Landschapsarchitectonisch ontwerpen Presentatie Beroep Onderzoek en voorbereiding
V
Presentatie Beroep Onderzoek en projectvoorbereiding Constructie
VI
Bouwfysica en installaties
Stedenbouwkundig ontwerpen Presentatie Beroep Onderzoek en projectvoorbereiding Kennis van verwante disciplines Techniek
VII VIII IX X
Bouwvoorschriften Kosten Uitvoeringstechniek (Bouw)processen en procedures
Regelgeving Kosten Uitvoering Processen en procedures
Technieken Kennis van aanverwante disciplines Regelgeving Kosten Uitvoering Processen en procedures
Deelnemers Op dit moment werken er zeven studenten verspreid over drie ateliers. De huidige ateliers lopen tot eind maart, daarna starten nieuwe ateliers. Het is moeilijk te voorspellen hoeveel deelnemers er dan zullen zijn, maar de Academie ziet nog geen verbetering op de arbeidsmarkt.
6
4. VRAGEN / DISCUSSIE Hanneke Kijne (Hosper BV): Vind het heel goed dat deze nieuwe mogelijkheden er nu zijn. Wat haar wel verbaasd is dat er bij haar kantoor minder aanmeldingen zijn voor stage. Er wordt gezegd dat dit heeft te maken met het feit dat je geen stage mag lopen van het UWV maar het beleid van het UWV lijkt niet generiek maar afhankelijk van de situatie van de werkzoekende en de visie van de aangewezen werkcoach van het UWV. Wat betreft de crisis lopen ze als bureau voor landschaparchitectuur en stedenbouw waarschijnlijk ongeveer 1,5 jaar achter op de architectuur. Het bedrijf heeft er nu nog weinig last van. Henk Schuitemaker: Op dit moment is zijn bureau (landschaparchitectuur) nog veel bezig met lopende projecten maar als die afgerond zijn zal het waarschijnlijk wel gaan teruglopen. Dick de Gunst, Hans van Heeswijk architecten: In tegenstelling tot andere bedrijven zijn zij juist aan het groeien. De aanpak van de Academie vindt hij erg goed bekeken. Hij vindt het positief voor de studenten en bedrijven. De studenten krijgen hierdoor eerder verschillende contacten en meer verschillende werkervaring. Hij is er erg blij mee. Juul Reuzen, Wingender Hovenier architecten: Vindt dat zo de goede kant van de crisis aangepakt wordt. Vraag & aanbod worden zo bij elkaar gebracht. Door aanwezigen wordt de vraag gesteld of voor de werkzaamheden waar tijdens de ateliers aan gewerkt wordt geen geld betaald moet worden als het zo waardevol is? Tijdens de praktijkateliers wordt echter gewerkt aan onderwerpen waar bureaus geen opdracht van marktpartijen en overheid voor krijgen maar waaraan ze wel graag vanuit een fascinatie voor een bepaald onderwerp of voor de ontwikkeling van hun bureau willen werken. De studenten krijgen de mogelijkheid om op een specifiek onderdeel, gerelateerd aan het buitenschoolse curriculum, praktijkervaring op te doen, de bureaus krijgen een waardevol onderzoekresultaat. De resultaten kunnen ook voor de Academie relevant zijn. De Academie waakt er wel voor dat de onderwerpen geen directe acquisitieprojecten voor de bureaus betreffen zoals prijsvragen en pitches. Hanneke Kijne: Vraagt zich af of 3 maanden wel lang genoeg is. Nico van Bockhooven: Dit is nog niet goed te zeggen omdat we hier nog maar kort mee bezig zijn. (De ateliers zijn pas circa 1 maand goed op stoom). Ed Bijman (Heren 5 architecten): Heren 5 heeft nu 1 maand een atelier lopen en ze hebben het idee dat 3 maanden te kort is. De Academie heeft ook juridisch advies ingewonnen om te voorkomen dat er een arbeidsrelatie tussen werkgevers en studenten ontstaat. Een belangrijk aspect is dat de werkzaamheden verricht moeten worden met als doel het verwerven van kennis in het kader van een studie. Op advies van de advocaat is mede om die reden voor een niet al te lange periode van 3 maanden gekozen. Overigens kunnen ateliers als zodanig wel langer doorlopen, maar moeten de deelnemende studenten dan rouleren. De academie bekijkt of dit voor sommige ateliers mogelijk is. Hanneke: Vraagt of de resultaten ook gepresenteerd worden en gepubliceerd.
7
De Academie denkt na hoe de resultaten van de ateliers gedocumenteerd/gepubliceerd kunnen worden. Een mogelijkheid is dat er van de resultaten van de ateliers een apart katern gemaakt wordt. Aart Oxenaar: Er moet ook goed achter het werk van de student aan gezeten worden door de begeleider om het resultaat te optimaliseren zodat het ook interessant genoeg is voor publicatie. Een aanwezige stelt dat 20 uur per week te weinig is. Er is voor twintig uur per week gekozen omdat dit gemiddeld het minimale aantal uren is dat studenten conform het buitenschoolste curriculum moeten werken. Het stelt studenten tevens in de gelegenheid nog tijd te besteden aan het zoeken naar werk of op een andere wijze voor hun onderhoud iets bij te verdienen. Adam Smit: Dankzij dit initiatief is er beter zicht op wat er wel en niet speelt. Eventueel zou het voorwerk nog iets verbeterd kunnen worden. Nico van Bockhooven: Als werkgevers voorstellen voor projecten/ateliers hebben kunnen ze zich bij mij melden! 5 SLUITING. De avond wordt afgesloten met de conclusie dat de werkgevers voornamelijk zeer positief zijn over het concept van de praktijkateliers. De Academie nodigt de aanwezigen uit om gebruik te maken van het buffet en na te praten met studenten, collega’s en academiemedewerkers.
8