Verslag 12 december 2007
Pergola – studiedag
Inhoudsopgave
1. De kracht van Pergola – Tineke Bakker
3
2. Eigen ervaringen met betrekken burgers
7
meewerkzaterdagen, het Open Veld en de Kraanvogel warm geld, de Oosterwaarde
3. Werkgroepen
11
klanten investeren, de Meander van zelfoogsten naar kerngroep? Hoeve Kraaiveld en het Open Veld
4. Afsluiting: Pergola groeit en bloeit
16
Bijlagen Lijst van deelnemers Adreslijst deelnemers is los bijgevoegd.
Inleiding Hierbij treft u het verslag aan van de tweede studiedag over Pergola, gehouden op 12 december 2007 met een groep enthousiaste ondernemende mensen. Deze studiedag maakt onderdeel uit van het project Pergola. Dit project van initiatiefneemster Tineke Bakker, ervaren Pergola boerin op de Oosterwaarde in Diepenveen, is erop gericht om ervaringen met het Pergolasysteem in kaart brengen, eventueel het concept te optimaliseren en de opgedane kennis en ervaring naar buiten brengen. Ook de twee andere Pergola-bedrijven de Aardvlo en de Nieuwe Ronde werken mee aan het project. Doel van het project is een netwerk op te bouwen waarin we kennis en ervaringen kunnen uitwisselen en nieuwe bedrijven kunnen helpen opstarten. Veel enthousiaste mensen hebben hun ervaringen gedeeld op de studiedag; zij zijn allen genoemd in bijlage 1. Onze speciale dank gaat uit naar: Tineke Bakker, de Oosterwaarde; Klaas Nijhof, de Nieuwe Ronde, Tom Troonebeeckx, het Open Veld; Michel, de Aardvlo; Maarten en Hermien van Liere, de Kraanvogel; Wilco de Zeeuw, Hoeve Kraaiveld; Henk Wansink, de Meander en Joke Bloksma (dagvoorzitter) en Maria van Boxtel (verslag). Deze studiedag (en het Pergola project) wordt mede mogelijk gemaakt door het ministerie van LNV en de EU, het VSB Fonds, de KNHM-fonds, de Stichting GreenWish en het Willy Schilthuisfonds van de vereniging voor Biologisch Dynamische Landbouw en Voeding. Meer informatie over dit project: Tineke Bakker,
[email protected] Wat is Pergola? Kern van de Pergola-associatie is de afspraak die gemaakt wordt tussen boeren en klanten, die daarna geen klanten meer zijn maar deelnemer, lid van de boerderij. De deelnemer zegt toe (wekelijks) een deel van de oogst af te nemen, ongeacht of die groot of kleiner uitvalt, en daarvoor de kosten te dragen. De boeren op hun beurt spannen zich in om de aarde, de planten en de dieren naar beste kunnen te verzorgen, waardoor ook de behoefte aan kwalitatief hoogstaande voeding van de aangesloten leden is gewaarborgd. Een Pergolaorganisatie kenmerkt zich door: gezamenlijk delen van de oogst (risicodeling), wederzijdse zorg gezamenlijk delen van de kosten openheid van zaken: transparante prijsvorming, open boekhouding, deelnemers zijn betrokken bij het beleid van de boerderij en worden geïnformeerd.
1
De kracht van Pergola lezing Tineke Bakker, de Oosterwaarde
Land & Co
1.1 Levende economie op de Oosterwaarde De Oosterwaarde is een biologisch bedrijf van in Diepenveen. De 14 hectare worden al zo’n tien jaar volgens de principes van Pergola gerund. Een van de initiatiefnemers en al veertien jaar de boerin is Tineke Bakker. Tineke deelt op deze studiedag haar eigen ervaringen. Want: “in die tien jaar bleken er heel veel mensen geïnteresseerd, terwijl het aantal Pergolabedrijven niet zo groeit. Daarom heb ik het initiatief genomen voor deze studiedag en een eigen project. Om de cultuur van Pergola verder vorm te geven.” Pergola is het Nederlandse woord voor CSA, (Community Supported/Shared Agriculture). De klanten van de pergola associatie vormen het symbolische geraamte waarlangs de plant - het boerenbedrijf - op kan klimmen en waaraan het steun en stevigheid ontleent.
1.2
De kracht van Pergola
Tineke Bakker ervaart Pergola (CSA) bedrijven als plaatsen van broederschap. Tineke deelt dat met ons in een gedicht, zie hiernaast. Dit gedicht geeft mooi weer, waarom Tineke Bakker zich bezighoudt met Pergola. Want: waarom zou je burgers betrekken? Waarom heeft Pergola bestaansrecht? De levende natuur en de huidige markteconomie vormen een sterke tegenstelling. Als je als boerin werkt met levende natuur, is ook een levendige economie nodig. Dat is de kracht van Pergola. Het landbouwbedrijf behoudt zo zijn heelheid en levendigheid, en biedt bestaansrecht. Een levende economie vereist hard werken aan sociale processen. Pergola biedt volgens Tineke Bakker ook een serieus alternatief in de huidige landbouwcrisis. Elke dag stoppen er boeren of zoeken boeren een oplossing in verbreding van de landbouw. Met Pergola blijf je echt boeren
.3.
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
Pergola Je bent boer met hart voor de natuur, het landschap, je bedrijf. Je ervaart dagelijks de levende samenhang van de natuur op je bedrijf en je wilt vanuit een totaalvisie landbouw bedrijven. Een visie waar recht gedaan wordt aan alle aspecten van het leven. Je ontdekt dat diversiteit in dieren- en plantenleven de samenhang in de natuur bevordert. Je gaat ervaren dat die samenhang een levend systeem is. Regulerend, lerend, levend. Het kan klappen opvangen, reageren en zich aanpassen aan wisselende omstandigheden. Je merkt het aan de gezondheid van je gewassen, aan je dieren. Een wonder! En jij bent degene die de voorwaarden schept, gelegenheid geeft, zorgt dat er steeds meer wisselwerkingen kunnen ontstaan. Aandacht en zorg geeft. Een prachtige taak, een voorrecht. Je leert dagelijks bij en raakt steeds meer verweven met het mysterie van de levende natuur. En je werkt, met je handen in de aarde, met werktuigen, van vroeg tot laat. In zon en regen, met alles wat je hebt.
Voor wie?
Het liefst zou je de producten van je arbeid uitdelen aan ieder die de waarde er van inziet. En die je inspanningen voor landschap en voedsel beloont. Die ziet dat je aan iets werkt wat een eindeloze zorg verdient, ook na jouw tijd. En die bereid is zich daar mede voor in te zetten.
Zo zou het moeten zijn.
En zo kan het. Steeds vaker. Plaatsen van broederschap. Waar de wereld echt is. Waar samen-gewerkt wordt. Waar leven is. Samenhang.
Veel boeren of boerinnen denken: ‘met Pergola krijgen klanten invloed op mijn bedrijf, ik blijf geen boer meer
Land & Co
.4.
bij Pergola’. Maar niets is minder waar. In werkelijk contact met je klanten kan je de juiste prijs vragen en blijf je boer. Tineke Bakker schetst de samenwerking tussen boer en burger als volgt: NIEUWE ECONOMIE
Boer/ Bedrijf
SAMENWWERKING
Burger
AFSPRAAK
1. delen risico 2. openheid budget en beleid 3. samen prijs
NETWERK
In de samenwerking hoef je niet perse van alles samen te doen, het gaat om een doel. De samenwerking tussen boer en consument is op basis van een afspraak. Deze afspraak betekent niet vrijblijvend de consument ‘betrekken’ bij de boerderij, maar een afspraak met economische consequenties: jij teelt producten en jij neemt producten af.
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
De Pergola boerderij kent drie principes: 1. boer en klant delen in risico (willen) 2. boer biedt openheid in budget en beleid (denken) 3. boer en klant stellen samen de prijs vast (voelen) Deze drie principes ervaart Tineke Bakker als geweldige instrumenten. Als je deze drie principes gezamenlijk toepast, kom je in een ander systeem, een ander concept terecht: een levende economie. Deze levende economie gaat je van alles opleveren: verbondenheid, een netwerk, vertrouwen, stabiliteit, noem maar op. Voor het beste resultaat moet je ze wel tegelijk gebruiken. Je kan ze vergelijken met de principes van de biologische landbouw. Ook in de biologische landbouw zijn er een paar uitgangspunten zoals vruchtwisseling, natuurlijke mest en het afzien van bestrijdingsmiddelen. Als je slechts een van deze drie instrumenten gebruikt zal het moeilijk zijn om biologisch te boeren. Pas je ze alledrie toe, dan pas kom je in een ander concept terecht en zul je zien dat er meer evenwicht en diversiteit ontstaat op je bedrijf. Waardoor de gezondheid toeneemt. De levende economie op een Pergola bedrijf biedt je als boer of tuinder een enorm netwerk. Vragen en antwoorden kunnen uit het klantenbestand komen. Dat enorme potentieel aan antwoorden en oplossingen is bijna een soort gevolg van de werkwijze. Pergola is overigens niet hetzelfde als zelfoogstsystemen. Op de Oosterwaarde bijvoorbeeld stellen de boeren zelf de pakketten met producten voor de deelnemers samen. Zelfoogsten is natuurlijk nog directer om klanten te betrekken bij het bedrijf, een extra toevoeging van sommige Nederlandse Pergola bedrijven.
Land & Co
1.3
.5.
Het land is koning
Er wordt wel gezegd: de klant is koning. Volgens Tineke Bakker van de Oosterwaarde moet het land weer koning worden. “Doe niet te snel wat de klant wil. Er is wel wisselwerking met de klant, maar het land is het uitgangspunt.” Dit biedt Tineke een houvast om als boer en klant in de gaten te houden waar het om gaat. “Ik merk dat boeren geneigd zijn om op ieder verzoek van een klant in te gaan, zoals je als handelaar zou doen. Maar hier gaat het om het land, om een gezamenlijk belang. Het helpt echt om in het vizier te houden dat het land het belangrijkste is, bij elke beslissing weer. Ik zou dit willen meegeven als belangrijke tip.” Op de Oosterwaarde vindt het merendeel van de deelnemers het bedrijf een sympathiek initiatief en ze willen gewoon gezonde groenten. De betrokkenheid en het snappen van het belang van een economische band groeit naarmate mensen langer lid zijn. Tineke: “het is dus niet zo dat klanten vanaf het begin vooral vanwege een bepaalde filosofie lid worden. Het gaat hun in eerste instantie meer om praktische zaken, gezonde en verse groenten, maar ook om een bepaalde uitstraling. Door de openheid van het bedrijf wordt de bedrijfsvoering als integer en eerlijk gezien en dat spreekt mensen steeds meer aan. Eerlijk en echt, een bedrijf met een gezicht. Moe van de vele commercie en onechtheid, sluiten mensen zich maar al te graag aan bij iets waar ze hun vertrouwen in kunnen stellen.” Tineke Bakker blijft het verhaal vertellen van de Oosterwaarde en Pergola. De betrokkenheid uit zich in ieder geval in het praten over ‘onze boerderij’ door de klanten van de Oosterwaarde: het bedrijf wordt een beetje van de deelnemers.
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
2
Eigen ervaringen betrekken burgers Meewerkzaterdag, het Open Veld / de Kraanvogel Warm geld, de Oosterwaarde
Land & Co
2.1
.7.
Meewerkzaterdagen
Een goede manier om een gemeenschap te vormen met klanten is de meewerkzaterdag. Zowel Tom Troonbeeckx van Het Open Veld (www.hetopenveld.be) als Maarten en Hermien van Liere van de Kraanvogel hebben hier ervaring mee. Tom Troonbeeckx beheert tuinderij Het Open Veld in de buurt van Leuven (België) met 1 hectare groenten en 1 hectare kersen. Het Open Veld heeft een zelfoogst systeem en Tom wil groeien naar Pergola. Elke laatste zaterdag van de maand laat hij klanten meehelpen. De klantengroep bestaat in totaal uit zo’n 90 leden, maar elke meewerkzaterdag komen er 10 tot 15 meehelpen. Tom is de zaterdagen op zijn nieuwe bedrijf gestart om: elkaar te leren kennen, grotere klussen gemakkelijker aan te kunnen. Grotere klussen zijn het planten van een haag of kersen plukken. Met het aantal helpers is Tom tevreden. Mensen kunnen hun kinderen meenemen en het is laagdrempelig: “je hoeft niks te kunnen om te komen.” Diegene met rugklachten kan lekker de soep maken. Tom maakt het ook gezellig met een pintje of een bakje soep, maar geen volledige maaltijd. Het blijkt voor de meewerkers belangrijk te zijn dat ze zelf kunnen komen en gaan wanneer ze willen. Voor de boer vergt dit wel wat flexibiliteit. Hoever moet/kun je gaan? Er werd bijvoorbeeld ook gevraagd of er af en toe tijd kan zijn om een thema te bespreken naast het werken. Maar dan moet de boer dus wel op de meewerkers kunnen rekenen! Kunst is om de balans te vinden in de eigen situatie. De meewerkzaterdag is, zeker in verhouding met andere ervaringen, een groot succes wat opkomst betreft. Mogelijke reden hiervoor is het enthousiasme van een startend bedrijf wat veel aantrekkingskracht heeft en ook onder de klanten het pioniersgevoel oproept.
Benut pionieren: mensen helpen graag iets starten! In de afsprakenbrief van het Open Veld had Tom opgenomen dat iedereen die lid is, minstens een keer per jaar komt. Dat lukt niet, maar is niet erg.
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
Tom ziet nog verbeterpunten, zoals: het afwisselen van zaterdagen en zondagen, werkdagen opsieren met een thema, zoals uitleg over bijen of met bijzondere recepten. Hoe realistisch het houden van werkdagen met een thema is, weet Tom nog niet. De pure productiviteit neemt natuurlijk af en blijft er misschien nog 2 uur over om te werken. Ook is Tom gestopt werk op te sparen voor de werkzaterdagen. Het is nog niet altijd makkelijk, maar wel leuk om het bedrijf, de boer en de klant met elkaar te verbinden. “Het is investeren in werk en in de sociale samenhang.” Hermien en Maarten van Liere van tuinderij de Kraanvogel houden elke eerste zaterdag van de maand een meewerkdag. De klussen liggen dan klaar 2 voor de meehelpers, bijvoorbeeld 500 m klinkers neerleggen. Op de Kraanvogel helpt een redelijk vaste groep van zo’n 6 tot 7 personen. Ze krijgen soep en gezelligheid op het bedrijf, maar nemen hun eigen brood mee. Het zijn echte werkzaterdagen, dus: “om 10 uur wordt het werk besproken en dan wordt er gewerkt.” De Kraanvogels ligt in Esbeek op zo’n 30 kilometer van Eindhoven. Mensen vinden het dus ook prettig een dag buiten te zijn en te helpen. Na twee jaar merken Hermien en Maarten: een vast ritme helpt, volhouden en door laten gaan, ook als er maar 1 of 2 mensen zijn, je moet investeren om iets op te bouwen Altijd door laten gaan maakt mensen gemotiveerder. Naast de werkzaterdagen verzorgt Hermien ook de jaarfeesten op het bedrijf. Hiervoor beschikt de Kraanvogel over een enthousiaste jaarfeestengroep. De Aardvlo is gestopt met werkzaterdagen. Michel van de Aardvlo vertelde aan Tineke Bakker dat het in het begin goed werkte: de poiniersgeest stak mensen aan. Die moet je dus ook benutten. Later was er weinig belangstelling voor. Dan stond je te wachten en kwam er soms maar één persoon. Michel had niet de motivatie meer om telkens voor zo’n kleine groep mensen de zaterdag ‘vrij te houden’.
Land & Co
Wat Michel van de Aardvlo wel opviel was dat mensen op zich graag meehelpen. Stond hij bijvoorbeeld pruimen te plukken en er kwam toevallig een klant voorbij, dan hielp die graag mee. Wat wel goed werkt op de Aardvlo zijn feestelijke activiteiten rond een thema, en dan vooral als de kinderen erbij betrokken worden. Zoals het gezellige pompoenoogstfeest voor groot en klein, dat is een groot succes. De Aardvlo heeft ook erg veel vrijwilligers door de week heen en is daar tevreden mee. www.aardvlo.nl Werk met een vast ritme! De deelnemers aan de studiedag sluiten zich aan bij deze ervaringen. Cassis Rieger neemt liever 1 of 2 personen apart voor een flinke klus, dan kunnen mensen ook kiezen wat ze willen doen. Florian Lengersdorff heeft goede ervaringen opgedaan met een vaste groep voor jaarfeesten volgens een jaarplanning. Ageeth Visser meent dat het ook echt ‘in de lucht moet hangen’. “Als je er zelf zin in hebt, lukt het wel. Als je het eigenlijk niet wilt, dan niet.”
2.2
Warm geld
Een goede manier om een levende economie vorm te geven met klanten is het vinden van ‘warm geld’. Op de Oosterwaarde was een nieuwe kapschuur met zolder, machineberging, groenteloods met koelcel en stagiereruimten, kantine, garderobe plus werkplaats nodig. De begroting bedroeg € 240.000,--. Dit bedrag deed boerin Tineke Bakker van de Oosterwaarde flink schrikken. Toch zijn ze gestart met het vragen van geld van de klanten. De hoop was dat de deelnemers (klanten) wel 2 ton zouden kunnen lenen en dat circa 40.000 euro wel in schenkingen binnen kon komen.
.8.
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
Plan was om leningen (voor het bedrijfsgedeelte) en schenkingen (voor het sociale gedeelte) te vragen. Daarbij hanteerde de Oosterwaarde de volgende principes: geleende bedragen zijn een veelvoud van € 500,-(simpel te administreren, op te brengen voor leners en toch substantieel voor de Oosterwaarde), leners kunnen zelf kiezen tussen rente (0 tot 2,5%), een etentje of een tegoedbon voor de winkel, de rente/vergoeding wordt jaarlijks uitgekeerd, leningen zijn voor onbepaalde tijd en altijd opeisbaar (met 3 maanden opzegtermijn), het zijn risicoleningen (dat betekent dat bij faillissement de bank voorgaat, maar klanten weten dit), voor de deelnemers achtergestelde leningen, elke lener krijgt een contract. De totale lening wordt niet afbetaald, klanten krijgen alleen een rentevergoeding. Als een klant zijn geld weer nodig heeft, worden vervangende leningen gezocht. Hiervoor is gekozen omdat de buffer voor het bedrijf nodig blijkt en de gebouwen als geheel (incl. woonboerderij) hun waarde naar schatting blijven behouden. Het eigendom van de uiteindelijke gebouwen is bij de CV van Tineke Bakker en haar maten. Dit is niet ideaal, omdat als boeren nu uit de CV zouden stappen, ze moeten worden uitgekocht. Voor een nieuwe constructie wachten de maten nog op de nieuwe regels voor CV’s. Conclusie: het bedrag lijkt gehaald te gaan worden (stand op 10 december was € 210.000,-- zie ook het overzicht op de volgende bladzijde). De gemiddelde gevraagde rente is 1%, en er is 25 keer voor een etentje gekozen: in totaal 1,3% rente. Een tegoedbon voor de winkel bleek belastingtechnisch en administratief onhaalbaar en te ingewikkeld. De jaarlijkse lasten zijn goed op te brengen voor de Oosterwaarde. Leners zullen betalen in januari.
Land & Co
.9.
Bij het organiseren van de lening aan de Oosterwaarde vormden drie deelnemers en Tineke Bakker in de beheerdersgroep het administratieve hart en bereidden de actie voor. De communicatie met de klanten was zeer belangrijk en is in duidelijke stappen verlopen: opwarmen, folder bouwactie en brief, presentatie en maquette door de architect (voor zo’n 20 mensen), voortgang publiceren in de nieuwsbrief, maandelijkse barometer van de leningenstand, herinneren en persoonlijk benaderen. Tips: breng het zo concreet mogelijk, behandel het als een soort actie, het heeft tijd en aandacht nodig, neem een flink tijdsbestek, zoals van mei tot december op de Oosterwaarde (1 jaar).
Streefbedragen Stand barometer* Totaal Onderverdeling**
Gemiddelde rente etentjes Rente incl. etentjes
Leningen €200.000 € 163.500
Schenkingen € 40.000 € 46.800 € 210.300 5 x 500 2 x 100 11 x 1.000 3 x 500 10 x 2.000 5 x 1.000 1 x 3.000 2 x 2.000 7 x 5.000 1 x 3.000 2 x 10.000 1 x 10.000 1 x 43.000 1 x 2.500 1 x 20.000 1% 25 x 1,3%
*stand 10 december ‘07 en gerealiseerd sinds 24 mei ‘07 ** de gerealiseerde leningen en schenkingen zijn toegezegd door 55 personen, 3 stichtingen en 1 sponsor. Daarvan waren 24 deelnemers tevens actieve vrijwilligers, 16 donateurs, 10 gewoon deelnemer en 5 losse belangstellenden (via via).
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
3
Werkgroepen Klanten investeren, de Meander Van zelfoogsten naar kerngroep? Hoeve Kraaiveld, Het Open Veld
Land & Co
3.1
. 11 .
Investering vanuit een klantenkring
Werkgroep 1 ging aan de slag met een vraag van Henk Wansink van tuinderij de Meander: is het mogelijk om mijn klantenkring te betrekken bij investeringen? Naar aanleiding van de vraag van Henk Wansink lichtte hij eerst de bedrijfssituatie toe. “Ons bedrijf is begonnen als tuinderij bij het gemengde bedrijf voor het heilpedagogische instituut de Michaelshoeve te Brummen. Om voldoende aanbod te hebben voor de keuken van het instituut deden we ook aanvullende inkoop. Het was daarom een logische stap om ook de winkel erbij te doen. Dat resulteerde in een stabiele klantenkring vanuit Brummen en ook een beetje uit Zutphen.” “Door zaterdagochtend de winkel extra open te doen, kregen we een verdubbeling van de omzet. Bij ons was er namelijk geen parkeerprobleem en bij de natuurvoedingswinkel in de stad wel. Door de klanten krijgen we soms gouden tips. Winkelklanten vinden het bijvoorbeeld leuk om de tuinder ‘life’ te ontmoeten, dat werkt als een soort wandelende nieuwsbrief. Ook hebben ze ons geholpen toen er door een stormramp een tunnelkas was omgewaaid en vernield; ons verhaal daarover aan klanten bracht hen spontaan op het idee ons te steunen.” De klanten hebben de Meander geholpen met geld en werk en hebben € 9.000,-- geleend/gegeven. Henk’s vraag is nu: “hoe kan ik, zonder een ramp nodig te hebben, meer hulp van klanten organiseren? Ik denk dan met name aan verharding en een kleine trekker.” Ik wil: financiers, risicodelers en meedragers, delen van mijn land, mijn arbeidsvreugde. Ik bied: betrokkenheid bij mijn plek en mijn bedrijf, kans om geld sociaal en groen te beleggen. Ik heb dit al besloten, en zoek nog naar de weg. Advies: heel duidelijk zijn in je wens.
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
Achtergrond: het instituut ziet het belang van de boerderij en de tuinderij niet meer, zij vindt de investeringen te duur en de boerderij is intussen al gesloten. De tuinderij staat los en heeft erfpacht zonder therapeutische doelstelling. Tot nu toe is er geen relatie tussen de zorg en de tuinderij. Ouders van zorgvragende kinderen zijn dus helaas niet betrokken. Advies: vraag hulp uit klantenkring voor website, nieuwsbrief, folder. Geeft aanvullende kennis en werkkracht én de afspraak is een stok achter de deur. Advies: koppel de ideële motieven (betere zorg voor de aarde, compost, diversiteit, grondstructuur) aan deze vorm van financieren. Leg uit dat ‘gewoon’ financieren (via de bank) leidt tot uitbuiting van de aarde. Advies: een folder schrijven is vaak een langdurig proces, maar een brief met een duidelijke vraag, direct gericht aan je klanten is gemakkelijker te schrijven en wordt door de persoonlijke toon waarschijnlijk beter gelezen. Zo kom je het beste tot daadkracht en discipline! Gespreksleiding: Tineke Bakker Verslag: Joke Bloksma
Land & Co
3.2
. 12 .
Van zelfoogst naar kerngroep?
Werkgroep 2 ging aan de slag met de ervaringen van Klaas Nijhof van de Nieuwe Ronde en met de ervaringen en vragen van tuinderij het Open Veld en Hoeve Kraaiveld. Tom Troonbeeckx van het Open Veld en Wilco de Zeeuw van Hoeve Kraaiveld hebben nu een jaar ervaring opgedaan met zelfoogsten. Net als de andere deelnemers in de werkgroep vroegen zij zich af: binden we onze klanten nog beter met een Pergola systeem? De twee zelfoogst bedrijven Het Open Veld en Hoeve Kraaiveld hebben namelijk (nog) geen kerngroep of bestuur, en de prijsstelling is gedaan door de boeren zelf (die zich o.a. baseerden op de prijs die de Nieuwe Ronde vraagt). Er is geen inzage gegeven aan de klanten in de kosten of (investerings)plannen. Informeel is er wel met veel klanten contact en wordt er soms heel wat besproken. Ook is de betrokkenheid van de klanten groot, wat zich uit in bijvoorbeeld de goede opkomst op meewerkzaterdagen (het Open Veld), het onderling oprichten van een website (Hoeve Kraaiveld) en de belangstellende en bescheiden houding van de klanten (ze maken geen misbruik van de vrijheid van zelfoogst, integendeel!) Zowel Wilco als Tom vragen zich af hoeveel meerwaarde een extra stap op dit gebied zal bieden.
restaurant of pakketboeren in de buurt. De financiële kant? Tom zegt:”ik leef nog.” Aanloopkosten bedroegen € 10.000,-- daarnaast is met tractor, spitmachine etc. het werk lichter gemaakt. Het gemiddelde loon in het startjaar bedroeg € 500,-- per maand, Tom streeft volgend jaar naar het dubbele. Hij vraagt zijn deelnemers € 160,-- per jaar per volwassene, gebaseerd op de ervaringen van Klaas op de Nieuwe Ronde. Naar schatting bespaart Tom 2 dagen per week aan oogsten transportwerk uit met het zelfoogstsysteem. De klanten blijken zeer ecologisch bewust en wensen versheid en smaak. Sommige klanten willen qua smaak ‘terug naar vroeger’; anderen nemen hun kinderen mee om ze te leren waar de groente vandaan komen. Sommigen komen ook omdat ze biologisch in de winkel te duur vinden. Tom hanteert geen vaste openingstijden, ’s avonds oogsten is ook toegestaan. Hij geeft wel uitleg bij het oogsten, in de (e-mail)nieuwsbrief ‘Oogstwaarschijnlijk’ en door vlaggetjes en bordjes in het veld als er iets geoogst mag worden. “Het is meer dan alleen boer zijn, ik ben ook educatief bezig.”
3.4 3.3
Ervaringen van Het Open Veld
Tom Troonbeeckx is gestart met Het Open Veld, een zelfpluktuin bij studentenstad Leuven. De verhalen van Tineke van de Oosterwaarde, Klaas van de Nieuwe Ronde en het zien van CSA bedrijven in Engeland heeft hem enthousiast gemaakt. Met folders, open veld acties en informatieavonden heeft hij 45 deelnemers voor de start geworven. In augustus bereikte hij het aantal van 90 deelnemers en heeft hij een stop ingesteld. Er staan nu 15 mensen op de wachtlijst. Tom streeft naar 130 tot 150 leden volgend jaar. Mensen vinden bleek dus makkelijk en ze zijn laaiend enthousiast. “Sommigen voelen zich co-boer en de betrokkenheid is groot,” zegt Tom. Het teeltplan bleek ‘gokken’ en hij heeft vooral teveel geteeld. Het Open Veld heeft geen gebouwen. Overschotten worden ingevroren of geleverd aan
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
Ervaringen van Hoeve Kraaiveld
Wilco de Zeeuw heeft een melkveehouderijbedrijf met een winkel en is bezig met omvorming naar een landgoed met zorgboerderij. Zijn bedrijf Hoeve Kraaiveld ligt bij Woudrichem (Biesbosch) in een laagbevolkt gebied. De enige grote stad ligt aan de overkant van de rivier en er zijn weinig biologische boeren en biologische winkels. Op de studiedag van vorig jaar werd hij enthousiast door het idee van zelfoogst. Wilco besteedt veel tijd aan het vormgeven van zijn toekomstplannen, maar dit was iets waar hij nu en direct mee zou kunnen beginnen. Bovendien zou het mooi in kunnen passen in zijn idee over een zorgtak. Met name in de verzorging van de gewassen zouden zorgvragers kunnen helpen, het oogsten zouden dan de klanten zelf doen. Het leek hem leuk om al te beginnen met een eigen klantenkring. En dat is gelukt: voor het tuinbouwgedeelte met zelfoogst op het bedrijf had hij het afgelopen jaar 50 enthousiaste klanten.
Land & Co
. 13 .
Wilco de Zeeuw heeft klanten geworven door een aantal stukjes in de plaatselijke krant, op de radio, een plaatselijke yogagroep en de klantenkring in zijn winkel. Op zijn eerste informatieavond verschenen 25 mensen. Hij heeft allerlei soorten klanten: jong, oud, rijk en arm. Ze komen vooral voor de smaak, het biologische product en vers. De versheid blijkt het belangrijkste item. Het bedrijf ligt langs een doorgaande weg waar veel scholieren langsfietsen. Wilco de Zeeuw heeft het daarom niet aangedurfd de zelfpluktuin langs de weg te leggen. Deelnemers moeten echt het erf op, door de koeienstal en schuren en komen dan op het zanderige perceel direct achter de stal. Hier ligt de tuin. Zo komen mensen ook in aanraking met het hele bedrijf. Wilco teelt zelf op een halve hectare, in de toekomst teelt hij daar dan samen met zorgvragers. De zandgrond blijft goed droog. Ze zijn 6 dagen per week open. Wilco stelde geen beperking aan de leden: ze mochten zelf oogsten wat ze nodig hadden. Eigenlijk heeft hij het hele jaar teveel gehad en verwacht hij in volgende jaren wel 100 deelnemers te kunnen bedienen van de halve hectare. De klanten komen van zo’n 15 kilometer en dichterbij. In het plattelandsgebied waar Wilco woont en werkt blijkt dat mensen zelf een moestuin hebben, maar die staat soms vol met bloemen en dan oogsten ze bij Hoeve Kraaiveld de groenten. Of deelnemers komen juist voor de bloemen: zonnebloemen bleken echte ‘lokkers’. Wilco en zijn familie wonen en werken op het bedrijf. Het is er gezellig druk, zo’n 10 man per dag komen wel oogsten. De combinatie met zorg is goed mogelijk. Wilco had zelf ervaring met 6 gewassen en akkerbouw: hij teelt nu 60 gewassen. De deelnemers zijn enthouaist en zeer sociaal. “de mooiste sla laten ze staan.” Ze denken ook mee en geven elkaar tips en recepten door, ook via de website die door de klanten zelf in het leven is geroepen, en waar Wilco zelf geen bemoeienis mee heeft. Wilco is tevreden: door de lidmaatschapsgelden had hij van tevoren middelen om bijvoorbeeld bijzondere rassen uit te proberen en de mensen iets bijzonders te bieden. Hij vraagt € 150,-- per lid. Naast de groenten verkoopt Hoeve Kraaiveld ook vlees en aardappelen in de
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
boerderijwinkel. Wilco heeft gemerkt dat mensen vooral tevreden zijn met seizoensgewassen (peultjes etc) en dat het flink wat tijd kost, je moet echt de tijd nemen voor de consumenten. De teelt kost hem naar schatting 300 uur per jaar. Hij vindt het leuk en ervaart het als een goede investering in de klantenkring.
3.5
Ervaringen van De Nieuwe Ronde
Klaas Nijhof heeft op de Nieuwe Ronde al meerdere jaren ervaring met Pergola en met zelfoogsten. Zelfoogsten en CSA passen volgens Klaas goed bij elkaar. “De zelfoogsters komen als er op de tuin gewerkt wordt. De deelnemers zien daardoor alles, de inspanningen die het kost om te telen. Dat vergroot de betrokkenheid.” Ze kunnen Klaas ook direct op de tuin aanspreken. Daar, op de plek zelf met de informele contacten komen de losse vragen. Over sla, inkomsten en nieuwe ideeën. Op de ontmoetingsplek voor CSA leden is een centraal plekje, een logische plek voor samenkomst, dus heel belangrijk. De Nieuwe Ronde verzorgt 150 huishoudens (230 personen). In de winter komen er 4 tot 5 mensen per dag oogsten, in de aardbeientijd wel 30 per dag. Klaas Nijhof ziet in CSA de formele afspiegeling van wat er informeel al gebeurt.
Land & Co
. 14 .
Drie niveaus zijn belangrijk: het informele niveau: het CSA bedrijf de Nieuwe Ronde is een vereniging van leden en iedereen is lid. Iedereen kan Klaas of elkaar aanspreken, enthousiasmeren en samen dingen doen. Dit niveau is vreselijk belangrijk. het bestuur en de teler: op de Nieuwe Ronde overlegt Klaas maandelijks met de bestuursleden van de Vereniging. De taken kunnen zo verdeeld worden. Klaas heeft zich aangewend alle zaken open neer te leggen, zodat de bestuursleden ook echt iets te doen hebben. de ALV. In de praktijk vinden de leden ALV een ‘eng woord’ en komen er gemiddeld 10 leden. Dit komt ook door het grote vertrouwen en omdat mensen al op het informele niveau hun wensen duidelijk hebben gemaakt. De ALV is wel de plek om de officiële besluiten te nemen. De prijsstelling vindt plaats op de ALV. Op de Nieuwe Ronde maakt tuinder Klaas Nijhof een begroting, die door het bestuur meteen wordt voorgelegd aan de leden of eerst door het bestuur omhoog wordt bijgesteld. In het begin is op de Nieuwe Ronde met een te lage prijs gestart, zo’n f 150,--. De prijsverhoging naar € 150,-- nu is gefaseerd doorgevoerd en volledig geaccepteerd. “Door de volledige openheid weten de deelnemers wat de teler verdient, ze zien je werken en ze gunnen je voldoende inkomen.” Zelfoogstsystemen lijken moeilijk om in te schatten wat en hoeveel te telen. Zowel Tom, Wilco als Klaas vinden dit wel meevallen. Het middelt aardig uit: wat mensen niet lusten, oogsten ze niet, maar een ander vindt dat dan juist weer erg lekker. De drie telers en de overige werkgroepdeelnemers hebben positieve ervaringen of ideeën bij zelfoogsten. De deelnemers in de werkgroep vroegen zij zich af: binden we onze klanten nog beter met een Pergola systeem? Klaas Nijhof van de Nieuwe Ronde is enthousiast over de steun van de klanten die hij ervaart binnen Pergola. “de Nieuwe Ronde heeft een kerngroep, een soort dagelijks bestuur. Zij staan altijd open voor suggesties en zullen hun verantwoordelijkheid oppakken.” Zij
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
bieden Klaas een klankbord en hulp. “Dat werkt geweldig.” De winst van Pergola voor de consument is duidelijk, merkt Klaas: de betrokkenheid is geformaliseerd, het is meer ‘ons bedrijf’, de mogelijkheid om continuïteit en duurzaamheid te bieden is beter, je houdt ‘de plek’. Bij de Nieuwe Ronde is Klaas ondernemer, en niet in dienst. Zijn autonomie en deskundigheid als teler worden door de deelnemers erkend. “Ik ben net een gewone boer,” zegt Klaas. De klanten snappen het belang van een goede arbeidsvergoeding, pensioen en arbeids-ongeschiktheidsverzekering. Dat zijn allemaal zaken die je als teler moet regelen. In het eerste jaar waren er enthousiaste bestuursleden, de pioniers. Mensen worden minder enthousiast om bestuurtje te spelen. Advies: mensen willen wel bijdragen als ze echt iets kunnen betekenen, daarom is het ook belangrijk om de kerngroep- en bestuursleden een echte taak te geven. Er zit een spanningsveld in de continuïteit en de investeringen voor de productiemiddelen (grond, materialen). Eigenlijk zouden de productiemiddelen ook in het bezit van de vereniging moeten zijn, om echte continuïteit te bieden. Bij de Nieuwe Ronde is
dit gedeeltelijk het geval. Er zijn dan ook mogelijkheden om de boer ‘in dienst’ te nemen. Volgens Klaas is het heel belangrijk om een ‘community’ te vormen, een echte gemeenschap. Hiervoor moet je je als teler kwetsbaar durven opstellen. De CSA wordt dan de formalisatie van wat er al is, de stap is dan niet meer heel groot. Gespreksleiding: Klaas Nijhof Verslag: Maria van Boxtel
4
Afsluiting: Pergola groeit en bloeit
Land & Co
4.1
. 16 .
Verslag studiedag Pergola 12 december 2007
Groei en bloei van Pergola
Na de twee werkgroepen kwamen alle deelnemers weer samen. Belangrijke leerpunten uit de werkgroepen: een klantenkring kan goed mee investeren, vraag het gewoon! openheid in een kerngroep biedt de teler veel steun!
De landbouwcrisis hakt levendige voedselproductie op in stukjes. De verbinding is zoek voor veel mensen. Vanzelfsprekend ligt voedsel in de winkel, boeren zijn dan niet nodig en overschotten of tekorten zullen er wel altijd zijn. Pergola biedt dan een alternatief: land en boer staan centraal en er liggen verbindingen op allerlei gebied.
Daarna bekeken de deelnemers samen wat er nodig is om het Pergola concept te laten groeien en bloeien? We verzamelen de volgende punten contactmomenten zoals deze dag, netwerk en coördinatie aansluiten bij internationale ervaringen en websites, voorbeelden in boekje of op website van pergolabedrijven, zoals de Nieuwe Ronde op http://www.clm.nl/projecten/boerenbuur.html en CSA bedrijven in Amerika persoonlijke ervaringen uitwisselen, oefenen in sociale vaardigheden, consumenten bewust maken van wat voedselproductie, zorg voor land van hen nodig heeft. Bijvoorbeeld geïnspireerd op Farmer John, met duidelijk meer emotie en niet alleen argumenten, klein beginnen, het wij gevoel prikkelen, contact zoeken met bestaande gemeenschappen, zoals scholen, kerken etc. Dit vraagt een flinke investering in tijd om te beginnen nadenken over hoe werf je klanten, hoe vorm je de gemeenschap: via winkelklanten of abonnees en dan doorgroeien naar een Pergola, formuleer positief, je biedt de burger de kans om mee te doen, kansen bij 50-plussers als deelnemers,
Tineke Bakker sluit de dag af. Ze merkt enthousiasme en belangstelling, maar ook hobbels. Ze hoopt dat de levendige uitwisseling van de studiedag langzaam uitgroeit naar een soort beweging, een cultuur, waarbij inspireren, investeren en ontwikkeling nodig blijven. Vragen en gesprekken met Tineke blijven mogelijk. Zij kan ook groepjes begeleiden. Eind 2008 houdt het project officieel op.
Voor CSA zijn er mogelijkheden als: de boer de initiatiefnemer (‘de baas’) is burgers de initiatiefnemers zijn. Boeren en burgers kunnen daarna kiezen voor een samenhangend geheel.
Tineke Bakker dankt iedereen heel hartelijk voor de actieve aanwezigheid en het delen van alle ervaringen!
Deze studiedag werd mede mogelijk gemaakt door het ministerie van LNV en de EU, het VSB Fonds, de KNHM, de Stichting Green Wish en het Willy Schilthuisfonds van de vereniging voor Biologisch Dynamische Landbouw en Voeding.
Bijlagen
Lijst van deelnemers N.B. Lijst met adresgegevens is apart bijgevoegd. Hierbij naam en aanbod en vraag voor studiedag. Michiel van de Aardvlo is verhinderd Ageeth Visser, Landzicht, 13 jaar ervaring met groenteabonnementen. Wil uitbreiden met zorg en bloemen. Financiering hiervan onderzoeken. Jolanthe Flikweert, Het Groene Spoor, is nieuwsgierig. Tom Troonbeeckx (België) Heeft het laatste jaar een klein CSA bedrijf opgezet en wil meer horen en vragen. Hoe bouw ik dat community gedeelte op? Hoe groeit het bedrijf? Stuurgroep? Michiel van Poucke, (België) student opleiding Landwijzer, geïnspireerd geraakt door Tom hierboven, loopt nu stage op pakkettenbedrijf Florian Lengersdorff, Studeert aan Warmonderhof. Pergola interessant als aanvulling op BD, kan financieringstekort oplossen Cassis Rieger, student Warmonderhof. Overweegt opzetten nieuw bedrijf bij Tollensehof, enthousiaste leefgemeenschap in Duitsland. Bezocht al eerder drie Pergolabedrijven, waaronder de Kattenburgerhof. Zoekt nog naar passende Duitse rechtsvormen. Jean de Bruin/Brann, betrokken bij de Wolfskuil. Zelfoogstbedrijf met 80 betalende zelfoogsters, optillen naar 2 inkomens? Verpachter de Wolfskuil vind al die mensen wel druk. Veel vragen gericht op menselijke samenwerking. Angelien Hectgers, de Stroom. Twee jaar abonnementen in Hemmen, is ook melkveebedrijf, akkerbouwbedrijf en winkel op landgoed. Hoe consumenten bij die groep te betrekken. Welmoet de Waard, de Stroom. Zie hierboven en gezamenlijk afstemmen. Justin O’Shaughnessy, stagiaire op tuinderij Ruimzicht onder begeleiding van tuinder Fred Bijleveld. Tuinderij Ruimzicht is twee hectare fruit en tuinbouw op veehouderijbedrijf Ruimzicht. Justin is geïnteresseerd in de relatie klant-boer en zoekt ideeen voor de beginner, om in Arnhem ter plekke iets met mensen op te kunnen zetten. Hij biedt zijn ervaring met hoe laat je stagiaires het beste werken. Piet van Sabben, de Stek in Lelystad heeft 3,5 hectare en verkoopt aan huis aan circa 70 vaste klanten. Sommige gewassen staan ze zelfpluk toe. Klanten meer betrekken? Soms denken ze erover en doen ze, maar nu nog zonder financiele constructie. Piet biedt een aantal jaren ervaring met mensen directer betrekken. Jurgen de Graaf, Vrij Waterland. Werkt al enkele jaren als vrijwilliger op de 0,3 hectare waar kinderen direct in contact komen met tuinieren en landbouw (Vrije School en andere scholen). Circa 85 klanten en voor abonnementen wordt ook ingekocht. Jurgen heeft veel vragen en biedt ervaring met hoe je als vrijwilliger een eigen plek kan creëren in zo’n initiatief. Maria van Boxtel, Land & Co. Is adviseur en vandaag uw notulist. Dianne Waleson, Warmonderhof tuinbouwbedrijf. Dianne verzorgt de bloementeelt en de boeketten op de tuinderij, en wil deze tak ombuigen. Op open dagen heeft ze al ervaring opgedaan met zelfoogst van boeketten, dat geeft veel lol. Ze denkt over een minder productief stuk, los van de tuinbouw, voor zelfpluk, als ‘oefenpergolatuin’. Dianne biedt veel ervaring met telen. Wouter van Mil, tuinderij Croy. In Helmond pacht Wouter de tuinderij. Zij denken erover hun groenteabonnees meer te betrekken. Bijvoorbeeld als open tuin, zelf met ’n kist het veld in.
Klaas Nijhof, de Nieuwe Ronde. Klaas heeft nu zo’n 10 jaar ervaring met deze CSA en zelfoogst tuin. De Nieuwe Ronde functioneert behoorlijk, alles is erover te lezen in het CLM boekje (download zelf en klik: http://www.clm.nl/projecten/boerenbuur.html). Volgend jaar stapt de nieuwe zakenpartner Rose in de tuinderij. Klaas is benieuwd: hoe vergaat ’t de nieuwe zelfoogsters? Rose Wever, de Nieuwe Ronde. Loopt er nu twee jaar stage. Is benieuwd op wat voor manieren anderen werken. Tineke Bakker, de Oosterwaarde. Op het bedrijf van 14 hectare werken ze nu zo’n 10 jaar op de Pergola manier. Tineke merkt dat heel veel mensen geinteresseerd zijn, maar dat het niet zo groeit. Vandaar een eigen project en deze dag, zodat de cultuur van de pergola meer een eigen vorm krijgt. Maarten van Liere, de Kraanvogel. Gemengd BD bedrijf met al 14 jaar abonnementen. De band met de klant ervaart Maarten als belangrijk en dichtbij, moet je ook blijven voeden. Hij barst van de vragen. Hij biedt: klanteninvesteringen met warm geld, hoe laat je die niet afkoelen? Hermien van Liere, de Kraanvogel. Werkt met de vrijwilligers, ook in tuinbouw en zuivel. Merkt dat ook de jaarfeesten een band scheppen. Henk Wansink, de Meander. In de boerderijwinkel hebben ze contact met klanten. Met communiceren met klanten heeft Henk dan ook ruime ervaring. Zijn ervaring dat klanten te hulp kunnen schieten met een ‘ramp’ (veel sneeuw, tunnelkas ingestort, verteld aan klanten die spontaan hielpen en geld verstrekten) wil hij graag inzetten om ook bij positieve dingen met de klanten samen te werken. Wilco de Zeeuw, Hoeve Kraaiveld. Heeft bij Woudrichem een gemengd BD bedrijf, levert aan groothandel. Vorig jaar gestart met zelfoogst, biedt zijn prille ervaring daarmee aan. Zijn vraag is: biedt CSA nog meer? Jeroen Gasseling, betrokken bij tuinderij Ruimzicht, komt lekker even snuffelen. Hij heeft ervaring met het opzetten van een fietstaxisysteem. Coen de Graaf, Stichting Wieringermeerwaarde. Verenigt een groep consumenten in de kop van Noord Holland. De vaste leverancier van hun groentepakketten is gestopt, daarna wilde de groep consumenten gezamenlijk een moestuin exploiteren. Een ondernemer bereid vinden in hun avontuur te stappen blijkt niet eenvoudig. Een kip-ei verhaal. Hij biedt kennis over dit thema en enthousiasme, en vraagt: hoe krijg je, als de mensen enthousiast zijn, een ondernemer zo ver? Joke Bloksma, dagvoorzitster. Heeft 19 jaar bij het Louis Bolk Instituut gewerkt, richt zich nu als zelfstandige op coaching en inrichting van bedrijven (ontwerp van erven gericht op versterken eigen identiteit).