Jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Te land, te water, in de lucht
Jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Te land, te water, in de lucht
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Inhoud - Raad van Toezicht
4
- Directieverslag
6
- Examens
10
- Medische geschiktheid
16
- Onverantwoord rijgedrag
21
- Ontwikkeling en innovatie
25
- Dicht bij kandidaat en rijschool
30
- Door de ogen van de buitenwacht
33
- Personeelsbeleid
38
- Ondernemingsraad
42
- Financiële resultaten en vooruitzichten
44
- Jaarrekening 2006
48
- Beoordelen in aantallen
62
Raad van toezicht Het CBR werd in het verslagjaar geleid door een tweehoofdige
van de interne werkprocessen. Daarbij werd in toenemende mate
directie. Het toezicht op de stichting en het directiebeleid wordt
gebruikgemaakt van de technologische mogelijkheden. Diverse grote
uitgeoefend door een Raad van toezicht die uit zeven leden bestaat.
automatiseringsprojecten werden succesvol geïmplementeerd.
Zij staat de directie met raad terzijde en krijgt hiervoor van de directie de noodzakelijke informatie. De leden van de raad worden benoemd
De Raad van toezicht is positief over de ingezette ontwikkelingen, die
door de minister van Verkeer en Waterstaat. De raad bestaat uit:
gericht zijn op een goede toekomst van de organisatie. Efficiënt en
- een onafhankelijke voorzitter;
klantgericht werken zijn daarbij voor een maatschappelijke onderne-
- twee onafhankelijke leden, aan de minister voorgedragen door
ming als het CBR wezenlijke uitgangspunten.
de Raad van toezicht; - vier leden, met instemming van de Raad van toezicht voorgedragen
Zeer intensieve bemoeienis heeft de Raad van toezicht gehad met de
aan de minister door respectievelijk de ANWB (na overleg met
verstoorde verhoudingen tussen directie en ondernemingsraad. Om
de representatieve verkeersbonden), BOVAG (na overleg met de
de verhoudingen te normaliseren heeft de raad zich laten bijstaan door
representatieve organisaties van rijschoolhouders),
externe deskundigen. In het begin van het verslagjaar werd het
CCV-raad en de ondernemingsraad van het CBR.
bureau Andersson Elffers Felix (AEF) ingeschakeld teneinde de langdurig bestaande spanningen tussen de bestuurder en de
Het verslagjaar was voor het CBR in vele opzichten bijzonder.
ondernemingsraad te helpen verbeteren. Dit proces is echter voortijdig beëindigd doordat de ondernemingsraad afzag van verdere
In het kader van de door de minister van Verkeer en Waterstaat
medewerking aan dit mogelijke verbetertraject.
beoogde bundeling van mobiliteitsexamens werden nieuwe examens
De raad stelde daarna zelf een grondig onderzoek in naar kritiek-
bij het CBR ondergebracht, waardoor ook weer nieuwe uitdagingen
punten van de ondernemingsraad. Op basis van de ter beschikking
ontstonden. De examenvolumes hebben in het afgelopen jaar een
staande informatie van de ondernemingsraad en de reactie daarop van
herstel laten zien na de moeilijke periodes ervoor. Daarmee kon ook
de bestuurder kwam de Raad van toezicht unaniem tot de conclusie
het jaar 2006 met een goed exploitatieresultaat worden afgesloten,
dat er geen sprake was van onbehoorlijk bestuur.
waarmee het voor de continuïteit en innovatie benodigd weerstandsvermogen van het CBR werd versterkt.
Een zeer belangrijk discussiepunt betrof de indexering van de pensioenen en de financiering daarvan. Het gaat daarbij om een uit
Het CBR heeft grote vooruitgang geboekt bij het verder optimaliseren
het verleden stammende problematiek en het daaraan verbonden
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
V.r.n.l.: de heren Van Amerongen, Van den Heuvel, Van der Harst en Doop; mevrouw De Vries en de heer De Lange.
verschil van inzicht tussen Raad van toezicht en directie enerzijds en
neerleggen. De minister heeft aangegeven de stap van de heer Van
vakorganisaties en ondernemingsraad anderzijds. Alle betrokken
Gijzel in beraad te nemen. Definitieve besluitvorming door de minister
partijen besloten tot de instelling van een commissie van drie externe
was ten tijde van de vaststelling van het jaarverslag nog niet bekend.
deskundigen, waarvan één lid aangewezen door de directie en één lid aangewezen door de vakorganisaties/ondernemingsraad. Beiden
De samenstelling van de Raad van toezicht was ultimo 2006 als volgt:
kozen samen een onafhankelijk voorzitter.
- de heer E.A. van Amerongen, voorzitter (onafhankelijk lid)
De Commissie van Drie kwam in december van het verslagjaar
- de heer drs. P.W. Doop, vice-voorzitter (onafhankelijk lid)
unaniem tot het oordeel dat bij het CBR sprake is van een zoge-
- de heer mr. F.A.M. van den Heuvel (onafhankelijk lid)
naamde voorwaardelijke indexering, zoals ook in het pensioen
- de heer drs. R. van Gijzel (voordracht ondernemingsraad)
reglement is vastgelegd. Het oordeel van de externe commissie is
- de heer drs. M.C. van der Harst (voordracht CCV-raad)
echter door vakorganisaties en ondernemingsraad niet aanvaard,
- de heer drs. W. de Lange (voordracht ANWB)
waarmee dit geschilpunt nog niet tot een oplossing is gebracht. De
- mevrouw drs. J.M. de Vries (voordracht BOVAG)
Raad van toezicht betreurt het, dat daarmee de onzekerheid over dit onderwerp onder de medewerkers blijft voortbestaan.
De Raad van toezicht heeft plenair zeven keer vergaderd. Daarnaast
De samenstelling van de Raad van toezicht is in het verslagjaar
commissie.
vonden separate bijeenkomsten plaats van de audit- en renumeratiegewijzigd. De heer mr. R. Prins trad per 1 mei 2006 terug wegens het verstrijken van de statutaire termijnen. Wij zijn de heer Prins veel dank
De Raad van toezicht is directie en medewerkers erkentelijk voor de
verschuldigd voor zijn jarenlange bijdrage aan het CBR in zijn
bereikte resultaten over het jaar 2006. De fundamenten zijn versterkt en
toezichthoudende rol. Als opvolger en nieuw lid is per 1 september
bieden goede vooruitzichten voor een verdere positieve ontwikkeling.
2006 benoemd de heer mr. F.A.M. van den Heuvel. Het lid van de Raad van toezicht, de heer drs. P.W. Doop, werd per 1 september 2006 tot vice-voorzitter benoemd.
Rijswijk, 19 april 2007
Tegen het eind van het verslagjaar heeft de heer Van Gijzel, die op voordracht van de ondernemingsraad in de Raad van toezicht is benoemd, aan de minister van Verkeer en Waterstaat kenbaar
E.A. van Amerongen
gemaakt zijn functie als lid van de Raad van toezicht te willen
Voorzitter Raad van toezicht CBR
Directieverslag Sinds de oprichting in 1927 is het CBR als privaatrechtelijke stichting
verdere bijdrage moet leveren aan de vergroting van de verkeersveilig-
door de minister van Verkeer en Waterstaat belast met een verkeers-
heid en waarbij meer accent zal komen te liggen op verkeersinzicht,
veiligheidstaak: het beoordelen van de rijvaardigheid en medische
gevaarherkenning, milieubewust rijden, de toetsing op zelfreflectie en
geschiktheid van bestuurders en van de vakbekwaamheid van
zelfstandig rijden.
professionals in transport en logistiek. Tot en met 2006 zijn bijna
46,5 miljoen theorie- en praktijkexamens afgenomen.
Rijopleiding in stappen
De laatste twee jaar staat het beleid in het teken van betaalbaarheid,
De groei van de examens voor de Rijopleiding in stappen (RIS) bleef
transparantie en vernieuwing. Het CBR vernieuwt en verbetert haar
weliswaar achter bij de verwachtingen, maar bedroeg toch nog circa
processen en producten. De inzet daarvan is om de samenleving het
35 procent. Vermoedelijk wacht een deel van de rijscholen tot het
best mogelijke product te bieden tegen een maatschappelijk
vernieuwde rijexamen in gebruik wordt genomen, voordat men op
aanvaardbare prijs. Daarnaast worden nieuwe specialismen aan het
grote schaal op de gefaseerde opleiding overstapt. Zij zullen zich
pakket toegevoegd om van het CBR hét exameninstituut op mobili-
daarin gesteund zien door een verschil van maar liefst vijftien
teitsgebied te maken. Met innovatie, klantgerichtheid en efficiency
procentpunt met de slagingspercentage bij de traditionele examens.
wordt de positie voor de komende jaren verankerd.
Het aantal RIS-instructeurs nam met circa zestien procent toe tot ruim
In dat kader zette het CBR in het verslagjaar doortastende stappen in
tweeduizend.
een proces van technologische vernieuwing en kostenbeheersing. Theorie op de pc
Vernieuwing examens
Bij een vernieuwde exameninhoud hoort een vernieuwde infrastructuur voor de theorie-examens. Daarnaar werd een onderzoek gestart. De
In innovatief opzicht was 2006 een succesvol jaar. Op verzoek van
voorlopige conclusie is dat individuele examens in uiteenlopende
verkeersminister Peijs werd een start gemaakt met de vernieu-
categorieën achter pc’s het scenario van de nabije toekomst zullen zijn.
wing van het rijexamen. Drie werkgroepen –waarvan ook de
Specialisten van binnen en buiten het CBR werken het scenario in 2007 uit.
rijschoolbranche deel uitmaakte– gingen aan de slag met de nieuwe exameninhoud, de inpassing van de Rijopleiding in
Bromfietsexamen
stappen en de organisatorische en financiële aspecten van het
Met de invoering van het nieuwe rijbewijsdocument in oktober 2006 werd
vernieuwde rijexamen.
de bromfiets een nieuwe rijbewijscategorie Am. In de loop van 2008
In 2008 wordt een nieuw examen in gebruik genomen dat een
moet daar niet alleen theorie- maar ook praktijkexamen voor worden
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Algemeen directeur Ferry Meijer.
gedaan. Het CBR deed de minister van Verkeer en Waterstaat voorstellen
Ruiters
voor de invulling van de nieuwe praktijkcomponent, die in 2007 wordt
Met de Stichting Rijvaardigheidsbewijzen Recreatieruiter (SRR) werd
uitgewerkt. De invoering van dit praktijkexamen is een hoopvolle stap
een intentieovereenkomst gesloten. Inzet van de overeenkomst was
vooruit in de bestrijding van de ongevallen onder jonge bromfietsers.
de ruiterexamens met hulp van het CBR te optimaliseren en wettelijke verankering van de examens te onderzoeken. De SRR is het
Internationaal
enige exameninstituut dat door de paardensportorganisaties en de
Samen met de partner-exameninstituten in het buitenland droeg het
overheid is erkend en neemt op jaarbasis zesduizend rijvaardigheids-
CBR actief bij aan de professionalisering van de internationale koepel
examens voor recreatief paardrijden af.
CIECA (Commission des Examens de Conduite Automobile). CIECA werd een onafhankelijker orgaan dat rust op de inbreng van alle
Politie
leden-landen. Het CBR participeerde in projecten die vooral verband
Met de Politieacademie werd overeengekomen dat het CBR vanaf
hielden met vernieuwing van het rijexamen.
medio 2007 de rijexamens voor politiemensen afneemt. De examens vinden plaats op de openbare weg en worden gekenmerkt door de
Nieuwe examens
bijzondere omstandigheden waaronder de politie haar taken uitoefent. Zo wordt het verantwoord rijden op de vluchtstrook en door rood
In 2005 kondigde de minister van Verkeer en Waterstaat aan dat examens
rijden geëxamineerd. De twintig CBR-examinatoren die voor deze taak
op het gebied van mobiliteit zoveel mogelijk bij het CBR gebundeld
worden opgeleid, hebben een politieachtergrond.
dienden te worden. In het verslagjaar leidde dat tot overleg over de mogelijkheden tot samenwerking bij de examens ondernemersvakbe-
Taxi
kwaamheid voor het beroepsgoederen- en beroepspersonenvervoer.
Hoewel taxichauffeurs sinds 1 januari 2006 verplicht gecertificeerd moesten zijn, kwam na die datum nog het respectabele aantal van
Examenbureau Beroepsvervoer
ruim tienduizend aanvragen voor een examen binnen. Gevoegd bij de
Met de exameninstantie Stichting Examenbureau Beroepsvervoer (SEB)
aantallen van 2005 zijn nu ruim 25.000 taxichauffeurs voorzien van het
werd afgesproken dat een deel van haar examens vanaf 2007 in de
vereiste certificaat. Het verplichte examen heeft tot doel de kwaliteit
centra van het CBR zal worden afgenomen. Het voornemen bestaat om
van het taxivervoer op peil te houden.
de activiteiten van SEB in 2008 op te nemen in de divisie CCV van het CBR. Een samenwerkingsovereenkomst is daartoe in voorbereiding.
Effectieve processen
Theoriereservering Er is een pilot gestart om reservering en betalingen van theorie-
Papierloos examen
examens uitsluitend via de rijschool en het internet te laten verlopen.
Proeven met een papierloze afhandeling van de praktijkexamens werden
De resultaten van deze pilot, uitgevoerd in het oosten van het land,
succesvol afgesloten. De pocket pc werd de vaste assistent van de
zijn tot dusverre positief. Besluitvorming over landelijke toepassing
examinator en sinds oktober 2006 komt er aan de afwikkeling van een
zal in 2007 plaatsvinden.
praktijkexamen geen vel papier meer te pas. Dat heeft een belangrijk voordeel voor de rijschool en zijn leerlingen, want de examenindeling
Vorderingsprocedure digitaal
kan nu tot een dag vóór de toets of het examen worden aangepast.
Ter verbetering van de processen bij de divisie Vorderingen werd een nieuw, geautomatiseerd workflow-managementsysteem voorbereid en
Nieuw rijbewijs
in gebruik genomen. Hierdoor kan het CBR documenten uiterst
De invoering van de papierloze examenafhandeling werd nauwkeurig
efficiënt –en vele malen sneller dan met papieren dossiers– door de
afgestemd op de introductie van het nieuwe rijbewijsdocument, dat
organisatie leiden. De besluitvorming over mededelingen van politie-
op 2 oktober in heel Nederland in gebruik werd genomen. Deze
zijde wordt zo aanzienlijk versneld. Het streven om de vorderingsproce-
operatie maakte deel uit van de Europabrede harmonisatie van
dure lik-op-stukbeleid te laten zijn, is daarmee werkelijkheid geworden.
de rijbewijswetgeving. In nauwe samenwerking met de RDW en de
De lezers van het vakblad VIP, tijdschrift voor documentbeheer riepen
afdelingen Burgerzaken van de gemeenten werden processen rond
de nieuwe software van het CBR uit tot de beste applicatie van 2006
de examinering, medische beoordeling, registratie en rijbewijsafgifte
op het gebied van documentenbeheer.
op elkaar afgestemd. De invoering verliep –enkele kinderziekten daargelaten– succesvol.
Transparant communiceren
Betalen met pin en chip
Om de relatie met de rijscholen verder te verstevigen, werd het overleg
Voor de veiligheid van bezoekers en medewerkers werden de
met de voorzitters van de brancheorganisaties intensief benut voor afstem-
contante betalingen in de examencentra afgeschaft. Betalen kan sinds
ming en uitwisseling. Nieuwe ontwikkelingen bij het CBR werden eerst
het laatste kwartaal van 2006 alleen nog met pin en chip. Hiermee is
met de voorzitters besproken, voordat deze publiek werden gemaakt.
een einde gekomen aan de veiligheidsrisico’s die verbonden zijn aan
Werden in 2005 rondetafelgesprekken met rijscholen gehouden, in
contant geldverkeer.
2006 bezocht de directie rijscholen in de werkomgeving.
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Financieel directeur Reinier van Walree.
De constructieve samenwerking met de rijscholen en de branchevoor-
daardoor in vergelijking met 2006 eenmalig toe. Afgezien van
zitters had een positieve weerslag op de inhoud van nieuwe producten,
dat eenmalige effect is de opbrengst in het verslagjaar met ruim
zoals het vernieuwde rijexamen. Ook anderszins werd –zoals elders in
2,5 miljoen euro gestegen. Deze stijging correspondeert met het
dit jaarverslag te lezen is– op aangeven van rijscholen dankbaar gebruik
economisch herstel dat in 2006 is ingetreden.
gemaakt van verbeteringen in de dienstverlening van het CBR. De directie dankt de medewerkers voor de inzet in het afgelopen jaar. Het CBR zette de geleidelijke verjonging van de huisstijl, die in 2005 is
Die heeft onder meer geleid tot een bedrijfsresultaat dat tot de betere
ingezet, voort. Onze organisatie is en blijft een exameninstituut, en wil
in de geschiedenis van het CBR behoort. Het weerstandsvermogen dat
aansluiting blijven vinden bij de 500.000 veelal jonge kandidaten die
voor de continuïteit nodig is, wordt met dit resultaat verder versterkt.
jaarlijks van onze diensten gebruikmaken. Dat heeft gevolgen voor de huisstijl, de inhoud van de communicatie en de toonzetting.
De positieve financiële resultaten van het jaar 2006 werden overscha-
Verder werd de digitalisering van de omvangrijke hoeveelheid
duwd door de moeizame relatie tussen directie en ondernemingsraad.
publieksfolders afgerond. Elke publicatie is nu op de website te
De grote inzet van de Raad van toezicht en externe deskundigen heeft
raadplegen, te downloaden en af te drukken.
tot teleurstelling van de directie niet geleid tot herstel van de vertrouwensrelatie, die zo belangrijk is voor het goed functioneren van de
Positief financieel resultaat
organisatie. Een nieuw perspectief kan ontstaan na de verkiezingen van een nieuwe ondernemingsraad, eind mei 2007. De directie zal zich
Het verslagjaar 2006 werd afgesloten met een positief resultaat van
blijven inspannen om verbetering van de onderlinge verhoudingen
2,7 miljoen euro, een verbetering van 2,2 miljoen euro ten opzichte van
mogelijk te maken.
2005. Deze verbetering is hoofdzakelijk tot stand gekomen doordat ruim 4 miljoen euro minder kosten werden gemaakt. De kostenreductie was het resultaat van de kostenbeheersing die werd doorgevoerd
Rijswijk, 19 april 2007
en de lagere incidentele pensioenkosten. De opbrengsten daalden met 1,5 miljoen euro. In 2005 was een
De directie:
stelselwijziging doorgevoerd waardoor de opbrengst van de Eigen
mr. F.C.A. Meijer, algemeen directeur
verklaringen nu eerder wordt geboekt. In 2005 nam de opbrengst
R.A. van Walree, financieel directeur
Examens Examens en medische beoordelingen horen tot de kerntaak van het
medisch adviseur kan niemand op het gemeentehuis een rijbewijs
CBR. Daarmee stellen we vast of aanstaande bromfietsers, motor-
aanvragen.
rijders en automobilisten zelfstandig en veilig aan het verkeer kunnen
In 2006 werden in totaal drie procent meer examens afgenomen.
deelnemen. Bij aanstaande en ervaren professionals in het wegvervoer, de binnenvaart en de logistiek wordt bovendien de vakbekwaam-
Motor, personenauto en bromfiets
heid beoordeeld. Ook de theorie-examens voor de luchtvaart behoren tot ons takenpakket.
In 2006 nam het CBR in totaal 1.035.187 examens voor de motor (A), personenauto (B en BE) en bromfiets af. Dat is een toename van vijf
10
De examinator beoordeelt de rijvaardigheid en de vakbekwaamheid,
procent. De toename hangt samen met de demografische ontwikke-
de medisch adviseur van het CBR beoordeelt de medische
ling en het aantrekken van de economie. Afgaand op de bevolkings
geschiktheid. Zonder de verklaringen van de examinator en de
cijfers wordt de komende jaren een verdere stijging verwacht die pas
Aantal motorexamens (AVD) en geslaagden 2003-2006
Aantal praktijkexamens B en geslaagden 2003-2006
42.000
400.000
36.000
350.000 300.000
30.000
250.000
24.000 Aantallen AVD-examens
18.000 12.000
Aantallen geslaagden
6.000 0
200.000
Aantallen B-examens
150.000 100.000
Aantallen geslaagden
50.000 2003
2004
2005
2006
0
2003
2004
2005
2006
CBR jaarverslag 2006
rond 2014 zal afvlakken. Ook de daling van het gemiddelde slagings-
verkeersdeelneming schieten en lopen daardoor hun rijbewijs mis. Dat
percentage speelde een rol.
verklaart waarom er elk jaar een verschil van zo’n 1.200 kandidaten zit
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
tussen beide examens. Theorie-examens Het aantal afgenomen theorie-examens A (motor) steeg met tien
De slagingspercentages namen bij de praktijkexamens A en B licht af.
procent, B (auto) met vijf procent en bromfiets met zeven procent.
De afname werd, zoals gemeld, vooral veroorzaakt doordat kandidaten
Tegen de verwachting daalden de slagingspercentages bij deze
te snel en onvoldoende voorbereid op herexamen gingen.
examencategorieën door het grotere aantal inzichtvragen met twee tot drie procentpunt. Door de introductie van de online reservering
Aanhanger
van theorie-examens en door de start van het nieuwe rijexamen in
Bij de examens voor de personenauto met aanhanger (BE) was in
2008 zal de voorbereiding op het theorie-examen verbeteren. Dat zal
2005 de rek eruit. Maar die terugval lijkt tijdelijk, want in het verslag-
de slagingspercentages ten goede komen.
jaar steeg het aantal aanhangerexamens met negen procent. Deze
Over de online reservering en over het nieuwe rijexamen kunt u
toename werd veroorzaakt door mensen die na 1984 hun rijbewijs
verderop in dit verslag meer lezen.
hebben gehaald. Zij kregen toen de BE-categorie niet meer automatisch bij hun B-rijbewijs en komen nu in steeds grotere getale terug
Praktijkexamens
voor de aanhangerspecialisatie. Veelal willen deze mensen met een
Het totaal aantal praktijkexamens A en B steeg met respectievelijk
caravan op vakantie. Gezien de steeds zwaardere voertuigcombinaties
negen en drie procent. De stijging was niet alleen het gevolg van
is een BE-rijbewijs dan al snel verplicht.
demografische en economische ontwikkelingen; ook de voorbereiding
Hoewel het slagingspercentage bij deze examens traditiegetrouw
van kandidaten speelde een rol. Sinds de invoering van de papierloze
hoog is, daalde het in het verslagjaar licht met 0,8 procentpunt.
afhandeling van examens kan er tot één dag voor het examentijdstip worden gereserveerd. Daardoor komt het voor dat kandidaten binnen
Toetsen
twee weken vier keer praktijkexamen afleggen. Voor de rijkwaliteiten en de slagingskans is dat een slechte ontwikkeling.
De invoering van de tussentijdse toets (TTT) en de Rijopleiding in stappen (RIS) heeft tot een verschuiving van examens naar toetsen
Circa tien procent van de motorkandidaten staakt zijn examenpogin-
geleid. Door de TTT en de RIS zijn kandidaten beter voorbereid op
gen na het examen voertuigbeheersing. Zij laten het examen
het examen, waardoor ze meer kans hebben om te slagen.
11
Kwaliteitsverbeteringen als de TTT en de RIS hebben de afgelopen vijf jaar tot een stijging van een kleine vijf procentpunt van het gemiddelde slagingspercentage bij de B-examens geleid.
Aantal C/D/E-examens en geslaagden 2003-2006 30.000 25.000
Tussentijdse toets De tussentijdse toets (TTT) vierde haar jubileum. In het tiende jaar na
20.000
invoering steeg het aantal TTT-kandidaten voor de A, B en BE-examens met vier procent, bijna drieduizend meer dan in 2005. Eén op de drie
15.000
Aantallen CDE-examens
kandidaten maakte gebruik van de toets. Het slagingspercentage van deze kandidaten lag ruim twaalf procentpunt hoger dan de kandidaten die geen toets deden.
12
Rijopleiding in stappen De stijging van het aantal examens van RIS-leerlingen was lager dan
10.000 Aantallen geslaagden
5.000 0
2003
2004
2005
2006
voorzien. Toch vertoont de ontwikkeling van de Rijopleiding in stappen nog altijd een stijgende lijn. Het aantal examens steeg met 34 procent
transportplanners. CCV is daarnaast verantwoordelijk voor de afgifte
naar 13.488. Voor 2007 wordt een verdere groei verwacht.
van vaardocumenten voor de binnenvaart. Deze CBR-divisie wordt
Het slagingspercentage bij de RIS daalde van 65 naar 62 procent,
(mede) aangestuurd door de CCV Raad, waarin de sociale partners
maar is nog altijd circa 15 procentpunt hoger dan bij de reguliere
zitting hebben.
kandidaten. De divisie CCV nam bijna acht procent minder theorie-examens C, D
Professionals in vervoer en logistiek
en E (respectievelijk vrachtauto, bus en aanhanger) af. Het aantal afgenomen praktijkexamens C, D en E was vrijwel gelijk aan 2005.
De divisie CCV van het CBR is verantwoordelijk voor de examens voor
Aan de daling van de afgelopen jaren is een eind gekomen door de
professionals in wegvervoer, binnenvaart en logistiek. Een breed scala
aantrekkende economie. Het slagingspercentage daalde bij de
van examenkandidaten dus, variërend van truck- en buschauffeurs,
categorie C met 0,1 procentpunt. Bij D daalde het met 5,1 procent-
taxichauffeurs en magazijnbeheerders tot binnenvaartschippers en
punt.
CBR jaarverslag 2006
Taxi
hier mee dat kandidaten hun examens buiten Nederland afleggen.
De toeloop voor het verplichte taxi-examen was groter dan verwacht.
De branche wil de ADR-opleiding vanaf 2009 laten meetellen bij
Werd er bij de begroting voor 2006 nog van uitgegaan dat de
de verplichte nascholing die volgens de Richtlijn vakbekwaamheid
inhaalslag goeddeels was afgerond, aan het einde van het jaar
verplicht is. Zij stelt daarvoor als voorwaarde dat de opleiding en het
stonden er ruim zesduizend examens meer op de teller. In totaal nam
examen in Nederland plaatsvinden. Als het ministerie van Verkeer en
de divisie CCV ruim 15.000 theorie-examens en evenzoveel praktijk-
Waterstaat hiermee instemt, verwacht CCV een einde aan de
examens af.
‘examenvlucht’.
Nascholing
Binnenvaart
Vanwege de nieuwe Europese Richtlijn vakbekwaamheid 2003
De binnenvaart behoort sinds 2005 ook tot het werkterrein van
moet een chauffeur in vijf jaar minstens 35 uur scholing volgen. Deze
het CBR. Wij verzorgen de examens voor de beroepsbinnenvaart
nieuwe richtlijn voor beroepschauffeurs gaat in 2008 in voor bus
–tien verschillende soorten– en de uitgifte van de vaarbewijzen. De
chauffeurs en in 2009 voor vrachtwagenchauffeurs. Ook de kwalifica-
betrekkelijk nieuwe loot aan de CBR-stam is jaarlijks goed voor
tie-eisen aan de chauffeurs zullen erdoor veranderen.
gemiddeld 4.300 examens en 4.000 vaarbewijzen.
In een werkgroep met werknemers- en werkgeversorganisaties
Doordat de binnenvaartexamens in het verslagjaar werden opgeno-
adviseerde de divisie CCV het ministerie van Verkeer en Waterstaat
men in de procedures van het CBR, kon het aantal examendata
over de gevolgen van de nieuwe richtlijn. Sindsdien wordt aan de
worden uitgebreid. Ook de slagingsnormen, de waardering en
inrichting en de inhoud van de examens en de nascholing gewerkt.
de antwoordmogelijkheden werden aangepast. De aanpassingen
CCV zal het toezicht op de nascholing uitoefenen en de regie voeren
kwamen de dienstverlening aan de kandidaat en de kwaliteit van
over de administratieve afhandeling.
de examens ten goede.
ADR-examens
Lange Zware Voertuigen
Chauffeurs die gevaarlijke stoffen willen vervoeren, moeten
De proef met examens voor bestuurders van Lange Zware
–afhankelijk van de lading– over één of meer ADR-certificaten
Voertuigen was eind 2006 bijna afgerond. Gedurende het jaar zag het
beschikken. Met regelmaat moeten zij zich bijscholen om deze
er al naar uit dat deze proef tot een nieuw product bij CCV zou leiden.
certificaten te kunnen verlengen.
Volgens schattingen gaat het om twee- tot drieduizend examens
Het aantal examens hiervoor nam in 2006 af. Vermoedelijk speelt
per jaar.
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
13
Veiligheidsadviseur CCV nam medio juni de uitvoering van de examens veiligheidsadviseur vervoer gevaarlijke stoffen over van de Stichting Exameninstituut Veiligheidsadviseur (SEV). CCV deed dit in opdracht van de minister
Aantal nader onderzoeken en geslaagden 2003-2006 30.000 25.000
van Verkeer en Waterstaat, die de examenuitvoering op haar beleidsgebied wilde bundelen. Aan het besluit is overleg voorafgegaan met
20.000
de betrokken brancheorganisaties. Het zal gaan om ruim tweeduizend examens per jaar.
15.000
Ondernemersvakbekwaamheid
10.000
Aantallen nader onderzoeken Aantallen geslaagden
Met de Stichting Examenbureau Beroepsvervoer (SEB) werd een intentieovereenkomst gesloten om de examens van deze stichting
14
vanaf 2008 bij het CBR onder te brengen. De SEB neemt examens af voor de ondernemersvakbekwaamheid van het transport over de weg
5.000 0
2003
2004
2005
2006
en het afvalstoffenvervoer.
Nader onderzoek naar de rijvaardigheid
een situatie waarin kandidaten zo goed mogelijk kunnen presteren. De eisen die aan de rijvaardigheid worden gesteld, zijn overigens
De divisie BNOR (Bureau nader onderzoek rijvaardigheid) van het CBR
hetzelfde als bij de reguliere praktijkexamens.
neemt praktijkexamens af die langer duren dan het reguliere praktijkexamen. Dit langere praktijkexamen –nader onderzoek naar de rijvaardigheid
Stijging
genaamd– is bedoeld voor kandidaten die in een periode van vijf jaar vier
Het aantal nader onderzoeken steeg verrassend met zeven procent.
keer of meer voor het reguliere praktijkexamen zijn gezakt.
Kandidaten deden sneller herexamen nadat ze gezakt waren. Door die korte voorbereidingstijd voor het herexamen zakten veel mensen
Bij een nader onderzoek naar de rijvaardigheid hebben de rijvaardig-
opnieuw. Daardoor daalde het percentage geslaagden en kwamen er
heidsadviseurs extra tijd en aandacht voor de kandidaat. Dat vermin-
meer kandidaten voor een nader onderzoek in aanmerking.
dert de spanning voor het examen. De individuele aandacht creëert
Ook de afschaffing van het versneld bijzonder examen (VBE) voor
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
houders van een buitenlands rijbewijs leidde hoogstwaarschijnlijk tot extra nader onderzoeken. Sinds verkeersminister Peijs het VBEexamen in 2004 ophief, moeten rijbewijsbezitters van een aantal landen buiten de Europese Unie een regulier examen doen. Waarschijnlijk hebben de taalachterstand en de elders opgebouwde rijervaring tot gevolg dat veel van deze kandidaten in aanmerking komen voor een nader onderzoek.
Theorie-examens voor de luchtvaart In opdracht van de Inspectie Verkeer en Waterstaat nam het CBR 8.000 theorie-examens voor de Nederlandse burgerluchtvaart af. Sinds 2000 is deze taak bij het CBR ondergebracht. Onze afdeling Luchtvaartexamens verzorgt de logistiek rond het examentraject, stelt de resultaten vast, organiseert inzagedagen voor het examen en verstrekt de toelatingsbewijzen. Onder de kandidaten zijn niet alleen aanstaande vliegers van de Airbus en Boeing 747, maar ook aspirant-ballonvaarders en aspirant-helikopterpiloten. Maandelijks kunnen zij in één of meer van de ruim negentig vakken examen doen in de CBR-examencentra in Assen, Amsterdam, Eindhoven en Utrecht. In 2006 werden er 4.866 theorie-examens voor beroepsvliegers en 3.135 theorie-examens voor aankomende privévliegers afgenomen. Bij de privévliegers betekende dat een daling van twee procent en bij de beroepsvliegers een stijging van negen procent.
15
Medische geschiktheid Het CBR beoordeelt niet alleen de rijvaardigheid, maar ook de
voeren de keuring uit. De nieuwe maatregel vloeit voort uit de tweede
lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van
Europese richtlijn. Dit leidde in het verslagjaar tot ruim 47.000 extra
motorrijtuigen. Die beoordeling vindt plaats bij de aanvraag van een
aanvragen die allemaal door medisch adviseurs beoordeeld moesten
rijexamen, bij de periodieke keuring voor het vrachtwagen- en
worden (2005: 16.000 extra).
busrijbewijs en bij de vernieuwing van het rijbewijs rond het zeventig-
Door de periodieke keuring en de vergrijzing was het aantal nadere
ste levensjaar. Een medische beoordeling vindt ook plaats bij mensen
beoordelingen hoger dan de standaardbeoordelingen van aanvragen
die vanwege een medische aandoening een rijbewijs met kortere
waarin alle vragen met ‘nee’ zijn beantwoord.
geldigheidsduur hebben, om een tussentijdse beoordeling vragen omdat hun medische situatie is veranderd of omdat het rijbewijs in
Nader beoordeeld
de zogeheten vorderingsprocedure ongeldig is verklaard.
De groei van de nadere beoordelingen zal aanhouden; uitgegaan wordt van een stijging van dertig procent. Daarom traden in het verslagjaar
16
De beoordeling wordt aangevraagd met een Eigen verklaring. Veertig
zeven nieuwe medisch adviseurs in dienst. Ook het aantal verwijzingen
tot vijftig procent van de aanvragers blijkt meteen medisch geschikt.
naar specialisten zal blijven toenemen.
Het CBR geeft dan een Verklaring van geschiktheid af. Is een vraag op de Eigen verklaring met ja beantwoord, heeft er een keuring plaats-
Van de aanvragers beantwoordde 44 procent alle vragen op de Eigen verkla-
gevonden of bestaat er een medisch dossier, dan vindt eerst een
ring met nee en bevestigde daarmee gezond te zijn (2005: 47 procent). De
nadere beoordeling plaats door een medisch adviseur van het CBR.
rest van de aanvragen werd nader beoordeeld door een medisch adviseur
Die kan leiden tot vervolgonderzoek door een medisch specialist of
van het CBR. Dit aantal lag twintig procent hoger dan in 2005.
een deskundige praktische rijgeschiktheid van het CBR.
Vijfentwintig procent van de aanvragers was zeventig jaar of ouder.
Verklaringen van geschiktheid
Het CBR ontving meer dan 72.000 rapporten van medisch specialisten na een vervolgonderzoek. Dat is een stijging van 34 procent. Rapporten van
Het CBR behandelde in 2006 aanzienlijk meer aanvragen voor een
oogartsen en optometristen kwamen met 54 procent het vaakst voor.
Verklaring van geschiktheid. De stijging van achttien procent was het gevolg van de vergrijzing en de periodieke keuring van beroepschauffeurs.
Beslissing
Sinds 1 januari 2005 moet elke tien jaar de medische geschiktheid van
Het aantal afwijzingen was vrijwel even groot als in 2005. In die gevallen
vrachtwagen- en buschauffeurs worden vastgesteld. Arbodiensten
bleek de aanvrager op grond van de Regeling eisen geschiktheid 2000
CBR jaarverslag 2006
Totaal aantal aanvragen
2003
2004
2005
2006
445.121
442.026
441.939
520.180
Nader beoordeeld door medisch adviseurs
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
198.408 209.986 243.004 293.260
- Gekeurd door oogarts/optometrist 26.212 30.132 32.100 38.722 - Gekeurd door andere specialist
18.905
19.418 21.553 33.414
- Aanvraag afgewezen/ingetrokken 7.636 9.274 8.757 8.699 Totaal afgegeven
190.772
200.712
225.247
288.410
- Met beperkte geldigheidsduur 23.501 26.148 26.259 30.587
ongeschikt of trok deze de aanvraag tijdens het beoordelingstraject in. De belangrijkste redenen voor afwijzing in de groep van zeventig jaar en ouder waren ernstige oogafwijkingen en hersenziekten (onder andere dementie). Beneden de zeventig jaar waren vooral alcohol misbruik, hersenziekten (onder andere beroertes) en epilepsie de
17
Aantallen Verklaringen van geschiktheid 2003-2006 550.000
440.000
meest voorkomende redenen van ongeschiktheid. 330.000
220.000
Nader beoordeelde aanvragen
11.0000
Totaal aantal aanvragen
Van de nader beoordeelde aanvragen werd 98 procent gehonoreerd (2005: 96). Elf procent daarvan kreeg vanwege een progressief ziektebeeld een Verklaring van geschiktheid met een kortere gel digheidsduur. Deze categorie keert binnen één tot tien jaar terug voor een nieuwe beoordeling. Vijf procent bleek alleen geschikt als het voertuig werd aangepast. Deze beperking wordt in een Europese code op het rijbewijs vermeld.
0
2003
2004
2005
2006
Herkeuring en bezwaar
Praktische rijgeschiktheid
Met het besluit van het CBR waren 1.033 aanvragers het niet eens (2005: 1.008). Zij maakten gebruik van hun recht op een herkeuring. Een kwart van
Het CBR streeft ernaar zoveel mogelijk mensen veilig aan het
hen kreeg na een herkeuring opnieuw geen Verklaring van geschiktheid. In
gemotoriseerde verkeer te laten deelnemen. Vooral bij gehandicap-
51 procent van de gevallen was alcoholmisbruik daarvan de reden.
ten is (auto)mobiliteit van groot belang. Het is vaak hun sleutel tot
Het aantal verzoeken om een herkeuring is in acht jaar tijd verdrievoudigd,
zelfstandigheid. Het CBR beschikt op dit terrein over de expertise
maar blijft de laatste twee jaar stabiel.
van de deskundigen praktische rijgeschiktheid. Zij begeleiden en adviseren mensen met functiebeperkingen en stellen de benodigde
18
Naast een medische herkeuring bestaat de mogelijkheid om op grond van
aanpassingen vast voor het voertuig. Bestuurders met een func-
de Algemene wet bestuursrecht een bezwaarschrift in te dienen tegen de
tiebeperking moeten aan dezelfde rijvaardigheidseisen voldoen als
manier waarop de herkeuring is verlopen. Hiervan werd in het verslagjaar
ieder ander.
544 maal gebruikgemaakt, vijftien procent meer dan in het jaar daarvoor. De stijging is het gevolg van de vermelding onder de medische besluiten
Het werk van de deskundigen praktische rijgeschiktheid had oor
dat niet alleen een herkeuring, maar ook een bezwaarschrift mogelijk is.
spronkelijk vooral betrekking op gehandicapten, maar de laatste jaren
Er werden 76 bezwaren gegrond verklaard, meestal naar aanleiding van
steeds vaker op oudere rijbewijsbezitters. Zij kampen met oogproble-
nieuwe medische gegevens (2005: 28).
men en verminderde mentale functies (traagheid en vermoeden van dementie). Deze mensen leggen bij het CBR een rijtest af, waarbij
Te water
vooral aandacht wordt besteed aan een veilige en praktische
In opdracht van de Inspectie Verkeer en Waterstaat beoordeelde het CBR
verkeersdeelname. De keuring door een arts is bij deze trajecten
de Eigen verklaringen voor het klein vaarbewijs waarop één van de vragen
bedoeld om het CBR informatie te geven over de functiebeperkingen
met ja is beantwoord. In het verslagjaar werden 1.054 aanvragen beoor-
van ledematen, ogen of hersenen. Op basis daarvan kan een rijtest
deeld, tegenover 1.071 in 2005.
worden opgelegd die uitsluitsel geeft over de rijgeschiktheid. In 2006 steeg het aantal rijtests met negen procent, onder andere
Ook voor de binnenvaart beoordeelden de medisch adviseurs de aan-
door de vergrijzing. Om de groeiende vraag het hoofd te bieden,
vragen voor een Verklaring van geschiktheid. Het ging in 2006 om ruim
werden enkele nieuwe deskundigen praktische rijgeschiktheid
duizend stuks.
opgeleid.
CBR jaarverslag 2006
Ontwikkeling en vernieuwing
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Wetenschap De professoren Brouwer en Kooiman publiceerden hun eindrapport
Aan het einde van het verslagjaar ging een ingrijpende vernieuwing
over ‘bioptic driving’. Beide hoogleraren rondden daarmee een
van de afhandeling van medische dossiers van start. Over ongeveer
onderzoek af waarin –in samenwerking met het CBR– onderzoek was
een jaar wil het CBR zijn overgestapt van papieren op geheel
gedaan naar het gebruik van telescoopjes op de bril. Daarmee kunnen
gedigitaliseerde dossiers en archieven. Ook de Eigen verklaring zal
bestuurders met een slechte gezichtsscherpte blijven rijden.
een gedaanteverandering ondergaan.
Minister Peijs (Verkeer) stemde in met de conclusies. In 2007 wordt de wet aangepast. Daardoor wordt Nederland het eerste niet-
Eisen medische geschiktheid
Amerikaanse land waar ‘bioptic driving’ is toegestaan.
Volgens de huidige regels mogen mensen met slaapstoornissen niet achter het stuur, omdat zij op onverwachte momenten in slaap vallen.
Het CBR nam voor het tweede jaar deel aan de werkgroep Ergoftal-
De Commissie Rooijackers, die in 2005 werd geïnstalleerd, onderzoekt
mologie van professor Norren. De werkgroep onderzoekt de gevolgen
of de regelgeving gezien de nieuwste medische inzichten kan worden
van gezichtsstoornissen op het dagelijks functioneren. De werkgroep
aangepast. De commissie brengt naar verwachting begin 2007 advies
organiseerde in het verslagjaar het congres ‘Oog en werk’ voor
uit aan de minister van Verkeer en Waterstaat.
bedrijfs- en oogartsen.
Op verzoek van het CBR leidde professor Brouwer een commissie die
Voorlichting
de normen toetst waaraan mensen met beginnende dementie moeten
De medisch adviseurs van het CBR geven regelmatig presentaties om
voldoen om te mogen autorijden. Op aangeven van de Stichting
de wettelijke regels en richtlijnen onder de aandacht van professionals
Alzheimer Nederland had verkeersminister Peijs het CBR gevraagd na
en het publiek te brengen. In 2006 vonden presentaties plaats voor
te gaan of de normen nog actueel zijn. De mogelijkheden om met
onder meer bedrijfsartsen, verzekeringsgeneeskundigen, geriatrische
beginnende dementie –mits goed begeleid– nog achter het stuur te
deskundigen en diverse patiëntenverenigingen.
zitten, zouden namelijk wel eens verbeterd kunnen zijn. Tot slot nam het CBR deel aan de werkgroep ‘Voorlichting rijgevaarlijke Met de verantwoordelijke instanties voor de scheepvaart, de luchtvaart
geneesmiddelen’ van het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Inzet
en het spoor werd overlegd over mogelijkheden om de keuringen en
van de werkgroep was om de voorlichting op dat gebied te verbeteren.
eisen voor de medische geschiktheid op elkaar af te stemmen.
19
‘Het CBR is meer marktgericht geworden’ Landelijk verkeersofficier mr. Koos Spee heeft de leiding over het Bureau Verkeershandhaving Openbaar ministerie (BVOM). Hij is één van de drie belangrijke partners die in dit jaarverslag kort hun indruk van het CBR geven. Het BVOM heeft bij het CBR vooral te maken met de divisie Vorderingen. Koos Spee is geboren en getogen in Rijswijk. ‘Ik heb daar in mijn jonge jaren het hoofdkantoor van het CBR gebouwd zien worden. Later heb ik er mijn rijbewijs gehaald. Na twee keer. De eerste keer had ik een examinator die bij het wegrijden met een potlood in de aanslag zat om aan te strepen wat er misging. Daar werd ik zo zenuwachtig van, dat ik ben gezakt. De tweede keer ging het goed.’ Waar denkt u het eerst aan als u de naam CBR hoort? ‘Aan examen doen. En aan al die zenuwachtige mensen in de hal van het regiokantoor in Rijswijk als ik daar langskom voor overleg. Dan denk ik: gelukkig hoef ík dat gevoel niet meer te hebben.’ De landelijke verkeersofficier typeert het CBR met ‘Zit een beetje tussen een ambtelijke organisatie en een bedrijf in. Soms met bureaucratische trekjes. Dat stel ik ook wel eens aan de orde. En daar wordt vervolgens op ingespeeld.’ ‘Door de jaren heen is het CBR meer marktgericht geworden. De organisatie kijkt wat hij nog meer kan betekenen op het gebied van de verkeersveiligheid. Dat is een prima ontwikkeling.’ Wat Spee met name goed vindt, is de onafhankelijkheid. ‘Ik heb nog nooit gehoord dat er bij het CBR wat te ritselen valt. Dat vind ik in een democratie heel belangrijk.’ Wat kunnen we verbeteren? ‘Het CBR zou meer aan PR kunnen doen. De divisie Vorderingen heeft een belangrijke taak. Je kunt als CBR naar buiten brengen dat je je rijbewijs krijgt als je je best doet. Maar ook dat het weer ingenomen kan worden als je je misdraagt. Dat roepen wij als Bureau Verkeershandhaving; maar het is goed als het ook gezegd wordt door de organisatie die de vergunning afgeeft.’ Koos Spee zou de Rijopleiding in stappen die in dit jaarverslag wordt beschreven, het liefst verplicht stellen. ‘Ik ben ook voorstander van een APK voor de automobilist. Ik vind dat iedere rijbewijsbezitter eens in de vijf jaar bijgeschoold moet worden. Denk aan een paar theorie- en praktijklessen.’ Spee kent de pleidooien van het CBR op dat gebied, maar weet ook dat het CBR de besluitvorming niet zelf in de hand heeft. ‘Het exameninstituut kan aangeven wat het graag wil. Maar het is het ministerie van Verkeer en Waterstaat dat uiteindelijk beslist.’ In hoeverre draagt het CBR bij aan de verkeersveiligheid?
20
‘Door onafhankelijk examen af te nemen zorgen jullie ervoor, dat de bestuurder voldoet aan de minimumeisen voor een veilige verkeersdeelname. Door streng en rechtvaardig te examineren voorkom je dat er mensen op de weg komen die er niet thuishoren. Een andere bijdrage levert het CBR door een rijbewijs ongeldig te verklaren als iemand lichamelijk of geestelijk niet in staat is om te rijden.’ De voorman van het BVOM ziet nog voldoende nieuwe mogelijkheden voor het exameninstituut. ‘Het CBR is degene die de rijvergunning verstrekt. Daarom hoort daar ook de bewaking thuis: gaat iemand verantwoord met de vergunning om; moet de vergunning worden ingenomen of kan hij worden teruggegeven.’ ‘En als het gaat om mobiliteitsexamen, zijn er nog legio mogelijkheden. Denk maar aan het tractor examen en de ruiterexamens.’
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Onverantwoord rijgedrag De divisie Vorderingen van het CBR is belast met de zogeheten
De vorderingsprocedure is een administratief-rechterlijke maatregel
vorderingsprocedure. Deze procedure wordt gestart tegen mensen
in het kader van de verkeersveiligheid, uit naam van de minister van
van wie de politie, de officier van justitie of de directeur van het CBR
Verkeer en Waterstaat. Volgens onderzoek van het Amersfoortse
vermoedt dat zij ongeschikt zijn om een voertuig te besturen.
adviesbureau DHV scheelt de maatregel jaarlijks 27 verkeersdoden.
Overtreders kunnen worden verplicht tot een onderzoek of een EMA-cursus, een Educatieve Maatregel Alcohol en verkeer. Het
Onderzoeken en EMA-cursussen
onderzoek kan over de medische geschiktheid of de rijvaardigheid gaan. De uitkomst kan ertoe leiden dat het rijbewijs ongeldig wordt
In 2006 besloot de divisie Vorderingen ruim 7.700 maal tot een
verklaard.
onderzoek naar de rijgeschiktheid of rijvaardigheid van bestuurders.
Mededelingen van de politie
2003 18.197
2005
2006
19.999 21.426
2004
17.900
Psychiatrisch onderzoek (alcohol) 4.749 5.078 4.942 5.146 Medisch onderzoek
1.354
1.671
1.863
1.900
Onderzoek rijvaardigheid 765 711 740 674 EMA-cursus 9.117
10.288
11.161 9.321
Rijbewijs ongeldig verklaard 5.890 6.917 7.462 6.526 - vanwege alcoholmisbruik 3.463 4.428 4.758 4.223 - i.v.m. EMA-cursus
1.395
1.731
1.820
1.759
Bezwaarschriften 2.592 2.977 2.715 2.361 - waarvan gegrond 207 267 288 238
21
Dit is een stijging van iets meer dan twee procent, die vooral
Medisch onderzoek
werd veroorzaakt door een beperkte categorie hardnekkige
Wie met een alcoholpromillage van 1,8 of hoger wordt aangehouden,
overtreders.
komt in aanmerking voor een medisch onderzoek. Wie daar rijgeschikt blijkt, moet alsnog naar een EMA-cursus. Ook bestuurders die onder
Alcohol
invloed van drugs of medicijnen achter het stuur zitten en worden
Bij 76 procent van de besluiten op een politiemelding was alcohol
aangehouden, komen in aanmerking voor een –vaak medisch–
misbruik in het spel, tien procentpunt minder dan in 2005. Naast
onderzoek. Wie ongeschikt blijkt om nog achter het stuur te zitten,
alcoholmisbruik betroffen de meldingen verwardheid, agressie,
moet het rijbewijs inleveren. Het aantal verwijzingen naar een
drugsbezit of rijden onder invloed van drogerende stoffen. Deze
medisch specialist steeg met twee procent tot 1.900.
categorie steeg met twee procent. Rijtests
22
Wie met een alcoholpromillage tussen 1,3 en 1,8 achter het stuur zit
Bestuurders met opvallend slecht rijgedrag komen in aanmerking voor
en wordt aangehouden, komt in aanmerking voor een driedaagse
een onderzoek naar de rijvaardigheid. Rijvaardigheidsadviseurs van de
cursus in het kader van de Educatieve Maatregel Alcohol en verkeer
divisie BNOR (Bureau nader onderzoek rijvaardigheid) van het CBR
(EMA). Het CBR legt een overtreder deze cursus op na een melding
nemen in het kader van de vorderingsprocedure rijtests en theorie-
(‘mededeling’) van de politie. Het rijbewijs wordt ongeldig verklaard
toetsen af bij bestuurders bij wie twijfel bestaat over de rijvaardigheid.
als de overtreder weigert aan de cursus deel te nemen.
In 2006 ging het in meer dan de helft van de gevallen om rijbewijs
Bestuurders doen in de cursus kennis op over de effecten van alcohol
bezitters van zeventig jaar en ouder.
op de verkeersveiligheid en analyseren de motieven voor hun alcoholgebruik om hun houding en gedrag te verbeteren.
Rijbewijs ongeldig
Het totaal aantal deelnemers aan de EMA-cursus nam in het
In totaal werd 6.526 keer besloten het rijbewijs ongeldig te verklaren.
verslagjaar licht toe, doordat nog een aantal bestuurders op cursus
Bij 65 procent van de ongeldigverklaringen ging het om overmatig
moest op grond van een besluit uit 2005. Los van deze restgroep
alcoholgebruik, een daling van ruim elf procentpunt. Van de ongeldig
moesten ruim negenduizend rijbewijsbezitters zich melden bij een
verklaringen werd 27 procent veroorzaakt doordat bestuurders niet
Instelling voor Verslavingszorg, 16,5 procent minder dan in 2005. Er
meewerkten aan de verplichte EMA-cursus. De daling onder ongeldig-
lijkt sprake te zijn van een kentering in het alcoholgebruik. De trend
verklaringen hing samen met het dalend alcoholgebruik onder
wordt om niet te drinken als er nog gereden moet worden.
rijbewijsbezitters.
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Bezwaar en beroep Wie het niet eens is met een besluit van de divisie Vorderingen kan bezwaar, beroep en hoger beroep aantekenen bij respectievelijk de divisie zelf, de bestuursrechter en de Raad van State. In 2006 werden 2.361 bezwaarschriften behandeld, een daling van dertien procent. Tien procent van de bezwaren werd gegrond verklaard, wat overigens niet automatisch tot stopzetting van een procedure leidde. De toewijzingen konden namelijk ook betrekking hebben op onjuistheden in details van de procedure. De scherpe daling van het aantal bezwaarschriften hing samen met de daling van het aantal verwijzingen naar EMA-cursussen. Ook de verbeterde informatievoorziening aan het begin van de vorderings procedure zal het aantal bezwaarschriften omlaag hebben gebracht. Ketenpartners Met het Bureau Verkeershandhaving van het Openbaar Ministerie (BVOM) vond periodiek overleg plaats om tot een goede afstemming te komen tussen de taken van het Openbaar Ministerie en de divisie Vorderingen van het CBR. Daarnaast vindt intensief contact plaats met instellingen in de verslavingszorg, met name waar het gaat om misbruik van alcohol in het verkeer.
23
‘Het CBR heeft een hard bestaan’ Directeur ir. Fred Wegman leidt de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV). Hij is één van de drie belangrijke partners die in dit jaarverslag hun indruk van het CBR geven. Wegmans vroegste herinneringen aan het CBR gaan, zoals bij velen, terug tot z’n rijexamen. ‘Dat was 34 jaar geleden in Amsterdam. Het examen zelf was heel plezierig. De sfeer in de auto was heel relaxed. Dat deed die examinator wel goed. En zo ben ik in één keer geslaagd.’ ‘In die tijd was het allemaal minder gestructureerd. Er was nog geen tussentijdse toets en er werden geen logboeken bijgehouden door de rijopleider. Ook was er geen informatie over de kwaliteit van de rijscholen. Wat dat betreft is het nu een stuk beter.’ Hoe zou u het CBR karakteriseren? ‘Het is aan de ene kant een behoorlijk professionele organisatie waar de focus nu echt op het goed afnemen van examens is gericht. Aan de andere kant lijkt het alsof de kwaliteit van het product varieert. Er is altijd wat met het examen. Dan is er kritiek op de wachttijden en dan weer op de theorievragen. Dat is ook niet zo gek voor een organisatie die in het brandpunt van de belangstelling staat.’ ‘Het CBR heeft dus een hard bestaan en daar moet je een goed verhaal voor hebben. Je kunt dan heel defensief worden, maar je kunt ook kijken naar wat je kunt doen met de kritiek. Wij kunnen het CBR daarin bijstaan.’ ’Te prijzen valt in ieder geval dat het CBR de wil uitstraalt een goed en professioneel exameninstituut te zijn, zodat er veilige weggebruikers worden afgeleverd. De laatste jaren zie je die focus steeds beter.’ Wegman zegt te spreken te zijn over de open houding van het CBR tegenover kennis en inzicht van buiten de organisatie, zowel wetenschappelijk als praktisch. ‘Daarin zie ik de behoefte om het product beter te maken. Dat vind ik heel goed, ook al stelt het CBR zich daarmee kwetsbaar op.’ Wat kan het CBR verbeteren? ‘Dat kan ik moeilijk zeggen. Hoe weten we of het CBR goed is? Eigenlijk zouden externen de bedrijfsprocessen en de kwaliteit van het product periodiek onder de loep moeten nemen. Kwaliteitscontrole dus, waarbij je ook naar het eindresultaat kijkt. Ik merk niet dat het CBR dat doet. Van belang is dan dat je weet wat je van je examenmethode moet meten: namelijk of mensen op een veilige manier zelfstandig aan verkeer kunnen deelnemen.’ De SWOV-directeur signaleert dat er bij het CBR steeds meer accent komt te liggen op inhoudelijke verbeteringen van het examen. ‘Er is ook een enorme ontwikkeling richting het toetsen van het inzicht van de verkeersdeelnemers. Het CBR staat niet stil. Dat vind ik mooi.’
24
Wegman vindt de bijdrage van het CBR aan de verkeersveiligheid moeilijk vast te stellen. ‘Het is bijvoorbeeld lastig aan te geven wat het effect is van de rijopleiding en het rijexamen, simpelweg omdat er niemand rondrijdt die geen examen heeft gedaan. Maar vanuit de theorie en onderzoeksresultaten uit het buitenland kun je wel stellen dat je geen veilige bestuurders krijgt als je leert rijden met vallen en opstaan. Ervaring opdoen onder gecontroleerde omstandigheden –bijvoorbeeld via begeleid rijden– is een mogelijkheid die in het buitenland zijn effecten bewezen heeft.’ ‘Het CBR heeft als exameninstituut een heldere missie. Dat is goed. Ik ben nooit zo’n voorstander geweest van jullie hybride model van enkele jaren geleden. Dat is vragen om moeilijkheden. Ik zie wel wat in een CBR als kennisinstituut rond rijexamens en rijopleidingen. Het CBR bemoeit zich niet met rijopleidingen en dat zie ik als een uitgangspunt. Maar er moet toch een manier gevonden worden om de kwaliteit van het complete rijbewijstraject te waarborgen en te verbeteren.’
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Ontwikkeling en innovatie Elk jaar besteedt het CBR een belangrijk deel van de menskracht
eerder voorstel voor twee deelexamens af, ook al was er –wat het CBR
en de middelen aan innovatie en verbetering van de dienstverlening
betreft– reden om aan te nemen dat de kwaliteit van het examen en de
en de producten. Het gaat daarbij vooral om de vorm en inhoud van
verkeersveiligheid bij een getrapte opbouw gebaat zouden zijn.
de examens en om efficiency- en effectiviteitsverbetering van de
In het verslagjaar zijn drie werkgroepen van in- en externe deskundigen
administratieve processen en de informatisering. Op deze manier
aan de slag gegaan met de nieuwe exameninhoud, de inpassing van de
wordt ingespeeld op actuele technologische ontwikkelingen en
RIS in het nieuwe examen en de organisatorische en financiële aspecten.
toekomstige (verkeers)wetgeving. De bedoeling daarvan is de
In 2007 vinden proeven plaats om de uitvoerbaarheid te testen.
kwaliteit van de dienstverlening en de voorbereiding op de deelname aan het verkeer verder te perfectioneren.
Bromfiets en brommobiel
Dergelijke innovatieve verbeteringstrajecten werden in het verslagjaar
Om het aantal verkeersslachtoffers verder te verminderen heeft het
zowel centraal als in de regio’s en bij de divisies ingezet.
ministerie van Verkeer en Waterstaat het CBR verzocht om –naast het bestaande theorie-examen– een praktijkexamen voor de bromfiets
Examens
te ontwikkelen. Leerlingen moeten zich via de nieuwe opleiding en het nieuwe examen bewust worden van de onbeheersbaarheid van
Medio 2006 kreeg het CBR van de minister van Verkeer en Waterstaat
gevaarlijke verkeerssituaties. Daarin voorziet het huidige examen,
opdracht het theorie- en praktijkexamen voor de personenauto te
waarin uitsluitend theoriekennis en -inzicht worden getoetst, te weinig.
vernieuwen. Gezien haar streven om het aantal ongevallen met
Het CBR heeft brancheorganisaties en andere betrokkenen geraad-
beginnende bestuurders verder omlaag te brengen, moet in de
pleegd en een voorstel ingediend.
vernieuwde opzet meer aandacht komen voor de toetsing van
Ook voor brommobielbestuurders is desgevraagd een voorstel voor
begripsmatige kennis en verkeersinzicht. Het gaat met name om
een examen met een theorie- en een praktijkonderdeel ontwikkeld.
de zogeheten vaardigheden van hogere orde, zoals verkeersinzicht, gevaarherkenning en zelfreflectie. Ook Het Nieuwe Rijden krijgt vanaf
College van deskundigen
2008 een vaste plaats in het examen.
Nieuwe theorie-examenvragen worden sinds medio 2005 voorgelegd aan een college van deskundigen. Deze in- en externe experts beoor-
Kostenbeheersing
delen de vragen op didactische kwaliteit, taalgebruik en verkeers
Om de consument niet op extra kosten te jagen mocht het nieuwe examen
kundige aspecten. Pas daarna verwerkt het CBR de vragen in de
qua structuur niet afwijken van het huidige. Daarom wees de minister een
theorie-examens.
25
Ruiters
komt er een einde aan een wirwar van 110 verschillende rijbewijzen.
In maart sloot het CBR een intentieovereenkomst met de Stichting
De RDW, de Vereniging Nederlandse Gemeenten en het CBR bereid-
Rijvaardigheidsbewijzen Recreatieruiter (SRR). De overeenkomst had
den de invoering van het nieuwe document voor en stemden hun
tot doel de ruiterexamens met behulp van de expertise van het CBR te
processen op elkaar af. Op 2 oktober 2006 was de invoering een feit.
optimaliseren en eventueel in de wet te laten vastleggen. Voor het CBR is het een nieuwe stap in het verbreden van het productenpakket.
Papierloos traject
De SRR, die rijvaardigheidsexamens afneemt voor recreatief
Het CBR controleert kandidaatgegevens in de nieuwe opzet zowel bij
paardrijden, is met ruim zesduizend examens per jaar het enige door
een examenaanvraag als bij een vernieuwing de via de Gemeentelijke
paardensportorganisaties en de overheid erkende exameninstituut op
Basisadministratie. Hierbij dient het Burgerservicenummer als
dit gebied.
uitgangspunt. Hierdoor is er geen fraude meer mogelijk bij invoering van kandidaatgegevens en is het maken van fouten uitgesloten.
26
Rijopleiding in stappen
Met de invoering –en in combinatie met het nieuw ingevoerde
In de Raad van Advies RIS –een vertegenwoordiging van alle
papierloos examen (zie verder)– zijn de papieren verklaringen van
branchepartijen– zijn de taken en verantwoordelijkheden van alle
rijvaardigheid en medische geschiktheid geschiedenis; zij leggen nu
betrokken organisaties herzien en is gezocht naar mogelijkheden om
een digitale weg af.
de Rijopleiding in stappen voor de opleiders extra meerwaarde te
De gegevens van geslaagde en medisch geschikte kandidaten worden
geven. Eén daarvan is de mogelijkheid voor examenkandidaten om
sinds 1 oktober 2006 digitaal verstuurd naar het CRB (Centraal
vanaf 2008 bij het vernieuwde rijexamen te kiezen voor het volgen van
Register Rijbewijzen en Bromfietscertificaten). Gemeenten gebruiken
het RIS-traject, inclusief de bijbehorende deeltoetsen.
bij de aanvraag van een rijbewijs uit dat register de gegevens van de aanvrager.
Vernieuwingen in processen Tegelijk met de invoering van het nieuwe rijbewijsdocument werd Rijbewijs: nieuw document
de bromfiets een nieuwe rijbewijscategorie en kwam het bromfiets-
In het kader van de Europese harmonisatie ontwikkelde ook Nederland
certificaat te vervallen.
een nieuw rijbewijs op het formaat van een creditcard. De nieuwe uitvoering is beter bestand tegen fraude. Als alle lidstaten van de
Met succes werd in het verslagjaar een papierloze afhandeling van de
Europese Unie op het uniforme kleine formaat zijn overgestapt,
praktijkexamens in gebruik genomen. Vanaf 1 februari werden steeds
CBR jaarverslag 2006
meer examinatoren uitgerust met een pda (personal digital assistant
Reserveren via rijschool en internet
of minicomputer), waarop na het examen de beoordeling wordt inge-
Eind 2006 ging een proef van start met het reserveren en direct betalen
toetst. Deze wordt vervolgens doorgeseind naar de centrale computer.
van theorie-examens via de rijscholen en de website van het CBR.
In oktober waren alle examinatoren op de digitale afhandeling
Daartoe werden in de examenplaatsen van regio Oost de reserveer
overgestapt.
mogelijkheden via het 0900-nummer en bij de balie afgeschaft.
Met het papierloos examineren kan een rijschool tot één dag voor de
Met de nieuwe voorziening moet de voorbereiding van leerlingen op
examendatum de naam van een kandidaat aanmelden. Rijscholen
het theorie-examen verbeteren. Door reserveren op het examencen-
kunnen hierdoor aanzienlijk flexibeler zijn in hun service aan de klant.
trum af te schaffen verdwijnt het veelgebruikte gokelement uit het
Spoedaanvragen voor examens –en daarmee spoedkosten– zijn met
theorie-examen. Nu proberen kandidaten te vaak om direct na een
papierloos examineren dan ook niet meer nodig. Daarnaast maakt de
mislukt examen nog dezelfde dag een nieuwe poging te wagen. Dan
komst van de zakcomputer frauderen aanzienlijk moeilijker.
is van goede voorbereiding geen sprake. Dat heeft zijn weerslag op de kennis die later in het verkeer nodig is.
Nieuw theorie-examensysteem Niet alleen de inhoud van het theorie- en praktijkexamen verandert,
Als de proef slaagt, kan vanaf 2007 in het hele land alleen nog via de
maar ook de infrastructuur. Het huidige theorie-examensysteem is
rijschool en via de CBR-website worden gereserveerd . De betalingen
verouderd en aan vervanging toe. Bovendien is het niet toereikend om
lopen via iDeal, de veilige betaalmogelijkheid van de grote banken.
–als onderdeel van het nieuwe rijexamen dat in 2008 wordt ingevoerd– theorie-examens af te nemen die tegelijk op kennis, inzicht en
Dossierafhandeling vernieuwd
risicoherkenning toetsen.
Bij de divisie Vorderingen werd een nieuw geautomatiseerd systeem
Met de nieuwe infrastructuur moeten tegelijkertijd verschillende typen
voor de afhandeling van dossiers in gebruik genomen. Met het
theorie-examens individueel op computers kunnen worden afgeno-
zogeheten workflowsysteem kan de divisie Vorderingen de gegevens
men. De flexibiliteit neemt daardoor toe. Dat zal de dienstverlening
van bestuurders naar wie een onderzoek loopt, sneller uitwisselen.
aan kandidaten en rijscholen ten goede komen.
Elk nieuw dossierstuk komt vrijwel automatisch terecht bij de CBR-
In 2006 werd het programma van eisen voor het nieuwe systeem
medewerker die voor het dossier verantwoordelijk is. Voor soortgelijke
samengesteld. Het streven is de nieuwe infrastructuur in 2008 in
doeleinden zal in 2007 een systeem voor de medische discipline
gebruik te nemen.
worden ontwikkeld.
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
27
Planningssysteem examens
Opleiding en ontwikkeling
Na het systeem voor de examenreserveringen was in het verslagjaar het examenplanningssysteem aan vervanging toe. Er werd een begin
Het CBR besteedt van oudsher veel aandacht aan opleiding en ontwik
gemaakt met het programma van eisen. Het nieuwe systeem is meer
keling. Want voor de best mogelijke producten en processen is het van
dan alleen een flinke steun in de rug voor de planners: het zal er ook
belang om kennis en inzicht continu op een hoger peil te brengen.
toe leiden dat de organisatie van zes systemen naar één systeem gaat.
In het verslagjaar werd de opleiding van examinatoren verder ontwikkeld tot een competentiegericht model. Daarin krijgt het opdoen van ervaring
Fraudebestrijding en -preventie
een grotere betekenis. De nieuwe opleiding beslaat drie fasen:
Sinds het Versneld bijzonder examen in april 2005 werd afgeschaft,
- de voorfase van vijf weken: In deze periode werkt de aspirant-
is het aantal fraudepogingen toegenomen. Het gaat vaak om dub-
examinator in eigen tijd vier tot acht uur via e-learning aan zijn theorie-
belgangers en voorzeggen in groepsverband. Daarom is al in 2005
kennis. Daarnaast zijn er vier bijeenkomsten. Aan het einde van deze
een begin gemaakt met het trainen van alle medewerkers die direct
28
bij de examens betrokken zijn in het herkennen van valse documenten
fase beslissen de aspirant en het CBR of zij een dienstverband aangaan. - de tussenfase van één tot twee maanden: de examinator-in-opleiding
en dubbelgangers.
werkt gemiddeld acht uur per week via e-learning aan zijn theorieken-
Aan het begin van het verslagjaar is een Permanente Commissie
nis. Tijdens vier bijeenkomsten worden de vereiste communicatieve
Fraudepreventie ingesteld. De commissie rapporteert rechtstreeks aan de directie. Op advies van de commissie zijn procedures beter
vaardigheden ontwikkeld. - de hoofdfase van acht weken: deze vindt in het opleidingscentrum in
bestand gemaakt tegen fraude en is er extra aandacht besteed
Leusden plaats en wordt afgesloten met de toets Examentechnische
aan het voorlichten van kandidaten over de consequenties van
vaardigheden. Daarna begint de examinator in één van de vijf regio’s als
fraudepogingen.
zelfstandig examinator. De eerste tijd wordt hij of zij daarbij gecoacht.
Validiteit examens
Internationaal
Met de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) werd een intentie-overeenkomst gesloten om gezamenlijk
Onder meer via de internationale bundeling van rijexameninstituten
onderzoek te verrichten naar onder meer de validiteit en betrouwbaar-
CIECA (Commission Internationale des Examens de Conduite Auto-
heid van nieuwe manieren van toetsen. Met de resultaten wil het CBR
mobile) leverde het CBR een bijdrage aan de innovatie van wet- en
de kwaliteit van het theorie- en praktijkexamen verder verbeteren.
regelgeving. Het CBR bekleedde de functie van vice-president van
CBR jaarverslag 2006
CIECA en vice-voorzitter van de Expert Advisory Group.
naar de beleidsmakers. Samen met het Amersfoortse onderzoeks
Het CBR droeg in CIECA-verband bij aan de volgende projecten:
bureau DHV is CIECA binnen dit project verantwoordelijk voor het
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
vaststellen van ’best practices’ op het gebied van de rijopleiding, Medril
het rijexamen en het uitreiken van rijbewijzen.
Onder leiding van CIECA nam het CBR deel aan het project ‘Medril’, gedeeltelijk gefinancierd door de Europese Commissie. Het project is
Independent Driving
bedoeld om inzicht te krijgen in de periodieke medische keuring voor
In 2006 is CIECA een programma gestart met interne projecten. Eén
het autorijbewijs voor alle Europeanen. Daartoe voerden Finland,
van deze projecten is ‘Zelfstandig rijden’. Daarin wordt gekeken naar
Luxemburg, Nederland en Spanje rijbewijskeuringen uit via een vast
het invoeren van zelfstandig rijden in het praktijkexamen en worden
protocol en vergeleken ze de resultaten. Daarnaast is er gekeken naar
mogelijke alternatieven onderzocht voor de huidige praktijk in Europa.
het traject voor voertuigaanpassingen. Expert Advisory Group Portare
Een van de belangrijkste taken van de Expert Advisory Group (EAG)
Met Duitsland, Groot-Brittannië, Italië en Zweden startte het CBR
van CIECA is een bijdrage te leveren aan de verbetering van de
onder de naam ‘Portare’ de samenstelling van een Europees
rijexamens in Europa. De EAG doet dit door de praktijkexamens in
handboek over de achtergronden, inhoud en werkwijze bij rijtests.
verschillende landen bij te wonen en adviezen te geven voor verbete-
Gezien de vergrijzing van de bevolking en de maatschappelijke roep
ring. Dit jaar heeft de EAG adviezen uitgebracht over het examen in
om minder verkeersongevallen, neemt de belangstelling voor het
Noord-Ierland en Tsjechië.
instrument rijtest toe. Het biedt de mogelijkheid om de vaardigheid en geschiktheid van bestuurders te toetsen, ook als zij al jaren ervaring
Workshop Europese richtlijn vakbekwaamheid
hebben.
In maart organiseerde CIECA in samenwerking met Eurotra (de
Supreme
chauffeurs) een workshop waarin met een vertegenwoordiger van de
‘Supreme’ is een project van de Europese Commissie, onder leiding
Europese Commissie de inhoud van de Richtlijn vakbekwaamheid
van het Oostenrijkse onderzoeksinstituut Kuratorium für Verkehrssich-
werd behandeld. Het CBR presenteerde zijn huidige examinerings-
terheit. In Supreme wordt gekeken naar goede maatregelen voor de
traject voor beroepschauffeurs en zijn visie op het invullen van de
verkeersveiligheid. Deze informatie wordt vervolgens doorgespeeld
eisen voor de nieuwe Europese richtlijn.
Europese overkoepelende organisatie voor opleidingen voor beroeps-
29
Dicht bij kandidaat en rijschool Bijna negentig procent van het werkaanbod van het CBR bestaat uit
voor het uitwisselen van informatie en ideeën. Daarnaast organiseren
het afnemen van theorie- en praktijkexamens en het verwerken van
regio’s thema-avonden of besteden ze in speciale bijeenkomsten
aanvragen voor de medische Verklaringen van geschiktheid. De regio’s
aandacht aan nieuwe examenontwikkelingen.
en divisies van het CBR zijn belast met het leeuwendeel van deze
In het verslagjaar werd in de overleggen onder meer aandacht
werkzaamheden. Daarnaast leverden zij in het verslagjaar een grote
besteed aan de Rijopleiding in stappen, de ontwikkelingen in het
bijdrage aan de innovatieprojecten van het CBR.
BE-examen, beoordeling en normering, de medische beoordeling,
De medische en examenactiviteiten zijn gedecentraliseerd om
slagingspercentages, het motorexamen, faalangst, het papierloos
letterlijk en figuurlijk dichter bij de klanten en de partners (de
examen, het nieuwe rijbewijsdocument en het nieuwe reserverings-
rijscholen) te staan. Een terugblik op de activiteiten in de regio’s is
systeem voor theorie-examens.
dan ook altijd een beoordeling van het succes van de dienstverlening
30
en van de afstemming van de dienstverlening en producten op de
De algemeen directeur bracht werkbezoeken aan rijscholen, onder
regionale markten.
meer om rechtstreeks van de rijschoolhouders te horen wat hen bezighoudt.
Samenwerken met opleiders Ook door regelmatig overleg met de brancheorganisaties BOVAG Samenwerking tussen opleiders en examinatoren is van belang voor
en FAM investeren de CBR-regio’s in de samenwerking met de
een gerichte voorbereiding van leerlingen op deelname aan het
rijscholen. In elke regio kwam men in het verslagjaar herhaaldelijk
wegverkeer. Door de komst van de Rijopleiding in stappen, de
bijeen om aandacht te besteden aan lopende vraagstukken en
structurering van het relatiemanagement en de nauwe betrokkenheid
nieuwe ontwikkelingen.
van de branche bij de innovaties van het CBR is de samenwerking de afgelopen jaren toegenomen.
Kwaliteit van de dienstverlening
Voor nieuwe opleiders werden kennismakingsbezoeken georganiseerd. Het management van de regio’s bezoekt de rijscholen
De regio’s en divisies streven voortdurend naar kwaliteitsverbetering.
regelmatig of ontvangt de opleiders op het regiokantoor.
In dat verband vonden succesvolle audits plaats voor verlenging van de ISO-certificering 9001:2000.
In elke regio vindt een- tot tweemaal per jaar op elke examenplaats
In regio West-Zuid (provincie Zuid-Holland) werd een tevredenheids
overleg plaats met de rijscholen. Dit overleg is een nuttig hulpmiddel
onderzoek gehouden onder klanten van de medische administratie
CBR jaarverslag 2006
en onder kandidaten en rijscholen die een jaar eerder een klacht
onder meer deel aan projecten om de veiligheid onder bromfietsers
hadden ingediend. Verbeterpunten uit beide onderzoeken leidden tot
en ouderen te bevorderen.
aanpassingen in de procedures.
Regio Zuid was deelnemer aan een open dag voor motorrijders
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
en een project om helmgebruik te bevorderen, beide in Limburg. Kwaliteit op locatie
Daarnaast participeerde deze regio in verkeerseducatiedagen in
Zes examencentra werden in 2006 vernieuwd. De ingrepen varieer-
Landgraaf en een bromfietsdag in Breda, waar de theoriekennis
den van verhuizingen tot meer of minder ingrijpende opknapbeurten.
van de bezoekers van deze bijeenkomsten werd getoetst. Dat laatste
Deze investeringen bevorderen de gebruikswaarde en de uitstraling
gebeurde ook op een middelbare school in Roermond.
van de accommodaties. Daarmee wil het CBR het imago van moderne, klantvriendelijke dienstverlener onderstrepen.
Media In alle regio’s was frequent contact met de regionale media. Met
Maatschappelijke contacten
name het motorexamen, de Rijopleiding in stappen, gevallen van examenfraude en uitval van examens door slecht weer leidden tot
Traditiegetrouw was er in de regio’s veel aandacht voor de maatschap-
publicaties en uitzendingen. Daarnaast waren de examencentra met
pelijke contacten. Het zijn goede gelegenheden om de betrokkenheid
regelmaat het decor van opnamen voor landelijke tv-programma’s.
van het CBR bij de samenleving te benadrukken. Naast deelnemer aan de Regionale Organen voor de Verkeersveiligheid waren onze vestigingen ook gastheer voor delegaties uit binnenen buitenland. Medewerkers uit de regio’s droegen bij aan landelijke evenementen, zoals de beurzen Motor en Support en Het Nationale Verkeersexamen op SBS 6. Manifestaties Regio West-Noord (Noord-Holland en Utrecht) werkte in het verslagjaar mee aan een campagne om het helmgebruik onder bromfietsers te bevorderen. Regio Oost (Flevoland, Gelderland, Overijssel) nam
31
‘Schoenmaker blijf bij je leest’ Hij bestiert de grootste verkeersschool in de regio Utrecht en is voorzitter van BOVAG Verkeersopleidingen. Boudewijn Bruinsma hoort tot de drie belangrijke partners die in dit jaarverslag kort hun indruk van het CBR geven. ‘Toen ik zevenendertig jaar geleden met m’n rijschool begon, was het CBR een ‘low profile’ exameninstituutje. Het viel niet op. Het examinatorencorps bestond uit baronnen, oud-politieagenten. Het was een beetje een elitaire club mensen. In de loop der tijd hebben ze zich echter ontwikkeld tot professionals.’ Bruinsma noemt het CBR ‘De meest bepalende factor voor de rijschoolwereld.’ ‘In het verleden was het een organisatie die haar eigen plan trok en onafhankelijk van de branche belangrijke beslissingen nam. Nu is het meer een organisatie die samen met branchegenoten streeft naar het verbeteren van de verkeersveiligheid en hierover overleg pleegt met organisaties die er daadwerkelijk toe doen.’ Wat betekent die verandering voor de uitstraling?
‘De status van de CBR-examinator is gelijkgetrokken met die van andere beroepsgroepen. De organisatie is opener geworden en haakt nu goed in op alle moderne technieken en mogelijkheden.’ Goed is het exameninstituut volgens de branchevoorzitter in ‘Examineren en communicatie op de werkvloer: de examencentra.’ Hij is ruimhartiger als het om verbeteringen gaat. ‘Allereerst de BOVAG erkennen als enige brancheorganisatie. Wij brengen namelijk meer dan vijftig procent van alle CBR- en CCV-examens aan.’ ‘Verder zou het goed zijn om nog meer naar de consument kijken, er geen mentaliteit “van negen tot vijf ” op na te houden en sneller in te spelen op vraag en aanbod.’ In hoeverre is het CBR bij de tijd met het rijexamen?
‘Internationaal gezien zijn we al heel ver. We hebben bijvoorbeeld de minste verkeersdoden van Europa. Alle veranderingen in “Van Goed naar Beter” en het vernieuwde rijexamen worden echter door velen in de branche ervaren als “hoe houden we alle managers aan het werk”‘. Niettemin zet Bruinsma het CBR, als het om de betekenis voor de verkeersveiligheid gaat, op een tienpuntsschaal op zes. ‘Jullie horen tot de belangrijke organen. De rijopleiding is niet voor niets totaal aangepast aan de protocollen van het CBR-rijexamen.’
32
De branchevoorzitter pleit ervoor dat de taken beperkt blijven. ‘Het CBR moet zich, ondanks dat het een monopolist is, uitsluitend bezighouden met het afnemen van examens. Alle andere eventuele taken geven alleen maar ruis op de lijn. Schoenmaker, blijf bij je leest!’
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Door de ogen van de buitenwacht De contacten en de samenwerking met en de beeldvorming bij
Klantenmeting BOVAG
rijscholen, kandidaten en ketenpartners over het CBR zijn graadmeters
De rijscholendivisie van de BOVAG peilde in haar periodieke meting
voor onze effectiviteit. Zij bepalen mede het succes van een verslag-
onder leden de tevredenheid over het CBR. In het eindoordeel bleek
jaar.
de tevredenheid met één procent gestegen, maar de waardering voor de examinatoren met vele procenten méér. Zo steeg de waardering
Rijscholen
voor de omgang met vijftien procent en die voor de vakbekwaamheid met bijna tien.
De rijscholen en het CBR bedienen dezelfde markt. De leerling van de
Het CBR pakte drie aanbevelingen uit het onderzoek op. De examina-
één is de kandidaat van de ander. De opleiders en het exameninstituut
tor die de tussentijdse toets afneemt, was tot enkele jaren geleden
zijn voor een gedegen voorbereiding van aanstaande bestuurders op
ook degene die het afsluitende praktijkexamen afnam. Die lijn is
elkaar aangewezen.
losgelaten. Onder rijscholen –zo bleek uit het onderzoek– was
De formele relatie ligt vast in de inschrijfovereenkomst die het CBR
daarover nog onduidelijkheid. In de externe communicatiemiddelen
met elke rijschool heeft. Daarin zijn de kwaliteitsinzet van de rijschool
is er daarom nog eens uitdrukkelijk op gewezen dat de koppeling niet
en de tegenprestatie van het CBR vastgelegd. Daarnaast zijn er in
meer bestaat.
beleid en uitvoering intensieve contacten, met name over de vele vernieuwingen in opleiding en examen.
Verder besloot de divisie CCV op aanbeveling van de BOVAG-leden
In 2006 werd de samenwerking verder geïntensiveerd door geregeld
verhogen van zes naar acht.
overleg met de voorzitters van de brancheorganisaties. Inzet van het
En tot slot wordt de naam van de examinator niet langer vóór het
overleg was van CBR-zijde vooral om producten al in de ontwikke-
examen bij de rijschool gemeld; de rijschool krijgt nog slechts een
het minimum aantal examensessies voor Verkeer D per 2007 te
lingsfase voor te leggen aan de rijschoolbranche.
tafelnummer door. Daarmee wordt eventuele vooringenomenheid
Op de agenda van die bijeenkomsten stonden onder meer: de
voorkomen.
prognosesystematiek voor examens, de betrouwbaarheid van de slagingspercentages van rijscholen op de website rijschoolge
Reflector
gevens.nl, de vernieuwing en de papierloze afhandeling van het
Naast instructie en opleiding werd Reflector, het tijdschrift van het
rijexamen, de nieuwe manier van reserveren voor theorie-examens
CBR voor de ingeschreven rijscholen, benut om de branche op de
en de vervanging van de infrastructuur.
hoogte te houden van relevante ontwikkelingen. In de jaargang 2006
33
was er vooral aandacht voor het papierloos examineren en de
organisatie op de vingers te tikken. Eén van de aanbevelingen werd,
vernieuwing van examens. Ook vond een journalistiek verslag van
na overleg met de Nationale Ombudsman, niet overgenomen. De
de Rijschoollunch met professionals uit de rijopleiding zijn weg naar
overige klachten betroffen onder meer een te langzame afwikkeling
de opleiders.
van de vorderingsprocedure, foutieve voorlichting en het ontbreken van de mogelijkheid om achteraf een examen in te zien. De klachten
Klant tevreden?
werden opgelost met bijvoorbeeld een schadevergoeding en een aanpassing van het examenreglement.
Naast de resultaten van tevredenheidsonderzoeken benut het CBR klachten om verbeteringen in de producten, de processen of de
Van de klachten die bij het CBR binnenkwamen, bleken er 68 gegrond
organisatie aan te brengen. Klachten kunnen over de inhoud of het
of deels gegrond. Zulke conclusies kunnen bijvoorbeeld leiden tot een
verloop van het examen of de toets gaan, over het optreden of de
herkansing. Negen mensen trokken hun klacht in.
beslissing van de examinator of over de omstandigheden waaronder
34
het examen of de toets plaatsvond. Zij kunnen voor een belangrijk
Communicatie
deel voorkomen worden door gerichte en tijdige informatie aan opleiders, door aandacht voor samenwerking en vertrouwen en door
In het verslagjaar werden communicatiecampagnes georganiseerd
beperkte wachttijden.
over alle cruciale projecten en vernieuwingen. Steeds weer ging de interne communicatie vooraf aan de externe.
Klachten worden afgehandeld door het hoofd van de regio, divisie of
Na de definitieve opdracht van verkeersminister Peijs voor het
stafafdeling waar de klacht betrekking op heeft. Tijdens de procedure
ontwikkelen van het vernieuwde rijexamen werd vooralsnog uitslui-
wordt de medewerker die bij de klacht betrokken was, gehoord. Elk
tend gekoerst op betrokkenheid van en informatie aan de rijschool-
besluit wordt door de directie gefiatteerd.
branche en de eigen medewerkers. Bredere communicatie had het
Is een klager het met de afhandeling of uitspraak van het CBR niet
risico dat ontwikkelingen als feit werden uitgelegd en werd daarom
eens, dan is er nog de gang naar de Nationale Ombudsman mogelijk.
uitgesteld tot eind 2007.
In 2006 werden op ruim drie miljoen klantcontacten 334 klachten
Bij de invoering van de papierloze afhandeling van praktijkexamens werd
ingediend. Nog eens vijf klachten werden ingediend bij de Nationale
de samenwerking met de branche gezocht om steun voor de vernieu-
Ombudsman, die na onderzoek in de klachten aanleiding zag onze
wing te kweken en een aantal bezwaren bij de uitvoering op te lossen.
CBR jaarverslag 2006
De communicatie naar het publiek en de intermediairs over het
van de prestaties van de ingeschreven rijscholen te geven.
nieuwe rijbewijsdocument was een gezamenlijke onderneming met
Alle informatie over het rijbewijs wordt gebundeld aangeboden op
de RDW en de gezamenlijke afdelingen Burgerzaken van de Neder-
www.rijbewijs.nl, een coproductie van het ministerie van Verkeer en
landse gemeenten. Via digitale en traditionele media werd de
Waterstaat, de Dienst Wegverkeer RDW en het CBR.
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
verandering, die 1 oktober 2006 inging, bij een breed publiek onder de aandacht gebracht.
De voortdurende stijging van de bezoekcijfers gaat hand in hand met
De proef met reservering van theorie-examens via rijscholen en het
lijkheid van de websites. Jaarlijks wordt ten minste één van de web-
internet werd in regio Oost onder rijscholen en kandidaten indringend
toepassingen van het CBR verbeterd. Daarmee wordt voldaan aan de
gecommuniceerd.
vraag naar transparantie en goed bereikbare informatie. Op dit gebied
de toenemende populariteit van internet en de verbeterde toeganke-
is een verschuiving gaande van star drukwerk naar flexibel internet. In het kader van de fraudebestrijding werden kandidaten voorgelicht over de gevolgen. De media werden enkele keren benut om de
35
fraudepogingen verder terug te dringen. Maatregelen om de slagingspercentages op de website van het CBR betrouwbaar te houden, werden nadrukkelijk onder de aandacht van rijscholen en kandidaten gebracht.
?rijbewijs.nl
Verdeling bezoekcijfers websites 2006
?beroepschauffeu
Internet Het CBR benut het web intensief voor de communicatie met zijn doelgroepen. Naast een intranet voor de eigen gedecentraliseerde organisatie, wordt een extranet gebruikt voor de rijscholen. Voor examenkandidaten en het geïnteresseerde publiek is er de portal www.cbr.nl. Daar onderhoudt het CBR met het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de rijschoolbranche onder meer de website met slagingspercentages van rijscholen. Elk jaar weer worden op deze site verbeteringen aangebracht om een zo getrouw mogelijk beeld
beroepschauffeurs (cbr.nl) (8%)
rijbewijs.nl (17%)
slagingspercentages (cbr.nl) (20%)
slagingspercentag
personenauto, motor, bromfiets (cbr.nl) (55%)
cbr.nl
De identiteit van het CBR wordt niet alleen via vernieuwende diensten
Van de ruim veertienduizend deelnemende kijkers slaagde slechts
en producten, maar ook door vernieuwende webcommunicatie en
veertien procent. Dat was zeven procentpunt minder dan in 2005.
een geleidelijke verjonging van de huisstijl langzaam maar zeker
Het televisieprogramma biedt de gelegenheid om bij een groot aantal
herzien.
kijkers het belang van veiligheid op de weg onder de aandacht te brengen.
Buitenshuis Het CBR was in het verslagjaar deelnemer aan de publieksbeurs Motor 2006 en Support, beide in Utrecht. Via dergelijke manifestaties wordt vormgegeven aan de educatieve taak op het gebied van de verkeersveiligheid, aan imagoverbetering en aan samenwerking met de partners in de branche. Bij de publieksbeurzen is de laatste jaren een daling van de bezoekers-
36
aantallen te zien. De belangstelling voor vakbeurzen is onverminderd groot. Vele tientallen keren werd in de media aandacht besteed aan de visie en activiteiten van het CBR en gaven regionale en landelijke woordvoerders een reactie op actuele ontwikkelingen rond examineren voor de verkeersveiligheid. Het Nationale Verkeersexamen In samenwerking met VVN, ANWB, BOVAG, het ministerie van Verkeer en Waterstaat en productiemaatschappij IdtV werd op SBS 6 voor bijna anderhalf miljoen kijkers ‘Het Nationale Verkeersexamen 2006’ mogelijk gemaakt. In een avondvullende uitzending kon men thuis per sms aan een officieel theorie-examen deelnemen. Vier bekende Nederlanders deden in de studio hetzelfde examen.
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
37
Personeelsbeleid De maatschappelijke ontwikkelingen en de kwaliteitseisen van de
Op 31 december 2006 waren er 1.166 medewerkers in dienst, één
consument vragen van het CBR een voortdurende perfectionering van
procent minder dan het jaar daarvoor. De tabel laat zien, dat het aantal
de producten en de dienstverlening. Dat vereist een flexibele
medewerkers de laatste jaren daalt, vooral als gevolg van voortgaande
organisatie en een adequaat beleid inzake opleiding en ontwikkeling.
automatisering en efficiencyverbetering.
Deze elementen kenmerken de laatste jaren het sociaal beleid van het
Er traden 71 medewerkers in dienst, onder wie twee examinatoren.
CBR. Het brandpunt is daarbij verlegd van ‘zorg voor de medewerkers’
Ook traden er 82 medewerkers uit dienst, veelal vanwege pensioen
naar ‘balans tussen de belangen van medewerker en organisatie’.
of prepensioen. Onder hen waren 27 examinatoren.
Medewerkers hebben daardoor meer verantwoordelijkheid gekregen
38
voor de ontwikkeling van de eigen loopbaan.
De verdeling tussen examinatoren en overige functies is al jaren
Het verslagjaar stond vooral in het teken van de arbeidsomstandig
fifty-fifty. Het jaar 2006 was met 48 procent een betrekkelijke
heden, de nieuwe CAO en de verdere terugdringing van het ziekte
uitschieter, die vooral werd veroorzaakt door de personeelsstop.
verzuim.
Aan het einde van het jaar werden, voor het eerst in drie jaar,
Aantallen medewerkers 2003-2006
Verdeling tussen mannen en vrouwen 2003-2006
1.250
60%
1.000
48%
750
36%
500
Aantal medewerkers
24%
250
Aantal fte
12%
0
2003
2004
2005
2006
0%
man vrouw
2003
2004
2005
2006
CBR jaarverslag 2006
nieuwe examinatoren aangetrokken en opgeleid. Ook de verdeling tussen mannelijke en vrouwelijke medewerkers is vrij constant. Hij beweegt zich rond de verhouding 60:40. De gemiddelde leeftijd van de CBR-medewerkers lag in 2006 op
Leeftijdsverdeling 2003-2006 50 48 46
46,4 jaar. De komende jaren zal hij dalen doordat jongere mensen de
44
plaats innemen van medewerkers –met name examinatoren– die met
42
pensioen of prepensioen gaan.
40
gemiddelde leeftijd totaal gemiddelde leeftijd examinatoren
38
CAO In 2006 werd het principeakkoord uitgewerkt dat directie en vakorganisaties in 2005 hadden bereikt. In werkgroepen van medewerkers en vertegenwoordigers van de vakorganisaties werd nieuw beleid
36
gemiddelde leeftijd overigen
34 32 30
2003
2004
2005
2006
voorbereid op het gebied van pensioenen en flexibilisering van de arbeidscapaciteit.
met de verminderde afname van het eerste en laatste examen en de
Vanwege veranderingen in de pensioenwetgeving en de behoefte aan
invloed van seizoenen op het aantal examenaanvragen. De partijen
duidelijker teksten werd een onderscheid aangebracht tussen
kwamen een proef overeen die wordt uitgevoerd in de eerste
medewerkers onder en boven de 55 jaar. Alle bestaande reglementen
maanden van het jaar 2007. Examinatoren kunnen daaraan op basis
–met name het prepensioenreglement, het pensioenreglement en de
van vrijwilligheid deelnemen.
overgangs- en garantieregeling– werden na overleg met de vakorganisaties aangepast. Tevens werd een nieuwe pensioenregeling op basis
Verzuim
van de middelloonregeling ontwikkeld voor medewerkers die vanaf 1 januari 2006 in dienst zijn getreden.
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Eind 2006 was het gemiddelde verzuimcijfer even hoog als in 2005: 5,7 procent. Het streven om een half procentpunt lager uit te komen
Voor de flexibiliteit van de arbeidscapaciteit deed een werkgroep
werd niet gehaald, ondanks alle aandacht die aan het onderwerp was
aanbevelingen voor de inzet van examinatoren. Die hielden verband
besteed. Daarom werden voorbereidingen getroffen voor een andere
39
aanpak. Daartoe stelde arbodienst Achmea Arbo op verzoek van het
geïntroduceerd. Leidinggevenden hebben in deze opzet meer regie
CBR een advies samen, als startpunt om zowel de visie op als de
dan voorheen. Zij onderhouden veelvuldig contact met de medewer-
aanpak van het ziekteverzuim te veranderen. In het advies werd
ker en bevorderen deelname aan het arbeidsproces binnen de
vastgesteld, dat de verzuimmaatregelen onvoldoende beroep deden
mogelijkheden van het verzuim. Ook aangepast werk hoort daarbij.
op het verantwoordelijkheidsgevoel van de medewerker. Daarom
Uitgangspunt van de nieuwe werkwijze is dat ziekte je overkomt,
werden voorstellen besproken voor interventies in de cultuur en de
maar dat verzuim een keuze is. Deze visie sluit aan bij de maatschap-
werkwijze van de organisatie. Eén van de interventies was het trainen
pelijke ontwikkelingen van de laatste jaren. De grenzen voor uitkerin-
van leidinggevenden.
gen zijn verlegd en de verantwoordelijkheid van de werkgever voor de gevolgen en kosten van arbeidsongeschiktheid is gegroeid.
Training
De training waarmee het management zich deze visie en methodiek
Met het afsluiten van een nieuw contract voor Arbo-dienstverlening
van de nieuwe verzuimbegeleiding eigen zou maken, werd verplaatst
werd een nieuwe manier van begeleiden en voorkomen van verzuim
40
naar 2007. Want de oorspronkelijke opzet van de Arbodienst bleek onvoldoende aan te sluiten bij de uitgangspunten van de nieuwe aanpak binnen het CBR.
Ziekteverzuim 2003-2006 6,1
Arbeidsomstandigheden
6,0 5,9
Het CBR brengt stelselmatig verbeteringen aan in risicofactoren
5,8
tijdens het werk. In dit verband werden plannen van aanpak in
5,7
verband met de wettelijk verplichte risico-inventarisatie en -evaluatie
5,6
afgerond en door de Arbodienst goedgekeurd.
5,5 5,4
Om trainingen ter voorkoming van CANS (Complaints of Arm, Neck
5,3
Totaal ziekteverzuim
5,2 5,1 5,0
and/or Shoulder, voorheen RSI) te realiseren, is gezocht naar een flexibele aanpak waarmee medewerkers snel en gemakkelijk over de benodigde informatie kunnen beschikken. Die werd gevonden in
2003
2004
2005
2006
e-learning.
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
In 2007 wordt bij wijze van proef een training georganiseerd bij de divisie Vorderingen. Afhankelijk van de resultaten kan het instrument vervolgens voor de hele organisatie worden ingezet. Kinderopvang Er werden in totaal 113 aanvragen gedaan voor een tegemoetkoming in de kosten voor kinderopvang. Deze aanvragen zijn gehonoreerd, waarmee een bedrag was gemoeid van circa € 118.000,-. Het aantal aanvragen is al jarenlang stabiel. Het was de laatste keer dat de werkgever de tegemoetkoming uitkeerde. Vanaf 2007 loopt dat via de Belastingdienst.
41
Ondernemingsraad Krachtens de wet beschikt het CBR over een ondernemingsraad en
- ICT-problematiek
over zogeheten onderdeelcommissies in de regio’s. De onderne-
- ontwikkelingen examens 2006
mingsraad en de directie brengen de medewerkers met communi-
- “Van goed naar beter”
qués op de hoogte van de belangrijkste onderwerpen uit hun overleg.
- levensloopregeling - centrale inkoop/externe bureaus
In het verslagjaar 2006 vonden zeven reguliere onderlinge vergader
- capaciteitsmaatregelen
ingen en zes reguliere overlegvergaderingen met de directie plaats.
- Toeslagfonds
Daarnaast vonden nog één extra onderlinge en twee extra overleg
- adviesaanvraag pilot nieuw rijexamen
vergaderingen met de directie plaats.
- situatie directie - ondernemingsraad - instemmingsaanvraag spelregels ziekteverzuim
42
Buiten de gebruikelijke financiële overzichten en jaarverslagen
- inschaling/functiewaarderingssysteem
kwamen de volgende onderwerpen aan de orde:
- betalingsverkeer op TEC’s
- AEF-traject (Andersson Elffers Felix)
- praktijkbegeleiding
- strategie
- richtlijn vakbekwaamheid
- advies toekomst CBR
- onderzoekstraject “Van Gijzel”
- ontvlechting
- dienstautobeleid
- nieuwe kaderwet ZBO
- nieuw rijbewijsdocument
- resultaat 2005
- nieuw planningssysteem
- pensioenen
- gebouwenbeleid
- project papierloos examen - adviesaanvraag rijsimulatorcentrum
De ondernemingsraad bestond in het verslagjaar uit vijftien leden,
- adviesaanvraag proef nieuw theoriereserveringssysteem
afkomstig van het hoofdkantoor, de divisies CCV en Vorderingen
- communicatie- en projectplan VIP (Vorderingen)
en de vijf regio’s.
- adviesaanvraag vervanging telefooncentrales
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
De ondernemingsraad was ultimo 2006 als volgt samengesteld: C.M. Lange, voorzitter W. Mesu, secretaris M.A. Kesselring, plaatsvervangend voorzitter A.J.M.M. Kavelaars, plaatsvervangend secretaris R.J. van Beekum C.H.J. Blokpoel H.J.J. Blösser P. Fuchs W.T. de Haan P.J.M. Keijzer-Tempelmann A.M. de Kruijf P.C.J. Lander J.M.R. Leerdam L. Leerling L. van Rijt Secretaresse: A.H. Kock
43
Financiële resultaten en vooruitzichten Opbrengsten
De opbrengst van de Eigen verklaringen is in 2006 gedaald met € 2,3 miljoen tot € 8,9 miljoen. De daling wordt veroorzaakt door een
De totale opbrengsten zijn in het verslagjaar gedaald met 1,7 procent:
toegepaste stelselwijziging van de opbrengstverantwoording van de
van € 89,8 miljoen in 2005 tot € 88,3 miljoen in 2006.
Verklaringen van geschiktheid in 2005. Daardoor is de opbrengst in
Exclusief de stelselwijziging van de opbrengstverantwoording
2005 eenmalig met € 4,1 miljoen verhoogd. Zonder dit effect is de
van de Eigen verklaringen in 2005 ad € 4,1 miljoen zijn de opbrengs-
opbrengst gestegen van € 7,1 miljoen in 2005 tot € 8,9 miljoen in
ten met drie procent gestegen, van € 85,7 miljoen in 2005 tot
2006.
€ 88,3 miljoen in 2006.
In 2006 was er een omzetstijging van de verwerkte Eigen verklaringen van circa 25 procent.
De opbrengst van praktijkexamens is in 2006 gestegen met
44
1,8 procent tot € 45,2 miljoen (2005: € 44,4 miljoen). De tarieven
Bij de divisie Vorderingen bedroeg de opbrengst in 2006 € 11,2 mil-
zijn in 2006 met gemiddeld 0,9 procent gestegen. De volumestijging
joen, 1,7 procent lager dan in 2005 (€ 11,4 miljoen).
van de praktijkexamens in 2006 werd grotendeels veroorzaakt door de
De overige opbrengsten bedroegen in 2006 € 2,3 miljoen (2005:
stijging van het praktijkexamen B van 377.000 afgenomen examens in
€ 2,8 miljoen).
2005 tot 391.000 afgenomen examens in 2006 (+3,7 procent). Een aantal overige categorieën praktijkexamens –met name de examens
Kosten
voor het beroepsgoederen en –personenvervoer– liet een volume daling zien van circa 8,5 procent ten opzichte van 2005.
De totale kosten zijn in het verslagjaar gedaald met € 4,4 miljoen tot € 85,8 miljoen (-4,9 procent).
De opbrengst van de theorie-examens bedroeg in 2006 € 20,6 miljoen
De personeelskosten zijn in 2006 met € 4,7 miljoen gedaald
en was daarmee 2,5 procent hoger dan het niveau 2005 (€ 20,1 mil-
(-6,9 procent), door de per saldo lagere (incidentele) pensioen-
joen). Naast de verhoging van de tarieven in 2006 met gemiddeld
lasten ten opzichte van 2005 (-€ 4,3 miljoen).
0,9 procent werd deze stijging hoofdzakelijk veroorzaakt door de hogere
De personele bezetting ultimo 2006 daalde ten opzichte van ultimo
aantallen afgenomen motorexamens (+9,7 procent), het B-examen
2005 met 9 fte tot 987 fte (-0,8 procent).
(+4,6 procent) en het bromfietsexamen (+7,4 procent). De afname van de theorie-examens van het beroepsgoederen en -personenvervoer
Mede door het eenmalige effect van de stelselwijziging in 2005 van
werd geconfronteerd met een daling van 7,9 procent.
de voorziening groot onderhoud (vrijval € 2,6 miljoen) stegen de
CBR jaarverslag 2006
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
overige bedrijfskosten in 2006 met € 1,0 miljoen (+5,1 procent). Vooral de computerkosten zijn gestegen door de hogere datacommunicatiekosten als gevolg van de introductie van het Nieuw Rijbewijs Document in combinatie met het papierloos examenproces en de onderhoudskosten van de infrastructuur van de theoriecentra.
Resultatenrekening (x € 1 miljoen)
2006
2005
%
Opbrengsten 88,3 89,8
-1,7
Kosten 85,8 90,2
-4,9
Bedrijfsresultaat 2,5 Resultaat deelneming
(0,4)
(0,1)
0,4
0,3
0,5
Resultaat 2,7
0,5
Financiële baten en lasten
Eigen vermogen (x € 1 miljoen)
2006
2005
%
Totaal eigen vermogen 20,1
17,4
15,5
45
Resultaat Het resultaat over 2006 bedroeg € 2,7 miljoen (2005: € 0,5 miljoen), ofwel een stijging van € 2,2 miljoen ten opzichte van vorig jaar. Net als in 2005 werd het verslagjaar 2006 gekenmerkt door een aantal
Aantallen examens en Eigen verklaringen 2003-2006 1250
1000
eenmalige bijzondere posten. De incidentele pensioenlast van € 3,4 miljoen in 2006 betreft een
750
naverrekening van over de periode 2001-2005 in aanmerking genomen technische resultaten die aan het pensioenfonds toekomen. Het
500
Theorieexamens
verslagjaar 2005 werd gekenmerkt door enerzijds een bate ad € 6,7 miljoen door twee stelselwijzigingen en anderzijds een incidentele pensioenlast van € 7,7 miljoen. Geschoond voor deze
46
eenmalige bijzondere baten en lasten bedroeg het resultaat over 2006 € 6,1 miljoen tegenover € 1,5 miljoen in 2005, ofwel een stijging van
Praktijkexamens
250
0
Eigen verklaringen 2003
2004
2005
2006
€ 4,6 miljoen.
Eigen vermogen
Investeringen
Het eigen vermogen van de stichting is ultimo 2006 door het
De investeringen in materiële vaste activa bedroegen in 2006
gerealiseerde resultaat van € 2,7 miljoen toegenomen tot
€ 0,7 miljoen. Het volledige bedrag is geïnvesteerd in inventarissen
€ 20,1 miljoen.
en machines, vooral computerapparatuur.
CBR jaarverslag 2006
Treasury
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
ters van zeventig jaar en ouder door de vergrijzingstrend. De groei van het aantal af te nemen examens en Verklaringen van geschiktheid zal
In 2005 is het ‘Geïntegreerd Middelen Beheer’ bij het CBR ingevoerd.
naar verwachting gepaard gaan met een beperkte stijging van het
Hiermee worden de saldi van de bankrekeningen van het CBR in
aantal medewerkers in 2007.
opdracht van het ministerie van Financiën dagelijks gesaldeerd afgeroomd. Het CBR ontvangt over het positieve saldo van de
In 2007 zal voorts veel tijd en geld worden geïnvesteerd in een aantal
rekening-courant een daggeldvergoeding gebaseerd op EONIA. De
projecten gericht op technologische vernieuwingen.
rentevergoeding die het CBR hiervoor ontvangt is ultimo 2006 circa drie procentpunt hoger dan de rentevergoeding van de banken.
Voor 2007 wordt, bijzondere omstandigheden voorbehouden, een
Het CBR heeft bij het ministerie van Financiën een rekening-
positief resultaat verwacht.
courantfaciliteit van € 5 miljoen tegen daggeldvergoeding (EONIA).
Vooruitzichten voor 2007 De toename van de vraag naar examens die zich in 2006 heeft ingezet, zal zich naar verwachting in 2007 voortzetten. Naar verwachting zal het aantal af te geven Verklaringen van geschiktheid ook in 2007 verder toenemen. Deze stijging wordt vrijwel geheel veroorzaakt door de medische Verklaringen als gevolg van de verplichte periodieke keuring van de houders van CDE-rijbewijzen alsmede de rijbewijsbezit-
47
Jaarrekening 2006 Kerncijfers 2003-2006
2006
2005
2004
2003
eigen vermogen (x € 1.000)
20.178
17.426
16.905
17.195
opbrengsten (x € 1.000)
88.340
89.859
84.176
80.537
2.752
521
(305)
640
1.309.183
1.272.673
1.274.838
1.276.041
520.180
441.939
442.026
445.121
987
996
1.045
1.055
resultaat (x € 1.000) aantal afgenomen examens aantal afgegeven Verklaringen van geschiktheid aantal werkzame personen ultimo jaar (in fte):
Balans per 31 december 2006 (x € 1.000) (na bestemming resultaat)
Activa
31-dec-06
31-dec-05
Vaste activa Materiële vaste activa
29.095
30.425
Financiële vaste activa
7.125
7.286
36.220
37.711
Vlottende activa Vorderingen
9.258
Overlopende activa
1.064
1.076
Liquide middelen
7.275
11.632
17.597
17.993
Totaal activa
53.817 55.704
Passiva
48
5.285
31-dec-06
31-dec-05
Eigen vermogen
20.178
17.426
Voorzieningen
2.906
4.099
Kortlopende schulden Vooruit ontvangen inschrijfgelden
6.825
Crediteuren
1.142
Overige schulden
9.046
12.498
13.720
14.011
Overlopende passiva
6.672 998
30.733
34.179
Totaal passiva
53.817
5 5.704
Resultatenrekening 2006 (x € 1.000)
2006
2005
Opbrengsten
88.340
89.859
Personeelskosten
63.102
67.801
2.007
2.740
20.702
19.691
90.232
2.529
(373)
Afschrijving materiële vaste activa Overige bedrijfskosten Kosten
85.811
Bedrijfsresultaat Interest en soortgelijke baten en lasten
297
486
Resultaat deelneming
(74)
408
521
2006
2005
Resultaat
2.752
Kasstroomoverzicht (x € 1.000)
Resultaat
2.752
Bij: Afschrijvingen
2.007
2.740
4.759
3.261
(3.961)
1.628 2.424
Mutatie vlottende activa Mutatie effecten
521
-
Mutatie kortlopende schulden
(3.446)
1.871
Mutatie voorzieningen
(1.193)
(1.821)
Kasstroom uit operationele activiteiten Investeringen in materiële vaste activa
(3.841)
7.363
(677)
Toename financiële vaste activa (geldleningen)
87
(405) 34
Toename financiële vaste activa (incl. verkoop deelnemingen) *
74
792
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
(516)
421
Afname langlopende schulden
-
Kastroom uit financieringsactiviteiten
-
(454)
Netto kasstroom
(4.357)
(454)
7.330
49 Stand liquide middelen begin
11.632
4.302
Stand liquide middelen eind
7.275
11.632
Mutatie liquide middelen
(4.357)
7.330
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. * In 2005 werd, in het kader van de ontkoppeling van de private activiteiten, NEA Transportonderzoek en –opleiding B.V. verkocht voor € 3,1 miljoen; de activiteiten van Traffic Test B.V. werden verkocht voor € 0,2 miljoen. ( ) = negatief
Waarderings- en resultaatbepalingsgrondslagen
Algemeen
- Groot onderhoud Ter egalisatie van de kosten van groot onderhoud is een voorziening
Bij het opstellen van de jaarrekening zijn de bepalingen van Burgerlijk
gevormd. De jaarlijkse dotaties aan deze voorziening voor groot
Wetboek 2 titel 9 in aanmerking genomen. Tevens is rekening
onderhoud aan de panden zijn gebaseerd op de opgestelde
gehouden met de bepalingen uit de overeenkomst tussen de Staat
onderhoudsplannen voor de panden.
der Nederlanden en het CBR de dato 15 november 2001 (laatstelijk per 28 september 2006 verlengd).
- Herstructurering organisatie
Indien van toepassing zijn de vergelijkende cijfers 2005 aangepast.
Dit betreft een voorziening voor de te maken kosten uit hoofde van de aanpassing van de organisatie.
Deelnemingen - Pensioenen Het CBR heeft een 100% belang in NEA Beheer B.V. te Rijswijk
De pensioenvoorziening en de pensioenlasten worden actuarieel
en haar deelnemingen, te weten:
berekend op basis van het pensioenreglement en de verzekerings-
- Traffic Test B.V., Veenendaal, 100%
overeenkomst met de pensioenverzekeraar. Dit gebeurt op basis
- NTH B.V., Rijswijk, 100%
van met name het verwachte verloop in het betreffende boekjaar
- TSM Holding B.V., Rijswijk, 100%
van de contante waarde van de pensioenaanspraken en de
- TSM Consulting v.o.f., Rijswijk, 70%
fondsbeleggingen. Voor de bepaling van de contante waarde van
- Simulator Expertise Centrum B.V., Rijswijk, 100%
de pensioenverplichting wordt de Projected Unit Credit Method
Vanwege het geringe financiële belang van de deelnemingen
toegepast.
heeft geen consolidatie meer plaatsgevonden.
Daarnaast wordt rekening gehouden met de amortisatie van het transitieverschil in verband met de aanpassing van RJ 271 vanaf
Grondslagen voor waardering
2005 (€ 2,5 miljoen per jaar) en het eventueel aan het betreffende boekjaar toe te rekenen deel van de nog niet in de winst- en
Materiële vaste activa
verliesrekening verwerkte cumulatieve actuariële resultaten. Voor de
De materiele vaste activa zijn gewaardeerd tegen aanschafwaarde,
verwerking van de actuariële resultaten wordt de corridor methode
onder aftrek van afschrijvingen. De afschrijvingen worden lineair
toegepast. Deze methode houdt in dat de cumulatieve actuariële
berekend op basis van de economische levensduur, vanaf het
resultaten die het hoogste bedrag vormen van 10% van de contante
moment dat het actief in gebruik wordt genomen. Tenzij grond in
waarde van de pensioenaanspraken en 10% van de reële waarde
erfpacht is verkregen, wordt op grond niet afgeschreven.
van de fondsbeleggingen te boven gaan, worden verwerkt ten laste van het resultaat gedurende de verwachte gemiddelde resterende
De volgende afschrijvingspercentages zijn van toepassing: - gebouwen en terreinen:
2,5%
- kantoorinventaris:
10%-20%
- computerapparatuur en netwerkfaciliteiten: 25%-33,33% - software:
50
20%-33,33%
diensttijd van de actieve deelnemers. - Overige activa en passiva Alle overige activa en passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
Financiële vaste activa
Grondslagen voor resultaatbepaling
Deelnemingen
Algemeen
De deelnemingen worden gewaardeerd tegen netto vermogenswaarde.
Kosten en opbrengsten worden toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben.
Debiteuren De debiteuren worden gewaardeerd tegen nominale waarde onder aftrek van een voorziening voor oninbaarheid.
Opbrengsten Opbrengst examens wordt verantwoord in het boekjaar waarin de examens zijn afgenomen.
Voorzieningen
Opbrengst Eigen verklaringen wordt verantwoord in het boekjaar waarin de verklaringen zijn verstrekt.
- Jubileumuitkeringen
Opbrengst Vorderingen wordt verantwoord in het boekjaar waarin
Deze voorziening wordt aangehouden voor toekomstig uit te
de dossiers zijn afgewikkeld.
betalen jubileumuitkeringen. Bij de bepaling van de voorziening is uitgegaan van de contante waarde van de berekende verplichting
Belastingen
voor uit te betalen jubileumuitkeringen.
De stichting is niet belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting.
Toelichting behorende tot de jaarrekening
Algemeen Alle bedragen in de toelichting zijn in duizenden euro’s, tenzij anders is aangegeven.
Vaste activa Materiële vaste activa
Gebouwen
Inventarissen
en terreinen
en machines
Totaal
Balans per 1 januari 2006 Aanschafwaarde
34.289
14.088
48.377
Cumulatieve afschrijvingen
(7.408)
(10.544)
(17.952)
Boekwaarde
26.881
3.544
30.425
Investeringen
-
677
677
Afschrijvingen
(753)
(1.254)
(2.007)
Mutaties in de boekwaarde
Totaal mutatie
(753)
(577)
(1.330)
Balans per 31 december 2006 Aanschafwaarde
34.289
14.765
49.054
Cumulatieve afschrijvingen
(8.161)
(11.798)
(19.959)
2.967
29.095
Boekwaarde
26.128
Gebouwen en terreinen De grond van het regiokantoor in Amsterdam is in 1995 voor € 1,9 miljoen in erfpacht verkregen voor een periode van 50 jaar. Ieder jaar wordt daarop 2% afgeschreven. De grond van de examenlocatie in Utrecht is in 2002 voor € 1,1 miljoen in erfpacht verkregen voor een periode van 43 jaar. Ieder jaar wordt daarop 2,3% afgeschreven.
51
( ) = negatief
Financiële vaste activa Deelnemingen Balans per 1 januari Af: resultaat deelnemingen
2006
2005
1.540
2.333
(74)
(793)
1.466
1.540
Balans per 31 december Geldleningen U/G Balans per 1 januari Aflossingen Verstrekkingen
5.746
5.780
(1.829)
(1.483)
1.742
1.449
Balans per 31 december
5.659
5.746
2006
2005
7.125
7.286
2006
2005
De geldleningen zijn verstrekt aan leasemaatschappijen voor de financiering van het wagenpark; deze leningen zijn niet rentedragend. De looptijd van de leningen is gekoppeld aan de economische levensduur van de auto’s, die gemiddeld op circa 4 jaar is gesteld.
Totaal financiële activa
Vlottende activa Vorderingen
52
Stichting Toeslagfonds CBR
3.501
Omzetbelasting
2.041
-
Deelnemingen
1.449
1.897
Debiteuren
1.121
2.000
Overige vorderingen
1.146
1.388
9.258
5.285
De vordering op Stichting Toeslagfonds CBR heeft betrekking op door het CBR namens dit fonds voorgeschoten betalingen in het kader van de uitvoering van de overgangs- en garantieregeling als verleende toeslagen op ingegane prepensioenuitkeringen.
( ) = negatief
-
Overlopende activa
2006
2005
Computerkosten
321
227
Huisvestingskosten
137
270
Overige kosten
606
579
1.064
1.076
2006
2005
Onder de vlottende activa zijn geen vorderingen opgenomen met een looptijd langer dan 1 jaar.
Liquide middelen Rekening-courant ministerie van Financiën en banken Kas
7.260
11.600
15
32
7.275
11.632
CBR neemt deel aan het ‘Geïntegreerd Middelen Beheer’ van het ministerie van Financiën. Hiervoor is een separate rekening-courant geopend tussen het ministerie van Financiën en het CBR waarlangs nagenoeg alle financiële transacties van het CBR worden afgeroomd. De rentevergoeding die het CBR hiervoor ontvangt is gebaseerd op daggeldvergoeding (EONIA) en is hoger dan de rentevergoeding van haar commerciële banken. Ultimo 2006 bedroeg de daggeldvergoeding ten aanzien van het ‘Geïntegreerd Middelen Beheer’ 3,69%. De liquide middelen staan ter vrije beschikking van het CBR. Het CBR heeft bij het ministerie van Financiën een rekeningcourantfaciliteit van € 5 miljoen tegen daggeldvergoeding (EONIA). Het ministerie van Verkeer & Waterstaat heeft zich hiervoor tegenover het ministerie van Financiën garant verklaard.
53
Eigen vermogen
2006
2005
Balans per 1 januari
17.426
16.905
Bij: resultaat
2.752
521
Balans per 31 december
20.178
17.426
Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen gedurende het boekjaar 2006:
Balans per
01-jan-06
Dotatie
Onttrekking
Balans per
31-dec-06
850
753
-
1.603
Groot onderhoud
1.136
67
(173)
1.030
Herstructurering organisatie
1.646
-
(1.373)
273
467
-
(467)
-
820
(2.013)
2.906
Jubileumuitkeringen
Pensioenen
4.099
De voorzieningen hebben over het algemeen een langlopend karakter.
Pensioenvoorziening De samenstelling van de pensioenvoorziening:
2006
2005
Contante waarde pensioenverplichtingen
175.687
197.471
Af: reële waarde beleggingen
202.357
171.984
(Overschot) / Tekort
(26.670)
25.487
(20.637)
(23.123)
(verliezen); 10% corridor
15.383
(1.897)
Bij: limitering actief post
31.924
-
-
467
Af: niet in aanmerking genomen transitieverschil, waarover wordt afgeschreven Bij / (Af): niet afgeschreven actuariële winsten /
54
Netto passiefpost
Het verloop van de voorziening pensioenen: Balans per 1 januari Bij: mutatie volgens RJ 271-berekening Af: betaalde premie Balans per 31 december ( ) = negatief
2006
2005
467
-
7.002
7.555
(7.469)
(7.088)
-
467
De voornaamste actuariële grondslagen zijn: Disconteringsvoet
2006
2005
4,5%
4,25%
Verwacht rendement op beleggingen
5,6%
5,225%
Toekomstige salarisstijgingen
3,0%
3,0%
Toekomstige sociale lastenstijgingen
2,0%
2,0%
2006
2005
6.825
6.672
2006
2005
Belastingen en sociale premies
3.931
3.629
Deelnemingen
2.900
2.809
242
3.207
Kortlopende schulden Vooruit ontvangen inschrijfgelden Vooruit ontvangen inschrijfgelden De post vooruit ontvangen inschrijfgelden betreft alle examengelden waarvan de examens nog niet zijn afgenomen, evenals het saldo dat de rijscholen aanhouden bij het CBR ter dekking van gereserveerde examens.
Overige schulden
Stichting Pensioenfonds CBR Stichting Toeslagfonds CBR Overige schulden
-
1.259
1.973
1.594
9.046
12.498
Overlopende passiva
2006
2005
Lopende verplichting divisie Vorderingen
9.861
9.045
Nog te betalen kosten
3.859
4.966
13.720
14.011
De lopende verplichting divisie Vorderingen betreft de geopende dossiers EMA’s en onderzoeken die nog afgewikkeld dienen te worden.
55
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Huur- en leaseverplichtingen
Korter dan
Langer dan
Totaal per
Bedragen (x € 1.000)
1 jaar
1 jaar
31-dec-06
Huur gebouwen
1.535
3.536
5.071
Leasecontracten dienstauto’s
1.530
3.808
5.338
125
166
291
3.190
7.510
10.700
Telecommunicatie, computerhard- en software en onderhoud
Garantieverplichtingen
–wat niet het geval is– de stichting geconfronteerd zou zijn met
Er is een bankgarantie afgegeven voor een bedrag van € 13.517.
een verplichting om maximaal € 115 miljoen af te storten aan het pensioenfonds.
Financiële risico’s Renterisico voor uitstaande liquide middelen wordt niet gehedged.
Overige verplichtingen De stichting is niet op zodanige wijze betrokken als eisende of
Inherent aan de aard van de uitgeoefende activiteiten loopt de stichting
verwerende partij in claims, dat de financiële positie hierdoor
kredietrisico’s. Dit risico heeft betrekking op het verlies dat kan
aanmerkelijk zou kunnen worden beïnvloed.
ontstaan wanneer een rijschool failliet gaat. Dit risico wordt beperkt door de veelheid aan rijscholen waar de stichting mee te maken heeft, evenals de beperkte reserveringsmogelijkheden die rijscholen geboden wordt indien de rijscholen over onvoldoende dekking beschikken in hun rekening-courantverhouding met de stichting. Pensioenen Toegezegde pensioenaanspraken zijn via een herverzekeringsgarantiecontract ondergebracht bij een verzekeringsmaatschappij. Dit contract loopt 31 december 2010 af. Zolang dit contract niet voortijdig wordt beëindigd en de pensioenaanspraken niet worden overgedragen, kent de stichting geen verplichting tot extra financiële stortingen indien de dekkingsgraad tussen verplichtingen en bezittingen tekort schiet. Op 28 juni 2006 hebben de bij de stichting betrokken vakorganisaties
56
gemeld dat het CBR verplicht zou zijn om de pensioenen te indexeren, wat een onvoorwaardelijke verplichting zou betekenen. De pensioenen zijn bij het CBR herverzekerd bij een verzekeringsmaatschappij. Zowel het vigerende pensioenreglement als ook het herverzekeringscontract geven slechts een voorwaardelijke indexatiebepaling op pensioenen aan. Naar aanleiding van de melding door de vakorganisaties en in overleg met hen, hebben externe pensioendeskundigen de aard van de indexatie onderzocht. De deskundigen zijn unaniem tot het oordeel gekomen dat de indexatie voorwaardelijk is. Vervolgens heeft de stichting over deze bevindingen additioneel financieel en juridisch advies ingewonnen. De adviseurs van de stichting hebben vastgesteld dat er geen sprake is van een onvoorwaardelijke indexatieregeling bij het CBR. Daarnaast hebben de adviseurs (accountants en actuarissen) vastgesteld dat indien er wel sprake zou zijn geweest van een onvoorwaardelijke indexatieverplichting
Opbrengsten
2006
2005
Praktijkexamens
45.196
44.434
Theorie-examens
20.634
20.077
Eigen verklaringen
8.951
11.210
Vorderingsprocedure
11.234
11.380
Overige opbrengsten
2.325
2.758
88.340
89.859
Personeelskosten
2006
2005
Lonen en salarissen
46.768
46.197
5.161
5.978
10.392
15.277
Sociale lasten Pensioenen Overige personeelskosten
781
349
63.102
67.801
2006
2005
Pensioenlasten volgens RJ 271-berekening
4.516
5.069
Amortisatie van het transitieverschil volgens RJ 271
2.486
2.486
Incidentele pensioenlasten
3.390
7.722
Specificatie van de pensioenen
10.392
15.277
Bij de stichting is sprake van een toegezegde pensioenregeling. Dit
die aan het pensioenfonds toekomen. De incidentele pensioenlast
heeft tot gevolg dat er jaarlijks een actuariële berekening moet worden
2005 betreft een storting voor toekomstige indexaties, evenals een
vervaardigd van de pensioenaanspraken.
naverrekening van in voorgaande jaren in aanmerking genomen
Tegenover deze actuarieel berekende waarde van de pensioenaanspra-
pensioenbaten.
ken dient de reële waarde van de fondsbeleggingen te worden afgezet. Bij de mutatie van laatstgenoemde post is tevens uitgegaan van de in 2005 vervaardigde berekeningen, waarbij de contante waarde van de pensioenverplichtingen (ondergebracht bij de pensioenverzekeraar) € 25,6 miljoen hoger bleek te zijn dan het saldo van de beschikbare middelen (fondsbeleggingen). In 2005 heeft de stichting besloten om dit transitieverschil niet in één keer ten laste van het eigen vermogen te brengen, maar ten laste te brengen van de resultatenrekening gedurende een periode van 10,3 jaar (resterende gemiddelde diensttijd van de werknemers). De jaarlijkse extra pensioenlast die als gevolg van dit besluit is ontstaan bedraagt € 2,5 miljoen. De reguliere pensioenlast volgens de RJ 271-berekening bedraagt voor het jaar 2006 € 4,5 miljoen (2005: € 5,0 miljoen). De incidentele pensioenlast 2006 betreft een naverrekening van over de periode 2001-2005 in aanmerking genomen technische resultaten
57
Aantal werkzame personen Per einde van het boekjaar bedraagt de personele bezetting (in fte’s):
2006
Directie Examinatoren / administratie / staf
2005
2,0
2,0
985,4
993,8
987,4
995,8
Beloning directie en de Raad van toezicht Algemeen directeur
€ 271.000
(2005: € 255.000)
Financieel directeur
€ 207.000
(2005: € 227.000)
€ 85.000
(2005: € 91.000)
Raad van toezicht (in totaal)
Onder beloning zijn de volgende componenten opgenomen: salaris, sociale verzekeringen, pensioenen en het privégebruik van de dienstauto. De onder beloning begrepen pensioencomponent bedraagt voor de algemeen directeur € 51.000 (2005: € 47.000) en voor de financieel directeur € 37.000 (2005: € 67.000).
Afschrijving materiële activa Afschrijving gebouwen en terreinen
2006
2005
753
753
1.254
1.987
2.007
2.740
Overige bedrijfskosten
2006
2005
Huisvestingskosten
4.511
2.170
2.173
2.190
Afschrijving inventarissen en machines
Kantoorkosten
58
Computerkosten
1.792
854
Auto-, reis- en verblijfkosten
4.836
5.089
Werkzaamheden door derden
5.610
5.174
Technologische vernieuwing
549
2.247
Overige bedrijfskosten
1.231
1.967
20.702
19.691
Resultaat deelneming
2006
2005
NEA Beheer B.V. en haar deelnemingen
(74)
(792)
Vergoeding ministerie V&W inzake afstoten deelnemingen
-
1.200
(74)
408
( ) = negatief
Directie
Raad van toezicht
Rijswijk, 19 april 2007
Rijswijk, 19 april 2007
mr. F. C.A. Meijer (algemeen directeur)
E.A. van Amerongen (voorzitter)
R.A. van Walree (financieel directeur)
drs. P.W. Doop (vice-voorziter)
mr. F.A.M. van den Heuvel
drs. R. van Gijzel
drs. M.C. van der Harst
drs. W. de Lange
mevrouw drs. J.M. de Vries
59
Overige gegevens Statutaire regeling betreffende resultaatbestemming Over de wijze van resultaatbestemming staat in de statuten niets nader aangegeven. Resultaatbestemming Bij de vaststelling van de jaarrekening 2006 is conform voorstel van de directie en met instemming van de Raad van toezicht het resultaat over 2006 aan het eigen vermogen toegevoegd.
Accountantsverklaring Aan het bestuur van de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheids
Verantwoordelijkheid van de accountant
bewijzen Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de
Verklaring betreffende de jaarrekening
jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereen-
Wij hebben de jaarrekening 2006 van de Stichting Centraal Bureau
komstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende
Rijvaardigheidsbewijzen te Rijswijk bestaande uit de balans per
gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te
31 december 2006 en de resultatenrekening over 2006 met de
plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt
toelichting gecontroleerd.
verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.
Verantwoordelijkheid van het bestuur Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging
60
Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van
van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de
de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer
jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is
te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in
afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant,
overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Het bestuur dient daarbij
waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen
tevens de overeenkomst tussen de Staat der Nederlanden en de
van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoorde-
Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen d.d. 15 november
ling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en
2001 na te leven.
getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat
Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen,
relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde
invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem
keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de
relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarreke-
gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben
ning van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen
een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersings-
van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat, het kiezen
systeem van de stichting. Tevens omvat een controle onder meer een
en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslag-
evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen
geving en het maken van schattingen die onder de gegeven
voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen
omstandigheden redelijk zijn.
die het bestuur van de stichting heeft gemaakt, alsmede een evaluatie
CBR jaarverslag 2006
van het algehele beeld van de jaarrekening. Voorts hebben wij het
Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften
controleprotocol d.d. 20 juni 2003 van het Ministerie van Verkeer en
en/of voorschriften van regelgevende instanties
Vernieuwen voor betaalbare kwaliteit
Waterstaat inzake de controle op de verantwoording van de publieke taakuitoefening door de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheids
Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 2:393 lid 5
bewijzen bij onze controle in acht genomen.
onder e BW melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie
2:391 lid 4 BW.
voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Oordeel
Den Haag, 19 april 2007
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van de Stichting
Ernst & Young Accountants
Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen per 31 december 2006 en van het resultaat over 2006 in overeenstemming met Titel 9 Boek
w.g.
2 BW. Voorts hebben wij vastgesteld dat is voldaan aan de verplichtingen die zijn opgenomen in de overeenkomst tussen de Staat der Nederlanden en de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen van 15 november 2001 inzake de publieke taakuitoefening.
drs. M.E. Westerhout-Van Kimmenade RA MGA
61
Beoordelen in aantallen
Aantal afgenomen
2006 Aantal Slagings- voldoende percentage
Aantal afgenomen
2005 Aantal Slagingsvoldoende percentage
Te land A Theorie
42.101
23.171
55,0
38.361
22.072
57,5
21.994
16.109
73,2
20.015
14.507
72,5
7.993
5.647
70,7
7.398
5.135
69,4
29.987
21.756
72,6
27.413
19.642
71,7
24.776
21.138
85,3
23.069
19.882
86,2
3.932
3.192
81,2
3.171
2.557
80,6
Totaal
28.708
24.330
84,8
26.240
22.439
85,5
B Theorie
429.297
206.731
48,2
410.499
204.245
49,8
19.772
17.019
9.369
5.978
63,8
7.362
4.911
66,7
Praktijk AVD
Eerste examen
Herexamen
Totaal
Praktijk AVB
Eerste examen
Herexamen
RIS-toetsen 2 en 3
RIS praktijkexamen
Eerste examen
Herexamen
Totaal
4.119
2.407
58,4
2.674
1.611
60,3
13.488
8.385
62,2
10.036
6.522
65,0
188.193
90.702
48,2
184.479
89.564
48,6
Praktijkexamens RIS + traditioneel
Eerste examen
Herexamen
178.590
83.292
46,6
169.984
80.182
47,2
Totaal
366.783
173.994
47,4
354.463
169.746
47,9
24.025
17.258
71,8
22.040
15.994
72,6
BE Eerste examen
Herexamen
Totaal
Tussentijdse toets A-B-BE Bromfiets (theorie)
6.864
4.986
72,6
6.374
4.687
73,5
30.889
22.244
72,0
28.414
20.681
72,8
75.131
72.500
107.422
52.398
48,8
100.066
51.079
51,1
Vervoer en logistiek
62
Theorie, incl. taxi
87.703
59.618
68,0
95.183
64.151
67,4
Theorie taxi
15.775
11.241
71,3
22.095
15.518
70,2
Praktijk C
Eerste examen
7.154
4.644
64,9
7.502
4.879
65,0
Herexamen
Totaal
Praktijk D
Eerste examen
Herexamen
Totaal
Praktijk VRP1, CE, DE
3.542
2.242
63,3
3.834
2.428
63,3
10.696
6.886
64,4
11.336
7.307
64,5
1.133
733
64,7
768
540
70,3
536
329
61,4
300
194
64,7
1.669
1.062
63,6
1.068
734
68,7
Eerste examen
5.835
4.019
68,9
6.073
4.125
67,9
Herexamen
2.456
1.618
65,9
2.680
1.767
65,9
Totaal
8.291
5.637
68,0
8.753
5.892
67,3
Praktijk Taxi
Eerste examen
10.726
7.126
66,4
17.060
12.127
71,1
Herexamen
Totaal
4.743
3.122
65,8
4.064
2.755
67,8
15.469
10.248
66,2
21.124
14.882
70,5
Overige
Eerste examen
Herexamen
Totaal
Nader onderzoek
Tussentijdse toets
2.107
1.751
83,1
2.546
2.135
83,9
205
148
72,2
235
163
69,4
2.312
1.899
82,1
2.781
2.298
82,6
24.480
12.757
52,1
22.843
12.753
55,8
436
2.242
-
-
-
5.354
2.920
54,5
4.326
2.806
64,9
2.615
1.386
53,0
Versneld bijzonder examen2
Te water Binnenvaart (theorie)3
In de lucht Luchtvaart (theorie)
Beroepsvliegers
4.866
niet beschikbaar
4.454
niet beschikbaar
Privévliegers
3.135
niet beschikbaar
3.208
niet beschikbaar
Niet afgenomen theorie-examens totaal4 Theorie-examens totaal Niet afgenomen praktijkexamens totaal5 Praktijkexamens totaal (incl. toetsen) Totaal alle examens (incl. toetsen)
6.462
6.426
685.312
660.812
9.248
10.311
623.871
611.861
1.309.183
1.272.673
Overige kerncijfers Aanvragen Verklaring van geschiktheid
2006 520.180
2005 441.939
Beoordelingen Eigen verklaringen klein vaarbewijs
1.054
1.071
Afgegeven vaarbewijzen
3.959
2.325
Vorderingsprocedure: onderzoeken
7.720
7.545
Vorderingsprocedure: EMA-cursussen
9.321
11.161
Totale omzet (in miljoen euro’s) Aantal medewerkers nominaal (op fulltime basis) Aantal actieve rijscholen6
88,3
89,8
987,4
995,8
5.237
5.451
Aantal nieuw ingeschreven rijscholen
404
618
Aantal uitgeschreven rijscholen
357
360
1
VRP = Vakrijproef
2
Afgeschaft in 2006
3
Aantallen en percentages 2005 betreffen de periode 1 juli - 31 december.
4
Aangevraagde en betaalde examens die niet zijn afgenomen, bijvoorbeeld wegens verzuim.
5
Kolom 2005: exclusief 12.955 A-praktijkexamens oude stijl uit 2004.
6
Peildatum: tweede kwartaal 2006 en 2005.
63
64
Stichting CBR P.C. Boutenslaan 1 Postbus 5301 2280 HH Rijswijk Telefoon (070) 372 05 00 Fax (070) 372 05 99 Eindredactie en vormgeving Afdeling In- en externe betrekkingen
www.cbr.nl