Verkeer in de Slimme Stad
Perceptie
Beslisproces
Keuze
Aanleiding
Verkeersmanagement Mobiliteitsmanagement Gedragsbeïnvloeding
Bijvoorbeeld: hoe en wanneer reageren automobilisten op externe invloeden?
De reiziger/verkeersdeelnemer centraal
Aanbod Reistijd Wachttijd Verkeersdrukte Rijsnelheid …
Kader: Waarnemen – Begrijpen – Kunnen – Willen
Vraag Routekeuze Vertrektijdstip Vervoerswijze Rijgedrag …
Inhoud
Achtergrond
Belangrijkste bevindingen: Reistijdperceptie Waarnemen Wachttijdperceptie Keuzes Toepassing
Discussie
Achtergrond
“Begrensde rationaliteit” – beperkte perceptuele, cognitieve, computationele capaciteit
Voorbeeld: tot 75% gebruikt niet de kortste route of wijzigt gedrag niet
Vaak geen gedragsverandering bij wijziging of reistijdverschil Gewoonte Verschil te klein Geen aandacht Desinteresse Inschattingsfout …
Bewust en onbewust; er bestaan veel nuances
Tot zeker hoogte: reizigers veranderen hun keuzegedrag enkel wanneer de wijziging het verkeers- en vervoerssysteem of tripeigenschappen groter wordt dan een individu-situatiespecifieke grenswaarde (“onverschilligheidsband / bandbreedte van onoplettendheid”).
Doel van het onderzoek “Empirisch meten van tijdperceptie in het verkeer evenals factoren die van invloed zijn op tijdperceptie, voor routes en verkeerslichten, evalueren van keuzegedrag en het effect van perceptiefouten op keuzes, en ontwikkelen van basisprincipes om de consequenties van grenswaarden op te nemen in verkeers- en vervoersbeleid en verkeersmanagement”.
Dimensies tijdperceptie: absolute tijd ti van een situatie i, ongelijkheid tussen situaties wanneer ti ≠ ti+1 en verschil tussen beide situaties wanneer ti - ti+1 = Δi.
Methodische overwegingen: hoe meten?
Reistijdperceptie
2 enquêtes (1 online, 1 face-to-face) met routekeuzesituaties (n = 300)
Vraag: reistijdschatting, voorkeursroute, bekendheid en sterkte voorkeur Daarnaast: database met werkelijke reistijden (11-15 min.)
Day 2 – Situation 2
From: UT
Day 1 – Situation 1 From: UT
Route 1 Route 3 Route 2
Route 4
To: Diekman
To: Diekman
Reistijdperceptie
Belangrijkste resultaten: 41% kiest kortste route in tijd 80-90% kiest gepercipieerde kortste route in tijd Reistijden overschat, niet-gekozen meer overschat dan gekozen routes (2-4 min.) Meest contrasterende HB-paren: 20-34% kiest gepercipieerde langste route in tijd
Reistijdperceptie
Belangrijkste resultaten: Weghiërarchie: hoger in hiërarchie als sneller (ca. 2 min. - vaak ten onrechte) Routedirectheid: directer als sneller (ca. 2 min. - vaak ten onrechte) Sterke voorkeur: grotere perceptiefouten niet-gekozen route Bekendheid: na verloop van tijd pessimistischer en realistischer?
Volgorde: Bekend boven onbekend Singel boven centrum routes Directe boven indirecte routes
Waarneming
Wat merken mensen van een wijziging? 1 video-enquête, 1 online panelonderzoek Aanvullende taak ten opzichte van voorgaande studies: “vergelijk”
Video-enquête (verkenning): Gevoeliger voor wijzigingen in verkeerlichtenregelingen dan verkeersdrukte Redelijke groep laat wijzigingen onopgemerkt (tot 36%) Percepties tegenovergestelde van werkelijkheid (tot 28%)
Waarneming
Wat merken mensen van een wijziging? 1 video-enquête, 1 online panelonderzoek Aanvullende taak ten opzichte van voorgaande studies: “vergelijk”
Online panelonderzoek: Nieuwe netwerk-gebaseerde regelmethode bij 7 kruispunten in Enschede Totale voertuigverliestijd -12%, per signaalgroep toe- en afname tot 40% EnschedePanel – 7000 inwoners aangesloten (response = 1413)
Waarneming
Online panelonderzoek: Nieuwe netwerk-gebaseerde regelmethode bij 7 kruispunten in Enschede Totale voertuigverliestijd -12%, per signaalgroep toe- en afname tot 40% EnschedePanel – 7000 inwoners aangesloten (response = 1413)
Kwalitatieve indicatoren (bv. acceptabel, logisch, voorspelbaar, eerlijk, etc.) Kwantitatieve indicatoren (bv. wachttijd, wachtrij, drukte, aantal stops, etc.) Herleidbaar per route, kruispunt en signaalgroep Objectieve data uit verkeerssimulatiemodel
62% had de wijziging in het geheel niet opgemerkt (einde enquête) Overige: 40% voorkeur nieuwe situatie, 33% geen voorkeur Minder tevreden over knelpunten in netwerk, wel begrip Richting en grootte van wijziging redelijk nauwkeurig ingeschat bij > 10 sec. Maximaal 3 kwaliteitsniveaus: beter, geen verschil, slechter
Geen negatieve perceptie oplossingen met collectieve doelen?
Wachttijdperceptie
2 studies; 1 bij nieuw kruispunt (4 meetmomenten in 1.5 jaar) Absolute wachttijd en waarneming van wachttijdverschillen Werkelijke wachttijden handmatig, koppeling middels kenteken
Vraagstelling (selectie): Tijd bij verkeerslicht korter of langer dan normaal/verwacht? Hoeveel korter of langer? (4-punts schaal) Tijd bij verkeerslicht acceptabel? (4-punts schaal) Schatting van de wachttijd (seconden) Response 985, na koppeling 335
Wachttijdperceptie
Belangrijkste bevindingen: +80% vindt wachttijd korter dan verwacht, ook bij hoge wachttijden Grootte en richting van wachttijden gemiddeld redelijk nauwkeurig AWT: µ = 22.4 sec., σ = 19.9 sec. / PWT: µ = 32.1 sec., σ = 36.5 sec. Grote spreiding gepercipieerde wachttijden Lage wachttijden overschat, hoge wachttijden onderschat
Wachttijdperceptie
Belangrijkste bevindingen: Weinig gevoel voor relatieve verschillen in wachttijd, tenzij groot dan opgemerkt 2 kwaliteitsniveaus: langer of korter, acceptabel of onacceptabel Perceptiefout: µ = -9.67 sec., σ = 34.6 sec.; nooit groter dan de cyclustijd Geen ontwikkeling in nauwkeurigheid percepties in 1.5 na oplevering kruispunt
Grotere perceptiefouten (2-4x) wanneer wachttijdperceptie > verwachte wachttijd
Keuzes
Analyse van routekeuzedata ten behoeve van onderzoek naar inertie en grenswaarden: Keuzestrategieën Invloed van andere factoren (bv. rijsnelheid, voorspelbaarheid reistijd) Kwantificeren van grenswaarden
Werkdefinitie inertiaal gedrag: herhaaldelijk dezelfde route kiezen hoewel deze een hogere reistijd heeft dan een beschikbaar en bekend alternatief
Routekeuzedata (Tawfik en Rakha, 2012): Real-life routekeuze experiment 20 deelnemers 20 dagen 5 gevarieerde herkomst-bestemming paren 2 routes per HB-paar (8-16 min.)
Keuzes
Belangrijkste bevindingen: 4 keuzepatronen (waarvan ‘switchers’ het slechts en ‘stayers’ het best presteren)
Keuzes
Belangrijkste bevindingen: 4 keuzepatronen (waarvan ‘switchers’ het slechts en ‘stayers’ het best presteren) Relatief weinig wisselingen – nauwelijks convergentie (leren vs. perceptie) Alleen reistijd kan keuzegedrag niet goed verklaren (onlogische keuzes) Inertie in ongeveer 25% van de keuzes Groter aandeel bij kleine reistijdverschillen of dominant niet-reistijd attribuut Inertie-grenswaarden tot 2.9 min. (30%), onverschilligheidsband zichtbaar tot 1.5-2 min. Aanzienlijke verschillen tussen HB-paren en routes: invloed keuzesituatie Verwachting alternatieven veel belangrijker dan ervaring huidige route Wisselen vooral boven minimum verwacht reistijdverlies
Toepassing
Regelruimte: grenswaarden gebruiken om zaken te wijzigen en daarmee de prestatie van het verkeers- en vervoerssysteem als geheel te verbeteren
Grenswaarden als bovengrens (zonder neveneffecten) en ondergrens (met neveneffecten)
In plaats van 1 unieke oplossing, een ruimte van mogelijke oplossingen Demand Travellers
Supply Road authorities
Behaviour
Measures
Choices
Decision
Objectives
Choices Performance Traffic System
Decision
Objectives
Assessment
Assessment
Preferences
Policies
Voorbeelden: Routekeuze in relatie tot groentijden van een verkeerslicht Service level-gebaseerd regelsysteem voor routeadvies (tot -14%) Netwerk-gebaseerde regelmethode Enschede (-12%) Toeritdosering…
Beprijzing…
Tot slot Perceptie
Beslisproces
Keuze
Door rekening te houden met inertie, grenzen van inertie en perceptiefouten kunnen verkeersmanagementmaatregelen op een zodanige manier worden ingezet dat de acceptatie van weggebruikers het hoogst is.
Er hoeft bijvoorbeeld geen rekening te worden gehouden met neveneffecten wanneer de veranderingen voor de weggebruikers niet te groot zijn.
Door verkeersinformatie en reisadviezen aan te bieden op een manier die beter aansluit bij de beleving van weggebruikers is het effect van deze maatregelen bovendien veel groter.
Verkeer in de Slimme Stad
Perceptie
Beslisproces
Jaap Vreeswijk, Product Manager Research
Keuze
[email protected]