Reageren
[email protected]
Concernstaf Afdeling Onderzoek en Statistiek, Grote Markt 2, 2011 RD Haarlem
november 2009
Veiligheidsmonitor Heemstede 2008 Gemeente Haarlem, Onderzoek en Statistiek
Hoe veilig is de gemeente Heemstede?
Veiligheidsmonitor Heemstede 2008 Hoe veilig is gemeente Heemstede?
Onderzoek en Statistiek Haarlem, oktober 2009
Colofon Opdrachtgever:
Gemeente Haarlem
Samensteller:
Gemeente Haarlem Hoofdafdeling Concernstaf Afdeling Onderzoek en Statistiek Postbus 511 2003 PB Haarlem Telefoon: 023-5113018 Fax: 023-5113441 E-mail:
[email protected] Internet: www.haarlem.nl
Bezoekadres :
Stadhuis Grote Markt 2 2011 RD Haarlem
Auteur:
Lisette Goudsmit
Ondersteuning:
Martijn Canisius / Kees Otto / Djamal Bouznad / Pieter Waal
Bronvermelding:
Alles uit deze uitgave mag vrij worden gebruikt, mits onder duidelijke vermelding van de samensteller en de naam van de rapportage.
Veiligheidsmonitor Heemstede
2
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Samenvatting en vergelijking met landelijke cijfers • Leefbaarheid De leefbaarheid en veiligheid in Heemstede wordt met een ruime voldoende beoordeeld. Wegen en plantsoenen worden goed onderhouden. Ook buiten is er voldoende verlichting volgens het merendeel van de Heemstedenaren. Een verbeterpunt zijn speelplekken en voorzieningen voor jongeren. In de buurt gaat men prettig met elkaar om. Bewoners voelen zich thuis en ze zijn tevreden over de bevolkingssamenstelling. Ruim een derde heeft veel contact met buurtbewoners en vindt het hun buurt gezellig. De gemeente kan wel nog wat beter communiceren over de leefbaarheid en veiligheid. • Buurtproblemen Hondenpoep blijft voor bijna één op de drie inwoners van Heemstede een vaak voorkomend buurtprobleem. Rommel en vernieling komen minder vaak voor. Daarnaast ondervindt 7% vaak overlast van jongeren. Van de vermogensdelicten komt volgens 8% van de bewoners vernieling van auto’s/ diefstal vanaf auto’s vaak voor. Bij verkeersoverlast laat ruim en kwart weten vaak last te hebben van te hard rijden en een iets kleinere groep van parkeeroverlast. De drie belangrijkste problemen die de gemeente met voorrang zou moeten aanpakken: te hard rijden, hondenpoep en parkeeroverlast. • Onveiligheidsbeleving Bijna één op de vijf Heemstedenaren voelt zich wel eens onveilig en 13% voelt zich wel eens onveilig in de eigen buurt. Met name plekken waar jongeren rondhangen en bij het treinstation voelen bewoners zich onveilig. De kans op woninginbraak wordt door 6% van de Heemstedenaren (heel) hoog ingeschat. De kans op portemonneediefstal schat 5% (heel) hoog in. Ruim één op de tien doet ’s avonds/’s nachts niet open vanwege onveiligheidsgevoelens. Respectloos gedrag wordt volgens bijna een kwart door onbekenden op straat en volgens 16% in het openbaar vervoer vertoont. Daarnaast wordt 15% door personeel van bedrijven, 10% door personeel van overheidsinstanties en 5% door bekenden respectloos behandeld. • Slachtofferschap en ondervonden delicten 9% van de inwoners van Heemstede is eenmaal of vaker slachtoffer geworden van één of meer delicten. Vier van de tien slachtoffers kende de dader. 80% van de ondervonden delicten vindt in de eigen gemeente plaats. Ruim één derde van de delicten vindt thuis plaats. 27% is slachtoffer geworden op straat en 12% in een winkel/ warenhuis. • Melding en aangifte van misdrijven Ruim een kwart van de delicten is door de Heemstedenaren bij de politie gemeld. De meeste meldingen worden op het politiebureau gemeld. 29% is telefonisch gemeld en bijna één op de vijf via internet. De meeste genoemde reden om een delict niet te melden is dat het toch niet helpt. Ook vond men het niet altijd belangrijk genoeg om te melden. Redenen om het wel te melden was voornamelijk omdat men vond dat de politie het moest weten en dat het op moest houden. Ook deed bijna een kwart aangifte om verzekeringsredenen. • Contacten met de politie Men kan voor diverse redenen contact hebben gehad met de politie; vanwege handhaving, aangifte/ melding of andere contacten. Over het algemeen is een ruime meerderheid (70%) van de Heemstedenaren (zeer) tevreden over het optreden van de politie bij het laatste contact. 16% is ontevreden over dit contact. De ontevredenheid heeft te maken met het te weinig ingrijpen/doen van de politie, het optreden was niet efficiënt, de politie was onverschillig en de problemen zijn niet opgelost. • Functioneren van de politie Ongeveer de helft van de Heemstedenaren is (zeer) tevreden over het totale functioneren van de politie in de woonbuurt; 9% is (zeer) ontevreden. Over het algemeen neemt de politie je serieus, biedt zij burgers bescherming, doet zij haar best en reageert ze op buurtproblemen. De aanpak kan efficiënter en het contact met buurtbewoners kan beter. De politie laat zich volgens bijna de helft te weinig zien, volgens één derde komen ze te weinig uit de auto en volgens 23% zijn ze onvoldoende aanspreekbaar. Daarnaast hebben ze te weinig tijd voor allerlei zaken (20%). Wel spreekt de helft zich positief uit over het vertrouwen in de politie. De rol als ‘crimefighter’ wordt volgens minder Heemstedenaren goed vervuld.
Veiligheidsmonitor Heemstede
3
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Samenvatting Ook zou de interactie tussen burger en politie beter kunnen; de communicatie verloopt niet altijd naar wens. • Voorzorgsmaatregelen tegen criminaliteit Een ruime meerderheid heeft ter preventie buitenverlichting en extra veiligheidssloten op buitendeuren aangebracht. Eén op de vijf heeft een alarminstallatie. Een ruime meerderheid haalt waardevolle spullen uit de auto of laat ze thuis om diefstal te voorkomen. Ook laat een meerderheid van de Heemstedenaren ’s avonds het licht branden bij afwezigheid en wordt de fiets in een bewaakte fietsenstalling gezet. • Heemstede versus landelijk profiel In onderstaande tabel zijn voor een aantal belangrijke kernindicatoren de verschillen tussen Heemstede en Nederland weergegeven: Kernindicatoren Heemstede in vergelijking met Nederland Gemeente Heemstede
Nederland
7,6 7,7 6,3
7,4 7,4 6,3
0,6 1,0 2,3 3,8 3,1 1,0 Te hard rijden Hondenpoep Parkeeroverlast
1,2 1,7 2,7 3,7 3,6 1,3 Te hard rijden Hondenpoep Parkeeroverlast
7,3 6 2 5
7,0 5 2 6
9 2 4
25 5 13
functioneren politie oordeel totale functioneren politie in uw buurt: % (zeer) tevreden beschikbaarheid politie functioneren politie (in deze buurt)
49 4,8 5,5
44 4,3 5,2
voorzorgsmaatregelen tegen criminaliteit socio-preventieve maatregelen: gemiddeld aantal getroffen maatregelen techno-preventieve maatregelen: gemiddeld aantal getroffen maatregelen
2,6 1,6
2,4 1,7
leefbaarheid leefbaarheid gemiddeld rapportcijfer woonomgeving gemiddeld rapportcijfer sociale cohesie buurtproblemen dreiging sociale overlast overlast vermogensdelicten verkeersoverlast fysieke verloedering overige overlast nummer 1 belangrijkste problemen nummer 2 belangrijkste problemen nummer 3 belangrijkste problemen onveiligheidsbeleving veiligheid eigen buurt gemiddeld rapportcijfer % (hele) grote kans op woninginbraak komend jaar % (hele) grote kans op mishandeling komend jaar % (hele) grote kans op diefstal portemonnee komend jaar slachtofferschap slachtofferschap totaal; % slachtoffer in de afgelopen 12 maanden geweldsdelicten totaal vermogensdelicten totaal
In Heemstede steken leefbaarheid, buurtproblemen, slachtofferschap en het functioneren van de politie gunstig af ten opzichte van het profiel van Nederland. Wat betreft onveiligheidsbeleving en de voorzorgsmaatregelen die tegen criminaliteit kunnen worden genomen, is het oordeel van de Heemstedenaren ongeveer overeenkomstig de rest van Nederland.
Veiligheidsmonitor Heemstede
4
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Inhoudsopgave Colofon......................................................................................................................................................... 2 Samenvatting en vergelijking met landelijke cijfers................................................................................ 3 Inhoudsopgave............................................................................................................................................ 5 1. Inleiding ................................................................................................................................................... 7 1.1 Aanleiding ....................................................................................................................................... 7 1.2 Opzet van het onderzoek ............................................................................................................... 7 1.3 Leeswijzer....................................................................................................................................... 7 2. Leefbaarheid woonbuurt ........................................................................................................................ 9 2.1 Inleiding ............................................................................................................................................... 9 2.2 Voorzieningen en sociale cohesie....................................................................................................... 9 2.3 Ontwikkeling afgelopen jaar .............................................................................................................. 10 2.4 Beoordeling gemeentelijke inzet ....................................................................................................... 11 3. Buurtproblemen .................................................................................................................................... 13 3.1 Inleiding ............................................................................................................................................. 13 3.2 Fysieke verloedering ......................................................................................................................... 13 3.3 Dreiging en (sociale) overlast ............................................................................................................ 14 3.4 Vermogensdelicten............................................................................................................................ 15 3.5 Verkeersoverlast................................................................................................................................ 16 3.6 Belangrijkste problemen .................................................................................................................... 16 4. Onveiligheidsbeleving .......................................................................................................................... 19 4.1 Inleiding ............................................................................................................................................. 19 4.2 Onveiligheidsgevoelens..................................................................................................................... 19 4.3 Slachtofferkans.................................................................................................................................. 20 4.4 Vermijdingsgedrag............................................................................................................................. 21 4.5 Respectloos gedrag........................................................................................................................... 22 5. Slachtofferschap en ondervonden delicten ....................................................................................... 23 5.1 Inleiding ............................................................................................................................................. 23 5.2 Persoonlijk slachtofferschap.............................................................................................................. 23 5.2.1 Slachtofferschap van geweldsdelicten ....................................................................................... 23 5.2.2 Slachtofferschap van vermogensdelicten .................................................................................. 23 5.2.3 Slachtofferschap van vandalismedelicten .................................................................................. 24 5.3 Ondervonden delicten ....................................................................................................................... 24 5.3.1 Ondervonden geweldsdelicten................................................................................................... 25 5.3.2 Ondervonden vermogensdelicten .............................................................................................. 25 5.3.3 Ondervonden vandalismedelicten.............................................................................................. 25 5.4 Bekendheid met daders..................................................................................................................... 25 5.5 Ondervonden delicten naar plaats van het voorval........................................................................... 26 5.5.1 Geografische locatie................................................................................................................... 26 5.5.2 Pleegplek.................................................................................................................................... 26 6. Melding en aangifte van misdrijven .................................................................................................... 27 6.1 Inleiding ............................................................................................................................................. 27 6.2 Melding .............................................................................................................................................. 27 6.3 Aangifte ............................................................................................................................................. 28 6.4 Wijze van melden .............................................................................................................................. 28 6.5 Motieven voor al dan niet melden/ aangeven ................................................................................... 28 6.5.1 Redenen voor niet melden.......................................................................................................... 28 6.5.1 Redenen voor aangifte ............................................................................................................... 29 7. Contacten tussen politie en burgers................................................................................................... 30 7.1 Inleiding ............................................................................................................................................. 30 7.2 Contact met politie............................................................................................................................. 30 7.2.1 Handhaving................................................................................................................................. 30 7.2.2 Aangifte/melding ......................................................................................................................... 31 Veiligheidsmonitor Heemstede
5
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Inhoudsopgave 7.2.3 Andere contacten........................................................................................................................ 31 7.3 Tevredenheid over optreden politie................................................................................................... 31 7.3.1 Handhaving................................................................................................................................. 32 7.3.2 Aangifte/ melding ........................................................................................................................ 32 7.3.3 Andere contacten........................................................................................................................ 33 7.4 Redenen voor ontevredenheid .......................................................................................................... 33 8. Functioneren van de politie in de woonbuurt .................................................................................... 34 8.1 Inleiding ............................................................................................................................................. 34 8.2 Tevredenheid over het totale functioneren van de politie ................................................................. 34 8.3 Functioneren van de politie ............................................................................................................... 34 8.4 Beschikbaarheid van de politie.......................................................................................................... 35 8.5 Politie betrouwbaar en bekwaam? .................................................................................................... 36 8.6 Interactie tussen politie en burgers ................................................................................................... 37 9. Voorzorgsmaatregelen tegen criminaliteit ......................................................................................... 39 9.1 Inleiding ............................................................................................................................................. 39 9.2 Technologische preventieve maatregelen......................................................................................... 39 9.3 Sociologische preventieve maatregelen............................................................................................ 39 9.4 Preventie totaal.................................................................................................................................. 40 Bijlage......................................................................................................................................................... 41
Veiligheidsmonitor Heemstede
6
Onderzoek en Statistiek Haarlem
1. Inleiding 1.1 Aanleiding De integrale Veiligheidsmonitor is in 2008 van start gegaan. Met de monitor ontstaat één gezaghebbend instrument voor het meten van veiligheidsgevoelens bij de bevolking op landelijk, regionaal en lokaal niveau. De Veiligheidsmonitor is belangrijk bij het beoordelen van de effectiviteit van het (veiligheids)beleid en richt zich met nadruk op alle bestuurslagen. De rijksoverheid draagt zorg voor de uitvoering op landelijk niveau. Politiekorpsen en individuele gemeenten kunnen zich op vrijwillige basis aansluiten. Heemstede, Bloemendaal en Heemskerk zijn de eerste gemeenten in Kennemerland die gebruik gaan maken van de integrale Veiligheidsmonitor. Het veldwerk is uitgevoerd door Intomart GfK. Onderzoek en Statistiek Haarlem is door deze gemeentes gevraagd voor dit onderzoek de analyse en rapportage te verzorgen. Deze rapportage beschrijft de gemeente Heemstede.
1.2 Opzet van het onderzoek Het doel van de Veiligheidsmonitor is een gedetailleerd beeld te krijgen van de veiligheidssituatie in de gemeente. Hiervoor is een aselecte (willekeurige) steekproef getrokken uit de bevolking van 15 jaar en ouder. De vragenlijst is in begin 2009 uitgezet. Er zijn 1081 enquêtes ingevuld. De vragenlijst is op diverse manier afgenomen: via internet (680 respondenten), via een papieren vragenlijst (158 respondenten), telefonisch (239 respondenten) en face-to-face (4 respondenten). De respons in Heemstede komt daarmee uit op 49%. In 2007 was de respons 45%. Van de respondenten die dit keer de enquête hebben ingevuld is 41% man en 59% vrouw. De gemiddelde leeftijd is 57 jaar. Het bestand is gewogen naar politieregio. Een uitgebreide toelichting hiervan is te vinden in de Integrale Veiligheidsmonitor 2008 (de landelijke rapportage). De ingevulde vragenlijsten zijn in de computer ingevoerd en geanalyseerd met behulp van het dataanalyse programma SPSS. Onderzoek en Statistiek Haarlem kreeg de data over 2008 aangeleverd in een SPSS bestand. In de rapportage voor de gemeente Heemstede is een uitsplitsing opgenomen naar drie deelgebieden: Heemstede Centrum Oost Zuid (HCOZ), Heemstede Noord Oost (HNO) en Heemstede West Zuid (HWZ). Wanneer in de tekst wordt gesproken over “verschillen”, worden hiermee statistisch significante verschillen bedoeld. Dit wil zeggen dat getoetst is of de verschillen op toeval berusten. Er is getoetst met een chi-kwadraat toets bij een betrouwbaarheidsinterval van 95%. De wijken zijn hierbij afgezet tegen het gemiddelde van de gehele gemeente.
1.3 Leeswijzer De rapportage wordt voorafgegaan door een samenvatting van de belangrijkste uitkomsten en een bondige vergelijking in cijfers met de landelijke Veiligheidsmonitor. Hoofdstuk 2 bespreekt de leefbaarheid in de buurt. De gegevens zijn onderverdeeld in de fysieke kwaliteit en sociale kwaliteit. Ook komt in dit hoofdstuk de gemeentelijke inzet naar voren. In hoofdstuk 3 gaan we in op de buurtproblemen, zoals fysieke verloedering, dreiging, (sociale) overlast, vermogensdelicten en verkeersoverlast. Daarna komt in hoofdstuk 4 de (on)veiligheidsbeleving aan bod. Dit hoofdstuk gaat ook in op de vermeende slachtofferkans, vermijdingsgedrag en respectloos gedrag. Hoofdstuk 5 staat geheel in het teken van slachtofferschap en ondervonden delicten. Van welk delict is men het laatste jaar slachtoffer geworden, waar is dat gebeurd en is de dader bekend? Deze vragen worden in dit hoofdstuk beantwoord. Vervolgens gaat hoofdstuk 6 in op de meldingen en aangiften van misdrijven. Het geeft aan hoe delict zijn gemeld en waarom ze wel of niet gemeld zijn. In hoofdstuk 7 gaan we vervolgens in op de contacten tussen politie en burgers. We zien om wat voor soort contact het gaat en of men tevreden was over dit contact. Het functioneren van de politie in de woonbuurt zien we terug in hoofdstuk 8. Tot slot sluit hoofdstuk 9 af met eventuele voorzorgsmaatregelen die men kan nemen tegen criminaliteit. In een bijlage is de vragenlijst weergegeven.
Veiligheidsmonitor Heemstede
7
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Inleiding
Veiligheidsmonitor Heemstede
8
Onderzoek en Statistiek Haarlem
2. Leefbaarheid woonbuurt 2.1 Inleiding In hoofdstuk 2 behandelen we de leefbaarheid van de buurt. Paragraaf 2.2 gaat in op een aantal leefbaarheidstellingen, zowel over fysieke voorzieningen als sociale cohesie in de buurt. Paragraaf 2.3 laat zien of bewoners zelf actie ondernemen om de buurt te verbeteren en of ze vinden dat de buurt vooruit of achteruit is gegaan het afgelopen jaar. Ook geeft deze paragraaf een aantal rapportcijfers en kerncijfers over leefbaarheid. Tot slot gaat paragraaf 2.4 over het functioneren van de gemeente waar het gaat om de aanpak van leefbaarheid en veiligheid.
2.2 Voorzieningen en sociale cohesie Over het algemeen worden zowel grijze als groene voorzieningen goed beoordeeld door Heemstedenaren, zie tabel 2.1. Wegen, paden en pleintjes worden volgens 66% goed onderhouden. Een iets grotere groep (69%) is te spreken over het onderhoud van perken, plantsoenen en parken. Drie kwart is van mening dat de buurt buiten goed verlicht is. Beduidend slechter scoren de voorzieningen voor jongeren en kinderen; respectievelijk 13% en 41% is hier tevreden over. Tabel 2.1
Fysieke voorzieningen in de woonbuurt (in %)
66,2 66,0 64,9 67,7
Wegen goed onderhouden
69,2 69,0 70,5 68,2
Plantsoenen goed onderhouden
75,0 73,6 77,8 73,6
Buiten goed verlicht 41,3 47,4 35,2 41,1
Goede speelplekken 13,0 14,2 9,8 14,7
Goede voorzieningen jongeren 0
20 Heemstede
40 HWZ
60
80
HNO
100
HCOZ
HNO scoort een stuk lager dan gemeentebreed wat betreft de aanwezigheid van speelplekken voor kinderen. HWZ is hier, ten opzichte van heel Heemstede, meer tevreden over. Over medebuurtgenoten is men goed te spreken; de sociale cohesie is hoog (zie tabel 2.2). Bijna drie kwart (74%) is tevreden over de bevolkingssamenstelling in de buurt. 71% vindt dat men op een prettige manier met elkaar omgaat. Bijna tweederde (62%) voelt zich dan ook thuis in de buurt waar ze wonen. Toch geeft een kwart aan elkaar nauwelijks te kennen. Twee op de vijf vindt dat ze in een gezellige buurt wonen waar veel saamhorigheid is en bijna vier op de tien Heemstedenaren (38%) heeft veel contact met zijn of haar buurtgenoten.
Veiligheidsmonitor Heemstede
9
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Leefbaarheid woonbuurt
Tabel 2.2
Sociale cohesie (in %)
25,2 25,1 26,4 24,1
Mensen kennen elkaar nauwelijks
71,2 72,0 70,5 71,2
Prettige omgang met elkaar 42,3 44,2
Gezellige buurt , veel saamhorigheid
35,0 47,4 62,0 61,4 64,0 60,6
Voel me thuis bij de mensen 37,7 37,2 34,2 41,5
Veel contact met buurtbewoners
73,8 75,2 74,0 72,3
Tevreden over bevolkinssamenstelling 0
20
40
Heemstede
60 HWZ
80 HNO
100
HCOZ
De beoordelingen van de verschillende buurten van Heemstede zijn op deze stellingen ongeveer gelijk. Wel geven in HNO minder mensen dan in de gehele gemeente aan dat ze in een gezellige buurt wonen waar veel saamhorigheid heerst. Ongeveer één derde vindt dat dit het geval is. Voor sociale cohesie in de woonomgeving kan een schaalscore berekend worden op basis van vier van de zes hierboven genoemde stellingen (nauwelijks elkaar kennen, prettige manier omgaan, gezellige buurt met saamhorigheid en thuis voelen). Deze schaalscore varieert tussen 0 en 10, waarbij een lagere score overeenkomt met minder sociale cohesie en omgekeerd. Voor Heemstede komt het uit op 6,3. Ter vergelijking: bij de landelijke Veiligheidsmonitor was deze schaalscore gelijk met Heemstede.
2.3 Ontwikkeling afgelopen jaar Ongeveer één op de vijf (21%) bewoners is zelf het afgelopen jaar actief geweest om de buurt te verbeteren. 16% vindt dat de buurt het afgelopen jaar verbeterd is. Een iets kleinere groep (12%) is juist van mening dat de buurt achteruit is gegaan. Twee derde (67%) geeft aan dat de buurt noch verbeterd noch verslechterd is in de laatste 12 maanden. Heemstedenaren konden ook de leefomgeving met een rapportcijfer beoordelen. Hierbij ging het om de woonomgeving, de leefbaarheid en de veiligheid van de buurt. In tabel 2.3 op de volgende pagina zien we dat men tevreden is met de eigen woonbuurt.
Veiligheidsmonitor Heemstede
10
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Leefbaarheid woonbuurt
Tabel 2.3
Kwaliteit en leefbaarheid woonomgeving
Cijfer voor de woonomgeving
7,7 7,8 7,8 7,7
Cijfer leefbaarheid woonomgeving
7,6 7,7 7,7 7,5 7,3 7,3 7,2 7,4
Cijfer veiligheid woonomgeving 6,3 6,3 6,2 6,4
Cijfer sociale kwaliteit woonomgeving
5,8 5,8 5,7 5,9
Cijfer fysieke kwaliteit woonomgeving 0
2 Heemstede
4
6 HWZ
8 HNO
10 HCOZ
De woonomgeving wordt met een 7,7 goed beoordeeld. Ook de leefbaarheid wordt met een 7,6 goed gewaardeerd. De veiligheid scoort met een 7,3 iets lager, maar nog steeds ruim voldoende. De sociale kwaliteit is net een voldoende; 6,3. De fysieke kwaliteit komt nog iets later uit met een 5,8.
2.4 Beoordeling gemeentelijke inzet Niet iedereen is even te spreken over het functioneren van de gemeente waar het gaat om de aanpak van leefbaarheid en veiligheid. Tabel 2.4 op de volgende pagina laat zien dat er voor de gemeente nog winst te behalen is. Ruim de helft vindt dat de gemeente voldoende over de aanpak van de leefbaarheid en veiligheid informeert (60%) en dat de gemeente bereikbaar is voor meldingen en klachten omtrent leefbaarheid en overlast (57%). Een nagenoeg even grote groep (56%) vindt dat de gemeente aandacht heeft voor het verbeteren van de leefbaarheid en veiligheid in de buurt. 49% is van mening dat de gemeente de buurt betrekt bij de aanpak. 40% geeft aan dat de gemeente reageert op meldingen en klachten. Slechts 30% zegt dat de gemeente doet wat ze zegt bij het verbeteren van de leefbaarheid en veiligheid in de buurt. Het totaal oordeel komt vervolgens net op een voldoende (6,2) uit. HNO vindt minder dan gemiddeld dat de gemeente reageert op meldingen en klachten over de leefbaarheid en overlast. HWZ is ten opzichte van de rest van de gemeente het best te spreken over de bereikbaarheid voor meldingen en klachten. Maar over het algemeen is HCOZ het meest te spreken over de gemeentelijke inzet, wat tot uitdrukking komt in het totale oordeel.
Veiligheidsmonitor Heemstede
11
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Leefbaarheid woonbuurt Tabel 2.4
Oordeel gemeentelijke inzet in de buurt (in %)
59,6 56,4 58,3 63,9
informeert over aanpak L.&V.
56,8
bereikbaar voor meldingen en klachten L.&O.
52,3 53,7
aandacht voor verbeteren L.&V.
56,2 52,9 56,4 59,4
64,5
48,8 43,6 49,2 53,2
bertrekt buurt bij aanpak L.&V.
39,7
reaktie op meldingen en klachten L.&O.
45,3 31,2 42,3 29,4 27,7 26,8 33,4
gemeente doet wat ze zegt bij verbeteren L.&V. 0
20
40
Heemstede
L.&V. = leefbaarheid en veiligheid
Veiligheidsmonitor Heemstede
HWZ
60 HNO
80 HCOZ
L.&O. = leefbaarheid en overlast
12
Onderzoek en Statistiek Haarlem
3. Buurtproblemen 3.1 Inleiding Hoofdstuk 3 gaat in op de buurtproblemen die er zijn. Paragraaf 3.2 begint met het behandelen van de fysieke verloedering, waarna paragraaf 3.3 ingaat op dreiging en (sociale) overlast in de buurt. Vermogensdelicten komen vervolgens in paragraaf 3.4 aan de orde. Paragraaf 3.5 brengt de verkeersoverlast in beeld. Het hoofdstuk sluit af met de belangrijkste problemen in de buurt (paragraaf 3.6).
3.2 Fysieke verloedering Fysieke verloedering van de buurt is één van de problemen waar een woonbuurt mee te maken kan hebben. Tabel 3.1 geeft een aantal van deze problemen weer. Tabel 3.1
Fysieke verloedering in de woonbuurt (in %)
30,5 28,7 31,9 30,8
Hondenpoep 12,2 12,5 14,7
Rommel op straat 9,6
10,7
Vernieling telefooncellen/ bushokjes
15,0 3,1 13,9 1,6 1,9 1,6 1,3
Bekladding muren/ gebouwen 0
10 Heemstede
20 HWZ
30 HNO
40 HCOZ
Hondenpoep is voor bijna één op de drie Heemstedenaren een probleem dat vaak voor komt. Rommel op straat komt minder vaak voor en is volgens 12% een vaak voorkomend probleem. Een nagenoeg even grote groep (11%) zegt dat vernieling van telefooncellen of bushokjes vaak voorkomt. Tot slot komt bekladding van muren en/of gebouwen het minst vaak voor van de bovengenoemde problemen. Hiervan vindt nog geen 2% dat het vaak voorkomt. HNO heeft minder last van vernielingen van telefooncellen of bushokjes dan gemeentebreed, terwijl HWZ hier juist meer last van heeft (resp. 3% en 15%). Voor fysieke verloedering van de woonomgeving is een schaalscore berekend op basis van de vier hierboven genoemde stellingen. Deze score varieert tussen 0 en 10. Hiervoor geldt: hoe hoger deze waarde, hoe meer inwoners vinden dat fysieke verloedering vaak voorkomt in hun woonbuurt. Voor Heemstede komt fysieke verloedering uit op 3,1. Bij de landelijke Veiligheidsmonitor was dit een 3,6.
Veiligheidsmonitor Heemstede
13
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Buurtproblemen
3.3 Dreiging en (sociale) overlast Vormen van dreiging en sociale overlast komen naar voren in tabel 3.2. De overlast van groepen jongeren is naar verhouding de meeste gesignaleerde vorm van bedreigende overlast in Heemstede. 6,5% van de Heemstedenaren geeft aan dat dit in hun buurt vaak voorkomt. Dronken mensen en jeugdcriminaliteit komen na overlast van jongeren met respectievelijk 2,3% en 1,4%. De overige onderwerpen scoren allemaal tussen de 0,3% en 1,0%. Tabel 3.2
Dreiging en sociale overlast in de woonbuurt (in %)
6,5
overlast groepen jongeren
8,3 6,5 4,8 2,3
dronken mensen op straat
1,6 2,1 3,1 1,4 3,0
jeugdcriminaliteit
1,0 0,2 1,0 1,6
drugsoverlast
0,9 0,4 1,0 1,2 1,6
ongewenste aandacht vrouwen
0,2 0,9
lastig gevallen op straat
1,7 0,3 0,7 0,8 1,5
bedreiging
0,6 0,4 0,3 0,2 0,6 0,2
straatroof
0,3 0,9
gewelddelicten
0,0 0,0
0
2 Heemstede
4 HWZ
6 HNO
8
10
HCOZ
De inwoners van HCOZ ervaren minder dreiging en sociale overlast door jeugdcriminaliteit dan gemeentebreed, terwijl HWZ hier meer overlast van ervaart. Op basis van de antwoorden over acht van deze problemen, exclusief de stelling over dronken mensen, is een schaalscore (van 0 tot 10) voor dreiging berekend. Een hogere score betekent dat dreiging in de buurt volgens de inwoners vaak voorkomt. Dreiging scoort laag in Heemstede met een 0,6. HWZ scoort hier wat hoger op dan gemiddeld (0,8). De schaalscore voor heel Nederland is nog wat hoger (1,2). Uit de antwoorden over drugsoverlast, lastigvallen op straat, overlast jongeren en dronken mensen is een schaalscore afgeleid voor sociale overlast. Hoe hoger de score, hoe hogere het aantal inwoners dat aangeeft dat sociale overlast in de eigen woonbuurt voorkomt. Voor Heemstede komt de sociale overlast uit op 1,0. De landelijke schaalscore is ook hier hoger (1,7). Tabel 3.3 op de volgende pagina geeft overige vormen van overlast weer. Geluidsoverlast (anders dan door verkeer) wordt relatief het meeste genoemd. 9% geeft aan hier vaak last van te ondervinden. HCOZ wijkt het meeste af van het gemiddelde. In Heemstede heeft 3% vaak last van omwonenden en 2% van de horeca. HCOZ geeft het vaakst aan last te hebben van horecagelegenheden.
Veiligheidsmonitor Heemstede
14
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Buurtproblemen Ook uit deze buurtproblemen is een schaalscore afgeleid, met een hogere score wijzend op meer inwoners die deze vormen van overlast ervaren. De schaalscore is voor Heemstede 1,0. Voor Nederland is dit 1,3. Tabel 3.3
Vormen van overige overlast in de woonbuurt (in %)
8,9 7,9 8,5
andere vormen geluidsoverlast
10,1 3,0
overlast omwonenden
2,2 3,0 3,9 1,8
overlast horecagelegenheden
0,6 0,9 3,9 0,1 0,2 0,0 0,0
overlast van zwervers/ daklozen 0
3
6
Heemstede
9 HWZ
12 HNO
15 HCOZ
3.4 Vermogensdelicten Van de vermogensdelicten komt autovandalisme in Heemstede het vaakst voor (zie tabel 3.4). 8% van de inwoners geeft aan dat beschadiging of vernieling aan auto’s en diefstal vanaf auto’s (bijvoorbeeld wieldoppen) vaak voorkomt. Inbraak in woningen en fietsendiefstal volgen met resp. 4% en 5%. Diefstal uit auto’s komt volgens 1% vaak voor. Ook deze vormen van buurtproblemen vormen een schaalscore van 0 (overlast komt niet voor) tot 10 (alle vormen komen vaak voor). Vermogensdelicten scoren een 2,3. HNO scoort hoger dan gemiddeld op deze schaalscore (2,7). De schaalscore van geheel Nederland is gelijk aan die van HNO. Tabel 3.4
Vermogensdelicten (in %)
7,5 7,0
vernieling van auto's/ diefstal vanaf auto's
9,7 5,9 4,1
inbraak in woningen
2,2 6,8 3,4 4,5 5,0 4,6
fietsendiefstal 3,8 1,2 2,2
diefstal uit auto's
1,0 0,3 0
2 Heemstede
Veiligheidsmonitor Heemstede
4
6 HWZ
8 HNO
15
10
12
HCOZ
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Buurtproblemen
3.5 Verkeersoverlast Tabel 3.5 geeft weer hoeveel verkeersoverlast inwoners ervaren. Koploper is te hard rijden; 27% vindt dat dit vaak voorkomt in de eigen woonbuurt. Parkeeroverlast komt daarna het meeste voor. Bijna een kwart (23%) vindt dat dit vaak voorkomt in hun buurt. Geluidsoverlast door verkeer en agressief verkeersgedrag volgen met respectievelijk 15% en 11%. HCOZ ervaart meer parkeeroverlast dan gemeentebreed het geval is. Tabel 3.5
Verkeersoverlast in de woonbuurt (in %)
27,2 26,4
te hard rijden
31,9 23,5 23,3 18,7 20,7
parkeeroverlast
30,1 14,6 13,0
geluidsoverlast verkeer
17,3 13,6 11,3 9,8 12,4 11,7
agressief verkeersgedrag 0
10 Heemstede
20 HWZ
30 HNO
40 HCOZ
Verkeersoverlast is ook samengenomen in een schaalscore. Hoe hoger de score, hoe meer inwoners vinden dat verkeersoverlast vaak voorkomt in hun buurt. Verkeersoverlast scoort in Heemstede een 3,8. HNO ervaart over het algemeen meer verkeersoverlast dan gemiddeld, HWZ doet dit over het algemeen minder. De verkeersoverlast in Heemstede loopt ongeveer gelijk met hoe die in heel Nederland wordt gevoeld (3,7).
3.6 Belangrijkste problemen Respondenten konden aangeven welke 2 van de 25 eerdergenoemde buurtproblemen zij het liefst direct aangepakt zouden willen zien (zie tabel 3.6 op de volgende pagina). Op één zien we te hard rijden. Een kwart (25%) van de Heemstedenaren geeft aan dat dit probleem met voorrang aangepakt moet worden. Hondenpoep volgt met 22%. De top 3 wordt afgesloten met parkeeroverlast; 19% vindt dat dit probleem met voorrang moet worden opgelost. Ten slotte zegt 13% dat geen enkel probleem met voorrang aangepakt hoeft te worden. In tabel 3.6 op de volgende pagina staan alle problemen weergegeven.
Veiligheidsmonitor Heemstede
16
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Buurtproblemen Tabel 3.6
Buurtproblemen in de woonbuurt (in %) 25,0
te hard rijden 22,1
hondenpoep 19,4
parkeeroverlast 12,3
overlast jongeren rommel
9,8
inbraak woning
9,6 9,3
vernieling/diefstal vanaf auto's 6,5
geluidsoverlast verkeer vernieling telcel/bushok
5,3
agressief verkeersgedrag
5,2 4,3
geluidsoverlast anders
3,1
fietsendiefstal
2,6
overlast omwonenden
2,1
jeugdcriminaliteit diefstal uit auto's
1,7
bedreiging
1,4
overlast horeca
1,3
bekladding gebouwen
1,2
lastig vallen mensen
0,4
overlast zwervers
0,4
lastigvallen vrouwen
0,3
dronken mensen
0,3
geweldsdelicten
0,2
drugsoverlast
0,2
straatroof
0,1 12,7
geen enkel probleem
0
5
10
15
20
25
30
Vervolgens hebben we voor de top 10 problemen die met voorrang aangepakt moeten worden, gekeken naar verschillen in de wijken. Tabel 3.7 geeft hiervan een beeld. HCOZ wil meer dan gemiddeld van de parkeeroverlast af. HNO wil dat er meer aanpak komt van de overlast van vernielingen van telefooncellen of bushokjes. Ook HWZ verschilt op een paar punten met de gehele gemeente: ze hebben meer overlast van jongeren en willen dat dit directer wordt aangepakt. Voorts geven de bewoners in deze wijk vaker aan dat ze geen enkel vorm van overlast ervaren (19% versus 13%).
Veiligheidsmonitor Heemstede
17
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Buurtproblemen Tabel 3.7
Top 10 buurtproblemen in de woonbuurt (in %) 25,0 22,3
te hard rijden
28,4 24,4 22,1 21,4 24,0 20,9
hondenpoep
19,4 27,2
parkeeroverlast
19,6 11,2 12,3 8,4
overlast jongeren
10,5 18,1 9,8 9,0 10,9 9,7
rommel
9,6 6,4
inbraak woning
13,9 8,7 9,3 10,3 11,0
vernieling/diefstal vanaf auto's
6,7 6,5 6,0 6,4 7,0
geluidsoverlast verkeer
5,3 6,4
vernieling telcel/bushok
1,7 7,8 5,2 5,1 6,1 4,3
agressief verkeersgedrag
0
10 Heemstede
Veiligheidsmonitor Heemstede
20 HCOZ
30 HNO
18
40 HWZ
Onderzoek en Statistiek Haarlem
4. Onveiligheidsbeleving 4.1 Inleiding Dit hoofdstuk behandelt de onveiligheidsbeleving van de bewoners uit Heemstede. Paragraaf 4.2 begint met hoe onveilig men zich voelt. Daarna staat in paragraaf 4.3 hoe groot men de kans acht dat men zelf slachtoffer wordt. Vervolgens gaat paragraaf 4.4 in op hoe vaak bewoners bepaalde situaties vermijden vanwege onveiligheidsgevoelens. Het hoofdstuk sluit af met respectloos gedrag (paragraaf 4.5).
4.2 Onveiligheidsgevoelens Tabel 4.1 geeft weer hoe onveilig bewoners zich voelen in het algemeen en in hun eigen buurt. Zo is te zien dat bijna één op de vijf zich wel eens onveilig voelt (18%). Ook is gevraagd in welke mate men zich onveilig voelt; 2% van alle respondenten voelt zich vaak onveilig. In de eigen woonbuurt voelt 13% zich wel eens onveilig. Van alle respondenten voelt 1% zich in de eigen woonbuurt vaak onveilig. Tabel 4.1
Onveiligheidsgevoelens in Heemstede (in %)
18,4 19,7 19,9
voelt zich wel eens onveilig
15,7 1,8 1,5 2,7 1,4
voelt zich vaak onveilig
12,6 12,6 12,2 12,8
voelt zich wel eens onveilig in eigen buurt 1,0 1,5 1,2 0,2
voelt zich vaak onveilig in eigen buurt 0
5 Heemstede
10
15 HWZ
20 HNO
25
HCOZ
Vrouwen geven vaker aan zich wel eens onveilig te voelen dan mannen (21% versus 15%). Ook voelen zij zich vaker wel eens onveilig in de eigen woonbuurt (15% versus 10%). Ook jongeren in de leeftijdscategorie 15-29 jaar voelen zich vaker wel eens onveilig dan bewoners van 45 t/m 54 jaar. Vervolgens is doorgevraagd op welke plekken men zich onveilig voelde. Dit zien we weergegeven in tabel 4.2 op de volgende pagina. We zien dat veruit de meeste mensen zich wel eens onveilig voelen op plekken waar groepen jongeren rondhangen; 37% voelt zich daar onveilig. Bijna drie op de tien bewoners voelt zich wel eens onveilig op het treinstation. In het openbaar vervoer voelt 17% zich wel eens niet veilig. Ruim één op de tien voelt zich rondom uitgaansgelegenheden wel eens onveilig. 7% voelt zich wel eens onveilig in het winkelgebied of winkelcentrum in de eigen buurt. Een bijna even grote groep voelt zich wel eens in het centrum van Heemstede en in eigen huis niet veilig (respectievelijk 7% en 6%). De wijken scoren in de resultaten niet heel anders dan gemiddeld. Wel zeggen vrouwen zich vaker dan mannen onveilig te voelen bij plekken waar groepen jongeren rondhangen, in het winkelgebied, in het openbaar vervoer en bij het treinstation. Inwoners van Heemstede tot 44 jaar voelen zich logischerwijs vaker onveilig in uitgaansgelegenheden dan mensen van 65+. Maar ook voelen mensen van 65+ zich minder vaak onveilig op plekken waar groepen jongeren rondhangen. Opvallend is verder dat leeftijdscategorie 30-44 zich vaker onveilig in huis voelt dan mensen in de categorie 45-54.
Veiligheidsmonitor Heemstede
19
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Onveiligheidsbeleving Tabel 4.2
Onveiligheidsgevoelens op specifieke plekken (in %)
36,6
plekken waar jongeren rondhangen
40,5 33,4 36,0 28,4 31,0 28,8 25,3
bij het treinstation 17,1 18,1 19,2 14,3
in het openbaar vervoer
11,2 11,7 9,5 12,4
rondom uitgaansgelegenheden winkelgebied/-centrum in eigen buurt
7,2 7,7 7,4 6,5
in het centrum van de gemeente
6,5 4,6 7,3 7,8
in eigen huis
6,4 8,1 6,1 5,1 0
10
20
30
Heemstede
HWZ
40 HNO
50 HCOZ
4.3 Slachtofferkans Hier gaat het om hoe hoog de kans wordt geschat om komend jaar zelf slachtoffer te worden van woninginbraak, mishandeling of portemonneediefstal. Tabel 4.3 geeft hier inzicht in. Tabel 4.3
Slachtofferschap in Heemstede (in %)
5,5
kans inbraak in woning
5,0 8,2 3,6 1,5
kans op mishandeling
0,7 3,2 0,7 4,8
kans diefstal portemonnee
5,6 4,2 4,5 0
2 Heemstede
Veiligheidsmonitor Heemstede
4
6 HWZ
8 HNO
20
10
HCOZ
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Onveiligheidsbeleving Woninginbraak wordt in Heemstede het vaakst genoemd; 6% schat de kans hierop hoog of heel hoog in. 5% maakt deze inschatting voor portemonneediefstal. 2% denkt een (zeer) hoge kans te lopen op mishandeling. Binnen de wijk HNO denkt men een grotere kans te hebben om slachtoffer te worden van mishandeling dan gemeentebreed. Vrouwen denken vaker dan mannen kans te hebben slachtoffer te worden van portemonneediefstal (6% versus 3%). Heemstedenaren van 55-64 jaar denken een grotere kans te maken slachtoffer te worden van inbraak dan jongeren van 15-29 jaar.
4.4 Vermijdingsgedrag Voor een aantal onderwerpen is gevraagd of mensen bepaalde zaken niet doen vanwege onveiligheidsgevoelens. In tabel 4.4 zien we het percentage waarvan mensen zeggen dat het vaak voorkomt dat ze dit vermijdingsgedrag vertonen. Tabel 4.4
Vermijdingsgedrag - Onveiligheidsgevoelens (in %)
10,8 11,1 11,3 9,7
's avonds/'s nachts niet open doen vanwege onveiligheid 2,5 3,1 2,6
kind(eren) niet toestaan ergens naartoe te gaan vanwege onveiligheid
1,3
omlopen/ omrijden om onveilige plekken te mijden
1,8 2,3 1,0 1,4
voelt zich 's avonds vaak onveilig in de buurt op straat
2,0 2,3 1,5 1,9
voelt zich 's avonds alleen thuis niet op zijn gemak
2,2 2,5 2,1 1,7 0
Heemstede
3 HWZ
6 HNO
9
12
15
HCOZ
We zien dat 11% ’s avonds en/ of ’s nachts niet open doet vanwege onveiligheidsgevoelens, 3% staat (hun) kind(eren) niet toe ergens heen te gaan en 2% rijdt of loopt om. Vrouwen doen vaker niet open of lopen/rijden om dan mannen om onveiligheid te vermijden. Ook mensen van 65+ doen vaker niet open in de avond of nacht. Daarentegen rijden of lopen mensen van 30-54 jaar vaker om dan 65+-ers. Ook geeft 2% van de Heemstedenaren aan zich ’s avonds vaak onveilig te voelen op straat in hun buurt. Eenzelfde groep voelt zich ’s avonds thuis niet op zijn gemak. Mensen van 55-64 jaar voelen zich vaker niet op het gemak ’s avonds, dan mensen van 30-44 jaar.
Veiligheidsmonitor Heemstede
21
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Onveiligheidsbeleving
4.5 Respectloos gedrag Gevraagd is hoe vaak men vindt dat ze persoonlijk door een aantal specifieke personen of instanties respectloos zijn behandeld. Respectloos gedrag wil zeggen gedrag dat volgens de respondenten de grenzen van goed fatsoen overschrijdt. Tabel 4.5 geeft inzicht in de antwoorden. Respectloos gedrag door onbekenden op straat komt het vaakst voor, gevolgd door respectloos gedrag door onbekenden in het openbaar vervoer en door personeel van winkels of bedrijven. Bijna een kwart (23%) van de bewoners van 15 jaar en ouder gaf aan wel eens respectloos bejegend te zijn door onbekenden op straat. 16% geeft aan respectloos behandeld te zijn in het openbaar vervoer en 15% door personeel van bedrijven. Eén op de tien zegt dat personeel van overheidsinstanties respectloos gedrag vertonen. Tot slot is 5% respectloos behandeld door bekenden. Tabel 4.5
Respectloos gedrag (in %)
23,2
door onbekenden op straat
26,2
22,4 21,0 16,1
door onbekenden in het openbaar vervoer
19,4 16,4 12,5 15,2
door personeel van winkels of bedrijven
17,5 15,3 13,0 9,8 11,0 10,8
door personeel van overheidsinstanties
7,7 5,0 6,4 4,3 4,2
door bekenden (partner, familie, vrienden) 0
5
10
Heemstede
15 HWZ
20 HNO
25
30
HCOZ
Bewoners van 65+ worden over het algemeen minder vaak respectloos behandeld. Bij vier van de vijf soorten personen of bedrijven (exclusief bekenden) wijken zij af van de andere leeftijdsgroepen.
Veiligheidsmonitor Heemstede
22
Onderzoek en Statistiek Haarlem
5. Slachtofferschap en ondervonden delicten 5.1 Inleiding Dit hoofdstuk behandelt slachtofferschap en ondervonden delicten. Paragraaf 5.2 gaat in op diverse vormen van persoonlijk slachtofferschap. Daarna gaan we in paragraaf 5.3 in op de ondervonden delicten. In paragraaf 5.4 wordt uiteengezet of bewoners de daders van een delict kennen. Tot slot sluit paragraaf 5.5 af met de ondervonden delicten naar plaats van voorval.
5.2 Persoonlijk slachtofferschap In deze paragraaf wordt een totaalbeeld geschetst van de criminaliteit voor zover de respondenten in de twaalf maanden voorafgaand aan het onderzoek persoonlijk slachtoffer zijn geweest van één of meer delicten. Het gaat daarbij om geweldsdelicten (seksuele delicten, mishandeling en bedreiging), vermogensdelicten (inbraak of poging daartoe, fietsdiefstal, diefstal van of uit de auto, zakkenrollerij met of zonder geweld en overige diefstal), vandalismedelicten (beschadiging/ diefstal vanaf de auto en overige vernielingen) en overige, niet nader gespecificeerde delicten. Van alle respondenten is 8,9% éénmaal of vaker slachtoffer van één of meer van de eerder genoemde delicten. Daarnaast heeft 9,5% van alle huishoudens hier mee te maken gehad.
5.2.1 Slachtofferschap van geweldsdelicten In onderstaande tabel 5.1 zien we een aantal vormen van slachtofferschap van geweldsdelicten. Bedreiging komt het vaakst voor als geweldsdelict (1,5%). Mishandeling, seksuele mishandeling en diefstal met geweld komen minder vaak voor (0,2% tot 0,1%). Tabel 5.1
Slachtofferschap van geweldsdelicten (in %)
1,5 bedreiging
2,6
0,7 1,3
mishandeling
0,2 0,2 0,0 0,3
sexuele mishandeling
diefstal met geweld
0,2 0,0 0,2 0,4 0,1 0,0 0,0 0,2 0,0
0,5
1,0
Heemstede
1,5 HWZ
2,0 HNO
2,5
3,0
HCOZ
5.2.2 Slachtofferschap van vermogensdelicten Tabel 5.2 op de volgende pagina geeft een overzicht van slachtofferschap van vermogensdelicten. Inbraak of een poging tot inbraak komen het vaakst voor. Dit geldt voor 1,3% van de respondenten en 1,6% van de huishoudens. Mannen geven vaker aan dat hen dit is overkomen dan vrouwen. Veiligheidsmonitor Heemstede
23
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Slachtofferschap en ondervonden delicten Tabel 5.2
Slachtofferschap van vermogensdelicten (in %)
1,3
0,5
(poging) inbraak
1,3 2,1 1,1 1,0
overige diefstal
1,3 1,1 1,0 1,1
fietsdiefstal
1,3 0,6 0,5 0,4
zakkenrollerij
0,0 1,2 0,3 0,0
diefstal uit auto 18+
0,9 0,0 0,1 0,3
autodiefstal 18+
0,0 0,0 0,0
0,5
1,0
Heemstede
1,5
HWZ
2,0
HNO
2,5
HCOZ
5.2.3 Slachtofferschap van vandalismedelicten Tabel 5.3 geeft de percentages van het slachtofferschap van vandalismedelicten. Beschadiging aan de auto is bij 3,4% van alle bewoners van 18 jaar of ouder voorgekomen. Vernieling en beschadiging komt bij 1,9% van alle bewoners voor. Vrouwen geven vaker aan vernieling of beschadiging te hebben meegemaakt dan mannen. Tabel 5.3
Slachtofferschap van vandalisme (in %) 3,4
beschadiging auto 18+
3,0 2,1 5,2 1,9
vernieling/ beschadiging
1,4 2,2 2,1 0
1 Heemstede
2
3 HWZ
4 HNO
5
6
HCOZ
5.3 Ondervonden delicten De mate waarin de bevolking met veel voorkomende criminaliteit wordt geconfronteerd blijkt niet alleen uit het aandeel dat zelf slachtoffer is geworden van delicten, maar ook uit het aantal voorvallen waarmee Veiligheidsmonitor Heemstede
24
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Slachtofferschap en ondervonden delicten de bewoners worden geconfronteerd. Hoewel gegevens over slachtofferschap en over ondervonden delicten overeenkomen, hebben zij toch hun eigen karakteristiek. Iemand kan immers meer dan éénmaal slachtoffer worden en eenzelfde soort delict. In totaal gaven 148 respondenten (14%) in de Veiligheidsmonitor 2008 aan een delict te hebben ondervonden. Na het toepassen van een weging naar het totale inwonertal komt dat neer op een schatting van 2933 ondervonden delicten (in Heemstede of elders plaatsgevonden) voor de bewoners van Heemstede in 2008. Dezelfde weging is toegepast op de verschillende soorten delicten. Hiermee kan een schatting worden gemaakt voor het aantal ondervonden delicten naar soort voor geheel Heemstede. Belangrijk: dit is een schatting en kan afwijken van de werkelijkheid.
5.3.1 Ondervonden geweldsdelicten De ondervonden geweldsdelicten bestaan uit: • Bedreiging: 377, • Seksuele mishandeling: 73, • Mishandeling: 82 en • Diefstal met geweld: 12. Dit zijn geschatte aantallen ondervonden geweldsdelicten voor geheel Heemstede in 2008.
5.3.2 Ondervonden vermogensdelicten De ondervonden vermogensdelicten bestaan uit: • (Poging tot) inbraak: 394, • Fietsdiefstal: 223, • Zakkenrollerij: 127, • Diefstal uit auto: 79 • Autodiefstal: 36 en • Overige diefstal: 276. Dit zijn geschatte aantallen ondervonden vermogensdelicten voor geheel Heemstede in 2008.
5.3.3 Ondervonden vandalismedelicten De ondervonden vandalismedelicten bestaan uit: • Beschadiging auto: 825 en • Overige vernielingen: 439. Dit zijn geschatte aantallen ondervonden vandalismedelicten voor geheel Heemstede in 2008.
5.4 Bekendheid met daders Aan de slachtoffers van geweldsdelicten, zakkenrollerij met geweld, overige vernielingen en overige delicten is gevraagd of zij bij elk laatste voorval de dader(s) kenden. Let op: het gaat in deze paragraaf wel om kleine daadwerkelijke aantallen in de Veiligheidsmonitor 2008. Het aantal respondenten waarover gepercenteerd is bij deze vragen is 40 (N=40). 40% van de slachtoffers geeft aan dat zij de dader kennen. Bij de helft van de slachtoffers gaat het om een (ex) partner van het slachtoffer of iemand van het werk (beide 9% van alle respondenten die slachtoffer zijn geweest). Bij 3% van de slachtoffers is het een buurtgenoot. Ook gaf 17% aan dat de dader een andere bekende was. Bij geweldsdelicten kent men in 63% van de gevallen de dader. Hiervan is een derde de (ex) partner dader (21% van alle respondenten die slachtoffer zijn geweest). Een even grote groep is iemand van het werk, 15% is een andere bekende en in 4% van alle gevallen een buurtgenoot.
Veiligheidsmonitor Heemstede
25
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Slachtofferschap en ondervonden delicten
5.5 Ondervonden delicten naar plaats van het voorval Bij alle delictsoorten, behalve (poging tot) inbraak, is gevraagd waar het laatste voorval plaatsvond. Hierbij is een onderscheid mogelijk naar de geografische locatie (eigen woonbuurt, elders in de woongemeente, elders in Nederland, in het buitenland). Ook is aan slachtoffers van zakkenrollerij, overige diefstal, overige vernielingen, geweldsdelicten en overige delicten gevraagd naar een nadere aanduiding van de pleegplek. De cijfers over de geografische locatie hebben betrekking op alle ondervonden delicten; informatie over de pleegplek is beperkt tot delicten die slachtoffers in Nederland hebben ondervonden. Ook bij de cijfers over de pleegplek zij de aantallen waarover gepercenteerd is klein (N=37).
5.5.1 Geografische locatie Van alle ondervonden delicten vindt het overgrote deel in de eigen woongemeente van het slachtoffer plaats (80%). Elders in Nederland komt in 20% van de gevallen voor en 1% in het buitenland.
5.5.2 Pleegplek Gevraagd is waar de ondervonden delicten zijn gepleegd. Ruim een derde (35%) van de delicten vindt thuis plaats. Bijna één op de drie (27%) is op straat slachtoffer geworden. Ook winkel/warenhuis en werk/school wordt door slachtoffers relatief vaak (beide 12%) als pleegplek genoemd. Andere plekken komen minder voor, zie tabel 5.4. Tabel. 5.4
Ondervonden delicten naar pleegplek (in %)
35,3 thuis 20,3 26,9
9,4
straat
30,4 12,3
winkel/ warenhuis
0,0
7,2
café/ bar/ disco 0,0 1,5 0,0
sportveld/ hal
elders
27,8
12,2 12,4
17,6
4,0 6,3 6,3
6,3 0,0 1,2 3,0 0,0 0,0 1,1 0,0 4,7 0,0 5,3 0,0 0,0
andere woning
43,7
3,6
werk/ school
station/ bushalte
46,3 39,9
0
14,7
10 Heemstede
Veiligheidsmonitor Heemstede
20 HWZ
30 HNO
26
40
50
HCOZ
Onderzoek en Statistiek Haarlem
6. Melding en aangifte van misdrijven 6.1 Inleiding In dit hoofdstuk komen de contacten tussen de politie en slachtoffers van delicten aan de orde. Slechts een deel van door de bevolking ondervonden delicten wordt door de politie geregistreerd. Allereerst worden de meeste voorvallen om wat voor reden dan ook niet bij de politie bekend. Deze delicten die buiten het gezichtsveld van de politie blijven, worden aangeduid met de term ‘verborgen misdaad’. Maar ook van de voorvallen die wel bekend zijn (door melding of door de politie zelf ontdekt) komen alleen die delicten in de politieregistraties terecht waarvoor een ondertekende aangifte is gedaan of die via internet zijn gemeld. In hoofdstuk 6 staan de meldingsbereidheid en aangiftebereidheid centraal. Paragraaf 6.2 gaat in op de meldingen en paragraaf 6.3 op de aangiften. Vervolgens bespreken we de wijze van melden in paragraaf 6.4. Tot slot worden de redenen voor al dan niet melden en aangeven in paragraaf 6.5 besproken. De aantallen meldingen en aangiften zij klein. Hierdoor zijn de percentages te grof om de aantallen er niet bij te vermelden. Zowel in de tekst als in de tabellen zijn de aantallen vermeld waarover gepercenteerd is (de ‘N’).
6.2 Melding In deze paragraaf wordt ingegaan op de meldingsbereidheid van slachtoffers van delicten. Van melding is sprake als het voorval door of namens het slachtoffer is gemeld bij de politie. Volgens de Veiligheidsmonitor 2008 werd 28% (N=78) van de delicten gemeld bij de politie. Er bestaan verschillen in de mate waarin voorvallen worden gemeld bij de politie. Vermogensdelicten werden het vaakst gemeld, door 53% van de slachtoffers. Vandalismedelicten worden door 25% gemeld bij de politie. De onderstaande tabel brengt de meldingspercentages van diverse delicten in beeld. Tabel 6.1
Bij politie gemelde delicten (in %) Delicten
%
totaal geweldsdelicten
0,0 (12)
totaal vermogensdelicten
53,4 (29) autodiefstal
100 (2)
zakkenrollerij
80,9 (4)
(poging) inbraak
48,3 (6)
fietsdiefstal
29,1 (11)
overige diefstal totaal vandalismedelicten
Overige delicten Totaal
Veiligheidsmonitor Heemstede
100 (1)
diefstal uit auto
40,2 (5) 25,1 (37)
overige vernielingen
42,2 (8)
beschadiging auto
20,9 (29) 0,0 (0) 28,0 (78)
27
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Melding en aangifte van misdrijven
6.3 Aangifte In deze paragraaf staat de aangiftebereidheid centraal. Aangifte kan worden gedaan door het ondertekenen van een schriftelijke verklaring of proces-verbaal. Maar ook worden steeds meer aangiften via internet (kan niet voor alle soorten aangiften) gedaan. Omdat bij deze laatste manier van melden geen ondertekening plaatsvindt, worden beide aangiftesoorten ook afzonderlijk weergegeven. Zoals ook bij de meldingsbereidheid hangt de aangiftebereidheid sterk af van het soort delict, zie tabel 6.2. Tabel 6.2
Aangifte delicten (in %) Delicten
%
zonder internet
autodiefstal
100 (1)
zakkenrollerij
49,9 (4)
overige diefstal
16,1 (5)
beschadiging auto
16,7 (29)
fietsdiefstal
9,3 (11)
overige vernielingen
29,5 (8)
overige diefstal
24,1 (5)
fietsdiefstal
8,4 (11)
met internet
-
6.4 Wijze van melden Indien het laatste ondervonden delict bij de politie gemeld is (N=23), is aan het slachtoffer daarvan gevraagd naar de wijze waarop dit is gebeurd. Volgens de Veiligheidsmonitor 2008 werd het grootste deel van alle gemelde delicten (51%) op het politiebureau gemeld. Bijna één derde (29%) werd telefonisch gemeld en 17% gebeurde via internet. 4% werd op een andere manier gemeld. De manier waarop een delict wordt gemeld hangt af van het soort delict. Zo werden vermogensdelicten (N=14) vaker op het politiebureau (44%) en telefonisch (37%) gemeld dan via internet (12%). Vandalismedelicten (N=9) werden vaker op het politiebureau (58%) gemeld dan telefonisch (19%) of via internet (23%).
6.5 Motieven voor al dan niet melden/ aangeven Aan slachtoffers die een voorval niet bij de politie hebben gemeld is gevraagd naar de reden waarom zij dat niet hebben gedaan. Aan slachtoffers die het delict wel hebben aangegeven is gevraagd waarom ze dat hebben gedaan. Beide vragen komen in de volgende subparagrafen terug.
6.5.1 Redenen voor niet melden De meest genoemde reden om een delict niet te melden is dat het toch niet helpt, zie tabel 6.3. In 26% van de niet-gemelde gevallen werd deze reden gegeven. Ook werd vaak gezegd dat het niet zo belangrijk was (20%). In 17% van de gevallen was de zaak al opgelost en meer dan één op de tien gaf aan dat het geen zaak van de politie was (13%). 10% heeft het niet gemeld uit vrees voor represailles. Bij 14% speelden andere redenen een rol om het voorval niet te melden.
Veiligheidsmonitor Heemstede
28
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Melding en aangifte van misdrijven Tabel 6.3
Redenen om delicten niet aan te geven bij politie (in %) Redenen
geweldsdelicten
vermogensdelicten
vandalisme
delicten totaal
helpt niets
3,8 (11)
31,2 (13)
36,6 (27)
26,3 (51)
niet zo belangrijk
11,5 (11)
29,3 (13)
22,1 (27)
20,2 (51)
opgelost
37,6 (11)
0,0 (13)
10,9 (27)
16,8 (51)
geen zaak politie
9,1 (11)
30,5 (13)
9,8 (27)
13,0 (51)
angst voor represailles
28,9 (11)
9,0 (13)
0,0 (27)
9,8 (51)
anders/onbekend
9,0 (11)
0,0 (13)
20,5 (27)
13,9 (51)
Uit de tabel valt verder af te lezen dat tussen de soorten delicten verschillen bestaan in de mate waarin redenen worden genoemd.
6.5.1 Redenen voor aangifte De meeste genoemde reden om een delict bij de politie aan te geven was omdat men vond dat de politie het moest weten en dat het op moest houden; 41% gaf deze reden op. Bijna een kwart werd aangegeven vanwege verzekeringsredenen. ‘De dader moest gepakt worden’ en ‘Ik vond het mijn plicht’ werden door resp. 11% en 22% genoemd als redenen voor aangifte. Tot slot wilde 3% zijn of haar goederen terug. Tabel 6.4
Reden van aangifte bij de politie (in %) Redenen
vermogensvandalisme delicten
delicten totaal
dader moet gepakt worden
14,1 (14)
7,6 (9)
gestolen goederen terug
5,5 (14)
0,0 (9)
3,0 (23)
plicht
17,1 (14)
27,5 (9)
21,8 (23)
politie moest dit weten
35,3 (14)
46,5 (9)
40,5 (23)
verzekeringsredenen
27,9 (14)
18,5 (9)
23,6 (23)
11,1 (23)
Ook zien we in de tabel weer terug dat tussen soorten delicten verschillen zijn in mate waarin redenen voor aangifte worden genoemd. Er zijn overigens geen redenen genoemd voor het melden van geweldsdelicten.
Veiligheidsmonitor Heemstede
29
Onderzoek en Statistiek Haarlem
7. Contacten tussen politie en burgers 7.1 Inleiding In dit hoofdstuk komen de algemene contacten met de politie aan bod. Paragraaf 7.2 gaat in op de omvang en de aard van dit contact. In paragraaf 7.3 wordt aandacht besteed aan de tevredenheid van burgers over hun contact met de politie in Heemstede. Tot slot gaat paragraaf 7.4 in op de redenen waarom men ontevreden is.
7.2 Contact met politie Ruim één op de drie (34%) inwoners van 15 jaar en ouder heeft in de voorgaande 12 maanden om een of andere reden contact gehad met de politie in Heemstede. De volgende subparagrafen gaan in op de aard van het contact. Aan diegene die contact hebben gehad met de politie is gevraagd wat de reden was van het laatste contact. De contacten kunnen worden ingedeeld in drie groepen: handhaving door politie, aangifte of melding door burgers en ‘andere’ contacten. De onderstaande tabel geeft de drie groepen weer. Tabel 7.1
Contact met de politie in Heemstede (in %) 20,0
wegens handhaving
40,6
wegens aangifte/melding
39,5
wegens andere contacten 0
10
20
30
40
50
Eén op de vijf komt door handhaving met de politie in contact. 41% komt door een aangifte of melding in contact en 40% komt op een andere manier in contact. In de volgende subparagrafen gaan we verder op deze drie groepen in.
7.2.1 Handhaving Bij handhaving gaat het initiatief uit van de politie. Het gaat daarbij om contacten in verband met bekeuringen (9%), controle door de politie (6%) en waarschuwingen (5%). Tabel 7.2
Contact wegens handhaving met de politie (in %) wegens handhaving
20,0
bekeuring
9,1
controle door politie
5,6
waarschuwing
5,3 0
Veiligheidsmonitor Heemstede
10
20
30
30
40
50
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Contacten tussen politie en burgers
7.2.2 Aangifte/melding Bij aangifte of melding gaat het om contacten vanwege aangifte eigen slachtofferschap van een delict, vanwege het melden van een verdachte situatie of vanwege het getuige geweest zijn van een misdrijf. 16% heeft een aangifte gedaan waarbij een proces-verbaal is ondertekend. 15% zegt in contact te zijn geweest zij een melding maakten van een verdachte situatie of delict. De overige aangiften en meldingen komen minder vaak voor. Tabel 7.3
Contact wegens aangifte/melding met de politie (in %) 40,6
wegens aangifte/melding 15,8
aangifte met ondertekenen pv
14,6
melding ongeval 5,4
melding verdachte situatie
4,2
aangifte via internet getuigen i.v.m. misdrijf
0,6 0
10
20
30
40
50
7.2.3 Andere contacten Van alle (laatste) contacten met de politie hadden vier van de tien betrekking op andere contacten dan vanwege handhaving of een aangifte dan wel melding. Bij deze groep gaat het vaak om een verloren of gevonden voorwerp (11%) of vragen om hulp (6%). Tabel 7.4
Andere contacten met de politie in Heemstede (in %) 39,5
wegens andere contacten 11,1
verloren/ gevonden voorwerp 5,8
vragen om hulp
3,2
sociaal contact/praatje
2,8
vragen om info-advies
1,1
klacht over politieoptreden burgernet
0,8
vergunning vragen
0,5
voorlichting open dag
0,2
melding feest
0,1
overig
13,8 0
10
20
30
40
50
7.3 Tevredenheid over optreden politie Aan burgers, die in de onderzochte periode contact hadden met de politie, is gevraagd naar hun tevredenheid over het politieoptreden bij het laatste contact. Hierbij komt in de tekst de (on)tevredenheid over alle contacten aan de orde, waarna de subparagrafen inzoomen op redenen van (on)tevredenheid bij: handhaving, aangifte/melding en ‘andere’ contacten.
Veiligheidsmonitor Heemstede
31
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Contacten tussen politie en burgers Een ruime meerderheid van 70% is (zeer) tevreden over het optreden van de politie bij het laatste contact. Daartegenover is 16% ontevreden.
7.3.1 Handhaving Van de inwoners die contact hebben gehad met de politie vanwege handhaving is de ruim de helft (zeer) tevreden (56%). Bijna een kwart (24%) is (zeer) ontevreden over het contact vanwege handhaving. In de onderstaande tabel zien we hoe (on)tevreden bewoners zijn over diverse vormen van handhaving. Tabel 7.5
Tevredenheid over handhaving van de politie (in %) (zeer) tevreden handhaving
55,5
controle door politie
69,8
waarschuwing
58,2 43,9
bekeuring
(zeer) ontevreden handhaving
23,8
waarschuwing
30,9
bekeuring
30,9 5,8
controle door politie 0
20
40
60
80
7.3.2 Aangifte/ melding Van de inwoners die contact hebben gehad met de politie vanwege aangifte of melding van een delict, verdachte situatie of ongeval of als getuige van een misdrijf is 72% (zeer) tevreden. Daarentegen is 15% niet tevreden over bij het politieoptreden wegens aangifte of melding. De onderstaande tabel geeft weer hoe (on)tevreden bewoners zijn over het politieoptreden bij diverse vormen van aangifte en/of melding. Tabel 7.6
Tevredenheid over aangifte/melding bij politie (in %) 71,7
(zeer) tevreden aangifte/melding melding ongeval
76,5
aangifte met ondertekenen pv
76,2
getuigen i.v.m. misdrijf
76,0 68,3
melding verdachte situatie aangifte via internet
60,5
14,8
(zeer) ontevreden aangifte/melding
24,0
getuigen i.v.m. misdrijf
23,6
aangifte via internet melding ongeval
16,6 14,3
aangifte met ondertekenen pv
11,9
melding verdachte situatie 0
Veiligheidsmonitor Heemstede
20
40
32
60
80
100
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Contacten tussen politie en burgers
7.3.3 Andere contacten Van de inwoners die om een andere reden dan handhaving of aangifte contact met de politie hebben gehad is ruim drie kwart (zeer) tevreden (76%). 15% is niet te spreken over het optreden van de politie bij deze contacten. Tabel 7.7 laat zien hoe (on)tevreden bewoners zijn over de diverse vormen van ‘andere’ contacten. Tabel 7.7
Tevredenheid over overig contact met politie (in %) (zeer) tevreden overig contact
76,2
burgernet
100,0
verloren/ gevonden voorwerp
87,4
vragen om info-advies
81,0
sociaal contact/praatje
72,0
vergunning vragen
63,9
vragen om hulp
48,9
klacht over politieoptreden
27,1
(zeer) ontevreden overig contact
14,5
klacht over politieoptreden
53,9
vergunning vragen
36,1
vragen om hulp
34,6
vragen om info-advies
9,9
sociaal contact/praatje
6,7
verloren/ gevonden voorwerp
6,5 0
20
40
60
80
100
7.4 Redenen voor ontevredenheid Aan de respondenten, die in 2008 aangaven dat zij (zeer) ontevreden waren over het optreden van de politie (16%), is gevraagd naar hun redenen hiervoor. De redenen zijn in drie categorieën in te delen. Het gaat om: de bereikbaarheid of komst, het optreden of het resultaat / afloop. Er konden meer redenen aangegeven worden; hierdoor komen de percentages opgeteld niet uit op 100%. Ten aanzien van de bereikbaarheid of komst van de politie gaven degene die niet tevreden waren als belangrijkste reden dat de politie niets of te weinig deed (28%). Eén op de tien gaf als reden dat de politie niet kwam (9%) en 7% gaf aan dat de politie onvoldoende tijd/ aandacht had. Tot slot vond 6% dat de politie hen te lang liet wachten. Rond het optreden van de politie waren de belangrijkste redenen dat de politie onverschillig oogde (22%) en niet efficiënt optrad (20%). Dat de politie niets kon doen werd door 5% als reden gegeven en 4% gaf aan dat de politie te weinig informatie verstrekte. Bij de redenen van ontevredenheid vanwege het resultaat of afloop van het contact werd het meest genoemd dat de problemen niet opgelost waren (23%). 18% gaf aan dat er geen bericht over de afloop was.
Veiligheidsmonitor Heemstede
33
Onderzoek en Statistiek Haarlem
8. Functioneren van de politie in de woonbuurt 8.1 Inleiding In de vorige hoofdstukken stonden de ervaringen van respondenten die daadwerkelijk met de politie te maken hebben gehad centraal. Maar ook burgers die geen contact met de politie hebben gehad kunnen een oordeel hebben over de politie. Dit hoofdstuk geeft het functioneren van de politie in de woonbuurt weer. Als eerste komt in paragraaf 8.2 de tevredenheid over het totale functioneren van de politie aan bod. Vervolgens zoemen we in op specifieke aspecten van het functioneren (paragraaf 8.3) en de beschikbaarheid van de politie (paragraaf 8.4). Daarna volgt in paragraaf 8.5 het vertrouwen in de (bekwaamheid van de) politie. Het hoofdstuk sluit af met de mening over de interactie tussen politie en burgers (paragraaf 8.6).
8.2 Tevredenheid over het totale functioneren van de politie In de Veiligheidsmonitor 2008 is aan respondenten een oordeel gevraagd over het totale functioneren van de politie in de buurt. Tabel 8.1 geeft een weergave van hoe (on)tevreden Heemstedenaren hierover zijn. Tabel 8.1
Tevredenheid functioneren politie in Heemstede (in %)
(zeer)
48,9 50,8 48,0 48,0
tevreden
8,7 10,4 9,1 6,6
(zeer) ontevreden
0
10 20 Heemstede
30 HWZ
40 HNO
50 HCOZ
60
49% is (zeer) tevreden over het totale functioneren van de politie in de woonbuurt; 9% is (zeer) ontevreden. De rest was neutraal over dit onderwerp of had hier geen mening over.
8.3 Functioneren van de politie Het functioneren van de politie in de buurt is specifieker gemeten aan de hand van zeven stellingen. De stelling zijn – op één na – positief geformuleerd. Dit betekent dat hoe meer men het eens is met de stelling, hoe positiever men oordeelt over het functioneren van de politie in de buurt. In tabel 8.2 op de volgende pagina zien we de antwoorden op de zeven stellingen. 46% voelt zich serieus genomen door de politie. Ruim één derde geeft aan dat de politie burgers bescherming biedt in hun woonbuurt (37%). Een iets kleinere groep vindt dat de politie haar best doet en dat zij reageert op buurtproblemen. Eén op de vijf Heemstedenaren vindt dat de politie de zaken efficiënt aanpakt en 16% is van mening dat de politie ook daadwerkelijk contact heeft met de buurtbewoners. Tot slot vindt 17% vindt dat er te weinig bekeurd wordt in de buurt.
Veiligheidsmonitor Heemstede
34
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Functioneren van de politie in de woonbuurt Tabel 8.2
Oordeel functioneren politie in de buurt (in %)
45,9 44,7 48,9 44,2
politie neemt je serieus 36,7 37,3 36,0 36,8
biedt burgers bescherming
32,4 35,2 29,5 32,4
doet haar best in de buurt
30,9 33,6 29,6 29,5
reageert op buurtproblemen 19,6
pakt de zaken efficiënt aan
24,1 15,4 19,3 17,1 16,7 17,6 17,0
bekeuren hier te weinig
15,8 16,2 11,9 19,3
contact met de buurtbewoners 0
10
20
30
Heemstede
HWZ
40 HNO
50
60
HCOZ
Voor het functioneren van de politie is een schaalscore berekend op basis van de antwoorden op de eerste vier stellingen en de zesde stelling. Met deze vijf stellingen kan het totale oordeel van de bevolking over het functioneren van de politie worden beschreven. Deze score moet nadrukkelijk niet worden opgevat als een op zichzelf staand rapportcijfer, maar is het resultaat van een herberekening. De score loopt van 0 tot 10; hoe hoger, hoe tevredener men is over het functioneren van de politie in de buurt. Heemstede komt uit op een 5,5. Ter vergelijking: bij de landelijke Veiligheidsmonitor was dit een 5,2.
8.4 Beschikbaarheid van de politie Het oordeel over de beschikbaarheid van de politie is gemeten door aan de respondenten te vragen in hoeverre zij het eens of oneens zijn met vijf uitspraken. Anders dan de stellingen in de vorige paragraaf zijn deze stellingen negatief geformuleerd; hoe meer men het met een stelling eens is, hoe negatiever men dus denkt over de beschikbaarheid van de politie. Tabel 8.3 (volgende pagina) geeft de antwoorden op de vijf uitspraken. 46% vindt dat de politie te weinig in de buurt te zien is. Bijna één derde is van mening dat de politie te weinig uit de auto komt (31%) en bijna een kwart geeft aan dat de politie te weinig aanspreekbaar is (23%). Eén op de vijf laat weten dat de politie te weinig tijd heeft voor allerlei zaken (20%). Tot slot vindt 10% dat de politie niet snel komt als ze geroepen worden.
Veiligheidsmonitor Heemstede
35
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Functioneren van de politie in de woonbuurt Tabel 8.3
Oordeel beschikbaarheid politie in de buurt (in %)
45,9 49,6 47,1
je ziet de politie te weinig
41,4 31,1
politie komt te weinig uit de auto
37,1 32,3 24,1 23,3
politie is te weinig aanspreekbaar
29,3 23,7 17,0 20,2 22,8 20,8 17,1
te weinig tijd voor allerlei zaken 10,3 12,2 11,2 7,6
komt niet snel als je ze roept 0
10
20
Heemstede
30 HWZ
40 HNO
50
60
HCOZ
Inwoners uit HCOZ zijn op twee stellingen positiever dan de rest van de gemeente. Zo vinden zij minder vaak dat de politie te weinig uit de auto komt en te weinig aanspreekbaar is. HWZ is op deze twee stellingen negatiever dan het gemiddelde. Evenals bij het functioneren van de politie vormen de vijf stellingen over de beschikbaarheid van de politie samen een cluster waarvoor een schaalscore kan worden berekend. Hiervoor geldt: hoe hoger de score, hoe positiever men is over de beschikbaarheid van de politie in de buurt. De schaalscore voor de beschikbaarheid van de politie in Heemstede komt uit op 4,8. Dit is hoger dan de politie gemiddeld in heel Nederland scoort (4,3).
8.5 Politie betrouwbaar en bekwaam? In de Veiligheidsmonitor 2008 worden vier stellingen voorgelegd die betrekking hebben op het vertrouwen in (de kundigheid) van de politie. Deze stellingen zijn positief geformuleerd, dus hoe meer men het eens is met een stelling, hoe positiever men op dat aspect over de politie is. In tabel 8.4 gaan de stellingen over het vertrouwen in de politie en tabel 8.5 laat de beoordeling van de politie als ‘crimefighter’ zien. Tabel 8.4
Vertrouwen in de politie (% eens) 50,0 50,2 47,8 51,8
als het er echt om gaat is de politie er
49,4 53,0
politie doet uiterste om je te helpen
44,8 50,3 0
Veiligheidsmonitor Heemstede
10
20
30
40
50
Heemstede
HWZ
HNO
HCOZ
36
60
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Functioneren van de politie in de woonbuurt Tabel 8.5
Bekwaamheid (als crimefighter) van de politie (% eens) 28,5
weet hoe ze boeven moeten vangen
33,1 28,6 24,1 18,3
bestrijdt de criminaliteit succesvol
22,1 12,3 20,2 0
10
20
Heemstede
HWZ
30 HNO
40
HCOZ
De helft van de respondenten vindt dat de politie er voor je is als het er echt om gaat en dat de politie het uiterste zal doen om je te helpen (respectievelijk 50% en 49%). Over de politie als ‘crimefighter’ zegt 29% dat de politie criminelen kan ‘vangen’. 18% is het eens met de stelling dat de politie de criminaliteit succesvol bestrijdt. Over deze laatste stelling zijn de bewoners van HNO het minder vaak eens dan de rest van de gemeente. Met de bovenstaande stellingen is een schaalscore voor het vertrouwen in de politie en de politie als crimefighter te berekenen. Hoe hoger de score (tussen de 0 en 10) hoe positiever men is over dat aspect. Het vertrouwen scoort een 6,5 in Heemstede. De rol van crimefighter scoort een 5,4. Bij de landelijke Veiligheidsmonitor werd bij deze schaalscores respectievelijk een 6,4 en een 5,2 berekend.
8.6 Interactie tussen politie en burgers Naast de eerder genoemde stellingen zijn er nog vijf stellingen voorgelegd die betrekking hebben op de interactie tussen politie en burgers. Deze stellingen zijn positief geformuleerd, dus hoe meer men het eens is met een stelling, hoe positiever men op dat aspect over de politie te spreken is. Tabel 8.6 laat de wederkerigheid tussen politie en burger zien en tabel 8.7 brengt de communicatie van de politie in beeld. Tabel 8.6
Wederkerigheid tussen politie en burgers (% eens)
32,6 33,1 30,9 33,6
houdt rekening met wensen samenleving
24,3 23,0 23,7 26,0
werkt goed samen met bewoners
15,8 16,2 11,9 19,3
heeft contact met buurtbewoners
45,9 44,7 48,9 44,2
politie neemt je serieus
60,1 62,3 57,9 60,1
politie is benaderbaar 0
20 Heemstede
Veiligheidsmonitor Heemstede
40 HWZ
60 HNO
37
80 HCOZ
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Functioneren van de politie in de woonbuurt
33% vindt dat de politie rekening houdt met de wensen van de samenleving. Bijna een kwart vindt dat de politie goed samenwerkt met de bewoners (24%) en 60% vindt de politie benaderbaar. Naast deze stellingen hebben ook twee eerder besproken stellingen (over contact met buurtbewoners en serieus nemen, paragraaf 8.3) betrekking op de wederkerigheid van politie. Tabel 8.7
Communicatie van politie (% eens) 29,5 30,5 28,1 29,9
wil contact hebben met burgers
28,1 29,5
politie informeert de burgers
24,6 30,2 0
10 Heemstede
20 HWZ
30 HNO
40 HCOZ
Twee stellingen gaan specifiek over de communicatie van de politie. 30% zegt dat de politie contact wil hebben met de burgers en 28% geeft aan dat de politie burgers informeert. Ook voor bovenstaande stellingen geldt dat er twee schaalscores berekend kunnen worden. De scores variëren van 0 tot 10 en hoe hoger de score des te positiever men is over dat aspect. Wederkerigheid scoort in Heemstede een 5,5 en communicatie een 5,9. Landelijk werd de politie een 5,3 voor wederkerigheid en een 5,7 voor communicatie gegeven. HCOZ is tevredener dan het gemiddelde over zowel de wederkerigheid als de communicatie. HNO is ontevredener dan gemeentebreed over de communicatie van de politie naar de burger.
Veiligheidsmonitor Heemstede
38
Onderzoek en Statistiek Haarlem
9. Voorzorgsmaatregelen tegen criminaliteit 9.1 Inleiding Hoofdstuk 9 gaat in op diverse preventieve maatregelen die bewoners kunnen nemen om criminaliteit tegen te gaan. Zo kunnen er technologische maatregelen getroffen worden (paragraaf 9.2) en/of sociale maatregelen (paragraaf 9.3). In de laatste paragraaf (9.4) gaan we in op het totaal aan voorzorgsmaatregelen die men treft.
9.2 Technologische preventieve maatregelen Aan bewoners is gevraagd welke voorzieningen bij hen thuis aanwezig zijn om inbraak te voorkomen of om de gevolgen zoveel mogelijk te beperken. Tabel 9.1 geeft de aanwezigheid weer. Tabel 9.1
Techno-preventieve maatregelen in Heemstede (in %)
71,5 78,3
buitenverlichting
68,4 68,0 68,0 69,6 73,8
extra veiligheidssloten op buitendeuren
60,7 19,2 12,9 23,8 20,7
alarminstallatie in huis 4,1 3,9 6,3 1,9
(rol)luiken voor ramen en/of deuren 0
20 Heemstede
40 HWZ
60 HNO
80 HCOZ
100
De aanwezigheid van buitenverlichting en extra veiligheidsloten en/of grendels op de buitendeuren zijn de meest voorkomende maatregelen tegen inbraak. Bij respectievelijk 72% en 68% van de respondenten zijn deze voorzieningen aanwezig. De andere voorzieningen tegen inbraak komen aanzienlijk minder voor. Bijna één op de vijf heeft een alarminstallatie (19%) en 4% heeft (rol)luiken voor de ramen en/ of deuren.
9.3 Sociologische preventieve maatregelen Ter voorkoming van inbraak, fietsendiefstal, auto-inbraak of diefstal en/ of beroving op straat kunnen ook andere maatregelen getroffen worden. De onderstaande tabel geeft inzicht in diverse socio- preventieve maatregelen. 84% laat waardevolle spullen niet in de auto liggen. Daarnaast laat 68% ’s avonds licht branden bij afwezigheid. Ruim de helft zet de fiets in de bewaakte fietsenstalling (53%) en laat waardevolle spullen thuis om diefstal of beroving op straat te voorkomen (52%). Bewoners uit HNO nemen vaker dan gemiddeld socio-preventieve maatregelen. Zij nemen vaker hun waardevolle spullen mee uit de auto en laten vaker ’s avonds het licht branden als er niemand thuis is. Bewoners uit HCOZ nemen minder vaak dan gemeentebreed de waardevolle spullen mee uit de auto.
Veiligheidsmonitor Heemstede
39
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Voorzorgsmaatregelen tegen criminaliteit
Tabel 9.2
Socio-preventieve maatregelen in Heemstede (in %)
83,5 85,0 88,4 77,6
neem altijd waardevolle spullen mee uit auto
68,0 66,5 74,7 63,2
's avonds licht laten branden als er niemand thuis is indien mogelijk fiets in bewaakte fietsenstalling
52,7 56,6 53,1 48,7
waardevolle spullen thuis om diefstal op straat te voorkomen
51,5 52,3 51,1 51,0 0
20
Heemstede
40 HWZ
60 HNO
80
100
HCOZ
9.4 Preventie totaal Op basis van de gevraagde preventiemaatregelen zijn schaalscores berekend. Deze geven het gemiddelde aantal aanwezige of getroffen preventiemaatregelen aan. Hoe hoger de score hoe meer maatregelen er dus zijn genomen. De schaalscore voor alle techno-preventieve maatregelen komt uit op 1,6. De schaalscore voor alle socio-preventieve maatregelen komt uit op 2,6. De schaalscore voor preventie totaal is de optelsom van beide (preventiemaatregelen) schaalscores en bedraagt 4,2. De gemeente Heemstede neemt ongeveer evenveel preventieve maatregelen als de rest van Nederland. In de landelijke Veiligheidsmonitor was de schaalscore voor techno-preventieve maatregelen 1,7 en voor de socio-preventieve maatregelen 2,4. Bij elkaar opgeteld is dit een 4,1 voor alle maatregelen. HCOZ neemt minder dan gemiddeld socio-preventieve maatregelen. Maar ook gekeken naar het totaal aan maatregelen dat kan worden genomen, nemen deze inwoners er minder dan gemiddeld in Heemstede. Bewoners van HNO nemen totaal gezien meer dan gemiddeld maatregelen.
Veiligheidsmonitor Heemstede
40
Onderzoek en Statistiek Haarlem
Bijlage
1.
Veiligheidsmonitor Heemstede
De vragenlijst
41
Onderzoek en Statistiek Haarlem
helem mee aal eens
Veiligheidsmonitor
mee eens
neut raal
2008 niet mee eens
helem a mee al niet eens
weet geen m
TOELICHTING INVULLING ENQUÊTE WIE VULT DE ENQUÊTE IN?
DOORVERWIJZINGEN
Het is de bedoeling dat de vragenlijst wordt ingevuld
Soms kunt u vragen overslaan. Dit wordt aangegeven
door degene aan wie deze enquête is gericht (zie de
met een doorverwijzing.
adressering) U doet dit vanuit uw persoonlijke ervaring.
INDELING ENQUÊTE
TERUGZENDEN ENQUÊTE Wij verzoeken u vriendelijk de enquête zo snel mogelijk
Deze inwoners-enquête bevat vragenlijsten over uiteen-
in te vullen en liefst binnen één week in de bijgesloten
lopende onderwerpen. Voorafgaand aan elke vragenlijst
antwoordenveloppe terug te sturen. U hoeft geen post-
wordt steeds duidelijk aangegeven over welk onderwerp
zegel op de antwoordenveloppe te plakken.
het gaat.
HOEVEEL TIJD KOST HET? Voor het invullen van de vragenlijst zal ongeveer 20
ANONIMITEIT De antwoorden op de vragen worden volstrekt anoniem verwerkt!
minuten tijd nodig zijn. Staat u niet te lang stil bij de antwoordmogelijkheden, maar kiest u spontaan het voor u van toepassing zijnde antwoord.
BEANTWOORDING VAN DE VRAGEN U wordt verzocht per vraag één antwoord aan te kruisen of, als dat nodig is, uw antwoord op de stippellijntjes in te vullen. Als meerdere antwoorden aangekruist mogen worden, dan wordt dat duidelijk vermeld. Als u per ongeluk een kruisje op de verkeerde plaats zet, maakt u dan het goede hokje helemaal zwart, dan weten wij dat dit het juiste antwoord is.
HARTELIJK DANK VOOR UW MEDEWERKING EN VEEL SUCCES MET HET INVULLEN!
1
1
LEEFBAARHEID WOONBUURT
Allereerst volgt een aantal uitspraken over de buurt waarin u woont. Kunt u voor elke uitspraak aangeven of u het hier (helemaal) mee eens, noch mee eens/noch mee oneens of (helemaal) mee oneens bent? Als u het niet weet kunt u dat natuurlijk ook aangeven.
UITSPRAKEN OVER UW BUURT
helemaal mee eens
mee eens
neutraal
niet helemaal niet mee eens mee eens
weet niet / geen mening
1. In de buurt zijn de wegen, paden en pleintjes goed onderhouden. 2. In de buurt zijn perken, plantsoenen en parken goed onderhouden. 3. In de buurt is het buiten goed verlicht. 4. In de buurt zijn goede speelplekken voor kinderen. 5. In de buurt zijn goede voorzieningen voor jongeren. 6. De mensen kennen elkaar in deze buurt nauwelijks. 7. De mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om. 8. Ik woon in een gezellige buurt, waar veel saamhorigheid is. 9. Ik voel me thuis bij de mensen die in deze buurt wonen. 10. Ik heb veel contact met andere buurtbewoners. 11. Ik ben tevreden over de bevolkingssamenstelling in deze buurt.
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 1
1 2
LEEFBAARHEID WOONBUURT
Bent u in het afgelopen jaar actief geweest om uw buurt te verbeteren? ja nee weet niet / geen mening
3
Vindt u dat de buurt waarin u woont het afgelopen jaar vooruit of achteruit is gegaan? vooruit achteruit gelijk gebleven weet niet/ geen mening
4
pagina 2
We hebben u een aantal vragen gesteld over uw woning en de buurt waarin u woont. Voor een aantal zaken zouden we u willen vragen, die met een rapportcijfer te beoordelen. Welk cijfer zou u geven van 1 tot en met 10 voor: Uw woonomgeving
cijfer:
De leefbaarheid in uw buurt
cijfer:
De veiligheid in uw buurt
cijfer:
Veiligheidsmonitor 2008
2
BELEVING BUURTPROBLEMEN
1
De volgende vraag gaat over een aantal vervelende voorvallen en misdrijven, die in uw buurt KUNNEN voorkomen. Kunt u voor elk voorval/misdrijf aangeven of dit naar uw eigen idee vaak, soms of (bijna) nooit voorkomt in uw buurt?
VOORVALLEN / MISDRIJVEN IN UW BUURT
komt vaak voor
komt soms voor
komt (bijna) nooit voor
weet niet / geen mening
1. fietsendiefstal
2. diefstal UIT auto’s 3. beschadiging of vernieling aan auto’s en diefstal vanaf auto’s, bijvoorbeeld wieldoppen, etc. 4. bedreiging
5. bekladding van muren en/of gebouwen
6. overlast van groepen jongeren
7. dronken mensen op straat
8. mensen die op straat worden lastig gevallen
9. rommel op straat
10. hondenpoep
11. vernieling van telefooncellen, bus,-of tramhokjes
12. inbraak in woningen
13. gewelddelicten
14. drugsoverlast
15. overlast door omwonenden
!
VRAGENLIJST GAAT VERDER OP DE VOLGENDE PAGINA
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 3
2
BELEVING BUURTPROBLEMEN
komt vaak voor
VOORVALLEN / MISDRIJVEN IN UW BUURT
komt soms voor
komt (bijna) nooit voor
weet niet / geen mening
16. straatroof
17. agressief verkeersgedrag
18. geluidsoverlast door verkeer
19. andere vormen van geluidsoverlast
20. te hard rijden
21. parkeeroverlast
22. overlast van zwervers/ daklozen
23. overlast door horecagelegenheden 24. vrouwen en meisjes die op straat worden nagefloten, nageroepen, of op een andere manier ongewenst aandacht krijgen. 25. jeugdcriminaliteit
2
Wat zijn volgens u de TWEE belangrijkste problemen in uw buurt, waarvan u vindt dat die met voorrang moeten worden aangepakt? U kunt voor het beantwoorden van deze vraag kiezen uit de bij voorgaande vraag 1 genoemde voorvallen en misdrijven in uw buurt en de bijbehorende nummers invullen (1 t/m 25).
Probleem 1 is nummer: Geen enkele Weet niet/ geen mening
pagina 4
Veiligheidsmonitor 2008
Probleem 2 is nummer:
3 1
ONVEILIGHEIDSBELEVING Voelt u zich wel eens onveilig?
5
Ja Nee
ga naar vraag
Weet niet
ga naar vraag
3 3
Hoe groot denkt u dat de kans is dat u het komende jaar zelf slachtoffer wordt van inbraak in uw woning? Heel grote kans Grote kans Geen grote en geen kleine kans
2
Kleine kans
Voelt u zich vaak, soms of zelden onveilig?
Heel kleine kans
Vaak
Weet niet
Soms Zelden
6
Weet niet
Hoe groot denkt u dat de kans is dat u het komende jaar zelf slachtoffer wordt van mishandeling? Heel grote kans
3
Voelt u zich wel eens onveilig in uw eigen buurt?
Grote kans Geen grote en geen kleine kans
Ja
4
Nee
ga naar vraag
Weet niet
ga naar vraag
Voelt u zich vaak, soms of zelden onveilig in uw eigen buurt? Vaak Soms Zelden Weet niet
Kleine kans
5 5
Heel kleine kans Weet niet
7
Hoe groot denkt u dat de kans is dat u het komende jaar zelf slachtoffer wordt van diefstal van uw portemonnee? Heel grote kans Grote kans Geen grote en geen kleine kans Kleine kans Heel kleine kans Weet niet
veiligheidsmonitor Veiligheidsmonitor 2008
pagina 5
4
SLACHTOFFERSCHAP De volgende vragen gaan erover of u in de afgelopen 5 jaar slachtoffer bent geweest van bepaalde misdrijven.
1 a
Is er in de afgelopen 5 jaar wel eens een poging tot inbraak in uw woning gedaan ZONDER dat er iets gestolen is? Als u meerdere woningen heeft, wordt de woning bedoeld waar uw huishouden het grootste deel van het jaar woont.
Ja Nee
b
ga naar vraag
2 a
pagina 7
ga naar vraag
2 a
pagina 7
2 a 2 a
pagina 7
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
f
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
pagina 6
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 7
2 a
Is er in de afgelopen 5 jaar wel eens iets gestolen uit uw woning? Als u meerdere woningen heeft, wordt de woning bedoeld waar uw huishouden het grootste deel van het jaar woont.
Ja Nee
b
ga naar vraag
3 a
pagina 8
ga naar vraag
3 a
pagina 8
3 a 3 a
pagina 8
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
f
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
pagina 8
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 7
4
3 a
SLACHTOFFERSCHAP
Is er in de afgelopen 5 jaar wel eens een fiets van u gestolen? Het gaat om fietsen waarvan u de hoofdgebruiker bent of was. Ja
b
pagina 10
ga naar vraag
4 a 4 a
ga naar vraag
4 a
pagina 10
Nee
ga naar vraag
N.v.t., heb geen fiets (gehad)
pagina 10
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
m aart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 8
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vraag gaat alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt elders in de woongemeente elders in Nederland in het buitenland
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 9
4
4 a
SLACHTOFFERSCHAP
Is uw auto of een auto uit uw huishouden in de afgelopen 5 jaar wel eens gestolen? Ja
b
Nee
ga naar vraag
N.v.t., geen auto (gehad) in huishouden
ga naar vraag
5 a 7 a
pagina 12
5 a
pagina 12
pagina 16
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 10
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
Ging het de laatste keer om uw eigen auto of die van iemand anders uit uw huishouden? (Een auto is van degene die de meeste kilometers in die auto aflegt). eigen auto
h
auto van iemand anders in huishouden
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 11
4
5 a
SLACHTOFFERSCHAP
Is er in de afgelopen 5 jaar wel eens iets UIT een auto van u of uit een auto van uw huishouden gestolen, bijvoorbeeld een autoradio, cd’s, laptop, een jas, een tas, of andere waardevolle spullen van u of iemand anders? Ja Nee
b
ga naar vraag
6 a
pagina 14
ga naar vraag
6 a
pagina 14
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 12
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
Ging het de laatste keer om uw eigen auto of van iemand anders uit uw huishouden? (Een auto is van degene die de meeste kilometers in die auto aflegt). eigen auto
h
auto van iemand anders in huishouden
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Veiligheidsmonitor veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 13 13
4
6 a
SLACHTOFFERSCHAP
Is er in de afgelopen 5 jaar, afgezien van diefstallen uit auto’s, wel eens iets van de BUITENKANT van uw auto of van een auto uit uw huishouden gestolen of iets beschadigd? Denk aan spiegels, antennes, wielen, wieldoppen, ruitenwissers, bagage op het imperiaal en dergelijke. Ja Nee
b
ga naar vraag
7 a
pagina 16
ga naar vraag
7 a
pagina 16
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 14
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
Ging het de laatste keer om uw eigen auto of van iemand anders uit uw huishouden? (Een auto is van degene die de meeste kilometers in die auto aflegt). eigen auto
h
auto van iemand anders in huishouden
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Veiligheidsmonitor veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 15 15
4
7 a
SLACHTOFFERSCHAP
Zijn uw portemonnee, portefeuille, mobiele telefoon of sieraden in de afgelopen 5 jaar wel eens uit uw tas, kleding of van uw lichaam gestolen, ZONDER dat gebruik gemaakt werd van geweld of er met geweld gedreigd werd? (Het gaat hierbij om persoonlijk slachtofferschap van zakkenrollerij.) Ja Nee
b
ga naar vraag
8 a
pagina 18
ga naar vraag
8 a
pagina 18
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 16
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
h
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Waar gebeurde het voorval precies? Bij u thuis
Op station, bushalte
In winkel/warenhuis
In andere woning
In tram/bus/trein
Sportveld/sporthal/kleedruimte
In café/bar/disco/restaurant
In een auto
Park/parkeerterrein/strand
Op straat
Op werk/school
Elders
Veiligheidsmonitor veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 17 17
4
8 a
SLACHTOFFERSCHAP
Zijn uw portemonnee, portefeuille, mobiele telefoon of bijvoorbeeld sieraden in de afgelopen 5 jaar wel eens uit uw tas, kleding of van uw lichaam gestolen, terwijl de overvaller daarbij wel geweld gebruikte of dreigde met geweld? (Het gaat er hierbij om dat u persoonlijk slachtoffer was van straatroof.) Ja Nee
b
ga naar vraag
9 a
pagina 20
ga naar vraag
9 a
pagina 20
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 18
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
h
i
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Waar gebeurde het voorval precies? Bij u thuis
Op station, bushalte
In winkel/warenhuis
In andere woning
In tram/bus/trein
Sportveld/sporthal/kleedruimte
In café/bar/disco/restaurant
In een auto
Park/parkeerterrein/strand
Op straat
Op werk/school
Elders
Kende u de dader of één van de daders? Ja Nee
j
ga naar vraag
9 a
pagina 20
Waar kende u de dader(s) van? (MEER DAN 1 ANTWOORD MOGELIJK) Partner
Buurtgenoot
Ex-partner
Iemand van het werk
Familielid
Andere bekende
Veiligheidsmonitor 2008 veiligheidsmonitor
pagina pagina 19 19
4
9 a
SLACHTOFFERSCHAP
Zijn er, afgezien van de tot nu toe genoemde diefstallen, in de afgelopen 5 jaar wel eens andere dingen van u gestolen? Denk aan planten uit de tuin, gereedschap uit een boot, kleding uit een kleedruimte of tent, enzovoorts. Ja Nee
b
ga naar vraag
10 a
pagina 22
ga naar vraag
10 a
pagina 22
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 20
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g 10 g 10
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
h
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Waar gebeurde het voorval precies? Bij u thuis
Op station, bushalte
In winkel/warenhuis
In andere woning
In tram/bus/trein
Sportveld/sporthal/kleedruimte
In café/bar/disco/restaurant
In een auto
Park/parkeerterrein/strand
Op straat
Op werk/school
Elders
Veiligheidsmonitor veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 21 21
4
10 a
SLACHTOFFERSCHAP
Is er in de afgelopen 5 jaar wel eens iets van u moedwillig vernield of beschadigd, zonder dat daarbij iets is gestolen? Denk bijvoorbeeld aan vernielingen aan uw tuin, uw fiets of aan de buitenkant van uw huis. Hierbij bedoelen wij niet vernielingen aan uw auto. Ja Nee
b
ga naar vraag
11 a
pagina 24
ga naar vraag
11 a
pagina 24
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 22
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
h
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Kende u de dader of één van de daders? Ja Nee
i
ga naar vraag
11 a
pagina 24
Waar kende u de dader(s) van? (MEER DAN 1 ANTWOORD MOGELIJK) Partner
Buurtgenoot
Ex-partner
Iemand van het werk
Familielid
Andere bekende
Veiligheidsmonitor veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 23 23
4
11 a
SLACHTOFFERSCHAP
Mensen raken soms iemand aan of pakken iemand vast met seksuele bedoelingen op een kwetsende manier. Dat kan overal plaatsvinden: bij iemand thuis, op het werk, op straat etc. Is u dat in de afgelopen 5 jaar wel eens overkomen? Ja Nee
b
ga naar vraag
12 a
pagina 26
ga naar vraag
12 a
pagina 26
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 24
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt elders in de woongemeente elders in Nederland in het buitenland
h
i
Waar gebeurde het voorval precies? Bij u thuis
Op station, bushalte
In winkel/warenhuis
In andere woning
In tram/bus/trein
Sportveld/sporthal/kleedruimte
In café/bar/disco/restaurant
In een auto
Park/parkeerterrein/strand
Op straat
Op werk/school
Elders
Kende u de dader of één van de daders? Ja Nee
j
ga naar vraag
12 a
pagina 26
Waar kende u de dader(s) van? (MEER DAN 1 ANTWOORD MOGELIJK) Partner
Buurtgenoot
Ex-partner
Iemand van het werk
Familielid
Andere bekende
Veiligheidsmonitor veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 25 25
4
12 a
SLACHTOFFERSCHAP
Heeft iemand u in de afgelopen 5 jaar wel eens bedreigd met slaan, schoppen, een pistool, een mes of iets dergelijks, zonder dat u werd aangevallen of mishandeld? Ja Nee
b
ga naar vraag
13 a
pagina 28
ga naar vraag
13 a
pagina 28
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 26
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
h
i
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Waar gebeurde het voorval precies? Bij u thuis
Op station, bushalte
In winkel/warenhuis
In andere woning
In tram/bus/trein
Sportveld/sporthal/kleedruimte
In café/bar/disco/restaurant
In een auto
Park/parkeerterrein/strand
Op straat
Op werk/school
Elders
Kende u de dader of één van de daders? Ja Nee
j
ga naar vraag
13 a
pagina 28
Waar kende u de dader(s) van? (MEER DAN 1 ANTWOORD MOGELIJK) Partner
Buurtgenoot
Ex-partner
Iemand van het werk
Familielid
Andere bekende
veiligheidsmonitor Veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 27 27
4
13 a
SLACHTOFFERSCHAP
Heeft iemand u in de afgelopen 5 jaar wel eens aangevallen of mishandeld door u te slaan of te schoppen, of door een pistool, een mes, een stuk hout, een schaar of iets anders tegen u te gebruiken? Ja Nee
b
ga naar vraag
14 a
pagina 30
ga naar vraag
14 a
pagina 30
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 28
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
h
i
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Waar gebeurde het voorval precies? Bij u thuis
Op station, bushalte
In winkel/warenhuis
In andere woning
In tram/bus/trein
Sportveld/sporthal/kleedruimte
In café/bar/disco/restaurant
In een auto
Park/parkeerterrein/strand
Op straat
Op werk/school
Elders
Kende u de dader of één van de daders? Ja Nee
j
ga naar vraag
14 a
pagina 30
Waar kende u de dader(s) van? (MEER DAN 1 ANTWOORD MOGELIJK) Partner
Buurtgenoot
Ex-partner
Iemand van het werk
Familielid
Andere bekende
Veiligheidsmonitor veiligheidsmonitor 2008
pagina pagina 29 29
4
14 a
SLACHTOFFERSCHAP
Bent u, afgezien van de tot nu toe behandelde voorvallen, in de afgelopen 5 jaar slachtoffer geweest van een ander misdrijf of een poging daartoe? Ja Nee
b
ga naar VRAGENLIJST 5
pagina 32
ga naar VRAGENLIJST 5
pagina 32
Wanneer gebeurde dit de laatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007) eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
c
d
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Wanneer gebeurde dit de voorlaatste keer? nog dit jaar (2008) vorig jaar (2007)
e
pagina 30
eerder (2003, 2004, 2005, 2006)
ga naar vraag
geen eerdere keer
ga naar vraag
En in welke maand gebeurde dat? januari
april
juli
oktober
februari
mei
augustus
november
maart
juni
september
december
Veiligheidsmonitor 2008
g g
f
Hoe vaak gebeurde dit in totaal (dus inclusief de laatste keer) in de afgelopen 12 maanden? keer
De volgende vragen gaan alleen over de laatste keer dat dit gebeurde
g
h
i
Gebeurde dit de laatste keer in uw eigen buurt, elders in uw woongemeente, elders in Nederland of in het buitenland? in eigen buurt
elders in Nederland
elders in de woongemeente
in het buitenland
Waar gebeurde het voorval precies? Bij u thuis
Op station, bushalte
In winkel/warenhuis
In andere woning
In tram/bus/trein
Sportveld/sporthal/kleedruimte
In café/bar/disco/restaurant
In een auto
Park/parkeerterrein/strand
Op straat
Op werk/school
Elders
Kende u de dader of één van de daders? Ja Nee
j
ga naar VRAGENLIJST 5
pagina 32
Waar kende u de dader(s) van? (MEER DAN 1 ANTWOORD MOGELIJK) Partner
Buurtgenoot
Ex-partner
Iemand van het werk
Familielid
Andere bekende
Veiligheidsmonitor 2008 veiligheidsmonitor
pagina pagina 31 31
5 1
AANGIFTEGEDRAG
Wilt u aangeven welk voorval het meest recent heeft plaatsgevonden? Als u geen slachtoffer bent geweest in de afgelopen 12 maanden van de in deze vragenlijst genoemde voorvallen kunt u dat ook aangeven. SLECHTS 1 ANTWOORD MOGELIJK. Geen enkel van de hier genoemde misdrijven ondervonden in de afgelopen 12 maanden
ga naar VRAGENLIJST 6 pagina 34
Poging tot inbraak in woning Daadwerkelijke inbraak in woning Diefstal auto Iets gestolen uit auto Iets gestolen of beschadigd dat aan de buitenkant van de auto zit Diefstal fiets Diefstal van portemonnee, portefeuille, mobiele telefoon of bijv. sieraden MET geweld Diefstal van portemonnee, portefeuille, mobiele telefoon of bijv. sieraden ZONDER geweld Diefstal van andere dingen dan hierboven genoemd Vernielingen anders dan auto Slachtoffer geworden van seksuele intimidatie of een seksueel misdrijf Slachtoffer geworden van mishandeling Bedreigd met lichamelijk geweld Ander misdrijf dan hierboven genoemd
Bij het beantwoorden van de volgende vragen moet u uitgaan van het voorval dat u bij vraag 1 heeft aangegeven.
2
Is dit voorval gemeld bij de politie? Ja, gemeld bij politie
ga naar vraag
Nee, het is door de politie zelf ontdekt
ga naar vraag
4 5
Nee, het is niet bekend bij de politie Weet niet / wil niet zeggen
pagina 32
Veiligheidsmonitor 2008
ga naar VRAGENLIJST 6 pagina 34
3
Waarom heeft u dit voorval niet gemeld heeft bij de politie. Welke reden was voor u de belangrijkste? Het helpt toch niets Het was niet zo belangrijk Het is opgelost Dit is geen zaak voor de politie Dan volgen er misschien represailles Andere reden Weet niet / wil niet zeggen NA HET BEANTWOORDEN VAN DEZE VRAAG
4
ga naar VRAGENLIJST 6 pagina 34
Hoe heeft u toen contact opgenomen met de politie? Telefonisch via alarmnummer (1-1-2) Telefonisch via het algemene nummer van de politie (0900-8844) Telefonisch via een ander telefoonnummer van de politie Op het politiebureau Bij een agent op straat Via internet
ga naar vraag
6
Anders Weet niet / wil niet zeggen
5
Heeft u uiteindelijk een proces-verbaal of een ander document ondertekend?
6
U kunt verschillende redenen hebben gehad om dat voorval bij de politie te melden of aan te geven. Welke reden was voor u de belangrijkste?
Ja
Nee
De dader moest gepakt worden Om de gestolen goederen terug te krijgen Ik vond het mijn plicht Ik vond dat de politie dit moest weten; het moet ophouden Om verzekeringsredenen Andere reden Weet niet / wil niet zeggen
veiligheidsmonitor Veiligheidsmonitor 2008
pagina 33 33 pagina
6 1
2
TEVREDENHEID LAATSTE POLITIECONTACT Heeft u de afgelopen 12 maanden wel eens contact gehad met de politie in UW GEMEENTE? Dit kan gaan om een voorval waarvan u slachtoffer bent geworden en dat eerder in de vragenlijst al aan bod is gekomen. Dit kan ook gaan om bijvoorbeeld een bekeuring of waarschuwing, een praatje met een agent, een vergunningaanvraag, etc.
2
Ja
ga naar vraag
Nee
ga naar VRAGENLIJST 7a pagina 36
Weet niet (meer)
ga naar VRAGENLIJST 7a pagina 36
Wat was de reden van het laatste contact met de politie? SLECHTS 1 ANTWOORD MOGELIJK. Bekeuring Waarschuwing Controle door politie Verloren / gevonden voorwerpen (ook huisdier) Aangifte via internet Aangifte waarbij een proces-verbaal of ander document is ondertekend Melding gedaan van verdachte situatie / delict Melden ongeval Burgernet Opgeroepen als getuige i.v.m. delict Vragen om hulp, bijv. bij geluidsoverlast of burenruzie Vergunning vragen of andere administratieve handeling Vragen om informatie of advies Sociaal contact / praatje Melding feest Voorlichting / open dag Klacht over politieoptreden Anders, namelijk:
Weet niet
pagina 34
Veiligheidsmonitor 2008
3
Welk oordeel heeft u over het optreden van de politie bij die gelegenheid? Bent u daarover dan: Zeer tevreden Tevreden Niet tevreden / niet ontevreden Ontevreden Zeer ontevreden Weet niet
4
5
Waren er bepaalde punten waarover u minder tevreden was?
5
Ja
ga naar vraag
Nee
ga naar VRAGENLIJST 7a pagina 36
Weet niet
ga naar VRAGENLIJST 7a pagina 36
Over welke punten was u minder tevreden? MEER DAN 1 ANTWOORD MOGELIJK. Politie liet me te lang wachten of was te laat Politie kwam niet Politie deed niets of te weinig Men had onvoldoende tijd / aandacht Politie trad niet efficiënt op Politie kon niets doen Politie gaf onvoldoende informatie Politie was onverschillig Geen bericht over de afloop Problemen niet opgelost Anders, namelijk .........
veiligheidsmonitor Veiligheidsmonitor 2008
pagina 35 35 pagina
7a 1
OORDEEL FUNCTIONEREN POLITIE IN DE BUURT I Welk oordeel heeft u over het totale functioneren van de politie in uw buurt? Bent u daarover: Zeer tevreden Tevreden Niet tevreden/niet ontevreden Ontevreden Zeer ontevreden Weet niet / wil niet zeggen
In het navolgende vragen wij u uw indruk te geven over het functioneren van de politie in uw buurt. Ook al heeft u geen directe contacten gehad met de politie, dan vragen wij u toch uw indruk te geven door aan te geven of u het met de volgende uitspraken eens bent of niet.
2
Kunt u voor de volgende uitspraken over het functioneren van de politie aangeven of u het er (helemaal) mee eens, noch eens/ noch oneens of (helemaal) niet mee eens bent? Als u het niet weet of er geen mening over heeft kunt u dat natuurlijk ook weer aangeven. helemaal mee eens
1. De politie biedt de burgers in deze buurt bescherming. 2. De politie heeft hier contact met de bewoners uit de buurt. 3. De politie reageert op de problemen hier in de buurt. 4. De politie doet in deze buurt haar best. 5. De politie pakt de zaken in deze buurt efficiënt aan. 6. Ze bekeuren hier te weinig.
7. De politie neemt je serieus.
pagina 36
Veiligheidsmonitor 2008
mee eens
neutraal
niet helemaal niet mee eens mee eens
weet niet / geen mening
3
Kunt u voor de volgende uitspraken over de beschikbaarheid van de politie aangeven of u het er (helemaal) mee eens, noch eens/ noch oneens of (helemaal) niet mee eens bent? helemaal mee eens
mee eens
neutraal
niet helemaal niet mee eens mee eens
weet niet / geen mening
1. Je ziet de politie in de buurt te weinig. 2. De politie komt hier te weinig uit de auto. 3. De politie is hier te weinig aanspreekbaar. 4. De politie heeft hier te weinig tijd voor allerlei zaken. 5. De politie komt niet snel als je ze roept.
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 37
7b 1
OORDEEL FUNCTIONEREN POLITIE IN DE BUURT II Kunt u voor de volgende uitspraken aangeven of u het er (helemaal) mee eens, niet eens/niet oneens of (helemaal) niet eens bent? helemaal mee eens
1. De politie weet hoe ze boeven moeten vangen. 2. De politie wil contact hebben met burgers. 3. De politie houdt rekening met de wensen van de samenleving. 4. De politie werkt goed samen met de bewoners. 5. Als het er echt om gaat dan is de politie er voor je. 6. De politie is benaderbaar.
7. De politie informeert de burgers. 8. De politie bestrijdt succesvol de criminaliteit. 9. Als het er echt om gaat zal de politie het uiterste doen om je te helpen.
pagina 38
Veiligheidsmonitor 2008
mee eens
neutraal
niet helemaal niet mee eens mee eens
weet niet / geen mening
8 1
OORDEEL FUNCTIONEREN GEMEENTE
Kunt u voor de volgende uitspraken over het functioneren van uw gemeente waar het gaat om de aanpak van leefbaarheid en veiligheid aangeven in hoeverre u het hiermee eens of oneens bent? Als u het niet weet of geen mening hebt kunt u dat natuurlijk ook aangeven. helemaal mee eens
mee eens
neutraal
niet helemaal niet mee eens mee eens
weet niet / geen mening
1. De gemeente heeft aandacht voor het verbeteren van leefbaarheid en veiligheid in de buurt. 2. De gemeente informeert de buurt over de aanpak van leefbaarheid en veiligheid in de buurt. 3. De gemeente betrekt de buurt bij de aanpak van leefbaarheid en veiligheid in de buurt. 4. De gemeente is bereikbaar voor meldingen en klachten over de leefbaarheid en de overlast in de buurt. 5. De gemeente reageert op meldingen en klachten over de leefbaarheid en de overlast in de buurt. 6. De gemeente doet wat ze zegt bij het verbeteren van leefbaarheid en veiligheid in uw buurt.
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 39
9a 1
PREVENTIE I
Welke maatregelen neemt u of zijn er genomen om uw woning of uw bezittingen te beveiligen?
ja
1. Extra veiligheidsloten of grendels op buitendeuren. 2. (Rol)luiken voor ramen en/of deuren. 3. Buitenverlichting.
4. Alarminstallatie in huis. 5. Laat ‘s avonds wanneer er niemand thuis is, meestal licht branden. 6. Zet indien mogelijk fiets in een bewaakte fietsenstalling. 7. Neem altijd waardevolle spullen mee uit auto. 8. Laat als u ergens naar toe gaat waardevolle spullen thuis om diefstal of beroving op straat te voorkomen
pagina 40
Veiligheidsmonitor 2008
nee
soms
niet van toepassing
9b 1
PREVENTIE II
Komt het wel eens voor dat u: ja, vaak
ja, soms
zelden of nooit
weet niet / niet van geen mening toepassing
1. ‘s avonds of ‘s nachts niet open doet, omdat u het niet veilig vindt? 2. in uw eigen buurt omloopt of omrijdt om onveilige plekken te vermijden? 3. uw kind(eren) niet toestaat ergens naartoe te gaan bij u in de buurt omdat u het niet veilig vindt? 4. zich onveilig voelt als u ’s avonds bij u in de buurt over straat loopt? 5. zich niet op uw gemak voelt als u ’s avonds alleen thuis bent?
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 41
10 1
ONVEILIGE PLEKKEN
Er volgt nu een aantal situaties/plaatsen in uw eigen gemeente. Kunt u van elk van deze situaties/plaatsen aangeven of u zich daar wel eens onveilig voelt? Als u nooit komt op de genoemde plekken kunt u natuurlijk aangeven dat die vraag niet op u van toepassing is.
ja, vaak
1. Rondom uitgaansgelegenheden
2. Plekken waar groepen jongeren rondhangen
3. In het centrum van mijn gemeente
4. Winkelgebied/ winkelcentrum in de eigen buurt
5. In het openbaar vervoer
6. Bij het treinstation
7. In uw eigen huis
pagina 42
Veiligheidsmonitor 2008
ja, soms
zelden of nooit
weet niet / niet van geen mening toepassing
11 1
RESPECTLOOS GEDRAG
Respectloos gedrag is gedrag dat volgens u de grenzen van goed fatsoen overschrijdt. Kunt u aangeven of u persoonlijk door de hieronder genoemde personen/instanties weleens respectloos wordt behandeld?
komt vaak voor
komt komt komt soms voor zelden voor nooit voor
weet niet
niet van toepassing
1. Door onbekenden op straat. 2. Door onbekenden in het openbaar vervoer. 3. Door personeel van winkels of bedrijven. 4. Door personeel van overheidsinstanties. 5. Door bekenden (partner, familie of vrienden).
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 43
12 1
ACHTERGRONDKENMERKEN Bent u? Man
Vrouw
5
In welk land is uw moeder geboren? Nederland Suriname
2
Nederlandse Antillen of Aruba
Wat is uw leeftijd?
Turkije
jaar
Marokko in een ander land, namelijk:
3
In welk land bent u geboren? Nederland Suriname onbekend / wil niet zeggen
Nederlandse Antillen of Aruba Turkije Marokko in een ander land, namelijk:
6
Uit hoeveel personen bestaat uw huishouden, uzelf meegerekend? Aantal:
onbekend / wil niet zeggen
7
Hoeveel personen daarvan zijn jonger dan vijftien jaar? Aantal:
4
Niet van toepassing
In welk land is uw vader geboren? Nederland Suriname
8
Wat is uw hoogst genoten schoolopleiding, die u met een diploma heeft afgerond?
Nederlandse Antillen of Aruba
Geen opleiding
Turkije
Basisonderwijs (lagere school)
Marokko
LBO (bv. LTS, LEAO, huishoudschool)
in een ander land, namelijk:
VMBO, MAVO (MULO) HAVO/VWO (HBS, MULO-B, Lyceum) MBO (bv. MTS, MEAO, UTS) HBO (bv. HTS, HEAO, Sociale Academie,
onbekend / wil niet zeggen
Kweekschool, PABO, HAS) Wetenschappelijk onderwijs (Universiteit)
pagina 44
Veiligheidsmonitor 2008
9
10
12
Verricht u betaalde werkzaamheden? Ja Nee
ga naar vraag
Weet niet
ga naar vraag
11 11
Woont u in een koopwoning of in een huurwoning? koopwoning huurwoning
Is dit voor meer dan 12 uur? Ja Nee Weet niet
11
In wat voor soort woning woont u? vrijstaande woning/bungalow twee-onder-een-kap woning tussenwoning in een rij seniorenwoning / serviceflat / aanleunwoning verzorgingstehuis hoekwoning in een rij flat, minder dan vijf woonlagen flat, vijf of meer woonlagen bovenwoning benedenwoning op kamers woonboot woonwagen anders
Veiligheidsmonitor 2008
pagina 45
(achterblad / omslag)