Veiligheid en mobiliteit van senioren. Wegbelevingsonderzoek op dertien trajecten. Elfde Verkeerskalender. september 2010 nr. 3

september 2010

Uitgave van het Regionaal Ondersteuningsbureau Verkeersveiligheid Zuid-Holland

Veiligheid en mobiliteit van senioren Wegbelevingsonderzoek op dertien trajecten Elfde Verkeerskalender

nr. 3

colofon

Het ROV Magazine is een kwartaaluitgave van het Regionaal Ondersteuningsbureau Verkeersveiligheid Zuid-Holland

in dit nummer

3

Voorwoord

Redactie: Anneke van Gool Coby Nypels Eindredactie: ROV-ZH Redactieadres: ROV Magazine t.a.v. Anneke van Gool Engelandlaan 172 2711 DW Zoetermeer tel. 079 - 330 06 00 [email protected]

4

Onderzoek kwetsbare deelnemers in het verkeer Veiligheid en mobiliteit van senioren

6

In meer dan 13.000 groepen: Elfde SCHOOL op SEEF Verkeerskalender

7

Twee nieuwe verkeersleerkrachten

Website: www.rovzuidholland.nl Vormgeving: vM-design Druk: Thieme Media Services

Bij de voorpagina De scootmobiel is hot! Steeds meer senioren vergroten er hun actieradius mee. Helaas niet altijd even veilig! Mede daarom is begin 2009 is het meerjarenprogramma Blijf Veilig Mobiel (BVM) van start gegaan. Het heeft tot doel de veilige mobiliteit van ouderen te vergroten. Lees ook het artikel op pagina 4.

8

Wijziging verkeersregels per 1 juli 2010

9

Maak kennis met de nieuwe wethouders Wendy Ruwhof, Gouda en Ad van Zelst, Lisse

9

Wegbelevingsonderzoek op dertien Zuid-Hollandse trajecten Gemiddeld een zeventje

13

Advisering aan gemeenten

14

Bedankje uit Hongarije

14

Internationale contacten, Cambodja

15

DuPont Dordrecht stimuleert fietsgebruik personeel Veilig op de fiets naar het werk

16

Campagne Blijf uit de dode hoek!

voorwoord

De gebruiker centraal De vakanties zijn - voor velen van ons - al weer achter de rug en de werkzaamheden al weer stevig opgepakt. De tweede helft van 2010 staat weer vol met activiteiten waar wij onze energie in zullen gaan steken. Het ROV-ZH komt volop in actie met de verdere implementatie van TotallyTraffic, de vertaling van de uitkomsten uit de herijking van SoS en de daaraan ook verbonden evaluatie van de verkeersleerkracht, de doorontwikkeling van VIAstat, de organisatie van informatiedagen etc. Met name wil ik ook even noemen de stijging in het aantal aanmeldingen voor de labeling van de ‘verkeersveilige’ basisscholen die ook in dit halfjaar moeten worden beoordeeld. Daarnaast staan er ook al scholen klaar die voor ‘herlabeling’ in aanmerking willen komen en dus al een aantal jaren met het programma hebben gewerkt en er mee willen doorgaan. De uitkomsten van het gebruikersonderzoek over de dertien trajecten die de provincie in de komende jaren in groot onderhoud gaat nemen, zijn ook binnen; deze worden voor gebruik bij deze planvorming gereed gemaakt. Samen met de regievoerders wordt in dit halfjaar ook een nieuw Meerjarenactie programma voor het ROV-ZH geschreven dat samen met de nieuwe bestuursovereenkomst naar verwachting eind dit jaar zal leiden tot een besluit over de voortgang van onze werkzaamheden voor de komende drie jaar. Dit plan zal aansluiten bij de lopende of in ontwikkeling zijnde plannen van de drie regievoerder maar ook bij die van de RPV’s en bij het landelijke Actieprogramma Verkeersveiligheid 2011-2012. Samen met de maatschappelijke partners en verschillende bedrijven zal er ook weer - tijdens de diverse campagnes, bij disco’s en politiecontroles en tijdens rijvaardigheidstrainingen voor jongeren en ouderen - informatie, kennis en vaardigheden worden overgedragen om de (verkeers)veiligheid te verbeteren. Natuurlijk gaat het er in de basis steeds om dat het aantal verkeersslachtoffers zoveel mogelijk wordt teruggedrongen door een integrale aanpak, samenwerking en de toepassing van de principes van Duurzaam Veilig. Maar het is ook belangrijk ons te realiseren dat door al deze activiteiten bovendien een bijdrage wordt geleverd aan het veilig kunnen gebruiken van de openbare ruimte, veilige mobiliteit voor kwetsbaren, leefbaarheid en bereikbaarheid in onze samenleving. Een stimulans dus om door te gaan!

Hans Vergeer Hoofd ROV-ZH

ROV MAGAZINE | 3 | september 2010

3

Onderzoek kwetsbare deelnemers in het verkeer

Veiligheid en mobiliteit van senioren door Bas van Toledo Begin 2009 is het meerjarenprogramma Blijf Veilig Mobiel (BVM) van start gegaan. Het heeft tot doel de veilige mobiliteit van ouderen te vergroten. Het programma biedt een stimulans voor het aanbod van activiteiten voor senioren, waarmee zij hun verkeersveilig gedrag kunnen vergroten, zoals het aanbod van Scootmobieldagen, BROEM-ritten, Fietsinfodagen, mobiliteitsbeurzen en aandacht voor veilige mobiliteit bij lifestylebeurzen. Blijf Veilig Mobiel wordt ondersteund door het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en aan dit programma nemen onder andere deel de ANBO, ANWB, Fietsersbond, Veilig Verkeer Nederland, Viziris en de Werkgroep SeniOoren.

Ouderen zijn bij uitstek kwetsbare verkeersdeelnemers, gelet op het aantal verkeersdoden en ziekenhuisgewonden. Er is echter onvoldoende inzicht ten aanzien van gebruikers van scootmobielen, brommobielen, invalidevoertuigen, rolstoelen, automobilisten en fietsers met betrekking tot de volgende zaken: • informatie- en adviesbehoefte; • gebruiksbelemmeringen van voertuigen; •b ekendheid met het aanbod van rijvaardigheids trainingen en scootmobielcursussen en de wenselijkheid tot het uitbreiden hiervan; •d e mogelijkheid senioren te verleiden gebruik te maken van het aanbod.

3. W at is de rol in het hierboven genoemde proces van direct betrokken partijen en van andere stakeholders (andere belanghebbenden zoals zorgcentra of leveranciers van scootmobielen)? Met betrekking tot rijvaardigheids-/mobiliteitscentra

1. Informatie over bestaand aanbod; 2. Behoefte uitbreiding bestaand aanbod; 3. Verleiden tot deelname en rollen stakeholders; 4. Stappen/kosten inrichting mobiliteitscentra.

Met het oog hierop is in het najaar van 2009 met subsidie van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat het Onderzoek kwetsbare verkeersdeelnemers gestart naar de belemmeringen, gebruik en behoeften van senioren in hun (dagelijkse) vervoer, met als doel inzicht te krijgen in de volgende zaken:

Ten behoeve van dit onderzoek is een uitgebreide literatuurstudie uitgevoerd. Daarnaast is er door onderzoeksbureau Kien onderzoek gedaan onder ruim duizend ouderen naar onder andere de behoefte aan en bekendheid met rijvaardigheidstrainingen, behoefte aan ondersteuning en het aanbod van scootmobielcursussen en rijvaardigheidstrainingen. Verder zijn belanghebbenden in deze branche (gemeente, leveranciers) ondervraagd. De onderzoeksresultaten worden onder andere gebruikt voor de verdere invulling van het programma Blijf Veilig Mobiel.

Met betrekking tot scootmobielen:

Onderzoeksresultaten

1. Inzicht in status markt scootmobielen, kanalen verkrijging en procedure en omvang trainingen; 2. Hoe kunnen gebruikers (waaronder ouderen) verleid worden tot trainingen?

1. De belangrijkste aanbevelingen en activiteiten naar aanleiding van het onderzoek zijn: Er worden uniforme basis- en opfriscursussen opgezet. Bij de uniforme cursussen wordt ook advies bijgevoegd over het aantrekkelijk en laagdrempelig maken ervan. Zowel voor het aanbieden van de basiscursus als de opfriscursus scootmobiel wordt een pool van getrainde instructeurs opgezet. 2. Gemeenten en leveranciers worden gewezen op hun verantwoordelijkheid om bij verstrekking van het gehandicaptenvoertuig een basiscursus aan te bieden en bij voorkeur dan de uniforme basiscursus te gebruiken. De opzet van de uniforme basis- en opfriscursus wordt in dit verband optimaal toegankelijk gemaakt voor aanbieders van de cursussen. De afnemer van scootmobielen wordt bewust gemaakt van zijn/haar belang om instructie te eisen bij aflevering van de scootmobiel. 3. D oor middel van een pilot wordt onderzocht of en in hoeverre een Consultatiebureau voor Ouderen/gezondheidscentrum individuele mobiliteitsadviezen aan

Onderzoek kwetsbare deelnemers

4


senioren kan verstrekken als logische aanvulling op individuele gezondheids-/leefstijladviezen. Hierdoor worden zij gestimuleerd veilig aan het verkeer te blijven deelnemen en, indien nodig, hun verkeersveilige mobiliteit te vergroten. De ontwikkeling van een OV kennismakingspakket (in samenwerking met de projectorganisatie ‘Ik Spoor’) is hiervan onderdeel. 4. G eadviseerd wordt het ontwikkelen van een publicatie ‘Infra en ouderen’ met voorbeelden van seniorvriendelijke infrastructuur. Bij gemeenten en andere wegbeheerders de publicatie onder de aandacht brengen en een afgeleide brochure onder de aandacht brengen van seniorenorganisaties. 5. D e BVM organisaties lobbyen voor toegankelijkheid van het openbaar vervoer en bekendmaking van de te ontwikkelen brochure CROW: Toegankelijkheid OVRail. De nadruk ligt op het zelfstandig gebruik maken van het OV (zoals (be)geleiding op het station, logische infrastructuur en informatieverstrekking specifiek voor mensen met een auditieve of visuele beperking). 6. D e BVM organisaties brengen de beschikbare informatie over het bestaande aanbod onder de aandacht van hun achterban. Op de website van Blijf Veilig Mobiel wordt een zo volledig mogelijk overzicht van het bestaande aanbod opgenomen. Er wordt een beroep gedaan op gemeenten, provincies en andere opdrachtgevers en organisatoren van mobiliteitsbeurzen en rijvaardigheidsdagen om hun aanbod beter bekend te maken bij de doelgroep. In dit kader brengt BVM de ’10 Blauwe regels’ expliciet onder hun aandacht. 7. Opdrachtgevers en organisatoren van BROEM-ritten worden gestimuleerd om zo mogelijk en op termijn naast automobilisten ook gebruikers van de brommobiel voor BROEM-ritten te werven. Opdrachtgevers en organisatoren van Scootmobieldagen worden gestimuleerd om naast scootmobielgebruikers ook

gebruikers van de elektrische rolstoel voor de Scootmobieldagen te werven. 8. Inzetten op nieuwe kanalen om ouderen te verleiden advies of ondersteuning in te winnen, zoals: • Pilot ‘peer to peer’ bijeenkomsten waarbij ouderen elkaar informeren en stimuleren actie te ondernemen op het gebied van verkeersveilige mobiliteit. • Materiaal voor senioren digitaal toegankelijk maken via de website Blijf Veilig Mobiel om ouderen te bereiken (zoals een PowerPoint-presentatie verkeersregels van BVM, diverse zintuig- en rijgeschiktheidstesten (gehoor-, oog- en reactietesten). • WMO loketten stimuleren en van informatie voorzien om ouderen te wijzen op mogelijkheden van ondersteuning en rijvaardigheidstrainingen. • Aanvullend treedt het Ministerie van Verkeer en Waterstaat in contact met het Ministerie VWS om de mogelijkheden te verkennen of en zo ja hoe zij kunnen stimuleren dat organisaties en decentrale overheden in de welzijns-/gezondheidssector(o.a. op basis van de WMO) effectiever kunnen samenwerken met de organisaties en decentrale overheden in de mobiliteitssector. 9. BVM onderzoekt in hoeverre een landelijke campagne nodig en mogelijk is om (oudere) gebruikers van gehandicaptenvoertuigen te stimuleren veilig mobiel te blijven. De vraag is hoe het bestaande aanbod van rijvaardigheidstrainingen optimaal naar ouderen gecommuniceerd kan worden. Het ROV Zuid-Holland heeft intensief contact met een aantal BVM-organisaties en zal u op de hoogte houden over de voortgang van de aanbevelingen en acties. Een overzicht van BROEM- en scootmobielcursussen en informatiemogelijkheden kunt u vinden op de website van het ROV-ZH: www.rovzuidholland.nl.


5

In meer dan 13.000 groepen:

Elfde SCHOOL op SEEF Verkeerskalender door Ada Aalbrecht Dat de Zuid-Hollandse Verkeerskalender één van de parels is van de SCHOOL-op-SEEFproductenlijn wordt elk jaar duidelijker. De elfde editie van het knieboek voor de groepen 1 tot en met 4 in het primaire onderwijs vindt dit jaar zijn weg naar maar liefst acht provincies en verschijnt in een oplage van maar liefst 13.625.

Het format voor de kalender is ongewijzigd: een knieboek met grote vertelplaten, die maandelijks wisselen. Op de achterzijde van de tien vertelplaten staat het verhaal bij de platen en een aantal activiteiten behorend bij het maand thema en de subthema’s. Onderdeel daarvan zijn toe passingen voor het digitale schoolbord. Wegens het grote succes van de jubileumeditie van vorig jaar zijn kinderboekenschrijfster Vivian den Hollander en illustrator Juliette de Wit opnieuw benaderd (en bereid gevonden) om aan de kalender mee te werken. Dit heeft geresulteerd in nieuwe spannende verhalen met betoverend mooie en voor jonge kinderen herkenbare praatplaten.

6


Steeds meer mogelijkheden

Niet alleen het afzetgebied van de verkeerskalender groeit, ook het aantal werkvormen voor de leerkracht en de leerlingen neemt met het jaar toe. Want naast de kalender zelf en de lessen voor het digitale schoolbord worden er dit jaar voor het eerst werkbladen bij de kalender geleverd. Bij wijze van proef zijn er bij de maanden september en november afzonderlijke bladen gemaakt voor de groepen 1, 2, 3 en 4, elk op het eigen niveau. Het ROV-ZH peilt na november of deze materialen in een behoefte voorzien bij de scholen om zo goed te kunnen beslissen over het al dan niet ontwikkelen van meer werkbladen bij volgende maanden.

Twee nieuwe verkeersleerkrachten Ook in dit nummer laten we u kennismaken met twee verkeersleerkrachten. Zij stellen zichzelf voor.

de fiets of met de auto is. Met de verkeerslessen kunnen we ze leren dat zo veilig mogelijk te doen. En natuurlijk moeten we kinderen en ouders stimuleren zoveel mogelijk met de fiets of te voet te komen. Dat voorkomt parkeerproblemen en onveilige situaties bij de school en eventueel zelfs het groeiende probleem van overgewicht bij kinderen. En naar mijn idee kan het op de lange termijn zelfs het fileprobleem in Nederland verminderen. Ik merk dat wanneer ik een verkeersles ga geven, kinderen vooraf al meer gestimuleerd worden om beter te leren fietsen. Als ze dit nog niet goed kunnen, dan vragen ze hun ouders om te helpen met oefenen ‘want de verkeersjuf komt’! Tijdens de lessen zie je de kinderen ook al met sprongen vooruit gaan. En achteraf zie je kinderen verkeersspelletjes spelen op het plein of vallen de verkeersborden in de wijk hun ineens op. Je merkt dat de kinderen na de praktijklessen bewuster bezig zijn met het verkeer. Dat geeft me veel voldoening. Een paar praktijklessen per jaar kunnen dus al een groot verschil maken! Mijn naam is Marianne Pennings (30). Ik ben getrouwd en heb twee kleine kinderen. Ik woon in Zoetermeer. In mijn vrije tijd ga ik graag met mijn gezin wandelen en fietsen in de omgeving. We wonen dan ook aan de rand van de stad zodat we dicht bij de natuur zijn. Ik ben ook graag creatief met taarten bakken. Van chocola tot marsepein, ik vind alles even heerlijk en ga alle uitdagingen aan. Sinds 1 januari 2010 ben ik als verkeersleerkracht in dienst van OnderwijsAdvies. Daarvoor werkte ik bij een bedrijf dat de logistieke belangen behartigt van bedrijven die goederen te vervoeren hebben. Ik heb hier lesmateriaal ontwikkeld, en dat is iets waar ik me graag mee bezighoud. Toch bleef ik er aan denken hoe het zou zijn om voor de klas te staan, want mijn vooropleiding is namelijk de PABO. Toen ik de vacature van verkeersleerkracht tegenkwam, leek me dat het ideale werk voor mij. Er zijn overeenkomsten met mijn oude werkgever maar ik ben veel praktischer aan het werk en er is ook veel ruimte voor eigen inbreng. Heel prettig vind ik het dat er veel afwisseling in mijn werk zit. Ik geef les aan kinderen maar adviseer ook leerkrachten en ouders. Ik vind verkeerslessen heel erg belangrijk en onmisbaar in het onderwijs. Natuurlijk hebben ouders hier ook een rol in, maar dat geldt ook voor leren zwemmen en sporten. Kinderen komen in aanraking met verkeer wanneer ze naar school gaan, of dat nou lopend, op

Mijn naam is Petra Ekkes en ik ben sinds januari 2010 werkzaam bij OnderwijsAdvies in Zoetermeer als verkeersleerkracht voor de regio Haaglanden voor drie dagen per week. Ik ben 38 jaar en heb twee meisjes van bijna één jaar en vier jaar en een lieve man. Naast mijn werk ben ik druk met mijn meiden en in de tijd die ik over heb, ga ik vaak korfballen, skaten en wandelen en lees ik graag.


7

Hiervoor heb ik 15 jaar in het basisonderwijs gewerkt. Na 13 jaar op dezelfde school, wilde ik wel eens wat anders. Tijdens mijn zwangerschapsverlof zag ik de advertentie voor deze baan in de krant staan. Ik zag het meteen helemaal zitten. Vooral het coachen van de leerkrachten, zodat ze de lessen na drie jaar zelf kunnen geven, trekt mij erg aan in deze baan. En daarnaast ben je nog steeds kinderen aan het lesgeven, iets wat ik ook erg leuk vind. Maar je hebt niet meer alle rompslomp om het lesgeven heen, zoals gesprekken met ouders en voortdurend vergaderen. De vrijheid van je werk zelf plannen, ligt mij ook heel erg. Het eerste half jaar heb ik op vijf scholen gewerkt. En tot aan de kerst krijg ik vier scholen. Sommige scholen hebben maar 7 groepen, maar ik heb ook scholen met 16 of 17 groepen. Het goed plannen van alle lessen vind ik dan een leuke uitdaging.

Eén van de scholen het afgelopen half jaar, was de school waar ik vandaan kom. De leerkrachten, leerlingen en ouders vonden het heel normaal dat ik daar weer rondliep. Dat was een fijn begin om de methode Verkeerskunsten te leren kennen en me eigen maken. Ook heb ik het eerste half jaar een pilot gedaan bij een Buitenschoolse Opvang met één groep, die volgend jaar weer zal plaatsvinden maar dan op grotere schaal. Het komend half jaar ga ik werken op een ZMLK-school. Daarvoor moet ik de methode Verkeerskunsten helemaal aanpassen. Dit wordt dan een leidraad voor alle ZMLKscholen. Dat vind ik een grote uitdaging. Ik hoop met dit werk te bereiken dat heel veel leerkrachten zullen inzien dat praktische verkeerslessen nodig zijn en helemaal niet moeilijk om te geven, als je maar goed plant.

Wijzigingen verkeersregels per 1 juli 2010 • Een rouwstoet mag op een gelijkwaardige kruising niet doorsneden worden. Dit betekent dat weg gebruikers op kruispunten zonder verkeerslichten, voorrangsborden of haaientanden de volgauto’s van een rouwstoet voorrang moeten verlenen, ongeacht van welke kant de rouwstoet komt. Dit geldt alleen voor rouwstoeten die herkenbaar zijn aan speciale (officiële) vlaggen. Het eerste voertuig van de rouwstoet moet zich aan de normale voorrangsregels houden. • Een voetganger of een bestuurder van een gehandicaptenvoertuig die bij een zebrapad wil oversteken, moet een naderende rouwstoet die de officiële vlaggen voert, voor laten gaan.

• De bestuurder van een autobus die van een bushalte binnen de bebouwde kom wil wegrijden, moet een officiële rouwstoet die van achteren nadert, voor laten gaan. Buiten de bebouwde kom gold dit al. • Bestuurders van een brombakfiets waarvan de voor wielen een diameter hebben van meer dan 40 cm, hoeven geen helm te dragen. • Parkeerplaatsen kunnen door middel van onderborden gereserveerd worden voor een bepaald doel, bijvoor beeld het afzetten en ophalen van passagiers of het opladen van elektrische auto’s. • Het gebruik van ligplaatsen in bussen, taxi’s en personenauto’s is toegestaan, mits deze ligplaatsen aan bepaalde eisen voldoen. • Onterecht gebruik maken van een gehandicapten parkeerplaats is niet meer mogelijk. • Fietsen mogen voorzien zijn van richtingaanwijzers. • Bestuurders van lijnbussen, trams en andere voer tuigen die gebruik mogen maken van een busstrook of busbaan, mogen over verdrijvingsvlakken en puntstukken rijden die in een busstrook of busbaan liggen. • Er worden twee nieuwe verkeersborden ingevoerd met de betekenis: verboden voor autobussen en verboden voor vrachtauto’s en autobussen.

8


Maak kennis met...

Wethouders Wendy Ruwhof, Gouda en Ad van Zelst, Lisse door Coby Nypels Na de gemeenteraadsverkiezingen in maart zijn in heel wat steden en dorpen nieuwe verkeerswethouders aangetreden, sommige van hen met jarenlange ervaring, andere zijn ‘nieuw in het vak’. In de komende nummers van ons Magazine stellen wij er weer een aantal aan u voor. In deze editie kunt u kennismaken met Wendy Ruwhof uit Gouda en Ad van Zelst, Lisse.

Nooit meer door rood Kaas, stroopwafels en een prachtige historische binnenstad. Zo is Gouda bekend in de toeristische gidsen. Gouda kreeg al stadsrechten in 1272 en was lange tijd een van de belangrijkste steden in Holland. Maar het is ook nu nog altijd een levendige stad, 71.000 inwoners, en centrumgemeente in de regio. Sinds maart 2010 beheert Wendy Ruwhof (GroenLinks)

Heeft u ervaring op het gebied van verkeersveiligheid? “Niet direct. Ik ben een wethouder ‘van buiten’ en was directeur van een regionale milieudienst. Maar toch zijn er duidelijke raakvlakken met mijn vorige functie. Educatie en gedragsverandering bijvoorbeeld. Dat zijn - net als bij verkeersveiligheid - belangrijke thema’s. De methodiek is vaak vergelijkbaar. Je moet weten hoe je de mensen op de goede manier moet aanspreken. En daar heb ik me dus al geruime tijd mee bezig gehouden. Ik was nog maar net een blauwe maandag wethouder toen me werd gevraagd het verkeersexamen voor de basisscholieren te openen. Ik heb - met een keurig oranje hesje aan - het hele traject meegefietst. En gelukkig ben ik ook geslaagd! Het verkeersdiploma hangt hier nu aan de muur als bewijs dat ik verkeers veiligheid heel nadrukkelijk in mijn pakket heb! Dat was een mooie entree in mijn nieuwe baan!” Gaat u in uw gemeente verkeersveiligheid (weer) krachtig op de agenda zetten? “Dat ben ik zeker van plan. Ik weet inmiddels dat we hier in Gouda heel actief meedoen aan de regionale projecten op het gebied van educatie. Nieuw in deze periode is dat we veel kunnen doen aan de verbetering

foto: Sandra Zeilstra

de portefeuille Verkeersveiligheid

van knelpunten in de praktijk. In de afgelopen jaren is daar heel veel voorwerk voor gedaan. Ik heb het voorrecht dat ik nu aan de uitvoering kan gaan werken. Zo is er bijvoorbeeld het grote kruispunt bij de Hanze weg. Voor fietsers is dat een gevaarlijke oversteek. We gaan dat hele kruispunt aanpakken. Het wordt voor fietsers veel eenduidiger en dus veiliger. Verder gaan we actief aan de slag met de aanleg van 30 kmgebieden. Ook willen we bromfietsen weren van de fietspaden. Dat vereist een aantal aanpassingen. Gouda is een oude stad en daardoor is het soms lastig om goede oplossingen te vinden. Sommige straten zijn nog berekend op de maat van de karren van vroeger.


9

Het is heel waardevol om zo’n mooi oud stadsdeel te bewaren maar het maakt het er niet makkelijker op om het verkeer goed te laten circuleren. Maar dat is de uitdaging! Natuurlijk is er in de afgelopen decennia al heel veel gebeurd, maar verkeer blíjft zich verplaatsten. Dat stroomt waar het heen kan stromen en dus ontstaan er steeds nieuwe knelpunten.” Waar ziet u nieuwe mogelijkheden om de verkeers veiligheid te verbeteren. “Binnen de regio (11 gemeenten) werken we samen aan een plan voor de verkeersveiligheid. In Gouda gaan we experimenteren met ‘voetjes’, tegels waar een voetafdruk op staat in verschillende kleuren. De bedoeling daarvan is dat kinderen op een aansprekende manier gestimuleerd worden om op een veilige plek over te steken. Daar worden ze als het ware naartoe ‘gelokt’. We gaan kijken of dat een verbetering oplevert. Ook gaan we van start met een programma voor kinderen van een peuterspeelzaal. Daarbij gaat het natuurlijk niet alleen om de kinderen maar vooral ook om de ouders. Toch kun je die hele kleintjes ook best dingen aanleren, waardoor ze wat weerbaarder worden in het verkeer. Je hoopt dat ze zo een basis krijgen waar ze later op kunnen voortborduren. We bieden voor alle leeftijden iets aan. Dat kunnen we doen dank zij de inzet van heel veel enthousiaste vrij willigers. Daar heb ik grote bewondering voor. Een van de vrijwilligers organiseert fietslessen voor allochtone vrouwen. Ook geven we scootmobielcursussen. Daarbij ontdek je soms dat de weg hier en daar knel punten, zoals stoeprandjes, oplevert! Dat soort praktische dingen wordt uiteraard ook aangepast. En onze BROEM-ritten worden zeer gewaardeerd door ouderen.” Wordt in uw gemeente aandacht geschonken aan zaken als de ‘integrale aanpak’?

Burgers zijn zelf ook verantwoordelijk Lisse (22.000 inwoners) ligt in het centrum van de Bollenstreek tussen Haarlem en Leiden. Sinds 31 maart 2010 is Ad van Zelst er wethouder namens de lokale partij Nieuw Lisse. Daarvóór was hij 11 jaar raadslid en werkte hij als city manager in Lisse. Daarbij was het zijn taak het dorp ‘op de kaart te zetten’. Hij kent zijn gemeente dus van haver tot gort. Heeft u ervaring op het gebied van verkeersveiligheid? “Als raadslid zie je veel langskomen. Ook het verkeerscirculatieplan heb ik zien groeien. In mijn jonge jaren was ik lid van de afdeling Lisse van VVN. Wij adviseerden de gemeente. In deze tijd

10


“Op een paar plekken zijn we om de tafel gaan zitten met scholen, ouders, omwonenden, politie en gemeente en is er een programma tot stand gekomen met educatie, voorlichting en handhaving om te zorgen dat de schoolspits geen chaos wordt. In een van de wijken, Plaswijck, heeft dat al geleid tot goede resultaten. Dat gaan we dus bij andere knelpunten ook op die manier aanpakken. Wel is gebleken dat dergelijke activiteiten de neiging hebben om na een tijdje weer weg te zakken. Zodra de handhaving geen prioriteit meer heeft, zie je het oude gedrag terugkomen. Het is dus een kwestie van planning om iedereen ‘bij de les te houden’.” Is er in uw gemeente aandacht voor verkeerseducatie in het basis- en voortgezet onderwijs? “Ook in het onderwijs wordt hard gewerkt aan verkeers educatie. We doen mee aan SCHOOL op SEEF. Eén school is inmiddels al gecertificeerd. Scholen hebben daar een hele kluif aan! Daar komt heel wat bij kijken. Een aantal scholen gebruikt het computerprogramma Verkeerslokaal, waarmee kinderen zelf achter de computer kunnen oefenen. Ook het voortgezet onderwijs is actief bezig. Op het Driestar College, een grote scholengemeen schap, is men het afgelopen schooljaar begonnen met TotallyTraffic. De eerste ervaringen zijn positief. Komend schooljaar krijgt dat een vervolg en andere scholen gaan daar ook mee aan de gang.” Wat gaat er veranderen met u ‘aan het stuur’? “Ik vind het belangrijk om als gemeente, maar ook als wethouder zelf, het goede voorbeeld te geven. Daar ga ik de komende vier jaar op letten. Ik was nooit zo’n heel braaf iemand, maar nu zal je mij toch echt niet meer door een rood verkeerslicht zien fietsen. Als je niet bij jezelf begint, kun je het ook niet van anderen vragen!”

van burgerparticipatie zou je wensen dat er weer zo’n lokale afdeling zou zijn om de gemeente gevraagd en ongevraagd van advies te dienen. Verkeer is een belangrijke factor in de leefbaarheid van een gemeente. Sinds kort hebben we de gemeente ingedeeld in wijken met een wijkcoördinator. We gaan regelmatig de buurt in om na te gaan welke problemen er leven. Het wekt geen verbazing dat dat vaak met verkeer te maken heeft. In het paar maanden dat ik wethouder ben heb ik al menig gesprek gevoerd over ‘grijs en groen’. Vaak komt ook de verkeersveiligheid rond scholen aan de orde. We zijn van plan om dat heel actief te gaan aanpakken. We gaan bijvoorbeeld na waar we kiss and ride stroken kunnen realiseren. Maar de situatie rond scholen is slechts één aspect van verkeersveiligheid en leefbaarheid.” Gaat u verkeersveiligheid (weer) krachtig op de agenda zetten? “Ja! We hebben het nadrukkelijk opgenomen in ons collegeprogramma dat we de titel En nu doorpakken! meegaven.

We participeren met 16 gemeenten in de Gemeen schappelijke regeling Holland-Rijnland. Daar worden structuurvisies et cetera bekeken en ook de grotere infrastructurele maatregelen. We zitten met nogal wat noodwegen, die vanwege de recessie niet zo snel als gewenst aangepast kunnen worden. Maar je merkt dat de bewoners de gemeente wel achter de vodden zitten en dat van uitstel zeker geen afstel komt! Wij hebben in Lisse zes grote projecten die, ook als gevolg van de recessie, maar moeilijk van de grond komen. We hopen niettemin dat er deze raadsperiode flink wat palen de grond in gaan! Verkeersveiligheid is uiteraard een wezenlijk onderdeel van dergelijke projecten. “ Is er in uw gemeente aandacht voor verkeerseducatie in het basis- en voortgezet onderwijs? “Op de basisscholen wordt aan verkeerseducatie gedaan. Dat wordt zoals gebruikelijk in groep 7 afgesloten met het verkeersexamen. Op één van de scholen voor voortgezet onderwijs, de Luciaschool, is onlangs een verkeersweek gehouden. Op projectbasis wordt er door scholen wel iets aan gedaan. Ik ben van plan om daar wat meer aandacht aan te gaan besteden. Vanuit Holland-Rijnland worden er verkeerseducatieprojecten aangeboden. Daar zullen wij bij gaan aansluiten.” Het verbeteren van verkeersveiligheid is een traject van ‘lange adem’ en veel samenwerking met zeer verschillende partijen. Hebt u inmiddels al zicht op dergelijke contacten?

foto: Sven van der Vlugt

Je merkt dat het erg leeft bij de mensen, met name te hard rijden in woonwijken is een grote ergernis. Als gemeente moeten we steeds de afweging maken: in hoeverre hebben er de financiële middelen voor over om dat op te lossen. Ons adagium is: er ligt ook een stuk verantwoordelijkheid bij de burgers zelf. De mensen zouden elkaar moeten aanspreken op hun gedrag. Aardig is dat er zich spontaan mensen hebben aan gemeld die wel in een Verkeerscommissie willen mee denken. Een belangrijk punt in het collegeprogramma is de vlotte verkeersdoorstroming in onze gemeente. We zetten ons in voor goede fietsen wandelroutes en voldoende fietsenstallingen. Een van onze problemen is gelegen in de ontsluiting van de streek. Lisse ligt tegen de Haarlemmermeerpolder aan, met als grote kernen Hoofddorp en Nieuw Vennep. Er is maar één brug over de Ringvaart tussen Lisse en de Haarlemmermeer. Dat is een infrastructureel probleem. Indertijd is er een nieuwe weg aangelegd om Lisse beter te ontsluiten, maar die moet nu al weer verbreed worden. We lopen in feite vast op de capaciteit van de wegen. Een belangrijke weg, de N208, de Heereweg van Haarlem naar Leiden, loopt door alle kernen heen: Sassenheim, Lisse, Hillegom, Bennebroek en Heemstede. Om de doorstroming op die weg te bevorderen, zijn we nu in streekverband bezig om daar een heel traject van rotondes aan te leggen in plaats van de bestaande verkeersregelinstallaties. Het is een provinciale weg, dus de provincie neemt het leeuwendeel van de kosten voor haar rekening, maar de lokale aansluitingen moeten de gemeenten uiteraard zelf bekostigen.

“We hebben hier ‘in huis’ regelmatig verkeersoverleg, waarbij een verkeersdeskundige van de politie aanwezig is. Een voorbeeld: De vorige Raad had een ontwerp goedgekeurd voor de aanpassing van een weg in het buitengebied. Daar ontstond toch maatschappelijke onrust over. Het ging over een vrijliggend fietspad dat geïntegreerd zou worden in de weg. Dat was zo ongeveer het eerste probleem dat ik op mijn bordje kreeg. En hoewel de vorige Raad het had goedgekeurd ben ik naar aanleiding van die protesten toch gaan kijken met de verkeersdeskundige of er nog iets aan te doen was. De asfaltlaag was nog niet aangebracht. Op dat moment konden er dus nog aanpassingen worden gepleegd. Dat is het voordeel van een kleine gemeente: dan zijn de lijnen ook kort. Ik zie het verbeteren van de leefbaarheid en dus ook van de verkeersveiligheid als het dilemma van de eigen verantwoordelijkheid van mensen. Haal je borden weg of zet je er juist borden bij en maak je om de 50 meter een drempel?” Kun je het gedrag van de weggebruiker beïnvloeden? Ja, dat kan. We kunnen de politie op verzoek laten controleren op snelheid. Maar handhaving is maar één aspect. Gedragsbeïnvloeding is de andere kant. Dat zou ik willen bevorderen door het opnieuw instellen van een verkeerscommissie, waar betrokken bewoners in zitten. En verder door verkeerseducatie op de scholen. Want als we niets doen, zijn over een jaar of wat de tieners van nu automobilisten die met het raampje open en de gettoblaster op volle sterkte lekker hard over de drempels in de woonwijken stuiteren. Dat moet toch anders kunnen! Het gaat om de bewustwording en het elkaar aanspreken op het gedrag, niet in het minst door de ouders zelf.”


11

Wegbelevingsonderzoek op dertien Zuid-Hollandse trajecten

Gemiddeld een zeventje door Joost de Groot

In het vorige ROV Magazine hebt u een toelichting kunnen lezen op de introductie van het

gebruikersplatform. Aan dit platform nemen vertegenwoordigers van diverse soorten groepen verkeersdeelnemers deel (zie kader). Met de instelling van het gebruikersplatform wordt beoogd om inzicht te krijgen in de beleving van de weg door de verschillende typen weggebruikers. Zoals in het juni nummer van het ROV Magazine al werd aangekondigd, is voor het verzamelen van de gebruikervaringen voor deze eerste keer, de hulp ingeschakeld van een onderzoeksbureau. TNS Nipo heeft een groot aantal mensen gevraagd naar de beleving, ervaringen en meningen over een aantal trajecten van provinciale wegen. De provincie Zuid Holland wil namelijk graag de mening van de weggebruikers bij het onderhoud betrekken. Daarom is gekozen voor de trajecten die voor 2013 in het onder houdsplan van de provincie staan.

Aanpak onderzoek TNS Nipo

In de periode van 22 juni tot en met 6 juli 2010 zijn er in het kader van dit onderzoek 412 weggebruikers op pad gegaan om 13 trajecten te evalueren. In totaal zijn er 724 enquêteformulieren ingevuld. De deelnemers hebben vragen beantwoord die gingen over het algemene wegbeeld, de verkeersmaatregelen, kruispunten, bewegwijzering, kwaliteit van het wegdek en de breedte van de weg. Tot slot gingen de vragen over de veiligheid en de sociale veiligheid. De meeste vragen waren open vragen en hadden een signaalfunctie: laat de weggebruiker zo vrij mogelijk zijn of haar mening uiten. De vragenlijst bevatte ook een aantal gesloten vragen. Zo werd er onder andere naar een rapportcijfer voor de algemene waardering van het traject gevraagd. Hieronder is een greep uit de bevindingen weergegeven. Enkele resultaten van het onderzoek

De gebruikers van de provinciale wegen zijn in het algemeen tevreden over de kwaliteit van het wegdek, de technische staat en het functioneren van de weg. Gemiddeld ‘scoren’ de trajecten een 7,1. Opmerkingen die bij veel trajecten werden gemaakt zijn: de weg is druk en loopt vast in de spits, de toegestane snelheid is onduidelijk, de te volgen route op de rotonde is onduidelijk. Ook werd er melding gemaakt van scheuren en bobbels in het wegdek en van niet werkende verlichting. Met name fietsers zijn in veel gevallen ontevreden over de kwaliteit van het wegdek. Hier onder wordt een aantal specifieke opmerkingen bij de trajecten weergegeven. • Met betrekking tot het Fietspad LF1 langs de Noordzeekust vanaf Zandvoort tot Hoek van Holland werden enkele opmerkingen geplaatst over wielrenners op het fietspad die hier tot onveilige situaties kunnen leiden. Ook werd gemeld dat er af en toe konijntjes voor je fietswiel schieten.

12


• De N206 tussen A4 en Leiden Zuid krijgt een relatief laag rapportcijfer (6,6). Hier wordt met name de indeling van het Lammenschansplein als onlogisch of onduidelijk ervaren. Ook kwam er de suggestie om de busbaan voor het autoverkeer te bestemmen. • De N207 tussen Alphen aan den Rijn-oost en Leimuiden-noord, loopt in de spits snel vast. Een motorrijder pleit hier voor een onderbroken streep, zodat motorrijders er langs kunnen zonder de wet te overtreden. • Met betrekking tot de N209 tussen de A13 en de A12 melden fietsers een rare omrijdroute nabij het HSL-viaduct. • Fietsers zouden graag een volledig fietspad langs het traject ‘N211 tussen A4 en Den Haag Zuid’ zien (‘ideale route voor woon-werkverkeer’). • De drempels op N450 (Jacoba van Beierenweg Voorhout) zijn een bron van irritatie en de belijning is verwarrend waardoor fietsers soms op de weg gaan fietsen. • Men heeft het idee dat de N214 vanaf de N216 tot aan de A27 bij Noordeloos als sluiproute wordt gebruikt en daardoor druk is. Een enkeling geeft aan dat na de kruising en na de drempels het bord ‘einde 50 km’ ontbreekt. • Over de N217 tussen ’s Gravendeel-west en A16/ Randweg Dordrecht wordt opgemerkt dat er een scherpe bocht is bij Mookhoek. Verder vindt men het onterecht dat de weg (deels) een tolweg is. Hierbij speelt ook dat weggebruikers verrast kunnen worden door de vele informatie bij de tolpoortjes. De fietsers zijn negatief over de Kiltunnel (te smal, niet helemaal geasfalteerd, belijning slecht). • Bij de N444 tussen de A44 en Noordwijk wordt melding gemaakt van ongelukken door slecht zicht bij het verlaten van het sportpark. • (Brom)fietsers en een bestuurder van een landbouw voertuig vinden de kwaliteit van de parallelweg naast de N453 tussen Waddinxveen en A12 matig.

De situatie wordt onduidelijk en onoverzichtelijk gevonden. • Over de N477 tussen Krimpen aan de Lekoost en de rotonde N477 / N210 wordt gemeld dat het onduidelijk is of het fietspad een tweerichtingenfietspad is. Vervolgaanpak gebruikersplatform

De ervaringen met het verzamelen van de wegbeleving zijn positief. Deze eerste rapportage biedt veel inzicht in de beleving van de eindgebruiker. De projectleiders van de verschillende trajecten gaan met die bevindingen aan de slag. Ook zal de rapportage nog worden besproken met de leden van het gebruikersplatform. Met hen worden de resultaten verder geïnterpreteerd en wordt de vervolgaanpak voor de komende jaren besproken. De doelstelling is om te komen tot een vaste, terugkerende aanpak.

In het gebruikersplatform nemen vertegen woordigers van onderstaande organisaties deel: •A lgemene Nederlandse Gehandicapten organisatie (ANGO) • D e Koninklijke Nederlandse Toeristenbond ANWB • CUMELA Nederland • EVO • De Fietsersbond • D e Koninklijke Nederlandse Motorrijders vereniging (KNMV) • LTO Noord • SBO-ZH • Transport en Logistiek Nederland (TLN) • Team Alert • Veilig Verkeer Nederland • DBI - Provincie Zuid Holland • ROV Zuid Holland

Advisering aan gemeenten door Rien Visser In het uitvoeringsprogramma van het ROV Zuid-Holland is ook een activiteit ‘overige advisering en ondersteuning’ opgenomen. Behalve adviseren en ondersteunen van regievoerders en RPV’s kan het ROV Zuid-Holland adviezen geven aan gemeenten, maatschappelijke organisaties of actiegroepen. Dit kunnen zijn telefonische adviezen, maar het kan ook komen tot een schriftelijk advies.

Als regel wordt een schriftelijk advies gegeven aan de gemeente met een afschrift aan de adviesvrager. De meeste vragen gaan over het inrichten van de infrastructuur. Bij het behandelen van een vraag kijkt het ROV Zuid-Holland vooral naar de beleving en het gedrag van alle weggebruikers, dus ook van fietsers en van voetgangers en van andere kwetsbare verkeersdeelnemers. Bij het ontwerp van infrastructuur gaat het nog steeds om de volgende aspecten: berijdbaarheid, begrijpbaarheid, zichtbaarheid en overzichtelijkheid. Het gaat er niet alleen om of de regels goed toegepast zijn, maar ook hoe weggebruikers de weg beleven en hoe een weg past in zijn omgeving. Dit is niet altijd in regels vast te leggen. Bij een adviesaanvraag is het belangrijk om te weten of er nog andere vragen achter de gestelde vraag liggen. We moeten dan als het ware in de huid van de vraagsteller kruipen om zijn of haar probleem te begrijpen. Dit vereist in eerste instantie goed luisteren en daarbij hoort ook altijd een goede kennis van de lokale situatie. Als die kennis er niet voldoende is volgt een bezoek op locatie. Daarbij moet een groter gebied

bekeken worden dan waarover de vraag gaat, want het oplossen van een probleem op de ene plaats kan een probleem op een andere plaats veroorzaken. Integrale aanpak

De toegevoegde waarde van een advies van het ROV Zuid-Holland is dat wij breder kijken dan alleen naar infrastructuur. Wij kijken ook naar communicatie, educatie en handhaving. Als er een vraag komt over een schoolomgeving, wijzen we ook op de mogelijkheden van praktische verkeerseducatie die er zijn binnen het programma SCHOOLopSEEF. Het gaat niet alleen om een veilige weg, maar ook om veilig gedrag van mensen en dus ook om veilig gedrag van kinderen en van jongeren. Omdat een vraag dikwijls van particuliere personen komt is ons advies aan een gemeente in eerste instantie een ongevraagd advies. Wij vervullen dan soort mediator-rol. Soms zijn de resultaten van onze adviezen pas na enkele jaren zichtbaar.


13

Bedankje uit Hongarije Het ROV Zuid-Holland heeft, naar aanleiding van een verzoek uit Hongarije, een bedankje ontvangen voor het opsturen van Verkeerskunsten naar het Departement voor Communicatie en Internationale zaken in Boedapest:

Ich bin Ihnen sehr dankbar, ich habe so etwas schönes im Trainingsbereich für Radfahrer noch nie gesehen. Dies ist vielleicht auch am besten, was ich irgend einmal in meinen Händen gehalten habe. Werde ich irgend einmal an der Vorbereitung eines Projekts teilnehmen, dann kann ich mit der Vorführung dieser Bücher sehr gut argumentieren und wir können diesen tatsächlich viele nützliche Ideen entnehmen. Käme es einmal zu einer Zusammenarbeit, dann werde ich mich nicht verzögern, mich an Sie zu wenden. Wir bedanken Ihen für Ihre Bemühungen und wünschen Ihnen einen schönen Tag. Hima Tamas Kommunikációs és PR referens National Transport Authority Central Office Department of Communication and International Affairs

Internationale contacten, Cambodja door Rien Visser Als de SWOV buitenlandse bezoekers ontvangt, wordt het ROV Zuid-Holland regelmatig uitgenodigd om een excursie te organiseren. Op donderdag 15 april 2010 was mevrouw Socheata SANN uit Cambodja op bezoek bij de SWOV en kreeg het ROV het verzoek om een excursie te organiseren over de wegen in Zuid-Holland. Het accent moest daarbij liggen op tweewielers. In Cambodja kent men geen wegcategorisering. De wegen die er zijn, staan open voor alle voertuigen. Tot voor kort waren dit vooral langzame scooters, maar er komt steeds meer snelverkeer. Ook het aantal verkeersslachtoffers neemt sterk toe. In 2008 vielen er 1638 verkeersdoden. Dat is 18 keer zoveel als de 91 in 1998. Tot 1998 kwam het aantal verkeersdoden niet boven de 100. De registratie van de verkeersslachtoffers is in Cambodja goed georganiseerd. Dat heeft er mee te maken dat het land een goede registratie van slachtoffers is ten gevolge van landmijnen kent. De registratie van verkeersslachtoffers sluit hierbij aan.

14


Het is treffend om te zien dat in een tijd van opkomende welvaart na een bloedige oorlog het aantal verkeers slachtoffers in Cambodja toeneemt. Deze ontwikkeling is te vergelijken met de tijd van wederopbouw in Nederland in de jaren ‘50 en ‘60 van de vorige eeuw. Toen bleef tot 1972 het aantal verkeersslachtoffers toenemen. Het is boeiend om te horen hoe buitenstaanders naar onze wegen kijken. Toen we vanuit Leidschendam richting de N469 van Den Haag naar Zoetermeer reden, kreeg ik de vraag: waar zijn nu de fietsers? Ik kon daarop antwoorden dat wij het verkeer in Nederland zó goed gescheiden hebben dat je het langzame verkeer soms helemaal niet ziet. Soms is er ook een komische reactie. Toen we op de N207 bij Alphen aan de Rijn voor de hefbrug stonden en de oude hefbrug voor de tweede keer omhoog ging, terwijl wij stonden te wachten was haar reactie: “What a beautiful bridge”! Wie meer over de verkeersveiligheid in Cambodja wil weten, kan kijken op www.roadsafetycambodia.org

DuPont Dordrecht stimuleert fietsgebruik personeel

Veilig op de fiets naar het werk door Wim Stok* Veiligheid staat bij DuPont hoog in het vaandel, niet alleen binnen maar ook buiten de poort. Niet verwonderlijk dus, dat de Dordtse vestiging van dit internationale chemieconcern ook aandacht geeft aan de verkeersveiligheid van de ca. 350 personeelsleden (op een totaal van 845 werknemers in Dordrecht) die met de fiets naar de Baanhoekweg in Dordrecht komen.

DuPont stimuleert het fietsgebruik voor woonwerk verkeer in verband met gezondheid en welzijn van werknemers. Maar het bedrijf is zich ook bewust van de risico’s die zijn medewerkers in het verkeer kunnen lopen. De wetgever erkent de kwetsbaarheid van fietsers en heeft verkeersregels opgesteld en maatregelen genomen om de kwetsbare verkeersdeelnemer te beschermen. Fietspaden die gescheiden zijn van het gemotoriseerd verkeer zijn daarvan een voorbeeld. DuPont gaat uit van het volgende veiligheidsmodel:

Campagne fietsveiligheid

Toelichting bij het veiligheidsmodel van DuPont: 1 Fatality 1 ongeval met dodelijk afloop 30 Lost-time injuries 30 ongevallen met blijvend letsel 300 Recordable injuries 300 ongevallen met medische behandeling 30.000 Near misses 30.000 bijna ongevallen 300.000 At-risk behavior 300.000 risicovol gedrag

Als we de jaarlijks gerapporteerde ongevallen van fietsers met dodelijk letsel koppelen aan het veiligheidsmodel van Dupont dan zou het aantal mogelijke ongevallen van fietsers wel eens 300.000 maal groter kunnen zijn. Gelukkig leidt niet elk risicovol gedrag tot een slachtoffer. Het gaat erom door de piramide zichtbaar te maken dat risicovol gedrag kan leiden tot slachtoffers. Het resultaat van minder risicovol gedrag is zichtbaar te maken door de basis van de piramide kleiner te maken

Het management van DuPont is zich ervan bewust dat verkeersongelukken blijvend letsel kunnen veroorzaken met verlies of beperkingen van de arbeid als gevolg, nog afgezien van het persoonlijke leed dat een ongeval met zich meebrengt. In 2010 loopt daarom een campagne speciaal gericht op fietsveiligheid, waarbij de medewerkers een helm, fluorescerend hesje en verlichting krijgen en tips over veilig fietsen. Om de kans op ongelukken te verkleinen is het belangrijk de bewustwording van ons eigen gedrag als fietser en de gevolgen daarvan te vergroten. ROV Zuid-Holland wil in het kader van Safety Culture het verkeersgedrag van volwassenen beïnvloeden en heeft als regionaal overleg contacten met diverse gemeenten en de Fietsersbond. DuPont heeft met het ROV contact gezocht om elkaar te versterken en waar nodig te ondersteunen bij gedragbeïnvloeding. ROV en DuPont zien hier kansen omdat er ook andere bedrijven aan de Baanhoekweg gevestigd zijn en er veel recreatieverkeer is naar het recreatieschap de Merwelanden. Bovendien zou het project uitgebreid kunnen worden door de gemeenten Papendrecht en Sliedrecht erbij te betrekken.

* Wim Stok is proces veiligheidsmanager en milieucoördinator Delrin® bij DuPont op de locatie te Dordrecht


15

Blijf uit de dode hoek! Op 23 augustus is het Ministerie van Verkeer en Waterstaat gestart met de nieuwe Dode hoekcampagne. Doel van deze campagne is fietsers en voetgangers bewust te maken van de gevaren van de dode hoek. ‘Blijf uit de dode hoek’ is onderdeel van de koepelcampagne ‘Daar kun je mee thuiskomen’. Jaarlijks komen gemiddeld 10 tot 15 mensen om het leven door een ongeval in de dode hoek van vrachtwagens. Om het aantal ongevallen en slachtoffers te verminderen, voert het Ministerie van Verkeer en Waterstaat jaarlijks de campagne Blijf uit de dode hoek. De campagne richt zich in het bijzonder op kwetsbare verkeersdeelnemers: tieners, studenten en ouderen. Minister Eurlings van Verkeer presenteerde vorig jaar de Strategie Verkeersveiligheid 2008-2020. Hij heeft daarbij de ambitie uitgesproken om in 2020 niet 580 maar 500 verkeersdoden in het verkeer te hebben. Deze campagne, die de gevaren van de dode hoek duidelijk maakt, moet bijdragen aan het behalen van bovengenoemde ambitie. De campagne wordt gevoerd met borden en posters in steden en in de regio’s, advertenties en banners op internet. Daarnaast kunnen kinderen en jongeren op de campagnewebsite (www.dedodehoek.nl) het Dode Hoekspel spelen.

!

Verder verspreidt het Ministerie van Verkeer en Waterstaat een folder. De folder bevat tips voor fietsers. Aan de hand van een aantal situaties wordt beschreven en uitgelegd wat je als fietser kunt doen om uit de dode hoek te blijven. De folder is via [email protected] te bestellen of te downloaden via www.rovzh.nl )

Bon voor gratis

ROV MAGAZINE

Wilt u voortaan regelmatig ROV Magazine ontvangen? Stuur dan een e-mail naar [email protected] of vul de bon in en stuur deze in een voldoende gefrankeerde enveloppe naar: ROV Zuid-Holland, Engelandlaan 172, 2711 DW Zoetermeer Naam: Organisatie: Adres: Postcode: Plaats:

16


Veiligheid en mobiliteit van senioren. Wegbelevingsonderzoek op dertien trajecten. Elfde Verkeerskalender. september 2010 nr. 3

Recommend Documents