Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 1/9
VASTSTELLINGSOVEREENKOMST Verkoop voormalige BBL-gronden Goeree-Overflakkee
De ondergetekenden: 1. de Provincie Zuid-Holland, gevestigd te Den Haag en aldaar kantoorhoudend aan het ZuidHollandplein 1, op grond van artikel 176 van de Provinciewet te dezen vertegenwoordigd door de Commissaris van de Koning, de heer drs. J. Smit dan wel zijn gemachtigde, de heer A.G.P.M. Maas, hoofd van de afdeling Ontwikkeling en Grondzaken, handelend ter uitvoering van het besluit van het college van gedeputeerde staten van 23 maart 2016, besluit nr. PZH-2016-547233983 hierna te noemen: ‘de Provincie’, en 2. de publiekrechtelijke rechtspersoon de Gemeente Goeree-Overflakkee, te dezen op grond van artikel 171 Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester mevrouw A. Grootenboer-Dubbelman, handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van 22 maart 2016, hierna te noemen: ‘de Gemeente’, hierna gezamenlijk te noemen: ‘Partijen’, Overwegende dat: -
-
-
-
-
er verschillende ambities liggen in de Noordrand van Goeree-Overflakkee op het gebied van natuur, wind, wonen, agrarische structuurversterking en recreatie; er ook voor de Van Pallandtpolder, die buiten de gebiedsontwikkeling van de Noordrand valt, ambities liggen op het gebied van natuur, wind, agrarische structuurversterking en recreatie; de Provincie en de Gemeente in overleg zijn getreden over het verwezenlijken van voornoemde ambities; de Gemeente de regie krijgt om de diverse ambities voor het gebied tot een samenhangend en gedragen plan te ontwikkelen; de Gemeente in het kader van deze regierol voornemens is de voormalige BBL-gronden van de Provincie gefaseerd over te nemen om deze vervolgens door te kunnen verkopen voor de realisatie van voornoemde ambities; de uitgangspunten voor de regierol en de (door)verkoop van de voormalige BBL-gronden zijn opgenomen in de bestuurlijke brief van Gedeputeerde Staten van 18 mei 2015 en de antwoordbrief van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Goeree-Overflakkee van 9 juli 2015; de Provincie en de Gemeente, om een deel van de ambities in het gebied Goeree-Overflakkee te ontwikkelen, in de Stuurgroep Noordrand Goeree-Overflakkee samenwerken met de gebiedspartijen Wereldnatuurfonds en Natuurmonumenten; in de Stuurgroep Noordrand Goeree-Overflakkee is afgesproken toe te werken naar een gefaseerd grondaankoopplan, dat op brede steun kan rekenen in het gebied; Partijen vooruitlopend op de integrale uitwerking en –besluitvorming van de verkoop van de BBLgronden in diverse koopovereenkomsten de afspraken met betrekking tot de ontwikkeling en overdracht van deze gronden wensen formuleren; Partijen wensen hun samenwerking en de daaraan verbonden voorwaarden schriftelijk vast te leggen in deze overeenkomst.
Verklaren te zijn overeengekomen als volgt: Artikel 1. Doel van de overeenkomst Het doel van deze overeenkomst is het vastleggen van de voorwaarden en bepalingen, waaronder de voormalige BBL-gronden van de Provincie in de Noordrand en de Van Pallandtpolder van GoereeOverflakkee (hierna te noemen: ‘de voormalige BBL-gronden’ of ‘(de) gronden’), zoals weergegeven op de plattegrond van bijlage 1, in de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2018 aan de Gemeente verkocht worden, om zo de ambities op het gebied van natuur, wind, wonen agrarische structuurversterking en recreatie te kunnen verwezenlijken.
Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 2/9
Artikel 2. Omschrijving deelgebieden en ambities In opdracht van de Gemeente wordt een grondplan opgesteld voor de voormalige BBL-gronden. Het concept van dit grondplan is als bijlage 2 bij deze overeenkomst gevoegd. De volgende drie deelgebieden waarvoor eigen ambities en ontwikkelprocessen gelden, worden onderscheiden in het grondplan: - Zuiderdiep- en Halspolder (ambities: wind, natuur, recreatie, agrarische structuurversterking en zoetwaterkanaal); - Eerste en Tweede Bekading (ambities: natuur, agrarische structuurversterking, recreatie, wonen voor het gedeelte Nieuwe Marke en zoetwaterkanaal); - Van Pallandtpolder (ambities: wind, natuur, agrarische structuurversterking, recreatie en zoetwaterkanaal). In het vervolg van deze overeenkomst is dit onderscheid van belang met betrekking tot bijzondere bepalingen, die voor de verschillende deelgebieden kunnen gelden. Artikel 3. Over te dragen gronden 1. De Provincie verklaart bereid te zijn te verkopen aan de Gemeente en de Gemeente verklaart bereid te zijn te kopen van de Provincie in de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2018, de voormalige BBL-gronden – met, herleid van grondplan v0.62 d.d. 7 maart 2016, een omvang van totaal 475.96.95 hectare, zoals globaal aangegeven op de aan deze overeenkomst gehechte tekening (bijlage 1) met nummer 41781A399 en bijbehorende overzichtslijst van de kadastrale percelen (bijlage 3), één en ander onder de voorwaarden en bepalingen zoals opgenomen in deze overeenkomst. 2. De voormalige BBL-gronden, die het waterschap Hollandse Delta nodig heeft voor de aanleg van het zoetwaterkanaal, zoals globaal weergegeven in bijlage 1, zullen door de Provincie rechtstreeks aan het waterschap worden geleverd. De verkoop van deze gronden maakt derhalve geen onderdeel uit van deze overeenkomst. 3. Naar aanleiding van deze directe grondlevering aan het waterschap kunnen de definitieve oppervlaktes van de betrokken BBL-gronden welke door de gemeente worden gekocht nog afwijken. Ten tijde van de feitelijke grondlevering en betaling van de betreffende percelen wordt een mogelijke over- en/of ondermaat naar rato tevens financieel verrekend, in overeenstemming met de in artikel 5 genoemde taxaties. 4. Financiële compensatie door het waterschap aan de Provincie, vanwege de aan de aanleg van het zoetwaterkanaal verbonden waardevermindering voor aanliggende BBL-gronden, wordt bij de grondafname in mindering gebracht op de taxatiewaarde van de betreffende percelen. Partijen stemmen de door het waterschap geboden financiële compensatie tijdig af. De provincie, zal bij een aanbieding van het waterschap in ieder geval het voorbehoud maken van instemming van de Gemeente met de geboden compensatie. 5. De door de Provincie verpachte gronden, waarop de pachters een eerste recht van koop hebben, zijn weergegeven in het overzicht van bijlage 4. Deze gronden maken geen onderdeel uit van deze overeenkomst. In verband met de bijzondere potentie, die deze gronden kunnen hebben vanuit de grond- en opstalplannen, rust er op de Provincie een inspanningsverplichting om met de betreffende pachters in overleg te treden over de ambities in het gebied. Indien een pachter afziet van zijn recht van eerste koop en/of de pachtovereenkomst wordt beëindigd, dan is de Provincie verplicht de betreffende gronden alsnog te koop aan te bieden aan de Gemeente. De Gemeente heeft alsdan het recht en niet de plicht deze gronden te kopen van de Provincie. Artikel 4. BBL-gronden met opstallen 1. Voor de voormalige BBL-gronden met opstallen, zoals met rode driehoek en adres aangeduid op bijlage 1, geldt dat de Provincie deze zelfstandig risicodragend ontwikkelt, waarbij afstemming met de Gemeente plaatsvindt over de optimale inpassing binnen de gebiedsambities en het grondplan. In bijlage 2 is het concept-grondplan v0.62 opgenomen. 2. De opstallocaties worden door de Provincie gehertaxeerd op basis van de toekomstige mogelijkheden en beperkingen. 3. De provincie zal de voorgenomen ontwikkeling van de opstallocaties vooraf afstemmen met de Gemeente en afspraken maken over de inspanningsverplichting van de Gemeente om de door de Provincie gewenste bestemming te verwezenlijken voor de betreffende opstallocatie, zoals het planologisch mogelijk maken, het creëren van ruimte voor ruimte rechten en de omzetting naar burgerwoning(en). De Gemeente behoudt hierbij volledig haar publiekrechtelijke bevoegdheden, taken en verantwoordelijkheden. De afstemming met de Gemeente heeft als doel te constateren of de voorgenomen opstalontwikkeling geen blokkade opwerpt voor de uitvoering van het grondplan van de gemeente.
Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 3/9
4. Bij een voorgenomen verkoop door de Provincie van de opstallocatie zal de Provincie deze locatie eerst tegen de gehertaxeerde waarde aanbieden aan de gemeente. Indien de gemeente afziet van haar recht tot koop tegen deze waarde, staat het de Provincie vrij deze locatie aan een derde aan te bieden. Artikel 5. Grondprijs 1. De over te dragen voormalige BBL-gronden als omschreven in artikel 3 van deze overeenkomst worden door de Provincie tegen de getaxeerde marktwaarde aan de Gemeente verkocht. De Provincie heeft opdracht gegeven tot het uitvoeren van taxaties van deze gronden, waaruit een totaalprijs voor de gronden van € 34.090.766,77,--, exclusief omzet-/overdrachtsbelasting, naar voren is gekomen. De uitkomsten van deze taxaties zijn opgenomen in de aan deze overeenkomst gehechte verzamelstaat (bijlage 5) waarin de totale waarde van de desbetreffende taxatierapporten is opgenomen. 2. Partijen komen overeen dat de getaxeerde marktwaarde van de gronden gedurende de looptijd van deze overeenkomst niet geïndexeerd wordt. Artikel 6. Gefaseerde afname en vrijstelling afnameplicht 1. De gronden als genoemd in artikel 3 zullen zoveel als mogelijk in drie fasen worden overgedragen aan de Gemeente c.q. haar kopers, waarbij per fase de benodigde koopovereenkomsten opgesteld worden en de bijbehorende koopprijs wordt bepaald. Voor het bepalen van de koopprijs worden de taxaties uit bijlage 5 aangehouden. In de koopovereenkomsten worden de artikelen aangehouden, zoals opgenomen in deze overeenkomst, indien en waar nodig aangevuld met bijzondere bepalingen en/of toegespitst op de betreffende over te dragen gronden. 2. De Gemeente zal vóór 1 september van elk jaar (2016, 2017 en 2018) aangeven welke gronden zij in dat betreffende jaar vóór 31 december geleverd wil krijgen van de Provincie. 3. In afwijking van het bepaalde in lid 1 en 2 van dit artikel kunnen de gronden, na een verzoek hiertoe van de Gemeente aan de Provincie, in onderling overleg tussen Partijen te allen tijde eerder tussentijds worden overgedragen aan de Gemeente c.q. haar kopers, waarbij indien en voor zover aan de orde, Partijen afspraken zullen maken over eventuele nog lopende pachtverplichtingen en de beëindiging of overname daarvan. 4. De Provincie is alleen bereid de Gemeente vrij te stellen van de afnameplicht van de gronden op uiterlijk 31 december 2018, als middels goed onderbouwde argumenten blijkt dat bepaalde gronden niet nodig zijn en deze kavels door de Provincie op de markt zijn te brengen als ‘zelfstandig verkoopbare eenheden’. Partijen bepalen in onderling overleg vóór 1 september 2018 welke gronden dit betreft. De gronden dienen: a. goed ontsloten te zijn; b. ten minste 1 hectare groot te zijn; c. een voor het beoogde gebruik geschikte grondslag te hebben. 5. Daar waar sprake is van de “natuur-ambitie”, te weten voor de gronden in het deelgebied Van Pallandtpolder, zoals opgenomen in het bijgevoegde memo (bijlage 6), is de Gemeente niet verplicht tot afname van de grond op uiterlijk 31 december 2018 indien het natuurgrond betreft en de Gemeente ondanks door haar aan te tonen inspanningsverplichting geen beherend eigenaar heeft gevonden aan wie de gronden middels een abc-akte geleverd kunnen worden. 6. Ter plaatse van de Eerste en Tweede Bekading wordt de haalbaarheid van de ontwikkeling van de Nieuwe Marke onderzocht. De Gemeente is met het waterschap in overleg om op de locatie Nieuwe Marke mogelijk een gronddepot in te richten. Als de Gemeente en het waterschap hierover overeenstemming bereiken, dan worden de gronden voor de Nieuwe Marke door de Provincie in 2016, voorafgaand aan de aanleg van het zoetwaterkanaal door het waterschap, aan de Gemeente in economisch eigendom overgedragen. Vanaf 1 januari 2017 is de Gemeente dan een (pacht)vergoeding verschuldigd voor de gronden tot aan de datum van juridische levering. Voor voldoening van de koopprijs van de gronden geldt een uitgestelde betalingsverplichting voor de Gemeente. De Gemeente betaalt de koopprijs voor deze gronden bij juridische levering hiervan, uiterlijk op 31 december 2018 of zoveel eerder als er een marktpartij gevonden is, die de Nieuwe Marke in ontwikkeling neemt. Artikel 7. Juridische levering 1. Juridische levering van de gronden zal in beginsel plaatsvinden via abc-akten aan de kopers van de Gemeente, tenzij de Gemeente aan de Provincie te kennen geeft dat (juridische) levering aan haar plaats kan vinden. 2. Op 31 december 2018 zal, met uitzondering van de gronden genoemd in artikel 6 leden 4, 5 en 6 en ongeacht of de Gemeente kopers heeft gecontracteerd, juridische levering aan de Gemeente plaatsvinden van de dan nog niet door de Provincie aan de Gemeente geleverde gronden. 3. Zolang de gronden nog niet juridisch of feitelijk geleverd zijn aan de Gemeente kan de Provincie aanspraak blijven maken op de opbrengsten uit deze gronden. Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 4/9
4.
De gronden worden overgedragen vrij van hypotheken, beslagen en van inschrijvingen daarvan en met alle daarbij behorende rechten en aanspraken, waaronder die uit hoofde van erfdienstbaarheden en kwalitatieve rechten.
Artikel 8. Notariële akte van levering De voor de overdracht vereiste akte van levering zal uiterlijk binnen twee maanden, nadat het betreffende verkoopbesluit van het college van Gedeputeerde Staten en het betreffende aankoopbesluit van het college van burgemeester en wethouders zijn genomen, worden verleden ten overstaan van een notaris die door de Gemeente of haar koper(s) gekozen wordt. Artikel 9. Kosten en belastingen 1. Alle kosten van de overdracht, waaronder begrepen de notariële kosten, de verschuldigde overdrachtsbelasting of omzetbelasting en het kadastraal recht, zijn voor rekening van de Gemeente of de uiteindelijke koper(s) van de Gemeente. 2. De zakelijke belastingen met betrekking tot de over te dragen gronden zullen op en per de dag van het ondertekenen van de akte van levering worden verrekend. Vanaf deze datum zijn deze kosten voor rekening van de Gemeente of de uiteindelijke koper(s) van de Gemeente. Indien de feitelijke levering van de gronden eerder plaatsvindt, dan zijn deze kosten vanaf de datum van feitelijke levering voor rekening van de Gemeente of de uiteindelijke koper(s) van de Gemeente. Artikel 10. Betaling 1. De betaling van de koopprijs alsmede van de kosten, rechten en belastingen vindt plaats via het kantoor van de notaris uiterlijk op de datum van het passeren van de notariële akte van levering, per valuta van die dag. 2. Uitbetaling zal eerst plaatsvinden, zodra de notaris uit onderzoek bij de openbare registers is gebleken, dat de overdracht is geschied zonder inschrijvingen die bij het verlijden van de akte van levering niet bekend waren. De Gemeente is ermee bekend dat, in verband met dit onderzoek, tussen de dag van het ondertekenen en het uitbetalen één of meer werkdagen kunnen verstrijken. 3. Het bepaalde in dit artikel geldt niet voor de gronden als genoemd in artikel 6 lid 6. Artikel 11. Feitelijke levering, staat van de over te dragen gronden 1. De feitelijke staat van levering van de gronden aan de Gemeente c.q. haar koper(s) wordt vastgelegd in de te sluiten koopovereenkomst(en) voor de betreffende grond. 2. De feitelijke levering van de over te dragen gronden zal geschieden bij ondertekening van de notariële akte van levering. Indien de feitelijke levering plaatsvindt op een ander tijdstip dan bij ondertekening van de notariële akte van levering, eindigt de zorgplicht van de Provincie per het tijdstip van feitelijke levering, tenzij anders wordt overeen gekomen tussen Partijen. 3. De feitelijke levering van de over te dragen gronden zal geschieden leeg en ontruimd en vrij van huur-, gebruiks- en/of pachtrechten, tenzij Partijen hierover andere afspraken maken in de betreffende koopovereenkomst(en) voor overdracht van de grond. 4. De Provincie is verplicht de gronden zorgvuldig te (laten) beheren tot aan het tijdstip van de feitelijke levering. 5. De over te dragen gronden zijn bestemd om te worden gebruikt voor de realisatie van de ambities voor de gebiedsontwikkeling Noordrand en de Van Pallandtpolder op Goeree-Overflakkee, zoals nader beschreven in het grondplan van bijlage 2. Artikel 12. Bodemverontreiniging 1. De Provincie informeert de Gemeente of er onderzoek is verricht naar de aanwezigheid van (bodem-) verontreiniging door giftige, chemische en/of andere (gevaarlijke) stoffen in de voormalige BBL-gronden en de betreffende bodemrapporten aan de Gemeente beschikbaar gesteld. De Gemeente verklaart bekend te zijn met de inhoud van deze onderzoeken. 2. Voor zover bij de Provincie bekend is er geen reden om aan te nemen dat zich in de gronden stoffen bevinden die het gebruik conform het voorgenomen gebruik zonder het nemen van nadere maatregelen onmogelijk maken of die anderszins onaanvaardbaar zijn. Evenmin heeft de Provincie, gezien het voorafgaande gebruik van de registergoederen - voor zover dat bij de Provincie bekend is - reden om aan te nemen dat dergelijke stoffen zich in de grond zouden kunnen bevinden. Onder verontreiniging door giftige, chemische en/of andere (gevaarlijke) stoffen wordt niet verstaan: funderingsresten, puin of andere restanten van bouwkundige aard (hieronder niet te verstaan asbest), noch de aanwezigheid van de draagkracht van de grond beïnvloedende omstandigheden, noch stobben van bomen of struiken. 3. Omtrent de aanwezigheid van voor het milieu of de volksgezondheid gevaarlijke of niet aanvaardbare stoffen in de over te dragen gronden kan door de Gemeente c.q. haar koper(s) tot uiterlijk twee maanden na ondertekening van de betreffende koopovereenkomst opdracht worden gegeven voor een bodemonderzoek, waarvan de kosten voor rekening zijn van de Gemeente c.q. haar koper(s). De Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 5/9
4.
5.
6.
7. 8.
Gemeente zal er voor zorgdragen dat de uitslag van dit onderzoek zo snel mogelijk schriftelijk aan de Provincie bekend wordt gemaakt. Indien deze resultaten in afwijking van de verwachtingen als hiervoor vermeld in lid 1 en 2 blijk geven van de aanwezigheid van (bodem-) verontreiniging door giftige, chemische en/of andere (gevaarlijke) stoffen die het voorgenomen gebruik zonder het nemen van nadere maatregelen onmogelijk maken dan kan de Gemeente uiterlijk één maand voor de voorgenomen datum van het passeren van de akte van levering dit middels schriftelijke kennisgeving kenbaar maken aan de Provincie. De Provincie heeft dan: - het recht de (bodem-) verontreiniging door giftige, chemische en/of andere (gevaarlijke) stoffen op een zodanige wijze (binnen een redelijke termijn) te saneren zodat het gebruik conform het huidige bestemmingsplan zonder het nemen van nadere maatregelen mogelijk is. Uitzondering betreft de percelen van Blok de Wit, waarvoor een natuurbestemming wordt beoogd. Hiervoor zal niet de huidige bestemming maar het beoogd gebruik maatgevend zijn voor de al dan niet te nemen nadere maatregelen; en/of - het recht de betreffende koopsom naar evenredigheid van de te nemen maatregelen en in onderling overleg met de Gemeente te verlagen; en/of - het recht de betreffende koopovereenkomst eenzijdig, onder vergoeding van (redelijke) kosten van het onderzoek en zonder enige overige vergoeding van eventuele schade, middels schriftelijk bericht, te ontbinden. Blijft een onderzoek achterwege, laat de Gemeente tijdige kennisgeving van de resultaten en bevindingen aan de Provincie na of stuurt de Gemeente de kennisgeving als omschreven in lid 4 niet (of niet tijdig), dan worden voor de onderlinge verhouding tussen Partijen de betreffende gronden ten tijde van de levering geacht te voldoen aan de vereisten voor het door de Gemeente op die gronden voorgenomen gebruik en vrijwaart de Gemeente de Provincie voor alle kosten en iedere aansprakelijkheid voortvloeiende uit de aanwezigheid van (de gevolgen van) (bodem-)verontreiniging in de betreffende gronden. Partijen zullen indien het gestelde in lid 4 van dit artikel zich voordoet, met elkaar in overleg treden over de dan te hanteren termijn voor het passeren van de notariële akte van levering. Indien de betreffende koopovereenkomst op basis van het bepaalde in lid 5 van dit artikel wordt ontbonden, dan komt daarmee de afnameverplichting van de Gemeente voor de betreffende vervuilde over te dragen gronden te vervallen. Indien de betreffende grondoverdracht onderdeel uitmaakt van een reeks van grondoverdrachten (ruiling), dan worden op basis van dit lid ook de koopovereenkomsten voor de over te dragen gronden, die met de vervuilde gronden in samenhang gezien moeten worden en niet meer uitvoerbaar zijn ontbonden.
Artikel 13. Garantie verklaringen van de Provincie De Provincie garandeert, onverminderd het hiervoor verklaarde in de artikelen 11 en 12, dat: 1. de Provincie bevoegd is tot verkoop en levering van de voormalige BBL-gronden; 2. voor zover aan de Provincie bekend in de gronden geen ondergrondse tanks aanwezig zijn voor het opslaan van vloeistoffen; 3. de gronden ten tijde van de feitelijke levering geheel vrij van hypotheken, beslagen en inschrijvingen daarvan, huur of pacht zijn en/of van huurkoopovereenkomsten of andere aanspraken tot gebruik, leeg en ontruimd en ongevorderd en de gronden niet zonder recht of titel in gebruik zullen zijn bij derden, tenzij Partijen hierover anders overeenkomen; 4. ten opzichte van derden overigens geen verplichtingen bestaan uit hoofde van een voorkeursrecht of optie recht; 5. aan de Provincie geen aanwijzing, dan wel aanwijzingsbesluit dan wel registeraanschrijving bekend is: - als beschermd monument in de zin van artikel 3, 4 of 6 van de Monumentenwet; - tot beschermd stads- of dorpsgezicht of voorstel daartoe als bedoeld in artikel 35 van de Monumentenwet; - door de gemeente of provincie als beschermd stads- of dorpsgezicht; 6. de gronden niet zijn betrokken bij een ruilverkavelings- c.q. herinrichtingsplan en niet ter onteigening aangewezen zijn en er geen sprake is van leegstand in de zin van de Leegstandswet noch van vordering van de gronden krachtens de Huisvestingswet; 7. op de gronden de gebruikelijke zakelijke lasten rusten, waarvan de verschenen termijnen zijn voldaan; 8. aan de Provincie van overheidswege of door nutsbedrijven geen veranderingen betreffende de gronden zijn voorgeschreven of aangekondigd, welke nog niet zijn uitgevoerd, met uitzondering van de zoetwateraanvoerleiding van Evides, zoals met rode (stippel)lijn weergegeven op de plattegrond 31329 (bijlage 7), waarvoor een recht van opstal is/wordt gevestigd. De Provincie zal de Gemeente betrekken bij de overleggen met Evides over het vestigen van het recht van opstal en de bepalingen met betrekking tot het recht van opstal voor inhoudelijke beoordeling en goedkeuring aan de Gemeente voorleggen. Financiële compensatie door Evides aan de Provincie, vanwege de aan de vestiging van het recht van opstal en/of de aanleg van de waterleiding verbonden waardevermindering, wordt bij de grondafname in mindering gebracht op de taxatiewaarde van de betreffende percelen. Partijen stemmen Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 6/9
de door Evides geboden financiële compensatie tijdig af. De provincie, zal bij een aanbieding van Evides in ieder geval het voorbehoud maken van instemming van de Gemeente met de geboden compensatie. 9. de gronden vrij zijn van asbest en/of asbesthoudende materialen; 10. de gronden een rechtmatige en onbeperkte uitgang op de openbare weg hebben. Artikel 14. Informatieplicht Provincie, onderzoeksplicht Gemeente Afgezien van het hiervoor bepaalde, staat de Provincie er voor in dat zij aan de Gemeente met betrekking tot de gronden die informatie zal geven die naar geldende verkeersopvattingen door haar ter kennis van de Gemeente behoort te worden gebracht. De Gemeente zal uitdrukkelijk aanvaarden dat de resultaten van het onderzoek naar die feiten en omstandigheden die naar geldende verkeersopvattingen tot haar onderzoeksgebied behoren, voor haar risico komen (voor zover deze aan de Provincie thans niet bekend zijn). Artikel 15. Risico-overgang of beschadiging 1. De gronden zijn voor risico van de Provincie tot en met het moment van het passeren van de akte van levering als bedoeld in artikel 6, tenzij de feitelijke levering eerder of later plaatsvindt, in welk geval het risico met ingang van die dag overgaat op de Gemeente. 2. Indien de gronden tussen het moment van de ondertekening van de betreffende koopovereenkomst en het tijdstip van risico-overgang als bedoeld in lid 1 van dit artikel, mitsdien de dag van feitelijke levering, anders dan door toedoen van de Gemeente, geheel of gedeeltelijk verloren gaan of in meer dan geringe mate worden beschadigd, is de Provincie verplicht de Gemeente daarvan onverwijld in kennis te stellen. De betreffende koopovereenkomst blijft alsdan in stand. De Gemeente zal in dat geval de uitvoering van de betreffende koopovereenkomst verlangen. De Provincie zal in dat geval aan de Gemeente overdragen: de gronden in de staat waarin deze zich alsdan bevinden, alsmede – zonder enige bijzondere tegenprestatie naast de overeengekomen koopprijs – alle rechten, welke de Provincie terzake van vorenbedoelde schade, hetzij uit hoofde van verzekering, hetzij uit andere hoofde jegens derden kan doen gelden. Indien de Provincie geen aanspraken heeft op vergoeding van de gehele schade zal de koopprijs worden verminderd in onderling overleg. Artikel 16. Ingebrekestelling en verzuim 1. Partijen zijn over en weer jegens elkaar in verzuim indien zij, na ingebreke te zijn gesteld, nalatig zijn of blijven de verplichtingen uit hoofde van de betreffende koopovereenkomst te voldoen. Ingebrekestelling geschiedt schriftelijk bij aangetekende brief met inachtneming van een termijn van acht dagen. 2. Wanneer het verzuim betrekking heeft op het meewerken aan de feitelijke en/of juridische levering, zal de nalatige partij ten behoeve van de wederpartij een zonder rechterlijke tussenkomst opeisbare en niet voor matiging vatbare boete verschuldigd zijn van € 1.000,-- per maand of gedeelte daarvan dat hij in verzuim is, onverminderd (het recht op) nakoming van de verplichtingen voortvloeiend uit deze overeenkomst dan wel het recht op ontbinding van de overeenkomst. Artikel 17. Onder- en overmaat Onder- of overmaat van de over te dragen gronden zal, tenzij in deze overeenkomst specifiek anders is bepaald, aan geen van partijen enig recht verlenen. Artikel 18. Herinvesteren meerwaarde 1. De meerwaarde uit wind zal door de Gemeente worden geherinvesteerd in de Noordrand, doch in ieder geval in het eiland Goeree-Overflakkee. 2. De eventuele netto meerwaarde, dat wil zeggen na aftrek van (bovenplanse) exploitatiekosten, uit de gebiedsontwikkeling de Nieuwe Marke zal door de Gemeente worden geïnvesteerd in de Noordrand, doch in ieder geval in het eiland Goeree-Overflakkee. 3. Indien binnen 10 (tien) jaar na het passeren van een akte van levering ter uitvoering van de onderhavige overeenkomst, voor de verkochte BBL-gronden, of een gedeelte daarvan, de (planologische) bestemming van de grond wordt gewijzigd in een andere bestemming, dan de ten tijde van het sluiten van deze vaststellingsovereenkomst geldende bestemming, waardoor de grond een meerwaarde verkrijgt ten opzichte van de hiervoor door de Gemeente aan de Provincie betaalde koopprijs, dan dient de betreffende eigenaar van de grond ten tijde van de bestemmingsplanwijziging de meerwaarde hiervan af te dragen aan de Provincie. 4. Het bepaalde in lid 3 van dit artikel is niet van toepassing op de volgende activiteiten: a. de ontwikkeling van windenergie; b. de ontwikkeling van de Nieuwe Marke. Voor de in dit lid genoemde uitzonderingsgronden geldt met betrekking tot het herinvesteren van de meerwaarde het bepaalde in lid 1 en 2 van dit artikel. 5. Onder wijziging van de bestemming wordt in dit artikel bedoeld, iedere wijziging van de bestemming, zoals vermeld in het vigerende bestemmingsplan ten tijde van de juridische levering van de grond van Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 7/9
6.
7.
8.
9.
10. 11.
12.
13.
14.
de Provincie aan de Gemeente, daaronder niet begrepen het gebruik maken van een eventueel aanwezige wijzigingsbevoegdheid en/of het gebruik maken van bestaande planologische uitbreidingsmogelijkheden. Onder meerwaarde als genoemd in lid 3 van dit artikel wordt verstaan het verschil tussen de waarde van de verkochte BBL-gronden, of dat deel waarvoor de bestemmingsplanwijziging geldt, kort vóór de bestemmingswijziging en de waarde van de verkochte gronden na de bestemmingswijziging. De meerwaarde zal door de betreffende eigenaar van de gronden en de Provincie in onderling overleg worden vastgesteld, waarbij elk van hen zich door een taxateur van eigen keuze zal laten bijstaan. Iedere partij betaalt de kosten van zijn eigen taxateur. Indien het overleg als genoemd in lid 7 van dit artikel niet binnen zes weken na het inschakelen van de taxateurs leidt tot overeenstemming zal de meerwaarde als volgt worden vastgesteld: de taxateurs van iedere partij zullen samen in overleg een derde taxateur benoemen. De eigen taxateurs en de aldus benoemde derde taxateur zullen gezamenlijk de meerwaarde bindend tussen de betreffende eigenaar van de grond en de Provincie vaststellen. De kosten van de derde taxateur worden door hen voor gelijke delen gedragen. De af te dragen meerwaarde zal door de eigenaar van de grond binnen vier weken na vaststelling van de meerwaarde zoals bedoeld in de vorige leden, op een door de Provincie aan te geven rekeningnummer worden overgemaakt, tenzij de betreffende eigenaar van de grond op dat moment geen inkomsten genereert uit die gewijzigde bestemming. In dat laatste geval zal de meerwaarde door de eigenaar aan de Provincie worden voldaan, zodra die gewijzigde bestemming wordt gerealiseerd, dat wil zeggen bij aanvang van de (bouw-)werkzaamheden. Van een bewijsstuk van voldoening van de meerwaarde zal bij vervreemding door de betreffende eigenaar van de grond een kopie aan de akte van levering worden gehecht. Dit artikel dient in de notariële akte van levering te worden opgenomen en indien nog van toepassing, gedurende de in lid 1 genoemde termijn opgelegd te worden aan de rechtsopvolgers van de Gemeente. Een koper van de grond is verplicht het in dit artikel bepaalde bij iedere vervreemding -de vestiging van een beperkt zakelijk recht daaronder begrepen- uitdrukkelijk ten behoeve van de Provincie te bedingen en op te nemen in de betreffende akte van levering of vestiging van een beperkt zakelijk recht, zulks op verbeurte aan de Provincie van een dadelijk opeisbare boete als hierna in lid 8 vermeld, onverminderd de rechten van verkoper overigens geleden schade te verhalen. Bij verzuim in de nakoming van enige in dit artikel genoemde verplichtingen verbeurt de betreffende koper van de grond aan de Provincie een boete van € 10.000,00 (tienduizend euro), onverminderd het recht van de Provincie om alsnog nakoming te vragen en/of vergoeding van de werkelijk geleden schade. De betreffende koper zal in verzuim zijn door het enkele feit van toerekenbaar tekortschieten in de nakoming van enige verplichting uit het onderhavig artikel, zonder dat enige ingebrekestelling daartoe zal worden vereist, zodat zowel de bedongen boete als de vergoeding der eventueel meer geleden schade terstond zullen kunnen worden gevorderd. Uit de bepalingen van het onderhavige artikel kan nimmer volgen dat de Provincie een vergoeding aan de betreffende eigenaar van de grond ten tijde van een bestemmingsplanwijziging verschuldigd is, bijvoorbeeld wegens een negatieve meerwaarde. De regiekosten voor de realisatie van het project komen voor rekening van de Gemeente.
Artikel 19. Kabels en leidingen 1. De Provincie zal Klic-meldingen uitvoeren naar de aanwezigheid van kabels en leidingen in de aan de Gemeente over te dragen gronden en de uitkomsten van de Klic-meldingen voorafgaand aan het sluiten van de betreffende koopovereenkomsten aan de Gemeente kenbaar maken. 2. Indien zich in de over te dragen gronden kabels, leidingen en objecten ten behoeve van de gerechtigden van nutsvoorzieningen, hierna te noemen : "de nutsbedrijven" bevinden, dan gelden de volgende bepalingen: a. de nutsbedrijven zijn gerechtigd te allen tijde gebruik te maken of te doen maken van de grond voor het aanleggen, instandhouden, onderzoeken, vervangen en verwijderen van de nutsvoorzieningen met toebehoren; b. de nutsbedrijven zijn tevens gerechtigd om gebruik te maken of te doen maken van gebied buiten de hiervoor bedoelde grond, indien dit voor de toegankelijkheid en het uitvoeren van werkzaamheden noodzakelijk is; c. indien hiervoor voorwerpen dienen te worden verplaatst of tijdelijk dienen te worden verwijderd, moet de Gemeente, waaronder te dezen zowel hier als in de navolgende bepalingen mede wordt verstaan haar kopers, huurder of anderszins rechthebbende op de grond, op eerste aanwijzing binnen de daarbij te stellen termijn daaraan gevolg geven, zonder dat de eigenaar recht kan doen gelden op schadevergoeding; d. tenzij omstandigheden dit redelijkerwijs onmogelijk maken, zullen de nutsbedrijven de rechten genoemd sub a, b en c, uitoefenen in overleg met de Gemeente; e. de nutsbedrijven zijn verplicht om in overleg met de Gemeente na het verrichten van Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 8/9
3.
4.
5.
6.
7.
ontgravingen en andere werkzaamheden de grond zoveel en zo spoedig mogelijk weer in de oorspronkelijke staat te brengen, met gebruikmaking van de oorspronkelijk aanwezige materialen of, indien deze niet meer bruikbaar blijken, met gebruikmaking van zo mogelijk gelijkwaardige materialen, één en ander in overleg met de Gemeente; f. bij gebruikmaking van hun rechten zullen de nutsbedrijven zoveel mogelijk rekening houden met de belangen en de wensen van de Gemeente. De Gemeente zal geen handelingen verrichten of doen verrichten waardoor: a. de in en op de grond aanwezige nutsvoorzieningen van de nutsbedrijven gevaar zouden kunnen lopen; b. het gebruik overeenkomstig de bestemming van de nutsvoorzieningen zou kunnen worden belet, belemmerd of geschaad; c. gevaar zou kunnen ontstaan voor personen en goederen; d. een ongestoorde uitoefening van het recht van de nutsbedrijven zou kunnen worden belemmerd. De Gemeente zal binnen de aangegeven grond zonder schriftelijke toestemming van de nutsbedrijven: a. geen onroerende zaken - gesloten verhardingen, kabels, buizen, leidingen, alsmede bomen en diepwortelende beplantingen daaronder begrepen - aanbrengen of doen aanbrengen en geen voorwerpen de grond indrijven of doen indrijven; b. geen roerende zaken plaatsen of doen plaatsen, tenzij deze onmiddellijk kunnen worden verwijderd. Daarbij is alsdan de Gemeente, indien de nutsbedrijven zulks verlangen, op eerste aanzegging door en voor rekening van de Gemeente gehouden de benodigde grond vrij te maken; c. geen wijziging brengen of doen brengen in het maaiveldniveau. Indien de Gemeente, ook na aangetekende ingebrekestelling, nalatig blijft in de nakoming van de in lid 2 en 3 van dit artikel omschreven verplichtingen, zijn de nutsbedrijven bevoegd om, onverminderd het bepaalde in lid 1, na de in de ingebrekestelling te noemen termijn, op kosten van de Gemeente, extra maatregelen te nemen, die naar het oordeel van één of meer van de nutsbedrijven om reden van veiligheid dan wel voor een ongestoorde uitoefening van hun rechten redelijkerwijs noodzakelijk zijn. Bij verkoop, verhuur en/of anderszins in gebruik afstaan van de in lid 1 genoemde grond, of gedeelten daarvan, staat de Gemeente er voor in, dat de nieuwe koper de verplichtingen uit dit artikel overneemt en naleeft. De nutsbedrijven zullen hun rechten en verplichtingen kunnen overdragen aan derden.
Artikel 20. Kwalitatieve verplichting/kettingbeding 1. Artikel 19 zal als kwalitatieve verplichting in de leveringsakte worden overgenomen of indien en voor zover dat niet mogelijk is als kettingbeding. 2. Bij niet nakoming van de verplichting zoals genoemd in lid 1 van dit artikel alsmede het gestelde in artikel 19, verbeurt de Gemeente een boete ter hoogte van € 50.000,-- per keer en per belanghebbende dat de Gemeente in gebreke is. 3. Bij elke vervreemding van de gronden c.q. bij elke vestiging van zakelijke rechten daarop, waardoor het gebruik van de overgedragen gronden door anderen wordt verkregen, moet het bepaalde in artikel 19 en de kwalitatieve verplichting c.q. het kettingbeding dat in de notariële akte van levering wordt opgenomen in elke volgende notariële akte van levering worden opgenomen en aan de opvolger(s) in eigendom of beperkt gebruiksrecht worden opgelegd en door hem ten behoeve van de Provincie worden aangenomen, onder verbeurte van een door het enkele feit van overtreding aan de Provincie verschuldigde boete, zoals opgenomen in lid 2 van dit artikel. Artikel 21. Domiciliekeuze In de notariële akte van levering zal woonplaats worden gekozen ten kantore van de in artikel 8 bedoelde notaris. Artikel 22. Looptijd overeenkomst Deze overeenkomst treedt in werking op het moment dat deze rechtsgeldig is ondertekend door Partijen en duurt in beginsel tot de uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen volledig zijn nagekomen. Artikel 23. Opschortende voorwaarde Deze overeenkomst wordt aangegaan onder de opschortende voorwaarde, dat de gemeenteraad van Goeree-Overflakkee uiterlijk op 21 april 2016 haar goedkeuring verleent aan het concept grondplan (bijlage 2) en instemt met het aangaan van deze overeenkomst. Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie:
Vaststellingsovereenkomst definitief 18 maart 2016 9/9
Artikel 24. Geschillen Partijen zullen het ontstaan van geschillen zoveel mogelijk trachten te voorkomen door middel van het voeren van overleg. Geschillen – van welke aard en omvang ook, daaronder mede begrepen die, welke slechts door één der Partijen als zodanig wordt beschouwd – die naar aanleiding van of op grond van deze Overeenkomst mochten ontstaan, zullen worden voorgelegd aan de daartoe bevoegde rechter te Rotterdam, onverminderd het recht op hoger beroep of cassatie en onverminderd het recht van Partijen om hun geschil op basis van een gezamenlijk besluit te laten beslechten op basis van arbitrage of mediation. Artikel 25. Slotbepalingen 1. De overwegingen maken integraal onderdeel uit van deze overeenkomst. 2. Op de overeenkomst en alle hieruit voortvloeiende overeenkomsten is Nederlands recht van toepassing. 3. Alle formele mededelingen die Partijen aan elkaar dienen te doen in het kader van deze overeenkomst dienen schriftelijk te geschieden. Wijzigingen/afwijkingen van de overeenkomst zijn slechts rechtsgeldig indien deze schriftelijk tussen Partijen zijn vastgelegd. 4. Waar in de overeenkomst enige beslissing of handeling van de Gemeente wordt verlangd, is het daartoe aangewezen beslissingsbevoegde orgaan het college van burgemeester en wethouders, tenzij schriftelijk of bij wettelijk voorschrift anders is bepaald. 5. Partijen verplichten zich wederzijds geen handelingen te zullen verrichten of nalaten die de uitvoering van deze overeenkomst in de weg kunnen staan, tenzij deze uit de wet of een uitspraak van een bevoegde rechterlijke instantie voortvloeien. Artikel 26. Bijlagen De volgende onverbrekelijk bij deze overeenkomst gevoegde en als zodanig gewaarmerkte bijlagen maken integraal onderdeel van uit van deze overeenkomst: 1. Overzichtskaart over te dragen voormalige BBL-gronden en opstallocaties, nr. 41781A399 d.d. 8 maart 2016; 2. Concept grondplan v0.62 d.d. 7 maart 2016 3. Overzicht kadastrale percelen; 4. Overzicht pachters met eerste recht van koop; 5. Verzamelstaat taxaties per deelgebied; 6. Memo Van Pallandtpolder d.d. 8 januari 2016; 7. Overzichtskaart recht van opstal zoetwateraanvoerleiding Evides. In geval van strijdigheden tussen de bijlagen en de overeenkomst prevaleert het in de overeenkomst bepaalde.
Aldus in tweevoud opgemaakt en getekend te: Plaats : Datum :
Plaats : Datum :
de Commissaris van de Koning in Zuid-Holland, namens deze,
de burgemeester,
……………………………………… Ir. A.G.P.M. Maas
……………………………………… mevrouw A. Grootenboer-Dubbelman
Paraaf Gemeente:
Paraaf Provincie: