Van Gogh op school Lespakket bovenbouw havo-vwo
Inhoud Docentenhandleiding Inleiding1 In de klas
2
Antwoordsuggesties3 Museumbezoek6
Opdrachtbladen Vincent van Gogh
1
De aardappeleters
2
Zelfportret als schilder
4
Brug in de regen
6
Het gele huis
8
Korenveld met maaier
10
Boomwortels
12
Woordenlijst14
Afbeeldingen, tenzij anders vermeld: Van Gogh Museum, Amsterdam (Vincent van Gogh Stichting)
Van Gogh op school
Inleiding Met de opdrachtbladen Van Gogh op school maken leerlingen zelfstandig kennis met Vincent van Gogh en een aantal werken uit de collectie van het Van Gogh Museum. Ze kunnen de opdrachten onafhankelijk van een museum bezoek uitvoeren. Bij sommige vragen hebben de leerlingen meer informatie nodig, bijvoorbeeld uit boeken of via het internet. Kunstwerken die in de opdrachten voorkomen zijn digitaal te raadplegen op www.vangoghmuseum.nl.
Algemene leerdoelen
• De leerlingen maken kennis met de kunstenaar Vincent van Gogh, zijn werk en zijn tijd. • De leerlingen leren kijken naar schilderijen en deze te gebruiken als bron van informatie. • De leerlingen worden gestimuleerd in hun culturele en esthetische ontwikkeling.
Aansluiting curriculum De inhoud van de opdrachtbladen sluit aan bij het profiel Cultuur en Maatschappij. Voor het vak Kunst doet de leerling op interactieve wijze kennis en vaardigheden op, leert terminologie en verzamelt informatie.
Van Gogh op school – docentenhandleiding
1
In de klas Inventariseren Voordat de leerlingen starten met het maken van de opdrachtbladen kunt u inventariseren wat ze al weten over Vincent van Gogh. Stel daarbij vragen als: • Wie was Vincent Van Gogh? • Wanneer leefde hij? • Wie kent er een beroemd schilderij van Van Gogh? • Wie weet er waar hij geboren is? • Was Van Gogh een rijke kunstenaar? • In welke landen heeft hij veel geschilderd?
Inleiden Aansluitend geeft u zelf een korte inleiding op het leven en werk van Vincent van Gogh. Eventueel neemt u de vragen op de opdrachtbladen nog even door. Wanneer u de les vervolgt met een museumbezoek, kunt u ook iets vertellen over het Van Gogh Museum. U vindt veel informatie over het museum en de collectie op www.vangoghmuseum.nl.
Evalueren Om méér uit de les te halen kunnen de opdrachtbladen achteraf klassikaal of in groepjes worden besproken. Zo wordt leerlingen ook duidelijk dat op sommige vragen meer dan één antwoord bestaat en dat men over kunst van mening kan verschillen.
Van Gogh op school – docentenhandleiding
2
Antwoordsuggesties 1 De aardappeleters a Verschillen: kleurgebruik, locatie, ruimte, kleding, geen armoede b Basiskenmerken: compositie met tafel, maaltijd, (het delen van) voedsel, lichtbron boven de tafel, rugfiguur, karakteristieke hoofddeksels, rond de maaltijd, bij elkaar, afgesloten van de anderen, intimiteit
2 Zelfportret als schilder a Verschillende mogelijkheden. Bijvoorbeeld: Van Gogh
Rembrandt
Licht/donkerWW:
weinig verschil
sterk verschil licht – schaduw
Kleurgebruik:
veel contrast
kleuren in zelfde sfeer/toon
Ruimte/vlakverdeling:
dicht op onderwerp
meer afstand tot onderwerp, meer ruimte
b Vergelijking impressionisten en pointillisten Impressionisten
Pointillisten
Schilderen in de openlucht
X
Studie wel, uitwerking niet
Schilderen in het atelier
Soms
X
Claude Monet
X
Kleuren ontleed in kleurstipjes op het doek
X
Het licht op één moment is vastgelegd
X
Het ziet eruit alsof het snel geschilderd is
X
Paul Signac Geen verhaal als voorstelling
X X
‘Stippelaars’ Losse penseelstreken duidelijk zichtbaar
X
X X
X
c Vooral pointillist. Van Gogh had wel een eigen interpretatie van de pointillistische techniek: korte streepjes in plaats van stipjes. Hij experimenteerde eveneens met het ontleden van kleuren, maar minder wetenschappelijk. Hij deed dit vooral om – zoals hij zelf zei – meer kleur in zijn schilderijen te brengen.
Van Gogh op school – docentenhandleiding
3
Antwoordsuggesties
3 Brug in de regen a Verschillende mogelijkheden. Bijvoorbeeld:
• Nageschilderd, maar geen kopie • Kleuren: intenser, feller, in kleine streepjes • Rand eromheen zelfbedacht, met gestileerde Japanse karakters
c De voorstelling lijkt door de afsnijding dichterbij; je blik wordt als het ware meer naar binnen getrokken.
Moderne media waarin afsnijding wordt gebruikt zijn o.a. • strips • fotografie • film
4 Het gele huis a Brieffragment
• Zonlicht, Japanse helderheid, kleurtegenstellingen/contrasten. • Felle kleuren, sterke kleurcontrasten (lucht – huizen en straat), kleurvlakken als in Japanse prenten • Eugène Delacroix (1798-1863): Frans kunstschilder uit de periode van de romantiek. In 1832 reisde Delacroix naar Spanje en Noord-Afrika. Zijn kleurgebruik was van invloed op zowel de impressionisten als de neo-impressionisten.
b Tegenstellingen tussen beide schilderijen:
• Gauguin: mooie armstoel, donkere kleuren die met zwart lijken gemengd, nacht, tapijt, kunstlicht, kaars, boeken • Van Gogh: simpele rieten stoel, heldere (pastel-)kleuren, overdag, tegelvloer, daglicht, pijp, uitlopende uien
c Van Gogh keek op naar Gauguin (eenvoudige stoel tegenover een luxe stoel); hij vond hem
mysterieus (‘verhuld’ nachtleven tegenover ‘eerlijk’ daglicht); Gauguin werkte uit zijn verbeel ding (romans op de stoel), terwijl Van Gogh een grote behoefte had om naar de werkelijkheid te werken (uien in de kist, pijp op stoel).
5 Korenveld met maaier b Verbinden schilderijen met uitspraken De zaaier
‘… flarden van herinneringen aan vroeger, de hang naar dat eeuwige, waarvan de zaaier en de korenschoof de symbolen zijn.’
Korenveld met kraaien
‘Ik heb welbewust geprobeerd er triestheid, extreme eenzaamheid in uit te drukken.’
De slaapkamer
‘Ik heb met al die verschillende tonen een absolute rust willen uitdrukken…’
Zonnebloemen
‘... stel… dat het een idee uitdrukt dat ‘dankbaarheid’ symboliseert, is dat dan iets anders dan zoveel bloemenschilderijen die vernufti ger zijn geschilderd…?’
Van Gogh op school – docentenhandleiding
4
Antwoordsuggesties
6 Boomwortels a De juiste termen bij de werken plaatsen
Realistisch
Impressionistisch Expressionistisch
b De strijd om het bestaan; het moeilijke bestaan van hemzelf of dat van kunstenaars in het algemeen.
‘(…) het zich als ‘t ware krampachtig en hartstochtelijk vastwortelen in de aarde en het toch half losgerukt zijn door de stormen.’ Vincent van Gogh aan zijn broer Theo, 1 mei 1882
Van Gogh op school – docentenhandleiding
5
Museumbezoek U kunt de opdrachtbladen combineren met een bezoek aan het Van Gogh Museum. De leerlingen kunnen de werkbladen meenemen en een aantal van de opdrachten maken bij de originele schilderijen. Reserveren Een museumbezoek in groepsverband dient van tevoren te worden gereserveerd. Kijkt u voor het onderwijsaanbod op www.vangoghmuseum.nl/onderwijs.
Bezoekadres Van Gogh Museum Paulus Potterstraat 7 1071 CX Amsterdam
Vragen of opmerkingen Heeft u vragen of opmerkingen na het lezen van deze handleiding? Neemt u dan contact op met de afdeling Educatie van het Van Gogh Museum via
[email protected]. U kunt ook bellen met de speciale onderwijslijn, bereikbaar op maandag t/m donderdag van 13 tot 17 uur: T 020 570 52 46.
Van Gogh op school – docentenhandleiding
6
Vincent van Gogh Vincent van Gogh (1853-1890) is één van de twee kunstenaars in de Canon van Nederland. Tegen woordig komen mensen uit de hele wereld naar het Van Gogh Museum om zijn schilderijen te zien.
Vincent van Gogh, Zelfportret als schilder, Parijs 1887-88
In zijn eigen tijd waardeerden maar weinig mensen zijn werk. Van Gogh maakte circa 850 schilderijen, maar verkocht er slechts een paar. Zijn broer Theo had gelukkig een goede baan in een kunsthandel in Parijs. Hij stuurde elke maand geld, waarmee Vincent in zijn levensonderhoud kon voorzien. In ruil stuurde hij bijna al zijn schilderijen naar Theo. En brieven, véél brieven.
De opdrachtbladen Deze opdrachtbladen gaan over Vincent van Gogh als kunste naar: wat hem bewoog, wie hij bewonderde en waarom zijn werk zo vernieuwend was. Aan de hand van de opdrachten bekijk je een aantal van Van Goghs schilderijen en leer je de kunstenaar zelf wat beter kennen. Bij sommige vragen zul je misschien wat extra informatie moeten opzoeken. Overigens: de andere schilder in de Canon van Nederland is Rembrandt. Híj komt in deze opdrachtbladen ook nog even aan de orde.
Tip: Bij de opdrachten vind je afbeeldingen van verschillende schilderijen van Vincent van Gogh. In het Van Gogh Museum kun je die in het echt bekijken. Kun je niet naar het museum, maar wil je de schilderijen bij de opdrachten wel iets groter zien? Kijk dan op de website. Je vindt de schilderijen van het Van Gogh Museum ook bij het Google Art Project. Onderstreepte woorden kun je opzoeken in de woordenlijst.
Veel succes!
Van Gogh op school – opdrachtbladen
1
1 De aardappeleters De aardappeleters. Wie kent ze niet? Dit schilderij van Van Gogh is zo bekend geworden, dat je het een icoon zou kunnen noemen. Latere kunstenaars hebben er allerlei variaties op gemaakt.
Vincent van Gogh, De aardappeleters, Nuenen 1885
Bekijk de volgende hedendaagse kunstwerken en beoordeel deze op basis van compositie, licht en donker, kleur, uiterlijk en houding van de hoofdfiguren, attributen, enzovoort.
Laury Persoon, De aardappeleters, 2008
Dwight Mills, The Potatoe Eaters – The Next Century, 2008
Josh Agle, The Potatoe Eaters (after Van Gogh), 2006
1 a
1 b
Benoem een aantal verschillen met De aardappeleters van Vincent van Gogh.
Welke overeenkomsten zou je de ‘basiskenmerken’ van De aardappeleters kunnen noemen?
Verschillen
Basiskenmerken
Van Gogh op school – opdrachtbladen
2
1 De aardappeleters
> Even tussendoor: Houterige figuren Van Gogh zelf zag De aardappeleters als zijn eerste, grote meesterwerk. Toch schreef hij erover: ‘Ik heb gewild dat het doek doet denken aan een gans andere manier van leven dan die van ons, beschaafde mensen. Ik zou dan ook volstrekt niet begeren dat iedereen het zomaar mooi of goed vond’. Toen Theo het schilderij in Parijs liet zien, was er inder daad veel kritiek – onder andere op de ‘houterige’ figuren.
Van Gogh schilderde De aardappeleters in het Brabantse Nuenen, waar zijn vader dominee was. Het boerenleven in de streek inspireerde hem. Daarin volgde Van Gogh de Franse realist Jean-François Millet (1814-1875), die hij erg bewonderde. Beide kunstenaars wilden het harde bestaan van (land-)arbeiders zo eerlijk mogelijk weergeven. Dat stond lijnrecht tegenover de academische schilderkunst van die tijd.
Jean-François Millet, De waterdraagster, 1856 Bruikleen Rijksmuseum, Amsterdam
‘Ik zou willen d at er in de scho len reproducties van Mill et hingen, ik den k dat er kinderen zoud en zijn die schi lder zouden worden, als ze maar mooie din gen zagen.’ Brief aan Theo , 19 septembe r 1889
1 c Zoek op het internet naar afbeeldingen van De waterdraagster en naar andere werken van Jean-François Millet. Van Gogh vond dat Millet ‘het echte leven’ schilderde en dat je in zijn werk ‘de armoede van de boeren gewoon kon voelen’. Ben jij het met Van Gogh eens?
Ja
Nee Omdat
Heeft Van Gogh het in vergelijking met Millet beter gedaan, volgens jou?
Ja
Nee Want
Van Gogh op school – opdrachtbladen
3
2 Zelfportret als schilder In dit zelfportret presenteert Van Gogh zich als kunstenaar. Hij maakte het in Parijs, zes jaar nadat hij had besloten schilder te worden. Van Gogh wilde het liefst figuurschilder zijn, net als één van zijn grote voorbeelden: Rembrandt van Rijn (1606-1669).
Vincent van Gogh, Zelfportret als schilder, Parijs 1887-88
2 a Net als Rembrandt maakte Van Gogh een ‘zelfportret als schilder’, maar hij voerde het uit in een andere stijl. Bekijk de beide zelfportretten en schrijf drie stijlverschillen op: Rembrandt van Rijn, Zelfportret als schilder, 1662 © English Heritage Photo Library
Stijlelementen
Van Gogh
Rembrandt
Licht/donker:
Kleurgebruik:
Ruimte/ vlak-verdeling:
Van Gogh op school – opdrachtbladen
4
2 Zelfportret als schilder
Van Gogh vertrok in 1886 naar Parijs, omdat hij graag ‘meer zonlicht’ in zijn schilderijen wilde brengen. Via zijn broer Theo – die in Parijs in een kunsthandel werkte – kwam hij in contact met impressionisten en poin tillisten. In hun werk vond Van Gogh het zonlicht dat hij zocht.
< Claude Monet, Molens bij het Westzijderveld in Zaandam, 1871
> Even tussendoor: Buiten schilderen Van Gogh schilderde, net als de impressionisten, veel in de open lucht. Dat was mogelijk gemaakt door een in die tijd vrij recente uitvinding: de verftube (1866). In die verpakking konden kunstenaars hun verf kant- en-klaar kopen en makkelijk meenemen. Hun voorgangers waren meer gebonden aan het atelier: zij maakten hun verf nog zelf en hadden alleen dierenblazen als ‘bewaar- en vervoermiddel’.
2 b
2 c
Zoek op het internet of in boeken naar informatie over de impressionisten en de pointillisten. Lees de volgende omschrijvingen en kruis aan waar ze volgens jou bij horen. Beide kan ook.
Bekijk Van Goghs zelfportret nog eens. Zou je hem daarin een impressionist of een pointillist noemen? Waarom? Vooral impressionist
Impressionist
Pointillist
Vooral pointillist
Schilderen in de openlucht Schilderen in het atelier
Paul Signac, De boei (de haven van Saint-Trópez), 1895
Claude Monet Paul Signac Omdat Kleuren ontleed in kleurstipjes op het doek Het licht op één moment is vastgelegd Het ziet eruit alsof het snel geschilderd is
Geen verhaal als voorstelling ‘Stippelaars’ Losse penseelstreken duidelijk zichtbaar
Van Gogh op school – opdrachtbladen
5
3 Brug in de regen Om ideeën te krijgen voor zijn schilderijen keek Van Gogh vaak naar andere kunst. Vooral de heldere kleuren en lijnen van Japanse houtsneden vond hij prachtig. Hij maakte van deze prent van Utagawa Hiroshige een eigen versie: een Japonaiserie.
Vincent van Gogh, Brug in de regen (naar Hiroshige), Parijs 1888
3 a Vergelijk Van Goghs Japonaiserie met de originele houtsnede van Hiroshige. Welke verschillen vallen je op?
1. Utagawa Hiroshige, Plotselinge stortbui op de Grote Brug nabij Atake, 1857
2.
3.
3 b Vind je Van Goghs Japonaiserie een verbetering ten opzicht van het origineel?
Ja
Nee
Want
Van Gogh op school – opdrachtbladen
6
3 Brug in de regen
> Even tussendoor: Wat van ver komt... In Van Goghs tijd waren Japanse houtsneden in Europa een echte rage. Ze werden met kisten vol geïmporteerd. Vincent, zijn broer Theo en hun schildervrienden legden er hele verzamelingen van aan. De collectie van Vincent en Theo (ruim 400 prenten) bevindt zich nu in het Van Gogh Museum.
In Hiroshiges prent zie je maar een stukje van de brug en de achtergrond: aan twee kanten is het beeld ‘afgesneden’. Het lijkt alsof je door een raam kijkt.
3 c Wat is het effect van die ‘beeldafsnijding’?
In welke moderne media kom je dat effect óók tegen? Utagawa Hiroshige, Plotselinge stortbui op de Grote Brug nabij Atake, 1857
1.
2.
3.
‘Ik benijd de Japanners om de buitengewone duidelijkheid die alle dingen bij hen hebben. Nooit is het saai en nooit lijkt het te veel in haast gemaakt. Hun werk is even simpel als ademhalen en zij maken een figuur in enkele zekere trekken met hetzelfde gemak alsof het zoiets eenvoudigs betrof als het dichtknopen van je vest.’ Brief aan Theo, 24 september 1888
Van Gogh op school – opdrachtbladen
7
4 Het gele huis Niet lang na zijn Zelfportret als schilder vertrok Van Gogh uit Parijs naar Arles, in Zuid-Frankrijk. Daar schilderde hij de straat waar hij voor 15 francs per maand vier kamers huurde – het hoekhuis met de groene luiken. In dit gele huis wilde Van Gogh een kunstenaarskolonie beginnen.
Vincent van Gogh, Het gele huis, Arles 1888
> Even tussendoor: Ruzie Het Atelier van het Zuiden kwam nooit van de grond. Er arriveerde uiteindelijk maar één kunstenaar in Arles: Paul Gauguin. Na enige tijd te hebben samengewerkt kregen de twee hooglopende ruzie. In verwarde toestand sneed Van Gogh een stukje van zijn eigen linkeroor. Nog diezelfde avond vertrok Gauguin naar Parijs.
4 a ‘Maar ik voor mij voorzie dat andere kunstenaars de kleur straks willen zien onder een fellere zon en in een meer Japanse helderheid. Welnu, als ik een atelier-schuilplaats sticht precies op de drempel van het Zuiden, dat is zo gek nog niet. (…) Waarom vond de grootste colorist van allemaal, Eug. Delacroix, het absoluut noodzakelijk om naar het Zuiden te gaan en zelfs naar Afrika? Natuurlijk omdat je, niet alleen in Afrika maar zelfs vanaf Arles, vanzelf de mooie tegenstellingen van rode en groene, van blauwe en oranje tinten, van zwavelkleur en van lila aantreft.’ Brief aan Theo, ca. 17 september 1888
Lees het fragment uit Vincents brief aan Theo. Wat zocht Van Gogh precies in het Zuiden?
Hoe zie je dat terug in zijn schilderij van het gele huis?
In dit fragment noemt Van Gogh Eugène Delacroix. Wie was dat?
Van Gogh op school – opdrachtbladen
8
4 Het gele huis
Van Gogh en Gauguin bleken nogal uiteenlopende ideeën te hebben op het gebied van de schilderkunst. Zo schilderde Gauguin het liefst uit zijn herinnering, om daarmee een mysterieuze sfeer op te kunnen roepen. Van Gogh wilde zijn indrukken metéén, ter plekke vastleggen – en zo de kracht van de natuur laten zien. < Paul Gauguin, Zelfportret met portret van Bernard, 1888
4 b Van Gogh karakteriseerde Gauguin en zichzelf in deze twee ‘stoelportretten’. Noem vijf tegenstellingen tussen beide schilderijen:
De stoel van Gauguin
De stoel van Vincent
Vincent van Gogh, De stoel van Gauguin, Arles 1888
Vincent van Gogh, De stoel van Vincent, Arles 1888 The National Gallery, Londen
4 c Hoe zou Van Gogh zichzelf hebben gezien ten opzichte van Gauguin? Waar zou je dat in deze twee schilderijen aan kunnen zien?
Van Gogh op school – opdrachtbladen
9
5 Korenveld met maaier Na het vertrek van Gauguin uit Arles stortte Van Gogh geestelijk in. Hij liet zich in 1889 vrijwillig opnemen in de psychiatrische inrichting van Saint-Rémy. Daar kwam hij tot rust. Hij bleef er ruim een jaar en ging gewoon door met schilderen.
Vincent van Gogh, Korenveld met maaier, Saint-Rémy 1889
Dit ommuurde korenveld zag Van Gogh door het tralieraam van zijn atelier.
5 a Als je zelf een korenveld moest schilderen, zou je dat op deze manier doen?
Ja
Nee
Omdat
Vincent van Gogh, Raam in het atelier, Saint-Rémy 1889
In zijn talloze brieven vertelde Van Gogh vaak over de bedoelingen die hij had met zijn werk. Daarover weten we dus meer dan bij veel andere kunstenaars. In september 1889 schreef Van Gogh over Korenveld met maaier aan zijn broer Theo:
‘In die maaier – een vage ges talte die in de volle hitte vecht als een dui vel om zijn werk af te krijgen – zag ik toe n het beeld van de dood, in die zin dat de mensheid het koren voorstelt dat wordt gemaaid...’
Brief aan Theo, september 1889
Van Gogh op school – opdrachtbladen
10
5 Korenveld met maaier
> Even tussendoor: Symbool of werkelijkheid? Van Gogh hield niet erg van letterlijke symbolen. Hij drukte zijn bedoelingen liever uit in de kleuren en vormen van de wereld om hem heen. Om dat te bereiken overdreef hij die kleuren en vormen een beetje. Maar hij blééf het belangrijk vinden om daarmee de werkelijkheid te laten zien.
5 b Verbind Van Goghs schilderijen met zijn eigen uitspraken:
‘Ik heb welbewust geprobeerd er triestheid, extreme eenzaamheid in uit te drukken.’
‘… flarden van herinneringen aan vroeger, de hang naar dat eeuwige, wa arvan de zaaier en de korenschoof de symbo len zijn.’
‘Ik heb met al die verschillend e tonen een absolute rust w illen uitdrukken .’
idee uitdrukt dat ‘... stel… dat het een boliseert, is dat dan ‘dankbaarheid’ sym n el bloemenschilderije iets anders dan zove geschilderd…?’ die vernuftiger zijn
Afbeeldingen van boven naar beneden: De zaaier, Zonnebloemen, Korenveld met kraaien, De slaapkamer
Van Gogh op school – opdrachtbladen
11
6 Boomwortels Van Gogh schilderde deze boomwortels in 1890. Hij was inmiddels verhuisd naar Auvers-sur-Oise, een kunstenaarsdorpje in de buurt van Parijs. Daar leefde en werkte hij onder het toeziend oog van een arts, dokter Gachet. Vincent van Gogh, Boomwortels, Auvers-sur-Oise 1890
6 a Vergelijk dit schilderij eens met twee werken die Van Gogh eerder van dit onderwerp maakte. Welke kunsthistorische termen passen het best bij de weergave van de werkelijkheid in deze drie schilderijen?
Plaats de juiste term bij het juiste werk: • Impressionistisch • Expressionistisch • Realistisch
Boomwortels, Auvers-sur-Oise 1890
Vincent van Gogh, Boomwortels in een zandgrond, Den Haag 1882, Kröller-Müller Museum, Otterlo
Kreupelhout, Saint-Rémy 1889
> Even tussendoor: Het laatste schilderij? Boomwortels is misschien wel het allerlaatste schilderij dat Vincent van Gogh maakte. Dat wordt óók vaak gezegd van Korenveld met kraaien… maar daarvan is bekend, dat hij het al aan het begin van juli 1890 schilderde. Het vermoeden bestaat, dat Boomwortels later in die maand is gemaakt. Op 27 juli 1890 schoot Van Gogh zichzelf met een pistool in de borst. Twee dagen later overleed hij, op 37-jarige leeftijd.
Van Gogh op school – opdrachtbladen
12
6 Boomwortels
In 1882 schreef Vincent aan Theo over de Boomwortels in een zandgrond:
rrige wortels ‘Ik wilde ... in die zwarte, kno kken van met hun knoesten iets uitdru de strijd des levens.’
6 b Over welke ‘strijd des levens’ heeft Van Gogh het, denk je?
Hoe kunnen ‘boomwortels’ die strijd symboliseren?
Zou Van Gogh in 1890 zoiets ook hebben bedoeld met het schilderij Boomwortels?
Ja
Nee
Want
Van Gogh op school – opdrachtbladen
13
Woordenlijst Academische schilderkunst
Academische schilderkunst was gemaakt volgens de traditionele voor schriften van de Europese kunstacademies: vloeiend geschilderde mens figuren met ideale lichamen, die historische, religieuze of antieke verhalen uitbeeldden.
Expressionisme
Expressionistische kunstwerken bevatten felle kleuren en vormen die niet hoeven te ‘kloppen’ met de werkelijkheid. Het ging de expressionisten (ca. 1905-1940) meer om de expressie van gevoelens of ideeën daarover.
Figuurschilder
Iemand die vooral portretten en mensfiguren schildert.
Houtsnede
Hoogdruktechniek. Een tekening wordt in hout uitgegutst. Vervolgens wordt het houtblok geïnkt en afgedrukt op papier (altijd in spiegelbeeld, dus).
Icoon
Van het Griekse woord ‘eikon’ (beeld). Oorspronkelijk: schildering van een heilige die de gelovigen in contact brengt met de heilige zelf. In de huidige betekenis: beeld dat voor veel mensen iets betekent.
Impressionisme
Stroming in de beeldende kunst en muziek (ca. 1860-1890). De schilders van de beweging probeerden in landschappen en stadsgewoel hun impressie, indruk, van het moment vast te leggen.
Japonaiserie
Westerse kunstuiting, waarin gebruik is gemaakt van stijlelementen uit de Japanse (prent-)kunst.
Kunstenaarskolonie
Een groep kunstenaars die zich (meestal tijdelijk) vestigt in een ‘schilder achtig’ dorp of gebied om daar te werken.
Pointillisten, pointillisme
De pointillisten (of neo-impressionisten) ontleedden de zichtbare kleuren op een haast wetenschappelijke manier in verfstippen op het doek. Ze maakten buiten snelle olieverfstudies en werkten die in het atelier met regelmatige stipjes uit.
Realisme
Revolutionaire stroming in de 19de-eeuwse beeldende kunst en literatuur. Realistische schilders wilden de maatschappelijke werkelijkheid zo eerlijk mogelijk tonen – in tegenstelling tot de academische schilderkunst.
Stijl
Manier van schilderen of tekenen.
Van Gogh op school – opdrachtbladen
14