Directie Protocol - P1.1
CIRCULAIRE NOTA FISCALE REGELING VOOR DE VOERTUIGEN
VAN DE DIPLOMATIEKE MISSIES EN HUN PERSONEELSLEDEN 1 december 2012
De Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking biedt de in België gevestigde diplomatieke zendingen zijn complimenten aan en heeft de eer hen kennis te geven van de algemene fiscale beschikkingen inzake voertuigen voor de hierboven vermelde missies en hun bevoorrecht personeel. De Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking maakt van de gelegenheid gebruik om de verzekering van zijn zeer bijzondere hoogachting jegens de in Brussel gevestigde diplomatieke zendingen te hernieuwen.
Aan de in Brussel gevestigde diplomatieke zendingen
INHOUDSTABEL
1
WELKE VERVOERMIDDELEN KOMEN IN AANMERKING VOOR EEN FISCALE VRIJSTELLING VOOR OFFICIEEL EN PERSOONLIJK GEBRUIK
2
VERVOERMIDDELEN DIE UITGESLOTEN WORDEN VAN VRIJSTELLING VOOR OFFICIEEL EN PERSOONLIJK GEBRUIK
3
FISCALE REGELING VOOR OFFICIELE VOERTUIGEN
3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
4 4.1. 4.2.
EEN
FISCALE
Wie heeft recht op fiscale vrijstellingen en in welke mate; Procedure; Einde van de vrijstellingsregeling inzake btw - regularisatie; Einde van de vrijstellingsregeling inzake rechten bij invoer - regularisatie.
FISCALE REGELING VOOR VOERTUIGEN VOOR PERSOONLIJKE GEBRUIK
4.3. 4.4. 4.5. 4.6.
Wie heeft recht op persoonlijke fiscale vrijstellingen - voorwaarden; Voor hoeveel voertuigen kan men vrijstelling bekomen tijdens de uitoefening van de officiële functie in België - beperkingen; Periode waarin de vrijstelling loopt - regularisatie; Procedure; Einde van de vrijstellingsregeling inzake btw - regularisatie; Einde van de vrijstellingsregeling inzake rechten bij invoer - regularisatie.
5.
ADMINISTRATIEVE REGULARISATIE ZONDER BETALING :
5.1. 5.2. 5.3.
Bij overmacht; Bij diefstal; Bij overlijden van de titularis.
6.
ALGEMEENHEDEN
6.1. 6.2.
Onderhoud en herstelling van voertuigen; Btw bij schadeloosstelling naar aanleiding van een ongeval.
7.
NUTTIGE ADRESSEN
8.
INWERKINGTREDING
2
1.
WELKE VERVOERMIDDELEN KOMEN IN AANMERKING VOOR EEN FISCALE VRIJSTELLING VOOR OFFICIEEL EN PERSOONLIJK GEBRUIK
1.1.
Personenwagens en auto’s voor dubbel gebruik (breaks);
1.2.
Minibussen (voertuigen die naast de plaats van de chauffeur, maximum acht zitplaatsen bevatten);
1.3.
Pick-ups in de vorm van bestelwagens (met een toegestane maximummassa van minder dan 3.500 kg, maximum laadcapaciteit inbegrepen); met een bestuurdersruimte die oorspronkelijk bestaat uit een stevige en afgesloten constructie die plaats biedt aan de chauffeur en de passagier(s) en volledig gescheiden van de laadvloer die voorbehouden is voor bagage en goederen; met een open en niet wegneembare laadvloer met effen oppervlakte, zonder verankerings-, aanhechtings- of bevestigingspunt voor zetels, zitbanken of veiligheidsgordels. De laadvloer is mogelijkerwijze uitgerust met een achterschot dat kan worden uitgeklapt en een afneembare hoes in plastic of PVC dan wel een over een metalen kader gespannen zeildoek. (In sommige gevallen moet een afbeelding van het model worden verstrekt);
1.4.
motorfietsen.
2.
VERVOERMIDDELEN DIE UITGESLOTEN WORDEN VAN EEN FISCALE VRIJSTELLING VOOR OFFICIEEL EN PERSOONLIJK GEBRUIK
Alle andere vervoermiddelen dan deze vermeld onder punt 1. ondermeer : 2.1.
Vrachtwagens, bestelwagens, autocars (voertuigen die naast de plaats van de chauffeur meer dan acht zitplaatsen tellen), caravans, mobilhomes, motorhomes, kampeerwagens, aanhangwagens, of gelijkaardige voertuigen met een andere benaming;
2.2.
Boten en schepen, ongeacht het type;
2.3.
Helikopters en vliegtuigen of luchtvaartuigen, ongeacht het type;
2.4.
Alle types van landvoertuigen uitgerust met een motor maar die om gelijk welke reden niet worden ingeschreven bij de D.I.V.:
2.5.
Worden eveneens uitgesloten : de goederen of diensten, het toebehoren en de onderdelen van of bestemd voor de hier, onder punt 2, bedoelde vervoermiddelen of voor de vervoermiddelen waarvoor geen ATV-vignet (*) werd afgeleverd.
3
3.
FISCALE REGELING VOOR OFFICIELE VOERTUIGEN
3.1.
Wie heeft recht op fiscale vrijstellingen en in welke mate ? De in België door de Directie Protocol erkende diplomatieke Missies (hierna ook officiële titularis genoemd) genieten vrijstelling van rechten bij invoer en/of van btw op de invoer, of van btw bij de aankoop in België of in een andere EU-lidstaat, bij de leasing en de huur van die voertuigen, bestemd voor hun officieel gebruik (ttz in te schrijven op naam van een diplomatieke missie). Deze vrijstelling kan beperkend zijn in een aantal gevallen zoals : -
3.2.
niet voldoen aan de wederkerigheidstoetsing (indien dit het geval is zal de Directie Protocol steeds een principiële diplomatieke nota overmaken aan de betrokken diplomatieke missie met de mededeling dat wordt afgeweken van de algemene regels die in deze circulaire nota worden weergegeven); het aantal vrijgestelde voertuigen voor officieel gebruik overstijgt het aantal diplomaten dat in functie is; de betrokken diplomatieke missie heeft bewezen schulden; de betrokken diplomatieke missie respecteert systematisch de verkeersregels niet; het wagenpark van de diplomatieke missie blijkt niet of onvoldoende verzekerd te zijn; inbreuken op de fiscale wetgeving; …
Procedure De hier gebruikte begrippen zoals document, certificaat, factuur,… worden uitvoerig omschreven in de beslissing ET 111417 gevoegd bij de circulaire nota van 2 april 2012. Om van de vrijstelling te genieten, moet aan de Centrale diensten van de Algemene administratie van de Douane en Accijnzen, samen met de factuur worden voorgelegd: -
een aanvraag voor btw-vrijstelling voor aankopen in België, zijnde het document 450 (officieel gebruik) in tweevoud; of een Certificaat voor vrijstelling van btw en/of accijnzen (Certificaat 151) voor aankopen in een andere EU-lidstaat dan België, in tweevoud; of een aangifte 136 F voor de invoer uit een land dat geen lidstaat is van de EU. a. Als bestemd voor officieel gebruik wordt beschouwd de aankoop of invoer van voertuigen die rechtstreeks nodig zijn voor de uitoefening van de eigenlijke functies van de diplomatieke missies. b. Wat de gehuurde (leasing) voertuigen betreft, moet, om van de vrijstelling te kunnen genieten, het huurcontract worden opgesteld op naam van de diplomatieke missie. Bovendien moet het minimumbedrag aan huurgeld van € 123,95 belasting niet meegerekend, worden bereikt bij het verstrijken van elke periode waarop een afrekening of betaling betrekking heeft. In dit geval wordt de btw-vrijstelling op de huur gedekt door de documenten 450 of het Certificaat 151. Deze documenten worden vergezeld van een kopie van de huurovereenkomst of de leasing op naam van de diplomatieke missie. Bedoelde documenten zijn maximaal 12 opeenvolgende maanden geldig. Na afloop van deze periode moet een nieuw document worden voorgelegd. Wanneer het gehuurde of geleasde voertuig op een later tijdstip wordt aangekocht, moet voornoemde werkwijze worden overgedaan aangezien er sprake is van eigendomsoverdracht. De regularisatietermijn bedoeld in punt 3.3 gaat pas in vanaf de nieuwe inschrijvingsdatum als eigenaar.
4
c. Deze voertuigen moeten verplicht binnen 30 dagen na de afgifte van het ATVvignet (*) worden ingeschreven in België op naam van de diplomatieke missie.
3.3.
Einde van de vrijstellingsregeling inzake btw - regularisatie De toegestane vrijstelling voor het voertuig, is definitief na een periode van 3 jaar te rekenen vanaf de eerste inschrijving van het voertuig in België op naam van de officiële titularis of een vroegere (officiële) titularis, tenzij anders bepaald op basis van wederkerigheid. Indien het voertuig (met btw-vrijstelling aangeschaft of ingevoerd voertuig) wordt overdragen aan een niet-gerechtigde vóór het einde van de termijn van drie jaar, te rekenen vanaf de datum van de eerste inschrijving in België op naam van de de officiële titularis of een vroegere (officiële) titularis, wordt de toegestane vrijstelling herzien en moet er btw geregulariseerd worden. Deze regularisatie van de vrijgestelde btw, in hoofde van de diplomatieke missie, wordt prorata temporis berekend op basis van de maatstaf van heffing bij de aankoop van het voertuig vermenigvuldigd met het resterende aantal volledige maanden (x) in de tijdspanne van drie jaar (x/36sten), te rekenen vanaf de datum van eerste inschrijving in België op naam de officiële titularis of een vroegere (officiële) titularis. Een begonnen maand wordt als een hele maand beschouwd. Indien het te regulariseren voertuig werd aangekocht bij een andere (officiële) titularis dient er te worden gerekend vanaf de datum van de eerste inschrijving in België op naam van de eerste titularis. Geven ook aanleiding tot bovenvermelde regularisatie (naast de mogelijkheden beschreven in punt 5) de schenking van het voertuig, de verhuring, kortweg het voertuig een bestemming geven die niet in overeenstemming is met het officiële gebruik van de missie. Er is een regularisatie zonder betaling (er is dus geen btw verschuldigd) wanneer de diplomatieke missie het voertuig definitief uitvoert of verkoopt aan een (officiële) titularis indien deze eveneens van de vrijstellingsregeling inzake voertuigen kan genieten voor dit voertuig.
3.4.
Einde van de vrijstellingsregeling inzake rechten bij invoer - regularisatie Wanneer de tijdelijke regeling van de invoerrechten eindigt omdat het voertuig definitief in België wordt ingevoerd moeten de rechten bij invoer steeds geregulariseerd worden met betaling van de nog verschuldigde invoerrechten in hoofde van de diplomatieke missie, zodra het voertuig definitief wordt ingevoerd. Men spreekt van definitieve invoer in de volgende gevallen : − −
wanneer een met tijdelijke vrijstelling ingevoerd voertuig wordt verkocht, geschonken, verhuurd of uitgeleend; wanneer aan het voertuig in kwestie een bestemming wordt gegeven die niet strookt met het officiële gebruik;
De definitieve invoer gaat dus in vanaf het tijdstip dat het voertuig wordt overgedragen of dat er een bestemming aan wordt gegeven die onverenigbaar is met het officiële gebruik door de diplomatieke missie. Van de voertuigen die in België of in een andere EU-lidstaat blijven, moeten de rechten bij invoer geregulariseerd worden op naam van de diplomatieke missie op basis van de waarde van het
5
voertuig op het tijdstip van de overdracht of op het tijdstip waarop het feit zich heeft voorgedaan dat aanleiding geeft tot regularisatie. Dit is van toepassing ongeacht de ouderdom van het voertuig. Er heeft geen regularisatie plaats (er zijn dus geen rechten bij invoer verschuldigd) wanneer de diplomatieke missie (naast de mogelijkheden beschreven in punt 6) het voertuig definitief uitvoert, verkoopt aan een andere diplomatieke missie of aan een titularis die eveneens van de tijdelijke vrijstellingsregeling inzake voertuigen geniet.
4. 4.1.
FISCALE REGELING VOOR VOERTUIGEN VOOR PERSOONLIJK GEBRUIK Wie heeft recht op persoonlijke fiscale vrijstellingen - voorwaarden De begunstigden van de fiscale vrijstelling, “titularissen” genoemd zijn de personen die een functie uitoefenen bij een diplomatieke missie en als dusdanig bij de Directie Protocol zijn ingeschreven en in die hoedanigheid aanspraak kunnen maken op fiscale voorrechten bij de aanschaf van de hierboven opgesomde voertuigen die bestemd zijn voor hun persoonlijk gebruik in België. Komen enkel in aanmerking de diplomaten en de leden van het administratief en technisch personeel van de diplomatieke missies in België. De familieleden hebben er geen recht op! Wat het persoonlijke gebruik betreft, is de aanschaf van voertuigen (levering of invoer) met vrijstelling strikt beperkt tot een normaal gebruik (voornamelijk in België) voor de persoonlijke behoeften van de titularis van de vrijstelling en tot het hierna opgegeven aantal. Opdat de vrijstelling blijft gelden, moet elk voertuig binnen de 30 dagen, te rekenen vanaf de afgifte van het ATV-vignet (*) op naam van de titularis van de vrijstelling zijn ingeschreven bij de Dienst Inschrijving Voertuigen.
4.2.
Voor hoeveel voertuigen kan men vrijstelling bekomen tijdens de uitoefening van de officiële functie in België - Beperkingen - Een diplomaat heeft in principe tegelijkertijd recht op twee (2) vrijgestelde voertuigen; - Een lid van het administratief en technisch personeel heeft in principe recht op één (1) vrijgesteld voertuig; Een voertuig, aangekocht of ingevoerd met vrijstelling op basis van de privileges in België, wordt aangemerkt als een vrijgesteld voertuig wanneer het minder dan 3 jaar is ingeschreven in België op naam van de eerste titularis te rekenen vanaf de datum van de eerste inschrijving van het voertuig in België op naam van deze eerste titularis. Deze aantallen of termijnen kunnen worden aangepast in volgende omstandigheden : - niet voldoen aan de fiscale wederkerigheidstoetsing (indien dit het geval is zal de Directie Protocol steeds een principiële diplomatieke nota overmaken aan de betrokken diplomatieke missie met de mededeling dat wordt afgeweken van de algemene regels die in deze circulaire nota worden weergegeven); - de titularis heeft bewezen schulden; - de titularis respecteert systematisch de verkeersregels niet; - de titularis heeft zijn wagen(s) niet of onvoldoende verzekerd; - inbreuken op de fiscale wetgeving; - …
6
De vervanging van een vervoermiddel dat werd aangeschaft of ingevoerd met vrijstelling wordt slechts toegestaan na verloop van een termijn van drie jaar te rekenen vanaf de eerste inschrijving van dit voertuig in België op naam van de titularis, en dit ongeacht of er voor dit vervoermiddel een regularisatie met of zonder betaling is gebeurd, behalve in uitzonderlijke omstandigheden en middels een gemotiveerde en aanvaarde aanvraag ingediend via de Directie Protocol- P1.1 die deze aanvragen voor beslissing zal doorsturen naar FOD Financiën. 4.3.
Periode waarin de vrijstelling loopt - regularisatie De vrijstelling kan worden ingeroepen vanaf maximum 20 werkdagen vóór de officiële indiensttreding tot de datum van beëindiging van de functie in België. Hierop wordt geen enkele uitzondering toegestaan ! De datum die in acht genomen wordt voor de berekening van de 20 werkdagen is de datum van levering van het voertuig aan de eigenaar zoals vermeld op de factuur of bij ontbreken ervan, de datum van de factuur zelf. Indien de titularis wordt overgeplaatst naar een andere diplomatieke zending of consulaire post in België dan blijven de hierboven vermelde aantallen behouden ongeacht deze overplaatsing. Deze overplaatsing geeft dus geen aanleiding tot nieuwe quota. Een titularis die terugkeert naar België voor een nieuwe functie bij dezelfde missie of een andere missie of post van zijn land in België, verwerft pas opnieuw het recht op vrijstelling voor de aankoop of invoer van een voertuig na het verstrijken van de periode van drie jaar na de eerste inschrijving op zijn naam in België van zijn voertuig(en) aangekocht tijdens zijn vroegere ambtsperiode in België. Na het verstrijken van deze periode van 3 jaar van een vrijgesteld voertuig kan de titularis een aanvraag indienen voor een nieuw ATV-vignet als zijn functie hem er recht op geeft.
4.4.
Procedure De hier gebruikte begrippen zoals document, certificaat, factuur,… worden uitvoering omschreven in de beslissing ET 111417 gevoegd bij de circulaire nota van 2 april 2012. Om van de vrijstelling te genieten, moet aan de Centrale diensten van de Algemene administratie van de Douane en Accijnzen, samen met de aankoopfactuur worden voorgelegd : -
een aanvraag voor btw-vrijstelling voor aankopen in België, zijnde het document 451 (persoonlijk gebruik) in tweevoud; of een Certificaat voor vrijstelling van btw en/of accijnzen (Certificaat 151) voor aankopen in een andere EU-lidstaat dan België, in tweevoud; of een aangifte 136 F voor de invoer uit een land dat geen lidstaat is van de EU.
De leasing of het huren van een voertuig voor persoonlijk gebruik wordt niet toegestaan met vrijstelling!
7
4.5.
Einde van de vrijstellingsregeling inzake btw - regularisatie De vrijstelling van btw voor het voertuig wordt definitief verworven na 3 jaar te rekenen vanaf de eerste inschrijving in België op naam van de titularis of op naam van een vroegere (officiële) titularis. Wanneer een titularis van de vrijstelling, een met vrijstelling aangeschaft of ingevoerd voertuig overdraagt vóór het einde van de termijn van drie jaar, te rekenen vanaf de datum van de eerste inschrijving op naam van de titularis of op naam van een vroegere (officiële) titularis in België, moet er geregulariseerd worden. Deze regularisatie in hoofde van de titularis van de vrijstelling wordt prorata temporis berekend op basis van de maatstaf van heffing bij de aankoop van het voertuig vermenigvuldigd met het resterende aantal volledige maanden (x) in de tijdspanne van drie jaar (x/36sten), te rekenen vanaf de datum van eerste inschrijving in België op naam van de titularis of op naam van een vroegere (officiële) titularis. Een begonnen maand wordt als een hele maand beschouwd. Indien het te regulariseren voertuig oorspronkelijk werd aangekocht bij een andere (officiële) titularis, dient te worden gerekend vanaf de datum van eerste inschrijving in België op naam van deze eerste titularis. Net zoals de verkoop van het voertuig, geven ook aanleiding tot bovenvermelde regularisatie: de schenking van het voertuig, de verhuring, het ter beschikking stellen aan een persoon die geen vrijstelling geniet of kortweg een gebruik dat niet in overeenstemming is met het normale persoonlijk gebruik van de titularis in België.
4.6.
Einde van de vrijstellingsregeling inzake rechten bij invoer - regularisatie Wanneer de tijdelijke regeling van vrijstelling van invoerrechten eindigt omdat het voertuig definitief in België wordt ingevoerd moeten de rechten bij invoer steeds geregulariseerd worden met betaling van de nog verschuldigde invoerrechten in hoofde van de titularis van de vrijstelling, zodra het voertuig definitief wordt ingevoerd. Men spreekt van definitieve invoer in de volgende gevallen: − − −
wanneer een met tijdelijke vrijstelling ingevoerd voertuig wordt verkocht, geschonken, verhuurd of uitgeleend; wanneer aan het voertuig in kwestie een bestemming wordt gegeven die niet strookt met het persoonlijke gebruik; wanneer de titularis met het voertuig in België blijft na het beëindigen van de functies.
De definitieve invoer gaat dus in vanaf het tijdstip dat het voertuig wordt overgedragen of dat er een bestemming aan wordt gegeven die onverenigbaar is met het persoonlijk gebruik door de titularis of vanaf het einde van de functies. Van de voertuigen die in België of in een andere E.U. – Lidstaat blijven, moeten de rechten bij invoer geregulariseerd worden op basis van de waarde van het voertuig op het tijdstip van de overdracht of op het tijdstip waarop het feit zich heeft voorgedaan dat aanleiding geeft tot regularisatie. Dit is van toepassing ongeacht de ouderdom van het voertuig. Er heeft geen regularisatie met betaling plaats (er zijn dus geen rechten bij invoer verschuldigd) in de volgende gevallen:
8
− −
− −
5.
wanneer de begunstigde bij de beëindiging van zijn functie het E.U.douanegebied verlaat en het voertuig uitvoert; wanneer de begunstigde wordt overgeplaatst naar een andere E.U.-lidstaat dan België om er een functie uit te oefenen uit hoofde waarvan hij eveneens aanspraak kan maken op een tijdelijke vrijstellingsregeling op het gebied van voertuigen; wanneer de begunstigde een functie in België uitoefent bij een organisme dat de tijdelijke vrijstellingsregeling inzake voertuigen toepast en hij om verlenging van de toegestane vrijstelling verzoekt; wanneer de begunstigde zijn voertuig verkoopt aan een (officiële) titularis die eveneens van de tijdelijke vrijstellingsregeling inzake voertuigen geniet.
ADMINISTRATIEVE REGULARISATIE ZONDER BETALING :
Onder voorbehoud van een schriftelijke verantwoording en na onderzoek van het dossier door de Algemene Administratie van de Fiscaliteit, kan worden beslist dat slechts een “administratieve” regularisatie ( = zonder betaling) voor het voertuig in kwestie moet worden verricht in een aantal gevallen zoals :
5.1.
Bij overmacht Het voertuig dat vrijstelling geniet is volledig vernield en technisch totaal verloren verklaard door de verzekeringsmaatschappij. Onder "technisch totaal verloren" dient te worden verstaan dat de schade aan het voertuig zodanig is dat het niet opnieuw in verkeer kan worden gebracht. In voorkomend geval moet een dossier worden ingediend bij de Centrale diensten van de Algemene administratie van de Douane en Accijnzen met volgende gegevens:
5.2.
–
alle documenten van het voertuig (in zoverre deze ook niet vernield zijn), namelijk het originele inschrijvingsbewijs van het voertuig, en het originele gelijkvormigheidattest;
–
een afschrift van alle documenten die werden opgemaakt ter staving van de volledige vernieling van het voertuig, bij voorbeeld de kopie(ën) van het (de) expertiseverslag(en) op verzoek van de verzekeringsmaatschappij(en) dan wel een kopie van het (de) proces(sen)-verbaal van vaststelling van ongeval of van overtreding die werd(en) opgemaakt door de overheidsinstanties (Belgische federale of lokale politie of daarmee overeenstemmende instantie in het land waar het ongeval plaatshad) of een door voornoemde overheidsinstanties afgegeven attest ter bevestiging dat een proces-verbaal werd opgemaakt.
Bij diefstal Het bij de Centrale diensten van de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen in te dienen dossier, bevat: –
alle documenten van het voertuig (in de mate dat ze nog in het bezit zijn van de eigenaar van het gestolen voertuig), namelijk het originele inschrijvingsbewijs van het voertuig en het originele gelijkvormigheidattest;
–
een kopie van alle documenten die werden opgemaakt om te staven dat het voertuig daadwerkelijk gestolen werd, bij voorbeeld een kopie(ën) van het (de)
9
proces(sen)-verbaal van vaststelling van diefstal die werd(en) opgemaakt door de overheidsinstanties (Belgische federale of lokale politie of daarmee overeenstemmende instantie in het land waar het ongeval plaatshad) of, bij ontstentenis, een door voornoemde overheidsinstanties afgegeven attest ter bevestiging dat een proces-verbaal werd opgemaakt.
–
Het is hoe dan ook verplicht een verklaring van diefstal af te leggen bij de Belgische politie. Deze is geldig voor een beperkte termijn, gewoonlijk 1 maand.
Mocht het gestolen voertuig later echter worden teruggevonden dan zal via de Directie Protocol P1.1 de FOD Financiën worden verwittigd, en wordt de situatie opnieuw bekeken.
5.3.
Bij overlijden van de titularis : Een aanvraag tot regularisatie zonder betaling moet worden ingediend door de diplomatieke missie bij de Centrale diensten van de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen;
6.
ALGEMEENHEDEN
6.1.
Onderhoud en herstelling voertuigen De (officiële) titularis kan enkel goederen of diensten met vrijstelling van btw aankopen (vb onderhoud, herstelling,..) voor zijn vrijgesteld voertuig (ATV-vignet (*)). In dat geval moet hij een vrijstellingsdocument overhandigen samen met een kopie van het inschrijvingsbewijs aan : - de leverancier of dienstverrichter (vb de garagist) in België (documenten 450 of 451); - de Centrale Diensten van de Algemene administratie van de fiscaliteit bij de validatie van het Certificaat 151.
6.2.
BTW bij schadeloosstelling naar aanleiding van een ongeval Als bij een ongeval de (officiële) titularis schadeloos wordt gesteld door een verzekeringsmaatschappij (de zijne of die van de tegenpartij), dan mag de vrijstelling van de BTW niet worden ingeroepen aangezien de gemaakte kosten niet ten zijne laste vallen. Op de ongevallenaangifte mag dus niet worden aangeduid dat de schadelijder de BTW onder enige vorm kan recupereren.
10
7.
NUTTIGE ADRESSEN
Federale Overheidsdienst Financiën Algemene administratie van de Fiscaliteit Centrale diensten Internationale betrekkingen Koning Albert II laan 33, bus 25 1030 Brussel Federale Overheidsdienst Financiën Algemene administratie van de douane en accijnzen Centrale diensten Koning Albert II laan 33, bus 37 1030 Brussel
8.
INWERKINGTREDING Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2013. De voertuigen die op deze datum reeds werden aangekocht met vrijstelling van btw en eventueel invoerrechten tellen niet mee voor de berekening van de quota vermeld onder punt 4.2. De regularisatieperiode voor deze voertuigen opgenomen onder de punten 4.5 en 4.6 blijven niettemin onverkort van toepassing.
_________________ (*) dit vignet is het document waarmee de Centrale Diensten van de Administratie der Douane en Accijnzen aan de D.I.V. meedelen dat het betreffende rijtuig voor wegvervoer zich onder een tijdelijke regeling met vrijstelling van rechten bij invoer en/of met vrijstelling van B.T.W. bevindt
11