Heleen Maes 1ste Master ReKi
Eindverslag
|L05C6a| Stage omnipracticus Cardiale heelkunde / Vaatheelkunde & vasculaire (UZ Gasthuisberg)
Stagetitularis Prof. L. Vanhees Stageleider Theo Claes
Patiëntenverslag Cardiale Heelkunde/ Vaatheelkunde en vasculaire
Naam van de student Naam van de stagetitularis Tussentijdsverslag Eindverslag
Initialen patiënt Geslacht Leeftijd
FEK V 76 jaar
HELEEN MAES PROF. L. VANHEES
1. Anamnese Ziektegeschiedenis
•
02/2007
hereditaire hemochromatose1 aderlatingen
•
05/2008
coronarografie o.w.v. thoracale pijnklachten: diffuse atheromatose zonder belangrijke stenosen
•
11/2009 (TTE2)
Linker ventrikel ejectiefractie 50% Aortaklepinsufficiëntie 2-3/4 Mitralisklepinsufficiëntie 1-2/4 Normaal rechterhart, geen aortaklepstenose, geen pulmonale hypertensie
•
28/02/2011
Aortakunstklep (AoKK) en mitraliskunstklep (MiKK): biologisch
•
Postoperatief
O2-therapie (3L/min via neusbril) tot 08/03/2011 Externe pacemaker (AAI pacing3 74/min) tot 08/03/2011 Nausea (door medicatie) Dyspnoe bij inspanning NYHA II (cfr. 2.I en bijlage)
Hulpvraag patiënt ADL activiteiten terug kunnen hervatten (ook degene waar ze mee gestopt was o.w.v. haar hartproblemen): breien, wandelen, zwemmen, uitstap maken met vrienden (stedentrips in Europa), in de tuin werken (gras maaien, bloemen planten en verzorgen).
1
Hemochromatose (ijzerstapelingsziekte) is een frequente aangeboren aandoening die gekenmerkt is door een overdreven opname van ijzer uit de voeding. Het teveel aan ijzer dat zo in het lichaam terechtkomt, slaat neer in de lever, het pancreas, de gewrichten, de huid en het hart en veroorzaakt in al die organen een ontstekingsreactiegewrichten, de huid en het hart en veroorzaakt in al die organen een ontstekingsreactie (http://www.uzleuven.be/ig-hepatologie/hemochromatose) 2 Transthoracale Echocardiografie 3 Sensing en pacing in atrium, onderdrukking pacemakerprikkel bi spontaan hartsignaal
1
2. Kinesitherapeutisch onderzoek I. Functieniveau (11/03/2011)
(cfr. bijlage)
PARAMETER
RUST
INSPANNING (6MWT)
HF
72
80 (na 2 minuten recuperatie: 72)
SaO2
98
96 (na 2 minuten recuperatie: 99)
BD
120/70
125/71
Borgscore (dyspnoe)
0/10
4/10
Borgscore (zwaarte)
0/10
3/10
•
ROM
Algemeen vermindert o.w.v. oedeem t.h.v. de ledematen
•
RX (09/03/2011) (17/03/2011)
Pleuravocht t.h.v. rechter long (+hoogstand diafragma) Lichte vermindering van pleuravocht, maar niet significant
•
Wondnaad
Goede genezing
•
VAS score (sternum)
4/10
•
ECG (04/03/2011)
HF: 58/min; atriale fibrillaties met trage ventriculaire respons; linker bundeltakblok HF: 109/min; sinustachycardie; linker bundeltakblok
(09/03/2011)
(0/10 op 18/02/2011)
•
6 minuten wandeltest
Cfr. supra; afstand: 154m; 1x rust o.w.v. kortademigheid
•
Medicatie o Elthyrone o Movicol o Metoprolol o Lasix (IV) o Perfusalgan (IV) o Pantozol (IV)
(=Thyroxine), schildklierhormoon tegen contipatie β1- blokker (anti-hypertensief) diureticum (vochtafdrijvend) (=Paracetamol), pijnstiller tegen oesofagale reflux
II. Activiteitenbeperking •
Aan- en uitkleden
• • • •
Persoonlijke verzorging Eten & drinken Toiletbezoek Tranfers & Mobiliteit o Lig zit o Zit stand o March o Trap
gaat nog niet vlot aangezien de patiënte anders buiten adem is idem geen probleem geen probleem geen probleem geen probleem trager dan voor de operatie o.w.v. kortademigheid idem
2
III. Participatiebeperking De patiënte heeft het zwemmen en de citytrips met vrienden opgegeven o.w.v. kortademigheid en angst voor de symptomen (pijn in de borst).
3. Korte samenvatting van de probleemstelling Da patiënte van 76 jaar met geschiedenis van Aorta- en Mitralisklepinsufficiëntie is opgenomen op de dienst “Cardiale heelkunde” voor observatie en revalidatie na cardiale heelkunde (Aortaklep- en Mitralisklepchirurgie). De voornaamste klachten van de patiënt zijn kortademigheid, pijn ter hoogte van het operatiegebied (borstbeen) en ter hoogte van de onderste rechter long bij diepe inademing, nausea en veralgemeende zwelling t.h.v. de ledematen. Kinesitherapeutisch is de verminderde inspanningscapaciteit en ventilatie de hoofdproblematiek met evenwel aandacht voor de veralgemeende zwelling.
4. Behandeldoelen Kortetermijnsdoelstellingen Definitie van korte termijn voor dit type van patiënt = 6 weken • • •
• •
Kortademigheid verbeteren Verdiepen van de ventilatie en expectoratie van fluimen Verbeteren van de mobiliteit Verminderen van zwelling Inspanningscapaciteit verhogen o 300 m stappen o 33 trappen o 10 minuten fietsen (25 Watt) Spierkracht herwinnen van bovenste en onderste ledematen (Pijnvermindering)
Langetermijndoelstellingen Definitie van lange termijn voor dit type van patiënt = 6 maand •
Reconditionering o 500 m stappen o 20 minuten fietsen aan 40 Watt o eventueel sportspecifiek: zwemmen
•
Hervatten van ADL (huishouden, in de tuin werken, winkelen, verplaatsingen te voet, …)
5. Overzicht van de gebruikte kinesitherapeutische technieken en handelingen •
Ademhalingsoefeningen (2x per dag) o Top-, flank- en buikademhaling met tactiele feedback o Huffen en hoesten met wondnaadfixatie (als mogelijk na aerosol behandeling)
•
Reconditionering, mobilisatie en verbetering spierkracht o Zetelfiets (programma 3, 10min) Hometrainer (15Watt, 5min) o Oefentherapie voor bovenste en onderste ledematen (quadriceps, triceps surae, rotator cuff, …)
•
Transfers o Gangrevalidatie: 50m 100m 150m 300m o Trappen: 11 22 33
•
Oedeembehandeling o Positionering: Hoogstand ledematen o Circulatieoefeningen in lig, zit en stand
3
6. Ontslagbrief en overdrachtsinformatie (Zie bijlage 3.)
7. Kritische vragen • • •
Bestaan er kinesitherapeutische technieken voor het verminderen van pleuravocht t.h.v. de longen? Welke factoren bepalen de prognose voor patiënten na cardiale heelkunde/ klepchirurgie? Is oefentherapie veilig na mitralis- en aortaklepchirurgie?
8. Toepassing ‘evidence based practice’ •
Is oefentherapie veilig na mitralis- en aortaklepplastie? o
Referentie
Meurin P, Iliou MC, Ben Driss A, Pierre B, Corone S, Cristofini P, Tabet JY; Working Group of Cardiac Rehabilitation of the French Society of Cardiology. Early exercise training after mitral valve repair: a multicentric prospective French study. Chest. 2005 Sep;128(3):1638-44. PubMed PMID: 16162769 o
Abstract
Background: Surgical mitral valve (MV) repair is now the best technique to correct mitral regurgitation (MR). However, clinical studies have shown that without exercise training (ET), there is no significant postoperative exercise tolerance improvement. Moreover, healing duration of the MV wound is not well known; thus, the feasibility of an early ET program (ETP) may be discussed. Objectives: To evaluate safety and feasibility of an early ETP after MV repair. Methods and results: All patients hospitalized in 13 postoperative centers after MV repair from September 2002 to June 2003 were included in this prospective study. They underwent an ETP during 3 weeks on average. Transthoracic echocardiography and a cardiopulmonary exercise test were performed before and after the ETP. Patients: Two hundred fifty-one consecutive patients (male gender, 70%; mean age, 59 _ 14 years [_ SD]) were included 16 _ 10 days after MVrepair. There was no MRoccurrence or worsening after the ETP. Left ventricular ejection fraction slightly increased (53 _ 10% vs 55 _ 9%, p _ 0.004). Peak oxygen consumption and anaerobic threshold increased from 16.3 _ 4.5 to 20.0 _ 6.0 mL/kg/min (22% increase) and from 12.2 _ 3.8 to 14.2 _ 4.3 mL/kg/min (16% increase) respectively, (p < 0.0001). Conclusion: ET after MV repair does not deteriorate the outcome of recent surgery and seems efficient.
o
Link met patiënt
In het artikel gaat het in eerste lijn over patiënten met mitralisklepchirurgie. Er waren echter ook proefpersonen in de studie opgenomen met bijkomende cardiale chirurgie (zoals in het geval van deze patiënte aortaklepchirurgie (13,3%) en inname van ß-blokkers (44,2%)). Uit dit artikel blijkt dat oefentherapie na Mitralisklepchirurgie niet alleen veilig is, maar ook noodzakelijk. Uit vorige studies (Le Tourneau et al. 2003) is namelijk gebleken dat de inspanningscapaciteit van de patiënten 6 maand na chirurgie geen significante verbetering of zelfs verslechtering vertoonden in afwezigheid van reconditionering. Een vroege start van de oefentherapie is voor deze patiënt dus niet enkel veilig maar evenzeer noodzakelijk om het meeste voordeel naar functionaliteit en inspanningscapaciteit toe uit de ingreep te halen.
4